ENERGIE Actueel
Tips
voor de redactie? Tips voor de redactie? De redactie verwelkomt tips en onderwerpsuggesties van de lezers. Ook wil de redactie graag persberichten en overige van belang zijnde mailings ontvangen. Zie het colofon op pagina 8 voor het redactieadres.
Dinsdag 10 april 2012, jaargang 15, nummer 5
Energie Actueel verschijnt eenmaal per drie weken - Oplage: 5.500
Abonnementen op aanvraag. Losse nummers € 6,50
Gouden jaren van zonne-energie zijn in Duitsland voorbij
Bram Poeth (Eneco Shared Energy Services) in serie
Tim van der Hagen, directeur Reactor Instituut Delft
New York City investeert in windparken
Chinezen nemen verliesgevende PV-bedrijven over
‘Energie moet voor onze kinderen geen issue meer zijn’ 3
‘Over honderd jaar moet nucleaire energie niet meer nodig zijn’ 5
Metropool wil windturbines plaatsen binnen de stadsgrenzen en voor de kust
2
Deense praktijktest met ‘brein’ in smart grid Partners in het Deense elektriciteitsbedrijfsleven hebben een tot optimisme stemmende proef op werkelijke schaal uitgevoerd met een zogenoemde celgenerator, het ‘brein’ in een intelligent net. De ontwikkeling heeft de partners, hoogspanningsnetbeheerder Energinet.dk en het energiebedrijf SE, zeven jaar intensief onderzoeksen demonstratiewerk gekost en volgens hen was de test in het gebied rond de plaats Holsted in het zuiden van Jutland de wereldwijde primeur van het systeem. Cheftechneut Per Lund van Energinet.dk vergelijkt de ontwikkeling van de celgenerator met die van de automatische piloot. “Daarmee moest ook eerst uitvoerig worden getest, voordat men durfde geloven dat het vliegtuig niet zou neerstorten.” Prototype Zo moet de celgenerator eraan bijdragen dat men straks vertrouwt dat het intelligente net van de toekomst de energievoorziening inderdaad automatisch overeind houdt. Tegen die achtergrond trok de test met het prototype in Denemarken internationaal de aandacht van onderzoekers. Het testgebied heeft een areaal van duizend vierkante kilometer en telt 28.000 huishoudens, instellingen en bedrijven. Qua energievoorziening telt het 47 grotere windturbines, vijf kleinere warmtekrachtcentrales en een net met twaalf transformatiestations op 60- en 10-kilovoltniveau. Lund: “Het was een lang en ingewikkeld stuk werk en we hebben onderweg veel geleerd van de fouten, maar nu hebben we een technologie die functioneert.” n
opgemerkt
Verdeeldheid over energieonderhandelingen lidstaten Europese Unie met derde landen Het voorstel van de Europese Commissie om nauw betrokken te worden bij energieonderhandelingen en -deals tussen afzonderlijke EU-lidstaten en derde landen ligt moeilijk bij een aantal grotere landen van de Unie. Zij zijn van oordeel dat inmenging van Brussel in hun onderhandelingen met derde landen over bijvoorbeeld olie- en gasleveringen hun nationale belangen kan schaden. DOOR JAN SCHILS, BRUSSEL Daarom bestaat de kans dat het Commissievoorstel uiteindelijk afgezwakt zal worden, zodat het voor een meerderheid van de lid-
staten aanvaardbaar is. Vervolgens zal ook het Europees Parlement, waar eveneens verdeeldheid heerst, een eventueel akkoord nog moeten goedkeuren. Binnen de Europese Unie wordt al sinds begin jaren
‘90, zowel op politiek niveau als op dat van de grote energiebedrijven, gediscussieerd over de noodzaak van een gemeenschappelijk extern energiebeleid. Deze discussie heeft in zoverre resultaat opgeleverd, dat de Europese Raad van regeringsleiders en staatshoofden in het voorjaar van 2011 twee besluiten in die richting nam. Afstemmen De 27 lidstaten kregen de opdracht
hun externe energieactiviteiten beter af te stemmen met de Europese Commissie. Tevens werden zij verzocht om vanaf 1 januari van dit jaar ‘Brussel’ in kennis te stellen van al hun nieuwe en bestaande bilaterale energieovereenkomsten met derde landen. Dit laatste werd inmiddels in een Commissievoorstel gegoten voor een doeltreffend en verplicht systeem voor (volledig vertrouwelijke) informatie-uitwisseling. Het voorstel voorziet ook in een actieve
6
rol voor de Europese Commissie, wanneer EU-lidstaten met derde landen over wederzijdse energieovereenkomsten onderhandelen. Momenteel bestaan er ongeveer dertig van dergelijke overeenkomsten tussen EU-lidstaten en derde landen over olieleveringen en een zestigtal over gasleveringen. Op het vlak van elektriciteit is dat veel minder het geval. De discussie wordt ook beïnvloed door het feit dat Rusland momenteel de belangrijkste energieleverancier is van de Unie en dat daarin binnen afzienbare tijd geen verandering komt. Anderzijds is Rusland evenzeer afhankelijk van de grote Europese markt. Lees meer op pagina 7 n
Zweden schroeft investeringen in netten op De Zweedse hoogspanningsnetbeheerder Svenska Kraftnät (SVK) schroeft de komende twee jaar (2013-2015) de investeringen fors op. In totaal steekt het bedrijf in die periode 1,8 miljard euro in de transmissievoorzieningen, zo blijkt uit het nieuwe programma voor de korte termijn. Het investeringsvolume van SVK groeit snel, constateert directeur-generaal Mikael Odenberg in de toelichting daarbij. Er zijn meerdere redenen voor de geïntensiveerde aanpak van de hoogspanningsnetten. Behalve de klimaatpolitieke ambities, die moeten uitmonden in een jaarlijkse windkrachtproductie van 30 terawattur per 2020, gaat het daarbij om capaciteitsuitbreiding van de kerncentrales en de wens om de transmissiecapaciteit naar het zuiden van Zweden op te krikken.
Duurzaam zwembad De gemeente Zwolle bouwt momenteel aan het meest duurzame zwembad van Nederland. Er zijn tal van energiesparende maatregelen. Doordat de Rc-waarde (ofwel de warmteweerstand) tot 5 is verhoogd, is omgerekend niet meer dan 150.000 m3 gas per jaar nodig. Het complex wordt verwarmd met een houtsnippercentrale van een megawatt, die ook door een school en bedrijven in de buurt wordt gebruikt. De houtsnippers komen vrij bij het groenonderhoud in een straal tot dertig kilometer rondom Zwolle. n
Flessenhalzen Als de zogenoemde ‘flessenhalzen’ tussen het noorden en zuiden eenmaal zijn weggewerkt, kan ook de opdeling van de Zweedse
markt in vier prijsgebieden worden opgeheven. Deze opdeling werd november vorig jaar een feit, als uitvloeisel van een besluit van Brussel. Zweden werd daarbij een verbod opgelegd om de stroom in tijden van tekorten voor zichzelf te houden ten nadele van de naburige Deense markt. De integratie van de markt – dan wel verbeterde herintegratie - staat hoog op de agenda bij zowel de politiek als SVK en niet alleen vanuit nationale optiek. Het Zweedse net moet ook worden klaargestoomd voor de uitwisseling van productie met de rest van Europa. Hoe snel de investeringsinspanningen van SVK groeien blijkt hieruit, dat in de periode 2000-2008 per jaar nog geen 100 miljoen euro werd uitgegeven. Pas vorig jaar en dit jaar stegen de investeringen dik boven 200 miljoen euro. In 2013 zal al een kleine half miljard euro worden besteed. n
Energ ieleveranciers worden gecon fronteerd me t miljoeneninvesterin g
Nieuwe regels voor één Europese betaalmarkt Op 1 februari 2014 behoren nationale betaalmarkten tot het verleden en treedt één Europese betaalmarkt (SEPA, Single Euro Payments Area) in werking. Voor energieleveranciers betekent deze omslag een miljoeneninvestering, zegt Marinus van Tol. Hij vertegenwoordigt Energie-Nederland in de Taskforce SEPA, die nauw samenwerkt met De Nederlandsche Bank bij het implementatieproces. Voor consumenten moet het opheffen van het onderscheid tussen binnenlands en grensoverschrijdend betalingsverkeer in de Eurozone er sneller, goedkoper en veiliger op worden. Zij kunnen straks buitenlandse betalingen via de bank op
dezelfde manier verrichten als binnenlandse betalingen. Maar voor grootverbruikers van betaalproducten, zoals energieleveranciers of verzekeringsmaatschappijen betekent SEPA een ingrijpende wijziging in klant- en facturatiesystemen, zegt
Van Tol. “Het is een operatie waarvoor maar betrekkelijk weinig tijd is om die uit te voeren. Het is nog te vroeg om een exacte kostenraming te geven, maar de verwachting is dat deze verplichte exercitie zal lopen in de miljoenen euro’s. Ook in tijd zal het veel van de energiebedrijven vragen. Er zijn nu al ramingen die uitgaan van meer dan 50.000 mensuren. Kortom, een majeure ingreep.” Absolute datum Van Tol: “Aan de data van invoering
van één Europese betaalmarkt kan niet worden getornd. Deze zijn begin dit jaar door het Europees Parlement, de Europese Raad en de Europese Commissie vastgesteld en gelden als absoluut. Uiterlijk dan moet de migratie van nationale betaalsystemen en betaalinfrastructuur - overschrijvingen en automatische incasso’s - naar Europese standaarden zijn afgerond. De grootverbruikers, waaronder de energieleveranciers moeten al per 1 juni 2013 over zijn.”
Van Tol verwacht dat de migratie voor energiebedrijven extra complex wordt, doordat op 1 april volgend jaar het verplichte leveranciersmodel bij kleinverbruikers van energie in werking treedt. “Vanaf die datum zijn energieleveranciers het centrale aanspreekpunt voor kleinverbruikers en verloopt de facturering van het energietransport niet meer via netbeheerders, maar via het energiebedrijf.” Lees meer op pagina 4 n
ECONOMIE Financiën 2
30/03
29/03
27/03
28/03
25/03
26/03
23/03
24/03
21/03
22/03
19/03
20/03
17/03
18/03
15/03
16/03
56 54 52 50 48 46 44 42 40
Cal-14
Cal-15
APX TTF Day-Ahead Index & Volume
26.00 25.00
17/08
15/08
16/08
12/08
11/08
10/08
09/08
05/08
08/08
03/08
04/08
02/08
01/08
29/07
23.00
DOOR PETER WESTHOF E.On leed vorig jaar een verlies van ruim 2,2 miljard euro, het eerste verlies in de historie van het energieconcern. De winstval werd vooral veroorzaakt door de kosten voor het sluiten van kerncentrales in Duitsland en een belastingheffing op nucleaire energie. Om 9,5 miljard euro aan kosten te besparen, gaat E.On wereldwijd 11.000 banen schrappen, waarvan 6.000 in Duitsland, zo werd in januari bekend. E.On moet flink reorganiseren, omdat de Duitse overheid in 2022
de laatste kerncentrale wil sluiten. In 2011 kromp het banenbestand van E.On al met 7 procent naar zo’n 79.000 man personeel. De gedwongen sluiting van een aantal Duitse kerncentrales had een negatieve invloed van 1,5 miljard euro op de resultaten van E.On. De belastingheffing op nucleaire energie kostte het bedrijf 1 miljard euro. Maar E.On-topman Johannes Teyssen denkt nu dat het ergste achter de rug is, zei hij tijdens de presentatie van de jaarcijfers. Hij voorziet dat het bedrijfsresultaat dit jaar toeneemt tot tussen 9,6 en 10,2 miljard euro, van 9,3 miljard in 2011.
Een positief punt is dat E.On weer fors gaat investeren. Het bedrijf wil de komende vijf jaar 7 miljard euro in hernieuwbare energie investeren. Daarvan gaat 2 miljard euro naar offshore windparken in Duitsland, Engeland en Zweden. De resultaten van E.On over 2011 lagen in de lijn van de verwachtingen van analisten en beleggers. Na een dieptepunt in 2011 krabbelt het aandeel op de Duitse beurs langzaam weer op. Volledige overname Een ander positief signaal is het nieuws dat GDF SUEZ de onderneming International Power volledig wil overnemen. De Frans-Belgische energiegroep heeft dit Britse energiebedrijf sinds augustus 2010 al voor 70 procent in handen. GDF SUEZ wil voor de volledige overname 7,2 miljard euro op tafel leggen, zo werd op 29 maart bekend. Een
TTF Gas Day-Ahead • Laagste prijs deze periode: 22,40 €/MWh (26/3), hoogste prijs: 24,96 €/MWh (20&21/3) • Het hoogste dag volume was 92.232 MWh (22/3), het laagste 1.128 MWh (weekend 31/3-1/4)
30/03
31/03-1/04
28/03
27/03
26/03
24-25/03
23/03
22/03
21/03
20/03
27
5.000.000
26
4.000.000
25
3.000.000
24
2.000.000
23
Volume Win-12
WDNW 09-Apr-12 Cal-13
May-12 Cal-14
30/03
29/03
28/03
27/03
23/03
26/03
22/03
21/03
20/03
19/03
15/03
16/03
1.000.000
Base Index (M/MWh)
19/03
16/03
17-18/03
15/03
14/03
13/03
29/03
28
22
Q3-12 Cal-15
138 136
Q3-12
CAL-13
CAL-14
29/03
26/03
22/03
19/03
15/03
134
May-12
weinig genereus gebaar, want het bod van 390 pence per aandeel lag nauwelijks 2 procent boven de laatste slotkoers van International Power. Het aandeel schoot 5,6 procent de hoogte in tot 405 pence, een bewijs dat de huidige aandeelhouders het bod aan de magere kant vonden. “Een volledige integratie van International Power en GDF SUEZ zou beide bedrijven ten goede komen en zou International Power de mogelijkheid bieden om haar groeistrategie te versnellen”, stelde GDF SUEZ in een persbericht. GDF SUEZ moet nu uiterlijk 26 april aan de Britse beursautoriteiten laten weten of het al dan niet een officieel bod zal uitbrengen op de resterende aandelen. Waterdivisie Een andere overname vindt mogelijk plaats bij Veolia Environment. Diverse partijen, waaronder de inves-
Prijzen meeste front contracten TTF omhoog • €/MWh: WDNW 9-Apr-12: 24,88 (+1,66) Mei-12: 25,24 (+0,79) Q3-12: 25,38 (+0,80) Win-12: 29,00 (+0,46) Cal-13: 27,52 (-0,02) Cal-14: 27,37 (-0,20) Cal-15: 27,22 (-0,32) • Hoogste dagvolume: 2.060.160 MWh (23 maart) Wood Pellets indices overwegend omlaag • €/MT: Mei-12: 131,35 (-1,22) Q3-12: 131,24 (-0,71) Cal-13: 135,86 (-0,17) Cal-14: 137,60 (+0,17) Cal-15: 139,28 (+0,20)
ENDEX Wood Pellets - Basislast Index
140
CAL-15
E.On: na dramatisch jaar gaat de zon weer schijnen E.On heeft een dramatisch jaar achter de rug, werd half maart bij de presentatie van de jaarcijfers nog eens duidelijk. E.On verwacht dat 2012 een beter jaar zal worden en heeft weer investeringen aangekondigd. Dit optimisme wordt onderschreven door overnamenieuws bij twee andere bedrijven in de energiesector: International Power en het veelgeplaagde Veolia Environment.
Prijzen Power NL allemaal gedaald • €/MWh: Wk 15-12: 43,50 (-0,40) Mei-12: 44,25 (-0,59) Q3-12: 46,73 (-1,15) Cal-13: 52,57 (-0,41) Cal-14: 52,33 (-0,10) Cal-15: 52,46 (-0,28) • Hoogste dagvolume: 983.040 MWh (13 maart)
APX TTF DAY-AHEAD INDEX
ENDEX TTF Gas - Basislast Index & Volume
14/03
Volume (MWh)
21.00
Spot elektriciteit: prijs daalt, volume neemt toe • Het gemiddelde dagvolume steeg van 121.550 MWh naar 134.500 MWh • De gemiddelde prijs daalde van 48,14 €/MWh naar 43,95 €/MWh. • Hoogste volume: 157.530 MWh (28/3) • Hoogste prijs: 50,05 €/MWh (20/3)
20.00
6.000.000
Base Index (e/MT)
22.00
M/MWh
24.00
7.000.000
0
Prijs (EUR)
30/03
28/03
Cal-13
29/03
27/03
23/03
26/03
22/03
21/03
19/03
16/03
14/03
20/03
Q3-12
Base Index (M/MWh)
13/03
14/03
11/03
12/03
13/03
12/03
15/03
May-12
Volume MWh (Flow Day)
Gunstige prijzen Volgens financiële analisten kopen de Chinezen zich graag voor gunstige prijzen in in Europese infrastructuur en ondernemingen. Ze benutten de Duitse toptechnologie en de voordelen van de lage productiekosten in eigen land. Onderdelen voor solarinstallaties worden in China gemaakt en naar Europa geëxporteerd. De meeste productiewerknemers in Duitsland hebben daar dus weinig aan, alleen de installateurs. De overkoepelende organisatie van de Duitse zonne-energie-industrie vreest dat er 30.000 arbeidsplaatsen verloren zullen gaan. Een grote overnamegolf ziet experts als Wolfgang Hummel van het centrum voor solaronderzoek in Berlijn echter niet gebeuren. “De Chinezen kopen niet ‘blind’, alleen omdat het gunstig is.” Antidump Overigens heeft ook Amerika grote problemen met goedkope importen van solarinstallaties uit China. Daar heeft men nu een anti-subsidiebelasting van ongeveer 5 procent ingevoerd voor import van zonnecellen en –modules. De Amerikaanse solarbranche had echter op 20 tot 30 procent gerekend. Die pleit daarnaast nu voor een ‘ antidump belasting’. Frank Asbeck van Solarworld in Duitsland, die ook in Amerika actief is, hoopt nu dat goed voorbeeld goed doet volgen. In Duitsland wordt inmiddels 50 procent van de solarinstallaties uit China geïmporteerd. n
100.000 90.000 80.000 70.000 60.000 50.000 40.000 30.000 20.000 10.000 0
12/03
Gewend als ze zijn aan de forse subsidies hebben de producenten van zon-PV-installaties het in Duitsland nu zeer moeilijk. Behalve met fors lagere subsidies voor de gebruikers hebben ze ook met overcapaciteit en dumpprijzen van met name Chinese bedrijven te maken. Sommige staan op de rand van de afgrond, enkele hebben de vlag al gestreken. Er zijn tekenen dat Chinese bedrijven en investeringsgroepen niettemin geïnteresseerd zijn in overnames. LDK Solar, dat zijn hoofdkantoor in New York heeft, is al bezig het Duitse Sunways uit Konstanz over te nemen, dat in 2011 meer dan 10 miljoen euro verlies leed. Intussen vallen ook andere namen.
10/03
Volume (MWh)
Chinezen nemen verliesgevende PV-bedrijven over
Wk 15-12
13/03
Storm lopen Het riante subsidiebeleid heeft ook lang genoeg geduurd. Daar-
Volume
M 98 M 92 M 86 M 80 M 74 M 68 M 62 M 56 M 50 M 44 M 38 M 32 M 26 M 20
AVG Base PRIJS (EUR)
ENDEX Power NL - Basislast Index & Volume
1.000.000 900.000 800.000 700.000 600.000 500.000 400.000 300.000 200.000 100.000 0
27/07
Waarschuwingen Experts waarschuwden enkele jaren geleden al dat dit bedrag in 2035 tot boven de 100 miljard euro zou stijgen als er geen maatregelen werden
VOLUME (MWH)
28/07
43 eurocent per kilowattuur kregen de bezitters van solarinstallaties in het begin voor de stroom die ze zelf niet nodig hadden en aan de energiebedrijven afstonden. Voor wat ze zelf gebruikten, kregen ze zelfs nog een bonus. En dat alles voor twintig jaar gegarandeerd, zij het dat het subsidiebedrag jaarlijks met 5 procent werd verminderd. Intussen zijn al tientallen miljarden aan subsidies toegezegd.
genomen, want de interesse van de Duitsers nam met de dag toe. Vermindering van de subsidies met 30 procent werd noodzakelijk geacht. Voor nieuwe zon-PV-installaties lijken kortingen tussen 20 en 30 procent, al naar gelang de grootte van de installaties, nu vrijwel zeker. Daarnaast wordt straks nog maximaal 85 tot 90 procent van de teruggeleverde zonnestroom vergoed. De bonus voor wat de zonopwekkers zelf gebruiken vervalt. De parlementen in Duitsland moeten daar officieel nog hun goedkeuring voor geven, maar op de ministeries wordt daaraan niet meer getwijfeld.
12/03
DOOR JAN VAN HOOF, FRANKFURT
bij speelden de producenten van zonne-energie als sterke lobbyisten een belangrijke rol. Zij hebben ook veel meer te verliezen dan de gebruikers. Jarenlang hebben ze fors verdiend, met winstmarges die vaak boven de 40 procent lagen. Dank zij de forse subsidies konden ze de prijzen hoog houden en konden de gebruikers zich als particuliere stroomproducenten wel wat veroorloven. Zelfs toen de korting van de subsidies dreigden, liepen ze nog storm bij het sterk gegroeide aantal producenten. Vorig jaar nog werd 7.500 megawatt aan nieuwe zoncapaciteit geïnstalleerd, een record. De regering had met 3.500 MW rekening gehouden. In totaal is in Duitsland nu voor ongeveer 25.000 MW aan zon-PV geïnstalleerd. Alleen al dit jaar wordt daarvoor weer rond de 7 miljard euro aan subsidie betaald. En dat voor een energievorm die slechts 2 tot 3 procent aan de Duitse stroombehoefte bijdraagt. n
APX Markt Ontwikkeling 10/03/2012 t/m 30/03/2012 (EUR/MWh)
180.000 160.000 140.000 120.000 100.000 80.000 60.000 40.000 20.000 0
Volume (MWh)
Dankzij genereuze subsidies beleefden producenten en gebruikers van zonne-energie-installaties in Duitsland jarenlang gouden tijden. Maar die lijken definitief voorbij nu de Duitse regering heeft besloten om de geldkraan fors dicht te draaien. De vergoeding die zonne-energieproducenten krijgen, is zelfs voor de Staat niet meer te betalen.
Marktontwikkeling APX-ENDEX – 10-03-2012 / 01-04-2012
Volume MWh
Gouden jaren van zonne-energie zijn in Duitsland voorbij
Energie Actueel, jaargang 15, nr 5 • dinsdag 10 april 2012
teringspoot van de zakenbank Goldman Sachs, hebben interesse in de Engelse divisie van Veolia, zo meldde de Financial Times. Deze divisie levert water aan de hoofdstad Londen en het zuidoosten van Engeland. Het is niet duidelijk wie de andere geïnteresseerden zijn. Veolia Environment heeft, net als E.On, een zwaar 2011 achter de rug. Twee winstwaarschuwingen waren hiervoor verantwoordelijk. Het aandeel van Veolia lag er vorig jaar ook heel zwak bij. Het verloor de helft van zijn waarde op de Franse beurs. Veolia moest het dividend ook reduceren en dat was ook niet bevorderlijk voor de prestatie van het aandeel. In augustus maakte het bedrijf bekend zich uit een groot aantal landen terug te trekken. 2012 ziet er voor het voormalige Vivendi Environment voorlopig anders uit, afgelezen aan de koers van het aandeel. Dat zit weer in de lift. n
Best en slechtst presterende beursfondsen periode 12 maart t/m 2 april 2011 Best presterende
in %
International Power
11,02%
E.On
5,54%
Veolia Env
2,95%
RWE
0,56%
Scottish & Southern
0,15%
Minst presterende
in %
Iberdrola
-2,77%
Enel
-3,17%
National Grid Group -3,67% Gasnatural - Union Fenosa
-3,81%
Endesa
-3,99%
SERIE Fresh energy
Noodzakelijke aanleg hoogspanningsnetten loopt stroef in Europa Roep om actie van Europese netbeheerders klinkt steeds luider (Pagina 6)
3
Energie Actueel, jaargang 15, nr 5 • dinsdag 10 april 2012
B ram Poe th , directeur Eneco S hared Energy Solutions
‘Energie moet voor onze kinderen geen issue meer zijn’ “Als kind wilde ik ondernemer worden, net als mijn vader en grootvader. Het familiebedrijf overnemen. We hadden een machinefabriek naast huis, waar silo’s gemaakt werden voor boeren. Ik speelde daar op zaterdagen en ging met mijn oom de bestelbusjes voltanken bij ons eigen tankstation. Prachtig. Om die reden ben ik economie gaan studeren in Rotterdam. Kwam goed van pas voor het werk in ons familiebedrijf. De machinefabriek was toen al verkocht, en mijn vader runde een industriële wasserij. Pionieren, met zes man de tent opbouwen. Toen was het een van de grotere wasserijbedrijven in Limburg. Het leuke was het innovatieve. Wij waren één van de eerste in Europa die begonnen met barcode labels in kleding en hadden een heel modern sorteersysteem ontwikkeld. Ik heb er vijf jaar gewerkt en dacht toen: het is niet helemaal mijn plek, ik ben meer de man van de grote bedrijven. Dat was een moeilijk besluit, want je bent toch heel loyaal aan je familie.” DOOR SANDER SCHILDERS “Ik heb de zaak netjes afgewikkeld; de wasserij is op een vrijdag verkocht en op maandag begon ik bij Q8 als investment analist. In de olie, net als de wasserijbusiness erg energiegedreven. De energiebusiness trok me wel. Energie is een basisbehoefte in een mondiale sector waar veel geld in omgaat en veel mogelijkheden zijn om je te ontplooien. Q8 is een hartstikke leuk bedrijf en ik heb er veel geleerd, maar de oliesector is uiteindelijk niet heel innovatief. De producten die we destijds vermarkten zijn vandaag de dag weinig anders. Na een paar jaar werd ik gevraagd om sales manager bij Eneco te worden. Ik dacht: oh nee, het oude GEB, het nutsbedrijf. Waar begin ik aan? Ik ben eerst met een paar mensen uit de organisatie gaan praten om gevoel te krijgen of de cultuur bij me paste. Ik had meteen een klik met de mensen die ik sprak. En beter: er was veel ruimte om te pionieren. Dat sprak me enorm aan. Het was 2002, de zakelijke markt was net geliberaliseerd en energieafnemers kregen een vrije keuze om hun leverancier te kiezen.”
‘Ik verwacht dat het met decentrale opwekking rap gaat’ Werken in de hipste markt “Het was de cowboytijd. Lekker op pad naar klanten. Ik had al van alles gedaan – investment analyses en in het familiebedrijf de financiën en de productieleiding -, maar sales nog niet. Als je in een commerciële organisatie naar de top wil, moet je eigenlijk wel iets met sales gedaan hebben, vind ik. De BtB-markt was nieuw en in ontwikkeling. De wholesalemarkt en tradingdiscipline werden van nul af aan opgebouwd. Ik was de wasserij gewend met een omzet van een paar miljoen euro en daar moest je heel hard voor werken. In de BtB-markt waren dat soort bedragen aan de orde van de dag bij verkoopdeals”.” Risico’s nemen en afdekken “In het begin was het vooral structureren, logisch nadenken. Er was niets waar je aan kon refereren. Dus je moest vooral je boerenverstand gebruiken. We waren vooral aan het leren. De BtB-energiemarkt lijkt erg op de bankenwereld. Je bent voortdurend bezig met het ontwikkelen van nieuwe financieel getinte producten en diensten.
Om je klanten van dienst te zijn, maar ook om risico’s af te dekken. Zeker voor Eneco was dat toen van belang. We hadden geen eigen elektriciteitsproductie, en waren dus afhankelijk van de inkoop bij derden. Zonder productie konden we het nooit op prijs winnen. We moesten het hebben van allerlei innovatieve en intelligente producten en diensten. Het maakt dat je veel meer toegevoegde waarde hebt dan bij het verkopen van een kopieermachine. Platte verkoop heeft mij nooit getrokken, maar dit boeide mij wel. Met die productontwikkeling leer je ontzettend veel over de waardeketen van deze sector. Al die fases die de energiesector van nuts naar markt heeft doorgemaakt heb ik meegemaakt, en van niets mee opgebouwd tot een goed werkend businessmodel.”
gaan beschikken over hun energiehuishouding. Je ziet het ook in de zakelijke markt, daar willen klanten dat wij energie op een andere wijze gaan benaderen. Dat je gaat meedenken in hoe klanten in hun bedrijfsvoering onafhankelijker kunnen worden van fossiele brandstoffen en meer kunnen besparen. Als de energiebedrijven niet in dit gat springen, gaan start-
ups, installateurs of bouwbedrijven dat wel doen. Stilzitten is dus geen optie. De winnaars zijn degenen die een andere koers hebben durven nemen dan hun concurrenten. En bij een nieuwe koers moet je uitgesproken durven zijn. Dan hoef je niet meer alles te willen leveren waar de klant om vraagt. Dat klinkt klantonvriendelijk, en ik ben absoluut een klantman, maar wij maken een duidelijke keuze en zeggen: ‘kolen en kern doen we niet en als je het wil, is er vast een concurrent die je daarin kan voorzien’. Wij investeren om dichter bij de klant te komen. Fysiek contact maken in plaats van alleen ‘above the line’ campagnes. Partnering, cocreatie. We zijn bezig met businessmodellen waarin
Ze zijn jong en ambitieus en geven mede richting aan een duurzame, betrouwbare en betaalbare energievoorziening van de toekomst. Wat drijft deze nieuwe lichting medewerkers van energiebedrijven en netbeheerders? Waarom hebben ze voor deze dynamische sector gekozen? En hoe geven zij op hun terrein vorm aan oplossingen voor de essentiële energievraagstukken? In deze serie laat Energie Actueel de aanstormende top van de Nederlandse energiesector aan het woord over hun werk, hun doelen en hun visie op het energielandschap van straks. In dit tweede deel Bram Poeth van Eneco. n
tuinders op afstand hun wkk laten afschakelen of opschakelen door ons. Daardoor hebben wij in plaats van dat we een grote centrale bouwen een virtuele centrale tot onze beschikking die bestaat uit tientallen installaties. Dit soort compleet andere businessmodellen had ik me tien jaar geleden nooit kunnen voorstellen. Nu zie je dat het kan.”
‘De klant en technologie gaan zorgen dat de energiesector er anders uit komt te zien’ Duurzaam, decentraal, samen “Mijn nieuwe club Eneco Shared Energy Solutions is de verbindende schakel van onze bedrijfsonderdelen die zich met allerlei duurzame energieoplossingen bezighouden. Bruggen bouwen om de strategie duurzaam, decentraal en samen te verwezenlijken. We zijn met een aantal prachtige projecten bezig. Neem het energieneutraal maken van de Rotterdamse wijk Heijplaat, een project dat we samen met het WNF doen. Een van de moeilijkste wijken van Nederland om te verduurzamen, dus als het ons daar lukt, lukt het overal. We zijn onlangs ook begonnen met een grootscheepse actie om consumenten een totaalproduct rondom zonnepanelen aan te bieden. Het is voor de meeste klanten nog steeds een hoop gedoe om een zonnepaneel aan te schaffen, te financieren en te installeren. Dat gaan wij allemaal regelen. We ontzorgen onze klanten volledig. Voor de vastgoedsector en woningcorporaties hebben we ook een mooie variëteit aan producten ontwikkeld: de energy service companies, afgekort Esco’s. Daarmee gaan we, eerst in Nederland en later in België, samen met klanten energie besparen. Daar verdienen we samen aan. En neem het stoomnetwerk dat we in het Rotterdamse industriegebied gaan aanleggen. Bedrijven kunnen daarmee van stoom worden
Van snelle jongen naar groene speler “Vanaf mijn komst bij Eneco tot 2008 hebben we in het BtB-segment een forse marktgroei doorgemaakt. Toen kwam de crisis eraan. Veel van onze klanten schakelden af of gingen plotseling veel minder energie afnemen. Dat risico zit dan ineens in jouw portfolio, want jij hebt de energie al ingekocht. Dat heeft voor behoorlijke schade gezorgd. En wij zijn als een van de weinigen die risico’s gaan inperken. We hebben klanten laten gaan, omdat we er niets meer aan verdienden. Het was ‘high risklow return’ business geworden. Maar het gaf ook een belangrijke aanzet om het roer bij Eneco om te gooien, naast het gegeven dat we ook merkten dat klimaatproblematiek en verduurzaming een steeds groter maatschappelijk fenomeen werden. Voor consumenten en bedrijven. Zo is eigenlijk de nieuwe Eneco-strategie van duurzaam, decentraal en samen ontstaan. We werken niet met kolen- of kerncentrales, we waren en zijn marktleider in stadsverwarming en wind, en hadden een stevige positie in warmtekracht. Dat is allemaal niet bewust zo gekomen, maar op een dag denk je: Eneco is eigenlijk al helemaal goed gepositioneerd om een volledig duurzame energiespeler te worden.” De klant bepaalt “Energiebedrijven denken nog vaak dat de markt wel naar hen luistert. Wij wisten altijd goed wat iedereen nodig had, maar dat vertrouwen krijg je niet meer vanzelfsprekend. De klant – en de technologie – zijn de belangrijkste drijfveren tot verandering. Klanten kunnen en willen meer zelf
De toekomst van de energievoorziening
voorzien, dat bij andere bedrijven overblijft en we willen ook de Rotterdamse stadverwarming meer verduurzamen met restwarmte van de industrie. Daarmee realiseren woningbouwverenigingen weer een labelsprong in hun woningbestand. En zo denk je in ketens en vanuit klantbehoefte, in plaats van de traditionele commodity-push.” Een mooie ambitie “Als je me tien jaar geleden had gezegd dat de energiewereld en Eneco er vandaag zo uit zouden zien, dan had ik je niet geloofd. Er is onvoorstelbaar veel veranderd en er staat nog heel veel te wachten. Nu staan we aan de vooravond van een transitie van fossiel naar duurzaam en van centraal naar decentraal. Ik verwacht dat het met decentrale opwekking snelgaat: over tien jaar zo’n 20-30 procent van het totale productiepark en een nieuwe miljardenmarkt. Dan gaat het niet alleen om assets, maar vooral om diensten waar heel veel nieuwe business uit gaat komen. Dat gaat het karakter van de energiewereld drastisch veranderen. Er ontstaat veel meer verbinding met andere industrieën, er komen webshops, informatietechnologie maakt alles veel toegankelijker. Je gaat alles weten van je huis, je wordt veel meer ontzorgd in je energie-ideeën dan je nu denkt. Het is natuurlijk geweldig om die transformatie vanuit Eneco mee te maken en mede vorm te geven. Maar mijn ambitie is om over tien jaar een stapje verder te zijn. Ik wil impact kunnen hebben op de dingen die om ons heen gebeuren. Ik streef naar een energievoorziening waar onze kinderen en kleinkinderen van zeggen: ‘ja, dat hebben jullie goed gedaan’, in plaats van te moeten uitleggen waarom we niet voldoende stappen richting duurzaam hebben genomen en zijn blijven hangen in kolencentrales. Dat energie geen onderwerp meer is, omdat er geen geopolitieke en klimaatproblemen meer zijn. Onze kinderen moeten energie helemaal geen issue meer vinden. Energie is er gewoon en iedereen werkt daaraan mee. Punt. Is dat geen mooie ambitie?” n
CV Bram Poeth
Bram Poeth (Eneco): “Ik streef naar een energievoorziening waar onze kinderen en kleinkinderen van zeggen: ‘ja, dat hebben jullie goed gedaan’.”
1969: geboren in Eindhoven 1987: diploma gymnasium Henric van Veldeke College Maastricht 1995: diploma bedrijfseconomie Erasmus Universiteit Rotterdam 1993 - 1998: financieel directeur Pro Lease International 1998 - 2001: marketingmanager bij Kuwait Petroleum Benelux 2002 - 2005: manager sales bij Eneco 2006 - 2011: directeur Eneco Business 2011 - heden: directeur Eneco Shared Energy Solutions n
BINNENLAND Nieuws 4
Energie Actueel, jaargang 15, nr 5 • dinsdag 10 april 2012
Invoering van SEPA: ingrijpend en kostbaar Vervolg van pagina 1 De invoering van een Single Euro Payments Area (SEPA) op 1 februari 2014 betekent een ingrijpende en kostbare operatie voor bedrijven die met betaalproducten werken. Grotere energiebedrijven met meer dan 4 miljoen incasso-opdrachten per jaar moeten al op 1 juli 2013 hun betaalsystemen en –infrastructuur hebben omgezet, zegt Marinus van Tol die de implementatie van SEPA namens de energieleveranciers begeleidt. “Het MKB moet op 1 februari 2014 zijn klant- en facturatiesystemen hebben gemigreerd naar het nieuwe, Europese betalingsregime.” DOOR ALEXANDER HAJE Van Tol: “De invoering van SEPA betekent in de eerste plaats dat zowel de bankrekeningnummers van energieleveranciers als die van klanten worden vervangen door bankrekeningnummers met meer cijfers. Daarnaast worden ook alle betaal-
formaten waarin betaal- en incassoopdrachten die aan banken worden aangeleverd Europees gestandaardiseerd. Dat grijpt niet alleen in op klantsystemen, maar ook op boekhoudsystemen. Verder zal het huidige proces van automatische incasso veranderen. Er komt een verschil tussen de eerste keer dat er geld van
een klant wordt geïncasseerd en herhaalde incasso’s. Ook dat betekent organisatorisch en administratief een extra last voor energiebedrijven.” Communicatie De communicatie met klanten dient te worden aangepast. Digitale portals van bedrijven zullen de gewijzigde bankrekeningnummers moeten opnemen. En ook de procedures rond incassomachtigingen veranderen, zegt Van Tol. “Niet in de laatste plaats zal de communicatie richting medewerkers – denk aan de salarisadministratie – maar ook richting klanten in alle vormen waar een bankrekeningnummer op staat of ingevuld moet worden, ingrijpend moeten worden gewijzigd.”
Call centers Medewerkers van call centers zullen moeten worden geïnformeerd over SEPA. Denk bijvoorbeeld aan alle vragen die zij zullen krijgen van klanten over de nieuwe incassomachtigingen, zegt Van Tol. “Klanten kunnen straks kiezen uit een aantal mogelijkheden. Zij kunnen bepalen of ze een machtiging voor een aantal keren willen afgeven, voor een bepaald bedrag, maar
men kan zijn bank ook laten weten dat incasso’s uitsluitend afgegeven mogen worden aan een bepaalde partij. Dit zijn consumentbeschermende maatregelen die wij tot op heden niet kenden in Nederland.” Acceptgiro Nationale betaalproducten, zoals de acceptgiro, zullen met het van kracht worden van SEPA verdwijnen. Daarvoor zullen Europese be-
taalproducten in de plaats moeten komen, legt Van Tol uit. “Ook dat vraagt de nodige inspanningen van energiebedrijven. Terwijl de consument eigenlijk alleen maar is geïnteresseerd in zijn IBAN (International Bank Account Number, red.), betekent SEPA voor bedrijven een complete systeemreorganisatie. Alle techniek die achter SEPA schuilgaat, die zien klanten niet. Dat maakt deze operatie extra complex.” n
Proeftuin voor keukenenergie Een proeftuin voor innovatieve energiesystemen voor huishoudens. Bij het Energy Transition Center (Entrance) in Groningen worden bedrijfsleven, ondernemers en onderwijsinstituten bij elkaar gebracht om gezamenlijk te werken aan de energievoorziening van morgen. Vier onderzoeksruimtes zijn voor ondernemers, onderzoekers en studenten beschikbaar om te werken aan producten op het gebied van energieproductie, -distributie en -transport. De proeftuin maakt deel uit van de onlangs opgerichte Energy Academy, een nieuw instituut waar alle bestaande energieonderzoek, -opleidingen en afstudeerrichtingen van de Rijksuniversiteit Groningen en de Hanzehogeschool worden samengebracht. Het Entrance is een initiatief van de onderwijsinstellingen, BAM Infra, GasTerra, Gasunie en Imtech. n
2-daagse conferentie
OTC DERIVATENHANDEL EN CENTRAL CLEARING
Met praktijkgerichte parallelsessies toegespitst op Energy trading- & Financial markets
www.iir.nl/otc Keynote:
Toezicht:
Uw sprekers:
Patrick Pearson
TT Man
Miranda Haak
Infrastructure DG Internal Market
Sander van Leijenhorst
Mark Starmans
Head of Financial Markets Services, European Commission
De Nederlandse Bank AFM
Advocaat in Energiesector GasTerra
Nynke Geerts
Vereniging Energie-Nederland
Krijg inzicht in de impact van Europese financiële regelgeving op uw liquiditeitsrisico, kosten en procesinrichting 3 Anticipeer tijdig op EMIR, Dodd-Frank, MiFID 2 en CRD 4 en richt uw organisatie hierop in
Silver Sponsor:
Kennis Partner:
3 De eerste ervaringen van de CCP en clearing member selectie en het due diligence traject 3 Interactief debat: Hoe vertaalt u OTC regelgeving naar uw business? Datum: 30 en 31 mei 2012 | Locatie: Van der Valk Hotel, Breukelen
Kennis Partner:
INTERVIEW Kernenergie
Gratis meteropname per uur voor alle Zweedse huishoudens Meer inzicht bieden in stroomverbruik moet leiden tot energiebesparing (Pagina 6)
5
Energie Actueel, jaargang 15, nr 5 • dinsdag 10 april 2012
Tim van der H ag en , directeur R eactor I nstituut D el f t
‘Over honderd jaar moet nucleaire energie niet meer nodig zijn’ Het zal geen verbazing wekken dat Tim van der Hagen als hoogleraar Reactorfysica een warm pleitbezorger is van kernenergie. Toch laat de directeur van het Delftse Reactorinstituut zich heel genuanceerd uit over de toekomst van nucleaire energie. “Kernenergie is belangrijk om de overgang naar een duurzame energievoorziening te kunnen maken. Maar het zou niet goed zijn als we over honderd jaar nog steeds van kerncentrales afhankelijk zijn.” DOOR ALEXANDER HAJE Het sluiten van kerncentrales in Duitsland vindt Van der Hagen een besluit dat niet op rationele maar op emotionele gronden is gestoeld. Hij noemt het onverstandig dat Bondskanselier Merkel Duitsland afsnijdt van een belangrijk deel van zijn bestaande energievoorziening. Van der Hagen: “Wat zich vorig jaar in Japan voltrok was vreselijk, maar een soortgelijke ramp is in Europa ondenkbaar. Duitsland laat zich nu vooral leiden door irrationele motieven en dat kost het land heel veel geld.” Niets wijst erop dat de veiligheid van nucleaire centrales in Europa in het geding is, zegt Van der Hagen. Er is geen valide argument om tot sluiting van centrales over te gaan. “Alle 143 kerncentrales worden sinds medio
vorig jaar aan een stresstest onderworpen. Borssele heeft deze goed doorstaan. Als blijkt dat er centrales niet voldoen aan de veiligheidseisen – iets dat ik niet verwacht - dan zal dat consequenties hebben. De Europese Commissie zal de definitieve rapportage over de Europese stresstest in juni 2012 aan de Europese Raad presenteren.”
‘Het is een groot misverstand dat kernenergie duur is’ Onder druk Ook andere landen krabben zich na Fukushima achter hun oren en hebben de discussie over nucleaire centrales opnieuw aangezwengeld.
Maar dat zal volgens Van der Hagen niet het einde inluiden voor kernenergie. Wat wel zo is, zegt hij, is dat de bouw van nieuwe kerncentrales nu vertraging oploopt. “Besluiten worden minder snel genomen, Europese investeerders denken tien keer na omdat het investeringsklimaat een onzekere horizon biedt. En dat zet de realisatie van nieuwe projecten in veel Europse landen sterk onder druk. Dit in tegenstelling tot Azië en het Midden-Oosten. Daar wordt juist besloten om nieuwe kerncentrales te bouwen, omdat de prijzen van olie en gas steeds verder de hoogte ingaan. Beter is, zo redeneert men daar, om de energievoorziening in eigen hand te houden door zelf centrales te bouwen. Die worden daar nu letterlijk uit de grond gestampt.”
Vierde generatie kerncentrales over 20 jaar binnen handbereik Van der Hagen: “De ramp in Fukushima met kerncentrales heeft ook weer nieuwe inzichten opgeleverd. Het betrof hier oude centrales die vrij dicht naast elkaar zijn gebouwd. Een situatie die niet wenselijk is en niet vergelijkbaar met de wijze waarop wij in Europa centrales bouwen. In Frankrijk en Finland zijn nu zogenoemde derde generatie kerncentrales in aanbouw die volstrekt veilig zijn.” Er is een vierde generatie kerncentrale in zicht, zegt Van der Hagen. “Die is nu nog in ontwikkeling en zal naar verwachting over twintig jaar gerealiseerd kunnen worden.” Hij legt uit dat in centrales die nu gebouwd worden bij het kernsplijtproces uit uranium brokstukken worden geproduceerd die kortdragend radioactief zijn (250 jaar) en materiaal dat wel honderdduizenden jaren radioactief blijft. Van der Hagen: “Die ene procent langlevend radioactief materiaal kan in de vierde generatie kerncentrales worden verspleten in brokstukken die in theorie ‘slechts’ 250 jaar radioactief blijven. Dit betekent dat we straks in staat zijn om de tijdsduur van radioactief afval van honderdduizenden jaren terug te brengen tot zo’n vijfhonderd jaar. Daarnaast zijn deze nieuwe centrales in staat om ook het afval van oude centrales te verwerken en het uranium honderd keer beter te benutten.” n
Wat betekent die rem op kernenergie in Europa voor de energievoorziening? Van der Hagen: “Als je naar de perceptie kijkt en de nieuwbouwplannen van kerncentrales wereldwijd, dan zijn we - Duitsland en Japan uitgezonderd - qua ambitie weer terug op het oude niveau. Fukushima heeft de aandacht voor veiligheid van kerncentrales opnieuw versterkt. Bedrijven hebben nu hun handen vol aan het verbeteren van centrales, zodat er geen ruimte is voor nieuwbouwprojecten. In Duitsland heeft het besluit grote financiële gevolgen voor de energievoorziening, want er zal geïnvesteerd moeten worden in andere energiebronnen. Bovendien moet de infrastructuur worden aangepast aan de toekomstige situatie. Al met al zal de elektriciteit daardoor duurder worden, ook voor de energie-intensieve industrie in ons land. Toch zullen we alles op alles moeten zetten om de energievoorziening op peil te houden op een CO2-vriendelijke en betaalbare manier. En daarvoor blijft kernenergie een heel belangrijk middel.”
‘Rem op bouw nieuwe kerncentrales is uitgesproken slecht voor het milieu’
Tim van der Hagen, hoogleraar reactorfysica TU Delft: “Als we over honderd jaar nog steeds afhankelijk zijn van kerncentrales, dan hebben we gefaald met de energietransitie.”
Over Tim van der Hagen
Tim van der Hagen (1959) is decaan van de faculteit Technische Natuurwetenschappen en directeur van het Reactor Instituut Delft van de TU Delft. Hij bekleedt als hoogleraar de leerstoel Reactorfysica. Van der Hagen is onder meer lid van de Energieraad, lid van het topteam Energie en lid van de Gezondheidsraad. n
Raken we achterop met de energietransitie nu kernenergie onder druk staat? “Ik denk dat het uitgesproken slecht is voor het milieu. Het afschakelen van kerncentrales in Duitsland en de nog steeds groeiende vraag naar elektriciteit bemoeilijken de voortgang van de energietransitie. Eenderde van de stroom in Europa komt nu nog uit kerncentrales. Als er straks centrales worden gesloten, dan kunnen we die elektriciteit niet zomaar even vervangen door duurzame bronnen. Die zijn er gewoon niet. Met als gevolg dat er een groter beroep wordt gedaan op vervuilende kolencentrales die – naast het relatief schone aardgas – gewoon door zullen blijven draaien. Kortom, meer CO2-uitstoot, waardoor klimaatdoelstellingen ernstig in gevaar komen. We hebben juist nu tijd nodig om om te kunnen schakelen op duurzame
energiebronnen en die tijd moet je optimaal benutten. Kernenergie is de transitiebrandstof bij uitstek. Die geeft ons de tijd om duurzame bronnen te ontwikkelen en betaalbaar te maken. Uiteindelijk zal zonneenergie die duurzame behoefte grotendeels gaan invullen. Als we over honderd jaar nog steeds afhankelijk zijn van kerncentrales, dan hebben we gefaald met de energietransitie.” Betrouwbare overheid U zegt: kernenergie is nodig om die transitieslag te kunnen maken. Maar kun je niet veel beter investeren in energiebesparing dan miljarden uitgeven aan dure kerncentrales? “Je zult én moeten besparen én moeten investeren in duurzame energiebronnen én kernenergie. Zeker de komende vijftig jaar zul je kerncentrales hard nodig hebben. Het is een misverstand dat kernenergie duur is, waarschijnlijk ingegeven doordat de initiële investeringen hoog zijn.” Welke rol moet de overheid vervullen? Moet zij dwingend, sturend of richtinggevend zijn in welke kant wij met onze energievoorziening op moeten? “Het is uiteindelijk de markt die uitmaakt welke investeringen worden gedaan. De overheid zal daarbij verplichtingen moeten stellen en een goed bedrijvenbeleid moeten voeren. De verplichtingen die de overheid stelt - energiebesparing, aandeel duurzaam vergroten en CO2-reductie - zijn in mijn optiek niet helemaal duidelijk en zelfs tegenstrijdig aan elkaar. Volgens mij zou je moeten zeggen, en ik denk dat de overheid dat ook gaat doen: wij gaan voor 80 procent CO2-reductie en de rest is aan de markt. Of je dat nu oplost via bespa-
ringen, of door de overgang van kolen op gas, of naar duurzaam, belangrijk is dat het gebeurt.” Of door te kiezen voor kernenergie, om met uw woorden te spreken. Niet in de laatste plaats voor een goede brandstofmix, want de olie- en gasprijzen stijgen. Maar diezelfde markt laat het nu afweten. “Het is waar dat er landen zijn die zich laten leiden door de stijgende brandstofprijzen. De Finnen hebben gekozen voor een vijfde kerncentrale, omdat die het goedkoopste is tegen het perspectief van stijgende gasprijzen. Op de lange termijn blijkt investeren in een kerncentrale zelfs de goedkoopste optie. Daar staat tegenover dat de markt alleen miljardeninvesteringen doet als er sprake is van een betrouwbare overheid. 5 miljard investeren in een centrale is alleen interessant als die vijftig, zestig jaar blijft draaien. Wat nu in Duitsland gebeurt, kost bedrijven heel veel geld. Begrijpelijk dat ook in andere landen investeerders afhaken. Ik denk dat er in Nederland juist nu wél een optimaal politiek klimaat is om te investeren in die tweede kerncentrale. De overheid wil immers dat deze er komt. En ik denk dat Aziatische investeerders Nederland interessant genoeg vinden om voet te zetten op Europese bodem. Uiteindelijk – dat vind ik het allerbelangrijkst – gaat het erom dat het aandeel kernenergie overeind blijft. Want we zullen verder moeten met de energietransitie en de CO2uitstoot moeten aanpakken. Dat is de crux waar het om draait.” n
Pebble Bed reactoren: uranium verpakt in ‘tennisballen’ Anders dan bij de conventionele lichtwaterreactoren, is het ontwerp van de heliumgekoelde kogelbed (Pebble Bed) reactor. De uranium splijtstof is hier niet in staven verpakt, maar in kogels van grafiet: bollen ter grootte van een tennisbal, legt Van der Hagen uit. Langs de bollen stroomt helium in plaats van water als koelmiddel. Van der Hagen: “Doordat ze bestand zijn tegen piektemperaturen van zo’n 1600° C blijft het radioactieve materiaal onder alle omstandigheden binnenin de bollen. In China is al een Pebble Bed-reactor in bedrijf wordt nu een Pebble Bed-centrale gebouwd. Mogelijk dat er voor deze kleine centrales nog een grote toekomst is weggelegd.” n
BUITENLAND Nieuws 6
Energie Actueel, jaargang 15, nr 5 • dinsdag 10 april 2012
New York City investeert in onshore en offshore windparken New York City stapt in windenergie. De Amerikaanse metropool wil windmolenparken bouwen binnen zijn stadsgrenzen en voor zijn kust. DOOR FRANK KOOLS Terwijl veel grote steden in de Verenigde Staten voor de productie van duurzame energie vooral heil van de zon verwachten, kondigde New York City onlangs aan op windenergie in te willen zetten. De ruim acht miljoen inwoners tellende stad kondigde allereerst aan windmo-
lens te bouwen in de deelgemeente Staten Island. Die bestaat uit een eiland in de Baai van New York. Volgens het stadsbestuur is daar plaats voor zeker zeven grote windturbines. Die zouden 15 megawatt op moeten leveren. Dat is genoeg om 3.300 huishoudens van stroom te voorzien. Zonder dat de inwoners van de stad last van horizonvervui-
ling of geluidshinder krijgen, verzekert de gemeente. Die problemen hebben veel andere steden er juist van weerhouden in windenergie te stappen. Problemen omzeilen New York denkt de problemen te omzeilen door de turbines in Fresh Kills te bouwen. Dat was tot ongeveer tien jaar geleden de grootste vuilnisstortplaats in de wereld. Vanaf 2008 wordt deze stortplaats
omgebouwd tot een groot stadspark. Daar moeten de 120 meter hoge turbines geplaatst worden op reeds bestaande heuvels die ook nog eens 25 tot 65 meter hoog zijn. Daardoor steken de turbines ver boven de bebouwing in de naaste omgeving uit en vangen ze volop wind, stelt het stadsbestuur. Die hoogte zorgt er wel voor dat de turbines zichtbaar zijn in grote delen van New York. Maar omdat ze in een uitgestrekt park liggen, ver van de drukke stadsdelen Manhattan en Brooklyn, zullen ze niet voor overlast zorgen, verzekeren de plannenmakers. Wind op zee Op de middellange termijn wil New York City ook een windmolenpark twintig kilometer uit de kust van zijn deelgemeente Queens aanleggen. Dat offshore park kan in eerste instantie 350 megawatt produceren, met de mogelijkheid om die productie later te verdubbelen. Dat zou voldoende stroom opleveren voor een half miljoen huishoudens. Eerder had New York een andere plaats voor de Atlantische kust op het oog. Maar de plannen daarvoor gingen
Windturbines op wolkenkrabbers New York ziet ook toekomst voor windenergie op wolkenkrabbers en hoge gebouwen. De Amerikaanse stad wil de bouw van kleine windturbines toestaan op gebouwen aan de waterkant. Het gemeentebestuur van New York stelde onlangs wijzigingen van de ruimtelijke ordeningregels voor. Die staan het privé-eigenaars van gebouwen die hoger dan dertig meter zijn toe om kleinere windturbines op het dak te plaatsen. Alleen hoge gebouwen in de buurt van de waterkant komen daarvoor in aanmerking, omdat zij alleen rechtstreeks de wind kunnen vangen. Die turbines mogen niet hoger zijn dan vijftien meter. Verder moeten ze zeker drie meter naar achteren geplaatst worden, zodat ze niet de skyline bepalen. Ook van geluidsoverlast zal amper sprake zijn, stelt het stadsbestuur. Daar zijn de turbines eenvoudigweg te klein voor. Toch lieten burgers van de wijken in Manhattan onlangs tijdens inspraakavonden weten bevreesd te blijven dat de molentjes hun uitzicht gaan bederven en voor extra lawaai zorgen. De gemeenteraad besluit later dit voorjaar over de nieuwe ruimtelijke ordeningregels. n
van tafel na verzet van vooral regionale vissers. Die stelden dat belangrijke visgronden in gevaar kwamen. Op de nieuwe locatie is de windkracht vergelijkbaar met die in offshore windparken in Europa, aldus de plannenmakers. Omdat de kustwateren federaal bezit zijn, dienen zij eerst groen licht te krijgen van
Binnenlandse zaken in Washington. New York City staat onder grote druk om een nieuwe energiebron te vinden. Het ontvangt nu een kwart van zijn stroom van een verouderde kerncentrale ten noorden van de stad, waarvan de vergunningen snel aflopen. Tegen verlenging bestaat veel verzet. n
Noodzakelijke aanleg hoogspanningsnetten loopt stroef in Europa Europa heeft dringend nieuwe of vernieuwde hoogspanningsnetten nodig, wil het voluit kunnen profiteren van de schone energieproductie. Maar de aanleg van de elektriciteitsinfrastructuur loopt tot nu toe stroef.
Gratis meteropname per uur voor alle Zweedse huishoudens Alle Zweedse huishoudens krijgen met ingang van oktober dit jaar de mogelijkheid om kostenloos over te schakelen op een stroomabonnement dat voorziet in opname van de meterstand per uur, het hele etmaal rond. DOOR WIM VERSEPUT, KOPENHAGEN Een wetsvoorstel daartoe heeft de inspraakronde achter zich en zal binnenkort door het Zweedse parlement worden geloodst. De opzet is dat de consument met deze nieuwe optie meer inzicht krijgt in zijn stroomverbruik en dit zoveel mogelijk verplaatst naar de uren met de laagste prijzen. Dat scheelt de consument kosten en dient ook de klimaatdoelstellingen, omdat de vraagpieken op de markt worden afgevlakt. Ook in verband met de groeiende inzet van weersafhankelijke energiebronnen (windkracht met name) is deze flexibilisering van nut, omdat windstille uren dan niet of in ieder geval in mindere mate hoeven te worden opgevangen met de stook van fossiele brandstoffen, aldus de filosofie achter het Zweedse initiatief. Bewustzijn verhogen Energiebewindsvrouw Anna-Karin Hatt: “Doordat meer spelers kunnen reageren op de prijsontwikkeling fungeert de markt beter en doelma-
tiger.” Tot die spelers behoren niet alleen de grote afnemers, maar ook de gewone huishoudens met de kleine abonnementen tot 63 ampère. “De versterking van de positie van de afzonderlijke consument op de energiemarkt heeft een hoge prioriteit”, verzekert Hatt. “Straks zal iedereen kunnen zien wat bijvoorbeeld de vloerverwarming in verschillende periodes van het etmaal kost. Dat verhoogt het bewustzijn omtrent het energieverbruik.” Kosten Technisch is de meteropname per uur geen probleem. Meer dan 90 procent van de huishoudens heeft al een meter die slim genoeg is om dat aan te kunnen. Afwachten blijft hoeveel huishoudelijke afnemers er gebruik van gaan maken. Bovendien zijn de netbedrijven niet onverdeeld enthousiast. Zij vrezen dat de door hen te maken kosten niet opwegen tegen het verhoopte nuttige effect. Minister Hatt gaat er echter van uit, dat de energiesector zich van de creatieve kant zal laten zien met een groter assortiment en meer service. n
DOOR FRANK KOOLS De roep om actie lijkt alsmaar luider te klinken. De Europese netbeheerdersvereniging ENTSO-E stelde recentelijk in een rapport dat de komende tien jaar 104 miljard euro nodig is om 51.500 kilometer nieuwe netten aan te leggen. Die grote investeringen zijn vooral nodig om meer wind- en zonne-energie en waterkracht op de Europese markten te krijgen en tegelijkertijd de leveringszekerheid te blijven garanderen. Duitsland voorop Duitsland vergt volgens ENTSO-E
met 30 miljard euro de meeste investeringen van alle landen. Dat land besloot vorig jaar om binnen enkele jaren zijn kerncentrales te sluiten en zich onder andere sterk op windenergie te richten, waaronder offshore wind. Om die Energiewende mogelijk te maken is versterking en uitbreiding van het net, vooral van de noord-zuidverbinding, dringend nodig. De Duitse molenparken liggen vooral in het noorden. Ook de offshore parken moeten aangesloten worden. Daaraan werkt transporteur TenneT, die ook in Nederland actief is. Maar ondanks alle inspan-
Vergunningdeadline netten onder vuur Het EU-voorstel om een deadline van drie jaar in te stellen voor de vergunningprocedures voor nieuwe hoogspanningsnetten ligt zwaar onder vuur. Volgens de Europese netbeheerdersvereniging is die deadline noodzakelijk om een einde te maken aan slepende procedures. De Europese Commissie stelde afgelopen oktober voor lokale overheden drie jaar de tijd te geven om de vergunningprocedures rond hoogspanningsprojecten van Europees belang af te ronden. Als zij over die limiet heen gaan, zouden projecten door mogen gaan. Ook wil de commissie ‘grid tsars’ aanstellen die in belangrijke gevallen lokale bezwaren opzij zouden moeten kunnen schuiven. Maar die plannen stuiten in meerdere lidstaten op fel verzet. Tsjechië noemde ze “een overdracht van bevoegdheden [...] die wij niet kunnen steunen.” In het Europees Parlement werd de deadline “te strikt” genoemd. Volgens de Europese netbeheerdersvereniging ENTSO-E is de deadline essentieel. Zonder de drie jaar “zouden veel van de noodzakelijke projecten” en daarmee de energiedoelen van de Unie in gevaar komen, verzekert secretaris-generaal Konstantin Staschus. Volgens zijn organisatie liep in 2010 één op de drie transmissieprojecten vertraging op door slepende vergunningprocedures. n
ningen lopen de Duitse projecten vaak stroef. Dan de Britten Na Duitsland moeten de meeste investeringen in Groot-Brittannië plaatsvinden. ENTSO-E schat die op 19 miljard euro. De Britse regering schroefde vorig jaar de ambitie voor offshore wind uit de Noordzee op van 13 naar 18 gigawatt. Die moet Groot-Brittannië helpen zijn doelstelling te halen om tegen 2020 15 procent van zijn stroom duurzaam te maken. “Een grote gok”, noemde eind vorig jaar een parlementair onderzoek die plannen. “Het zou helpen als er een ambitieus transportsysteem werd ontwikkeld dat zich meet met de ambitieuze plannen voor duurzame offshore energie.” Maar volgens het onderzoekscomité werkt de regering daar te weinig aan. Terwijl nu al eigenaars van windmolenparken in het Noorden van het land compensatie ontvangen, omdat ze soms hun energie niet op het net kwijt kunnen.
Overschotten Aansluiting van het Britse netwerk op dat van het vasteland maakt het elektriciteitssysteem efficiënter en goedkoper, aldus het rapport. Ook omdat Groot-Brittannië overschotten kan exporteren. Weliswaar praat Londen sinds enkele jaren met negen landen, waaronder Nederland, over de aanleg van een superhoogspanningsnet op de bodem van de Noordzee. Maar die gesprekken hebben volgens het rapport niet geleid “tot concrete verplichtingen over nieuwe infrastructuur.” Steun verloren Volgens milieuorganisatie GreenPeace heeft het idee van supergrids ook in Brussel “te weinig politiek gewicht en steun verworven.” Weliswaar kondigde de Europese Commissie vorig najaar aan 9,1 miljard euro te willen steken in nieuwe energie-infrastructuur. Maar een belangrijk deel daarvan is voor nieuwe gas- en olieleidingen en niet voor hoogspanningsnetten. n
BUITENLAND Achtergrond
Zweden schroeft investeringen in netten op 1,8 miljard euro voor nieuwe transportcapaciteit (Pagina 1)
7
Energie Actueel, jaargang 15, nr 5 • dinsdag 10 april 2012
Brits kernafval als brandstof GE Hitachi heeft de Britse regering een voorstel gedaan om een tweetal reactoren te bouwen die kernafval gebruiken als brandstof. Het zou een oplossing kunnen betekenen voor het dure probleem van het Britse kernafval. DOOR ARJAN SCHIPPERS, LONDEN De door GE Hitachi voorgestelde PRISM-reactoren kunnen plutonium als brandstof gebruiken, die min of meer onschadelijk maken en daarbij elektriciteit produceren. Groot-Brittannië kampt met een groot kernafvalprobleem: de voorlopige opslag van 112 ton plutonium en 35.000 ton uranium kost ruim 2 miljard euro per jaar. Er wordt naarstig gezocht naar een permanente oplossing. Ondergrondse opslag is één van de opties, maar wel een dure. Een andere mogelijkheid is het plutonium en uranium te verwerken tot MOX (mixed oxide), een brandstof die
weer in kerncentrales kan worden gebruikt. Probleem daarmee is dat de productie van MOX duur is en dat er uit het uranium in MOX weer opnieuw plutonium ontstaat. Bovendien is er, zeker na het sluiten van de Japanse Fukushima-reactor, nauwelijks enige vraag naar MOX. Ideale oplossing Met de snelle PRISM-reactoren, zegt GE Hitachi, ontstaat geen nieuw afval. Het plutonium kan in rap tempo worden gebruikt en worden getransformeerd tot een veiliger vorm van plutonium die makkelijker is op te slaan en niet kan worden gebruikt voor kernwapens. Al het plutonium zou dan in
vijf jaar kunnen zijn opgebruikt. Voordeel is ook, aldus GE Hitachi, dat een PRISM-reactor compact is en in kleine modules kan worden gebouwd. Het lijkt een ideale oplossing, maar er is nog veel onduidelijkheid over de haalbaarheid van het voorstel. Nog nergens is een dergelijke PRISM-reactor in gebruik en GE Hitachi kan ook nog niet zeggen hoeveel het zou kosten. Maar de Britse regering vindt het voorstel interessant genoeg om samen met de NDA (die verantwoordelijk is voor het Britse kernafval) verder te praten met GE Hitachi. Bovendien is er nog een interessantere optie: in combinatie met een herverwerkingsfaciliteit kan een PRISM-reactor behalve het plutonium ook verarmd uranium gebruiken en zo tientallen jaren schone stroom leveren. Dat is een optie die ook de wetenschappelijke adviseur van het ministerie van Energie interessant noemt en wil laten onderzoeken. Geldverspilling Critici vinden dat een dergelijke commercieel onbewezen technologie alleen maar leidt tot geldverspilling. Eerdere pogingen in Japan en Groot-Brittannië (de Prototype Fast Reactor bij Dounreay in noordSchotland) om snelle reactoren te bouwen, hebben uiteindelijk weinig opgeleverd, zeggen ze. GE Hitachi heeft echter zoveel vertrouwen in de PRISM-reactor dat het heeft aangeboden voor alle kosten op te draaien, mocht het project op niets uitlopen. n
Bouwvoorstel PRISM-reactoren GE Hitachi stelt voor twee PRISM-reactoren van elk 311 megawatt te bouwen op het terrein van Sellafield, waar onder andere een buiten gebruik gestelde MOX-fabriek staat en een voormalige kerncentrale. De PRISM-reactor (Power Reactor Innovative Small Module) is een zogeheten snelle reactor omdat de brandstofstaven niet worden gekoeld in water, maar in een natriumoplossing. In natrium kunnen de neutronen een hogere energie behouden waardoor het splijtingsproces van de brandstof efficiënter gaat dan in gewone kernreactoren, waar maar een fractie van de energie uit de brandstof wordt gehaald. Met een geïntegreerde herverwerkingsfaciliteit wordt de PRISM een IFR (Integral Fast Reactor), die ook uranium als brandstof kan gebruiken. Het voorstel van GE Hitachi aan de Britse regering betreft uitsluitend PRISM-reactoren. n
Welke energiedoelen in 2030? Steeds duidelijker wordt dat het nodig is Europese energiedoelen voor 2030 te formuleren. De 2020-doelen geven onvoldoende richting voor de omvangrijke investeringen die noodzakelijk zijn. De CO2-prijs van het emissiehandelssysteem blijft op een laag niveau steken en ondersteunt de transitie naar een schoon energiesysteem nauwelijks meer.
Alleen Polen wil een tegemoetkoming om zijn kolencentrales open te kunnen houden. Achter de schermen woedt echter een andere discussie die mooi geïllustreerd werd in een artikel in de Guardian (12 maart): geeft een broeikasgasreductiedoel voldoende richting aan investeringen en is dat wel het doel dat werkelijk wordt nagestreefd?
Volstrekt helder Door Pieter Boot
De Europese Milieuraad behandelde dit vraagstuk in zijn maartbijeenkomst, waar 26 van de 27 landen tot de conclusie kwamen dat het om 80 procent broeikasgasreductie te behalen nodig is om heldere tussenstappen te formuleren: 40 procent reductie in 2030, 60 procent in 2040.
Aanleiding voor het artikel was een uitgelekte conceptnotitie van het Britse ministerie van Energie en Klimaat (DECC). DECC is al jarenlang volstrekt helder in zijn beleidsinzet die in wezen lijkt op de Nederlandse, maar alleen steviger institutioneel is ingekaderd. Doel is emissiereductie van broeikasgassen, in het Verenigd Koninkrijk zelfs wettelijk vastgelegd. Daarin is een broeikasgasarme elektriciteitsvoorziening noodzakelijk. Hoe die er precies uitziet is eigenlijk niet relevant:
hernieuwbare energie, kolen of gas met opslag van CO2, of kernenergie zijn de Britse regering even lief. Het gaat om de broeikasgasreductie en laat de markt daarover beslissen. Men gaat daarin heel ver. De Britten beseffen dat de huidige markt helemaal niet voor die koolstofarme elektriciteit gaat zorgen, omdat dat veel te kapitaalintensief is. Niemand bouwt een kerncentrale als je ook gascentrales kunt neerzetten. Ze introduceren daarom aanvullende beleidsinstrumenten die met nadruk technologieneutraal zijn: langjarige contracten voor capaciteit van schone opwekking, een bodemprijs voor CO2, een emissiestandaard die alleen de bouw van nieuwe kolencentrales onmogelijk maakt. Heel bewust kan kernenergie er evenzeer van profiteren als offshore windparken.
Paard van Troje
Dit is tegen het zere been van de invloedrijke Groene Europarlementariër Claude Turmes die, alweer
Grote prijsschommeling en boosdoener
‘EU-landen kwetsbaar voor knelpunten energiemarkt’ Vervolg van pagina 1 Zowel binnen de EU-lidstaten als in het Europees Parlement heerst zowel verbazing als bezorgdheid dat de EU geen systeem van informatie-uitwisseling kent over energieonderhandelingen met derde landen, noch tussen de Commissie en de lidstaten, noch tussen de lidstaten zelf. DOOR JAN SCHILS, BRUSSEL De verklaring daarvoor is de verdeeldheid binnen de EU over het voorgestelde systeem. Sommige lidstaten zien het als een extra ondersteuning uit Brussel voor hun onderhandelingspositie tegenover derde landen. Andere, vooral grotere landen, daarentegen beschouwen dit informatiesysteem als een ongewenste inmenging in hun belangen. Ze vrezen vooral het verlies van de controle over hun onderhandelingspositie en autonomie en beschouwen het informatiesysteem als een poging om via een achterdeur nog meer bevoegdheden op energiegebied aan Europa over dragen. Eén stem Toch is het - om binnen afzienvolgens de Guardian, stelt dat “CO2-reductiedoelen een paard van Troje zijn, binnengehaald door de kernenergie-industrie.” Zo zal hij het wel niet precies gezegd hebben, maar hij formuleert de kern van het probleem. Gaat het er Europa in wezen om een kosteneffectieve bijdrage aan het oplossen van het klimaatprobleem te leveren? Of gaat het om de stimulering van hernieuwbare energie, uiteindelijk vooral uit industriepolitieke motieven? Dat laatste is de inzet van het Duitse beleid.
Groene groei
Is in deze situatie een uitweg mogelijk? Misschien wel. Dan moeten we terug naar de uiteindelijke beleidsdoelen. Ik vermoed dat het Europa om twee gelijkwaardige doelen gaat: bijdrage aan oplossen klimaatprobleem, en innovatie. Groene groei. Het klimaatprobleem pak je aan door een broeikasgasbeleid in mondiaal kader. Maar misschien moet er nog eens goed nagedacht worden over de best mogelijke aanpak van innovatie. De huidige 2020-doelen voor hernieuwbare energie zijn dat zeker niet. Die lei-
bare toekomst een voldoende, stabiele en zekere energievoorziening veilig te stellen - van essentieel belang dat Europa met één stem spreekt. De mondiale vraag naar energie en de afhankelijkheid van de EU van ingevoerde fossiele brandstoffen nemen immers beide toe. De EU als geheel importeert momenteel 60 procent van haar gas voornamelijk uit Rusland, Noorwegen en Algerije en ruim 80 procent van haar olie (voor bijna 40 procent uit de OPEC-landen). Tegelijkertijd wordt zij geconfronteerd met een snel toenemende concurrerende vraag van andere landen, vooral van de landen die economisch een stormachtige ontwikkeling doormaken. De wereldvraag naar energie zou de komende twintig jaar met 40 procent kunnen groeien, voorspelt de Commissie.
Kwetsbaar Intussen kunnen nog niet te voorziene maatregelen om de klimaatverandering tegen te gaan de zaken nog verder bemoeilijken. Veel EUlidstaten kunnen slechts op een beperkt aantal energieleveranciers rekenen en zijn daardoor bijzonder kwetsbaar voor knelpunten en grote prijsschommelingen, vooral wat gas en olie betreft. “Bestaat er een sterker argument om de urgentie van een steviger extern energiebeleid van de EU te onderstrepen?”, vraagt de Britse industrieel Jonathan Peel, lid van het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC), het belangrijkste adviesorgaan van de EU-instellingen, zich af. Het antwoord is aan de EU-landen, maar de nationale belangen daar wegen blijkbaar vooralsnog zwaarder dan de noodzaak om verder te kijken dan de eigen landsgrenzen. n
den vooral tot heel veel windmolens van bestaande typen, bewezen biovergisters en uit China geïmporteerde zon-pv installaties. Misschien kan het Europese denken over routekaarten met de genoemde tussendoelen gecombineerd worden met een innovatieaanpak zoals met de Nederlandse Topsectoren. Dan ga je echt sturen op geld voor onderzoek, ontwikkeling en demonstratie waar uiteindelijk de grote kostenverlagingen van schone technologie door gerealiseerd worden, maar zijn er tussendoelen en beleidsinstrumenten om de ‘trekkracht’ in
de markt te organiseren. Dit omvat hernieuwbare energie. Maar ook in de energie-efficiency is nog een wereld van innovatie te winnen. Engeland, de Nederlandse regering en Turmes blijven een andere visie op kernenergie houden. Dat is niet erg. Ze hoeven er zelf geen miljarden in te investeren. Maar het belang van broeikasgasreductie en innovatie wordt door allen gedeeld. Misschien is zo een gezamenlijke aanpak van groene groei mogelijk. Pieter Boot is verbonden aan het Planbureau voor de Leefomgeving. n
OPINIE Olieprijzen 8
Bijvangst
Door Coby van der Linde
Amerikaanse toestanden Het feit dat de Amerikaanse olieprijs, de West Texas Intermediate (WTI) onder het niveau van de Brent-olieprijs ligt, komt door de infrastructurele beperkingen van Cushing, Wyoming, waar de prijs tot stand komt. Voor een internationale ‘marker crude’ is dit een bij-
ENERGIE Actueel Energie Actueel is een driewekelijkse uitgave van de Energiezaak i.s.m. de vereniging Energie-Nederland en Netbeheer Nederland Vereniging van Energienetbeheerders in Nederland. Energie Actueel verschaft nieuws, achtergronden en opinies uit de wereld van energie en aanverwante bedrijfstakken. Redactieadres Energie Actueel Postbus 834 6800 AV Arnhem Tel. 026-3569 417 e-mail
[email protected] Hoofdredactie Anne Sypkens Smit Bladmanagement & eindredactie PACT Mediaproducties BV, Den Haag Redactie Martijn Boelhouwer, Noud Köper, Sjoerd Marbus, Sander Schilders Correspondenten Henk van den Boom (Barcelona), Elro van den Burg (Warschau), Jan van Etten (Parijs), Jan van Hoof (Frankfurt), Frank Kools (New York), Jan Schils (Brussel), Arjan Schippers (Londen), Wim Verseput (Kopenhagen) Lay-out & opmaak Do Company, Rotterdam Druk & Distributie Senefelder Misset Grafisch bedrijf bv, Doetinchem Abonnementen Energie Actueel wordt kosteloos toegezonden aan personen in dienst van bedrijven die lid zijn van Energie-Nederland of Netbeheer Nederland, in dienst van de overheid of hoger onderwijsinstelling en aan openbare bibliotheken. Overige geïnteresseerden kunnen zich abonneren. Een jaarabonnement kost € 99,Losse nummers € 6,50 Alle bedragen zijn inclusief BTW. Abonnementsgelden worden namens de uitgevers geïnd door Abonnementenland, Heemskerk. Opzeggingen - uitsluitend schriftelijk - twee maanden vóór ingang van het nieuwe kalenderjaar aan: Energie Actueel, Postbus 834, 6800 AV Arnhem
Adreswijzigingen kunnen worden doorgegeven aan:
[email protected] Advertentie-exploitatie André van Beveren, Recent BV, Postbus 17229, 1001 JE Amsterdam Prins Hendrikkade 77 b, 1012 AE Amsterdam t 020 3308998, f 020 4204005
[email protected] Overname van artikelen uitsluitend toegestaan na toestemming van de hoofdredactie. ISSN 2211-6230
zondere locatie, die beperkt bereikbaar is voor het aan- en afvoeren van olie uit nieuwe productiegebieden in Canada en het Rocky Mountaingebied. Het aanpassen van de olie-infrastructuur aan de nieuwe vraag- en aanbodverhoudingen is niet gemakkelijk gebleken. De discussie over de pijpleiding van Canada, waar veel nieuwe productie vandaan komt, naar de kust van de Golf van Mexico, waar zich de meeste raffinagecapaciteit en exportfaciliteiten bevinden, geeft een inkijkje in de belangenstrijd in de Noord-Amerikaanse energiesector. Immers, door de infrastructuur niet snel genoeg aan te passen aan de nieuwe producerende regio’s in Noord-Amerika zijn flessenhalzen ontstaan, waardoor de WTI al enige tijd aanzienlijk lager is dan de internationale prijzen. Op 1 april 2012 ‘deed’ WTI $ 103,10, iets hoger dan de sluiting op de vrijdag daarvoor en Brent $ 123,03 per vat. Aanzienlijke verschillen. De WTI is eigenlijk een binnenlandse prijsmarker geworden. Dit weerhoudt overigens de Nederlandse media er niet van om trouw de kijker op de WTI-prijs te trakteren bij berichtgeving over olie, terwijl die er weinig toe doet als je hier naar het tankstation moet en weinig tot niets weet van het verschil tussen de WTI- en de Brent-prijs voor ruwe olie. Verkiezing aan de pomp De discussie zal Obama bekend voorkomen, want ook in 2008 speelden de hoge benzineprijzen een rol in de Amerikaanse verkiezingen. Analisten speculeren al op zijn afnemende kansen voor herverkiezing als de benzineprijs
Brent crude oil spot price, January 2, 2007 - March 26, 2012 U.S. dollars per barrel 160 priorrecord: $145.66, M92.76 140 ( july 3, 2008) 120
euros per barrel 100
new record: $96.53, M92.76 (March 13, 2012)
80
100
60
80
40
60 40
20
20 0
2007
2008
2009
2010
2011
2012
boven de $ 4 per gallon komt, zoals nu al in Californië het geval is. Dat is voor Nederlandse begrippen een schijntje en komt neer op bijna 70 eurocent per liter. De ruwe olieprijs bepaalt in Amerika voor 72% de eindprijs van benzine, waardoor de discussie al gauw verschuift naar een discussie over de internationale olieprijzen. Helaas heeft Obama daar weinig grip op. Bovendien eist het Amerikaanse Congres een strenge opstelling ten opzichte van Iran. De discussie over de olieprijs werd kennelijk dermate verontrustend dat Saoedi-Arabië te hulp schoot. Er werden eerst een flink aantal tankers volgeladen met olie en die kant op gestuurd. Vervolgens stond in de Financial Times van 28 maart een interview met olieminister Al-Naimi, waarin hij uiteenzette dat Saoedi-Arabië iedere vraag naar olie kon bedienen; er was voldoende productiecapaciteit en de voorraadtanks waren vol. Geen tekort aan olie dus, en geen enkele reden voor prijsstijgingen.
het record van juli 2008 gebroken heeft (zie grafiek). Naast Iran doet zich de verzwakte euro gelden. Op de energiewebsite EIA werd hiervan melding gemaakt. Voor de fragiele Europese economieën een belangrijk bericht lijkt me. In tegenstelling tot 2008 was de olieprijs zeer hoog en de dollar zwakker, terwijl nu de euro zwak is en de olieprijs in dollars wat minder hoog. Helaas kwam ik het bijna nergens tegen, noch een analyse van de gevolgen van dergelijke prijzen voor de Europese economie. Europa moet ondertussen accepteren dat het beleid om de eurocrisis te bezweren mede heeft geleid tot een hogere olieprijs in euro’s. Je vraagt je dus af of de zwakte van de economie nog een rol heeft gespeeld bij de discussie over het in de ban doen van de Iraanse olie. Nu de Amerikaanse verkiezing gewonnen of verloren kan worden aan de pomp, blijkt Europa een onfortuinlijke bijvangst te worden van het hoge Iraanse spel met een land in een verkiezingsjaar.
Europese sores Terwijl de media lustig verslag doen van deze erg Amerikaanse discussie, is er weinig melding gemaakt van het feit dat een vat olie in euro’s
Coby van der Linde is hoofd van het Clingendael International Energy Programme en hoogleraar Geopolitiek en Energiemanagement aan de Rijksuniversiteit Groningen. n
Abonnement op
ENERGIE Actueel Vul de bon volledig in en stuur zonder postzegel naar: Energie Actueel, Postbus 834, 6800 AV Arnhem
Ik verzoek om kosteloze toezending van Energie Actueel, omdat ik werk bij: een bedrijf dat lid is van Energie-Nederland een bedrijf dat lid is van Netbeheer Nederland de overheid een hoger onderwijsinstelling Titel(s) Voorletters en naam
M/V
Functie Telefoonnummer E-mail Naam organisatie/bedrijf Afdeling Postadres*
Locatiecode
Postcode/woonplaats Aard van het bedrijf * Tevens factuuradres.
Ik ontvang Energie Actueel graag op onderstaand privéadres** Adres Postcode/woonplaats ** Bij ontvangst op privéadres ook altijd de gegevens bedrijf, incl. postadres, invullen.
Handtekening
Ordernr.
btw-nr.
Een geraffineerd spel? Al geruime tijd wordt uw columnist van dienst van de straat gehouden door de vele vragen naar de oorzaken van de stijgende prijzen van benzine en dieselolie. De oorzaak ligt natuurlijk in de oplopende prijs van ruwe olie, als grondstof voor de productie van deze brandstoffen. Het inzetten van de strategische voorraden helpt dan misschien een paar centen. Ook krijgt de concurrentie tussen oliemaatschappijen en hun benzinestations langs het Nederlandse wegennet ruime aandacht en wordt er voor de zoveelste keer onderzoek gedaan naar de effectiviteit van marktwerking. Maar zonder dat er een ‘smoking gun’ gevonden wordt, blijft het lastig om dat aan te tonen. Natuurlijk krijg ook het Kwartje van Kok er van langs. Dat was als tijdelijk bedoeld. Maar het blijkt een blijvertje als bron van overheidsinkomsten. Maar dat is niet alles.
Door Aad Correljé
Ook elders in de oliewaardeketen, in het raffinagesegment, rommelt het. Op het eerste gezicht lijkt daar weinig aan de hand. Met een grote gezamenlijke capaciteit en verspreid over een flink aantal bedrijven in heel Europa is de raffinagesector nooit gezien als een probleem in de industrie. De structuur gaf geen aanleiding tot vragen vanuit het perspectief van marktwerking, want er heerst een stevige concurrentie op de markten voor de onderscheiden olieproducten. Ook de voorzieningszekerheid werd geen probleem geacht, zolang er maar voldoende ruwe olie aangevoerd kon worden, of uit de strategische voorraden beschikbaar gemaakt werd. En daar lag dan ook de nadruk in het voorzieningszekerheidsbeleid. Toch is de raffinagesector uiterst complex en gevoelig, vooral in Europa, zo blijkt niet alleen uit recente studies maar ook uit de harde realiteit. De afgelopen jaren is een groot aantal Europese raffinaderijen verkocht, overgenomen en recentelijk dreigen ze zelfs failliet te gaan. En dat bij stijgende prijzen aan de pomp.
Ik abonneer mij op Energie Actueel Een abonnement kost €99,- incl. 6% btw
Datum
0
Bron: Energy Information Agency (EIA), Energy Today.
10-04-2012
In de VS is de oplopende benzineprijs een verkiezingsonderwerp geworden. Obama heeft zich inmiddels laten verleiden tot het uitbreiden van de licentiegebieden om meer Amerikaanse olie te kunnen produceren. Niet dat hij daarmee voor november van dit jaar de benzineprijs kan beïnvloeden, maar het beantwoordt wel aan de druk van de Republikeinen om de Amerikaanse olie-industrie ruim baan te geven. De Republikeinen dromen van een Amerika dat een grote mate van zelfvoorziening kent. Niet dat daarmee de energieprijzen in de VS losgekoppeld worden van de internationale markt, dat vergt weer andere maatregelen (of een gebrek daaraan, zoals het tegenhouden van infrastructurele investeringen). De energiemarkt van de VS staat immers in directe verbinding met de internationale markt. De discussie in de VS is daarmee ingewikkeld, omdat er van alles door elkaar heen loopt.
Energie Actueel, jaargang 15, nr 5 • dinsdag 10 april 2012
Wat is het verhaal? Europese raffinaderijen zien zich geconfronteerd met een toenemende vraag naar diesel en kerosine en steeds strengere milieuvoorwaarden. Bovendien moeten ze steeds zwaardere en zure ruwe olie verwerken. Omdat de raffinaderijen relatief bejaard zijn en vooral gebouwd zijn om benzine te produceren, wordt het steeds moeilijker om in de vraag naar diesel en kerosine te voorzien, zonder grootschalig te investeren. En dat nu is moeilijk vanwege de minimale marges tussen de hoge kosten van ruwe olie en opbrengsten van de verkoop van het huidige spectrum aan producten in een fel concurrerende markt. Bovendien is er een uitzicht op een minimale groei van de afzet, onder
meer als gevolg van de Europese CO2 -uitstootdoelstellingen. Het is ook de vraag wie er zou kunnen investeren in de noodzakelijke aanpassing van raffinaderijen. De grote internationale oliemaatschappijen, zoals BP, Shell en ExxonMobil, volgen een strategie waarbij de nadruk ligt op investeringen in de risicovolle, maar winstgevende upstream en reorganiseren hun raffinageactiviteit. Onafhankelijke bedrijven, zoals Petroplus, zagen zich al genoodzaakt raffinaderijen stil te leggen vanwege de minimale marges. Bedrijven uit opkomende economieën, zoals Essar, PetroChina en Lukoil vestigen zich wel in Europa door oude raffinaderijen over te nemen, maar het is de vraag of ze zullen investeren in de upgrading ervan. De traditionele Europese bedrijven, zoals Total, Repsol en Eni hebben slechts geringe financiële slagkracht, ook al omdat ze relatief minder actief zijn in het winstgevende upstream gebeuren. De consequentie is dat Europa in toenemende mate van diesel voorzien wordt vanuit Rusland en het Midden-Oosten, terwijl de benzineoverschotten naar de VS en elders geëxporteerd worden, waar men de concurrentie aan moet gaan met moderne, efficiënte raffinaderijen in de nieuwe opkomende markten. Het is de vraag of deze importafhankelijkheid gezien moet worden als een bedreiging van de voorzieningszekerheid. Of kunnen we de markt zijn werk laten doen en zal er vanzelf een nieuwe balans ontstaan? Het is duidelijk dat er in de raffinagesector problemen zijn met het tijdig onttrekken en toevoegen van nieuwe capaciteit, als gevolg van hoge vaste kosten van investeringen en de relatief lage variabele kosten. Zolang die laatste terugverdiend kunnen worden, produceren raffinaderijen door en ontstaat er dus een relatief overaanbod van producten; temeer daar er sprake is van de zogenoemde joint production van verschillende brandstoffen. Maar als er geen zekerheid is dat er over de langere termijn winst gemaakt kan worden, zullen er geen investeringen gedaan worden. In de huidige scherp concurrerende markt is dat laatste het geval en het langere termijnperspectief biedt weinig hoop. Dat leidt ertoe dat de sector zich niet zal kunnen aanpassen aan veranderingen in de vraag, de ruwe olie input en milieueisen. Tegelijkertijd zal dan ook de basis wegvallen voor het ontwikkelen van een moderne, toekomstgerichte en innoverende Europese petrochemische (en biobased) industrie die in staat is de nieuwe materialen en brandstoffen van de toekomst te ontwikkelen. In dit licht moet misschien overwogen worden dat de verdere reorganisatie en ontwikkeling van de industrie meer geraffineerde vormen van (Europese) coördinatie vergt dan slechts het streven naar marktwerking. Aad Correljé is universitair hoofddocent Economie van Infrastructuren aan de TU Delft en verbonden aan het Clingendael International Energy Programme. n