ENERGIE Actueel
Tips
voor de redactie? Tips voor de redactie? De redactie verwelkomt tips en onderwerpsuggesties van de lezers. Ook wil de redactie graag persberichten en overige van belang zijnde mailings ontvangen. Zie het colofon op pagina 8 voor het redactieadres.
Dinsdag 3 juli 2012, jaargang 15, nummer 9
Energie Actueel verschijnt eenmaal per drie weken - Oplage: 5.500
Roland Kupers (Universiteit van Oxford)
Hoogleraar Jan Rotmans (Erasmus Universiteit)
‘Wat wil een politicus nog meer dan een scenario dat banen en groei oplevert?’ 3
‘Stroperigheid en bureaucratisering staan verduurzaming in de weg’
Wereldwijd forse groei investeringen in hernieuwbare energie De investeringen in hernieuwbare energie lagen in 2011 wereldwijd 17 procent hoger dan het jaar tevoren en bijna twee keer zo hoog als in 2007, toen de financiële crisis nog moest uitbreken. De investeringen in zonne-energie namen vorig jaar zelfs met meer dan de helft toe tot 147 miljard dollar. Volgens onderzoekers van de Verenigde Naties is groene energie momenteel wereldwijd goed voor 16,7 procent van het totale energieverbruik in de wereld. Grote waterkrachtprojecten zijn niet meegerekend in de cijfers.
Stefanie Meltzer (Nuon) in serie
5
‘Verspilling hoort niet en hoeft niet’
Amerikaanse subsidiestroom groene energie dreigt op te drogen
6
Duurzame energiesector krijgt dit jaar nog maar helft van het geld 7
Energiecommissaris Oettinger waarschuwt voor stilvallen groei hernieuwbare energie na 2020 Europees commissaris voor energie, Günther Oettinger, vreest dat de groei van hernieuwbare energie in de EU vanaf 2020 nog maar 1 procent per jaar zal bedragen in plaats van de 6 procent van de laatste jaren. DOOR JAN SCHILS, BRUSSEL Dit laatste percentage wordt nodig geacht om tegen 2020 de doelstelling te halen, dat 20 procent van het totale energieverbruik in Europa uit hernieuwbare bronnen moet komen. Oettinger toonde zich ongerust over het feit dat veel lidstaten
hun steunmaatregelen voor duurzame energiebronnen (vooral voor zonne- en windenergie) in hoog tempo hebben verminderd en dat in verschillende lidstaten zelfs met terugwerkende kracht. “Op die manier zullen we er evenmin in slagen de CO2-emissie in 2050 met 85 procent terug te dringen”, verklaarde
Oettinger dezer dagen tegenover de internationale pers in Brussel. Huidige jungle De energiecommissaris wil dat er meer transparantie komt in - wat hij noemde - de huidige jungle van steunmaatregelen in de EU. De 20-20-doelstelling kan volgens hem alleen op kosteneffectieve manier worden bereikt als alle bestaande beleidsmaatregelen in elke lidstaat worden uitgevoerd en de steunrege-
lingen op elkaar aansluiten. Oettinger: “Dit betekent dat wind- en zonne-energie worden geproduceerd waar dat economisch zinvol is en binnen Europa worden verhandeld, zoals dat ook voor andere producten en diensten het geval is.” De Europese wetgeving maakt het mogelijk dat landen hun groene energie halen in andere landen. Toch bestaan er nog steeds geen akkoorden voor een dergelijke samenwerking, aldus Oettinger.
Om de streefcijfers van 2020 te halen, moeten de lidstaten hun nationale actieplannen uitvoeren en de financiering van energie uit hernieuwbare bronnen aanzienlijk opvoeren. Oettinger: “De jaarlijkse investering in de EU moet snel verdubbelen tot 70 miljard euro. Deze investering moet hoofdzakelijk van de particuliere sector komen.” Lees meer op pagina 4 n
Noorse stroomexport bereikt dit jaar recordhoogte
In trek Groene energie is in 2011 sterk blijven groeien in alle sectoren (stroomvoorziening, verwarming, koeling en transport). Het gaat dus niet alleen over zonnepanelen of windmolens die elektriciteit opwekken, maar ook over bijvoorbeeld zonneboilers, geothermische verwarming en biobrandstoffen. Zonnepanelen waren meer in trek als gevolg van forse prijsdalingen, oplopend tot bijna 50 procent. Dat was goed nieuws voor de kopers, maar minder voor de producenten. China De grootste investeerder in groene energie afgelopen jaar was opnieuw China met 52 miljard dollar, op de voet gevolgd door de Verenigde Staten, waar 51 miljard dollar in de duurzame energiesector werd gestoken. Als regio is Europa de grootste investeerder: 101 miljard dollar in 2011. Wereldwijd zijn 5 miljoen mensen werkzaam in sectoren van de hernieuwbare energie. n
Abonnementen op aanvraag. Losse nummers € 6,50
De Noorse stroomexport is bezig om records te breken. In het eerste kwartaal van dit jaar werd in ieder geval alvast netto 4,8 terawattuur (TWh) in het buitenland afgezet en dat is volgens de rijksdienst water en energie (NVE) meer dan ooit in de eerste drie maanden in het buitenland werd afgezet. DOOR WIM VERSEPUT, KOPENHAGEN
Megawindpark
Duitse bouwvakkers werken op het fundament van een van de 36 windmolens in het nieuwe windpark De Zuidlob bij Zeewolde. Het is een van de grootste windparken op het vasteland van Nederland. Met een vermogen van 121,3 megawatt kan De Zuidlob zo’n 88.000 huishoudens van stroom voorzien. Het park wordt aangelegd door Ventus Zeewolde. Energiebedrijf Nuon Vattenfall nam de aandelen van het park over van 63 agrariërs van de Windmolenvereniging De Zuidlob in Zeewolde, die het initiatief voor de bouw namen. De totale investering bedraagt 150 miljoen euro. De windturbines staan in drie lijnopstellingen van elk 4,5 kilometer en leveren vanaf medio 2013 stroom. n
opgemerkt
Nederland alleen al nam netto 1,5 TWh af en was in 97 procent van de uren importeur. Ter vergelijking: Denemarken importeerde gedurende 83 procent van de uren en Zweden in 75 procent. In 2011 zag het er anders uit en haalden de Noren zelf 6,4 TWh uit het buitenland. In april zette de trend zich versterkt voort. “De beschikbaarheid heeft zich het afgelopen jaar bewogen van een extreem tekort naar een overschotsituatie, dankzij stuwmeren die in tientallen jaren niet zo goed gevuld zijn geweest als nu”, stelt het NVE vast. Zonder exportmogelijkheden, onder meer via de stroomkabel NorNed tussen Noorwegen en Nederland, zou dit potentieel verloren zijn gegaan.
Voordelig Voor de Noorse consument is de zaak ook voordelig, want de prijzen stonden fors onder druk, wat niet gebruikelijk is voor de wintermaanden. Bovendien was de vraag door de relatief hoge temperaturen kleiner dan normaal. De totale Noorse stroomproductie bedroeg in de genoemde periode 42,3 TWh, een groei van ruim 32 procent ten opzichte van het eerste kwartaal 2011. Gerekend over een periode van 12 maanden (april 2011 tot en met maart 2012) werd 138,5 TWh opgewekt tegen 117,7 TWh in het jaar daarvoor. In buurland Zweden groeide de productie in het eerste kwartaal slechts met 5 procent. Finland leverde zelfs een kleine 15 procent in. n
N etbeheer N ederland stopt met krant
Energie-Nederland zet uitgave Energie Actueel voort Brancheorganisatie Energie-Nederland gaat alleen verder als uitgever van de driewekelijkse krant Energie Actueel. De andere uitgever, Netbeheer Nederland, is op 1 juli jl. gestopt en komt vanaf september met een eigen kwartaaluitgave, waarin alle ontwikkelingen in de energiesector aan bod komen, met de focus op netbeheer. DOOR SANDER SCHILDERS Voor de rest van dit jaar zal Energie Actueel volgens de normale planning blijven verschijnen. EnergieNederland hecht veel waarde aan
voortzetting van de krant vanaf 2013, al staan er volgens hoofdredacteur Anne Sypkens Smit wel veranderingen op stapel. “Verschijning en beschikbaarheid op papier blijven uitgangspunt. Daar-
naast komt Energie Actueel digitaal beschikbaar. We denken aan een versie voor de Ipad en aanbod van actualiteit tussen de reguliere nummers door. We willen hiermee volgend jaar starten”, zegt hij. De komende periode zal worden benut om de vernieuwingsslag van Energie Actueel vorm te geven. Volgens Sypkens Smit heeft Energie Actueel zich in haar nu ruim
14-jarige bestaan bewezen als platform voor nieuws en discussie over de Nederlandse en internationale energiemarkt. “Het blijft van belang die discussie vanuit verschillende gezichtspunten te belichten”, meent Sypkens Smit. Dat er met het uitstappen van Netbeheer Nederland een einde komt aan netwerkgerelateerde artikelen in Energie Actueel, daarvan is volgens de hoofdredacteur geen
sprake. Sypkens Smit: “Netbeheer van de energie-infra is onderdeel van het spectrum van onderwerpen waar Energie Actueel over bericht. De energiebranche is zo vervlochten en het belang van een betrouwbare, duurzame en betaalbare energievoorziening van de toekomst zo groot, dat je levering, productie en beheer van de infra in samenhang met elkaar moet blijven bekijken.” n
ECONOMIE Financiën 2
21/06
22/06
19/06
20/06
17/06
18/06
15/06
16/06
13/06
14/06
11/05
12/06
10/06
09/06
07/06
08/06
50
200.000
48
Cal-13
Cal-14
Cal-15
APX TTF Day-Ahead Index & Volume
Volume (MWh)
140.000 120.000 100.000
Volume MWh (Flow Day)
17/08
21/06
22/06
16/08
15/08
19/06
12/08
11/08
18/06
10/08 15/06
20/06
28 26 25 24
WDNW 02-Jul-12 Cal-13
Jul-12 Cal-14
21/06
22/06
20/06
18/06
19/06
17/06
16/06
15/06
14/06
13/06
11/05
12/06
08/06
07/06
06/06
23
Volume Win-12
22
Q3-12 Cal-15
140 136
Jul-12
Q3-12
CAL-13
CAL-14
DOOR PETER WESTHOF De economische situatie in Spanje was een belangrijk onderwerp van gesprek tijdens de aandeelhoudersvergadering van Iberdrola op 22 juni. Volgens Ignacio Galán, topman van Iberdrola, moet de Spaanse regering verdere stappen zetten op het gebied van hervormingen. “Spanje moet zijn economisch model meer duurzaam, meer competitief, open en gedereguleerd maken. De focus moet liggen op vernieuwing en op toegankelijkheid voor buitenlandse markten”, aldus Galán.
In 2011 boekte Iberdrola een hoopgevende nettowinst van 2,8 miljard euro. Galán benadrukte ook dat het dividend op een ongewijzigd hoog niveau is gebleven en dat is goed nieuws voor beleggers. Het aantal personeelsleden groeide dit jaar al met 1.900 naar 33.000. Dit is vooral te danken aan de internationale expansie van de afgelopen jaren. Latijns Amerika Een belangrijke afzetmarkt voor Iberdrola is Latijns Amerika geworden. Op 19 juni kondigden Iberdrola en het Braziliaanse consortium Neoenergia aan dat zij een aantal
windenergieprojecten in het oosten van Brazilië via twee Braziliaanse banken gaan financieren. De tien windparken krijgen een totale capaciteit van 288 MW. Momenteel heeft Iberdrola in Brazilië één windpark in bezit. Dit park in de staat Rio Grande do Norte heeft een capaciteit van 49 MW. Iberdrola kocht vorig jaar in Brazilie de energiemaatschappij Elektro, waardoor het de belangrijkste energiedistributeur in het Latijns Amerikaanse land is geworden. De koers van het aandeel Iberdrola kreeg op 19 juni ook een steun in de rug, nadat zakenbank Goldman Sachs het advies verhoogde van ‘neu-
tral’ naar ‘buy’. De analisten van de zakenbank denken dat er spoedig meer duidelijkheid zal komen over de extra belastingen, die de Spaanse overheid de nutsbedrijven wil opleggen. Er was onzekerheid over de hoogte van de toekomstige belastingen en welke bedrijfsonderdelen het meest belast zullen worden. Een minpunt is wel dat Goldman Sachs verwacht dat de Spaanse banken en de Spaanse overheid hun aandelen in de energiebedrijven zullen verkopen. Dit gaat om aanzienlijke belangen en zullen negatief uitpakken voor de aandelen van de utilities. Vietnam Eni zoekt het ook over de grens en gaat, in samenwerking met KrisEnergy en het Australische NeonEnergy, in Vietnam op zoek naar gas. Hiervoor ondertekenden de bedrijven op 25 juni een samenwer-
Prijzen TTF dalen vanaf Winter-12 • €/MWh: WDNW 2-jul-12: 23,79 (+0,13) Jul-12: 23,54 (+0,13) Q3-12: 23,67 (+0,03) Win-12: 26,10 (-0,42) Cal-13: 25,28 (-0,29) Cal-14: 25,25 (-0,40) Cal-15: 25,10 (-0,35) • Hoogste dagvolume: 3.991.120 MWh (21 juni) • 4/5 juni bank holiday
CAL-15
Internationale expansie profijtelijk voor utilities De economische recessie in thuisland Spanje woog de laatste jaren zwaar op de cijfers van Iberdrola. Onzekerheid rond maatregelen van de Spaanse fiscus zorgde bij beleggers ook voor een negatief sentiment rond Iberdrola. Dankzij de internationale expansie kan het energiebedrijf toch redelijk stabiele winstcijfers presenteren en het personeelsbestand zelfs uitbreiden. Brazilië wordt bijvoorbeeld steeds belangrijker voor Iberdrola. Het Italiaanse Eni zoekt het ook over de grens en sloot de afgelopen weken contracten voor energiewinning in Vietnam, de Zwarte Zee en de Barentszzee.
TTF Gas Day-Ahead • Laagste prijs deze periode: 22,78 /MWh (2/3 juni), hoogste prijs: 24,22 /MWh (5 juni) • Het hoogste volume was voor het weekend van 2/3 juni met 119,928 MWh, het laagste 7.416 MWh (18 juni)
18/06
14/06
11/06
04/06
07/06
132 128
Power NL: vanaf front month dalende prijzen €/MWh: Wk 26-12: 44,50 (-0,25) Jul-12: 46,06 (+0,66) Q3-12: 45,28 (-0,02) Cal-13: 50,50 (+0,17) Cal-14: 49,90 (-0,11) Cal-15: 49,45 (-0,39) Hoogste dagvolume: 347.460 MWh (14 juni)
Wood Pellets indices omhoog • €/MT: Jul-12: 129,09 (-0,55) Q3-12: 130,03 (-0,90) Cal-13: 137,41 (-0,64) Cal-14: 139,65 (-0,73) Cal-15: 141,53 (-0,59)
ENDEX Wood Pellets - Basislast Index
144 Base Index (e/MT)
24.50 24.00 23.50 23.00 22.50 22.00 21.50 21.00 20.50 20.00
27
De niet opgeloste aansprakelijkheid voor de kosten van de vertragingen bij de bouw van windparken en elektriciteitstransportnetten is op dit moment het grootste probleem. De Duitse verzekeraars dekken de schaderisico’s niet volledig.
Spotmarkt elektriciteit: • Hoogste volume: 153.472 MWh (10 juni) • Laagste volume: 132.866 MWh (20 juni) • Hoogste prijs: 51,48 €/MWh (20 juni) • Laagste prijs: 30,07 €/MWh (17 juni)
APX TTF DAY-AHEAD INDEX
ENDEX TTF Gas - Basislast Index & Volume
05/06
4.500.000 4.000.000 3.500.000 3.000.000 1.500.000 2.000.000 1.500.000 1.000.000 500.000 0
16-17/06
08/08
09/08
13/06
14/06
12/06
05/08
11/06
03/08
04/08
09-10/06
02/08 07/06
01/08
08/06
29/07
0
05/06
20.000
04/06
40.000
06/06
80.000 60.000
Prijs (EUR)
22/06
21/06
20/06
19/06
15/06
Q3-12
18/06
14/06
13/06
12/06
July-12
M/MWh
Wk 26-12
11/06
07/06
08/06
06/06
44 05/06
46
0 04/06
100.000
Base Index (M/MWh)
52
300.000
Base Index (M/MWh)
05/06
06/06
03/06
04/06
02/06
54
Volume
Regering overweegt hulp bij vertragingen De Nederlandse netbeheerder TenneT, die ook de verantwoordelijkheid voor de netaansluitingen van windparken in het Duitse deel van de Noordzee op zich heeft genomen, kwam daardoor vorig jaar ook al in de problemen. De Duitse regering zou nu echter overwegen in te springen als windparkbouwers en hoogspanningsnetbeheerders in de problemen komen. Dat blijkt uit een ontwerpregeling die de Frankfurter Algemeine Zeitung zegt in handen te hebben. Om vertragingen van de veranderde energiekoers te verhinderen zou bonskanselier Merkel zelfs al hebben toegezegd een deel van de aansprakelijkheid over te nemen. Voor het zomerreces zou ze al met voorstellen daarvoor komen. Kennelijk heeft ook Merkel zich dus bij het onvermijdelijke van de vertragingen neergelegd. De kosten komen echter weer op de stroomrekeningen van de gebruikers, voor wie de ‘Energiewende’ ook steeds duurder wordt. n
56
400.000
27/07
Ontslag Bondskanselier Angela Merkel probeert er niettemin nog het beste van te maken. Een jaar na het besluit de kerncentrales stil te leggen heeft zij, ondanks haar vele werk rond de financiële crisis in Europa, ook de ‘Energiewende’ zelf in de hand genomen. Eén van de twee daarvoor verantwoordelijke ministers werd zelfs van de ene op de andere dag ontslagen. n
M 96 M 90 M 84 M 78 M 72 M 66 M 60 M 54 M 48 M 42 M 36 M 24 M 18 M 12 M6 M0
AVG Base PRIJS (EUR)
ENDEX Power NL - Basislast Index & Volume
500.000
28/07
Gevoeligheid Vertraging bij de uitbreiding van windparken op zee heeft grotendeels ook met die gevoeligheid en hoge eisen van onze oosterburen te maken. Om de natuur van de Waddenzee te beschermen en te voorkomen dat strandwandelaars de rotoren moeten zien, mogen windmolens niet dichter dan op 30 kilometer van de kusten gebouwd worden. Kennelijk hebben de Duitsers zich echter ver-
VOLUME (MWH)
02-03/06
keken op de technische problemen en de veel hogere kosten. Niet alleen omdat het water daar dieper is, ook omdat de weersomstandigheden het werken vaker onmogelijk maken. Vaak moeten voor plaatsing van windturbines meer schepen worden ingezet dan gepland en die kosten tussen 60.000 en 80.000 euro per dag. Dat heeft ook gevolgen voor de financiering. “Veel investeerders hebben nog steeds interesse in de offshore windbusiness, maar aan de kredietzijde zijn de onderhandelingen over de condities moeilijk en potentiële eigenkapitaalverstrekkers twijfelen ook”, meent Matthias Meyer, leider in Duitsland van de Nederlandse bank NIBC.
180.000 160.000 140.000 120.000 100.000 80.000 60.000 40.000 20.000 0
04/06
In en buiten de energiebranche groeit de scepsis of het plan nog op tijd haalbaar is. Zelfs de topvrouw van de organisatie van energiebedrijven BDEW, Hildegard Müller, heeft er weinig vertrouwen in. “Het is nog te vroeg om te zeggen dat het idee mislukt is, maar of de uitbreidingsgetallen van de regering
gehaald worden, daar twijfelen wij aan.” Andere branchekenners gaan echter vanuit dat men blij mag zijn met de helft, rond 5.000 MW offshore windenergie. Dat zou betekenen dat behalve dure gascentrales voorlopig ook nog langer en meer vervuilende conventionele kolencentrales nodig zijn. Veel Duitsers zouden ook die het liefst allemaal willen afbreken, vooral als ze in de buurt staan. Steeds meer elektriciteit, vaak van Franse atoomcentrales, moet nu al worden geïmporteerd. En de noodzakelijke hoogspanningsnetten, die de geproduceerde windstroom moeten transporteren, willen veel Duitsers ook niet boven hun hoofd hebben.
Volume (MWh)
DOOR JAN VAN HOOF, FRANKFURT
APX Markt Ontwikkeling 02/06/2012 t/m 22/06/2012 (EUR/MWh)
Volume MWh
De Duitse regering had al besloten dat alle kerncentrales uiterlijk in 2022 stilgelegd moeten zijn, nog voor ze wist welke problemen dat zou betekenen voor de uitbreiding van de transportnetten en voor de bouw van windparken op zee. Die groene energie moet het merendeel van de stroomproductie van de atoomcentrales vervangen. Maar daarmee loopt Duitsland ver achter. Noodzakelijk en gepland is de nieuwbouw van windturbines met een totale capaciteit van 10.000 megawatt. Voor 27 windparken zijn ook al vergunningen verleend, gebouwd zijn er echter nog slechts drie.
Marktontwikkeling APX-ENDEX – 02-06-2012 / 22-06-2012
Volume (MWh)
Duitslands offshore windparken gaan financieel in zee ten onder
Energie Actueel, jaargang 15, nr 9 • dinsdag 3 juli 2012
kingsovereenkomst. Het aandeel van Eni wordt hierin 50 procent. De partijen gaan in delen van de Rode Rivier en de Golf van Tonkin gas aanboren. De gasboringen zullen plaatsvinden in een gebied van 15.600 vierkante kilometer. In dit gebied zouden zich al opmerkelijk grote gasvondsten hebben voorgedaan. De overeenkomst tussen de drie partijen moet nog wel worden goedgekeurd door de Vietnamese regering. De groeistrategie van Eni is de laatste jaren steeds meer gericht op het Verre Oosten en de Stille Oceaan. Vietnam is ook in toenemende mate bereid de deuren te openen voor buitenlandse energiemaatschappijen, omdat de staatsmaatschappij PetroVietnam een tekort aan technische kennis heeft voor bepaalde onderzoeksprojecten. Bovendien profiteert de Vietnamese economie flink van de commerciële olie- en gasvondsten. n
Best en slechtst presterende beursfondsen periode 4 juni t/m 21 juni 2012 Best presterende
in %
Iberdrola
12,23%
Veolia Env
10,85%
E.On
10,08%
RWE
9,78%
GdF Suez
8,91%
Minst presterende
in %
EVN
2,28%
Centrica
1,77%
Enel
1,70%
National Grid Group
1,00%
International Power
0,72%
BINNENLAND Nieuws
IEA presenteert Energy Technology Perspectives 2012 Investeren in schone groei (Pagina 4)
3
Energie Actueel, jaargang 15, nr 9 • dinsdag 3 juli 2012
Roland Kupers, U niversiteit van Oxford, pleit voor groene economie naar D uits model
‘Wat wil een politicus nog meer dan een scenario dat banen en groei oplevert?’ Roland Kupers verruilde twee jaar geleden zijn baan bij Shell voor een academisch sabbatical aan de Universiteit van Oxford. Samen met een groep Europese wetenschappers schreef hij een advies voor de Duitse regering over de transitie naar een duurzame economie in Europa. Hun stelling: een groene energievoorziening kan de EUlanden de komende jaren tot 6 miljoen nieuwe banen en tot 6 procent extra groei opleveren. Zij pleiten voor een aanscherping van de CO2-reductiedoelstelling tot 30 procent in 2020. DOOR NOUD KÖPER Tussen enkele internationale reizen door – waaronder naar de klimaatconferentie in Rio – bezocht Kupers het recente congres van Energie-Nederland om zijn visie toe te lichten. Ter illustratie maakt hij graag een vergelijking tussen het Britse en Duitse verhaal over verduurzaming. Kupers: “De Engelsen zijn bezig met verduurzaming, maar op een manier alsof je kinderen hoestsiroop geeft: Het is goed voor je, maar het smaakt niet zo lekker. Terwijl de Duitsers roepen: Hoe meer, hoe beter. Al sinds een aantal jaren hebben ze een CO2-reductiedoelstelling die ver boven de Europese norm ligt. Waarom doen ze dat? Omdat ze - zoals in een advertentie staat Weltmeister willen worden op het gebied van duurzame technologie. Naast zorg voor de aarde, geloven ze dat er economische kansen liggen.” - In Nederland is waardering maar ook veel scepsis over het Duitse duurzame beleid, omdat het wel erg veel subsidie
naar toe gaat. De consument betaalt de rekening voor al die windmolens en zonnepanelen. Kupers: “Dat is een typisch Nederlands cynisch verhaal. Je kunt het ook op een andere manier bekijken. In Nederland hebben we het slechts over een milieuprobleem waar iets aan gedaan zou moeten worden. Het Duitse beleid gaat niet over het groener maken van het energiesysteem, het gaat over een totale herstructurering van de Duitse samenleving. Producten, diensten, bebouwde omgeving, sociale normen. Het is meer dan het creëren van economische kansen, het is het creëren van een werkelijk andere samenleving. Dat wordt in Nederland niet begrepen, omdat we die visie niet hebben. De uitspraken van de VVD over de verduurzaming zijn vrij verbazend. Er wordt alleen gekeken of investeren in duurzaam op zich een winstgevende zaak is, zonder naar de context te kijken. Er moet ‘een positieve business case zijn, anders doen we het niet’. Je vraagt je af hoe dat zich verhoudt tot de toezegging van de Nederlandse overheid om 80 procent CO2-reductie in 2050 te realiseren.”
- Wordt het door de Duitse burgers zelf wel begrepen? “Natuurlijk zijn er ook daar discussies over de kosten. Maar de Duitse keuze voor 40 procent CO2-reductie in 2020 is een weloverwogen beleid dat al meerdere jaren loopt. De beslissing om ook de kerncentrales te sluiten, heeft de Energiewende onontkoombaar gemaakt: het is nu geen vrijblijvende zaak meer maar een definitieve lotskeuze. Daardoor is het bewustzijn ineens echt door gedrongen dat er geïnnoveerd moet worden. Het is een weloverwogen keuze geweest die een breed draagvlak heeft onder de bevolking.” - Heeft het daadwerkelijk zoveel banen opgeleverd. Die zonnepanelen worden toch allemaal in China gemaakt? “Het gaat niet alleen om de energie sector, die is veel te klein – zo’n twee procent - om tot economische groei te leiden; het gaat om de hele economie. Siemens, bij voorbeeld, zegt dat duurzaam al een derde van de omzet omvat. Ook is er een redelijk bloeiende Duitse wind en zonneindustrie. Maar het gaat niet alleen om productie maar ook bijvoor-
‘Duurzame investeringen veroorzaken sneeuwbaleffect’ In het rapport A New Growth Path for Europe – Generating Prosperity and Jobs in the Low-Carbon Economy pleiten Roland Kupers en andere wetenschappers voor een groene Europese economie. Zij pleiten voor verzwaring van de huidige CO2-reductienorm van 20 procent in 2020 tot 30 procent. Deze kan volgens hun berekeningen tot 6 procent extra economische groei op, en tot 6 miljoen nieuwe banen opleveren. De opstellers tonen aan hoe duurzame investeringen een sneeuwbaleffect teweeg kunnen brengen met positieve gevolgen voor de gehele economie. Het grote voorbeeld is de Duitse Energiewende, waar de voortekenen van dergelijke effecten al waarneembaar zijn. Het rapport is opgesteld in opdracht van de Duitse overheid. Dit roept de enigszins wantrouwende vraag op of de Duitse politiek niet vooral op zoek is naar haar eigen gelijk. Kupers: “Die vraag trekt de integriteit van de betrokken wetenschappers in twijfel. De Duitse overheid heeft Carlo Jäger van het Potsdam Instituut gevraagd om te onderzoeken welke consequenties de Duitse aanpak zouden hebben als ze zou worden toegepast voor heel Europa. Die vraag is degelijk onderzocht, met gebruik van standaard Europese modellen. Het is een zeer gedetailleerd onderzoek geweest van mensen die echt wilden weten hoe het zat en geen politieke agenda hadden. Er waren diverse universiteiten, maar ook mensen uit het Europese bedrijfsleven bij betrokken.” n
Geanimeerde conferentie over investeringen in energie Roland Kupers en andere sprekers waren te gast bij de jaarlijkse conferentie van Energie-Nederland op 12 juni jl.. Centraal thema van de middag was ‘Wie steekt zijn geld in de energievoorziening van morgen?’. De vijf aanwezige energiewoordvoerders uit de Tweede Kamer namen een voorschot op de verkiezingen door actief het debat over de toekomst van energie in Nederland aan te gaan. Kupers na afloop: “Ik heb er wel bewondering voor hoe die politici hoogdravende ideeën over de toekomst van de energievoorziening moeten vertalen in de dagelijkse frictie van wetgeving. Ik zou het ze niet graag nadoen. Het probleem is dat de weg naar een groene economie nog te veel wordt begrepen als enorme investeringen vanuit de overheid. Dat hoeft helemaal niet. In de markt is er enorm veel geld, alleen niemand durft het uit te geven. Waar het aan ontbreekt, is vertrouwen dat de overheid serieus deze weg in wil helpen slaan. Dus ons pleidooi is juist om een gunstig investeringsklimaat te scheppen. En een van de signalen die je af zou kunnen geven, is de Europese emissiedoelstelling naar 30 procent te verhogen.” n
beeld om installatie. Tegenwoordig zijn zonnepanelen zo goedkoop, het maakt weinig uit dat ze ergens anders geproduceerd worden. De voordelen zitten hem erin dat er een hele dienstensector omheen kan worden gebouwd. Maar laten we nu eens ophouden met zo’n beperkte kosten-batenanalyse. Ik denk zelf dat de Duitse aanpak over tien jaar zal worden beschreven als een van de grootste bijdrages aan ontwikkelingssamenwerking die er ooit is geweest; omdat de Duitse consument voor de hele wereld – waaronder in Afrika - zonnepanelen goedkoop heeft gemaakt. Door zwaar te investeren, hebben ze de kostprijs tot het huidige lage niveau weten te brengen. Ik denk dat je daar je petje voor af mag nemen. Het zou juist groot respect moeten afdwingen, in plaats van wat gemompel over het feit dat het misschien niet genoeg banen heeft opgeleverd. Trouwens, een van de redenen dat de Duitse zonne-industrie misschien niet zo groot is als hij zou kunnen zijn, is omdat de rest van Europa – inclusief Nederland - zo cynisch was. Als heel Europa in één keer had meegedaan, hadden we misschien wel een dominantere Europese zonneindustrie gehad. Duitsland moest het alleen doen, waardoor de markt
te klein bleef. Maar nogmaals, het gaat bij groene groei maar zeer ten dele om de energiesector.” - U pleit voor zwaardere Europese emissienormen om de omslag naar duurzaam te forceren. Is dat onder de huidige onzekere politieke en economische omstandigheden in de EU wel realistisch? “Op dit moment zit Europa redelijk op koers met haar CO2-doelstelling van 20 procent in 2020. Die halen we op onze sloffen, maar vooral omdat de economische groei is teruggevallen waardoor de uitstoot is afgenomen. Wij pleiten ervoor de Europese economie een nieuwe impuls te geven door nieuwe markten te ontwikkelen. De door ons voorgestelde CO2-reductiedoelstelling van 30 procent is te bereiken zonder grote overheidsinvesteringen, maar kan leiden tot wel 6 procent extra economische groei bovenop het 20 procent scenario en 6 miljoen extra banen. Ik weet niet wat een politicus nog meer wil dan een scenario zonder kosten, dat wel meer banen en meer groei oplevert.” - Welke rol zou Nederland hierin moeten spelen? “Nederland was traditioneel een land dat veel gelegen was aan in-
Prinselijke aardwarmte
Roland Kupers (Universiteit van Oxford): “Nederland was traditioneel een land dat veel gelegen was aan internationalisering en milieubeleid. In het afgelopen decennium is dat als een pudding in elkaar gezakt.”
ternationalisering en milieubeleid. In het afgelopen decennium is dat als een pudding in elkaar gezakt. Dus in zekere zin moeten we onze historische identiteit weer terug vinden. We moeten er weer in gaan geloven, een visie ontwikkelen en in Brussel bepleiten dat die 30 procent reductie doelstelling echt nodig is. En dan komt het aan op het zoeken van duidelijke symbolen. De minister-president moet windmolenparken openen. En vooral geen nieuwe kolencentrales laten bouwen. De bouw van nieuwe kolencentrales in Nederland is achteraf gezien een vergissing geweest. Die beslissing is genomen omdat we tien jaar geleden een hedge tegen hoge gasprijs wilden hebben. Dat doe je in de financiële wereld ook: je koopt een hedge tegen een ontwikkeling die je schade kan opleveren. Op het moment dat die ontwikkeling niet plaatsvindt, is je hedge waardeloos geworden en schrijf je die af. Ik denk dat er met die kolencentrales hetzelfde aan de hand is. Je moet gewoon durven zeggen: het was toen een rationele beslissing maar gelukkig zijn ze niet meer nodig, dus we blazen de plannen af. Vanuit politiek perspectief is dat echt geen schande en zou juist van wijsheid getuigen.” n
Kroonprins Willem-Alexander opende afgelopen maand onder grote belangstelling de aardwarmtecentrale van het project Aardwarmte Den Haag. Met dit feestelijke startsein zijn de eerste 300 woningen in Nederland aangesloten op de nieuwe aardwarmtecentrale. De centrale voorziet de woningen van diepe aardwarmte, een vorm van duurzame energie. Aardwarmte Den Haag is een uniek samenwerkingsverband van de gemeente Den Haag, de energiebedrijven Eneco en E.On Benelux en de woningcorporaties Staedion, Vestia en Haag Wonen. Tot 2017 worden in Den Haag Zuidwest ongeveer 4.000 woningen en 20.000 m2 bedrijfsruimte aangesloten op aardwarmte. Door in deze omvang nieuwe en bestaande bouw met aardwarmte te verwarmen, wordt jaarlijks 5.000 ton minder CO2 uitgestoten. Dat is 70 procent minder dan bij traditionele verwarming. Gemeente Den Haag wil in 2040 CO2-neutraal zijn. n
BUITENLAND Nieuws 4
Energie Actueel, jaargang 15, nr 9 • dinsdag 3 juli 2012
Brussel wil stimulansen voor investeringen in stroomopwekking De Europese Commissie wil dat de EU-landen naar een hogere versnelling overschakelen om de 20-20 doelstelling op een kosteneffectieve wijze te realiseren en wijst daarbij op een aantal hoofdgebieden. DOOR JAN SCHILS, BRUSSEL In de eerste plaats benadrukt de Commissie de noodzaak om (eindelijk) de interne markt voor energie tot stand te brengen. Ze erkent dat werk moet worden gemaakt van stimulansen voor investeringen in stroomopwekking om een soepele integratie van energie uit hernieuwbare bronnen in de markt mogelijk te maken. De Commissie geeft de voorkeur aan regelingen die kostenbesparingen aanmoedigen en waarbij oversubsidiëring wordt voorkomen. Om onnodige barrières te vermijden, pleit zij ook voor meer samenhang tussen de steunregelingen in de lidstaten. Samenwerking De Commissie moedigt ook het gebruik van de samenwerkingsmechanismen van de richtlijn hernieuwbare energie aan. Door de samenwerkingsmechanismen kunnen de lidstaten energie uit
hernieuwbare bronnen onderling verhandelen om hun nationale bindende doelen te halen. Dit houdt in dat de ene lidstaat bijvoorbeeld wind- of zonne-energie koopt van de andere of van een derde land buiten de EU. Dit kan goedkoper zijn dan wind- of zonne-energie in eigen land te produceren. Wat de samenwerking inzake energie met het Middellandse Zeegebied betreft, stelt de Commissie verbeteringen voor van het regelgevingskader. Ze benadrukt dat een geïntegreerde regionale markt in de Noord-Afrikaanse landen grootschalige investeringen in de regio ten goede zou komen en Europa in staat kan stellen duurzame energie in te voeren. Mijlpalen De Commissie wil dat er nu al beleidsopties en mijlpalen voor hernieuwbare energie tegen 2030 worden vastgesteld. Daarbij denkt zij vooral aan nieuwe en strengere doelstellingen op het vlak van de broeikasgasemissies. Het emissiehandelssysteem ETS blijft de Commissie als belangrijkste instrument zien om de CO2-uitstoot ook in de toekomst te verminderen. Dat systeem wil ze dus behouden zien. Van de lidstaten vraagt zij meer aandacht voor energie uit hernieuwbare bronnen en naleving van de energie-efficiencyrichtlijn, waarover zij onlangs een compromis sloten met het Europees Parlement en die vanaf 2013 van kracht moet worden. n
Grote twijfels over Brits kernenergieprogramma De ambitieuze plannen om in het Verenigd Koninkrijk een aantal nieuwe kerncentrales te bouwen staan op de tocht. Twee van de gegadigden, RWE en E.On, hebben zich al teruggetrokken. En bij de overige kandidaten zijn ook twijfels ontstaan. DOOR ARJAN SCHIPPERS, LONDEN Kernenergie speelt in de meeste Britse energiescenario’s een voorname rol als bron van koolstofarme energie. In zijn nieuwe Energiewet neemt de regering zich voor kernenergie, samen met duurzame energie, financieel te ondersteunen met zogeheten ‘contracts for difference’, langetermijncontracten voor de levering van koolstofarme energie tegen een gegarandeerde prijs. Dat is op zijn minst controversieel, want altijd is gezegd dat een nieuwe generatie kerncentrales niet zou worden gesubsidieerd. Maar ook met die contracten staan investeerders nog niet te trappelen. De regering heeft nog geen duidelijkheid geschapen over wie eigenlijk garant staat voor die betalingen. Het ministerie van Financiën in elk geval niet. Potentiële investeerders hebben gezegd daar eerst zekerheid over te willen hebben. Gesteggel Maar ook voordat hierover gesteg-
gel ontstond, hadden RWE en E.On hun plannen al afgeblazen om met hun joint-venture, Horizon Nuclear Power, twee kerncentrales te bouwen. Financiële krapte werd daarbij als voornaamste redenen genoemd. Voor beide bedrijven geldt dat zij in Duitsland voor flinke kosten komen te staan door de stopzetting van het kernprogramma daar. Voor Horizon Nuclear Power worden nu kopers gezocht. Het Franse staatsbedrijf EDF leek de meest geschikte kandidaat om nieuwe centrales te bou-
Een mogelijke oplossing voor het gat dat in de energievoorziening wordt geslagen door sluiting van kerncentrales (en van kolencentrales!) is die kerncentrales langer openhouden. EDF, dat de meeste Britse kerncentrales beheert, heeft daartoe ook verzoeken ingediend bij de Britse nucleaire toezichthouder, the Office for Nuclear Regulation (OND). Die heeft aangegeven daar niet onwelwillend tegenover te staan, zolang de centrales voldoen aan de veiligheidseisen. Langer openhouden van kerncentrales is uiteindelijk een commerciële beslissing, aldus het OND. Er is nog niets besloten, maar EDF zegt dat langer openhouden een goede oplossing voor de korte termijn zou zijn, waarmee de energiesector wat extra tijd krijgt. Maar net als EDF ziet de regering levensduurverlenging als een tijdelijke oplossing. Die nieuwe kerncentrales moeten er toch komen, vindt het ministerie van Energie. n
Investeren in schone groei
Door Pieter Boot
De nieuwe ETP schetst drie langetermijnscenario’s die uitzicht bieden op een temperatuurstijging van 6, 4 of 2 graden Celsius. Het 690 pagina’s dikke boekwerk begint met enkele belangrijke uitspraken. Een schoon groeipad (2 graden tem-
peratuurstijging) levert een hogere voorzieningszekerheid en is zelfs bij hoge discontovoet voordeliger dan ongewijzigd beleid. Anders gezegd: de hogere investeringen worden terugverdiend door lagere brandstofrekeningen – nog los van het feit dat bij lagere energievraag de prijzen van olie en gas minder snel zullen stijgen. Daarnaast is er minder afhankelijkheid van een enkel type brandstof. Belangrijkste belemmering om dit voor elkaar te krijgen is niet het gebrek aan nieuwe technologie, maar de kostenverdeling (baathebbers zijn anderen dan investeerders), het financieringsprobleem (een schoon energiesysteem vergt relatief hoge up front investeringen) en de complexiteit (het gaat niet zozeer om meer individuele schone toepassingen, maar om een nieuw systeem). Cruciaal om dat te bereiken is volgens het IEA een coherente visie van de overheid inclusief heldere doelen en bijbehorende beleidsinstrumenten, omdat in deze kapitaalintensieve sector anders geen investeringen mogelijk zijn.
Drieledig beleid
In deze aanpak past een drieledig beleid. Meer energiebesparing door aanpak van marktfalen en nadruk op niet-economische knelpunten. Energiebesparing is immers rendabel maar het gaat niet vanzelf. Het IEA noemt snelle, verplichte en energiezuinige renovatie van gebouwen als een voor de EU relevant voorbeeld. Ten tweede het omzetten van de werkelijke kosten in de energieprijzen, door emissiehandel of belasting en afschaffing van vervuilende subsidies. En ten derde meer onderzoek, ontwikkeling en toepassing van nieuwe technologie om de schone opties goedkoper te krijgen.
Eerste stappen
In de praktijk zijn al eerste stappen gezet. Relatief goed gaat het met wind op land en zon-PV, waar we harder lopen dan in de ‘roadmaps’ werd verwacht. CCS blijft echter sterk bij de verwachting achter, terwijl dit de ‘verzekeringspremie’ bij uitstek is tegen oplopende kosten van emissiereductie; verder
Onzeker Plannen voor bouw van een nieuwe centrale bij opwerkingsfabriek Sellafield van een derde consortium, Nugen, bestaand uit Iberdrola en GDF Suez, zijn ook op z’n minst onzeker. GDF heeft dezelfde problemen als EDF en het Spaanse Iberdrola heeft te maken met een zwakke thuismarkt. Eerder trok het Schotse SSE zich al terug uit Nugen, omdat het allemaal te duur werd. Nugen zal niet eerder dan 2015 een besluit nemen. Als er geen nieuwe kerncentrales bijkomen, heeft het land een groot probleem. Van de bestaande kerncentrales, die op dit moment 15 procent van de Britse stroom produceren, blijft er in de huidige plannen na 2022 maar één open. n
Levensduurverlenging als optie
E nergy Technology Perspectives 2012
In juni verscheen Energy Technology Perspectives 2012 (ETP), de publicatie over langetermijntransitie van het Internationaal Energie Agentschap (IEA). In haar voorwoord legt IEA-directeur Maria van der Hoeven de vinger op de zere plek van ook het Nederlandse beleid waarvoor ze verantwoordelijk was: essentieel zijn (langetermijn) doelen en voorspelbaar, consistent beleid, want alleen dat schept een investeringsklimaat dat voor schone groei nodig is.
wen, zeker nadat de Britse premier Cameron en de toenmalige Franse president Sarkozy in februari afspraken intensief samen te werken op nucleair gebied. Maar de nieuwe bewoner van het Elysee, president Hollande, heeft aanzienlijk minder op met kernenergie. EDF-topman de Rivaz heeft verzekerd dat er niks is veranderd, maar het valt moeilijk in te zien hoe Hollande, die bijna de helft van de Franse kerncentrales wil sluiten, grote investeringen in een buitenlands kernavontuur zal steunen. Het Britse Centrica had zich aangesloten bij de plannen van EDF, maar topman Sam Laidlaw zei onlangs dat het nog allerminst duidelijk is of kernenergie een goede investering is.
worden er niet alleen veel nieuwe kolencentrales gebouwd, maar is de helft daarvan ook inefficiënt. De bouw van kerncentrales – volgens het IEA nodig – is op het kritieke pad en het aantal elektrische auto’s moet per jaar verdubbelen om op dat pad te blijven. Maar bij elkaar is de noodzakelijke CO2-prijs om de reducties te realiseren ten opzichte van de vorige ETP verlaagd, wat een hoopgevend signaal is. Nieuw aan de ETP is de nadruk op dit beleidsinstrumentarium. Het dikke boek is daarmee een stap verder gekomen en gaat ook in op hoe de vernieuwing gerealiseerd kan worden. Impliciet is dat ook een bijdrage aan het Europese debat over de vraag of we voor de langere termijn één of meer CO2-doelen nodig hebben. Het IEA kiest voor drie, omdat anders de drie beleidsdomeinen niet elk worden aangepakt: energiebesparing, CO2 en schone technologie (dus niet apart hernieuwbaar, maar alle uit CO2-optiek schone technologie, inclusief CCS en kernenergie). Goed innovatiebeleid gaat dus ook over marktordening en de inzet van
economische instrumenten en andersom, de waarde van technologische ontwikkeling staat niet los van het CO2-doel.
Extra acties
De ETP heeft ook aandacht voor timingvragen. Sommige zaken kunnen niet wachten (grootschalige renovatie van gebouwen), bij andere kun je nu inzetten op demonstraties terwijl grootschalige uitrol later volgt (zon-PV). In sommige gevallen is het beeld voor een scenario dat tot 2 of 4 graden temperatuurstijging leidt enigszins vergelijkbaar en zijn de opties dus robuust (sterk toenemend aandeel hernieuwbaar), in andere gaat van-
af zeker moment de ontwikkeling echt anders (aandeel gas of warmtekracht stijgt bij geringe ambitie, maar daalt uiteindelijk bij hoge ambitie). Het minst robuust is CCS: dat is cruciaal bij ambitieus klimaatbeleid, maar komt anders niet van de grond. Mijn conclusie voor Nederland is dat een nieuw kabinet beter eerst zo’n langetermijnstrategie kan ontwikkelen dan op korte termijn (2020 is hier de korte termijn!) aan allerlei knoppen gaan draaien. Extra acties zijn nodig, maar vooral een kader waarin ze worden geplaatst. Pieter Boot is verbonden aan het Planbureau voor de Leefomgeving. n
INTERVIEW Duurzaam
Duitslands offshore windparken gaan financieel in zee ten onder Bouw parken en aanleg kabels lopen ver achter op schema (Pagina 2)
5
Energie Actueel, jaargang 15, nr 9 • dinsdag 3 juli 2012
Jan Rotmans, hoogleraar Transitiemanagement E rasmus U niversiteit
‘Stroperigheid en bureaucratisering staan verduurzaming in de weg’ Jan Rotmans is hoogleraar Transitiemanagement aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam en sinds 2004 oprichter en wetenschappelijk directeur van DRIFT, Dutch Research Institute For Transitions. Hij staat bekend als iemand die vlijmscherpe uitspraken niet schuwt en regelmatig onverbloemde kritiek uit op politiek, wetenschap en bedrijfsleven. “In Nederland voeren stroperigheid en bureaucratisering nog steeds de boventoon.” DOOR ALEXANDER HAJE Rotmans studeerde wiskunde en later milieu en duurzaamheid aan de TU Delft. “Ik ben geen man meer van de rekensommetjes, maar meer van de processen”, zegt hij. “Het feit dat de verduurzaming niet snel genoeg gaat, ligt niet aan de techniek. Dat ligt aan de stroperigheid van de processen in een land als Nederland, waar bureaucratisering hoogtij viert. En waar er een machtstrijd woedt tussen het oude en nieuwe - de invloed van multinationals die de status-quo willen handhaven - dat het transitieproces enorm vertraagt. Er zijn nog te veel institutionele barrières waar we hier tegenaan lopen.”
‘Geen enkel groot energiebedrijf opereert echt duurzaam’ Pas op de plaats - In hoeverre vertraagt de economische crisis dat transitieproces? Rotmans: “Je ziet wereldwijd dat duurzame energie toch doorzet, ondanks de crisis. Ook de investeringen in duurzaamheid nemen toe. Aan de andere kant zie je een pas op de plaats. De enige manier om uit de crisis te komen is door fundamenteel anders te gaan produceren en consumeren. Anders val je weer terug in de oude manier van denken. Er zitten teveel weeffouten in het huidige systeem en
zolang je daar omheen blijft cirkelen, stuit je steeds weer op die weeffouten.” - Kunt u iets explicieter zijn? “Kijk naar het bedrijfsleven. Ook dat is gelaagd. Er is een groep koplopers en die investeren voluit. En er is een peloton dat op de rem trapt. Vroeger zaten die koplopers vooral in het midden- en kleinbedrijf, tegenwoordig zijn dat ook multinationals als Unilever, DSM en Philips. Zij realiseren zich heel goed dat investeren in de groene economie voor hen economische voordelen oplevert. Je ziet daardoor ook een andere economische orde ontstaan. Met andere aannames, andere verdienmodellen. Als je daar als bedrijf niet in mee wilt gaan, lig je eruit. Duurzaamheid moet deel uitmaken van de kernwaarde van een bedrijf. Gelukkig zijn er steeds meer bedrijven die dat heel goed beseffen. En daarnaar ook handelen. Dat is een fundamentele verandering en koerswijziging in de afgelopen tien jaar.” - Bespeurt u die houding ook bij energiebedrijven? “Er is geen enkel groot energiebedrijf dat echt duurzaam opereert. Ik heb alle grote energiebedrijven in ons land vorig jaar bezocht. Ik heb gezien dat daar nog heel veel duurzaamheidswinst valt te halen. Energiebedrijven bevinden zich nog steeds grotendeels in het oude fossiele regime. Maar ze zijn wel wakker geworden. Ik heb ze des-
tijds gewezen op de opkomst van decentrale duurzame energie. Nu zie je – tot mijn genoegen – dat ze die weg ook inslaan. “Ik heb ook altijd al gezegd dat kolen geen optie meer zijn. Als je nu nog een kolencentrale neerzet, dan ben je in mijn optiek verkeerd bezig. Dat is een anachronisme. Je gaat in deze tijd van mobiele telefoons als telecombedrijf ook niet investeren in vaste telefonie. Met kolencentrales valt bijna geen geld meer te verdienen. Met als gevolg dat ze binnen afzienbare tijd worden stilgelegd en over tien jaar worden afgebroken.”
‘Machtstrijd tussen het oude en nieuwe vertraagt de energietransitie’ - Maar kolencentrales zijn er met de huidige technologie wel schoner op geworden. Ze voldoen aan alle milieueisen. “Dat zegt men ook van kerncentrales en auto’s. Ook die worden in de tijd steeds efficiënter. Als je kijkt naar het rendement van een moderne kolencentrale, dan bedraagt die zo’n 45 procent. Dat is inderdaad meer dan vroeger. Maar daar gaat het niet om. Per saldo produceert zo’n kolencentrale net zoveel CO2 als 1,5 miljoen auto’s. En zo’n 400.000 kilo fijnstof per jaar. Dat is nog altijd verschrikkelijk veel. Je kunt zeggen dat ze minder vervuilend zijn dan vroeger, maar dat is geen argument. Tegenwoordig kan
E.On Benelux en RWE/Essent: ‘Fossiel is nuttig in de energietransitie’ Is de energietransitie mogelijk zonder kolencentrales? Nee, menen E.On Benelux en RWE/Essent. Beide bedrijven reageren daarmee op de recente kritiek op nieuwe kolencentrales in Nederland, mede in deze Energie Actueel geuit door energiedeskundigen Jan Rotmans en Roland Kupers. “Misschien wel in de eerste plaats zien grote energiebedrijven als E.On Benelux en RWE/Essent de noodzaak van de energietransitie”, stellen zij in hun gezamenlijke reactie. “Dit zijn ook de bedrijven die verreweg de grootste investeringen doen in duurzame energie en gascentrales. We zijn daarmee de motor van de energietransitie. Zijn in de weg naar een duurzame energievoorziening ook – flexibele - kolencentrales nodig? Ja. Niet voor niets zeggen onafhankelijke instituten als het Internationale Energie Agentschap dat gas- én kolencentrales nog lange tijd deel uitmaken van de energiemix. En hoewel Nederland een succesvol energiebeleid heeft gevoerd als het gaat om de betaalbaarheid en betrouwbaarheid van de energievoorziening, is het een feit dat op gebied van duurzaamheid nog veel moet gebeuren. Zelfs al halen we in 2020 de doelstelling van 14% duurzaam, dan nog hebben we een groot aandeel conventionele productiecapaciteit nodig voor consumenten en bedrijven. Uitdaging “De belangrijkste uitdaging is om zoveel mogelijk duurzame energie in te passen zonder dat het ten koste gaat van de betrouwbaarheid en betaalbaarheid”, zeggen E.ON Benelux en RWE/Essent. “De oplossing moet op Europees niveau liggen. CO2 en energie kennen geen grenzen. Een écht werkend Europees energiebeleid en een goed werkend ETS (emissiehandelssysteem) zijn belangrijke voorwaarden om de doelstellingen te bereiken. Wat contraproductief is zijn lokale maatregelen, zoals in Nederland de voorgestelde kolenbelasting. Dit leidt tot meer import van meer vervuilend geproduceerde stroom en het sterk onder druk komen van grootschalige meestook van duurzame biomassa en opties als CCS. In tegenstelling tot wat voorstanders beweren, resulteert deze belasting niet tot meer duurzame productie en kan het zelfs een drukkend effect op de duurzame elektriciteitsproductie hebben.” Beide bedrijven noemen betrouwbaarheid, duurzaamheid, betaalbaarheid én Europa de viereenheid in de energietransitie. n
je ook schone energie produceren. Kolen dateren uit de eerste industriële revolutie en zijn achterhaald. De derde industriële revolutie is die van de schone brandstoffen. Voor kolen kiezen is dus dom en verkeerd.”
‘Met kernenergie valt geen droog brood meer te verdienen’ Minder vervuilend - Er is nog een alternatief: aardgas. “Dat is de strategie van sommige energiebedrijven. Shell transformeert zich van een oliebedrijf naar een gasbedrijf. Gas is niet schoon, het blijft fossiel. Het is wel minder vervuilend dan olie en kolen. We dachten aanvankelijk dat aardgas ten opzichte van kolen de helft schoner was, maar dat blijkt minder te zijn, zo’n 30 procent. Gas blijft een fossiele brandstof die ook eigenlijk niet meer in dit tijdperk past. Als je alle kolencentrales vervangt door gascentrales leidt dat niet tot minder temperatuurstijging. Het klimaat schiet daar weinig mee op. Bovendien zijn we in 2025 door onze hoeveelheid aardgas heen. Dan is Slochteren leeg. Dan kun je voor vloeibaar gas of onconventioneel gas kiezen. Maar ook dat is niet ideaal. En gas invoeren uit Rusland biedt uiteindelijk ook geen oplossing.” - Is het misschien de hoogste tijd voor een tweede kerncentrale? “Vanuit CO2-opzicht is dat te billijken. Maar ook nucleaire energie is niet duurzaam. Je blijft toch met dat kernafval zitten, dat is en blijft een slepend probleem. En kernenergie wordt als business case steeds lastiger, want het levert niets op. Ik ben onlangs in Finland geweest waar men ook bezig is met zo’n nieuwe generatie kerncentrale. Daar moet ontzettend veel geld bij van de overheid om die nog rendabel te krijgen. Er valt met kernenergie geen droog brood meer te verdienen. Ik heb dat vorig jaar samen met een groot aantal hoogleraren al aangegeven. En voor de elektriciteit hoef je het niet te doen, we hebben nu al een overschot in Nederland.”
Jan Rotmans (Erasmus Universiteit): “Het is veel beter om de verduurzaming te versnellen, net als Duitsland nu doet. Dat levert uiteindelijk de meeste winst op voor klimaat, milieu en economie.”
Nucleaire energie - Tim van der Hagen, kernfysicus en hoogleraar in Delft, is het niet met u eens. Hij zei onlangs nog in deze krant dat kernenergie noodzakelijk is om de energietransitie soepel te laten verlopen. “Dat is logisch, hij heeft daar belang bij. Ik word niet betaald vanuit die industrietak. Ik kijk er in alle objectiviteit en nuchterheid naar. Wat levert kernenergie nu op voor de economie in termen van innovatie, structuurversterking en werkgelegenheid? Wat is de spin-off ? Als je al deze aspecten onder de loep legt, dan heeft kernenergie in Nederland niets te bieden. Neder-
land heeft geen traditie op nucleair terrein en we hebben er geen industrie achterzitten. Zetten we toch zo’n tweede centrale neer, dan gaan we mensen inhuren vanuit Duitsland en Frankrijk. Structureel levert dat in Borssele misschien dertig mensen werk op. Van innovatie in termen van structuurversterking is al evenmin sprake. En ook op R&Dgebied heeft ons land met kernenergie geen reputatie. Wil je echt de economie versterken, dan moet je inzetten op duurzame energie. Dat is gewoon een nuchtere constatering. Goed voor het milieu, het klimaat én de economie.” n
‘Er zijn wetenschappers die het energievraagstuk reduceren tot rekensom’ Wetenschappers als Wim Turkenburg reduceren het energievraagstuk tot een rekensom, een natuurkundesom, vindt Rotmans. “Ze rekenen uit of de energietransitie technisch mogelijk is. En dan onderschatten ze vaak ook nog hoe snel het kan. Wat ze vergeten, is dat er nog zoveel barrières in de samenleving zitten die die verduurzaming ernstig vertragen. Als je die elimineert kan ze veel sneller gaan. Als de politieke bereidwilligheid er is, dan kan dat proces zelfs heel snel gaan. Kijk maar naar Duitsland. Die rekenmodellen van Turkenburg en anderen zijn wel interessant, maar ze kloppen niet. En ik weet het, want ik heb zelf van die energiemodellen ontwikkeld.” Hetzelfde geldt voor economische modellen”, meent Rotmans. “Zolang je die niet voor de waarheid of realiteit aanhoudt, dan kun je er leuke oefeningen mee doen. Maar welke econoom heeft nu een lucide visie hoe het verder moet met dit land in tijden van crisis? Er zijn wel een paar verstandige economen die daar iets van weten. Maar er is geen econoom geweest die deze crisis heeft kunnen voorspellen En ze wordt nog steeds systematisch onderschat, ook door politici. Ik heb al eerder gezegd dat de crisis zeker nog tot 2020 duurt.” n
SERIE Fresh energy 6
Energie Actueel, jaargang 15, nr 9 • dinsdag 3 juli 2012
Stefanie M eltzer , manager marketing value added services N uon Vattenfall
‘Verspilling hoort niet en hoeft niet’ “Na mijn afstuderen als industrieel ontwerper aan de TU Delft was de grote internethype. Het lag voor de hand dat ik ging werken bij een internet-telecombedrijf. Veel gedaan met marktonderzoek. Op een gegeven wilde ik wat anders; de internethype zat inmiddels in de neergang. Mijn oog viel op een heel leuke functie als marktonderzoeker bij Nuon. Het was de vooravond van de liberalisering van de energiemarkt. Dat sprak me aan. Daar zou het gaan gebeuren. Voor die tijd stuurden energiebedrijven nog rekeningen naar lantaarnpalen. Nu moesten we gaan nadenken over klanten. Het besef dat er een mens achter de meter zat. Een mens die keuzes maakt, en dus een klant die we konden kwijtraken. Vragen als: hoe verbeteren we onze dienstverlening? Wat is de behoefte van mensen op het gebied van energievoorziening? Wat verwachten ze van de energieleveranciers? Met de antwoorden daarop ben ik nog steeds bezig in mijn werk.” DOOR SANDER SCHILDERS “Toen ik begon bij Nuon konden consumenten net vrij kiezen voor groene stroom. Nuon verkeerde in een omwenteling. Er werd een club opgezet met veel jonge mensen, vaak uit de telecom en de ict overgekomen. We moesten die gaan klant bewegen bij ons te blijven en andere klanten gaan werven. Best moeilijk, we hadden geen beste reputatie. Bijvoorbeeld het debacle met Vitesse kregen we vaak in ons gezicht terug van mensen. En toen de consumentenmarkt in 2004 openging, hadden we veel problemen met het switchen van klanten.
Een soort algemene systeemcrisis van verhuizingen in de hele energiebranche. Het regende klachten. Dat heeft ons nog lang parten gespeeld, tot zeker 2006 of 2007. Het was niet de tijd om op verjaardagsfeestjes te vertellen dat je bij Nuon werkte, of een ander energiebedrijf. Bakken ellende kreeg je over je heen. Misschien terecht, misschien onterecht, maar als een van de grootste spelers en een partij die vaak voorop liep, was Nuon wel erg de kop van Jut.” Tal van verbeteringen “Veel mensen vragen zich af wat we opgeschoten zijn met markt-
werking en verkoop van energiebedrijven aan het buitenland. Ik denk dat het noodzakelijk is geweest. Zonder liberalisering waren onze klanten nog steeds niet meer dan een meter of een EAN-code geweest. Nu zijn het mensen die een behoefte hebben. De noodzaak binnen het bedrijf om naar onze klanten te luisteren, heeft voor tal van verbeteringen gezorgd. In onze dienstverlening en daarmee voor onze klanten. Neem de jaarnota’s van energiebedrijven: die zijn veel duidelijker en inzichtelijker geworden. Processen zijn meer op orde, de dienstverlening loopt soepeler. Ook op mijn vlak - de marketing
en verkoop van energiediensten die consumenten daadwerkelijk helpen om hun energieverbruik in de hand te houden - bieden we klanten toegevoegde waarde en comfort. Dat was in de nutstijd ondenkbaar.” Kwaliteit en expertise “Nuon profileert zich op de consumentenmarkt als de betrouwbare energieadviseur. Wij helpen onze klanten met energie besparen. We zijn niet de goedkoopste, we zijn niet de groenste. Maar Nuon is wel het bedrijf dat mensen heel actief helpt met concrete oplossingen om hun energiekosten in de hand te houden. Dat zie je goed terug in de commercials die ik met mijn afdeling ontwikkel. Dan heb je onze energieadviseur Eduard die zegt dat het goed voor het milieu is, en installateur Ed die de klanten vertelt dat het goed is voor hun portemonnee. Wij zitten heel erg op kwaliteit en expertise. Daarmee lopen we, denk ik, voorop. Als eerste een emanager grootschalig introduceren. Leuk als mensen daar energie en geld mee kunnen besparen, maar er zit ook iets van een roeping achter: ga slim en zuinig om met energie. Bewustmaking.”
‘Er zal hard gewerkt moeten worden om tot een duurzame energievoorziening te komen’ Allemaal ons steentje bijdragen “Ik probeer altijd wat van mezelf in de campagnes te stoppen. Zodat het meer wordt dan alleen platte verkoop. Natuurlijk zijn onze spotjes in de eerste plaats bedoeld om klanten binnen te halen en veel isolatiecontracten af te kunnen sluiten. Niet alleen mijn team met zes mensen, maar ook onze energieadviseurs, verkopers en zo’n tweeduizend installateurs verdienen er namelijk hun brood mee. Maar ik moet wel achter het product en de boodschap staan. Me daar trots over voelen. Het gevoel hebben dat ik iets bijdraag aan een betere samenleving. Om die reden zou ik nooit voor een sigarettenproducent kunnen werken. Al boden ze me het dubbele van mijn huidige salaris.”
Stefanie Meltzer (Nuon Vattenfall): “Zonder liberalisering waren onze klanten nog steeds niet meer dan een meter of een EAN-code geweest. Nu zijn het mensen die een behoefte hebben.”
“We moeten in heel veel dingen ons steentje bijdragen, vind ik. Ik vind het mijn plicht – en dat zit ook sterk in onze campagnes en in het bedrijf zelf – om verspilling tegen te gaan. Verspilling is zonde, dat hoort niet en dat hoeft niet. In een ongeïsoleerd huis wonen is in feite gewoon de buitenlucht warmstoken. Wat is daar nou slim aan? Natuurlijk willen we allemaal ons comfort niet verliezen. We willen niet in een koud huis zitten of die leuke stroomslurpende lamp hebben, en drie computers, en een zonnebank is ook best lekker. Moeten we dat dan maar laten omdat er anders voor onze kinderen en kleinkinderen geen energie meer
De toekomst van de energievoorziening Ze zijn jong en ambitieus en geven mede richting aan een duurzame, betrouwbare en betaalbare energievoorziening van de toekomst. Wat drijft deze nieuwe lichting medewerkers van energiebedrijven en netbeheerders? Waarom hebben ze voor deze dynamische sector gekozen? En hoe geven zij op hun terrein vorm aan oplossingen voor de essentiële energievraagstukken? In deze serie laat Energie Actueel de aanstormende top van de Nederlandse energiesector aan het woord over hun werk, hun doelen en hun visie op het energielandschap van straks. In dit vierde deel Stefanie Meltzer van Nuon Vattenfall. n
is? Ik vind van wel. Draag je steentje bij. Dat bevalt mij heel erg aan het Nuon-profiel.” Energie logisch en makkelijk maken voor mensen “Ik denk dat energieleveranciers zich steeds meer gaan profileren als degenen die mensen gaan helpen bij het vinden van hun energieoplossingen. Het faciliteren en regelen van hoe mensen het willen hebben. Ik verwacht dat ook de gemiddelde burger, de gemiddelde energieconsument, vroeg of laat het belang van een schone en betaalbare energievoorziening inziet, en dat we niet maar kunnen blijven doorgaan zoals nu. Dat ze er iets bij gaan voelen, hoe schijnbaar onbelangrijk energie nu nog voor ze is. Het is allemaal niet vanzelfsprekend; er zal hard gewerkt moeten worden, willen we tot een duurzame energievoorziening komen. Dat besef is er nog onvoldoende. Maar nogmaals, ik heb hoop. Op een gegeven moment gaan mensen echt zelf stappen zetten, met eigen opwekmogelijkheden of de bereidheid om meer voor energie te betalen. En wij, de netbeheerders en de energieleveranciers, kunnen ze daar bij helpen. Wij moeten het voor die consumenten zo logisch en gemakkelijk mogelijk maken, zodat zij ook hun steentje kunnen bijdragen. Het is nu soms nog te kortetermijnachtig. Neem die energieveilingen die worden gehouden. Daarbij geldt maar één aspect: goedkoop, goedkoop, goedkoop. Er worden klanten bij wijze van spreken onder de wholesale marktprijs gekocht. Wie benefit daarvan, uiteindelijk?” De waarde van een A-energielabel “Energie is nog te goedkoop. Anders kan ik niet verklaren waarom we na veertig jaar met energiebesparing zo weinig vooruitgang hebben geboekt. Terwijl energiebesparing relatief heel simpel kan. Ik bedoel: een gemiddeld huishouden kan nog steeds 20 tot 30 procent
besparen. Niet door in de kou te gaan zitten, of niet door dingen te laten. Maar gewoon door dat uit te zetten wat je niet gebruikt.” “Er is nogal wat discussie over nut en noodzaak van het energielabel voor woningeigenaren. Je hebt voor- en tegenstanders. Sommigen zijn tegen sancties voor woningeigenaren die hun huis zonder energielabel verkopen. Natuurlijk kun je je bedenkingen hebben over de kwaliteit van het label. Maar in feite beoog je met zo’n energielabel, dat een huis met een A-label een zekere waarde vertegenwoordigt, ook in geld.
‘Gemiddeld huishouden kan nog steeds 20 tot 30 procent energie besparen’ “Kennelijk is het idee dat je huis het meeste in waarde vermeerdert als je het verbouwt en er een nieuwe badkamer inzet met een aparte douche en een apart bad. Ik vraag me dat af. Want waarom zou het niet waardevermeerderend zijn als je je huis goed hebt geïsoleerd, met dubbel glas erin en een heel efficiënte verwarmingsketel en je hebt zonnepanelen op het dak? Maar dat is mijn perceptie. Het is ook wel heel lastig. Eigenlijk zou iedereen er uiteindelijk lol in moeten krijgen om zuinig en verantwoord om te springen met energie. Dan kan het volgens mij wel. Aan ons zal het niet liggen. Nuon heeft inmiddels de helft van de markt voor isolatie in Nederland. We groeien daarin heel sterk. En we kunnen nog zoveel meer doen om de energiekosten van mensen in de hand te houden. Wat houdt het tegen? Zo ingrijpend zijn onze diensten niet. De mensen hebben er geen gedoe mee, en het kost feitelijk niet zoveel geld, zo’n 1.500 tot 1.600 euro. Dat verdient zich gemakkelijk terug. Waarom je spaarcentjes niet daarin?” n
CV Stefanie Meltzer 1973: geboren in Nijmegen 1992: diploma Stedelijk Gymnasium, Nijmegen 1999: cum laude Industrieel Ontwerp, TU Delft 1999 – 2002: market intelligence manager Interxion 2002 – 2007: (senior) market manager Nuon 2008: senior marketing manager XS4ALL (KPN) 2008 – heden: manager marketing value added services Nuon Vattenfall n
BUITENLAND Nieuws
Energiecommissaris Oettinger waarschuwt voor stilvallen groei hernieuwbare energie na 2020 ‘Jaarlijkse investering in de EU moet snel verdubbelen tot 70 miljard euro’ (Pagina 1)
7
Energie Actueel, jaargang 15, nr 9 • dinsdag 3 juli 2012
D uurzame energiesector krijgt dit jaar nog maar helft van het geld
Amerikaanse subsidiestroom groene energie dreigt op te drogen De Amerikaanse subsidiestroom voor schone energie dreigt grotendeels op te drogen. Tenzij het Congres ingrijpt. Maar daar zit schone energie voorlopig vast in een politieke loopgravenoorlog. DOOR FRANK KOOLS Voorstanders van schone energie in Amerika slaan alarm. Terwijl Washington in 2011 nog 30,5 miljard dollar in de sector pompte, wordt die subsidiestroom dit jaar al bijna gehalveerd tot 16,1 miljard. En over twee jaar keert Washington nog slechts 11 miljard dollar uit. Dat enorme verval heeft alles te maken
met het grote economische stimuleringsprogramma dat president Barack Obama bij zijn aantreden in 2009 doorvoerde. Dat bevatte vele regelingen voor schone energieprojecten, de meeste tijdelijk of eenmalig. De grootste uitgaven werden in de eerste regeringsjaren gedaan. In 2009 zelf gaf Obama 44,3 miljard dollar uit aan schone energie, een historisch hoogtepunt.
Steunregelingen lopen af Maar 62 van Obama’s 93 steunregelingen lopen af in 2012 of 2013. Bovendien komt eind dit jaar de al oudere voordeelregeling voor windenergie te vervallen. Die geeft ontwikkelaars van windmolenparken tien jaar lang een belastingvoordeel per kilowattuur. Een soortgelijke regeling voor de zonne-industrie loopt in 2016 af. Obama wil in elk geval de windregeling met vier jaar verlengen. Dat zou 4,1 miljard dollar kosten. Bij een recent bezoek aan een turbinebouwer in Iowa noemde de president die een groot succes. “We hadden in het verleden slechts twintig à dertig bedrijven in de windsector, die bezig waren met productie en installatie. Nu bezitten we bijna vijfhonderd bedrijven in 43 staten, die tienduizenden Amerikaanse werknemers in dienst hebben”, aldus Obama. Volgens de brancheorganisatie AWEA staan duizenden van die banen weer op de tocht. Overleven zonder uitkering Maar de verlenging van duurzame energieregelingen stuiten op verzet van de Republikeinse meerderheid in het Huis van Afgevaardigden. “Zeker gezien onze oplopende begrotingstekorten moet de over-
Progressieve denktank bepleit meer geld voor fundamenteel onderzoek schone energie Amerika moet stoppen met zijn kortademige subsidiebeleid rondom duurzame energie. Voor fundamenteel onderzoek moet jaarlijks 15 miljard dollar beschikbaar komen. Daarvoor pleit het Brookings Instituut in Washington. Volgens de progressieve denktank gaat Amerika met de steun voor schone energie te vaak van alles naar niets. Een goed voorbeeld daarvan is de regeling voor windenergie. Die werd voor het eerst afgekondigd in 1992. Het Congres heeft die regeling drie keer laten verlopen om hem later weer in te stellen. Zeven keer heeft het die verlengd, juist voor de deadline. Dat geeft te weinig zekerheid aan investeerders, aldus Brookings. Exploitatiesubsidies afbouwen Verder gaan de meeste van die subsidies naar productie, zoals van zonnepanelen. Of naar exploitatie, bijvoorbeeld van windmolenparken. Te weinig subsidiegeld gaat volgens Brookings naar onderzoek. Van de 44,3 miljard dollar, die Washington in 2009 aan schone energie uitgaf, ontving onderzoek slechts 6,1 miljard. De denktank adviseert het Witte Huis en het Congres te kiezen voor exploitatiesubsidies die over een wat langere periode tot nul afgebouwd worden. Tegelijkertijd moet Amerika jaarlijks 15 miljard dollar in onderzoek gaan steken. Dat is minder dan de 19 miljard die jaarlijks naar ruimteonderzoek gaat, terwijl energie zeker zo belangrijk is voor de nationale veiligheid, aldus Brookings. n
heid niet één bedrijfstak helpen winnen van de andere, niet in de energiesector en niet daarbuiten”, vindt afgevaardigde Mike Pompeo uit Kansas. “Ik heb er vertrouwen in dat de windsector kan overleven zonder uitkering.” Vaak wijzen Republikeinen erop dat recentelijk meerdere grote Amerikaanse zonnepanelenmakers, die steun uit Washington hadden gekregen, fail-
liet zijn gegaan. Dat zou bewijzen dat subsidies voor schone energie weggegooid geld zijn. Voor senator James Inhofe van Oklahoma zijn ze onderdeel van Obama’s “frontale aanval op de traditionele Amerikaanse energieontwikkeling” van kolen, olie en gas. Harde crash Voor de verkiezingen voor het Wit-
te Huis en het Congres van begin november lijkt verlenging van de steun politiek moeilijk. Experts denken dat het Congres daarna alsnog met wat extra steun instemt. Zij geven vooral de windenergieregeling een redelijke kans. Maar ze houden ook rekening met een harde crash voor de Amerikaanse groene energiesector. n
Economische regeringsadviseurs vegen vloer aan met Deens transitiebeleid Het economisch regeringsadviesorgaan van Denemarken, de zogenoemde Economische Raad, veegt de vloer aan met het subsidiebeleid ter bevordering van duurzame energie. De economische adviseurs dringen er bij de Deense regering op aan om een punt achter de steunmaatregelen te zetten. DOOR WIM VERSEPUT, KOPENHAGEN “Ondoelmatig”, oordeelt de Raad, die meent dat in plaats daarvan de markt het moet doen met behulp van de handel in CO2-emissierechten. “Als de CO2-prijzen stijgen, groeit het aandeel duurzame energie vanzelf terwijl het totale energieverbruik automatisch daalt. Subsidies voor hernieuwbare energiebronnen zorgen er alleen maar voor dat de in Denemarken vrijkomende emissierechten elders in de EU worden benut.” Haaks Het advies staat haaks op de plannen van de vorige en de zittende, afgelopen najaar aangetreden regering. De huidige Deense regering wil door verdere verhoging van de
heffingen de subsidie-inzet bovendien nog verder opvoeren ten gunste van de transitie naar een duurzame energievoorziening. De ambitie is dat de helft van de Deense elektriciteitsproductie in 2020 uit windenergie wordt gehaald. In combinatie met stimulering van maatregelen in de sfeer van de verbetering van energie-efficiency mikt de regering in 2020 op een investeringsniveau van 750 miljoen euro om deze ambitie in daden om te zetten. Waarschuwen Voor de heffingen op stroom betekent dit dat ze maar één kant op kunnen, namelijk omhoog. De economische wijze mannen waarschuwen daarvoor. “De stroomprijzen dreigen niet meer te kunnen concurreren met die
van olie en gas. Dat maakt het minder aantrekkelijk om het individuele fossiele brandstofverbruik te vervangen door elektriciteit en daarmee te verplaatsen naar de CO2-emissiehandelssector, waar de regulering van de emissie qua kosten het doelmatigst gebeurt.” Tegen deze achtergrond wordt de regerende politici afgeraden om Denemarken in de EU een solorace te laten lopen bij de bestrijding van de klimaatproblematiek. “Deze wordt daardoor niet opgelost, maar er worden wel aanzienlijke kosten gemaakt. De beste manier blijft het CO2-handelssysteem van de EU. Denemarken moet daarom werken aan een versterking van dit systeem met stringentere emissiereductiedoelen in de vorm van een lager quotumplafond, ook na 2020.” Lovende woorden Het Internationaal Energieagentschap (IEA) wijdde dit voorjaar in zijn Denemarken-rapport lovende woorden aan de transitieplannen van Kopenhagen. Hoewel in dat rapport stimulerende maatregelen niet werden afgeraden, waarschuwde ook het IEA ervoor dat gewaarborgd moet worden dat de consument waar krijgt voor zijn geld, ofwel dat naar de doelmatigste oplossingen wordt gezocht. n
Brits rapport: ‘Subsidie voor geothermie onvoldoende’ Een Brits rapport stelt dat het potentieel voor energie uit aardwarmte in het Verenigd Koninkrijk groot genoeg is om te voorzien in 20 procent van de huidige elektriciteitsbehoefte en 100 procent van alle benodigde warmte voor huishoudens. DOOR ARJAN SCHIPPERS, LONDEN Energie uit aardwarmte, ook wel geothermie, werkt volgens een vrij simpel principe. Er worden twee boorgaten geboord in kristallijn gesteente, zoals graniet. Hoe dieper wordt geboord, hoe warmer het wordt. Na een paar kilometer boren is het rond de 180 graden. In het ene boorgat wordt water onder hoge druk ingespoten, waardoor het diepliggende, hete gesteente splijt. Er ontstaat een onderaards reservoir waar het water in wordt verhit en bij het andere boorgat komt het als zeer hete stoom weer naar boven. Die stoom drijft vervolgens een turbine aan. Daarnaast komt er een
hoop goed te gebruiken restwarmte vrij. Het voordeel van deze vorm van stroomopwekking is dat het baseload elektriciteit oplevert. Groot potentieel Volgens het rapport van consultants Sinclair Knight Merz is er, verspreid over allerlei geschikte locaties in Groot-Brittannië, een capaciteit van 9,5 gigawatt voor elektriciteitsproductie en 100 gigawatt voor warmte. De techniek is nu nog duur, maar het potentieel voor een snelle en forse kostenreductie is groot, aldus het rapport. Maar daarvoor heeft de sector wel een duwtje in de rug nodig. In de eerste voorstellen voor herziening van het Britse subsidieregime
komt geothermie er echter bekaaid af, met een subsidieniveau dat lager ligt dan getijdenenergie. Om de steun tot het gewenste niveau op te trekken, zegt de Renewable Energy Association, is niet meer dan 15 miljoen euro per jaar extra nodig. Een koopje. Toch is geothermie niet helemaal zonder problemen. Bij het boren en het inspuiten van water bestaat een lichte kans op kleine aardbevingen. Daarom beveelt het rapport de overheid aan gerichte steun te verlenen in de eerste fase van proefboringen. Aardwarmte uit IJsland Naast energie uit eigen aardwarmte onderzoekt de Britse regering ook de mogelijkheid om het enorme geothermische potentieel in IJsland te gebruiken. Londen en Reykjavik gaan de mogelijkheid onderzoeken voor een interconnector tussen IJsland en de Britse eilanden. n
OPINIE Gasmarkt 8
Energie Actueel, jaargang 15, nr 9 • dinsdag 3 juli 2012
Confereren met optimisten
Door Coby van der Linde
Kuala Lumpur Een internationale aardgasconferentie in Azië of Noord-Amerika is dus niet hetzelfde als een conferentie over hetzelfde onderwerp in
ENERGIE Actueel Energie Actueel is een driewekelijkse uitgave van de vereniging Energie-Nederland. Energie Actueel verschaft nieuws, achtergronden en opinies uit de wereld van energie en aanverwante bedrijfstakken. Redactieadres Energie Actueel Postbus 834 6800 AV Arnhem Tel. 026-3569 417 e-mail
[email protected] Hoofdredactie Anne Sypkens Smit Bladmanagement & eindredactie PACT Mediaproducties BV, Den Haag Redactie Noud Köper, Sjoerd Marbus, Sander Schilders Correspondenten Henk van den Boom (Barcelona), Elro van den Burg (Warschau), Jan van Etten (Parijs), Jan van Hoof (Frankfurt), Frank Kools (New York), Jan Schils (Brussel), Arjan Schippers (Londen), Wim Verseput (Kopenhagen) Lay-out & opmaak Do Company, Rotterdam Druk & Distributie Senefelder Misset Grafisch bedrijf bv, Doetinchem Abonnementen Energie Actueel wordt kosteloos toegezonden aan personen in dienst van bedrijven die lid zijn van Energie-Nederland of Netbeheer Nederland, in dienst van de overheid of hoger onderwijsinstelling en aan openbare bibliotheken. Overige geïnteresseerden kunnen zich abonneren. Een jaarabonnement kost € 99,Losse nummers € 6,50 Alle bedragen zijn inclusief BTW. Abonnementsgelden worden namens de uitgevers geïnd door Abonnementenland, Heemskerk. Opzeggingen - uitsluitend schriftelijk - twee maanden vóór ingang van het nieuwe kalenderjaar aan: Energie Actueel, Postbus 834, 6800 AV Arnhem
Adreswijzigingen kunnen worden doorgegeven aan:
[email protected]
Advertentie-exploitatie André van Beveren, Recent BV, Postbus 17229, 1001 JE Amsterdam Prins Hendrikkade 77 b, 1012 AE Amsterdam t 020 3308998, f 020 4204005
[email protected] Overname van artikelen uitsluitend toegestaan na toestemming van de hoofdredactie. ISSN 2211-6230
Europa. Dat bleek maar weer eens op de World Gas Conference 2012, te Kuala Lumpur, Maleisië, in de eerste week van juni. Het optimisme van Noord-Amerika en Azië-Pacific domineerde de conferentie. Maleisië zelf verwelkomde de gasgoegemeente met de opening van een nieuw LNG-project door de premier. Voor een gasconferentie en exhibitie is dat een mooie binnenkomer. Zijn toespraak ademde het optimisme behorend bij een Aziatische gasexporteur. Voor de aanwezige Europeanen had hij de allengs gebruikelijke woorden over de Eurocrisis en de noodzaak hier snel greep op te krijgen om het Aziatische groeifeestje niet in gevaar te brengen. De realiteit van het in economische misère verkerende Europa staat in schril contrast met de realiteit elders, zo veel wordt de WGC-deelnemer snel duidelijk. Het optimisme over de toepassing van gas in veel meer dan alleen industrie en elektriciteitscentrales is groot. Kleinschalig LNG, drijvende installaties, LNG in transport; het kan niet op. De boodschap past goed in het landschap. De aanblik van Kuala Lumpur is modern en welvarend. In de schaduw van de beroemde tweelingtorens zindert het van vooruitgangsdenken en maakbaarheid. Een dergelijke atmosfeer kom je ook tegen in andere grote steden van landen in Azië en het Midden-Oosten. Voor een Europeaan worden de verschillen tussen de dynamiek van die samenlevingen en die van Europa steeds zichtbaarder, al was het maar door de opgeruimde staat van de infrastructuur en de publieke ruimte. Vier jaar crisis is kennelijk heel wat kostenknijpen verder.
Samenwerken Is er dan niets aan te merken op het Aziatisch wonder? Natuurlijk wel. De samenwerking tussen de verschillende landen is rudimentair. Er kunnen nog heel wat voordelen behaald worden door gasmarkten beter op elkaar aan te laten sluiten. Echter, het vertrouwen in dergelijke stappen is niet zo groot en men zet liever in op de voorzichtigere intergouvernementele samenwerking via bijvoorbeeld de ASEAN, dan de meer ingrijpende intragouvernementele route zoals Europa. In de toekomst liggen ook uitdagingen, vooral op het strategische vlak. De potentiële conflicten in de Zuid-Chinese Zee zijn groot, onder andere ingegeven door verwachte energievoorkomens. De samenwerking tussen de kleinere landen wordt er wel door gestimuleerd, evenals de inspanningen om de VS te overtuigen in het verdedigen van de strategische belangen daar. De hoop is gericht op een succesvolle schaliegascampagne in China, waardoor de druk op grensgebieden op land en zee wat afneemt met de toename van het binnenlands voorgebrachte gas. De voornemens van de Chinese regering om in een aantal jaren flinke volumes te produceren, zijn indrukwekkend. Groene groei De landen in Azië hebben gelijk door gas te vereenzelvigen met groene groei. Het levert echt veel meer vermeden CO2-uitstoot dan kolencentrales. De economische groei zelf staat niet ter discussie. De keuze voor gas dat en ruim voorradig is en minder belastend is voor het klimaat biedt de landen een kans om in de internationale discussies met een
goed alternatief te komen. Bovendien past in dit beleid ook de latere inpassing van duurzame energiebronnen. De belangstelling hiervoor is groot, zeker nu de kostprijzen dalen. Daar veel landen in Azië toch werken met niet-marktgerelateerde binnenlandse energieprijzen is het inpassen vaak een kwestie van de verdeling van (directe en indirecte) subsidies. Een goed voorbeeld van vermeden CO2-uitstoot is de toch wel spectaculaire daling in de VS. De schaliegasrevolutie heeft geleid tot een ruim aanbod van gas en daarmee corresponderende, relatief lage prijzen. Gas verdringt nu kolen in de opwekking van elektriciteit. De gevolgen zijn een veel lagere CO2uitstoot in de VS. Door het overaanbod aan kolen in Noord-Amerika daalt echter de internationale kolenprijs en dreigen kolen, bijvoorbeeld in Europa, het duurdere gas daar te verdringen. De internationale energiemarkten blijven een ingewikkeld samenspel van factoren. Optimisme Als erkend zwartkijker en Europeaan was de week deelnemen aan de WGC 2012 een openbaring. Mijn verzoek aan mede-Europeanen is om deze zomer, als tussen de crisistoppen door de handdoek op het zand wordt gelegd en enige reflectie mogelijk is, om iets van het Aziatisch optimisme over te nemen. Er zijn vele wegen naar Rome, ook richting 2050. Coby van der Linde is hoofd van het Clingendael International Energy Programme en hoogleraar Geopolitiek en Energiemanagement aan de Rijksuniversiteit Groningen. n
Abonnement op
ENERGIE Actueel Vul de bon volledig in en stuur zonder postzegel naar: Energie Actueel, Postbus 834, 6800 AV Arnhem Ik abonneer mij op Energie Actueel Een abonnement kost €99,- incl. 6% btw Ik verzoek om kosteloze toezending van Energie Actueel, omdat ik werk bij: een bedrijf dat lid is van Energie-Nederland een bedrijf dat lid is van Netbeheer Nederland de overheid een hoger onderwijsinstelling Titel(s) Voorletters en naam
M/V
Functie Telefoonnummer E-mail Naam organisatie/bedrijf Afdeling Postadres*
Locatiecode
Postcode/woonplaats Aard van het bedrijf * Tevens factuuradres.
Ik ontvang Energie Actueel graag op onderstaand privéadres** Adres Postcode/woonplaats ** Bij ontvangst op privéadres ook altijd de gegevens bedrijf, incl. postadres, invullen.
Datum Handtekening
Ordernr.
btw-nr.
03-07-2012
Het is wel wennen. De afgelopen jaren past een Europeaan op internationale energieconferenties enige bescheidenheid. Niet langer voeren de Europeanen het hoogste woord over de verworvenheden van de uitbreiding en liberalisering van de markt en ook op het gebied van verduurzaming past meer bescheidenheid in internationale fora. De Europeanen hebben plaatsgemaakt voor de Noord-Amerikanen, die de show stelen met hun schaliegasrevolutie. De effecten van deze revolutie laten zich nog iedere dag op de een of andere manier voelen in de internationale energiemarkten. De Aziaten zijn niet minder optimistisch. Gas wordt daar groene groei genoemd en gelijk hebben ze, omdat het zowel het plaatselijk milieu verbetert als de economische groei minder CO2-intensief maakt. De markt voor LNG groeit en bloeit. De Australiërs surfen met ‘downunder’-gemak mee op het succes. Met de groei van gas wordt in Azië meteen ook de ambitie voor de inpassing van meer duurzame energie uitgesproken. Gas is daar hip en gas is de toekomst.
Pijpleidingen en politiek In haar rapport Gasrotonde: nut noodzaak en risico’s formuleert de Algemene Rekenkamer stevige kritiek op de Nederlandse Staat. De Ministers van EL&I en van Financiën wordt aangerekend dat ze onvoldoende getoetst hebben in hoeverre het bedrag van 8,2 miljard euro aan investeringen door de staatsbedrijven Gasunie en EBN in Gasrotondeinfrastructuur bijdraagt aan het publiek belang. Bovendien wordt de informatievoorziening aan het parlement onvoldoende geacht, wat betreft de verantwoordelijkheden van de ministeries in hun relatie met Gasunie en EBN, het publieke belang en de risico’s rond de investeringen door de bedrijven. Hoe belangrijk die informatievoorziening is, bleek uit de berichtgeving in de pers, die vooral de kritiek, het kraken van het beleid en het verspillen van euro’s als boodschap oppikte.
Door Aad Correljé
Dat het rapport op deze manier in de pers komt, is het gevolg van het ontbreken van belangrijke informatie over ontwikkelingen in de energie- en gasmarkt, de aard van overheidsbeleid op het gebied van energievoorzieningszekerheid en de beperkingen van het evalueren van dat beleid. Om maar met dat laatste te beginnen. Bijlage 3 van het rapport gaat in op de normen waarmee de Rekenkamer de beleidsvoorbereiding door de overheid beoordeeld heeft. De beleidsdoelen moeten Specifiek, Meetbaar, Afgestemd, Realistisch en Tijdsgebonden (SMART) geformuleerd zijn. Er moet aangetoond worden dat het beleidsinstrument, de gasrotonde, het beoogde doel dient. Er moet een betrouwbare scenarioanalyse van de energiemix bestaan, met inzicht in de plannen van omringende landen en de invloed daarvan op de gasrotonde. En er moet worden nagegaan hoe dat bijdraagt aan een schone, betaalbare en betrouwbare energievoorziening. Ook is inzicht in de financiële risico’s nodig. Dat is nogal wat. Want voorspellen is moeilijk, vooral als het om de toekomst gaat! Cruciaal is de vaststelling dat energievoorzieningszekerheid een beleidsdoel is dat zich alleen in de toekomst kan bewijzen. Er zijn nu geen problemen in de beschikbaarheid van aardgas in Nederland. Echter, als er iets onzeker is, dan is het wel de rol van aardgas in de energiemix van de toekomst. De gevolgen van de verrassende ontwikkeling van schaliegas in de VS en Fukushima voor de wereldgasmarkt zijn slechts twee voorbeelden. Vraag en aanbod van aardgas zullen bepaald worden door de omstandigheden op die markt. Het is dan ook lastig om geloofwaardige en robuuste scenario’s te construeren die de basis kunnen vormen voor zinvolle kosten-baten- en risicoanalyses en SMART-beleidsdoelen. Moet de overheid dan maar geen beleid voeren? Natuurlijk wel! Ge-
geven het feit dat vraag en aanbod tegenwoordig op de markt bepaald worden, richt het huidige beleid zich vooral op het faciliteren van die markt en daarbij speelt infrastructuur een enorme rol. Dat is het publieke belang. Mét een infrastructuur kun je, als je er de marktprijs voor wilt betalen, gas kopen van verschillende aanbieders. Zonder geschikte infrastructuur kun je helemaal niks. Een toekomstgericht gasinfrabeleid richt zicht dus op diversificatie en het investeren in verschillende opties voor de aanvoer en een functionerende markt. En, inderdaad, die infracapaciteit is grotendeels onder contract verkocht. Al betekent dit niet dat je alles onmiddellijk voor 100 procent zult gaan gebruiken. Misschien wel helemaal niet. Maar dat weten we nog niet, nu. Het houdt ook in dat er in internationale doorvoerinfrastructuur geïnvesteerd moet worden die de voorzieningszekerheid in buurlanden verbetert. Het huidige systeem van gastransmissieregulering – en ook de evaluatie van de Rekenkamer - richt zich echter primair op het reduceren van de transportkosten van de nationale gebruikers met een paar euro per jaar en op het risico voor de Nederlandse belastingbetaler. De zekerheid van de buren speelt geen enkele rol. Schoon, betaalbaar en betrouwbaar voor wie, is hier de grote vraag. Eigen land eerst! Dat klinkt heel gewoon tegenwoordig, maar het leidt niet tot een functionerende Europese gasmarkt. Het rapport van de Rekenkamer maakt glashelder dat een belangrijk deel van het risico van gereguleerde gastransporteurs in de EU, zoals Gasunie, voortvloeit uit regulatory risk door de toezichthouders, zonder dit begrip ook maar te noemen. De rol van gas in de toekomstige energiemix, en daarmee de risico’s die de Staat als aandeelhouder loopt, zullen in belangrijke mate bepaald worden door het beleid van overheden en de Europese Unie. Dat beleid en de effecten zijn onvoorspelbaar, afhankelijk van de politieke omstandigheden, en daarom vaak een exogene variabele in scenario’s. En een hoog politiek risico in uiterst kapitaalsintensieve infrastructuren, die vooral (publieke) langetermijndoelen dienen in een onzekere omgeving, heeft dan tot gevolg dat het aanleggen en exploiteren van infrastructuren eigenlijk alleen maar door staatsbedrijven kan geschieden. Welke private aandeelhouder stelt zich hieraan bloot? Publiek eigendom kan dan de oplossing zijn. Maar dan moeten we de vraag gaan stellen hoe een overheid moet omgaan met haar verschillende rollen als aandeelhouder, als beleidsmaker, als toezichthouder op de sector en als Rekenkamer. De Rekenkamer doet een poging daartoe, maar bij de evaluatie van beleid is het toch, echt, van belang om naar het langere termijn totaalbeeld te kijken en niet alleen naar stukjes daarvan. Dan missen we informatie. Aad Correljé is universitair hoofddocent Economie van Infrastructuren aan de TU Delft en verbonden aan het Clingendael International Energy Programme. n