Symposium Groene ICT: Daar kom je verder mee! Het symposium Groene ICT: Daar kom je verder mee! Van SURF dat op 18 januari 2012 plaatsvond was een succes. Meer dan 110 deelnemers deden actief mee aan de verschillende sessies, over de groene cloud, powermanagement en duurzaam inkopen. Hieronder volgt een korte impressie van de dag. Het programma en de presentaties zijn online na te lezen.
Open in gs k eyn ote Aart van Veller, oprichter van Adviesbureau WZK en jongste van de Trouw Top 100 meest invloedrijke duurzame Nederlanders, opende het symposium met een keynote presentatie onder de titel 'Duurzaam ondernemen, de kern van succes'. Hij ging daarbij in een inspirerend betoog in op het ‘why’, ‘how’ en ‘what’ van duurzaam ondernemen. Veel Nederlandse multinationale ondernemingen tonen leiderschap ten aanzien van duurzaamheid. Men is ervan overtuigd dat duurzaamheid een kritische succesfactor is. Er is een ontwikkeling gaande van Corporate Social Responsability (CSR) naar Creating Shared Value (CSV). Aart van Veller ziet daarbij drie pijlers centraal staan: innoveren, inspireren en communiceren, gekoppeld aan een lange termijn doel. Duurzaamheid is daarbij de keydriver van innovatie – niet andersom. Met betrekking tot ICT ziet hij een belangrijke rol weggelegd als versneller voor duurzame energietransitie.
Paral lels es s ie: M eten is weten Paul Poetsma (Mansystems) opende de sessie met een algemene introductie van OpenDCME en een toelichting op de functionaliteiten van de Blue IT Portal, een online tool om duurzaamheidsKPI’s op ICT-gebied bij te houden. Na deze intro werd in interactie met het publiek het nut besproken. Conclusie was dat ranking motiverend zou moeten werken. Dit sloot mooi aan op de volgende spreker, Wladimir Mufty (SURFnet) die de benchmarkpilot aankondigde. Deze pilot biedt instellingen uit het HO een jaar lang gratis toegang tot de Blue IT portal. De startbijeenkomst wordt op 15 februari gehouden en iedere op SURF aangesloten instelling kan deelnemen! Rudolph Staal (HAN), tenslotte, sprak over storagemanagement, iets dat ze bij de Hogeschool Arnhem Nijmegen willen oppakken o.a. naar aanleiding van de ICT-scan die ze eerder hebben laten uitvoeren. Rudolph maarkte met voorbeelden als of en hoe lang e-mails opgeslagen moeten worden, duidelijk dat storage managen veel voordelen kan brengen. Al met al was het een nuttige en motiverende sessie, waarbij men graag de eigen prestaties wil vergelijken met de rest van de deelnemers en dat de door SURFnet aangeboden pilot deze beoogde benchmark hiervoor een mooie volgende stap is.
Paral lels es s ie: P ower man agemen t Henri ten Hofte (Novay) startte met de mededeling “er ligt €100.000,-- euro onder uw stoel!” waarmee hij de aandacht trok voor de uitkomsten van het onderzoek naar de mogelijkheden van powermanagement van werkplekapparatuur dat hij voor SURF heeft uitgevoerd. Hoewel de besparingsmogelijkheden voor iedere instelling verschillend zijn, is powermanagement wel een relatief eenvoudige manier om snel geld te besparen. Iedere instelling zou voor zich een business case moeten maken om de kansen in kaart te brengen. Kanttekening is wel dat zaken als het nieuwe werken en de cloud van invloed zijn door het overschakelen op persoonlijke apparatuur, waardoor centrale powermanagement lastig zou kunnen worden. 1
Dirk Borner (OU) sprak over de resultaten van zijn project uit de innovatieregeling Duurzaamheid & ICT. Hij onderzocht de mogelijkheid van het personaliseren van het energiegebruik, dit vervolgens visueel uit te drukken om te kijken hoe mensen hierop zouden reageren. Hoewel het onderzoek nog loopt, zijn de visualisatietools online open source beschikbaar. Laura Kornegoor (Studenten van morgen) ging tenslotte in op de mogelijkheden van het inzetten van studenten. Hoewel de hoge doorloopsnelheid van studenten de samenwerking minder stabiel maken, is het duidelijk dat studenten van betekenis zijn en van invloed zijn op de organisatie. Opvallend is wel dat studenten sneller willen dan dat de instellingen kunnen realiseren.
Paral lels es s ie: D u u r zaam in kopen Eindelijk begint Duurzaam inkopen handvatten te krijgen. Tijdens de drie presentaties (Tonny van Wijk – SURFdiensten, Nienke de Lange – Cap Gemini, Joost Visser – Kennisnetwerk Duurzame Software) was te zien dat er op elk gebied oplossingen zijn waarmee duurzaamheid in het inkoopproces geborgd kan worden: Software - nadenken over de netheid (en efficiëntie) van programmeren, gekoppeld aan een technisch ontwerp dat kijkt naar de echt noodzakelijke beschikbaarheid, zal leiden tot lagere hardware specificaties, stroom besparen en derhalve een lagere Total Cost of Ownership (TCO) Diensten - De CO2-prestatieladder is een middel om de duurzaamheid van organisaties uit te vragen op dienstenniveau Hardware - De checklist biedt de mogelijkheid objectief meetbare selectie- en gunningscriteria in het inkoopproces op te nemen. Algemeen werd erkend dat het nadenken over de CO2-footprint van een organisatie zal leiden tot innovatieve ideeën hoe deze te verlagen, maar ook tot vernieuwing op andere vlakken die over het algemeen positief zijn voor de eigen prestaties. Iedereen werd opgeroepen om een footprint voor de eigen organisatie op te stellen gevolgd door doelstellingen om deze jaarlijks te verlagen.
Paral lels es s ie: I n n ovatieprojecten bij de in s tellin gen Tijdens deze sessie werden drie van de vijf winnende projecten van de innovatieregeling Duurzaamheid & ICT gepresenteerd. Anne Hamburger (UU) vertelde hoe ze bij de Universiteit Utrecht werken aan het centraliseren en digitaliseren van de studentenadministratie om de papieren archiefvraag te beperken. In dit project werd onderzocht hoe de verschillende processen en systemen gecentraliseerd konden worden en wat de impact is qua CO2-uitstoot. Pieter Meulenhoff (TNO) liet een model zien waarin de keten van ICT-gebruik van e-Science werd onderzocht. Met dit model, met de hoeveelheid data en het netwerkverkeer als parameters, werd inzichtelijk gemaakt of het beter zou zijn, vanuit oogpunt van energiegebruik, om storage en/of rekenkracht al dan niet te centraliseren. De sessie werd afgesloten door Pascal Ravesteijn (HU), die vertelde over hoe principes van het nieuwe werken op een campus toegepast zouden kunnen worden, niet alleen in de bedrijfsvoering maar ook in het onderwijs, i.e. het nieuwe leren. Er liggen hier zeker kansen, niet alleen vanuit duurzaamheidsperspectief maar ook vanuit onderwijskundig perspectief. Dit vraagt echter wel een open houding van de werknemers en studenten en dit zou wel eens het grootste obstakel kunnen zijn.
2
De discussie na afloop onderstreepte opnieuw dat nadenken over en bezig zijn met duurzaamheid juist leidt tot innovatie en groei en dat deze boodschap zoveel mogelijk moet worden uitgedragen. Al het materiaal dat tijdens de innovatieregeling is ontwikkeld, is online beschikbaar voor het hoger onderwijs.
Paral lels es s ie: D u u r zaamh eids beleid In de verbanden MJA3 en DUPLHO worden organisaties gestimuleerd om duurzamer te gaan werken. Niet alleen op het gebied van ICT, maar integraal. Het is zinvol om als organisatie eerst in kaart te brengen hoe de duurzaamheid (vaak vereenvoudigd tot het energiegebruik) er voor alle deelprocessen uitziet; denk aan vervoer van studenten en medewerkers, inkoop van goederen en diensten, afval, klimaatbeheersing, verlichting en uiteraard ICT. Door die integrale benadering is inzichtelijk welke thema's het meeste impact hebben en kunnen keuzes gemaakt worden. Vervolgens is dan wel de vraag, hoeveel winst er in een thema te behalen valt en hoe makkelijk of moeilijk dat is. Het ligt voor de hand om daarin de weg van de minste weerstand te kiezen: ga eerst voor het laaghangend fruit en gaandeweg kennis en draagvlak op te bouwen om steeds een stapje verder te gaan. Kennis en techniek zijn belangrijke randvoorwaarden om succes te kunnen boeken maar uiteindelijk is de belangrijkste succesfactor 'mensenwerk'. Zonder draagvlak bij de betrokkenen lukt het niet. Vaak lukt het binnen één afdeling nog wel om een verandering door te voeren. Maar als het over meerdere afdelingen of organisaties heen gaat, wordt het al gauw moeilijker. Dan is het toch vooral zaak om uit je hokje te komen en actief de samenwerking op te zoeken, zowel bij de uitvoerenden (bottom up) als bij de beslissers (top down). Zoek ook de verbinding met andere onderwijsinstellingen om van elkaar te leren, elkaar te inspireren en voorbeelden te verzamelen waar je je eigen organisatie mee kunt overtuigen.
Paral lels es s ie: D u u r zame dat ace n tra Tijdens de sessie over duurzame datacenters gaven vertegenwoordigers van drie verschillende instituten een overzicht van de maatregelen en uitgangspunten die gebruikt zijn om de duurzaamheid te vergroten. Als eerste gaf Erwin van de Heuvel (Universitair Medisch Centrum Utrecht) een overzicht van het proces en de keuzes die gemaakt zijn om te komen tot net nieuw opgezet “zeer groen” datacenter (initieel 500 m2 en 350 kW) met een extreem lage PUE. Marco Kappe (Vancis) gaf een overzicht van de duurzaamheids maatregelen in het datacenter van SARA/Vancis in Amsterdam. Hij pleitte ervoor om wat betreft duurzaamheid niet allen te richten op het verlagen van de PUE (Power Usage Effectiveness) maar om door energiezorg “op structurele en economisch verantwoorde wijze organisatorische, technische en gedragsmaatregelen uit te voeren om het gebruik van energie (incl. energie voor de productie en het gebruik van grond- en hulpstoffen) te minimaliseren” en energiezorg in de hele organisatie (van directie tot de werkvloer) te verankeren. Als laatste gaf Hans Gankema (Rijksuniversiteit Groningen) een overzicht van de “groene ideeën die werken” en bij de upgrade van twee rekenhallen ingezet zijn. Zijn analyse bevatte een overzicht van de maatregelen die getroffen zijn maar ook de kosten die erbij betrokken zijn om tot een energie zuiniger datacenter te komen Uit alle voordrachten en de discussie is duidelijk geworden dat er niet een silver bullet bestaat, die ene maatregel die de duurzaamheid vergroot, maar een heel scala van maatregelen nodig is.
3
Paral lels es s ie: D u u r zaamh eid in IC T -cu rricu la Aan de hand van presentaties van Henk Plessius (HU) en Ernst Mak (Inholland) werd levendig gediscussieerd over hoe duurzaamheid ingebed kan worden in ICT-curricula. Een van de punten was dat mensen met elkaar in contact moeten worden gebracht. Ten eerste degenen uit de ICT die al bezig zijn met duurzaamheid te integreren. Zo kan informatie worden gedeeld met het netwerk en ontstaan er mogelijkheden voor het overnemen concrete voorbeelden, de best-practices, tevens de ins en outs, zodat men het wiel niet telkens opnieuw hoeft uit te vinden en gemakkelijk kan aansluiten. Suggesties voor de manier van communicatie was in een interactieve, nieuwe en vooral toegankelijke vorm: bijv. door gebruik te maken van filmpjes om een breder publiek te bereiken, en Wikipedia als voorbeeld bij ontwikkelen lesmateriaal door experts gezamenlijk op een soort aan te passen digitaal platform. Multidisciplinariteit als de kracht van het probleem zien: men moet ervoor zorgen dat integratie van duurzaamheid overal terugkomt, maar dat eerst inzien. Ook werd er sterk benadrukt dat duurzaamheid dus ook geen apart vak zou moeten zijn, maar dat het juist aan alle losse vakken toegevoegd zou moeten worden waar het aansluit. Ook geldt het uiteraard niet alleen voor ICTvakken, maar in alle disciplines zou het juist kunnen worden toegepast.
Paral lels es s ie: T h e G r een C lou d De workshop Green Cloud werd ingeleid door twee sprekers: Paul Dekkers van SURFnet en Freek Bomhof van TNO. Eerste ging vooral in op de lokale omstandigheden van de datacenters en kwam met een IJslands voorbeeld: nagenoeg CO2 neutrale energie, optimale koelomstandigheden én goede dataverbinding naar het SURFnet. Dit draagt bij aan een groene cloud. Tweede spreker ging vooral in op het concept van de cloud en wat deze groen maakt, in de vorm van een handteerbare checklist. In de discussie kwam naar voren dat in het hoger onderwijs samengewerkt kan worden om redundantie te optimaliseren en minimaliseren. De vraag is welk terrein (bijv. data, welke?) zich het beste leent en hoe dit te organiseren en met welke randvoorwaarden (bijv. juridisch). Een heel andere vraag ging over systeemefficiëntie: wat is energie efficiënter en uiteindelijk ook groener: transport van data of transport van energie? Van energietransport is bekend hoeveel verlies dit met zich mee brengt. Ook de datatransportcapaciteit is van belang: is deze voldoende of zijn bepaalde functies uitgesloten? Bijv. grote berekeningen met veel data? Vervolgonderzoek werd dringend aanbevolen met name gericht op de transportvraag.
Slotkeyn ote De slotkeynote was van Ron Bormans, voorzitter van het College van Bestuur van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. Hij startte met een provocerende vergelijking: duurzaamheid is als een trektocht met kamelen; er is altijd een kameel de langzaamste en dat is… ICT. In andere sectoren als de bouw van nieuwe schoolgebouwen of de automotive industrie is er een ratrace gaande om de meest duurzame oplossing te creëren. Men doet dat niet uit bevlogenheid maar realiseert zich het eigenbelang. Ron Bormans stelde dat ICT bedrijven hier ver bij achterblijven. Zij investeren veel te weinig in duurzaamheid; zowel op het terrein van hardware als software. Dat is verbazingwekkend, want het is een fascinerende wereld waar innovatie doorheen giert. Op de vraag hoe dat komt, stak hij de hand in eigen boezem: wij vragen het niet! Duurzaamheid moet een issue worden in het inkoopbeleid. Daarnaast is het ook een typisch hoger onderwijs thema: duurzaamheid genereert innovatie. In de opleiding autotechniek ligt de focus op duurzaamheid, omdat het ontwerp en de innovatie vragen oproept die technisch interessant en uitdagend zijn. Hij riep de aanwezigen op het thema groter en dynamisch te maken, gericht op de technologische 4
drive en innovatieaspecten. Ook levert duurzaamheid geld op. Bij de HAN heeft het sturen op duurzaamheid middelen opgeleverd in de orde van grootte van 15 docenten.
5