ORGANISATIEONDERDEEL RGANISATIEONDERDEEL GEMEENTEN GEMEENTEN O
Draaiboek
Omgevingszorg Bouwbeheer Ruimtebeheer Milieubeheer
Kennis en Beheerteam “Omgevingszorg” Versie 1.0, 31 oktober 2012
ORGANISATIEONDERDEEL GEMEENTEN
Colofon Dit document is tot stand gekomen in opdracht van Kennis- en Beheerteam Omgevingszorg van het organisatieonderdeel gemeenten van de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant. Het document is na vaststelling aangeboden aan: -
Bestuur Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant
-
Gemeentesecretarissen binnen de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant
-
AOV’ers binnen de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant
-
Leden Kennis & Beheerteam;
Adres Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant Organisatieonderdeel Gemeenten Postbus 467 5000 AL Tilburg www.veiligheidsregiomwb.nl
Auteur: Henk de Bruijn (gemeente Moerdijk), Christof de Bie (gemeente Woensdrecht), Mark van Kaam (gemeente Tilburg), Albert van der Linden (gemeente Geertruidenberg), Mike Claasz Coockson, Richard Meulenbroek, Sander Scholten (gemeente Breda) en Sander Valk (ARSIS Personeelsmanagement & Organisatie-ontwikkeling).
Druk Versie 1.0, 31 oktober 2012
Status:
Definitief
Inhoud en Beheer Kennis- en Beheerteam “Taakorganisatie omgevingszorg” -
Procesverantwoordelijke deelproces /vz KB-team
: R. Meulenbroek, Gemeente Breda
-
Stafliaison Organisatieonderdeel Gemeenten
: S. Scholten, Gemeente Breda
Beheer Dit document beschrijft het Draaiboek van de Taakorganisatie Omgevingszorg in de Veiligheidsregio MWB, en kent een sterke verbondenheid met het Deelplan Omgevingszorg. Het Deelplan wordt beheerd door het Organisatieonderdeel Gemeenten van de Veiligheidsregio MWB. Jaarlijks wordt voor dit document en de genoemde achterliggende documenten bezien of actualisatie gewenst is. Op basis van (landelijke) ontwikkelingen, evaluaties etc. kunnen wijzigingen en aanpassingen worden doorgevoerd. Het Draaiboek behorende bij dit deelplan beschrijft de operationele uitvoering; het is een levend document dat continue kan worden aangepast en aangevuld. Vaststelling geschiedt via het Kennis- en Beheerteam Omgevingszorg. De website van de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant biedt op de extranet-pagina “gemeenten“ voor de gebruikers van dit deelplan en bijbehorend draaiboek de meest actuele versie. Een regionale “App” is in studie.
Draaiboek Omgevingszorg
Pagina 2 van 40
Inhoudsopgave
Pagina
1 1.1 1.2
Inleiding en leeswijzer Inleiding Leeswijzer
4 4 4
2 2A 2A 2C
Organogrammen taakorganisatie Omgevingszorg Omgevingszorg in de multidisciplinaire omgeving De operationele Taakorganisatie Omgevingszorg (GRIP 2 en 3) De operationele Taakorganisatie Omgevingszorg (GRIP 4)
5 6 7 8
3 3A 3B 3C 3D 3E 3F 3G 3H
Taakomschrijvingen functies omgevingszorg Hoofd Taakorganisatie Omgevingszorg Teamleider Omgevingszorg Medewerker Gebouwbeheer Medewerker Ruimtebeheer Medewerker Milieubeheer Medewerker inzamelen besmette waren Medewerker Wabo – Handhavingsjurist Administratief medewerker
9 10 11 12 13 14 15 16 17
4
De relatie tussen het proces Omgevingszorg en de overige processen
18
5
Checklist Omgevingszorg “Eerste uur”
23
6 6A 6B 6C 6D 6E
Checklisten / Gegevenslijsten Overzicht inzamelpunten besmette waren Presentielijst Team Omgevingszorg Logboek Gemeentelijke contactgegevens m.b.t. Omgevingszorg Standaardagenda overleg Taakorganisatie Omgevingszorg
26 27 28 29 30 31
7
Waakvlamovereenkomst samenwerking Regionale Milieudienst
32
8
Inrichting actiecentrum Omgevingszorg
40
9
Lijst met afkortingen
41
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 3 van 40
1 1.1
Inleiding en leeswijzer Inleiding Voor u ligt het Draaiboek Omgevingszorg. Het Draaiboek is een operationele “Toolkit Omgevingszorg”. Het bevat naast taakomschrijvingen per functionaris, procesbeschrijvingen, checklists, sjablonen, contactgegevens en diverse andere hulpmiddelen die de collega’s die werkzaam zijn binnen het proces Omgevingszorg kunnen ondersteunen bij hun werkzaamheden tijdens een ramp of crisis. Deelplan Dit Draaiboek kent een sterke verbondenheid met het Deelplan Omgevingszorg. Het Deelplan gaat onder meer in op het wettelijk kader, Draaiboek de beheerorganisatie t.a.v. omgevingszorg en de relatie met de overige (gemeentelijke deelprocessen). Zowel het Draaiboek als het Deelplan maken onderdeel uit van de planstructuur binnen de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant. Onderstaande illustratie geeft weer hoe beide documenten zich verhouden tot andere planfiguren die reeds zijn opgesteld of nog in ontwikkeling zijn.
1.2
Leeswijzer Het proces Omgevingszorg geeft uitvoering aan een drietal deelprocessen: 1
Milieuzorg;
2
Bouwbeheer;
3
Ruimtebeheer.
De in dit document aanwezige checklisten tools zijn, tenzij expliciet anders vermeld, generiek te gebruiken voor de drie deelprocessen die onder Omgevingszorg vallen.
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 4 van 40
2
Organogrammen taakorganisatie Omgevingszorg 2A
Omgevingszorg in de multidisciplinaire omgeving
2B
De operationele taakorganisatie Omgevingszorg (GRIP 2 en 3)
2C
De operationele taakorganisatie Omgevingszorg (GRIP 4)
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 5 van 40
2A
Omgevingszorg in de multidisciplinaire omgeving
Pm
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 6 van 40
2A
De operationele Taakorganisatie Omgevingszorg (GRIP 2 en 3)
pm
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 7 van 40
2C
De operationele Taakorganisatie Omgevingszorg (GRIP 4)
In geval van een GRIP-4 situatie is sprake van een opgeschaalde crisisorganisatie in meerdere gemeenten. Ook dan is er behoefte aan coördinatie tussen hulpverleningsdiensten en gemeenten, en wordt er gewerkt onder een éénhoofdige leiding. Regionaal Bij een GRIP 4 situatie zijn vaak meerdere gemeenten betrokken, dan wel is er sprake van een bijzonder aandachtsveld (impact). De gecoördineerde, operationele aansturing van de werkzaamheden blijft plaatsvinden vanuit het ROT. Voor Bevolkingszorg door de Algemeen Commandant Bevolkingszorg aan de betrokken gemeenten.
Vanwege de behoefte cq. noodzaak tot een gecoördineerde aanpak hebben de Stafsectieleden Bevolkingszorg bij GRIP 4 als verlengstuk van de Algemeen Commandant Bevolkingszorg een meer coördinerende rol (Coördinerend Hoofd Taakorganisatie) voor alle processen met uitzondering van het proces Crisiscommunicatie. Desgevraagd komt het Hoofd Taakorganisatie Crisiscommunicatie vanuit de incidentgemeente naar het RCC eventueel vergezeld van de leden Taakorganisatie Crisiscommunicatie. Het Hoofd Taakorganisatie Crisiscommunicatie blijft daarmee verantwoordelijk voor de aansturing van de gehele Taakorganisatie Crisiscommunicatie, in dit geval voor meerdere gemeenten. Lokaal De directe aansturing van processen en ingezet personeel binnen de incidentgemeente verloopt (net als bij GRIP 2 en 3) via de Hoofden Taakorganisatie onder coördinatie van de Voorzitter HTO-overleg. De lokale Hoofden Communicatie (vanwege betrokkenheid meerdere gemeenten) blijven het contactpunt tussen de HTO-overleggen en de Taakorganisatie Crisiscommunicatie.
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 8 van 40
3
Taakomschrijvingen functies omgevingszorg Onderstaande functies/rollen zijn uitgewerkt in zogeheten taakkaarten. Deze taakkaarten zijn een hulpmiddel voor de desbetreffende functionaris in de acute fase en kunnen een leidraad bieden voor de uit te voeren activiteiten. De functies die zijn uitgewerkt in een taakkaart zijn niet uitputtend. Vooralsnog zijn de meest voorkomende functies uitgewerkt in een taakkaart. Indien de praktijk uitwijst dat deze uitgebreid moeten worden, dan kan het KB-team Omgevingszorg hiervoor zorg dragen. 3A
Hoofd Taakorganisatie Omgevingszorg
3B
Teamleider Omgevingszorg;
3C
Medewerker Gebouwbeheer;
3D
Medewerker Ruimtebeheer ;
3E
Medewerker Milieubeheer;
3F
Medewerker inzamelen besmette waren;
3G
Medewerker Wabo handhavingsjurist;
3H
Administratief medewerker.
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 9 van 40
3A
Hoofd Taakorganisatie Omgevingszorg
PM
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 10 van 40
3B
Teamleider Omgevingszorg
PM
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 11 van 40
3C
Medewerker Gebouwbeheer
PM
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 12 van 40
3D
Medewerker Ruimtebeheer
PM
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 13 van 40
3E
Medewerker Milieubeheer
PM
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 14 van 40
3F
Medewerker inzamelen besmette waren
PM
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 15 van 40
3G
Medewerker Wabo – Handhavingsjurist
PM
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 16 van 40
3H
Administratief medewerker
PM
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 17 van 40
4
De relatie tussen het proces Omgevingszorg en de overige processen De processen Bevolkingszorg staan uiteraard niet op zichzelf. Zowel binnen de crisisorganisatie Bevolkingszorg, als erbuiten in de multidisciplinaire crisisorganisatie, zijn tal van dwarsverbanden en afhankelijkheden te benoemen tussen processen. De exacte afhankelijkheid en de mate waarin loopt echter uiteen. In veel gevallen kan volstaan worden met “informeren” of delen van inzichten tijdens het HTO-overleg, hét platform waarin de Hoofden Taakorganisatie de processen onderling afstemmen. In enkele gevallen is aanvullende afstemming op inhoud of zelfs werkwijze noodzakelijk en heeft het ene deelproces een doorwerking op een ander deelproces (bijv. het geven van voorlichting op een opvanglocatie of het leveren van menskracht voor de uitvoering van het proces). Deze “aanvullende” koppelvlakken zijn in kaart gebracht in onderstaand schema. Daaronder wordt kort beschreven wat dit koppelvlak precies inhoudt en welke afspraken daarover zijn gemaakt. Eventuele uitwerkingen zijn verder opgenomen in het van toepassing zijnde Draaiboek.
Koppelvlakken Omgevingszorg met processen Bevolkingszorg Bovenstaande tabel visualiseert op welke onderdelen van het proces er specifieke koppelvlakken te definiëren zijn. In navolgende tekst wordt dit op inhoud verder gespecificeerd.
Crisiscommunicatie Het proces crisiscommunicatie houdt zich bezig met het verstrekken van informatie aan verschillende doelgroepen. Dit proces is regionaal georganiseerd en wordt gecoördineerd vanuit het regionaal operationeel team (ROT), te Tilburg. Vanuit de voorlichterspool zal/zullen één/meerdere publieksvoorlichter(s) opgeroepen worden om mede in de opvangcentra voorlichting te geven aan de gedupeerden en betrokkenen. De bevolking dient van elke belangrijke maatregel snel op de hoogte te worden gebracht. Informatie moet worden verstrekt over maatregelen die men moet nemen om schadelijke gevolgen te beperken, de te volgen gedragslijn, de stand van zaken met betrekking tot de voortgang van de hulpverlening en het begeleiden van de terugkeer naar de normale situatie. Het Hoofd Taakorganisatie Crisiscommunicatie is verantwoordelijk voor een goede voorlichting naar de bevolking toe. Het Hoofd Hoofd Taakorganisatie Omgevingszorg stemt met het Lokaal Hoofd Communicatie (linking pin naar Hoofd Taakorganisatie Crisiscommunicatie) in het HTO-overleg af over hetgeen naar buiten gebracht gaat worden, op welke wijze en op welk moment.
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 18 van 40
Publieke zorg Opvang en verzorging en voorzien in primaire levensbehoeften Het ten tijde van een ramp of calamiteit opvangen en verzorgen van daklozen, evacués, minder zelfredzame en behandelde gewonden, inclusief kleine huisdieren (honden, katten e.d.) indien gedupeerden deze bij zich hebben, voor de periode dat de getroffenen nog niet naar hun huizen kunnen terugkeren. Onder opvangen en verzorgen wordt verstaan: het verschaffen van (tijdelijk) onderdak, voeding, drinken, kleding en psychosociale zorg. Ook het tijdelijk onderbrengen van meegebrachte (kostbare) eigendommen valt onder dit proces. Bij een verstoring van de voedsel- en/of drinkwatervoorziening zal een beroep worden gedaan op de gemeente om de bevoorrading in stand te houden. Naast het regelen van het vervoer dient een opslag- en distributiesysteem te worden opgezet. Het Hoofd Taakorganisatie Omgevingszorg is verantwoordelijk voor de inzameling en opslag van de besmette waren en het Hoofd Taakorganisatie Publieke Zorg is verantwoordelijk voor het distribueren van nieuwe (vervangende) waren. Beide hoofden stemmen zo spoedig mogelijk af omtrent het opzetten van een gezamenlijk inzamel-, opslagen distributiesysteem. Registreren van slachtoffers (CRIB) Het proces CRIB houdt zich bezig met het verzamelen, groeperen en registreren van informatie over gedupeerden en het verstrekken van publieksinformatie over gedupeerden. Afhandeling schade (CRAS) De medewerkers van dit proces houden zich bezig met de afhandeling van de aangerichte schade. Eventueel en afhankelijk van het incident kunnen gemeentelijke medewerkers van het proces CRAS in de opvanglocatie de aangerichte schade gaan registreren. Aandachtspunt hierbij is de verificatie van de gegevens van de gedupeerden die in de opvanglocatie geregisseerd zijn. De benodigde gegevens hiervoor worden aangeleverd door het Hoofd Taakorganisatie Publieke Zorg. Indien winkeliers dan wel landbouwbedrijven schade ondervinden van de inbeslagname, transport en vernietiging van besmette waren of landbouwgewassen, zal de schade hiervan geregistreerd dienen te worden. Dit proces kan echter mogelijk pas starten nadat alle besmette waren zijn verwijderd. Er moet echter wel bewijsmateriaal aanwezig zijn (foto´s, getuigen). Hoofd Taakorganisatie Publieke Zorg is verantwoordelijk voor de registratie van de schade die ontstaat als gevolg van het inzamelen van besmette waren. De Hoofden Taakorganisatie Publieke Zorg en Omgevingszorg stemmen tijdig af met betrekking tot de inzameling, opslag, vernietiging en registratie van besmette waren. Ondersteuning De gemeentelijke onderdelen van de rampenbestrijdingsorganisatie zoals het Gemeentelijke Beleidsteam, het HTO-overleg en de gemeentelijke taakorganisaties dienen ook van voedsel en drinken te worden voorzien, ongeacht de locatie waar zij zich bevinden. Deze verzorging valt echter onder het Draaiboek Ondersteuning. In voorkomende gevallen kan het voorkomen dat dezelfde cateraar hiervoor ingezet wordt. Voor de verbindingen met de verschillende taakorganisaties en de opvanglocatie(s) kan ondersteuning gevraagd worden aan de Taakorganisatie Ondersteuning. Nafase Voor het proces Nafase zijn de gegevens van de gedupeerden, die in de opvanglocatie opgenomen zijn, nodig ter verificatie voor de hulpvraag. Voor opvang voor een langere termijn dan 72 uur dient vervangende huisvesting beschikbaar te komen of dienen gedupeerden overgebracht te worden naar voorzieningen speciaal ingericht voor langdurig verblijf. Het draaiboek Nazorg is dan van toepassing.
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 19 van 40
Relatie met processen van de politie, brandweer en GHOR Verkeer regelen (politie) Het proces verkeer regelen houdt zich bezig met het voorkomen, dan wel oplossen van verkeersopstoppingen of stremmingen, zowel binnen als buiten het rampterrein. Dit geldt zeker wanneer verkeersproblemen leiden tot onveilige situaties of tot stagnatie van de rampenbestrijding. Afzetten en afschermen (politie) Het proces afzetten en afschermen houdt zich bezig met het afzetten van wegen en/of het afschermen van objecten en terreinen met als doel zorgdragen voor ongestoorde rampbestrijdings- en hulpverleningsactiviteiten. Begidsen (politie) Het proces begidsen houdt zich bezig met het zorgdragen voor de begeleiding van transporten om de weg te wijzen en vrije doorgang bij knelpunten te verzorgen. Vanwege de aanwezigheid van (milieu) gevaarlijke stoffen kan ontruiming (of evacuatie) noodzakelijk zijn. Vaak zal al een vroeg stadium worden ontruimd. Het is echter ook denkbaar dat op basis van later bekend geworden gegevens of vanwege de naderende bedreiging ook in een later stadium tot ontruiming moet worden besloten. Het Hoofd Taakorganisatie Omgevingszorg is in dit verband verantwoordelijk voor het verstrekken van gegevens die bij de gemeente bekend zijn betreffende de aanwezigheid van (milieu) gevaarlijke stoffen. Op verzoek van operationele diensten worden deze gegevens door het Hoofd taakorganisatie verstrekt. Zowel de gemeente, brandweer, politie als de GHOR hebben belang bij het achterhalen van de oorzaken van een ramp of zwaar ongeval. Ten behoeve van het onderzoek naar de oorzaak dient tijdig te worden afgestemd, zodat niet onnodig sporen worden uitgewist en/of tegenstrijdigheden ontstaan. Het Hoofd Taakorganisatie Omgevingszorg stemt de activiteiten van de gemeente met betrekking tot onderzoek naar de oorzaak af met de operationele diensten. Ontsmetting (mens en dier) (brandweer) Voor inzetten met gevaarlijke stoffen zijn procedures binnen de brandweer beschikbaar om te komen tot een gestructureerde ontsmetting van het eigen brandweerpersoneel en een zeer beperkt aantal slachtoffers of anderszins bij het voorval betrokken personen. De inzet van de collegae van de andere operationele diensten moet zodanig zijn dat ontsmetting van hen niet aan de orde hoeft te komen. In voorkomende gevallen worden zij uiteraard in de ontsmettingscyclus opgenomen. Voor grootschalige ontsmettingen zijn landelijk voorzieningen getroffen waarmee een groter aantal personen gelijktijdig kunnen worden ontsmet. Ook kan in beperkte mate de bestaande infrastructuur zoals zwembaden worden ingezet bij grootschalige ontsmettingen. Het ontsmetten van dieren is secondair en komt meestal eerst aan de orde na de ontsmetting van alle personen. Bij reguliere ontsmettingen (op plaats incident) wordt door de verantwoordelijke leidinggevende binnen de operationele diensten meer deskundigen ter advisering benaderd. Te denken valt aan Gezondheidsadviseur Gevaarlijke Stoffen (GAGS van de GHOR) of een Officier Gevaarlijke Stoffen (AGS van de brandweer). Binnen defensie bestaat op het gebied van ontsmetting een grote deskundigheid en capaciteit zeker daar waar het gaat om Nucleair, Biologisch en Chemische (NBC) gerelateerde ontsmettingen. In voorkomende geval zijn contacten in de zin van advies en/of ondersteuning niet uit te sluiten. Ook het door het RIVM opgezette Beleid Ondersteunend Team milieu-incidenten BOT-mi kan extra deskundigheid leveren.
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 20 van 40
Ontsmetting hoeft niet alleen in alle gevallen in één keer volledig te gebeuren. Indien de risico´s op verdere verspreiding geheel of in voldoende mate met een voorontsmetting zijn in te perken en de aard van de besmetting geen onnodig extra risico´s voor de getroffenen met zich meebrengt, is een fasering denkbaar. De eerste fase kan bijvoorbeeld aan de rand van het getroffen gebied plaatsvinden en een tweede fasering thuis. Afhankelijk van de aard van de besmetting zijn er specifieke ontsmettingsmiddelen en technieken te hanteren. In veel voorbereidende plannen (de rampbestrijdingsplannen) wordt aandacht aan dit aspect besteed. Ontsmetting (voertuigen en infrastructuur) (brandweer) In de meest basale vorm wordt dit proces al regelmatig uitgevoerd op het niveau van een basisbrandweereenheid, zoals wegdekreiniging. De grootschaligheid waarvan binnen dit proces veelal sprake zal zijn is een specifiek fenomeen. Om de andere processen op een verantwoorde wijze mogelijk te maken is dit proces voorwaardenscheppend. Op juiste wijze toegepast, wordt onnodige verspreiding van gevaarlijke stoffen voorkomen. Afhankelijk van de wijze van ontsmetten kan het wel een verdere verspreiding bijvoorbeeld middels het riool kunnen betekenen. Daarom is de deskundigheid gewenst van de gemeente en andere organisatie op het gebied van rioleringstelsel, waterzuiveringsbedrijf en de Waterschap. Ook bedrijven met specifiek materiaal om wegen te reinigen kunnen zowel met deskundigheid als met materieel worden ingezet. In geval van een al dan niet grootschalige ontsmetting moet met prioriteiten worden gewerkt. Hierbij is uitgangspunt dat de noodzakelijke hulpverlening weer zo snel mogelijk wordt verleend en onnodige verspreiding wordt voorkomen. Basisuitgangspunten moeten zijn: Alle uitgaande voertuigen worden bij het verlaten van het besmette gebied gereinigd waardoor verdere verspreiding wordt voorkomen. Om de ontsmettingscapaciteit niet onnodig te belasten kunnen de volgende nadere maatregelen overwogen worden: a) gebied volledig afsluiten op enkele uitgangen na alwaar de ontsmetting/reiniging plaatsvindt. b) verbieden van al het niet operationeel noodzakelijke verkeer. c) operationele voertuigen na inzet in het gebied niet zonder noodzaak het gebied verlaten. Reiniging van de infrastructuur moet van buiten naar binnen plaatsvinden. Het geheel van maatregelen moet zodanig zijn dat de operationele inzet optimaal mogelijk wordt gemaakt. Voertuigen waarbij de noodzaak om het besmette gebied te verlaten niet aanwezig is komen pas in tweede instantie voor ontsmetten in aanmerking. Zo beschouwd ontstaat navolgende prioritering: Ambulances Overige operationele voertuigen Voertuigen waarmee grotere groepen mensen worden afgevoerd (bussen) Privé voertuigen Afhankelijk van de stof en de weersomstandigheden is het zinnig het totale gebied met sproeiwagens nat te maken. Op die wijze wordt verdere verspreiding (deels) voorkomen. Wel dient rekening gehouden te worden met de al eerder gememoreerde verspreiding middels het riool.
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 21 van 40
De georganiseerde ontsmettingslocaties voor voertuigen worden veelal aan de rand van het besmette gebied ingericht. Ook is het denkbaar dat gebruik wordt gemaakt van bestaande installaties, zoals wasplaatsen bij busremises voor grotere voertuigen en normale wasplaatsen voor personenauto´s. In voorkomend geval kan dat een extra verspreiding van de gevaarlijke stoffen met zich meebrengen. In die situatie moet de toevoerroute specifiek worden aangegeven, beveiligd en nadien gereinigd. Indien verantwoord is kan het reinigen van de personenauto´s ook door de eigenaren/gebruikers zelf gedaan worden. Ondersteuning (Verzorging logistiek rampbestrijdingspotentieel) (brandweer) Het proces verzorging logistiek rampbestrijdingspotentieel houdt zich bezig met het beschikbaar stellen, beheren, verzorgen, ter plaatse brengen en op peil houden van personele en materiële middelen ten behoeve van het bestrijden van de ramp. Ondersteuning (Verbindingen) (brandweer) Vanaf de inwerkingtreding van het Commando Plaats Incident (CoPI) is de brandweer verantwoordelijk voor de coördinatie van de interdisciplinaire verbindingen. De gemeente dient wel zelf zorg te dragen voor voldoende verbindingsmiddelen ten behoeve van de bereikbaarheid van de gemeentelijke taakorganisaties en opvangcentra. Dit is de verantwoordelijkheid van het proces Ondersteuning. Geneeskundige Hulpverlening in de regio (somatisch) (GHOR) Het proces geneeskundige hulpverlening houdt zich bezig met het redden van mensen en beperken van letsel (en schade). Om dit te kunnen bereiken moet snelle en hoogwaardige geneeskundige hulp direct na het ontstaan van een ramp of zwaar ongeval gegarandeerd worden, door in zo kort mogelijke tijd een zo groot mogelijk aantal gedupeerden op te vangen, te stabiliseren, vervoersgereed te maken en te transporteren naar een ziekenhuis of behandelcentrum, met als uiteindelijk doel het minimaliseren van ziektelast en sterfte van ongevalgedupeerden. Psychosociale Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (PSHOR) (GHOR) Het proces psychosociale hulpverlening houdt zich bezig met de psychosociale opvang van directe en indirecte gedupeerden, alsmede hulpverleners. Het gaat hierbij om het begeleiden van emoties, de herkenning en behandeling van verwerkingsstoornissen en/of acute psychische klachten, en het faciliteren van verwerking. De alarmering van het PSHOR team verloopt via de lijn ACGZ (Algemeen Commandant Gezondheidszorg) in het ROT en DPG (Directeur Publieke Zorg) van Dienst.
Relatie met overige betrokken partijen Defensie Defensie wordt ook wel de 5e partner binnen de veiligheidsregio´s genoemd. Ook in veiligheidsregio Midden- en West-Brabant is defensie vertegenwoordigd. Deze lijnen, deze samenwerking bestaat ook in de repressieve fase. Defensie kan voor het proces Omgevingszorg veel betekenen als het gaat om ontsmetten van mens/dier en inzamelen van besmette waren. Hier is echter wel een aantal voorwaarden aan verbonden: de regionale ´voorraden´ dienen uitgeput te zijn en interregionale bijstand is al aangesproken. Als dan nog hulp noodzakelijk is kan een beroep gedaan worden op Defensie. De officier veiligheidsregio neemt deel aan het ROT en kan gerichte zorg bieden conform de productencatalogus ´Civiel- Militaire samenwerking´van defensie. Deze is via de website van defensie te vinden.
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 22 van 40
5
Checklist Omgevingszorg “Eerste uur” Alarmering Je wordt gealarmeerd door de Communicator of door een afdelingshoofd. Kom zo snel mogelijk naar de opgegeven locatie. Desgevraagd voer je opdrachten tot dooralarmering uit. Opkomst/melden Basis opkomstlocatie is voor het team Omgevingszorg:…………………………………………. Hier ga je naartoe, daarbij kun je er vanuit gaan dat je veilig op die plek kunt komen. Anders wordt dit aangegeven en zal er een alternatieve locatie bekend worden gemaakt. Opstarten team Omgevingszorg Registreer je aankomst en deelname aan het proces, hiervoor zal een presentielijst worden gebruikt. Zorg dat alle PC’s worden opgestart met toegang tot het systeem en internet. Log in op het LCMS systeem met minimaal 1 computer. Zorg voor een flipover en stiften in de vergaderruimte. Zorg ervoor als teamleider (of als plaatsvervanger) dat iedereen een taak krijgt. De taken staan op de taakkaarten. Deze vindt je in de bijlage van het draaiboek. Zorg als teamleider (of als plaatsvervanger) ervoor dat een iemand belast is met de administratieve ondersteuning: notulen maken van de overleggen. In het actiecentrum, aannemen van de telefoon, beantwoorden van e-mails. Deze let ook op de facilitaire zaken en geeft dit door aan de Backoffice Ondersteuning wanneer er iets nodig is. Wijs een actiecentrum teamlid aan om –eventueel naast zijn normale taken- een aflossingsschema op te stellen. Dit dient zo snel mogelijk na aankomst te gebeuren, daar het regelen van aflossing redelijk veel tijd in beslag kan nemen. Stem dit altijd af met de teamleider. Sla documenten op een voor iedereen bekende plek op (sharepoint, gezamenlijk schijf, email). Zorg voor genoeg koffie, thee, fris en koek/broodjes of avondeten. Beter teveel en te vroeg besteld als te laat. Dit kan je “bestellen” bij de Backoffice Ondersteuning. Maak via het Hoofd Taakorganisatie Omgevingszorg kenbaar aan het HTO overleg en het ROT dat de Taakorganisatie Omgevingszorg operationeel is en geef aan hoe het team communiceert (telefoonnummer en e-mailadres). Leg na ieder contact met het ROT, sectie Bevolkingszorg, vast wat er met wie besproken is, op welk tijdstip. Maak een logboek aan.
Overleg in het team Vraag voor aanvang van het overleg het plot op en de situatierapportages. Die zijn beschikbaar via het LCMS systeem. Zorg voor verslaglegging/notulen. Maak gebruik van de standaard agenda. Gebruik de tafelnaambordjes. Gebruik de presentielijst. Stem de vergaderklok af op die van het HTO overleg en houdt overleggen kort. Specifiek voor Bouwinspecteur/ milieu adviseur 1. Dossier opvragen 2. Juiste applicaties opstarten 3. Bevragen van contactpersonen inzake het dossier om volledig beeld te krijgen. 4. Handelingsperspectief opstellen 5. Overleggen met teamleider alvorens advies naar HTO wordt gezonden.
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 23 van 40
Te genereren basis informatie (pro actief) STATISCHE DATA Item
Opzoeken/ opvragen
Wat wil je weten
Locatie
GIS
Plaats, postcode, adres (volksnaam) X,y coördinaat Bodembedekking Grondsoort
Grond/ bodem
Dichtheid
Samenstelling grond
Grondwaterstand Reliëf Stofeigenschappen
Aanwezigheid explosieven
van
conventionele Oppervlaktewater
Water
Grondwater
Tekeningen waterlopen
Riolering Beschermd grondwater gebied?
Bodemkaarten Hydrologische kaarten Riolering Meteo-omstandigheden Lucht
Meteo-gegevens
Stofeigenschappen Verspreiding
Stofeigenschappen chemiekaartenboek Welke stoffen komen vrij Hoeveelheid Stofeigenschappen Vast, vloeibaar, gas Veiligheid
Stofeigenschappen chemiekrtbk
Oplosbaar in water Soortelijke gewicht Gevaarlijk Brandbaar Reageert met….
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 24 van 40
DYNAMISCHE DATA/ VERSPREIDINGSRISICO Element
Transportmiddel
Aandachtspunten
Water
Water: rivier/beek/kanaal
Getijde/ stroming
Eventuele maatregelen Afdammen / Afsluiten Recirculeren bluswater Opvangen
Neerslagverwachting Water:Riolering
Afwatering Neerslagverwachting
Grond/
Absorberen
bodem
Geleiden Neerslaan
Lucht (ook de rook tijdens de brand)
Meteo: wind, neerslag, zon, temperatuur
Lucht
Waarschuwen Ontruimen
Veiligheid
Waarschuwen Ontruimen
Nieuwe stoffen ontstaan uit reacties
Stofeigenschappen chemiekaartenboek
Geluid
Beëindigen
RESTPRODUCTEN Element/stof Rook Roetdeeltjes
Maatregelen overheid Ventileren Naar binnen gaan ramen en deuren sluiten
Eerste handelingsadvies burger/bedrijf Ventileren
Onderzoeken/ beoordelen concentratie
Wegspoelen water en zeep
Nader onderzoek
Via VWA/ RIVM
Asbest
Asbest protocol
Beschermingsmaatregelen
Vervuild bluswater
Bedrijf aansporen tot opruimen
Wegzuigen
Besmette waren
Opruimen
Opruimen
JURIDISCHE VRAGEN Vraag
element
aandachtspunt
Eigendom
Grond
Personen
Gebouw
Personen
Beheer
Personen
Vergunningen
Laatste wijziging Laatste controle Duiding laatste constatering
Bestemmingsplan Bouwbesluit
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 25 van 40
6
Checklisten / Gegevenslijsten A
Overzicht inzamelpunten besmette waren
B
Presentielijst
C
Logboek
D
Telefoonlijst instanties m.b.t. Omgevingszorg
E
Standaardagenda overleg taakorganisatie Omgevingszorg
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 26 van 40
6A
Overzicht inzamelpunten besmette waren
Naam Inzamelpunt
Draaiboek Omgevingszorg
Adres
Versie 1.0
Contactpersoon
Telefoonnummer
Pagina 27 van 40
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
15
14
13
12
11
10
9
8
7
6
5
4
3
2
1
Tijdstip begin
Werkgever
Naam
Functie
Locatie:
Deelproces:
Presentielijst Team
Tijdstip einde
Afgelost door Telefoon (nr.)
Paraaf
6B Presentielijst Team Omgevingszorg
Pagina 28 van 40
6C
Logboek
LOGBOEK TAAKORGANISATIE OMGEVINGSZORG
Datum:
Verslaglegger: Nr.
Tijdstip
Velnr.: In/Uit
Onderwerp
Korte inhoud
Van:
Aan:
Invulinstructie:
In te vullen door het Hoofd Taakorganisatie Omgevingszorg of medewerker. Vul elke actie/telefoongesprek (intern,extern) in met de gemaakte afspraak en het tijdstip. Dit logboek is doorlopend, dat wil zeggen vormt één geheel indien het over meerdere dagen strekt. Na afloop van de ramp dient dit ingevulde logboek ingeleverd te worden bij het Hoofd Taakorganisatie.
* = doorhalen wat niet van toepassing is
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 29 van 40
6D
Gemeentelijke contactgegevens m.b.t. Omgevingszorg
Voor de meeste voorkomende en belangrijke telefoonnummers voor de crisisorganisatie Bevolkingszorg wordt verwezen naar de regionale informatiegids van de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant. Onderstaande lijst kan gebruikt worden door een gemeenten om contactgegevens op te nemen die specifiek voor de gemeente van toepassing zijn.
Gemeentelijke diensten
Aannemers
Saneerders
Overig
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 30 van 40
6E
Standaardagenda overleg Taakorganisatie Omgevingszorg
Vergadering van:
O
Beleidsteam
O
Regionaal Operationeel Team
O
Managementteam
O
Actiecentrum
O
Opvangcentrum
O
Informatie- en adviescentrum
O
Perscentrum
O
…………………………………
Locatie:…………………………………………… Datum:…………………..…..Tijdstip:…………………Incident:………………………………………….
ONDERWERPEN:
STATUS:
informatief
Opening
Voorstelronde
Mededelingen
Presentielijst
Verslag vorige vergadering
voortgangscontrole
Besluitenlijst vorige vergadering
voortgangscontrole
Beeldvorming (o.b.v. SITRAP COPI en aanvullingen)
beeldvorming
Voorval
Oorzaak
Gebied
Afstand
Factoren
Gegevens meteo
Gevaren
Uitbreidingsmogelijkheden
Oordeel
Mogelijkheden
Alternatieven
Oplossingen
oordeelsvorming
Prioriteiten
Leven
Volksgezondheid
Milieu
Materiële belangen
besluitvorming
Besluiten
Te nemen nieuwe besluiten
Besluitenlijst
Communicatie(plan)
Sluiting
Afspraak volgende vergadering
Schorsing tot ….uur
besluitvorming
besluitvorming
besluitvorming
Bijzonderheden……………………………………………………………………………………………………………..… …………………………………………………………………………………………………………… Naam notulist:……………………………..…………… Paraaf:
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 31 van 40
7
Waakvlamovereenkomst samenwerking Regionale Milieudienst Onderstaande waakvlamovereenkomst is geldig tot en met 31 december 2012. Mede gelet op de ontwikkelingen rondom de vorming van een nieuwe Regionale Milieudienst worden voor de periode vanaf 1 januari nieuwe samenwerkingafspraken worden opgesteld. Zodra deze zijn geformaliseerd vervangen deze onderstaande bijeenkomst. De overeenkomst zelf is opgenomen, inclusief de bijlagen 1 en 4 gelet op de geldende procedure voor het inschakelen van de regionale milieudienst in de acute fase.
WAAKVLAMOVEREENKOMST tussen Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant Organisatieonderdeel Gemeenten & Regionale Milieudienst West-Brabant 25 januari 2010
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 32 van 40
Overeenkomst 1.
De Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant, Organisatieonderdeel Gemeenten, in deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer ir. M.M.F. Dewachter MPM, Adjunct Coördinerend Gemeente Secretaris, hierna te noemen de VR-OG en
2.
pm De Regionale Milieudienst West-Brabant, in deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer ir. J.H.J. Groot, directeur, hierna te noemen de RMD
gezamenlijk te noemen ‘partijen’, overwegen het volgende.
Gemeenten hebben in geval van een ramp of een zwaar ongeval ondersteuning nodig bij de uitvoering van deelproces 11 (Milieu en Inzamelen besmette waren), omdat hun eigen medewerkers na enige tijd moeten worden afgelost, dan wel omdat zij zelf over onvoldoende gekwalificeerde capaciteit beschikken. Onder een ramp of een zwaar ongeval wordt in dit verband verstaan een ramp of een zwaar ongeval zoals nader omschreven in artikel 1 van de Wet rampen en zware ongevallen. De RMD voert in opdracht van overheden opdrachten uit op het terrein van de leefomgeving en beschikt dientengevolge over specifieke expertise. De RMD beschikt over een bereikbaarheidsdienst die 24 uur per dag bereikbaar en inzetbaar is. De VR-OG wenst in geval van een ramp of een zwaar ongeval de RMD op afroep in te schakelen ter ondersteuning van een of meer gemeenten in haar werkgebied, omvattende de gemeenten Aalburg, Alphen-Chaam, Baarle-Nassau, Bergen op Zoom, Breda, Dongen, Drimmelen, Etten-Leur, Geertruidenberg, Gilze en Rijen, Goirle, Halderberge, Hilvarenbeek, Loon op Zand, Moerdijk, Oisterwijk, Oosterhout, Roosendaal, Rucphen, Steenbergen, Tilburg, Waalwijk, Werkendam, Woensdrecht, Woudrichem en Zundert. Eén of meer van de hiervoor vermelde gemeenten die zich bij de VR-OG als Gemeente in de zin van deze overeenkomst heeft aangemeld en zich geconformeerd heeft aan de inhoud van deze overeenkomst, hierna te noemen de Gemeente, zal de daadwerkelijke opdracht voor de gewenste ondersteuning geven. De VR-OG wenst daarnaast, in geval van een ramp of zwaar ongeval, 24 uur per dag telefonisch informatie te kunnen inwinnen. Ook kan elke afzonderlijke gemeente, in geval van een ramp of zwaar ongeval, 24 uur per dag telefonisch advies inwinnen ter ondersteuning van haar taak ten behoeve van het CoPi (Commando Plaats incident). Partijen willen hun verhouding regelen vooruitlopend op een mogelijk in de toekomst plaatsvindende calamiteit.
Partijen komen als volgt overeen. Artikel 1: Omschrijving van de dienstverlening De dienstverlening door de RMD bestaat uit drie onderdelen: 1. een garantie aan de VR-OG over de beschikbaarheid, inzetbaarheid en deskundigheid van personeel ter ondersteuning van gemeenten ingeval van een ramp of een zwaar ongeval; 2. het ondersteunen van de Gemeente ingeval van een ramp of een zwaar ongeval nadat de Gemeente daartoe opdracht heeft verstrekt. De inzet van de RMD betreft ondersteuning en advisering van het Hoofd Actiecentrum Proces 11 (Milieu en Inzamelen besmette waren). De ondersteuning en advisering hebben betrekking op de taken van de medewerker milieu, medewerker inzamelen besmette waren en civieltechnisch medewerker binnen het actiecentrum. Deze taken kunnen door de RMD, indien mogelijk, geheel of gedeeltelijk worden gecombineerd. Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 33 van 40
3. 4.
het geven van telefonisch advies aan het CoPi in geval van een ramp of een zwaar ongeval. De RMD is hiervoor 24 uur per dag bereikbaar. deze waakvlamovereenkomst heeft alleen betrekking op de assistentie in het kader van de rampenbestrijding en treedt niet in de plaats van andere reeds bestaande overeenkomsten ten behoeve van de ondersteuning bij klachten of calamiteiten.
Artikel 2:pm Beschikbaarheid en inzetbaarheid 2.1
Ingeval zich een ramp of een zwaar ongeval voordoet geeft de VR-OG vanaf GRIP 2 een voorwaarschuwing aan de RMD, als de calamiteit zich voordoet of zich kan uitbreiden in de Gemeente. Gemeenten kunnen vanaf GRIP 1 gebruik maken van de diensten van de RMD.
2.2
De RMD garandeert aan de VR-OG dat, buiten kantoortijd, een of meer deskundige medewerkers van de RMD binnen 60 minuten aanwezig zijn op het actiecentrum van de Gemeente, nadat de Gemeente opdracht tot ondersteuning heeft verstrekt. Tijdens kantooruren geschiedt de beschikbaarheidstelling conform de basisvereisten.
Artikel 3: Opdrachtverstrekking en opdrachtaanvaarding Een opdracht komt mondeling of schriftelijk tot stand. De Gemeente zal een mondelinge opdracht aan de RMD altijd zo spoedig mogelijk schriftelijk bevestigen door het inzenden van een opdrachtbevestiging conform bijlage 1. Opdrachtverstrekking kan alleen plaatsvinden door medewerkers of personen die hiervoor zijn aangesteld door de Gemeente, hierna te noemen de Contactpersoon. De Contactpersoon is op de hoogte van de unieke meldcode van zijn/haar Gemeente bij het mogen verstrekken van de opdracht. Artikel 4: Verplichtingen en vereisten van de RMD Uitvoering van het deelproces Milieu en Inzamelen besmette waren 4.1.1 De RMD zal 24 uur per dag telefonisch bereikbaar en beschikbaar zijn ten behoeve van de VR-OG en de Gemeente voor deskundig advies en inzet ten behoeve van calamiteiten/incidenten op het gebied van het deelproces Milieu en Inzamelen besmette waren. 4.1.2 De RMD zal zich tot het uiterste inspannen om de door de Gemeente gevraagde capaciteit, kwaliteit en deskundigheid op het overeengekomen tijdstip en de overeengekomen plaats te leveren (zie bijlage 4 Procedure). 4.1.3 De RMD zal een gekwalificeerd coördinator aanwijzen die als vertegenwoordiger optreedt namens de RMD met betrekking tot de uitvoering van een opdracht uit het deelproces Milieu en Inzamelen besmette waren, hierna te noemen Coördinator. De RMD staat er voor in dat deze functionaris de noodzakelijke bevoegdheden heeft om een ongestoord verloop van het genoemde deelproces mogelijk te maken. De Coördinator is te bereiken onder het in bijlage 3 vermelde semafoonnummer, dan wel via een nader op te geven telefoonnummer. De Coördinator zal de Contactpersoon voortdurend op de hoogte houden van wijzigingen in de beschikbare capaciteit, kwaliteit en deskundigheid en komt eventuele bijstellingen van de opdracht overeen. 4.1.4 Indien zich omstandigheden voordoen die tot vertraging, geen of niet correcte uitvoering van het deelproces kunnen leiden, zal dit zo spoedig mogelijk aan de Contactpersoon worden gemeld. Worden deze signalen aan de andere zijde waargenomen, dan dient te Contactpersoon zo spoedig mogelijk contact op te nemen met de Coördinator. In gezamenlijk overleg wordt bepaald welke maatregelen worden getroffen.
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 34 van 40
Kwaliteit 4.2.1 De RMD zal bekwame en kundige medewerkers inzetten bij het uitvoeren van het deelproces Milieu en Inzamelen besmette waren bij calamiteiten of rampen. Deze medewerkers beantwoorden aan de profielen van de medewerker milieu, medewerker inzamelen besmette pm en civieltechnisch medewerker, zoals die zijn opgenomen in de competentieprofielen waren van het deelproces Milieu en Inzamelen besmette waren. Inzet derden 4.2.2 De RMD krijgt toestemming om gebruik te maken van de diensten van derden (bijvoorbeeld door inschakeling van externe adviseurs of deskundige medewerkers van een of meer andere gemeenten). De Gemeente dient op de hoogte te worden gesteld van de door de RMD in te schakelen derden. 4.2.3 De RMD is verantwoordelijk voor de communicatie met de medewerkers van de in te schakelen derden. De RMD zal in te schakelen derden tijdig alle informatie en inlichtingen verstrekken die nodig zijn voor een goede uitvoering van het deelproces Milieu en Inzamelen besmette waren. 4.2.4 De RMD is verantwoordelijk en blijft jegens de Gemeente aansprakelijk voor de inzet van derden. De overeenkomsten met de betrokken derden zullen daartoe inhoudelijk en in strekking overeenstemmen met de bepalingen uit deze overeenkomst. De RMD zal de Gemeente vrijwaren van en tegen alle aanspraken, vorderingen, kosten en schade welke bij of jegens de Gemeente worden gevorderd en/of zullen ontstaan met betrekking tot de geheel of gedeeltelijke nakoming van de overeenkomst door derden, al dan niet voortvloeiend uit de Wet Ketenaansprakelijkheid. Preparatiefase 4.4.1 De RMD zal ten minste 1x per jaar participeren in een bijeenkomst van het Kennis- en Beheerteam Milieu en Inzamelen besmette waren t.b.v. de afstemming van de behoefte binnen het OTO-programma. 4.4.2 De RMD zal zijn deskundigheid inzetten t.b.v. het verzorgen van opleiding en training van personen die deel uit zullen maken van het Actiecentrum Milieu en Inzamelen besmette waren. 4.4.3 De inhoud van de scholing wordt in overleg met het Kennis- en Beheerteam Milieu en Inzamelen besmette waren bepaald. 4.4.4 De kosten van de scholing zullen door de RMD afzonderlijk bij VR-OG in rekening worden gebracht. Artikel 5: Overige verplichtingen en aansprakelijkheid 5.5
De RMD is niet bevoegd om als vertegenwoordiger voor de Gemeente op te treden dan wel namens of voor rekening van de Gemeente op enigerlei wijze verplichtingen van welke aard ook aan te gaan en/of te doen ontstaan, behoudens voorafgaande uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van de Gemeente.
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 35 van 40
5.1
Het is de VR-OG en de Gemeente niet toegestaan bij de uitvoering van de met de RMD overeengekomen diensten gebruik te maken van diensten van derden, behoudens na overleg met en voorafgaande toestemming van de RMD. In geval van overmacht kan pm worden afgeweken, doch dan dient de RMD hierover zo spoedig mogelijk te worden hiervan geïnformeerd.
5.2
Partijen vrijwaren elkaar over en weer voor aanspraken van derden ter zake van schade als gevolg van tekortkomingen of fouten, waarvoor zij op grond van deze overeenkomst aansprakelijk zijn.
5.3
De RMD verplicht zich om er voor zorg te dragen, voor zover zulks in zijn vermogen ligt, dat het risico voor de Gemeente bij eventuele aanspraken voor vermogensschade door derden tot een minimum beperkt blijft.
5.4
Ongeacht het bepaalde in dit artikel blijft de Gemeente in alle gevallen aansprakelijk voor de gevolgen van zijn publiek- en civielrechtelijk handelen.
Artikel 6: Tarieven De tarieven bestaan uit twee delen: A. Tarieven ten behoeve van de waakvlamovereenkomst. Voor het in stand houden van deze overeenkomst geldt een vaste vergoeding van € 21.700 per jaar, (prijspeil 2009) die door de VR-OG betaald zal worden aan de RMD. B. In geval van inzet ten tijde van een ramp of een zwaar ongeval wordt de inzet van de RMD betaald door de opdracht verstrekkende Gemeente. Hiervoor gelden de tarieven die jaarlijks bij de vaststelling van de begroting door het Algemeen bestuur van de RMD worden vastgesteld, zowel voor werkzaamheden binnen als buiten kantoortijd en in het weekend. Artikel 7: Facturering en betaling 7.1
Facturering aan de VR-OG gebeurt jaarlijks per 1 juli. Facturering aan de opdrachtverstrekkende Gemeente heeft plaats na afronding van de dienstverlening.
7.2
Betaling vindt plaats binnen dertig dagen na factuurdatum.
Artikel 8: Tekortkomingen 8.1
Iedere partij zal de andere partij onmiddellijk op de hoogte stellen van iedere omstandigheid die de nakoming van deze overeenkomst kan beïnvloeden of verhinderen.
8.2
Indien een der partijen toerekenbaar niet, niet tijdig of niet behoorlijk voldoet aan verplichtingen welke op haar rusten uit deze overeenkomst of daaruit voortvloeiende overeenkomsten, dient de wederpartij haar een redelijke termijn voor nakoming te geven, alvorens de nalatige partij in gebreke wordt gesteld.
Artikel 9: Geldigheidsduur en beëindiging overeenkomst 9.1 Duur en inwerkingtreding 9.1.1 De overeenkomst wordt aangegaan voor onbepaalde tijd. Ieder der partijen kan de overeenkomst opzeggen met inachtneming van een opzegtermijn van één jaar. 9.1.2 De bestaande contracten, die de RMD met een van de opdrachtverstrekkende gemeenten uit de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant in het kader van de rampenbestrijding afgesloten heeft, worden automatisch omgezet naar deze waakvlamovereenkomst. Hiertoe zal de opdrachtverstrekkende Gemeente het initiatief moeten nemen en dit schriftelijk doorgeven aan de VR-OG. Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 36 van 40
9.1.3 Indien een van de gemeenten uit de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant een contract heeft met een andere externe partij op het gebied van Milieu en Inzamelen besmette waren (en dus in het kader van de rampenbestrijding) kan de gemeente na beëindiging van dat contract schriftelijk aan de VR-OG doorgeven dat zij gebruik wenst te maken van deze pm overeenkomst. 9.2 Tussentijdse opzegging en aanpassing 9.2.1 Op grond van toerekenbare tekortkoming: Elk van deze partijen kan deze overeenkomst direct beëindigen indien de andere partij in gebreke blijft aan haar verplichtingen te voldoen en zij deze na schriftelijke aanmaning en ingebrekestelling van de andere partij niet alsnog in de daarin opgenomen periode is nagekomen. 9.2.2 Op grond van onvoorziene omstandigheden: Partijen zijn bevoegd in onderling overleg de overeenkomst op te zeggen dan wel aan te passen, wanneer voortzetting van de overeenkomst onmogelijk is dan wel wordt bemoeilijkt door abnormale of onvoorzienbare omstandigheden die onafhankelijk van de wil van de betreffende partij zijn en waarvan de gevolgen ondanks alle redelijke voorzorgsmaatregelen niet konden worden vermeden. Wijze van opzegging 9.2.3 Opzegging dient altijd door middel van een aangetekend schrijven plaats te vinden. Artikel 10: Algemeen Wijzigingen van en aanvullingen op deze overeenkomst zijn alleen geldig voor zover deze schriftelijk tussen beide partijen zijn overeengekomen. 10.1 10.2
Geen der partijen is bevoegd deze overeenkomst of enige van de hieruit voortvloeiende rechten of verplichtingen over te dragen aan derden, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de andere partij. Elke rechtsvordering jegens de RMD uit hoofde van deze overeenkomst verjaart door het enkele verloop van 12 maanden gerekend vanaf het moment van het ontstaan van de rechtsvordering.
Artikel 11: Toepasselijk recht en geschillen 11.1 11.2
11.3
Op deze overeenkomst is Nederlands recht van toepassing. Partijen komen ten aanzien van alle geschillen welke mochten ontstaan naar aanleiding van deze overeenkomst, dan wel van nadere overeenkomsten die daarvan het gevolg mochten zijn, overeen te trachten deze geschillen in onderling overleg op te lossen, alvorens een gerechtelijke procedure aan te vangen. Indien het onmogelijk is gebleken om een dergelijk geschil anders dan middels een gerechtelijke procedure op te lossen, zal dat geschil worden beslecht door de bevoegde rechter te Breda.
Deze overeenkomst is in tweevoud opgesteld en ondertekend te Roosendaal op 22 december 2009. 1.
Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant, Organisatieonderdeel Gemeenten, Namens deze, De heer ir. M.M.F. Dewachter MPM, Adjunct Coördinerend Gemeente Secretaris Handtekening: 2. Regionale Milieudienst West-Brabant, Namens deze, De heer ir. J.H.J. Groot, directeur Handtekening: Draaiboek Omgevingszorg Versie 1.0 Pagina 37 van 40
Bijlage 1 Opdrachtbevestiging Meldcode en naam Gemeente pm
________________________________________
Postadres
________________________________________
Plaats
________________________________________
Contactpersoon/functie
________________________________________
Telefoon
gsm
______________________
__________________________
Hierbij wordt de telefonische opdracht bevestigd aan de RMD tot het leveren van de volgende diensten:
Inzet van gekwalificeerd personeel ten behoeve van een opdracht uit het deelproces Milieu en Inzamelen besmette waren: _________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________ Bijzonderheden: ___________________________________________________________ _________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________
Verzonden aan de RMD op ______________ Telefoon: 0165-582056 Faxnummer: 0165 – 56 60 47 E-mail:
[email protected]
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 38 van 40
Bijlage 4 Procedure: (zie ook opdrachtformulier)
Depm opdrachtgever neemt contact op met de Coördinator van de RMD: semafoonnummer: 06-65025025
De opdrachtgever maakt zich bekend met de meldcode, naam Gemeente, naam contactpersoon en telefoonnummer. De opdrachtgever kan ook namens meerdere Gemeenten spreken als het om een gemeentegrenzen overschrijdende calamiteit gaat.
Indien mogelijk wordt de opdracht eveneens per E-mail aan
[email protected] gemeld.
Tijd van melding wordt genoteerd.
Gegevens over locatie, welke deskundigheid,urgentie, etc. noteren op het opdrachtformulier.
Binnen 10 minuten wordt vastgesteld of de opdracht kan worden geaccepteerd en op welk moment beschikbaar is. Dit wordt aan de Contactpersoon medegedeeld (alleen bij zwaarwegende argumenten mag de opdracht worden geweigerd).
De verantwoordelijke van de Gemeente maakt telefonisch bekend dat de opdracht is volbracht.
Eindtijd wordt genoteerd.
Elke opdracht wordt z.s.m. geëvalueerd.
Facturering geschiedt aan de opdrachtgevende Gemeente.
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 39 van 40
8
Inrichting actiecentrum Omgevingszorg
Voorwerpen
Advies/opmerkingen
Werkplekken
Ongeveer 10 werkplekken moeten beschikbaar zijn, bij voorkeur in één grote ruimte. Voor het Hoofd Taakorganisatie is bij voorkeur een kamer gereserveerd in de directe nabijheid van deze ruimte.
Computers
Voor iedere werkplek een computer met internet/emailaansluiting
Vaste telefoons
Vooraf moet worden vastgesteld welke telefoonnummers (van werkplekken) beschikbaar worden gesteld zodat deze opgenomen kunnen worden in de registratielijst in de rampenmappen.
Printer
Zorg dat in de rampenmappen de code van de printer is opgenomen en een korte beschrijving hoe een nieuwe printer door de gebruiker wordt geïnstalleerd.
Fax
Vooraf moet vastgesteld worden welk faxnummer gebruikt gaat worden zodat dit nummer opgenomen kan worden in de rampenmappen.
Whiteboard flipover
en
Kopieerapparaat
Geregeld
Inclusief stiften in verschillende kleuren (in rampenkist)
Deze hoeft niet op de kamer aanwezig te zijn. In de rampenmap moet zijn aangegeven waar het dichtstbijzijnde kopieerapparaat zich bevindt en hoe deze werkt (wat is de code of werkt deze door middel van een pasje).
Draaiboek Omgevingszorg
Versie 1.0
Pagina 40 van 40
9
Lijst met afkortingen
ACBz
Algemeen Commandant Bevolkingszorg
De vertegenwoordiger namens de gemeenten in het Regionaal Operationeel Team
AOV
Ambtenaar Openbare (orde en) Veiligheid
Ambtenaar Openbare (orde en) Veiligheid
CGS
Coördinerend GemeenteSecretaris
CoPI
Coördinatie Plaats Incident
Systeemverantwoordelijk voor de voorbereiding van de gemeentelijke kolom op regionale schaal. Een team van vertegenwoordigers van de betrokken diensten/organisaties op de plaats waar het incident (de ramp) zich voltrekt.
GBT
Gemeentelijk Beleidsteam
Team waarbinnen, ten tijde van een ramp of een zwaar ongeval in één gemeente, onder voorzitterschap van de burgemeester, beleidsvoorbereiding en beleidscoördinatie plaatsvindt.
GRIP
Gecoördineerde Regionale IncidentbestrijdingsProcedure
Multidisciplinaire opschalingprocedure; Enerzijds regelt de procedure opschaling op operationeel niveau op de plaats van het incident, anderzijds op bestuurlijk niveau van gemeente tot waar nodig zelfs landelijk. 1e opschalingniveau GRIP; hoogste operationele niveau: CoPI 2e opschalingniveau GRIP; hoogste operationele niveau: ROT 3e opschalingniveau GRIP; hoogste operationele niveau: GBT 4e opschalingniveau GRIP; hoogste operationele niveau: RBT
HTO
Hoofd Taakorganisatie
Leidinggevende van één van de (geactiveerde) Taakorganisaties Bevolkingszorg
HTO-overleg
Overleg tussen Hoofden Taakorganisatie
Team waarbinnen, ten tijde van een ramp of een zwaar ongeval in één gemeente, onder voorzitterschap van de voorzitter HTO-overleg, de opdrachten van de Algemeen Commandant Bevolkingszorg worden gecoördineerd en uitgevoerd.
KBT
Kennis- en Beheer Team
Voor ieder proces Bevolkingszorg is een Kennis- en Beheerteam samengesteld dat, onder leiding van een gemeentesecretaris van één van de 26 gemeenten uit de regio, voorbereidende activiteiten in het kader van de preparatie van de gemeentelijke deelprocessen uitvoert.
OvD Bz
Officier van Dienst Bevolkingszorg
Operationeel leidinggevende namens gemeentelijke kolom op de plaats incident
GRIP 1 GRIP 2 GRIP 3 GRIP 4
Draaiboek Omgevingszorg: BIJLAGE, pagina 1 van 1
Versie 1.0
de
31 oktober 2012
RBT
Regionaal Beleidsteam
Een team van adviseurs dat bij een ramp die meer dan één gemeente treft ter beschikking staat van de Voorzitter Veiligheidsregio / Voorzitter RBT. De leden van het team adviseren de voorzitter op grond van hun deskundigheid ten aanzien van besluitvorming, beleidsbepaling en beleidscoördinatie.
RCP
Regionaal Crisisplan
Landelijk planfiguur dat iedere Veiligheidsregio moet opstellen in het kader van haar taken omtrent Crisisbeheersing en rampenbestrijding
RRCP
Referentiekader Regionaal Crisisplan
Landelijke leidraad ter ondersteuning van Veiligheidsregio’s bij de implementatie van het Regionaal Crisisplan
ROT
Regionaal Operationeel Team
Een team van vertegenwoordigers van de betrokken diensten/organisaties dat onder leiding van de Operationeel Leider, dan wel zijn plaatsvervanger, een gecoördineerde uitvoering van de rampbestrijding bevordert.
Taakorganisatie
TO
De organisatie c.q. plek die/van waaruit één van de operationele processen Bevolkingszorg uitvoert/uitgevoerd wordt. Zie “Taakorganisatie”
Draaiboek Omgevingszorg: BIJLAGE, pagina 1 van 1
Versie 1.0
31 oktober 2012