oktober 2010
wat zullen we drinken missiemaan? : “met of zonder t” 1. Een visuele voorstelling van het maandembleem. (drinkbus, theekop, soepkom, glas melk, champagneglas, 2 rietjes, koffiestop, beker, schelp, veldfles)
2. Aanzetten voor een gebedsmoment, een celebratie. We bieden bewust GEEN totaal uitgewerkte „vieringen‟ aan. We bieden wel teksten, ideeën, … aan die school kan gebruiken als aanzet om een schooleigen viering mee samen te stellen.
3. Het gebed van de week – oktober. Dit is een verdiepend moment voor alle onderwijsverstrekkers. Niet bedoeld dus om te gebruiken op de werkvloer van de klas. Wel bestemd voor persoonlijke overweging en gebed, tijdens personeelsvergaderingen, … . Dit gebed van de week wordt telkens opgebouwd vanuit het maandthema van leeftocht VSKO. Zie: www.dpbbrugge.be/schoolpastoraal. Rubriek: gebed van de week
4. Extra
sugggestie tot aankoop door de school: bijbel Het grote avontuur van God en mens Kolet Janssen / Thé Tjong-Khing uitgeverij KOK – davidsfonds/infodok ISBN 90 80829 02 1 Het Bijbelverhaal dat iedere maand centraal staat, is telkens genomen uit bovenstaand boek. Bijbelverhalen leest men liever niet af vanop een blad. Men verhaalt ze met het Bijbelboek zelf in de hand.
1.
2. missiemaan? : “met of zonder t” ‘Spreek, ik luister’ Filippus en de man uit Ethiopië Praten - Spreken “Jij praat teveel… jij praat, jij praat, jij praat te veel…” Jullie kennen ongetwijfeld ook dat liedje van kabouter Plop. Voor mama‟s en papa‟s is het een heel fijn moment als een kindje voor het eerst een woordje brabbelt: kan praten. “Zet je eens recht en praat eens mooi”; zei de juf misschien ook nog tegen jou. Of misschien zei de meester: “Jij bent toch echt wel babbelziek hoor”. Het is oktober, dat is de missiemaand. Dan denken we aan al die mensen die waar dan ook onder elkaar of aan andere mensen vertellen, spreken, praten , over Jezus en zijn boodschap. Lezen in de Bijbel is luisteren met je hart naar de boodschap van Jezus. Vaak is het zo dat we niet steeds begrijpen wat Jezus ons wil zeggen. Dan kan iemand ons helpen, het uitleggen, het voorleven. Dat doen ook missionarissen: ze praten met mensen over Jezus en zijn verhaal. Ze helpen mensen om te lezen in de Bijbel. Liefst een Bijbel gedrukt in hun eigen taal. Ze leggen uit wat Jezus bedoelt met dat verhaal. Ze beleven het samen met de mensen.
Zo gaat het ook in het verhaal uit de Bijbel van Filippus; We luisteren naar dat verhaal: Filippus en de man uit Ethiopië Filippus liep op de weg van Jeruzalem naar Gaza. Hij was blij. Hij en zijn vrienden vertelden overal over Jezus. Veel mensen bekeerden zich en probeerden te leven als Jezus. Overal kwamen er kleine groepjes christenen bij. Achter zich hoorde hij een reiskoets aankomen. Het was een mooie koets, rijk versierd. Zeker een deftige meneer die daarin zit, dacht Filippus. Hij werd opeens nieuwsgierig. Hij wilde die man weleens ontmoeten. Hij zwaaide naar de knecht die bij de koets was. „Wie zit daarin?‟, vroeg hij. „Een man uit Ethiopië‟, zei de knecht. „Een hoge piet, naar het schijnt. Hij is in dienst bij de koningin zelf. Hij moet zorgen voor haar geld, geloof ik.‟ Filippus keek in de koets. Hij zag een lange, donkere man in kleurige kleren. Hij las in een boek en schudde af en toe zijn hoofd. Filippus ging dichterbij en luisterde naar wat de man hardop las. „Maar dat is de profeet Jesaja!‟, riep Filippus uit. De man uit Ethiopië keek Filippus verwonderd aan. „Begrijpt u wat u leest?‟ vroeg Filippus hem? „Nee,‟ zei de man verdrietig, „ik doe mijn best, maar het lukt niet. Ik ken niemand die mij de tekst kan uitleggen. Maar ik begrijp dat u een jood bent, misschien kunt u mij helpen? Stap toch in!‟ Filippus stapte in en ze bogen zich over de tekst van Jesaja: „Als een schaap werd hij naar de slachtbank geleid, en hij opende zijn mond niet.‟ „Over wie heeft de profeet Jesaja het hier toch?‟, vroeg die man. „Over zichzelf of over iemand anders?‟ „Ik ken iemand op wie deze zin helemaal van toepassing is‟, zei Filippus. En hij vertelde de man alles over Jezus, hoe Hij rondtrok en overal mensen hielp. Hoe Hij mensen vertelde over God. „Hij was zo goed en zo zacht als een lam, en toch hebben ze Hem gedood‟, besloot Filippus. „En ze hebben Hem aan het kruis genageld, terwijl Hij alleen maar goede dingen heeft gedaan. Net zoals Jesaja zegt.‟ En hij vertelde hoe Jezus verrezen was en hoe er overal in het land groepjes christenen waren die probeerden te leven als Jezus. Ze kwamen langs een vijver. De man zei: „Hier is water. Alsjeblieft, doop mij!‟ Filippus en de man daalden af in het water en Filippus doopte hem. „Nu ben jij ook een volgeling van Jezus‟, zei Filippus blij. De geest van Jezus was bij me, dacht hij. Die heeft me naar deze man gebracht. Handelingen, 8, 26-40. Het grote avontuur van God en mens - Kolet Janssen / Thé Tjong-Khing - uitgeverij KOK – davidsfonds/infodok - ISBN 90 80829 02 1, p. 252-254.
Missionarissen Missionarissen zijn een beetje zoals Filippus. Filippus wist de vreemde man uit Ethiopië te helpen om ook te begrijpen wat hij in de Bijbel kon lezen. Misschien zag je reeds deze prent : de affiche van de missiemaand.
Zoals de man uit Ethiopië een vreemde man was voor Filippus; zo staat er ook een voor ons vreemde mevrouw op deze affiche. Ze leeft in Zuid-Afrika. De oudsten onder ons weten het nog wel: een paar maanden geleden, net voor de grote vakantie, was er het wereldkampioenschap voetbal. Dat ging toen voor het eerst in de geschiedenis door in een Afrikaans land. “Spreek, ik luister.”; staat erop te lezen. In deze missiemaand willen we luisteren hoe de boodschap van Jezus bij die mensen kwam en wat zij erover aan ons kunnen vertellen. Hoe zij de woorden van Jezus begrijpen, waarmaken, een plaats geven in hun leven, hoe zij bidden, … Bruggen bouwen Je zou kunnen zeggen… …luisteren: dat is precies een brug bouwen. Een brug vanuit België tot in Zuid-Afrika. Straks vertellen we iets meer over die brug. Maar eerst een verhaal om naar te luisteren. We bouwen een heel bijzondere brug… Er woonden twee boeren bij een rivier, de ene op de rechter- en de andere op de linkeroever. In het water zwommen eenden en zwanen. Die eenden en zwanen zaten 's morgens op de linkeroever en 's avonds op de rechteroever lekker in de zon. Maar de boeren waren jaloers op elkaar. De ene zou liever op de rechter- en de andere op de linkeroever willen wonen. Als ze 's morgens aan het ploegen waren stond de ene te schelden omdat het veld van zijn buurman in de zon en zijn eigen veld in de schaduw lag. En als ze 's avonds hout hakten stond de andere te schelden omdat de zon wel op het huis van zijn buurman maar niet op het zijne scheen. Ook de boerenvrouwen waren heel ontevreden. De ene 's morgens en de andere 's avonds. Op een morgen toen de boerenvrouwen de was aan het ophangen waren, riep die van de rechteroever een lelijk woord naar die aan de andere kant. En toen ze 's avonds de was weer van de lijn haalden, riep die van de linkeroever iets lelijks terug. Dat namen hun mannen niet. Die verzamelden grote stenen en probeerden elkaar daarmee te raken, maar de rivier was zo breed dat de stenen hun doel misten en in het water plonsden. De enige tijd dat het rustig en vredig was, was midden in de dag. De koeien, de paarden, de geiten en de schapen trokken zich in de schaduw terug, en de boeren met hun vrouwen deden een dutje onder een appelboom, de een op de linker- en de ander op de rechteroever. De kinderen van de boeren, een jongetje en een meisje, zaten zich aan de waterkant te vervelen. De een keek naar de linker- de ander naar de rechteroever. Op een mooie dag toen de kinderen weer eens bij de rivier kwamen, was het water gezakt en er waren zoveel stenen te voorschijn gekomen, dat de kinderen van de ene op de andere konden springen. Ze waren allebei tegelijk middenin de rivier. Ze keken een hele tijd naar elkaar blij omdat ze kinderen
waren. Ze gingen op een grote steen zitten en keken naar de eenden en de zwanen. Toen gingen ze elkaar verhaaltjes vertellen, verhaaltjes over de linker- en over de rechteroever. Het meisje en de jongen vonden elkaar zo aardig, dat ze elke middag van de ene steen op de andere sprongen en samen in het midden van de rivier gingen zitten. Een kinderbrug was geboren. De ouders vroegen zich af hoe het kwam dat hun kinderen dingen wisten die ze zelf nog nooit gehoord hadden. Maar op een dag toen het heel lang geregend had, hielden de kinderen op met verhaaltjes vertellen en ze waren niet vrolijk meer. Het water in de rivier was weer gestegen en de Kinderbrug was verdwenen. Toen kwamen de ouders eindelijk achter het geheim van hun kinderen. Ze begonnen erover na te denken. En toen ze lang genoeg gedacht hadden besloten ze, samen met de kinderen, van de overgebleven stenen een Brug te bouwen. Een Brug, zo prachtig rond als de boog die de zon aan de hemel beschrijft. Missiemaand: dat is net zoals een brug bouwen! Zoals in het verhaal… We hoorden over twee boeren. Ze woonden elk aan een kant. Zo is het ook een beetje bij ons… Wij Belgen, wonen aan de ene kant van de brug. De Zuid-Afrikanen wonen aan de andere kant. Wij bouwen in ons hart een kinderbrug, een kleurrijke kinderbrug. En jawel: deze maand hebben we daarvoor een bijzonder drankje….
Thee We kennen het allemaal. Misschien lust je het wel? Misschien vind je het echt lekker: thee… Er bestaan vele soorten: witte thee groene thee gele thee zwarte thee, …
Er bestaan veel smaken in thee: zuur zoet bitter ijsthee, … Een kopje thee? „Een kopje thee?‟ Een vraag. Maar bij volwassen mensen vooral : een uitnodiging. Kom binnen. Doe je jas uit. Neem plaats. Ik maak tijd voor jou. Doe je verhaal. Spreek. Ik luister. Een kopje thee, niet enkel dorstlesser. Maar ook : een kopje troost. Een kopje gezelligheid. Een kopje luisterbereidheid. Een kopje vriendschap. Een kopje thee ? Een mevrouw die veel kent van thee bereiden zegt in een boek: “Het lekkerste kopje thee is met zorg, aandacht en liefde geschonken, en ‟t liefst samen met vrienden gedronken.” De blaadjes van de theeplant werden, zo vertelt de geschiedenis, door een lichte bries van de theeplant gerukt en vielen bij toeval in een pot heet water die een Chinese prins in het jaar 2737 voor Christus aan het koken was. Er ontstond zo‟n aangename geur, dat de prins besloot om van het brouwsel te proeven. Hij vond het verfrissend en versterkend. Dat vreemde drankje thee was geboren… Bij toeval door een Chinese prins.
Bidden Chinezen zeggen: „Een mens heeft twee oren en één mond om twee keer zoveel te luisteren als te praten‟. (‘oproepen tot gebedssfeer’)
Wij maken het nu stil om te bidden: Goede God, Jij bent als een Vader voor alle mensen: Zoals er soorten thee zijn, zo ben jij er ook voor alle mensen: blanke, zwarte, gele, rode, … Met al die mensen bouwen we in deze missiemaand bruggen van verbondenheid. Wij lijken wel één grote mooie regenboog. Dankzij Jouw boodschap zijn wij allemaal een beetje familie van elkaar. Om echt als broers en zussen van elkaar te leven, heb Jij ons twee oren en een mond gegeven. Daarmee kunnen we naar elkaar luisteren en met elkaar spreken. Als een echte Vader luister Jij naar ons. Soms spreek Je ook, en leg Je iets in ons hart. Wil Jij ons helpen om echt te luisteren naar elkaar en altijd goed te spreken? Zo leren we elkaar beter kennen en graag zien, als in één grote, mooie familie waarvan Jij de vader bent. Dank u wel, lieve God. naar Severine Verhulst Gebed voor de missiemaand kinderen en jongeren
Lied ‘Vader in de hemel, denk aan ons, uw kinderen’ (meermaals herhalen op diverse momenten in de viering)
4. Extra
suggereren
We om met kinderen ook een theeceremonie/theeritueel te houden. Ook kinderen kun je inwijden in het recept van thee. Ga letterlijk met de kinderen aan de slag met kruiden, fruit en al dat lekkers. Laat de kruiden dansen in het glas, in een theekop. Bezoek de wereldwinkel, nodig een theemeester uit, bezoek een Marokkaanse familie, of laat hen te gast zijn in de klas… . (In Marokko beëindigt men de maaltijd met thee). Bezoek een kruidentuin, Eet samen „anders‟ een tussendoortje: Marokkaanse koekjes en thee bijvoorbeeld.
Enkele
gebeden
Goed nieuws! Wat vind ik het fijn om goed nieuws te krijgen, goede God. Goed nieuws van een kindje dat geboren is, een poesje dat erbij gekomen is bij de buren. Oma die zondag op bezoek komt bij ons. Ik hoop dat alle mensen van de wereld minstens één keer per dag goed nieuws mogen krijgen. Lieve God, de oktobermaand noemt men ook wel de missiemaand. We denken dan aan de mensen die het goede nieuws gaan verkondigen aan anderen. Dank je voor alle mensen die overal in de wereld mensen gaan helpen in nood. Lieve God, Jij zendt overal in de wereld mensen die Jouw Rijk van Liefde willen verkondigen en echt realiseren. Geef dat wij zelf ook altijd aandacht hebben om rondom ons een hemel op aarde te maken.
Vrienden van ver Jezus, de juf toonde ons een foto. Een foto van mensen uit een ver land. Die foto staat in een tijdschrift over kinderen ver van hier. Het kind op de foto noemt Sona. Ze heeft een bruine huid, pikzwart haar en heel witte tanden. Sona heeft veel broers en zussen. Jezus, weet je wat zo mooi is? Bij Sona delen ze alles met elkaar. Ook als ze niet veel hebben. Ik wou dat ik het ook kon: delen als Sona. Dank je, Sona, omdat je ons leert delen. Dat is mooi Jezus, heel lang geleden kwam je bij de mensen. De mensen zagen jou. Dat was leuk. Je leerde hen hoe je een goed mens kunt zijn. We weten best wat we moeten doen. Soms lukt het ons. Dan weer niet. Af en toe ontmoet ik mensen die heel goed op jou lijken. Ze trekken naar verre landen. Ze helpen de mensen. Ze doen het niet om rijk te worden. Ze doen het zomaar. Of toch niet: ze doen het omdat ze van de mensen houden. Omdat ze van jou houden. Dankjewel, Jezus, voor die toffe mensen.