Mannaerts R., De Onze-Lieve-Vrouwekathedraal van Antwerpen: een openbaring … mits de juiste sleutel, Antwerpen, 2012 Hoogtepunten van het katholieke geloof en van Rubens’ barokke schilderkunst Jezus’ kruisafneming (Pieter-Paul Rubens, 1611-1614) Hier staan we voor een van de beroemdste schilderijen van ons land en van de gehele barok: een meesterwerk van Rubens. Let wel: niet “De kruisafneming van Rubens”, wél De kruisafneming van Christus, geschilderd door Rubens, kortweg: De Kruisafneming van Rubens. Wil je indringen in dit weergaloze kunstwerk, dan schieten woorden tekort. De gids zou hier beter zwijgen ... en je in de Bijbel het passieverhaal van Jezus laten overwegen. En als je dit tot een echt indringende ervaring wil laten uitgroeien, zou je hier moeten kunnen luisteren naar de Matthäus’ Passion van J.S. Bach [aan een luisterpaal], meer bepaald naar de passage “Mein Herz ist betrübt … …
De opdracht Pieter Pauwel Rubens is de beroemdste burger van Antwerpen, te Antwerpen geboren in 1576 of in 1577 in het Duitse Siegen. De eerste 8 jaren van zijn carrière heeft hij in Italië doorgebracht. Wanneer Rubens dan bij het bericht van het sterven van zijn moeder definitief in Antwerpen teruggekeerd is, wordt zijn talent al snel ontdekt door de toenmalige burgemeester Nicolaas Rockox. Deze humanistische intellectueel en vrome katholiek beschikt over een enorm kapitaal, dat hij ─ gezien zijn kinderloos huwelijk – vooral besteedt aan mecenaat en armenzorg. Zijn huis in de Keizerstraat is nog altijd een van de mooiste historische musea van de stad. Rockox was hier niet alleen burgemeester, hij was onder meer ook deken (Lat. ‘decanus’, d.i. ‘tienman’; cf. deken van een dekenij, de decaan van een faculteit) van een van de schuttersgilden, met name de kolveniers: een soort burgerwacht met reeds modern wapentuig. Deze gilde had haar altaar in de dwarsbeuk, net zoals nog 3 andere schuttersgilden. En het is voor haar nieuwe altaar in het zuidelijk transept dat Rockox in 1611 een beroep doet op de moderne artiest Rubens. Op het rechterzijluik, De opdracht in de tempel prijkt het portret van Rockox, nl. de man met zwart haar en een zwarte baard, links geheel tegen de lijst (R).
Een legende als aanzet tot een spirituele boodschap: Christus dragen (I) De buitenluiken: een legende Wat moet er afgebeeld worden? Natuurlijk de patroonheilige van de gilde: Sint-Christoffel. Wie is nu deze Christoffel (volgens de legende)? Er was eens een sterke stoere man, Reprobus (C): een echte macho. Hij wil zich graag laten gelden door in dienst te gaan bij iemand die voor niemand bang is. Hij gaat op zoek naar de machtigste koning, voor wie iedereen ontzag heeft. In dienst van deze machtige vorst voelt Reprobus zich best in zijn nopjes. Tot hij op zekere dag vaststelt dat ook deze koning ban is van iemand anders, nl. van de duivel. Reprobus kijkt maar sip en gaat op zoek naar de duivel. Eens in dienst van de duivel is Reprobus weer gelukkig: iedereen beeft voor hem. Totdat hij op zekere dag moet vaststellen dat de duivel op zijn beurt schrik heeft voor weer iemand anders, nl. voor de almachtige God. Dus, Reprobus, niet tevreden, gaat op zoek naar God. Maar hij vindt God niet zo dadelijk. Na lang zoeken komt hij bij een kluizenaar (ER) terecht die vlakbij een woeste stroom woont, en vraagt hem waar de goede God wel te vinden is. De wijze man zegt: “Wacht maar”. Nadat Reprobus daar een tijdje zit, denkt hij: “i.p.v. hier met mijn duimen te draaien, kan ik met mijn stoere body beter de reizigers naar de andere oever van de rivier helpen www.topa.be
~1~
Antwerpen, Onze-Lieve-Vrouwekathedraal Hoogtepunten van het katholieke geloof en van Rubens’ barokke schilderkunst Jezus’ kruisafneming (Pieter-Paul Rubens, 1611-1614) oversteken”. En zo gezegd, zo gedaan. Reprobus helpt de ene na de andere reiziger bij de overtocht. Op een avond komt een knaapje (+) aangelopen. Reprobus zet hem op zijn schouders, maar na enige tijd begint die kleine jongen zo zwaar door te wegen dat Reprobus haast zijn evenwicht verliest. Met heel veel moeite slaagt hij er dan toch in om de knaap naar de overkant te dragen. Nieuwsgierig vraagt hij aan de jongen waarom hij zo zwaar weegt. En het antwoord luidt: “Ik ben Christus, die de zonden van de wereld heb weggedragen”. Reprobus heeft het begrepen. De moraal van het verhaal: niet ‘zich laten gelden’ is de boodschap, maar je geluk vinden door het Goede te dienen. En je kunt de goede God pas echt ontdekken als je bereid bent om andermans lasten mee te dragen. Reprobus bekeert zich tot het christelijk geloof en vol vreugde noemt hij zich sindsdien ‘Christoffel’ (Grieks: ‘Xrισtov φεrεiν’; Latijn: ‘Christophorus’; d.i. ‘Christusdrager’). De gilde wil maar al te graag haar traditionele patroonheilige Sint-Christoffel in de verf zetten, maar er is een probleem, want volgens de nieuwe inzichten van de Contrareformatie wil men de heiligenverering uitgezuiverd zien. Het Concilie van Trente (midden 16 de eeuw) wou immers orde op zaken stellen door zoveel mogelijk de excessen, waar de protestanten terecht tegen gereageerd hadden, in te binden; zo ook in de heiligenverering. Met de jezuïeten op kop onderwerpt men de middeleeuwse verhalen over de heiligen aan een grondig kritisch onderzoek, men wil de echte feiten ervan vaststellen. In hun studiecentrum te Antwerpen (aan het Hendrik Conscienceplein, naast de St.-Carolus Borromeuskerk) geven deze geleerde paters, meer bepaald de Bollandisten, de Acta Sanctorum (De feitelijke gebeurtenissen van de heiligen) uit: een monumentaal researchwerk. Brute pech voor Christoffel, want nergens vond men zijn naam terug in de archieven van de burgerlijke stand van de Romeinen, noch was er enig doopbewijs. En bovenal liet de naam ‘Christoffel’, die enkel aan een legende te danken is, maar al te zeer vermoeden dat niet alleen de naam, maar de gehele figuur van Christoffel een verzinsel is. Wat heeft men gedaan? Men heeft zich geconcentreerd op de spirituele betekenis van de naam ‘Christoffel’: ‘CHRISTUS DRAGEN’. En wat krijg je te zien? (III) Centraal, op het middenpaneel: DE KRUISAFNEMING, zoals dit werk traditioneel heet. Maar in feite gaat het om het dragen van Christus: zijn beste vrienden dragen Christus van het kruis. Johannes de Evangelist (A2) staat voorop, en aan de andere zijde zie je Maria (M) staan, lijkbleek. Jozef van Arimatea (JA), een welgesteld, voornaam lid van het hoogste Joodse rechtscollege, het Sanhedrin, vroeg aan Pilatus het lichaam van Jezus te mogen wegnemen (Joh. 19:38) om het te begraven. “Toen het nu avond werd, kwam een rijk mens van Arimatea, zijn naam was Jozef, een aanzienlijk raadsheer” bij het kruis (Mc. 15:42-43). Hij “had niet ingestemd met de raad en haar praktijken” (Lc. 23:51) “en was ook zelf een leerling van Jezus geworden” (Mt. 27:57). De voorname farizeeër en schriftgeleerde Nicodemus (N), “die Jezus vroeger ’s nachts bezocht had” (Joh. 19:39), “kwam ook” meehelpen (“en bracht een mengsel van mirre en aloë mee”). Blijkbaar heeft Rubens het Johannesevangelie (19:25) gevolgd, waarin sprake is van 3 vrouwen bij de Kruisiging: moeder Maria (M), Maria Magdalena (MM) en Maria Kleofas, die geheel vooraan geknield zit (MK). Zij is de halfzuster van Jezus’ moeder Maria Kleofas, Zij is de dochter van Kleofas en Anna, en aldus een halfzus van Jezus’ moeder Maria. Rubens is gekend voor zijn dramatische composities vol hevige pathos, maar hier toont hij verstilde emoties. Allereerst Jezus’ moeder, Maria (M). Haar leed is onmenselijk om dragen; haar verwrongen gelaat is niet om aan te zien. Wanhopig steekt zij de handen uit naar haar Zoon om Hem te koesteren.
www.topa.be
~2~
Antwerpen, Onze-Lieve-Vrouwekathedraal Hoogtepunten van het katholieke geloof en van Rubens’ barokke schilderkunst Jezus’ kruisafneming (Pieter-Paul Rubens, 1611-1614)
www.topa.be
~3~
Antwerpen, Onze-Lieve-Vrouwekathedraal Hoogtepunten van het katholieke geloof en van Rubens’ barokke schilderkunst Jezus’ kruisafneming (Pieter-Paul Rubens, 1611-1614) Voor de luiken heeft men gezocht naar andere momenten waarop Jezus gedragen wordt. (II) Het linkerluik DE VISITATIE Maria (M) die zwanger is of die m.a.w. Jezus (+) in haar schoot draagt, bezoekt haar hoogbejaarde nicht Elisabet (E), die in verwachting is van Johannes de Doper. Elisabet wijst met de vinger naar de schoot van Maria en zegt: “(Wees) Gegroet, Maria”. Gij zijt er echt één uit de duizend “en gezegend is de vrucht van uw lichaam, Jezus” (Lc. 1:42). Achter beide dames, op de achtergrond, begroeten ook hun beider echtgenoten Jozef (J) en (de nog stomme) Zacharias (Z) elkaar.
(III) Het rechterluik DE OPDRACHT Nog een scène uit het evangelie waarin Christus gedragen wordt, is ‘De Opdracht’ van Jezus in de tempel (Lc. 2:22-35). Op de 40ste dag na de geboorte bieden de joden de eerste zoon aan God aan. In de tempel verbleef toen de hoogbejaarde godvruchtige Simeon (S) die de Messias verwachtte. Op die dag wordt de kleine Jezus (+) eerst door hem in de handen gedragen. Jozef (J) brengt het offer mee dat voor minder begoeden voorgeschreven is: een koppel duiven.
Christus dragen is het leidmotief. En wie is die CHRISTUS eigenlijk? Hij is ‘HET LICHT VAN DE WERELD’; een tweede symbolische gedachte die als leidmotief in dit schilderij verwerkt is.
www.topa.be
~4~
Antwerpen, Onze-Lieve-Vrouwekathedraal Hoogtepunten van het katholieke geloof en van Rubens’ barokke schilderkunst Jezus’ kruisafneming (Pieter-Paul Rubens, 1611-1614) (IV) Op het middenpaneel blijft Christus (+) de centrale lichtbron, ook al is Hij gestorven. Zijn doodsbleke lichaam, door vaalblauw gedomineerd, wordt geaccentueerd door een zuiverwitte lijkwade. Daarrond heb je een krans van heldere kleuren in de kledij van de figuren rond Christus, elk met een eigen hoofdkleur. Dit alles staat in contrast met de donkere, zwarte achtergrond, die – getrouw aan het evangelie – het avonduur weergeeft, maar tegelijkertijd ook psychologisch het drama moet oproepen van de onrechtvaardige terechtstelling van de Onschuldige.
(III) Bij De Opdracht in de tempel (rechterluik) zegt de oude Simeon (S) in zijn hymne: “Uw dienaar laat Gij, Heer, nu naar Uw woord in vrede gaan: mijn ogen hebben thans Uw Heil aanschouwd dat Gij voor alle volken hebt bereid; een licht dat voor de heidenen straalt (“Lumen ad revelationem gentium”) een glorie van Uw volk Israël”. Het is deze lofzang die als dagsluiting in de kloosters en door de priesters in het brevier wordt gebeden. De opdracht van Jezus in de tempel op de 40 ste dag na Zijn geboorte (op Kerstmis) wordt gevierd op 2 februari. Omwille van de brandende kaarsen die dat licht symboliseren, wordt dit feest ‘O.-L.-Vrouw-Lichtmis’ genoemd. (I) De sleutelfiguur die beide symbolische gedachten van ‘het Licht’ en ‘het dragen’ verbindt, vind je aan de buitenzijde van het rechterbuitenluik: de kluizenaar (Er). Hij dráágt een licht: een brandende lantaarn, maar de wijze man draagt ook Christus in zich.
(V) De communicanten Als altaarstuk roept het de gelovigen op ook echte ‘Christus-dragers’ te zijn. Wie aan dit altaar de Communie kwam ontvangen, werd in feite uitgenodigd om Christus in zich te dragen (en Hem mee naar huis te dragen). Geen ‘l’art pour l’art’, geen ‘kunst om de kunst’ dus, deze wereldberoemde creatie van Rubens.
www.topa.be
~5~
Antwerpen, Onze-Lieve-Vrouwekathedraal Hoogtepunten van het katholieke geloof en van Rubens’ barokke schilderkunst Jezus’ kruisafneming (Pieter-Paul Rubens, 1611-1614)
Enkele stilistische kenmerken De hele compositie is afgestemd op de Jezusfiguur van De Kruisafneming (+), symbolisch en ook letterlijk het centrale personage. Rechts: loopt de opwaartse compositielijn van rechts buiten onderaan naar links binnen bovenaan, te beginnen aan de blote voet van St.-Jozef (J), dan zijn rug, de handen van Maria (M), het hoofd van de kleine Jezus (+), zo naar de opgeheven ogen van Simeon (S), die naar de hemel kijkt. Links: volg je de schalkse meid de trap op, naar het huis van Elisabet (E) en Zacharias (Z). Dus van links buiten onderaan naar rechts binnen bovenaan. Dat de meid buiten het schilderij kijkt, doet ze niet zomaar uit verstrooiing. Zij kijkt (zeker de jongens onder) het publiek in de ogen om des te meer hun aandacht binnen het eigenlijke tafereel te houden; een trucje van Caravaggio dat Rubens dankbaar overgenomen heeft. Echt barok is dat het bij elke voorstelling telkens om een aan de gang zijnde actie gaat: een beweging, die liefst in een diagonale opstelling levendig wordt weer gegeven. Op weergaloze wijze weet Rubens ook de barokke feeling voor de tastbare materie op een naturalistische wijze waar te maken. Kijk bv. naar de marmers van de tempel, het rijkelijk gestoffeerde gewaad van Simeon, de blonde sensuele haren van Maria Magdalena (MM) en Maria Kleofas (MK). Typisch voor Rubens is het schitterend coloriet, met daarbij een heel gamma tinten per kleur, zoals in de kledij van de personages. Blauw is niet zomaar enkel een vlek blauw; het bestaat uit allerlei schakeringen van donkere en lichte tinten blauw al naargelang de lichtspeling. Realisme schuilt er ook in (de weergave van) de kledij. Wij zijn gewoon lange kleren te zien en te denken: dat is van ‘Jezekes tijd’. Maar door de weergave van de eigentijdse mode wil Rubens laten zien dat het Bijbelse tafereel een blijvend actuele betekenis heeft. Zo is de priesterkleding van Simeon (S) eigentijds barok. Omdat Maria (M) op het linkerluik zo modieus is, met haar typisch 17de-eeuwse hoed, mag je daaruit nog niet afleiden dat het om een portret van Rubens’ tweede vrouw Hélène Fourment gaat (die trouwens toen nog niet geboren was!). Dit wil zeggen: als Rubens ditzelfde tafereel nu zou schilderen, stak hij enkele figuren zeker in jeans. Een souvenir aan zijn verblijf in Rome, zie je in de weergave van de tempel van Jeruzalem, op het rechterluik. Het cassettenplafond is dat van de basiliek van Maxentius (en Constantijn) op het Forum Romanum. Het landschap van de polders rondom Antwerpen kun je dan weer waarnemen op het linkerluik, in een doorkijk onder de trap. www.topa.be
~6~
Antwerpen, Onze-Lieve-Vrouwekathedraal Hoogtepunten van het katholieke geloof en van Rubens’ barokke schilderkunst Jezus’ kruisafneming (Pieter-Paul Rubens, 1611-1614) Tijdens het Frans Revolutionair Bewind werd dit meesterwerk naar Parijs gevoerd, naar het door hen geplande wereldmuseum in het Louvre. In 1816 komt het gelukkig terug op (1 travee verder dan) zijn oorspronkelijke plaats.
Een bijkomende legende: Nello en Patrasche Heel Japan kent dit schilderij van de Kruisafneming. Op school leren Japanse kinderen immers een verhaal dat zich in de kathedraal van Antwerpen afspeelt. Het verhaal gaat over de arme weesjongen Nello. Ongelukkig genoeg sterft ook zijn goede grootvader. De knaap probeert wat geld te verdienen door zijn hond Patrasche in te spannen voor een hondenkar en zo melk af te leveren in Antwerpen. Doch hij wordt valselijk beticht van brandstichting en verliest zijn werk. Hij voelt zich geheel alleen en verlaten. Zijn enige vriend is zijn hond Patrasche. Hij heeft maar één verlangen in zijn kinderleven: eenmaal de schilderijen van Jezus en Maria (door Rubens) in de O.-L.-Vrouwekerk te aanschouwen, die (toentertijd) door voorhangen werden afgedekt. Ten slotte komt hij op Kerstavond vóór De Kruisafneming terecht. Hij ziet het gelaat van de gestorven Jezus verlicht door de maan en hoort Hem a.h.w. zeggen: “Vandaag zult gij nog met Mij in het paradijs zijn” (Lc. 23:42). Nello sterft ’s nachts van de kou bij het schilderij, samen met zijn trouwe metgezel Patrasche. De volgende morgen vindt men hen beide. Geen ‘happy end’ dus.
Het verhaal A Dog of Flanders (Een hond van Vlaanderen) dat in de 19deeeuw geschreven werd door de Brits-Franse auteur ‘Ouida’ (= Marie-Louise de la Ramée), is – merkwaardig genoeg – in Antwerpen onbekend gebleven, totdat de Japanse toeristen hier ca. 1980 op bezoek beginnen te komen, en zij meer dan eens aan de balie van de Dienst voor Toerisme vragen naar het huis van Nello. Niemand die hier ooit van Nello had gehoord. Na de ontdekking van het verhaal door de Dienst voor Toerisme, verwerkt Willy Vandersteen het gegeven in een van de stripverhalen van Suske en Wiske: ‘Het dreigende dinges’. Snel laat men een bronzen beeldje van Nello plaatsen in Hoboken, zodat de toeristen uit het land van de rijzende zon toch aan hun trekken kunnen komen en men er postkaartjes van kan verkopen... Verder komt er een glasraam in de bookshop van de kathedraal en een gedenksteen op de Handschoenmarkt.
www.topa.be
~7~