roelf steenhuis
Ie corbusier;
domino, pessac,citrohan
1. Alan Colquhoun, Formal and functional interactions: A study of two late projects by Le Corbusier, AD 36, 1966. 2. Bijvoorbeeld Citrohan: volgens Jencks is het een kopie van een restaurant; Banham beschrijft het vanuit de atelier-traditie in Parijs. 3. Max Risselada e.a., Ontwerpen voor de woning 1919-1929, Le Corbusier & Pierre Jeanneret, oktober 1980. 4. De naam DOMINO verwijst naar het latijnse 'domus' en naar het spel, dit in verband met de schakelbaarheid van het type. Belangrijker lijkt echter dat de Foville de bewoningswijze omschrijft, die daardoor (ontkoppeld van een vast woningtype) zelfstandig inzetbaar wordt. 5. Het betonskelet is een konstructieve verbetering van een bestaand amerikaans systeem, dat in 1912 gepubliceerd werd door de 'American Portland Cement Association'. Zie B.B. Taylor, Le Corbusier et Pessac, p. 12. 6. Dat wil zeggen: een woning voor een ambachtsman met atelier. 7. Deze enquête uit 1894 (l'Enquète sur les conditions de l'habitation en France, les maisons-types) werd uitgevoerd door Alfred de Foville, een statisticus, die, in tegenstelling tot de academische architectuuropvatting het huis zag als iets waar biologische, sociale, economische, technische en zelfs politieke invloeden tot uitdrukking kwamen. In deze filosofie waarin het huis als een fysiek, aktief en vormend geheel naar voren komt, zak Le Corbusier iets, omdat het aansloot bij zijn ideeën, dat verbetering van woonomstandigheden tot een verbetering van het morele gedrag zou leiden. Zie B.B. Taylor, p. 11 e.v. 8. Deze deling in drie versies is gemaakt door Taylor. Hij stelt dat de tweede versie een type A is, alhoewel er programmatisch nogal verschil is met het eerste type A.
In het navolgende een vergelijk tussen enkele vroege w o n i n g b o u w p l a n n e n van Le Corbusier. Het werk hieraan vond globaal plaats tussen 1914 en 1925. O p het eerste gezicht lijken de verschillen tussen de plannen groot: D o m i n o is een constructief c o n c e p t , is o p g e b o u w d uit vloervelden en k o l o m m e n en is lineair u i t b r e i d b a a r; Citrohan is een ruimtelijk-programmatie s concept, h e e f t een schijvenopbou w en w o r d t niet geschakeld; Pessac h e e f t een celleno p b o u w met een additieve schakeling. Een analoge situatie schetst Alan Colqu-, h o u n in ' f o r m a l and f u n c t i o n a l interactions' In dit artikel w o r d e n twee p r o j e k t e n m e t elkaar vergeleken die e x t r e m e n lijken te vertegenwoordigen in het latere werk van Le Corbusier: de franse ambassade in Brasilia, twee simpele, 'klassicistiese' dozen, en het ziekenhuis in Venetië, een onregelmatig g e b o u w , gebaseerd o p g r o e i p a t r o n en en de direkte vertaling van een f u n k t i o n e e l organisme in een passende vorm. Bij nadere bestudering echter lijkt deze polariteit o o k binnen de g e b o u w e n te bestaan. Deze indruk van k o m p l e x i t e i t is volgens C o l q u h o u n bij beide g e b o u w e n het resultaat van een 'dialoog' tussen vrij uitgelegde f u n k t i e s en een op ideale schemata gebaseerde vorm. Bij bestudering van de opeenvolgende fases van D o m i n o en Citroha n lijken deze plannen o p een analoog nivo vergelijkbaar te w o r d e n . Dus niet zozeer de h e r k o m s t van de c o n c e p t e n lijkt m e interessant 2 , maar eerder de vraag waarom ze opgepik t worden, welke thematie k erin w o r d t gestopt en h o e dat t r a n s f o r m e e r t . Deze transformatie is interessant o m d a t Citroha n en Dom i n o het basismateriaal v o r m e n in de ont-
wikkeling van de 'witte villa's' en daarmee het f o r m u l e r en van de '5 p u n t e n ' in 1927 3 DOMINO In 1914 o n t w i e r p Le Corbusier een voorstel voor m a s s a p r o d u k t ie van woningen voor het door de Eerste Wereldoorlog geteisterde Noord-Frankrijk. H e t voorstel, DOMINO genaamd 4 , is een k o n s t r u k t i e f t y p e — d.w.z. een gestandaardiseerd betonskelet 5 — dat invulbaar is m e t 3 soorten woningen: een meesterswoning 6 , een burgermans woning en een arbeiderswoning (een ' m i n i m u m w o n i n g ' ) . Deze t y p e n zijn ontleend aan een e n q u ê t e naar woningtypologieën in F r a n k r i j k 7 . Belangrijk aan h e t voorstel van DOMINO is de scheiding tussen de draagkonstruktie en de invulling daarvan. De betekenis van deze scheiding w o r d t duidelijk bij lezing van het k o n s t r u k t i e t y p e , zowel in de verhouding tot de invulling als uit de o n t wikkeling van het t y p e in 3 opeenvolgende versies 8 . Het konstruktietype Het k o n s t r u k t i e t y p e bestaat uit k o l o m m e n , fundering , vloervelden en een trap. a. De k o l o m m e n . De k o l o m m e n staan op een vierkant grid van 4 x 4 m , dat uitbreidbaar is in één richting. Dit grid k a n w o r d e n o n d e r b r o ken d o o r een smalle zone van 2 m. breed, waarin trap en wc zijn o n d e r g e b r a c h t. b. De vloervelden. Er zijn 3 vloervelden: één is begane grond vloer, één is dak en er is één verdieping. Door het plaatsen van de k o l o m m e n 1 m. binnen het gevelvlak o n t s t a a n overstekken die het vloerveld een vorm van zonering geven: gevelzone voor — m i d d e n z o n e —
mogelijk. Door het overstek te verdubbelen, waardoor een halve beuk (waarin de trap) ontstaat tussen beide woningtritsen, is het mogelijk het kolomstramien 'regelmatig' de hoek om te zetten. Het portiek dat zo in de oksel van beide woningtritsen zit kan nu 3 woningen per verdieping ontsluiten. Deze hoekoplossing is echter alleen mogelijk met de bordestrap, waarvan het bordes in het overstek zit.
gevelzone achter. Ook in de lengterichting vindt een vorm van zonering plaats door de opeenvolging in beuken. Door de onderbreking van het grid met de trapzone treedt hiervanuit gemeten een soort diepteartikulatie op. c. De trapzone. De trapzone heeft een breedte van 2 m. dus de halve beukmaat. Naast de trap is er in één van de overstekken plaats voor twee wc's. Van de trap worden verschillende varianten getekend: — een bordestrap waarvan het bordes in het overstek valt; — een bordestrap waarbij trap met bordes tussen vier kolommen gevat worden; — twee rechte steektrappen naast elkaar. Tenslotte mist het vloerveld in de trapzone een stuk vloer; dit hangt samen met de schakeling van het type.
De schakeling van Domino De naam Domino is o.a. ontleend aan het spel, vanwege de schakelbaarheid van de woningen. De schakeling van de woningen is in de eerste plaats lineair: door uitbreiding van het kolomgrid in één richting. Daarin vallen de trapzones, die soms kollektief gebruikt worden (portieken) of anders in een woning opgenomen zijn. Daarnaast zijn overhoekse schakelingen
Vanuit het schakelprincipe gezien is dus 1 trapvariant regelmatig; de andere twee varianten kunnen alleen voorkomen in een lineaire schakeling. Het missen van een stuk vloerveld van l x l m. in het overstek t.p.v. de trapzone wordt in een traploze variant aangevuld met een hoek waarin de wc valt (zie typenschema). Door deze missende of toegevoegde hoek passen de types ook bij het de hoek omgaan weer in elkaar. Zo is Domino te begrijpen als een regelmatig lineair 'grid' met overstek, waarin modificaties, zoals trappen en schakeling, alleen in het overstek plaatsvinden: de trap is een dubbele overstek en bij schakeling worden stukken overstek weggenomen of toegevoegd. Ook in het stedebouwgebruik wordt het wegnemen van stukken overstek als middel gebruikt om de blokken te laten verspringen. De drie versies van Domino Het definitieve ontwerp van DOMINO heeft twee voorfases die een en ander verduidelijken over het ontstaan van het uiteindelijk voorstel. In de eerste versie (december 1914) nemen de woningen, naast de trapzone, 2 of 3 traveeën van het grid in beslag. De trap wordt bij de types A (meesterwoning) en C (arbeiderswoning) door meerdere woningen gebruikt (portiek); bij type B (burgermanswoning) valt de trap in de woning. De toiletten zitten steeds in de trapzone (zie schakeling); de oriëntatie staat steeds loodrecht op de lengterichting. Opvallend is dat waar bij type A op de begane grond (winkel of werkplaats) de kolommen vrij in de ruimte staan, dit in de woningen nooit gebeurt: steeds worden de k o l o m m en weggewerkt in muren en kasten. Door dit samenvallen van kolom en wand wordt het kolomgrid sterk maatbepalend voor het interieur: in de lengte-
slaat boven en b e n e d en één travee, verb o n d e n m e t een steektrap die de helft van de t r a p z o n e, dus 1/4 travee, i n n e e m t . Het t y p e kan dan ook alleen gespiegeld v o o r k o m e n . Door de geringe lengte van de woning valt het gangenprobleem o p de verdieping weg. Opvallend is de grote u i t b o u w (waarin 'hangar et lessiverie') dat b u i t en het k o n s t r u k t i e t y p e valt. Door de geringe flexibiliteit in uitbreiding (een uitbreiding van een travee zou de woning haast 2 x zo groot m a k e n ) is deze r u i m t e , die niet in de eerste versie aanwezig was, wellicht naar buiten verschoven. Van de derde versie ( 1 9 1 5 ) zijn plannen van de t y p e s B en C b e k e n d . T y p e C is weer getekend als in de eerste versie over één verdieping en met de 'salie' als verkeersverdeler voor de slaapkamers. T y p e B w o r dt nu getekend z o n d e r gang o p de begane grond w a a r d o o r de 'hall' o o k verkeersverdeler naar de k e u k e n w o r d t . De gang o p de verdieping is iets gewijzigd: één k a m e r
richting ontstaa t een opeenvolging van m u r e n die bijna het grid volgen ( d o o r het plaatsen van kasten k u n n e n kleine maatverschillen w o r d e n aangebracht). De ruimtes h e b b e n dan o o k in lengterichting van het huis weinig verschil in m a a t ; dit verschil m o e t in de d i e p t e m a at aangebracht w o r d e n .
Jeanneret ontdekte dat families liever verticaal over twee lagen wonen dan op één etage met een andere familie erboven. Een tweede wijziging is de toevoeging van 'hangar et lessiverie', die niet in de eerste versie voorkomen. Le Corbusier lijkt direct in ruimteproblemen te komen in de tweede versie, doordat de maatvoering van het constructietype was afgestemd op een zo minimaal mogelijk type C. De types A en B zijn veel ruimer opgezet.
Een t w e e d e p r o b l e e m zit in de positie van de trap. D o o r de plaatsing van de t r a p aan één zijde van de woning en d o o r de a a n k o m s t o p de verdieping bij de gevel w o r d t de bovenverdieping excentrisch ontsloten; d a a r d o o r is een gang nodig o m bij de verschillende kamers te k u n n e n k o m e n . Bij de types A en C w o r d t de 'salie' als verkeersverdeler gebruikt wat een gangbare oplossing is voor deze t y p e s. In t y p e B o n t s t a a n wel verkeersproblemen: zowel o p de begane grond als o p de verdieping is een lange gang g e t e k e n d . Van de t w e e d e versie ( 1 9 1 5 ) is alleen een o n t w e r p van t y p e C b e k e n d 9 . De woning w o r d t nu over twee lagen verdeeld en be-
Domino II Op de tekeningen van D O M I NO uit 1915 w o r d t de k o n s t r u k t i e v e o p b o u w getekend in plattegrond en doorsnedes. In die tekeningen w o r d e n naast vloeren, k o l o m m e n en t r a p o o k de o p b o u w van de vloeren aangegeven: het zijn technische tekeningen. In 1919, en voor het eerst gepubliceerd in 'Vers u n e A r c h i t e c t u r e ' uit 1923, w o r d t het DOMINO skelet in perspektief getekend, w a a r d o o r juist de samenhan g van de onderdelen belangrijk w o r d t . De vloer en p l a f o n d v l a k k e n zijn glad get e k e n d , het geheel is o p b l o k k e n gezet en de t r a p z o n e , m e t vrij h a n g e nd bordes, is als een overstek in de lengterichting get e k e n d (d.w.z. er missen twee k o l o m m e n ) . DOMINO II w o r d t als een ruimtelijk concept gepresenteerd waarin de samenstellende delen en h u n k o m p o s i t i e essentieel zijn 1 0
moet nu via een andere k a m e r w o r d e n ontsloten. Samenvattend In DOMINO w o r d e n bewoningswijze en k o n s t r u k t i e t y p e als standaards overgenomen en als zodanig g e m o n t e e r d . Alhoewel deze standaards ongelijkwaardig zijn blijkt uit de planontwikkeling dat er wel wederzijdse betrekkingen bestaan. Deze concentreren zich r o n d twee p r o b l e m e n : • De overstek. Hierdoor k o m e n de k o l o m men in het interieur van het huis te staan. De kennelijke n o o d z a a k o m de k o l o m m e n weg te werken is sterk bepalend voor de invulling van het aanvankelijk vrij indeelbare vloerveld: zowel in de diepte als in de lengte treedt een vorm van zonering op. • Door de excentrische positie van de t r a p ontstaat er een verkeersprobleem, m . n . o p de verdieping. Met andere w o o r d e n , in de ruimtelijke uitwerking w o r dt geprobeerd twee standaards te verzoenen, d o o r ze", tegen elkaar in, incidenteel als f o r m e e l c o n c e p t te hanteren.
EXPERIMENTEN NA D O M I N O Na DOMINO volgt een aantal w o n i n g b o u we x p e r i m e n t e n waarin w o r d t afgezien van de d o m i n o k o n s t r u k t i e . Wel w o r d e n de traditionele w o n i n g t y p e s van De Foville gehanteerd 1 1 . H o o f d r i c h t i n g , geledingprogramma en oriëntatierichting zijn steeds vergelijkbaar aan DOMINO. Alleen 'salie' en k e u k e n liggen steeds naast elkaar (in DOMINO: achter elkaar), o n t s l o t e n m e t een t r a p en halletje ertussen. Ook boven is de ontsluiting d o o r de centrale positie van de trap effektiever. In het plan t y p e A in St. G o b a i n w o r d e n k o n s t r u k t i e r i c h t i n g en trappositie gedraaid, w a a r d o o r het huis een k o n s t r u k t i e ve tweedeling krijgt. In alle p l a n n e n w o r d t teruggegrepen o p een systeem van dragende m u r e n . Wellicht noodzakelijk o m een trapgat in het midden te k u n n e n m a k e n .
10. Zie Eisenman, Oppositions 6. 11. Daarnaast wordt veel aandacht geschonken aan constructieve en productie-aspecten. Zo werd er met het 'cement-kanon' geëxperimenteerd.
Het overstek is vervallen, de t r a p p e n zijn uit het huis gehaald en w o r d e n gekoppeld aan de kolompositie . De indeling van het vloerveld w o r d t niet bepaald d o o r kolom men e.d.; zij is in zekere zin vrij. Wel problematisch daarin is de ontsluiting (van k e u k e n en slaapkamers) als afgesloten systeem en de externe positie van de trap. PESSAC Van 1924—1926 werk t Le Corbusier voor de industrieel Fruges aan een arbeiderswijk te Pessac. O n t w o r p e n w o r d e n een stedeb o u w k u n d i g plan en twee t y p e s woningen: het ene het huis van de concierge; van het andere w o r d e n 3 verschillende modellen uitgevoerd. Het bestaat uit 2 hele en 2 halve gestapelde cellen, die, analoog aan de traditionele t y p e s van De Foville, door een rechte steektrap vanuit de w o o n k a m e r m e t elkaar v e r b o n d en zijn.
Aan de hand van dit t y p e w o r d t een aantal modellen uitgewerkt d o o r kleine bewerkingen binnen het t y p e zelf of door additie van cellen. Zoals de cellen binnen het m o d e l t o t woning w o r d e n geschakeld, w o r d t o o k o p s t e d e b o u w k u n d i g niveau m e t woningen omgegaan: door schakeling • m o d e l a l w o r d t t o t slingers geschakeld
In het plan voor maison R i b o t ( 1 9 2 3 ) bestaat de k o n s t r u k t i e uit een k o m b i n a t i e van k o l o m m e n en dragende w a n d e n o p de k o p van de woning. Het huis h e e f t een oriëntatie-, lengte- en (mogelijkheid t o t ) schakel-richting als bij D O M I N O .
door de woningen met de terrassen of de dichte zijden tegen elkaar aan te zetten. • door het om en om verwisselen van voor- en achterzijde wordt model a l tot korte, diepe blokken geschakeld. • door repetitie van model a3 wordt een lange wand gemaakt. door spiegeling • model a2 wordt gespiegeld en als 'gratteciel' repeterend ingevoegd. los • model a4 en type b worden als losse elementen ingevoegd. In tegenstelling tot DOMINO worden door het ontbreken van het overstek de cellen (bij DOMINO: traveeën) en woningen gemakkelijker in twee richtingen te schakelen. Door schakeling (en spiegeling) wordt een reeks verschillende bouwblokken gemaakt, die stedebouwkundig ingezet kunnen worden, i.t.t. DOMINO waar in feite maar één soort blok was: het lineaire, dat ook de hoek om kon., Konstruktief verschillen de types niet veel van elkaar. Zij zijn gebouwd op een vierkant kolomgrid van 5 x 5 m. dat in één richting uitbreidbaar is en aangevuld kan worden met beuken van de halve gridmaat. Zo ontstaan lengtes van 2xh, 3, 1 Vi, 2xh beuken. Het overstek is vervallen. De trap — een rechte steektrap — is van de zijkant bij DOMINO verschoven naar het midden 1 2 en is niet meer gefixeerd in een aparte konstruktiezone. Wel is de trap steeds gehecht aan de verbindingsbalk tussen twee kolommen. De verschillen die in dit konstruktietype optreden lijken verband te hebben met de problemen die ontstonden bij invulling van DOMINO.
•
Door de invoering van de halve gridbeuk is de k o n s t r u k t i e gemakkelijker aanpasbaar aan de omvang van het in te vullen p r o g r a m m a .
De k o n s t r u k t i e is als t y p e minder expüciet dan DOMINO: het skelet k a n w o r d e n gehalveerd en onregelmatigheden als een trap(gat) worde n niet in een aparte zone o p g e n o m e n maar als onregelmatigheid in het skelet geaccepteerd. D o o r deze wijzigingen t e n o p z i c h t e van D O M I NO is een k o n s t r u k t i e o n t s t a a n die zich veel meer vermengt m e t de ruimtelijke o p z e t . Naast deze verschuiving o p het niveau van het k o n s t r u k t i e t y p e treedt in Pessac (en daarvoor al in maison R i b o t ) een verandering o p in de benadering van de invulling. Werd in DOMINO de vrijheid van het kons t r u k t i e t y p e t e n o p z i c h t e van een willekeurige invulling g e d e m o n s t r e e r d, in Pessac w o r d t de invulling b e w e r k t . Deze bewerking, de Taylorizering 1 3 , is een rationalizering van functie s en elementen van de woning. Bepaalde functies, zoals k e u k e n , bad, toilet, w o r d e n geminimaliseerd in a f m e t i n g en gerationaliseerd in indeling, terwijl voor de b o u w e l e m e n t e n standaardisering en mogelijkheid t o t prefabricage w o r d t b e p r o e f d , bijv. voor de ramen. Deze Taylorizering w o r d t d o o r Le Corbusier gekoppeld aan het 'purisme' . Het purisme w o r d t m e t A m e d e e O z e n f a n t in reaktie (en als vervolg) o p het kubisme
• 12. Hierdoor lijkt het een kruising te worden van de tweede versie van DOMINO (type C) en het ontwerp voor Saintes. In DOMINO wordt de trapzone gebruikt om het type te schakelen: meerdere woningen maken gebruik van één trapzone. In Pessac worden woningen opgebouwd uit een schakeling van cellen; schakeling van woningen gebeurt volgens hetzelfde additieve principe. 13. De publicatie Principles of Scientific Organisation van de amerikaan F.W. Taylor verscheen in 1912 in Frankrijk. Door analyse van arbeidshandelingen en een effectief hergroeperen daarvan probeerde Taylor de arbeidsproductiviteit te optimaliseren. Zie Jeanneret and Taylorized industrialization door B.B. Taylor in Le Corbusier in Perspective, p. 98.
•
Door de verplaatsing van de trap van de zijkant naar het m i d d e n o n t s t a a t een veel gunstiger ontsluiting van de bovenverdieping. O m d a t de steektrappen steeds boven elkaar staan is wel een overloop nodig o m bij de volgende t r a p te k o m e n . In t y p e b valt deze feitelijke gang bijv. in de w o o n k a m e r . Met het verdwijnen van h e t overstek is het probleem van de dieptezonering vervallen: de k o l o m valt in het gevelvlak en er rest een vrij indeelbaar vloerveld. Het m e t het overstek verloren oppervlakte w o r d t gedeeltelijk g e k o m p e n seerd d o o r een vergroting van de ' m a z e n ' van h e t grid naar 5 x 5 m . Door de koppeling van de t r a p aan de k o l o m m e n en de plaatsing van m u r e n op de gridlijnen gaat de vrij indeelbare plattegrond t o c h weer sterk het p a t r o o n en de maatvoering van het grid volgen.
ontwikkeld. Centraal in het purisme staat het begrip ' o b j e c t - t y p e ': o b j e k t e n die, d o o r een lange 'natuurlijk e selektie onder ekonomische w e t t e n ' , een ' p u r e ' , gestandaardiseerde vorm bereikt h e b b e n : het wijnglas, de pijp, de gitaar. Deze o b j e k t e n zijn terug t e vinden in de schilderijen van de puristen. De verering voor alledaagse voorwerpen sterkt zich o o k uit naar p u u r abstrakte o b j e k t e n : de k u b u s , cylinder en bol. Hiermee word t een 'identificatie gelegd met het onpersoonlijke en universele in de beschaving' 1 4 . De Taylorizering w o r d t zo gezien als een artificieel versnellen van het purificeringsen standaardiseringsproces. Door het purisme te k o p p e l e n aan de Taylorizering w o r d t het mogelijk programmatische elementen uit de t y p e n van De Foville te koppele n aan het f o r m e e l middelenidioom van het purisme, dat als o b j e k t t y p e visueel in het interieur verschijnt. Deze koppeling vindt in Pessac ten dele plaats. In de p l a t t e g r o n d en verschijnen objektmatig gebogen w a n d e n in C- of Svorm, soms om geminimaliseerde f u n c t i e s gebogen of anders de bewegingen stroomlijnend d o o r smalle gangen. Behalve in de plattegrond w o r d e n de o b j e k t m a t i g e wanden slechts o p een beperkt aantal plaatsen duidelijk: als er voldoende a f s t a n d of r u i m t e is om het o b j e k t in zijn geheel te aanschouwen. Dit vindt voornamelijk plaats in het exterieur: de h u i z e n b l o k k e n verschijnen als dozen ( ' s c h e p e n ' ) o p de grond. Binnen deze dozen worden nieuwe objekten zichtbaar: bergingen ( t y p e a l ) , trappen ( t y p es b en a2) en r a m e n , borstweringen, dakterrassen etc.. Door het plaatsen van de trap buite n het huis ( t y p e b en t y p e a2 gedeeltelijk) w o r dt tijdens het bestijgen ervan h e t huis als geheel zichtbaar. De beweging vindt plaats ten opzichte van het huis w a a r d o o r dit als objekt ervaarbaar w o r d t . De ongelijkwaardigheid van bewoningswijze en k o n s t r u k tie in DOMINO w o r d t in Pessac opgevangen d o o r de bemiddeling van het cel-concept. De cel is zowel eenheid van k o n s t r u k tie en schakeling als van p r o g r a m m a . De interne samenhang van een woning — uiteen geknipt in cellen — zit vast aan de traditionele De Foville-types. Tegelijk treedt binnen deze p r o g r a m m a ' s een schifting o p naar functies, die te Taylorizeren zijn ( k e u k e n , bad, toilet — die middels het o b j e k t - t y p e direkt naar h e t beeld transf o r m e r e n ) en de resterende f u n c t i e s zoals de ' w o o n k a m e r ' die in elk geval begrensd wordt d o o r de cel. Deze strenge k o m p a r timentering is na de 'vrije' plattegrond van maison R i b o t opvallend. CITROHAN In de periode gelegen tussen de ontwer pen van DOMINO en Pessac werkt Le Corbusier o.a. aan Citrohan. Het t y p e Citrohan ( 1 9 2 0 ) w o r d t in het 'Oeuvre C o m p l é t e 1910—1923' geïntroduceerd m e t de volgende tekst: 'OUVRIR LES YEUX - We eten in een klein cheuffeursrestaurant in het centrum van Parijs; er is een bar (buffet), de keuken is achter, een insteekverdieping deelt de hoogte van het lokaal in tweeën; de pui is gericht op de straat. Een mooie dag, je ontdekt het en je merkt dat de
stedebouwkundige
ordening door spiegeling, assen en
optelling
bewijzen hier liggen, van een geheel architektonisch mechanisme dat kan korresponderen met de organisatie van het huis van een mens. Vereenvoudiging van de lichtbronnen: een enkele grote vensteropening aan ieder uiteinde; twee wederzijds dragende muren; een plat dak erop; een echte doos dat gemakkelijk een huis kan zijn. Je droomt ervan dat huis te bouwen in het geeft niet welke streek: de twee muren kunnen zijn van baksteen, van natuursteen, gemetseld door de plaatselijke aannemer. Alleen de doorsnede openbaart de struktuur van gestandaardiseerde vloerdelen, volgens een zeer heldere formule van gewapend beton . . .' etc.15 In de tekst w o r d t over twee soorten kwaliteiten van het t y p e gesproken: een ruimtelijke en een k o n s t r u k t i e v e 1 6 . Over de k o n s t r u k t i e ve o p b o u w is de tekst niet uitvoerig: massieve m u r e n van n a t u u r steen of baksteen en geprefabriceerde vloeren. De tekening laat zien dat de r a m e n in de zijgevel en de vide een bepaalde maat h e b b e n (vgl. Pessac) en de o p de terrasverdieping verschijnende k o l o m m e n (op die m a a t ) doen v e r m o e d e n dat in de massief g e t e k e n d e w a n d e n wellicht een k o l o m m e n s t r u k t u u r gedacht is. De ruimtelijke kwaliteiten van het t y p e w o r d e n in de tekst g e n o e m d : een d u b b e l hoge r u i m t e m e t insteekverdieping. D o o r twee evenwijdige w a n d e n krijgt de r u i m t e een oriëntatierichting en d o o r de opeenvolging van r u i m t e s o n t s t a a t een dieptearticulatie die samenvalt m e t een f u n c t i o nele zonering en de maatvoering. De f u n c t i o n e l e zonering w o r d t in principe o o k o p de verdiepingen g e h a n d h a a f d : boven de salon zit het dakterras (buitenka-
14. Voor meer informatie over Le Corbusier en het purisme, zie Jencks, Le Corbusier and the Tragic View of Architecture, pp. 5 1 - 5 4 . Banham, Theory and design in the first machine age, pp. 206-213. 15.Oeuvre Compléte 1910-1929, p. 31.
mer), boven de eetkamer het b o u d o i r en boven k e u k e n en m e i d e n k a m e r het bad en de slaapkamers. Daarnaast is er een verkeerszone die de verschillende verdiepingen ontsluit. De zijwanden werken o o k in het exterieur ruimtelijk sterk bepalend. Door de benadering van het huis l o o d r e c h t o p deze wand o n t s t a a t een f r o n taal e f f e k t . Door de plaatsing van de afgeb r o k k e l d e wand ervoor lijkt de gelaagdheid en frontalitei t versterkt te w o r d e n 1 7 . C I T R O H A N II
16.In Vers Une Architecture (1923) wordt in het hoofdstuk 'huizen voor massa productie' op p. 222 vooral het (pré-)fabricage aspect van de huizen benadrukt. 17.Er treedt als het ware een wederzijds commentaar op. Overigens ontstaat door de verschuiving van de afgebrokkelde wand ten opzichte van de achterliggende wand een verdraaiing. 18. Vers une Architecture, p. 223. 19. Er is sprake van een overstek, omdat de buitenwand aan die zijde op de begane grond niet door kolommen ondersteund wordt. De binnenwand -tussen verkeerszone en hoofdbeukis wel ondersteund en kennelijk dragend. 20. Deze term wordt door Le Corbusier geïntroduceerd bij de beschrijving van het 'maison La Roche-Jeanneret' (1923), waar dit verschijnsel uitgebreid verwerkt wordt. De ontwikkeling van het begrip viel dus iets eerder. 21 .Oeuvre Compléte, p. 45.
In 1922 volgt een nieuw model: Citrbhan II. De tekeningen van dit t w e e d e m o d e l laten, veel meer dan bij het eerste, de k o n struktieve o p b o u w van het huis zien. In 'Vers une Architecture ' w o r d t het huis geihtroduceerd m e t een technisch-utilitaire tekst: 'konstruktie van beton; dwarsbalken worden ter plekke gemaakt en opgehesen met een handwinch. Holle wanden van 11/8 beton en staaln netten, met een 7,5 spouw; alle vloervelden hebben dezelfde maatvoering; de fabrieksramen met toe te voegen ventilatie op dezelfde maatvoering. De indeling conform het houden van een huishouding; overvloedig licht, aan alle hygiënische behoeftes voldaan en er is goed gezorgd voor het personeel'.18 De konstruktiev e o p b o u w bestaat uit een r e c h t h o e k i g k o l o m s t r a m i e n (ca. 3 , 1 x 5 , 3 5 m ) dat in één richting is uitgebreid tot 4 b e u k e n en m e t aan één zijde een overstek 1 ' waarin de t r a p z o n e is o p g e n o m e n . Naast deze konstruktie f meer expüciete uitwerking t e n o p z i c h t e van Citroha n I zijn in Citrohan II ook enkele ruimtelijke verschillen aangebracht. De verkeerszone die Citrohan I van buitenaf ontsluit w o r d t in Citrohan II naar binn e n verlegd, terwijl die als zone zelfstandig blijft: d o o r de k o l o m m e n w o r d t de overstek b u i t en de h o o f d r u i m t e g e h o u d e n . Door het laten vervallen van m u u r v l a k k en tussen de k o l o m m e n in w o r d t de dragende k o l o m zichtbaar en ontstaa t in het interieur van Citroha n II een e f f e k t dat in het Citrohan 1
exterieur van Citrohan I aanwezig was: een w a n d (die zichtbaar vóór een andere wand staat) die, wil m e n de trap opgaan, f r o n t a a l gepasseerd w o r d t . In de f r o n t a l e o n t m o e t i n g en het opgaan van de trap zit een e f f e k t zoals omschreven bij Pessac in de t y p e s b en d waar in de wandeling langs en t e n opzichte van de d o o s het obj e c t m a t i g k a r a k t e r waarneembaar w o r d t . Zo w o r d t de wand in Citrohan II in de wandeling van rez-de-chaussee naar entresol geisoleerd t o t een objekt(-matig vlak) t e n o p z i c h t e waarvan men beweegt. Ook de k o l o m waar de w a n d o p lijkt te staan w o r d t zo, én d o o r de tegenstelling w a n d k o l o m t o t een o b j e k t . Aldus ontstaa t d o o r het interieur een ' p r o m e n a d e a r c h i t e c t u r e l e ' 2 0 , waaraan de onderdelen van het huis als o b j e k t e n gaan verschijnen. Met de ontwikkeling van deze wandeling gaat dus een verregaande herinterpretatie van de k o n s t r u k t i e gepaard: zij w o r d t direkt ingezet o p het niveau van het beeld en als o b j e k t , als ruimtelijk elem e n t inzetbaar. In de verhouding k o l o m w a n d w o r d t zo duidelijk dat de onderlinge a f s t e m m i n g van de e l e m e n t e n o p elkaar belangrijk w o r d t : het o n t w e r p e n bestaat nu uit het o r d e n e n van o b j e k t e n t e n opzichte van elkaar. Het huis is o p een plateau o p p o o t j e s gezet; toegevoegd is een 'sous-sol surelevé' m e t vnl. dienstruimtes. Het doel, een 'maison en l'air' 2 1 , w o r d t bereikt d o o r een soort opgetilde a a r d b o d e m te m a k e n , m e t daarop het huis. Met het plateau w o r d t bereikt dat het huis zowel aan de voorals aan de zijkant te ontsluiten is zonder allemaal t r a p p e n te hoeven m a k e n . Nieuw is dat de k o l o m m e n die het plateau en huis dragen zichtbaar zijn: de overgang tussen DOMINO I en II waar de k o n s t r u k tie als architektonisc h element ontwikkeld is, w o r d t in dit m o d e l voor Citrohan II voor het eerst 'toegepast'. Een verschil met DOMINO II en Citrohan I is dat door het huis o p k o l o m m e n te zetten de drie vloervelden een andere betekenis krijgen: was eerst sprake van één begane grond, Citrohan
II
één verdieping en één d a k, met ieder programmatisch een specifieke f u n c t i e , bij Citrohan II is er een begane grond en een dak, m e t ieder een specifieke f u n c t i e , en een aantal verdiepingen (hier t w e e , maar 'oneindig' uitbreidbaar) waarvan de f u n c ties per verdieping uitwisselbaar zijn. D.w.z. staat Citrohan I, o o k vanuit het gebruik gemeten , duidelijk o p de grond, in Citrohan II w o r d t het concep t o n t w i k k e l d van een doos o p een basement en met een afgrenzing naar boven (kroonlijst), terwijl de inhoud van de doos zich niet meer relateert vanaf de grond, maar aan een interne o p b o u w en samenhang: nl. die van de r o u t e architecturale 2 2 . In Citrohan I w o r d e n de ruimte s s y m m e trisch om de lengteas van het huis georganiseerd (behalve o p het terras). In Citrohan II w o r d en de ruimte s georganiseerd door de positie die ze t.o.v. de r o u t e en de verkeerszone innemen. De 'as' is niet meer f o r m e e l ruimtelijk, maar w o r d t nu gevormd en meegedragen d o o r de persoon die de r o u t e a f l o o p t 2 3 . Wellicht daarom wordt de wenteltrap die aanvankelijk in de vide s t o n d 2 4 verplaatst tegen de verkeerszone aan en naar achteren w a a r d o o r het een bedieningstrap w o r d t die de verkeersdienstenzones m e t de slaapverdieping kortsluit. Citrohan I w o r d t gepresenteerd als een ruimtelijk-programmatisch c o n c e p t dat een bepaalde konstruktieve o p b o u w meen e e m t . O p b o u w en lay-out van p r o g r a m m a zijn in zekere zin analoog aan die van DOMINO. In DOMINO staan verkeerszone en oriëntatierichting (richting waar de k a m e r s o p oriënteren) loodrecht o p de h o o f d - of lengterichting van de woning. In Citrohan is deze h o o f d r i c h t i n g geroteerd en valt nu samen m e t de richting van oriëntatie en verkeerszone. De woning is in principe o p dezelfde manier schakelbaar, nl. aan de dichte zijwanden. Door, anders dan in Pessac , de verkeerszone evenwijdig te leggen aan de lengteas (i.p.v. in de breedte ) w o r d t het probleem van DOMINO van de excentrische ontsluiting van de verdieping opgelost. De verkeerszone blijft in de overstek! Naast deze rotatie treedt in Citrohan nog een aantal verschillen ten opzichte van DOMINO op: — De overstek aan de andere zijde vervalt (vgl. Pessac). — Het stramien h e e f t een h o o f d - en nevenmaat. — Door het laten vallen van twee vloervelden ontstaa t een vide. Citrohan is niet te lezen als een getransf o r m e e r d e DOMINO. Wel lijken in de ontwikkeling van Citrohan I en II enkele thema's te verschijnen die in DOMINO ontwikkeld zijn (en in Pessac o p een andere wijze weer opgepak t zullen w o r d e n ) en binnen het Citrohan-concept ingezet worden. De articulatie van k o n s t r u k t i e en trap, de zonering en de r o u t e . De mogelijkheden van het DOMINO II concept w o r d e n binnen de strakke Citrohan-organisatie uitgetest!
22.Daarmee wordt het type inzetbaar voor stapeling: de 'immeuble villas'. 23. Vergelijk Broadbent, Design in Architecture, p. 45.
Citrohan II op de grond C I T R O H A N III
plattegronden Citrohan III
24. De wenteltrap in Citrohan 1 staat in de vide los van het gestandaardiseerde vloersysteem en heeft met de verkeerszone buiten een min of meer symmetrische positie ten opzichte van de lengte- en symmetrieas. In Citrohan II wordt het vloersysteem wel doorbroken met een trapgat, en wordt geprobeerd de wenteltrap te koppelen aan de verkeerszone. 25.Behalve in Pessac bij type b. Interessant is bovendien dat dit type óók maar één oriëntatierichting heeft: evenals in DOMINO loodrecht op de lengterichting. Een soort kruising van DOMINO en Citrohan, dus. 26. Volgens de eerste tekeningen was het huis op een steile helling gedacht; een bruggetje zou oversteken van de helling direct naar de eerste verdieping van het huis.
In het o n t w e r p voor een Citrohan III in de Weiszenhofsiedlung in Stuutgar t (19251927) zien we een idiomatische perfectionering van het t w e e d e model. • Het terras-plateau verdwijnt. Alleen het huis staat nog o p k o l o m m e n w a a r d o or het o b j e k t m a t i g karakter versterkt w o r d t . De entree vindt plaats in de verkeerszone o p de begane grond, waarvandaan een t r a p in die zone naar de eerste verdieping leidt. Aanvankelijk was er een entree getekend die via een brug f r o n taal d o o r het zijgevelvlak naar het hal- • letje o p de eerste verdieping zou leiden 2 6 . • Het verband t r a p p e n - k o n s t r u k t i e w o r d t geformaliseerd: de traplengte is ongeveer gelijk aan de k o l o m a f s t a n d . Trappen w o r d e n zo in het grid of voor de h e l f t verschoven t e n opzicht e van het grid ingepast. Het b a l k o n n e t j e o p de eerste verdieping is zo te begrijpen als een vloerveld dat d o o r de verschoven positie van de t r a p naar de insteekverdieping een halve grid-afstand het huis uit is geschoven. • Het k o l o m s t r a m i e n h e e f t een a f m e t i n g van 2 , 5 x 5 m ' tussen de k o l o m m e n , en sluit dus een gehalveerd vierkant in. • De scheve positie van het balkon is gezien de a a n k o m s t van de t r a p o p de insteekverdieping ook een f o r m e l e ver- . schuiving van ongeveer een halve grida f s t a n d . Vgl. de situatie in Citrohan II. • De w e n t e l t r a p als kortsluiting verdwijnt, evenals het halletje tussen k e u k e n en e e t k a m e r : alle gangen en t r a p p e n zitten nu in de verkeerszone.
vroege variant Citrohan III met ingang in zijgevel
Citrohan III als villa in Parijs De objektmatigheid van de gebouwdelen w o r d t o p alle niveaus b e n a d r u k t : het huis als d o o s , de k o n s t r u k t i e v e elem e n t e n en de w a n d e n (vgl. de positie van k o l o m en wand in het halletje o p de eerste verdieping), het balkon (door de scheve positie), de schoorsteen in de w o o n k a m e r ervoorlangs en daar weer tegenover het schrijfplateau o p de borstwering van het b a l k o n , de gebogen wand van het bad (die los staat van het p l a f o n d ) tegenover de wand van het w.c. daarachter, etc.
In het Oeuvre C o m p l é t e w o r d t over Citrohan III onder meer het volgende gezegd: '. . . Hier wordt een these van het moderne wonen gepresenteerd: een groot volume als woonkamer waar men de hele dag leeft, in het welzijn van grote afmetingen en een grote kubus lucht, in het toestromende licht. Los van deze grote kamer zijn er toegevoegde boxen voor functies die korter duren en die voor bevrediging daarvan kleine afmetingen hebben . . .' Was het Pessac-type een m i n i m u m w o n i n g met een aan De Foville o n t l e e n d e programmatische samenhang, Citrohan is een 'ideale' woning: naast een r u i m t e c o n c e p t bevat het een w o o n c o n c e p t . H e t verschil tussen de getaylorizeerde en in zones gevatte f u n c t i e s enerzijds en de grote Testruimte, de 'salie' anderzijds, w o r d t in het ruimtelijk concept opgelost.
LITERATUUR Le Corbusier, Oeuvre Compléte, 1910-1929. Le Corbusier, Vers une Architecture, 1923. B.B. Taylor, Le Corbusier et Pessac, 1972. Serenyi, Le Corbusier in Perspective, 1975. Banham, Theory and design in the first machine age, 1975. Jencks, Le Corbusier and the tragic view of architecture, 1973. Eisenmann, Oppositions, nr. 6 (Stirling). Tafuri/Dal Co., Architektur der Gegenwart, hoofdstuk IX. Curtis, Le Corbusier — The evolution of his architectural language and its crystallisation in the Villa Savoye.
Doorsnedes over de vide m e t de verkeerszone in aanzicht. Illustratie van het b e t r e k k e n van de verkeerszone in het interieur en het opengaan en het ' t o t object m a k e n ' van de w a n d , d o o r de drie Citrohans h e e n.
Citrohan 1: de verkeerszone zit buiten het interieur en wordt met deuren daarmee verbonden.
Citrohan II: de verkeerszone verschijnt in het interieur, gedeeltelijk verborgen achter kolom en wand. Daardoor wordt het schijfachtige van de wand zichtbaar. Er treedt ook een omkering op: op de rez-de-chaussee is de wand in de eetkamer dicht en in de salon open; op de entresol is de wand in de salon dicht en in het boudoir open.
Citrohan III: vereenvoudiging en perfectionering van de doos, het grid en de positie van de trappen.
Door ecu misverstand is de auteur van 1c cobusier; domino, pessac, citrohan niet in staat geweest dit artikel te corrigeren. Daardoor zijn stilistische-, zeten lay-out fouten in tekst en opmaak blijven zitten. Ten behoeve van de leesbaarheid volgen hier nog enkele correcties en aanvullingen. Het. artikel is in 1 9 7 9 / 8 0 geschreven in h e t k a d e r van h e t Le Corbusier o n d e r z o e k o n d e r begeleiding van H e n k Engel en Max Risselada. p. 11.
p. 12.
p. 13.
p. 14.
p. 15. p. 17. p. 18. p. 19. p. 2 1 .
noot 4: " b e l a n g r i j k er . . . i n z e t b a a r w o r d t " m o e t bij noot 7 na " z i e BB T a y l o r , p. 11 ev." noot 7: " z a k " m o e t zijn " z a g " illustratie geheel boven: " d o m i n o I " illustratie linksboven: " l a n g s z o n e r i n g " resp. " d w a r s z o n e r i n g " illustratie rechtsboven: " t y p e n s c h e m a s c h a k e l e l e m e n t e n , die o o k gespiegeld ingeze kunnen worden." "de schakeling van domino": v o o r illustraties zie p . 14. bij typen A,B,C le versie, verklaring nummers: 1. atelier of winkel 2. wc 3. keuken 4. saüe 5. salon 6. werkkamer 7. slaapkamer 8. badkamer "domino II": de t e k e n i n g uit 1 9 1 5 zie p. 12 b o v e n a a n ; de t e k e n i n g u i t 1 9 2 3 zie p. 11. noot 11: h o o r t bij p. 15 " p e s s a c " , 4e regel, "pessac", Ce regel: " 3 verschillende m o d e l l e n u i t g e v o e r d . " m o e t zijn: " 4 verschillende m o d e l l e n uitgevoerd; van m o d e l a 4 zijn geen p l a t t e g r o n d e n . " linkerkolom, le regel: " t y p e b " m o e t zijn " t y p e a " linkerkolom, 9e regel: " s t e r k t " m o e t zijn " s t r e k t " linkerkolom, 5e regel v.o.: " c h a u f f e u r s r e s t a u r a n t " rechterkolom, 7e regel: " t y p e s b en d " m o e t zijn " t y p e s b e n a 2 " linkerkolom, 2e regel: " S t u t t g a r t "