Verslag van de KNGF regiobijeenkomst inzake Kwaliteit in Beweging o.l.v. het Nederlands Debat Instituut
RGF: Datum: Plaats:
Groot IJsselland 7 april 2014 De Vijverhoeve, Noordelijke Ruitenweg 1, Zwolle
Aanwezigen:
Verslag:
1.
Ongeveer 60 leden
Panel o Harry Gosselink, bestuur KNGF portefeuille Organisatie en Bedrijfsvoering o Susanne van Riesen, voorzitter RGF Noord-Holland o Ron van Heerde, Fysiocare Zuidoost Gelderland o Simone van Dulmen, IQ Healthcare o Bart van Pagée, manager Kwaliteit en Ontwikkeling bij KNGF
Nederland Debat Instituut o Joost Hoebink, gespreksleider
Vidipen Notuleerservice, Harskamp
Opening / welkomstwoord
Joost Hoebink opent de bijeenkomst om 19:30 uur en heet iedereen hartelijk welkom bij deze zevende regiobijeenkomst over Kwaliteit in Beweging. Hij geeft een korte toelichting op de gang van zaken op deze avond. In het eerste gedeelte van de avond wordt informatie verstrekt en kunnen vragen worden gesteld. In het tweede gedeelte van de avond wordt er gedebatteerd. Er is een notulist die geen namen zal vermelden in het verslag van het debat. Iedereen kan dus vrijuit praten. Er kunnen vragen worden gesteld aan de aanwezige experts. Ook kunnen vragen op papier gezet worden en in de vragendoos gedeponeerd worden. Die worden dan binnen een week beantwoord. Op de portal van Kwaliteit in Beweging kunnen de antwoorden op veel gestelde vragen in de andere bijeenkomsten worden teruggevonden. Er kan vanavond worden getwitterd via de hashtag "kwaliteitfysio". Aan het eind van de avond, voor de borrel, worden prijzen uitgereikt voor de beste debaters van de avond: De Bateend (voor degene die niet helemaal uit zijn woorden komt), de Pepermolen (voor degene met de meest gepeperde uitspraak) en de bokaal voor de beste debater.
2.
Toelichting op het waarom van Kwaliteit in Beweging
Inleiding door Harry Gosselink, fysiotherapeut en bestuurslid KNGF Allereerst heet Harry Gosselink de aanwezigen van harte welkom en spreekt zijn waardering uit voor de hoge opkomst. Dit is de tweede Kwaliteit in Beweging regiobijeenkomst die hij bijwoont.
De avonden zijn georganiseerd omdat het bestuur er belang aan hecht de mening van de leden te horen over “Kwaliteit in Beweging”. Het nieuwe kwaliteitssysteem moet immers met elkaar gebouwd worden. De vraag is hoe je kwaliteit kunt meten. Het vastleggen van procesindicatoren volstaat daartoe niet, daarom vindt het KNGF dat de beroepsgroep toe is aan een nieuw systeem. In 2006 werden de marktwerking geïntroduceerd in de fysiotherapie. Er moesten metingen worden gedaan en de fysiotherapeuten gingen werken aan het transparant maken van de kwaliteit. Kwaliefy bracht wat dat betreft niet wat men had gehoopt. Daarna kwamen de zorgverzekeraars met hun auditsystemen. Ook daarin ging het slechts om het meten van procesindicatoren. Twee jaar geleden besloten de fysiotherapeuten dat dit zo niet langer door kon gaan. De regie over de kwaliteit moest weer terug naar de beroepsgroep. Die moest bepalen wat kwaliteit is. Afgesproken werd dat er niet alleen op procesindicatoren zou worden gemeten maar ook op indicatoren die het primair proces betreffen. Daarover gaat Kwaliteit in Beweging. Belangrijke opmerking hierbij is dat Kwaliteit in Beweging niet een methode is om iemand af te rekenen, maar een methode om van elkaar te leren en om jezelf te verbeteren. Het systeem gaat meer in de richting van de outcome, van patiënttevredenheid, van de zgn. PROM’s. De meeste fysiotherapeuten doen mee aan de CQ-index, dat is een vergelijkbaar iets. Als een fysiotherapeut veel lager scoort dan zijn beroepsgenoten, dan wordt met betrokkene het gesprek aangegaan over het klinisch redeneren. Het is immers van belang om van elkaar te leren. Kwaliteit in Beweging levert op dat de beroepsgroep af is van het auditsysteem van de zorgverzekeraars. Dit hebben de zorgverzekeraars toegezegd. Hiervoor wordt nu samengewerkt met zorgverzekeraars en NPCF. Zo’n 5.000 fysiotherapeuten doen mee aan de vrijwillige kwaliteitsuitvraag. Het bestuur roept de andere collega’s op om dat ook te doen. De fysiotherapeut krijgt dan benchmark informatie waaraan hij kan zien hoe hij het doet ten opzichte van collega’s, maar verder krijgt niemand die informatie te zien. Tot slot zij gemeld dat er een drietal pilots met de PROM’s loopt, zodat het nieuwe systeem wordt zoals de beroepsgroep dat wil, en niet zoals de zorgverzekeraars dat willen. Vraag uit de zaal o
Waarom zijn de collega’s die geen lid zijn van het KNGF, niet uitgenodigd voor de Kwaliteit in Beweging informatieavonden? Die mensen hebben wel degelijk ook ideeën. Bart van Pagée antwoordt dat ervoor gekozen is om nu alleen de leden uit te nodigen maar daarna zal het KNGF de CKR-geregistreerde fysiotherapeuten deelgenoot maken van de ontwikkelingen.
Stand van zaken Kwaliteit in Beweging door Bart van Pagée (presentatie aan de hand van sheets) Bestuursvoorzitter Eke Zijlstra zei laatst tegen Roelof Konterman van Achmea: "Kwaliteit is van ons." Daarmee bedoelde hij dat het fysiotherapeutisch handelen van de beroepsgroep is. Want daarvan hebben fysiotherapeuten verstand en daarover willen zij dus de regie voeren. Roelof Konterman begreep dit. Hij vond het zelfs logisch dat de beroepsgroep die regie weer terug wilde nemen. Wilna Wind, directeur van de NPCF, zal vermoedelijk zeggen: "Kwaliteit is voor Regiobijeenkomst Kwaliteit in Beweging d.d. 07 04 2014
Pag. 2 van 13
ons." En dat is ook waar. Bij Kwaliteit in Beweging heeft de beroepsgroep te maken met patiënten/consumenten en met de zorgverzekeraars. Al die partijen zullen gaan erkennen dat fysiotherapeutisch handelen van de beroepsgroep is. Als het de beroepsgroep lukt om Kwaliteit in Beweging te realiseren, wordt er werkelijk een slag gemaakt. Het draagt bij aan het hart van het vak. Het gaat over klinisch redeneren en continu leren, ook van elkaar. Als het lukt om als beroepsgroep dit systeem op de kaart te zetten, dan kan de fysiotherapie haar financieel economische belangen ook beter borgen. Kijkend ook naar de substitutie van de tweede naar de eerste lijn, betekent het dat er ook kansen en mogelijkheden zijn vanuit de tweede lijn voor de sector fysiotherapie. Centrale thema's in Kwaliteit in Beweging zijn vakmanschap en kwaliteitsverbetering. Als je van elkaar wilt leren, is het klinisch redeneren van groot belang. Als alle informatie over patiënten in één database belandt en de fysiotherapeuten samen vaststellen wat kwaliteit is, als ze meten en periodiek terugkoppelen, dan kunnen ze vervolgens van elkaar leren. Het klinisch redeneren en het doorontwikkelen van het vak aan de hand van data van jezelf en de collega's in het land, zal maken dat het hart weer teruggaat naar het vakmanschap. De administratieve belasting zal verminderen door het nieuwe kwaliteitssysteem. Als er moet worden geadministreerd, dan alleen ten dienste van het vak en van de patiënt. Voor Kwaliteit in Beweging moet kwaliteit worden gedefinieerd, er zullen zaken moeten worden vastgelegd en worden gemeten. Er moet inzage worden gegeven aan collega's. Individueel en als beroepsgroep moet worden geborgd wat geleerd is en wat beter kan. De beroepsgroep is dat aan zichzelf verplicht, maar ook richting stakeholders. Als het gaat over een professionele standaard, dan gaat het over een combinatie van kwaliteit en volume, en ergens moet er een norm komen. Voor de professionele standaard worden er nu indicatoren ontwikkeld, namelijk:
PROM’s Gepast gebruik Patiënttevredenheid Verslaglegging Praktijk- en etalage informatie Overige CKR eisen
Wat de vastlegging betreft, heeft de fysiotherapie met een aantal richtlijnen te maken. Een aantal daarvan is verplicht, andere alleen als ze van toepassing zijn en er zijn ook richtlijnen die vrijwillig opgevolgd kunnen worden. De bestaande Richtlijn Verslaglegging zal nu niet veranderd worden. Er wordt gemeten om inzicht te verkrijgen. Bart van Pagée toont een lijst van rubrieken die uitgevraagd worden en die in de basisrichtlijn verslaglegging zitten. Nadere informatie kan worden gevonden op www.landelijkedatabasefysiotherapie.nl. Nadere toelichting op de pilots door Simone van Dulmen (aan de hand van sheets) Het KNGF heeft IQ Healthcare opdracht gegeven tot de ontwikkeling van de PROM’s. IQ Healthcare begeleidt de wetenschappelijke pilots, namelijk de pilots Fysiocare in Zuidoost Gelderland en Fysio Omni in Zeeuws-Vlaanderen. Daarnaast is er de landelijke pilot LDF waar 750 praktijken
Regiobijeenkomst Kwaliteit in Beweging d.d. 07 04 2014
Pag. 3 van 13
aan meedoen. De pilot in Zuidoost Gelderland is inmiddels bijna afgerond. IQ Healthcare heeft inmiddels redelijk wat ervaring opgebouwd, en merkt dat fysiotherapeuten heel enthousiast worden als zij voordelen zien van het klinisch redeneren in het gesprek met de patiënt om tot de juiste behandeling te komen. Klinisch redeneren kan dus ook in het behandelproces een doel hebben. Met alle EPD-leveranciers wordt gesproken om de LDF zo optimaal mogelijk te laten functioneren, zodat de patiënt liefst al voor aanvang van de behandeling zijn PROM kan invullen. De fysiotherapeut kan die vragenlijst dan meenemen in zijn anamnese. Bovendien blijkt dat uit het samen bespreken van de vragenlijst dingen naar voren komen die niet altijd uit de anamnese naar voren komen. Bij een langer durende behandeling kan na 6 weken aan de patiënt gevraagd worden om de vragenlijst nog een keer in te vullen, om de tussenstand op te maken, en aan het eind van de behandeling nog een keer om te kijken welke behandeldoelen zijn gerealiseerd. De data die uit deze metingen komen, worden verzameld in de landelijke database, en daar worden de scores berekend. De metingen zien op intake, diagnose, prognose, doelstelling, start behandeling, einde behandeling en evaluatie. Doel van Kwaliteit in Beweging is om inzicht te geven in kwaliteit. Dit inzicht kan de fysiotherapeut helpen in zijn verbetercyclus, omdat de uitkomsten van de metingen met elkaar besproken kunnen worden. In de pilots blijkt dat die discussie heel interessant is; het gaat dan over het klinisch redeneren. Er is een online feedback rapportage waarin de eigen gemiddeldes ten opzichte van die van collega’s en ten opzichte van het landelijk gemiddelde worden gezet. Er kunnen ook allerlei filters worden toegepast, bijvoorbeeld als je wilt weten hoe je scoort met rugpatiënten, of met oudere patiënten. Als de kwaliteit van de beroepsgroep is, dan moet de beroepsgroep dat ook borgen. Daarvoor is er het kwaliteitssysteem, met als onderdeel daarvan het CKR. Vervolg stand van zaken Kwaliteit in Beweging door Bart van Pagée: tijdlijn Bart Pagée merkt op dat Kwaliteit in Beweging niet klaar is. Het is de bedoeling van het bestuur om de komende jaren vaak bij de leden langs te gaan om op in gesprek te blijven alvorens de volgende stap wordt gezet. Het KNGF heeft een aantal uitgangspunten geformuleerd, en bij iedere volgende stap worden alle leden meegenomen. In 2014 is sprake van een vrijwillige kwaliteitsuitvraag, 30% van de fysiotherapeuten uit de eerste lijn is aangesloten en doet mee. Na de zomer vindt de landelijke uitrol van de PROM’s plaats. Op een gegeven moment zal er op basis van data en analyses een mogelijke normering komen per PROM. Dit wordt waarschijnlijk door IQ Healthcare gedaan. Dan zal met de leden moeten worden besproken wat zij in de praktijk vinden van die PROM’s en hoe de beroepsgroep dat moet vaststellen. In 2016 zal gesproken worden over een aantal PROM’s en de uitkomsten op basis van onderzoek. Vervolgens zal via ledenvergaderingen de norm voor een bepaalde PROM worden bepaald. Begin 2017 wordt de indicatornorm in gebruik genomen door de beroepsgroep. Vragen uit de zaal o
Wordt er bij de PROM’s onderscheid gemaakt in de diagnostiek? Simone van Dulmen beantwoordt deze vraag bevestigend. Er zit in de systematiek een aantal variabelen waarmee uitkomsten gecorrigeerd kunnen worden. Om te kunnen bepalen in welke mate dat moet gebeuren, is meer data nodig.
Regiobijeenkomst Kwaliteit in Beweging d.d. 07 04 2014
Pag. 4 van 13
o
Wij kunnen niet meedoen met de pilot omdat onze software nog niet geschikt is voor de uitvraag. Simone van Dulmen antwoordt dat FysioRoadmap inderdaad wat laat van start is gegaan, maar eind april is ook die software geschikt daarvoor.
o
Wanneer is de gegevensuitvraag van belang voor fysiotherapeuten in de tweede en derde lijn? Bart van Pagée antwoordt dat inmiddels ook pilots voor de tweede en derde lijn zijn gestart. Er loopt sinds twee á drie maanden bijvoorbeeld een pilot in een verpleeghuis voor mensen met een verstandelijke beperking, waarin wordt onderzocht wat de fysiotherapie wil meten. Als er wat meer resultaten van die pilot zijn, gaat het KNGF het land in om dat met de leden te bespreken.
o
Veel geriatrische patiënten kunnen de vragenlijsten niet zelf invullen. Simone van Dulmen zet uiteen dat in de pilots begonnen is met de vijf meest voorkomende aandoeningen, zodat veel mensen mee kunnen doen. Voor de geriatrie wordt bekeken of er PROM’s zijn die mensen in de naaste omgeving van de patiënt kunnen invullen, zoals bijvoorbeeld een mantelzorger. Vragenlijsten voor kinderen worden ook vaak door ouders ingevuld.
o
In hoeverre krijgen zorgverzekeraars inzicht in bepaalde gegevens? En maken we niet dezelfde fout als in het verleden? Bart van Pagée antwoordt dat het net opgerichte Kwaliteitsinstituut van alle beroepsgroepen transparantie verlangt. De maatschappij wil dat zo. Het Kwaliteitsinstituut wil dat de beroepsgroep samen met zorgverzekeraars en NPCF vaststelt wat kwaliteit is. Daarover wordt door die partijen overlegd. Het is de bedoeling te komen tot een gezamenlijke stichting. De data gaan naar één door alle partijen geaccepteerd systeem. Er komen afspraken over het aggregatieniveau waarop de verschillende partijen data krijgen. Wat de privacy betreft van de verzamelde data wordt nauwgezet aan de regels van het CBP voldaan.
Onder de titel 'Fysiotherapeuten over Kwaliteit in Beweging' wordt een kort filmpje vertoond. Daarin komen JanDiet Berendsen en Ron van Heerde aan het woord. Rob van Heerde doet mee aan de pilot in Zuidoost Gelderland en JanDiet Berendsen aan de pilot in Zeeuws-Vlaanderen
3.
Carrouseldebat
Het Carrouseldebat is een groepsdebat waarbij de deelnemers worden opgesplitst in drie groepen. Deze groepen gaan met elkaar in debat. Hierbij is groep 1 voorstander, groep 2 tegenstander en groep 3 luistert en oordeelt over het debat. Deze laatste groep beslist feitelijk, zij zijn de rechters. De voorstanders en tegenstanders hebben een opgelegd standpunt. Er worden twee debatten over verschillende stellingen gevoerd. Na elk debat wisselen de groepen van rol (voor, tegen of rechter) door van vak te wisselen.
Regiobijeenkomst Kwaliteit in Beweging d.d. 07 04 2014
Pag. 5 van 13
Stelling 1 "Een kwaliteitssysteem (zoals Kwaliteit in Beweging) is nodig voor de fysiotherapie." Stemmen rechters Van de rechters zijn er 3 tegen de stelling, één rechter onthoudt zich van stemming en de rest van de rechter is vóór de stelling. Opmerkingen vanuit het debat tussen voor- en tegenstanders o
Voor: De zorgverzekeraar betaalt en wil graag weten waarvoor hij betaalt. Daarom wil de zorgverzekeraar inzichtelijk hebben welke kwaliteit de fysiotherapeut levert. Tegen: Kwaliteit is heel subjectief.
o
Tegen: Een kwaliteitssysteem is ten behoeve van de zorgverzekeraar! De fysiotherapeuten leveren al jaren kwaliteit. Het is onwenselijk als zorgverzekeraars in de behandelkamer mee gaan kijken. Voor: Juist om de zorgverzekeraar weg te houden en zelf te kunnen bepalen wat kwaliteit is, moeten fysiotherapeuten met elkaar in gesprek over de vraag wat een goed kwaliteitssysteem is. Fysiotherapeuten moeten samen bepalen wat de kwaliteit is, anders doen de zorg verzekeraars dat wel.
o
Tegen: Fysiotherapeuten staan in het CKR en hebben dus al een kwaliteitssysteem .
o
Tegen: Er bestaat geen enkele autoverzekeraar die zelf ook de auto keurt.
o
Tegen: De beroepsgroep staat voor zijn eigen kwaliteit, en doet niet wat de zorgverzekeraar wil.
o
Voor: Het mooie van Kwaliteit in Beweging is dat het een samenwerking is tussen alle betrokkenen, namelijk fysiotherapeuten, zorgverzekeraars en patiënten/consumenten. Die samenwerking maakt het krachtig. Tegen: Samenwerking klinkt heel utopisch, maar fysiotherapeuten hebben een ander belang dan de zorgverzekeraars. De zorgverzekeraars willen slechts kosten verminderen, dus het risico is dat de fysiotherapeuten zelf de prijs betalen. Een zorgverzekeraar is eigenlijk alleen een schadeverzekeraar en wil zo min mogelijk uitkeren.
o
Voor: De fysiotherapeut levert al kwaliteit, maar het is belangrijk om dat op een hoog niveau te houden. Met dit systeem kan onderscheid gemaakt worden tussen fysiotherapeuten die wel en die geen kwaliteit leveren. Met Kwaliteit in Beweging neemt de beroepsgroep de kwaliteit zelf in de hand. Een fysiotherapeut die het niet goed doet, gaat eruit en de rest van de fysiotherapeuten wordt beter.
o
Tegen: Het is gewoon georganiseerd wantrouwen.
o
Voor: We moeten als beroepsgroep stoppen met de rol van slachtoffer aannemen. De fysiotherapeuten moeten het kwaliteitssysteem in eigen hand nemen en laten zien dat ze wat te bieden hebben.
o
Tegen: Uiteindelijk bepalen de patiënten wat kwaliteit is, en als een fysiotherapeut geen kwaliteit levert, dan heeft hij een lege praktijk.
Regiobijeenkomst Kwaliteit in Beweging d.d. 07 04 2014
Pag. 6 van 13
o
Tegen: Het is toch de zorgverzekeraar die bepaalt wat de fysiotherapeut uitbetaald krijgt. De beroepsgroep kan wel zeggen dat ze heel goed is, maar de laatste jaren heeft de fysiotherapeut daar bij de zorgverzekeraar niet veel van gemerkt.
o
Tegen: De zorgverzekeraar heeft een ander belang dan de fysiotherapeut. Het kwaliteitssysteem moet dus onafhankelijk van de zorgverzekeraar zijn.
o
Voor: Een kwaliteitssysteem moet samen met patiënten en fysiotherapeuten opgezet worden, en daaraan moet dan direct gekoppeld worden dat alle contracten met zorgverzekeraars opgezegd worden.
Vragen rechters aan de voor- en tegenstanders o
Beide partijen hebben het over kwaliteit. De ene keer wordt een argument vóór de stelling gebruikt, maar hetzelfde argument wordt door dezelfde groep ook tegen de stelling gebruikt. Hoe komt dat? - Tegen: Vanuit de beroepsgroep hebben we al richtlijnen, dus waarom moet er nog een kwaliteitssysteem komen. Rechter: De richtlijnen zijn er wel, maar wie zegt mij dat ze gehanteerd worden? Voor: Uiteindelijk zal de patiënt de kwaliteit bepalen. Die wil slechts van zijn klacht af, en of de fysiotherapeut dat volgens de richtlijn doet, maakt de patiënt niet uit. De patiënt tevredenheid is bepalend.
o Wat is de primaire reden om een kwaliteitssysteem op te tuigen? - Voor: De primaire reden is om in kaart te brengen waar de fysiotherapeut staat en hoe hij zich kan verbeteren. Met het Kwaliteit in Beweging gaan fysiotherapeuten met elkaar in gesprek over het klinisch redeneren, om verbeterslagen in de eigen kwaliteit te kun nen maken. Dat moet de drive zijn. - Tegen: De vraag is dan voor wie de fysiotherapeut die verbeterslag maakt: voor zichzelf of voor de zorgverzekeraar. Want in alle systemen tot nu speelt de zorgverzekeraar een te grote rol. Voor: Dus laten we zelf dat kwaliteitssysteem maken! o Hoe voorkom je dat het een strijd wordt tussen fysiotherapeuten over de vraag wie de beste is en de mooiste praktijk heeft etc. - Tegen: Het beleid dat door zorgverzekeraars is ingezet met Pluspraktijken e.d. maakt dat die strijd al begonnen is. Met Kwaliteit in Beweging gaat een extra shifting ontstaan. - Tegen: Het risico van iets doen waarop patiënten zo grote invloed hebben, is dat de fysiotherapeut zijn patiënten gaat pleasen, maar hij moet zijn patiënten behandelen! Want wat de patiënt hebben wil, is niet altijd wat ook goed is voor hem. Voor: Een kwaliteitssysteem houdt in dat niet slechts op klanttevredenheid wordt getoetst, maar ook op andere aspecten. Stemmen rechters Van de rechters stemmen er nu 4 tegen de stelling, waarmee de tegenstanders het debat hebben gewonnen.
Regiobijeenkomst Kwaliteit in Beweging d.d. 07 04 2014
Pag. 7 van 13
Interview met rechter die door het debat van mening is veranderd o
De tegenstanders hebben beter gedebatteerd, en ik was het grotendeels met ze eens. Gezien de problemen die dit oplevert ten aanzien van de zorgverzekeraars, zou de beroepsgroep zich nog eens heel goed moeten beraden op de vraag waarmee ze bezig is.
Stemmen iedereen Er stemmen ca. 10 leden tegen de stelling, de rest is vóór. Reactie voor- en tegenstanders o o
o
Een kwaliteitssysteem is op zich goed, mits de verhouding tussen partijen goed is. Zou het niet mooi zijn als een kwaliteitssysteem wordt opgezet waar iedere fysiotherapeut aan moet voldoen, zodat er geen onderscheid meer is tussen praktijken (dus geen Plus praktijken meer). De tijd die fysiotherapeuten de afgelopen jaren geïnvesteerd hebben in al die eisen, had ook in het updaten van vakinhoudelijke kennis kunnen worden gestoken. Met andere woorden: er gaat erg veel tijd, geld en energie in zitten.
Reactie expertpanel o
o
Ron van Heerde licht toe hoe bij de opzet van de wetenschappelijke pilot eerst alle geschiedenis met de zorgverzekeraar aan de kant is gezet. Vervolgens is met Menzis over de pilot gesproken, en die heeft zijn volledige medewerking gegeven. Menzis hoeft geen inzage in de data te hebben en wil niet weten welke patiënt beter is geworden of slechter etc. Menzis wil daarin per praktijk geen onderscheid maken. Geopperd werd dat de Pluspraktijken in het nieuwe systeem zullen uitblinken, maar dat is niet het geval. Het maakt ook niet uit hoeveel collega’s een praktijk heeft. De ervaring binnen de pilot is dat een kleine praktijk ook goed kan meedraaien. Bart van Pagée merkt op dat door met drie partijen in een stichting te gaan zitten, de invloed van de zorgverzekeraars beperkt wordt. Er gaan pas rapportages gedraaid worden als daarover gezamenlijk overeenstemming is bereikt. Er komt ook een gebruikersraad waarmee kan worden besproken wat er veranderd zou moeten worden als de rapportages niet bevallen. Daarnaast is er een aantal uitgangspunten, waaronder het uitgangspunt dat Kwaliteit in Beweging het enige geaccepteerde kwaliteitssysteem is. Het KNGF heeft er ook voor gezorgd dat de zorgverzekeraars gaan meebetalen aan dit systeem. Het gaat om een bijdrage van 50%. Vraag: Krijgen de praktijken dat geld, of het KNGF? Opmerking: En nog een opmerking over het filmpje op de KNGF site. Daar vertelt een dame van de NPCF hoe mooi het nieuwe systeem zal zijn en dat men dan kan zien wat de beste behandelaar is, maar dat suggereert iets wat niet waargemaakt kan worden. Antwoord: Bart van Pagée merkt op dat het belang van de NPCF is dat de patiënt een geïnformeerde keuze kan maken voor een zorgaanbieder. Reactie: Dat is niet wat het filmpje zegt. Antwoord: De NPCF is zich ervan bewust dat de uitkomst van één fysiotherapeut niets hoeft te zeggen als de aantallen te klein zijn. De NPCF geeft aan geen uitkomst te hoeven hebben op het niveau van een behandelaar, maar op het niveau van een praktijk. De NPCF hoe ft dus geen inzicht op het niveau van behandelaar te krijgen.
Regiobijeenkomst Kwaliteit in Beweging d.d. 07 04 2014
Pag. 8 van 13
Stelling 2 "Werken volgens Kwaliteit in Beweging moet een verplichting worden voor het CKR." Stemmen rechters Van de rechters stemmen er tien vóór en ca. tien tegen de stelling. Opmerkingen vanuit het debat tussen voor- en tegenstanders o
Voor: Het is een logisch gevolg van het werken met een kwaliteitssysteem dat je je kwetsbaar durft op te stellen.
o
Tegen: Een verplichting is een veel te zwaar woord. Het CKR borgt al veel zaken op het gebied van kwaliteit, en het gaat te ver om ook Kwaliteit in Beweging verplicht te stellen. Daar moet je gemotiveerd van af kunnen wijken.
o
Tegen: Wat het CKR betreft is de wijze waarop de fysiotherapeut aan nascholing doet, redelijk vrij maar met het Kwaliteit in Beweging heeft de fysiotherapeut geen keuze.
o
Tegen: De beroepsgroep wil zelf de kwaliteit bepalen en de zorgverzekeraar is er slechts op uit om de kosten zo laag mogelijk te houden, dus waarom zou je de zorgverzekeraar laten meebetalen aan het systeem? En als in het kwaliteitssysteem ook de patiënttevredenheid wordt gemeten, dan komt daarin ook de tevredenheid van de patiënt tot uiting over bijvoorbeeld de koffie die in de praktijk wordt geschonken.
o
Voor: Prima om er een verplichting van te maken.
o
Voor: Door KWALITEIT IN BEWEGING verplicht te stellen, kunnen fysiotherapeuten aan het KNGF de eis stellen dat het een goede nascholing moet borgen. En als er van de benchmark wordt afgeweken, dan is het ook de taak van de beroepsgroep om mensen daarmee te helpen.
o
Tegen: Fysiotherapeuten leveren al kwaliteit, hetgeen geborgd wordt door in het CKR te staan. Waarom moet daar dan nog Kwaliteit in Beweging bij komen?
o
Tegen: Het systeem is niet stabiel genoeg om het voor alle verbijzonderingen (denk bijvoor beeld aan sport- of kinderfysiotherapie) verplicht te stellen.
Vragen rechters aan de voor- en tegenstanders o
Ik had vóór de stelling gestemd want ik ging ervan uit dat Kwaliteit in Beweging iets is waar als beroepsgroep voor gekozen wordt, maar wat levert het de patiënt/klant op als we dit verplicht gaan stellen? - Voor: Door Kwaliteit in Beweging verplicht te stellen voor het CKR, laat de fysiotherapeut zien dat hij bijgeschoold is, maar de fysiotherapeut laat ook de kwaliteit van zijn handelen zien. - Voor: Door Kwaliteit in Beweging krijgt de patiënt meer inzicht; hij kan gaan vergelijken. Tegen: Het is niet zo dat de patiënt meer inzicht krijgt, noch in de kwaliteit van de fysiotherapie, noch in de manier waarop de patiënt wordt behandeld. Er staat nergens dat dit soort zaken op een website wordt gepubliceerd. Tegen: Patiënten in ziekenhuizen worden al naar een bepaalde fysiotherapie gestuurd, zij hebben al geen keuze meer.
Regiobijeenkomst Kwaliteit in Beweging d.d. 07 04 2014
Pag. 9 van 13
- Tegen: Met Kwaliteit in Beweging moeten allemaal vragenlijsten worden ingevuld, maar er zijn veel patiëntengroepen (denk aan kinderen, allochtonen, geestelijk gehandicapten) die dat zelf niet kunnen. Het is heel lastig om daarvoor een systeem te ontwikkelen. - Tegen: Als ieder in het CKR staat en ieder zou meedoen met het Kwaliteit in Beweging, dan is er geen enkel onderscheid en verandert er niets. Stemmen rechters Van de rechters stemmen er nu 9 vóór de stelling, waarmee de tegenstanders het debat hebben gewonnen. Interview met een rechter die van mening is veranderd o Ik vraag mij af of Kwaliteit in Beweging praktijk gerelateerd gaat worden, terwijl CKR toch een individuele kwestie is. Dat is in de discussie niet naar voren gekomen, maar heeft mij aan het twijfelen gebracht. Reactie: Deze rechter spreekt zich niet uit op basis van voor- en tegenargumenten, maar brengt zelf een stelling in! ;-) Stemmen iedereen Een ruime meerderheid stemt tegen de stelling. Reactie voor- en tegenstanders o
Kwaliteit in Beweging kan niet verplicht gesteld worden. Het KNGF kan hier alleen mee doorgaan als 75-80% van de leden er achter staat. Er ligt hier dus een taak voor het KNGF. Het is daarom jammer dat mensen die geen lid zijn, niet betrokken zijn.
Reactie expertpanel o
o o
o
Simone van Dulmen reageert op de vraag of het systeem wel geschikt is voor sommige groepen patiënten. Zij wijst erop dat naar meerdere aspecten wordt gekeken en meldt dat er wordt gewerkt aan een vragenlijst die voor alle patiëntengroepen geschikt is. Uit de gevoerde discussie neemt zij mee dat er meerdere factoren moeten worden meegenomen om de kwaliteit te meten. Bart van Pagée neemt de vraag mee of het CKR voor de fysiotherapeut is en het Kwaliteit in Beweging voor de praktijk. Het KNGF zal (bijvoorbeeld via social media) gaan uitleggen dat de rapportages niet alleen op praktijkniveau maar ook op individueel niveau zullen worden teruggekoppeld. Desgevraagd naar de wijze waarop van bijvoorbeeld ZZP’ers de kwaliteit te meten is, antwoordt Bart van Pagée dat die vraag ook tijdens de tweede Kwaliteit in Beweging bijeenkomst is gesteld; daar komt nog een antwoord op.
Stelling 3 "Ondanks dat we nog geen harde toezeggingen hebben van de verzekeraars moet we doorgaan met Kwaliteit in Beweging." Stemmen rechters Van de rechters zijn er 11 vóór de stelling en ongeveer een gelijk aantal is tegen de stelling.
Regiobijeenkomst Kwaliteit in Beweging d.d. 07 04 2014
Pag. 10 van 13
Opmerkingen vanuit het debat tussen voor- en tegenstanders o
Voor: De fysiotherapeut moet in zichzelf geloven! Als de fysiotherapeut in zichzelf gelooft en kwaliteit levert, zal hij vanzelf ook klanten hebben.
o
Tegen: Zorgverzekeraars zullen de toezegging moeten doen dat de tarieven omhoog gaan. De huidige Pluspraktijken hebben nu immers een hoger tarief, en zouden anders weer in tarief omlaag gaan. Ieder moet dus de tarieven krijgen die de Pluspraktijken ook krijgen. Voor: Een fysiotherapeut is vooral ook een ondernemer, en kan dus los van zorgverzekeraars zelf zijn prijs bepalen.
o
Voor: Kwaliteit in Beweging is een leersysteem voor de fysiotherapeut zelf en voor de praktijk als zodanig., dus: ga gewoon door! Zorgverzekeraars hebben tot taak om kwaliteit in te kopen, dus de fysiotherapeut zal kwaliteit moeten leveren. Een fysiotherapeut die geen kwaliteit levert, zal sowieso geen klanten hebben.
o
Tegen: Als zorgverzekeraars naast ons eigen systeem nog een extra systeem eisen, dan houden we geen tijd meer over voor de patiënt.
o
Tegen: Klanten van een fysiotherapeut kiezen wellicht niet voor een fysiotherapeut bij wie ze niet weten waar hun gegevens blijven. Zij kiezen dan misschien liever voor een zelfstandig fysiotherapeut die niet in het Kwaliteit in Beweging systeem meedraait. Voor: Het is geborgd dat de gegevens veiliggesteld zijn!
o
Voor: De fysiotherapeut moet een keer af van zijn bescheidenheid en het aandurven om transparant te zijn over wat hij levert en waar hij voor staat. Hij moet zo overtuigd zijn van zijn kwaliteit, dat hij bereid is om daarin nóg meer te investeren. De zorgverzekeraar zal dan wel mee moeten doen en zo niet, dan moet de beroepsgroep stoppen met het systeem.
o
Tegen: Zorgverzekeraars zijn een onbetrouwbare partner, die al jaren te weinig betalen.
o
Voor: De beroepsgroep moet uitgaan van haar eigen kracht. Als de fysiotherapie haar kwaliteit gaat borgen, dan heeft de beroepsgroep een product dat telt. De zorgverzekeraar kan dan niet om de fysiotherapie heen en zal dan wel moeten betalen.
o
Voor: Het nieuwe systeem brengt niet een heel andere werkwijze dan de huidi ge met zich mee, dus er is geen reden om er zo angstig voor te zijn.
Vragen rechters aan de voor- en tegenstanders o
Als er in plaats van “zorgverzekeraars” zou staan “andere potentiele financieringsbronnen”, bent u dan nog steeds zo tegen? - De fysiotherapie is in staat haar eigen kwaliteit hoog te houden, dus het maakt niet uit welke partij het financiert. De beroepsgroep moet er voor gáán! - Daar zit nog een groot gat in de markt; juist omdat de fysiotherapie in haar eigen kracht gelooft, zou het goed zijn om andere financieringsbronnen aan te schrijven. - Waarschijnlijk zijn de meetinstrumenten die gebruikt gaan worden, nog onvoldoende gevalideerd om voor betalende instanties de goede kwaliteit te kunnen aan te tonen. - Als er geen harde toezeggingen van de zorgverzekeraars zijn, dan is er het risico dat er heel veel tijd, geld en energie wordt gestoken in iets wat uiteindelijk niets oplevert. Dat zou heel jammer zijn.
Regiobijeenkomst Kwaliteit in Beweging d.d. 07 04 2014
Pag. 11 van 13
o Gezien het meerderheidsbelang van 50% van de zorgverzekeraars in de stichting met NPCF en de fysiotherapie, is het niet duidelijk waarom de fysiotherapie nog met het Kwaliteit in Beweging door zou moeten gaan. Zijn de zorgverzekeraars wel te vertrouwen als ze het grootste deel van de investeringen voor Kwaliteit in Beweging voor hun rekening nemen? Het antwoord op de vraag lijkt te zijn dat de beheersaudits ook veel geld kosten en dat de afdelingen die daarmee bezig zijn, nu gesloten kunnen worden. - De beheersaudits gaan automatisch, het is niet zo dat zorgverzekeraars daar heel veel mensen voor aan het werk hebben. - Voor zorgverzekeraars is het belangrijk om in de Kwaliteit in Beweging ontwikkeling te participeren want fysiotherapie lijkt een kostenpost te zijn, maar in andere disciplines levert het juist een besparing op. Stemmen rechters Van de rechters stemmen er nu 13 voor de stelling, waarmee de voorstanders het debat hebben gewonnen. Interview met rechters die van mening zijn veranderd o De argumenten van de voorstanders zijn duidelijker en helderder dan van de tegenstanders. O.a. dat de beroepsgroep zelf bepaalt of ze verder gaat met Kwaliteit in Beweging, los van wat de zorgverzekeraar doet, is een duidelijk standpunt. Stemmen iedereen Een ruime meerderheid is het met de stelling eens, maar een substantieel deel van de leden niet. Reactie expertpanel o
o
Harry Gosselink neemt allereerst uit de discussie van vanavond mee dat het belangrijk is om dit soort bijeenkomsten te houden. Er komt ook een aantal zaken naar voren waarvan duidelijk is dat ze om een nadere uitleg vragen. Heel veel fysiotherapeuten doen bijvoorbeeld mee aan FPM en sturen daarmee heel veel gegevens van patiënten door, terwijl bij Kwaliteit in Beweging alleen het geboortejaar van de patiënt wordt gevraagd, maar bij Kwaliteit in Beweging worden vragen over privacy gesteld. Dit is nu de zevende bijeenkomst en dit is absoluut een heel andere avond dan de eerste. De antwoorden op vragen die vanavond gesteld zijn, zullen op de site terug te vinden zijn. Een paar keer is erop aangedrongen om massaal te stoppen met contracteren, maar het bestuur kan dat niet adviseren, net zomin als dat het bestuur het niet over het tarief kan hebben. Eén ding is duidelijk: de discussie is nog niet ten einde. Echter, de beroepsgroep zal steeds kijken waar ze zich kan verbeteren, dus daarom: doe gewoon mee! Ieder kan nu al aansluiten bij de FysioRoadmap, en krijgt dan zelf te zien wat wordt uitgevraagd. Die informatie gaat niet naar de zorgverzekeraars. Susanne van Riesen neemt van deze avond mee dat zij het carrouseldebat een heel leuke vorm vindt om interactief met elkaar te communiceren. Het is leuk om te zien dat mensen die ergens vóór zijn, ook heel goed een debat als tegenstander kunnen voeren.
Regiobijeenkomst Kwaliteit in Beweging d.d. 07 04 2014
Pag. 12 van 13
o
Bart van Pagée neemt mee dat de discussie over Kwaliteit in Beweging iets lijkt te doen met zelfbewustzijn. Ook op andere avonden kwam dat naar voren, en hij ervaart dat als heel positief.
Reactie o
In het verleden zijn er regelmatig problemen geweest over de wijze waarop het KNGF omging met de leden en het RGF. De vraag van de leden om verbetering heeft geholpen! [applaus]
Prijsuitreiking Susanne van Riesen doet de prijsuitreiking. Zij merkt op dat het de jury heeft getroffen hoe ieder zich zo goed kon verplaatsen in de groep waarin hij zat. De vergelijking van fysiotherapeuten met autoverzekeraars is wat de jury betreft misschien wel de Bateend waard, maar de Bateend gaat toch naar de mijnheer die de uitspraak deed dat de slager zijn eigen worst (in plaats van vlees) keurt. De pepermolen gaat naar een mijnheer die stelde dat de fysiotherapeut van zijn bescheidenheid af moet, moet durven om arrogant te zijn, om transparant te zijn en om te kiezen voor een eigen systeem. De jury vindt dat een heel heldere uitspraak. De bokaal voor de beste debater gaat naar een mijnheer die stellig verdedigde dat Kwaliteit in Beweging een leersysteem zou worden. [applaus]
4. o
o o
5.
Laatste vragen / opmerkingen Aanmelden voor de landelijke database kan via de website www.landelijkedatabasefysiotherapie.nl. Als er nog vragen leven die vanavond nog niet beantwoord zijn: die kunnen in de doos bij de uitgang gedeponeerd worden. De leden worden verzocht om allemaal op de RLV van 20 mei a.s. in Spier te komen. Er komt een spreker die de toekomst van de fysiotherapeut vanuit het perspectief van de patiënt beziet.
Dankwoord
Susanne van Riesen dankt de aanwezigen voor hun inzet en de wijze waarop zij vanavond allemaal hebben meegedaan aan het debat. De bijeenkomst wordt om 22.00 uur gesloten.
Regiobijeenkomst Kwaliteit in Beweging d.d. 07 04 2014
Pag. 13 van 13