RAPPORT PERIODIEK KWALITEITSONDERZOEK SGS. AMSTERDAM-ZUID (ZUIDERLICHT)
School
: Sgs. Amsterdam-Zuid (Zuiderlicht)
Plaats BRIN-nummer Onderzoeksnummer
: Amsterdam : 21ET : 92968
Datum schoolbezoek Datum vaststelling
: 6 en 8 februari 2007 : 23 mei 2007
INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING ................................................................................................... 5 2 KWALITEITSPROFIEL................................................................................... 7 Kwaliteitsprofiel Sgs. Amsterdam-Zuid (Zuiderlicht)..................................... 7 3 BESCHOUWING ......................................................................................... 11 4 VERVOLG VAN HET TOEZICHT................................................................. 15
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek Sgs. Amsterdam-Zuid (Zuiderlicht) - 6-2-2007
3
1 INLEIDING
Op 6 en 8 februari 2007 bezocht de Inspectie van het Onderwijs Sgs. Amsterdam-Zuid (Zuiderlicht) in het kader van een periodiek kwaliteitsonderzoek (PKO). Daarbij heeft een onderzoek plaatsgevonden naar indicatoren uit het door de inspectie gehanteerde waarderingskader voortgezet onderwijs 2006. De Inspectie van het Onderwijs streeft ernaar het toezicht zo optimaal mogelijk toe te snijden op de situatie van de school, het zogenoemde risicogerichte toezicht. In het kader van risicogericht toezicht onderzoekt de inspectie scholen met een laag risico voor de kwaliteit van het onderwijs en met overwegend voldoende beoordelingen op de kwaliteitsaspecten in eerdere onderzoeken minder intensief. Scholen met een hoger risico worden frequenter, dan wel intensiever onderzocht. In dit PKO heeft de inspectie -naast de 'kwaliteitszorg' en de 'opbrengsten'tevens de kernindicatoren van de volgende kwaliteitsaspecten onderzocht: 'leerstofaanbod', 'onderwijstijd' en het 'pedagogisch en didactisch handelen van de leraren' tezamen met 'de actieve rol van de leerlingen'. Zoals in het toezichtkader is vastgelegd, gaat de inspectie zoveel mogelijk uit van de gegevens die de school reeds zelf over de eigen kwaliteit heeft verzameld in het kader van zelfevaluatie. Zo sluit de inspectie aan bij de specifieke situatie van de school en wordt de school bovendien niet onnodig belast. Uw school heeft relevante documenten ingestuurd die op uw zelfevaluatieactiviteiten en schoolontwikkeling betrekking hebben. Dit betreft: • Beleidsplan Zuiderlicht College oktober 2006 • Notitie leefstijl Zuiderlicht College Onderbouw 2006-2007 • Notitie Taalgericht vakonderwijs 2006-2007 • Startdocument uit "Startdocument leertuin "Mens en Maatschappij" in klas 1 • Notitie Burgerschap • Stukken m.b.t. cursus Ouderbetrokkenheid en Taalvaardigheid • Stukken m.b.t. Pilot Huisbezoek • Info "Mijn kans is mijn keuze" • Startdocument Zuiderlicht College 2006-2007 • Uitslag brugklasonderzoek • Gesprekkencyclus voor het Zuiderlicht College • Anti-Pest Protocol • info (2 mappen) over digitaal pesten De door u aangeleverde gegevens van zelfevaluatie en schoolontwikkeling zijn betrokken bij de uitvoering en inrichting van het schoolbezoek.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek Sgs. Amsterdam-Zuid (Zuiderlicht) - 6-2-2007
5
De opzet van het onderzoek Het periodiek kwaliteitsonderzoek bestond uit de volgende activiteiten: 1. Analyse van zelfevaluatiedocumenten en van andere documenten die de school voorafgaand aan het schoolbezoek heeft toegestuurd. 2. Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn, zoals het risicoprofiel, verslagen van onderzoeken Jaarlijks Onderzoek, Periodiek Kwaliteitsonderzoek en Regulier Schooltoezicht en de gegevens van de laatste drie opbrengstenkaarten. 3. Schoolbezoek: a. gesprekken met de directie b. gesprekken met leraren c. lesbezoeken De inhoud van het rapport Het onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs levert een kwaliteitsprofiel van de school op (hoofdstuk 2). Dit profiel bestaat uit een overzicht van de kwaliteitsaspecten en van de beoordeelde indicatoren. In hoofdstuk 3 wordt allereerst kort een aanduiding van de uitgangssituatie van de school gegeven. Daarna volgt een toelichting op oordelen in het kwaliteitsprofiel. In hoofdstuk 4 is het vervolgtoezicht aangegeven en worden, indien noodzakelijk, aanwijzingen vermeld met betrekking tot wettelijke bepalingen waaraan de school niet voldoet.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek Sgs. Amsterdam-Zuid (Zuiderlicht) - 6-2-2007
6
2 KWALITEITSPROFIEL
De inspectie beoordeelt bij een PKO altijd de indicatoren van de kwaliteitsaspecten 'kwaliteitszorg' en 'opbrengsten'. Op deze school heeft de inspectie bij de kwaliteitsaspecten 'sfeer', 'begeleiding' en 'zorg' niet opnieuw onderzoek gedaan omdat er bij de uitgevoerde risicoanalyse geen signalen naar voren zijn gekomen dat de kwaliteit van het onderwijs op deze aspecten mogelijk een risico loopt. Dit wordt in het kwaliteitsprofiel bij de desbetreffende aspecten aangeduid met 'niet onderzocht (geen risico)´. Op grond van de risicoanalyse heeft de inspectie besloten om voor de kwaliteitsaspecten 'leerstofaanbod', 'leertijd', 'het pedagogisch handelen', 'het didactisch handelen' en 'de actieve en zelfstandige rol van leerlingen' alle kernindicatoren te beoor delen. Het geheel van oordelen bij dit PKO is weergegeven in onderstaande tabellen. In de waardering van de indicatoren is tot uitdrukking gebracht in welke mate de indicatoren bijdragen aan de kwaliteit van het desbetreffende kwaliteitsaspect: 1. draagt niet of nauwelijks bij; 2. draagt onvoldoende bij; 3. draagt voldoende bij; 4. draagt in hoge mate bij; 5. bij het aspect 'Opbrengsten' is ook de categorie '5' (betekent 'niet te beoordelen') toegevoegd. In sommige gevallen kan de inspectie hier namelijk geen gefundeerd oordeel geven. Kwaliteitsprofiel Sgs. Amsterdam-Zuid (Zuiderlicht) Kwaliteitsaspect: Kwaliteitszorg 1.1 De school heeft inzicht in de kenmerken van de leerlingenpopulatie. 1.2 De kwaliteitszorg is verbonden met de visie op leren en onderwijzen zoals geformuleerd in het schoolplan. 1.3 De school evalueert systematisch de kwaliteit van haar opbrengsten. 1.4 De school evalueert systematisch de kwaliteit van het leren en onderwijzen. 1.5 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. 1.6 De school waarborgt de kwaliteit van leren en onderwijzen. 1.7 De school waarborgt de kwaliteit van het schoolexamen en van andere toetsinstrumenten. 1.8 De school rapporteert inzichtelijk over de gerealiseerde kwaliteit van het onderwijs aan belanghebbenden. 1.9 De school waarborgt de sociale veiligheid voor leerlingen en personeel. 1.10 De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van sociale integratie en actief burgerschap, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit in de samenleving.
1
2
3
4
l l l l l l l l
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek Sgs. Amsterdam-Zuid (Zuiderlicht) - 6-2-2007
l l
7
Kwaliteitsaspect: Leerstofaanbod 3.1 Het leerstofaanbod in de onderbouw voldoet aan de wettelijk vereisten. 3.2 Het leerstofaanbod in de bovenbouw is dekkend voor de examenprogramma's. 3.5 Het leerstofaanbod in de verschillende leerjaren sluit op elkaar aan. 3.6 Het leerstofaanbod in de verschillende vakken vertoont samenhang. 3.7 Het leerstofaanbod maakt afstemming mogelijk op de onderwijsbehoeften van individuele leerlingen. 3.8 De school met een substantieel percentage taalzwakke leerlingen heeft bij alle vakken een leerstofaanbod dat past bij de talige onderwijsbehoeften van deze leerlingen.
Kwaliteitsaspect: Tijd 4.1 De geplande onderwijstijd voldoet aan de wettelijke vereisten. 4.3 De uitval van geplande onderwijsactiviteiten blijft beperkt. 4.4 Het ongeoorloofd verzuim van leerlingen is beperkt. 4.5 De leerlingen maken efficiënt gebruik van de onderwijstijd.
Kwaliteitsaspect: Pedagogisch handelen 5.1 De leraren bevorderen het zelfvertrouwen van de leerlingen. 5.3 De leraren zorgen ervoor dat leerlingen op een respectvolle manier met elkaar en met leraren omgaan. 5.5 De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer.
Kwaliteitsaspect: Didactisch handelen 6.2 De leraren leggen duidelijk uit. 6.5 De leraren stimuleren de leerlingen tot denken. 6.9 De leraren stemmen hun didactisch handelen af op verschillen in ontwikkeling tussen leerlingen.
Kwaliteitsaspect: Actieve en zelfstandige rol leerlingen 7.1 De leerlingen krijgen te maken met activerende werkvormen. 7.3 De leerlingen hebben verantwoordelijkheid voor de organisatie van hun eigen leerproces die past bij hun ontwikkelingsniveau.
Kwaliteitsaspect: Sfeer op school 8.3 De ouders zijn betrokken bij de school, door de activiteiten die de school daartoe onderneemt. 8.5 De school heeft inzicht in de beleving van de sociale veiligheid door leerlingen en personeel en in de incidenten die zich op het gebied van sociale veiligheid op de school voordoen. 8.6 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op het voorkomen van incidenten in en om de school.
1
2
3
4
l l l l l l
1
2
3
4
l l l l
1
2
3 l
4
l l
1
2
3 l l
4
3 l
4
3
4
l
1
2 l
1
2
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek Sgs. Amsterdam-Zuid (Zuiderlicht) - 6-2-2007
l l l
8
Kwaliteitsaspect: Begeleiding 9.1 De mentoren stimuleren het welbevinden en de motivatie van de leerlingen. 9.2 De school gebruikt een samenhangend systeem van instrumenten en procedures voor het volgen van de ontwikkeling van de leerlingen.
Kwaliteitsaspect: Zorg
11.1 De leerlingen behalen het opleidingsniveau dat mag worden verwacht. 11.2 De leerlingen lopen weinig vertraging op in de opleiding vmbo-b/k. 11.7 De leerlingen van de opleiding vmbo-b/k behalen voor hun centraal examen de cijfers die mogen worden verwacht. 11.11 De leerlingen functioneren naar verwachting in de vervolgopleiding of het werkveld. 11.13 De vaardigheden van de leerlingen liggen op het niveau dat mag worden verwacht.
2
3
4
l l
1
10.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens, bepaalt de school de aard van de zorg die de gesignaleerde leerlingen nodig hebben. 10.3 De school voert de zorg planmatig uit. 10.7 De school zoekt de structurele samenwerking met ketenpartners waar noodzakelijke interventies op leerlingniveau haar eigen kerntaak overschrijden.
Kwaliteitsaspect: Opbrengsten
1
2
3
4
l l l
1
2
3
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek Sgs. Amsterdam-Zuid (Zuiderlicht) - 6-2-2007
4
5 l l l l l
9
3 BESCHOUWING
In dit hoofdstuk wordt een beschouwing gegeven van de kwaliteit van het onderwijs op de school. Algemeen beeld De inspectie concludeert dat het onderwijs op de VMBO (basis en kader) risicovol is. In eerste instantie wordt dit bepaald door het oordeel op de opbrengsten. De opbrengsten kunnen niet gewaardeerd worden omdat betrouwbare gegevens van het vorig schooljaar ontbreken. In het vorig inspectierapport scoorden de cijfers van het landelijk examen onder het te verwachten niveau. Ook nu scoren een aantal bètavakken onder niveau waarbij ook grote discrepanties optreden tussen het school examencijfer en het centrale examencijfer. De school heeft in het kader van de kwaliteitszorg nog geen goed zicht op de opbrengstgegevens. Het ontbreekt nog steeds aan een systematische analyse van in-, door-, en uitstroomgegevens. Dat betekent dat er te weinig zicht is op het leerrendement van de leerlingen. Daarnaast dragen de oordelen op een aantal indicatoren uit de kwaliteitszorg en het didactisch handelen bij tot de kwalificatie risicovol. De inspectie ziet in vergelijking met het vorig bezoek wel een verbetering op het terrein van leerstofaanbod. Toelichting De school typeert zichzelf in haar visie en missie als een school die de leerling centraal stelt en onderwijs geeft dat een relatie heeft met de samenleving. Ze wil een goede zorgschool zijn. Dit beeld wordt door de inspectie herkend. Leerlingen verkeren in een veilige en zorgzame school maar worden weinig uitgedaagd om tot een zo hoog mogelijk leerniveau te komen. Het opbrengstgerichte bewustzijn van leraren zal dan ook versterkt moeten worden waarbij niet zozeer de gemiddelde leerstof maar juist de afstemming van leerstof op de verschillende leerbehoeften van de leerlingen centraal staat. Verschillen die niet alleen op het vlak liggen van de leercompetenties maar ook op het vlak van sociaal-emotionele ontwikkeling. Leraren geven aan in een "lerende" organisatie te werken waarbij steeds meer sprake is van een professionele cultuur. In zo'n organisatie moet het mogelijk zijn naast de "zorgzame" school ook meer te streven naar hoge "opbrengsten" van leerlingen. Kwaliteitszorg De school heeft nog geen goed inzicht in haar eigen kwaliteit, en biedt op dit moment nog onvoldoende waarborgen om haar kwaliteit te bewaken en te verbeteren. Wel heeft de school een aantal instrumenten in gebruik om haar huidige kwaliteit te kunnen definiëren. Zo maakt ze gebr uik van leerlingenquêtes en hanteert ze instrumenten die in een gesprekkencyclus met docenten worden besproken. Daarnaast worden ouders regelmatig bevraagd. Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek Sgs. Amsterdam-Zuid (Zuiderlicht) - 6-2-2007
11
De school benoemt haar verbeteractiviteiten als een beleidsplan. Onduidelijk is echter op grond waarvan juist deze verbeteractiviteiten zijn gekozen omdat een gemeenschappelijk beleidskader over wat de school onder goed onderwijs verstaat nog ontbreekt. Vanuit het bestuur wordt nu een instrument kwaliteitszorg aangeboden dat richting geeft aan de invulling van een kwaliteitscyclus. De vertaalslag van de kwaliteitszorg naar de werkvloer moet nog plaatsvinden waarbij een zichtbare aansturing van de schoolleiding noodzakelijk is. De school is dan ook gebaat bij bovenschools aangestuurd kwaliteitsbeleid, waarbij afspraken worden gemaakt met betrekking tot prestaties die de school moet leveren. Met name de opbrengsten zullen daarbij een speerpunt zijn. In dit kader passen de al gemaakte afspraken die in managementcontracten zijn vastgelegd. Burgerschap en sociale cohesie De inspectie heeft de zorg voor de kwaliteit van het onderwijs voor de bevordering van actief burgerschap en sociale integratie als voldoende beoordeeld. De school wijst bij dit onderwerp op het aanbod vanuit het vak maatschappijleer en de vele projecten die de school vaak met ondersteuning van maatschappelijke en culturele organisaties uitvoert. De school heeft inzicht in de opvattingen van de leerlingen en in de school doen zich vooralsnog geen risico's voor ten aanzien van intolerantie, extremistische ideeën of discriminatie. Wel constateert de inspectie dat de visie op burgerschap en sociale cohesie en de planmatige aanpak daarvan, nog onvoldoende zijn uitgewerkt. De visie en missie zal op dit terrein meer schoolspecifiek vertaald moeten worden. Didactisch handelen De inspectie heeft lessen gezien die in kwaliteit sterk variëren. De aandacht die er de laatste jaren is geweest voor de optimalisering van het onderwijsleerproces hebben geresulteerd in een aantal afspraken (het zogenaamde "spoorboekje" ) over de structurering van de lessen. Deze positieve ontwikkeling zal zich voortzetten, indien nog meer in samenwerking en in intervisie (waarbij het vrijblijvende karakter hiervan ingeruild wordt voor een meer verplichtend karakter) over de invulling van de lessen wordt gesproken. In het didactisch handelen van de leraren wordt te weinig rekening gehouden met de verschillen tussen leerlingen. Ook gaat veel leertijd verloren door onder meer het trage tempo in de lessen. In hoeverre daar het 100 minuten lesrooster debet aan is, zou onderzocht moeten worden. De problematiek van deze leerlingen vraagt veel van de deskundigheid van de leraren. Hierin kan nog een belangrijke professionaliseringsslag gemaakt worden. De teamvorming en de aansturing door de schoolleiding, waarbij de vraag centraal moet staan hoe het onderwijs aan deze leerlingen concreet moet worden ingericht, kan zich meer ontwikkelen. De schoolleiding is al bezig om kwaliteitseisen te formuleren in het kader van competenties waaraan iedere docent moet voldoen. In het aannamebeleid voor toekomstige leraren kan daarmee al meer rekening gehouden worden. De slechte huisvestingssituatie werkt belemmerend voor de ontwikkeling van het onderwijs. De verwachting is, dat binnen de termijn van een schooljaar nieuwbouw tot stand komt. Met name de implementatie van de werkplekkenstructuur kan dan definitief ter hand genomen worden. Nu vraagt het nog veel van docenten om steeds lokalen "om te bouwen". Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek Sgs. Amsterdam-Zuid (Zuiderlicht) - 6-2-2007
12
De verdere uitwerking en vormgeving van de "leertuinen" (werkplekkenstructuur) bieden belangrijke stimulansen voor de vernieuwing van het onderwijs dat aansluit bij de onderwijsbehoeften van de leerlingen. Vanuit het werken in de leertuinen kan een olievlekwerking ontstaan waarbij er op meer fronten een krachtige en motiverende leeromgeving ontstaat. Zorgzame school Het Zuiderlicht is een zorgzame school en staat voor de uitdaging om zorgzaam te blijven en dat tevens te combineren met het behalen van goede leerprestaties. Naast het leren "leren" komt ook, zoals dat verwoord staat in het zorgdocument, het leren leven en het leren kiezen. Met de invoering van het digitale leerlingvolgsysteem kan de handelingsgerichte aanpak zoals die verwoord is in verschillende documenten verbeterd worden. Door een gestructureerde en systematische wijze van volgen van de leerlingen en een planmatige opzet van het onderwijs heeft de school meer regie op de ontwikkeling van de leerlingen. Gezien enerzijds de ontwikkelingen die de school nu in gang heeft gezet en anderzijds het kwaliteitsprofiel van de school, meent de inspectie dat de school haar kwaliteit met name zou kunnen versterken, als zij zich in haar evaluaties toelegt op de gewenste effecten voor de leerlingen. Als voorts meer zichtbaar wordt wat de rol van elke docent afzonderlijk is bij de verbetering van de reguliere lespraktijk, gaat de inspectie ervan uit dat de school in staat is om meer uit haar leerlingen te halen.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek Sgs. Amsterdam-Zuid (Zuiderlicht) - 6-2-2007
13
4 VERVOLG VAN HET TOEZICHT
Bij dit PKO heeft de inspectie ook onderzoek gedaan naar de naleving van een aantal wettelijke voorschriften. Dit betrof onder meer de wettelijke voorschriften over de geplande onderwijstijd en over een door het bevoegd gezag vastgestelde schoolgids en schoolplan. Op basis van dit onderzoek concludeert de inspectie dat de school aan deze wettelijke bepalingen voldoet.
De bevindingen van dit PKO leiden tot het volgende arrangement voor het vervolg van het toezicht (toezichtarrangement): De aangetroffen kwaliteit van het onderwijs op de school wordt door de inspectie als zwak beoordeeld. In beginsel volgt over twee jaar opnieuw een periodiek kwaliteitsonderzoek. In het komend jaar vindt een jaarlijks onderzoek plaats.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek Sgs. Amsterdam-Zuid (Zuiderlicht) - 6-2-2007
15