economie
Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015
watersp
INHOUD
Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 | Provincie Noord-Holland | 2
5 | 1
Achtergrond
5 | 1.1 Inleiding 6
| 1.2 WED, historisch overzicht
6
| 1.3 Overige inzet provincie
7
| 1.4 Inventarisatie watersportsector Noord-Holland
9 | 2 Beleid 9
| 2.1 Uitgangspunten en doelstellingen beleid watertoerisme en waterrecreatie
9
|
Coalitieakkoord 2011-2015
9
|
Structuurvisie Noord-Holland 2040
9
|
Provinciaal waterplan 2010-2015
10 | Natuurbeleid (Natura 2000, Ecologische Hoofdstructuur) 10 |
Hinder waterplanten
11 |
(Kite)surfen
11 |
Economische agenda 2012-2015
12 | 2.2 Relatie met andere programma’s 12 |
Deltaprogramma IJsselmeergebied
12 |
Deltaprogramma Waddenzee
12 |
Deltaprogramma Noordzeekust
13 |
Strategische Agenda Kust Noord-Holland
13 |
Tweede Hoogwaterbeschermingsprogramma
13 |
Rijk-Regio Programma Amsterdam Almere Markermeer
14 |
Toekomst Basis Recreatie Toervaart Net Noord-Holland
14 |
Regionale vaarroutes kleine recreatievaart
15 | 3 Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie / Uitvoeringsregeling Water als Economische Drager 15 | 3.1 Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 19 | 3.2 Uitvoeringsregeling subsidie Water als Economische Drager, watertoerisme en waterrecreatie Noord-Holland 2013 19 | 3.3 Beoordeling en besluitvorming Uitvoeringsregeling subsidie Water als Economische Drager, watertoerisme en waterrecreatie Noord-Holland 2013 19 | 3.4 Evaluatie
Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 | Provincie Noord-Holland | 3
VOORWOORD Het water en de watersport leveren een belangrijke bijdrage aan een goede en kwalitatief hoogstaande leefomgeving in Noord-Holland. Ook in economisch opzicht zijn watertoerisme en waterrecreatie van grote betekenis. De bestedingen binnen de watersportsector in Noord-Holland bedragen om en nabij de 1 miljard euro. De watersportsector biedt aan ondernemers vele economische kansen. Daarom zetten wij ons in om de positie van Noord-Holland als watersport-provincie te versterken en daarmee het toeristische en economische potentieel optimaal te benutten. De afgelopen jaren hebben we ons ingezet om de watersport-voorzieningen in de regio te verbeteren. Dit hebben we o.a. gedaan met de inzet vanuit het investeringsprogramma Water als Economische Drager. Samen met de sector hebben we geïnvesteerd in bestaande vaarroutes, ligplaatscapaciteit in jachthavens, en faciliteiten voor riviercruise- en chartervaartschepen. Ook de komende jaren wil de provincie zich inzetten om een vooraanstaande watersportprovincie van Nederland te blijven. Daarbij denken wij bijvoorbeeld aan investeringen die bijdragen aan een betere benutting van het vaarroutenetwerk, zoals het verbeteren van de aanlegmogelijkheden en voorzieningen voor de rivier- en chartervaart en jachthavens. Onze inzet verduidelijken we in dit Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie Noord-Holland 2013-2015 en in het daarmee samenhangende investeringsprogramma. Aan de sector de uitdaging de kansen die het water biedt, economisch en toeristisch beter te benutten in de komende jaren.
Jan van Run, Gedeputeerde Economische Zaken en P&O
Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 | Provincie Noord-Holland | 4
Samenvatting/ leeswijzer Watertoerisme en waterrecreatie zijn belangrijk voor de provincie Noord-Holland. De
economische waarde van de watertoerisme en –recreatie sector is aanzienlijk. De jaarlijkse bestedingen binnen de gehele deze sector bedragen circa 1 miljard euro en het aantal
hiermee samenhangende (directe) banen bedraagt naar schatting 10.500 tot 13.000, zo blijkt uit ons inventariserend onderzoek naar de watersportsector in Noord-Holland
(paragraaf 1.1, Inleiding, blz.5). De vele havens en de lange kustlijn langs het vrijwel geheel door water omsloten Noord-Holland bieden vele mogelijkheden voor verdere ontwikkeling.
De provincie wil de ambitie uitdragen dat Noord-Holland een vooraanstaande
Watersportprovincie blijft. Deze ambities zijn vastgelegd in het Coalitieakkoord 2011-2015. De Structuurvisie Noord-Holland 2040, het Provinciaal Waterplan 2010-2015, de
Strategische Agenda Kust Noord-Holland, de beleidsagenda Groen, en de Economische
Agenda 2012-2015 (paragraaf 2.1, Uitgangspunten en doelstellingen beleid watertoerisme
en waterrecreatie, blz. 9 t/m 12) geven op de desbetreffende raakvlakken invulling aan het beleid ten aanzien van watertoerisme- en waterrecreatie.
In de beschrijving van projecten en programma’s, zoals het Deltaprogramma
IJsselmeergebied, Deltaprogramma Waddenzee, Deltaprogramma Noordzeekust,
2e Hoogwaterbeschermings-programma, Rijk-Regio Programma Amsterdam Almere Markermeer (RRAAM) zijn de potentiële kansen beschreven om in de toekomst de
waterinfrastructuur rond Noord-Holland toeristisch-recreatief nog beter te benutten. De toekomst van het Basis Recreatie Toervaart Net Noord-Holland en van de regionale
vaarroutes voor de kleine recreatievaart is daarin eveneens aangegeven (paragraaf 2.2., blz. 12). De kansen en knelpunten voor de Noord-Hollandse watersportsector zijn
geïnventariseerd in het onderzoek Watersportsector Noord-Holland van Decisio, januari 2012 (paragraaf 1.4, blz. 7). De inventarisatie vormt de voornaamste grondslag voor de
beschreven acties en investeringen om de economische benutting van watertoerisme te bevorderen (paragraaf 3.1, Actieprogramma Watertoerisme 2013-2015, blz. 16 t/m 18). Op basis van de doelstellingen in de Economische Agenda en de conclusies uit de
Inventarisatie van de Noord-Hollandse watersportsector, wordt het accent gelegd op een
betere benutting van het vaarroutenetwerk. Gefocust wordt op de categorieën binnen de watersportsector die in economisch opzicht het meest relevant zijn en waar het
groeipotentieel ligt. Dit zijn de categorieën pleziervaart, de riviercruise- en chartervaart, sloepen/elektrisch varen en surfsporten. Op basis hiervan zijn beleidsdoelen en
activiteiten met de beoogde resultaten en de financiering daarvan aangegeven in een afzonderlijke tabel (blz. 16 t/m 18).
In paragraaf 3.2 (blz. 19) zijn de uitgangspunten voor de inzet van de Uitvoeringsregeling
subsidie Water als Economische Drager, watertoerisme en waterrecreatie Noord-Holland
2013 beschreven. De beoordeling en besluitvorming is beschreven in paragraaf 3.3. (blz. 19). Ten slotte is in paragraaf 3.4 aangegeven wat en wanneer er geëvalueerd zal worden.
1
Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 | Provincie Noord-Holland | 5
Achtergrond 1.1 Inleiding Noord-Holland staat bekend om zijn grote en gevarieerde aanbod in vaarwater; 21,1% van het NoordHollandse oppervlak wordt ingenomen door water. Noord-Holland biedt de watersporter vaarwater dat varieert van ruime plassen, zoals de Vechtplassen, Amstelmeer en Alkmaardermeer tot rustige, oude en cultuurhistorische vaarwegen door veenweidegebieden en langs droogmakerijen, steden en de Stelling van Amsterdam. Ook aantrekkelijk is de veelzijdige kustlijn langs Markermeer, IJsselmeer, Waddenzee en Noordzee. Deze veelzijdigheid is uniek en biedt volop economische kansen. Daarnaast vervult zij ook een belangrijke maatschappelijke waarde. Denk hierbij aan de positieve bijdrage aan de levenskwaliteit en het woonklimaat van de Noord-Hollandse inwoners; elementen die mede van belang zijn voor het aantrekken van bedrijvigheid en kenniswerkers. Noord-Holland heeft een toppositie qua watersport in Nederland. Uit een onderzoek van NBTC-NIPO naar het vaargedrag van Nederlanders in 2009 blijkt dat Noord-Holland, na Friesland, op de tweede plaats staat voor vakanties met een eigen kajuitzeiljacht of gehuurde boot. Qua aantal ligplaatsen bij jachthavens en bedrijven staat Noord-Holland zelfs op de eerste plaats boven Friesland (34.000 NH/ 28.000 Fr.). De economische waarde van de waterrecreatie en –toerisme sector in Noord-Holland is aanzienlijk, zo blijkt uit de inventarisatie van de watersportsector Noord-Holland (Desicio 2012). Waterrecreatie behelst activiteiten als kleine recreatievaart (kanoën, roeien, sloepvaren, fluisterboten), surfen, zwemmen, waterskiën, hengelsport en sportduiken. Watertoerisme omvat activiteiten met een grotere economische impact. Hierbij moet men denken aan grote motor- en zeilboten, jachthavens, zeecruises, (motor) chartervaart (‘boat and bike’), bruine vloot.
Bestedingen 2011 ( € mln.)
Aantal banen 2011(FTE)
1 Pleziervaart
€ 473 – 609
7.230 – 9.390
2 Cruise- en chartervaart
€190 – 205
2.050 – 2.150
3 Watersporten
€160 – 200
1.050 – 1.250
4 Kleine recreatievaart Totale opbrengsten/banen
€15 – 20
150 – 200
€ 838 – 1.034
10.580 – 12.990
1 Pleziervaart
= zeil- en motorboten en jachthavens,
2 Cruise- en chartervaart
= zee- en riviercruises en chartervaart/bruine vloot,
3 Watersporten
= surfsporten, zwemmen, waterskiën, hengelsport en duiksport,
4 Kleine recreatievaart
= kanoën, roeien, sloep- en fluistervaren.
De jaarlijkse bestedingen binnen de gehele sector bedragen als gezegd circa 1 miljard euro en het aantal hiermee samenhangende (directe) banen bedroeg in 2011 naar schatting 10.500 tot 13.000, zo blijkt uit ons inventariserend onderzoek naar de watersportsector in Noord-Holland. In de cijfers van de pleziervaart zijn inbegrepen 6440-8500 banen in de nautische bedrijvigheid (jacht- en scheepswerven, toeleveranciers en dienstverleners) welke zorgen voor omzet van € 375-500 miljoen. Dit is dus feitelijk de categorie die het meeste banen en bestedingen oplevert. Het onderzoek beschrijft tevens de kansen en knelpunten voor de Noord-Hollandse watersportsector (zie paragraaf 1.4 en 3.1).
Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 | Provincie Noord-Holland | 6
1.2 WED, historisch overzicht Van Staande mast naar Waterrecreatie en Watergebonden bedrijvigheid In 2001 besloten GS en PS over de start van twee projecten voor de Staande mastroute door Noord-Holland. Al snel bleek echter dat watersport en watertoerisme méér was dan een goede doorvaart voor zeilboten alleen. We realiseerden ons dat het bij de bevordering van watergebonden recreatie ook ging om voorzieningen voor een veel bredere groep gebruikers van vaarwater. Er was vraag naar het aanleggen en uitbreiden van jachthavens, kadeverbetering, aanlegvoorzieningen en sanitaire voorzieningen. Ook op het gebied van watergebonden bedrijvigheid bestond de vraag naar verbetering van de natte bedrijventerreinen, vooral om toename van de overslag van goederen te verwezenlijken. Rode draad door de watergebonden ontwikkelingen in Noord-Holland bleek het stimuleren van de nautische economie; groei van bestedingen en werkgelegenheid. Het programma ‘Noord-Holland Maritiem’ werd in 2002 ‘Water als Economische Drager’. Er werd in eerste instantie € 22,7 miljoen gereserveerd, waarvan € 5 miljoen voor een separaat baggerprogramma.
De regeling aangescherpt Het programma ontwikkelde zich, en in 2005 namen PS een amendement aan dat meer scherpte en afbakening vroeg in de watergebonden projecten. Er was behoefte aan een actuele integrale visie, en men stemde in met een aantal zogenoemde ‘sleutelprojecten’. Het programma kreeg een definitieve vorm rond de onderdelen Waterrecreatie, Watergebonden bedrijvigheid, en (Innovatief) Goederenvervoer over water. 2007 was een ‘tussenjaar’ waarin PS besloten tot een zogenaamd overbruggingskrediet, van in totaal €5 miljoen.
Vanaf 2008 jaarlijks indienen van projecten In 2008 is het ‘Programma WED 2008-2011’ vastgesteld. Voor dit programma was € 12 miljoen beschik baar, inclusief een voorbereidingskrediet van € 80.000 per jaar om onder andere onderzoek te kunnen doen naar innovatief goederenvervoer over water. Door een uitvoeringsregeling vast te stellen, werd het ook mogelijk om één keer per jaar, per ‘tender’, subsidieaanvragen in te dienen. In 2009 is in het kader van de economische crisis het nog resterende budget in één keer naar voren gehaald voor een tweede tender dat jaar. Resterende en vrijvallende middelen, bij elkaar nog zo’n € 2,5 miljoen, zijn in 2010 in een laatste tender uitgegeven.
1.3 Overige inzet provincie Naast het programma Water als Economische Drager heeft de provincie zich de afgelopen jaren op een aantal terreinen ingezet om de waterrecreatie en het -toerisme te bevorderen. Het ging daarbij onder andere om de volgende activiteiten:
Promotie: -
Specifieke aandacht voor watersport bij de marketing en promotie van Noord-Holland,
- Vertegenwoordiging van Noord-Holland op de internationale Beach Life en ‘watersports’ campagnesites van het Nationaal Bureau voor Toerisme en Congressen (NBTC), - Continuïteitsprogramma Riviercruise en Motorchartervaart Noord-Holland 2011-2013; een stimuleringsprogramma om de riviercruise- en motorchartervaart te interesseren om hun programma’s uit te breiden met Noord-Hollandse bestemmingen. In de periode 2008 tot 2010 heeft dit programma geleid tot 16% meer aanlopen in de deelnemende havensteden.
Verbetering recreatietourvaartnet: - Basis Recreatie Toervaart Net ILG programma 2007-2013): Oplossen knelpunten in het recreatie toervaartnet waaronder; baggeren vaarwegen, aanleg wachtplaatsen bij bruggen, verhoging doorvaarthoogte, automatisering brugbediening, aanpassen bedieningstijden bruggen- en sluizen), -
Inventarisatie Bestaande routes en knelpunten Kleine Recreatievaart (mei 2009),
- Inventarisatie kansen en knelpunten vaarroutenetwerk Westfriesland (recreatieschap Westfriesland, april 2012),
Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 | Provincie Noord-Holland | 7
- Haalbaarheidsonderzoek voor de recreatieve ontwikkeling van één Hollandse Merengebied (mei 2010), - Haalbaarheidsonderzoek verbinding Drecht-Westeinderplassen (in samenwerking met provincie Zuid-Holland), -
Haalbaarheidsonderzoek Vecht-Gooimeer (2010),
-
Haalbaarheidsonderzoek vaarrecreatie ’s Gravelandse vaart en Karnemelksloot (april 2012),
-
Ontwikkelingsbeeld R&T IJsselmeer 2030 (min. LNV, mei 2010),
-
toekomstbeeld R&T Markermeer /IJmeer (2009).
Regulering vaarrecreatie: - Project ‘Varen doe je samen’; publieksvoorlichting aan vaarweggebruikers (samenwerkingproject ministerie I&M/ Rijkswaterstaat, Watersportberaad, watersportverbond, Koninklijke Schuttevaer en regionale vaarwegbeheerders w.o. provincie NH, 2007-2014), - Routeaccoord voor de Staande Mastroute tussen IJsselmeer en Deltawateren 2008-2013; instellen en uitvoeren van de bediening in het recreatieseizoen zodanig dat de gehele route tussen het IJ te Amsterdam en de Volkeraksluizen bij Willemstad op één dag in beide richtingen kan worden afgelegd (groene golf), - Convenant Vaarrecreatie Waddenzee (2009-2012); o.a. opstellen convenant, coördinatie in het kader van de in het convenant afgesproken 21 activiteiten, monitoring verstoring natuur door recreatievaart, leidraad aanwijzing art. 20 gebieden NB-wet, effectmeting Gedrag vaarrecreanten op de Waddenzee (2009+ 2011), voorlichtingscampagne ‘ik pas op het Wad’, trainingen voor schippers Beroepsvaart en recreatievaart, opstellen Havenvisie als basis en uitgangspunt voor het opstellen van individuele haveninrichtingsplannen, Meld- en informatiesysteem waddenhavens, monitoring passages sluizen, evaluatie Convenant Vaarrecreatie Waddenzee, - Beheerplan Natura 2000 IJsselmeergebied; ontwikkeling gedragscode vaarrecreatie door watersportsector en (natuur)beheerders (2011), - Kitesurfen in Noord-Hollandse Natura 2000-gebieden (december 2009); analyse mogelijke effecten/ actie verplaatsen probleemlocatie Andijk.
Kennis van de sector: -
Jaarlijkse monitoring Jachthavens IJsselmeergebied,
-
Continue Vrije Tijds Onderzoek NBTC/NIPO (2010/2011),
-
Inventarisatie watersportsector Noord-Holland (januari 2012).
1.4 Inventarisatie watersportsector Noord-Holland Om de stand van zaken op het gebied van waterrecreatie en -toerisme (anno 2011) beter in kaart te brengen, is in opdracht van de provincie door onderzoeks- en adviesbureau Decisio een inventarisatie uitgevoerd. De inventarisatie verschaft meer duidelijkheid over de economische en maatschappelijke omvang, de wensbeelden, en de kansen en knelpunten van de watersportsector in Noord-Holland. Bij dit onderzoek is door middel van (telefonische) interviews en een expertmeeting een grote groep stakeholders betrokken, waaronder ondernemers, gemeenten, waterschappen en belangenorganisaties. De inventarisatie (http://www.noord-holland.nl/web/Themas/ Economie-en-landbouw/Toerisme-en-watersport/Watersport.htm) is aan Provinciale Staten aangeboden en besproken in de commissie WEB d.d. 2 september 2012. In de inventarisatie zijn met behulp van een confrontatiemix de belangrijkste sterkten, zwakten, kansen en bedreigingen geïdentificeerd. Deze zijn richtinggevend voor de kansen en knelpunten die de provincie Noord-Holland in de toekomst kan aangrijpen om de ontwikkeling van de sector op positieve wijze te ondersteunen (zie paragraaf 3.2).
Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 | Provincie Noord-Holland | 8
Sterkten De sterkten van de waterrecreatie en –toerismesector in Noord-Holland zijn: • Fysieke infrastructuur • Voldoende kritische massa • Diversiteit binnen de sector • Provinciale, bestuurlijke prioriteit
Zwakten De zwakten van de waterrecreatie en –toerismesector in Noord-Holland zijn: • Zwak imago als watersportprovincie • Gebrek aan ligplaatsen • (Te) veel deelbelangen • Beperkte financieringskracht in sector
Kansen De kansen voor de waterrecreatie en –toerismesector in Noord-Holland zijn: • Vrijetijdseconomie/belevingswaarde water en vraag naar recreatiemogelijkheden Randstad neemt toe • Marktgroei • Opkomende watersporten • Omslag van jachthavens • Jaarrondexploitatie en functieverbreding strandpaviljoens en toename groepsactiviteiten en evenementen aan/bij het strand • Beleidsmatige kansen deltaprogramma’s IJsselmeergebied en Kust, TBES Markermeer-IJmeer en Waddenfonds
Bedreigingen De bedreigingen voor de waterrecreatie en –toerismesector in NoordHolland zijn: • Natura2000, EHS, Zwemwaterrichtlijn en Waterwet • Drukte op het water • Stagnatie jachtbouw • Blauwalgbesmetting zwemwater en afname biomassa • Vergrijzing watersportverenigingen
Op basis van de confrontatiemix zijn er conclusies te trekken over de belangrijkste en meest kansrijke troeven van Noord-Holland. De sterke fysieke waterinfrastructuur, de kritische massa in de watersportsector (en haar onderliggende deelsectoren), en de breedte/diversiteit van het waterrecreatieen watertoerisme aanbod zijn de belangrijkste troeven om de kansen van de vrije tijdseconomie, de marktgroei en de opkomende watersporten te verzilveren. De reeds aanwezige fysieke infrastructuur biedt volop kansen om extra nieuw aanbod (denk aan routes, verbindingen, aanlegplaatsen etc.) te creëren, maar vergt naar verwachting wel forse investeringen in de basisinfrastructuur. Dit geldt grotendeels ook voor het verder faciliteren van potentiële marktgroei (van onder meer zeecruises, riviercruises, chartervaart, sloep- en fluistervaren). De omvang en diversiteit van de sector, gelet op ondernemers, bedrijven en (belangen)verenigingen, wordt daarbij als een belangrijk aspect gezien om de geïdentificeerde kansen in de toekomst te verwezenlijken, waarbij geldt dat ook andere partijen uit de sector investeringen voor hun rekening moeten nemen.
2
Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 | Provincie Noord-Holland | 9
Beleid
2.1 Uitgangspunten en doelstellingen beleid watertoerisme en waterrecreatie Het beleid ten aanzien van watersport/watertoerisme is verankerd in het Coalitieakkoord 2011-2015, de Structuurvisie Noord-Holland 2040, het Provinciaal Waterplan 2010-2015, het Natuurbeleid en de Economische Agenda 2012-2015.
Coalitieakkoord 2011-2015 In het Coalitieakkoord 2011-2015, ‘Verantwoord en duidelijk gericht op de toekomst’, zijn meerdere passages opgenomen, waarin de beleidsvoornemens van het college van Gedeputeerde Staten op het gebied van waterrecreatie en toerisme tot uiting komen. Enkele citaten: •
•
•
•
Wij gaan een betere verbinding leggen tussen het watersysteem en recreatie. Bij de aanleg van waterbergingen kijken wij
goed kijken naar recreatieve mogelijkheden. Wij komen met een visie op de waterrecreatie in Noord-Holland, continueren het programma ‘Water als economische drager’ en stellen een nieuwe agenda voor recreatie en toerisme op.
Wij gaan nadrukkelijk door op de ingeslagen weg om de waterkwaliteit te verbeteren. De komende jaren dienen de beleidsdoelen en maatregelen om een betere waterkwaliteit te bereiken, te worden voortgezet. Daarbij dient het opgenomen speerpunt ‘De
economische kant van water’ voldoende aandacht te krijgen en dienen uitvoeringsvoorstellen hieraan te worden getoetst.
“Wij willen de ambitie uitdragen dat Noord-Holland een vooraanstaande watersportprovincie blijft. Daarbij dient de
recreatievaart beter gefaciliteerd te worden, door onder andere het toenemen van het aantal ligplaatsen voor de pleziervaart en vuilwaterloospunten”.
“De watersport is belangrijk voor de provincie Noord-Holland. De vele havens en de lange kustlijn langs het door water
omsloten Noord-Holland bieden mogelijkheden voor verdere ontwikkeling. Wij willen de ontwikkeling van toerisme en
recreatie langs alle Noord-Hollandse kusten en oevers blijven bevorderen, en ons inzetten om mogelijke belemmeringen
daarvoor weg te nemen. Bij al het waterbeleid dient de economische en recreatieve kant van water nadrukkelijk te worden •
meegenomen”.
Wij formuleren een visie op de waterrecreatie en het toerisme. Wij zetten de samenwerking met Flevoland en Friesland op dit punt voort.
Structuurvisie Noord-Holland 2040 Met betrekking tot watertoerisme gaat de Structuurvisie Noord-Holland 2040 in op de behoefte aan ruimte voor groei en het Basisrecreatie toervaartnet. De ruimtevraag voor deze recreatieve en toeristische voorzieningen valt vrijwel altijd buiten Bestaand Bebouwd Gebied. De gevraagde ruimtebehoefte voor bungalowparken, hotelcapaciteit, toeristische plaatsen op campings en (vergroting van) ligplaatsen in jachthavens is tot 2015 in kaart gebracht en wordt in 2013 geactualiseerd. In ontwikkeling zijnde plannen voor jachthavens worden ondersteund, onder voorwaarde dat uit de Passende beoordeling in het kader van de Natuurbeschermingswet blijkt dat er geen negatieve effecten zijn op de te beschermen natuurwaarden of dat deze negatieve effecten kunnen worden gecompenseerd. Het basisrecreatietoervaartnet (BRTN) is opgenomen in de provinciale Structuurvisie (themakaart blz. 70).
Provinciaal Waterplan 2010-2015 In het provinciaal Waterplan wordt aandacht geschonken aan de relatie watersport –waterbeheer. Het waterbeleid en het recreatie- en toerismebeleid versterken elkaar. Het waterbeleid geeft invulling aan het duurzaam beheren en inrichten van het oppervlaktewater (en grondwater) door rekening te houden met de klimaatverandering (waterveiligheid, wateroverlast, watertekort) en de chemische en ecologische waterkwaliteit te verbeteren, aanleg van zwemplekken in oppervlaktewater, het onderscheiden van 50 unieke stukjes waternatuur (waterparels), de versterking van de waterkeringen en van de Noordzeekust en de waterbergingsopgaven worden gecombineerd met de doelen van recreatie en toerisme.
Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 | Provincie Noord-Holland | 10
Via het onderwerp ‘Drukte op het water’ wordt uitgewerkt waar natuur, recreatie en/of beroepsvaart gestimuleerd, dan wel beperkt worden in Noord-Holland. Eventuele wijzigingen zullen worden verwerkt in een update van de bestaande waterfunctiekaarten.
Natuurbeleid (Natura 2000, Ecologische Hoofdstructuur) De provincie heeft in de Structuurvisie 2040 vastgelegd waar natuurgebieden beschermd worden en waar nieuwe natuurgebieden worden aangelegd. Bij het natuurbeleid heeft de provincie belangrijke, uitvoerende taken. Het gaat om het opstellen van - of participeren in beheerplannen (bv. Voor Waddenzee, IJsselmeer en Markermeer) en vergunning verlening. Jachthavenuitbreidingen, (kite)surf of snelvaarlocaties in de nabijheid van als zodanig aangewezen Natura 2000 gebieden worden getoetst aan de NB-wet en de Flora- en Faunawet. Natura 2000 is een netwerk van beschermde natuurgebieden in de Europese Unie. De natuur beleven, gebruiken en beschermen: daar draait het om in Natura 2000. De maatregelen die nodig zijn om de natuur te beschermen en het gebruik ervan, worden in beheerplannen vastgelegd. Intensief beraad tussen overheden en de recreatiesector heeft voor beide Natura 2000 gebieden, Wadden en het IJsselmeer/ Markermeergebied, geleid tot een creatieve oplossing die vooralsnog ontwikkelingen in de recreatiesector niet in de weg staat, terwijl het natuurbelang blijft gewaarborgd. De essentie van deze aanpak is een praktijk van zelfsturing. Recreatieorganisaties gaan hun achterbannen uitgebreid voorlichten over de kwetsbare natuur. Daarnaast is een gedragscode opgesteld, om bij recreanten de bewustwording van de natuurwaarden in het Wadden- en IJsselmeergebied te vergroten en verstoring van nu nog rustige of beschermde (art. 20 NB wet) gebieden te voorkomen. Afgesproken is samen de vinger aan de pols te houden en na enkele jaren de resultaten te evalueren. In de (concept) beheerplannen Eilandspolder, Wormer- en Jisperveld en Kalverpolder, polder Westzaan en Oostelijke Vechtplassen en Naardermeer wordt gestreefd naar een aanpak die ervoor zorgt dat er nog volop gerecreëerd (varen, vissen, zwemmen) kan worden, zonder dat de beschermde natuur hier schade van ondervindt.
Hinder waterplanten Een toenemend probleem voor de vaarrecreatie vormt de groei van waterplanten, als fonteinkruid in het Markermeer/IJmeer. Enerzijds is de groei van deze planten een indicator dat het goed gaat met de waterkwaliteit. Anderzijds leiden de waterplanten die in schroef, roer en achter de kiel blijven hangen ertoe dat boten onbestuurbaar worden, waardoor gevaarlijke situaties ontstaan. In de Randmeren hebben betrokken partijen gezamenlijk gekozen voor de oplossing van het tijdig ‘maaien van de waterplanten’. De provincie Noord-Holland zal in 2013 samen met de provincie Flevoland, het ministerie I&M, Rijkswaterstaat directie IJsselmeergebied, en het ministerie van EZ een gezamenlijk congres over de waterplantenproblematiek in het Markermeer/IJmeer (incl. Gouwzee en Randmeren) organiseren. De invasie van de exotische aquariumplant Cabomba in het Loosdrechtse Plassengebied heeft tot een vergelijkbaar probleem geleid. Ook hier wordt door betrokken partijen gezocht naar een gezamenlijke invulling voor de beheersing van deze woekerende uitheemse waterplant. Het beheer van waterplanten is geen provinciale taak, maar is een taak van de waterbeheerder (Rijkswaterstaat of waterschap) of van betrokken partijen. Daar waar het provinciaal vaarroutenetwerk in het geding is en/of de provincie verantwoordelijk is, zullen wij ons richting de partij die verantwoordelijk is voor het beheer van de desbetreffende vaarroute inzetten om een oplossing te bereiken.
Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 | Provincie Noord-Holland | 11
(Kite)surfen In het kader van het beheerplan Natura 2000 IJsselmeergebied zijn in 2009 de kitesurflocaties in het IJsselmeer, Markermeer en IJmeerGooimeer geanalyseerd en zijn de effecten op rustende en foeragerende watervogels bekeken. Per locatie zijn de mogelijkheden en onmogelijkheden en de periode waarin gesurft kan worden voor de verschillende (kite)surflocaties aangegeven. Op dit moment is sprake van een gedoogsituatie. Vanuit het oogpunt van handhaving is een legalisatie in 2013-2014 door middel van vergunningverlening gewenst. Voor de surflocatie Andijk moet worden bekeken of deze valt te verplaatsen. Voor een doorontwikkeling van het zeil wedstrijdcentrum ISCM Medemblik liggen er ook kansen. In relatie tot het natuurbehoud gaan wij in 2013 bekijken of het mogelijk is de komende jaren kitesurfwedstrijden en -trainingen vanuit het zeilwedstrijdcentrum plaats te laten vinden. Verder laten de voorzieningen op diverse Noord-Hollandse kitesurflocaties te wensen over. Wij willen de economische kansen die deze specifieke doelgroep biedt, stimuleren. Daarom stellen wij de uitvoeringsregeling subsidie Water als Economische Drager, watertoerisme en waterrecreatie Noord-Holland 2013 eveneens open voor projecten die de openbare voorzieningen op de legale surflocaties op een hoger peil brengen.
Economische Agenda 2012-2015 In de Economische Agenda wordt watersport als een belangrijk onderdeel binnen het toeristisch aanbod van Noord-Holland gezien. De doelstelling is dat Noord-Holland zijn toppositie op gebied van overnachtingen en watersport blijft behouden met als achterliggend doel maximalisering van de bestedingen, waardoor de werkgelegenheid in de toeristische sector zich optimaal ontwikkelt. Als kerntaak wordt benoemd; Het stimuleren van regionale economische samenwerking (ook op het gebied van innovatie en ondernemerschap) . Het versterken van de positie van Noord-Holland als vooraanstaande watersportprovincie is in de Economische Agenda als volgt uitgewerkt: a
Stimuleren van samenwerking binnen de toeristische keten:
- In kaart brengen stand van zaken in de watersportsector in Noord-Holland (Desiciorapport januari 2012)
- Voorzien van de sector van kennis en kerncijfers van de Noord-Hollandse watersportgebieden
- Inbreng gegevens over de toeristische benutting van water in relevante projecten, zoals de
middels de Watersportmonitor. Toekomstvisie Markermeer- IJmeer en het Deltaprogramma IJsselmeergebied.
b Ondersteunen van duurzaamheidinitiatieven:
Het investeren in een kwalitatief hoogwaardig toeristisch product dient toekomstbestendig te zijn. Naast het vernieuwen van het product dient de toeristische sector ook aandacht te besteden aan duurzaamheid, van zowel de onderneming als van de omliggende omgeving. We willen verduurzaming van de toeristische sector bereiken door zoveel mogelijk toeristisch-recreatieve bedrijven, stranden en jachthavens te certificeren met een Blauwe Vlag of Green Key. Aangezien duurzaamheid verder gaat dan de sector, worden gemeenten ondersteund bij verduurzaming via onze financiële ondersteuning van het Eco XXI programma.2)
c Betere benutting van de vaarroutenetwerken in Noord-Holland:
- In onze Structuurvisie hebben wij het BRTN (basisrecreatietoervaartnet) als provinciaal belang
- Stimulering van het gebruik van het vaarroutenetwerk stimuleren door deelname aan de
aangemerkt. Watersport campagne van het Nederlands Bureau voor Toerisme en Congressen in Nederland, Duitsland en België. 2) Eco XXI is een stimuleringsprogramma om de duurzaamheid op gemeentelijk niveau in kaart te brengen en te stimuleren. Dit gebeurt op basis van een nulmeting die de huidige stand van zaken op de vier hoofdgebieden: milieu, economie, samenleving en organisaties, inzichtelijk maakt en op basis waarvan een duurzaamheidprogramma wordt opgesteld.
Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 | Provincie Noord-Holland | 12
- Deelname, samen met enkele gemeenten, aan een stimuleringsprogramma in de periode 20112013 om de riviercruise- en motorchartervaart te interesseren om hun programma’s uit te breiden met Noord-Hollandse bestemmingen.
d Financieel ondersteunen van nieuwe initiatieven via WED:
In de periode 2012-2015 is een beperkt budget (€ 3,5 miljoen) beschikbaar.
De te behalen resultaten zijn: •
In 2013 zal 10% groei behaald zijn van het economische effect van riviercruise en motorchartervaart t.o.v. 2010 (0-meting beschikbaar begin 2012);
•
In 2012 en 2014 publicatie van watersportmonitor Noord-Holland;In 2012 publicatie van het kader voor watersport en de toekenning van WED-middelen.
2.2 Relatie met andere programma’s Programma’s als het Deltaprogramma IJsselmeergebied, Deltaprogramma Waddenzee, Deltaprogramma Noordzeekust, 2e Hoogwaterbeschermingsprogramma en RRAAM-TBES Markermeer-IJmeer bieden potentiële kansen om in de toekomst verder invulling te geven aan de toeristisch-recreatieve benutting van de waterinfrastructuur rond Noord-Holland.
Deltaprogramma IJsselmeergebied De gebruiksfuncties van het IJsselmeergebied zijn nu geënt op de gereguleerde waterstand die na de aanleg van de Afsluitdijk mogelijk werd. De flexibiliteit van het watersysteem is hierdoor verkleind. Kleine veranderingen in de waterstand hebben grote gevolgen voor functies als natuur, scheepvaart, recreatie, landbouw en ruimtelijke ontwikkelingen langs de randen van het gebied. Gewerkt wordt aan een gezamenlijk advies over de voorkeurs strategie voor het toekomstig peilbeheer van de bestuurders uit het IJsselmeergebied aan de Deltacommissaris. Het advies met uitvoeringsprogramma moet doorwerken in de deltabeslissingen en in regionale besluiten.
Deltaprogramma Waddenzee De eerste onderzoekresultaten in het kader van het Deltaprogramma Waddenzee maken duidelijk dat in de komende eeuw het Waddengebied aanvankelijk de neiging zal hebben om te gaan verlanden. Dit kan zich uiten in een tijdelijke toename van het oppervlak aan ondiepe (en deels droogvallende) platen. De insteek is om waterveiligheid te integreren met de functies natuur, recreatie en duurzame economische activiteiten. Bestuurlijk is afgesproken dat de drie Waddenprovincies (Noord-Holland, Fryslân en Groningen) een interprovinciale visie voor het Waddengebied zullen opstellen. Deze visie is een politieke wens (o.a. Coalitieakkoord Noord-Holland) tot harmonisatie en integratie van het Waddenbeleid van de drie waddenprovincies. Het is tevens de basis voor het nieuwe uitvoeringsplan Waddenfonds 2014-2017. Uitgangspunt is geen nieuw beleid, maar het bundelen, integreren en actualiseren van wat al aanwezig is bij de provincies. Eind 2013 zal besluitvorming plaatsvinden in Provinciale Staten over deze Waddenvisie.
Deltaprogramma Noordzeekust Door een stijgende zeespiegel en dalend land neemt de kans op overstromingen toe, wat van invloed is op onze veiligheid. De veiligheidsopgaven worden samen met de ruimtelijke ontwikkelingen meer integraal opgepakt. Ontwikkelingen op het gebied van beheer en onderhoud van kustveiligheid worden gecombineerd met ontwikkelingen op het gebied van natuur, economie, wonen, recreatie en toerisme. Maart 2011 is het Nationaal Kader Kust (NKK) vastgesteld. Veiligheid staat voorop, maar daarnaast gaat het ook om het bevorderen van ruimtelijke en economische ontwikkeling die verder gaat dan alleen inpassing. Na het vaststellen van het Nationale Kader Kust is begonnen met de Nationale Visie Kust (gereed 1e kwartaal van 2013). Dit is een gezamenlijke lange termijnvisie hoe we onze kust beschermen tegen de zee en hoe we tegelijkertijd de ruimtelijke en economische ontwikkelingen en kwaliteiten van de kust versterken. De visie bouwt voort op de provinciale agenda’s voor de kust.
Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 | Provincie Noord-Holland | 13
Strategische Agenda Kust Noord-Holland In de Strategische Agenda Kust Noord-Holland wordt integraal naar kustonderhoud en –ontwikkeling gekeken, in samenhang met overige gebruiksfuncties. Vanuit landschappelijk oogpunt is de kust onderverdeeld in vijf deelgebieden: Eiland, Kop, Parkduinen, Metropool aan Zee en Oase. Voor deze deelgebieden zijn opgaven benoemd, zowel opgaven die door Rijk en regio samen moeten worden opgepakt in het kader van de verdere uitwerking van het Deltaprogramma, alsook opgaven waarvoor de regio zelf aan de lat staat. In overleg met de regionale kustpartners is afgesproken om Zandvoort, Den Helder en de IJmond als Noord-Hollandse regionale prioritaire opgaven te benoemen in het kader van het Deltaprogramma Kust.
Tweede Hoogwaterbeschermingsprogramma In 2007 is het tweede Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP-2) begonnen. Dit is een programma waarin de Rijksoverheid en 22 waterkeringsbeheerders (waterschappen, hoogheemraadschappen, provincies en Rijkswaterstaat) intensief samenwerken om Nederland te beschermen tegen overstromingen. Zij werken samen om op 89 plekken in het land de afgekeurde waterkeringen te versterken. Het gaat daarbij om bijna 370 km aan dijken, dammen, duinen en achttien kunstwerken. In het kader van dit programma worden ook in Noord-Holland een groot aantal primaire waterkeringen versterkt. Dijkversterkingen die spelen zijn: - Afsluitdijk -
Hoogwaterbescherming Den Oever
-
Dijkversterking Waddenzeedijk Texel
-
Zwakke Schakels Kop van Noord-Holland
-
Dijkversterking eiland Marken
-
Dijkversterking Markermeerdijk Hoorn-Amsterdam.
De dijkversterkingen bieden kansen om ‘werk met werk te maken’. Bijvoorbeeld (jacht)havens opnieuw in te delen en/of voorzieningen aan te brengen voor de watersport, bv. jachthaven Zeezicht te Monnickendam.
Rijk-Regio Programma Amsterdam Almere Markermeer Het Rijk heeft de regio Amsterdam-Almere-Markermeer tot prioritair gebied benoemd in de Structuurvisie Voor Infrastructuur en Ruimte (SVIR). Samen met de provincies Noord-Holland en Flevoland en de gemeenten Amsterdam en Almere wordt gewerkt aan de uitwerking Rijksstructuurvisie Amsterdam-Almere-Markermeer. Hierin maken partijen afspraken over de drievoudige ambitie; woningbouw (60.000 woningen in Almere), infrastructuur (wel/geen IJmeerlijn of upgrade Hollandse Brug) en Ecologie (herstel ecologische kwaliteit Natura 2000-gebied Markermeer/IJmeer door verwezenlijking van een Toekomstbestendig Ecologisch Systeem: TBES). Afgesproken is de natuuropgave op systeemniveau te bezien en ingrepen dus niet stuk voor stuk op lokaal niveau te compenseren. De gedachte is dat deze programmatische benadering leidt tot een robuust, veerkrachtig ecologisch systeem, waarbij ruimte voor nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen, waaronder die voor watertoerisme, ontstaat. Onderdelen van TBES waaraan gedacht wordt, zijn bijvoorbeeld een groot oermoeras voor de Houtribdijk en luwtemaatregelen voor de Noord-Hollandse kust. De marktuitvraag en het initiatief van Natuurmonumenten voor de Marker Wadden hebben geleid tot drie varianten die door de werkmaatschappij Markermeer-IJmeer voor besluitvorming zijn neergelegd. Historische plaatsen als Enkhuizen, Hoorn, Volendam, Marken, Monnickendam, Muiden en Naarden hebben grote sociaal-economische belangen die samenhangen met watertoerisme. De meeste plaatsen hebben plannen voor vernieuwing van hun waterfront met herinrichting/uitbreiding van passanten- en ligplaatsen, aanlegsteigers voor riviercruise- en chartervaart en nieuwe vaarroutes. Vaak worden de mogelijkheden beperkt door de Natura 2000-status van het Markermeer-IJmeer en initiatiefnemers worden geconfronteerd met ingewikkelde en dure compensatieverplichtingen. Onderdeel van de besluitvorming omtrent de Rijksstructuurvisie wordt naar verwachting de discussie over waar de toekomstige ontwikkelruimte aan ten goede kan komen. Binnen de Rijksstructuurvisie is door ons steeds benadrukt dat de ontwikkelruimte aan de hele Metropoolregio Amsterdam (MRA) ten goede moet kunnen komen en dit is ook zo afgesproken. Ruimte voor toeristische- en recreatieve ontwikkelingen in het kader van realisatie van TBES is in het belang van gemeenten en kan bijdragen aan de groei van de sector.
Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 | Provincie Noord-Holland | 14
Het Rijk zal worden verzocht een volwaardige visie op te nemen voor de versterking van de recreatieve en toeristische functie in de Rijksstructuurvisie Amsterdam-Almere-Markermeer.
Toekomst Basis Recreatie Toervaart Net Noord-Holland De afgelopen jaren heeft de provincie veel geïnvesteerd in haar vaarroutenetwerken. Hierdoor liggen er een uitgebreid toervaartnet (525,5 km.) en vaarverbindingen voor de kleine recreatievaart. De staande mastroutes vallen grotendeels samen met het vaarwegennet voor de beroepsvaart. De instandhouding van de Staande Mastroutes zien wij als een provinciale taak. •
De meeste knelpunten zijn afgelopen jaren met financiering vanuit ILG opgelost. Maar er liggen nieuwe knelpunten op de loer; b.v. de openingstijden van spoorbrug in Weesp bij verdichting van de dienstregeling van de spoorverbinding Amsterdam-Almere. Hiervoor is een MKBA uitgevoerd. In het kader van de OV-SAAL zal een beslissing zal worden genomen in de 1e helft van 2013. Inzet van de provincie bij de besluitvorming over de middellange termijn is een voor de reiziger zo goed mogelijk treinsysteem, waarbij het mogelijk is de Vechtbrug te openen voor (recreatie)schepen.
Hoe we in de toekomst met de beleidsambitie voor het recreatietoervaartnet omgaan, is een onderwerp dat in 2013 verder zal worden uitgewerkt. Op de huidige BRTN-kaart zijn vaarwegen opgenomen die momenteel niet aan de gestelde eisen voldoen en alleen tegen hoge kosten bevaarbaar kunnen worden gemaakt (o.a. ’s Gravenlandsche vaart). Het beheer van deze vaarwegen voor de kleine recreatievaart (incl. de bijbehorende bruggen en sluisjes) is een afweging tussen maatschappelijke, economische, recreatieve en toeristische belangen. Een mogelijkheid is om dergelijke vaarwegen van het BRTN te herijken en op te nemen in een wijziging van de desbetreffende kaart van de Structuurvisie Noord-Holland. Hierbij bestaat ook een relatie met de toedeling van de taak van het vaarwegbeheer in het kader van de Waterwet. Gestreefd wordt naar een overeenkomst met de waterschappen. Vertrekpunt bij de onderhandelingen is dat de BRTN-vaarwegen die buiten het beroepsvaartnet en de staande mastroutes vallen, worden toegedeeld aan de waterschappen.
Regionale vaarroutes kleine recreatievaart Verschillende regio’s in Noord-Holland, zoals Westfriesland, Laag Holland en het Groene Hart kennen goede voorzieningen voor de kleine recreatievaart. De mogelijkheid om vanuit sloepen, fluisterboten, kano’s en roeiboten de cultuur- en natuurlandschappen te beleven, levert een belangrijke bijdrage aan het leefklimaat in de provincie. Door knelpunten in het vaarroutenetwerk voor de kleine recreatievaart (niet behorend tot het BRTNvaarroutenetwerk) en door de inwerkingtreding van de nieuwe Waterwet staat de kwaliteit van dit netwerk onder druk. Voorbeelden van knelpunten zijn: te kleine duikers, te lage vaste bruggen, vaste stuwen, of het dagelijks beheer van sluisjes. Het dagelijks beheer van kleine sluisjes binnen het routenetwerk kleine recreatievaart achten wij primair het belang van de gemeenten. Wij zullen met hen meedenken over de gevolgen van de wetswijziging van de Waterwet en de mogelijke oplossingsrichtingen. Voor de verbetering van het routenetwerk voor de kleine recreatievaart zullen wij in 2013 een voorstel doen om het aantal knelpunten terug te dringen. Het sloepvaren is de laatste jaren in populariteit aan het groeien. Er komen steeds meer ondernemers die sloepen voor de verhuur aanbieden. Naast de fluisterpunters, die al op veel plaatsen in de regio’s worden verhuurd, is ook de belangstelling voor sloepen voortgedreven door – al of niet inboard – verbrandingsmotoren groeiende. In dit segment is het particulier bezit aanzienlijk. Een opkomende trend is het maken van meerdaagse tochten. Het aanbod van voorzieningen voor deze groep, zoals bv. rust en overnachtingsplaatsen en oplaadpunten, sluit niet meer aan op de wensen. Gelet op de kansen voor economische groei stellen wij de uitvoeringsregeling Water als Economische Drager, Watertoerisme en waterrecreatie Noord-Holland 2012 ook open voor projecten die bijdragen aan de groei van dit specifieke segment van watertoerisme op het Noord-Hollandse toervaartnet (BRTN).
3
Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 | Provincie Noord-Holland | 15
Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie / Uitvoeringsregeling Water als Economische Drager 3.1 Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 In de Economische Agenda 2012-2015 is als beleidsdoel gesteld dat dat de toppositie van Noord-Holland binnen Nederland op het gebied van overnachtingen en watersport moet worden behouden. Het achterliggende doel is de bestedingen te maximaliseren, waardoor ook de werkgelegenheid in de toeristische sector zich optimaal kan ontwikkelen. Met behulp van een analyse hebben wij keuzes gemaakt over onze rol en focus ten aanzien van onze doelstellingen en acties op het gebied van watersport. Uit de inventarisatie van de watersportsector in Noord-Holland (rapport Desicio januari 2012) hebben wij de conclusie getrokken dat de in Noord-Holland aanwezige, sterke fysieke waterinfrastructuur, de kritische massa in de watersportsector (en haar onderliggende deelsectoren) en de breedte/diversiteit van het waterrecreatie/toerisme aanbod de belangrijkste troeven zijn om de kansen van de vrijetijdseconomie, de marktgroei en de opkomende watersporten te verzilveren. De reeds aanwezige infrastructuur biedt volop mogelijkheden om extra, nieuw aanbod (denk aan routes, verbindingen, kades etc.) te creëren. De omslag van de jachthavens van stallinggebied naar verblijfgebied is een belangrijke ontwikkeling die (economische) gelegenheid biedt voor langer verblijf van recreanten en een stevigere verknoping/relatie (bestedingen) met bijvoorbeeld horeca-, verblijf- en vermaak activiteiten ‘aan de wal’. Opkomende watersporten als golfsurfen en kitesurfen bieden kansen jongeren aan de watersport te binden. Ook de potentiële groeimarkten van onder meer zeecruises, riviercruises, chartervaart, sloep- en fluistervaren bieden kansen. Belangrijke kanttekening bij het verzilveren van kansen vormt het zwakke watersportimago van de provincie en de beperkte financieringskracht binnen de sector (en bij lokale/regionale overheden). Om de toppositie van de watersport in Noord-Holland te behouden en maximalisering van bestedingen en ontwikkeling van de werkgelegenheid in de toeristische sector, en de waterportsector in het bijzonder, te bewerkstelligen, stellen wij tot 2015 de volgende doelen: a Toename van het aantal aanlopen van riviercruise- en motorcharterschepen in de Noord-Hollandse steden, b
Maximalisering van de bestedingen en werkgelegenheid in de watersportsector,
c
Vergroting van het aanbod watersporten voor jongeren door stimulering van kite- en (golf)surfen,
d Kwaliteitsverbetering van het toeristisch product en stimulering van het duurzaam ruimtegebruik voor toerisme, e Invulling kansen voor de watersport binnen de bestaande programma’s voor behoud toppostitie, f Bevordering van het watertoerisme en van de waterrecreatie en ontsluiting van landschappen, steden en dorpen langs het Noord-Hollandse toervaartnet, g
Verbetering van de kwaliteit van het vaarroutenetwerk van de kleine recreatievaart,
h Verzamelen en delen van kennis van de Noord-Hollandse watersportsector. In de volgende tabel zijn aan deze operationele doelen activiteiten en beoogde resultaten gekoppeld. Tevens is aangegeven welke rol de provincie speelt bij deze activiteiten en het ermee gemoeide bedrag.
Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 | Provincie Noord-Holland | 16
Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 | Provincie Noord-Holland | 17
Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 | Provincie Noord-Holland | 18
Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 | Provincie Noord-Holland | 19
3.2 Uitvoeringsregeling subsidie Water als Economische Drager, watertoerisme en waterrecreatie Noord-Holland 2013 Om zo goed mogelijk recht te doen aan de opgaven die er op dit moment liggen, is een voortzetting en actualisatie van het programma Water als Economische Drager 2001-2011 gewenst. Op basis van de Economische Agenda 2012-2015 en de conclusies uit het rapport Inventarisatie Watersportsector NoordHolland (Desicio januari 2012), wordt het accent gelegd op een betere benutting van het vaarroute netwerk. Gefocust wordt op de categorieën binnen de watersportsector die in economisch opzicht het meest relevant zijn en waar ook het grootst mogelijke groeipotentieel ligt. Dit zijn de categorieën pleziervaart, de riviercruise- en chartervaart, kleine recreatievaart/sloepen en surfsporten. Gekozen is voor subsidies voor activiteiten als: •
Aanleg- en uitbreiding van openbare voorzieningen voor riviercruise- en chartervaart, jachthavens en passantenplaatsen, sloep- en elektrisch varen en surfsporten e.d., om zodoende het water toerisme te faciliteren en kwalitatief te verbeteren,
•
Aanleg en uitbreiding van passantenplaatsen langs het vaarroutenetwerk.
Net als in het voorgaande programma Water als Economische Drager 2008 t/m 2011 wordt gewerkt met een uitvoeringsregeling: de Uitvoeringsregeling subsidie Water als Economische Drager NoordHolland, watertoerisme en waterrecreatie Noord-Holland 2013. De vaststelling van deze uitvoeringsregeling is een bevoegdheid van Gedeputeerde Staten. Er is voor een uitvoeringsregeling gekozen om alle partijen die een aanvraag kunnen doen een gelijke kans te geven op toekenning van een subsidie. Een uitvoeringsregeling is tevens een geschikt middel om relatief kleine initiatieven een kans te geven. De uitvoeringsregeling kent geen specifieke doelgroep. In de praktijk zullen veelal gemeenten en andere overheidsinstellingen gebruik maken van de subsidieregeling, maar geen enkele organisatie wordt van deze regeling uitgesloten. In het kader van onze Economische Versnellings Actie wordt in 2013 een eenmalige ‘supertender’ opengesteld. Voorwaarde is dat de aanvragers zorgen voor een cofinanciering van ten minste 50% en dat de maximale subsidie € 400.000 bedraagt. Gedeputeerde Staten hebben het subsidieplafond vastgesteld op € 3.500.000. Het is belangrijk te beseffen dat subsidie wordt gegeven aan fysieke werkzaamheden die het openbaar nut dienen. Procedurele en andersoortige (voorbereidings)kosten, zoals opstellen van een bestek en de inhuur van een adviesbureau, vallen niet binnen het kader van deze uitvoeringsregeling. Ook beheers- en onderhoudskosten (na realisatie van het project), vallen daar niet binnen.
3.3 Beoordeling en besluitvorming Uitvoeringsregeling subsidie Water als Economische Drager, watertoerisme en waterrecreatie Noord-Holland 2013 De beoordeling Bij de beoordeling van projectvoorstellen kijken Gedeputeerde Staten onder andere naar de invulling van de activiteiten, of het project in hun ogen financieel haalbaar is, en of het project binnen twee jaar na de subsidieverlening kan zijn uitgevoerd. Dit laatste betekent dat langlopende (veelal RO-) procedures aantoonbaar in een vergevorderd stadium dienen te zijn bij de aanvraag. Ook bekijken Gedeputeerde Staten of er sprake is van ongeoorloofde staatssteun en of dezelfde activiteiten al eerder door de provincie zijn gesubsidieerd.
Besluitvorming Het beoordelen van subsidieaanvragen duurt maximaal zestien weken. Als het subsidieplafond wordt bereikt, worden de aanvragen geplaatst op een prioriteringslijst die Gedeputeerde Staten vaststellen aan de hand van onderstaande rangschikkingscriteria:
Actieprogramma Watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 | Provincie Noord-Holland | 20
a De verwachte groei van de directe toeristische recreatieve bestedingen en de verwachte groei van het aantal directe arbeidsplaatsen (uitvoering van het project niet meegerekend) in relatie tot het project, b de ligging van het project aan het provinciaal vaarroutenetwerk (BRTN) , c regionaal draagvlak, d inspelen op trends of innovaties. Op basis van de prioriteringslijst besluiten Gedeputeerde Staten over de toekenning van de subsidiegelden aan de projecten. Transparantie en rechtmatigheid spelen een belangrijke rol. Na het besluit van Gedeputeerde Staten ontvangt de aanvrager een beschikking waarin staat of (en in hoeverre) de subsidieaanvraag is gehonoreerd of is afgewezen. In het geval van de toekenning van een subsidie staan in de beschikking de daarbij horende verplichtingen vermeld. Provinciale Staten worden geïnformeerd over de projecten die een subsidie hebben gekregen.
3.4 Evaluatie Om de resultaten van de operationele doelen en activiteiten inzichtelijk te maken, zal de uitvoering van het Actieprogramma watertoerisme en waterrecreatie 2013-2015 in 2016 worden geëvalueerd. Daarnaast zal, conform het advies van de Randstedelijke Rekenkamer, de tranche van de uitvoeringsregeling WED die wordt uitgevoerd in 2013 ten minste vier jaar na afgifte van de beschikkingen door ons worden geëvalueerd. Het programma WED 2008-2011 zullen wij, inclusief de in de periode 2001-2008 gesubsidieerde projecten, meenemen in de uit te voeren evaluatie. Op basis van beide evaluaties zullen wij de effectiviteit van de instrumenten om de beleidsdoelen te behalen met u bepalen en eventueel bijstellen.
HAARLEM, februari 2013
Colofon Uitgave Provincie Noord-Holland Postbus 123 | 2000 MD Haarlem Tel.: 023 514 31 43 | Fax: 023 514 40 40 www.noord-holland.nl
[email protected] Eindredactie Provincie Noord-Holland Directie Beleid | Sector Economie Landbouw en Toerisme Fotografie Provincie Noord-Holland Grafische verzorging Provincie Noord-Holland, MediaProductie
portsector
Oplage 50 exemplaren Haarlem, februari 2013