Regionaal Platform Ziekenhuishygiëne West-Vlaanderen
Werkgroep Wondzorg: P. Braekeveld, G. Demaiter, J. Steenhuyse, X. Morret, R. Vande Moortele, D. Vanrenterghem
Inhoud 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
Acute versus chronische wonden Wondzorgalgoritme naar prof. V. Falanga Bacteriële load Reinigen of ontsmetten? Marktoverzicht verbandmaterialen Een praktisch wondzorgmodel Wondevaluatie Wondvochtculturen: afnametechniek & betekenis Capita selecta Implementatie van een wondzorgbeleid
1. Acute & chronische wonden • Acute wonden chirurgische wonden, traumatische wonden (brandwonden), stralingswonden > TRADITIONELE wondzorg (snelle wondheling, traditionele wondverbanden die kwaliteitsvol afdekken) • vb. postoperatieve verbanden: niet inklevende wondkussen & non woven drager, al of niet voorzien van een waterdichte polyurethaanfilmlaag/ niet inklevende kompres met transparante polyurethaanfilm met verhoogde MVTR-waarde • vb. niet verklevende absorberende compressen met hydrofobe vlieslaag • vb. geperforeerd siliconenverband (Mepitel ®)
• Chronische wonden veneus/arterieel ulcus, decubitus, oncologische wonden, diabetisch voet > MODERNE wondzorg (trage wondheling, hydroregulatieverbanden die vochtig milieu creëren of behouden, bioregulatieverbanden die wondhelingsproces actief beïnvloeden)
Verbandkeuze i.f.v. doelstelling Traag Geavanceerde verbanden
Snelheid van wondheling
Beïnvloeden wondhelingsproces Een vochtig milieu creëren of behouden
Kwaliteitsvol bedekken
Snel
Moderne verbanden
Traditionele verbanden
2. Algoritme voor wondzorg Algemene evaluatie
Behandel oorzaak
Wonddiagnose
Ondersteunende behandeling: • veneus ulcus • diabetes voet • drukletsels…
Voorbereiden wondbed
Zorg voor patiënt
Comfort patiënt: pijnreductie; geurneutralisatie; minder frequente verbandwissels Ondersteuning zorgverlening: educatie, protocollen, literatuur
Falanga (V.) Introducing the concept of wound bed preparation, Int Forum Wound Care, 2001, 16(1):1-4
Algoritme voor wondzorg Voorbereiding wondbed
Bacterieel evenwicht
Verwijderen necrose
Antimicrobiële therapie
Exsudaat controle
Debridering
Cellulaire dysfunctie
Biochemisch evenwicht
Absorptie van exsudaat
Falanga (V.) Introducing the concept of wound bed preparation, Int Forum Wound Care, 2001, 16(1):1-4
Wondbedvoorbereiding?
Algoritme voor wondzorg Voorbereid wondbed Wondheling
Huidgreffen
Groeifactoren
Bio-engineerd producten
Vochtige wondheling
Falanga (V.) Introducing the concept of wound bed preparation, Int Forum Wound Care, 2001, 16(1):1-4
Opgelet In tegenstelling tot de meeste acute wonden volstaat bij chronische wonden een goede lokale wondverzorging NIET ! Ondersteunende behandeling (bepaald door aard onderliggend lijden) is belangrijker dan eigenlijke verbandkeuze !!!
3. Bacteriële load Contaminatie
MRSA, VRE…
Kolonisatie
Kritische kolonisatie
Laatste 4 weken geen verandering; abnormale geur; ongezond uitzicht
Infectie ~
Locale infectie
Systemische Infectie
Roodheid; zwelling; pijn; etter; warmte
Aantal bacteriën x virulentie Resistentie patiënt
Bacteriële load Contaminatie
Kolonisatie
Reinigen Exsudaatmanagement
Kritische kolonisatie
Locale infectie
Debrideren Exsudaatmanagement Lokale antimicrobiële producten
Systemische Infectie
Debrideren Exsudaatmanagement Lokale antimicrobiële producten Systemische AB
4. Reinigen of ontsmetten? Begin jaren ’80 : “in vitro” studies over cytotoxiciteit van antiseptica → foute extrapolatie naar klinische “in vivo” situatie & onjuist gebruik van antiseptica → begin jaren 2000: reinigen NIET ontsmetten bij niet-geïnfecteerde wonden Wel ontsmetten indien: ü immuungecompromiteerde patiënt (neutropenie, diabetes) ü geïnfecteerde of MRSA-gekoloniseerde wonde ü vuile straatwonde ü stagnerende, niet evolutieve wonden ü insteekplaatsen katheters, sondes, drains…
Reinigen Bij voorkeur mechanische wondreiniging onder voldoende druk: hydraulische kracht > adhesieve kracht van partikels die aan de wondbodem kleven ü commerciële wondcleansers: spraystand (neveleffect) om wonde te spoelen: streamstand (straaleffect) om debris, pus, necrose, vuile resten te verwijderen vb. Dermacleanser, Flamirins (citroenzuur-buffer); Flamiclens (azijnzuurbuffer)… ü steriel fysiologische oplossing; 20 ml spuit en 22 G optreknaald ü drinkbaar kraanwater (Angeras et al. 1992, Fernandez et al. 2002): kan in thuismilieu, niet aanbevolen in ziekenhuismilieu
Wondreiniger -
individueel gebruik ! om wonde te spoelen: nevel (spray) om debris, pus, necrose, vuile resten te verwijderen: straal (stream) -> spatten dus zelfprotectie ! hoe dichter bij de wonde, hoe hoger de druk cleanser in streamstand onder hoek van 45° vermindert de kans op spatten na gebruik steeds sproeiknop in stand “off” plaatsen sproeiknop reinigen/ontsmetten indien zichtbaar bevuild na opening: 3 weken houdbaar woundcleansers zijn geen ontsmettingsmiddelen: dus NIET bij IVverzorgingen…
Jetox Nieuw systeem voor schoonmaken van wonden en verwijderen van necrotisch weefsel met zuurstof en fysiologisch zout onder druk (4-6 atm of 60-90 psi) <> Aërosolvorming en verspreiding van bacteriën?
Ontsmetten KISS : keep it simple, stupid !!! Ontsmettingsmiddel
Onverenigbaar met
Chloramine-oplossing
Zuurstofwater, Alcohol en Joodverbindingen
Zuurstofwater
Chloramine-oplossing en Joodverbindingen
Chloorhexidine
Anionen (gewone zepen), Jood- en Kwikverbindingen
HAC
Anionen, Jood- en Kwikverbindingen en Chlooramine
Polyvidone jodium
Chloorhexidine en Kwikverbindingen
Joodalcohol
Chloorhexidine
Gebruik slechts 1 antisepticum !
Ontsmetten Meest geschikt antisepticum voor wondzorg is: ü Polyvidone iodine (Isobetadine®) § breed antimicrobieel spectrum; § geen cytotoxiciteit in vivo; § geen resistentievorming; § veilig vanuit allergologisch standpunt (povidone jodium-allergie = 0.4%)
Ontsmetten Af te raden of selectief te gebruiken producten: ü Hibidil ® & HAC ® (weinig actief tegen gram -, toxisch); ü Chloramine-T 0.5% & natriumhypochloriet (onstabiel, toxisch); ü Carrel-Dakincrème (idem+ kans op contactallergie op wolvetalcoholen); ü Eosine (ontsmet NIET); Azijnzuur 1-2% (bij pseudomonas); ü kaliumpermanganaat 0.01% (bij sterk exsudatief eczemateus ulcus); ü zuurstofwater (anaëroben) & Crystacide ® (doeltreffendheid?)
Plaats van chloorpreparaten? 2 ontwikkelingen tijdens WO I: Eusol & Carrel-Dakin ü “Carrel-Dakinoplossing” in België magistraal bereid = T-Chloramine 0.2% ü T-Chloramine 0.5% is actiever
Stabiliteit: max. 1 week ü Dakin-Cooper = gestabiliseerde natriumhypochloriet 0.5%
Stabiliteit: 30 maanden; na opening: 6 weken??? Gebruik controversieel ? BMJ 1992 …
Alexis Carrel (1873-1944)
Lokaal antibiotica? Principieel af te raden omwille van kans op contactallergie en uitlokken van resistentievorming. Bij duidelijke tekens van infecties dient systemisch antibiotica toegediend te worden. Indien toch lokaal antibiotica bij huidinfecties van beperkte omvang worden gebruikt: ü Fucidine ® bij gram positieve infecties ü Flammazine ® bij Pseudomonas en gram negatieven Gebruik van Bactroban ® UITSLUITEND voor neusdekolonisatie in geval van MRSA.
Folio Pharmacotherapeutica, november, 1999
Alternatief voor lokaal gebruik van antiseptica/antibiotica Ruim gamma van antibacteriële verbanden gebaseerd op een heling in een vochtig milieu met zilverionen als actief bestanddeel Wanneer ? üIndien multiresistente kiemen aanwezig üIndien stagnerende niet evolutieve wonde (“ongezonde” granulatie)
>> behoort tot zogenaamde “Kick-start”- verbanden
Antimicrobiële werking van zilver Zilver inhibeert de celdeling via interactie met DNA
Zilverionen binden zich aan de celwand en leiden tot lysis
Breed spectrum antibacterieel effect Geen risico op bacteriële resistentie Veilig en niet allergeen
Zilver interageert met vitale enzymen en proteïnen in de bacterie
Antimicrobiële werking van zilver Gram-negatieve bacteriën Pseudomonas aeruginosa, Pseudomonas stutzeri, Enterobacter cloacae, Escherichia coli, Klebsiella pneumoniae… Gram-positieve bacteriën Staphylococcus aureus, Staphylococcus epidermidis, Enterococcus faecium, Enterococcus faecalis … Multiresistente bacteriën MRSA,Vancomycin-resistant Enterococcus faecium and Enterococcus faecalis (VRE), multi-drug resistant Pseudomonas aeruginosa… Schimmels Candida glabrata, Candida albicans, Candida tropicalis
Zilververbanden, wonderverbanden? Meest doeltreffende lokale antimicrobiële behandeling? Vormen wellicht een passend antwoord tegen multi-resistente kiemen (MRSA, multiresistente pseudomonas) indien het gebruik in klinische situaties dezelfde doeltreffendheid haalt als de in vitro studies <> Kosteneffectiviteit t.o.v. bepaalde alternatieven? Antiseptica: PVP-I; Antimicrobiële verbanden: suiker, honing, glycerineverbanden, Tenderwet ®…
Zilververbanden, wonderverbanden? A review of the evidence for use of topical antimicrobial agents in woundcare, R. Cooper, World Wide Wounds 2004 The evidence concerning the efficacy of topical antimicrobial agents in the management of wounds is confused.
Pubmed: silver dressings: 295 publicaties Introducing silver dressings: overcoming bacterial resistance, S. Thomas, World Wide Wounds 2004 The indications for the use of silver dressings and the choice of specific products depend upon many factors, but the evidence available to date suggests that they have an important role to play in the treatment of infected exuding wounds, including those containing antibiotic-resistant strains of bacteria. However, further work is required to determine how and where each should be used in order to gain maximum benefit. The value of silver-containing dressings remains to be confirmed in the presence of slough and necrosis.
5. Marktoverzicht Wondverbanden chronologisch 2020 2000
Alginaten
Hydrogels
1980
Hydrocolloïden 1960
P.u.f
Tijd
1940 1920 1900 1880 1860 1840 1820
Gazen, kompressen 1800
Glycerine dressings
Foam dressings
Sillicone dressings
Interactieve verbanden
Zilververbanden Hydrofibers Collageen verbanden
Doel van verbanden Vochtig wondhelingsmilieu creëren : hydrateren - absorberen ü Droge wond : vocht toevoegen ü Matig vochtige wonde : vocht bewaren ü Vochtige wonden: vocht absorberen/maceratie voorkomen I.f.v. stadium wondheling : debrideren - beschermen ü Zwarte wonde: necrose verwijderen ü Gele wonde: fibrine verwijderen ü Rode wonde: beschermen ü Roze wonden: beschermen Bloedstelpend
Doel van verbanden Wondheling actief stimuleren: Bacterieel evenwicht nastreven ü Preventief ü Therapeutisch Kick start (stagnerende wonden) ü Ca+ toevoeren naar wondbed ü MMP activiteit verlagen MMP = matrix metalloproteinasen=eiwitten noodzakelijk voor wondheling; een te grote MMP activiteit in chronische wonden zorgt voor een stagnatie van de wondheling door o.a. inactivering van groeifactoren
Verbanden: een doolhof? Onoverzichtelijk aanbod Oplossing: verbandtypes met Productgroepen (*) ü Vergelijkbare samenstelling ü Identieke eigenschappen ü Zelfde indicaties
(*) Indeling verbanden volgens prof. Vanwijck (UCL)
Type: passieve verbanden ü Gaascompressen (hydrofiel katoengaas of non-woven) ü Absorberende compressen (vb. Zetuvit E ®, Mesorb,… ) ü Niet inklevende verbanden (vb. Pharmanet ®, Ete ®, Mesorb ®, Metalline ®, Melolin ®, Stellaline ® …) ü Geïmpregneerde verbanden met/zonder medicamenteuze toevoeging (vb. Isobetadine tulle ®, Bactigras ®, Fucidine tulle ®, Inadine ®/ Tulle gras ®, Jelonet ®, Adaptic® …) ü Kant-en klare verbanden (vb. Opsite postop ®, Cosmopor ®, Mepore ®, Mepore pro ®, …)
Kwaliteitsvol bedekken
Type: passieve verbanden ü Geurneutraliserende koolstofverbanden (vb. Carbonet ® ...) ü Silicone verbanden ü Geperforeerd Siliconegaas (vb. Mepitel®) ü Littekenverband (vb. Mepiform ®, Cicare ® …)
ü Wondrandbeschermers (vb. Skin prep ®, Cavilon ®)
Kwaliteitsvol bedekken
Type: actieve verbanden ü polyurethaanfilms (vb. Opsite flexigrid ®, Tegaderm ®, Mefilm ® …) ü hydrocolloiden (vb. Duoderm ®, Comfeel ®,…) ü hydrogels (vb. Intrasite ® gel/comformable, Duoderm gel ®, Flamigel ®) ü hydrofiber (vb. Aquacell ®) ü hydrocapillair (vb. Alione ®)
ü alginaten (vb. Kaltostat ®, Algosteril ®, Seasorb ®, Algisite M ®… ) ü schuimverbanden (vb. Alleveyn ® gamma, Biatain ®, Tielle ®, Mepilex ) ü combinaties (vb. Purilon ®, Flaminalg ®, Combiderm ®, Carboflex ®…) Een vochtig milieu creëren of behouden
Type: interactieve verbanden ü polysacchariden ü honing, honingzalf (Honysoft ®, L-Mesitran ®,…) ü bloemsuiker, suikerpasta’s al dan niet met PVP-I Osmose (te lage wateractiviteit ); PH daling, UMF, glucose-oxydase: glucose > gluconzuur & waterstofperoxide
ü dextranomeren (vb. Debrisan ® korrels/pasta)
Een vochtig milieu creëren of behouden
Type: interactieve verbanden ü Op basis van ringeroplossing (vb. Tenderwet ®, Tenderwet 24u ®) isotoon
ü Op basis van zoutoplossing (vb. Mesalt ®) hypertoon
Een vochtig milieu creëren of behouden
Type: “biologische” verbanden ü Hirudotherapie (gebruik van bloedzuigers in plastische heelkunde) ü Op basis van collagenase (vb. Iruxol mono ®)
ü Larventherapie (biosurgey- myiasis) (Polymedics te Puur) Larven van groene vleesvlieg (75 Euro)
Beïnvloeden wondhelingsproces
Type: biologische verbanden ü Autogreffe (vb. keratinocytenenten/huidgreffe/huidflap) ü Allogreffe (vb. keratinocytenenten, amnionvliezen, euroskin ®, Transcyte ®, Dermagraft ®, Apligraf ®…) ü Xenogreffe (vb. Integra ®, EZ-Derm ® …) ü Groeifactoren (vb. Regranulex…)
Beïnvloeden wondhelingsproces
Type: bioresorbeerbare verbanden • Op basis van collageen (vb. Promogran…)
• Op basis van hyaluronzuur (vb Hyalogran, Hyalofill F, Jaloplast)
Beïnvloeden wondhelingsproces
Zilverhoudende verbanden wondhelingsproces Beïnvloeden
Actisorb silver 220 (Johnson & Johnson) Aquacel Ag (Convatec) Contreet hydrocolloid Contreet schuim (Colopast)
Acticoat/Acticoat 7 (Smith & Nephew)
Avance (Nootens)
Type: varia ü Creëren van lokale negatieve druk d.m.v. een vacuümsysteem (vb. VAC ®) ü Toepassing van hyperbare zuurstoftherapie ü Behandeling met gepolariseerd licht (vb. Bioptron lichttherapie)
Beïnvloeden wondhelingsproces
Huidige situatie Diversiteit per instelling: – weerhouden wondverbandklassen – weerhouden producten per wondverbandklasse Homogeniteit: – principe van vochtige wondtherapie – KB 78; aanbevelingen, vragen/antwoorden technische commissie voor verpleegkunde – multidisciplinaire aanpak wint terrein
Huidige kennis Vochtig wondklimaat biedt vele voordelen: - lagere infectiecijfers - snellere heling - minder traumatische verbandwissels - beter autolytisch debridement uitgebreide literatuur beschikbaar G. Winter et al. 1962 : eerste studie over vochtige wondheling
Weinig evidentie m.b.t. beste keuze verband Methodologische problemen, kleine steekproeven, hoog drop-out rate, ...
Lagere infectiecijfers 8 7
7,1
6 5
4,5
4 3
2,4
2
1,3 1 0 Non-Occlusive Conventional
Hydrocolloids
Films Occlusive
Foams
Hutchinson & McGuckin,Occlusive dressings: a microbiologic and clinical review,AJIC, 1990, 18(4), 257-268
Keuze behandelplan Gehanteerde principes:
– KISS (Keep it simple, stupid) – met een beperkt aantal producten een zo breed mogelijk aantal wondtypes behandelen – zo veel mogelijk werken met reeds gekende verbandmaterialen – kosteneffectief werken (low tech > high tech) – gebruik van antiseptica beperken – occlusieve/niet occlusieve vochtige wondtherapie
6. Praktische wondbehandelplan? Stap 1 : Wondclassificatiesysteem hanteren: ü (Kleur: zwart/geel/rood) (*) ü Exsudaat ü Diep / oppervlakkig ü Infectie / kritische kolonisatie + bescherming erytheem / intacte huid + speciale gevallen: skin tear, smetten, diabetisch voet, brandwonde Cuzzell JZ. The new RYB color code. Am J Nurs 1988; 88(10):1342-1346 Beele H. et al. , Commercieel verkrijgbare wondverbanden in de behandeling van chronische ulcera: welk verband voor welk ulcus?,Tijdschr. Voor Geneeskunde, 1996, 52(13), 859-864. Beele (H.), Flour (M.), Welke zijn de verschillende soorten verbanden in: Vademecum over de aanpak van wonden Crea, Roeselare, 2002, p.77-86. Gryson L., Nieuw wondzorgmodel: andere kijk op wonden,Nursing thuis, 2000, p.26-28..
(*) bij meerdere kleuren, eerst meest verstorende factor behandelen
6. Praktische wondbehandelplan? Stap 2 : behandelvorm of verband in wondclassificatieschema plaatsen ü kennis v/ eigenschappen van verbanden ü kostprijs ü comfort (zorgontvanger – zorgverstrekker)
OPEN WONDE
SIT- model GEÏNFECTEERD
I
NIET-GEÏNFECTEERD
zwarte wondeZ
gele wondeG
rode wonde R
ONTSMETTEN + diep
oppervlakkig
diep
oppervlakkig
diep
oppervlakkig
SPOELEN 1) Hydrofiber 2) Alginaten
veel exsudaat
A
1) alginaten
OF Antibacteriële zalf + traditioneel verband
W Geurwerende verbanden
A
veel exsudaat
1) hydrofiber
1) hydrofiber
2) alginaten
2) schuimverband
A
3) schuimverband matig exsudaat
B
1) hydrocolloid
geurende wonde
veel exsudaat
matig exsudaat
B
1) hydrocolloid
matig exsudaat
B
1) hydrocolloid
2) alginaten
weinig exsudaat
C
weinig exsudaat
C
weinig exsudaat
C
1) DUN hydrocolloid
1) DUN hydrocolloid
1) DUN hydrocolloid
2) polyurethaanverband
2) polyurethaanverband
2) polyurethaanverband
+ necroseoplossers
+ evt. hydrogel
+ evt. hydrogel
+ evt. hydrogel
Nat: veel exsudaat
De balans tussen
Vochtig: matig exsudaat
nat en droog
Droog: weinig exsudaat
Wondzorgkaart AZ Groeninge 4 parameters: § kleur § exsudaat § diepte § infectie
Model Prof. H. Beele 5 vragen & hun resp. antwoord bepalen behandelingswijze:
ü ü ü ü ü
Infectie of majeure infectie? Necrotisch materiaal in wonde ? Overmatig wondexsudaat? Onvoldoende granulatie? Onvoldoende epithelialisatie?
7. Wondevaluatie Een goede wondevaluatie/rapportage is noodzakelijk zowel tijdens hospitalisatie als bij ontslag, dit laatste met het oog op het verzekeren van continuïteit van zorg. Het gebruik van hiervoor specifiek ontwikkelde formulieren i.s.m. diverse betrokken actoren wordt sterk aangemoedigd. Volgende punten mogen niet ontbreken: ü wondtype; lokatie; aanwezigheidsduur ü kenmerken van de wond (afmetingen, kleur, wondvocht, geur, beschrijving wondrand, wondpijn, infectietekens, resultaat wondkweek…) ü aard van de zorgen (producten, frequentie van verbandwissel, aandachts-punten…) ü contactpersoon bij ontslag uit het ziekenhuis
8. Wondculturen ü ü ü ü
reinigen met fysiologisch debrideren spoelen met fysiologisch, staalafname t.h.v. goed doorbloed granulerend weefsel Biopt > Aspiraat > Wisser
ü anaërobe cultuur aanvragen is enkel zinvol indien staal onmiddellijk (< 20 min.) naar labo kan gebracht worden ü biopten & aspiraten onmiddellijk naar labo ü wissers op kamertemperatuur bewaren binnen 24u naar labo Interpretatie & klinische relevantie: kolonisatie versus infectie !!! Zie tekst dr. G. Alliet (bijlage in pdf)
9. Capita selecta • Welke methodiek moet er gevolgd worden bij wondverzorging? • Is het gebruik van steriele sets noodzakelijk? • Wat betekent economisch werken binnen wondzorg? • Aandachtspunten bij verzorging van postoperatieve wonden?
Methodiek van wondverzorging? 1 instrument/set per wondgebied een wondgebied = meerdere wonden, die het gevolg zijn van eenzelfde ingreep, trauma of verwonding. Deze wonden hoeven niet noodzakelijk onder hetzelfde verband te zitten. Wonden met een verschillende oorzaak maar onder één verband worden beschouwd als één wondgebied. Werkvolgorde reinigen/(ontsmetten) met zelfde instrument: wonde > directe omgeving > verwijderde omgeving begrenzing v/ wondomgeving wordt bepaald door de grootte van het afdekverband huidgedeelten in aanraking met spoel-&/of wondvocht niet vergeten üvan gesloten wonden naar open wonden, üvan proper naar vuil, üvan niet-geïnfecteerd naar geïnfecteerd.
Gebruik van steriele sets? -
Nadruk moet gelegd worden op zinvolle interventies die transfer van microorganismen van de ene plaats naar de andere voorkomen.
-
Alle materialen (instrumenten, verbandmateriaal…) moeten steriel zijn indien ze in contact komen met een open wonde.
-
Streef naar eenvoudige technieken met een minimum aan instrumenten. ü ü ü ü ü
bevuild verbandmateraal kan worden verwijderd met niet steriele handschoenen op voorwaarde dat de wonde zelf niet aangeraakt wordt 1 basisinstrument al of niet in setvorm/wondgebied voor reinigen/ontsmetten steriele handschoenen kunnen instrumenten vervangen binnenkant verpakking van los verpakte instrumenten kan ook als steriel veld gebruikt worden een instrument dat in contact kwam met een geïnfecteerde wonde wordt niet meer gebruikt bij een niet-geïnfecteerde wonde
Economisch werken? Aantal instrumenten tot een minimum beperken Wonden enkel verzorgen indien noodzakelijk (frequentie wordt bepaald door wondtype & soort verband) Oordeelkundige keuze & gebruik van verband i.f.v. wondkenmerken Een verband van een zuivere gesloten wonde wordt ten vroegste 48u na ingreep geopend, tenzij verband vochtig, teken van bloeding of lokale pijn of koorts Applicatietechniek/keuze van modern of geavanceerd verband in vraag stellen indien een ongewoon snelle verbandwissel noodzakelijk is
Aandachtspunten bij postoperatieve wonden? ü Droge gesloten chirurgische wonde: dagelijks inspecteren; ten vroegste na 48u verband verwijderen tenzij specieke redenen (zie hoger); bij droge wond geen verband nodig; indien men toch een verband verkiest, kan dit normaliter ter plaatste blijven tot verwijdering van de hechtingen. ü Insteekwonde bij externe fixator: verzorging 24u na ingreep; indien geen secreties: verder 2x per week; indien wel secreties: 1 of 2x per dag ü Open niet-geïnfecteerde wonde: verzorging i.f.v. wondvochtproductie en verzadiging van wondbedekker ü Open geïnfecteerde wonde: in meeste gevallen 1 tot 2 daags of indien verzadiging van wondbedekker bereikt is. ü Wonde met gesloten drainage: verzorging 1x per dag; frequentere controle hoeveelheid drainagevocht is noodzakelijk ü Wonde met open drainage: frequentie verzorging aangepast aan hoeveel-heid wondvocht en verzadiging van het opvangmiddel
10. Implementatiestrategie Zie artikel F. Meuleneire: “ De centrale positie van de verpleegkundige in het interdisciplinair wondzorgbeleid”, Ligament, 2001, vol. 16, nr. 3, p.16-22. Essentiële stappen: • Creëren van artsenbetrokkenheid (kies believers & persuaders!) • Multdisciplinaire werkgroep wondzorgbeleid • Uitbouw van expertise: artsen, referentieverpl. wondzorg en CNS wondzorg • Vastleggen wondzorgformularium: reinigings-& ontsmettingsmiddelen; verbanden (standaardproducten; producten in 2de lijn na goedkeuring expert) • Opstellen van een competentiegericht educatief programma: (inter)actieve vormen met geheugensteuntje (*) • Evaluatie kennis/gebruik van wondzorgmiddelen • Terugkoppeling & zo nodig bijsturen (PDCA cyclus hanteren) (*) Dubois D.D. (1993). Competency-based performance improvement : A strategy for organizational change. Boston, MA: HRD Press. Braekeveld (P.), Een kwaliteitsproject in kader van decubituszorg, niet-gepubliceerd eindwerk NVKVV ziekenhuishygiëne, 2004.