Een nieuwe heup Voorbereiding, de opname en de herstelperiode
Patiëntencommunicatie
Inhoud Welkom 1. Algemeen • Het heupgewricht • Waarom deze operatie? • De totale heupprothese • Botdonatie • Complicaties 2. Het AKM programma
3 3 3 4 4 5 5 8
3. Voor de operatie • Polikliniek Anesthesiologie • Polikliniek Orthopedie • De hoofdbehandelaar • Voorbereidingen thuis en handige hulpmiddelen • Algemene tips ter voorbereiding
9 9 10 11 11 12
4. De opname • Opnamedag • Operatiedag • Eerste dag na de operatie • Tweede dag na de operatie • Derde dag na de operatie • Vierde dag na de operatie • Fysiotherapie
13 13 14 15 16 17 17 17
5. Weer thuis 24 • Leefregels/adviezen algemeen 24 • Leefregels/adviezen bij houding en beweging 24 • Wanneer de afdeling Orthopedie of uw huisarts waarschuwen 29 De meest gestelde vragen na het plaatsen van een totale heupprothese 30 Telefoonnummers 33 Contact 33 Notities 34
2
Versie: oktober 2010
Patiëntenklapper opname | X. xxx
Welkom Welkom in de Artrose Kliniek van het academisch ziekenhuis Maastricht (azM). Binnenkort wordt u opgenomen voor een heupoperatie. De artrose kliniek Maastricht (AKM) is een onderdeel van de vakgroep Orthopedie van het azM en heeft een uitstekende reputatie op gebied van onderzoek naar en zorg voor patiënten met artroseklachten. Om u zo goed mogelijk voor te bereiden op de operatie, bieden wij u deze informatie aan.
1. Algemeen Het heupgewricht Een gewricht is een plaats in het lichaam waar twee botstukken bij elkaar komen, mooi in elkaar passen en kunnen bewegen ten opzichte van elkaar. Het heupgewricht bestaat uit een kop en een kom. Bij de heup wordt de gewrichtskom gevormd door het bekken. De gewrichtskop is in feite de kop van het bovenbeen/dijbeen (ook wel het femur genoemd). Een normaal gezond heupgewricht heeft een mooi glad gewrichtsoppervlak. (zie figuur 1) Het aanwezige kraakbeen zorgt dat de kop van het dijbeen gemakkelijk in de kom kan draaien. Een stevig gewrichtskapsel om de kop en de kom houdt de botstukken goed bij elkaar. De spieren en pezen die hier omheen liggen zorgen ervoor dat u kunt bewegen.
Fig. 1. Normale heup en heup met slijtage
Versie: april 2011
1.Algemeen
3
Waarom deze operatie? Er bestaan twee hoofdoorzaken die deze operatie van het heupgewricht noodzakelijk maken: 1. artrose (slijtage) van het heupgewricht; 2. een breuk van de dijbeenhals.
1. Artrose in het heupgewricht (coxartrosis) Deze heupaandoening wordt ook wel een versleten heup genoemd. Slijtage (artrose) in het heupgewricht is een normaal verschijnsel bij het ouder worden. Bij artrose in de heup is het gewrichtskraakbeen aangetast, waardoor een ruw gewrichtsoppervlak is ontstaan (zie figuur 1). Eenmaal aangetast kraakbeen wordt door het lichaam niet opnieuw aangemaakt. Bewegen, in het bijzonder lopen, kan pijnklachten veroorzaken in de heup, maar ook ter hoogte van de knie of de rug. Sommige mensen gaan scheef lopen en hebben een stok nodig ter ondersteuning. Als de klachten u te veel beperken in uw bewegingsmogelijkheden en andere behandelingsmethoden onvoldoende helpen, komt u in aanmerking voor een totale heupprothese. Het doel van deze operatie is: • pijnvermindering; • verbetering van de stabiliteit en/of van de beweeglijkheid van uw heupgewricht; • verbetering van uw kwaliteit van leven.
4
Versie: april 2011
2. Breuk van de dijbeenhals Behalve artrose kan een breuk van de dijbeenhals een reden zijn om het heupgewricht te vervangen. De totale heupprothese De benaming totale heupprothese houdt in dat zowel de kop als de kom van het heupgewricht worden vervangen. De nieuwe heupkop is van metaal, de nieuwe kom van kunststof en/of metaal. De metalen kop past precies in het kunststof en/of metalen kommetje. Zij vormen een nieuw mooi glad gewricht. Of de prothese wordt gefixeerd (vastgemaakt) met cement of met een coating is afhankelijk van uw leeftijd en de botkwaliteit. Dit heeft geen consequenties voor de nabehandeling. Bij de operatie wordt naast de huid ook spierweefsel en gewrichtskapsel geopend om de prothese te kunnen plaatsen. Al dit weefsel wordt uiteraard weer dichtgemaakt (gehecht), maar moet ook weer herstellen in de periode na de operatie. Door de operatie ontstaat een litteken vanaf de zijkant van het bovenbeen tot over de heup.
1. Algemeen
Fig. 2. voorbeeld van een heupprothese Fig. 2. voorbeeld van een heupprothese
Botdonatie
Botdonatie Complicaties Tijdens de operatie wordt de heupkop verwijderd. Normaal gesproken wordt deze kopde vernietigd. jammer, omdat gevallen met het verwijderde bot andere patiënten Tijdens de operatie wordt heupkopDat is In de meeste verloopt een geholpen kunnen worden. Of uw bot hiervoor geschikt is hangt onder andere af va verwijderd. Normaal gesproken wordt operatie en het herstel erna zonder uw medische voorgeschiedenis. deze kop vernietigd. Dat Als is jammer, kan tijdensvragen of na of deu uw bot wil uw bot geschikt is,problemen. kunnen wij u,Soms voor de operatie, doneren. U ontvangt een informatiebrief hierover van ons. Bent u bereid om uw bo omdat met het verwijderde bot andere operatie een complicatie optreden. Het te doneren, dan vragen wij u de bijgevoegde lijst in te vullen en een patiënten geholpen kunnen worden. is belangrijk dat u Botdonatie vooraf opkan de namelijk hoogte alleen toestemmingsverklaring te ondertekenen. plaatsvinden Of uw bot hiervoor geschikt is hangtna uw uitdrukkelijke bent welketoestemming. complicaties mogelijk onder andere af van uw medische kunnen optreden. Complicaties voorgeschiedenis. In de meeste gevallen verloopt een operatie en het herstel erna zonder problemen Soms kan de operatie een complicatie optreden. Het is belangrijk dat Als uw bot geschikt is, kunnen wijtijdens of na Vroege algemene complicaties vooraf op de hoogte bent welke complicaties mogelijk kunnen optreden. u, voor de operatie, vragen of u uw Vroege algemene complicaties bot wil doneren. U ontvangt een Urineweg infectie • Urineweg infectie informatiebrief hierover van ons. Bent Deze complicatie kan optreden als u Deze complicatie kan optreden als u tijdens de operatie een blaaskatheter krijg u bereid om uw bot te doneren, dan tijdens demeeste operatie een blaaskatheter Een urineweginfectie is in de gevallen met antibiotica goed te behandelen. vragen wij u de bijgevoegde lijst in te krijgt. Een urineweginfectie is in de • Hoofdpijn, misselijkheid en duizeligheid vullen en een toestemmingsverklaring te meeste met antibiotica goed Deze complicaties kunnen gevallen optreden in combinatie met de anesthesie ondertekenen. Botdonatie kan namelijk te behandelen. (narcose) en de pijnstilling. alleen plaatsvinden na uw uitdrukkelijke toestemming.
Versie: april 2011
1.Algemeen
5
Hoofdpijn, misselijkheid en duizeligheid Deze complicaties kunnen optreden in combinatie met de anesthesie (narcose) en de pijnstilling. Trombose, longembolie Één van de mogelijke complicaties is trombose. Bij elke grote operatie van het been kan een grote ader van uw onderbeen verstopt raken door een bloedklonter (trombus). Als deze bloedklonter per toeval uit de ader loskomt en zich verplaatst naar de longen kunt u een longembolie oplopen. Dit is een verstopping van een van de bloedvaten van de longen, waardoor de longen schade oplopen. Om trombose te voorkomen, krijgt u zes weken lang, door middel van injecties, een antistollingsmiddel toegediend. Doorligplekken Door bedrust en druk kunnen binnen 24 uur al drukplekken ontstaan vooral rondom de hiel en het zitvlak (stuitje). Wanneer u hier pijn of een branderig gevoel ervaart moet u de verpleegkundige informeren. Door regelmatig de druk op deze plaatsen te verlichten wordt het ontstaan van drukplekken voorkomen. De verpleegkundige of de fysiotherapeut zal u informeren hoe u dit het beste kunt doen.
6
Versie: april 2011
Vroege heupspecifieke complicaties: Infectie van de heup Zie hieronder bij late heupspecifieke complicaties Bloeding De plaatsing van een heupprothese is een grote operatie waarbij het normaal is dat er een bloeding plaatsvindt. Dit veroorzaakt mede de zwelling, verkleuring, stijfheid en pijn na de operatie. Het herstel van een bloeduitstorting duurt zes weken. Er wordt van een nabloeding als complicatie gesproken wanneer u meer bloed verliest dan normaal. Bij al bestaand gebruik van bloedverdunners welke tot kort voor en/of tijdens de operatie gecontinueerd dienen te worden (vanwege bijvoorbeeld hartritmestoornissen of hartklepvervanging) bestaat er een groter risico op nabloedingen. Een nabloeding als complicatie kan de opnameperiode doen verlengen en het herstel vertragen. Zenuwstelsel Omdat de zenuwen van het been heel kort langs het operatiegebied lopen, kunt u zenuwletsel oplopen. Dit wordt natuurlijk, voor zover mogelijk, tijdens de operatie hersteld. Als gevolg van zenuwletsel kan er bijvoorbeeld (tijdelijk) meer pijn, een verminderd gevoel of een klapvoet optreden. Het herstel duurt dan ook langer.
1. Algemeen
Scheurtje in het bot ontstaan tijdens de operatie Afhankelijk van de plaats en de grootte van het scheurtje kan het zijn dat u het been de eerste tijd minder of niet mag belasten. Dit om een goede genezing te bevorderen. Beenlengteverschil Het komt soms voor dat er na de operatie een verschil is in beenlengte. Dit kan veroorzaakt worden door verkorting van bepaalde spieren, die na trainen weer op lengte komen, waarna het beenlengte verschil verdwijnt. Een blijvend beenlengte verschil kan ontstaan door het plaatsen van de prothese. Voor een goede stabiliteit en beweeglijkheid van uw nieuwe heup is het soms niet mogelijk een prothese te plaatsen zonder een beenlengte verschil te creëren. Dit verschil is meestal niet groter dan één tot twee centimeter. Een beenlengteverschil tot twee centimeter zien we ook bij mensen die niet geopereerd zijn zonder dat er klachten door ontstaan. Als u wel klachten hiervan heeft dan raden wij u aan om een inlegzooltje in uw schoen te leggen. Dit kan tot ongeveer één centimeter. Soms is het nodig hier nog een hakverhoging aan toe te voegen, dit kan de schoenmaker voor u doen. Eventuele schoenaanpassingen om een beenlengteverschil te corrigeren,
Versie: april 2011
worden pas na drie maanden aangemeten. Dit omdat er voor die tijd nog ‘spontane’ aanpassingen kunnen optreden. Schoenaanpassingen worden niet door de zorgverzekering vergoed, omdat deze beenlengteverschillen ook zonder operatie voorkomen. Pas wanneer het verschil groter is dan drie centimeter is het mogelijk dat uw verzekering de schoenaanpassing vergoedt. Late heupspecifieke complicaties Infectie Dit is de meest vervelende complicatie. Het risico dat u een infectie oploopt is heel klein (1 á 2%). Infecties zijn in de meeste gevallen met antibiotica goed te behandelen. Als de infectie niet goed op de antibiotica reageert, moet u opnieuw geopereerd worden. De heup wordt weer opengemaakt, schoongemaakt en er worden kleine antibioticakraaltjes achtergelaten. Als zelfs deze operatie niet het gewenste resultaat oplevert, moet uw prothese verwijderd worden. “Een infectie kan direct na de operatie optreden, maar ook nog jaren na de operatie!” Een prothese is altijd gevoelig voor infecties. Wij adviseren u daarom een aantal dagen antibiotica te nemen voordat u bepaalde ingrepen moet krijgen zoals: • Alle ingrepen bij tandarts. • KNO arts.
1.Algemeen
7
• Kaakchirurg. • Hartklepoperaties. • Galblaas operaties. • Infecties op uw voet en tenen.
Als u over bepaalde operaties twijfelt, neem dan contact met ons. Luxatie van de prothese De heup kan luxeren (de heupkop schiet uit de kom). Wanneer dit gebeurt, zal de heupkop weer in de heupkom moeten worden geplaatst op de Spoed Eisende Hulp (SEH). Soms moet dit op de operatiekamer gebeuren onder algehele narcose. In een enkel geval moet de luxatie operatief hersteld worden, waarbij de
wond weer opnieuw geopend wordt. Een korte ziekenhuis opname is dan vaak noodzakelijk, ook om u weer opnieuw te instrueren. Wanneer luxaties herhaald optreden kan het zijn dat u 12 weken een brace moet dragen. Loslating van de prothese Dit is een natuurlijk proces. De oorzaak hiervan is een speciale reactie tussen de prothese en de botten. Daarom moet uw heupprothese na een aantal jaren worden vervangen. Op dit moment is dat gemiddeld na 15 jaar, afhankelijk van meerdere factoren kan deze periode ook korter of langer worden. Wij beschouwen de loslating van de prothese als een complicatie wanneer dit veel vroeger gebeurt.
2. Het AKM programma 1. Introductie In het azM wordt een deel van het totale heupoperaties uitgevoerd als onderdeel van het zogenoemde AKM (Artrose Kliniek Maastricht) programma. 2. De kenmerken van het AKM programma • De opname duurt slechts zes dagen, meestal van maandag tot zaterdag. • U wordt op de dag voorafgaand aan de operatiedag op de verpleegafdeling C4 Orthopedie opgenomen.
8
Versie: april 2011
• De derde of vierde dag ná de operatie mag u naar huis. • U neemt deel aan een revalidatieprogramma vanaf de dag na de operatie. • Meestal gaat u de eerste dag na de operatie in gewone kleding naar de huiskamer van verpleegafdelingafdeling C4. • Samen met de medepatiënten, die op dezelfde dag geopereerd zijn, neemt u deel aan de activiteiten.
2. Het AKM programma
3. Wanneer komt u in aanmerking voor het gebruikelijke AKM programma? Uw behandelend arts en de anesthesioloog bepalen of u hiervoor in aanmerking komt. Zij beoordelen dit op grond van uw lichamelijke en geestelijke toestand. 4. En als u niet in aanmerking komt voor het gebruikelijke AKM programma? Patiënten die niet zijn ingedeeld voor het gebruikelijke AKM programma, krijgen dezelfde kwaliteit van behandeling maar de revalidatie wordt aangepast. Dit kan betekenen dat u een langere opnameduur en revalidatie periode nodig heeft om
hetzelfde resultaat te bereiken. Ook dan is de informatie in deze brochure voor u grotendeels van toepassing en dus van belang. Het kan wel betekenen dat de in deze brochure beschreven tijdsduur en dagindelingen afwijken of vertraagd plaatsvinden. Wanneer u wel binnen het gebruikelijke AKM programma bent ingedeeld, kan het optreden van een complicatie tijdens of na de operatie (bijvoorbeeld een nabloeding, veel pijn, een infectie of trombose) betekenen dat u niet kunt deelnemen aan het gebruikelijke revalidatieprogramma. Ook in dit geval zal de herstelperiode vertraagd verlopen en specifiek afgestemd worden op uw persoonlijke situatie.
3. Voor de operatie U hebt samen met uw arts besproken dat u een nieuwe heup krijgt. Aansluitend aan het gesprek met de orthopeed op de polikliniek meldt u zich bij Bureau Opname. Hier krijgt u een vragenlijst die u thuis in vult en meebrengt naar de polikliniek Anesthesiologie. De afspraak hiervoor en voor de polikliniek Orthopedie krijgt u thuisgestuurd. De afspraken zijn niet altijd op dezelfde dag. Polikliniek Anesthesiologie Tijdens het bezoek aan de anesthesioloog zal deze de vragenlijst met u doornemen en een kort lichamelijk onderzoek uitvoeren. Zoals het meten van de
Versie: april 2011
bloeddruk en het beluisteren van hart en longen. De anesthesioloog is de arts die de verdoving tijdens de operatie regelt. Hij/zij zal met u bespreken welke vorm van verdoving voor u het beste is. Ook worden mogelijke bijwerkingen of complicaties aangegeven. U ontvangt de informatiebrochure ’Anesthesie’. Het kan zijn dat de anesthesioloog het nodig vindt dat er nog aanvullende onderzoeken moeten plaatsvinden voordat u geopereerd mag worden. Dit betekent dat de wachttijd voor operatie langer wordt. Als de anesthesioloog u goedkeurt kunnen wij u een operatiedatum geven.
3. Voor de operatie
9
Eén week voor uw operatie krijgt u schriftelijk de operatiedatum toegestuurd. Het kan in een enkel geval voorkomen dat uw geplande opname/ operatie wordt uitgesteld. Dit kan gebeuren als er een spoedoperatie tussen komt of als u zelf ziek wordt. Uitstel van de operatie kan ook voorkomen op de dag van de operatie wanneer het operatieprogramma uitloopt. Uiteraard wordt u hiervan zo spoedig mogelijk op de hoogte gebracht en zoeken wij samen met u naar een passende oplossing. Als er tussen het poliklinisch bezoek bij de Anesthesiologie en de operatiedatum iets verandert in uw gezondheidstoestand of medicijngebruik, wilt u dat dan doorgeven aan de polikliniek Anesthesiologie? Het telefoonnummer is 043-387 45 00. In aansluiting aan het bezoek bij de anesthesioloog wordt er bij u bloed afgenomen via de Prikdienst. Bij het bloed onderzoek wordt de Hb-waarde (ijzerwaarde) in uw bloed bepaald. Dit is nodig omdat u bij een laag HB-gehalte Eprex krijgt voorgeschreven. Eprex is een middel dat zorgt voor een versnelde aanmaak van rode bloedcellen, waardoor het Hb-gehalte stijgt en u na de operatie sneller kunt herstellen. Uw behandelend arts bepaalt wanneer u Eprex toegediend moet krijgen en de verpleegkundige geeft u verdere informatie.
10
Versie: april 2011
Polikliniek Orthopedie Voordat u wordt opgenomen krijgt u nog een gesprek met de verpleegkundige bij de polikliniek Orthopedie. In dit gesprek komen de volgende zaken aan de orde: 1. Gegevens van verpleegkundig belang en uw medische voorgeschiedenis. 2. Informatie over uw opname in het ziekenhuis. 3. Informatie over de hulpmiddelen die u na de operatie in de thuissituatie nodig heeft. 4. Informatie over de periode na ontslag uit het ziekenhuis. Er wordt bijvoorbeeld met u besproken of er hulp nodig is in de thuissituatie ná de operatie. Het is namelijk aan te bevelen om hier nu al over na te denken. Als u alleen bent is het bijvoorbeeld niet strikt noodzakelijk dat u elders gaat revalideren. U kunt ook thuis blijven met hulp. Deze hulp kan dan bestaan uit één of twee maal daags thuiszorg voor hulp bij wassen en aankleden en zo nodig voor wondzorg. Als u huishoudelijke hulp wenst kunt u dat zelf aanvragen bij het WMO loket van uw eigen gemeente. Het is vaak ook mogelijk dat familieleden, vrienden of kennissen bijspringen voor de boodschappen of het bereiden van een maaltijd. Als u het prettig vindt, kan de eerste tijd misschien ook een familielid bij u blijven slapen. Realiseer u goed dat dit alles een tijdelijke periode is en dat het per week beter zal gaan. Uw heup operatie is meestal een geplande
3. Voor de operatie
operatie zodat u en uw familie zich goed kunnen voorbereiden op de periode na ontslag. Wanneer de verpleegkundige tijdens het poliklinisch gesprek, vooraf aan de operatie, de thuissituatie en de noodzakelijke zorg na operatie met u bespreekt, is dit bedoeld om een eerste inschatting te maken. Tijdens de opname zelf wordt pas definitief bepaald, afhankelijk van het herstel op dat moment, welke nazorg u nodig heeft. Dit wordt, in overleg met u, geregeld door het Transferpunt Patiëntenzorg.
De hoofdbehandelaar Het azM is een opleidingsziekenhuis. U ziet poliklinisch en klinisch behalve de medisch specialist (orthopeed) ook artsen in opleiding (arts-assistenten). Ook de operatie kan in sommige gevallen uitgevoerd worden door artsassistenten, maar altijd in aanwezigheid en onder supervisie van de medisch specialist. Deze medisch specialist is ook uw hoofdbehandelaar. Uw hoofdbehandelaar is verantwoordelijk voor en aanspreekbaar op uw behandelplan. U krijgt tijdens het eerste poliklinisch bezoek te horen wie u hoofdbehandelaar is. Het is bij opname in het ziekenhuis mogelijk dat een andere medische specialist/orthopeed uw hoofdbehandelaar wordt op grond van specifieke deskundigheid. Uiteraard
Versie: april 2011
wordt dit met u besproken. Als u poliklinisch of tijdens uw opname een gesprek wilt met uw hoofdbehandelaar kunt u dit aangeven. Voorbereiding thuis en hulpmiddelen Als voorbereiding op uw operatie is het belangrijk om een aantal dingen in huis te bekijken en eventueel aan te passen: • Een belangrijk uitgangspunt bij het zitten is dat uw knieën niet hoger dan uw heupen mogen zijn. • U hebt een stoel nodig met twee armleuningen en een goede rugsteun. Ga dus niet in een diepe, lage fauteuil zitten. • U hebt een toiletverhoger nodig bij een laag toilet of als u langer bent dan 1.75 meter. Ook bij een kleinere lichaamslengte kan het een handig hulpmiddel zijn, dat uitgeprobeerd moet worden. • Controleer ook de hoogte van uw bed. Bij een laag bed (lager dan 50 centimeter) is het verstandig om het bed met klossen op te hogen.
Wij vragen u om bij opname in het ziekenhuis een paar elleboogkrukken mee te brengen.
3. Voor de operatie
11
De volgende hulpmiddelen zijn de eerste drie maanden handig, met name voor uw veiligheid en ook omdat u niet diep mag buigen in uw heup en niet mag hurken: • Een douchestoel of een antislipmat. U mag de eerste drie maanden absoluut niet in bad om luxeren (het uit de kom gaan) van de heupprothese te voorkomen. • Een po-stoel voor ’s nachts. • Beugels aan toilet- of badkamermuur als hulp bij het opstaan en gaan zitten. • Een ‘grijphand’, een lange schoenlepel, een lange badborstel, een sokaantrekker.
Deze hulpmiddelen zijn te huur, te leen of te koop bij het Groene Kruis of de firma’s voor medische hulpmiddelen. Wij adviseren u de hulpmiddelen enige dagen voor uw opname in het ziekenhuis in huis te halen en uit te proberen. Zorg wel dat u dit veilig doet, liefst met hulp of toezicht van een tweede persoon.
12
Versie: maart 2011
Algemene tips • houd uw algemene spierkracht en conditie, indien mogelijk, vooraf aan de ingreep zo goed mogelijk op peil • Stel uw vragen als er nog onduidelijkheden zijn. • Informeer uw omgeving. • Geef extra aandacht aan gezonde voeding, voorkom overgewicht, stop met roken. • Voorkom infecties of zorg dat ze voor de operatie genezen zijn. Denk hierbij aan een tandinfectie, een huidinfectie, een blaasinfectie, maar ook een verkoudheid of griep. • Neem deze informatiebrochure mee naar het ziekenhuis wanneer u wordt opgenomen, zodat u de informatie nog eens kunt nalezen. • Laat ook uw partner, kinderen of andere betrokkenen deze brochure lezen • Regel op tijd hulp en hulpmiddelen. Probeer ze in de thuissituatie, voor opname, al eens uit op een veilige manier. • Een actieve houding draagt bij aan een goede voorbereiding, maar bespoedigt zeker ook uw herstel na de ingreep.
3. voor de operatie
4. De opname Opnamedag U wordt de dag vóór de operatie opgenomen op verpleegafdeling C4. U meldt zich in de centrale hal bij de Informatiebalie waarna u naar de afdeling wordt gebracht. In het azM wordt op de afdelingen gemengd verpleegd. Dit betekent dat mannen en vrouwen op dezelfde kamer terecht kunnen komen. Uiteraard streven we ernaar uw privacy zo goed mogelijk te waarborgen. Als u dit wenst kunt u vanaf u bed het gebruik van telefoon en of televisie/radio aanvragen. Hier zijn kosten aan verbonden. Mobiel bellen is op de afdeling toegestaan. Wij vragen u om tijdens uw opname zoveel mogelijk uw gewone kleren te dragen. De reden hiervan is dat wij u zo vlot mogelijk weer in uw dagelijkse ritme willen laten komen. Ook is het belangrijk dat u na de operatie, op onze aanwijzingen, zo snel mogelijk gaat bewegen. Dit verbetert en versnelt uw herstel. Bij het weer gaan lopen is het voor uw stabiliteit belangrijk dat u vaste schoenen draagt (geen slippers, geen schoenen met een hoge of smalle hak). Deze eerste dag komen, naast de zaalarts en de verpleegkundigen van de afdeling, nog een aantal mensen bij u langs. Een medewerker van de apotheek bespreekt met u uw medicatiegebruik. De operateur en de anesthesioloog spreken kort met u. Het kan zijn dat uw operateur een andere arts is dan de arts die u op de polikliniek heeft gezien. Dit geldt ook voor de anesthesioloog. Op een afgesproken tijdstip gaat u zelf, als dit mogelijk is, naar de prikdienst. Eten en drinken Op de dag van opname mag u nog gewoon eten en drinken, ná 22.00 uur mag u niet meer eten. Drinken mag u tot twee uur voor de operatie, maar alleen heldere vloeistoffen zoals water of thee zonder melk, melkpoeder of suiker. Geen alcohol. Medicatie De avond voor de operatie start u met het slikken van Indocid®, een medicijn dat zorgt dat er geen kalkafzetting rond de nieuwe prothese ontstaat. Dit krijgt u drie maal daags gedurende twee weken, in combinatie met een maagbeschermer. Ook begint u de avond voor de operatie met Fraxiparine® spuitjes (tegen trombose). Deze krijgt u dagelijks gedurende zes weken. Als u Acenocoumarol (Sintrommitis®) gebruikt zult u sneller stoppen met de Fraxiparine®. De trombosedienst bespreekt dit met u.
Versie: april 2011
4. De opname
13
Bezoek Uw familie krijgt bij opname een visitekaartje met telefoonnummers en bezoektijden van de afdeling mee. De bezoektijden op de afdeling zijn van 15.00 uur tot 19.45 uur. Operatiedag Een belangrijke dag is aangebroken, vandaag wordt u geopereerd. U kunt ‘s morgens nog douchen. U mag geen juwelen, piercings, bril of lenzen dragen en geen nagellak of make-up op hebben. Ook het kunstgebit mag u niet inhouden. Draagt u een hoorapparaat dan kunt u dit, in overleg met de anesthesioloog, eventueel inhouden. Operatie afdeling De verpleegkundigen brengen u naar de operatie afdeling. Met de anesthesioloog heeft u eerder al besproken of u een totale narcose gaat krijgen of een plaatselijke verdoving via een ruggenprik. Na de operatie blijft u ongeveer twee tot vier uur op de Recovery (uitslaapkamer). Hier wordt u gecontroleerd na het ontwaken uit de narcose of het uitwerken van de plaatselijke verdoving. Als de controles goed zijn mag u terug naar de verpleegafdeling. Wij adviseren de familie om pas ongeveer drie tot vier uur na het begin van de operatie te bellen naar verpleegafdeling C4 (043-387 64 30 of 387 44 30) om te informeren of u op de Recovery bent aangekomen. Meer informatie heeft de verpleegafdeling op dat moment niet. Wij vragen u om één contactpersoon aan te wijzen voor informatie. Na de operatie heeft u tijdelijk een infuus in uw arm. Dit infuus zorgt ervoor dat wij u gemakkelijk vocht en medicijnen kunnen geven. U krijgt nog 24 uur antibiotica om infecties te voorkomen. De wond wordt afgedekt door een pleister. Uit de wond komen één of twee drains (dunne slangetjes) die het overtollig wondvocht en bloed afvoeren naar een plastic zak. Een van de twee drains kan een Bellovac-drain zijn waarmee de rode bloedcellen die uit de wond komen, verzameld worden. U krijgt uw eigen rode bloedcellen vervolgens weer terug via een infuus waardoor bloedarmoede voorkomen kan worden. Direct na de ingreep krijgt u een spreidkussen tussen de benen om ervoor te zorgen dat u niet op uw zij gaat liggen. Dit om te voorkomen dat de net geplaatste
14
Versie: april 2011
4. De opname
prothese niet uit de kom kan schieten. Eenmaal weer terug op de verpleegafdeling worden uw bloeddruk, polsslag en temperatuur regelmatig gemeten en de wond gecontroleerd. U mag ook weer wat drinken na overleg met de verpleging. Wij raden u aan om de eerste dag niet teveel bezoek te ontvangen. Rust is belangrijk voor u kort na de operatie.
drinken na overleg met de verpleging. Wij raden u aan om de eerste dag niet teveel bezoek te ontvangen. Rust is belangrijk voor u kort na de operatie.
Eerste dag na de operatie Eerste dag na verzorgd de operatie U wordt met hulp op bed. Vandaag gaat u met bed naar de U wordt met hulp verzorgd op bed. Vandaag gaat u met bed naar de röntgenafdeling röntgenafdeling om een controlefoto van de heup te laten maken. om een controlefoto van de heup te laten maken.
Afb. 1. röntgenfoto heupprothese
Afb. 1. röntgenfoto heupprothese
De zaalarts komt bij ubijlangs omom te te kijken hoe het De zaalarts komt u langs kijken hoe hetmet metuugaat gaaten enofofde dedrains drains al verwijderdkunnen kunnen worden. worden. Het tijdelijk, eeneen urinekatheter al verwijderd Hetisisook ookmogelijk mogelijkdat datu nog, u nog, tijdelijk, heeft. urinekatheter heeft. Om pijn zoveel mogelijk te voorkomen wordt u regelmatig gevraagd de mate van pijn in een cijfer weer te geven. Hiervoor wordt een score lopende van 0 tot 10 gebruikt. betekent “geen pijn”, 10 is de maximale score en betekent “de maximale 4.voor u Versie: 0 april 2011 De opname voorstelbare pijn”, daartussen zijn alle cijfers mogelijk. Op verschillende momenten tijdens uw opname worden deze pijnmetingen uitgevoerd. Op deze manier is het mogelijk het verloop van de pijn te volgen en de
15
Om pijn zoveel mogelijk te voorkomen wordt u regelmatig gevraagd de mate van pijn in een cijfer weer te geven. Hiervoor wordt een score lopende van 0 tot 10 gebruikt. 0 betekent “geen pijn”, 10 is de maximale score en betekent “de maximale voor u voorstelbare pijn”, daartussen zijn alle cijfers mogelijk. Op verschillende momenten tijdens uw opname worden deze pijnmetingen uitgevoerd. Op deze manier is het mogelijk het verloop van de pijn te volgen en de pijnbestrijding zo goed mogelijk aan uw behoeften aan te passen. Het hebben van pijn kan uw herstel negatief beïnvloeden en is dan ook niet wenselijk. Dagelijks komt een pijnverpleegkundige, die deel uitmaakt van ons pijnteam, u bezoeken om de pijnbestrijding zo nodig bij te stellen. De acute pijnservice vanuit de afdeling Anesthesiologie is zo georganiseerd dat wanneer u veel pijn heeft er altijd iemand beschikbaar is die uw pijnbehandeling kan aanpassen. Vandaag komt ook uw operateur bij u langs met informatie over de operatie. U mag weer gewoon eten en drinken, het infuus wordt afgekoppeld en uw bloed gecontroleerd. U wordt geholpen met aankleden en met hulp van de fysiotherapeut komt u uit bed en start u met de oefeningen en het leren staan en lopen. Als er geen bijzonderheden zijn geweest tijdens de operatie mag u beide benen
16
Versie: april 2011
volledig belasten. Aanvankelijk laten we u steunen op een looprekje, de dagen hierna zal de fysiotherapeut u leren lopen met krukken. De volgen de symptomen kunnen de eerste dagen voorkomen: • duizeligheid; • misselijkheid; • verwardheid; • verminderde eetlust; • een moeilijke stoelgang.
Wij zullen samen met u dit zo snel en goed mogelijk proberen te verhelpen. Tweede dag na de operatie Bent u gisteren al uit bed geweest, dan gaat u zich vandaag met hulp aan de wastafel verzorgen. In de ochtenduren loopt de zaalarts visite en bekijkt hij/zij de wond. Een eventuele drain in de rug en de urinekatheter worden vandaag verwijderd zodat u ‘s middags ook zelfstandig uit bed kunt. U ontbijt in de huiskamer en u gebruikt hier ook de andere twee maaltijden vandaag. De fysiotherapeut komt met u oefenen en tussendoor moet u vooral zelf de oefeningen doen die u van hem/ haar geleerd heeft. Verderop in deze paragraaf worden de oefeningen apart besproken onder het kopje ‘Fysiotherapie’. Probeer geregeld in beweging te komen. Houdt u aan de
4. De opname
leefregels die u worden verteld en verderop in deze brochure besproken worden (‘de periode na ontslag uit het ziekenhuis’) Tijdens de ziekenhuisopname wordt u of uw partner geleerd om Fraxiparine (medicijn tegen trombose) te spuiten, want dit moet u thuis ook zelf doen. Alleen bij uitzondering op medische indicatie komt de thuiszorg dit doen. Derde dag na de operatie Het wassen (met uitzondering van uw voeten en rug) en aankleden doet u vandaag zoveel mogelijk zelfstandig. Na het ontbijt is er een gesprek met de verpleegkundig coördinator in de huiskamer over uw ontslag. U krijgt de afspraken en overdrachten mee naar huis zoals: • een controle afspraak bij de orthopeed zes weken na ontslag; • een machtiging en overdracht voor de fysiotherapie in de thuissituatie; • een eerste brief voor de huisarts (de huisarts krijgt later nog uitgebreid bericht over uw opname en operatie); • als er thuiszorg is aangevraagd, krijgt u hiervoor een overdracht mee.
De zaalarts komt ook vandaag bij u langs en bespreekt met u de voortgang. Als u voor bloedcontrole naar de trombosedienst moet, regelen wij dat u de eerste tijd thuis geprikt wordt.
Versie: april 2011
De apotheek komt bij u langs en bespreekt de thuismedicatie met u. Vandaag (soms een dag eerder of later afhankelijk van het herstel) leert fysiotherapeut u traplopen en hoe u in en uit de auto moet stappen. Tussendoor doet u zelf weer oefeningen. Wanneer u niet thuis maar elders gaat revalideren, wordt u, als dit medisch verantwoord is, vandaag al ontslagen. Dit geldt alleen voor degene die het gebruikelijke AKM programma volgt. Als u een vertraagd revalidatieprogramma volgt, wordt het ontslagmoment specifiek op uw situatie afgestemd. Vierde dag na de operatie Vandaag mag u, als dit medisch verantwoord is, naar huis. Het is niet verstandig om het hele eind naar de parkeergarage te lopen. Laat u ophalen met een rolstoel. Vraag aan de persoon die u komt ophalen, een gladde plastic zak en een dik kussen mee te nemen om het gaan zitten en het draaien in en uit de auto te vergemakkelijken (zie ‘leefregels/ adviezen, autotransfer’) Fysiotherapie De dagen na de operatie begeleidt en adviseert de fysiotherapeut u bij het doen van oefeningen, het staan en lopen, het maken van transfers (verplaatsen van bed naar stoel bijvoorbeeld) en het traplopen.
4. De opname
17
Oefeningen Deze oefeningen herhaalt u tien maal per oefening minimaal drie maal per dag. Oefeningen in rugligging op bed • Tenen en voeten op en neer bewegen (voorkomen van trombose). • Aanspannen van de bovenbeenspieren (knieën strekken, knieholtes in de matras duwen en de tenen naar de neus trekken). • Aanspannen van de bilspieren (billen samenknijpen). • Knie buigen maar niet verder dan 90 graden buiging in de heup (de hiel blijft contact houden met de matras, opletten dat de enkel, knie en heup in een rechte lijn blijven).
Oefeningen in zit • Strek uw knie van het geopereerde been helemaal, maar laat uw bovenbeen op de zitting van de stoel rusten. Trek de tenen hierbij naar u toe.
18
Versie: maart 2011
4 . De opname
• Oefeningen in stand (zorg dat u bij deze oefeningen steun heeft van een bed, stoel of tafel). • Heffen van de knieën. U tilt het geopereerde been op, uw knie blijft gebogen. Let hierbij op uw houding: blijf met uw rug zo recht mogelijk en buig niet achterover. Dit doet u ook met het niet geopereerde been.
• U beweegt het geopereerde been zijwaarts. Let op dat u uw bekken niet optrekt, u probeert het been lang te houden en blijft met uw tenen aan de grond.
Versie: april 2011
4 . De opname
19
• U beweegt het geopereerde been met een gestrekte knie naar achter, u blijft met uw tenen aan de grond. Let op dat u goed rechtop staat, buig niet voorover.
Opbouw van het looppatroon Onder begeleiding van de fysiotherapeut gaat u uw looppatroon verbeteren. Daarnaast is het belangrijk dat u ook zelf gaat oefenen met het lopen. Lopen met een looprek • Eerst zet u uw rekje naar voren. • Vervolgens plaatst u het geopereerde been naar voren. • Daarna zet u uw niet-geopereerde been ernaast.
20
Versie: april 2011
4. De opname
Lopen met krukken Als u goed loopt met het rekje, gaat u lopen met behulp van twee elleboogkrukken. • U zet de elleboogkrukken gelijktijdig naar voren. • Vervolgens plaatst u het geopereerde been tussen de twee krukken. • Als laatste zet u uw nietgeopereerde been voorbij het andere.
Lopen met een kruk/wandelstok Als u goed loopt met twee elleboogkrukken, gaat u lopen met behulp van een kruk/wandelstok. • U neemt de kruk/wandelstok in de hand aan de niet-geopereerde kant van uw lichaam (als u aan uw rechter heup geopereerd bent houdt u de stok vast met uw linker hand en andersom). • U steunt op de kruk/wandelstok op het moment dat u op het geopereerde been gaat staan.
Versie: april 2011
4. De opname
21
Traplopen Bij het traplopen maakt u gebruik van de leuning aan de ene kant en een stok of kruk aan de andere kant. Met welke hand u de leuning of de stok vasthoudt maakt niet uit. Trap op • Eerst stapt u met het nietgeopereerde been op de traptrede. • Vervolgens zet u het geopereerde been en de stok ernaast. • Dit herhaalt u elke keer als u een trede omhoog gaat.
22
Versie: april 2011
4. De opname
Trap af • Eerst plaatst u de stok een trede omlaag. • Vervolgens zet u het geopereerde been naast de stok (deze twee handelingen mogen ook gelijktijdig uitgevoerd worden). • Hierna zet u het niet-geopereerde been erbij.
Versie: april 2011
4. De opname
23
5. Weer thuis En dan bent u weer thuis (of op een andere herstellocatie) na een paar drukke dagen in het ziekenhuis. Nu begint het herstel pas echt. Het is belangrijk dat u regelmatig de oefeningen doet die de fysiotherapeut u geleerd heeft. De loopafstand kan langzamerhand uitgebreid worden in overleg met uw fysiotherapeut. De fysiotherapeut bij u uit de buurt zal in het begin meestal thuis met u komen oefenen.
Zolang u een prothese heeft, blijft altijd het risico van infectie bestaan. In verband hiermee is het belangrijk dat u uw huisarts, uw tandarts of een andere specialist vertelt dat u een kunstheup heeft. Bijvoorbeeld wanneer u geopereerd moet worden, een tand of kies getrokken moet worden of een wortelkanaalbehandeling gaat plaatsvinden. Zij kunnen u dan antibiotica geven, om het gevaar van infectie tegen te gaan.
Leefregels/adviezen algemeen Het is belangrijk een aantal leefregels/ adviezen op te volgen.
Leefregels/adviezen bij houding en beweging Het geheel van banden, pezen, spieren en kapsel van het heupgewricht heeft zeker drie maanden nodig om zo sterk te worden dat het nieuwe gewricht bij elke willekeurige beweging op zijn plaats blijft. In deze eerste drie maanden is het luxatiegevaar (het gevaar dat de heupkop uit de kom schiet) het grootst. Om dit te voorkomen is het belangrijk dat u zich de eerste drie maanden na de operatie aan een aantal regels houdt. Het luxatiegevaar blijft echter altijd (ook na drie maanden) bestaan bij het maken van een verkeerde beweging.
Om de dag mag er een nieuwe pleister op de wond. U hoeft geen jodium of andere desinfectans op de wond te doen. Lukt dit niet zelf dan kan uw partner of familielid dit doen. Pleisters krijgt u bij ontslag uit het ziekenhuis mee. Alleen op medische indicatie wordt wondzorg door de thuiszorg gedaan. De hechtingen kunt u 14 dagen ná de operatie bij de huisarts laten verwijderen. Bij mensen die diabetes (suikerziekte) hebben of het medicijn Prednison gebruiken, kunnen de hechtingen na 17 dagen verwijderd worden. Wanneer u op medisch voorschrift thuis nog wondzorg via de thuiszorg ontvangt, kan het zijn dat de verpleegkundige van de thuiszorg de hechtingen verwijdert.
24
Versie: april 2011
5. Weer thuis
De volgende bewegingen mag u niet maken
• het kruisen van uw benen zowel in lig, zit en staand; • het geopereerde been naar binnen draaien;
Versie: april 2011
• de heup verder buigen dan 90º (verder dan een haakse hoek tussen romp en bovenbenen); • hurken of een combinatie van bovenstaande bewegingen.
5. Weer thuis
25
Zitten Ga niet zitten op te lage stoelen, te zachte banken, een te laag toilet (gebruik eventueel een toiletverhoger) of een te laag bed (gebruik eventueel klossen). Voorkom dat u te ver voorover bukt/buigt bij het opstaan. Gebruik bij het opstaan en bij het gaan zitten beide leuningen van de stoel en plaats uw geopereerde been wat naar voren. Zo vermindert u de belasting op de heup en voorkomt u onnodige pijnklachten. Als u zit, trek dan niet uw knieën naar uw borst en voorkom dat u te ver naar voren reikt. In en uit de auto Zorg ervoor dat de autostoel in de achterste stand staat (veel beenruimte), de rugleuning wat achterover en laat een plastic tas op uw stoel leggen. Leg vooraf een dikker kussen op de stoel wanneer de stoel een diepe zit heeft. Ga met uw rug naar de zijkant van de autostoel staan. • Neem steun aan de deur en de deurpost. Vervolgens gaat u zitten (geopereerde been naar voren) op de plastic zak. Daarna draait u rustig, met hulp van de gladde plastic zak, tegelijk uw romp en benen een kwartslag naar de juiste zitpositie. Het uitstappen gebeurt in omgedraaide volgorde. Ook bij het opstaan zet u uw geopereerde been naar voren.
26
Versie: april 2011
5. Weer thuis
Liggen • Zorg dat uw bed op hoogte is gebracht (eventueel op klossen). • Leg uw benen wat gespreid door er een hoofdkussen tussen te leggen, u mag uw benen niet kruisen. Het kussen helpt voorkomen dat u op de zij gaat draaien. • De eerste drie maanden slaapt u op uw rug met de heup zo gestrekt mogelijk. Plaats geen kussen onder uw knie. Na drie maanden mag u weer op de zij gaan liggen, bij voorkeur op de geopereerde zijde. Het is in zijligging aan te bevelen een kussen tussen de knieën te plaatsen. • Het in en uit bed komen doet u aan de geopereerde zijde.
Versie: april 2011
5. Weer thuis
27
Bukken/hurken • U mag niet bukken. • U kunt beter gebruik maken van een zogenaamde ‘helping hand’. • Wilt u toch iets van de grond oprapen, zet dan het geopereerde been gestrekt naar achteren en steun op het andere been en met uw hand op een stoel of tafel. Doe dit alleen als u dit meermaals samen met uw fysiotherapeut heeft geoefend. • Hurken mag u nooit.
28
Versie: april 2011
5. Weer thuis
Aan- en uitkleden • Laat u de eerste drie maanden helpen bij het aandoen van (onder) broek, sokken en schoenen. • Na drie maanden blijft u ervoor zorgen dat u uw heup niet te fors buigt bij het aantrekken van (onder) broek, kousen en schoenen en gebruik eventueel een hulpmiddel, bijvoorbeeld een lange schoenlepel.
Wassen • U mag, zeker de eerste drie maanden na de operatie, nog niet in en uit een bad stappen, wel kunt u zich in een douche wassen (als de hechtingen verwijderd zijn) of aan de wastafel. Het gebruik van een douche kruk is aan te bevelen.
Wanneer de afdeling Orthopedie of uw huisarts waarschuwen Het is belangrijk dat u de eerste zes weken na ontslag in de volgende gevallen contact opneemt met de afdeling Orthopedie: • als de operatiewond gaat lekken; • als het wondgebied erg gezwollen en rood blijft;
Versie: april 2011
5. Weer thuis
29
• als uw been erg pijnlijk aanvoelt; • als u niet meer op het geopereerde been kunt staan terwijl u dit eerst wel kon; • als u koorts krijgt (hoger dan 38,5 C).
Tijdens kantooruren: Verpleegkundig coördinator 043-387 65 43 vragen naar sein 7920 Polikliniek Orthopedie 043-387 69 00 `s Avonds en ‘s nachts en in het weekend: Huisartsenpost (HAP) 043-387 77 77 Vermeld bij contact met de huisartsenpost altijd dat u geopereerd bent en hoe lang dit geleden is. Ná de eerste zes weken is het de bedoeling dat u bij de eerder genoemde symptomen in eerste instantie contact op te nemen met uw eigen huisarts. De huisarts zal dan beoordelen of er contact moet worden opgenomen met de afdeling Orthopedie. De meest gestelde vragen na het plaatsen van een totale heupprothese Hoe lang zal mijn heup pijnlijk blijven? De pijn na het plaatsen van een heupprothese wordt geleidelijk aan
30
Versie: april 2011
minder, beginnend ongeveer twee weken na de operatie. In de drie tot vier maanden na de operatie treedt een aanzienlijke verbetering op. Soms voelt u een doffe pijn na lange wandelingen, dit gevoel kan optreden tot 12 maanden na de operatie. Startpijn (pijn bij de eerste paar stappen na het opstaan) kan nog een poosje aanhouden. Dit pijnlijke gevoel verbetert zonder behandeling. Het betekent niet dat de prothese niet goed functioneert of loszit. Hoe lang blijft mijn been dik? De zwelling vermindert meestal gedurende de eerste weken na ontslag. Het dik worden zal verminderen door dagelijks twee maal per dag gedurende één uur de benen hoog te leggen. De zwelling is over het algemeen ‘s avonds het grootst en neemt af wanneer u goed de oefeningen blijft doen. Het been kan na de operatie nog wel enkele maanden dikker blijven dan het andere. Hoe vaak moet ik oefenen? Drie maal per dag 10 minuten oefenen is voldoende. Ga tussendoor regelmatig een stukje lopen. Daarnaast is het aan te bevelen om dagelijks een heel uur of twee maal een half uur helemaal gestrekt op de rug liggen.
Wanneer mag ik weer gaan autorijden? Auto rijden is een individuele aangelegenheid. Als u voldoende
5. Weer thuis
Hervatten van huishoudelijk werk? De eerste zes tot twaalf weken mag u geen huishoudelijk werk doen, omdat dit te belastend is voor uw prothese. Vanaf zes weken mag u wel rustig opbouwend starten met het doen van Wanneer mag ik weer gaan lichte huishoudelijke werkzaamheden, fietsen? waarbij u de leefregels in acht moet Als u voor de operatie ook al regelmatig houden. Dus bijvoorbeeld niet bukken, fietste mag u acht tot twaalf weken na hurken, ver vooroverbuigen in zit of de operatie weer gaan fietsen. U moet lang staan. wel weer voldoende controle hebben over uw been. Gebruik een damesfiets Hervatten van werk? vanwege de lage instap. Het is aan te Wanneer u weer kunt starten en op raden van te voren te oefenen op een welke wijze is helemaal afhankelijk van hometrainer, dit kan vanaf ongeveer het soort werk dat u doet. Overleg dit zes weken na de operatie. Belangrijk vooraf met uw arts. is dat dit eerst onder begeleiding van uw fysiotherapeut wordt geoefend. Dit Wanneer mag ik weer gaan geldt zeker voor het op de juiste wijze douchen/ in bad? op- en afstappen. Daarnaast moet de U mag wel douchen als de hechtingen/ hoogte van het zadel zodanig worden nietjes verwijderd zijn en de wond ingesteld dat u niet verder buigt in uw volledig droog is. Een douchestoel kan geopereerde heup dan de haakse hoek hierbij een handig en veilig hulpmiddel (90 graden) tussen bovenbeen en romp. zijn. Bovendien moet u starten met fietsen U mag zeker de eerste drie maanden zonder weerstand. niet in bad te gaan zitten omdat de kans bestaat dat de heupkop uit de kom Lange reizen? schiet als u erg diep moet buigen in de De eerste zes weken na de operatie is heup. Het gebruik van een badplank kan het niet verstandig om lange reizen te hulp bieden, na de eerste drie maanden. maken. Voor de periode van zes tot Het is zinvol dit dan eerst samen met twaalf weken ná de operatie is het aan uw fysiotherapeut te oefenen. Let op te bevelen om dit vooraf met uw arts voor gladheid wanneer u nat bent. te bespreken. Bij reizen langer dan twee Het gebruik van badslippers is aan te uur is het belangrijk tussendoor stukjes bevelen. te lopen. controle heeft over uw geopereerde been kunt u autorijden. Om te voorkomen dat de heupkop uit de kom schiet is het beter om de eerste drie maanden zelf geen auto te rijden.
Versie: april 2011
5. Weer thuis
31
Wat voor soort schoenen kan ik het beste aantrekken? Het is verstandig om schoenen te dragen die vast aan de voet zitten en een brede hak hebben. Hoge hakken en slippers moet u de eerste drie maanden vermijden. Gebruik een lange schoenlepel bij het aantrekken. Moet ik een steunkous dragen? Het is niet echt nodig om een steunkous te dragen maar het helpt wel om de zwelling in het been te verminderen. Wanneer uw been gedurende de dag nog erg dik wordt is het dus wel verstandig om er een te dragen. Hoe verzorg ik mijn wond? De wond moet schoon en droog blijven en voorzien van een pleister zolang de hechtingen er nog inzitten en de wond nog niet dicht is. Het is voldoende wanneer u de pleister om de dag vervangt.
ook met uw arts). Het spreekt voor zich dat u dit weer langzaam moet opbouwen. Wanneer kan ik weer sexueel actief zijn? Als u rekening houdt met de genoemde leefregels en adviezen, kunt u dit zes tot acht weken na de operatie weer voorzichtig aan proberen. Hoe lang moet ik gebruik maken van een loophulpmiddel? Patiënten met een heupprothese lopen gemiddeld tot twee maanden na de operatie met een loophulpmiddel. In overleg met uw fysiotherapeut wordt dit afgebouwd. Hierbij geldt: niet te vroeg met één kruk gaan lopen in verband met het aannemen van verkeerde houding.
Hoe ga ik om met bloedverdunnende middelen? Als u in het ziekenhuis gestart bent Waar moet ik op letten na de met bloedverdunnende injecties moet operatie? u deze gedurende zes weken één maal Gedurende de eerste drie maanden na daags blijven gebruiken. Als u voor de de operatie is het erg belangrijk dat u de operatie al bloedverdunnende middelen leefregels goed in acht neemt. Dit is om gebruikte via de trombosedienst, te voorkomen dat de heupkop uit de krijgt u na de operatie thuis via de kom schiet. trombosedienst te horen wanneer u weer overstapt op de voor u bekende Mag ik sporten? bloedverdunnende middelen. Zwemmen kan en mag na ongeveer drie maanden (overleg dit met uw arts). Ouderengymnastiek en (beperkt) sporten kan en mag eveneens vanaf drie maanden na uw operatie (overleg dit 32
Versie: april 2011
5. Weer thuis
Telefoonnummer Polikliniek Orthopedie Polikliniek Anesthesiologie Verpleegkundig coördinator Orthopedie Verpleegafdeling C4 Orthopedie Opnameplanning Orthopedie Fysiotherapie Huisartsenpost (HAP)
043-387 69 00 043-387 45 00 043-387 65 43 vragen naar sein 7920 043-387 44 30/387 64 30 043-387 44 33 043-387 71 46 043-387 77 77
Contact Wij hopen dat u na het lezen van deze brochure goed geïnformeerd bent. Als er nog vragen zijn dan kunt u op werkdagen overdag contact opnemen met de verpleegkundige coördinator van de AKM telefoonnummer 043-387 65 43, vragen naar sein 7920. Het hele AKM-team wenst u een goede voorbereiding toe en na de ingreep een voorspoedig herstel!
Versie: april 2011
5. Weer thuis
33
Notities
34
Versie: april 2011
Notities
Notities
Versie: april 2011
Notities
35
Bezoekadres: P. Debyelaan 25 6229 HX, Maastricht Postadres: Postbus 5800 6202 AZ Maastricht
T : 043 - 387 65 43 W : www.azm.nl E :
[email protected] 23938-0411 Versie: april 2011
36
Versie: oktober 2010
Patiëntenklapper opname | X. xxx