Steenwijkerland Veerkrachtig en Vitaal! Lokale gezondheidsagenda 2014-2018 Gemeente Steenwijkerland
2
Inhoudsopgave Inhoudsopgave................................................................................................................................................ 3 1. Inleiding ....................................................................................................................................................... 4 1.1 Doel van deze agenda .......................................................................................................................... 4 1.2 Leeswijzer .............................................................................................................................................. 4 2. Wettelijke kaders en ontwikkelingen lokaal preventief gezondheidsbeleid ...................................... 5 2.1 Publieke gezondheidszorg volgens de Wet publieke gezondheid ................................................ 5 2.2 Rol van de gemeente............................................................................................................................. 5 2.3 Primaire (wettelijke) verantwoordelijkheid gemeenten .................................................................. 5 2.4 Gemeentelijke gezondheidsdienst (GGD) ......................................................................................... 5 2.5 Landelijke nota ...................................................................................................................................... 6 2.6 Decentralisaties ..................................................................................................................................... 6 3. Voorgaand beleid........................................................................................................................................ 7 3.1 Preventienota regio IJssel-Vecht 2008-2012 ‘Samenwerken aan gezond leven’ ................................. 7 3.2. Lokale vertaling regionale speerpunten ........................................................................................... 7 4. De gezondheidssituatie in Steenwijkerland ............................................................................................ 9 4.1 Bevolkingsontwikkeling ...................................................................................................................... 9 4.2 Cijfers uit gezondheidsatlas van GGD IJsselland............................................................................. 9 4.3 Conclusie.............................................................................................................................................. 11 5. Missie en visie lokale preventieve gezondheidszorg Steenwijkerland ............................................. 12 5.1 Missie.................................................................................................................................................... 12 5.2 Visie ...................................................................................................................................................... 12 6. Wat doen we regionaal?........................................................................................................................... 13 6.1 Inzage in de gezondheidssituatie ..................................................................................................... 13 6.2 Infectieziektebestrijding ..................................................................................................................... 13 6.3 Toezicht op de kinderopvang............................................................................................................ 13 6.4 Jeugdgezondheidszorg....................................................................................................................... 13 6.5 Ouderengezondheidszorg ................................................................................................................. 14 6.6 Forensische geneeskunde .................................................................................................................. 14 6.7 Team VIA/Bemoeizorg....................................................................................................................... 14 7. Wat doen we lokaal?................................................................................................................................. 15 7.1 Breedtesportagenda 2014-2018.......................................................................................................... 15 7.3 Preventieve openbare geestelijke gezondheidszorg ...................................................................... 16 7.4 Verzilveren van de eigen kracht ....................................................................................................... 16 7.5 Opstellen strategische zorgagenda met eerstelijns zorgaanbieders in Steenwijkerland........... 16 7.6 (Door)ontwikkeling CJG .................................................................................................................... 17 7.7 Zo lang mogelijk thuis en zo thuis als mogelijk.............................................................................. 17 8. Financiën .................................................................................................................................................... 18 Bijlage 1: reactie WMO raad .................................................................................................................... 20 Bijlage 2: tabellen GGD monitoren ......................................................................................................... 21
3
1. Inleiding Het bevorderen van de gezondheid van de inwoners van de Gemeente Steenwijkerland is een van de speerpunten in het huidige collegeprogramma 2010-2014. De nota lokaal gezondheidsbeleid ‘Samenwerken aan gezond leven 2008-2012 is recent afgelopen. Sinds de totstandkoming van deze nota zijn de wettelijke kaders gewijzigd. Inmiddels is de Wet publieke gezondheid (Wpg) van kracht. In de Wpg is de verplichting opgenomen dat de gemeenteraad binnen twee jaar na vaststelling van de landelijke nota gezondheidsbeleid, een gemeentelijke gezondheidsagenda vaststelt. Hierin geeft de gemeenteraad aan hoe het college van burgemeester en wethouders uitvoering moet geven aan de wettelijke taken. De landelijke nota gezondheidsbeleid ‘Gezondheid dichtbij’ is in mei 2011 vastgesteld. Dit betekent dat gemeenten in principe tot mei 2013 de tijd hebben om een nieuwe gemeentelijke agenda vast te stellen, echter gelet op de wetswijzigingen en de veranderingen in de monitorings systematiek van de GGD hebben gemeenten de ruimte gekregen om meer tijd te nemen om de lokale agenda’s op te stellen. 1.1 Doel van deze agenda Met het opstellen van deze agenda, voldoet de gemeente Steenwijkerland aan de wettelijke verplichting om lokaal gezondheidsbeleid op te stellen. Deze nota zal geen eigen uitvoeringsprogramma kennen en beschrijft alleen het wettelijke takenpakket. Ambities rondom bewegen, sport en jeugd zijn in eigen beleidsnota’s opgenomen, evenals de uitvoeringsprogramma’s met bijbehorende resultaten en inzet. De samenhang tussen deze ambities en het gezondheidsbeleid wordt nauwkeurig bewaakt. 1.2 Leeswijzer In hoofdstuk twee worden eerst de wettelijke kaders geschetst en gaan we in op ontwikkelingen die invloed hebben op de publieke gezondheid. In hoofdstuk drie gaan we kort in op de vorige nota lokaal gezondheidsbeleid, waarna we in hoofdstuk vier de gezondheidssituatie in Steenwijkerland schetsen. Hoofdstuk vijf omvat de visie en missie van ons beleid. In hoofdstuk zes en zeven volgens respectievelijk de regionale inzet en lokale inzet. We sluiten af met hoofdstuk zeven waarin we de financiën toelichten. Het advies van de Wmo raad is als bijlage één opgenomen en in bijlage twee treft u de gebruikte tabellen.
4
2. Wettelijke kaders en ontwikkelingen lokaal preventief gezondheidsbeleid In dit hoofdstuk bespreken we de wettelijke kaders van lokaal gezondheidsbeleid en de ontwikkelingen die hierop van invloed zijn. Ook komen de verschillen in de rollen tussen gemeente, rijk en GGD aan de orde. 2.1 Publieke gezondheidszorg volgens de Wet publieke gezondheid De publieke gezondheidszorg wordt in de Wpg omschreven als ‘gezondheidsbevorderende maatregelen voor de bevolking of specifieke groepen daaruit, waaronder begrepen het voorkomen en het vroegtijdig opsporen van ziekten'. De Wpg is vooral gericht op het bevorderen van de algemene gezondheid en het voorkomen van ziekten bij risicogroepen, dit wordt universele en selectieve preventie genoemd. Publieke gezondheidszorg is op grond van de Wpg een gezamenlijke verantwoordelijkheid van gemeenten, GGD-en en het rijk. Gemeenten, GGD-en en het rijk vervullen daarin zowel eigen als complementaire taken. De provincie heeft een controlerende taak, vooral gericht op financiële stabiliteit. 2.2 Rol van de gemeente De rol van de gemeente is om preventieve maatregelen te nemen om de gezondheid van haar inwoners te beschermen en te bevorderen. Dit doet de gemeente door zorg te dragen voor het uitvoeren van de wettelijk verplichte taken op het gebied van publieke gezondheid, infectieziektebestrijding en jeugdgezondheidszorg. Daarnaast moeten gemeenten zorg dragen voor intersectorale samenwerking en voor het versterken van preventie in de eerstelijns zorg. 2.3 Primaire (wettelijke) verantwoordelijkheid gemeenten Vanuit de Wpg is de gemeente primair (bestuurlijk) verantwoordelijk voor de volgende taken: - Algemene bevorderingstaken (artikel 2) de afstemming van de publieke gezondheidszorg met de curatieve gezondheidszorg; epidemiologie (onderzoek naar de gezondheidssituatie van de regio en gemeenten); geneeskundige hulpverlening bij ongevallen (GHOR); medische milieukundige zorg; technische hygiënezorg; psychosociale hulp bij ongevallen (PSHOR); - Jeugdgezondheidszorg tot 19 jaar (artikel 5): ontwikkeling, behoefteraming, preventie, voorlichting en advies: - Ouderengezondheidszorg vanaf 65 jaar (artikel 5a):ontwikkeling, behoefteraming, preventie, voorlichting en advies; - Infectieziektebestrijding (artikel 6).
2.4 Gemeentelijke gezondheidsdienst (GGD) Volgens artikel 14 van de Wpg hebben gemeenten de taak een GGD in stand te houden voor de uitvoering van taken op het gebied van de publieke gezondheidszorg. Dat wil overigens niet zeggen dat alleen de GGD deze taken uitvoert. Gemeenten hebben ook de wettelijke taak om voordat besluiten worden genomen die belangrijke gevolgen kunnen hebben voor de publieke gezondheidszorg, advies te vragen aan de GGD. De gemeente Steenwijkerland maakt deel uit van de GGD IJsselland. Van bovenstaande taken voert GGD IJsselland alle taken uit, behalve de jeugdgezondheidszorg 0-4 jaar. Hier komen we later op terug.
5
2.5 Landelijke nota In mei 2011 is de nieuwe landelijke gezondheidsnota ‘Gezond dichterbij’ verschenen. In deze nota wordt richting gegeven aan het gezondheidsbeleid in Nederland in de komende jaren. Gemeenten zijn wettelijk verplicht om de speerpunten die in de nota benoemd zijn in acht te nemen, afwijken kan alleen na onderbouwing. De drie thema’s in de landelijke nota zijn: 1. Vertrouwen in gezondheidsbescherming Mensen kunnen sommige risicofactoren voor de gezondheid niet of moeilijk zelf beïnvloeden. Heldere wet- en regelgeving en toezicht op de naleving hiervan blijven noodzakelijk. 2.
Zorg en sport dichtbij in de buurt
De gezondheidszorg kan zich nog meer richten op het bevorderen van gezondheid, naast het bestrijden van ongezondheid. Herkenbare en toegankelijke zorgvoorzieningen in de buurt of digitaal bereikbaar (eHealth) kunnen hieraan bijdragen, net als tijdige signalering van gezondheidsrisico’s en toepassing van effectieve interventies en innovatieve behandelwijzen. Zorg en preventie moeten meer worden afgestemd. Het kabinet wil dat iedereen veilig kan sporten, bewegen en spelen in de buurt. Hiervoor zijn voldoende en laagdrempelige voorzieningen nodig. 3.
Zelf beslissen over leefstijl
Als het om leefstijl gaat, schrijft de overheid mensen zo min mogelijk voor wat ze wel of niet mogen. Mensen maken zelf keuzes. Die keuzes worden gemaakt in een omgeving waarin de gezonde keuze makkelijk is. Aan die omgeving dragen diverse maatschappelijke sectoren bij. In de nota ‘Gezond dichterbij’ continueert het Rijk haar speerpunten van de vorige nota ‘Kiezen voor gezond leven’ uit 2006. Dat zijn voorkomen van: depressie, diabetes, overgewicht, roken en schadelijk alcoholgebruik. Het kabinet houdt bovengenoemde speerpunten vast, maar legt daarbij het accent op bewegen. Bewegen is goed voor de lichamelijke en geestelijke gezondheid en is verbonden met de andere speerpunten. 2.6 Decentralisaties Door de transities van AWBZ, Jeugdzorg en de komst van de Participatiewet, komt er ook een nieuwe maatschappelijke opgave naar gemeenten toe. Door de Kanteling van de Wmo worden burgers meer zelf verantwoordelijk gesteld en moet de eigen kracht van burgers aangeboord en benut worden. Dat vraagt om een verschuiving in denken van ‘ziekte en zorg’ naar ‘gezondheid en gedrag’ vanuit menselijke en maatschappelijke mogelijkheden. Dat vraagt om een brede visie op gezondheid en preventie binnen het gemeentelijk sociaal beleid. Met gezondheid niet alleen als doel, maar ook als middel (tot maatschappelijke participatie, arbeidsparticipatie). Deze brede visie zal opgesteld worden onder de papaplu van de decentralisaties. Wet maatschappelijke ondersteuning Er is een duidelijke relatie tussen de taken uit de Wet publieke gezondheid (Wpg) met vrijwel alle prestatievelden in de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). De Wmo heeft als doel het compenseren van beperkingen die volwaardige sociale en maatschappelijke participatie in de weg staan. Preventiebeleid kan voorkomen of uitstellen dat mensen ziek worden. Dat bespaart kosten op het vlak van de Wmo en bevordert maatschappelijke participatie.
6
3. Voorgaand beleid In de jaren 2001-2002 presenteerden de meeste gemeenten in de regio IJssel-Vecht hun eerste nota Lokaal Gezondheidsbeleid. Uitgaande van de vierjaarlijkse cyclus waren gemeenten vanuit de Wet Collectieve Preventie Volksgezondheid (WCPV) verplicht om voor juli 2007 een nieuwe lokale nota gezondheidsbeleid vast te stellen. 3.1 Preventienota regio IJssel-Vecht 2008-2012 ‘Samenwerken aan gezond leven’ Vanuit die verplichting van de WCPV is op regionaal niveau besloten opdracht te geven aan de GGD om een regionale nota preventiebeleid volksgezondheid te ontwikkelen. Een projectgroep bestaande aan ambtenaren publieke gezondheid uit de regio hebben samen met adviseurs van GGD IJssel Vecht “Samenwerken aan gezond leven” ontwikkeld. De nota gaat over de WCPV taken en de door het rijk aangegeven speerpunten. De nota vormde een gezamenlijk startpunt en kon als richting worden gebruikt voor het te formuleren lokale beleid. Het college en de raad hebben in 2007 besloten om de regionale nota als lokale nota vast te laten stellen. Speerpunten ‘Samenwerken aan gezond leven’ Onderzoek in de regio IJssel- Vecht liet een aantal zorgwekkende trends zien. Zo werd er een toename gesignaleerd in het aantal SOA’s en beschikten weinig scholen over een gezond binnenmilieu. Het alcoholgebruik onder jongeren was zorgwekkend hoog en het aantal mensen met overgewicht nam toe. Binnen de jeugdgezondheidszorg vonden belangrijke ontwikkelingen plaats op het gebied van vroegsignalering en opvoedingsondersteuning. Voor de formulering van de regionale prioriteiten zijn zowel de gegevens uit regionaal onderzoek als de prioriteiten uit de rijksnota richtinggevend geweest. Dit betekende dat de door de regio geformuleerde speerpunten betrekking hebben op alle WCPV-taken en niet alleen op de taak van gemeenten in het kader van gezondheidsbevordering. Dit leidde tot de volgende speerpunten in ‘Samenwerken aan gezond leven’: •
Overgewicht (inclusief diabetes)
•
Alcoholmatiging jeugd en jongeren
•
Roken
•
Infectieziekten (waaronder SOA’s)
•
Jeugdgezondheidszorg
•
Depressiepreventie
•
Medische milieukunde: binnenmilieu scholen
3.2. Lokale vertaling regionale speerpunten Overgewicht Bij het opstellen van de regionale en lokale nota’s was er veel onduidelijkheid over het voorliggende regeerakkoord en overige financiële middelen. In afwachting daarvan is er geen specifieke programma’s ontwikkeld ter voorkomen van diabetes en stimulering van beweging.
7
Alcoholmatiging Alcoholmatiging jeugd werd tot speerpunt van het jeugdbeleid benoemd en hiertoe is een op de lokale situatie toegesneden aanpak ontwikkeld. De resultaten van deze aanpak zijn positief. Hier komen we in het volgende hoofdstuk op terug. Roken Besloten is om niet extra te investeren op het voorkomen van roken en het stoppen met roken omdat het rookbeleid afhankelijk is van het rijksbeleid zoals het rookverbod in de horeca en het opnemen van stoppen met roken cursussen in het basispakket van de Zorgverzekeringswet. Inmiddels is het rookverbod van kracht en zijn (helaas) de vergoedingen voor het stoppen met roken uit het basispakket gehaald. Infectieziekten (Soa preventie en bestrijding) Het voorkomen en bestrijden van soa’s is niet verder geïntensiveerd. De GGD heeft als taak om consulten te houden en opgespoorde soa’s te bestrijden. De lokale afweging om te investeren werd als niet noodzakelijk geacht. Wel is er in het CJG aandacht geweest voor informatie verstrekken rondom dit thema, vooral gericht op jong volwassenen (16-23 jaar). Jeugdgezondheidszorg Op het terrein van jeugdgezondheidszorg is geïnvesteerd in het ontwikkelen van het Centrum Jeugd en Gezin. Kernactiviteiten zijn gericht op: informatie en advies, signalering, toeleiding naar zorg, lichte pedagogische hulp en zorgcoördinatie. Depressiepreventie De aanpak van depressiepreventie heeft eveneens geen lokaal accent binnen het gezondheidsbeleid gekregen. Het thema depressiepreventie is meegenomen in de beleidsvoorstellen WMO en heeft geleid tot het structureel subsidiëren van collectieve preventieve geestelijke gezondheidszorg. Medische milieukunde; binnenmilieu op scholen Dit onderdeel is in samenwerking met het toenmalige team milieu en gezondheid van de GGD uitgevoerd. Er is een regionaal plan van aanpak gemaakt waarbij op 275 basisscholen in de regio een bewustwordingscampagne is gevoerd. Ambitie was om in 2010 in ieder geval 50% van de scholen een ventilatie advies op maat zouden hebben ontvangen. Deze ambitie is behaald.
8
4. De gezondheidssituatie in Steenwijkerland Onze ambities en speerpunten komen voort uit informatie die de GGD verzamelt in combinatie met gegevens van het Centraal bureau voor Statistiek en het Sociaal cultureel planbureau. Voor de volledigheid zijn de gebruikte tabellen toegevoegd als bijlage 2. 4.1 Bevolkingsontwikkeling De bevolkingsontwikkeling is van invloed op de te verwachten toekomstige zorgvraag. Daar waar de vergrijzing sterk is en uiteindelijk krimp ontstaat zijn de vragen rondom voorzieningen, werkzame bevolking en beschikbare vrijwilligers anders van aard dan in regio’s waar dit niet het geval is. In Overijssel is veel discussie over de verwachte bevolkingsontwikkeling. Waar in sommige gemeenten de bevolkingsomvang nog flink blijft groeien in de komende tientallen jaren, is er in een aantal gemeenten nu al sprake van bevolkingskrimp. Hoewel de geboortecijfers in Overijssel iets hoger zijn dan voor heel Nederland, zal in Overijssel de bevolkingskrimp ongeveer 5 jaar eerder inzetten dan in Nederland als geheel, namelijk rond 2035. Dit gebeurt het eerst in Twente en het laatst in Noord-Overijssel. Dit komt vooral omdat er binnen Nederland meer mensen uit Overijssel verhuizen dan er terugkomen en er minder buitenlandse immigranten naar Overijssel komen dan in Nederland gemiddeld. De natuurlijke aanwas wordt negatief omdat de sterftecijfers omstreeks 2035 de geboortecijfers gaan overtreffen. Ondanks het feit dat de sterftecijfers vanaf 2015 de geboortecijfers overtreffen blijven vanaf 2015 de nieuwgeborenen samen met immigranten voor bevolkingsgroei zorgen. 4.2 Cijfers uit gezondheidsatlas van GGD IJsselland GGD IJsselland doet onderzoek naar de gezondheidssituatie van inwoners uit de regio IJsselland. De cijfers worden via het CBS en de monitoren (ouderenmonitor, volwassenenmonitor en jeugden jongerenmonitor) verzameld. Opgemerkt dient te worden dat de vraagstelling in de monitoren in de loop der jaren wordt aangepast waardoor vergelijkingen tussen eerdere monitoren en de huidige informatie in sommige gevallen niet mogelijk is. Daarbij is bij sommige monitoren het aantal respondenten dermate laag dat het doen van een gevalideerde uitspraak over de Steenwijkerlandse stand van zaken niet gerechtvaardigd is. In die gevallen worden de regionale cijfers gehanteerd. Psychische gezondheid Het gaat goed met de psychische gezondheid van onze jongeren. Wel zien we dat meisjes (tussen 12 en 23 jaar) een lagere psychische gezondheid ervaren dan jongens. Ook zien we dat het aantal jongeren dat aan suïcide denkt is gestegen ten opzichte van 2007, ook vergeleken met de regio springt de gemeente Steenwijkerland eruit. De grootste stijging is bij jongeren tussen 16 en 23 jaar. De psychische gezondheid van volwassenen en ouderen wordt gemeten aan de hand van verschillende indicatoren: eenzaamheid, psychische en emotionele problemen. Wel kunnen we zien dat het aantal zeer ernstig eenzame ouderen is Steenwijkerland is gedaald. De doelgroep matig eenzaam is wel gestegen, vooral onder vrouwen tussen 18 en 64. Ten opzichte van de regio is er weinig verschil. De vraagstelling rondom psychische gezondheid is tussen 2008 en 2010 gewijzigd, waardoor het moeilijk is om een trend aan te geven in de ervaren psychische gezondheid. Ten opzichte van de regio is er weinig verschil. Wel komt de doelgroep volwassen vrouwen als risicogroep naar voren.
9
Lichamelijke gezondheid De lichamelijke gezondheid wordt onderzocht aan de hand van verschillende indicatoren. We zien dat de ervaren gezondheid (zoals ervaren door de ouders) in de eerste 5 levensjaren zeer hoog ligt, daarna neemt deze langzaam af. Met name meiden in de leeftijd 12-23 jaar ervaren hun gezondheid als minder goed dan de groep jongens tussen 12-23 jaar. Oorzaken hiervoor zijn niet aan te geven. Mogelijk hangt dit samen met de als minder goed ervaren psychische gezondheid. De vaccinatiegraad in Steenwijkerland ligt hoog en is stabiel. Rond 98% van onze kinderen wordt gevaccineerd. Sinds 2007 is er een nieuwe inenting. De zogeheten HPV vaccinatie, deze dient ter voorkoming van baarmoederhalskanker als gevolg van het humaan papillomavirus (HPV). Het virus is erg besmettelijk en wordt overgedragen tijdens geslachtsgemeenschap. Dit aantal ligt rond de 50% (in 2012), waar het in 2011 42% bedroeg. Een stijgende lijn, er is echter op dit onderdeel nog geen sprake van een gezonde vaccinatiegraad. Infectieziekten Het aantal infectieziekten is niet gemeten op gemeenteniveau maar op regio niveau. We zien een grote stijging van het aantal kinkhoestgevallen in de regio. Dit heeft meerdere oorzaken. Gebleken is dat de werking van het kinkhoestvaccin afneemt in de loop der jaren. Zo zijn ouders met jonge kinderen kwetsbaar. Ook is de vaccinatiegraad in de regio niet overal even hoog, waardoor een kinkhoestepidemie eerder vat kan krijgen op de bevolking. Het aantal TBC geïnfecteerden is ook gestegen (van 9 in 2009 naar 29 in 2012). Eén van de mogelijke oorzaken kan liggen in de toegenomen (arbeids)migratie in Europa. Overgewicht Overgewicht is een overschrijding van het normale vetgehalte van het lichaam die de gezondheid kan beïnvloeden. Meestal wordt de 'Body Mass Index' (BMI) gebruikt om te bepalen of er sprake is van overgewicht. Per leeftijdsgroep zijn internationale afspraken gemaakt over wanneer met spreekt van overgewicht. Om het overgewicht van onze jongeren te bestuderen is gebruik gemaakt van de informatie uit de JGZ dossiers. De gegevens uit de jongerenmonitor zijn door te weinig jongeren ingevuld om en gevalideerde uitspraak te doen. Het aantal kinderen met overgewicht is licht gestegen ten opzichte van 2011, met name bij de jongeren op het voortgezet onderwijs. Bij de volwassenen zien we vooral een (lichte) stijging in overgewicht bij mannen tussen 18 en 65 jaar, het aantal vrouwen met overgewicht is iets afgenomen. Bij ouderen zijn de gegevens vrij stabiel. Ongeveer 15 procent van onze ouderen kampt met ernstig overgewicht. Lichaamsbeweging Voor het beoordelen van de mate waarin mensen voldoen aan lichaamsbeweging zijn er verschillende normen: de Fitnorm en de Nederlandse norm gezond bewegen (NNGB). Helaas verschillen deze normen van elkaar en worden ze soms ook in de loop der tijd aangepast. Dit maakt het beoordelen en interpreteren van gegevens uit de monitoren van de GGD uitdagend. Daarom zijn de
Fitnorm: drie keer per week twintig minuten intensief bewegen Nederlandse norm gezond bewegen (NNGBnorm) vijf keer per week dertig minuten intensief bewegen (volwassenen) en jeugd 5 keer per week 60 minuten per dag intensief bewegen
gegevens van Sportservice Overijssel, ver-
10
zameld in Fit en Gezond Overijssel 2012, gebruikt. Voor uitgebreidere informatie over de beweeg- en fitnormen en statistische gegevens hierover verwijzen wij u graag naar de nieuwe Breedtesportagenda Steenwijkerland. Op dit moment in 2013, voldoet 27% van de 4 tot 75 jarigen aan de NNGB. Provinciaal is dit 30%. De fitnorm wordt door 50% van de inwoners van Steenwijkerland tussen de 4 en 75 jaar gehaald en neemt af met de leeftijd. In onze gemeente is 14% van de inwoners inactief en dit is gelijk aan de provinciale cijfers. Alcoholgebruik Onder jongeren onder de 16 is het gebruik van alcohol behoorlijk gedaald: van bijna 30% in 2007 naar 9% in 2011. Helaas zien we dat zodra jongeren 16 zijn dat bijna 88% gedronken heeft. In Steenwijkerland zien we ook dat de ouder tolerantie ten aanzien van drinken vrij hoog ligt. Ouders verbieden het drinken onder 16 wel, maar na 16 jaar niet meer. Het aantal jongeren (ouder dan 16) dat regelmatig dronken is, is wel gedaald. Het zogeheten binge-drinken (in korte tijd veel alcohol drinken) is gelijk gebleven. We kunnen dus stellen dat de tolerantie ten aanzien van drinken onder de 16 sterk is afgenomen. Onder 16 jaar wordt aanzienlijk minder gedronken, echter zodra jongeren 16 zijn wordt er te veel en vaak gedronken. Bij volwassenen en ouderen is het percentage overmatig alcohol gebruik stabiel en ligt het lager dan in de rest van Nederland. Voeding Van onze kinderen en jongeren ontbijt het overgrote deel (96%) en bij jongeren boven de twaalf is dit percentage in voorgaande jaren gestegen van 70 naar 82%. Bij volwassenen en ouderen ligt dit percentage op 93%. Naast het ontbijten is het eten van groente en fruit ook gemeten. Van onze kinderen tot 12 jaar eet 56% elke dag fruit. Dit percentage daalt met de jaren, van de kinderen tot 15 eet 34% elke dag fruit en na het zestiende levensjaar daalt dit tot slechts 24%. Bij volwassenen stijgt dit percentage een beetje naar 29%. Het fruit eten is bij ouderen niet gemeten. Het eten van groenten ligt bij kinderen onder twaalf op 44%, bij jongeren van twaalf tot vijftien is dit percentage 48%. Van de 16 tot 23 jarigen eet 24% dagelijks groente. Het eten van groenten neemt toe met de leeftijd, van de volwassenen in onze regio eet 36% dagelijks groente en bij de 65 plussers is dit gestegen tot 56%. Seksuele gezondheid Ondanks de mediacampagnes rondom gezond seksueel gedrag neemt het aantal besmettingen met soa’s (seksueel overdraagbare aandoeningen) in onze regio toe. Met name gonorroe en chlamydia zijn toegenomen. Het aantal HIV besmetting en syfilis besmettingen ligt laag. Ook is het aantal soaconsulten (wederom) gestegen. Men weet de weg te vinden maar het voorkomen van soa’s verdient de aandacht. 4.3 Conclusie Het gaat goed met de gezondheid in Steenwijkerland. De inzet op preventieve geestelijke gezondheidszorg heeft effect. Wel zijn er risicogroepen waar een accentverschuiving wenselijk is. Ten aanzien van de lichamelijke gezondheid zien we dat de vaccinatiegraad in Steenwijkerland hoog ligt en stabiel is. De naar voren gekomen risicogroepen vragen om een intensievere aanpak. Op het gebied van infectieziekten gaat het goed. Overgewicht is toegenomen en lichaamsbeweging eveneens. Ons alcoholmatigingsbeleid is succesvol te noemen. Voor het eerst is ook gekeken naar voeding van onze inwoners. Er liggen kansen om dit te verbeteren.
11
5. Missie en visie lokale preventieve gezondheidszorg Steenwijkerland Behalve ontwikkelingen, wettelijke en landelijke kaders zijn ook de lokale kaders van groot belang voor het voeren van preventief gezondheidsbeleid. De gemeente Steenwijkerland zet zowel via de Wet Maatschappelijke Ondersteuning, jeugdbeleid en het ruimtelijk beleid in op gezondheidsbevordering in de breedste zin van het woord. De lokale gezondheidsagenda kan daarom niet los worden gezien van: •
het collegeprogramma 2010-2014: ‘Met kracht naar kwaliteit’;
•
de basisnotitie CJG Steenwijkerland, 2009;
•
de Visie wonen, welzijn zorg 2010-2014: ‘Zo lang mogelijk thuis en anders zo thuis als mogelijk’;
•
de Jeugdagenda Steenwijkerland 2012-2016: ‘JONGTALENTtelt;
•
de Breedtesportagenda 2014-2018: ‘Vitaal Steenwijkerland’. (nog vast te stellen)
•
de notitie ‘Verzilveren van de eigen kracht’ (2011) Ouderenwerk in de gemeente Steenwijkerland
De samenhang tussen deze gezondheidsagenda en bovenstaande beleidskaders is op zowel speerpunten als uitvoeringsprogramma’s bewaakt. De lokale gezondheidsagenda gaat dus uit van bestaand beleid en zal geen eigen uitvoeringsprogramma krijgen omdat het gezondheidsbeleid via de genoemde beleidsnota’s en uitvoeringsprogramma’s zal worden uitgevoerd. Voor de maatschappelijke effecten en meetbare resultaten verwijzen we u naar de bovenstaande nota’s e bijbehorende uitvoeringsprogramma’s. 5.1 Missie De missie van onze gemeente is om bij te dragen aan een vitaal en veerkrachtig Steenwijkerland. Daarbij richten wij ons op het verminderen van ongelijkheid in de kans op een goede gezondheid onder de inwoners van de gemeente Steenwijkerland. We gaan daarbij uit van de eigen kracht van inwoners. Inwoners zijn in eerste instantie zelf verantwoordelijk voor hun eigen gezondheid. De taak van de gemeente is om er samen met betrokken organisaties aan bij te dragen dat het voor inwoners makkelijk is om voor een gezonde leefstijl te kiezen. 5.2 Visie We streven in de gemeente Steenwijkerland naar een samenleving waarin mensen mee kunnen doen. Hierbij wordt uitgegaan van de zelf- en samenredzaamheid, talenten en eigen kracht van mensen. Gezondheid is daarbij enerzijds een voorwaarde om te kunnen participeren en mee te doen. Daarnaast kan participatie bijdragen aan gezond zijn en het gezond voelen van mensen. We willen de kracht van onze inwoners versterken, anders gezegd, de energie in onze samenleving aanboren. De kracht van Steenwijkerland is de onderlinge betrokkenheid. Belemmeringen nemen we daarom zoveel mogelijk weg. We willen voorkomen dat inwoners langdurig afhankelijk zijn van zorg en hulpverlening.
12
6. Wat doen we regionaal? Zoals eerder beschreven, hebben gemeenten de taak om een GGD in stand te houden voor de uitvoering van wettelijke taken op het gebied van de publieke gezondheidszorg. Gemeenten hebben ook de wettelijke taak om voordat besluiten worden genomen die belangrijke gevolgen kunnen hebben voor de publieke gezondheidszorg, advies te vragen aan de GGD. De gemeente Steenwijkerland maakt deel uit van de gemeenschappelijke regeling GGD IJsselland. De GGD heeft advies uitgebracht over de lokale gezondheidsagenda van Steenwijkerland. 6.1 Inzage in de gezondheidssituatie GGD IJsselland heeft een grote rol in het verzamelen van epidemiologische gegevens, dit doet zij op basis van informatie van de gezondheidsmonitoren en gegevens van het Centraal bureau voor Statistiek en Sociaal Cultureel Planbureau. In aanvulling op deze informatie wordt ook informatie via zorgverzekeraars gebruikt, de zogeheten ROS-wijkscan. De (globale) resultaten van deze monitoren vindt u in hoofdstuk zes. Gedetailleerde informatie was ten tijde van het schrijven van deze gezondheidsagenda nog niet beschikbaar. 6.2 Infectieziektebestrijding De Wet publieke gezondheid kent de gemeente een belangrijke rol toe in de infectieziektebestrijding. Bovendien heeft de burgemeester bevoegdheden op grond van de Wet publieke gezondheid die gericht zijn op gedwongen isolatie, quarantaine en medisch onderzoek . Deze bevoegdheden zullen niet vaak gebruikt worden. In de praktijk zijn deze (op landelijk niveau) de afgelopen 10 jaar vrijwel uitsluitend toegepast bij tuberculosebestrijding bij inwoners die zich niet bereid verklaren tot behandeling of opname, veelal als gevolg van een taalbarrière of psychiatrische problematiek. Personen met een specifieke infectieziekte, vastgesteld of hiervan ernstig verdacht op basis van ziekteverschijnselen of laboratoriumuitslagen kunnen een gevaar voor de volksgezondheid opleveren omdat zij deze infectieziekte kunnen verspreiden. Als uiterste maatregel ter bescherming van de volksgezondheid kunnen dwangmaatregelen worden getroffen tegen personen maar ook tegen gebouwen. Samen met GGD IJsselland, de Veiligheidsregio en regiogemeenten wordt op dit moment gewerkt aan een gezamenlijk draaiboek om de taken en bevoegdheden regionaal af te stemmen. Dit draaiboek zal ook voor de gemeente Steenwijkerland gaan gelden. Het draaiboek zal op 1-1-2014 gereed zijn. 6.3 Toezicht op de kinderopvang GGD IJsselland voert ook het toezicht op de kinderopvang, gastouderbureaus, gastouders en de peuterspeelzalen uit. Dit houdt concreet in dat GGD IJsselland controleert of organisaties voldoen aan wettelijke eisen zoals o.a. pedagogisch beleid, veiligheid in en om het gebouw, begeleider kind ratio en eisen ten aanzien van het personeel werkzaam in de kinderopvang. 6.4 Jeugdgezondheidszorg Jeugdgezondheidszorg (JGZ) is onderdeel van het Centrum Jeugd en Gezin Steenwijkerland (CJG) en richt zich op het bevorderen van een gezonde groei en ontwikkeling van kinderen van -9 maanden tot 19 jaar. Dit betekent het voorkómen, opsporen en bestrijden van oorzaken die een gezonde groei en ontwikkeling verstoren. De jeugdgezondheidszorg voorziet in een collectief preventief
13
aanbod aan alle jeugdigen. Dit uit zich in aandacht voor een gezonde lichamelijke, geestelijke en sociale ontwikkeling van alle jeugdigen van 0 jaar tot 19 jaar. Zorggroep Oude en Nieuwe Land voert de taken uit rondom de consultatiebureaus (0 tot 4 jaar). Beiden voeren de taken uit als partner in het CJG. De jeugdgezondheidszorg wil alle signalen van mogelijke stoornissen in de ontwikkeling tijdig signaleren. Als de ontwikkeling wordt bedreigd dan biedt de jeugdgezondheidszorg bescherming, begeleiding en (verwijzing naar) hulp. JGZ is gericht op preventie en levert een uniform aanbod aan alle jeugdigen en een, zoveel mogelijk vraaggericht, additioneel aanbod op maat voor de jeugdigen die in hun gezonde ontwikkeling worden bedreigd. 6.5 Ouderengezondheidszorg Ouderengezondheidszorg is een nieuwe taak in de Wet publieke gezondheid. GGD IJsselland brengt de gezondheidssituatie via de eerder besproken monitorsystematiek in kaart. Aanvullend daarop investeren we in preventieve activiteiten voor ouderen gericht op het bevorderen en behouden van de gezondheid. Het grootste deel van deze activiteiten wordt door Timpaan Welzijn uitgevoerd. 6.6 Forensische geneeskunde Forensische geneeskunde staat voor gerechtelijke geneeskunde. De forensisch artsen van GGD IJsselland zijn bij toerbeurt 24 uur per dag voor de speciale taak bereikbaar en beschikbaar voor politie en justitie. De forensisch artsen worden bijvoorbeeld ingeschakeld voor het verrichten van de lijkschouw bij het vermoeden van een "niet-natuurlijke" dood of bij euthanasie, voor medische zorg aan arrestanten en voor onderzoek van letsel na gewelds- en zedenmisdrijven. 6.7 Team VIA/Bemoeizorg Onder bemoeizorg wordt verstaan het bieden van zorg aan mensen die zich in een psycho-sociaal dan wel psychiatrisch zorgwekkende situatie bevinden, maar geen uitgesproken zorgvraag hebben of zich zorgmijdend opstellen. Mensen om wie anderen zich zorgen maken en die om de een of andere reden niet (meer) in beeld zijn bij voorliggende instellingen vormen de doelgroep van het team. Een beginpunt in bemoeizorg is het vinden van het snijdvlak tussen zorgen uit de omgeving en behoeften van de cliënt. Bemoeizorg is ervoor bedoeld om de situatie van cliënten te stabiliseren en zo mogelijk te verbeteren, waarbij toeleiding naar reguliere vormen van hulpverlening doorlopend aandacht heeft. In zichzelf echter ook een vorm van zorg inhoudend, blijft bemoeizorg voor sommige cliënten langere tijd nodig. In 2012 waren 24 casussen uit Steenwijkerland bekend bij het team bemoeizorg.
14
7. Wat doen we lokaal? We investeren in gezondheidsbevordering in voor onze inwoners. Dat doen we niet onder de vlag van het gezondheidsbeleid maar via overige beleidsnota’s. Om in deze nota toch inzage te geven in de richting die onderstaande nota’s geven, is in dit hoofdstuk de kern hiervan opgenomen. •
het collegeprogramma 2010-2014: ‘Met kracht naar kwaliteit’;
•
de basisnotitie CJG Steenwijkerland, 2009;
•
de Visie wonen, welzijn zorg 2010-2014: ‘Zo lang mogelijk thuis en anders zo thuis als mogelijk’;
•
de Jeugdagenda Steenwijkerland 2012-2016: ‘JONGTALENTtelt;
•
de Breedtesportagenda 2014-2018: ‘Vitaal Steenwijkerland’. (nog vast te stellen)
•
de notitie ‘Verzilveren van de eigen kracht’ (2011) Ouderenwerk in de gemeente Steenwijkerland
7.1 Breedtesportagenda 2014-2018 De belangrijkste uitdaging voor de komende jaren voor het beleidsterrein sportstimulering op lokaal nivo ligt in het ontwikkelen van beweegaanbod en ondersteuning voor alle leeftijden (een leven lang fit! Van 0-90) en hen te stimuleren tot het leiden van een actievere en gezondere leefstijl. Daarbij willen we vanuit de inzet sportstimulering anticiperen op de ontwikkelingen waar we de komende decennia mee te maken krijgen. Naast de vergrijzing van de bevolking, de toename van chronische ziekten, toename van obesitas en meer inactieve mensen, spelen bezuinigingen en de lokale invulling van de WMO de komende jaren een belangrijke rol. De inzet vanuit sportstimulering gaat zich voornamelijk richten op activering en re-integratie arbeidsmarkt, mensen met een fysieke en of psychische beperking, ouderen en dan met name ter preventie van dementie en de harde kern jongeren die voortijdig school verlaten waaronder jongeren zonder startkwalificatie. Hierbij is een belangrijke uitdaging het aansluiten bij deze andere sectoren waarbij sport als middel kan worden ingezet om maatschappelijk doelen te halen en positieve gezondheidseffecten te realiseren. We gaan er hierbij van uit dat we met behulp van bewegen en sporten in de buurt, de ontwikkeling van vitale dorpen, een stimulans geven aan de bevordering van een gezonde leefstijl. Met de keuze voor dit speerpunt sluit de nota “Steeds meer in beweging” aan bij het nieuwe speerpunt uit de landelijke preventienota het bevorderen van een gezonde leefstijl met behulp van bewegen en sporten in de buurt en het stimuleren van gezonde voedingsgewoonten. Onder ‘buurt’ wordt hierbij verstaan: dicht bij de inwoners in de buurt. Afhankelijk van de schaalgrootte van de kern kan hieronder worden verstaan: in de buurt, de wijk, de kern of in het dorp. Met de keuze voor aansluiting bij dit speerpunt komt de nadruk in Steenwijkerland nog meer te liggen op preventie: het voorkomen van gezondheidsklachten. De keuze voor dit speerpunt sluit ook goed aan bij een van de uitgangspunten van de Wmo, namelijk kijken naar wat mensen wel kunnen in plaats van naar wat ze niet kunnen. 7.2 JONGTALENTtelt Ter uitvoering van de “Jeugdagenda 2012-2016: JONGTALENTtelt” is een uitvoeringsprogramma Jeugd en Alcohol opgesteld. Het uitgangspunt is nog steeds: géén alcohol voor jongeren onder de 16 en alcoholmatiging voor jongeren van 16 jaar en ouder. Een integrale benadering van het onderwerp Jeugd en Alcohol is belangrijk. Samenhang is nodig in communicatie, preventie, beleid en regels, toezicht & handhaving en richt zich op verschillende situaties waarin kinderen en jongeren
15
beïnvloed worden: thuis, op school en vrije tijd. We zetten dan ook stevig in op alcoholpreventie. Naast alcoholpreventie zetten we ook in op voorlichting over drugs en seksuele gezondheid voor jongeren, ouder en docenten en het voorkomen van roken. Deze activiteiten vallen onder het CJG en de middelen die hiervoor beschikbaar zijn, zijn niet in deze nota opgenomen. 7.3 Preventieve openbare geestelijke gezondheidszorg Sinds 2007 is de gemeente ook verantwoordelijk voor preventie activiteiten geestelijke gezondheidszorg. Investeren in preventieve geestelijke gezondheidszorg draagt bij aan het voorkomen van zwaardere zorg en hulpverlening. De Stichting Mindfit ontvangt hiervoor subsidie van de gemeente Steenwijkerland. De activiteiten van de stichting zijn onder te verdelen in jeugd, volwassenen/ouderen en mantelzorgers. Zo organiseert Mindfit geestelijk fitlessen in het voortgezet onderwijs, trainingen en voorlichting voor professionals over ontwikkelstoornissen (ASS/ADHD) en wordt het programma ‘lekker in je lijf’ voor pubers tussen 12-18 samen met het jongerenwerk (Timpaan) uitgevoerd. Ook is er aandacht voor kinderen die getuige zijn geweest van huiselijk geweld via de cursus ‘met je vingers in je oren’. Voor volwassenen en ouderen zijn er mindfulness trainingen, cursussen signaleren van dementie, eenzaamheid en depressie. Voor mantelzorgers zijn er twee soorten cursussen gericht op het hervinden van balans in het leven, een module betrokken omgeving en is er een de zogeheten brusjesgroep voor kinderen met familieleden die lijden aan GGZ problematiek. 7.4 Verzilveren van de eigen kracht In de notitie ‘’Verzilveren van de Eigen kracht’ (B&W febr. 2011) heeft het college het ouderenwerk in de gemeente Steenwijkerland plaats en positie gegeven. Het ouderenwerk “stimuleert ouderen om zelfstandig en maatschappelijk actief te blijven en ondersteunt ouderen daarbij.” Dit doet het ouderenwerk door sociale contacten te stimuleren middels activiteiten en cursussen. De eerder genoemde notitie heeft als richtsnoer gediend voor de verdere verschuiving van de inzet van het ouderenwerk. De nadruk is steeds meer komen te liggen op preventieve activiteiten, vraaggericht en vóór en dóór ouderen, gericht op preventie. 7.5 Opstellen strategische zorgagenda met eerstelijns zorgaanbieders in Steenwijkerland Huisartsen en gemeenten zullen elkaar in de komende jaren meer en meer opzoeken en tegenkomen. De samenwerking tussen gemeente Steenwijkerland en onze lokale huisartsen is niet vanzelfsprekend. Hier willen we verandering in aanbrengen. De huisarts heeft een centrale rol in de zorg in de buurt. Het vormgeven van deze zorg samen met partners in de wijk, is één van de ambities in de recent vastgestelde ‘Toekomstvisie Huisartsenzorg 2012-2022’ van de Landelijke Huisartsen Vereniging. Door maximaal gebruik te maken van de mogelijkheden van de huisarts en zijn/haar team in samenwerking met andere zorgverleners in de eerste en tweede lijn, wil de beroepsgroep de patiënt zoveel mogelijk zorg in zijn/haar woonomgeving bieden. Gemeenten krijgen een steeds grotere rol op het gebied van zorg en welzijn. De GGD en jeugdgezondheidszorg zijn al onderdeel van gemeentelijk beleid, in voorgaande jaren is daar de Wet maatschappelijke ondersteuning bijgekomen. De aanstaande overheveling van alle jeugdhulp (waaronder jeugdzorg) naar de gemeenten en de overheveling van de functies begeleiding en persoonlijke verzorging in de Awbz naar Wmo maakt dat de gemeente een nog grotere rol zal gaan spelen.
16
Contact met huisartsen is voor ons als gemeente belangrijk omdat we onze nieuwe zorgtaken en het gemeentelijk beleid goed aan willen laten sluiten op de dagelijkse praktijk. Het in contact komen en blijven met eerstelijns zorgaanbieders (huisartsen) in Steenwijkerland is een nieuw accent in het lokale beleid. Op 17 oktober 2013 zal hiertoe een (eerste) kennismakingsbijeenkomst worden georganiseerd met Progez1. In dit overleg verkennen wij de mogelijkheden tot nauwere samenwerking en is het onze ambitie om te komen tot een strategische (lokale) zorgagenda met onze huisartsen, GGD artsen en gemeente. 7.6 (Door)ontwikkeling CJG Rondom het centrum jeugd en gezin vinden ontwikkelingen plaats in het kader van de overheveling van de jeugdzorg. Voor deze doorontwikkeling zijn uitgangspunten geformuleerd. Deze uitgangspunten zijn ook leidend voor de inzet via het CJG. De uitgangspunten zijn als volgt: 1.
Ouders zijn eerst en zelf verantwoordelijk voor de opvoeding van hun kinderen.
2.
Het CJG is daar waar ouders en jeugdigen komen en het CJG instrumentarium bestaat uit informatie en advies, signalering en ondersteuning bij opvoeden en opgroeien.
3.
Wanneer ouders (meer) ondersteuning nodig hebben, kunnen zij een beroep doen op het CJG. CJG professionals spreken met de ouders/kinderen en bespreken altijd eerst wat een ouder en/of diens sociale omgeving zelf kan doen aan de oplossing van de vraag. CJG professionals werken volgens de principes van inzet van eigen kracht van ouders en sociale netwerk en oplossingsgericht werken.
4.
De veiligheid van het kind mag niet in het geding komen.
5.
Ouders/vrijwilligers en jeugdigen zijn actief betrokken bij het CJG, zowel in de uitvoering (PR en activiteiten) als bij de ontwikkeling (ouder/jongerenplatform).
6.
Betekenisvolle volwassenen’ (leerkrachten, sportleiders, buren, familie etc) vormen gezamenlijk een pedagogische civil society, waar kinderen gesteund worden en veilig kunnen opgroeien.
7.7 Zo lang mogelijk thuis en zo thuis als mogelijk De gemeente Steenwijkerland heeft in de afgelopen jaren haar visie op wonen, welzijn en zorg ontwikkeld door enerzijds een discussie over de invulling van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning en anderzijds door (deelname aan) uitvoering van een aan een groot aantal concrete projecten. Op grond van opgedane ervaringen in deze projecten wordt de gemeentelijke visie steeds verder ontwikkeld en aangepast. Voor bevordering van de leefbaarheid en sociale cohesie, als belangrijke peilers onder wonen, welzijn en zorg, vindt de gemeente het belangrijk dat inwoners de mogelijkheid hebben elkaar te ontmoeten binnen de eigen leefgemeenschap als basis om samen activiteiten te ondernemen.
1
ProGez maakt onderdeel uit van een landelijk dekkend netwerk van Regionale Ondersteuning Structuren (ROS). De ROS-
en fungeren als smeerolie in de eerste lijn en richten zich op samenwerking en vernieuwing. Alle ROS'en zijn aangesloten bij de Landelijke Vereniging voor Eerstelijnszorg (LVG).
17
8. Financiën De lokale gezondheidsagenda Steenwijkerland Vitaal! 2014-2018 gaat uit van bestaand beleid en legt de verbinding tussen verschillende beleidsterreinen. De beschikbare middelen zijn beschikbaar in de uitvoeringsprogramma’s. Onderstaand een overzicht van de beschikbare middelen voor (preventieve) gezondheidsbevordering. 2014
2015
2016
2017
Bemoeizorg/team Via
21.987
21.987
21.987
21.987
Bijdrage Algemeen
69.402
69.402
69.402
69.402
560.018
561.235
561.235
561.235
3.175
3.190
3.190
3.190
437.600
437.600
437.600
437.600
Maatwerkdeel JGZ
40.502
40.502
40.502
40.502
JGZ preventie adoles-
37.114
37.114
37.114
37.114
64.039
64.039
64.039
64.039
Preventieve GGZ
21.106
21.106
21.106
21.106
Preventie verslavings-
26.583
26.647
26.647
26.647
38.324
38.324
38.324
38.324
78.527
78.527
78.527
78.527
Jeugdsportfonds
20.000
20.000
20.000
20.000
Actief en gezond
20.500
20.500
20.500
20.500
196.509
196.509
196.509
196.509
1.635.386
1.636.682
1.636.682
1.636.682
Bestuur GGD Wettelijk takenpakket GGD EHBO verenigingen Jeugdgezondheidszorg 0-4 jaar
centen Regie preventief jeugdbeleid en zorgcoördinatie
zorg Inspectie Kinderopvang Preventieve activiteiten ouderen (Timpaan)
Combifunctionarissen sport TOTAAL
18
19
Bijlage 1: reactie WMO raad
20
Bijlage 2: tabellen GGD monitoren De onderstaande tabellen zijn gegenereerd met de gezondheidsatlas van GGD IJsselland via http://www.gezondheidsatlasggdijsselland.nl De cijfers over de bevolkingsontwikkeling en prognoses komen van de provincie Overijssel http://overijssel.databank.nl/
Psychische gezondheid
21
22
23
Lichamelijke gezondheid
24
Overgewicht
25
26
Lichaamsbeweging
27
Alcoholgebruik jongeren
28
29
30