Een uitgave van de VERENIGING CONTAMINATION CONTROL NEDERLAND
Nieuwsbrief De Mulderij 12 • Postbus 311 • 3830 AJ Leusden • Tel. (033) 434 57 65 • Fax (033) 432 15 81
Jaargang 15 - Nr. 3 - december 2002
Inhoud 1
VOORWOORD NICO SLEIJSER
2
INTRODUCTIE EN VALIDATIE NIEUWE DESINFECTIEMIDDELEN
7
ACADEMISCHE PATIENTENZORG IN EEN STOF- KIEMARME RUIMTE
10
AANKONDIGING CGC CURSUS
11
CGC REGISTER EN VERSLAG LAATSTE CURSUS
12
VCCN NIEUWJAARSGROET
13
“HEEFT MIJN PRODUCT EEN CLEANROOM NODIG?”
14
CGC INHOUSE
15
AGENDA NIEUWE LEDEN COLOFON
U kent de uitdrukking wel: regeren is vooruitzien. Nu is besturen ook een milde vorm van regeren en zeker, hoewel je dat van de politiek in deze dagen niet altijd meer kunt zeggen, eveneens een serieuze zaak. Hoe dan ook, het bestuur van de VCCN heeft vooruit gekeken en is tot de niet zo verrassende constatering gekomen dat er volgend jaar een jubileum te vieren valt. De VCCN bestaat dan 15 jaar en dat is dus reden voor een feest. Het comité dat is belast met de voorbereiding heeft zich gebogen over een aantal alternatieven en heeft gekozen voor... Helaas, het resultaat van onze discussies laten we nog even in het midden. Het enige dat de commissie kwijt wil is de datum. Op vrijdag 5 september 2003 wordt u vanaf 15.00 uur, al dan niet vergezeld van uw partner, op onze jubileumbijeenkomst verwacht. Wij raden u aan deze datum nu alvast in uw agenda te noteren. In januari zal u nader worden geïnformeerd over de nadere invulling van het programma en dan kunt u zich aanmelden voor deelname. Omdat wij verwachten dat u aanwezig wilt zijn kan ik u aanraden om snel op de brief te reageren, want hoewel er een ruime reservering is gemaakt is het aantal beschikbare plaatsen beperkt. Ook beperkt is het aantal bestuur-
VERENIGING CONTAMINATION
sleden van de VCCN. Om precies te zijn is het streven om er 7 te hebben. In de afgelopen jaren is dat aantal echter niet altijd gerealiseerd en wij vinden dat toch wel teleurstellend. Omdat wij vinden dat mensen die tot het bestuur toetreden enige werkervaring binnen de vereniging zouden moeten hebben zoeken wij daarom naar leden die op de een of andere wijze een bijdrage aan de vereniging willen leveren opdat zij hun ambitie om bestuurslid van de VCCN te kunnen worden kunnen realiseren. Welnu, u kunt gebruik maken van de volgende vacatures: • lid van de redactieraad van de nieuwsbrief, • lid van de commissie lezingen en conferenties, • lid van de commissie opleidingen, terwijl er ook gelegenheid is om deel te gaan uitmaken van één van de monitoring-groepen. Als u dus uw gave om vooruit te kunnen kijken, of zo u wilt; regeren danwel besturen, in de praktijk wilt kunnen brengen raad ik u aan om met onze algemeen secretaris Paul van Rij (033-434 57 52) contact op te nemen. Hij zal u graag nadere informatie geven. Ir. N. Sleijser, Tebodin BV Voorzitter VCCN
CONTROL NEDERLAND
Introductie en validatie van nieuwe desinfectiemiddelen in de farmaceutische industrie.
Nieuwe desinfectiemiddelen In het belang van de productie van veilige en stabiele farmaceutische producten zijn hygiëne en de controle op biocontaminatie onontbeerlijke facetten in de kwaliteitsbor-
farmaceutische bedrijven waar schoonmaak en desinfectieprocedures niet conform voorschrift werden uitgevoerd of waar bij de introductie van een nieuw des infectiemiddel geen effectiviteitsstudies werden uitgevoerd.
ging. Schoonmaken en desinfecteren vormen beiden niet weg te denken procedures in de farmaceutische industrie. De aandacht hiervoor in GMP regelgevingen van Europa en de Verenigde Staten is de laatste jaren toegenomen.
Regelgeving In de Europese GMPAnnex1: Manufacture of sterile medical products is een aparte paragraaf gewijd aan het schoonmaken en desinfecteren van cleanrooms. Letterlijk staat er: The sanitation of clean areas is particulary important. They should be cleaned thoroughly in accordance with a written programme. Where disinfectans are used, more than one type should be employed. Monitoring should be undertaken regularly in order to detect the development of resistant strains. Disinfectants and detergents should be monitored for microbial contamination; dilutions should be kept in previously cleaned containers and should only be stored for defined periods unless sterilised. Disinfectants and detergents used in Grades A and B areas should be sterile prior to use. Fumigation of clean areas may be useful for reducing microbiological contamination in inaccessible places.(3) De norm ISO 13408-1 Aseptic processing of health care products Part 1 behandelt in paragraaf 10 Cleaning and desinfection of the Aseptic Processing Area (APA) puntsgewijs de minimale eisen waaraan een schoonmaak - en desinfectieprocedure moet voldoen.(8) Het ligt in de lijn der verwachtingen en er zijn ook al voorbeelden van dat controlerende instanties zoals in de Verenigde Staten de FDA (Food and Drug Administration) en in Nederland IGZ (Inspectie voor de Gezondheidszorg) hun aandacht richten op schoonmaak en desinfectie procedures. In de VS werden zogenaamde ‘FDA warning letters’ uitgereikt aan
Waarom veranderen van desinfectiemiddel ? De farmaceutische industrie in Nederland neemt de procedures omtrent schoonmaken en desinfecteren serieus. Bedrijven hebben procedures opgezet voor desinfecteren en schoonmaken van apparatuur, gebouwen en het instrueren van schoonmaakpersoneel. De in het verleden gemaakte keuze voor een schoonmaak - en desinfectiemiddel gebeurde naar aanleiding van bevindingen elders of op puur pragmatische gronden. Zolang er geen aanleiding is om een middel te vervangen wordt de schoonmaak - en desinfectieprocedure zelden of nooit aangepast. De noodzaak van veranderen van desinfectiemiddel komt met name vanwege het feit dat de aandacht voor veiligheid en effecten van biociden op het milieu vandaag de dag groter is dan in het verleden. Voorbeelden van middelen die breed in de industrie werden toegepast maar waarvan het gebruik recentelijk om toxicologische redenen werden verboden zijn de middelen Tego2000® en Lyorthol® met als werkzame stof(fen) amfotensiden en resp. 4-chloor-2-benzylfenol of 2-fenyl-fenol. Indien een middel verboden is moet de gebruiker op zoek naar geregistreerde alternatieven die voldoende effectief en onschadelijk zijn voor mens en milieu. De keuze hierin is beperkt.
Het maken van een keuze Hoe tot een goede keuze te komen wordt in deze paragraaf beschreven. Om dit probleem op te lossen moeten we de volgende vraag beantwoorden: “Wat zijn chemische desinfectiemiddelen ?” Een chemisch desinfectants is een chemische verbinding die wordt toegepast om schimmels, virussen en bacteriën op opper vlakken en objecten te vernietigen tot een
2
aanvaardbaar niveau. Speciale klassen hierin zijn desinfectantia met een sporicide of antivirale werking. Daarnaast zijn er antiseptica, verbindingen met een remmende of dodende werking t.o.v. micro-organismen voorkomende op huid, mondholte en open wonden. Enkele voorbeelden staan in tabel 1. Desinfectantia en antiseptica vallen in Nederland onder de bestrijdingsmiddelenwet 1962 (Stb. 288). Alle desinfectantia en antiseptica die in Nederland gebruikt, verhandeld of in voorraad worden gehouden, dienen eerst te zijn toegelaten op grond van deze wet. Het College voor de Toelating van Bestrijdingsmiddelen (CTB) is een zelfstandig bestuursorgaan en is verantwoordelijk voor het nemen van beslissingen over de toelating van desinfectantia en antiseptica. In de Verenigde Staten wordt deze taak vervuld door the Environmental Protection Agency (EPA). De in Nederland geregistreerde bestrijdingsmiddelen kunnen bij het CTB worden opgevraagd. Op 13 mei 1998 is binnen de Europese Unie richtlijn 98/8/EG, de ‘Biocidenrichtlijn’ (Biocidal Products Directive, BPD) in werking getreden. Deze richtlijn zal de Nederlandse bestrijdingsmiddelenwet gaan vervangen. De richtlijn reguleert drie zaken.
CHEMISCH TYPE
CLASSIFICATIE
CONCENTRATIE
Alcoholen
Desinfectans, Antisepicum
70 -80% Ethanol
Aldehyden
Sporicide
2% Glutaaraldehyde
Chloor en
Sporicide
0,5% Natrium hypochloriet
Perazynzuur
Sterilisatie
0,2 % Perazynzuur
Quaternaire
Desinfectans, Antisepicum
Quaternaire
Natrium hypochloriet
ammoniumverbinding
ammoniumverbinding 500-1000 mg/l
Tabel 1 Voorbeelden van antiseptica, desinfectantia en sporicide middelen.
1. De toelating en registratie en het op de markt brengen van biociden met het oog op gebruik in de lidstaten van de EU; 2. De wederzijdse erkenning van een toelating en registratie binnen de gemeenschap; 3. De vaststelling van positieve lijsten van werkzame stoffen die in biociden mogen worden gebruikt, binnen de EU.
De implementatiedatum in Nederland van deze richtlijn is nog niet bekend. Zolang een werkzame stof niet in de ‘Biocidenrichtlijn’ is opgenomen, geldt de nationale regelgeving. Deze blijft toepasselijk totdat de werkzame stof geregistreerd is of uiterlijk tot en met 14 mei 2010. Indien een farmaceutisch bedrijf in Nederland een nieuw desinfectant
of antisepticum wil introduceren moet vooraf gecontroleerd worden of het middel op de CTB lijst voorkomt. Daarnaast moeten de volgende punten ter overweging worden genomen: Waar en waarop wordt het middel toegepast, waartegen moet het middel werkzaam zijn, de concentratie en manier vantoepassing, contacttijd van het desinfectant en de aard van het te desinfecteren materiaal. Verder zijn van belang de hoeveelheid aanwezig organische componenten op het materiaal dat de werkzaamheid van het desinfectant mogelijk inactiveert, corrosiviteit, veiligheidsaspect t.o.v. productie en schoonmaakpersoneel en compatibiliteit van het desinfectant met schoonmaakmiddelen of een tweede desinfectant. Ook het gebruik van een roulatieschema en het toepassen van een stappenplan ter voorkoming van contaminaties van het farmaceutisch product door het desinfectant zijn belangrijke aandachtspunten.(5, 6, 7 en 8) Veel informatie is verkrijgbaar bij de fabrikant van het middel en het CTB. Is uiteindelijk een keuze gemaakt dan dient de gebruiker een nieuw desinfectans of antisepticum voor gebruik te valideren.
> CLEANROOM VERPAKKINGEN > CLEANROOM IONISATIE > STATIC CONTROL
Wat u niet weet, weten wij. Bel gerust!
Bijl B.V., Hermesweg 28, 3771 ND Barneveld Postbus 53, 3770 AB Barneveld Telefoon (0342) 49 01 47, Fax (0342) 41 68 45 E-mail
[email protected] Internet www.bijlbarneveld.nl
WIJ BEGELEIDEN ONZE PRODUCTEN MET DESKUNDIG ADVIES EN ZIJN EEN PARTNER IN HET KWALITEITSBELEID VAN ONZE KLANTEN
3
VCCN Nieuwsbrief
Validatie traject Richtlijnen hiervoor staan in een serie NEN-EN normen waarin de validatie van desinfectantia en antiseptica in drie fasen wordt beschreven.(9 t/m 17) In fase 1 wordt de effectiviteit onderzocht van het desinfectans met behulp van referentie micro-organismen. Onder laboratorium condities wordt de microbicide werkzaamheid van het middel getest. Deze test is vergelijkbaar met de zogenaamde 5-5-5 test of de Europese Suspensie test.(1) Het principe van deze in vitro test berust op de eis dat het middel in de door de fabrikant opgeven gebruiksconcentratie t.o.v. 5 toets micro-organismen na 5 minuten inwerktijd een reductie van meer dan 5 decimalen geeft. In fase 2 wordt in vitro de activiteit van het middel onder praktijk-nabootsende omstandigheden onderzocht. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een testmethode vergelijkbaar met de zgn. kwantitatieve dragertest, die ook bekend staat als ‘Quantitative Carrier Test’ (QCT) en ‘plaatjestest’.(2) Testplaatjes van roestvrijstaal of coupons vloerbedekking worden aan één kant besmet met een toets micro-organisme bijv. Staphylococcus aureus. Na drogen bij 37°C wordt gedesinfecteerd door 0,1 ml desinfectans oplossing homogeen over het oppervlak uit te spatelen. Na een inwerkingstijd van 5 minuten wordt de fractie overlevende cellen d.m.v. een afschudmethode bepaald en hieruit wordt de reductiefactor berekend. Fase 3 is procesvalidatie. Onder cleanroomcondities wordt de effectiviteit van het middel getest. In een vooraf vastgestelde periode en in een of meerdere
cleanrooms wordt door middel van monitoring aangetoond of het desinfectans effectief is. De fasen 2 en 3 leveren de meest waardevolle informatie voor de gebruiker omtrent de effectiviteit van het middel op . In de serie NEN-EN normen wordt gewerkt met ATCC (American Type Culture Collection) micro-organismen. Mijns inziens is het van nog groter belang dat er
Aspergillus en Penicillium soorten. Deze micro-organismen zijn oorspronkelijk afkomstig van de mens en materialen. De in de NEN-EN normen gebruikte ATCC organismen werden niet uit een cleanroom geisoleerd en zijn minder representatief voor het toepassingsgebied. Het volledig uitvoeren van het totale validatietraject bestaande uit fase 1, 2 en 3 is arbeidsintensief. Met name
naast deze culturen ook de huisflora van cleanrooms in het onderzoek worden betrokken. Met huisflora wordt bedoeld een representatieve collectie van kweekbare micro-organismen (bacterie - en schimmelsoorten), geïsoleerd en verzameld in een bepaal de periode uit een of meerdere cleanrooms. Huisflora van een cleanroom bestaat o.a. uit bacterie soorten zoals bijv. Staphylococcus epidermidis, Bacillus circulans en Micrococcus luteus en schimmels zoals
voor kleine farmaceutische bedrijven met beperkte microbiologische laboratoriumondersteuning is dit haast ondoenlijk. Deze zouden zich kunnen beperken in het zelf uitvoeren van fase 3 en fase 1 en 2 uitbesteden aan een contractlaboratorium.
4
H.C.W. Thuis RIVM Laboratorium voor Controle Biologische Producten
Literatuur 1.
RIVM rapport nr. 358704003. Vergelijkend onderzoek naar de desinfecterende werking van alcoholen in de Europese Suspensie Test, augustus 1991, W. Pullen, B. van Klingeren.
2.
RIVM rapport nr. 358704002. Onderzoek naar de werkzaamheid van middelen bestemd voor oppervlaktedesinfectie volgens het voorschrift van de ‘Ouantitatieve Carrier Test’, maart 1990, W. Pullen, B. van Klingeren, M. Verheuvel.
3.
Good manufacturing practices. Medical products for human and veterinary use Volume 4 1997 Edition, European, ANNEX 1 en 15.
4.
Activity of disinfectants in food hygiene Council of Europe, Strasbourg, 1987.
5.
Technical report nr. 29, points to Consider for cleaning Validation PDA Journal of Pharmaceutical Science and Technology, Supplement Vol. 52 (6), 1998.
6.
Introduction to Contamination Control and Cleanroom Technology. Matts Ramstorp , 2000, ISBN 3-527-30142-9.
7.
<1072 Disinfectans and Antiseptics. Pharmacopeial Forum Vol. 28(1) - Jan./feb. 2002]
8.
ISO 13408-1 Aseptic processing of health care products Part 1: General requirements, 1998.
9.
internet adressen
NEN-EN 1040, Chemische desinfectantia- basisactiviteitstest bactericidewerking Fase 1, februari 1997.
10. NEN-EN 1275, Chemische desinfectantia-basisactiviteitstest fungicidewerking, Fase 1, mei 1997. 11. NEN-EN 1276, Chemische desinfectantia en antiseptica-suspensieproef bactericidewerking fase 2 stap 1, 1ste druk, juli 1997. 12. NEN-EN 1650, Chemische desinfectantia en antiseptica-suspensieproef bactericidewerking fase 2 stap 1, januari 1998. 13. NEN-EN 1656, Chemische desinfectantia en antiseptica-suspensieproef bactericidewerking in veterinaire omgeving fase 2 stap 1, januari 1998. 14. NEN-EN 1657, Chemische desinfectantia en antiseptica fungicide-werking in veterinaire omgeving fase 2, stap 1, februari 2000. 15. NEN-EN 13704, Chemische desinfectantia en antiseptica-suspensieproef sporicidewerking fase 2 stap 1, oktober 1999. 16. NEN-EN 12791, Chemische desinfectantia en antiseptica. Medisch desinfecterend wasmiddel voor de handen fase 2, stap 2, mei 1997. 17. NEN-EN 13697, Chemische desinfectantia en antiseptica. Kwantitatieve oppervlaktebeproeving voor de bepaling van bactericideen/of fungicidewerking, fase 2, stap 2 september 2001.
www.nni.nl www.apic.org www.bib.wau.nl/ctb http://pharmacos.eudra.org
6
Academische patiëntenzorg in een stof- en kiemarme ruimte Sinds 1982 worden in het Universitair Medisch Centrum Nijmegen St Radboud (UMCN) allogene beenmergtransplantaties (BMT) uitgevoerd. Een transplantaat dient zorg te dragen voor beenmergherstel na conditionering van een patiënt door middel van lichaamsbestraling en cytostatica. Men dient dit product dus te beschouwen als een soort “cellulair medicijn” waarbij microbiologische contaminatie letale gevolgen kan hebben. Good Manufactoring Practice (GMP) in een stof- en kiemarme ruimte (SKAR) is derhalve onontbeerlijk. Reeds in 1993 werd er binnen het UMCN gestart met het zoeken naar een bij dit doel passende cleanroomlocatie. Dit was op dat moment helaas niet haalbaar. Het bleek echter wel mogelijk te zijn binnen de Sanquin Bloedbank Zuidoost (SBZ) een SKAR te realiseren. Een reeds bij de SBZ aanwezige schone ruimte kon met enkele modificaties voor onze specifieke laboratoriumprocessen bruikbaar gemaakt worden. Sinds april 1999 maken we in het kader van allogene beenmergtransplantaties gebruik van deze ruimte.
Allogene beenmerg transplantatie Een allogene beenmergtransplantatie is een behandeling waarbij beenmerg van een donor, na laboratoriumbewerkingen, aan een patiënt/ontvanger wordt toegediend. De geschiktheid van het donormateriaal hangt af van de weefselkenmerken (HLAtypering) van zowel donor als ontvanger. Een specifieke witte bloedcel, de T-lymfocyt, is verantwoordelijk voor een eventuele afstotingsreactie. De T-lymfocyten van de ontvanger zijn als gevolg van de conditionering met behulp van bestraling en cytostatica niet meer in staat om donorcellen af te stoten. Hierdoor kan de ontvanger eveneens niet meer het hoofd bieden aan ziekteverwekkers waardoor een simpele verkoudheid al dodelijke kan zijn. Afwezigheid van een microbiële contaminatie in het transplantaat is dus een absolute noodzaak waardoor een SKAR een essentiële plaats binnen de laboratoriumbewerkingen inneemt. Het beenmerg van de donor bevat echter grote aantallen T-lymfocyten die in staat zijn om diverse weefsels van de ontvanger af te stoten. Deze door de donorcellen veroorzaakte afstotingsreactie van de ontvanger noemt men omgekeerde afstotingsreactie ofwel Graft versus Host Disease (GvHD) en kan binnen enkele dagen het overlijden van een patiënt tot gevolg hebben. Het is daarom essentieel om de T-lymfocyten van de
donor middels laboratoriumtechnieken uit het transplantaat te verwijderen (depleteren). Een volledige depletie van T-lymfocyten is echter niet wenselijk aangezien T-lymfocyten ook in staat zijn om residuale maligne cellen te doden waardoor de kans op recidief (terugkomst van de ziekte) sterk wordt verminderd. Dit anti-leukemisch effect wordt ook wel Graft versus Leukaemia (GvL) genoemd en maakt het voor ons noodzakelijk om een vast aantal T-lymfocyten per kilogram lichaamsgewicht van de ontvanger weer aan het transplantaat toe te voegen. Bij iedere allogene beenmergtransplantatie wordt steeds gebalanceerd tussen GvHD en GvL en dient men de steriliteit van het product te kunnen waargborgen. De foutenmarge moet hierbij nul zijn. Dit is academische patiëntenzorg op hoog niveau.
Consequentie 1 Een belangrijk onderdeel van de taakstelling van ons stamcellaboratorium is het
7
VCCN Nieuwsbrief
laboratoriumtechnisch onderzoek naar nieuwe behandelingsmethoden. Het is ondenkbaar dat het ontwikkelen van een nieuwe behandelingsmethode op een ‘standaard’ laboratorium plaatsvindt. Wat voorheen als normaal werd beschouwd is momenteel niet meer tolereerbaar en we hebben nu eenmaal de verplichting om garant te staan voor een optimaal product waarbij het werken in een SKAR als vanzelfsprekend beschouwd dient te worden. Dit heeft een groeiend aantal innovatieve laboratoriumbewerkingen tot gevolg. Het gamma aan bewerkingen van donorc.q. patiëntmateriaal is de laatste jaren aanzienlijk uitgebreid. Voorheen was beenmerg de enige bron die getransplanteerd kon worden, momenteel worden eveneens perifere stamcellen en navelstrengbloed voor transplantatiedoeleinden gebruikt. Tevens zijn behandelingsmethoden zoals donor lymfocyten infusies en cellulaire vaccinaties ter behandeling van recidief van ziekte gewoon goed in ons stamcellaborato geworden.
UIT VOORRAAD LEVERBAAR EEN VOLLEDIG PAKKET CLEANROOMPRODUCTEN Vraag vrijblijvend informatie
Stofarme werkbanken
Cleanroom kleding
Royco HH200 deeltjesteller
Cleanroom doekjes
Dycem kleefmat Cleanroom handschoenen
[email protected] of bel: 036-549 40 40 Bolderweg 41, 1332 AZ Almere • Postbus 1073, 1300 BB Almere • Telefoon 036 - 549 40 40 • Fax 036 - 549 40 49 www.rvstech.nl • E-mail
[email protected]
vervolg pagina 7
Conclusie
Al deze laboratoriumbewerkingen moeten in een SKAR uitgevoerd worden. Hieruit blijkt dat een stof- en kiemarme ruimte voor een stamcellaboratorium een absolute noodzaak is.
Nadat men overtuigd was van de noodzaak voor een SKAR kostte het nog een aanzienlijke inspanning deze te realiseren. Daarnaast bleek recentelijk dat een cleanroom voor experimentele patiëntenzorg eveneens noodzakelijk en haalbaar is. Ondanks de verwezenlijking van een tweede stof- en kiemarme ruimte wordt een cleanroom in een ziekenhuis in het algemeen nog niet als ‘normaal’ beschouwd. Operatiekamers (OK) maken standaard deel uit van een ziekenhuis en hebben hiervoor zowel financiële als personele middelen. De bedrijfsvoering c.q. beheer van de cleanrooms zijn daarentegen vaak kind van de rekening en dienen grotendeels uit eigen middelen bekostigd te worden. Op termijn zal dit probleem zeker worden opgelost. Maar hoe
Consequentie 2 Voor de nabije toekomst staat een nieuwe uitdaging op ons te wachten. Op niet al te lange termijn zullen patiëntencellen met genetisch gemodificeerde organisme (GGO) getransfecteerd worden om vervolgens weer aan de patiënt toegediend te worden. Deze experimentele bewerkingen met behulp van GGO’s vereisen specifieke cleanroomcondities en mogen niet met de reguliere patiëntenzorg interfereren. Er is derhalve gekozen voor de realisatie van een tweede SKAR, ditmaal onder beheer van het UMCN. We maken thans van twee fysiek gescheiden stof- en kiemarme ruimtes gebruik. Eén SKAR voor de reguliere patiëntenzorg gelokaliseerd bij de SBZ en één SKAR voor experimentele patiëntenzorg, gelokaliseerd in de researchomgeving van het UMCN. Deze voor experimentele patiëntenzorg ontwikkelde tweede SKAR kan facilitair aan zowel interne afdelingen als ook externe bedrijven worden verhuurd. Hierdoor is het geen noodzaak dat iedere afdeling c.q. bedrijf zijn eigen cleanroom bouwt en kunnen activiteiten en kennis worden gebundeld.
www.sesds.nl
Bedrijfsprocessen in de elektronica industrie zijn uiterst gevoelig. Wij spelen daarom in op de groeiende behoefte van het schoon en ESD veilig produceren, assembleren, repareren en installeren van elektronica door het inrichten van cleanrooms en het leveren van cleanroomproducten. Denkt u hierbij aan kleding,
Utopia Zo op het eerste gezicht lijkt het erop dat we de volmaakte situatie hebben gecreëerd voor een optimale uitvoer van onze werkzaamheden. Er zijn echter, naast de gebruikelijke problemen, een aantal expliciete kanttekeningen. Uiteraard heeft het gebruik van een SKAR aanzienlijke financiële gevolgen. Het budget dat voorheen noodzakelijk was om patiëntgerelateerde processen op een laboratorium uit te voeren is niet toereikend indien men gebruikt gaat maken van een cleanroom. Dit aspect speelt eveneens een rol binnen de experimentele patiëntenzorg. Indien een financiële bijdrage wordt toegekend aan een researchproject gaat de subsidieverstrekker er vanuit dat de infrastructuur binnen een instelling reeds gedefinieerd is en dat hiermee geen extra onkosten gemoeid zijn. Het gevolg is dat een betreffende afdeling aanzienlijke additionele middelen dient te verkrijgen voor de processen die in een SKAR uitgevoerd zullen gaan worden. Gezien de bezuinigingen in de gezondheidszorg dit is een aanzienlijke uitdaging.
dan ook : ik ben nu in staat om te ‘pronken’ met twee prima stof- en kiemarme ruimten waar de beheerder van het OK-complex jaloers op zou kunnen zijn. Ing. W. P. M. Ruijs Beheerder Stof- en KiemArme Ruimte UMC Nijmegen St. Radboud
ionisatie, verpakkingen, tafels, disposabless, handschoenen, RVS stellingen, trolleys, kleefmatten, foliematten, reinigingsdoeken, papier, wattenstaafjes en mondmaskers. Wilt u verder praten? Siemens ESD Services, Remmerden 5, 3911 TZ Rhenen, 0317 619116.
Get a bit more. Siemens.
Werken in een schone omgeving?
Stabiliserende partner voor cleanroom services nodig?
Surf eens langs op www.sesds.nl
9
VCCN Nieuwsbrief
VCCN C LE
RMERK KEU GS
AANKONDIGING
M GEDR ROO A AN
Voortaan uitsluitend gekwalificeerde mensen in de cleanroom? Met de VCCN CleanroomPas ® bent u daarvan verzekerd!
NATIONAAL VCCN CLEANROOM GEDRAGSKEURMERK
VCCN heeft een landelijk gedragskeurmerk ontwikkeld voor alle personen en organisaties die met cleanrooms te maken hebben. Dit keurmerk wordt ondersteund door een geheel nieuwe VCCN Cleanroom GedragsCursus (CGC). Deelnemers die deze cursus met goed gevolg afsluiten, ontvangen naast een certificaat ook de VCCN CleanroomPas®. Deze persoonsgebonden pas is voorzien van het VCCN Cleanroom GedragsKeurmerk. In één oogopslag kan een ieder zien dat de drager van de VCCN CleanroomPas® voldoende kennis en vaardigheden bezit en daarom gekwalificeerd is voor de toegang tot cleanrooms.
CURSUSPRIJZEN
voor Leden VCCN voor Niet leden
€ 400,€ 550,-
CURSUSDATA 2003
• 20 januari • 7 maart • 14 april
• 9 september • 13 oktober • 1 december
LOCATIE
Hotel Amersfoort te Amersfoort
PUBLICATIE VAN DEELNEMENDE ORGANISATIES
Bedrijven en instellingen die hun medewerkers deze cursus laten volgen, ontvangen eveneens een certificaat waaruit blijkt dat zij over mensen beschikken die gekwalificeerd zijn voor de toegang tot cleanrooms. Bovendien worden de namen van de organisaties vastgelegd in het CGC-register® en vervolgens gepubliceerd in diverse media, waaronder de VCCN-nieuwsbrief en de VCCN-website.
Voortaan uitsluitend gekwalificeerde mensen in de cleanroom? Met de VCCN CleanroomPas® bent u daarvan verzekerd!
U KUNT ER NIET OMHEEN !
Of u nu zelf over een cleanroom beschikt dan wel vanuit uw professie in cleanrooms moet verblijven, het is van het grootste belang dat uw mensen op de hoogte zijn van alle gedragscodes met betrekking tot cleanrooms. Dat verhoogt de betrouwbaarheid van uw organisatie en voorkomt tegelijkertijd mogelijke verstoringen binnen de cleanroom. Kortom, met de VCCN CleanroomPas® kiest u voor optimale zekerheid! Bijgaande cursusinformatie vertelt u er alles over. Met vriendelijke groet,
Ing. H.J.I. Rotteveel Coördinator Opleidingen VCCN
De VCCN CleanroomPas®
DE MULDERIJ 12
3831 NV LEUSDEN
POSTBUS 311, 3830 AJ LEUSDEN
T. 033 - 434 57 65
F. 033 - 432 15 81
WWW.VCCN.NL - EMAIL:
[email protected]
Cleanroom GedragsCursus wederom een groot succes ! Op 21 oktober j.l. vond de 2e Cleanroom GedragsCursus plaats in het v.d. Valk Hotel te Leusden. De docent Henk Otto wist de groep de gehele dag te boeien met de hoofdonderwerpen: • Product-afbreuk risico’s • Deeltjes • De mens als bron van contaminatie Aan het eind van de cursusdag werd de toets voor het verkrijgen van het certificaat en de VCCN CleanroomPas® door alle cursisten goed doorstaan en konden met de zo fel begeerde VCCN CleanroomPas® en het certificaat huiswaarts keren. De beoordeling van deze cursus door de cursisten was erg positief en de cursusleiding kreeg wederom bevestigd dat deze cursus aan een duidelijke behoefte voldoet.
CGC Register De volgende bedrijven zijn op dit opgenomen in het CGC-register : ®
Academisch Medisch Centrum Apoth. Twenteborg Klinische Farmacie Ziekenhuis groep Twente BAM Techniek Amsterdam Basan Nederland BV Bijl BV BioTRADING Benelux BV Clestra Hauserman BV DBU cleanroomtechniek B.V. De Collegiale Bereiding Euroclean FBU-Schoonmaak Management FOM-Instituut voor Plasmafysica Rijnhuizen Initial Hokatex Interflow, BAM Techniek Kimberly - Clark RIVM RvS Technologies BV Sanquin Bloedbank SMB Aalbers Stork Industry Services BV Noordwest BU Pharmaceutical Maintenance Stork Worksphere Oost Streeklaboratorium voor de Volksgezondheid UMC St. Radboud Zwanenberg Food Group
11
Amsterdam Z.O. Almelo Amsterdam Breda Barneveld Mijdrecht Krimpen a/d IJssel IJsselstein Losser Amsterdam Utrecht Nieuwegein Voorburg Wieringerwerf Breda Bilthoven Almere Nijmegen Bemmel Weesp Enschede Groningen Nijmegen Aalsmeer
VCCN Nieuwsbrief
Voor een foto-impressie kunt u klikken op:
www.vccn.nl/CGC
VCCN Bestuur en Verenigingsbureau wensen u een gelukkig 2003! Als elk deeltje telt... Complete cleanroom monitoring systemen Voor Farmacie & Semi-conductor Particle Counters • 21CFR part 11, gevalideerde beheer software • complete validatie support documentatie • eenvoudig omschakelen naar ISO 14644 • FS209E en BS5285 • Universele data-uitgang: koppel de deeltjesteller direct aan uw bestaande LIMS, GBS, etc. • Slechts 1x per jaar calibratie • Eenvoudig uit te wisselen • Compacte counter voor inbouw in isolator of tool TOC Analyzers • vanaf 0,05 ppb TOC • 21CFR part 11, gevalideerde software • conform USP 23 en EP 2.2.44
Almet deeltjestellers - van 0,2 t/m 5.0 uM - ethernet aansluiting - 4 - 20 mA uitgangen
Together we create Solutions
Voor demonstratie of informatie: PMT Benelux Tel. Nederland: 0412 637 667 Tel. België: 016 65 92 92
[email protected]
www.pmeasuring.com
FMEA als instrument voor cleanroom nodig?
Heeft mijn product een Cleanroom nodig ? Hoogtechnologische producten hebben de vervelende eigenschap dat ze naarmate de dimensies van kritische onderdelen afnemen, steeds gevoeliger worden voor verontreiniging. Om dergelijke producten toch met een economisch verantwoorde ‘yield’ te kunnen produceren, worden de eisen aan de reinheid van productie- en assemblageruimtes steeds strenger. Dat geldt natuurlijk niet alleen voor de ‘eigen’ productieruimtes, maar ook voor die van eventuele toeleveranciers. Het stellen van eisen aan ‘schone’ processen en producten ‘die voldoen aan cleanroomeisen’ gebeurt regelmatig in de praktijk, maar biedt natuurlijk geen houvast aan toeleverende bedrijven. Dat geldt bij uitstek voor nieuwe intreders. De taak die de VCCN-monitoringgroep 1: ‘elektronica/fijnmechanica/ optica’ zich heeft gesteld is om te kijken of er simpel instrumentarium beschikbaar is op basis waarvan een rationele risicobeheersing (waarvan de keuze voor een cleanroom deel van uitmaakt) mogelijk is, en om dat vervolgens te delen met de VCCN-leden.
FMEA: productkwaliteit centraal Uitgangspunt van de monitoringgroep was dat voordat überhaupt gesproken kan worden van een eventuele keuze voor een vorm van risicobeheersing (lees: cleanroom), de eisen die aan het eindproduct worden gesteld bekend moeten zijn, evenals de invloed die contaminatie daarop heeft. Al snel bleek dat de zgn. FMEA, de Failure Mode and Effects Analysis, hierbij een zeer goed hulpmiddel is. Deze methode die vooral in ruimtevaart- en automobielindustrie als engineeringtool is ingezet, ondersteunt bij het herkennen en oplossen van problemen vóór ze optreden. Ook SEMATECH, de overkoepelende organisatie van semiconductor-producenten, heeft deze methode omarmd als ‘guide for continuous improvement’ (SEMATECH Technology Transfer 92020963A-ENG).
Welke vragen beantwoorden voor FMEA FMEA helpt de risico’s in een productieproces te ‘kwantificeren’ waardoor prioriteiten kunnen worden gesteld met betrekking tot de aanpak en beheersing van het risico. Toegepast op contaminatievraagstukken is dat getal voor het risico het (rekenkundig) product van de kans dat een bepaalde contaminatie optreedt, het effect dat die contaminatie heeft en de mate van detecteerbaarheid van het optreden van de contaminatie: R = K x E x 1/D waarbij de kans K, weer is opgebouwd uit een concentratiefactor, het oppervlak van het product en de blootstellingstijd. Dat de detecteerbaarheid in de risico-analyse verschijnt, wordt veroorzaakt door het feit dat het onbekend zijn met het al of niet optreden van contaminatie (bijvoorbeeld: moleculaire contaminatie) vanzelfsprekend het totale risico nadelig beïnvloedt. Om dit voor verschillende processen goed te kunnen doen, en bovendien de uitkomst van de FMEA goed te kunnen gebruiken, is veel kennis nodig van de kwaliteitsen dus reinheidseisen die aan het product worden gesteld. Alleen als bekend is waar een product gevoelig voor is, kan geanalyseerd worden welke contaminatie beheerst moet worden, waar die contaminatie vandaan komt en hoe de contaminatie is te vermijden of verwijderen.
13
VCCN Nieuwsbrief
Bewustwording: workshop Binnen de monitoringgroep bleek het toepassen van de FMEA op -bij de leden bekende- producten en processen bij te dragen aan de bewustwording van de eisen die nu eigenlijk aan ‘clean production’ gesteld zouden moeten worden. Bovendien bleek FMEA bij uitstek geschikt om alle relevante vragen op systematische wijze de revue te laten passeren. Naar de mening van de monitoringgroep zou in de relatie tussen opdrachtgever en toeleverancier de FMEA een goede kapstok bieden om de risico’s en dus - bijvoorbeeld - de cleanroomeisen met elkaar te bespreken. De FMEA-aanpak leent zich uitermate goed voor een VCCN-workshop, waarbij de volgende aspecten aan bod komen: • algemeen: introductie FMEA • voorbeelden van de inzet van FMEA in praktijkcases • kwaliteitseisen product/proces beschrijven • benoemen contaminatiebronnen • kwantificeren van kans, effect en detecteerbaarheid • risicobeheersing: het voorkomen en verwijderen van contaminatie De monitoringgroep organiseert in maart 2003 een workshop “Heeft mijn product een cleanroom nodig ? - FMEA in de cleanroom”. De workshop zal 1 dag duren. Begin februari 2003 zal de uitnodiging met het volledige dagprogramma aan alle VCCNleden verstuurd worden. Informatie is te verkrijgen via het verenigingsbureau.
T. Bastein TNO Industrial Technology, Delft Monitoringgroep 1
VCCN Inhouse-training De VCCN-Cleanroom GedragsCursus wordt periodiek centraal in Nederland (zie elders in deze nieuwsbrief) gegeven maar kan ook bij voldoende deelname (minimaal 15 personen) bij een bedrijf ‘inhouse’ worden gegeven. De voordelen hiervan zijn:
Al 6 jaar geeft de VCCN cursussen op het
• Afstemming cursusinhoud mogelijk op eigen specifieke bedrijfsomstandigheden; • In eigen bedrijf, dus geen extra reistijd en reiskosten voor de cursisten; • Lagere deelnamekosten.
gebied van cleanroom gedrag en techniek. Deze cursussen waren een groot succes. In september 2002 is het VCCN CGC-keurmerk ingevoerd en is de structuur van de VCCN opleidingen aangepast. Bij het invoeren van de VCCN CleanroomPas® werd tevens een geheel nieuwe VCCN-Cleanroom GedragsCursus (CGC) geïntroduceerd. Hiermee werd tevens de toenemende wens vanuit de markt vervuld om de cleanroom gedragscursussen mede af te stemmen op een bredere doelgroep. Er bleek namelijk een steeds grotere vraag te bestaan naar een cursus voor mensen die incidenteel in cle-
Naast deze VCCN-Cleanroom GedragsCursus blijkt er ook een toenemende vraag naar inhouse-trainingen. Deze trainingen kunnen bijvoorbeeld een herhalingstraining zijn van een al eerder gevolgde VCCN-cursus. In het voorjaar van 2002 heeft VCCN in opdracht van Cordis Europa in Roden een training verzorgd voor 1090 staf-, en productiemedewerkers. Na een grondige briefing van de zijde van QA MB/PC lab en Training & Development van Cordis werd er een op maat gesneden cursuspresentatie ontwikkeld, waarbij de gedragsinstructies van Cordis zijn verwerkt. Deze training, gegeven door de ervaren VCCN-docenten P. Eelman en H. Huiskamp, werd in een tijdsbestek van 3 maanden zeer succesvol afgerond. Het grote voordeel was dat alle betreffende Cordismedewerkers in een korte tijd getraind konden worden, waardoor al op korte termijn resultaat zichtbaar was. De cursisten/Cordismedewerkers bleken zeer goed gemotiveerd te zijn, hetgeen bleek uit een bijzonder hoog opkomstpercentage van ruim 90%. Wat ook opviel was de positieve instelling van de cursisten ten opzichte van het bedrijf en de mogelijkheid om door zo’n cursus een algeheel gevoel van verbetering te bewerkstelligen. Tijdens deze cursussen werden regelmatig door de cursisten vragen gesteld zoals:
anrooms komen, zoals onderhoudsmonteurs, vertegenwoordigers etc. Deze cursus is de ultieme basis geworden voor vervolgcursussen die in de nabije toekomst ontwikkeld zullen worden.
• Zijn mobiele telefoons toegestaan in de cleanroom? Dit is toch ook een bron van besmetting? • Moeten brillen ook bedekt worden of worden gereinigd? • Zijn korte truitjes (dus blote buik) toegestaan? • De training was leuk en leerzaam maar... hoe nu verder? • Mag een neuspiercing afgeplakt worden met een pleister of moet deze echt uit? Deze vragen werden door de docenten verzameld en doorgesproken met de kwaliteitsafdeling. In de maanden volgend op de cursus zijn er op alle (46) vragen antwoorden geformuleerd en zijn deze samengevat tot 22 regelgevingen die binnen het bedrijf zijn gepubliceerd in een intern kwaliteitsbulletin door de afdeling ‘Environmental Support Groep’. Elke training werd afgesloten met een verplichte toets, die door bijna alle cursisten succesvol werd gemaakt. Aan het eind van de cursus kregen de cursisten een boekje als naslagwerk en een presentje. Bij de eindevaluatie tussen VCCN en Cordis Europa is door Cordis nogmaals uitgesproken dat de inhouse-trainingen uitstekend aan de doelstellingen hebben voldaan en dat het kwaliteitsdenken binnen de organisatie meer ‘tussen de oren’ is gaan zitten. Zoals uit het bovenstaande blijkt, is VCCN in staat om voor bedrijven, groot of klein, inhouse-cursussen en trainingen te verzorgen.
Voor nadere informatie kunt u bellen met het VCCN-secretariaat (033) 434 57 65 of stuur een e-mail naar
[email protected]
14
Nieuwe persoonlijke leden De heer F. Albers De heer C.A.L. Herbet De heer A.A. van Keulen De heer ing. T. Postma De heer drs. S.A.E. de Win De heer ir. J.E. Zandbergen
Comfortair B.V. Herbet Engineering Progress - pme Lypack b.v. Nedlin Stein Solvay Pharmaceuticals
Agenda Colofon
Nieuwe bedrijfsleden Laboratorium Medisan B.V. De heer S.P. van Vliet Postbus 266 8440 AG HEERENVEEN Tel: 0513 - 62 72 70
Bolidt Kunststoftoepassing B.V. De heer ir. R.W. Bol Nijverheidsweg 37 3341 LJ HENDRIK IDO AMBACHT Tel: 078 - 684 54 44
Politie Gooi & Vechtstreek De heer K.A. van der Velde Postbus 42 1200 AA HILVERSUM Tel: 035 - 655 70 40
DBU cleanroomtechniek B.V. De heer Ph. van Beek Postbus 156 3400 AD IJSSELSTEIN Tel: 030 - 688 55 75
Universiteit Twente, Mesa + Cleanroom Mevrouw S. Geerdink Postbus 217 7275 CD ENSCHEDE Tel: 053 - 489 38 60
De Collegiale Bereiding Mevrouw M. Olde Heuvel Arendstraat 14 - 16 7581 CT LOSSER Tel: 053 - 536 90 80
WIMAC Kliniekdiensten B.V. De heer J.P.A.M. Willems Heer Hugostraat 2 3061 NL ROTTERDAM Tel: 010 - 452 02 33
FOM-Instituut voor Plasmafysica Rijnhuizen De heer ing. J.W.A. van der Heijden Edisonbaan 14 3439 MN NIEUWEGEIN Tel: 030 - 609 69 81
Ziekenhuisapotheek Scheldezoom De heer drs. A.P. Labruyère Postbus 106 4460 BB GOES Tel: 0113 - 23 42 87
Rectificatie In de nieuwsbrief van september 2002 is per abuis een advertentie van Brecon met het verkeerde adres geplaatst. Het juiste adres is: Brecon Systeemwanden B.V. Gewenten 47 4704 RE ROOSENDAAL Postbus 1286 4700 BG ROOSENDAAL Telefoon: 0165 - 59 66 30 www.brecon.nl
Ing. R.A.H.M. Geilleit, G. Staaltjens, M.A. Reinhold, P.A. van Rij
Redactie-adres
Bakkersland Wateringen De heer ing. D.R. Hofman Postbus 55 2290 AB WATERINGEN Tel: 0174 - 29 69 50
Kuijpers Installaties De heer E. Gijsbertsen Postbus 177 3454 ZK DE MEERN Tel: 030 - 662 21 44
Redactie
Agenda 20 januari VCCN Cleanroom GedragsCursus 6 maart Lezingenmiddag ‘Verpakkingsmaterialen’ 7 maart VCCN Cleanroom GedragsCursus 14 april VCCN Cleanroom GedragsCursus 15 mei VCCN Cleanroom Symposium 5 - 6 september VCCN Lustrum 9 september VCCN Cleanroom GedragsCursus 13 oktober VCCN Cleanroom GedragsCursus 29 oktober 3e Nationale CleanroomDag 1 december VCCN Cleanroom GedragsCursus
Verenigingsbureau VCCN De Mulderij 12 Postbus 311, 3830 AJ Leusden Telefoon: 033 - 434 57 65 Fax: 033 - 432 15 81 E-mail:
[email protected]
Verschijningsdatum nieuwsbrieven 2003 april, juli, oktober, december
Concept en realisatie Coljé Reclame, Hoevelaken, Telefoon: 033 433 22 84
Nieuwe producten en diensten De inzendingen van informatie en gegevens voor deze rubriek wordt 4 weken vóór het verschijnen van de betreffende nieuwsbrief verwacht bij het Verenigingsbureau te Leusden. Inzenden van deze berichten kan uitsluitend door de aangesloten bedrijfsleden.
Adverteren in de nieuwsbrief Het is mogelijk voor bedrijven (dus niet voor persoonlijke leden) advertenties te plaatsen in de VCCN-nieuwsbrief. De tarieven die hiervoor (zwart/wit) gelden zijn: 1x 3x € 475,€ 1275,1/1 pagina € 275,€ 745,1/2 pagina € 175,€ 425,1/4 pagina
Bovengenoemde prijzen gelden voor bedrijfsleden van de VCCN. Bedrijven die geen lid zijn betalen bovengenoemde bedragen + 25%. Extra kosten per steunkleur € 165- per plaatsing. Extra kosten fullcolor € 400,- per plaatsing. Advertentie plaatsen op achterpagina bedraagt + 10%. Het is ook mogelijk om op onze website te adverteren.
nieuwe lijn laminar flow units ERGONOMIE • ideale been- en hoofdruimte • afgerond werkblad • optimaal verlichtingsniveau • zeer laag geluidsniveau
VENTILATOREN de units zijn uitgerust met direct gedreven ventilatoren, voorzien van een programmeerbare schakeling. Hierdoor kan de ventilator –onafhankelijk van de filtervervuiling- een gelijkblijvende luchtsnelheid garanderen. De nieuwe lijn laminar flow units bestaat uit: • cross flow unit, IF/CF • down flow unit, IF/BEM • poederafzuigunit, IF/PAK • microbiologisch veiligheidskabinet, IF/MVK
! W U NIE
De nieuwe lijn laminar flow units bieden u o.a.: • reductie energieverbruik tot 70 % • top-ontwerp met ideale been- en/of hoofdruimte • hogere lichtopbrengst • zeer laag geluidsniveau • roestvaststalen werkblad (cross flow) • hoogwaardige materiaalkeuze HPL (Trespa)
Wenst u meer informatie? Kijk dan op www.interflow.nl of bel met onze verkoopafdeling, telefoonnummer 0227-602844.
INTERFLOW B.V. – De Stek 15 – 1771 SP Wieringerwerf 16