vGRP Dalfsen 2012-2015 ONTWERP 21 OKTOBER 2011
Pagina 2
Inhoudsopgave 1.
INLEIDING ....................................................................................................................................... 5 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
2.
AANLEIDING ............................................................................................................................... 5 DOELSTELLING EN GELDIGHEIDSDUUR ......................................................................................... 5 WETTELIJK KADER ..................................................................................................................... 6 PROCEDURE .............................................................................................................................. 8 LEESWIJZER .............................................................................................................................. 8
EVALUATIE..................................................................................................................................... 9 2.1 RESULTATEN GRP 2007-2011 .................................................................................................. 9 2.1.1 Uitgevoerde maatregelen ................................................................................................ 9 2.1.2 Bereikte doelen .............................................................................................................. 12 2.2 TUSSENEVALUATIE WATERPLAN ................................................................................................ 13 2.3 RESULTATEN BENCHMARK RIOLERINGSZORG ............................................................................. 14 2.4 CONCLUSIE ............................................................................................................................. 14
3
HUIDIGE SITUATIE ...................................................................................................................... 15 3.1 3.2 3.3
4.
AMBITIES ...................................................................................................................................... 18 4.1 4.2
5.
DOEL 1 .................................................................................................................................... 20 DOEL 2 .................................................................................................................................... 21 DOEL 3 .................................................................................................................................... 22 DOEL 4 .................................................................................................................................... 22 DOEL 5 .................................................................................................................................... 24 DOEL 6 .................................................................................................................................... 25
MAATREGELEN ........................................................................................................................... 26 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6
7.
AMBITIENIVEAUS ...................................................................................................................... 18 GEKOZEN AMBITIENIVEAU ......................................................................................................... 19
DOELEN, FUNCTIONELE EISEN, MAATSTAVEN EN MEETMETHODEN ............................... 20 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6
6.
AFVALWATER ........................................................................................................................... 15 HEMELWATER .......................................................................................................................... 16 GRONDWATER ......................................................................................................................... 17
ONDERZOEK EN PLANVORMING ................................................................................................. 26 BEHEER & ONDERHOUD ........................................................................................................... 29 RENOVATIE / VERVANGING ........................................................................................................ 29 VERBETERINGSMAATREGELEN .................................................................................................. 30 COMMUNICATIE ........................................................................................................................ 31 RESUMÉ .................................................................................................................................. 32
ORGANISATIE EN MIDDELEN .................................................................................................... 34 7.1 PERSONELE MIDDELEN ............................................................................................................. 34 7.2 FINANCIËLE MIDDELEN.............................................................................................................. 34 7.2.1 Financiële uitgaven ........................................................................................................ 34 7.2.2 De financiering ............................................................................................................... 35 7.2.3 Voorstel tarief rioolheffing .............................................................................................. 38
BIJLAGE 1:
AFKORTINGEN- EN BEGRIPPENLIJST ................................................................. 39
BIJLAGE 2:
OVERHEIDSWETGEVING EN BELEID ................................................................... 43
EUROPEES BELEID ............................................................................................................................... 43 NATIONAAL BELEID ............................................................................................................................... 43 GEMEENTELIJK ONDERZOEK EN BELEID ................................................................................................. 50 BIJLAGE 3:
UITGEVOERDE MAATREGELEN VANUIT HET WATERPLAN ............................. 52
BIJLAGE 4:
GEGEVENS LOZINGSLOCATIES ........................................................................... 53
BIJLAGE 5:
AMBITIEMATRIX – GESELECTEERDE AMBITIES ................................................ 57
Pagina 3
BIJLAGE 6:
VOORSCHRIFTEN FINANCIERING EN FINANCIERINGSMODELLEN ................ 58
BIJLAGE 7:
OVERZICHT UITGAVEN EN INKOMSTEN ............................................................. 60
Pagina 4
1.
Inleiding
1.1
Aanleiding
Weinig mensen beseffen hoe belangrijk het functioneren van het (afval)watersysteem is. Weet u bijvoorbeeld dat het (afval)watersysteem en de drinkwatervoorziening sinds de 19e eeuw voor de volksgezondheid meer hebben betekend dan de hele medische wetenschap daarna? Pas als het mis dreigt te gaan en er bijvoorbeeld stank- of wateroverlast optreedt, krijgt het (afval)watersysteem aandacht. De inzameling, transport en zuivering Artikel 4.22 Wet milieubeheer van afvalwater gaat vaak ongemerkt aan de 1. De gemeenteraad stelt telkens voor een daarbij vast te burger voorbij. Gemeenten en waterschappen stellen periode een gemeentelijk rioleringsplan vast. verrichten dagelijks veel inspanningen om deze 2. Het plan bevat tenminste: a) een overzicht van de in de gemeente aanwezige kostbare infrastructuur goed te beheren en te voorzieningen voor de inzameling en het transport laten functioneren. Onderliggend gemeentelijk van stedelijk afvalwater als bedoeld in artikel 10.33 alsmede de inzameling en verdere verwerking van rioleringsplan (hierna: GRP) laat zien dat de afvloeiend hemelwater als bedoeld in artikel 9a van gemeente Dalfsen hierbij vooruitkijkt en bouwt de Wet op de waterhuishouding, en maatregelen ten einde structureel nadelige gevolgen van de aan een robuust en flexibel systeem. In grondwaterstand voor de aan de grond gegeven tegenstelling tot het vorige GRP strekt de bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken, als bedoeld in artikel 9b van rioleringszorg zich nu ook uit naar overtollig laatstgenoemde wet en een aanduiding van het tijdstip waarop die voorzieningen naar verwachting hemel- en grondwater. Vandaar de termen aan vervanging toe zijn; verbreed GRP (vGRP), stedelijk waterbeheer en b) een overzicht van de in de door het plan bestreken periode aan te leggen of te vervangen (afval)watersysteem in dit rapport. De term voorzieningen als bedoeld onder a; afvalwatersysteem omvat al het water waar men c) een overzicht van de wijze waarop de voorzieningen, bedoeld onder a en b, worden of afstand van wil doen, dus zowel huiselijk, zullen worden beheerd; bedrijfs- als stedelijk afvalwater (zie kader d) de gevolgen voor het milieu van de aanwezige voorzieningen als bedoeld onder a en van de in het definities afvalwater in hfd. 1.2 en in bijlage 1).
1.2
plan aangekondigde activiteiten; een overzicht van de financiële gevolgen van de in het plan aangekondigde activiteiten. Indien in de gemeente een gemeentelijk milieubeleidsplan geldt, houdt de gemeenteraad met dat plan rekening bij de vaststelling van een gemeentelijk rioleringsplan. Onze Minister kan, in overeenstemming met Onze Minister van Verkeer en Waterstaat, aan gemeenten de plicht opleggen tot prestatievergelijking ten aanzien van de taak, bedoeld in artikel 10.33, alsmede de taken, bedoeld in artikelen 9a en 9b van de Wet op de waterhuishouding. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld over de frequentie, inhoud en omvang van de prestatievergelijking. e)
Doelstelling en geldigheidsduur 3.
Het GRP 2007-2011 moet worden geactualiseerd. Dit is geen vrijblijvende aangelegenheid, maar een wettelijke verplichting. Artikel 4.22 van 4. de Wet milieubeheer (Wm) (zie kader) regelt dat de gemeenteraad een GRP vast moet stellen voor een door de raad te bepalen planperiode (in dit geval 4 jaar). De planningshorizon van het GRP reikt verder en bedraagt 60 jaar. De rioolheffing en de lange termijn doelstellingen zijn gebaseerd op deze planningshorizon. De jaarlijkse uitvoeringsaspecten uit dit beleidsplan worden vormgegeven met operationele jaarprogramma’s. Volgens de nieuwe Waterwet moet elke gemeente voor 1 januari 2013 een nieuw verbreed GRP opstellen. De gemeenteraad van Dalfsen heeft dit verbrede GRP vastgesteld op XX-XX-XXXX.
Het verbreed GRP is het beleidsplan dat op hoofdlijnen de invulling van de gemeentelijke watertaken weergeeft. Door middel van het verbreed GRP legt de gemeente vast wat zij wil bereiken en wat de rol van burgers en bedrijven is ten aanzien van de gemeentelijke zorgplichten voor stedelijk afvalwater, grondwater en hemelwater.
Pagina 5
Het verbrede GRP vervult vier hoofdfuncties: • Kader gemeentelijke zorgplichten: overzicht van beleidskeuzes ten aanzien van stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater; • Interne afstemming: met andere vakdisciplines binnen de gemeentelijke organisatie; • Externe afstemming: vindt in ieder geval plaats met de plaatselijk belangverenigingen van de diverse kernen in de gemeente Dalfsen, het waterschap Groot Salland en de provincie Overijssel; • Continuïteit en voortgangsbewaking: vanwege de lange levensduur van stedelijk watervoorzieningen is een lange termijn aanpak essentieel (begroting en evaluatie); Definities afvalwater De Wet verankering en bekostiging gemeentelijke watertaken definieert de volgende typen afvalwater (art. 1.1 Wm): Huishoudelijk afvalwater: afvalwater dat overwegend afkomstig is van menselijke stofwisseling en huishoudelijke werkzaamheden; Bedrijfsafvalwater: afvalwater dat vrijkomt bij door de mens bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, ondernomen bedrijvigheid, dat geen huishoudelijk afvalwater, afvloeiend hemelwater of grondwater is; Stedelijk afvalwater: huishoudelijk afvalwater of een mengsel daarvan met bedrijfsafvalwater, afvloeiend hemelwater, grondwater of ander afvalwater; Afvloeiend hemelwater: term spreekt voor zich, geen wettelijke definitie, gerelateerd aan de zorgplicht op grond van artikel 3.5 van de Waterwet. Uit een uitspraak van de Raad van State (200704332/1, 18 juni 2008) blijkt dat het afstromend hemelwater - onafhankelijk van de vraag of, en in welke mate, dit water al dan niet verontreinigd is wordt aangemerkt als afvalstof; Grondwater: term spreekt voor zich, geen wettelijke definitie, gerelateerd aan de zorgplicht op grond van artikel 3.6 van de Waterwet. Het gaat om al het water dat zich in de ondergrond, in bodems en gesteenten bevindt.
1.3
Wettelijk kader
In het vGRP wordt rekening gehouden met diverse beleidskaders en afspraken, zowel op nationaal, regionaal als gemeentelijk niveau. Op nationaal niveau De twee belangrijkste nationale beleidskaders zijn het Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW 2011) en de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW). Het NBW heeft tot doel om partners in de watersector (gemeenten, waterschappen, Rijkswaterstaat, provincies en drinkwaterbedrijven) beter te laten samenwerken om op termijn in de afvalwaterketen een besparing van 360 miljoen per jaar te kunnen realiseren. In het vorige nationale bestuursakkoord (in 2003) zijn afspraken gemaakt over het op orde houden van het watersysteem en het aanpakken van de gevolgen van een veranderend klimaat. Deze afspraken blijven van kracht. De KRW is een Europese richtlijn die ervoor moet zorgen dat de kwaliteit van het oppervlaktewater in 2015 (met mogelijke uitloop van 2x6 jaar) op orde is. Het belangrijkste verschil met de wet- en regelgeving, zoals van kracht bij het voorgaande GRP, is de introductie van de nieuwe Wet verankering en bekostiging van gemeentelijke watertaken. Per 1 januari 2008 is deze wet in werking getreden. Met de wet worden de Gemeentewet, de Wet op de waterhuishouding (Ww) en de Wet milieubeheer (Wm) aangepast. Het hemelwater- en grondwaterbeleid wordt met deze wet verankerd in de regelgeving (zie Afbeelding 1: De drie zorgplichten voor stedelijk water).
Stedelijk afvalwater
Hemelwater
Grondwater
Afbeelding 1: De drie zorgplichten voor stedelijk water
Pagina 6
Volgens de nieuwe wetgeving is er voor de gemeente sprake van drie zorgplichten: De zorgplicht voor de inzameling en het transport van stedelijk afvalwater (Wm). De zorgplicht voor het afvloeiende hemelwater (Ww). De zorgplicht ter voorkoming van structureel nadelige gevolgen van het grondwater (Ww). Ten opzichte van het voorgaande GRP is ook de kostendekkingsystematiek veranderd, de activiteiten voor de hemel- en grondwaterzorgplichten kunnen nu ook worden gedekt door de rioolheffing. Ook de verplichting tot prestatievergelijking (benchmarking) is een fenomeen dat na het voorgaande GRP is geïntroduceerd. Op regionaal niveau Op regionaal niveau zijn er diverse partijen die een taak hebben in het (afval)watersysteem en waterbeheer waarmee de gemeente afstemming zoekt, o.a. bij de totstandkoming van dit vGRP. De gemeente neemt deze verantwoordelijkheid serieus en heeft in het verleden op diverse terreinen afspraken gemaakt met het waterschap en de provincie. Het waterschap is verantwoordelijk voor de waterkwaliteit, het regionale watersysteem (waterkwantiteit) en de waterveiligheid. Zij geeft lozingsvergunningen wanneer particulieren lozen op het oppervlaktewater. (b.v. IBA’s die lozen op oppervlaktewater). Op 9 maart 2011 hebben de gemeente en het waterschap een Waterakkoord Dalfsen gesloten. Dit is een vervanging en verdieping van de bestaande regeling tussen de gemeente en het waterschap uit 2002. In het Waterakkoord zijn bestuurlijke afspraken op 14 punten vastgelegd voor het (afval)watersysteem. Dat gemeente en het waterschap daadwerkelijk samenwerken blijkt uit de volgende aspecten: Op 21 mei 2007 heeft de gemeenteraad van Dalfsen een Waterplan vastgesteld: het waterplan is gezamenlijk opgesteld; In 2009 en 2010 is een Optimalisatiestudie van de Afvalwaterketen (OAS) uitgevoerd in Dalfsen, waar de gemeente en het waterschap gezamenlijk een invulling aan hebben gegeven; Momenteel werkt de gemeente Dalfsen met het waterschap aan een integraal Meetprogramma voor het (afval)watersysteem. Bij het opstellen van dit plan is rekening gehouden met het Waterbeheersplan 2010-2015 en de Stedelijke Wateropgave (2010) van het waterschap. De provincie Overijssel is verantwoordelijk voor de beleid- en besluitvorming omtrent grondwateronttrekking. Het beleid t.a.v. drinkwaterwingebieden is onder meer verwoord in het gebiedsdossier Vechterweerd. De provincie kan de gemeente een ontheffing van de zorgplicht voor inzamelen van afvalwater verlenen. In Dalfsen is dit momenteel het geval. De gemeente heeft een ontheffing tot 2015 van het inzamelen van stedelijk afvalwater voor delen van de gemeente. Perceelseigenaren moeten hier in een Individuele Behandeling Afvalwater (IBA) voorzien. Bovenstaand beleid komt tegemoet aan de wettelijke taakstelling voor een doelmatige inzameling van afvalwater.
Pagina 7
Op gemeentelijk niveau De gemeente is verantwoordelijk voor de inzameling en verwerking van afvalwater. Dit betreft zowel huishoudelijk afvalwater, bedrijfsafvalwater, overtollig hemelwater en grondwater. De gemeente realiseert en beheert hiervoor de infrastructuur voor inzameling, transport en waterberging in het stedelijk gebied. Hiervoor worden riolering, wadi’s en waterberging aangelegd. Het beleid hiervoor is beschreven in het GRP. Dit verbrede GRP is afgestemd op andere gemeentelijke beleidsplannen, zoals het Waterplan 20072016, het Rioolbeheerplan 2010-2015 en het Omgevingsprogramma 2011. Daarnaast is dit vGRP in lijn met de vastgestelde Subsidieverordening afkoppelen hemelwater (25 maart 2008) en Verordening afvoer hemelwater en grondwater (7 maart 2011). Meer achtergrond op wet- en regelgeving en beleid In bijlage 2 is een overzicht gegeven van de voor het stedelijke waterbeheer relevante wet- en regelgeving. In deze bijlage vindt u meer achtergronden van de diverse gemeentelijke beleidsplannen die recentelijk zijn opgesteld.
1.4
Procedure
Conform de Wet milieubeheer (zie kader) heeft bij de totstandkoming van dit vGRP overleg en afstemming plaatsgevonden met: Artikel 4.23 Wet milieubeheer De Gedeputeerde Staten van de Provincie Overijssel; 1. Het gemeentelijk rioleringsplan wordt voorbereid door burgemeester en wethouders. Zij betrekken bij de Het Waterschap Groot Salland; voorbereiding van het plan in ieder geval: De gemeentelijke raadscommissie van Dalfsen; a) gedeputeerde staten; b) de beheerders van de zuiveringstechnische De gemeentelijke organisatie van Dalfsen (interne werken waarnaar het ingezamelde afvalwater wordt getransporteerd; afstemming); c) de beheerders van het oppervlaktewater waarop De Plaatselijk Belang verenigingen in de gemeente het ingezamelde water wordt geloosd, en d) de inspecteur. Dalfsen. 2. Zodra het plan is vastgesteld, doen burgemeester en De provincie heeft een aanwijzingsbevoegdheid bij het wethouders hiervan mededeling door toezending aan de in het eerste lid, onder a tot en met c genoemde opstellen van het vGRP. Tegenstrijdigheden tussen het organen, en Onze Minister. vGRP en de provinciale plannen, zoals de Omgevingsvisie 3. Burgemeester en wethouders maken de vaststelling bekend in één of meer dag- of nieuwsbladen die in de en de Omgevingsverordening, kunnen aanleiding voor een gemeente verspreid worden. Hierbij geven zij aan op aanwijzing zijn in het vGRP. Overige partijen kunnen welke wijze kennis kan worden verkregen van de inhoud van het plan. advies geven bij het opstellen van dit plan. Deze adviezen zijn niet bindend.
1.5
Leeswijzer
Het volgende hoofdstuk (2) blikt terug op de vorige planperiode (2007-2011) en geeft aan in hoeverre de gemeente Dalfsen zijn gestelde doelen heeft bereikt. Hoofdstuk 3 beschrijft de huidige situatie en hoofdstuk 4 besteedt aandacht aan de ambities die de gemeenteraad en de Plaatselijk Belang verenigingen hebben t.a.v. de drie zorgplichten. Hoofdstukken (5 en 6) gaan in op de nieuwe doelen die de gemeente zich stelt en welke functionele eisen en maatregelen daarbij horen. Tot slot, behandelt hoofdstuk 7 de financiële aspecten en de personele bezetting die daarbij hoort. In bijlage 1 vindt u een toelichting op de gebruikte terminologie in dit vGRP.
Pagina 8
2.
Evaluatie
Dit hoofdstuk evalueert het stedelijke waterbeheer van de gemeente gedurende de planperiode 20072011. Dit doet zij aan de hand van het afgelopen GRP 2007-2011, het lopende Waterplan en de Benchmark Rioleringszorg.
2.1
Resultaten GRP 2007-2011
Onderstaande paragraaf gaat in op de maatregelen uitgevoerd in het kader van het GRP 2007-2011. De daaropvolgende paragraaf beschrijft in hoeverre door het uitvoeren van deze maatregelen de gestelde doelen uit het GRP 2007-2011 zijn bereikt. 2.1.1
Afbeelding 2: Vervanging van riolering in Nieuwleusen
Uitgevoerde maatregelen
Nieuwe aanleg en aansluitingen Er is nieuwe riolering gerealiseerd in het kader van de volgende bestemmingsplannen: Deel de Koele 2e fase (2010) Gerner Marke 2 (2007) Industrieterrein Parallelweg (2010) Muldersveld 2e fase (2009) Westerbouwlanden Noord 1e fase (2010) In het vorige GRP staat aangegeven dat de lozing van 45 percelen is gesaneerd, maar dat de lozingswijze onduidelijk is. Deze zijn in beeld gebracht. Onderzoek Alle geplande inventarisaties, studies en plannen in het GRP 2007-2011 zijn uitgevoerd of worden afgerond in 2011 (zie Tabel 1: Uitgevoerde inventarisaties, studies en plannen). Het opstellen van operationele jaarplannen is niet gebeurd in 2007 t/m 2010; voor 2011 is er wel een operationeel jaarplan beschikbaar. Aanvullend zijn er ad hoc-onderzoeken uitgevoerd naar foutaansluitingen en grondwaterproblematiek. Omschrijving - Actualiseren rioleringsbeheersysteem - Actualisatie verhard oppervlak (vlakkenkaart) - Onderzoek overlast overstort Ruitenborghweg - Onderzoek Hoonhorst en Lemelerveld - Opstellen afkoppelplan, Regenwaterstructuurplan - Actualisatie basisrioleringsplan Dalfsen - Optimalisatie Afvalwaterstudie (OAS) - Opstellen GRP 2012-2015 - Opstellen operationele plannen - Ad hoc-onderzoek (circa € 0,50 per inwoner)
Afgerond? Ja Ja Ja Ja In 2011 Ja Ja Ja In 2011 Ja
Tabel 1: Uitgevoerde inventarisaties, studies en plannen
In bijlage 2 staat een korte samenvatting van de uitkomsten van de verschillende studies die relevant zijn voor het opstellen van het huidige vGRP.
Pagina 9
Beheer en onderhoud Voor 2007 werd de riolering met een lage frequentie geïnspecteerd met een videocamera. De inspectiefrequentie is opgevoerd naar ca. 1 keer per 10 jaar in de planperiode 20072011. Voorafgaand aan de inspectie wordt de riolering gereinigd. De uitgevoerde inspecties in de afgelopen twee jaar toonden aan dat de vrijvervalriolering geen ernstige gebreken vertoont en de vervuilingsgraad laag is.
Renovatie en vervangingen In de planperiode van het GRP 2007-2011 zijn de volgende planmatige renovatie en vervangingswerkzaamheden uitgevoerd (zie Tabel 2: Uitgevoerde renovaties en vervangingen). In een deel van het Westerveen en Ruiterveen zijn de pompunits van de drukriolering gerenoveerd in 2010. Jaar van uitvoering 2007
Afbeelding 3: Werkzaamheden in rioolput
Details 0,5 km vrijvervalriool vervangen 0,8 km vrijvervalriool gerenoveerd
2008
0,8 km vrijvervalriool vervangen 0,6 km vrijvervalriool gerenoveerd
2009
0,4 km vrijvervalriool vervangen 1,5 km vrijvervalriool gerenoveerd
2010
0,5 km vrijvervalriool vervangen 34 pompunits E/M gerenoveerd
2011
0,6 km vrijvervalriool vervangen
Tabel 2: Uitgevoerde renovaties en vervangingen
Verbeteringsmaatregelen Van de voorgenomen verbeteringsmaatregelen zijn de meeste uitgevoerd of in uitvoering, maar een aantal ook niet (zie Tabel 3: Uitvoering verbeteringsmaatregelen). Omschrijving Verruiming riolering kern Dalfsen (Waterfront) Maatregelen basisinspanning Hoonhorst / Lemelerveld Afkoppelen verhard oppervlak (circa 3,5hectare 2008 tot 2016) Opstellen verordening stimuleringsbijdrage afkoppelen Meetprogramma riolering Neerslagmetingen via website Telemetrie rioolgemalen Maatregelen overlast overstort Ruitenborghweg
Afgerond? Gepland voor 2013 In uitvoering, 2011 In uitvoering 2008 In uitvoering, 2011 2008 In uitvoering, 2011 In uitvoering, 2012
Tabel 3: Uitvoering verbeteringsmaatregelen
Pagina 10
Het project Waterfront Dalfsen is nog niet in uitvoering, de verruiming van de riolering wordt gecombineerd uitgevoerd met dit project om overlast te beperken. De uitvoering is gepland in 2013. De maatregelen om te voldoen aan de basisinspanning n.a.v. het onderzoek in Hoonhorst en Lemelerveld zijn uitgevoerd in 2011. De gemeente voldoet aan de basisinspanning. Afbeelding 4: Realisatie infiltratiekratten in Hoonhorst
De maatregel om de overlast bij de overstort Ruitenborghweg op te lossen is in voorbereiding (is geen maatregel voor de basisinspanning). In 2008 is de subsidieverordening (stimuleringsbijdrage) afkoppelen hemelwater vastgesteld door de gemeenteraad van Dalfsen. Het afkoppelen van verhard oppervlak loopt op schema. De verwachting is dat de gemeente al in 2012 (i.p.v. 2016) de gewenste 3,5 hectare heeft afgekoppeld. Het integrale meetplan 2011-2015 van het waterschap en de gemeente is momenteel in voorbereiding. Dit is een herziening van het meetplan 2008-2009. Binnen dit herziene meetplan zal bij 34 gemalen, bij 19 overstorten en op 2 plaatsen in het stelsel gemeten worden. Daarnaast is op 1 locatie een neerslagstation ingericht. In 2011 is er een grondwatermeetnet gerealiseerd. In de diverse kernen van de gemeente worden nu periodiek de grondwaterstanden gemeten. Communicatie De gemeente Dalfsen heeft sinds 2009 een waterloket op haar website. Hier kan men meer informatie over water en riolering vinden. Het waterloket heeft naast de internetpagina een telefoonnummer en emailadres voor vragen, opmerkingen of klachten. De meldingen worden nog niet centraal geregistreerd en geëvalueerd. Financiën & personele middelen Vanaf 1 januari 2008 is de kostendekkingsystematiek veranderd in Nederland: gemeenten hebben de mogelijkheid gekregen om de kosten voor de hemel- en grondwaterzorgplichten onderdeel uit te laten maken van de rioolheffing en eventueel twee aparte heffingen in te stellen. De gemeente Dalfsen heeft één heffing voor de totale kosten van de zorgplichten. De rioolheffing in 2011 is € 121,80 per jaar voor ieder zelfstandig te gebruiken eigendom. Dit is een relatief lage heffing t.o.v. de rest van Nederland. De rioolheffing is kostendekkend over de lange termijn (60 jaar). De heffing is niet afhankelijk van het waterverbruik of de WOZ waarde van het desbetreffende perceel. Ook is er geen korting op de rioolheffing voor huishoudens/bedrijven die regenwater apart opvangen of water voorzuiveren. De gemeente heeft de afgelopen planperiode meer investeringen gepland dan daadwerkelijk uitgevoerd (zie Tabel 4: Overzicht van de inkomsten en uitgaven in de afgelopen jaren). Investeringen zijn doorgeschoven. De bestemmingsreserve van € 2.799.178,- op 1 januari 2007 is gegroeid tot € 4.205.887,- op 1 januari 2011. Dit terwijl bij autonome groei (dus bij de geplande tariefstijging en investeringsmaatregelen) de bestemmingsreserve op € 3.136.145,- zou eindigen op 1 januari 2011. Een bedrag van €1.069.742,- bestemd voor investeringen is derhalve (nog) niet besteed. Om de geplande maatregelen alsnog te kunnen uitvoeren is het van belang deze reserve te blijven reserveren voor stedelijk waterbeheer. Overwogen kan worden deze egalisatievoorziening nu om te zetten naar een spaarvoorziening.
Pagina 11
De personele bezetting van de gemeente Dalfsen op het gebied van de rioleringszorg is laag in vergelijking met andere gemeenten in Nederland van vergelijkbare grootte. Op basis van kengetallen uit de Leidraad Riolering voor de afgelopen planperiode is een bezetting van 2,6 FTE rioleringszorg en 1,0 FTE water gewenst bij maximale uitbesteding. De huidige bezetting rioleringszorg is ca. 2,1 FTE, en er is 1,0 FTE beschikbaar voor watermanagement. De gemeente besteedt (bewust) niet maximaal uit. Binnen de beschikbare FTE’s worden nog veel taken zelf uitgevoerd. 2007
2008
2009
2010
2011 prog
111,80
115,15
119,15
121,80
121,80
1.046.000
1.098.000
1.153.000
1.196.000
1.180.000
Operationele kosten
308.000
420.000
469.000
511.000
522.000
Kapitaallasten
368.000
378.000
411.000
422.000
735.000
Rioolheffing
Heffingsinkomsten
Dotaties - voorziening
335.000
255.000
222.000
220.000
137.000
Totale Kosten
1.011.000
1.053.000
1.102.000
1.153.000
1.394.000
Investeringen
445.000
371.000
290.000
740.000
705.000
Investeringen gepland
562.500
1.270.000
847.000
792.000
882.500
Dotaties gepland 61.291 36.089 29.462 34.024 Tabel 4: Overzicht van de inkomsten en uitgaven in de afgelopen jaren (bedragen in euro’s)
58.259
2.1.2
Bereikte doelen
Op basis van het overzicht van uitgevoerde maatregelen in 2007 – 2011 volgt hieronder een evaluatie over in hoeverre de gestelde doelen in het vorig GRP zijn bereikt (zie Tabel 5: Evaluatie van gestelde doelen in GRP 2007-2011). De precieze gestelde doelen en functionele eisen zijn terug te vinden in bijlage 3 van het GRP 2007-2011. Doel 1. Inzameling afvalwater 2. Inzameling hemelwater
Score + +/-
Toelichting Alle percelen aangesloten; ongewenste lozingen op riolering niet gemonitord Hemelwaterafvoer is geregeld; wel plasvorming bij kolken
3. Transport naar lozingspunt
-
Uit berekeningen BRP volgt dat water-opstraat te veel voorkomt en er zijn ook regelmatig meldingen.
4. Voorkomen ongewenste emissies
+
Basisinspanning in 2012 voltooid en waterkwaliteitsspoor is opgestart
5. Voorkomen overlast omgeving
6. Effectief rioleringsbeheer
+/-
Gemaalstoringen komen voor en stankoverlast treedt op; uitvoeringsoverlast is minimaal
+
Basisvoorwaarden voor effectief beheer zijn gerealiseerd: winst kan nog behaald worden op duurzaamheid en registratie van storingen en klachten.
Tabel 5: Evaluatie van gestelde doelen in GRP 2007-2011
Doel 1: Inzameling geproduceerd afvalwater Doel 1 is behaald. Alle percelen zijn aangesloten op de riolering of op een IBA. De objecten zijn over het algemeen in een voldoende goede staat. Er vindt geen monitoring plaats naar ongewenste lozingen op de riolering. Wel vinden er af en toe gerichte controles plaats op mogelijke foutaansluitingen.
Pagina 12
Doel 2: Inzameling hemelwater dat niet mag worden gebruikt voor de lokale waterhuishouding De gemeente is goed op weg t.a.v. doel 2. Alle percelen zijn aangesloten op de riolering of infiltreren het hemelwater lokaal. De staat van de objecten is voldoende. Plasvorming bij kolken komt nog wel voor, o.a. door verstoppingen door bladval. Doel 3: Faciliteren van transport ingezameld water naar lozingspunt Op doel 3 scoort de gemeente matig. Uit modelberekeningen volgt dat in de gemeente veel water-opstraat optreedt. Meldingen van burgers komen voor. Doel 4: Ongewenste emissies naar oppervlaktewater en bodem (incl. grondwater) voorkomen De gemeente voldoet aan de basisinspanning. Om het resterende overstortende water af te stemmen op de ontvangende watergang wordt gezamenlijk met het waterschap invulling gegeven aan het waterkwaliteitspoor en de KRW. Bovenop de basisinspanning koppelt de gemeente al jaren lokaal gebieden af om zo invulling te geven aan het waterkwaliteitsspoor en de KRW. De gemeente is dus goed op weg ten aanzien van doel 4. Het is nog onduidelijk hoe groot de waterkwaliteitsproblematiek precies is. Met het waterschap is een Quick scan uitgevoerd waarmee een indicatie is verkregen van de kwaliteit van het oppervlaktewater binnen de gemeente. De gemeente heeft nog geen volledig inzicht in ongewenste lozingen, aangezien er geen monitoring plaats vindt. Er is wel toezicht op de handhaving van lozingsvergunningen. Doel 5: Zorgen dat geen overlast voor de omgeving optreedt Op het gebied van doel 5 kan de gemeente Dalfsen nog vooruitgang boeken. Er treden gemaalstoringen op en er komen stankklachten voor. De gemeente heeft geen inzicht in de omvang van deze klachten omdat registratie niet plaatsvindt. De gemeente scoort goed op het voorkomen van overlast tijdens uitvoeringswerkzaamheden. Afbeelding 5: Sluiten van Waterakkoord tussen gemeente en waterschap Doel 6: Creëren van voorwaarden voor effectief rioleringsbeheer Rioleringsbeheer is over het algemeen effectief georganiseerd. Er vindt afstemming plaats met het waterschap (zie Afbeelding 5: Sluiten van Waterakkoord tussen gemeente en waterschap) en andere interne afdelingen (o.a. financiën, RO, openbare werken). De communicatie met de wijkteams kan nog beter. De communicatie met de provincie Overijssel is minimaal, maar voldoende voor het huidige rioleringsbeleid. Vergunningen worden gehandhaafd, maar niet systematisch gecontroleerd. Het rioleringsbestand is op orde en jaarlijks wordt ca. 10% van de riolering geïnspecteerd. De minimale duurzaamheidseisen van AgentschapNL worden nageleefd en duurzame materialen worden ingekocht. Daar waar mogelijk wordt de openbare ruimte duurzaam ingericht. Op het vlak van duurzaamheid kunnen nog grotere stappen worden gezet: bijvoorbeeld uitbreiding areaal aan gescheiden riolering, meer ruimte voor infiltreren hemelwater, invoering alternatieve sanitatie en thermische energiewinning en -besparing. Meldingen door burgers worden afgehandeld, maar niet centraal geregistreerd en geëvalueerd.
2.2
Tussenevaluatie waterplan
Het waterplan 2007-2016 van de gemeente is vastgesteld op 21 mei 2007 door de gemeenteraad. In dit plan staan een groot aantal maatregelen die in het kader van het GRP 2007-2011 zijn uitgevoerd en een aantal die nog moeten worden uitgevoerd in de nieuwe planperiode 2012-2015.
Pagina 13
Het gaat om een aantal maatregelen vallend onder thema “Ruimte voor Water”, “Schoon Water” en “Waterorganisatie en communicatie”. Deze aspecten zijn reeds benoemd onder Uitgevoerde maatregelen (paragraaf 2.1.1). In bijlage 3 is in een overzicht terug te vinden welke maatregelen wel en niet zijn uitgevoerd in het kader van het vGRP.
2.3
Resultaten benchmark rioleringszorg
De belangrijkste uitkomst van de vergelijking van de gemeente Dalfsen met andere Nederlandse gemeenten in 2010, is dat in de gemeente Dalfsen de rioolheffing lager dan gemiddeld in Nederland is. Genoemde oorzaken in de Benchmark Rioleringszorg 2010 zijn: Er is de afgelopen jaren (2006-2010) relatief weinig geïnvesteerd; De beheerkosten van de riolering zijn relatief laag. Uit het rapport komt naar voren dat de gemeente Dalfsen in toenemende mate aandacht besteedt aan het voorkomen van wateroverlast en aan milieu- en waterkwaliteitsdoelstellingen.
2.4
Conclusie
In de afgelopen 5 jaar zijn er grote stappen gemaakt met het op orde krijgen van de rioleringsbeheergegevens en het inspecteren van de riolering. Ook heeft de gemeente zich aan de onderzoeks- en uitvoeringsplanning weten te houden. Er wordt op gelijkwaardige en professionele wijze met het waterschap samengewerkt. Uit de Benchmark Rioleringszorg blijkt dat de gemeente een relatief lage rioolheffing heeft. Op 4 aspecten zou de gemeente nog significante vooruitgang kunnen boeken: Monitoring klachten en gemaalstoringen Verlagen frequentie water–op–straat Waarborgen goede oppervlaktewaterkwaliteit Duurzamere rioleringszorg en duurzaam stedelijk waterbeheer De volgende maatregelen dient de gemeente deze planperiode alsnog uit te voeren: Verruiming van de riolering in de kern Dalfsen Verder afkoppelen van verhard oppervlak Maatregelen aan overstort Ruitenborghweg Verdere uitvoering van maatregelen uit het meetprogramma
Pagina 14
3
Huidige situatie
Het opstellen van nieuwe doelen en maatregelen (aan de hand van gestelde ambities) vraagt om de huidige toestand van de riolering en het stedelijk water goed in beeld te hebben. In dit hoofdstuk wordt de huidige situatie van de drie zorgplichten in de gemeente beschreven. De gemeente heeft een operationeel geautomatiseerd rioolbeheersysteem GBI, wat ervoor zorgt dat het rioolbeheer systematisch kan worden uitgevoerd. Met behulp van het beheersysteem zijn de lijsten van objectgegevens vervaardigd, die in dit hoofdstuk zijn verwerkt.
3.1
Afvalwater
Gemeente Dalfsen bestaat uit 22 bemalingsgebieden, 2 bemalingsgebieden zijn voorzien van een gescheiden stelsel, 8 bemalingsgebieden van een verbeterd gescheiden stelsel en 12 bemalingsgebieden hebben een gemengd rioolstelsel. Deze verschillende bemalingsgebieden kennen allen lozingspunten. De in de gemeente aanwezige voorzieningen voor de inzameling en het transport van stedelijk afvalwater zoals bedoeld in artikel 10.33 van de Wet milieubeheer staan beschreven in het verbreed Basisrioleringsplan (vBRP) van 2010. In bijlage 4 is de lijst met lozingslocaties uit het vBRP nader uitgewerkt en aangevuld. Het afvalwaterbeleid in de gemeente is gericht op het aansluiten van alle percelen op een voorziening en het voorkomen van ongezuiverde lozingen in het buitengebied naar bodem of oppervlaktewater. Om dit te realiseren heeft de gemeente vrijvervalriolering en mechanische riolering aangelegd voor ca. 9.975 percelen (zie de details in Tabel 6: Gegevens afvalwatersysteem gemeente Dalfsen). Het afvalwater wordt naar de rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI ’s) van het waterschap afgevoerd. Het betreft hier de RWZI Dalfsen en RWZI Raalte. Systeem
Type
Omvang
Vrijvervalriolering
Gemengd riool
92,0 km
Overstortputten (gemengd)
27 stuks
Vuilwaterriool
32,6 km
Hemelwaterriool
22,0 km
Overstortputten (verbeterd gescheiden)
12 stuks
Infiltratieriool
14,1 km
Inspectieputten
3.612 stuks
Drukriolering
66,5 km
Rioolgemalen
34 stuks
Pompunits drukriolering
297 stuks
Mechanische riolering
Tabel 6: Gegevens afvalwatersysteem gemeente Dalfsen
Pagina 15
De oudste riolering dateert uit 1938. De leeftijdsopbouw van de riolering is als volgt (Figuur 1: Leeftijdsopbouw riolering gemeente Dalfsen):
45 40 35
lengte [m1 ]
30 25 20 15 10 5 0 o ud er d an 1 95 0
19 50 - 1 96 0
1 96 0-1 97 0
19 70 -19 80
1 98 0-1 99 0
1 99 0- 20 00
2 00 0- nu
Aanle gja ar Figuur 1: Leeftijdsopbouw riolering gemeente Dalfsen
Gemalen krijgen 2 keer per jaar een onderhoudsbeurt en de enige randvoorziening in de gemeente 1 keer per jaar. Pompunits voor drukriolering worden jaarlijks onderhouden. Persleidingen worden niet gereinigd en geïnspecteerd. Cyclisch onderhoud wordt gepland op basis van aanlegjaar. De vrijvervalriolering wordt gemiddeld eens in de 10 jaar gereinigd en kolken worden 2 keer per jaar gereinigd. Van de vrijvervalriolering wordt jaarlijks circa 10% geïnspecteerd. Op 13 locaties wordt gemeten (waterpeil) aan de riolering. Het aantal locaties wordt nog uitgebreid. Op 34 locaties wordt gemeten aan de gemeentelijke rioolgemalen. Het beheer van de overstortmeters wordt uitgevoerd door het waterschap. De gemeente heeft het eigendom. De gemeente kent 1.855 percelen die niet zijn aangesloten op vrijverval- of drukriolering volgens het beheerbestand. Voor 1.585 percelen is ontheffing van de zorgplicht aangevraagd bij Provincie Overijssel tot 2015. Voor 270 percelen (1.855 minus 1.585) geldt wel een zorgplicht, maar de bewoners hebben een eigen voorziening aangelegd. Van de 1.855 percelen zonder riolering lozen 1.271 via een IBA in de bodem, 353 via een IBA op het oppervlaktewater en 231 percelen lozen op een actieve gierkelder. De overige percelen in het buitengebied zijn aangesloten op (druk)riolering.
3.2
Hemelwater
Bij nieuwbouw en vervanging van riolering wordt tegenwoordig gescheiden riolering toegepast. In totaal heeft de gemeente 22 km aan hemelwaterriool en 14,1 km infiltratieriool (zie Tabel 6: Gegevens afvalwatersysteem gemeente Dalfsen) om hemelwater op te vangen. De in de gemeente aanwezige voorzieningen voor de inzameling en verdere verwerking van afvloeiend hemelwater als bedoeld in artikel 3.5 van de Waterwet staan beschreven in het verbreed Basisrioleringsplan (vBRP) van 2010. In bijlage 4 is de lijst met lozingslocaties uit het vBRP nader uitgewerkt en aangevuld. Het streven is om zoveel mogelijk een bovengrondse oplossing te vinden voor het verzamelde hemelwater in de vorm van een wadi of retentievijver. Dit is in overeenstemming met het Waterplan en het Regenwaterstructuurplan.
Pagina 16 Afbeelding 6: Regenwaterkolk
De gemeente stimuleert burgers om verhard (tuin- en dak)oppervlak af te koppelen, dit betekent een reductie in de belasting van de RWZI en levert een gunstige bijdrage op voor de emissies vanuit de riolering op oppervlaktewater (waterkwaliteitsspoor) en de frequentie van water op straat. Hiervoor zijn een tweetal verordeningen opgesteld: Subsidieverordening afkoppelen hemelwater (25 maart 2008) en Verordening afvoer hemelwater en grondwater (7 maart 2011). In het kader van het waterkwaliteitsspoor en/of de KRW (Europese kaderrichtlijn Water) wordt samen met het waterschap nieuw beleid opgesteld. De bouwverordening van de gemeente schrijft voor dat hemelwaterbuffering verplicht is. Het hemelwater moet – na buffering – worden geïnfiltreerd in de bodem en/of worden afgevoerd naar oppervlaktewater (volgens de bekende volgorde vasthouden – bergen – afvoeren). De verwachte uitbreiding in areaal is 182 eenheden per jaar in deze planperiode (2012-2015). Na deze planperiode is de verwachting dat de uitbreiding 135 eenheden/jaar zal zijn.
3.3
Grondwater
De gemeente heeft nog geen vastgesteld grondwaterbeleid. Het is ook onvoldoende bekend hoeveel drainageleidingen en welke overige drainagevoorzieningen er aanwezig zijn binnen de gemeente. Er komen wel af en toe meldingen binnen met betrekking tot grondwateroverlast. De omvang van deze grondwaterproblematiek is niet geheel bekend. Om meer inzicht te krijgen in de actuele grondwaterstanden heeft de gemeente het initiatief genomen tot het inrichten van een grondwatermeetnet. Dit meetnet is in 2011 gerealiseerd en bevat totaal 39 meetlocaties. Het waterschap verzorgt voor de gemeente het beheer van de meetlocaties. De gemeente heeft het eigendom.
Pagina 17
4.
Ambities
Het is in Nederlandse gemeentes steeds gebruikelijker om tijdens het opstellen van een vGRP de betrokken belanghebbenden en besluitvormers in een vroegtijdig stadium te consulteren. Dit om te voorkomen dat het door het ambtelijk apparaat voorbereide plan niet aansluit bij de ambities, eisen, verwachtingen en wensen van de gemeenteraad en andere adviesgevende betrokken partijen (waterschap, provincie en lokale vertegenwoordigers). Dit hoofdstuk verwoordt de gekozen ambitierichting voor het verbrede Gemeentelijke Rioleringsplan (vGRP) van 2012 t/m 2015. Het hoofdstuk beschrijft eerst de voorgelegde ambities en vervolgens het gekozen ambitieniveau na consultatie van de raadscommissie, de vertegenwoordigers van Plaatselijk Belang verenigingen en het waterschap.
4.1
Ambitieniveaus
De ambitie geeft richting aan het beleid dat in het vGRP wordt verwoord en bepaalt mede de hoogte van de rioolheffing. Hoe hoger de ambities, hoe meer maatregelen worden begroot, des te hoger het tarief. De volgende ambitieniveaus zijn onderscheiden: Ambitieniveau “Reactief” (1). Ambitieniveau “Spaarzaam en betrouwbaar” (2). Ambitieniveau “Duurzaam en vooruitstrevend” (3). Een uitwerking en overzicht wat de verschillende ambities betekenen voor de zorgplichten stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater volgt hieronder. Ambitieniveau “REACTIEF” Dit ambitieniveau kenmerkt zich door het net voldoen aan de wettelijke verplichtingen die voortkomen uit de zorgplichten stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater. Dit geeft een minimale invulling van de nieuwe zorgplichten, waardoor er geen of nauwelijks ruimte is om projecten betreffende deze plichten structureel op te pakken. Daarnaast leidt dit tot een ad hoc-benadering van de rioleringszorg. Er wordt reactief ingegrepen na signalering van klachten en/of overlast. Dit kan leiden tot een toename van spoedeisende werkzaamheden, waardoor de investeringskosten hoger zijn dan gemiddeld. Het tempo van de rioleringsvervanging houdt geen gelijke tred met het tempo waarin de riolering destijds is aangelegd. De riolen worden zo lang mogelijk benut, maar met kans op instorten. De onontkoombare vervangingspiek stuwt de rioolheffing op enig moment fors omhoog (zeker bij gebrek aan een voorziening). Er wordt ingeteerd op de kwaliteit van de riolering. Bovendien legt het spoedeisende karakter bij calamiteiten een zware claim op de bereikbaarheid. Bij dit ambitieniveau wordt ook nauwelijks werk met werk gemaakt. De kans neemt toe dat binnen enkele jaren dezelfde straat meer dan één keer moet worden opgebroken. Ambitieniveau “SPAARZAAM EN BETROUWBAAR” Gestreefd wordt om de verbeteringsmaatregelen gelijke tred te laten houden met de vervangingsmaatregelen. Er wordt voldaan aan de wettelijke verplichtingen (basisinspanning en waterkwaliteitsspoor), beperking van de kans water op straat bij hevige neerslag en er wordt ingespeeld op de nieuwe zorgplichten voor hemel- en grondwater. Dit geeft een gemiddelde invulling van de nieuwe zorgplichten, waardoor er ruimte is om projecten betreffende deze plichten structureel op te pakken. De komende planperiode wordt benut om “geen spijt”-maatregelen te bepalen in het kader van onder andere klimaatveranderingen en nieuw beleid voor hemel- en grondwater. Er wordt afstemming gezocht met het waterschap om gezamenlijk te komen tot een geoptimaliseerd maatregelenpakket (voor riolering, zuivering en watersysteem). Op verantwoorde wijze wordt afvoerend oppervlak van de riolering afgekoppeld, maar er is relatief weinig aandacht voor het verhogen van de belevingswaarde van stedelijk water. Nieuwbouw vindt hydrologisch neutraal plaats en levert daardoor geen extra belasting voor het omringende systeem (zowel kwantitatief als kwalitatief).
Pagina 18
Daar waar haalbaar worden bij nieuwbouw en vervangingen dubbele riolen aangelegd (één voor de afvoer van vuilwater en één voor de afvoer van “schoon” (hemel)water). Richting de burgers wordt een (grond)waterloket ingericht en periodieke berichtgeving in een weekkrant en op de gemeentelijke webpagina wordt opgezet. De basis voor het treffen van verbeteringsmaatregelen is een goed inzicht in het daadwerkelijk functioneren van de riolering en het hemel- en grondwatersystemen. Hiervoor worden praktijkmetingen verricht en geanalyseerd. Ambitieniveau “DUURZAAM EN VOORUITSTREVEND” Dit ambitieniveau kenmerkt zich door een anticiperende houding. Onderzoek en informatie-inwinning door langdurige monitoring van afval-, hemel- en grondwater liggen ten grondslag aan het opstellen en concretiseren van beleid. Water drukt een belangrijk stempel op de inrichting van de openbare ruimte. Er worden voor de burger aantrekkelijke centrale vijverpartijen aangelegd/heringericht voor de opvang van hemelwater waarmee zowel de grondwaterstand wordt gereguleerd als overtollig water wordt gebufferd. Ook wordt de openbare ruimte zodanig ingericht dat extreme neerslaghoeveelheden bovengronds worden afgeleid naar plaatsen waar het water geen kwaad kan (plantsoenen, bermen en dergelijke). Hierbij wordt rekening gehouden met verwachte ontwikkelingen door klimaatveranderingen. Voor de (bestaande) zorgplicht voor het stedelijk afvalwater wordt een wijkgerichte aanpak voorgesteld. Voor de nieuwe zorgplichten voor hemel- en grondwater wordt op een hoger niveau ingespeeld door meer voortvarend te werk te gaan. Er worden, op basis van werk met werk maken, rioolwerkzaamheden uitgevoerd door omliggende straten mee te nemen in de rioleringsvervangingcyclus. Door deze bredere aanpak wordt tempo gemaakt, waarbij soms niet kan worden voorkomen dat riolen vroegtijdig worden vervangen. Het voordeel van een dergelijke aanpak is dat de piek in rioleringsvervanging wordt gespreid in de tijd en dat de frequentie voor overlast voor de burger wordt verminderd door omliggende straten mee te nemen.
4.2
Gekozen ambitieniveau
Op basis van de uitgevoerde consultatie wordt het vGRP 2012-2015 opgesteld met als uitgangspunt het ambitieniveau “Spaarzaam en betrouwbaar”. Enkele elementen binnen deze uitwerking zullen het ambitieniveau “Duurzaam en vooruitstrevend” krijgen, zoals afkoppelen, meten & monitoring, effectief rioleringsbeheer, duurzame onkruidbestrijding, actieve communicatie met de burgers, het waterloket en mogelijk de rioolheffingsgrondslag. Het aspect ‘riolering in het buitengebied’ zal bewust reactief worden ingestoken vanwege de grootste inspanningen in het verleden. Het vertrekpunt van het gekozen ambitieniveau is de ‘eigen verantwoordelijkheid’ van de burger, daar waar het kan. Concreet betekent dit dat wanneer de fysieke omstandigheden het toelaten de burger (middels een verordening) verplicht kan worden de verantwoordelijkheid voor de zorgplicht van gronden hemelwater op zich te nemen. De gemeente heeft hierbij een passieve ondersteunende rol ten aanzien van advies en eventuele financiële bijdrage. Onder deze noemer ‘eigen verantwoordelijkheid’ zal er een onderscheid worden gemaakt tussen de stedelijk omgeving en het buitengebied en tussen bestaande bouw en nieuwbouw, voor zowel hemelwater als grondwater. Met het uitgangspunt ‘eigen verantwoordelijkheid’ hoopt de gemeente de kosten binnen de perken te houden, het bewustzijn van de burger te vergroten en tegelijkertijd stappen te maken richting een “duurzaam en vooruitstrevend” ambitieniveau. Het algehele ambitieniveau is dus te bestempelen als “spaarzaam en betrouwbaar daar waar het moet en vooruitstrevend daar waar het (eenvoudig) kan”, het zogenoemde 2+ ambitieniveau. Zie bijlage 5 voor de precieze, geselecteerde ambities binnen de ambitiematrix.
Pagina 19
5.
Doelen, functionele eisen, maatstaven en meetmethoden
Op basis van de huidige situatie, de evaluatie van de vorige planperiode en het gekozen ambitieniveau beschrijft dit hoofdstuk de doelen voor de gemeente voor de planperiode 2012-2015. Om te kunnen toetsen of elk doel uiteindelijk bereikt wordt, gebruiken we de DoFeMaMe (Doelen, Functionele eisen, Maatstaven en Meetmethoden) systematiek (zie Figuur 2: Toelichting op de DoFeMaMe systematiek). Voor dit vGRP stellen we dus bij elk doel een DoFeMaMe op. doelen
Gewenste toestand (Wat wil men bereiken?) “tijdloos” lange termijn
functionele eisen
en uniform
Vertaling van doelen in systeemeisen (Hoe moet het systeem zich gedragen?)
maatstaven
meetmethoden
Getalsmatige precisering
Specificatie van methoden in verband
Locatiegebonden
van functionele eisen
met vastlegging maatstaf
veranderlijk in tijd
• Theoretisch gedrag
Specificatie rekenmodel
• Werkelijk gedrag
Specificatie waarnemingen
Figuur 2: Toelichting op de DoFeMaMe systematiek
5.1
Doel 1
Het inzamelen van het geproduceerde afvalwater en overtollig hemel- en grondwater naar een geschikt lozingspunt. Binnen de gemeente wordt al het geproduceerde afvalwater momenteel ingezameld (zie ook hfd. 2 Evaluatie). Uiteraard blijft het een doel van de gemeente om ook nieuwbouwwijken, nieuwe bedrijven(terreinen) en nieuwe panden en percelen te blijven aansluiten op de riolering of een IBA. Daarnaast is de gemeente ook verantwoordelijk voor het ontvangen transporteren en bergen van overtollig hemel- en grondwater. Na berging wordt dit water via een lozingspunt gecontroleerd afgevoerd naar het landelijk gebied. Nr 1a
1b
Functionele eisen Alle percelen binnen de gemeente waar afvalwater vrijkomt moeten zijn voorzien van een aansluiting op de riolering uitgezonderd specifieke situaties waarbij lokale behandeling doelmatiger is. Alle nieuwbouw op percelen binnen de gemeente waar overtollig hemel- en/of grondwater aanwezig is, moet voorzien zijn van een voorziening om dit overtollig hemelwater te ontvangen en verwerken wanneer dit fysiek mogelijk is.
Maatstaven Alle percelen zijn voorzien van een aansluiting op de riolering, een IBA of een actieve gierkelder.
Meetmethoden Registratie van alle percelen en de wijze waarop afvalwater geloosd wordt.
Alle nieuwbouw op percelen binnen de gemeente moet voorzien zijn van een ontvangstvoorziening die het overtollig hemel- en/of grondwater verwerkt. Hierbij geldt een verplichte berging van 20mm op eigen terrein bij nieuwbouw.
Registratie van alle percelen en de wijze waarop hemel- en grondwater verwerkt wordt. Controle eigen waterberging via de aanvraag aansluiting riolering.
Bij bestaande bouw wordt de subsidieverordening (stimuleringsbijdrage) afkoppelen hemelwater ingezet. Daarnaast dient de gemeente voldoende ruimte in zijn stedelijk gebied kennen om overtollig hemel- en grondwater te kunnen bergen/af te voeren.
Afspraken met waterbeheerder over de maximale lozingscapaciteit vanuit stedelijk gebied naar landelijk gebied.
Pagina 20
Nr 1c
Functionele eisen De riolering moet bij droog weer al het aangeboden afvalwater naar een RWZI afvoeren.
1d
Het functioneren van de RWZI’s mag niet verstoord worden.
5.2
Maatstaven Uitgaande van een maximum afvoer van 12 liter/uur/inwoner en bedrijfsafvalwaterlozingen mag (bij voorkeur) de DWA-vulling in het gemengd rioolstelsel niet meer bedragen dan 20-30%, en in het vuilwaterstelsel van een gescheiden stelsel niet meer dan 50%. Afspraken over de afnameverplichting van de waterbeheerder voortvloeiend uit de gezamenlijke waterakkoorden.
Meetmethoden Hydraulische berekeningen, meten & monitoring.
Conform Waterakkoord en Stedelijke Wateropgave Meten, jaarlijks evalueren
Doel 2
Het (afval)watersysteem en het beheer hiervan moet doelmatig, duurzaam en robuust zijn. Het (afval)watersysteem van de gemeente Dalfsen functioneert conform de richtlijnen. De gemeente moet dit effectieve systeem in stand houden en moet kunnen anticiperen op toekomstige ontwikkelingen, zoals klimaatverandering en toename van woningen. Nr 2a
Functionele eisen Objecten moeten in goede staat zijn
2b
Er is inzicht in de toestand van het (afval)watersysteem (om gerichter beheer en onderhoud te plegen)
2c
2d
2
e
2f
Er is inzicht in het functioneren van het (afval)watersysteem (om gerichter te kunnen investeren)
Bij renovaties of nieuwe aanleg zijn doelmatigheid, robuustheid en duurzaamheid het uitgangspunt. Hierbij geldt dat een duurzame inrichting van de openbare ruimte met voldoende ruimte voor overtollig water het uitgangspunt is. Voor overtollig water geldt de trits vasthoudenbergen-afvoeren, waarbij bovengronds de voorkeur geniet boven ondergronds. Het ontwerp van, investeringen in en beheer & onderhoud aan het (afval)watersysteem moet zo goed mogelijk worden afgestemd met andere gemeentelijke afdelingen, het waterschap en de provincie. Wanneer duurzame en milieuvriendelijke alternatieven beschikbaar zijn, moeten deze overwogen worden, en daar waar ze doelmatig of verplicht zijn, worden toegepast.
Maatstaven Ingrijpmaatstaven voor waterdichtheid en stabiliteit mogen niet voorkomen Directe toegankelijkheid en beschikbaarheid van alle rioleringsgegevens. Revisiegegevens van alle objecten zijn aanwezig. Jaarlijkse inspectie van ca. 10% van de riolering. Inspectie van overige riolerings- en infiltratieobjecten conform maatstaven Leidraad Riolering. Registratie van klachten en meldingen van burgers Meten en monitoren aan overstorten, gemalen en op andere nuttige locaties in het systeem; Registratie van klachten en meldingen van burgers; Algehele en gerichte veldobservaties/ onderzoeken; Herberekening van riolering elke 10 jaar. Gebruik maken van beschikbare rapportages, het beheersysteem en evt. vooronderzoek. Rekening houdend met klimaatscenario’s en andere ontwikkelingen. Bij nieuwe situaties moet voor de inrichting van de openbare ruimte uitgegaan worden van een berging van T=100+10% binnen de waterhuishoudkundige voorzieningen en geen overlast (zie § 5.4) bij T=250+10%. Overleggen op regelmatige basis; Gezamenlijke voordelen in kaart brengen.
Duurzaam Inkopen volgens Agentschap NL richtlijnen; Haalbaarheid duurzame toepassingen bij elke grote investering calculeren/ afwegen; Bij inrichtingsplannen ruimte creëren voor waterbeleving en recreatie, waar mogelijk en van toepassing.
Meetmethoden Conform NEN-EN 3398 Up-to-date beheerssysteem
Revisietekeningen van alle objecten Inspectierapportages Inspectierapportages Beheerbestand met klachten en meldingen Meetplan, regelmatige dataanalyse, rapportages Analyses van klachten en meldingen Onderzoeksrapportages Berekeningen, rapportages Onderbouwingsnotities Kosten-batenanalyse
Notities en akkoorden met gezamenlijke afspraken
Inkoopbeleid- en nota’s Haalbaarheidsstudies inclusief kosten-baten analyse Inrichtingsplannen
Pagina 21
5.3
Doel 3
Het afvalwatersysteem moet natuurlijke systemen (o.a. oppervlaktewater en bodem) niet verstoren in hun functioneren Het afvalwatersysteem is direct (b.v. via overstorten) en indirect (b.v. via lekkages) verbonden met zijn (natuurlijke) omgeving. Het moet uiteraard niet zo zijn dat het afvalwatersysteem een sterk vervuilende bron wordt van het oppervlaktewater of de bodem of overlast oplevert in een zo dusdanig mate dat er sprake is van een bodem- of waterkwaliteitsprobleem. Het streven moet zijn om de bodem- en waterkwaliteit te verbeteren. Nr 3a
Functionele eisen Riolen en andere objecten dienen in hoge mate waterdicht te zijn, zodanig dat de hoeveelheid intredend grondwater (lekwater) en weglekkend rioolwater in de bodem beperkt blijft.
3b
De vuiluitworp door overstortingen op oppervlaktewater dient afgestemd te zijn (met de waterbeheerder).
3c
Geen ongewenste lozingen op het afvalwatersysteem.
3d
De afstroming dient gewaarborgd te zijn.
5.4
Maatstaven Het lekverlies bij afpersen conform de Standaard 2005 RAW-bepalingen mag niet meer zijn dan als aangegeven in de Standaard 2005; Ingrijpmaatstaven voor waterdichtheid mogen niet voorkomen. De vuiluitworp mag de doelstelling voor de oppervlaktewaterkwaliteit niet in gevaar brengen.
Er dienen geen ernstige overtredingen te zijn van de lozingsvoorwaarden. Zo min mogelijk rioolvreemd water afvoeren naar de RWZI. Ingrijpmaatstaven voor afstroming mogen niet voorkomen.
Meetmethoden Conform Standaard 2005 RAW; Conform NEN-EN 3398.
Berekenings- en beoordelingsmethode conform basisinspanning, waterkwaliteitsspoor, de Kaderrichtlijn Water en de Stedelijke Wateropgave. Controle, handhaving en registratie Inventarisatie foutaansluitingen.
Conform NEN-EN 3398.
Doel 4
Overlast en schade moet worden voorkomen en hinder moet worden beperkt tot een acceptabel niveau Het afvalwatersysteem van de gemeente functioneert conform de ontwerpeisen. Functioneren conform de ontwerpeisen betekent niet dat er geen schade, overlast of hinder kan optreden door b.v. rioleringswerkzaamheden of beperkte afvoer overtollig hemel- of grondwater. Om dit doel concreet te kunnen uitwerken in functionele eisen is het van belang te definiëren wat onder (water)overlast en hinder wordt verstaan. Dat wordt hieronder verwoord voor afval- en hemelwater en voor grondwater. Afval- en hemelwater De afvoercapaciteit van rioolstelsels is en blijft beperkt, waardoor water op straat tijdens hevige neerslag onvermijdelijk is. (Regen)water op straat bij zeer zware buien is zelfs een van de ontwerpcriteria bij regenwaterstelsels. De gemeente verstaat onder afval- en hemelwater overlast wanneer: puur afvalwater (als gevolg van een storing of calamiteit) op straat staat en/of huizen of gebouwen instroomt; afvalwater afkomstig uit een gemengd rioolstelsel langer dan 4 uur op straat staat; water via de straat huizen of gebouwen instroomt; afvalwater overloopt uit toiletten; water verkeersaders en doorgaande (ontsluitings)wegen en tunnels gedurende meer dan 2 uur blokkeert; water langer dan 4 uur hinder oplevert voor het verkeer (gemotoriseerd, fietsers en voetgangers); (afval)water dat afkomstig is uit het rioleringssysteem langer dan 4 uur in een tuin staat.
Pagina 22
De gemeente Dalfsen spreekt van acceptabele regen- en afvalwaterhinder wanneer: water tijdelijk op openbaar gebied (wegen en groen) geborgen wordt; achterpaden of tuinen kortstondig onder water staan; verkeersaders en doorgaande (ontsluitings)wegen incidenteel kortstondig ontoegankelijk zijn; water minder dan 4 uur achtereenvolgens hinder oplevert voor het verkeer; Hinder en overlast kunnen leiden tot schade wanneer dit meerdere uren aanhoudt (zie tijdseenheden bij overlast). Grondwater Overlast/hinder ten aanzien van grondwater wordt vaak gerelateerd aan de begrippen ontwateringsdiepte en drooglegging. Hieronder zijn deze begrippen toegelicht.
Figuur 3: Toelichting op ontwateringsdiepte en drooglegging
De gemeente hanteert voor nieuw bebouwd gebied een minimale drooglegging voor woningen van 1,20 meter. Daarnaast moet de inrichting van het watersysteem afgestemd worden op een ontwateringsdiepte afhankelijk van de functie. Voor woningen met kruipruimte geldt een ontwateringsdiepte van minimaal 0,70 meter. Bij kruipruimteloos bouwen kan een kleinere drooglegging toegepast worden. De gemeente Dalfsen spreekt van structurele grondwateroverlast indien: de ontwateringsdiepte gedurende méér dan 4 weken per jaar ononderbroken minder dan 0,70 m bedraagt én; als men daar aantoonbaar overlast van ondervindt. In bovengenoemde situaties zal de gemeente onderzoek verrichten naar de oorzaak en mogelijke oplossingen. Indien de overlast voor de inwoner ontstaan is als gevolg van (eigen) bouwactiviteiten (zoals een te laag bouwpeil, te diepe kruipruimte, niet waterdichte kelder, enz.) of de te treffen maatregel niet doelmatig is of tot de zorg van het waterschap en provincie behoort is het niet primair een taak van de gemeente Dalfsen om voor oplossingen te zorgen (eigen verantwoordelijkheid particulier). De gemeente zal wel een coördinerende rol op zich nemen. Iedere inwoner kan met meldingen en klachten over (de) grondwater(stand) bij het waterloket van de gemeente terecht. Calamiteiten zoals extreme neerslag en zeer hoge waterstanden in oppervlaktewater (bijvoorbeeld Rivier de Vecht) kunnen leiden tot een tijdelijk hogere grondwaterstand. De gebruiksfunctie wordt daardoor tijdelijk verminderd, maar dat betekent niet dat deze ook op de langere termijn wordt aangetast. Een zeker (normaal maatschappelijk) risico wordt bij de perceeleigenaar gelegd.
Pagina 23
De gemeente Dalfsen spreekt van acceptabele grondwaterhinder indien: niet aan alle twee de voorwaarden van grondwateroverlast wordt voldaan; er sprake is van een ontwateringsdiepte die tijdelijk minder dan 0,70 m bedraagt door een sterke, tijdelijke stijging in het oppervlaktewater (de hierboven beschreven extreme situatie). Met deze definities in gedachten stelt de gemeente de volgende functionele eisen aan doel 4: Nr 4a
Functionele eisen De bedrijfszekerheid van de gemalen en andere objecten dient in voldoende mate gewaarborgd te zijn.
4b
De stabiliteit van de riolen moet zodanig gewaarborgd zijn dat instortingen niet voorkomen. De afstroming over het wegprofiel en de instroming in riolen via de kolken moet ongehinderd plaats kunnen vinden. Het (afval)watersysteem en de inrichting van de openbare ruimte moeten dusdanig zijn dat er geen (afval-, hemel- en grond-)water overlast optreedt en hinder wordt beperkt. Er mag geen overlast door stank optreden.
4c
4d
4e
4f
5.5
Hinder tijdens werkzaamheden aan het (afval)watersysteem moet beperkt blijven.
Maatstaven Hinder als gevolg van storing aan een gemaal dient minder dan 3 keer per jaar voor te komen. Deze hinder dient binnen 12 uur te zijn verholpen. Gemalen moeten van een adequate storingsmelder zijn voorzien. Ingrijpmaatstaven voor stabiliteit mogen niet voorkomen.
Meetmethoden Registratie van opgetreden storingen. Registratie van opgetreden storingen en klachten en meldingen.
De voorkeur moet geven worden aan open verharding. Plasvorming bij kolken moet beperkt zijn. Geen water op straat bij neerslaggebeurtenis 08 uit de leidraad riolering, tenzij de hinder beperkt blijft en niet leidt tot schade aan constructies en of gebouwen.
Ontwerp- en revisietekeningen; Reinigingsrapportages, waarnemingen, meldingen en klachten Hydraulische berekeningen volgens Leidraad Riolering- module C2100, waarnemingen, meldingen en klachten, meten & monitoring en handhaving & controle.
De riolering dient zodanig te worden ont- en belucht dat overlast door stank wordt voorkomen. Er moet afstemming zijn met werkzaamheden van andere gemeentelijke afdelingen en nutsbedrijven; Bereikbaarheid zoveel mogelijk handhaven.
Registratie van klachten met betrekking tot stank.
Ontwerp- en revisietekeningen Conform NEN-EN 3398
Procedures voor afstemming, regelmatig overleg Verkeersomleidingsplan, registratie klachten en meldingen
Doel 5
Het (afval)watersysteem en zijn beheer moet transparant, eerlijk en professioneel zijn. Naast dat het rioleringssysteem naar behoren moet functioneren en er sprake moet zijn van effectief onderhoud & beheer, is het essentieel dat de bewoners van de gemeente op de hoogte zijn van de activiteiten, regels, regelingen en werkzaamheden op het gebied van water & riolering. Dit zorgt voor meer transparantie en verhoogt het waterbewustzijn van de burger, waardoor deze eerder zal meewerken aan en participeren in de activiteiten van de gemeente. Nr 5a
Functionele eisen De bewoners van de gemeente dienen bekend te zijn met de activiteiten en werkzaamheden rondom het (afval)watersysteem en zijn beheer. De bewoners van de gemeente dienen bekend te zijn met de wetgeving op het gebied van lozingsbesluiten en verordeningen.
Maatstaven Op regelmatige basis worden persberichten, folders en websiteupdates gemaakt.
Meetmethoden Registreren van persberichten, publicaties en websiteberichten.
Op regelmatige basis worden persberichten, folders en websiteupdates gemaakt. Controle op naleving.
Registratie van persberichten, publicaties en websiteberichten.
5c
Er moet een klantvriendelijke benadering worden nagestreefd.
5d
Iedereen die gebruik maakt van de riolering is verplicht hieraan mee te betalen. Getracht wordt de lasten eerlijk te verdelen.
Binnengekomen klachten en meldingen worden binnen 5 werkdagen afgehandeld. Alle gebruikers betalen rioolheffing. Waar mogelijk en doelmatig betaalt de vervuiler. Onderscheid maken tussen particulieren en bedrijven en tussen bebouwde kom en buitengebied
5b
Inspectierapportages en inventarisatie foutaansluitingen Registratie van klachten en meldingen plus wijze van afhandeling. Perceelregistratie. Registratie grootverbruikers en hun rioolvoorzieningen.
Pagina 24
5.6
Doel 6
Continuïteit van (afval)watersysteem en zijn beheer moeten worden nagestreefd. Conform de evaluatie is het afvalwatersysteem van de gemeente in goede staat. Dit moet ook in de toekomst zo blijven. Daarom moet nu ingespeeld worden op huidige en toekomstige ontwikkelingen, zoals klimaatsverandering en vergrijzing van de samenleving. Nr 6a
Functionele eisen De gemeenteambtenaren moeten voldoende inzicht hebben in de toestand en het functioneren van het afvalwatersysteem om in te spelen op toekomstige ontwikkelingen en om beslissingen te kunnen nemen.
Maatstaven Er is voldoende kennis in huis bij de gemeente. Voldoende bezetting op het gebied van afvalwater. Voortgang van de uitvoering van de maatregelen uit het vGRP.
6b
De gemeente kent een lange termijn visie voor alle aspecten op het gebied van afvalwater. Bij het eventueel (tijdelijk) wegvallen van personeel of middelen blijft het systeem naar behoren functioneren.
Lange termijn visie is onderdeel van elk plan op gemeentelijk of regionaal niveau. De aanwezige kennis wordt goed gedeeld onder de verantwoordelijke ambtenaren en er wordt op basis van projectmatig werken gefunctioneerd. Personeelsbeleid is op orde.
6c
Noodvoorzieningen zijn aanwezig voor belangrijk rioleringsobjecten.
Meetmethoden Gezonde verhouding tussen uitbesteden en zelf organiseren, ten minste minimale FTE’s bij de gemeente (conform kengetallen Leidraad Riolering). Jaarlijkse evaluatie voortgang vGRP. Het vGRP, het rioolbeheerplan, waterplan, regenwaterstructuurplan, meetplan, communicatieplan. Regelmatige kennisuitwisseling, bijeenkomsten. Audits t.a.v. projectmatig werken Openstaande vacatures worden binnen 3 maanden ingevuld. Ontwerp- en revisietekeningen van rioleringsobjecten.
Pagina 25
6. Maatregelen In het vorige hoofdstuk zijn een zestal doelen verwoord over de gewenste situatie voor het (afval)watersysteem op basis van het gestelde ambitieniveau. Om deze doelen te behalen is het noodzakelijk een aantal (aanvullende) maatregelen te treffen. De maatregelen zijn in te delen in vijf groepen: Onderzoek en planvorming: inventarisaties, plannen, studies of evaluaties om nader te onderzoeken of getroffen maatregelen effectief zijn en/of welke maatregelen nog doelmatiger zijn om de gestelde doelen te behalen; Beheer en onderhoud: maatregelen om adequaat en doelmatig beheer & onderhoud te realiseren van bestaande objecten om blijvend aan de gestelde doelen en eisen te voldoen; Renovatie / vervanging: maatregelen om bestaande objecten die niet meer voldoen aan gestelde doelen en eisen te renoveren of te vervangen; Verbeteringsmaatregelen: maatregelen om de toestand van het (afval)watersysteem te optimaliseren om aan de gestelde doelen en eisen te voldoen; Communicatie: maatregelen om de afstemming met externe partijen en gebruikers te verbeteren voor een doelmatiger waterbeheer. Het omvat onder andere de richtlijnen in de vorm van verordeningen voor nieuwe aanleg en het informeren van de bewoners. Bij de beschrijving van de maatregelen wordt tevens een verwijzing gemaakt naar het doel (de doelen) waaraan de maatregel bijdraagt.
6.1
Onderzoek en planvorming
De gemeente wil verscheidene inventarisaties en studies doen om de in het verleden getroffen maatregelen te evalueren en te komen tot nieuwe doelmatiger en/of duurzamer maatregelen. Daartoe zijn ook plannen nodig om deze vervolgens uit te voeren. Voor het doen van dit onderzoek heeft zij in bepaalde gevallen speciale software of apparatuur nodig of/en het advies van een externe partij. Hiervoor worden kosten begroot in het vGRP. Hieronder staan de geplande onderzoeksmatige maatregelen benoemd.
Inventarisaties In het geautomatiseerde rioolbeheersysteem GBI worden de details van de objecten van het (afval)watersysteem bijgehouden. De gegevensvastlegging en -verwerking vindt plaats volgens een vastgestelde procedure. Het systeem wordt regelmatig aangevuld en actueel gehouden. Regelmatige actualisatie vindt plaats om te voldoen aan doel 2b en 6a. Hiervoor wordt jaarlijks een budget gereserveerd van € 20.000,-. De gemeente krijgt regelmatig via meldingen en klachten van gebruikers of via externe partijen bericht om een “knelpunt” aan het (afval)watersysteem te inventariseren en op te lossen. Voor dit ad hoconderzoek wordt jaarlijks € 12.500,- begroot. Plannen en evaluaties De gemeente kent een aantal plannen om gericht en doelmatig maatregelen te monitoren, te evalueren en/of te plannen. Het gaat om dit vGRP 2011-2015; het Basisrioleringsplan (BRP) 2010; het Rioolbeheerplan 2011-2016; het Meetplan 2011-2015; het Waterplan 2007-2016. Deze plannen worden opgesteld om te voldoen aan doel 2c t/m f en doel 6b en c. Deze plannen dienen regelmatig geëvalueerd en geactualiseerd te worden. Hiervoor is een budget van ca. € 105.000,- gereserveerd.
Pagina 26
Aan deze planmatige cyclus wordt een Communicatieplan toegevoegd. Dit plan wordt mede samen met het waterschap opgesteld volgens uitgangspunten uit het waterakkoord en verwoordt de wijze van communicatie met gebruikers, externe partijen en pers. Het behandelt o.a. de wijze van registratie en de omgang met meldingen en klachten, de inrichting van het waterloket, de frequentie en wijze van berichtgeving in publicatiemateriaal, het type en de frequentie van buurtbijeenkomsten en andere communicatiemiddelen met de burgers en de omgang met pers. Dit plan wordt opgesteld op basis van het advies in het vBRP en om te voldoen aan doel 5 a, b en c. Voor het opstellen van dit plan is € 10.000,- gereserveerd. Voor de uitvoering van het plan is mogelijk extra capaciteit noodzakelijk vanuit de afdeling Communicatie. Aangezien deze inzet uit een ander budget moet worden gerealiseerd, is deze niet begroot in dit vGRP. De gemeente gaat gezamenlijk met het waterschap een Incidentenplan opstellen voor incidenten, calamiteiten en noodsituaties, b.v. een onverwachte, gevaarlijke lozing op de Vecht of de plotseling instorting van een riolering. Aangezien dit plan momenteel in Gezamenlijk Afvalwaterbeheer West Overijssel (GAWO) verband vormgegeven wordt, worden er geen uitgaven voor begroot in dit vGRP. Om nog beter grip te krijgen op uitvoering van maatregelen gaat de gemeente jaarlijks de (uitvoerings)plannen evalueren en op basis daarvan een operationeel jaarprogramma opstellen. Dit om te voldoen aan doel 6a en b. Hiervoor wordt jaarlijks € 5.000,- begroot. Sommige maatregelen zijn van dusdanig aard dat zij om een individuele en gedetailleerde evaluatie vragen. Aangezien de aanleg van IBA’s een grote investering is geweest gaat de gemeente het functioneren en het beheer apart en gedetailleerd evalueren. Dit met doel 2d in het achterhoofd. Hiervoor is € 20.000,- begroot.
Studies Studies zijn onderzoeken (vaak eenmalig) naar maatregelen om het functioneren of het beheer van het (afval)watersysteem te optimaliseren of naar innovaties bij nieuwe aanleg. In het kader van dit vGRP gaat de gemeente onderzoek doen voor een zevental onderwerpen. 1. Heffingsgrondslag van de jaarlijkse rioolheffing. De huidige rioolheffing kent geen differentiatie tussen klein- en grootverbruikers of tussen personen die maatregelen treffen op hun terrein voor duurzamer beheer en hen die dit niet doen. De vraag is of een eerlijker verdeling van de rioolheffing op basis van “de vervuiler betaalt” mogelijk en doelmatig is. Dit wordt nader onderzocht. Dit om te voldoen aan doel 5d. Hiervoor is € 10.000,- begroot. 2. Heffing tijdelijke lozingen. De gemeente wil in de toekomst een heffing invoeren voor tijdelijke lozingen op de riolering, met als doel de alternatieve lozingswijzen te stimuleren. De gewenste hoogte van deze heffing en de manier van heffen gaat de gemeente onderzoeken. Het gaat hierbij om lozingen op de riolering van bijvoorbeeld: Bronneringswater: het gaat soms om grote hoeveelheden grondwater die voor een enorme belasting op de riolering en de zuivering zorgen. koude/warmte-opslagsystemen: relatief grote hoeveelheden water die vrijkomen bij de aanleg en jaarlijkse spoeling van (open systeem) koude/warmte-opslagsystemen wordt vaak geloosd op de riolering. Dit om te voldoen aan doel 3b en c. Hiervoor is € 10.000,- begroot. 3. Klimaatbestendigheid – Waterlandschap. Het klimaat in Nederland is aan het veranderen. Wat gebeurt er bij een extreme bui? Het vBRP 2010 laat zien dat de gemeente mogelijk een groot aantal water-op-straat situaties kent bij hevige stortbuien. Op basis van de aanbevelingen in het vBRP wil de gemeente de waterstromen over het oppervlak bij een extreme bui in kaart brengen met behulp van een 3-D modellering, een zogenaamd Waterlandschap. Dit om te voldoen aan doel 2d en f. Hiervoor is € 10.000,- begroot.
Pagina 27
4. Waterkwaliteitsspoor. Om de waterkwaliteit verder te verbeteren gaat de gemeente gezamenlijk met het waterschap een waterkwaliteitsspoor verder ontwikkelen. Dit om te voldoen aan doel 3. Hiervoor is jaarlijks € 3.000,- begroot. Nu al koppelt de gemeente verhard oppervlak af om invulling te geven aan het waterkwaliteitsspoor. 5. Haalbaarheid van duurzame toepassingen. De markt ontwikkelt allerlei duurzame toepassingen op het gebied van riolering, zuivering en waterbeheer, te denken o.a. valt aan winning van energie uit afvalwater, gescheiden sanitatie, milieuvriendelijkere materialen en energiebesparende pompen. De gemeente heeft de ambitie om vooruitstrevend te zijn daar waar het kan en betaalbaar is. De gemeente gaat onderzoeken op onderdelen gezamenlijk met het waterschap welke toepassingen haalbaar en effectief zijn voor het (afval)watersysteem. Dit om te voldoen aan doel 2d en f. Hiervoor is € 15.000,- begroot. 6. Onderzoeksuitwerking meetnet. De gemeente heeft op verschillende punten in haar (afval)watersysteem (bij gemalen, overstorten, etc.) meetlocaties. De vraag is in hoeverre deze praktijkmetingen overeenkomen met de uitkomsten van het theoretische model. Op basis van de aanbevelingen in het vBRP gaat de gemeente jaarlijks 5.000,- reserveren om theorie te vergelijken met praktijk en te komen tot gezamenlijk met het waterschap optimalisaties van het (afval)watersysteem. Dit om te voldoen aan doel 1c, 2c, 3c en 4a. 7. Optimalisatie Afvalwater Systeem studie (OAS). Het is van belang de afvalwaterstromen uit de riolering zo goed mogelijk af te stemmen op de capaciteit van de RWZI’s. Voor de afstemming en optimalisatie onderzoek met het waterschap gaat de gemeente jaarlijks € 3.000,- reserveren. Dit om te voldoen aan doel 1c, 2e en g, 3b en c en 4a. Resumé Hieronder volgt een overzicht van alle onderzoeken voor de planperiode 2012-2015 inclusief het verwachte uitvoeringsjaar en de begrote kosten (exclusief BTW) hiervoor (Tabel 7: Overzicht onderzoek planperiode 2012-2015). Omschrijving
Jaar
Kosten
Actualiseren rioleringsbeheersysteem
jaarlijks
€ 20.000,-
Ad-hoc onderzoek
jaarlijks
€ 12.500,-
Inventarisatie
Plannen en evaluaties Actualisatie vGRP
2015
€ 20.000,-
Actualisatie Basisrioleringsplan (BRP)
2014
€ 30.000,-
Actualisatie Rioolbeheerplan
2014
€ 20.000,-
Actualisatie Meetplan
2015
€ 20.000,-
Actualisatie Waterplan/akkoord
2015
€ 15.000,-
Communicatieplan
2012
€ 10.000,-
Evaluatie IBA’s
2014
€ 20.000,-
Jaarprogramma’s
jaarlijks
€
Studie Grondslag rioolheffing en heffingswijze
2014
€ 10.000,-
Studie heffing tijdelijke Lozing
2012
€ 10.000,-
Studie Klimaatbestendigheid - Waterlandschap
2012
€ 10.000,-
5.000,-
Studies
Studie Waterkwaliteitsspoor - KRW
jaarlijks
€
Studie Haalbaarheid duurzame toepassingen
2013
€ 15.000,-
3.000,-
Studie Meetnet onderzoeksuitwerking
jaarlijks
€
5.000,-
Studie Optimalisatie afvalwatersysteem Tabel 7: Overzicht onderzoek planperiode 2012-2015
jaarlijks
€
3.000,-
Pagina 28
6.2
Beheer & onderhoud
De huidige staat van de objecten is voldoende en de vervuilingsgraad is laag. De huidige aanpak van het beheer en onderhoud van de verschillende rioleringsobjecten (zie ook hoofdstuk 3) blijft daarom gehandhaafd. Dit past binnen de ambitie om spaarzaam om te gaan met de kosten van de rioleringszorg. Hiermee voldoet de gemeente aan doel 2b t/m d en 3a. De kosten (exclusief inzet van eigen personeel en BTW), op basis van het Rioolbeheerplan 20112016, zijn begroot als volgt (Tabel 8: Overzicht beheer en onderhoudskosten planperiode 2011-2015): Omschrijving
Jaar
Kosten
Reinigen en inspecteren vrijvervalriolering
jaarlijks
€ 73.050,-
Reinigen van kolken
jaarlijks
€ 63.000,-
Onderhoud hoofdgemalen
jaarlijks
€ 76.725,-
Onderhoud pompunits drukriolering
jaarlijks
€ 50.320,-
Straatreiniging
jaarlijks
€ 20.000,-
Electriciteit
jaarlijks
€ 64.750,-
Telefoonkosten
jaarlijks
€
2.740,-
WION
jaarlijks
€
8.000,-
Beheer meetapparatuur
jaarlijks
€
5.000,-
Neerslaggegevens
jaarlijks
€
1.250,-
Tabel 8: Overzicht beheer en onderhoudskosten planperiode 2011-2015
Er wordt geen onderhoud gepleegd aan de pers- en drukleidingen. De IBA’s heeft de gemeente niet in eigen beheer. Voor deze twee posten zijn dus geen kosten begroot. Binnen de exploitatiekosten wordt €-18.000,- in mindering gebracht voor de inzet van eigen personeel.
6.3
Renovatie / vervanging
Het huidige rioolstelsel heeft geen oneindige levensduur. Om kwalitatieve redenen zullen alle onderdelen van de riolering (putten, buizen, gemalen, persleidingen, e.d.) na verloop van tijd vervangen moeten worden. Ook de geplande nog aan te leggen voorzieningen dienen op termijn gerenoveerd c.q. vervangen te worden. Dit past binnen de ambitie om spaarzaam om te gaan met het afvalwatersysteem. Renovatie en vervanging vindt plaats om te voldoen aan doel 1a, 2a en 4b. Vervanging of renovatie van de riolering vindt onder andere plaats op basis van onderzoek en toetsing aan landelijke richtlijnen. Indien aangetoond is dat vervanging of renovatie noodzakelijk geworden is dan worden de maatregelen opgenomen in het Rioolbeheerplan en uitgevoerd. De kosten voor vervanging en renovatie verschillen (sterk) van jaar tot jaar. Hieronder volgt een overzicht van de begrote kosten (exclusief BTW) voor de gehele planperiode 2012-2015, afkomstig uit het Rioolbeheerplan 2011-2016 (Tabel 9: Overzicht renovatie- en vervangingskosten planperiode 2012-2015). Omschrijving Kosten totaal Vrijvervalriolering € 1.199.174,Hoofdgemalen € 417.000,Drukriolering en persleidingen € 16.215,Tabel 9: Overzicht renovatie- en vervangingskosten planperiode 2012-2015
Er zijn geen vervangingsinvesteringen noodzakelijk tussen 2012 en 2016 aan de randvoorzieningen.
Pagina 29
In totaal gaat het om een bedrag van € 1.632.389,- voor de planperiode 2012-2015. Bij de vervanging en renovatie van vrijvervalriolering is rekening gehouden met de volgende posten: Analyseren van het waterpeil Herstellen inlaten Repareren levensduur (relinen) Verwijderen obstakels
6.4
Verbeteringsmaatregelen
Voor het beter functioneren en beheren van het (afval)watersysteem zijn een aantal verbeteringsmaatregelen opgenomen. Een aantal maatregelen vloeit voort uit de evaluatie en/of zijn nog niet uitgevoerd. Een aantal maatregelen komt uit het BRP en een aantal maatregelen is voorzien op basis van de geplande studies. De verbeteringsmaatregelen worden ingezet ten behoeve van doel 3 en 4. Verruiming riolering kern Dalfsen Voor de kern Dalfsen wordt ter hoogte van het gemeentehuis de riolering verruimd (zie Afbeelding 7: Herontwikkeling Waterfront Dalfsen). Dit om de afstroming te verbeteren. Deze maatregel wordt ingezet ten behoeve van doel 1c, 2d, 3d en 4d. Dit stond gepland voor 2009 in het GRP 2007-2011; het zal alsnog uitgevoerd worden in 2013. De begrote kosten hiervoor zijn € 25.000,- en reeds gereserveerd.
Afbeelding 7: Herontwikkeling Waterfront Dalfsen
Maatregelen water overlast / kwaliteit In het waterplan is opgenomen om circa 3,5 hectare in de periode 2008 tot en met 2015 (gemiddeld 0,5 hectare per jaar) af te koppelen. Dit sluit aan bij de duurzame en vooruitstrevende ambitie ten aanzien van het hemelwater. Deze maatregel wordt ingezet ten behoeve van doel 1b, 2d, 2f, 3b, 3c, 4d en 6b.
In het GRP 2007 - 2011 is jaarlijks € 125.000,- gereserveerd voor het afkoppelen van verhard oppervlak. Voor de komende planperiode is er € 200.000,- per jaar begroot voor maatregelen om wateroverlast (door klimaatverandering) te verminderen en/of de waterkwaliteit van het oppervlaktewater te verbeteren (Waterkwaliteitspoor – KRW). In het budget is ook het stimuleringsbudget (afkoppelen) voor particulieren inbegrepen. Een andere maatregel, voldoen aan de zorgplicht grondwater in het kader van de Integrale Waterwet wordt meegenomen in lopende projecten en niet apart op kosten gezet. Opzetten registratie van storingen en klachten Klachten, meldingen en storingen die bij de gemeente binnenkomen worden momenteel niet of beperkt geregistreerd, gestructureerd behandeld en geëvalueerd. In deze planperiode wordt een systeem opgezet om op een gestructureerde manier met klachten, meldingen en storingen om te gaan. Dit ten behoeve van doel 2b, 2c, 4a, 4c, 4d, 4e, 4f en 5c. Voor deze maatregel is € 5.000,begroot. Gemalen beheerprogramma Er is een start gemaakt met gemalenbeheerprogramma in 2011. Het doel van dit programma is het beheer van gemalen te optimaliseren. Dit programma draagt bij aan doel 2a, 4a en 6b. Om deze verder te ontwikkelen is € 7.500,- begroot.
Pagina 30
Optimalisatieprogramma voor de reiniging van kolken Op het moment is de volgorde van straat vegen, kolken reiniging en onkruidbestrijding in de gemeente niet logisch. De afstemming tussen de verschillende gemeenteafdelingen kan beter en een gezamenlijk programma om zo optimaal en kostenefficiënt onderhoud te plegen aan de openbare ruimte wordt opgestart. Dit programma draagt bij aan de volgende doelen: 2e en 4c. De kosten hiervan zijn begroot op € 7.500,-. Modellering van het afvalwatersysteem Voor rioleringsberekeningen is de gemeente momenteel geheel afhankelijk van externe bureaus. In de toekomst wil zij zelf kleine en eenvoudige berekeningen kunnen doen. Hiervoor gaat zij samen met 1 tot 3 andere gemeenten samenwerken om een licentie aan te schaffen voor het rekenprogramma InfoWorks. Dit moet het doel intern voldoende kennis te hebben en behouden van het (afval)watersysteem, doel 6a en 6c. Hiervoor is € 15.000,- gereserveerd. Resumé Hieronder volgt een totaal overzicht van alle verbeteringsmaatregelen voor de planperiode 2012-2015 inclusief het verwachte uitvoeringsjaar en de begrote kosten (exclusief BTW) hiervoor (Tabel 10: Overzicht verbeteringsmaatregelen planperiode 2012-2015) Omschrijving
Jaar
Verruiming riolering kern Dalfsen (reeds gereserveerd) Maatregelen wateroverlast / waterkwaliteit
2013 jaarlijks
Opzetten registratie van storingen en klachten
2012
Kosten €
25.000,-
€ 200.000,€
5.000,-
Gemalen beheerprogramma
2012
€
7.500,-
Optimalisatieprogramma voor de reiniging van kolken
2012
€
7.500,-
Modellering van het afvalwatersysteem
2013
€
15.000,-
Tabel 10: Overzicht verbeteringsmaatregelen planperiode 2012-2015
6.5
Communicatie
Tot slot, kent de gemeente nog een aantal maatregelen om de afstemming met externe partijen en gebruikers te verbeteren voor een doelmatiger waterbeheer. Het omvat onder andere de richtlijnen in de vorm van verordeningen voor nieuwe aanleg en het informeren van de bewoners. Nieuwe aanleg Bij nieuwbouw wordt riolering aangelegd wanneer dit niet aanwezig is, om te voldoen aan doel 1a en 1b. Het beleid is om het hemelwater niet meer op de vuilwaterriolering aan te sluiten. Het hemelwater moet – na buffering – worden geïnfiltreerd in de bodem en/of worden afgevoerd naar oppervlaktewater (volgens de bekende trits vasthouden-bergen-afvoeren). Bij aanvragen voor incidentele bebouwing wordt per geval nagegaan of de afvoer van het afvalwater op een milieuhygiënische wijze plaatsvindt. Bij voorgenomen nieuwbouw in een gebied waar geen riolering aanwezig is, en dit ook niet wordt aangelegd, wordt de aanvrager gewezen op zijn plicht te beschikken over een watervergunning bij lozing (via een IBA) op oppervlaktewater, of een vergunning in het kader van de Wet bodembescherming in geval van lozing (via een IBA) in de bodem. In deze gevallen wordt tevens de vergunning- of ontheffingverlenende instantie geïnformeerd. Voor bovenstaande zaken is het van belang om de volgende partijen vroegtijdig te informeren: Initiatiefnemer; Vergunningverlenende instantie; Toekomstige bewoners.
Pagina 31
Voor deze communicatie wordt geen extra budget gereserveerd, omdat deze taken worden gefinancierd uit de exploitatie. Communicatie met gebruikers/bewoners en externen Op basis van het op te stellen communicatieplan (begroot onder onderzoek, hfd 6.1) worden communicatieve maatregelen uitgevoerd. Deze maatregelen zijn in dit vGRP als P.M. post begroot en hangen sterk af van de invulling van het communicatieplan. Er dient onderscheid te worden gemaakt in de verschillende doelgroepen, zoals waterpartners, bewoners (kernen en buitengebied) en bedrijven. Een van de communicatiemaatregelen met externen is de samenwerking in de afvalwaterketen. Opstellen grondwaterbeleid of –verordening Op basis van de grondwatermetingen en klachtenregistratie, stelt de gemeente eventueel grondwaterbeleid in een later stadium vast. In dit vGRP is reeds de definitie van structurele grondwateroverlast vastgelegd en geeft de gemeente aan wat de rol van particulieren en van de gemeente is. Daarnaast is beschreven wat de gemeente verstaat onder een doelmatige aanpak van overlast. De resultaten uit de grondwatermetingen en het aantal klachten kan leiden tot (definitie) wijzigingen, waardoor de gemeente er expliciet voor kiest definitieve beleid te verankeren. Zowel over de inhoud van dit vGRP als over toekomstig aangepast grondwaterbeleid dient communicatie plaats te vinden met onder andere de gebruikers. Eventuele aanpassing van het beleid is afhankelijk van de meetresultaten en aantal en soort klachten. Het is dus onzeker of dit daadwerkelijk uitgevoerd gaat worden. Er zijn daarom geen kosten voor geraamd.
6.6
Resumé
In tabel op de volgende bladzijde (Tabel 11: Overzicht van alle maatregelen en de begrote kosten) zijn de maatregelen beschreven en per jaar op kosten gezet.
Pagina 32
Maatregel
2012
2013
2014
2015
Onderzoek en planvorming Actualiseren rioleringsbeheersysteem
€
20.000
€
20.000
€
20.000
€
20.000
Ad-hoc onderzoek
€
12.500
€
12.500
€
12.500
€
12.500
€
20.000
Actualisatie Meetplan
€
20.000
Actualisatie Waterplan/akkoord
€
10.000
€
5.000
Actualisatie vGRP Actualisatie Basisrioleringsplan (BRP)
€
30.000
Actualisatie Rioolbeheerplan
€
20.000
Communicatieplan Incidentenplan
€
15.000
€
5.000
P.M.
Evaluatie IBA’s
€
Jaarprogramma’s
€
5.000
Studie Grondslag rioolheffing en heffingswijze
20.000
€
5.000
€
10.000
€
3.000
€
3.000
Studie Lozing bronneringswater
€
10.000
Studie Klimaatbestendigheid - Waterlandschap
€
10.000
Studie Waterkwaliteitsspoor - KRW
€
3.000
€
3.000
€
15.000
Studie Meetnet onderzoeksuitwerking
€
5.000
€
5.000
€
5.000
€
5.000
Studie Optimalisatie afvalwatersysteem
€
3.000
€
3.000
€
3.000
€
3.000
Reinigen en inspecteren vrijvervalriolering
€
73.050
€
73.050
€
73.050
€
73.050
Reinigen van kolken
€
63.000
€
63.000
€
63.000
€
63.000
Onderhoud hoofdgemalen
€
76.725
€
76.725
€
76.725
€
76.725
Onderhoud pompunits drukriolering
€
50.320
€
50.320
€
50.320
€
50.320
Straatreiniging
€
20.000
€
20.000
€
20.000
€
20.000
Electriciteit
€
64.750
€
64.750
€
64.750
€
64.750
Telefoonkosten
€
2.740
€
2.740
€
2.740
€
2.740
Studie Haalbaarheid duurzame toepassingen
Beheer en onderhoud
WION
€
8.000
€
8.000
€
8.000
€
8.000
Beheer meetapparatuur
€
5.000
€
5.000
€
5.000
€
5.000
Neerslaggegevens
€
1.250
€
1.250
€
1.250
€
1.250
Renovatie en vervanging Vrijvervalriolering
€ 301.631
€ 286.268
€ 396.223
€ 215.052
Hoofdgemalen
€
54.000
€ 135.000
€ 162.000
€
66.000
Drukriolering en persleidingen
€
0
€
€
€
5.405
5.405
5.405
Verbeteringsmaatregelen Verruiming riolering kern Dalfsen
(reeds gereserveerd)
Afkoppelen / wateroverlast / waterkwaliteit
€ 200.000
Opzetten registratie van storingen en klachten
€
5.000
Gemalen beheerprogramma
€
7.500
Optimalisatieprogramma reiniging van kolken
€
7.500
Modellering van het afvalwatersysteem
€ 25.000 € 200.000
€
€ 200.000
€ 200.000
€ 1.257.000
€ 950.000
15.000
Communicatie Nieuwe aanleg
Vanuit bouwverordening of exploitatie
Communicatie met gebruikers/bewoners en externen
P.M.
Opstellen grondwaterbeleid of -verordening
P.M.
TOTAAL
€ 1.024.000
€ 1.095.000
Tabel 11: Overzicht van alle maatregelen en de begrote kosten (exclusief BTW)
Pagina 33
7. Organisatie en middelen In dit hoofdstuk is beschreven welke personele en financiële middelen noodzakelijk zijn om invulling te kunnen geven aan de gestelde doelen en gewenste maatregelen beschreven in de vorige hoofdstukken.
7.1
Personele middelen
In de eerste plaats heeft de gemeente personeel nodig om haar taken op het gebied van water en riolering uit te voeren, te monitoren en te evalueren. Om te analyseren of er voldoende personele capaciteit aanwezig is en om deze op kosten te zetten, is de benodigde arbeidsinspanning berekend. De huidige arbeidsinspanning van de gemeente op het gebied van water en riolering is niet uitgebreid doorgelicht in deze berekening, maar qua omvang en niveau vergeleken met de kengetallen van de Leidraad Riolering (module D2000 ‘Personele aspecten van gemeentelijke rioleringszorg’) voor de benodigde arbeidsinspanning. De kengetallen betreffen geen normen waaraan een gemeente moet voldoen, maar zijn een indicatie. De benodigde arbeidsinspanning is afhankelijk van vele factoren. Als belangrijkste gelden: de omvang van het stelsel; de kenmerken van het stelsel en de ondergrond; de beschikbaarheid en toegankelijkheid van adequate gegevens over de toestand en het functioneren van de riolering; het ambitieniveau van de gemeente. Bij de berekening van de benodigde arbeidsinspanning is als uitgangspunt genomen dat de gemeente haar activiteiten maximaal uitbesteedt. Hierdoor wordt een redelijke indruk verkregen van de minimale benodigde personele bezetting voor de gemeentelijke watertaken plansituatie (exc. ontwikkeling en uitbreiding bestemmingsplannen). Hieruit volgt dat bij een maximale uitbesteding de personele behoefte 3,6 FTE is (zie Tabel 12: Personele behoefte gemeente bij maximale uitbesteding). Taak Aantal FTE’s Planvorming, onderzoek en facilitair 1,4 Onderhoud 1,2 Maatregelen 1,0 Totaal 3,6 Tabel 12: Personele behoefte gemeente bij maximale uitbesteding
Momenteel is in gemeente Dalfsen circa 3,1 FTE beschikbaar voor de uitvoering van rioleringstaken en watermanagement. Op basis van de Leidraad Riolering is dit onvoldoende. Bovendien besteedt de gemeente (bewust) niet maximaal uit. De gemeente kiest ervoor om geen extra exploitatiekosten op te nemen in haar begroting voor de vergroting van deze personele capaciteit.
7.2
Financiële middelen
7.2.1 Financiële uitgaven In het vorige hoofdstuk is aangegeven wat er begroot is voor de te implementeren maatregelen. Hieronder volgt een kort en bondig overzicht van alle financiële uitgaven, inclusief de personele lasten. De uitgaven zijn uitgesplitst naar exploitatielasten en kapitaalslasten (Tabel 13: Overzicht financiële uitgaven):
Pagina 34
2012
2013
2014
2015
Exploitatielasten Regulier onderhoud & beheer
€
346.836
€
346.836
€
346.836
€
346.836
Heffing en invordering
€
32.243
€
32.566
€
32.891
€
32.891
Onderhoud en beheer binnendienst
€
65.489
€
66.143
€
66.805
€
66.805
Onderhoud en beheer buitendienst
€
113.508
€
114.643
€
115.789
€
115.789
Totaal exploitatie
€
558.076
€
560.188
€
562.321
€
562.321
€
619.837
€
601.691
€
537.976
€
522.108
Kostenplaatsen
Kapitaalslasten Lopende kapitaallasten Totaal lasten
€ 1.177.913
€ 1.161.879
€ 1.100.297
€ 1.084.429
BTW
€
€
€
€
Totaal Beheerskosten
€ 1.243.812
65.899
65.899
€ 1.227.778
65.899
€ 1.166.196
65.899
€ 1.150.328
Investeringen Maatregelen Rioolbeheerplan
€
355.631
€
426.673
€
563.628
€
286.457
Onderzoek en planvorming
€
83.500
€
63.500
€
128.500
€
103.500
Verbeteringsmaatregelen
€
220.000
€
240.000
€
200.000
€
200.000
Totaal investeringen
€
659.131
€
730.173
€
892.128
€
589.957
Tabel 13: Overzicht financiële uitgaven (exclusief BTW)
7.2.2 De financiering Om de uitgaven te kunnen financieren worden de gebruikers van de riolering in de gemeente aangeslagen met een rioolheffing. In het verleden was dit een rioolrecht1. Deze rioolheffing is berekend conform de voorschriften financiering rioleringszorg uit de BBV en met behulp van het financieringsmodel Yager 2.0.4 (ARCADIS 2011). Deze voorschriften zijn kort samengevat in bijlage 6. In deze bijlage staat ook een korte omschrijving van de mogelijke financieringsvormen. Gekozen financieringsmodel In het verleden hanteerde de gemeente het financieringsmodel Activeren. Voor investeringen, zoals rioolvervangingen en onderzoek & planvorming, sloot de gemeente kapitaalsleningen af. Hierdoor is een accumulatie van rentelasten ontstaan. De gemeente is per 1 januari 2012 voornemens om duurzaam te gaan financieren en investeringen direct af te schrijven. Zij gaat dit doen volgens het financieringsmodel Ideaal Complex (zie bijlage 6). Het grote voordeel van het Ideaal Complex is dat de gemeente op termijn geen rentelasten over kapitaalleningen meer mee hoeft te rekenen in de rioolheffing, dit leidt tot: een lager stijgingspercentage van de rioolheffing ten opzichte van het huidige activeringsmodel al vanaf het eerste jaar (1,75% i.p.v. 2,24%); een lagere stand van de rioolheffing aan het einde van de beschouwde periode ten opzichte van het huidige activeringsmodel (€ 339,77 i.p.v. € 450,07); geen restschuld (Boekwaarde) aan het einde van de beschouwde periode (€ 0,- i.p.v. € 25,9 miljoen);
1
Tot 1 januari 2008 was rioolrecht de gehanteerde term voor de geheven retributie om kosten betrekking hebbende op riolering te verhalen bij burgers. Een retributie is gebaseerd op het profijtbeginsel; burgers betalen voor het rechtstreekse belang en profijt dat zij hebben van een rioolaansluiting. Per 1 januari 2008 is Gemeentewet gewijzigd. Gemeenten kunnen op basis van deze wetswijziging een rioolheffing aan hun inwoners opleggen. Deze belasting komt dan in plaats van het rioolrecht. Ingaande 2010 is voor gemeenten de oude mogelijkheid tot het heffen van een rioolrecht verdwenen.
Pagina 35
Aan de wijziging van financieren zijn niet of nauwelijks nadelen verbonden. Het vraagt alleen om een aangepaste financiële administratie en verantwoording, waarbij een nauwkeurige boekhouding van zowel de spaarvoorziening als bestemmingsreserve een vereiste is. De keuze voor een andere manier van kostendekking (Ideaal Complex in plaats van activeren) vergt daarnaast een aantal aanpassingen in de financiële verordening (art. 212 Gemeentewet) van de gemeente. Hieronder volgen de uitgangspunten en de resultaten van de berekening van de rioolheffing volgens het kostendekkingsmodel Ideaal Complex. Uitgangspunten berekening rioolheffing Bij de opstelling van het kostendekkingsplan zijn onderstaande uitgangspunten gehanteerd: De beschouwde periode loopt van 2012-2071 (in totaal 60 jaar); Investeringen worden direct afgeschreven; De afschrijvingsmethode over investeringen is lineair; De afschrijvingstermijnen van de diverse onderdelen variëren van 10, 15, 25 en 35 jaar. In Tabel 14: Levensduur en overschrijvingstermijn per rioleringsonderdeel zijn per onderdeel de gehanteerde afschrijvingstermijnen weergegeven conform de nota waardering en afschrijving van de gemeente (maart 2011); Het gehanteerde prijspeil is 2011; De lopende kapitaalslasten zijn niet geïndexeerd met een inflatiepercentage; Ter compensatie van de inflatie wordt jaarlijks 1,5% rente toegekend aan de bestemmingsreserve vanuit algemene middelen; De nominale rente op investeringen en op de boekwaarde is 5,0% per jaar; Het saldo van de bestemmingsreserve (€ 4.205.887,- op 1 januari 2011), met uitzondering van € 100.000,-, wordt overgeheveld naar een spaarvoorziening per 1 januari 2012. Doordat wordt uitgegaan van een jaarlijks evenwicht tussen lasten en inkomsten bij het Ideaal complex zal in theorie de bestemmingsreserve leeg blijven en is dus niet noodzakelijk. Bij een nulstand van de reserve is er echter geen mogelijkheid om tegenvallers die zich in de loop van het jaar voordoen op te vangen, vandaar dat een bedrag van € 100.000,- wordt gereserveerd; De kostendekking berekening is inclusief BTW over de exploitatie (exclusief kostenplaatsen personeel), hiervoor is een vast bedrag opgenomen van € 65.899,- per jaar voor de beschouwde periode; De rioolheffing wordt geheven middels een vast bedrag per zelfstandig te gebruiken eigendom. Inwoners betalen een tarief van € 121,80 in 2011; In 2011 is het aantal heffingseenheden 9.938. Een toename van heffingseenheden tot 2026 is meegenomen in de berekening van de rioolheffing; In 2011 bedragen de inkomsten van de rioolheffing € 1.210.449,-. Rioleringsonderdeel
Levensduur
Afschrijvingstermijn
vrijvervalriolering
60
25
gemalen, bouwkundig
45
15
gemalen, elektromechanisch
15
15
persleidingen
45
35
drukriolering, bouwkundig
45
35
drukriolering, elektromechanisch
15
15
IBA's
15
15
randvoorziening, bouwkundig
45
15
randvoorziening, elektromechanisch
15
15
infiltratievoorziening
15
15
Onderzoek en planvorming * Tabel 14: Levensduur en overschrijvingstermijn per rioleringsonderdeel
10
Pagina 36
Ten aanzien van de berekeningswijze zijn onderstaande uitgangspunten gehanteerd: Alle uitgaven en inkomsten zijn uitgedrukt op een vast prijspeil; De eindsaldi van de voorzieningen en reserves dienen aan het eind van de beschouwde periode minimaal nul te zijn, waardoor het geheel kostendekkend is; Voorzieningen en reserves mogen niet negatief staan. Resultaat berekening rioolrecht Op basis van de berekeningen is geconstateerd dat een stijging in de rioolheffing (los van een inflatiecorrectie en de wijze van financieren) noodzakelijk is. Deze stijging is hoger dan de berekende stijging voor het GRP 2007-2011. Deze wordt voornamelijk veroorzaakt door: In de planperiode 2007-2011 zijn lagere vervangingswaarden voor rioleringsobjecten gehanteerd (59 miljoen ten opzichte van 90 miljoen nu. De vervangingswaarde Dalfsen volgens Benchmark riolering (2010) is 134 miljoen); In de planperiode 2007-2011 is de BTW over de exploitatie niet meegerekend. Aangezien de gemeentelijke watertaken zijn uitgebreid met de zorgplichten voor hemelwater en grondwater treft de gemeente een aantal aanvullende maatregelen (zie hfd. 6). Het investeringsplan op jaarbasis is hierdoor iets hoger dan in het GRP 2007-2011. Ook dit zorgt voor (kleine) stijging in de rioolheffing. De stijgingsperiode is bepalend voor uiteindelijke rioolheffing. Een kostendekkend tarief kan worden verkregen door het tarief kortstondig (10 jaar) fors te laten stijgen, over een lange periode (60 jaar) een lichte stijging door te voeren of door een middenweg. Een lange stijgingsperiode leidt uiteindelijk tot een hoger rioolheffingstarief en vice versa. De gemeente hanteert een tariefstijgingsperiode van 60 jaar.
Figuur 4: Uitgaven versus inkomsten bij tariefvoorstel).
Pagina 37
Figuur 4: Uitgaven versus inkomsten bij tariefvoorstel
7.2.3 Voorstel tarief rioolheffing Om de rioleringszorg conform de wettelijke eisen en de ambities van de gemeente Dalfsen te kunnen uitvoeren, wordt geadviseerd de rioolheffing tijdens de komende planperiode van het vGRP jaarlijks te verhogen met 1,75% gedurende 60 jaar. In 2071 bedraagt de rioolheffing in dit geval € 339,77. Met de voorgestelde tariefstijging blijft de rioolheffing op de korte en de lange termijn op een beheersbaar niveau. In onderstaande tabel (Tabel 15: Verloop tariefstijging rioolheffing) staat de tariefstijging voor deze planperiode benoemd. Jaar
Rioolheffing
2011
121,80
2012
123,94
2013
126,11
2014
128,32 2015 130.57 Tabel 15: Verloop tariefstijging rioolheffing
N.B. De berekeningen zijn uitgevoerd op basis van een vast prijspeil. Dat betekent dat de berekende rioolheffingen nog moeten worden geïndexeerd op basis van de optredende inflatie! Een nadere onderbouwing van de berekeningsresultaten is opgenomen als bijlage 7.
Pagina 38
Bijlage 1: Afkortingen- en begrippenlijst BBB
Bergbezinkbassin
BBV
Besluit Begroting en Verantwoording
BRP
Basisrioleringsplan
DWA
Droogweerafvoer
GAWO
Gezamenlijk Afvalwater Overleg West Overijssel
GRP
Gemeentelijk rioleringsplan
HWA
Hemelwaterafvoer
IBA
Installatie voor individuele behandeling van afvalwater
KRW
Kaderrichtlijn Water
NBW
Nationaal Bestuursakkoord Water
NEN
Nederlandse norm
OAS
Optimalisatie Afvalwatersysteem Studie
RWZI
Rioolwaterzuiveringsinrichting
vGRP
Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan
VGS
Verbeterd Gescheiden rioolStelsel
Wabo
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht
Wm
Wet milieubeheer
Wvo
Wet verontreiniging oppervlaktewateren
Ww
Waterwet
Wwh
Wet op de waterhuishouding
Aansluitvergunning
Vergunning op grond van de aansluitverordening die wordt afgegeven door het waterschap voor de aansluiting op de rioolwaterzuiveringsinrichting (RWZI).
Activeren
Financieringswijze waarbij investeringen worden gedaan op basis van leningen, waarover rente wordt betaald.
Afkoppelen
Afkoppelen is het scheiden van ‘schoon’ hemelwater van het ‘verontreinigde’ afvalwater in het gemengde rioolstelsel.
Afvalwater
Alle water waarvan de houder zich - met het oog op de verwijdering daarvan - ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen (opmerking: hieronder wordt dus ook afvloeiend regenwater en intredend grondwater verstaan).
Afvalwatersysteem
Het geheel aan infrastructuur en objecten waarin afvalwater wordt opgeslagen, getransporteerd en gezuiverd.
Afvoerend oppervlak
Het naar de riolering afwaterende oppervlak.
Basisinspanning
Term die de waterkwaliteitsbeheerders gebruiken voor het aanduiden van de inspanningen die elke gemeente moet uitvoeren of uitgevoerd hebben om de vuiluitworp uit de riolering tot een bepaald niveau te reduceren.
Basisrioleringsplan
Voor een Wvo- of aansluitvergunningaanvraag opgesteld document (tekening + toelichting en berekeningen) met de huidige situatie van de riolering en de uit te voeren verbeteringsmaatregelen.
Bedrijfsafvalwater
Afvalwater dat vrijkomt bij door de mens bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, ondernomen bedrijvigheid, dat geen huishoudelijk afvalwater, afvloeiend hemelwater of grondwater is;
Pagina 39
Bemalingsgebied
Een rioleringsgebied waaruit het afvalwater door een gemaal wordt verwijderd.
Bergbezinkbassin
Reservoir voor de tijdelijke opslag van afvalwater waarin tevens slibafzetting plaatsvindt met een voorziening om het slib te kunnen verwijderen en waaruit overstortingen kunnen plaatsvinden.
Berging
De inhoud van de riolering uitgedrukt in m3 of mm/ha.
Buitengebied
Dit zijn gebieden waarin het niet haalbaar is om het gemeentelijk
Direct afschrijven
Financieringswijze waarbij investeringen direct worden afgeschreven
vrijverval riool aan te sluiten. van een bestemmingsreserve of spaarvoorziening. Drainage
Voorziening voor het kunstmatig verlagen van de grondwaterstand.
Droogweerafvoer (dwa)
De hoeveelheid afvalwater die per tijdseenheid in een droogweersituatie via het rioolstelsel wordt afgevoerd.
Drukriolering
Riolering waarbij het transport plaatsvindt door middel van pompjes en persleidingen.
Exploitatie
De bedrijfseconomische baten en lasten van het product stedelijk water die tot uiting komen in de begroting, de meerjarenraming en de jaarrekening.
Gemengd rioolstelsel
Rioolstelsel, waarbij afvalwater inclusief ingezamelde neerslag door 1
Gescheiden rioolstelsel
Rioolstelsel, waarbij afvalwater exclusief neerslag door een
leidingstelsel wordt getransporteerd. leidingstelsel wordt getransporteerd en neerslag door een afzonderlijk leidingstelsel rechtstreeks naar oppervlaktewater wordt afgevoerd. Huishoudelijk afvalwater
Afvalwater dat overwegend afkomstig is van menselijke stofwisseling en huishoudelijke werkzaamheden
Hydraulische berekening
Het door rekenen bepalen van het hydraulisch functioneren van een rioolstelsel.
Ingrijpmaatstaf
Grenstoestand waarbij ingrijpen in de actuele toestand noodzakelijk is en waarbij maatregelen moeten worden opgesteld.
Infiltratie
Wegzakken van water naar de onverzadigde zone (bodemlaag boven de grondwaterstand) van de bodem.
Inspectie
Het waarnemen, herkennen en beschrijven van de toestand.
Kapitaal
Al de objecten, producten en diensten die de gemeente in zijn bezit
Maatstaf
Grenswaarde (getalsmatig) op basis waarvan geconcludeerd wordt of
Onderhoud
Herstel van het oorspronkelijke functioneren, waarbij de toestand van
Onderzoek
Het verzamelen, ordenen, analyseren en verwerken van gegevens,
heeft op het gebied van stedelijk water. aan een functionele eis wordt voldaan. objecten ongewijzigd gehandhaafd wordt. zodanig dat informatie kan worden afgeleid over de toestand en het functioneren van het (afval)watersysteem. Ontwateringsdiepte
Minimale afstand tot de gemiddeld hoogste grondwaterstand (GHG) en het maaiveld.
Overstort
Voorziening die in werking treedt bij hevige neerslag als het afvalwater niet meer in het stelsel kan worden geborgen en niet voldoende snel naar de afvalwaterzuivering kan worden afgevoerd.
Overstorting
De lozing van afvalwater via een overstortdrempel naar
Overstortput
Rioolput voorzien van een overstortdrempel.
oppervlaktewater.
Pagina 40
Pompovercapaciteit (poc)
Het deel van de pompcapaciteit dat beschikbaar is voor de regenwaterafvoer. Het andere deel van de capaciteit is beschikbaar voor de afvalwaterafvoer tijdens droog weer.
Randvoorziening
(Vloeistofdichte) voorziening als onderdeel van het rioolstelsel, die als doel heeft de lozing vanuit het riool kwalitatief te verminderen of kwantitatief te reguleren.
Regenwaterriool
Riool alleen bestemd voor de inzameling en het transport van neerslag.
Relining
Relinen is het repareren van riolering door het aanbrengen van een kous in het riool. De kous vormt een nieuwe buis in de bestaande riolering. Het aanbrengen van de kous verlengt de restlevensduur van het riool en kan daardoor als alternatief dienen voor het volledig vervangen van een riool.
Riolering
Het samenstel van riolen, rioolputten en bijbehorende voorzieningen voor de inzameling en het transport van afvalwater.
Riool
Samenstel van buizen tussen twee putten bestemd voor de inzameling en/of het transport van afvalwater.
Rioolput
Constructie toegang gevend tot het rioolstelsel (te herkennen aan gietijzeren deksels in de weg).
Rioolwaterzuiveringsinrichting
Het totaal van de grond, gebouwen en apparatuur voor de zuivering van afvalwater (RWZI).
Stedelijk afvalwater
Huishoudelijk afvalwater of een mengsel daarvan met bedrijfsafvalwater, afvloeiend hemelwater, grondwater of ander afvalwater.
Verbeterd gescheiden rioolstelsel
Gescheiden rioolstelsel met voorzieningen waardoor de neerslag slechts bij wat grotere regenbuien naar oppervlaktewater wordt afgevoerd. Het meest vervuilende deel van de neerslag wordt 'geborgen' in de riolering en naar de zuivering afgevoerd.
Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan
Een gemeentelijk rioleringsplan waarbij niet exclusief de zorgplicht voor afvalwater wordt behandeld, maar ook aandacht is voor is de zorgplichten hemelwater en grondwater.
Verdroging
Verschijnsel waarbij de waterspiegel in het grondwater daalt ten opzichte van het "natuurlijke" niveau of waarbij water met een andere kwaliteit uit andere gebieden (gebiedsvreemd water) lokaal grondwater vervangt.
Visuele inspectie
Het op directe wijze dan wel op indirecte wijze via optische hulpmiddelen inspecteren van de toestand.
Vrijvervalriool
Riool waardoor afvalwater door middel van de zwaartekracht wordt getransporteerd.
Vuilemissie
Zie vuiluitworp.
Vuiluitworp
Het totaal aan stoffen (niet zijnde water) geloosd uit een rioolstelsel op het oppervlaktewater via overstorten . Hierbij kan gedacht worden aan biologisch afbreekbare stoffen die bij afbraak in het water zuurstof verbruiken (BZV), aan stikstof en fosfaten en aan zware metalen.
Vuilwaterriool
Riool alleen bestemd voor de inzameling en het transport van
Waterketen
De keten van schakels, dat bij de distributie van drinkwater begint en
huishoudelijk- en bedrijfsafvalwater, niet zijnde neerslag. eindigt bij de zuiveringinstallatie.
Pagina 41
Waterkwaliteitsdoelstelling
Doelstelling voor de kwaliteit van een oppervlaktewater nodig om dat
Watersysteem
De gehele keten van natuurlijke wateren waarin water zich beweegt:
Water op straat / wateroverlast
Het optreden van waterstanden boven maaiveldniveau waarbij
water een bepaalde functie te kunnen laten vervullen. oppervlaktewaterstromen, grondwaterstromen en hemelwaterstromen. overlast wordt ondervonden
Pagina 42
Bijlag ge 2: Ove erheidsw wetgevin ng en beleid Europe ees beleid d Europes se Kaderrich htlijn Water Een goe ede waterkwa aliteit vinden we belangrijjk in Nederla and. Op lokaa al, regionaal en landelijk niveau wordt hie er al sinds ja aar en dag aa an gewerkt. M Maar omdat water zich weinig w aan treekt van landsgre enzen, zijn oo ok internationale afsprakken nodig. Da aarom is sind ds eind 20000 de Europes se Kaderricchtlijn Water (hierna: KRW W) van krach ht. Die moet ervoor e zorge en dat de kwaaliteit van he et oppervla akte- en gron ndwater in Eu uropa in 2015 5 op orde is. De uitvoerin ng van de KR RW vraagt ee en grote inspanniing van verscchillende parrtijen internattionaal, natio onaal en op regionaal r nivveau. Nederla and is opgedeeld in vier stroomg gebieden, te weten Rijnd delta, Maas, Schelde S en E Eems. Het hiertoe o oppervla aktewater van n gemeente Dalfsen beh hoort tot het stroomgebied s d Rijndelta, w wat vervolgens weer is opged deeld in vier deelstroomg d en. Dalfsen is i gelegen in n deelstroomggebied Rijn-Oost. ebieddistricte De consequenties va an het KRW--beleid zijn o p dit momen nt nog niet ge eheel helder.. De planning g is geven in onderstaand figu uur. Kenmer kend voor de e KRW is dat er sprake iss van een weergeg resultaattsverplichting g.
Nation naal beleid d Nota ruiimte De Nota Ruimte bevat de visie va an het kabine et op de ruim mtelijke ontwikkeling van Nederland en e de orende doelsttellingen. De e nota bevat, in overeenstemming meet het Hoofdlijnenbelangrijjkste bijbeho akkoord van het kabinet, de ruim mtelijke bijdra ge aan een sterke s econo omie, een veeilige en leefb bare eving en een aantrekkelijk k land. samenle Nationaal waterplan n 2009-2015 5 Het Natio onaal Waterplan is de op pvolger van d de Vierde No ota Waterhuishouding uitt 1998 en verrvangt alle voorrgaande Nota a’s Waterhuiishouding. H Het Nationaal Waterplan beschrijft b de hoofdlijnen van v het nationale e waterbeleid d en heeft vo oor de ruimte elijke aspecte en de status van een struuctuurvisie op grond van de W Wet ruimtelijkke ordening. Belangrijke onderdelen van v het Natio onaal Waterpplan zijn het nieuwe beleid op p het gebied van waterve eiligheid, het beleid voor het IJsselme eergebied, heet Noordzeebeleid en de Stroo omgebiedbeh heerplannen op grond va an de KRW.
Pagina P 43
Nationaal Bestuursakkoord Water 2011 Het Nationaal Bestuursakkoord Water (2011) is een uitbreiding op de eerder getekende Nationaal Bestuursakkoorden Water (2003 en 2008) en het Bestuursakkoord Waterketen (2007), die reeds de uitdagingen en doelen op het gebied van waterveiligheid, waterbeschikbaarheid, klimaatverandering, verstedelijking en duurzaamheid schetsten. De nadruk bij dit Bestuursakkoord ligt op doelmatiger waterbeheer. Deze doelmatigheid is te behalen volgens het Bestuursakkoord door een cultuuromslag en maatwerk. De cultuurverandering houdt in dat de verschillende partijen vraagstukken op korte en lange termijn onder een gezamenlijke verantwoordelijkheid moeten oplossen, waarbij kosteneffectiviteit het uitgangspunt is. Dit in plaats van investeringen op basis van normen en verordeningen onder gescheiden verantwoordelijkheden uit te voeren. De regie in dit geheel moet liggen bij de partij die het meest affiniteit heeft met de maatregelen. Hierin maakt het akkoord een onderscheid tussen investeringen en de uitvoering van operationele taken. Investeringsprogrammering ligt bij voorkeur zo dicht mogelijk bij de gemeenten om de synergie tussen riolering enerzijds en het wegbeheer, groenbeheer en regie op de openbare ruimte anderzijds zo goed mogelijk te benutten. Operationele taken, zoals meten en monitoring, worden bij voorkeur opgeschaald en geregisseerd door een partij op een hoger schaalniveau, b.v. een waterschap. De nieuwe gedachte hierachter is dat samenwerking niet zo zeer op basis van vaste organisatiestructuren, b.v. waterketenbedrijf, hoeft plaatsvinden, maar beter gerealiseerd kan worden op basis van concrete taken en projecten. Het Nationaal Bestuursakkoord Water (2011) kent een vijftal elementen: 1. Heldere verantwoordelijkheden, minder bestuurlijke drukte; 2. Beheersbaar programma voor de waterkeringen; 3. Doelmatig beheer van de waterketen; 4. Werkzaamheden slim combineren; 5. Het waterschapsbestuur. Voor gemeenten zijn de laatste 3 aspecten met name relevant. Door punt 3 gaat er met name wat veranderen op het gebied van wet- en regelgeving. Alle belemmerende instrumenten en verordeningen die doelmatigheid in de weg staan worden afgeschaft. Het gaat hier o.a. over het afschaffen van de aansluitverordening en het toezicht van provincies op het vGRP. Voor dit aspect is een wetsvoorstel in procedure gebracht bij de Tweede Kamer, dat naar verwachting in 2012 in werking zal treden. Punt 4 van het Bestuursakkoord probeert o.a. belastingsamenwerking tussen lokale overheden te bewerkstellingen. Tot slot, zet punt 5 in op de verkiezing van waterschapsbesturen op basis van indirecte verkiezingen in de toekomst, waarbij de gemeenteraden de ingezetenen kiezen op basis van een lijstenstelsel. Daarnaast zullen provincies geen aparte waterhuishoudingplannen meer opstellen in de toekomst, maar (grond)waterbeleid onderdeel maken van hun Provinciaals Omgevingsplan. De kanttekening in het Bestuursakkoord is dat kostenbesparing altijd moet afgewogen worden tegen kwaliteitsverbetering en verminderen kwetsbaarheid. Immers de watersector kampt met complexe uitdagingen en een beperkte instroom van jonge mensen. Kostenbesparing moet deze problemen niet verergeren. Regionale en Stedelijke wateropgave In het NBW zijn werknormen afgesproken over wateroverlast. Deze normen geven aan welke mate van wateroverlast acceptabel wordt geacht voor de verschillende grondgebruikvormen. De waterschappen hebben getoetst of deze normen in de praktijk werkbaar zijn en welke kosten gepaard gaan met de uitvoering van benodigde maatregelen om de norm te halen.
Pagina 44
De eerste resultaten van de toetsing bevestigen de urgentie van het probleem en de noodzaak tot een daadkrachtige aanpak. De stedelijke opgave voor wateroverlast heeft betrekking op het voorkómen van grondwateroverlast, overstromend oppervlaktewater binnen stedelijk gebied en overbelasting vanuit de riolering tijdens hevige regenbuien. De stedelijke wateropgave dient tevens in relatie tot grondwateroverlast te worden bekeken. Gemeente en waterschappen zullen moeten beoordelen wanneer maatregelen moeten worden genomen om wateroverlast te voorkomen. Hierbij kan gedacht worden aan het maken van ruimte voor water, het aanpassen van de leefomgeving en openbare ruimte en het voorkomen van overbelaste riolering door bijvoorbeeld het creëren van retentie, aanleg van transportaders, bij voorkeur in combinatie met afkoppelen van verhard oppervlak. In dat laatste geval moet het water op een andere manier worden afgevoerd waarbij tevens voorkomen moet worden dat hierdoor wateroverlast ontstaat. Binnen de wateropgave bestaat er ook een visie op Regenwater. De visie richt zich op een duurzame wijze van omgaan met regenwater. In het vernieuwde regenwaterbeleid staan vier pijlers centraal: Aanpak bij de bron: het voorkomen van verontreiniging van regenwater. Regenwater vasthouden en bergen. Regenwater gescheiden van afvalwater afvoeren. Integrale afweging op lokaal niveau (door samenwerking laagst maatschappelijke kosten nastreven). Waterwet (Ww) De Waterwet heeft acht bestaande wetten voor het waterbeheer in Nederland vervangen: Wet op de waterhuishouding Wet op de waterkering Grondwaterwet Wet verontreiniging oppervlaktewateren Wet verontreiniging zeewater Wet droogmakerijen en indijkingen Wet beheer rijkswaterstaatswerken (het zogenaamde 'natte gedeelte') Waterstaatswet 1900 De Waterwet regelt het beheer van oppervlaktewater en grondwater. De wet is gericht zijn op het bereiken van doelstellingen van watersystemen (stroomgebieden), met een verdeling van verantwoordelijkheden en taken tussen de verschillende betrokken overheden. Tevens is de wet gericht op een adequaat instrumentarium voor de uitvoering van het waterbeleid. Dit betreft dan vooral een vermindering van regels, vergunningstelsels en administratieve lasten. Door de Waterwet zijn waterschappen, gemeenten en provincies beter in staat wateroverlast, waterschaarste en watervervuiling tegen te gaan. Ook voorziet de wet in het toekennen van functies voor het gebruik van water zoals scheepvaart, drinkwatervoorziening, landbouw, industrie en recreatie. Op grond van toegekende functies worden eisen gesteld aan de kwaliteit en inrichting van het water. Watervergunning De Watervergunning integreert alle vergunningstelsels van de verschillende waterwetten. Daarmee gaan zes vergunningen uit de eerdere waterbeheerwetten op in één Watervergunning. Het gaat hierbij om een scala van handelingen in watersystemen die voorheen door de afzonderlijke wetten werden gereguleerd, zoals het lozen van verontreinigende stoffen op het oppervlaktewater, het onttrekken van grondwater of het dempen van een sloot.
Pagina 45
Veel activiteiten vallen onder algemene regels, waarvoor geen watervergunning nodig is; in deze gevallen kan dan met een melding worden volstaan. Lozingen van hemelwater uit het gemeentelijk rioolstelsel bijvoorbeeld vallen niet meer onder vergunningplicht (voorheen Wvo-vergunning), maar onder algemene regels. Het is verstandig vooraf contact met de gemeente of het bevoegde gezag op te nemen of vooroverleg aan te vragen. Bevoegd gezag kan Rijkswaterstaat, het waterschap of de provincie zijn. Activiteiten waarvoor een Watervergunning nodig is, zijn: Stoffen in een oppervlaktewaterlichaam brengen - afvalwater in een oppervlaktewater-lichaam lozen of rechtstreeks (dus niet via de gemeentelijke riolering) afvoeren naar een rioolwaterzuiveringsinrichting. Stoffen in zee brengen Een waterstaatswerk of beschermingszone gebruiken (aanleg, wijzigen, verwijderen) - Een waterstaatswerk is een oppervlaktewaterlichaam, bergingsgebied, waterkering of ondersteunend kunstwerk (bijv. een sluis of stuw). Water in de bodem brengen of eraan onttrekken - grondwater onttrekken of in samenhang daarmee water in de bodem brengen (infiltreren). Ook onttrekkingen in verband met bodemenergiesystemen vallen in deze categorie. Water in een oppervlaktewaterlichaam brengen of eraan onttrekken - grote hoeveelheden water in een oppervlaktewaterlichaam lozen of daaraan grote hoeveelheden onttrekken. Wet milieubeheer De Wet milieubeheer bevat verschillende onderdelen die specifiek van toepassing zijn op watergerelateerde onderwerpen, zoals indirecte lozingen, de gemeentelijke zorgplicht voor de inzameling van stedelijk afvalwater en het gemeentelijk rioleringsplan. De Wm kent naast watergerelateerde onderwerpen ook onderdelen die van grote relevantie zijn voor waterzaken. Te denken valt aan de afvalstoffenregelgeving, de coördinatie bij vergunningverlening en de samenwerking tussen bevoegde gezagen. Samen met de Waterwet biedt de Wm de wettelijke grondslag voor een aantal uitvoeringsbesluiten. Lozingsbesluiten Lozingen vanuit inrichtingen Met het van kracht worden van het Activiteitenbesluit, per 1 januari 2008, is de Wet milieubeheer zodanig aangepast dat inrichtingen in beginsel onder algemene regels vallen, tenzij ze expliciet vergunningplichtig zijn verklaard. Uitzondering hierop zijn de IPPC (gpvb)-inrichtingen, die zijn op grond van artikel 8.1 Wm vergunningplichtig. Alle overige inrichtingen vallen onder het Activiteitenbesluit. Behalve agrarische inrichtingen; die zijn van dit besluit uitgezonderd en vallen nog onder de 'oude' besluiten: Besluit landbouw milieubeheer; Besluit glastuinbouw; Lozingenbesluit Wvo open teelt en veehouderij. De komende tijd zullen ook deze besluiten vervangen worden door een Landbouwactiviteitenbesluit naar analogie van het Activiteitenbesluit. Een datum daarvoor is nog niet bekend. In het Activiteitenbesluit worden de activiteiten genoemd waardoor inrichtingen Wm-vergunningplichtig worden. Deze vergunningplichtige inrichtingen beschikken altijd over een Wm-vergunning, maar ten aanzien van activiteiten genoemd in hoofdstuk 3 van deze wet gelden de algemene regels volgens het besluit. Voor een directe lozing op het oppervlaktewater die niet is geregeld in het Activiteitenbesluit moet de inrichting een (reguliere) Watervergunning hebben. Zodra de Wabo van kracht is, komt de Wabo-vergunning in de plaats van de Wm-vergunningverplichting. De bijlage bij het Activiteitenbesluit waarin de vergunningplichtige activiteiten genoemd worden zal verhuizen naar het Bor (Besluit omgevingsrecht).
Pagina 46
Lozen buiten inrichtingen In het kader van de herstructurering van de regelgeving zullen lozingen die niet vanuit inrichtingen plaatsvinden, worden geregeld met twee besluiten: Besluit lozing afvalwater huishoudens - voor lozingen vanuit particuliere huishoudens - Regeling lozing afvalwater huishoudens Besluit lozen buiten inrichtingen - voor overige lozingen. Besluit lozing afvalwater huishoudens Dit besluit is op 1 januari 2008 in werking getreden en is gebaseerd op de Wet milieubeheer, de Wet Bodembescherming en de Waterwet, die op 22 december 2009 de Wet verontreiniging oppervlaktewateren heeft vervangen. Tegelijkertijd is de bij dit Besluit behorende Regeling lozing afvalwater huishoudens van kracht geworden: Het Besluit lozing afvalwater huishoudens regelt alle lozingssituaties die bij een particulier huishouden aan de orde kunnen zijn, zowel in het stedelijk gebied als in het buitengebied. In de Regeling lozing afvalwater huishoudens is de normstelling voor septic tanks conform NEN-EN 12566-1 opgenomen. Voorheen werden de lozingen vanuit huishoudens geregeld met de volgende besluiten: Besluit lozingsvoorschriften niet-inrichtingen; Lozingenbesluit Wvo huishoudelijk afvalwater; Lozingenbesluit bodembescherming. Deze drie besluiten zijn niet meer van toepassing op lozingen vanuit particuliere huishoudens, maar ze zijn nog niet ingetrokken. Dat zal gebeuren als de gehele vernieuwing van de afvalwaterregelgeving is gerealiseerd, met de vernieuwde regels voor agrarische activiteiten in het Activiteitenbesluit en het toekomstig Besluit lozen buiten inrichtingen Het Besluit lozen afvalwater buiten inrichtingen is per 1 juli 2011 in werking getreden. Dit besluit regelt alle lozingen die niet vanuit een inrichting in de zin van de Wm of een particulier huishouden plaatsvinden. In navolging op het Activiteitenbesluit en het Besluit lozing afvalwater huishoudens is dit een besluit waarin alle lozingsroutes zijn geregeld, gebaseerd op de Wm en de Waterwet. Meldingen hiervoor worden gedaan via het Omgevingsloket. Met dit besluit wordt ook het lozen dat plaatsvindt door of namens de gemeente in het kader van de uitvoering van de gemeentelijke zorgplichten geregeld. Dat betreft de zorgplicht voor stedelijk afvalwater op grond van artikel 10.33 Wm, en de zorgplichten voor afstromend hemelwater en grondwater op grond van artikel 3.5 en 3.6 Waterwet. Het gemeentelijk rioleringsplan (GRP) heeft hierbij een centrale rol. Het gaat hier om de volgende gemeentelijke lozingen: vanuit een schoonwaterstelsel in de bodem of het oppervlaktewater (artikel 3.14) vanuit overstorten van vuilwaterstelsels (artikel 3.15), en vanuit alternatieve systemen, volgens artikel 10.33, tweede lid, Wm, in de bodem of het oppervlaktewater (artikel 3.16). Voorwaarde in deze artikelen is dat de voorzieningen worden genoemd in en beheerd volgens het GRP en het lozen conform het GRP wordt uitgevoerd (zie ook hfd. 3 Huidige situatie).
Pagina 47
Wabo o heeft betre ekking op nattuur, milieu, bouwen en ruimte r en reg gelt de verguunningplicht De Wabo (Omgeviingsvergunning) voor acttiviteiten die nu nog vergu unningplichtig zijn onder de volgende e wetten en verorrdeningen: VROM-w wetten Wonin ngwet (bouwverrgunning) Gebru uiksbesluit (vergunning en melding) Wet m milieubeheer ergunning en meldingspliccht) (milieuve Wet ru uimtelijke ord dening (afwijking g bestemmingsplan, aanllegvergunnin ng) Monumentenwet (monume entenvergunning); ouwwet (mijnbouw wmilieuvergu unning); Mijnbo Wet vverontreinigin ng oppervlaktewateren (indirecte e lozingen); Flora-- en faunawe et (ontheffin ng). Natuu urbeschermin ngswet (handelin ng in een bes schermd natuuurgebied met m gevolgen n voor habitat en soorten)); Diversse gemeente elijke en prov vinciale verord deningen (zoals de e reclame-, kap-, inrit- en sloopvergun nning en de aanleg gvergunning). Wet vera ankering en n bekostigin ng van geme eentelijke wa atertaken Op 1 jan nuari 2008 is de Wet vera ankering en b bekostiging van v gemeentelijke waterttaken in werk king getrede n. De wet be eoogt een aa antal e voorziening gen ten aanz zien van de g gemeentelijk ke watertaken n te wettelijke creëren door wijzigin ng van de Ge emeentewet, de Wet op de d waterhuism n krijgen de houding en de Wet milieubeheer . Met de wettswijzigingen gemeentten de zorgp plicht voor: Het inzamelen en transporteren van sted delijk afvalwa ater vrijkomen nd en. van huishoudenss en bedrijve water vrijkom mend van Het inzamelen en verwerken van hemelw ervlakken. afvoerende oppe situaties binn en stedelijk gebied. g Het grondwater, bij overlasts n met betrek kking op de Wet W op de waaterhuishoud ding) bij Deze wijjzigingen worden (voor de wijzigingen vaststelle wet overgen nomen. en van de nieuwe Waterw De nieuw we wet bevatt onder meer de nieuwe rioolbelasting (ter vervan nging van hett huidige rioo olrecht), waarmee e de gemeen nten het beheer van de riiolering betaalt. Ook definieert en verrheldert deze e wet de rol van g gemeenten voor v wat betre eft afvloeiend d hemelwate er en grondw water. Daarm mee verduidellijkt het ook de ro olverdeling van v gemeentte, waterscha ap, provincie e en - heel be elangrijk - dee burger (perceeleigenaarr). Wet info ormatieuitwiisseling ond dergrondse netten (WIO ON) Om m de ernst en n de hoevee lheid van gra aafincidenten n in Nederlannd in te perken is per 2008 de Wet in nformatie-uitw wisseling ondergrondse netten n (Wionn) oftewel de sregeling van n kracht gewo orden. De regeling verpli cht zorgvuldiger Grrondroerders gra aven en inforrmatie uitwissseling tussen grondroerd ders (de gravvers) en de kabelk en leid dingbeheerd ders. Informa atie uitwisseling voorafgaa and aan de ggraafwerkzaa amhe eden verlooptt via een digiitaal loket bij het kadaste er.
Besluit begroting en verantwoo ording prov vincies en ge emeenten eer transpara antie heeft de e commissie e BBV (comm missie Besluiit begroting en e Ten behoeve van me oording provvincies en gemeenten) ricchtlijnen opge esteld voor de d bepaling vvan de rioolh heffing. verantwo
Pagina P 48
De commissie BBV spoort gemeenten en provincies aan om deze aanbevelingen te volgen omdat dat naar haar oordeel bijdraagt aan het inzicht in de financiële positie. Zie voor meer informatie bijlage 6. Regionaal beleid Omgevingsvisie (2009) De provincie omschrijft haar ambitie met het waterbeleid voor de komende jaren in één zin als volgt: ‘We willen onze watersystemen zo inrichten dat ze voldoende en goed water bevatten en dat ze voor lange tijd veilig zijn en bestand tegen klimaatverandering’. Om daar te komen heeft de Omgevingsvisie vijf centrale thema’s: Veiligheid. Samen met rijk, waterschappen en gemeenten zorgt de provincie voor een veilige omgeving om te wonen en te werken door voldoende bescherming tegen het water te bieden. Schoon en gezond water. Om gezond te kunnen leven is een goede drinkwatervoorziening onmisbaar. Goed functionerende ecosystemen hebben voldoende en schoon water nodig. Gebruik van water. Water is een belangrijke productiefactor. Denk bijvoorbeeld aan een goed waterpeil voor de landbouw of beregening tijdens een periode van droogte. Ook wordt water gebruikt in allerlei industriële productieprocessen. Water als waardevol element. Water heeft behalve praktisch nut ook een belevingswaarde. Water is een waardevol element in de woon- en werkomgeving en in het buitengebied. Sturing waterbeleid. In de Omgevingsvisie geeft de provincie aan welke rol ze in het waterbeleid wil spelen. Waterbeheersplan 2010-2015 Waterschap Groot Salland Waterschap Groot-Salland is mede bevoegd gezag voor het uitvoeren van de Waterwet. Op basis van deze wet worden onder andere afvalwaterlozingen gereguleerd. Daarnaast worden de diffuse bronnen aangepakt door een actieve houding in te nemen naar medeoverheden, doelgroepen en private partners. De doelstellingen in het Waterbeheersplan voor het inzamelen en transporteren van afvalwater zijn: het optimaliseren van het inzamelen en het transport volgens de afspraken uit het nationale Bestuursakkoord Waterketen; het terugdringen van lozingen vanuit het transportsysteem op het oppervlaktewater. Daarnaast wordt de bestuurlijke samenwerking vastgelegd via (afval)waterakkoorden met de gemeenten. Het waterschap en de gemeente Dalfsen hebben reeds een Waterakkoord getekend. De beheersmatige samenwerking in de afvalwaterketen wordt verder uitgebouwd. Vooruitlopend op het Bestuursakkoord Waterketen heeft het waterschap beleid geformuleerd dat gericht is samen met de gemeenten op het doelmatig inrichten en beheren van de afvalwaterketen met als doel het nastreven van de laagst maatschappelijke kosten. Het waterschap gaat samen met de gemeenten verder met het meten in de riolering en de afvalwaterketen. Het doel hiervan is het functioneren en de doelmatigheid van de afvalwaterketen te verbeteren. Het waterschap wil samen met de gemeenten de rioleringsinformatie ontsluiten en de gegevens aan een breder publiek beschikbaar stellen (bijvoorbeeld via een website). De maatregelen hebben daarnaast betrekking op het in stand houden van de infrastructuur. Door de leeftijd van het persleidingennet zijn in deze planperiode vervangingen nodig. Per 1 januari 2011 moeten alle gemeenten voldoen aan de basisinspanning riolering. Vervolgens zal Groot Salland via het waterkwaliteitsspoor onderzoeken welke overstorten en RWZI’s de oppervlaktewaterkwaliteit nog zodanig verslechteren dat aanvullende maatregelen nodig zijn. Om verhard oppervlak af te koppelen, haakt het waterschap aan bij grootschalige projecten, zoals wijkrenovaties. Het waterschap verleent geen algemene subsidie voor het afkoppelen van verhard oppervlak, maar draagt wel bij aan het opstellen van afkoppelkansenkaarten. De strategische nota rioleringsbeleid van het waterschap dateert uit 2007.
Pagina 49
Gemee entelijk on nderzoek en e beleid Afgelope en planperiod de heeft de gemeente g Da alfsen een aa antal onderzoeken uitgevvoerd in het kader van het n nationale en regionale be eleid op het g gebied van afvalwater. a oek overlastt overstort Ruitenborgw R weg Onderzo Uit het o onderzoek na aar de overla ast van oversstort Ruitenbo orghweg (Afb beelding 8: O Overstort Ruitenborrgweg) bleekk dat de theo oretische uits stoot (487 kg CZV/jr) van deze overstort mogelijk te g groot voor de e relatief kleine sloot waaar deze op lo oost. De w Tot aan 2006 gaf dit regelmatig locatie ligt naast volksstuintjes en weilanden. probleme en door de ovverstroming van v volkstuin ntjes en weilaanden met overstortw water. Het wa aterschap he eeft maatregelen getroffeen in de wate ergang: het gema aal (gemeente e) aan de Ru uitenborgweg g is aangepaast (overstortt naar de Vecht). Het waterscha ap heeft geen klachten meer m gehad oover deze loc catie, g no og wel over stank s in de watergang w i.vv.m. maaisel.. maar de gemeente Kwaliteits smetingen in het verleden n duiden op een e matige w waterkwaliteiit voor PAK's, stikstof en fosffaat en zeer slechte wate erkwaliteit vooor de zuursttofhuishouding. De maccrofaunatoesttand was in het h verleden ook zeer sle echt. e locatie nog kansen voorr de verbeterring van de waterw Er liggen dus bij deze kwaliteit.. Deze oversstort zal in co ombinatie me et de stedelijke wateropgave waterschhap aangepa ast worden.
Afbeelding 8: Overstort gweg Ruitenborg
oek Hoonho orst en Leme elerveld Onderzo Het betre eft hier een onderzoek o na aar de restin nspanning vo oor het realiseren van de basisinspan nning in Hoonhorrst en Lemelerveld. Dit onderzoek en n de benodigd de maatrege elen zijn meeegenomen en n omschre even in het vB BRP (2010). Op het d dorpsplein in Hoonhorst is s reeds een infiltratievoorziening van 100m3 aanw wezig. In Lem melerveld is in 2011 de berging g in bemaling gsgebied B vvan Lemelerv veld vergroott. In combinaatie met gem maal n de basisinsspanning. aanpasssingen wordt voldaan aan waterstructuurplan Regenw Uit het o onderzoek t.b b.v. het regen nwaterstructu uurplan blijktt dat de bode emopbouw vvan alle kerne en gekartee erd is als goe ed waterdoorrlatende zand dgronden. Dit D is gunstig voor een eveentuele infiltrratie naar de ondergrond en da aarom is het uitgangspun nt gehanteerd d dat infiltratie naar de onndergrond ov veral albaar is. De e optredende e grondwaterrstanden bep palen daarbij of naast bovvengrondse goed haa voorzien ningen (wadi’’s) ook ondergrondse voo orzieningen mogelijk zijn. De voorkeuur van de gemeente gaat uit n naar: 1. Bove engrondse afvvoer naar bo ovengrondse e infiltratievoo orzieningen; enwaterriool met een Firs st Flush naarr een boveng grondse infiltrratievoorzienning; 2. Rege 3. Rege enwaterriool met een bep perkte First F Flush naar de e rioolwaterzuivering. Het rioollontwerp op hoofdlijnen h behorend b tot het regenuctuurplan geeft aan welk type infiltra atie waar waterstru mogelijkk en gewenstt is. Actualis satie BRP Bij de acctualisatie va an het BRP volgde v uit de berekeningen een grroot potentieel aan waterr-op-straat N n en Lemelerrveld (zie situaties in Dalfsen, Nieuwleusen meester ook Afbeeelding 9: water-oop-straat na hoosbui in burgem Bacxlaan o op 19 juli 2008). Het is twijfe elachtig of in de praktijk het probleem ook da aadwerkelijk zo z omvangrijjk is. Afbeelding 9: 9 water-op-straaat na hoosbui in burgemeestter Bacxlaan opp 19 juli 2008
Pagina P 50
Kleinschalige maatregelen, die worden aanbevolen in het BRP, om de capaciteit van het stelsel te vergroten of te ontlasten worden overgenomen. Optimalisatie Afvalwaterketen Studie (OAS) Het doel van de OAS Dalfsen was om door samenwerking een optimalisatie in de waterketen te bereiken, waarbij tegen laagst maatschappelijke kosten de afvalwaterketen aan de gestelde eisen en randvoorwaarden voldoet. Uit de OAS Dalfsen bleek dat er gezamenlijk slechts beperkte mogelijkheden waren. De gemeente Dalfsen kent nog geen calamiteiten of incidentenplan voor de riolering.
Pagina 51
Bijlage 3: Uitgevoerde maatregelen vanuit het waterplan Thema
Omschrijving mogelijke maatregelen
Initiatiefnemer
Afgerond?
1 Ruimte voor
Voldoen aan stedelijke wateropgave, bepalen
Waterschap
Wateropgave is bepaald
water
kwantitatieve wateropgave Gemeente
Onderdeel VGRP 2011-2015
Waterschap
Toetsing 2010, geen
Voldoen aan de zorgplicht voor grondwater (Integrale Waterwet) Inventarisatie veiligheid in relatie tot de Overijsselse Vecht
onderdeel GRP
Onderzoek creëren van meer retentie binnen
Gemeente
gemeente Dalfsen
onderdeel vGRP
Onderzoek retentie westzijde Dalfsen
2 Schoon water
Meegenomen in projecten,
Waterschap en
Uitgevoerd in kader van BRP /
gemeente
OAS
Onderzoek naar maatregelen tegen verdroging nabij
Waterschap en
de Leemculeweg Dalfsen
gemeente
Gereed
Voldoen aan de KRW, uitwerken betekenis KRW
Gemeente
Onderdeel VGRP 2011-2015
Gemeente
In uitvoering
Opstellen afkoppelkansenplan
Gemeente
Gereed
Uitvoeren (onderhouds)baggerplan waterschap en
Waterschap
In uitvoering,
Waterschap en
Uitgevoerd in 2009/2010
voor gemeente Maatregelen verbeteren waterkwaliteit en verminderen overstort (GRP)
gemeente Optimalisatie afvalwatersysteem
gemeente Onderzoek overlast overstort Ruitenborghweg
Waterschap en
Gereed
gemeente Opstellen brochure ‘bouwen en beheren versus
Gemeente
milieu’
Uitgevoerd als onderdeel vGRP
3 Genieten van
Interactieve planvorming m.b.t. vergroten beleving /
water
verbetering oevers en woonomgeving
Gemeente
Voorlichting over water en verantwoordelijkheden
Gemeente
Oeveraanpassingen ter verbetering hengelsport- en
Gemeente
Waterloket is beschikbaar
kanomogelijkheden Behoud van watererfgoederen en benutten ten
Gemeente
behoeve van recreatie Opstellen beheer- en onderhoudsplan Overijssels
Gemeente en
kanaal
waterschap
Aanpassen beheer- en onderhoudsplan plassen
Gemeente en
Westerbouwlanden te Nieuwleusen
waterschap
Waterland Dalfsen waterspeeltuin/park met water
Gemeente
als interactief thema 4 Waterorganisatie
Opzetten van een waterloket (Integrale Waterwet)
Gemeente
en communicatie
Beschikbaar
Opstellen streefbeelden watergangen als basis voor
Waterschap en
communicatie, beheer en onderhoud
gemeente
Overname stedelijk water
Waterschap
Toepassen watertoets en stroomlijnen communicatie
Gemeente
Doorlopend
Gemeente
Gereed
Gemeente
Beschikbaar
tussen gemeente en waterschap Opstellen standaardtekst waterparagraaf ROprocedures. Online neerslag en (grond)water op de website gemeente Dalfsen
Pagina 52
Bijlage 4: Gegevens lozingslocaties Tabel B4.1 Externe overstorten gemengde stelsel Kern Gebied Putnr WGS nr. Dalfsen
Nieuwleusen
Drempel hoogte
Drempel
[m t.o.v. NAP]
lengte [m]
Loost op
Ankum
AN782
DL17
1,55
0,9
Sz.270.60
Ankummer Es I
AE892
DL13
2,12
2,62
Sz.270.80
Wannestraat
I458
DL 6
2,40
4,50
Bellingeweer
Dalfsen kern
DP501
DL 1
1,77
5,65
Sz.270.58
DP713
DL 5
2,40
1,10
Sz.270.80
DK156
DL 7
2,40
4,52
Bellingeweer
DK168
DL 8
2,27
4,64
Bellingeweer
DK84
DL 9
2,37
3,81
Vecht
DP501
DL2
Bemaling
Den Hulst
NN619
NL9
1,92
1,00
Bermsloot
Oosteinde
NZ030
NL1
2,07
0,30
DV.30.141
NZ827
NL2
2,01
0,80
DV.30.50
NN356
NL5
1,90
3,00
DV.30.22
NN380
NL6
1,92
1,55
DV.30.22
NN431
NL7
1,76
2,70
Hulsterplas
NN589
NL8
2,49
3,84
DV.40
NWB248
NL16
1,60
4,00
DV.30.135
Kern Nieuwl
Vecht
Oudleusen
Kern
OL99Ovb
DL19
3,10
2,00
SZ.335.26
Hoonhorst
Kern
HH61
DL18
1,34
1,98
Mars Wetering
Lemelerveld
Gebied A
LV59
DL28
5,53
1,54
Overijssels Kanaal
LV63A
DL29
5,52
3,00
Overijssels Kanaal
LV68A
DL30
5,64
2,00
Overijssels Kanaal
LM201
DL22
5,77
2,03
Overijssels Kanaal
LM234
DL23
5,52
1,48
Overijssels Kanaal
LV42
DL21
5,86
1,50
Overijssels Kanaal
LM324
DL26
5,11
2,28
Overijssels Kanaal
LM422
DL27
5,19
2,77
Overijssels Kanaal
Gebied B
Gebied C
Pagina 53
Tabel B4.2 Externe overstorten VGS stelsel Kern Gebied Putnr Dalfsen
Nieuwleusen
WGS nr.
Drempel hoogte
Drempel
[m t.o.v. NAP]
lengte [m]
Loost op
Ankummer Es II
1291
DL16
1,85
3,32
SZ.270.82
Welsummerweg
I486
DL10
1,30
3,29
Bellingeweer
De Brink
NZ793r
NL19
1,05
0,50
DV.30.135
NZ807r
NL18
2,21
1,12
DV.30.46
De Grift I
NGR25r
NL24
1,51
2,00
Dedemsvaart
Evenboersweg
NN692r
NL20
1,97
1,52
DV.40
Westerveen-
NWV26r
NL10
2,15
0,88
Watergang
NWB15r
NL17
1,36
2,00
DV.30.135
kwartier Westerbouwlanden NWB28r*
DV.30.135
Oudleusen
Muldersveld
OL99v
DL39(7)
2,89
2,00
SZ.335.26
Lemelerveld
Haven-Nijl
LV201R
DL44
5,54
1,00
Overijssels Kanaal
Gebied E LM461r * overstort is niet meegenomen in rekenmodel
DL33
5,30
1,99
Overijssels Kanaal
Pagina 54
Tabel B4.3 Externe overstorten / uitlaten gescheiden stelsels Kern Gebied Putnr WGS Drempel hoogte nr. Dalfsen
Gerner Marke
Nieuwleusen
2,35
0,80
Wadi
2,35
0,80
Wadi
GM89IT
2,35
0,80
Wadi
-
Ø 400
SZ.270.80
DL37 DL15
Sportpark Gerner
S1
DL12
Kern
DK206IT
SZ.270.80 -
Ø 500
Bermsloot
-
Ø 250
Bermsloot Wadi
Kern
DK255IT
2,56
-
Kern
DK418IT
-
-
Wadi
Kern
DK05IT
-
-
Wadi
Kern
DK06IT
-
-
Wadi
Kern
DP732A
DL11
-
-
SZ.270.80
De Meele Oost
Nmo07r
NL14
1,61
1,09
Dedemsvaart
Nmo16r
NL13
1,59
2,63
Dedemsvaart
Nmo08r
NL15
Bemaling
125 m3
Dedemsvaart
NN793
NL26
NN783r
NL27
-
Ø 200
Hulsterplas
-
Ø 160
Zaksloot
NN275A
DV.30.22
NN518A
+1.84
Ø 315
Hulsterplas
NN777
-
-
DV.30.22
NN787
+1.92
Ø 315
Bermsloot
NN800r
-
Ø 125
Hulsterplas
-
Ø 200
Bermsloot
NZ033IT
Lemelerveld
Loost op
lengte[m]
GM10IT
Wadi
Kern
Hoonhorst
Drempel
GM76IT
DP781a
Ankummer ES I
[m t.o.v. NAP]
NL 28
NZ122IT
-
Ø 315
Bermsloot
Oosteinde
NZ75C
-
Ø 500
Bermsloot
Keyser Kaas
NZ907IT
De Koele
De Nieuwe
NL25
1,90
DV.30.50
HK06I
DL31
Bermsloot
HK07I*
DL32
Bermsloot
LN34IT*
DL40
4,81
0,78
OK.22.10
LN18IT*
DL41
4,99
0,78
OK.22.02
LN47IT*
DL42
5,00
0,78
OK.22.10
LM79r
DL24
-
Ø 400
Bermsloot
LM85
DL25
-
Ø 400
Bermsloot
-
Ø 315
SZ.335.26
-
Ø 200
Bermsloot
Landen
Gebied D
Oudleusen
Kern
OL99Vb
Kern
OL74
DL38
* overstort is niet meegenomen in rekenmodel
Tabel B4.4 Interne overstorten gemengde stelsels Kern Gebied Putnr Drempelhoogte Dalfsen
Nieuwleusen
Kern
Oosteinde
Drempellengte
[m t.o.v. NAP]
[m]
DP506
1,60
1,25
DP504
1,76
1,15
NZ088
1,70
1,25
Pagina 55
Tabel B4.5 Interne overstorten (verb.) geschieden stelsels Kern Gebied Putnr Drempelhoogte Dalfsen
Lemelerveld
Gerner Marke
De Nieuwe Landen
Drempellengte
[m t.o.v. NAP]
[m]
GM04IT*
2,50
0,80
GM07IT*
2,50
0,80
GM19IT*
2,80
0,80
GM21IT*
2,80
0,80
GM26IT*
2,80
0,80
GM35IT*
2,52
1,00
GM36IT*
2,51
1,00
GM45IT*
2,57
1,00
GM48IT*
2,45
0,80
GM49IT*
2,55
0,80
GM59IT*
3,00
0,80
GM63IT*
3,00
0,80
GM93IT*
2,55
0,80
IW22I
2,88
2,00
IW29I*
2,19
0,80
LN10IT*
5,31
0,79
LN15IT*
5,05
0,78
LN24IT*
5,28
0,79
LN29IT*
5,00
0,80
* overstort is niet meegenomen in rekenmodel
Pagina 56
Bijlage 5: Ambitiematrix – geselecteerde ambities SCENARIO
REACTIEF
SPAARZAAM EN BETROUWBAAR
DUURZAAM EN VOORUITSTREVEND
a. Systeemkeuze
Handhaven van de huidige rioolsystemen
Geleidelijke omvorming naar doelmatige rioolsystemen bij nieuwbouw en reconstructie
Ombouwen naar doelmatige en duurzame rioolsystemen
b. Emissies
Voldoen aan de basisinspanning en op termijn aan waterkwaliteitsspoor
Voldoen aan de basisinspanning en waterkwaliteitsspoor
Geen overstortingen vanuit de riolering op oppervlaktewater (absolute stelsels)
c. Drukriolering buitengebied
Ad hoc vervangen
Lokaal inspecteren en vervangen
Algeheel inspecteren en vervangen
d. IBA's buitengebied
Met rust laten, evt.verlengen ontheffing provincie
Deels vervangen door drukriolering
In de teokomst volledig vervangen door drukriolering
e. Onderbouwing maatregelen
Op basis van theoretische berekeningen
Op basis van theoretische berekeningen en specifieke praktijkonderzoek (metingen)
Op basis van theoretische berekeningen en algeheel praktijkonderzoek
a. Overlast / klimaat
1 tot 3x per jaar water op straat bij gemengde riolering
1x per jaar water op straat bij gemengde riolering, waarbij economische schade wordt beperkt
1x per 5 jaar water op straat bij gemengde riolering, waarbij economische schade wordt voorkomen (klimaatbestendig)
b. Afkoppelen / niet aankoppelen
Nieuwbouw niet aankoppelen
Afkoppelen bestaande bebouwing stimuleren (subsidie)
Afkoppelen bestaande bebouwing verplichten (tegemoetkoming kosten)
c. Beheer openbare ruimte
Chemische onkruidbestrijding
Mechanische en incidenteel chemische onkruidbestrijding
Duurzame onkruidbestrijding
d. Verantwoordelijkheid
Zoveel mogelijk bij de burger laten
Burger beperkt faciliteren
Zoveel mogelijk door de gemeente laten uitvoeren
a. Overlast
Geen ontwateringseisen formuleren
Ontwateringseisen op basis van gemiddelde hoogste grondwaterstanden
Ontwateringseisen op basis van gemiddelde hoogste grondwaterstanden
b. Onderbouwing maatregelen
Op basis van klachten / calamiteiten
Op basis van berekeningen en praktijkonderzoek (metingen)
Op basis van berekeningen en praktijkonderzoek (metingen)
c. Verantwoordelijkheid
Zoveel mogelijk bij de burger laten
Burger beperkt faciliteren
Zoveel mogelijk door de gemeente laten uitvoeren
STEDELIJK AFVALWATER
HEMELWATER
GRONDWATER
OVERIG a. Beheer en onderhoud
Op ad hoc-basis / calamiteiten
Planmatig conform rioleringsbeheerplan
Gedifferentieerd naar vervuilingsgraad
b. Onderzoek en monitoring
Op adhoc-basis
Gericht op knelpunten
Gestructureerd, niveaumetingen bij gemalen en overstorten
c. Samenwerking
Samenwerking op incidentele basis
Samenwerking wanneer er voordelen te verwachten zijn
Opzetten organisatieoverstijgend "waterbedrijf"
d. Communicatie
Passieve communicatie: alleen informeren als er aanleiding toe is
Beperkte actieve communicatie via website van de gemeente en lokaal nieuwsblad
Actieve communicatie: maken van "reclame" voor water via krant, website en folders
e. Waterloket
Geen waterloket
Alleen aanwijzen van een centraal aanspreekpunt
Inrichten en organiseren van een waterloket
f. Organisatie
Geringe lokale kennis, maximaal uitbesteden
Opbouwen lokale kennis i.c.m. uitbesteden
Rioleringszorg in eigen beheer i.c.m. specialistische ondersteuning
g. Rioolheffing
Verbruiken reserves, mogelijke heffingstijgingen lange termijn
Voortzetten huidig beleid
Tariefstijging op korte termijn, t.b.v. minimalisatie heffing op lange termijn
Pagina 57
Bijlage 6: Voorschriften financiering en financieringsmodellen VOORSCHRIFTEN FINANCIERING RIOLERINGSZORG Algemene regels De voorschriften waaraan gemeenten zich moeten houden bij het opstellen van de gemeente begroting zijn vastgesteld in het Besluit begroting en verantwoording (BBV). Ten aanzien van riolering staan in de BBV onder meer de volgende (algemene) regels: Riolering wordt beschouwd als een voorziening met economisch nut, waarvan de investeringen moeten worden geactiveerd en de lasten over de gebruiksduur moeten worden verdeeld. Ter bestrijding van kosten voor de rioleringszorg kan de gemeente een rioolheffing in rekening brengen op grond van art. 228a van de Gemeentewet. Het tarief voor de rioolheffing mag op begrotingsbasis maximaal kostendekkend zijn. In de tariefberekening voor de te innen rioolheffing kan een egalisatiebedrag worden meegenomen ter dekking van toekomstige kosten voor groot onderhoud (art 44,1c BBV). Groot onderhoud wordt in deze gedefinieerd als lang cyclisch onderhoud dat niet leidt tot verlenging van de levensduur van de betreffende voorziening. De gemeente mag bij de tariefberekening van de rioolheffing de geraamde BTW als last meenemen (art. 229b, 2b van de Gemeentewet). Renteopbrengsten van positieve saldi van voorzieningen of reserves komen ten goede van de algemene middelen. Rentetoerekening aan de voorziening is alleen toegestaan als de voorziening gewaardeerd wordt tegen contante waarde. Notitie riolering Om meer duidelijke te verschaffen over de mogelijkheden die de BBV ten aanzien van de riolering biedt, heeft de Commissie-BBV in 2007 voor het eerst een Notitie riolering doen verschijnen. In 2009 is een tweede versie verschenen om aansluiting te vinden bij het tussentijdse gewijzigde wettelijk kader rondom de gemeentelijk watertaken. De notitie bevat een aantal ‘stellige uitspraken´ en aanbevelingen. De Commissie-BBV verwacht dat de stellige uitspraken door de gemeente worden gevolgd. Indien een gemeente hiervan meent te moeten afwijken in haar specifieke situatie, dient dit bij de begroting gemotiveerd te worden. De specifieke regels voor riolering luiden als volgt: In het tarief mogen spaarbedragen voor toekomstige vervangingsinvesteringen worden meegenomen. Deze worden als last in de exploitatie toegevoegd aan een spaarvoorziening (art. 44, 2e BBV). Bij realisatie van de vervangingsinvestering wordt deze voor het volle bedrag geactiveerd (zie algemene regels). Het spaarbedrag in de voorziening kan op het te activeren bedrag in mindering worden gebracht. Wanneer van een vervangingsinvestering een boekwaarde resteert, hoeft hierop niet te worden afgeschreven maar kunnen spaarbedragen voor vervanging die in latere begrotingsjaren worden ontvangen, op de boekwaarde worden afgeboekt. Als alternatief kan de gemeente er ook voor kiezen om de kapitaallasten van de resterende boekwaarde in het tarief op te nemen. De Commissie-BBV doet de aanbeveling om de gerealiseerde resultaten riolering te muteren op een bestemmingsreserve riolering.
FINANCIERINGSMODEL Ten aanzien van de financiering van de rioleringsinvesteringen kunnen globaal drie methodieken worden onderscheiden. Activeringsmodel, waarbij alle investeringen worden geactiveerd conform de daartoe in de financiële verordening vastgelegde uitgangspunten. Directe afschrijvingsmodel, waarbij in de spaarvoorziening opgeslagen spaarbedragen in mindering worden gebracht op de investeringen. Ideaal Complex model, eveneens berustend op directe afschrijving maar waarbij de spaarbedragen voor de spaarvoorziening een sluitpost vormen op de begroting.
Pagina 58
rioolheffing
exploitatie
activeren
investeringen
resultaat op jaarrekening
bestemmingsreserve riolering
Activeringsmodel Het activeringsmodel betreft de huidige situatie in de gemeente Dalfsen. Bij het activeringsmodel worden investeringen als boekwaarde op de gemeentebalans genoteerd, inclusief een vastgestelde afschrijvingsperiode. De kapitaallasten (rente en afschrijving) komen ten laste van de exploitatie. Het resultaat op de jaarrekening vloeit conform de aanbeveling van de Commissie-BBV in een bestemmingsreserve. In plaats van een bestemmingsreserve is ook een zogenaamde ‘tariefegalisatievoorziening’ toegestaan.
Directe afschrijving Bij het directe afschrijvingsmodel wordt de ingestelde spaarvoorziening gevoed door spaarbedragen (dotaties) die ten laste komen van de exploitatie. Deze spaarbedragen worden in mindering gebracht op de vervangingsinvesteringen. Bij een ontoereikend saldo van de spaarvoorziening wordt gebruik gemaakt van de mogelijkheid in de BBV om de boekwaarde op een later tijdstip (versneld) af te boeken waardoor de rentelasten geminimaliseerd worden. Het jaarresultaat vloeit weer af naar een bestemmingsreserve of tariefegalisatievoorziening.
investeringen
rioolheffing
afboeken
exploitatie
sparen
spaarvoorziening rioolvervanging
resultaat op jaarrekening
bestemmingsreserve riolering
investeringen
rioolheffing
afboeken
exploitatie
sparen
spaarvoorziening rioolvervanging
resultaat op jaarrekening
bestemmingsreserve riolering
Ideaal Complex Bij het Ideaal Complex vormen de jaarlijkse spaarbedragen de sluitpost op de begroting, waardoor er op jaarbasis een evenwicht ontstaat tussen inkomsten en (overige) exploitatielasten. In dit geval spreken we van een Ideaal Complex . De schommelingen die in de jaarlijkse investeringen bestaan worden opgevangen in de spaarvoorziening. In theorie ontstaat bij dit model op basis van begrotingscijfers geen jaarresultaat, waardoor de bestemmingsreserve of tariefegalisatievoorziening overbodig zou zijn. In de praktijk treden er altijd afwijkingen op ten opzichte van de begroting waardoor deze zaken wel aanbevelenswaardig zijn.
Beide modellen met directe afschrijving maken een geleidelijke overgang mogelijk vanuit een bestaande situatie met het activeringsmodel. Het voordeel van het Ideaal Complex is dat er niet aan voorwaarden van de bestemmingsreserve behoeft te worden voldaan, omdat er op begrotingsbasis geen gelden naar toevloeien. Daardoor is deze methode overzichtelijker en robuuster dan het directe afschrijvingsmodel.
Pagina 59
Bijlage 7: Overzicht uitgaven en inkomsten
Pagina 60
Algemeen versie: info:
2.0.4 © ARCADIS 2010 Jan Zuidervliet (06 2706 2243 of
[email protected]) Judith de Bruijne (06 507 36 754 of
[email protected])
ALGEMEEN Opdrachtgever:
Gemeente Dalfsen
startjaar
Omschrijving project:
vGRP 2012 - 2015
beschouwde periode (standaard 60 jaar)
Projectnummer:
C01032.100151
prijspeil
ACTIVERINGSGEGEVENS
technische levensduur
Afschrijving s-vorm
afschrijving s-termijn
2011 60
jaar
2011
aantal heffingseenheden (in startjaar)
9.938
rioolheffing (in startjaar)
121,80
PERCENTAGES
vrij-verval riolering
60
jaar
25
jaar
lineair
Rente op investeringen (nominaal):
5,0
%
gemalen, bouwkundig
45
jaar
15
jaar
lineair
Rente op positief saldo (nominaal):
1,5
%
gemalen, E/M
15
jaar
15
jaar
lineair
Rente op positief saldo (reeel):
1,5
%
persleidingen
45
jaar
35
jaar
lineair
Rente op boekwaarde(nominaal):
5,0
%
drukriolering, bouwkundig
45
jaar
35
jaar
lineair
Rente op boekwaarde(reeel):
5,0
%
drukriolering, E/M
15
jaar
15
jaar
lineair
Inflatiecorrectiepercentage
0,0
%
IBA's
15
jaar
15
jaar
lineair
randvoorziening, bouwkundig
45
jaar
15
jaar
lineair
randvoorziening, E/M
15
jaar
15
jaar
lineair
Type voorziening SPAARVOORZIENING RIOOLVERVANGING
randvoorzieningen, overig
15
jaar
15
jaar
lineair
Startsaldo voorziening
infiltratievoorzieningen
15
jaar
15
jaar
lineair
Startsaldo bestemmingsreserve:
drainage/ DT-riolering
15
jaar
15
jaar
lineair
VOORZIENINGEN / RESERVES
Afschrijvingsvorm (default) Tijdstip activeren cq rentetoerekening Activerings-/rentetoerekeningsfactor
lineair
BTW
einde jaar
BTW:
0,0
BTW-compensatie op basis van: BTW-vast bedrag (i.v.t.)
DEFAULTWAARDEN Afschrijvingstermijnen (aflopend)
60 35 30 25 20 15 10 5
jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar
Afschrijvingsvormen
annuitair lineair
Actieringstijdstip
begin jaar halverwege einde jaar
BTW-compensatie
investeringen afschrijvingen kapitaallasten vast bedrag
Voorziening
SPAARVOORZIENING RIOOLVERVANGING EGALISATIEVOORZIENING GROOT ONDERHOUD GECOMBINEERDE VOORZIENING
075678734:0.2!
4.105.887
euro
100.000
euro
0,0 vast bedrag 65.899
%
Uitgaven en inkomsten Opdrachtgever: Omschrijving project: Projectnummer: Datum: JAAR
2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031 2032 2033 2034 2035 2036 2037 2038 2039 2040 2041 2042 2043 2044 2045 2046 2047 2048 2049 2050 2051 2052 2053 2054 2055 2056 2057 2058 2059 2060 2061 2062 2063 2064 2065 2066 2067 2068 2069 2070 Totalen:
075678734:0.2!
UITGAVEN EXPLOITATIE onderzoek
excl. BTW 0 42.500 102.500 42.500 97.500 42.500 102.500 42.500 97.500 42.500 102.500 42.500 97.500 42.500 102.500 42.500 97.500 42.500 102.500 42.500 97.500 42.500 102.500 42.500 97.500 42.500 102.500 42.500 97.500 42.500 102.500 42.500 97.500 42.500 102.500 42.500 97.500 42.500 102.500 42.500 97.500 42.500 102.500 42.500 97.500 42.500 102.500 42.500 97.500 42.500 102.500 42.500 97.500 42.500 102.500 42.500 97.500 42.500 102.500 42.500 4.177.500
Gemeente Dalfsen vGRP 2012 - 2015 C01032.100151 04-okt-11
prijspeil: startjaar:
2011 2011
INKOMSTEN (excl rioolheffing) loonkosten
excl. BTW 209.148 211.240 213.352 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 215.485 12.916.385
exploitatie, excl loonkosten excl. BTW 346.836 597.836 582.836 582.836 552.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 346.836 21.739.160
excl. BTW 555.984 851.576 898.688 840.821 865.821 604.821 664.821 604.821 659.821 604.821 664.821 604.821 659.821 604.821 664.821 604.821 659.821 604.821 664.821 604.821 659.821 604.821 664.821 604.821 659.821 604.821 664.821 604.821 659.821 604.821 664.821 604.821 659.821 604.821 664.821 604.821 659.821 604.821 664.821 604.821 659.821 604.821 664.821 604.821 659.821 604.821 664.821 604.821 659.821 604.821 664.821 604.821 659.821 604.821 664.821 604.821 659.821 604.821 664.821 604.821 38.833.045
BTW exploitatie
INVESTERINGEN vrij-verval riolering
gemalen, E/M
gemalen, bouwkundig
0,00 % 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
25 excl. BTW 672.641 301.631 286.268 396.213 215.052 0 921.120 350.760 949.326 272.369 0 136.500 260.262 546.484 1.239.908 1.647.539 254.240 513.091 0 2.396.741 1.460.305 1.342.141 2.332.685 1.332.151 2.175.009 1.550.809 3.386.504 3.027.292 1.234.189 988.382 2.189.617 734.717 540.921 3.912.688 228.515 1.974.240 2.217.925 1.656.368 470.843 1.115.786 2.867.476 912.691 874.997 1.959.649 1.527.659 374.691 1.639.885 583.483 3.253.031 1.689.728 275.350 1.778.340 603.324 3.108.454 1.013.129 2.320.634 1.063.596 1.084.633 389.518 1.212.075 73.763.575
15 excl. BTW 31.855 19.554 103.663 94.698 53.850 75.394 33.229 208.947 48.408 153.190 0 62.433 24.351 32.136 83.435 31.855 19.554 103.663 94.698 53.850 75.394 33.229 208.947 48.408 153.190 0 62.433 24.351 32.136 83.435 31.855 19.554 103.663 94.698 53.850 75.394 33.229 208.947 48.408 153.190 0 62.433 24.351 32.136 83.435 31.855 19.554 103.663 94.698 53.850 75.394 33.229 208.947 48.408 153.190 0 62.433 24.351 32.136 83.435 4.100.573
15 excl. BTW 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 112.944 0 0 0 0 23.421 0 0 62.697 0 0 67.444 15.345 23.421 46.303 0 0 44.420 33.921 170.119 35.536 62.995 47.498 135.683 56.183 366.493 0 70.423 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 112.944 1.487.790
IBA's persleidingen drukriolering drukriolering randvoorzieni randvoorzieni infiltratievo drainage/ DT- nieuwe aanleg ng, , E/M , bouwkundig ng, E/M orzieningen riolering bouwkundig 15 35 15 35 15 15 15 15 variabel excl. BTW excl. BTW excl. BTW excl. BTW excl. BTW excl. BTW excl. BTW excl. BTW excl. BTW 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 5.405 0 0 0 0 0 0 0 0 10.810 0 0 0 0 0 0 0 0 10.810 0 0 0 0 0 0 0 0 162.150 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 5.405 0 0 0 0 0 0 0 0 772.915 0 0 0 0 0 0 0 0 583.740 0 0 0 1.094 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 27.025 0 0 0 0 0 0 0 0 21.620 99.978 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 5.405 2.990 0 0 0 0 0 0 0 10.810 2.990 0 0 0 0 0 0 0 10.810 0 0 0 0 0 0 0 0 162.150 242.270 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 5.405 105.140 0 0 0 0 0 0 0 772.915 328.612 0 0 0 0 0 0 0 583.740 8.093 0 0 1.094 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 27.025 130.779 0 0 0 0 0 0 0 21.620 28.093 0 0 0 0 0 0 0 0 7.940 0 0 0 0 0 0 0 5.405 22.316 0 0 0 0 0 0 0 10.810 2.990 0 0 0 0 0 0 0 10.810 227.346 0 0 0 0 0 0 0 162.150 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 5.405 0 0 0 0 0 0 0 0 772.915 1.486.394 0 0 0 0 0 0 0 583.740 1.194.044 0 532.950 1.094 0 0 0 0 0 14.668 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 27.440 0 0 0 0 0 0 0 27.025 4.643 0 0 0 0 0 0 0 21.620 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 5.405 0 0 0 0 0 0 0 0 10.810 0 0 0 0 0 0 0 0 10.810 0 0 0 0 0 0 0 0 162.150 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 5.405 0 0 0 0 0 0 0 0 772.915 0 0 0 0 0 0 0 0 583.740 0 0 0 1.094 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 27.025 0 0 0 0 0 0 0 0 21.620 99.978 0 0 0 0 0 0 0 6.399.520 4.036.702 0 532.950 4.376 0 0
Page 2 of 6
BTW investeringe n excl. BTW 704.496 326.590 400.741 501.721 431.052 75.394 954.349 565.112 1.770.649 1.010.393 0 198.933 284.613 605.645 1.557.884 1.679.394 282.189 630.554 105.508 2.878.433 1.535.699 1.375.370 2.714.874 2.482.086 2.921.126 1.618.253 3.464.282 3.075.065 1.470.431 1.121.529 2.229.412 826.412 692.305 4.415.660 480.051 2.112.630 2.298.652 2.006.403 2.834.743 3.947.297 2.882.144 1.045.547 926.788 2.023.453 1.632.714 406.546 1.664.844 697.956 3.358.539 1.905.728 350.744 1.811.569 817.676 3.929.777 1.751.153 2.320.634 1.126.029 1.108.984 448.679 1.530.051 90.325.485
0,00 % 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
BTW uitgaven
excl. BTW 1.260.480 1.178.166 1.299.429 1.342.542 1.296.873 680.215 1.619.170 1.169.933 2.430.470 1.615.214 664.821 803.754 944.434 1.210.466 2.222.705 2.284.215 942.010 1.235.375 770.329 3.483.254 2.195.520 1.980.191 3.379.695 3.086.907 3.580.947 2.223.074 4.129.103 3.679.886 2.130.252 1.726.350 2.894.233 1.431.233 1.352.126 5.020.481 1.144.872 2.717.451 2.958.473 2.611.224 3.499.564 4.552.118 3.541.965 1.650.368 1.591.609 2.628.274 2.292.535 1.011.367 2.329.665 1.302.777 4.018.360 2.510.549 1.015.565 2.416.390 1.477.497 4.534.598 2.415.974 2.925.455 1.785.850 1.713.805 1.113.500 2.134.872 129.158.530
0,00 % 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Rioolheffing
1.210.448 1.254.236 1.299.187 1.345.330 1.392.691 1.435.056 1.478.478 1.522.981 1.568.591 1.615.333 1.663.232 1.712.314 1.762.606 1.814.135 1.866.930 1.921.019 1.954.714 1.988.999 2.023.886 2.059.385 2.095.507 2.132.262 2.169.662 2.207.718 2.246.441 2.285.844 2.325.938 2.366.735 2.408.247 2.450.488 2.493.469 2.537.205 2.581.707 2.626.990 2.673.068 2.719.953 2.767.661 2.816.206 2.865.603 2.915.865 2.967.009 3.019.051 3.072.005 3.125.888 3.180.716 3.236.506 3.293.274 3.351.038 3.409.815 3.469.623 3.530.481 3.592.405 3.655.416 3.719.532 3.784.773 3.851.158 3.918.707 3.987.441 4.057.381 4.128.547 152.926.888
Verfijning
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
KASSALDO Overig
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Inkomsten -/uitgaven
1.210.448 1.254.236 1.299.187 1.345.330 1.392.691 1.435.056 1.478.478 1.522.981 1.568.591 1.615.333 1.663.232 1.712.314 1.762.606 1.814.135 1.866.930 1.921.019 1.954.714 1.988.999 2.023.886 2.059.385 2.095.507 2.132.262 2.169.662 2.207.718 2.246.441 2.285.844 2.325.938 2.366.735 2.408.247 2.450.488 2.493.469 2.537.205 2.581.707 2.626.990 2.673.068 2.719.953 2.767.661 2.816.206 2.865.603 2.915.865 2.967.009 3.019.051 3.072.005 3.125.888 3.180.716 3.236.506 3.293.274 3.351.038 3.409.815 3.469.623 3.530.481 3.592.405 3.655.416 3.719.532 3.784.773 3.851.158 3.918.707 3.987.441 4.057.381 4.128.547 152.926.888
50.03276.070 2422.788 95.818 754.840 140.693353.048 861.878119 998.411 908.560 818.171 603.670 355.775363.1961.012.703 753.624 1.253.558 1.423.869100.013152.071 1.210.033879.1891.334.50662.770 1.803.1651.313.151277.995 724.138 400.7641.105.972 1.229.582 2.393.4911.528.196 2.503 190.812204.982 633.9611.636.253574.9551.368.683 1.480.396 497.614 888.181 2.225.139 963.609 2.048.261 608.545959.074 2.514.915 1.176.015 2.177.919 815.0661.368.799 925.703 2.132.857 2.273.636 2.943.881 1.993.675
Financieringsverslag Opdrachtgever: Omschrijving project: Projectnummer: Datum:
Gemeente Dalfsen vGRP 2012 - 2015 C01032.100151 04-okt-11
METHODE
IDEAAL COMPLEX
GEGEVENS startjaar prijspeil heffingseenheden startjaar heffingseenheden eindjaar rente investeringen voorziening/reserve-positief idem boekwaarde voorziening idem inflatie (correctie vaste bedragen)
startvoorziening startreserve
2011 2011 9.938 12.151 5,0 1,5 1,5 5,0 5,0 0,0
st st % % nom % reeel % nom % reeel %
4.105.887 euro 100.000 euro
INVESTERINGEN direct activeren (excl nieuwe aanleg) activeren (nieuwe aanleg) BTW totaal
90.325.485 0 0 0 90.325.485
euro euro euro euro euro
BALANS LASTEN-BATEN LASTEN (excl. BTW) dotaties spaarvoorziening lopende kapitaallasten nieuwe kapitaallasten exploitatielasten (overig) eindsaldo bestemmingsreserve BTW
102.608.231 7.531.672 0 38.833.045 244.320 3.953.940
euro euro euro euro euro euro
totaal
153.171.208 euro
KENGETALLEN startheffing eindheffing gem .heffing groeiperiode rioolheffing groei % rioolheffing min. % direct afschrijven max. % direct afschrijven overgangsperiode activeren > direct dotatie startjaar dotatie eindjaar dotaties gemiddeld groeiperiode dotaties groei % dotaties rente spaarvoorziening eindsaldo spaarvoorziening max.spaarvoorziening min. spaarvoorziening rente bestemmingsreserve eindsaldo bestemmingsreserve max. bestemmingsreserve min. bestemmingsreserve restboekwaarde max. boekwaarde min. boekwaarde
121,80 339,77 212,78 60 1,8 100 100 0 -20.961 3.457.827 1.710.137 nvt nvt -16.317.860 70.773 3.431.137 0 144.321 244.320 244.320 101.500 0 15.943.306 0
euro euro euro jaar % % % jaar euro euro euro jaar % euro !!!! euro euro euro !!!!! euro euro euro euro euro
BATEN (incl BTW) rioolheffing overige baten rente bestemmingsreserve startsaldo bestemmingsreserve
152.926.888 0 144.321 100.000
euro euro euro euro
totaal
153.171.210 euro
4.105.887 euro 102.608.231 euro -16.317.860 euro
BALANS SPAARVOORZIENING LASTEN (excl. BTW) investeringen (direct af te boeken) eindsaldo spaarvoorziening
90.325.485 euro 70.773 euro
INKOMSTEN (excl. BTW) startsaldo spaarvoorziening dotaties rente spaarvoorziening
totaal
90.396.258 euro
totaal
KENGETALLEN omschrijving Aantal inwoners 1 januari 2011 Aantal aansluitingen Omvang grondgebied Inwonerdichtheid Overwegend voorkomende grondsoort Mate van stedelijkheid Lengte (verbeterd) gemengde riolering Lengte vuilwaterriolering riolering Lengte hemelwaterriolering Totale lengte vrijverval riolering Lengte vrij verval riolering per inwoner Lengte mechanische riolering Aantal riool-opvoergemalen Aantal drukpompunits Aantal bergbezinkvoorzieningen Aantal overstorten Aantal hemelwatervoorzieningen Beheerlasten per inwoner Kapitaallasten per inwoner Totale lasten per inwoner Beheerlasten per aansluiting Kapitaallasten per aansluiting Totale lasten per aansluiting Beheerlasten per km riool Kapitaallasten per km riool Totale lasten per km riool
075678734:0.2!
eenheid st st km2 st/km2
km km km km/inw. m km st st st st st €/inw. €/inw. €/inw. €/inw. €/inw. €/inw. €/inw. €/inw. €/inw.
grootheid
#DEEL/0! Klei/veen zeer stedelijk
0 #DEEL/0! 0 297
647.217 1835665,057 2.482.882 #DEEL/0! #DEEL/0! #DEEL/0! #DEEL/0! #DEEL/0! #DEEL/0!
90.396.258 euro
Dotaties aan spaarvoorziening Opdrachtgever: Omschrijving project: Projectnummer:
METHODE
Gemeente Dalfsen vGRP 2012 - 2015 C01032.100151 4-10-2011
SPAARVOORZIENING RIOOLVERVANGING SPAARVOORZIENING RIOOLVERVANGING EGALISATIEVOORZIENING GROOT ONDERHOUD GECOMBINEERDE VOORZIENING
IDEAAL COMPLEX
UITGANGSPUNTEN Prijspeil % Direct startjaar % Direct eindjaar Groeiperiode
2.011 100 % 100 % 0 jaar
UITGANGSPUNTEN Prijspeil Saldo voorziening sta
Gegevenscheck
JAAR
2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031 2032 2033 2034 2035 2036 2037 2038 2039 2040 2041 2042 2043 2044 2045 2046 2047 2048 2049 2050 2051 2052 2053 2054 2055 2056 2057 2058 2059 2060 2061 2062 2063 2064 2065 2066 2067 2068 2069 2070 Totalen:
075678734:0.2!
VERDELING ACTIVEREN - DIRECT Investering % Direct Activeren Direct excl nwe aanleg 704.496 100,0 0 704.496 326.590 100,0 0 326.590 400.741 100,0 0 400.741 501.721 100,0 0 501.721 431.052 100,0 0 431.052 75.394 100,0 0 75.394 954.349 100,0 0 954.349 565.112 100,0 0 565.112 1.770.649 100,0 0 1.770.649 1.010.393 100,0 0 1.010.393 0 100,0 0 0 198.933 100,0 0 198.933 284.613 100,0 0 284.613 605.645 100,0 0 605.645 1.557.884 100,0 0 1.557.884 1.679.394 100,0 0 1.679.394 282.189 100,0 0 282.189 630.554 100,0 0 630.554 105.508 100,0 0 105.508 2.878.433 100,0 0 2.878.433 1.535.699 100,0 0 1.535.699 1.375.370 100,0 0 1.375.370 2.714.874 100,0 0 2.714.874 2.482.086 100,0 0 2.482.086 2.921.126 100,0 0 2.921.126 1.618.253 100,0 0 1.618.253 3.464.282 100,0 0 3.464.282 3.075.065 100,0 0 3.075.065 1.470.431 100,0 0 1.470.431 1.121.529 100,0 0 1.121.529 2.229.412 100,0 0 2.229.412 826.412 100,0 0 826.412 692.305 100,0 0 692.305 4.415.660 100,0 0 4.415.660 480.051 100,0 0 480.051 2.112.630 100,0 0 2.112.630 2.298.652 100,0 0 2.298.652 2.006.403 100,0 0 2.006.403 2.834.743 100,0 0 2.834.743 3.947.297 100,0 0 3.947.297 2.882.144 100,0 0 2.882.144 1.045.547 100,0 0 1.045.547 926.788 100,0 0 926.788 2.023.453 100,0 0 2.023.453 1.632.714 100,0 0 1.632.714 406.546 100,0 0 406.546 1.664.844 100,0 0 1.664.844 697.956 100,0 0 697.956 3.358.539 100,0 0 3.358.539 1.905.728 100,0 0 1.905.728 350.744 100,0 0 350.744 1.811.569 100,0 0 1.811.569 817.676 100,0 0 817.676 3.929.777 100,0 0 3.929.777 1.751.153 100,0 0 1.751.153 2.320.634 100,0 0 2.320.634 1.126.029 100,0 0 1.126.029 1.108.984 100,0 0 1.108.984 448.679 100,0 0 448.679 1.530.051 100,0 0 1.530.051 90.325.485 0 90.325.485
JAAR
2.011 4.105.887
SALDO BESTEMMINGSRESERVE OVERZETTEN OP SPAARVOORZIENING (ZIE TABBLAD ALGEMEEN)
SPAARVOORZIENING RIOOLVERVANGING IDEAAL COMPLEX Saldo 1/1 Lasten Dotaties Rente Toevoeging Saldo 31/12 Boekwaarde excl. BTW 2011 4.105.887 704.496 -20.961 50.706 -674.750 3.431.137 0 2012 3.431.137 326.590 -273.916 42.459 -558.047 2.873.089 0 2013 2.873.089 400.741 -249.438 33.344 -616.835 2.256.255 0 2014 2.256.255 501.721 -75.866 25.180 -552.407 1.703.848 0 2015 1.703.848 431.052 -30.950 18.628 -443.375 1.260.473 0 2016 1.260.473 75.394 296.619 22.225 243.450 1.503.923 0 2017 1.503.923 954.349 301.357 12.764 -640.229 863.695 0 2018 863.695 565.112 482.782 11.720 -70.610 793.085 0 2019 793.085 1.770.649 510.529 -23.352 -1.283.472 0 490.387 2020 0 1.010.393 628.565 -43.611 -425.439 0 915.825 2021 0 0 693.974 -11.093 682.882 0 232.944 2022 0 198.933 814.885 5.745 621.697 388.754 0 2023 388.754 284.613 810.378 13.718 539.482 928.236 0 2024 928.236 605.645 929.126 18.776 342.257 1.270.493 0 2025 1.270.493 1.557.884 931.720 9.665 -616.499 653.994 0 2026 653.994 1.679.394 1.089.383 960 -589.051 64.943 0 2027 64.943 282.189 1.076.093 12.883 806.786 871.729 0 2028 871.729 630.554 1.164.414 21.084 554.944 1.426.674 0 2029 1.426.674 105.508 1.148.336 37.043 1.079.871 2.506.544 0 2030 2.506.544 2.878.433 1.251.854 13.199 -1.613.380 893.165 0 2031 893.165 1.535.699 1.250.095 9.113 -276.491 616.674 0 2032 616.674 1.375.370 1.347.740 8.836 -18.794 597.879 0 2033 597.879 2.714.874 1.351.512 -38.274 -1.401.636 0 803.757 2034 0 2.482.086 1.453.844 -91.600 -1.119.842 0 1.923.599 2035 0 2.921.126 1.441.736 -170.149 -1.649.539 0 3.573.138 2036 0 1.618.253 1.573.890 -180.875 -225.238 0 3.798.375 2037 0 3.464.282 1.575.380 -284.364 -2.173.265 0 5.971.641 2038 0 3.075.065 1.665.573 -369.057 -1.778.548 0 7.750.189 2039 0 1.470.431 1.653.320 -378.365 -195.477 0 7.945.666 2040 0 1.121.529 1.751.765 -365.771 264.465 0 7.681.201 2041 0 2.229.412 1.735.922 -408.735 -902.224 0 8.583.425 2042 0 826.412 1.840.975 -378.443 636.120 0 7.947.306 2043 0 692.305 1.831.426 -340.409 798.712 0 7.148.594 2044 0 4.415.660 1.932.800 -481.573 -2.964.433 0 10.113.026 2045 0 480.051 1.919.942 -433.657 1.006.234 0 9.106.792 2046 0 2.112.630 2.027.866 -459.578 -544.342 0 9.651.134 2047 0 2.298.652 2.021.586 -496.410 -773.476 0 10.424.610 2048 0 2.006.403 2.126.118 -515.245 -395.530 0 10.820.139 2049 0 2.834.743 2.116.477 -576.920 -1.295.187 0 12.115.326 2050 0 3.947.297 2.227.677 -691.747 -2.411.367 0 14.526.693 2051 0 2.882.144 2.224.736 -759.205 -1.416.613 0 15.943.306 2052 0 1.045.547 2.332.669 -732.809 554.313 0 15.388.993 2053 0 926.788 2.328.019 -699.388 701.842 0 14.687.151 2054 0 2.023.453 2.443.975 -713.331 -292.809 0 14.979.960 2055 0 1.632.714 2.447.035 -708.282 106.040 0 14.873.920 2056 0 406.546 2.558.287 -636.109 1.515.632 0 13.358.288 2057 0 1.664.844 2.557.024 -623.305 268.874 0 13.089.414 2058 0 697.956 2.680.318 -555.353 1.427.010 0 11.662.405 2059 0 3.358.539 2.684.095 -616.842 -1.291.286 0 12.953.691 2060 0 1.905.728 2.798.903 -603.026 290.149 0 12.663.541 2061 0 350.744 2.799.761 -510.726 1.938.290 0 10.725.251 2062 0 1.811.569 2.921.685 -480.757 629.359 0 10.095.892 2063 0 817.676 2.929.696 -399.194 1.712.826 0 8.383.065 2064 0 3.929.777 3.048.812 -463.202 -1.344.166 0 9.727.232 2065 0 1.751.153 3.054.053 -421.217 881.683 0 8.845.549 2066 0 2.320.634 3.180.438 -399.287 460.516 0 8.385.032 2067 0 1.126.029 3.192.987 -315.904 1.751.055 0 6.633.978 2068 0 1.108.984 3.316.721 -221.312 1.986.425 0 4.647.553 2069 0 448.679 3.326.661 -88.479 2.789.504 0 1.858.049 2070 0 1.530.051 3.457.827 1.046 1.928.822 70.773 0 Totalen: 90.325.485 102.608.231 -16.317.860
UITGANGSPUNTEN Prijspeil Saldo voorziening sta Dotatie startjaar Dotatie eindjaar Eindsaldo voorziening Eindboekwaarde Groeiperiode Groeipercentage
2.011 4.105.887 0 0 0 0
€ € € € € jaar %
JAAR
SPAARVOORZIENING RIOOLVERVANGING Saldo 1/1 Lasten Dotaties excl. BTW 2011 0 0 2012 0 0 2013 0 0 2014 0 0 2015 0 0 2016 0 0 2017 0 0 2018 0 0 2019 0 0 2020 0 0 2021 0 0 2022 0 0 2023 0 0 2024 0 0 2025 0 0 2026 0 0 2027 0 0 2028 0 0 2029 0 0 2030 0 0 2031 0 0 2032 0 0 2033 0 0 2034 0 0 2035 0 0 2036 0 0 2037 0 0 2038 0 0 2039 0 0 2040 0 0 2041 0 0 2042 0 0 2043 0 0 2044 0 0 2045 0 0 2046 0 0 2047 0 0 2048 0 0 2049 0 0 2050 0 0 2051 0 0 2052 0 0 2053 0 0 2054 0 0 2055 0 0 2056 0 0 2057 0 0 2058 0 0 2059 0 0 2060 0 0 2061 0 0 2062 0 0 2063 0 0 2064 0 0 2065 0 0 2066 0 0 2067 0 0 2068 0 0 2069 0 0 2070 0 0 Totalen: 0
Rente 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
% 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0
DIRECTE AFSCHRIJVING Saldo 31/12 Boekwaarde
toevoeging 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
kostendekkingsplan
Kostendekkingsplan Opdrachtgever: Omschrijving project: Projectnummer: Datum:
JAAR
LASTEN DOTATIES excl. BTW Methode
Gemeente Dalfsen vGRP 2012 - 2015 C01032.100151 04-okt-11
UITGANGSPUNTEN Prijspeil: Aantal heffingseenheden: Saldo bestemmingsreserve op 1/1 start Eindsaldo bestemmingsreserve Eindsaldo spaarvoorziening Ideaal Com Eind boekwaarde spaarvoorziening idem
KAPITAALSLASTEN NIEUW (excl. BTW) nvesteringen afschrijving boekw. 31/12 geactiveerd cumulatief
LOPEND voor BCF incl. BTW
rente
IDEAAL COMPLEX
2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031 2032 2033 2034 2035 2036 2037 2038 2039 2040 2041 2042 2043 2044 2045 2046 2047 2048 2049 2050 2051 2052 2053 2054 2055 2056 2057 2058 2059 2060 2061 2062 2063 2064 2065 2066 2067 2068 2069 2070 Totalen:
075678734:0.2!
20.961273.916249.43875.86630.950296.619 301.357 482.782 510.529 628.565 693.974 814.885 810.378 929.126 931.720 1.089.383 1.076.093 1.164.414 1.148.336 1.251.854 1.250.095 1.347.740 1.351.512 1.453.844 1.441.736 1.573.890 1.575.380 1.665.573 1.653.320 1.751.765 1.735.922 1.840.975 1.831.426 1.932.800 1.919.942 2.027.866 2.021.586 2.126.118 2.116.477 2.227.677 2.224.736 2.332.669 2.328.019 2.443.975 2.447.035 2.558.287 2.557.024 2.680.318 2.684.095 2.798.903 2.799.761 2.921.685 2.929.696 3.048.812 3.054.053 3.180.438 3.192.987 3.316.721 3.326.661 3.457.827 102.608.231
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
609.526 610.677 584.038 514.476 491.922 467.717 446.401 369.479 332.342 316.048 238.537 226.709 226.508 214.289 204.490 160.916 152.901 153.865 144.830 136.812 119.692 113.802 87.431 83.154 78.985 41.234 19.837 30.442 29.207 28.002 26.827 25.510 24.561 23.470 22.406 21.368 20.355 19.368 18.406 17.468 16.553 15.662 13.266 11.193 7.961 7.499 5.530 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 7.531.672
2011 9.938 100.000 244.320 70.773 0
€ € € €
Rioolheffing startja ##### Rioolheffing eindjaa ##### Stijgingsperiode: Stijgingspercentage:
BATEN OVERIG RIOOLHEFFING excl. BTW BTW na BCF - onderzoek compensabel excl. BTW - loonkosten op basis van heffings- riooleenheden heffing - overig excl. BTW vast bedrag incl. BTW 0 555.984 1.144.549 65.899 1.210.448 9.938 121,80 0 851.576 1.188.337 65.899 1.254.236 10.120 123,94 0 898.688 1.233.288 65.899 1.299.187 10.302 126,11 0 840.821 1.279.431 65.899 1.345.330 10.484 128,32 0 865.821 1.326.792 65.899 1.392.691 10.666 130,57 0 604.821 1.369.157 65.899 1.435.056 10.801 132,86 0 664.821 1.412.579 65.899 1.478.478 10.936 135,19 0 604.821 1.457.082 65.899 1.522.981 11.071 137,56 0 659.821 1.502.692 65.899 1.568.591 11.206 139,98 0 604.821 1.549.434 65.899 1.615.333 11.341 142,43 0 664.821 1.597.333 65.899 1.663.232 11.476 144,93 0 604.821 1.646.415 65.899 1.712.314 11.611 147,47 0 659.821 1.696.707 65.899 1.762.606 11.746 150,06 0 604.821 1.748.236 65.899 1.814.135 11.881 152,69 0 664.821 1.801.031 65.899 1.866.930 12.016 155,37 0 604.821 1.855.120 65.899 1.921.019 12.151 158,10 0 659.821 1.888.815 65.899 1.954.714 12.151 160,87 0 604.821 1.923.100 65.899 1.988.999 12.151 163,69 0 664.821 1.957.987 65.899 2.023.886 12.151 166,56 0 604.821 1.993.486 65.899 2.059.385 12.151 169,48 0 659.821 2.029.608 65.899 2.095.507 12.151 172,46 0 604.821 2.066.363 65.899 2.132.262 12.151 175,48 0 664.821 2.103.763 65.899 2.169.662 12.151 178,56 0 604.821 2.141.819 65.899 2.207.718 12.151 181,69 0 659.821 2.180.542 65.899 2.246.441 12.151 184,88 0 604.821 2.219.945 65.899 2.285.844 12.151 188,12 0 664.821 2.260.039 65.899 2.325.938 12.151 191,42 0 604.821 2.300.836 65.899 2.366.735 12.151 194,78 0 659.821 2.342.348 65.899 2.408.247 12.151 198,19 0 604.821 2.384.589 65.899 2.450.488 12.151 201,67 0 664.821 2.427.570 65.899 2.493.469 12.151 205,21 0 604.821 2.471.306 65.899 2.537.205 12.151 208,81 0 659.821 2.515.808 65.899 2.581.707 12.151 212,47 0 604.821 2.561.091 65.899 2.626.990 12.151 216,20 0 664.821 2.607.169 65.899 2.673.068 12.151 219,99 0 604.821 2.654.054 65.899 2.719.953 12.151 223,85 0 659.821 2.701.762 65.899 2.767.661 12.151 227,77 0 604.821 2.750.307 65.899 2.816.206 12.151 231,77 0 664.821 2.799.704 65.899 2.865.603 12.151 235,83 0 604.821 2.849.966 65.899 2.915.865 12.151 239,97 0 659.821 2.901.110 65.899 2.967.009 12.151 244,18 0 604.821 2.953.152 65.899 3.019.051 12.151 248,46 0 664.821 3.006.106 65.899 3.072.005 12.151 252,82 0 604.821 3.059.989 65.899 3.125.888 12.151 257,25 0 659.821 3.114.817 65.899 3.180.716 12.151 261,77 0 604.821 3.170.607 65.899 3.236.506 12.151 266,36 0 664.821 3.227.375 65.899 3.293.274 12.151 271,03 0 604.821 3.285.139 65.899 3.351.038 12.151 275,78 0 659.821 3.343.916 65.899 3.409.815 12.151 280,62 0 604.821 3.403.724 65.899 3.469.623 12.151 285,54 0 664.821 3.464.582 65.899 3.530.481 12.151 290,55 0 604.821 3.526.506 65.899 3.592.405 12.151 295,65 0 659.821 3.589.517 65.899 3.655.416 12.151 300,83 0 604.821 3.653.633 65.899 3.719.532 12.151 306,11 0 664.821 3.718.874 65.899 3.784.773 12.151 311,48 0 604.821 3.785.259 65.899 3.851.158 12.151 316,94 0 659.821 3.852.808 65.899 3.918.707 12.151 322,50 0 604.821 3.921.542 65.899 3.987.441 12.151 328,16 0 664.821 3.991.482 65.899 4.057.381 12.151 333,91 0 604.821 4.062.648 65.899 4.128.547 12.151 339,77 0 38.833.045 ########### 3.953.940 ########### gemiddeld: 212,78
Page 5
121,80 339,77 60 1,75
€ € jr %
BESTEMMINGSRESERVE RIOLERING (=EXPLOITATIESALDO) VERFIJNING
OVERIG SALDO 1/1
% 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75 1,75
1.210.448 1.254.236 1.299.187 1.345.330 1.392.691 1.435.056 1.478.478 1.522.981 1.568.591 1.615.333 1.663.232 1.712.314 1.762.606 1.814.135 1.866.930 1.921.019 1.954.714 1.988.999 2.023.886 2.059.385 2.095.507 2.132.262 2.169.662 2.207.718 2.246.441 2.285.844 2.325.938 2.366.735 2.408.247 2.450.488 2.493.469 2.537.205 2.581.707 2.626.990 2.673.068 2.719.953 2.767.661 2.816.206 2.865.603 2.915.865 2.967.009 3.019.051 3.072.005 3.125.888 3.180.716 3.236.506 3.293.274 3.351.038 3.409.815 3.469.623 3.530.481 3.592.405 3.655.416 3.719.532 3.784.773 3.851.158 3.918.707 3.987.441 4.057.381 4.128.547 152.926.888
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
1.210.448 1.254.236 1.299.187 1.345.330 1.392.691 1.435.056 1.478.478 1.522.981 1.568.591 1.615.333 1.663.232 1.712.314 1.762.606 1.814.135 1.866.930 1.921.019 1.954.714 1.988.999 2.023.886 2.059.385 2.095.507 2.132.262 2.169.662 2.207.718 2.246.441 2.285.844 2.325.938 2.366.735 2.408.247 2.450.488 2.493.469 2.537.205 2.581.707 2.626.990 2.673.068 2.719.953 2.767.661 2.816.206 2.865.603 2.915.865 2.967.009 3.019.051 3.072.005 3.125.888 3.180.716 3.236.506 3.293.274 3.351.038 3.409.815 3.469.623 3.530.481 3.592.405 3.655.416 3.719.532 3.784.773 3.851.158 3.918.707 3.987.441 4.057.381 4.128.547 ###########
RENTE
positief: 1,50 % negatief: 5,00 % 100.000 1.500 101.500 1.522 103.023 1.545 104.568 1.569 106.137 1.592 107.729 1.616 109.345 1.640 110.985 1.665 112.650 1.690 114.340 1.715 116.055 1.741 117.796 1.767 119.563 1.793 121.356 1.820 123.176 1.848 125.024 1.875 126.899 1.903 128.802 1.932 130.734 1.961 132.695 1.990 134.685 2.020 136.705 2.051 138.756 2.081 140.837 2.113 142.950 2.144 145.094 2.176 147.270 2.209 149.479 2.242 151.721 2.276 153.997 2.310 156.307 2.345 158.652 2.380 161.032 2.415 163.447 2.452 165.899 2.488 168.387 2.526 170.913 2.564 173.477 2.602 176.079 2.641 178.720 2.681 181.401 2.721 184.122 2.762 186.884 2.803 189.687 2.845 192.532 2.888 195.420 2.931 198.351 2.975 201.326 3.020 204.346 3.065 207.411 3.111 210.522 3.158 213.680 3.205 216.885 3.253 220.138 3.302 223.440 3.352 226.792 3.402 230.194 3.453 233.647 3.505 237.152 3.557 240.709 3.611 144.321
TOEVOEGING
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
SALDO 31/12
101.500 103.023 104.568 106.137 107.729 109.345 110.985 112.650 114.340 116.055 117.796 119.563 121.356 123.176 125.024 126.899 128.802 130.734 132.695 134.685 136.705 138.756 140.837 142.950 145.094 147.270 149.479 151.721 153.997 156.307 158.652 161.032 163.447 165.899 168.387 170.913 173.477 176.079 178.720 181.401 184.122 186.884 189.687 192.532 195.420 198.351 201.326 204.346 207.411 210.522 213.680 216.885 220.138 223.440 226.792 230.194 233.647 237.152 240.709 244.320
Diverse grafieken Ideaal Complex Opdrachtgever: Omschrijving project: Projectnummer: Datum:
Gemeente Dalfsen vGRP 2012 - 2015 C01032.100151 04-okt-11
METHODE
IDEAAL COMPLEX
Uitgavenpatroon versus inkomsten
Lastenpatroon 05
06
04
bedragen in miljoen euro
04 03 02 01
04 03 03 02 02 01 01 00 -01
2011
2016
2021
2026
2031
2036
2041
2046
2051
2056
2061
2066
00 2011
2016
2021
2026
2031
Exploitatielasten
2036
2041
BTW uitgaven
2046
2051
2056
2061
INVESTERINGEN
2066 Exploitatielasten
Inkomsten
BTW
Investeringen: activeren versus direct afschrijven 5,00
bedragen in miljoen euro
4,00
4,00
3,500 3,00
3,00
2,500
2,500
2,00
2,00
1,500
1,500
1,00
1,00
,500
,500 ,00 2011
2016
2021
2026
2031
2036
Activeren
2041
2046
2051
Nieuwe aanleg
2056
2061
2066
,00 2011
2016
2021
2026
Direct afschrijven
16
00
01
08 06
00 2011 2016 2021 2026 2031 2036 2041 2046 2051 2056 2061 2066 -01
04 02
-02
Toevoeging, Rente
10
Boekwaarde, Saldo
12
02
bedragen in miljoen euro
00
bedragen in miljoen euro
18
14 03
00
2046
2051
2056
2061
2066
Baten
00 00
00
00
00
00
00 00
00
00
00
00
00
00 2011
Lasten
2041
Bestemmingsreserve
04
Rente
2036
Lasten
Spaarvoorziening 05
Dotaties
2031
Saldo voorziening
Saldo reserve
bedrag in miljoen euro
Dotaties variabel
4,500
3,500
bedragen in miljoen euro
Nieuwe kapitaallasten
Lasten versus baten
4,500
Dotaties, Rente, Lasten
Lopende kapitaallasten
2016
2021
2026
2031
2036
2041
Saldo baten-lasten
Boekwaarde
2046
2051
Rente
2056
2061
2066
Saldo reserve
Verloop boekwaarden
Saldi spaarvoorziening en bestemmingsreserve 18,00 16,00
bedragen in miljoen euro
bedragen in miljoen euro
4,00 3,500
14,00
3,00
12,00
2,500
10,00
2,00
1,500 1,00 ,500
6,00 4,00 2,00 ,00
,00 2011
2016
2021
2026
2031
Bestemmingsreserve
075678734:0.2!
8,00
2036
2041
2046
2051
2056
Spaarvoorziening (variabel)
2061
2066
2011
2016
2021
2026
2031
Boekwaarde activa
2036
2041
2046
2051
2056
2061
Boekwaarde spaarvoorziening (variabel)
2066
bedragen in miljoen euro
bedragen in miljoen euro
05