Met niertransplantatie, een nieuw leven PROF. DR. DIRK KUYPERS
WWW.UZLEUVEN.BE/TXSURGERY WWW.UZLEUVEN.BE/NL/BROCHURE/193 WWW.TRANSPLANTKRING.BE
Beste lezer Voor zijn plezier moet men zeker niet ziek worden. Ziek zijn overkomt je. Soms plotseling en onverwacht. Het duwt je in die andere wereld waarin houvast en zekerheid plaats moeten maken voor het onbekende, voor angst, pijn of onmacht. Door het ziek-zijn moet je wennen aan andere situaties, aan een nieuw leven waarin vele dingen niet meer hetzelfde zijn als vroeger. Ook onze nieren zijn levensbelangrijk en dragen bij tot onze levenskwaliteit. Door het falen van de nieren gaan giftige stoffen, natrium en water zich opstapelen. Bij onvoldoende werking van de nieren (bv terminale nierinsufficiëntie) moeten behandelingen met niervervangende therapieën opgestart worden. Het zijn levensreddende behandelingen: hemodialyse of transplantatie. Orgaandonatie en – transplantatie zijn twee zaken die onafscheidelijk met mekaar verbonden zijn en waar verdriet en geluk hand in hand gaan. In dergelijke situaties zijn “HOPEN” en WACHTEN” zeer toepasselijk. Na mijn geslaagde levertransplantatie in 1990 (die ik nog altijd aanzie als een klein mirakel) stak na ongeveer 10 jaar de nierinsufficiëntie weer de kop op (in 1990 gebeurden er nog geen gecombineerde levertransplantaties, nu wel bv. lever + nier, lever + pancreas, lever + dunne darm …). Regelmatig opnamen in U.Z. Leuven wezen uit dat mijn enige redding een niertransplantatie zou zijn. Opnieuw de beleving van vervelende wachttijd, verdriet,opstandigheid, twijfel en vertrouwen. Gelukkig kan een nierpatiënt vaak uit nood geholpen worden met hemodialyse.
Deze behandeling werd bij mij opgestart in Gasthuisberg en tevens werd ik op de wachtlijst voor niertransplantatie geplaatst (jan 2003). Tijdens mijn dialyse periode (in Kortrijk) waren er regelmatig onderzoeken in U.Z. Leuven, waar een zeer ernstige hartverzwakking werd vastgesteld. Dient vermeld: ik werd reeds in juni 1994 een pacemaker ingeplant, die in jan. 2001 werd vervangen. Als gevolg van die hartverzwakking werd ik overgeplaatst naar de wachtlijst tot gecombineerde transplantatie van hart en nier (13.10.03). Toen me dat werd meegedeeld was het alsof de wereld op mijn hoofd viel. Waarom ik … waarom dat nog??? Maar daar kwam geen antwoord op en de angst gierde door mijn lichaam … hopelijk geen bijkomende gezondheidsproblemen!! Maar anderzijds voelde ik mij wel gelukkig, er was een juiste diagnose gesteld en ik kwam in aanmerking voor deze transplantaties. In zo´n periode word je werkelijk gedreven door hoop! Op 23 jan. 2004 (± 17.15u) werd ik door Prof. Dr. J. Vanhaecke, Leuven opgebeld met het verzoek me zo vlug als mogelijk (ambulance) naar U.Z.
Leuven te begeven. De cardioloog meende te beschikken over de best passende organen. Alles moest dus snel gaan want ik moest vóór 20u in Leuven zijn. Aldaar (tijdig) aangekomen onderging ik onmiddellijk de vereiste onderzoeken, bloedafnamen en de voorbereidingen tot de transplantaties. Wat er tijdens en na die nodige testen allemaal door je hoofd gaat, dat is onbeschrijfelijk! Prof. Dr. Vanhaecke kwam me om ongeveer 22u melden dat de transplantaties zouden doorgaan. Ik werd de operatiezaal binnengevoerd, op de operatietafel gelegd en ontmoette de anesthesist die onmiddellijk zijn taak met grote verantwoordelijkheid aanvatte. Dan startte de hartchirurg Prof. Dr. P. Herreygers met de harttransplantatie. Het hart deed het zeer goed en er kon overgegaan worden tot niertransplantatie o.l.v. Prof. Dr. W. Coosemans. Beide chirurgen hadden hun eigen transplantatieteam. De twee transplantaties verliepen vlot, succesvol en kenden een goed herstel. Na drie weken en drie dagen mocht ik terug huiswaarts keren, zonder pacemaker en geen hemodialyse meer. In de beginperiode volgden er uiteraard regelmatig controles van zowel hart als nier. Momenteel heb ik om de 3 á 4 maand een medische follow-up van hart en nier. Jaarlijks wordt er een opname gepland van 3 á 4 dagen in het U.Z. Leuven rond 23 januari. Wat mijn levertransplantatie betreft word ik tweemaal per jaar gezien door mijn professor hepatologie in Leuven en verder regelmatige opvolging door mijn huisarts. Dat het de bedoeling is van de geneeskunde mensen een beter leven te geven is bij mij zekerlijk het geval geweest. Het mooiste dat we hen en onze donor(en) en hun familie(s) kunnen geven is onze erkentelijkheid en dankbaarheid. Als ik terugblik op mijn 19 jaar als levertransplant en 5 jaar als hart/niergetransplanteerde dan stel ik me wel eens de vraag: “Hoe kan en wanneer zal de kloof tussen de vraag naar menselijke organen en het aantal beschikbare organen overbrugd kunnen worden…, zodat de mensen die nu of later op een wachtlijst tot transplantatie staan, TIJDIG kunnen gered worden en ook van een nieuw volwaardig leven genieten??” Een samenleving waarin bijna iedereen naar zichzelf kijkt en amper rekening houdt met anderen is verkeerd en zeker geen bijdrage tot solidariteit. Hierover moet gepraat en onderhandeld worden. Een “JA” of een “NEEN” ten overstaande van DONORSCHAP kan een kwestie zijn van “leven of dood” voor jou, een naastbestaande of een ander. Denk erover na, dank U. Paul Vandenbulcke Voorzitter O.T.K.
Met niertransplantatie, een nieuw leven Niertransplantatie is een levensreddende optie voor patiënten met een chronisch nier nierfalen. Dit geeft deze patiënten een nieuw volwaardig volwaardig leven en maakt zo dure dialyse overbodig. Nieren zijn de eerste organen die men heeft proberen te transplanteren. Reeds in 1930 werd een poging ondernomen om een nier te transplanteren, jammer genoeg mislukte deze ze poging door afstoting. Pas in 1954 werd in Boston (Massachuttes USA) door Dr Joseph Murray met succes een nier getransplanteerd, dit gebeurde bij een eeneiige tweeling. Hiervoor heeft hij in 1990 de nobelprijs voor geneeskunde ontvangen. Pas dan kwam men me tot de conclusie dat bloedgroep en weefselantigenen goed moest overeen komen. Sindsdien is heel wat veranderd, hieronder de wachtlijst en transplantatiegegevens voor België.
België Bron: Belgian Transplantation Society Wachtlijst
Transplantatie
966
950
893
911
872
806
Levende transplantatie
346
13
393 319
15
318
10
25
370
32
424
41
460
42
867
806
800
796
432
45
409
49
837
476 408
44
43
Nierfalen of nierinsufficiëntie is de situatie die ontstaat als de de nieren niet meer of nauwelijks werken. Dit heeft gevolgen voor zowat alle functies, zoals urineproductie, zuivering van het bloed, zuurtegraad evenwicht (PH) wat bij een normale mens tussen de 7,35 en 7,45 ligt, hormonale regeling van de bloeddruk, hoeveelheid ho water in het lichaam, concentratie van allerlei electrolieten in het bloed, vorming van de rode bloedcellen. Functie. Normaal heeft iedere gezonde mens twee nieren. Dit iis een boonvormig orgaan gelegen onder de middenrif, meerr naar de wervelkolom toe. Dit is voorzien van één bloedvat dat zuurstofrijk bloed aanvoert en één bloedvat dat bloed terug erug afvoert. Ongeveer een vijfde van het bloed dat het hart uitpompt gaat door de nieren. Een nier bestaat uit ongeveer een miljoen kleine functionele eenheden: nefron. Eén nefron bestaat uit een kluwen
van kleine bloedvaten, die kleine gaatjes vertonen, zoals een zeef. In deze nefronen wordt het bloed gefilterd, waardoor de afvalstoffen terecht komen in de urine. Deze urine wordt dan verzameld in nierbuisjes, een fijnmazig netwerk van afvoerbuisjes. In het begin van deze buisjes ondergaat de urine nog heel wat veranderingen in samenstelling. Zo wordt het oorspronkelijk volume van 180 liter gereduceerd tot 1,5 á 2 l echte urine. Uiteindelijk mondt dit buizenstelsel uit in de nierkelk, zo wordt de urine afgevoerd naar de blaas via de urineleider (uretus). Nieren van een volwassen persoon kunnen ongeveer 180 liter bloed zuiveren per dag, dit is ongeveer 120 milliliter per minuut. Wanneer de nierfunctie afneemt, zal het bloed minder goed gezuiverd worden en zullen afvalstoffen opgezadeld worden in het bloed. Door de opstapeling van afvalstoffen zal de patiënt ziek worden. Een gezonde nier laat enkel afvalstoffen uit het bloed overgaan naar de urine en niet de bouwstenen van het bloed, zoals rode bloedcellen of eiwitten. Deze laatste mogen dan ook niet voorkomen in de urine.
CHRONISCH NIERLIJDEN De menselijke nieren (9-11 cm – 120-170 g) bestaan hoofdzakelijk uit ‘filtertjes’ of glomeruli (500.000 – 1.500.000 per nier) met ‘afvoerbuisjes’ of tubuli. De belangrijke fysiologische functies van de nier zijn uitscheiding van afvalstoffen (creatinine, ureum, geneesmiddelen, …) en het binnen bepaalde grenzen houden van de samenstelling van lichaamsvochten (homeostase of water- en zouthuishouding). De glomerulaire filtratie staat hoofdzakelijk in voor de uitscheidingsfunctie van de nier. De regulatie van de homeostase wordt vooral tot stand gebracht door de tubuli. Een derde functie van de nier is productie van hormonen (erythropoetine voor de aanmaak van rode bloedcellen, actief vitamine D voor het onderhoud van het bot, renine voor de bloeddrukregeling). Van chronisch nierlijden spreken we bij een chronische (onherstelbare) afname van de glomerulaire filtratiesnelheid (GFR). Omdat de nier in staat is tot grote compensaties, hoeft zelfs een sterke afname van functionerend nierweefsel nog geen sterke afname van GFR te betekenen. Zo kan iemand na wegname van 1 nier een goede resterende uitscheidingsfunctie behouden. Pas als het resterend nierweefsel niet in staat is de GFR op normaal niveau in stand te houden is er sprake van chronisch nierfunctieverlies. Bij maximaal aanspreken van de compensatiemechanismen treden er nadelige consequenties op voor de nier en het interne milieu. Symptomen treden pas in een relatief stadium op bij een GFR van minder dan 30% van de normaalwaarde. Nierfunctievervangende behandelingen (hemodialyse – peritoneale dialyse – niertransplantatie) dienen te worden opgestart bij een GFR minder dan 10-15%; men spreekt van eindstadium nierfalen. Indeling van nierlijden in stadia
130
Stadium I
Stadium II
Stadium III
Nierletsels met normale GFR
Nierletsels met lichte GFR
Matige GFR
120
110
100
90
80
70
60
50
40
Stadium IV Stadium V Nierfalen
Ernstige GFR
30
20
15
10
0
Glomerulaire filtratiesnelheid (mL/min/1.73 m2) De oorzaken van chronisch nierfunctieverlies zijn velerlei en van uiteenlopende aard. De meest frequente zijn (1) aantasting van nierbloedvaten (door atherosclerose of ‘slagaderverkalking’), (2) diabetes mellitus (‘suikerziekte’), (3) glomerulonefritis (of ontstekingsziekten van nierfiltertjes, (4) polycystische nierziekten, (5) aangeboren nierafwijkingen en (6) chronische infecties van de nieren. De evolutie van het nierfunctieverlies doet zich voor in beide nieren over een verloop meestal van meerdere jaren of decennia.
De symptomen van chronisch nierlijden treden pas in een gevorderd stadium op en kunnen zich op alle orgaansystemen situeren; men spreekt van ‘het uremisch syndroom’. Belangrijk te onthouden is dat patiënten niet alle symptomen vertonen, doch vaak slechte enkele ervan, en dat die soms variëren in de tijd. Hart -en bloedvatensysteem. Hypertensie of hoge bloeddruk is een veel voorkomend symptoom (80-90%). Opstapeling van overtollig water en zout kan aanleiding geven tot hartfalen met zwelling van voeten, kortademigheid, …. Hartritmestoornissen kunnen ontstaan door verschuivingen in electrolytenbalans (kalium). Heel frequent is er versnelde atherosclerose of ‘slagaderverkalking’ in alle delen van het lichaam. Neurologische symptomen. Door stapeling van afvalstoffen kunnen klachten in zenuwen en hersenen optreden. Vaak voorkomend zijn gevoelsstoornissen in handen en voeten, maar ook gedragsveranderingen, geheugenstoornissen, concentratieverlies, lethargie, en een zeldzame keer epilepsie kunnen optreden. Spierkrampen komen vaak voor. Maag-darmklachten. Een verminderde eetlust, ochtendlijke misselijkheid en braken, diarree, maagontsteking (‘gastritis’) en maagzweren zijn de meest vermelde klachten. Bloed. Nagenoeg alle patiënten met chronisch gevorderd nierlijden ontwikkelen anemie of bloedarmoede door een verminderde aanmaak van het hormoon erythropoëtine (EPO) in de nieren; dit geeft klachten van (soms heel uitgesproken) vermoeidheid, en kan gelukkig thans worden behandeld met toediening van EPO-geneesmiddelen. Een gestoorde functie van bloedplaatjes maakt dat er soms een verhoogde bloedingsneiging is met bloeduitstortingen onderhuids, … Metabool. Een frequent symptoom van chronisch nierlijden is de toename van jichtopstoten door verminderde uitscheiding van urinezuur. Bij diabetespatiënt daalt vaak de insuline-behoefte. Door verminderde aanmaak van actief vitamine D in de nieren ontstaat vaak een progressieve botontkalking die op termijn kan leiden tot wervelindeukingen, heupfracturen, …. Bij heel wat patiënten is er een verstoring van geslachthormonen met afname van fertiliteit bij man en vrouw, wegvallen van menses (maandstonden), impotentie en verlies van libido. Huid. Een moeilijk te behandelen klacht is (avondlijke) jeuk die kan optreden door stapeling van kristallen in de huid; soms leidt dit tot uitgesproken krabletsels. Vaak wordt de huid droog en dun en de nagels broos. Het oogwit wordt soms rood (rode-ogen syndroom). Infecties. De afweer is door stapeling van afvalstoffen vaak gestoord zodat de patiënt infectiegevoelig wordt. Daarom is vaccinatie voor meerdere ziekteverwekkers zoals griepvirus aangeraden. De behandeling van chronisch nierlijden is uiteenlopend en gericht op afremmen van de oorspronkelijke nierziekte en behandeling/voorkomen van de bovenvermelde symptomen. De meeste patiënten wordt aangeraden een gezonde evenwichtige voeding te nemen, arm aan zout (hypertensie) en vetten (versnelde slagaderverkalking), en met matiging van eiwitinname. Daarnaast hebben veel patiënten nood aan bloeddrukverlagende en andere geneesmiddelen, specifiek aan hun nierziekte of symptomatologie zoals hoger beschreven. Transplantatie Vooraleer men kan overgaan tot transplantatie, worden de patiënten onderworpen aan een reeks proeven (prétransplantonderzoeken). Hierbij zijn de voornaamst onderzoeken: -
Onderzoek hartfunctie en doorbloeding. Onderzoek van been- en buikslagaders. Röntgenfoto van hart en longen en van de voornaamste bloedvaten. Onderzoek van de werking van de longen. Onderzoek van maag -, slok –, dikke - en dunne darm. Nazicht van tanden en tandvlees. Onderzoek van blaas – en urinewegen.
-
Oogonderzoek, onder andere om te zien of de bloeddruk lange tijd verhoogd was. Een aantal bloedonderzoeken, waaronder een uitgebreide uitgebreid weefseltypering.
Sommige van deze onderzoeken kunnen pas uitgevoerd worden nadat de dialysebehandeling gestart is. Omdat de d medische toestand evolueert, moeten sommige onderzoeken ond ook regelmatig herhaald worden. Men kan een nier ontvangen van een overleden donor of van een levende donor, dit is meestal familie of bloedverwanten. Op de grafiek hiernaast is duidelijk te zien dat at vooral Nederland en de Scandinavische landen meer levende donatie toepassen.
De nieuwe nier wordt meestal lager ingeplant dan de bestaande nieren. De redenen hiervoor zijn:
-
de nieuwe nier is gemakkelijk bereikbaar. De operatie is minder zwaar aangezien ien het buikvlies intact blijft. Om technische redenen zijn de urineleider en de bloedvaten van de donornier altijd korter, waarbij de nier dichter bij de blaas en de bestaande bloedvaten worden ingebracht.
Voordelen van niertransplantatie: -
-
De getransplanteerde nier functioneert op exact dezelfde manier als een gezonde nier. - De patiënt heeft meestal geen dialysebehandeling meer nodig. - De patiënt kan (opnieuw) een min of meer normaal leven leiden. - Reizen wordt eenvoudiger. - Professionele en sociale activiteiten hernemen. - Er zijn minder beperkingen in voeding. Maar zoals aan alle medailles is er ook een keerzijde: Er bestaat een belangrijk risico op afstoting van het getransplanteerde orgaan. Patiënt dient medicatie te nemen om afstoting van de lichaamsvreemde nier tegen te gaan. Deze medicatie kan aanleiding geven tot nevenaffecten. De oude ziekte kan terug keren in de donornier. Er bestaat dus de kans dat men na transplantatie tran op termijn opnieuw moet dialyseren. Transplantatie van een tweede of derde nier behoort tot de mogelijkheid. Nieuwe bewaarmethode voor donornieren Vroeger:: een box met ijs (gevoelig voor beschadiging) Nu: hoogtechnisch hypermodern bakje (LIFE PORT) De nieren worden tijdens transport gespoeld met bewaarvloeistof of + nabootsing van bloedcirculatie. Hierdoor langere bewaring, betere kwaliteit en meer nieren voor transplantatie. Belangrijk: lagere kostprijs.
Tekst: P. Vandorpe, P. Vandenbulcke, Prof. Dr. Bart Maes Met bijzondere dank aan Prof. Dr. Yves Vanrenterghem, Vanrenterghe transplantcoördinatie U.Z. Leuven
Hemodialyse en peritoneale dialyse
Nathalie Cuvillier en Sabine Verniest
Wanneer patiënten geconfronteerd worden met het nieuws dat hun nieren minder goed werken en een nierfunctievervangende therapie noodzakelijk is, komen heel wat vragen in hen op. In de eerste plaats is het dan ook onze taak als dialyseverpleegkundige om de patiënt te informeren en te begeleiden in het kiezen van een behandeling die het best aansluit bij de levensstijl van de patiënt. Er zijn 3 soorten nierfunctievervangende therapieën: 1) Hemodialyse of kunstnierbehandeling: het bloed wordt kunstmatig gezuiverd via een kunstnier 2) Peritoneale dialyse: het bloed wordt in het lichaam zelf gezuiverd doordat het buikvlies (peritoneum) gebruikt wordt als filter 3) Niertransplantatie (zal uitvoerig besproken worden door Prof. Dr. Vanrenterghem) Hemodialyse en peritoneale dialyse zijn wat betreft bloedzuivering gelijkwaardig. Wel zijn beide technieken enorm uiteenlopend naar werkwijze. Voor hemodialyse dient de patiënt 3 maal per week, gedurende gemiddeld 4 uur, naar de kunstnierafdeling te komen. De kunstnier zal afvalstoffen en overtollig vocht verwijderen alsook de zuurtegraad van het bloed corrigeren. Om hemodialyse uit te voeren, heeft men een goede toegangsweg nodig tot de bloedbaan. Dit kan ofwel een katheter of een fistel zijn. Een fistel is een operatieve inwendige verbinding van een slagader en ader. Door de grotere druk in de slagader zet de ader uit waardoor deze gemakkelijk aanprikbaar wordt. Een katheter is een buisje dat chirurgisch wordt ingeplant in de hals of tijdelijk in de lies of onder het sleutelbeen. Peritoneale dialyse dient dagelijks te gebeuren maar thuis, namelijk in de vertrouwde omgeving van de patiënt. Hiervoor wordt er chirurgisch een katheter in de buik ingeplant. Door die katheter laat men dan een bepaalde oplossing in de buik lopen. Via het buikvlies gebeuren er uitwisselingen tussen de ingebrachte oplossing en het bloed, dat door de bloedvaatjes van het buikvlies stroomt. Daarnaast heeft de patiënt nog eens de keuze tussen CAPD (Continue Ambulante Peritoneale Dialyse) waarbij de patiënt de spoelingen overdag doet of APD (Automatische Peritoneale Dialyse) waarbij de dialyse automatisch via een toestel gebeurt ’s nachts. Met de presentatie zullen we beide technieken verder verduidelijken en de verschillende voor-en nadelen uitvoerig bespreken zodat eventuele vragen over beide therapieën dan ook beantwoord worden. DIALYSEMACHINE
DIALYSEMACHINE
AUTOMATISCHE PERITONEALE DIALYSE
Uit de grond van mijn hart… In de H.Hartkliniek te Roeselare werd vastgesteld dat mijn nieren onvoldoende functioneerden. Nierdialyse was dringend noodzakelijk, zo werd ons meegedeeld. Deze mededeling trof mij en mijn man als een klap in het gezicht… een diepe ontgoocheling overviel ons. Dan pas besef je dat je een nierpatiënt bent! Tijd om alles te verwerken was er niet, er moest gehandeld worden. Kozen we voor thuisdialyse (iedere dag opnieuw) of werd het drie maal per week dialyse in de kliniek? Wat zijn de voor- en/of nadelen van beide mogelijkheden? Na wikken en wegen kozen wij voor het eerste, de thuisdialyse, met als groot voordeel de vrijheid van handelen. Na een week training in de kliniek door het medisch personeel ben je klaar om jezelf thuis te behandelen. Je kan de dialyse ’s nachts (slapend) of ’s avonds laten gebeuren. Wel vraagt thuisdialyse de nodige discipline en de nodige hygiëne waar mijn man en ik – mede dank zij een goede samenwerking met elkaar (bijv.: aan- en afkoppelen van de dialysemachine) – erg goed in slagen, zodoende is bij ons de thuisdialyse voor het grootste deel een routine geworden, ingepast in onze dagelijkse bezigheden. De dialyse duurt (bij mij althans) acht uur. Mits een kleine operatie aan de buikwand werd een katheter (hol buisje) geplaatst dat moet dienen voor in- en uitloop van het spoelingvocht. Thuis onder normale omstandigheden start ik de verzorging boven in de slaapkamer in de vooravond. Om het uur en veertig minuten loopt het spoelingvocht uit de buik en komt er verse vloeistof (glucose) terug ingelopen, dit herhaalt zich vier maal per nacht zonder veel ongemak. Alhoewel, soms kan het tegengaan en voelt de uitloop erg pijnlijk aan, op zo ’n momenten durf ik wel eens de moed verliezen en neerslachtig worden, maar al vlug verman ik mij en denk ik: “morgen is het weer een andere dag en vlieg ik er terug in”. Met plezier doe ik dan het huishouden, gaan we wandelen of fietsen, is niks me teveel en kan ik heel veel aan (ook medisch gezien kan een beetje beweging geen kwaad). Het grootste plezier beleef ik iedere vrijdag opnieuw als ik samen met mijn man onze kleinkinderen (6j. en 5 j.) van school kan afhalen en we samen enige uren bij hen thuis vertoeven. Soms vragen ze dan: “Oma is je buikje al genezen? Want dan kan je wat langer bij ons blijven”. Het feit dat ze reeds beseffen dat oma tijdig naar huis moet omwille van de dialyse en de spontaniteit van die vraag en vaststelling ontroert mij diep en het doet deugd te weten dat die “gastjes” daar toch aan denken. Ook het begrip en de morele steun van de hele goede vrienden is voor mij deugddoend en versterkend, maar in het bijzonder de steun en het begrip dat mijn man opbrengt voor mijn situatie en het besef dat ik niet alleen sta is voor mij onontbeerlijk. Hierbij wil ik ook graag van de gelegenheid gebruik maken om het artsenteam en de verpleegkundigen van de H. Hartkliniek Roeselare, uit de grond van mijn hart te bedanken voor hun raad, verzorging en voor de vriendelijke geduldige uitleg op al mij vragen (en dat zijn er niet weinig, … ‘k weet het), steeds kan ik dag en nacht bij hen terecht en blijf ik nooit met problemen of onduidelijkheden zitten. Rest nu nog het toch wat lange bange afwachten tot de donatie en niertransplantatie, dit ondanks de vele goede ervaringen die ik hoor van de mensen die deze operatie reeds hebben ondergaan …dus ga ik ervoor, ik ben het mijn man, mijn kleinkinderen, mijn familie, de goede vrienden en het medisch team verschuldigd!
ZONDAG 5 APRIL 2009… omstreeks 19u. rinkelde de telefoon. Bij het opnemen hoorde ik een vriendelijke stem, ´t was vanuit U.Z. Gent met het verzoek of ik mij aldaar, meer bepaald via “de spoedopname” wou begeven… *ER IS EEN NIER VOOR U MEVROUW!!* Emotie troef. Haastig onze beste vrienden verwittigd van het nieuws. Daarna vertrokken mijn man en ik richting Gent. Tijdens onze rit werden er in de wagen maar weinig woorden onderling gewisseld. Eens ter plaatse werd alles in gereedheid gebracht en werd ik voorbereid voor mijn operatie de volgende dag.
Omstreeks 1 u. ´s nachts waren alle onderzoeken daarvoor afgelopen en kwamen de mentaal moeilijke uren van wachten en piekeren. Veel dacht ik toen aan die onbekende overleden donor en zijn familie maar ook aan het ander leven dat ik zou kunnen beginnen. Nimmer werd ik geconfronteerd met zo´n afwisselende tegenstrijdige emoties. Vreugde en verdriet liggen zo dicht bij elkaar! Maandag rond 13 u. werd de operatie opgestart en gezien er nog een nier diende verwijderd te worden duurde deze ingreep en transplantatie ongeveer 5 uur. De operatie kende een goed verloop en na elf dagen mocht ik, gezien mijn perfecte herstelling, huiswaarts keren. Nu ik dit hier neerschrijf zijn we al reeds acht weken verder en kan ik al heel wat dagelijkse bezigheden aan. Ik geniet van een nieuwe vrijheid, van vele kleine dingen en ben dan ook erg dankbaar, vooreerst aan die onbekende overleden mens die mij EEN PRACHT VAN EEN PAASGESCHENK heeft geschonken. Maar ook alle lof en mijn dankbaarheid voor het artsenteam en verplegend personeel van het U.Z. Gent en aan de arts die mij verder opvolgt. Tenslotte ook MIJN DIEPE DANK tov. mijn man die alles voor mij gedaan heeft, en mijn beste vrienden voor alle hulp die zij nog steeds bieden. PASEN 2009 WAS EEN DROOM DIE WERKELIJKHEID WERD!! *******
DANK Dank voor het nieuwe leven. Dank aan onze familieleden voor hun inzet en begeleiding Dank aan allen die transplantatie door hun know-how en toewijding mogelijk hebben gemaakt Dank aan de persoon die ons zijn of haar orga(a)n(en) geschonken heeft… waarbij we in het bijzonder ook aan zijn of haar familie denken…
Uit: “Samen opnieuw van het leven genieten”. Hepato - P. Vandenbulcke
(M.V.D.B.)
Organisatie: Oostrozebeekse Transplantkring. Gastspreker: Prof. Dr Dirk Kuypers Hemo- & peritoneale dialyse: Mevr. Sabine Verniest & Mevr. Nathalie Cuvillier i.s.m.:
m.m.v.: Plaatselijke huisartsen, tandartsen en apotheken.
Deze brochure werd samengesteld door “OOSTROZEBEEKSE TRANSPLANTKRING” ter gelegenheid van de infoavond “Nierziekten & - transplantatie” op donderdag 29 oktober 2009 te Oostrozebeke. Voor de teksten werd enkel toestemming verleent aan OTK, ter gelegenheid van deze infoavond. Niets mag dan ook overgenomen worden zonder uitdrukkelijke toelating. Oostrozebeekse Transplantkring kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor eventuele misbruiken van deze artikels. VOORZITTER: Dhr Paul Vandenbulcke Smallestokstraat 27 bus 2 8780 Oostrozebeke 056 66 77 70 SECRETARIS: Dhr Patrick Vandorpe Wielsbekestraat 3C bus 7 8780 Oostrozebeke 056 66 88 69 BESTUURSLID: Mevr. Annelies Maes Oostrozebekestraat 242 8770 Ingelmunster 0499 20 34 24 v.u.: OTK Vandenbulcke Paul Oostrozebeke.