vgrp gemeente Lingewaal

vGRP 2012 – 2016 gemeente Lingewaal

Gemeente Lingewaal 20 januari 2012 Definitief rapport 9W2856.B0

A COMPANY OF

HASKONING NEDERLAND B.V. INFRASTRUCTUUR & TRANSPORT

Barbarossastraat 35 Postbus 151 6500 AD Nijmegen +31 (0)24 328 42 84 +31 (0)24 360 9566 [email protected] www.royalhaskoning.com Arnhem 09122561

Documenttitel

vGRP 2012 – 2016 gemeente Lingewaal

Verkorte documenttitel

vGRP Lingewaal 2012 - 2016

Status

Definitief rapport

Datum

20 januari 2012

Projectnaam

vGRP gemeente Lingewaal

Projectnummer

9W2856.B0

Opdrachtgever

Gemeente Lingewaal

Referentie

Auteur(s)

9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm

ing. F.M. van den Bergh

Collegiale toets

ir. T.H. Dijkstra

Datum/paraaf

20 januari 2012

Vrijgegeven door Datum/paraaf

ir. H. Herbermann 20 januari 2012

Telefoon Fax E-mail Internet KvK

SAMENVATTING Eerste vGRP

Afvalwaterzorgplicht

HemelwaterZorgplicht

Grondwaterzorgplicht

Middelen

Voor u ligt het eerste ‘verbrede’ Gemeentelijk Rioleringsplan (vGRP) van de gemeente Lingewaal. Hierin verwoordt de gemeente hoe ze invulling geeft aan de specifieke zorgtaken rondom afval-, hemelen grondwater. Voor het eerst betreft het hier een verbreed GRP omdat de Wet gemeentelijke watertaken (opgenomen in de Waterwet) sinds begin 2008 de nieuwe zorgtaken voor hemelen grondwater expliciet vastlegt. Voor de afvalwaterzorgplicht verandert er weinig. De gemeente heeft in beeld wat waar ligt en wat de staat ervan is. Het doelmatig beheer en onderhoud van de aanwezige stelsels krijgt de aankomende tijd meer aandacht. Voor de hemelwaterzorgplicht gaat de gemeente door met het afkoppelen van regenwater. Ze doet dit met een doel, namelijk het verhelpen van knelpunten (zowel kwantiteit als kwaliteit); afkoppelen is geen doel op zich. De grondwatertaak is een volledig nieuwe gemeentelijke taak. Om duidelijkheid te verschaffen, dient de gemeente eerst in beeld te krijgen wat de grondwatersituatie in de gemeente is. Hiervoor zal ze gaan meten en een grondwateronderzoek uitvoeren; pas daarna gaat ze aan de slag met heldere ontwateringsnormen. De personele analyse laat zien dat er momenteel sprake is van een lichte onderbezetting. Hierdoor moet de gemeente een duidelijk regisserende rol vervullen in het dagelijkse beheer van het stelsel. De rioolheffing is vormgegeven aan de hand van het beschreven beleid. De rioolheffing zal moeten stijgen. Echter, die stijging, vergeleken met andere kosten waarmee huishoudens te maken krijgen, is beperkt.

vGRP Lingewaal 2012 - 2016 Definitief rapport

-i-

9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm 20 januari 2012

INHOUDSOPGAVE Blz. 1

INLEIDING 1.1 1.2 1.3 1.4

Gemeentelijke zorgplichten Aanleiding en geldigheidsduur Procedure Leeswijzer

1 1 2 3 3

2

WETTELIJK EN BELEIDSKADER 2.1 Wettelijk en beleidskader hogere overheden 2.2 Provinciaal beleid 2.3 Beleid waterschap 2.4 Gemeentelijk beleid

5 5 5 6 7

3

EVALUATIE 3.1 Evaluatie GRP 2007 - 2011 3.2 Benchmark Rioleringszorg 2010 3.3 Overige aandachtspunten

8 8 9 9

4

DOELEN EN VISIE 4.1 Inleiding 4.2 Uitwerking doelstellingen

11 11 11

5

HUIDIGE SITUATIE 5.1 Afvalwaterzorgplicht 5.1.1 Niet aangesloten bebouwing 5.1.2 Nieuwe bebouwing, herstructurering en vitalisering 5.1.3 Inventarisatie voorzieningen, inspecties en kwaliteitstoestand 5.1.4 Beheer van het rioolstelsel 5.1.5 Hydraulisch functioneren 5.1.6 Milieutechnisch functioneren; Basisinspanning 5.2 Hemelwaterzorgplicht 5.2.1 Bestaande en nieuwe bebouwing 5.2.2 Beheer van hemelwatervoorzieningen 5.2.3 Afkoppelplan 5.3 Grondwaterzorgplicht 5.3.1 Bestaande en nieuwe bebouwing 5.3.2 Meten 5.4 Samenhang met het waterplan 5.5 Communicatie - in relatie tot riolering en water 5.5.1 Intern 5.5.2 Extern

13 13 13 13 14 17 17 18 21 21 21 22 22 22 23 23 23 23 23

6

BELEID PLANPERIODE 6.1 Hoofdlijnen beleid afval- en hemelwaterzorgplicht 6.1.1 Buitengebied 6.1.2 Uitbreidingen 6.1.3 Inbreidingen

25 26 26 26 26


- ii -


6.1.4 6.1.5 6.1.6 6.1.7 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6 6.7 6.7.1 6.7.2 6.7.3 6.7.4 6.8 7

Herinrichtingsprojecten Wegrenovatieprojecten Rioolvervangingsprojecten Afwijkingen van het beleid Beheer bestaande afval- en hemelwatervoorzieningen Investeringen afval- en hemelwaterzorgplicht Onderzoek en planvorming afval- en hemelwaterzorgplicht Beleid grondwaterzorgplicht Waterplan Overige beleidsaspecten Uitwerking beleid verwerking hemelen grondwater voor particulieren Interne communicatie Externe communicatie Samenwerking Samenvatting beleidsvoornemens

PERSONEEL EN FINANCIËN 7.1 Analyse personele middelen 7.2 Financiële middelen; maatstaven en kostendekking 7.2.1 Heffingsmaatstaven 7.2.2 Kostendekking


- iii -

27 28 28 28 29 33 33 35 36 37 37 38 38 39 40 43 43 43 43 46


1

INLEIDING Inleiding

Het watersysteem en de waterketen dienen, mede vanuit Europese en nationale wet- en regelgeving, steeds meer integraal te worden benaderd. Een voorbeeld hiervan is de verbreding van de gemeentelijke watertaken. Betrof het voorheen ‘slechts’ de zorg voor het afvalwater (puur onderdeel van de waterketen), sinds 1 januari 2008 dient de gemeente tevens zorg te dragen voor afvloeiend hemelwater en grondwater (onderdelen van het watersysteem). De Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) stelt dat waterlichamen in 2015 in een goede toestand verkeren. In het Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW) is de nationale doorvertaling geregeld. Eind 2009 trad de nieuwe Waterwet in werking. Hierin worden losstaande wetten en regels betreffende water (-kwantiteit, en – kwaliteit) geïntegreerd. Voorheen dienden rioolstelsels het doel van het verbeteren van de volksgezondheid en het voorkomen van emissies naar de omgeving. Door de integratie met andere watertaken dient tegenwoordig ook aandacht te worden gegeven aan thema’s als wateroverlast als gevolg van klimaatverandering, grondwateroverlast en ontvlechting van schone en verontreinigde waterstromen zodanig dat een gezond en duurzaam watersysteem niet onder druk komt te staan. Afvalwater-, hemelwater- en ontwateringstelsels in de gemeente Lingewaal zijn daarbij middelen in de voortdurende opgave om het bebouwde stedelijke gebied en de natuurlijke omgeving op elkaar af te stemmen. Het voorliggende verbrede Gemeentelijk Rioleringsplan (vGRP) beschrijft het beleid van de gemeente Lingewaal ten aanzien van het stedelijk afvalwater, het afvloeiende hemelwater en het grondwater, en draagt als zodanig, bij aan de waterbrede opgaven waar de gemeente voor staat.

1.1

Gemeentelijke zorgplichten Zorgplichten

In de Wet verankering en bekostiging gemeentelijke watertaken (Wet gemeentelijke watertaken; Wgw) die per 1 januari 2008 van kracht is worden drie zorgplichten beschreven: 1. Zorgplicht (stedelijk) afvalwater; 2. Zorgplicht hemelwater (nieuw); 3. Zorgplicht grondwater (nieuw). De oude gemeentelijke zorgplicht voor de doelmatige inzameling en het transport van afvalwater zoals wettelijk vastgelegd in 1993 is met de komst van de nieuwe zorgplichten komen te vervallen. Dit vGRP legt vast hoe de gemeente invulling geeft aan deze drie zorgplichten. De zorgplicht afvalwater is in wezen een voortzetting van de oude zorgplicht. De hemelwaterzorgplicht en grondwaterzorgplicht zijn nieuw en betreffen een inspanningsverplichting.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm -1-

20 januari 2012

De wet verankering en bekostiging watertaken is doorvertaald in de Wet Milieubeheer en de Waterwet. Functie afval-, hemelen grondwater voorzieningen

Openbare vuilwaterstelsels Een openbaar vuilwaterriool is een voorziening in beheer bij de gemeente voor het inzamelen en transporteren van stedelijk afvalwater; dat wil zeggen het afvalwater geproduceerd door huishoudens en al het water dat hier mee gemengd is zoals bedrijfsafvalwater, afvloeiend hemelwater en/of grondwater. Onder het openbare vuilwaterstelsel vallen gemengde riolen, dwariolen, drukriolering en (vrijwel) alle afvalwatertransportleidingen naar de rioolwaterzuivering. Openbare hemelwaterstelsels Openbare (gemeentelijke) hemelwaterstelsels zijn voorzieningen voor de inzameling, transport en verwerking van uitsluitend afvloeiend hemelwater. Daaronder vallen de rwa-riolen van (verbeterd) gescheiden stelsels, infiltratievoorzieningen, doorlatende verharding, retentievijvers en IT-riolen (infiltratie en transport) waarbij de gemeente verantwoordelijk is voor het beheer. Openbare ontwateringsvoorzieningen Ontwateringstelsels (voor grondwater) zijn voorzieningen waarmee structurele grondwateroverlast wordt voorkomen. Onder openbare ontwateringsvoorzieningen vallen onder andere: oppervlaktewateren (zoals greppels, sloten, kanalen en vijvers), en drainagenetwerken. Ontwateringsvoorzieningen kunnen ook omgekeerd werken en in droge tijden water aanvoeren om grondwaterstanden op peil te houden.

1.2

Aanleiding en geldigheidsduur Aanleiding

Geldigheidsduur

De wet Milieubeheer verplicht iedere gemeente een door het gemeentebestuur vastgesteld GRP te hebben, daarnaast is er vanuit de Wet Gemeentelijke Watertaken een verplichting om vóór 2013 het eerste verbrede GRP vast te stellen. De wijze van financiering van de verbrede watertaken dient vastgelegd te worden in een heffingsverordening. Deze verordening diende vóór 1 januari 2010 te zijn vastgesteld. Het voorgaande GRP had een looptijd van 2007 tot en met 2011. Het verstrijken van deze planperiode in 2011, de verbreding van de gemeentelijke watertaken en het aanpassen van de heffingsverordening geven aanleiding het vigerende GRP te herzien. Dit vGRP heeft een looptijd van 2012 tot en met 2016. De KRW kent een resultaatsverplichting in 2015. Vervolgplannen in het kader van de KRW zullen in de loop van 2015 worden geactualiseerd. Op deze wijze loopt het vGRP samen met de nieuwe plannen die in het kader van de KRW worden gemaakt (actualisatie stroomgebiedbeheersplan SGBP). Medio 2016 zal het beleid worden geactualiseerd en derhalve zal een nieuw vGRP worden opgesteld.



20 januari 2012

1.3

Procedure Procedure

Volgens de Wet milieubeheer wordt het vGRP opgesteld door Burgemeester en Wethouders van een gemeente. Hierbij worden provincie, waterbeheerder(s) en de inspectie van de volksgezondheid betrokken. De tekst van het ontwerp vGRP is in de periode eind 2010 - begin 2011 geschreven in opdracht van de afdeling ‘Civiele werken’ van de gemeente Lingewaal. Na vaststelling door de gemeenteraad is het plan toegestuurd aan de waterbeheerder (waterschap Rivierenland), de provincie Gelderland en de Minister.

1.4

Leeswijzer Algemeen

Wetten en beleid

Evaluatie GRP 20072011 Toetsingskader

Huidige situatie

Beleid planperiode

Het vGRP is opgebouwd volgens de richtlijnen van de Leidraad Riolering van de Stichting RIONED module A1050. Naast het inleidende hoofdstuk bevat het vGRP 6 hoofdstukken. De inhoud van deze hoofdstukken is hierna beknopt aangeduid. De samenhang tussen het gemeentelijke rioleringsbeleid en beleid en wetgeving van andere overheden wordt in hoofdstuk 2 behandeld. De ontwikkelingen die in de wet- en regelgeving hebben plaatsgevonden, en zullen plaatsvinden, komen naast beleidsontwikkelingen aan de orde. Dit hoofdstuk beslaat alle kaders gesteld door Europees -, nationaal -, provinciaal - en waterschapsbeleid en gaat uitgebreid in op de relevante stukken. In de evaluatie in hoofdstuk 3 wordt toegelicht hoe de zorg voor de riolering in de afgelopen jaren is ingevuld. Het beleid zoals verwoord in het vorige GRP 2007-2011 is hiervoor de basis geweest. De hoofdlijnen van het toetsingskader voor de zorgplichten worden beschreven in hoofdstuk 4. Met behulp van doelen, functionele eisen, maatstaven en meetmethoden wordt het toetsingskader voor het te voeren beleid verder uitgewerkt. Hoofdstuk 5 geeft inzicht in de omvang, de kwaliteitstoestand en het functioneren van de rioleringsobjecten die momenteel in beheer zijn bij de gemeente. Ook de stand van zaken ten aanzien van de twee nieuwe zorgplichten wordt beschreven. Verder wordt er aandacht besteed aan de huidige stand van zaken wat betreft communicatie, integrale planvorming en voortgangsbewaking. Het rioleringsbeleid voor de planperiode wordt beschreven in hoofdstuk 6. De uitwerking van het te voeren beleid volgt, net als het 5e hoofdstuk, de opbouw van het toetsingskader.



20 januari 2012

Personeel & financiën

Bijlagen

De personele en financiële aspecten van het beleid komen aan de orde in hoofdstuk 7. Op basis van een overzicht van de investeringen en jaarlijkse kosten voor de komende planperiode wordt de ontwikkeling van de rioolheffing in de gemeente onderbouwd in de kostendekkingparagraaf. Naast het vGRP is een aantal bijlagen opgesteld. Deze bijlagen zien er als volgt uit: Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13

Afkortingen en termen Wetten en beleid Evaluatie vorig GRP Benchmark rapport Lingewaal en Toelichting DoFeMaMe Verbetermaatregelen BRP’s Gemeentelijk Afkoppelplan Exploitatielasten Voorbeeld Maatwerkvoorschrift Investeringsbedragen planperiode Personeel Kostendekkingsplan (variant 0, 1, 2, 3) Grafieken (variant 0, 1, 2, 3)



20 januari 2012

2

WETTELIJK EN BELEIDSKADER

2.1

Wettelijk en beleidskader hogere overheden Wettelijk en beleidskader hogere overheden

Vanuit hogere overheden is er naast wetgeving een groot aantal beleidsstukken te noemen die van invloed zijn op het in het vGRP te verwoorden beleid. In bijlage 2 is een uitgebreide uitwerking opgenomen van het wettelijke en beleidskader ingedeeld naar Europa en het Rijk. Op nationaal niveau zijn Waterbeheer eenentwintigste eeuw (WB21), het Nationaal Bestuursakkoord water (NBW), het “Bestuursakkoord water actueel (NBW-a)”, het Nationaal Waterplan, de WABO en de wetgeving uit de Wet Milieubeheer en Waterwet zoals aangegeven in hoofdstuk 1 belangrijke uitgangspunten voor het (lokaal te voeren) beleid. Overig beleid en regels worden ingegeven door de waterbeheerder en de provincie en wordt in de onderstaande paragrafen behandeld.

2.2

Provinciaal beleid Provinciaal Waterplan

Het Waterplan is de opvolger van het derde Waterhuishoudingsplan van de provincie Gelderland. Gedurende de planperiode van het derde Waterhuishoudingsplan hebben zich enkele wijzigingen voorgedaan. Daarnaast is in diezelfde periode de status van KRW maatregelen veranderd (voorheen planvorming, nu uitvoering) en was de integrale Waterwet op komst. De looptijd van het Waterplan is van 2010 tot en met 2015. De lange termijnplanning, wanneer de provincie wil voldoen aan het KRW doel van het op orde hebben en houden van het watersysteem, is van 2030 verschoven naar 2027. Voor bebouwd (stedelijk) gebied gaat het Provinciaal Waterplan in op het duurzaam inrichten van het watersysteem. Per 2015 dienen waterkwaliteitsspooranalyses te worden uitgevoerd, en moeten urgente knelpunten opgelost zijn. Op de lange termijn (2027) is het stedelijk gebied zodanig ingericht dat wateroverlast wordt voorkomen. Ook zijn dan de maatregelen uit de waterkwaliteitsspooranalyses uitgevoerd. De provincie ziet de rol van gemeenten als volgt:

 

het voorkomen of zoveel mogelijk beperken van wateroverlast;

 

het voorkomen van zettingen;



het weren van de riolering van (diepe) drainage en instromend grond- en oppervlaktewater;

de ontwikkeling en het behoud van de natuur in het stedelijk gebied; het herbenutten van ontwateringwater voor drink- en industriewatervoorziening of voor herstel van verdroogde natuur;



20 januari 2012

2.3



het beperken van de vuilbelasting door riooloverstorten en hemelwateruitlaten;

 

het beperken van de invloed van bronbemaling; het realiseren van de basiskwaliteit voor oppervlaktewater.

Beleid waterschap Algemeen

Waterschap Rivierenland

De waterbeheerders in Nederland vertalen het Europese, nationale en provinciale waterbeleid door in waterbeheersplannen. Zo het Provinciale Waterplan kaderstellend werkt voor waterschapsbeleid, is het waterbeheersplan ten aanzien van aspecten als waterkwaliteit en waterkwantiteit kaderstellend voor gemeenten. Waterschap Rivierenland heeft het waterbeheersplan 2010-2015 opgesteld en vastgesteld op 30 oktober 2009. Waterbeheer in het stedelijk gebied krijgt in dit plan meer nadruk. Het waterschap is voornemens nadrukkelijker in te spelen op het voorkomen van te veel en te weinig water in het stedelijk gebied. Daarnaast dient stedelijk water zowel chemisch als ecologisch van goede kwaliteit te zijn. De afvalwaterketen krijgt ook een prominentere plaats in het waterschapsbeleid. Samenwerking in de afvalwaterketen, het inzamelen, transporteren en zuiveren van afvalwater en het doelmatig inrichten van de afvalwaterketen zullen centraal staan in de komende planperiode van het waterbeheersplan. Om samenwerking in de waterketen te verbeteren, voorziet het waterschap de volgende maatregelen ter realisatie hiervan:

   

gezamenlijk opstellen van plannen; gezamenlijk beheer en onderhoud; gezamenlijk meten en modelleren in de keten; voortzetten en stimuleren van innovaties in de waterketen.

Het beheer van het stedelijke water in de kernen van het Rivierengebied is vastgelegd in de vorm van waterplannen. De daarbij behorende maatregelen zijn in beeld (ook in Lingewaal) en komen tot uitvoering. Bij de ontwikkeling van locaties voor nieuwbouw zal het waterschap veel indringender dan in het verleden inzichtelijk maken wat wenselijk is vanuit het waterbeheer. Gemeenten en provincie zullen bij hun plannen nadrukkelijk de randvoorwaarden en kansen vanuit het waterbeheer mee laten bepalen voor uiteindelijke keuzen. Het waterschap heeft ook een checklist GRP opgesteld welke behoort bij Nota Rioleringsbeleid.



20 januari 2012

2.4

Gemeentelijk beleid Waterplan

Onkruidbestrijding

GRP

Het waterplan is in 2007 is gezamenlijk opgesteld met de buurgemeenten Geldermalsen en Neerijnen. het uitvoeringsplan van het waterplan Lingewaal 2009 - 2015 is in oktober 2008 vastgesteld. Beide plannen zijn in samenwerking met het waterschap Rivierenland ontwikkeld. Maatregelen uit het uitvoeringsplan die een relatie hebben met dit vGRP, worden meegenomen bij het beleid voor de planperiode en de financiën. Op locaties waar hemelwater gescheiden wordt ingezameld, kunnen verschillende bronnen dit water verontreinigen. Te denken valt aan chemische onkruidbestrijding en gladheidbestrijding. Het valt niet onder de rioleringszorg om beleid hiervoor op te nemen. De gemeente heeft de methodiek Duurzame OnkruidBestrijding (DOB) ingevoerd om nog spaarzamer om te gaan met bestrijdingsmiddelen op locaties waar deze stoffen in het water kunnen komen. Gladheidbestrijding wordt (slechts) toegepast daar waar het uit oogpunt van de verkeersveiligheid noodzakelijk is. Het gemeentelijk beleid voor de riolering en de uitbreiding hiervan in verband met de nieuwe zorgplichten is vastgelegd in het voorliggende Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP). De zorgplicht voor afvalwater betreft een resultaatsverplichting. Omdat de twee andere zorgplichten inspanningsverplichtingen betreffen, en niet een resultaatsverplichting, houdt de gemeente bepaalde keuzevrijheden voor het invullen van het beleid rondom rioleringen waterbeleid binnen de gemeentegrenzen; deze invulling gebeurt in dit GRP.



20 januari 2012

3

EVALUATIE

3.1

Evaluatie GRP 2007 - 2011 Evaluatie beleid

Stand van zaken doel-

In januari 2008 is het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) van de gemeente Lingewaal definitief gemaakt. Het beleid in het GRP is uitgewerkt aan de hand van zes doelstellingen. De beleidsvoornemens, maatregelen en de financiële voortgang van het vorige GRP zijn aan de hand van de doelstellingen op hoofdlijnen geëvalueerd. Tabel 3.1 geeft een algemeen beeld van de stand van zaken voor de zes hoofddoelstellingen.

stellingen

Tabel 3.1: Evaluatie doelstellingen GRP 2007-2011 Doelstelling Stand van zaken 1. Doelmatige inzameling van De OAS die de gemeente in dit kader wil het afvalwater uitvoeren, staat nog op de planning. 2. Schoon hemelwater Om hieraan gestalte te geven is een beschikbaar maken voor gemeentebreed afkoppelplan opgesteld, lokale waterhuishouding conform de doelstelling in het GRP. 3. Doelmatige inzameling van Op orde hemelwater 4. Doelmatig beheer en goed Op orde functioneren riolering 5. Belasting op milieu De emissieafspraken met het waterschap zijn minimaal voor 80% gerealiseerd. In het kader van waterkwaliteit is één knelpunt die gerelateerd kan worden aan de riolering. De gemeente heeft de ambitie dit knelpunt voor 2015 op te lossen. 6. Geen overlast omgeving In dit kader wilde de gemeente een onderzoek uitvoeren naar de ombouwmogelijkheden van het slecht functionerende vacuümsysteem naar drukriolering. In 2011 wordt aangevangen met de aanpak van illegale aansluitingen van hemelwater op druk- en vacuümriolering. Hierdoor zullen problemen worden verholpen, waardoor ombouwen niet meer noodzakelijk is.

Voor een overzicht ten aanzien van de stand van zaken en voortgang van de ‘Opgave’ in de periode 2007 - 2011 wordt verwezen naar bijlage 3. Hierin is de voortgang voor het onderzoeksprogramma, het vervangingsprogramma en het verbeteringsprogramma gedetailleerd verantwoord. Personele middelen

In het GRP zijn de beschikbare personele middelen geraamd op 1,0 fte (HBO) in vaste dienst en 0,6 Fte (HBO) inhuur. Hierbij zou een tekort zijn van 0,25 Fte.



20 januari 2012

Door de gemeente is besloten 2,5 Fte aan te stellen voor de binnendienst. Dit betreft 1,5 Fte HBO en 1,0 Fte MBO. In de 1,5 Fte HBO zijn tevens de facetten riolering en waterparagraaf met betrekking tot nieuwbouw opgenomen (0,5 Fte). De MBO-functie vervult zowel taken in de binnendienst als de buitendienst. Financiële voortgang

3.2

Tarieven omliggende gemeenten 2010 Rioolheffing

[euro/hh]

Lingewaal

217

Geldermalsen

224

Neerijnen

327

Gorinchem

198

Leerdam

234

Giessenlanden

319

LANDELIJK

187

Benchmark Rioleringszorg 2010 Gemeenterapport

3.3

De rioolheffing van de gemeente Lingewaal valt landelijk hoger uit dan gemiddeld. Dit komt doordat de afgelopen jaren het gehele stelsel is geïnspecteerd en gereinigd. Daardoor waren de dagelijkse beheerlasten aanzienlijk hoger dan de jaren ervoor. Verder is in de afgelopen jaren relatief veel riolering vervangen en gerenoveerd. Dit om de afschrijvingstermijn te verlengen en de riolering zo laat mogelijk te vervangen.

Vanaf maart 2010 is de Benchmark Rioleringszorg van RIONED uitgevoerd en medio november zijn de resultaten gepubliceerd. De gemeente heeft een toelichting geschreven op het gemeenterapport Lingewaal. Het gemeenterapport en de toelichting zijn opgenomen in bijlage 4.

Overige aandachtspunten Door de gemeente zijn de volgende thema’s benoemd welke een aandachtspunt zijn: IBA’s

Baggeren

De gemeente heeft bijna 100 IBA’s in eigendom, die ongeveer 5 jaar geleden zijn aangelegd. De kwaliteit van deze IBA’s laat te wensen over en de IBA’s vragen veel onderhoud. Hierdoor zijn de onderhoudskosten veel hoger dan verwacht. Tevens is de verwachting dat er in de aankomende jaren circa 2 IBA’s per jaar vervangen dienen te worden. Het is dus belangrijk dat hier in het nieuwe vGRP budget voor wordt gereserveerd. Ook is een aandachtspunt voor de financiën hoe om te gaan met de afschrijvingstermijn (staat nu op 25 jaar). In het huidige GRP is het onderdeel baggeren niet benoemd. De wens is om dit in het nieuwe vGRP wel op te nemen. Ook dient bij de huidige situatie te worden vermeld dat de gemeente al kosten maakt ten aanzien van baggeren. Het waterschap baggert de watergangen en de gemeente heeft een ontvangstplicht. Omdat zij niet in deze gelegenheid is, voert het waterschap de baggerspecie af en brengt de afvoeren stortkosten in rekening bij de gemeente.



20 januari 2012

Personeel

Jaarprogramma’s

Van 2007 tot 2010 was er een onderbezetting aan personele capaciteit binnen de gemeente. Een vacature stond open vanaf 2008. In januari 2010 is deze vacature vervuld. Momenteel wordt er binnen de gemeente nog niet gewerkt met jaarprogramma’s. De wens is om in de komende planperiode daar wel mee te gaan werken.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 10 -

20 januari 2012

4

DOELEN EN VISIE

4.1

Inleiding Maatschappelijk belang riolering

Zorgplichten

Historisch gezien is riolering aangelegd vanuit de volgende maatschappelijke doelstellingen: 1. het beschermen van de volksgezondheid; 2. het op peil houden van de kwaliteit van de leefomgeving; 3. het beschermen van natuur en milieu (bodem, grond- en oppervlaktewater). Voor de specifieke zorgplichten die bij de gemeente liggen, vertaalt de gemeente Lingewaal bovenstaande maatschappelijke doelstellingen naar de gemeentelijke zorgtaken. Hierdoor komt ze tot de volgende hoofddoelstellingen voor de komende planperiode: 1. doelmatige inzameling van het binnen het gemeentelijk gebied geproduceerde afvalwater; 2. schoon hemelwater waar mogelijk beschikbaar maken voor lokale waterhuishouding; 3. doelmatige inzameling van het hemelwater dat niet mag of kan worden gebruikt voor de lokale waterhuishouding; 4. waarborging van het doelmatig beheer en goed functioneren van de riolering; 5. voorkomen dat grondwater de bestemming van een gebied structureel belemmert; 6. effectieve interne en externe communicatie; waarbij: 7. de belasting van het rioolstelsel op het milieu wordt geminimaliseerd; 8. geen overlast voor de omgeving optreedt. De volgende paragraaf gaat in op de uitwerking van de doelen volgens de DoFeMaMe-systematiek (Doelen Functionele Eisen, Maatstaven en Meetmethoden maatstaven van de Stichting RIONED (RIOlering NEDerland).

4.2

Uitwerking doelstellingen DoFeMaMesystematiek Leidraad Riolering

De doelstellingen zijn in bijlage 5 verder uitgewerkt. Deze bijlage volgt de zogenaamde DoFeMaMe-systematiek als voorgesteld door de Stichting RIONED. De doelen geven aan wat de gemeente wil bereiken. Vanuit deze doelen worden de eisen afgeleid, die aan het functioneren van de (riolerings)systemen of aan de toestand van de objecten (riolen, putten, randvoorzieningen e.d.) worden gesteld; de zogenaamde functionele eisen. Via de Maatstaven en Meetmethoden zijn functionele eisen vervolgens meetbaar.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 11 -

20 januari 2012

Voorbeeld Doel

Een voorbeeld van de systematiek is navolgend opgenomen voor de doelstelling: ‘Doelmatig inzamelen en transporteren van stedelijk afvalwater.’

Voorbeeld

Een functionele eis bij het bovenstaande doel is bijvoorbeeld:

Functionele Eis

Voorbeeld Maatstaaf

‘Beperken vuilemissie via overstorten, regenwateroverstorten of regenwateruitlaten op oppervlaktewateren met een algemene waterkwaliteitsdoelstelling.’ Maatstaven zijn de getalsmatige precisering van de functionele eis. Een voorbeeld van een maatstaf bij de eerder genoemde functionele eis is: ‘Behalen van de basisinspanning en daarna per situatie een toetsing aan het Waterkwaliteitsspoor.’

Voorbeeld Meetmethode

Meetmethoden, ten slotte, geven aan op welke wijze wordt getoetst of aan de maatstaven wordt voldaan. Een voorbeeld van een gangbare meetmethode bij bovenstaande maatstaf is: ‘Emissietechnische controleberekeningen en registratie van overstortingen.’


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 12 -

20 januari 2012

5

HUIDIGE SITUATIE In dit hoofdstuk vindt de toetsing van de huidige situatie plaats op basis van de gestelde doelen en functionele eisen. Dit hoofdstuk is daarmee het vertrekpunt voor het te voeren rioleringsbeleid in de planperiode, zoals dat wordt beschreven in hoofdstuk 6. De toetsing van de huidige situatie is gebaseerd op diverse stukken die de afgelopen jaren zijn opgesteld zoals de BRP’s, de Benchmark Rioleringszorg die in 2010 is uitgevoerd, het Waterplan 2009 - 2015 en het gemeentelijk afkoppelplan.

Algemeen

5.1

Afvalwaterzorgplicht 5.1.1

Niet aangesloten bebouwing Binnen de woonkernen van de gemeente Lingewaal zijn alle woningen en bedrijven aangesloten op de riolering.

Binnen de kernen Buitengebied

5.1.2

In het buitengebied zijn alle woningen en bedrijven aangesloten op de riolering (drukriolering of vacuümsysteem) of voorzien van een IBA. De gemeente heeft haar inspanning geleverd voor het aansluiten van de percelen in het buitengebied. Eigenaren hebben de keuze gehad of ze hun perceel zelf voorzien van een aansluiting of de gemeente deze werkzaamheden uit lieten voeren.

Nieuwe bebouwing, herstructurering en vitalisering

Uitbreiding

Op verschillende locaties binnen de gemeente worden woninguitbreidingen voorzien. In de komende periode verwacht de gemeente Lingewaal een toename van het aantal woningen van 310 (tot en met 2019). De aansluitingen van dergelijke uitbreidingen worden bekostigd uit de grondexploitatie. De gevolgen voor (de kosten van) het dagelijks beheer zitten voornamelijk in een toename van de exploitatie door een toename van de lengtes riolering en het aantal aansluitingen. Onderstaande tabel 5.1 geeft een overzicht van de voorziene uitbreidingen in de komende planperiode. Tabel 5.1 Overzicht uitbreidingen

Jaar 2010 - 2012 2013 - 2019

Kern Uitbreiding Herwijnen Herwijnen Oost Asperen Den Eng II Heukelum Hogeland III Herwijnen Herwijnen Oost fase II Totaal uitbreiding aantal woningen

Aantal woningen 98 47 55 110 310

Bij uitbreidingen volgt de gemeente het beleid van het gescheiden houden van vuile en schone waterstromen. Dit betekent dat (stedelijk) afvalwater wordt ingezameld en getransporteerd naar de zuivering. Hemelwater wordt gescheiden ingezameld en zoveel mogelijk lokaal verwerkt.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 13 -

20 januari 2012

Binnen de bestaande woongebieden wordt op een aantal locaties een verdichting van het aantal panden voorzien. Een toename van 125 panden wordt verwacht. In tabel 5.2 is aangegeven hoe deze als volgt verspreid zijn over de verschillende kernen.

Inbreiding

Tabel 5.2 Overzicht inbreidingen

Jaar 2010 - 2012

Kern Uitbreiding Heukelum Leijenburg Herwijnen Nieuwesteeg Vuren Polderskade 2013 - 2019 Asperen Voorstraat Spijk Oude school Vuren Centrumplan Totaal uitbreiding aantal woningen

Aantal woningen 12 19 28 30 10 26 125

Ook inbreidingen bieden mogelijkheden tot het combineren van werkzaamheden. Bij elke inbreiding wordt de afweging gemaakt of het herstructureren van bestaande rioolstelsels mogelijk is, bijvoorbeeld het aanleggen van een gescheiden stelsel of het vervangen van de riolering. Grootschalige wegreconstructie

Naast in- en uitbreidingen van woongebieden bieden ook andere grote infrastructurele ingrepen mogelijkheden om mee te liften op geplande werkzaamheden. Dit biedt ook mogelijkheden voor bijvoorbeeld het afkoppelen van verhard oppervlak en het herstructureren van het rioolstelsel. Het wegonderhoud wordt voornamelijk afgestemd op werkzaamheden aan de riolering, tenzij er door inbreidingen ook wegreconstructies plaatsvinden.

5.1.3

Inventarisatie voorzieningen, inspecties en kwaliteitstoestand

Stelsels bebouwde kom

Sinds een aantal jaren wordt bij herstructureringen aandacht gegeven aan het scheiden van schone en vuile waterstromen. De meeste rioleringsgebieden zijn voorzien van een gemengd, gescheiden of verbeterd gescheiden rioolstelsel. In tabel 5.3 is de hoeveelheid riolering, verdeeld naar stelseltypen opgenomen. Tabel 5.3 Hoeveelheid riolering verdeeld naar typen rioleringsstelsels (km en %)

Type riolering

Hoeveelheid km 39 16 55

Gemengd (Verbeterd) gescheiden Totaal


% 71 29 100

9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 14 -

20 januari 2012

Aanwezige voor-

De navolgende tabel 5.4 geeft een overzicht van de voorzieningen die in beheer zijn bij de gemeente.

zieningen

Tabel 5.4 Overzicht aanwezige voorzieningen

Voorziening Riolering gemengd Riolering gescheiden Mechanische riolering (druk, pers, vacuüm) Transportstelsel (gemeentelijke persleidingen) Drainage pompunits (drukriolering) Tussen- en eindgemalen gemeente Tussen- en eindgemalen waterschap Bergbezinkvoorzieningen Spoel- / ledigingsgemalen Kolken Overstorten gemengd Hemelwateruitlaten IBA’s (alle IBA’s zijn in beheer van de gemeente) Aantal nog te saneren/ aan te sluiten percelen Leeftijd vrijvervalstelsel

Omvang / aantal 39 16 18 9 22 136 17 4 5 5 3500 10 13 99 0

Eenheid 1 km 1 km 1 km km1 1 km stuks stuks stuks stuks stuks stuks stuks stuks stuks stuks

In de aanlegjaren van de riolering zijn twee periodes met pieken te onderscheiden. Dit zijn de periodes 1971 - 1980 en 2001 - 2010. In deze periodes is 12 respectievelijk 15 kilometer vrijvervalriolering aangelegd. In onderstaande tabel is procentueel de verdeling van leeftijdsopbouw weergeven Figuur 5.1 Leeftijdsopbouw riolering gemeente Lingewaal (in %)

Uitgaande van een technische levensduur van 60 jaar is te verwachten dat het rioolstelsel van de gemeente Lingewaal over de periode van 20 tot 30 jaar nog een vervangingspiek krijgt. Inspecties

In de afgelopen jaren (2006 tot en met 2010) is in totaal 70% van het stelsel gereinigd en geïnspecteerd (gemiddeld 14% per jaar). In de afgelopen 10 jaar is het stelsel volledig gereinigd en geïnspecteerd. In de voorgaande GRP’s is besloten de riolering structureel te gaan reinigen en inspecteren, om een goed beeld te krijgen van de toestand van de riolering. Hierdoor is momenteel de kwaliteit van het gehele rioolstelsel in beeld.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 15 -

20 januari 2012

Voor deze tijd zijn sommige stelsels in de periode van 20 tot 40 jaar niet gereinigd en geïnspecteerd, waardoor vervanging alleen kon geschieden op basis van calamiteiten (zoals instortingen) en afschrijvingstermijn. De inspectieresultaten worden aan de hand van geconstateerde klassen (volgens NEN-normen) beoordeeld op de noodzaak van het treffen van maatregelen. Daarnaast worden deze resultaten gecombineerd met wegbeheer en/of opheffen van hydraulische knelpunten. Kwaliteitstoestand vrijverval

In de periode 2006 - 2010 is van het vrijvervalstelsel ca. 6% (ruim 3 km) vervangen en ruim 7% (4,0 km) omgebouwd in het kader van de basisinspanning.

rioolstelsel

Alle beelden van de inspecties worden bekeken en beoordeeld. Bij de beoordeling zijn met name stabiliteit en constructie bepalend voor de afweging om te gaan repareren of vervangen. Door de kenmerken van de grondslag is het niet haalbaar en relevant om op aspecten van hoekverdraaiingen of dergelijke dit oordeel vast te stellen. Werkzaamheden die uitgesteld konden worden (zoals rioolvervanging in Vuren en Herwijnen), zijn uitgesteld. Dit om in 2011 in één keer een grotere hoeveelheid uit te voeren na het in beeld hebben van de benodigde werkzaamheden. Hierdoor kan aanbestedingsvoordeel worden behaald. Kwaliteitstoestand rioolgemalen

Kwaliteit drukrioolunits buitengebied

Van de rioolgemalen in eigendom van de gemeente is in de afgelopen 5 jaar bijna 1/3 van de gemalen vervangen c.q. gerenoveerd. De kwaliteit van de overige gemalen is redelijk. Het beleid is dat wordt gehandeld aan de hand van calamiteiten. Onderhoud wordt wel structureel uitgevoerd (tweemaal per jaar). Het drukrioleringssysteem bestaat naast de persleidingen en stukjes vrijvervalriolen uit 136 drukrioolunits. De kwaliteitstoestand van deze units is matig. In de afgelopen periode (2006 - 2010) zijn slechts 6 van de 136 pompunits vervangen c.q. gerenoveerd. In 2011 zal een groter aantal pompuntis vervangen c.q. gerenoveerd worden. Het beleid is ook voor de drukrioolunits dat wordt gehandeld aan de hand van calamiteiten. Ook hier geldt dat onderhoud wel structureel wordt uitgevoerd (eenmaal per jaar).

Vervangingswaarde

De totale vervangingswaarde, inclusief gemalen, drukriolen en persleidingen, van rioolstelsel van Lingewaal is berekend op circa € 51 miljoen. Hierbij is uitgegaan van gemiddelde eenheidsprijzen uit de Leidraad Riolering van stichting RIONED. Om de kwaliteit van het rioolstelsel op peil te houden zijn aanzienlijke investeringen nodig.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 16 -

20 januari 2012

In het kader van strategische beleidsplannen wordt een gemiddelde levensduur gehanteerd van 60 jaar wat voor de gemeente Lingewaal zou neerkomen op een gemiddelde investering voor instandhouding van het bestaande afvalwaterstelsel van circa 850.000 euro per jaar. Indien op basis van rioolinspecties en de praktijkervaringen bij vervanging kan worden vastgesteld dat de gemiddelde levensduur langer is dan 60 jaar zullen de benodigde vervangingsinvesteringen minder kunnen zijn. 5.1.4

Beheer van het rioolstelsel Het dagelijks beheer van de riolering is in Lingewaal opgebouwd uit de volgende posten:  klein onderhoud en calamiteiten verhelpen;  reiniging en inspectie vrijverval stelsels;  reinigen kolken en straatvegen (incl storten rioolslib en verwerken veegvuil);  reiniging en onderhoud rioolgemalen;  reiniging en onderhoud drukriolering;  onderhoud aansluitingen;  onderhoud drainage;  onderhoud IBA’s;  telemetrie/ hoofdpost;  WION;  telefoonkosten, elektriciteitskosten;  bijdragen aan derden (bijvoorbeeld RIONED);  algehele toerekening van manuren intern en extern.

Dagelijks beheer

Klein onderhoud vindt plaats op basis van reactief ingrijpen, met name bij calamiteiten worden problemen meteen verholpen. Daarnaast vindt er twee keer per jaar een reiniging- en onderhoudsronde plaats, ingrepen die noodzakelijk zijn om het goed functioneren te garanderen worden dan uitgevoerd. De verwachting is dat, met het uitbreiden van de gemeentelijke taken, de werkzaamheden voor het dagelijks beheer toe zullen nemen. In hoofdstuk 6 zal dit nader aan de orde komen. 5.1.5

Hydraulisch functioneren

Hydraulisch

Per kern spelen de volgende zaken voor de hydraulische situatie:  Vuren: Het stelsel in Vuren heeft een te beperkte afvoercapaciteit doordat de afstand tussen de drempelhoogtes en het maaiveld te beperkt is; bij Bui8 (rekenbui Stichting RIONED) treedt water-opstraat op.  Asperen: Het stelsel in Asperen heeft een te beperkte afvoercapaciteit.  Heukelum: Op diverse locaties wordt water-op-straat berekend.  Spijk: Er wordt slechts licht water-op-straat berekend. Op één locatie is wateroverlast gemeld.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 17 -

20 januari 2012



5.1.6

Herwijnen: Het stelsel van Herwijnen kent, net als dat van Vuren een te beperkte afvoercapaciteit waardoor water op straat optreedt (zowel berekend als in de praktijk).

Milieutechnisch functioneren; Basisinspanning

Milieutechnisch;

Op 1 januari 2010 voldeed het rioolstelsel van de gemeente voor circa 80% aan de emissieafspraken met het waterschap Rivierenland.

stand van zaken Basisinspanning

Er is bij één overstort een knelpunt in de kwaliteit van het oppervlaktewater die is te relateren aan de riolering. Dit is een knelpunt omdat deze overstort (de externe overstort van de bergbezinkvoorziening in Heukelum) loost op de kop van een Awatergang welke weinig tot geen doorspoeling heeft. Hiervoor is een maatregel aan de riolering noodzakelijk. De ambitie van de gemeente is dit knelpunt voor 2015 op te lossen. Ten tijde van het opstellen van dit vGRP zijn de BRP’s van alle kernen in de gemeente Lingewaal geactualiseerd (behalve die voor de kern Herwijnen). Hierin is het milieutechnisch en hydraulisch functioneren van de stelsels doorgerekend. Per kern spelen de volgende zaken voor de hydraulische situatie:  Vuren: Het stelsel in Vuren voldoet met de huidige uitgangspunten niet aan de basisinspanning.  Asperen: In Asperen-West (verbeterd gemengd stelsel) wordt voldaan aan de basisinspanning, in de Oude Kern (gemengd) niet.  Heukelum: In de huidige uitgangssituatie wordt voldaan aan de basisinspanning.  Spijk: In de kern Spijk wordt reeds in de huidige situatie voldaan aan de basisinspanning.  Herwijnen: In de kern Herwijnen is in de afgelopen periode een BBL (bergbezinkleiding) aangelegd en is ongeveer 1 hectare afgekoppeld. In de komende periode zal nog 1,5 hectare aanvullend worden afgekoppeld.

Verbetermaatregelen

Overstorten; locaties

In de BRP’s zijn verbetermaatregelen opgesteld om wateroverlast en knelpunten in het kader van de basisinspanning te verhelpen en in de toekomst te voorkomen. De tabel met verbetermaatregelen en de uitgangspunten zijn opgenomen in bijlage 6, voor Herwijnen resteert het afkoppelen van 1,5 ha in het kader van de basisinspanning; dit is niet in deze bijlage opgenomen. Voor de onderbouwing en berekening van de benodigde maatregelen wordt verwezen naar de BRP’s. In het kader van de Waterwet vervalt de Wvo-vergunning (Wet verontreiniging oppervlaktewateren) op overstorten. Algemene bepalingen op overstorten zijn opgenomen in het Besluit Lozingen buiten Inrichtingen. Dit Besluit werd per 1 juli 2011 van kracht. Het vGRP is daarmee het wettelijke kader waarin de overstortlocaties zijn


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 18 -

20 januari 2012

opgenomen en vervangt de overstortvergunning. Het functioneren wordt nader toegelicht in de geactualiseerde BRP’s. In de onderstaande tabellen staan de overstortende constructies per kern vermeld. Zowel interne als externe overstorten zijn opgenomen: kern Asperen Putnr.

Naam

Type

Bemalingsgebi Overstortdrempel ed Niveau Breedte [m+NAP]

A_124A

A_235

Leerdamseweg Achterstraat / 1e Industrieweg Achterstraat / 1e Industrieweg

A_257

Molenwal

Extern

A_273

3e Industrieweg

Extern

A_235

Extern Intern Extern

A_59 / A619

Van Langerakstraat / Heukelumseweg Drostlaan / Heukelumseweg

Extern

A_743

BBL Asperen

Intern

A_745

BBL Asperen

Extern

A_33

Extern

AsperenWest/De Schildkamp nvt Asperen Industrieterrein Asperen Industrieterrein 2.04* Asperen Industrieterrein Asperen Industrieterrein AsperenWest/De Schildkamp Asperen Industrieterrein AsperenWest/De Schildkamp AsperenWest/De Schildkamp

Ingemeten status

[m]

nvt

De overstortdrempel is opgehoogd, conform het vorige BRP. Echter er is nu geen ruimte meer tussen de drempel en de dekplaat van de put, waardoor de overstort vervallen is

nvt

2,128

Opmerking gemeente

Vrije hoogte [m]

1,3 1.60*

1,3 Operationeel onbekend

Volgens opgave (email 23-12 2010) van de gemeente is de overstort gesaneerd

Operationeel

1,345

1

2,2 Operationeel

1,75

1

0,25 Operationeel

-0,04

0,6

0,18 Operationeel

-0,1

1,1

0,27 Operationeel

0,391

3,5

0,82 Operationeel

0,511

3,5

0,45 Operationeel

Volgens opgave (email 23-12 2010) van de gemeente is de overstort gesaneerd Volgens opgave (email 23-12 2010) van de gemeente is de overstort gesaneerd

Kern Heukelum Putnr.

Naam

Type

Ingemeten status

Bemalingsgebi Overstortdrempel ed Niveau Breedte [m+NAP]

Opmerking gemeente

Vrije hoogte [m]

[m]

H_216

Crommen Camp

Intern

Kern Heukelum

-0,111

1,2

0,55

Operationeel

H_317D

Opsnijder/ Afslaander Extern Overstort bergbezinkleiding Intern

Kern Heukelum

-0.957

1,3

0,27

Volgens opgave (email 23-12 2010) van de Operationeel gemeente is de overstort gesaneerd

H_714 H_H03 H_HB2

Heidensweg Overstort bergbezinkleiding

Kern Heukelum Heukelum Heidensweg

-0,446

4,5

0,7

Operationeel

Extern

0,301

1,2

0,35

Operationeel

Extern

Kern Heukelum

-0,446

4,5

0,6

Operationeel

Type

Bemalingsgebi Overstortdrempel ed Niveau Breedte

Kern Spijk Putnr.

Naam

[m+NAP] S_111

Spijkse Kweldijk

Extern

Spijkse Kweldijk

S_20

Spijkse Kweldijk Overstort bergbezinkleiding Overstort bergbezinkleiding

Extern Intern

S_808 S_817

Ingemeten status

Opmerking gemeente

Vrije hoogte [m]

[m]

Volgens opgave (email 23-12 2010) van de Operationeel gemeente is de overstort gesaneerd Volgens opgave (email 23-12 2010) van de Operationeel gemeente is de overstort gesaneerd

-0,127

1,1

0,3

Kern Spijk

0,078

0,6

0,34

Kern Spijk

-0,422

2

0,9

Operationeel

Extern

Kern Spijk

-0,428

2

-0,85

Operationeel

Type

Bemalingsgebi Overstortdrempel ed Niveau Breedte

Kern Vuren Putnr.

Naam

[m+NAP]

Ingemeten status

[m]

24

Mildijk/ Merellaan

Intern

Vuren Totaal

-0,506

0,6

25

De Meent/De Vliet

Extern

Vuren Totaal

0,18

1,5

66

Vinkenlaan/ Merellaan Extern

Vuren Totaal

0,068

2

0,1

229

Dwarsweg

Extern

Vuren Totaal

nb

nb

nb

318

Merellaan

Extern

Vuren Totaal

-0.24/-0.01

0.65/2.35

0,236

0.65/2.35

Merellaan

Intern

Vuren Totaal

-0.29/-0.02

317_1

Mildijk/Rietput

Extern

vuren Totaal

0,54

1,3

0,18

317_2

Mildijk/Rietput

Extern

Vuren Totaal

0,39

1,3

0,35

vGRP Lingewaal 2012 - 2016

Deze overstort is aangebracht ter voorkoming van rondpompen van gemaal Mussenlaan. Deze wordt op korte termijn Operationeel verwijderd. Operationeel

354

Definitief rapport

Opmerking gemeente

Vrije hoogte [m]

Volgens mondelinge opgave van de Operationeel gemeente is de overstort gesaneerd Volgens mondelinge opgave van de Niet gemeten, blinde put gemeente is de overstort gesaneerd Ter voorkoming van wateroverlast in de Mussenlaan is de drempel gedeeltelijk Operationeel verlaagd Ter voorkoming van wateroverlast in de Mussenlaan is de drempel gedeeltelijk operationeel verlaagd De overstort is nog operationeel en wordt Operationeel op korte termijn gesaneerd De overstort is nog operationeel en wordt Operationeel op korte termijn gesaneerd

9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 19 -

20 januari 2012

In Herwijnen is, na het aanleggen van de bergbezinkleiding nog slechts één overstort aanwezig achter deze voorziening. Hemelwateruitlaten

De hemelwateruitlaten binnen de gemeente, en alle toekomstig aan te leggen uitlaten, zijn opgenomen in onderstaande overzicht. Het betreft lozingswerken van (verbeterd) gescheiden stelsels.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 20 -

20 januari 2012

5.2

Hemelwaterzorgplicht 5.2.1

Bestaande en nieuwe bebouwing In bestaand stedelijk gebied is in de afgelopen jaren afgekoppeld, daar waar herinrichtingen of reconstructies plaatsvonden. Op deze locaties zijn regenwaterriolen aangelegd naast het bestaande (gemengde) riool. Het afkoppelen van ca. 2,0 hectare verhard oppervlak in de kern Herwijnen staat nog op de planning. Deze maatregel diende uitgevoerd te worden in het kader van de basisinspanning.

Bestaande bebouwing

Ter plaatse van in- en uitbreidingen en herstructureringen voert de gemeente al geruime tijd het beleid schone en vuile waterstromen gescheiden te houden. Bij ruimtelijke ontwikkelingen wordt per situatie met het waterschap aandacht besteed aan ruimte voor water; de zogenaamde watertoetsprocedure.

In- en uitbreiding

5.2.2

Beheer van hemelwatervoorzieningen

Beheer

Gladheid en onkruid

Het beheer van openbare voorzieningen voor de inzameling, berging en het transport van hemelwater zal met de komst van de hemelwaterzorgplicht extra aandacht vergen omdat de systemen, die worden aangelegd ten opzichte van het verleden, complexer van karakter kunnen worden. Het is daarom nodig in de komende planperiode richtlijnen te ontwikkelen voor ontwerp, uitvoering en beheer van hemelwatervoorzieningen en deze in te bedden in de werkmethodes van de gemeente zodat beheerproblemen in de toekomst worden voorkomen. Na verloop van tijd is bij burgers kennis over de wenselijke gang van zaken mogelijk verminderd dan wel helemaal verdwenen (vertrekken van bewoners/nieuwe bewoners in de wijk). Blijvende informatie aan bewoners over het gebruik van de rioleringsvoorzieningen is nodig. Ook is het nodig de basisinformatie van al aangelegde voorzieningen gestructureerd vast te leggen in beheersystemen. In gebieden waar het hemelwater separaat van het vuilwater wordt ingezameld, dient rekening te worden gehouden met mogelijke vervuilingsbronnen doordat ongezuiverd wordt geloosd op oppervlakte- of grondwater. Mogelijke vervuilingsbronnen zijn chemische onkruidbestrijding en strooizout. De gemeente werkt voor de onkruidbestrijding volgens DOB (Duurzaam onkruidbeheer). In principe wordt in de gemeente bij gladde omstandigheden gestrooid op de hoofdstructuur, busroutes en hoofdfietsroutes. Uitgangspunt hierbij is veiligheid. Per situatie van gladheid wordt vervolgens de afweging gemaakt om, in het kader van de verkeersveiligheid, al dan niet op andere dan bovengenoemde locaties toch (zij het minimaal) te strooien.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 21 -

20 januari 2012

Het is wenselijk om in de komende planperiode hulpmiddelen op te stellen in verband met het verder onderbouwen van de hemelwaterzorgplicht. Op basis van deze hulpmiddelen kan de gemeente concrete afkoppelprojecten formuleren en zodoende op een meer doelmatige wijze haar zorgplicht invullen.

Hulpmiddelen

Meer of minder grootschalige ingrepen in de openbare ruimte zoals rioolvervangingen, wegrenovaties en bouwprojecten bieden aanknopingspunten om de hemelwaterzorgplicht in te vullen. Bij rioolvervanging kan daar waar doelmatig een ontvlechting van hemelen afvalwater worden nagestreefd.

Samenhang

5.2.3

Afkoppelplan In 2010 is het Gemeentelijk Afkoppelplan (GAP) van de gemeente Lingewaal opgesteld. Per kern zijn in het GAP aspecten uitgewerkt als de huidige situatie, oppervlaktewater, deelgebieden ontwerp van RWA-stelsels, het affect van afkoppelen en de kostenraming.

Afkoppelprojecten

Het GAP is onderdeel van het vGRP en als bijlage 7 bijgevoegd.

5.3

Grondwaterzorgplicht 5.3.1

Bestaande en nieuwe bebouwing

Situatie bestaande bebouwing

Drainage

Nieuwbouw

Met de ligging langs de Waal zijn hoge grondwaterstanden kenmerkend, doch seizoensgebonden, voor de gemeente. De situaties die zich voordoen met hoge grondwaterstanden kunnen hier dan ook aan gerelateerd worden (kwel). Tot op heden heeft de gemeente een beperkte rol gespeeld in aspecten die spelen rondom het grondwater in woongebied. In de gemeente zijn geen echte grondwaterproblemen bekend. Voor het vervullen van de grondwaterzorgplicht is momenteel nog niet voldoende inzicht in grondwaterpeilen en (seizoensgebonden) fluctuaties. In het Waterplan hebben gemeente en waterschap afgesproken dat vervanging, herinrichting en/of nieuwbouw drainage wordt mee gelegd met de riolering. Er is ongeveer 22 km van deze drainageleiding aanwezig binnen de gemeente. Bij het realiseren van nieuwbouw wordt er een geohydrologisch onderzoek uitgevoerd en een waterhuishoudingsplan opgesteld in het kader van de watertoets. Daarbij wordt als uitgangspunt voor het ontwerp een eis voor voldoende drooglegging gesteld om toekomstige overlast voor de aan de grond gegeven bestemming (wonen, kantoren) te voorkomen.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 22 -

20 januari 2012

5.3.2

Meten Binnen de gemeente Lingewaal worden grondwaterstanden niet structureel gemeten en/of bijgehouden. Het is wenselijk om met een minimale inspanning de komende planperiode de grondwatersituatie door middel van metingen in beeld te krijgen.

Peilbuizen

5.4

Samenhang met het waterplan In 2007 is het waterplan vastgesteld. Hierin is de gezamenlijke visie van de gemeenten Geldermalsen, Neerijnen en Lingewaal en het waterschap Rivierenland omschreven. Het waterplan Lingewaal 2009 2015 vertaalt deze visie door naar een uitvoeringsprogramma. In het uitvoeringsprogramma zijn per kern maatregelen opgesteld en een aantal algemene maatregelen.

Waterplanprojecten

Voor een aantal van deze maatregelen uit het uitvoeringsprogramma van het waterplan is het vGRP het instrument waarin zowel de financiering als de planning nader in beeld worden gebracht en een onderbouwing krijgen. Daarbij gaat het alleen om de maatregelen die volgens de nieuwe wetgeving passen binnen één van de drie zorgplichten van de gemeente. Meestal is de gemeente dan ook trekker in de geformuleerde maatregel. Maatregelen met betrekking tot aspecten zoals ecologisch herstel, het realiseren van een multifunctioneel recreatiegebied en functiegericht (ecologisch) beheer worden dus niet opgenomen in het vGRP.

Samenhang met het vGRP

5.5

Communicatie - in relatie tot riolering en water 5.5.1

Intern De afdeling ‘Infra’ werkt nauw met elkaar samen. Ook zitten alle medewerkers bij elkaar op de kamer, waardoor de lijnen kort zijn. De afdeling ‘Ruimtelijke Ontwikkeling’ betrekt altijd een medewerker van de afdeling ‘Infra’ bij bestemmingsplannen.

Verdeling taken

5.5.2

Extern

Waterschap

Waterloket

Burgers en

De huidige communicatie met waterschap Rivierenland verloopt goed. Voor het opstellen van het Waterplan is op constructieve wijze samengewerkt en er zijn bestuurlijke afspraken met het waterschap. Er is nog geen Optimalisatiestudie Afvalwatersysteem (OAS) uitgevoerd binnen de gemeente. In de Wet is beschreven dat de gemeente het aanspreekpunt voor de burger is voor (grond)water gerelateerde vragen, meldingen en klachten. De huidige werkwijze betreffende de behandeling van meldingen en klachten verloopt goed. De communicatie naar buiten toe vindt plaats door de ‘eigen’ mensen


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 23 -

20 januari 2012

bedrijven

Meldingen en klachten

Folders en brochures

Concrete projecten openbare

(beleidsmedewerker of beheerder riolering). Als er wordt gepubliceerd, bijvoorbeeld in de krant, gaat het via een medewerker van de afdeling communicatie. In 2009 waren er bijna 100 meldingen en/of klachten. Deze zijn grotendeels te relateren aan hoogwater in pompunits van de drukriolering. Gemiddeld zijn de klachten binnen één dag na het binnenkomen van de melding verholpen. Er is in 2009 een schadeclaim toegekend. Deze was te relateren aan water op straat c.q. wateroverlast. Dit betrof het dorpshuis en hier zijn, naast het betalen van de schadevergoeding, de regenwaterafvoeren van het dorpshuis afgekoppeld van de riolering. Ten aanzien van de communicatie naar burgers van de gemeente Lingewaal is het gewenst om met name op het gebied van afkoppelen te beschikken over voldoende brochure- en voorlichtingsmateriaal. De website van de gemeente en de regionale krant kunnen hier ook voor worden gebruikt. Bij concrete renovatie- of afkoppelprojecten zullen waar nodig bewonersavonden worden georganiseerd en nieuwsbrieven worden verspreid om de burgers voor te lichten.

ruimte


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 24 -

20 januari 2012

6

BELEID PLANPERIODE Inleiding

Oude zorgplicht en nieuwe

In dit hoofdstuk wordt het beleid voor de drie zorgplichten voor de komende planperiode gepresenteerd. Het beleid is een samenstel van onderzoek, maatregelen, benodigde middelen en tijd. Hierbij is gekozen voor een geïntegreerde beschrijving van het beleid voor de hemelwaterzorgplicht en de afvalwaterzorgplicht omdat deze zorgplichten zeer sterk aan elkaar raken. Paragraaf 6.1 gaat in op de hoofdlijnen van het beleid voor de afval- en hemelwaterzorgplicht, de paragrafen 6.2 tot en met 6.4 op de inhoud van het beleid. Het beleid voor de grondwaterzorgplicht is apart beschreven in paragraaf 6.5 en het waterplan wordt behandeld in paragraaf 6.6. Overige aspecten die een samenhang hebben met alle drie de zorgplichten (zoals communicatie, afstemming en samenwerking) komen aan bod in paragraaf 6.7. In de tekst van dit hoofdstuk zijn de verschillen tussen de oude zorgplicht en de nieuwe zorgplichten met de navolgende symbolen verhelderd.

zorgplichten Zorgplicht

Symbool

‘Oude zorgplicht’

Afvalwater-zorgplicht

Hemelwater-zorgplicht

Grondwater-zorgplicht

Overige inspanningen

Financiële gevolgen

Voorbeeld

De financiële gevolgen van het beleid zijn voor de belangrijkste beleidsvoornemens aangeduid met behulp van de onderstaande tijdsbalk. Alle kosten zijn inclusief alle overige kosten (zoals kosten voor voorbereiding, aanbesteding en toezicht en aannemersopslagen) exclusief BTW op prijspeil 2011. Financiële inspanning planperiode

aanduiding

2012

2014

2011

2013

2016 2015

Bijv. €250.000,-


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 25 -

20 januari 2012

6.1

Hoofdlijnen beleid afval- en hemelwaterzorgplicht 6.1.1

Buitengebied

Afvalwaterlozingen buitengebied

In het buitengebied zijn ongezuiverde afvalwaterlozingen in het buitengebied de afgelopen jaren via aanleg van individuele behandelingsinstallaties (IBA’s) gesaneerd. Het is niet toegestaan hemelwaterlozingen aan te sluiten op deze systemen, evenals op drukrioleringssystemen.

Duiding zorgplichten

6.1.2

Uitbreidingen

Inrichtingsprincipes uitbreidingen

In de komende 10 jaar zullen nieuwe locaties met woningbouw worden ontwikkeld. Bij alle uitbreidingen en herinrichtinggebieden, zowel voor woningen als voor bedrijven, wordt in principe een systeem voor riolering en waterhuishouding gekozen dat duurzaam wordt opgezet. Daarbij dient de voorkeursvolgorde, zoals vastgelegd in het landelijke beleid, zoveel mogelijk als richtlijn. De voorkeur van het waterschap Rivierenland gaat uit naar het oppervlakkig afvoeren van hemelwater. De gemeente neemt dit mee in haar afweging en zal dit toepassen, daar waar economisch en technisch haalbaar. Ten aanzien van het grondwatersysteem zal er voldoende aandacht zijn voor hydrologisch neutraal bouwen; ook op het gebied van grondwater, volgens de ontwateringsnormen die het waterschap hanteert.


De kosten voor voorbereiding en aanleg van de rioleringstechnische voorzieningen (de voortvloeiende kapitaallasten opgebouwd uit rente en afschrijving) kunnen in nieuwbouwgebieden worden gedekt uit de exploitatie van deze projecten. Momenteel hebben veel gemeenten (en diens ontwikkelaar) moeite om percelen in uitbreidingen verkocht te krijgen. Door de lasten (en daardoor de kosten van aanschaf voor de toekomstige perceelseigenaar) te verlagen, kan de verkoop en realisatie van uitbreidingen worden versneld. Omdat het rioleringsinfrastructuur betreft, kan de gemeente expliciet kiezen deze lasten op het product riolering terecht te laten komen en daarmee te bekostigen uit de rioolheffing. Hiervoor is een scenario opgenomen in het 7e hoofdstuk; kostendekking.

Dekking van kosten

6.1.3

Inbreidingen

Ontvlechting afvalwater en hemelwater

Ter plaatse van een inbreiding voert de gemeente al het beleid waarbij schone en vuile waterstromen worden ontvlochten. Het afvalwater wordt in een apart systeem ingezameld en getransporteerd naar de RWZI.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 26 -

20 januari 2012

Het regenwater wordt ook apart ingezameld en geïnfiltreerd dan wel afgevoerd naar open water. Alleen als dit beleid niet doelmatig is kan gekozen worden voor alternatieve systemen. Dit is het geval als bijvoorbeeld lokaal geen water kan worden geïnfiltreerd vanwege de bodemgesteldheid of omdat de bovenwijkse afstand naar oppervlaktewater te groot is. Dit beleid zal de gemeente in de toekomst voortzetten waarbij samen met waterschap Rivierenland het instrument van de watertoets zal worden ingezet om voor elke locatie afgewogen keuzes te maken. Duiding zorgplichten

De kosten voor aanleg van voorzieningen worden gedekt vanuit de exploitatie van de inbreidingsprojecten. Als vervanging van riolering binnen de begrenzing van de inbreiding aan de orde is kan na beoordeling van de situatie en de betreffende rioolinspecties mogelijk een bijdrage ten laste van het vGRP worden gebracht (onderdeel van het vervangingsplan.

Dekking van kosten

6.1.4

Herinrichtingsprojecten

Werk met werk maken

Herinrichting van de openbare ruimte in een woongebied heeft een samenhang met de kwaliteitstoestand van het rioolstelsel. Wanneer het bestaande rioolstelsel binnen afzienbare termijn aan vervanging toe is dan kan de herinrichting van de openbare ruimte worden gecombineerd (werk met werk maken). Vanuit de in het vGRP opgenomen vervangingsbudgetten kan dan mede een impuls worden gegeven aan de herinrichting. Tevens biedt herinrichting van de openbare ruimte goede kansen voor het ontvlechten van afvalwater en hemelwater. Door de ontvlechting van afval- en hemelwater krijgt (hemel-)water een prominentere plaats in de wijk. Indien zich binnen de gemeente de komende jaren herinrichtingsprojecten voordoen dan zal de gemeente op basis van de kwaliteitstoestand van het rioolstelsel afwegen of vroegtijdige vervanging en ontvlechting van hemelwater en afvalwater verstandig is. Voor deze gevallen zal een bijdrage vanuit het vGRP worden overwogen.

Voorlichting En subsidie

De gemeente zal actief voorlichting geven bij het afkoppelen. Hierbij zal ook aandacht worden besteed aan de mogelijkheden voor het afkoppelen van de achterzijde van dakvlakken en achtertuinverhardingen en worden de subsidiemogelijkheden uiteen gezet.



9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 27 -

20 januari 2012

6.1.5

Wegrenovatieprojecten

Herinrichting wegen en bermen

De belangrijkste afkoppelkans die zich bij het uitvoeren van wegrenovatieprojecten voordoet is het omvormen van deze wegen zodanig dat het hemelwater oppervlakkig naar bermpassages kan afstromen en dus langs de weg kan infiltreren in bermen of kan worden afgeleid naar een watergang. De kansen doen zich vooral voor wanneer straten in de nabijheid van watergangen zijn gelegen of wanneer straten zijn gelegen in gebieden met een bodemopbouw waarbij hemelwater relatief snel kan infiltreren. Het in het milieu brengen van het relatief schone hemelwater leidt tot een vermindering van de afvoer door het riool (minder overstortingen van vuil water). Daarnaast wordt het (oppervlakte)watersysteem vitaler door de natuurlijke aanvoer van hemelwater.

Kansen

Hiermee kan het afkoppelen van wegen bijdragen aan een duurzame(re) leefomgeving. Duiding zorgplichten

6.1.6

Rioolvervangingsprojecten Bij het uitvoeren van rioolvervangingsprojecten wordt waar doelmatig gestreefd naar het afkoppelen van verhard oppervlak van wegen (verharding in openbaar terrein) en voorzijdes van woningen (ontvlechting van hemelwater en afvalwater).

Meeliften waar mogelijk

Ook bij rioolvervangingsprojecten geldt dat de gemeente actief voorlichting zal geven bij het afkoppelen. Hierbij zal ook aandacht worden besteed aan de mogelijkheden voor het afkoppelen van de achterzijde van dakvlakken en achtertuinverhardingen en worden de subsidiemogelijkheden uiteen gezet.

Voorlichting en subsidie


6.1.7

Afwijkingen van het beleid

Verontreinigde verharde oppervlakken

In een aantal gevallen zal er afgeweken moeten worden van de hiervoor genoemde beleidsregels. Indien het verharde oppervlak te verontreinigd is (bijvoorbeeld een druk bereden hoofdweg), is het niet duurzaam om hemelwater en afvalwater te scheiden. Voor deze situaties is maatwerk nodig waarbij op basis van de lokale omstandigheden een afweging zal worden gemaakt van de best toe te passen techniek.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 28 -

20 januari 2012

6.2

Beheer bestaande afval- en hemelwatervoorzieningen Beheerstrategie

Het rioolstelsel in de gemeente wordt al sinds jaren op basis van een praktische insteek onderhouden en beheerd. De basis van het beheerproces is de gekozen beheerstrategie. Het beheerproces bestaat uit de volgende vier stappen die telkens opnieuw worden doorlopen:  onderzoek (inventarisatie, inspectie, berekenen en controle);  beoordelen onderzoeksresultaten;  planvorming onderhoudsmaatregelen;  uitvoering maatregelen. Een andere pijler voor de implementatie van een goed beheerproces is een efficiënt gegevensbeheer in combinatie met gestructureerde planvorming. Het periodiek vaststellen van de benodigde middelen (financiën) en de wijze van kostendekking is ook een onderdeel in het beheerproces. In het kader van dit vGRP zijn de beheerkosten in beeld gebracht en zijn nieuwe ontwikkelingen in het beheer vastgesteld in relatie tot de afvalwater- en hemelwaterzorgplicht. Het beheer van openbare voorzieningen voor de inzameling, berging en het transport van hemelwater zal met de komst van de hemelwaterzorgplicht extra aandacht vergen omdat de systemen die worden aangelegd ten opzichte van het verleden complexer van karakter kunnen worden. Het is daarom wenselijk in de komende planperiode richtlijnen te ontwikkelen voor ontwerp, uitvoering en beheer van hemelwatervoorzieningen en deze in te bedden in de werkmethodes van de gemeente zodat beheerproblemen in de toekomst worden voorkomen.

Reiniging en inspectie vrijverval-

Voor reiniging en inspectie van het rioolstelsel wordt in de komende jaren geen extra inspanning verwacht. Jaarlijks dient structureel 10% van het vrijvervalstelsel geïnspecteerd te worden.

riolen Duiding zorgplichten

Reinigen kolken, straatvegen, storten rioolslib

De kolken dienen minimaal éénmaal per jaar te worden gereinigd waarbij het rioolslib op verantwoorde wijze wordt verwerkt. Voor meer onderhoudsgevoelige locaties zal de reinigingsfrequentie waar nodig worden verhoogd. In de komende planperiode zal dit aspect eveneens nadere aandacht krijgen in het inspectieplan. Locaties waar kolken vaak verstopt raken (bijvoorbeeld als gevolg van bladval in de herfst) zullen worden geïnventariseerd zodat het zuig- en veegprogramma daarop kan worden aangepast. 100% van de jaarlijkse kosten van straatvegen komen ten laste van het vGRP in verband met het ontlasten van het rioolstelsel met vuil via inloop in straatkolken. Straatvegen zorgt er voor dat zand, blad en verontreinigingen niet in het riool komen.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 29 -

20 januari 2012


Gladheid en onkruid

Een mogelijke vervuilingsbron in gebieden met (nieuwe) gescheiden stelsels is strooizout. In principe wordt in de gemeente bij gladde omstandigheden gestrooid op de hoofdstructuur, busroutes en hoofdfietsroutes. Per situatie van gladheid wordt vervolgens de afweging gemaakt om (in het kader van de verkeersveiligheid) al dan niet op andere dan bovengenoemde locaties toch (zij het minimaal) te strooien. Ook bestrijdingsmiddelen die ingezet worden ter bestrijding van onkruid zijn een vervuilingsbron voor het ontvangende oppervlakte- en grondwater. De gemeente werkt volgens de methode DOB (Duurzaam Onkruid Bestrijding).


Klein onderhoud

Het klein onderhoud bestaat uit het verhelpen van storingen, het uitvoeren van kleinschalige reparaties en het verhelpen van klachten gerelateerd aan kolken huisaansluitingen. Klein onderhoud gebeurt op basis van reactief ingrijpen. Met name wanneer een calamiteit optreedt, verhelpt de gemeente de problemen meteen. Daarnaast vindt de eerder genoemde jaarlijkse reiniging- en onderhoudsronde plaats; (kleine) ingrepen die dan nodig worden geacht en die noodzakelijk zijn om het goed functioneren te garanderen worden dan uitgevoerd.


Reinigen en Onderhoud gemalen en drukrioolunits.

Gemalen vormen een essentieel onderdeel in het transport van afvalwater, maar zijn ook een kwetsbaar onderdeel waardoor ten opzichte van het beheer van riolen extra aandacht noodzakelijk is. Een gemaal is bedrijfszeker als het naar behoren en zonder storingen werkt. Onderhoud van gemalen en bergbezinkbassins bestaat naast het uitvoeren van reiniging, inspecties en preventief onderhoud uit het verhelpen van storingen om de bedrijfszekerheid te waarborgen. Rioolgemalen en bergbezinkbassins worden periodiek (tweemaal per jaar) gereinigd en geïnspecteerd waarbij kleine gebreken meteen worden gerepareerd. De drukrioolunits worden eenmaal per jaar gereinigd en geïnspecteerd.



9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 30 -

20 januari 2012

Meldingen en klachten

Gegevensbeheer

De gemeente evalueert en registreert jaarlijks de meldingen en klachten. De werkzaamheden voor het vakgebied ‘rioleringen’ worden door twee personen uitgevoerd en zij hebben een volledig beeld van de toestand en het functioneren van de riolering.

Het gegevensbeheer van de bestaande systemen is op orde in de gemeente Lingewaal. Met de uitbreiding van voorzieningen om hemelwater doeltreffend en doelmatig in te zamelen en te verwerken dienen de gegevens van deze voorzieningen op termijn ook structureel op te worden opgenomen in het beheerpakket. Niet alleen is dit voor de rioolbeheerder van belang, veelal zal het dagelijks onderhoud van dergelijke systemen door overige afdelingen worden gedaan.


Grondroerdersregeling

De WION (Wet Informatie-uitwisseling Ondergrondse Netwerken; ofwel de grondroerdersregeling) geeft nieuwe verplichtingen voor de gemeente als het gaat om het registreren van de ondergrondse infrastructuur. In de oude situatie werd informatie over de ligging van kabels en leidingen uitgewisseld door middel van de Stichting ter voorkoming van graafschade (KLIC, Kabel en Leiding Informatie Centrum). Dit gebeurde vooral analoog via op papier gedrukte tekeningen. Het Kadaster neemt de rol van Klic over. De informatie-uitwisseling van en naar beheerder en grondroerder vindt uiteindelijk geheel plaats via het Kadaster. Klic-online wordt het verplichte digitale informatieuitwisselingplatform voor kabel- en leidingenbeheerder en roerder. Gemeente Lingewaal dient aan deze eis, die de WION stelt, te voldoen. Dit betekent dat:  alle data over de eigen kabels en leidingen op orde moet zijn;  alle processen en de organisatie voor het beheer daarvan op orde moet zijn, en;  alle benodigde technieken (ICT voorzieningen) op orde zijn. Voor de riolering dient hiertoe het volledige leidingenstelsel actueel gehouden te worden en gedigitaliseerd beschikbaar te worden gesteld via het klic-online systeem zodat grondroerders over de informatie kunnen beschikken. De gemeente heeft alle eisen die in de WION zijn opgenomen geïmplementeerd en het beheerpakket afgestemd op deze eisen.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 31 -

20 januari 2012

Duiding zorgplichten Baggeren

Lozingen door overstorten van gemengde riolering of het rechtstreeks lozen van hemelwater, dragen bij aan het ondieper worden van watergangen. Daardoor kan baggeren (het terug op diepte brengen van de watergang) gedeeltelijk een dekking vinden onder de verbrede rioolheffing. De gemeente Lingewaal kiest ervoor deze activiteiten mee te nemen in de rioleringsbudgetten.


Nieuwe beheeractiviteiten

In verband met de afvalwater- en hemelwaterzorgplicht zullen de komende jaren een aantal nieuwe beheeractiviteiten naar voren komen waardoor de jaarlijkse onderhoudskosten zullen stijgen. Deze nieuwe beheeractiviteiten betreffen onder andere het beheer van hemelwatervoorzieningen zoals infiltratieriolen en lijngoten en aangepast onderhoud en onkruidbestrijding in gebieden met hemelwatervoorzieningen. De gemeente heeft één infiltratieriool en twee grote wadi’s aangaande nieuwe voorzieningen die een andere vorm van beheer vragen. Het onderhoud van de wadi’s wordt door de afdeling ‘Groen’ meegenomen tijdens het reguliere onderhoud.


Overige beheerkosten

Inningskosten en toerekening

Jaarlijkse exploitatielasten

Jaarlijks worden er, naast de kosten voor de hierboven beschreven activiteiten, kosten gemaakt in verband met telefoonaansluitingen, elektriciteit, het opstellen van maatregelprogramma’s en reparatiekosten. Voor ad hoc onderhouden reparatiewerkzaamheden heeft de gemeente jaarlijks een variabel budget beschikbaar. Welke kosten allemaal worden toegerekend aan het product riolering, is beschreven in de uitgangspunten van het kostendekkingsplan (hoofdstuk 7) en bijbehorende bijlagen. De rioolheffing wordt in Lingewaal geïnd door Belastingsamenwerking Tiel (BSR Tiel). Navolgende tabel geeft een overzicht van de jaarlijkse exploitatielasten. Bijlage 8 geeft een gespecificeerd overzicht van deze kosten. Financiële inspanning dagelijks beheer (inclusief nieuwe taken en uitvoering baggerplan: zonder uitvoering waterplan, onderzoeken en planvorming; opgenomen in volgende paragrafen) 2012

2014

2011

€ 193.674

2013

€ 700.373

€ 696.159


2016 2015

€ 695.845

€ 700.531

€ 707.717

9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 32 -

20 januari 2012

6.3

Investeringen afval- en hemelwaterzorgplicht Beeld en strategie

Van het rioolstelsel van de gemeente Lingewaal is de afgelopen 5 jaar 70% geïnspecteerd (100% in de afgelopen 10 jaar). De resultaten van deze inspectie zijn verwerkt en de gemeente beschikt momenteel over een vervangingsplanning. Hierbij kan worden ingespeeld op ontwikkelingen als afkoppelen.


Bijdrage afkoppelen hemelwater en renovatie wegen

Aanpak IBA’s Vervanging drukrioolunits

Zoals in de paragrafen 6.1 en 6.2 aangegeven doen zich bij wegrenovatieprojecten, herinrichtingsprojecten en inbreidingsprojecten kansen voor om hemelwater af te koppelen van het rioolstelsel. De kansen voor afkoppelen zijn per kern geïnventariseerd in het afkoppelplan van de gemeente. Zodra deze kansen zich daadwerkelijk voordoen wordt deze mogelijkheid aangegrepen. Het afkoppelplan is onderdeel van dit vGRP en in dit vGRP zijn middelen opgenomen om aan deze projecten bij te dragen. In 2012 en 2013 gaat de gemeente probleem-IBA’s aanpakken (zie paragraaf 3.3). Hiervoor reserveert ze middelen. De verwachting is dat voor het vervangen van drukrioolunits in de planperiode voor een gedeelte van de units het elektrisch/ mechanische deel vervangen dient te worden; dit vindt bij de jaarlijkse onderhoudsronde plaats. Vervangingen van het bouwkundige deel worden in de planperiode nog niet verwacht.


Financiële inspanning investeringen 2012

2014

2011

€ 451.500

6.4

2016

2013

€ 1.172.500

€ 1.236.315

2015

€ 790.000

€ 755.295

€ 397.750

Onderzoek en planvorming afval- en hemelwaterzorgplicht Reinigingsen inspectieplan

Jaarlijks dient structureel 10% van het vrijvervalstelsel geïnspecteerd te worden. Het is belangrijk inzicht te hebben in de toestand van de riolen en het functioneren van de riolering. Voor rioolreiniging is de strategie een praktijkgerichte benadering, waarbij alleen wordt gereinigd waar en wanneer dat voor het functioneren van de riolering nodig is.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 33 -

20 januari 2012

Meten

Hulpmiddelen

Om inzicht te krijgen in het functioneren van de rioolstelsels in de praktijk (onderdelen zoals gemalen, overstorten en bergbezinkvoorzieningen) zal er een meet- en monitoringsprogramma worden opgezet. In de planperiode zullen projectmatig hulpmiddelen worden ontwikkeld die het maken van een afweging in het kader van de hemelwaterzorgplicht vergemakkelijken. De projecten zijn:

 

Subsidie afkoppelen

Verbreding basisrioleringsplannen

hemelwaterverordening; voorlichtingsmateriaal afkoppelen.

In de planperiode zal worden onderzocht wat de mogelijkheden zijn om particulieren te ondersteunen bij het afkoppelen van verhard oppervlak op eigen terrein door middel van subsidie. Het is onzeker of in de toekomst met de huidige standaard ontwerpbuien een voldoende veiligheid tegen wateroverlast wordt geboden mede in verband met klimaatontwikkelingen. Wateroverlast in bebouwd gebied kan nooit voor alle omstandigheden worden voorkomen. Het is wel zaak voor gemeentes om te leren gaan met de risico’s die kunnen optreden. Hierbij is het uiteraard niet de bedoeling risicovolle wateroverlastsituaties te laten voortbestaan. Zeker niet wanneer die maatschappelijk gezien niet worden geaccepteerd. Naar aanleiding van de zware buien in juni en juli 2011 (T=100 intensiteiten), conform het Bestuursakkoord Water en het schrijven van de VNG in oktober 2011 over voortgang in de samenwerking in de afvalwaterketen, zullen gemeente en het waterschap de noodzaak van maatregelen verder onderzoeken. Bij bekende probleemgebieden kan gekozen worden om in de basisrioleringsplannen met zwaardere buien te rekenen. Hierbij kan naast afkoppelen en rioolverzwaringen bijvoorbeeld ook worden gedacht aan het aanpassen van de inrichting van de straat in verband met het benutten van het straatprofiel voor het opvangen van uittredend water, of het afleiden van uit het rioolstelsel tredend water naar locaties waar geen overlast ontstaat. Het is ook goed mogelijk dat op basis van een inschatting van risico’s wateroverlast als gevolg van extreme regenbuien kan worden geaccepteerd in bepaalde gebieden. De komende planperiode worden de bestaande BRP’s echter niet geactualiseerd, tenzij de uitgangspunten waarop de vigerende BRP’s zijn gebaseerd aanzienlijk wijzigingen. Voor de kern Vuren ligt er nog een onderzoeksinspanning vanuit het recent opgestelde BRP Vuren.


Onderzoek foutaansluitingen en

Het rioolstelsel van Lingewaal kent naast de gemengde rioolstelsels waar afvalwater en hemelwater samen worden ingezameld tevens hemelwaterstelsels en droogweerafvoerstelsels.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 34 -

20 januari 2012

rioolvreemd water

Het drukrioleringssysteem is eveneens een voorbeeld van een droogweerafvoerstelsel. De gemeente Lingewaal ervaart dat in sommige gevallen huis- en kolkaansluitingen niet goed zijn aangesloten op drukrioleringssystemen, waardoor problemen ontstaan. In de planperiode zal de gemeente een onderzoek naar deze foutaansluitingen doen en in kaart brengen. Tevens kan er een verordening worden opgesteld om op te treden tegen deze ongewenste situaties (zie verder paragraaf 6.7.1). Ook gaat Lingewaal een onderzoek rioolvreemd water uitvoeren.

Duiding zorgplichten Nieuw vGRP

In 2015 is de looptijd van dit vGRP verstreken en zal een nieuw vGRP worden opgesteld.


Financiële inspanning onderzoeken en planvorming 2012

2014

2011

€ 112.956

6.5

2013

€ 40.000

€ 12.500

2016 2015

€0

€ 5.000

€0

Beleid grondwaterzorgplicht Structurele grondwateroverlast

In de planperiode van dit vGRP is een inrichtings- en onderzoeksinspanning opgenomen waarbij er op basis van bestaande en nieuwe signalen van grondwateroverlast een analyse wordt gemaakt of nader onderzoek nodig is. De gemeente heeft de keuze gemaakt in de planperiode van dit vGRP vooralsnog geen eigen grondwatermeetnet te realiseren.


Communicatie omtrent grondwater

De gemeente heeft volgens de Wet een verplichting in het vervullen van de loketfunctie. Naast deze verplichting is het van belang om met de inwoners te communiceren over diverse aspecten in de gemeentelijke watertaken. Daarom zal in de planperiode worden gewerkt aan het aanvullen en actualiseren van de gemeentelijke website (inrichten ‘waterloket’) en aan het vormgeven van folders en brochuremateriaal.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 35 -

20 januari 2012

Financiële inspanning grondwaterzorgplicht 2012

2014

2011

2013

€ 1.000

6.6

2016

€ 1.000

2015

€ 1.000

€ 21.000

€ 1.000

€0

Waterplan Beleidsvoornemens

Navolgende tabel geeft een overzicht van de waterplanprojecten die in het kader van dit vGRP zijn meegnomen en ten laste kunnen worden gebracht van dit vGRP. Tabel 6.1: Waterplanmaatregelen Nr.

Maatregel

Kosten (totaal)

Opmerking

Algemeen A01

Voorlichting aan bewoners

€

5.000,-

A02

Aanpak

€

-,-

Drainage wordt met

€

-,-

Tijd tbv overleg

Uitvoeren ecoscan

€

7.500,-

Inhuur werkvoorbereiding

€

68.000,-

€

45.000,-

€

66.450,-

€

33.500,-

€

87.000,-

grondwa erp oblematiek A03

Halfjaarlijks overleg omtrent

rioolrenovaties meegenomen

beheer en onderhoud A05 A06

gemeente Asperen As01

Sloo

ve breden en aanleg

nat.vr. oever As02a

Verkennen en aanleg nat.vr. oever

As02b

Aanvullende werkzaamheden As02a (onderzoekskosten)

As03

Sloot verbreden en nat.vr. oever

As04

Installeren terugslagklep

€

5.500,-

As05

Oever van eiland ecologisch

€

2.250,-

€

10.000,-

versterken As06

Verbinden watergangen

As07

Verbreden watergang

€

5.700,-

As08

Wateropgave

€

-,-

Sloot verbreden en

€

dmv duiker

Uitwerking dmv voorgaande

Herwijnen Hw01

1

50,

Combineren met herinrichting

opknappen Hw02

Sloot verbinden met

€

10.000,-


€

-,-

Meenemen bij uitbreiding kern

€

-

watergang Hw03

Verkenning verbreding en nat.vr. oever

Hw05

Oplossen klacht wateroverlast

O lossing dmv Hw01 en Hw02

en problemen ontwatering


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 36 -

20 januari 2012

Hw06

Extra watergang

€

-,-

Kosten onderdeel Herwijnen

Hw07

Uitgraven gedempte sloot en

€

-,-


en

verbinden met watersysteem

Oost

Hw08 Heukelum Hk01

Verbeteren doorstroming

€

7.920,-

Hk04

Inventariseren mogelijkheid

€

27.500,-

€

19.125,-

Combinere

me

herinrichting

verbreding of omleggen watergang Hk05

Wateropgave Heukelum

Spijk 3 maatregelen door waterschap Vuren Vu01

Sloot verbreden

€

15.000,-

Vu02

Opknappen stuk sloot

€

1.000,-

Vu03

Aanpak grondwateroverlast

€

-,-

Opgenomen in afkoppelplan

Onderzoek afkoppelen

€

-,-

Opgenomen in afkoppelplan

Vu04

Mildijk Vu05

Wateropgave Vuren

€

277.500,-

Ze01

Inzicht krijgen in

€

5.000,-

€

700.695,-

functioneren watersysteem en wateropgave Totaal

De vermelde bedragen zijn de kosten voor de gemeente. De kosten die waterschap Rivierenland op zich neemt zijn niet in deze tabel opgenomen. De maatregelen die volledig bij het waterschap liggen, zijn hier ook niet opgenomen. Financiële inspanning waterplan 2012

2014

2011

€ 198.270

6.7

2016

2013

€ 239.925

€ 135.400

2015

€ 73.200

€ 73.900

€ 5.000

Overige beleidsaspecten 6.7.1

Uitwerking beleid verwerking hemelen grondwater voor particulieren

Maatwerkvoorschriften en verordening -en

De eventuele behoefte om de particuliere verantwoordelijkheid in specifieke situaties met maatwerkvoorschriften of verordeningen vast te leggen kan in de komende planperiode worden afgewogen. Zoals in hoofdstuk 2 aangegeven, is de wetgeving rondom maatwerkvoorschriften, verordeningen en vergunningen deels kersvers en deels nog in ontwikkeling. In de toekomst kan de gemeente er, meestal in overleg met de waterkwaliteitsbeheerder, voor kiezen bepaalde preventiemaatregelen vast te leggen in een maatwerkvoorschrift of verordening.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 37 -

20 januari 2012

De gemeente zal in deze planperiode in ieder geval een verordening opstellen waarin de problematiek van de foutaansluitingen op het drukrioolstelsel wordt aangepakt. De gemeente stimuleert, voor zover mogelijk, het gebruik van duurzame bouwmaterialen. Vooralsnog wijzigt ze het beleid in het gebruik van bouwmaterialen niet, tenzij landelijke ontwikkelingen aanleiding geven tot het aanpassen hiervan. In bijlage 9 is een aantal voorbeelden opgenomen van mogelijke maatwerkvoorschriften op het gebied van waterkwaliteit (b.v. eisen aan bouwmaterialen, wassen van auto’s, onkruidbeheer) en waterkwantiteit (b.v. eisen aan de waterberging op eigen terrein of het vastleggen van een termijn waarbinnen hemelen afvalwater worden gescheiden). Momenteel worden tevens modelverordeningen voorbereid door de VNG. Voorgesteld wordt deze verordeningen af te wachten en mede op grond hiervan het hiervoor beschreven proces vorm te geven.

6.7.2

Interne communicatie De momenteel aanwezige overlegstructuren binnen de gemeentelijke organisatie functioneren goed. Dat komt door een platte organisatiestructuur en regelmatige momenten van afstemming tussen de betrokkenen.

Overlegstructuren planperiode vGRP

6.7.3

Externe communicatie

Waterloket, algemeen

Wenselijke aanpassingen

Vanuit de Wet Gemeentelijke Watertaken heeft de gemeente een verplichting een loketfunctie beschikbaar te stellen voor haar burgers. Deze loketfunctie houdt in dat de gemeente het aanspreekpunt is voor alle watergerelateerde vragen en klachten van de burgers. De gemeente treedt vervolgens op als regisseur in de richting van het oplossen van klachten. De gemeente heeft een coördinerende rol bij het oplossen van klachten. Meldingen die niet voor de gemeente zijn worden doorgezet naar andere partijen.

loket

De uitwerking van externe communicatie (het waterloket) zal zich in eerste instantie richten op het verstrekken van informatie. Op de website van de gemeente zullen verschillende termen, voorzieningen en de werking ervan worden toegelicht. vGRP Lingewaal 2012 - 2016 Definitief rapport

9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 38 -

20 januari 2012

Bij de balie van de gemeente zal een informatiefolder worden geplaatst met dezelfde informatie. Doel van de informatie is informeren en klachten voorkomen (preventie). Het systeem waarin klachten kunnen worden gemeld (telefonisch of bij de balie) en vervolgens in behandeling worden genomen, functioneert goed en wordt zo gehandhaafd. Het huidige systeem wordt uitgebreid of aangepast waarbij de volgende aandachtspunten aan de orde komen:

 

frontoffice medewerkers leren om te gaan met water vragen; informatiestromen waar nodig verbeteren.

Het communicatieve aspect van het duurzaam omgaan met hemelwater en afvalwater zal in de planperiode van deze vGRP nadere aandacht krijgen.

Voorlichting

Middelen die hiervoor kunnen worden ingezet zijn bijvoorbeeld het waterloket, de website van de gemeente en brochuremateriaal dat waar nodig gericht zal worden afgestemd op projecten of duurzaam ingerichte woonwijken. Afkoppelen op particulier terrein (tuin)

Voorbeeld van water in de tuin (bron: RIONED-folder “Regenwater in de tuin? Mooi wel!”) Duiding zorgplichten

6.7.4

Samenwerking

Regionale samenwerking

In 2011 is het Bestuursakkoord Water ondertekend door het Rijk, provincies, waterschappen en gemeenten. Het bestuursakkoord is de uitkomst van een landelijk feitenonderzoek. Belangrijkste conclusie uit het feitenonderzoek is dat de autonome kostenstijging tot 2020 tot staan kan worden gebracht door binnen de waterketen (= het hele traject tussen het gebruik van drinkwater tot en met de zuivering en lozing in de natuur) de doelmatigheid te vergroten. Samenwerken en bundeling van kennis en kunde zijn de belangrijkste mechanismen. In de regio Rivierenland is met gemeenten en het waterschap het initiatief opgestart om de landelijke feiten regionaal door te vertalen en


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 39 -

20 januari 2012

te bezien waar de kansen op het vergroten van de doelmatigheid in de regio liggen. In de loop van 2012 worden hiertoe de eerste stappen ondernomen. Samenwerking waterschap Rivierenland

In 2010 hebben de gemeente Lingewaal en waterschap Rivierenland een overeenkomst getekend over het beheer en het onderhoud van IBA’s. Partijen zijn hiermee overeengekomen dat het waterschap het beheer en onderhoud van de IBA’s voor haar rekening neemt. Dit zal tijdens de looptijd van dit vGRP niet worden gewijzigd. Tijdens de planperiode zal het meten en monitoren aan de riolering verder worden vormgegeven. Dit zal in nauwe samenwerking met het waterschap plaatsvinden. Eventuele uitkomsten uit het eerder genoemde regionale feitenonderzoek zullen meewegen in het uiteindelijk vormgeven van het meten en monitoren. In de planperiode is een bedrag van €25.000,- gereserveerd, bedoeld om optimalisaties in het watersysteem in de kern Asperen uit te voeren.

(Water-) vergunning

Samenwerking tussen waterschap vindt, naast projectmatige afstemming en de watertoets, vervolgens plaats op het gebied van de vergunningverlening. Enerzijds betreft het de vergunning waarmee de gemeente toegestaan is vuilwater op de zuivering te lozen. De aansluitvergunningen dienen de aankomende jaren te worden omgezet in bestuurlijke afspraken (Afvalwaterakkoord). Anderzijds betreft het vergunningen om veranderingen in de openbare ruimte die invloed hebben op de waterhuishouding te kunnen realiseren, de watervergunning. Ten tijde van het opstellen van dit vGRP waren de volgende watervergunningen actueel:


6.8

Samenvatting beleidsvoornemens De beleidsvoornemens vormen de basis voor de uitvoering en maatregelen voor de periode 2012-2016. De planning van werkzaamheden vormt de input voor het kostendekkingsplan. Het overzicht van investeringen en beheerlasten is opgenomen in bijlage 8 (exploitatielasten) en bijlage 10 (investeringen planperiode). Deze bijlagen geven een omschrijving en een overzicht van alle exploitatielasten en investeringen voor vGRP Lingewaal 2012 - 2016 Definitief rapport

9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 40 -

20 januari 2012

de planperiode van het vGRP. Zoals hiervoor aangegeven zijn sommige investeringen gebaseerd op inschattingen. Deze zullen in de planperiode worden onderbouwd en verfijnd. De voortgang van het vGRP zal in overleg met de afdeling financiën continu worden gevolgd. Met name voor de investeringen (veelal uitvoeringsprojecten) geldt dat afhankelijk van de ontwikkelingen een verschuiving in de tijd (versnellen of vertragen) kan plaatsvinden.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 41 -

20 januari 2012

7

PERSONEEL EN FINANCIËN

7.1

Analyse personele middelen De personele consequenties van de nieuwe zorgplichten voor de binnendienst zijn op hoofdlijnen ingeschat op basis van een richtlijn van de overkoepelende stichting RIONED (module D2000 personele middelen). De ingevoerde gegevens zijn opgenomen in bijlage 11.

Analyse bezetting

Samenvatting tijdsbesteding

Planvorming, onderzoek en facilitair Onderhoud Maatregelen Totaal

tijdsbesteding dagen 170 15 225 410

fte (175 dagen/jaar) 1,0 0,1 1,3 2,4

Deze inschatting is op basis van de volgende uitgangspunten: 1. het volledig uitbesteden van de werkzaamheden, daar waar verantwoord mogelijk (volledig op basis van een regisserende binnendienst waarbij voorbereiding en toezicht bij investeringen wel door de binnendienst zijn uitgevoerd), 2. de aanwezigheid van de stelselkenmerken zoals beschreven in hoofdstuk 5, 3. de werkzaamheden zoals beschreven in hoofdstuk 6 (investeringsvolume van gemiddeld € 1mln per jaar), en 4. een fte op basis van 175 effectief gewerkte dagen per jaar. Voor het verantwoord uitvoeren van de taken, volledig uitbesteed, zoals beschreven in dit vGRP blijkt de wenselijke bezetting te bestaan uit 2,4 fte. De huidige bezetting binnendienst betreft 2 fte. De verantwoordelijke van de binnendienst voert tevens werkzaamheden voor voorbereiding en toezicht bij projecten uit. Conclusie en advies

7.2

Uit de raming blijkt dat de binnendienst lichtelijk onderbezet is. In de periode 2007 – 2010 was deze onderbezetting groter. Het risico bestaat dat de uitvoering van taken achter blijft bij de planning. Het investeringsvolume bedraagt namelijk de aankomende planperiode circa €1 miljoen per jaar. Daarnaast moet het dagelijks beheer van de riolering ook doorgang vinden. Naar aanleiding van de ingeschatte onderbezetting zal de gemeente taken efficiënt moeten (blijven) uitbesteden, waarbij de binnendienst een regisserende functie vervult.

Financiële middelen; maatstaven en kostendekking 7.2.1

Heffingsmaatstaven

Inleiding

Met de wetswijziging is ook het bekostigingsinstrument voor het uitvoeren van de taken veranderd. Voorheen konden gemeenten de taken en voorzieningen voor de ‘oude’ zorgplicht bekostigen door een


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 43 -

20 januari 2012

rioolrecht te innen bij degenen die waren aangesloten op de riolering. Sinds 1 januari 2010 is dit veranderd in een gemeentebrede belasting; de rioolheffing. De voorziene wijzigingen in de taakstelling, volgend uit de gemeentelijke watertaken, en de effecten op de rioolheffing zijn gelijktijdig aan het opstellen van dit vGRP doorgerekend. De effecten van de rioolheffing zijn vormgegeven aan de hand van de volgende varianten: 0. handhaven huidige financieringswijze uitgebreid met activiteiten en investeringen zoals beschreven in hoofdstuk 6; 1. als uitgangssituatie, rioleringsonderdelen (kapitaallasten) van uitbreidingen ten laste van rioolheffing); 2. als uitgangssituatie waarbij afschrijvingstermijnen zijn gehalveerd (ivm voorkomen van te hoge kapitaallasten op termijn). 3. als 1., waarbij de afschrijvingstermijnen zijn gehalveerd. Nb. Bij variant 1 dient aanvullend onderzoek te worden verricht (met accountant en juristen van de gemeente) of en hoe exact de kosten kunnen worden toegerekend. Deze variant is in dit vGRP gepresenteerd om de verhoging in rioolheffing inzichtelijk te maken. De uitkomsten van deze 4 varianten is opgenomen in de bijlagen 12 en 13. In dit hoofdstuk zijn de uitkomsten van variant 3, waarbij de kapitaallasten van uitbreidingen ten laste komen van de rioolheffing en waarbij de afschrijvingstermijnen van investeringen zijn gehalveerd. Heffingsgrondslag

Op basis van artikel 228a van de Gemeentewet (Gw) kunnen de gemaakte kosten van de verschillende (afval-, hemelen grondwater-) taken worden verhaald (tot maximaal een 100% kostendekkend niveau). De gemeente heeft een duidelijk breder takenpakket dan alleen de riolering. Toch is gekozen voor de term riolering. Allereerst omdat de Wet spreekt over ‘rioolheffing’ en omdat de riolering verreweg de grootste kostenpost is en zal blijven. Om het toch mogelijk te maken dat de gemeente alle kosten kan verhalen, is bij de heffing gekozen voor een ruime definitie van het begrip riolering. De huidige heffingsgrondslag van de gemeente Lingewaal is gebaseerd op drinkwaterverbruik, gestaffeld per hoogte van het gebruik. Voor 2011 is deze verdeling als volgt: a. bij 0 tot en met 300m3 afvalwater € 229,00; b. bij 301 tot en met 500m3 afvalwater € 343,50; c. bij 501 tot en met 1000m3 afvalwater € 458,00; d. bij 1001 tot en met 2000m3 afvalwater € 801,50; e. bij 2001 tot en met 4000m3 afvalwater € 1.374,00; f. bij 4001 tot en met 8000m3 afvalwater € 2.290,00. bij meer dan 8000 kubieke meter afvalwater € 2290,-- verhoogd met € 458,- voor elke eenheid van 2000 kubieke meter afvalwater of een gedeelte daarvan.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 44 -

20 januari 2012

Overstappen op andere maatstaf; criteria voor de beoordeling Mogelijke maatstaven; eigenaren en

Heffing gebruikers

gebruikers

Onderstaande tabel vat samen welke heffingsmaatstaven (hoofdlijnen) gehanteerd kunnen worden. Combinaties van maatstaven zijn ook te overwegen. De toepasbaarheid, een toelichting en aandachtspunten zijn onderstaand opgenomen. Voor meer informatie wordt verwezen naar de Leidraad Riolering Module D1200 (Stichting RIONED).

Heffingsmaatstaf

Toepasbaarheid (vlgs. Leidraad Riolering)

Vast bedrag per perceel of aansluiting

Vast tarief per aansluiting/perceel. Eventueel tariefreductie voor kleinere (eenpersoons) + (eenvoudig in huishoudens. Ook een staffel voor verschillende bedrijfsinrichtingen (aard van activiteiten) is mogelijk. uitvoering)

Bedrag afhankelijk van hoeveelheden geloosd afvalwater of waterverbruik

-- (regenwater buiten beschouwing)

Heffing naar waterverbruik vooral om het bewustzijn van waterverbruik te verhogen. Hoeveelheid geloosd afvalwater is fictief gelijk aan het waterverbruik. Waterverbruik is te verminderen door progressieve heffing te hanteren.

Vast bedrag met een toeslag op verbruik


Geeft een mogelijk stabielere opbrengst uit de rioolheffing. Met name afvoer van hemelwater ligt aan de basis van de kosten voor dagelijks beheer en Combinatie van bovenstaande 2 heffingen, waarbij bv. dimensionering van de riolering; in deze maatstaf een overschrijding van de hoeveelheid waterverbruik wordt onderscheid gemaakt maar gaat volledig voorbij aan hemelwater. wordt aangeslagen.

Vast bedrag voor woningen, nietwoningen obv waterverbruik


Als bovenstaande. Onderscheid gemaakt aan de hand van vast bedrag voor woningen met een heffing op basis van verbruik voor niet-woningen. Idem.

Bedrag afhankelijk van waarde in economisch verkeer van een perceel

Heffing eigenaren

Gekozen kan worden om de rioolheffing te innen gebaseerd op andere maatstaven. De maatstaven komen verderop in deze paragraaf aan de orde. Beoordeling van elke heffingsmaatstaf vindt plaats, om gelijkheid en evenredigheid na te streven, op basis van drie aspecten: 1. de kostenveroorzaker of profijthebber betaalt; 2. perceptiekosten; 3. stabiliteit van inkomsten.

+/-

Toelichting

Eenvoudige uitvoering relatief lage uitvoeringskosten. Relatie heffing en mate van gebruik is niet direct inzichtelijk. Opvragen waterverbruiksgegevens bij het waterbedrijf. Koppeling rioolheffing en drinkwaterverbruik is niet voor iedereen duidelijk. Meters kunnen ontbreken of meerdere gebruikers op één verzamelmeter. Bv. in industrieën: waterverbruik ≠ geloosde hoeveelheid

De waarde van een perceel hangt indirect samen met de oppervlakte van het perceel en/of pand (grootste kostenveroorzaker voor de riolering). Bij niet-woningen Kleine waardeverschillen moeten niet leiden tot een is dit verband minder duidelijk en dus minder geschikt forse verandering van de heffing. Aansluitng bij WOZbepaling scheelt in de kosten. als maatstaf.

Bedrag afhankelijk van de grootte van bebouwd/verhard oppervlak of perceelgrootte

+/- (belasting vd riolering duidelijk, veel meten)

Vast bedrag per perceel of aansluiting

+ (eenvoudig in uitvoering) Als vast tarief gebruiker (ook staffel mogelijk)

Bedrag gedifferentieerd naar aard van het perceel

Aandachtspunten

Regenwater afvoerende verharding wordt in deze heffing meegenomen. In de vorm van een staffel: hoe groter het perceel hoe meer afgevoerd regenwater en dus hoe hoger een heffing.

+/- (meer evenredige Een vast bedrag verschillend naar de aard van het verdeling kosten) perceel. (bv. woningen en niet-woningen).

Veel meet en controle werk benodigd. Drukriolering/IBA's vallen buiten deze heffing. Bijzondere aandacht nodig bij meerdere woonlagen (kavelgrootte kan hiertoe als zinvol alternatief worden gebruikt).

Eenvoudige uitvoering. Relatie heffing en mate van profijt niet direct inzichtelijk. Dit is ook minder relevant bij nieuwe heffing. Aard van het perceel mag niet worden afgeleid aan het werkelijke gebruik ervan; strijdig met het evenredigheidsbeginsel. Als de gebruikswaarde verhoogt bv. aan de hand van de bestemming in een bestemmingsplan kan een differentiatie worden aangebracht.

Bedrag afhankelijk van waarde in economisch verkeer van een perceel

In tegenstelling tot gebruikersheffing met deze maatstaf (mate van gebruik belangrijk) is voor een + (groter profijt eigenarenheffing deze maatstaf te verdedigen (ook direct in voor niet-woningen). De waarde van het pand op zich wordt hoger door een aansluiting op de riolering. rekening)

Toenemende waarde van het pand leidt tot een hogere waardering van de aansluiting op het riool; de benuttingswaarde gaat omhoog (itt de gebruikswaarde)

Bedrag afhankelijk van de grootte van bebouwd/verhard oppervlak of perceelgrootte

+/- (belasting vd riolering De waarde van een perceel neemt toe naar mate het duidelijk, veel perceel groter is. Regenwater afvoerende verharding komt terug in deze maatstaf. meten)

Veel meet en controle werk benodigd. Drukriolering/IBA's vallen buiten deze heffing. Bijzondere aandacht nodig bij meerdere woonlagen (kavelgrootte kan hiertoe als zinvol alternatief worden gebruikt).


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 45 -

20 januari 2012

Uit voorgaande valt te concluderen dat de huidige heffingsmaatstaf (op basis van drinkwaterverbruik) volgens de Leidraad Riolering steeds minder toepasbaar zal worden. Reden is dat taken voor grond- en hemelwater niet expliciet te maken hebben met het gebruik en lozen van drinkwater. Wel is te verdedigen (zie ook de uitgaven verderop in dit hoofdstuk) dat het lozen van drinkwater (afvalwater) verreweg tot de grootste kosten leidt. In de komende periode zal de gemeente de heffingsmaatstaf op toepasbaarheid onderzoeken en mogelijk een rioolheffing op basis van een andere maatstaf instellen.

Conclusie maatstaven

7.2.2

Kostendekking

Lasten

Baten

In de bijlagen 8, 10 en 12 zijn de verschillende lasten ten behoeve van het kostendekkingsplan voor dit vGRP opgenomen voor een lange doorkijk van 60 jaar. De volgende lastensoorten zijn daarbij onderscheiden:  Exploitatielasten (kosten voor het dagelijkse beheer en onderhoud) van reeds aanwezige stelsels (bijlage 8);  Nieuwe exploitatielasten samenhangend met de toename van het aantal onderzoeken en kosten voor beheer en onderhoud (volgend uit hoofdstuk 6; bijlage 8);  Kapitaallasten in verband met in het verleden gedane investeringen (van vóór 2011; opgenomen in de bijlage kostendekkingsplan; bijlage 12);  Kapitaallasten in verband met nieuwe investeringen voor verbetering en vervanging van het rioolstelsel (kapitaallasten van de in bijlage 10 beschreven investeringen zijn opgenomen in bijlage 12, kostendekkingsplan). De baten worden gevormd door de rioolheffing zoals uitgewerkt in de heffingsverordening. De rioolheffing wordt geïnd door Belastingsamenwerking Rivierenland (BSR te Tiel). De heffing 2011 van de gemeente Lingewaal is gebaseerd op drinkwaterverbruik, gestaffeld per hoogte van het gebruik. Voor 2011 was deze verdeling als volgt: a. bij 0 tot en met 300m3 afvalwater € 229,00; b. bij 301 tot en met 500m3 afvalwater € 343,50; c. bij 501 tot en met 1000m3 afvalwater € 458,00; d. bij 1001 tot en met 2000m3 afvalwater € 801,50; e. bij 2001 tot en met 4000m3 afvalwater € 1.374,00; f. bij 4001 tot en met 8000m3 afvalwater € 2.290,00. bij meer dan 8000 kubieke meter afvalwater € 2290,-- verhoogd met € 458,- voor elke eenheid van 2000 kubieke meter afvalwater of een gedeelte daarvan. De totale opbrengst voor 2011 was geraamd op € 980.000,-. Het aantal heffingsplichtigen is in de berekening afhankelijk gemaakt van de totale opbrengsten gedeeld door de ‘standaardheffing’ van €229,per aanslag.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 46 -

20 januari 2012

De procentuele stijging, benodigd om een kostendekkende rioolheffing te innen, volgt uit de procentuele stijging van deze heffing. Het aantal heffingsplichtigen zal de komende jaren wellicht aangroeien. Echter, de huidige economische omstandigheden laten de stijging in het aantal aansluitingen lastig voorspellen. In het kostendekkingsplan is geen rekening gehouden met een groei in het aantal aansluitingen. In het nieuwe vGRP (op te stellen in 2015) dient de rioolheffing, op basis van dan geldende, nieuwe inzichten, opnieuw vorm te worden gegeven. Overige uitgangspunten

Berekeningsresultaten

De overige uitgangspunten voor de kostendekkingberekeningen zijn:  het kostendekkingsplan heeft een periode van 60 jaar (2011 t/m 2071) aangezien de langstlopende investering vanaf nu een afschrijftermijn kent van 60 jaar. Daarmee komen de financiële gevolgen van keuzes die nu worden gemaakt ook voor de gehele termijn waarop dit invloed heeft in beeld;  er is niet gerekend met inflatie; alle bedragen zijn euro’s peiljaar (2011);  de exploitatielasten zijn geraamd aan de hand van de begroting 2011 en uitgaven in 2010;  het rentepercentage (rekenrente) voor investeringen is op 5% gesteld;  de voorziening riolering stond op 31 december 2010 op €975.358, BTW is niet meegerekend;  ongeveer 2% van de inkomsten wordt jaarlijks kwijtgescholden;  de werkelijke hoeveelheid aangeslagen panden wijken in het kostendekkingsplan (bijlage 13) af van de rekenaantallen; dit omdat met de werkelijke inkomsten en de vastgestelde heffing is gerekend. De ontwikkeling van de rioolheffing, voor de periode 2011 tot en met 2016 én per periode van 10 jaar daarna ziet er, in de voorkeursvariant (v3), als volgt uit:

planperiode (t/m 2016)

2011 2012 2013 2014 2015 2016

Per 10 jaar opvolgend

Jaar

2020 2030 2040 2050 2060 2070

Heffing tot 3 300 m variant 3 € 229 € 239 € 252 € 264 € 276 € 290 € 349 € 405 € 345 € 331 € 315 € 299


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 47 -

20 januari 2012

Gewenste

Figuur 7.1: Voorkeursvariant rioolheffing (Variant 3); Ontwikkeling heffing als variant

ontwikkeling

waarbij de kapitaallasten van rioleringsinvesteringen in uitbreidingen ten laste komen

heffing

van de rioolheffing; afschrijvingsperiode verkort naar 30 jaar.

Figuur 7.2:Voorkeursvariant (Variant 3); Opbouw lasten

4 varianten

In het kostendekkingsplan is, zoals aangegeven, gerekend met 4 varianten. De eerste variant betreft de uitgangssituatie aangevuld met nieuwe werkzaamheden, verbetermaatregelen zoals beschreven in de BRP’s en afkoppelen volgens het GAP. De tweede variant betreft een variant waarin kapitaallasten van uitbreidingsgebieden ten laste komen van de rioolheffing (als ware het een investering waarover wordt afgeschreven). De derde variant gaat uit van het verkorten van de afschrijvingstermijn. De vierde variant gaat uit van de kapitaallasten van uitbreidingsgebieden, gecombineerd met een verkorte afschrijvingstermijn.


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 48 -

20 januari 2012

Het verloop van de benodigde heffingen in de vier varianten is in bijlage 12 en 13 opgenomen. Tijdens de behandeling van dit vGRP heeft het gemeentebestuur de voorkeur uitgesproken voor het vormgeven van de rioolheffing op basis van de uitgangspunten als in variant 3. Hierbij komen kapitaallasten van uitbreidingsgebieden ten laste van de rioolheffing (als ware het een investering waarover wordt afgeschreven) en wordt de afschrijvingstermijn van investeringen verkort naar 30 jaar. Voorgesteld wordt de ontwikkeling van de rioolheffing vorm te geven als in deze voorkeursvariant. Berekeningsresultaten in perspectief

Naast een vergelijking met de rioolheffing in buurgemeenten (hoofdstuk 5), is een vergelijking opgezet met andere kosten waar een gemiddeld huishouden voor komt te staan (2010), zoals elektriciteit, gas, water en tv, internet en (vast) bellen. (bron: Nibud.nl en Kiesprovider.nl). Post

Hoogte (jaarlijks)

Toelichting

Elektriciteit Gas Water TV, internet en bellen

€ 612,€ 1.065,€ 216,€ 360,-

€ 55, /mnd € 88,-/mnd (met cv) € 18,-/mnd (o.b.v. 3 pers.) All-inclusive pakket; varieert vanaf ca. € 30,-/mnd (exclusief aanbiedingen)

Riolering

€ 229,-


9W2856.B0/R001/THD/ABR/Nijm - 49 -

20 januari 2012

BIJLAGE 1 Afkortingen en termen



Bijlage 1: Afkortingen en begrippen Afkortingen AWZI Zie RWZI BBB

BergBezinkBassin Zie toelichting in begrippenlijst bij bergbezinkbassin.

(v)BRP

(verbreed) BasisRioleringsPlan Rioleringsplan van de gemeente met technische onderbouwing van maatregelenpakket voor verbetering van de riolering. De verbreding bevat de technische uitwerking van hemelen grondwatervoorzieningen.

CZV

Chemisch ZuurstofVerbruik Zie toelichting in begrippenlijst bij vuilemissie.

DWA

DroogWeerAfvoer Zie begrippenlijst.

DOB

4e Nota Waterhuishouding DOB staat voor Duurzaam OnkruidBeheer op verhardingen. Onkruidbestrijding volgens de DOB-methode is gericht op een effectieve onkruidbestrijding tegen een redelijke kostprijs. Binnen DOB kan men kiezen voor verschillende bestrijdingsmethoden zoals mechanisch, thermisch of chemisch. Kiest men echter voor chemische onkruidbestrijding dan gelden een aantal regels die de afspoeling van herbiciden naar het oppervlaktewater moeten tegengaan. Doel van de DOB methode is een bijdrage te leveren aan het realiseren en behouden van een goede waterkwaliteit. De kwaliteitsnormen voor oppervlaktewater mogen niet worden overschreden waarmee ook het risico met betrekking tot de drinkwaterproductie afneemt. DOBmethode is dus ook chemisch: Bijvoorbeeld bij een middengeleider > mechanisch/thermisch duurt daar te lang en is te gevaarlijk.

GRP

Gemeentelijk RioleringsPlan (vGRP: verbreed GRP waarin nieuwe gemeentelijke watertaken zijn opgenomen) Wettelijk verplicht plan waarin het rioleringsbeleid van de gemeente is vastgelegd.

HWA

HemelWaterAfvoer

IBA

Individuele Behandeling Afvalwater Hiermee wordt gedoeld op individuele zuiveringssystemen voor percelen (in het buitengebied) die niet op de riolering zijn aangesloten.

KRW

(Europese) KaderRichtlijn water Zie begrippenlijst.

NBW

Nationaal Bestuursakkoord Water Zie begrippenlijst.

NW4

4e Nota Waterhuishouding Deze nota legde tot 2006 de belangrijkste (water)beleidsdoelstellingen vast. Met het in werking treden van de waterwet zal de opvolger van de Nota’s Waterhuishouding het nationaal waterplan zijn. Hierin wordt

(wederom) zesjaarlijks vastgelegd wat de belangrijkste waterdoelstellingen van de Rijksoverheid (te vertalen in lokaal beleid) zijn. OAS/AWAK Optimalisatie AfvalwaterSysteem De afkorting OAS wordt gebruikt voor (onderzoek naar de mogelijkheden van) een betere afstemming tussen de riolering en de rwzi. Doel hiervan is om de vuilemissie van het gehele afvalwatersysteem (riolering en rwzi) te verminderen tegen minimale maatschappelijke kosten (voor gemeente en waterschap). In het AWAK (AfvalWaterAKkoord), veelal volgend op een OAS, worden afspraken gemaakt over hoeveelheden afvalwater en aanpassingen in de waterketen. RIONED

RIOlering NEDerland, stichting ingesteld door het ministerie van VROM. Behartigt de belangen van riolerend Nederland.

RTC

Real Time Control Dit is automatische besturing (van pompen en schuiven) op basis van actuele (meet)gegevens.

RWA

RegenWaterAfvoer Zie begrippenlijst.

RWZI

RioolWaterZuiveringsInstallatie (ook wel genoemd awzi of afvalwaterzuiveringsinstallatie).

VGS

Verbeterd Gescheiden (riool)Stelsel Zie begrippenlijst.

VGS +

Verbeterd Gescheiden (riool)Stelsel + Zie begrippenlijst.

VNG

Vereniging van Nederlandse Gemeenten

WB 21

Commissie Waterbeheer 21e eeuw

Waterwet

Waterwet Bevat de integrale wetstekst die 8 verouderde wetten integreert.

WBB

Wet Bodembescherming “Wet houdende wijziging van de Wet bodembescherming en enkele andere wetten in verband met wijzigingen in het beleid inzake bodemsaneringen van 15 december 2005”.

WM

Wet Milieubeheer “Wet van 13 juni 1979, houdende regelen met betrekking tot een aantal algemene onderwerpen op het gebied van de milieuhygiëne”.

WRO

Wet Ruimtelijke Ordening “Wet van 20 oktober 2006, houdende nieuwe regels omtrent de ruimtelijke ordening”.

WVO

Wet Verontreiniging Oppervlaktewateren “Wet van 13 november 1969, houdende regelen omtrent de verontreiniging van oppervlaktewateren”.

WWH

Wet op de WaterHuishouding “Wet van 14 juni 1989, houdende regelen inzake de waterhuishouding”.

Begrippen Basisinspanning In het Europees Rijnverdrag is afgesproken om de vuilemissie naar oppervlaktewateren met 50% te verminderen. In Nederland is hiertoe de zogenaamde basisinspanning geïntroduceerd, die inhoudt dat zowel waterschappen (via effluent van rwzi’s) als gemeenten (via overstorten) hun lozingen met 50% reduceren. Bij de basisinspanning gaat het om de totale jaarlijkse vuilvracht van effluentlozingen en overstortingen. Dit is vertaald in de eis dat gemengde rioolstelsels zich qua vuilemissie moeten gedragen als een referentiestelsel met 7 mm berging plus 2 mm in randvoorzieningen. De basisinspanning wordt veelal gezien als (de eerste) stap op weg naar de gewenste waterkwaliteit. De basisinspanning maakt echter geen onderscheid in de functie en/of ontvangstcapaciteit van het ontvangende oppervlaktewater. Het reduceren van de vuilemissie ongeacht de effecten op de waterkwaliteit kan leiden tot suboptimalisatie. Technisch gezien is het daarom te prefereren om maatregelen direct af te stemmen op waterkwaliteitsspoor, waarbij verdergaande maatregelen worden getroffen gericht op het bereiken van de gewenste waterkwaliteit. Bergbezinkbassin Een bergbezinkbassin, vaak afgekort als BBB, is een voorziening achter een overstort van een rioolstelsel. Bij een overstorting stroomt het BBB vol met water. Pas als het BBB vol is stort het water over vanuit het BBB op het oppervlaktewater. Na een overstorting wordt het water uit het BBB teruggebracht in het rioolstelsel, zodat het naar de rwzi kan stromen. Het BBB is bedoeld om de vuilemissie via overstortingen te verminderen enerzijds door extra berging anderzijds doordat bezinking plaats vind in het BBB waardoor overstortend rioolwater ten opzichte van een overstort zonder BBB schoner is. Doelen, functionele eisen, maatstaven en meetmethoden (DoFeMaMe) De doelen, functionele eisen, maatstaven en meetmethoden geven structuur aan de formulering van het rioleringsbeleid in het gemeentelijk rioleringsplan. Deze opzet en de begrippen zijn ontleend aan de Leidraad Riolering (module A1100), waarin de begrippen als volgt zijn gedefinieerd: • • • •

Doelen zijn de beschrijving van het gewenste systeemgedrag, ofwel de gewenste (ideale) situatie met betrekking tot de toestand en het functioneren van de riolering, in relatie tot de omgeving. Functionele eisen zijn specificaties van de doelen die voor de rioleringszorg zijn geformuleerd. De functionele eisen geven aan welke voorwaarden moeten worden gesteld om de gestelde doelen te kunnen bereiken. Maatstaven zijn de getalsmatige precisering van de functionele eisen en zijn nodig om te kunnen bepalen in hoeverre aan de functionele eisen wordt voldaan. Maatstaven maken de functionele eisen in kwantitatieve zin toetsbaar. De meetmethoden geven aan op welke wijze wordt getoetst of aan de maatstaf wordt voldaan. Bij de maatstaven wordt aangegeven welke meetmethoden worden gehanteerd om daarmee het gewenste functioneren van de riolering eenduidig en reproduceerbaar vast te leggen. Er zijn veelal meerdere meetmethoden beschikbaar, De keuze van de te gebruiken meetmethoden is de verantwoordelijkheid van de beheerder(s),

Droogweerafvoer (dwa) Dwa is de afvoer van afvalwater van huishoudens en bedrijven. In tegenstelling tot rwa is er altijd sprake van dwa, ongeacht de weersomstandigheden. Dwa bestaat vrijwel

volledig uit vuil water, doordat in droge perioden geen neerslag wordt afgevoerd. In gemengde rioolstelsels is het debiet (afvoerhoeveelheid) tijdens droog weer zeer gering t.o.v. de maximum afvoercapaciteit. Drukriolering Drukriolering bestaat uit leidingen met een kleine diameter waardoor afvalwater van huishoudens onder druk wordt afgevoerd. Elke aansluiting is voorzien van een pompunit die het afvalwater in het drukriool pompt. Om grotere afstanden en/of hoogteverschillen te overbruggen worden soms tussengemalen toegepast. Het afvalwater wordt afgevoerd naar de rwzi of naar het gemengd rioolstelsel. Drukriolering wordt voornamelijk toegepast in het buitengebied, waar percelen op relatief grote afstand van elkaar liggen. Effluent Binnen de rioleringswereld wordt hiermee gedoeld op het gezuiverde water dat door een rwzi wordt geloosd. Hoe beter de zuivering, hoe beter de kwaliteit van het effluent is en hoe kleiner de vervuiling van het oppervlaktewater waarop wordt geloosd. Gemengd (riool)stelsel In een gemengd rioolstelsel wordt overtollig hemelwater en afvalwater van huishoudens en bedrijven door hetzelfde buizenstelsel afgevoerd. Bij droog weer is er alleen afvalwater van huishoudens en bedrijven (dwa). Tijdens neerslag mengt het regenwater (rwa) zich met het vuile water. Dit heeft twee grote nadelen. Ten eerste wordt het relatief schone regenwater gemengd met vuil water en dan naar de rwzi afgevoerd om te worden gezuiverd. Ten tweede wordt de riolering overbelast bij extreme neerslag. Het met vuil water vermengde regenwater komt dan via overstorten ongezuiverd in het oppervlaktewater terecht. Dit zorgt voor vervuiling van het oppervlaktewater en de waterbodem. Gescheiden (riool)stelsel In een gescheiden rioolstelsel zijn aparte buizenstelsels aangelegd voor vuil water (dwa) en regenwater (rwa). De dwa wordt naar de rwzi getransporteerd. Regenwater wordt veelal afgevoerd naar nabijgelegen oppervlaktewater. Het nadeel van gescheiden stelsels is dat het regenwater soms tot vervuiling van het oppervlaktewater leidt. Dit is met name het geval als na droge perioden het vuil van wegen en andere oppervlakken met het regenwater in de riolering spoelt. Dit nadeel wordt grotendeels ondervangen in verbeterd gescheiden stelsels (vgs). Hemelwaterafvoer (HWA) Hwa is de afvoer van schoon overtollig hemelwater. In tegenstelling tot dwa is er alleen sprake van Hwa tijdens en na regenbuien. Kaderichtlijn Water (KRW) De KRW is een Europese richtlijn om het water in de Europese Unie te beschermen en duurzaam gebruik te bevorderen. De KRW gaat uit van een stroomgebiedbenadering, waarbij chemische en ecologische kwaliteitsdoelen worden gesteld. De KRW houdt een resultaatverplichting in per 2015. Nationaal bestuursakkoord water (NBW) In 1999 is de Commissie Waterbeheer 21e eeuw ingesteld. Aanleiding waren de hoge rivierstanden in 1993 en 1995, de overlast door extreme neerslag in 1998 en de verwachte klimaatverandering. Het advies van deze commissie staat aan de basis van het Nationaal Bestuursakkoord dat in 2003 door Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen is ondertekend. Uitvoering van het akkoord moet er toe leiden dat het watersysteem in 2015 op orde is. De belangrijkste onderdelen van dit akkoord zijn: • •

waterbeleid moet gebaseerd zijn op de stroomgebiedbenadering; de watertoets is een verplicht onderdeel van ruimtelijke planprocedures;

• • • •

de trits: “vasthouden-bergen-afvoeren” is leidraad voor de keuze van maatregelenl; gebiedseigen (neerslag)water zo lang mogelijk vasthouden; neerslagwater zo veel mogelijk in eigen gebied bergen; alleen overtollig water (zo traag mogelijk) afvoeren.

Openbare hemelwaterstelsels Openbare (gemeentelijk) hemelwaterstelsels zijn voorzieningen voor de inzameling, transport en verder verwerking van uitsluitend afvloeiend hemelwater. Daaronder vallen de rwa-riolen (regenwaterafvoer) van (verbeterd) gescheiden stelsels, infiltratievoorzieningen, doorlatende verharding en retentievijvers. Openbare ontwateringsvoorzieningen Ontwateringstelsels (voor grondwater) zijn voorzieningen waarmee (structurele) grondwateroverlast wordt voorkomen. Onder openbare ontwateringsvoorzieningen vallen onder andere: oppervlaktewateren (zoals greppels, sloten, kanalen en vijvers), drainagenetwerken en IT-riolen (infiltratie en transport) waarbij de gemeente verantwoordelijk is voor het beheer. Ontwateringsvoorzieningen kunnen ook omgekeerd werken en in droge tijden water aanvoeren om grondwaterstanden op peil te houden. Openbare vuilwaterstelsels Een openbaar vuilwaterstelsel is een voorziening in beheer bij de gemeente voor het inzamelen en transporteren van stedelijk afvalwater; dat wil zeggen het afvalwater geproduceerd door huishoudens en al het water dat hier mee gemengd is zoals bedrijfsafvalwater, afvloeiend hemelwater en/of grondwater. Onder het openbare vuilwaterstelsel vallen gemengde riolen, dwa-riolen (droogweerafvoer), drukriolering en (vrijwel) alle transportleidingen. Overstort Een overstort eis een (nood)uitlaat van een rioolstelsel. Overstorten treden in werking als de capaciteit van het rioolstelsel onvoldoende is om alle neerslag te verwerken. Zie verder “overstorting”. Overstorting Bij een overstorting wordt water vanuit de riolering (door overbelasting van de riolering) direct op oppervlaktewater geloosd, zonder zuivering in een rwzi. Overstortingen kunnen beperkt worden door de bergingscapaciteit en afvoercapaciteit van het rioolstelsel te vergroten of door het rioolstelsel minder te belasten, bijvoorbeeld door geen schoon regenwater in de riolering te laten stromen. Regenwaterafvoer (RWA) Rwa is de afvoer van overtollig hemelwater. In tegenstelling tot dwa is er alleen sprake van rwa tijdens en na regenbuien. Rwa wordt meestal in verband gebracht met het regenwaterstelsel in gescheiden of verbeterd gescheiden rioolstelsels. In gemengde rioolstelsels is het debiet (afvoerhoeveelheid) tijdens rwa-omstandigheden zeer groot t.o.v. de droogweerafvoer. Hierdoor kan het rioolstelsel overbelast worden, hetgeen leidt tot overstortingen en in extreme situaties tot wateroverlast. Telemetrie Letterlijk betekent telemetrie “meten op afstand”. Binnen het vakgebeid riolering wordt de term telemetrie gebruikt voor het geheel aan apparatuur en communicatieverbindingen waarmee signalen van kunstwerken (zoals pompen, schuiven en overstorten) worden doorgegeven. De bekendste toepassing is het automatisch doorgeven van storingen die in rioolgemalen kunnen optreden. Telemetrie kan worden gebruikt voor storingsmeldingen (signalering en alarmering), verzameling van meetgegevens en voor besturing (RTC).

Verbeterd gemengd (riool)stelsel De term verbeterd gemengd stelsel wordt gebruikt voor gemengde rioolstelsels met tenminste 9 millimeter bergingscapaciteit, waarvan tenminste 2 millimeter in bergbezinkbassins achter de overstorten. Verbeterd gescheiden (riool)stelsel (VGS) Een verbeterd gescheiden stelsel is een gescheiden rioolstelsel waarbij het vuilwaterstelsel is gekoppeld met het regenwaterstelsel. Bij gescheiden stelsels komt meegespoeld vuil van wegen en andere oppervlakken in het oppervlaktewater terecht. In een verbeterd gescheiden stelsel wordt hemelwater gedeeltelijk afgevoerd naar de RWZI. De koppeling is zo gemaakt dat alleen water van het regenwaterstelsel naar het vuilwaterstelsel kan stromen en niet andersom. Nadeel van verbeterd gescheiden stelsels is dat (op jaarbasis) relatief veel schoon regenwater wordt vermengd met vuil water en naar de RWZI wordt getransporteerd om te worden gezuiverd. Verbeterd gescheiden (riool)stelsel plus (VGS +) Een verbeterd gescheiden stelsel plus is een verbeterd gescheiden rioolstelsel waarbij zo weinig mogelijk hemelwater wordt afgevoerd naar de RWZI. De afvoercapaciteit naar de RWZI wordt ten opzichte van een traditioneel verbeterd gescheiden stelsel verlaagd. Het nadeel van een verbeterd gescheiden waarbij op jaarbasis relatief veel schoon regenwater wordt vermengd met vuil water en naar de RWZI wordt getransporteerd wordt daarbij grotendeels ondervangen. Vrijvervalrioolstelsel In de meeste rioolstelsels wordt water onder vrij verval afgevoerd. Dit betekent dat het water door de zwaartekracht van hoog naar laag stroomt. De term vrijvervalrioolstelsel wordt vaak gebruikt in tegenstelling tot transportstelsels en drukrioolstelsels, waarbij het water wordt afgevoerd door pompen. Vuilemissie De term vuilemissie wordt in dit vGRP gebruikt voor de vuiluitworp via riooloverstorten. Bij overstortingen wordt vervuild water geloosd. Voor gemengde rioolstelsels wordt uitgegaan van 250 mg CZV per liter. CZV geeft het chemisch zuurstofverbruik aan van het vuil in het water. Het zuurstofverbruik is een van de parameters voor de vuilemissie. Waterketen De waterketen betreft menselijk gebruik van water. Hierbij wordt water uit het watersysteem onttrokken (waterwinning) en gedistribueerd onder de gebruikers (drinkwater). Na gebruik wordt het afvalwater ingezameld en getransporteerd (riolering), gezuiverd (rwzi) en weer geloosd op oppervlaktewater (watersysteem). Waterkwaliteitsspoor Bij het verminderen van de vuilemissie door riooloverstortingen wordt een 2-sporen aanpak gehanteerd. Het ene spoor is de basisinspanning. Het andere spoor is het waterkwaliteitsspoor. Het waterkwaliteitsspoor maakt onderscheid in de functie en/of ontvangstcapaciteit van het ontvangende oppervlaktewater. De benodigde vermindering van de vuilemissie is afhankelijk van de gewenste waterkwaliteit. Waterplan Beleidsplan waarin het waterbeleid voor watersysteem en waterketen meestal samen met het waterschap is uitgewerkt.

Watersysteem Het watersysteem is het natuurlijke systeem van water in onze leefomgeving. Het omvat de oppervlaktewateren (beken, rivieren, meren, etc.) en het grondwater (het ondiepe of freatische grondwater en het diepe grondwater).

BIJLAGE 2 Wetten en beleid



BIJLAGE 2: Samenvatting wetten en beleid Het gemeentelijk riolerings- en waterbeleid heeft sterke relaties met beleid van andere overheden. Enkele belangrijke richtlijnen, wetten en beleidsontwikkelingen van de Europese unie en het Rijk zijn navolgend samengevat. Europese richtlijnen en beleid Het doel van de Kaderrichtlijn water (KRW) is "het vaststellen van een kader voor de bescherming van oppervlaktewateren en grondwater, waarmee ecosystemen voor verdere achteruitgang worden behoed, beschermd en verbeterd". Er wordt gestreefd naar verhoogde bescherming en verbetering van het milieu, onder andere door specifieke maatregelen voor de geleidelijke vermindering van lozingen en emissies van prioritaire stoffen (aan banden gelegd door middel van een zwarte lijst). Bescherming van grondwater vindt voornamelijk plaats om grondwaterlichamen op niveau te houden met het oog op kwaliteit voor menselijke consumptie. De KRW heeft voorrang op alle nationale wetten en beleid. Daarbij gelden de stroomgebiedbeheersplannen voor de waterlichamen als input voor waterhuishoudingsplannen (provincie), waterbeheerplannen (waterschappen) en eventueel stedelijke waterplannen (waterschappen en gemeenten). De waterpartners stellen deze in overleg op. Het is daarbij mogelijk dat de gemeente bepaalde maatregelen die zijn opgenomen in de stroomgebiedsbeheerplannen en die een relatie hebben met de drie zorgplichten financiert vanuit een vGRP. De Richtlijn Stedelijk Afvalwater heeft als doel “het beschermen van het milieu tegen de nadelige gevolgen van het opvangen, de behandeling en de lozing van stedelijk afvalwater (huishoudelijk, deels industrieel afvalwater en afvloeiend hemelwater) en de behandeling en lozing van afvalwater van bepaalde bedrijfstakken”. Ook riooloverstorten vallen hieronder. In hoofdlijnen betekent het dat óf gemeenten óf de particulier zelf woongebieden voorzien van een opvangsysteem voor stedelijk afvalwater, het opgevangen afvalwater dient te worden gezuiverd en waar mogelijk gebruikt de perceelseigenaar het gezuiverde afvalwater opnieuw. Deze richtlijn is op nationaal niveau geïmplementeerd via de Wvo (vergunningsplicht voor overstorten) en artikel 10.5 van de Wet milieubeheer. De Gevaarlijke Stoffen Richtlijn dient het “beschermen van het aquatische milieu tegen verontreiniging met bepaalde gevaarlijke stoffen”. De belangrijkste stoffen zijn opgenomen in de zwarte lijst van de KRW. Door het Rijk is de richtlijn doorvertaald door middel van de Wvo, de Wet milieubeheer en de Wet op de waterhuishouding. Voortvloeisel van de Richtlijn Gevaarlijke Stoffen is de Grondwater Richtlijn welke ertoe dient het grondwater te beschermen. Overige richtlijnen zijn opgesteld om het milieu en de volksgezondheid te beschermen door verontreiniging van zwemwater tegen te gaan en een richtlijn tegen verontreinigingen als gevolg van te hoge concentraties nitraat.

20-1-2012

1 van 6

Nationale wetten en beleid De nieuwe Wet gemeentelijke watertaken (Wgw), in werking per 1 januari 2008, introduceert naast de traditionele gemeentelijke zorg voor afvalwater expliciet zorgplichten voor hemelwater en grondwater. De wetgever gaat in de nieuwe wetgeving uit van de verantwoordelijkheid van de perceelseigenaar voor maatregelen op het eigen terrein. Uitsnede naamgeving wijzigingswet kortweg genaamd “Wet gemeentelijke watertaken” Wet tot wijziging van de gemeentewet, de Wet op de waterhuishouding en de Wet milieubeheer in verband met de introductie van het grondwater, alsmede verduidelijking van de zorgplicht afvalwater, en aanpassing van het bijbehorende bekostigingsinstrument (verankering en bekostiging van gemeentelijke watertaken).

Voorheen betrof de gemeentelijke zorgtaak die voor het inzamelen en transporteren van afvalwater. Afvloeiend hemelwater gemengd met huishoudelijk (en bedrijfs-)afvalwater viel hier eveneens onder. Deze zorgplicht is vernieuwd en betreft nu een specifieke zorgplicht voor het doelmatig inzamelen en transporteren van stedelijk afvalwater en een orgplicht voor het doelmatig inzamelen en verwerken van afvloeiend hemelwater. Daarnaast is een nieuwe bepaling voor grondwater van kracht. Indien in het bebouwde penbare gebied sprake is van structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand op e aan de grond gegeven bestemming, dan krijgt de gemeente een zorgplicht. Deze gemeentelijke zorgplicht geldt alleen als het gaat om maatregelen die doelmatig zijn en niet tot de verantwoordelijkheid van het waterschap of provincie behoren. In de wet is ook de verbreding van het gemeentelijke rioolrecht tot een bestemmingsheffing geregeld, waarmee de gemeente voorzieningen kan bekostigen voor hemelwaterafvoer en de aanpak van grondwaterproblemen in bebouwd gebied, mits deze maatregelen zijn opgenomen in een vGRP. De gemeente krijgt o.a. een bevoegdheid om via een verordening of maatwerkvoorschrift regels te stellen aan het hemelen grondwater dat perceelseigenaren aan de gemeente willen overdragen. Daarnaast is de gemeente, naar aanleiding van de Wet gemeentelijke watertaken, ook verplicht een zgn. loketfunctie te vervullen naar de burger toe. Dit houdt in dat de gemeente de regie over het afhandelen van (afval)watergerelateerde klachten op zich moet nemen. De verscheidenheid aan wetten en regels is eind 2009 geïntegreerd in de Waterwet. Aansluitend op principes uit de KRW en Waterbeheer in de 21e eeuw, staat duurzaamheid van het watersysteem voorop. Versnipperde wetten worden geïntegreerd, taken en verantwoordelijkheden worden duidelijk ingevuld en vergunningstelsels geïntegreerd. De wetten die zijn opgegaan in de waterwet zijn: Wet op de waterhuishouding Wet op de waterkering Grondwaterwet Wet verontreiniging oppervlaktewateren Wet verontreiniging zeewater Wet droogmakerijen en indijkingen (Wet van 14 juli 1904) Wet beheer rijkswaterstaatswerken (het zogenaamde 'natte gedeelte') Waterstaatswet 1900 Waterbodemparagraaf uit de Wet bodembescherming De Wet op de waterhuishouding (Wwh, nu onderdeel van de Waterwet)) regelt het beleid en beheer van de waterhuishouding in haar geheel. Zowel kwalitatieve als kwantitatieve bepalingen zijn hierin vastgelegd voor zowel oppervlakte- als grondwater. Onder andere het oprichten en opheffen van waterschappen, het bepalen van een vierjaarlijkse “nota waterhuishouding”, het opstellen van een vierjaarlijks provinciaal waterhuishoudingsplan en het opstellen van het waterbeheersplan door waterschappen vloeien voort uit deze wet.

20-1-2012

2 van 6

De Wet verontreiniging oppervlaktewateren (Wvo, nu onderdeel van de Waterwet) heeft als doel “het tegengaan en voorkomen van verontreiniging van het oppervlaktewater”; het zonder vergunning lozen van afvalstoffen en schadelijke- en verontreinigende stoffen is verboden. De Wet milieubeheer (Wm) voorziet in de bescherming van het milieu in de breedste zin van het woord. De beleidsbrief regenwater en riolering betreft een herijking van het regenwaterbeleid en is gericht op een duurzame omgang met regenwater. Het vernieuwde regenwaterbeleid steunt op het principe van aanpak bij de bron, vasthouden en bergen en gescheiden van afvalwater afvoeren. Hierbij behoort de rioolbeheerder een integrale afweging lokaal te maken waarbij doelmatigheid voorop staat. de gemeente is regisseur. De beleidsbrief is voor bestaande gemengde rioolstelsels van belang, bij vervanging van deze stelsels dient de gemeente ontvlechting van afvalwaterlozingen en hemelwaterlozingen af te wegen; afkoppelen van hemelwater is niet verplicht gesteld. De Wet bodembescherming (Wbb) heeft betrekking op alle bodembedreigende handelingen. Betreffende het riool zijn dat het gevaar van lekkage en andere handelingen waarbij afvalwater in de bodem terechtkomt. Een uitvloeisel van de Wbb is bijvoorbeeld het lozingenbesluit bodembescherming (momenteel slechts nog van toepassing op lozingen van agrarische bedrijven en buiten inrichtingen). De ministeries van VROM en Verkeer & Waterstaat hebben gezamenlijk gezorgd voor een herijking van de regelgeving voor afvalwaterlozingen. De uitgangspunten vanuit het nieuwe hemelwater- en grondwaterbeleid zoals verwoord in de beleidsbrief Regenwater en Riolering zijn hierin meegenomen. De herijking komt er kort gezegd op neer, dat de afvalwaterregelgeving geordend is vanuit het gezichtspunt van de lozer (burger, bedrijf en soms ook overheid) en niet meer de plaats van de lozing (bodem, water, riolering). Bovendien worden, daar waar mogelijk, algemene regels gebruikt (algemene maatregel van bestuur; amvb). Gezien vanuit de lozer is de opzet van regelgeving eenvoudiger: er zijn minder amvb’s en waar mogelijk zijn de regels voor lozingen samengevoegd met andere regels die ter bescherming van het milieu gelden. Lozingen van hemelwater en grondwater zijn samen met andere lozingen en milieuaspecten gereguleerd in vier amvb’s, die gerelateerd zijn aan vier doelgroepen: 1: huishoudens; 2: industrie en diensten; 3: agrarische bedrijven; 4: lozingen als gevolg van activiteiten buiten inrichtingen. In het Besluit lozing afvalwater huishoudens, dat van kracht is per 1 januari 2008, worden onder andere alle hemelwater- en grondwaterlozingen van huishoudens algemeen geregeld. De lozingen van hemelwater en grondwater vanuit inrichtingen (industrie en diensten) zijn vanaf 1 januari 2008 geregeld in het Activiteitenbesluit. Lozingen vanuit landbouwbedrijven worden gereguleerd in een nieuwe AMvB voor deze bedrijven, dat onder andere het Besluit glastuinbouw, het Lozingenbesluit Open Teelt en Veehouderij en het Besluit Landbouw milieubeheer vervangt. De overige hemelwater- en grondwaterlozingen (lozingen buiten inrichtingen, waaronder lozingen vanaf openbare ruimte) zijn geregeld in het Besluit lozing afvalwater buiten inrichtingen.

20-1-2012

3 van 6

Hemelwater- en grondwaterlozingen moeten voldoen aan de algemene zorgplicht, die in alle amvb’s is opgenomen. Het komt er op neer, dat uitsluitend mag worden geloosd, als door de samenstelling, eigenschappen of hoeveelheid van de lozing, de nadelige gevolgen voor de kwaliteit van de bodem en het oppervlaktewater zoveel mogelijk worden beperkt. Bovendien mag de doelmatige werking van de voorzieningen voor het beheer van afvalwater niet worden belemmerd. Mogelijk wordt de overstortvergunning met het in werking treden van de nieuwe Waterwet geïntegreerd in één watervergunning. De Rijksvisie waterketen geeft aan welke publieke waterbelangen geborgd dienen te zijn. Ook geeft de rijksvisie aan, in streefbeelden, hoe dit over een lange termijn is vormgegeven. Het streefbeeld bestaat uit het verminderen van de vermenging van (schoon) regenwater en (vuil) afvalwater enerzijds en doelmatigheid en klantgerichtheid in de drink- en afvalwatersector anderzijds. Het vervolg op de rijksvisie is het ondertekenen van het Bestuursakkoord Waterketen (BWK) in 2007. Na een periode van ‘samen onderzoeken’ en ‘samen plannen opstellen’, zijn waterpartners in de waterketen vastbesloten om ‘samen te gaan doen’. Het Bestuursakkoord Waterketen (BWK) is in 2007 ondertekend door de koepelorganisaties van gemeenten, waterschappen en waterbedrijven. Het BWK heeft tot doel een verdergaande samenwerking en zo innovatie en verbeteringen in de waterketen voort te brengen. Het BWK zet in op een aantal speerpunten. Deze zijn: Benchmarking om transparantie en doelmatigheid in de waterketen te verbeteren; Samenwerken om de doelmatigheid van waterketen ingrepen te verhogen; Zicht op kosten om de waterketen-organisatie transparanter te maken; Innovatie om de waterketen op de lange termijn duurzaam in te kunnen richten; Betrokken burgers om één van de belangrijkste spelers (gebruikers van drinkwater en producenten van afvalwater) bewuster met de waterketen om te laten gaan. Het uitvoeren van verschillende sectorale benchmarks moet in 2011 resulteren in een nieuwe ijking van het waterketenbeleid. Regionaal waterbeheer (waterschappen) blijft onderdeel van de Waterschapswet. In de Waterschapswet staat beschreven hoe waterschappen georganiseerd dienen te zijn, hoe het regionale waterbeheer dient te worden gefinancierd en voor welke taken waterschappen verantwoordelijk zijn. De Kabinetsvisie op het waterbeleid: “Nederland veroveren op de toekomst” vormt de basis voor het Nationaal Waterplan dat in december 2010 door het kabinet is vastgesteld. Het Nationaal Waterplan wordt, in het kader van de in werking tredende waterwet, iedere 6 jaar opnieuw uitkomen. Het nationale waterplan vervangt de (4e) Nota Waterhuishouding. Nieuwe inzichten volgend uit de eerste looptijd van het Nationaal waterplan zullen in het volgende vGRP worden geïntegreerd. In 2003 is het Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW) vastgesteld. Hierin hebben betrokken waterbeheerders vastgelegd samen te willen werken aan een watersysteem dat kwantitatief op orde is. In juni 2008 is het NBW geactualiseerd. Doel van deze actualisatie was het aanscherpen van het begrip ‘op orde’ hebben van het watersysteem. ‘Op orde’ houdt in dat er geen onacceptabele wateroverlast meer plaatsvindt. Daarom dient het voorliggende plan vast te leggen wat ‘acceptabel’ en ‘overlast’ inhoudt. Dit NBW-Actueel onderstreept dat betrokkenen het watersysteem op ‘zo kort mogelijke termijn’ en tegen ‘zo laag mogelijke maatschappelijke kosten’ op orde willen krijgen. Samenwerking en doelmatigheid zijn daarom de belangrijkste uitgangspunten. In februari 2007 en oktober 2008 zijn de belangrijkste knelpunten in zowel waterketen als watersysteem geïnventariseerd door waterschap en gemeente. Maatregelen, reeds vóór de inventarisatie

20-1-2012

4 van 6

geformuleerd, zullen het aantal knelpunten terugdringen. Het blijkt dat het aantal meldingen (mede bepalend voor de urgentie van het oplossen van een knelpunt) zeer laag is. Het NBW-Actueel integreert de Europese KRW in het nationale kader. Vooral de belangrijkste peildata van het KRW zijn opgenomen in het NBW-Actueel; dit stelt namelijk dat urgente maatregelen om het watersysteem op orde te krijgen voor 2015 worden uitgevoerd. Waterbeheerders kunnen minder urgente maatregelen, mits onderbouwd, doorschuiven naar de periode tussen 2015 en 2027. Het V-GRP zal na de planperiode meelopen met de belangrijkste peildata van zowel het NBW-Actueel als de KRW. De wateropgave zo deze uit de WB21 volgt (Waterbeheer 21e eeuw, commissie in het leven geroepen in 1999 om terugkerende en aanhoudende opgaven rondom water te onderzoeken en op dat gebied aanbevelingen te doen), blijft in het NBW-Actueel behouden. Gebieden waar volgens deze toetsing (WB21) geen wateroverlast optreedt, hoeven de wateropgaven volgens NBW-Actueel niet opnieuw te worden berekend. Indien volgens WB21 wateroverlast is berekend (bij de in 2006 gepresenteerde KNMI klimaatsscenario’s) adviseert NBW (waar mogelijk in combinatie met andere maatregelen) maatregelen te treffen. Het betreft hier daarom, in tegenstelling tot de KRW maatregelen, een inspanningsverplichting. Bij deze nieuwe opgave raadt het NBWActueel aan zo robuust mogelijk te werk te gaan. Het gaat daarbij om het aanpakken van de gevolgen van de zeespiegelstijging, bodemdaling en een veranderend klimaat. De ‘stedelijke wateropgave’, welke inzicht geeft in de waterketen en haar verbinding met het watersysteem, is hierbij het belangrijkste instrument. Deze ‘stedelijke wateropgave’ is in het kader van het waterplan geïnventariseerd. Knelpunten blijken voor te komen, waarvoor maatregelen zijn bepaald. De Wet ruimtelijke ordening (Wro) regelt de ruimtelijke inrichting. Hierbij is sinds 2003 de verplichting opgenomen om een zgn. watertoets uit te voeren. Hierin wordt beschreven wat voor gevolgen ruimtelijke plannen hebben op de waterhuishouding. In juli 2008 is de nieuwe Wet ruimtelijke ordening (nWro) van kracht geworden. Hiermee zijn enkele wijzigingen aangebracht ten opzichte van de Wro. Zo is de provinciale goedkeuringsbevoegdheid betreffende bestemmingsplannen komen te vervallen. In een bestemmingsplan wordt geen beleid meer beschreven (dit wordt opgenomen in een structuurvisie). Door middel van algemene maatregelen van bestuur kunnen regels met algemene strekking worden gesteld aan de invulling van verschillende plannen. De Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) regelt de omgevingsvergunning. Het voorstel voor de Invoeringswet Wabo is eind februari 2009 voor advies voorgelegd aan de Raad van State. Richtdatum van in werking treden van de Wabo is 1 juli 2010. De omgevingsvergunning is één geïntegreerde vergunning voor bouwen, wonen, monumenten, ruimte, natuur en milieu, die moet leiden tot: minder administratieve lasten voor bedrijven en burgers; betere dienstverlening door de overheid aan bedrijven en burgers; kortere procedures; geen tegenstrijdige voorschriften. Circa 25 bestaande vergunningstelsels komen samen in één omgevingsvergunning. Voor burgers en bedrijven moet het straks mogelijk zijn om via één overzichtelijke procedure en bij één bevoegd gezag toestemming te vragen voor activiteiten die van invloed zijn op de fysieke leefomgeving. De aanvrager doet, na invoering, één aanvraag waarna na behandeling één besluit zal volgen.

20-1-2012

5 van 6

Sommige richtlijnen van de Commissie Integraal Waterbeheer (CIW) gebruikt de wetgever als model voor de uitwerking van wet- en regelgeving, terwijl anderen een meer adviserend karakter hebben. Inmiddels zijn eenduidige richtlijnen opgesteld voor de zogenaamde basisinspanning voor rioolstelsels. De Leidraad Riolering van de stichting RIONED is daarnaast een belangrijk naslagwerk voor tal van aspecten die bij het beheer van het rioolstelsel aan de orde komen. De leidraad bevat algemeen geaccepteerde handreikingen in het dagelijks rioolbeheer en –beleid.

20-1-2012

6 van 6

BIJLAGE 3 Evaluatie vorig GRP



BIJLAGE 3: Evaluatie maatregelen Strategie 2007-2011, planning, eenmalige kosten planperiode en evaluatie (stand van zaken) Onderdeel

Planning

Kosten planperiode

Stand van zaken

Aanleg nieuwe riolering 1. nieuwe aanleg riolering

jaarlijks

uit grondexploitatie

Volgens planning

Onderzoek 2. rioolvreemd water

2007

15.000

3.

afkoppelplan opstellen

2007

25.000

4.

onderzoek krw

2007

20.000

2007 2007-2011

15.000 16.000

In 2011 zullen wij aanvangen met aanpak van illegale aansluitingen (hemelwater) op druk/vacuümriolering. Hierdoor zullen een aantal problemen met vacuümriolering opgelost worden, waardoor vacuümriolering niet omgebouwd behoeft te worden. Uitgevoerd; afkoppelplan is reeds opgesteld en zal als bijlage aan het vGRP toegevoegd worden i.v.m. vaststelling. Vervallen, er hoeft geen onderzoek plaats te vinden. De gemeente verwacht geen opgave in het kader van de KRW. Zie punt 2 In uitvoering; momenteel worden voor 4 kernen nieuwe BRP’s opgesteld, worden meegenomen in vGRP 2007 - 2011 n.v.t., voor afronding planperiode GRP in 2011 is vGRP 2011-2015 opgesteld.

5. 6.

ombouwen vacuümriolering opstellen BRP (Asperen west en Heukelum) 7. opstellen GRP 8. actualiseren en compleet maken beheerssysteem 9. foutieve aansluitingen opsporen 10. opstellen monitoringsplan

2011 2008

20.000 10.000

2008-2009 2008

10.000 30.000

11. digitaliseren tekeningen

2007-2008

20.000

Maatregelen 12. aanleg bbl 13. uitvoering maatregelen uit waterplan

2007-2008 2010

600.000 250.000

2011

250.000

2009-2011

300.000

14. uitvoering maatregelen uit krw/ waterkwaliteitsspoor 15. uitvoering afkoppelen

Uitgevoerd; systeem is geactualiseerd. Zie punt 2 Momenteel is er geen monitoringsplan opgesteld. Het stelsel wordt gemonitord in de gemalen en bij bergbezinkleidingen (BBL’s). Mocht het niet genoeg blijken kan budget worden gebruikt voor OAS. Tekeningen zijn gedigitaliseerd in het kader van WION. Echter zal komende periode jaarlijks een bedrag van € 4.000,- opgenomen moeten worden voor bijhouden van tekening en verzorgen van WION afhandeling.

Uitgevoerd; in 2010 is een BBL aangelegd in de kern Herwijnen. Tot 2015 moet totale bergingsopgave worden ingevoerd. Hiervoor is een budget benodigd van ca. € 700.000,- Door de raad is besloten om hiervoor het budget van punten 13 en 14 te gebruiken. Resterende € 200.000 dient in nieuwe GRP te worden opgevoerd. Vervallen, er hoeft geen onderzoek en er hoeven dus ook geen maatregelen plaats te vinden In de afgelopen periode heeft afkoppelen plaatsgevonden in de kernen Herwijnen en Vuren. In Herwijnen i.c.m. aanleg BBL en verruiming van de riolering. Tevens is in Herwijnen naar aanleiding van wateroverlast/schade gedeelte van het dorpshuis afgekoppeld. In Vuren heeft afkoppelen plaats gevonden i.c.m. rioolvervangingen.Tevens dient nog in de kern Herwijnen in het kader van basisinspanning tot 2014 de resterende 2 ha afgekoppeld te worden.

1 van 2

Strategie 2007-2011, planning, reguliere kosten planperiode en evaluatie (stand van zaken) Onderdeel

Stand van zaken

Onderzoek Algemeen  Beleid diffuse bronnen en Duurzaam onkruidbeheer (DOB) .  Afkoppelbeleid en communicatie met burger  Waterkwaliteitsspoor

Er wordt gewerkt volgens DOB.

Berekenen en meten

Alle activiteiten opgenomen bij overzicht eenmalige kosten

Maatregelen Beheer en onderhoud  Inspectie en reiniging  Kolken  Gemalen  Pompunits en druk- en persriolen



IBA’s



Vrijvervalriolering

 

Huisaansluitingen Filtervoorzieningen

Reparatie Vrijvervalriolering Gemalen, pers- en drukriolering

 

Knelpunt gerelateerd aan riolering in beeld, wordt voor 2015 opgelost

In de periode 2006 - 2010 is 70% van de riolering gereinigd en geïnspecteerd De kolken zijn gereinigd conform strategie De gemalen zijn onderhouden conform strategie De drukrioolunits zijn onderhouden conform strategie. Aan druk- en persriolering heeft geen onderhoud plaats hoeven vinden. Er zijn relatief veel IBA’s onderhevig aan storingen. Het onderhoud van de IBA’s wordt per 1 januari 2011 overgedragen aan het waterschap. Onderhoud wordt uitgevoerd in 2011 met een eventuele uitloop naar 2012 (in verband met financiering) op basis van beoordeling van inspectieresultaten. De wadi in Asperen (Den Eng) is onderhouden.

Reparatie van vrijvervalriolering valt onder onderhoud Maakt onderdeel uit van onderhoudscontract met gespecialiseerd bedrijf

Renovatie en vervanging (hoofd)gemalen Pompunits Leidingen: vrijvervalriolering Koppeling wegen rioolbeheer Leidingen: pers- en drukriolering

    

Verbetering

Alle activiteiten opgenomen bij overzicht eenmalige kosten

2 van 2

BIJLAGE 4 Benchmarkrapport Lingewaal + Toelichting



Gemeenterapport 2010

Lingewaal De Benchmark rioleringszorg is de landelijke prestatievergelijking waarmee gemeenten inzicht geven en krijgen in de kenmerken en prestaties van hun riolering(szorg). Alle 430 gemeenten nemen deel. De benchmark vloeit voort uit de wens van gemeenten om (1) transparant te zijn over hun dienstverlening naar burgers, bestuurders en andere belanghebbenden, en (2) vanuit onderlinge vergelijking te komen tot verdere verbetering van de invulling van hun watertaken.

De uitkomsten zijn op drie manieren beschikbaar: • Individuele uitkomsten van gemeente Lingewaal in vergelijkend perspectief staan in dit gestandaardiseerde rapport. • Het koepelrapport Riolering in Beeld 2010 geeft achtergrondinformatie en uitkomsten voor de gehele sector. • Op www.benchmarkrioleringszorg.nl is de database met benchmarkgegevens beschikbaar om zelf selecties en analyses te maken.

Typering van uw gemeente: gemeente: Lingewaal Lingewaal is een kleine, landelijke gemeente in OostNederland, voornamelijk gelegen op matig slechte grond (kleiveen). Er ligt relatief veel gescheiden en relatief weinig mechanische riolering. De rioolheffing 2010 per meerpersoonshuishouden is gemiddeld. Er is de afgelopen jaren weinig geïnvesteerd in vervanging en verbetering van het stelsel en de beheerkosten zijn hoger dan gemiddeld.

wateroverlast en neemt maatregelen om toekomstige wateroverlast tegen te gaan. In de afgelopen decennia zijn milieu- en waterkwaliteitsdoelstellingen steeds belangrijker geworden. De gemeente voldoet per 1 januari 2010 voor 80% aan de emissieafspraken met de waterbeheerder. Hieronder worden enkele kenmerken van uw gemeente vergeleken met uw regio en heel Nederland. De verklarende factoren vormen het criterium voor de referentiegroepen in de figuren verderop in het rapport.

Lingewaal kende afgelopen jaren situaties met

Verklarende factoren

Lingewaal

Gemiddeld voor de regio* regio*

Gemiddeld voor Nederland

Aantal inwoners (1-1-2010)

10.919

234.810**

38.533

Mate van stedelijkheid (2009, adressen per km )

282 (landelijk)

548 (weinig stedelijk)

952

Leeftijd vrijvervalriolering (jaar)

27,2

31,9

30,1

Grondsoort

kleiveen

2

Stelselkenmerken

Lingewaal Lingewaal

Gemiddeld voor de regi regio egio*

Gemiddeld voor Nederland

Lengte buis vrijvervalriolering (km)

55

125

209

Aantal gemalen per 100 km riolering

40,0

35,7

19,0

Lengte vrijvervalriolering per huishouden (m)

12,9

12,9

14,1

Mechanische riolering per huishouden (m)

4,2

8,1

6,2

Rioolheffing per huishouden (meerpersoons)

€ 217

€ 225

€ 187

Rioolheffing per m riolering

€ 13

€ 15

€ 13

Vervangingswaarde rioolstelsel

€ 51.000.000

€ 1.159.000.000**

€ 77.122.000.000**

* Regio-indeling volgens COROP. Uw regio is Zuidwest-Gelderland. ** Dit zijn totalen, geen gemiddelden.

Volksgezondheid, Volksgezondheid, droge voeten en milieu

Stelselkenmerken en organisatie

De rioleringszorg,, de invulling van de gemeentelijke zorgplichten voor stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater, is een kerntaak van gemeenten. De zorg voor een goede verwerking van afvalwater, hemelwater en grondwater is complex en vraagt lokaal maatwerk.

Reiniging en Inspectie

Afvalwater heeft dankzij de riolering in Nederland geen negatieve impact meer op de (volks)gezondheid. De vorm en grootte van de riolering, en daarmee de kosten, worden vooral bepaald door de afvoer van (pieken) in hemelwater: het houden van “droge voeten”. Dat gebeurt ondergronds, ondergronds en bovengronds door een slimme inrichting g van wegen en openbare ruimte. In dit rapport vindt u een selectie van uitkomsten van Lingewaal ten opzichte van het landelijk gemiddelde. Dat wordt als volgt weergegeven:

Rioolreiniging is voor alle gemeenten een reguliere beheeractiviteit. Uw gemeente meente reinigt jaarlijks relatief veel. Het bepalen van de fysieke toestand van stelsels met rioolinspectie, doet uw gemeente relatief veel.

Onderzoek Gebiedsvergelijkingen Lingewaal (Gmt. 733) Vergelijkbare gemeentegrootte als Lingewaal Vergelijkbare stedelijkheid als Lingewaal Vergelijkbare stelselleeftijd als Lingewaal Vergelijkbare bodemsoort als Lingewaal Nederland Gemeentegrootte groot. 1: < 10.000 inw. groot. 2: 10.000 < 20.000 inw. (incl. Lingewaal) groot. 3: 20.000 < 50.000 inw. groot. 4: 50.000 < 100.00 inw. groot. 5: > 100.000 inw.

Gmt.

NL

Meten aan overstorten Meten in het stelsel

ja ja

83% 41%

Sturing van het stelsel (real-time (real control)

ja

11%

Door onderzoek is inzicht te verkrijgen in het hydraulische en het milieutechnische functioneren van de riolering. riolerin Gemeente Lingewaal meet aan de overstorten en in het stelsel.

Planvormen en samenwerking Gemeentelijk rioleringsplan

Mate van stedelijkheid stedelijkheid sted. 1: landelijk (incl. Lingewaal) sted. 2: weinig stedelijk sted. 3: matig stedelijk sted. 4: sterk stedelijk sted. 5: zeer sterk stedelijk Gemiddelde leeftijd vrijvervalstelsel vrijvervalstelsel leeft. 1: < 20 jaar leeft. 2: 20 < 25 jaar leeft. 3: 25 < 30 jaar (incl. Lingewaal) leeft. 4: 30 < 40 jaar leeft. 5: > 40 jaar

Waterplan Optimalisatiestudie afvalwatersysteem Afvalwaterakkoord/bestuurlijke afspraken Afkoppelplan

NL 100%

ja nee ja ja

73% 58% 72% 46%

Lingewaal heeft haar beleid en geplande maatregelen vastgelegd in een waterplan en een afkoppelplan en het (wettelijk voorgeschreven) GRP. Er zijn bestuurlijke afspraken met het waterschap hap over optimalisatie van de afvalwaterketen.

Personele formatie binnenbinnen- en buitendienst Binnendienst+inhuur

% Bodemklasse bodem. 1: < 25 % slappe bodem bodem. 2: 25 < 50 % bodem. 3: 50 < 75 % (incl. Lingewaal) bodem. 4: >= 75 %

Gmt. ja

(fte/100km buis) Buitendienst (fte/100km buis)

Gmt. G 3,5

groot. 2 1,9

bodem. 3 1,7

NL 1,7

0,7

1,0

1,3

1,1

De formatie binnendienst is gedefinieerd inclusief vaste inhuur, zonder projectmatige inzet. Uw gemeente heeft een relatief hoge formatie binnendienst. Uw buitendienst is relatief klein t.o.v. het landelijke gemiddelde.

Kwaliteit en functioneren Uitvalsduur in seconden per aansluiting per jaar

Waterkwaliteit (2009)

De tevredenheid over de riolering is mede gebaseerd op de afvoerzekerheid van het systeem. De afvoer van afvalwater is in Nederland vrijwel altijd probleemloos. Lingewaal heeft een hogere uitvalduur dan het landelijk gemiddelde, al blijft het per jaar een kleine tijdsduur.

Emissies via overstorten hebben meestal een negatieve invloed

Technisch Technisch functioneren (2006 t/m 2009)

Meldingen en claims (2009)

Indicatoren voor het technisch functioneren van de riolering

Indicatoren voor de tevredenheid van burgers en de kwaliteit van het stelsel zijn het aantal meldingen en klachten, en het aantal schadeclaims. Lingewaal wordt vergeleken met gemeenten van vergelijkbare grootte en het landelijk

zijn het aantal gemaalstoringen, het aantal verstoppingen en het aantal uitgevoerde reparaties per 100 km buis. Lingewaal wordt daarbij vergeleken rgeleken met de referentiegroepen.

op de waterkwaliteit van het oppervlaktewater. Gemeenten nemen - vaak met de waterbeheerder - maatregelen om dat in de toekomst te voorkomen.

gemiddelde.

Gerealiseerde vervanging

Toekomstige vervanging en renovatie

Verouderde riolering wordt vervangen of gerenoveerd. Of ter verbetering omgebouwd, bijv. van gemengd naar gescheiden. Lingewaal heeft tussen 2006 en 2009 relatief veel vervangen, en relatief veel omgebouwd.

Ook in de toekomst staat de gemeente gemee voor de keuze om verouderde riolering te vervangen, te renoveren of om te bouwen (verbeteren). Lingewaal moet een gangbare hoeveelheid vervangen/renoveren, en dat staat in de planning.

Financiën Rioolheffing

Totale jaarlijkse kosten

De hoogte van de rioolheffing van Lingewaal voor zowel een éénpersoons- als een meerpersoonshuishouden in 2010 is uitgezet tegen die van referentiegroepen. Let op: voor goede onderlinge vergelijking zijn ook de kostendekkendheid en de lange termijn ontwikkeling noodzakelijk.

De totale kosten zijn de som van beheerkosten, kapitaallasten

Gemiddelde jaarlijkse investeringen

en kosten voor direct afgeboekte afgeboek investeringen. De totale kosten per km buis in 2009 van Lingewaal zijn hoog in vergelijking met het landelijk gemiddelde.

Gebiedsvergelijkingen Lingewaal (Gmt. 733) Vergelijkbare gemeentegrootte als Lingewaal Vergelijkbare stedelijkheid als Lingewaal Vergelijkbare stelselleeftijd als Lingewaal Vergelijkbare bodemsoort als Lingewaal Nederland

Conclusies trekt u zelf De gemiddelde investering per jaar over de jaren 2006 t/m 2015 van Lingewaal worden hier vergeleken met de referentiegroepen en het landelijk gemiddelde. De investeringen zijn uitgedrukt per km buis vrijvervalriool.

U vindt hier geen aanbevelingen en conclusies. Benchmarking betekent namelijk dat u zelf lf aan het werk gaat met de gegevens, uitkomsten en verklarende klarende factoren. factoren De rapportage is gestandaardiseerd en biedt voor elke gemeente dezelfde indicatoren. U geeft zelf reliëf aan de uitkomsten. itkomsten. Zo kunnen aan verschillen tussen gemeenten diverse oorzaken ten grondslag liggen. In dit rapport zijn er enkele verkend. De resultaten zijn derhalve indicaties ten behoeve van eerste oordeelsvorming, het stellen van goede vragen en uitgangspunt voor oor verdieping in het LeerLeer en verbetertraject.

Beheerkosten (2009)

En nu: het leertraject! Beheerkosten zijn kosten voor beheer, personeel, onderzoek, reparaties en overig (zoals aan n riolering toegerekende kosten voor straatvegen, bestrating, baggeren). De beheerkosten per km buis in 2009 zijn hoog in vergelijking met het landelijk gemiddelde.

De VNG en Stichting RIONED moedigen u aan om met andere gemeenten aan de slag te gaan met zelfgekozen onderzoeksvragen. Via www.benchmarkrioleringszorg.nl vindt u de online database van de benchmark en het actuele aanbod aan leeractiviteiten. U kunt daar zelf ook uw vragen en ervaringen inbrengen. Daar kunnen anderen weer van leren. Kortom: U bent aan zet!

Stichting RIONED

Stichting RIONED organiseert de Benchmark

Postbus 133, 6710 BC Ede

Rioleringszorg in samenwerking met de

telefoon 0318 631 111, fax 0318 633 337

Vereniging van Nederlandse Gemeenten en het

e-mail [email protected] @rioned.org

Ministerie van Infrastructuur en Milieu.

websites www.riool.net en www.benchmarkrioleringszorg.nl

© Stichting RIONED; Grafisch ontwerp: GAW, Wagen geningen; Print: Printservice, Ede De benchmark is uitgevoerd met ondersteuning van: an: Royal Haskoning, Nijmegen; ABF Research, Delft; Quint Result, Amster sterdam; DotOffice, Oosterbeek

MEMO

Van

:

Martin

Datum

:

19 november 2010

Onderwerp

:

Toelichting Benchmark rioleringszorg

STELSELKENMERKEN EN ORGANISATIE: Reiniging en inspectie:

In de afgelopen jaren werd door de gemeente het gehele rioleringsstelsel gereinigd en geïnspecteerd. Dit in verband met achterstallig onderhoud. Sommige stelsels zijn in de periode daarvoor (tussen 20 en 40 jaar) niet gereinigd en geïnspecteerd geweest. Hierdoor kon alleen vervanging van de riolering geschieden op basis van de afschrijvingstermijn en calamiteiten zoals instortingen. Om te kunnen overgaan naar een goed beheer is in voorgaande GRP`s besloten om de riolering binnen 10 jaar te reinigen en te inspecteren. Hierdoor wordt door de gemeente een goed beeld verkregen in de toestand van de riolering, waardoor een nauwkeuriger beeld ontstaat in het functioneren en wanneer de riolering vervangen moet worden.

Onderzoek:

Om een goed inzicht te verkrijgen in werking van de riolering, (qua storingen, overstorten en functioneren van de gemalen) is de gemeente bezig met meten aan de riolering. Planvormen en Samenwerking:

Op dit gebied is de gemeente vooruitstrevend bezig. Personele formatie binnen- en buitendienst:

In de rapportage is de gemeentelijke bezetting voor de binnendienst als hoog gedefinieerd en voor de buitendienst als relatief klein. Dit komt doordat er geen scheiding is gemaakt tussen het beheer en projectmatige inzet van het personeel. Dit terwijl alleen de personele bezetting voor onderhoud meegenomen zou moeten worden.

Tevens is deel van de werkzaamheden in de buitendienst aan de binnendienst toegeschreven. Bij een goede splitsing van beheer, renovaties en nieuwe aanleg zou de personele bezetting vergelijkbaar zijn met andere gemeenten. KWALITEIT EN FUNCTIONEREN Uitvalsduur in seconden per aansluiting per jaar:

Gemeente Lingewaal heeft een hogere uitvalsduur van de riolering (huisaansluitingen) dan het landelijk gemiddelde. Dit heeft te maken met het feit dat in de afgelopen periode relatief meer vervanging/renovatie en ombouw van de riolering heeft plaatsgevonden. Door de werkzaamheden aan de riolering en dus ook aan de huisaansluitingen waren de huisaansluitingen tijdelijk buiten werking ivm vernieuwing hiervan.

Technisch functioneren:

Qua aantal gemaalstoringen scoren wij hoog. Dit komt mede door de wijze van opgave van een totaal aantal storingen aan de gemalen (drukriolering, hoofdgemalen en bergbezinkvoorzieningen). Echter moesten alleen storingen worden opgegeven aan de hoofdgemalen. Deze storingen vormen een derde van een totaal aantal storingen. Hierdoor zitten wij dus zelfs onder het landelijk gemiddelde. In 2011 zullen de meerdere reparaties uitgevoerd worden. Reparaties van voorgaande jaren werden uitgesteld om door een grotere hoeveelheid een groter aanbestedingsvoordeel te kunnen behalen. Door uitvoering van reparaties in 2011 zullen wij qua aantal op landelijk gemiddelde komen.

Gerealiseerde vervanging:

Waterkwaliteit:

Meldingen en claims:

In de afgelopen jaren is relatief veel riolering vervangen en gerenoveerd. Dit om de afschrijvingstermijn te verlengen en de riolering zo laat mogelijk te vervangen. Tevens is ook veel riolering omgebouwd ivm aanleg van de bergbezinkvoorzieningen. Dit in verband met maximaal uitstellen van de investeringen (rentevoordeel) Komende jaren dient het hemelwater afgekoppeld te worden van de riolering in de kern Herwijnen en oude kern van Asperen. Emissieafspraken in de kern Herwijnen zullen in 2014 worden bereikt. Dit ivm combineren van afkoppelingen met de weg/rioolrenovaties en inbreidingsplannen.

Aantal meldingen en claims is iets hoger dan in de vergelijkbare gemeenten. Dit is grotendeels veroorzaakt door de melding van het hoogwater in de drukrioleringsgemalen. Op de drukrioleringsgemalen is door een aantal huishoudens (illegaal), regenwater aangesloten waardoor de gemalen na regenval het aangevoerd regenwater niet kunnen verwerken. Tot op heden werd door de gemeente niet gehandhaafd op illegale lozingen op de drukriolering. In het GRP is het budget voor handhaving opgenomen om in 2011 hierop actie te ondernemen. Met handhaving verwachten wij een derde van de meldingen omlaag te kunnen brengen. Toekomstige vervanging en renovatie:

In 2012-2014 zal in de gemeente meer riolering vervangen en gerenoveerd worden dan in andere gemeenten. Het is wel een gangbare hoeveelheid. Hoeveelheid is bepaald aan de hand van standaard afschrijvingstermijn van de riolering. Dit geeft een vertekend beeld van de te vervangen riolering. Momenteel is de gemeente bezig met vertaling van de rioolinspectiegegevens naar een goede vervangingsplanning. De aangepaste planning zal door de gemeente in het nieuwe VGRP 2012-2014 worden verwerkt. Hierdoor komt een beter beeld van de vervanging/renovatie planning. FINANCIEN Rioolheffing

factoren Lingewaal Gemiddeld voor de regio* Gemiddeld voor

per km riool

[euro/hh]

Lingewaal

13.077

217

Geldermalsen

14.659

224

Neerijnen

18.561

327

Gorinchem

19.238

198

Leerdam

20.959

234

Giessenlanden

22.085

319

Nederland

Volgens grafiek zit de gemeente aan hoge kant qua rioolheffing, echter als je gemiddelde bedragen bekijkt (tabel) is de gemeentelijke rioolheffing iets hoger dan gemiddelde voor Nederland en lager dan gemiddelde voor de regio (gelijkwaardig qua bodemgesteldheid, grootte buitengebied en mate van verstedelijking). Voor echte vergelijking zijn de gegevens van de kostendekkendheid en de lange termijn ontwikkeling nodig en wat in de kosten is meegenomen. Gemiddelde jaarlijkse investeringen:

Voor de periode 2006-2009 zitten wij ruim onder het gemiddelde. In de periode tussen 2010-2015 zitten wij erboven. Dit komt ook mede door de geplande investeringen op watergebied (bergingsopgave) van ca. €700.000,- wat door het ontbreken van het VGRP (splitsing kosten riolering/waterhuishouding) in de rioolheffing is meegenomen. Na aftrek van het bedrag voor bergingsopgave, zit de gemeente op de jaarlijkse investering van 11.500 €/km buis/jaar. Dit is onder het landelijke gemiddelde van 12.000 €/km buis/jaar. Beheerskosten 2009:

Veel hogere beheerskosten worden veroorzaakt door toerekening van alle personele kosten voor de vervanging, nieuw aanleg aan het onderhoud. Straatvegen wordt in zijn geheel op onderhoud geboekt, dit is echter niet gebruikelijk. Ook worden de hogere beheerskosten mede bepaald door een relatief veel IBA`s in

het buitengebied, die aan veel storingen onderhevig zijn. Om de kosten te verlagen zal het onderhoud aan de IBA`s per 1-1-2011 overgedragen worden aan het waterschap. Tevens zou door de afdeling middelen aangegeven moeten worden waarom op de post personeel waarvoor conform het GRP 2007-2011 jaarlijks ca. € 130.000 beschikbaar is, in 2009 een bedrag is geboekt van € 278.500,- en voor 2010 een bedrag openstaat van € 298.700,-. Bedragen geboekt in 2009 en 2010 vormen bijna het totaal budget voor personeel voor duur van 5 jaar (€ 650.000). Uitgaande van het bedrag wat in het GRP gereserveerd is voor personeel, wijken wij niet af van de gemiddelde beheerskosten. Totale jaarlijkse kosten

Zie punten boven.

BIJLAGE 5 DoFeMaMe



Doelen, functionele eisen, maatstaven en meetmethoden vGRP Lingewaal Doel 1: doelmatige inzameling van het binnen het gemeentelijk gebied geproduceerde afvalwater; Doel 2: schoon hemelwater waar mogelijk beschikbaar maken voor lokale waterhuishouding; Doel 3: doelmatige inzameling van het hemelwater dat niet mag of kan worden gebruikt voor de lokale waterhuishouding; Doel 4: waarborging van het doelmatig beheer en goed functioneren van de riolering; Doel 5: Voorkomen dat grondwater de bestemming van een gebied structureel belemmert Doel 6: Effectieve interne en externe communicatie Doel 7: de belasting van het rioolstelsel op het milieu wordt geminimaliseerd; Doel 8: geen overlast voor de omgeving optreedt. Doel

1

nr

Functionele eis

Maatstaf

a

Alle percelen op gemeentelijk grondgebied waar afvalwater vrijkomt moeten van een rioleringsaansluiting zijn voorzien, uitgezonderd bij specifieke situaties waar lokale behandeling doelmatiger is.

Alle percelen zijn voorzien van een aansluiting op de riolering tenzij: • lokale behandeling van het afvalwater (IBA of gelijkwaardige oplossing) wordt toegepast of • directe lozing geoorloofd is met oog op kosten en milieu.

b

Er dienen geen ongewenste lozingen op de riolering plaats te vinden.

a b 2 c

3

a b

c

Voorkomen van verontreiniging van het hemelwater In nieuwbouwgebieden wordt ‘schoon’ hemelwater niet via het gemeentelijke rioolstelsel afgevoerd. Bij bestaande bouw wordt ‘schoon’ hemelwater gescheiden van de afvalwaterstroom, tenzij dit door lokale omstandigheden niet mogelijk is. De instroming in riolen via kolken dient ongehinderd plaats te vinden. Alle percelen op gemeentelijk grondgebied waar verontreinigd hemelwater vrijkomt, moeten zijn voorzien van een rioleringsaansluiting. Hemelwater dat gedwongen via de riolering afgevoerd moet worden, dient gescheiden van het vuilwater te worden afgevoerd.

Geen overtredingen van de Lozingsvoorwaarden bij of krachtens de Wet milieubeheer en geen foutieve aansluitingen. Bronmaatregelen treffen bij nieuwbouw. Bij bestaande bouw vervuiling beperken. ‘Schoon’ hemelwater wordt direct naar het oppervlaktewater afgevoerd, eventueel via een voorziening. Er wordt afgekoppeld bij hydraulische problemen en voor het bereiken van de basisinspanning. Streven naar een duurzaam gescheiden stelsel. Hemelwater wordt gezuiverd voordat het geloosd wordt op het oppervlaktewater. Plasvorming bij kolken dient beperkt te zijn Alle percelen waar hemelwater ingezameld dient te worden, zijn voorzien van een aansluiting op de riolering. Bij nieuwbouw (in- en uitbreidingen) hemelwater afvoeren via gescheiden stelsel, tenzij een reden voor afvoer via een verbeterd gescheiden stelsel (bijv. bedrijventerreinen). Bij bestaande bouw maatregelen treffen waar en wanneer mogelijk.

1 van 5

Meetmethode • Registratie van percelen die niet zijn aangesloten op de riolering en uitzonderingen op het lozingsbeleid. • Handhaving op (correcte) huisaansluitingen en aanleg IBA’s. • Handhaving van vergunningen. • Kosten-baten analyse Registratie, controle en handhaving door afdeling Milieu en signalering tijdens visuele inspectie.

Betrekking op

Afstemming met andere afdelingen.

Werkelijke situatie.

Afvoer conform leidraad afkoppelen.


Afkoppelen conform afkoppelplan.


Visuele waarneming en klachtenregistratie.


Registratie


• •


Inspectie van filtervoorzieningen. Monitoren waterkwaliteit



Doel

4

nr

Functionele eis

d

Overtollig1 hemelwater dat afstroomt van verhard oppervlak binnen bebouwd gebied moet kunnen infiltreren of worden ingezameld en getransporteerd naar een geschikt lozingspunt.

a

De afvoercapaciteit moet op alle plaatsen voldoende zijn om bij droog weer het aanbod van afvalwater en sediment te verwerken.

Maatstaf Genoemd verhard oppervlak binnen bebouwd gebied heeft één van onderstaande afvoermogelijkheden: • Directe afstroming naar onverhard oppervlak; • Aansluiting op oppervlaktewater; • Aansluiting op voorziening voor infiltratie of hergebruik; • Aansluiting op riolering (laatste voorkeur). • Uitgaande van 12l/inw/u en al het afvalwater van grootverbruikers (> 5 m3/d) mag de max. vullingsgraad van het stelsel niet meer dan 15% bedragen. • Verloren berging tot een minimum beperken ( mag maximaal 5% zijn). •

De afvoercapaciteit van de riolering moet toereikend zijn om het aanbod van afvalwater bij hevige neerslag te kunnen verwerken, uitgezonderd in bepaalde buitengewone omstandigheden.

•

c

Het afvalwater dient zonder overmatige aanrotting de rwzi te bereiken.

d

De afstroming dient gewaarborgd te zijn.

e

De objecten moeten in goede staat zijn.

De ledigingstijd van het stelsel bedraagt maximaal 15 uur. • Ingrijpmaatstaven voor afstroming mogen niet voorkomen. • Alle inslagpeilen gemalen moeten onder BOK laagst inkomend riool liggen. Moet in ontwerpfase aan bod komen. • Persleidingen moeten in of zo dicht mogelijk bij ontvangende gemalen uitmonden. Moet in ontwerpfase aan bod komen. • Ingrijpmaatstaven voor stabiliteit mogen niet voorkomen. • Ingrijpmaatstaven voor waterdichtheid en afstroming mogen beperkt voorkomen.

b

1

Geen wateroverlast, gemiddeld éénmaal per twee jaar water op straat. Afstemming van capaciteit van gemalen onderling en met rwzi. Benodigde pompcapaciteit is gelijk aan de droogweerafvoer en de toegestane pompovercapaciteit. De werkelijke pompcapaciteit komt overeen met de benodigde pompcapaciteit.

• •

Meetmethode

Betrekking op

Visuele waarneming.


• • •

Hydraulische ontwerpberekening. Toetsing aan vergunningsvoorwaarden. Maatregelen tegen verzakken, toetsen op correcte aanleg en controle ontwerp.

Ontwerp (Theoretisch systeemgedrag).

•

Hydraulische berekening conform Leidraad C2100 bij een gebeurtenis met een herhalingstijd van T=2, waarnemingen en klachtenregistratie. Afstemming (communicatie) ,et zuiveringsschap en herberekening bij veranderde situaties. Effectief rioolbeheer: actueel gegevensbestand (afvalwateraanbod en aangesloten verhard oppervlak) Debietmeten, registratie pompen.

Theoretisch systeemgedrag en werkelijke situatie.

• • •

Hydraulische ontwerpberekening.

• •

Inspectie en beoordeling volgens NEN EN 13598, NEN 3398 en NEN 3399. Waarneming

Inspectie en beoordeling volgens NEN EN 13598, NEN 3398 en NEN 3399.

Overtollig wil zeggen: hemelwater dat niet mag of kan worden gebruikt voor de lokale waterhuishouding (binnen het betreffende perceel).

2 van 5

Theoretisch systeemgedrag.



Doel

nr

Functionele eis

f

Het afvalwater dient naar een geschikt lozingspunt te worden getransporteerd.

g

De bedrijfszekerheid van gemalen en andere objecten dient in voldoende mate gewaarborgd te zijn.

h

Beheer van de riolering dient op planmatige wijze plaats te vinden.

i a 5 b

Structurele grondwaterproblemen worden verholpen.

a

Adequaat reageren op meldingen c.q. klachten.

b 6

De kosten voor het doelmatig beheer van het rioolsysteem dienen in beeld te zijn. De grondwaterstanden in stedelijk gebied zijn zodanig dat hiervan geen noemenswaardige nadelige gevolgen worden ondervonden.

c

d

Communicatie binnen de gemeente betreffende taken rondom riolering, beleidsvorming, onderhouden vervangingswerkzaamheden wordt geoptimaliseerd Communicatie vanuit de gemeente naar andere actoren rondom riolerings- en waterzorg wordt geoptimaliseerd. Het rioleringsbeheer dient zo goed mogelijk afgestemd te worden met andere gemeentelijke taken. In overige relevante planvorming dient ook rekening gehouden te worden met het vGRP. Er dient afstemming te zijn over beleidsmatige en beheersmatige aspecten.

Maatstaf • Vuilwater wordt afgevoerd naar de rwzi. • Hemelwater wordt afgevoerd naar het oppervlaktewater, via een (V)GS. • Storingen moeten binnen 24 uur verholpen zijn. • Gemalen dienen te zijn voorzien van een automatische storingsmelding. • Storingen in gemalen dienen niet te leiden tot overstorten van afvalwater op oppervlaktewater. • Gemalen in een district met overstorten dienen te zijn voorzien van een reservepomp. Opstellen strategisch beheerplan 1x per 5 jaar. Jaarlijks operationeel beheerplan i.c.m. begroting. Jaarlijkse evaluatie in samenhang met het strategische en operationeel beheerplan.

Meetmethode

Betrekking op

Controle van foutieve aansluitingen

Werkelijke situatie

Waarneming en (klachten)registratie van optreden van storingen.


Waarneming.


Waarneming.


Registratie van meldingen en klachten.


Procedures, registratie van meldingen en klachten.


Registratie van klachten en storingen en het tijdsbestek waarin deze worden verholpen.


Afstemmen van beleids- en uitvoeringsplannen.

Periodiek overleg werkgroep riolering en stedelijk water.


Afstemming van uitvoeringsplannen, afstemming van beleidsplannen, effectieve overlegprocedures.

Waarneming


In het vGRP moet de relatie met overige gemeentelijke taken inzichtelijk worden gemaakt.

Waarneming.


Er zijn minimale klachten over de grondwaterstanden. De gemeente neemt de regierol bij binnengekomen klachten over structurele overlast van grondwaterstanden. Klachten binnen de daarvoor gestelde tijd afhandelen. Deze tijd hangt af van het type klacht en varieert tussen 24 uur tot maximaal 2 werkweken.

3 van 5

Doel

7

nr

Functionele eis

a

Riolen en andere objecten dienen in hoge mate waterdicht te zijn, zodanig dat de hoeveelheid intredend grondwater (lekwater) of uittredend rioolwater beperkt blijft.

b

De vervuilingstoestand van de riolen dient acceptabel te zijn, zodat onnodige emissies niet voorkomen.

c

d

f

De vuiluitworp door overstortingen en regenwaterlozingen op oppervlaktewater dient beperkt te zijn.

Ongewenste emissie naar oppervlaktewater en bodem (inclusief grondwater) komt niet voor.

Energieverbruik voor transport dient zo efficiënt mogelijk te zijn.

Maatstaf • Ingrijpmaatstaven voor waterdichteheid (lekkage), inhangende rubberring, verplaatsingen, beschadiging en wortelingroei mogen niet voorkomen. • Het lekverlies bij afpersen conform de standaard RAW-bepalingen mag niet meer zijn dan berekend volgens geldende formules. • Tijdig en volgens planning reinigen en inspecteren. • Ingrijpmaatstaven voor afstroming mogen niet voorkomen. • De vuiluitworp mag de doelstelling voor de oppervlaktewaterkwaliteit niet in gevaar brengen. • De vuiluitworp moet minimaal voldoen aan de door de waterkwaliteitsbeheerder geformuleerde eisen (basisinspanning, waterkwaliteitsspoor). • ‘First flush’ hemelwater van VGS naar rwzi, overige naar oppervlaktewater. • Alle percelen zijn aangesloten op de riolering, tenzij ontheffing en een vergunning voor lozen. • Het rioolsysteem dient volgens richtlijnen te functioneren. • Ingrijpmaatstaf voor waterdichtheid komt niet voor. • •

Er mag niet onnodig ‘schoon’ hemelwater, drainage-, lek- of oppervlaktewater via de riolering worden afgevoerd naar de rwzi. Gebruik van energiezuinige gemalen.

4 van 5

Meetmethode

• •

• • • • •

•

• • • • • •

Betrekking op

Inspectie en beoordeling volgens NEN EN 13598, NEN 3398 en NEN 3399. Standaardbepaleingen conform RAW


Controle planning. Inspectie en beoordeling volgens NEN EN 13598, NEN 3398 en NEN 3399. Hydraulische berekening

Werkelijke situatie en theoretisch systeemgedrag.

Meting van vuiluitworp en waterkwaliteit. Door de waterbeheerder berekenings- en beoordelingsmethode/ vuilemissieberekening hanteren en meten/monitoren. De rwa-pomp automatisch laten stoppen, zodra water overstort.

Werkelijke situatie en theoretisch systeemgedrag.

Registratie ongerioleerde panden en handhaven vergunningen. Hydraulische berekening, monitoring, waarneming en klachten. Standaard RAW-bepalingen.


Meting afvoerdebiet bij droogweeromstandigheden vergelijken met theoretische berekening. Monitoren en registreren draaiuren pomp. Advies deskundigen en controle energiekosten versus draaiuren.


Doel

nr

8

a

2

Functionele eis De stabiliteit van de riolen dient gewaarborgd te zijn, dat instortingen zich niet voordoen.

Maatstaf Ingrijpmaatstaven voor stabiliteit mogen niet voorkomen. • Geen klachten over overlast door stank op straat. • Aanbrengen van filters of andere voorzieningen indien noodzakelijk bij gemalen en randvoorzieningen.

b

De riolering dient zodanig te worden ont- en belucht te zijn dat overlast door stank wordt voorkomen.

c

Overstortingen mogen niet leiden tot inundaties2.

Voldoende afvoercapaciteit oppervlaktewater.

d

Tijdens werkzaamheden aan de riolering dient de overlast beperkt te zijn.

Goede afstemming van rioolwerken op werkzaamheden andere diensten en nutsbedrijven, bereikbaarheid percelen zoveel mogelijk handhaven.

Meetmethode Inspectie en beoordeling volgens NEN EN 13598, NEN 3398 en NEN 3399.

Betrekking op Werkelijke situatie.

Waarneming en (klachten)registratie.


Hydraulische berekening ontvangend oppervlaktewater.

Theoretisch systeemgedrag.

Procedures voor afstemming met jaarlijkse rapportage.


De overstorten van de gemeente Lingewaal lozen allen op A-watergangen van het waterschap Rivierenland. De opgave om inundatie te voorkomen door voldoende afvoercapaciteit is voor het waterschap.

5 van 5

BIJLAGE 6 Verbetermaatregelen BRP’s



Door de gemeente en Royal Haskoning bepaalde maatregelen met globaal geraamde kosten in het kader van BRP’s Lingewaal (uitgezonderd Herwijnen): Tabel 4.1: Voor kostenraming gebruikte kosten voor afkoppelen per type verhard oppervlak Aanname kosten afkoppelen per m2

Type af te koppelen verhard oppervlak Grote (dak)oppervlakken

€ 20,--

Woonstraten, bij combinatie met vervanging gemengde riolering

€ 40,--

Oude kernen, bij combinatie met vervanging gemengde riolering

€ 50,--

Spijk: Tabel 4.2 Maatregelen Spijk plansituatie 2011-2015 Beschrijving maatregel Vervangen leidingen Burgemeester Vonklaan tussen put S_6 naar S_09C. Vervangen leidingen Ø300 mm door een Ø300 mm over het gehele tracé, over een lengte van ca. 149 m. Vervangen leidingen Plantagestraat, en het aanliggende deel van de Spijkse Kweldijk tussen put S_6 naar S_12. Vervangen Ø400 mm en ei-vorm 400/600 door een Ø300 mm over het gehele tracé, over een lengte van ca. 216 m. Vervangen dwa-leiding in de Spijks Kweldijk tussen put S_53 en S_824 van Ø200 mm naar Ø200 mm over een lengte van ca. 26 m. Aanleggen doorsteken Ø200 mm vanaf RWAriolering naar watergang vanaf RWA Wilgenhof en RWA Tuin. Onder de weg door ca. 18 m ten oosten van S_H17, plaatsen via hondenhokconstructie (lengte leiding ca. 18 m) en circa 12 m ten westen van S_H12, plaatsen via hondenhokconstructie (lengte leiding ca. 17 m), aansluiten op kopsloten.

Type maatregel

Totale kosten uitvoering

uitvoering

Reeds door de gemeente geplande vervangingsmaatregel, grootte leiding bepaald door Royal Haskoning.

Ca. € 75.000,--

2012


Ca. € 108.000,--

2015


Ca. € 11.000,--

2012

Door Royal Haskoning bepaalde maatregel om de afvoercapaciteit te vergroten en bij gemeente bekende overlast te voorkomen.

Ca. € 15.000,--

2013

Jaar van

Tabel 4.3 Maatregelen Spijk plansituatie lange termijn vanaf 2016 tot ca. 2020 Beschrijving maatregel

Type maatregel


Jaar van uitvoering

Uit gebruik nemen Ø300 mm leidingen in de Spijkse Kweldijk tussen put S_23 en put Reeds door de gemeente geplande Ca. € 67.000,--* 2020 S_09B over een lengte van ca. 240 m en verwijdering van leidingen. overzetten huisaansluitingen. * = Aanname voor kosten uit gebruik nemen gemengde leiding en overzetten huisaansluitingen 75% van de kosten uit de Leidraad Riolering D1100 voor het vervangen van leidingen exclusief putten.

Heukelum Tabel 4.4 Maatregelen Heukelum plansituatie 2011 - 2015 Beschrijving maatregel

Type maatregel


Jaar van uitvoering

Afkoppelen bejaardencentrum aan het Reeds door de gemeente gepland Leyenburgplein en het aanliggende afkoppelproject: straatoppervlak plus de parkeerplaats: Af te koppelen oppervlak: ca. 0,49 ha. Aanvullend aanleggen nieuwe gemengde leiding in het Leyenburgplein (vervangen) tussen putten H_37 en nieuwe put aan de Reeds door de gemeente geplande Gedeeltelijk 2011, Vorsten Camp H_235A; vervangingsmaatregelen (en te Ca. € 200.000,--* - Ø500 mm tussen putten H_235A en H_249 verwijderen leidingen). De grootte overige 2012 en over een lengte van ca. 120m; van de te vervangen leidingen zijn 2013 - Ø400 mm tussen putten H_249 en H_242 bepaald door Royal Haskoning ter over een lengte van ca. 46 m; optimalisatie van de afvoercapaciteit - Ø300 mm tussen putten H_37 en H_242 en ter vergroting/behouden over een lengte van ca. 63 m; onderdrempelberging - Verwijderen leidingen langs het bejaardencentrum Ø300 mm tussen de putten H277 en H274 over een lengte van ca. 126 m. Aanvullend op het aanleggen van nieuwe Door Royal Haskoning bepaalde gemengde leidingen in het Leyenbrugplein, maatregelen om rioleringsysteem vergroten van de leiding in de Prins Ca. € 13.000,-2012 aanvullend te verbeteren / Bernhardstraat van Ø300 mm naar Ø400 mm afvoercapaciteit te vergroten. over een lengte van ca. 21 m. Afkoppelen straatoppervlak (en aangesloten particuliere verharding in voortuinen die Reeds door de gemeente gepland afwateren op de straat) van het westelijk deel Ca. € 65.000,--** 2012 afkoppelproject: Evert Noolstraat en zuidelijk deel Rooyenburg en aansluitend vergroten leiding: Af te koppelen oppervlak: ca. 0,13 ha Aanvullend vervangen gemengde leidingen in Reeds door de gemeente geplande de Evert Noolstraat en het zuidelijk deel van vervangingsmaatregelen. De grootte Rooyenburg, ei-vorm 300/450 en 350/500 van de te vervangen leidingen zijn naar Ø500 mm tussen de putten H_702 en Ca. € 124.000,-2012 bepaald door Royal Haskoning ter H_735 over een lengte van ca. 170 m optimalisatie van de (verlaagd aanleggen zodat berging in leiding afvoercapaciteit. goed/beter benut wordt). Afkoppelen wegoppervlak (en aangesloten particuliere verharding in voortuinen) Afstrijker op naast liggende sloot door creëren afschot Door Royal Haskoning bepaalde richting de sloot en afstroommogelijkheden maatregelen om rioleringsysteem Ca. € 30.000,--* 2014 richting de sloot (zoals in Vuren ook op een aanvullend te verbeteren. aantal plaatsen is uitgevoerd). Af te koppelen oppervlak ca. 0,11 ha. Afkoppelen grote gebouwen/oppervlakken in Door Royal Haskoning bepaalde Ca. € 10.000,-omgeving Voorste Gewind: scholen, Aanleg uitleggers maatregelen om rioleringsysteem van totaal Ca. € bibliotheek en dorpshuis in 2012 aanvullend te verbeteren. 110.000,--** Af te koppelen oppervlak ca. 0,54 ha. * = De totale kosten voor de uitvoering van de werkzaamheden aan het Leyenburgplein en het afkoppelen van De Afstrijker zijn geraamd door de gemeente Lingewaal. ** = De ‘totale kosten uitvoering’ voor afkoppelen zijn gebaseerd op de aangenomen kosten per m2 in tabel 4.1.

Tabel 4.5 Maatregelen Heukelum plansituatie lange termijn vanaf 2016 tot ca. 2020 Beschrijving maatregel

Type maatregel


Aanvullend op het afkoppelen in het westelijk deel van de Evert Noolstraat en het zuidelijk deel van Rooyenburg ook het straatoppervlak (en aangesloten particuliere verharding in voortuinen) van het oostelijk deel van de Evert Noolstraat afkoppelen: Af te koppelen oppervlak: ca. 0,14 ha.

Door Royal Haskoning bepaalde maatregelen om rioleringsysteem aanvullend te verbeteren.

Ca. € 70.000,--*

Jaar van uitvoering

Ca. 2020

Beschrijving maatregel Aanvullend op het vergroten van de leidingen in het westelijke deel van de Evert Noolstraat en het zuidelijk deel van de Rooyenburg (en het afkoppelen) ook het oostelijk deel van de Evert Noolstraat vergroten van Ø300 mm naar Ø400 mm tussen de putten H_702 en H_101 over een lengte van ca. 196 m (combinatie met afkoppelen). Afkoppelen grote gebouwen/oppervlakken in omgeving Voorste Gewind: scholen, bibliotheek en dorpshuis Af te koppelen oppervlak ca. 0,54 ha.

Type maatregel

Door Royal Haskoning bepaalde maatregelen om rioleringsysteem aanvullend te verbeteren / afvoercapaciteit te vergroten.

Door Royal Haskoning bepaalde maatregelen om rioleringsysteem aanvullend te verbeteren.


Ca. € 120.000,--

Ca € 100.000,-van totaal Ca. € 110.000,--*

Door Royal Haskoning bepaalde Opsnijder: tussen put H_316DD naar put maatregelen om rioleringsysteem H316D vergroten leiding over een lengte van Ca. € 40.000, -aanvullend te verbeteren / ca. 45 m van Ø400 mm naar Ø600 mm. afvoercapaciteit te vergroten. Hoeghen Camp: vergroten leiding tussen put Door Royal Haskoning bepaalde H_119B naar put H_204 over een lengte van maatregelen om rioleringsysteem Ca. € 13.000,-ca. 15 m van Ø300 mm naar Ø600 mm. aanvullend te verbeteren / afvoercapaciteit te vergroten. * = De ‘totale kosten uitvoering’ voor afkoppelen zijn gebaseerd op de aangenomen kosten per m2 in tabel 4.1.

Jaar van uitvoering

Ca. 2020

Overige werkzaamheden in 2016 Mogelijke maatregel ca. 2020 Mogelijke maatregel ca. 2020

Asperen Tabel 4.6 Maatregelen Asperen plansituatie 2011-2015 Beschrijving maatregel Vergroten vrije ruimte boven de externe drempel A_124A van 0 cm naar circa 30cm. De constructie dient aangepast te worden met een dunne en/of verhoogde dekplaat. Drempel wordt conform het BRP uit 1998 in werking gesteld als hoge overstort. Verwijderen schaaldelen (Ø600 mm) in de leiding vanaf put A_235 naar externe overstortput A_257 en aansluitend relinen (de diameter van de leiding wordt hierdoor groter: ca. Ø750 mm), het tracé betreft ca. 162 m; Vervangen leiding in de Leerdamseweg tussen put A_122C en put A_215D van Ø250 mm / Ø300 mm naar Ø300 over een lengte van ca. 244 m.

Type maatregel


Jaar van uitvoering

Door de gemeente geplande maatregelen.

Ca. € 5.000,--

2011/ 2012

Door de gemeente geplande maatregelen.

Ca. € 50.000,--

2012

Ca. € 120.000,--

2015


Tabel 4.7 Maatregelen Asperen plansituatie lange termijn vanaf 2016 tot ca. 2020 Beschrijving maatregel Afkoppelen 100% van het straatoppervlak (incl. particuliere verharding voortuinen die afwateren op straat) en 50% van het dakoppervlak in de Achterstraat en een klein deel van de Brugstraat. Tussen de putten A_237 en A_245. Af te koppelen oppervlak ca. 0,93 ha.** Vervangen gemengde riolering in de Achterstraat en deel van de Brugstraat door zo groot als mogelijke (nog gewenste) diameters i.v.m. vuilemissie. Om de afvoercapaciteit niet te verslechteren is het

Type maatregel


uitvoering

Jaar van

Ca. € 465.000,--*

2017

Ca. € 390.000,--

2017

Reeds door de gemeente gepland in afkoppelplan.

Aanvullend op afkoppelplan door gemeente geplande vervangingen van gemengde leidingen.

Beschrijving maatregel

Type maatregel


Jaar van uitvoering

verstandig minimaal dezelfde diameters toe te passen. In dit BRP wordt ervan uitgegaan dat de bestaande leidingen worden vervangen door Ø600 mm over het gehele tracé tussen put A_237 en put A_245 met een lengte van ca. 436 m.** Afkoppelen 100% van het straatoppervlak (incl. particuliere verharding voortuinen die afwateren op straat) en 50% van het dakoppervlak in de J. van Arkelstraat Reeds door de gemeente gepland in tussen de putten A_4 en A_21. Aanvullend Ca. € 210.000,--* 2018 afkoppelplan. afkoppelen van Dirk Willemzstraat (tussen put A_24 en A_10) en Q. de Palmestraat (tussen put A_21 en A_12). Af te koppelen oppervlak ca. 0,52 ha. Aanvullend vervangen gemengde riolering, hierbij diameters gelijk houden aan huidige situatie in verband met het waarborgen van voldoende afvoercapaciteit: J. van Arkelstraat tussen putten A_4 en A_21 van ei-vorm 400/600 naar Ø500 mm Aanvullend op afkoppelplan door over een lengte van ca. 188 m; Dirk Willemzstraat tussen putten A_24 en Ca. € 265.000,-gemeente geplande vervangingen van 2018 A_10 van ei-vorm 400/600 naar Ø500 mm gemengde leidingen. over een lengte van ca. 96 m; Q. de Palmestraat tussen putten A_21 en A_22 van Ø400 mm naar Ø400 mm over een lengte van ca. 59 m en tussen putten A_12 en A_22 van Ø300 mm naar Ø300 mm over een lengte van ca. 40 m. * = De ‘totale kosten uitvoering’ voor afkoppelen zijn gebaseerd op de aangenomen kosten per m2 in tabel 4.1. ** = De gemeente geeft aan dat het niet mogelijk is om tracé A_235 tot en met A_237 in de Achterstraat op te breken voor werkzaamheden. Dit deel van de Achterstraat betreft de enige ontsluitingsroute voor Industrieterrein De Oven, een omleidingsroute is niet voorhanden.

Herwijnen Tabel 4.8 Maatregelen Herwijnen (o.b.v. nog actueel BRP Herwijnen): Beschrijving maatregel

Type maatregel


Afkoppelen verhard oppervlak (1,5 ha. resterend van 2,5 ha. zoals bepaald in BRP; reeds BBL aangelegd). In GAP zijn de totale kosten geraamd op €1.406.794,- (probleemgericht i.c.m. renovaties), hiervan resteert (1,5/2,5 * 1,4 mln) circa € 850.000,-

Afkoppelen

Ca. € 850.000,-

Maatregel in kostendekkingsplan vGRP opgenomen onder ‘maatregelen BRP’

Jaar van uitvoering

t/m 2015 (i.c.m. rioolvervanging)

BIJLAGE 7 Gemeentelijk Afkoppelplan



Gemeente Lingewaal

Concept

Grontmij Nederland B.V. Houten, 20 april 2010

13/99098272/JdV, revisie C1

Titel

:

Gemeentelijk Afkoppelplan

Subtitel

:

Gemeente Lingewaal

Projectnummer

:

278897

Referentienummer

:

13/99098272/JdV

Revisie

:

C1

Datum

:

20 april 2010

Auteur(s)

:

ing. J. de Visser, T. Braaksma Bsc

E-mail adres

:

[email protected]

Gecontroleerd door

:

ing. G.B. Lemmen

Paraaf gecontroleerd

:

Goedgekeurd door

:

Paraaf goedgekeurd

:

Contact

:

ing. G.B. Lemmen

De Molen 48 3994 DB Houten Postbus 119 3990 DC Houten T +31 30 634 47 00 F +31 30 637 94 15 [email protected] www.grontmij.nl

13/99098272/JdV, revisie C1 Pagina 2 van 67

1 1.1 1.2 1.3

Inleiding......................................................................................................................... 5 Aanleiding en opdrachtbeschrijving .............................................................................. 5 Doelstelling GAP ........................................................................................................... 5 Leeswijzer ..................................................................................................................... 5

2 2.1 2.1.1 2.1.2 2.1.3 2.2 2.2.1 2.2.2 2.3 2.4 2.5

Uitgangspunten en randvoorwaarden........................................................................... 6 Regenwaterbeleid ......................................................................................................... 6 Het Rijk.......................................................................................................................... 6 Gemeente Lingewaal .................................................................................................... 6 Waterkwaliteitsbeheerder ............................................................................................. 6 Doelen, functionele eisen, maatstaven en meetmethoden........................................... 7 Doelen........................................................................................................................... 7 Functionele eisen, maatstaven en meetmethoden ....................................................... 7 Overige uitgangspunten................................................................................................ 8 Toetsen afvoercapaciteit oppervlaktewatersysteem..................................................... 9 Waterkering................................................................................................................... 9

3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7

Werkwijze.................................................................................................................... 10 Huidige situatie ........................................................................................................... 10 Oppervlaktewater ........................................................................................................ 10 Deelgebieden .............................................................................................................. 10 Ontwerp rwa-stelsel .................................................................................................... 10 Dimensionering rwa-stelsel......................................................................................... 10 Effect afkoppelen ........................................................................................................ 11 Kostenraming .............................................................................................................. 11

4 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9

Afkoppelplan kern Asperen......................................................................................... 12 Huidige situatie ........................................................................................................... 12 Oppervlaktewater ........................................................................................................ 12 Deelgebieden .............................................................................................................. 13 Ontwerp rwa-stelsel .................................................................................................... 13 Ontwerp wadi sluiskom ............................................................................................... 14 Hydraulische controleberekening ............................................................................... 14 Effect afkoppelen ........................................................................................................ 16 Probleemgerichte afkoppeling .................................................................................... 16 Kostenraming .............................................................................................................. 17

5 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7 5.8

Afkoppelplan kern Herwijnen ...................................................................................... 18 Huidige situatie ........................................................................................................... 18 Oppervlaktewater ........................................................................................................ 18 Deelgebieden .............................................................................................................. 19 Ontwerp rwa-stelsel .................................................................................................... 19 Hydraulische controleberekening ............................................................................... 20 Effect afkoppelen ........................................................................................................ 21 Probleemgerichte afkoppeling .................................................................................... 21 Kostenraming .............................................................................................................. 22


Inhoudsopgave (vervolg)

6 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6 6.7 6.8

Afkoppelplan kern Heukelum ...................................................................................... 23 Huidige situatie ........................................................................................................... 23 Oppervlaktewater ........................................................................................................ 23 Deelgebieden .............................................................................................................. 24 Ontwerp rwa-stelsel .................................................................................................... 25 Hydraulische controleberekening ............................................................................... 25 Effect afkoppelen ........................................................................................................ 27 Probleemgerichte afkoppeling .................................................................................... 27 Kostenraming .............................................................................................................. 28

7 7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6 7.7 7.8 7.9

Afkoppelplan kern Spijk .............................................................................................. 29 Huidige situatie ........................................................................................................... 29 Oppervlaktewater ........................................................................................................ 29 Deelgebieden .............................................................................................................. 29 Ontwerp rwa-stelsel .................................................................................................... 30 Ontwerp wadi Spijkse Kweldijk - Kerklaand................................................................ 30 Hydraulische controleberekening ............................................................................... 31 Effect afkoppelen ........................................................................................................ 32 Probleemgerichte afkoppeling .................................................................................... 32 Kostenraming .............................................................................................................. 32

8 8.1 8.2 8.3 8.4 8.5 8.6 8.7 8.8

Afkoppelplan kern Vuren............................................................................................. 34 Huidige situatie ........................................................................................................... 34 Oppervlaktewater ........................................................................................................ 34 Deelgebieden .............................................................................................................. 34 Ontwerp rwa-stelsel .................................................................................................... 35 Hydraulische controleberekening ............................................................................... 36 Effect afkoppelen ........................................................................................................ 36 Probleemgerichte afkoppeling .................................................................................... 37 Kostenraming .............................................................................................................. 37

Bijlage 2:

Jaar van aanleg riolering

Bijlage 3:

Diameterverloop

Bijlage 4:

Opbouw kostenkental voor afkoppelen

Bijlage 5:

Resultaten toetsing met bui 09

Bijlage 6:

Rioleringschematekening

Bijlage 7:

Kenmerken toekomstige lozingspunten


1.1 Aanleiding en opdrachtbeschrijving De bestaande riolering in de gemeente Lingewaal is grotendeels van het gemengde type. Hierbij wordt het regenwater met het afvalwater gezamenlijk ingezameld en afgevoerd naar de rioolwaterzuiveringsinrichting (rwzi). De gemeente Lingewaal heeft als beleid dat het scheiden van hemelwater en regenwater een duurzame maatregel is. De rwzi wordt minder belast met licht verontreinigd regenwater en de emissie via de overstorten van het gemengde stelsel neemt af. Op 17 juli 2009 is door burgemeester en wethouders van Lingewaal aan Grontmij opdracht verleend voor het opstellen van het gemeentelijk afkoppelplan (GAP) van de gemeente Lingewaal. Grontmij heeft opdracht gekregen om voor de vijf kernen in gemeente Lingewaal een afkoppelplan samen te stellen. De vijf kernen zijn: • Asperen • Herwijnen • Heukelum • Spijk • Vuren 1.2 Doelstelling GAP Het gemeentelijk afkoppelplan geeft inzicht in de (milieu)technische en financiële consequenties van de afkoppelmaatregelen. 1.3 Leeswijzer De rapportage is als volgt ingedeeld: • Hoofdstuk 2 beschrijft de uitgangspunten en randvoorwaarden gehanteerd bij het opstellen van het GAP; • Hoofdstuk 3 handelt over de gehanteerde methodiek bij het opstellen van het GAP; • In hoofdstuk 4, 5, 6, 7 en 8 staat per kern een toelichting bij de totstandkoming van het afkoppelplan voor de betreffende kern. In de bijlagen zijn opgenomen: De riolering naar jaar van aanleg weergegeven per kern; De diameteropbouw van het rwa-stelsel per kern; Opbouw kostenkental voor afkoppelen; Rioleringsschematekeningen.

• • • •


2.1

Regenwaterbeleid

2.1.1 Het Rijk De Rijksvisie Waterketen (april 2003) geeft afkoppelen aan als een belangrijk middel voor het wegnemen van een aantal problemen in de waterketen. In deze visie staat: “Door anders om te gaan met regenwater in stedelijk gebied kan een belangrijke impuls worden gegeven aan het oplossen van de problemen in de relatie tussen waterketen, watersysteem en leefomgeving. Het stimuleren van het afkoppelen van schone verharde oppervlakken van de riolering waardoor regenwater niet in de afvalwaterriolering komt, is in bestaand stedelijk gebied een goede optie. In nieuwe wijken is het niet aankoppelen van schone verharde oppervlakken uitgangspunt, die in de meeste situaties kan worden toegepast. Uit onderzoek naar de kansen en belemmeringen van afkoppelen in bestaand stedelijk gebied blijkt dat afkoppelprojecten die uitsluitend gericht zijn op het optimaliseren van de waterketen, uit financieel oogpunt moeilijk haalbaar zijn. Afkoppelprojecten die meerdere doelen dienen, zoals infiltratie, versterking stedelijke groen/blauw-structuur en bron voor waterwinning, en waarbij een koppeling met stedelijke renovatie en herstructureringsactiviteiten plaatsvindt, zijn financieel veel eerder realiseerbaar.” 2.1.2 Gemeente Lingewaal De gemeente gaat in beginsel uit van een afkoppeldoelstelling van 80% op lange termijn. Hierbij benut de gemeente de kansen die ontstaan bij rioolvervanging. Uitgangspunt is dat al het verhard afvoerend oppervlak exclusief de achterzijde van de daken wordt afgekoppeld. Het afkoppelplan biedt de mogelijkheid om de afkoppeldoelstelling bij te stellen op basis van bijvoorbeeld de kosten. Als deze te hoog zijn kan een lagere ambitie worden gekozen. Om deze reden is in het afkoppelplan een optie meegenomen voor een probleemgerichte afkoppeling, waarbij wordt gekeken naar klachten en de afkoppelverplichtingen. Dit houdt in dat de oude kernen van Asperen en Heukelum, gedeelte van Herwijnen en van Vuren worden afgekoppeld. 2.1.3 Waterkwaliteitsbeheerder Waterschap Rivierenland is kwaliteits-, en kwantiteitsbeheerder van het oppervlaktewater in de gemeente Lingewaal. Bij het uitwerken van de plannen dient rekening gehouden te worden met de Keur en dient een Watervergunning aangevraagd te worden. Beleid Bij het opstellen van het GAP en de ontwerpen van de rwa-stelsels is regeling ‘Nota rioleringsbeleid, d.d. 18-5-2006’ in acht genomen. In onderstaand tekstvak is de opvatting over afkoppelen van het Waterschap weergegeven.


Uitgangspunten en randvoorwaarden

Veel schoon hemelwater wordt onnodig via het afvalwatersysteem (riolering en rioolwaterzuiveringsinstallatie) afgevoerd en “gezuiverd”. Ongelimiteerde aansluiting van hemelwater op gemengde riolering veroorzaakt emissies via riooloverstorten op het watersysteem, waardoor kostbare saneringsmaatregelen nodig zijn. Tevens kan de waterbalans in het natuurlijke watersysteem worden verstoord, zodat kwantitatieve maatregelen noodzakelijk zijn. De opvatting om hemelwater vanuit de keten terug in het watersysteem te krijgen, wordt landelijk breed gedragen. In de 4e Nota waterhuishouding van het Rijk is veel aandacht voor dit probleem en wordt een streefwaarde genoemd van 20% voor afkoppelen van verhard oppervlak in bestaand stedelijk gebied en 60% afkoppelen in nieuwe uitbreidingen in de planperiode. De Rijksvisie waterketen (2003) noemt het stimuleren van afkoppelen van schone verharde oppervlakken in bestaand stedelijk gebied een goede optie, terwijl niet aankoppelen in nieuwe wijken een uitgangspunt is dat in de meeste situaties kan worden toegepast. De Beleidsbrief regenwater en riolering (2004) van het Rijk stelt een doelmatige aanpak - met de gemeente als regisseur - hierbij voorop, zodat afkoppelen bijvoorbeeld wordt gerealiseerd in combinatie met renovatiewerkzaamheden en revitaliseringsprojecten. In een meerjarenvisie, als onderdeel van een Waterplan of in de vorm van een afzonderlijk afkoppelplan, kunnen de mogelijkheden van dergelijke combinaties worden uitgewerkt. Ook in de provinciale plannen wordt afkoppelen als speerpunt genoemd.

Interimbeleid In november 2009 heeft het bestuur van het Waterschap Rivierenland interimbeleid vastgesteld voor de lozing van hemelwater afstromend van openbare verharding. Daarmee wordt geanticipeerd op veranderende waterwetgeving, waarin afstromend hemelwater in beginsel als “schoon genoeg om zonder verdere maatregelen teruggebracht te worden in het milieu”. Het uitgangspunt dat er niet geloosd kan worden tenzij (=vergunning) verandert dus in dat er wel geloosd mag worden mits (=algemene regels). Ongetwijfeld zullen er allerlei situatie, zoals kwetsbare gebieden, bestaan waarop beleidsaanscherping noodzakelijk is. De bedoeling is dat het Waterschap daaraan, zodra de nieuwe wetgeving definitief is invulling aan zullen geven. De inhoud van het besluit is: • Bij hemelwatervoorzieningen van woonwijken en kantorenparken (categorie 1 en 2) worden geen filters meer voorgeschreven en wordt volstaan met een aanbeveling om gebruikt te maken van ‘bewezen technieken’ zoals bodempassages en wadi’s. • Indien geen bodem- of bermpassage wordt toegepast, wordt een geschikte locatie voor een ‘mechanisch filter’ beschikbaar gehouden, zowel in fysieke als juridische zin (bestemmingsplan) en wordt dit vastgelegd in een bestuurlijke brief. Om het aantal locaties te beperken wordt aanbevolen het aantal lozingspunten zo klein mogelijk te houden. Mocht de wetgeving ruimte bieden om alsnog aanvullende maatregelen te vragen, zal het waterschap hierop anticiperen. 2.2 Doelen, functionele eisen, maatstaven en meetmethoden Met de beschrijving van doelen en functionele eisen legt de gemeente de gewenste situatie van de toestand en het functioneren van afval-, regen- en grondwatervoorzieningen vast. Het formuleren van maatstaven en de daarbij behorende meetmethoden, maakt de invulling van de gemeentelijke watertaken concreet en toetsbaar. 2.2.1 Doelen Met het oog op het afkoppelvoornemen zijn de volgende algemene doelen van belang: 1. zorgen voor inzameling van regenwater (voor zover niet door particulier) 2. zorgen voor verwerking van ingezameld regenwater. De doelen zijn gebaseerd op de wettelijke formuleringen voor de zorgplichten in de Wet verankering en bekostiging gemeentelijke watertaken. 2.2.2 Functionele eisen, maatstaven en meetmethoden In tabel 2.1en tabel 2.2 zijn de functionele eisen, maatstaven en meetmethoden voor de beide doelen weergegeven.



Tabel 2.1 Doel 1a.

1b.

1c. 1d.

Tabel 2.2 Doel 2a.

2b. 2c.

Doel 1: zorgen voor inzameling van regenwater Zorgen voor inzameling van hemelwater (voor zover niet door de particulier) Functionele eisen Voor zover rendabel afkoppelen van schoon hemelwater zonder wateroverlast en ongewenste milieuverontreiniging te veroorzaken. Schoon hemelwater zal bij voorkeur worden hergebruikt en/of geinfiltreerd in de bodem dan wel afgevoerd middels bufferbassins en/of afwateringssloten. De instroming in riolen via de kolken dient ongehinderd plaats te vinden. Beperkte hoeveelheid intredend grondwater.

Maatstaven Afkoppelen indien technisch uitvoerbaar, toelaatbaar voor het milieu en kosteneffectief.

Meetmethoden Optimalisatie milieurendement, conform beleid waterschap Rivierenland

Alle percelen zijn voorzien van een aansluiting op de riolering, tenzij men zich niet van het hemelwater wil ontdoen doch het voor lokale waterhuishouding of andere doeleinden wil gebruiken of wanneer indirecte lozing geoorloofd is. Plasvorming bij kolken dient beperkt te zijn.

Visuele waarnemingen en meldingenregistratie.

Ingrijpmaatstaven voor waterdichtheid (conform NEN 3398) mogen niet voorkomen.

Visuele inspectie met classificatie volgens NEN 3399

Visuele waarnemingen en meldingenregistratie.

Doel 2: zorgen voor verwerking van ingezameld regenwater Zorgen voor verwerking van ingezameld hemelwater Functionele eisen De afvoercapaciteit van de riolering voor afvalwater moet toereikend zijn om het aanbod bij hevige neerslag te kunnen verwerken, uitgezonderd bij bepaalde buitengewone omstandigheden.

Maatstaven Gemiddeld maximaal éénmaal per twee jaar water op straat (theoretisch).

De vervuilingstoestand van de riolering dient acceptabel te zijn.

Ingrijpmaatstaven voor afstroming (conform NEN 3398) mogen niet voorkomen. Riolen en andere objecten dienen Ingrijpmaatstaven voor waterin hoge mate waterdicht te zijn, dichtheid en stabiliteit (conform zodanig dat de hoeveelheid uitNEN 3398) mogen niet voorkomen. tredend rioolwater beperkt blijft.

Meetmethoden Hydraulische berekeningen conform Leidraad Riolering C2100 bij een gebeurtenis met een herhalingstijd van T=2 jaar (bui08)

Visuele inspectie met classificatie volgens NEN 3399 en hydraulische berekening. Visuele inspectie met classificatie volgens NEN 3399.

2.3 Overige uitgangspunten Het hydraulisch functioneren van het rwa-stelsel heeft betrekking op het functioneren van het stelsel tijdens de afvoer van regenwater. De afvoercapaciteit moet voldoende zijn om wateroverlast te voorkomen. Voor het toetsen van de afvoercapaciteit is gebruik gemaakt van standaardbui 8 volgens de module C2100 Leidraad riolering “Rioleringsberekeningen, hydraulisch functioneren”. In de hydraulische berekeningen is uitgegaan van een ongehinderde instroming in de riolering via straat- en trottoirkolken. Wanneer dit in de praktijk niet het geval is, kunnen afwijkingen ontstaan tussen de berekende situatie en de praktijk. Grontmij gebruikt het softwarepakket SOBEK van Deltares. SOBEK is een hydraulisch rekenprogramma voor de simulatie van niet-stationaire stromingen op basis van neerslaggebeurtenissen of neerslagreeksen. In tabel 2.3 zijn de gehanteerde ontwerpnormen bij het ontwerp van de rwa-riolering weergegeven. Tabel 2.3: Ontwerpnormen minimale diameter materiaal kleiner dan of gelijk aan diameter Ø 315 mm materiaal bij diameter groter dan Ø 315 mm minimale dekking minimaal buisverhang

315 mm PVC Beton 1 m 1 ‰



2.4 Toetsen afvoercapaciteit oppervlaktewatersysteem Het Waterschap neemt de toetsing van de afvoercapaciteit van het oppervlaktewatersysteem voor haar rekening. Het Waterschap toetst de watergangen met de berekeningsresultaten van bui 9, uit de Leidraad Riolering. De toetsing is uitgevoerd op basis van worst case scenario, dat wil zeggen dat getoetst is met het maximaal af te koppelen verhard oppervlak. Om te kijken hoeveel verhard oppervlak is aangesloten en waar de overstorten zaten, is gebruik gemaakt van de bij het Waterschap bekende gegevens uit de gemeentelijke rioleringsplannen (vertaald in kenmerkbladen en Wvo-vergunningen). Het maximaal af te koppelen verhard oppervlak en de benodigde berekeningsresultaten van bui 9 zijn aangeleverd door Grontmij. De berekeningsresultaten zijn opgenomen in bijlage 4. 2.5 Waterkering In Asperen en Heukelum ligt een deel van de riolering in de waterkering. Bij het opstellen van het afkoppelplan is hiermee rekening gehouden.


In de hierna volgende hoofdstukken is per kern het afkoppelplan als volgt nader uitgewerkt. 3.1 Huidige situatie Allereerst is de huidige stand van zaken rondom de riolering in kaart gebracht. Hierbij zijn in overleg met de Gemeente relevante zaken besproken: • Mogelijke locaties voor wadi’s; • Herinrichtingen; • Riool werkzaamheden; • Waterbergingsopgave; • Aanwezigheid waterkeringen; • Reeds afgekoppelde gebieden. Met bovengenoemde onderwerpen is rekening gehouden bij de uitwerking van het GAP. 3.2 Oppervlaktewater Per kern is het oppervlaktewatersysteem binnen het plangebied bekeken. Aan de hand van de locaties van de huidige overstorten en de status van het achtergelegen oppervlaktewater zijn in overeenstemming met het Waterschap locaties voor de lozingspunten bepaald. De aanwezigheid van een waterkering en Asperen en Heukelum speelde hierbij ook een rol. Het Waterschap heeft de watergangen waarop in de toekomstige situatie geloosd wordt, beoordeeld op geschiktheid en indien nodig kwantitatief getoetst, zie paragraaf 2.6. De kwantitatieve toetsing heeft alleen plaatsgevonden als de lozingspunten van de nieuwe regenwaterriolen op een andere locatie liggen dan de overstorten van de bestaande gemengde overstorten (bijvoorbeeld op een andere watergang). Voor het hydraulisch functioneren van het rwa-stelsel is de hoogste waterstand van het peilgebied gehanteerd: het zomerpeil. 3.3 Deelgebieden Riolering gaat in het algemeen ongeveer zestig jaar mee. Hele wijken zijn tegelijk aangelegd en zullen dus ook tegelijk vervangen worden. Van het bestaande stelsel zijn kaarten gemaakt met daarop het jaar van aanleg van de riolering zoals bij Grontmij bekend is. Tevens is gekeken of er een grootschalige renovatie dan wel vervanging van de huidige riolering gepland is. In geen enkele kern is dit het geval. Aan de hand van het jaar van aanleg zijn deelgebieden gemaakt voor het rwa-stelsel. Deze deelgebieden kunnen tegelijk worden afgekoppeld. De fasering van deze deelgebieden zijn dusdanig ontworpen dat allen, bij juiste volgorde van realisatie, een lozingspunt hebben. 3.4 Ontwerp rwa-stelsel Bij het ontwerp van de deelgebieden wordt het rioolstelsel onder afschot naar één (of meerdere) laagste punt(en) aangelegd. Zo ontstaat de mogelijkheid om van het gescheiden stelsel in de toekomst een verbeterd gescheiden stelsel te maken. Dit kan relatief eenvoudig door een pomp te plaatsen op het laagste punt van het stelsel. 3.5 Dimensionering rwa-stelsel De rwa-riolering per kern is in zijn totaliteit gedimensioneerd. Hierbij is geen rekening gehouden met de hydraulische afvoercapaciteit per deelgebied. Voor de dimensionering van het rioolstelsel is het verharde afvoerend oppervlak bepaald aan hand van de gegevens uit het beheerssysteem dg DIALOG. Ter verificatie zijn gegevens uit de BRP’s per kern vergeleken met de gege-


Werkwijze

vens uit het beheersbestand. Hierbij zijn geen grote verschillen ontdekt, het afvoerend oppervlak ligt in beide gevallen in dezelfde ordegrootte. De peildatum voor het verhard oppervlak is tamelijk oud. De meeste BRP-en zijn tussen 2000 en 2006 opgesteld. Wel blijkt uit de BRP-en dat de verharding op een betrouwbare wijze is bepaald (bijvoorbeeld bepaling vanaf GBKN voor Vuren en Heukelum). Het verdient aanbeveling om in de toekomst het verhard oppervlak opnieuw van tekening te inventariseren en goed vast te leggen op welk rioolstelsel de verharding loost. Het rwa-stelsel is dusdanig groot gedimensioneerd dat het regenwater van zowel wegen als daken (voor- en achterzijde) kan afvoeren naar het oppervlaktewater zonder dat bij standaardbui 8 van de Leidraad Riolering water op straat optreedt. Dit houdt de optie open om in de toekomst alsnog de daken af te koppelen en op het rwa-stelsel aan te sluiten. Bij aanvang van de hydraulische controleberekening is het stelsel gevuld op de hoogte van het zomerpeil van het betreffende peilgebied. Er is geen rekening gehouden met eventuele peilstijging in het oppervlaktewater als gevolg van neerslag. 3.6 Effect afkoppelen Met de berging en verhard oppervlak is de vuiluitworp in de huidige situatie berekend. De berging en het huidige verhard oppervlak zijn afkomstig uit de kenmerkenbladen van de verschillende kernen. Voor de gemaalcapaciteit is uitgegaan van 0,7 mm/h voor een gemengd stelsel. Om het effect van het afkoppelen te bepalen berekent Grontmij per kern de totale emissie wanneer 10, 20, 50 en 80 procent wordt afgekoppeld. Hiervoor gebruikt Grontmij een bakkenmodel en de neerslagreeks van de Bilt 1955-1964. De resultaten zijn in een grafiek weergegeven. Tevens is de vuilemissie weergegeven indien de in dit plan gestelde hoeveelheid afvoerend oppervlak wordt afgekoppeld. Bij elke kern is het effect van het afkoppelen bij twee omstandigheden weergegeven: • Als de huidige pompcapaciteit van 0,7 mm/h ten opzichte van het huidig verhard oppervlak blijft gehandhaafd en; • Als de pompcapaciteit van 0,7 mm/h ten opzichte van het aangesloten verhard oppervlak bedraagt. 2 Het beleid van het waterschap is een pompovercapaciteit van 0,7 mm/h over 150 m /woning. Afwijking van dit beleid is alleen mogelijk als daar een goede reden voor is, of op basis van een optimalisatiestudie. 3.7 Kostenraming De kostenraming weergegeven in dit rapport betreft een indicatieve kostenraming. Bij het opstellen van de kostenraming is gebruik gemaakt van kostenkentallen van module D1100 uit de Leidraad Riolering. Aangevuld met ervaringscijfers van soortgelijke werken. Het afkoppelen vindt plaats wanneer het huidig gemengd stelsel wordt vervangen of in geval van hydraulische knelpunten in het stelsel. In de kostenraming zijn de kosten bepaald van het aanleggen van het regenwaterriool naast het gemengde riool


4.1 Huidige situatie Aan de noordzijde van de kern Asperen ligt een hoger gelegen deelgebied met weinig bebouwing. Ten zuiden van dit deelgebied, en tevens ten zuiden van de Galgenwiel, bevindt zich het westelijke gedeelte van Asperen. De oude stad Asperen ligt oostelijk binnen een wal. De Voorstraat heeft hierbij een waterkerende functie. Noordoostelijk van Asperen is het industrieterrein De Oven gelegen. Ten zuiden van Asperen is een begraafplaats, een manege en landelijk gebied gesitueerd. De regionale waterkering loopt over de Voorstraat, dus de wal is geen kering van het waterschap. De wal wordt door de gemeente wel gezien als waterkering (in bestemmingsplan Asperen opgenomen met dubbelbestemming waterkering). De gemeente zal de eisen moeten formuleren die aan lozing door de wal worden gesteld. De gehele kern is voorzien van een gemengd rioolstelsel. Ter hoogte van het Laantje van Vermeer is een gescheiden stelsel aangelegd. Deze heeft een lozingspunt op het zuidelijk gelegen oppervlaktewater. In het westelijke gedeelte van Asperen heeft recentelijk nieuwbouw plaatsgevonden. Hier ligt een gescheiden rioolstelsel met een gemaal. Dit gedeelte wordt in het afkoppelplan buiten beschouwing gelaten. 4.2 Oppervlaktewater In en rondom Asperen ligt een groot aantal watergangen waarop hemelwater kan worden geloosd. Asperen heeft een waterbergingsopgave van 1,35 ha. Hiervoor wordt gedacht aan de zone tussen Stadswal en Graswalweg, verbreding watergang naast Leerdamseweg en een terrein ten zuiden van Heukelumseweg. Het toekomstig rwa-stelsel loost door vier uitlaten op Awatergangen. In figuur 4.1 zijn de watergangen, in vijf categorieën, met de locaties van de nieuwe uitlaten, schematisch weergegeven.

Uitlaat

Figuur 4.1 Watergangen in en rondom kern Asperen


Afkoppelplan kern Asperen

Het westelijk deel van Asperen ligt in een peilgebied met waterpeil NAP + 0,20 m. In het oostelijk deel van Asperen is het waterpeil NAP + 0,80 m. Bij het ontwerp van het rwa-stelsel is rekening gehouden met de verschillende peilgebieden. 4.3 Deelgebieden De huidige riolering is in fasen opgebouwd. Uit het overzicht van het jaar van aanleg blijkt dat het gebied in de oude kern het meest gedateerd is, aangelegd in jaren ’40. Dit houdt in dat vervanging op korte termijn noodzakelijk is. Het zuidwestelijk deel van de riolering is omstreeks 1960 en 1980 aangelegd. De overige riolering dateert van 1990 of later. De oude kern van Asperen is niet voorzien van een bergbezinkbassin in verband met ruimtegebrek. Om deze reden heeft de oude kern een relatief hoge emissie. Om de vuiluitworp terug te dringen is het gewenst dat wordt afgekoppeld. In bijlage 1A is een overzicht weergegeven van het jaar van aanleg van het bestaande gemengde rioolstelsel. Aan hand van het jaar van aanleg van de huidige riolering zijn deelgebieden ontworpen. De deelgebieden hebben een lettercode gekregen die aangeeft in welke volgorde ze dienen te worden gerealiseerd. In figuur 4.2 zijn de deelgebieden weergegeven.

Bovengronds afkoppelen

Figuur 4.2 Indeling deelgebieden afkoppelplan

4.4 Ontwerp rwa-stelsel De rioleringsschematekeningen R10-01 en R10-02 zijn in bijlage 5 opgenomen. In bijlage 6A zijn de kenmerken van de nieuwe lozingspunten weergegeven. In de volgende sub-paragrafen wordt per deelgebied weergegeven of en hoe er wordt afgekoppeld. Plan A In de Voorstraat ligt de regionale waterkering onder verantwoording van het waterschap. In plan A loost het hemelwater via een uitlaat door de wal aan de oostzijde van het deelgebied. De gemeente heeft de wal waardoor de uitlaat heen moet in het bestemmingsplan Asperen opgenomen met de (dubbel)bestemming waterkering. De gemeente kan aanvullende eisen aan kruisende werken stellen. In de weg Stadswal wordt niet afgekoppeld. Aan de zuid-oostzijde van het plangebied zijn er in de oude sluiskom aan de Vissersdijk mogelijkheden tot infiltratie van het regenwater. In §4.5 is nader ingegaan op de wadi.



Plan B In deelgebied B is de Gemeente niet voornemens tot afkoppelen. Plan C Dit deelgebied heeft een uitlaatvoorziening op een A-waterloop aan de oostzijde Plan D Ten zuiden van dit deelgebied worden drie aansluitingen gemaakt op plan C. Tevens wordt de Leerdamseweg bovengronds afgekoppeld. Hemelwater afkomstig van deze weg voert bovengronds af naar oppervlaktewater. Plan E In het oosten van dit deelgebied is een uitlaatvoorziening geprojecteerd (put H107). Op hetzelfde punt sluit dit deelgebied aan op plan D. In het zuidelijke gedeelte van het gebied vindt eveneens aansluiting op plan D plaats. Plan F Dit deelgebied heeft een uitlaatvoorziening op een A-waterloop aan de westzijde Deelgebied F sluit aan de zuidzijde aan op plan C. Plan G In dit deelgebied wordt niet afgekoppeld. 4.5 Ontwerp wadi sluiskom De oude sluiskom tussen de Vissersdijk en de Hoge Minstraat biedt mogelijkheden tot infiltratie van het regenwater. Op dit moment heeft het grasveld gedeeltelijk een recreatieve functie. Dit gaat moeilijk samen met de functie van wadi. 2

Het oppervlak van de sluiskom bedraagt circa 1.200 m . Als vuistregel kan worden aangehouden dat het wadi-oppervlak 10% van het afvoerend oppervlak bedraagt. Dit bedraagt dan 3 12.000 m . In de meeste gevallen stroomt het water bovengronds naar de wadi toe. Het gebied dat kan afvoeren naar de wadi is hierdoor beperkt tot een straal van 100-200 meter om de wadi. In dit concrete geval lijkt het afvoeren van de woningen rond de sluiskom en de parkeerplaats ten noordwesten van de kom de meest haalbare optie. Het gaat dan om een oppervlak van maximaal circa 0,3 ha. Voor dit afvoerend oppervlak is een wadi met een oppervlakte van circa 2 300 m voldoende groot. Het detailontwerp van de wadi, inclusief de doorvoer van de afvoer via de oude sluisdeur, zal pas na een besluit over de aanleg worden gemaakt. 4.6 Hydraulische controleberekening Het diameterverloop van het rwa-rioolstelsel van Asperen is in bijlage 2A weergegeven. Het rwa-stelsel van Asperen oost is gedimensioneerd op het afkoppelen van circa 4,2 ha. De gemeente gaat in beginsel enkel uit van het afkoppelen van het wegoppervlak, circa 1,9 ha. In tabel 4.1 is het afvoerend oppervlak weergegeven dat voor het dimensioneren van het rwastelsel is gebruikt. Tabel 4.1: Overzicht afvoerend oppervlak rwa-stelsel Asperen oost

!

!

De afvoercapaciteit van het rioleringsontwerp is getoetst op het probleemloos verwerken van bui 8 van de Leidraad Riolering. Hierbij dient geen water op straat worden berekend. Bij aanvang van de berekening is het stelsel gevuld op NAP + 0,80 m. In figuur 4.3 is de minimaal berekende afstand tussen waterniveau in put en maaiveld (waking) weergegeven van Asperen oost.



Het rwa-stelsel van Asperen west is gedimensioneerd op het afkoppelen van circa 7,6 ha. De gemeente gaat in beginsel uit van het afkoppelen van enkel het wegoppervlak, circa 3,7 ha. In tabel 4.2 is het afvoerend oppervlak weergegeven dat voor het dimensioneren van het rwastelsel is gebruikt. Tabel 4.2: Overzicht afvoerend oppervlak rwa-stelsel Asperen west

"

"# #

!"

In figuur 4.4 is de berekende waking bij bui 8 van Asperen west weergegeven. Bij aanvang van de berekening is het stelsel gevuld op NAP + 0,20 m.

Figuur 4.3: Minimale waking bui 8; Asperen oost

Figuur 4.4: Minimale waking bui 8; Asperen west



4.7 Effect afkoppelen In tabel 4.3 is het verhard oppervlak per type verharding van de kern absoluut en procentueel weergegeven. Tabel 4.3: Hoeveelheid en type af te koppelen verharding Asperen afkoppelen

totaal verhard oppervlak op gemengd stelsel

wegen

wegen + voorzijde daken

[ha]

[ha]

[ha]

wegen + daken [ha]

14,8

5,6

8,7

11,8

100%

38%

59%

80%

In figuur 4.5 is het effect van het afkoppelen op de vuiluitworp weergegeven wanneer bij verschillende percentages wordt afgekoppeld. De berging en het huidige verhard oppervlak is afkomstig uit het kenmerkenblad en bedraagt respectievelijk 1531 m³ (waarvan 100 m³ in een BBB) en 14,8 ha. Het effect van het afkoppelen is bij twee omstandigheden weergegeven: • Als de huidige pompcapaciteit van 0,7 mm/h ten opzichte van het huidig verhard oppervlak gehandhaafd blijft en; • Als de pompcapaciteit van 0,7 mm/h ten opzichte van het aangesloten verhard oppervlak bedraagt. Asperen 100% 90% 80% 70%

Emissie

60% Capaciteit gemaal blijft gehandhaafd Capaciteit gemaal 0,7 mm/h

50% 40% 30% 20% 10% 0% 0%

10%

20%

30%

40%

50%

60%

70%

80%

90%

100%

Afkoppelpercentage

Figuur 4.5: Effect afkoppelen op vuilemissie

4.8 Probleemgerichte afkoppeling Om aan de Basisinspanning (50% vuiluitworpreductie op oppervlaktewater) in de kern Asperen te kunnen voldoen moet de gemeente tweetal bergbezinkvoorzieningen aan te leggen. Inmiddels is één bergbezinkleiding reeds gerealiseerd in de nieuwbouw van Asperen, een tweede zou in de oude kern aangelegd moeten worden. De enige geschikte locatie voor de bergbezinkleiding in de oude kern is een locatie in de toegangsweg naar industrieterrein De Oven. Doordat deze locatie niet ideaal is, is ervoor gekozen om de basisinspanning door middel van afkoppeling te realiseren. Komende periode zal de riolering in de oude kern van Asperen vervangen worden waardoor de kansen ontstaan om de wegen in combinatie met rioolvervangingen af te koppelen.



4.9 Kostenraming In tabel 4.4 is een indicatief kostenoverzicht van het afkoppelen in Asperen weergegeven. Tabel 4.4: Kostenoverzicht afkoppelen in Asperen Kosten afkoppelen wegen

Kosten afkoppelen wegen



incl. uitleggers voor

incl. voorkant huizen

incl. achterkant huizen

aansluiting huizen

€ 3.835.255,-

€ 4.109.755,-

€ 4.859.755,-

€ 5.609.755,-

Probleemgerichte afkoppeling icm.rioolrenovaties en wegonderhoud (oude kern)

€ 1.902.654,-


Afkoppelplan kern Herwijnen

!

"

5.1 Huidige situatie De kern Herwijnen ligt ten noorden van de Waal. Het is een dijkdorp wat inhoudt dat een deel van het dorp (westzijde) aan en op een dijk ligt. De dorpskern ligt in het gebied ‘Hoog Herwijnen’. Ten noorden van de kern zijn sportvelden gelegen. Ten zuiden van de kern is een gedeelte bebost. In de kern bevinden zich verspreid enkele plantsoenen. De kern is voorzien van een gemengd rioolstelsel. Een uitzondering hierop is Meerenburg, waar een gescheiden stelsel ligt. In Herwijnen Pieterswaard ligt een gescheiden stelsel. Deze twee stelsels worden in het GAP verder buiten beschouwing gelaten. In de kern Herwijnen wordt in het kader van de basisinspanning 2,5 ha afvoerend oppervlak afgekoppeld. In de Achterweg wordt een groot rwa-riool aangelegd waarop 2,5 ha verharding kan worden aangesloten. Aan de Nieuwe Steeg vindt inbreiding plaats. In de Zworrelstraat wordt het riool op korte termijn vervangen. Het rapport: Beoordeling riolering en maatregelplan, kern: Vuren en Herwijnen, Beheermeester van februari 2009 is gebruikt om te bekijken of er op korte termijn grootschalige rioolvervanging plaatsvindt, dit is het geval. 5.2 Oppervlaktewater In en rondom Herwijnen ligt een groot aantal watergangen waarop hemelwater kan worden geloosd. Het hemelwater loost door drie uitlaten op watergangen met de categorie A. In figuur 5.1 zijn de watergangen, in vijf categorieën, met de locaties van de nieuwe uitlaten schematisch weergegeven. Binnen het plangebied is het waterpeil vastgesteld op 0,00 m +NAP. De oostelijke uitlaat loost op een peilgebied met waterpeil NAP + 0,50 m.

Uitlaat

Figuur 5.1 Watergangen in en rondom kern Herwijnen



5.3 Deelgebieden De huidige riolering is in verschillende fasen aangelegd. Uit het overzicht van het jaar van aanleg blijkt dat de riolering in Achterweg en Nieuwe Steeg het meest gedateerd is: aangelegd tussen 1950-1959. Aan de dijk en in het noordelijke gedeelte van de dorpskern is de riolering afkomstig uit 1970. Ten zuiden van Herwijnen is de riolering recentelijk aangelegd. In bijlage 1B is een overzicht weergegeven van het jaar van aanleg van het bestaande gemengde rioolstelsel. Aan de hand van het jaar van aanleg en gezien de geplande ontwikkelingen is het plangebied in deelgebieden opgesplitst. In figuur 5.2 zijn de deelgebieden weergegeven. De codes van de deelgebieden geven aan in welke volgorde ze dienen worden afgekoppeld.

Ev. bovengronds afkoppelen

Figuur 5.2: Deelgebieden afkoppelplan

5.4 Ontwerp rwa-stelsel Het ontwerp rwa-rioolstelsel heeft drie uitlaten op het oppervlaktewater. De locatie van de nieuwe uitlaten is bij de bestaande overstortlocaties. De rioleringsschematekening R10-03 is in dit rapport in bijlage 5 opgenomen. In bijlage 6B zijn de kenmerken van de nieuwe lozingspunten weergegeven. Plan A In Plan A wordt het afvoerend oppervlak van de Achterweg afgekoppeld. Een deel van de aanleg van het rwa-riool in de Achterweg is op moment van schrijven in uitvoering. De rwa-riolering heeft de functie om het regenwater van 2,5 ha afvoerend oppervlak af te voeren. Aan de noordwestzijde van dit deelplan is een uitlaat met filtervoorziening geprojecteerd. Wanneer enkel de wegen worden aangesloten kan de aanwezige drempel gehandhaafd blijven. Echter wanneer ook de daken worden aangesloten op de rwa-riolering dient de bestaande drempel uit hydraulisch oogpunt worden verwijderd. Aan de oostzijde is eveneens een uitlaat geprojecteerd. Tevens ligt hier het laagste punt van het rioolstelsel, put H144; putbodem NAP -1,90 m. Omdat de oostelijke uitlaat uitmondt in een peilgebied met een hoger waterpeil dan de andere twee uitlaten in kern Herwijnen, wordt hier een overstort gerealiseerd met een drempelbreedte van 3 m en een drempelniveau van NAP + 0, 70 m.



Plan B In plan B ligt een groot gedeelte van de dorpskern van Herwijnen. Dit deelgebied heeft geen uitlaat. Ten zuiden van het deelgebied vindt op drie punten aansluiting op plan A plaats. Plan C Aan de noordwestzijde van het deelgebied is een uitlaat geprojecteerd, put H081. Aan de noordoostzijde en zuidoostzijde sluit het deelgebied aan op plan B. Plan D Dit deelgebied wordt aan de oostzijde op twee punten aangesloten op plan B. Plan E Dit deelgebied sluit aan de noordzijde op twee punten aan op plan A Plan F In dit deelgebied kan bovengronds worden afgekoppeld. Het afvoerend oppervlak van dit deel is in het GAP buiten beschouwing gelaten. Plan G Plan G omvat het oostelijke deel van de kern Herwijnen. Dit deel sluit aan de westzijde op twee plaatsen aan op plan B. Aan de zuidzijde sluit dit plan aan op plan A. 5.5 Hydraulische controleberekening Het rwa-stelsel van Herwijnen is gedimensioneerd op het afkoppelen van circa 9,4 ha. Om aan de basisinspanning te voldoen moet een verhard oppervlak van 2,5 ha worden afgekoppeld. Het diameterverloop van het rwa-rioolstelsel is in bijlage 2B weergegeven. De gemeente gaat in beginsel enkel uit van het afkoppelen van het wegoppervlak, circa 5,3 ha. In tabel 5.1 is het afvoerend oppervlak weergegeven dat voor het dimensioneren van het rwa-stelsel is gebruikt. Tabel 5.1: Overzicht afvoerend oppervlak rwa-stelsel Herwijnen

$ %

#

#

Figuur 5.3: Waking bij bui 8 Herwijnen



De afvoercapaciteit van het rioleringsontwerp is getoetst op het probleemloos verwerken van bui 8 van de Leidraad Riolering. Hierbij dient geen water op straat worden berekend. Bij aanvang van de berekening is het stelsel gevuld op NAP +0,70 m. In figuur 5.3 is de minimale waking weergegeven. De minimale waking bedraagt 0,02 m bij putnummer H029. 5.6 Effect afkoppelen In tabel 5.2 is het verhard oppervlak per type verharding van de kern absoluut en procentueel weergegeven. Tabel 5.2: Hoeveelheid en type af te koppelen verharding Herwijnen afkoppelen


wegen


wegen + daken

[ha]

[ha]

[ha]

[ha]

11,9

5,3

7,4

9,4

100%

45%

62%

79%

In figuur 5.4 is het effect van het afkoppelen op de vuiluitworp weergegeven wanneer bij verschillende percentages wordt afgekoppeld. De berging en het huidige verhard oppervlak is afkomstig uit het kenmerkenblad en bedraagt respectievelijk 694 m³ en 11,9 ha. Het effect van het afkoppelen is bij twee omstandigheden weergegeven: • Als de huidige pompcapaciteit van 0,7 mm/h ten opzichte van het huidig verhard oppervlak gehandhaafd blijft en; • Als de pompcapaciteit van 0,7 mm/h ten opzichte van het aangesloten verhard oppervlak bedraagt. Herwijnen 100% 90% 80% 70%

Emissie


50% 40% 30% 20% 10% 0% 0%

10%

20%

30%

40%

50%

60%

70%

80%

90%

100%

Afkoppelpercentage

Figuur 5.4: Effect afkoppelen op vuiluitworp

5.7 Probleemgerichte afkoppeling In de kern Herwijnen is reeds een bergbezinkleiding aangelegd. Naast de aanleg van de bergbezinkleiding dient hier 2,5 ha verhard oppervlak te worden afgekoppeld om aan de basisinspanning te kunnen voldoen. Volgende projecten zullen in dit kader worden uitgevoerd. Rioolvervanging en afkoppeling van de Nieuwe Steeg in combinatie met nieuwbouw. Rioolvervanging en afkoppeling van de Zworrelstraat, parkeerplaats voor het dorpshuis incl. dorpshuis en voetbalkantine in combinatie met bouw van gezondheidscentrum.



Rioolvervanging en afkoppeling van de Achterweg tussen de Nieuwe Steeg en de Sluimerskamp, schoolplein en –gebouw (school met de Bijbel), Huize Avondlicht, bedrijfspanden aan de zuidzijde van de Achterweg en het gedeelte van de Sluimerskamp. Afkoppeling van de parkeerplaats van de kerk (Achterweg huisnr. 13), voormalige brandweerkazerne, schoolplein en –gebouw van de openbare basisschool. 5.8 Kostenraming In tabel 5.3 is een indicatief kostenoverzicht van het afkoppelen in Herwijnen weergegeven. Tabel 5.3: Kostenoverzicht afkoppelen Herwijnen Kosten afkoppelen wegen







aansluiting huizen

€ 3.129.764,-

€ 3.358.514,-

€ 3.983.514,-

€ 4.608.514,-

Probleemgerichte afkoppeling icm.rioolrenovaties (2,5 ha afkoppelverplichting) (afkoppeling pleinen, parkeerplaatsen en aantal wegen)

€ 1.406.794,-


#

"

6.1 Huidige situatie De oude kern van Heukelum ligt geheel op een dijk. Het westelijke deel van Heukelum ligt aanzienlijk lager dan de Oude kern. In de gehele kern Heukelum ligt een gemengd rioolstelsel. In de straat Inzetter is een rwa-riool aanwezig. Heukelum loost via een gemaal van het waterschap op de rwzi Asperen. De Torenstraat is de officiële waterkering van het Waterschap. In de waterkering ligt riolering. De bestaande situatie wordt gedoogd. Bij vernieuwing wordt de volgende voorkeursvolgorde aangehouden: In principe riolering buiten waterkering leggen (met alle zones die daarbij horen). Vervolgens wordt bekeken of de leiding dan buiten het theoretisch profiel kan worden gelegd. Maar dit moet ook reëel en mogelijk zijn, bijvoorbeeld in verband met huisaansluitingen. Als het voorgaande niet mogelijk is, kan de bestaande leiding in de dijk vervangen worden. Hierbij moet wel de oude leiding verwijderd worden. Aandachtspunt hierbij is bij dijkkruisingen in het riool een afsluiter opgenomen moet worden, zodat er geen doorgaande verbinding kan worden gemaakt bij calamiteiten. De kruising moet drukloos kunnen worden gemaakt en moet voldoen aan NEN 3650. Aan de kwaliteit cq materiaal van de leidingen worden ook eisen gesteld. Het is gewenst om hier in een toekomstig ontwerp rekening mee te houden. Met het oog op de kosten is het gewenst de kering zo min mogelijk te kruisen. 6.2 Oppervlaktewater In en rondom Heukelum ligt een aantal watergangen waarop hemelwater kan worden geloosd. Het hemelwater loost door vijf uitlaten op A-watergangen. In figuur 6.1 zijn de watergangen, in vijf categorieën, met de locaties van de nieuwe uitlaten schematisch weergegeven. In de oude kern is het zomerpeil vastgesteld op NAP + 0,80 m en in de westelijke kern bedraagt het zomerpeil NAP -0,40 m. De zuidelijke uitlaat ligt in een peilgebied met zomerpeil NAP - 0,30 m. In Heukelum is een waterbergingsopgave van 0,25 ha. Deze kan waarschijnlijk via in- en uitbreidingen worden gerealiseerd.


Afkoppelplan kern Heukelum

Uitlaat

Figuur 6.1 Watergangen in en rondom kern Heukelum

6.3 Deelgebieden De huidige riolering is in verschillende fasen aangelegd. Uit het overzicht van het jaar van aanleg blijkt dat de riolering in het centrum van de kern: de Achterweg en de Groene Wal het meest gedateerd is, aangelegd tussen 1950-1959. Aan de dijk en in het noordelijke gedeelte van de dorpskern is de riolering afkomstig uit 1970. In het westen van Heukelum is de riolering recentelijk aangelegd, 1990 - 1999. In bijlage 1C is een overzicht weergegeven van het jaar van aanleg van het bestaande gemengde rioolstelsel. Aan de hand van het jaar van aanleg is het plangebied in deelgebieden opgesplitst. In figuur 6.2 zijn de deelgebieden weergegeven. De codes van de deelgebieden geven aan in welke volgorde ze dienen worden afgekoppeld.




6.4 Ontwerp rwa-stelsel De rioleringsschematekening, R10-04, is in bijlage 5 opgenomen. In bijlage 6C zijn de kenmerken van de nieuwe lozingspunten weergegeven. Plan A In plan A loost het rwa-stelsel via één lozingspunt aan de Groenewal op het oppervlaktewater. Het zomerpeil staat hier op NAP + 0,80 m. Plan B In plan B loost het rwa-stelsel via een lozingspunt in de Lingewal op de Linge. Hier bedraagt het zomerpeil NAP + 0,80 m. In de Torenstraat wordt niet afgekoppeld omdat dit de officiële waterkering is. Plan C In het zuiden van plan C ligt een uitlaat welke loost op oppervlaktewater in een ander peilgebied dan in het overige deel van de westelijke kern. Hierom dient voor de uitlaat een overstortput worden gerealiseerd met een drempelniveau van NAP – 0,10 m en drempelbreedte van 2,5 m. Plan D Plan D sluit in het zuiden aan op plan C. In het midden van plan D is een uitlaat voorzien. Via deze uitlaat mag volgens het Waterschap bij bui 9 maar 2,0 ha lozen. Wanneer zowel daken als wegen worden afgekoppeld zal circa 3,58 ha lozen via de uitlaat. Met de gemeente is echter afgesproken dat in eerste instantie enkel de wegen worden afgekoppeld. In dit geval loost er 1,95 ha verhard oppervlak via de uitlaat. Wanneer alleen de wegen worden afgekoppeld blijft het verhard oppervlak dus onder de door het Waterschap gestelde 2 ha. Plan E Het rwa-stelsel in Plan E sluit aan op het rwa-stelsel in plan D. Plan F In plan F, de Groenweg en de Lingewal, wordt niet afgekoppeld. Plan G Het rwa-stelsel in plan G sluit in het zuidoosten aan op het rwa-stelsel van plan C. In de Inzetter is al een stuk regenwaterriolering en drainage aanwezig. Er is geen informatie over de diameter of hoogteligging bekend. Om deze reden is bij het ontwerp van het rwa-stelsel geen rekening met het bestaande regenwaterriool gehouden. Plan J Het rwa-stelsel in plan J sluit in het zuiden aan op het rwa-stelsel van plan G. 6.5 Hydraulische controleberekening Het rwa-stelsel van Heukelum is gedimensioneerd op het afkoppelen van circa 10,3 ha. Het diameterverloop van het rwa-rioolstelsel is in bijlage 2C weergegeven. De gemeente gaat in beginsel enkel uit van het afkoppelen van het wegoppervlak, circa 5,4 ha. In tabel 6.1 is het afvoerend oppervlak weergegeven dat voor het dimensioneren van het rwa-stelsel is gebruikt. Tabel 6.1: Overzicht afvoerend oppervlak rwa-stelsel Heukelum

&

&

#

"

De afvoercapaciteit van het rioleringsontwerp is getoetst op het probleemloos verwerken van bui 8 van de Leidraad Riolering. Hierbij dient geen water op straat worden berekend. In figuur 6.3 is de minimale waking in Heukelum west weergegeven. Het stelsel is bij aanvang van de



berekening gevuld op NAP – 0,40 m. De minimaal berekende waking in Heukelum west bedraagt 0,06 m bij putnummer H067.

Figuur 6.3: Waking bui 8 Heukelum west

In figuur 6.4 is de berekende waking bij bui 8 in Heukelum oost weergegeven. De minimaal berekende waking bedraagt 1,12 m bij putnummer H010.

Figuur 6.4: Waking bui 8 Heukelum oost



6.6 Effect afkoppelen In tabel 6.2 is het verhard oppervlak per type verharding van de kern absoluut en procentueel weergegeven. Tabel 6.2: Hoeveelheid en type af te koppelen verharding Heukelum afkoppelen


wegen


[ha]

[ha]

[ha]

wegen + daken [ha]

12,9

5,4

7,9

10,4

100%

42%

61%

80%

In figuur 6.5 is het effect van het afkoppelen op de vuiluitworp weergegeven wanneer bij verschillende percentages wordt afgekoppeld. De berging en het huidige verhard oppervlak is afkomstig uit het kenmerkenblad en bedraagt respectievelijk 1.178 m³ (waarvan 189 m³ in een BBB) en 12,9 ha. Het effect van het afkoppelen is bij twee omstandigheden weergegeven: • Als de huidige pompcapaciteit van 0,7 mm/h ten opzichte van het huidig verhard oppervlak gehandhaafd blijft en; • Als de pompcapaciteit van 0,7 mm/h ten opzichte van het aangesloten verhard oppervlak bedraagt. Heukelum 100% 90% 80% 70%

Emissie


50% 40% 30% 20% 10% 0% 0%

10%

20%

30%

40%

50%

60%

70%

80%

90%

100%

Afkoppelpercentage

Figuur 6.5: Effect afkoppelen op vuilemissie

6.7 Probleemgerichte afkoppeling In oude kern van Heukelum en omgeving van de Leijenburgplein ontstaat tijdens hevige regenval regelmatig wateroverlast, waarbij het rioolwater op straat komt. Daarbij ondervonden de laatste tijd een aantal bewoners wateroverlast in hun woningen. Deze problemen zullen door het afkoppelen opgelost worden. Omgeving van Leijenburg zal worden afgekoppeld in combinatie met nieuwbouw.



6.8 Kostenraming In tabel 6.3 is een indicatief kostenoverzicht van het afkoppelen in Heukelum weergegeven.

Tabel 6.3: Kostenoverzicht afkoppelen Heukelum








aansluiting huizen

€ 3.201.984,-

€ 3.389.559,-

€ 3.902.059,-

€ 4.414.559,-

Probleemgerichte afkoppeling icm.rioolrenovaties en wegonderhoud (Oude kern, wateroverlast)

€ 1.436.394,-


$

%

7.1 Huidige situatie Spijk is een relatief kleine kern. Aan de noordzijde ligt een dijk met daarachter de Linge. Aan de westzijde ligt een sportveld. Ten zuiden van de kern ligt een begraafplaats en ten oosten van de kern ligt voornamelijk buitengebied. Een deel van de kern is voorzien van regenwaterriolering, zie figuur 7.2. Het overige deel van de dorpskern heeft een gemengd stelsel. Aan de westzijde is drukriolering aanwezig. In het zuiden van de kern ligt een bergbezinkleiding. Hier ligt de overstortvoorziening van het gemengde stelsel. In het noorden van Spijk ligt het hoofdrioolgemaal. Voor de kern Spijk zijn geen woningbouwontwikkelingen bekend tijdens het opstellen van dit rapport. 7.2 Oppervlaktewater In en rondom Spijk ligt een groot aantal watergangen waarop hemelwater kan worden geloosd. Het hemelwater loost door twee uitlaten op watergangen met de categorie A. In figuur 7.1 zijn de watergangen, in vijf categorieën, met de locaties van de nieuwe uitlaten schematisch weergegeven. Binnen het plangebied is het zomerpeil vastgesteld op NAP -0,85 m.

Uitlaat

Figuur 7.1 Watergangen in en rondom kern Spijk

7.3 Deelgebieden De huidige riolering is in verschillende fasen aangelegd. Uit het overzicht van het jaar van aanleg blijkt dat de riolering in Spijk tussen 1960 en 1990 is aangelegd. Het deel dat na 1990 is


Afkoppelplan kern Spijk

aangesloten is doorgaans gescheiden gerioleerd. In bijlage 1D is een overzicht weergegeven van het jaar van aanleg van het bestaande gemengde rioolstelsel. Op basis van het jaar van aanleg van de huidige riolering is de kern Spijk in deelgebieden opgesplitst. In figuur 7.2 zijn de deelgebieden weergegeven, waarbij de code de volgorde van aanleg weergeeft.


7.4 Ontwerp rwa-stelsel Het ontworpen rwa-rioolstelsel heeft twee uitlaten op oppervlaktewater. De plaatsbepaling van de uitlaten is aan hand van bestaande overstortlocaties vastgesteld. De rioleringsschematekening R10-06 is in bijlage 5 opgenomen. In bijlage 6D zijn de kenmerken van de nieuwe lozingspunten weergegeven. Plan A Aan de zuidzijde van dit deelgebied zijn, ter hoogte van Kweldijk, twee uitlaten geprojecteerd: put H001 en H003. Put H030 is, met putbodem op NAP -1,79 m, het laagste punt in het rwastelsel. Het aanwezige gescheiden stelsel (put H10 en H05) wordt op plan A aangesloten. In de ruimte tussen de Spijkse Kweldijk en de Kerklaan is een bestaand grasveld dat mogelijk ruimte biedt voor een wadi. Hierop kan de wegverharding ten westen van de Kerklaan worden aangesloten. In §7.5 wordt nader op de wadi ingegaan. In het ontwerp van het regenwaterstelsel is geen rekening gehouden met de aanleg van de wadi. Plan B Dit deelgebied sluit aan de westzijde aan op plan A. Aan de zuidzijde sluit het bestaande gescheiden stelsel gelegen in Mark aan op plan B. 7.5 Ontwerp wadi Spijkse Kweldijk - Kerklaand Tussen de Spijkse Kweldijk, de Plantagestraat en de Kerklaan ligt een grasveld dat eventueel kan worden ingezet als wadi. Aan de westzijde van de wadi ligt een verhoogd dijkvormig lichaam. Op dit moment liggen de woningen van de Kerklaan aan de oostzijde zo laag en dichtbij dat de wadi een risico zou vormen. In de toekomst zullen deze woningen echter worden afge-



broken. Op dit moment is het grasveld gedeeltelijk als speelveld ingericht. Dit gaat moeilijk samen met de functie van wadi. 2

Het beschikbare oppervlak voor de wadi bedraagt maximaal circa 500 m . Als vuistregel kan worden aangehouden dat het wadi-oppervlak 10% van het afvoerend oppervlak bedraagt. Dit 3 bedraagt dan 5.000 m . De weg ten westen van het grasveld (Spijkse Kweldijk) heeft een op2 pervlakte van circa 1.000 m . Om dit water te verwerken is een wadi van globaal 20 x 5 m met een bergende diepte van 0,3 m voldoende. 7.6 Hydraulische controleberekening Het rwa-stelsel van Spijk is gedimensioneerd op het afkoppelen van circa 1,8 ha. Het diameterverloop van het rwa-rioolstelsel is in bijlage 2D weergegeven. De gemeente gaat in beginsel enkel uit van het afkoppelen van het wegoppervlak, circa 0,9 ha. In tabel 7.1 is het afvoerend oppervlak weergegeven dat voor het dimensioneren van het rwa-stelsel is gebruikt. Tabel 7.1: Overzicht afvoerend oppervlak rwa-stelsel Spijk

'

'

%

"!"#

#

!

"

De afvoercapaciteit van het rioleringsontwerp is getoetst op het probleemloos verwerken van bui 8 van de Leidraad Riolering. Hierbij dient geen water op straat worden berekend. Bij aanvang van de berekening is het rwa-stelsel gevuld op NAP – 0,85 m. In figuur 7.3 is de minimale waking weergegeven.

Figuur 7.3: Waking Spijk bui 8

De minimale waking bedraagt 0,89 m bij putnummer H004



7.7 Effect afkoppelen In tabel 7.2 is het verhard oppervlak per type verharding van de kern absoluut en procentueel weergegeven. Tabel 7.2: Hoeveelheid en type af te koppelen verharding Spijk afkoppelen


wegen


wegen + daken

[ha]

[ha]

[ha]

[ha]

1,8

0,9

1,4

1,8

100%

48%

75%

100%

In figuur 7.4 is het effect van het afkoppelen op de vuiluitworp weergegeven wanneer bij verschillende percentages wordt afgekoppeld. De berging en het huidige verhard oppervlak is afkomstig uit het kenmerkenblad en bedraagt respectievelijk 126 m³ en 1,8 ha. Het effect van het afkoppelen is bij twee omstandigheden weergegeven: • Als de huidige pompcapaciteit van 0,7 mm/h ten opzichte van het huidig verhard oppervlak gehandhaafd blijft en; • Als de pompcapaciteit van 0,7 mm/h ten opzichte van het aangesloten verhard oppervlak bedraagt. Spijk 100% 90% 80% 70%

Emissie


50% 40% 30% 20% 10% 0% 0%

10%

20%

30%

40%

50%

60%

70%

80%

90%

100%

Afkoppelpercentage


7.8 Probleemgerichte afkoppeling In de kern Spijk zijn er weinig problemen bekend. Spijk is grotendeels afgekoppeld waardoor momenteel afkoppelen niet noodzakelijk wordt geacht. 7.9 Kostenraming In tabel 7.3 is een indicatief kostenoverzicht van het afkoppelen in Spijk weergegeven.



Tabel 7.3: Kostenoverzicht afkoppelen Spijk








Probleemgerichte afkoppeling (geen problemen)

aansluiting huizen

€ 500.732,-

€ 583.082,-

€ 808.082,-

€ 1.033.082,-

geen afkoppeling


&

8.1 Huidige situatie De kern Vuren ligt ten noorden van de Waal. Rondom de kern zijn geen relevante bijzonderheden. Aan de westzijde van kern Vuren ligt een gescheiden rioolstelsel. Ter hoogte van de Esdoornlaan is het hemelwater afgekoppeld door rwa-riolering. Aan de oostzijde van de kern is in de Merellaan bovengronds door bermpassage afgekoppeld. Aan de noordzijde van de kern is de Gemeente voornemens tot bovengronds afkoppelen. Het rapport: Beoordeling riolering en maatregelplan, kern: Vuren en Herwijnen, Beheermeester van februari 2009 is gebruikt om te bekijken of er op korte termijn grootschalige rioolvervanging plaatsvindt, dit is echter niet het geval. 8.2 Oppervlaktewater In en rondom Vuren liggen een groot aantal watergangen waarop hemelwater kan worden geloosd. Het hemelwater loost door vijf uitlaten op watergangen met de categorie A en B. In figuur 8.1 zijn de watergangen, in vijf categorieën, met de locaties van de nieuwe uitlaten schematisch weergegeven. Vuren ligt in één peilgebied waarbij het zomerpeil NAP 0,00 m is.

Uitlaat

Figuur 8.1 Watergangen in en rondom kern Vuren

8.3 Deelgebieden De huidige riolering is in fasen opgebouwd. Uit het overzicht van het jaar van aanleg blijkt dat de riolering in Mildijk het meest gedateerd is (aangelegd tussen 1940-1949). Ten zuiden van Mildijk is de riolering afkomstig uit de jaren ’60. In bijlage 1D is een overzicht weergegeven van het jaar van aanleg van het bestaande gemengde rioolstelsel. Op basis van het jaar van aanleg van de huidige riolering is de riolering van de kern Vuren in deelgebieden opgesplitst. In figuur 8.2 zijn de deelgebieden weergegeven, met de daarbij behorende volgorde in aanleg.


Afkoppelplan kern Vuren


8.4 Ontwerp rwa-stelsel Het ontworpen rwa-rioolstelsel heeft vijf uitlaten op oppervlaktewater. De rioleringsschematekening R10-06 is in bijlage 5 opgenomen. In de volgende sub-paragrafen wordt van elk deelgebied een korte toelichting gegeven. In bijlage 6E zijn de kenmerken van de nieuwe lozingspunten weergegeven. Plan A In dit deelgebied wordt geen rwa-riool aangelegd. Het gehele afvoerend oppervlak kan bovengronds afvoeren naar landelijk gebied. Dit is in het GAP buiten beschouwing gelaten. Plan B Aan de westzijde van plan B is een uitlaat aan de westzijde geprojecteerd. Aan de oostzijde van het deelgebied sluit het rioolstelsel aan op de reeds aanwezige rwa-riolering van Mildijk. Plan C Aan de noordzijde van dit deelgebied sluit dit gebied aan op plan B. Ter hoogte van De Enk sluit het deelgebied aan op de bestaande rwa-riolering. Ten zuiden van het deelgebied is een uitlaat geprojecteerd. Het Waterschap heeft berekend dat de pieklozing 0,9 m3/s mag bedragen bij een Leidraad Riolering bui 9. Bij een hydraulische controleberekening met bui 9, waarbij zowel de daken als wegen als afvoerend oppervlak zijn beschouwd, is een maximaal debiet van 0,180 m³/s berekend. Het lozingspunt mag in deze situatie aangelegd worden. Plan D Aan de noordzijde van dit plangebied zijn twee uitlaten geprojecteerd. De uitlaat ter hoogte van de Anjerlaan is tevens het laagste punt van het gehele rwa-rioolstelsel. Het verhard oppervlak van de Tulpenlaan, Vinkenlaan en Merellaan wordt bovengronds afgekoppeld. Hier wordt geen rwa-riolering aangelegd. De toetsing van het ontwerp van de wadi’s in de Tulpenlaan en Vinkenlaan is weergegeven in notitie 13/99095768/GL (Grontmij 2009) Plan E Dit deelgebied heeft een uitlaat aan de noordzijde. Het deelgebied sluit aan de oostzijde aan op plan D. Aan de noordoostzijde van dit deelgebied wordt het verharde oppervlak in verband met ruimtegebrek niet afgekoppeld. Plan F Dit deelgebied sluit aan de noordzijde aan op plan B.



8.5 Hydraulische controleberekening Het rwa-stelsel van Vuren is gedimensioneerd op het afkoppelen van circa 7,7 ha. Het diameterverloop van het rwa-rioolstelsel is in bijlage 2E weergegeven. De gemeente gaat echter in beginsel enkel uit van het afkoppelen van het wegoppervlak, circa 3,9 ha. In tabel 8.1 is het afvoerend oppervlak weergegeven dat voor het dimensioneren van het rwa-stelsel is gebruikt. Tabel 8.1: Overzicht afvoerend oppervlak rwa-stelsel Vuren

&

$

" # #

!

" !

!

Aanvullend is er in de Merellaan en in de Vinkenlaan bovengronds afgekoppeld. In tabel 8.2 is het afvoerend oppervlak weergegeven. Tabel 8.2: Overzicht afvoerend oppervlak bovengronds afkoppelen Vuren

(

)

*

+ &

,

"!

#

!

#!

De afvoercapaciteit van het rioleringsontwerp is getoetst op het probleemloos verwerken van bui 8 van de Leidraad Riolering. Hierbij dient geen water op straat worden berekend. Bij aanvang van de hydraulische controleberekening is het stelsel gevuld op NAP 0,00 m. In figuur 8.3 is de minimale waking weergegeven.

Figuur 8.3: Waking bui 8 Vuren

De minimale waking bedraagt 0,04 m bij putnummer H074. 8.6 Effect afkoppelen In Tabel 8.3 is het verhard oppervlak per type verharding van de kern absoluut en procentueel weergegeven. Tabel 8.3: Hoeveelheid en type af te koppelen verharding Vuren afkoppelen


wegen


wegen + daken

[ha]

[ha]

[ha]

[ha]

10,3

3,9

5,8

7,7

100%

38%

56%

74%



In figuur 8.4 is het effect van het afkoppelen op de vuiluitworp weergegeven wanneer bij verschillende percentages wor 1`dt afgekoppeld. De berging en het huidige verhard oppervlak is afkomstig uit het kenmerkenblad en bedraagt respectievelijk 826 m³ (waarvan 221 m³ in een BBB) en 10,3 ha. Het effect van het afkoppelen is bij twee omstandigheden weergegeven: • Als de huidige pompcapaciteit van 0,7 mm/h ten opzichte van het huidig verhard oppervlak gehandhaafd blijft en; • Als de pompcapaciteit van 0,7 mm/h ten opzichte van het aangesloten verhard oppervlak bedraagt. Vuren 100% 90% 80% 70%

Emissie


50% 40% 30% 20% 10% 0% 0%

10%

20%

30%

40%

50%

60%

70%

80%

90%

100%

Afkoppelpercentage


8.7 Probleemgerichte afkoppeling In Vuren ontstaat tijdens hevige regenval regelmatig wateroverlast, waarbij het rioolwater op straat komt. Daarbij ondervonden de laatste tijd een aantal bewoners wateroverlast in hun woningen. Deze problemen zullen door het afkoppelen opgelost worden. Momenteel wordt een nieuw Basis Rioleringsplan opgesteld om te kunnen bepalen waar de maatregelen gerealiseerd moeten worden. 8.8 Kostenraming In tabel 8.4 is een indicatief kostenoverzicht van het afkoppelen in Vuren weergegeven. Tabel 8.4: Kostenoverzicht afkoppelen Vuren Kosten afkoppelen wegen







aansluiting huizen

€ 2.252.236,-

€ 2.426.086,-

€ 2.901.086,-

€ 3.376.086,-

Probleemgerichte afkoppeling icm.rioolrenovaties en wegonderhoud (wateroverlast)

€ 1.838.996,-


'

Jaar van aanleg riolering


Bijlage 1: Jaar van aanleg riolering

1A

Jaar van aanleg Asperen

1B

Jaar van aanleg Herwijnen


Bijlage 1: Jaar van aanleg riolering (Vervolg 1)

1C

Jaar van aanleg Heukelum

1D

Jaar van aanleg Spijk


Bijlage 1: Jaar van aanleg riolering (Vervolg 2)

1E

Jaar van aanleg Vuren


'

Diameterverloop


Bijlage 2: Diameterverloop

2A

Diameterverloop rwa-stelsel Asperen

2B

Diameterverloop rwa-stelsel Herwijnen


Bijlage 2: Diameterverloop (Vervolg 1)

2C

Diameterverloop rwa-stelsel Heukelum

2D

Diameterverloop rwa-stelsel Spijk


Bijlage 2: Diameterverloop (Vervolg 2)

2E

Diameterverloop rwa-stelsel Vuren


'

Opbouw kosten voor afkoppelen


3A Opbouw basisprijs aanleg pvc 200 mm Kostenonderdelen 1. Leiding materiaal leggen

€/eenheid €/m 20 3

20,0 3,0 23,0

10 22 7

25,5 56,1 7,0 88,6

2 18,3 4

10,4 95,1 20,8

3,4 6,5 2 4 13 3 6

12,2 23,4 7,2 8,0 26,0 6,0 12,0 221,1

0 0 1

0,0 0,0 1,0 1,0 333,7

subtotaal 1 2. grondwerk afmetingen sleuf bxh in meters talud inhoud sleuf (m3/m) grondverzet aankoop nieuwe grond grondverbetering buis

1,7 1,5 1 0 2,55 2,55 m3 2,55 m3 subtotaal 2

3. verharding (nieuw) gem. breedte weg verwijderen bestr. aanbrengen bestr. bijkomende werkz. gem. breedte trottoir verwijderen tegels aanbrengen tegels bijkomende wekrz. trottoirbanden opnemen trottoirbanden aanbrengen opsluitbanden opnemen opsluitbanden aanbrengen

5,2 m

3,6 m

subtotaal 3 4. diversen verkeersmaatregelen toegankelijheid bebouwing kabels/bomen/leidingen subtotaal 4 Totaal excl. Toeslagen 5. AK + Winst + Risico Uitvoeringskosten Algemene kosten Winst en risico Voorbereiding,toezicht en advies, onvoorzien Totaal incl toeslagen €/m1 riool

4% 4% 4% 25%

13,3 13,3 13,3 83,4 457,2


Bijlage 3: Opbouw kosten voor afkoppelen (Vervolg 1)

Opbouw basisprijs aanleg pvc 315 mm Kostenonderdelen 1. Leiding materiaal leggen


21,0 3,0 24,0

10 22 7

36,0 79,2 7,0 122,2

2 18,3 4

10,4 95,1 20,8

3,4 6,5 2 4 13 3 6

12,2 23,4 7,2 8,0 26,0 6,0 12,0 221,1

0 0 1

0,0 0,0 1,0 1,0 368,3


1,8 2 1 0 3,6 3,6 m3 3,6 m3 subtotaal 2


5,2 m

3,6 m


4% 4% 4% 25%

14,7 14,7 14,7 92,1 504,6



Opbouw basisprijs aanleg pvc 400 mm Kostenonderdelen 1. Leiding materiaal leggen


40,0 5,0 45,0

10 22 7

38,0 83,6 7,0 128,6

2 18,3 4

10,4 95,1 20,8

3,4 6,5 2 4 13 3 6

12,2 23,4 7,2 8,0 26,0 6,0 12,0 221,1

0 0 1

0,0 0,0 1,0 1,0 395,7


1,9 1

2 0

3,8 3,8 m3 3,8 m3 subtotaal 2


5,2 m

3,6 m


4% 4% 4% 25%

15,8 15,8 15,8 98,9 542,2



Opbouw basisprijs aanleg beton 500 mm Kostenonderdelen 1. Leiding materiaal leggen


50,0 25,0 75,0

10 22 10

50,0 110,0 10,0 170,0

2 18,3 4

10,4 95,1 20,8

3,4 6,5 2 4 13 3 6

12,2 23,4 7,2 8,0 26,0 6,0 12,0 221,1

0 0 1

0,0 0,0 1,0 1,0 467,1


2 2,5 1 0 5 5 m3 5 m3 subtotaal 2


5,2 m

3,6 m


4% 4% 4% 25%

18,7 18,7 18,7 116,8 640,0





65,0 25,0 90,0

10 22 10

52,5 115,5 10,0 178,0

2 18,3 4

10,4 95,1 20,8

3,4 6,5 2 4 13 3 6

12,2 23,4 7,2 8,0 26,0 6,0 12,0 221,1

0 0 1

0,0 0,0 1,0 1,0 490,1


2,1 2,5 1 0 5,25 5,25 m3 5,25 m3 subtotaal 2


5,2 m

3,6 m


4% 4% 4% 25%

19,6 19,6 19,6 122,5 671,5





85,0 35,0 120,0

66 22 12

25,5 145,2 12,0 182,7

2 18,3 4

10,4 95,1 20,8

3,4 6,5 2 4 13 3 6

12,2 23,4 7,2 8,0 26,0 6,0 12,0 221,1

0 0 1

0,0 0,0 1,0 1,0 524,8


2,2 3 1 0 6,6 6,6 m3 6,6 m3 subtotaal 2


5,2 m

3,6 m


4% 4% 4% 25%

21,0 21,0 21,0 131,2 719,0





180,0 70,0 250,0

10 22 20

75,0 165,0 20,0 260,0

2 18,3 4

10,4 95,1 20,8

3,4 6,5 2 4 13 3 6

12,2 23,4 7,2 8,0 26,0 6,0 12,0 221,1

0 0 1

0,0 0,0 1,0 1,0 732,1


2,5 3 1 0 3 7,5 m3 7,5 m3 subtotaal 2


5,2 m

3,6 m


4% 4% 4% 25%

29,3 29,3 29,3 183,0 1003,0



Opbouw basisprijs uitlegger huisansluiting pvc 125/160 Kostenonderdelen 1. Leiding materiaal leggen

€/eenheid €/st 6m 6m

8 4

48,0 24,0 72,0

18 20

29,0 32,4 61,4 133,4

subtotaal 1 2. grondwerk afmetingen sleuf bxhxl in meters talud inhoud sleuf m3 grondverzet aankoop nieuwe grond

0,3 0,9 1 0 1,62 1,62 m3 1,62 m3

6

subtotaal 2 Totaal excl. Toeslagen 5. AK + Winst + Risico Uitvoeringskosten Algemene kosten Winst en risico Voorbereiding,toezicht en advies, onvoorzien Totaal incl toeslagen €/m1 riool

4% 4% 4% 25%

5,3 5,3 5,3 33,4 182,8

Opbouw basisprijs kolk/kolkaansluiting pvc 125/160 Kostenonderdelen 1. Leiding materiaal leggen Kolk

€/eenheid €/st 2,6 m 2,6 m 1 st

8 2 140

20,8 5,2 142,0 168,0

15 20

10,5 14,0 24,5 192,5

subtotaal 1 2. grondwerk afmetingen sleuf bxhxl in meters talud inhoud sleuf m3 grondverzet aankoop nieuwe grond

0,3 0,9 1 0 0,7 0,7 m3 0,7 m3

2,6

subtotaal 2 Totaal excl. Toeslagen 5. AK + Winst + Risico Uitvoeringskosten Algemene kosten Winst en risico Voorbereiding,toezicht en advies, onvoorzien Totaal incl toeslagen €/m1 riool

4% 4% 4% 10%

7,7 7,7 7,7 19,3 234,9



Afkoppelen wegen Asperen Leidingen combinatie korting 20%

Herwijnen

Heukelum

Spijk

Vuren

Alle kernen

4172256

3079643

3485973

555827

2345170

-834451

-615929

-697195

-111165

-469034

Putten

197700

156500

166800

27400

111600

Kolken+aansluitingen

199750

171550

146405

28670

164500

eenmalige kosten

100000

338000

100000

0

100000

Totaal kosten

€

3.835.255

€

3.129.764

€

3.201.984

€

500.732

€

2.252.236

€

12.919.970

Afkoppelen wegen en aanbrengen uitleggers tbv huisaansluitingen Asperen Leidingen combinatie korting 20%

Herwijnen

Heukelum

Spijk

Vuren

Alle kernen

4172256

3079643

3485973

555827

2345170

-834451

-615929

-697195

-111165

-469034

Putten

197700

156500

166800

27400

111600

Uitleggers Huisaansl.

274500

228750

187575

82350

173850


199750

171550

146405

28670

164500

eenmalige kosten

100000

338000

100000

0

Totaal kosten

€

4.109.755

€

3.358.514

€

3.389.559

€

583.082

100000 €

2.426.086

€

13.866.995

Afkoppelen wegen en afkoppelen huizen (voorkant) Asperen Leidingen combinatie korting 20%

Herwijnen

Heukelum

Spijk

Vuren

Alle kernen

4172256

3079643

3485973

555827

2345170

-834451

-615929

-697195

-111165

-469034

Putten

197700

156500

166800

27400

111600


274500

228750

187575

82350

173850


199750

171550

146405

28670

164500

eenmalige kosten

100000

338000

0

0

100000

afk. huizen voor Totaal kosten

750000 €

4.859.755

625000 €

3.983.514

512500 €

3.902.059

225000 €

808.082

475000 €

2.901.086

€

16.454.495

Afkoppelen wegen en afkoppelen huizen (voorkant+ achterkant) Asperen Leidingen combinatie korting 20%

Herwijnen

Heukelum

Spijk

Vuren

Alle kernen

4172256

3079643

3485973

555827

2345170

-834451

-615929

-697195

-111165

-469034

Putten

197700

156500

166800

27400

111600


274500

228750

187575

82350

173850


199750

171550

146405

28670

164500

eenmalige kosten

100000

338000

0

0

100000

afk. huizen voor Totaal kosten

1500000 €

5.609.755

1250000 €

4.608.514

€

1025000

450000

4.414.559

€ 1.033.082

950000 €

3.376.086

€

19.041.995

Afkoppelen wegen in oude kern van Asperen en Heukelum, Afkoppelverplichting Herwijnen, Afkoppeling Vuren ivm waterproblemen Asperen Leidingen combinatie korting 20%

Herwijnen

Heukelum

Spijk

Vuren

Alle kernen

2025130

1195680

1513680

0

1949870

-405026

-239136

-302736

0

-389974

Putten

88550

65250

66700

0

85100


94000

47000

58750

0

94000

eenmalige kosten Totaal kosten

100000 €

1.902.654

338000 €

1.406.794

0 €

1.436.394

0 €

-

100000 €

1.838.996

€

6.584.838


Bijlage 4: Resultaten toetsing met bui 09 (Vervolg 9)

'

Resultaten toetsing met bui 09


Bijlage 4: Resultaten toetsing met bui 09

In onderstaande figuren is de rwa-riolering voor het afkoppelplan weergegeven met de nieuwe lozingspunten. De lozingspunten zijn met een cirkel eromheen weergegeven. Het rwa-stelsel is dusdanig ontworpen dat deze een bui 8 van de Leidraad Riolering probleemloos kan afvoeren. Voor de dimensionering van het rioolstelsel is het verharde afvoerend oppervlak bepaald aan hand van de gegevens uit het beheerssysteem dg DIALOG. Ter verificatie zijn gegevens uit de BRP’s per kern vergeleken met de gegevens uit het beheersbestand. Het rwa-stelsel is gedimensioneerd op probleemloos afvoeren van regenwater van wegen alsook van daken naar het oppervlaktewater. Dit houdt de optie open om in de toekomst alsnog de daken af te koppelen en op het rwa-stelsel aan te sluiten.

Vuren C

D E

B

A

Aangesloten verhard oppervlak:

&

$

" # #

!

" !

!

In onderstaande tabel zijn de berekeningsresultaten bij toetsen met bui 09 van de Leidraad riolering per uitlaat weergegeven. Vuren A B C D E

R115U 1 R_43 R_25 R_7U

Tijdsduur min 90 100 110 100 60

Max. debiet m³/s 0,180 0,229 0,234 0,055 0,111

Volume m³ 256 441 493 110 132



Asperen B A

D

C


#!

!

!

#!

In onderstaande tabel zijn de berekeningsresultaten bij toetsen met bui 09 van de Leidraad riolering per uitlaat weergegeven. Asperen A B C D

0002 H107 0001 H172

Tijdsduur min 78 65 118 90

Max. debiet m³/s 0,205 0,250 0,511 0,552

Volume m³ 436 561 1180 1220



Heukelum B

C

A D

F E


&

&

#

"

In onderstaande tabel zijn de berekeningsresultaten bij toetsen met bui 09 van de Leidraad riolering per uitlaat weergegeven. Heukelum A B C D E F

H176 H009 H034 H047 H044 H107

Tijdsduur min 110 95 90 80 48 80

Max. debiet m³/s 0,455 0,133 0,151 0,342 0,034 0,394

Volume m³ 1079 254 326 725 30 685


'

!

Rioleringschematekening


Bijlage 5: Rioleringschematekening


'

#

Kenmerken toekomstige lozingspunten


HU

HU

HU

0002

H107

H172

Opmerkingen:

HU

0001

Status

Toekomst

Toekomst

Toekomst

Toekomst

Lozingswerk Nummer Type

Heukelumseweg

Leerdamseweg

Schutterij

Waterpoort

straatnaam en huisnr.

Gemeente: Lingewaal Woonkern (gebied): Asperen Gegevens lozingswerken toekomstige situatie in jaar:

135839,63

135777,28

135327,81

136431,52

Ontvangend oppervlaktewater

432428,84 A-categorie




Locatie X-coörd. RD-net Y-coörd. RD-net Hoogte (m+NAP)

Drempel Ingemeten Ja/nee Lengte (m)

Hydr. berekening Randvoorziening Overst.Intensiteit Verhard Type inhoud freq. (l/s/ha) oppervlak (m3) (n/jaar) (ha)

Gegevens lozingswerken toekomstige situatie (jaar ……...)

Jaar van sanering / realisatie

Aanwezige meetapparatuur

Datum: ……………..

Terugslagklep ja/nee

Spoelklep ja/nee

Bijlage 6: Kenmerken toekomstige lozingspunten

6A Kenmerken toekomstige lozingspunten Asperen


Uitlaat H145 ligt achter overstort H144

Achterweg

Achterweg

Opmerkingen:

Toekomst

Toekomst

HO

HU

Achterweg

Kromme akkers


H144

Toekomst

Toekomst

Status

H145

HU

H081

7 HU


Gemeente: Lingewaal Woonkern (gebied): Herwijnen Gegevens lozingswerken toekomstige situatie in jaar:

137530,83

137529,13

137008,89

136959,2






Locatie X-coörd. RD-net Y-coörd. RD-net Drempel Ingemeten Ja/nee

0,7 Nee

Hoogte (m+NAP)

Lengte (m)

3



Jaar van sanering / realisatie Aanwezige meetapparatuur

Datum: ……………..


Spoelklep ja/nee

Bijlage 6: Kenmerken toekomstige lozingspunten (Vervolg 1)

6B Kenmerken toekomstige lozingspunten Herwijnen


HU

HU

HU

HO

HU

H034

H047

H107

H109

H176

Opmerkingen:

HU

H009

Status

Toekomst

Toekomst

Toekomst

Toekomst

Toekomst

Toekomst


Crommen Camp

Dwarsweg

Dwarsweg

Ringovenlaan

Groenewal

Lingewal


Gemeente: Lingewaal Woonkern (gebied): Heukelum Gegevens lozingswerken toekomstige situatie in jaar:

133341,5

133664,88

133661,61

133239,38

133829,59

133510,94








Locatie X-coörd. RD-net Y-coörd. RD-net Drempel Ingemeten Ja/nee

-0,1 Nee

Hoogte (m+NAP)

Lengte (m)

2,5




Datum: ……………..


Spoelklep ja/nee


6C Kenmerken toekomstige lozingspunten Heukelum


HU

H003

Opmerkingen:

HU

H001

Status

Toekomst

Toekomst


Spijkse Kweldijk

Spijkse Kweldijk


Gemeente: Lingewaal Woonkern (gebied): Spijk Gegevens lozingswerken toekomstige situatie in jaar:

128797,75

128932,91









Datum: ……………..


Spoelklep ja/nee


6D Kenmerken toekomstige lozingspunten Spijk


HU

HU

HU

HU

H045

H061

H086

H096

Opmerkingen:

HU

H007

Status

Toekomst

Toekomst

Toekomst

Toekomst

Toekomst


de Vliet

de Vliet

Tulpenlaan

Mildijk

Enk


Gemeente: Lingewaal Woonkern (gebied): Vuren Gegevens lozingswerken toekomstige situatie in jaar:

131312,48

131547,86

131686,1

131202,88

131805,03






426102,71 B-C categorie





Jaar van sanering / realisatie

Aanwezige meetapparatuur

Datum: ……………..


Spoelklep ja/nee


6E Kenmerken toekomstige lozingspunten Vuren


BIJLAGE 8 Exploitatielasten



Exploitatie op basis van opgave gemeente (2010) en nieuwe activiteiten 2011

2012

Reguliere exploitatie Personeel van derden Eigen personeel, incl overhead Kostenplaatsen huisv. en adm Buitendienst Onderzoekskosten Energie Telefoonkosten Vegen en vuilafvoer Onderhoud Kapitaallasten Diversen Diversen (o.a. waterschap)

€ € € € € € € € € € € €

18.060,00 232.736,00 11.277,00 35.617,00 30.256,00 24.221,00 7.062,00 22.696,00 193.990,00 368.270,00 4.105,00 (17.175,00)

€ €

TOTAAL

€

532.589,00

Nieuwe exploitatielasten BRP's en vGRP Voorlichting bewoners KLIC Uitvoering baggerplan (kapitaallasten) Optimalisatie volgend uit BRP Samenwerking Kleine reparaties Rioolinspecties en reiniging Meetplan Onderzoek afkoppelsubsidie Onderzoek rioolvreemd water Opstellen hemelwaterverordening Onderzoek heffingsmaatstaven Onderzoek grondwater Uitvoering ecoscan Onderzoek industrieterrein Zeiving TOTAAL

€ € € €

€

€

€

35.617,00

€ € € €

24.221,00 7.062,00 22.696,00 193.990,00

€ €

4.105,00 (17.175,00)

€

613.576,00

opnieuw bepaald tbv Kostendekking

opnieuw bepaald tbv Kostendekking

2011 82.700,00 1.000,00 € 8.000,00 € 11.611,00 € € € 40.000,00 € € € € €

143.311,00

18.060,00 325.000,00 Verhoging ivm toekenning huisvesting, administratie, overhead, onderhoud, voorbereiding en toezicht (tbv investeringen)

€

2012 1.000,00 8.000,00 11.297,00 25.000,00 14.000,00 18.500,00 10.000,00 10.000,00 5.000,00 25.000,00

127.797,00

2013

2014

2015 €

2016 30.000,00

€ € €

1.000,00 8.000,00 10.983,00

€ € €

1.000,00 8.000,00 10.669,00

€ € €

1.000,00 8.000,00 10.355,00

€ €

8.000,00 10.041,00

€ € €

5.100,00 48.500,00 10.000,00

€ € €

5.100,00 48.500,00 10.000,00

€ € €

5.100,00 48.500,00 10.000,00

€ € €

5.100,00 36.000,00 10.000,00

€ €

5.000,00 7.500,00 €

20.000,00 € €

7.500,00 5.000,00

€

95.455,00

€

99.141,00

€

96.083,00

€

103.269,00

2017

2018

2019

2020

€

9.727,00

€

9.413,00

€

9.099,00

€

8.785,00

€

9.727,00

€

9.413,00

€

9.099,00

€

8.785,00

BIJLAGE 9 Voorbeeld Maatwerkvoorschrift



Bijlage 2: VNG Modelverordening afvoer hemelwater en grondwater (facultatief) De raad der gemeente ……… Gezien het voorstel van het college; gezien het advies van …..; gelet op artikel 10.32a van de Wet milieubeheer; overwegende dat de Wet milieubeheer de bevoegdheid biedt bij verordening regels te stellen over het brengen van afvloeiend hemelwater of grondwater op of in de bodem of in een rioolvoorziening en over het beëindigen van het lozen van afvloeiend hemelwater en grondwater in een rioolvoorziening voor afvalwater; overwegende dat het gewenst is gebruik te maken van de mogelijkheid het afvloeiend hemelwater en het grondwater in een bepaald gebied vanaf een vooraf te bepalen datum niet meer te doen afvloeien in een openbaar vuilwaterriool. besluit vast te stellen Verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater Artikel 1 Begripsomschrijvingen In deze verordening wordt verstaan onder: a. bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct hetzij indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren. b. beheerder van het openbaar riool: het college. Artikel 2 Plicht tot afkoppelen 1. De beheerder van het openbaar riool kan een gebied aanwijzen waarbinnen het verboden is een hemelwaterafvoerleiding aan te sluiten of aangesloten te houden op het openbaar vuilwaterriool. Eenzelfde gebiedsaanwijzing kan door genoemde beheerder worden gedaan ten aanzien van het vrijkomende grondwater bij drainage, oppompen of andere vormen van onttrekkingen. 2. De beheerder kan de wijze bepalen waarop het afkoppelen plaatsvindt. 3. De gebiedsaanwijzing heeft geen betrekking op inrichtingen in de zin van de Wet milieubeheer en op de openbare weg. 4. Bij het vaststellen van de gebiedsaanwijzing houdt de beheerder van het openbaar riool rekening met het gemeentelijk rioleringsplan. 5. De gebiedsaanwijzing treedt in werking met ingang van de ….. week na de dag waarop zij bekend is gemaakt. 6. De beheerder kan ontheffing verlenen van de verplichting tot afkoppelen die voortvloeit uit de gebiedsaanwijzing, indien van de eigenaar van het bouwwerk, open erf of terrein redelijkerwijs geen andere wijze van afvoer van het hemelwater kan worden gevergd. 7. Op de voorbereiding van de gebiedsaanwijzing is afdeling 3:4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing. Artikel 3 Strafbepaling Overtreding van het krachtens artikel 2 bepaalde en de daarbij gegeven voorschriften en beperkingen wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie.

Onderwerp Modelverordening afvoer hemelwater en grondwater op riolering Datum 16 juli 2009

12

Artikel 4 Toezichthouders Met het toezicht op de naleving van de bepalingen bij of krachtens deze verordening gesteld zijn belast de bij besluit van het college aan te wijzen personen of groep van personen. Artikel 5 Inwerkingtreding Deze verordening treedt in werking op ….. Artikel 6 Citeertitel Deze verordening wordt aangehaald als Verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater. Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van …….. (datum). De voorzitter,

De griffier,


13

Toelichting Algemeen Met de inwerkingtreding van de Wet Gemeentelijke Watertaken per 1 januari 2008 is o.a. de Wet milieubeheer gewijzigd. In artikel 10.32a van de Wet milieubeheer is opgenomen dat gemeenteraden een nieuwe bevoegdheid hebben en in het belang van de bescherming van het milieu bij verordening regels kunnen stellen aan het lozen van afvalwater op de riolering. Hiermee hebben gemeenten een nieuw instrument gekregen om de gemeentelijke watertaken (zorgplichten) vorm te geven. De wet geeft een bevoegdheid. Dit betekent dat gemeenten niet verplicht zijn een verordening voor het lozen van afvalwater op de riolering te hebben. Het rioleringsbeleid is neergelegd in het gemeentelijk rioleringsplan (GRP). Over de riolering en de aansluiting van bouwwerken op de openbare riolering staan voorschriften in het Bouwbesluit 2003 (BB) en de (Model-)bouwverordening (MBV). De onderhavige verordening is aanvullend en komt niet in strijd met plichten die elders zijn vastgelegd. Bij strijd zou de hogere regeling – het Bouwbesluit – voorgaan. Situatie I: Nieuwbouw in een bestaand bebouwd gebied waar een gebiedsaanwijzing geldt (art. 2 van deze verordening). Voor nieuwbouw bestaat niet de plicht – wel een kunnen – om de afvoer van hemelwater aan te sluiten op de openbare riolering (art. 3.43, lid 2 BB). Zodra een aanwijzingsbesluit geldt met de bepaling dat het riool uitsluitend is bestemd voor afvalwater en fecaliën waarop geen hemelwater mag worden geloosd, is het ‘kunnen’ feitelijk niet meer aanwezig. De wijze waarop het hemelwater wordt afgevoerd dient te voldoen aan het doelvoorschrift van art. 3.41, lid 1 BB: een voor de gezondheid nadelige situatie wordt voorkomen. In art. 2.7.4 MBV is dit verwerkt met alternatieven voor gemengd en gescheiden rioolstelsel. Situatie II: Bestaande bouw is aangesloten op het openbaar gemengd rioolstelsel in een gebied waar een gebiedsaanwijzing geldt (art.2 van deze verordening). Voor de bestaande bouw geldt enkel een plicht de aansluiting aan het riool aanwezig te hebben en te houden voor de afvoer van afvalwater en fecaliën (art. 3.36 BB). Een plicht tot het afkoppelen van het hemelwater als bedoeld in deze verordening komt hiermee niet in strijd. De wijze waarop het hemelwater wordt afgevoerd nadat dit is afgekoppeld, dient te voldoen aan het doelvoorschrift van art. 3.36, lid 1 BB: een voor de gezondheid nadelige situatie wordt voorkomen. Art. 5.3.4 MBV verwijst naar art. 3.36 BB en is enkel van toepassing op de daarin verplicht gestelde voorzieningen. Artikel 1 Begripsbepalingen Bouwwerk Een definitie van het begrip bouwwerk geeft de Wet milieubeheer niet, de VNG houdt in de model bouwverordening (MBV) een in de jurisprudentie aanvaarde definitie aan: bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct hetzij indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren.


14

Deze omschrijving is in deze verordening overgenomen. De plicht een bouwwerk aan te sluiten aan het openbaar riool staat in de MBV (art. 2.7.4 en 5.3.4). Aan de hand van de vier elementen van de definitie van het begrip bouwwerk: 1) constructie, 2) van enige omvang, 3) met de grond verbonden, 4) bedoeld om ter plaatse te functioneren, wordt bepaald op een object een bouwwerk is of niet. Over het begrip bouwwerk bestaat een uitgebreide jurisprudentie, het is niet zonder meer duidelijk wanneer aan de vier voorwaarden wordt voldaan om tot de conclusie te komen dat een object een bouwwerk is. Een uitgebreide opsomming van jurisprudentie kunt u vinden in de toelichting op de Model-bouwverordening van de 'Standaardregelingen in de bouw' (Sdu uitgevers bv, Den Haag). - beheerder openbaar riool De in artikel 2 genoemde beheerder van het openbaar riool is het college van burgemeester en wethouders. Een begripsbepaling voor open erf en terrein is niet opgenomen. Met het besluit tot gebiedsaanwijzing en de bijbehorende kaart heeft het college voldoende mogelijkheden om open erven en terreinen al dan niet onder de werking van het besluit en daarmee de plicht tot afkoppelen te brengen.

Artikel 2 Plicht tot afkoppelen Inleiding Dit artikel biedt de mogelijkheid om een eigenaar van een bouwwerk, die niet uit vrije wil meewerkt aan de uitvoering van een rioleringsplan, te dwingen de hemelwaterafvoer los te koppelen van het vuilwaterriool. Een dergelijke verplichting voor bestaande bouwwerken is enkel mogelijk indien een andere wijze van afvoeren of verwerken van hemelwater redelijk is. Een afweging tussen de kosten van het afkoppelen en het treffen van voorzieningen die daarmee verband houden in relatie tot de voordelen die hiervan worden verwacht (o.a. het milieurendement en mogelijke reductie van wateroverlast) en de relatie met de ouderdom van het bouwwerk waarin of waaraan de voorzieningen worden getroffen, dient plaats te vinden en inzichtelijk te worden gemaakt bij het effectief maken van de bedoelde verplichting. Voor grondwater dat vrijkomt bij drainage, oppompen of andere vormen van onttrekkingen of ontwateren geldt een gelijke situatie. Ook hier kan het wenselijk zijn dat het water op een andere wijze wordt afgevoerd dan via het vuilwaterriool. Het artikel werkt pas nadat met betrekking tot de riolering in een bepaalde kern, buurt, wijk of straat een situatie is ingetreden, waardoor het naar het oordeel van de beheerder van het rioleringsstelsel nodig wordt het loskoppelen en het op andere wijze afvoeren van het hemelwater te verlangen. Meestal zal dit zijn na een renovatie, groot onderhoud, geheel vernieuwen van het rioolstelsel, waarbij hetzij een gemengd stelsel wordt vervangen door een gescheiden rioolstelsel, hetzij een mogelijkheid bestaat af te voeren op andere wijze. Het is echter ook mogelijk het afkoppelen op te leggen zonder renovatie of aanleg van een gescheiden openbaar rioolstelsel, bijvoorbeeld in geval van wateroverlast als gevolg van een beperkte capaciteit van de riolering. Het kunnen beschikken over dit nieuwe artikel is van belang voor het handhaven van de plicht tot


15

afkoppelen bij huishoudens. De gemeenteraad is verplicht een gemeentelijk rioleringsplan (GRP) vast te stellen ingevolge artikel 4.22 Wet milieubeheer. Dit plan bevat beleid en normering voor het rioleringsstelsel in de gemeente en geeft aan wanneer vernieuwing en onderhoud plaatsvindt. Daarnaast zal de gemeente uiterlijk voor eind 2012 de zorgplichten voor het afvalwater, hemelwater en grondwater in het (verbreed) GRP moeten hebben geformuleerd. De basis voor de verplichting tot afkoppeling – inclusief de afweging van de redelijkheid en de kosten – ligt in het GRP. Indien het GRP geen beleidsvoornemen bevat over het afkoppelen, kan dit artikel niet worden toegepast. Redelijkheid Art. 10.32a, tweede lid Wet milieubeheer luidt: Van de mogelijkheid, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, wordt geen gebruikgemaakt, indien van degene bij wie afvloeiend hemelwater of grondwater vrijkomt redelijkerwijs geen andere wijze van afvoer van dat water kan worden gevergd. Dit legt een beperking op aan de toepassing van de bevoegdheid uit art. 5.3.4A, en geeft een plicht tot een motivering over de redelijkheid van het opleggen of althans het effectueren van de verplichting. De redelijkheid tot het invoeren van een plicht tot afkoppelen in een bepaald gebied wordt overwogen en gemotiveerd bij het opstellen van het GRP. Daarnaast is voor gevallen waarin de plicht onredelijk uitwerkt een mogelijkheid tot ontheffing opgenomen. Ontluchting De ontluchting van het rioleringsstelsel verdient bijzondere aandacht. Gebruikelijk is de ontluchting van de riolering te doen plaatsvinden via een bovendakse uitmonding. Er kunnen zich situaties voordoen dat het afkoppelen van de hemelwaterafvoer leidt tot het niet of minder effectief ontluchten. Indien valt te voorzien dat ontluchtingsproblemen ontstaan in het hoofdriool ten gevolge van het afkoppelen en er geen goede oplossing beschikbaar is dan wel deze onevenredig hoge kosten veroorzaakt, is de gebiedsaanwijzing niet mogelijk. In het GRP dient aandacht te worden besteed aan deze problematiek. Lid 1 Het eerste lid geeft de plicht tot afkoppelen van de hemelwaterafvoerleiding van het openbaar vuilwaterriool of voorzover nog geen aansluiting aan het openbaar vuilwaterriool bestaat, deze niet aan te brengen. Het gaat hier zowel om de afvoerleidingen die direct zijn aangesloten op het openbaar vuilwaterriool alsmede leidingen die op het perceel of binnen de woning/het gebouw zijn aangesloten op een gemengde leiding die op het openbaar vuilwaterriool is aangesloten. De plicht tot afkoppelen geldt voor alle eigenaren van bouwwerken, open erven en terreinen, voor zover deze zijn gelegen binnen de gebiedsaanwijzing en het desbetreffende besluit geen uitzondering bevat. Eenzelfde situatie geldt voor het grondwater. Een gebiedsaanwijzing is een besluit van algemene strekking. Dit is een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht. Bij het vaststellen van de gebiedsaanwijzing houdt de beheerder van het openbaar riool rekening met het gemeentelijk rioleringsplan. De beheerder van het openbaar vuilwaterriool is de gemeente, vertegenwoordigd door het college. De plicht tot afkoppelen is niet beperkt tot het bouwwerk, maar betreft ook open erf of terrein Bedoeld is zowel het afvloeiend hemelwater dat afkomstig is van een bouwwerk en via een dakgoot, regenpijp, afvoerbuis enz. het openbaar vuilwaterriool bereikt als het afvloeiend


16

hemelwater dat afkomstig is van een open erf of terrein en via goten, putten, afvoerbuis enz. het openbaar vuilwaterriool bereikt te omvatten. Een open erf of terrein waarin goten en putten zijn aangebracht is onder meer een terras, een oprit, een parkeerterrein, een laad- en losperron. Het is mogelijk in de gebiedsaanwijzing een onderscheid te maken in het afkoppelen van de aansluiting die zich bevindt aan de voorkant (wegzijde) van het bouwwerk en de achterkant. Dit is een gevolg van het redelijkheidscriterium uit het tweede lid van art. 10.32a Wm. Dit zal meestal voor een hele straat of een rij woningen hetzelfde zijn. Lid 2 Evenals bij de eerste aansluiting aan het riool (art. 2.7.4 Model Bouwverordening) is ook in dit artikel opgenomen dat door of vanwege de beheerder de wijze van (technisch) aansluiten wordt aangegeven. Ten aanzien van het afkoppelen kan eveneens worden aangegeven op welke wijze dit (technisch) moet gebeuren. Indien na het afkoppelen de hemelwaterafvoerleiding moet worden aangesloten aan het openbaar schoonwaterriool, biedt de bouwverordening de mogelijkheid aan te geven op welke wijze deze aansluiting (technisch) moet plaatsvinden. Lid 3 Aan een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer kunnen via de milieuvergunning of de direct werkende (maatwerk)voorschriften eisen worden gesteld. Deze kunnen betrekking hebben op het afkoppelen van de hemelwaterafvoer van het vuilwaterriool. Daarom zijn deze inrichtingen uitgezonderd van de gebiedsaanwijzing over het afkoppelen. Bedrijven, werkplaatsen, scholen, winkels enz die niet vallen onder de Wm, vallen wel onder de verplichting van dit artikel. Dit betekent dat ook scholen, buurthuizen e.d.. onder de verordening vallen, waardoor eventuele kosten van het afkoppelen voor de gemeenten zelf zijn. Een redelijke uitvoering van dit artikel brengt met zich mee, dat in het geval woningen en bedrijven onder één dak zijn gelegen en een gezamenlijke hemelwaterafvoer bezitten, het besluit omtrent de gebiedsaanzijzing betrekking heeft op het hele bouwwerk en op alle (deel-/appartements-) eigenaren. De openbare weg waarin zich normaliter goten en putten voor de afvoer van hemelwater bevinden, is uitgesloten van de plicht tot afkoppelen. Dit komt pas aan de orde wanneer de riolering in de straat wordt gesplitst in een vuilwaterriool en een schoonwaterriool. Indien aan de voorzijde van een bouwwerk het hemelwater wordt afgekoppeld van het vuilwaterriool en niet afzonderlijk wordt opgevangen of afgevoerd, komt dit vanzelf op de straat en vandaar in het vuilwaterriool. Dan heeft afkoppelen geen zin. Bij het vaststellen van de verordening kan een gemeenteraad besluiten de uitzondering in dit artikellid voor inrichtingen Wet milieubeheer weg te laten. Het gevolg hiervan is dat in een gebied waarvoor een gebiedsaanwijzing geldt als bedoeld in het eerste lid de plicht tot afkopppelen eveneens geldt voor bedrijven. Lid 4 In het vierde lid is een relatie gelegd met het gemeentelijk rioleringsplan. Dit plan bezit een wettelijke basis en is in elke gemeente aanwezig, omdat de Wet milieubeheer dit in artikel 4.22 verplicht stelt. Andere plannen, waarin mogelijk ook beleidsvoornemens staan over de riolering, hebben niet deze status, tenzij deze zijn vastgesteld door de gemeenteraad als onderdeel van het gemeentelijk rioleringsplan.


17

Lid 5 Artikel 10.32a Wm geeft aan dat de termijn waarbinnen de lozing van het hemelwater moet zijn beeindigd in de verordening wordt genoemd. Hieraan is in het derde lid voldaan. De nog in te vullen termijn dient voldoende ruimte te laten voor de eventuele bezwaarfase tegen de gebiedsaanwijzing en dient voldoende ruimte te laten voor de aannemer om planmatig in het bedoelde gebied – na verkregen opdracht van de individuele eigenaren – de werkzaamheden te kunnen verrichten. Lid 6 Er is behoefte aan een ontheffing die kan worden toegepast in uitzonderingssituaties waarin toepassing van gebiedsaanwijzing een bijzondere onbillijkheid met zich brengt die niet behoort tot de normaal beoogde gevolgen van het de gebiedsaanwijzing. Enig nadeel is aanvaardbaar. Aan een ontheffing kunnen voorschriften worden verbonden. Een voorschrift kan betrekking hebben op onder meer een uitstel van de plicht tot afkoppelen en op het treffen van een alternatieve (tijdelijke) voorziening. Lid 7 De uniforme openbare voorbereidingsprocedure, afdeling 3.4 Awb, is van toepassing verklaard. De voorbereiding van een besluit duurt iets langer. Daar staat tegenover dat de bezwaarschriftenfase na het nemen van het besluit vervalt. Artikel 3 Strafbepaling De Wet milieubeheer kent geen strafbepaling voor overtreding van een verordening als bedoeld in artikel 10.32a. Deze wet bevat een uitgebreid systeem van bestuurlijke boete, maar dit is niet gekoppeld aan art.10.32a. Daarom is in deze verordening een zelfstandige strafbepaling opgenomen, gekoppeld aan de geldboetecategorieën van art. 23 Wetboek van Strafrecht. Gekozen is voor de geldboete van de tweede categorie als bedoeld in art. 23 Wetboek van Strafrecht. Momenteel bedraagt de geldboete van de tweede categorie max € 2250,- (voor een rechtspersoon 4500,-) Voor het handhaven van gemeentelijke verordeningen geldt altijd de mogelijkheid van dwangsom en bestuursdwang. De dwangsom komt voor dit type overtreding het eerst in aanmerking. Artikel 4 Toezicht op de naleving In artikel 5:11 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) wordt aangegeven dat onder toezichthouder wordt verstaan: een natuurlijk persoon, die bij of krachtens een wettelijk voorschrift is belast met het houden van toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens enig wettelijk voorschrift. Een persoon die aangewezen is als toezichthouder beschikt in beginsel over alle in afdeling 5.2 van de Awb opgenomen bevoegdheden. Op grond van artikel 5:14 van de Awb kunnen deze bevoegdheden bij verordening of bij besluit van het college worden beperkt. In dit verband is tevens artikel 5:16a van de Awb van belang. Hierin staat beschreven dat een toezichthouder bevoegd is van personen inzage te vorderen van een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht. Het college wijst in de regel een gemeentelijke afdeling of dienst aan waarvan de ambtenaren zijn belast met het toezicht op de naleving van de verordening. Voorts kan het college (in termen van de komende Wet algemene bepalingen omgevingsrecht: bevoegd gezag) ambtenaren aanwijzen van andere afdelingen of diensten.


18

Aanwijzing betekent niet dat zij tevens opsporingbevoegd zijn. Een bepaling over buitengewone opsporingsambtenaren is overbodig en in strijd met Aanwijzing 92 van de Aanwijzingen voor de decentrale regelgeving. Immers, in artikel 142, eerste lid, aanhef en onder c, van het Wetboek van Strafvordering, is onder meer bepaald dat met de opsporing van strafbare feiten als buitengewoon opsporingsambtenaar zijn belast de personen die bij verordeningen zijn belast met het toezicht op de naleving daarvan, een en ander voor zover het die feiten betreft en de personen zijn beëdigd. Aangezien buitengewone opsporingsambtenaren hun aanwijzing aan het Wetboek van Strafvordering ontlenen, is een nadere regeling niet nodig. De aanwijzing als toezichthouder is de grondslag voor de aanwijzing als buitengewoon opsporingsambtenaar. De opsporingsbevoegdheid van de buitengewone opsporingsambtenaren beperkt zich tot die zaken waarvoor zij toezichthouder zijn. Zij dienen op grond van het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar aan eisen van vakbekwaamheid en betrouwbaarheid te voldoen en te zijn beëdigd door de procureur-generaal. Artikel 5 Inwerkingtreding De inwerkingtreding van de verordening is in beginsel acht dagen na de bekendmaking; zie artikel 142 van de Gemeentewet. De gemeenteraad kan een ander tijdstip van inwerkingtreding in de verordening vaststellen of burgemeester en wethouders in de verordening de bevoegdheid geven om de inwerkingtreding van de verordening op een nader tijdstip te bepalen. Artikel 6 Citeertitel De tekst van artikel 10.32a Wet milieubeheer geeft de verordening geen naam. De naamgeving staat dus vrij. De naam waterverordening lijkt minder geschikt, omdat in sommige provincies een waterverordening – met geheel andere inhoud – bestaat. De naam Verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater geeft het beste aan waarover de verordening gaat. Overgangsrecht Overgangsrecht is niet nodig, omdat niet eerder en dergelijke verplichting tot het afkoppelen bestond. In gemeenten waar dit wel het geval is, kan bij het nemen van een gebiedsaanwijzing ingevolge art. 2 van deze verordening (= een besluit van algemene strekking) hiermee rekening worden gehouden. De gebiedsaanwijzing betreft dan niet die gebieden, bouwwerken, erven en terreinen waarvoor eerder een soortgelijke verplichting is gegeven.


19

BIJLAGE 10 Investeringsbedragen planperiode



Overzicht rioleringswerkzaamheden 2011-2016 (Investeringen) Jaar 2011 2011 2011 2011 2011 2011 2011

Lokatie Asperen Asperen Asperen Spijk Vuren Vuren Vuren

2012 2012 2012 2012 2012 2012 2012 2012 2012 2012 2012 2012

Asperen Asperen Herwijnen Heukelum Heukelum Heukelum Lingewaal Spijk Spijk Asperen, Herwijnen Vuren Asperen

2013 2013 2013 2013 2013 2013

Herwijnen Herwijnen Heukelum Lingewaal Vuren Vuren, Spijk

2014 2014 2014 2015 2015 2015 2015 2016 2016 2016 2016 2016 2016 2016 2016

Straatnaam Leerdamseweg Leerdamseweg De Eng Spijkse Kweldijk Poldersekade, Mildijk, De Meent Mussenlaan Mildijk

Projectnaam Aanpassing overstort Waterplan Aanpassing overstort Aanpak schade Poldersekade Mussenlaan Aanpak schade

Leerdamseweg Molenwal Zworrelstraat Evert Nolstraat, Rooyenburg Leijenburgplein Voorste Gewind Diverse Zuiderlingedijk Burgemeester Vonklaan Watergangen Herwijnen, Asperen De Enk, Lindelaan Gezondhcentrum, Brugstraat

Waterplan Aanpak overstortleiding Basisinspanning 1/Gezondheidscentrum Rioleringswerkzaamheden oude kern Heukelum Leijenburgplein Aanpak schade Iba`s Diefdijklinie Aanpak schade

Zworrelstraat Achterweg, Nieuwesteeg Leijenburgplein Diverse Diverse Watergangen Spijk, Vuren

Basisinspanning 1/Gezondheidscentrum Basisinspanning 2/Nieuwesteeg Leijenburgplein Iba`s Waterplan

Herwijnen Heukelum Vuren

Achterweg, Kolstraat Leijenburgplein Dorpsstraat

Basisinspanning 3 Leijenburgplein Vuren Centrum

Asperen Herwijnen Heukelum Vuren

Laantje van Vermeer Achterweg Diverse Diverse

Waterplan Basisinspanning 4 Waterplan Waterplan

Asperen Heukelum Heukelum Herwijnen Spijk Spijk Spijk Spijk

Leerdamseweg Afstrijker Ringovenlaan Nieuwe Steeg Burgemeester Vonklaan Plantagestraat Spijkse Kweldijk Spijkse Kweldijk

Wegonderhoud Vuren Wateroverlast Asperen

rioolvervanging Asperen Wegonderhoud Heukelum Knelpunt BBB Nieuwbouw rioolvervanging Spijk rioolvervanging Spijk rioolvervanging Spijk vergr. Capaciteit

Aard knelpunt voorbereiding Knelpunt Relinen 4 m Verv, afk, verr. Verv, afk, verr. Relinen 300 m Totaal 2011 uitvoering verwijdering schaaldelen, relinen 162 m verv, afk ca 200 m Verv, afk, verr. Verv, afk, verr. relinen 320 m aanpassingen Diverse aanpassingen druk Relinen 44 m Werkzaamheden watergangen afk afk Totaal 2012 verv, afk ca 200 m verv, afk ca 400 m Verv, afk, verr. aanpassingen Werkzaamheden watergangen Totaal 2013 verv, afk ca 231 m Verv, afk, verr. verv, afk Totaal 2014 Knelpunt uitlaat riolering verv, afk ca 269 m

Totaal 2015 Verv. 244m afk aanpassingen Drainagegebiedknelpunt Verv. 140 m verv 216 m verv. 26m dwa 48 m aanleg doorsteken hwa Totaal 2016

Budget inv 5.000,00 30.000,00 5.500,00 1.000,00 170.000,00 200.000,00 40.000,00 451.500,00 247.500,00 80.000,00 40.000,00 189.000,00 30.000,00 120.000,00 40.000,00 20.000,00 7.000,00 200.000,00 49.000,00 150.000,00 1.172.500,00 326.315,00 600.000,00 30.000,00 40.000,00 90.000,00 150.000,00 1.236.315,00 400.000,00 243.000,00 147.000,00 790.000,00 2.250,00 475.000,00 47.545,00 230.500,00 755.295,00 120.000,00 30.000,00 17.000,00 21.750,00 75.000,00 108.000,00 11.000,00 15.000,00 397.750,00

Overzicht rioleringswerkzaamheden na 2016 (Investeringen) Jaar 2017

Lokatie Asperen

Straatnaam Achterstraat, Brugstraat

Projectnaam Rioolreconstructie Oude kern Asperen fase 1

2018 2018 2018

Asperen Heukelum Heukelum

Van Arkelstraat , Voorste Gewind Rooyenburg Evert Nolstraat

Rioolreconstructie Van Arkelstraat Scholen Rioolreconstructie ca 196 m

2019 2019 2019

Asperen Spijk Vuren

Stadswal Spijkse Kweldijk Mildijk

Leiding vervangen 150 m Leiding vervangen 325 m Leiding vervangen 557 m

2020 2020 2020 2020 2020 2020

Asperen Asperen Heukelum Heukelum Spijk Vuren

Drostlaan Industrieweg Hoeghen Camp Opsnijder Spijkse Kweldijk De Meent

Leiding vervanging Drostlaan 110 m Leiding vervanging industrieterrein 180 m Leiding vervanging ca 15 m Leiding Verruimen ca 45 m Leiding verwijderen Leiding vervangen 32 m

Aard Verv, afk, verr. Totaal 2017 Verv, afk, verr. Afk. Verv, afk, verr. Totaal 2018 Verv. Verv Verv Totaal 2019 Verv. Verv. Verv, verr. verv, afk Verw Verw Totaal 2020

2020-2030 Leiding kleiner dan 400 mm Lengte 4437 m 2020-2030 Leiding groter dan 400 mm Lengte 3640 m Totaal 2020-2030 2030-2040 Leiding kleiner dan 400 mm Lengte 5730 m 2030-2040 Leiding groter dan 400 mm Lengte 1222 m Totaal 2030-2040 2040-2050 Leiding kleiner dan 400 mm Lengte 3250 m 2040-2050 Leiding groter dan 400 mm Lengte 1620 m Totaal 2040-2050 2050-2060 Leiding kleiner dan 400 mm Lengte 3285 m 2050-2060 Leiding groter dan 400 mm Lengte 1600 m Totaal 2050-2060 2060-2070 Leiding kleiner dan 400 mm Lengte 7460 m 2060-2070 Leiding groter dan 400 mm Lengte 4300 m Totaal 2060-2070 2070-2080 Leiding kleiner dan 400 mm Lengte 72 m 2070-2080 Leiding groter dan 400 mm Lengte 73 m Totaal 2070-2080 2080-2090 Leiding kleiner dan 400 mm Lengte 130 m 2080-2090 Leiding groter dan 400 mm Lengte 0 m Totaal 2080-2090

Budget inv 885.000,00 885.000,00 475.000,00 75.000,00 190.000,00 740.000,00 94.500,00 147.000,00 478.000,00 719.500,00 54.000,00 450.000,00 13.000,00 40.000,00 67.000,00 21.000,00 645.000,00 1.996.650,00 3.421.600,00 5.418.250,00 2.578.500,00 1.148.680,00 3.727.180,00 1.462.500,00 1.522.800,00 2.985.300,00 1.478.250,00 1.504.000,00 2.982.250,00 3.357.000,00 4.042.000,00 7.399.000,00 32.400,00 68.620,00 101.020,00 58.500,00 0,00 58.500,00

BIJLAGE 11 Personeel



riolen/kolken gemalen/mechanische riolering infiltratievoorzieningen/lokale zuiveringen drainage planning en begeleiding

!! " ! # "$

!! !! !! !!

! ! ! ! # # %

% riolen/kolken gemalen/mechanische riolering infiltratievoorzieningen/lokale zuiveringen drainage planning en begeleiding

!&$ !& !& !& !& &$

!! !! !! !!

!&! !&! !&! !&! !& !&

gemeente 20.000 inwoners

Planvorming (verbreed) GRP afstemming en overleg jaarprogramma's Onderzoek inventarisatie inspectie/controle meten functioneren (berekeningen, afkoppelplannen, OAS) Facilitair verwerken revisiegegevens vergunningen en voorlichting gebruik klachtenanalyse en -verwerking

tijdbesteding dagen/jaar 45 20 70

max. uit te besteden 70% 40%

5 90 30 20

80% 50% -

10 15 20

90% -

uitbesteding tijdbesteding uw situatie dagen/jaar 70% 14 20 40% 42

80% 50%

90%

tijdsbesteding fte (175 dagen/jaar)

5 18 15 20 1 15 20 170 1,0

regie terugkoppeling binnen gemeente, overleg, strategie en middelen eigen taak organisatie overleg en afstemming andere beheerders, jaarbegroting eigen taak organisatie plan, uitbesteding, finan.afwikkeling verwerking en verantwoording

eigen taak organisatie eigen taak organisatie dagen/jaar

1.000.000

12% 15% 10% 15% 12% 12% 15%

120.000 -

60% 60% 60% 60% 60% 60% 60%

35% 10% 0% 50% 35% 10% 20% Totaal fte (175 dagen/jaar)

225 225 1,3

BIJLAGE 12 Kostendekkingsplan



Kapitaallasten nieuwe investeringen

Kostendekkingsplan v0

2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031 2032 2033 2034 2035 2036 2037 2038 2039 2040 2041 2042 2043 2044 2045 2046 2047 2048 2049 2050 2051 2052 2053 2054 2055 2056 2057 2058 2059 2060 2061 2062 2063 2064 2065 2066 2067 2068 2069 2070 2071

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

Afschrijving (uit) 212.890 172.613 172.613 172.613 171.025 171.025 171.025 170.061 170.061 170.061 170.061 167.886 163.282 139.081 117.435 116.201 116.201 115.362 80.600 63.094 63.094 63.094 63.094 63.094 63.094 47.826 29.003 29.003 29.003 29.003 29.003 29.003 29.003 29.003 29.003 29.003 29.003 29.003 29.003 29.003 28.474 -

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

Rente (uit) 155.380 179.408 170.778 162.147 153.516 144.965 136.414 127.862 119.359 110.856 102.353 93.850 85.456 77.292 70.338 64.466 58.656 52.846 47.078 43.046 39.891 36.736 33.582 30.427 27.272 24.117 21.726 20.276 18.826 17.376 15.925 14.475 13.025 11.575 10.125 8.675 7.224 5.774 4.324 2.874 1.424 -

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

Boekwaarde (einde jaar) Lopende euro's 3.588.164 3.415.550 3.242.937 3.070.324 2.899.298 2.728.273 2.557.248 2.387.187 2.217.126 2.047.066 1.877.005 1.709.119 1.545.837 1.406.755 1.289.320 1.173.120 1.056.919 941.558 860.913 797.819 734.725 671.631 608.536 545.442 482.348 434.522 405.519 376.515 347.512 318.508 289.505 260.502 231.498 202.495 173.491 144.488 115.484 86.481 57.477 28.474 -

Investeringen

Afschrijving (uit) € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

7.525 27.067 47.672 60.839 73.427 80.056 94.806 107.139 119.131 129.881 138.911 147.942 156.972 166.003 175.033 184.064 193.094 202.124 211.155 220.185 226.397 232.609 238.821 245.033 251.245 257.457 263.669 269.881 276.093 282.305 287.280 292.256 297.231 302.207 307.182 312.158 317.133 322.109 327.084 332.060 337.030 342.001 346.971 351.942 356.912 361.882 366.853 371.823 376.794 381.764 394.096 406.427 418.759 431.091 443.422 455.754 468.086 480.417 492.749 505.081

Boekwaarde (einde jaar)

Rente (uit) € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

22.575 80.824 141.286 178.403 213.125 229.342 269.589 301.848 332.466 358.760 379.357 399.503 419.197 438.440 457.231 475.570 493.458 510.895 527.880 544.413 552.040 559.356 566.362 573.056 579.441 585.514 591.277 596.730 601.872 606.703 607.514 608.077 608.390 608.455 608.272 607.839 607.158 606.227 605.048 603.621 601.929 599.989 597.800 595.363 592.677 589.742 586.560 583.128 579.448 575.520 593.427 610.717 627.390 643.448 658.888 673.712 687.919 701.510 714.484 726.842

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

451.500 443.975 1.589.408 2.778.051 3.507.213 4.189.081 4.506.775 5.296.969 5.929.830 6.530.199 7.045.318 7.448.231 7.842.114 8.226.967 8.602.790 8.969.581 9.327.343 9.676.074 10.015.775 10.346.445 10.668.085 10.814.406 10.954.515 11.088.411 11.216.096 11.337.569 11.452.830 11.561.880 11.664.717 11.761.342 11.851.755 11.863.005 11.869.279 11.870.577 11.866.901 11.858.248 11.844.620 11.826.017 11.802.438 11.773.884 11.740.354 11.701.549 11.657.773 11.609.027 11.555.311 11.496.624 11.432.966 11.364.339 11.290.740 11.212.172 11.128.633 11.474.437 11.807.910 12.129.051 12.437.860 12.734.338 13.018.484 13.290.298 13.549.781 13.796.932 14.031.751

Totaal (afschrijving 60 jr) € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

451.500 1.172.500 1.236.315 790.000 755.295 397.750 885.000 740.000 719.500 645.000 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 10.102

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

Exploitatielasten

Vergelijk: Heffing

Totaal (uit) 532.589 675.900 741.373 709.659 716.845 709.031 712.717 623.303 622.989 622.675 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361

Woningen Basis (in) € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

229,00 236,33 243,89 251,69 259,75 268,06 276,64 285,49 294,63 304,06 313,58 323,61 333,97 344,65 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 355,68 359,24 362,80 366,42 370,09 373,79 377,53 381,30 385,11 388,97 392,87 392,83 392,79 392,75 392,71 392,67 392,67 392,67 392,67 392,67 392,67 392,67

Kwijtschelding 2% v totale inkomsten

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

(19.600,00) (20.227,20) (20.874,47) (21.542,45) (22.231,81) (22.943,23) (23.677,41) (24.435,09) (25.217,01) (26.023,96) (26.838,89) (27.697,74) (28.584,07) (29.498,76) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.442,72) (30.747,14) (31.051,51) (31.362,02) (31.675,64) (31.992,40) (32.312,32) (32.635,45) (32.961,80) (33.291,42) (33.625,17) (33.621,80) (33.618,44) (33.615,08) (33.611,72) (33.608,36) (33.608,36) (33.608,36) (33.608,36) (33.608,36) (33.608,36) (33.608,36)

Uitgaven Totaal (uit) € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

1.027.922 1.114.864 1.152.310 1.230.344 1.264.262 1.306.708 1.230.624 1.276.804 1.312.580 1.346.373 1.372.738 1.389.367 1.386.179 1.386.303 1.407.470 1.429.481 1.450.202 1.436.591 1.441.520 1.464.381 1.486.790 1.497.474 1.507.847 1.517.910 1.512.394 1.503.776 1.514.612 1.525.137 1.535.351 1.545.254 1.554.848 1.559.184 1.563.272 1.567.111 1.570.701 1.574.043 1.577.135 1.579.979 1.582.575 1.584.392 1.558.042 1.561.320 1.564.350 1.567.132 1.569.665 1.571.950 1.573.986 1.575.773 1.577.312 1.578.603 1.579.645 1.609.883 1.639.505 1.668.510 1.696.899 1.724.671 1.751.827 1.778.366 1.804.288 1.829.594 1.854.283

Stijging t.o.v. voorgaande jaar

Inkomsten

%

3,2% 3,2% 3,2% 3,2% 3,2% 3,2% 3,2% 3,2% 3,2% 3,1% 3,2% 3,2% 3,2% 3,2% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 1,0% 1,0% 1,0% 1,0% 1,0% 1,0% 1,0% 1,0% 1,0% 1,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0%

Voorziening

Totaal (in) € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

980.000 1.011.360 1.043.724 1.077.123 1.111.591 1.147.161 1.183.871 1.221.755 1.260.851 1.301.198 1.341.945 1.384.887 1.429.203 1.474.938 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.522.136 1.537.357 1.552.575 1.568.101 1.583.782 1.599.620 1.615.616 1.631.772 1.648.090 1.664.571 1.681.258 1.681.090 1.680.922 1.680.754 1.680.586 1.680.418 1.680.418 1.680.418 1.680.418 1.680.418 1.680.418 1.680.418

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

Hoogte (egalisatie) 975.358 927.436 823.933 715.346 562.125 409.453 249.907 203.154 148.104 96.375 51.200 20.406 15.926 58.950 147.585 262.251 354.906 426.839 512.383 592.999 650.754 686.100 710.762 725.051 729.277 739.018 757.378 764.902 761.901 748.686 725.567 692.856 655.807 614.671 569.696 521.130 469.223 414.224 356.380 295.941 233.686 213.001 204.256 208.007 224.657 254.612 298.279 356.065 428.382 515.641 618.296 719.742 790.780 832.029 844.105 827.623 783.370 711.961 614.013 490.142 340.966 167.101

Voorziening Dotatie (+) / Onttrekking (-)

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

(47.922) (103.504) (108.586) (153.222) (152.672) (159.547) (46.753) (55.049) (51.729) (45.175) (30.794) (4.480) 43.024 88.635 114.666 92.654 71.933 85.544 80.616 57.755 35.346 24.662 14.289 4.226 9.742 18.359 7.524 (3.001) (13.215) (23.119) (32.712) (37.048) (41.136) (44.975) (48.565) (51.907) (55.000) (57.844) (60.439) (62.256) (20.684) (8.745) 3.751 16.650 29.955 43.667 57.787 72.317 87.259 102.655 101.445 71.039 41.249 12.075 (16.481) (44.253) (71.409) (97.948) (123.870) (149.176) (173.865)



2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031 2032 2033 2034 2035 2036 2037 2038 2039 2040 2041 2042 2043 2044 2045 2046 2047 2048 2049 2050 2051 2052 2053 2054 2055 2056 2057 2058 2059 2060 2061 2062 2063 2064 2065 2066 2067 2068 2069 2070 2071

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €


€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

Rente (uit) 155.380 179.408 170.778 162.147 153.516 144.965 136.414 127.862 119.359 110.856 102.353 93.850 85.456 77.292 70.338 64.466 58.656 52.846 47.078 43.046 39.891 36.736 33.582 30.427 27.272 24.117 21.726 20.276 18.826 17.376 15.925 14.475 13.025 11.575 10.125 8.675 7.224 5.774 4.324 2.874 1.424 -

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €



7.525 27.067 47.672 60.839 73.427 80.056 94.806 107.139 119.131 129.881 138.911 147.942 156.972 166.003 175.033 184.064 193.094 202.124 211.155 220.185 226.397 232.609 238.821 245.033 251.245 257.457 263.669 269.881 276.093 282.305 287.280 292.256 297.231 302.207 307.182 312.158 317.133 322.109 327.084 332.060 337.030 342.001 346.971 351.942 356.912 361.882 366.853 371.823 376.794 381.764 394.096 406.427 418.759 431.091 443.422 455.754 468.086 480.417 492.749 505.081


Rente (uit) € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

22.575 80.824 141.286 178.403 213.125 229.342 269.589 301.848 332.466 358.760 379.357 399.503 419.197 438.440 457.231 475.570 493.458 510.895 527.880 544.413 552.040 559.356 566.362 573.056 579.441 585.514 591.277 596.730 601.872 606.703 607.514 608.077 608.390 608.455 608.272 607.839 607.158 606.227 605.048 603.621 601.929 599.989 597.800 595.363 592.677 589.742 586.560 583.128 579.448 575.520 593.427 610.717 627.390 643.448 658.888 673.712 687.919 701.510 714.484 726.842

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

451.500 443.975 1.589.408 2.778.051 3.507.213 4.189.081 4.506.775 5.296.969 5.929.830 6.530.199 7.045.318 7.448.231 7.842.114 8.226.967 8.602.790 8.969.581 9.327.343 9.676.074 10.015.775 10.346.445 10.668.085 10.814.406 10.954.515 11.088.411 11.216.096 11.337.569 11.452.830 11.561.880 11.664.717 11.761.342 11.851.755 11.863.005 11.869.279 11.870.577 11.866.901 11.858.248 11.844.620 11.826.017 11.802.438 11.773.884 11.740.354 11.701.549 11.657.773 11.609.027 11.555.311 11.496.624 11.432.966 11.364.339 11.290.740 11.212.172 11.128.633 11.474.437 11.807.910 12.129.051 12.437.860 12.734.338 13.018.484 13.290.298 13.549.781 13.796.932 14.031.751

Investeringen

Kapitaallasten

Totaal (afschrijving 60 jr)

uitbreidingen (uit)

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

451.500 1.172.500 1.236.315 790.000 755.295 397.750 885.000 740.000 719.500 645.000 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 10.102

€

Afschrijving (uit)

Rente (uit)

730.000 € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

36.500 35.892 35.283 34.675 34.067 33.458 32.850 32.242 31.633 31.025 30.417 29.808 29.200 28.592 27.983 27.375 26.767 26.158 25.550 24.942 24.333 23.725 23.117 22.508 21.900 21.292 20.683 20.075 19.467 18.858 18.250 17.642 17.033 16.425 15.817 15.208 14.600 13.992 13.383 12.775 12.167 11.558 10.950 10.342 9.733 9.125 8.517 7.908 7.300 6.692 6.083 5.475 4.867 4.258 3.650 3.042 2.433 1.825 1.217

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

Exploitatielasten

Vergelijk: Heffing

Totaal (uit) 532.589 675.900 741.373 709.659 716.845 709.031 712.717 623.303 622.989 622.675 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361


229,00 237,93 247,21 256,85 266,87 277,28 288,09 299,33 311,00 323,13 329,59 336,18 342,91 349,76 356,76 356,76 356,76 356,76 356,76 356,76 356,76 356,76 356,76 356,76 356,76 358,54 360,29 362,09 363,90 365,72 367,55 369,39 371,24 373,09 374,77 376,64 378,56 380,45 382,34 384,25 384,25 384,25 384,25 384,25 384,25 384,25 384,25 384,25 384,25 384,25 384,25 384,25 384,25 384,25 384,25 384,25 386,18 388,11 390,05 392,00 393,96


€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

(19.600,00) (20.364,40) (21.158,61) (21.983,80) (22.841,17) (23.731,97) (24.657,52) (25.619,16) (26.618,31) (27.656,42) (28.209,55) (28.773,74) (29.349,22) (29.936,20) (30.534,93) (30.534,93) (30.534,93) (30.534,93) (30.534,93) (30.534,93) (30.534,93) (30.534,93) (30.534,93) (30.534,93) (30.534,93) (30.687,60) (30.837,19) (30.991,38) (31.146,33) (31.302,06) (31.458,58) (31.615,87) (31.773,95) (31.932,82) (32.076,47) (32.236,85) (32.400,47) (32.562,48) (32.724,48) (32.888,10) (32.888,10) (32.888,10) (32.888,10) (32.888,10) (32.888,10) (32.888,10) (32.888,10) (32.888,10) (32.888,10) (32.888,10) (32.888,10) (32.888,10) (32.888,10) (32.888,10) (32.888,10) (32.888,10) (33.052,54) (33.217,81) (33.383,89) (33.550,81) (33.718,57)


1.027.922 1.114.864 1.200.976 1.278.403 1.311.712 1.353.550 1.276.857 1.322.429 1.357.597 1.390.781 1.416.538 1.432.559 1.428.762 1.428.278 1.448.837 1.470.240 1.490.352 1.476.133 1.480.453 1.502.706 1.524.507 1.534.582 1.544.347 1.553.801 1.547.677 1.538.451 1.548.678 1.558.595 1.568.201 1.577.496 1.586.481 1.590.209 1.593.689 1.596.919 1.599.901 1.602.634 1.605.119 1.607.354 1.609.341 1.610.550 1.583.592 1.586.262 1.588.684 1.590.857 1.592.782 1.594.458 1.595.886 1.597.065 1.597.996 1.598.678 1.599.112 1.628.742 1.657.755 1.686.152 1.713.933 1.741.096 1.767.644 1.793.574 1.818.888 1.843.586 1.867.667


Inkomsten

%

3,9% 3,9% 3,9% 3,9% 3,9% 3,9% 3,9% 3,9% 3,9% 2,0% 2,0% 2,0% 2,0% 2,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,5% 0,5% 0,5% 0,5% 0,5% 0,5% 0,5% 0,5% 0,5% 0,4% 0,5% 0,5% 0,5% 0,5% 0,5% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,5% 0,5% 0,5% 0,5% 0,5%

Voorziening

Totaal (in) € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

980.000 1.018.220 1.057.931 1.099.190 1.142.058 1.186.599 1.232.876 1.280.958 1.330.915 1.382.821 1.410.478 1.438.687 1.467.461 1.496.810 1.526.746 1.526.746 1.526.746 1.526.746 1.526.746 1.526.746 1.526.746 1.526.746 1.526.746 1.526.746 1.526.746 1.534.380 1.541.860 1.549.569 1.557.317 1.565.103 1.572.929 1.580.793 1.588.697 1.596.641 1.603.824 1.611.843 1.620.024 1.628.124 1.636.224 1.644.405 1.644.405 1.644.405 1.644.405 1.644.405 1.644.405 1.644.405 1.644.405 1.644.405 1.644.405 1.644.405 1.644.405 1.644.405 1.644.405 1.644.405 1.644.405 1.644.405 1.652.627 1.660.890 1.669.195 1.677.541 1.685.928

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

Hoogte (egalisatie) 975.358 927.436 830.793 687.747 508.534 338.880 171.929 127.948 86.477 59.796 51.836 45.775 51.903 90.602 159.134 237.044 293.550 329.944 380.557 426.850 450.891 453.131 445.295 427.694 400.639 379.707 375.636 368.817 359.791 348.907 336.514 322.962 313.546 308.555 308.277 312.199 321.407 336.312 357.082 383.964 417.819 478.633 536.776 592.498 646.046 697.669 747.616 796.136 843.476 889.885 935.612 980.906 996.569 983.219 941.472 871.945 775.254 660.237 527.553 377.860 211.815 30.076


€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

(47.922) (96.644) (143.046) (179.213) (169.654) (166.951) (43.981) (41.471) (26.681) (7.960) (6.061) 6.128 38.699 68.532 77.910 56.507 36.394 50.613 46.293 24.041 2.240 (7.836) (17.601) (27.055) (20.931) (4.071) (6.819) (9.026) (10.884) (12.393) (13.552) (9.416) (4.991) (278) 3.922 9.208 14.905 20.770 26.883 33.855 60.814 58.143 55.721 53.548 51.623 49.947 48.519 47.340 46.409 45.727 45.294 15.663 (13.350) (41.747) (69.527) (96.691) (115.016) (132.684) (149.694) (166.045) (181.738)



2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031 2032 2033 2034 2035 2036 2037 2038 2039 2040 2041 2042 2043 2044 2045 2046 2047 2048 2049 2050 2051 2052 2053 2054 2055 2056 2057 2058 2059 2060 2061 2062 2063 2064 2065 2066 2067 2068 2069 2070 2071

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €


€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

Rente (uit) 155.380 179.408 170.778 162.147 153.516 144.965 136.414 127.862 119.359 110.856 102.353 93.850 85.456 77.292 70.338 64.466 58.656 52.846 47.078 43.046 39.891 36.736 33.582 30.427 27.272 24.117 21.726 20.276 18.826 17.376 15.925 14.475 13.025 11.575 10.125 8.675 7.224 5.774 4.324 2.874 1.424 -

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €


Investeringen


15.050 54.133 95.344 121.677 146.854 160.112 189.612 214.279 238.262 259.762 277.823 295.884 313.945 332.005 350.066 368.127 386.188 404.249 422.310 440.370 452.794 465.218 477.642 490.066 502.490 514.914 527.338 539.762 552.186 564.610 559.511 530.378 499.119 482.737 467.511 477.462 444.655 454.606 415.907 404.358 414.299 406.179 398.059 389.939 381.819 373.699 365.579 357.459 349.339 341.219 347.821 360.060 372.300 384.539 396.779 409.018 421.257 433.497 445.736 457.976


Rente (uit) € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

22.575 80.448 139.557 174.289 205.970 218.515 254.760 282.279 307.540 327.877 341.980 355.180 367.477 378.871 389.362 398.950 407.635 415.417 422.296 428.271 424.889 420.885 416.260 411.014 405.146 398.658 391.548 383.817 375.465 366.491 353.187 340.138 328.546 318.517 309.306 300.857 292.574 285.267 278.697 272.828 267.521 262.621 258.126 254.037 250.355 247.078 244.208 241.743 239.684 238.032 258.869 279.094 298.707 317.708 336.098 353.875 371.040 387.593 403.535 418.864

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

451.500 436.450 1.554.817 2.695.788 3.364.111 3.972.552 4.210.190 4.905.578 5.431.299 5.912.537 6.297.775 6.561.778 6.807.719 7.035.599 7.245.419 7.437.178 7.610.876 7.766.513 7.904.089 8.023.605 8.125.060 8.044.983 7.952.483 7.847.559 7.730.211 7.600.439 7.458.243 7.303.623 7.136.579 6.957.112 6.765.220 6.504.239 6.272.391 6.071.802 5.887.596 5.718.615 5.552.941 5.406.816 5.275.407 5.158.031 5.052.203 4.954.190 4.864.298 4.782.525 4.708.872 4.643.340 4.585.927 4.536.634 4.495.462 4.462.409 4.437.476 4.841.979 5.234.243 5.614.267 5.982.052 6.337.597 6.680.903 7.011.969 7.330.796 7.637.384 7.931.733

Totaal (afschrijving 30 jr) € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

451.500 1.172.500 1.236.315 790.000 755.295 397.750 885.000 740.000 719.500 645.000 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 10.102

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

Exploitatielasten

Vergelijk: Heffing

Totaal (uit) 532.589 675.900 741.373 709.659 716.845 709.031 712.717 623.303 622.989 622.675 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361


229,00 238,62 248,64 259,08 269,96 281,30 293,12 305,43 318,26 331,62 343,23 355,24 367,68 367,68 367,68 367,68 367,68 367,68 367,68 367,68 367,68 367,68 367,68 367,68 367,68 367,68 367,68 365,84 364,01 362,19 360,38 358,58 356,78 355,00 353,22 349,69 346,20 342,73 339,31 335,91 332,55 329,23 325,94 322,68 319,45 316,26 313,09 309,96 306,86 303,79 300,76 297,75 294,77 291,82 288,90 286,02 283,16 280,32 277,52 274,75 272,00


€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

(19.600,00) (20.423,20) (21.280,97) (22.174,78) (23.106,12) (24.076,57) (25.087,79) (26.141,48) (27.239,42) (28.383,47) (29.376,90) (30.405,09) (31.469,26) (31.469,26) (31.469,26) (31.469,26) (31.469,26) (31.469,26) (31.469,26) (31.469,26) (31.469,26) (31.469,26) (31.469,26) (31.469,26) (31.469,26) (31.469,26) (31.469,26) (31.311,92) (31.155,36) (30.999,58) (30.844,58) (30.690,36) (30.536,91) (30.384,22) (30.232,30) (29.929,98) (29.630,68) (29.334,37) (29.041,03) (28.750,62) (28.463,11) (28.178,48) (27.896,70) (27.617,73) (27.341,55) (27.068,14) (26.797,46) (26.529,48) (26.264,19) (26.001,55) (25.741,53) (25.484,11) (25.229,27) (24.976,98) (24.727,21) (24.479,94) (24.235,14) (23.992,79) (23.752,86) (23.515,33) (23.280,18)


1.027.922 1.122.389 1.179.000 1.276.287 1.320.988 1.372.980 1.299.853 1.356.781 1.400.150 1.440.577 1.471.736 1.490.901 1.489.798 1.491.555 1.513.904 1.536.646 1.557.646 1.543.862 1.548.166 1.569.951 1.590.833 1.596.720 1.601.985 1.606.629 1.595.384 1.580.727 1.585.212 1.589.076 1.592.319 1.594.940 1.596.941 1.577.088 1.533.456 1.489.154 1.461.292 1.435.406 1.435.458 1.392.917 1.394.111 1.346.862 1.299.547 1.304.181 1.291.160 1.278.546 1.266.337 1.254.534 1.243.138 1.232.147 1.221.562 1.211.384 1.201.611 1.229.051 1.261.515 1.293.368 1.324.609 1.355.237 1.385.254 1.414.659 1.443.451 1.471.632 1.499.201


Inkomsten

%

4,2% 4,2% 4,2% 4,2% 4,2% 4,2% 4,2% 4,2% 4,2% 3,5% 3,5% 3,5% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0% -1,0%

Voorziening

Totaal (in) € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

980.000 1.021.160 1.064.049 1.108.739 1.155.306 1.203.829 1.254.389 1.307.074 1.361.971 1.419.174 1.468.845 1.520.254 1.573.463 1.573.463 1.573.463 1.573.463 1.573.463 1.573.463 1.573.463 1.573.463 1.573.463 1.573.463 1.573.463 1.573.463 1.573.463 1.573.463 1.573.463 1.565.596 1.557.768 1.549.979 1.542.229 1.534.518 1.526.845 1.519.211 1.511.615 1.496.499 1.481.534 1.466.719 1.452.052 1.437.531 1.423.156 1.408.924 1.394.835 1.380.887 1.367.078 1.353.407 1.339.873 1.326.474 1.313.209 1.300.077 1.287.076 1.274.206 1.261.464 1.248.849 1.236.361 1.223.997 1.211.757 1.199.639 1.187.643 1.175.767 1.164.009

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

Hoogte (egalisatie) 975.358 927.436 826.208 711.256 543.708 378.027 208.875 163.411 113.705 75.526 54.122 51.231 80.584 164.249 246.157 305.716 342.533 358.351 387.952 413.249 416.761 399.391 376.135 347.613 314.447 292.525 285.262 273.513 250.032 215.481 170.520 115.808 73.239 66.628 96.685 147.008 208.101 254.177 327.979 385.919 476.588 600.197 704.940 808.615 910.956 1.011.696 1.110.569 1.207.304 1.301.631 1.393.278 1.481.971 1.567.437 1.612.592 1.612.540 1.568.021 1.479.773 1.348.533 1.175.036 960.017 704.208 408.343 73.151


€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

(47.922) (101.229) (114.951) (167.548) (165.682) (169.151) (45.464) (49.707) (38.179) (21.403) (2.892) 29.353 83.665 81.908 59.559 36.817 15.818 29.601 25.297 3.512 (17.370) (23.256) (28.522) (33.166) (21.921) (7.264) (11.749) (23.480) (34.551) (44.961) (54.712) (42.570) (6.611) 30.057 50.323 61.093 46.076 73.802 57.940 90.669 123.609 104.743 103.675 102.341 100.741 98.873 96.735 94.327 91.647 88.693 85.465 45.155 (52) (44.519) (88.248) (131.240) (173.497) (215.019) (255.808) (295.865) (335.192)



2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031 2032 2033 2034 2035 2036 2037 2038 2039 2040 2041 2042 2043 2044 2045 2046 2047 2048 2049 2050 2051 2052 2053 2054 2055 2056 2057 2058 2059 2060 2061 2062 2063 2064 2065 2066 2067 2068 2069 2070 2071

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €


€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

Rente (uit) 155.380 179.408 170.778 162.147 153.516 144.965 136.414 127.862 119.359 110.856 102.353 93.850 85.456 77.292 70.338 64.466 58.656 52.846 47.078 43.046 39.891 36.736 33.582 30.427 27.272 24.117 21.726 20.276 18.826 17.376 15.925 14.475 13.025 11.575 10.125 8.675 7.224 5.774 4.324 2.874 1.424 -

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €



15.050 54.133 95.344 121.677 146.854 160.112 189.612 214.279 238.262 259.762 277.823 295.884 313.945 332.005 350.066 368.127 386.188 404.249 422.310 440.370 452.794 465.218 477.642 490.066 502.490 514.914 527.338 539.762 552.186 564.610 559.511 530.378 499.119 482.737 467.511 477.462 444.655 454.606 415.907 404.358 414.299 406.179 398.059 389.939 381.819 373.699 365.579 357.459 349.339 341.219 347.821 360.060 372.300 384.539 396.779 409.018 421.257 433.497 445.736 457.976


Rente (uit) € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

22.575 80.448 139.557 174.289 205.970 218.515 254.760 282.279 307.540 327.877 341.980 355.180 367.477 378.871 389.362 398.950 407.635 415.417 422.296 428.271 424.889 420.885 416.260 411.014 405.146 398.658 391.548 383.817 375.465 366.491 353.187 340.138 328.546 318.517 309.306 300.857 292.574 285.267 278.697 272.828 267.521 262.621 258.126 254.037 250.355 247.078 244.208 241.743 239.684 238.032 258.869 279.094 298.707 317.708 336.098 353.875 371.040 387.593 403.535 418.864

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

451.500 436.450 1.554.817 2.695.788 3.364.111 3.972.552 4.210.190 4.905.578 5.431.299 5.912.537 6.297.775 6.561.778 6.807.719 7.035.599 7.245.419 7.437.178 7.610.876 7.766.513 7.904.089 8.023.605 8.125.060 8.044.983 7.952.483 7.847.559 7.730.211 7.600.439 7.458.243 7.303.623 7.136.579 6.957.112 6.765.220 6.504.239 6.272.391 6.071.802 5.887.596 5.718.615 5.552.941 5.406.816 5.275.407 5.158.031 5.052.203 4.954.190 4.864.298 4.782.525 4.708.872 4.643.340 4.585.927 4.536.634 4.495.462 4.462.409 4.437.476 4.841.979 5.234.243 5.614.267 5.982.052 6.337.597 6.680.903 7.011.969 7.330.796 7.637.384 7.931.733

Investeringen

Kapitaallasten

Totaal (afschrijving 30 jr)

uitbreidingen (uit)

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

451.500 1.172.500 1.236.315 790.000 755.295 397.750 885.000 740.000 719.500 645.000 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 541.825 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 372.718 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.530 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 298.225 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 739.900 10.102

€

Afschrijving (uit)

Rente (uit)

730.000 € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167 12.167

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

36.500 35.892 35.283 34.675 34.067 33.458 32.850 32.242 31.633 31.025 30.417 29.808 29.200 28.592 27.983 27.375 26.767 26.158 25.550 24.942 24.333 23.725 23.117 22.508 21.900 21.292 20.683 20.075 19.467 18.858 18.250 17.642 17.033 16.425 15.817 15.208 14.600 13.992 13.383 12.775 12.167 11.558 10.950 10.342 9.733 9.125 8.517 7.908 7.300 6.692 6.083 5.475 4.867 4.258 3.650 3.042 2.433 1.825 1.217

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

Exploitatielasten

Vergelijk: Heffing

Totaal (uit) 532.589 675.900 741.373 709.659 716.845 709.031 712.717 623.303 622.989 622.675 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361 622.361


229,00 239,99 251,51 263,58 276,24 289,50 303,39 317,95 333,22 349,21 359,55 370,33 381,44 392,89 404,67 404,67 404,67 404,67 404,67 404,67 398,60 392,62 386,73 380,93 375,22 369,59 364,05 358,59 353,21 347,91 346,17 344,40 342,67 340,96 339,26 337,56 335,87 334,19 332,52 330,86 329,20 327,56 325,92 324,29 322,67 321,06 319,48 317,89 316,30 314,71 313,14 311,58 310,02 308,47 306,93 305,39 303,86 302,34 300,83 299,33 297,83


€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

(19.600,00) (20.540,80) (21.526,76) (22.560,04) (23.642,92) (24.777,79) (25.967,12) (27.213,54) (28.519,79) (29.888,74) (30.773,45) (31.696,65) (32.647,55) (33.626,98) (34.635,79) (34.635,79) (34.635,79) (34.635,79) (34.635,79) (34.635,79) (34.116,25) (33.604,51) (33.100,44) (32.603,93) (32.114,87) (31.633,15) (31.158,65) (30.691,27) (30.230,90) (29.777,44) (29.628,55) (29.476,72) (29.329,33) (29.182,69) (29.036,77) (28.891,59) (28.747,13) (28.603,40) (28.460,38) (28.318,08) (28.176,49) (28.035,60) (27.895,43) (27.755,95) (27.617,17) (27.479,08) (27.344,42) (27.207,70) (27.071,66) (26.936,30) (26.801,62) (26.667,61) (26.534,28) (26.401,60) (26.269,60) (26.138,25) (26.007,56) (25.877,52) (25.748,13) (25.619,39) (25.491,29)


1.027.922 1.122.389 1.227.667 1.324.345 1.368.438 1.419.821 1.346.087 1.402.406 1.445.166 1.484.985 1.515.536 1.534.093 1.532.381 1.533.530 1.555.271 1.577.404 1.597.796 1.583.404 1.587.100 1.608.276 1.628.550 1.633.828 1.638.485 1.642.521 1.630.668 1.615.402 1.619.279 1.622.534 1.625.169 1.627.182 1.628.574 1.608.113 1.563.873 1.518.962 1.490.492 1.463.998 1.463.441 1.420.292 1.420.878 1.373.021 1.325.097 1.329.123 1.315.494 1.302.271 1.289.454 1.277.043 1.265.038 1.253.439 1.242.246 1.231.459 1.221.078 1.247.909 1.279.765 1.311.010 1.341.642 1.371.662 1.401.071 1.429.867 1.458.051 1.485.624 1.512.584


Inkomsten

% -0,5%

4,8% 4,8% 4,8% 4,8% 4,8% 4,8% 4,8% 4,8% 4,8% 3,0% 3,0% 3,0% 3,0% 3,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% -1,5% -1,5% -1,5% -1,5% -1,5% -1,5% -1,5% -1,5% -1,5% -1,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5% -0,5%

Voorziening

Totaal (in) € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

980.000 1.027.040 1.076.338 1.128.002 1.182.146 1.238.889 1.298.356 1.360.677 1.425.990 1.494.437 1.538.672 1.584.833 1.632.378 1.681.349 1.731.789 1.731.789 1.731.789 1.731.789 1.731.789 1.731.789 1.705.812 1.680.225 1.655.022 1.630.197 1.605.744 1.581.657 1.557.933 1.534.564 1.511.545 1.488.872 1.481.428 1.473.836 1.466.467 1.459.134 1.451.839 1.444.579 1.437.357 1.430.170 1.423.019 1.415.904 1.408.824 1.401.780 1.394.771 1.387.797 1.380.858 1.373.954 1.367.221 1.360.385 1.353.583 1.346.815 1.340.081 1.333.381 1.326.714 1.320.080 1.313.480 1.306.912 1.300.378 1.293.876 1.287.407 1.280.970 1.274.565

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

Hoogte (egalisatie) 975.358 927.436 832.088 680.759 484.416 298.125 117.192 69.462 27.733 8.556 18.008 41.144 91.883 191.879 339.698 516.216 670.601 804.595 952.981 1.097.670 1.221.183 1.298.446 1.344.843 1.361.380 1.349.056 1.324.132 1.290.387 1.229.041 1.141.070 1.027.446 889.136 741.990 607.713 510.307 450.479 411.825 392.407 366.322 376.200 378.341 421.224 504.952 577.610 656.887 742.414 833.819 930.731 1.032.914 1.139.860 1.251.198 1.366.554 1.485.557 1.571.029 1.617.977 1.627.048 1.598.886 1.534.136 1.433.443 1.297.452 1.126.808 922.154 684.134


€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

(47.922) (95.349) (151.329) (196.343) (186.291) (180.932) (47.731) (41.729) (19.177) 9.452 23.136 50.739 99.996 147.818 176.518 154.385 133.994 148.386 144.690 123.513 77.263 46.397 16.537 (12.324) (24.924) (33.745) (61.346) (87.971) (113.624) (138.310) (147.147) (134.277) (97.406) (59.828) (38.653) (19.418) (26.085) 9.878 2.141 42.883 83.728 72.658 79.278 85.527 91.405 96.911 102.183 106.946 111.337 115.356 119.003 85.472 46.948 9.071 (28.162) (64.750) (100.693) (135.991) (170.645) (204.654) (238.019)

BIJLAGE 13 Grafieken



V 0 Hoogte heffing (linker-as); Ontwikkeling reserve (rechter-as) € 450,00

€ 1.200.000

€ 400,00 € 1.000.000

€ 300,00

€ 800.000

€ 250,00 € 600.000 € 200,00

€ 150,00

€ 400.000

€ 100,00 € 200.000 € 50,00

€-

€-

Jaartal

Ontwikkeling voorziening (€ prijspeil 2010)

Ontwikkeling heffing (€ prijspeil 2011)

€ 350,00

Woningen Basis Voorziening


€ 1.200.000

€ 400,00 € 1.000.000

€ 300,00

€ 800.000

€ 250,00 € 600.000 € 200,00

€ 150,00

€ 400.000

€ 100,00 € 200.000 € 50,00

€-

€-

Jaartal



€ 350,00



€ 1.800.000

€ 1.600.000

€ 350,00


€ 1.200.000 € 250,00 € 1.000.000 € 200,00 € 800.000 € 150,00 € 600.000 € 100,00 € 400.000

€ 50,00

€ 200.000

€-

€-

Jaartal


€ 1.400.000 € 300,00


€ 450,00

€ 1.800.000

€ 400,00

€ 1.600.000

€ 350,00

€ 1.400.000

€ 300,00

€ 1.200.000

€ 250,00

€ 1.000.000

€ 200,00

€ 800.000

€ 150,00

€ 600.000

€ 100,00

€ 400.000

€ 50,00

€ 200.000

€-

€-

Jaartal



Voorkeursvariant (V 3) Hoogte heffing (linker-as); Ontwikkeling reserve (rechter-as)


V 0 Opbouw lasten

Exploitatie Kapitaallasten nieuwe investeringen Oude kapitaallasten

€ 2.000.000

Investeringsniveau (nb. Lasten als kapitaallast nieuwe investeringen)

€ 1.800.000

€ 1.600.000

Bedrag (€ 2011)

€ 1.400.000

€ 1.200.000

€ 1.000.000

€ 800.000

€ 600.000

€ 400.000

€ 200.000

€0

jaartal

V 1 Opbouw lasten

Exploitatie Kapitaallasten agv toerekening uitbreidingen Kapitaallasten nieuwe investeringen

€ 2.000.000

Oude kapitaallasten Investeringsniveau (nb. Lasten als kapitaallast nieuwe investeringen)

€ 1.800.000

€ 1.600.000

Bedrag (€ 2011)

€ 1.400.000

€ 1.200.000

€ 1.000.000

€ 800.000

€ 600.000

€ 400.000

€ 200.000

€0

jaartal

V 2 Opbouw lasten

Exploitatie Kapitaallasten nieuwe investeringen Oude kapitaallasten

€ 1.800.000

Investeringsniveau (nb. Lasten als kapitaallast nieuwe investeringen)

€ 1.600.000

€ 1.400.000

Bedrag (€ 2011)

€ 1.200.000

€ 1.000.000

€ 800.000

€ 600.000

€ 400.000

€ 200.000

€0

jaartal

Voorkeursvariant (V 3) Opbouw lasten

Exploitatie Kapitaallasten agv toerekening uitbreidingen Kapitaallasten nieuwe investeringen

€ 1.800.000

Oude kapitaallasten Investeringsniveau (nb. Lasten als kapitaallast nieuwe investeringen)

€ 1.600.000

€ 1.400.000

Bedrag (€ 2011)

€ 1.200.000

€ 1.000.000

€ 800.000

€ 600.000

€ 400.000

€ 200.000

€0

jaartal

vgrp gemeente Lingewaal

Recommend Documents