RICHTLIJNEN BOUWRIJPMAKEN SCHIJFSTRAAT TETERINGEN.
1.
Werkterreinen
Voor het uitvoeren van bouwprojecten in de nieuwe bestemmingsplannen kan de bouwondernemer voor zover beschikbaar, de beschikking krijgen over een werkterrein op openbare grond voor de oprichting van bouwketen, schaftlokaal en de opslag van bouwmaterialen e.d. Voor het in gebruik nemen van een werkterrein, waarvoor altijd maagdelijke nog niet openbare grond (ongeacht de bestemming) zal worden gebruikt, is de gebruiksvergoeding vastgesteld op € 2,50 per m2 per jaar. Voor het in gebruik nemen van een werkterrein op niet openbare grond wordt krachtens delegatie door de directeur van de directie Stadsontwikkeling van de gemeente Breda toestemming verleend.
2.
T.b.v. werkterrein, welke middels puin worden verhard, dient een waarborgsom te worden afgegeven. Onder de puinverharding dient een doek te worden aangebracht om vermenging met de ondergrond te voorkomen. Ook voor de tijdelijke aansluiting van de bouwketen op openbaar riool en tijdelijke inritten dient een waarborgsom te worden betaald.
Huisaansluitingen/Riolering De aanvraag voor aansluitingen voor de vuil- en hemelwaterafvoer op de riolering (gescheiden stelsel) moet tijdig (minimaal 3 maanden voor de oplevering van de woning(en) ingediend worden: overleg hieromtrent kan plaatsvinden met de afdeling Vergunning en Handhaving van de directie Buitenruimte Breda. Elke eengezinswoning dient apart aangesloten te worden op het vuilwaterriool. Voor de eventuele aanleg van drainage dient/dienen in overleg met bovengenoemde directie (een) aparte afvoerleiding(en) te worden aangelegd. De daaraan verbonden kosten worden apart verrekend. De drainageleidingen mogen in geen geval worden aangesloten op het hemelwater- of vuilwaterriool. De aansluitkosten van de vuil- en hemelwaterafvoeren van eengezinswoning bedragen € 215,55 per aansluiting met een diameter van rond 125 mm. Tevens is men een bedrag van € 172,20 verschuldigd voor de behandeling van de aanvraag. Genoemde bedragen kunnen (jaarlijks) worden aangepast in verband met loon- en prijsstijgingen. Bij aansluitingen van meergezinswoningen, kantoren, bedrijven, winkels, etc. en aansluitingen met een diameter groter dan rond 125 mm worden de werkelijke kosten in rekening gebracht met een minimum van het dan geldende tarief. De aansluitingen worden dan pas gerealiseerd wanneer het door de afdeling Vergunning en Handhaving van de directie Buitenruimte opgegeven bedrag c.q. de waarborgsom is betaald ( betalingsbewijs moet kunnen worden overlegd). De gronddekking boven de aansluitleiding met een diameter van rond 125 mm en rond 160 mm moet ter plaatse van de eigendomsgrens met de gemeente maximaal 50 cm bedragen, gerekend vanaf de bovenkant van toekomstige verharding of maaiveld. Dit in verband met de kruising van kabels en leidingen; de gronddekking boven de grotere diameters wordt afzonderlijk bepaald. De aansluiting moet haaks of nagenoeg haaks zijn op de gevel in verband met de huisaansluitingen van de nutsbedrijven. De aansluiting ten behoeve van het huishoudelijk afvalwater (DWA) dient uitgevoerd te worden in PVC kleur bruin. De afvoerleiding van het regenwater dient uitgevoerd te worden in PVC kleur grijs. Bergingen en garages dienen aangesloten te worden op de afvoer van het bijbehorende perceel. De afvoer van hemelwater van gezamenlijke brandgangen kunnen, indien nodig en na overleg met de gemeente, tegen betaling van de werkelijke kosten, afzonderlijk worden aangesloten op het
Pagina 1
hemelwaterriool. Onderhoud van deze hemelwaterafvoer is voor rekening van de diverse eigenaren van de aanliggende percelen. Afhankelijk van de doorlatendheid van de bodem kan de gemeente eisen dat op eigen terrein voorzieningen moeten worden aangebracht om het hemelwater van de gebouwen in de bodem te laten infiltreren
Nutsbedrijven Elektra-Water-Gas De aanvraag voor huisaansluitingen van elektra, water en gas of stadsverwarming moet in een zo vroeg mogelijk stadium (uiterlijk 3 maanden voor de oplevering van een bepaald woningblok of woning) afzonderlijk van de bouw ingediend worden bij de desbetreffende nutsbedrijven. Ook bouwstroomvoorzieningen dient tijdig bij betreffende nutsbedrijf te worden aangevraagd en afzonderlijk te worden verrekend met het nutsbedrijf Nutsbedrijven Telecommunicatie ( zoals bv. KPN en Casema ) Hiervoor kunnen/moeten afzonderlijke aanvragen worden ingediend.
3.
Grondwerk ten behoeve van bouwpercelen
Het advies vloerpeil van de bouwpercelen bij oplevering wordt vastgesteld door de Gemeente Breda en is gekoppeld aan de grondbalans van het project, alsmede het nieuwe straatpeil. Het peil van de percelen is gerelateerd aan het peil van de toekomstige definitieve wegen. Bouwpercelen met een bestaand maaiveld minder dan 25 cm beneden of boven de vastgestelde nieuwe terreinhoogten moeten door en voor rekening van de bouwers worden aangepast aan de nieuwe peilen. Bouwpercelen met een bestaand maaiveld van meer dan 25 cm beneden (of andersom boven) de vastgestelde nieuwe terreinhoogten worden in principe geleverd op een peil ten hoogste 25 cm beneden (en andersom boven) het nieuwe peil. Kosten verbonden aan door de bouwer/eigenaar veroorzaakte afwijkingen komen geheel voor rekening van de bouwer/eigenaar. Het verder ophogen en afwerken van het terrein op het nieuwe peil aan het einde van de bouwfase behoort tot de verplichtingen van de bouwers. Indien u (na de voltooiing van de bouw van woning) overtollige teelaarde, grond en zand van de bouwpercelen geschikt voor hergebruik binnen en buiten het plangebied, wenst af te voeren dient dit te gebeuren door en voor rekening van de bouwer. Wanneer deze grond buiten het plangebied wordt gebracht is een keuring in het kader van de Wet Bodembescherming (het Bouwstoffenbesluit) vereist. Ook deze kosten komen voor rekening van de bouwer Grond die na de feitelijke ingebruikneming van het bouwperceel door koper/de bouwer is vervuild dient voor eigen rekening te worden afgevoerd conform de Wet Bodembescherming (het Bouwstoffenbesluit).
4.
Afwatering op eigen terrein
In de bestaande grondslag kunnen hier en daar slecht waterdoorlatende lagen voorkomen, waardoor de afvoer van regenwater op onverhard oppervlak naar de diepere waterlagen soms slecht en traag op gang komt. U dient hiermee rekening te houden. Met betrekking tot wateroverlast op de bouwterreinen zelf kan worden gesteld, dat de gemeente verplicht is bouwrijpe grond aan de bouwers te verkopen. Dit houdt onder meer in dat alle terreinen voldoende hoog boven de hoogste voorkomende waterstand worden opgeleverd en dat de grondwaterstand, bijvoorbeeld door waterpartijen, in het gehele gebied wordt beheerst. Het uitgangspunt daarbij is, dat het regenwater op eigen terrein in de tuinen wordt geïnfiltreerd, indien dit niet mogelijk is moet dit gecontroleerd worden afgevoerd. Vrije lozing naar een (ander) particulier of openbaar terrein niet is toegestaan. De gemeente verzorgt de afvoer van openbare wegen en parkeerterreinen (kolken met aansluiting op bijvoorbeeld de riolering) en van het openbare groen (bewerken van de grond met eventueel aanvullende voorzieningen zoals drainage, sloten e.d.).
Pagina 2
Indien tijdens de bouwwerkzaamheden bronneringen toegepast dienen te worden moet dit worden aangevraagd bij: Provincie Noord-Brabant bureau grondwater; Waterschap Brabantse Delta (bij lozing op openwater); Gemeente Breda, Directie Buitenruimte afdeling Technisch Maatschappelijk Beheer (bij lozing op riool)
5.
Opleveringsroute van de woningen c.q. overige bebouwing
Woningen worden als opgeleverd beschouwd indien: ze zijn aangesloten op de nutsvoorzieningen en de riolering; geen zwaar bouwverkeer van de definitieve bestrating gebruik moet maken; het werkterrein schoon is opgeleverd. Er moet gerekend worden, nadat 95% van de woningen zal zijn opgeleverd (e.e.a. afhankelijk van de planindeling, bouwvolgorde etc.), pas gestart gaat worden met het aanbrengen van definitieve bestratingen. Indien bereikbaarheid van woningen/complexen eerder moet plaats vinden , komen de extra kosten voor rekening van de bouwer/eigenaar/ontwikkelaar. 6.
Wijzigingen in aantal en indeling woningen
a.
Bij de aanleg van het hoofdriool wordt het aantal en de plaats van de inlaten met opzetstukken c.a. voor de huisaansluitingen gebaseerd op de gegevens van de bouwer/ontwikkelaar ( of in sommige gevallen via de architect) over het aantal en de indeling van de woningen. Wijzigingen van het aantal of de indeling van de woningen in een bouwblok in een later stadium heeft meestal tot gevolg dat de reeds uitgevoerde voorzieningen op het hoofdriool moeten worden aangepast. De aan deze aanpassingswerken verbonden kosten zijn voor rekening van de aanvrager van de woningwijzigingen. De aansluitingen van kantoren, bedrijven, winkels, etc. op het hoofdriool zullen afzonderlijk en in overleg met de bouwer/ontwikkelaar worden bepaald.
b.
7.
Bouwstraten
Nadat de riolering en de overige kabels en leidingen zijn aangelegd wordt begonnen met de aanleg van de bouwstraten. In de woonstraten en bedrijfswegen wordt een tijdelijke verharding ter breedte van 3.505.00 m aangebracht, bestaande uit op zijn kop gestraatte klinkers of asfaltonderlagen. Indien nodig wordt deze verharding voorzien van een beperkte regenwaterafvoer. Indien de situatie het toelaat wordt een bouwweg van gebroken puin aangelegd. Verontreinigingen op en schades aan de tijdelijke verhardingen die door de bouwers wordt veroorzaakt worden verhaald op de veroorzaker. De bouwers dienen de aanvoer van materiaal en materieel te verzorgen via door de gemeente aangegeven rijroutes. Voor kavel 3 en 4 gelegen in het plangebied Schijfstraat geldt dat de bouwroute van materiaal en personeel dient plaats te vinden via De Boeding. Er dient hierbij geen gebruik gemaakt te worden van lange vrachtwagens. Voor kavel 1 en 2 loopt de route via de Schijfstraat. De bouwer dient de leveranciers, vervoerders, onderaannemers en eigen personeel e.d. van het bovenstaande op de hoogte te stellen. Het blokkeren van bouwstraten t.g.v. laden en lossen of door het gebruik van mobiele kranen is alleen toegestaan indien hierover overleg heeft plaats gevonden en toestemming is gegeven door de Gemeente Breda , Directie Beheer. Het blokkeren van bouwstraten t.g.v. parkerend bouwpersoneel is niet toegestaan. Het is niet toegestaan om parkeeroverlast te veroorzaken in de omliggende straten door voertuigen van eigen personeel ,
Pagina 3
onderaannemers en toeleveringsbedrijven. Bij constatering hiervan dienen de voertuigen op de 1 aanwijzing van de gemeente te worden verwijderd.
8.
e
Bestaande beplanting
De bestaande te handhaven beplanting, welke binnen de werkterreinen vallen, dient zodanig beschermd c.q. behandeld te worden, dat beschadiging wordt voorkomen. Toegebrachte schade zal op de veroorzaker worden verhaald. Eventuele benodigde bescherming dient aangebracht te worden in overleg met de gemeente Breda, directie buitenruimte. Diversen: De te maken inritten zijn vergunningplichtig. Per perceel wordt 1 inrit toegestaan. De aanvraag voor een in- & uitrit moet tijdig (min. 6 weken voor de oplevering van de woning(en) ingediend worden: overleg hieromtrent kan plaatsvinden met de afdeling Vergunning en Handhaving van de directie Buitenruimte . Per woning of perceel kan een inrit worden aangelegd, met een maximale breedte van 3.50m. Afhankelijk van de situatie en de verkeersveiligheid, kan hiervan worden afgeweken. De hoogtemaatvoering van de particuliere inritten kan, in overleg met de desbetreffende toezichthouder, vooraf aan de definitieve inrichting worden afgegeven. Eventuele afwijkingen tijdens het woonrijp maken kunnen nimmer aanleiding geven voor financiële verrekening in welke vorm dan ook. De toe te passen afrastering van het bouwperceel mag de grens tussen particulier en openbaar gebied niet overschrijden. Indien de betreffende afrastering op openbaar gebied is geplaatst dient deze op eerste aanzegging te worden verwijderd. De eigendomsgrenzen en de rooilijnen worden door de afdeling geo-informatie van de gemeente Breda uitgezet. Vóór de aanvang van de bouw dient een verzoek hiertoe bij genoemde afdeling te worden ingediend. Bovengenoemde grenzen en rooilijnen worden slecht eenmalig in het terrein uitgezet. De bouwer is verantwoordelijk voor het waarborgen van deze gegevens in het terrein. Het definitief bepalen van de gevellijn alsmede de erfgrens geschiedt eveneens door de afdeling geo-informatie. Opslag van benodigd bouwmateriaal dient in principe geheel te geschieden op particulier terrein tenzij hiervoor uitdrukkelijk toestemming gegeven is. Zie ook artikel 1 Werkterreinen. Materialen welke zonder toestemming op openbaar gebied zijn opgeslagen dienen op eerste aanzeggen te worden verwijderd. Op plaatsen waar het bouwverkeer structureel de strook passeert waar de nutsleidingen zijn gelegen (vaak in de berm en evenwijdig aan de bouwweg), of waar opslag plaats vind of waar bouwkranen worden opgesteld, dienen maatregelen getroffen te worden zodat de ongestoorde ligging van de leidingen kan worden gewaarborgd (bv. rijplaten). Reclameborden worden alleen toegestaan op het terrein binnen de erfgrens. In sommige gevallen kan een tijdelijke bouwvergunning worden geëist. Reclameborden op openbaar terrein zijn slechts toegestaan na schriftelijke toestemming van de gemeente. Zonder schriftelijke toestemming aangebrachte e reclameborden dienen na 1 aanzegging van de gemeente binnen 24 uur te zijn verwijderd. Indien er sprake is van een verkeersonveilige situatie of verstoring van de openbare veiligheid , dan dienen de reclameborden onmiddellijk te worden verwijderd. De bouwers dienen een voorziening te maken voor het parkeren van hun werknemers en werknemers van eventuele onderaannemers. Voor de start van de bouw, dient de bouwer een afstemmingsoverleg te plannen met de desbetreffende toezichthouder van het Ingenieursbureau van de directie Buitenruimte van de gemeente Breda, en tevens
Pagina 4
de naam en de telefonische bereikbaarheid van de contactpersoon op het werk te verstrekken aan genoemde toezichthouder.
Gemeente Breda Directie Beheer Augustus 2013.
N.B. Alle genoemde bedragen/vergoedingen kunnen jaarlijks worden aangepast. De actuele bedragen zijn terug te vinden op de gemeentelijke website.
Pagina 5