Regionaal Opleidingsplan Revalidatieartsen RET circuit

Regionaal Opleidingsplan Revalidatieartsen RET circuit 17-9-2013

INHOUDSOPGAVE:

Hoofdstuk 1:

Inleiding

Hoofdstuk 2:

De opleidingsgroep

Hoofdstuk 3:

Opbouw opleiding

Hoofdstuk 4:

Wetenschappelijk onderzoek

Hoofdstuk 5:

Regionaal onderwijs

Hoofdstuk 6:

Overzicht stages gedurende 4 jarige opleiding

Hoofdstuk 7:

Taken opleider en supervisoren

1

Regionaal Opleidingsplan Revalidatieartsen RET circuit

Hoofdstuk 1:

Inleiding

De opleiding tot revalidatiearts die 4 jaar duurt, is vorm gegeven in het opleidingscircuit RET. Dit staat voor Rotterdam, Eindhoven en Tilburg. De betrokken instellingen zijn respectievelijk Revalidatiecentrum Rijndam en de Revalidatiecentra Blixembosch en Leijpark, beiden onderdeel van Libra Revalidatie en Audiologie. Het Elisabeth ziekenhuis in Tilburg is als algemeen ziekenhuis betrokken bij de opleiding. Dit opleidingsplan dateert van september 2013.

Hoofdstuk 2:

De opleidingsgroep

Bij Libra revalidatie en Audiologie werken 27 revalidatieartsen, 16 in Blixembosch en 11 in Leijpark. Bij Rijndam werken 33 revalidatieartsen op diverse locaties. Per centrum werkt een opleider en een plaatsvervangend opleider en zijn diverse revalidatieartsen als supervisor betrokken bij de opleiding. Per locatie vormen ze samen de opleidingscommissie. Overstijgend hebben Libra Revalidatie en Audiologie en Rotterdam een circuitcommissie( COV). De voorzitter hiervan is eindverantwoordelijk voor de kwaliteit, inhoud en vormgeving van de opleiding tot revalidatiearts binnen het RET circuit. Alle specialisten werken actief samen voor een kwalitatief hoogstaande opleiding. De opleider van Blixembosch is de eindbeoordelend opleider. Een van de (plaatsvervangend)opleiders van Libra Revalidatie en Audiologie is de voorzitter van de onderzoekscommissie van Libra. De totale opleidingsgroep is verantwoordelijk voor het lokale curriculum. Dit regionale opleidingsplan is afgeleid van het landelijk opleidingsplan Revalidatiegeneeskunde BETER. Het voldoet aan de daarin gestelde eisen.

2

Hoofdstuk 3:

Opbouw opleiding

De opleiding is opgebouwd uit vier stages (structuur) van elk 12 maanden. De arts assistenten in opleiding tot specialist (AIOS) loopt twee jaar stage in Blixembosch, een jaar stage in Rijndam en een jaar stage in Elisabeth Ziekenhuis/Leijpark. De eerste stage is altijd in Blixembosch. De inhoud van de opleiding wordt bepaald door thema’s (inhoudsstructuur) of onderdelen uit thema’s. De stages hebben een vorm van lijnleren en blokleren. Dit betekent dat sommige thema’s gedurende meerdere stages aan bod komen (lijnleren) en sommige thema’s binnen een bepaalde stage worden afgerond op eindniveau van de opleiding (blokleren). In Tabel 1 is een totaal overzicht van de tijdens de opleiding te volgen stages opgenomen. De opbouw van de opleiding per individuele AIOS kan op onderdelen hiervan afwijken. Per opleidingsjaar staat beschreven welke thema’s dat jaar centraal staan.

Hoofdstuk 4:

Wetenschappelijk onderzoek

a. Inleiding Het wetenschappelijk onderzoek van de AIOS in het RET circuit valt onder de (eind)verantwoordelijkheid van de voorzitter van de circuitopleidingscommissie. AIOS zijn verplicht in de vier jaar van hun opleiding 10% van hun tijd te besteden aan wetenschappelijk onderzoek. Over de invulling hiervan verderop in dit hoofdstuk meer. De AIOS van het RET nemen deel in onderzoeksprojecten in Rotterdam en deze activiteiten worden gecoördineerd door Rita van de Berg, die werkt bij Erasmus/Rijndam en deels in dienst is( gedetacheerd) bij Libra.. In Het advies aan de eerstejaars AIOS is om kort na de start van de opleiding een afspraak te maken met de onderzoekscoördinator. Huidige stand van zaken De assistent heeft aan het begin van zijn/haar opleiding een gesprek met de onderzoekscoördinator. Na een oriëntatiefase maakt de AIOS een keuze uit een onderwerp en een wetenschappelijk begeleider. De assistent formuleert een vraagstelling en doorloopt dan alle stappen van het wetenschappelijk proces tot aan het eindproduct. Voor het verkrijgen van het specialistendiploma dient de AIOS een wetenschappelijk artikel te produceren, een voordracht te houden voor een landelijk of een internationaal forum, een poster te presenteren of een workshop te organiseren. 3

Knelpunten Een aantal assistenten heeft geen interesse of talent voor het zelfstandig doen van wetenschappelijk onderzoek. Dit leidt ertoe dat de wetenschappelijk begeleider onevenredig veel tijd dient te steken in het op gang houden van het project. Veel projecten leveren niet een resultaat op dat van enig belang is voor de output van de afdeling. De begeleidende onderzoeker heeft vaak een aanstelling die betaald wordt met externe financiering. In zekere zin wordt de subsidie ten onrechte gebruikt voor een opleidingsactiviteit. AIOS waarderen het onderzoek vaak niet als positief en moeten vaak aan het eind van de opleiding nog alle zeilen bijzetten om aan de opleidingseisen te voldoen. Afspraak Afgesproken is om de AIOS op een meer gedifferentieerde wijze hun wetenschappelijke activiteit in het kader van de opleiding te laten uitvoeren. De assistenten kunnen in het eerste jaar ingedeeld kunnen worden in vier categorieën, namelijk promovendus, eerste auteur, medeauteur, onderwerp voor protocol. Categorie 1 Een promovendus is een AIOS die binnen een half jaar na de start van de opleiding een besluit heeft genomen te willen promoveren. De opleiders zullen zich dan inzetten om de voor onderzoek beschikbare tijd waar mogelijk uit te breiden boven de standaard 10% van de 46-urige werkweek. Met de promotor zal een plan gemaakt worden om tijdens de opleiding zoveel mogelijk materiaal te verzamelen en/of te publiceren dat na de opleiding een promotie op afzienbare termijn kan plaatsvinden. De promovendus zal een uitzondering zijn, naar schatting één op de 10-20 AIOS. Categorie 2 Een eerste auteur is een AIOS die binnen een jaar een onderwerp heeft uitgekozen dat voldoende omvang en diepgang heeft om te zijner tijd een zelf geschreven artikel in een internationaal tijdschrift te publiceren. De AIOS is actief in alle fasen van het onderzoek van vraagstelling tot het schrijven van het artikel. Het onderwerp valt bij voorkeur in één van de onderzoekslijnen en draagt wezenlijk bij aan de ontwikkeling en output van deze onderzoekslijn.

Categorie 3 De AIOS medeauteur neemt deel aan een deelonderwerp binnen een onderzoekslijn. Delen van het onderzoek zijn of worden door anderen uitgevoerd. De AIOS doet een bijdrage in de vorm van bijvoorbeeld metingen, lichamelijk onderzoek, zoeken van literatuur, schrijven van delen van de publicatie, maar voert het onderzoek niet zelfstandig uit. De AIOS medeauteur is als het ware een medeonderzoeker naast een primaire onderzoeker. 4

Categorie 4 De vierde categorie AIOS zal, vaak onder begeleiding van een medisch specialist een specifiek onderwerp uitwerken. De AIOS bestudeert literatuur en interviewt bijvoorbeeld deskundigen om te komen tot een clinical pathway, een protocol, een behandelrichtlijn, etcetera. Resultaten daarvan zijn gebaseerd op beschikbare literatuur en/of consensus en worden in de vorm van een poster, voordracht, schriftelijk protocol aan het eind van de opleiding gepresenteerd. De onderwerpen zijn klinisch gerelateerd en in principe kan de AIOS aan meer dan één van dergelijke activiteiten deelnemen. De begeleiding ligt niet primair bij een wetenschappelijk onderzoeker. Keuzeproces In principe behoort elke eerstejaars AIOS tot categorie 3. De voortgang, planning en ambitie/talent zijn onderwerp van gesprek bij het tweede (halfjaar) en vierde beoordelingsgesprek (na één jaar). De keuze voor een andere categorie kan alleen gemaakt worden als er instemming is van de opleider(s) en de wetenschappelijk begeleider. Evaluatie Het beleid ten aanzien van AIOS-onderzoek wordt na twee jaar geëvalueerd in de COV en in de wetenschappelijke staf Erasmus MC. Met dank aan oorspronkelijk werk van H.J. Stam Rotterdam, december 2005 Herzien juli 2012 voor circuit Rotterdam.

b. Draaiboek Introductie 1. Dit draaiboek is bedoeld als checklist voor je onderzoek in globaal (tijd)perspectief. Het is geen strak protocol aangezien onderzoeken altijd anders verlopen dan gepland en geen twee onderzoeken hetzelfde zijn. Bij deze handleiding hoort een overzicht van alle onderzoekslijnen die in het circuit Rotterdam gaande zijn (zie Brochure Rehabilitation Research and Development in Rotterdam 2002). Het is het meest praktisch om je bij één van de onderzoekslijnen aan te sluiten. 2. Neem vervolgens zelf contact op met de onderzoekscoördinator Rita van den Berg om de mogelijkheden voor je onderzoek te bespreken.

5

3. Ieder kwartaal word je verwacht een voortgangsrapportage te maken voor de opleiders en onderzoeksbegeleider(s). Dit zal worden besproken tijdens je voortgangsgesprekken (zie bijlage 1). In het vierde kwartaal van ieder jaar schrijf je een uitgebreid voortgangsverslag inclusief je planning voor het komende jaar(zie bijlage 2). De kwartaalrapportages kan je inleveren bij je opleider en je onderzoeksbegeleider(s). De jaarlijkse voortgangsrapportages kan je kwijt bij de secretaresse van prof. dr. Stam (Hetty Mulder) en dr. Bergen (Ulla Möller). Geef ook een kopietje aan je onderzoeksbegeleider(s) en Rita van den Berg. 4. Zowel in de tweede helft van je eerste jaar als in de eerste helft van je vierde jaar wordt je verwacht een klankbordpresentatie te houden. Deze presentatie is gericht aan een kritisch luisterend publiek van mede AIOS, opleiders, medische staf en de wetenschappelijke staf die feedback en tips kunnen geven over het opstellen van je protocol of het verwerken van je gegevens. Mocht je tussendoor nog vragen of extra discussie nodig hebben, laat je dan rustig inplannen voor een extra klankbordbijeenkomst door Rita van den Berg. Voor een goede voorbereiding en een effectieve bijeenkomst in het eerste jaar is het de bedoeling dat je jouw onderzoeksvoorstel (zie bijlage 3), eventueel je protocol en enkele discussiepunten/vragen van te voren rondstuurt naar de toehoorders. In het derde jaar ligt de nadruk op de data-analyse. 5. Naast de klankbordgroep wordt je geacht in de eerste helft van je tweede en in de tweede helft van je vierde jaar een presentatie van je onderzoek te geven in het Zuidwest Nederland refereren (ZWN). Hierbij zijn de revalidatiecentra van Rotterdam (Erasmus MC en Rijndam) en Den Haag/Delft (Sophia Stichting) en Katwijk (RZH) betrokken en Libra Revalidatie en Audiologie . Doel van het refereren is informatief. 6. Minimale eis voor het verkrijgen van je C-formulier is tevens een presentatie van je onderzoek tijdens een VRA symposium. Dit is in de vorm van een voordracht of posterpresentatie. 7. In overleg met je onderzoeksbegeleider bepaal je in het tweede of derde jaar of je jouw onderzoek kan bewerken tot een artikel. 8. Tot slot: ongeveer een dagdeel per week (10% van je contracttijd) kan je besteden aan je onderzoek. Deel je tijd dus efficiënt in. Stel jezelf per onderzoeksdag enkele doelen (zie ook notitie van Consilium). Tot zover de algemene zaken horende bij het AIOS onderzoek en de afspraken die er in de afgelopen jaren gemaakt en ingeslopen zijn. Volgt nu een overzicht per jaar en kwartaal als globale richtlijn voor je onderzoek.

6

1e jaar Bijzonderheden Kwartaal 1 1. Oriëntatie onderzoekslijnen. Gesprekken met onderzoekscoördinator en/of –begeleider(s) 2. Keuze onderzoek 3. Afbakening onderzoeksdoel 4. Formuleren onderzoeksvragen Kwartaal 2+3 5. Literatuurstudie Kwartaal 3+4 6 Onderzoeksprotocol opstellen 7. Klankbordpresentatie insturen MEC

Aantekeningen Ad 1. Gesprekken met onderzoekscoördinator Rita van den Berg dienen in eerste instantie om overzicht te krijgen van de mogelijkheden en onmogelijkheden van AIOS-onderzoek. Uiterlijk een halfjaar na start van de opleiding moet een onderwerp gekozen zijn. Afhankelijk van het onderwerp worden de meest geschikte senioronderzoekers gevraagd om je onderzoeksbegeleider te worden. Een extra begeleider in de instelling waar je werkt is praktisch voor de snelle ‘tussendoor vragen’. Vraag tijdig gesprekken aan met je begeleider. Gedurende het eerste jaar wordt de basis gelegd voor je verdere onderzoek. Het is handig om vaste overlegmomenten in te plannen. Stuur voor ieder overleg je begeleider een korte memo/mail met de laatste stand van zaken en ‘agenda’ over datgene je wilt bespreken. Dit geldt natuurlijk ook voor de begeleider als die een (volgende) stap wil gaan bespreken. Kortom: houd de communicatielijnen kort en open! Ad 6. Denk eraan dat je het protocol (gewoon) in het Nederlands of (alvast) in het Engels kan schrijven. Maak gebruik van de mogelijkheden van de computer: literatuur opgezocht in PubMed kan je handig vastleggen in het bibliotheekprogramma Endnote. Dit maakt het overtypen van je literatuurlijst of het aanpassen hiervan overbodig. 7

Een klinisch epidemioloog kan zo nodig in overleg met je begeleider worden geraadpleegd. Deze vind je op de afdeling Revalidatie in Erasmus EMC.

Ad 7. Vanuit het instituut Revalidatie wordt er naar gestreefd om deelonderzoeken van AIOS zoveel mogelijk onder de grote onderzoeksprojecten te laten vallen. Goedkeuring van het MEC valt waar mogelijk ook onder deze grote projecten. Houd er rekening mee dat dergelijke procedures enkele maanden kunnen duren. Uitloop is helaas lang niet altijd te voorkomen. 2e jaar Bijzonderheden Kwartaal 1 t/m 4 8. Inclusie en meten patiënten Besluit over artikel 9. Schrijven: - inleiding - materialen & methoden 10. Structuur artikel

3e jaar Bijzonderheden Kwartaal 1 11. Voldoende aantallen patiënten? Zo nodig doorgaan Kwartaal 1+2+3 12. Uitwerken resultaten Eventueel overleg klinisch epidemioloog of statisticus Kwartaal 3+4 13. Schrijven: resultaten

8

Aantekeningen Ad 12. Data-analyse wordt uitgevoerd in overleg met je senioronderzoeker. Indien nodig kan er een advies gevraagd worden aan een klinisch epidemioloog of statisticus.

4e jaar Bijzonderheden Kwartaal 1+2 14. Schrijven: conclusie Klankbordgroep presentatie Kwartaal 3 15. Aanpassen en insturen ZWN refereren artikel / aanmelden voordracht VRA

Aantekeningen Ad 14. Voor voordrachten is een PowerPoint matrijs beschikbaar om eenheid te krijgen in de Libra presentaties! Bijlagen: 1. 2. 3.

Voortgangsrapportage kwartaal Voortgangsrapportage einde jaar Indeling onderzoeksvoorstel

Bijlage 1 - Voortgangsrapportage kwartaal Titel onderzoek: Naam: Datum:

9

Opleidingsjaar: Kwartaal: Voortgang: Planning komend kwartaal: Bijlage 2 – Voortgangsrapportage einde jaar Titel:

Titel onderzoek

Namen:

Namen van personen, die bij de voortgangsrapportage betrokken zijn, meestal de onderzoeker en begeleiders

Datum:

Eenmaal per opleidingsjaar; in januari

Opleidingsjaar: Kwartaal: Voortgang:

Volledige beschrijving van de voortgang van het project in termen van: gerealiseerde planning volgens protocol gerealiseerde output (verslagen, voordrachten, artikelen) ervaren mee- en tegenvallers functioneren onderzoeker functioneren begeleiding functioneren ondersteuning (financiële aspecten)

Planning:

Beschrijving van de doelen van het onderzoek voor de komende periode; specifiek voor de komende twaalf maanden, globaal voor de periode daarna.

Conclusie:

-

Eindoordeel onderzoeker en begeleider(s) over de voortgang; eventueel separaat door onderzoeker en begeleider(s). Voortgang: goed of onvoldoende. Bij onvoldoende voortgang moet er in overleg met de opleider een oplossing worden gezocht.

10

Bijlage 3 – Indeling onderzoeksvoorstel Onderzoek AIOS revalidatie RET Na de oriëntatiefase stelt de AIOS een onderzoeksvoorstel op, waarin doelstelling, vraagstellingen, opzet en uitvoering van het onderzoek kort worden beschreven. Ook afspraken over begeleiding van de AIOS en over medeauteurs bij een publicatie worden in deze beschrijving opgenomen. Na goedkeuring van het onderzoeksvoorstel geeft de AIOS elk kwartaal een kort overzicht van de voortgang van het overzicht. Om tot een uniform overzicht van de verschillende onderzoeksprojecten te komen, volgen hieronder een standaard format voor het onderzoeksvoorstel en formats voor voortgangsverslagen.

Format onderzoeksvoorstel Titel: Titel, auteurs, datum, versienummer Onderzoeker:

Naam van de AIOS die het onderzoek uitvoert en als zodanig eerste auteur

Opleidingscircuit: Het opleidingscircuit van de AIOS: RET Locatie: Locatie waar het onderzoek (meestal de dataverzameling) plaatsvindt. Begeleiding: De eerste begeleider is de ‘dagelijkse’ begeleider, meestal een medewerker van de instelling waar het onderzoek wordt uitgevoerd en als zodanig medeauteur. -

-

Wetenschappelijke begeleiding door senioronderzoeker en medeauteur (meestal Van den Berg, Bussmann, Odding of Roebroeck)

Begeleiding door opleider of supervisor en daarmee medeauteur: - voor Rotterdam: Stam of Bergen of opleider/supervisor.

Ondersteuning: Aard van ondersteuning en door welk instituut: (para)medisch, onderzoeksassistentie (bijvoorbeeld voor het uitvoeren van metingen) en/of administratief

Format onderzoeksopzet Doel: Korte beschrijving van het doel van het onderzoek 11

Vraagstelling:

Korte beschrijving van de primaire vraagstelling

Design:

Type onderzoek: case-control, cross-sectional, follow-up, trial, pilot e. d.

Uitkomstmaten:

Korte beschrijving

Determinanten:

Korte opsomming van determinanten of onafhankelijke variabelen

Patiënten:

Korte beschrijving van het type patiënten en waar ze gerekruteerd worden; inclusie-/ exclusiecriteria

Analysemethode:

Korte beschrijving van de analysemethode, inclusief statistische analyse

Format werkplan/tijdplan Start: Geplande startdatum Tijdsplanning van tussenproducten: Literatuuroverzicht Onderzoeksprotocol Dataverzameling Data-analyse Verslaglegging (onderzoeksverslag/presentatie VRA/artikel)

c. Publicatieafspraken

Onderzoek opleidingscircuit Rotterdam en Afdeling Revalidatie Erasmus MC M.E. Roebroeck, H.J. Stam, afdeling Revalidatie Erasmus MC Update januari 2009

12

Achtergrond Uitgangspunt voor deze afspraken is dat de opleidingsinstellingen en de afdeling Revalidatie van Erasmus MC investeren in een wetenschappelijke infrastructuur waar AIOS gebruik van kunnen maken voor het realiseren van hun wetenschappelijke verplichtingen in het kader van hun opleiding tot revalidatiearts. Door de opleidingsinstellingen wordt geïnvesteerd in een onderzoekscoördinator, Marij Roebroeck, die het assistentenonderzoek en de wetenschappelijke begeleiding van het assistentenonderzoek door senior onderzoekers van Erasmus MC coördineert. De coördinator organiseert klankbordgroepen over het AIOS onderzoek en refereeravonden, in samenwerking met Zuidwest Nederland. Senior onderzoekers van Erasmus MC geven onderwijs aan de AIOS over wetenschappelijk onderzoek in de revalidatie. Rita van de Berg( senior onderzoeker ) is deels gedetacheerd naar Libra . Het onderzoek van AIOS is ingebed In de onderzoekslijnen van Erasmus MC, waarin senior en junior onderzoekers werkzaam zijn die zich fulltime met onderzoek bezighouden en bijdragen aan de begeleiding van arts-assistenten. Belang van publicaties Voor de opleiders en opleidingsinstellingen is het van belang om door middel van publicaties zichtbaar te maken dat ze wetenschappelijk onderzoek doen. Wetenschappelijke begeleiders van Erasmus MC hebben als belangrijkste uitkomstmaat voor hun presteren het schrijven van artikelen en eventueel proefschriften. Voor hen is het dus van belang dat hun inspanningen beloond worden met een artikel waarvan zij medeauteur of eerste auteur zijn. De ervaring leert dat een deel van de AIOS erin slaagt om het wetenschappelijk werk dat ze verrichtten tijdens de opleiding te laten resulteren in een internationale publicatie. Andere assistenten blijken materiaal dat gereed lag voor publicatie, na vertrek uit het opleidingscircuit, echter niet verder af te ronden tot een artikel. Voor de opleidingsinstellingen en wetenschappelijke begeleiders is het van belang om dit onderzoeksmateriaal en deze publicaties niet verloren te laten gaan. Daarom zijn er de volgende afspraken gemaakt: Publicatieafspraken Uiterlijk bij aanvang van het laatste jaar van de opleiding besluiten AIOS, wetenschappelijke begeleider en andere begeleiders gezamenlijk of de AIOS een wetenschappelijk artikel schrijft over zijn of haar onderzoek. De AIOS heeft het recht drie maanden vóór het einde van de opleiding een versie van een wetenschappelijk artikel in te leveren bij de begeleiders. Deze versie is naar het oordeel van de begeleiders en medeauteurs geschikt om in te sturen naar een (Engelstalig) tijdschrift of is van een zodanige kwaliteit dat inzending binnen drie maanden is te realiseren. Van dit artikel is de assistent eerste auteur; overige auteurschappen worden in overleg vastgesteld. Bij afwijzing van het manuscript heeft de (voormalige) AIOS het recht een nieuwe versie te schrijven en opnieuw in te dienen. Voor het corrigeren van het manuscript hebben zowel begeleiders als assistent telkens maximaal vier weken de tijd voor zij hun versie retourneren aan de ander. Indien de assistent geen gebruik wenst te maken van bovengenoemde rechten, dan vervalt het onderzoeksmateriaal aan de opleidingsinstellingen en de afdeling Revalidatie van Erasmus MC / Rijndam. In deze gevallen nemen de begeleiders van het assistentenonderzoek een besluit over de wijze waarop het wetenschappelijk materiaal alsnog kan worden gepubliceerd. Dit besluit betreft zowel de inhoud van het artikel, het tijdschrift alsmede de auteurschappen. Ook voor deze fase worden met de auteurs afspraken gemaakt over 13

de termijn waarop de publicatie zal worden afgerond. Afhankelijk van de bijdrage van de aios aan de uiteindelijke publicatie wordt deze coauteur; dit is ter beoordeling aan de opleiders en hoogleraar Revalidatie Erasmus MC.

d. Memo bijwonen internationaal congres

Datum Van Afdeling

3 mei 2012 Michael Bergen, opleider raad van bestuur

1. Iedere AIOS is volgens de opleidingseisen verplicht eenmaal tijdens de opleiding een internationaal congres in binnen- of buitenland bij te wonen. 2. Deelname aan een congres kan plaatsvinden: a. op verzoek van de AIOS; b. in opdracht van de opleiders. 3.

Toestemming van de opleiders (in onderling overleg tussen de opleiders) is afhankelijk van: a. schriftelijke motivatie van de AIOS (o.a. relevantie voor opleidingsactiviteiten of beoogde activiteiten na de opleiding); b) eventuele eigen bijdrage aan het congres (poster of mondelinge presentatie).

4.

De AIOS is verplicht verslag te doen van het congres (c.q. uit het congres) op een lokaal (de instelling) of regionaal platform (regionaal refereren).

5.

Vergoeding van de kosten a. geen presentatie: 70% van de kosten (inschrijfkosten, reis- en verblijfskosten) op declaratiebasis tot een maximum van € 1.400,-(prijsniveau 2012/2013);

14

b. eigen presentatie: 100% van de kosten (inschrijfkosten, reis- en verblijfskosten) op declaratiebasis tot een maximum van € 2.000,-- (prijsniveau 2012/2013). Declaratie bij opleider Eindhoven.

e. Notitie Consilium: tijd voor onderzoek

Notitie Consilium, december 2010 Onderwerp: onderzoekstijd AIOS Status document: Richtlijn Consilium, vastgesteld op 1 december 2010 Aanleiding Vaak terugkerende onduidelijkheid bij AIOS en opleiders ten aanzien van afspraken met betrekking tot tijd die een AIOS beschikbaar heeft voor wetenschappelijk onderzoek, dat wordt uitgevoerd in het kader van de opleiding tot revalidatiearts. Geconstateerd wordt dat landelijk in de verschillende circuits verschillende afspraken worden gehanteerd; er bij diverse betrokkenen (AIOS, kerngroep, opleiders) behoefte bestaat aan een duidelijke richtlijn (norm niet mogelijk aangezien er niet in is voorzien in het specifiek besluit en het kaderbesluit); globaal wordt aangehouden een dagdeel per week; dit dagdeel vervalt bij vakantie en in weken van bij- en nascholingscursussen; soms dagdelen worden gebundeld en aansluitend opgenomen; in het kaderbesluit hieromtrent niets wordt vermeld. Advies en standpunt van Consilium minimum van 35 dagdelen per jaar op fulltime basis; het totaal is dan 140 dagdelen over de hele opleiding (70 dagen); verantwoordelijkheid tot plannen: AIOS en (deel-)opleider, voorafgaande of aan het begin van een opleidingsonderdeel; het nut van deze richtlijn is om een minimum vast te stellen; circuits zijn vrij om deze richtlijn variabel in te vullen. Overzicht onderzoeksdagen 15

De AIOS dient bij elk beoordelingsmoment de opleider een overzicht te kunnen overhandigen van de opgenomen onderzoeksdagen, ondertekend door de onderzoeksbegeleider. Dit naast de al langer verplichte voortgangsrapportage per kwartaal. Echter vanaf heden wordt van de aios verwacht dat zij/hij ook deze rapportage door de onderzoeksbegeleider laat ondertekenen. Het moment van het uitvoeren van het onderzoek is afhankelijk van de stageplek en de supervisor. Het advies is om navraag te doen bij de mede aios ten aanzien van tips en de eventuele gebruiken hieromtrent.

Hoofdstuk 5:

Regionaal onderwijs

Het circuitonderwijs bestaat uit de volgende opleidingsactiviteiten:  1 x per maand 2 uur met de AIOS van Tilburg en Eindhoven: 1 uur casuïstiek, ingebracht door A(N)IOS, 1 uur onderwijs volgens rooster, gemaakt door eind beoordelend opleider.  1 x per maand 1 middag met alle AIOS in Zuid-West-Nederland (Rotterdam). AIOS 2de jaar presenteren een CAT.  1 x per maand refereren 1,5 uur met de medische staf van Blixembosch, PICO, nieuwste inzichten vanuit recente congressen/symposia.  4 x per jaar een avond refereren met alle revalidatieartsen, AIOS etc. van Noord-Brabant. Secretaris van refereercommissie maakt rooster, AIOS 1 x per jaar eigen referaat.  AIOS Rotterdam: o o

refereeravond Rotterdam (1x maand) AIOS 1 x per jaar eigen referaat. 2 x maand 2 uur onderwijs in Rijndam ( 1 uur casuïstiek in gebracht door A(N)IOS, 1 uur onderwijs volgens het rooster.

Vergaderingen in het kader van de opleiding  1x per 3 maanden opleidingscommissie Blixembosch met AIOS, supervisoren en opleiders.  1x per 2 maanden opleidingscommissie Leijpark met AIOS, supervisoren en opleider.  1x per 6 maanden circuitcommissievergadering met alle opleiders RET, AIOS RET, supervisoren RET.  Db-RET, 1x per 2 maanden hebben de 3 opleiders overleg. 16

Afkortingen: SU ICC PRB KRB KPB KBS

spreekuur intercollegiaal consult poliklinische revalidatiebehandeling klinische revalidatiebehandeling korte praktijkbeoordeling kritische beroepssituatie

Hoofdstuk 6:

Overzicht stages gedurende 4 jarige opleiding

Tabel 1 Periode Locatie

Klinische settings Doelgroepen/ Thema’s

Stage 1 1e jaar Polikliniek neurorevalidatie RC Blixembosch Eindhoven

Stage 2 2e jaar Kliniek RC Rijndam Rotterdam

Stage 3 3e jaar Polikliniek RC Blixembosch Eindhoven

Stage 4 4e jaar Elisabeth ziekenhuis Tilburg i.s.m. RC Leijpark

    

 KRB

    

 ICC  SU Alle diagnosegroepen

PRB SU NAH dwarslaesie NMA

 dwarslaesie  multitrauma  amputatie onderste extremiteit  NAH

PRB SU Kinderen Chronische pijn amputatie onderste extremiteit  Gewrichtsgerelateerde aandoeningen  reumatische aandoeningen  multitrauma

17

Tabel 2: totale tijdsverdeling over locaties Algemeen Poliklinische Klinische ziekenhuis revalidatiebehandeling revalidatie behandeling Stage 1 12 mnd Stage 2 12 mnd Stage 3 12 mnd, 0,5 fte Stage 4

12 mnd, 0,5 fte

12 mnd

Tabel 3: wanneer komt welk thema aanbod bij een stage Fase Polikliniek Kliniek BB Rijndam

Stage Chronische pijn

kinderrevalidatie

Acuut Subacuut chronisch dwarslaesie Acuut Subacuut chronisch NMA Acuut Subacuut chronisch NAH Acuut Subacuut chronisch Reumatische Acuut aandoeningen/ Subacuut gewrichtsgerelateerde chronisch aandoeningen

1

2

Polikliniek BB

3 X X

X

Algemeen zkhs EZ en polikliniek RCL 4 X X X X

X X X X X X

x X X X

X X X X

X

18

Amputatie onderste extremiteit multitrauma

kinderen

Acuut Subacuut chronisch Acuut Subacuut chronisch Acuut Subacuut chronisch

X

X X X

X X X

X X X X X X

X X

Hieronder zijn de stages verder uitgewerkt in termen van leerdoelen, bekwaamheidsniveau ’s en hoe dit getoetst wordt. STAGE 1: POLIKLINIEK NEUROREVALIDATIE Plaats: Locatie: Duur: Begeleider: Verantwoordelijke: Thema’s:

Libra Revalidatie en Audiologie Revalidatiecentrum Blixembosch, Eindhoven 12 maanden, fulltime superviserende revalidatieartsen team I en team II revalidatieartsopleider Blixembosch NAH, dwarslaesie en NMA

Leerdoelen Algemene leerdoelen: Hiervoor wordt verwezen naar de doelen genoemd in de tabellen van het BETER document (p48-p55) over op welke niveau de activiteiten per competentie van de AIOS zich moet bevinden. Aanvullend: punt 4 multidisciplinaire teambespreking, competentie professionaliteit: zit teambespreking voor onder supervisie. Punt 1 multidisciplinaire teambespreking koppelt onder supervisie afspraken terug aan de patiënt. Specifieke leerdoelen NAH: Hiervoor wordt verwezen naar de themakaarten van NAH, dwarslaesie en NMA in het BETER document.

Leermiddelen 19

 Zelf patiënten zien  Cursorisch onderwijs (alleen circuit) gericht op: NAH Dwarslaesie Schouder onderzoek Onderzoek t.b.v. dwarslaesieclassificatie sensibiliteit en motoriek Oedemateuze hand bij NAH ASIA impairment scale Slikstoornissen en Mictie en behandelmogelijkheden defecatiestoornissen Neurorevalidatie Spasticiteit Spasticiteit volwassenen Orthesen bij loopstoornissen Cogn stoornissen Behandeling neuropathische diagn/behandeling pijn Medicatie bij NAH Handmaster Communicatiestoornissen Mictie en defecatiestoornissen  Literatuur NAH basiscursus NAH klapper revalidatiepsychologie

hemiplegie, handleiding volwassenen, Davies et al steps to follow measurement in neurological rehabilitation Wade cognitive assessment for clinicians Hodges neurorevalidatie Ben van

NMA NMA bij kinderen

Richtlijnen scoliose NMA Orthesen bij loopstoornissen Centrum thuis beademing Behandeling speekselvloed Behandeling neuropathische pijn

Dwarslaesie Basiscursus dwarslaesie Handboek dwarslaesie revalidatie, van Asbeck, 2e herziene druk., 2007 http://www.nvdg.org

NMA Basiscursus NMA Neuromusculaire aandoeningen Visser et al 2009 Handboek spierziekten Harold Lukassen

http://www.dwarslaesie.nl http://www.asiaspinalinjury.org Richtlijn neurogeen blaaslijden

Richtlijn Scoliose 2007 Richtlijn ALS Management of patients with neuromuscular disease Back 2004 20

Cranenburgh afasie, beschrijving onderzoek en behandeling Dharmaperwira-Prins Richtlijn beroerte hartstichting NHG standaarden risicofactoren management  Bijwonen en actief participeren in NAH Dwarslaesie Schoentechnisch spreekuur/ Nazorg carrousel spreekuur met instrumentmaker Afname AMPS Passing voorzieningen rolstoel gemeente/leverancier Afname NPO Polikliniek voor zitproblematiek Botuline spreekuur Botuline spreekuur indicatiestelling, zelf aantal indicatiestelling, zelf aantal veel voorkomende spieren veel voorkomende spieren behandelen. behandelen. Bijwonen passing met Mictie/defecatie onderzoek leverancier/gemeente NAH-voorlichtingsgroep Bijwonen consultatie bijwonen en keer zelf spreekuur uroloog presentatie arts verzorgen AC dagdeel bezoek Klinische en poliklinische teambespreking bijwonen CBR spreekuur bijwonen Wekelijkse visite inclusief medicijnbespreking

Myotone dystrofie begeleiding en behandeling Jennekens 2000

NMA Spreekuur centrum thuisbeademing Passing voorzieningen rolstoel gemeente/leverancier Longfunctieonderzoek Inspanningstest

Orthopedisch spreekuur NMA Polikliniek voor zitproblematiek Airstacking

Bijwonen van afname afasie en re hemisferische taal 21

testen Bijwonen van afname klinimetrische testen fysio en ergo (BFM, MI, etc.) Consulten in verpleeghuis Intrathecaal Baclofen spreekuur bijwonen Teambespreking Bijwonen FES (arm en been). Slikvideo (optioneel) Mictie/defecatie onderzoek (optioneel). Gangbeeldanalyse

Toetsen In Tabel 4 staat een overzicht van de standaard toetsen die periodiek tijdens de opleiding worden afgenomen. Specifieke toetsen indien van toepassing staan per diagnose in de tabel onder werkwijze genoemd. Verder komen onderstaande toetsen het eerste opleidingsjaar aan bod: - KPB voorbereiden poli - KPB medisch handelen i.e.z. en communicatie, middels video* - Correcties brieven en briefbeoordelingen - Fiattering statusvoering - KPB probleempatiënt bespreking / CAT - Participatie landelijk onderwijs - Certificaat regionaal/lokaal onderwijs - Certificaten discipline overstijgend onderwijs. - Voortgangsgesprekken met stagebegeleider en halfjaarlijks met (plv) opleider Tabel 4: Overzicht onderwijs en toetsingsinstrumenten, competenties en beoordelingen Rood: Summatieve toets

Blauw: Formatieve toets

Groen: facultatief (bij twijfel/zorgen) 22

Toetsing

½ jaar

1 jr

1½ jr

2 jr

2½ jr

3 jr

3½ jr

4 jr

Voortgangsgesprek

☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺

Geschiktheidsbeoordeling kennistoets

☺

☺

CAT (Critical Appraised Topic) Beoordeling opdrachten t.b.v. portfolio KPB (Klinische Praktijkbeoordeling) Cursorisch onderwijs/referaten Voordracht 1e auteur peer-reviewed artikel

☺ ☺

360 graden beoordeling zelfreflectie

☺

☺

☺ ☺

☺ ☺

☺

☺

☺ ☺

☺ ☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺

☺ ☺ ☺

N.b. KPB’s 10x per jaar

23

Werkwijze Voor een nieuwe patiënt wordt 60 minuten en voor een controle patiënt 30 minuten ingeroosterd. Poliklinische patiënten worden in het eerste jaar voor- en na besproken, in de latere jaren van de opleiding alleen na. Een van de revalidatieartsen is direct beschikbaar voor overleg. Vaste overlegmomenten: Dagelijks overleg met een van de vaste supervisoren. Dagelijks generaal rapport met alle AIOS en de hele opleidingsgroep( 13.15 tot 13.10 uur, ruimteR02) Maandag: 8.00 – 10.uur: PBS team 1 dwarslaesie 11.30 uur tot 12.30 uur: loopspreekuur met fysio en RA Dinsdag: 8.00-10.00 PBS team II 8.00-9.00 nabespreking loopspreekuur (11.15 clusteroverleg neuro: overdracht, casuïstiek). 2de week van de maand 2x NP met supervisie team I 1ste , 3de, 4de, (5de) week van de maand 2x NP met supervisie team II. Laatste dinsdagmiddag/ donderdag: botoxspreekuur, samen met revalidatiearts 16.30-17.00 uur overleg supervisor team I Woensdag: 08.00 tot 10.00 uur: PBS team I 13.00-13.30 uur rondvraag PBS team I 2x NP met supervisie team II 14.15 uur- 15.15 uur (even weken): technisch spreekkuur met orthopedisch instrumentmaker, supervisie RA team II. 16.15-16.30 uur overleg supervisor team II Donderdag: 2x NP team I met supervisie 11.00 uur technisch spreekkuur met orthopedisch schoenmaker, supervisie RA team II 11.30-12.00 uur technisch spreekkuur met orthopedisch schoenmaker, supervisie RA team I 2 np’s met supervisie RA team II 16.15-16.30 overleg supervisor team II Vrijdag: 9.00 – 11. 00 uur: visite en medicijnbespreking kliniek dwarslaesie teamuitleg/familiegesprekken, controlepoli 11.30-12.00 overleg supervisor team I 1 NP met supervisie team I. Thema NAH

Spec leerdoel - zie themakaart 1

bekwaamheidsniveau - zie themakaart 1 BETER

opleidingsactiviteiten - spreekuur met controleafspraken en

toetsing Zie tabel 4 24

BETER document p26-28. Alle doelen met fase PRB of SU zijn van toepassing Dwarslaesie - zie themakaart 2 BETER document p28-31. Alle doelen met fase PRB of SU zijn van toepassing NMA - zie themakaart 3 BETER document p31-34. Alle doelen met fase PRB of SU zijn van toepassing

document p26-28. Voor alle doelen in PRB of SU fase geldt het eindbekwaamheidsniveau zoals vermeld - zie themakaart 2 BETER document p28-31. Voor alle doelen in PRB of SU fase geldt het eindbekwaamheidsniveau zoals vermeld - zie themakaart 3 BETER document p31-34. Voor alle doelen in PRB of SU fase geldt het eindbekwaamheidsniveau zoals vermeld

1e consulten voor NAH revalidanten in PRB en controle pt - PBS voorzitten

Nog iets doelgroep specifiek?

Nog iets doelgroep specifiek? Zie tabel 4

Zie tabel 4 Nog iets doelgroeps specifiek?

STAGE 2: KLINIEK RIJNDAM Plaats: Locatie: Duur: Begeleider: Rijndam. Thema’s:

Rijndam Revalidatiecentrum Rijndam, Rotterdam 12 maanden, fulltime (6 maanden klinische behandelafdeling (kba) 3 en 6 maanden kba 2) superviserende revalidatieartsen KBA3 (unit 1) en KBA2 ( unit 2).Verantwoordelijke: Revalidatiearts-opleider NAH, dwarslaesie, amputatie onderste extremiteit en multitrauma

Leerdoelen Algemene leerdoelen: Hiervoor wordt verwezen naar de doelen genoemd in de tabellen van het BETER document (p48-p55) over op welke niveau de activiteiten per competentie van de AIOS zich moet bevinden. Specifieke leerdoelen NAH: Hiervoor wordt verwezen naar de themakaart van dwarslaesie in BETER document, Specifieke leerdoelen dwarslaesie: 25

Hiervoor wordt verwezen naar de themakaart van dwarslaesie in het BETER document. Specifieke leerdoelen amputatie onderste extremiteit: Hiervoor wordt verwezen naar de themakaart amputatie onderste extremiteit. Specifieke leerdoelen multitrauma: Hiervoor wordt verwezen naar de themakaart multi-traumapatiënten.

Leermiddelen  Cursorisch onderwijs (alleen circuit) gericht op: NAH dwarslaesie Cognitie en communicatie Onderzoek t.b.v. beoordelen en behandeling dwarslaesieclassificatie en begeleiding organiseren sensibiliteit en motoriek (neuropsychologische gevolgen)

Diagnostiek en beleid ten aanzien van frequente problematiek na NAH: - spasme - indiceren en bepalen receptuur orthopedisch schoeisel - schouderklachten - de meest dringende vragen van een patiënt naar de gevolgen van CVA kunnen beantwoorden aandacht voor het gezinssysteem en de mantelzorgers

Functionele prognostiek op basis van laesieniveau

amputatie Beoordelen van de stompvorm na amputatie en coördineren van stompvorming en wondgenezing binnen revalidatiebehandeling. Revalidatiediagnostiek en –prognostiek ten aanzien van prothesemogelijkheden in multidisciplinair verband.

multitrauma Hanteren (diagnostisch en therapeutisch) van multisysteem pathologie. Klinimetrie bij orthopedisch onderzoek (notatie gewrichtsstatus)

26

(zorgzwaarte) Behandeling neuropathische pijn.

Beenfunctie inschatten en optimaliseren.

Consequenties voor en de meest dringende vragen van een patiënt in de fase na amputatie kunnen beantwoorden.

Ernstige onderbeenletsels

Arm-/handfunctie inschatten en optimaliseren. Hanteren secundaire gevolgen van dwarslaesie Autonome dysregulatie Mictie/defaecatiestoornissen Heterotope ossificatie Syringomyelie Decubitus Spasticiteit/contracturen Organisatie rondom geschikte ontslagbestemming Behandeling neuropathische pijn.  Literatuur NAH basiscursus NAH en THL klapper

dwarslaesie Basiscursus dwarslaesie

amputatie Basiscursus amputatie.

cognitive

Handboek dwarslaesie

Amputatie en

multitrauma VRA-reader basiscursus brandwonden en ongevalsletsels vanuit revalidatieperspectief Verhaar J.A.N. en 27

assessment for clinicians Hodges neuro Revalidatie Ben van Cranenburgh afasie, beschrijving onderzoek en behandeling DharmaperwiraPrins Richtlijn beroerte hartstichting NHG standaarden risicofactoren management CBO-richtlijn behandeling van neuropsychiatrische gevolgen van NAH.

revalidatie, van Asbeck,

prothesiologie van de onderste extremiteit, Geertzen.

van der Linden A.J. Leerboek orthopedie.

http://www.nvdg.org

http://www.dwarslaesie.nl http://www.asiaspinalinjury.org Richtlijn neurogeen blaaslijden.

 Bijwonen NAH Spasme spreekuur

Botoxspreekuur. Partnercursus NAH (zelf presentatie geven).

dwarslaesie Spreekuur met orthopedische schoenmaker.

amputatie Spreekuur met orthopedische schoenmaker.

Handenspreekuur.

Amputatiespreekuur. Loopgroep.

multitrauma Spreekuur met orthopedische schoenmaker.

Toetsen 28

In Tabel 4 staat een overzicht van de standaard toetsen die periodiek tijdens de opleiding worden afgenomen. Specifieke toetsen indien van toepassing staan per diagnose in de tabel onder werkwijze genoemd. Werkwijze 6 mnd KBA (klinische behandelafdeling) 3: dwarslaesie, traumatologie, amputatie 6 mnd KBA 2 neurorevalidatie (CVA/THL).incl. basis medische zorg en diensten Voor een nieuwe patiënt wordt 60 minuten en voor een controle patiënt (ASU) 30 minuten ingeroosterd. Vaste overlegmomenten: Dagelijks overleg met een van de vaste supervisoren. KBA3 Maandag: 8.15 - 8.30 dienstoverdracht. 11.00-11.15 rondvraag. 11.30-12.30 opname. 14.00-15.00 interniste. Dinsdag: 8.15- 8.30 dienstoverdracht. 11.00-11.15 rondvraag. 11.15-11.30 uroloog (icc) 11.30-12.30 opname. 13.00-14.00 teams. Woensdag: 8.15-8.30 dienstoverdracht 8.30-9.30 wondenronde. 9.30-11.00 papieren visite. 11.00-11.15 rondvraag. 11.15-11.30 patiënten visite. 11.30-12.30 opname, 13.00-14.00 teams. 14.00-14.30 amputatiespreekuur. 14.30- 15.00 loopspreekuur. Donderdag: 8.15-8.30 dienstoverdracht 11.00-11.15 rondvraag. 11.30-12.30 opname. 14.00-15.00 interniste. Vrijdag: 8.15-8.30 dienstoverdracht. 29

9.30-12.00 spreekuur orthopedische schoenmaker. 11.15-12.30 opname. 12.00-12.30 plastisch chirurg (icc). KBA2 Maandag:

Dinsdag:

Woensdag:

Donderdag:

Vrijdag:

8.15-8.30 dienstoverdracht. 10.00-10.15 rondvraag. 10.30-11.00 inloop. 11.00-12.30 opname. 14.00-16.00 spasmespreekuur. 14.00-15.00 interniste. 16.00-16.30 inloop. 8.15-8.30 dienstoverdracht. 8.30-9.30 papieren visite. 10.00-10.15 rondvraag. 11.00-12.30 opname. 13.00-14.30 teams. 14.30-15.00 meekijk 16.00-16.30 inloop. 8.15-8.30 dienstoverdracht. 10.00-10.15 rondvraag. 10.30-11.00 inloop 11.00-12.30 opname. 16.00-16.30 inloop. 8.15-8.30 dienstoverdracht. 9.00-12.00 botoxspreekuur (1x/mnd 10.00-10.15 rondvraag. 10.30-11.00 inloop 11.00-12.30 opname. 14.00-15,00 interniste. 16.00-16.30 inloop. 8.15-8.30 dienstoverdracht. 10.00-10.15 rondvraag. 10.30-11.00 inloop 11.00-12.30 opname. 30

13.00-13.30 wondenronde. 16.00-16.30 inloop. Thema NAH

Spec leerdoel zie themakaart 1 BETER document p2628. Alle doelen met fase KRB zijn van toepassing zie themakaart 2 BETER document p2831. Alle doelen met fase KRB zijn van toepassing

bekwaamheidsniveau zie themakaart 1 BETER document p26-28. Voor alle doelen in KRB fase geldt het eindbekwaamheidsniveau zoals vermeld

opleidingsactiviteiten Klinische patiënten op NAH afdeling begeleiden. Teams voorzitten. Spasme/ en botoxspreekuur. Gesprekken gezamenlijk met supervisor

zie themakaart 2 BETER document p28-31. Voor alle doelen in KRB fase geldt het eindbekwaamheidsniveau zoals vermeld

amputatie

zie themakaart 4 BETER document p3437. Alle doelen met fase KRB zijn van toepassing

zie themakaart 4 BETER document p34-37. Voor alle doelen in KRB fase geldt het eind bekwaamheidsniveau zoals vermeld.

Multitrauma

zie themakaart 7 BETER document p4345. Alle doelen met fase KRB zijn van toepassing

zie themakaart 7 BETER document p43-45. Alle doelen met fase PRB of SU zijn van toepassing

Klinische patiënten op Zie tabel 4 dwarslaesie-amputatie afdeling begeleiden. Teams voorzitten Spreekuur met orthopedisch schoenmaker/instrumentmaker. Gesprekken gezamenlijk met supervisor Klinische patiënten op Zie tabel 4 dwarslaesie-amputatie afdeling begeleiden. Teams voorzitten Spreekuur met orthopedisch schoenmaker/instrumentmaker. Gesprekken gezamenlijk met supervisor Klinische patiënten op Zie tabel 4 dwarslaesie-amputatie afdeling begeleiden. Teams voorzitten Spreekuur met orthopedisch schoenmaker/instrumentmaker. Gesprekken gezamenlijk met supervisor

dwarslaesie

toetsing Zie tabel 4

31

STAGE 3: POLIKLINIEK BLIXEMBOSCH Plaats: Locatie: Duur: Begeleider: Verantwoordelijke: Thema’s:

Libra Revalidatie en Audiologie Revalidatiecentrum Blixembosch, Eindhoven 12 maanden, fulltime (12 maanden 0,5 fte team V, VI en 12 maanden 0,5 fte team VII) superviserende revalidatieartsen team V,VI en VII revalidatieartsopleider Blixembosch chronische pijn, reumatische aandoeningen/ gewrichtsgerelateerde aandoeningen, amputatie onderste extremiteit, multitrauma en kinderen

Leerdoelen Algemene leerdoelen: Hiervoor wordt verwezen naar de doelen genoemd in de tabellen van het BETER document (p48-p55) over op welke niveau de activiteiten per competentie van de AIOS zich moet bevinden. Specifieke leerdoelen: Hiervoor wordt verwezen naar de themakaarten van chronische pijn, reumatische aandoeningen/ gewrichtsgerelateerde aandoeningen, amputatie onderste extremiteit, multitrauma en kinderen in het BETER document. Specifieke leerdoelen : Hiervoor wordt verwezen naar de themakaarten van chronische pijn, reumatische aandoeningen/ gewrichtsgerelateerde aandoeningen, amputatie onderste extremiteit, multitrauma en kinderen in het BETER document. Leermiddelen  Cursorisch onderwijs (alleen circuit) gericht op: Chron pijn amputatie Gewr aandoen Pijn en functionele somatoforme prognose stoornissen

multitrauma

kinderen

Klinimetrie bij orthopedisch onderzoek (notatie

Theorie klinische gangbeeldanalyse

32

Fibromyalgie

loopanalyse

Casuïstiek chronische pijn patiënten

bezoek orthopedische instrumentmakerij Waalwijk. Eventueel in combinatie met bezoek Duitsland CAD Cam systeem

cognitief gedragsmatige revalidatie: ACT, mindfulness Motivational interviewing

gewrichtsstatus) Ernstige onderbeenletsels Orthesen Handproblematiek bij het bovenste en spastische kind met CP onderste extremiteit bij perifeer zenuwletsel

CRPS1

Schoen- en orthesiologie

Typologie bewegingsstoornissen Orthopedische ingrepen CP Afname van GMFM, Quest, AHA Cursorisch onderwijs: DCD, motorische ontwikkelingsachterstand en PDD-NOS/ ADHD; Cursorisch onderwijs; Normale ontwikkeling van het kind

 Literatuur Chron pijn Basiscursus

amputatie basiscursus

Gewr aandoen Basiscursusklapper

multitrauma Basiscursusklapper:

kinderen VRA 33

Pijn en somatoforme stoornissen

prothesiologie onderste extremiteiten

Gewrichtsziekten en klinisch onderzoek bewegingsapparaat

Brandwonden en ongevalsletsels vanuit revalidatie perspectief, mei 2004. ISBN 9075823-55-X Cranenburgh B.v. Pijn R.Baumgartner Hoppenfeld Van der Werken vanuit een Physical Chr. Letsels van het neurowetenschappelijk examination of the steun- en e perspectief (7 spine and bewegingsapparaat. herz.ed.) 2009 extremities Elsevier Prentice Hall ISBN Gezondheidszorg, 0838578535 2000. ISBN 906348-099-7. Handboek G.Murdoch, EM Kendall & Kendall Verhaar J.A.N. en pijnbestrijding Van Burgess Spieren, tests en van der Linden A.J. kleef 2000 functies Leerboek BohnStafleu & van orthopedie. Bohn, Loghum, ISBN Stafleu en Van 9031327301 Loghum, 2001. ISBN 90-313-30949. Pijn de baas Frits Geertzen, De Wolf Basiscursusklapper Winter Rietman e.a. : Onderzoek van het plexus brachialis en amputatie en bewegingsapparaat perifeer zenuwletsel prothesiologie Bohn Stafleu &van van de Loghum, ISBN onderste 9031332976 extremiteit Leven met pijn Rehabilitation Hoppenfeld S. ( ACT) Institute of Chicago Physical Rehabilitation of examination of the persons with spine and rheumatoid arthritis extremities. Therapy Skill Appleton-Century-

Basiscursusklapper CP

Reader “normale ontwikkeling babypeuter-kleuter” Opleiding HoensbroekEindhoven-Tilburg

Handboek Kinderrevalidatie; MJ Meihuizen- de Regt e.a. ISBN 9789023237990, nieuwe versie 2012 Bilo, Kind in ontwikkeling. Elsevier 2008. ISBN:9035230108

CBO richtlijn “diagnostiek en behandeling van kinderen met spastische Cerebrale parese” 34

Builders Nienhuis Reumatologie voor paramedici van Gorcum ISBN 9023222903

Bijlsma 21 Reumatologie en Klinische immunologie Bohn Stafleu van Loghum ISBN: 9031340006 Sheon Soft tissue rheumatic pain Lea & Febiger ISBN 0683076787

Dieppe Rheumatology Mosby ISBN 0723424055

Crofts, 1976. ISBN 0-8385-7853-5 Geertzen J.H.B. en Rietman J.S. Amputatie en prothesiologie van de onderste extremiteit. Lemna, 2002. ISBN 905189-909-2. Kendall en Kendall. Muscle testing and function. Williams and Wilkins Company. ISBN 683-04574-1 Stanley B.G. and Tribuzi S.M. Concepts in hand rehabilitation. FA Davis Company, Philadelphia, 1992. ISBN 0-8036-80929. Tubiana R. etal. Examination of the hand and wrist. Martin Dunitz, 1998. ISBN 1-85317-5447. Mumenthaler: perifeer zenuwletsel Minderhoud J.M. en van Zomeren A.H.

VRA Basiscursusklapper DCD, neuromusculaire aandoeningen

Reader “normale ontwikkeling babypeuter-kleuter” Opleiding HoensbroekEindhoven-Tilburg Gage. The treatment of gait problems in cerebral palsy. Cambridge University Press ISBN: 1-89868-337-9

Kramer, ten Duis en Ekkelkamp. Kindertraumatologie. De Tijdstroom 2007. ISBN 9058980634 Tonusonderzoek; Tardieu Mijna Hadders. The neurological 35

Traumatische hersenletsels. Bohn, Scheltema en Holkema, ? . ISBN 90-313-0619-3.

examination of the child with minor neurological dysfunction. Indicaties en procedures Leerling Gebonden Financiering (rugzakje); Reader cursorisch onderwijs; Taalspraak ontwikkeling Gianotten, W. Seksualiteit bij lichamelijke ziekte en beperking. Van Gorcum 2008. ISBN 9789023244059 Richtlijnen VSN Reader KinderRAP Van Empelen,R., Kinderfysiotherapie. Elsevier 2006. ISBN 9035228723 van Empelen, Nijhuis-van der Sanden& Hartman, Elsevier/ Bunge 2000, Tonusonderzoek bij kinderen, ISBN 9035222717 Kind en hemiparese ( beleven en 36

behandelen). BOSK, 2008 DVD CP, alles over cerebrale parese, BOSK, 2009 Takken, T. Inspanningstests. Bunge/ Maarssen 2007, ISBN 9035229614 Kurtz, L. De motoriek van kinderen met dyspraxie, autisme, ADHD en leerstoornissen. Pica 2008, 907767120X JennekensSchinkel, Neuropsychologie van neurologische aandoeningen in de kindertijd. Boom, 2008. ISBN 9789053525074  Bijwonen Chron pijn NPO Psychosociaal overleg Mindfulness therapie

amputatie prothesespreekuur aanmeten, afleveren, bijstellen prothese Schoentechnisch spreekuur

Gewr aandoen schoenenspreekuur

multitrauma kinderen schoenenspreekuur Gangbeeldanalyse

Voorlichting Traumabespreking lichaamsbewustwording Catharina ziekenhuis Handengroep team 5

Multilevel BtxA injecties onder narcose Bijwonen van paramedische behandelingen 37

Lijfgroep

Graded activity therapie Gradual exposure therapie BIB-groep

Spiegeltherapie bij CRPS

Multi disciplinair overleg (kinderartskinderorthopeedrevalidatiearts) MMCVeldhoven SI onderzoek, Ayres test Multidisciplinair overleg (Kinder)orthopedie Ontwikkelingsonderzoek orthopedagoog Pre logopedisch onderzoek Eetdrinkteam (Muller) Bezoeken instituut voor MG en/of MCG zorg Staf mytylschool/ commissie van begeleiding Logopedisch onderzoek Afname M –ABC, PEDI, BHK, Soess Paramedische behandelingen

Toetsen In Tabel 4 staat een overzicht van de standaard toetsen die periodiek tijdens de opleiding worden afgenomen. Specifieke toetsen indien van toepassing staan per diagnose in de tabel onder werkwijze genoemd. Werkwijze Voor een nieuwe patiënt wordt 60 minuten en voor een controle patiënt 30 minuten ingeroosterd.

38

Poliklinische patiënten worden niet meer voor besproken alleen nabesproken met een van de revalidatieartsen. Een van de revalidatieartsen is direct beschikbaar voor overleg. Vaste overlegmomenten: Dagelijks overleg met een van de vaste supervisoren. Dagelijks generaal rapport met alle AIOS en hele opleidingsgroep 13.15 tot 13.30 uur, ruimt R02 Maandag: 08.00 uur: PBS kinderen 10.00 uur : 1 x per 2 wk technisch spreekuur met orthopedisch schoenmaker, supervisie revalidatiearts 11.00 uur prothese loopgroep volw, technisch spreekkuur met orthopedisch instrumentmaker, fysiotherapie, supervisie revalidatiearts ‘s middags 2 nieuwe kinderen met supervisie kinderrevalidatiearts team VII Dinsdag: 08.00 uur PBS volwassenen, supervisie revalidatiearts 10.00 uur medische staf 11.15 uur cluster-overleg ortho-reva volwassenen: overdracht patiënten, casuïstiek Woensdag: 2 nieuwe volwassen patiënten met supervisie Donderdag: 1e donderdag PBS volwassenen 8.00 tot 9.00 uur 2e donderdag onderwijs 8.00 tot 10.00 uur 3e donderdag teamintervisie kinderrevalidatie 8.00 tot 9.00 uur 14.00 tot 15.00 uur: technisch spreekkuur met orthopedisch schoenmaker , supervisie revalidatiearts 15.00 tot 16.30 uur: technisch spreekkuur met orthopedisch instrumentmaker , supervisie revalidatiearts Vrijdag: Standaard orthopedisch onderzoek, samen met kinderfysio 2 nieuwe kinderen met supervisie kinderrevalidatiearts technisch spreekkuur met orthopedisch schoenmaker , supervisie revalidatiearts, technisch spreekkuur met orthopedisch instrumentmaker , supervisie revalidatiearts

Thema

Spec leerdoel

bekwaamheidsniveau

opleidingsactiviteiten

Toetsing

Chronische pijn

- zie themakaart 6 BETER document p40-43. Alle doelen met fase PRB of SU zijn van toepassing

- zie themakaart 6 BETER document p40-43. Voor alle doelen in PRB of SU fase geldt het eind

- Polikliniek - Cursorisch onderwijs - teambesprekingen

Zie tabel 4 1xpm KKB Vaardigheidstrainin 39

Amputatie onderste extremiteit


bekwaamheidsniveau zoals vermeld.

- Evaluatiegesprekken met patiënt - Psychosociaal overleg

g lichamelijk onderzoek Casuïstiek onderwijs

- zie themakaart 4 BETER document p34-37. Voor alle doelen in PRB of SU fase geldt het eind bekwaamheidsniveau zoals vermeld. - niveau 1

-

Zie tabel 4 - 1x pm kkb - @ x KPB spreekuren -@x@ vaardigheidstrainin g - 1x CAT - @x modelbrieven huisarts/ verwijzer - cursus - documentatie ziektebeelden - participatie onderwijs Zie tabel 4 - 1x pm kkb - @ x KPB spreekuren -@x@ vaardigheidstrainin g - 1x CAT - @x modelbrieven huisarts/ verwijzer - cursus - documentatie ziektebeelden - participatie onderwijs

-

-

Gewrichtsa - zie themakaart 5 BETER document p37-40. andoeninge Alle doelen met fase PRB of SU zijn van n toepassing

- zie themakaart 5 BETER document p37-40. Voor alle doelen in PRB of SU fase geldt het eind bekwaamheidsniveau zoals vermeld.

-

-

-

Spreekuren cursorisch onderwijs polikliniek patiëntenbespreking technisch spreekuur met orthopedisch schoenmaker bespreken pt casuïstiek met supervisor gesprek met patiënten en familie bespreken videoopname met supervisor Spreekuren cursorisch onderwijs polikliniek patiëntenbespreking technisch spreekuur met orthopedisch schoenmaker bespreken pt casuïstiek met supervisor gesprek met patiënten en familie bespreken videoopname met supervisor

40

multitrauma - zie themakaart 7 BETER document p43-45. Alle doelen met fase PRB of SU zijn van toepassing

- zie themakaart 7 BETER document p43-45. Voor alle doelen in PRB of SU fase geldt het eind bekwaamheidsniveau zoals vermeld. - niveau 2

- AIOS heeft weet van meetinstrumenten zoals: goniometrie, dynamometrie, Visual Analog Scale (VAS)

- Niveau 2 kinderen

algemeen


- zie themakaart 8 BETER document p45-48. Voor alle doelen in PRB of SU fase geldt het eind bekwaamheidsniveau zoals vermeld.

CP - Behandeling spasticiteit zelfstandig uitvoeren onder supervisie - Meest gangbare Injectietechnieken Btx A uitvoeren

- niveau 2

zie tabellen activiteiten per competentie in BETER document p48-p55

- niveau 2

-

Spreekuren cursorisch onderwijs polikliniek patiëntenbespreking technisch spreekuur met orthopedisch schoenmaker - bespreken pt casuïstiek met supervisor - gesprek met patiënten en familie bespreken videoopname met supervisor - Spreekuren - cursorisch onderwijs - polikliniek - patiëntenbespreking - technisch spreekuur met orthopedisch schoenmaker - bespreken pt casuïstiek met supervisor - gesprek met patiënten en familie bespreken videoopname met supervisor - goed gebruik van supervisie - omgaan met personeel en assistentie

Zie tabel 4 - 1x pm kkb - @ x KPB spreekuren -@x@ vaardigheidstrainin g - 1x CAT - @x modelbrieven huisarts/ verwijzer - cursus - documentatie ziektebeelden - participatie onderwijs Zie tabel 4 - 1x pm kkb - @ x KPB spreekuren -@x@ vaardigheidstrainin g - 1x CAT - @x modelbrieven huisarts/ verwijzer - cursus - documentatie ziektebeelden - participatie onderwijs Zie tabel 4

41

- omgaan met complicaties STAGE 4: ELISABETH ZIEKENHUIS EN RC LEIJPARK Plaats: Locatie: Duur: Begeleider: Verantwoordelijke: Thema’s:

Libra Revalidatie en Audiologie Elisabeth ziekenhuis en Revalidatiecentrum Leijpark, Tilburg 12 maanden, fulltime superviserende revalidatieartsen unit 1, 2 en 3. revalidatieartsopleider Leijpark alle thema’s

Leerdoelen Algemene leerdoelen: Hiervoor wordt verwezen naar de doelen genoemd in de tabellen van het BETER document (p48-p55) over op welke niveau de activiteiten per competentie van de AIOS zich moet bevinden. Specifieke leerdoelen Hiervoor wordt verwezen naar de themakaarten in het BETER document. Alle competenties die horen bij fase ICC zijn voor dit jaar van toepassing

Leermiddelen  Cursorisch onderwijs (alleen circuit) gericht op: thema leermiddel

 Literatuur 42

thema NAH

Dwarslaesie

NMA

Amputatie

leermiddel  Reader VRA Basiscursus CVA  Reader VRA Basiscursus traumatisch hersenletsel  Crevel & Hijdra: Handleiding neurologisch onderzoek  Greenwood: Handbook of neurological rehabilitation  Gillen: Stroke rehabilitation  Beroerte-CBO richtlijnen (NHS-CBO) 2000  Brouwer, van Zomeren, Berg, Bouma, de Haan: Cognitive rehabilitation, a clinical neuropsychological approach  Hemiplegie, handleiding volwassenen, Davies et al  Afasie, beschrijving onderzoek en behandeling Dharmaperwira Prins  De Vos & Eilander: Hersenletsel: gevolgen voor getroffene en omgeving  van Asbeck, F.W.A. (Red): Handboek Dwarslaesierevalidatie  Internationale Standaard voor neurologische en functionele Classificatie van dwarslaesiepatiënten (ASIA-boekje).  Reader VRA basiscursus dwarslaesie  Neuromusculaire ziekten, de Visser e.a.  Reader VRA Basiscursus NMA  Richtlijnen VSN  Geertzen J.H.B. en Rietman J.S. Amputatie en prothesiologie van de onderste extremiteit.  Prothesen compendium, Otto Bock  Amputatie en prothesiologie bovenste extremiteiten  basiscurcusboek VRA

43

Gewrichtsgerelateerde aandoeningen

 Van der Linden: Leerboek orthopedie  Reumatologie en klinische immunologie  Reader VRA basiscursus revalidatie bij gewrichtsziekten

Chronische pijn

 Pijn en pijnbehandeling, W. Dingemans  De pijn de baas, F. Winter  VRA scholingsprogramma: chronische pijn, bewegingsproblemen en somatoforme stoornissen  CBO richtlijn Diagnostiek en behandeling van aspecifieke Lage rugklachten.  CBO-richtlijn Whiplash  VRA scholingsprogramma: “Traumatisch handletsel en CRPS”.

Multitrauma

 VRA-reader basiscursus plexus brachialis en perifeer zenuwletsel  VRA-reader basiscursus brandwonden en ongevalsletsels vanuit revalidatieperspectief  VRA-reader basiscursus “Traumatisch handletsel en CRPS”.  Kendall en Kendall. Muscle testing and function.  Van der Werken Chr. Letsels van het steun- en bewegingsapparaat. Elsevier Gezondheidszorg, 2000. ISBN 90-6348-099-7.  Verhaar J.A.N. en van der Linden A.J. Leerboek orthopedie.  Stanley B.G. and Tribuzi S.M. Concepts in hand rehabilitation.  Hoppenfeld S. Physical examination of the spine and extremities.  Tubiana R. etal. Examination of the hand and wrist. Martin Dunitz 44

 Mumenthaler: perifeer zenuwletsel  Minderhoud J.M. en van Zomeren A.H. Traumatische hersenletsels. Bohn, Scheltema en Holkema

Kinderen

 M.J. Meihuizen- de Regt, J.M.H. de Moor, A.H.M. Mulders: Kinderrevalidatie  VRA-reader basiscursus Cerebrale Parese  CBO richtlijn “diagnostiek en behandeling van kinderen met spastische Cerebrale parese”  Amiel-Tison & Gosselin: Neurological development from birth to six years, a guide for examination and evaluation  VRA reader basiscursus DCD, neuromusculaire aandoeningen  Reader “normale ontwikkeling baby-peuter-kleuter”  Opleiding Hoensbroek-Eindhoven-Tilburg  Tonusonderzoek; Tardieu en Amiel -Tyson  Richtlijnen VSN

45

 Bijwonen thema NAH Dwarslaesie NMA Amputatie Gewrichtsgerelateerde aandoeningen Chronische pijn Multitrauma

leermiddel  MDO neurologie Elisabeth Ziekenhuis  Nabespreking poli neurorevalidatie Elisabeth Ziekenhuis MDO IC en MDO Orthopaedie MDO Heelkunde MDO Orthopaedie en MDO Heelkunde

MDO Orthopaedie, MDO Heelkunde, MDO IC, Traumabespreking

Kinderen

Toetsen In Tabel 4 staat een overzicht van de standaard toetsen die periodiek tijdens de opleiding worden afgenomen. Specifieke toetsen indien van toepassing staan per diagnose in de tabel onder werkwijze genoemd. Werkwijze Dienst Leijpark Klinische consulten volw/ kinderen, poli volwassenen Voor een nieuwe patiënt wordt 60 minuten en voor een controle patiënt 30 minuten ingeroosterd. Poliklinische patiënten worden alleen nabesproken. Een van de revalidatieartsen is direct beschikbaar voor overleg. Vaste overlegmomenten: Dagelijks overleg met een van de vaste supervisoren. Maandag: 8.00u consulten EZ 11.00u MDO neurologie EZ met zo nodig supervisie 12.00u overleg met FT ziekenhuis t.b.v. IC-patiënten 12.30u MDO IC 13.00u MDO Heelkunde 14.00u poli (2NP, 2 controles)

46

Dinsdag:

8.00u consulten EZ 8.45u MDO Orthopaedie 9.30u consulten EZ 14.00 OOR (opnameoverleg kliniek RCL) 14.30u overleg supervisor neurologie 15.30 consulten EZ

Woensdag:

geen vaste agenda. Bij 80% werken vrije dag.

Donderdag:

8.00u-10.30u consulten Elisabeth Ziekenhuis 11.30u overleg FT EZ neurologie 11.45u overleg ET EZ 12.30u dienstoverdracht 14.00u MDO neurologie 15.30u nabespreking poli neurorevalidatie EZ 16.00u consulten EZ

Vrijdag:

8.30u poli (2 NP, 2-4 controles) 12.30u studiemiddag Of consulten

Thema NAH

Spec leerdoel - zie themakaart 1 BETER document p26-28. Alle doelen met fase ICC of SU zijn van toepassing

bekwaamheidsniveau - zie themakaart 1 BETER document p26-28. Voor alle doelen in ICC of SU fase geldt het eindbekwaamheidsniveau zoals vermeld

opleidingsactiviteiten - consulten Elisabeth ziekenhuis (EZ) - MDO neurologie EZ - spreekuur met controleafspraken en nieuwe patiënten

toetsing - 2x /jaar KKB - Correcties brieven en briefbeoordelingen - Fiattering statusvoering - Participatie landelijk onderwijs - Certificaat regionaal/lokaal onderwijs - Certificaten discipline overstijgend onderwijs. - Voortgangsgesprekken met stagebegeleider en halfjaarlijks met (plv) opleider

Dwarslaesi

- zie themakaart 2 BETER

- zie themakaart 2 BETER

- consulten Elisabeth

- 1x/jaar KKB 47

e

document. Alle doelen met fase ICC zijn van toepassing

document p28-30. Voor alle doelen in ICC fase geldt het eindbekwaamheidsniveau zoals vermeld

ziekenhuis (EZ)

- Correcties brieven en briefbeoordelingen - Fiattering statusvoering - Participatie landelijk onderwijs - Certificaat regionaal/lokaal onderwijs - Certificaten discipline overstijgend onderwijs. - Voortgangsgesprekken met stagebegeleider en halfjaarlijks met (plv) opleider

NMA

- zie themakaart 3 BETER document. Alle doelen met fase ICC zijn van toepassing

- zie themakaart 3 BETER document p31-33. Voor alle doelen in ICC fase geldt het eindbekwaamheidsniveau zoals vermeld

- consulten Elisabeth ziekenhuis (EZ) - spreekuur met nieuwe patiënten


amputatie


- zie themakaart 4 BETER document p34-36. Voor alle doelen in ICC fase geldt het eindbekwaamheidsniveau zoals vermeld

- consulten Elisabeth ziekenhuis (EZ) - MDO chirurgie EZ


Gewrichtsgerelateerd e aandoening en

- zie themakaart 5 BETER document. Alle doelen met fase SU en ICC zijn van toepassing

- zie themakaart 5 BETER document p37-39. Voor alle doelen in SU en ICC fase geldt het eindbekwaamheidsniveau zoals vermeld

- consulten Elisabeth ziekenhuis (EZ) - MDO orthopedie EZ - spreekuur met controleafspraken en

- Correcties brieven en briefbeoordelingen - Fiattering statusvoering - Participatie landelijk onderwijs - Certificaat regionaal/lokaal onderwijs - Certificaten discipline overstijgend 48

Chronische pijn

- zie themakaart 6 BETER document. Alle doelen met fase SU en ICC zijn van toepassing

- zie themakaart 6 BETER document p40-43. Voor alle doelen in SU en ICC fase geldt het eindbekwaamheidsniveau zoals vermeld

Multitrauma - zie themakaart 7 BETER document. Alle doelen met fase ICC zijn van toepassing

?

?

- AIOS heeft blijk gegeven van inzicht in ongevalskenmerken en impactprincipes (m.a.g. aard, omvang en ernst van de letsels) bij verschillende soorten ongevallen zoals arbeidsongevallen, verkeersongevallen, privéongevallen, sportongevallen en tentamen suïcide

niveau 1

- AIOS heeft weet van benamingen, classificaties, genezingstendens en

niveau1

nieuwe patiënten

onderwijs. - Voortgangsgesprekken met stagebegeleider en halfjaarlijks met (plv) opleider

- consulten Elisabeth ziekenhuis (EZ) - spreekuur met controleafspraken en nieuwe patiënten

- 2x/jaar KKB - Correcties brieven en briefbeoordelingen - Fiattering statusvoering - Participatie landelijk onderwijs - Certificaat regionaal/lokaal onderwijs - Certificaten discipline overstijgend onderwijs. - Voortgangsgesprekken met stagebegeleider en halfjaarlijks met (plv) opleider

- consulten Elisabeth ziekenhuis (EZ) - MDO chirurgie/orthopedie/IC EZ - spreekuur met controleafspraken en nieuwe patiënten


49

behandelstrategie van letsels van extremiteiten, buik en borst voortvloeiende uit de initieel ingestelde behandeling. - AIOS is in staat een monodisciplinair behandelplan op te stellen bij eenvoudige traumatologische aandoeningen

niveau 3

- AIOS heeft weet van niveau 1 meetinstrumenten ter evaluatie van kwaliteit van leven: Sickness Impact Profile-136 (SIP-136), Euroqol (EQ5D), IMPACT. Voor de handletsels: Michigan Hand Outcomes Questionnaire, Dutch version (MHQ), Sequential Occupational Dexterity Assessment (SODA), Disability Arm Shoulder Hand Outcome Questionnaire (DASH). kinderen


- zie themakaart 8 BETER - consulten Elisabeth document p45-47. Voor alle ziekenhuis (EZ) doelen in SU en ICC fase geldt het eindbekwaamheidsniveau zoals vermeld


50

Hoofdstuk 7: Taken opleider en supervisoren Taken opleider Blixembosch :eindverantwoordelijk voor opleidingszaken. Vaste vergaderingen: 1 x per maand met RVB Libra, secretariaat RvB en secretariaat opleider plannen 1 x per 3 mnd opleidingscommissie lokaal met opleidingsgroep, RvB en AIOS, secretariaat opleiding plant data , opleider =voorzitter maakt agenda 2 x per jaar circuitcommissie met Rotterdam met afvaardiging opleidingsgroep en AIOS , opleider =voorzitter maakt agenda, data zijn gekoppeld aan onderwijs Rotterdam, september en februari. 2 x per jaar circuitcommissie met Hoensbroek, tot 01-03-2014 met afvaardiging opleidingsgroep en AIOS , opleider =voorzitter maakt agenda. Vaste data 2e dinsdag in april en oktober, locatie Eindhoven najaar2013 laatste keer. Elke 2 mnd DB –HET( tel), opleider =voorzitter maakt agenda Elke 2 mnd overleg opleider Rotterdam ( tel) , opleider BLIX =voorzitter maakt agenda. Jaarlijks vergadering Consiliumopleiders, meestal 1e woensdag in februari.

Vaste afspraken:

51

1 x per maand AIOS jaar 1 voortgangsgesprek, secretaresse opleiding plant Elke 3 mnd beoordelingsgesprek AIOS jaar 1 , samen met supervisoren, secretaresse opleiding plant Elke 3 mnd voortgangsgesprek AIOS jaar 3 samen met supervisoren, secretaresse opleiding plant Elk jaar, gekoppeld aan circuitcommissie, beoordelingsgesprekken AIOS door de 3 opleiders RET, in februari. 1 x per maand overleg met supervisoren jaar 1, secretaresse opleiding plant.

Algemeen: alles van buiten wat met opleiding geneeskundig specialisten en de artsenstudie te maken heeft gaat via de opleider( mails/brieven)

Situatie 2013-04-16: Secretaresse opleider = Astrid Lapperre Secretaresse opleiding= Marja Heerkens

Tevens coördineert de opleider ook de coassistenten, maakt roosters en laat voor hen beoordelingsgesprekken plannen cf de eisen van de universiteit. secretaresse opleiding typt uit, verstuurt , plant en draagt zorg voor zaken rondom computergebruik, inlogcodes e.d. Dit geldt ook voor AIOS van andere vakken, specialist ouderengeneeskunde/AVG-artsen/bedrijfsartsen e.d. Plaatsing van deze extra AIOS wordt altijd eerst in de locatiestaf besproken, op SOR of RAO. Opleider maakt dan werkschema en rooster, secretaresse opleiding typt, laat rooster inplannen, plant en draagt zorg voor zaken rondom computergebruik, inlogcodes e.d..

52

Taken en verplichtingen supervisoren/leden opleidingscommissie. Blixembosch Eindhoven De vaste supervisoren geven de AIOS supervisie, daarvoor staat tijd vrij gepland. Dit betreft zowel het samen een patiënt zien, spreken/onderzoeken, als overleg over lopende zaken, bv teamvoorbereiding e.d. Zoveel mogelijk spreiding van afwezigheid van de vaste supervisoren wordt nagestreefd. Bij geplande afwezigheid wordt supervisie overgenomen door een andere supervisor of door ( plv) opleider. Supervisie van de AIOS is , ook bij afwezigheid van de supervisor, altijd gegarandeerd( door alle revalidatieartsen), want er is altijd, naast de AIOS, de revalidatiearts van dienst in huis. In het uiterste geval bij overmacht door vakantie en ziekte enz., telefonisch. De vaste supervisoren zitten in de opleidingscommissie en zijn aanwezig bij de lokale vergaderingen( 4x per jaar) en de circuitvergaderingen( 2x per jaar) Bij onvoorziene afwezigheid van de opleider gaat de lokale opleidingscommissie niet door, maar wordt verzet naar ander tijdstip. Principe-waarneming supervisie: Monique/Ruud/Minou voor kinderrevalidatie, evt. Annemiek Minou/Peter voor volwassenenrevalidatie poliklinisch, evt. Harm/Anke/Paul Danielle/Hanneke kliniek, evt. revalidatiearts van dienst Minou 2008-11-03 Besproken in opleidingscommissie 2008-11-18 en akkoord bevonden.

53

Regionaal Opleidingsplan Revalidatieartsen RET circuit

Recommend Documents