Stichting E-hulp.nl 020-6884981 Van Diemenstraat 92 1013 CN Amsterdam www.e-hulp.nl
[email protected]
Deze scriptie is aangemeld voor de Scriptieprijs Online Hulp 2012. Een overzicht van alle scripties over hulpverlening via internet is te vinden op http://www.e-hulp.nl/scriptieprijs. Wij wensen u veel leesplezier.
De Scriptieprijs is een initiatief van stichting E-hulp.nl, kennis- en adviescentrum voor online hulpverlening. E-hulp.nl adviseert instellingen uit Zorg en Welzijn bij het ontwikkelen en implementeren van online hulpverlening. Wij houden al het nieuws bij over online hulpverlening, hebben een handboek online hulpverlening geschreven, faciliteren een linkedin groep en een Netwerk Online Hulp en organiseren jaarlijks het Congres Online Hulp.
KLIKVOORGELUK
een online gelukstraining voor jongeren
J. van den Broeke 1148664 Zuyd Hogeschool Social Work Maatschappelijk werk
Klikvoorgeluk Een online gelukstraining voor jongeren
Schrijver: J. van den Broeke 1148664 Opdrachtgever: Klikvoorhulp M. Roijen Afstudeercoach: L. Montis Heerlen september 2011 tot mei 2012
Voorwoord Voor u ligt mijn afstudeerscriptie van de opleiding Social Work met als afstudeerrichting Maatschappelijk werk. Tijdens mijn twee eerdere stages ben ik al geregeld in contact gekomen met online hulpverlening. Zo heb ik in het tweede leerjaar stage gelopen bij Slachtofferhulp. Op dat moment ging net de website 113online.nl in de lucht. Dit is een site voor mensen die denken over of te maken hebben met suïcide. Ik had daarvoor eigenlijk nog nooit van online hulpverlening gehoord maar vond het een erg mooi initiatief. Mijn derde leerjaar heb ik stage gelopen in het Algemeen Maatschappelijk Werk bij de organisatie Kwadraad in Bodegraven. Tijdens deze stage heb ik gemerkt dat je naast de face-to-face hulpverlening steeds vaker per email contact hebt met cliënten en hulpverleners. Daarnaast bood deze instelling online hulpverlening aan. Bij deze eerste kennismaking ben ik meteen enthousiast geworden over deze aanvulling op de face-to-face hulpverlening. Na mijn overstap naar het zuiden van Nederland ben ik blij dat ik binnen Alcander en Impuls mijn enthousiasme in deze vorm van hulpverlenen verder heb kunnen ontwikkelen. Ik hoop dat mijn afstudeerproject er mede voor zorgt dat Klikvoorhulp zich verder kan ontwikkelen. In het verdere afstudeerproject zal gesproken worden over Klikvoorgeluk, dit is de naam van de online training gelukskunde die deel uitmaakt van Klikvoorhulp. Klikvoorhulp is het platform van waaruit AMW-instellingen online hulp in een eigen regio aanbieden. Tijdens mijn afstudeerproject heb ik veel inspirerende mensen mogen ontmoeten die ik bij deze graag zou willen bedanken. Metha Roijen fungeerde als mijn opdrachtgever. Ik wil haar bedanken voor haar goede begeleiding en ondersteuning tijdens mijn afstudeerproject. Haar enthousiasme, positiviteit en deskundigheid op het gebied van online hulpverlening hebben mij erg geïnspireerd. Jos Reinders, als projectleider van Klikvoorhulp, wil ik bedanken voor zijn enthousiasme en creatieve ideeën. Tijdens mijn zoektocht naar geluk heb ik veel mooie artikelen van hem mogen ontvangen. Marc Bijl wil ik bedanken voor de professionele schetsen waardoor Klikvoorgeluk een stuk tastbaarder is geworden. Tjeu Seeverens ontwikkelaar van gelukskunde zoals deze op het Charlemagne college gegeven wordt. Ik wil hem bedanken voor het inspirerende gesprek dat ik met hem heb mogen voeren en het feit dat er gebruik gemaakt mag worden van zijn boek gelukskunde waarvan de rechten bij hem liggen. Theo Wismans, docent gelukskunde aan het Charlemagne college, wil ik bedanken voor zijn enthousiasme mij meteen in zijn les te verwelkomen. De lessen en de informatie die ik van hem gehad hebben mij erg geïnspireerd. Lucy Spoelstra, vrijwilligster en ontwikkelaar van gelukskunde voor vrouwen, wil ik bedanken voor het delen van haar informatie, haar enthousiasme en het kritische willen kijken naar Klikvoorgeluk. Myra Lymandt, docent aan Hogeschool Zuyd en online behandelaar bij Mondriaan, wil ik bedankten voor haar informatie hoe een online behandelomgeving eruit ziet. Tot slot wil ik Leo Montis bedanken, docent en afstudeercoach aan Hogeschool Zuyd, voor zijn kritische feedback en tips om dit afstudeerproject tot een goed einde te brengen. Jos van den Broeke
Samenvatting Dit is het afstudeerproject van Jos van den Broeke voor de opleiding Social Work met de afstudeerrichting Maatschappelijk werk. In het afstudeerproject is op een projectmatige manier te werk gegaan. Hiervoor zijn de verschillende fases van projectmatig werken doorlopen in het afstudeerproject. Klikvoorhulp is een online hulpverleningssite waar zowel ouderen als jongeren terecht kunnen met diverse problemen. Klikvoorhulp is een online hulpverleningsdienst die vanuit het Algemeen Maatschappelijk Werk wordt aangeboden. Het hulpverleningsaanbod van Klikvoorhulp bestaat nu uit chat-, e-mail hulpverlening, een forum en FAQ. Meer over het hulpverleningsaanbod wat Klikvoorhulp op dit moment biedt is te lezen in hoofdstuk 2. Klikvoorhulp is één van de eerste online hulpverleningssites opgezet vanuit het Algemeen Maatschappelijk Werk. Om in de toekomst een belangrijke partij in de online hulpverlening te kunnen blijven wil Klikvoorhulp zich graag verder doorontwikkelen. Eén van deze ontwikkelingen is dat Klikvoorhulp graag een online trainingsaanbod op wil zetten. Online hulpverlening en trainingen worden in het maatschappelijk werk steeds belangrijker omdat deze goed aansluiten bij het beleidsprogramma genaamd: Welzijn Nieuwe Stijl. Meer over de aanleiding van dit afstudeerwerkstuk valt te lezen in hoofdstuk 1. Regulier wordt er bij Alcander al een cursus gelukskunde aan vrouwen gegeven. Gelukskunde is ook een vak dat op middelbare scholen gegeven wordt onder andere bij het Charlemagne college in Landgraaf. Iedereen en dus ook jongeren lopen wel eens tegen problemen aan en zitten op bepaalde momenten niet lekker in hun vel. Dit valt ook te zien in de veelvoorkomende hulpvragen die bij Klikvoorhulp door jongeren in de regio Limburg gesteld worden, deze worden behandeld in hoofdstuk 2. Klikvoorhulp wil graag een training gelukskunde online gaan aanbieden. Deze training zal Klikvoorgeluk gaan heten. Het project is tot stand gekomen door de volgende hoofdvragen te beantwoorden: Welke voorwaarden zijn er nodig om een online trainingsaanbod op te kunnen zetten voor jongeren? en Hoe kan een training gelukskunde voor jongeren worden geïntegreerd in Klikvoorhulp? Op deze vragen is in dit afstudeerproject een antwoord gegeven. Gelukskunde is gebaseerd op de positieve psychologie. Deze psychologie gaat niet uit van het ontdekken en genezen van psychische problemen. Positieve psychologie gaat ervan uit dat bij mensen hun geluksniveau blijvend verhoogd kan worden. In hoofdstuk 3 wordt geluk uit diverse standpunten beschreven. In dit hoofdstuk is ook beschreven hoe gelukkig je je voelt voor ongeveer 50 procent aangeboren is, voor 10 procent door de situatie bepaald wordt en dat 40 procent maakbaar en beïnvloedbaar is. Bij gelukskunde worden vaardigheden en tips aangedragen vanuit de positieve psychologie om mensen zich op langere termijn gelukkiger te laten voelen. De essentie van de opdrachten uit gelukskunde worden meegenomen in Klikvoorgeluk. Om een duidelijker beeld te krijgen van gelukskunde zijn er interviews gehouden met vakdeskundigen. Het beginpunt van het ontwikkelen van Klikvoorgeluk is een duidelijke vraag vanuit Klikvoorhulp. Om toch bij jongeren aan te kunnen sluiten voor wie de training uiteindelijk bedoeld is, zijn er interviews met jongeren van twee middelbare scholen gehouden. Het Charlemagne college in Landgraaf waar lessen gelukskunde gegeven worden en de Trevianum Scholengemeenschap in Sittard waar geen lessen in geluk worden gegeven. Uit deze interviews komt naar voren dat jongeren over het algemeen gelukkig zijn. Toch maken deze jongeren een hoop mee in hun leven wat hun geluksgevoel, vaak tijdelijk, verlaagd. De geïnterviewde jongeren hebben van nature al vaardigheden om met deze moeilijke situaties om te gaan. Uit de interviews blijkt dat deze vaardigheden wel erg beperkt zijn. Klikvoorgeluk maakt jongeren bewust van deze vaardigheden en zorgt ervoor dat jongeren hun
vaardigheden om hun geluksgevoel te verhogen uitbouwen. Hoe het interview is opgebouwd is te lezen in hoofdstuk 4. De uitkomsten van de interviews worden besproken in hoofdstuk 5 in dit hoofdstuk worden de uitkomsten van de interviews ook naast de theorie gelegd. Over het algemeen kan gezegd worden dat Nederlandse jongeren erg gelukkig zijn. Dit laten zowel de interviews als de literatuur zien. Toch blijkt uit onderzoek, dat na aanleiding van de gelukskunde lessen is uitgevoerd, dat jongeren wat aan gelukskunde hebben. Verder zijn de vaardigheden die ze in de lessen leren voor de rest van hun leven te gebruiken. Gelukskunde levert jongeren wat op en vanuit dat standpunt is Klikvoorgeluk opgezet. Het doel van Klikvoorgeluk is jongeren leren wat hun gelukkig maakt en handvatten aanreiken zodat de jongere lekkerder in zijn vel komt te zitten. In hoofdstuk 6 is de verantwoording van de training beschreven hoe deze is opgebouwd. Aan de homepage van Klikvoorhulp wordt een nieuwe button toegevoegd genaamd “trainingen”. De deelnemer zal dan de trainingen te zien krijgen die Klikvoorhulp aanbiedt. Tijdens de interviews met jongeren is naar voren gekomen dat jongeren zich weinig bij gelukskunde voor kunnen stellen. Het is voor Klikvoorgeluk dan ook erg belangrijk dat er goed wordt uitgelegd wat jongeren kunnen verwachten. Netwerkpartners zoals scholen en andere welzijnsinstellingen zullen op de hoogte moeten zijn van deze trainingen en jongeren kunnen doorverwijzen. Jongeren kunnen alleen deelnemen aan Klikvoorgeluk als de welzijnsinstelling van hun gemeente Klikvoorgeluk aanbiedt. Als dat het geval is kan de deelnemer een account bij Klikvoorhulp aanmaken. De deelnemer krijgt na aanmelding een intake vragenlijst te zien deze is opgenomen in bijlage 7 van dit afstudeerproject. De maatschappelijk werker kan na het invullen van deze intake vragenlijst inschatten aan welke module de deelnemer het meest heeft. Door de intake vragenlijst kan ook ingeschat worden of de deelnemer bij Klikvoorgeluk op de juiste plaats zit anders kan de maatschappelijk werker doorverwijzen. Klikvoorgeluk is opgebouwd uit zes modules. Deze modules zijn: wat is geluk, zelfvertrouwen en uiterlijk, omgaan met stress en gedachtes, relaties met anderen, je leven indelen: werk, school en hobby en (bij)geloof en de toekomst. Deze modules beginnen met psychoeducatie over het onderwerp, deze heeft de deelnemer nodig om daadwerkelijk met de modules aan de slag te gaan. Na de psycho-educatie krijgt de deelnemer voorbeeld opdrachten te zien zodat hij weet wat er van hem verwacht wordt. Daarna gaat de deelnemer zelf aan de slag met de opdrachten. De opdrachten vormen het belangrijkste deel van de training hier kan de deelnemer oefenen met de handvatten die hij aangereikt krijgt. Het is de bedoeling dat de deelnemer deze oefeningen in de dagelijkse praktijk gaat uitvoeren. De terugkoppeling gebeurt in Klikvoorgeluk door antwoord te geven op de vragen. De deelnemer kan de gemaakte opdrachten daarna naar de hulpverlener toe zenden. De maatschappelijk werker zal de deelnemer daarna feedback geven op zijn opdrachten. Dit gebeurt op een positieve manier zodat de deelnemer gestimuleerd wordt verder te gaan met de training. De opdrachten van Klikvoorgeluk zijn heel divers. Er zijn opdrachten die gebruik maken van een dagboek, andere opdrachten maken veel gebruik van tekstvakken waar de deelnemer zijn antwoorden kan noteren. Het dagboek is ook vanuit het beginscherm van Klikvoorgeluk te raadplegen. Er zijn ook opdrachten die vragen om uitwisseling met andere deelnemers, dit kunnen de deelnemers op het afgeschermde forum van Klikvoorgeluk. Daarnaast heeft de hulpvrager buiten de training om de mogelijkheid de maatschappelijk werker te mailen. Verder kan de deelnemer de theorie nog eens nalezen in de FAQ van Klikvoorgeluk. In de bijlage van het afstudeerproject zijn de modules met opdrachten uitgeschreven. Aan het eind van de training krijgt de deelnemer een evaluatievragenlijst. In deze vragenlijst zitten ongeveer dezelfde vragen als in de intake. De maatschappelijk werker kan zo controleren of de doelen van de training gehaald zijn. Door deze evaluatie kan Klikvoorgeluk
worden aangepast. Ten slotte zijn in het laatste reguliere hoofdstuk aanbevelingen gedaan aan Klikvoorhulp. Klikvoorgeluk is de eerste online training die aangeboden kan worden. Met de ontwikkelde technieken kunnen er andere online trainingen op eenzelfde manier aangeboden gaan worden. Klikvoorgeluk is nu geschikt voor jongeren maar kan bij het omschrijven ook aan andere doelgroepen gegeven worden. Met het ontwikkelen van Klikvoorhulp is een hoop geld gemoeid, het is belangrijk dat er afstudeerders betrokken blijven bij Klikvoorhulp om zo de kosten zo laag mogelijk te houden. Vanaf september zal een student Communication and Multimedia Designaan (CMD) aan de slag om het in de bijlage opgestelde programma van eisen technisch te vertalen. Verder zijn er aanbevelingen gedaan over het scholen en inzetten van de maatschappelijk werkers.
Inhoudsopgave 1. Inleiding .............................................................................................................................. 9 1.1 Geschiedenis van online hulpverlening ................................................................... 9 1.2 Maatschappelijke ontwikkelingen ............................................................................ 9 1.3 Doorontwikkelen ................................................................................................... 10 1.4 Deelvragen ........................................................................................................... 10 1.5 Werkwijze ............................................................................................................. 11 2. Wat is Klikvoorhulp? ......................................................................................................... 14 2.1 Oprichting ............................................................................................................. 14 2.2 Manier van hulpverlenen ....................................................................................... 14 2.3 Welke hulpverlening wordt via Klikvoorhulp aangeboden? .................................... 15 2.4 Voor- en nadelen online hulpverlening .................................................................. 16 2.5 Effectiviteit online hulpverlening ............................................................................ 17 2.6 Wat zijn veel voorkomende hulpvragen bij Klikvoorhulp? ...................................... 18 3. Wat is geluk? .................................................................................................................... 19 3.1 Definitie................................................................................................................. 19 3.2 Geluksformule....................................................................................................... 19 3.3 De drie types van geluk......................................................................................... 21 3.4 Wat levert gelukkiger zijn op ................................................................................. 22 3.5 Wat bestaat er al op het gebied van gelukskunde? ............................................... 22 3.5.1 Gelukslessen op scholen .................................................................................... 22 3.5.2 Cursus gelukskunde voor vrouwen bij Alcander ................................................. 23 3.5.3 Gelukkiger worden op internet ............................................................................ 23 3.5.4 Gelukskunde app ............................................................................................... 23 4. De interviews .................................................................................................................... 24 4.1 Onderzoek ............................................................................................................ 24 4.1 De interviews voor de jongeren ............................................................................. 25 4.3 De vakinhoudelijke interviews ............................................................................... 26 5. Het belang van Klikvoorgeluk ........................................................................................... 27 5.1. Wat is de meerwaarde van een online training gelukskunde voor jongeren? ....... 27 5.2 Wat is de rol van het maatschappelijk werk bij een online gelukstraining? ............ 29 5.2.1 Missie ................................................................................................................. 29 5.2.2 Taakgebieden, kerntaken en taken..................................................................... 30 5.2.3 Competenties ..................................................................................................... 31 5.2.4 Platform .............................................................................................................. 32 6. Verantwoording ................................................................................................................ 33 6.1 verantwoording van het Beginpunt ........................................................................ 33 6.2 Verantwoording opbouw training klikvoorgeluk ..................................................... 34 6.3 Verantwoording modulen ...................................................................................... 37 7. Aanbevelingen.................................................................................................................. 39 Nawoord ............................................................................................................................... 41 Literatuurlijst ......................................................................................................................... 42 Bijlage 1: Afbeelding startpunt van de training ...................................................................... 44 Bijlage 2: Modules van Klikvoorgeluk ................................................................................... 45 Module 1: Wat is geluk?.............................................................................................. 46 Module 2: Zelfvertrouwen en uiterlijk? ......................................................................... 51 Module 3: Omgaan met stress en gedachtes .............................................................. 55 Module 4: Relaties met anderen ................................................................................. 61 Module 5: Je leven indelen werk, school en hobby ..................................................... 65 Module 6: Bijgeloof/geloof en toekomst ...................................................................... 69 Opdrachten in de FAQ ................................................................................................ 72 Bijlage 3: Programma van eisen ........................................................................................... 74 Bijlage 4: Interview vragen jongeren ..................................................................................... 79 Bijlage 5: Onderzoeken ........................................................................................................ 81
MHI5 ........................................................................................................................... 81 HBSC ......................................................................................................................... 81 Bijlage 6: Uitleg van de training voor deelnemers ................................................................. 82 Bijlage 7: Intake vragenlijst ................................................................................................... 83 Bijlage 8: Evaluatie vragenlijst .............................................................................................. 85 Bijlage 9: Uitwerkingen van de interviews ............................................................................. 87 Gespreksverslag Theo Wismans – 24 januari 2012 .................................................... 87 Gespreksverslag Lucy Spoelstra - 6 februari 2012 ...................................................... 88 Gespreksverslag Mira Lymandt – 8 februari 2012 ....................................................... 89 Gespreksverslag Lucy Spoelstra - 13 april 2012 ......................................................... 91 Gespreksverslag Tjeu Seeverens - 26 april 2012........................................................ 92 Uitwerkingen interviews Charlemagne college ............................................................ 93 Uitwerkingen interviews Trevianum Scholengemeenschap ......................................... 95 Bijlage 10: Stage opdracht CMD student .............................................................................. 97 Bijlage 11: Screenshots Klikvoorgeluk .................................................................................. 98
NB: daar waar in de tekst over “hij” gesproken wordt, worden zowel mannen als vrouwen bedoeld.
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
1. Inleiding In dit hoofdstuk wordt de aanleiding van dit afstudeerproject besproken. Eerst wordt in het kort iets verteld over de ontwikkeling van internet en over de geschiedenis van online hulpverlening. Daarna wordt ingegaan op de ontwikkelingen in het welzijnswerk en de ontwikkelingen binnen online hulpverlening. Als laatste zullen de deelvragen en de werkwijze van dit afstudeerproject besproken worden.
1.1 Geschiedenis van online hulpverlening Voor de geschiedenis van online hulpverlening is eerst naar internet in het algemeen gekeken. Bij het ontstaan van internet werd internet vooral gebruik voor het zoeken naar informatie en het leggen van contact. Tegenwoordig kan eigenlijk alles via het internet en er is dan ook maar weinig wat tegenwoordig niet online kan plaatsvinden (Schalken, 2010, p 15). Enkele voorbeelden hiervan zijn het doen van bankzaken via internet, boodschappen doen via internet en het onderhouden en leggen van contacten via internet. De Kindertelefoon is in 1997 als eerste organisatie begonnen met het aanbieden van online hulpverlening. Dit begon met chathulpverlening door vrijwilligers (Schalken, 2010, p 17). Hierna zijn er steeds meer hulpverleningsorganisaties online hulpverlening gaan aanbieden zoals GGZ en Algemeen Maatschappelijk Werk instellingen. Dat steeds meer organisaties online hulpverlening gaan aanbieden is een logisch gevolg geweest van de groei van het aantal internetgebruikers en de mogelijkheden die internet nu biedt. Daarnaast blijkt er bij burgers vraag te zijn naar de anonieme/laagdrempelige hulp die online geboden wordt. Er komen steeds meer online hulpverleningssites bij. Voor de doelgroepen kan dit betekenen dat ze door de bomen het bos niet meer zien en niet weten waar ze terecht kunnen met hun hulpvraag. Dit verschijnsel wordt ook wel de “versnippering” van de online hulpverlening genoemd. Steeds meer hulpverleningsvormen worden naast een face-to-face aanbod ook online aangeboden. Maatschappelijk werk instellingen moeten echter wel voor ogen houden dat online werken een middel is en geen doel op zich zegt Katinka Kramer (directeur Context At Work) tijdens de lezing Online Hulpverlening van het regionetwerk in Rotterdam (persoonlijke communicatie, 15-3-2012). In het begin omvatte het online aanbod vooral informatie over de instelling (passief hulpaanbod). Sinds de oprichting van onder andere Klikvoorhulp is de hulpverlening veel interactiever geworden. Hulpvragers kunnen tegenwoordig ook chatten en mailen met een hulpverlener. Dit wordt ook wel interactieve hulpverlening genoemd waarbij de hulpverlener en hulpvrager met elkaar in contact komen. Meer over Klikvoorhulp kun je lezen in hoofdstuk 2.
1.2 Maatschappelijke ontwikkelingen Op dit moment zitten we in Nederland in een economische crisis. De bezuinigingen gaan het welzijnswerk niet voorbij. Het welzijnswerk wordt steeds meer afgerekend op resultaten die geboekt worden. Deze veranderingen in het welzijnswerk zijn onderdeel van een beleidsprogramma, genaamd: Welzijn Nieuwe Stijl genoemd. De doelstelling van Welzijn Nieuwe Stijl is dat gemeentes, professionals en burgers, professioneler en effectiever met elkaar samenwerken (Ministerie VWS, 2010). Vanuit Welzijn Nieuwe Stijl moet er meer klant- en vraaggericht gewerkt worden. Verder richt Welzijn Nieuwe Stijl zich vooral op wat de burger zelf kan en hij zijn eigen kracht kan ontwikkelen. Het richt zich dus vooral op het empoweren van de burger. In de praktijk houdt dit in dat als de hulpvrager hier niet zelf toe in staat is er eerst in het netwerk gekeken moet worden of er niet door vrienden, buren of familie bijgesprongen kan worden voordat er een beroep gedaan kan worden op de hulpverlening. 9
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Verder zie je een verschuiving bij gemeentes dat ze meer geld willen investeren in groepsmaatschappelijk werk waarbij mensen met hetzelfde probleem in een groep begeleid worden door één of twee maatschappelijk werkers. Het grote voordeel van deze methodiek is dat mensen ook van elkaar kunnen leren en dat de maatschappelijk werker veel meer mensen in één keer kan begeleiden. Online hulpverlening is ook een belangrijke ontwikkeling in Welzijn Nieuwe Stijl. Online hulpverlening richt zich op de vraag van de cliënt en de samenleving. Online hulpverlening bereikt nieuwe doelgroepen aan die anders nooit of pas veel later hulpverlening gezocht hadden. Burgers willen meer eigen regie voeren en op de momenten dat zei hulp willen de mogelijkheid daartoe hebben. Online hulpverlening bied hen de mogelijkheid 24 uur per dag hun hulpvraag in te sturen. Het niet meer naar een kantoor hoeven te komen en alles online te kunnen regelen heeft ook voordelen voor de burger.
1.3 Doorontwikkelen Uit gesprekken met Metha Roijen en Jos Reinders blijkt dat Klikvoorhulp zich graag verder wil doorontwikkelen. Een ontwikkeling die binnen Klikvoorhulp gaande is, is “blending”. Dit houdt in dat face-to-face hulpverlening en online hulpverlening in combinatie met elkaar worden ingezet. Cliënten kunnen dan naar eigen keuze zowel face-to-face als online terecht voor hulpverleningsgesprekken. Naast het chatten en e-mailen wil Klikvoorhulp graag andere online hulpverleningsvormen aanbieden. Hierdoor blijft het mogelijk om in te kunnen spelen op de vragen van cliënten en vooraan te blijven lopen op het gebied van online hulpverlening. Face-to-face worden er binnen Alcander en Impuls al veel trainingen aangeboden. Het aanbieden van trainingen past ook goed binnen Welzijn Nieuwe Stijl. Bij een training worden vaardigheden aan de hulpvrager aangeboden zodat hij zelfredzamer wordt. Op het gebied van online hulpverlening worden ook steeds vaker trainingen aangeboden. Een cliënt kan veel zelf aan de slag om met coaching van een hulpverlener zich vaardigheden eigen te maken. Ook is het mogelijk door middel van een forum hulpvragers van elkaar te laten leren. Andere online hulpverleningsinstellingen bieden al wel online trainingen aan. Klikvoorhulp wil zelf ook graag een online trainingsaanbod opzetten. Klikvoorgeluk zou een eerste online training kunnen zijn. Met de methode waarmee deze training binnen Klikvoorhulp is opgezet kunnen er in de toekomst meer trainingen worden aangeboden. De vragen die in dit afstudeerwerkstuk centraal staan zijn: Welke voorwaarden zijn er nodig om een online trainingsaanbod op te kunnen zetten voor jongeren? Hoe kan een training gelukskunde voor jongeren worden geïntegreerd in Klikvoorhulp? In het afstudeerwerkstuk zal er op deze vragen een antwoord worden gegeven, dit zal gebeuren door middel van de deelvragen die hieronder benoemd zijn.
1.4 Deelvragen Om deze hoofdvragen daadwerkelijk te kunnen ontwikkelen zijn er deelvragen opgesteld. Deze zijn in onderstaande tabel (tabel 1.1) weergegeven. In deze tabel valt te zien door middel van welke methode er een antwoord op de deelvragen gegeven wordt. Het project is vooral tot stand komen door literatuurstudie en interviews met vakdeskundigen. De verzamelde informatie is verwerkt in de hoofdstukken van dit project.
10
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
Literatuurstudie hoe zet je een training op
X
Literatuurstudie over geluk
X
Interviews met jongeren
X
Interview met Tjeu Seeverens
Interview met Klikvoorhulp
X
Interview met Theo Wismans
Literatuurstudie over online hulpverlening
Hoe ziet online hulpverlening er nu uit? Welke voorwaarden zijn nodig om een online gelukstraining vorm te geven? Hoe kan de training online worden aangeboden in Klikvoorhulp.
Interview Myra Lymandt
Deelvragen
Interview met Lucy Spoelstra
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
X
Tabel 1.1 Methode verantwoorden deelvragen
Deelvraag één over hoe online hulpverlening er op dit moment uit ziet wordt vooral besproken in hoofdstuk 1 de aanleiding van het afstudeerproject. Hoofdstuk 2 zal gaan over hoe online hulpverlening bij Klikvoorhulp aangeboden wordt. In bovenstaande tabel zijn de methodes te zien hoe op deze deelvraag antwoord wordt gegeven. Deelvraag twee gaat over welke voorwaarden er nodig zijn om een online gelukstraining vorm te geven. In hoofdstuk drie staat de theorie beschreven over wat geluk precies inhoudt en wat er op dit moment al aangeboden wordt op het gebied van geluk(strainingen). In hoofdstuk 6 is de verantwoording van de training te vinden en in bijlage 2 is de training zelf te vinden. In bovenstaande tabel staan de methodes hoe tot een antwoord is gekomen op deze deelvraag. Deelvraag drie, over hoe de training online vorm gegeven kan worden, is ook te vinden in hoofdstuk 6 in (de verantwoording van de training) en in bijlage 3 (het programma van eisen).
1.5 Werkwijze Tijdens dit afstudeerproject is op een projectmatige manier te werk gegaan. Projectmatig werken kent drie belangrijke kenmerken. Deze zijn: faseren, beheersen en beslissen. Hieronder zullen deze kenmerken verder worden uitgewerkt. Faseren en beslissen Projectmatig werken is: het op een gestructureerde manier tot een product te komen. Projectmatig werken verloopt in zes fasen (Kor&Wijnen, 2002, pp 11-20). Hieronder is beschreven hoe deze fasen binnen Klikvoorgeluk zijn ingevuld en wanneer beslist wordt om naar een andere fase te gaan. De werkwijze is gericht op het opzetten van een training en de nadruk heeft minder gelegen op het doen van onderzoek. Dit komt omdat het product vanuit een duidelijke vraag van de opdrachtgever komt. De initiatieffase: Het startpunt van dit project is de vraag vanuit de opdrachtgever. Klikvoorhulp wil het hulpverleningsaanbod graag verbreden door online trainingen aan te bieden. In deze fase is ook de ideeformulering geschreven. In deze fase is vooral gekeken wat online hulpverlening is en wat voor diensten Klikvoorhulp op dit moment al levert. De bevindingen van dit literatuuronderzoek staan beschreven in hoofdstuk 2. Het uiteindelijke resultaat is dat de training geïntegreerd is in Klikvoorhulp. Om tot dit doel te komen zijn online hulpverleners geïnterviewd, alsook vakdeskundigen op het gebied van de de gelukskunde en jongeren. Ook is er een breed literatuuronderzoek gedaan. 11
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 De definitiefase: Het was al vroeg duidelijk dat het eindresultaat van dit project een draaiboek voor een training zou moeten zijn. Tijdens de definitiefasen is besloten de training gelukskunde voor vrouwen die Alcander face-to-face aanbied ook online aan te gaan bieden. Klikvoorhulp richt zich in Limburg nog vooral op jongeren. Daarom is besloten de online gelukskunde training aan jongeren aan te bieden. Tijdens de definitiefase is een afstudeervoorstel geschreven. Verder is er in de definitiefase een literatuurstudie gedaan naar geluk. Deze is te vinden in hoofdstuk 3. Verder is er onderzoek gedaan naar hoe jongeren in hun vel zitten en hoe ze zich beter kunnen voelen. In deze fase is het belang aangetoond van het opzetten van een online gelukstraining voor jongeren. De ontwerpfase: Er zijn interviews gehouden met online hulpverleners en professionals die zich bezig houden met gelukskunde. Naar aanleiding van de interviews en de literatuurstudie zijn er opdrachten en psycho-educatie voor de online training gelukskunde opgesteld. Dit is verwerkt tot een draaiboek dat opgenomen is als bijlage van dit afstudeerproject. In deze bijlage wordt ook de rol van de hulpverlener beschreven. Daarnaast is verantwoord hoe Klikvoorgeluk is opgebouwd, deze verantwoording is te lezen in hoofdstuk 6. De voorbereidingsfase: In deze fase is een technisch profiel opgesteld voor Klikvoorgeluk. Dit profiel beschrijft het programma van eisen waar Klikvoorgeluk technisch aan moet voldoen. In deze fase zijn drie schetsen gemaakt die een duidelijk beeld geven van de route hoe jongeren bij Klikvoorgeluk terecht komen en welke mogelijkheden de training hen biedt. Verder is in deze fase een profiel opgesteld voor een stagiaire van de opleiding CMD. Deze stagiair gaat zich vanaf september bezig houden met het uitwerken van de techniek en vormgeving van Klikvoorgeluk. De realisatiefase: Zoals ik in de voorbereidingsfase al besproken heb gaat er vanaf september een stagiair Communication and Multimedia Design (CMD) aan de slag met de technische uitvoering van Klikvoorgeluk. Nadat Klikvoorgeluk er daadwerkelijk is zullen de maatschappelijk werkers van Klikvoorhulp getraind moeten worden in hun rol bij online trainingen. Deze fase wordt niet in dit afstudeerproject behandeld. Wel zijn er aanbevelingen gedaan over deze fase. Deze aanbevelingen zijn te vinden in hoofdstuk 7. De nazorgfase: De nazorgfase wordt ook niet beschreven in dit afstudeerproject. Wel zijn er aanbevelingen gedaan over deze fase. In deze fase worden de evaluaties van de deelnemers die meegedaan hebben aan Klikvoorgeluk meegenomen. In deze fase zal verder het project worden bijgesteld. Beheersing Het beheersen van het project gebeurt met vijf beheerstaken: tijd, geld, kwaliteit, informatie en organisatie. Door met al deze beheerstaken rekening te houden blijft het project beheersbaar. Hieronder staat hoe dit voor Klikvoorgeluk is uitgewerkt. Tijdbeheersing: Bij de start van het project is een projectvoorstel geschreven. Dit projectvoorstel houdt rekening met de beschikbare tijd die voor het afstudeerproject beschikbaar is. Er is een planning gemaakt wat in welke maanden af moet zijn. Geldbeheersing: Alle werkzaamheden die voor Klikvoorgeluk zijn opgezet vallen binnen het afstudeertraject. Hier zijn geen kosten aan verbonden. Wel zijn er drie schetsen gemaakt die vanuit het budget van Klikvoorhulp betaald zijn. Deze schetsen zijn nodig om de lezer van het 12
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 afstudeerproject een beeld te geven over Klikvoorgeluk. De CMD student krijgt door deze schetsen een beeld van wat er van hem verwacht wordt. Door gebruik te maken van een CMD student zullen de ontwikkelkosten relatief laag blijven, omdat Obec (de software leverancier) hierdoor minder werk hoeft te verzetten. Klikvoorgeluk is een dienst binnen Klikvoorhulp. Klikvoorhulp wordt aangeboden vanuit AMW instellingen en deze worden bekostigd door de gemeente. Het is wel belangrijk dat er een postcodecheck in Klikvoorgeluk wordt ingebouwd zodat alleen inwoners van de deelnemende gemeentes of instellingen kunnen deelnemen. Kwaliteitsbeheersing: Tijdens het project is gebruik gemaakt van hoogwaardige literatuur. Er zijn doelen opgesteld waar deelnemers op het eind van de training aan moeten voldoen. Deze doelen worden aan het eind van de training geëvalueerd. Verder zal, voordat Klikvoorgeluk online gaat, de inhoud van de training worden getoetst door Tjeu Seeverens omdat de rechten van Gelukskunde bij hem liggen. Hij wil graag de kwaliteit hiervan hooghouden en moet uiteindelijk toestemming geven omdat binnen de training gebruik wordt gemaakt van enkele componenten van Gelukskunde. Informatiebeheersing: Er is veelvuldig contact geweest met de opdrachtgever. Tijdens deze gesprekken is de voortgang van Klikvoorgeluk besproken. Verder zijn de vakinhoudelijke deskundigen op het gebied van gelukskunde op de hoogte gehouden. Zij hebben het resultaat getoetst en feedback gegeven. Organisatiebeheersing: In dit project zijn tot nu toe vooral de opdrachtgever, projectleider, inhoudsdeskundige en technische uitvoerder betrokken. Het project is relatief klein waardoor de projectleider de meeste taken uitvoert. Hij moet hierover wel verantwoording afleggen bij de opdrachtgever.
13
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
2. Wat is Klikvoorhulp? In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe online hulpverlening maar vooral Klikvoorhulp er op dit moment uitziet. Hiermee wordt antwoord gegeven op deelvraag één “hoe ziet online hulpverlening er nu uit”.
2.1 Oprichting Klikvoorhulp is een online hulpdienst die in 2008 is opgericht door Alcander en Impuls. In 2009 zijn negen verschillende instellingen voor Algemeen Maatschappelijk Werk in Limburg bij de online hulpdienst aangesloten. Sinds 2011 wordt Klikvoorhulp aan alle AMW-instellingen in Nederland aangeboden. Medio 2012 gebruiken 37 Maatschappelijk Werk instellingen het platform van Klikvoorhulp om online hulp aan de inwoners uit het eigen werkgebied aan te bieden. De web-applicatie van Klikvoorhulp is ontwikkeld door Obec Software Engineering B.V. Met deze web-applicatie kunnen hulpvragers met hulpverleners in contact komen. Klikvoorhulp richtte zich bij de start vooral op jongeren van circa 10 tot 23 jaar. Later bleek het hulpverleningsaanbod ook geschikt voor volwassenen (Roijen, 2010). Het volwassenenaanbod wordt nog niet in Limburg aangeboden. In andere regio’s is dat wel het geval.
2.2 Manier van hulpverlenen Klikvoorhulp levert anonieme hulpverlening. Dit betekent dat de hulpverlener bij het begin van het contact alleen de nickname, het geslacht en de leeftijd van een cliënt te zien krijgt. Het geeft de hulpvrager vertrouwen dat hij zelf kan bepalen welke informatie hij wel of niet laat zien. Door de anonimiteit van de hulpverlening ligt de drempel voor cliënt lager omdat vaak het schaamtegevoel wegvalt. De drempel valt voor veel cliënten weg. Dit zorgt ervoor dat meer en andere cliënten gebruik gaan maken van de hulpverlening. Deze zouden anders mogelijk geen hulpverlening gezocht hebben (Roijen, 2010). Het belangrijke verschil tussen Klikvoorhulp en face-to-face hulpverlening is dat cliënt en hulpverlener niet fysiek op hetzelfde moment in dezelfde ruimte hoeven te zijn. Vanuit elke plek waar een computer met internet voorhanden is kan hulp gezocht worden. Deze vorm van hulpverlening is ook 24 uur per dag en zeven dagen per week beschikbaar. Zo kan er op elk moment een email naar een hulpverlener gestuurd worden of kan er informatie worden gelezen in de FAQ (Roijen, 2010). Volgens Katinka Kramer zorgt dit ervoor dat hulpverleners hun dag en werktijden flexibeler kunnen indelen. Vooral bij het gebruik van email hoeven ze niet meteen te antwoorden, maar kunnen dat op een zelf gekozen moment doen (persoonlijke communicatie 15-3-2012). Zo hebben hulpverleners de vrijheid om hun dag zo effectief mogelijk in te delen. Een groot verschil met de face-to-face hulpverlening is dat non-verbale signalen (houding, motoriek en gezichtsuitdrukkingen) en paralinguale signalen (stem, intonatie en pauzes) wegvallen. Bij de online hulpverlening blijft alleen de verbale communicatie (het wat gezegd wordt) over. Bij online hulpverlening is het dan ook erg belangrijk dat de non-verbale communicatie toch zichtbaar gemaakt wordt. Dit kan de hulpverlener doen door hier bij de cliënt naar te vragen of door het gebruik van emoticons (Roijen, 2010). Bij Klikvoorhulp wordt een hulpvrager op dezelfde manier geholpen bij het verminderen van zijn problemen als bij de face-to-face hulpverlening. De communicatie verloopt nu echter via internettechnologie. Het grote verschil met face-to-face hulp is dan ook dat het gesprek zwart op wit staat in een woordelijk vastgelegd verslag. Het voordeel is dat zowel de hulpvrager als hulpverlener het gesprek terug kunnen lezen.
14
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
2.3 Welke hulpverlening wordt via Klikvoorhulp aangeboden? De hulpvrager wordt via Klikvoorhulp op methodische wijze begeleid. De hulp wordt geboden vanuit algemeen maatschappelijk werk instellingen en schoolmaatschappelijk werk. Bij Klikvoorhulp worden zowel chatspreekuren en e-mail hulpverlening gegeven door maatschappelijk werkers die getraind zijn in het uitvoeren van online hulpverlening. Dit zijn interactieve hulpvormen. Dit houdt in dat er interactie is tussen de hulpvrager en de hulpverlener. Daarnaast wordt ook gebruik gemaakt van een forum waarop hulpvragers elkaar onderling van tips kunnen voorzien. Verder vind je op Klikvoorhulp ook nog een Frequently Asked Questions selectie. Hier kan de hulpvrager informatie lezen of bekijken en kan er dan zelf actief mee aan de slag gaan zonder in contact te zijn met een hulpverlener. Dit is een passieve hulpvorm waarbij iemand geen gegevens hoeft achter te laten. Hierdoor is de drempel om hulp te zoeken ook zeer laag en de hulpvrager hoeft zich nauwelijks in te spannen (Roijen, 2010). Als een cliënt hulp zoekt via Klikvoorhulp komt hij door het intypen van zijn postcode bij de maatschappelijk werk instelling in zijn eigen regio terecht. Hier kan de cliënt zien welke diensten de maatschappelijk werk instelling via Klikvoorhulp levert (van der Graaf & Roijen, 2011). E-mail hulpverlening: Bij email hulpverlening kan de hulpvrager zijn hulpvraag per mail stellen, de hulpvrager kan op deze hulpvraag reageren door een email terug te sturen. Het voordeel van e-mailen is dat de hulpvrager op elk moment van de dag, wanneer hij gemotiveerd is, een mail kan sturen. De cliënt kan dit in zijn eigen tempo schrijven zonder druk te voelen van de kant van de hulpverlener. De hulpverlener heeft ook de ruimte om binnen twee à drie dagen op de mail te reageren. De hulpverlener kan bij het beantwoorden van de email hulp vragen bij collega’s of de mail vóór het versturen aan collega’s voorleggen. Email geeft een grote mate van persoonlijk contact omdat er helemaal kan worden ingegaan op de persoonlijke situatie van de hulpvrager. Het grote verschil met het face-to-face contact is dat het antwoord pas later komt. Er is voor email gekozen omdat dit een populair communicatie middel is. Om veiligheidsredenen verloopt het mail contact via de internetsite. Bij email hulpverlening is er sprake van vertraging tussen verzenden, ontvangst en reactie. Daardoor kan in de tussentijd de situatie en beleving van de schrijver gewijzigd zijn. Hierdoor kan het antwoord niet meer aansluiten op de beleving op het moment dat de hulpvrager zijn email heeft opgesteld. De hulpverlener moet daarom in zijn formulering rekening houden met het daar en toen. Een voordeel van het medium email is dat de hulpverlener maar ook de hulpvrager een weloverwogen reactie kunnen geven waardoor de kwaliteit van de inbreng vergroot kan worden. Bij email hulpverlening kan de hulpverlener zijn interventies nog eens rustig nalezen. Belangrijk voordeel in vergelijking met face-to-face contact is dat opschrijven dwingt tot nadenken en reflectie. De hulpvrager wordt gedwongen zijn verhaal te structuren en de therapeutische werking van schrijven wordt vanaf de eerste fase van de hulpverlening ingezet (Roijen, 2010). Om een hulpvraag per email te stellen dient de hulpvrager wel een (anoniem) account aan te maken bij Klikvoorhulp. Chat hulpverlening De één-op-één chat vorm lijkt het meest op het face-to-face gesprek, zonder de non-verbale en paralinguale signalen (Roijen, 2010). Bij de één-op-één chat staat de hulpvraag van de cliënt centraal. De hulpverlener kan één persoon aandacht geven. De één-op-één chat is een intensieve vorm van (online) hulpverlenen. Hulpvragers kunnen alleen tijdens de openingstijden van de chatbox chatten met een maatschappelijk werker. De hulpvrager moet hiervoor een nickname invullen en eventueel een leeftijd en gespreksonderwerp (Lamboo & Peeters, 2011). Het kan zijn dat hulpvragers eerst in een wachtrij komen. Hierna worden ze doorgeleid naar een privé gesprek met een maatschappelijk werker. Typen gaat langzamer dan praten hierdoor kan een chatgesprek langer duren. Hoewel chatten langzamer gaat dan praten wordt de kern van het probleem onder meer door de anonimiteit vaak sneller duidelijk. 15
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Frequently Asked Questions De Frequently Asked Questions zijn een passieve hulpvorm. Op de website van Klikvoorhulp zijn een aantal veel voorkomende problemen te vinden. Hier staat uitleg over verschillende problemen en er staan ook tips hoe je ermee aan de slag kan gaan. De drempel om deze hulpvorm te gebruiken is zeer laag omdat je alleen informatie kan lezen en verder niks hoeft in te vullen. Je kunt er op je eigen tempo mee aan de slag. Forum Verder beschikt Klikvoorhulp ook over een forum. Het forum is alleen voor de hulpvragers. Het forum is onderverdeeld in verschillende themacategorieën waarin jongeren hun vragen kunnen publiceren. Jongeren kunnen elkaar zo van adviezen en tips voorzien. Jongeren worden hier als het ware “geholpen” door ervaringsdeskundigen. De hulpverleners krijgen de berichten uit hun regio te zien en hebben de mogelijkheid om bepaalde mensen op het forum persoonlijk te benaderen. Als jongeren echt met een hulpverlener in contact willen komen kunnen ze gebruik maken van de chat of email.
2.4 Voor- en nadelen online hulpverlening Flexibiliteit: Een belangrijk voordeel van online hulpverlening is dat het onafhankelijk is van plaats en tijd. Dit betekent dat een hulpvrager niet meer naar een instelling toe moet komen en dat hij 24 uur per dag met zijn hulpvraag aan de slag kan. De hulpvrager kan hulp zoeken op het moment dat hij of zij die het hardst nodig heeft en er de tijd voor heeft. De flexibiliteit is ook een voordeel voor de maatschappelijk werker. Deze kan binnen richtlijnen die gesteld zijn door de organisatie zelf bepalen wanneer hij op de cliënt wilt reageren en zo zijn werkdag effectief indelen. De hulpverlener is ook niet meer gebonden aan de locatie van een instelling maar kan ook thuiswerken. Wat een nadeel is van het onafhankelijk zijn van plaats en tijd is dat er beperkte mogelijkheden zijn voor crisishulpverlening. Als een cliënt echt in hoge nood zit kan het lang duren voordat deze antwoord van de hulpverlener heeft. Controle: De anonimiteit en controle is ook een belangrijk voordeel. De hulpvrager kan zelf bepalen wat hij wel en niet wil vrijgeven. De hulpvrager kan ook zelf bepalen wanneer hij het gesprek wil stoppen door gewoon op het kruisje te klikken. De hulpvrager heeft zelf veel controle in het gesprek. De hulpverlener kan hier gebruik van maken door aan te sluiten op de eigen kracht van de hulpvrager. Een nadeel van de anonimiteit is dat er geen contact met andere (hulpverlenings) instellingen mogelijk is om de cliënt te kunnen bespreken. Veiligheid: Bij online hulpverlening zien de hulpverlener en hulpvrager elkaar niet. Dit zorgt ervoor dat schaamtegevoelens weg vallen en er een meer gelijke relatie ontstaat. Door het wegvallen van de schaamtegevoelens komt de maatschappelijk werker vaak ook eerder tot het probleem van de cliënt. Het nadeel van elkaar niet zien is dat de non-verbale communicatie wegvalt. Dit kan wel gedeeltelijk ondervangen worden door het gebruik van emoticons en het doorvragen van de maatschappelijk werker hoe een cliënt erbij zit. Toegankelijkheid: Online hulpverlening is meestal gemakkelijk te bereiken. Je hebt alleen een computer nodig die over een internetverbinding beschikt. Dit zorgt in combinatie met de anonimiteit voor een lagere drempel voor de hulpvrager om hulp te zoeken. Voor de maatschappelijk werker is het ook gemakkelijker. Zo kan een spreekuur gedraaid worden voor een hele provincie zonder dat daarvoor door elke gemeente een maatschappelijk werker voor moet worden ingezet. De toegankelijkheid heeft echter ook een nadeel. Door de lage drempel is er een grotere kans op misbruik van de online hulpverlening. Mensen verschuilen zich achter een virtuele identiteit en doen zich als iemand anders voor dan wie ze eigenlijk zijn. 16
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Kwaliteit: Een ander voordeel van online hulpverlening is dat de hulpvrager zijn problemen meteen opschrijft. De therapeutische werking van schrijven wordt daarmee vanaf het begin van de hulpverlening ingezet. Doordat de hulpvrager zijn verhaal opschrijft structureert hij zijn verhaal meestal al voor zichzelf en de maatschappelijk werker. De maatschappelijk werker zal al zijn stappen, vragen, tips naar de hulpvrager moeten uitschrijven. Hoe de maatschappelijk werker hulp verleend wordt dus veel inzichtelijker. Tijdens intervisie en supervisie kan hier veel nadrukkelijker naar gekeken worden en dit zal de hulpverlening van de maatschappelijk werker ten goede komen. Een nadeel van de online hulpverlening is dat er alleen geschreven tekst is. Het moet voor zowel hulpvrager als de maatschappelijk werker volledig duidelijk zijn, anders bestaat de kans dat er miscommunicatie ontstaat. Mogelijkheden: Hulpvragers hebben online steeds meer keuzes hoe ze hulp willen zoeken. Zo kunnen mensen online hulp zoeken zonder begeleiding, online hulp met online begeleiding, online begeleiding met face-to-face contact of toch alleen face-to-face afspraken. Met deze mogelijkheden zijn veel verschillende combinaties te maken vertelt Katinka Kramer tijdens haar lezing (persoonlijke communicatie, 15-3-2012) . Dit sluit ook mooi aan bij Welzijn Nieuwe Stijl waar de cliënt zelf de regie heeft en zelf kan bepalen wat hij nodig heeft. Verder verwacht Katinka Kramer dat instellingen en bestuurders door het inzetten van online hulpverlening effectiever kunnen werken en dat daarvoor 20% minder medewerkers nodig zijn.
2.5 Effectiviteit online hulpverlening Hulpverleners denken soms dat een hulpvraag te complex is voor online hulpverlening, de hulpvrager bepaalt echter welke vorm van hulpverlening hij het prettigst vindt. De keuze die de hulpvrager maakt is meestal die, welke bij hem het beste resultaat oplevert (Bruijning & Stil, beide online hulpverleners bij Kwadraad (persoonlijke communicatie, 15-3-2012) . Uit onderzoek blijkt dat online hulpverlening chronisch vermoeide jongeren beter helpt. Uit cijfers blijkt dat 63% van de jongeren er weer bovenop komt, dit tegen slechts 8% bij face-toface hulpverlening. De onderzoekers verklaren het succes van online hulpverlening voor een deel omdat het veel gemakkelijker is veelvuldig contact te zoeken dan bij face-to-face hulpverlening. Hulpvragers logden gemiddeld tien keer per week in en hoefden daar hun huis niet voor uit (Stoffelen, 2012). Volgens Bruijning & Stil is het verder belangrijk in het traject van online hulpverlening de cliënt te empoweren en hem zelf zijn eigen richting en snelheid te laten bepalen. Verder is het erg belangrijk in het contact de cliënt positief te bekrachtigen. Verder zeggen Silva en Elvers van Pameijer dat je present moet zijn voor de cliënt, dit houdt online in dat je ingaat op het verhaal wat de cliënt je te vertellen heeft (persoonlijke communicatie, 15-3-2012).
17
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
2.6 Wat zijn veel voorkomende hulpvragen bij Klikvoorhulp? Uit de jaarrapportage van 2010 komt de volgende top vijf van veel voorkomende hulpvragen die bij Klikvoorhulp zijn binnengekomen. In deze rapportage zijn alleen de gegevens van Limburgse jongeren opgenomen. ● Liefde, seks en seksualiteit ● Relatie tot anderen ● Slachtoffer machtsmisbruik en geweld ● Relatie tot ouders ● Overige psychologische problemen Een van de overeenkomsten bij veel voorkomende hulpvragen is dat de hulpvragers op dat moment vaak niet lekker in hun vel zitten. De meeste van deze hulpvragers zouden mogelijk geholpen zijn als er een training was hoe ze met problemen kunnen omgaan. Zo zouden ze zich beter gaan voelen. De Klikvoorgeluk training zou hier op moeten aansluiten en inspelen.
18
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
3. Wat is geluk? In dit hoofdstuk is beschreven wat geluk is en hoe geluk is opgebouwd. Verder wordt er beschreven wat er al op het gebied van geluk is.
3.1 Definitie Het woordenboek geeft verschillende betekenissen van het woord geluk. Zo kan geluk een gunstige loop van omstandigheden zijn, zonder dat iemand daar zelf iets aan kan doen. Een tweede betekenis is dat het een aangename toestand is waarin alle wensen van een persoon bevredigd zijn. Als derde kan geluk ook een gunstig toeval zijn, bijvoorbeeld een blijde gebeurtenis. Volgens de laatste betekenis is geluk een behaaglijk gevoel van iemand die al zijn wensen bevredigd heeft (van Dale, 1976, p 769). Door onderzoekers over de hele wereld is onderzoek gedaan naar wat geluk precies is. In westerse samenlevingen wordt vooral gekeken naar het individuele geluk. In andere landen speelt de maatschappij een belangrijke rol bij geluk. Geluk houdt ook verband met het vervullen van sociale verplichtingen en plichten (Bormans, 2012, pp 29-30). Toch is er ook iets waar bijna iedereen het over eens is: geluk iets is om na te streven. Uit onderzoeken blijkt dat mensen geluk beschouwen als uiteindelijk doel en dat het belangrijker is dan geld (Hoggard, 2005, p 12). Er is ook een Nederlandse geluksprofessor: Ruut Veenhoven. Deze definieert geluk als “de mate waarin een individu de kwaliteit van zijn leven in het algemeen als gunstig ervaart”. Het gaat om welbevinden en levenskwaliteit, het gaat erom of iemand van het leven houdt zoals hij het leidt. Ruut Veenhoven heeft ook onderzoek gedaan naar het geluksniveau in verschillende landen. Hij kwam erachter dat de burgers in modernere samenlevingen gelukkiger zijn. Verder is volgens hem de sociale positie en de psychische gezondheid van iemand van belang. Hij is ook de oprichter van de World Database of Happiness hier staan gegevens in hoe gelukkig mensen in verschillende landen op de wereld zijn. De Nederlanders geven zichzelf een 7,6 op het gebied van geluk (Bormans, 2012, pp 277-287). Dit project zal zich richten op de psychologische betekenis van geluk. Deze gaat ervan uit dat geluk te maken heeft met een goed gevoel van welbevinden. Wat dat goede gevoel is wordt in de positieve psychologie beschreven. Positieve psychologie kijkt niet zoals de traditionele psychologie naar het ontdekken en genezen van psychische problemen maar gaat er van uit dat het geluksniveau blijvend verhoogd kan worden. Het kijkt naar positieve emoties, positieve eigenschappen en instellingen die een positieve bijdrage kunnen leveren aan de maatschappij (Seligman, 2010, p 11). Martin Seligman wetenschapper uit de positieve psychologie beschrijft vijf kenmerken van geluk: Positieve emotie: het hebben van een goed gevoel Flow: het volledig opgaan in waar je mee bezig bent Relaties: het gaat hier om de omgang die je met anderen hebt zoals vrienden en familie. Betekenis: het gevoel dat het leven zin heeft en je een bijdrage levert aan de samenleving. Vaardigheid: het experimenteren en het ontwikkelen van (bestaande) vaardigheden is een belangrijke drijfveer om je gelukkiger te voelen. (Haringsma, 2011)
3.2 Geluksformule Er is ook onderzoek gedaan hoe geluk beïnvloed wordt. Volgens geluksonderzoeker Sonja Lyubomirsky wordt slechts 10 procent van het geluk bepaald door de omstandigheden. Er ligt bij geboorte al 50 procent van het geluksniveau vast. Dit houdt in dat sommige mensen zich van nature gelukkiger voelen dan andere mensen. De laatste 40 procent wordt bepaald 19
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 door de keuzes die je zelf maakt. Het gaat hierbij om hoe je denkt, wat je doet en met wie je dat doet om je gelukkiger te voelen. Het gaat hier als het ware ook om hoe je met de omstandigheden omgaat (Bolier & Haverman & Walburg, 2010, 2010, p 12). Met deze gegevens is door positieve psychologen ook een geluksformule opgesteld. Hieronder is deze formule weergegeven en zal deze verder worden uitgelegd. Geluksniveau = je bereik + de omstandigheden + omstandigheden die je in de hand hebt 50% 10% 40% (Seligman, 2010, p 57)
Je bereik: Ieder mens heeft een grotendeels geërfd niveau waar steeds naar wordt teruggekeerd. Zoals hierboven beschreven is dat 50 procent van je geluksgevoel. Geluk is een soort thermostaat, hoeveel gelukkige of ongelukkige gebeurtenis we ook hebben: we zullen maar eventjes gelukkiger worden. Op langere termijn zal het niveau weer naar zijn vaststaande niveau terugkeren. Verder is het zo dat materiële bezittingen en verzamelde successen op korte termijn het geluksniveau beïnvloeden. Op langere termijn zullen de verwachtingen echter stijgen en zal er nog meer nodig zijn om het geluksniveau te kunnen beïnvloeden. Uit onderzoeken blijkt ook dat goede dingen en successen weinig kracht hebben om geluk op langere termijn te verhogen. Er zijn echter ook gebeurtenissen waar we niet of maar langzaam aan wennen zoals de dood van een ouder of misbruik en mishandeling. Bijvoorbeeld jongeren die dit meemaken hebben vaak op langere termijn een verminderd geluksgevoel. Het bereik in de formule is niet te beïnvloeden en werkt dus het stijgen van het geluksniveau tegen (Seligman, 2010, pp 60-61). Omstandigheden: Zoals je hierboven hebt kunnen lezen zijn de omstandigheden voor 10 procent verantwoordelijk voor je geluksgevoel. Omstandigheden kunnen het geluksniveau op een hoger niveau brengen. Het beïnvloeden van de omstandigheden is meestal niet makkelijk en vaak kostbaar. Uit onderzoek blijkt dat de volgende omstandigheden het geluksgevoel kunnen beïnvloeden: in een welvarend land wonen, negatieve emoties en boodschappen vermijden en een rijk sociaal netwerk opzetten. Omstandigheden die weinig effect op het geluksniveau hebben zijn jongeren die meer geld verdienen, gezond blijven en een goede opleiding hebben. Door de omstandigheden te veranderen zal het geluksniveau waarschijnlijk blijvend verhoogd blijven (Seligman, 2010, 62-74). De factoren die je in de hand hebt: Met deze factor uit de formule kun je het beste je geluksniveau beïnvloeden. De laatste 40 procent waarin je zelf de keuzes kan maken. Je hebt hier zelf invloed op. Je kunt hierbij denken aan je daden en gedachten uit het verleden, heden en de toekomst (Seligman, 2010, p 75). De gelukstraining zal zich ook op deze beïnvloedbaarheid van geluk richten. De opdrachten van de gelukstraining zullen grotendeels op de positieve psychologie gebaseerd zijn. De positieve psychologie onderzoekt wat mensen gelukkiger maakt. Elementen die daarbij een rol spelen zijn: positief denken, bewust genieten, relaties onderhouden en problemen actief aanpakken (Gezondheidspromotie van CM, 2011, p 4). Deze elementen zullen ook in de online training naar voren komen. Verleden: Emoties kunnen bepaald worden door gedachten over het verleden. Als jongeren meer goede herinneringen dan slechte herinneringen terughalen dan hebben ze een grotere kans op een hoger geluksniveau. Ook wanneer ze dingen uit het verleden kunt vergeven en er niet van uitgaan dat deze je leven in de toekomst bepalen zal leiden tot een hoger geluksgevoel (Seligman, 2010, pp 75-95). 20
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Heden: De gedachtes die iemand heeft over het heden zijn erg belangrijk bij het geluksgevoel. Wanneer jongeren kunnen genieten van de dagelijkse dingen, goed met mensen kunnen omgaan, relaties kunnen aangaan en niet overstuur raken bij vervelende gebeurtenissen dan kan dit bijdragen aan een hoger geluksgevoel (Seligman, 2010, pp 127-136) Toekomst: Gelukkige jongeren zijn optimistisch over hun kansen in de toekomst. Ze gaan er vanuit dat als er in de toekomst zaken anders lopen dan ze gedacht hadden dat ze daar dan ook gelukkig mee kunnen zijn (Seligman, 2010, pp 97-116).
3.3 De drie types van geluk Zoals in onderstaande figuur (3.1) te zien is zijn er 3 typen geluk te onderscheiden. In de figuur staat op de horizontale as de variabele tijd en op de verticale as de variabele geluksniveau. Verder staat er aangegeven hoe de verschillende gelukstypes zich daartoe verhouden. Deze niveaus gaan van weinig invloed op het geluksniveau en korte tijd dat ze van invloed zijn, tot een hoog geluksniveau en een grotere tijd dat ze van invloed zijn. Onder het figuur zullen deze typen geluk verder worden uitgelegd. Het oorspronkelijke plaatje komt van de site: www.deliveringhappiness.com.
http://www.deliveringhappiness.com/wp-content/uploads/2010/06/dhb_framework3.png
Het fijne leven: Dit is een vorm van geluk die maar kort duurt. Je bent steeds op zoek naar momenten waarop je positieve emoties kan ervaren. Het nadeel van dit type geluk is dat deze momenten maar kort blijven hangen en ze je op langere termijn niet gelukkiger maken. Verder wennen dit soort geluksmomenten heel snel en worden ze op een gegeven moment normaal (Seligman, 2004). Volgens andere wordt dit ook wel genot genoemd. Het is een kortdurend gevoel van geluk waarin door een prikkel zoals eten, seks of een andere prikkel door de neurotransmitters dopamine wordt afgegeven aan de hersenen. Dopamine zorgt voor genot en blijdschap (Hoggard, 2005, p 15). Het betrokken leven: Deze vorm van geluk ervaar je vooral in werk, vrije tijd en je relatie. Dit zijn momenten waarop de tijd even stopt en je niks voelt, je gaat helemaal op in de activiteit waarmee je bezig bent. Deze momenten duren langer, als de gebeurtenis voorbij is voel je je op langere 21
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 termijn gelukkiger. Deze vorm van geluk kun je beïnvloeden door te weten wat je sterke punten zijn en deze te gebruiken. Je kunt deze op verschillende terreinen in je leven inzetten (Seligman, 2004). Zaken waar je bij een betrokken leven aan kan denken zijn, liefde, naar schoolgaan en hobby’s (Hoggard, 2005, p 180). Het zinvolle leven: Dit type geluk duurt het langst en maakt ook het meest gelukkig. Het gaat hier om gebruik te maken van je positieve eigenschappen en zo bij iets groters te horen dan jezelf (Seligman, 2004). Het gebruik van persoonlijke krachten in dienst van iets groters zoals politiek, religie of de gemeenschap. Volgens Seligman geeft dit meer geluk omdat vriendelijk zijn en iets voor iemand betekenen voldoening schenkt (Hoggard, 2005, pp 180-181).
3.4 Wat levert gelukkiger zijn op Uit onderzoek van Sonja Lyubomirsky blijkt dat gelukkig zijn voordelen oplevert. Gelukkige mensen verdienen meer en presteren beter op hun werk. Gelukkige mensen blijven langer getrouwd en zijn blijer met hun relatie. Ze hebben meer vrienden en kunnen daardoor vaker terugvallen op sociale steun. Mensen die gelukkig zijn zijn actiever, hebben meer energie, gaan op in hun bezigheden, zijn gezonder en zijn beter bestand tegen stress (Braam&Tan&Wentink&Boerefijn&Bergsma, 2008, Docentenhandleiding, p 49). Het hebben van positieve emoties zorgt voor een beter functioneren. Het geeft mensen niet alleen een goed gevoel maar verandert mensen ook in positieve zin. Het leidt tot een boeiend, lang en gezond leven. Positieve ervaringen zorgen ervoor dat mensen de wereld nog verder willen ontdekken. Dit zorgt vaak weer voor nieuwe positieve ervaringen, door positieve emoties leer je dus nieuwe vaardigheden aan (Braam&Tan&Wentink&Boerefijn&Bergsma, 2008, Docentenhandleiding, pp 57-58). Het is dan ook belangrijk dat jongeren getraind worden in de manier waarop het geluksgevoel positief beïnvloed kan worden. Deze vaardigheid levert een belangrijke bijdrage aan het verloop van hun verdere leven. De Universiteit Leiden heeft onderzoek gedaan wat lessen in geluk jongeren opleveren. Uit het onderzoek blijkt dat jongeren die gelukslessen hebben gevolgd minder negatieve gevoelens hebben; op een positieve manier omgaan met anderen en een positiever zelfbeeld hebben (Dijxhoorn&Konig&van der Doef, 2011)
3.5 Wat bestaat er al op het gebied van gelukskunde? Op het gebied van geluk is al veel geschreven en ontwikkeld. In deze paragraaf is beschreven wat er al te vinden is op het gebied van geluk en gelukstrainingen. Hieronder staat een selectie beschreven.
3.5.1 Gelukslessen op scholen Er worden verschillende lessen in geluk aangeboden in zowel het basisonderwijs als in de middelbare school. Zo wordt er in groepen zeven en acht gewerkt met de Gelukskoffer en worden op de middelbare school lessen in geluk en Gelukskunde onderwezen. Dit zijn geen standaardlessen maar deze zijn een aanvulling op het reguliere lespakket van scholen. Het verschil tussen lessen in geluk en Gelukskunde is dat eerstgenoemde een klein deel van het jaar gegeven worden. Gelukskunde wordt het hele jaar gegeven. De lessen in geluk bestaan uit 6 lessen plus een opdracht voor thuis. De eerste drie lessen gaan vooral over het eigen geluk van de jongeren en het belang van geluk. De laatste drie lessen gaan over het werken aan geluk. Deze lessen in geluk zijn meer op theorie gericht dan de andere gelukslessen en minder op praktische tips. De lessen Gelukskunde worden heel het jaar door gegeven en op deze lessen is ook een vervolg geschreven: Slimmerkunde. Dit soort lessen gaan vooral om slimmer gebruik te 22
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 maken van digitale informatiebronnen. Het lesboek van gelukskunde is onderverdeeld in acht lessen. Deze lessen kunnen worden verspreid over meerdere lesuren. De onderwerpen die in deze lessen naar voren komen zijn: wat is geluk?; zelfvertrouwen; jouw x-factor; stressbestendigheid; je relatie met de anderen; werk, school en hobby; spiritualiteit en geloof en een afsluitende les met een eindopdracht. De lessen zijn onderverdeeld in een deel theorie en daarna heel praktisch aan de slag met vaak creatieve werkvormen. Voor Klikvoorgeluk wordt gebruik gemaakt van deze lessen.
3.5.2 Cursus gelukskunde voor vrouwen bij Alcander Alcander biedt de cursus Gelukskunde voor vrouwen. Deze cursus is opgezet door de afdeling vrouwenhulpverlening. Lucy Spoelstra heeft deze training opgezet en heeft zich laten inspireren door de gelukskunde lessen van het Charlemagne college. Ze heeft het werkboek als leidraad genomen en deze aangepast op de doelgroep vrouwen. De doelen van de training zijn om te ontdekken wat geluk voor iedereen persoonlijk betekent en handvatten aanleren om nieuwe inzichten en meer innerlijke harmonie te kunnen vinden in het dagelijks leven. Tijdens de bijeenkomsten worden de volgende onderwerpen besproken: wat is geluk?; zelfvertrouwen;; omgaan met stress;; relatie met anderen;; werken;; hobby’s en flow. Tevens is er een afsluitende bijeenkomst en één bijeenkomst waar de deelnemers zelf het onderwerp kunnen bepalen. De training bestaat steeds uit een deel theorie waar de groep dan ook over in gesprek gaat. Daarna wordt de opdracht uitgelegd en wordt er in de bijeenkomst een opdracht gemaakt. Hierna komt dan vaak weer een deel theorie gevolgd door een huiswerk opdracht waarin de volgende bijeenkomst op wordt teruggekomen. Waar Lucy Spoelstra tegen aan loopt is dat de groepsleden doorverwezen zijn door het maatschappelijk werk. Dit zijn meestal laagopgeleide vrouwen. Ze merkt dat deze vrouwen moeite hebben met de (huiswerk-)opdrachten en weinig reflecterend vermogen hebben; iets wat bij gelukskunde toch wel belangrijk is. Deelnemers van de cursus moeten namelijk aan de slag met de tips uit de cursus om daarna te kijken of deze kan bijdragen aan hun geluksgevoel (persoonlijke communicatie 01-5-2012).
3.5.3 Gelukkiger worden op internet Er zijn al veel internetsites die je helpen om gelukkiger te worden. Op deze sites worden vaak praktische tips gegeven voor een fijn en gelukkiger leven of er staan positieve teksten op. Enkele sites die hierop inspelen zijn www.sochicken.nl en www.voorpositiviteit.nl. Het Trimbos instituut heeft zelf een online psyfit training opgezet. Dit is een zelfhulpcursus waar een deelnemer zelf aan de slag gaat zonder echt contact te hebben met een hulpverlener. In België is er ook een online gelukstraining deze is afgeleid van de training van het Trimbos instituut (www.psyfit.nl) deze cursus heet www.plukjegeluk.be. Deze training maakt gebruik van opdrachten, filmpjes van deskundigen en een forum waar mensen van gedachte kunnen wisselen. Deze training lijkt het meeste op Klikvoorgeluk. In de training Klikvoorgeluk worden echter zijn andere onderwerpen behandeld en worden andere opdrachten aangeboden. Verder richt Klikvoorgeluk zich specifiek op jongeren terwijl Psyfit en Plukjegeluk zich vooral op ouderen richten.
3.5.4 Gelukskunde app Deze app is mede ontwikkeld door Sonaj Lyubomirsky. Zij is positieve psychologe. Deze app is ook ontwikkeld om mensen tips te geven wat ze kunnen doen om lekkerder in hun vel te zitten. In deze app kunnen mensen doelen stellen en in een dagboek aangeven hoe ze zich op een dag voelen. Verder kunnen ze filmfragmenten bekijken. De gebruikers van de app hebben geen contact met een hulpverlener.
23
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
4. De interviews In dit hoofdstuk is beschreven hoe de interviews zijn opgesteld en welke respondenten er allemaal geïnterviewd.
4.1 Onderzoek Om een beter beeld te krijgen van de doelgroep van Klikvoorgeluk en om aan de weet te komen waar deze behoefte aan heeft is een kwalitatief onderzoek opgezet. De keuze is gevallen op een kwalitatief onderzoek omdat zo de behoeftes en ervaringen van de jongeren gepeild kunnen worden. Dit onderzoek is opgezet naar aanleiding van literatuuronderzoek over jongeren, geluk en internethulpverlening. Naast de jongeren is er gebruik gemaakt van vakdeskundigen op het gebied van online hulpverlening en gelukskunde. In onderstaande tabel 4.1. is de verdeling van respondenten inzichtelijk gemaakt. De interviews zijn kwalitatieve interviews geworden. Dit houdt in dat de geïnterviewde veel ruimte krijgt om zelf zijn antwoorden te formuleren en de antwoordmogelijkheden niet al vast staan. Dit is van belang geweest om zoveel mogelijk informatie van de geïnterviewde te kunnen krijgen. Er wordt gebruik gemaakt van zowel semi-gestructureerde interviews als vrije interviews (’t Hart & Boeije & Hox, 2007, pp 274-275). De onderwerpen zijn vooraf bepaald. Dit zorgt voor structuur in het interview: de geïnterviewde kan in eigen woorden zijn antwoorden verwoorden. In onderstaande tabel 4.1 is de verdeling van respondenten inzichtelijk gemaakt. Deze mensen heb ik gesproken om de nodige informatie te verzamelen voor mijn afstudeerproject. In de eerste kolom staat wie er geïnterviewd zijn, daarna het aantal en/of de naam van de geïnterviewde. In de derde kolom zijn de onderwerpen weergegeven die met deze persoon of personen besproken zijn. n (Aantal respondenten) Onderzoeksdesign Jongeren Leerlingen Charlemagne -Geluksniveau 10-12jr college in Landgraaf (n=5) -Problemen die ze ervaren 13-14jr -Zelfredzaamheid Leerlingen Trevianum -Gelukskunde lessen Scholengemeenschap in -Online hulpverlening Sittard (n=5) -Verwachtingen online training -Informatie overbrengen Vakdeskundigen Mira Lymandt online -Werkwijze Online behandelaar Mondriaan -Online mogelijkheden hulpverlening Metha Roijen project -Verschillende online hulpvormen medewerker Klikvoorhulp -Voor- en nadelen Vakdeskundigen Theo Wismans -Meerwaarde van gelukskunde Gelukskunde Docent van de lessen -De theorie van gelukskunde gelukskunde op het -Hoe zijn de lessen/cursus opgebouwd Charlemagne college in -Het checken van Klikvoorgeluk Landgraaf. Tjeu Seeverens Is ontwikkelaar van de gelukskunde lessen. Lucy Spoelstra Hulpverlener die de reguliere cursus gelukskunde geeft namens Alcander in Heerlen. Tabel 4.1 Respondenten
24
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
4.1 De interviews voor de jongeren Het doel van de interviews is een beeld krijgen hoe de jongeren in het leven staan en of ze behoefte hebben aan een gelukstraining. Uit de theorie blijkt dat jongeren in deze levensfase moeilijk over zichzelf praten maar wel naarmate ze ouder worden steeds beter naar zichzelf kunnen kijken. Veel jongeren hebben een hoop gevoelens maar vinden het moeilijk deze te verwoorden. Jongeren in de pubertijd zitten vaak niet lekker in hun vel en vinden het moeilijk om daar met volwassenen over te praten. Hier is tijdens de interviews rekening mee gehouden. Er is niet gekozen voor een enquête waar jongeren anoniem over hun situatie kunnen schrijven omdat door doorvragen bij een interview meer diepgang gekregen kan worden. Het is de bedoeling om zowel jongeren te interviewen die de gelukskunde lessen gehad hebben, als jongeren die deze lessen niet gehad hebben. De meerwaarde hiervan is dat er gekeken kan worden wat de lessen gelukskunde de jongeren opgeleverd hebben. Beide groepen die de lessen wel en niet gevolgd hebben, zullen anders tegen Klikvoorgeluk aankijken. De interviews worden gehouden bij jongeren uit de eerste klas van de middelbare school, het taalgebruik van de interviews is daarop aangepast. Er is geprobeerd geen gebruik te maken van moeilijke woorden en als deze wel gebruikt worden werden deze uitgelegd. Verder is er bij de vragen rekening gehouden met het feit dat jongeren in deze fase van hun leven moeilijk over hun gevoel praten. In bovenstaande tabel (4.1) zie je welke jongeren er geïnterviewd zijn en aan de hand van welke topics de vragenlijst voor de jongeren is opgesteld. Deze vragenlijst kun je vinden in bijlage 4. In deze bijlage is ook de onderbouwing van deze vragen opgenomen. Voor het interview wordt gebruik gemaakt van retrospectieve vragen. Dit zijn vragen die gaan over gebeurtenissen die in het verleden liggen (‘t Hart&Boeije&Hox, 2007, p 160). De vragen stellen jongeren in de gelegenheid om terug te kijken naar het verleden. Dit is van belang om te kijken voor welke moeilijke gebeurtenissen de online training antwoord zou moeten bieden. Verder zal het de jongeren die deelgenomen hebben aan de gelukskunde lessen in de gelegenheid moeten stellen sterke en zwakke kanten van deze lessen te benoemen. Allereerst zijn vijf leerlingen van het Charlemagne College geïnterviewd. Deze groep is gekozen omdat zij onderwezen worden in gelukskunde en ervaring met deze lessen hebben. Ze kunnen vertellen wat ze goed en minder goed vinden aan deze lessen. Hier is tijdens het opzetten van Klikvoorgeluk rekening mee gehouden. Daarnaast zijn er vijf leerlingen van het Trevianum Scholengemeenschap geïnterviewd. Deze leerlingen hebben geen lessen gelukskunde gevolgd. Zij zullen niet bekend zijn met de theorie van deze lessen. Vanuit de interviewvragen wordt er op deelvraag twee “welke voorwaarden zijn nodig om een training gelukskunde uit te voeren” een antwoord geformuleerd. Tijdens het project is het erg moeilijk gebleken om jongeren te kunnen interviewen. Scholen staan hier wel voor open maar hebben beperkt tijd. Er is daarom gekozen voor groepsinterviews zodat er in beperkte tijd toch met een aantal leerlingen gesproken kan worden. De leerlingen zullen allemaal uit één klas komen en elkaar dus al een jaar kennen. Dit zal ervoor zorgen dat de validiteit groter wordt. Dit wordt beoogd door een groep met leerlingen te nemen die elkaar al kennen, hierdoor zullen de jongeren zichzelf makkelijker open stellen voor de onderzoeker omdat ze in een vertrouwde groep zitten. Wegens de beperkte tijd zijn er maar tien jongeren geïnterviewd. Dit zorgt ervoor dat het onderzoek niet erg betrouwbaar is; voor een betrouwbaarder onderzoek hadden er meer leerlingen geïnterviewd moeten worden.
25
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
4.3 De vakinhoudelijke interviews Het doel van de vakinhoudelijke interviews zal vooral nieuwe kennis vergaren zijn op het gebied van online hulpverlening en gelukskunde. Het zijn vrije interviews met als doel het vergaren van nieuwe informatie en ideeën die ik kan gebruiken in de trainingen. Online hulpverlening De interviews op het gebied van online hulpverlening zijn gehouden om een duidelijker beeld te krijgen van online hulpverlening op dit moment. Voor deze interviews zijn de volgende mensen geïnterviewd. Mevrouw Mira Lymandt, zij is online behandelaar bij Mondriaan en docente aan Hogeschool Zuyd. De onderwerpen die in dit interview besproken zijn zijn te vinden in tabel 4.1. Verder zijn er ook gesprekken gevoerd met Metha Roijen zij is project medewerker en maatschappelijk werker bij Klikvoorhulp. De onderwerpen van deze interviews zijn ook te vinden in de tabel. De resultaten van deze interviews zijn meegenomen in het hoofdstuk over Klikvoorhulp en online hulpverlening. Verder zijn de mogelijkheden van online hulpverlening meegenomen om een online training te schrijven voor Klikvoorhulp. Gelukskunde Op het gebied van gelukskunde is de heer Theo Wismans geïnterviewd. Hij is docent gelukskunde aan het Charlemagne College in Landgraaf. Daarnaast zijn interviews gehouden met mevrouw Lucy Spoelstra. Zij werkt bij Alcander in Heerlen en geeft een cursus gelukskunde aan vrouwen. Met deze personen zijn twee interviews gehouden. De onderwerpen die besproken zijn staan in tabel 4.1. De interviews gingen vooral over de onderwerpen die werden besproken in de gelukslessen en cursus; wat de belangrijkste essenties waren van beide lessen en hoe de lessen gegeven werden. De uitwerkingen van deze interviews zijn te vinden in bijlage 9 van het afstudeerproject. Ook is Tjeu Seeverens geïnterviewd, hij is ontwikkelaar van de gelukskunde lessen op het Charlemagne College. Hij heeft ook de rechten van de lessen gelukskunde. Met hem heb ik vooral een gesprek gehad over deze rechten en of Klikvoorgeluk gebruik mocht maken van ideeën uit de opdrachten en theorie. Verder zijn er nog een hoop mooie ontwikkelingen uit dat gesprek gekomen die gebruikt kunnen worden bij Klikvoorgeluk.
26
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
5. Het belang van Klikvoorgeluk In dit hoofdstuk wordt uitgelegd wat de meerwaarde en het belang is van Klikvoorgeluk voor jongeren. Dit zal worden gedaan door het analyseren van de interviews die met jongeren gehouden zijn en deze te toetsen aan de theorie. De uitwerkingen van de interviews gehouden met jongeren zijn te vinden in bijlage 9. In de tweede paragraaf van dit hoofdstuk gaat het over welke rol de maatschappelijk werker bij Klikvoorgeluk speelt.
5.1. Wat is de meerwaarde van een online training gelukskunde voor jongeren? Voor veel jongeren is het digitale leven een vanzelfsprekendheid die niet meer weg te denken is in hun wereld. Internet wordt door jongeren niet gezien als virtueel of nep. Voor veel jongeren doet de digitale wereld niet meer onder voor de wereld waar je elkaar kunt aanraken. Online kunnen jongeren alles wat ze in real life ook kunnen, zoals vrienden maken en ruziën (Pardoen & Pijpers, 2006, p 9). Het is daarom voor de hand liggend om een training gelukskunde online aan te bieden. Volgens onderzoek kampen 19 tot 28 procent van de jongeren met psychische problemen. Toch ontvangen deze jongeren niet allemaal hulp. Dit komt onder andere omdat jongeren zich vaak erg terughoudend opstellen voor professionele hulp. Volgens het onderzoek brengen Nederlandse jongeren 2,6 uur per dag door op het internet buiten de schooluren om. In deze uren spelen ze spelletjes, onderhouden ze contact met vrienden of zoeken ze informatie over bijvoorbeeld gezondheidsproblemen. Een meerderheid van de onderzochte jongeren gaf aan dat ze online hulpverleningswebsites waarderen waar ze informatie kunnen zoeken, mailen en chatten. De algehele conclusie van dit onderzoek is dat online hulpverlening een goede aanvulling op face-to-face hulpverlening is en dat jongeren hier behoefte aan hebben (Havas&Nooijer&Crutzen&Feron, 2010). Hoe dit onderzoek is uitgevoerd is te vinden in bijlage 5. Uit hoofdstuk 2 blijkt dat jongeren terecht komen bij Klikvoorhulp omdat ze tegen diverse problemen aanlopen. Ook uit de interviews blijkt dat jongeren in hun leven tegen diverse moeilijke situaties aanlopen. Tijdens de interviews vertellen ze onder andere over het verlies van opa en oma’s, het scheiden van ouders, gepest worden en het ziek zijn van een familielid. Deze situaties maken veel indruk op jongeren en ze geven aan dat ze op die momenten niet lekker in hun vel zitten.
84,4
Leeftijd 65 jaar en ouder
Leeftijd 12 tot 15 jaar
77,5
Leeftijd 45 tot 65 jaar
81,2
Leeftijd 25 tot 45 jaar
MHI5 score in 2009 Tabel 5.1 MHI5 score in 2009
Vrouwen
Mannen
Doelgroep
Leeftijd 15 tot 25 jaar
Het CBS heeft ook onderzoek gedaan naar de psychische gezondheid van mensen. Deze is gemeten met de MHI5. De MHI5 staat voor Mental Health Inventory 5 en is een specifieke meting om de psychische gezondheid te meten. Deze meting bestaat uit 5 vragen over de volgende onderwerpen: somberheid en neerslachtigheid, kalm en rustigheid, zenuwachtigheid en geluk. Hoe hoger deze score is hoe beter het met de psychische gezondheid gesteld is. Bij jongeren in de leeftijdscategorie van 12 tot 15 jaar is de hoogste score te zien (zie tabel 5.1). Dit betekent dat jongeren tussen de 12 en 15 jaar over het algemeen het gelukkigst zijn. Wel laat de tabel zien dat mensen tussen de 15 en 25 jaar daarentegen het minst gelukkig zijn. Welke vragen er in dit onderzoek gesteld zijn en hoe dit onderzoek verder is uitgevoerd is te vinden in bijlage 5.
78,7
79,1
79,4
78,8
http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?DM=SLNL&PA=03799&D1=158&D2=0-17&D3=0&D4=a&HDR=G2,T,G3&STB=G1&CHARTTYPE=1&VW=T
27
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Dat jongeren na hun vijftiende opeens minder gelukkig zijn kan mogelijk verklaard worden vanuit de pubertijd. Jongeren veranderen in de pubertijd erg snel en gaan zich vergelijken met anderen. Jongeren kunnen daar onzeker van worden en gaan twijfelen over zichzelf (Heuves, 2006, pp7-20). Door de pubertijd gaan jongeren anders denken waardoor gevoelens en gedachtes sterker worden. Jongeren vinden het echter moeilijk om deze gedachtes onder woorden te brengen. Dit geeft ze vaak een gevoel van dat ze er alleen voor staan (Heuves, 2006, pp 21-29). Deze twijfel en het niet weten hoe ze met hun gevoel moeten omgaan kan ervoor zorgen dat de psychische gezondheid bij de groep 15-plussers lager uitvalt. Deze fase maakt nog deel uit van de pubertijd en deze gevoelens kunnen zeker nog van invloed zijn. Gegevens van het Nederlands Jeugdinstituut (NJI) laten ook zien dat Nederlandse jongeren zich erg gelukkig voelen. Volgens onderzoek van het Health Behaviour in School-aged Children (HBSC) scoorde Nederlandse jongeren zowel bij de jongens als bij de meisjes het hoogst van alle HBSC landen. Hoe dit onderzoek is uitgevoerd is te vinden in bijlage 5. Het onderzoek laat wel zien dat het welbevinden afneemt naarmate de jongeren ouder worden. Verder laat het zien dat jongens overal hoger scoren van meisjes. De cijfers variëren van een 8,2 op het basisonderwijs en een 7,7 op het middelbaar onderwijs (van Dorsselaer & Zeijl & van den Eeckhout & ter Bogt & Vollebergh, 2007). Ook uit de interviews blijkt dat jongeren erg gelukkig zijn. Ondanks dat de jongeren soms heel wat hebben meegemaakt geven alle jongeren zichzelf een voldoende, de cijfers variëren van een 5,7 tot een 8,5. Wel valt op dat er niet overdreven hoge cijfers gegeven worden, jongeren geven aan dat het altijd wel beter kan. Uit alle voorgaande cijfers blijkt dat jongeren in Nederland over het algemeen erg gelukkig zijn. Toch blijkt dat naarmate jongeren ouder worden ze minder geluk ervaren. Uit ervaringen van het Charlemagne college in Landgraaf blijkt echter dat jongeren veel aan de lessen gelukskunde gehad hebben. Ze voelen zich meer op hun gemak, hebben meer zelfvertrouwen en weten hoe ze zich kunnen ontspannen (Wismans & Seeverens & Scholtes. 2009, p 38). De interviews laten een ander beeld zien. De jongeren die geïnterviewd zijn zagen het nut van de gelukskunde lessen niet in. Ze vonden dat de lessen grotendeels uit filmpjes en tekeningen maken bestonden. Ze gaven verder aan dat ze het boek over gelukskunde nauwelijks open sloegen in de les. Mogelijk kan dit ervoor zorgen dat ze de lessen niet als waardevol ervaren. Een andere verklaring zou kunnen zijn dat ze lessen over het algemeen niet als waardevol ervaren omdat school door jongeren vaak niet met “leuk” wordt geassocieerd. Uit de interviews blijkt zowel bij de jongeren die gelukskunde als schoolvak hebben als de jongeren die dat niet hebben. Zelf al een aantal manieren bezitten en gebruiken om zich tijdens vervelende momenten weer beter te gaan voelen. Enkele dingen die door de jongeren worden genoemd zijn: afleiding zoeken bij vrienden en familie, erover praten, wordt er getekend en activiteiten ondernomen. Deze manieren zijn erg beperkt en jongeren hebben onbewust waarschijnlijk nog meer manieren om hun geluksgevoel te verhogen. Klikvoorgeluk moet ze bewust maken van deze manieren en kan ze andere vaardigheden aanleren om het geluksgevoel te verhogen. De jongeren die geïnterviewd zijn vooral bekend met de kindertelefoon. Enkele van deze jongeren weten ook dat naast dat je kan bellen met de kindertelefoon je kunt chatten. Eén van de jongeren was bekend met Klikvoorhulp omdat hij hier op de basisschool informatie van gekregen had. Bij hulpverlening wordt vooral gedacht aan pesten en daar tips krijgen hoe hiermee om te kunnen gaan. Bij een online gelukskunde training vallen beide groepen jongeren eigenlijk stil en kunnen zich er maar weinig van voorstellen. Jongeren zullen daardoor waarschijnlijk niet snel op eigen initiatief bij Klikvoorgeluk terecht komen. Als 28
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 conclusie kan getrokken worden dat er een belangrijke taak is voor scholen, netwerkpartners en maatschappelijk werkers om jongeren te wijzen op Klikvoorgeluk. Daarnaast zal voordat jongeren gaan deelnemen eerst heel duidelijk gemaakt moeten worden wat jongeren eraan kunnen hebben. Zo weten ze wat ze van de training kunnen verwachten dit zal de drempel lager maken deel te gaan nemen. Verder moet er duidelijk zijn dat de training niet alleen geschikt is voor mensen die problemen hebben maar dat iedereen iets aan de training kan hebben. In de interviews kwam ter sprake dat zonder problemen je een training gelukskunde niet nodig zou hebben. De training geeft echter basisvaardigheden waar iedereen zijn geluksgevoel mee kan verhogen. Ondanks dat er VMBO en HAVO leerlingen zijn geïnterviewd gaven beide groepen aan dat ze het liefst de theorie krijgen in de vorm van filmfragmenten. Verder zijn de verwachtingen dat ze tips krijgen om gelukkiger te zijn en willen ze graag actief aan de slag en echt dingen te leren. De gehouden interviews zijn echter niet erg betrouwbaar omdat er maar weinig respondenten zijn geïnterviewd. Voor een betrouwbaarder onderzoek zouden er meer respondenten moeten worden geïnterviewd. Tijdens de interviews werd soms erg lacherig gedaan dit kan ervoor gezorgd hebben dat niet alles jongeren zich volledig konden openstellen. De validiteit van het onderzoek zou groter kunnen zijn als er tijd was geweest om de respondenten afzonderlijk van elkaar te interviewen. Uit het voorgaande valt toch te concluderen dat Klikvoorgeluk zich op jongeren moet richten omdat bij deze groep het meeste effect valt te halen met de training. Ze krijgen in deze training namelijk vaardigheden aangeleerd waar ze in hun verdere leven nog wat aan hebben en kan ze helpen door de onzekere periode van de pubertijd. Wel moet er bij het aanbieden van de training rekening worden gehouden met de zaken die in de interviews aanbod zijn gekomen.
5.2 Wat is de rol van het maatschappelijk werk bij een online gelukstraining? Zoals in de vorige paragraaf te lezen was zitten veel jongeren op bepaalde momenten van hun leven niet lekker in hun vel. Het is wenselijk dat jongeren vaardigheden aangeleerd krijgen om met moeilijke momenten in hun leven om te kunnen gaan. Het maatschappelijk werk kan hier een belangrijke rol in spelen.
5.2.1 Missie Als er naar de missie van het maatschappelijk werk gekeken wordt, hecht deze een grote waarde aan het tot zijn recht komen van burgers in de samenleving. De missie is in het beroepsprofiel als volgt geformuleerd: “bevorderen dat mensen in onze samenleving tot hun recht komen, als mens en als burger. Maatschappelijk werkers streven ernaar dat mensen zich in wisselwerking met hun sociale omgeving zo goed mogelijk kunnen ontplooien, naar eigen aard, behoeften en opvattingen, en dat ze rekening houden met wie zij samenleven” (NVMW, 2010, p 10). Klikvoorgeluk sluit aan bij de missie van het maatschappelijk werk. Jongeren zitten op bepaalde momenten niet lekker in hun vel en zijn dan vaak niet gelukkig. Jongeren kunnen zich dan vaak niet voldoende ontplooien en komen niet tot hun recht in de samenleving. Klikvoorgeluk draagt bij aan de ontplooiing van de individu, door de jongeren handvatten te geven. Deze handvatten geven de jongeren inzicht hoe men meer invloed kan hebben op het eigen geluksgevoel, als deelnemer in een maatschappij waar men niet op alles invloed heeft. Vanuit de visie van het maatschappelijk werk is het belangrijk dat het maatschappelijk werk Klikvoorgeluk gaat uitvoeren. Hieronder wordt verder beschreven waarom deze training goed door de discipline maatschappelijk werk gegeven kan worden. Dit wordt beschreven aan de hand van het beroepsprofiel voor de maatschappelijk werker.
29
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
5.2.2 Taakgebieden, kerntaken en taken Het maatschappelijk werk werkt vanuit drie taakgebieden. Alle drie deze taakgebieden zijn nodig bij het opzetten en uitvoeren van Klikvoorgeluk. Taakgebied 1: Directe en indirecte hulp- en dienstverlening Klikvoorgeluk is een training die goed past binnen taakgebied één van het maatschappelijk werk: de maatschappelijk werker dient directe dienstverlening leveren aan de cliënt. Binnen dit taakgebied is onder andere kerntaak één van belang. Deze wordt omschreven als: “werken met en namens cliënten: psychosociale hulpverlening”. Onder elke kerntaak vallen een aantal taken die een maatschappelijk werker kan uitvoeren. Bij Klikvoorgeluk is de maatschappelijk werker op een directe manier in interactie met de cliënt. De eerste taak bij Klikvoorgeluk is dat de maatschappelijk werker “veranderings- en competentiegerichte begeleiding” aanbiedt. Tijdens deze training worden er opdrachten aangeboden die de deelnemer vaardigheden probeert aan te leren. Het beoogde doel is dat de deelnemers vaardigheden aangeleerd krijgen waardoor hij zich lekkerder gaat voelen. De maatschappelijk werker kan hierbij helpen door de deelnemer te laten reflecteren; het aanleren van communicatieregels en het uitbouwen van een sociaal netwerk. Dit zijn enkele factoren die in de gelukstraining naar voren komen en waar de maatschappelijk werker naar behoefte van de deelnemer verder op kan inspelen. Deze taak past goed bij het maatschappelijk werker om deze vaak over veel huiswerkopdrachten en kennis beschikt. Een andere taak die de maatschappelijk werker vanuit Klikvoorgeluk uitvoert is “concrete en informatieve hulpverlening” geven. De meeste psycho-educatie die de deelnemer tijdens de training krijgt staat vast. Het kan echter voorkomen dat een deelnemer na het maken van de opdrachten andere vragen heeft of nog andere psycho-educatie nodig heeft. Het is dan de taak van de maatschappelijk werker om hier naar behoefte van de cliënt op in te spelen. Ook de taak “onderzoek en rapportage” is een taak die de maatschappelijk werker moet uitvoeren binnen Klikvoorgeluk. De maatschappelijk werker zal voordat de deelnemer daadwerkelijk aan de training kan deelnemen door een ingevulde vragenlijst een beeld krijgen of de deelnemer geschikt is voor de training of dat er meer hulp noodzakelijk is. Mocht de maatschappelijk werker twijfelen dan is het zijn taak om door te vragen om een goed beeld van de deelnemer te krijgen. Deze vragenlijst is ook van belang om een volgorde te maken bij welke module de deelnemer het meeste baat heeft. Deze module zal hij het eerst voorgeschoteld krijgen zodat hij ook het meest geprikkeld wordt. Daarnaast is kerntaak twee ook van belang, deze kerntaak is “het werken voor cliënten en potentiële cliënten”. Klikvoorgeluk is in eerste instantie een preventieactiviteit. De taak van de maatschappelijk werker is de jongeren vaardigheden aan te leren zodat ze beter kunnen omgaan met moeilijke situaties in hun leven. Taakgebied 2: Werken vanuit een arbeidsomgeving De maatschappelijk werker zal zijn taken bij Klikvoorgeluk uitvoeren vanuit een Algemeen Maatschappelijk Werk instelling die aangesloten is bij Klikvoorhulp. Kerntaak drie luidt als volgt: “werken in de eigen instelling of organisatie”. Eén van de taken die hieronder valt is “bijdragen aan beleidsuitvoering en beheer”. Naast dat er maatschappelijk werkers betrokken zijn bij het opzetten van Klikvoorgeluk, kan het tijdens het uitvoeren van de training voorkomen dat er zaken in de training nog niet goed lopen. De taak van de maatschappelijk werker is dan om dit aan te kaarten zodat dit kan worden aangepast en verbeterd. Een maatschappelijk werker heeft dus ook een belangrijke taak bij het “bijdragen aan beleidsontwikkeling”.
30
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Taakgebied 3: Werken aan professionaliteit en professionalisering De kerntaken die hierbij horen zijn “zichzelf ontwikkelen in het beroep” en “bijdragen aan de ontwikkeling van het beroep”. De maatschappelijk werker moet zich voortdurend ontwikkelen en kunnen bijscholen om op een zo goed mogelijke manier te kunnen hulpverlenen. Een maatschappelijk werker die deelnemers gaat begeleiden bij Klikvoorgeluk zal hier scholing voor moeten volgen om te weten hoe het programma werkt en wat er van hem verwacht wordt. Het is ook belangrijk dat de maatschappelijk werker deelnemers van de training met andere collega’s kan bespreken en met vakgenoten blijft reflecteren op het uitvoeren van hulpverlenen. Dit kan bijvoorbeeld gedaan worden in intervisiegroepen die worden opgezet met maatschappelijk werkers die de training geven. Zo kunnen ze leren van elkaar. Maatschappelijk werkers die binnen Klikvoorgeluk actief zijn moeten andere collega’s kunnen scholen en begeleiden. Daarnaast zullen ze ook moeten meedenken met de opleiding van toekomstige vakgenoten. Deze zullen ook op de hoogte moeten zijn van nieuwe ontwikkelingen in het online hulpverlenen.
5.2.3 Competenties In het beroepsprofiel van de maatschappelijk werker wordt een overzicht gegeven van de competenties waar een maatschappelijk werker over moet beschikken. Om Klikvoorgeluk op een verantwoorde manier uit te voeren zal een maatschappelijk werker minstens over de volgende competenties van het beroepsprofiel moeten voldoen. De maatschappelijk werker legt contact met de cliënt: Nadat een deelnemer zich heeft aangemeld voor Klikvoorgeluk neemt de maatschappelijk werker contact op met de cliënt. Dit contact vindt echter pas plaats als de deelnemer de intakevragenlijst heeft ingevuld. Het contact tussen maatschappelijk werker en deelnemer vindt steeds plaats nadat de deelnemer iets ingevuld of gemaakt heeft. De maatschappelijk werker zal het verhaal van de deelnemer samenvatten, complimenten geven, doorvragen bij onduidelijkheden, tips en psycho-educatie aanreiken. Het is belangrijk dat de maatschappelijk werker op de cliënt probeert aan te sluiten zodat deze zich veilig voelt om zijn verhaal te vertellen en gestimuleerd wordt verder te gaan met de training. De maatschappelijk werker voert assessment uit: brengt de cliëntsituatie configuratie in beeld: De intake vragenlijst zal voor iedere deelnemer hetzelfde zijn. De rol van de maatschappelijk werker is om te kijken of de cliënt bij de training past of dat deze andere hulpverlening nodig heeft. De maatschappelijk werker heeft een goed beeld van andere hulpverleningsinstanties en kan zo nodig doorverwijzen. Mocht de maatschappelijk werker twijfelen nadat de deelnemer de vragenlijst ingevuld heeft dan kan deze verder doorvragen zodat er een duidelijker beeld ontstaat. Door het invullen van de vragenlijst kan de maatschappelijk werker ook inschatten met welke module de deelnemer het meest gebaat is, omdat de deelnemer hier de meeste problemen mee ervaart. De maatschappelijk werker kan zo een trainingsplan opstellen om zo het programma zo uitdagend mogelijk voor de hulpvrager te houden. De maatschappelijk werker werkt cliënt- en situatiegericht aan planmatige hulp: Zoals ook bij de vorige competentie is aangegeven moet de maatschappelijk werker ervoor zorgen dat de hulpverlening zoveel mogelijk bij de deelnemer past en hem uitdaagt. Zo blijft de deelnemer gemotiveerd. De maatschappelijk werker stelt een volgorde op waarin de deelnemer de modules doorloopt. Tijdens de hulpverlening kan echter blijken dat de volgorde van de modules toch niet helemaal geschikt is voor de deelnemer. Het is dan de taak van de maatschappelijk werker om dit aan te passen. De maatschappelijk werker moet dit wel doen in nauw overleg met de deelnemer zodat zowel de deelnemer als maatschappelijk werker hetzelfde nastreven. 31
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 De maatschappelijk werker richt zich op competentieontwikkeling van de cliënt: Bij Klikvoorgeluk ligt de nadruk op het aanleren van vaardigheden zodat de deelnemers zich prettiger gaan voelen. De meeste opdrachten van de training staan al vast. De taak van de maatschappelijk werker is om de deelnemer feedback te geven op de gemaakte opdrachten. Daarnaast beschikken maatschappelijk werkers over veel kennis en huiswerkopdrachten die ze naar eigen inzicht kunnen inzetten om de deelnemer zich te laten ontwikkelen. Het is belangrijk dat de maatschappelijk werker de deelnemer stimuleert en motiveert door te gaan met de training, dit kan bijvoorbeeld gedaan worden door de deelnemer te complimenteren over de gemaakte opdrachten. De maatschappelijk werker evalueert en sluit af: Na afloop van de Klikvoorgeluk training krijgt de deelnemer een online evaluatieformulier met het verzoek dit in te vullen. Het is de taak van de maatschappelijk werker om de ingevulde formulieren te bekijken en kritisch te reflecteren om de training en zijn eigen manier van werken te verbeteren. Bij deze evaluatie wordt ook gekeken of de doelstelling van de training gehaald is. Tussentijds kan de maatschappelijk werker er ook voor kiezen om te kijken hoe de deelnemer de training ervaart. Dit kan hij doen door daar in zijn feedback naar te vragen. De maatschappelijk werker werkt aan preventie: Zoals eerder al is beschreven is Klikvoorgeluk een preventief programma dat er vooral voor zorgt dat mensen vaardigheden aangeleerd krijgen om beter met moeilijke situaties in hun leven om te gaan. De maatschappelijk werker heeft hier een rol in als uitvoerder en helpt bij het opzetten en verbeteren van Klikvoorgeluk. De maatschappelijk werker telt en vertelt: Bij het geven van de feedback aan de deelnemers van Klikvoorgeluk is het erg belangrijk dat de maatschappelijk werker weet waar hij het over heeft. De maatschappelijk werker moet alle stappen die hij in de training onderneemt kunnen onderbouwen aan zowel de deelnemer als aan collega’s. De maatschappelijk werker onderhoudt eigen professionaliteit en competenties, leert van gevallen: De maatschappelijk werkers die Klikvoorgeluk uitvoeren moeten voortdurend op zichzelf reflecteren of het effectief en juist is wat ze doen. De uitvoerende maatschappelijk werker zal intervisie moeten krijgen met andere uitvoerenden. Zo kunnen de medewerkers leren van elkaar en moeilijkheden in het online hulpverlenen bespreken. Verder is het belangrijk dat de maatschappelijk werker op de hoogte blijft van veranderingen in het werkveld en deze zo nodig kan inzetten.
5.2.4 Platform Het is handig als Klikvoorgeluk integraal onderdeel gaat uitmaken van Klikvoorhulp. Klikvoorhulp wordt namelijk al uitgevoerd door maatschappelijk werkers. Deze maatschappelijk werkers zijn al bekwaam in het online hulpverlenen. De maatschappelijk werkers zullen nog wel geschoold moeten worden in het geven van een online training. Verder is Klikvoorhulp een landelijk project, de training kan eerst beginnen in Limburg en kan dan landelijk worden uitgerold.
32
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
6. Verantwoording In de vorige hoofdstukken is duidelijk geworden dat Klikvoorgeluk een mooie aanvulling kan zijn op de online hulpverlening die nu al binnen Klikvoorhulp gegeven wordt. Daarnaast is duidelijk geworden wat de rol van de maatschappelijk werker in de training kan zijn. In dit hoofdstuk zal de opbouw van de training verantwoord worden. Dit hoofdstuk geeft daarmee antwoord op deelvraag twee: “Welke voorwaarden zijn nodig om een online gelukstraining vorm te geven?” en deelvraag drie “hoe kan de training online worden aangeboden binnen Klikvoorhulp”. Hoe de training online kan worden aangeboden is ook te vinden in het programma van eisen dit is beschreven in bijlage 3.
6.1 verantwoording van het Beginpunt Een training opzetten kan vanuit verschillende startpunten. Hieronder worden deze startpunten beschreven en aan het eind van dit hoofdstuk is er een beginpunt gekozen. Je kan beginnen bij de vraag/pijn van de deelnemers Dit is een training voor een bestaande groep mensen. De training begint bij de situatie waar hulpvragers tegenaan lopen. Door vanuit deze situatie te beginnen heeft twee redenen. De eerste reden is dat een lastige situatie motiveert. De tweede reden is dat het zorgt voor afbakening omdat je weet waar de hulpvrager het meeste last van heeft (De Galan, 2008, pp 18-20). Je kunt een training starten vanuit de vraag van de klant Deze training begint vaak met een specifieke vraag of probleem uit een organisatie. De opdrachtgever bepaalt het probleem en er moet vooral gekeken worden of aan deze vraag voldaan kan worden. Het is belangrijk om bij de opdrachtgever aan te sluiten maar ook om te kijken of de deelnemers wel op de training zitten te wachten (De Galan, 2008, pp 41-63). De training zou ook vanuit dit beginpunt geschreven kunnen worden. De vraag vanuit Klikvoorhulp is om een online training te ontwikkelen omdat deze nog niet aanwezig is in het online hulpaanbod. Er worden al verschillende face-to-face trainingen gegeven bij Alcander en Impuls. Deze trainingen worden echter nog niet online aangeboden. De bedoeling is om meer trainingen over andere thema’s eveneens in een online variant te ontwikkelen. Je kunt een open training maken Dit beginpunt zal verder worden uitgewerkt omdat dit ook het startpunt is bij de training gelukskunde. De start van deze training is jouw passie en cliënten kijken of hen dit aanspreekt. Het startpunt is de trainer zelf en niet een vraag vanuit een bepaalde groep of organisatie. Het verdiepen in wat de doelgroep wil en nodig heeft is wel nodig om deelnemers te werven. Daarnaast is het bij deze variant erg belangrijk een intake te doen om te kijken of de training wel aansluit en of men gemotiveerd is voor de training (De Galan, 2008, pp 31-40). Besluitvorming Het startpunt van de training is deels ontwikkeld vanuit de vraag van de opdrachtgever Klikvoorhulp. Zij willen hun online hulpverleningsaanbod graag doorontwikkelen met het toevoegen van een online training. De doelgroep mensen die zich niet gelukkig voelen vragen niet specifiek om een training die ze gelukkiger maakt. Er is dus geen training vanuit de vraag van de klant maar een open training ontwikkeld voor Klikvoorhulp. Bij een open training is het van belang om te kijken wie de doelgroep is. In figuur 6.1 in bijlage 1 staat de doelgroep beschreven waar de training online gelukskunde zich op richt. Aan de linkerkant van deze figuur zie je hoe de situatie, het gedrag en het effect van de doelgroep op dit moment is. Aan de rechter kant zie je de gewenste situatie nadat mensen aan een online gelukskunde training meegedaan hebben. Verwacht wordt dat mensen na het 33
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 volgen van de training vaardigheden en tips aangeleerd gekregen hebben waardoor ze zich zelfverzekerder voelen en weten waar ze een goed gevoel van krijgen.
6.2 Verantwoording opbouw training klikvoorgeluk Deelnemers trekken Bij een open training is het belangrijk om toekomstige deelnemers een beeld te geven voor wie de training bedoeld is. Wat er in de training behandeld wordt, wat ze van de training kunnen verwachten en wat ze uiteindelijk hebben aan het volgen van de training. Het is belangrijk dat deelnemers zich herkennen in een training want anders zullen ze nooit deelnemen (De Galan, 2008, pp 32-33). Besluitvorming Klikvoorgeluk is een online training en kan voor sommigen de eerste keer zijn dat ze in aanraking komen met hulpverlening en/of een online trainingsprogramma. Angst of onwetendheid kan ervoor zorgen dat het voor toekomstig deelnemers moeilijk is zich aan te melden. Uit de interviews blijkt ook dat jongeren bij het woord online training gelukskunde niet echt een beeld kunnen vormen. Hierdoor is het belangrijk dat een toekomstig deelnemer eerst op een pagina terecht komt waar hij uitleg krijgt over Klikvoorgeluk. Deze pagina geeft in één zin weer voor wie de training is, wat het doel van de training is en hoe de training werkt. Daarnaast krijgen ze op deze pagina ervaringen te zien van andere oud-deelnemers en wat die eraan gehad hebben. Verder is er een instructiefilmpje waarin wordt weergegeven hoe Klikvoorgeluk werkt. Deze pagina geeft hele beknopte informatie, daarom is er de mogelijkheid naar meer informatie te klikken. Hier staat overzichtelijk voor wie de training is en wat de doelstellingen van de training zijn. Een voorbeeld van de tekst op deze pagina is te vinden in bijlage 6. Een afbeelding van deze pagina is te vinden in bijlage 12. Naast de inhoud wordt de deelnemers ook verteld hoe de online training eruit ziet en wat de mogelijkheden zijn. Er komt een filmfragment waarin te zien is welke online voorzieningen, hulpmiddelen en mogelijkheden Klikvoorgeluk biedt. Aanmelding en intake Een intake houden voor een training is belangrijk om erachter te komen waar de “pijn” van de deelnemer zit. Van het woord pijn zou je ook behoefte kunnen maken. Deelnemers die “pijn” ervaren zullen daar vanaf willen en er iets aan willen doen. Er kan gezegd worden dat “pijn” motiveert. Verder kan een intake er ook voor zorgen dat er geselecteerd kan worden. Waar een deelnemer de meeste “pijn” van ervaart kan als eerst aangepakt worden waar helemaal geen “pijn” is kan soms worden overgeslagen (De Galan, 2008, pp 18-19). Besluitvorming Eerst zal een deelnemer een account moeten aanmaken bij Klikvoorhulp. Daarna kan hij de Klikvoorgeluk training gaan volgen. Voordat de deelnemer een account kan maken komt eerst een postcodecheck. Deze bekijkt of de AMW instelling in de gemeente waar de deelnemer woont Klikvoorgeluk aanbiedt. Als de AMW instelling Klikvoorgeluk aanbiedt kan de deelnemer een account aanmaken. Hij krijgt daarna een intake voorgeschoteld met onderwerpen uit de modules die aan bod komen. Zo kan de hulpverlener na de intake inschatten waar de deelnemer de meeste behoefte aan heeft en welke module daarbij past. Zo kan een trainingsplan voor de cliënt worden gemaakt met daarin een overzicht van in welke volgorde de cliënt de training het beste kan doorlopen. Tijdens de training kan blijken dat deze volgorde moet worden aangepast. De hulpverlener kan het trainingsplan dan aanpassen. Door de intake kan ook worden gekeken of Klikvoorgeluk wel bij de deelnemer past. Mogelijk heeft de deelnemer verwachtingen of problematiek waar de training niet aan kan voldoen. De hulpverlener moet de deelnemer dan kunnen doorverwijzen. De intake zal ook een nulmeting zijn, ongeveer dezelfde vragen zullen aan bod moeten komen tijdens de evaluatie zodat er gekeken kan worden of de doelstellingen van de training 34
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 bereikt zijn, deze doelstellingen zijn beschreven in de training, zie bijlage 2. De vragen die tijdens de intake gesteld worden zitten in bijlage 7. Deelnemers uitdagen Deelnemers halen het meeste uit een training als ze worden uitgedaagd. Het is belangrijk om te beginnen met het onderdeel dat de deelnemers het meest zal raken. Dit zorgt ook voor meer motivatie bij de deelnemers. Waar deelnemers het meest last van hebben willen ze over het algemeen het eerst aanpakken. Dit wordt ook wel de psychologische volgorde genoemd (De Galan, 2008, p 83). Verder hoeft niet elk thema de volledige aandacht te hebben. Het is belangrijk dat de hulpverlener zich richt op de onderdelen die voor de deelnemers het belangrijkst zijn (De Galan, 2008, p 83). Besluitvorming Voor Klikvoorgeluk betekent dit dat er zes modules aangeboden worden die de deelnemer kan volgen. Na de intake heeft de hulpverlener een inschatting gemaakt aan welke module de deelnemer het meeste behoefte heeft. Hierna bepaalt de hulpverlener samen met de deelnemer in welke volgorde de deelnemer de modules doorloopt. Deze volgorde wordt op maat voor de deelnemer gemaakt zodat hij eerst begint met de module waar hij het meest aan heeft en zo geprikkeld wordt door te gaan met de training. De eerste module staat wel voor elke deelnemer vast: dit is de kennismakingsmodule, deze gaat over wat geluk precies inhoudt en wat geluk voor mensen persoonlijk betekend. De meest wenselijke situatie is dat de hulpverlener binnen de technische mogelijkheden van Klikvoorgeluk de volgorde kan bepalen. Door Klikvoorgeluk op maat aan te bieden wordt de deelnemer geprikkeld verder te gaan met de training. Als de kosten te hoog zijn voor deze ontwikkeling moet er gewerkt worden met een standaard volgorde die voor alle deelnemers gelijk is. Psycho-educatie Om de deelnemers daadwerkelijk vaardigheden en tips aan te leren, hebben ze theorie nodig die aansluit bij de kernoefeningen. Als een deelnemer overvoerd wordt met theorie en deze niet kan toepassen zal deze kennis niet blijven hangen (De Galan, 2008, pp 77-80). Bij de psycho-educatie moet ook rekening worden gehouden met de vorm en de lay-out. Zo geven laagopgeleide jongeren aan weinig tekst en een mooie lay-out belangrijk te vinden. De hoogopgeleide jongeren krijgen liever meer informatie (Havas&Nooijer&Crutzen&Feron). Besluitvorming De deelnemers die meedoen aan de training krijgen bij elke module eerst psycho-educatie die aansluit bij de de opdrachten uit de module. Verder is de theorie toegespitst op de doelgroep jongeren en wordt deze zo simpel mogelijk verteld. Uit de interviews met de jongeren blijkt ook dat jongeren liever geen lappen tekst lezen maar liever een filmfragment zien waar de theorie in uitgelegd wordt. Dit was zowel het geval in de VMBO brugklas als de HAVO/VWO brugklas. De psycho-educatie wordt dan ook uitgelegd door middel van korte filmfragmenten. De theorie is daarnaast ook nog na te lezen in de FAQ. In de opdrachten wordt vaak terugverwezen naar de theorie. Deze is dan via een popup-scherm te raadplegen. De deelnemer kan zo de theorie nog eens nalezen tijdens de oefening om zo de oefening zo goed mogelijk te kunnen maken. Oefenen Om vaardigheden en tips aangeleerd te krijgen moet er in een training geoefend worden met de verkregen psycho-educatie. Als er in een training alleen psycho-educatie wordt aangeboden leert niemand genoeg om de vaardigheden en tips ook echt in de praktijk te kunnen brengen. Verder blijkt uit de theorie dat herhaling ook een belangrijk deel van een training is. Door herhaling kun je vaardigheden eigen maken en heb je ook een herkansingsmogelijkheid zo 35
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 kunnen ze zich dingen eigen maken en hebben ze ook een herkansingsmogelijkheid. Het is belangrijk om één onderdeel per dagdeel te behandelen (De Galan, 2008, pp 77-80). Besluitvorming Het is belangrijk dat er tijdens de online gelukstraining wordt geoefend en dat deelnemers succeservaringen kunnen opdoen. Het opdoen van succeservaringen zal de deelnemers een goed gevoel geven en ervoor zorgen dat ze de vaardigheden en tips ook in de dagelijkse praktijk gaan toepassen. De diverse opdrachten en de verantwoording hiervan zijn te vinden in bijlage 2. Het kan ook zijn dat de oefening niet goed verloopt. Het is dan toch belangrijk dat de hulpverlener de deelnemer een gemeend compliment geeft voor wat wel goed ging. Na dit compliment kan de hulpverlener de deelnemer een tip geven zodat de opdracht de volgende keer beter zal gaan. Dit zorgt ervoor dat de deelnemer gemotiveerd blijft en niet in een faalspiraal terecht komt. Bij de online training is het moeilijker om direct vragen aan een hulpverlener te stellen. Het moet voor de deelnemers meteen duidelijk zijn wat van hen verwacht wordt. Bij Klikvoorgeluk zal daarom naast de uitleg van de opdracht gewerkt worden met een voorbeeld zodat de deelnemers een duidelijker beeld hebben wat ze moeten doen. Klikvoorgeluk kan beschouwd worden als een werkboek. Deelnemers kunnen daar op elk moment van de dag de opdrachten raadplegen of de opdrachten maken. Er is een mogelijkheid de opdrachten tijdelijk op te slaan zodat er op een later moment weer mee door gegaan kan worden. Deze training maakt gebruik van de kracht van online hulpverlening dat deelnemers en de hulpverlener flexibel zijn en zelf in kunnen delen wanneer ze op elkaar reageren en wanneer ze met de training bezig zijn. Uitwisseling tussen deelnemers Reguliere trainingen worden meestal in een groep gegeven. Alle deelnemers moeten dan op hetzelfde moment op dezelfde plaats zijn. Het waardevolle van meer mensen betrekken bij dezelfde training is dat er dan ook van elkaar geleerd kan worden. Bij een reguliere training gebeurt dit tijdens de bijeenkomsten, iedereen is dan op hetzelfde moment ermee bezig. Het voordeel van een groepstraining is dat deelnemers van elkaar erkenning krijgen en zaken kunnen uitwisseling met lotgenoten en zo elkaar te stimuleren in een veranderingsproces (NVMW-werkgroep Groepsmaatschappelijk Werk, 2012). Besluitvorming Eén van de krachten van online hulpverlening die ook in hoofdstuk 2 besproken is, is de flexibiliteit. Cliënt en hulpverlener hoeven niet altijd fysiek op hetzelfde moment achter hun computer te zitten. Deelnemers aan Klikvoorgeluk worden dan ook persoonlijk getraind met een hulpverlener als trainer/coach. Uit bovenstaande theorie blijkt dat uitwisseling met lotgenoten wel erg belangrijk is omdat deelnemers dan zaken met elkaar kunnen uitwisselen en van elkaar kunnen leren. Binnen Klikvoorgeluk is er dan ook voor gekozen om te werken met een gesloten forum wat beschikbaar is voor alle deelnemers aan Klikvoorgeluk. Op dit forum kunnen de deelnemers met elkaar in contact komen en over de opdrachten en de modules uit de training praten. Ondanks het gesloten forum zullen de hulpverleners dit wel in de gaten moeten houden zodat er geen dingen worden opgezet die andere deelnemers kunnen schaden. De hulpverlener zal dus naast de feedback ook het forum in de gaten moeten houden.
36
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Evaluatie Aan het eind van de training is er een evaluatiemoment. Bij een face-to-face training gebeurt dit meestal in een gespreksvorm. Er kunnen echter ook evaluatiemomenten plaatsvinden tijdens de training. De trainer kan ook zelf evalueren door te kijken of het beoogde effect is gehaald door de deelnemers (De Galan, 2008, pp 148-149). Besluitvorming Bij Klikvoorgeluk moet de hulpverlener zich voortdurend afvragen of met de gemaakte opdracht de deelnemer de doelen van de training bereikt heeft. Tijdens de trainingslijn kan de hulpverlener in feedback momenten vragen hoe de deelnemer de training ervaart. Nadat de deelnemer de training heeft afgerond kan hij het online evaluatie formulier invullen. Met dit formulier kan de hulpverlener de training of zijn coaching aanpassen zodat de training beter wordt. Met de evaluatie kan ook gekeken worden of de doelen van de training bereikt zijn. De evaluatievragen zullen dus erg moeten aansluiten op de vragen uit de intake. Zo kan er gemeten worden wat de deelnemers geleerd hebben.
6.3 Verantwoording modulen Tijdens een face-to-face training wordt één thema per dagdeel gegeven. Van dit thema is meestal zoveel theorie dat er een keuze gemaakt moet worden wat er wel en wat niet in de training behandeld kan worden (De Galan, 2008, 80-83). Bij een training wordt ook erg gekeken wat de deelnemers na afloop moeten kunnen en welke opdrachten daarvoor belangrijk zijn. Aan de hand van deze opdrachten is de theorie pas beschreven. Besluitvorming Klikvoorgeluk kent geen dagdelen maar werkt met modules die mensen op een zelf gekozen moment kunnen volgen. Een deelnemer kan maar met één module tegelijk bezig zijn, maar de module kan op alle momenten van de dag geraadpleegd worden. De deelnemer kan zo terugkijken naar zijn huiswerkopdrachten of de theorie. Dit is een belangrijk verschil met een face-to-face training waarbij het verhaal wat de trainer vertelt vaak weg is, online is alles terug te lezen. Klikvoorgeluk maakt dus duidelijk gebruik van de voordelen van online hulpverlening die in hoofdstuk 2 besproken zijn. Klikvoorgeluk maakt gebruik van de toegankelijkheid en is 24 uur per dag door de deelnemer te bereiken. Dat alles voor zowel de deelnemer als de hulpverlener na te lezen is, zorgt voor een hoge kwaliteit van de online training. De hulpverlener kan zo zijn eigen handelen evalueren en de deelnemer maakt gebruik van de therapeutische kracht van schrijven en kan later nog eens teruglezen wat de hulpverlener gezegd heeft. Een deelnemer kan op deze manier intensiever bezig zijn met de training. Hoe de deelnemers deze modules krijgt voorgeschoteld is te zien op de afbeeldingen in bijlage 12. Er is veel informatie over geluk te vinden. Dit valt in de eerdere hoofdstukken te lezen. Voor Klikvoorgeluk is gekozen om de volgende onderwerpen aan bod te laten komen tijdens de training. ● Wat is geluk ● Zelfvertrouwen en uiterlijk ● Omgaan met stress en gedachtes ● Relaties met anderen ● Je leven indelen: werk, school en hobby ● (Bij)geloof en de toekomst Deze thema’s zijn gekozen omdat deze ook worden gebruikt in de Gelukskundelessen op het Charlemagne college. Deze zijn ontwikkeld door Tjeu Seeverens. De cursus gelukskunde voor vrouwen die bij Alcander gegeven wordt is ook op deze thema’s gebaseerd. De lesmethode wordt al jaren gebruikt en blijkt jongeren erg aan te spreken. Dit blijkt echter niet uit de interviews waar jongeren aangeven dat ze niks van de lessen opsteken. 37
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Waarschijnlijk komt dit omdat het lesboek van Gelukskunde niet wordt aangehouden. Toch blijkt vooral uit het verleden dat jongeren er wel degelijk wat aan hebben gezien andere onderzoeken die gedaan zijn (zie hiervoor hoofdstuk 5). Wel zijn er in de online training lessen weggelaten omdat deze in Klikvoorgeluk geen toegevoegde waarde hebben of de privacy van deelnemers in de weg staan. De training moet anoniem gevolgd kunnen worden. Het is dus belangrijk dat deelnemers bijvoorbeeld geen foto’s van zichzelf hoeven te maken Dit zou de drempel om deel te nemen verhogen, terwijl de kracht van online hulpverlening juist het laagdrempelig hulp zoeken is. Ook de laatste les is weggelaten deze is erg groepsgericht terwijl de online training individueel gevolgd wordt. Wel worden er zaken uit deze les meegenomen en gebruikt in de andere modules. Dit is de reden dat er modules zijn aangepast. De keuze van deze modules zijn ook te verklaren uit de vijf tips van Sonja Lyubomirsky. zij is professor in de positieve psychologie aan de universiteit van Californië en doet al jaren onderzoek naar geluk. Ze beschrijft vijf tips voor een gelukkiger leven, dit zijn: Jezelf trainen om dankbaarheid te ontvangen en te geven Je relaties koesteren en deze versterken Jezelf vaardigheden aan leren om met stress en tegenslagen om te gaan Jezelf niet vergelijken met anderen Niet te piekeren. (Braam&Tan&Wentink&Boerefijn&Bergsma, 2008, Docentenhandleiding, p 62) Als ik deze tips bekijk komen ze goed overeen met de inhoud van de modules waar Klikvoorgeluk uit opgebouwd is. Wel omvat Klikvoorgeluk meer dan alleen deze tips en zijn er andere hoofdstukken toegevoegd die invloed hebben op een gelukkiger leven. Dit gaat dan vooral om de module hoe je leven in te delen en de module over bijgeloof en toekomst.
38
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
7. Aanbevelingen In voorgaande hoofdstukken staat beschreven aan welke eisen Klikvoorgeluk moet voldoen. In de bijlage is te vinden hoe Klikvoorgeluk eruit ziet. In dit hoofdstuk worden aanbevelingen gedaan. Andere trainingen Met de opzet van Klikvoorgeluk kunnen er in de toekomst ook andere trainingen binnen Klikvoorhulp ontwikkeld worden. Hiervoor dient een tussenpagina ontworpen te worden waar alle beschikbare trainingen ondergebracht zijn. De trainingen kunnen op dezelfde manier werken alleen de opdrachten zullen anders zijn. Maar de technieken die nu ontwikkeld worden zullen ook voor gebruikt kunnen worden. Gelukstraining voor ouderen De training gelukskunde wordt nu aan jongeren aangeboden. De training kan als hij omgeschreven wordt ook aan volwassenen geboden worden. Internet wordt door iedereen gebruikt en iedereen kan de tips en vaardigheden die in Klikvoorgeluk worden aangeboden gebruiken. Kosten en gebruik van stagiaires Om de kosten voor de ontwikkeling van Klikvoorgeluk zo laag mogelijk te houden kan er gebruik worden gemaakt van een stagiair van de opleiding CMD die de technische uitwerkingen van Klikvoorgeluk kan uitvoeren. Wat er van deze stagiair verwacht wordt is te vinden in de stage omschrijving in bijlage 10. Om Klikvoorhulp verder te ontwikkelen en een groter trainingsaanbod op te zetten zullen er meer medewerkers of afstudeerders ingezet moeten worden binnen Klikvoorhulp. De kosten zullen het laagst blijven als er gebruik wordt gemaakt van afstudeerders en stagiaires. Uiteindelijk zal Obec het daadwerkelijk moeten ontwikkelen binnen Klikvoorhulp er zal dan vanuit het samenwerkingsverband gekeken worden welke organisaties de training allemaal willen gaan aanbieden. De kosten voor de ontwikkeling kunnen dan worden gedeeld. Platform Klikvoorgeluk Klikvoorgeluk kan op verschillende manieren worden aangeboden. Dat kan vanaf een aparte site of vanuit Klikvoorhulp. Op een aparte site is het voordeel dat er meer op het gebied van geluk aangeboden kan worden en dat er uiteindelijk inkomsten uit gegenereerd kunnen worden. De financiële risico’s zijn hiervan groter dan als de training ingebed wordt in Klikvoorhulp. Als Klikvoorhulp Klikvoorgeluk op een eigen site wil inzetten zal er eerst een groter behoefte onderzoek gedaan moeten worden of er wel behoefte is aan nog een site om gelukkiger te worden. Als Klikvoorgeluk binnen Klikvoorhulp wordt aangeboden wordt het net als het face-to-face aanbod door de gemeente gefinancierd. In de beschrijving van het afstudeerproject is gekozen om Klikvoorgeluk onderdeel uit te laten maken van Klikvoorhulp. Later kan altijd gekeken worden of Klikvoorgeluk toch zijn eigen platform nodig heeft. Medewerkers scholen Maatschappelijk werkers zullen eerst geschoold moeten worden voor ze een online training kunnen begeleiden. Het is een training die vanuit alle Algemeen Maatschappelijk Werk instellingen die bij Klikvoorhulp aangesloten zijn gegeven kan worden. Maatschappelijk werkers zullen de deelnemers van de training moeten kunnen begeleiden. Hiervoor zal eerst een training voor de maatschappelijk werkers moeten worden opgezet. In deze training kunnen de maatschappelijk werkers oefenen met Klikvoorgeluk en het reageren op gemaakte opdrachten. Zoals reeds in hoofdstuk 5.2 te lezen valt is het belangrijk de kwaliteit van de hulpverlening zo hoog mogelijk te houden. De maatschappelijk werkers zullen over verschillende competenties moeten beschikken, om de training op een verantwoorde manier uit te kunnen voeren. Het is daarnaast belangrijk dat er intervisie bijeenkomsten worden 39
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 gepland waar de maatschappelijk werkers hun ervaringen kunnen bespreken en elkaar helpen zo deskundig mogelijk de deelnemers te begeleiden. Bezetting Klikvoorgeluk Er zullen medewerkers voor Klikvoorgeluk vrijgemaakt moeten worden. Eén van de krachten van online hulpverlening is dat cliënt als werker hun eigen tijd beter kunnen indelen, hierdoor kan het soms even duren voordat een cliënt een reactie heeft van een hulpverlener. Het is voor de bezetting dan ook niet nodig dat een medewerker altijd voor Klikvoorgeluk beschikbaar moet zijn. Om de kwaliteit en continuïteit van de training te kunnen waarborgen moet een deelnemer begeleid worden door één hulpverlener. De deelnemer moet op de hoogte zijn wanneer hij reactie van de hulpverlener kan verwachten. Dit betekent dat de deelnemer op de hoogte is wanneer de hulpverlener beschikbaar is voor Klikvoorgeluk en wanneer hij dus reactie op zijn gemaakte opdrachten kan ontvangen. Afhankelijk van het aantal deelnemers zal de hulpverlener een aantal uur per week beschikbaar moeten zijn voor cliënten verdeeld over een aantal dagen van de week. De hulpverlening kan net als de andere online hulpverlening zowel vanaf kantoor als vanaf huis gegeven worden. Aantal deelnemers Er kan nu nog moeilijk ingeschat worden hoeveel deelnemers Klikvoorgeluk zal gaan trekken. Klikvoorgeluk blijft wel een extra dienst en heeft zeker in beginsel niet genoeg maatschappelijk werkers beschikbaar om aan een grote vraag te kunnen voldoen. Als er teveel jongeren willen deelnemen zal er mogelijk een wachtlijst moeten worden opgesteld zodat deelnemers later kunnen instromen. De maatschappelijk werker zal bij elke cliënt persoonlijk op de opdrachten moeten reageren. Om op een verantwoorde manier feedback te geven zal de maatschappelijk werker hier tijd voor moeten hebben. Het zou kunnen dat dit reageren op de opdrachten in de reguliere chat tijden kan. Dit is afhankelijk van de drukte van deze chaturen en het aantal cliënten dat meedoet aan Klikvoorgeluk. Promotie Klikvoorgeluk is op jongeren gericht en kan zijn deelnemers krijgen omdat zij zich zelf aanmelden, via doorverwijzingen van het Algemeen Maatschappelijk Werk of vanuit doorverwijzingen vanuit Klikvoorhulp. Tevens ligt er voor de promotie van Klikvoorgeluk een belangrijke taak bij de scholen en het schoolmaatschappelijk werk. Deze kunnen jongeren wijzen op de gelukstraining en ze aanraden hieraan deel te nemen. Zo zou via Klikvoorgeluk ook een samenwerkingsverband gezocht kunnen worden met scholen omdat zeker scholen zonder gelukskunde baat bij de training kunnen hebben. Klikvoorhulp zou de mogelijkheid kunnen onderzoeken of scholen bereid zijn te investeren om bij te dragen aan Klikvoorgeluk. Online seminars Om meer mensen te trekken en mogelijk ook inkomsten te genereren kan er ook gedacht worden om online seminars te organiseren vanuit Klikvoorhulp of Klikvoorgeluk. Op deze momenten zouden verschillende jongeren kunnen inloggen en met elkaar chatten, een maatschappelijk werker zou dan over een onderwerp iets kunnen vertellen. Dit onderwerp zou erna per chat besproken kunnen worden met alle deelnemers aan de seminar.
40
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Nawoord Mijn afstudeerproject begon eigenlijk als een heel groot vraagteken. Voor online hulpverlening was ik meteen geïnteresseerd. Maar een training opzetten had ik nog nooit gedaan. Hoever ik met het eindresultaat zou komen was voor mij ook een groot vraagteken. De ideale situatie is dat Klikvoorgeluk nu online zou staan, helaas is het nog niet zover. Toch kijk ik tevreden terug op mijn afstudeerproject. Ik denk vooral dat de educatieve route van dit afstudeerproject erg belangrijk geweest is. Ik heb veel inspirerende mensen mogen ontmoeten en veel mogen opsteken op het gebied van geluk en online hulpverlening. Verder heb ik op een projectmatige manier leren werken. Door dit afstudeerproject is Klikvoorgeluk voor mensen gaan leven, ondanks dat het er nog niet is. Er ligt een concreet plan klaar en er zijn vervolg stappen gezet zodat Klikvoorgeluk er uiteindelijk zal komen. Ik denk dat de trainingslijn een mooie nieuwe weg is die Klikvoorhulp is ingeslagen. Naast Klikvoorgeluk zullen er nog veel trainingen kunnen volgen. Ik denk ook dat er op het gebied van trainingen maar ook op het gebied van groepswerk nog veel meer online mogelijkheden zijn. Dit zijn mooie projecten waar toekomstige afstudeerders weer mee verder kunnen gaan. De tijd is voorbij gevlogen en hoe mijn verdere toekomst er ook uit gaat zien. Klikvoorhulp en Klikvoorgeluk zullen altijd een plekje in mijn hart blijven houden.
Jos van den Broeke
41
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Literatuurlijst Boeken Bolier, L., Haverman, M., Walburg, J.A. (2010). Mental fitness: Verbeter je mentale conditie. Amsterdam: Uitgeverij Boom De Galan, K. (2008). Trainingen ontwerpen. Druk 3. Amsterdam: Pearson Education Benelux Hoggard, L. (2006). How to be happy. Utrecht/Antwerpen: Kosmos-Z&K Uitgevers Kor, R., Wijnen, G. (2002). Projectmatig werken bij de hand. Deventer: Kluwer Lyubomirsky, S. (2008). De maakbaarheid van geluk: Een wetenschappelijk benadering voor een gelukkig leven. Amsterdam-Antwerpen: Uitgeverij Archipel NVMW (2010). Beroepsprofiel van de maatschappelijk werker. Nederlandse vereniging van maatschappelijk werkers Pardoen, J., Pijpers, R. (2006). Verliefd op internet: Over het internetgedrag van pubers. Uitgeverij SWP: Amsterdam Seligman, M.E.P. (2010). Gelukkig zijn kun je leren. Houten-Antwerpen: Het spectrum bv Wismans, T., Seeverens, T., Scholtes, S. (2009). Gelukskunde: Lessen in geluk. Den Bosch: Malmberg Internet Braam, H., Tan, S., Wentink, M., Boerefijn, J., Bergsma, A. (2008). Lessen in geluk: Docentenhandleiding. Utrecht: Verwey-Jonker instituut. Gevonden op: http://www.grootstegeluk.nl/images/stories/2008,%20lessen%20in%20geluk%20docentenha ndleiding.pdf Braam, H., Tan, S., Wentink, M., Boerefijn, J., Bergsma, A. (2008). Lessen in geluk: Werkboek. Utrecht: Verwey-Jonker instituut. Gevonden op: http://www.grootstegeluk.nl/images/stories/2008,%20lessen%20in%20geluk%20leerlingen.p df Dijxhoorn, F., Konig, C., van der Doef, M. (2011). Publieksverslag 21. Universiteit Leiden geraadpleegd op: www.gelukskoffer.nl/wp-content/uploads/2011/12/publieksverslag21.docx Gezondheidspromotie van CM (2011). Pluk je geluk: doeboek. Gezondheidspromotie van CM: Brussel Gevonden op: http://www.cm.be/nl/108/Resources/A5_PLUK_JE_GELUK_LR_tcm252-84484.pdf Haringsma, R. (2011). Geluk wat is het en hoe bereik je het? Instituut voor positieve psychologie. Gevonden op: http://www.ivpp.nl/geluk/geluk/ Havas, J., de Nooijer, J., Crutzen, R., Feron, F. (2010). Adolescents’ views about an internet platform for adolescents with mental health problems. Maastricht: Health Education. Gevonden op: http://www.academischewerkplaatslimburg.nl/pool/6/documents/010411%20Jano%20Havas%20Adolescents%20views%20Internet%20platform%20Health%20Educ.pdf 42
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Ministerie VWS (2010). Welzijn Nieuwe Stijl. uitgave: Ministerie VWS geraadpleegd op: http://www.hennykonings.nl/lessen/Brochure_WNS.pdf Nationaal Kompas Volksgezondheid (2012). Drie vragenlijsten voor het meten van psychische ongezonheid geraadpleegd op: http://www.nationaalkompas.nl/gezondheid-enziekte/functioneren-en-kwaliteit-van-leven/psychisch-functioneren/psychisch-fuctionerenvolwassenen/drie-vragenlijsten-voor-het-meten-van-psychische-ongezondheid/ NVMW-werkgroep Groepsmaatschappelijk Werk. (2012). Wat is groepsmaatschappelijk werk nu precies? Geraadpleegd op: http://www.groepsmaatschappelijkwerk.nl/?q=definitie Seligman, M. (2004). Martin Seligman on positive psychology TedTalk2004. Gevonden op: live11.ted.com/talks/lang/nl/martin_seligman_on_the_state_of_psychology.html Van Dorsselaer, S., Zeijl, E., van den Eeckhout, S., ter Bogt, T., Vollebergh, W. (2007). HBSC 2005 Gezondheid en welzijn van jongeren in Nederland. Trimbos-Instituut: Utrecht. Geraadpleegd op: http://www.hbscnederland.nl/uploads/publicaties/openbaar/HBSC_2005.pdf
Niet gepubliceerde werken Lamboo, E.M.J., Peeters, M.S. (2011). Klikvoorhulp Generiek of specifiek. Sittard: Hogeschool Zuyd Roijen, M. (2010). Online hulpverlening van het maatschappelijk werk: Methodiekbeschrijving. Heerlen: Alcander drukversie 3 Van der Graaf, B., Roijen, M. (2011). Online Hulpverlening van het maatschappelijk werk: Technische Handleiding Klikvoorhulp. Heerlen: Alcander drukversie 5 Kranten Stoffelen, A. (01-03-2012). ‘Internet helpt chronisch vermoeide jongeren beter’ De Volkskrant
43
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Bijlage 1: Afbeelding startpunt van de training
Figuur 6.1. Belang van een online training gelukskunde
44
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Bijlage 2: Modules van Klikvoorgeluk In deze bijlage is de training weergegeven. Bij het ontwerpen van deze modules is begonnen met de vraag wat de deelnemers in de praktijk moeten kunnen na de training. Vanuit dit antwoord zijn kernoefeningen gemaakt. Als laatste is psycho-educatie beschreven die nodig is om de oefeningen van Klikvoorgeluk uit te kunnen voeren (De Galan, 2008, pp 91-92). De kernoefeningen zijn ontstaan uit een literatuurstudie en door interviews met vakdeskundigen op het gebied van geluk, de geïnterviewde zijn te vinden in de tabel van hoofdstuk 4. Nadat de opdrachten uitgeschreven zijn, zijn ze nog een keer besproken met de geïnterviewden. De doelstellingen van Klikvoorgeluk zijn als volgt omschreven: ● De deelnemer leert wat geluk voor hem betekent en wat hem gelukkig maakt. ● De deelnemer krijgt handvatten zodat hij in het dagelijks leven weten hoe hij lekkerder in zijn vel kan zitten.
45
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Module 1: Wat is geluk? Psycho-educatie Wat is geluk? Er is veel onderzoek gedaan naar wat geluk precies is. Iedereen heeft geluk in zich en we voelen het op verschillende momenten in ons leven. Geluk kenmerkt zich meestal doordat je er een goed gevoel van krijgt. Enkele voorbeelden waar je gelukkig van kan worden zijn: je favoriete plekje, naar muziek luisteren en bezig zijn met je hobby. Het geluksgevoel is een emotie die je een gevoel van tevredenheid geeft. Waar word je gelukkig van? Je wint de hoofdprijs in de loterij. Je kunt nu alles kopen wat je hartje begeert wat zul je gelukkig zijn! Je wordt op je fiets aangereden door een auto en beland in een rolstoel. Je zult nu nooit meer gelukkig worden in het leven! Klopt dit wel.. Uit onderzoek blijkt dat als je een prijs wint je inderdaad eventjes heel gelukkig bent. Als je een ongeluk hebt gekregen zul je je eventjes helemaal niet gelukkig voelen. De gevoelens van heel erg gelukkig of juist heel erg ongelukkig duren echter nooit lang. Gebeurtenissen hebben maar een tijdelijke werking op je geluksgevoel. Een tijdje na de gebeurtenis zal je weer terugkeren naar je basisniveau. Je kunt dit vergelijken met een soort van thermostaat die altijd weer terugkeert naar het basisniveau. Hoe is geluk opgebouwd? Genen Uit onderzoek blijkt dat 50% van je geluksniveau door je genen wordt bepaald. Bij geboorte verschillen mensen dus al van elkaar hoe gelukkig ze zich voelen. Heb je geluk dan is jouw geluksgevoel van nature al hoog. Als je niet zoveel geluk hebt is dat geen ramp, geluksniveau wordt namelijk niet alleen bepaald door je genen. Omstandigheden Ongeveer 10% van je geluksgevoel wordt bepaald door de omstandigheden. Denk hier bijvoorbeeld aan het land of gezin waarin je opgroeit. Aan deze omstandigheden kun je net als aan je genen weinig doen. Activiteiten die je onderneemt Aan je genen en omstandigheden kun je niets of heel weinig doen. Toch heb je nog 40% van je geluksgevoel dat jezelf in de hand hebt. Het zijn de activiteiten die je onderneemt om gelukkiger te worden. Het gaat niet alleen om de dingen die je doet maar ook om de dingen die je denkt. Een positieve manier van denken zorgt voor geluk net als uitdagende activiteiten ondernemen. Tijdens de training gaan we werken aan deze 40% die jezelf in de hand hebt. Als je gelukkiger wil worden zul je zelf actief moeten worden. Doelen stellen Een belangrijke activiteit die ervoor kan zorgen dat je gelukkiger wordt is om doelen in je leven te stellen. Doelen geven richting aan je leven, ze helpen je groeien en zo een doel te bereiken en zorgen ervoor dat je bewust bent wat je wilt. Het is belangrijk om doelen op papier neer te zetten zodat ze vast staan. Je doelen moeten vooral positief, zijn dingen die je graag wilt en juist niet die zaken die je niet meer wilt. Verder is het belangrijk dat je kleine doelen stelt deze kunnen wel onderdeel uitmaken van een groter doel. Het geeft namelijk een goed gevoel als je doelen bereikt en ze geven positieve energie om door te gaan andere doelen te bereiken. 46
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Heart4Happiness | De gelukscode: principe 2 : Doelen stellen https://www.youtube.com/watch?v=3-_bQ7btepA&feature=relmfu Dit filmfragment kan gebruikt worden bij bij het maken van de psycho-educatie. Kernopdrachten Als je weet dat je deelnemers normaal .. .. niet weten wat geluk precies inhoudt en niet weten wat geluk is.
.. niet weten hoe je geluk kunt beïnvloeden.
.. het gevoel van zich gelukkig voelen moeilijk kunnen beschrijven.
En je wilt dat je deelnemers.. .. kunnen aangeven wat geluk persoonlijk voor de deelnemers betekent.
.. kunnen situaties aangeven die ze graag nog willen bereiken, wat ze hebben wat ze gelukkig maakt, wat ze hebben en wat ze anderen geven om een goed gevoel te krijgen. .. kunnen voor zichzelf zichtbaar maken of verwoorden hoe hun gevoel van geluk eruit ziet.
Laat je ze dus in de training … .. van een aantal stellingen aangeven waar zij het meeste geluk van ervaren. Zelf kunnen ze ook zaken aangeven waardoor ze lekkerder in hun vel zitten. .. leren om doelen op te stellen, ze te laten inzien wat deelnemers al hebben en wat ze geven wat ze gelukkig maakt.
.. helemaal vrij hoe hun geluksgevoel eruit ziet en hoe ze hun geluksgevoel aan anderen kunnen overbrengen. De bedoeling is dat ze de hulpverlener en andere deelnemers kunnen laten zien hoe hun geluksgevoel eruit ziet.
Opdracht 1 Wat maakt jou gelukkig? Opdracht: Er zijn veel dingen die mensen gelukkig maken. Hieronder staan een aantal stellingen die anderen mensen gelukkig maken. Zet deze zinnen op volgorde die jouw geluk gevoel het meest beïnvloeden. Als ik aan geluk denk, denk ik als eerste aan verliefdheid. Geluk is vooral een gevoel Je bent gelukkig als je helemaal tevreden bent. De kern van geluk is: degene kunnen zijn die je bent. Je wordt sneller gelukkig als je niet teveel wensen hebt, vrienden hebt, iets voor andere mensen kan betekenen en je niet steeds met andere vergelijkt. Geluk is niet nadenken over wat je in de toekomst wil, maar genieten van wat er nu is. Je bent gelukkig als je veel geld hebt en alles kunt kopen wat je wil hebben. Geluk is de mate waarin je tevreden bent over het leven als geheel. Kun je uitleggen wat maakt dat je juist deze volgorde hebt gekozen om bovenstaande stellingen op te schrijven? Waarom maakt bovenstaande stelling je het meest gelukkig en draagt onderstaande stelling het minst bij aan je geluksgevoel? Welke 3 eigen gekozen woorden hebben volgens jouw alles met geluk te maken, kun je ook aangeven waarom?
47
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 De hulpverlener: Het doel van deze opdracht is om de deelnemer te laten nadenken over wat geluk is en wat dat voor hem of haar betekend. Nadat de deelnemer de opdracht heeft gemaakt krijgt de hulpverlener de uitkomsten van deze opdracht te zien. Het is belangrijk dat de hulpverlener in de eerste fase de deelnemer vooral complimenteert en de opdracht van de deelnemer samenvat. Het compliment heeft vooral betrekking op de inzet en is voor de deelnemer een stimulans om door te gaan (Braam&Tan&Wentink&Boerefijn&Bergsma, 2008). Als de hulpverlener het idee heeft dat de deelnemer een nog oppervlakkig beeld heeft kan hij doorvragen over de gemaakte opdrachten. Als tweede kan de hulpverlener de deelnemer naar het forum doorverwijzen waarop hij zijn volgorde kan vergelijken met die van andere deelnemers. Op dit forum kan ook met andere deelnemers in gesprek gegaan worden en kunnen ze elkaar op andere ideeën brengen. Als derde stap kan de hulpverlener de volgende opdracht/module kort introduceren. Dit gebeurt nadat alle opdrachten van de module gedaan zijn. De reden dat een hulpverlener hierop moet reageren en het geen zelfhulp oefening kan zijn, is om de deelnemer serieus te nemen en hem door complimenteren en in te gaan op zijn persoonlijke verhaal te stimuleren verder te gaan met de training. Hoe ziet dit er online uit: Op dit moment zijn er binnen Klikvoorhulp de volgende interactieve hulpvormen: de één-opéén chat, e-mail en forum en de passieve hulpvorm Frequently Asked Questions (Roijen, 2010). Er is nu een interactieve begeleidingsomgeving. In deze omgeving krijgt de deelnemer eerst psycho-educatie over het onderwerp, deze kan de deelnemer bekijken. De opdrachten worden uitgelegd door middel van een voorbeeld. Hierna kan de deelnemer de opdracht zelf maken. Bij deze opdracht moet de deelnemer stellingen in een volgorde kunnen zetten. Het beargumenteren van de volgorde en de drie woorden die de deelnemers zelf met geluk te maken vinden hebben moeten kunnen worden ingevuld in een tekstvak. De gemaakte opdracht kan opgeslagen worden en worden opgestuurd naar de hulpverlener. Hierna kan hij de deelnemer feedback geven.
48
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Geluk is te beïnvloeden Opdracht: Om gelukkig te kunnen zijn is het belangrijk dat je goed weet wat je kan en wat je wilt. Het is vaak erg moeilijk om goed aan te geven wat je precies wil om je hierbij te helpen kun je onderstaand schema invullen. Wat wil je doen?
Wat wil je zijn?
Wat wil je hebben?
Wat wil je geven?
Je hebt nu een hele hoop dingen opgeschreven die je graag wilt doen, zijn, hebben of geven. Voor geluk is het belangrijk om een richting aan je leven te geven maar is het ook belangrijk om blij te zijn met de talenten en dingen die je al bezit. Vul onderstaande schema voor jezelf in. Dit kan ik goed:
Ik ben blij met:
Ik wil heel graag:
Niet alles kun je in één keer bereiken en het is belangrijk om keuzes te maken. Geef door middel van een sterretje (*) aan wat je als eerste wil bereiken. Hulpverlener: Het doel van deze opdracht is dat doelen nastreven belangrijk is voor ons geluksgevoel. Mensen zonder doelen missen richting, prikkels en kunnen de weg kwijt zijn. Het werken aan doelen geeft ons controle en een reden van bestaan. Elke stap richting een doel kan ons geluk versterken en motiveren ons te blijven inzetten. Verder zorgt het werken aan doelen voor structuur in ons leven (Lyubomirsky, 2007, pp 241-243). Het is belangrijk dat de hulpverlener het doel van deze opdracht aan de cliënt uitlegt. In dit bericht moet blijken hoe belangrijk het stellen van doelen is. Het is belangrijk dat de hulpverlener vertelt dat het voor structuur kan zorgen, een reden geeft van bestaan en het zo ons geluksgevoel kan beïnvloeden. Verder is het belangrijk te vertellen dat niet alle doelen haalbaar zijn, maar als we deze doelen vervangen door nieuwe doelen we gelukkiger zijn (Lyubomirsky, 2007, p 243). Als eerste is het belangrijk dat de hulpverlener vooral de positieve punten van de opdracht naar de cliënt toe belicht en deze aan de cliënt teruggeeft. Verder is het na deze oefening belangrijk om de cliënt te laten nadenken over doelen die hij op korte en lange termijn wil bereiken. De hulpverlener zal vooral moeten ingaan op de doelen met een sterretje, daarvan heeft de deelnemer aangegeven dat hij ze het eerst wil bereiken. De hulpverlener kan doorvragen op enkele thema’s die de jongeren beschreven heeft in de opdracht. De hulpverlener kan de jongeren zo uitdagen haalbare korte en lange termijn doelen te gaan stellen. Uit onderzoek blijkt dat intrinsieke doelen die bevredigend en betekenisvol voor de deelnemer zijn waardevoller zijn dan extrinsieke doelen. Dit komt omdat ze over het algemeen inspirerende en plezieriger zijn. Intrinsieke doelen zijn doelen die de deelnemer echt zelf nastreeft, extrinsieke doelen worden meestal opgelegd door de buitenwereld (Lyubomirsky, 2007, pp 244-255). Het is belangrijk dat de deelnemer oog heeft voor beide doelen en ervoor probeert te waken dat een cliënt beide soorten doelen opstelt.
49
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Hoe ziet dit er online uit: Deze opdracht ziet er eigenlijk net zo uit als hoe deze opdracht is beschreven. Het is belangrijk dat er tabellen zijn waarin de deelnemers tekst kunnen neerzetten. Er is genoeg ruimte om de deelnemer uit te dagen zich zo volledig mogelijk te laten zien. Verder moet de oefening weer bij de hulpverlener terecht komen zodat deze kan zien wat de cliënt gemaakt heeft en hem daarover feedback kan geven. Jouw geluksgevoel Opdracht: Geluk is vaak een moeilijk gevoel en laat zich niet altijd even goed in woorden vangen. Deze opdracht gaat erover hoe dat gevoel er voor jou uitziet. Tips om je geluksgevoel weer te kunnen geven zijn er een tekening maken, schilderij of een collage (met bijvoorbeeld allemaal foto’s die met jouw geluk te maken hebben). Je mag ook met de computer iets maken wat jouw geluksgevoel weergeeft zoals een filmpje of een zelf gemaakte afbeelding. Het leukst zou het zijn als je een foto van jouw creatie op het forum kan plaatsen zodat je jouw geluksgevoel met andere deelnemers kan delen. Voor deze opdracht mag je best wat langer de tijd nemen en hoeft ook niet perse af te zijn voor de volgende module. Hulpverlener: Bij deze opdracht heeft de hulpverlener zelf een wat kleinere rol. De rol van de hulpverlener is bij deze opdracht vooral informeren hoe het met deze opdracht gaat. Mogelijk met de deelnemer bespreken waar hij of zij tegenaan loopt bij het maken van de opdracht. Verder kan hij de deelnemer tips geven om eens een kijkje te nemen op het forum. Als de deelnemer de opdracht met zijn hulpverlener deelt kan deze hem over zijn geluksgevoel bevragen en hem complimenten geven voor wat hij gemaakt heeft. De rol van de hulpverlener is wel dat hij zorgt dat er geen berichten op het forum komen die niet voor het forum geschikt zijn. Verder hoeft hij niet op het forum te reageren maar wordt er wel zorg gedragen dat het gezellig blijft. Het doel van deze opdracht is dat de deelnemer nog verder gaat nadenken over wat geluk voor hem of haar betekend en hoe dit gevoel eruit ziet. Door dit te delen met anderen zal de deelnemer ook op andere gedachtes worden gebracht en mogelijk inzien dat geluk voor iedereen wat anders kan betekenen. Hoe ziet het er online uit: Klikvoorhulp heeft op dit moment ook een forum, voor de training is er een apart besloten forum waar alleen de deelnemers van de training gelukskunde op kunnen. Door het forum alleen beschikbaar te laten zijn voor deelnemers van de training wordt er waarschijnlijk weinig misbruik gemaakt omdat alle deelnemers van het forum ook de training volgen. Er moet voor elke module een apart sub-forum komen. Ze kunnen zo opdrachten en ervaringen met elkaar uitwisselen en elkaar van tips voorzien. Voor deze opdracht is er ook een mogelijkheid om plaatjes op het forum toe te kunnen voegen.
50
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Module 2: Zelfvertrouwen en uiterlijk? Psycho-educatie Jezelf: Om je geluksgevoel te verhogen is het belangrijk dat je een goede relatie met jezelf hebt. Je bent de hele dag op jezelf aangewezen. Dan kun je maar beter aardig zijn voor jezelf. Veel mensen zijn dat echter niet en vinden zichzelf dom, saai, onaantrekkelijk en praten de hele dag negatief over zichzelf. Dit zorgt er natuurlijk niet van dat je geluksgevoel stijgt. Je wordt wel gelukkiger als je kunt zeggen dat je trots bent op jezelf. Het is belangrijk dat je jezelf kunt accepteren zoals je bent, perfect is niemand. Maar als je jezelf kan accepteren wordt het leven een stuk leuker. Je voelt jezelf dan meestal ook al een stuk zekerder. Uiterlijk: Veel mensen vergelijken zich met anderen en dan vooral met mensen uit reclames en modellen. Ze denken dan vaak dat zij er net zo uit moeten zien. De mensen in reclames en op tv zijn echter vaak uitzonderingen. Als je jezelf teveel vergelijkt met mensen uit reclames en modellen, dan wordt je daar erg ongelukkig van. Iedereen kan er op zijn eigen manier heel leuk en mooi uitzien. Mensen die zich niet zoveel vergelijken met anderen, voelen zich vaak een stuk gelukkiger met hun lijf en over zichzelf. Ontdek je kwaliteiten: Iedereen heeft talenten en kwaliteiten. Het is belangrijk dat je voor jezelf weet wat jouw kwaliteiten zijn en deze op zoveel mogelijk momenten kan inzetten. Dingen waar je goed in bent geven je vaak een goed gevoel en zorgen voor meer zelfvertrouwen. Jezelf waarderen Het is erg belangrijk dat je tevreden bent met hoe je eruit ziet. Er zijn echter ook andere onderdelen die van invloed zijn op je zelfvertrouwen. Ook een positief gevoel van andere eigenschappen is belangrijk. Je omgeving doet daar ook veel in als je veel complimentjes hebt gekregen van je ouders en leraar zul je meer zelfvertrouwen hebben als wanneer je kritische ouders hebt en gepest wordt op school. Je gaat dan zelf ook negatief over jezelf denken. Het is belangrijk dat je met deze negatieve gedachte aan de slag gaat om deze af te leren. De opdrachten in deze module kunnen je daarbij helpen.
51
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Kernopdrachten Als je weet dat je deelnemers normaal.. .. onzeker zijn over hun uiterlijk omdat ze in de pubertijd zitten en hun lichaam erg aan het veranderen is.
En je wilt dat je deelnemers.. .. tevreden zijn met hoe ze eruit zien.
.. weinig zelfvertrouwen hebben.
.. meer zelfvertrouwen hebben
.. een laag zelfbeeld hebben en vaak negatief over zichzelf praten.
.. hebben meer waardering over zichzelf. Ze kunnen meer genieten en de nadruk leggen op de positieve gebeurtenissen uit een dag.
Laat je ze dus in de training … .. beschrijven hoe ze gekleed zijn, wat voor make-up ze ophebben, hoe ze hun haar gedaan hebben en wat voor accessoires ze om hebben. De deelnemers moeten beschrijven wat hun kledingsstyle is en waar ze zich lekker in voelen. .. tien positieve eigenschappen over zichzelf opschrijven en dit lijstje op verschillende plekken in huis hangen. Deze stelling moeten twee keer per dag gelezen worden. Wat heeft het je opgeleverd? Praat je altijd al positief tegen/over jezelf? .. houd een dagboek bij of een boekje waar je positieve gebeurtenissen in kan opschrijven. De deelnemers kunnen hierin opschrijven waar ze trots op zijn, waar ze blij om zijn of wat ze bereikt hebben. Neem hier elke dag 10 minuten de tijd voor situaties uit het verleden mogen ook gebruikt worden.
Uiterlijk Opdracht: Kleren en je uiterlijk kunnen erg belangrijk zijn om je lekker in je vel te voelen. Je kunt er op je eigen manier leuk en mooi uitzien. Uit onderzoek blijkt dat mensen die zich vergelijken met mensen uit de media zich een stuk ongelukkiger voelen dan mensen die zich daar niet mee vergelijken. In deze opdracht gaat het over jouw eigen stijl waar jij je prettig in voelt. Hoe ziet je eigen kledingstijl eruit? Waar let je op tijdens het uitkiezen van je kleding? Welke kleuren draag je graag en wat wil je met je kleding en stijl uitdrukken? Hulpverlener: Het doel van deze opdracht is om de deelnemers te laten ervaren op welke momenten ze zich het lekkerst in hun vel voelen. Het is belangrijk dat de hulpverlener ervoor zorgt dat de deelnemer zich niet gaat vergelijken met anderen. Een tip die de hulpverlener de cliënt daarvoor kan geven is stop te zeggen als de deelnemer voelt dat hij gaat vergelijken. De deelnemer kan dan wat anders gaan doen of de nadruk gaan leggen op wat hij beter kan dan anderen. Dit zal zorgen voor een lekkerder gevoel (Wismans & Seeverens & Scholtes. 2009, p 9).
52
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Verder is het belangrijk dat de hulpverlener ingaat op de gemaakte opdracht en de stijl van de deelnemer. De hulpverlener kan vragen stellen over deze stijl en welke gevoelens deze oproept. Bij deze opdracht is het weer belangrijk dat de hulpverlener het antwoord van de cliënt samenvat en complimenten maakt voor wat de deelnemer “goed” gedaan heeft. Hoe ziet het er online uit: Bij deze opdrachten zijn tekstvakken nodig in deze tekstvakken kan de deelnemer zijn of haar kledingsstijl beschrijven en waarom hij zich daarin prettig voelt. Op het forum is ook een ruimte waar over dit onderwerp van gedachte gewisseld kan worden. Jongeren kunnen dan als ze willen foto’s maken van de kleding waarin zij zich lekker voelen ze kunnen dit dan met andere deelnemers uitwisselen. Zelfvertrouwen Opdracht: Schrijf tien kwaliteiten van jezelf op. De bedoeling is dat je deze kwaliteiten een week lang elke dag voordat je opstaat en ’s avonds als je weer naar bed gaat voor jezelf doorleest. Wat heeft dit je opgeleverd door dit een week voor jezelf te doen? Hulpverlener: Het doel van de opdracht is om de cliënt meer zelfvertrouwen te geven. Uit onderzoek blijkt namelijk dat als je deze methode drie weken volhoud het je meer zelfvertrouwen geeft (Wismans & Seeverens & Scholtes. 2009, p 12). De hulpverlener vat samen wat het de deelnemer heeft opgeleverd. Verder legt de hulpverlener uit wat de cliënt aan deze methode kan hebben en dat uit onderzoek blijkt dat deze methode na drie weken meer zelfvertrouwen geeft. Belangrijk is ook weer de deelnemer te complimenteren voor het maken van de opdracht zodat deze doorgaat met het vervolg van de training. De hulpverlener kan de deelnemer ook nog aansporen zijn lijstje met kwaliteiten op het forum te delen met de andere deelnemers van de training. Als extra opdracht kan hij er nog aan koppelen dat de deelnemer zijn kwaliteiten in een volgorde zet. Zijn belangrijkste kwaliteit bovenaan en zijn minst belangrijkste kwaliteit onderaan. De hulpverlener kan ook vertellen dat het goed kan zijn de lijst nog aan te vullen als de cliënt nieuwe kwaliteiten ontdekt zo krijgt hij een volledige lijst. Hoe ziet dit er online uit: Online kan dit weer vormgegeven worden door middel van tekstvakken waar de deelnemer de positieve stellingen over zichzelf kan invullen. Het is belangrijk dat er tien stellingen ingevuld kunnen worden (dus tien tekstvakken zijn). Deze vakken beginnen met “ik” waar de deelnemer dan zelf kan invullen wat hij goed kan. Erg mooi zou zijn als de deelnemer deze stellingen zou kunnen uitprinten zodat ze deze op andere momenten van de dag zelf door kunnen lezen. Verder moet er een groter tekstvak komen waar de deelnemer zijn ervaringen van een week met deze positieve stellingen bezig te zijn neer kan zetten. Geluksdagboek Opdracht: Een positiever beeld over jezelf opbouwen en meer vertrouwen hebben in je eigen kunnen is niet iets dat je van de één op de andere dag hebt. Deze oefening kan je helpen om een positiever beeld van jezelf te krijgen. Het is de bedoeling dat je elke dag maximaal twee positieve ervaringen van die dag gaat opschrijven. Je kunt bij deze opdracht aan de volgende dingen denken. Waar ben je blij om? Wat heb je bereikt waar je trots op bent? Het is de bedoeling dat je dit opschrijft in je geluksdagboek op deze site. Je kan het ook eerst bijhouden in een schriftje en later op de site invullen. Naast het feit dat je positieve ervaringen opschrijft geef je er ook een geluksscore aan hoe gelukkig je ervan werd 0 is heel ongelukkig en 10 is heel gelukkig. 53
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Hulpverlener: Het doel van deze opdracht is om een positiever zelfbeeld op te bouwen en meer vertrouwen te hebben in je eigen kunnen. Door een tijdje bij te houden waar je succes mee had groeit je zelfvertrouwen. Het feit dat de deelnemer ze opschrijft en langer bij deze positieve ervaringen stil blijft staan verhoogt het geluksgevoel. De rol van de hulpverlener is om het dagboek dat de deelnemer heeft gemaakt door te kijken. Verder kan hij doorvragen op wat deze opdracht voor de deelnemer heeft opgeleverd. Hij kan zo nodig uitleg geven over wat het effect kan zijn om elke dag positieve gebeurtenissen op te schrijven. Het kan je meer zelfvertrouwen geven en je een lekkerder gevoel geven. Verder is het belangrijk de cliënt te complimenteren voor het bijhouden van het dagboek en als de cliënt er wat aan gehad heeft aansporen om hiermee verder te gaan. Doorvragen kan ook over wat het de deelnemers heeft opgeleverd en of ze het moeilijk vonden om deze opdracht uit te voeren. Er is gekozen voor twee positieve gebeurtenissen omdat een deelnemer anders gaat haperen en er niks meer is om gelukkig voor te zijn, dit zorgt juist voor een ongelukkiger gevoel (Braam&Tan&Wentink&Boerefijn&Bergsma, 2008, Docentenhandleiding, p 49). Hoe ziet dit er online uit: De deelnemer kan een dagboek in Klikvoorhulp bijhouden. Deze dagboek functie is er nu nog niet maar kan ook in de face-to-face, online hulpverlening of voor andere trainingen gebruikt worden. In het face-to-face maatschappelijk werk worden dit soort opdrachten al gebruikt. Een dagboek is een mooie toevoeging voor Klikvoorhulp. De cliënt heeft in een beschermde omgeving een dagboek wat hij kan bijhouden. De deelnemer wordt meer bewust van wat hij allemaal doet en daarnaast heeft de hulpverlener meer inzicht in de week van de cliënt. In het dagboek moeten de dagen van de week staan. Hierin kan aangegeven worden wat voor leuke ervaringen de deelnemers gehad hebben, dit kan in een tekstvak. Verder is er een vak waar de deelnemer een cijfer kan invullen hoe gelukkig hij van die positieve gebeurtenis geworden is. De deelnemer kan door middel van een schaalverdeling van 0 tot 10 aangeven hoe hij zich die dag voelde waarbij de 0 heel slecht is en de 10 heel goed. Er staan smileys boven deze schaalverdeling die van heel ongelukkig naar blij gaan zodat de schaal zichtbaarder wordt (Braam&Tan&Wentink&Boerefijn&Bergsma, 2008, Werkboek, p 12).
54
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Module 3: Omgaan met stress en gedachtes Psycho-educatie Stress We vliegen van de ene naar de andere activiteit. We zijn ontzettend druk, veel volwassenen hebben hier last van maar steeds meer kinderen ook. Stress voel je meestal in je hoofd maar ook in je lichaam. Enkele reacties die kunnen optreden zijn: een gehaast gevoel hebben, nerveus zijn, prikkelbaar zijn, in paniek zijn, een snellere ademhaling, een sneller kloppend hart, klamme handen en aangespannen spieren. Deze stress reacties zorgen ervoor dat het lichaam in een staat wordt gebracht waarin deze optimaal kan functioneren. Oorspronkelijk is stress een overlevingsmechanisme om te vluchten of vechten tegen een wild dier. Onze hersenen kunnen echter slecht onderscheid maken tussen levensbedreigende situaties en andere situaties waardoor we nu vaak stress hebben. Er kan een onderscheid gemaakt worden tussen positieve en negatieve stress. Hieronder staan een aantal voorbeelden van positieve stress deze worden ook wel opwinding genoemd: Voorbereiding op een verre reis Het lezen van een spannend boek of kijken naar een griezelfilm Voor een toets of examen Meespelen in een toneelstuk of concert Een parachute sprong maken Jezelf voorbereiden op een sportprestatie Voorbeelden van negatieve stress zijn: Uitstel bij het bereiken van een bepaald doel (wachten voor de kassa). Een te hoge werkdruk Een onprettige sfeer op school, getreiter of pesterijen Langdurig lawaai wat je niet kan stoppen Het verlies van een dierbare Stress kan een positief of negatief effect hebben, dat hangt meestal van de hoeveelheid stress af. Teveel is niet goed omdat het angst oproept, te weinig stress is niet goed omdat je niet alert genoegt bent. Normaal gesproken volgt er nadat het gevaar geweken is of je de lastige klus geklaard hebt automatisch een periode van ontspanning. Er zijn veel manieren hoe je met stress kunt omgaan in deze module zul je tips krijgen hoe je met stress kunt omgaan. De volgende filmfragmenten kunnen gebruikt worden bij het maken van de psycho-educatie voor Klikvoorgeluk. In de ideale situatie ziet de psycho-educatie van Klikvoorgeluk er net zo uit als het tweede fragment. https://www.youtube.com/watch?v=X6UknGo_KPU&feature=related https://www.youtube.com/watch?v=hnpQrMqDoqE&feature=related SLOW Als je aan SLOW denkt zul je waarschijnlijk denken aan het Engelse woord voor langzaam. SLOW is een middel tegen stress. Mensen die SLOW leven zijn niet sloom maar hebben soms ook haast. Ons leven kent echter veel stressvolle situaties en alles moet snel, snel snel. SLOW leven kan een middel zijn tegen stress en zorgt voor ontspanning. SLOW leven 55
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 staat eigenlijk voor de tijd voor dingen nemen. Enkele eigenschappen van slow leven zijn: SLOW mensen durven hun mobieltje wel eens uit te zetten, SLOW mensen doen soms even helemaal niks op een dag en SLOW mensen houden hun eigen tempo aan. SLOW leven zorgt er vaak voor dat je naast het snelle leven weer in balans komt. Enkele tips om slow te leven: ● Maak tijd voor ontspanningsoefeningen ● Geniet van de momenten en de dingen die je hebt ● Probeer een kwartiertje per dag helemaal niks te doen ● Lees een boek of spreek af met vrienden in plaats van tv te kijken. In onderstaande links is meer psycho-educatie te vinden en dit kan gebruikt worden voor het maken van de filmfragmenten voor Klikvoorgeluk. http://www.slowine.co.za/ https://www.youtube.com/watch?v=KibIj5sgMSw Tips voor minder stress en meer geluk Om gelukkiger te worden is het belangrijk dat je leert omgaan met problemen. De manier hoe je met problemen om kunt gaat hangt van het type probleem af. Er zijn problemen die niet oplosbaar zijn zoals aardbevingen, ongeneeslijke ziekte en slecht weer. Er zijn ook problemen die goed beïnvloedbaar zijn. Tips voor problemen die oplosbaar zijn: Tip 1: Blijf rustig Als er een probleem is, schieten veel mensen in de stress. Mensen raken in paniek, worden emotioneel en gaan piekeren. Deze reacties zijn niet helpend. Sterker nog ze zorgen vaak voor alleen nog maar meer stress. Probeer rustig te blijven en doe zo nodig een ontspanningsoefening (deze zijn te vinden in de opdrachten van deze module en in de FAQ) en ga na of het probleem nu opgelost moet worden of dat je er ook een nacht over kan slapen. Soms lijkt het probleem na een nachtje slapen al een stuk minder groot. Als dat niet zo is helpt praten met anderen soms om problemen op te lossen of minder groot te maken. Problemen verdwijnen soms vanzelf. Soms moet je actie ondernemen om problemen op te lossen. Tips 2: Maak een plan Als je een probleem hebt, maak dan een plan om dat op te lossen. Probeer zoveel mogelijk oplossingen op een rij te zetten en ga na welke voor- en nadelen die hebben. Kies uiteindelijk de oplossing die de meeste voordelen heeft. Het is belangrijk om dan de oplossing vervolgens in stapjes te verdelen en een planning te maken. De stapjes zorgen ervoor dat het doel makkelijker bereikbaar wordt. Tip 3: Praat je problemen uit Het is belangrijk om een goed gesprek te voeren om problemen uit te praten. Het is belangrijk dat je dit mondeling doet en niet via e-mail, msn of sms. Dit kan er namelijk voor zorgen dat de ontvanger van je bericht je woorden anders uitlegt dan dat jij ze bedoeld. Het kan namelijk zijn dat er door het ontbreken van lichaamstaal belangrijke informatie niet doorkomt.
56
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Tips voor problemen die niet goed oplosbaar zijn: Tip 1: Schrijf het van je af Mensen proberen een pijnlijk probleem uit het verleden weg te stoppen of te vermijden. Het is echter zo dat als je problemen en negatieve gevoelens teveel onderdrukt ze je blijven achtervolgen. Je komt er nooit van af, maar je kunt er wel iets mee doen. Schrijven over moeilijke gebeurtenissen uit het verleden helpt. Het kan belangrijk zijn om op te schrijven wat je hebt meegemaakt en wat je gevoelens daarbij waren. Bij sommige mensen kan het ook helpen om over de gebeurtenissen een tekening te maken. Tip 2: Gooi stress weg Soms kom je problemen tegen die je echt bezighouden, maar waar je eigenlijk niets mee kunt. Een goede methode om iets aan deze problemen te doen is doen of je het probleem in een papiertje stopt. Dit papiertje vouw je dan dicht en gooi je over je schouder zo probeer je het achter je te laten. Tip 3: Doe iets leuks Ga sporten, lees een boek, zing keihard je favoriete song of maak plezier met je vrienden. Door iets leuks te doen voel je je vaak beter. Als je je beter voelt kun je meestal ook beter met problemen omgaan. Tip 4: Zoek steun Als iets je raakt is het goed om er met anderen over te praten. Praten zorgt ervoor dat stresshormonen in je lichaam afnemen en dat de stress een uitlaatklep heeft. Kernopdrachten Als je weet dat je deelnemers normaal ... .. het erg druk hebben met allemaal dingen die gedaan moeten worden en daardoor weinig tijd hebben om te ontspannen.
.. in hun dagelijkse leven stressvolle situaties ervaren. .. zetten zichzelf onder druk door bijvoorbeeld het woord moeten veelvuldig te gebruiken. .. tegen problemen aanlopen en daar in sommige gevallen erg moeilijk mee kunnen omgaan. .. veel verschillende bronnen hebben waar ze stress van ervaren.
En je wilt dat je deelnemers.. .. zich bewust zijn van hun drukke leven en zich kunnen ontspannen.
Laat je ze dus in de training … .. bewust ontspannen door ze de opdracht te geven om in een week drie momenten SLOW te leven terwijl ze op die momenten normaal gesproken druk zouden zijn. Het is de bedoeling dat ze deze situaties opschrijven. .. op een bepaalde manier .. een ontspanningsoefening zich kunnen ontspannen. uitvoeren om rustig te worden. Ik laat ze hun ervaringen beschrijven. .. verantwoordelijkheid .. opschrijven welke situaties nemen voor hun eigen de deelnemer stress oplevert. keuzes en het woord Opschrijven op welke manier moeten veranderen door ik de deelnemer hiermee is kan of wil. omgegaan en wat voor .. weten waar ze stress van gevoel dat gaf (ook ervaren en wat hun experimenteren met tips voor stressbronnen zijn. minder stress).
57
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 SLOW Opdracht Deze week ga je 3 momenten bewust SLOW beleven. Deze momenten kies je heel bewust op momenten waar jij en anderen normaal gesproken haastig, druk en gestrest zijn. De bedoeling is dat je deze momenten verzamelt en ze hieronder opschrijft. SLOW moment: Wat was de situatie? Waren er anderen en wat deden ze? Wat deed ik? Welke gevolgen had mijn gedrag? Wat voelde en dacht ik? De hulpverlener: Het doel van deze opdracht is dat mensen een paar momenten in de week genieten van de dingen die ze doen of helemaal niks doen om zo de drukte van de dag even te doorbreken. Door op een SLOW manier te leven en aandacht te hebben voor wat je doet en wat er om je heen gebeurd worden mensen gelukkiger. Door het op een SLOW manier te doen kun je beter genieten van het moment. Wetenschappers hebben zelfs aangetoond dat het angsten, stress en depressies vermindert. SLOW momenten zijn genieten van momenten in het hier en nu (Wismans & Seeverens & Scholtes. 2009, pp 19-20). Voor de hulpverlener is het belangrijk dat hij de oefening kort samenvat wat de cliënt gedaan heeft. Verder kan de hulpverlener nog wat verder uitleg geven aan de cliënt waar deze oefening voor dient. De hulpverlener kan verder doorvragen over wat de oefening voor de cliënt betekend heeft. Hoe ziet dit er online uit: Bij deze opdracht is het belangrijk dat er tekstvakken komen waar de deelnemer zijn SLOW momenten in kan zetten. De verschillende vragen van het SLOW moment staan dan boven deze tekstvakken. Ontspanningsoefening Opdracht: Stress is een natuurlijke reactie en zoals in de theorie over stress ook gezien hebt presteer je met een gezonde mate van stress beter dan met teveel of te weinig stress. Dagelijks ben je vaak erg druk met werk, school en hobby. Toch kun je niet altijd bezig zijn en zul je ook tijden moeten vinden waarop je zult moeten ontspannen. Tijdens deze week zul je waarschijnlijk ook stressvolle situaties zien aankomen. Je kunt denken aan een belangrijke toets, een belangrijke wedstrijd of een presentatie die je moet geven. Als je dit soort momenten ziet aankomen voer dan de volgende oefening uit, dit kun je met of zonder muziek doen. Ontspanningsoefening: (kan met of zonder muziek en probeer hem 3 minuten te doen) 1. Ga recht op een stoel zitten 2. Zet je voeten recht naast elkaar en leg je handen op je benen 3. Adem rustig in via je neus en zorg dat je buik opzet 4. Houd je adem even vast en adem daarna rustig uit via je mond door zachtjes te blazen met een klein gaatje tussen je lippen. 5. Herhaal dit een aantal keer en ontspan zoveel mogelijk spieren (zoals bijvoorbeeld je schouders). (Wismans & Seeverens & Scholtes. 2009, p 27)
58
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Als je deze oefening hebt uitgevoerd beantwoord dan hieronder de vragen. Wat vond je van deze oefening? Wat heeft deze opdracht je opgeleverd? Hulpverlener: Het doel van deze opdracht is ervoor zorgen dat mensen zich kunnen ontspannen. Vaak maken mensen zich erg druk voor een belangrijke presentatie, proefwerk of een functioneringsgesprek. Het kan dan helpen om als iemand dat voelt aankomen even te ontspannen. De hulpverlener moet ingaan op de antwoorden die de deelnemer gegeven heeft. Als de deelnemer er niks aan heeft gehad is het belangrijk om uit te zoeken hoe dat komt. De hulpverlener kan dan samen met de cliënt zoeken naar alternatieven om te ontspannen. Het is belangrijk dat de hulpverlener wel laat zien dat ontspannen belangrijk is, dit kan hij doen door te vertellen dat een beetje stress niet erg is maar bij teveel iemand niet meer optimaal kan functioneren. De hulpverlener kan ook andere ontspanningsopdrachten aanreiken als de deelnemer daar baat bij kan hebben. Verder zijn complimenten ook hier weer erg belangrijk, zo kan er een compliment gegeven worden hoe de oefening is uitgevoerd of hoe de deelnemer het rendement van de opdracht heeft beschreven. Hoe ziet dit er online uit: Voor deze opdracht is het belangrijk dat er weer tekstvakken zijn waar de deelnemer zijn ervaringen en bevindingen in op kan schrijven. Voor de ontspanningsoefening zou weer beeld- of geluidsmateriaal gebruikt kunnen worden om de cliënt een voorbeeld te geven. Verder is het belangrijk dat de opdracht weer wordt uitgelegd met zo nodig terug verwijzingen naar de theorie van de module. Stressvolle situaties Opdracht: Als je gelukkiger wil worden is het belangrijk om te leren omgaan met je problemen. Iedereen loopt wel eens tegen dingen aan waar ze echt niet vrolijk van worden. Deze week zul je ook wel een gebeurtenis meemaken waar je echt niet vrolijk van wordt. Je zult echter eerst moeten kijken met wat voor probleem je te maken hebt. Er zijn namelijk problemen waar je iets aan kan veranderen maar ook problemen waar je mee moet omgaan. Probeer de tips te gebruiken die je in deze modulen gehad hebt en beantwoord de vragen hieronder. Beschrijf de situatie die je een slecht gevoel gaf: Wat heb je gedaan om van dit gevoel af te komen? Welke voordelen zaten aan de vervelende situatie? Wat heb je van de situatie en deze oefening geleerd?
59
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 De hulpverlener: Het doel van deze opdracht is de deelnemers op een betere manier om te leren gaan met hun problemen. De bedoeling is dat er geëxperimenteerd wordt met de tips voor minder stress, zodat de deelnemers leren wat het beste bij hen past. Het gaat hier om goed oplosbare en problemen en niet goed oplosbare problemen. De hulpverlener moet ervoor zorgen dat de deelnemer hier onderscheid in kan aanbrengen en de juiste soort technieken toepast. Tips die worden aangereikt zijn: blijf rustig, maak een plan, praat problemen uit, schrijf het van je af, gooi stress weg, doe iets leuks en zoek steun (Wismans, 2010, p 18). De hulpverlener zal de gemaakte opdracht moeten samenvatten. Verder zal de hulpverlener moeten ingaan op de manier die de deelnemer gebruikt heeft om van het gevoel af te komen en wat deze ervan geleerd heeft. Mogelijk kan de hulpverlener nog andere tips geven en hij kan de deelnemer complimenteren voor hoe de opdracht is aangepakt. Verder kan de hulpverlener doorvragen hoe de deelnemer het de volgende keer anders kan aanpakken. Hoe ziet dit er online uit: Dit is weer een opdracht die met tekstvakken ingevuld zou kunnen worden. De vier vragen moeten neergezet worden met daaronder steeds een tekstvak waarin de deelnemer de situatie, zijn gevoel en zijn ervaringen kan neerschrijven.
60
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Module 4: Relaties met anderen Psycho-educatie Relaties Onderzoek toont aan dat relaties een belangrijke rol spelen bij je geluksgevoel. Als je relaties goed lopen dan voel je je gelukkig als ze niet goed lopen voel je je vaak ongelukkig. Contact met vrienden, klasgenoten, ouders en familie geven je een goed gevoel en helpen je door moeilijke situaties heen. Het is belangrijk dat je tijd vrijmaakt voor de mensen om wie je geeft. Verder is het belangrijk om op een juiste manier te communiceren, goed naar anderen te luisteren en je waardering naar anderen uit te spreken. Dit zorgt voor het verstevigen van je relatie met de ander. Een ander helpen Als je iets goeds doet voor een ander geeft dat jezelf meestal ook een goed gevoel. Dat hoeft geen groot gebaar te zijn zoals vrijwilligerswerk. Maar ook kleine gebaren zoals de deur voor iemand openmaken, glimlachen naar iemand of iemand helpen met zijn huiswerk kunnen belangrijk zijn voor je geluksgevoel. Complimenten geven Door complimenten te geven spreek je waardering uit voor de positieve eigenschappen van de persoon. Een compliment maken maakt de ander gelukkig maar geeft ook jezelf een goed gevoel. Een positieve opmerking maken is veel moeilijker dan een negatieve opmerking. Hieronder staan regels waar je bij complimenten aan moet denken. Wees oprecht: Geef alleen gemeende complimenten wat je echt meent. Mensen hebben het door als je een compliment geeft dat je niet meent. Zeg ook waarom je iets waardeert: Een compliment begin je altijd met “ik vind..”. Daarna geef je aan wat je in de ander waardeert en kun je eventueel vertellen wat voor gevoel de ander je daarmee geeft. Begin met de voornaam van de ander: Als je begint met iemands voornaam wordt het compliment heel persoonlijk. Je laat daarmee ook zien dat het compliment speciaal voor die persoon bedoeld is. Communiceren De kwaliteit van de relaties die je hebt wordt sterk beïnvloed door de manier waarop je luistert en communiceert. Opbouwende kritiek geven Soms kan het zijn dat iemand zijn gedrag je irriteert. Het gaat dan niet om de persoon maar om het gedrag dat iemand vertoont. Als je iets van het gedrag van iemand anders wil zeggen wordt dat ook wel feedback genoemd. Je begint je feedback altijd met ik .. Daarna beschrijf je het gedrag van de persoon dat je vervelend vindt. Als derde vertel je wat dat gedrag jou doet dus hoe je je daarbij voelt. Als vierde beschrijf je het gevolg van het gedrag van de ander voor jou. Als laatste bespreek je het gewenste gedrag dat je graag zou zien in deze situatie. Voorbeeld: Ik vind het vervelend dat je steeds op het knopje van je ballpoint klikt. Ik word daar zenuwachtig van en kan me zo niet bij het onderwerp houden. Ik zou het fijn vinden als je stopt met dat geklik. 61
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Feedback of kritiek ontvangen Ga niet meteen in de verdediging, maar luister naar wat de ander zegt. Vat het niet op als aanval maar als kans om iets over jezelf te leren en mogelijk te verbeteren. Vraag om uitleg als je iets niet helemaal begrijpt Bedank de ander voor de feedback en geef aan wat je gaat veranderen. Feedback geven en ontvangen op de goede manier zorgt ervoor dat je jezelf maar ook de ander zich een stuk prettiger laat voelen.
Kernopdrachten Als je weet dat je deelnemers normaal … .. relaties en vrienden als normaal gezien worden en mensen niet weten dat ze ook alles met geluk te maken hebben.
En je wilt dat je deelnemers.. .. het belang van relaties en vrienden gaan inzien om zich lekkerder in hun vel te voelen zitten.
.. anderen helpen niet als vanzelfsprekend wordt gezien.
.. bewust wat voor iemand anders gaan doen en daar een goed gevoel van krijgen.
.. complimenten geven en ontvangen wordt niet als vanzelfsprekend gezien.
.. op een goede manier complimenten kunnen geven en ontvangen.
Laat je ze dus in de training … ..Aangeven bij wie je in je sociale netwerk terecht kunt met verschillende problemen. En benoem daaruit de drie belangrijkste sociale relaties en vertel wat ze aan jouw goede gevoel bijdragen. .. deze week één activiteit voor iemand anders doen en na afloop de situatie beschrijven, wat je deed, hoe de ander reageerde en hoe jij je voelde. .. twee complimenten geven en deze opschrijven. Verder daarbij aangeven hoe de persoon reageerde en wat je daar zelf vond van het complimenten geven. Ditzelfde doe je voor de complimenten die je zelf ontvangt.
Sociaal Netwerk Opdracht: Iedereen heeft behoefte aan contacten en relaties in het leven. Er zijn vaak momenten in je leven dat je mensen nodig hebt. Hieronder staan momenten beschreven, daar kun je bij opschrijven bij wie je op dat moment het beste terecht kan. Aan het eind van de opdracht is het de bedoeling om de belangrijkste relaties zichtbaar te maken en te beschrijven wat zij bijdragen aan je geluksgevoel. Bij wie kun je terecht om... Je zorgen te delen _____________________ Je te troosten als je verdrietig bent _____________________ Met je mee te denken als er een probleem moet worden opgelost _____________________ Je te helpen als je ziek bent _____________________ Samen iets leuks te doen (bijvoorbeeld naar de film) _____________________
62
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 De belangrijkste mensen in mijn leven: 1. _______________ wat maakt deze relatie waardevol____________________________ 2. _______________ wat maakt deze relatie waardevol____________________________ 3. _______________ wat maakt deze relatie waardevol____________________________ Hulpverlener: Relaties blijken uit onderzoek een belangrijke geluksmaker te zijn. Als je relaties goed lopen levert dat vaak een positief gevoel op. Als relaties minder goed lopen dan krijg je daar meestal een ongelukkig gevoel van (Wismans & Seeverens & Scholtes. 2009, p20). Mensen voelen zich vaak het gelukkigst als ze in een gezelschap van vrienden zijn. Onderzoek heeft uitgewezen dat persoonlijke relaties belangrijker zijn dan geld, een goede opleiding en materieel bezit (Hoggard, 2006, p 51). Mensen blijken een sociaal netwerk nodig te hebben om goed te kunnen functioneren, met bovenstaande opdracht kan gekeken worden waar nodig gaten zitten in iemands sociaal netwerk. Het gevaar van deze opdracht is dat de deelnemers weinig belangrijke mensen in hun leven hebben. Het is dan belangrijk dat de hulpverlener de deelnemers tips geeft hoe ze contacten kunnen opbouwen en wat ze kunnen doen om hun kennissenkring uit te breiden. Verder is het belangrijk te vertellen dat relaties en openstaan voor ontmoetingen erg belangrijk zijn voor je geluksgevoel. De hulpverlener vat de opdracht van de deelnemer samen en geeft weer positieve feedback op wat hij gemaakt heeft. Als er te weinig diepgang is aangebracht door de deelnemer kan hulpverlener doorvragen wat deze relaties waardevol maakt. Hoe ziet dit er online uit: Deze opdracht ziet er zo uit als boven beschreven is. Er wordt weer gewerkt met tekstvakken waarop de deelnemer de personen in kan vullen die hij in verschillende situaties kan raadplegen. Daarnaast zijn er tekstvakken waar ingevuld kan worden welke personen het meest betekenen en wat deze bijdragen aan zijn geluksgevoel. Een ander helpen Opdracht: We zijn tegenwoordig niet gewend om wat voor anderen te doen, maar ook iets geven geeft mensen een goed gevoel. Deze opdracht is om te voelen wat iets voor iemand anders doen jezelf oplevert. Probeer deze week eens wat voor iemand anders te doen, zoals bijvoorbeeld de afwas, een keertje koken voor je moeder etc. Vul na afloop van deze activiteit de volgende vragen in: Wat was de situatie? Wat deed jij? Wat deed de ander? Wat voelde je? Hulpverlener: Het doel van deze opdracht is de deelnemers te laten voelen dat goed doen voor anderen zorgt voor een goed gevoel. Wetenschappers zeggen dat aardig doen voor anderen ervoor zorgt voor veel andere positieve effecten (Hoggard, 2006, p 181). Iets doen voor een ander geeft ook een goed gevoel aan jezelf (Wismans & Seeverens & Scholtes. 2009, p 23). De hulpverlener kan de opdracht van de deelnemer samenvatten. Kan complimenten geven over wat de deelnemer gedaan heeft. Verder kan de hulpverlener doorvragen over wat deze 63
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 opdracht de deelnemer heeft opgeleverd en onderzoeken of hij vaker iets voor iemand kan doen zodat hij zich mogelijk gelukkiger gaat voelen. Hoe ziet dit er online uit: Deze opdracht kan ook uitgewerkt worden door eerst de verschillende vragen te stellen. De deelnemers kunnen hun antwoorden in de tekstvakken neerzetten en zo weer opsturen naar de hulpverlener die dan feedback kan geven. Complimenten: Opdracht: Complimenten geven en ontvangen levert een belangrijke bijdrage aan je geluksgevoel. Bij deze oefening gaan we oefenen met complimenten geven en ontvangen. Gebruik hiervoor de tips die je hebt gekregen in de module. Probeer deze week twee complimenten uit te delen en je bevindingen hieronder neer te schrijven. Als je deze week zelf complimenten krijgt schrijf ze dan ook hieronder neer. Mijn complimenten: Aan wie: Welk compliment gaf je: Aan wie: Welk compliment gaf je: Hoe voelde dat? Welke complimenten heb je deze week zelf gehad? Hoe voelde dat? Hulpverlener: Het doel van deze opdracht is te laten zien dat positieve opmerkingen heel belangrijk zijn om iemand gelukkiger te maken. Het voelt zowel goed als jezelf een compliment krijgt maar ook een goede opmerking naar iemand anders maken maakt gelukkig. Een negatieve opmerking hakt er vijf keer zo sterk in als een positieve (Wismans & Seeverens & Scholtes. 2009, p 24). De hulpverlener kan uitleg geven hoe iemand het beste met complimenten kan omgaan. Niet verlegen worden maar gewoon dankjewel zeggen. Verder kan de hulpverlener nog een keer de regels voor complimenten geven benoemen: wees oprecht, zeg waarom je iets waardeert en begin met iemand aan te spreken. De hulpverlener kan weer complimenten geven hoe de deelnemer het heeft aangepakt. Verder is het belangrijk om de opdracht samen te vatten om te kijken of de hulpverlener het goed begrepen heeft. Als de hulpverlener vragen heeft of de deelnemer er niet voldoende uitgehaald heeft kan er doorgevraagd worden. Hoe ziet dit er online uit: Hierboven staan al de verschillende vragen waar de deelnemer in een tekstvak weer op kan antwoorden. In de opdracht wordt terugverwezen naar de theorie hoe je een compliment geeft. Dit gebeurt door middel van een pop-up scherm met daarin delen van de theorie zodat de opdracht makkelijker uit te voeren is.
64
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Module 5: Je leven indelen werk, school en hobby Psycho-educatie FLOW Naar school ga je om je diploma te halen en omdat je van de leerplichtwet naar school moet. Je hobby’s en sport doe je daarentegen omdat je dat leuk vindt. Zo simpel ligt het niet. Ook school kan je veel geluk brengen. Als je namelijk bezig bent met een uitdaging of vaardigheid waarop je je moet concentreren dan kan je in een FLOW toestand komen. FLOW is een bewustzijnstoestand die optreed als je zo opgaat in je activiteit dat je alles vergeet. Tijdens de activiteit vergeet je de tijd, dat je honger hebt en dat je naar het toilet moet. FLOW geeft meestal geen plezier op het moment zelf. In FLOW werk je namelijk op volle toeren en is geen ontspannen toestand. Je bent soms zelfs aan het afzien. Denk bijvoorbeeld aan het maken van een verslag of een schilderij. Op het moment zelf voel je niks maar na afloop is de tijd omgevlogen en denk je vaak ik heb lekker gewerkt. Tijdens FLOW zet je vaak een top prestatie neer omdat je heel geconcentreerd bezig bent. Je krijgt dan een kick en voelt je beter. Voorwaarden om FLOW te bereiken: Er treedt niet altijd FLOW op als je ergens mee bezig bent. Er zijn enkele voorwaarden om FLOW te bereiken. De activiteit die je doet moet een duidelijk doel hebben. De activiteit moet niet te makkelijk zijn maar ook niet te moeilijk. Als iets te makkelijk is is er weinig aan. Als iets te moeilijk is raak je in paniek en lukt het ook niet. Je moet je goed kunnen concentreren om in FLOW te kunnen komen. Het moet een activiteit zijn waar je voor wil gaan. Je moet feedback krijgen op de activiteit zodat je weet wat je goed of fout doet. Actieve en passieve hobby’s Iedereen heeft hobby’s en dingen die ze graag doen. Er valt echter onderscheid te maken tussen actieve en passieve hobby’s. Zo zijn er actieve hobby’s zoals: sporten, gamen, schilderen enzovoort. Deze hobby’s maken je niet alleen gelukkig omdat ze je in een toestand van FLOW kunnen brengen of een kick kunnen geven. Ze kunnen je ook een gevoel geven dat je iets goed kunt en dat geeft zelfvertrouwen. Sporten zorgt verder voor meer geluksstofjes in de hersenen. Naast actieve hobby’s zijn er ook passieve hobby’s: waar je weinig doet zoals tv kijken en muziek luisteren. Deze hobby’s heb je nodig om je te kunnen ontspannen en de stresshormonen in je lichaam te verminderen. Muziek Muziek is sterk van invloed op je gevoelens. Veel mensen vinden het moeilijk om hun emoties te uiten muziek kan daarbij helpen. Dat kan zowel met muziek maken of met het luisteren naar muziek. Je kan op muziek dansen, je kunt ook lekker een potje janken. Muziek heeft een sterk ontspannende werking. Je hartslag past zich aan het tempo van de muziek aan. Als het tempo laag is word je kalmer. Snelle muziek jaagt je hartslag juist omhoog en pept je op.
65
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Kernopdrachten Als je weet dat je deelnemers normaal …
En je wilt dat je deelnemers..
Laat je ze dus in de training …
.. veel moeilijke, vervelende en emotionele situaties in hun dagelijks leven hebben .. dingen doen die gewoon gedaan moeten worden
.. deze situaties dragelijker kunnen maken door muziek.
.. aangeven welke muziek (genre/nummer) ze in een aantal situaties kan helpen.
.. activiteiten kunnen ondernemen in Flow toestand.
.. niet van elke activiteit energie krijgen.
.. energie van activiteiten krijgen.
.. toestanden opschrijven waarin ze in Flow waren en wat ze nodig hebben om in deze situatie te komen. .. uitzoeken welke activiteiten hen energie geven en beschrijven waarom deze activiteiten ze energie geven. Deze activiteit laten uitvoeren.
Muziek Opdracht: Muziek speelt bij veel mensen een belangrijke rol om hun gevoelens te uiten of te beïnvloeden. Deze opdracht gaat dan ook over muziek. Hieronder staan verschillende situaties, het is de bedoeling dat jij daarachter de muziek schrijft die jouw in zo’n situatie helpt. Je mag ook geen muziek invullen. Situatie
Muzieknummer/-genre
Met dit nummer kan ik mijn boosheid uiten Van dit nummer word ik vrolijker/gelukkiger Met dit nummer kan ik beter slapen Dit nummer helpt me bij het sporten Op dit nummer kan ik lol maken Bij dit nummer leer ik het best
Hulpverlener: Het doel van deze opdracht is om de deelnemers na te laten denken hoe ze muziek in hun leven kunnen inzetten om zich beter te voelen. Jongeren kunnen het moeilijk vinden hun gevoel te uiten, muziek kan daar bij helpen. Muziek kan je opvrolijken, verdrietig maken, het kan ontspannend werken of je juist oppeppen (Wismans & Seeverens & Scholtes. 2009, p 27). De rol van de hulpverlener bij deze oefening is om door te vragen of de deelnemers situaties kennen waarin muziek ze helpt. Verder kan de hulpverlener door middel van door te vragen onderzoeken of muziek de deelnemer zou kunnen helpen. De hulpverlener kan verder theorie geven over wat muziek de deelnemer zou kunnen opleveren. Complimenten zijn weer belangrijk om de jongeren aan te sporen door te gaan met de training en ze een goed gevoel te geven over de gemaakte opdracht.
66
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Hoe ziet dit er online uit: Voor deze opdracht is weer een tabel nodig met een tekstvak erin. Links staan de verschillende situaties en rechts kan de deelnemer invullen wat voor muziek hem daarbij helpt. Verder is het leuk als hier muziek fragmenten aan gekoppeld kunnen worden met bijvoorbeeld Spotify. Het is dan voor de hulpverlener, maar ook voor andere deelnemers, mogelijk om andermans favoriete muziek te beluisteren. Flow Opdracht: Deze opdracht gaat over FLOW dit is een bewustzijnstoestand die optreed als je helemaal opgaat in een activiteit en alles om je heen vergeet. Op het moment zelf ben je vaak druk bezig en na afloop geeft het een goed gevoel. Schrijf hieronder een aantal momenten op waarop jij in FLOW was. Zet erachter wat jij ervoor nodig hebt om in FLOW te raken. FLOW activiteit
Voorwaarde voor FLOW
Hulpverlener: Het doel van deze opdracht is om flow situaties te gaan herkennen en gebruiken. Michály Csíkszentmihályi heeft flow omschreven als een toestand van intens verdiept en betrokken zijn bij het huidige moment. Mensen gaan op dat moment helemaal op in wat ze doen, volledig geconcentreerd en niet bewust van zichzelf. Mensen zijn op die momenten sterk en efficiënt en voelen zich op de top van hun kunnen. Flow activiteiten zijn meestal activiteiten die zitten tussen dingen die te moeilijk of te makkelijk zijn. De activiteiten zijn precies goed en bevredigen intrinsiek, geven je een goed gevoel (Lyubomirsky, 2008, pp 211-213). De rol van de hulpverlener is samen met de deelnemer de flow momenten te bespreken. Dit kan gedaan worden door ze samen te vatten. Verder kan de hulpverlener vertellen dat flow momenten vaak gekenmerkt worden door het feit dat de activiteit niet te moeilijk en niet te makkelijk is. De hulpverlener kan samen met de deelnemer andere flow momenten zoeken. Verder kunnen er complimenten gegeven worden over het doen van deze opdracht en het aansporen door te gaan met het ervaren van flow momenten. Hoe ziet dit er online uit: Deze opdracht is vormgegeven met een tabel met tekstvakken. Boven deze tabel staan de kopjes zoals die in de opdracht zijn uitgewerkt. De deelnemer kan in deze tabel dan invullen welke flow momenten hij heeft ervaren en wat hij daarvoor nodig gehad heeft.
67
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Activiteiten geven energie Opdracht: In de theorie van de module heb je kunnen lezen dat er actieve en passieve hobby’s zijn. Sommige activiteiten geven je energie en bij anderen kun je juist lekker ontspannen. Bij deze opdracht is het de bedoeling dat je een onderscheid maakt tussen je hobby’s en deze hieronder in de juiste kolom neerzet. Actieve hobby’s
Passieve hobby’s
Van welke van je hobby’s krijg je de meeste energie? Hulpverlener: Het doel van deze opdracht is dat de deelnemers een mix hebben van zowel passieve als actieve hobby’s. Passieve hobby’s heb je nodig om te ontspannen en zo de hoeveelheid stresshormoon in je lichaam te verminderen. Actieve hobby’s heb je nodig omdat ze je vaak een kick geven en laten zien dat je iets goed kunt. Lichamelijk bezig zijn zorgt er tevens voor dat er endorfine wordt aangemaakt dat zorgt voor een gelukkig gevoel (Wismans & Seeverens & Scholtes. 2009, p 26). De taak van de hulpverlener is om de opdracht samen te vatten en complimenten te geven voor het maken van de opdracht. Mocht er uit de opdracht blijken dat een deelnemer weinig passieve of actieve hobby’s heeft. Kan de hulpverlener uitleggen dat het belangrijk is om een gezonde mix van deze beide soorten hobby’s te hebben de hulpverlener kan daarna samen met de deelnemer uitzoeken of er tot een gezonde mix gekomen kan worden. Hoe ziet dit er online uit: Ook deze opdracht kan gemaakt worden door middel van een tabel met tekstvakken waarin de deelnemer zijn antwoorden kan zetten. Onder de tabel zal nog een vraag met tekstvak moeten komen waardoor de deelnemer zelf kan gaan nadenken over welke hobby’s hem het meeste geluk/energie opleveren.
68
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Module 6: Bijgeloof/geloof en toekomst Psycho-educatie Wat de meeste mensen gelukkig maakt is het gevoel hebben dat ze iets zinvols doen. Dit gevoel is moeilijk op te roepen maar je kunt wel dingen ondernemen in de richting van iets zinvols. Je geluksgevoel kan door alles verhoogt worden maar je moet er wel open voor staan en gemotiveerd voor zijn. Met andere woorden als jij een goed gevoel krijgt bij een godsdienst of van een mascotte, doe er dan iets mee. Probeer elke dag een kwartiertje met hetgeen bezig te zijn waar je een goed gevoel van krijgt dit kan vrijwilligerswerk zijn, je geloof of andere doelen die je in het leven hebt. De volgende tips kunnen je helpen om betekenis in het leven te vinden: Je leven heeft meer betekenis als je doelen nastreeft die je ook daadwerkelijk kan behalen. Je moet bijvoorbeeld de tijd hebben om je doel te behalen, het aankunnen en de energie ervoor hebben. Het is belangrijk een “levensplan” te hebben. Wat kun je nu, wie was je vroeger en wat wil je in de toekomst nog bereiken. Probeer creatief te zijn. Ga dingen maken en onderzoeken. Het is fijn om ergens mee bezig te zijn dit geeft je een goed gevoel. Waar jij mee bezig bent kan echter ook anderen een goed gevoel geven. Probeer te groeien van vervellende gebeurtenissen in je leven. Probeer na deze gebeurtenissen weer opnieuw doelen te stellen en probeer er zo beter van te worden. (Lyubomirsky, 2008, pp 275-277) Hoe blijf je gelukkig ook in de toekomst: Probeer zoveel mogelijk dingen te doen die je een goed gevoel geven. Probeer bijvoorbeeld oefeningen terug te pakken die tijdens deze training gehad hebt. Zo houd je het positieve gevoel vast. In de training heb je veel tips en handvatten aangereikt gekregen. Niet aan alles tips zul je wat gehad hebben of zullen bij je passen. Probeer de tips waar je wel wat aan hebt te onthouden en in te zetten in situaties waarin je je niet lekker in je vel voelt. Probeer hiermee te variëren, door variatie zul je gelukkiger worden. Wees zuinig op je vrienden en probeer nieuwe contacten aan te knopen. Sociale relaties zijn erg belangrijk om je gelukkig te blijven voelen. Vrienden kunnen je helpen door moeilijke situaties heen te komen. Om gelukkig te blijven zul je inspanning moeten blijven leveren. Je zult gemotiveerd moeten werken aan doelen die je stelt. Het is goed om de tips van deze training nog eens terug te kijken. Je zult niet altijd tijd hebben voor geluksbevorderende activiteiten en je zult ook niet altijd gelukkig zijn. Probeer de activiteiten de volgende dag wel weer op te pakken Door veel inspanning en deze tips heel veel te gebruiken zullen het uiteindelijk gewoontes worden die geen tot weinig energie meer kosten. Voordat het echter gewoontes zijn zul je veel inspanning moeten verzetten.
69
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Kernopdrachten Als je weet dat je deelnemers normaal … .. weinig tot niet bewust doelen hebben die ze in hun leven willen nastreven. ..ergens in geloven
En je wilt dat je deelnemers.. .. bewust bezig zijn met de toekomst om zo een doel in hun leven te hebben en zich daardoor gelukkiger te voelen. .. bewust gebruik maken van dit geloof om een gelukkig gevoel te krijgen.
Laat je ze dus in de training … .. laat ik een brief schrijven hoe ze zichzelf over twintig jaar zien. Hoe ze zich willen voelen, wat ze willen doen en hoe ze dat willen bereiken. .. vertellen wat ze doen om een goed gevoel te krijgen.
Op zoek naar richting Opdracht: Het is erg belangrijk om een doel in je leven te hebben en iets zinvols te doen, dat geeft mensen een gelukkiger gevoel. Voor deze opdracht ga je uitzoeken wat belangrijk is in je leven en welke kant je graag op zou willen gaan. De opdracht is om een (korte) brief te schrijven met een antwoord op de volgende vragen: Wat voor soort mens wil ik zijn? Hoe wil ik me voelen? Wat vind ik echt belangrijk? Welke richting ga ik nu op? Wie zou ik over twintig jaar willen zijn? Wat zou je over een maand willen bereiken? Wat zou je over een jaar willen bereiken? Als je de brief geschreven hebt wat zou je de komende twee weken kunnen doen om wat in deze brief staat daadwerkelijk te bereiken? (Hoggard, 2006, p 207) Hulpverlener: Het doel van deze opdracht is dat de deelnemer richting aan zijn leven leer geven. Door het doen van deze oefening kunnen de deelnemers erachter komen wat ze belangrijk vinden en hoe ze op het spoor kunnen komen om deze richting in te gaan (Hoggard, 2006, p 207). De rol van de hulpverlener is vooral waardering uit te spreken voor alle goede dingen die de deelnemer in de korte brief geschreven heeft. Verder kan de hulpverlener doorvragen op de brief en de deelnemer sturen naar kleine haalbare stappen om dichter bij zijn doelen te kunnen komen. Verder is het belangrijk dat de hulpverlener verteld dat niet alle doelen haalbaar zijn en dat de deelnemer die af en toe bij moet of kan stellen. Hoe ziet dit er online uit: Voor deze opdracht is een groot tekstvak met een scrolbalk beschikbaar. Het moet een groot vlak zijn zodat de deelnemer makkelijk antwoord kan geven op de vragen en niet teveel naar beneden en naar boven hoeft te scrollen.
70
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Geloven: Opdracht: Voor deze opdracht is het de bedoeling dat je gaat vertellen over iets waar je een goed gevoel van krijgt. Veel mensen hebben namelijk iets waar ze in geloven zoals bijvoorbeeld een god, een mascotte of een ander leuk voorwerp. Voor deze opdracht is het de bedoeling dat je hier op het forum iets over verteld. Mogelijk kun je ook een foto plaatsen, het kan ook zijn dat andere je mogelijk op ideeën brengen voor een gelukkiger leven. De hulpverlener: Het doel van deze opdracht is dat de deelnemers bewust gebruik kunnen maken van het voorwerp of het gedachtegoed waar ze een goed gevoel van krijgen. Het kan best een moeilijke opdracht voor de deelnemers zijn. Het is ook de bedoeling dat de deelnemers er op het forum over in gesprek gaan. De hulpverlener kan er naar vragen en op het forum kijken maar hierin heeft hij geen actieve rol. Hij kan de deelnemer er zo nodig wel vragen over stellen of uitleg over geven. Verder kan hij de deelnemer complimenteren. Dit is waarschijnlijk de laatste opdracht het is dan ook belangrijk dat de hulpverlener de deelnemer alleen verder laat gaan of nog individuele gesprekken aanbied. Verder zal de hulpverlener de deelnemer moeten aanmoedigen de evaluatie van de training in te vullen. Hoe ziet dit er online uit: Voor deze opdracht is het forum nodig. Op het forum moeten de deelnemers kunnen vertellen waar zij gelukkig van worden. Ze moeten dit met andere kunnen delen en ze moeten op elkaar kunnen reageren. Ook zou er de mogelijkheid moeten zijn om foto’s toe te voegen. Verder zal er een evaluatieformulier gemaakt moeten worden. Maar dit formulier hoort niet bij de training.
71
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Opdrachten in de FAQ Niet alle opdrachten kunnen in de modules gezet worden omdat sommige opdrachten niet voor elke deelnemer geschikt zijn. Het kan soms zijn dat deelnemers van bepaalde problematiek last hebben, in de FAQ zouden voor deze deelnemers extra opdrachten moeten zijn hoe ze hiermee kunnen omgaan. Verder staat er in de FAQ andere informatie waar deelnemers gelukkiger van kunnen worden. In de FAQ komen ook links te staan naar andere sites. Als je weet dat je deelnemers normaal...
En als je wilt dat je deelnemers ..
Laat je ze dus in de training ..
.. gesproken geregeld piekergedachtes hebben op verschillende momenten van de dag.
.. niet meer de hele dag .. een pieker moment maken piekeren maar op een waarop ze 10 minuten mogen vast moment van de dag. piekeren. Als ze daarbuiten pieker momenten krijgen, moeten ze dit stoppen. Het pieker moment word afgesloten met een ontspanningsoefening.
Piekeren Deze opdracht is speciaal voor mensen die veelvuldig piekeren. De opdracht kan ook gebruikt worden voor mensen die af en toe piekeren. Deze opdracht moet niet standaard in de training zitten omdat niet iedereen elke dag piekert. Als een hulpverlener tijdens het proces merkt dat een deelnemer piekert kan de hulpverlener doorverwijzen naar deze opdracht. Opdracht: Door mensen wordt veel gepiekerd. Pieker gedachtes die mensen hebben maken niet gelukkig. Bij sommige mensen overheersen deze piekergedachtes zo erg dat ze de hele dag door aan het piekeren zijn. Dit is natuurlijk erg vervelend en geeft je geen gelukkig gevoel. Probeer deze week in plaats van de hele dag door te piekeren, alleen te piekeren op een piekermoment. Dit is een zelf gekozen moment op de dag waarop je 10 minuten lang mag piekeren, na dit moment doe je dan een ontspannings-/ademhalingsoefening om weer tot rust te komen en het moment af te sluiten. Deze oefening kan je ook toepassen op andere momenten waarin je zenuwachtig of onrustig bent. Op andere momenten van de dag waarop je piekergedachtes krijgt stop je deze gedachtes, door hard stop te zeggen. Deze gedachtes neem je mee naar je piekermoment. Beschrijf wat deze opdracht je heeft opgeleverd en stuur je ervaringen naar je hulpverlener. Ontspannings- /ademhalingsoefening: ● Ga zo gemakkelijk mogelijk zitten ● Sluit je ogen ● Leg je handen op je buik ● Adem langzaam in door je neus en laat je buik uitzetten ● Adem langzaam uit door je mond met iets geopende lippen en voel met je handen dat je buik weer platter wordt ● Tel bij elke in- en uitademing 1, 2, 3 en probeer ze even lang te laten duren ● Probeer de aandacht alleen bij je ademhaling te houden (Bolier & Haverman & Walburg, 2010, 2010, p 79)
72
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 De hulpverlener: Het doel van deze opdracht is om ervoor te zorgen dat mensen niet de hele dag aan het piekeren zijn. Af en toe piekeren mag best maar als je het teveel doet kost het veel tijd en energie. Je concentratie gaat achteruit en je kunt er uren van wakker liggen. Als je teveel nadenkt over negatieve consequenties van je gedrag, je gevoelens en problemen zorgt dat voor minder probleemoplossend vermogen en kan zelfs zorgen voor depressies. Piekeren kan ervoor zorgen dat je dingen gaat uitstellen omdat je er niet meer in geloofd, deze gedachte zal zichzelf dan gaan versterken (Bolier & Haverman & Walburg, 2010, 2010, p 77). Het is belangrijk dat de hulpverlener ingaat op de ervaringen van de deelnemer. Het is in eerste instantie belangrijk dat deze samengevat wordt. Door het samenvatten zal worden gecheckt of de hulpverlener de deelnemer goed begrijpt en het zal ook zorgen dat hij zich serieus genomen voelt. De hulpverlener kan ingaan op de ervaringen die de deelnemer gehad heeft. Verder kan hij het belang van de ontspanningsoefening en het piekermoment met psychoeducatie verder uitleggen. Verder kan de hulpverlener ook andere ontspanningsoefeningen aan de cliënt aanreiken. Hoe ziet dit er online uit: Net als bij veel andere opdrachten zal de opdracht er staan en zal er een tekstvak aanwezig moeten zijn waar de deelnemer zijn ervaringen over de opdracht in kan opschrijven. Verder zou het leuk zijn als er bij deze oefening ook film/audio materiaal gebruikt zou kunnen worden voor de ademhalings- en ontspanningsoefeningen. Er zou eventueel een link kunnen zijn die naar een Youtube filmpje verwijst waar dan een ontspanningsoefening te zien is. De hulpverlener zou nog kunnen verwijzen naar andere ontspanningsoefeningen op internet, waar de deelnemer wat aan zou kunnen hebben.
73
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Bijlage 3: Programma van eisen In de hoofdstukken van het afstudeerproject is vooral verantwoord hoe Klikvoorgeluk is opgebouwd. In deze bijlage wordt het programma van eisen besproken. Hierin kun je lezen hoe de trainingslijn technisch vertaald wordt. In dit programma staat onder elkaar hoe de training eruit ziet en wat de mogelijkheden voor de deelnemer en de hulpverlener zijn. Eerst zal de opzet van de hele training besproken worden daarna zullen de afzonderlijke modules worden uitgewerkt. Algemeen: Button Naast de gebruikelijke buttons van Klikvoorhulp wordt er een nieuwe button “trainingen” toegevoegd aan de homepage. Training De toekomstige deelnemer zal op een pagina terecht komen waar uitleg over Klikvoorgeluk te zien is. Er is een filmfragment dat de mogelijkheden van Klikvoorgeluk laat zien. Dit betreffen: het forum, het dagboek, mail de hulpverlener en de plek waar de modules te vinden zijn. Verder laat het filmfragment zien hoe de modules zijn opgebouwd: psychoeducatie, voorbeeld oefening, oefening en feedback. Er staat een korte tekst voor wie de training geschikt is. Op een vervolgpagina staat een uitgebreidere tekst voor wie de training geschikt is, wat de toekomstig deelnemer kan verwachten en de doelstelling van de training. Naast de knop voor meer informatie kan hij ook beslissen dat hij wil deelnemen aan Klikvoorgeluk. Als dit het geval is moet de toekomstige deelnemer op een aanmeldknop klikken. In de toekomst als er meer trainingen worden aangeboden moet er een tussenpagina komen waar de toekomstige deelnemer een training kan kiezen. Inloggen Nadat de toekomstige deelnemer op de aanmeld button geklikt heeft, kan kan hij een account aanmaken zodat zijn gegevens bewaard kunnen worden. Deze gegevens moeten zowel voor de hulpverlener als de deelnemer inzichtelijk zijn. Voor het inlogscherm zit ook een postcodecheck om te kijken of de AMW instelling, Klikvoorgeluk aanbied in de woonplaats van de toekomstige deelnemer. Intake De training begint met een korte intake. Dit is belangrijk zodat de hulpverlener kan inschatten of de training geschikt is voor de deelnemer of dat er mogelijk andere hulp nodig is. Tevens kan zo ingeschat worden bij welke module de deelnemer het meeste baat heeft. De hulpverlener moet zo de volgorde van de modules voor een deelnemer klaar kunnen zetten. Hij zal deze volgorde na de intake aan de deelnemer kenbaar maken. De intake procedure hoeft niet zo streng te zijn omdat iedereen momenten kent dat hij niet lekker in zijn vel zit en iedereen tips kan gebruiken waarmee hij zijn geluksgevoel kan beïnvloeden. Bij de intake wordt gevraagd naar geslacht, leeftijd en wat hij met de training wil bereiken. Daarnaast zijn er specifiek vragen over alle modules die in Klikvoorgeluk worden aangeboden. Hier moet de hulpverlener dan een inschatting maken waar de meeste “pijn” voor de deelnemer zit. Grafisch kan dit vormgegeven worden met tekstvakken waar de cliënt in kan typen en keuzevakjes kan aanklikken. Als de deelnemer hiermee klaar is kan hij op een verzendknop klikken waarna de informatie in de vorm van een mail bij de hulpverlener terecht komt. De hulpverlener kan zo zien dat er een nieuwe cliënt zich aangemeld heeft. De hulpverlener heeft nu twee mogelijkheden. Hij kan als hij genoeg informatie heeft de intake afronden en de cliënt laten zien in welke volgorde hij de modules gaat doorlopen. De hulpverlener kan ook meer informatie nodig hebben. In dat geval heeft hij de mogelijkheid 74
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 per mail door te vragen. De cliënt krijgt dan ook een bericht waar hij op kan reageren. Dit gebeurt binnen de mailfunctie van Klikvoorgeluk. Als de hulpverlener genoeg informatie heeft zal hij de intakefase afronden en krijgt ook deze deelnemer de volgorde van de modules te zien. Soms kan het voorkomen dat de deelnemer een probleem heeft of verwachtingen heeft die Klikvoorgeluk niet kan waarmaken. De deelnemer wordt dan doorverwezen of hij ontvangt dan individuele begeleiding van Klikvoorhulp. Mogelijkheden vanuit trainingsmenu: Modules Alle modules die de deelnemer volgt, gevolgd heeft of kan volgen zijn in het beginscherm te zien. Het is voor de deelnemer in één oogopslag zichtbaar waar hij gebleven is. Dit is te zien door middel van een voortgangsbalk. Modules die zijn afgerond worden zichtbaar gemaakt op de balk. Modules die nog niet beschikbaar zijn worden als lege plekken op de balk getoond. De zes modules zijn naast elkaar weergegeven. De volgorde hoe de deelnemer de modules doorloopt is door de hulpverlener bepaald en aan de deelnemer voorgelegd. Deze volgorde krijgt de deelnemer te zien in zijn hoofdmenu. De deelnemer kan maar met één module tegelijk bezig zijn, wel kan hij de oude modules nog eens raadplegen en inzien. De modules waar hij nog niet is zijn geblokkeerd. Zo blijft de deelnemer gefocust op het onderwerp en de module waar hij mee bezig is. Dit zal uiteindelijk zorgen voor een beter resultaat. Opzet module Elke module is op eenzelfde manier opgebouwd. De deelnemer maakt eerst de module open door erop te klikken. Hierna komt de deelnemer terecht waar hij gebleven is. Als de deelnemer begint met de module krijgt hij eerst psycho-educatie. De psycho-educatie wordt in de vorm van videofragmenten aan de deelnemer uitgelegd. Dit zijn korte fragmenten waardoor de deelnemer geboeid blijft. Daarnaast kan de deelnemer de theorie nalezen. Deze stukken tekst zijn niet te lang zodat de deelnemer er zijn aandacht bij kan houden. Verder is deze tekst aantrekkelijk gemaakt met afbeeldingen. De psycho-educatie staat bij iedereen vast en de hulpverlener heeft hier geen rol in. Hierna volgt de uitleg van de opdracht en de opdrachten van de modules. Bij een face-toface training is er de mogelijkheid om vragen te stellen. Dat is bij een online training veel moeilijker omdat deelnemer en hulpverlener vaak niet op hetzelfde moment achter de computer zitten. De opdrachten zijn altijd verduidelijkt met een voorbeeld. Het voorbeeld zorgt ervoor dat deelnemers weten wat er van ze verwacht wordt. Na de uitleg kan de deelnemer zelf aan de slag met de opdrachten. De deelnemer kan op elk moment zijn opdrachten opslaan zodat hij er later verder mee kan gaan. De meeste opdrachten worden in de praktijk uitgevoerd. De hulpverlener kan ervoor kiezen dit eerst op papier uit te werken of op meerdere tijdstippen online. Naast dat de opdracht kan worden opgeslagen kan de deelnemer de opdracht naar de hulpverlener sturen. De hulpverlener ontvangt de opdracht van de deelnemer. Hierna kan hij via een mail/tekstvak de deelnemer feedback geven. Dit krijgt de deelnemer weer te zien in zijn module. De hulpverlener kan ook vragen hebben over de opdracht. De cliënt kan dan vanuit de mailfunctie binnen Klikvoorgeluk de vragen van de hulpverlener beantwoorden. Na de feedback van de hulpverlener kan de deelnemer verder met de volgende module. Dagboek Het dagboek is ook vanuit het hoofdscherm te benaderen. Het dagboek is vanaf het begin van de training te gebruiken. De deelnemer kan terugkijken in het dagboek door op de dagen van een maand te klikken. Verder moet de deelnemer de hulpverlener toestemming geven in zijn dagboek te mogen kijken. 75
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Gelukkige gebeurtenissen Er is een onderdeel waar men leuke gebeurtenissen van de dag kunnen opschrijven. Aan deze gebeurtenissen kan men ook een cijfer hangen. Er is ook een groter tekstvak waar de deelnemer overige zaken in kwijt kan of het dagboek echt als dagboek gebruiken. Schaalvraag In het dagboek is een schaalvraag aanwezig waar deelnemer kunnen aangeven hoe gelukkig ze die dag zijn. De deelnemer kan door middel van een bolletje aanklikken hoe gelukkig hij is. De cijfers zijn verduidelijkt met emoticons waarbij een 10 staat voor zeer gelukkig en een 1 voor zeer ongelukkig. Forum Het hoofdmenu is een knop voor het forum toegevoegd. Het forum kan door iedereen op elk moment tijdens de training gebruikt worden. Er zijn opdrachten die verwijzen naar het forum maar ook de hulpverlener zal de deelnemer naar het forum verwijzen. Met het gebruik van het forum krijgen de deelnemers interactie met elkaar en kunnen zo van elkaar leren. Het forum bestaat uit 6 delen voor elke module één sub forum waaronder verschillende topics kunnen worden gestart. Het is de bedoeling dat de deelnemers het forum gebruiken om ervaringen, informatie en tips met anderen te delen en antwoorden van opdrachten uit te wisselen. Het forum is alleen toegankelijk voor deelnemers aan de training gelukskunde. Zo kan er verdieping plaatsvinden omdat iedereen met dezelfde trainingsonderwerpen bezig is. In het forum kunnen links geplaatst kunnen worden naar “gelukkige” sites en kunnen afbeeldingen worden toegevoegd zodat opdrachten zichtbaar gemaakt kunnen worden. Mail In Klikvoorgeluk zit ook een mailknop waardoor gemaild kan worden met de hulpverlener. Ondanks dat er alles aan gedaan wordt het voor de deelnemers zo gemakkelijk als mogelijk te maken kan zijn dat ze rechtstreeks een vraag willen stellen aan de hulpverlener. Hiervoor is deze mail mogelijkheid bedoeld. De mailfunctie werkt op dezelfde manier als bij Klikvoorhulp. De hulpverlener kan de deelnemer mailen als deze lang niet bezig is geweest met opdrachten of voor overige zaken. FAQ Het kan voorkomen dat na het aanmelden voor Klikvoorgeluk deelnemers geen zin hebben om de modules te volgen. Verder kan het zijn dat de deelnemers naast de modules verdieping nodig hebben of zaken willen terug lezen. Voor deze deelnemers is de FAQ. Hier worden veelgestelde vragen, theorie en op een gegeven moment ook de veel geantwoorde antwoorden van de opdrachten beschreven. Deelnemers kunnen hier dan bijvoorbeeld de top 10 van muzieknummer die deelnemers gelukkig maken beluisteren. Grafisch is de FAQ gewoon een pagina met veel informatie. Door middel van links wordt je naar andere pagina’s gestuurd of naar een andere plek op de pagina waar je je bevindt. Module 1: Wat is geluk? Voor de eerste opdracht moet je zinnen op volgorde zetten door deze te slepen met behulp van de muis. Er staat een tekstvak onder deze oefening waar deelnemers in kunnen typen. Boven het tekstvak staat de vraag van de opdracht. De tweede opdracht wordt weergegeven via een tabel. In deze tabel staat de bovenste regel vast. Hier staan de titelkoppen in. In de rest van de tabel kan de deelnemer zelf invulling geven.
76
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Voor de derde opdracht wordt het forum ingezet. Hier kunnen afbeeldingen of links naar afbeeldingen neergezet worden. De opdrachten zijn boven beschreven. In Klikvoorgeluk kan de deelnemer op elk moment zijn informatie opslaan zodat hij er later mee verder kan. Nadat alle opdrachten zijn ingevuld kan de deelnemer zijn informatie naar de hulpverlener sturen. De hulpverlener krijgt dan de gemaakte opdrachten binnen en kan de cliënt feedback geven. Module 2: Hoe krijg je meer zelfvertrouwen In deze module wordt de dagboekfunctie gebruikt. De dagboekfunctie staat hierboven al beschreven. Een dagboek is vaak iets waar iemand persoonlijke geheimen in schrijft. Er wordt aan de cliënt duidelijk gemaakt dat het waardevol is als de hulpverlener deze kan lezen. De hulpverlener heeft dan een goed beeld van de dagen die de cliënt heeft gehad en hoe de opdrachten gemaakt zijn. Verder is er een opdracht waar een tabel moeten worden ingevuld. Deze tabel heeft tien langwerpige tekstvakken waar de deelnemer positieve stellingen over zichzelf in kan schrijven. Deze opdracht kan worden uitgeprint als de deelnemer de tabel heeft ingevuld. Zo kan de deelnemer de opdracht uitvoeren op plekken waar hij geen computer heeft. Daarnaast is er een groot tekstvak aanwezig waar de deelnemer ervaringen kan opschrijven met de opdracht. Module 3: Omgaan met stress en gedachtes Voor de eerste opdracht in deze module zijn weer tekstvakken nodig. De vragen over de SLOW momenten (deze staan beschreven in bijlage 2) moeten boven deze tekstvakken staan zodat de cliënt in de tekstvakken kan neerzetten hoe hij deze momenten beleefd heeft. Bij de tweede opdracht wordt een ontspanningsoefening uitgelegd. Dit wordt gedaan door middel van een filmfragment. Daarnaast staat beschreven wat de bedoeling van de opdracht is. De jongeren voeren deze opdracht een week lang uit en moeten daarna hun ervaringen op kunnen schrijven in een tekstvak. Bij opdracht drie is weer eerst de opdracht omschreven. In de opdracht is het mogelijk naar de theorie terug te klikken. In de opdracht wordt gesproken over tips hoe je om kunt gaan met stress. Jongeren kunnen deze tips nalezen in de theorie en ook uitprinten zodat ze deze als ze de computer niet aan hebben ook kunnen doornemen. Onder de vraag staan tekstvakken met vragen daarboven. De jongeren zullen hier weer hun ervaringen moeten kunnen opschrijven. De antwoorden kunnen naar de hulpverlener worden gestuurd. De hulpverlener geeft daarna weer feedback. Module 4: Relaties met anderen De eerste opdracht wordt eerst uitgelegd. Hierna kan de deelnemer drie belangrijke personen invullen en daarachter in een andere tekstvak wat deze personen belangrijk maakt. Bij de tweede opdracht moeten er vragen neergezet worden met daaronder tekstvakken. De jongeren kunnen dan de situatie invullen waarin ze wat voor iemand anders deden en wat dat ze heeft opgeleverd. Opdracht drie gaat over complimenten geven. Hier zijn twee tekstvakken om de complimenten die de jongeren geven hebben in te zetten. In de beschrijving van de opdracht kan geklikt worden naar theorie over hoe je het beste complimenten kan geven. Deze theorie is weer uit te printen. De theorie komt naar voren in een popup-scherm zodat de opdracht ook nog te bekijken is. Verder moeten er in deze opdracht ook weer tekstvakken zijn. De opdrachten kunnen door één druk op de knop naar de hulpverlener worden verzonden. 77
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Module 5: Je leven indelen: werk, school en hobby In de eerste oefening wordt weer gebruik gemaakt van tekstvakken waarin de ervaringen van de deelnemer beschreven kunnen worden. De ontspanningsoefening wordt stap voor stap uitgelegd. Ook is er weer een filmfragment waar de ontspanningsopdracht te zien is. Voor de tweede oefening is er een tabel met daarin verschillende momenten/gevoelens uit iemands leven. Deze tabel bestaat uit twee kolommen. In de eerste kolom staan verschillende momenten van iemands leven. In de tweede kolom kan de deelnemer zijn muziek neerzetten die hij in deze momenten graag beluisterd. Om het interactief te maken kan iemand meteen een link van zijn muziekfragment toevoegen. De derde oefening bestaat weer uit een tabel met tekstvakken waar de deelnemer de flow momenten in kan opschrijven (deze opdracht wordt in bijlage 2 verder beschreven). Er is een mogelijkheid om de theorie van flow nogmaals te bekijken. Dit zorgt ervoor dat de cliënt de opdracht makkelijker kan maken. De laatste oefening van deze module wordt ook vormgegeven in een tabel. De cliënt moet in beide kolommen wat kunnen schrijven. Onder de tabel staat een tekstvak waarin de deelnemer kan schrijven welke hobby’s hem het meeste energie geven. Deze opdrachten kunnen naar de hulpverlener gestuurd worden. Ook moet er weer een bewaarmogelijkheid zijn. Module 6: Bijgeloof en toekomst Voor de eerste oefening is er een groot tekstvak waar deelnemers een brief naar zichzelf kunnen schrijven. Boven het tekstvak staan vragen die de deelnemer kunnen helpen met zijn brief. De tweede oefening maakt gebruikt van het forum. Deelnemers moeten op elkaar kunnen reageren. De hulpverlener moet er ook in kunnen kijken. Op het forum moeten afbeeldingen kunnen worden geüpload. Eindevaluatie Na de training wordt de training geëvalueerd. Deelnemers moeten aangeven hoe zij nu in het leven staan. Zo kan vergeleken worden met de intake en gekeken worden of de doelstellingen van de training zijn behaald. De eindevaluatie bestaat dus uit dezelfde vragen als die van de intake. Verder wordt geëvalueerd wat ze van de training vonden en hoe het contact met de hulpverlener geweest is.
78
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Bijlage 4: Interview vragen jongeren Hoe gelukkig sta je op dit moment in het leven en kun je daar een cijfer aan geven? Met deze vraag wordt inzichtelijk hoe de jongeren op dit moment in het leven staan. Door ze er een cijfer aan te laten geven en ze daarover te bevragen wordt een zo duidelijk mogelijk beeld gevormd. Deze cijfers kunnen vergeleken worden met de cijfers die in de literatuur vermeld staan. De literatuur laat zien dat jongeren hun welbevinden tussen de 8,2 en 7,7 scoren deze cijfers zijn van het Nederlands Jeugd Instituut, de cijfers uit het interview kunnen hiermee vergeleken worden. Verder kan er gekeken worden of jongeren die gelukskunde hebben gehad gelukkiger zijn dan leerlingen die de lessen niet gehad hebben. De vraag moet wel goed uitgelegd worden aan de jongeren anders kan het zo zijn dat ze alleen naar het moment kijken. Het is juist de bedoeling dat de jongere een cijfer geeft over zijn algehele geluksniveau en geen rekening houdt met uitschieters. Het is de bedoeling dat hij naar zijn hele leven tot nu toe kijkt en daar een cijfer aan geeft, het blijft een moeilijke vraag en dat zal ook naar de jongeren benoemt moeten worden. Wat zijn de momenten in je leven geweest waar je het moeilijk mee had? De gedachte achter deze vraag is om te inventariseren welke moeilijke momenten jongeren tegen komen in hun leven. In de training gelukskunde zou de jongeren moeten leren om met deze momenten om te gaan. De problemen waar jongeren tegenaan lopen kunnen ook vergeleken worden met problemen waar pubers en Klikvoorhulp cliënten tegenaan lopen. Dit zijn de problemen die in het hoofdstuk over Klikvoorhulp zijn genoemd. Wat heb je gedaan om je“weer gelukkiger” te voelen na deze momenten? Deze vraag laat zien waar de kracht bij de jongeren ligt en waar ze mogelijk moeite mee hebben. De training zou ze moeten helpen om op de punten waar ze het moeilijk mee hadden aan te sluiten. Wat vind je leuk aan de lessen gelukskunde? Met deze vraag wordt hopelijk de meerwaarde van de gelukskunde lessen in beeld gebracht. De jongeren kunnen hier aangeven wat ze leuk vinden aan deze lessen. Om jongeren te trekken zullen deze positieve punten zoveel mogelijk in de training bij Klikvoorhulp moeten worden overgenomen. Deze vraag zal alleen worden gesteld aan de leerlingen die de gelukskunde lessen op school gevolgd hebben. Wat vind je het minst leuk aan de lessen gelukskunde? Uit deze vraag kan worden afgeleid wat jongeren niet leuk vinden aan de gelukskunde lessen. Deze punten moeten op een andere manier online worden vertaald zodat ze jongeren wel aanspreken of moeten als ze weinig toegevoegde waarde hebben worden geschrapt. Ben je bekend met online hulpverlening (Klikvoorhulp) zou je er gebruik van maken? Deze vraag is weer geschikt voor alle jongeren zowel de jongeren die gelukskunde lessen hebben gevolgd als de jongeren die geen lessen gelukskunde gevolgd hebben. Jongeren zijn erg bekend met internet en kunnen er van alles op vinden. Jongeren houden ook steeds meer hun sociale contacten op orde met sociale media op internet (Heuves, 2006, pp 27-28). Jongeren zullen als zij niet te maken hebben gehad met online hulpverlening er weinig over weten. Door deze vraag zou dus gecheckt moeten worden of jongeren op de hoogte zijn van deze manier van hulpverlener. Als dit niet het geval is zou dit uitgelegd moeten worden aan de jongeren. Met deze vraag wordt gekeken hoe groot de naamsbekendheid van Klikvoorhulp is. Veder zal het een antwoord geven wat jongeren over online hulpverlening denken en of ze hier mogelijk gebruik van zouden maken. Wat verwacht je van een online training gelukskunde? 79
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Deze vraag is ook weer voor iedereen. Deze vraag wordt gesteld om te kijken waar jongeren aan denken bij een training gelukskunde. Zo wordt gekeken wat de beeldvorming van de jongeren is over deze training. Het antwoord op deze vraag kan gebruikt worden bij de uitwerking en mogelijk ook de promoting van de training. Dit is mogelijk wel een vraag die jongeren aardig aan het twijfelen kan brengen omdat het een moeilijke vraag is. Het is belangrijk dat er aan de jongeren verteld wordt dat er geen goed fout aan deze vraag is en dat ze alles mogen roepen waar ze bij een training gelukskunde aan denken. Welke manier van informatie overbrengen spreekt jou het meeste aan om je de theorie van gelukskunde over te brengen? Deze vraag is voor iedereen. Het idee achter deze vraag is om te inventariseren welke manier van informatie overdracht jongeren het meeste aanspreekt. In de samenleving gebeurt alles steeds meer gedigitaliseerd en met bewegende beelden. Bij de training zal een deel psycho-educatie horen maar er zijn verschillende manieren om deze aan de deelnemende jongeren over te brengen. Deze manier van informatie over brengen moet goed bij de jongeren aansluiten door middel van deze vraag moet inzichtelijk gemaakt worden wat de beste manier hiervoor is.
80
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Bijlage 5: Onderzoeken MHI5 De MHI5 is opgesteld om de geestelijke gezondheid van de algemene bevolking te meten. Bij de afname van de MHI5 worden zowel positieve als negatieve vragen gesteld. De volgende vragen worden in het onderzoek gesteld: 1. 2. 3. 4. 5.
Voelde u zich erg zenuwachtig? Zat u erg in de put dat niets u kon opvrolijken? Voelde u zich kalm en rustig? Voelde u zich neerslachtig en somber? Voelde u zich gelukkig?
Om een antwoord op deze vragen te geven moet de geïnterviewde de voorgaande maand in gedachte houden. Er zijn zes antwoord mogelijkheden op de vragen, deze zijn: voortdurend, meestal, vaak, soms, zelden en nooit. Voor deze antwoordmogelijkheden worden punten gescoord en er wordt een berekening op los gelaten waardoor een somscore ontstaat. Aan de hand van deze score kan gezegd worden of mensen psychisch gezond of ongezond zijn. De MHI5 is een sub-schaal van de SF-36 die psychische gezondheid meet. (Nationaal Kompas Volksgezondheid, 2012)
HBSC Het onderzoek gaat over het welbevinden en risicogedrag van scholieren. Er wordt gewerkt met twee vragenlijsten één voor het basisonderwijs en één voor het voortgezet onderwijs. In de vragenlijst van het basisonderwijs zijn de vragen over seksualiteit en cannabisgebruik niet opgenomen. De vragenlijst wordt klassikaal en schriftelijk afgenomen. Het is een steekproefonderzoek waarvoor 300 scholen zijn benaderd uiteindelijk hebben er 79 basisscholen meegedaan en 64 middelbare scholen. Er werden jongeren tussen de 11 en 16 jaar geïnterviewd. De volgende onderwerpen zijn in dit onderzoek behandeld: mate van sociale interactie, middelengebruik, welbevinden, schoolgebonden stress, agressief gedrag, risicogedrag en symptomen van psychische problemen. (van Dorsselaer & Zeijl & van den Eeckhout & ter Bogt & Vollebergh, 2007) Onderzoek psychosociale problemen van jongeren en online hulpverlening Het onderzoek richt zich op jongeren, van 12 tot 19 jaar oud, met psychosociale problemen. Er wordt onderzocht hoe internet een bijdrage levert aan de hulp en informatievoorziening voor de problemen die zij hebben. Voor dit onderzoek zijn groepsinterviews met jongeren gehouden. Uit deze interviews is naar voren gekomen wat de wensen en behoeftes van deze jongeren zijn op het gebied van online hulpverlening (Havas&Nooijer&Crutzen&Feron, 2010).
81
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Bijlage 6: Uitleg van de training voor deelnemers In deze bijlage staat welke tekst de deelnemers te zien krijgen als ze meer informatie over Klikvoorgeluk willen. Voor wie is Klikvoorgeluk Voor alle jongeren die wel eens niet lekker in hun vel zitten. Het doel van Klikvoorgeluk is als volgt ● De deelnemer leert wat geluk voor hem betekent en wat hem gelukkig maakt. ● De deelnemer krijgt handvatten zodat ze in het dagelijks leven weten hoe hij lekkerder in hun vel kan zitten. Wat is Klikvoorgeluk Iedereen voelt zich wel eens niet lekker in zijn vel zitten of loopt tegen problemen aan waar moeilijk mee is om te gaan. Klikvoorgeluk is een online training waar tips en vaardigheden gegeven worden om je uiteindelijk blijvend lekkerder te voelen. De opbouw van de training Klikvoorgeluk kent zes modules die in overleg met je hulpverlener kunnen worden ingezet. De volgende modules komen tijdens de training aanbod: Module: Wat is geluk? Deze module gaat in op de vraag wat geluk is, hoe geluksgevoel eruit ziet en hoe geluksgevoel te beïnvloeden is. Module: Zelfvertrouwen en uiterlijk Deze module geeft tips voor meer zelfvertrouwen. Module: Omgaan met stress en gedachtes Iedereen heeft wel eens last van stress. Deze module geeft tips hoe je met stress kunt omgaan. Verder zal er in deze module stilgestaan worden bij niet helpende gedachtes. Module: Relaties met anderen Om je goed te voelen zijn relaties met anderen van grote invloed. Deze module leert je het belang van deze relaties in te zien en hoe je deze onderhoudt en opbouwt. Module: Je leven indelen: werk, school en hobby Deze module laat je het belang zien van hobby’s, school en werk en hoe deze je gelukkiger kunnen maken. Module: (Bij)geloof en toekomst In deze module is het belangrijk vooruit te kijken wat de deelnemer wil bereiken om zich in de toekomst lekker te blijven voelen. Naast de inhoud wordt de deelnemers ook verteld hoe de online training eruit ziet en wat de mogelijkheden zijn. Er komt een filmfragment waarin te zien is welke knoppen en mogelijkheden Klikvoorgeluk heeft.
82
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Bijlage 7: Intake vragenlijst Om de hulpverlener een goed beeld te geven waar de deelnemer aan wil werken moet er een goede intake vragenlijst zijn. Deze vragenlijst is ook nodig om na afloop van de training te evalueren. Hoe tevreden ben je met je leven? (Een één is heel ontevreden en een tien is heel tevreden). Met deze vraag geeft de deelnemer de hulpverlener een algemeen beeld hoe gelukkig hij in het algemeen is. Aan het eind van de training kan dan gekeken worden of de deelnemer tevredener is met zijn leven. Hoe gelukkig ben je met de hieronder genoemde aspecten: (één is mee oneens, tien is mee eens). 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Ik kan de problemen in mijn leven goed aan Deze vraag gaat over hoe goed jongeren met problemen in hun leven omgaan. Hoe lager de score hoe belangrijker het is dat de jongeren de module omgaan met stress en gedachtes gaan volgen. Ik ben tevreden met hoe ik eruit zie Deze vraag vertelt meer over hoe tevreden jongeren met hun uiterlijk zijn. Dit heeft meestal dan ook meteen te maken met hoeveel zelfvertrouwen ze hebben. Hoe lager de score hoe belangrijker het is dat de jongeren de module zelfvertrouwen en uiterlijk gaan volgen. Ik ben een mislukkeling Deze vraag geeft ook aan hoe jongeren over zichzelf denken. Hoe hoger de score des te belangrijker het is de modules zelfvertrouwen en uiterlijk en de module omgaan met stress en gedachtes te gaan volgen. Ik voel me door anderen gewaardeerd Deze vraag geeft een beeld hoe de sociale relaties van de jongeren zijn. Als iemand zich gewaardeerd voelt zal hij waarschijnlijk relaties hebben en complimenten krijgen. Hoe lager de score is des te belangrijker het is de module relaties met anderen te volgen. Ik ben tevreden met de contacten die ik met anderen heb Deze vraag geeft een beeld hoe tevreden iemand met zijn sociale netwerk is. Hoe lager de score des te belangrijker het is om de module relaties met anderen te volgen.
83
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Ik ben tevreden met de indeling van mijn leven Deze vraag geeft een beeld hoe tevreden jongeren zijn met de indeling van hun dag of leven. Vinden ze dat ze deze goed genoeg hebben ingevuld. Hoe lager deze score is des te belangrijker is het dat jongeren de module je leven indelen gaan volgen. Ik heb veel dingen waar ik naar uit kan kijken in mijn leven Deze vraag geeft een beeld hoe jongeren naar de toekomst kijken. Hebben ze genoeg activiteiten en hebben ze genoeg doelen voor ogen. Hoe lager deze score is hoe belangrijker het is om de module je leven indelen of (bij)geloof en de toekomst te volgen. Ik kan goed omgaan met stress Deze vraag geeft een beeld hoe jongeren omgaan met stress in hun leven. Hoe hoger de score is hoe belangrijker het is dat de jongeren de omgaan met stress en gedachtes gaat volgen. Ik weet niet wat ik verder in mijn leven wil Deze vraag geeft een beeld hoe de jongere naar de toekomst kijkt. Hoe hoger hier de score hoe belangrijker het is om de module (bij)geloof en de toekomst te volgen. Door deze vragen te behandelen komen alle thema’s die in de training behandeld worden aan bod. Hierdoor zou de hulpverlener een redelijke inschatting moeten kunnen maken met welke module de deelnemer zou kunnen beginnen. Wat wil je leren tijdens de training? Hiermee kan de eigen behoefte van de deelnemer worden gepeild het is belangrijk dat de deelnemer hier ook bij aansluit omdat de deelnemer gemotiveerd is hieraan te willen werken. Wat verwacht van je van de training? Hiermee kunnen de verwachtingen worden bekeken als de deelnemer verwachtingen heeft die de training niet kan waarmaken is het de taak van de hulpverlener te beslissen of de training wel geschikt is voor de deelnemer.
84
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Bijlage 8: Evaluatie vragenlijst Om een goed beeld te krijgen of de doelstellingen van de training zijn gehaald is het belangrijk om de training te evalueren. Bij de evaluatie zullen ongeveer dezelfde vragen van de intake worden gesteld zo kan er vergeleken worden of de deelnemers zelf vinden of ze vooruit gegaan zijn. Aan de hand van deze evaluatie kan Klikvoorgeluk ook verbeterd worden en zo goed mogelijk blijven aansluiten bij de doelgroep. Hoe tevreden ben je met je leven na het volgen van Klikvoorgeluk? Met deze vraag geeft de deelnemer de hulpverlener een beeld hoe gelukkig hij is. De hulpverlener kan dit cijfer vergelijken met het cijfer wat de deelnemer tijdens de intake vragenlijst heeft ingevuld. Hoe gelukkig ben je met de hieronder genoemde aspecten: (één is mee oneens, tien is mee eens). 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Ik kan de problemen in mijn leven goed aan Deze vraag laat zien hoe de deelnemer zelf ervaart hoe hij zijn problemen na de training aankan. Ik ben tevreden met hoe ik eruit zie Deze vraag verteld hoe tevreden de deelnemer is met zijn of haar uiterlijk na het volgen van de training. Ik ben een mislukkeling Deze vraag geeft een beeld of de deelnemer na hetr volgen van de training negatief over zichzelf denkt. Ik voel me door anderen gewaardeerd Deze vraag geeft na de training aan of iemand zich gewaardeerd voelt door zijn omgeving. Ik ben tevreden met de contacten die ik met anderen heb Deze vraag geeft inzicht hoe tevreden de deelnemer na de training is met de sociale contacten die hij heeft. Ik ben tevreden met de indeling van mijn leven Deze vraag geeft een beeld hoe tevreden de deelnemer na afloop van de training is met de indeling van zijn leven. Ik heb veel dingen waar ik naar uit kan kijken in mijn leven Deze vraag laat zien of de deelnemer veel dingen heeft om naar uit te kijken. Ik kan goed omgaan met stress Deze vraag geeft een beeld hoe goed de deelnemer met stress kan omgaan na de training. Ik weet niet wat ik verder in mijn leven wil Deze vraag geeft een beeld of de deelnemer duidelijk voor ogen heeft wat hij in de toekomst wil. Het doel van de training is dat de deelnemer op enkele punten hoger heeft gescoord, vooruit is gegaan en zich hierdoor waarschijnlijk gelukkiger voelt. 85
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Wat heb je geleerd tijdens de training? Hier kan de deelnemer aangeven wat hij geleerd heeft. De hulpverlener kan kijken of het doel van de training handvatten en tips aanreiken behaald is. Wat vond je van de trainin? Met deze vraag kan ingeschat worden hoe de deelnemers de training gevonden hebben. De deelnemer moet bij deze vraag de training een cijfer geven. Wat vond je van het contact met de hulpverner? Hier kan de deelnemer aangeven wat hij van het contact met de hulpverlener gevonden heeft. Dit moet een open-vraag zijn waar de deelnemer zijn feedback onder kan zetten.
86
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Bijlage 9: Uitwerkingen van de interviews Gespreksverslag Theo Wismans – 24 januari 2012 Docent gelukskunde Charlemagne college Ik maak de opening van de les gelukskunde mee. De les ging over actieve en passieve hobby’s. Eerst werd wat informatie gegeven over dat sporten je een betere stemming kan geven en dat er dan een geluksstofje (endorfine) wordt aangemaakt in je hersenen. Daarna werden de kinderen aan het werk gezet. De bedoeling was dat ze tekenden hoe hun geluk eruit zag en daaromheen woorden plaatsen waar ze gelukkig van werden. Wat ik tijdens deze les verder merkte was de positieve bekrachtiging. Complimenten geven en cijfers voor inzet waren erg belangrijk. Kinderen hadden ook ruimte in de les om te laten zien wat ze gemaakt hadden, meestal van hoe zij geluk zagen. Het lokaal was ook erg mooi ingericht, het lokaal straalde veel liefde en geluk uit. Hierna heb ik vooral heel veel informatie gekregen. Vooral dat er op de site van gelukskunde van Malmberg al een heleboel informatie staat. Verder heeft Theo mij gewezen op het vervolg van gelukskunde, het boekje slimmerkunde. Dit gaat vooral om slimmer om te gaan met je leven. Verder vertelde hij mij dat er 150 scholen zijn die gelukskunde geven en dat er linken liggen naar levensbeschouwing. Verder vertelde hij dat het Trimbos-Instutuut wel wat ontwikkeld heeft en dat dat gedeeltelijk uit het boekje kwam maar dat hij met deze uitwerking niet helemaal gelukkig was.
87
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Gespreksverslag Lucy Spoelstra - 6 februari 2012 Vrouwenhulpverleenster en ontwikkelaar van de gelukskunde training voor vrouwen. Het gesprek ging over de reguliere training gelukskunde die bij Alcander gegeven wordt. Ze vond het leuk om deze training op te zetten en de gemeente vond het ook een leuke en zinvolle training zodat Lucy deze training mocht opzetten. Wel wordt het bij Alcander gepresenteerd als een cursus en ligt de nadruk op psycho-educatie. Voor echt trainen is geen tijd en het is aan de deelnemers zelf wat ze mee willen nemen om er thuis mee te oefenen. Er worden mensen tips en handigheidjes aangereikt het is weer aan de deelnemers zelf welke ze de moeite waard vinden om te gebruiken. Haar groepsleden krijgt ze van de maatschappelijk werkers van Alcander. Het zijn vooral laagopgeleide vrouwen die een laag zelfbeeld en weinig zelfreflectie hebben. Waar ze tijdens de training tegenaan loopt is dat deze vrouwen het moeilijk vinden de opdrachten te begrijpen en dat het veel tijd kost om deze opdrachten aan ze uit te leggen. Ze vraagt zich soms ook af of de vrouwen meerwaarde hebben aan deze training of dat ze mogelijk beter een andere training zouden kunnen volgen. Verder merkt ze dat 1x in de week erg weinig is, de volgende training wil ze de bijeenkomst graag twee keer per week geven. Verder gaat ze dan ook adverteren voor mensen buiten Alcander. Ze hoopt dat er dan wat meer hoog opgeleide vrouwen in de groep komen waardoor het meer gelukskunde wordt. We bespreken ook dat je voor gelukskunde beter niet in de problemen kan zitten maar dat het juist voor iedereen goed is. Ze vindt het belangrijk om het in de training gelukskunde te hebben over relaties. Ze merkt vooral in deze vrouwengroep dat het veel draait om partnerrelaties. Ze wil deze vrouwen laten inzien dat ook andere relaties belangrijk zijn. Verder vindt ze het belangrijk om het over assertiviteit te hebben en communicatie regels. De opzet van de training wordt aangehouden, maar ze merkt wel dat er nog aardig wat bij te schaven is. Dit vooral omdat het de eerste keer is dat deze training wordt gegeven. Het belangrijkste is dat het niet alleen de theorie geven is maar ook dat er over de verschillende onderwerpen in gesprek gegaan wordt. Ze wil volgende keer ook dat de vrouwen hun kwaliteiten vragen aan vrienden en familie zodat ze niet alles zelf hoeven te verzinnen en wat positieve feedback van mensen uit hun omgeving krijgen. Hoe de training er inhoudelijk uitziet is terug te vinden in het draaiboek. Ze vindt dat het accent bij gelukskunde en je beter in je vel te gaan voelen ligt bij dingen doen en overleggen.
88
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Gespreksverslag Mira Lymandt – 8 februari 2012 Mira is werkzaam bij Re-Set leefstijl verbetering wat onderdeel uitmaakt van Mondriaan verslavingszorg. Zij is internet behandelaar en geeft daarnaast les aan Hogeschool Zuyd. Re-set houdt zich bezig met alcohol-, cannabis- en medicijn-verslaving. Er worden drie soorten behandelingen aangeboden de face-to-face behandeling, de hybride behandeling (zowel face-to-face als online behandeling) en de online behandeling. Voordelen van de online behandeling vindt Mira dat cliënten online veel bewuster zijn en alle informatie staat meteen zwart op wit. Het voordeel is dat afspraken dan ook meteen zwart op wit staan en dat alles nog een keer na te lezen is. Ze merkt dat hulpvragers in een eerder stadium bij internethulpverlening terecht komen en dat het mede daardoor een andere doelgroep is dan in de reguliere hulpverlening. Bij Re-Set wordt er gewerkt vanuit een behandel omgeving. De hulpverlening is niet anoniem ook omdat de behandeling betaald wordt via de zorgverzekering. Voor de hulpverlener zijn alle gegevens van de cliënt zichtbaar. De cliënt kan ook een foto van zichzelf toevoegen en ziet ook een foto van de hulpverlener. De communicatie verloopt asynchroon, dit betekent dat de cliënt kan reageren wanneer hij wil. Alle cliënten weten wanneer Mira aanwezig is en wanneer ze dus een reactie kunnen verwachten op berichten of opdrachten. Cliënten vullen eerst al hun gegevens in, deze worden door de hulpverlener gecheckt. Hierna kunnen cliënten inloggen met een gebruikersnaam en wachtwoord en komen ze in de intake fase terecht. In deze fase zijn er 3 tot 4 contactmomenten waarop cliënten vragen krijgen die ze moeten beantwoorden. De hulpverlener kan op deze vragen dan weer verder doorvragen. Verder krijgt de cliënt in deze fase informatie over de behandeling en de website. Na deze intake fase wordt de casus in het team en met een psycholoog besproken. Er wordt dan gekeken of cliënten wel op de juiste plaats zijn bij online hulpverlening of dat ze misschien toch meer baat hebben bij face-to-face contacten. Als cliënten met de online behandeling gebaat zijn start de hulpverlening. De behandeling is onderverdeeld in verschillende modules. Per cliënt wordt er gekeken welke modules er moeten worden ingezet. Alle modules zijn volgens een vaststaande structuur opgebouwd. De modules beginnen met een stuk psycho-educatie, hier wordt aan de cliënt vooral veel informatie gegeven die hij zelfstandig kan lezen en er doorheen kan klikken. Daarna wordt er een voorbeeld gegeven van de oefeningen en hierna kunnen ze de uiteindelijke opdrachten gaan doen. De hulpverlener krijgt automatisch een seintje als de cliënt de opdracht gemaakt heeft. De hulpverlener bekijkt de opdracht die de cliënt gemaakt heeft. Daarna zal de hulpverlener de cliënt feedback geven, zij zal reageren op de opdracht, de cliënt bevestigen , samenvatten en doorvragen voor verduidelijking. Nadat de cliënt feedback gegeven heeft kan de cliënt verder in het proces. Hierna gaat een cliënt verder met een volgende module, krijgt hierover weer psychoeducatie, een voorbeeld oefening, een oefening en daarna weer feedback. De behandelaar kan tijdens het proces besluiten nieuwe modules toe te voegen of modules die niet voor de cliënt geschikt zijn uit de behandeling te halen. Zo wordt de behandeling voor de cliënt op maat gemaakt. Aan het eind van de behandeling vindt er een evaluatie van de hulpverlening plaats. Naast de online behandeling kan er ook tussentijds gemaild worden met de behandelaar. Verder kan en moet er af en toe een dagboek bijgehouden worden. Bij Re-set kunnen mensen via dit dagboek aangeven hoeveel glazen ze gedronken hebben en hoeveel trek ze hadden. De hulpverlener kan zo in de gaten houden of mensen opeens meer trek in bijvoorbeeld alcohol gehad hebben en kan dan contact opnemen met de cliënt. De 89
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 hulpvrager kan ook vragen stellen over de situatie die hij in het dagboek van de persoon kan bekijken. Een behandeltraject duurt ongeveer 4 maanden. Er is twee of één keer in de week contact met de hulpverlener. “Alcohol de baas”, het programma dat eerder gebruikt werd had ook een forum. Hier konden cliënten op elkaar reageren en elkaar steunen. Verder wordt internet hulpverlening vaker gecombineerd met hulp via bellen, het gebeurt steeds vaker dat cliënten bellen of dat de behandelaar de cliënt even opbelt. Samenwerken met andere instanties gaat ook steeds beter. Huisartsen verwijzen vaker door naar de internethulpverlening. Het grote voordeel is namelijk dat er geen wachtlijst is. Na toestemming van de cliënt kan er ook contact opgenomen worden met andere behandelaars zodat een cliënt niet meermalen hetzelfde verhaal hoeft te vertellen.
90
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Gespreksverslag Lucy Spoelstra - 13 april 2012 Vrouwenhulpverleenster en ontwikkelaar van de gelukskunde training voor vrouwen. We hebben een gesprek gehad over de uitgeschreven opdrachten van de Klikvoorgeluk training. Ik heb mijn opdrachten laten zien en Lucy heeft feedback op deze opdrachten gegeven. Verder heeft zij mij ook haar aangepaste cursus gelukskunde laten lezen. Ik heb hier nog wat ideeën uitgehaald om mijn opdrachten aan te scherpen. De tweede groep die ze nu begeleid heeft meer reflecterend vermogen en het huiswerk werkt beter en kan nu de volgende bijeenkomst ook echt besproken worden. Wel blijft het zo dat over elk onderwerp in de cursus een eigen onderdeel gegeven zou kunnen worden. Deelnemers zullen zelf keuzes moeten maken waar ze wat aan hebben en waar niet. Enkele punten die hieruit gekomen zijn: In de module relaties is het belangrijk om een opdracht over feedback geven en ontvangen op te nemen. Lucy vindt dit erg belangrijk bij relaties aangaan en effectief communiceren. Zelf vond Lucy het doelen stellen niet zo van belang omdat haar deelnemers meestal op leeftijd zijn en niet zozeer nog doelen in hun leven hadden. Bij jongeren vond ze dit echter wel belangrijk of begrijpelijk dat er een opdracht over bij zit. Nu staat er een opdracht in de training dat de deelnemers zelf goede eigenschappen moeten opschrijven. De opdracht zou aangescherpt kunnen worden door aan mensen in de omgeving te vragen wat zij sterke punten van de deelnemer vinden. Verder had Lucy nog een opdracht in haar cursus gezet over sociale netwerken deze was gebaseerd op een afstudeeronderzoek van hogeschool Zuyd. Dit afstudeeronderzoek had beschreven waar een sociaal netwerk voor zou moeten dienen. Ik vind het erg belangrijk dat jongeren hier ook over gaan nadenken en wil dus een opdracht hieraan gaan aanpassen of deze toevoegen. Verder is het goed om bij de ontspanningsoefening echt met een geluidsfragment te werken. Mensen zouden dan ook achter de pc kunnen gaan zitten met hun ogen dicht en de stem die de opdracht verteld volgen. Het is ook belangrijk dat deelnemers niet overvraagd worden. Zo is er een module waar deelnemers voor twee opdrachten een dagboek bij moeten houden. Dit kost ze waarschijnlijk teveel tijd waardoor ze zullen gaan afhaken. Verder hebben we tijdens het gesprek nog andere informatie met elkaar uitgewisseld waarmee we weer verder aan de slag kunnen om dingen aan te scherpen.
91
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Gespreksverslag Tjeu Seeverens - 26 april 2012 Ontwikkelaar van de lessen gelukskunde van het Charlemange college. Tjeu geeft aan open te staan voor kennisdelen. Hij vindt het dan ook goed dat het idee van gelukskunde gebruikt wordt. Wel moet er ergens op de site en bij publiciteit aangegeven worden dat het oorspronkelijke idee gelukskunde van het Charlemagne college komt. Als het uiteindelijke eindresultaat er is dan wil Tjeu dit graag eerst zien om kwaliteit te kunnen waarborgen. Mocht er in de toekomst een gelukskunde app komen dan wil hij deze graag ook kunnen aanbieden op zijn kenniscentrum net als de filmpjes die gemaakt of uitgezocht worden bij de verschillende hoofdstukken/modules van gelukskunde. Ik geef hem aan dat er in september een CMD student begint met de vormgeving van Klikvoorgeluk. Hij geeft aan dat deze stage mogelijk gecombineerd kan worden met de talenten academie. Hij geeft verder aan waar deze talenten academie mee bezig is. Hij geeft aan dat daar mogelijk ook dingen bij zitten waar Klikvoorhulp wat mee kan. Bij de talenten academie zijn ze bezig om jongeren met problemen te koppelen aan jongeren zonder problemen die als een soort maatje deze jongeren op weg kunnen helpen. Ze willen dit graag doen door een soort internet radio. Ik geef aan dat ik deze ontwikkelingen bij Klikvoorhulp zal neerleggen. Ik vertel hem tevens hoe ik de gelukskunde training / Klikvoorgeluk voor me zie en de mogelijkheden die de site moet bieden. Ik vertel dat ik de theorie graag via een filmfragment wil aanbieden omdat jongeren niet snel geboeid raken van stukken tekst. Hij geeft aan dat je ook een soort van webinair zou kunnen aanbieden waarbij er directe interactie is en dat deelnemers de hulpverlener ook kunnen zien. Zo zou je de theorie heel interactief kunnen brengen. Ik vraag of dit ook anoniem kan omdat één van de grote krachten van Klikvoorhulp de anonimiteit is. Tjeu geeft aan dat dit het geval is. Hij denkt dat door deze manier jongeren sneller geboeid zullen raken door een webinair op bepaalde tijden aan te bieden. Als je jongeren teveel van hetzelfde laat doet en aanbied bestaat de kans dat ze afhaken. Verder geeft hij aan dat er sites zijn met spreuken over geluk en dat vooral meisjes dat waarschijnlijk erg zal aanspreken. Ik geef aan dat ik inderdaad de online gelukskoekjes ken en dat het leuk zou zijn deze ook te integreren. Ook de site lifehacking.nl wordt door Tjeu genoemd op deze site staan boeken die gratis te downloaden zijn. Hierin staan ook tips die erg handig kunnen zijn voor jongeren. Ik geef aan dat er erg veel bruikbare tips zijn maar dat het belangrijk is dat jongeren hier de weg naar kunnen vinden. Als laatste geeft Tjeu aan dat er QS bestaat dit is een soort van bandje wat dingen kan registreren wat iemand doet. Het kan bijvoorbeeld registreren hoelang iemand slaapt en hoeveel stappen iemand zet. Hij geeft aan dat dit voor Klikvoorhulp in de toekomst ook een mooie toevoeging kan zijn omdat er dan iets geregistreerd wordt waar een hulpverlener de deelnemer dan feedback over kan geven.
92
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Uitwerkingen interviews Charlemagne college Landgraaf – 17 april 2012 Hieronder staan de uitwerkingen die de leerlingen van het Charlemagne college in Landgraaf gegeven hebben. Voor het interview zijn leerlingen van de klas BK1A geïnterviewd. Dit is een VMBO kader klas, vanwege de tijd van de leerlingen is het uiteindelijk een groepsinterview geworden. Deze leerlingen hebben zelf gelukskunde lessen. Er zijn vijf respondenten geïnterviewd. De geslacht en leeftijdsgegevens van de respondenten vind je onderstaande tabellen. Geslacht Man Vrouw
Aantal 3 2
Leeftijd 12 jaar 13 jaar
Aantal 3 2
Vraag 1: Hoe gelukkig sta je op dit moment in het leven en kun je daar een cijfer aangeven? In onderstaande tabel zie je wat voor antwoord er op deze vraag gegeven is. Gelukskunde cijfer 10 9 8 7 6
Aantal 2 2 1
Als onderbouwing voor deze cijfers wordt gegeven dat er veel problemen zijn geweest maar ook op dit moment nog spelen. Ik geef bij de vraag aan dat het gaat over een algemeen cijfer maar merk dat het lastig is als je op dit moment niet zo lekker in je vel zit. Vraag 2: Wat zijn situaties in je leven geweest waar je het moeilijk mee had? Op deze vraag zijn de volgende antwoorden gegeven. Mijn ouders liggen in scheiding Mijn ouders zijn zes weken geleden gescheiden Mijn ouders zijn al een aantal jaar geleden gescheiden Mijn opa is vermist, hij was aan het varen bij Sicilië maar alleen zijn boot is teruggevonden. Waarschijnlijk is hij verdronken. Mijn Cavia is drie jaar geleden overleden daar heb ik het ook erg moeilijk mee gehad. Mijn opa is drie keer bijna dood geweest. Hij heeft een ongeluk gehad met een helikopter en zijn voet is aan het afsterven geweest. Ik ben gepest op de basisschool omdat ik kleiner was. Ik ben gepest op de basisschool omdat ik flinker was. Vraag 3: Wat heb je gedaan om je weer gelukkig te voelen na deze momenten? Ik heb gehuild om mijn cavia en mijn vader heeft een nieuwe cavia gekocht. Mijn vader heeft met de directeur gepraat daarna hield het pesten op. Ik ben op voetbal gegaan daardoor is het pesten minder geworden. Ik heb gehuild en met mijn moeder een film gekeken. Mijn ouders zijn al heel lang geleden gescheiden waardoor ik er geen last meer van heb. 93
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Ik heb mijn vader nooit echt gemogen, hij zit achter de pc poker te spelen. Ik mag mijn vader niet en hij begint af en toe tegen me te vloeken of te slaan. Ik ga dan naar mijn opa en oma om erover te praten zij mogen mijn vader ook niet. Als ik ruzie heb dan ga ik naar mijn oma om erover te praten. Ik houd van tekenen als ik thuis tekenen lijd dat af. Mijn vriendinnen en vrienden lijden af. Vraag 4: Wat vind je leuk aan de lessen gelukskunde? Ik vind het leuk dat je alleen hoeft te tekenen en geen proefwerken hebt (5x) Je hebt altijd een 10 op je rapport Je mag tijdens de les op je mobieltje kijken (5x) Vraag 5: Wat vind je het minst leuk aan de lessen? De filmpjes tijdens de gelukskunde lessen zijn vaak saai en slaapverwekkend. Als je klaar bent met je tekening moet je een leerboek pakken. Elke les tekenen is niet leuk (5x) We zouden liever gewoon vrij hebben ook tijdens de paasviering (5x) We hebben het gelukskunde boekje alleen de eerste les ingekeken. Vraag 6: Ben je bekend met hulpverlening en online hulpverlening? We hebben wel van de kindertelefoon gehoord. We bellen deze wel eens voor de grap en vertellen dan een heel erg probleem en zeggen daarna doei en hangen op. We hebben wel een vertrouwenspersoon op school. We zijn niet bekend met schoolmaatschappelijk werk. We zijn niet bekend met online hulpverlening. Vraag 7: Wat verwacht je van de online training gelukskunde? Dat je gelukkig wordt van die lessen Dat het over internet gaat Dat het over social media gaat. Vraag 8: Welke manier van informatie overbrengen spreekt je het meest aan? Niet zelf een stuk tekst lezen Een filmpje is leuker dan tekst Ik wil geen suf filmpje waarbij iemand iets zit te vertellen. Een voorbeeld is het filmpje wat we zelf hebben gemaakt op leraar24.nl Vraag 9: Wat maakt dat je wel of niet deel zou nemen aan deze online gelukskunde training? Ik zou er gebruik van maken als ik echt in de problemen zit. Ik zou er nooit aan deelnemen. Ik vreet het op en zou nooit hulpverlening willen.
94
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Uitwerkingen interviews Trevianum Scholengemeenschap Sittard – 14 mei 2012 Hieronder zijn de uitwerkingen te lezen van de interviews die bij het Trevianum gehouden zijn. Deze interviews zijn gehouden met vijf respondenten van klas B1A, dit is een HAVO/VWO brugklas. De geslacht en leeftijdsgegevens van de respondenten vind je onderstaande tabellen. Vanwege de beschikbare tijd van de leerlingen is hier ook gekozen voor groepsinterviews. Deze leerlingen krijgen niet het vak gelukskunde hier is bij het stellen van de vragen rekening gehouden. Geslacht Man Vrouw
Aantal 2 3
Leeftijd 12 jaar 13 jaar
Aantal 2 3
Vraag 1: Hoe gelukkig sta je op dit moment in het leven en kun je daar een cijfer aangeven? In onderstaande tabel zijn de antwoorden van de respondenten weergegeven. Geluksgevoel cijfer 9 8,5 8 7,5 7 6,5 6 5,7
Aantal 1 2 1 1
Opmerkingen: 5,7 Ik kan er niks aan doen ik heb gewoon niet zo’n fijne jeugd gehad. Mijn moeder borstkanker heeft gehad, mijn ouders zijn gescheiden dus dat was niet zo leuk. Maar op het moment is het wel wat meer gezakt. 8 mijn leven is gewoon altijd erg leuk ik ben nooit gepest ofzo, maar er zullen altijd wel dingen zijn die minder leuk zijn. 8,5 ja gewoon omdat ik nooit gepest bent ofzo en ik heb het ook altijd leuk op school gehad, en ja niet dat school leuk is maar wel gewoon met de kinderen die in de klas zitten. Maar ook buiten school om heb ik het leuk gehad. 6,5 Ik heb op drie bassischolen gezeten en ja op alle drie scholen ben ik gepest. De laatste was de leukste. Maar één school ging fuseren en toen ging ik mee met die school en dat vond ik helemaal geen leuke school. Daar werd ik helemaal gepest enzo en ja ik ben best wel veel gepest. Vraag 2: Wat zijn situaties in je leven geweest waar je het moeilijk mee had? Op deze vraag zijn de volgende antwoorden gegeven. Ja er zijn altijd wel momenten dat het iets minder leuk is. Ik kan daar niet zo gauw een voorbeeld van geven. Als je een heel slecht cijfer gehaald hebt. Mijn opa heeft een hartoperatie gehad een paar weken geleden toen is het helemaal misgegaan. Toen is hij door het oog van de naald gekropen. Mijn overgroot oma die stierf en ja ik was heel vaak daar. Mijn opa, overgroot opa en overgroot oma die zijn overleden. Mijn moeder heeft borstkanker gehad en mijn ouders zijn gescheiden. Ik had op de bassischool ook geen leuke klas. Ik ben gepest op de bassischool en heb op meerdere bassischolen gezeten. 95
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Vraag 3: Wat heb je gedaan om je weer gelukkig te voelen na deze momenten? Ik probeer aan leuke dingen te denken en te denken van ja het is gewoon zo je kan er ook niet echt veel tegen doen zeg maar. Ik ga meestal ergens naartoe bijvoorbeeld naar familie Ik heb steun bij vrienden gezocht Als er iets was heb ik het altijd tegen mijn moeder gezegd. Dat lucht wel op dan ben je het verhaal kwijt. Vraag 4: Ben je bekend met hulpverlening en online hulpverlening? Als je gepest wordt zijn er veel van die sites op internet waar je vragen kan stellen enzo. Waar je met mensen kan praten zoals de Kindertelefoon enzo. Ik dacht eerder aan tips die op internet stonden waarmee je je dan beter kunt voelen. Nee wij hadden niet echt dingen op als je gepest werd. Bij ons op school is er ooit een klein soort vierkantje uitgedeeld. Bij ons hing altijd een poster van wat het nummer was van de kindertelefoon. Er stond ook bij wie van de meesters en juffen je terecht kon. Wij hadden één keer in het half jaar een mevrouw die wat kwam vertellen over pesten. Maar niet over problemen die je thuis hebt. Er stond dan het nummer van de kindertelefoon maar geen sites waar je terecht kon. Ik had het niet nodig en het hoeft van mij ook niet zo. Maar voor sommige kinderen in mijn klas die wel gepest en voor hen was het misschien wel handig. Het had wel meer over de thuissituatie ook mogen gaan. Bij ons kwam ieder jaar iemand ik heb er niet zoveel aan gehad ik heb het altijd tegen mijn moeder gezegd en voor de rest tegen niemand. Wij hebben een cursus gehad omdat we een hele gemene klas hadden we hebben één kind naar een andere klas gepest zo erg was het zelfs. We hebben toen cursussen gehad en daar moesten we zelfverdediging en allemaal van dat soort dingen doen. De jongens en meisjes en dat was wel fijn om de klas beter te laten communiceren en al maar niet dat het geholpen heeft want onze klas heeft nog altijd problemen gehad. Dat was op de basisschool. Vraag 7: Waar denk je aan bij gelukskunde en een online training gelukskunde? Gelukskoekjes, klavertjes vier, eenhoorns, in een veld klavertjes vier zoeken, niet echt aan een vak op school ofzo. Ik zou graag in de training willen leren hoe je kunt praten over je problemen thuis Als je geen problemen hebt, heb je gelukskunde niet nodig. Ik kan me eigenlijk niks voorstellen van zo’n training. Ik verwacht dat je tips krijgt om je gelukkiger te voelen. Opmerking: Er is nog een hoop informatie nodig om de kinderen echt deel te laten nemen zodat ze weten wat de training inhoud. Vraag 8: Welke manier van informatie overbrengen spreekt je het meest aan? Geen tekst maar filmpjes met praten Ik wil praktijk erbij bijvoorbeeld een rollenspel Ik kan me het wel voorstellen op een site Ik kan het met niet voorstellen op een site Observaties: Spreuken gelukskoekjes doen het goed. Er wordt lacherig over problemen gedaan. Iedereen is eigenlijk wel bekend met misbruik van de kindertelefoon.
96
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Bijlage 10: Stage opdracht CMD student Klikvoorgeluk is een online training die jongeren vaardigheden en tips probeert aan te leren om gelukkiger in het leven te staan. Na de training hebben ze tips gekregen om makkelijker om te kunnen gaan met moeilijke momenten in hun leven. Klikvoorgeluk maakt onderdeel uit van Klikvoorhulp dit is een site waar op dit moment al chat en email hulpverlening aan cliënten wordt aangeboden. Jouw taak is de online training vorm te gaan geven. Verwachtingen: Je zorgt dat de Klikvoorgeluk training in de Klikvoorhulp formule past. Je zorgt ervoor dat deelnemers de 6 modules kunnen doorlopen o De psycho-educatie (theorie) krijgen in een aantrekkelijke vorm. Tekst met afbeeldingen Mogelijk zelf (animatie) filmfragmenten maken over deze theorie o De opdracht wordt uitgelegd o Deelnemers kunnen de opdracht invullen of maken. Deze opdrachten zien er allemaal anders uit en er wordt vooral gebruik gemaakt van tekstvakken waar deelnemers hun antwoorden in moeten kunnen geven. De opdrachten moeten ingevuld bij de hulpverlener terecht kunnen komen. o De hulpverlener moet feedback op de gemaakte opdracht kunnen geven. In het hoofdmenu moeten naast de modules nog 4 knoppen aanwezig zijn. Er moet een knop zijn voor de: FAQ, het dagboek, het forum en de mail. Het is de bedoeling dat het forum, de FAQ en het dagboek nog technisch worden vormgegeven.
97
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012
Bijlage 11: Screenshots Klikvoorgeluk In deze bijlage zijn drie screenshots opgenomen van Klikvoorgeluk. In het eerste screenshot is te zien hoe de hoofdpagina van Klikvoorhulp eruit ziet als er ook een trainingsaanbod wordt aangeboden. In de tweede screenshot zie je de voorpagina van Klikvoorgeluk, hier krijgt de deelnemer informatie en kan hij besluiten mee te doen met de training. Het derde screenshot is hoe de hoofdpagina van Klikvoorgeluk eruit ziet. Screenschot 1 In figuur 11.1 is de hoofdpagina van Klikvoorhulp weergegeven. Op deze hoofdpagina heeft men de mogelijkheid een trainingen te gaan volgen.
Figuur 11.1 Hoofdscherm van Klikvoorhulp
98
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Screenshot 2 Als de deelnemer gekozen heeft om aan een training te willen deelnemen, komt hij op deze pagina terecht (figuur 11.2). Als er meer trainingen aangeboden worden komt er nog een pagina tussen waar een keuze gemaakt moet worden aan welke training je wil deelnemen. De deelnemer ziet hier informatie en kan zich aanmelden of inloggen. Verder staat er weergegeven wat andere gebruikers aan de training gehad hebben.
Figuur 11.2 Aanmeldpagina Klikvoorgeluk
99
Afstudeerproject Klikvoorgeluk 2011-2012 Screenshot 3 Dit is de hoofdpagina van Klikvoorgeluk (figuur 11.3). De deelnemer heeft hier alle mogelijkheden die in het afstudeerproject beschreven zijn. Bovenin kan de deelnemer zijn dagboek bijhouden, mailen, het forum bezoeken of de veelgestelde vragen bekijken. Onderin ziet de deelnemer met welke module hij bezig is.
Figuur 11.3: Dashboard pagina van Klikvoorgeluk
100