De totale heupprothese en heup-resurfacing Inleiding Steeds meer mensen ondergaan, mede door de toenemende vergrijzing, een heupoperatie waarbij het versleten gewricht vervangen wordt door een prothese. Om u zo goed mogelijk te kunnen voorbereiden op deze ingreep hebben wij deze brochure samengesteld over de gang van zaken in het Rode Kruis Ziekenhuis te Beverwijk. Heeft u na het lezen van deze brochure nog vragen? Schrijf deze dan op zodat u ze kunt stellen bij het volgende bezoek aan de dokter. Het heupgewricht Het heupgewricht is een zogenaamd kogelgewricht, bestaande uit een kop en een kom. De heupkop en de heupkom zijn bedekt met een laag kraakbeen. Dit kraakbeen zorgt ervoor dat het gewricht soepel kan bewegen. Indien dit kraakbeen langzamerhand verdwijnt spreekt men van slijtage of artrose. De klachten Door het verdwijnen van het kraakbeen in het gewricht ontstaan er klachten, gepaard gaande met pijn in de lies, bovenbeen, knie en lage rug. Nachtelijke pijnen verstoren de slaap. Tevens ontstaan er op den duur ernstige bewegingsbeperkingen waardoor het lopen en de lichamelijke verzorging belemmerd wordt. Als medicijnen en fysiotherapie niet meer voldoende helpen komt de heup in aanmerking voor vervanging. Voor- en nadelen van de operatie Het grote voordeel van deze operatie is dat de (meeste) patiënten na een revalidatieperiode weer goed uit de voeten kunnen. De pijn is verdwenen en de heup is weer gemakkelijk te bewegen, waardoor schoenen en kousen aantrekken weer mogelijk is, evenals bukken, fietsen en zwemmen. Als nadeel kan er op langere termijn in bepaalde gevallen soms slijtage van het kunstgewricht optreden met loslating hiervan. Normaal gesproken zal zich dit niet binnen 15 jaar voordoen. Indien dit probleem ontstaat kan de kunstheup vervangen worden door een nieuwe prothese. Het is dus aan te bevelen om de kunstheup niet aan overbelasting te onderwerpen. Na resurfacing kan er in de toekomst nog een heupprothese geplaatst worden. Infectie en trombosegevaar kunnen directe nadelige gevolgen van de operatie zijn. Iedere patiënt krijgt tijdens en na de operatie een antibioticum om het infectiegevaar tegen te gaan. Ook het cement waarmee de prothese wordt vastgezet bevat een antibioticum. Om trombose te voorkomen krijgt u bloedverdunnende middelen toegediend, een dag vóór de operatie en gedurende uw verblijf in het ziekenhuis, en daarna nog eens drie maanden.
1
Na de operatie kan soms een klein beenlengteverschil optreden, doorgaans niet meer dan een halve centimeter. Dit is heel normaal en indien het beenlengteverschil groter is kan het worden opgevangen met een zooltje in de schoen of met een hakverhoging. Vooral in de eerste zes weken na de operatie kan de heup bij verkeerde bewegingen uit de kom schieten. U krijgt van de fysiotherapeut in het ziekenhuis duidelijke uitleg en een informatiefolder over de bewegingen, die u wel en beter niet kan maken. Welk type heupprothese De orthopedisch chirurg kiest de prothese die het meest geschikt is voor u. Er zijn twee manieren om de prothese te bevestigen, met cement (cementeren) en zonder cement (ongecementeerd). Deze laatste prothese is alleen geschikt voor jonge patiënten met een optimale botkwaliteit. Bij resurfacing krijgt u een soort hoedje op de heupkop en een nieuw cupje in de kom. Wachtlijst Er is een wachtlijst voor patiënten die een heupoperatie moeten ondergaan. Daarom is het belangrijk dat u tijdens de wachttijd in beweging blijft. Als lopen te pijnlijk is, kan fietsen en zwemmen uitkomst bieden. Bij heren met een slechte heup kan eventueel gebruik worden gemaakt van een damesfiets. Ongeveer 4 tot 6 weken voor de geplande operatie begint u met fysiotherapie. Om inzicht te krijgen in uw specifieke situatie doet de fysiotherapeut een aantal metingen. Vervolgens kijkt hij hoe bepaalde belemmeringen en problemen verholpen kunnen worden. Daarnaast wordt gestart met een oefenprogramma dat u na de operatie voortzet. U oefent in de praktijk van de fysiotherapeut en krijgt ook oefeningen en tips voor thuis. Voorbereiding op de operatie Onderzoeken Enkele maanden vóór de verwachte opname dient een aantal onderzoeken bij u te worden verricht. Deze zijn nodig om uw algehele conditie vóór de operatie te bepalen. Via de polikliniek orthopedie krijgt u enkele formulieren mee voor het laboratorium en de functieafdeling. Er wordt bloed bij u afgenomen en verder wordt de functie van uw hart en longen onderzocht. Vaak ook krijgt u een uitnodiging bij de anesthesioloog (arts die de verdoving toedient) op de preoperatieve poli.
2
Belangrijk Vertel uw arts vóór de operatie:
of u antistollingsmiddelen gebruikt (zoals ascal, sintrom en aspirine-aspro). Antistolling moet een aantal dagen voor de operatie gestaakt worden, dit wordt door de afdeling opname met u besproken. of u regelmatig pijnstillers gebruikt of u overgevoelig bent voor bepaalde medicijnen, pleisters of jodium.
Voorbereidingen thuis Het is belangrijk dat u voor de opname in het ziekenhuis een aantal zaken regelt. U moet er rekening mee houden dat u de eerste weken na ontslag uit het ziekenhuis nog niet veel zonder hulp kunt doen. Dit kan betekenen dat:
U niet zelf u kleding aan kunt doen (schoenen en kousen) U bij het wassen niet overal bij kunt U geen boodschappen kunt dragen U geen huishoudelijk werk kunt doen U niet zelf mag autorijden U alleen kunt fietsen in overleg met uw arts. ?
Tijdens de opname komt dit alles nogmaals ter sprake en zal eventueel, in overleg met de liaisonverpleegkundige hulp voor thuis worden gerealiseerd. Aanpassingen in huis Voordat u uit het ziekenhuis ontslagen wordt leert u van de fysiotherapeut welke bewegingen u wel of niet mag maken. Voorkomen moet worden dat u verkeerde bewegingen maakt. Het is handig om zelf thuis te zorgen voor een rechte, hoge stoel met armleuningen. Deze maakt het opstaan gemakkelijker. Bij douchen kunt U eventueel gebruik maken van een stevige plastic (tuin) stoel met armleuningen. Voor het verhogen van uw toilet, handgrepen en beugels kunt u contact opnemen met de Thuiszorg IJmond, telefoonnummer (0251)-287777. Deze leent een aantal artikelen uit, die van nut kunnen zijn bij de revalidatie thuis. Sommige artikelen zijn alleen te koop. Voorlichtingsochtend Elke maandag is er een voorlichtingsochtend in het ziekenhuis. Hiervoor krijgt u een persoonlijke uitnodiging. Het bezoek aan deze ochtend is verplicht, omdat het van belang is voor de periode na de operatie. Aanwezig zijn dan de fysiotherapeut en een verpleegkundige van de afdeling. Toen u deze brochure kreeg, heeft u ook een lijst ten behoeve van het maatschappelijk werk gekregen. Deze lijst moet u invullen en inleveren bij de polikliniekmedewerker. De maatschappelijk werker of de liaisonverpleegkundige is op de voorlichtingsochtend eveneens aanwezig. Zij bespreekt dan met u het door u ingevulde formulier. 3
Hulpmiddelen aanschaffen Het is noodzakelijk om vóór de opname een paar elleboogskrukken te lenen bij de Thuiszorg. Deze heeft u al nodig in het ziekenhuis bij het lopen met de fysiotherapeut. Aanpassingen voor een aantal andere problemen worden hieronder aangegeven, deze hulpmiddelen kunt u vóór uw opname aanschaffen dan wel lenen bij de Thuiszorgwinkel. Indien u al met een hulpmiddel loopt (bijvoorbeeld een rollator), neem deze mee bij opname. Probleem Lopen
Bukken
Opstaan
Kousen
Oplossing Looprek Rollator Elleboogkrukken De "helping hand" Lange schoenlepel Elastische veters Bedklossen (als uw bed lager is dan 45 cm) Armleuningen Toiletverhoger Kousaantrekker / pantyaantrekker
Voor het lenen van hulpmiddelen kunt u het beste contact opnemen met de Thuiszorg Winkel, telefoonnummer: 0251-287777. De opname De opnamedag U wordt een dag voor de operatie opgenomen. U kunt zich dan melden bij de balie van afdeling A2, op de tweede verdieping. Daar wordt u ontvangen door een verpleegkundige die u uitleg geeft over de gang van zaken op de afdeling. Ook geeft men u informatie aan de hand van een vragenlijst en wil men van u informatie ontvangen. 's Middags bereidt de verpleegkundige u voor op de operatie. Als het nodig is wordt de zijkant van uw heup en bovenbeen geschoren, u moet zich wassen met desinfecterende zeep. (PS: U moet uw been niet zelf scheren, er kunnen dan wondjes ontstaan. De operatie moet dan wegens een vergrote kans op infecties worden uitgesteld). U krijgt zonodig (rectaal) een laxeermiddel. Ook krijgt u een injectie met een antistollingsmiddel. Daarnaast geeft de verpleegkundige u informatie over de operatie en het verdere verloop. ‘s Middags komt de dokter langs en kunt u aan hem nog vragen stellen. Verdoving In de loop van de dag kan het zijn dat de anesthesioloog bij u langs komt, vaak ook heeft al informatie gehad op de preoperatieve poli. Verder heeft u de folder anesthesiologie gehad over de mogelijkheden van verdoven. Nog even kort samengevat: 4
Er zijn twee manieren van verdoven: een zogenaamde ruggenprik of een algehele narcose. Bij een ruggenprik krijgt u een injectie onder in de rug en bent u vanaf uw middel tot aan uw tenen gevoelloos. Als u liever niets van de operatie merkt, krijgt u van de anesthesist tevens een slaapmiddel. Na de ruggenprik duurt het enkele uren voordat het gevoel en de controle over uw benen weer terug komen. Deze gevoelloosheid is normaal. Daarnaast komt het voor dat patiënten misselijk kunnen worden of last van hoofdpijn hebben. Dit kan verholpen worden door de anesthesist. De algehele narcose wordt steeds minder toegepast vanwege de bijverschijnselen tijdens en na de operatie, zoals braken en misselijkheid. De keuze van verdoving wordt in overleg met u door de anesthesist bepaald. Voorbereiding voor de operatie Als u de volgende ochtend geopereerd wordt mag u vanaf middernacht niets meer eten en drinken. U krijgt een injectie met antistolling en ongeveer één uur voor de operatie krijgt u een tabletje met een klein slokje water, waardoor u wat slaperig kunt worden. Dit is de zogenaamde premedicatie. Als u later op de dag wordt geopereerd zal in overleg met de anesthesist bepaald worden wanneer u nuchter moet zijn. De operatie Voordat de operatie begint wordt door de assistent van de anesthesist een infuus aangebracht voor een antibioticum en het toedienen van vocht of bloed. Tevens wordt u aangesloten op een monitor voor het bepalen van de hartslag, pols en dergelijke. Daarna wordt door de orthopedisch chirurg en zijn assistenten het been gedesinfecteerd en steriel afgedekt. Heupkop- en kom worden vervangen door de prothese. Er worden enkele drains achtergelaten zodat wondvocht en bloed kunnen worden afgezogen. De duur van de operatie bedraagt ongeveer één uur. Na de operatie Na de operatie wordt op de uitslaapkamer een röntgenfoto gemaakt van de geopereerde heup. Als zich na enkele uren geen problemen voordoen wordt u teruggeplaatst naar de afdeling. U krijgt pijnstillers, die kunnen worden toegediend via een tablet, een injectie of het infuus. Ook krijgt u de eerste dagen na de operatie injecties en tabletjes, die trombose tegengaan. De tabletjes blijft u drie maanden innemen. Om te beoordelen of de medicijnen voldoende werken wordt uw bloed regelmatig door het laboratorium nagekeken. De eerste twee dagen na de operatie heeft u een infuus. Dit wordt gebruikt om vocht, antibiotica en eventueel bloed toe te dienen. Vrouwen hebben een urine
5
katheter voor de afvoer van de urine. De drains, die tijdens de operatie zijn ingebracht, blijven één tot twee dagen zitten. Na de operatie wordt de volgende dag begonnen met oefentherapie met de fysiotherapeut. Deze oefent elke dag met u, maar u dient ook zelf te oefenen. De eerste dag na de operatie mag u op de stoel. De tweede dag gaat u met hulp van de fysiotherapeut lopen. De eerste stappen worden gezet met een looprek gevolgd door de elleboogskrukken en in sommige gevallen met een loopwagen. Elke dag worden de oefeningen wat uitgebreid. Als u thuis trappen moet lopen wordt dit meegenomen in het oefenschema van de fysiotherapeut. Om ervoor te zorgen dat uw heup weer helemaal gestrekt kan worden, dient u enkele malen per dag een half uur plat op de rug te liggen. U slaapt de eerste weken ’s nachts ook op uw rug. De opname duurt gemiddeld 7 dagen. Ontslag uit het ziekenhuis Voordat u uit het ziekenhuis vertrekt neemt de verpleegkundige nog enkele praktische zaken met u door:
de poliafspraak bij de orthopedisch chirurg, met een röntgenfoto van de heup, 6 weken na de operatie. de afspraak met de fysiotherapeut, die voor u de fysiotherapie in uw woonplaats regelt. U gaat naar dezelfde fysiotherapiepraktijk als vóór uw operatie. recept en medicijngebruik.
Het geopereerde been kan soms tijdelijk wat dikker zijn; met een elastische kous is dit te verhelpen. Deze wordt verstrekt op de afdeling. De fysiotherapeut geeft u de laatste instructies mee. Naar huis Als u zichzelf weer redelijk kunt verzorgen, meestal na zo’n zeven dagen verlaat u het ziekenhuis. Het kan zijn dat u bij sommige handelingen, zoals het aantrekken van sokken en schoenen hulp nodig heeft, of hulpmiddelen moet gebruiken. Dit moet dan voor uw vertrek zijn geregeld, zodat u ze direct thuis kunt gebruiken. Omdat u twaalf weken met twee elleboogskrukken moet lopen en daarna vier weken met één kruk, heeft u ook hulp nodig bij het doen van huishoudelijke karweitjes en bij het boodschappen doen. Het is van belang deze hulp bijtijds te regelen, eventueel in overleg met de liaisonverpleegkundige van het ziekenhuis. Is er thuis onvoldoende opvang dan kan tijdelijke plaatsing op de revalidatieafdeling in een verpleeghuis worden overwogen. Naar de revalidatieafdeling van een verpleeghuis In het verpleeghuis kunt u worden opgenomen voor revalidatie. Of dit voor u noodzakelijk is wordt tijdens de voorlichtingsochtend al beoordeeld. 6
Hoe snel u weer naar huis mag is natuurlijk ook afhankelijk van uw lichamelijke conditie en van uw thuissituatie. In principe is de opnameduur in het verpleeghuis 4 weken. Voor revalidatie in een verpleeghuis, wordt een eigen bijdrage gevraagd. De maatschappelijk werker / liaisonverpleegkundige van het ziekenhuis kan u hierover meer vertellen. Regels en adviezen Om ervoor te zorgen dat de geopereerde heup niet zal ontwrichten bij verkeerde bewegingen, geeft uw fysiotherapeut u instructies welke bewegingen u niet mag maken om deze complicatie te voorkomen. Zitten Tot zes weken na de operatie zorgt u voor een hoge stoel met armleuningen, bij het opstaan kunt u zich met behulp van de leuningen opdrukken. Breng eventueel handgrepen aan in douche en toilet, maak eventueel gebruik van een toiletverhoger. Liggen Rugligging verdient de voorkeur. Als u op een zijde wilt gaan liggen is een dik kussen tussen de knieën noodzakelijk. Als uw bed thuis erg laag staat is het verstandig om uw bed op klossen te laten zetten, zodat u niet te diep hoeft te bukken bij het in en uit bed gaan. Lopen met twee krukken en na ongeveer twaalf weken, als u mag afbouwen van de orthopeed, met één kruk en op stevige schoenen. Enkele malen een klein eindje lopen is beter dan in één keer een grote afstand. Voorkom uitglijden: haal losse kleedjes weg en gebruik in de douche een douchemat. Probeer uw dag zo in te delen dat u afwisselend loopt, staat en zit. Houd uw lichaamsgewicht binnen de perken, overgewicht belast uw nieuwe gewricht teveel. Wanneer u, na een heupoperatie de volgende problemen krijgt, moet u altijd contact opnemen met uw huisarts:
bij een ernstige ontsteking met koorts als u een ingreep moet ondergaan waarbij mogelijk pus vrijkomt (abcessen openen, ontstoken kiezen).
Wanneer op een andere plaats in uw lichaam een infectie zit, kan deze overgaan naar het nieuwe gewricht. Krijgt u een infectie neem dan contact op met uw huisarts en vertel dat u een kunstgewricht heeft. Hetzelfde geldt bij een bezoek aan de tandarts. Soms is een antibioticumkuur dan gewenst of noodzakelijk. Mocht U naar aanleiding van deze brochure op- of aanmerkingen hebben, dan horen wij dat graag van u. Voor meer informatie kunt u altijd terecht bij de afdeling patiëntenvoorlichting van het Rode Kruis ziekenhuis; op werkdagen van 9.00 12.00 uur en van 13.00 - 16.00 uur (behalve de vrijdagmiddag). 7
Belangrijke telefoonnummers Wie Hoofdreceptie R.A. Zandbergen T.S. Oei R.T. Louwerse Verpleegafdeling A2 Afdeling fysiotherapie Maatschappelijk werk (09.00 – 10.00 uur) Liaisonverpleging Patiëntenservicebureau (PSB) Thuiszorg
Telefoonnummer 0251-26 55 55 0251-26 66 80 0251-26 66 80 0251-26 66 80 0251-26 52 00 0251-26 56 77 0251-26 51 79 0251-26 57 20 0251-26 51 11 0251-28 77 77
Landelijke Registratie Uw operatiegegevens zullen worden geregistreerd in de Landelijke Registratie Orthopedische Implantaten. Indien u hier bezwaar tegen heeft kunt u dit kenbaar maken aan uw behandelend specialist.
HD.90.302 29/02/2016
8