CDA MdV, We bespreken vandaag de Kadernota 2015, het moment waarop we als raad reflecteren op het beleid zoals dit het afgelopen jaar is gevoerd en vooruitblikken op het voor de komende jaren gewenste beleid. Bij de vorming van het coalitieprogramma “Krachten bundelen” stonden de coalitiepartners een aantal uitdagingen scherp voor ogen: Minder overheid, méér samenleving. Niet bij ieder zich aandienend maatschappelijk vraagstuk als overheid onmiddellijk de regie nemen, maar bevorderen dat oplossingen vanuit de samenleving zelf worden aangedragen en in n ieder geval gedeelde verantwoordelijkheid worden aangepakt. Invulling geven aan de door het Rijk gedecentraliseerde taken op het gebied van zorg, inkomen en jeugd. En ook hier zoveel mogelijk aansluiting zoeken bij de eigen kracht en mogelijkheden van onze burgers, waarbij het onze opgave was dat de “meest kwetsbaren” onder ons te allen tijde zouden worden ontzien. Ondersteuning bieden aan een zich aandienend (licht) economisch herstel, waardoor bij een actieve bundeling van krachten en gerichte investeringen, Waalwijk op de kaart zou worden gezet als een gemeente waar het goed ondernemen is. Een drietal ambities in een periode bovendien van verminderde algemene uitkeringen en bezuinigingen op met name het sociaal domein. MdV, Van de huidige collegeperiode is pas één jaar verstreken, voor het trekken van een eindconclusie is het zeker te vroeg, maar bij wijze van tussenbalans spreekt het CDA graag een positief oordeel uit over het tot op heden gevoerde beleid, waarbij wij overigens ook wel enige kanttekeningen willen plaatsen. Op het sociale domein is het afgelopen jaar veel tot stand gebracht. Met name het optuigen van een organisatie om de voor de gemeente nieuwe opgaven op het gebied van WMO, Jeugd en Inkomen te beheersen heeft
CDA de nodige inspanning gekost. Wij hebben de indruk dat met de keuze voor “WaalwijkWijz” een doelmatige en integrale aanpak tot stand is gebracht. Met de implementatie van het sociaal domein zijn we pas enkele maanden bezig. Nog weinig zicht hebben we op de uitkomsten van het (bezuinigings)beleid op de praktijk van alle dag. Werkt het dogma van de “eigen kracht”? Zijn buren en mantelzorgers in staat en bereid een helpende hand te bieden en wordt, als dit niet zo is, in de hulpvraag ook in voldoende mate voorzien? Valt er echt niemand uit de boot? Signalen uit de samenleving bereiken ons dat bejegening en communicatie naar hulpzoekende burgers nog de nodige vragen oproept. Wij vragen het college klachten en vragen rondom de uitvoering van het beleid serieus te nemen en waar nodig verbeteringen aan te brengen. Maar ook als raad dienen wij de vinger aan de pols te houden hoe de vastgestelde beleidsregels in de praktijk landen. Het initiatief om als raad een hoorzitting te beleggen, waarbij professionele organisaties, vrijwilligersorganisaties en betrokken burgers hun ervaringen met elkaar en de raad kunnen delen, juichen wij daarom van harte toe. Het levert ons informatie op en is onbedoeld een uitstekende manier hoe wij praktisch invulling kunnen geven aan het raad breed lopende project “Praat met de Raad”. Op economisch terrein liggen de bedrijfsterreinen Haven 7 en 8 gereed voor uitgifte. Acquisities op deze bedrijventerreinen versterken niet alleen de positie van het Grondbedrijf, maar dienen vooral onze ambities op het vlak van arbeidsparticipatie en werkgelegenheid. Met de naderende realisering van Insteekhaven, N261 en dadelijk het GOL beschikt Waalwijk over een uitstekende uitgangspositie om zijn logistieke ambities waar te maken en zijn positie als nijverheidsgemeente ook op de middellange termijn te verzekeren. Over onze bedrijventerreinen gesproken, ontwikkeling en verkoop van nieuwe bedrijventerreinen is één ding, weerbarstiger is de vernieuwing van oude bedrijventerreinen. En daar zal het met de ladder van duurzame
CDA verstedelijking toch naar toe moeten. Wanneer gaat het convenant met de BOM om te komen tot die noodzakelijke herontwikkeling nu eindelijk eens gestalte krijgen? Ingenomen is het CDA met de revitalisering van de bestaande kleinere winkelcentra in de wijken. Modernisering en uitbreiding van supermarkten in Bloemenoord, Zanddonk, Waalwijk-oost, Waspik en Vrijhoeve-Capelle hebben duidelijke economische spin-off en dragen, met de buurthuizen nieuwe stijl bij aan de gewenste sociale cohesie binnen die wijken. Spijtig te moeten constateren dat de uitvoering van het Geschikt Wonen Onderzoek, er op gericht het langer thuis wonen ook fysiek makkelijker te maken, zo lang op zich laat wachten. MdV, van een pril economisch herstel lijkt het Waalwijks winkelcentrum nog niet te profiteren. Integendeel: de economische crisis, de opkomst van internetverkoop, de verweesde uitstraling van het Kropholler, ruziënde vastgoedeigenaren en de concurrentie van andere lokaties, binnen buiten Waalwijk, zetten de eens regionale functie van het winkelcentrum onder zware druk. Nog onvoldoende lijkt doorgedrongen dat met het verdwijnen van twee supermarkten uit De Els ook een belangrijke pijler onder het economisch draagvlak van het winkelcentrum wordt weggeslagen. MdV, het is wat ons centrum betreft “vijf vóór twaalf” en tijd voor actie! Het antwoord kan zeker niet alleen van de overheid komen, de ondernemers zijn als eerste aan zet. Overigens ondernemers die met het nu naar buiten gekomen confict rondom de centrummanager zich zelf een slechte dienst bewijzen. Maar wij mogen als gemeente niet aan de kant van de weg blijven staan. Ook wij moeten te rade gaan wat in ons vermogen ligt om een negatieve spiraal te doorbreken en nieuw elan te creëren. Bij een goed renderend en aantrekkelijk winkelcentrum zijn ten slotte alle inwoners gebaat.
CDA De komst van het SLEM, waartoe wij nog deze maand besluiten,zien wij als een uitgelezen kans ons centrum een stevige kwaliteitsimpuls te geven. Wij vinden het bovenal terecht, zoals u in uw bijbehorend raadsvoorstel schrijft, dat de vestiging van het SLEM gepaard moet gaan met een visie/actieplan op het centrum, zodat de wisselwerking tussen museum en centrum maximaal kan zijn. Met de aanstelling van een programmamanager Binnenstad voor de borging van een integrale gebiedsaanpak stemmen wij van harte in. Van de voorgestelde integrale aanpak dient naar onze mening ook het parkeerbeleid deel uit te maken. Een goed functionerende binnenstad staat of valt met een goede bereikbaarheid en een parkeerregime dat bezoekers tot een bezoek verleidt en uitnodigt. Als het kan ook die consumenten die voor hun dagelijkse boodschappen niet per se op het winkelcentrum zijn aangewezen. In de vorige raadsvergadering heeft de raad besloten voor in ieder geval de periode van reconstructie van de Van Coothstraat de eerste 2 uur parkeren aan de Taxandriaweg gratis te maken. Wij zouden het college willen verzoeken de effecten van deze maatregel te monitoren: is het alleen een tijdelijke verschuiving van De Els naar de Taxandriazone of is sprake van een autonome toename van het aantal bezoekers. In dit laatste geval zou het CDA continuering van de maatregel voor ook langere tijd bespreekbaar willen maken. MdV, met de centrumontwikkeling in relatie tot het SLEM hebben we voor Waalwijk en de positie van Waalwijk in de regio, een majeure opgave te pakken. Het is omwille van een integrale aanpak ook toe te juichen dat één wethouder, tevens ook wethouder van de grootste fractie in deze raad, de regie op het totale project voert. Een derde punt dat wij deze middag naar voren willen brengen betreft de bestuurlijke samenwerking. Als raad becommentarieerden we eerder dit jaar het rapport Zourides/Tops. Wij besloten voordat we verdere stappen zouden zetten eerst de bereidheid te inventariseren bij de buurgemeenten
CDA voor een gezamenlijke aanpak. We moeten constateren dat van die bereidheid vooralsnog niet veel is gebleken. Beide buren geven aan het vraagstuk van bestuurlijke organisatie naar eigen inzicht en tempo te willen oppakken, waarbij samenwerking met Waalwijk slechts in afgeleide zin aan de orde kan zijn. Jammer maar het is op dit moment niet anders. Naar aanleiding van de terugkoppeling van de raadswerkgroep naar de raad en het hieraan te geven vervolg, zal de PvdA, met steun van in ieder geval het CDA een motie indienen. Naast of in plaats van “dansen op schalen” is het CDA nog steeds voorstander van hechte, niet vrijblijvende duurzame samenwerking met andere gemeenten, bij voorkeur in Langstraatverband. Met belangstelling zien wij uit naar de bestuurlijke reactie van het nieuwe Provinciale bestuur op de (tussen) rapportage die wij het college vragen GS aan te bieden. Intussen gaan we door met ons eigen proces van schaalverdieping, overeenkomstig het project “Praat met de raad” en staan we open voor verkennende gesprekken met ook andere gemeenten en bestuurlijke verbanden over verdere samenwerking.
Voorzitter, bij de behandeling van de Kadernota 2014 is door de raad een motie aangenomen waarin het college werd opgedragen de mogelijkheden te onderzoeken om onder nog nader te bepalen voorwaarden medewerking te verlenen aan de verplaatsing van het huidige HK a/d Winterdijk naar het Hoefsvengebied en de raad nog dit jaar (2014) een voorstel te doen. Nu een jaar verder moeten we constateren dat er nog geen voorstel aan de raad is voorgelegd. Tot op zekere hoogte verklaarbaar omdat ook met SLEM nog geen stappen waren gezet. Inmiddels staat dit wel te gebeuren en is deze nieuwe omstandigheid aanleiding genoeg om een motie met een zelfde strekking als vorig jaar opnieuw in te dienen. Het dictum is in zoverre aangepast dat we er nu op aandringen het gevraagde voorstel bij de behandeling van de begroting 2016 gereed te hebben. De motie mag ik U namens…..overhandigen.
CDA
Voorzitter, in het dictum van het raadsvoorstel vraagt u ons ook in te stemmen met de structurele mutaties op de begroting 2015, met een doorwerking naar de begroting 2016. Tegelijkertijd weten we dat deze mutaties gebaseerd zijn op ervaringscijfers van slechts enkele maanden. We hebben het over een per saldo structureel nadeel van 800.000,-. Onze verzoek aan het college is om deze voorlopige cijfers ten behoeve van de Begroting 2016 tijdig te valideren, zodat we geen onnodige lucht in de Begroting pompen.
Voorzitter, ik rond af: In het begin van mijn bijdrage prees ik het college voor de manier waarop het bezig is de grote thema’s op het sociaal , economisch en cultureel gebied te realiseren. De aanpak tot heden geeft vertrouwen voor de toekomst. Op een kritische maar constructieve houding van het CDA kan het college hierbij rekenen. Dank U ,voorzitter