Een
Weekje
Weg jekino EDUCATIE
Een
Weekje
Weg
Film en educatie…
... in het vertoningscircuit van Lessen in het donker, in het kader van Filmfestival Open Doek, ter gelegenheid van een workshop verzorgd door Jekino of van een een film in de klas... Het medium film kreeg een plaats in het lessenpakket van heel wat scholen, daarom zorgen wij graag voor een degelijke programmatie en pedagogische omkadering. We maken jaarlijks een pittige selectie van een 30-tal films uit het afgelopen seizoen, organiseren op heel wat plaatsen vertoningen en zorgen voor kant-en-klare lesmappen voor een boeiende verwerking in de klas. Daarbij spelen we in op de eindtermen en ontwikkelingsdoelen. In elke lesmap streven we naar een filmtechnische en inhoudelijke benadering van de film en focussen we op één filmterm.
Doelgroep EEN WEEKJE WEG: vanaf 7 jaar P2
jekino EDUCATIE
www.jekino.be www.opendoek.be www.lesseninhetdonker.be
ONLINE FILMFICHE! Surf naar www.filmfiches.be en laat je (sterren)mening achter bij de film die je zag. De fiches zijn een digitale, meer visuele uitdieping van deze lesmap met trailers, foto’s en interessante achtergrondinformatie.
INHOUDSOPGAVE Filmfiche _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ Synopsis Technische kaart Pers Prijzen Voor je naar de film vertrekt Eerste reacties van de leerlingen _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ Thema: Ouders en kinderen_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ Bescherming en verveling Onverschillige ouders Vermist Thema: Het kind in de natuur_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ Naar het platteland Toverzaadjes wijzen de weg Het kind in de natuur: ervaren Voedsel Natuurpunt Het verhaal_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ Een sprookje? Het einde Beeldtaal_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ Door de ogen van Cathy Filmen in de natuur Focus op: De dubbing _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ Poëzie De dubbing Wie heeft de film gemaakt?_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ Fiche voor de leerlingen _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ Bijlagen_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
4
9 11
19
35 39 41 44 46 48
Filmfiche Kopieer de filmfiche op de volgende pagina voor je leerlingen. Zo zijn ze meteen goed voorbereid op de voorstelling. Ook voor je collega’s die de leerlingen vergezellen, kan het een handige leidraad zijn.
P3
Filmfiche Synopsis “Mijn ouders kijken wel naar mij, maar ze zien me niet echt.” Na een weekendje op het platteland neemt Cathy de proef op de som: wanneer papa en mama naar huis terugkeren, blijft ze stiekem bij het vakantiehuis achter. Stiekem vlucht ze het bos in. Haar afwezigheid wordt schijnbaar niet opgemerkt. Alleen in het bos moet Cathy eten zoeken en bescherming tegen noodweer en wilde dieren. Ze bouwt een hut, speelt met een hond, vangt een vis en proeft een handvol wormen. Dwalend tussen kreupelhout en struikgewas vertelt ze honderduit over haar indrukken en gevoelens…
Technische kaart EEN WEEKJE WEG Originele titel: A PAS DE LOUP Regie: Olivier Ringer Scenario: Olivier Ringer & Yves Ringer Muziek: Bruno Alexiu Fotografie: Olivier Ringer P4
Pers De beslissing van de regisseur om alles door de ogen van het kleine meisje te vertellen, heeft een geweldig resultaat: het oproepen van een wereld vol verbeelding die toch geworteld is in de realiteit, zonder elfjes of pratende dieren. In het bos kunnen wel kleine gevaren schuilen, maar geen gruwelijk onheil, zodat zelfs de kleinste kleuter niet bang zal zijn. Ze zullen wel hun eigen manier van redeneren herkennen, en het verlangen van kinderen naar ouders die zowel speelkameraden als opvoeders zijn. Jay Weissberg in Variety
Producent: Yves Ringer Distributeur: Jekino Belgische speelfilm, Nederlandstalige versie Originele taal: Frans 2011, 77’. Met o.a. Cathy Vader Moeder Beest De vis
Wynona Ringer Olivier Ringer MachaRinger Ourga Carpot
Het is bijzonder dat de film zich bijna volledig in een bos afspeelt en dat er weinig actie is, zonder dat het vervelend wordt. Ik vond de muziek erg mooi en ook de vele scènes waarin we kunnen zien hoe Cathy vertrouwd raakt met het leven in bos. Als je met een klein meisje mee op avontuur wilt in het bos, dan is dit zeker een film voor jou! Vera Caspari, 13, Jonge reporter op de Berlinale
EEN WEEKJE WEG laat je voelen hoe geweldig het voor een kind is om rond te struinen in het bos. Voor kinderen is het een best spannend avontuur in een wereld die zo echt is als het maar kan. Regisseur Ringer toont volwassenen hoe belangrijk aandacht is voor een kind. Leo Bankersen in De Filmkrant
Subtiele, spannende film, die zijn piepjonge doelgroep buitengewoon serieus neemt. Kevin Toma in De Volkskrant
Prijzen EEN WEEKJE WEG is een echt prijzenkanon. De film kaapte prijzen weg op talrijke internationale festivals in o.a. Zlin, Tsjechië (Beste langspeelilm), Berlijn, Duitsland (Generation Kplus Award), Montréal, Canada (3 prijzen, o.a. van de kinderjury) Tel Aviv, Israël (1ste prijs kinderjury), Hamedan, Iran (Golden Butterfly), Oulu, Finland (ECFA Award) én de Europese ECFA Award for Best European Children’s Film 2012.
www.jekino.be/eenweekjeweg P5
Voor je naar de film vertrekt Het is fijn wanneer de leerlingen op voorhand weten welke film ze gaan bekijken. Enkele zinnen over de titel en de inhoud kunnen helpen om hun aandacht te focussen. Je kan eventueel de affiche van de film tonen (je vindt ze achteraan in het klein als bijlage): wat zie je op de affiche? Wat vertelt ze over de film? Kan je uit de affiche afleiden waar het verhaal over gaat? EEN WEEKJE WEG is een bijzondere film, omdat hij enkele eigenzinnige keuzes maakt. Je kan de kinderen daar eventueel op voorhand op wijzen: alles draait rond Cathy, er komen nauwelijks andere acteurs voor in de film en we horen enkel Cathy vertellen over wat ze denkt en beleeft. EEN WEEKJE WEG werd oorspronkelijk in het Frans opgenomen; de stem van Cathy werd in het Nederlands ingesproken door een 10-jarig meisje.
P6
De film roept een boel vragen op over hoe kinderen en ouders met elkaar omgaan en is een ideale aanleiding om dit thema in de klas bespreekbaar te maken. Verder vertelt de film hoe de natuur ons kan helpen om ‘de kleine mirakels van het leven’ te ontdekken. Een 78-jarige ex-onderwijzeres aan een Franse Freinetschool stuurde de filmmaker de volgende reactie: “De film is een geschenk. Vanaf de eerste minuut kwam het kleine meisje dat in mij verscholen zit, weer naar boven. Cathy nodigt ons uit om 77 minuten lang geluk en stilte met haar te delen.”
P7
Eerst reacties van de leerlingen Vlak na de vertoning wil het publiek graag z’n eerste indrukken kwijt. Je hoeft nu nog niet dieper in te gaan op alle opmerkingen; ze dienen veeleer als ‘ontladingsmoment’. Via enkele eenvoudige vragen kan je het publiek helpen om ‘stoom af te laten’: • Was het verhaal grappig / droevig / saai / spannend / stom / ontroerend / griezelig / sprookjesachtig? Waarom? •
•
Wie kan het verhaal in 5 zinnen navertellen (maak een onderscheid tussen hoofd- en bijzaken)? Wie waren de belangrijkste personages? Ken je hun naam nog?
•
Zijn er zaken die je niet begreep?
•
Begreep je waarom Cathy wegliep?
•
Wat was je favoriete moment van de film?
•
Wat vond jij minder leuk aan de film?
•
Is EEN WEEKJE WEG een film voor de hele familie? Waarom (niet)?
•
Wat maakt EEN WEEKJE WEG anders dan de andere films die je ooit zag?
•
Waarom zou je zelf (niet) graag meedoen in een film zoals deze?
•
Zou je de film aanraden aan je vriend(inn)en? Waarom wel? Waarom niet?
P9
Thema: ouders en kinderen Uit een interview met Olivier Ringer Interviewer: Waar komt dit verhaal vandaan? Regisseur Olivier Ringer: “Ik ben een heel slechte papa en dat wilde ik aan iedereen laten zien.” Dochter en actrice Wynona Ringer: “Nee, dat ben je niet!”
EEN WEEKJE WEG vertelt over ouders en kinderen. Over hoe hard ze hun best doen om elkaar te begrijpen, maar er toch niet altijd in slagen. Regisseur Olivier Ringer: “Wij hebben deze film gemaakt om kinderen en ouders iets te geven dat ze samen kunnen delen. Kinderen bekijken het verhaal door een realistische bril en genieten van het avontuur, ouders worden door de film gedwongen om in de huid van een kind te kruipen. Ik hoop dat kinderen de film mooi vinden en dat de ouders bij het verlaten van de cinema meer aandacht zullen hebben voor hun kinderen en beter begrijpen wat ze denken en voelen.”
P 11
Toch doen de papa en mama van Cathy, net als zo vele ouders, hun best om goed voor haar te zorgen. Ringer: “We willen het beste voor onze kinderen: we kopen degelijke kledij en voeding, we brengen ze naar school, we rijden met hen het hele land door. Maar ontbreekt er niets? Begrijpen we hen echt? Begrijpen we hun gevoelens? Veel kinderen herkennen Cathy’s probleem: ondanks alle goede bedoelingen slagen ouders er niet in om echt tijd voor hen te maken.”
Bescherming en verveling Cathy: “‘Ja’ vinden ouders zo’n moeilijk woord. Ze vinden ‘nee’ veel leuker.” Ouders willen dat hun kinderen niks overkomt. Daarom zijn ze heel voorzichtig. Soms zo voorzichtig dat het ronduit saai wordt. Zo denkt ook Cathy er over: •
• P 12
Dat Cathy zich verveelt in de auto is niet zo’n probleem… zo lang ze haar gordel maar om heeft. “Dat stelt hen gerust. Ze denken dat ik veilig ben.” Om het gevaar op te zoeken, maakt Cathy 6 tellen lang haar gordel los. Kinderen mogen geen kou
lijden. Daarom mag er geen raampje open en moet Cathy in de auto blijven terwijl mama het bed opmaakt. •
Kinderen mogen vooral niet vuil worden! Dus mag Cathy niet mee naar de boerderij. “Ik hou van de geur van de boerderij, maar ik moet altijd in de auto blijven. ‘Het stinkt hier,’ zegt mama, ‘je zou nog vuil worden’.”
Met een mama en papa die zo voorzichtig en voorspelbaar zijn, wordt het leven een sleur. “Ik verveel me!” Ze voelt zich zoals een hond aan de ketting. “Hij mag ook niks. Hij wacht tot de tijd voorbij gaat.” Olivier Ringer: “Cathy leeft in een moderne stad met airconditioning, een chique auto, een mooi vakantiehuis,… Veilig en comfortabel. Ze voelt zich een gevangene, verstikt in een wereld waar alles braaf, netjes, proper en tactvol moet zijn.” Nu en dan laat Cathy zien wat ze wel leuk vindt, en dat zijn altijd dingen waar je lekker vuil van wordt. “Ik wou dat ik op een dag zo vuil kon worden als een berg vuile was.” •
•
Wanneer mama niet kijkt, mikt ze ontbijtgranen in haar mond; ze maakt de hele keuken vuil. Wanneer het regent, schuilt ze
in haar hut. Maar ze houdt van de druppels; ze gaat dansen in de regen. •
•
Ze slaapt graag onder de sterrenhemel. Minstens 4 nachten brengt ze buiten door: in een hondenhok, in haar hut en in een grot. “Ik heb geslapen als een marmot.” ’s Morgens plenst ze water in haar gezicht en ze is klaar voor een nieuwe dag. Ze springt van de rots, alleen maar om te bewijzen dat ze het durft.
Cathy geniet enorm in het bos omdat ze hier kan leven ‘zonder de handrem op’. Ze wordt niet op de
vingers getikt, veilig afgeschermd, opgesloten in een cocon… “Jij lijkt gelukkig in het bos,” zegt ze tegen Het Beest. “Jij doet gewoon wat je wilt.”
Vragen aan de leerlingen •
Hoe merk je dat Cathy’s ouders heel voorzichtig zijn? Wat vinden ze allemaal te gevaarlijk voor Cathy?
•
Waarom moet Cathy bij de boerderij in de auto blijven zitten?
•
Was jij al eens ooit heel erg vuil? Hoe vuil? Wanneer was dat? P 13
Onverschillige ouders
•
“Niemand vraagt mij wat.”
•
“Ze kijken wel, maar ze zien mij niet.”
Ondanks de honger en de twijfels, wil Cathy niet terug naar huis. Vanuit de struiken houdt ze papa in de gaten; hij is niet welkom. “Dat is mijn huisje. Waarom kom je me zoeken? Ik heb geen ouders nodig.” Het is haar keuze om dicht bij de natuur te leven. Als ze terug naar huis zou gaan, wordt alles vast weer zoals vroeger: papa en mama zullen haar opnieuw alles verbieden.
•
“Soms denk ik dat ze gelukkiger zouden zijn als ik er gewoon niet was.”
Vragen aan de leerlingen
“Ze hebben het druk, zo druk dat ze vergeten dat ik besta.”
•
“Ze kijken wel, maar ze zien mij niet.” Wat bedoelt Cathy daar precies mee?
•
Cathy wil een hoofdzaak zijn in het leven van haar ouders. Wat zijn volgens haar nu de hoofdzaken voor haar ouders?
•
Zijn er momenten waarop je ziet dat Cathy haar ouders mist? Is ze soms bang of eenzaam in het bos?
•
Waarom zegt Cathy: “Eet me maar op, Beest. Dan zal ik voor altijd en eeuwig klein zijn. Groot zijn lijkt me niet leuk”?
•
Stel een lijstje op met de vooren nadelen van ‘groot worden’.
Cathy: “Ouders zijn toch rare mensen.” Cathy klaagt over haar ouders: Ze hebben niet genoeg aandacht voor haar en voor de dingen die zij belangrijk vindt:
•
Waarom verveelt Cathy zich? Hoe zien we dat ze zich verveelt?
•
Waarom vergelijkt ze zichzelf met de hond op de boerderij?
•
Waarom zegt Cathy: “‘Ja’ vinden ouders zo’n moeilijk woord. Ze vinden ‘nee’ veel leuker”?
•
•
•
P 14
Wat vindt Cathy wel leuk? Maak een lijstje met 5 dingen die Cathy leuk vindt. Vind jij ze ook leuk? Zouden haar ouders het goed vinden dat ze in een hut slaapt? En dat ze in de regen danst? Waarom (niet)? Cathy brengt enkele nachten buiten door. Waar slaapt ze?
Lijkt je dat leuk? Heb jij al ooit buiten geslapen? Of in een tent? •
Lijkt het jou leuk om enkele dagen alleen in het bos te wonen? Wat zou jij allemaal doen in het bos?
•
Was je ooit bang of ongerust dat er Cathy iets zou overkomen?
•
Cathy’s ouders willen het beste voor hun dochter. Wat betekent dat? Laat de kinderen een lijstje opstellen met de vooren nadelen van de houding van Cathy’s ouders.
“Straks zullen ze zich schuldig voelen.” Dan vlucht ze het bos in.
•
Ze verlangt naar ouders die meer doen dan enkel voor haar zorgen. Onverschillig sturen mama en papa haar naar bed, maar eigenlijk wil ze een papa die haar komt instoppen en nog even met haar speelt. “Dan zou ik met hem schaterlachen tot ik buikpijn heb.” Ze probeert in te schatten hoeveel haar ouders om haar geven. “Als ze niet merken dat ik weg ben, wil dat zeggen dat ze mij niet graag zien.” Wanneer de familie na het weekend het vakantiehuis verlaat, blijft ze alleen achter: ze doet alsof ze instapt, maar blijft op de oprit staan.
P 15
•
Nadat papa de hut heeft ontdekt, vernielt Cathy haar kamp. Waarom doet ze dat?
•
Regisseur Ringer: “Het is onze taak als ouders om door onze knieën te buigen tot we op de hoogte van onze kinderen staan om hen beter te begrijpen.” Wat bedoelt hij daarmee?
•
Hoe bracht jij de tijd door toen je 6 jaar oud was? En je ouders? Of andere volwassenen? Verveelden zij zich vaak? Mochten ze zich vuil maken?
•
Wat doen de ouders van Cathy (niet) goed? Wat moeten ouders vooral geven aan hun kind(eren)?
•
•
•
•
P 16
Hebben families tijd genoeg om samen door te brengen? Waarom wel / niet? Hoe maakt jouw familie tijd voor elkaar? Cathy denkt dat haar ouders haar niet zien. Vergeten haar ouders dat ze er is? Of is dat juist een manier om haar meer ruimte en vrijheid te geven? We horen enkel de mening van Cathy. Hoe zouden haar ouders er over denken? Verdeel de klas in groepjes van twee. De ene is een journalist die een stuk schrijft over ‘de verdwijning van Cathy’. Hij / zij stelt vragen over Cathy, over wat voor soort kind ze
is, over de band met haar ouders,… De ander speelt de rol van Cathy’s vader of moeder. Die moet proberen de vragen zo goed mogelijk te beantwoorden.
Vermist Cathy denkt dat haar ouders niet om haar geven en dat ze niet eens ongerust zijn over haar verdwijning. Dat is natuurlijk niet zo. Cathy ziet de zaken enkel op haar manier: •
Mama en papa keren dadelijk terug om haar te zoeken, maar Cathy denkt dat ze haar willen straffen. “Ga maar weg!”
•
Wanneer de politie opdaagt, verbergt ze zich want “mama en papa willen mij in de gevangenis stoppen.”
•
De buurvrouw komt rondneuzen; ze kijkt zelfs in het hondenhok. Cathy denkt dat ze enkel nieuwsgierig is.
•
Wanneer de buurt door een grote groep mensen wordt uitgekamd in een zoekactie, vraagt ze zich vertwijfeld af waarom al die mensen haar willen vinden.
Vragen aan de leerlingen •
Wie wordt er allemaal ingeschakeld om Cathy te zoeken?
•
Waarom wil Cathy niet gevonden worden?
•
Waarom is ze bang van de politie? Waarom is de politie naar haar op zoek? Denk je dat die haar echt in de gevangenis wil steken?
•
Voor verdwenen personen wordt een opsporingsbericht opgesteld. Help jij de politie om een opsporingsbericht voor Cathy op te stellen? Hoe ziet ze er uit? Waar moeten de mensen op letten?
•
Vind je Cathy dapper? Of dom? Of allebei?
P 17
Thema: het kind in de natuur Vermelding op de aftiteling van EEN WEEKJE WEG: “Wij bedanken de dieren van het bos die in de film voorkomen en die onze aanwezigheid moesten verdragen.”
Naar het platteland De stad of het platteland? Een moeilijke keuze. Ooit trokken mensen massaal naar de stad op zoek naar welvaart. Later vluchtte iedereen terug naar de stadsrand of ‘de buiten’. Tegenwoordig wordt er volop geprobeerd om het stadscentrum weer leefbaar te maken, ook voor gezinnen.
Veel volwassenen ontvluchten in het weekend de drukte van de stad om zich te ontspannen in het groen. Sommigen, zoals Cathy’s ouders, hebben een weekendhuisje. Daar kunnen ze doen waar ze in de stad geen tijd voor hebben: werken in de tuin, vissen of lekker op het gras zitten lezen. Voor kinderen valt er genoeg te beleven… als ze tenminste buiten mogen spelen. Ook Cathy trekt elke vrijdagavond met mama en papa naar hun huis op het platteland. “Papa moet weg omdat hij te veel stress heeft. Mama moet weg omdat ze moe is.” Op het platteland kunnen haar ouders zich ontspannen; papa P 19
vindt er rust bij het vissen. Cathy mag niet mee want “ik zit niet stil en ik jaag de vissen weg.” Maar papa heeft nog nooit een vis gevangen…
Vragen aan de leerlingen •
Is Cathy blij om naar het platteland te vertrekken? Waarom (niet)?
•
Cathy vraagt zich af: “Als ze toch zo graag op het platteland zijn, waarom gaan ze er dan niet wonen?” Weet jij waarom?
•
•
Waar woon jij? In de stad of op het platteland? Zou jij liever in de stad wonen of op het platteland? Waarom? Beschrijf het weekendverblijf van de familie. Waar is het gelegen? Hoe ziet het er uit? Waarom zouden Cathy’s ouders er zo graag heen gaan? Lijkt het jou een leuke plek? Hoe zou jij je vrije tijd doorbrengen in zo’n vakantiehuis?
Toverzaadjes wijzen de weg Vroeger was het voor kinderen heel gewoon om veel tijd in de natuur door te brengen. Er was P 20
groen in overvloed en het werd beschouwd als een veilige speelomgeving. Tegenwoordig hebben kinderen veel andere mogelijkheden om hun vrije tijd door te brengen. Toch mogen ze hun band met de natuur niet verliezen. Dat is belangrijk voor de kinderen, en belangrijk voor de natuur. Olivier Ringer: “Via de natuur ontdekt Cathy de kleine mirakels van het leven. We hopen dat kinderen oog krijgen voor al het wonderlijke dat je kan vinden in de gewone dingen en in de natuur rondom ons.” Cathy vindt weinig plezier in de uitstapjes naar het platteland. Ze wordt er veilig ver van de natuur vandaan gehouden. Tot de ‘toverzaadjes’, die ze krijgt van een boer, haar nieuwsgierigheid opwekken. Ze doen voor Cathy een nieuwe wereld open gaan. Ze verzorgt ze als waren het kleine baby’s en maakt een bedje waarin ze geen kou of dorst hebben. “Groei, toverzaadjes, groei!” De hele dag observeert ze haar troetelkindjes (wel 12.005 tellen lang). “Hier, lekker regenwater, vol gezonde dingen.” Zo leert ze de natuur appreciëren: het spinnetje dat voorbij komt, de zon op de blaadjes, het gras dat kriebelt in haar gezicht… De volgende dag heeft papa’s grasmaaier de toverzaadjes vernield. Verdrietig en vol schuldge-
voel begraaft ze haar ‘dode’ zaadjes… om later te ontdekken dat ze nog leven. Ze is enorm blij! De zaadjes hebben bij haar de liefde en de zorg voor de natuur doen ontwaken. Door de natuur te bekijken en te observeren, krijgt Cathy liefde en respect voor alles wat leeft. Ze houdt van de dieren die ze ontmoet. Ze praat met de egel en het paard die ze langs de straat tegenkomt en met de vis die ze altijd met zich meedraagt, tot ze voor hem een ‘paleis’ bouwt in de beek. Het hert slaat ze vol bewondering gade. En wie niet goed is voor de natuur, wordt door haar bestraft: een visser houdt er een nat pak aan over.
Vragen aan de leerlingen •
Waarom denkt Cathy dat het magische zaadjes zijn? Zijn het ook echt toverzaadjes?
•
Wat doet Cathy allemaal om de zaadjes te laten groeien?
•
Hoe zie je dat Cathy veel om haar zaadjes geeft?
•
Op welke manier leren de zaadjes haar om de natuur te ontdekken?
•
Hoe zie je dat Cathy veel van dieren houdt?
•
Nemen de ouders van Cathy de tijd om haar te zien opgroeien, net zoals Cathy de tijd neemt om haar zaadjes te zien opgroeien? P 21
Aan jou om net te doen zoals Cathy:
leerplan W.O
1. Leg een katoenen zakdoekje of propje op een bord.
Volgens het leerplan voor het basisonderwijs moeten de leerlingen 2de graad vertrouwd zijn met de basisbegrippen inzake de uitwendige bouw van een plant: stengel, blaadjes, wortels, enz. Die informatie kan perfect aan deze activiteit worden gekoppeld.
2. Leg de zaadjes er op. 3. Leg er een ander zakdoekje of propje bovenop. 4. Bevochtig nog een beetje. 5. Bedek met een glas. Als de zaadjes beginnen te kiemen, kan je ze planten. Daarvoor heb je nodig: - Een bloempot - Plantaarde - Water Plant de kiem in de klaargemaakte pot met plantaarde en begiet of bevochtig regelmatig.
Opdracht: Zelf planten Je kan met de klas een tuinproject opstarten. Vul een zaaibakje of plant een perkje aan met één of meerdere soorten. Er zijn heel wat mogelijkheden: zonnebloemen vereisen drassige grond maar geven mooie resultaten (er zijn speciale plantbakjes voor zonnebloemen te koop), pompoenen vragen geen speciale zorgen en woekeren er op los. Ook met minder bekende soorten zoals bvb aardpeer kan je prachtige resultaten bekomen. P 22
Of je kan bonen planten, net zoals Cathy in de film. Daar heb je voor nodig: -
Zaadjes
-
Katoenen watten of zakdoekjes
-
Een bord (om de zaadjes in te leggen)
-
Een glas
-
Water
* Noteer de groeistadia zorgvuldig in een groeitabel. Daarin beschrijf je elke dag de ‘vordering’ die de plantjes hebben gemaakt. * Je kunt ook elke dag een foto trekken van de plant(en), met exact hetzelfde kader. Druk de foto’s af van de cruciale fases in het groeiproces en hang ze aan de muur. Of je kan de foto’s snel na elkaar afspelen. Zo krijg je een vorm van time-lapse-fotografie, waarin je in enkele seconden het groeiproces van verscheidene dagen weergeeft. Dat levert prachtige resultaten op. Kijk maar eens op http:// www.timelapse.com/stock_footage/flowers_plants.html.
Opdracht: Grashoofd Een grashoofd is een zelf geknutseld hoofd, gemaakt van een pantykous, waar gras uit groeit. Wat heb je nodig? - - - - -
een lepeltje graszaad een pantykous zaagsel water knutselmateriaal om een gezichtje mee te maken.
Doe eerst het graszaad in de panty; zorg dat de zaadjes verspreid liggen, en niet op één hoopje. Vul hem daarna met zaagsel. Knoop de kous dicht, zodat P 23
je een goed gevulde, stevige bol krijgt. Versier de kous met knutselmateriaal: oogjes, een neus en een mond, oren, een sjaal, enz. Haar hoeft er niet op: als het grashoofd genoeg water krijgt, gaat het gras vanzelf groeien. Als het gras lang genoeg is, kan je het grashoofd een origineel kapsel geven (wordt het een mannetje of een vrouwtje), een strikje indoen e.d. Krijgt jouw grashoofd ook een naam?
Het kind in de natuur: ervaren
Bonte Specht Eekhoorn
Cathy ervaart het bos van heel dichtbij: 5 dagen lang leeft ze er midden in. Om te overleven moet Cathy eten zoeken, zich beschermen tegen dieren, schuilen voor het noodweer. Ze bouwt een schuilhut van takken en varens, van hout en schors maakt ze een dak. Een platte steen bedekt met varens wordt haar hoofdkussen.
Helemaal alleen in het bos, leert ze ook de geluiden van het woud kennen. Die maken haar soms bang, maar ze went er snel aan. Een bos is voortdurend in leven. ’s Nachts ziet Cathy niets, maar ze hoort een heleboel. Wat hoor je zoal in het bos, ‘ nachts en overdag?
Cathy wordt steeds handiger (vliegen vangen om aan de vis te voeren), ze is niet bang om vies te worden (ze huppelt door de beek of rent met ontbloot bovenlijf) en leert de natuur beter begrijpen (ze ontdekt dat een vis liever in het water zit dan gestreeld wordt in een emmer.
•
P 24
•
Overdag:
•
Een specht roffelt op een boom.
•
De boomklever heeft een nootje tussen de boomschors geklemd en probeert het met zijn snavel open te tikken.
•
Een hert loopt door het bos, op weg naar grasland.
•
Uilen vliegen geluidloos, maar soms hoor je hen roepen of piepen.
•
Andere vogels, zoals fazanten, maken kabaal als ze opgeschrikt worden en wegvliegen.
•
Hermelijnen of ronddwalende huiskatten gaan ’s nachts op jacht.
’s Nachts: •
De eekhoorn en de boommarter scharrelen tussen de bladeren.
Vogels kwetteren er op los: meesjes en roodborstjes zingen, de gaai schreeuwt en hoog in de lucht klinkt het gemiauw van een buizerd.
De wind doet de bladeren ritselen en takken schuren tegen elkaar, wat soms een akelig geluid maakt.
•
In de boomkruinen is er nog veel leven: een bosuil, vleermuizen, nachtvlinders,…
•
Kwakende kikkers in een poel kunnen je de hele nacht wakker houden.
•
Egels en muizen scharrelen luidruchtig rond op zoek naar een lekker hapje.
•
Als je bij het vallen van de avond een schril keffen hoort, is er vast een vos in de buurt.
P 25
Opdracht: Wat zag je in de film? Wat zag je allemaal in deze film? Omcirkel de juiste antwoorden. een blikopener een meisje dat Cathy heet een step
Opdracht: In de eigen tuin Probeer op te lijsten welke dieren de kinderen in de eigen tuin kunnen waarnemen. •
Wie heeft er een tuin?
•
Hou eens in de gaten welke dieren er op bezoek komen.
•
Komen er vogels? Weet je ook welke soorten?
•
Komen er kleine zoogdieren (konijn, muis, egel, rat, eekhoorn…)?
•
Zitten er spinnen, insecten, vlinders of andere kleine diertjes?
•
Laat iedereen een lijstje opstellen en noteer alle diersoorten op het bord.
een emmer
een regenworm
een paard
een leeuw een vrouw op een fiets een serre
een huis
een meisje dat Kato heet een grot
een egel
een schuilhut toverzaadjes een vis een wolf
P 26
een auto een bos
een hond een koe
•
Blijf observeren. Misschien komen er in de loop van de week nog enkele diersoorten bij.
Opdracht: Geluiden in het bos
•
Gaan ze enkel het geritsel van bladeren en het kraken van takken nadoen?
•
Zorgen ze voor achtergrondgeluiden van het bos (vogels en andere dieren, de wind, enz.)?
•
Gebruiken ze enkel hun stem of mogen er ook andere voorwerpen gebruikt worden, eventueel objecten gemaakt uit natuurlijk materiaal?
Kunnen de leerlingen zelf het klankdecor van een bos nabootsen? Als je de dvd van EEN WEEKJE WEG hebt, kan je een fragment tonen zonder geluid. De kinderen kunnen zelf het geluidsdecor van het bos imiteren. Overloop eerst samen met hen wat je hoort in het bos (zie bovenstaande tekst).
•
Is er een dirigent nodig die aangeeft wie harder en wie zachter moet?
Bruikbare fragmenten op de EEN WEEKJE WEG dvd: •
minuut 45.50 – 46.60: Cathy bouwt een kamp. Je hoort schurende takken, ritselende voetstappen, het gedreun en gekraak van hout, het klingelende hengsel van de emmer,…
•
minuut 48.09 – 49.32: Het ontwaken. Het ritselen van de bladeren, plenzen van water, wroeten in de grond,…
•
minuut 51.18 – 52.20: Het hert. Voetstappen in de bladeren, de stap van het hert, de opkomende storm (eventueel grote kartonnen flap gebruiken om een rommelend onweer te imiteren), het plenzen van de regen (regenmakers),… P 27
Opdrachten in het bos •
•
•
P 28
In het bos hoort Cathy allerlei geluiden. Doe een luisteroefening met de kinderen. Dachten ze dat het in het bos stil en rustig was? De stilte klinkt niet zoals je denkt! Maak het in de klas één minuut volledig stil. De leerlingen moeten opschrijven wat ze allemaal horen. Dringen er geluiden uit de buitenwereld door? Laat hen meteen noteren; enkel zitten en luisteren leidt zeker tot ‘de slappe lach’. Kan je dezelfde oefening ook buiten doen? Wat horen de kinderen als ze in het bos aandachtig luisteren? Zijn er kinderen in de klas die vissen? Laat ze vertellen over hun hobby. Wat is er zo leuk aan vissen? Welk materiaal gebruiken ze? Wat is de grootste vis die ze ooit hebben gevangen? Zou het leuk zijn om met de hele klas te gaan vissen? Als je de kans hebt om met de klas een middag in het bos door te brengen, zijn er mogelijkheden zat. Woel de bosgrond om met een spade. Wat komt er allemaal te voorschijn? Herken je materialen? Kruipen er ook levende beestjes uit de grond?
•
Bouw net zoals Cathy schuilhut. Probeer niet te vernieling aan te richten je bouwwerken. Kan er een dak op?
een veel met ook
Voedsel Cathy’s grootste probleem is voedsel. In een bos valt er heel wat eten te rapen, maar niet genoeg voor een onervaren kind om te overleven. Wat voor eetbaars vind je in het bos? •
•
•
Eetbare planten: van brandnetels kan je soep maken, de bladeren van een paardenbloem smaken prima in een salade, lamsoor, hop en kleefkruid zijn ook eetbaar. Vruchten: met een beetje geluk vind je bosbessen of braambessen. Cathy proeft een wilde bes: “Dit is zo lekker!” Hazelnoten zijn heel voedzaam. Walnoten en sommige boomzaden zijn eetbaar. Van paddenstoelen blijf je beter af. Enkele soorten zijn eetbaar, maar een heleboel andere zijn giftig. Wie de verkeerde paddenstoel kiest, kan dadelijk of binnen enkele dagen in levensgevaar komen. Met paddenstoelen mag je niet experimenteren!
•
Regenwormen kan je eten, maar ze zijn een beetje taai, zoals het vlees van een inktvis.
•
Cathy gaat vissen en… ze heeft beet! Hoe haal je zo’n spartelende vis van de haak? En durft ze hem ook opeten?
Goede raad: •
Eet enkel vruchten waarvan je zeker weet dat ze eetbaar zijn.
•
Sommige bosvruchten moet je eerst bakken of koken. En altijd eerst schoonspoelen! Er kunnen immers dieren op geplast hebben.
•
Ga niet op eigen houtje experimenteren, maar roep de hulp in van natuurgidsen of andere ervaren mensen.
Wormen eten Iedereen wou van actrice Wynona Ringer weten of ze die regenwormen ook echt had opgegeten. “Ja hoor! Ik had dat als kleuter al ooit gedaan, en ik vond het niet erg om het op de set nog een keertje over te doen.”
P 29
genoemd. Ik ben een droge vrucht en de eekhoorns zijn dol op mij.
Recept voor brandnetelsoep
•
Ik lijk op een braambes, maar mijn struik is minder doornig. Ik groei vooral aan de rand van het bos, maar vaak vind je mij ook in de tuin. Mijn smaak is heerlijk en ik ben erg sappig.
Ingrediënten: 1 ui (gesnipperd), 2 eetlepels olie, 200 gram jonge (zelf geplukte) brandneteltoppen, 5 deciliter groentebouillon, een scheutje room, peper & zout.
•
Ik groei aan een boom in een stekelige bolster.
Opdracht: vruchten herkennen
•
Ik ben heel klein en rood en heb veel smaak. Ik groei dicht tegen de grond waar het bos veel zonlicht doorlaat. In de winkel kan je mij ook in een grote, bekende versie vinden.
•
Ik ben een kleine blauwe bes. In de zomer vind je me vooral in bossen in bergachtig gebied.
•
Ik groei aan een kleine struik die je langs de kant van de weg vindt. De bloemetjes aan die struik worden ‘katjes’
P 30
Eventueel kunnen de leerkracht of de kinderen deze vruchten proberen te vinden. Zo kan je ze in de klas tonen en kan er eventueel geproefd worden.
Tips voor het plukken van brandnetels: beweeg je handen altijd van beneden naar boven; zo word je niet geprikt. Het dragen van handschoenen is geen overbodige luxe.
Tip: bij deze soep zijn croutons (blokjes gebakken oud brood) erg lekker.
Verhit de olie en laat de gesnipperde ui (en eventueel een teentje look) hier even in fruiten. Was de
Bosaardbei, bosbes, hazelnoot, framboos, kastanje
Kan je in de volgende omschrijvingen de eetbare bosvruchten herkennen?
brandnetels en laat ze koken tot ze gaan slinken; dan meteen uit de pan halen. Hak de brandnetels fijn (met een mes of een keukenmachine). Doe de brandnetels en de ui samen in een pot en breng aan de kook. Laat 10 á 15 minuten zachtjes koken en breng op smaak met peper en zout. Doe er een scheutje room bij.
P 31
Natuurpunt We lieten EEN WEEKJE WEG zien aan een gids van Natuurpunt die regelmatig met kinderen de natuur intrekt. Waarom is het zo belangrijk dat kinderen op jonge leeftijd ervaringen opdoen in de natuur? “Als kinderen op jonge leeftijd met de natuur in aanraking komen, zullen ze er later meer respect en interesse voor hebben. Leerkrachten kunnen een actieve rol spelen in de duurzame overdacht van kennis over en liefde voor de natuur. Hiervoor kunnen ze beroep doen op organisaties die zich bezig houden met natuureducatie.” “Met Natuurpunt trekken we vaak met kinderen naar een bos of natuurgebied. Al spelend ontdekken ze wat kriebelbeestjes zijn, hoe oud bomen zijn of hoe kevertjes zich verbergen onder schors. Ze leren boomblaadjes onderscheiden, waterdiertjes vangen, netels plukken zonder zich te prikken, paddenstoelen herkennen... Sommige jongeren helpen actief mee in de natuur, onder deskundige begeleiding: gemaaid gras afvoeren, takkenrillen maken,… De vele positieve reacties van kinderen, leerkrachten en ouders zijn voor ons een grote stimulans.”
P 32
Meer info over Natuurpunt (dat ook een bijdrage leverde aan deze lesmap) vind je op www.natuurpunt.be.
P 33
Het verhaal Een sprookje? Een meisje dat verdwaalt en de weg terugvindt dankzij een rode draad in het bos… EEN WEEKJE WEG doet soms aan een sprookje denken. Volgens de filmmakers is dat toeval: “We maakten een modern verhaal dat toevallig wel enkele elementen bevat uit beroemde sprookjes: de rode draad, Het Beest, de toverzaadjes, de gelijkenis met ‘Hansje en Grietje’, ‘Roodkapje’ en ‘Sjaak en de Bonenstaak’… Deze elementen maken deel uit van het erfgoed van onze verbeelding, maar voor een sprookje is onze film te realistisch.” Anders dan een sprookje, probeert EEN WEEKJE WEG een verhaal te vertellen over kinderen en ouders in onze tijd. “Eigenlijk is EEN WEEKJE WEG een hedenP 34
daags sprookje, dat begint met de woorden: “Er was eens, nog maar pas geleden…”
Vragen aan de leerlingen •
Doet EEN WEEKJE WEG je aan een sprookje denken?
•
Welke elementen uit het verhaal lijken uit een sprookje te komen?
•
Aan welke sprookjes moest jij denken?
•
Aan welk verhaal doet de ontmoeting met Het Beest je denken?
•
Cathy vindt de weg naar huis dankzij de rode draad. Aan welk sprookje doet jou dat denken?
P 35
Het einde Papa weet dat Cathy zich schuil houdt in het bos en probeert haar op te sporen. Hij komt steeds dichter bij zijn doel: eerst ontdekt hij de ‘toverzaadjes’, dan de draadjes in het bos en uiteindelijk ook haar schuilplaats. Cathy ontdekt een rode draad in het bos. Wanneer ze die volgt, komt ze terecht bij de zaadjes. Die zijn intussen al flink gegroeid; papa heeft ze verzorgd. Verborgen achter een struik slaat ze hem gade. “Waarom heeft papa dat gedaan?” Het is de eerste maal dat papa aandacht toont voor de dingen die haar bezig houden. Dit is vaders manier om contact met haar te leggen. Pas wanneer hij de verbeelding van Cathy leert begrijpen, kan er een band tussen hen groeien. De film eindigt wanneer de auto van Cathy’s ouders halt houdt vlakbij de plaats waar zij zich verbergt. Cathy komt te voorschijn en stapt in. De wagen verdwijnt achter de bocht… Papa laat Cathy de vrijheid om te kiezen. Hij heeft geleerd door de ogen van zijn dochter te kijken. Ringer: “Hij heeft begrepen dat ze een onafhankelijk individu is.”
P 36
We komen niets te weten over de rit naar huis. Wat Cathy en haar ouders elkaar te vertellen hebben en hoe het verder moet me dit gezin, mogen we zelf invullen. We weten wel dat Cathy niet meer hetzelfde meisje is als een weekje geleden.
Vragen aan de leerlingen •
Hoe komt papa op het spoor van Cathy?
•
Wie heeft die rode draad gehangen waarmee Cathy de weg naar huis terugvindt? En waarom?
•
Waarom vindt Cathy het zo bijzonder dat papa voor haar zaadjes heeft gezorgd?
•
Kan je de slotscène van de film zo kort mogelijk navertellen?
•
Wat denk je dat Cathy onderweg naar huis zal zeggen / doen?
•
Hoe denk je dat Cathy en haar ouders in de toekomst met elkaar zullen omgaan?
•
Vond je dat de film een gepast einde kreeg? Waarom (niet)?
P 37
Beeldtaal Door de ogen van Cathy De film kijkt heel consequent met de blik van het 6-jarige hoofdpersonage. We kruipen werkelijk in haar hoofd en beleven het verhaal via haar ogen en haar stem. Cathy vult de hele film met haar aanwezigheid. Daardoor kunnen we ons heel makkelijk in haar personage inleven. De horizontale beeldcomposities geven het blikveld van een kind weer. Deze volgehouden cameravoering getuigt van durf en van veel respect voor de hoofdfiguur. Omdat we alles bekijken vanuit Cathy’s perspectief, krijgen we de volwassenen rondom haar nauwelijks te zien. Dat valt al op in de
openingsscène: in een parkeergarage zien we een klein meisje in een auto stappen, maar haar ouders blijven grotendeels buiten beeld. In de auto volgen we Cathy’s blik. We zien enkel details van papa’s lichaam: een oor, een hand,… Dat blijft zo gedurende de hele film: papa is een schim in de verte, mama is niet meer dan een been dat voorbij komt. We krijgen hen nauwelijks te zien (net zoals hun dochter hen nauwelijks ziet). Pas helemaal op het einde kijken we voor het eerst door papa’s ogen, en dat is geen toeval. Terwijl hij de plantjes begiet, kijken we over zijn schouder mee naar Cathy, die het bos in rent. Alsof het de eerste keer is dat vader zijn dochter werkelijk ziet, en wij zijn blik mogen delen. P 39
Focus op: dubbing Filmen in de natuur EEN WEEKJE WEG werd vooral opgenomen in de bossen in de Ardennen. Olivier Ringer: “We filmden in de zomer en het grootste probleem waren de teken. Elke avond werd iedereen grondig nagekeken. En omdat we Wynona niet wilden uitputten, draaiden we slechts enkele uren per dag.” Filmen in de vrije natuur is een risico. Je kan niets plannen, je bent volledig afhankelijk van het weer en de grillen van de natuur. Dat deze klus toch is geslaagd, is te danken aan:
P 40
•
de techniek: “We werkten met een heel kleine crew en een heel laag budget. Maar dankzij de digitale high-definition techniek kan je met heel hanteerbare cameraatjes toch veel kwaliteit op het scherm brengen. In de 21ste eeuw kunnen we geweldige dingen doen voor weinig geld.”
•
heel veel geluk: “Zoals met de kever die plots voor de camera kwam gewandeld. Ik nam een stukje hout en zei: ‘Kom op, jongen, wandel eens van hier naar daar…’ en ik weet niet waarom, maar dat heeft hij zo vijf keer gedaan… tot hij plots weer verdween… Zalig!”
EEN WEEKJE WEG is een Franstalige film. In de originele versie hoor je de stem van Wynona Ringer. Maar omdat ook de jongste kijkers (die nog geen ondertitels lezen) het verhaal willen volgen, werd haar stem vervangen door die van Jolien Gurny, een 10-jarig Vlaams meisje. Maar eerst moest de tekst natuurlijk vertaald worden…
Poëzie In EEN WEEKJE WEG worden de gedachten van een kind in een erg poëtische vorm gegoten. Daarom moest de tekst ook op een bijzondere manier vertaald worden, bij-
na zoals een gedicht. Dat was een klus voor kinderauteur Sabine De Vos: “Kinderen moeten de tekst aanvoelen en begrijpen, dus koos ik voor een poëtische bewerking in plaats van een letterlijke vertaling.” Ze kreeg de vrijheid om hier en daar zelf een poëtische vondst toe te voegen: “De auto moet drinken… witte limonade; en papa moet plassen… gele limonade.” De gebroeders Ringer waren vol lof over de Vlaamse dubbing: “Ze blijft trouw aan de dromerige sfeer van de film, de stem van Jolien is prachtig en de tekst werd mooi bewerkt.”
P 41
De dubbing •
•
Olivier Ringer: “De stem is ontzettend belangrijk voor de film. Ze verklankt de gevoelens en denkpatronen van Cathy. De tekst was volledig uitgeschreven.” Wynona Ringer: “Papa zei in de studio alle teksten voor en die moest ik dan herhalen.”
In EEN WEEKJE WEG worden geen gesprekken gevoerd; we horen bijna uitsluitend de stem van Cathy die ons doorheen het verhaal gidst. Die monoloog wordt in het Nederlands gebracht door de 10-jarige Jolien Gurny. “Ik ben niet Cathy zelf, ik ben Cathy’s gedachten,” slaat ze de nagel op de kop. In de studio zien we haar aan het werk met stemmenregisseur Meikeminne Clinckspoor. Zo’n stemmenregisseur moet een heleboel in de gaten houden: •
Ze kiest de actrice. “Omdat Jolien zo’n mooi stemmetje heeft en heel netjes praat.”
•
Zij zorgt ervoor dat de film de juiste sfeer krijgt. Meikeminne Clinckspoor: “De toon van de film is soms wat triest, maar we mochten van de regisseur de Nederlandstalige versie een
P 42
beetje lichter maken. Zo wordt hij zeker toegankelijk voor jonge kinderen vanaf 6 jaar.” •
•
Zij moet zorgen dat Jolien goed kan werken in een rustige studio. Maar stemmen inspreken is een vermoeiende klus, dus mag er nu en dan gepauzeerd worden. “Soms gaan we tussendoor naar buiten, even lekker rennen.” Meikeminne heeft haar actrice bijna op schoot. Zij fluistert de tekst zachtjes, Jolien zegt haar na, soms wel 20 keer. De actrice heeft alleen nog maar stukjes van de film gezien. “Volgens mij hebben ze het verhaal met opzet niet helemaal aan mij verklapt. Zo blijft het een verrassing, en dat hoor je in mijn stem.”
Voor zo’n intieme film moet Jolien haar teksten bijna in onze oren fluisteren. Daarvoor had ze een trucje: ze heeft een oude kussensloop meegebracht naar de studio. Het is haar favoriete knuffel! “Ik moet praten alsof ik een geheim vertel aan mijn knuffel. Dat doe ik thuis ook: als ik kwaad ben, ga ik fluisteren tegen die oude vodden. Ik ben er erg aan gehecht.” Jolien moet niet alleen praten; ze moet ook andere geluiden maken. “Ik heb net een kietelsessie ach-
ter de rug. Zo konden ze mijn lach spontaan opnemen. Ik moest in de studio op een tafel liggen en Meikeminne legde kussens onder m’n hoofd opdat ik me niet zou stoten. Ik mocht ook terugkietelen… maar ze kon er tegen.”
Voice over We zien Cathy nooit praten; we horen geen gesprekken. We horen enkel haar stem die uitlegt wat er gebeurt. Dat heet ‘een voice over’: een stem die vertelt wat er gebeurt of welke gedachten er door het hoofd van het personage spoken. Het is niet helemaal hetzelfde als acteren; het is meer alsof je een boek voorleest met veel gevoel en intonatie.
Oefening: een voice over Kinderen kunnen een voice over verzorgen bij een situatie die door hun klasgenoten (zonder woorden) geacteerd wordt. Eén kind beeldt vooraan in de klas een situatie uit, een ander kind vertelt wat er gebeurt en wat de acteur denkt. Je kan kiezen wie de richting van het verhaal bepaalt: de acteur of de verteller.
duceren op grote pancartes, zoals die in stomme films gebruikt werden. De lay-out voor zo’n pancarte vind je achteraan als bijlage. Eventueel kan je nog een 3de leerling inschakelen om het geluid te verzorgen: hij moet op de achtergrond de handelingen van geluiden voorzien. Dit houdt wel enig risico op chaos in. Mogelijke situaties om uit te beelden (en op de pancartes te noteren): •
Pim moet zich haasten om voor sluitingstijd in de bibliotheek te zijn. Onderweg valt hij met de fiets.
•
Het stormt buiten en op zolder is er een venster open gewaaid. Of zou er een inbreker in huis zijn? Lotte gaat de trap op om het uit te zoeken…
•
Een vogel wil zaadjes gaan pikken op een veld, maar ziet plots een vogelverschrikker…
•
Een cowboy rijdt over de prairie, op zoek naar een verdwaalde koe. Plots ziet hij in de verte een grote stofwolk naderen. Wat zou dat zijn?
•
Je hebt zelf vast nog inspiratie om leuke situaties te bedenken…
Om er een echte stomme film van te maken, kan je de situaties introP 43
Wie heeft de film gemaakt? EEN WEEKJE WEG is een familiezaak: Olivier Ringer schrijft, regisseert, bedient de camera en monteert en samen met zijn vrouw speelt hij een kleine rol in de film. De film werd o.a. opgenomen in hun huis. Ook in de figurantenrollen doen familieleden mee. Hun dochter Wynona speelt de hoofdrol. En zijn broer Yves produceert en werkte mee aan het scenario. Zelfs hun hond krijgt een rolletje en de film is aan hem opgedragen: “Onze hond Ourga speelde de rol van Het Beest. Een poosje na de opnames is hij gestorven. Toen Wynona hem voor het eerst terugzag bij de première heeft dat
haar enorm aangegrepen.” Ook Carpot (de vis) en Sinai (de boerderijhond) worden bij naam genoemd. EEN WEEKJE WEG kwam er vooral omdat vader Olivier zo graag eens een film met zijn dochter wou maken. “Het was een moeilijke rol omdat ze het verhaal enkel via haar ogen en lichaam kon vertellen. Haar stem mocht ze bij het acteren niet gebruiken. Ik vind het geweldig hoe Wynona dat voor mekaar heeft gekregen, zonder dat ik haar veel aanwijzingen gaf. Ze heeft me werkelijk iets heel groots geschonken. Maar we
moesten ons haasten, omdat ze zo snel groeit. Ze was volop tanden aan het wisselen. Toen we achteraf enkele scènes opnieuw draaiden, moesten we haar nieuwe tanden camoufleren.”
De gebroeders Yves en Olivier Ringer scoorden in 2007 met hun paardenverhaal POM LE POULAIN veel succes, vooral in Wallonië. EEN WEEKJE WEG is hun tweede speelfilm.
P 45
“Mijn ouders kijken wel naar mij, maar ze zien me niet echt.” Na een weekendje op het platteland neemt Cathy de proef op de som: wanneer papa en mama naar huis terugkeren, blijft ze stiekem bij het vakantiehuis achter. Stiekem vlucht ze het bos in. Haar afwezigheid wordt schijnbaar niet opgemerkt. Alleen in het bos moet Cathy eten zoeken en bescherming tegen noodweer en wilde dieren. Ze bouwt een hut, speelt met een hond, vangt een vis en proeft een handvol wormen. Dwalend tussen kreupelhout en struikgewas vertelt ze honderduit over haar indrukken en gevoelens…
Cathy houdt van de dieren. Ze praat met de egel, het paard en de vis die ze altijd meedraagt. En wie niet goed is voor de natuur, wordt door haar bestraft: een visser houdt er een nat pak aan over.
Kinderen mogen van hun ouders niet vuil worden! Dus mag Cathy niet mee naar de boerderij. “Ik hou van de geur van de boerderij, maar ik moet altijd in de auto blijven. ‘Het stinkt hier,’ zegt mama, ‘je zou nog vuil worden’.”
Cathy heeft honger. Ze eet zelfs regenwormen. Die zijn wel een beetje taai. Of de actrice die wormen ook echt had opgegeten? “Ja hoor! Ik had dat als kleuter al ooit gedaan, en ik vond het niet erg om het op de set nog een keertje over te doen.”
Om te overleven moet Cathy eten zoeken, zich beschermen tegen dieren, schuilen voor de regen. Ze bouwt een hut van takken en varens, van hout en schors maakt ze een dak. Een platte steen bedekt met varens wordt haar hoofdkussen.
We kruipen helemaal in het hoofd van Cathy en volgen het verhaal via haar ogen en haar stem. Daardoor kunnen we ons heel makkelijk in haar personage inleven. Omdat we altijd door Cathy’s ogen kijken, krijgen we de grote mensen rondom haar nauwelijks te zien.
EEN WEEKJE WEG werd opgenomen in de bossen in de Ardennen. “We filmden in de zomer en het grootste probleem waren de teken. Elke avond werd iedereen grondig nagekeken.”
Cathy: “‘Ja’ vinden ouders zo’n moeilijk woord. Ze vinden ‘nee’ veel leuker.”
Fiche voor de leerlingen
De film is opgedragen aan een hond. “Onze hond Ourga speelde de rol van Het Beest, maar kort na de opnames is hij gestorven. Daarom is de film aan hem opgedragen.”
Bijlage 1: Affiche