RAPPORT Onderzoek in het kader van het Onderwijsverslag 2011-2012 bij De Maten
Plaats BRIN-nummer Onderzoeksnummer Datum schoolbezoek Rapport vastgesteld d.d.
: Den Ham Ov : 10KP : 125746 : 8 mei 2012 : 4 juli 2012
Rapport Onderzoek in het kader van het Onderwijsverslag 2011 | 2012 | De Maten | 8 May 2012
Inhoud 1
Inleiding 5
2
Bevindingen 7
3
Conclusie 11 Bijlage 13
pagina 3 van 15
Rapport Onderzoek in het kader van het Onderwijsverslag 2011 | 2012 | De Maten | 8 May 2012
1
Inleiding Op 8 mei 2012 heeft de inspectie De Maten te Den Ham bezocht in het kader van een landelijk onderzoek naar de staat van het primair onderwijs in Nederland. Het doel van dit onderzoek is het verzamelen van informatie over een aantal indicatoren, waarover de inspectie rapporteert in het Onderwijsverslag 2011-2012. Deze indicatoren hebben betrekking op de opbrengsten, het onderwijsleerproces, de zorg en begeleiding en de kwaliteitszorg. Conform de uitgangspunten van het programmatisch handhaven is tevens standaard gecontroleerd of de school voldoet aan bepaalde wettelijke voorschriften, waaronder de onderwijstijd. De bijlage bij dit rapport bevat een overzicht van de indicatoren en de bevindingen van de inspectie daarover. De bevindingen uit het onderzoek in het kader van het Onderwijsverslag worden gebruikt om te bezien of het reeds aan de school toegekende basisarrangement kan worden gehandhaafd. Eventueel geconstateerde tekortkomingen worden betrokken bij de eerstvolgende risicoanalyse. Onderzoeksopzet Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten: • een controle van de aanwezigheid van de schoolgids, het schoolplan en het zorgplan bij de inspectie; • een toets op de aanwezigheid van informatie over enkele wettelijk verplichte onderdelen in de schoolgids, het schoolplan en het zorgplan; • een controle op de onderwijstijd die de school heeft gepland; • onderzoek en analyse van andere documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn; • schoolbezoek, waarbij • schooldocumenten en handelingsplannen zijn bestudeerd; • in een aantal groepen de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen Nederlandse taal en rekenen en wiskunde. Deze lesbezoeken vonden plaats in de groepen 1a/2a, 3, 4, 6, 7 en 8a; • gesprekken met de directie, de intern begeleider en met leraren zijn gevoerd; • een eindgesprek met de directie, na afloop van het schoolbezoek. Toezichtkader De inspectie heeft zich bij haar onderzoek onder andere gebaseerd op het Toezichtkader po/vo 2011 en de notitie Analyse en waarderingen van opbrengsten primair onderwijs. Beide documenten zijn te vinden op www.onderwijsinspectie.nl. Opbouw rapport In hoofdstuk 2 van dit rapport beschrijft de inspectie de bevindingen die uit haar onderzoek op De Maten naar voren zijn gekomen. In hoofdstuk 3 volgt de conclusie.
pagina 5 van 15
Rapport Onderzoek in het kader van het Onderwijsverslag 2011 | 2012 | De Maten | 8 May 2012
2
Bevindingen De bijlage van dit rapport bevat een overzicht van de bij dit onderzoek gebruikte indicatoren en de bevindingen van de inspectie daarover. Uit dit overzicht valt op te maken dat op De Maten de kwaliteit van het onderwijs op alle onderzochte indicatoren op orde is. Toelichting Opbrengsten Basisschool De Maten verantwoordt de resultaten van de leerlingen aan het einde van de basisschoolperiode met een landelijk genormeerde toets. In de afgelopen drie schooljaren liggen de eindresultaten ruim boven de ondergrens van de inspectie. In 2012 liggen de resultaten zelfs boven de bovengrens van de inspectie. De inspectie beoordeelt de eindopbrengsten dan ook als voldoende. Het oordeel voldoende is eveneens van toepassing op de kwaliteit van de tussentijdse opbrengsten. Bij dit oordeel betrekt de inspectie de resultaten van vijf meest recent afgenomen toetsen voor technisch lezen in de groepen 3 en 4, voor rekenen-wiskunde in de groepen 4 en 6 en voor begrijpend lezen in groep 6. Alle resultaten op de vijf toetsmomenten liggen boven de ondergrenzen van de inspectie. De school biedt onderwijs aan leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Naar verwachting zullen deze leerlingen het eindniveau van groep 7 niet behalen in de vakgebieden Nederlandse taal en/of rekenen-wiskunde. Het onderwijsaanbod wordt hen in een eigen leerlijn aangeboden. De school is volop bezig het ontwikkelingsperspectief te optimaliseren, maar de beoordeelde eigen leerlijn is realistisch opgezet. Daarbij is vastgesteld wat het einddoel moet zijn. Ook de tussendoelen om dit einddoel te bereiken zijn vastgelegd, zodat de school het leerrendement kan meten en kan zien of de leerling zich ook ontwikkelt volgens het perspectief. Deze indicator wordt daarom door de inspectie als voldoende beoordeeld. De school volgt de ontwikkeling van de sociaal-emotionele competenties van de leerlingen. Ze doet dit echter niet met een landelijk genormeerde toets, zodat de inspectie niet over gegevens beschikt om een oordeel op te baseren. Leerinhouden, tijd en schoolklimaat Alle indicatoren die de inspectie beoordeelt bij de aspecten leerinhouden, tijd en schoolklimaat zijn van voldoende kwaliteit. Voor de aangeboden leerinhouden geldt dat deze voldoen aan de kerndoelen. De inspectie heeft vastgesteld dat de leerinhouden tot en met leerjaar acht aan alle kinderen worden aangeboden. Er is sprake van een doorgaande lijn door de hele basisschool. Dat komt tot uiting in het consequent gebruik van de methodieken, maar ook door onderling overleg en overdracht tussen de groepen. Het protocol doorstroming kleuters is daarvan een voorbeeld. De Maten bevordert de sociale competenties van de leerlingen via een methode en diverse projecten, waarbij het team consequent werkt aan het bijbehorende thema. In de andere methodieken is er voldoende aandacht voor actief burgerschap.
pagina 7 van 15
Rapport Onderzoek in het kader van het Onderwijsverslag 2011 | 2012 | De Maten | 8 May 2012
De inspectie concludeert dat de onderwijstijd evenwichtig is verdeeld over de vakgebieden en dat de geplande onderwijstijd daadwerkelijk besteed wordt aan de doelen en activiteiten, zodat de leerlingen voldoende tijd krijgen om zich het leerstofaanbod eigen te maken. Ook blijkt dat het klassenmanagement efficiënt is geregeld en de schoolregels worden nageleefd. De school beschikt over een pestprotocol en een veiligheidsbeleid en het team werkt met regels en afspraken om incidenten te voorkomen en af te handelen. Daarnaast onderzoekt de school via vragen in panels regelmatig het welbevinden en de veiligheid van leerlingen en leraren. In de lesbezoeken is gezien dat leraren en leerlingen elkaar en onderling respectvol benaderen. Didactisch handelen en afstemming op verschillen tussen de leerlingen De inspectie constateert dat tijdens alle geobserveerde lessen de uitleg van de leraren aansprekend, doelmatig en interactief is. Bovendien realiseert men een taakgerichte werksfeer en tonen de leerlingen zich 'actieve leerders'. De Maten werkt met groepsplannen om de instructie- en onderwijsbehoeften van de leerlingen af te stemmen op de verschillen in ontwikkeling. De school slaagt er in voldoende mate in om met behulp van de groepsplannen te differentiëren in aanbod, instructie, verwerking en tijd. Zorg en begeleiding De inspectie beoordeelt het systeem voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen als voldoende (7.1). De school gebruikt een landelijk genormeerd leerlingvolgsysteem voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde. In de groepen 1 en 2 wordt de ontwikkeling daarnaast gevolgd met een gestructureerd observatie-instrument. De intern begeleider stelt de toetskalender op en bewaakt de uitvoering ervan. Periodiek spreekt de intern begeleider met de leerkracht over de ontwikkeling van alle leerlingen. Daarnaast volgt ze de uitvoering van de extra zorg voor de zorgleerlingen. Het systeem voorziet erin dat vroegtijdig wordt vastgesteld of er leerachterstanden ontstaan en/of de ontwikkeling van kinderen stagneert (8.1). Uit de groepsregistratie van de leraren blijkt dat er (fouten)analyses van de resultaten worden gemaakt. Dit leidt tot aantoonbare conclusies ten behoeve van de afstemming van het onderwijsaanbod aan individuele of groepen leerlingen (7.2). De uitvoering van de zorg is gebaseerd op de cyclus van analyse-uitvoerenevalueren (8.2, 8.3, 8.4). De inspectie heeft hier voldoende mate goede voorbeelden van aangetroffen. In geval van gesignaleerde achterstand worden de verzamelde gegevens over het leer- en ontwikkelingsproces van de leerling geanalyseerd. Hieruit worden conclusies getrokken over de aard van de (leer)problemen. Op grond van deze informatie wordt de extra zorg en het ortho-didactisch handelen van de leerkracht bepaald. De uitvoering van de zorg wordt grotendeels beschreven in begeleidingsplannen. Deze plannen worden voor wat betreft de uitvoering vertaald in de groepsplannen en in de dag/weekplanning van de leerkracht. In de plannen heeft de inspectie in voldoende waargenomen dat de doelen en activiteiten concreet omschreven zijn. In de meeste groepen kan de school aan de hand van de registratie van de zorg aantonen dat deze consequent wordt uitgevoerd. De evaluatie wordt tenslotte structureel uitgevoerd. De school gaat regelmatig na wat de effecten van de geboden zorg zijn en laat de evaluatie van invloed zijn bij het bepalen van het vervolgtraject. Kwaliteitszorg
pagina 8 van 15
Rapport Onderzoek in het kader van het Onderwijsverslag 2011 | 2012 | De Maten | 8 May 2012
De inspectie stelt vast dat op De Maten het systematisch denken en uitvoeren van kwaliteitszorg, dat wil zeggen het regelmatig analyseren, evalueren, verbeteren en borgen, op orde is. De school heeft voldoende zicht op de onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie en de directie heeft een duidelijk beeld van de samenstelling van en de ontwikkeling binnen de populatie. Dat komt mede door de intake, de warme overdracht vanuit de voorschoolse educatie en de regelmatige contacten met de ouders. De school heeft ook oog voor haar 'bovenpresteerders', die via een plusgroep (één dagdeel per week) extra uitgedaagd worden. De resultaten van de methodegebonden en methodeonafhankelijke toetsen worden regelmatig geëvalueerd. De school maakt volop gebruik van het volgsysteem om allerlei analyses te maken en betrekt het hele team bij de evaluaties, vooral door middel van opbrengstgesprekken. De school werkt met eigen streefdoelen per vakgebied en per groep. Deze werkwijze acht de inspectie een voorbeeld voor anderen en daarom wordt indicator 9.2 als goed beoordeeld. Naast een zelfevaluatie-instrument beschikt de school ook over Daltonkwaliteitskaarten. Met beide instrumenten wordt de kwaliteit van het onderwijsleerproces regelmatig geëvalueerd. Ook ouders en leerlingen worden bij de evaluatie betrokken door middel van panelgesprekken. De leerlingenraad van de school geeft eveneens de nodige input om verbeteringen in de diverse processen door te voeren. Op basis van de genoemde evaluaties bepaalt de school haar verbeteractiviteiten, die worden uitgewerkt in beleidsplannen. De plannen bevatten de gewenste onderdelen als verantwoording, uitgangspunten, doelen, werkwijze en evaluatie. Afspraken en procedures die voortkomen uit de verbeteractiviteiten worden vastgelegd in het Daltonhandboek en diverse mappen. Daarnaast wordt door de directie, via klassenbezoeken, regelmatig nagegaan in hoeverre de afspraken en procedures daadwerkelijk gevolgd worden. Daarbij wordt ook gebruik gemaakt van kijkwijzers. De verantwoording aan belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit is van voldoende niveau. De school verantwoordt de evaluatie op onderwijsinhoudelijke aspecten aan ouders en andere belanghebbenden via nieuwsbrieven, de schoolgids, kijkochtenden en op informatieavonden. De opbrengstgegevens worden verantwoord in de schoolgids, maar in die verantwoording valt voor de school nog winst te boeken door de behaalde resultaten scherper te verwoorden in de schoolgids. De school heeft het onderwerp burgerschap en integratie gestalte gegeven via een visie en geeft daar planmatig invulling aan. De school evalueert de beoogde doelen en stemt haar aanbod mede af op de risico's ten aanzien van ongewenste opvattingen, houdingen en gedragingen.
pagina 9 van 15
Rapport Onderzoek in het kader van het Onderwijsverslag 2011 | 2012 | De Maten | 8 May 2012
3
Conclusie Kwaliteit De inspectie concludeert dat de kwaliteit van het onderwijs op De Maten op de onderzochte onderdelen op orde is. Uit het onderzoek is gebleken dat de school op die gebieden geen tekortkomingen kent. Om die reden wordt het reeds aan de school toegekende basisarrangement gehandhaafd. De bevindingen zullen worden betrokken bij de eerstvolgende risicoanalyse, waarbij opnieuw de vraag aan de orde is of het toezichtarrangement eventueel moet worden aangepast. Naleving De inspectie concludeert tevens dat er geen tekortkomingen zijn in de naleving van de wettelijke voorschriften die zijn gecontroleerd.
pagina 11 van 15
Rapport Onderzoek in het kader van het Onderwijsverslag 2011 | 2012 | De Maten | 8 May 2012
Bijlage In onderstaande tabellen vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader primair onderwijs 2011. Indicatoren die bij een kwaliteitsonderzoek de doorslag geven of een school (zeer) zwak is, de zogeheten normindicatoren, zijn gemarkeerd met een asterisk. Voor een overzicht van alle normindicatoren zie het Toezichtkader po/vo 2011 op www.onderwijsinspectie.nl. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is. Legenda: 1. slecht 2. onvoldoende 3. voldoende 4. goed 5. niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten) In verband met het programmatisch handhaven heeft de inspectie daarnaast enkele controles uitgevoerd op bepaalde wettelijke voorschriften. Of de school wel of niet voldoet aan deze wettelijke vereisten wordt tot uitdrukking gebracht met de score 'ja' of 'nee'. Kwaliteitsaspect 1 Opbrengsten 1.1 * De resultaten van de leerlingen aan het eind van de basisschool liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 1.2 * De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 1.4 Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden. 1.5 De sociale competenties van de leerlingen liggen op een niveau dat mag worden verwacht.
Kwaliteitsaspect 2 Leerstofaanbod 2.1 * Bij de aangeboden leerinhouden voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde betrekt de school alle kerndoelen als te bereiken doelstellingen. 2.2 * De leerinhouden voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde worden aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het niveau van leerjaar 8. 2.3 De leerinhouden in de verschillende leerjaren sluiten op elkaar aan. 2.4 * De school met een substantieel aantal leerlingen met een leerlinggewicht biedt bij Nederlandse taal leerinhouden aan die passen bij de onderwijsbehoeften van leerlingen met een taalachterstand. 2.6 De school heeft een aanbod gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit in de samenleving.
1
2
3
4
5
z
z z z
1
2
3 z z z z
z
pagina 13 van 15
4
Rapport Onderzoek in het kader van het Onderwijsverslag 2011 | 2012 | De Maten | 8 May 2012
Kwaliteitsaspect 3 Tijd 3.1 De leraren maken efficiënt gebruik van de geplande onderwijstijd.
Kwaliteitsaspect 4 Schoolklimaat 4.4 De school heeft inzicht in de veiligheidsbeleving van leerlingen en personeel en in de incidenten die zich op het gebied van sociale veiligheid op de school voordoen. 4.5 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op het voorkomen van incidenten in en om de school. 4.6 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op de afhandeling van incidenten in en om de school.
Kwaliteitsaspect 5 Didactisch handelen 5.1 * De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof. 5.2 * De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer. 5.3 * De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten.
Kwaliteitsaspect 6 Afstemming 6.1 De leraren stemmen de aangeboden leerinhouden af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 6.2 De leraren stemmen de instructie af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 6.3 De leraren stemmen de verwerkingsopdrachten af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 6.4 De leraren stemmen de onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.
Kwaliteitsaspect 7 Begeleiding 7.1 * De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. 7.2 De leraren volgen en analyseren systematisch de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen.
1
2
3
4
z
1
2
3
4
z z z
1
2
3 z z z
4
1
2
3
4
z z z z
1
2
3
4
z z
Kwaliteitsaspect 8 Zorg 8.1 De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben. 8.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt de school de aard van de zorg voor de zorgleerlingen. 8.3 * De school voert de zorg planmatig uit. 8.4 De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg.
Kwaliteitsaspect 9 Kwaliteitszorg 9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. 9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen. 9.3 De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces. 9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. 9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces. 9.6 De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit. 9.7 De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit van de samenleving.
1
2
3
4
z z z z
1
2
3
4
z z z z z z z
pagina 14 van 15
Rapport Onderzoek in het kader van het Onderwijsverslag 2011 | 2012 | De Maten | 8 May 2012
Naleving wet- en regelgeving NT1a De inspectie is in het bezit gesteld van de geldende schoolgids (art. 16, lid 2 en 3, WPO). NT2a De inspectie is in het bezit gesteld van het geldende schoolplan (art. 16, lid 1 en 3, WPO) NT3a De inspectie is in het bezit gesteld van het geldende zorgplan (art. 19, lid 3, WPO). NT4a Er is voldoende onderwijstijd geprogrammeerd om te kunnen voldoen aan de daarvoor gestelde minima (art. 8, lid 7 onder b, WPO). NT4b Er is maximaal zevenmaal een onvolledige schoolweek geprogrammeerd voor de groepen 3 t/m 8 (artikel 8, lid 7 onder b, WPO).
ja
nee
z z z z z
pagina 15 van 15