489
ZITTING VAN 26 JUNI 2014
Aanwezig : De heer Patrick De Smedt, De heer Peter Beerens, mevrouw Agnes Lievens, mevrouw Joke Longin, mevrouw Gwendolijn Meskens de heer Roland Mortier, mevrouw Els Van Gucht, mevrouw Martine Moijson en mevrouw Natalie De Coninck,
Voorzitter
Leden
en de heer François Vunckx, Secretaris
OPENBARE ZITTING 1. GOEDKEURING VAN DE NOTULEN VAN DE OPENBARE RAADSZITTING VAN 22 MEI 2014. De notulen van de openbare raadszitting van 22 mei 2014 worden met 9 stemmen op 9 stemmers goedgekeurd.
BESTUUR / ALGEMENE ORGANISATIE. 2. OVERHEIDSOPDRACHTEN – GUNNING BETREFFENDE DE GEZAMENLIJKE AANKOOP DOOR DE GEMEENTE EN HET OCMW OPWIJK VAN ELEKTRISCHE ENERGIE VOOR HUN INSTALLATIES EN GEBOUWEN- PERIODE VAN 1 JANUARI 2015 TOT EN MET 31 DECEMBER 2017.- TOEWIJZING VAN DE OPDRACHT – BEKRACHTIGING. DE RAAD, Gelet op de volgende overwegingen : WETTELIJK : 1. De organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, inclusief latere wijzigingen. 2. Het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, inclusief latere wijzigingen. 3. De wet van 15 juni 2006 op de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten. 4. Het Koninklijk Besluit plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren van 15 juli 2011 (ter vervanging van het Koninklijk Besluit betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken van 8 januari 1996). 5. Het Koninklijk Besluit tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken van 14 januari 2013 (ter vervanging van het Koninklijk Besluit tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken van 26 september 1996).
490 6. Het Koninklijk Besluit van 2 juni 2013 tot bepaling van de datum van inwerkingtreding van de wet op de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006 en van de Koninklijke uitvoeringsbesluiten ervan; gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 5 juni 2013. 7. Wet betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen, diensten van 21 juni 2013. 8. Het gecoördineerd Gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid de artikelen 2, 42 , 43 en 57 waarbij o.a. wordt voorzien dat het College van Burgemeester en Schepenen de procedure instelt en de gunningsbelissing inzake de aankoop van electriciteit en aardgas neemt en dat deze bepaling van openbare orde is. 9. Het Decreet houdende algemene bepalingen betreffende het energiebeleid (het ‘energiedecreet’) van 8 mei 2009, inclusief latere wijzigingen. 10. Het besluit van de Vlaamse Regering houdende algemene bepalingen betreffende het energiebeleid (het ‘energiebesluit’) van 19 november 2010, inclusief latere wijzigingen. ADMINISTRATIEF – JURIDISCH : 1. Het besluit van het College van Burgemeester en Schepenen in zitting van 4 januari 2011 tot de aanstelling van cvba Eandis voor de organisatie van de gezamenlijke aankoop van elektriciteit en aardgas 2012-2014. 2. Het besluit van de Raad in zitting van 15 februari 2011 ter bekrachtiging van de aanstelling van cvba Eandis door het Vast Bureau in zitting van 2 februari 2011 betreffende de organisatie van de opdracht inzake gezamenlijke aankoop van elektriciteit en aardgas door de gemeenten, OCMW’s en politiezones voor hun gebouwen en installaties en de openbare verlichting voor de periode 2012-2014. 3. Het besluit van het College van Burgemeester en Schepenen in zitting van 25 juli 2013 tot aanstelling van cvba Eandis voor de organisatie van de gezamenlijke aankoop van elektriciteit en aardgas voor de periode 2015-2017. 4. Het besluit van de Raad in zitting van 26 september 2014 houdende het akkoord om in navolging van het College van Burgemeester en Schepenen, cvba Eandis in naam en voor rekening van het OCMW te belasten met de materiële organisatie van de opdracht inzake gezamenlijke aankoop elektriciteit ondermeer het opmaken van het lastenboek en het praktisch organiseren van de biedingen. 5. Het besluit van het College van Burgemeester en Schepenen in zitting van 17 april 2014 tot de aanstelling van leverancier Lampiris voor de levering van elektrische energie voor de installaties en de gebouwen van de gemeente Opwijk en het OCMW-Opwijk voor de periode van 1 januari 2015 tot en met 31 december 2017. FEITELIJK : 1. De contracten voor de levering van elektriciteit en aardgas aan de gebouwen van het OCMW lopen op 31 december 2014 ten einde: periode contract elektriciteit: 1 januari 2012 tot 31 december 2014; periode aardgas: 31 september 2011 tot 31 december 2014.
491 2. Op 2 juli 2013 ontving het gemeentebestuur van Opwijk een brief van cvba Eandis betreffende de organisatie van een samenaankoop van elektriciteit en aardgas voor de periode 2015-2017. 3. In zitting van 25 juli 2013 besliste het College van Burgemeester en Schepenen tot aanstelling van cvba Eandis voor de organisatie van de gezamenlijke aankoop van elektriciteit en aardgas voor de periode 2015-2017. 4. Het voorstel om, in navolging van het College van Burgemeester en Schepenen, cvba Eandis, met maatschappelijk zetel te 9090 Melle, Brusselsesteenweg 199 in naam en voorrekening van het OCMW te belasten met de materiële organisatie van de vermelde opdracht, waaronder ondermeer het opmaken van het lastenboek en het praktisch organiseren van de biedingen. 5. Het dossier van de gunning houdende de levering van elektrische energie voor de installaties en de gebouwen voor de gemeente en het OCMW werd door cvba Eandis afgerond en het resultaat werd aan het gemeentebestuur van Opwijk overgemaakt. 6. Het besluit van het College van Burgemeester en Schepenen in zitting van 17 april 2014 tot de aanstelling van leverancier Lampiris voor de levering van elektrische energie voor de installaties en de gebouwen van de gemeente Opwijk en het OCMW-Opwijk voor de periode van 1 januari 2015 tot en met 31 december 2017. BESLIST MET 9 STEMMEN OP 9 STEMMERS : 1. Het besluit van het College van Burgemeester en Schepenen in zitting van 17 april 2014 houdende de toewijzing van de opdracht inzake levering van elektrische energie voor de installaties en de gebouwen van de gemeente Opwijk en het OCMW-Opwijk aan leverancier Lampiris onder de vastgestelde voorwaarden en deze opgesomd in de offerte voor een globale prijs van 168.941,21 EUR (excl. BTW) te bekrachtigen. 2. De opdracht met de gekozen inschrijver wordt stilzwijgend gesloten na afloop van de bijkomende wachttermijn van 15 kalenderdagen (behoudens vordering tot schorsing van de uitvoering van de gunningsbeslissing). 3. Deze beslissing voor verder gevolg over te maken aan: mevrouw Christel Ringoot, financieel beheerder van het OCMW Opwijk. dienst financiën mevrouw Vivianne Thomas, diensthoofd sociale zaken de heer Geert Geeroms, directeur ouderenzorg 4. Deze beslissing zal eveneens worden opgenomen in de lijst met een beknopte beschrijving van de beslissingen die verstuurd worden naar: de heer Gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant. het College van Burgemeester en Schepenen van de gemeente Opwijk;
492 3.
OVERHEIDSOPDRACHTEN – GUNNING BETREFFENDE DE GEZAMENLIJKE AANKOOP DOOR DE GEMEENTE EN HET OCMW OPWIJK VAN AARDGAS VOOR HUN INSTALLATIES EN GEBOUWEN- PERIODE VAN 1 JANUARI 2015 TOT EN MET 31 DECEMBER 2017 - TOEWIJZING VAN DE OPDRACHT – BEKRACHTIGING.
DE RAAD, Gelet op de volgende overwegingen : WETTELIJK : 1. De organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, inclusief latere wijzigingen. 2. Het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, inclusief latere wijzigingen. 3. De wet van 15 juni 2006 op de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten. 4. Het Koninklijk Besluit plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren van 15 juli 2011 (ter vervanging van het Koninklijk Besluit betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken van 8 januari 1996). 5. Het Koninklijk Besluit tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken van 14 januari 2013 (ter vervanging van het Koninklijk Besluit tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken van 26 september 1996). 6. Het Koninklijk Besluit van 2 juni 2013 tot bepaling van de datum van inwerkingtreding van de wet op de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006 en van de Koninklijke uitvoeringsbesluiten ervan; gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 5 juni 2013. 7. Wet betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen, diensten van 21 juni 2013. 8. Het gecoördineerd Gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid de artikelen 2, 42 , 43 en 57 waarbij o.a. wordt voorzien dat het College van Burgemeester en Schepenen de procedure instelt en de gunningsbelissing inzake de aankoop van electriciteit en aardgas neemt en dat deze bepaling van openbare orde is. 9. Het Decreet houdende algemene bepalingen betreffende het energiebeleid (het ‘energiedecreet’) van 8 mei 2009, inclusief latere wijzigingen. 10. Het besluit van de Vlaamse Regering houdende algemene bepalingen betreffende het energiebeleid (het ‘energiebesluit’) van 19 november 2010, inclusief latere wijzigingen.
493 ADMINISTRATIEF – JURIDISCH : 1. Het besluit van het College van Burgemeester en Schepenen in zitting van 4 januari 2011 tot de aanstelling van cvba Eandis voor de organisatie van de gezamenlijke aankoop van elektriciteit en aardgas 2012-2014. 2. Het besluit van de Raad in zitting van 15 februari 2011 ter bekrachtiging van de aanstelling van cvba Eandis door het Vast Bureau in zitting van 2 februari 2011 betreffende de organisatie van de opdracht inzake gezamenlijke aankoop van elektriciteit en aardgas door de gemeenten, OCMW’s en politiezones voor hun gebouwen en installaties en de openbare verlichting voor de periode 2012-2014. 3. Het besluit van het College van Burgemeester en Schepenen in zitting van 25 juli 2013 tot aanstelling van cvba Eandis voor de organisatie van de gezamenlijke aankoop van elektriciteit en aardgas voor de periode 2015-2017. 4. Het besluit van de Raad in zitting van 26 september 2014 houdende het akkoord om in navolging van het College van Burgemeester en Schepenen, cvba Eandis in naam en voor rekening van het OCMW te belasten met de materiële organisatie van de opdracht inzake gezamenlijke aankoop aardgas ondermeer het opmaken van het lastenboek en het praktisch organiseren van de biedingen. 5. Het besluit van het College van Burgemeester en Schepenen in zitting van 8 mei 2014 tot de aanstelling van leverancier EDF Luminus voor de levering van aardgas installaties en gebouwen van de gemeente Opwijk en het OCMW-Opwijk voor de periode van 1 januari 2015 tot en met 31 december 2017. FEITELIJK : 1. De contracten voor de levering van elektriciteit en aardgas aan de gebouwen van het OCMW lopen op 31 december 2014 ten einde: periode contract elektriciteit: 1 januari 2012 tot 31 december 2014; periode aardgas: 31 september 2011 tot 31 december 2014. 2. Op 2 juli 2013 ontving het gemeentebestuur van Opwijk een brief van cvba Eandis betreffende de organisatie van een samenaankoop van elektriciteit en aardgas voor de periode 2015-2017. 3. In zitting van 25 juli 2013 besliste het College van Burgemeester en Schepenen tot aanstelling van cvba Eandis voor de organisatie van de gezamenlijke aankoop van elektriciteit en aardgas voor de periode 2015-2017. 4. Het voorstel om, in navolging van het College van Burgemeester en Schepenen, cvba Eandis, met maatschappelijk zetel te 9090 Melle, Brusselsesteenweg 199 in naam en voorrekening van het OCMW te belasten met de materiële organisatie van de vermelde opdracht, waaronder ondermeer het opmaken van het lastenboek en het praktisch organiseren van de biedingen. 5. Het dossier van de gunning houdende de levering van aardgas voor de installaties en de gebouwen van de gemeente en het OCMW werd door cvba Eandis afgerond en het resultaat werd aan het gemeentebestuur van Opwijk overgemaakt. 6. Het besluit van het College van Burgemeester en Schepenen in zitting van 8 mei 2014 tot de aanstelling van leverancier EDF Luminus voor de levering van aardgas voor de installaties en de gebouwen van de gemeente Opwijk en het OCMW-Opwijk voor de periode van 1 januari 2015 tot en met 31 december 2017.
494 BESLIST MET 9 STEMMEN OP 9
STEMMERS :
1. Het besluit van het College van Burgemeester en Schepenen in zitting van 8 mei 2014 houdende de toewijzing van de opdracht inzake levering van aardgas voor de installaties en de gebouwen van de gemeente Opwijk en het OCMW-Opwijk aan leverancier EDF Luminus onder de vastgestelde voorwaarden en deze opgesomd in de offerte voor een globale prijs van 159.806,76 EUR (excl. BTW) te bekrachtigen. 2. De opdracht met de gekozen inschrijver wordt stilzwijgend gesloten na afloop van de bijkomende wachttermijn van 15 kalenderdagen (behoudens vordering tot schorsing van de uitvoering van de gunningsbeslissing). 3. Deze beslissing voor verder gevolg over te maken aan: mevrouw Christel Ringoot, financieel beheerder van het OCMW Opwijk. dienst financiën mevrouw Vivianne Thomas, diensthoofd sociale zaken de heer Geert Geeroms, directeur ouderenzorg 4.
4.
Deze beslissing zal eveneens worden opgenomen in de lijst met een beknopte beschrijving van de beslissingen die verstuurd worden naar: de heer Gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant. het College van Burgemeester en Schepenen van de gemeente Opwijk;
FINANCIEEL BEHEER - VASTSTELLING VAN DE JAARREKENING OVER HET BOEKJAAR 2013 VOLGENS DE SCHEMA’S VAN DE BELEIDS-EN BEHEERSCYCLUS (BBC)– BESLUIT.
DE RAAD, Gelet op de volgende overwegingen:
WETTELIJK : 1. De organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, inclusief latere wijzigingen. 2. Het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, inzonderheid titel IV “Financiering, planning en financieel beheer”. 3. Besluit van de Vlaamse Regering van 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inclusief latere wijzigingen. 4. Ministerieel besluit van 1 oktober 2010 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten en de toelichting ervan, en van de rekeningenstelsels van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
495
ADMINISTRATIEF – JURIDISCH : 1. De beslissing van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn in zitting van 21 september 2010 waarbij beslist werd de regelgeving inzake de Beleids-en Beheerscyclus voor gemeenten, provincies en OCMW’s te implementeren vanaf het financiële boekjaar 2011. 2. De beslissing van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn in zitting van 28 februari 2013 waarbij de meerjarenplanning over de periode 2011-2012-2013-2014 en het budget over het boekjaar 2013 werden goedgekeurd. 3. Elk jaar stelt de Raad voor Maatschappelijk Welzijn de jaarrekening van het voorgaande boekjaar vast. 4. Het MAT heeft in zitting van 12 juni 2014 het ontwerp van jaarrekening over het boekjaar 2013 besproken en gunstig geadviseerd.
FEITELIJK : 1. Mevrouw Christel Ringoot, financieel beheerder in dienst van het OCMW – Opwijk, heeft op 6 juni 2014 het ontwerp van de jaarrekening over het boekjaar 2013 afgesloten. 2. Het voorgelegde ontwerp van jaarrekening 2013 bevat : Schema J1 : De doelstellingenrekening Schema J2 : De exploitatierekening Schema J3 : De investeringsverrichtingen van het financiële boekjaar Schema J4 : De rekening van een afgesloten investeringsenveloppe Schema J5 : De liquiditeitenrekening Schema J6 : De balans Schema J7 : De staat van opbrengsten en kosten De toelichting 3. Bij de opmaak van de jaarrekening 2013 dienen volgende bemerkingen gegeven te worden : Er werd geen interne facturatie geboekt – dit zal pas mogelijk zijn in de software vanaf het boekjaar 2014. Dit is echter niet bepalend voor het globale resultaat. De voorziening voor pensioenen van mandatarissen en statutairen wordt opgenomen in de balans, voor de berekening worden de berekeningstabellen van BELFIUS gebruikt. De documenten van BELFIUS (=verantwoordingsdocument) vormen de basis van de stortingen in her pensioenfonds. De voorziening voor het vakantiegeld wordt opgenomen op de balans en wordt als volgt berekend : o Vakantiegeld contractuelen : enkel vakantiegeld (loon maart) + dubbel vakantiegeld o Vakantiegeld statutairen : dubbel vakantiegeld De afschrijvingen en verrekeningen van de nieuwe investeringsprojecten worden geboekt conform de beslissing van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 21 augustus 2012 betreffende de vaststelling van de waarderingsregels en de indeling van het Vast Actief. Het bedrag van de gemeentelijke bijdrage is een consensus tussen gemeente en OCMW. Er wordt dus geen reële gemeentelijke bijdrage of overschot aan gemeentelijke bijdrage berekend. Het geconsolideerd resultaat in de algemene boekhouding bedraagt € 293.801,63 4. Een financiële analyse van de jaarrekening en een vergelijking van de cijfers met vorig boekjaar worden opgenomen in het beheersrapport 2013.
496 5. De jaarrekening 2013 wordt staande de vergadering toegelicht door mevrouw Christel Ringoot, financieel beheerder. 6. Tijdens de bespreking van de jaarrekening en van het voorgelegde beheersrapport over het jaar 2013g worden door de raadsleden volgende opmerkingen en vaststellingen gerormuleerd : a) voor de jaarrekening : NIHIL b) voor het beheersrapport : er wordt verduidelijking gevraagd Bladzijde 46 : Voor het totaal administratieve medewerkers van de afdeling Sociale Zaken : 1,5 VTE staat ter beschikking van de afdeling. Het vermelde voltijds equivalent refereert naar het aantal administratieve medewerkers. Bladzijde 47 : de cijfers vermeld in de eerste tabel in verband met het aantal budgetmeters actief en het aantal budgetmeters gedesactiveerd tijdens de vermelde dienstjaren zijn de effectieve cijfers. Het cijfer van de gedesactiveerde budgetmeters mag niet in mindering gebracht worden van het aantal budgetmeters dat actief is tijdens het betrokken dienstjaar. Bladzijde 89 : in de analyse – vierde alinea- moeten de cijfers van het aantal kwaliteitsprojecten voor de verschillende ouderenvoorzieningen nog ingevuld worden. Deze vraag zal overgemaakt worden aan de directeur ouderenzorg en de vermelde bladzijde zal aangevuld worden met de cijfers over aantal opgezette kwaliteitsprojecten. BESLIST MET 9 STEMMEN OP 9 STEMMERS : 1. Het ontwerp van de jaarrekening over het boekjaar 2013 - zoals voorgelegd door mevrouw Christel Ringoot, financieel beheerder in dienst van het OCMW – Opwijk, op 6 juni 2014 vast te stellen en goed te keuren. 2. Het geconsolideerd balanstotaal op 31 december 2013 wordt vastgesteld op € 6.703.736,01 Het geconsolideerd budgettair exploitatie resultaat van het boekjaar 2013 bedraagt : € 634.123,10 ten opzichte van € 302.408,92 in het budget 2013 (na budgetwijziging 2013) Het geconsolideerd resultaat in de algemene boekhouding bedraagt : € 293.801,63 3. De aldus vastgestelde jaarrekening over het boekjaar 2013 wordt voor goedkeuring verstuurd naar de Gouverneur van de provincie Vlaams– Brabant. en voor kennisgeving aan : de Gemeenteraad van Opwijk en Schepen van Financiën Kind & Gezin De leden van het managementteam * Na de stemming over de goedkeuring van de rekening over de rekening 2013 vraagt de heer Patrick De Smedt, Voorzitter OCMW, de aandacht van de vergadering voor een dankwoord aan de financieel beheerder , mevrouw Christel Ringoot, de medewerkers van de financiële dienst, de budgethouders, de dienstverantwoordelijken en het administratief personeel voor de realisatie van dit toch wel belangrijk beleidsdocument en –instrument. De jaarrekening werd gerealiseerd binnen de voorziene tijdsruimte, voor de jaarlijkse vakantie, en sluit af met een positief resultaat. De Voorzitter sluit aan bij de bevindingen van de financieel beheerder, inzonderheid de opdracht om het financieel beheer te blijven bewaken ondanks het goede resultaat gegenereerd binnen de jaarrekening 2013. De Voorzitter brengt ook de waarde van het beheersrapport onder de aandacht van de vergadering. Het cijfermateriaal en de analyses aangebracht door de respectievelijke budgethouders en dienstverantwoordelijken zijn van een uitzonderlijke waarde en zeer nuttig voor de evaluatie van het bestaande beleid en beheer van het OCMW.
497 De opmaak van dit document is niet verplichtend en wordt op eigen initiatief van het managementteam, de budgethouders en de dienstverantwoordelijken uitgewerkt. Het verslag over de doelstellingenrealisatie met rekeningcijfers over het betrokken boekjaar geeft nauwelijks de informatie weer welke i het beheersrapport wordt weergegeven. Het zou spijtig zijn, moest de opmaak van het beheersrapport in de toekomst opgeheven worden. Belangrijk is ook dat het afsluiten van het boekjaar, de opmaak van de jaarrekening en de daaraan verbonden verplicht te genereren documenten, samen met het beheersrapport in eigen beheer verwezenlijkt worden. Dit is het overtuigend bewijs dat de medewerkers de nodige competenties en de correcte ingesteldheid bezitten om deze realisatie mogelijk te maken. De vergadering sluit zich unaniem aan bij de waardering van de Voorzitter ten aanzien van de medewerkers van het OCMW en geeft een overtuigend applaus mee als uiting van hun appreciatie. * 5.
PERSONEEL – VOORAFGAAND ADVIES AAN HET GEMEENTEBESTUUR VOOR : - DE WIJZIGINGEN AAN DE RECHTSPOSITIEREGELING VOOR HET PERSONEEL VAN DE ALGEMENE EN SPECIFIEKE DIENSTEN EN DE DECRETALE GRADEN VAN HET OCMW , ZOALS DEZE TER GOEDKEURING ZULLEN VOORGELEGD WORDEN AAN DE GEMEENTERAAD IN EEN EERSTVOLGENDE ZITTING. BESLUIT.
DE RAAD, Gelet op de volgende overwegingen : WETTELIJK : 1. De organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, inclusief latere wijzigingen. 2. Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, inclusief latere wijzigingen. 3. Het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. 4. Het besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2010 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie en het mandaatstelsel van het personeel van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende de minimale voorwaarden voor sommige aspecten van de rechtspositieregeling van bepaalde personeelsgroepen van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. 5. Het Besluit van de Vlaamse Regering van 23 november 2012 tot wijziging van diverse bepalingen van het vermelde besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 en van diverse bepalingen van het vermelde besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2010. 6. De wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel en het koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel.
498 7. Het gecoördineerd Gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid artikel 270. ADMINISTRATIEF – JURIDISCH : 1. Het besluit van de Raad in zitting van 23 mei 2013 betreffende de aanpassing van het arbeidsreglement voor de personeelsleden van het OCMW Opwijk en de goedkeuring van de nieuwe gecoördineerde versie van het arbeidsreglement. 2. Het besluit van de Raad in zitting van 23 mei 2013 betreffende de aanpassing van de rechtspositieregeling van het OCMW personeel conform het besluit van de Vlaamse regering de dato 23 november 2012 (B.S. 24 december 2012) en de goedkeuring van de nieuwe gecoördineerde versie van de rechtspositieregeling van het personeel van het OCMW Opwijk. FEITELIJK : 1. De vermelde besluiten van de Raad inzake de aanpassing van het arbeidsreglement en de rechtspositieregeling van de Raad in zitting van 23 mei 2013 die werden genomen naar analogie van de aanpassingen doorgevoerd in de rechtspositieregeling van de gemeente Opwijk. 2. In het kader van de samenwerking van de ondersteunende diensten van gemeente en OCMW wordt artikel 164bis en 164ter toegevoegd aan de RPR OCMW voor algemeen en specifiek personeel en de decretale graden. Omgekeerd zullen deze artikels ook worden toegevoegd aan de RPR voor het gemeentepersoneel. a) Nieuw toe te voegen na artikel 164: Titel 5. bis De overdracht of terbeschikkingstelling van personeel aan de Gemeente Art.164 bis §1.Overeenkomstig artikel 104§ 4 OCMW decreet kan het OCMW bij gemotiveerd raadsbesluit statutair en contractueel personeel overdragen of ter beschikking stellen aan de gemeente Opwijk. De gemeenteraad dient akkoord te gaan met de overdracht of terbeschikkingstelling en desgevallend de functies te voorzien in de personeelsformatie. §2. De overdracht van het contractueel personeelslid is enkel mogelijk mits akkoord van het betrokken personeelslid. §3. Het vast bureau licht het personeelslid in over de op handen zijnde beslissing en voorziet in de begeleiding naar de nieuwe betrekking. §4. Het personeelslid kan vragen om vooraf gehoord te worden. Art. 164 ter §1. Bij de overdracht overeenkomstig artikel 164 bis blijven alle rechten van het overgedragen personeel behouden, voor zolang de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel niet gunstiger is. §2. Het behoud van rechten samenwerkingsovereenkomst.
wordt
gegarandeerd
in
de
beheers-
§3 Deze overdracht maakt steeds een einde aan de tewerkstelling bij de gemeente.
of
499 b) Schrappen van 1 alinea in artikel 57 mbt functioneringsgesprekken: Artikel 57 Het personeelslid krijgt tussentijds feedback over zijn manier van functioneren. De feedback neemt de vorm aan van een functioneringsgesprek met het personeelslid. Onder functioneringsgesprek wordt verstaan: een tweegesprek tussen de rechtstreekse leidinggevende en het personeelslid met het oog op het optimaal functioneren van het personeelslid en de optimale kwaliteit van de dienstverlening. Zowel het personeelslid als zijn leidinggevende brengen te bespreken punten aan. Het functioneringsgesprek vindt plaats op vraag van het personeelslid of van zijn leidinggevende. Als feiten of gedragingen van het personeelslid die een negatieve weerslag kunnen hebben op de evaluatie daar aanleiding toe geven, is een functioneringsgesprek met de leidinggevende noodzakelijk. Zonder afbreuk te doen aan de mogelijkheid zoals vermeld in voorgaand lid, vindt een functioneringsgesprek plaats als de evaluatieperiode voor de helft is verstreken. Het functioneringsgesprek resulteert in een afsprakennota over bepaalde aandachtspunten. Zowel het personeelslid als zijn leidinggevende ondertekenen de afsprakennota en krijgen er een exemplaar van. 3. Een voorafgaand advies van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn voor het vaststellen of wijzigen van de gemeentelijke rechtspositieregeling is noodzakelijk in uitvoering van artikel 270 van het gecoördineerde Gemeentedecreet de dato 15 juli 2005. 4. Deze aanpassing van de RPR OCMW voor algemeen en specifiek personeel en decretale graden werd voor advies voorgelegd aan het College van Burgemeester en Schepenen in zitting van 5 juni 2014. 5. De aanpassing van de RPR van het OCMW maakte het voorwerp uit van een protocol met de erkende vakorganisaties in de vergadering van het Bijzonder Onderhandelingscomité in vergadering van dinsdag 10 juni 2014. BESLIST MET 9 STEMMEN OP 9 STEMMERS 1. Om een positief advies uit te brengen betreffende de aanpassingen aan de RPR voor het OCMW voor het algemeen en specifiek personeel en de decretale graden. Dit om een verdere samenwerking van de ondersteunende diensten van gemeente en OCMW Opwijk mogelijk te maken. 2. Deze beslissing voor kennisgeving en verder gevolg over te maken aan: De Burgemeester en de gemeentesecretaris. 3. Deze beslissing zal eveneens worden opgenomen in de lijst met een beknopte beschrijving van de beslissingen die verstuur worden naar: De heer Gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant Het College van Burgemeester en Schepenen van de gemeente Opwijk
500 6.
PERSONEEL – WIJZIGING VAN DE DRIE RECHTSPOSITIEREGELINGEN VAN TOEPASSING OP DE MEDEWERKERS DIE DEEL UITMAKEN VAN HET OCMW PERSONEEL. - BESLUIT.
DE RAAD, Gelet op de volgende overwegingen : WETTELIJK : 1. De organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, inclusief latere wijzigingen. 2. Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, inclusief latere wijzigingen. 3. Het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. 4. Het besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2010 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie en het mandaatstelsel van het personeel van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende de minimale voorwaarden voor sommige aspecten van de rechtspositieregeling van bepaalde personeelsgroepen van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. 5. Het Besluit van de Vlaamse Regering van 23 november 2012 tot wijziging van diverse bepalingen van het vermelde besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 en van diverse bepalingen van het vermelde besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2010. 6. De wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel en het koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel. 7. Het gecoördineerd Gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid artikel 270. 8. De wet van 26 december 2013 betreffende de invoering van een eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden ADMINISTRATIEF – JURIDISCH : 1. Het besluit van de Raad in zitting van 23 mei 2013 betreffende de aanpassing van het arbeidsreglement voor de personeelsleden van het OCMW Opwijk en de goedkeuring van de nieuwe gecoördineerde versie van het arbeidsreglement. 2. Het besluit van de Raad in zitting van 23 mei 2013 betreffende de aanpassing van de rechtspositieregeling van het OCMW personeel conform het besluit van de Vlaamse regering de dato 23 november 2012 (B.S. 24 december 2012) en de goedkeuring van de nieuwe gecoördineerde versie van de rechtspositieregeling van het personeel van het OCMW Opwijk.
501 FEITELIJK : 1. De vermelde besluiten van de Raad inzake de aanpassing van het arbeidsreglement en de rechtspositieregeling van de Raad in zitting van 23 mei 2013 die werden genomen naar analogie van de aanpassingen doorgevoerd in de rechtspositieregeling van de gemeente Opwijk. 2. De heer Gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant heeft volgende opmerkingen geformuleerd bij de rechtspositieregeling die hem door de gemeente en OCMW werd overgemaakt 3. Deze aanpassing werd in het college van burgemeester en schepeneen van 5 juni 2014 positief geadviseerd; 4. Deze wijziging werd in het Bijzonder onderhandelingscomité van 10 juni positief geadviseerd; 5. Deze aanpassing werd in de raad van 22 mei positief geadviseerd; Voorzien van de functionele loopbaan C3-C4 in artikel 118: RPR Algemeen en specifiek personeel en decretale graden OCMW: RPR gemeentepersoneel: “Artikel 118 De functionele loopbanen en de voorwaarden voor doorstroming naar de volgende salarisschalen zijn voor het niveau C: Voor een graad van rang Cv: a) C1-C2-C3: 1. van C1 naar C2 na 4 jaar schaalanciënniteit in C1 en een gunstig evaluatieresultaat; 2. van C2 naar C3 na 18 jaar gecumuleerde schaalanciënniteit in C1 en C2 en een gunstig evaluatieresultaat; b) voor de begeleider in de erkende kinderdagverblijven en de begeleider in de initiatieven voor buitenschoolse kinderopvang in dit niveau: C1-C2: van C1 naar C2 na 4 jaar schaalanciënniteit in C1 en een gunstig evaluatieresultaat; Voor de graad van rang Cx: C4-C5: van C4 naar C5 na 9 jaar schaalanciënniteit in C4 en een gunstig evaluatieresultaat.” C3-C4: van C3 naar C4 na 9 schaalanciënniteit in C3 en een gunstig evaluatieresultaat. RPR Personeel van de specifieke diensten woonzorgcentrum,dagverzorgingscentrum, dienstencheques: “Artikel 118 De functionele loopbanen en de voorwaarden voor doorstroming naar de volgende salarisschalen zijn voor het niveau C: Voor een graad van rang Cv: c) C1-C2-C3: 1. van C1 naar C2 na 4 jaar schaalanciënniteit in C1 en een gunstig evaluatieresultaat; 2. van C2 naar C3 na 18 jaar gecumuleerde schaalanciënniteit in C1 en C2 en een gunstig evaluatieresultaat; 3. voor de begeleider in de erkende kinderdagverblijven en de begeleider in de initiatieven voor buitenschoolse kinderopvang in dit niveau: C1-C2: van C1 naar C2 na 4 jaar schaalanciënniteit in C1 en een gunstig evaluatieresultaat;
502 Voor een graad van rang Cx: C4-C5: Van C4 naar C5 na 9 jaar schaalanciënniteit in C4 en een gunstige ealuatieresultaat.” C3-C4: van C3 naar C4 na 9 schaalanciënniteit in C4 en een gunstig evaluatieresultaat. Voor de verzorgingsfuncties: C1-C2: na minimum 4 jaar schaalanciënniteit en gunstig evaluatieresultaat. Voor de gebrevetteerde verpleegkundige: C3-C4: na minimum 9 jaar schaalanciënniteit en gunstig evaluatieresultaat. 6. Een voorafgaand advies van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn voor het vaststellen of wijzigen van de gemeentelijke rechtspositieregeling is noodzakelijk in uitvoering van artikel 270 van het gecoördineerde Gemeentedecreet de dato 15 juli 2005. BESLIST MET 9 STEMMEN OP 9 STEMMERS 1. De opmerkingen betreffende de aanpassing van de functionele loopbaan aangebracht door de heer Gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant te verwerken in het artikel 118 van de Rechtspositieregelingen van toepassing op het personeel van het OCMW Opwijk. 2. Deze beslissing voor kennisgeving en verder gevolg over te maken aan: De Burgemeester en de gemeentesecretaris. 3. Deze beslissing zal eveneens worden opgenomen in de lijst met een beknopte beschrijving van de beslissingen die verstuur worden naar: De heer Gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant Het College van Burgemeester en Schepenen van de gemeente Opwijk
7.
BESTUUR / ALGEMENE ORGANISATIE / PERSONEEL : ADVIES HOUDENDE HET GEINTEGREERD ORGANOGRAM VOOR DE ONDERSTEUNENDE DIENSTEN VAN GEMEENTE EN OCMW OPWIJK ADVIES HOUDENDE DE BEHEERSOVEREENKOMST VOOR DE ONDERSTEUNENDE DIENSTEN VAN GEMEENTE EN OCMW OPWIJK.
DE RAAD, Gelet op de volgende overwegingen : WETTELIJK : 1. De organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, inclusief latere wijzigingen. 2. De sectorale akkoorden voor het personeel van de lokale sector. 3. De wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, inclusief latere wijzigingen. 4. Het Decreet van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn.
503 5. Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, inzonderheid artikel 102. 6. Het besluit van de Vlaamse Regering van 3 april 2009 houdende uitvoering en inwerkingtreding van het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende diverse bepalingen betreffende het personeel, de financiën en de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; ADMINISTRATIEF – JURIDISCH : 1. Artikel 271 van het gemeentedecreet en artikel 271 van het OCMW decreet waarin wordt voorzien dat tussen gemeente en OCMW beheersovereenkomsten kunnen worden gesloten over het gemeenschappelijk gebruik van elkaars diensten. In deze beheersovereenkomst kan tevens worden opgenomen dat gemeente en OCMW voor bepaalde functies beroep kunnen doen op elkaars personeelsleden 2. Het protocol m.b.t. samenwerkingsafspraken en concrete samenwerking tussen gemeente en OCMW dat in het kader van het budget 2009 en de meerjarenplanning over de periode 20092010-2011 werd opgemaakt. 3. Het gemeentebestuur en het OCMW bestuur hebben op de gemeenteraad van 28 mei 2013 en de OCMW raad van 23 mei 2013 een visietekst ondertekend. Hierin wensen ze de ondersteunende diensten van beide organisaties samen te brengen. 4. De voorgelegde ontwerpen van organogrammen en beheersovereenkomst in bijlage. FEITELIJK : 1. Het gemeenschappelijke organogram en toelichtende beheersovereenkomst die werden opgemaakt in het project GOGOO. Deze samenwerking wordt verder uitgevoerd met de doelstelling een efficiënte, effectieve en economisch functionerende werking tot stand te brengen, waardoor de gemeente en het OCMW Opwijk naar alle belanghebbenden een zo klantvriendelijk mogelijke dienstverlening aanbieden en garanderen. De samenwerking beoogt eveneens het creëren van objectieve schaalvoordelen en het verhogen van het kwaliteitsniveau van beide organisaties. 2. Een aanpassing van de organisatiestructuur naar samengevoegde ondersteunende diensten voor gemeente en OCMW is noodzakelijk omwille van : Interne, ondersteunende diensten gestructureerd en geïntegreerd laten samenwerken. Deze samenwerking beoogt alle diensten en producten die onder de interne beleidsdomeinen vallen: secretariaat, personeel, communicatie, ICT, databeheer en archief, financiën, economaat, overheidsopdrachten, beheer en onderhoud van de infrastructuur, preventie en bescherming. Kennis en kunde gezamenlijk opbouwen en benutten voor beide besturen. Economisch voordeel realiseren door de krachten van beide besturen te bundelen. Voldoende personeel kunnen voorzien voor zowel de afdeling Interne zaken als Financiën als Personeel. Belangrijke ondersteunde taken voor het bestuur correct en efficiënt kunnen laten uitvoeren door de gemeenschappelijke, ondersteunende diensten.
504 3. Het gezamenlijk organogram van de ondersteunende diensten wordt vanuit het OCMW bestuur ingevuld door volgende functies: - Secretaris (1 VTE), decretale graad - Algemene administratie- secretariaat: Binnen de administratie zal een medewerker (1VTE) van de afdeling secretariaat (C1-C3) worden toegevoegd bij de administratieve medewerkers van de gezamelijke afdeling interne zaken. In de personeelsformatie zal 0,5 VTE uitdovend worden geplaatst. Eén bodefunctie van 0,75 VTE - Algemene administratie- personeel Voor de afdeling personeel worden vanuit het OCMW bestuur 2 medewerkers ingeschakeld in de gezamelijke dienst Personeel. Het gaat hier om de administratief hoofdmedewerker personeel C4-C5 en de administratief medewerker C1-C3. - Financiën Voor de afdeling financiën wordt vanuit het OCMW bestuur 2 medewerkers ingeschakeld in de gezamelijke afdeling Financiën. Het gaat hier over de hoofdboekhouder B4-B5 en de administratief medewerker C1-C3. - Contracten Er wordt een nieuwe gezamelijke afdeling “Contracten” opgericht die onder de dagelijkse verantwoordelijkheid van de OCMW secretaris functioneert. Binnen het kader van het OCMW worden momenteel geen extra VTE voorzien. Momenteel worden deze extra VTE in het kader van de gemeente voorzien. De OCMW secretaris neemt voor deze afdeling wel de dagelijkse leiding op. - Facilitaire diensten De afdeling van het schoonmaakpersoneel van de gemeentelijke gebouwen wordt onder de dagdagelijkse leiding geplaatst van de verantwoordelijke facilities. De persoon neemt de dagelijkse leiding, coaching, coördinatie en planning op. 4. In de beheersovereenkomst (als bijlage) wordt het juridisch kader vastgelegd waarbinnen de samenwerking van de ondersteunende diensten voor beide besturen mogelijk wordt gemaakt. 5. Het geïntegreerd organogram en de beheersovereenkomst werd voor advies voorgelegd aan het College van Burgemeester en Schepenen in zitting van 5 juni 2014. 6. Het geïntegreerd organogram en de beheersovereenkomst maakten het voorwerp uit van een protocol met de erkende vakorganisaties in de vergadering van het Bijzonder Onderhandelingscomité in vergadering van dinsdag 10 juni 2014. BESLIST MET 9 STEMMEN OP 9 STEMMERS : 1. Een positief advies uit te brengen over het vooropgestelde geïntegreerde organogram en de beheersovereenkomst zoals in bijlage toegevoegd. 2. Deze beslissing zal eveneens worden opgenomen in de lijst met een beknopte beschrijving van de beslissingen die verstuur worden naar: De heer Gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant Het College van Burgemeester en Schepenen van de gemeente Opwijk 3. Deze beslissing voor kennisgeving overgemaakt worden aan : De erkende vakorganisaties. De gemeenteraad Gemeentesecretaris
505 8.
PATRIMONIUM OCMW – OPENBARE VERKOOP VAN TWEE PERCELEN (IN ÉÉN LOT) ONROEREND GOED IN EIGENDOM VAN HET OCMW–OPWIJK, WAARVAN DE PACHTOVEREENKOMST WERD OPGEZEGD : EEN PERCEEL WEILAND GELEGEN PERREVELD – KADASTRAAL GEKEND ONDER HET NUMMER G 115 C – GROOT 86ARE 48 CA EEN PERCEEL WEILAND GELEGEN PERREVELD – KADASTRAAL GEKEND ONDER HET NUMMER G 116 – GROOT 15 ARE 30CA. TOEWIJZING - BEKRACHTIGING.
DE RAAD, Gelet op de volgende overwegingen : WETTELIJK : 1. De organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn en latere wijzigingen. 2. Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn en latere wijzigingen. 3. De Wet van 7 november 1988 tot wijziging van de wetgeving betreffende de pacht en de beperking van de pachtprijzen. 4. Het Burgerlijk Wetboek, in het bijzonder Boek III, Titel VIII, Hoofdstuk II, afdeling III betreffende de pacht. 5. De bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet betreffende het beheer van de gemeentegoederen. ADMINISTRATIEF – JURIDISCH : 1. Het Besluit van de Raad in zitting de dato 24 november 2012 waar de percelen gelegen Perreveld -kadastraal gekend onder de respectievelijke nummers G 115 C (weiland groot 86are48ca) en G 116 (weiland groot 15are30ca)- aan de Gemeente Opwijk werden verkocht. 2. De goedkeuring van deze transactie door de Gemeente Opwijk in zitting van 13 december 2012. 3. De intrekking van de goedkeuring van de Gemeente Opwijk van 13 december 2012 houdende de aankoop om reden van openbaar nut van voornoemde percelen door de Gemeente Opwijk in zitting van 26 februari 2013. 4. Het Besluit van de Raad in zitting van 28 maart 2013 waarbij de oorspronkelijke verkoop van de gronden via de beperkte openbare procedure werd verdaagd procedure tot dagvaarding van de pachters bij de Vrederechter in te leiden ten einde in het perspectief van een mogelijke tekoopstelling van de vermelde gronden. 5. Het besluit van het Vast Bureau in zitting van 18 april 2013 houdende de aanstelling van Meester Iwein Van Driessche –advocaat te Opwijk - als raadsman ter verdediging van de belangen van het OCMW Opwijk in het kader van het te gelde maken van de percelen gelegen Perreveld te Opwijk, en in eigendom van het OCMW Opwijk.
506 6. Het besluit van de Raad in zitting van 27 maart 2014 houdende het te gelde maken van de percelen onroerend goed in eigendom van het OCMW–Opwijk, waarvan de pachtovereenkomst werd opgezegd : een perceel weiland gelegen Perreveld – kadastraal gekend onder het nummer g 115 c – groot 86are 48 ca een perceel weiland gelegen Perreveld – kadastraal gekend onder het nummer g 116 – groot 15 are 30ca. 7. Het schattingsverslag van 8 augustus 2012 opgemaakt door de Ontvanger van Registratie te Asse waarbij de waarde van de percelen G 115 C en G 116 vastgesteld werd op €35.500,00 8. Eén kandidaat-koper heeft een bod kenbaar gemaakt. FEITELIJK : 1. In uitvoering van het besluit van de Raad van 27 maart 2014 werd er overgegaan tot het inzetten van de beperkte procedure van de openbare verkoop waarbij het aantal zitdagen tot één blijft beperkt. 2. Mevrouw Hilde Fermon, notaris werd aangesteld als instrumenterende notaris, en heeft de openbare verkoopprocedure aangekondigd in het Opwijks Leven, internet (immoweb en notarimmo). 3. Er werd 1 bod ingeleverd : Zijnde €37.600,00 conform de goedgekeurde verkoopprocedure wordt de openbare verkoop met dit bedrag ingezet 4. Op woensdag 25 juni 2014 om 14 uur is de openbare verkoop doorgegaan in café De Werker – Nieuwstraat 135 te Opwijk onder leiding van de instrumenterende notaris, mevrouw Hilde Fermon. 5. Conform de vigerende procedure van openbare verkoop kregen de belangstellenden de mogelijkheid om een hoger bod in te stellen. Tijdens de oproep van de notaris werd een hoger bod uitgebracht door het echtpaar Huyck – Vastenavondt voor een bedrag van € 60.000,00. Het hoger bod bedraagt minimum 10 % meer dan het bod van de bieder. 6. Het voorontwerp van akte van verkoop zoals voorgelegd op datum van 6 juni 2014 door meester Hilde Fermon, notaris te Opwijk. BESLIST MET 8 JA-STEMMEN EN 1 ONTHOUDING OP 9 STEMMERS : 1. De verkoop van het perceel weiland gelegen Perreveld –kadastraal gekend onder het nummer G 115 C -groot 86are48ca; het perceel weiland gelegen Perreveld –kadastraal gekend onder het nummer G 116 -groot 15are30ca; toe te wijzen aan de heer en mevrouw Jozef Huyck – Agnes Vastenavondt, Luikerweg 7 te 1745 Opwijk voor de som van € 60.000,00 2. De ontwerpakte waarin al de gegevens om tot de reguliere verkoop van het vermelde percelen weiland worden vermeld en zoals voorgelegd door de notaris, meester Hilde Fermon, goed te keuren. 3. De door de voorzitter en de secretaris van het OCMW ondertekende akte krijgt macht van uitvoering nadat dit besluit door de toezichthoudende overheden wordt aangenomen.
507 4. Dit besluit voor verder gevolg over te maken aan : mevrouw Hilde FERMON, notaris te Opwijk. De kopers Jozef Huyck – Agnes Vastenavondt, Luikerweg 7 te 1745 Opwijk 5. Dit besluit voor kennisgeving over te maken aan : - het College van Burgemeester en Schepenen - de heer Gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant ** Rep : Doss : 00/0540
Openbare verkoop Het jaar tweeduizend veertien. Op heden, vijfentwintig juni. In café "De Werker", Nieuwstraat 135 te Opwijk. Op verzoek en in tegenwoordigheid van: Het OPENBAAR CENTRUM VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN (O.C.M.W.) van de gemeente Opwijk, gevestigd te Opwijk, Kloosterstraat 4143. Alhier vertegenwoordigd door: - de heer DE SMEDT Patrick, wonende te 1745 Opwijk, Hulst 171, handelend in zijn hoedanigheid van voorzitter van het O.C.M.W., - de heer VUNCKX François, wonende te 1745 Opwijk (Mazenzele), Dries 32, handelend in haar hoedanigheid van secretaris van het O.C.M.W. en dit ingevolge artikel 28 paragraaf 2 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, gewijzigd door de wetten van 5 augustus 1992 inzonderheid de artikelen 75 en 8. In uitvoering van het besluit van de Raad van het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn de dato 27 maart 2014, van welk besluit een echt verklaard afschrift aan deze zal gehecht blijven. Dit besluit werd ter kennisname voorgelegd aan de gouverneur van de provincie Vlaams Brabant en aan het college van burgemeester en schepenen van de gemeente Opwijk op 3 april 2014. Het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn verklaart bij monde van haar voornoemde vertegenwoordigers dat de overheid haar geen schorsing of vernietiging heeft laten kennen
508 binnen de door de wet bepaalde termijn en dat dus tot verkoop kan worden overgegaan. Hierna genoemd: "de verkoper". Ben ik, Hilde Fermon, notaris met standplaats te Opwijk, overgegaan tot het houden van de openbare verkoping van het hierna beschreven onroerend goed. Beschrijving van het goed: GEMEENTE OPWIJK - TWEEDE AFDELING Een perceel weiland gelegen aan het Perreveld te Opwijk, op het kadaster gekend onder sectie G nummers 115/C en 116, met een totale oppervlakte volgens kadaster van één hectare één are en achtenzeventig centiare (1ha 1a 78ca). Oorsprong van eigendom: Voorschreven goed is eigendom van het O.C.M.W. van de gemeente Opwijk, om hiervan meer dan dertig jaar het voortdurend en ongestoord bezit van te hebben gehad. De koper zal zich met deze oorsprong van eigendom tevreden stellen en kan van de verkoper geen andere titel vragen dan een uitgifte van dit proces-verbaal van toewijzing. VERKOOPSVOORWAARDEN. Onderhavige verkoping geschiedt overeenkomstig de ÉÉNVORMIGE ALGEMENE VERKOOPSVOORWAARDEN VOOR OPENBARE VERKOPEN, zoals neergelegd onder de minuten van ondergetekende notaris Fermon op 1 maart 2013, welke akte werd gevoegd bij een proces-verbaal van openbare verkoping verleden voor haar ambt op 12 september 2013, overgeschreven op het zevende hypotheekkantoor te Brussel op 28 november 2013 onder nummer 09217, die thans worden voorgelezen en toegelicht om samen één geheel te vormen met onderhavig proces-verbaal om als authentieke akte te gelden. De bedingen van de eenvormige algemene lasten en voorwaarden van openbare verkopen zullen echter maar van toepassing zijn voor zover er niet van afgeweken wordt in het proces-verbaal van toewijzing. REGELING VAN DE OPENBARE VERKOOP. De verkoping vindt plaats Nieuwstraat 35 te Opwijk
op
heden
in
café
‘DE
WERKER’,
509 De toewijzing zal plaatsvinden in één enkele zitdag; de instelprijs werd vastgesteld op zevenendertigduizend zeshonderd euro (€ 37.600,00), doch zonder voorrecht van inzet of opbod, noch premie. De biedingen bedragen minimaal tien ten honderd (10%) meer dan de instelprijs; zij kunnen enkel gedaan worden op fysieke wijze. De onderhavige verkoping werd bekendgemaakt door middel van aanplakbrieven en aankondigingen zoals gebruikelijk is voor de openbare verkoping van onroerende goederen in het kanton. BIJZONDERE VERKOOPSVOORWAARDEN Eigendom – genot en gebruik. De koper zal de eigendom van voorschreven goed bekomen op het ogenblik dat de toewijzing definitief wordt. De koper zal het genot van het verkocht goed verkrijgen nadat hij de prijs, de kosten en alle bijkomende lasten in hoofdsom en eventuele interesten heeft betaald. Het onroerend goed is niet verhuurd en vrij van gebruik. Blijkens vonnis van de vrederechter te Asse de dato 24 januari 2014 inzake het OCMW van Opwijk (eisende partij) tegen de heer Leon Huttener en Rosette Sablon, samen te Asse, (verwerende partij) werd de pacht op voorschreven eigendom ontbonden in het nadeel van de verweerders en werd hen bevolen deze percelen te ontruimen. Tegen dit vonnis werd geen beroep betekend. De eventueel nog geclaimde prijzij door de vroegere pachter dient geregeld te worden tussen de vroegere pachter en de nieuwe eigenaar, zonder tussenkomst noch vrijwaring door het OCMW van Opwijk. Staat van het onroerend goed. Voorschreven goed wordt verkocht in zijn huidige staat. Hypothecaire toestand Het eigendom wordt verkocht voor vrij en onbelast van alle inen overschrijvingen. Erfdienstbaarheden. Het goed wordt verkocht in zijn huidige toestand, met al zijn erfdienstbaarheden. De verkoper verklaart geen
510 erfdienstbaarheden te hebben toegestaan. Het goed wordt verkocht met alle rechten en verplichtingen die voortvloeien uit het bestaan van boven- en ondergrondse leidingen. De nv FLUXYS berichtte ondertekende notaris aangaande de aanwezigheid van aardgasvervoerinstallaties op de hierbij verkochte onroerende goederen en verzocht ondergetekende notaris uitdrukkelijk hiervan melding te maken in de notariële akte en tevens van de wettelijke erfdienstbaarheid van openbaar nut die eraan verbonden zijn: “ Erfdienstbaarheid van openbaar nut “ Artikel 1. Een wettelijke erfdienstbaarheid van openbaar nut ten gunste van de aardgasvervoerinstallaties van de N.V. FLUXYS BELGIUM, Kunstlaan 31, te 1040 Brussel bezwaart de bij deze akte verkochte percelen. Artikel 2. De installaties van Fluxys Belgium vallen onder de bepalingen van de wet van 12 april 1965 betreffende het transport van gasachtige producten en andere door middel van leidingen en de bijhorende uitvoeringsbesluiten. Artikel 11 van deze wet verbiedt specifiek elke daad die de aardgasvervoerinstallaties of de exploitatie ervan kan schaden. Daarom neemt de eigenaar van de percelen waarin deze installaties zich bevinden/gelegen in de nabijheid van deze installaties, alle nodige voorzorgsmaatregelen om beschadigingen aan de Fluxys Belgiuminstallaties te vermijden. Daarenboven voorziet dit artikel dat de gedeeltelijke bezetting van het openbaar of privaat domein door Fluxys Belgium-installaties geen enkele bezitsberoving met zich meebrengt, maar dat zij een erfdienstbaarheid van openbaar nut vormt. Artikel 3. De eigenaar zal desgevallend alle werken op zijn eigendom dulden die door de N.V. FLUXYS BELGIUM noodzakelijk geacht worden voor het beheer en voor de exploitatie van deze installati es.
511 De N.V. FLUXYS BELGIUM zal zo vlug mogelijk de eigenaar van de nodige werken op de hoogte brengen en zal de schade die door haar werken berokkend wordt, vergoeden. Deze erfdienstbaarheid verplicht eveneens de eigenaar en de gebruikers de N.V. FLUXYS BELGIUM toegang te verlenen tot het terrein, alsook vrije doorgang te verschaffen naar en in de zone belast met erfdienstbaarheid. Deze verplichting is geldig voor elk omheind perceel alsook voor elk perceel dat de eigenaars of de gebruikers wensen te omsluiten. In dat geval zullen zij de N.V. FLUXYS BELGIUM vooraf moeten verwittigen, teneinde dienaangaande een specifieke toegangsconventie af te sluiten. Artikel 4. Uit de wettelijke erfdienstbaarheid vloeit voort dat, binnen een strook grond, die zich over de ganse lengte van de installaties uitstrekt, de volgende bijzondere bepalingen in acht dienen genomen te worden : A. Activiteiten die in de nabijheid van onze installaties niet zijn toegelaten (KB 11/03/1966) Artikel 24 van het Koninklijk Besluit van 11 maart 1966 betreffende de te nemen veiligheidsmaatregelen bij de oprichting en bij de exploitatie van installaties van gasvervoer door middel van leidingen zoals gewijzigd bij Koninklijk Besluit van 24 januari 1991 schrijft een voorbehouden zone voor waarin het volgende niet is toegelaten :
het oprichten van gebouwen, gesloten tuinhuisjes, carport, tenten,…; het opstapelen van goederen of materiaal;
lokalen,
het wijzigen van het bodemniveau (bvb. het graven van grachten, ophogingen, graafwerken); de aanwezigheid van bomen en struiken andere dan deze vermeld op de bijgevoegde lijst. De N.V. FLUXYS BELGIUM voorziet een voorbehouden zone van tien (10) meter, namelijk vijf (5) meter aan weerszijden van de as van de aardgastransportinstallaties waarin bovenvermelde activiteiten niet zijn toegelaten.
512 A. Wettelijke meldingsplicht (KB 21/9/1988) In een zone van dertig (30) meter, namelijk vijftien (15) meter aan weerszijden van onze installaties(= beschermde zone:
wordt om het even welk werk/ontwerp minstens vijftien (15) werkdagen vóór de start van de werken aan de N.V. FLUXYS BELGIUM voorgelegd om de te respecteren veiligheidsvoorschriften vóór en/of tijdens de uitvoering van de werken vast te leggen. is deze procedure verplicht voor de eigenaar / (erf)pachter / huurder, bouwheer, studiebureau / architect, aannemers en onderaannemers die de werken uitvoeren. De melding gebeurt via: o Brief t.a.v. de N.V. FLUXYS BELGIUM – c/o Infoworks: Kunstlaan 31, 1040 Brussel; o Fax: 02/282.75.54 o E-mail:
[email protected] o Of bij voorkeur via de KLIM-website (federaal Kabels en Leidingen Informatie Meldpunt) – www.klim-cicc.be Belangrijke opmerking: de beschermde zone, zoals hierboven beschreven, is een minimumzone die, indien nodig, uitgebreid wordt tot de zone waar de uitvoering van de werken de stabiliteit van de gasvervoerinstallaties kan schaden. Indien de bouwheer de werken, of een gedeelte van de werken, laat uitvoeren door een derde, is hij, volgens het koninklijk besluit van 21 september 1988, verplicht om de onderhavige informatie en de veiligheidsvoorschriften aan de derde te bezorgen Artikel 5. Op eenvoudig verzoek zal de regionale verantwoordelijke van de N.V. FLUXYS BELGIUM ( +32 2 282 71 81) gratis overgaan tot afpaling van de installaties op het terrein, op datum en uur met hem overeen te komen. Deze afbakening dient door worden door middel van een uitgevoerde opzoekingsputten.
de aanvrager gecontroleerd te voldoende aantal met de hand
Artikel 6 Wordt de grond door een derde gebruikt, dan zal de grondeigenaar de gebruiker van de bovenvermelde bepalingen in kennis stellen.
513 In geval van overdracht of afstand van zakelijke rechten op de bezwaarde grond zal de eigenaar de bovenvermelde bepalingen in de authentieke akte moeten vermelden. De eigenaar dient, door tussenkomst van de instrumenterende notaris, een kopie van elke akte houdende afstand van het terrein te bezorgen aan de N.V. FLUXYS BELGIUM, Kunstlaan 31 te 1040 Brussel. De kandidaat-kopers werden op de hoogte gebracht van de lijst ‘toegelaten beplantingen in voorbehouden zone van aardgasleidingen’ en het inplantingsplan 3.076008313 (B) waarop, bij wijze van inlichting, het tracé van de installaties in de betrokken zone werd aangeduid. Deze documenten zullen overhandigd worden aan de uiteindelijke koper. STEDENBOUW EN RUIMTELIJKE ORDENING. 1. Ondergetekende notaris deelt mee dat geen werken of handelingen vermeld in artikel 4.2.1 van de Codex mogen worden opgericht of uitgevoerd zolang er geen stedenbouwkundige vergunning is verkregen ; in bepaalde gevallen is de vergunningsplicht vervangen door een meldingsplicht. Het vergaderd publiek erkent door de ondergetekende notaris op de hoogte te zijn gebracht van de inhoud van artikel 4.2.1., 4.2.2,3, 4 en 5 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Er kan geen verzekering worden gegeven omtrent de mogelijkheid om op de grond te bouwen of daarop enige vaste of verplaatsbare inrichting op te stellen die voor bewoning kan worden gebruikt. De koper dient zich in het algemeen te schikken naar alle stedenbouwkundige voorschriften die van toepassing zijn of zullen worden. 2. Overeenkomstig artikel 5.2.1 en volgende van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening: a. Werden het stedenbouwkundige uittreksel met aanvullende vastgoedinformatie met betrekking tot voorschreven onroerend goed afgeleverd door de gemeente Opwijk op 8 mei 2014. b. Verklaart ondergetekende notaris op basis van voormelde inlichtingen van de gemeente en de hypotheekstaat de dato 30 april 2014 met betrekking tot voorschreven onroerend goed, dat: 1° navolgende uitgereikt: nihil.
stedenbouwkundige
vergunningen
werden
514 2° de meest recente stedenbouwkundige bestemming van voorschreven eigendom volgens het Gewestplan Halle-VilvoordeAsse (KB de dato 7/03/1977) betreft 'agrarisch gebied'; 3° geen dagvaardingen werden uitgebracht overeenkomstig artikel 6.1.1 of 6.1.41 tot en met 6.1.43 en iedere in de zaak gewezen beslissing; 4° geen voorkooprecht zoals bedoeld in artikel 2.4.1. van de Codex is van toepassing; 5° geen verkavelingsvergunning is toepasselijk op voorschreven eigendom. 6° het onroerend goed gelegen is in een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan: ‘Landschappelijke Overgang’, goedgekeurd op 27 januari 2011 met als bestemming: bouwvrij gebied voor grondgebonden landbouw. Voormelde stedenbouwkundige inlichtingen bekomen van de gemeente Opwijk waren bij aanvang van de tekoopstelling ter inzage bij ondergetekende notaris. De koper zal deze stukken ontvangen bij de toewijs. Risicozone overstroming Overeenkomstig artikel 68-7 van de Wet op de Landverzekeringsovereenkomst verklaart ondergetekende notaris, op basis van raadpleging van de door de overheid ter beschikking gestelde digitale kaarten, dat het hierbij verkochte goed niet gelegen is in een risicozone voor overstroming. BODEM. Het publiek wordt er uitdrukkelijk op attent gemaakt dat het Decreet van het Vlaams Parlement betreffende de Bodemsanering en de Bodembescherming in werking is getreden. Ondergetekende notaris heeft gewezen op de draagwijdte van de eventuele saneringsplicht, de aansprakelijkheid en de informatieplicht van partijen. 1. De verkoper verklaart dat op de grond, voorwerp van onderhavige akte geen inrichting gevestigd is of was, en/of een activiteit wordt of werd uitgevoerd, die opgenomen is op de lijst van de inrichtingen en activiteiten die bodemverontreiniging kunnen veroorzaken, zoals bedoeld in artikel 2,14° van het Decreet betreffende de bodemsanering en
515 de bodembescherming. Uit voormelde stedenbouwkundige inlichtingen blijkt dat op de hierbij verkochte goed geen risico-inrichtingen gevestigd zijn of waren. 3. De OVAM heeft op 29 april 2014 de bodemattesten afgeleverd met betrekking tot de hierbij verkochte goederen, waarvan de inhoud luidt als volgt: “2.1 Inhoud van het bodemattest De OVAM beschikt voor deze grond niet over relevante gegevens met betrekking tot de bodemkwaliteit. Dit bodemattest vervangt alle vorige bodemattesten.” Voormeld bodemattest was ter inzage bij ondergetekende notaris bij de aanvang van de tekoopstelling en wordt thans nogmaals ter kennis gebracht van het vergaderd publiek. 4. De koper verklaart genoegen te nemen met voorgaande verklaringen en het gekochte goed te aanvaarden in zijn huidige staat. Hij verklaart de verkoper te ontslaan van elke verplichting van vrijwaring uit hoofde van eventuele bodemverontreiniging zelfs wanneer die aanleiding zou geven tot een saneringsverplichting of tot andere maatregelen die door de overheid kunnen opgelegd worden. 5. Ondergetekende notaris, die de waarachtigheid heeft onderzocht van de hierbovenstaande verklaringen door de verkoper in verband met de bodemtoestand afgelegd, vermeldt in overeenstemming met artikel 117 van het voormelde Decreet dat de bepalingen van het voormelde Decreet met betrekking tot de overdracht van gronden werden toegepast. WETTELIJK VOORKOOPRECHT. Uit een raadpleging van het e-voorkooploket op datum van 29 april 2014 blijkt dat op de kadastraal perceelnummers 115/C en 116 geen voorkooprechten van toepassing. FISCALE VERKLARINGEN. Belasting over Toegevoegde Waarde. Ondergetekende notaris heeft artikel 62, paragraaf 2 en artikel 73 van het Wetboek der Belasting over de Toegevoegde
516 Waarde aan de verkoper voorgelezen, aangaande diens verplichting om naar aanleiding van deze akte, aan de notaris zijn hoedanigheid van belastingplichtige kenbaar te maken alsook aangaande de sanctie bestaande uit geldboete en/of gevangenisstraf bij weigering van inlichtingen of het doorgeven van onjuiste gegevens hieromtrent, al dan niet met bedrieglijk opzet gedaan of met het oogmerk te schaden. De verkoper verklaart niet onderworpen te zijn aan de BTW. Registratierechten - prijsverzwijging. Partijen verklaren en erkennen dat de ondergetekende notaris hen lezing heeft gegeven van artikel 203, eerste alinea, van het Wetboek der Registratierechten, dat luidt als volgt: "In geval van bewimpeling aangaande de prijs en lasten of overeengekomen waarde is ieder van de contracterende partijen een boete verschuldigd gelijk aan het ontdoken recht. Dit recht is ondeelbaar door alle partijen verschuldigd." TOEWIJS. Vervolgens heb ik, Hilde Fermon, notaris met standplaats te Opwijk in het openbaar lezing gegeven van het algemeen lastenkohier en van de bijzondere lasten en voorwaarden die voorafgaan, en heb ik, notaris, de belangstellenden ingelicht over hun verplichtingen. Na verschillende oproepen en geen verdere hogen meer te hebben bekomen, werd het onroerend goed, breedvoerig omschreven in het voorgaand algemeen en bijzonder lastenkohier, gebracht op en aan die prijs definitief toegewezen aan Instemming. De verkoper, de tussenkomenden, en de toegewezenen verklaren in te stemmen met alle lasten en voorwaarden van huidig procesverbaal van toewijzing, van bovengemelde bijzondere verkoopsvoorwaarden en van de eenvormige algemene verkoopsvoorwaarden waarnaar wordt verwezen. De hypotheekbewaarder wordt uitdrukkelijk ontslagen van het nemen van ambtshalve inschrijving om welke reden ook.
517 VOLMACHT. De verkoper verklaart bij deze volmacht te geven aan mevrouw Rita Van de Vijver, notarisbediende, wonende te Bornem, Ploegstraat 15, om voor hen en in hun naam de kosten, koopsom en aanhorigheden te ontvangen van huidige openbare verkoping, daarvan kwijting te geven en te dien einde voor hen en in hun naam de heer Hypotheekbewaarder te ontslaan van het nemen van een ambtshalve inschrijving en dit met of zonder betaling evenals het verlenen van de handlichting van de mogelijks ambtshalve genomen hypothecaire inschrijving. SLOTBEPALINGEN. Tot uitvoering van deze akte doen partijen woonstkeuze op hun voormelde woonplaats. De werkende notaris bevestigt dat de identiteit van de verschijners haar werd aangetoond aan de hand van bewijskrachtige identiteitsbewijzen. Om te voldoen aan de verplichtingen opgelegd door de Hypotheekwet, bevestigt de notaris op zicht van de door de wet opgelegde stukken dat de namen, voornamen, datum en plaats van geboorte van de partijen overeenkomen met onderhavige vermeldingen. De partijen verklaren zich uitdrukkelijk akkoord met de vermelding van hun nationale nummers in onderhavige procesverbaal. Waarvan proces-verbaal. Opgemaakt en gesloten, plaats en datum als bovengemeld. Na gedane voorlezing van huidig proces-verbaal, van het lastenkohier en de algemene verkoopsvoorwaarden, hebben de partijen en mij, notaris, getekend.
518 9.
OUDERENZORG – WERKING EN BEHEER - GOEDKEURING VAN HET INDIENEN VAN EEN DAGPRIJSVERHOGINGSAANVRAAG BIJ FOD ECONOMIE – PRIJZENDIENST VOOR HET WOONZORGCENTRUM “DE OASE” VAN HET OCMW OPWIJK.
DE RAAD, Gelet op de volgende overwegingen: WETTELIJK : 1. De organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, inclusief latere wijzigingen, meer bepaald artikel 24 en artikel 84 §1 - eerste lid. 2. Het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, inclusief latere wijzigingen. 3. De wet van 22 januari 1945 betreffende de economische reglementering en de prijzen, in het bijzonder artikel 2 § 4, gewijzigd bij de wetten van 23 december 1969, 30 juli 1971 en 17 juli 1975. 4. Het Ministerieel Besluit van 12 augustus 2005 houdende bijzondere bepalingen inzake prijzen voor de sector van de instellingen voor bejaardenzorg (Belgisch Staatsblad van 31 augustus 2005). 5. Ministerieel Besluit van 14 februari 2007 tot bepaling van de samenstelling van de dagprijs, de extra vergoedingen en de voorschotten ten gunste van derden aangerekend in de rusthuizen en bijlage. 6. Besluit van de Vlaamse Regering van 17 juli 1985 tot vaststelling van de normen waaraan een serviceflatgebouw, een woningcomplex met dienstverlening of een rusthuis moet voldoen om voor erkenning in aanmerking te komen en gewijzigd bij Besluit van de Vlaamse Regering van 25 januari 1989, 17 april 1991, 19 januari 1994, 18 december 1998, 30 november 2001, 4 april 2003, 4 juni 2004, 13 januari 2006, 12 januari 2007 en 9 februari 2007. 7. Het woonzorgdecreet van 13 maart 2009 en uitvoeringsbesluiten. ADMINISTRATIEF – JURIDISCH : 1. De beslissing van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn in zitting van 5 december 2002 houdende de vaststelling van de dagprijzen voor het verblijf in het rust- en verzorgingstehuis, het kortverblijf en het dagverzorgingscentrum. 2. De bekrachtiging door de Raad voor Maatschappelijk Welzijn in zitting van 20 november 2012 betreffende de vaststelling door het Vast Bureau in zitting van 8 november 2012 van de geïndexeerde dagprijzen voor de ouderenvoorzieningen in het beheer van het OCMW Opwijk. 3. De goedkeuring door de Raad voor Maatschappelijk Welzijn in zitting van 28 november 2013 van het indienen van een prijsverhogingsaanvraag bij FOD Economie – Prijzendienst voor de ouderenvoorzieningen in het beheer van het OCMW Opwijk.
519 4. De aangetekende brief van FOD Economie op datum van 31 januari 2014 houdende de prijsverhogingsaanvraag WZC De Oase – 1745 Opwijk. 5. De kennisname door het Vast Bureau in zitting van 20 februari 2014 houdende de beslissing van FOD Economie m.b.t. de prijsverhogingsaanvraag van de ouderenvoorzieningen van het OCMW Opwijk. 6. De notulen van het managementteam in zitting van 16 april 2014. 7. De schriftelijke opnameovereenkomst van woonzorgcentrum “De Oase” van het OCMW Opwijk. 8. De goedkeuring door de Raad voor Maatschappelijk Welzijn in zitting van 23 december 2013 van het meerjarenplan over de periode 2014-2019 en het budget over het boekjaar 2014. 9. De jaarrekening 2013 van het OCMW Opwijk, zoals goedgekeurd door de Raad voor Maatschappelijk Welzijn in zitting van 26 juni 2014. FEITELIJK : 1. Door de Raad voor Maatschappelijk Welzijn werd in zitting van 28 november 2013 een prijsverhogingsaanvraag goedgekeurd voor de ouderenvoorzieningen in het beheer van het OCMW Opwijk. 2. Deze prijsverhogingsaanvraag werd op datum van 4 december 2013 aangetekend verzonden naar FOD Economie – Prijzendienst. 3. Binnen zestig dagen die volgen op de ontvangst van de volledige aanvraag wordt de beslissing van de minister over de verhoging, die hij al dan niet toestaat, bij aangetekend schrijven aan de aanvrager bekendgemaakt. 4. Op datum van 31 januari 2014 heeft FOD Economie een aangetekend schrijven gericht aan het OCMW Opwijk. 5. FOD Economie – Prijzendienst verleent het OCMW Opwijk toelating voor de volgende prijzen voor het WZC “De Oase” en kortverblijf: - Inwoner Opwijk € 49,09 - Niet-inwoner Opwijk: € 50,56 - Kabelabonnement: € 9 per maand 6. FOD Economie gaat bijgevolg niet volledig akkoord met de gevraagde prijsverhoging voor het WZC “De Oase”: - Voor een niet-inwoner kan er een dagprijs toegepast worden van € 50,56 in plaats van de gevraagde € 50,66. - Er wordt enkel een verhoging van de eerste fase toegestaan. De gevraagde verhoging vanaf 1 oktober 2014 wordt niet toegestaan. Als reden wordt hierbij vermeld: “De 2 gevraagde verhogingen die samen ongeveer 10% bedragen, zijn immers sociaal onaanvaardbaar en laten niet toe de gemaakte verliezen drastisch te reduceren. Er zijn andere maatregelen mogelijk zonder dat die een invloed hebben op de kwaliteit van de dienstverlening.”
520 7. FOD Economie heeft echter geen beslissing bekendgemaakt binnen de 60 dagen na ontvangst van het dossier m.b.t. de dagprijsverhogingsaanvraag voor serviceflats “Den Eikendreef” en dagverzorgingscentrum “’t Zonnedal”. Bijgevolg wordt er bij ontstentenis van een goedkeuring binnen de 60 dagen toelating verleend voor het hanteren van de prijzen voor deze twee voorzieningen zoals vooropgesteld in het aanvraagdossier, inclusief de tweede verhoging vanaf 1 oktober 2014. 8. De toegestane prijsverhogingen kunnen pas toegepast worden vanaf de dag van ontvangst van de beslissing en nadat het OCMW Opwijk de werkelijk toegepaste prijzen en hun toepassingsdatum aan de Prijzendienst heeft meegedeeld. Op datum van 21 februari 2014 heeft het OCMW Opwijk deze mededeling van de toegepaste prijzen en de toepassingsdatum via een aangetekend schrijven aan de FOD Economie meegedeeld. 9. Een prijsverhoging kan tevens pas ingaan ten vroegste 30 dagen nadat deze prijsverhoging aan de bewoner betekend werd. Deze betekening aan de bewoners is gebeurd door middel van een schrijven op datum van 21 februari 2014. 10. Bijgevolg zijn sinds 1 april 2014 nieuwe dagprijzen van toepassing voor het woonzorgcentrum met inbegrip van het kortverblijf, het dagverzorgingscentrum en serviceflats “Den Eikendreef”. 11. Vanaf 1 oktober 2014 zal er een tweede dagprijsverhoging starten voor de bewoners van serviceflats “Den Eikendreef” en het dagverzorgingscentrum. Deze tweede dagprijsverhoging werd echter niet goedgekeurd voor het woonzorgcentrum “De Oase”, zoals geschetst in de bovenstaande overwegingen. 12. Het voorstel is bijgevolg om een nieuwe prijsverhogingsaanvraag te richten naar FOD Economie – Prijzendienst zodat deze tweede fase van de dagprijsverhoging alsnog voor het woonzorgcentrum gerealiseerd kan worden. 13. Gelet op de argumentatie van FOD Economie in verband met de niet-goedkeuring van de tweede fase van de dagprijsverhoging voor het woonzorgcentrum, is het voorstel om deze tweede fase met een verhoging van 5% op te splitsen in opnieuw twee fasen met een verhoging van telkens 2,5%. Op deze manier wordt de totale verhoging met 10% gespreid over 6 maanden extra. 14. De motivatie voor deze dagprijsverhogingsaanvraag zal aan FOD Economie als volgt geformuleerd worden: Uit de jaarrekening 2013, zoals goedgekeurd in de Raad voor Maatschappelijk Welzijn in zitting van 26 juni 2014, blijkt dat er – met de verrekening van het negatief resultaat van het beleidsitem 0119-01 Centrale Keuken – een negatief resultaat is van - € 95.061,10 voor beleidsitem 0953-01 Woonzorgcentrum. Dit betekent een negatief financieel verlies van € 3,14 per bewoner per dag. Dit negatief resultaat van deze ouderenvoorzieningen kan in eenvoudige termijn uitgelegd worden als een discrepantie tussen de werkingskosten en de werkingsopbrengsten waarbij de kosten beduidend hoger zijn dan de opbrengsten uit deze dienstverlening.
Het OCMW Opwijk stelt voor de komende jaren belangrijke doelstellingen op het vlak van de kwaliteit van de dienstverlening voorop. Dit komt ondermeer tot uiting in belangrijke wijzigingen in de personeelsformatie en het organogram. De voornaamste wijziging heeft betrekking op de aanwerving van een bijkomende hoofdverpleegkundige en de aanstelling van twee afdelingsverantwoordelijken. Door deze aanwervingen zal echter het budgettair deficit toenemen en betekent dit een bijkomend financieel verlies van € 3,07 per bewoner per dag.
521 15. Momenteel gelden vanaf 1 april volgende dagprijzen voor het woonzorgcentrum “De Oase” van het OCMW Opwijk: a) voor het ROB/RVT en kortverblijf: statuut inwoner van de gemeente Opwijk: € 49,09 statuut niet-inwoner van de gemeente Opwijk: € 50,56 16. Op basis van de bovenstaande argumentatie en de intentie om te streven naar een break-even dagrpijs bekomen we het volgende voorstel van aangepaste dagprijzen voor het woonzorgcentrum “De Oase” van het OCMW Opwijk: Voor het woonzorgcentrum “De Oase”:
1. 2.
Argumentatie Wegwerken negatief resultaat Bijkomende investering in middenkader verpleging-verzorging TOTAAL
Benodigde verhoging dagprijs + € 3,14 + € 3,07 + € 6,21
Bijgevolg bekomen wij voor het woonzorgcentrum “De Oase” een dagprijs van € 55,30 voor inwoners uit de gemeente en € 56,77 voor niet-inwoners om een break-even resultaat te bekomen. 17.Het OCMW Opwijk wenst te streven naar een evenwicht tussen de sociale functie van de dienstverlening en het bedrijfseconomisch aspect ervan. Bijgevolg wil het OCMW Opwijk een dagprijsverhoging doorvoeren in twee stappen van 6 maanden waarbij de dagprijsverhoging telkens beperkt wordt tot een stijging met 2,5%. 18.Bijgevolg kunnen volgende nieuwe dagprijzen vooropgesteld worden voor het woonzorgcentrum “De Oase” van het OCMW Opwijk: a) voor het ROB/RVT en kortverblijf: statuut inwoner van de gemeente Opwijk: € 50,32 vanaf 01/10/2014 statuut niet-inwoner van de gemeente Opwijk: € 51,82 vanaf 01/10/2014 statuut inwoner van de gemeente Opwijk: € 51,54 vanaf 01/04/2015 statuut niet-inwoner van de gemeente Opwijk: € 53,09 vanaf 01/04/2015 19. Naast de dagprijs worden er ook supplementen aangerekend in de verschillende ouderenvoorzieningen. Momenteel gelden volgende prijzen voor deze supplementen voor het woonzorgcentrum “De Oase”: Voorziening WZC WZC WZC WZC WZC
Supplement Kabelabonnement Telefoonabonnement Telefooncommunicaties Vervoer Labels kledij
Prijs € 9 per maand (vanaf 01/04/14) € 11,50 per maand Tarieven Hexacom € 2,5 per rit € 25 per 100 labels
20. Voor deze supplementen zal er geen prijsverhogingsaanvraag ingediend worden.
522 21. Iedere prijsverhoging die een ouderenvoorziening wil doorvoeren, moet aangegeven worden bij FOD Economie – Prijzendienst. Deze dienst onderzoekt of de gevraagde verhoging al dan niet of in beperkte mate kan worden toegestaan. Dit alles verloopt volgens een vastgestelde procedure vervat in artikelen 2 en 3 van het Ministerieel Besluit van 12 augustus 2005 houdende bijzondere bepalingen inzake prijzen voor de sector van de instellingen voor bejaardenopvang. 22. Schematisch verloopt deze procedure op de volgende manier: - Indiening van een aanvraag - Verificatie of de aanvraag alle reglementair vereiste gegevens omvat - Voorlegging van het dossier aan de Commissie tot Regeling der Prijzen voor advies - Voorstel van beslissing opgemaakt door de administratie en voorgelegd aan de minister - Beslissing van de minister - Notificatie door de voorziening van de toepassing van de toegestande verhoging 23. Elke aanvraag tot prijsverhoging wordt bij aangetekend schrijven met bericht van ontvangst toegezonden aan de Prijzendienst. 24. Binnen zestig dagen die volgen op de ontvangst van de volledige aanvraag, wordt de beslissing van de minister over de verhoging die hij al dan niet toestaat, bij aangetekend schrijven aan de aanvrager bekendgemaakt. 25. De voorziening brengt op haar beurt de bewoner en/of zijn gevolmachtigde op de hoogte van de prijswijziging. Een prijsverhoging voor een ouderenvoorziening kan slechts ingaan ten vroegste 30 dagen nadat deze prijsverhoging aan de bewoner betekend werd. 26. In de schriftelijke opnameovereenkomst van het woonzorgcentrum werd volgende bepaling opgenomen onder artikel 2 – Dagprijs: “De Raad voor Maatschappelijk Welzijn van het O.C.M.W. Opwijk heeft het recht deze bedragen te herzien op basis van een beslissing van de Prijzencommissie van FOD Economische Zaken. Jaarlijks wordt de dagprijs geïndexeerd.” 27. Bijgevolg kan het OCMW Opwijk een aanvraag tot dagprijsverhoging voor het woonzorgcentrum “De Oase” in het beheer van het OCMW Opwijk indienen. BESLIST MET 6 JA-STEMMEN en 3 ONTHOUDINGEN OP 9 STEMMERS: 1. Een aanvraag tot dagprijsverhoging bij FOD Economie – Prijzendienst in te dienen voor het woonzorgcentrum “De Oase” van het OCMW Opwijk. 2. In deze aanvraag zullen volgende dagprijzen voor het woonzorgcentrum “De Oase” met inbegrip van het kortverblijf vooropgesteld worden: a) voor het ROB/RVT en kortverblijf: statuut inwoner van de gemeente Opwijk: € 50,32 vanaf 01/10/2014 statuut niet-inwoner van de gemeente Opwijk: € 51,82 vanaf 01/10/2014 statuut inwoner van de gemeente Opwijk: € 51,54 vanaf 01/04/2015 statuut niet-inwoner van de gemeente Opwijk: € 53,09 vanaf 01/04/2015 3. De vastgelegde dagprijzen van het woonzorgcentrum “De Oase” zullen jaarlijks geïndexeerd worden vanaf het jaar 2016. Jaarlijks zal een aanvraag hiervoor ingediend worden bij FOD Economie – Prijzendienst.
523 4. Deze beslissing zal worden opgenomen in de lijst met een beknopte beschrijving van de beslissingen verstuurd naar: De heer Gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant. Het College van Burgemeester en Schepenen van de gemeente Opwijk. 5. Deze beslissing voor uitvoering en verdere opvolging over te maken aan: Mevrouw Christel Ringoot, financieel beheerder De heer Geert Geeroms, directeur ouderenzorg
10.
OUDERENZORG – OVERHEIDSOPDRACHTEN – HET GUNNEN VAN EEN OVERHEIDSOPDRACHT HOUDENDE HUUR EN WAS PERSONEELSKLEDIJ, HUUR EN WAS PLAT LINNEN EN WAS BEWONERSKLEDIJ VOOR TWAALF OPENBARE WOONZORGCENTRA – GUNNING VAN DE OPDRACHT
DE RAAD, Gelet op de volgende overwegingen: WETTELIJK : 1. De organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, inclusief latere wijzigingen, meer bepaald artikel 24 en artikel 84 §1 - eerste lid. 2. Het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, inclusief latere wijzigingen. 3. Wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, inclusief latere wijzigingen. 4. Koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, inclusief latere wijzigingen. 5. Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, inclusief latere wijzigingen. 6. Het Koninklijk Besluit van 2 juni 2013 tot bepaling van de datum van inwerktreding van de wet op de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 20006 en van de Koninklijke uitvoeringsbesluiten ervan. 7. Wet van 21 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen, diensten. ADMINISTRATIEF – JURIDISCH : 1. De principebeslissing van het Vast Bureau van het OCMW Opwijk in zitting van 20 juni 2013 betreffende het gunnen van een opdracht houdende huur en onderhoud personeelskledij, huur en onderhoud (plat) linnen en onderhoud bewonerskledij via een gezamenlijke overheidsopdracht door OCMW’s Vlaams-Brabant.
524 2. De aanduiding door het Vast Bureau in zitting van 19 september 2013 van het OCMW Opwijk als opdrachtencentrale voor de gezamenlijke overheidsopdracht huur en was personeelskledij, huur en was plat linnen en was bewonerskledij door OCMW’s Vlaams-Brabant. 3. De verslagen van het overleg tussen OCMW’s Vlaams-Brabant houdende de overheidsopdracht huur en was personeelskledij, huur en was plat linnen en was bewonerslinnen op datum van 28 juni 2013, 3 september en 8 november 2013. 4. De documenten ‘Verklaring aanstelling opdrachtencentrale’, ingevuld en gehandtekend door de Voorzitter en Secretaris van de deelnemende OCMW’s. 5. De goedkeuring door de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van het OCMW Opwijk in zitting van 28 november 2013 van het lastenboek en de wijze van gunning van een overheidsopdracht houdende huur en was personeelskledij, huur en was plat linnen en was bewonerskledij voor dertien openbare woonzorgcentra. 6. De goedkeuring door de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van het OCMW Opwijk in zitting van 23 december 2013 houdende de aanpassing van het lastenboek “Huur en was personeelskledij, huur en was plat linnen en was bewonerskledij voor twaalf openbare woonzorgcentra”. 7. De goedkeuring door de Raad voor Maatschappelijk Welzijn in zitting van 23 december 2013 van het meerjarenplan over de periode 2014-2019 en het budget over het boekjaar 2014. FEITELIJK : 1. Twaalf openbare woonzorgcentra uit Vlaams-Brabant hebben een overheidsopdracht uitgeschreven betreffende huur en was personeelskledij, huur en was plat linnen en was bewonerskledij. Deze twaalf openbare woonzorgcentra beschikken over 1.058 bedden waarvan 631 RVT-bedden. 2. Het OCMW Opwijk werd in het kader van deze gezamenlijke overheidsopdracht aangeduid als opdrachtencentrale. 3. Bijgevolg werd in de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van het OCMW Opwijk in zitting van 28 november 2013 en 23 december 2013 beslist om een overheidsopdracht met als voorwerp “Huur en was personeelskledij, huur en was plat linnen en was bewonerskledij voor twaalf openbare woonzorgcentra” te gunnen via een procedure van open offerteaanvraag. 4. Het betreft hier een overheidsopdracht voor de periode van 4 jaar. 5. Deze overheidsopdracht werd gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen op 3 januari 2014 en in het Bulletin der Aanbestedingen op 8 januari 2014. 6. Uit het proces-verbaal van opening van de offertes op datum van 7 maart 2014 blijkt dat er vier inschrijvers zijn voor deze overheidsopdracht: St-Joris, Emile Beauduinstraat 11, 3890 Gingelom (Jeuk), België Was- en nieuwkuisbedrijf Dumoulin nv, Zandvoordestraat 91, 8902 Zillebeke, België CleanLeaseFortex nv, Vullaertstraat 73, 8730 Oedelem, België Lips Gezondheidszorg nv, Fokkerstraat 574, 3125 BE Schiedam, Nederland 7. Een proces-verbaal van nazicht der biedingen werd opgesteld op datum van 3 juni 2014.
525 8. Uit dit proces-verbaal van nazicht blijkt dat het voorstel is om deze overheidsopdracht houdende de huur en was personeelskledij, huur en was plat linnen en was bewonerskledij te gunnen aan Lips Gezondheidszorg B.V. (Synergy Health), Fokkerstraat 574 te 3125 BE Schiedam (Nederland) voor de drie deelopdrachten. 9. Het totale bedrag voor deze overheidsopdracht voor de periode van 4 jaar kan – op basis van de vermoedelijke hoeveelheden zoals vermeld in de inventaris – geraamd worden op 1.378.849 inclusief BTW. 10. Het dossier van de gunning van deze opdracht werd door de gemeentelijke Ambtelijke Commissie voor Overheidsopdrachten van gemeente Opwijk in zitting van 26 juni 2014 onderzocht, en, rekening houdend met de in voorgaand punt vermelde voorwaarden, gunstig geadviseerd. 11. Gelet op het visum van mevrouw Christel Ringoot, financieel beheerder van het OCMW Opwijk. 12. Alle argumenten zijn dus aanwezig om een opdracht te gunnen met als voorwerp : “Huur en was personeelskledij, huur en was plat linnen en was bewonerskledij voor twaalf openbare woonzorgcentra” en deze overheidsopdreacht rechtmatig toe te wijzen. BESLIST MET 9 STEMMEN OP 9 STEMMERS: 1. Een opdracht met als voorwerp “Huur en was bewonerskledij, huur en was plat linnen en was bewonerskledij voor twaalf openbare woonzorgcentra” te gunnen aan de firma Lips Gezondheidszorg B.V. (Synergy Health), Fokkerstraat 574 te 3125 BE Schiedam (Nederland) voor de drie deelopdrachten tegen de eenheidsprijzen zoals vermeld in de inventaris bij de inschrijving. Deze opdracht start op 1 oktober 2014 en loopt ten einde op 30 september 2018. 2. Deze opdracht toe te wijzen: Op basis van de door de Raad vastgestelde voorwaarden. Op basis van de voorwaarden zoals vermeld door de firma Lips Gezondheidszorg in de inschrijving, het offerteformulier en de inventaris op datum van 6 maart 2014. 3. Deze beslissing zal worden opgenomen in de lijst met een beknopte beschrijving van de beslissingen verstuurd naar: De heer Gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant. Het College van Burgemeester en Schepenen van de gemeente Opwijk. 4. Deze beslissing voor uitvoering en verdere opvolging over te maken aan: De niet-geselecteerde firma’s. De firma Lips Gezondheidszorg B.V. (Synergy Health), Fokkerstraat 574 te 3125 BE Schiedam (Nederland) (betekening goedkeuring offerte na het verstrijken van de verplichte wachttermijn) De deelnemende OCMW’s *** De heer Patrick De Smedt, Voorzitter OCMW , sluit na de afhandeling van het agendapunt 10 de openbare vergadering. De deur van het vergaderlokaal wordt gesloten. De Voorzitter nodigt de Raadsleden uit om de dagorde van de geheime zitting aan te vatten. ***