Controledictce voor tie letn-r 'en'
Enkele aandachtspunten •
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de 'ee' correct schrijft. Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let vooral op lipbewegingen, het schrijftempo, het verkorten van de schrijfhandeling ...
•
Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden zo dat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee 1.
deel
6.
leeg
2.
vee
7.
neem
3.
geef
8.
lees
4.
weeg
9.
heer
5.
beer
10.
keel
Zinnendictee 1.
Ik lees geen boek meer.
2.
Mijn zus wil mee naar huis.
3.
Die beer weegt te veel.
4.
Hij ziet er bleek uit.
5.
Dat is de veer van een eend
6.
Ik ga een week naar zee.
7.
Leen, geef me de zeep
8.
Ik ben weer heel moe.
9.
In de beek zit veel vis.
10.
Leg die zaag daar maar neer.
•
© Uiigevcrij Averted!, 200?
Cutitrulc-integratiecJictec vuor de Ititcr
Enkele aandachtspunten •
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de 'ee' correct schrijft, wanneer er ook andere lange klinkers aan te pas komen. Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let
vooral op lipbewegingen, het schrijftempo, het verkorten van de schrijfhandeling ... •
Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden zo dat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee 1.
heel
6.
weeg
2.
roos
7.
maal
3.
zuur
8.
weet
4.
geef
9.
koop
5.
deel
10.
mee
Zinnendictee
102
© Uitgtvtrij Avtrbodt. 2009
1.
Het been van de man Is dik en rood.
2.
Mijn teen zat klem.
3.
De veer is geel en rood.
4.
De beer zat een uur aan het stuur.
5.
De fee heet Leen en gaat naar de schuur.
6.
In de week maak ik een vuur met veel rook.
7.
Elke keer geeft Geert een roos.
8.
Ik loop steeds om het meer.
9.
Neem me mee naar de maan.
10.
Neen, lees niet als je eet.
c<
De letter
door iso|,.|on
oo
Teken of plak hier een afbeelding van uw basiswoord.
oo
de ^^^^ van We schrijven de 'oo'.
© Uilgeverij Avtrbodt, 2009
|Q3
Lange Idinkers > De leicer 'oo' door isolercn
7.
Luister goed. Hoorje de letter 'oo* Map dan.
Reeks 1:
oo ee oo uu ee aa uu aa oo ee aa aa oo ee uu oo ee aa oo
Reeks 2:
o e oo u i a oo e oo i o u a e oo a oo a e i o u a e oo
Reeks 3:
oo ie ui au ou eu ij oo ie oe oo eeuw oo oei ooi oo ou ie
Reeks 4:
h j oo g z oo n b f oo v r w d oo t oo p oo m r k I oo
2.
Markeer de letter 'oo' in de volgende reeksen.
oo
aa
oo
oo
3.
4.
o
e
ee
oo
ooi
aa
oe
po
od
oo
u
d p o
a
cc
ai oi co dd ee od oo
ooi ee oe
oo
oo o dd
ee
d
oo od oc ooi ao oi oo bo
op
p
oo
oo
ee
oc
pp
aa
oe
ao
oo
eo
o
oo
ee
ao
oe
cc
oi
ai
oo
oa
Luister goed. Hoorje de letter 'oo9, klap dan.
oo
koopt
ruit
kaas
blij
woon
nieuw
muur
poort
beek
noot
hok
boom
oo
zeil
geur
loop
hoor
haai
ook
kop
voor
haak
duur
doos
mee
oo
gauw
zoon
maal
bier
meeuw
baard
boord
nul
groot
poot
beek
spoor
oo
kool
boer
reep
boos
boei
zee
bil
hoofd
oog
laat
oor
bos
oo
fout
boor
knoop
kooi
hoort
hoop
bek
mat
bak
raam
heel
kook
Markeer de woorden die dezelfde zijn als het woord voor de lijn.
koop
hoop kop koop kooq pook koop kood hoop koep kop loop koop
boom bomo boom moob doom boon boom bom doem baam brom hoort hoort koort hoord horot hroot trooh hoort spoor
104
proost.
© Uitgmrij Anrbode. 2009
spoor spier
spoer
sqoor
spoor
sporo
haart kaart hoort roops
spoor
roops
L;»n;;e UlinUers * De lot-ter 'oa' door isoU.-rcn
5.
Luister goed. Hoorje de letter W, Map dan. In de doos zit een koord.
Mijn zoon rookt erg veel. Het huis van mijn oom staat te koop. Ik droom van een boot. Hij koopt een brood.
6.
Markeer telkens de letter W in de volgende zinnen. Ik hoop dat de kok iets lekkers kookt. Is het nu noord, oost, zuid of west? Papa koopt een roos voor mama.
Dat spoor loopt dood.
Ik hoop dat ik heel groot word.
7.
Luister goed. Hoorje de letter 'oo', Map dan. Boos
Toon is boos. Hij wordt erg rood. 'Laat wat stoom af, zegt mama. Maar Toon hoort haar al niet meer. Hij loopt snel weg. Hij gaat naar het huis van oom. Oom heeft een groot huis met een poort. De poort is rood. Voor de deur staat een boom. Toon weet niet welke soort het is. Oom ziet Toon al. 'Alles goed op school, Toon?* Maar Toon is nog boos, zijn hoofd is nog steeds rood. 'Ik ben boos op mama,' zegt Toon, 'ik wil een bal en mama koopt er geen.' 'Maar Toon,' zegt oom, 'moet jij daar boos voor zijn?' 'Dat vind ik flauw, hoor! Hier naast de poort ligt nog een oude bal, die mag jij wel meenemen. Ga snel naar huis, Toon, en pluk voor mama maar een roos.' 8.
Lees de volgende tekst en markeer telkens de letter 'oo'. Oo oo oo, wat een gedoe!
Joos kroop in de boom, hij klom heel hoog. Hij at daar een noot. Die noot zat in een doos.
Hij had er een hele hoop. Langs de boom was een sloot. Aan de andere kant van de sloot stond Toon. 'Loop snel en spring dan', zei Joos.
Toon liep goed door en sprong mis. Zijn hoofd werd helemaal rood. Zijn kleren bleven niet droog. De boord van zijn jas hing vol met modder. 'Hier Toon, een noot voor jou', zei Joos.
© Uitgtvtrij Anrbode. 2009
]QS
106
I.
2.
3.
Lange !
k
Dc letter 'oo'
door verkorten/vrrinnerlijUnn
Schrijf zoveel mogelijk woorden met de letter 'oo'.
oo
oo
oo
oo
oo
oo
oo
oo
oo
oo
oo
oo
oo
oo
oo
oo
Markeer alle woordjes met een 'oo'
sloot
koop
mier
geur
bel
woont
reep
voor
maat
loop
rook
mug
tuin
droog
wip
bos
kookt
oom
zuur
rood
Trek een kring rond alle tekeningen waarbij je de letter 'oo' hoort.
o
4.
Vorm woorden met een 'oo9 metje letterdoos en schrijfze op.
© Uitgevtrij Awbods. 2009
Lange liliiiUcrs
>
D'.' letter 'oo'
door verkoi-tcn/vcfinncrlijketi
5.
Verbind de tekeningen met de juiste woorden. Schrijf de woorden daarna nog een keer op.
spook
boor
kroon
oor
knoop
6.
Kijk naar de tekeningen. Schrijf de woorden op.
7.
Vul het juiste woord in. Kies uit: noot - boos - oor - hoofd - dood. Een ander woord voor kwaad is
.
Hier hoor je mee: je
Als je sterft, ben je
.
.
Een pinda is een soort
Een dier heeft een kop, een mens heeft een
.
.
© Uitgevcrij Areitode, 2009
107
Lange ({linkers
>
De tettur "oo"
door verlcorten/verinnerlijken
8.
Vul overal de letter *oo' in. Schrijf de woorden daarna nog een keer op.
Bv.: r.QQd
k
k
m
rd
m
rood
9.
vl
g
h
rt
d
r
h
p
z
n
k
I
n
rd
v
r
Vul overal de letter 'oo' in. Schrijf de woorden daarna nog een keer op. Mijn Die p Ze r
Het sp
m is iets op het sp
r.
rt voor het huis is erg gr k aan de r
k h
Ik gooi de kn
t.
s.
rt mij niet roepen.
p in de d
s.
10.
De juflmeester zegt een woord in stukjes. Je herhaalt het woord en schrijft het op in de vakjes.
77.
De juf/meester zegt een woord.
Je herhaalt het woord in stukjes en schrijft het op in de vakjes.
© l%«rij Averbode. 2009
© Uitgev8rij Avtrbode> 2009
12.
De juf/meester zegt een woord in stukjes. Je herhaatt het woord en schrijft het op.
13.
De juflmeester zegt een woord.
Je herhaalt het woord in stukjes en schrijft het op.
© Uitgeverij Averfaode. 2009
] Q9
L;ii;j;e Mirilcorf dnor idt nrifU
J.
Schrijf de volgende woorden in de juiste kolom. zuur, door, naam, oor, muur, eet, waar, beer aa
2.
ee
oo
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit. Schrijf daarna de woorden nog een keer op. 'ee', 'oo' of 'uu'
'aa', 'ee' of 'oo'
p-
d
r
p
m
m
b
rt
w
t
'a', 'oo' of 'u'
.m
HO
t
k
r
k
z
n
m
ts
m
t
© Uitgeverij Averbodt, 2009
uu
3.
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit.
Schrijf daarna het woord nog een keer op.
4.
'oo' of W
Kom jij
k naar ons tuinfeest?
'a' of 'oo'
Ik bak een ei in de p
n.
'ee' of 'oo'
Wat een prachtig w
r is het!
T of 'oo'
Die r.
'o'of'oo'
Ik wandel graag in het b
s.
'aa' of 'oo'
lemand zonder haar is k_
I.
'ee' of 'oo'
Het konijn eet graag k
'oo' of 'u'
Het water in de p
'oo' of 'uu'
Dat snoepje is erg z
'aa'ofW
H
_s ruikt heerlijk.
r.
r jij dat geluid ook?
Vul de ontbrekende (etters in. Kies uit: V of *oo'. Soms zijn er meerdere mogelijkheden.
b k
d
s
k Hr
Im
5.
t staat erg hoog.
7
n
b
r d
H
t. hr
m
s
n
k
r
r
H v
r
I
d
d
Lees de zin. Vut teikens een rijmwoord in.
Wil jij ook dat ik vanavond iets lekkers k. De vos sluipt rond in het b
In mijn droom kroop ik in een hoge b Dat snoepje is rond, steek het maar in je m.
© Uitgevtrij Averbodt, 2009
111
;>.n<.;<- IdinlM-,-,
>
Dc (ottiT '0:
<J 00r i d cn t i fice rr. 11 /'' n 11:}; !■»_■ r 1 ■
6.
Vul in: eo9 of 'oo'. Schrijf alle woorden met een 'oo' nog een keer op. De eekhoorn kraakt een n
Ik h
p dat het vl
Ik eet graag br Een
t.
t vooruit gaat.
d met w
Im is een s
Mijn moeder k
t met zijn p
rst.
rt b
m.
pt een nieuwe kl
k.
00
112
© Uitgwtrij httbtti, 2009
ConcrckrfJictt't- vunr de- letvc■•.-
Enkele aandachtspunten •
•
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de 'oo' correct schrijft. Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let vooral op lipbewegingen, het schrijftempo, het verkorten van de schrijfhandeling ...
Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden
zo dat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee 1.
boom
6.
noot
2.
doos
7.
poot
3.
hoop
8.
rook
4.
kool
9.
hoor
5.
loop
10.
oog
Zinnendictee
1.
Ben jij ook boos op mij?
2.
Mijn oom woont op een boot.
3.
De kroon van de prins is te groot.
4.
Ik koop een boon voor mijn zoon.
5.
Toon wacht op mij voor de poort van de school.
6.
Er vloog een vlieg op mijn hoofd.
7.
Ik droom van een eng spook.
8.
Hij sloot de deur voor mijn neus.
9.
Ik hoor niks door mijn oor.
10.
Soms loop ik erg snel naar het spoor van de trein.
© Uitgeverij Averbode, 2009
113
Coritrole-integratiediccee voor t.lc- leU-or
Enkele aandachtspunten •
•
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de 'oo' correct schrijft, wanneer er ook andere lange klinkers aan te pas komen. Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let vooral op lipbewegingen, het schrijftempo, het verkorten van de schrijfhandeling ... Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden zo dat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee
1.
ook
6.
hoop
2.
vee
7.
maan
3.
leer
8.
door
4.
boon
9.
poot
5.
aan
10.
buur
Zinnendictee
© Uiigevtrij Averbodt. 2009
1.
De zoom van mijn oom gaat niet naar school.
2.
De boom staat aan de laan bij de beek.
3.
Pap is boos en gaat naar de buur.
4.
Kook eens vlees met kool.
5.
Loop niet weer naar het vee.
6.
Ik eet een noot met Tuur.
7.
Haar zoon keek naar het vuur, het was heet.
8.
Het oor zit weer toe.
9.
Het oog van Toon is heel geel.
10.
Er zit geen spook in de doos.
De letter
l< lit! !(..T-,
V
D'i ll-lll'V
uu
Teken of plak hier een afbeelding van uw basiswoord.
de
V* VI uu
van
We schrijven de 'uu'.
© Uitgewij Awbodt, 2009
Lange klinUers
►
De letter 'uu' door isoicrcn
f.
Luister goed. Hoorje de letter (uu\ Map dan.
Reeks 1:
aa uu ee aa uu oo uu oo ee uu oo aa uu aa ee uu oo aa
Reeks 2:
uu o e u uu a u e a uu a e uu i o e uu u i o u a e i e
Reeks 3:
ij uu au uu oei eu ou ui uu oe ei uu ie aai uu eu oe ei uu
Reeks 4:
p b d uu j uu r t uu g v t uu r k uu s m I z uu n w uu f
2.
Markeer de letter 'uu' in de volgende reeksen.
uu
oo
ou
uu
uu
u
uu
un
uu
3.
4.
uu
ou
au
nu
nu
hu hi
uu
u
ee
uu
au
eu
ne in
hu hn au uu <su
nn
an
nrl
JU
ou
nn au ui uii eu ij
ui eu
uu
ui
uu
u
nu
ou
ij
uu
ou
nu
eu
ou
au
ie
uu
nn
nu
nn
an
ne
uu
ou
uu
Luister goed. Hoorje de letter 'uu9, Map dan.
uu
kei
guur
buik
duur
touw
mus
buur
plaag
zuur
zak
buurt
keer
uu
tip
puur
klauw
toe
boog
huur
meer
stuur
hooi
schuur
mier
uur
uu
Guus
feest
maai
bos
Tuur
vuur
jeuk
mus
moor
geit
les
muur
uu
fraai
zuur
pruik
pauw
guur
knoei
duur
doet
muur
wil
uur
vijf
uu
kat
schuur
lieg
stuur
puur
zijn
leuk
bloei
huur
tel
fout
buur
Markeer de woorden die dezelfde zijn als het woord voor de lijn.
vuur
vaur vnnr vuur fuur vur vuur vnr vuuz vuur vur vour vuur vuir
muur
nuur
stuur
stuur ztuur stnnr sturu
muur
mnnr
mur
nuur
muur
mnur
muur
stuur ruust stuur
munr
rutus
muur
ruum
stuur suutr stnnr
schuur shuur scuhur schur schuur sckuur schuur schnnr schuur scheur
116
© (Jitgeverij Averbode, 2009
■ytg6P\
Lange klinitei ;
>
De Ir-lior ' door is>'.'lt-*'
5.
Luister goed. Hoorje de letter W, Map dan. Ik ga slapen om acht uur.
Stuur mij eens een brief. Ik spring over die muur. Zij woont in een fijne buurt. De poes slaapt in de schuur.
6.
Markeer teikens de letter W in de volgende zinnen. Het vuur is al lang uit. Ik betaal veel huur. Tuur kijkt een beetje zuur.
Het weer is heel guur.
De fiets van Guus is erg duur.
7.
Luister goed. Hoorje de letter 'uu', Map dan. Dag Guus
Hoe gaat het met je? En met Suus? Huur je nog steeds dat huis met haar? Je woont echt in een leuke buurt. En het is helemaal niet duur. Je hebt zelfs een schuur. Als het weer guur is, zet je je fiets daarin. Heb je ook een toffe buur? Of kijkt hij maar zuur? Ik kom met de trein aan om twaalf uur. Tot dan! Groetjes van Tuur
8.
Lees de volgende tekst en markeer teikens de letter €uu\ Buiten is het koud, het weer is echt guur.
Tuur zit op de muur. Kom maar bij het vuur, Tuur! Kijk niet zo zuur! Tuur moet nu naar huis. Het is al drie uur. Dan ziet hij Guus.
Guus is een leuke buur, hij woont in de buurt.
Hij heeft een schuur, daar speelt Tuur vaak in. Dat vindt Tuur fijn!
© Uilgtrerij Averbodc. 2009
||7
118
1.
2.
iutgi; klinhers
►
De letter 'uu'
door verkorten/veritinertijkcn
Schrijf zoveei mogelijk woorden met de letter 'uu'.
uu
uu
uu
uu
uu
uu
uu
uu
Markeer alle woorden met een 'uu9.
boek
buur
deuk
buurt
sip
zuur
tuin
duur
kus
guur
tas
schuur
beer
uur
muur
doos
vuur
kaart
los stuur
Vorm woorden met een 'uu' metje (etterdoos en schrijf ze op.
4.
Trek een kring rond alle tekeningen waarbij je de letter 'uu' hoort.
3.
-9 O
© Uitgeverij Averbode. 2009
Lnrijje
Minuet'!,
»•
uc leityr
tin
door vt'rl(orteti/vc-i'itinni'lijk<:!i
5.
Verbind de tekeningen met de juiste woorden. Schrijfde woorden daarna nog een keer op.
uur
stuur
schuur
vuur
muur
6.
K/jk naar de tekeningen. Schrijf de woorden op.
7.
VuC net ju/ste v/oord in. Kies uit: duur - muur - vuur - stuur - buur. lemand die naast je woont, is je
.
Dit bouw je met stenen: een
Niet goedkoop, maar In de kachel brandt het
.
. .
Dit zit vooraan op je fiets, je
© Uitgtvtrij Anrbodt, 2009
]]9
Lange Ulinlters
»
Do [tiler 'm,'
door verlcorcen/veri rim:.-rli jken
8.
Vul overal de letter 'uu' in. Schrijfde woorden daarna nog een keer op.
Bv.: z.uu.r
v
r
b
d
r
sch
r
m
r
st
r
zuur
r
g-
9.
Vul overal de letter 'uu' in. Schrijfde woorden daarna nog een keer op. Het is al een
r.
Mijn b
r kijkt z
Het st
r van mijn fiets is d
T
r h
Ik zie de m
r.
r.
rt een huis. r van de sch
r.
10.
De juflmeester zegt een woord in stukjes. Je herhaalt het woord en schrijft het op in de vakjes.
11.
De juflmeester zegt een woord.
Je herhaalt het woord in stukjes en schrijft het op in de vakjes.
120
© Uiigtverij Avcrbode. 2009
12.
ange !
'
O-
Urtrt-r •nil'
do11r vei'Ieorteniv*• rinnoiiijt
De juflmeester zegt een woord in stukjes. Je herhaalt het woord en schrijft het op.
13. De juffmeester zegt een woord. Je herhaalt het woord in stukjes en schrijft het op.
© Uitgeverij Averbode. 2009
]}\
door icifrnt if ire ri.'ii/ini r j;rir •
7.
Schrijf de volgende woorden in de juiste kolom. vuur, naar, duur, keel, kook, maak, oor, meer aa
2.
ee
oo
uu
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit. Schrijf daarna het woord nog een keer op. aa', 'ee' of 'uu'
aa', 'oo' of 'uu'
r
g-
t
k
m
d
r
t_
h
P
z_
n
r
St.
?
'e\ 'o' of 'uu'
f 7
s
S
m
m
|22
r
p
n
b
r
© 1%'trij Averbodt, 2009
Lar.-je. kiinior,
i
Dr.- '..jtt.-r- ''.u'
door id <• ti I if i '■ c r <_• :i i1 i i -U- ;• r- .■ ro n
3.
VuJ de ontbrekende (etters in. Kies uit.
Schrijf daarna het woord nog een keer op.
4.
T of W
Zoek eens wat hout voor het v
'aa' of W
Ik vlieg met een raket naar de m
'o' of W
Mijn r
'oo' of 'uu'
In de verte zie ik r
V of W
Met de b
'ee' of 'uu'
Die ring is erg d
W of W
De oude sch
VofW
Ik gooi de b
'ee' of W
Hij wast zijn rug met z
'e'of'uu'
De m
n.
k is rood met blauw.
k.
s ga ik naar zee.
r.
r staat in brand. I over het net. p.
r is erg hoog.
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit: V of 'uu'. Soms zijn er meerdere mogelijkheden.
r ra
m
d
5.
r.
n
i
f 1
r
r
v
s
P
g
r
r
h h
r
s
r
P 7
S
t g
r
Lees de zin. Vul telkens een rijmwoord in.
Ik zit in de bus en ik geef Tom een k.
Ik wacht op jou bij de schuur om twaalf Hij springt hoog in de Iucht en komt neer met een z. An zit op de muur en kijkt heel z
© Uitgcverij Averbode, 2009
123
door ictoncifitcn. m'inii: \>
6.
Vui in: 'u* of 'uu\ Schrijf alle woorden met een 'uu' nog een keer op. Mijn b
r maakt een groot v
Mijn z
s kijkt erg z
T
r heeft een m
In de sch
De b
r.
ts op zijn hoofd.
r staat een zak met t
s rijdt om vier
r.
rf.
r naar mijn b
rt.
uu
124
© Uitgeverij Averbode, 20D9
Coiurotedictee voor
'mi
Enkele aandachtspunten •
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de *uu' correct schrijft. Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let vooral op lipbewegingen, het schrijftempo, het verkorten van de schrijfhandeling ...
•
Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden zo dat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee
1.
guur
6.
duur
2.
vuur
7.
buurt
3.
duur
8.
buur
4.
zuur
9.
stuur
5.
schuur
10.
uur
Zinnendictee 1.
Het is al twaalf uur.
2.
Guus gaat naar huis.
3.
Die muur is erg hoog.
4.
Mijn buur kijkt heel boos.
5.
Het stuur van mijn fiets staat te laag.
6.
Ik woon in een fijne buurt.
7.
Ik huur dit huis.
8.
Die ring was heel duur.
9.
Is het vuur nog aan?
10.
Die melk was zuur.
© Uilgeverij Averbode, 2009
125
Controle-integratiedictce voor de letc<jt
Enkele aandachtspunten •
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de 'uu' correct schrijft, wanneer er ook andere lange klinkers aan te pas komen. Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let vooral op lipbewegingen, het schrijftempo, het verkorten van de schrijfhandeling ...
•
Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden zo dat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee 1.
vuur
6.
duur
2.
voor
7.
zaal
3.
neer
8.
muur
4.
buur
9.
heer
5.
raar
10.
schuur
Zinnendictee
126
© Uitgeverij Averbode, 2009
1.
In de schuur staat een paar klaar.
2.
Het vuur was fel en heel hoog.
3.
Het snoep van Tuur is zuur.
4.
Mijn buur heeft een schuur.
5.
Het huis is duur.
6.
De heer gaat naar de hut.
7.
Je moet om twee uur naar de boot.
8.
Het weer is guur.
9.
In de buurt Is het elk jaar leuk.
10.
Mijn buur zit aan het stuur.
Enkele aandachtspunten •
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de 'aa', 'ee\ 'oo' of *uu' correct schrijft Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let vooral op lipbewegingen, het
•
schrijftempo, het verkorten van de schrijfhandeling ... Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden zo dat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee 1.
haak
6.
geel
2.
zeep
7.
door
3.
vuur
8.
haan
4.
boos
9.
uur
5.
muur
10.
zaak
Zinnendictee 1.
Saar zit hoog in de haag met haar boog.
2.
Er zit veel zeep in het oor van Toon.
3.
Haar oom weegt de kool in de schuur.
4.
De buur heeft een boot op het meer.
5.
Hij zit een deel op de baan.
6.
Maar Leen schreef toch elke keer?
7.
Joos eet twee keer iets zuurs.
8.
Neen, mijn naam is niet Tom, maar Tuur.
9.
Loop op de laan en neem de straat naar de zee.
10.
Daan kroop op de slee.
127
4001 'ipoqjaAV (uJ»a8J!n ©
uba
ai ^^ ■
ep
AMI UBA SuipjasqjE U99 J9jlj >|E]d JO U9>|9J_
8Q
•.' .■". OS I
!■ ■<"■ !;■
811
::.n:tr i -':<; \; r-.-.t-.
1.
Luistergoed. Hoorje de letter 'ie', klap dan.
Reeks 1:
aa ie uu aa ie ee oo ie ee ie oo aa ee aa oo uu ie ee oo ie
Reeks 2:
e i a ie e ie a o u ie u a e ie a u ie a i ie o e ie a i e ie
Reeks 3:
eu ei ie oei eu ie aai ou ui ie oe ij ie au eu oe ie ei ui ie
Reeks 4:
ie s I p t ie r z ie f m b ie n k ie g v h ie d ie j w r ie
2.
Markeer de letter 'ie' in de volgende reeksen. ie Ie
ie
ei
ie
eu
ie
io ie ic
3.
oe
oe
ee
ui
U ei Ie
ie ui eu
eu
ee
ee
'j
iu ie ue ic au ie ia
aa
ie ai oe el ij ie
ie ui ei ij
Ie pe iv ui ie
ee
ai
eu
'1
ie el ai
ie ei
ae
aai
ou
ie
ea
ae
ei ui ie ij ea ic Ol
ai
ie
oe
eu
Luister goed. Hoorje de letter 'ie', klap dan.
4.
ie
vier
zei
knie
bus
hier
touw
zie
graag
spier
dak
buik
huur
ie
blauw
kip
friet
koek
boog
vies
Tuur
niets
mooi
sliert
zeep
lied
ie
kier
bos
taai
vlieg
jeuk
kus
liep
zeil
boor
liefst
rek
vriend
ie
tuin
baai
brief
paus
niet
snoei
iets
doet
liegt
wit
schiet
rijp
ie
kar
ziek
knoei
diep
zijn
viel
deuk
wieg
week
tel
oud
vliegt
Markeer de woord die dezelfde zijn als het woord voor de Ujn. liep
piel lipe 1 iep leip lied liep lieb beil beul luip licp liep lijp lep kiep nier mier riem
remi rijm riem rien rem riem meri rui
Hem
reim riem
knie
knie keni knei kne knie hnie knie kine neki knij kneu knui knie
fiets
stief fiets sfiet viets fites fiets fijts feuts fiets fieds fietz fiets feits
© Uitgeverij Averbode. 2009
] 29
Andere (< I inkers > Klinkers met twee tokens (■ O do
5.
Luister goed. Hoorje de letter "ie\ klap dan. Zie jij iets aan mij?
Lien kreeg een fiets. Papa drinkt bier bij zijn friet.
De mier liep erg snel. Mijn vriend liegt niet.
6.
Markeer telkens de letter 'ie' in de volgende zinnen. Ik doe die brief wel op de post voor jou.
Het wiel van mijn fiets is krom. Ben jij drie of vier jaar? Lien, schiet eens wat op! De stier wil niet in de wei.
7.
Luister goed. Hoorje de letter "ie\ klap dan. Fien is ziek en ligt in bed. Ze ziet een beetje bleek. Fien is vier jaar. Dan krijgt zij een brief. Maar Fien kan nog niet lezen. Wie leest die brief eens voor? De brief is van oom Piet. Hij woont hier niet in de buurt, maar in een ver land.
Daar woont hij al drie jaar. Oom Piet heeft iets voor Fien. Wat zou het toch zijn? Een wieg voor haar pop of een riem? Neen, dat is het niet. Het is een fiets! Oom Piet brengt de fiets mee als hij naar hier komt. Fien voelt zich niet meer zo ziek. Ze is heel blij. 8.
Lees de volgende tekst en markeer telkens de letter fie\ Toen ik van mijn fiets viel ... Ik viel van mijn fiets. Mijn knie deed veel pijn. Ik zag bloed aan mijn knie. Mijn broek was erg vies.
Maar ik huilde niet.
Mijn vriend liep snel naar me toe en hielp me. Hij heet Piet, hij is erg lief. *Het geeft niets', zei hij. We eten samen friet, dan denk je niet meer aan je knie.
J30
© Uitgeverij Averbcde. 2009
,Vr.J,.
"' ■■•■|!(Of..i'i;;'-r!i,!!.-) lijl
L
2.
3.
Schrijf zoveel mogelijk woorden met de letter 'le*. ie
ie
ie
ie
ie
ie
ie
ie
ie
ie
ie
ie
ie
ie
ie
ie
Markeer alle woorden met een 'ie'. laat
diep
kom
boor
hier
lied
tak
niet
viel
zuur
weer
ruig
vies
zien
hun
sip
liep
boek
deur
iets
Trek een kring rond alle tekeningen waarbij je de letter 'le' hoort.
I
4.
Vorm woorden met een 'ie9 metje letterdoos en schrijf ze op.
trbode. 2009
]]]
And 6 re Id in!'.
n»i:t twi-o tel
iloor vrrkorc; /verinr.ei"! ijUnn
5.
Verbind de tekeningen met de juiste woorden. Schrijf de woorden
daarna nog een keer op.
X • •
ziek
6.
wieg
•
•
•
•
friet
fiets
w
7 • •
brief
Kijk naar de tekeningen. Schrijf de woorden op.
410
7.
Vul het juiste woord in. Kies uit: zien - dief - tien - ziek - wieg. lemand die steelt, is een Als je je niet lekker voelt, ben je Een baby slaapt in een
Zoveel vingers heb je: Met je ogen kun je
132
© Uilgeverij Averbodt. 20D9
.
•xap^
Andere Minkers > Klinkers met twee tekens > De ku er 'if' door vorl<arien/v<-riiiiif i-| iji.-in
8.
Vul overal de letter ie in. Schrijf de woorden daarna nog een keer op.
Bv.: z.f.e.
n
zie
t
v
r
I
p
♦ w.
.n
9.
Vul overal de letter ie in. Schrijf de woorden daarna nog een keer op. De d
f steelt een r
Wil jij dat b H
Ik I Ik v
70.
r n
r is het w
g n
m.
t? I.
t.
I op mljn kn.
De juflmeester zegt een woord in stukjes.
Je herhaalt het woord en schrijft het op in de vakjes.
77.
De juflmeester zegt een woord. je herhaalt het woord in stukjes en schrijft het op in de vakjes.
© Uitgevtrij Avtrtodt, 200?
]34
12.
Ancler<- lilinl-coi •; > K.linkers m>:«t. twrc tc;l<ens *■ L!<
!ru
door' vtM-lforUMi/v^i-inisfM
De juf/meester zegt een woord in stukjes. Je herhaalt het woord en schrijft het op.
13.
De juflmeester zegt een woord.
Je herhaalt het woord in stukjes en schrijft het op.
© Uiigmrij Avcrbodt, 2009
Andere Itlinkers ► Klinkers met (.wee tekeni > De letter 'it door identificerfMi/intr-g!•>-•!(■
J.
Schrijf de volgende woorden in de juiste kolom.
bier, deuk, vuil, doe, bij, mier, kou, heup, koud, muis, doel, ijs
2.
eu
ie
oe
ou
ui
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit.
Schrijf daarna het woord nog een keer op. 'eu', Me' of 'ui'
'ie', 'oe' of 'ou'
t
d
m
dZIr
j—
n
t
h_P
b
w
f~~t 'a', *ee' of 'oo'
d
w v w
t
s r g
© Uitjeverij Avcrbodt, 2009
ArnJere IdinUers ► Ktinkers mm twee tokens > Du letter 'io" dcnr identificere /iiu:::grereri
3.
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit.
Schrijf daarna het woord nog een keer op.
'eu'of'ie'
Mijn k
'ie' of 'oe'
De b
'ie' of 'ui'
Ik tel tot t
n.
'ie' of W
Het is te k
d om buiten te eten.
'ie'of'ij'
Als de zon schijnt, eet ik vaak
'aa'of'ie'
Het kind ligt in zijn w
V of 'o'
In het b
'ee' of 'ie'
Ik w
s staat los.
f steelt een ring van goud.
4.
g.
s lopen veel dieren.
g te veel.
Ik krijg een p 'a' of 'ie'
s.
I tegen de pijn.
Sien legt haar pop in de k
r.
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit: V of (ie\
Soms zijn er meerdere mogelijkheden.
n
b r
d
5.
k
g
It
H
k k
h
t
n
p
p
w
w
t
n
Lees de zin. Vul telkens een rijmwoord in.
Is dat net wat je daar langs de waterkant z.
Weet jij wat het is, een vogel of een v_ Piet eet het allerliefst kip met fr
Ik viel van de wip, nu heb ik pijn aan mijn I.
136
© Uitgeverij Averbodt, 2009
r
v
g
r
m
r
m
r
Andc-re Ulinkfi . > Klinktr'.. .1.1. !. iw mk t.el;.-
'u
-•.■ n
6.
Vul in: T of *iV. Schrijfalle woorden met een *iV nog een keer op.
Ik z
de bal n
Mijn hond D
Ik z W
t.
s erg z
jurk is van S
dat jouw b 1 jii cola of b
k. n.
g te d
k is.
r?
le
© Uitgtverij Averbode, 2009
Concroledictce voor de tetter 'irr
Enkele aandachtspunten •
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de 'ie' correct schrijft. Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let vooral op lipbewegingen, het schrijftempo, het verkorten van de schrijfhandeling ...
•
Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden zo dat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee 1.
bier
6.
knie
2.
wiel
7.
dief
3.
ziet
8.
diep
4.
riem
9.
riet
5.
tien
10.
wieg
Zinnendictee
138
1.
'Piep, piep' doet de muis.
2.
Zie jij daar die vlieg?
3.
Is een pad een vies dier?
4.
Kom jij om vier uur of niet?
5.
Mien kiest voor Sien.
6.
Hij viel op zijn knie.
7.
Het liefst doe ik niets.
8.
Ik schrijf een brief naar Fien.
9.
Het doet pijn aan mijn spier.
10.
Hier zie je vaak een mier.
© Uitgmrij Avtrbtde, 2009
Controlc-incegratiedirtce voor de letter
Enkele aandachtspunten •
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de *ie' correct schrijft, wanneer er ook andere klinkers aan te pas komen. Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let vooral op lipbewegingen, het schrijftempo, het verkorten van de schrijfhandeling ...
•
Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden zo dat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee 1.
niet
6.
vier
2.
koe
7.
bulk
3.
dief
8.
wijn
4.
deuk
9.
ziek
5.
riem
10.
hout
Zinnendictee
1.
De buur van Fieri heet Sien.
2.
Het bier is koud en bruin.
3.
Fien heeft pijn aan haar kies.
4.
Het meer is diep en vies.
5.
Het dier bij jou is een stier.
6.
Het lied aan de dijk was fijn.
7.
De mier liep op de rand van de wieg.
8.
Het riet staat in een plas bij het huis.
9.
Kom je ook naar Tien om te zien' op het strand?
10.
Ik zie een fiets met een groot wiel.
© Uitgmri) Avtrbodt, 1009
139
6floi
uba
Mn uba Suipjaaq^B uaa jajq >|B]d p U9>pj_
Andere Wiinliers > Kliiiki-rs met twee tekens ► Dc Irttt-r 'eu'
door isolervn
J.
Luister goed. Hoorje de letter 'eu', klap dan.
Reeks 1:
aa eu uu eu ee oo eu ee eu oo aa ee oo uu eu ee oo aa eu
Reeks 2:
e i a eu e eu a o u eu u a e eu u eu a i eu o e eu a i e
Reeks 3:
eu ei eu oei ui eu aai ou ie eu oe ij ie au eu oe eu ei ie ui
Reeks 4:
r z eu f m b eu p t eu s I eu n k eu g v h eu d eu j w r
2.
Markeer de letter 'eu' in de volgende reeksen.
eu
e
eu
eu
ui
eu
ev
eu
3.
4.
ue
eu
uu
en
ee
u
eu
eu au ev iu
em
ne
ui
ue
eu
in eu
ue
ou
ev
iu
ou
eu
ue
e
ue
em
eu
ui
uu
eu
ne
ue
en
eu
ne
au
iu
eu
in
u
uu
eu
em
au
u
in
ee
eu
ou
ue
e
ue
ue
eu
en
ee
Luister goed. Hoorje de letter 'eu', klap dan.
eu
duur
neus
gleuf
reus
wei
kou
scheur
dus
vraag
mak
bier
deuk
eu
jeuk
peuk
hooi
loog
hip
beuk
muur
zoek
heup
deur
reep
roep
eu
keus
haai
hoor
beurt
hop
mus
kleur
buik
kei
geur
tel
leuk
eu
P'JP
heus
deun
peul
maai
knoei
beul
saus
boek
zit
leun
gier
eu
Teun
foei
geel
mijn
teug
zeur
luis
keur
scheut
met
zout
lam
Markeer de woorden die dezelfde zijn als het woord voor de Ujn.
beuk
beuk
deuk
geur
guur
geur
kleur
kleur
scheut schut
beuk greu
kelur
seheut
denk geur
reulk
beku geru
kleur
scheut
beuk genr
klenr
sheut
buek
geur
kleur
scheut
bek
greu
kluir
schuit
beuk reug
kleur
scheu
buk
geur
kler
scheut
kluer
teush
© Uitgtvtrij Arerbode, 2039
141
Andere Ulinkers ► Klinkers met twee tokens > Oc lerti.-.- \-.u' door iso!':-! en
5.
Luister goed. Hoorje de letter feu', Map dan. Er zit een vlieg op mijn neus.
Dat vind ik niet leuk! Ik kleur heel graag.
Die geur ken ik niet. Is het heus waar? 6.
Markeer telkens de (etter 'eu' in de voigende zinnen.
Gooi de peuk op de grond! Zing jij een deun? Zeur niet zo, Teun! Ik leun tegen de deur. Ik heb jeuk aan mijn neus.
7.
Luister goed. Hoorje de letter (eu\ Map dan. Wat een zeur! Op mijn neus zit een vlieg. Hij is heel klein, hij ziet er leuk uit. Ik krijg wel wat jeuk. Ik krab aan mijn neus en plots hoor ik wat. Is het heus? Ja, ik hoor de vlieg. Wat een zeur!
Hij heeft een deuk in zijn poot. Nu vliegt hij niet meer door de gleuf van de deur. Die gleuf is te smal. Dat vindt hij niet leuk. Het is zijn beurt om iets leuks te doen. Maar hij krijgt jeuk ... Hij krabt.
Een scheut pijn gaat door zijn heup, dat komt door de deuk in zijn poot. Rust jij maar goed uit, kleine vlieg. Dan is je pijn zo weer voorbij!
8.
Lees de voigende tekst en markeer telkens de letter 'eu\ Teun de reus
Teun is een reus. Heks Miek vindt hem niet leuk, hij zeurt veel. Hij rookt een peuk. Brr, ik krijg al jeuk!
Hij heeft een deuk in zijn neus. Zijn neus is rood van kleur. Hij leunt tegen de beuk. Reus Teun is te zwaar.
De beuk valt om. Teun heeft pijn aan zijn heup en een scheur in zijn broek. Dat is heus waar! Heks Miek geeft hem een pil voor zijn heup. En ze maakt zijn broek. Nu vindt Miek hem wel leuk.
|42
© Uitgevtrij Averbode. 2009
7.
2.
Ancicre blinkers * Klinkerv met rv.-ee lekc-ns ► Do loner 'eu' door vr-rko rteti/yei'innc-rI ijIton
Schrijf zoveel mogelijk woorden met de letter €eu\
eu
eu
eu
eu
eu
eu
eu
eu
Markeer alle woorden met een 'eu\
peuk
deur
deur
kil
bus
heup
vlieg
greep
guur
gleuf
kast
deuk
leuk
droom
kleur
graag
som
geur
leuk zoek
Vorm woorden met een 'eu' metje letterdoos en schrijf ze op.
4.
Trek een kring rond alle tekeningen waarbij je de letter 'eu9 hoort.
3.
© Uilgeverij Aveibodt, 2009
143
Andere Itlioltcrs ► Ktinkers met tweo teltens ► D<: letter
ru'
door vorkorten/vermru'rlijkon
5.
Verbind de tekeningen met de juiste woorden. Schrijf de woorden daarna nog een keer op.
neus
reus
scheur
peuk
deuk
6.
Kijk naar de tekeningen. Schrijf de woorden op.
7.
Vul het juiste woord in. Kies uit: kleur - deuk - peuk - reus - neus. Het restje van een sigaret noem je een Rood Is een
lemand die heel groot is, is een Een bluts in je auto is een Hier ruik je mee: met je
© Uitgeverij Avcrbodt. 2009
;io•■)r v <j r\:ui-li'ii; vDi'iii:
8.
Vul overal de letter seu* in. Schrijf de woorden daarna nog een keer op.
Bv.: d.euk
n
s
r
s
j
k
gl
f
p
k
b
k
d
r
I
k
b
rt
deuk
sen
h
9.
r
p
Vul overal de letter 'eu' in. Schrijf de woorden daarna nog een keer op. Het is jouw b
rt, maak een k
Ik botste met mijn h I
Hij is h 10.
p tegen de d
n jij tegen een b
Mk ken die g
r.
k?
r\ zei de r
s een b
s.
s.
1!
De juffmeester zegt een woord in stukjes.
je herhaalt het woord en schrijft het op in de vakjes.
11.
De juflmeester zegt een woord.
Je herhaalt het woord in stukjes en schrijft het op in de vakjes.
© Uitgeverij Averfaode. 2009
146
72.
Andere lilinlters ► S<.linl l)r Imi-i
'«
ihior v. -t-l^tiftt tr'vr rinnv: li!.
De juflmeester zegt een woord in stukjes, Je herhaalt het woord en schrijft het op.
13,
De juflmeester zegt een woord, Je herhaalt het woord in stukjes en schrijft het op.
© Uitgtverij Aveifaode, 2009
1.
Schrijfde volgende woorden in de juiste kolom. jeuk, koe, buik, dief, hij, nou, deur, niet, kous, ruim, hoek, kijk
2.
eu
ie
ij
oe
ou
ui
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit. Schrijf daarna het woord nog een keer op. 'eu', *oe' of 'ou'
b
_w
n
s
'eu', 'ie' of
k
k
t
n
z
r
w
I
f_t
p
n
b
h_P
r
'e', 'eu' of 'ui'
d_f g— f d
I m
dllr r
n
rij Averbode, 2009
]/\]
Andere !;linl<ers ► Klinkers met twne ultcnv > Dp letter 'eu'
door icioncificemn/intejjrf.'ren
3.
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit. Schrijf daarna het woord nog een keer op.
4.
Wof'ij'
Met een b_
hak ik de boom om.
W of 'u'
Er zit een d
k in de deur van de auto.
*eu' of W
Lust jij graag z
V of 'eu'
Ik heb j
•eu1 of Me'
Er loopt een m
Won1
Sam z
t op straf.
4eu' of 'oe'
Die r
s is erg lief!
'ee'ofW
De b
r eet graag vis.
Wof'ui'
Mijn b
WofW
De heks heeft een hele grote n
t op je frieten?
k aan mijn been.
r over de stoep.
k doet pijn.
s.
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit: fee* of 'eu'. Soms zijn er meerdere mogeUjkheden.
d
k
m
i ns
5.
n
r
k rt
gl
s
1
t
b
sp
r
Lees de zin. Vul telkens een rijmwoord in.
Het is jouw beurt dat je de tekening Ga jij daar ook been, ja of Ik heb veel jeuk, dat vind ik niet Ik vroeg het nog aan Leen: waar ga jij
© Uitgeverij Averbode, 2009
s
f
*
1 kl
r
k g
r
6.
Vul in: *ee' of *eu\ Schrijf alle woorden met een €eu' nog een keer op.
Die r
s h
Ik vind g
ft een dikke n I een mooie kl
Er groelt een sch
De postbode st Ik I
s. r.
t aan die b
k.
kt de brief in de gl
f.
n tegen het hek.
eu
© Uitgeverij Averbode, 2009
Controtedictee voor de U.-uer
Enkele aandachtspunten •
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de 'eu' correct schrijft. Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let vooral op lipbewegingen, het schrijftempo, het verkorten van de schrijfhandeling ...
•
Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden zo dat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee 1.
reus
6.
leuk
2.
jeuk
7.
neus
3.
deuk
8.
heup
4.
peul
9.
heus
5.
deur
10.
leun
Zinnendictee
150
© Uitgtvtrij Avcrfaodt. 2009
1.
Ik leun op het hek.
2.
De beuk krijgt een scheut.
3.
Het is mijn beurt.
4.
Teun kleurt graag.
5.
Heb jij jeuk aan je neus?
6.
Wat een geur!
7.
Geef jij mij een peuk?
8.
Die deun is heel leuk.
9.
Keur jij dat goed?
10.
Zij is een zeur.
Controle-inlegraticdictee voor dc letter
Enkele aandachtspunten •
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de 'eu' correct schrijft, wanneer er ook andere klinkers aan te pas komen. Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let vooral op lipbewegingen, het schrijftempo, het verkorten van de schrijfhandeling ...
•
Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden zo dat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee 1.
huil
6.
duw
2.
peuk
7.
deun
3.
pijn
8.
koel
4.
heup
9.
deur
5.
fout
10.
keus
Zinnendictee 1.
Het is leuk in de tuin.
2.
Mijn neus jeukt van het vuil.
3.
De reus gaat uit en valt in een struik.
4.
Scheur je broek niet bij de deur.
5.
Het is jouw beurt om te helpen, Tijs.
6.
Kleur de stam van de boom bruin.
7.
De soep van Teun ruikt goed.
8.
Leun niet met je trui op de deur.
9.
Zeur niet zo, je komt aan de beurt.
10.
De beuk is een boom of een haag.
© Uitgeverij Averbode, 2OD9
151
UBA
in
■ ^\
Bp
'ys«*
Mn uea SujpjaaqjE ubb jsiq y\v\d p ua>|9_L
in
BQ
Anderc klinkcrs ► Klinliers met twee tokens > Do letter 'ui'
door verUoften/vorinnerlijkon
J.
Luister goed. Hoorje de letter 'ui9, klap dan.
Reeks 1:
aa ui uu aa ui ee oo ui ee ui oo aa ee aa oo uu ui ee oo a
Reeks 2:
e i a ui e ui a o u ui u a e ui a u ui a i ui o e ui a i e
Reeks 3:
eu ei ui oei eu
Reeks 4:
ui s I p t ui r z ui f m b ui n k ui g v h ui d ui j w r ui
2.
\tjj^/i
ui aai ou ie ui oe ij ie au eu oe ui ei ie ui
Markeer de letter (ui* in de volgende reeksen.
ui
ui
ui
ua
ou
ui
uo
ui
3.
4.
in
vi
au
ui
uv
ui eu ui vu vu ue ui ii
iv lu ue iu au ui
iu
lu ui ua ou oe
uc>
uv
uu
uv
uo
ii
ui oe vi iv iu ul in
in ni oe ui vi
eu
ul
vu
ui
uu
ui ni ii
ui
ni
ue
lu ui
eu
ua
ul
ou
ui
Luister goed. Hoorje de letter €ui\ klap dan.
ui
buik
wei
duif
dus
duim
kou
huil
vraag
huis
mak
bier
duur
ui
grauw
hip
luik
zoek
loog
muis
muur
ruit
hooi
tuin
reep
ui
ui
uil
hop
haai
peuk
vuil
mus
duin
kei
hoor
lui
tel
ruik
ui
gier
maai
ruim
saus
uit
knoei
schuin
boek
pruik
zit
kruis
P'JP
ui
lam
dm if
foei
fluit
mijn
zuid
leuk
zuil
geel
met
zout
duik
Markeer de woorden die dezelfde zijn als het woord voor de Ujn.
buik
puik buki buik biuk duik buik beuk quik buih buik buk buuk buik
ruit
rnit ruit ruut ruti tuir reut ruit rut tuir ruit ritu zuit riut ruit
kruis
kruis hruis krusi kruis suikr kreus kruis krnis krisu surik krus
huilt
thuil heult hult huilt hilt thuli hulit huilt hnilt hult hilt huilt kuilt
© Uitgevsrij Avtrbodt, 2009
153
Andere kiinkers > KlinUers met twee tokens > De tetter 'ui'
door verlcorten/vcrinncrlijkcn
5.
Luister goed. Hoorje de letter 'ui', Map dan. De baby zuigt op zijn duim. Huil maar uit op mijn schouder.
Het kruis hangt een beetje schuin. Het ruikt naar bloemen in mijn tuin.
Ik neem een duik en rol van de duin. 6.
Markeer telkens de letter 'ui' in de volgende zinnen.
Ruil jij die kruik in? In de tuin ligt een ruit.
Ik lust geen pruim en ook geen druif. Schuif het luik aan de kant. De uil eet een muis.
7.
Luister goed. Hoorje de letter 'ui9, klap dan. Het optreden
Leen wuift naar Lies. Lies heeft een puik idee.
Ze zet een pruik op en speelt luid op een fluit. 'Waar moet dat dan?' vraagt Leen. In de tuin van Lies. Ruim al het puin op. Naast de struik komt een
stoel. Op de stoel staat Leen. Terwijl ze fluit, wuift ze naar mama en papa.
Schuif wat op, anders val je en dan heb je een buil. Plots kwam er een bui. Snel, schuil in de schuur! 'Ruik ik hier een koe of een paard?' Ja, dat is juist! Dat ruik je goed, vooral na zo'n bui. De bui gaat voorbij en Leen speelt het lied uit.
8.
Lees de volgende tekst en markeer telkens de letter 'ui'. Koen ruimt op!
Ruim dat puin op, Koen!
Gooi het niet in de struik, maar doe het in de kuip.
De kuip staat naast het huis. In de kuip liggen al een ruit, een kruik, een pruik, een kruis en een fluit. Ruim het snel op, dan krijg je een stuk fruit.
Kies er maar een uit, wat wil je? Een druif of een pruim? Puik werk, Koen! Ga je nu mee naar zee? Dan gaan we spelen in de duin.
)54
© Uitgewrij A«rbedt. 2009
Andere klinkers ► Klinlters met twee tekens > Oc letter 'ui"
door vcrkortcn/verinrutrlijken
7.
2.
3.
Schrijf zoveel mogelijk woorden met de letter 'ui'. ui
ui
ui
UI
UI
UI
UI
UI
UI
UI
UI
UI
Markeer alle woorden met een uit
daar
boom
ruim
Tom
bal
lui
ruik
kuur
duin
lieg
zeep
uil
dun
vuil
ruit
bil
geur
huis
hoek
Trek een kring rond alle tekeningen waarbij je de letter 'ui' hoort.
■••
tio 4.
Vorm woorden met een 'ui' met je letterdoos en schrijf ze op.
© Uiigmrij Aveibsdt, 2009
Andere Minktrs > Klinlters met twee tokens > De letter 'ui' door verkorte I'verinnerlijkcn
5.
Verbind de tekeningen met de juiste woorden. Schrijf de woorden daarna nog een keer op.
|pt kruis
ui
buik
duif
kruik
6.
Kijk naar de tekeningen. Schrijf de woorden op.
7.
Vul het juiste woord in. Kies uit: huil - huis - uil - vuil - buik. Een nachtdier met grote ogen is een
.
Er komen tranen uit mijn oog, ik Het huis is niet proper, maar Ik woon in een
Mijn achterkant is mijn rug, mijn voorkant is mijn
© Uilgeverij Averbodi. 2009
. .
Andere klinkcrs ► Klinliers met twee tokens > Dc letcer 'ui'
door verkorten/verinncrlijUen
8.
Vul overal de letter 'ui' in. Schrijf de woorden daarna nog een keer op.
Bv.: I Ml
lui m
m
9.
Vul overal de letter 'ui9 in. Schrijf de woorden daarna nog een keer op. Ik kr
p op mijn b
k over de vloer.
Hij r
kt aan de dr
f.
Ik maakeen d
De d De
10.
n in mijn t
f vliegt rond het h I eet een m
n.
s.
s op.
De juflmeester zegt een woord in stukjes.
je herhaalt het woord en schrijft het op in de vakjes.
11.
De juflmeester zegt een woord.
je herhaalt het woord in stukjes en schrijft het op in de vakjes.
© Uitgtverij Averfaodc. 2009
157
]53
12.
And-ire kUi)ki_-fs f Kiiokcrs m^-' iwt.-.- lohrns > Cc !t(t..T 'i door vofliortc-n/vi-M-iiiiifi lijkr
De juflmeester zegt een woord in stukjes.
Je herhaalt het woord en schrijft het op.
13.
De juflmeester zegt een woord. Je herhaalt het woord in stukjes en schrijft het op.
© Uitgeverij Averbode. 2009
Anciere klinkers * Klinkers met twee tekens ► Oi' letter "ui' door idcticifir.(•rwi/inti.a'fcrfn
J.
Schrijf de volgende woorden in de juiste kolom. toe, leuk, diep, rij, bouw, riem, duim, leun, mouw, luik, koek, lijn
2.
eu
ie
ij
oe
ou
ui
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit.
Schrijf daarna het woord nog een keer op. ij', 'ou' of 'ui'
1
m
V
1
'eu', 'ie' of 'ui'
m
I.
n
b
k
m
r
n
z
t
i
W
g
r
r
r
•oe', 'u' of 'ui'
n
m
z
s
p—t r
p
.1
© tlitgsverij Avcrfaodt. 2009
159
Andere klin!for<j > Klintiers met twee lekens > On letter 'ui' door idcntificeren/intirgiercii
3.
Vut de ontbrekende letters in. Kies uit. Schrijf daarna het woord nog een keer op.
4.
W of 'ui'
Ik viel en nu is mijn broek v_
V of 'ui'
Tom gaat met de b
Me' of 'ui'
Een slang beweegt over de grond op zijn b
•ui' of W
De Chinese M
Worm'
Wat moet jij vandaag nog allemaal d
'aa'of'ui'
Er zit een m
'eu' of 'ui'
We gaan naar de kermis, dat vind ik I
'ee'of'ui'
N
'ij'of'ui'
Ik r
V of 'ui'
De m
s naar school. k.
r is erg lang.
n?
s in het hoi.
k!
m jij ook even wat water uit de koelkast? m niet graag op.
s springt van tak tot tak.
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit: €uV of *uu\ Soms zijn er meerdere mogelijkheden.
b H
b m
5.
r
f
r I
b z
h
h
k
1
r
c
m
d
rt
r
k t
s
kr
p
v
Lees de zin. Vul telkens een rijmwoord in.
Mama zet overal in huis vallen voor de m
In het zwembad nam ik een duik en kwam hard neer op mijn b. 'Het weer wordt heel guur', vertelde mijn b In de schuur staat een fiets zonder st^
160
© Uitgeverij httboie. 2009
n
.
r
Andcre klin.'<eis > .'< luilrr. r<. n-.t-i i •*■_•■. u-i Do Utr.-:- 'a, d o G r i d t • rt t if it c i •' ii' i n t c y: ^ ■ r c :
6.
Vu( in: 'ui' of 'uu\ Schrijf alle woorden met een 'ui' nog een keer op.
Dat h In de t In die str
s is een beetje v
I.
n staat een hoge m
r.
k ligt een kapotte r
Die man die ik j
t.
st zag, is dat je b
Mijn broek zit veel te r
r?
m.
ui
© Uilgwrij Awbode, 200?
Conti-otedictee voor di? Inttc-r
Enkele aandachtspunten •
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de 'ui' correct schrijft. Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let vooral op lipbewegingen, het schrijftempo, het verkorten van de schrijfhandeling ...
•
Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden zo dat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee 1.
uil
6.
vuil
2.
tuin
7.
lui
3.
ruit
8.
ruik
4.
muis
9.
zuil
5.
huil
10.
ruim
Zinnendictee
162
1.
Kijk maar uit dat de uil je niet bijt!
2.
Mijn duim staat een beetje schuin.
3.
In mijn huis hangt een kruis.
4.
Het luik is heel vuil.
5.
De muis loopt rond in de tuin.
6.
In de struik kruipt een mol.
7.
Ik ruik aan de ui.
8.
Een druif is een soort fruit.
9.
Ik lig op mijn buik in de duin.
10.
Die duif vliegt niet, hij is lui.
© Uitgeverij Awrbode. 2009
Enkele aandachtspunten •
•
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de 'ui' correct schrijft, wanneer er ook andere klinkers aan te pas komen. Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let vooral op lipbewegingen, het schrijftempo, het verkorten van de schrijfhandeling ... Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden zo dat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee
1.
uit
6.
heus
2.
kou
7.
luik
3.
ruit
8.
moet
4.
wij
9.
ruim
5.
huis
10.
buis
Zinnendictee 1
De duif woont in een schuif en is dus vuil.
2
Aan mijn vuist zit de duim.
3
In het huis zit een grijze muis.
4
Ik schil een ui en huil.
5
Tijdens de bui kijk ik in de kerk naar een uil.
6
Ik ben lui en lig op de dijk.
7
Ik ruik fruit, zoals een pruim en een druif.
8
Ik duik vaak en weet juist hoe het moet.
9
Men zegt vaak dat elk huis zijn kruis heeft.
10
Het is mooi om in de duinen te zijn.
© Uitgtvtrij Avtrfaodi, 2009
163
JOK "JpoqJMy (uMiSiin ©
UBA
Mn uba SujpiaacyE uaa jajq >|B|d jo ua>jaj_
9Q
I.
Luister goed. Hoorje de letter 'oe', klap dan.
Reeks 1:
aa oe
Reeks 2:
e i a oe e oe o u oe u a e oe a u oe i oe o e oe a i e
Reeks 3:
eu ei oe oei eu oe ou ui ie oe ij oe au eu oe ie ei ui oe
Reeks 4:
f m b oe n z oe k oe g oe s I p t oe r v h oe d oe j w
2.
uu
aa oe
ee
oo oe
ee
oo aa ee
oo
uu
oe ee oo aa
Markeer de letter 'oe' in de volgende reeksen.
oe
oo
eu
ui
oe
pe
oo
oe
oe
eu
oe
ca
3.
ee
ae
eo
oc
ui
eu
ui
de
oe
oe
oe
ie
ce
oe
oo
oc
ee
oo
oe
ee
oe
aa
eo
oc
ee
ie oe
ie ui
oe
oc
ee
oo
oe
ee
eo
aa
ui ij oe de ce oe
ij aa ie ei
au
eu
oe
ou
ee ce
Luister goed. Hoorje de letter 'oe', klap dan.
4.
oe
zei
koe
bus
boef
touw
boek
graag
zoek
dak
broer
buik
huur
oe
kip
boer
wiel
boog
doek
Tuur
doel
mooi
zoet
blauw
zeep
koel
oe
bos
taai
hoek
jeuk
kus
koek
zei I
boor
moest
groen
rek
moed
oe
baai
poes
paus
hoed
snoei
soep
zoet
roep
wit
tuin
sloeg
rijp
oe
doe
knoei
boel
zijn
doen
deuk
noem
week
tel
kar
oud
koel
Markeer de woorden die dezelfde zijn als het woord voor de Ujn.
boek
doek boek boke koep boek poek deok boek beok bkoe boek
roep
zoep rope roe roep roer boer roed reop roep poer roep loep
stoel
stoel stoe sloet toels stoel ztoel stole loest stoel steol steel stoel
roept
rept troep roept roet ropet proet roept roedt roebt roepd roept
© Uilgeverij Averbodt, 2009
165
lilinkeri » Klinkers tn^t twee telccns > Dc- letter 'oo' door isoleten
5.
Luister goed. Hoorje de letter 'oef, Map dan. De boer doet het goed.
Het is daar heel koel. Er hangt bloed aan die doek. Ik ben op zoek naar een boek. De poes heet Loes.
6.
Markeer telkens de letter (oe' in de volgende zinnen. Zit Koen bij jou in de groep?
Die troep moet daar weg, hoor! Wat doet die poes toch?
Loes heeft een sproet op haar neus.
De boef nam zelfs een stoel mee.
7.
Luister goed. Hoorje de letter (oe\ Map dan. De koe van boer Tom
De boer had veel dieren. Maar de koe was echt goed. Zij was een boef. Zij stal wortels van de konijnen en hooi van het paard. Zij verstopte alles onder een doek in de hoek. De poes ging op zoek. Ze vond de hele boel. Ze zei: 'Ik roep de boer! Als ik dat doe, moet jij al het voer terugdoen naar de konijnen en het paard.' Toen werd de koe zo woest, zij was helemaal groen. Maar ze moest alles terug gaan doen. Nu had ze geen snoep meer. Toen zat ze heel droef op de stoep. De boer vond haar niet meer stoer!
8.
Lees de volgende tekst en markeer telkens de letter eoe\ Toen ik te voet moest
Mijn broer Koen vroeg of ik iets te doen had.
Ik had niets te doen, dus ging ik mee naar de markt. Ik nam mijn fiets en deed mijn jas toe. Die was groen. Mijn licht deed het niet meer, maar dat vond ik niet erg. Toen kwam een agent.
Hij zei: 'Doet jouw licht het niet, Loes? Dan moet je te voet!' Dat vond ik niet goed.
Ik loop niet graag ... Maar als het echt moet, dan ga ik wel te voet. Op de markt gaf Koen me een koek. Ik lust graag snoep.
166
® Ui|g"erii Avcrbode, 2009
L
2.
Schrijf zoveel mogelijk woorden met de letter 'oe'
oe
oe
oe
oe
oe
oe
oe
oe
oe
oe
oe
oe
Markeer alle woorden met een 'oe'. bos
rook
mier
moet
kin
hoe
bloes
zuig
meer
stoep
doe
ras
roer
zoek
kaal
beuk
boel muur
kun vloer
Vorm woorden met een 'oe' metje letterdoos en schrijfze op.
4.
Trek een kring rond alle tekeningen waarbij je de letter 'oe9 hoort.
3.
© Uitgevtrij Avtrbodt. 20M
168
5.
Andeie blinkers > Klinlci;
' nn.-l twi;o eel;fir. > De UMter 'oo'
door verUorti'ii»veriMil-- rltjken
Verbind de tekeningen met de juiste woorden. Schrijf de woorden daarna nog een keer op.
r boef
6.
bloes
koe
stoel
hoek
Kijk naar de tekeningen. Schrijf de woorden op.
r
7.
Vul het juiste woord in. Kies uit: groen - schoen - hoed - boek - toe. Een ding waarin je kunt lezen, noem je een Dit draag ik aan mijn voet: een
. .
De kleur van gras is
.
Niet open, maar
.
Een ding dat je op je hoofd zet, is een
© Uitgtvcrij Avtrbode. 2009
Anderc klinkers > KUnkcrs met tv/ee cekens > De letter 'oe'
door verkorten/verinnerlijkcn
8.
Vul overal de tetter €oe9 in. Schrijf de woorden daarna nog een keer op.
Bv.:
kpe
st
I
t
n
sn
p
koe m
br
9.
Vul overal de letter 'oe9 in. Schrijf de woorden daarna nog een keer op. Mijn br
k is nog niet g
.s leest het b
10.
k uit.
Wat m
t ik voor je d
Papa si
g de deur t.
K
n zit op de st
d droog.
n?
I.
De juflmeester zegt een woord in stukjes. ]e herhaalt het woord en schrijft het op in de vakjes.
77.
De juflmeester zegt een woord.
Je herhaalt het woord in stukjes en schrijft het op in de vakjes.
© Uitgtverij Averbadi. 2009
|70
72.
A:lcjei<- lilnsl-.ft -. I
Kl in ir»> rs v.'-.r !.vi ..■■ inserts * D>. !c;; v,
'r
c!«"j'• r" viTl.'fji'i.cP.'vr-f-irnr riijl'
De juflmeester zegt een woord in stukjes. Je herhaait het woord en schrijft het op.
13.
De juflmeester zegt een woord.
Je herhaait het woord in stukjes en schrijft het op.
© Uitgevtrij Attitude, 2009
Andere Iclinkers > Klinkf.-rs nu-t i«ri» i-:ic:i, > f>e i -U' (ioDi- :ti('
7.
Schrijf de volgende woorden in de juiste kolom. neus, dier, fout, bijl, boef, duif, poes, heus, goud, tien, ruit, mijn
2.
eu
ie
■i
oe
ou
ui
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit.
Schrijf daarna het woord nog een keer op.
•eu', Wof'ui'
b
k
i
'ij', W of W
bHIf
d
m
d
r
r
P
w.
P
s
ki
[
w
^^
n
r_
'ie', *oe' of 'oo' d
n
d
f
h
k n
w
I
)
d
P s
© Uitgeverij Averbode, 2009
Andeie blinkers » Kliiikers met iwoc tokens * !.)i- Iti tin or id en t if i ce f ct(/i nee
3.
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit. Schrijf daarna het woord nog een keer op.
4.
'oe'of'ui'
Ik lees graag een b
k over draken.
Me' of W
Sien I
'oe' of 'oo'
Ik heb niet goed geslapen en ben nog m.
'o'of'oe'
In het b
'oe' of W
Een k
W of 'oe'
De stier loopt snel naar de rode d
Wof'oe'
Doe de d
'e'of'oe'
Ik gooi een vis in de b
Mf of 'oe1
Opa is op z
'a' of 'oe'
De m
p heel snel en viel.
s daar staat een huisje ... s is een lange sok.
k.
r van de auto dicht.
k van de zeehond.
k naar een lief huisdier.
n van mijn tante is mijn oom.
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit: 'oe* of 'oo'. Soms zijn er meerdere mogeiijkheden.
b
k r
k
vl
5.
r
d
m
r
st
b
m
br
P
k
Lees de zin. Vul telkens een rijmwoord in.
Haast en spoed is zelden g.
Ik zag aan zijn oog dat hij tegen me /.
Ik zit in een hoek en ik lees een b Mijn oom klimt in een hoge b
172
k p
p
© Uiigeverij Averbode, 200?
t s
bl
rt
h
r
m s
P
6.
Vul in: 'oe' of'oo'. Schrijfalle woorden met een 'oe' nog een keer op.
■P-
.zegtb
Dek
la at is het, T
H
R
k en sn
s zit k
In die d
kji j
Watd
n?
k? t R
s datg
d!
oe
Uiigeverij Averbode. 2009
]]]
CoriCroiedictoe vooi cl<_- letter '<;<:■
Enkele aandachtspunten •
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de 'oe' correct schrijft. Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let vooral op lipbewegingen, het schrijftempo, het verkorten van de schrijfhandeling ...
•
Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden zo dat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee 1.
poes
6.
boek
2.
doek
7.
hoe
3.
moe
8.
roep
4.
koek
9.
toen
5.
doen
10.
zoek
Zinnendictee
174
1.
Mijn koe doet boe.
2.
Hoe doe jij dat?
3.
Is jouw koek zoet?
4.
De poes loopt de hoek om
5.
Ik roep mijn broer.
6.
Doe jij die hoed op?
7.
Hoe noem jij je kat?
8.
Toen moest ik naar huis.
9.
De broek van Koen is groen.
10.
Zoek maar een bloem uit.
© Uitgeverij Ambode. 2009
•
Controle-integratiedictee voor do letter 'oe'
Enkele aandachtspunten •
•
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de 'oe' correct schrijft, wanneer er ook andere klinkers aan te pas komen. Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let vooral op lipbewegingen, het schrijftempo, het verkorten van de schrijfhandeling ... Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden zo dat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee 1.
boef
6.
mijn
2.
viel
7.
poes
3.
jeuk
8.
bouw
4.
schoen
9.
zoet
5.
tuin
10.
doek
Zinnendictee 1.
Hoe doe ik de soep in de kruik?
2.
Doet je voet pijn, lieve broer?
3.
Ik ben heel moe, mijn oog valt toe.
4.
Het boek van de reus is stoer.
5.
De boer eet om vier uur een koek.
6.
Doen Koen en Loes een duif in het hok?
7.
Zoek een bloem met een bruine kleur.
8.
De bal vliegt in de hoek van het doel.
9.
Ik roep Gijs en zoek een kruik.
10.
Mam roert in het ijs en geeft een zoen.
© Uitgeverij Averbode. 2009
175
no
•pjooMS|SBq Mn uba SmpjaaqjB uaa jajq >|B|d jo ua>|oj_
no
Andero ^linkers ► (Clinkers met r.v/<;<- tokens ► Dc letter 'ou'
door isoleren
7.
Luister goed, Hoor je de letter 'ou9, klap dan.
Reeks 1:
aa ou uu ou ee oo ou ee ou oo aa ee oo uu ou ee oo aa
Reeks 2:
i a ou e ou a o u ou u a e ou a u
Reeks 3:
eu ei ou oei eu ou ie ui ou oe ij ou au eu oe ou ui ou ooi
Reeks 4:
ou s I p t ou r z ou f m b ou n k ou g v h ou d ou j w
2.
ou a i ou o e ou a
i
Markeer de letter 'ou9 in de volgende reeksen. ooi
ou
no
ou
aai
au
eu
ou
ua
oe
uo
ou
uu
oo
ou
au
ee
un
no
ou
ooi
ou
ou
un
eu
ou
aai
au
oe
ou
on
oei
ou
3.
ui
on
ee
oo
ou
uu
eu
ui aai
ua
ou
oei
oe
ee
oo
ui
uu
ou
ooi
no
ou
oei
un
ou
uo
ou
ua
Luister goed. Hoorje de letter 'ou9, klap dan.
4.
ou
touw
kei
vrouw
kus
kous
wiel
wou
vraag
woud
mak
duik
buur
ou
rauw
sip
zout
boek
hoog
nou
muur
jouw
mooi
vouw
reep
wou
ou
kou
los
taai
goud
reuk
mus
zou
mei
hoor
bout
trek
sjouw
ou
buik
haai
fout
paus
mouw
boei
bouw
moet
jouw
zit
rouw
vijf
ou
hard
hout
snoei
trouw
mijn
stout
leuk
koud
keek
mes
mier
brouw
Markeer de woorden die dezelfde zijn als het woord voor de Ujn.
touw
douw touw tonw wout touw tuow towu touw tauw tuwo touv
fout
fout fotu faut fut fout font touf vout futo fuot fout fnot fotu foud
stout
staut ztout stout stont stotu stout stoud stuto stuot stout touts
bouwt bauwt bouwt bonwt buwt bouwt bout bowt bouwt bouwd bouwt
© Uitgmrij Avcrbodt. 2009
]f]
ii? klinktrs > KlinUors mer twee tekens * De letter 'on' door is oUrcn
5.
Luister goed. Hoorje de letter 'ou', Map dan. Jouw som is fout!
Ik hou van jou.
Wout heeft een hart van goud. Ik wou dat ik veel hout had. De man draait het touw rond de bout.
6.
Markeer telkens de letter 'ou9 in de volgende zinnen. Is het koud in het woud?
Ik vouw mijn kous op. Zijn mouw is te kort en hij rilt van de kou. Ik trouw met jou!
Bouw jij een hut met dat hout?
7.
Luister goed. Hoorje de letter 'ou9, Map dan. Ik bouw een hut.
Mijn naam is Wout. Ik bouw een hut met hout. Dat hout haal ik in het woud.
Ik leg het op een kar, die is al oud. Met een touw sjouw ik het hout naar mijn hut.
Dan wordt het koud. Ik zou nu wel een jas willen.
Dat is mijn fout, hij hangt nog thuis bij de schouw. Een vrouw ziet me. Ze zegt: 'Nou, nou, heb jij geen kou?' Ik ril van de kou ... Ik wou dat ik mijn jas had. Dat zeg ik ook tegen de vrouw. Ze leent me een jas, ze vouwt de mouw om. Die jas is lekker warm. Ik breng hem morgen terug naar jou! 8.
Lees de volgende tekst en markeer telkens de letter 'ou'. Ik trouw met Fien.
Fien, ik hou van jou! En later trouw ik met jou.
Jij wordt mijn vrouw. Dan geef ik je een ring van goud. Het zou geen fout zijn als ik met jou trouw. En heb je kou, dan geef ik je een zoen.
Heb je dan nog steeds kou ... Dan haal ik wat hout in het woud. Dat steek ik in de schouw. Jouw kous hangt voor het vuur en wordt warm. Dan heb je het niet meer koud!
Wat denk je, Fien, trouw jij met mij of ik met jou?
|73
© Uitgeverij Averbode. 2009
L
2.
3.
Aridere klitikers > KlinUers met tv/ee tokens ► Do letter 'ou'
door v«lrl
Schrijf zoveel mogeUjk woorden met de letter 'ou\
ou
ou
ou
ou
ou
ou
ou
ou
Markeer alle woorden met een (ou\ lor
broek
trouw
mis
fout
tuig
peer
mats
hout
touw
baard
vrouw
doos
kou nou geur
zout
buur kus stout
Trek een kring rond alle tekeningen waarbij je de letter 'ou' hoort.
si.
4.
i
I III
Vorm woorden met een 'ou' metje letterdoos en schrijfze op.
© Uitgeverij Avtrbode, 2009
179
Ami-re klitikcrs ► Klinho.-s met iwti L.>l De icuci 'mi1 door vt:i!(oil oii/vcriniK- Hijkcn
5.
Verbind de tekeningen met dejuiste woorden. Schrijfde woorden
daarna nog een keer op.
j
goud
6.
schouw
kous
hout
zout
Kijk naar de tekeningen. Schrijfde woorden op.
i
I
7.
ill
Vul hetjuiste woord in. Kies uit: mouw - koud - zout - vrouw - stout. Niet warm, maar
Jij bent niet lief maar heel
p.
Het deel van een jas waarin je arm moet, is je
Witte korreltjes die je op frieten strooit, noem je Geen man, maar een
© Uilgeverij Avtrfaode. 2009
tr-i > iCiiiik
8.
Vul overal de letter *ou' in. Schrijf de woorden daarna nog een keer op.
Bv.: w.P.M.d
z
m
w
j
s
k
d
st
w
n
w
woud k
w
g-
9.
sch
t
w
Vul overal de letter 'ou' in. Schrijfde woorden daarna nog een keer op. De vr
w trekt aan het t
Mag ik van j Tom b Ik w
het z
w.
1?
wt een huis in het w dat ik niet zo st
Er zit een v
w in de m
d.
t was.
w van mijn jas.
JO.
De juflmeester zegt een woord in stukjes. Je herhaalt het woord en schrijft het op in de vakjes.
] 1.
De juflmeester zegt een woord.
Je herhaalt het woord in stukjes en schrijft het op in de vakjes.
© Uitgeverij Averbode, 200?
]Q|
|32
12.
Antiorc klinkti s ' Kliuhtr-, m;-i tw«o tc!<( ■iv, > Do l:-u_._-r '01: door vcclcortf.ni vcritific- rliiicr ;
De juflmeester zegt een woord in stukjes. Je herhaalt het woord en schrijft het op.
13.
De juflmeester zegt een woord. Je herhaalt het woord in stukjes en schrijft het op.
© Uitgmrij kmbeit. 2009
.
L
Mi'il
Schrijf de volgende woorden in de juiste kotom.
reus, boek, huil, hier, hout, dijk, peul, wiel, touw, uil, roep, pijl
2.
eu
ie
'1
oe
ou
ui
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit.
Schrijf daarna het woord nog een keer op. 'ui' e', 'ou' of 'ui
'eu', 'ij' of 'ou'
n
St
t
1
k
f
t
n
s
n—_t
V
f
i
r
i
w
I
w
-P
sch
r
t
'o', 'oe' of 'ou'
k
d
n
i
r
k
t
w
bl t
r
P © Uilgeverij Avcrbodc. 2007
183
Atulore klinkers > Kiinlcers met twee tokens * Qe tetter 'on door idetttiJ"ii:oron/iMCPi;*r«?ro
3.
4.
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit. Schrijf daarna het woord nog een keer op. 'ij' of 'ou'
Daan is nu v
'oe' of W
Z
'ie' of 'ou'
Met mijn ogen dicht kan ik niks z
Wof'u'
Ik tr
W of 'ui'
Onze t.
V of W
Mijn trui is van w
I.
'oe' of 'ou*
Is dat mijn jas of j
w jas?
'aa'ofW
Het feest gaat door in de z
'eu' of 'ou*
Ik b
'e'of'ou'
B
f jaar.
jij met me mee willen gaan naar zee?
w deze zomer. n is mooi in orde.
I.
w een toren met blokken. I je me vandaag eens op?
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit: *oo' of 'ou\ Soms zijn er meerdere mogelijkheden.
b
s
z
f
t
d
t
br
h t
n
5.
n.
w
s
d
r
k
g
d
Lees de zin. Vul telkens een rijmwoord in.
De man zei: 'Dat is de vrouw met wie ik tr_
De pop in de doos keek heel erg b Bij hoge nood kleurt het lampje r,
Brrr... In het woud is het heel erg k.
© Uitgeverij Averbode. 2(10!
t It tr
gr
t
w
6.
Vul in: 'oo9 of 'ou9. Schrijf alle woorden met een fou9 nog een keer op. Met een h
Ik tr
w niet met die vr
Is het j T
Ik sj
p stenen b
w f
n verft dat h
w ik een muur.
w!
t of niet? t groen.
w de hele dag d
r.
ou
© Uitgeverij Averbode, 2009
Controlpdictee voor de letter "ou
Enkele aandachtspunten •
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de 'ou* correct schrijft. Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let vooral op lipbewegingen, het schrijftempo, het verkorten van de schrijfhandeling ...
•
Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden zo dat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee 1.
touw
6.
vrouw
2.
zout
7.
nou
3.
hout
8.
kous
4.
stout
9.
fout
5.
mouw
10.
trouw
Zinnendictee
186
© Uilgtverij Averbodt, 2009
1.
Is dat jouw fout of die van mij?
2.
De vrouw heeft het koud.
3.
Ik hou wel van geel.
4.
Ik weet niet of ik wel trouw.
5.
Tom is erg stout.
6.
Ik bouw een huis voor jou.
7.
De mouw van mijn jas is te kort.
8.
Mijn kous is wit.
9.
Ik rouw om mijn oom.
10.
De deur is van hout.
Controle-intej'ratii'dicteo voor de lettti- 'on'
Enkele aandachtspunten •
•
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de W correct schrijft, wanneer er ook diverse andere klinkers aan te pas komen. Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let vooral op lipbewegingen, het schrijftempo, net verkorten van de schrijfhandeling ... Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden zo dat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee 1.
kou
6.
luik
2.
poes
7.
mouw
3.
bouw
8.
rijk
4.
duw
9.
wieg
5.
geur
10.
kous
Zinnendictee 1.
Mijn broer is stout en staat in de hoek.
2.
Trek aan het touw en maak het vast aan de stoel.
3.
Nou, die vrouw kookt als de beste.
4.
Doe jij zout in de koude soep?
5.
Ik trouw met de vriend van mijn zus.
6.
Ik wil jouw goud, dan ben ik rijk.
7.
Het is koud in het donkere woud.
8.
Wout loopt naar zijn vrouw.
9.
Ik wou dat ik wist wat de fout was.
10.
In de schouw zit hout.
© UiigtYtrij Averbodc, 2009
187
600! 'JpoqjMy luuihf) ©
BQ
881
I.
Luister goed. Hoorje de letter 'ij', Map dan.
f m b ij n z ij k ij g ij s I p t ij r v h ij d ij j w r ij t s k
Reeks 4:
eu ei ij oei eu ij ou ui ie ij oe ij au eu ij ie ei ui ij ooi ij ie
Reeks 3:
e i a ij e ij o u ij u a e ij a u ij i ij o e ij a i e ij o u a
Reeks 2:
aa ij uu aa ij ee oo ij ee oo aa ee oo uu ij ee oo aa ij uu
Reeks 1:
2.
■j
Markeer de letter 'ij' in de volgende reeksen. ii
il
ij
U 3.
jj
ei
ie
ji
ii
ei
ie ui
ui
11 je J' 'J 11 ij
j' U jj
ii
ij
ie i i
UI
ie
ii
ie
Ji
J'
n
'J il ie
n
ii
11 ii ie ik
Ij
ij
UI
ei
ie ui
ii
ei
jj
11
'j ' i
ie
Ii
je JJ je ji 11 ei ei ui
ie
UU
ei ui je
ij
11 je
ii ie
Ji
11 ik ji ii ie
«i
Luister goed. Hoorje de letter (ij', Map dan.
knoei
ij
rijst
'j
taai
'j
kijk
■j
wljs
■i
4.
bus
wiel mijn paus
bij
rijp
pijn
touw
graag
dijk
Tuur
fijn
boog
kus
jeuk
snoei
rij
dak
lijk
boor
huur
buik
lijf
zei kip
Iijn
wit
blauw
wijn
wijk
zeep
vijf
rek
boer
pijl
tuin
lijm
oud
kar
blij
tel
week
ijs
bos
moest
hij
baai
mij
deuk
zijn
mooi
zeil
zij
bijl
koe
Markeer de woorden die dezelfde zijn als het woord voor de Iijn.
fine fijn nijf vijn fien fijn nijf finj fjin fijn fuin flln fjjn vijn fien fine
fijn
liest lijst lust stijl lisjt lijst list stil stijl lijst Ijjst liist stiel liest lijst
lijst
prijs sprij rijps prijs pries sijpr brijs prijs qrijs prijz pries priis pijs
pnjs
wiek wjijk wijk kiwi wjik vijk vijh kijw wijk wiek wiik wijk wjjk
wijk
© Uhgnerij Avubodt, 2009
189
5.
Luister goed. Hoorje de letter 'ij', Map dan. Ik krijg al spjjt. De pijl is grijs.
Mijn peer is niet rijp.
Is de Ijjm al droog? Blijf jij thuis?
6.
Markeer telkens de letter 'ij' in de volgende zinnen. Tijs eet graag ijs.
Hij staat niet op de lijn. Werken met lijm vind ik fijn! Zijn haar is grijs.
Gijsisalvijfjaar.
7.
Luister goed. Hoorje de letter 'ij', Map dan. De vijf!
We zijn met vijf: Tijs, Loes, Gijs, Lien en Tuur. Het is fijn in onze groep. We wonen bij elkaar in de wijk. Ik ben blij dat ik erbij ben. Soms staan wij op een rij. Dat is fijn. Dan krijg je een schijf, die gooi je naar de lijn. Wie het dichtst bij de lijn komt, krijgt een prijs. Laatst gooide ik heel hard, het deed veel pijn aan mijn rug. Ik was een beetje stijf. 'Jij bent niet wijs!' zei Gijs. Toen riep ik heel luid: 'Zwijg!' De prijs is een ijs en dat vind ik fijn. Ik ben er blij mee.' Nu zwijgt Gijs wel. Hij vindt een ijs ook heel fijn. De hele groep krijgt nu een ijs, wij alle vijf! Lekker! 8.
Lees de volgende tekst en markeer telkens de letter 'ij'. Gijs zoekt Tijs. Mijn naam is Gijs. Het is vijf voor vijf.
Ik zit op de lijn. Ik kijk naar de man met de bijl. Hij heet Bob en is niet wijs.
'Jij hebt toch een dag vrij, ben je daar niet blij mee?' vraagt hij. 'Speel toch op het ijs, dat is zo fijn!'
Ik ben mijn vriend Tijs kwijt. Dat is niet fijn voor mij. Ik zag hem net bij de dijk. Ik kijk goed rond, maar ik zie hem nergens meer. Tijs liep daar in die wijk', zei de man. 'Blijf maar hier, ik haal hem wel.' Daar komt Tijs al aan. 'Hee Gijs, speel jij mee met mij? Daar krijg jij geen spijt van, hoor!'
190
© Uitgeverij Averbodt. 2009
1.
Andcire Idinleers ► Ktinlci ■. in<-.x twet; tokens » D r lotter 'ij' iloor verkorc en/vi: tinner I ijken
Schrijf zoveel mogelijk woorden met de letter 'ij'.
|J
|J
IJ
ij
U
|J
IJ
|J
|J
ij
• «
IJ
2.
3.
|J
Markeer alle woorden met een 'ij'.
wit
vier
meer
kijk
ujf
lijk
haal
hok
wijs
bad buig zijn
kook pijn
rijp muur
dun
fijn deuk
dijk
Trek een kring rond alle tekeningen waarbij je de letter (ij* hoort.
|
4.
III
Vorm woorden met een 'ij9 met je letterdoos en schrijf ze op.
© Uitgivtrij Avcrbode, 2009
]<)]
Andere klinln :r; > K I itikt-rs mot twee tekens > Di: lettur 'ij' door verkorten/verimu- I'lijkcn
5.
Verbind de tekeningen met de juiste woorden. Schrijfde woorden daarna nog een keer op.
wijn
rij
bijl
vijf
6.
Kijk naar de tekeningen. Schrijf de woorden op.
7.
Vul het juiste woord in. Kies uit: pijn - rijst - Ujm - rij - vijf. In China eten ze vaak een kommetje
Veel kinderen achter elkaar vormen een Twee plus drie is . Als ik val, heb ik Ik plak alles aan elkaar met
© Uitgtvtrij Averbodt, 2009
. .
IjS
Anderc klinltc-rs >■ Klinkers met twee tokens > De Uicccm- 'ij1 do of vcrl
8.
Vul overai de letter €ij* in. Schrijfde woorden daarna nog een keer op.
Bv.: b jj...
I
m
bij
I
9.
f
s
w
n
p
n
Vul overai de letter 'ij' in. Schrijf de woorden daarna nog een keer op. Ik ben bl Ik kr
dat ik r g geen
Drink j De pr Met een b
k ben. s van mama.
bier of w s is v
n?
f euro.
I hak ik z
n boom om.
JO.
De juflmeester zegt een woord in stukjes. Je herhaalt het woord en schrijft het op in de vakjes.
11.
De juflmeester zegt een woord.
je herhaalt het woord in stukjes en schrijft het op in de vakjes.
© Uitgeverij Avtrbodt. 2009
193
Anclere Minlct-r:> ► Kiiiiit-^ic ru ■ luec ul<;:ns ► D<- !■■■. tsr c! <) i > i' \ r-1 ■ k r-, i-1 p 11 / v c:■ r i n n (:•: i i j I;
De juflmeester zegt een woord. Je herhaalt het woord in stukjes en schrijft het op.
13.
De juflmeester zegt een woord in stukjes. je herhaalt het woord en schrijft het op.
J2.
© (%vtrij Avtrbodt. 2009
Aiulpre klinlcers > Klinlsers met twee Ic-Utn* > Di; '• -t. u r
i;
door identificercn(in:<: .ijiei i:n
J.
Schrijf de volgende woorden in de juiste kolom.
boer, peuk, kies, huis, jouw, fijn, zeur, koud, zoen, uit, vies, vijf
2.
eu
ie
oe
ou
ui
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit. Schrijf daarna het woord nog een keer op.
Mj', *oe' of 'ou'
p
i— b
1
W, 'ie' of Mj'
t
w
w
f
d
n s r
sch
w
h
k
I
P
k
d
1
m
T, 'ij' of 'up
d
n
z
t
V w.
© liitgeverij Avtitiode. 2009
And ere Minlters t Klinkcrs met twee tc-kf-ns • [!v Imt'.-i door idontificorci).'i(u eji-f-
3.
4.
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit. Schrijf daarna het woord nog een keer op. 'aa' of 'if
Ik wandel op de d
'ij' of 'ou'
Die vr
'ee' of 'ij'
De koning is erg r
'eu'of'ij'
Tim haat de g_
r van spruitjes.
'ij' of 'oe'
Jij bent niet w
s!
T of 'ij'
Tien m
'ij' of 'ui'
Ga eens in de r
'e' of 'ij1
Ga je w
'ij' of W
Met een b
'ie' of 'ij'
Ik at te veel snoep, nu ben ik z
w heeft een mooie ring. k.
n vier is zes.
staan!
I op tijd slapen?
r maakt papa een gat in de muur. k.
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit: 'ie' of €ij*. Soms zf/n er meerdere mogelijkheden.
V w m
W
5.
k.
5
1
1
St
r
sp_
f
t
m
P f
I hi
I
ts
f n
t
Lees de zin. Vul telkens een rijmwoord in.
Ik ben heel blij dat je hier bent bij m. Van die ruzie heb ik spijt, nu ben ik mijn beste vriendje kw.
Ik krijg mijn fiets, het kost me helemaal n
Ik zag een dief, hij was helemaal niet I
196
© Uitgewij Anrbode, 2009
n
I
st
;m:Ii3!-<_- klmkrrs : Kli:!-?r. n>rv t.-.-.-«-i- is-kons > Do u>; • ••!• '.j d w) r i ci f 111. H i c •.•(•■ n,' i ti t«: %n-r on
6.
Vu( in: 'ie' of 'ij\ Schrijf alle woorden met een 'ij' nog een keer op. w
n zus F
gaan naar m
7
n
1
n
kn
doet
geen p
heeft een vis aan de I
Ik I
kn
W
z
n
n me n.
tophlem.
tdel
n niet?
© Uitgtverij Avtrbodc. 2009
Controtediccec voor de. letter 'ij'
Enkele aandachtspunten •
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de 'jj' correct schrijft. Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let vooral op lipbewegingen, het schrijftempo, het
verkorten van de schrijfhandeling ...
•
Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden
zo dat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee 1.
wijs
6.
rijp
2.
fijn
7.
mijn
3.
vijf
8.
ijs
4.
wijn
9.
wijk
5.
lijm
10.
zijn
Zinnendictee
198
© Uitgiverij Avcitode. 2009
1.
Wij zijn heel blij met het feest.
2.
Trek een lijn op het ijs.
3.
Maak snel een rij voor mij.
4.
Jij bent niet wijs!
5.
Hij kijkt boos naar mij.
6.
Ik schrijf niet met groen, maar met grijs.
7.
Het is hier fijn, ik denk dat ik blijf.
8.
Het spijt me dat ik niet rijk ben.
9.
Drink je veel wijn op korte tijd?
10.
Kijk eens naar die lijst.
Enkele aandachtspunten •
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de 'ij' correct schrijft, wanneer er
•
ook andere klinkers aan te pas komen. Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let vooral op lipbewegingen, het schrijftempo, net verkorten van de schrijfhandeling ... Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden zo dat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee
1.
bij
6.
wijs
2.
ziet
7.
vuil
3.
peul
8.
bijl
4.
rij
9.
duw
5.
moet
10.
lijf
Zinnendictee
1.
Ik kijk naar de lijst en zoek mijn prijs.
2.
Mam eet een ijs op de dijk.
3.
Smeer maar wat lijm onder die lijn.
4.
Nou, de pijl viel recht in het wiel.
5.
In die wijk zijn de meeste mensen erg rijk.
6.
Vijf keer zong ik een lied voor Gijs.
7.
Ik kijk naar de peer en hij is rijp.
8.
Zwijg maar over het hout en zijn bijl.
9.
Het is grijs weer en het lijkt koud.
10.
Ik eet heel graag kip met rijst.
© Uitgmrij Averbode, 2009
199
2QQ
De letter
Andcire Uiinkori > Kiinkti:- met (wm U_-lft ► D<; U'tu
door isoleren/wcndbaar maken/verlcorcfMi.'vcrinnorlijIi.Mi/iclcT.cificc.c-iVJnn
uw
Teken of plak hier een afbeelding van uw basiswoord.
de U ww van We schrijven de 'uw'.
© Uitgevcrij Avirbodt. 2009
;;
J.
2.
i ,;-.■< , ■.
:
!.
Markeer de letter 'uw' in de volgende woorden. duw
schuw
ruw
uw
Markeer alle woorden met de letter 'uw'. aap
schuw
tuin
bus
duw
rook
uw
rok
haai
boek
deuk
ruw
3.
Trek een kring rond alle tekeningen waarbij je de letter 'uw' hoort.
4.
Schrijf het juiste woord bij de tekening.
ik
5.
Markeer de letter 'uw' in de volgende zinnen. De vos is erg sluw. Tom geeft mij een duw. Is dat uw jas, mevrouw?
© Uitgcverij Averfaode, 1009
201
Anderc Itiinkers ► Kiinkers met twee tokens > Dc lot tit
u.v
door isoleren/wenelbaar makcn/vcrkorten/veritinerlijkcn/idciuificeron/ifu■-;.;( vtci
6.
Vul overal de letter 'uw' in. Schrijf de woorden daarna nog een keer op.
Bv.: uw
sch.
7.
si.
Deze zinnen zijn niet volledig. Vul overal de letter fuw* in.
Schrijf de woorden daarna nog een keer op.
Dat stof is heel r_ Een egel is erg sch D
8.
toch niet zo hard!
Verbind de stukken en schrijf de woorden nog een keer op.
dr-
sch-
uw
sl-
9.
Schrijf zoveel mogelijk woorden met de letter 'uw'.
10.
Schrijf een zin met de volgende woorden.
uw
sluw
202
© >%verij Averbode. 2009
I
Vui de gegeven woorden juist in. Kies uit: uw - ruw - duwt - sluw.
Speel niet zo
, Wout!
Dat is een
plan.
Is dat
pen, juffrouw?
Ik wil niet dat je me
12.
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit. Schrijf daarna het woord nog een keer op. Soms zijn er meerdere mogelijkheden.
'eeuw', 'oe* of *uw*
'ieuw', 'ou* of 'uw' d
73.
sch
k
z
z
I.
n
schad.
r
sn.
St
t
t
Vul de ontbrekende letters in. Kies uit.
Schrijf daarna het woord nog een keer op. 'aai' of 'uw*
Mijn broer geeft me een harde d.
4oe' of 'uw'
De k
geeft melk.
'eeuw' of 'uw' Aan zee zie ik een m
op de dijk.
'ou' of 'uw'
Hij heeft een hart van g
'eu' of *uw'
Zit jij graag in de zon of in de schad.
'ooi' of 'uw'
Wat is het leven toch m
'ieuw' of 'uw' Heb jij het n
d.
!
s al gehoord?
'oei' of 'uw'
De kleine zebra in de zoo was nog erg sch
'ui' of 'uw'
De bal gaat door de r
'uu' of 'uw'
Je speelt te r
1.
, Tom.
© Uitgevtrij Averbodt, 2009
203
C<>l'.t;-i)lc.di;l.i: (.■ vunr rft
Enkele aandachtspunten •
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de 'uw' correct schrijft. Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let vooral op lipbewegingen, het schrijftempo, het
verkorten van de schrijfhandeling ... •
Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden zo dat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee 1.
duw
2.
ruw
3.
uw
4.
schuw
5.
sluw
Zinnendictee 1.
De muis is heel schuw.
2.
Uw jas ligt daar.
Ik speel graag ruw. 4.
De man heeft een sluw plan. Duw de vaas niet om!
204
© Uiigewrij Avwbode, 2009
Controte-integratiedictee voor de letter 'trw
Enkele aandachtspunten •
•
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de 'uw' correct schrijft, wanneer er ook andere klinkers aan te pas komen. Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let vooral op lipbewegingen, het schrijftempo, het verkorten van de schrijfhandeling ... Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden zodat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee
1.
duw
6.
zwijg
2.
friet
7.
schuim
3.
spuw
8.
schuw
4.
broer
9.
zeur
5.
ruw
10.
schaduw
Zinnendictee 1.
Ik trek en duw, maar kom niet aan de beurt.
2.
Het spel is veel te ruw.
3.
Ik spuw de vlieg uit mijn mond.
4.
Die stoere man zegt dat de egel schuw is.
5.
Het is me veel te warm, ik zit in de schaduw.
© Uitgevtrij Avtrbodt, 2009
205
Controlc-integratiedictce voor de andcrc klinUcrs
Enkele aandachtspunten •
Als leerkracht kunt u nagaan of de leerling woorden met de *eu\ *ie\ *ij\ *oe\ 'ou\ 'ui' of
'uw' correct schrijft. Tracht zoveel mogelijk te observeren. Let vooral op lipbewegingen, het schrijftempo, het verkorten van de schrijfhandeling ... •
Dicteer de woorden zonder auditieve analyse. Articuleer correct en dicteer de woorden zo dat het tempo voor elke leerling haalbaar is.
Woorddictee
1.
dief
6.
reus
2.
noem
7.
riem
3.
geur
8.
ruim
4.
luik
9.
bouw
5.
wijk
10.
ruw
Zinnendictee
206
© Uilgmrij Awriodt, 2009
1.
Ik duw mijn vriend van de fiets.
2.
Kies maar een poes uit het nest.
3.
De boer bouwt een schuur en een huis.
4.
De deuk in de kar is een fout van jou.
5.
De bloem zorgt voor veel kleur in de tuin.
6.
Huil maar niet, het komt goed.
7.
Speel niet ruw, soms doe je mij pijn.
8.
Tijs ziet een scheur in de broek van Wout.
9.
Mijn buik doet pijn, ik kijk wel naar jou.
10.
Pap giet wijn en bier in het glas van de twee.