RAPPORT PERIODIEK KWALITEITSONDERZOEK NTC-PO STICHTING NEDERLANDS ONDERWIJS IN BOTSWANA
School Plaats BRIN-nummer Onderzoeksnummer
: : : :
ntc-po Stichting Nederlands Onderwijs in Botswana GABORONE - BOTSWANA 28HE 118711
Datum schoolbezoek Datum vaststelling
: 22, 23 en 24 maart 2010 : 26 mei 2010
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek ntc | po Stichting Nederlands Onderwijs in Botswana | 22 maart 2010
Inhoud 1
Inleiding 5
2
Kwaliteitsprofiel 7
3
Beschouwing 11
4
Vervolg van het toezicht 15
pagina 3 van 15
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek ntc | po Stichting Nederlands Onderwijs in Botswana | 22 maart 2010
1
Inleiding
De Inspectie van het Onderwijs bezocht ntc-po Stichting Nederlands Onderwijs in Botswana in het kader van een periodiek kwaliteitsonderzoek (PKO). Daarbij heeft een onderzoek plaatsgevonden naar de indicatoren van kwaliteitsaspecten op grond van het door de inspectie gehanteerde Waarderingskader PO/VO 2009. Bij dit PKO doet de inspectie onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs door zich te richten op de kern van goed onderwijs op de school. Het gaat hierbij om indicatoren die betrekking hebben op de kwaliteitszorg, het aanbod, de onderwijstijd, het pedagogisch handelen van leraren, het didactisch handelen van leraren, de afstemming op de onderwijsbehoeften van leerlingen, de actieve en zelfstandige rol van leerlingen, het schoolklimaat, de begeleiding, de zorg, de resultaten en de ontwikkeling van leerlingen. Op grond van het kwaliteitsprofiel van de school dat naar aanleiding van een vorig inspectiebezoek is opgemaakt, op basis van risicofactoren die bij de inspectie bekend zijn of afspraken die met de school zijn gemaakt, of op basis van de informatie die door de school is toegestuurd kan de inspectie besluiten om niet alle indicatoren bij het onderzoek te betrekken. Dit is bij uw school niet aan de orde geweest. Indien de school in het kader van zelfevaluatie over een bepaalde indicator of over een bepaald kwaliteitsaspect voldoende betrouwbare en valide gegevens heeft verzameld kan in overleg tussen school en inspectie besloten worden om de oordelen uit de zelfevaluatie alleen te verifiëren en deze niet zelf opnieuw te onderzoeken. Zo sluit de inspectie niet alleen aan bij de specifieke situatie van de school, maar wordt de school bovendien niet onnodig belast. Uw school heeft naast de schoolgids en het schoolplan een document ingestuurd dat op uw zelfevaluatie-activiteiten betrekking heeft, namelijk het instrument voor zelfevaluatie van de Stichting NOB. De wijze van verzameling van gegevens van deze zelfevaluatie was niet zodanig objectief en betrouwbaar dat de inspectie op basis daarvan oordelen kon overnemen. Om die reden, maar ook omdat de inspectie de school voor het eerst bezocht, heeft zij besloten om toch zelf alle kernindicatoren te onderzoeken. Tijdens het onderzoek heeft de inspectie diverse andere beleidsdocumenten ingezien. Uiteraard zijn de gegevens die uit deze documenten naar voren kwamen wel bij het onderzoek betrokken. De opzet van het onderzoek Het periodiek kwaliteitsonderzoek bestond uit de volgende activiteiten. • Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. • Analyse van documenten die betrekking hebben op zelfevaluatieactiviteiten van de school en van andere documenten die de school voorafgaand aan het schoolbezoek heeft toegestuurd.
pagina 5 van 15
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek ntc | po Stichting Nederlands Onderwijs in Botswana | 22 maart 2010
• • • • •
Schoolbezoek, waarbij in de groepen 4 tot en met 8 de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen Nederlandse taal. Bovendien heeft de inspectie over de kwaliteit van de indicatoren gesprekken gevoerd met de coördinator en het bestuur. Op uw school is verder een gesprek gevoerd met leerlingen en ouders. Tevens zijn gesprekken gevoerd met de directeur van de Thornhill Primary School in Gaborone en met de Nederlandse Consul in Botswana. Aan het eind van het schoolbezoek heeft de inspectie de kwaliteitsoordelen en de conclusies van het schoolbezoek besproken met de coördinator en het bestuur.
De inhoud van het rapport Het onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs levert een kwaliteitsprofiel op van de school (hoofdstuk 2). In hoofdstuk 3 wordt een beschouwing gegeven over de geconstateerde kwaliteit en wordt deze onder andere bezien in relatie tot de context of uitgangssituatie van de school. Indien van toepassing worden in deze beschouwing ook de toegevoegde indicatoren betrokken. In hoofdstuk 4 is het vervolgtoezicht aangegeven en worden, indien noodzakelijk, afspraken vermeld met betrekking tot wettelijke bepalingen waaraan de school niet voldoet.
pagina 6 van 15
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek ntc | po Stichting Nederlands Onderwijs in Botswana | 22 maart 2010
2
Kwaliteitsprofiel
Het kwaliteitsprofiel geeft een overzicht van de waarderingen die de inspectie heeft toegekend aan indicatoren die betrekking hebben op belangrijke kenmerken van goed onderwijs. In de waardering is tot uitdrukking gebracht in welke mate de indicatoren bijdragen aan de kwaliteit van het onderwijs: 1. draagt niet of nauwelijks bij; 2. draagt onvoldoende bij; 3. draagt voldoende bij; 4. draagt in hoge mate bij; 5. niet te beoordelen (alleen bij Resultaten en Ontwikkeling van leerlingen). Deze waardering is gegeven indien de school over bepaalde indicatoren geen betrouwbare en valide gegevens beschikbaar heeft.
Het kwaliteitsprofiel van ntc-po Stichting Nederlands Onderwijs in Botswana Tabel 2.1 Kwaliteitsaspect 1: De opbrengsten liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie verwacht mag worden. 1
2
3
4
5
1.1 * De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal aan het eind van de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.
l
1.2 * De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.
l
1.4 Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden.
l
Tabel 2.2 Kwaliteitsaspect 2: De aangeboden leerinhouden bereiden de leerlingen voor op het vervolgonderwijs en de samenleving. 1
2
3
2.1 * Bij de aangeboden leerinhouden voor Nederlandse taal betrekt de school de kerndoelen als te bereiken doelstellingen.
l
2.2 * De leerinhouden voor Nederlandse taal worden aangeboden tot en met het niveau van leerjaar 8.
l
2.3 De leerinhouden in de verschillende leerjaren sluiten op elkaar aan.
l
pagina 7 van 15
4
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek ntc | po Stichting Nederlands Onderwijs in Botswana | 22 maart 2010
Tabel 2.3 Kwaliteitsaspect 3: De leraren geven de leerlingen voldoende tijd om zich het leerstofaanbod eigen te maken. 1
2
3
3B De school heeft voldoende onderwijstijd voor Nederlandse taal gepland (120 uur).
l
3.1 De leraren maken efficiënt gebruik van de geplande onderwijstijd.
l
4
l
3.3 De uitval van geplande onderwijsactiviteiten blijft beperkt.
l
3.4 Het ongeoorloofd verzuim van leerlingen blijft beperkt.
Tabel 2.4 Kwaliteitsaspect 4: Het schoolklimaat wordt gekenmerkt door veiligheid en respectvolle omgangsvormen. 1
2
4.1 Ouders zijn betrokken bij de school door de activiteiten die de school daartoe onderneemt.
3
4
l
4.7 Het personeel van de school zorgt ervoor dat de leerlingen op een respectvolle manier met elkaar en anderen omgaan.
l
Tabel 2.5 Kwaliteitsaspect 5: De leraren leggen duidelijk uit, organiseren de onderwijsactiviteiten efficiënt en houden de leerlingen taakbetrokken 1
2
3
4
l
5.1 De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof. 5.2 De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer.
l
5.3 De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten.
l
Tabel 2.6 Kwaliteitsaspect 6: De leraren stemmen aanbod, instructie, verwerking en leertijd af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen 1
2
3
6.1 De leraren stemmen de aangeboden leerinhouden af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.
l
6.2 De leraren stemmen de instructie af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.
l
6.3 De leraren stemmen de verwerkingsopdrachten af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.
l
pagina 8 van 15
4
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek ntc | po Stichting Nederlands Onderwijs in Botswana | 22 maart 2010
Tabel 2.7 Kwaliteitsaspect 7: De leraren volgen systematisch de vorderingen van de leerlingen. 1
2
3
7.1 * De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen.
l
7.2 De leraren volgen en analyseren systematisch de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen.
l
7.5 De school gebruikt de informatie van scholen en instellingen waar de leerlingen vandaan komen voor de begeleiding van de leerlingen.
l
4
Tabel 2.8 Kwaliteitsaspect 8: De leerlingen die dat nodig blijken te hebben, krijgen extra zorg. 1
2
8.1 De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben.
3
4
l
8.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt de school de aard van de zorg voor de zorgleerlingen.
l
8.3 * De school voert de zorg planmatig uit.
l
8.4 De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg.
l
Tabel 2.9 Kwaliteitsaspect 9: De school heeft een systeem voor kwaliteitszorg. 1
2
9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. 9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen.
3
4
l l l
9.3 De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces. 9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten.
l
9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces.
l
9.6 De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit.
l
Tabel 2.10 Naleving ja N1B De door of namens het bestuur vastgestelde schoolgids bevat de verplichte onderdelen.
l
N2B Het door of namens het bestuur vastgestelde schoolplan bevat de verplichte onderdelen
l
nee
pagina 9 van 15
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek ntc | po Stichting Nederlands Onderwijs in Botswana | 22 maart 2010
3
Beschouwing
Dit hoofdstuk beschrijft het oordeel van de inspectie over de kwaliteit van het primair onderwijs op de Nederlandse school in Gaborone in Botswana (over het voortgezet onderwijs heeft de inspectie aan apart rapport opgesteld), en geeft een toelichting op het kwaliteitsprofiel. Daarbij legt de inspectie zo mogelijk verbanden tussen de verschillende onderzochte indicatoren onderling en - voor zover relevant - tussen de indicatoren en de schoolcontext, de specifieke doelstellingen van de school en eerdere inspectieonderzoeken. Uitgangssituatie De Nederlandse school in Gaborone (NTC Gaborone, Botswana) is niet eerder door de inspectie onderzocht. Het bestuur is echter al sinds het begin van de jaren '90 aangesloten bij de Stichting Nederlands Onderwijs in het Buitenland (NOB). De school verzorgt primair en voortgezet onderwijs in de Nederlandse taal en cultuur. Momenteel telt de school 25 leerlingen (acht in het voortgezet onderwijs, zeventien in het primair onderwijs). Zij hebben dagonderwijs op verschillende scholen in Gaborone, waaronder de Thornhill Primary School, waar de leraar/coördinator van NTC Botswana haar lessen geeft in een portocabin. Deze heeft betrekkelijk weinig ruimte maar is goed uitgerust met methoden, boeken en lesbenodigdheden. Met de Thornhill School bestaat al jaren een hechte samenwerkingsrelatie. Met een van de scholen voor voortgezet onderwijs heeft de school goede betrekkingen in verband met de afsluiting van het voortgezet onderwijs via het International General Certificate of Secondary Education (IGCSE). De school is de laatste jaren qua samenstelling van de leerlingenpopulatie aan nogal wat veranderingen onderhevig. Het aantal leerlingen van de zogenaamde richting 1, dat wil zeggen met een volledig Nederlandstalige thuissituatie nam de laatste jaren gestaag af en het aantal richting 2-leerlingen (thuissituatie deels Nederlandstalig) nam toe. Bovendien is er een flink aantal leerlingen dat weliswaar ten minste één Nederlandstalige ouder heeft maar dat les krijgt op het niveau van richting 3 (Nederlands als vreemde taal) omdat de taalvaardigheid (nog) te gering is voor onderwijs op het niveau van richting 2. Het afgelopen jaar is, tegen de verwachtingen in, een groep van zeven richting 1-leerlingen ingestroomd. Nadat kort daarvoor lesmateriaal voor het mondeling Nederlands aan de richting 3-leerlingen was aangeschaft, was de school door de instroom van de nieuwe richting 1-leerlingen genoodzaakt tot de aanschaf van een nieuwe taalmethode om voor deze leerlingen een actueel leerstofaanbod te kunnen waarborgen. Er is dus stevig geïnvesteerd in nieuwe leermiddelen. Evenals de leraar/coördinator vormt het bestuur een stabiele factor binnen NTC Gaborone. De leraar is ruim vijftien jaar aan de school verbonden en enkele bestuursleden zijn eveneens al vele jaren actief voor de school. Algemeen beeld
pagina 11 van 15
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek ntc | po Stichting Nederlands Onderwijs in Botswana | 22 maart 2010
De inspectie concludeert dat in het primair onderwijs op de Nederlandse school in Gaborone de meeste kernindicatoren van voldoende kwaliteit zijn. Enkele indicatoren zijn als goed gewaardeerd, maar er zijn ook nadrukkelijk verbeterpunten. De opbrengsten kunnen niet worden beoordeeld. De leraar realiseert adequate lessen in een taakgerichte werksfeer. De beperkte onderwijstijd wordt voldoende efficiënt besteed en de leerlingen tonen een goede betrokkenheid bij het onderwijs. Lesuitval komt praktisch niet voor maar wel is er naar het oordeel van de inspectie te veel (gedeeltelijk) lesverzuim. De belangrijkste verbeterpunten zijn vastgesteld in de leerlingenzorg, waar analyse van leerproblemen, planmatig geven van aanvullende hulp en het vaststellen van de effecten daarvan niet voldoende zijn naar de maatstaven van de inspectie. Daarnaast zijn in de kwaliteitszorg (zelf)evaluatie van de opbrengsten (leerresultaten), planmatig werken aan verbeteringen en borging van bestaande en gerealiseerde kwaliteit voor verbetering vatbaar. Daarmee kan een betere waarborg voor de continuïteit van onderwijs en bestuur worden gegeven, wanneer personeelswisselingen optreden. De conclusie luidt dat de school een basisarrangement voor het toezicht krijgt: de inspectie voert over vier jaar opnieuw onderzoek uit. Hieronder geeft de inspectie een korte toelichting. Ze beperkt zich tot indicatoren die als onvoldoende of als goed zijn beoordeeld en indicatoren die niet worden beoordeeld. Toelichting Opbrengsten De inspectie beoordeelt twee soorten opbrengsten in het basisonderwijs: eindopbrengsten (resultaten van leerlingen voor aspecten van Nederlandse taal aan het eind van het basisonderwijs) en tussentijdse opbrengsten (resultaten op dezelfde onderdelen tijdens de schoolloopbaan van leerlingen). Ze kijkt daarbij naar technisch en begrijpend lezen, spelling en woordenschat. De eindopbrengsten van de leerlingen (leerresultaten aan het einde van de basisschool) zijn vanwege een te gering aantal leerlingen in groep 8 in de afgelopen jaren niet te beoordelen. De tussentijdse opbrengsten zijn niet te beoordelen omdat een te groot deel van de leerlingen een leerstofaanbod krijgt op richting 3-niveau vanwege een (te) laag taalbeheersingsniveau bij binnenkomst in de school. Daarnaast zijn maar liefst zeven leerlingen pas in het huidige schooljaar ingestroomd. Hoewel de inspectie geen oordeel over de tussentijdse opbrengsten geeft, stelt zij vast dat de niveaus van woordenschat, begrijpend lezen en spelling aan de lage kant zijn. Ze heeft echter ook de indruk dat achterstanden in de loop van de schoolperiode niet verder oplopen en voor de vele richting 2-leerlingen beperkt blijven tot een achterstand van maximaal twee jaar. Dat beeld zet zich voort in het voortgezet onderwijs. De school heeft momenteel nog geen leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften, voor wie een individueel ontwikkelingsperspectief is opgesteld om de leerresultaten tegen af te kunnen zetten. Daarom is ook deze indicator niet beoordeeld. Onderwijspraktijk
pagina 12 van 15
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek ntc | po Stichting Nederlands Onderwijs in Botswana | 22 maart 2010
De oordelen over de onderwijspraktijk zoals die in de lessen te zien is, geven een wat wisselend beeld te zien. Op onderdelen, met name in de leerlingenzorg en de kwaliteitszorg, is verbetering wenselijk en noodzakelijk. Het proces van leren en onderwijzen zelf is op alle elementen als voldoende en op enkele indicatoren als goed beoordeeld. Het aanwezige leerstofaanbod is door recente aanschaf en invoering van nieuwe methoden actueel en volledig. Het aanbod in de aanwezige methodes garandeert in voldoende mate een doorgaande lijn en de inspectie stelt vast dat de leerstof wordt aangeboden tot en met het niveau van groep 8. Het aantal geplande lesuren op jaarbasis is voldoende en in de groepen wordt de beschikbare leertijd efficiënt gebruikt; er lekt nauwelijks onderwijstijd weg. De leerlingen werken geconcentreerd in een goede afwisseling van instructies, opdrachten en werkvormen. De leerlingen zijn zeer betrokken, ondanks dat de lessen na de schooltijd van hun dagschool plaatsvinden. De betrokkenheid van de leerlingen is dan ook als goed beoordeeld. Een minpunt is het gedeeltelijk verzuim van een flink aantal leerlingen. De Nederlandse lessen vallen deels samen met after school activities van de dagscholen en het onderwijs in het Nederlands krijgt dan niet altijd de prioriteit van ouders en leerlingen. Dit trekt een zware wissel op de effectiviteit van de Nederlandse lessen omdat tijd (toch al gering in het NTC-onderwijs) een belangrijke succesfactor voor leerresultaten is. Daarom wordt de indicator die hierop betrekking heeft (3.4) als onvoldoende beoordeeld. Binnen het pedagogisch-didactisch handelen zijn alle indicatoren van goed onderwijs aanwezig. De onderlinge omgang van de leerlingen en de taakgerichte werksfeer zijn herkenbaar en als goed gewaardeerd. Aan de hand van het gesprek dat de inspectie heeft gevoerd met een aantal ouders constateert de inspectie dat de ouders de contacten met de leraar/coördinator zeer waarderen en dat zij voldoende betrokken zijn bij de school. Er wordt echter betrekkelijk weinig een beroep op hen gedaan om mee te werken aan schoolse en/of buitenschoolse activiteiten. De school neemt landelijk genormeerde toetsen af voor alle onderdelen van het taalonderwijs: technisch en begrijpend lezen, woordenschat en spelling. Ook neemt de school methodegebonden toetsen af. De leerlingenzorg verdient echter versterking. Allereerst door het formuleren van criteria voor uitval en door duidelijker analyse van het leerprobleem. Vervolgens door het vastleggen van remediërende hulp waartoe is besloten dan wel het opstellen van handelingsplannen. Met het kort en bondig vastleggen van dergelijke maatregelen ter bestrijding van het leerprobleem kan ook beter het effect van de verleende zorg worden vastgesteld. De zorg is daarmee bovendien niet meer persoonsgebonden en wordt overdraagbaar op een invaller of vervanger. Tot slot kan in een dergelijke handelingsplanning ook een eventuele rol van de ouders bij de aanvullende zorg worden opgenomen. Kwaliteitszorg Tijdens het onderzoek heeft de inspectie vastgesteld dat de kwaliteitszorg van NTC Gaborone op een aantal onderdelen verbetering behoeft. Evaluatie van de kwaliteit van opbrengsten op schoolniveau is nog geen vaste activiteit van coördinator en bestuur. Er zijn geen groepsoverzichten en er worden uit de resultaten op schoolniveau geen conclusies getrokken die als basis dienen voor het regelmatig bijstellen van het onderwijsleerproces.
pagina 13 van 15
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek ntc | po Stichting Nederlands Onderwijs in Botswana | 22 maart 2010
In het kader van de zelfevaluatie van de processen binnen de school is het zelfevaluatie-instrument van de Stichting NOB gebruikt en op basis daarvan zijn conclusies getrokken over noodzakelijke verbeteringen. Eventuele verbetermaatregelen die daaruit voortvloeien zijn niet gepland op een manier die persoonsonafhankelijk is. Doelen, (deel)activiteiten en verantwoordelijken voor de uitvoering zijn vooraf niet vastgelegd. De borging van bestaande kwaliteit en gerealiseerde verbeteringen kan worden versterkt door procedures, afspraken en criteria vast te leggen, bijvoorbeeld in documenten die als bijlagen aan het schoolplan kunnen worden gekoppeld. Zo wordt ook een rechtstreekse bijdrage aan de continuïteit van het onderwijs geleverd.
pagina 14 van 15
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek ntc | po Stichting Nederlands Onderwijs in Botswana | 22 maart 2010
4
Vervolg van het toezicht
Bij dit PKO heeft de inspectie ook een onderzoek gedaan naar de naleving van een aantal voorschriften zoals die ook in Nederland gelden. Dit onderzoek betrof de voorschriften over de door het bestuur vastgestelde schoolgids en het schoolplan. Op basis van dit onderzoek concludeert de inspectie dat de school aan deze bepalingen voldoet. De bevindingen van dit PKO leiden tot het volgende arrangement voor het vervolg van het toezicht (toezichtarrangement): De aangetroffen kwaliteit van het onderwijs op de school vraagt geen aanpassing van de reguliere onderzoeksplanning van de inspectie. De school krijgt een basisarrangement voor het toezicht. In beginsel volgt over vier jaar opnieuw een periodiek kwaliteitsonderzoek. In de tussenliggende periode vindt jaarlijks digitaal een onderzoek plaats naar de eindopbrengsten.
pagina 15 van 15