maarT - mei 2012 Nummer 14 Trimestrieel tijdschrift - Toelating gesloten P801153
B e c a u s e
n u t r i t i o n
i s
a
f a s t - m o v i n g
Dossier
Nieuwe
eiwitbronnen
Nutri
sciences D Ondervoeding bedreigt senioren D Sport en voeding: een belangrijk verband!
Nutri
trends D insecten op het menu? D maaltijdvervangers, proteïnediëten, wat moeten we ermee?
Nutri
actions D De darmtransit: een open venster op onze levensstijl D actief blijven na je vijftigste?
Nutri
web D Nieuw op www.foodinaction.com
s c i e n c e
De tool waar u op wachtte!
Voor het eerst is een grote hoeveelheid informatie verzameld in een en dezelfde tool. NESTLÉ heeft speciaal voor u, als gezondheidswerker gespecialiseerd in voeding, een nieuwe tool ontwikkeld die een schat aan informatie biedt voor u en uw patiënten. ®
Fitness
Natuur
, rijst el 53,6% tenlijst (voltarweme uikerstroop, en I ngrediën : Granen 88,2%bruine inverts ator: mono-
emulg faat; ienten ltelijke estroop, trinatriumfos • Ingred suiker, gedee ), pinda’s, zout, glucos regelaar: 34,6% xtract, van melk, en; zuurte gerstemoute van vetzur Mogelijke sporen ur, riden heenzu diglyce , pantot tocoferolen. e B12, noten. C, niacine zuur, vitamin antioxidant: en andere Vitamine folium elen amand Mineralen: vitamine B2, ines en e B1, • Vitam e B6, vitamin ijzer. vitamin aat en carbon calcium nr: V117ES07 ept • wRec
PRODUCTFICHES
nmerken
P roductke ®
30 g Fitness
Natuur
pels
er 8 soeple
+
+
1 koffielepel
suiker
• Water, glucosestroo laurier; zonnebloemoppoeder, zout, kruiden 4,9%: peterselie, tijm, lie, knoflook, gistextract, xanthaangom verdikkingsmiddelen: , carrageen; spinaziepoed geconcentree er, olijfolie, citroensap, rd preisap, kurkuma, specerijenextracten aroma’s (tarwe), (selderij). Mogelijke sporen van melk, ei.
• gedetailleerde voedingseigenschappen van talloze producten van de NESTLÉ-merken
G emid
ische waarde
raten
n suikers
Vetten
6%
1,8 g 0,14 g 0,36 g
Natrium ivalent
13% <1% 1%
=
9%
0,21 g
9%
- © 2012
100 g
1 cup
22,2
*GDA: Dagelijkse
1% <1%
<1%
0,5 g
Bestem d voor
1%
0,0 g
<1%
0,2 g
6,2 g
Dagelij
kse Voedin
2,56
g
g
Per portie 1 snede (20 g) 21 kcal
g
% GDA*
4,4 g
1%
0,2 g
9%
0,2 g
<1%
0,3 g 0,1 g <0,1 0,20
<1% <1%
g
1%
g
<1%
ning.
en in dit gamma
gezond heidswe rkers
VOEDINGS
+ PUNT
- © 2012
• Rund • Groenten VOEDINGS
+ PUNT
- © 2012
De di
ëtist
• visuelehulpmi ddelen ontwikkeld in samenwerking met de VBVD die u helpen om 8 voedingsdoelstellingen uit te leggen aan uw patiënten, bijvoorbeeld: Hoe eet ik meer fruit en groenten? Hoe eet ik minder zout? Hoe lees ik een etiket?
De diëtist
Hoe eet je
informeert
” fruit en
portie?
1 portie =
Het gaa
? en per dag
t niet
Fruit :
en* alte Geh e zout eral l min mg/ aan <50
ie
isat
elde tomaat
eral
Min
Erg
• ½ banaan
ien
tte
• ½ courge
• 1 kleine
nisatie
ndheidsorga
senbonen
• 7 aardbe
appel
Ontwikkeld
Bestemd
SSE
NE N
VOLWA
8x
KIN
DE REN
8x
pen rna nk die com dra Voo lies enige ver LIES De VER water et het e mo g am lgan stoe terinn AME INN ken Je wa
• ½ paprika
dran
werkers voor gezondheids
Bij
ops het
bijt
ont
In de
rbon
s
urin
dag
’s mid
ags
‘s midd
t
is kom
Als
je thu
ten
atie
nde
Bij
het
avo
en
ds
r het
‘s avon
slap
Waarom Te veel moet je mind hoge zout eten er zout is onge bloe eten? en vaatz ddruk, zond . Het iekten. wat een leidt risico tot facto r is vooreen hart-
aten mg/ l Sulf aten 0 mg/ Bicarbon l 0 mg/
>60
ten
we kt een le om zaa llectue n Goed veroor inte en et lere ratatie ieke je mo fys hyd nde van de niet; staat voldoe ing el vol • On minder evo ver staties dorstg drinken pre een atig te en • Alle regelm om
tussen
W aaro m toegevowordt aan voeding egd? smi
Nestlé
>20
end oud end oud aath
aath
Bica
spir
tran
n
dele
>50
umh
nesi
Mag
lunch
g
wiss
stof
ium
Calc
Sulf
de
elin
© 2012
d den end oud
hou
g
dda
rmi
voo
Bij e
verschil
zout is een en natr van de ium? bestandd um (Na) elen = 2,5 van zout g zout (NaC l)
1 g natri
l)
Ontwik °C (mg/ keld 180 op initiatie t op f van
?
is het
Natrium
resid
e gez n naa * Bere rde r het hel er n wo l wat oze ruik voo Bestem ium d voor eraa gek l Calc k mingezond um Kan ks geb © 2012 urlij nesi 0 mg/heidswerkers elij >15 Natu l Mag dag
taan
het
vast
ut eten W at
Geb g idin bere r de g t voo ding idin chik Ges babyvoe de bere r van t voo ding lijk chik nke Ges babyvoe , afha l ruik eraa van rs geb min Dive het type van
gres
u. Droo
als
kend
ends
mg/
>15
Rijk
‘s ocht
l
00
15 cl
Bij
aam lich sstof lijk ing nse me voed het ben én van heb ank ddeel t nodig r: dr tan ech bes en W ate we ser amste
e
te spinazi
ls gekook
• 2 eetlepe
ls prinses
• 3 eetlepe
l
0 mg/
<50
laag
Laag
20 cl
soep
• 1 kom groente
van Nestlé
op initiatief
der zo
len era min je g? van r Hoe oevvee eell zou r da raalwate e inname eert t per dag? r pe lijk mine bijkomend form Zout hebb en we • Ong wate N atuur zorgen voor een st in nodig, evee maar iëti mogen r 10 g, terw we eten Kan liter eten er veel ijl we ed niet mee te veel ,5 D 1 r dan van: en tines 6 g per • 2 clemen dag zoud atie: k je A anwijzing situ enz. n en ri eke dieet cifi een spe ed /dag ens een /dag lang in, tijd Ho rge
• 1 gemidd
• 2 brocco
en Wereldgezo * Aanbeveling per dag g 400 à 800
m min
ruik
liroosjes
per dag
ling is De doelstel n (WGO)* en groente 400 g fruit 80 g porties van Dat zijn 5 :
eert je
W aaro
alleen
om het Zo’n 75% zoutvaa van zit vers tje topt in het zout dat voed Mind ingsmiddwe eten, er een begizout op ons elen eten n, maa stroo r dat ien is alleen volstaat niet
groent 80 g
Groenten
V ijf porties
inform
je
“5 porties W at is één
Kipp envl mager ees is van slechts met gemiddenature bevat 1,5% vets ld toch tof en nutr alle esse ntiële Idea iënten. al van lichtvoor het mak bereidinge en sma en kelijke en
Een smakelijke en praktische oplossing om deze hele familie van groenten te laten genieten
1%
0,74 g
voor een volwassene 31% gebaseerd op Individuele behoeften een gemiddelde kunnen variëren behoefte van naar geslacht, leeftijd en lichamelijke 2000 kcal. inspanning.
gezondheidswerkers
*GDA:
1,02
1%
0,4 g
3,9 g 0,4 g 1,7 g
Voedingsrichtlijn
lent
let gegri g • Kipfi let met ld Provença alse kruid en
% GDA*
0,2 g 2,9 g
3,5 g
Vetten
waarvan verzadigd vet Voedingsvezel s Natrium
• Kip • Pesto • Look & Peterselie
<0,4
quiva
2000
17 kcal
1,8 g 24,4 g
Zoute
g
1,0 g 1,0 g 1,5 g 0,5 g
kcal. gsricht Individ An uele behoe lijn voor nde 0,51 derree een volwas g 9% ften kunnen produc variëre sene gebase n naar ten in erd op • Kalko 9% geslac een gemid ht, leeftijd dit gam • Kipfi enfilet geroo delde en licham behoe let natuu kt met ma fte elijke • Kipfi r honin inspan van
Andere product
EDUCATIEVE FICHES
en
zels
m
½ cup voorbereid met 250ml water
143 kcal
waarvan suikers
Bestemd voor
Voedi
Verpakking: • 6 cups (1 cup voor 4 personen)
Nutriënten
➜ Energetische waarde Eiwitten
Bestemd
+
500 g groenten
Koolhydraten dswerkers voor gezondhei
100 g 107 kcal
ydrat
an suike rs waarv an digd vet
verza
of in
Natriu
G emiddelde voeding swaarde
Zoutequ
• de belangrijkste informatie duidelijk op een rijtje voor een handig overzicht
Energ etisch e waard e en
waarv
soep, bouillon
ngsve
kcal. van 2000 g. 0,54 g e behoefte gemiddeld lichamelijke inspannin en d op een e gebaseer geslacht, leeftijd een volwassen variëren naar 6% kunnen ichtlijn voor Voedingsr e behoeften Individuel *GDA: Dagelijkse
g)
Eiwitt Koolh
Vetten
in bijvoorbeeld
7%
1,8 g
0,48 g 1,21 g
6%
r
ijst
Geem mid idd del eld dee voe dingsw Nutriënte n aarde
P roductkenmerken • Vetarm • Zonder toegevoegde • Zonder bewaarmidde smaakversterkers len • Dankzij haar unieke groentepannetje: structuur, is MAGGI® Bouillonhartje ™ te gebruiken
11%
0,2 g
5,9 g
7%
8%
0,5 g
0,4 g
1%
14%
6,9 g 29,9 g 11,3 g
1,4 g
1%
0,1 g
gd vet
n verzadi waarva svezels Voeding
g
78,4 g 17,2 g
9%
0,4 g
waarva
372 kcal 8,4 g
5%
23,5 g 5,2 g
Eiwitten
Voor 100
6%
2,5 g
Energet
Koolhyd
GDA* g voor 30
g Voor 30 er (ongeve els) 8 soeplep 112 kcal
Nutriënten
30 g GDA* voor ml met 125 melk magere
g Voor 30 ml met 125 melk magere 155 kcal
Natuu
Kalko enfilet gluco 95%, sestr zout, stabilisato oop, sach karam el, dextr ren: difos arose, natriu ose, spec masc conservee orbaa faten, trifos erijextracte t, rmidd natriumery faten; antio n, elen: xidan natriu thorbaat; ten: mnitr iet; arom a.
P rod uctken merke n
Verpa kking • 5 sned : en (100
I ngrediëntenlijst
rels
580 rijstkor
n granen
waarde
enfilet
entenl
261 volkore
ings delde voed
Kalko
I ngredi
MAGG I® Bouillo n Hartje™ Kruidentuiltje
= ongeve
Herta ®
PLEZIER & EVENWICHT
Als sma (broo akverster d, kaas ker , fijne Als bew vlees waren aarm iddel enz.) • Om (fijne ande vlees waren niet te re bewaarmi enz.) gebruiken ddelen (chemisc he)
n
gaa
Vóó
smid
ding
voe
ko rt
lé Nest
tief initia
emd Best © 2012
rs erke idsw ndhe gezo
bij aa (Nes nkoo qu ik ® 1p van ee kg, 450 n produc g, 25 t N 0 g, estlé ® Nes NES quik ® QU Inte IK ® na nse) ar ke uze
Geldig
met Herta® rijmt "lekker" eten met "goed" eten tot 31/ 03/201 3
Ze g
roe
5 go
ien
ma
ar e
en
kee
r op
! nE s ED JE QUik E rED ® on •n tb PLU EnEn es iJt s dit da quik ® oF tE D oM lekke nkzij ee helpt al sin ViEr rink r dr n •n un ankje ds UU E iek es rece 1948 rt n biJ fosfo quik ® ! pt da om kin JE r en Plus tm de
• IJze 7 vit elk lev omto ren melk • De r draagt aminen. ert vit vert alite vi bij aa in ee te laten it vo voed tamin n on drink or de en va n een weer en, • Fo ing aa dag n de norm nb staan sfor met aa draa rengt, be B-groe l zuur baar ijzer gt bij stoftr , mag ter te p he Het an aan lpe nesiu een gebruik n je lic sport m, even is belan norm en. haam in je lic grijk als ale ha een ee om func gezo n geva de en am. tie va nde rie ergie n de leven erde die celm sstijl en ev je embr enwi . anen chtig . e vo eding te he bben
Ontb goe ijt en de gew vieruu oon rtje: tes voo rm
Ik kook met mijn kind
ijn ki
✂
M Co eer
Te
en tig eten , evenwich ik me pt waar een rece
Het on volw tbijt aard en he t ig
Genieten
N nsu in bewegen: Bi v N m form 10 rmin estlé en bij voel. 70 gh Be te atgoed n ie Br am (+ us st lgilu die : 32 se ra x nst at ) 02 l 22 52 1 9 55 25
Ze vo
l.:
www.nestle.be
✂
Bij aankoop van een product uit het gamma “Cakes” van Herta®
KorTINgsBoN
-1 €
geldig tot 30/06/2013.
• Het ‘paspoort naar evenwicht’ Good Food, Good Life bundelt alle boodschappen en legt een link tussen u en uw patiënten.
spoort Mijn pa enwicht naar ev
✂
van Herta®
• In deze brochures voor uw patiënten worden de 8 voedingsdoelstellingen verder uitgewerkt, met tips, recepten, schema’s enz. Ze helpen uw patiënten bij het in de praktijk brengen van de adviezen die ze tijdens de consultatie hebben gekregen, en vergemakkelijken de follow-up.
KorTINgsBoN
-0,50 €
Bij aankoop van Edelham®
geldig tot 30/06/2013.
PATIËNTBROCHURES
voor
✂
van
-1 € ingsbon
d op ikkel Ontw
www.herta.be
.. ...... Mijn naam ...... ...... :. . . . . . . . . . .... ...... Voornaam ...... ...... ...... ...... ...... Naam: . .....
Een evenwichtig eetpatroon is een ‘serieuze’ zaak, maar kan ook heel leuk zijn als je het op een speelse manier aanleert! Het is een voordeel
dat kinderen graag nieuwe dingen leren en ze goede gewoonten snel aannemen, als je ze bijbrengt hoe leuk het is om gezond te eten. De gemakkelijkste manier om je kind duidelijk te maken welke voedingsstoffen het allemaal nodig heeft, is door het goede voorbeeld te geven tijdens het koken… samen uiteraard!
vi em rmen aalti eruurt een batte je zi jden uitge rijen jn ! lezen weer scho mom op ol ga te lad ent scho an of om en ol te Een om voor kunn pa na th het en perfe ar tips spele uiskom voor ct vie st n en een ruur bewe slim tje. ontb gen. ijt en een de
naar
van
ALS GEZONDHEIDSWERKER GESPECIALISEERD IN VOEDING KUNT U DEZE TOOL GRATIS ONTVANGEN. SURF NAAR WWW.FOODINACTION.COM EN KLIK OP ‘NESTLÉ KIT GOOD FOOD GOOD LIFE’. U KUNT OOK DE ANTWOORDSTROOK HIERONDER INVULLEN EN PER FAX TERUGSTUREN NAAR HET NUMMER 02/374 07 24: NAAM: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
PLAATS. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
VOORNAAM: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
TEL: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
ADRES:
E-MAILADRES: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
...........................................................
POSTCODE:
......................................................
ddelen
nd!
zout
edito
De afgeblokte herformulering
N
a een lange periode van verzet, waarin de voedingsindustrie ons probeerde wijs te maken dat er geen slechte producten waren, maar alleen slechte eetgewoonten een manier om voedingsproblemen in de schoenen van de consument te schuiven en niet te wijten aan de samenstelling van de producten - is er nu een nieuw tijdperk aangebroken: dat van de nieuwe formules. Tegenwoordig zijn er steeds meer bedrijven die minder voedingsstoffen gaan gebruiken die niet langer ‘voedingskundig correct’ worden geacht, zoals zout, suikers, vetten en transvetzuren. Dat lagere gebruik verloopt dan volgens twee scenario’s: een kleine vermindering die vrijwel niets verandert aan de zintuiglijke waarneming en die dus wellicht door de meeste bedrijven zal worden toegepast, of een drastische vermindering met zintuiglijk veel beter waarneembare wijzigingen die veel consumenten zullen doen afhaken. In beide gevallen kan deze spontane herformulering worden gestimuleerd en gemotiveerd door mededelingen, beweringen en toelichtingen dat dit alles gebeurt met het welzijn van de consument voor ogen. Daarom heeft de Europese Commissie een voorstel in elkaar gestoken met de bedoeling om de reglementering over voedingsclaims te wijzigen. Op dit ogenblik mag je volgens deze reglementering niet verwijzen naar een verlaagd vet- of suikergehalte als dit niet lager is dan 30%. Maar, wonder boven wonder, het Europees Parlement blokkeert dit voorstel nu omdat het de consument in de war zou brengen en omdat het nieuwe formuleringen onvoldoende stimuleert… Te hoge eisen stellen en een mededeling afblokken over herformuleringen die geen 30% vermindering halen - heeft dat geen averechts effect op de motivatie om de ingeslagen weg te blijven volgen? Is een vermindering van 15 of 20% in een groot aantal producten niet beter dan een vermindering van 30% alleen in chips en frisdrank? Zijn de Europese burgers te dom om te snappen wat een verminderingspercentage inhoudt en zijn ze niet in staat om de draagwijdte daarvan in te schatten? Hebben de Europarlementsleden zich die vragen gesteld? In de mededeling van het Europees Parlement staat niets waar we dat uit kunnen opmaken. Kortom, een product kan uitschreeuwen dat het 20% voordeliger is, dat het 10% meer bevat, maar niet dat het 20% minder vet of suiker bevat. En dat noemen ze dan een transparant beleid. Vreemd hoor... Nicolas Guggenbühl - Hoofdredacteur
Food in action.com - maart 2 0 1 2 > 1
inhoud
Nutri sciences
Nutri actions
4
32
§ Dossier
Ondervoeding bedreigt senioren
4
§ Sport en voeding: een belangrijk verband! 8 § Wetgeving: wat er fundamenteel verandert 12
in 2012
§ expert
aan het woord
De darmtransit: een open venster op onze levensstijl 32 § echo/congres
§ Pharmaco
14
Inleiding tot de galenica
Nutri trends
De vrouwelijke paradox of de complexiteit 34 van het hart van de vrouw § Keep
on movin’
Actief blijven na je vijftigste? § Zap
nieuws
§ Gehoord
§ Dossier
20
Nieuwe eiwitbronnen
20
§ Insecten op het menu?
23
§ Schoner wegwerpmateriaal
26
§ Maaltijdvervangers, proteïnediëten, wat moeten we ermee? § info/Intox Suiker: de zoete zonde
2 > Food in action.com - maart 2012
28 31
§ Op
38 42
op consultatie
43
het menu
Pavé van kabeljauw met vergeten groenten, handgepelde Oostendse grijze garnalen, rucola en runderham Cecina 44 § Kookpannen
en proefglaasjes
Van hete pepers tot koele kauwgom § Zap
agenda
Nutri § Nieuw
46 48
web
op www.foodinaction.com
49
Nutri
sciences
Dossier
Ondervoeding bedreigt senioren in 2050 zullen 60-plussers meer dan een derde van de europese bevolking uitmaken. De problemen in verband met een teveel aan calorieën zullen onze aandacht weliswaar blijven opeisen, maar ondervoeding, waar vooral ouderen onder lijden, is een andere realiteit en wel één die te vaak over het hoofd wordt gezien in onze vergrijzende samenleving. We spraken hierover met prof. andré Van Gossum, ziekenhuisverantwoordelijke in het erasmusziekenhuis.
4 > Food in action.com - maart 2012
iN DiT arTiKeL in onze samenleving, waarin het ‘bon ton’ is om er jong uit te zien, kan ondervoeding verschillende gedaanten aannemen …
O
ndervoeding is een term die vaak verkeerd begrepen wordt. Het gaat hier uitdrukkelijk om een tekort dat zich op verschillende vlakken kan situeren (energie, eiwitten, vitaminen, mineralen,...) en dat een weerslag heeft op de levenskwaliteit. Vaak wordt dit tekort zichtbaar via een te laag lichaamsgewicht. Op die manier onderscheidt ondervoeding zich van een andere vorm van verkeerde voeding, namelijk overvoeding, met obesitas als belangrijkste verschijningsvorm. Ondervoeding kan verschillende oorzaken hebben die elk aangepaste reacties vereisen. Ze kan verband houden met een voedselgebrek (vooral een gebrek aan eiwitten), kanker (een ziekte die uitmergeling en anorexia met zich kan meebrengen), met een verblijf in de afdeling intensieve zorg of ook - en die situatie komt wellicht het vaakste voor - met de ouderdom. Ondervoeding wordt niet alleen zichtbaar door gewichtsverlies; het is de hele spiermassa die in het gedrang komt zodat een aantal functies niet meer werken. De opsporing van ondervoeding is vooral gericht op aspecten in verband met eiwitten en calorieën. Er is echter geen echt officieel erkend opsporingsinstrument. De eerste stap is een snelle beoordeling die, als de diagnose positief uitvalt, leidt tot een grondigere evaluatie van de voedingstoestand.
Ondervoeding opsporen Voor de groep Ondervoeding van het Nationaal Voedingsen Gezondheidsplan voor België kan het ondervoedingsrisico in ziekenhuizen worden beoordeeld aan de hand van de Nutritional Risk Screening-2002 (NRS-2002), die een opsporingsstap en een beoordeling van de voedingstoestand of het ondervoedingsrisico omvat. Deze screening
wordt als referentie gebruikt bij in het ziekenhuis opgenomen patiënten, maar is niet gevalideerd bij geriatrische patiënten. Daarom stelt de deskundigengroep voor patiënten in geriatrische instellingen de Malnutrition Universal Screening Tool (MUST) en de Mini Nutritional Assessment (MNA) als eerste keuze voor, gevolgd door de NRS-2002. In rusthuizen en rust- en verzorgingstehuizen geeft men de voorkeur aan een eenvoudige techniek boven een ingewikkeldere techniek die zou stuiten op tal van hinderpalen zoals een gebrek aan kennis, tijd, middelen en motivatie. Daarom is de MNA daar de eerste keuze, vooral omdat deze beoordeling specifiek bij geriatrische patiënten is ontwikkeld en gevalideerd, en komt de MUST op de tweede plaats. Voor eerstelijnszorg of thuiszorg houdt de deskundigengroep het liever bij de korte versie van de MNA (de MNA-SF) en voor jongere patiënten wordt de MUST passender geacht.
Ondervoeding wordt niet alleen zichtbaar door gewichtsverlies; het is de hele spiermassa die in het gedrang komt zodat een aantal functies niet meer werken. De voedingstoestand beoordelen De voedingstoestand wordt beoordeeld door een arts, een diëtist(e) of een verpleegkundige die gespecialiseerd is in voeding en knowhow heeft op dit vlak. De beoordeling berust op instrumenten zoals de subjectieve globale
Food in action.com - maart 2 0 1 2 > 5
Nutri
sciences
evaluatie, bloedtests, spierkracht, enz. maar geen enkel daarvan is perfect. De deskundigengroep beveelt aan om de patiënt in zijn geheel te beoordelen via een SGA (Subjective Global Assessment), op basis van een vragenlijst in verband met de geschiedenis en het klinische onderzoek. De belangrijkste parameters die daarin aan de orde komen, zijn gewichtsverlies, oedeem en de klinische evaluatie van de spiermassa. In de praktijk is het belangrijkste criterium de gewichtsevolutie: de patiënt loopt een risico van ondervoeding als hij in de loop van 6 maanden 10% van zijn gewicht, of in de loop van één maand 5% is kwijtgeraakt. Ook de BMI wordt gebruikt, maar die is niet nauwkeurig genoeg en wordt steeds vaker in twijfel getrokken. Bij wijze van voorbeeld: de gemiddelde BMI van patiënten in een ziekenhuis is 25... Het zou beter zijn om de magere massa en de vetmassa op specifieke wijze te meten, maar dat kan momenteel nog niet routinematig worden uitgevoerd. Naast antropometrische criteria biedt de subjectieve beoordeling van de patiënt ook de mogelijkheid om een score vast te stellen die de innamen weerspiegelt.
Cijfers over ondervoeding (NVGP-B)* De prevalentie van ondervoeding varieert gewoonlijk tussen 4 en 10% bij ambulante patiënten, 20 tot 62% bij ziekenhuispatiënten en 50 tot 90% bij de populatie in rusthuizen of rust- en verzorgingstehuizen. In 2007 waren 35% van de 75-plussers in geriatrische afdelingen ondervoed, 40% liepen het risico om ondervoed te raken.
Verschillende oorzaken De wegen die naar ondervoeding leiden zijn talrijk en, heel vaak, kruisen ze elkaar ook. Op de eerste plaats zijn er ontoereikende innamen, die het gevolg kunnen zijn van een verminderde mobiliteit of lagere zelfredzaamheid,
6 > Food in action.com - maart 2012
geldproblemen, gebits- of slikproblemen, of anorexia die gekoppeld is aan bepaalde behandelingen met geneesmiddelen. Een andere oorzaak is de verminderde darmabsorptie, die bijvoorbeeld de kop opsteekt bij insufficiëntie van de alvleesklier, bij gastrectomie en in postoperatieve situaties, waaronder bariatrische chirurgie. Een hoger energieverbruik, zoals dat bijvoorbeeld voorkomt bij chronische ontstekingen, acute toestanden of in de intensieve zorg, kan ook ondervoeding bespoedigen. Ook kunnen tal van sociale factoren een rol spelen, zoals vereenzaming, depressie en broosheid. Daarbij moeten we ook nog de invloed vermelden van bepaalde geneesmiddelen op de voedselinname, en ziekenhuisopname. Tot slot mogen we ook niet voorbijgaan aan een andere oorzaak van ondervoeding die steeds meer voorkomt: een verkeerd dieet.
er zijn steeds meer ‘valse coeliakielijders’ en zogezegd lactose-intoleranties.
Verkeerd dieet Ondervoeding kan worden bespoedigd door een onaangepaste voedingsreactie in een heleboel situaties. Dit kan verband houden met kennis (of een gebrek aan kennis), zoals geloven dat bij een patiënt met cirrose de inname van eiwitten moet worden beperkt, terwijl zo’n patiënt juist veel hogere eiwitbehoeften heeft. Of iemand met nierinsufficiëntie vóór de dialyse een eiwitarm dieet geven. Er zijn heel veel spijsverteringsintoleranties waarbij IgG zijn getest die leiden tot de schrapping van een vaak heel brede waaier van voedingsmiddelen, maar wel op een totaal ongerechtvaardigde manier. We zien steeds meer ‘valse
coeliakielijders’ die elke bron van gluten mijden en mensen die zogezegd geen lactose verdragen en alle melkproducten van het menu schrappen. Dit is een nieuw verschijnsel en het is voor de zorgverlener vaak heel moeilijk om uit te leggen dat bepaalde diëten volstrekt zinloos zijn.
invloeden op de eetlust Een gebrek aan eetlust speelt vaak een belangrijke rol bij ondervoeding. Dit moet in verband worden gebracht met tal van wisselwerkingen tussen het spijsverteringskanaal en de hypothalamus, een hersenzone die vooral betrokken is bij de eetlust en het verzadigingsgevoel. Er kunnen zich verschillende mechanismen voordoen, bijvoorbeeld de afscheiding van cytokines of van bepaalde hormonen bij kankerpatiënten, die het centrum van de eetlust in de war brengen. Of ook de afscheiding van TNF of cachectine bij chronische ontstekingen. Anorexia kan ook in verband worden gebracht met depressie, en meer bepaald met de medische behandeling daarvan. Bij oudere mensen brengt de veroudering van het spijsverteringskanaal en de werking ervan ook wijzigingen teweeg in de afscheiding van bepaalde gastro-intestinale hormonen, zoals ghreline, dat een belangrijke orexigene rol speelt.
aanvullen is niet vervangen Bij ondervoeding gaat het er vooral om deze vroegtijdig op te sporen. Ook moet worden gekeken welke de oorzaken van ondervoeding zijn (ouderdom, pathologie, inname van geneesmiddelen, gebitsproblemen,...). Vervolgens worden de voedingsinnamen beoordeeld, voordat een passend dieet wordt voorgeschreven. Orale voedingssupplementen kunnen eventueel de portie aanvullen, afhankelijk van de
getroffen basismaatregelen. Deze supplementen zijn vooral nuttig voor patiënten die er, ondanks het dieetadvies en de getroffen logistieke maatregelen, niet in slagen om de voedingsdoelstellingen te behalen. Het is echter belangrijk om goed uit te leggen dat voedingssupplementen dienen als aanvulling, niet als vervanging van andere voedingsstoffen. Hierbij valt op te merken dat België één van de weinige Europese landen is waar voedingssupplementen niet worden terugbetaald. Het beleid evolueert nochtans in positieve zin voor de behandeling van ondervoeding, vooral in het kader van het Nationaal Voedings- en Gezondheidsplan, dat een werkgroep in verband met ondervoeding heeft opgericht en dat heeft bijgedragen tot de uitvoering van de systematische opsporing van deze aandoening. Nicolas Guggenbühl, diëtist en voedingsdeskundige
Bekijk de video van Prof. Van Gossum op
www.foodinaction.com
referentie : NVGP-B, Advies van de wetenschappelijke expertengroep Ondervoeding van het Nationaal Voedings- en Gezondheidsplan voor België. www.health.belgium.be
Food in action.com - maart 2 0 1 2 > 7
Nutri
sciences
Sport en voeding:
een belangrijk verband! Voeding en sport zijn meer dan ooit nauw met elkaar verbonden. Het ene element is bepalend voor de prestatie. Het andere speelt vermoedelijk die zo verhoopte rol bij het aankweken van een gezond eetpatroon en een correct lichaamsgewicht. inmiddels wordt intensief onderzoek verricht naar beide elementen om meer duidelijkheid te scheppen over hun synergetische werking.
D
iverse onderzoeken suggereren dat fysieke prestaties in de afgelopen jaren continu zijn verbeterd. Onderzoekers van het INSERM (het Franse Nationale Instituut voor Gezondheid en Medisch Onderzoek) aan de Université de Bourgogne1 analyseerden onlangs de prestaties van de beste marathonlopers van 65 jaar en ouder en van de beste vrouwelijke marathonlopers van 45 jaar en ouder in de marathon van New York tussen 1980 en 2009. De tijden bleken duidelijk sneller geworden voor de oudste leeftijdscategorieën: voor een gemiddelde marathonchrono van 3.50 uur hadden de mannen uit de categorie 65-69 jaar bijvoorbeeld 8 minuten gewonnen tussen 1980 en 1990, en 7 minuten tussen 1990 en 2000. Datzelfde gold voor de vrouwen, bij wie de gemiddelde tijd significant bleek gedaald in de leeftijdscategorieën boven de 45-49 jaar.
een evolutie in het gedrag Volgens de Franse onderzoekers zouden die verbeterde prestaties op het eerste gezicht te verklaren zijn door de stijging
8 > Food in action.com - maart 2012
van het aantal deelnemers in die leeftijdscategorieën. Maar een verklaring zit ook in de toenemende belangstelling van die populatie voor de voordelen van lichaamsbeweging als het gaat om gezondheid en welzijn. Zou de wil om gezond ouder te worden de senioren en 40-plussers dan toch stimuleren om meer te gaan sporten? Dat is nog maar de vraag. Ook verschillende interacties tussen voeding en sport kunnen een verklaring vormen voor het verschijnsel, dat trouwens nog andere specifieke bevolkingsgroepen kan treffen: de mensen die willen afvallen.
elke toename van lichaamsbeweging zou verband houden met een verbetering van het eetpatroon en, uiteindelijk, van het lichaamsgewicht2.
iN DiT arTiKeL Nu de belangstelling voor de gezondheidsvoordelen van lichaamsbeweging alsmaar toeneemt, wordt het tijd om ons eens te verdiepen in de interacties tussen voeding en sport.
Het debat bleef lange tijd open, maar nieuw bibliografisch onderzoek van de Harvard University2 wijst erop dat elke toename van lichaamsbeweging verband zou houden met een verbetering van het eetpatroon en, uiteindelijk, van het lichaamsgewicht. De onderzoekers leggen uit dat regelmatig bewegen de werking en een aantal structurele elementen van de hersenen (met name de grijze cellen en prefrontale verbindingen) zou wijzigen. Het voornaamste resultaat op lange termijn zou een versterkte controle van de inhibitie zijn met betrekking tot dwangmatig gedrag, in het bijzonder op het gebied van voeding. De onderzoekers citeren een voorbeeld om dat verschijnsel te staven: door lichaamsbeweging toe te voegen aan een vermageringsdieet, levert de behandeling van zwaarlijvigheid betere resultaten op, als je weet dat de patiënt zijn dieet trouwer toepast.
Doelwit: zwaarlijvigheid Die piste van de strijd tegen zwaarlijvigheid is zelfs ernstig te nemen als we de nieuwe Amerikaanse studie bekijken die het tijdschrift Nature3 publiceerde. Een team van wetenschappers slaagde erin om een boodschappereiwit te isoleren in de menselijke spiercellen: irisine (of PGC1-alfa).
Voornaamste bijzonderheid: deze stof zou na de lichaamsbeweging worden aangemaakt (na herhaalde sessies van langdurige activiteit) en zou sterke hormonale effecten hebben, die proefondervindelijk zijn waargenomen. Volgens de onderzoekers zou irisine, bij een stijging van het gehalte als gevolg van de inspanning, genen activeren die wit vet omzetten in ‘goed’ bruin vet. Dat is een positief effect, want bruin vet verbrandt de overtollige calorieën en biedt dus tal van therapeutische mogelijkheden. Bovendien verbetert irisine de glucosetolerantie, wat blijkt uit tests uitgevoerd bij zwaarlijvige en prediabetische knaagdieren. Een andere studie, ditmaal bij zwangere ratten, ondersteunt eveneens de hypothese van een gecombineerde werking lichaamsbeweging/voeding op metabole stoornissen die in verband worden gebracht met zwaarlijvigheid4. In dit experimentele model stelden de auteurs vast dat lichaamsbeweging, in combinatie met het eetpatroon, leidde tot een significante daling van de vetafzetting, de bloedlipiden, de arteriële bloeddruk en de insulineresistentie bij de volgende generatie.
Sport en hydratatie: expert aan het woord Hydratatie is een belangrijke factor in het verwezenlijken en/of op peil houden van prestaties. Volgens gecertificeerde sportdiëtiste ria Vanderstraeten zijn enkele aanbevelingen beslist noodzakelijk bij fysiek actieve patiënten, ongeacht hun leeftijd. • Voor, tijdens en na de inspanning drinken is iets wat je echt moet leren. • Kinderen en ouderen voelen minder goed of ze dorst hebben. Je moet hen dan ook in het bijzonder in de gaten houden en ‘opvoeden’ om dehydratatie te voorkomen. • Naast de aanbevolen hoeveelheid van 1,5 liter water per dag is het belangrijk om mensen bewust te maken van het feit dat je vochtverlies als gevolg van een fysieke inspanning moet compenseren. • Vóór de inspanning drink je idealiter 250 ml. Tijdens het bewegen drink je bij voorkeur elke 15 à 20 minuten diezelfde hoeveelheid. • Als de inspanning minder dan 60 minuten duurt, is water de ideale drank. Als de inspanning langer dan 60 minuten duurt, zijn sportdrankjes aan te raden. Na de inspanning is het belangrijk om de dorst te lessen en vervolgens 6 tot 8 extra slokjes te nemen (mensen stoppen te snel met drinken).
• De ideale sportdrank heeft een lekkere smaak en een neutrale pH, is isotonisch of licht hypotonisch (250 tot 320 mosmol/liter) en bevat 4-8 g koolhydraten en 10-30 mmol natrium per liter. • Bij zeer intensieve sporten is het aanbevolen om 60 g koolhydraten per uur in te nemen en om na de inspanning een recuperatiedrank te drinken. Als de inspanning gepaard gaat met veel zweten en bijgevolg ook natriumverlies, kies je het beste voor een isotonische rehydratatiedrank (+/- 320 mosmol/liter) die 60-90 mmol Na/liter bevat. Uit onderzoek blijkt dat ook magere melk een goede rehydratatiedrank is, terwijl magere chocolademelk eerder een goede recuperatiedrank is. • Tijdens de zwangerschap is het aanbevolen om veel te drinken en lichte kleding aan te trekken tijdens de inspanning, want een lichaamstemperatuur hoger dan 38°C is nadelig voor de groei van de foetus.
Food in action.com - maart 2 0 1 2 > 9
Nutri
sciences
eiwitten en prestaties Wij schenken deze keer aandacht aan de nutritionele factoren die van invloed zijn op de fysieke prestaties, maar tegenwoordig pleiten sommige deskundigen ervoor om meer waarde toe te kennen aan de eiwitinname. Tijdens een wetenschappelijk colloquium georganiseerd door het CERIN (Centrum voor voedingsonderzoek en - informatie) in Toulouse in juni 2011, werd dat onderwerp behandeld door prof. Xavier Bigard (wetenschappelijk directeur van het Franse Instituut voor Biomedisch Onderzoek van het Leger, Grenoble)5. Volgens deze specialist komt het einde van de inspanning overeen met een snelle en intensieve toename van de eiwitsynthesen, terwijl de stroom van proteolyse blijft toenemen tot 3 uur na het stopzetten van de inspanning, om af te nemen 2 à 3 uur na het einde van de inspanning. De kinetiek van de eiwitstofwisseling wordt dus verstoord door het beoefenen van uithoudingstraining, en vooral door krachttraining.
Voor amateurduursporters verschillen de eiwitbehoefte en -inname niet van die van de algemene populatie, zolang de energiebehoefte als gevolg van de inspanning wordt gedekt.
1 0 > Food in action.com - maart 2012
In het algemeen is men van oordeel dat de aanbevolen eiwitbehoefte en -inname voor amateurduursporters niet noemenswaardig verschillen van die van de algemene populatie, zolang de energiebehoefte als gevolg van de inspanning goed wordt gedekt. Bij mensen die regelmatig trainen daarentegen wordt een consumptie van 0,86 g/kg eiwitten per dag in verband gebracht met een negatieve stikstofbalans. Als iemand bijvoorbeeld 4 à 5 dagen per week minimaal een uur traint, lijkt de behoefte slechts met 20 tot 25% toe te nemen in vergelijking met de sedentaire populatie, oftewel 1,1 g/kg per dag. Bij topsporters werd de aanbevolen voedingsinname geschat van 1,2 tot 1,7 g/kg per dag. Het cruciale moment van inname is de recuperatiefase, waarbij een perfecte beschikbaarheid van aminozuren nodig is om het herstel van de spier te garanderen. Prof. Bigard acht een eiwitinname vroeg in de recuperatiefase dan ook noodzakelijk, evenals een optimale rehydratatie, gecombineerd met een inname van voldoende koolhydraten (omwille van het anabool effect van de combinatie eiwit en koolhydraat). Nicolas rousseau, diëtist en voedingsdeskundige
referenties : 1. Lepers et al., Age (Dordr), 2011 May 27. 2. Joseph R.J. et al., Obes Rev., 2011 Oct, 12(10): 800-12. 3. Boström P. et al., Nature, 2012. 4. Rajiaa S. et al., Nutrition, Metabolism and Cardiovascular Diseases, Online 2 February 2012. 5. Colloquium CERIN, ‘Eiwitten en sportactiviteit: waarom en hoe?’, Toulouse, juni 2011.
Nutri
sciences
Wetgeving: wat er fundamenteel verandert in 2012 Dat de europese levensmiddelenwetgeving volop aan het veranderen is, zal voor niemand nog een geheim zijn. een laatste opmerkelijke wijziging is de nieuwe verordening over de etikettering van levensmiddelen. en dat is nog niet alles…
D
e nieuwe verordening voor het verstrekken van informatie aan consumenten over levensmiddelen (nr. 1169/2011) werd afgelopen jaar op 25 oktober officieel gepubliceerd, en heeft als hoofddoel de consument te helpen om gezondere en meer evenwichtige keuzes te maken op het gebied van voeding. Die betere ‘leesbaarheid’ vertaalt zich in de eerste plaats in een verplichte voedingswaardevermelding. Volgens de nieuwe bepalingen moeten de energetische waarde en de hoeveelheid vetten, verzadigde vetzuren, koolhydraten, suikers, eiwitten en zout samen in hetzelfde gezichtsveld worden vermeld, in een leesbare tabel op de verpakking. Al die informatie moet worden uitgedrukt per 100 g of 100 ml, en mag daarnaast ook nog per portie worden vermeld. De levensmiddelenindustrie mag ook andere uitdrukkingsof presentatievormen (pictogrammen, foto’s enz.) gebruiken, zolang die aan bepaalde voorwaarden voldoen. Op dat vlak blijft de verordening echter nog tamelijk vaag! In de komende jaren zou er een specifieke wetgeving moeten komen, maar waarschijnlijk niet vóór 2017…
1 2 > Food in action.com - maart 2012
Geen plaats voor misleiding De nieuwe regels die ervoor moeten zorgen dat de consument niet wordt misleid door de presentatie van het product op de verpakking, de beschrijving en/of grafische beelden, zijn nog strenger geworden. Ook de vervanging van een ingrediënt dat normaal gezien in het voedingsproduct zit door een ander, moet duidelijk op de voorzijde van de verpakking staan aangegeven in een groter lettertype, naast het merk, zo preciseert de overeenkomst. Vlees dat uit verschillende stukken is samengesteld moet de vermelding ‘samengesteld uit stukjes vlees’ dragen, een regel die ook van toepassing is voor producten die zijn ‘samengesteld uit stukjes vis’.
De 14 allergenen moeten vermeld staan in de ingrediëntenlijst van alle voorverpakte en nietverpakte levensmiddelen, dus ook in restaurants en kantines.
Dé grote nieuwigheid heeft betrekking op de allergene stoffen (14 in totaal). Die moeten duidelijk (in een ander lettertype) vermeld staan in de ingrediëntenlijst van alle voorverpakte en niet-verpakte levensmiddelen, waaronder dus ook gerechten die worden aangeboden in restaurants en kantines. In dat laatste geval mogen de lidstaten zelf beslissen hoe de informatie over die allergene stoffen moet worden gepresenteerd. Voor niet-voorverpakte levensmiddelen zal de voedingswaardevermelding overigens niet verplicht zijn, tenzij de lidstaten daar op nationaal niveau anders over beslissen.
een vermelding over het land van oorsprong Die is al verplicht voor rundvlees, honing, olijfolie en vers fruit en groenten, want in die gevallen kan het weglaten van de vermelding misleidend zijn voor de consument. Nu wordt de verplichting dus uitgebreid naar vers vlees van varkens, schapen, geiten en pluimvee, in afwachting van andere bepalingen, met name voor melk en voor ingrediënten die meer dan 50% van het gewicht van een voedingsproduct vertegenwoordigen. Twee jaar na de inwerkingtreding van de nieuwe verordening zal de Commissie daarvoor nadere toepassingsregels moeten invoeren. Nog interessant is de vermelding ‘plantaardige olie’, die geen onduidelijkheid meer mag scheppen: de opsomming van alle specifieke plantaardige oliën wordt verplicht, wat wel eens grote verrassingen zou kunnen opleveren voor palmolie… en de onbekende bronnen daarvan.
waardevermelding toe te passen. Als de voedingswaardevermelding al eerder vrijwillig wordt aangebracht, zal dat conform de nieuwe regels moeten zijn binnen de drie jaar na hun publicatie.
Nitraten en PCB’s Sinds 1 januari 2012 zijn er geharmoniseerde normen voor de zogenaamde niet-dioxineachtige PCB’s (ook wel merker-PCB’s genoemd) van toepassing in de hele Europese Unie. Voordien waren er op Belgisch niveau al normen uitgevaardigd om de consument te beschermen. De nieuwe Europese normen zijn, logischerwijs, voor nagenoeg alle levensmiddelen strenger dan de – inmiddels verouderde – Belgische normen. Nieuw is dat ook voor producten met een zeer laag vetgehalte (minder dan 1%) maximumwaarden voor dioxinen en dioxineachtige PCB’s zijn vastgelegd, die echter worden uitgedrukt op productbasis en niet op vetbasis. Tot slot zijn er ook specifieke normen opgesteld voor voedingsmiddelen voor zuigelingen en jonge kinderen. Wat betreft de maximumgehalten voor nitraten in voedingsproducten wordt ook een volledige Europese harmonisatie van kracht voor nitraten in salade en spinazie, zonder afwijkingen voor bepaalde landen. Daartoe werden de normen aangepast aan wat haalbaar is voor alle lidstaten. Deze harmonisatie is van toepassing sinds 23 december 2011. Bovendien zijn nieuwe normen ingevoerd voor rucola, een groente waarin soms een hoog nitraatgehalte kan worden gevonden. Die nieuwe normen zullen van toepassing zijn vanaf 1 april 2012. Nicolas rousseau, diëtist en voedingsdeskundige
De vermelding van de gebruikte soorten ‘plantaardige olie’ wordt verplicht, wat wel eens grote verrassingen zou kunnen opleveren voor palmolie… Hoe zit het met alcoholische dranken? Alcoholische dranken (inclusief de zogenaamde alcopops) met een alcoholvolumegehalte van meer dan 1,2% blijven op dit moment nog gespaard, en moeten geen voedingswaarde of ingrediëntenlijst vermelden. De Commissie moet echter binnen de drie jaar bepalen of ook die dranken in de toekomst in aanmerking zullen komen, met name wat betreft de verplichte vermelding van de energetische waarde, en eventuele voorstellen doen. Verder moet ze ook bedenken of er een voorstel moet komen voor een definitie van alcopops. Goed om te weten: alles zal niet van de ene dag op de andere veranderen. De sector krijgt drie jaar de tijd om zich aan de nieuwe bepalingen aan te passen, en nog eens twee jaar extra (dus vijf jaar in totaal) om de regels voor de voedings-
Scan de QR-code Verordening 2009/39/CE
referenties : Verordeningen (EU) nr. 1169/2011 (EG), nr. 1924/2006 en (EG) nr. 1925/2006 tot intrekking van de Richtlijnen 87/250/EEG, 90/496/EEG, 1999/10/EG, 2000/13/EG, 2002/67/EG en 2008/5/EG en Verordening (EG) nr. 608/2004. - Verordening (EU) nr. 1259/2011 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1881/2006. - Verordening (EU) nr. 1258/2011 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1881/2006.
Food in action.com - maart 201 2 > 1 3
Pharma
co
inleiding tot de
galenica
Vaak wordt de galenica voorgesteld als de kunst van het bereiden, bewaren en presenteren van geneesmiddelen, maar het is ook en vooral een wetenschap die beïnvloedt waar de actieve bestanddelen uiteindelijk terechtkomen in het organisme, die hun biobeschikbaarheid bepaalt en hun werking garandeert.
C
apsules, gelcapsules, tabletten, oogspoelingen, siroop: geneesmiddelen en voedingssupplementen zijn vandaag verkrijgbaar in een waaier aan vormen. De keuze voor een bepaalde galenische vorm is echter geen toeval, maar berust op de overweging van tal van elementen, zoals de stabiliteit van een actief bestanddeel, de werkingsduur, de optimale omstandigheden voor de afgifte ervan of de steeds belangrijker wordende criteria rond comfort en marketing (smaak, gemakkelijke inname, kleur enz.). Om een beter beeld te geven van het belang van deze fameuze galenica geven we enkele concrete voorbeelden.
1 4 > Food in action.com - maart 2012
Belangrijkste functies van de galenica: • De combinatie van verschillende actieve bestanddelen mogelijk maken • De farmacokinetiek beïnvloeden • De bitterheid van een actief bestanddeel maskeren • Gevoelige actieve bestanddelen helpen beschermen en bewaren • Actieve bestanddelen toedienbaar maken in kleine hoeveelheden • De inname van een geneesmiddel vergemakkelijken • De doeltreffende werking van een geneesmiddel garanderen
iN DiT arTiKeL Zonder de galenica – de studie van de bereidingswijze van geneesmiddelen – zou geen enkel actief bestanddeel ooit een actief geneesmiddel of product kunnen worden...
De beste galenische vorm voor een optimale werking
T
egenwoordig is afdoende bewezen dat pepermuntolie gunstig inwerkt op de symptomen van PDS (prikkelbaredarmsyndroom) door onder meer pijnlijke spasmen en het opgeblazen gevoel in de buik te verlichten, maar de galenische vorm waarin het product wordt toegediend blijft doorslaggevend voor enerzijds de plaatselijke irritatie van het bovenste deel van het spijsverteringsstelsel (brandend maagzuur, reflux, misselijkheid enz.), en anderzijds de effectieve vrijgave ter hoogte van de darm. De klinische studies worden overigens uitgevoerd met olie verpakt in maagsapresistente capsules (uit gelatine, met
Bewezen doeltreffendheid : verlichting van darmkrampen1
Pepermuntolie
Placebo
een enterische coating), waardoor de olie beschermd blijft tegen het maagzuur en pas vrijkomt in de darm, waar ze moet inwerken. Deze capsules zijn driemaal daags in te nemen, 30 minuten tot een uur voor elke maaltijd, en in hun geheel in te slikken, zonder ze te openen of erop te kauwen. Uiteraard kunnen ze volgens recept worden bereid in de apotheek, maar ze zijn ook beschikbaar onder de vorm van een voedingssupplement genaamd Tempocol® – 60 maagsapresistente capsules met 0,2 ml of ≃ 200 mg pepermuntolie.
Bewezen doeltreffendheid : vermindering van het opgeblazen gevoel1
Pepermuntolie
Placebo
Werkingsmechanismen
andere effecten van munt:
• werkt als antagonist van de calciumkanalen2 (verslappend effect op de gladde spieren), • oefent een krampwerende werking uit op de gladde spieren van het maag-darmstelsel (pijnverlichting), • werkt in op een ionkanaal genaamd TRPM8 (Transient Receptor Potential ion channel Melastatin subtype 8), zodat er minder pijnsignalen worden doorgegeven door de sensibele vezels3.
• stimuleert de galafscheiding, • verlaagt de tonus van de oesofagale sfincter, • bevordert ‘bevrijdende’ oprispingen, • vermindert opgezetheid en flatulentie.
Food in action.com - maart 201 2 > 1 5
Pharma
co
Verschillende behandelingen vergeleken
relatief risico (rr) op persisterende symptomen van iBS Hyoscine (Buscopan®)
Een recente studie gepubliceerd in het British Medical Journal4 heeft de doeltreffendheid vergeleken van supplementen met oplosbare vezels (ispaghul of psyllium), spasmolytica (hyoscine en otilonium oraal) en pepermuntolie (oraal) voor de behandeling van IBS in vergelijking met een placebo of helemaal geen behandeling. De resultaten geven een zekere doeltreffendheid aan voor de drie behandelingen. Belangrijk is wel op te merken dat de NNT (Number Needed to Treat), dit is het aantal patiënten dat behandeld moest worden om ten opzichte van een placebo bij één bijkomende patiënt persisterende symptomen te vermijden, voor pepermuntolie slechts 2,5 bedroeg, tegenover 5 voor de spasmolytica en 6 voor vezelsupplementen.
Otilonium (Spasmomen ) ®
NNT
0,63
29% (Placebo 46%)
5
0,55
51% (Placebo 71%)
5
Isphagula
0,78
52% (Placebo 64%)
6
Pepermuntolie
0,43
26% (Placebo 65%)
2,5
Neveneffecten: • Groep van de Spasmolytica: 14% (droge mond, bedwelmd gevoel, troebel zicht) • Groep van de Vezels: 1% (3/251) • Groep van de Pepermuntolie: 3 % (5/171)
referenties : 1. Liu J.-H. et al., Randomized Trial J Gastroenterol, 1997; 32: 765–8. 2. Hawthorn M. et al, Aliment. Pharmacol. Therap., 1988, 2, 101-118. 3. Harrington A. et al, PAIN, Volume 152, Issue 7, P. 1459-1468, July 2011. 4. Ford A. et al., BMJ, 2008; 337:a2313.
De samenstelling is essentieel!
Z
oals blijkt uit alle grote klinische studies die tot op heden zijn gevoerd, vormen calcium en vitamine D de basis van de behandeling tegen osteoporose. De totale dagelijkse inname van calcium bedraagt idealiter 1,2 à 1,5 g, en die van vitamine D zo’n 800 IE, maar dan nog moet worden gelet op een optimale biobeschikbaarheid van calcium in de supplementen. Vandaag zijn er tal van formules met calciumzouten op de markt (calciumcarbonaat, -citraat, -malaat, -lactaat, -gluconaat enz.). Vele studies wijzen echter uit dat deze bereidingen niet allemaal dezelfde mate van calciumabsorptie teweegbrengen ter hoogte van de darm, en dus zijn ze niet gelijkwaardig te noemen. De absorptie van calciumzouten door de darmwand hangt bovenal af van de oplosbaarheid en de ionisatie van die zouten. Welnu, deze eigenschappen kunnen sterk verschillen van zout tot zout (zo wordt calciumcitraat bijvoorbeeld beter opgenomen dan calciumgluconaat of -carbonaat) en kunnen doorslaggevend blijken voor de therapietrouw (bv. groter verteringsgemak met de ene formule dan met de andere).
1 6 > Food in action.com - maart 2012
Zout en zout is twee In werkelijkheid is het immers niet het calciumzout dat wordt opgenomen via de darmwand, maar het vrije calciumion Ca2+, dat uit het zout vrijkomt in een zure omgeving zoals de maag, die zoutzuur bevat (HCl). Als nu een patiënt wordt behandeld met protonpompremmers of achloorhydrie of hypochloorhydrie vertoont (wat vaak voorkomt bij ouderen), zien we dat een calciumzout als calciumcarbonaat niet wordt ontbonden en het parcours door het maag-darmstelsel vrijwel ongestoord aflegt, met als gevolg constipatie. Er zijn echter andere calciumzouten, zoals calciumcitraat, die oplosbaar zijn in water en dus vlotter ionen vormen, waardoor ze het lichaam rechtstreeks voorzien van Ca2+, ongeacht de zuurtegraad in de maag. Dat zorgt voor een betere absorptie ter hoogte van de darm en dus zeker voor een betere werking. De drinkbare vormen die calciumcarbonaat combineren met citroenzuur, bijvoorbeeld, waardoor calciumcitraat wordt gevormd, zorgen voor een hogere beschikbaarheid van het calciumion en een beter spijsverteringscomfort dan formules of bereidingen (tabletten, gelcapsules) die
Pharma
co
Technologie in dienst van de galenica alleen reageren in een zuur milieu zoals de maag (en bij die reactie komt naast Ca2+ trouwens ook koolzuurgas vrij, met eventueel verteringsongemak en opgezetheid tot gevolg). De reactie waarbij calciumcarbonaat wordt omgezet in calciumcitraat (dankzij het citroenzuur) kan zelfs plaatsvinden in een glas water. Zo neemt de patiënt rechtstreeks oplosbare vormen van calcium in (calciummonocitraat en -dicitraat), waaruit vlot Ca2+-ionen vrijkomen, die dan onmiddellijk kunnen worden opgenomen door de darm. De galenische formules die calciumcarbonaat combineren met citroenzuur (excipiënten) en met vitamine D3, zoals de zakjes bruisgranulaat D-vital® 500/440 en D-vital® Forte 1000/800, zorgen dus voor een optimale beschikbaarheid van Ca2+ in vergelijking met tabletten of gelcapsules om in te slikken of om op te kauwen, die een voldoende hoeveelheid zuur nodig hebben om te reageren.
in bepaalde fysiologische toestanden (groei, zwangerschap en borstvoeding) wordt de opname van calcium via de darm gestimuleerd, in andere toestanden zoals de menopauze wordt de opname dan weer afgezwakt.
D
e galenica speelt vaak ook een cruciale rol bij de bescherming en bewaring van gevoelige actieve bestanddelen. Hoe goed de formulering van een product of een geneesmiddel ook is uitgekiend, technologische vooruitgang kan altijd wel zorgen voor een nog betere omhulling of verpakking, om zo de stabiliteit, de kwaliteit en de doeltreffendheid van de bestanddelen te optimaliseren. Neem nu de gist Saccharomyces boulardii (een probioticum dat onder andere bekendstaat voor zijn efficiënte werking voor de preventie van diarree bij de inname van antibiotica, en voor de behandeling van diarree als gevolg van de voeding of infecties met Clostridium
Vitamine D De resorptie van elementair calcium hangt sterk af van de hoeveelheid vitamine D aanwezig in het organisme. Vitamine D3 verhoogt de absorptie van calcium in de darm en bevordert de vasthechting ervan op de beenderen. Nadat vitamine D3 is opgenomen via de darm, wordt die via het bloed getransporteerd naar de lever voor een eerste hydroxylering, en vervolgens naar de nieren voor een tweede. De resterende niet-gehydroxyleerde vitamine D3 blijft als reserve achter in het vetweefsel en de spieren, en wordt pas na enkele dagen verwijderd uit het lichaam via de ontlasting en de urine.
invloed van talrijke factoren De biobeschikbaarheid van calcium en de retentie ervan in het organisme ondervinden een invloed van tal van parameters, zoals de mate van blootstelling aan de zon en de productie van vitamine D, het eetpatroon, hormonale factoren, de leeftijd, de etnische afkomst, tabaksgebruik enz.
apr Nathalie Dumont
1 8 > Food in action.com - maart 2012
difficile), geregistreerd als geneesmiddel onder de naam Enterol®. Sinds kort wordt dat product in een nieuwe hermetische verpakking aangeboden voor een nog betere werking. Het gaat om een alu/alu-blister met individuele dosissen, waarbij elke voorgevormde holte hermetisch wordt afgesloten door een verwijderbare aluminiumfilm, wat het mogelijk maakt om: • elke gelcapsule apart te verpakken (betere hygiëne); • de kwaliteiten van het product te verbeteren (betere werking); • de inhoud beter te beschermen (geen risico op denaturatie); • de stabiliteit van het product langer te garanderen (belangrijk omdat het geneesmiddel een uiterste gebruiksdatum van drie jaar heeft); • de gelcapsules te beschermen tegen verplettering (geen risico op afbraak van de verbindingen).
We zien in dit concrete voorbeeld dat de technologie van de verpakking heel duidelijk in dienst staat van de galenische formule, door de garantie op bescherming, stabiliteit en bewaring van het actieve bestanddeel te versterken. Bovendien is ook de patiënt gebaat bij deze technologische vooruitgang, want deze nieuwe verpakking is praktisch, hygiënischer en gemakkelijk mee te nemen!
Functionele granen om in alle omstandigheden te ontbijten Het ontbijt is een belangrijke maaltijd. Ze wordt echter gemakkelijk verwaarloosd of zelfs vermeden. Zo kan je in de loop van de ochtend wel eens overvallen worden door een dipje of een flauwte. Binnen het kader van een evenwichtig ontbijt met een stuk fruit en een zuivelproduct is LU Petit Déjeuner een handige en snelle manier om jezelf te verzekeren van een stevige portie granen. LU Petit Déjeuner: een nutritionele samenstelling die past bij een evenwichtig ontbijt. Dankzij deze samenstelling en het unieke bakproces worden in het kader van een evenwichtig ontbijt de koolhydraten gedurende vier uur vrijgegeven.
Eigenschappen van het assortiment LU Petit Déjeuner • Rijk aan granen: gemiddeld 65% (57 à 70%) • Bevat koolhydraten: gemiddeld 67% (65 à 70%) • Bron van vezels • Samenstelling: - Suikers: gemiddeld 22,4 g/100 g (20 à 27 g) - Vetten: gemiddeld 16,4 g/100 g (16 à 17 g) • Nieuw recept met 5 volkorengranen
Met LU Petit Déjeuner heb je geen enkel excuus meer om de eerste maaltijd van de dag over te slaan!
Raadpleeg het hele dossier op www.foodinaction.com
Nutri
trends
Dossier
Nieuwe
eiwitbronnen
Voor wie de steak van het menu wil schrappen zonder aan proteïnen in te boeten, bestaan er verschillende oplossingen: vleesvervangers, eiwitrijke groenten, doordeweekse voedingsmiddelen verrijkt met eiwitten... en dan zijn er nog algen of zelfs insecten voor de meer avontuurlijke zielen!
2 0 > Food in action.com - maart 2012
iN DiT arTiKeL Soja, tarwe, melk, algen, mycoproteïnen, seitan, caseïne, spiruline, ja zelfs insecten dienen zich aan als nieuwe alternatieven voor traditionele eiwitten. maar hoe goed zijn ze voor de gezondheid?
J
e hoort tegenwoordig steeds vaker stemmen opgaan dat we minder vlees moeten eten, want dat is beter voor onze gezondheid, voor het milieu of voor de economie. Er zijn immers tal van andere eiwitbronnen, de ene al interessanter dan de andere.
Vlees vervangen Vegetarische vleesvervangers hebben het voordeel dat je ze net zoals een stukje vlees kunt klaarmaken. Je hoeft er je kookgewoonten dus niet voor overboord te gooien. Tofoe, gemaakt van gestremde sojamelkeiwitten, is een van die vegetarische vleesvervangers. Dan zijn er ook nog producten op basis van mycoproteïnen, en seitan, gemaakt van tarwegluten. Die voedingsmiddelen vind je niet vaak in hun oorspronkelijke vorm. Meestal zijn ze voorgevormd (burgers, blokjes, gehakt, ...), gearomatiseerd en bevatten ze nog andere ingrediënten. De eiwitten in vleesvervangers op basis van tofoe en mycoproteïnen hebben een hoge biologische waarde, die van seitan niet. Seitan wordt gemaakt op basis van gluten en heeft dezelfde beperking als graanproducten: een tekort aan lysine. Er bestaan ook burgers die uitsluitend uit groenten zijn samengesteld, maar deze mogen niet als valabele vleesvervangers worden beschouwd omdat ze maar een kleine hoeveelheid eiwitten bevatten en omdat die eiwitten bovendien een lage biologische waarde hebben. Tot slot zijn er vleesvervangers met een heel respectabel voedingsprofiel, terwijl andere producten, vaak burgers met een laagje paneermeel, erg vet kunnen zijn. Daarbij moeten we nog opmerken dat ook hun zoutgehalte doorgaans hoog is.
Vleesvervangers kunnen erg vet zijn. Hun zoutgehalte is doorgaans hoog.
Surf & Turf Groenten zoals peulvruchten worden al lang aangewend in het vegetarisme, bij voorkeur in combinatie met andere eiwitten die het tekort aan methionine kunnen opvangen. Tegenwoordig gaat de belangstelling ook uit naar zeegroenten. Algen bieden inderdaad heel wat verrassende mogelijkheden ... Ze bevatten niet alleen eiwitten (ongeveer 10%) maar ook nog jodium en een massa andere mineralen, afhankelijk van de soort. Maar in de winkel vind je ze nauwelijks en ze maken niet meteen deel uit van onze voedingsgewoonten, met uitzondering dan misschien van noribladeren die we in sushi en sashimi tegenkomen. Ze vormen echter een interessante mogelijkheid als aanvulling op eiwitten uit landgroenten.
Nieuwe voedingsingrediënten De speurtocht naar eiwitbronnen staat ook bij bedrijven in het middelpunt van de belangstelling en wel om uiteenlopende redenen. Eerst en vooral vanuit economisch oogpunt, om het vlees in hun producten gedeeltelijk te vervangen. In bepaalde producten op de markt is vlees als basisgrondstof intussen gedeeltelijk vervangen door eiwitten uit soja, tarwe, melk ... waarbij textuur en smaak vrijwel ongewijzigd zijn gebleven. Andere bedrijven proberen eiwitten te verwerken in hun producten om die een bepaalde textuur of een toegevoegde waarde te geven. Want bij de consument hebben eiwitten een gezond imago. In dat verband is caseïne, een melkproduct, een zeer veelbelovend ingrediënt. Deze stof heeft niet alleen een hoge biologische waarde, maar ook eigenschappen die textuur en emulsie bevorderen. Omdat de stof langzaam wordt geresorbeerd, heeft ze ook betere anabole kwaliteiten dan sojaproteïnen1. Ze wordt dus graag gebruikt in producten en dranken voor sportievelingen. Tot slot willen tal van bedrijven de eiwiteigenschappen die het verzadigingsgevoel opwekken, benutten door eiwitten te verwerken in verschillende voedingswaren die ze dan op de markt brengen als producten voor gewichtsverlies of -controle: graanrepen, snacks of zelfs pasta.
Food in action.com - maart 201 2 > 2 1
Nutri
trends
met een minimum aan middelen zou spiruline menselijke voedingstekorten kunnen invullen... Een andere veelbelovende bron van eiwitten is spiruline. Deze cyanobacterie die in zee te vinden is, wordt momenteel op industriële manier gekweekt omdat zij verschillende goede eigenschappen zou hebben. Er wordt een natuurlijke blauwe kleurstof aan onttrokken en de voedingssamenstelling van spiruline is bovendien heel interessant. Naast ijzer en vitamine B12 bevat spiruline in gedroogde vorm tussen 50 en 70% eiwitten. Deze hoge voedingsdichtheid, in combinatie met een lage productiekostprijs, maakt er een voedingsstof van met grote mogelijkheden op het gebied van duurzame ontwikkeling, die de menselijke voedingstekorten met een minimum aan middelen kan invullen... Wanneer spiruline in gedroogde vorm of als voedingssupplement op de markt wordt aangeboden, valt licht te voorzien dat dit ingrediënt spoedig zal worden opgenomen in de formulering van verschillende dagelijkse voedingsmiddelen.
rare beestjes Insecten vormen een eiwitbron waar tegenwoordig heel ernstig over wordt nagedacht. Sprinkhanen, larven, mestkevers en consorten worden snel gekweekt en vergen weinig natuurlijke bronnen. Als ze in onze contreien worden gegeten, dan is dat goed voor een spannend verhaal, maar de afschuw die ze wekken, vormt een geweldig obstakel... Bij mensen zijn insecten dan misschien een mager succesje, in diervoeding kunnen ze wel eenvoudig worden gebruikt. Vliegenlarven, die verbijsterend snel groeien, kunnen organisch afval (zoals karkassen van dieren) recycleren tot industriële diervoeding. Nadat ze gekweekt zijn, kunnen er eiwitten aan worden onttrokken die niet rechtstreeks dienen voor de menselijke voeding, maar die in dierenvoeding sojakoek en vismeel kunnen vervangen. De agrovoedingsindustrie stelt insecten voor als oplossing voor de groei van de wereldbevolking en de stijgende vraag naar dierenproducten. Zouden deze industriëlen zo weinig overtuigd zijn van de mogelijkheden van alternatieve eiwitten dat ze nog altijd gokken op de productie van vlees? magali Jacobs, diëtiste
referentie : 1. Phillips S.M. et al., J. Am.Coll. Nutr., 2009; 28: 343-54.
2 2 > Food in action.com - maart 2012
iN DiT arTiKeL in een context van duurzame ontwikkeling lijkt de consumptie van insecten een interessant voedingsalternatief, en dan vooral om het hoge eiwitgehalte van insecten. maar hoe veranderen we onze eetgewoonten?
Insecten op
het menu? Van wasmotbeignets, tarantula uit de oven, mierensnoepjes met frambozensmaak, wormlolly’s met meloensmaak en wodka met schorpioen… tot de recente praline met veldsprinkhaan die eind 2011 werd geïntroduceerd door Wittamer, de chocolatier voor wie wereldreiziger Philippe Lambillon (van het Franstalige tv-programma Les Carnets du Bourlingueur) een ganache met geroosterde veldsprinkhaan bedacht… De entomofagie of het eten van insecten zit in de lift, zoveel is zeker!
Food in action.com - maart 201 2 > 2 3
Nutri
trends
I
s het een modeverschijnsel? De zin voor alles wat exotisch is? Of een overlevingsinstinct, gezien de aangekondigde schaarste aan vlees en vis in de toekomst? Hoe dan ook, de grote internationale instanties tonen steeds meer belangstelling voor insecten. De Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) is ermee bezig en heeft al in 2008 een rapport over het onderwerp uitgebracht, en de Europese Unie maakte onlangs nog drie miljoen euro vrij voor onderzoek en promotie rond insecten in onze voeding. Paradoxaal genoeg is de wereldwijde consumptie van insecten, ondanks het feit dat westerlingen steeds meer openstaan voor de gedachte, in de afgelopen tien tot twaalf jaar gedaald, en dat naarmate de ontwikkelingslanden steeds meer verwesteren… Toch is het misschien tijd om dit alternatief voor traditionele dierlijke eiwitten in onze contreien te overwegen. Volgens sommigen zal het immers binnenkort onmogelijk zijn om iedereen nog te eten te geven, gezien de demografische groei van onze planeet.
Het is misschien tijd om dit veelbelovende alternatief voor traditionele dierlijke eiwitten te overwegen.
Om die toekomstige revolutie op voedingsvlak te zien gebeuren, zullen we evenwel de afkeer die de beestjes wekken, moeten zien te overwinnen. Misschien volstaat het gewoon reeds om te beseffen, zoals Monsieur Jourdain het onbewust voor elkaar kreeg, dat we in feite al insecten eten zonder het te weten. Denk maar aan honing, dat een puur verteringsproduct van bijen is, of aan de insecten op fruit, wellicht de eerste soorten die de mens in de loop van de evolutie naar binnen heeft gewerkt. Ook nu nog worden bij kwaliteitscontroles deeltjes van insecten teruggevonden in tal van voedingsproducten: eitjes van insecten in fruitsap, bladluis in diepvriesbroccoli, fragmenten van insecten in deegwaren enz.
rasvermenging en camouflage “De entomofagie (het eten van insecten) is geen anekdotisch of zeldzaam verschijnsel,” aldus prof. Eric Haubruge, docent entomologie aan de ULg-Gembloux. “Het behoort tot alle culturen, en in sommige is het bewaard gebleven, in andere vergeten. Dat is het geval voor het Westen.”
2 4 > Food in action.com - maart 2012
Om onze afwijzing te overwinnen, moeten we ook weten dat “insecten geleedpotigen zijn die bestaan uit een exoskelet gemaakt van chitine. Taxonomisch en morfologisch zijn insecten zeer nauw verwant aan schaaldieren, die dan weer wel zeer populair zijn omwille van hun smaak en kwaliteit,” voegt hij toe. Zo vinden sommige mensen het ook bizar om slakken of kikkerpoten te eten bijvoorbeeld… Het is dus allemaal een kwestie van beschaving en cultuur, want onze smaakvoorkeuren zijn het resultaat van een leerproces dat al bij de geboorte begint. “Het is uiterst moeilijk om die westerse voorstelling van de entomofagie teniet te doen, zeker omdat ze stuit op het wantrouwen van de mens voor elk voedingsproduct dat hij niet kent. Er is een sociaal leerproces van meerdere generaties nodig om de diversiteit van wat eetbaar is, vast te leggen. De afkeer voor insecten overwinnen vergt dus de nodige tijd, maar lijkt wel bepalend voor het overleven van de menselijke populaties, want voedsel op basis van insecten lijkt een veelbelovend voedingsalternatief voor de mens.” Sommige specialisten gaan er echter van uit dat voedingsproducten en smaken elkaar geleidelijk zullen kruisen als gevolg van de mondialisering. Andere denken dat de aanvaarding van insecten in het Westen eerst een fase van camouflage zal moeten doorlopen: door insecten onherkenbaar te maken, te vermalen tot poeder of te overgieten met saus, zou de proever niet zo’n zuur gezicht trekken…
Wat zijn de voordelen? Er wordt hoog opgegeven van de hoge voedingswaarde van insecten, maar hoe zit dat precies? Sommige soorten bevatten wel drie tot vier keer meer eiwitten dan kip of varkensvlees. Die overvloed komt ook door de kwaliteit van de vetten (laag cholesterolgehalte), de hoeveelheid essentiële aminozuren (tryptofaan) en minerale zouten (Fe, Zn, Ca en P) en het hoge gehalte aan vitamine B en D. Een voorbeeld: per 100 g versgewicht bevatten miereneieren 7 g eiwitten en waterkevers 21 g, een rijk eiwitgehalte dat vergelijkbaar is met dat van eieren (14 g/100 g). Verder blijkt het kweken van insecten in een context van duurzame ontwikkeling bijzonder ecofriendly. Een kwekerij van eetbare insecten produceert weinig NH3 en broeikasgassen, en verbruikt maar weinig water. Die nutritionele en ecologische rijkdom kan bijzonder welkom zijn in de ruimte: zo zouden termieten ideaal geschikt kunnen zijn voor een astronautenmaaltijd, want je kunt ze kweken op een piepkleine locatie…
Krekelchips
een revolutie op komst?
Van aperitief tot een hele maaltijd: zijderupsen, kevers en rupsen zijn in elke saus te verwerken. Je kunt ze rauw eten, maar ze worden vaak gedroogd of gerookt voor een betere houdbaarheid. Vervolgens worden ze gebakken, gefrituurd, geroosterd of vermalen in bloem die vol voedingsstoffen zit… De voedselketen van insecten moet hetzelfde soort regels respecteren als alle andere, om de kwaliteit en de veiligheid ervan te garanderen.
Nog een signaal dat niet bedriegt en bewijst dat er in het Westen toch enig enthousiasme rijst, zijn de vele websites over eetbare insecten die op het internet opduiken, zowel blogs van liefhebbers als verkoopsites. Zo kun je al een zakje van 200 gedroogde wevermieren en hun eitjes kopen voor 8,50 euro, 7 tot 10 sprinkhanen van 6 à 10 cm lang voor 9,50 euro, en voor 3,30 euro heb je 30 g mierensnoepjes met frambozensmaak, die qua smaak op Spaanse peper lijken en je ‘een energieboost’ zouden geven. Ook de restaurants die insecten op hun menukaart zetten, beginnen in Europa voorzichtig op te komen. Nog het meeste in Nederland, waar al een vereniging voor insectenkwekers bestaat, en iets minder bij ons en in Frankrijk, hoewel ook hier Aziatische, Mexicaanse en Japanse restaurants al eens insecten op de kaart hebben staan. Alles lijkt er dus op te wijzen dat we een culinaire ‘revolutie’ tegemoet gaan…
Let echter op: net zoals niet elke paddenstoel eetbaar is, kun je ook niet zomaar elk insect opeten. Je kunt dus beter eerst de hulp inroepen van een specialist voordat je er soep van gaat koken! Net zoals bij andere voedingsproducten moet je aan insecten wennen: sommige wekken allergische reacties op, andere moet je absoluut koken om de overbrenging van wormbesmetting op de mens te vermijden, en veel soorten verliezen al snel na hun dood hun smaakkwaliteiten… Kortom, de voedselketen van insecten moet hetzelfde soort regels respecteren als alle andere om de kwaliteit en de veiligheid ervan te garanderen.
De voedselketen van insecten moet hetzelfde soort regels respecteren als alle andere, om de kwaliteit en de veiligheid ervan te garanderen.
martine Versonne
Scan de QR-code
www.insectsarefood.com
referenties : Kijk voor meer informatie op www.venik.nl - www.fao.org www.insectsarefood.com
Food in action.com - maart 201 2 > 2 5
Nutri
trends
Schoner
wegwerpmateriaal De verpakkingstechnologie concentreert zich tegenwoordig resoluut op haar milieu-impact. er wordt gezocht naar maatregelen om de ecologische voetafdruk van al dat ‘wegwerpspul’ te verkleinen. Hoe zit het met de verpakkingen van bioplastic?
B
ij de meeste voorverpakte voedingswaren is de verpakking meestal goed voor een aanzienlijk deel van de uitstoot van broeikasgassen (BKG’s). De impact van de verpakking verkleinen is dan ook een van de prioriteiten waar veel merken aan willen gaan werken om hun ecologische voetafdruk te verkleinen, naast maatregelen om de impact van het transport en het energieverbruik te verminderen. Sommige merken concentreren zich vooral op de verlaging van het verpakkingsgewicht. Dat geldt onder meer voor de mineraalwaterfabrikanten. Een voorbeeld: voor een petfles van 1,5 liter kun je met een gewichtsverlaging van 4,5 gram (oftewel 8%) al 510 ton plastic per jaar besparen. Mensen aanzetten om te sorteren en te recycleren, bewustmaking en educatie van de consument, zoals bijvoorbeeld Fost Plus dat in België met succes doet, zijn andere belang-
2 6 > Food in action.com - maart 2012
De CO2-winst loopt op tot duizenden tonnen per jaar.
rijke elementen in die aanpak. Maar om een duurzame visie op verpakking te ontwikkelen, die minder afhankelijk is van fossiele grondstoffen, moeten we naar Brazilië…
Suikerriet en plantaardig materiaal De grote merken kijken momenteel allemaal richting Zuid-Amerika, en naar Brazilië in het bijzonder, één van de grootste voorraadschuren van suikerriet ter wereld. Die plant ligt namelijk aan de basis van een nieuw plastic van plantaardige oorsprong: hogedichtheidpolyethyleen. Het productieproces is vrij eenvoudig. Het suikerriet wordt
iN DiT arTiKeL rietsuiker, maïs, boomschors, … We zien steeds meer plantaardige materialen opduiken in de voedingsmiddelenindustrie. maar zijn die ecologische verpakkingen wel allemaal biologisch afbreekbaar?
geoogst en naar de distilleerderij gebracht. Het suikerrietsap dat wordt verkregen door mechanische persing wordt vervolgens gedistilleerd om ethanol te maken. Dat wordt dan weer gedehydreerd en gepolymeriseerd tot een polyethyleen van plantaardige oorsprong, voor alle duidelijkheid een bioplastic dus. Dat proces kan volledig of gedeeltelijk zijn. Sommige merken blijven nog plastic van fossiele oorsprong mengen met plastic van plantaardige oorsprong. De uitdaging zit vooral in het vinden van een commercieel haalbare en duurzame manier om het einddoel te halen. Deze verpakkingen van het nieuwe type worden meestal met de boot naar hun eindbestemming gebracht, om ook de ecologische voetafdruk van het transport binnen de perken te houden.
Wat verandert er? Op het eerste gezicht niets, alleen is de verpakking (vooral bij flessen) een tikje lichter. Qua uitstoot van broeikasgassen loopt de CO2-winst voor de meeste fabrikanten op tot duizenden tonnen per jaar. In tegenstelling tot de papieren verpakkingen, zoals broodzakken, zijn die van bioplastic echter niet biologisch afbreekbaar. Flessen van plantaardige oorsprong moeten met het PMD worden gerecycleerd. De merken voeren deze verandering geleidelijk in, maar voor bepaalde productcategorieën gaat het sneller. Een algemeen gebruik wereldwijd van deze verpakkingsvorm zou binnenkort dan ook werkelijkheid moeten worden (zowel voor verpakkingen in het algemeen als voor de verhouding bioplastic in vergelijking met gewoon plastic), zeker als ook de verdelers het initiatief zullen volgen. België is in elk geval een van de eerste landen die deze generatie verpakkingen is gaan gebruiken.
een debat over de hulpbronnen Bij de lancering van deze aanpak, nu twee jaar geleden, gingen er stemmen op tegen het gebruik van natuurlijke hulpbronnen uit een land dat zo kwetsbaar is (op het gebied van biodiversiteit) als Brazilië. Alle merken hebben daarover echter dezelfde geruststellende mening. Brazilië
beschikt nog over voldoende akkerland om rietsuiker te telen zonder de voedselvoorziening te ontregelen. Ook de keuze voor suikerriet is niet toevallig. De teelt van suikerriet vereist zeer weinig irrigatie en is voornamelijk afhankelijk van de neerslag. Het gewas is bijzonder resistent en wordt mechanisch geoogst. Bovendien wordt het meeste suikerriet voor de productie van ethanol in Zuid- en Centraal-Brazilië geteeld, meer dan tweeduizend kilometer van het Amazonewoud, en meestal op oude uitgeputte weilanden en braakliggend grasland. In theorie zou deze productie dus geen impact hebben op het oerwoud.
België is één van de eerste landen die deze generatie verpakkingen is gaan gebruiken. en morgen het afval… Bioplastic heeft duidelijk toekomst. Zeker aangezien de centra voor onderzoek en ontwikkeling niet langer op zoek zijn naar nieuwe kandidaat-planten, maar naar oplossingen voor het huishoudelijke en agrarische afval. één van de pisten voor de toekomstige generaties verpakkingen is die van de boomschors. Andere kiezen dan weer voor de stelen en schillen van groenten en fruit. Sommige materialen zijn al verkrijgbaar, denk aan wegwerpverpakkingen (en wegwerpservies) op basis van de resten van bamboestengel, bamboeriet en gemodificeerd maïszetmeel. Het industriële gebruik daarvan is echter nog te beperkt om er nu al het merendeel van de consumenten dagelijks mee in contact te brengen. Het voordeel zit hoofdzakelijk in het feit dat ze biologisch afbreekbaar zijn: 20 dagen tot 2 maanden, tegen 2 tot 5 maanden voor papier, 30 tot 40 jaar voor nylon, 50 tot 80 jaar voor plastic, 50 tot 100 jaar voor aluminium en… meer dan 100 jaar voor ijzer! Het uiteindelijke doel is natuurlijk het verkrijgen van een 100% hernieuwbaar materiaal, maar daarvoor zullen we nog enkele jaren geduld moeten oefenen. Nicolas rousseau, diëtist en voedingsdeskundige
Food in action.com - maart 201 2 > 2 7
Nutri
trends
Maaltijdvervangers, proteïnediëten, wat moeten we ermee?
Nog steeds populair omwille van hun spectaculair korte termijnresultaat, roepen de maaltijdvervangers en proteïnediëten toch heel wat vragen op. Zeer laagdrempelig voor de consument, maar hoe ga je ermee om als gezondheidsprofessional?
2 8 > Food in action.com - maart 2012
iN DiT arTiKeL maaltijdvervangers en proteïnediëten in allerlei vormen lokken niet alleen van op het schap, maar geven ook paginalange zoekresultaten via internet.
Voor proteïnedieetproducten bestaat nog geen regelgeving.
G
ewicht verliezen met een “klassiek” hypocalorisch dieet, waarbij de verschillende macronutriënten in de aanbevolen verhoudingen aanwezig blijven en de energie-inname niet systematisch onder het basismetabolisme ligt, is moeilijk. Het vergt persoonlijke motivatie van de patiënt, een goede kennis van de voedingswaren, het menselijk metabolisme en pedagogische eigenschappen van de begeleider en een flinke portie geduld van iedereen die bij dit proces betrokken is. Geen wonder dat snelle oplossingen, zoals maaltijdvervangers en proteïnediëten, succes kennen.
De wet maakt onderscheid Toen de proteïnediëten of Protein Sparing Modified Fast (PSMF), gelanceerd werden, eind jaren 60, verwachtte men er de wonderen van het “vastendieet” van, zonder kannibalisatie op de vetvrije massa. In de jaren 70 was het proteïnedieet, vooral in Amerika, razend populair, tot in 1977 zeventien doden door hartfalen direct aan het gebruik van bepaalde proteïnepreparaten voor PSMF toegeschreven werden. De kwaliteit van de proteïnen, die in een groot aantal producten uit collageen en bindweefsel voortkwamen en waarin één of meerdere essentiële aminozuren tekortschoten, werd als oorzaak aangewezen. Sinds 1996 is er een Europese Richtlijn die de voedingssamenstelling en de etikettering van maaltijdvervangers bepaalt1. De wet maakt een onderscheid tussen volledige dagvervangende voedingsmiddelen en vervangmaaltijden. De verplichte etikettering (zie tabel 1) onderscheidt deze producten van proteïnedieetproducten, waarvoor geen wetgeving bestaat. Tevens moeten ze voldoen aan een specifieke samenstelling (zie tabel 2).
Wie zoekt die vindt Allerhande producten ten behoeve van proteïnediëten vindt men eerder in specifieke distributiekanalen zoals dieet- en natuurwinkels of bestelt men via het internet. De maaltijdvervangers staan meestal op het schap in de grootdistributie en moeten correct geëtiketteerd zijn. Maaltijdvervangers zijn handige compacte producten waaronder kant-en-klare drankjes en soepen, diverse maaltijdrepen, koekjes en pudding of kunnen ook in poedervorm verkocht worden om te bereiden of te “shaken”
met water of afgeroomde melk. Hun samenstelling moet aan de wettelijke bepalingen voldoen, maar die worden wel al eens met de voeten getreden. Het is daarom een aanrader de conformiteit en samenstelling van het gebruikte product na te gaan aan de hand van de wettekst1.
een gekend mechanisme Proteïnediëten, of ze nu door maaltijdvervangende producten of aan de hand van eiwitrijke standaardproducten worden uitgevoerd leiden tot ketose en het verminderen van het hongergevoel na enkele dagen. Ze zijn bovendien sterk hypocalorisch (soms tot minder dan 800 kcal per dag) en meestal zeer arm aan vetten en koolhydraten. Dit leidt tot lipolyse, gluconeogenese en een indrukwekkend gewichtsverlies op amper een paar weken tijd. Dit gaat wel gepaard met snelle vermoeidheid bij fysieke inspanning en meestal een aantal andere ongemakken zoals hoofdpijn, verstopping en misselijkheid, maar cholelithiasis en hyperuricemie zijn niet uit te sluiten. Tevens zou het basismetabolisme met 15% dalen. Een belangrijke vochtopname onder de vorm van 2 tot 3 liter water wordt aangeraden en men kan best 1 soeplepel olie en groenten toevoegen aan het dieet. Dit bevordert de stoelgang en het verzadigingsgevoel en brengt extra vitamines aan2.
Niet voor iedereen De meningen lopen hier uiteen, maar algemeen wordt aanbevolen deze diëten niet in eerste instantie aan te wenden, maar pas als andere dieetpogingen falen. Ook is er een consensus dat deze diëten enkel voor obese patiënten (>30kg/ m²), en eerder nog voor patiënten met morbide obesitas (>40kg:m²) zijn weggelegd. Daarnaast mogen een aantal contra-indicaties niet uit het oog worden verloren, zoals zwangerschap en borstvoeding, kinderen en adolescenten, type 1 diabetici, patiënten met hartlijden, patiënten met nier- en leveraandoeningen… Maaltijdvervangers kunnen dan weer modulair, als deel van een evenwichtige voeding, gebruikt worden en bieden soms een oplossing in probleemsituaties zoals korte middagpauzes en geen goede alternatieven voor de lunch, als avondmaal na een uitgebreide middaglunch, moeilijkheden bij het doseren en bereiden van maaltijden,… Deze strategie zal de patiënt echter enkel tijdelijk helpen.
Food in action.com - maart 201 2 > 2 9
Nutri
Scan de QR-code
trends
Europese verordening
afvallen is zilver, blijvend gewichtsverlies is goud En dat goud verdienen patiënten niet zomaar. Ze beginnen dikwijls zelfstandig aan deze diëten hoewel de begeleiding door een diëtiste of bevoegde voedingsdeskundige een niet onbelangrijke succesfactor en een nodige steun betekent, zeker bij het langer dan drie weken volgen van een proteïnedieet. De gevolgen op het organisme en het psychologisch evenwicht kunnen ingrijpend zijn. Het gewichtsverlies van deze patiënten bestaat voor meer dan 80% uit vetweefsel. Het verlies aan vetvrije massa blijft beperkt tot het overtollige weefsel verbonden aan de
vetzucht. Toch verlaagt het basaal metabolisme van deze patiënten met ongeveer 15%, die de stabilisatie van het gewicht bemoeilijkt. Daarenboven geeft de herintroductie van voedingsmiddelen, die uitgesloten werden tijdens de dieetfase, meestal aanleiding tot compulsief eetgedrag en een gewichtstoename. Vaak wordt vastgesteld dat deze diëten leiden naar een cognitieve restrictie, of deze eetstoornis versterken, met het jojo-effect, verlies van eigenwaarde en depressie tot gevolg. Een medaille met een keerzijde! Lut Van Lierde , diëtiste
Tabel 1. Verplichte etikettering volgens het koninklijk besluit van 18 februari 1991 Volledige dagvervangende voedingsmiddelen
Vervangmaaltijden
“De dagelijkse voeding volledig vervangend product voor gewichtsbeheersing”
‘‘Maaltijdvervangend product voor gewichtsbeheersing’’
Het gehalte van ieder mineraal en vitamine, waarvoor verplichte eisen in punt 4.1.1.2.
Het gehalte van ieder mineraal en vitamine, waarvoor verplichte eisen in punt 4.1.2.2.
Bevat voldoende hoeveelheden van alle essentiële nutriënten voor een dag
De etikettering moet een verklaring bevatten dat de producten uitsluitend voor hun gebruiksdoel kunnen dienen, wanneer zij deel uitmaken van een energie-beperkt dieet en dat andere voedingsmiddelen een noodzakelijk deel van dit dieet dienen te vormen.
Niet langer dan drie weken zonder medisch advies gebruiken
Tabel 2. Nutriëntenbepalingen volgens het koninklijk besluit van 18 februari 1991 (uittreksel) Volledige dagvervangende voedingsmiddelen
Vervangmaaltijden
Energie
800-1200 kcal
200-400 kcal
Eiwitten in % van de E*
min. 25 % max. 50 %
min. 25 % max. 50 %
Vetten in % van de E*
max. 30 %
max. 30 %
Linolzuur
min. 4,5 g
min. 1 g
Voedingsvezels
min. 10 g max. 30 g
niet bepaald
Vitaminen en mineralen
minimumwaarden die praktisch beantwoorden aan 100% van de minimale ADH**
ongeveer 30% van de ADH** per maaltijd, 17% voor K (500mg)
* De biologische eiwitwaarde moet ten minste gelijk zijn aan 100 % van die van het FAO referentie-eiwit. **Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid
referentie : 1. Europese kaderrichtlijn 2009/39/EG. Koninklijk besluit van 18 februari 1991 betreffende voedingsmiddelen bestemd voor bijzondere voeding.
3 0 > Food in action.com - maart 2012
info
intox
Suiker:
de zoete zonde enerzijds worden de aan voedingsmiddelen en dranken toegevoegde suikers steeds vaker door wetenschappers met de vinger gewezen. anderzijds hebben veel suikers een positief imago bij het grote publiek. Terecht?
H
et zijn harde tijden voor het suikerklontje, zowel voor de zoetjes in de koffie als voor alle andere suikers die aan voedingsmiddelen en dranken worden toegevoegd! Een recent artikel in het tijdschrift Nature, ‘The toxic truth about sugar’, heeft de problematiek van de suiker een nieuwe impuls gegeven*. De auteurs kanten zich niet tegen de consumptie van passende hoeveelheden natuurlijke suikers in bepaalde voedingsmiddelen, zoals fruit, maar wel tegen de alomtegenwoordigheid van toegevoegde suikers, en de rampzalige gevolgen van een overmatige consumptie ervan
Heerlijk vergif Vooral sucrose en fructoserijke maïssiroop (high-fructose corn syrup) liggen onder vuur, niet zozeer omdat ze glucose bevatten, maar wel wegens hun fructosegehalte. Naast (of bovenop) het zuiver calorische aspect van suikers, houdt de consumptie van fructose nog andere gevaren in, die door Lustig et al. aan de kaak worden gesteld. Fructose verhoogt het triglyceridengehalte in het bloed en de insulineresistentie na de stimulatie van de hepatische lipogenese, bevordert een verhoogde bloeddruk door een overproductie van urinezuur en speelt dus een belangrijke rol in de ontwikkeling van het metaboolsyndroom. De auteurs van het artikel gaan zelfs zo ver dat ze toegevoegde suikers vergif noemen, even giftig als alcohol (dat overigens uit de fermentatie van suikers ontstaat). Ze menen dat er, net als voor alcohol, volksgezondheidsmaatregelen moeten worden getroffen, om de toegankelijkheid tot en het gebruik van de stof te beperken.
What’s in a name Anderzijds kennen veel mensen talrijke suikers – die nochtans ook in de toegevoegde suikers zitten – een speciale
status toe. Dat is nog steeds het geval voor de sinds lang bewierookte fructose, waarvan de naam onmiddellijk een associatie met fruit oproept. En fruit is uiteraard goed voor de gezondheid! De namen ‘sucrose’ en ‘glucose’ worden niet meteen geassocieerd met een natuurlijke en bovendien gezonde bron, hoewel ze doorgaans even talrijk in fruit aanwezig zijn als fructose. Hetzelfde geldt voor ruwe rietsuiker, alom geprezen voor zijn rijke concentratie aan vezels, mineralen enz., waarbij men vergeet dat het in hoofdzaak om sucrose gaat. Ook honing en ahornsiroop worden op een voetstuk geplaatst, gewoon omdat het natuurlijke producten zijn.
Tarwe- en agavesiroop Men ziet ook stroop van tarwe of andere granen verschijnen, waarvan men niet altijd beseft hoeveel suiker hij bevat (vooral glucose). Het beste voorbeeld is waarschijnlijk de agavesiroop. Ze heeft alle kwaliteiten om in de smaak te vallen: ze is afkomstig van een plant, de agave, die op een grote cactus lijkt en etymologisch ‘bewonderenswaardig’ betekent, ze is ‘exotisch’, wordt al eeuwenlang gebruikt, is niet te vinden in de grootdistributie en wordt, uiteraard, tegen exorbitante prijzen verkocht, wat haar gepercipieerde waarde alleen maar versterkt. Nochtans bestaan de suikers van de agavesiroop voor bijna 80% uit fructose, veel meer dan in de fructoserijke maïssiroop. Het betreft hier dezelfde fructose als de fructose die nu haar ware gelaat toont en terecht als de ergste van alle suikers mag worden beschouwd… Nicolas Guggenbühl, diëtist en voedingsdeskundige referentie : Lustig R.H. et al. Nature, 2012; 29: 27-29.
Food in action.com - maart 201 2 > 3 1
Nutri
actions
De darmtransit:
een open venster op onze levensstijl De ‘normale’ darmtransit bestaat niet, maar verschilt van persoon tot persoon. Om de darmtransit regelmatiger te maken of constipatie te bestrijden, moet men de levenshygiëne en de voeding onder de loep nemen. een gesprek met Dr Serge De Vaere.
Wat is een ‘normale’ darmtransit?
Hoe pakt men constipatie aan?
De norm is zeer variabel, gaande van drie ontlastingen per dag tot twee per week. Elk individu heeft zijn eigen ritme, maar bij elke aanhoudende en onverklaarbare wijziging van de transit moet men een arts raadplegen. Het is niet ongebruikelijk dat een patiënt zelf de diagnose van constipatie of diarree stelt, zonder ze te laten bevestigen. Een grondige anamnese leidt meestal tot de juiste diagnose. Zo kan elke levensstijlverandering constipatie veroorzaken: een verblijf in het buitenland, een langdurige bedrust, een chirurgische ingreep, bepaalde geneesmiddelen, neurologische aandoeningen...
Bij constipatie (minder dan één ontlasting per week) moet men eerst elke organische oorzaak formeel uitsluiten. Een volgende stap is de meting van de colonpassagetijd, een onderzoek dat meestal ‘valse’ constipatie kan uitsluiten en de diagnose van diffuse coloninertie kan bevestigen. Een anorectale manometrie werpt licht op de oorzaken van terminale constipatie. De uitslagen van deze twee onderzoeken wijzen meestal op diffuse coloninertie. Doorgaans kan men dit probleem met PEG-laxeermiddelen verhelpen. Sinds kort kan constipatie bij de vrouw, veel frequenter dan bij de man, ook behandeld worden met een nieuw geneesmiddel (prucalopride) dat inwerkt op de 5HT3-receptoren van het rechtercolon. Men moet in al deze gevallen duidelijk maken dat het belangrijk is om de dosering te titreren tot de transit ‘genormaliseerd’ is.
De diagnose van lactose-intolerantie wordt vaak verkeerd gesteld.
3 2 > Food in action.com - maart 2012
expert aan het woord
Welke voedingsmiddelen raadt u aan of juist af bij constipatie? Een restrictief dieet is uit den boze, omdat het beperken van de voedselinname de situatie meestal verergert, zeker als de constipatie een symptoom is van het prikkelbaredarmsyndroom. Bepaalde patiënten trekken zich zelfs terug uit het sociale leven, omdat ze bang zijn om buikpijn te krijgen in het gezelschap van vrienden of op restaurant… Men moet het belang van een gezonde voedingshygiene benadrukken, met de klemtoon op een vegetarisch georiënteerd eetpatroon.
Welk specifiek dieet raadt u aan bij diarree? Men spreekt van diarree bij meer dan drie vloeibare en overvloedige ontlastingen per dag. De acute vormen verschijnen vaak in de context van een kleinschalige enteritisepidemie, na het nemen van antibiotica,… In dat geval is een tijdelijk dieet op basis van thee, bouillon, toast, rijst e.d. aangewezen. Na enkele dagen kan de patiënt geleidelijk aan weer overschakelen op zijn normale voeding. Bij chronische diarree bedraagt het gewicht van de ontlasting meer dan 300 gram per dag, en dit gedurende meer dan vier weken. In dat geval moet men onaangepast gedrag corrigeren: roken, de consumptie van grote hoeveelheden koffie, vet, alcohol,... Deze maatregelen zullen de situatie hoogstwaarschijnlijk aanzienlijk verbeteren. Op basis van de etiologische diagnose wordt bovendien een aangepast dieet samengesteld. Veel patiënten komen met ‘lactose-intolerantie’ naar de raadpleging. Deze diagnose wordt vaak verkeerd gesteld, vooral bij mensen die weinig melk drinken.
Zijn vezels nog altijd actueel? Ik schrijf weinig vezels ‘in bulk’ voor omdat ze zwaar, en zelfs saai kunnen zijn. Een dagelijkse grote portie groenten en de consumptie van niet-gemixte soep blijft echter de
Dr Serge De Vaere Gastro-enteroloog in het ziekenhuis van eigenbrakel– Waterloo.
hoeksteen van de dieetleer. Men moet zijn eetpatroon en levensstijl dus in vraag durven te stellen, iets waartoe niet iedereen is bereid. Tegenwoordig zoeken de patiënten snelle oplossingen voor soms chronische problemen! Dat verklaart bijvoorbeeld ook waarom sommigen van hen liever naar laxeermiddelen grijpen.
Wat is de rol van probiotica en prebiotica? Ik ben nog niet volledig overtuigd van hun rol bij geïsoleerde ontregelingen van de darmtransit. Probiotica en prebiotica behoren echter tot het therapeutische arsenaal van het prikkelbaredarmsyndroom waarbij, naast een meestal erg ontregelde transit, ook andere symptomen optreden zoals een opgezet gevoel en buikpijn. De dagelijkse praktijk leert ons dat veel van deze patiënten hun toevlucht tot dergelijke producten nemen.
Hoe kan men een normale transit verzekeren? Men moet luisteren naar de klachten en men mag nooit een eenvoudig maar vaak verwaarloosd onderzoek over het hoofd zien: het rectaal toucher. De situatie duidelijk uitleggen, de patiënt geruststellen en goed advies geven, zijn andere succesfactoren. Dat gaat vaak gepaard met een soms drastische verandering van de eetgewoonten en levensstijl. Alles begint met een fatsoenlijk ontbijt. De patiënten slaan het ontbijt echter al te vaak over, hoewel het als de belangrijkste maaltijd van de dag wordt beschouwd! Fruitsap, volkorenbrood, een warme drank en ontbijtgranen zijn sterk aanbevolen. Daarnaast is ook dagelijkse lichaamsbeweging bevorderlijk voor een vlotte transit. Een groot aantal patiënten is al geholpen met een dagelijkse inname van fruit en groenten, in combinatie met een goede hydratatie. Interview door martine Versonne
Food in action.com - maart 201 2 > 3 3
echo
congres
De vrouwelijke paradox
Hart- en vaatziekten zijn de belangrijkste doodsoorzaak bij vrouwen, ruim voor kanker. Hoe kan men dit verklaren en verhelpen? antwoorden van angela maas (Nederland) en agnès Pasquet (uCL) tijdens de jaarlijkse bijeenkomst van de Belgische Vereniging voor Cardiologie*.
3 4 > Food in action.com - maart 2012
iN DiT arTiKeL Verschillende factoren verklaren de stabiliteit of zelfs de toename van hartinfarcten bij vrouwen. Hierop werd ingegaan tijdens het recentste congres van de SBC.
of de complexiteit van het hart
van de vrouw
E
n dit probleem zal nog niet meteen verdwijnen, als men de Amerikaanse statistieken gelooft die een daling van de cardiovasculaire sterfte bij de man aantonen, terwijl ze bij de vrouw al sinds 1980 stabiel blijft. Erger nog, de prevalentie van het myocardinfarct bij vrouwen van gemiddelde leeftijd blijft toenemen, in tegenstelling tot wat bij mannen wordt waargenomen. Verschillende factoren verklaren het huidige verhoogde risico bij vrouwen. Een eerste factor is ongetwijfeld de verslechtering van de levenshygiëne, gekenmerkt door een te rijk en te overvloedig eetpatroon. In dat verband kan men opmerken dat abdominale obesitas een van de belangrijkste risicofactoren voor hart- en vaatziekten is, en dat meer dan een op drie Amerikaanse vrouwen (één op vier in Europa) een uitgesproken overgewicht heeft. Maar dat is niet de enige verklaring.
anders. Dat wordt bevestigd door autopsieën die aantonen dat hypertrofie van de linkerhartkamer vaker voorkomt bij de vrouw, wat de perfusie in de periferie van de kransslagaders beperkt. Naast een hogere incidentie van diabetes type 2 en het metaboolsyndroom, hebben vrouwen biologisch gezien een hoger gehalte aan triglyceriden en een lager HDLcholesterolgehalte (met een hoger LDL-gehalte na de menopauze), wat een verhoogd atherogeen risico tot gevolg heeft. Dit risico wordt ook verhoogd bij stollingsafwijkingen, die vaker bij de vrouw voorkomen. Ze heeft dus alles om een hoger risico te lopen. Bij deze vaststelling komt nog het feit dat de symptomen anders en doorgaans minder hevig zijn. Ze worden minder snel als ‘gevaarlijk’ beschouwd (de vrouw is ‘pijn’ gewoon), de behandelingen en interventies die ze ondergaat zijn minder ‘doordacht’ en de paraklinische onderzoeken (ECG enz.) zijn minder betrouwbaar bij haar.
in 37% van de gevallen ervaren vrouwen geen pijn in de borst bij een hartaanval.
Geen pijn in de borst
Men moet weten dat vrouwen in theorie door hun oestrogenen worden beschermd. Daarom komen cardiovasculaire aandoeningen bij vrouwen 7 tot 10 jaar later voor dan bij mannen (ze hebben dus meer risicofactoren kunnen verzamelen), terwijl de symptomen van acute coronaire hartziekten bij vrouwen ook heel uiteenlopend zijn en daardoor moeilijker gediagnosticeerd worden dan bij mannen. Hoewel zij theoretisch gezien beter beschermd zijn, is de sterfte aan coronaire hartziekten bovendien hoger bij vrouwen dan bij mannen, zelfs vóór 65 jaar, hoewel zij minder letsels en minder symptomen vertonen. Dit is de zogenaamde ‘vrouwelijke paradox’.
een verhoogd risico Vrouwen hebben vaker last van een hoge bloeddruk en doorgaans ook van stress dan mannen. Hun hart is dus
In deze omstandigheden is het begrijpelijk dat de periode tussen het optreden van de symptomen en een ziekenhuisopname of medische ingreep langer is, en lang blijft, ondanks de evolutie van de diagnostische technieken (terwijl deze periode bij de man de laatste tien jaar korter is geworden). Specialisten benadrukken dan ook dat vrouwen zich vragen moeten stellen wanneer ze bepaalde waarschuwingssymptomen ervaren.
Waarschuwingssymptomen • Pijn in de bovenrug tussen de schouderbladen • Pijn aan de kaken, keel of nek • Kortademigheid • Griepachtige symptomen, misselijkheid en braken, koud zweet • Vermoeidheid of algemene verzwakking • Angst, vrees om te sterven, verlies van eetlust, ongemak
Food in action.com - maart 201 2 > 3 5
echo
congres
Zodra de diagnose van een infarct is gesteld, lopen vrouwen bovendien meer kans om eraan te overlijden, ongeacht hun leeftijd. Specialisten verklaren dit door het feit dat de atherosclerotische plaques bij hen vaak geërodeerd zijn (zelfs als ze een klein volume hebben). Het fenomeen is dus minder opvallend dan bij de man, bij wie de plaques veeleer scheuren, een erg heftige gebeurtenis. Autopsieën bevestigen deze hypothese grotendeels en tonen aan dat men bij 38% van de vrouwen die aan een hartaanval overleden, de coronaire hartziekte niet formeel kon vaststellen (wat bij mannen slechts in 23% van de gevallen voorvalt). Fysiologen verklaren dit door de aanwezigheid van een algemene onderliggende ontstekingsreactie die resulteert in microvasculaire en endotheeldysfunctie, met metabole veranderingen en een verminderde perfusie. Het ontbreken van een obstructie betekent echter niet dat er geen letsel is. De aanwezigheid van een microvasculaire aandoening wijst inderdaad ook op vaatweerstand en een verhoogde natrium-waterstof-uitwisseling, met oxidatieve stress en insulineresistentie. Deze microvasculaire ischemie uit zich klinisch in een afname van de coronaire reserve en een diffuse atherosclerose.
De symptomen van een verhoogde bloeddruk lijken sterk op die van de menopauze, wat nog meer bijdraagt aan het stellen van de verkeerde diagnose. Het is dus een mijnenveld waarbij de menopauze, door de oestrogeendaling die ze veroorzaakt, zorgt voor de activering van het renine-angiotensinesysteem (met een verhoogde bloeddruk) en een reactivering van de myocardiale ischemie, vooral bij hypercholestorolemie. Vrouwen worden ook benadeeld omdat de symptomen van een hoge bloeddruk sterk lijken op die van de menopauze (opvliegers, nachtelijk zweten, slapeloosheid, hartkloppingen, concentratiestoornissen, hoofdpijn, irritatie, ...), wat nog meer bijdraagt aan het stellen van de verkeerde diagnose. Hart- en vaatziekten bij de vrouw moeten dus dringend grondig worden bestudeerd. Ze zijn immers anders dan bij de man, en behoeven dan ook een aangepaste aanpak, ook
3 6 > Food in action.com - maart 2012
op preventief vlak: moet een vrouw meer antioxidanten of fyto-oestrogenen verbruiken, en meer specifieke lichaamsbeweging uitoefenen?
Zwangerschap en bevalling: een cardiovasculaire beproeving! De Task Force van de Europese Vereniging voor Cardiologie is onlangs samengekomen om het cardiovasculaire risico bij de zwangerschap* te analyseren, een significant risico omdat 0,2 tot 4% van de zwangere vrouwen een ernstige cardiovasculaire aandoening heeft en omdat het hartinfarct de belangrijkste oorzaak van moedersterfte tijdens de zwangerschap is! Dat lijkt misschien logisch, als men weet dat het totale bloedvolume aanzienlijk stijgt tijdens de zwangerschap. De inspanningen van het hart nemen hierdoor met 30 tot 50% toe, vooral tijdens de vijfde tot achtste maand, met een reductie van de systolische en diastolische druk, parallel aan een vermindering van de perifere arteriële weerstand en een hypercoagulabiliteit. Tijdens de weeën en de bevalling stijgt het zuurstofverbruik, net als de cardiale belasting en de bloeddruk (tijdens de weeën). Na de bevalling leidt het verlies van placentabloed tot een verhoogde cardiale preload. Het hart heeft het dus zwaar te verduren, en men kan en moet preventieve maatregelen nemen voor en tijdens de zwangerschap, door te screenen op cardiovasculaire afwijkingen en door de nadruk te leggen op maatregelen voor een gezondere levensstijl en voeding. Dr Dominique-Jean Bouilliez
Scan de QR-code www.escardio.org
referenties : * 31e jaarlijkse wetenschappelijke vergadering van de Belgian Society of Cardiology, Brussel, 2-3 februari 2012. www.escardio.org/guidelines
Zap
voeding
Eerste prijs voor onderzoek naar ontstekingsremmende werking van omega-3 Al voor het 23ste jaar organiseerde Kellogg’s de Prijs voor de Diëtetiek, die drie Belgische studenten beloont voor hun vernieuwende onderzoekswerk op het gebied van voeding. Eind januari reikte een onafhankelijke jury de eerste Prijs voor de Diëtetiek uit aan Sophie Soëns voor haar eindwerk over de ontstekingsremmende werking van omega-3-vetzuren (Haute Ecole Provinciale de Hainaut Condorcet). Naar dat thema was tot nu toe nog maar weinig onderzoek verricht. Nochtans komen de positieve effecten van omega-3 op heel wat gebieden steeds duidelijker naar voren, denk aan reumatoïde polyartritis en andere chronische ontstekingsziekten. Sophie Soëns ontwikkelde daarom een ‘ontstekingsremmend bord’ met daarop vooral omega-3, maar ook andere factoren die mogelijk van invloed zijn op de ontsteking, zoals antioxidanten, de zuurgraad en de glycemische index. De tweede en derde prijs gingen naar twee studentes uit Gent: • Elke Van Mol (Katholieke Hogeschool Sint-Lieven Gent) voor haar praktische tool om toe te passen bij kruisvoedingsallergieën, • Lien Meyseman (Hogeschool Gent) voor het protocol dat zij ontwikkelde voor jongeren met overgewicht die gedragsproblemen vertonen. Persbericht, Prijs voor de Diëtetiek, Kellogg’s, Brussel, 31/01/2012.
Bru Lady Chef of the Year 2012 De 22ste Bru Lady Chef of the Year, de prijs die een vrouwelijke topchef beloont, is uitgereikt aan Lisa Calcus en haar restaurant ‘Les Gribaumonts’ in Bergen. Deze editie van de prijs stond in het teken van ‘evenwicht in smaken’. De chef, die werd verkozen door het publiek en een vakjury van journalisten, maakte een reeks gedurfde recepten klaar. Ze gebruikte onder meer Columbus-varkensvlees, dat afkomstig is van dieren die worden gevoed volgens hetzelfde concept als de kippen van de zogeheten Columbus-eieren. Een puike demonstratie van hoe voedingstroeven (een verbeterd lipidenprofiel) en gastronomie kunnen samengaan, en elkaar zelfs versterken. Meer informatie op www.ladychef.be.
Food in action.com - maart 201 2 > 3 7
Keep
on movin’
actief blijven
We kunnen het verouderingsproces misschien wel vertragen, maar niet stoppen. Het komt er dus op aan om lichaamsbeweging bij 50-plussers op een aangepaste manier te benaderen en hun (opnieuw) zin te geven om te bewegen…
W
anneer we het hebben over lichaamsbeweging bij 50-plussers is het eerst en vooral belangrijk het onderscheid te maken tussen wie vroeger lichamelijk actief was en wie dat niet was. Tegenwoordig heeft een aanzienlijk deel van de bevolking een sedentaire levensstijl. Wie niet de gewoonte heeft om regelmatig te bewegen, zal dat ook niet plots beginnen te doen na zijn vijftigste...
Mettertijd krimpt de sfeer van bepaalde personen in, naarmate de vier elementen die het functionele vermogen uitmaken, afnemen. Het is door de grootte van de functioneringssfeer dat een lichamelijk actief iemand zich onderscheidt van een sedentair iemand. Het functioneringsgebied kan worden vergroot door te starten met een activiteit op maat die het hele lichaam in beweging brengt.
eén sfeer, vier functies Bij wie niet lichamelijk actief is geweest, kunnen de functionele capaciteiten beperkt zijn, ongeacht de chronologische leeftijd. Volgens Master Trainer en voormalig judokampioen Jean Sadouni leven we in een functioneringsgebied, een sfeer waarbinnen we bewegen via een combinatie van vier parameters: kracht, soepelheid, uithouding en evenwicht. Om het even welke handeling – een sportieve handeling of een gewone handeling uit het leven van alledag (uit de auto stappen, wandelen, gaan zitten, iets opruimen,…) of wat dan ook – is een functie van die vier parameters.
3 8 > Food in action.com - maart 2012
Welke activiteit is aan te raden? Wandelen is een weldoende activiteit voor iedereen: het is een natuurlijke handeling die het hart- en vaatstelsel inschakelt en waarmee men gemakkelijk op elk moment kan stoppen. Ook zwemmen en fietsen zijn goede alternatieven, maar daar is iets meer uithouding voor nodig. Daarnaast vallen nog heel wat andere activiteiten aan te raden: Tai Chi, yoga, dansen of stretching. Het belangrijkste is dat de activiteit leuk en speels is.
na je vijftigste? Zo is gymnastiek bijvoorbeeld gericht op algemene oefeningen die de functioneringssfeer vergroten, in plaats van op spierversterking.
een categorie apart Bij het beoefenen van sport is het op elke leeftijd belangrijk om rekening houden met het sportieve profiel van de persoon in kwestie. Vijftigplussers vormen een speciale bevolkingsgroep waarvoor de lichamelijke activiteit en de intensiteit ervan moeten worden aangepast. In plaats van zichzelf pijn te doen met een onaangepaste activiteit kiest men beter voor cardiovasculaire inspanningen die de grote spiergroepen mobiliseren. Dat is bijvoorbeeld het geval voor fietsen of stevig wandelen. Er bestaan ook programma’s op maat voor senioren, in centra met professionele begeleiders die specifiek opgeleid zijn om met deze bevolkingsgroep te werken*.
dat sarcopenie wordt genoemd. Met lichaamsbeweging kan dat proces worden tegengegaan. Daarnaast mogen we het belang van een goede hydratatie niet vergeten, want senioren hebben de reflex om minder te drinken, terwijl hun weefsels vocht nodig hebben. Om de veroudering op alle terreinen te bestrijden zijn dus zowel lichaamsbeweging, een evenwichtige voeding als een goede hydratatie nodig.
50-plussers moeten zich meer bewust worden van hun veroudering, anticiperen op een vertraging van de lichaamsactiviteit, maar blijven bewegen.
een natuurlijk verschijnsel…
Sport is geen kwestie van ‘moeten’
In de hedendaagse maatschappij waar in zekere mate een jeugdcultus heerst, lijkt men het verouderingsproces maar moeilijk te accepteren. Toch moeten we de feiten onder ogen durven te zien: veroudering is een natuurlijk proces waar elke cel aan onderhevig is! Vijftigplussers moeten zich meer bewust worden van hun leeftijd en de bijbehorende veroudering door te anticiperen op een geleidelijke vertraging van de lichamelijke activiteit en door hun cardiovasculair niveau in het oog te houden. Hoewel sommigen nog wel in staat zijn om een marathon te lopen (de uitzonderingen), komt het er in het algemeen op aan om het ritme, de hevigheid en de intensiteit van de oefeningen in de loop der jaren wat terug te schroeven – zelfs al is het moeilijk ons daarbij neer te leggen! Bovendien is er ook geen lijn in te trekken: iemand die regelmatig beweegt kan toch een hoge graad van cellulaire veroudering hebben en een eerder sedentair iemand kan evengoed een vroegtijdige veroudering vaststellen.
Voor de vele mensen die opnieuw beginnen te bewegen komt het erop aan om de dingen anders aan te pakken dan slaafs instructies te volgen. Sport is geen kwestie van moeten. De beste aanpak lijkt om mensen te informeren over wat lichaamsbeweging concreet voor hen kan betekenen. Bij voorkeur komt de beslissing om een bepaalde activiteit te beoefenen van de persoon zelf in plaats van dat er iets wordt voorgeschreven of opgelegd. Er bestaan overigens benaderingen om de intrinsieke motivatie van de patiënten aan te wakkeren via een persoonlijke dialoog. Door aan lichaamsbeweging te doen kunnen 50-plussers zich eenvoudig wapenen tegen hypertensie, diabetes type 2, insulineresistentie, dyslipidemie, kanker en osteoporose, en tegelijk het risico beperken dat ze ten val komen, om maar enkele voordelen te noemen. Bovendien is lichaamsbeweging bevorderlijk om in contact te blijven met andere mensen en eenzaamheid of zelfs depressie tegen te gaan. Dat is een essentieel aspect waar echter maar weinig over wordt gesproken.
Het is vooral van belang om te luisteren naar je lichaam, en daar hoort ook een gezonde en evenwichtige voeding bij. De voeding lijkt echter minder aandacht te krijgen dan lichaamsbeweging. Nochtans verliest men op deze leeftijd spiermassa terwijl de vetmassa toeneemt, een verschijnsel
annabelle Boffa en Jean Sadouni, Master Trainer referentie : *Enkele gespecialiseerde centra zijn te vinden op www.guestofgravity.com
Food in action.com - maart 201 2 > 3 9
APAQ-W inForMeerT u
TeMperaMenTvolle baby’s door borstvoeding!
Een Frans-Britse studie, die in PLoS One gepubliceerd werd, deed een verrassende ontdekking over het gedrag van baby’s die borstvoeding krijgen, in vergelijking met baby’s die flesvoeding krijgen. Tussen 2006 en 2009 werden 316 zuigelingen gevolgd. Uit de resultaten van de temperamentvragenlijst Revised Infant Behavior Questionnaire is gebleken dat de baby’s die uitsluitend borstvoeding of gemengde voeding kregen een ‘moeilijker’ gedrag vertoonden dan de baby’s die flesvoeding kregen. Zij zouden vooral moeilijker hun emoties kunnen controleren, moeilijker tot bedaren komen, meer huilen, minder lachen en minder gemakkelijk reageren
op stimuli. De baby’s die borstvoeding kregen, zouden daarentegen minder impulsief zijn. De onderzoekers benadrukken echter dat huilen en prikkelbaarheid normale expressievormen voor baby’s zijn om duidelijk te maken dat ze honger hebben, en dat deze studie in geen geval aantoont dat baby’s die borstvoeding krijgen ongelukkig zijn! Deze resultaten zijn eigenlijk vrij logisch aangezien borstvoeding voor zowel moeder als kind lastiger is dan flesvoeding.
De Lauzon-Guillain B. et al., PLoS One, 2012; 7(1): e29326. Online gepubliceerd, 10 januari 2012.
Meer kauwen om te vermageren? Volgens een chinese studie zou minder kauwen een risicofactor voor zwaarlijvigheid zijn. Als testpersonen werden 16 slanke en 14 zwaarlijvige scholieren geselecteerd die hun gebruikelijke ontbijt, namelijk een pasteitje met varkensvlees van 300 g, ad libitum mochten eten. Hun kauwbewegingen werden gefilmd om in een eerste fase het aantal, de grootte van de happen en de tijdspanne tussen elke hap te bepalen. nadien moesten de deelnemers zo veel of zo weinig mogelijk kauwen op elke hap. Zowel bij de slanke als bij de zwaarlijvige deelnemers werden minstens 15 en hoogstens 40 bewegingen geteld. in een tweede fase werden de gevolgen van 15 en 40 kauwbewegingen per hap vergeleken over twee periodes van telkens drie opeenvolgende dagen met één week ertussen. Hetzelfde ontbijt
met de pastei werd in porties van 10 g voorgeschoteld om de kauwbewegingen te analyseren. De studie besluit dat de zwaarlijvige deelnemers minder kauwen dan de slanke deelnemers, hoewel ze happen van dezelfde grootte nemen. Zowel bij de zwaarlijvige als bij de slanke deelnemers gaat een verhoging van het aantal kauwbewegingen van 15 naar 40 gepaard met een daling van de energie-inname met 11,9%, een geringere afscheiding van ghreline (orexigeen) en een grotere afscheiding van ccK en gLP-1 (anorexigenen). mensen met overgewicht voorstellen om goed te kauwen of om meer voedingswaren te eten die enige kauwinspanning vergen, zou dus kunnen helpen om de calorie-inname te beperken. Li J. et al., American Journal of Clinical Nutrition, 2011; 94: 709-16.
Melk zou goed zijn voor de zenuwcellen Onderzoekers van de universiteit van maine in de Verenigde Staten hebben 972 mannen en vrouwen tussen 23 en 98 jaar gevolgd en een reeks tests laten afnemen met betrekking tot hun visuospatieel, verbaal en werkgeheugen. De tests werden in verband gebracht met hun normale melkconsumptie. Uit de resultaten blijkt dat de deelnemers die minstens één glas melk per dag drinken ongeacht hun leeftijd hogere scores op de tests behaalden. Het verband blijft bestaan wanneer andere storende factoren in aanmerking genomen worden.
De scores bereiken trouwens een piek bij de grootste melkconsumenten die gemiddeld 5 keer meer kans hadden om te slagen voor hun mentale prestatietests. Het is nog niet bekend hoe dit neurostimulerende effect precies werkt. Er zullen studies gevoerd moeten worden om te achterhalen welke melkbestanddelen de hersenfunctie rechtstreeks kunnen beïnvloeden.
G. E. Crichton A. et al., International Dairy Journal, volume 22, editie 1, januari 2012, pp. 15–23.
Frisdrank en harTgezondheid: de hoeveelheid telt Volgens twee teams van Amerikaanse wetenschappers zou een dagelijkse consumptie van frisdrank het risico op diverse cardiovasculaire gebeurtenissen (cVA, infarct,…) met 43% verhogen in vergelijking met de niet-consumptie van frisdrank. Deze correlatie zou eigenlijk in nauw verband staan met de hoeveelheid. Zo heeft frisdrank geen schadelijk effect op hart en bloedvaten wanneer de consumptie matig tot laag blijft (van 1/maand tot 6/week). in het kader van de studie werden 10 jaar lang 2.564 volwassenen gevolgd.
rekening houdend met de huidige frisdrankconsumptie in de VS, is het volgens de auteurs noodzakelijk om dit verband opnieuw te toetsen bij grotere populaties van mensen, niet alleen om de werking te begrijpen maar ook om na te gaan of er aanbevelingen op het gebied van volksgezondheid geformuleerd moeten worden.
H. Gardener et al., Journal of General Internal Medicine, 2012; DOI: 10.1007/s11606-011-1968-2.
kaas zou lipogenese afremmen Volgens een noorse studie zou kaas de synthese van triglyceriden door de enzymen ‘desaturasen’ kunnen afremmen. Dit zou deels het verband kunnen verklaren dat eerder al vastgesteld werd tussen een hoge kaasconsumptie en een laag serumtriglyceridengehalte. Deze enzymatische hypothese werd beproefd op de leverbiopsie van 121 vrijwilligers tussen 40 en 45 jaar. De studie toont aan dat bij de testpersonen die meer dan 4 tot 6 keer per week kaas
aten, de activiteit van meerdere vetzuurdesaturasen aanzienlijk lager was, zelfs nadat verschillende storende factoren geëlimineerd werden. Welke stoffen in kaas deze enzymsynthese precies afremmen, moet echter nog onderzocht worden.
Høstmark A.T., Lunde M.S., Appl Physiol Nutr Metab, 12 december 2011.
AgEncE WALLOnnE POUr LA PrOmOTiOn D’UnE AgricULTUrE DE QUALiTé
Zap
nieuws
Enjoy plant power met een nieuwe “amandelmelk” Het is de nieuwe slagzin van het merk Alpro®, dat de jongste telg in zijn assortiment plantaardige dranken voorstelt: Amandelmelk (fles van 1 liter). Deze ‘melk’ op basis van amandelen, met een licht geroosterd aroma, bevat geen zuivel. Een nieuw alternatief dus voor mensen met voedselintolerantie of met een allergie voor voedingsstoffen als lactose, soja of koemelk.
Met 48 kcal per glas van 200 ml heeft deze Amandelmelk een laag vetgehalte (1,1 g per 100 ml) en bevat het product sporen van verzadigde vetten (0,1 g per 100 ml). Minder rijk aan eiwitten dan melk of “sojamelk”, is het verrijkt in calcium en vitamines B2, B12, D en E. Deze Amandelmelk is vrij van artificiële kleur- of smaakstoffen. Alpro® heeft tegelijk overigens ook een nieuwe Hazelnootdrink gelanceerd. Voedingswaarde
per 100ml
energie
24 kcal
eiwitten
0,5 g
Koolhydraten
3g
waarvan suikers
3g
waarvan lactose
0g
vetten
Ingrediënten: Water, suiker, amandel 2%, tricalciumfosfaat, zeezout, stabilisatoren (johannesbroodpitmeel, gellan gom), emulgator (zonnebloemlecithine), vitaminen (B2, B12, E, D2). Bevat amandelen en kan sporen van hazelnoten bevatten. Bevat geen soja, geen koemelk en geen lactose.
1,1 g
waarvan verzadigd
0,1 g
waarvan cholesterol
0 mg
vezels
1,6 g
natrium
0,05 g
calcium
120 mg*
vitamine B2
0,21 mg*
vitamine B12
0,38 µg*
vitamine D2
0,75 µg*
vitamine e
1,8 mg*
*15% van Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid.
Rodekool met veenbessen van HaK We kennen allemaal wel de klassieke combinatie van rodekool met appel, maar nu lanceert HAK een nieuw, origineel recept met een verrassende smaak: rodekool met veenbessen. Dit ‘superfruit’, ook wel cranberry genoemd, is rijk aan antioxidanten. In 2004 heeft het Franse agentschap voor voedselveiligheid (Afssa) een gunstig advies uitgesproken over veenbessen, omdat die “bijdragen tot minder vasthechting van bepaalde E. coli-bacteriën aan de wanden van de urinewegen”*. Deze variatie op gewone rodekool, die ook bestaat met stukjes peer en kaneel, is vrij van allergenen (pot van 370 ml).
Recepten om de producten van HAK te bereiden –zoals tagliatelle met rodekool met veenbessen en kip– vind je op www.hak.be *Gunstig advies van het Affsa, 6 april 2004, aanhangigmaking nr. 2003-SA-0352.
Ingrediënten: Rode kool, water, suiker, natuurazijn, gemodificeerd zetmeel, cranberry 1%, zout, kaneel, natuurlijk aroma.
4 2 > Food in action.com - maart 2012
Voedingswaarde energie
per 100 g 61 kcal
eiwitten
1g
Koolhydraten
14 g
waarvan suikers
13 g
vetten
0g
vezels
2g
natrium
0,4 g
een verbeterde groeimelk Nutricia heeft de formule van de Bambix-groeimelk verbeterd met Complete Care, een combinatie van vitaminen en mineralen ontwikkeld door voedingsdeskundigen, samen met kinderartsen. Daarom lanceert Nutricia nu een nieuwe versie van de groeimelk ‘1+’ met granen en aangevuld met de Complete Care-formule. Bij jonge kinderen zijn twee glazen Bambix Groeimelk 1+ Complete Care van 250 ml goed voor: • 75% van de ADH* ijzer, • 65% van de ADH* omega 3 • 100% van de ADH* vitamine C. Niet alleen is Groeimelk 1+ Complete Care van Bambix rijk aan ijzer, omega 3 en vitamine C, het product bevat ook minder eiwitten dan koemelk en geen toegevoegde suikers. Meer informatie over het Nutricia Baby-assortiment vind je op www.nutriciababy.be *ADH = Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid.
Voedingswaarde
per 100 ml
Energie
76 kcal
Eiwitten
1,9 g
Koolhydraten
10,2 g
waarvan suikers
5,7 g
waarvan lactose
5,2 g
Vetten
3,1 g
waarvan verzadigd
0,4 g
waarvan enkelv. onverzadigd
1,8 g
waarvan meerv. onverzadigd
0,9 g
Vezels
0,1 g
Calcium
84 mg
Vitamine C
14 mg
Ijzer
1,2 mg
Ingrediënten: Magere melk, plantaardige oliën, gehydroliseerde tarwebloem, gedemineraliseerde weipoeder van melk, rijstbloem, lactose van melk, maïszetmeel, aroma (vanilline), emulgator (mono- en diglyceriden), zuurteregelaar (citroenzuur), tricalciumfosfaat, calciumhydroxide, natrium L-ascorbaat, trikaliumcitraat, magnesiumhydrofosfaat, kaliumhydroxide, natriumchloride, ijzerlactaat, taurine, cholinechloride, DL-α-tocoferylacetaat, zinksulfaat, retinylacetaat, cholecalciferol, nicotinamide, calcium D-pantothenaat, kopergluconaat, natriumseleniet, D-biotine, foliumzuur, kaliumjodide, thiaminehydrochloride, fytomenadion, riboflavine, pyridoxinehydrochloride, mangaansulfaat.
Gehoord
op consultatie
Ik ben maar een beetje diabeet Weet deze goedlachse man van 43 jaar met een geglyceerd hemoglobine percentage van 6,1. Verder heeft hij ook een beetje ‘cholesterol’ en een beetje ‘bloeddruk, maar een royale buikomtrek van 111cm. Het goede nieuws is dat hij niet rookt en nu toch op dieetconsultatie zit. Hij belde nog de dag voor de afspraak om te vragen of deze wel moest doorgaan, want zijn ‘suiker’ was gezakt en terug ‘normaal’. Deze patiënt weet dat hij best wat kilo’s zou verliezen, maar dat dit hoogdringend is, valt tegen. Een schrikbewind voeren is doorgaans niet de juiste aanpak om patiënten vlotter een dieet te laten volgen, maar een informatief gesprek over waarom en hoe kilo’s verliezen en die ‘suiker’ verder in toom te houden leek op zijn plaats. De stemming is, op zijn minst gezegd, wat bedrukt. Zonder veel overtuiging ploeteren we samen door het voedingsplan dat onze man een kilo per week zou moeten verlichten. Schoorvoetend vraagt hij naar een volgende afspraak en zet die dan toch kordaat in de agenda. Na 4 weken zijn er inderdaad al 3 kg af en de broekriem zit een stuk losser, maar vooral heeft de patiënt nu het vertrouwen dat hijzelf het roer in handen heeft. Dat hij zoveel kon doen om de complicaties van diabetes af te houden was de leuke keerzijde van deze medaille. Zouden we dan toch eerder goede feeën zijn dan wel onheilsprofeten? Lut Van Lierde, diëtiste
Ontdek nieuwe producten op
www.foodinaction.com
Food in action.com - maart 201 2 > 4 3
Op à het la
menu
Pavé van kabeljauw met vergeten groenten,
handgepelde Oostendse grijze garnalen, rucola en runderham Cecina e e n r e c e p t va n r e s ta u r a n t r o u g e to m at e Lo u i z a L a a n 1 9 0 , 1 0 5 0 B r u s s e L – w w w. r o u g e to m at e . c o m
S.P.E.® Gezondheid-Lust-Evenwicht Zowel de Brusselse als de New Yorkse vestiging van restaurantketen ’Rouge Tomate’ zijn trouw aan de principes van het S.P.E.-charter voor gezonde voeding. S.P.E. staat voor Sanitas Per Escam (gezondheid door voeding) en is het resultaat van een jarenlange samenwerking met vermaarde wetenschappers. Het concept is gebaseerd op de nieuwste onweerlegbare ontwikkelingen in de wetenschap, waardoor chef-koks hun culinaire kunsten tentoon kunnen spreiden in een optimale nutritionele context en met respect voor onze planeet.
ingrediënten voor 1 persoon 1 stuk kabeljauw van 150 g 10 g grijze garnalen n 2 g hamsnippers (Cecina) n 100 g ui n 20 g radijzen n 20 g crosne (Chinese artisjok) n 20 g pastinaak n 20 g aardpeer n 20 g knolselderij
20 g schorseneren rucola n 1 l halfvolle melk n 10 g olijfolie n 20 g mosterd n mosterdzaadjes n tijm, laurier n peper en zout
n
n
n
n
4 4 > Food in action.com - maart 2012
Doe mee en win een etentje bij
www.foodinaction.com
Bereidingswijze Bak de geschilde en in grove blokjes of staafjes gesneden groenten gaar in een stoofpot met een scheutje olijfolie, de tijm en de laurier. Breng op smaak en houd warm. n Voor de mosterdemulsie: laat 50 g ui slinken met 20 g mosterd. Giet er 500 ml melk over en laat 30 minuten koken op een zacht vuur. Schenk door een puntzeef en zet opzij. n Voor de uienpuree: laat 50 g ui slinken zonder te bruinen, samen met wat tijm. Giet er 500 ml melk over en laat 45 minuten koken. Mix de puree en schep door een puntzeef. Breng op smaak en zet opzij.
Bak de kabeljauw op het vel op een plancha of in een antiaanbakpan. Breng op smaak en zet opzij in de oven. n Schik de uienpuree in het midden van het bord en leg daarop de kabeljauw. Leg aan weerszijden wat groenten. Werk af met de mosterdemulsie, de garnalen, de rucola, de mosterdzaadjes en de Cecinaham.
n
n
Voedingssamenstelling per portie Énergie
eiwitten
Totale vetten
Verzadigde vetten
Koolhydraten
Vezels
Cholesterol
246,9 kcal/1034 kJ
30 g
7g
1g
15 g
3,1 g
68,5 mg
Op gastronomische toer met chef-koks alex Joseph en michel Borsy In dit gerecht staan enkele heerlijke winterproducten centraal, met combinaties die versmelten tot een heuse smaaksymfonie. Het gare witte vlees van de kabeljauw, toch een wreed roofdier, prik je gewoon met een vork los in fijne ‘flinters’. De aardpeer, schorseneren, Chinese artisjok, radijs, pastinaak en knolselderij zorgen voor een subtiele zachte smaak, die contrasteert met het pittige van de mosterd en de rucola. Voor een lekkere en winterse toets hebben we het gerecht afgewerkt met grijze garnalen uit Oostende en enkele knapperige snippers Cecina-ham (gezouten, gerookt en gedroogd rundvlees dat wat lijkt op bresaola of Grisonvlees). Smakelijk!
Chloé De Smet allègre, diëtiste en voedingsdeskundige, over de voedingswaarde van dit gerecht Kabeljauw is rijk aan zeemineralen (jodium, koper, zink en selenium). De wortelgroenten dragen bij aan het vezelgehalte en aan het volume in het bord, terwijl ze de energiedichtheid toch lichter maken (< 90 kcal/100 g). Mosterd en rucola zijn prima oppeppers van de smaakpapillen. In deze kruisbloemigen zitten glucosinolaten en zwavelbestanddelen, die worden onderzocht op mogelijke kankerbestrijdende eigenschappen. De uitgesproken smaken en het hoge eiwitgehalte van dit recept staan garant voor een verzadigend effect. Met iets minder dan 250 kcal levert dit gerecht je 0,25 g EPA en DHA, goed voor een derde van de aanbevolen hoeveelheid, en meer dan 60% van de ADH voor selenium (47 µg) en 93% voor jodium (186 µg). Lekker de gezonde toer op met Rouge Tomate!
Food in action.com - maart 201 2 > 4 5
Kookpannen
en proefglaasjes
Van hete pepers
tot koele kauwgom
Bepaalde voedingsmiddelen kunnen extreme gewaarwordingen teweegbrengen. Spaanse pepers en wasabi branden in de mond en de neus, terwijl sommige polyolen dan weer net het omgekeerde doen. een woordje uitleg.
W
e hebben allemaal dezelfde reflex als we een pikant gerecht eten: een groot glas water drinken. Zo probeert de leek automatisch het hete, brandende gevoel in de mond te verlichten. Water is in dit geval echter een maat voor niets. De capsaïcine in de zaadlijsten, het actieve bestanddeel van de pepertjes, is namelijk oplosbaar in vet en niet in water. Om de ‘pijn’ van de pepers te verlichten is het dan ook veel beter om een glas melk te drinken, wat yoghurt te eten, een stukje brood met boter of kaas te eten of zelfs een stukje brood in wat olijfolie te drenken en op de tong te leggen.
De Scoville-schaal Er bestaat een grote verscheidenheid aan pepers, met een uiteenlopende heetheid die wordt uitgedrukt in Scovilleeenheden (zie tabel). Neem nu de guajilos, de meest gebruikte pepertjes in de Mexicaanse keuken: die hebben een heetheid van 3000 Scoville-eenheden, wat betekent dat het extract ervan 3000 keer moet worden verdund eer de capsaïcine niet meer wordt waargenomen. De heetheid van cayennepepers, overvloedig gebruikt in de Caribische keuken, ligt rond de 40.000. Habanero’s of Antilliaanse pepers behoren tot de pikantste ter wereld, goed voor bijna 300.000 Scovilleeenheden.
regelmatige consumptie en gewenning Het is dus oppassen geblazen! Toch lijken de meeste studies aan te tonen dat hete pepers geen extra schade aanrichten in de maag. Bovendien treedt gewenning op bij herhaalde blootstelling aan capsaïcine, zoals bij bevolkingsgroepen die veel pepers eten, waardoor de receptoren minder gevoe-
4 6 > Food in action.com - maart 2012
lig worden. Op termijn is het zelfs zo dat het alkaloïde een licht verdovend effect heeft door tijdelijke uitputting van de reserves van substantie P (een neurotransmitter betrokken bij het transport van pijnprikkels bij een verwonding), doordat het organisme ‘om de tuin wordt geleid’. Daarom heeft de Amerikaanse Food and Drug Administration (FDA) het gebruik goedgekeurd van crèmes, lotions en smeersels op basis van capsaïcine om de pijn te verlichten die kan ontstaan bij reumatoïde artritis, artrose en neuropathie. De Scoville-schaal (niet exhaustief Scoville-eenheden
Product of pepersoort
15 000 000– 16 000 000
Pure capsaïcine en dihydrocapsaïcine
2 000 000 – 5 300 000
Pepperspray
1 463 700
Trinidad Scorpion Butch Taylor (de heetste chilipeper die tot op heden is ontdekt)
100 000 – 325 000
Habanero’s
50 000–100 000
Thai Hot Peppers
30 000 – 60 000
Vogelpeper (Capsicum frutescens)
30 000 – 50 000
Cayennepeper
10 000 – 23 000
Serranopeper
2 500 – 8 000
Jalapeño’s
2 500 – 5 000
Rode Tabasco-saus
1 500 – 2 500
Espelettepeper
600 – 800
Groene Tabasco-saus
100 – 500
Paprikapoeder en bepaalde paprika’s
0
Paprika’s
Heb je een smartphone of tablet? Scan deze code en ontdek onze website.
BeCauSe NuTriTiON iS a FaST-mOViNG SCieNCe
Food in action is een publicatie van Karott’ NV, Health media Partners Franklin Rooseveltlaan, 136 - 1050 Brussel Tel. 02/374.44.24 - Fax 02/374.07.24 www.karott.be -
[email protected]
Hoofdredacteur Nicolas Guggenbühl, voedingsdeskundige-diëtist [
[email protected]]
Verantwoordelijke uitgever Nathalie Dumont, apotheker
redactie
mierikswortel en wasabi Mierikswortel en wasabi zijn afkomstig van planten uit de kruisbloemenfamilie. Het woord ‘wasabi’ wordt vaak gebruikt ter aanduiding van de specerij in poeder- of pastavorm die bestaat uit een mengeling van mierikswortel en mosterdzaad. De smaak van wasabi is zachter en minder pikant dan die van mierikswortel, hoewel ze beide dezelfde actieve bestanddelen bevatten. De typische gewaarwording van wasabi, “die kort tot in de neus dringt”, is het gevolg van de aanwezigheid van isothiocyanaten. Deze moleculen worden grondig bestudeerd in het kader van de preventie van sommige kankers, vooral van het spijsverteringsstelsel, maar ook voor hun ontstekingsremmende eigenschappen.
Van warm naar koud Als we vervolgens kijken naar voedingsstoffen met een ‘negatieve reactiewarmte’, gaan we van het ene uiterste naar het andere. Wanneer deze producten in contact komen met water of speeksel in de mond, ontstaat een endotherme reactie (die warmte onttrekt aan de omgeving). Dat is het geval bij bepaalde polyolen zoals erytritol, mannitol, sorbitol en vooral xylitol, dat terug te vinden is in de meeste soorten kauwgom en pastilles voor een ‘frisse adem’. De frisse gewaarwording wordt eventueel nog versterkt door aroma’s op basis van munt. Die wekken het effect echter anders op, want menthol en soortgelijke moleculen (eucalyptol, …) werken in op specifieke receptoren in de mond die een signaal van ‘frisheid’ naar de hersenen sturen, net zoals wanneer ze in contact komen met een koude vloeistof.
Nathalie Dumont [
[email protected]] Nicolas Guggenbühl [
[email protected]] Nicolas Rousseau [
[email protected]] Lut Van Lierde [
[email protected]] Annabelle Boffa [
[email protected]]
Coordinatie en redactiesecretaresse Annabelle Boffa [
[email protected]]
Hebben aan dit nummer meegewerkt Dr Dominique-Jean Bouilliez, Martine Versonne, Jean Sadouni, Master Trainer Magali Jacobs, diëtiste
Office manager Pascale Denis [
[email protected]]
Publiciteit Charlotte Decorte [
[email protected]] Lut Van Lierde [
[email protected]]
Foto’s Shutterstock
Druk Structure Production
Design Witold de Campo [
[email protected]]
Lay-out Grafisme Witold de Campo [
[email protected]] Géraldine Bacquaert
Oplage 10.700 exemplaren
Verschijning Nicolas rousseau, diëtist en voedingsdeskundige
Food in Action verschijnt 4 maal per jaar (november, maart, juni, september). Food in Action paraît également en français. Voor meer informatie betreffende de verdeling:
[email protected] ou 02/374.44.24
Food in action.com - maart 201 2 > 4 7
Zap
agenda
‘Nutrition in early Life on the Development of Obesity and allergic Diseases’ 29 maart 2012 UCL – Auditoire Central C Mounierlaan 1200 Brussel
Publieke voordracht van de leerstoel van het Danone-instituut, door professor Erika Isolauri (Universiteit van Turku, Finland), rond kindervoeding en de ontwikkeling van obesitas en allergieën. Gratis inschrijving via www.danoneinstitute.be
Zin en onzin van voedingssupplementen 19 april 2012 KaHo Sint-Lieven, Technologiecampus Gebroeders De Smetstraat 1 9000 Gent
Doelstelling van het lentesymposium VBVD is diëtisten wegwijs te maken in de wereld van de supplementen in de brede zin. Het wettelijke kader zal geschetst worden waarbij het onderscheid zal worden gemaakt tussen geneesmiddelen, fytotherapie en supplementen. Daarnaast zal dieper ingegaan worden op de zin of onzin van fytotherapie. Het gebruik van supplementen bij diverse ziektebeelden zal ook besproken worden. Meer info op www.vbvd.org
4 8 > Food in action.com - maart 2012
‘Tackling Childhood Obesity in europe’ 3 april 2012 The Silken Berlaymont Hotel 11-19, Karel de Grotelaan 1000 Brussel
‘Tackling Childhood Obesity in Europe’ is een internationaal symposium over de vooruitzichten voor de preventie van obesitas bij kinderen en de reglementering daaromtrent op Europees niveau. Tijdens dit symposium is het de bedoeling om kennis en ervaringen uit te wisselen en te debatteren over de huidige uitdagingen bij het aanpakken van obesitas. Ontdek het volledige programma van deze dag op http://publicpolicyexchange.co.uk
Halal expo 3 en 4 april 2012 Parc des Expositions - Pavillon 3 Porte de Versailles - Parijs De negende internationale voedingsbeurs gewijd aan halalvoeding en oosterse producten, Halal Expo, wordt dit jaar gehouden in het Parc des Expositions in Parijs. Op dit evenement komen professionals uit de Europese halalmarkt samen, waaronder fabrikanten, importeurs en distributeurs van halalproducten. Halal Expo houdt gelijke tred met de groeiende Europese markt voor deze nicheproducten: de beurs wordt jaar na jaar groter en het aanbod alsmaar gevarieerder. Meer informatie: www.parishalalexpo.com
Nieuw op www.foodinaction.com Copyright Food In Action 2012 www.foodinaction.com
Welke drank kies je? De ‘Drankendruppel’
-
F
Bier, wijn, energiedrankjes
ood in Action heeft een nieuw model ontwikkeld dat de plaats van de verschillende dranken in een evenwichtige voeding illustreert. Aan de hand van dit waardevolle visuele hulpmiddel kan dit onderwerp tijdens consultaties ter sprake worden gebracht.
Energierijke sportdranken Gesuikerde frisdranken Ongesuikerde lightdranken Gesuikerde melkdranken Melk / met calcium verrijkte plantaardige dranken Soep, bouillon Fruitsap
Thee, koffie, kruidenthee
Verantwoordelijke uitgever: N. Guggenbühl, Karott’ nv
Jawel, water is de enige drank die echt van levensbelang is! We kunnen de realiteit echter niet ontkennen: er bestaan nog zoveel andere dranken die door mensen overal ter wereld worden gedronken. We kunnen daar dus maar beter mee leren omgaan… in plaats van te doen alsof ze niet bestaan!
Water
+ Copyright Food In Action 2012 www.foodinaction.com
Welke drank kies je? De ‘Drankendruppel’
-
Surf naar www.foodinaction.com voor alle details over dit nieuwe model dat u gratis kunt downloaden Energierijke sportdranken in A4- of A3-formaat. Gesuikerde frisdranken Bier, wijn, energiedrankjes
Ongesuikerde lightdranken Gesuikerde melkdranken Melk / met calcium verrijkte plantaardige dranken
Ontdek alles over voeding op de
sprankelende
website
www.foodinaction.com Sneller, nog gebruiksvriendelijker en actueler, om van te smullen, zoveel je maar wil!
Waar wacht je nog op? Ga snel naar
www.foodinaction.com