JAARGANG 4 -NR. 1-MAART 2015
Nieuws uit de Metropoolregio Amsterdam
Economie Metropoolregio Amsterdam groeit hard
Duurzaamheidsagenda zet in op vijf speerpunten
Organisch bouwen:
Dubbelinterview
Oude Zuiderzeekust
een sluipend proces
Johan Remkes en Leen Verbeek
in vogelvlucht
korte berichten
>>
Lezersonderzoek - doe mee!
Het is alweer vier jaar geleden dat er een lezersonderzoek plaatsvond naar de communicatiemiddelen van de MRA. Tijd om weer eens te kijken waar we verbeteringen kunnen doorvoeren. Daarvoor hebben we uw inbreng nodig. Het volgende nummer willen we al met behulp van de resultaten aanpassen, wacht daarom niet te lang met invullen. Het onderzoek vindt u op www.onderzoekenstatistiek.nl/ mra en staat tot 31 maart online. Het invullen duurt slechts 5 à 10 minuten. Laat uw stem gelden!
Record aantal buitenlandse bedrijven
In 2014 hebben 139 nieuwe buitenlandse bedrijven zich gevestigd in de Metropoolregio Amsterdam. Deze bedrijven zorgen gezamenlijk direct voor 1308 arbeidsplaatsen en over 3 jaar al ruim 2300.
Ook wordt de MRA steeds aantrekkelijker voor internationaal talent. In 2014 heeft het Expatcenter Amsterdam Area ruim 8.000 internationals geholpen bij het vestigen in de regio. Dit betreft een groei van 30% ten opzichte van het voorgaande jaar.
Bijzonder woonproject
De gemeente Zaanstad heeft de Nu al Eenvoudig Beter-trofee 2014 gewonnen met het project ‘De Hemmes’. De gemeente is hierdoor een mooi voorbeeld van werken in de geest van de Omgevingswet. Zaanstad wil een woonbuurt realiseren op schiereiland De Hemmes. Daarvoor zijn afspraken gemaakt met omliggende bedrijven over onder meer geur en geluidoverlast. Zaanstad ontving de trofee uit handen van Minister Schultz van Haegen (IenM).
Spreiding toerisme loont Het gaat goed met toerisme en congressen in de stad. Met name na de heropening van de grote musea kent Amsterdam een ware ‘bezoekersboom’. Nadelig gevolg van dit positieve nieuws is dat sommige delen van de stad bij tijd en wijle overvol raken. Eén van de kernvragen waar het cluster Toerisme en Congressen zich het hoofd over breekt is dan ook hoe wij de sector gestaag kunnen laten groeien zonder dat de leefbaarheid van de stad daar onder te lijden heeft. Eén van de oplossingen is het spreiden van de toeristen over de metropool. Zoals het project ‘Amsterdam Bezoeken, Holland Zien’, dat onlangs de prestigieuze internationale Ulysses Award van de Verenigde Naties heeft gewonnen. Dit project is een constructieve samenwerking tussen de Stadsregio Amsterdam, gemeenten, de provincies Noord-Holland en Flevoland, Amsterdam Marketing en de Amsterdam Economic Board. Het aantal internationale bezoekers dat vanuit Amsterdam een bezoek brengt aan de regio is sinds de start van het project met bijna 30% toegenomen, 2 Podium 4 | 1
Route app Stelling
De Stelling van Amsterdam biedt digitale routes aan in de AbelLife route app. In totaal komen er in 2015 tien wandel- en/of fiets routes offline beschikbaar. Met de verhalen en filmpjes komt de historie en het landschap van de Stelling echt tot leven.
Miljoenen voor talentontwikkeling
Het ministerie van Sociale Zaken en de MRA investeren gezamenlijk ruim 14 miljoen euro in het programma ‘Werk maken van Talent’. Dit regioplan, opgesteld door de Amsterdam Economic Board, is gericht op het optimaal benutten van talent op de regionale arbeidsmarkt. De komende twee jaar wordt een tiental projecten uitgevoerd om mensen op te leiden of om te scholen voor banen binnen kansrijke sectoren. Henk Markerink, CEO Amsterdam Arena en Voorzitter Cluster Toerisme en Congressen
terwijl de bijbehorende bestedingen in de regio met 300 miljoen euro zijn gestegen. Naast dit project ondernemen we meerdere activiteiten om deze spreiding te bevorderen, zoals beter en eenvoudiger openbaar vervoer in de metropool en diverse slimme maatregelen om het de toerist gemakkelijk te maken. Zo kunnen ICT-toepassingen bezoekers beter informeren over de verschillende bezienswaardigheden en bijbehorende drukte, waardoor wachtrijen bijvoorbeeld afnemen. Daarbij wordt intensief en succesvol samengewerkt in triple helix verband en met de diverse clusters van de Board. De steeds stijgende bezoekersstroom is van groot economisch belang voor de stad en de metropool. Daar zijn we heel blij mee. Aan ons om die groei in goede banen te leiden. Intensieve samenwerking tussen alle betrokkenen op metropoolniveau is daarbij essentieel. De Amsterdam Economic Board fungeert als aanjager.
Organisch bouwen: een sluipend proces Organische ontwikkeling op Zeeburg
Het bouwen van woningen vindt steeds meer plaats op basis van particuliere initiatieven en dus op kleine schaal. Naar dit feno meen van ‘organisch bouwen’ is verkennend onderzoek verricht. Uit de resultaten blijkt dat gemeenten, (bouw)partijen en bewoners moeten leren omgaan met de consequenties van organisch bouwen.
Bij organisch bouwen gaat ‘t om relatief klein schalige initiatieven van woningbouw met een geleidelijke, soms zelfs kavelgewijze ontwikkeling. Bij die kleine locaties kan het gaan om transformatie, nieuwbouw of het ‘vullen van gaten’. Grootschalige blauwdrukplanning maakt plaats voor kleinschalige verstedelijkingsmodellen. De ontwikkeling van een enkele kleine locatie blijkt nauwelijks van invloed op het omliggende stedelijk gebied. Wel is er inmiddels sprake van een inktvlekwerking die ook een keerzijde heeft.
Onzekerheden
‘Van grootschalige
blauwdrukplanning naar kleinschalige
verstedelijkings modellen’
Recent onderzoek van het ministerie BZK, de MRA en de Noordvleugel Utrecht toont aan dat de consequenties van de organische ontwikkelingen veel minder te voorspellen zijn dan van grote bouwprojecten. Ongewis is wat de effecten zijn op bereikbaarheid, voorzieningen of de inrichting van de openbare ruimte. Vele kleine ontwikkelingen, verspreidt over het hele stedelijk gebied, hebben bijvoorbeeld een significant cumulatief effect op de infrastructuur en voorzieningen. Dat kan op termijn tot grote problemen leiden, omdat bij organische ontwikkeling niet meteen besteedbaar geld vrijkomt voor andere onderdelen van de ruimtelijke inrichting van de stad. Heel anders dus dan het ontwikkelen van een gebied via grote bouwprojecten, die vanaf de start een grote investeringskracht met zich meebrengen. Ook blijkt dat voor het goed op de rails zetten van organisch bouwen er nog veel onzeker is, vooral op financieel, organisatorisch en bestuurlijk vlak.
Andere rol
Belangrijk verschil is bovendien dat er een veel sterkere rol is voor de eindgebruikers en een meer faciliterende rol voor de overheid. Daarnaast vereist
FOTO: MICHIEL WIJNBERGH
organisch ontwikkelen een heel andere manier van sturing en afstemming tussen de verschillende beleidsterreinen. Dat geldt vooral voor de financiering. Zo blijken nog heel wat projecten voort te bouwen op basis van ‘oude’ grondexploitatie en financiering. Toch zullen de grote voorinvesteringen van vroeger in toenemende mate vervangen worden door kleinere investeringen voor de korte termijn (cashflowsturing). Wat ook verandert zijn de grote onzekerheden wat betreft tempo en fasering.
Vervolgonderzoek
Het onderzoek maakt duidelijk dat gemeenten, (bouw)partijen en bewoners moeten leren omgaan met de consequenties van organisch bouwen. Dat rechtvaardigt een vervolgonderzoek naar grotere en kleinere projecten die van begin af aan op deze nieuwe manier tot stand komen. Deze moeten nauwkeurig worden geanalyseerd en ontleed om te leren wat dat betekent voor het beleid van gemeenten, voor de investeringen en voor de uitvoering van opgaven op andere beleidsterreinen. Voor de betrokken partijen reden om een vervolg onderzoek te starten. Het is de bedoeling de bouwprojecten die werkelijk tot stand komen met een heel nieuwe – organische – werkwijze nauwgezet te volgen. Daarbij moet oog zijn voor wat deze ontwikkelingen betekenen voor andere gemeentelijke opgaven, zowel financieel als organisatorisch. Het onderzoek Organisch Bouwen is gepubliceerd op de websites van de MRA, Stadsregio en het Ministerie van BZK. Contactpersoon: Gerrit van der Plas,
[email protected] 4 | 1 Podium 3
Economie Metropoolregio Amsterdam groeit snel
FOTO: GEMEENTE AMSTERDAM
Hoofdauteur Henri de Groot presenteert het eerste exemplaar van de verkenningen aan PRES-voorzitter Kajsa Ollongren
De Metropoolregio Amsterdam profiteert van het aantrekken van de wereldhandel en door herstel van het consumentenvertrouwen nemen de beste dingen toe. Er wordt een economische groei in de MRA verwacht van 1,6 procent in 2014 en 3 procent in 2015. Dat blijkt uit de Economische Verkenningen 2015. Wel bestaan er veel onzekerheden die de economische groei kunnen afremmen en blijft de werkloosheid relatief hoog.
Het nieuwe jaarlijkse overzicht van de economische ontwikkelingen in de MRA is recent gepresenteerd tijdens een symposium in Pakhuis De Zwijger in Amsterdam. De bijeenkomst werd bezocht door circa 200 politici, bestuurders, ondernemers en andere geïnteresseerden. De Amsterdamse wethouder Kajsa Ollongren, voorzitter Platform Regionaal Economische Structuur (PRES), reageerde enthousiast op de uitkomsten. “Het is goed om te zien dat de regio weer als vanouds sneller groeit dan de rest van Nederland. Maar we moeten alert blijven en inspelen op de snelle economische en technologische ontwikkelingen. Samenwerking blijft daarbij cruciaal en gelukkig tonen deze Economische Verkenningen aan dat we een functioneel samen hangende economie vormen.”
Herstel zet door
Henri de Groot, VU-hoogleraar en een van de auteurs van de Economische Verkenningen, gaf aan dat het herstel na de ‘dubbele dip’ van 2009 en 2012 doorzet. “De MRA werd relatief hard geraakt, maar de MRA herneemt zich ook relatief snel.” Tussen de sectoren bestaan grote verschillen. Overige zakelijke diensten, groothandel en ICT zijn in de MRA oververtegenwoordigd ten opzichte van de rest van Nederland, terwijl de bouwsector juist sterk krimpt. De Groot: “De MRA wordt steeds meer een diensteneconomie.” Ook tussen de regio’s bestaan grote verschillen. “Amsterdam en Haarlemmermeer dragen veel bij aan de regionale economische groei, Lelystad en Almere blijven achter.” Binnen de MRA hebben Amsterdam en Gooi en Vechtstreek gemiddeld 4 Podium 4 | 1
‘Economische diversiteit
van de MRA geeft haar grote veerkracht’
de hoogste inkomens, terwijl binnen Amsterdam de ongelijkheid in inkomens het grootst is. Belangrijke vraag is of de MRA-economie schokbestendig genoeg is om nieuwe tegenwind het hoofd te bieden. Martijn van Vliet, Chief Economist van de gemeente Amsterdam, denkt van wel. “De grote economische diversiteit van de MRA geeft haar grote veerkracht. Maar het grootste risico ligt bij onszelf: we moeten er niet van uitgaan dat we na de recessie voort kunnen gaan op de veilige paden van vóór 2008.”
Hoge werkloosheid
Ondanks de positieve vooruitzichten neemt de werkloosheid komend jaar slechts af met 0,2% en komt dan uit op 9,3%. De Groot vindt dit niet verontrustend: “Dit is best veel, maar doorgaans loopt de werk gelegenheid achter op de economische groei.” Thijmen van Bree, die namens TNO meeschreef aan de Economische Verkenningen, gaf aan dat diverse factoren hieraan bijdragen. “Een zorgelijke ontwikkeling is de toegenomen werkloosheid onder middelbaar opgeleiden. Automatisering en internationale concurrentie spelen hierin een belangrijke rol. Dit zijn structurele processen en verdienen daarom onze aandacht.” Met name de deelregio’s Zaanstreek en Lelystad/ Almere krijgen hiermee te maken.
Groeiverschillen
De financiële crisis van 2009 heeft de verhoudingen tussen sectoren in de MRA veranderd. In de jaren vóór de crisis groeiden grote sectoren hard en kleine sectoren juist minder snel. Na de financiële crisis zijn de groeiverschillen tussen de sectoren kleiner geworden. Dit duidt erop dat de MRA – als geheel – zich minder sterk specialiseert dan voorheen. Tegelijkertijd blijven deelregio’s zich wel specialiseren. Zo floreert in Haarlem met name de detailhandel en wordt Haarlemmermeer meer en meer een centrum van groothandel. Mark Pol, wethouder Almere, en Jan-Nico Appelman, gedeputeerde Flevoland, braken elk afzonderlijk een lans voor hun deelregio. Pol wees erop dat door interregionale samenwerking er veel wordt aangepakt in Almere. Appelman benadrukte dat Flevoland zich ook in nieuwe sectoren specialiseert, waar onder luchtverkeer en industrie. Maar er zijn ook sectoren in deelregio’s die verzwakken, zoals vervoer en opslag in Amsterdam en Amstel-Meerlanden. De Groot: “Elke gemeente zal hier op een eigen manier op moeten reageren. Tegelijkertijd zijn regio’s als de MRA zeer goed in staat om hier adequaat beleid op te voeren. Gelukkig kunnen we na vier edities van deze Economische Verkenningen met recht concluderen dat de MRA een functioneel samenhangende economie vormt.”
Economische Verkenningen MRA 2015
‘Metropoolregio groeit
als vanouds weer sneller dan overig Nederland’
De Economische Verkenningen Metropoolregio Amsterdam 2015 beschrijven de belangrijkste economische ontwikkelingen in de MRA. Het boekwerk wordt voor de vierde keer op rij uitgegeven en is een uitgave van Gemeente Amsterdam, in opdracht van Platform Regionaal Economische Structuur (PRES). Het onderzoek is uitgevoerd door TNO, Ernst & Young en de Vrije Universiteit Amsterdam. De Economische Verkenningen MRA 2015 en aanvullende informatie staan op (www.amsterdam.nl/economischeverkenningen) en op pag. 12.
4 | 1 Podium 5
Duurzaamheidsagenda zet in op vijf speerpunten De MRA omarmt de afspraken uit het Energieakkoord. Als Sustainable Urban Delta huisvest de MRA een enorm potentieel voor de verduur zaming van Nederland. De ambitie van de onlangs vastgestelde Uitvoeringsagenda Duurzaamheid 2015 is om dat potentieel te ontsluiten.
Een duurzame MRA-economie wordt beschouwd als een steeds belangrijkere vestigingsvoorwaarde voor bedrijven. Het vermindert de milieudruk en creëert ruimte voor duurzame lokale productie van energie, grondstoffen en voedsel. Dit maakt de metropoolregio aantrekkelijker en dus meer concurrerend. Met de Uitvoeringsagenda Duur zaamheid 2015 wordt op het niveau van de MRA vorm gegeven aan de doelen van het Energieakkoord. De agenda zet in op vijf speerpunten: Gebouwde Omgeving, Warmte netten, Smart Grids, Biobased Economy en Circulair Economy.
Bij het speerpunt Warmtenetten is de samenwerking binnen de MRA het meest ver gevorderd. Zo wordt er nu zelfs een ‘warmte regisseur’ geworven. Hoog tijd om dit thema nader te belichten.
Werken aan warmtenetten
Warmtenetten, ook wel bekend onder de noemer stadsverwarming, is een verzamelbegrip voor het duurzaam gebruiken van onder andere restwarmte. Warmte die de ene partij over heeft wordt door andere partijen gebruikt voor het verwarmen van woningen of het maken van warm water. Warmtenetten zijn bij uitstek geschikt voor dichtbevolkte
Zaanse restwarmtebronnen Duwbakken industriële restwarmte (Mobiele warmte) Biomassa
Diemen centrale
Geothermie
Restwarmte datacenters
Glastuinbouwclusters Aalsmeer
Warmtevisie van de Metropoolregio Amsterdam
gebieden. Goed nieuws in dit licht is dat er meerdere kansrijke initiatieven opborrelen. Enkele voorbeelden van projecten geven aan wat er zoal speelt in de regio.
In het Warmteoverdrachtstation Almere Poort wordt water voor stadsverwarming opgewarmd met restwarmte van de industrie
6 Podium 4 | 1
IJmond De restwarmte van Tata Steel is voldoende om via een regionaal warmtenet zo’n 10.000 woningen te verwarmen. Dat is de conclusie uit een haalbaarheidsonderzoek. Dit zou een schaalsprong betekenen voor de duurzame energievoorziening van de IJmond. Nog dit jaar willen de partijen in de IJmond komen tot ontwikkelovereenkomst met de partners die het project gaan uitvoeren. Naast een warmte net voor warmte voor woningen of utilitaire gebouwen wordt uit-
werking gegeven aan een stoomnet voor industriële toepassing. Zaanstad Vanuit het Europese Fonds voor Energie Efficiëntie (EEEF) is ruim D 460.000 subsidie beschikbaar voor het uitbreiden van het bestaande warmtenetwerk van afval- en energiebedrijf HVC in Saendelft. Er wordt een aanbesteding georganiseerd. Bij een positieve uitkomst van een haalbaarheidsonderzoek kan het netwerk verder worden uitgerold en al in 2017 gereed zijn. Amsterdam In Amsterdam ligt het snelst groeiende warmtenet van Nederland. Met name de restwarmte van de afvalverbrandingsinstallatie en de Diemer elektriciteitscentrale is zeer geschikt voor dit doel. De gemeente wil dat het stadswarmtenet groeit van de huidige 75.000 aansluitingen naar maar liefst 230.000 aansluitingen in 2040. Dit betekent dat, naast de nieuwbouwaansluitingen, ook bestaande woningblokken en bedrijven moeten worden aan gesloten. Dat is maatwerk. De gemeente werkt aan dit vraagstuk, onder meer door partijen zoals woningbouwcorporaties en energiebedrijven bij elkaar te brengen.
Geen gelopen race
Toch is deze vorm van duurzame energieopwekking, ondanks de vele mogelijkheden, nog geen gelopen race. Milieutechnisch zijn er weliswaar voldoende kansen en oplossingen, maar op organisatorisch en financieel vlak liggen nog de nodige uitdagingen. Zo moet in MRA-verband snel worden toe gewerkt naar het ontwikkelen van een aanbod dat bewoners niet kunnen weigeren. Dat betekent onder meer dat er slimme oplossingen nodig zijn om de warmte kosteneffectief van A naar B krijgen. Kortom, er is meer dan voldoende werk aan de winkel voor de warmteregisseur. Contactpersoon: Eloi Burdorf,
[email protected]
Recreëren, waar doe je dat?
FOTO: MICHIEL WIJNBERGH
Mensen recreëren steeds dichter bij huis. Dat wil zeggen tot vijf à tien kilometer vanaf het woonadres. Verder gelegen recreatiegebieden worden minder bezocht. Dit uit zich het duidelijkst in de afname van recreatie van Amsterdammers gericht op strand en duinen. Dat is de belangrijkste conclusie uit twee onderzoeken – Recreatiemonitor van de provincie Noord-Holland en het Grote Groenonderzoek van de gemeente Amsterdam. De onderzoeksbevindingen zijn onlangs samengebracht in het rapport ‘Recreatie in de regio Amsterdam’. Voor het terugdringen van de mobiliteit is dat goed nieuws. In een Zaans onderzoek kwam al eerder naar voren dat de gebieden waar het bezoek toeneemt vooral per fiets worden bezocht. Het klassieke patroon van eerst de auto in en dan recreëren neemt
naar alle waarschijnlijkheid af. Dit is regionaal een belangrijk inzicht. Deze conclusie kan worden meegenomen in de MIRT-verkenning voor de A9. Het onderzoek gaat verder in op de mate van lokaal en regionaal gebruik van de recreatiegebieden. Voor lokaal gebruik geldt dat vooral bewoners uit de aangrenzende woongebieden er gebruik van maken. Regionale recreatiegebieden worden vooral bezocht door mensen uit verder gelegen woongebieden. ‘Recreatie in de regio Amsterdam’ staat op de MRA-site: www.metropoolregioamsterdam.nl en is op te vragen bij Ed Buijs (
[email protected]) en Jasper Beekhoven (
[email protected]).
Diemerbos wordt steeds leuker Op 4 februari vond de opening plaats van een voetpad tussen het Diemerbos en zorglandgoed Landlust. De opening staat symbool voor de voortgang van het inves teringsprogramma gericht op uitbreiding en kwaliteitsverbetering van het bos.
De opening van het voetpad door de betrokken bestuurders
Afgelopen jaren is flink geïnvesteerd om het Diemerbos aantrekkelijker te maken. Zo is er, naast het nieuwe voetpad, geïnvesteerd in het verbreden van de watergangen, de vergroting van de biodiversiteit door plagwerk in het moerasdeel en de realisatie van de fietsverbinding IJburg-DiemerbosAmsterdam Zuidoost.
Gebiedsfonds
Voor het verbeteren van de kwaliteit van het bos is in totaal circa F 8 miljoen beschikbaar. Het gaat om een gezamenlijke investering van de Stuurgroep Diemerbos (gemeenten Amsterdam en Diemen en Staatsbosbeheer), met de provincie en
Rijkswaterstaat. Bijzonder is dat partijen hun bijdrage in een gebiedsfonds stoppen. Hierdoor neemt niet alleen de flexibiliteit in de uitvoering toe, maar komen er ook rentebaten beschikbaar. Verder wordt de mogelijkheid om aanvullende inkomsten te verwerven vergroot.
Financiering beheer
De tekorten op het beheer van het bestaande bos vormen de grootste uitdaging voor de komende tijd. De stuurgroep heeft als ambitie gesteld dat in 2021 de inkomsten voldoende moeten zijn om het beheer te financieren. Verder onderzoekt de provincie op verzoek van de stuurgroep of het mogelijk is de samenwerking te verbreden naar de Diemerscheg en hier de ecologische opgave bij te betrekken. Voor de zomer ligt een voorstel op tafel. Contactpersoon: Geert Timmermans,
[email protected] 4 | 1 Podium 7
Oude Zuiderzeekust in vogelvlucht
FOTO: VIA DRUPSTEEN
8 Podium 4 | 1
Oude Zuiderzeekust Met de ontelbare windmolens, kerken en houten vissershuisjes lijkt het alsof in de voormalige Zuiderzeestadjes van de metropoolregio de tijd heeft stilgestaan. Je ontdekt hier de geschiedenis en traditie van de Nederlandse koopvaardij, visserij en kaasmakerij. Ook kun je kennismaken met de mijlpalen van de industriële revolutie, waar langs de rivier de Zaan de molenwieken op volle toeren draaiden en de schoorstenen van de fabrieken onophoudelijk rookten. Hier werden koekjes, meel en chocolade gemaakt. Kortom, een uniek stukje MRA dat als toeristisch uitstapje aan populariteit wint. Dit is mede te danken aan het succesvolle MRA-project ‘Amsterdam Bezoeken, Holland Zien’. Bekijk de foto 360° in het rond op de MRA-website!
4 | 1 Podium 9
Praktische insteek samenwerking rendeert Aan de vooravond van de Statenverkiezingen breken de Commissarissen van de Koning Leen Verbeek van Flevoland en Johan Remkes van Noord-Holland een lans voor het belang van de MRA-samenwerking. De metropoolsamenwerking staat op hoofdpunten als een huis, maar dat bete kent niet dat we nu tevreden achterover kunnen leunen. Verbeek en Remkes over de successen van de MRA en waar doorontwikkeling nodig is. De Metropoolregio Amsterdam functioneert als een soort netwerkachtige organisatie. “Juist de praktische aanpak spreekt me zo aan”, zegt Remkes. “Dit maakt het mogelijk om in wisselende samenwerkingsallianties maatwerk te leveren.” Ook Verbeek benadrukt de meerwaarde van de informele context. “Meer autoriteit erin stoppen werkt averechts. De geschiedenis van de MRA bewijst dat je juist door de informele weg te bewandelen verder komt.”
Bestuurlijke drukte loont
‘Metropoolregio
scoort uitstekend op versterking internationale
concurrentiepositie’
10 Podium 4 | 1
Beide provincievoormannen ergeren zich aan het feit dat bestuurlijke drukte in ons land een negatieve klank heeft. Direct overleg met alle betrokkenen bij een actueel onderwerp past juist bij een netwerk samenwerking. “Daar zijn gewoon heel veel mensen en partijen bij betrokken”, aldus Verbeek. “Verzet je daar dus niet tegen, maar ga er effectief mee om. Het is bovendien een stukje democratisering van de samenleving.” Remkes benadrukt eveneens dat heden ten dage voor de realisatie van opgaven meerdere partijen nodig zijn. “Dat roept naar buiten toe weleens het beeld op dat het bestuur gecompliceerd in elkaar zit, maar het is niet anders. Zo blijkt uit een recente wetenschappelijke analyse dat de bestuurlijke organisatie van de Staat New York op ongeveer vergelijkbare wijze in elkaar steekt. Hoewel vaak anders wordt beweerd, kun je vergeten dat één partij de dingen daar wel even doet.” Maar succesvol samenwerken gaat niet zomaar, zie het gedoe bij de zuiderburen van de MRA. “Misschien zitten we hier gewoon een beetje nuchterder in elkaar, met beide benen in de klei. Verder heeft ’t natuurlijk altijd met mensen te maken. Als er hier een keer iets is, dan weten we elkaar al vrij snel te vinden.” Belangrijk is
volgens Remkes de gunfactor. “Die is echt onontbeerlijk om binnen een samenwerkingsverband tot goede resultaten te komen. Anders dan in de Zuidvleugel is die in de MRA aanwezig.”
Verkiezingen
Het besef over de betekenis van de MRA blijkt ook onder de Statenleden goed tussen de oren te zitten. Belangrijk, want door de informele organisatie vindt besluitvorming in raden en staten plaats. Zowel in de Flevolandse als in de Noord-Hollandse statenzaal wordt regelmatig over de MRA gedebatteerd, maar eigenlijk alleen over de inhoud van de samenwerking. Remkes: “Dat is in de kern waar het om draait, want daar moet de democratische controle zich op richten. Er zal altijd wel eens een Statenlid zijn dat zich niet goed bediend voelt, maar ik kom in brede zin geen ongenoegen met betrekking tot de MRA tegen. Integendeel.” Maar dit toegenomen besef onder de volksvertegenwoordigers geldt niet voor de kiezers op 18 maart. Remkes: “Laten we ons geen illusies maken. De MRA is vooral een bestuurlijk gremium en spreekt de kiezer niet aan. Daar moet je nuchter in zijn.” Verbeek vindt dit overigens wel jammer, want er worden binnen de MRA belangrijke besluiten en keuzes gemaakt. “Zeker als het gaat om de inrichting van de metropool over pakweg tien jaar.”
Piketpaaltjes
Gevraagd naar opmerkelijke successen noemen beiden het feit dat de MRA erin slaagt steeds verder te komen met het ontwikkelen van een gezamenlijk economisch profiel. Remkes: “Achterliggende doelstelling van de samenwerking is het versterken van de internationale concurrentiepositie. Juist op dat onderdeel scoort de metropoolregio uitstekend.” Tot de verbeelding spreekt verder de manier waarop de partners op het gebied van zowel woningbouw als verkeer en vervoer gezamenlijk optrekken, deels ook samen met Utrecht richting het Rijk. Een ander klinkend resultaat vindt Remkers de Visie Noordzeekanaalgebied. “Dit heeft zonder averij op te lopen het hele democratische proces binnen zowel gemeenten als provincie doorlopen. Dat biedt een uitstekende vertrekbasis om nu de handen uit de mouwen te steken.” Verbeek noemt een soortgelijk succes in zijn provincie. “Onlangs is groen licht gegeven voor het ontwikkelen van een containerhaven bij
Lelystad. Dat scheelt straks heel veel vervoer over de weg en is typisch een project wat alleen kan floreren door het in MRA-verband op te pakken.” Ander winstpunt vindt Verbeek het feit dat het vraagstuk van groen en blauw steeds dominanter op de MRA-agenda prijkt. “De verstedelijking zet immers almaar door. Alle analyses laten zien dat een voorspoedige economische ontwikkeling steeds meer wordt beïnvloed door de kwaliteit van wonen en leven. Dat betekent dat de mogelijkheden voor ontspanning, zowel cultureel als op het gebied van recreatie en natuur, een factor van belang aan het worden zijn. We moeten er echt voor waken dat we alles weggeven aan de verstening.” Het duurzaamheidspoor vergt in zijn ogen nog wel meer aandacht. “We praten er al lang over, maar staan naar mijn gevoel pas aan het begin van die agenda.”
moet je met elkaar in verband brengen en niet bang zijn voor de complexiteit daarvan. De wereld wordt ingewikkelder en dat moet je onder ogen durven zien. Slagen we daarin, dan kan de samenwerking met name ten aanzien van de ontwikkeling van de economie en infrastructuur ons nog heel veel opleveren.”
Doorontwikkelen moet
Kortom, de metropoolsamenwerking staat op hoofdpunten als een huis. “Maar dat betekent niet stilstaan en tevreden achteroverleunen”, benadrukt Verbeek. “We moeten ons blijven doorontwikkelen. Daarbij hebben we het voordeel dat de MRA al de goede schaalgrootte heeft.” Een punt waar
FOTO: PROVINCIE NOORD-HOLLAND
‘Meer autoriteit in de
metropoolsamenwerking stoppen werkt averechts’
Verbeek onderschrijft zijn woorden, te meer daar er in zijn ogen nodig werk aan de winkel is. Hij refereert daarbij aan analyses gemaakt door Vereniging Deltametropool waarvan hij sinds zijn aantreden als Commissaris voorzitter is. “Hieruit komt naar voren dat de MRA haar blik moet verbreden. Wat in andere sterke regio´s gebeurt, met name rond Arnhem/ Nijmegen, Eindhoven en Zwolle, maar eigenlijk ook Aken, Luik en Antwerpen, heeft meer en meer invloed op het functioneren van onze economie. De MRA moet daarop inspelen en leren over haar eigen grenzen heen te kijken. Dus niet alleen introvert zijn, wat de samenwerking tot dusver bepaalde, maar ook extravert opereren. Die verschillende schaalniveaus
Johan Remkes: “Provincie geeft kleinere MRA-gemeenten een stem”
FOTO: PROVINCIE FLEVOLAND
Noord-Holland volgens Remkes meer invulling aan kan geven is de brugfunctie tussen de kleinere gemeenten en de grotere MRA-gemeenten. “Niet iedere gemeente is namelijk aan alle gesprekstafels aanwezig. Dat kan ook niet, met name de kleinere gemeenten kunnen dit niet waarmaken. De uitdaging voor de provincie is hen mede een stem te geven in de MRA-gremia.” Verder hoopt hij dat het van de kant van het Rijk nu afgelopen is met het overhoop halen van de bestuurlijke structuren. “Daar komen we geen stap verder mee. Laten we onze energie vooral gebruiken om de huidige informele samenwerking op een nog hoger plan te brengen.”
Leen Verbeek: “Andere regio’s dreigen ons in te halen”
4 | 1 Podium 11
Economie Figuur 1 Economische groei MRA, Nederland en EU28
figuur 1: Groei
8
Met een verwachte toename van 3,0% in 2015 is de groei van de MRA
6
ruim tweemaal zo hoog als die van heel Nederland. Positief is dat het
4
herstel zich over een breed front
2
voor doet: stijgende consumptie-
0
aantrekkende investeringen en
-2
grote onzekerheden en risico’s. Zo is de
uitgaven, herstel woningmarkt, groeiende wereldhandel. Er zijn echter vermogenspositie van huishoudens,
-4
bedrijven en overheden verbeterd, maar nog niet op orde. Ook is er nog
-6 1995
2000
2005
2010
Metropoolregio Amsterdam
2015
Bron: CBS, CPB, Eurostat, TNO
steeds sprake van onrust in de Eurozone en van een omvangrijke geopolitieke onrust in de wereld.
Nederland
figuur 2: Werkloosheid
EU28
Met 9,25% van de beroepsbevolking blijft de werkloosheid in 2015 hoog. Door het structureel toenemende
Figuur 2 Werkloosheid naar opleidingsniveau
aanbod van arbeid in de MRA dreigt de werkloosheid ook in de jaren
20
hierna relatief hoog te blijven: er is nieuwe aanwas van jongeren én
15
ouderen blijven langer actief op de arbeidsmarkt. Met name voor laagen middelbaar opgeleiden blijft het
10
moeilijk om aan werk te komen.
5
figuur 3: Deelregio’s
Iedere deelregio speelt een eigen rol in
0 1995
het economisch systeem van de MRA.
2000
2005
2010
2013
Bron: CBS (bewerking TNO/Vrije Universiteit Amsterdam)
Laag
Het aandeel van Haarlemmermeer en Amsterdam in de totale economie van de MRA neemt structureel toe, terwijl
Middelbaar
de Gooi en Vechtstreek achterblijft.
Hoog
De regionale verscheidenheid neemt
Laag Amsterdam
daarmee toe.
Figuur 3 Groei naar deelregio 2
Y-as groei 2009 2013 (in %) Amsterdam
1
Regio Haarlemmermeer
Gemiddelde jaarlijkse groei MRA 2009-2013 (0,1 %) -1,5 -1,0 -0,5 X-as groei 2014-2015 (in %)
0
-1 Gooi en Vechtstreek -2 12 Podium 4 | 1
0,5 Waterland
1,0
1,5
2,0 Zaanstreek
2,5
3,0 3,5 4,0 4,5 Overige Amstel-Meerlanden
Regio Haarlem IJmond
Almere - Lelystad Groeiprognose MRA 2014-2015
Werken aan juiste verwevenheid van Schiphol en regio ‘Niet wonen, niet bouwen, niet vliegen?’, zo luidde de titel van een recente themabijeenkomst van de provincie NoordHolland. Natuurlijk wil niemand een dergelijke patstelling. Maar hoe kan de metropoolregio op alle drie de fronten vooruit? Schiphol is voor de Metropoolregio Amsterdam een belangrijke economische motor. Tegelijkertijd gaat het luchthaven gebeuren gepaard met een groot ruimtebeslag. Centraal tijdens de bijeenkomst stond het immer terugkerende belangenvraagstuk rond wonen, bouwen en vliegen. Zijn de tegenstellingen daadwerkelijk zo zwart-wit? En welke keuzes vallen hierbinnen te maken?
Wederzijds belang
Gedeputeerde Talsma benadrukte het wederzijdse economische belang tussen Schiphol en de regio. Hij wees op de verantwoordelijkheid te blijven werken aan de juiste verhoudingen: “De opgave is om een optimale afweging te maken tussen de ruimte die nodig is voor de mainport Schiphol én de ruimte die nodig is voor woningbouw. Onze uitdaging is dat op een bestuurlijk verantwoordelijke manier te doen.” De stip op de horizon is, volgens Talsma, het toewerken naar een zo aantrekkelijk mogelijk woon- en leefklimaat voor zowel de mensen die hier al wonen als de mensen die zich hier graag willen vestigen. Luchtvaartdeskundige Guillaume Burghouwt waarschuwde voor de kwetsbaarheid van de betekenis van Schiphol voor de
regio. “behoud en versterking van de economische kracht vragen om een juiste omgang met de schaarse capaciteit rond de luchthaven.” Tijdens de themabijeenkomst werd verder duidelijk dat er bij het zoeken naar antwoorden op de dilemma’s rond vliegen en wonen behoefte is aan innovatie en creativiteit.
Belang Omgevingsraad
Hans Alders, die aan de wieg stond van de onlangs geïnstalleerde Omgevingsraad Schiphol, benadrukte het belang van dit gremium. Het is volgens hem hét orgaan om in de toekomst middels een brede coalitie van partijen een antwoord te kunnen bieden op de vaak lastige lucht- en landzijdige ruimtelijke keuzes rond Schiphol. De raad is als opvolger van de Alderstafel voortaan hét podium waar alle vraagstukken, belangen en partijen rond de ontwikkeling van luchthaven en de omgeving bij elkaar komen. Het overleg wordt inhoudelijk verbreed door ruimtelijke aspecten in samenhang met de luchtzijdige aspecten te behandelen. Ook VNO-NCW West en de Milieufederatie Noord-Holland hebben zitting in de Omgevingsraad Schiphol. Verder kennen vertegenwoordigers van de omwonenden nu een eigen legitimatie. Zij worden niet langer door de gemeenten benoemd, maar worden gekozen door 93 bewonersorganisaties die in totaal meer dan 10.000 inwoners vertegenwoordigen. Informatie: www.omgevingsraadschiphol.nl. 4 | 1 Podium 13
Toekomstbeeld opgaven spoorvervoer Voor het spoorvervoer in de Metropool regio Amsterdam is een toekomstbeeld gemaakt, de ‘MRA Ontwikkelagenda Spoor’. De agenda bevat een fiks aantal kansrijke opgaven om op te pakken. De MRA Ontwikkelagenda Spoor is opgesteld door de partners binnen het bestuurlijke Platform Bereikbaarheid van de MRA en de Regiodirecties Randstad Noord van ProRail en NS. Het toekomstbeeld legt de koppeling met ruimtelijke ontwikkelingen en het bestaande en toekomstige (H) OV-netwerk. De gedachte daarbij is om op een kosten¬effectieve manier aansluiting te zoeken bij bestaande en toekomstige programma’s en projecten. Hierdoor wordt meer rendement uit investeringen gehaald.
Ontwikkelopgaven
De Ontwikkelagenda Spoor bevat een set van ontwikkelopgaven om de bereikbaarheid van de metropoolregio te versterken. Het gaat in totaal om 17 opgaven die één samenhangend pakket vormen. De opgaven worden vertaald in concrete maatregelen in een uitvoeringsprogramma, denk aan het aanpassen van de infrastructuur of een knooppunt, de aanleg van extra spoor en het zorgen voor een betere overstap. Daarnaast kan slim worden omgegaan met het bestaande spoor door de dienstregeling te veranderen. Op deze manier hoeven niet alle maatregelen veel geld te kosten. Samen versterken de ontwikkelopgaven het totale netwerk per spoor en (H)OV in de regio. Hierdoor verbetert de deur-tot-deur reis en het comfort voor de reiziger.
Volgende stap
Een filmpje vat de ontwikkelopgaven in vogelvlucht samen. In de volgende stap volgt prioritering, waarna de oplossingsrichtingen ook nader worden uitgewerkt. Belanghebbenden zullen in dit traject betrokken worden. Contactpersoon: Eva Baeten,
[email protected] De MRA Ontwikkelagenda Spoor en het filmpje staan op de MRA-website
14 Podium 4 | 1
Hoofdpunten Ontwikkelagenda Spoor Contouren bebouwing Spoorlijn Metro Tram Bus
Poorten Regionaal knooppunt Overstapknooppunt Overig knooppunt spoor OV knooppunt
PHS Ont
Eerste stap naar vervoerregio De Stadsregio Amsterdam, de provincies Noord-Holland en Flevoland én de gemeenten Almere en Lelystad hebben het Convenant Verkeer- en Vervoeropga ven regio Amsterdam ondertekend. De komende twee jaar gaan deze partijen de onderlinge samenwerking versterken om de vervoerregio verder vorm te geven. Eberhard van der Laan, voorzitter van de Stadsregio Amsterdam (SRA), toont zich tevreden met deze nieuwe stap in de regionale samenwerking. De zestien gemeenten van de stadsregio werkten al samen aan de bereikbaarheid van de regio Amsterdam. Dit blijven zij doen, te meer daar de Eerste Kamer eind december 2014 heeft besloten dat de 16 SRA-gemeenten de status van vervoerregio krijgen. Met dit besluit is de Wet op de plusregio’s (WGRplus) per 1-1-2015 overigens afgeschaft en daarmee
de oude Stadsregio’s; de bijbehorende wettelijke taken zijn overgegaan naar de provincies of naar de gemeenten. Tegelijkertijd heeft het Rijk voor twee regio’s, de Metropoolregio Rotterdam Den Haag en de Stadsregio Amsterdam, een Vervoerregio in het leven geroepen. Omdat de complexe verkeer- en vervoersysteem in de metropoolregio de gemeenteen provinciegrenzen overschrijdt, is intensieve samenwerking met Noord-Holland, Flevoland, Almere en Lelystad zeer gewenst. Het gesloten akkoord is dan ook van grote betekenis voor het in goede banen leiden van de vervoerstromen in de MRA. De partijen zullen nu, meer nog dan voorheen, hun kennis gaan delen op het gebied van vervoerplannen, concessies en aanbestedingen.
MRA in cijfers
Jeroen van Spijk Wethouder Haarlem
Het statistisch jaarboek ‘Metropoolregio Amsterdam in cijfers 2014’ is verschenen. De uitgave van Onderzoek, Informatie en Statistiek bevat een schat aan informatie, teveel om samen te vatten. Daarom in vogelvlucht enkele opvallende bevindingen. Sinds 2010 is de bevolking van de MRA toegenomen met meer dan 78.000, een sterkere groei dan die van heel Nederland (3,4% tegenover 1,5%). Op 1 januari 2014 kwam het inwonertal van de MRA op 2.367.809. De verwachting is dat de bevolking van de regio de komende jaren sterk zal blijven groeien. In absolute aantallen groeit Amsterdam het sterkst, gevolgd door Almere. Het ziet er naar uit dat de bevolking van Amsterdam tot 2035 met 101.300 toeneemt en die van Almere met 83.000.
Wonen en werken
In de MRA wonen ruim 1,5 miljoen mensen in de leeftijdsgroep 15 t/m 64 jaar. Tussen 2013 en 2014 is het aantal woningen in de MRA met 1,1% toegenomen. Amsterdam heeft van alle regio’s wel het hoogste aandeel sociale huurwoningen (46%); in de MRA als geheel is dat 36% en in heel Nederland 31%. Het aantal werkzame personen in de MRA (ze hoeven er niet te wonen) bedroeg in 2013 1.280.351. Sinds 2012 neemt het aantal werkzame personen in de MRA weer licht toe. In Waterland en Amsterdam is er sprake van een sterke stijging ten opzichte van 2009 (3,6 resp. 4,7%), terwijl er in IJmond en de agglomeratie Haarlem in dezelfde periode een sterke daling te zien was (-7,8% resp. - 5,8%). In heel Nederland was de daling 1,8%.
Ontwikkeling toerisme
Amsterdam is de belangrijkste trekpleister van Nederland voor toeristen. Vier van tien hotelgasten in heel Nederland overnachten in de MRA en binnen de MRA negen van de tien in Amsterdam. Tussen 2012 en 2013 steeg het aantal hotelovernachtingen in de MRA met bijna 7% en in heel Nederland met ‘slechts’ 2,3%. In 2014 is het aantal hotelkamers in de MRA met 4,6% toegenomen. De bezettingsgraad van de hotels in de MRA ligt al jaren rond de 55% en is daarmee 10% hoger dan die in heel Nederland. In 2008 is als doel gesteld om in 2015 20% meer buitenlandse toeristen in de regio, in plaats van in Amsterdam, te laten overnachten. Die doelstelling lijkt te worden gehaald. Zo zag de Zaanstreek een stijging van het aantal overnachtingen met 86%, Flevoland met 38% en in Amstel-Meerlanden/ Waterland met 14%. ‘Metropoolregio Amsterdam in cijfers 2014’ is gepubliceerd op de MRA-website
Wisselwerking rendeert Haarlem heeft met zijn aantrekkelijke woon- werkmilieu en relatief hoogopgeleide bevolking een bijzondere positie in de Metropoolregio Amsterdam. Meer dan de helft van onze beroepsbevolking werkt buiten de eigen gemeentegrenzen, vooral in Amsterdam en rondom Schiphol. Maar omgekeerd wordt ook weer de helft van de banen in Haarlem door niet-Haarlemmers ingevuld, waarvan een deel uit Amsterdam komt. Haarlemmers en Amsterdammers waarderen elkaars voorzieningen van oudsher, zowel op cultureel vlak, als qua onderwijs en winkelaanbod. De bewoners van deze twee monumentale steden genieten overigens net zo zeer van strand, duingebied en recreatiegebied Spaarnwoude. Al deze kwaliteiten van de regio Zuid-Kennemerland zijn in de visie MRA West vorig jaar duidelijk naar voren gebracht. De aantrekkelijkheid van Amsterdam en Haarlem vertaalt zich ook in bezoekerscijfers. Mede dankzij het project ‘Amsterdam Bezoeken, Holland Zien’ waarbij internationale bezoekers verleid worden om ook de regio te ontdekken, is het toerisme in Haarlem met 30% toegenomen! Ook de woningmarkt trekt in beide steden aan. De cijfers laten zien dat Haarlem zelfs in de landelijke Top 5 van snelst groeiende steden staat als het om bewonersaantallen gaat. Al jaren vestigen zich in Haarlem jaarlijks meer dan 500 Amsterdammers. In de Economische Verkenningen is het positieve effect hiervan voor de detailhandel zichtbaar. Als je door de stad loopt, voel je de dynamiek van het centrum en zie je de resultaten van de aanwakkerende ondernemingslust. Wij hebben als gemeenten binnen de MRA de belangrijke taak om in goede onderlinge afstemming onze internationale ambities te verenigen met een blijvend hoogwaardig woon-werkmilieu. We moeten de onderlinge verbindingen versterken, of het nu om hoogwaardig openbaar vervoer tussen Haarlem en de Zuidas gaat, om de samenwerking tussen bedrijven en kennisinstellingen of om een gezamenlijke marketingstrategie. Het schaalniveau van de gemeente is voor dit soort zaken meestal niet meer toereikend.
4 | 1 Podium 15
A G E N D A MAART
19/03 CONCEPT ALS AANJAGER VAN GEBIEDSONTWIKKELING Kennisbijeenkomst van het Projectbureau Herstructurering Bedrijventerreinen (PHB) over de rol van branding in gebiedsontwikkeling. De kennisbijeenkomst vindt plaats in MAAK 3D in Haarlem. 24/03 LOGISTIEK ALS INNOVATIEMOTOR VOOR DE MRA Op dinsdag 24 maart komt in Pakhuis de Zwijger de top van logistieke wereld bijeen om de uitzonderlijke kansen van de sector te bespreken. Het wordt een dag waarin dieper wordt ingegaan op de toekomstvisie van de Amsterdam Logistic Board. 26/03 BESTUURLIJK OVERLEG PLATFORM RUIMTELIJKE ORDENING*
Economie
APRIL
08/04 VOLKSVLIJT 2016 – EERSTE ATELIER Het Marineterrein in Amsterdam staat in de eerste helft van 2016 in het teken van het Nederlandse voorzitterschap van de Europese Unie. Onder de noemer ‘Volksvlijt 2016’ wordt hier een grote publiekstentoonstelling over de toekomstige economie van de Metropoolregio Amsterdam georganiseerd. Op 8 april vindt een eerste interactief atelier plaats. 16/04 PLABEKA EVENT 2015 Het Platform Bedrijven en Kantoren, kortweg Plabeka, richt zich met veel succes op het in balans brengen van vraag en aanbod van werklocaties. Dit jaar bestaat het platform tien jaar. Op 16 april wordt tijdens het Plabeka Event 2015 in Diemen met tal van hoofdrolspelers stilgestaan bij de betekenis van dit regionale samenwerkingsverband voor de MRA. 16/04 REGIO’S IN DE SPOTLIGHTS De inschrijving voor de 4de editie van de P-NUTS Awards is gestart, dé vak- en publieksprijs voor lokale, duurzame energieinitiatieven. De uitreiking vindt op 16 april 2015 plaats in Tilburg tijdens de themadag ‘Regio’s in de spotlights’. 22/04 CONGRES ‘PORT & CITY: CONNECTED ENERGY’ De gemeente Zaanstad organiseert, in samenwerking met Havenbedrijf Amsterdam, het congres ‘Port and City: Connected Energy’ in Taets op het Hembrugterrein in Zaandam. Bij de conferentie staat de vraag centraal hoe overheden en (haven) bedrijven elkaar kunnen versterken om de energietransitie te versnellen. 22/04 PLATFORM BEREIKBAARHEID METROPOOLREGIO AMSTERDAM* 23/04 DE ZAANSE SCHAKEL Van 15.30 tot 16.30 uur vindt een themabijeenkomst plaats over de Eo Wijersprijsvraag ‘De Zaanse Schakel’. De organisatie is in handen van Bestuursplatform NZKG.
COLOFON MRA Podium is het kwartaalblad van de Metropoolregio Amsterdam
Verstedelijking
Bereikbaarheid
De Metropoolregio Amsterdam is het samenwerkingsverband van lokale en regionale overheden in het noordelijke deel van de Randstad. Deelnemers zijn de gemeenten Aalsmeer, Almere, Amstelveen, Amsterdam, Beemster, Beverwijk, Blaricum, Bloemendaal, Bussum, Diemen, Edam-Volendam, Haarlem, HaarlemmerliedeSpaarnwoude, Haarlemmermeer, Heemskerk, Heemstede, Hilversum, Huizen, Landsmeer, Laren, Lelystad, Muiden, Naarden, Oostzaan, OuderAmstel, Purmerend, Uitgeest, Uithoorn, Velsen, Waterland, Weesp, Wijdemeren, Wormerland, Zaanstad, Zandvoort, Zeevang, de provincies Noord-Holland en Flevoland en de Stadsregio Amsterdam. WEBSITE
www.metropoolregioamsterdam.nl REDACTIERAAD
Louisan Pot, Winfried Lindeman, Jan de Graaf en Pauline Koerselman CORRESPONDENTEN
Landschap
Thomas Koorn, Martin Bekker, Jacqueline Bouwmans, Jan Heijink, Steef de Looze, Lotte Volz en Harry Zondag EINDREDACTIE EN PRODUCTIE
DG Communicatie
*Bestuurlijk overleg – op uitnodiging
HOOFDFOTO VOORPAGINA
Michiel Wijnbergh ONTWERP
www.co3.org, Irma Bannenberg
DRUK
KDR Company OPLAGE
2650 exemplaren
M E E R I N FOR M AT I E
Actueel nieuws, ook over de agenda, vindt u op de MRAwebsite. Via de website kunt u zich ook abonneren op de maandelijkse digitale MRA-nieuwsbrief. Het adres is: WWW.METROPOOLREGIOAMSTERDAM.NL Volg MRA ook op Twitter: @MRA_online
Duurzaamheid
REDACTIEADRES
Dienst Ruimtelijke Ordening Amsterdam t.a.v. Pauline Koerselman Postbus 2758 1000 CT Amsterdam 020-2551582
[email protected]