RAPPORT PERIODIEK KWALITEITSONDERZOEK 'NEDERLANDS LYCEUM PARAMARIBO'
School Plaats BRIN-nummer Onderzoeksnummer
: : : :
'Nederlands Lyceum Paramaribo' PARAMARIBO - SURINAME 28UE 110529
Datum schoolbezoek Datum vaststelling
: 3 februari 2009 : 19 maart 2009
INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING ................................................................................................... 5 2 KWALITEITSPROFIEL................................................................................... 7 3 BESCHOUWING ........................................................................................... 9 4 VERVOLG VAN HET TOEZICHT................................................................. 13
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek 'Nederlands Lyceum Paramaribo' - 3-2-2009
3
1 INLEIDING De Inspectie van het Onderwijs bezocht 'Nederlands Lyceum Paramaribo' in het kader van een periodiek kwaliteitsonderzoek (PKO). Daarbij heeft een onderzoek plaatsgevonden naar de indicatoren van kwaliteitsaspecten uit het door de inspectie gehanteerde waarderingskader voortgezet onderwijs 2006. Bij dit PKO doet de inspectie onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs door zich te richten op de kern van goed onderwijs op de school. Het gaat hierbij om indicatoren die betrekking hebben op de kwaliteitszorg, het aanbod, de onderwijstijd, het pedagogisch handelen van leraren, het didactisch handelen van leraren, de afstemming op de onderwijsbehoeften van leerlingen, de actieve en zelfstandige rol van leerlingen, het schoolklimaat, de begeleiding, de zorg, de resultaten en de ontwikkeling van leerlingen. Op de website van de onderwijsinspectie (www.onderwijsinspectie.nl) vindt u achtergrondinformatie over de kwaliteitsaspecten en indicatoren die de inspectie bij haar toezicht in ogenschouw neemt. Op grond van het kwaliteitsprofiel van de school dat naar aanleiding van een vorig inspectiebezoek is opgemaakt, op basis van risicofactoren die bij de inspectie bekend zijn of afspraken die met de school zijn gemaakt, of op basis van de informatie die door de school is toegestuurd kan de inspectie besluiten om niet alle indicatoren bij het onderzoek te betrekken. Dit is bij uw school niet aan de orde geweest. Indien de school in het kader van zelfevaluatie over een bepaalde indicator of over een bepaald kwaliteitsaspect voldoende betrouwbare en valide gegevens heeft verzameld kan in overleg tussen school en inspectie besloten worden om de oordelen uit de zelfevaluatie alleen te verifiëren en deze niet zelf opnieuw te onderzoeken. Zo sluit de inspectie niet alleen aan bij de specifieke situatie van de school, maar wordt de school bovendien niet onnodig belast. Uw school heeft naast de schoolgids en het schoolplan geen documenten ingestuurd die op uw zelfevaluatie-activiteiten betrekking hebben. Wel heeft de inspectie op locatie kennis genomen van het ingevulde zelfevaluatieformulier van de Stichting NOB. Deze lijst heeft evenwel teveel het karakter van een tevredenheidsonderzoek dat niet is gerelateerd aan de kwaliteitsdoelen van de school, om er inspectie-oordelen op te kunnen baseren. Daarom heeft de inspectie besloten om toch alle kernindicatoren te onderzoeken. De opzet van het onderzoek Het periodiek kwaliteitsonderzoek bestond uit de volgende activiteiten. • Analyse van zelfevaluatiedocumenten en van andere documenten die de school voorafgaand aan het schoolbezoek heeft toegestuurd. • Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de Inspectie aanwezig zijn, zoals het risicoprofiel en verslagen van onderzoeken. • Schoolbezoek: a. gesprekken met de bestuurder, directeur en vervangend zorgcoördinator; b. gesprekken met leraren, leerlingen en ouders; c. lesbezoeken. Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek 'Nederlands Lyceum Paramaribo' - 3-2-2009
5
De inhoud van het rapport Het onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs levert een kwaliteitsprofiel van de school op (hoofdstuk 2). Dit profiel bestaat uit een overzicht van de beoordelingen van de kwaliteitsaspecten en/of van de beoordeelde indicatoren. In hoofdstuk 3 wordt allereerst kort een aanduiding van de uitgangssituatie van de school gegeven. Daarna volgt een toelichting op oordelen in het kwaliteitsprofiel. In hoofdstuk 4 is het vervolgtoezicht aangegeven en worden, indien noodzakelijk, aanwijzingen vermeld met betrekking tot wettelijke bepalingen waaraan de school niet voldoet.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek 'Nederlands Lyceum Paramaribo' - 3-2-2009
6
2 KWALITEITSPROFIEL De inspectie beoordeelt bij een PKO altijd de indicatoren van de kwaliteitsaspecten kwaliteitszorg en opbrengsten. Op grond van de risicoanalyse heeft de inspectie besloten om alle indicatoren te onderzoeken en te beoordelen. Het geheel van oordelen bij dit PKO is weergegeven in onderstaande tabellen. In de waardering van de indicatoren is tot uitdrukking gebracht in welke mate de indicatoren bijdragen aan de kwaliteit van het desbetreffende kwaliteitsaspect: 1. draagt niet op nauwelijks bij; 2. draagt onvoldoende bij; 3. draagt voldoende bij; 4. draagt in hoge mate bij; 5. niet te beoordelen. Het kwaliteitsprofiel van Nederlands Lyceum Paramaribo Kwaliteitszorg
1
1.3 De school evalueert systematisch de kwaliteit van haar opbrengsten. 1.4 De school evalueert systematisch de kwaliteit van het leren en onderwijzen. 1.5 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten.
Leerstofaanbod
2
l l
1
2
3
4
l l
1
2
4.1 De school heeft voldoende onderwijstijd voor Nederlandse taal gepland (120 uur per jaar). 4.3 De uitval van geplande onderwijsactiviteiten blijft beperkt. 4.4 De school heeft maatregelen genomen om ongeoorloofd verzuim tegen te gaan. 4.5 De leerlingen maken efficiënt gebruik van de onderwijstijd.
Pedagogisch handelen
4
l
3.2 Het leerstofaanbod in de bovenbouw is dekkend voor de examenprogramma's. 3.8 De school met taalzwakke leerlingen heeft een leerstofaanbod dat past bij de talige onderwijsbehoeften van deze leerlingen.
Tijd
3
3
4
l l l l
1
2
5.3 De leraren zorgen ervoor dat leerlingen op een respectvolle manier met elkaar en met leraren omgaan. 5.5 De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek 'Nederlands Lyceum Paramaribo' - 3-2-2009
3
4
l l
7
Didactisch handelen
1
6.2 De leraren leggen duidelijk uit. 6.5 De leraren stimuleren de leerlingen tot denken. 6.8 De leraren bewerkstelligen dat de leerlingen bij de onderwijsactiviteiten betrokken zijn. 6.9 De leraren stemmen hun didactisch handelen af op verschillen in ontwikkeling tussen leerlingen.
2
4
l l l l
Actieve en zelfstandige rol leerlingen
1
2
7.3 De leerlingen hebben verantwoordelijkheid voor de organisatie van hun eigen leerproces die past bij hun ontwikkelingsniveau.
3
4
l
Sfeer op school
1
2
8.3 De ouders zijn betrokken bij de school, door de activiteiten die de school daartoe onderneemt.
3
4
l
Begeleiding
1
2
9.2 De school gebruikt een samenhangend systeem van instrumenten en procedures voor het volgen van de ontwikkeling van de leerlingen. 9.3 De school gebruikt de informatie van scholen en instellingen waar de leerlingen vandaan komen voor de begeleiding van de leerlingen.
Zorg
4
l
2
10.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens, bepaalt de school de aard van de zorg die de gesignaleerde leerlingen nodig hebben. 10.3 De school voert de zorg planmatig uit. 10.4 De school gaat de effecten van de zorg na. 10.5 De school betrekt de ouders/verzorgers van leerlingen bij de zorg voor hun kind.
1
3 l
1
Opbrengsten
3
3
4
l l l l
2
11.1 De leerlingen behalen het opleidingsniveau dat mag worden verwacht. 11.4 De leerlingen lopen weinig vertraging op in de opleiding.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek 'Nederlands Lyceum Paramaribo' - 3-2-2009
3
4
5
l l
8
3 BESCHOUWING Dit hoofdstuk beschrijft het oordeel van de inspectie over de kwaliteit van het onderwijs op het Nederlands Lyceum Paramaribo in Suriname en geeft een toelichting op het kwaliteitsprofiel. Daarbij legt de inspectie zo mogelijk verbanden tussen de verschillende onderzochte indicatoren onderling en - voor zover relevant - tussen de indicatoren en de schoolcontext, de specifieke doelstellingen van de school en eerdere inspectieonderzoeken. 3.1
Uitgangssituatie
'Het Nederlands Lyceum' in Paramaribo is een particuliere school voor vmbotheoretische leerweg, havo en vwo. Voor de deelname van Nederlandse leerlingen aan het onderwijs ontvangt de school een bescheiden subsidie van de Nederlandse overheid. Het onderwijs wordt verder gefinancierd door de ouders/verzorgers van de leerlingen. De opleiding wordt afgerond met het Nederlands Staatsexamen, waarvoor de leerlingen naar Nederland reizen. De bestuursvorm van 'Het Nederlands Lyceum' is een N.V. De school startte haar activiteiten in oktober 2000 en stelt zich ten doel 'het oprichten en in stand houden van onderwijs dat geënt is op het in Nederland bestaande systeem van middelbaar onderwijs opdat voor kinderen van personen die slechts op tijdelijke basis in Suriname werkzaam zijn, na terugkeer in Nederland de aansluiting met het aldaar gegeven onderwijs zoveel mogelijk gegarandeerd blijft en voor Surinaamse kinderen met een Nederlands paspoort vervolgstudies ook in de toekomst mogelijk zijn'. Op het moment van het onderzoek door de inspectie bezochten 48 leerlingen de school. De schoolleiding bestaat uit een directeur die werkt onder de verantwoordelijkheid van de voorzitter van het bestuur. In de context van de school spelen drie belangrijke factoren: de duidelijke positie van de directeur, meer stabiliteit binnen het team van leraren en een gewijzigde benutting van de onderwijsruimtes. Sinds het vorige inspectieonderzoek in januari 2007 is de positie van de directeur versterkt en stuurt zij de onderwijskundige en organisatorische processen binnen de school. Er vonden in de afgelopen periode slechts enkele mutaties in het team van leraren plaats. Er is meer stabiliteit en rust en de samenwerking tussen leraren is verbeterd. Het aantal leerlingen is door de schoolleiding bewust teruggebracht van 86 naar 48 om een gezonde herstart van het onderwijs mogelijk te maken. Daarnaast is een duidelijke scheiding aangebracht tussen de onderbouw en de bovenbouw van de school door de beide afdelingen separaat te huisvesten.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek 'Nederlands Lyceum Paramaribo' - 3-2-2009
9
3.2
Algemeen beeld
De inspectie concludeert dat er sinds het vorige inspectieonderzoek in januari 2007 sprake is van een duidelijke verbetering van de onderwijskwaliteit op de school. Er is aan die kwaliteit door alle betrokkenen in goede harmonie gewerkt. De aansturing door het management is duidelijk, het onderwijsleerproces is op hoofdlijnen op orde evenals de leerlingenzorg, waarvoor een zorgcoördinator de verantwoordelijkheid draagt. De school heeft een gezond fundament gelegd voor haar onderwijs, waarop in de komende jaren kan worden voortgebouwd. Het is nu zaak om de kwaliteitszorg voor het onderwijzen en leren verder op orde te brengen en maatregelen te nemen die er toe leiden dat het onderwijs zo wordt ingericht dat alle leerlingen er optimaal van kunnen profiteren. Het actuele kwaliteitsprofiel vormt de basis voor het toekennen van een basisarrangement. Dat wil zeggen, dat de inspectie de kwaliteit van het onderwijs op de school in beginsel over vier jaar opnieuw onderzoekt. Daarnaast voert de inspectie in de tussenliggende periode jaarlijks een digitaal onderzoek naar de eindopbrengsten uit. Hieronder geeft de inspectie in het kort een toelichting op de oordelen op indicatorniveau, met name ten aanzien van die indicatoren die als verbeterpunten worden aangemerkt. 3.3
Toelichting
Opbrengsten De inspectie beoordeelt twee elementen van de opbrengsten, te weten: • behalen leerlingen het opleidingsniveau dat gezien hun mogelijkheden van hen mag worden verwacht? en • lopen leerlingen weinig vertraging op in de opleiding? De inspectie heeft de examenresultaten van afgestudeerde leerlingen geanalyseerd en komt op basis van die analyse tot de conclusie, dat uit leerlingen wordt gehaald wat er zin zit. Zij heeft rekening gehouden met het gegeven dat een aantal leerlingen is ingestroomd met een lage score op onderdelen van Nederlandse taal en rekenen en wiskunde. Daarnaast is verdisconteerd dat een deel van de leerlingen slechts een of enkele jaren onderwijs heeft gevolgd op het Nederlands Lyceum. Van een mogelijke vertraging is geen sprake. De leerlingen doorlopen het onderwijs in een normaal tempo, maar doen over het gehele voortgezet onderwijs soms een jaar langer vanwege hun inadequate entreegedrag of omdat ze de vakken waarin ze staatsexamen doen verdelen over twee jaar.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek 'Nederlands Lyceum Paramaribo' - 3-2-2009
10
Kwaliteitszorg Ook in de kwaliteitszorg heeft de school vooruitgang geboekt. Ze volgt en evalueert de leerresultaten van de leerlingen nu op de voet. Ook is er aandacht voor planmatig werken aan verbeteractiviteiten. Die zaken zijn nu van een voldoende niveau. Extra aandacht verdient de kwaliteitszorg van het leren en onderwijzen. Dat is een aandachtspunt voor de komende periode. Nu de structuren er staan, kan de school via haar coördinatoren aandacht besteden aan het onderwijsleerproces aan de basis. Het leren van leerlingen en het lesgeven door leraren staan daarbij centraal. Het volgen van deze aspecten van het onderwijs levert informatie op over het primaire proces die kan worden gebruikt voor het verbeteren en borgen ervan. Onderwijspraktijk Voor goed onderwijs zijn eigentijdse methodes een must. De inspectie constateerde in 2007 dat 'in een aantal vakken verouderde methodieken worden gehanteerd die onvoldoende mogelijkheden bieden om in te spelen op de verschillende onderwijsbehoeften van leerlingen. Daarbij komt dat fundamentele hulpmiddelen en aanschouwelijk materiaal, om betekenisvol onderwijs te realiseren, in te geringe mate voor handen zijn.' In die situatie is duidelijk verandering gekomen. Er zijn voor diverse vakken eigentijdse methoden en materialen aangeschaft. De leraren geven aan, dat ze daarmee uit de voeten kunnen. Eveneens is de besteding van de onderwijstijd aangepakt. De beschikbare tijd wordt nu goed gebruikt. Er gaat weinig tijd verloren. Een resterend verbeterpunt was en is het differentiëren tussen leerlingen in verband met de verschillen in niveau. Die verschillen zijn overduidelijk in alle groepen maar de aanpak is overwegend klassikaal. Daarmee mag worden getwijfeld aan de effectiviteit van het onderwijs voor de zwakkere leerlingen en voor de leerlingen die boven het gemiddelde uitsteken. De school mist hier een kans. De school realiseert zich dat en zal de afstemming van het onderwijs tot één van de cruciale speerpunten van haar beleid maken. De leerlingen ervaren de school als veilig en voelen zich er thuis. Zij geven aan dat het onderwijs in hun ogen in de afgelopen twee jaar is verbeterd. De ouders waarmee de inspectie sprak delen die mening. Er heerst meer rust en orde op school wat ten goede komt aan het onderwijs. De ouders worden voldoende geïnformeerd over het onderwijs en de ontwikkeling van hun kinderen.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek 'Nederlands Lyceum Paramaribo' - 3-2-2009
11
4 VERVOLG VAN HET TOEZICHT Bij dit PKO heeft de inspectie ook een onderzoek gedaan naar de naleving van een aantal wettelijke voorschriften. Dit onderzoek betrof de wettelijke voorschriften over de door het bevoegd gezag vastgestelde schoolgids en schoolplan. Op basis van dit onderzoek maakte de inspectie met de school de afspraak dat in de eerstvolgende versie van de schoolgids informatie wordt opgenomen over de examenresultaten van de leerlingen (met een toelichting) en over de gerealiseerde veranderingen in het afgelopen jaar en de voorgenomen veranderingen voor het komend jaar.
De bevindingen van dit PKO leiden tot het volgende arrangement voor het vervolg van het toezicht (toezichtarrangement): De aangetroffen kwaliteit van het onderwijs op de school vraagt geen aanpassing van de reguliere onderzoeksplanning van de inspectie. In beginsel volgt over vier jaar opnieuw een periodiek kwaliteitsonderzoek. In de tussenliggende periode vindt jaarlijks een digitaal onderzoek plaats.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek 'Nederlands Lyceum Paramaribo' - 3-2-2009
13