Provincie Gelderland Provincie Overijssel
Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland
Witteveen+Bos Van Twickelostraat 2 postbus 233 7400 AE Deventer tel 0570 69 79 11 fax 0570 69 73 44
INHOUDSOPGAVE
blz.
SAMENVATTING 1. INLEIDING 1.1. Achtergrond 1.2. Werkwijze 1.3. Leeswijzer
1 1 1 2
2. SPOORPROGRAMMA’S 2.1. Programma Hoogfrequent Spoor 2.2. Basisnet Vervoer Gevaarlijke Stoffen 2.3. Planstudie herroutering goederenvervoer 2.4. NaNOV
4 4 5 5 7
3. SPOORPROBLEMATIEK PER VAKGEBIED/WETTELIJK KADER 3.1. Geluid 3.2. Trillingen 3.3. Externe veiligheid 3.4. Natuur en grondwater 3.5. Verkeersafwikkeling 3.6. Regionaal OV 3.7. Rampenbestrijding 3.8. Regio's 3.8.1. Regio Twente 3.8.2. Stadsregio Arnhem-Nijmegen 3.8.3. Regio Stedendriehoek 3.8.4. Milieusamenwerking Regio Arnhem (MRA) 3.8.5. Veiligheidsregio IJsselland
8 8 8 10 10 11 11 12 12 12 13 14 14 15
4. PROBLEMATIEK ROND IJSSELLIJN 4.1. Gemeente Overbetuwe 4.2. Gemeente Arnhem 4.3. Gemeente Rheden 4.4. Gemeente Brummen 4.5. Gemeente Zutphen 4.6. Gemeente Deventer 4.7. Gemeente Zwolle
16 16 17 19 20 22 23 25
5. PROBLEMATIEK ROND TWENTELIJN 5.1. Gemeente Apeldoorn 5.2. Gemeente Voorst 5.3. Gemeente Rijssen-Holten 5.4. Gemeente Wierden 5.5. Gemeente Almelo 5.6. Gemeente Borne 5.7. Gemeente Hengelo 5.8. Gemeente Oldenzaal
27 27 28 29 31 33 34 35 37
6. PROBLEMATIEK ROND TWENTEKANAALLIJN 6.1. Gemeente Lochem 6.2. Gemeente Hof van Twente
39 39 40
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
7. RESUMÉ
43
laatste bladzijde
44
bijlagen I NaNOV-besluit 2001 II Inventarisatie Overbetuwe III Inventarisatie Arnhem IV Inventarisatie Rheden V Inventarisatie Brummen VI Inventarisatie Zutphen VII Inventarisatie Deventer VIII Inventarisatie Zwolle IX Inventarisatie Apeldoorn X Inventarisatie Voorst XI Inventarisatie Rijssen-Holten XII Inventarisatie Wierden XIII Inventarisatie Almelo XIV Inventarisatie Borne XV Inventarisatie Hengelo XVI Inventarisatie Oldenzaal XVII Inventarisatie Lochem XVIII Inventarisatie Hof van Twente
aantal bladzijden 3 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
AFKORTINGEN BLEVE Basisnet EHS GR PR MRA NaNOV
NOV PHS VGS PAGs OV SAAL IJssellijn Twentelijn Twentekanaallijn
Boiling Liquid Expanding Vapour Explosion (kokende vloeistof-gasexpansie-explosie) Basisnet vervoer gevaarlijke stoffen Ecologische Hoofd Structuur Groepsrisico Plaatsgebonden risico Milieusamenwerking Regio Arnhem Project ontstaan na het afblazen van de tracéstudie naar de Noordoost-verbinding van de Betuweroute in 1999. Daarbij is het bestaande traject Elst-Arnhem-DeventerHengelo-Oldenzaal aangewezen voor de afwikkeling van het extra goederenvervoer in noord(oost)elijke richting als gevolg van de aanleg van de Betuweroute. Noord Oostelijke Verbinding (Betuweroute) Programma Hoogfrequent Spoor Vervoer Gevaarlijke Stoffen PlasbrandAandachtsGebieden Planstudie Openbaar Vervoer Schiphol-Amsterdam-Almere-Lelystad Spoorverbinding tussen Betuweroute bij Elst en Zwolle Spoorverbinding tussen Deventer en Oldenzaal, via Almelo en Hengelo Spoorverbinding tussen Zutphen en Hengelo (Ov)
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
SAMENVATTING aanleiding Het Programma Hoogfrequent Spoor (PHS) is een werkprogramma om op de lange termijn zes intercitytreinen en mogelijk zes sprinters te laten rijden op belangrijke corridors in Nederland. Om dit programma te realiseren, wordt geïnvesteerd in nieuwe spoorinfrastructuur om knelpunten op te lossen. Daarnaast wordt onderzocht of herroutering van goederenvervoer kan bijdragen aan de ontlasting van knelpunten. Om de Randstad en de Knoop Utrecht te ontlasten, zijn er plannen om goederentreinen via de Betuweroute naar het oosten te laten rijden om vervolgens via Oost-Nederland naar NoordoostEuropa en Noord-Nederland te rijden. Als gevolg hiervan neemt het aantal het aantal goederentreinen op de IJssellijn (Elst-Arnhem-Zutphen-Deventer) en de Twentelijn (Deventer-Hengelo-Oldenzaal, ook wel als ‘Berlijnlijn’ aangeduid) toe. De besluitvorming over de herroutering vindt naar verwachting plaats in juni 2010. De provincies Overijssel en Gelderland, de stads- en veiligheidsregio’s en de spoorgemeenten langs de IJssel-, Twente- en Twentekanaallijn hebben zorgen over de mogelijke gevolgen van deze herroutering. Daarom is besloten om de problemen die als gevolg van de toename van het goederenvervoer per spoor wellicht ontstaan, gezamenlijk te inventariseren. aanpak Voor deze inventariserende studie heeft Witteveen+Bos individuele gesprekken gevoerd met de spoorgemeenten en regionale organen langs de IJssel-, Twente- en Twentekanaallijn. Op basis van deze gesprekken zijn per regio en gemeente de bedreigingen benoemd die een gevolg zijn van een toename van het goederenvervoer over het spoor. De bedreigingen zijn door Witteveen+Bos samengevat weergegeven in een korte analyse, ondersteund met kaartbeeld. De punten die door de gemeenten als meest problematisch en bedreigend worden ervaren, zijn uitgelicht. De volgende aandachtspunten zijn meegenomen in het onderzoek: ruimtelijke en infrastructurele ontwikkelingen, barrièrewerking, verkeersafwikkeling en -veiligheid, geluidsbelasting en trillingshinder, externe veiligheid en rampenbestrijding, natuurgebieden en grondwaterbeschermings- en waterwingebieden, recreatiegebieden en -voorzieningen en tot slot regionaal openbaar vervoer. Het thema archeologie is niet meegenomen. bovenlokale effecten Langs de IJssel-, Twente- en Twentekanaallijn liggen op diverse plaatsen natuurgebieden: de Ecologische HoofdStuctuur (EHS), Natura 2000 en waterwin- en waterbeschermingsgebieden. Een intensivering van het goederenvervoer leidt tot een toename van de geluidsbelasting en trillingshinder. Deze toename moet op basis van natuurbeleid worden gecompenseerd of gemitigeerd. Daarnaast liggen op diverse plaatsen recreatievoorzieningen die mogelijk ook een toename van geluids- en trillingshinder gaan ervaren. Bij waterwin- en grondwaterbeschermingsgebieden moeten maatregelen worden getroffen om de risico’s van grondwatervervuiling te beperken als gevolg van een calamiteit met een trein met gevaarlijke stoffen. De Twentelijn doorsnijdt meerdere grondwaterbeschermingsgebieden en ligt voor een deel in een kwetsbaar waterwingebied. In het kader van de Europese Kader Richtlijn Water (KRW) moeten hiervoor gebiedsdossiers worden opgesteld die de huidige bedreigingen en risico's naast de huidige zuiveringsinspanning en de (grond)waterkwaliteit in beeld brengen. De KRW heeft als doelstelling de grondwaterkwaliteit te verbeteren, de zuiveringsinspanning te verminderen en de risico's te beperken. In de Regio Twente, de Stedendriehoek en de Stadregio Arnhem-Nijmegen is het beleid er op gericht om regionaal personenvervoer per spoor te bevorderen. Het beleid gaat uit van verhoging van de ritfrequentie en mogelijke nieuwe (voorstad)haltes of stations. Voor diverse nieuwe stations is de planstatus concreet. Met een toename van het goederenvervoer ontstaat mogelijk een conflict met de ambitie de frequentie van regionaal personenvervoer te laten toenemen. lokale effecten Een toename van het goederenvervoer per spoor heeft lokale effecten in iedere spoorgemeente. De relevante knel- en aandachtspunten die het meest voorkomen zijn als volgt.
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
geluidoverlast In het kader van de NaNOV zijn al maximaal geluidbeperkende voorzieningen getroffen bij de bron (raildempers), in het overdrachtsgebied (schermen) en bij de ontvanger (woningisolatie). Deze saneringsmaatregelen zijn gebaseerd op de prognose voor het spoorgoederenvervoer in 2010. Als gevolg van de groei van het goederenvervoer, zoals genoemd bij de PHS, zal ook de geluidsbelasting toenemen. De gemeenten verwachten dat de al getroffen saneringsmaatregelen en de enig resterende bronmaatregel, te weten ‘stiller materieel’, in dat geval niet afdoende zullen zijn en dat aanvullende maatregelen in het overdrachtsgebied (hoge(re) schermen) en/of bij de ontvangers nodig zullen zijn. trillingshinder Uit onlangs uitgevoerde trillingsonderzoeken in de gemeenten Hengelo, Borne en Oldenzaal blijkt dat er nu al sprake is van een significante toename van trillingen en trillinghinder ten opzichte van de uitgevoerde ‘nulmetingen’ in 2002. Conform de geldende SBR-richtlijn deel B kan de nu veroorzaakte trillinghinder voor de beoordeelde woningen worden gekwalificeerd als ‘matige hinder’ en als ‘hinder’ en in een enkel geval zelfs als ‘ernstige hinder’. Naar de toekomst toe is een verdere toename van de trillinghinder te verwachten. De gemeenten zijn van mening dat, gezien de memorie van toelichting bij de wijziging van de wet Geluidhinder, de SBR-richtlijn deel B van toepassing is op trillingen veroorzaakt door spoorwegen, en dat ProRail daarom maatregelen moet treffen. Verder zijn zij van mening dat in de huidige situatie deze maatregelen al noodzakelijk zijn en dat een verder toename van de trillingen niet acceptabel is. externe veiligheid In veel spoorgemeenten zorgt de huidige ruimtelijke situatie gecombineerd met de toename van het vervoer van gevaarlijke stoffen al voor een (forse) overschrijding van de oriëntatiewaarde van het groepsrisico. Dit probleem wordt groter bij een toename van het aantal goederentreinen met gevaarlijke stoffen. Daarmee wordt de verantwoording die gemeenten moeten opstellen vanwege het risico van het spoorvervoer ook complexer. Bronmaatregelen aan het spoor, zoals het toepassen van minder wissels, rijden met een lagere snelheid, warme BLEVE-vrij rijden en het verminderen van het aantal overwegen, reduceren het groepsrisico niet afdoende. Dit betekent voor gemeenten dat bestaande ruimtelijke plannen of nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen niet of slechts in zeer afgeslankte vorm mogelijk zijn, tenzij door de gemeente aanzienlijke investeringen worden gepleegd in het niveau van veiligheidsvoorzieningen van de spoorlijn. Het huidige niveau van veiligheidsvoorzieningen van de spoorlijn is namelijk niet ingericht voor een grote toename van het vervoer van gevaarlijke stoffen. Zo blijkt dat de huidige bluswatervoorzieningen langs het spoor momenteel al niet toereikend zijn bij grote branden. gelijkvloerse overwegen Bij een toename van het aantal goederentreinen zijn overwegen langer gesloten. Dit leidt er toe dat een groot aantal spoorgemeenten problemen ondervindt met de verkeersafwikkeling en -circulatie binnen de gemeente en de verkeersveiligheid op en rondom de gelijkvloerse spoorwegovergangen. De oversteekbaarheid en de bereikbaarheid verslechteren, waardoor de barrièrewerking van het spoor groter wordt. calamiteiten Door het langer gesloten zijn van de spoorwegovergangen, wordt het voor nood- en hulpdiensten moeilijker om binnen de vastgestelde aanrijdtijd op een calamiteitenplek te komen. Dit probleem wordt groter wanneer als gevolg van vaker en langduriger gesloten gelijkvloerse spoorwegovergangen verkeerscongestie ontstaat. In veel spoorgemeenten staat in de huidige situatie de bebouwing dicht op het spoor en staan langs delen van de spoorbaan geluidsschermen. Hierdoor is het spoor vaak slecht bereikbaar voor nood- en hulpdiensten. Deze situatie verslechtert wanneer als gevolg van een toename van het aantal goederentreinen meer geluidschermen moeten worden geplaatst. Daar komt bij dat in de meeste spoorgemeenten de capaciteit van de nood- en hulpdiensten beperkt en niet toegerust is op de bestrijding van grote calamiteiten.
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
1. INLEIDING 1.1. Achtergrond De provincies Overijssel en Gelderland, de stads- en veiligheidsregio’s en alle spoorgemeenten langs de lijnen Elst-Arnhem-Deventer-Hengelo-Oldenzaal en Zutphen-Hengelo werken op dit moment samen aan de bewustwording en de inventarisatie van de gevolgen van het Programma Hoogfrequent Spoor (PHS) en, als onderdeel daarvan, de herroutering van het goederenvervoer. Deze herroutering kan leiden tot een toename van het goederenvervoer per spoor door de provincies Overijssel en Gelderland. Hoewel de onderzoeken rond deze planstudie nog volop gaande zijn, maken de genoemde overheden in Oost-Nederland zich momenteel zorgen over de mogelijke gevolgen van deze herroutering. Ondanks dat er nog geen uitkomsten zijn over de keuze in herroutering is besloten om nu al gezamenlijk te inventariseren welke problemen er mogelijk op de spoorgemeenten af komen. Op verzoek van de provincies hebben de spoorgemeenten een eerste conceptinventarisatie opgesteld van knelpunten die ontstaan wanneer het goederenvervoer over het spoor toeneemt. Uitgangspunt voor deze inventarisatie was het 'worst case' scenario 'bundelen' uit PHS. Dit scenario gaat uit van circa 90 goederentreinen per 24 uur in 2020, voor beide richtingen samen. Deze inventarisatie heeft geresulteerd in een serie van lijstjes met knelpunten, die door de provincies Overijssel en Gelderland tot een document is gebundeld. Witteveen+Bos is gevraagd deze conceptinventarisatie aan te vullen en kritisch te beoordelen op volledigheid, betrouwbaarheid en eenduidigheid. De aanvulling is uitgevoerd op basis van gesprekken bij de spoorgemeenten en regio’s grenzend aan de IJssellijn en de Twentelijn. De resultaten hiervan zijn verwerkt in deze rapportage. De rapportage geeft een overzicht van de problematiek met betrekking tot toename van het goederenvervoer langs de gehele spoorlijn en gaat daarnaast per gemeente in op specifieke knelpunten. De problematiek is verder inzichtelijk gemaakt met behulp van duidelijke kaartbeelden. Ook zijn een enkele bovenlokale problemen toegelicht, zoals doorsnijding van natuurgebieden, rampenbestrijding en de gevolgen voor het regionaal OV. Afbeelding 1.1 geeft een overzicht van het inventarisatiegebied. Het gaat hierbij om de IJssellijn (ElstArnhem-Zutphen-Deventer-Zwolle), de Twentelijn (Apeldoorn-Deventer-Almelo-Hengelo-Oldenzaal en Zutphen-Hengelo) en de Twentekanaallijn (Zutphen-Goor-Hengelo Ov). 1.2. Werkwijze Conform het verzoek van de opdrachtgevers, de provincie Gelderland en de provincie Overijssel, heeft Witteveen+Bos de spoorgemeenten bezocht en betrokken contactpersonen geënquêteerd. Als eerste stap is de serie van lijstjes met knelpunten uit de conceptinventarisatie compleet en vergelijkbaar gemaakt. Daarbij bleek dat sommige spoorgemeenten niet alle benodigde informatie konden leveren en dat bepaalde aandachtspunten en potentiële knelpunten over het hoofd waren gezien. Ook is geïnventariseerd welke problemen veel voorkomen en daarmee lokaal overstijgend zijn. Vanwege problemen met het 'lokaal overstijgende' aspect, zijn ook de stads- en veiligheidsregio's binnen beide provincie bezocht. Bij het voeren van de gesprekken is het PHS scenario 'bundelen' niet als uitgangspunt genomen. Er is gesproken over meerdere scenario's en de mogelijke gevolgen hiervan op de veiligheid en leefbaarheid in de gemeenten. Duidelijk werd dat de gemeenten nog geen duidelijk beeld hebben van de inhoud en de consequenties van de verschillende scenario's, laat staan inzicht hebben in verschillen van knelpunten tussen de verschillende scenario's. Daarom heeft Witteveen+Bos als vertrekpunt genomen: toename van goederenvervoer, ongeacht de hoeveelheid en hiervan de knelpunten in beeld gebracht. Op basis van dit vertrekpunt en de gevoerde gesprekken heeft Witteveen+Bos per gemeente en regio een enquêteformulier opgesteld met daarin een opsomming van de voorziene knelpunten op het gebied van ruimtelijke- en infrastructurele ontwikkelingen, verkeer, milieu (geluid, trillingen, externe veiligheid), natuur, ecologie, landschap en grondwaterbescherming. De enquêteformulieren opgenomen in de bij-
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
1
lage van deze rapportage, zijn teruggekoppeld met de contactpersonen van de spoorgemeenten en de regio's. afbeelding 1.1. Overzicht van het spoorgebied rond de IJssel-, Twente- en Twentekanaallijn
Na goedkeuring en zo nodig verbetering van de enquêteformulieren, heeft Witteveen+Bos de knelpuntenlijsten voor elke spoorgemeente en regio neergezet in een analyse, ondersteund met een kaartbeeld. Witteveen+Bos heeft voor deze analyse een 'zeef' op de knelpuntenlijst toegepast en de relevante punten benoemd en uitgebeeld. Op basis van deze analyse is per gemeente een puntsgewijze samenvatting gegeven van de essentiële en grootste knel- en aandachtspunten. In deze, grijs omkaderde, samenvatting is onderscheid gemaakt in punten die momenteel als problematisch worden gezien, en punten die naar de toekomst toe (uitgaande van een toename van het aantal goederentreinen) als bedreigend wordt ervaren. Aan deze punten is geen waardeoordeel toegekend, ze zijn dus niet geprioriteerd. Het geeft een inzicht waar de grootste kans is dat er in de toekomst een probleem ontstaat bij een toename van het aantal goederentreinen. 1.3. Leeswijzer Na het inleidende gedeelte in dit hoofdstuk, geeft hoofdstuk 2 van dit rapport een beeld van de spoorprogramma’s die invloed hebben op het goederenvervoer door de provincie Gelderland en de provincie Overijssel. Het Programma Hoogfrequent Spoor (PHS), het Basisnet voor het vervoer van gevaarlijke stoffen (Basisnet), de Planstudie Herroutering Goederenvervoer en het NaNOV programma worden toegelicht.
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
2
Hoofdstuk 3 gaat in op de knelpunten die langs de IJssellijn en de Twentelijn ontstaan als gevolg van de verschillende spoorprogramma’s. De knelpunten worden in dit hoofdstuk per vakgebied en regio besproken waarbij onder andere wordt ingegaan op RO- en infra-ontwikkelingen, verkeer, milieu, natuur, ecologie en landschap en rampenbestrijding. De hoofdstukken 4, 5 en 6 geven vervolgens een korte samenvatting van de spoorproblematiek per gemeente voor respectievelijk de IJssellijn, de Twentelijn en de Twentekanaallijn. Een complete inventarisatie per gemeente is opgenomen in de bijlagen bij deze rapportage. De gemeente Deventer valt zowel binnen de IJssellijn als de Twentelijn, maar wordt besproken in hoofdstuk 4. Hetzelfde geldt voor de gemeente Lochem: de kern Eefde valt binnen de IJssellijn en de Twentekanaallijn, maar wordt besproken in hoofdstuk 6. Dit rapport wordt afgesloten met een slotwoord in hoofdstuk 7, daarna volgen als bijlagen het NaNOVbesluit uit 2001 en de ingevulde enquêteformulieren van alle spoorgemeenten. afbeelding 1.2. Realisatie van de NaNOV-geluidschermen
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
3
2. SPOORPROGRAMMA’S 2.1. Programma Hoogfrequent Spoor In het regeerakkoord is een passage opgenomen over het blijvend stimuleren en laten groeien van het personenvervoer per spoor. Het Ministerie van Verkeer en Waterstaat heeft hiertoe een strategisch plan opgesteld, getiteld ‘Programma Hoogfrequent Spoor’, in dit rapport verder afgekort als PHS. PHS is een werkprogramma van het kabinet met als essentie om in de Randstad en op enkele druk bereden trajecten daarbuiten over te gaan op ‘spoorboekloos’ rijden. Dit wil zeggen dat er, gelijkmatig verdeeld over het uur, zes intercity’s en zes sprinters (in beide richtingen) op een traject rijden. Er zijn twee varianten voor het spoorboekloos rijden uitgewerkt: ‘6/6’ en ‘6/6 Maatwerk’ (6/6M). De variant ‘6/6’ gaat uit van zes intercitytreinen (IC-treinen) per uur op alle drukke IC-corridors met daarnaast de ICE tussen Amsterdam en Duitsland als extra trein. Ook voor de sprinters gaat deze variant uit van zes treinen per uur op corridors waar een combinatie van vervoersmarkt, ruimtelijke ontwikkelingen en/of bereidheid bij de regio’s is om bij te dragen in de exploitatiekosten. In deze variant rijden de treinen elke 5 minuten, waardoor daadwerkelijk spoorboekloos rijden ontstaat. Voor de variant ’6/6 Maatwerk’ wordt uitgegaan van zes IC-treinen per uur (elke 10 minuten) op het traject tussen Almere en Den Haag-Centraal en het ‘A2-traject’ tussen Amsterdam-Centraal en Eindhoven. Op de corridors Schiphol-Arnhem en Den Haag HS-Dordrecht rijden in deze variant ook zes ICtreinen, maar deze rijden niet volgens een 10 minuten patroon. Het betreft hier een combinatie van een kwartierdienst met een halfuurdienst. Daarnaast wordt de dienstregeling voor sprinters gebaseerd op maatwerk. In deze variant zijn in de Randstad frequenties van maximaal vier maal per uur voorzien, afhankelijk van de vervoervraag. Om de benodigde spoorcapaciteit voor het spoorboekloos rijden op de belangrijkste drukbereden trajecten in en aansluitend op de Randstad beschikbaar te krijgen, kiest het Ministerie V&W of rijk ervoor om, naast omvangrijke investeringen in nieuwe spoorinfrastructuur, tevens het goederenvervoer op deze druk bereden trajecten geheel of gedeeltelijk te verplaatsen (herrouteren) naar minder drukbereden trajecten in Nederland. De tweede Kamer heeft met deze aanpak ingestemd en heeft een budget van EUR 4,5 miljard beschikbaar gesteld, waarvan uiteindelijk 2,929 miljard euro direct beschikbaar is voor PHS. afbeelding 2.1. Overzicht gereserveerde gelden
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
4
Vanuit PHS zijn in het najaar van 2008 meerdere zelfstandige planstudies gestart. Hiervan zijn er voor de provincie Gelderland en de provincie Overijssel vier van direct belang. Dit zijn: - planstudie Openbaar Vervoer Schiphol-Amsterdam-Almere-Lelystad (OV SAAL); - planstudie Utrecht - Den Bosch; - planstudie Utrecht - Arnhem (met uitbreiding van het studiegebied tot Nijmegen); - planstudie Toekomstvaste Herroutering Goederenvervoer (landsdekkend). Minister Eurlings heeft ten tijde van het opstellen van PHS aangegeven dat hij de resultaten van PHS en de onderliggende planstudies uiterlijk in juni 2010 met de Tweede Kamer wil bespreken. Voor die tijd zal er ook een kabinetsstandpunt zijn. De overall planning van PHS is hier op gebaseerd. Dit betekent dat inmiddels met een hoog tempo aan alle planstudies wordt gewerkt en dat er voor regionale en lokale belanghebbenden maar beperkt tijd en mogelijkheid is om actief en gericht te participeren en te reageren. 2.2. Basisnet Vervoer Gevaarlijke Stoffen Parallel aan het in paragraaf 2.1 beschreven werkprogramma PHS loopt er al langer het project Basisnet Vervoer Gevaarlijke Stoffen. Doel van dit rijksproject is om voor Nederland een betrouwbaar basisnetwerk met drie modaliteiten (weg, water en spoor) voor het vervoer van gevaarlijke stoffen op te zetten. Tijdens de ontwikkeling van Basisnet is het voor zowel de provincie Gelderland als de provincie Overijssel duidelijk geworden dat de spoorroute Elst-Arnhem-Deventer-Hengelo-Oldenzaal (dus van en naar de Betuweroute) nadrukkelijk in beeld is voor internationaal goederenvervoer naar noord(oost) Europa. Voor beide provincies geldt dat het ongewenst is dat in dat geval het vervoer van gevaarlijke stoffen (en met name van de stof LPG) over het gemengde spoornet door stads- en dorpsgebieden gaat, terwijl de Betuweroute hiervoor juist is aangelegd. Het standpunt van de provincie Gelderland en de provincie Overijssel is dat het internationale vervoer van gevaarlijke stoffen dient te worden afgesplitst van de toekomstige transito goederenstroom op de IJssellijn en de Twentelijn en vervoerd dient te worden via de Betuweroute. Het project Basisnet is aanmerkelijk eerder gestart dan PHS maar lijkt nu door het hoge tempo van PHS te worden ingehaald. Met name het gedeelte van Basisnet voor het spoor kent een directe samenhang met PHS mede daarom streven beide provincies er naar om de gevolgen, uitkomsten en keuzes van beide rijksprojecten in hun onderlinge regionale en lokale samenhang te bezien. En vanuit deze meer integrale aanpak te reageren op ideeën en voorstellen van rijkszijde. 2.3. Planstudie herroutering goederenvervoer Zoals in de voorgaande paragrafen besproken, wordt door het rijk ingezet op een combinatie van aanleg van nieuwe spoorinfrastructuur en het verplaatsen of herrouteren van goederenstromen naar trajecten buiten de Randstad waar nog wel capaciteit beschikbaar is, vooral naar Oost-Nederland. Afbeelding 2.2 laat dit zien. Door deze ontwikkelingen lijkt er op termijn voor het spoorgoederenvervoer naar noordoost Europa alsnog een soort ‘noordtak’ van de Betuweroute te ontstaan via de IJssellijn en de Twentelijn. Spoorvervoerders willen immers de kortste route. In de planstudie Toekomstvaste Herroutering Goederenvervoer worden door het Rijk (samen met Prorail) momenteel een drietal scenario’s uitgewerkt, te weten: - de nulvariant: dit is de bestaande situatie; dit scenario sluit onder andere aan op het zogenaamde NaNOV besluit voor Oost-Nederland uit 2001; - de variant spreiden: dit is een beperkte verschuiving van het goederenvervoer vanuit de Randstad naar Midden- en Oost-Nederland; - de variant bundelen: dit is een vrijwel volledige verschuiving van het goederenvervoer vanuit de Randstad naar met name Oost-Nederland. De drie scenario’s geven (vertaald naar lijnvoeringsvarianten) voor de IJssellijn een beeld van 0 tot 3 goederenpaden per uur per richting. Eén goederenpad per uur per richting komt in de praktijk neer op circa 15 treinen per richting per 24 uur. Dit betekent dat er op termijn sprake zou kunnen zijn van 60 tot
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
5
90 goederentreinen per 24 uur in beide richtingen samen. Uiteraard is dit afhankelijk van de keuze voor één van de scenario’s of een combinatie van de laatste twee. Voor de situatie op de Twentelijn geldt een vergelijkbare situatie. Hoewel een deel van de goederenstroom vanaf Deventer noordwaarts zal gaan, komt er in Deventer ook een stroom bij uit de richting Amsterdam, zodat ook hier sprake zal kunnen zijn van een vergelijkbare forse toename van het aantal goederentreinen. afbeelding 2.2. Overzicht alternatieve routes Noordoost Nederland
Zowel de routekeuze voor het vervoer van gevaarlijke stoffen als de herroutering van het goederenvervoer kan leiden tot aanzienlijke knelpunten rond het spoor. Dit geeft aanleiding voor de provincies Overijssel en Gelderland om de problematiek onder de aandacht van het rijk te brengen. De bezorgdheid rond het spoorvervoer wordt veroorzaakt door een scala aan negatieve effecten en maatregelen die het gevolg kunnen zijn van de rijksplannen. Hierbij moet in eerste instantie gedacht worden aan een toename van geluids- en trillingsoverlast. Daarnaast nemen door een toename van het vervoer van gevaarlijke stoffen de veiligheidsrisico's en de kans op calamiteiten toe. Als direct gevolg hiervan nemen de gebruiksmogelijkheden in zones langs de spoorlijnen af, moeten maatregelen worden getroffen aan de bereikbaarheid van de spoorbaan voor nood- en hulpdiensten en moeten voldoende bluswatervoorzieningen voor de brandweer aanwezig zijn. Dit staat op gespannen voet met de (vaak) beperkte toerusting van lokale hulpdiensten voor calamiteiten met gevaarlijke stoffen en de huidige plannen voor verdichtings- en stationslocaties langs het spoor. Toename van het aantal goederentreinen betekent ook een toename van de barrièrewerking in stadsen dorpsgebieden door het vaker gesloten zijn van gelijkvloerse overwegen. Naast een afname van de bereikbaarheid van openbare voorzieningen en economische activiteiten, betekent dit ook een belemmering voor het aanrijden van nood- en hulpdiensten. Ook kan het leiden tot een grotere doorsnijding van bijzondere gebieden in het buitengebied, zoals natuurgebieden en drinkwaterwin- en beschermingsgebieden. In de laatstgenoemde gebieden wordt het calamiteitenrisico groter vanwege het directe gevaar van verontreiniging van drinkwater. Dit is in strijd met de doelstellingen van de Europese Kader Richtlijn Water (KRW). Ook kan barrièrewerking voor het recreatieverkeer en omrijschade voor landbouwers optreden omdat als gevolg van een toename van het spoorgoederenverkeer gelijkvloerse (vaak nog onbewaakte) overwegen in het buitengebied veiligheidshalve moeten worden afgesloten. En natuurlijk kan een toename van het aantal goederentreinen op gespannen voet komen met de beno-
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
6
digde en wellicht al ingeplande spoorcapaciteit voor regionale mobiliteitsdoelstellingen. Wanneer een toename van het spoorgoederenvervoer niet te realiseren is binnen de thans aanwezige spoorweginfrastructuur en een uitbouw of verdubbeling van de spoorbaan noodzakelijk wordt, kunnen de hiervoor beschreven negatieve effecten nog groter worden. 2.4. NaNOV Bij de planvorming voor de Betuweroute is in de jaren 90 van de vorige eeuw onderzoek gedaan naar de aanleg van een noordoostelijke verbinding (NOV) vanaf de Betuweroute bij Elst via Oldenzaal naar Duitsland. Op basis van een MER-studie, inspraak en advisering heeft het kabinet in 1999 besloten om geen NOV-spoorlijn aan te leggen. Er is gekozen voor het maximaal benutten van de bestaande spoorinfrastructuur in plaats van de aanleg van nieuwe spoorinfrastructuur. De goederentreinen maken daarom gebruik van de bestaande spoorverbinding Elst-Arnhem-Deventer-Hengelo-Oldenzaal. Om de nadelen van de toename van het aantal goederentreinen op deze trajecten te verminderen, is het NaNOV-programma (Na de NOV) opgestart. Het NaNOV-besluit bevat een omvangrijk aantal maatregelen ter verbetering van de lokale situatie voor de spoorgemeenten langs de IJssellijn en de Twentelijn. Het gaat hierbij onder andere om het beveiligen van spoorwegovergangen, het realiseren van ongelijkvloerse kruisingen en het aanbrengen van geluidwerende voorzieningen. De daadwerkelijke uitvoering van de werkzaamheden op basis van dit besluit is in 2006 gestart en wordt de komende jaren afgerond. Het is in dit kader van belang te vermelden dat het NaNOV-pakket gebaseerd is op prognoses voor 2015 (een toename van 21 goederentreinen per etmaal in beide richtingen tezamen in de dagperiode) en aansluit bij de 'nulvariant'. Voor de IJssellijn betekent dit maximaal 21 en voor de Twentelijn maximaal 40 goederentreinen per etmaal in beide richtingen tezamen in de dagperiode. Er is dus geen rekening gehouden met de nu geprognosticeerde groei van het goederenvervoer per spoor en evenmin met de in PHS-kader gehanteerde scenario’s ‘spreiden’ en ‘bundelen’. Verschillende maatregelen die in het kader van NaNOV genomen zijn, zoals geluidschermen, voldoen mogelijk niet meer aan de vigerende wetgeving wanneer het goederenvervoer zou worden geïntensiveerd. Voor een volledig overzicht van de inhoud van het NaNOV-besluit, verwijzen wij u naar bijlage I. Recent is door de ministeries van VROM en V&W in aanvulling op een eerder saneringsbudget een extra budget ter beschikking gesteld voor de NaNOV-maatregelen. afbeelding 2.3. Spanningsveld tussen personen- en goederenvervoer
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
7
3. SPOORPROBLEMATIEK PER VAKGEBIED/WETTELIJK KADER Dit hoofdstuk geeft een overzicht van en een toelichting op de wettelijke kaders en (voorziene) knelpunten met betrekking tot het goederenvervoer over de IJssel-, Twente- en Twentekanaallijn. De kaders en knelpunten worden per vakgebied beschreven. De specifieke problemen per gemeente komen in de volgende hoofdstukken 4, 5 en 6 aan de orde. 3.1. Geluid De Wet Geluidhinder en het Besluit Geluidhinder zijn van toepassing op geluidbelasting in zones rond het spoor. De wet schrijft een maximale geluidbelasting voor ter hoogte van de gevels van woningen en andere bebouwing. Het beleid van de overheid is gericht op het voorkomen van geluidhinder. Daarnaast wordt ingezet op het aanpakken van al langer bestaande geluidhindersituaties. Dit is de zogenaamde geluidssanering (onder andere voor weg- en railverkeerslawaai). Geluidssanering rond het spoor gebeurt bijvoorbeeld door het bouwen van geluidschermen, het plaatsen van raildempers of het isoleren van woningen. In het kader van de saneringsregeling zijn per gemeente zogenaamde raillijsten opgesteld. Op deze lijsten is aangegeven bij welke woningen sprake is van een saneringssituatie. In het kader van het NaNOV-besluit is door het ministerie van VROM besloten om de geluidssaneringsmaatregelen naar voren te halen en uit te voeren in de periode 2000-2010. Bij het bepalen van de omvang van de saneringsmaatregelen is rekening gehouden met een toename van het aantal goederentreinen met 21 per dag. In juli 2009 hebben de ministeries van VROM en V&W extra budget vrijgemaakt voor deze saneringsprojecten om te zorgen dat de volledige sanering langs de NaNOV-route voor 2011 uitgevoerd wordt. Geluidproblematiek speelt momenteel in een groot aantal gemeenten langs de IJssellijn en de Twentelijn. In het kader van NaNOV zijn of worden op veel locaties geluidschermen geplaatst. Daarnaast worden bij enkele baanvakken ook raildempers toegepast. Daardoor kunnen de betreffende geluidsschermen circa 0,75 m lager worden. In een aantal gevallen zijn de geluidschermen niet afdoende en dienen daarnaast aanvullende saneringsmaatregelen aan de woningen zelf te worden getroffen. Bij het bepalen van de geluidssaneringsmaatregelen is uitgegaan van prognoses voor het goederenvervoer ten tijde van het NaNOV-besluit. In deze prognoses is de momenteel voorziene groei van het goederenvervoer op de IJssel- en Twentelijn niet meegenomen. Dit houdt in dat bijvoorbeeld de hoogte van geluidschermen gebaseerd is op lagere intensiteiten dan momenteel in de diverse PHS scenario’s worden voorzien. Dit betekent dat bij een intensivering van het goederenvervoer geluidschermen mogelijk niet meer voldoen om de geluidbelasting beneden de wettelijke vastgestelde grenswaarden te houden. Aanvullende saneringsmaatregelen of verhoging van geluidschermen kunnen hierdoor noodzakelijk worden. De aanleg van de geluidschermen resulteert weliswaar in een beperking van de geluidoverlast, maar kan ook tot andere knelpunten leiden. Ten eerste zorgen de geluidschermen voor visuele hinder of zelfs visuele barrièrevorming. Om zoveel mogelijk aan dit bezwaar tegemoet te komen laat men de geluidschermen begroeien met klimop zodat ze een natuurlijk aanzicht krijgen dat bovendien past in het groen landschap. In enkele spoorgemeenten hebben de aanwonenden aangegeven dat ze geen schermen willen, omdat deze zowel fysiek als gevoelsmatig een barrière vormen. Voor geplande nieuwbouwlocaties kan de aanleg leiden tot planschade. Daarnaast vormen de schermen een fysieke barrière richting het spoor. Dit kan vooral een knelpunt opleveren voor de nood- en hulpdiensten die bij het spoor moeten komen. Geluidschermen beperken immers de directe bereikbaarheid van het spoor, terwijl juist bij intensivering van het goederenvervoer en vervoer van gevaarlijke stoffen de bereikbaarheid bij de rampenbeheersing van groot belang is. 3.2. Trillingen Treinen, en met name de goederentreinen, veroorzaken trillingoverlast in de woningen nabij de spoorlijn. Deze trillingsoverlast is in de loop der jaren alleen maar toegenomen. De trillingoverlast en de
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
8
vrees van de Overijsselse en Gelderse spoorgemeenten en de provincies Overijssel en Gelderland voor een verdere toename van de trillingsoverlast, is in eind jaren negentig van de vorige eeuw al aan de orde gesteld tijdens het overleg van de regio met ministers van Verkeer en Waterstaat en van VROM over de gevolgen van het niet doorgaan van de Noord Oostelijke Verbinding (NOV) en het over het bestaand spoor leiden van de extra goederentreinen afkomstig van de Betuweroute. Naar aanleiding van dat overleg heeft de minister van Verkeer en Waterstaat trillingsmetingen toegezegd. De toegezegde nulmetingen zijn in 2002 uitgevoerd. De toegezegde trillingsmetingen na openstelling van de Betuweroute zijn echter nog niet uitgevoerd. De nulmetingen zijn uitgevoerd in Arnhem, Velp, Zutphen, Rijssen, Almelo en Oldenzaal. De resultaten van de nulmeting lieten relatief lage trillingsniveaus zien. Volgens de (nieuwe) SBR-richtlijn deel B kan de hinder van de destijds gemeten trillingen worden gekwalificeerd als ‘geen hinder’ tot ‘matige hinder’. De hoogst gemeten trillingsnelheid werd waargenomen in de gemeente Oldenzaal (Veff,max. = 0,65 mm/s). Uit de metingen bleek verder dat de frequentie van voorkomen van overlast gevende trillingen laag was. In de periode na de nulmetingen zijn de gemeenten geconfronteerd met een forse toename van klachten over trillinghinder, vooral veroorzaakt door goederentreinen. Naar aanleiding van deze klachten en omdat er nog geen zicht was op de door de minister toegezegde metingen na openstelling van de Betuweroute, hebben de gemeenten Borne, Hengelo en Oldenzaal zelf trillingmetingen laten uitvoeren door een deskundig adviesbureau. Uit deze, onlangs uitgevoerde, trillingmetingen in Hengelo, Borne en Oldenzaal is gebleken dat er aanzienlijk hogere trillingsniveaus optreden dan bij de nulmeting in 2002. Ook de frequentie van het optreden van deze hogere trillingsniveaus is fors toegenomen ten opzichte van de nulmeting. Bij verschillende onderzochte woningen werd trillingshinder vastgesteld variërend van ‘matige hinder’ tot ‘hinder’ en zelfs tot ‘ernstige hinder’. Kenmerkend voor de toename van de trillinghinder zijn de resultaten van de trillingsmetingen in Oldenzaal. Daar is in dezelfde woning gemeten als bij de nulmeting van 2002. De maatgevende trillingssnelheid (Veff, max.) bedroeg bij de nulmetingen in die woning 0,65 mm/s. Bij de onlangs uitgevoerde trillingsmeting was dat 2,1 mm/s, hetgeen meer dan een verdrievoudiging is ten opzichte van de in 2002 gemeten waarde. Uit de gegevens die zijn gepresenteerd bij de PHS studie blijkt dat de huidige omvang van het goederenvervoer met 44 miljoen ton in 2007 aan de bovenzijde zit van de prognoses uit de nota mobiliteit. Voor de periode tot 2020 wordt nog een verdere groei verwacht tot 80 miljoen ton per jaar. Met de verdere toename van het goederenvervoer zal ook de trillingsoverlast nog verder toenemen. Ook is het aannemelijk te veronderstellen dat bij de herroutering het goederenvervoer meer naar de nachtperiode zal verschuiven. Doordat men in de nachtperiode gevoeliger is voor trillinghinder dan in de dag- en avondperiode, is te verwachten dat de ondervonden hinder significant zal toenemen. In een reactie op de meetresultaten van de in opdracht van de gemeenten uitgevoerde trillingsmetingen, gaf ProRail regio Noord Oost aan dat bij bestaande spoorwegen geen adequate maatregelen tegen trillingsoverlast mogelijk zijn. Dit betekent dat de trillingshinder die omwonenden ondervinden alleen maar zal toenemen en dat bewoners in toenemende mate met deze vorm van overlast zullen worden geconfronteerd. Verder zijn de gemeenten van mening dat Prorail zich moet houden aan de SBRrichtlijn deel B (hinder voor personen in gebouwen) omdat dit in de wetgeving is vastgelegd. In de oorspronkelijke Wet geluidhinder (1976) was een mogelijkheid opgenomen om bij Algemene Maatregel van Bestuur hoofdstukken van de wet of onderdelen daarvan aan te wijzen die ook van toepassing zouden zijn op trillingen (artikel 1, lid 3). In artikel 105 van de Wet geluidhinder uit 1976 was bovendien gesteld dat ‘in het belang van het voorkomen van geluid- en trillinghinder veroorzaakt door het gebruik van een spoor-, tram- of metroweg, bij Algemene Maatregel van Bestuur eisen kunnen worden gesteld met betrekking tot de aard, samenstelling of wijze van aanleg of gebruik van de spoorweginfrastructuur.’
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
9
3.3. Externe veiligheid Externe veiligheid beschrijft de kans dat personen in de omgeving van een activiteit waar met gevaarlijke stoffen wordt gewerkt, slachtoffer worden van een ongeval met die stoffen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen het plaatsgebonden risico (PR) en het groepsrisico (GR). Het PR is de plaatsgebonden kans per jaar dat een onbeschermd persoon komt te overlijden ten gevolge van een ongeval met gevaarlijke stoffen. In Nederland is wettelijk bepaald dat nergens in het land iemand een groter plaatsgebonden risico mag lopen dan 1 op de 1 miljoen per jaar (10-6/jaar). Bij ontwikkelingen wordt de zogenaamde 10-6 contour voor het PR bepaald. Het GR geeft de kans per jaar aan dat een groep personen van een bepaalde grootte tegelijk slachtoffer wordt van een ongeval met gevaarlijke stoffen. Dit risico wordt weergegeven in een curve waarin het aantal personen is afgezet tegen de kans per jaar op (tegelijk) overlijden. Voor het groepsrisico zijn geen wettelijke normen vastgesteld. Wel geldt er een verantwoordingsplicht: het bevoegd gezag dient de omvang van het groepsrisico ten opzichte van de oriëntatiewaarde af te wegen tegen maatschappelijk nut en noodzaak van bepaalde besluiten (bijvoorbeeld bij nieuwe ontwikkelingen). Daarbij moet er aandacht zijn voor de samenhang met de zelfredzaamheid van aanwezigen, de bestrijdbaarheid en mogelijkheden voor de hulpverlening, en eventuele maatregelen om het groepsrisico te verlagen. In relatie tot het PHS is externe veiligheid een aandachtspunt. Voornamelijk met betrekking tot het groepsrisico ontstaan knelpunten in verschillende spoorgemeenten langs de IJssel- en Twentelijn. In de afgelopen jaren zijn veel ontwikkelingen in stationsomgevingen en langs het spoor reeds uitgevoerd, opgestart of gepland. Bij deze ontwikkelingen is vaak geen rekening gehouden met een intensivering van het goederenvervoer, doordat destijds prognoses gebaseerd waren op lage vervoersaantallen. Gemeenten hebben destijds op basis van rijksbeleid met deze lagere cijfers rekening gehouden. Nieuwe prognoses voor het vervoer van gevaarlijke stoffen in combinatie met de (geplande) ruimtelijke ontwikkelingen langs het spoor leiden echter op veel locaties tot een (verdere) overschrijding van de oriëntatiewaarde voor het groepsrisico. Maatregelen aan het spoor, zoals het toepassen van minder wissels, warme BLEVE-vrij rijden, rijden met een lagere snelheid en het verminderen van het aantal overwegen, reduceert het risico niet afdoende. In de meeste gemeenten zorgt de huidige ruimtelijke situatie gecombineerd met de toename van het vervoer al voor een overschrijding van het groepsrisico. De ‘risicoruimte’ is daarmee al grotendeels ingevuld, terwijl stationsomgevingen aantrekkelijke gebieden zijn voor ruimtelijke ontwikkelingen, zoals ook blijkt uit de Nota Ruimte (VROM, 2004). Dit betekent voor gemeenten dat bestaande ruimtelijke plannen of nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen niet of slechts in zeer afgeslankte vorm mogelijk zijn, tenzij door de gemeente aanzienlijke investeringen worden gepleegd in het niveau van veiligheidsvoorzieningen van de spoorlijn. Het huidige voorzieningenniveau van de spoorlijn is namelijk niet ingericht voor een grote toename van het vervoer van gevaarlijke stoffen. Huidige voorzieningen zoals bluswater en bereikbaarheid van het spoor door hulpdiensten schieten te kort. Ook voorzieningen voor de zelfredzaamheid van aanwezigen zijn nog niet gebaseerd op grote aantallen transporten met gevaarlijke stoffen. Bovendien zijn de gebouwen in de nabijheid van het spoor niet gebouwd om de effecten van mogelijke incidenten met gevaarlijke stoffen te kunnen weerstaan. De toename van het groepsrisico door de toename van het transport zorgt voor een grote kostenpost voor gemeenten, ofwel in de vorm van ruimtelijke plannen die niet door kunnen gaan of aanzienlijk aangepast moeten worden, ofwel door de kosten voor maatregelen die getroffen moeten worden om het niveau van veiligheidsvoorzieningen voor het bestrijden/beperken van een incident en de zelfredzaamheid van aanwezigen rond de spoorwegen te verbeteren. 3.4. Natuur en grondwater Afbeelding 1.1 geeft een overzicht van de verschillende natuurgebieden binnen het inventarisatiegebied. De ecologische hoofdstructuur (EHS) en Natura 2000 gebieden zijn in deze afbeelding opgenomen. De EHS is een samenhangend netwerk van bestaande en nog te ontwikkelen natuurgebieden in Nederland. Dit netwerk vormt de basis voor het Nederlandse natuurbeleid. Het doel van dit beleid is om
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
10
de natuurwaarden in Nederland te stabiliseren. Natura 2000 is een Europees netwerk van beschermde natuurgebieden. In Nederland omvat Natura 2000 alle gebieden die zijn beschermd op basis van de Vogelrichtlijn en de Habitatrichtlijn. Zowel bij de IJssellijn, de Twentelijn als Twentekanaallijn grenzen natuurgebieden aan het spoor of doorsnijdt het spoor de gebieden. Bij een intensivering van het goederenvervoer met bijkomende toename van geluids- en trillingsbelasting moeten op basis van het natuurbeleid onderzoeks- en vergunningentrajecten worden opgestart en kunnen mitigerende of compenserende maatregelen nodig zijn. Daarnaast liggen ook verschillende grondwaterbeschermingsgebieden rond de drie spoorlijnen. De Twentelijn doorsnijdt zelfs een gebied van een kwetsbare waterwinning. Hiervoor geldt dat het vervoer van gevaarlijke stoffen een risico met zich meebrengt. Bij een calamiteit kan het water vervuild raken. Er moeten maatregelen worden getroffen om de risico’s te beperken. Om de huidige bedreigingen en risico's naast de huidige zuiveringsinspanning en de (grond)waterkwaliteit in beeld te brengen, moeten hiervoor in het kader van de Europese Kader Richtlijn Water (KRW) gebiedsdossiers worden opgesteld De KRW heeft als doelstelling de grondwaterkwaliteit te verbeteren, de zuiveringsinspanning te verminderen en de risico's te beperken. Ook liggen er veel recreatievoorzieningen in de natuurgebieden rond de drie spoorlijnen. Het gaat hierbij om vakantieparken en campings. Een toename van het goederenvervoer kan leiden tot een toename van de geluids- en trillingshinder op deze recreatievoorzieningen. 3.5. Verkeersafwikkeling Het spoor vormt in verschillende spoorgemeenten een barrière voor de afwikkeling van het wegverkeer. Met name in de kleinere kernen waar de spoortracés doorheen lopen, liggen veel gelijkvloerse spoorwegovergangen. In de huidige situatie worden in veel kernen al problemen gemeld met betrekking tot de verkeersafwikkeling rond deze spoorwegovergangen. Bij intensivering van het goederenvervoer neemt de sluitingstijd van de overgangen toe en wordt de verkeersafwikkeling beperkt. Indirect heeft een beperking van de verkeersafwikkeling ook gevolgen voor de verkeersveiligheid. Bij lange(re) wachttijden bij overgangen zijn verkeersdeelnemers eerder geneigd om toch nog snel over te steken als de spoorbomen sluiten. Zeker in de nabijheid van stations komt het regelmatig voor dat bij langdurig gesloten spoorbomen (brom)fietsers en voetgangers tussen de spoorbomen door ‘slalommen’ om op het perron op de wachtende trein te stappen of de fietsenstalling aan de overzijde te bereiken. Dit kan leiden tot onveilige situaties ter plaatse van de overwegen. Realisatie van ongelijkvloerse kruisingen lijkt dan de enige mogelijk om een voldoende afwikkelings- en veiligheidsniveau te kunnen bewerkstelligen. Er vindt veel recreatieverkeer plaats in de natuurgebieden rond de IJssel-, Twente- en Twentekanaallijn. Zo liggen er diverse wandel- en fietsroutes die het spoor kruisen. Een toename van het goederenvervoer kan leiden tot een grotere barrière in wegen en routes van en naar de recreatievoorzieningen door een langere sluitingstijd van overwegen. Daarbij kunnen gevaarlijke situaties ontstaan bij met name de (nog) onbewaakte spoorwegovergangen in de buitengebieden. 3.6. Regionaal OV Bij intensivering van het goederenvervoer op de IJssel-, Twente- en Twentekanaallijn ontstaat een conflict met het personenvervoer. In de Regio Twente, de Stedendriehoek en de Stadregio ArnhemNijmegen is het beleid gericht op het bevorderen van het regionaal personenvervoer per spoor. Er zijn verschillende plannen voor het verhogen van de ritfrequenties van de regionale treinen en het ontwikkelen van nieuwe (voorstad)haltes. Echter, de spoorcapaciteit is op sommige tracés niet toereikend om zowel het regionaal personenvervoer als het goederenvervoer meer capaciteit te bieden. Hierdoor staan de plannen voor een intensivering van het goederenvervoer haaks op het beleid van de verschillende regio’s met betrekking tot personenvervoer. Mogelijke maatregelen zijn het anders verdelen van capaciteit en het vergroten van de capaciteit zoals dubbele sporen en het opheffen van knelpunten op bijvoorbeeld emplacementen (extra wissels).
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
11
Daarnaast vormt het spoor in de huidige situatie op verschillende locaties een barrière voor het busvervoer, zowel voor de regionale diensten als de stadsdiensten. Bij langere sluitingstijden van overwegen wordt deze barrière vergroot. In paragraaf 3.8 wordt nader ingegaan op het regionaal OV. 3.7. Rampenbestrijding Een intensivering van het goederenvervoer leidt, ingeval van vervoer gevaarlijke stoffen, tot een grotere kans op calamiteiten en tot verhoogde externe veiligheidsrisico’s. Van groot belang is om op het gebied van rampenbestrijding voorbereid te zijn op mogelijke calamiteiten. Met betrekking tot de rampenbestrijding zijn er echter drie knelpunten. Ten eerste is op veel locaties het spoor slecht bereikbaar voor nood- en hulpdiensten. Dit komt (onder andere) door bebouwing dicht op het spoor en door reeds geplaatste geluidschermen langs het spoor. Daarnaast geldt voor kleinere kernen dat de brandweer vaak vanuit nabijgelegen grotere plaatsen moet aanrijden en dat de aanrijdtijd in de huidige situatie vaak al lang is. Ten tweede is in veel spoorgemeenten de capaciteit van de hulpdiensten te beperkt om de hulpvraag die ontstaat bij een spoorincident met gevaarlijke stoffen in dichtbebouwd gebied effectief te bestrijden. Ten derde is de bluswatervoorzieningen in de omgeving van het spoor in veel spoorgemeenten onvoldoende om een grote brand te kunnen bestrijden. In paragraaf 3.8 wordt verder ingegaan op het de regionale rampenbestrijding. 3.8. Regio's In de volgende subparagrafen worden in het kort de belangrijkste knelpunten in de stadsregio’s Regio Twente en Stadsregio Arnhem-Nijmegen (SAN), de Regio Stedendriehoek en de veiligheidsregio’s Milieusamenwerking Regio Arnhem (MRA) en Veiligheidsregio IJsselland toegelicht. 3.8.1. Regio Twente Regio Twente is een samenwerkingsverband van 14 gemeenten en is opdrachtgever voor regionaal spoor- en busvervoer. Daarnaast is Regio Twente belast met het uitvoeren van taken rond het thema veiligheid. De Hulpverleningsdienst verzorgt deze taken en draagt de zorg voor de voorbereiding en organisatie van een samenhangende en professionele hulpverlening in Twente bij rampen en crises. regionaal OV Binnen Regio Twente wordt nadrukkelijk ingezet op het bevorderen van regionaal personenvervoer per spoor. Het instellen van 4 stoptreinen per uur tussen Enschede en Almelo is reeds gerealiseerd. De belangrijkste ontwikkelingen in dit kader zijn: - ontwikkeling van een nieuw station Gezondheidspark in Hengelo (2011); - proef met een extra trein (1 keer per uur) Hengelo-Oldenzaal-Bad Bentheim. In Oldenzaal is momenteel al een knelpunt met betrekking tot de opstelruimte voor treinen; - instelling van een kwartiersdienstregeling (4 keer per uur) op het traject Goor-Oldenzaal; - ontwikkeling van station Hengelo tot station Twente Centraal; hiervoor is een extra perron nodig. Er kan hier een knelpunt ontstaan met goederentreinen die afslaan richting Oldenzaal. Verder wil Regio Twente een nieuw station Hengelo-Westermaat en doortrekking van de treindienst Gronau-Enschede tot aan Hengelo. Op de wat langere termijn heeft de stadsregio tot slot de wens om de verbinding tussen Arnhem en Hengelo (Twente CS) te verbeteren. Hiervoor is een spoorverdubbeling op het traject Hengelo-Zutphen noodzakelijk. In de toewijzingen van ProRail krijgt het goederenvervoer prioriteit boven het regionaal personenvervoer. In de huidige situatie gaat dit nog net goed. Maar bij intensivering van het goederenvervoer in combinatie met de (gewenste) nieuwe ontwikkelingen van het personenvervoer ontstaan conflicten. Vooral voor Hengelo voorziet Regio Twente een knelpunt. De stadsregio ziet het als een kans om op basis van de intensivering van het goederenvervoer het spoor uit te breiden met een derde spoor. De internationale trein kan hier gebruik van maken en dan weer buiten de nationale dienstregeling om rijden met meer snelheid en minder stops.
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
12
Het busvervoer ondervindt momenteel weinig problemen bij spoorpassages. Dit is te verklaren door de vele ongelijkvloerse spoorkruisingen. Wel is er een knelpunt in de kern van Borne. Hier liggen vijf gelijkvloerse overwegen verspreid over een relatief kort spoortraject, waarvan twee in de directe nabijheid van het NS-station. De bus kruist regelmatig via deze overwegen het spoor en ondervindt hinder van de relatief vaak en langdurig gesloten spoorwegovergangen. externe veiligheid De regionale brandweer in Twente maakt onderdeel uit van de hulpverleningsdienst van Regio Twente. Taken van de regionale brandweer zijn onder andere coördinatie, risicobeheersing, advisering bij ruimtelijke ontwikkelingen en preventieve advisering. De regionale brandweer signaleert met betrekking tot externe veiligheid dat er in de huidige situatie al veel gevaarlijke stoffen worden vervoerd via de Twentelijn. De prognoses voor vervoer gevaarlijke stoffen die in 2003 zijn opgesteld, waren laag vanwege de verwachting dat gevaarlijke stoffen over de Betuweroute zouden worden vervoerd. Ten behoeve van het Basisnet zijn in 2007 nieuwe prognoses voor 2020 opgesteld. Deze prognoses liggen hoger. Ruimtelijke ontwikkelingen zijn goedgekeurd op basis van de prognoses uit 2003. Nieuwe ontwikkelingen worden nu bekeken op basis van de nieuwe prognoses. Daaruit blijkt dat in veel gevallen in de situatie zonder nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen de oriëntatiewaarde voor het groepsrisico al wordt overschreden. Nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen vragen daarom direct om ingrijpende maatregelen. Dit probleem geldt voor alle kernen langs de Twentelijn. Binnen Regio Twente liggen de grootste knelpunten in Almelo en Hengelo. In Almelo is een nieuw ROC vlak langs het spoor gebouwd. Bij de bouw is destijds nog gerekend met de oude prognoses. Bij alle nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen die nu op de rol staan, moet echter uitgegaan worden van de nieuwe prognoses voor het aantal wagons met gevaarlijke stoffen. Omdat het ROC een hoog groepsrisico oplevert zijn nu bij alle ontwikkelingen veel veiligheidsmaatregelen nodig. In eerste instantie wordt gekeken naar mogelijkheden om de kans op een ongeval te verkleinen zoals het toepassen van minder wissels, minder overgangen, lagere snelheden en BLEVE-vrij rijden. Met deze maatregelen kan de overschrijding worden teruggebracht, maar niet volledig worden verholpen. Een tweede stap is het beperken van het effect via het aanbrengen van (extra) bluswatervoorzieningen en het goed bereikbaarheid maken van het spoor. Tevens zijn maatregelen ten aanzien van de zelfredzaamheid van de aanwezigen nabij het spoor nodig. Het op afstand houden van nieuwe groepen ‘verminderd zelfredzame personen’ maakt daar onderdeel van uit. De bereikbaarheid van het spoor voor nood- en hulpdiensten is eveneens een knelpunt, volgens Regio Twente. Door de intensivering van het goederenvervoer worden steeds meer geluidschermen geplaatst. Deze beperken de bereikbaarheid van het spoor en zorgen daardoor direct voor een extern veiligheidprobleem. Grootschalige spoorincidenten met gevaarlijke stoffen in dichtbebouwde omgevingen leiden tot een grote hulpvraag in de vorm van aantallen doden, gewonden en schade. De hulpdiensten hebben niet voldoende capaciteit om de grote aantallen die bij een dergelijk incident komen kijken, tijdig te verwerken. 3.8.2. Stadsregio Arnhem-Nijmegen De stadsregio Arnhem-Nijmegen is een samenwerkingsverband van 20 gemeenten en is opdrachtgever voor regionaal vervoer per bus en spoor. De stadregio speelt hierdoor een belangrijke rol in de afstemming tussen goederenvervoer en regionaal personenvervoer. De stadsregio werkt momenteel aan het programma Stadsregiorail. Het doel van dit programma is het verbeteren van het regionaal treinproduct door het verhogen van de ritfrequentie (4 keer per uur een stoptrein) en de aanleg van nieuwe stations. Voor 1 januari 2013 moeten verschillende projecten zijn gerealiseerd: de stations MookMolenhoek, Westervoort en Nijmegen-De Goffert en keervoorzieningen in Wijchen en Elst. In de plannen van de stadregio is rekening gehouden met een goederenwachtspoor dat nodig is om de goederentreinen op een goede manier te kunnen laten invoegen op het baanvak Arnhem-Nijmegen. Hiervoor heeft ProRail al verschillende studies uitgevoerd. Wanneer in het kader van PHS het aantal goederentreinen naar de IJssellijn wordt verhoogd, voldoet een goederenwachtspoor waarschijnlijk niet
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
13
meer en is een ongelijkvloerse kruising noodzakelijk. Hierover loopt sinds meerdere jaren een discussie. Zo lang deze discussie loopt, kunnen de ambities voor Stadsregiorail niet worden gerealiseerd. Hiermee is het personenvervoer per spoor sterk afhankelijk van de programma’s rond het goederenvervoer. Een ander probleem in de stadsregio is het goederenvervoer door De Liemers (gemeente Rheden, Westervoort, Duiven en Zevenaar). Ruimte voor het goederenvervoer op het spoor door deze kernen gaat ten koste van de ruimte voor de regionale treinen van Syntus. Daarnaast heeft dit ook gevolgen voor de leefbaarheid. Prioriteit voor het goederenvervoer levert dus direct een knelpunt op in de (kwaliteit van de) dienstregeling van het personenvervoer. 3.8.3. Regio Stedendriehoek Binnen de regio Stedendriehoek werken de gemeenten Apeldoorn, Brummen, Epe, Deventer, Lochem, Voorst en Zutphen bestuurlijk en ambtelijk samen om te zoeken naar bijvoorbeeld de beste plaatsen om woningen en bedrijventerreinen te realiseren, natuur te behouden en recreatieve en sociale voorzieningen te ontwikkelen. Kerndoelstelling van de Stedendriehoek is om de kwaliteit van het hele gebied te verbeteren met een duurzame en dynamische economische ontwikkeling, krachtige steden en een vitaal platteland. De Stedendriehoek geeft prioriteit aan de ontwikkeling van Regiorail, een verbindende lighttrain. Regiorail moet voor goede treinverbindingen in de regio zorgen en daarmee voor een alternatief voor de auto. Ruimtelijk uitbreidingen worden zoveel mogelijk bij de stations gesitueerd. Zo worden de ruimtelijke samenhang in de regio, de bereikbaarheid en de leefbaarheid verbeterd. De Stedendriehoek wil met Regiorail ook de externe bereikbaarheid per spoor verbeteren, onder meer door beter aan te takken op het (inter)nationaal spoornet. De Regio Stedendriehoek wil in de toekomst Regiorail uitbreiden met de aanleg van drie nieuwe Regiorail stations (Apeldoorn Zuid-Westpoort, Zutphen De Hoven en DeventerNoord en -Zuid en Bathmen), verdubbeling van het baanvak Apeldoorn-Zutphen, directe aansluiting van Apeldoorn op het HSL-station van Arnhem (aanleg van de zogenaamde Emperbocht als ontbrekende schakel in het railnetwerk) en verbetering van de overstapmogelijkheden tussen bus en trein. Bij ongewijzigd beleid zijn er binnen de Regio Stedendriehoek op het spoorwegnet geen knelpunten op de schakels; dat wil zeggen dat de ruimte voor de door NS voorgenomen treindiensten voldoende is. Maar de spoor- en treincapaciteit kan op meerdere trajecten niet verder uitgebreid worden. Met het oog op de gewenste bijdrage van de trein aan het oplossen van knelpunten op de weg is dat een probleem. Vooral op de trajecten Zutphen - Arnhem en Zutphen Apeldoorn is er gebrek aan capaciteit. Een toename van het spoorgoederenvervoer zal dit capaciteitsgebrek groter worden. De Regio Stedendriehoek heeft geen aparte analyse gemaakt voor leefbaarheid. Wel is gebruik gemaakt van bestaande inzichten bij gemeenten en de bevindingen uit Beter Bereikbaar Stedendriehoek. Dan blijkt dat leefbaarheidproblemen vooral voorkomen in de steden en langs spoorlijnen die door of langs de dorpen gaan. Dit speelt naast de grote kernen Apeldoorn, Zutphen en Deventer in Twello, Eefde, Leuvenheim, Gorssel, De Hoven, Voorst, Bathmen en Lochem. 3.8.4. Milieusamenwerking Regio Arnhem (MRA) De Milieusamenwerking Regio Arnhem (MRA) is een samenwerkingverband van 11 gemeenten in de regio Arnhem op milieugebied. De MRA houdt zich bezig met informatie-uitwisseling, beleidsafstemming en het gezamenlijk uitvoeren van projecten. De milieusamenwerking spits zich vooral toe op de deelgebieden handhaving, bodem, afval, lucht en geluid, vergunningverlening, klimaat en externe veiligheid. Momenteel wordt vanuit de MRA gewerkt aan het opstellen van beleidsplannen voor externe veiligheid voor negen gemeenten binnen de regio. Met betrekking tot externe veiligheid signaleert de MRA de volgende knelpunten in de regio: - groepsrisico bij binnenstedelijke ontwikkelingen: regelmatig overschrijding van de oriëntatiewaarde (inspanningsverplichting om hieronder te blijven); - beperkte capaciteit van hulpverleningsorganisaties (bluswatercapaciteit, preventieve maatregelen);
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
14
-
mogelijk saneringen noodzakelijk binnen de veiligheidszones en plasbrandaandachtsgebieden (PAGs); het is nog niet duidelijk wat voor eisen er gesteld worden voor PAGs.
Een belangrijk aandachtspunt vanuit de MRA is dat volledig BLEVE-vrij rijden (BLEVE staat voor: ‘Boiling Liquid Expanding Vapour Explosion’ ofwel ‘kokende vloeistof-gasexpansie-explosie’) niet mogelijk zal zijn op de IJssel- en Twentelijn door de aanwezigheid van transitovervoer op één van de goederenpaden. Daarnaast worden door het RIVM en het ministerie van V&W momenteel de kansen met betrekking tot externe veiligheidsrisico’s in de rekenprogramma’s geactualiseerd. Het is nog niet duidelijk wat de invloed hiervan op de berekeningen zal zijn. 3.8.5. Veiligheidsregio IJsselland De veiligheidsregio IJsselland vertegenwoordigt brandweer, politie en ambulancediensten. Onder andere de steden Deventer en Zwolle vallen binnen deze regio. De veiligheidsregio houdt zich bezig met de thema’s bestrijdbaarheid, bereikbaarheid en zelfredzaamheid. Binnen de regio IJsselland wordt er naar gestreefd om het veiligheidsniveau op eenzelfde niveau te houden. Eerste aandachtspunt voor de regio IJsselland is dat de vergunning voor het rangeren van goederentreinen met gevaarlijke stoffen bij het station in Zwolle is verlopen, vanwege de directe nabijheid van Hogeschool Windesheim. Dit rangeren vindt nu in Deventer plaats. Dit leidt echter weer tot een groter veiligheidsrisico in Deventer. Feit is evenwel dat emplacement Deventer een ‘normale’ milieuvergunning heeft met daarin een beperkte ruimte voor het rangeren met wagons met gevaarlijke stoffen. Op basis van deze aantallen is het emplacement uit de lijst ‘knelpunten emplacementen PAGE’ gehaald. In 2008 heeft de gemeente Deventer dit geborgd in de milieuvergunning. Tweede aandachtspunt is dat de provinciale weg N337 door Zwolle, de IJsselallee, met name in de spits een knelpunt vormt vanwege congestie. Als gevolg hier van zijn delen van de stad voor hulpdiensten minder goed bereikbaar. Daarnaast is de directe bereikbaarheid van het spoor voor de hulpdiensten slecht te noemen. In zowel Zwolle als Deventer is het ongewenst om verdere bouwplannen langs het spoor te realiseren, omdat de veiligheidsrisico’s in de huidige situatie al vrij groot zijn. Voor Zwolle kan dit betekenen dat de spoorzone ‘op slot’ gaat voor nieuwe woning- en kantoorbouwprojecten, net zoals in Almelo het geval lijkt te zijn. afbeelding 3.1. Ook goederentreinen rijden door grote treinstations
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
15
4. PROBLEMATIEK ROND IJSSELLIJN Dit hoofdstuk bespreekt per gemeente rond de IJssellijn de belangrijkste ontwikkelingen en knelpunten met betrekking tot het goederenvervoer per spoor. De kern Eefde, vallend binnen de gemeente Lochem, is opgenomen onder de Twentekanaallijn in hoofdstuk 6. De complete inventarisaties zijn opgenomen in de bijlagen. 4.1. Gemeente Overbetuwe In de gemeente Overbetuwe start de IJssellijn als afsplitsing van de Betuweroute. Tevens ligt het wachtspoor en het toekomstig Container Uitwissel Punt (CUP), voor treinen die vanaf de Betuweroute de IJssellijn op gaan, binnen deze gemeente. De IJssellijn start ten zuiden van Elst en loopt door het dorp. ProRail voert momenteel een studie uit naar een vrije spoorkruising ten zuiden van Elst voor aantakking van de Betuweroute op de IJssellijn. Binnen de gemeente Elst spelen verschillende ontwikkelingen rond het spoor. De belangrijkste zijn: - ontwikkeling Elst Centraal: ontwikkellocatie (woningbouw en voorzieningen) rond het station inclusief realisatie van ongelijkvloerse kruisingen; - woningbouwlocatie De Pas (450 woningen). afbeelding 4.2. Overzicht spoorgerelateerde knel- en aandachtspunten Overbetuwe
De meeste spoorwegovergangen in de gemeente Overbetuwe zijn gelijkvloers. Deze overgangen vormen reeds in de huidige situatie een knelpunt voor de verkeersafwikkeling van zowel het reguliere ver-
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
16
keer als het openbaar vervoer. Daarnaast leidt de frequente sluiting van overgangen tot verkeersonveiligheid omdat het verkeer bij het sluiten van de spoorbomen toch nog snel even oversteekt. Aldus is momenteel ook sprake van een barrièreprobleem. Bij toename van het goederenvervoer worden deze knelpunten alleen maar groter. Ook met betrekking tot geluid en trillingen spelen problemen in de gemeente Overbetuwe. Er zijn reeds verschillende geluidschermen geplaatst, maar er is nog steeds sprake van geluidoverlast. De hoogste schermen zijn 4 meter hoog en vormen een aanzienlijke visuele barrière. De gemeente heeft een trillingsonderzoek laten uitvoeren. Zowel aan de oost- als aan de westkant van het spoor in Elst komen trillingsklachten voor en is er sprake van scheurvorming in woningen. Met betrekking tot externe veiligheid kan het toekomstige Container Uitwissel Punt een knelpunt vormen wanneer het aantal treinen met gevaarlijke stoffen, dat wacht voor toelating tot de IJssellijn, toeneemt. Daarnaast ontstaat mogelijk een knelpunt voor de ontwikkeling van het project ‘Elst Centraal’. Bij een toename van het vervoer van gevaarlijke stoffen moet dit plan mogelijk herzien worden. Afbeelding 4.2 geeft een overzicht van de spoorgerelateerde knelpunten en aandachtspunten in Elst. Een complete inventarisatie voor de gemeente Overbetuwe is opgenomen in bijlage II. Hierna zijn de huidige en toekomstige knel- en aandachtspunten samengevat.
huidige knel- en aandachtspunten gemeente Overbetuwe - oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid is problematisch door (vele) gelijkvloerse spoorwegovergangen; - geluidoverlast ondanks plaatsing hoge schermen; - trillingshinder met scheurvorming in woningen. toekomstige knel- en aandachtspunten bij toename spoorgoederenvervoer door/langs Overbetuwe - aanvullende maatregelen nodig voor reductie geluidoverlast; - maatregelen nodig voor reductie trillingshinder; - mogelijk extra (externe veiligheids)maatregelen nodig om ruimtelijke ontwikkelingen rondom spoor en station mogelijk te maken; - maatregelen nodig ter verbetering van oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid op en rondom (resterende) gelijk vloerse spoorwegovergangen.
4.2. Gemeente Arnhem In de gemeente Arnhem speelt een groot aantal ontwikkelingen rond het spoor. Binnen het project ‘Sporen in Arnhem’ wordt het gehele stationsgebied aangepakt. Op en nabij station Arnhem bouwt ProRail aan de noordzijde een nieuw, vierde perron met twee nieuwe perronsporen en een ongelijkvloerse kruising aan de westzijde. Verder wordt de spoorlay-out aangepast en worden de traverse, behorende bij het station, en twee viaducten (Bovenbrugstraat en Brinkweg) vervangen. Andere belangrijke ontwikkelingen binnen de gemeente zijn: - Arnhem Centraal: ontwikkeling van kantoren boven het spoor; - VINEX-locatie Schuitgraaf: ontwikkeling van kantoren direct aan het spoor; - Arnhems buiten (KEMA terrein): ontwikkeling van kantoren direct aan het spoor; - wens voor nieuwe stations Arnhems buiten en Arnhem Pleij. In de gemeente Arnhem vormt het spoorgoederenvervoer een groot knelpunt op het gebied van externe veiligheid. Op basis van de bijgestelde prognose uit 2007 wordt de oriëntatiewaarde voor het groepsrisico met een factor 17 overschreden. Met verschillende maatregelen is de overschrijding terug te brengen tot 3,4 maal. Echter, in het kader van Basisnet is voor het project Arnhem Centraal de bestuurlijke afspraak om ‘geen overschrijding van de oriëntatiewaarde’ te krijgen. Om aan deze afspraak te voldoen is een groot aantal maatregelen noodzakelijk.
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
17
afbeelding 4.3. Overzicht spoorgerelateerde knel- en aandachtspunten Arnhem
Een ander knelpunt is de bereikbaarheid van het spoor voor hulpverleningsdiensten. Rond het station Arnhem Centraal zijn verschillende voorzieningen gepland waarmee de bereikbaarheid voldoende is. Echter, voor de rest van het spoortraject binnen Arnhem geldt dat de bereikbaarheid momenteel al slecht is door de hoge of diepe ligging van grote delen van het spoor. Ook op het gebied van geluid en trillingen is in de huidige situatie sprake van overlast. Het is niet bekend of de verschillende saneringsmaatregelen voor geluidoverlast ook afdoende zullen zijn bij toename van de intensiteiten van het goederenvervoer. Daarnaast is momenteel op meerdere locaties reeds sprake van trillingsoverlast. De verwachting is dat deze overlast toe zal nemen door de toekomstige groei van het aantal goederentreinen. Tenslotte levert het goederenvervoer ook op het gebied van natuur verschillende problemen in Arnhem. Zowel de EHS als de Natura 2000 grenzen beide aan de westkant van Arnhem aan het spoor en daarnaast valt het spoor binnen het bovenstroomse beïnvloedingsgebied van twee beken. Ingeval van een significante toename van het aantal goederentreinen leidt dit tot een onderzoek- en vergunningplicht. Afbeelding 4.3 geeft een overzicht van de spoorgerelateerde knelpunten en aandachtspunten in Arnhem. Een complete inventarisatie voor de gemeente Arnhem is opgenomen in bijlage III. Hierna zijn de huidige en toekomstige knel- en aandachtspunten samengevat.
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
18
huidige knel- en aandachtspunten gemeente Arnhem: - trillingshinder; - slechte bereikbaarheid van het spoor voor nood- en hulpdiensten. toekomstige knel- en aandachtspunten bij toename spoorgoederenvervoer door/langs Arnhem: - aanvullende maatregelen nodig voor reductie geluidoverlast; - maatregelen nodig voor reductie trillingshinder; - mogelijk extra (externe veiligheids)maatregelen nodig om ruimtelijke ontwikkelingen rondom spoor en station mogelijk te maken; - slechte bereikbaarheid van het spoor voor nood- en hulpdiensten; - maatregelen nodig voor calamiteitenbestrijding: bluswatervoorzieningen, keerwanden en opvangbassins; - mogelijk onderzoeks- en vergunningplicht + mitigerende maatregelen nodig in verband met doorsnijding EHS.
4.3. Gemeente Rheden Binnen de gemeente Rheden zijn er alleen in Dieren aan het spoor gerelateerde ontwikkelingen voorzien. Het gaat hier om het project Traverse Dieren, verdiepte ligging van de provinciale weg N348 door Dieren. Hoe deze plannen precies gestalte krijgen, en of hieraan ook een vastgoedcomponent aan gelinkt wordt, is momenteel nog niet duidelijk. afbeelding 4.4. Overzicht spoorgerelateerde knel- en aandachtspunten Rheden
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
19
Wel zijn er in de gemeente in de huidige situatie reeds meerdere knelpunten ten gevolge van het goederenvervoer over het spoor. Een groot knelpunt wordt gevormd door de spoorwegovergangen. De gemeente Rheden heeft 37 spoorwegovergangen op haar grondgebied, die bijna allemaal gelijkvloers zijn. Daarnaast is een deel van de overgangen in het buitengebied onbewaakt. Deze overgangen worden veel gebruikt door land- en bosbouwverkeer en door recreatief verkeer. Vooral in Velp en Dieren vormen de gelijkvloerse overgangen in de huidige situatie al een probleem voor de afwikkeling van regulier verkeer en buslijnen. Voor hulpdiensten is de bereikbaarheid van het spoor en van andere locaties binnen de gemeente beperkt. De brandweer heeft aangegeven dat de bluswatervoorziening onvoldoende is ingeval van calamiteiten op en rond het spoor. Ook op het gebied van geluid en trillingen heeft de gemeente meerdere knelpunten. In de huidige situatie is sprake van geluidoverlast en, met name in Velp, van trillingsoverlast. Daarnaast kent Dieren een knelpunt op het gebied van de externe veiligheid. De spoorlijn Arnhem-Zutphen heeft een 10-6 contour van meer dan 11 meter en is er een overschrijding van vijf maal de oriëntatiewaarde van het groepsrisico. Tenslotte grenst in de gemeente Rheden tussen Velp en Rheden een natuurgebied direct aan het spoor en ligt de spoorlijn ten westen van Ellecom tot aan Dieren zowel binnen een milieubeschermingsgebied, een grondwaterbeschermingsgebied als een waterwingebied. Afbeelding 4.4 geeft een overzicht van de spoorgerelateerde knelpunten en aandachtspunten in Rheden. Een complete inventarisatie voor de gemeente Rheden is opgenomen in bijlage IV. Hierna zijn de huidige en toekomstige knel- en aandachtspunten samengevat.
huidige knel- en aandachtspunten gemeente Rheden - oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid is problematisch door gelijkvloerse (onbewaakte) spoorwegovergangen; - geluidoverlast; - trillingshinder; - externe veiligheid: overschrijding oriëntatiewaarde. toekomstige knel- en aandachtspunten bij toename spoorgoederenvervoer door/langs Rheden - maatregelen nodig ter verbetering van oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid op en rondom gelijkvloerse spoor wegovergangen; - aanvullende maatregelen nodig voor reductie geluidoverlast; - maatregelen nodig voor reductie trillingshinder; - mogelijk onderzoeks- en vergunningplicht + mitigerende maatregelen nodig in verband met doorsnijding EHS; - mogelijk onderzoek- en vergunningsplicht + aanvullende maatregelen in verband met ligging in waterwingebied; - mogelijk extra (externe veiligheids)maatregelen nodig om ontwikkelingen rondom spoor en station in Dieren mogelijk te maken.
4.4. Gemeente Brummen De belangrijkste ontwikkelingen rond het spoor in de gemeente Brummen zijn: - uitbreiding van bedrijventerrein De Hazenberg; - ontwikkellocatie IJsselsprong (in samenwerking met gemeenten Zutphen en Voorst); - ontwikkeling van de stationsomgeving. In de kernen Brummen en Leuvenheim zijn alle spoorwegovergangen gelijkvloers en ook in het buitengebied zijn verschillende gelijkvloerse overgangen. In de huidige situatie zijn er geen knelpunten rond deze overgangen. Bij het langer sluiten van de overgangen als gevolg van een intensivering van het goederenvervoer ontstaan knelpunten op het gebied van oversteekbaarheid, veiligheid en barrièrewerking. De overgangen worden veel gebruikt door langzaam verkeer en bij verschillende overgangen zijn geen aparte fietsvoorzieningen. Dit kan tot onveilige situaties leiden. Ook voor de hulpdiensten kunnen overgangen een knelpunt vormen. In Leuvenheim vormt het spoor een barrière door de hoge taluds en
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
20
onoverzichtelijke situaties bij spoorwegovergangen. Ten noorden van Brummen is het aantal overgangen beperkt waardoor verkeer moet omrijden om het spoor te kunnen kruisen. afbeelding 4.5. Overzicht spoorgerelateerde knel- en aandachtspunten Brummen
In de huidige situatie moeten enkele woningen binnen de gemeente op basis van de vigerende geluidnormen worden gesaneerd. Bij intensivering van het spoorvervoer zijn meer saneringen noodzakelijk. Natuur en recreatie spelen een grote rol in de gemeente Brummen. Verschillende onderdelen van de EHS doorkruisen de gemeente en er lopen veel recreatieve fietsroutes door de gemeente die ook het spoor kruisen. Afbeelding 4.5 geeft een overzicht van de spoorgerelateerde knelpunten en aandachtspunten in Brummen. Een complete inventarisatie voor de gemeente Brummen is opgenomen in bijlage V. Hierna zijn de huidige en toekomstige knel- en aandachtspunten samengevat.
huidige knel- en aandachtspunten gemeente Brummen - oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid is problematisch door gelijkvloerse spoorwegovergangen. toekomstige knel- en aandachtspunten bij toename spoorgoederenvervoer door/langs Brummen - aanvullende maatregelen nodig voor reductie geluidoverlast; - maatregelen nodig ter verbetering van oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid op en rondom (resterende) gelijk vloerse spoorwegovergangen;
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
21
- mogelijk onderzoek- en vergunningplicht + mitigerende maatregelen nodig in verband met doorsnijding EHS.
4.5. Gemeente Zutphen De belangrijkste ontwikkelingen rond het spoor in de gemeente Zutphen zijn: - intergemeentelijke Structuurvisie IJsselsprong: ontwikkeling van 3.000 woningen aan de 'overzijde' van de IJssel; - plan Noorderhaven/De Mars: ontwikkeling van 1.200 woningen; - ontwikkeling van een ROC op een locatie langs het spoor. De treinbrug in Zutphen vormt momenteel een belangrijk knelpunt voor de afwikkeling van het treinverkeer. Deze brug is twee keer per uur gedurende 8 minuten geopend voor de scheepvaart, waardoor de beschikbare ruimte (lees: tijd) voor het treinverkeer sterk beperkt wordt. afbeelding 4.6. Overzicht spoorgerelateerde knel- en aandachtspunten Zutphen
Op het gebied van geluid en trillingen zijn er verschillende knelpunten in de gemeente. Reeds in de huidige situatie is sprake van een saneringssituatie voor geluid. Hierbij wordt tot 65 dB gesaneerd. Een intensivering van goederentreinen zal opnieuw tot een saneringssituatie leiden. Daarnaast ontstaat aanzienlijke planschade bij de verschillende nieuwbouwplannen. Ook de externe veiligheid is een knelpunt in Zutphen. In verband met de huidige bebouwing langs het
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
22
spoor zijn reeds maatregelen noodzakelijk, namelijk een snelheidsbeperking en BLEVE-arm rijden. Door deze maatregelen zijn de risico 's ruim onder de oriëntatiewaarde gebracht. Bij een grotere toename van het vervoer gevaarlijke stoffen dan waar nu rekening mee is gehouden (prognose Prorail 2007) en/of het niet treffen van bovengenoemde maatregelen is het mogelijk dat de oriëntatiewaarde alsnog wordt overschreden. In relatie tot externe veiligheid is ook de rampenbestrijding een knelpunt. Vanwege de verhoogde ligging van het spoor zijn keerwanden en opvangbassins voor weglekkende vloeistoffen noodzakelijk. En het spoortracé is op grote delen nu al moeilijk bereikbaar door de dicht op het spoor liggende woningbouw. Tot slot is een belangrijke ambitie van de gemeente om het regionale personenvervoer tussen Zutphen en Deventer aanzienlijk te intensiveren. Deze intensivering conflicteert met een toename van het goederenvervoer. Afbeelding 4.6 geeft een overzicht van de spoorgerelateerde knelpunten en aandachtspunten in Zutphen. Een complete inventarisatie voor de gemeente Zutphen is opgenomen in bijlage VI. Hierna zijn de huidige en toekomstige knel- en aandachtspunten samengevat.
huidige knel- en aandachtspunten gemeente Zutphen - treinbrug over de IJssel is een 'bottleneck' in de afwikkeling van het treinverkeer. toekomstige knel- en aandachtspunten bij toename spoorgoederenvervoer door/langs Zutphen - treinbrug over de IJssel wordt grotere 'bottleneck' in de afwikkeling van het treinverkeer; - mogelijk extra (externe veiligheids)maatregelen nodig om ruimtelijke ontwikkelingen rondom spoor en station mogelijk te maken; - aanvullende maatregelen nodig voor reductie geluidoverlast; - maatregelen nodig voor calamiteitenbestrijding: bluswatervoorzieningen, keerwanden en opvangbassins; - slechte bereikbaarheid van het spoor voor nood- en hulpdiensten
4.6. Gemeente Deventer De gemeente Deventer valt zowel binnen de IJssellijn als de Twentelijn. Het is nog onduidelijk wat het effect van de toewijzing van goederenpaden en het Basisnet zal zijn voor de gemeente Deventer. In de huidige situatie rijdt het goederenvervoer vanuit Zutphen Deventer binnen en moet op station Deventer ‘kop worden gemaakt’; dat wil zeggen: de rijrichting wordt omgedraaid. Dit kost tijd en spoorcapaciteit. Onderdeel van het PHS, herroutering goederenvervoer is de studie naar de aanleg van de zogenaamde ‘Deventer boog’. Dit is de aftakking van de spoorlijn vanuit Zutphen naar de spoorlijn richting Almelo. Er zijn drie varianten die onderzocht worden: een boog in de stad (Snippeling) en twee ten zuiden van Deventer waarbij de aansluiting op het bestaande spoor nog voor of na Bathmen plaatsvindt. Met deze boogverbinding kan een groot deel van het goederenvervoer Deventer aan de zuidkant passeren en is het ‘kop maken’ op het rangeerterrein in Deventer niet meer nodig. Aan de ene kant wordt hiermee het knelpunt in Deventer verholpen, aan de andere kant leidt dit mogelijk tot routering van extra goederenvervoer vanuit Zwolle (Noord-Nederland) of Apeldoorn via Deventer door de vrijgekomen spoorcapaciteit. Het al dan niet aanleggen van de Deventer boog bepaalt voor een groot deel de beschikbare capaciteit en mogelijke de routeringen voor het goederenvervoer door Deventer. Daarnaast spelen de volgende ontwikkelingen rond het spoor in Deventer: - herontwikkeling van Rivierenwijk (Vogelaarwijk) langs het spoor, inclusief mogelijke aanleg van een derde spoor in het kader van NaNOV (studie staat op ‘hold’ vanwege PHS, dus onduidelijkheid); - inbreidingslocaties nabij stationsgebied Deventer; - zoekrichting uitbreiding rond het spoor in Bathmen inclusief ontwikkeling van een nieuw NS-station in Bathmen; - zoekrichting aanleg treinstations Deventer-Noord en Deventer-Zuid.
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
23
Binnen de gemeente Deventer liggen 22 gelijkvloerse overgangen. Van deze overgangen vormen de Oostriklaan en de Starinksweg (landgoed Bannink ten oosten van Colmschate) een knelpunt. Bij de Oostriklaan (bestaande NaNOV-maatregel) heeft het knelpunt betrekking op de verkeersafwikkeling nabij station Deventer-Colmschate, en bij de Starinksweg gaat het met name om de verkeersveiligheid. Laatstgenoemde overweg is onbeveiligd en wordt veel gebruikt door fietsers en wandelaars. afbeelding 4.7. Overzicht spoorgerelateerde knel- en aandachtspunten Deventer
Deventer kent in de huidige situatie een knelpunt op het gebied van trillingen en externe veiligheid. Wat betreft de trillingen zijn al regelmatig klachten ontvangen; er zal dan ook een groter knelpunt ontstaan bij een toename van het goederenvervoer. Voor de externe veiligheid geldt dat de oriëntatiewaarde voor het groepsrisico op verschillende locaties in de huidige situatie al ruimschoots wordt overschreden. Wat betreft geluid is sprake van een beperkt knelpunt omdat geluidschermen worden gerealiseerd in het kader van de NaNOV. Echter, deze schermen leiden wel tot een ongewenste barrièrewerking. Afbeelding 4.7 geeft een overzicht van de spoorgerelateerde knelpunten en aandachtspunten in Deventer. Een complete inventarisatie voor de gemeente Deventer is opgenomen in bijlage VII. Hierna zijn de huidige en toekomstige knel- en aandachtspunten samengevat.
huidige knel- en aandachtspunten gemeente Deventer - trillingshinder; - externe veiligheid: overschrijding oriëntatiewaarde;
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
24
- oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid is problematisch door gelijkvloerse (onbewaakte) spoorwegovergangen; - het 'kop maken' van goederentreinen uit richting Zutphen naar richting Almelo leidt tot verlies van tijd en spoorcapaciteit. toekomstige knel- en aandachtspunten bij toename spoorgoederenvervoer door/langs Deventer - aanvullende maatregelen nodig voor reductie geluidoverlast; - maatregelen nodig voor reductie trillingshinder; - mogelijk extra (externe veiligheids)maatregelen nodig om ruimtelijke ontwikkelingen rondom Rivierenwijk en station mogelijk te maken; - bij het niet aanleggen van spoorboog Deventer toename van tijdverlies afname spoorcapaciteit als gevolg van 'kop maken'.
4.7. Gemeente Zwolle De gemeente Zwolle ligt weliswaar niet op de route Elst-Oldenzaal, maar is wel in beeld bij een gedeeltelijke herroutering van het spoorgoederenvervoer vanuit Amsterdam via de Hanzelijn. Daarom wordt deze gemeente meegenomen in dit hoofdstuk. afbeelding 4.8. Overzicht spoorgerelateerde knel- en aandachtspunten Zwolle
De belangrijkste ontwikkelingen rond het spoor in de gemeente Zwolle zijn: - structuurplan Spoorzone: ontwikkelingen van wonen, werken en voorzieningen in de spoorzone; - uitbreiding Hogeschool Windesheim en ontwikkeling woningen; - nieuwe woningbouwlocatie tussen het spoor en Berkum;
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
25
-
verplaatsing van het emplacement bij het station naar een locatie ten zuiden van Hogeschool Windesheim.
Veel spoorwegovergangen in de gemeente Zwolle zijn thans ongelijkvloers waardoor problemen met betrekking tot verkeersafwikkeling in relatie tot het spoor beperkt zijn. In Zwolle-Zuid zijn nog drie gelijkvloerse overgangen met het spoor aanwezig. Bij een intensivering van het goederenvervoer zou hier wel een knelpunt kunnen ontstaan. Een belangrijk knelpunt in Zwolle wordt gevormd door de geluidoverlast. Een groot aantal woningen dient gesaneerd te worden en er zijn geluidschermen geplaatst en gepland. Deze geluidschermen zijn gedimensioneerd op beperkte intensiteiten over het spoor. Met de komst van de Hanzelijn worden de geluidplafonds al opgevuld waardoor extra goederentreinen tot een overschrijding van de geluidnormen zorgen. Ook op het gebied van externe veiligheid kent Zwolle een knelpunt. Op veel locaties ligt het groepsrisico momenteel rond de oriëntatiewaarde, op voorwaarde dat in de nabije toekomst BLEVE-vrij rijden wordt doorgevoerd. Wanneer dit echter niet gebeurt, zal sprake zijn van een overschrijding van 10 maal de oriëntatiewaarde. Bij (geplande) verdichting van de spoorzone en een toename van de intensiteiten van treinen met gevaarlijke stoffen ontstaat een groter knelpunt. Daarnaast is de bluswatercapaciteit in de gemeente onvoldoende bij calamiteiten. Op het gebied van natuur zijn momenteel geen grote knelpunten. Er liggen echter wel verschillende natuur- en recreatiegebieden rondom Zwolle. Daarnaast is het gebied rond Hogeschool Windesheim een waterwingebied. De geplande nieuwe locatie voor het emplacement valt binnen dit waterwingebied en een deel van het spoortracé loopt er dwars doorheen. Dit kan mogelijk een knelpunt vormen bij een significante toename van het goederenvervoer. Afbeelding 4.8 geeft een overzicht van de spoorgerelateerde knelpunten en aandachtspunten in Zwolle. Een complete inventarisatie voor de gemeente Zwolle is opgenomen in bijlage VIII. Hierna zijn de huidige en toekomstige knel- en aandachtspunten samengevat.
huidige knel- en aandachtspunten gemeente Zwolle - externe veiligheid ligt rond de oriëntatiewaarde; - maatregelen nodig voor calamiteitenbestrijding: bluswatervoorzieningen. toekomstige knel- en aandachtspunten bij toename spoorgoederenvervoer door/langs Zwolle - aanvullende maatregelen nodig voor reductie geluidoverlast; - mogelijk extra (externe veiligheids)maatregelen nodig om ruimtelijke ontwikkelingen rondom spoor en station mogelijk te maken; - maatregelen nodig voor calamiteitenbestrijding: bluswatervoorzieningen; - mogelijk onderzoeks- en vergunningplicht + mitigerende maatregelen nodig in verband met doorsnijding EHS; - mogelijk onderzoek- en vergunningsplicht + aanvullende maatregelen in verband met ligging in waterwingebied; - maatregelen nodig ter verbetering van oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid op en rondom (resterende) gelijk vloerse spoorwegovergangen.
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
26
5. PROBLEMATIEK ROND TWENTELIJN Dit hoofdstuk bespreekt per gemeente rond de Twentelijn (ook wel aangeduid als ‘Berlijnlijn’) de belangrijkste ontwikkelingen en knelpunten met betrekking tot het goederenvervoer per spoor. Complete inventarisaties zijn opgenomen in de bijlagen. 5.1. Gemeente Apeldoorn De gemeente Apeldoorn ligt weliswaar niet op de route Elst-Oldenzaal, maar is wel in beeld bij een toename van het spoorgoederenvervoer vanuit Amersfoort naar Deventer en verder, over de Twentelijn. Daarom wordt deze gemeente meegenomen in dit hoofdstuk. De belangrijkste ontwikkelingen rond het spoor in de gemeente Apeldoorn zijn: - woningbouwlocatie Zonnehoeve; - revitalisering van bedrijventerrein Zuidwestpoort; - studie naar ontwikkeling van stationsgebied oost; - ontwikkeling van station Apeldoorn-West; - ontwikkeling Ecofactorij en Regionaal Bedrijventerrein Apeldoorn-Zuid (Biezematen). afbeelding 5.1. Overzicht spoorgerelateerde knel- en aandachtspunten Apeldoorn
De gemeente Apeldoorn heeft veel gelijkvloerse spoorwegovergangen. Deze vormen thans een knelpunt voor de afwikkeling van het gemotoriseerde verkeer. De gemeente heeft de wens om in ieder geval de overgangen die binnen de ring vallen ongelijkvloers te maken. De Laan van Osseveld heeft hier-
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
27
bij prioriteit omdat deze weg het grootste knelpunt vormt. Bij toename van het goederenvervoer over het spoor wordt de verkeersafwikkeling verder beperkt. Met betrekking tot geluidoverlast kent Apeldoorn 340 saneringswoningen, waarvan er 259 nog niet gesaneerd zijn. Trillingsoverlast is beperkt in de gemeente door de nieuwe bebouwing langs het spoor. Externe veiligheid vormt wel een knelpunt. In een groot deel van Apeldoorn wordt de oriëntatiewaarde van het groepsrisico overschreden bij de realisatiecijfers 2007 en de prognosecijfers voor 2020. Naast bovengenoemde milieuaspecten speelt ook de natuur een belangrijke rol in Apeldoorn. De stad wordt omgeven door EHS- en Natura2000-gebieden. Afbeelding 5.1 geeft een overzicht van de spoorgerelateerde knelpunten en aandachtspunten in de gemeente Apeldoorn. Een complete inventarisatie voor de gemeente is opgenomen in bijlage IX. Hierna zijn de huidige en toekomstige knel- en aandachtspunten samengevat.
huidige knel- en aandachtspunten gemeente Apeldoorn - externe veiligheid: overschrijding oriëntatiewaarde; - oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid is problematisch door gelijkvloerse spoorwegovergangen. toekomstige knel- en aandachtspunten bij toename spoorgoederenvervoer door/langs Apeldoorn - mogelijk extra (externe veiligheids)maatregelen nodig om ruimtelijke ontwikkelingen nabij spoor mogelijk te maken; - aanvullende maatregelen nodig voor reductie geluidoverlast; - maatregelen nodig ter verbetering van oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid op en rondom (resterende) gelijk vloerse spoorwegovergangen; - mogelijk onderzoeks- en vergunningplicht + mitigerende maatregelen nodig in verband met doorsnijding EHS/Natura2000.
5.2. Gemeente Voorst De belangrijkste ontwikkelingen rond het spoor in de gemeente Voorst zijn: - stedelijke verdichting in de spoorzone; - ontwikkeling wonen en werken ten noorden van het spoor in de hoek Oude Rijksstraatweg. De woningbouw in de stationsomgeving ten zuiden van het spoor is al gerealiseerd, op basis van de NaNOV prognoses. Het grootste knelpunt in de gemeente Voorst wordt gevormd door de spoorwegovergangen. De gemeente heeft 13 gelijkvloerse overgangen waarvan zes onbewaakte overgangen. Op de onbewaakte overgangen zijn in de laatste twee jaar bij ongevallen drie doden gevallen. De gemeente Voorst staat daarmee, landelijk gezien, op de eerste plaats qua overwegonveiligheid. Deze onveiligheid zal toenemen bij intensivering van het goederenvervoer. In de kern van Twello zijn zes gelijkvloerse spoorwegovergangen die een knelpunt vormen voor de afwikkeling van het verkeer. De spoorwegovergangen, zowel in de kern als in het buitengebied, zorgen voor barrièrewerking. In Twello zelf geldt dit voornamelijk voor het auto- en busverkeer, in het buitengebied voor het landbouw- en recreatieverkeer. De natuur en recreatiegebieden zijn erg belangrijk in de gemeente Voorst. De gemeente vormt het groene hart van de Stedendriehoek. Daarnaast kent de gemeente verschillende landgoederen en recreatieve voorzieningen. De EHS wordt op drie plaatsen doorsneden door het spoor. Bij een intensivering van het goederenvervoer per spoor zijn mogelijk onderzoeken en vergunningen alsmede mitigerende maatregelen noodzakelijk. Afbeelding 5.2 geeft een overzicht van de spoorgerelateerde knelpunten en aandachtspunten in de gemeente Voorst. Een complete inventarisatie voor de gemeente is opgenomen in bijlage X.
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
28
afbeelding 5.2. Overzicht spoorgerelateerde knel- en aandachtspunten Voorst
Hierna zijn de huidige en toekomstige knel- en aandachtspunten samengevat.
huidige knel- en aandachtspunten gemeente Voorst - oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid problematisch door veel gelijkvloerse (onbewaakte) spoorwegovergangen. toekomstige knel- en aandachtspunten bij toename spoorgoederenvervoer door/langs Voorst - aanvullende maatregelen nodig voor reductie geluidoverlast; - maatregelen nodig ter verbetering van oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid op en rondom gelijkvloerse spoor wegovergangen; - mogelijk onderzoeks- en vergunningplicht + mitigerende maatregelen in verband met doorsnijding EHS.
5.3. Gemeente Rijssen-Holten In de gemeente Rijssen-Holten zijn veel ontwikkelingen gepland rond het spoor. De belangrijkste zijn: - ontwikkeling van woonwijk De Kol in Holten (ten zuidzijde van spoor met uitzicht op de Holterberg); - ontwikkeling van woonwijk Meermanskamp in Holten (ten noorden van spoor, bij de Holterberg); - ontwikkeling centrumlocatie Rijssen met woon- en werkfunctie; - ontwikkeling bedrijventerrein en ROC ten noorden van station Rijssen.
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
29
Bij een toename van het goederenvervoer over het spoor ontstaan in de gehele gemeente problemen door overschrijding van de geluidnormen. Op verschillende locaties moeten geluidschermen worden geplaatst. Dit levert vooral een probleem op bij de nieuwbouwwijk De Kol in Holten. Deze wijk is ontworpen met vrij uitzicht op de Holterberg. Bij toename van het goederenvervoer zijn geluidschermen noodzakelijk en moet het bestemmingsplan worden gewijzigd. Ook op verschillende andere locaties zijn geluidschermen ongewenst vanwege (visuele) barrièrewerking. Bij reeds geplaatste en binnenkort te plaatsen schermen op basis van NaNOV-belastingen is de vraag of deze nog wel voldoen bij een intensiteitstoename van het goederenvervoer. afbeelding 5.3. Overzicht spoorgerelateerde knel- en aandachtspunten Rijssen-Holten
Ook met betrekking tot externe veiligheid ontstaan problemen op verschillende locaties bij toename van het goederenvervoer met gevaarlijke stoffen. Dit geldt voornamelijk voor de nieuwe woonwijk De Kol en voor het centrum van Rijssen. Tenslotte spelen natuur en recreatie een belangrijke rol in de gemeente. De EHS wordt in Rijssen door het spoor doorsneden en ten oosten van Holten ligt een grondwaterbeschermingsgebied, tevens pompgebied voor drinkwater. Bij meer goederenvervoer per spoor neemt het risico voor vervuiling van grond- en drinkwater toe. Recreatie speelt voornamelijk in Holten waar onveilige situaties kunnen ontstaan rond (brom)fietsers en voetgangers die gebruik maken van een groot aantal gelijkvloerse spoorwegovergangen, waarvan een aantal onbewaakt zijn.
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
30
Afbeelding 5.3 geeft een overzicht van de spoorgerelateerde knelpunten en aandachtspunten in Holten en Rijssen. Een complete inventarisatie voor de gemeente Rijssen-Holten is opgenomen in bijlage XI. Hierna zijn de huidige en toekomstige knel- en aandachtspunten samengevat.
huidige knel- en aandachtspunten gemeente Rijssen-Holten - oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid is problematisch door veel gelijkvloerse (onbewaakte) spoorwegovergangen. toekomstige knel- en aandachtspunten bij toename spoorgoederenvervoer door/langs Rijssen-Holten - maatregelen nodig ter verbetering van oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid op en rondom gelijkvloerse spoor Wegovergangen; - mogelijk extra (externe veiligheids)maatregelen nodig om ruimtelijke ontwikkelingen rondom spoor en station mogelijk te maken; - aanvullende maatregelen nodig voor reductie geluidoverlast; - mogelijk onderzoeks- en vergunningplicht + mitigerende maatregelen in verband met doorsnijding EHS; - mogelijk onderzoek- en vergunningsplicht + aanvullende maatregelen in verband met ligging in waterwingebied.
5.4. Gemeente Wierden De belangrijkste ontwikkelingen rond het spoor in de gemeente Wierden zijn: - Masterplan Stationsomgeving: ‘Wierden verbindt, Wierden ontmoet’, tunnelproject inclusief revitalisering bedrijventerreinen Hoge Lucht en Kluinveen en herinrichting stationsomgeving; - ondertunneling van het spoor bij de Spoorstraat, ter hoogte van Dikkensweg en Hoge Luchtsweg. In de kern van Wierden liggen momenteel drie gelijkvloerse spoorwegovergangen. Daarnaast heeft de gemeente vijf gelijkvloerse overgangen aan de westkant, in het buitengebied richting Rijssen. Bij de Spoorstraat ter hoogte van de Dikkensweg en Hoge Luchtsweg wordt het spoor in 2012 ondertunneld. In de huidige situatie zijn er knelpunten met betrekking tot verkeersafwikkeling en verkeersveiligheid vanwege de bereikbaarheid en barrièrewerking door de drie gelijkvloerse spoorwegovergangen. Bij een toename van het goederenvervoer per spoor worden nog grotere problemen verwacht bij de twee overgebleven gelijkvloerse spoorwegovergangen in de kern en, specifiek voor het landbouwverkeer, in het buitengebied. Wierden heeft een aanzienlijk knelpunt met betrekking tot milieuaspecten. In het kader van de NaNOV worden in 2010 geluidschermen en raildempers geplaatst. Echter, dit is bij een toename van het aantal goederentreinen niet voldoende. Een toename in de geluidbelasting is niet op te vangen. Met betrekking tot trillingen zijn er klachten van omwonenden onder andere over scheurvorming in woningen. Ook de externe veiligheid levert een knelpunt in Wierden. In de huidige situatie wordt met de 2020prognoses de oriëntatiewaarde van het groepsrisico overschreden en ligt de plaatsgebonden risicocontour buiten het spoor. Bij de splitsing van de sporenlijnen naar Zwolle en Deventer ligt een LPGopslagtank op minder dan 15 meter van het spoor; dit levert een groot extern veiligheidsrisico op. Een ander belangrijk knelpunt is de drinkwaterwinning in Wierden. De spoorlijn loopt in de gemeente midden door het grondwaterbeschermingsgebied en de waterwinning vindt vlak langs het spoor plaats. Een toename van risico’s door de toename van het goederenvervoer in het algemeen en gevaarlijke stoffen in het bijzonder is in strijd met de doelstellingen van de Europese Kader Richtlijn Water. Daarnaast heeft Vitens een hoofdtransportleiding voor drinkwater langs het spoor liggen, welke kwetsbaar is voor calamiteiten. Ook wordt de EHS doorsneden, ten zuidwesten van Wierden. Afbeelding 5.4 geeft een overzicht van de spoorgerelateerde knelpunten en aandachtspunten in Wierden. Een complete inventarisatie voor de gemeente Wierden is opgenomen in bijlage XII.
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
31
afbeelding 5.4. Overzicht spoorgerelateerde knel- en aandachtspunten Wierden
Hierna zijn de huidige en toekomstige knel- en aandachtspunten samengevat.
huidige knel- en aandachtspunten gemeente Wierden - trillingshinder met scheurvorming in woningen; - externe veiligheid: overschrijding oriëntatiewaarde. toekomstige knel- en aandachtspunten bij toename goederenvervoer langs/door Wierden - aanvullende maatregelen nodig voor reductie geluidoverlast; - maatregelen nodig voor reductie trillingshinder; - maatregelen nodig ter verbetering van oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid op en rondom (resterende) gelijk vloerse spoorwegovergangen; - mogelijk extra (externe veiligheids)maatregelen nodig om ruimtelijke ontwikkelingen rondom spoor en station mogelijk te maken; - mogelijk onderzoeks- en vergunningplicht + mitigerende maatregelen in verband met doorsnijding EHS; - mogelijk onderzoek- en vergunningsplicht + aanvullende maatregelen in verband met ligging in waterwingebied.
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
32
5.5. Gemeente Almelo De belangrijkste ontwikkelingen rond het spoor in de gemeente Almelo zijn: - Almelo Verdiept: ontwikkeling verdiepte ligging spoor inclusief raildempers en geluidschermen; - Indië-terrein: ontwikkelingen van wonen en werken langs het spoor; - stationsomgeving: ontwikkelingen naast het nieuwe ROC en tegenover het station. Door de realisatie van Almelo Verdiept - het over grotere lengte verdiept leggen van de spoorbaan in hartje Almelo - wordt één van de grootste knelpunten in de gemeente opgelost: de gelijkvloers spoorwegovergangen. Er blijven er echter nog drie over die een probleem (kunnen gaan) vormen. Met name de kruising Aalderinkssingel is een potentieel knelpunt in de verkeersafwikkeling. afbeelding 5.5. Overzicht spoorgerelateerde knel- en aandachtspunten Almelo
Met betrekking tot geluid en trillingen zijn in de huidige situatie de knelpunten in Almelo beperkt, onder andere door de verschillende geluidschermen die reeds in het kader van NaNOV afspraken zijn geplaatst. Externe veiligheid vormt wel een groot knelpunt in de gemeente en dan vooral in de stationsomgeving. Berekeningen van de gemeente voor het jaar 2020 leiden, rekening houdend met alle geplande ontwikkelingen wat betreft vervoer gevaarlijke stoffen, tot een overschrijding van 137 maal de oriëntatiewaarde voor het groepsrisico. De gemeente voorziet daarom grote problemen voor de groepsrisicoverantwoording voor nieuwe ontwikkelingen. Het knelpunt is het grootst rond het nieuwe ROC. Dit complex is
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
33
vlak tegen het spoor aangebouwd en brengt daardoor een groot risico op het gebied van de externe veiligheid met zich mee. Voor nieuwe ontwikkelingen in de buurt van het ROC zijn (extra) maatregelen nodig om het risico te beperken. Hieraan gerelateerd kent de gemeente een belangrijk knelpunt in de rampenbestrijding. De verschillende (hoge) geluidschermen en de overgebleven gelijkvloerse spoorwegovergangen vormen voor de brandweer nu al een beperking voor de bereikbaarheid van het spoor. Tevens zorgen de geluidschermen voor visuele barrières. Tot slot moet vermeld worden dat ten oosten van Almelo een onderdeel van de EHS binnen de gemeentegrenzen ligt. Afbeelding 5.5 geeft een overzicht van de spoorgerelateerde knelpunten en aandachtspunten in Almelo. Een complete inventarisatie voor de gemeente Almelo is opgenomen in bijlage XIII. Hierna zijn de huidige en toekomstige knel- en aandachtspunten samengevat.
huidige knel- en aandachtspunten gemeente Almelo - externe veiligheid: overschrijding oriëntatiewaarde; - slechte bereikbaarheid van het spoor voor nood- en hulpdiensten. toekomstige knel- en aandachtspunten bij toename spoorgoederenvervoer door/langs Almelo - mogelijk extra (externe veiligheids)maatregelen nodig om ruimtelijke ontwikkelingen rondom spoor en station mogelijk te maken; - maatregelen nodig ter verbetering van oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid op en rondom (resterende) gelijk vloerse spoorwegovergangen; - slechte bereikbaarheid van het spoor voor nood- en hulpdiensten; - aanvullende maatregelen nodig voor reductie geluidoverlast; - mogelijk onderzoeks- en vergunningplicht + mitigerende maatregelen in verband met doorsnijding EHS.
5.6. Gemeente Borne De belangrijkste ontwikkelingen rond het spoor in de gemeente Borne zijn: - woningbouwlocatie Bornse Maten (inclusief nieuwe ontsluitingsweg); - industrieterrein Veldkamp/Buren; - nieuwe randweg en fietssnelweg langs de A1 met spoortunnel. De gemeente Borne heeft binnen de kern vijf gelijkvloerse spoorwegovergangen en daarnaast vier gelijkvloerse overgangen in het buitengebied. Met name bij de overgangen Azeloseweg en Oonksweg leveren de overgangen momenteel knelpunten op voor de verkeersafwikkeling en de verkeersveiligheid. Ook vormen de overgangen een barrière voor nood- en hulpdiensten. Met de prognoses voor het goederenvervoer per spoor zijn de overwegen Azeloseweg en Oonksweg respectievelijk 16 en 19 minuten per uur gesloten. Met betrekking tot geluidoverlast zijn er al meerdere schermen binnen de kern van Borne geplaatst. Deze voldoen echter niet meer bij een toename van het goederenvervoer. Daarnaast is het bij een groot aantal woningen nu al noodzakelijk om aanvullende (gevel)maatregelen te treffen. Naast geluidoverlast is er ook overlast door trillingen. De gemeente heeft hiernaar in 2008 onderzoek laten uitvoeren door een onafhankelijk adviesbureau. Hieruit bleek dat de trillingssterkte ten opzicht van 2002 significant is toegenomen en dat op verschillende locaties in Borne sprake is van (matige) hinder. Rondom Borne is sprake van veel recreatieverkeer van en naar de natuurgebieden rondom de gemeente. Toename van het goederenvervoer leidt daarom tot een knelpunt voor recreatie(verkeer). Afbeelding 5.6 geeft een overzicht van de spoorgerelateerde knelpunten en aandachtspunten in Borne. Een complete inventarisatie voor de gemeente Borne is opgenomen in bijlage XIV.
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
34
afbeelding 5.6. Overzicht spoorgerelateerde knel- en aandachtspunten Borne
Hierna zijn de huidige en toekomstige knel- en aandachtspunten samengevat.
huidige knel- en aandachtspunten gemeente Borne - oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid is problematisch door gelijkvloerse spoorwegovergangen dichtbij station; - trillingshinder. toekomstige knel- en aandachtspunten bij toename spoorgoederenvervoer door/langs Borne - maatregelen nodig ter verbetering van oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid op en rondom (resterende) gelijk vloerse spoorwegovergangen; - aanvullende maatregelen nodig voor reductie geluidoverlast; - maatregelen nodig voor reductie trillingshinder.
5.7. Gemeente Hengelo In de gemeente Hengelo komen de sporen vanuit Zutphen en vanuit Almelo bij elkaar. Rond het spoor spelen verschillende ontwikkelingen. De belangrijkste zijn: - ontwikkeling van station Hengelo-Gezondheidspark aan de westzijde van Hengelo; - ontwikkeling van het stationsgebied en Hart van Zuid (onder andere WTC);
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
35
-
ontwikkeling van de Creatieve Fabriek (tussen spoorsplitsing Zutphen en Almelo).
Met betrekking tot de verkeersafwikkeling zijn de problemen in Hengelo in relatie tot het spoor beperkt. De meeste spoorwegovergangen zijn namelijk ongelijkvloers. Wel hebben meerdere tunnels een beperkte doorrijdhoogte die de verkeersafwikkeling kan beperken. Denk hierbij aan vrachtverkeer. De gelijkvloerse spoorwegovergang bij de Kuipersdijk richting Enschede vormt wel een knelpunt. afbeelding 5.7. Overzicht spoorgerelateerde knel- en aandachtspunten Hengelo
Met betrekking tot de milieuaspecten kent Hengelo meerdere knelpunten. In het kader van de NaNOV zijn reeds geluidschermen geplaatst. Hiermee is het mogelijk om net binnen de geluidnormen te blijven. Bij een toename van het goederenvervoer worden de normen echter overschreden. Ook trillingen vormen momenteel een groot probleem. Uit onafhankelijk trillingonderzoek is naar voren gekomen dat op meerdere locaties sprake is van hinder door trillingen. Ook is er schade aan woningen geconstateerd. Op het gebied van de externe veiligheid is er een knelpunt met betrekking tot het groepsrisico. Voorlopige berekeningen laten met inbegrip van de toekomstige ontwikkelingen een overschrijding van 16 maal de oriëntatiewaarde zien. Ook is het in de huidige en toekomstige situatie zo dat het spoor moeilijk bereikbaar is voor nood- en hulpdiensten omdat grote deel van de spoorbaan verhoogd op een spoordijk liggen.
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
36
Afbeelding 5.7 geeft een overzicht van de spoorgerelateerde knelpunten en aandachtspunten in Hengelo. Een complete inventarisatie voor de gemeente Hengelo is opgenomen in bijlage XV. Hierna zijn de huidige en toekomstige knel- en aandachtspunten samengevat.
huidige knel- en aandachtspunten gemeente Hengelo - trillingshinder met scheurvorming in woningen; - externe veiligheid: overschrijding oriëntatiewaarde; - bereikbaarheid voor vrachtverkeer is problematisch door lage doorrijhoogtes in ongelijkvloerse spoorwegpassages; - slechte bereikbaarheid van het spoor voor nood- en hulpdiensten. toekomstige knel- en aandachtspunten bij toename spoorgoederenvervoer door/langs Hengelo - aanvullende maatregelen nodig voor reductie geluidoverlast; - maatregelen nodig voor reductie trillingshinder; - mogelijk extra (externe veiligheids)maatregelen nodig om ruimtelijke ontwikkelingen rondom spoor en station mogelijk te maken; - slechte bereikbaarheid van het spoor voor nood- en hulpdiensten.
5.8. Gemeente Oldenzaal De belangrijkste ontwikkelingen rond het spoor in de gemeente Oldenzaal zijn: - plan Stationspark Oldenzaal Centraal: 600-700 woningen en 18.000 m² voorzieningen; - plan Zorgplein Oldenzaal: nieuwe ontwikkeling ziekenhuis 13.000 m², woonzorgcentra en realisatie van 300 woningen tot 2020; - plan Jufferbeek-zuid: realisatie industrieterrein grenzend aan het spoor in 2014; - realisatie van verschillende ongelijkvloerse kruisingen met het spoor. In Oldenzaal spelen verschillende knelpunten op het gebied van geluid en trillingen in relatie tot het goederenvervoer per spoor. Bij realisatie van de voornoemde woningbouwplannen rond het station ontstaan conflicten met de geluidnormen. Bij intensivering van het goederenvervoer leiden hogere geluidniveaus tot een belemmering of aanpassing van de ruimtelijke ontwikkelingen. Relevant in dit verband is dat ProRail de eerder gedane toezegging om de rangeersporen te mogen opheffen, begin dit jaar heeft ingetrokken. Dit betekent dat aanleg van een geplande fietstunnel vrijwel onmogelijk wordt, terwijl hiervoor al een bijdrage was toegezegd in het kader van de regeling Spoorse doorsnijdingen. Ook is er in Oldenzaal in toenemende mate sprake van trillingshinder door zwaardere en langere goederentreinen. Dit wordt bevestigd door een dit jaar uitgevoerd trillingsonderzoek. Hieruit bleek dat de trillingshinder verdrievoudigd is ten opzichte van 2002, het jaar waarin in Oldenzaal reeds sprake was van ‘matige’ trillingshinder. Externe veiligheid levert in de huidige situatie nog geen knelpunt. Echter, bij een toename van het goederenvervoer ontstaat een knelpunt met betrekking tot het groepsgebonden risico. Met name bij de nabij het spoor gelegen woonwijken en voorzieningen en bij het nieuwe Zorgplein Oldenzaal. Daarnaast geldt dat het spoor momenteel niet goed bereikbaar is voor nood- en hulpdiensten. Ook natuur en recreatie spelen een belangrijke rol rond Oldenzaal met een EHS-verbinding aan de westzijde tussen de Lonnekerberg en recreatiegebied Het Hulsbeek. Er zijn veel spoorkruisende fietsen wandelroutes. Tenslotte conflicteren plannen voor het intensiveren van regionaal personenvervoer (kwartiersdienst naar Hengelo en lijndienst naar Bad Bentheim) per spoor met intensivering van het goederenvervoer. Afbeelding 5.8 geeft een overzicht van de spoorgerelateerde knelpunten en aandachtspunten in Oldenzaal. Een complete inventarisatie voor de gemeente Oldenzaal is opgenomen in bijlage XVI.
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
37
afbeelding 5.8. Overzicht spoorgerelateerde knel- en aandachtspunten Oldenzaal
Hierna zijn de huidige en toekomstige knel- en aandachtspunten samengevat.
huidige knel- en aandachtspunten gemeente Oldenzaal - trillingshinder; - slechte bereikbaarheid van het spoor voor nood- en hulpdiensten. toekomstige knel- en aandachtspunten bij toename spoorgoederenvervoer door/langs Oldenzaal - aanvullende maatregelen nodig voor reductie geluidoverlast; - maatregelen nodig voor reductie trillingshinder; - mogelijk extra (externe veiligheids)maatregelen nodig om ruimtelijke ontwikkelingen rondom spoor en station mogelijk te maken; - slechte bereikbaarheid van het spoor voor nood- en hulpdiensten; - mogelijk onderzoeks- en vergunningplicht + mitigerende maatregelen in verband met doorsnijding EHS.
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
38
6. PROBLEMATIEK ROND TWENTEKANAALLIJN Dit hoofdstuk bespreekt per gemeente rond de Twentekanaallijn de belangrijkste ontwikkelingen en knelpunten met betrekking tot het goederenvervoer per spoor. Complete inventarisaties zijn opgenomen in de bijlagen. 6.1. Gemeente Lochem De gemeente Lochem is in eerste instantie in beeld als onderdeel van de IJssellijn. Dit heeft alles te maken met de ligging van de kern Eefde, ten oosten van de IJssellijn tussen Zutphen en Deventer. Daarnaast is de gemeente Lochem ook in beeld ingeval het spoorgoederenvervoer (deels) gebruik zou moeten maken van de enkelspoor verbinding tussen Zutphen en Hengelo. Immers, de kern Lochem is direct gesitueerd langs deze lijn. De belangrijkste ontwikkelingen in de gemeente Lochem rond het spoor zijn: - plan Diekink: bedrijventerrein in Lochem ten noorden van spoorlijn Zutphen-Hengelo; - plan Aalsvoort-West: bedrijventerrein in Lochem ten zuiden van de spoorlijn; - verbreding en omlegging N346 bij Lochem, direct grenzend aan het spoor. afbeelding 5.9. Overzicht spoorgerelateerde knel- en aandachtspunten Lochem
Binnen de gemeente Lochem liggen de grootste knelpunten rondom het spoor in de kern Eefde. Zowel de spoorlijn Zutphen-Hengelo als de spoorlijn Zutphen-Deventer doorkruizen deze kern. De twee spoorlijnen leiden in de huidige situatie al tot fysieke en visuele barrièrewerking en de bereikbaarheid
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
39
van het spoor voor nood- en hulpdiensten is beperkt. Eefde heeft daarnaast relatief veel gelijkvloerse spoorwegovergangen. Momenteel vormen deze overgangen nog geen probleem. Echter, bij intensivering van het goederenvervoer of een verdubbeling van de lijn Zutphen-Hengelo zijn afwikkelingsproblemen op de overwegen te verwachten en ontstaat tevens een verkeersveiligheidsknelpunt. Met betrekking tot geluidoverlast geldt dat er momenteel alleen sprake is van gevelmaatregelen. Hoofdzakelijk in Eefde dienen veel woningen gesaneerd te worden. Bij intensivering van het goederenvervoer of een spoorverdubbeling op de lijn Zutphen-Hengelo worden knelpunten met betrekking tot geluid verwacht. Wanneer een intensivering plaatsvindt zonder deze verdubbeling, wordt de capaciteit voor regionaal personenvervoer ernstig beperkt en ontstaat er een knelpunt. Tenslotte zijn er recreatievoorzieningen en daaraan gerelateerd recreatieverkeer binnen de gemeente Lochem. Er zijn veel gelijkvloerse kruisingen van fietsroutes met het spoor en diverse campings en andere recreatievoorzieningen liggen langs beide spoorlijnen. Afbeelding 5.9 geeft een overzicht van de spoorgerelateerde knelpunten en aandachtspunten in Lochem. Een complete inventarisatie voor de gemeente Lochem is opgenomen in bijlage XVII. Hierna zijn de huidige en toekomstige knel- en aandachtspunten samengevat.
huidige knel- en aandachtspunten gemeente Lochem - bereikbaarheid in Eefde is problematisch door twee spoorlijnen en (vele) gelijkvloerse spoorwegovergangen (extra barrièrewerking); - slechte bereikbaarheid van het spoor voor nood- en hulpdiensten; - geluid en externe veiligheid vormen in Eefde aandachtspunten. toekomstige knel- en aandachtspunten bij toename spoorgoederenvervoer door/langs Lochem - aanvullende maatregelen in Eefde nodig voor reductie geluidoverlast; - maatregelen nodig ter verbetering van oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid op en rondom gelijkvloerse spoor wegovergangen in Eefde; - slechte bereikbaarheid van het spoor voor nood- en hulpdiensten; - mogelijk onderzoeks- en vergunningplicht + mitigerende maatregelen in verband met doorsnijding EHS; - maatregelen nodig voor handhaving regionaal OV tussen Zutphen en Hengelo.
6.2. Gemeente Hof van Twente De gemeente Hof van Twente is in beeld ingeval het spoorgoederenvervoer (deels) gebruik zou moeten maken van de enkelspoor verbinding tussen Zutphen en Hengelo. Immers, de kernen Goor en Delden zijn direct gesitueerd langs deze lijn. De belangrijkste ontwikkelingen rond het spoor in de gemeente Hof van Twente zijn: - ontwikkeling van een vakantiepark bij Stokkum, ten westen van Goor; - woningbouw Plan Constantijnhof: ontwikkeling van circa 50 woningen tegenover het station in Goor; - woningbouw Plan Brak-West: ontwikkeling van woningen tussen het spoor en het kanaal in Delden. Het grote aantal (17) gelijkvloerse spoorwegovergangen in de gemeente vormt bij intensivering van het goederenvervoer of uitbreiding (verdubbeling) van het spoor een knelpunt. Het auto- en landbouwverkeer zal stagnatie ondervinden door de langere sluitingstijden. Dit geldt ook voor het recreatieve fietsverkeer en voor de regionale buslijnen. De overgangen leiden aldus tot barrièrewerking van het spoor. Bij lange wachttijden kunnen in de kernen van Goor en Delden verkeersveiligheidsproblemen ontstaan door roodlicht negatie. Het opheffen van de gelijkvloerse spoorwegovergangen in het buitengebied is onwenselijk omdat met name het landbouwverkeer grote omrijbewegingen moet maken. Dit aspect weegt extra zwaar omdat omrijbewegingen via het bovenliggende wegennet beperkt mogelijk is vanwege een aslastbeperking op de twee bruggen over het Twentekanaal.
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
40
Op het gebied van geluid en trillingen speelden tot voor kort problemen vanwege de ‘illegale’ goederentreinen. In 2006 zorgden de zogenaamde ‘Volvo-treinen’ voor geluid- en trillingoverlast. Met betrekking tot natuur is een toename van het goederenvervoer door de gemeente onwenselijk. De gemeente Hof van Twente heeft een open landschap, er lopen twee EHS verbindingen door de gemeente en binnen de gemeente liggen drie landgoederen. Daarnaast grenst ook een grondwaterbeschermingsgebied ten westen van Goor aan het spoor. Tenslotte ontstaat een groot knelpunt voor het regionale OV per spoor als een goederenpad over de spoorlijn van Zutphen naar Hengelo wordt toegedeeld. Hierdoor wordt de capaciteit voor personenvervoer ernstig beperkt. Dit staat haaks op het beleid van de Regio Twente om dit vervoer te intensiveren. afbeelding 5.10. Overzicht spoorgerelateerde knel- en aandachtspunten Hof van Twente
Afbeelding 5.10 geeft een overzicht van de spoorgerelateerde knelpunten en aandachtspunten in Hof van Twente. Een complete inventarisatie voor de gemeente Hof van Twente is opgenomen in bijlage XVIII. Hierna zijn de huidige en toekomstige knel- en aandachtspunten samengevat.
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
41
huidige knel- en aandachtspunten gemeente Hof van Twente - oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid is problematisch door (vele) gelijkvloerse spoorwegovergangen. toekomstige knel- en aandachtspunten bij toename spoorgoederenvervoer door/langs Hof van Twente - maatregelen nodig voor reductie geluidoverlast; - maatregelen nodig voor reductie trillingshinder; - maatregelen nodig ter verbetering van oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid op en rondom (resterende) gelijk vloerse spoorwegovergangen; - mogelijk onderzoeks- en vergunningplicht + mitigerende maatregelen in verband met doorsnijding EHS; - mogelijk onderzoek- en vergunningsplicht + aanvullende maatregelen in verband met ligging in waterwingebied; - maatregelen nodig voor handhaving regionaal OV tussen Zutphen en Hengelo.
afbeelding 5.11. Momenteel wordt nog veel met diessellocs gereden
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
42
7. RESUMÉ Dit rapport is opgesteld om te informeren en inzicht te geven in de problematiek rond de spoorgemeenten in de provincie Gelderland en de provincie Overijssel, ingeval van een toename van het goederenvervoer per spoor in Oost-Nederland. De analyse van de problematiek heeft geresulteerd in een groot aantal knel- en aandachtpunten. Deze zijn hieronder nog eens samengevat. geluid en trillingen De spoorgemeenten en regio’s verwachten dat de al getroffen geluidsaneringsmaatregelen en de inzet van stiller materieel niet afdoende zullen zijn en dat aanvullende maatregelen in het overdrachtsgebied (schermen) en aan de woningen nodig zullen zijn. Verder blijkt uit onlangs uitgevoerde onderzoeken dat er nu al sprake is van een significante toename van trillingen en trillinghinder ten opzichte van de nulmetingen uit 2002. De gemeenten en regio’s zijn van mening dat in de huidige situatie al maatregelen noodzakelijk zijn en dat een verdere toename van trillingen niet acceptabel is. externe veiligheid In veel spoorgemeenten zorgt de huidige ruimtelijke situatie al voor een overschrijding van de oriëntatiewaarde van het groepsrisico. Dit probleem wordt groter bij een toename van het aantal goederentreinen met gevaarlijke stoffen. Bronmaatregelen aan het spoor (minder wissels, lagere snelheid, BLEVEvrij rijden, verminderen overwegen) reduceren het groepsrisico niet afdoende. Dit betekent voor deze spoorgemeenten dat bestaande ruimtelijke plannen of nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen niet of slechts in zeer afgeslankte vorm mogelijk zijn. natuur en grondwater Bij toename van het aantal goederentreinen moet de toename van de geluidsbelasting en trillingshinder in de Ecologische Hoofdstuctuur (EHS) en Natura2000-gebieden op basis van natuurbeleid worden gecompenseerd of gemitigeerd. Daarnaast moeten bij waterwin- en grondwaterbeschermingsgebieden in het kader van de Europese Kader Richtlijn Water (KRW) maatregelen worden getroffen om de risico’s van grondwatervervuiling in beeld te brengen. verkeersafwikkeling Een groot aantal spoorgemeenten ondervinden nu reeds verkeersafwikkelings- en verkeersveiligheidsproblemen op en rondom de gelijkvloerse spoorwegovergangen, met name rondom de stations. Bij een toename van het aantal goederentreinen zullen de overwegen frequenter en langer gesloten zijn. De spoorgemeenten vrezen dat hierdoor de oversteekbaarheid, bereikbaarheid en verkeersveiligheid verder verslechteren en de barrièrewerking van het spoor groter wordt. regionaal OV Het beleid van de spoorgemeenten en regio’s is gericht op het bevorderen van het regionaal personenvervoer per spoor. Echter, de spoorcapaciteit is op sommige tracés niet toereikend om zowel het regionaal personenvervoer als het goederenvervoer meer capaciteit te bieden. Bij intensivering van het goederenvervoer ontstaat daarom, bij gelijkblijvende spoorcapaciteit, een conflict met het personenvervoer. Hierdoor komen de plannen voor intensivering van het goederenvervoer haaks te staan op het beleid van gemeenten en regio’s voor regionaal OV. rampenbestrijding In de meeste spoorgemeenten is het huidige niveau van veiligheidsvoorzieningen van de spoorlijn niet ingericht voor een grote toename van het vervoer van gevaarlijke stoffen. Zo zijn de huidige bluswatervoorzieningen langs het spoor niet toereikend bij grote branden. Daarnaast wordt het bij een frequentere en langere sluiting van gelijkvloerse spoorwegovergangen voor nood- en hulpdiensten ook moeilijker om binnen de vastgestelde aanrijdtijd op een calamiteitenplek te komen. Dit probleem wordt nog groter wanneer als gevolg van de gesloten spoorwegovergangen verkeerscongestie ontstaat. Daarnaast staat in veel spoorgemeenten de huidige bebouwing dicht op het spoor en staan langs delen van de spoorbaan geluidsschermen. Hierdoor is het spoor slecht bereikbaar voor nood- en hulpdiensten. Ook is de
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
43
capaciteit van deze nood- en hulpdiensten momenteel (te) beperkt en niet toegerust op de bestrijding van grote calamiteiten. Dit betekent dat gemeenten en regio’s aanzienlijke investeringen moeten plegen om de veiligheidsvoorzieningen rondom het spoor op niveau te krijgen en om de bereikbaarheid van het spoor te waarborgen en te verbeteren. tot slot... Aan deze knel- en aandachtspunten is nog geen waardeoordeel of zwaarte toegekend. Om deze punten echter objectief te kunnen wegen en vast te kunnen stellen of de door de spoorgemeenten en regio's aangegeven bedreigingen terecht, relevant, licht of zwaar zijn, is meer feitenkennis nodig vanuit PHS, Basisnet spoor, wetgeving en rekenmethodes. Pas wanneer deze kennis voorhanden is, kunnen onderbouwde conclusies getrokken worden. afbeelding 7.1. Emplacement Arnhem
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
44
BIJLAGE
I
Inhoud NaNOV-besluit 2001
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
Deze door de provincie Gelderland ter beschikking gestelde notitie van 24 februari 2009 is gebaseerd op de situatie rond 2001 (brief minister 11 april 2000, NaNOV pakket, Handelingen Tweede Kamer, verslagen bestuurlijke overleggen etc.). 1. Voorgeschiedenis Bij de besluitvorming rond de Betuweroute medio jaren negentig hebben Provinciale Staten van Gelderland richting minister van V&W en de Tweede Kamer aangegeven zich grote zorgen te maken over de te verwachten goederenstroom over bestaand spoor van en naar de Betuweroute door Gelderland. Dit betrof vooral de zgn. Noordtak van de Betuweroute (door de Gelderse gemeenten: Elst, Arnhem, Rheden, Brummen, Zutphen, Gorssel en verder richting Overijssel/Duitsland) maar ook de zogenaamde Zuidtak (toen door de Gelderse Gemeenten Elst en Nijmegen en verder richting Brabant/Limburg). Provinciale Staten baseerden zich daarbij op de prognoses uit de Trajectnota/MER Betuweroute van de te verwachten aantallen goederentreinen. De Tweede Kamer heeft deze Gelderse zorgen, die inmiddels ook waren overgenomen door de provincie Overijssel, serieus genomen. Dit heeft uiteindelijk geleid tot de start van een studie naar een nieuwe Noordtak: de Tracéwetprocedure NOV (Noord Oostelijke Verbinding). Na afronding van de Trajectnota/Mer (voorjaar 1999) en na de inspraak en advisering (zomer 1999) besloten de ministers Netelenbos (V&W) en Pronk (VROM), mede op basis van de studie en de advisering, om geen nieuwe Noordtak aan te leggen (besluit van 24-09-1999, Kamerstuk 22.589, nr. 152). Zij achtten de nieuwe doorsnijding van Gelderland en Overijssel door een nieuwe spoorlijn ongewenst, en onnodig gezien het verwachte aantal treinen. Zij gaven aan dat die verwachte goederentreinen ook over de bestaande spoorlijnen afgewikkeld konden worden. Met die Standpuntbepaling (conform art 9 Tracéwet) beëindigden de ministers de Tracéwetprocedure voor de NOV (Noordtak). Dit besluit leidde tot een discussie tussen de minister en bestuurders van de provincie Gelderland en de provincie Overijssel waarin Gelderland zich bedrogen voelde: er was immers ingestemd met de komst van de Betuweroute in de veronderstelling dat er door de komst van een nieuwe Noordtak geen grote aantallen goederentreinen over bestaand spoor door de Gelderse en Overijsselse steden en dorpen zou gaan rijden. Dit alles heeft in april 2000 geleid tot de zogenaamde NaNOV brief aan de Tweede Kamer met daarin een bespreking van de mogelijke toekomstige routering van goederenstromen/treinen, over het aantal goederentreinen dat van en naar Twente over bestaand spoor zou kunnen rijden en met een omvangrijk pakket maatregelen om aan de zorgen in de regio tegemoet te komen door een aantal maatregelen in en langs het bestaande spoor in Gelderland en Overijssel. Daarmee werd beoogd om, hoewel het ging om maatregelen die wettelijk niet noodzakelijk waren, de bestaande spoorlijn van Arnhem via Deventer naar Twente beter geschikt te maken voor toekomstig gebruik door goederentreinen. Over dit NaNOV pakket (en het NaNOV besluit waarin een en ander is vastgelegd) is door minister Netelenbos uitvoerig met de regio en de tracé gemeenten overleg gevoerd. Het NaNOV pakket is door de HID van RWS Oost-Nederland in nauw overleg met de provincies Overijssel en Gelderland en de tracé gemeenten voorbereid. Het zogenaamde NaNOV besluit (brief minister V&W aan voorzitter Tweede Kamer 11 april 2000 Kamerstuk 22.589, nr. 157) is gebaseerd op dit NaNOV pakket. Deze brief bevat diverse constateringen en toezeggingen. 2. Constateringen in de NaNOV brief van 11-4-2000 De minister constateert dat het vervoer in 2015 van en naar Twente vanaf de Betuweroute volgens de toenmalige prognoses 21 treinen/per etmaal/in beide richtingen tesamen zal zijn. De minister constateert vervolgens dat - binnen de bestaande milieu-regels (met name geluid) - die extra treinen op de IJsselroute ‘s avonds en ‘s nachts niet mogen rijden. Dat kan uitsluitend overdag. De minister constateert dat de verwachte 21 treinen/etmaal dan hooguit één trein/uur /richting overdag zal zijn, en constateert dat dit zonder nadere maatregelen kan.
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
3. Toezeggingen in de NaNOV brief van 11-4-2000 a. Individuele risicocontour op spoorbaan Arnhem - Deventer De minister doet uitspraken over de ligging - langs de spoorbaan Arnhem - Deventer - van de individuele risicocontour voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. Uit Gelders onderzoek uit 2000 bleek namelijk dat de door de minister beoogde maatregelen te weinig effect zouden hebben en dat er toch nog voor vele honderden Gelderse bewoners langs de spoorbaan een te hoog risico zou optreden. De minister heeft daarop de Tweede Kamer toegezegd te zullen komen met generieke regelgeving waarmee het vervoer van gevaarlijke stoffen over de IJssellijn zodanig wordt beïnvloed dat de individuele risicocontour binnen het gebied van de spoorbaan blijft. Tegenwoordig noemen we dit de PR-contour (plaatsgebonden risico). Deze toezegging is meegenomen als randvoorwaarde in de ontwikkeling van het Basisnet. b. Verbetering veiligheid overwegen Als gevolg van de komst van extra goederentreinen (toename aantal treinen) gaat de verkeersveiligheid (spoorkruisingen) achteruit. Het rijk zal, zich baserend op het standstill beginsel, de gehele spoorverbinding Elst -Oldenzaal op een voldoende hoger veiligheidsniveau brengen zodat deze terugloop tijdig opgeheven wordt. Die werkzaamheden werden opgenomen in het toen al lopende “Overwegenprogramma”, dat inmiddels is afgerond. c. Geluidsreductie door aslastenprogramma Om met zwaardere goederentreinen over het bestaande spoor te kunnen rijden wordt de verbinding opgenomen in het op dat moment al lopende aslastenprogramma. In dat kader zal een aantal spoorbruggen vervangen worden, waardoor tevens de geluidhinder vermindert. Dit betreft de volgende bruggen: 1. spoorbrug De Steeg, gemeente Rheden; 2. spoorbrug over Twentekanaal met wisselcomplex, gemeenten Zutphen en Gorssel; 3. duiker, gemeente Hengelo; 4. brug Anninksweg, gemeente Hengelo; 5. spoorbrug over de Dinkel, gemeente Losser. d. Uitwerking variant kopmaken Deventer In overleg met de gemeente Deventer zal de variant 'kopmaken' voor doorgaande goederentreinen Arnhem-Oldenzaal worden uitgewerkt. Daarvoor is een derde keerspoor nodig bij Deventer. Zo kan aanleg van een groot kunstwerk worden voorkomen. Rekening zal worden gehouden met in het kader van PAGE gesignaleerde externe veiligheidsproblemen. e. Hinderbeperking overweging Door de minister zijn aan de regio 12 compenserende maatregelen voor hinderbeperking toegezegd. Het betreft aanpassing van overwegen in de vorm van ongelijkvloerse spoorkruisingen e.d. (lijst, zie NaNOV-brief). f. Onderzoek naar trillingen Er zal vroegtijdig op verschillende plaatsen langs bestaand spoor trillingonderzoek plaatsvinden; de nulmeting heeft plaatsgevonden in 2003. Na de komst van goederentreinen zal dit onderzoek één maal herhaald worden. g. Geluidsreductie door versneld onderhoud en sanering Met prioriteit zal groot onderhoud aan de spoorbaan plaatsvinden (vervangen houten dwarsliggers door betonnen dwarsliggers). Hierdoor wordt toekomstige geluidsoverlast gereduceerd. Momenteel is van de totale route Elst-Arnhem-Deventer-Hengelo-Oldenzaal-grens circa 85 % van de doorgaande sporen voorzien van betonnen dwarsliggers. In de thans bekende plannen tot 2012 is nog eens circa 5 % ombouw van hout naar beton voorzien. De dan nog resterende 10 % spoor met houten dwarsliggers bevindt zich grotendeels in de spoorgedeelten aan de westzijde van Arnhem, tussen Wierden en Almelo en tussen Borne en Hengelo. In de NaNOV-brief werd aangegeven dat reeds geplande geluidssaneringsmaatregelen langs en in de bestaande spoorbaan Elst - Oldenzaal in de periode 2000-2010 versneld zullen worden uitgevoerd (ge-
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
luidsschermen, stiller maken stalenbruggen bv Klingelbeekseweg Oosterbeek, IJsselbrug Zutphen, de Steeg enz; lijst, Zie NaNOV-brief). Deze maatregelen worden gefinancierd uit de bestaande/beschikbare budgetten. In de NaNOV-brief was voorzien dat wellicht extra 35 miljoen gulden nodig zou zijn voor de versnelde uitvoering van deze maatregelen, maar dat bleek - gezien de omvang van het reguliere saneringsbudget - onnodig. Deze saneringswerkzaamheden zijn inmiddels in uitvoering dan wel gereed.
h. Afstemming met lightrail-initiatieven (Deze term wordt inmiddels niet meer gehanteerd!) In 2000 was er sprake van Lightrail-initiatieven in twee relevante gebieden: de regio Arnhem-Nijmegen, en de regio Twente. De minister geeft aan dat de extra goederentreinen door Arnhem gebruik zullen maken van het al bestaande goederenpad, en dus geen extra capaciteit vergen. Voor de regio Twente spreekt de minister de intentie uit dat de extra goederentreinen geen negatieve gevolgen zullen hebben voor de lightrailplannen aldaar. 4. Stand van zaken uitvoering NaNOV programma 1. in de zgn 'NaNOV-brief' van 11 april 2000 aan de Tweede Kamer (Kamerstuk 22589, nr. 157) heeft de minister van V&W het NaNOV-programma vastgelegd, in onderdeel B van die brief. Dat NaNOV-programma bestaat uit de volgende onderdelen:Overwegen, in verband met de verkeersveiligheid; 2. aslastenprogramma; 3. situatie Deventer; 4. overwegen, in verband met hinderbeperking; 5. trillingen; 6. geluid. Het NaNOV programma maakt onderdeel uit van het MIRT 2009 p. 277 met een taakstellend budget van EUR 147 mln, start realisatie 2010 en oplevering 2015. De stand van zaken per medio 2008 van de uitvoering van het NaNOV-programma is als volgt: - ad 1: afgerond, als onderdeel van het 'Overwegenprogramma'; - ad 2: afgerond, met uitzondering van maatregelen aan enkele bruggen; zie ad 6; - ad 3: planuitwerking 3e spoor is stilgelegd in afwachting van resultaten PHS-planstudie; - ad 4: planuitwerking van de 12 hinderbeperkende maatregelen loopt, samen met de gemeenten; uitvoeringsbesluiten worden verwacht in 2009; - ad 5: nulmeting is uitgevoerd in 2003, vervolgmeting niet eerder dan in 2010 (afhankelijk van het daadwerkelijk rijden van goederentreinen); - ad 6: geluidsanering Deventer-Twente is in uitvoering dan wel gereed. Onderdeel stiller maken spoorbruggen: Klingelbeekseweg Oosterbeek is uitgevoerd in 2004; IJsselbrug Zutphen: overleg met gemeente is vergevorderd.
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
BIJLAGE
II Inventarisatie Overbetuwe
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
Gemeente/Regio
Gemeente Overbetuwe
Aanwezigen bij overleg
Peter van Aalst (ruimtelijke ordening) Antje van Laar (ruimtelijke ordening) Theo Ahoud (woningbouw en milieu)
Ontwikkelingen
NaNOV
Er zijn geluidschermen geplaatst in de gemeente Overbetuwe (niet duidelijk of deze binnen
maatregelen
het kader van de NaNOV zijn geplaatst).
Ruimtelijke
- ontwikkeling plan Elst centraal rondom het station incl. ongelijkvloerse kruisingen spoor
ontwikkelingen (woningbouw en voorzieningen); - woningbouwlocatie de Pas (450 woningen). De hoeveelheid woningen is afgestemd op externe veiligheid, geluid en trillingen in de huidige situatie. Extra treinen hebben een negatieve invloed op de grondexploitatie van het plan; - woningbouwlocatie ten noorden van Elst inclusief een ringweg voor de lange termijn; - herstructurering bedrijventerrein de Aam (terrein Luxan en voormalig rangeerterrein); - ontwikkeling bedrijventerrein Merm (in uitvoering).
Overige
- De gemeente Overbetuwe ontvangt signalen, dat de spoorlijn Arnhem-Nijmegen net als de Betuweroute op 25 kV wordt gebracht en is bevreesd voor de consequenties hiervan;
ontwikkelingen - Ringweg Elst met ongelijkvloerse kruisingen van het spoor; - Ongelijkvloerse spoorkruising met boog (tussen Betuweroute en lijn Nijmegen-Arnhem); wellicht moeten enkele bedrijven gesloopt worden om deze verbindingsboog aan te kunnen leggen en er kan een conflict ontstaan met het project Stadsregiorail; - Bij Heinz fabriek is er gebrek aan ruimte, Heinz wil uitbreiden en heeft daarvoor ruimte nodig van Prorail en Prorail wil juist 2 extra sporen aanleggen en heeft daar ruimte. van Heinz voor nodig
Verkeer
Overgangen
Bijna alle spoorwegovergangen zijn gelijkvloers en de meeste zijn ook beveiligd. In Elst kan auto- en fietsverkeer het spoor ongelijkvloers kruisen bij de nieuwbouwwijk Westraam (de tunnel is te laag voor vrachtverkeer). De gemeente ziet kansen om ongelijkvloerse spoorkuisingen aan te leggen n.a.v. PHS. De gemeente wil een aantal ongelijkvloerse spoorkruisingen aanleggen gelijktijdig met de aanleg van de ringwegen.
Verkeers-
Doordat de overgangen vaak dicht zijn, zijn er in de huidige situatie al verkeersafwikkelings-
afwikkeling
problemen. De buslijnen kruisen het spoor op sommige locaties, waardoor ook het openbaar vervoer hinder ondervindt van de vele sluitingen. In de toekomst neemt dit knelpunt toe als er meer goederentreinen gaan rijden.
Verkeersveiligheid
De spoorwegovergangen sluiten vaak kort na elkaar, waardoor men er soms nog net tussendoor 'glipt'. Dit gaat vaak maar net goed. In 2008 was er een dodelijk ongeval op één van de gelijkvloerse spoorwegovergangen.
Milieu
Geluid
Binnen en buiten de bebouwde kom is een ander geluidsniveau acceptabel. In de huidige situatie is er al sprake van geluidsoverlast. Aan de westkant van het spoor zijn geluidschermen geplaatst, waarbij sommige delen hoger zijn dan wettelijk verplicht was. Aan de oostkant staan ook schermen voor < 60 dBa. Er is nog een restlijst van woningen die gesaneerd moeten worden. De gemeente Overbetuwe heeft geluidbeleid geformuleerd.
Trillingen
In het verleden is er trillingsonderzoek uitgevoerd. Zowel aan de oost als westkant van van het spoor in Elst komen trillingsklachten voor. Er is sprake van scheurvorming in woningen, maar het is altijd lastig aan te tonen dat dit door het spoor is veroorzaakt.
Milieu (vervolg)
Externe
- Er loopt een regionaal project Externe veiligheid waarvoor de gemeente specifieke onderzoeken laat uitvoeren. Ook langs het traject worden onderzoeken gedaan;
veiligheid
- Het plaatsgebonden risico ligt op het spoor; - Bij risicoberekeningen wordt alleen rekening gehouden met de huidige situatie, omdat dat wettelijk verplicht is (doorkijk naar toekomst maakt gemeente niet); - Door extra treinen in de toekomst kunnen de plannen voor Elst centraal op losse schroeven komen te staan, voorlopig gaat gemeente gewoon door met de ontwikkeling van Elst centraal. Wellicht dat er dan in de toekomst extra maatregelen getroffen moeten worden; - Het container uitwisselpunt (CUP) van de Betuweroute ligt binnen de gemeente, bij meer wachtende treinen voor het spoor naar het noorden ontstaat een knelpunt voor externe veiligheid; - Het groepsrisico bij Formuchem zit tegen de oriëntatiewaarde aan. Deze bestrijdingsmiddelenfabriek heeft een invloedsgebied van 5 km. De gemeente zou de fabriek graag zien verdwijnen en er een herstructureringslocatie van maken.
Natuur, ecologie
Barriere-
en landschap
werking
Visuele
De lange sluitingen van de spoorwegovergangen leiden tot barrierewerking.
Sommige geluidschermen zijn 4 meter hoog.
effecten
EHS
Park Lingezege is een rijksbufferzone.
Natura 2000
Er zijn geen Natura 2000 gebieden vlak langs het spoor. Er ligt archeologisch waardevol gebied ten zuiden van Elst aan de oostkant van de spoorlijn Nijmegen-Arnhem. Hier loopt ook een hogedruk aardgas transportleiding.
Stilte-
Er zijn geen stiltegebieden vlak langs het spoor.
gebieden
Water-
Ten zuidoosten van Elst (aan de oostkant van het spoor) wordt mogelijk de waterbergingsbank
winning
uitgebreid.
Grondwater bescherming Overig
Recreatie
De spoorlijn Arnhem-Nijmegen doorsnijdt een grote recreatieve voorziening: park Lingezegen. Park Lingezege heeft een recreatieve functie voor de regio.
Rampen-
Op advies van de brandweer heeft het gemeentebestuur eisen gesteld t.a.v. de veiligheid en de
bestrijding
verantwoording daarvan. Ter hoogte van de Vinexlocatie Westeraam zijn o.a. deuren in de geluidschermen gemaakt en zijn extra waterleidingen aangelegd.
Regionaal OV
- de stadsregio heeft de wens om naar 4 (lightrail)treinen per uur te gaan, waardoor er minder ruimte overblijft voor goederentreinen; - op enkele spoorwegovergangen rijden buslijnen, die hinder ondervinden van de vele sluitingen.
BIJLAGE
III Inventarisatie Arnhem
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
Gemeente/Regio
Gemeente Arnhem
Aanwezigen bij overleg
Jan Vermeulen (verkeersplanaloog, projectleider grote infra)
Ontwikkelingen
NaNOV maatregelen
- gedeelte Klarendal/Sint Marten, zuidzijde spoor, geluidsscherm aanwezig van 1,00-1,50 m; - gedeelte Molenbeke, noordzijde spoor, geluidsscherm aanwezig van 1,00 m; - gedeelte Spijkerkwartier, zuidzijde spoor, geluidsscherm gepland van 1,50 m; - er is weerstand van bewoners tegen geluidsschermen wanneer deze niet in het landschap worden ingepast.
- project Arnhem CS (kantoren boven het spoor); - Vinex locatie Schuitgraaf, kantoren vlak langs het spoor (Arnhem Zuid); ontwikkelingen - project Arnhems buiten (KEMA terrein), kantoren direct tegen het spoor en tussen splitsing sporen, woningen iets verder van het spoor af; - Ideeën voor overkluizing spoor en emplacement Arnhem Berg bij Heijenoord; - spoorverbreding tussen Arnhem CS en Arnhem Velperpoort (voorlopig even van de kaart); - TB spoor in Arnhem (nieuw perron/verbreding); - Incidentele projecten langs het spoor in het centrum van de stad; - Uitbreiding van de HAN-KAN campus. Ruimtelijke
- wens voor nieuw station Arnhems buiten boven de Utrechtseweg; - wens voor nieuw station Arnhem Pleij, bij de Pleijweg; ontwikkelingen - ongelijkvloers maken van de spoorkruising (kra 21), naar achteren geschoven, echter capaciteitsknelpunt; - nieuwe fietsverbinding langs het spoor vanaf Velp richting Arnhem; - idee van inspreker voor doortrekken A15 om langs de doortrekking snelweg ook het spoor voor goederenvervoer buiten de stad om te leggen. Overige
Verkeer
Overgangen
Bijna alle spoorwegovergangen in Arnhem zijn ongelijkvloers. De overgang bij de Van Remagenlaan is echter nog gelijkvloers, dit is een belangrijke verbinding tussen twee radialen naar het centrum. Er ontstaan nu nog net geen problemen, maar de verwachting is dat bij toename van de treinintensiteiten problemen ontstaan bij deze overgang.
Verkeers-
geen opmerkingen (zie punt overgangen)
afwikkeling
Verkeers-
Geen opmerkingen
veiligheid Milieu
Geluid
Trillingen
Externe veiligheid
De raillijst woningen zijn reeds voorzien van gevelmaatregelen. De resterende woning Sonsbeeksingel 1 wordt meegenomen met de reconstructie Sporen in Arnhem (SIA). Er zijn nog verschillende saneringsmaatregelen gepland, die echter niet worden gedragen door bewoners: - beide sporen in de wijken Sint Marten/Klarendal worden voorzien van raildempers met zonodig aanvullende gevelmaatregelen; - In de wijk Spijkerkwartier worden, naast het saneringscherm, enkele woningen mogelijk nog van aanvullende gevelmaatregelen voorzien; - In de wijk Plattenburg moeten enkele woningen mogelijk nog van gevelmaatregelen moeten worden voorzien. Het is niet bekend of de verschillende saneringsmaatregelen afdoende zijn bij toename van de intensiteiten van het goederenvervoer. Er is reeds op meerdere locaties sprake van overlast door trillingen (met name langs de Utrechtseweg, Sondbeeksingel, Beaulieuflat en De la Reij driehoek). Verwacht wordt dat in de toekomst trillingsoverlast zal toenemen. Door 4e perron bij centraal station kan vlakbij het perron trillingsoverlast gaan ontstaan (door damwand). Op basis van bijgestelde prognoses uit 2007 wordt de orïentatie waarde voor het groepsrisico met factor 17 overschreden. Voor Arhem is in het kader van Basisnet Spoor en PHS de bestuurlijke afspraak van NSP Arnhem Centraal van belang, waarbij geen overschrijding van de oriëntatie waarden voor het groepsrisico mag voorkomen. Plaatsgebondenrisico ligt buiten spoorstaven, hetgeen in strijd is met de NaNOV-afspraken.
Natuur, ecologie
Barriere-
en landschap
werking Visuele
De barrierewerking is beperkt door de ongelijkvloerse overgangen.
Er is weerstand van bewoners tegen geluidsschermen wanneer deze niet worden ingepast.
effecten De EHS en Natura 2000 grenzen beide aan de westkant van Arnhem aan het spoor. EHS en Natura 2000 Stilte-
Er zijn geen stiltegebieden vlak bij het spoor.
gebieden Waterwinning, Geen waterwinning direct langs het spoor, wel valt het spoor binnen bovenstroomse grondwater beinvloedingsgebieden van 2 beken. Dit zijn gebieden die beschermd worden vanwege de bescherming toestroom van grondwater naar de beken. Met name het gebied van de Slijpbeek kan effect hebben. Een vrij korte afstand die het grondwater moet afleggen voordat het in het beekdal gaat kwellen. De beek heeft de status van een SED-beek (Specifiek Ecologische Doelstelling; vastgelegd door de provincie). Overig
Recreatie
Geen opmerkingen.
Rampen-
Bij het station Arnhem Centraal komt aan de Amsterdamseweg een toegang voor hulpverleningsdiensten. Op de perrons komen extra bluswatervoorzieningen. Na uitvoering van deze maatregelen is het station goed bereikbaar, maar de rest van het spoortraject in Arnhem is slecht bereikbaar (hoge of juist diepe ligging van het spoor).
bestrijding
BIJLAGE
IV Inventarisatie Rheden
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
Gemeente/Regio
Gemeente Rheden
Aanwezigen bij overleg
Eddy Beekman (verkeerskundige)
Ontwikkelingen
NaNOV maatregelen
In het kader van de NaNOV zijn in de gemeente Rheden geen aanpassingen gedaan; er zijn geen geluidsschermen geplaatst in de gemeente. Geluidsschermen zijn ook lastig hier door de vele gelijkvloerse spoorwegovergangen.
- Velp: verdere ontwikkeling van landoed Larenstein; - De Steeg: eventuele toekomstige ontwikkeling gemeentehuis; ontwikkelingen - Ellecom: kleinschalige ontwikkelingen; - Dieren: traverse Dieren (ontwikkelingen beperkt ten opzichte van oorspronkelijke plannen). Ruimtelijke
Overige
- Velp: onderzoek naar oplossingen voor ongelijkvloerse kruisingen.
ontwikkelingen
Verkeer
Overgangen
De gemeente Rheden heeft 37 spoorwegovergangen op haar grondgebied, die bijna allemaal gelijkvloers liggen. Een deel van de overgangen (tussen de dorpen in) is onbewaakt; deze overgangen worden veel gebruikt door land- en bosbouw verkeer en recreatie. Binnen Velp liggen 7 gelijkvloerse overgangen op een kort traject. De overgangen vormen met name in Velp en Dieren in de huidige situatie al een knelpunt voor de verkeersafwikkeling. In Rheden kan op termijn ook een knelpunt ontstaan. Langer gesloten zijn van overgangen leidt tot problemen m.b.t. oversteekbaarheid, veiligheid en barrierewerking.
Verkeersafwikkeling
In Velp en Dieren wordt de verkeersafwikkeling belemmerd door de gelijkvloerse overgangen. Er ontstaan regelmatig lange wachtrijen voor het spoor. Ook verschillende buslijnen kruisen het spoor binnen de gemeente. De overgangen vormen een knelpunt voor het OV.
Verkeers-
Er zijn geen knelpunten met betrekking tot verkeersveiligheid.
veiligheid Milieu
Geluid
Trillingen
Externe veiligheid
Er is aanzienlijke geluidsoverlast van het spoor in verschillende kernen in de gemeente Rheden. Er worden veel klachten ingediend door bewoners van wijken langs het spoor. Er staan geen geluidsschermen in de gemeente; er staan nog wel veel woningen op de raillijst om gesaneerd te worden. In verschillende kernen, en voornamelijk in Velp, is sprake van trillingsoverlast. Er komen hierover veel klachten binnen bij de gemeente. In het verleden is een nulmeting gedaan door Pro Rail naar trilllingen, er is geen recent onderzoek gedaan. In het basisnet spoor zijn berekeningen uitgevoerd voor de PHS variant bundelen. Hieruit is naar voren gekomen dat het spoorlijn Arnhem - Zutphen gesitueerd in Dieren een 10-6 risicocontour groter dan 11 meter heeft. Tevens is er een overschrijding van de orientatie waarde van het groepsrisico maal 5.
Natuur, ecologie
Barrierewerking
De barrierewerking is beperkt door het ontbreken van geluidsschermen en door het grote aantal overgangen.
en landschap Visuele
Er is geen sprake van knelpunten met betrekking tot visuele effecten.
effecten EHS
Het gebied tussen Velp en Rheden en rond Rheden is EHS/Natura 2000 gebied.
Natura 2000
zie EHS
Stilte-
Er liggen geen stiltegebieden dicht bij het spoor.
gebieden Waterwinning Ten westen van Ellecom tot aan Dieren ligt de spoorlijn in milieubeschermingsgebied, en grondwater grondwaterbeschermingsgebied en waterwingebied.
Overig
Recreatie
Er liggen geen campings of vakantieparken direct aan het spoor. In de gemeente is wel sprake van veel recreatief verkeer (voetgangers, fietsers) dat vooral gebruik maakt van de onbewaakte overgangen.
Rampenbestrijding
De brandweer heeft aangegeven dat de bereikbaarheid van het spoor beperkt is en benoemt de bluswatervoorziening als belangrijk knelpunt. De gemeente heeft een beperkt aantal parallelwegen langs het spoor en er zijn geen sloten die als bluswatervoorziening kunnen dienen. Daarnaast zijn de aanrijtijden van hulpdiensten naar Dieren Noord en kern LaagSoeren momenteel al te lang.
Regionaal OV
Wens om de frequentie van het personenvervoer te verhogen naar minimaal 3 treinen per uur per richting (in het kader van Stadsregio Rail)
BIJLAGE
V Inventarisatie Brummen
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
Gemeente/Regio
Gemeente Brummen
Aanwezigen bij overleg
Pieter Bas Zwiers (beleidsmedewerker verkeer en ruimtelijke ordening)
Ontwikkelingen
NaNOV
Speelt niet in de gemeente Brummen.
maatregelen
Ruimtelijke
- uitbreiding bedrijventerrein Hazenberg;
ontwikkelingen - kleine woningbouw locatie in Leuvenheim (circa 20 woningen); - ontwikkellocatie IJsselsprong (samen met gemeenten Zutphen en Voorst); - stationsomgeving; - hoek Oude Eerbeekseweg - Pothof.
Overige
Er zijn plannen voor een rondweg om de Hoven (IJsselsprong);
ontwikkelingen Er zijn plannen voor een rondweg ten zuid-westen van Brummen.
Verkeer
Overgangen
In de kernen Brummen en Leuvenheim zijn alle spoorwegovergangen gelijkvloers. In het buitengebied zijn 4 gelijkvloerse en 1 ondertunnelde overgang, gebruikt voor landbouwverkeer. Het langer sluiten van de gelijkvloerse overgangen zal problematisch zijn voor de oversteekbaarheid, veiligheid en barrièrewerking. In Brummen zijn sportvelden/zwembad/sportzaal aan andere kant van het spoor, dus veel oversteken door langzaam verkeer (schoolgaande kinderen, over een tunnel onder het spoor wordt al jaren gesproken).
Verkeersafwikkeling
Er zijn geen klachten over lange sluitingstijden bij de overgangen. Afwikkelingsproblemen doen zich niet voor in de huidige situatie. De spoorwegovergang ten zuiden van het station is een belangrijke route naar Eerbeek. Vrachtverkeer naar de papierfabrieken moet daar langs, dus extra treinen met langere sluitingstijd heeft nadelige gevolgen voor de verkeersafwikkeling.
Verkeersveiligheid
De spoorwegovergangen ten noorden en zuiden zijn smal en zonder aparte fietsvoorzieningen. Er maakt vrij veel vracht- en fietsverkeer gebruik van beide overgangen waardoor er verkeersveiligheidsrisico's zijn. De afgelopen jaren zijn er geen ongevallen op de spoorwegovergangen in de gemeente Brummen gebeurd.
Milieu
Geluid
Op basis van de intensiteit 2006 + extra werkruimte van 1,5 dBA conform vigerende wetgeving valt het volgende te stellen: Er stonden 93 woningen op de saneringslijst op basis van oude prognoses. Waarschijnlijk blijven er 6 woningen over die daadwerkelijk gesaneerd moeten worden op basis van de huidige situatie. Het gaat alleen om saneringen aan woningen, niet om geluidschermen. In de toekomst is er waarschijnlijk wel een probleem en moeten meer woningen gesaneerd worden.
Trillingen
Op dit moment géén bekende problemen. Toekomstig knelpunt in relatie tot de nog te realiseren IJsselsprong.
Externe
Op dit moment géén knelpunt.
veiligheid
Toekomstig knelpunt in relatie tot de nog te realiseren IJsselsprong.
Natuur, ecologie
Barriere-
In Leuvenheim is het spoor een barriere, vanwege het hoge talud en onoverzichtelijke
en landschap
werking
situaties bij de spoorwegovergangen. Ten noorden van Brummen vormt het spoor een barriere, omdat er maar een beperkt aantal overgangen is en het verkeer daardoor moet omrijden.
Visuele
In de gemeente zijn geen geluidschermen geplaatst, dus visuele aspecten spelen niet.
effecten
EHS
- ten noorden en zuiden van Leuvenheim loopt EHS; - direct ten noorden van Brummen loopt EHS; - tussen Oeken en Voorstonden loopt EHS.
Natura 2000
Er zijn geen Natura 2000 gebieden direct langs het spoor.
Stilte-
Er zijn geen stiltegebieden
gebieden
Water-
Géén aanliggende waterwingebieden en grondwaterbescherming gebieden.
winning Grondwater bescherming Overig
Recreatie
Er lopen veel recreatieve fietsroutes door Brummen die ten noorden en zuiden van het station het spoor oversteken. Ook in Leuvenheim loopt een recreatieve fietsroute.
Rampen-
Het spoor is redelijk goed bereikbaar voor hulpdiensten. Er loopt in Brummen een parallel-
bestrijding
structuur langs het spoor. In het buitengebied is het spoor minder bereikbaar. De ambulances voor Brummen en Eerbeek moeten uit Zutphen komen. Voor Eerbeek levert dit problemen op (de aanrijdtijd is te lang). Dit wordt deels veroorzaakt door de spoorwegovergangen in Brummen. Bij meer treinenen ontstaan grotere problemen. Het bedrijventerrein aan de westkant van het spoor is net als Eerbeek niet altijd goed bereikbaar voor hulpdiensten.
Regionaal OV
Er zijn plannen voor een busdienst tussen Brummen en Eerbeek, maar op welke termijn die gerealiseerd wordt is niet bekend. Er zijn nu geen busroutes die het spoor kruisen (alle lijnen zijn noord-zuid geörienteerd).
BIJLAGE
VI Inventarisatie Zutphen
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
Gemeente/Regio
gemeente Zutphen
Aanwezigen bij overleg
Harry van Vliet, beleidsmedewerker dhr. Van Os, adviseur Milieu
Ontwikkelingen
NaNOV
NaNOV maatregelen zijn nog niet allemaal uitgevoerd.
maatregelen
Nog geen geluiddempende maatregelen getroffen aan spoorbrug IJsselbrug. Momenteel twee goederentreinen op dit traject.
Ruimtelijke
- Intergemeentelijke Structuurvisie IJsselsprong: 3000 woningen + Ruimte voor de Rivier
ontwikkelingen visie vastgesteld, start bestemmingsplan in 2011, start bouw eerste woningen in 2015; - Plan Stedendriehoek, Zutphen, Brummen, Voorst, Waterschap Veluwe en Prv. Gelderland; - Plan Noorderhaven/De Mars: 1200 woningen; start bestemmingsplanprocedure in 2009 oplevering eerste woningen in 2012. oplevering eerste woningen in 2012. Overige
- Bouw van een ROC langs het spoor;
ontwikkelingen - Rondweg (omlegging) De Hoven, als onderdeel van Plan IJsselsprong; - Aanleg fietstunnel in stationsgebied.
Verkeer
Overgangen
De meeste spoorwegpassages zijn reeds ongelijkvloers.
Verkeers-
De treinbrug wordt voor het scheepvaartverkeer twee keer per uur, gedurende 8 min geopend.
afwikkeling
Dit betekent een doorgangsbeperking van 16 min per uur voor de treinen. Afwikkeling auto- en fietsverkeer geen probleem door vele ongelijkvloerse passages.
Verkeers-
Door vele ongelijkvloerse spoorwegkruisingen geen problemen.
veiligheid
Milieu
Geluid
Reeds nu saneringssituatie: Ijsselkade, Nieuwstad, Coehoornsingel, B. Dijckmeesterweg en beschermd stadgezicht; De Hoven is gesaneerd tot de grens van 65 dB. Intensivering van goederentreinen zal opnieuw tot saneringssituatie leiden. Tevens zal dit effecten hebben op bestaande en nieuw te bouwen woningen. Gevolg: grote planschade(kosten) vanwege vele nieuwbouwplannen. Momenteel nog 22 woningen te sanering o.b.v. NaNOV-scenario 2015 (21 goederentreinen).
Trillingen
Intensivering van goederentreinen zal opnieuw tot saneringssituatie leiden. Tevens zal dit effecten hebben op bestaande en nieuw te bouwen woningen. Gevolg: grote planschade(kosten) vanwege vele nieuwbouwplannen.
Externe veiligheid
Nu al maatregelen nodig, bij toename goederentreinen zal dat omvangrijker worden. Vanwege huidige bebouwing maatregelen nodig: snelheidsbeperking en BLEVE-arm rijden GR nu onder oriëntatiewaarde; bij grotere toename VGS dan alsnog overschrijding van GR Plaatsgebonden Risico (PR): 10-6 contour ligt zowel nu als in de toekomst binnen spoorbaan
Natuur, ecologie
Barriere-
De treinbrug wordt voor het scheepvaartverkeer twee keer per uur, gedurende 8 min geopend.
en landschap
werking
Dit betekent een doorgangsbeperking van 16 min per uur voor de treinen. Afwikkeling auto- en fietsverkeer geen probleem door vele ongelijkvloerse passages.
Visuele
Nu open landschap.
effecten
Ingeval van geluidwerende voorzieningen in de vorm van schermen visuele treedt barrière op. Barriere wordt vergroot doordat spoor verhoogd ligt.
EHS
nvt
Natura 2000
IJssel: vogelrichtlijngebied en Habitatgebied
Stilte-
nvt
gebieden
Water-
nvt
winning grondwater bescherming Overig
Recreatie
geen opmerkingen
Rampen-
Probleem en aandachtspunt in Zutphen. Beheersmaatregelen nodig na incidenten.
bestrijding
Spoor ligt aanmerkelijk hoger (tot 4 meter) dan omgeving. Keerwanden en opvangbassins nodig om bijvoorbeeld weglekken vloeistoffen te voorkomen. Spoortracé moeilijk bereikbaar omdat woningen over lange afstand dicht op spoor staan.
Regionaal OV
Doel en ambitie: RegioRail Zutphen-Deventer intensiveren en aanpassing dienstregeling. Eerst tot 40% groei op regionale lijnen, sinds recente aanpassing dienstregeling 10% krimp. Regionaal personenvervoer komt in gedrang bij toename goederentreinen. Staat haaks op ingezet beleid van de Regio Stedendriehoek: intensiveren OV+extra haltes op de lijn Zutphen-Deventer.
BIJLAGE
VII Inventarisatie Deventer
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
Gemeente/Regio
Gemeente Deventer
Aanwezigen bij overleg
Co Looijen
Ontwikkelingen
NaNOV
- er zijn verschillende schermen geplaatst in het kader van NaNOV; - schermen in Colmschate zijn na inspraak vervallen.
maatregelen - compleet maken van de Vijfhoek; - ontwikkeling Steenbrugge; ontwikkelingen - zoekrichting uitbreiding rond het spoor in Bathmen; - inbreiding stationsomgeving Deventer; - Rivierenwijk Deventer (Vogelaarwijk). Ruimtelijke
- mogelijk derde spoor in het kader van NaNOV langs de Rivierenwijk (wachtspoor voor kopmaken), doordat dit derde spoor mogelijk wordt aangelegd is het nu niet duidelijk waar een ontwikkelingen eventueel geluidsscherm kan worden geplaatst bij de Rivierenwijk; - mogelijk ontwikkeling van Deventer boog; als deze boog wordt aangelegd komt een groot deel van het goederenvervoer niet door de stad; - mogelijke ontwikkeling boog bij Zwolle, als deze boog wordt ontwikkeld ontstaat een vervoersoptie van Arnhem richting Zwolle via Deventer, dit kan een toename in de stad betekenen. Overige
Verkeer
Overgangen
Er liggen 22 gelijkvloerse spoorwegovergangen in de gemeente Deventer. De Oostriklaan vormt in de huidige situatie al een belangrijk knelpunt en ook de Starinksweg (landgoed Bannink) is een knelpunt. Deze laatste overgang is nog onbeveiligd en wordt veel voor recreatie gebruikt. Ook de Nieuwedijk vormt een knelpunt.
Verkeers-
De Oostriklaan vormt het grootste knelpunt voor de verkeersafwikkeling. Door de vele scenario's die mogelijk zijn voor het goederenvervoer door/langs Deventer is het lastig te voorspellen waar toekomstige knelpunten ontstaan of worden weggenomen.
afwikkeling
Verkeers-
Met name bij het Bannink is de verkeersveiligheid een knelpunt. Bij de overwegen in het buitengebied is veel recreatieverkeer en ontstaan onveilige situaties.
veiligheid Milieu
Geluid
Trillingen
Externe veiligheid
De geluidsproblemen worden opgelost door de verschillende (toekomstige) geluidsschermen. Er is nog een restlijst van woningen die moeten worden gesaneerd.
Er zijn klachten met betrekking tot trillingen in Deventer. Door vervanging van de houten bielzen door betonnen bielzen neemt de trillingsoverlast toe. Er ontstaat een groot probleem als het goederenvervoer toeneemt. Met de huidige rekenmethode wordt de oriëntatiewaarde voor het groepsrisico op verschillende locaties in Deventer ruim overschreden. Dit is reeds een knelpunt in de huidige situatie. Bij toename van het treinverkeer wordt het knelpunt vergroot.
Natuur, ecologie
Barriere-
en landschap
werking
Visuele
De barrierewerking van geluidsschermen en het spoor is een knelpunt in Deventer door het vele recreatieve verkeer en door weerstand van bewoners tegen geluidsschermen.
Geluidsschermen in Colmschate zijn tegengehouden door bewoners vanwege visuele effecten.
effecten
EHS
Bij Oxe kruist de EHS het spoor in de gemeente Deventer.
Natura 2000
Het gebied langs de IJssel is Natura 2000 gebied.
Stilte-
nvt
gebieden Waterwinning nvt en grondwater Overig
Recreatie
Er is veel recreatie in de gemeente Deventer, voornamelijk rond het Bannink en vanaf de IJssel richting Diepenveen levert dit knelpunten in combinatie met het spoor.
Rampen-
geen opmerkingen
bestrijding
Regionaal OV
er wordt onderzoek uitgevoerd naar 3 mogelijk voorstadstations: Platvoer, A1 en Bathmen; het laatste station lijkt de meeste potentie te hebben; verdere ontwikkeling van het personenvervoer levert een knelpunt in combinatie met toename van het goederenvervoer.
BIJLAGE
VIII
Inventarisatie Zwolle
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
Gemeente/Regio
Gemeente Zwolle
Aanwezigen bij overleg
dhr. B. Günal (adviseur Akoestiek en Lucht) dhr. C. Blanken (adviseur Milieu en ruimte)
Ontwikkelingen
NaNOV
speelt niet in Zwolle
maatregelen
Ruimtelijke
- voorbereiding structuurplan spoorzone (wonen, werken, voorzieningen);
ontwikkelingen - uitbreiding hogeschool Windesheim; - in structuurvisie Zwolle 2020 is woningbouwlocatie opgenomen tussen spoor en Berkum; - uitbreiding/revitalisering winkelcentrum Zwolle-zuid; - ontwikkeling woningen in Windesheim (er wordt nu al gebouwd).
Overige
- emplacement bij station verplaatsen naar locatie ten zuiden van hogeschool Windesheim;
ontwikkelingen - er zijn plannen voor een nieuwe verbindingsweg N35-N340.
Verkeer
Overgangen
- veel overgangen zijn ongelijkvloers; - bij Zwolle-zuid nog 3 gelijkvloerse bewaakte overgangen; - in buitengebied aan oostkant van Zwolle zijn 2 gelijkvloerse bewaakte overgangen.
Verkeers-
Nu geen doorstromingsproblemen op de gelijkvloerse overgangen. Door
afwikkeling
intensivering goederentreinen zullen afwikkelingsproblemen kunnen ontstaan als de overgangen langer gesloten zijn voor bus en auto. Niet alle overgangen hebben een goede scheiding tussen fiets en gemotoriseerd verkeer.
Verkeers-
De gelijkvloerse overgangen zijn een risico voor de verkeersveiligheid.
veiligheid
Milieu
Geluid
Bij Zwolle-zuid zijn 330 saneringswoningen (76 met > 64dB, 254 max 63 dB) en in de Mimosastraat/Magnoliastraat 151. Er worden woningen gesaneerd, niet bekend is hoeveel en welke. Bij Mimosastraat is een geluidscherm van 2,5-3,0m in voorbereiding; dit scherm is niet voor alle woningen voldoende, dus ook sanering aan enkele woningen is nodig. Met komst van Hanzelijn worden geluidplafonds (2007+1dB) waarschijnlijk al opgevuld, extra goederentreinen kan mogelijk leiden tot overschrijding geluidplafonds. Toename van goederenvervoer zal hinder doen toenemen voor toekomstige bewoners. Naar verwachting neemt het aantal rangeerbewegingen toe met gevolgen voor geluid. De geluidschermen worden gedimensioneerd op lagere intensiteiten.
Trillingen
Trillingsonderzoek is zover bekend niet uitgevoerd. Niet veel klachten met betrekking tot trillingen bekend. Als gevolg van zwaardere transporten en meer woningen in de buurt van het spoor (ontwikkeling Spoorzone) zal de kans op trillingshinder toenemen.
Externe veiligheid
Persoonsrisico geen saneringslocaties bekend. Groepsrisico meeste locaties onder oriëntatiewaarde van 1 bij BLEVE-vrije treinen, zonder BLEVE-vrije treinen rond de 10. Als vervoersintensiteit toeneemt, zal ook het groepsrisico toenemen. In de spoorzone vindt verdichting plaats, hetgeen zal leiden tot een toename van het groepsrisico.
Natuur, ecologie
Barriere-
De gelijkvloerse overgangen vormen een barrière in Zwolle-zuid. Bij intensivering van het
en landschap
werking
goederenvervoer wordt de oversteekbaarheid van het spoor slechter (langer en vaker sluiten spoorbomen).
Visuele
geluidsscherm Mimosatraat is 2,5-3,0m hoog
effecten
EHS
De gebieden rond de IJssel en de Vecht maken deel uit van de EHS.
Natura 2000
De gebieden rond de IJssel en de Vecht zijn deels Natura 2000 gebied.
Stilte-
geen opmerkingen
gebieden
Water-
Het gebied rond hogeschool Windesheim is waterwingebied.
winning
De eventuele nieuwe locatie voor emplacement ten zuiden van hogeschool ligt ook in
Grondwater
waterwingebied.
bescherming
Een deel van het tracé loopt door grondwaterwingebied, door intensivering van het goederenvervoer neemt de kans op calamiteiten met gevaarlijkse en bodembedreigende stoffen toe.
Overig
Recreatie
Golfbaan en zwemplas ten noorden tussen N35 en spoor. Vakantiewoningen tussen spoorlijnen in ten oosten van Zwolle De fietsroute 'Rondje Zwolle' kruist meerdere plaatsen het spoor, bij meer treinen wordt de wachttijd langer, maar echte problemen worden hier niet verwacht.
Rampen-
De bereikbaarheid in de spoorzone is nu niet goed voor hulpdiensten.
bestrijding
De gelijkvloerse overganagen zijn bij meer treinen langer dicht en dat is ongunstig voor de bereikbaarheid van de hulpdiensten. In de huidige situatie is de capaciteit bluswater onvoldoende om de mogelijke scenario´s op het spoor te kunnen bestrijden, bij toename goederenvervoer neemt kans op calamiteiten toe.
Regionaal OV
geen opmerkingen
BIJLAGE
IX Inventarisatie Apeldoorn
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
Gemeente/Regio
Gemeente Apeldoorn
Aanwezigen bij overleg
Liesbeth Spoelma Hinnie Bolt
Ontwikkelingen
NaNOV maatregelen
Ruimtelijke
Op 3 plaatsen langs het spoor Apeldoorn-Deventer zijn geluidschermen aanwezig. Langs de Waterloseweg is een geluidscherm van 1,5 m gepland.
- woningbouwlocatie Zonnehoeve;
ontwikkelingen - revitalisering bedrijventerrein Zuidwestpoort; - studie naar stationsgebied oost (3 scenario's mogelijk: creatieve bedrijven+wonen, hoogstedelijk wonen of OV-knoop); - RBAZ (Regionaal Bedrijventerrein Apeldoorn Zuid) Biezematen; - Ecofactorij; - rondom spoor kleine inbreidingslocaties.
Overige
- station Apeldoorn west;
ontwikkelingen - rangeercapaciteit bij station wordt niet/nauwelijks gebruikt, gemeente is in overleg met Prorail om dit te verwijderen. Prorail wil dan dat ergens anders binnnen gemeente rangeercapacitiet komt; het oude rangeerterrein kan woningbouwlocatie worden; - er wordt nagedacht over de verdubbeling van de N345.
Verkeer
Overgangen
In de gemeente Apeldoorn zijn nog veel gelijkvloerse spoorwegovergangen. Bij het station zijn twee ongelijkvloerse overgangen voor de auto en één voor de fiets. In mei is begonnen met de aanleg van een tunnel bij de Zutphensestraat. De gemeente heeft wel de wens om met name de spoorwegovergangen op de ring ongelijkvloers te maken. Er zijn binnen de gemeente ook nog enkele particuliere overgangen.
Verkeers-
De gelijkvloerse spoorwegovergangen zorgen voor vertraging van het gemotoriseerd verkeer.
afwikkeling
De gemeente heeft een visie opgesteld voor de optimalisatie van de ring. Door de gelijkvloerse spoorwegovergangen is de doorstroming op de ring niet optimaal. Het ongelijkvloers maken van de spoorwegovergang in de Laan van Osseveld heeft hoge prioriteit bij de gemeente, omdat dit het grootste verkeersafwikkelingsknelpunt is.
Milieu
Verkeers-
De gelijkvloerse spoorwegovergangen brengen veiligheidsrisico's met zich mee. Meer
veiligheid
tunnels zullen de verkeersveiligheidssituatie verbeteren.
Geluid
Er zijn 340 saneringswoningen, waarvan er 259 nog niet gesaneerd zijn.
Trillingen
Zover bekend is er geen trillingsonderzoek uitgevoerd. Er zijn nauwelijks klachten met betrekking tot trillingen. De meeste bebouwing langs het spoor is vrij nieuw en is bij de bouw ervan al rekening gehouden met mogelijke trillingen van treinverkeer.
Externe
Er wordt momenteel integraal onderzoek uitgevoerd naar gevaarlijke stoffen op de lijn
veiligheid
Amersfoort-Deventer. Uitgangspunt hiervoor is 2020 zonder BLEVE-vrij rijden, omdat dit nog geen vastgesteld scenario is. Bij Jachtlaan, woonboulevard en aan oostkant van Apeldoorn (bij kinderdagverblijven) is risico hoger dan orientatiewaarde (max 7x). In juli is definitief rapport gereed. In een groot deel van Apeldoorn wordt de oriëntatiewaarde van het groepsrisico overschreden bij realisatiecijfers 2007, beleidscijfers EV en prognosecijfers 2020.
Natuur, ecologie
Barriere-
Het spoor vormt de grootste barrière in de hoofdwegenstructuur. Door de gelijkvloerse
en landschap
werking
spoorwegovergangen is een echte ringstructuur niet goed mogelijk. Voor aanwonenden vormt het spoor ook een barrière (geluid)
Visuele effecten
De 1,2 m hoge schermen (NaNOV) aan de oostkant van Apeldoorn hebben een gering visueel effect. Er zijn plannen om ook aan de westkant geluidschermen aan te leggen
EHS
- gebied ten westen en oosten (landgoed Woudhuizermark) van Apeldoorn is EHS; - ontwikkeling groene mallen ten zuiden en oosten van Apeldoorn.
Natura 2000
- kroondomeinen aan westkant van Apeldoorn.
Stilte-
- radio Kootwijk;
gebieden
- in de buurt van Twello (gemeente Voorst).
Water-
In de directe omgeving van het spoor zijn geen waterwingebieden of grondwater-
winning
beschermingsgebieden.
Grondwater bescherming Overig
Recreatie
- natuur/boerencamping bij Assel; - vliegveld Teuge (gemeente Voorst).
Rampen-
- Brandweer heeft toetsende rol, er is weinig afstemming tussen verschillende korpsen;
bestrijding
- Niet alles is even goed bereikbaar door de gelijkvloerse overgangen; - Het nieuwe ROC ligt in het invloedsgebied van het spoor; - De bereikbaarheid van het spoor t.b.v. hulpdiensten is niet altijd goed. Ook is er niet overal voldoende bluswater aanwezig.
Regionaal OV
Een aantal gelijkvloerse spoorwegovergangen liggen in een busroute. Extra treinen zullen een ongunstig effect hebben op de dienstregeling.
BIJLAGE
X Inventarisatie Voorst
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
Gemeente/Regio
gemeente Voorst
Aanwezigen bij overleg
Cecile van der Linden, senior beleidsmedewerker verkeer en vervoer Henk Zenderink, strategisch ontwikkelaar
Ontwikkelingen
NaNOV
Geluidschermen zijn geplaatst langs een groot deel van het spoor inTwello (~1,20 m hoog).
maatregelen
Ook zijn geluiddempers geplaatst.
Ruimtelijke
- Wonen+werken in de hoek Oude Rijksstraatweg ten noorden van het spoor
ontwikkelingen - Zojuist gerealiseerde woningbouw in stationsomgeving, ten zuiden van het spoor. Daarnaast stedelijke verdichting in de spoorzone, combi wonen-werken; - Nieuwe bebouwing ten zuiden van spoor, bij station, is ontworpen op NaNOV-prognoses dus op maximaal 21 goederentreinen in de dagperiode.
Overige
Plan voor westelijke rondweg Twello met tunnel onder het spoor door, in combinatie met
ontwikkelingen sluiting van twee overwegen.
Verkeer
Overgangen
Thans 13 gelijkvloerse spoorwegovergangen, waarvan 6 onbewaakt.
Verkeers-
In de kern van Twello momenteel 6 gelijkvloerse spoorwegovergangen, van west naar oost:
afwikkeling
Molenstraat, Stationsstraat (bij station), Penninkslaantje (onbewaakt voor voetgangers), Domineestraat, Holthuizerstraat, en Demhorstlaan. Relatie N344-A1 wordt steeds belangrijker, moet echter altijd spoor gelijkvloers kruisen. Belangrijke fietsroute van/naar Apeldoorn, vanwege ROC-school in Twello, ten zuiden spoor. Hierdoor problemen met afwikkeling van auto- fiets- en busverkeer.
Verkeers-
3 Dodelijke ongevallen op onbewaakte spoorwegovergangen in de laatste 2 jaar
veiligheid
daarnaast diverse letselongevallen. Daarmee staat Voorst op de eerste plaats qua overwegonveiligheid in Nederland.
Milieu
Geluid
In 1987 zijn er 382 woningen bepaald om te saneren langs de spoorlijn Apeldoorn-Deventer. In buitengebied en bij spoorwegovergangen zijn inmiddels 24 (van de 70) woningen gesaneerd. In Twello zijn railschermen en raildempers geplaatst waardoor hier nog 23 woningen (van de 312) moeten worden gesaneerd. In de periode 2001-2011 ontvangen die 23 woningen aanvullende gevelinsolatie. In totaal zijn er nog (46 + 23 =) 69 woningen te saneren. Nabij overwegen zijn er klachten met betrekking tot geluidsoverlast.
Trillingen
Momenteel geen problemen, er zijn wel klachten bekend.
Externe
Door toename van de frequenties op het spoor, ook toename risico voornamelijk met
veiligheid
gevaarlijke stoffen. Dicht bij het spoor liggen verzorgingscentra, medisch centrum en andere kwetsbare voorzieningen.
Natuur, ecologie
Barriere-
In huidige situatie reeds barrièrewerking door gelijkvloerse spoorwegovergangen.
en landschap
werking
Wanneer overwegen (moeten) worden opgeheven moet (landbouw)verkeer omrijden. Dit zorgt voor grote barrièrewerking, met name voor landbouw- en recreatieverkeer. In kern van Twello barrièrewerking voor auto- en busverkeer, met name bij het station.
Visuele
Door plaatsing van schermen ontstaat visuele hinder (barrière) en landschapsaantasting.
effecten
In buitengebied géén schermen gewenst, anders aantasting van het open landschap.
EHS
Binnen gemeente op drie locaties een doorsnijding op het traject Deventer - Apeldoorn EHS- en natte verbinding bij Apeldoorn: 'Gebiedsvisie Weteringsebroek', zowel ten noorden als ten zuiden van het spoor (visie is inmiddels vastgesteld).
Natura 2000
Voorst vormt het groene hart van de Stedendriehoek. Spoor Apeldoorn-Deventer doorsnijdt Nationaal Landschap, veel landgoederen in dit gebied.
Stilte-
Nee
gebieden
Water-
Nee
winning grondwater bescherming
Overig
Recreatie
Boerencampings, Bed&Breakfast Fietsen en wandelen (lange afstandspad Hanzepad)
Rampen-
Nabijheid van vliegveld Teuge, bereikbaarheid voor nood- en hulpdiensten mag
bestrijding
niet in het gedrang komen door veelvuldig en lang gesloten spoorwegovergangen.
Regionaal OV
Stimulering treindiensten Stedendriehoek. Halte Twello is reeds succes (2000 opstappers/dag). Daarnaast alleen buurtbussen in de gemeente.
BIJLAGE
XI Inventarisatie Rijssen-Holten
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
Gemeente/Regio
Gemeente Rijssen-Holten
Aanwezigen bij overleg
Marc van Dijk (teamleider handhaving) Jan van Eik (senior ruimtelijke ordening)
Ontwikkelingen
NaNOV
- plaatsing geluidsschermen op verschillende locaties in Holten en Rijssen;
maatregelen
- realisatie van ongelijkvloerse kruisingen in Rijssen.
Ruimtelijke
- ontwikkeling nieuwe woonwijk de Kol direct ten oosten van station Holten aan zuidzijde;
ontwikkelingen spoor gepland zonder geluidsscherm ( met raildempers) met vrij uitzicht op de Holterberg; - ontwikkeling nieuwe woonwijk Meermanskamp ten oosten van station Holten aan noordzijde van het spoor tegen de Holterberg aan, gepland met geluidsscherm; - ontwikkeling centrumlocatie bij station Rijssen met woon- en werkfunctie; - ontwikkeling bedrijventerrein en ROC ten noorden van station Rijssen.
Overige
- er zijn in de gemeente Rijssen-Holten vragen gesteld aan vanuit de gemeente raad met
ontwikkelingen betrekking tot de spoorproblematiek; - de gemeente heeft al verschillende malen een brief naar het ministerie V&W gestuurd over de problematiek.
Verkeer
Overgangen
De problemen met betrekking tot overgangen zijn beperkt in de gemeente Rijssen-Holten. Alle overgangen in de gemeente zijn reeds beveiligd. In Rijssen zijn bijna alle overgangen ongelijkvloers of worden op dit moment zo aangelegd. Er blijft in Rijssen slechts 1 gelijkvloerse kruising over. In Holten zijn meerdere gelijkvloerse kruisingen. De kruising met de N360 is een drukke kruising en gelijkvloerse overgang ter hoogte van het station (voor fietsers en voetgangers) vraagt aandacht bij intensivering van het spoorvervoer.
Verkeersafwikkeling
Er zijn in de gemeente Rijssen-Holten alleen bij de overgang Roelof Bosmastraat naar de Holterstraatweg en bij de overgang in de Provinciale weg naar Holten problemen te verwachten met betrekking tot verkeersafwikkeling door intensivering van het spoor goederenvervoer, Ook vraagt het recreatie (fiets)verkeer, voornamelijk in Holten, de aandacht.
Verkeers-
Er zijn geen problemen met betrekking tot verkeersveiligheid in de gemeente gerelateerd aan het spoorvervoer.
veiligheid Milieu
Geluid
Bij toename van het goederenvervoer over het spoor ontstaan in de gehele gemeente problemen door overschrijding geluidsnormen. Op verschillende locaties moeten geluidsschermen worden geplaatst. Dit levert vooral een probleem op bij de nieuwbouwwijk de Kol in Holten. Deze wijk is ontworpen met vrij uitzicht op de Holterberg. Bij toename van het goederenvervoer zijn geluidsschermen noodzakelijk en moet het bestemmingsplan worden gewijzigd. Ook op verschillende andere locaties zijn geluidsschermen ongewenst. Bij reeds geplaatste schermen op basis van NaNOV belastingen is de vraag of deze nog wel voldoen. Er zijn al woningen gesaneerd in het kader van NaNOV. Het merendeel van de sanering wordt uitgevoerd met behulp van geluidsschermen en niet aan de woning zelf. Er staan nog verschillende woningen op de lijst om gesaneerd te worden.
Trillingen
Toename van het goederenvervoer leidt tot problemen bij zowel bestaande bebouwing langs het spoor als bij geplande bebouwing.
Externe
Op verschillende locaties ontstaan problemen met externe veiligheid als de hoeveelheid goederentreinen met gevaarlijke stoffen toeneemt. Dit geldt o.a.voor de nieuwe woonwijk de Kol. Deze valt nog net binnen de normen op basis van bestaande prognoses. Bij intensivering van het vervoer worden normen overschreden. In het centrum van Rijssen is het groepsrisico hoog.
veiligheid
Natuur, ecologie
Barriere-
en landschap
werking
De toename van het goederenvervoer leidt tot de aanleg van veel geluidsschermen in Holten en Rijssen langs het spoor. Deze geluidsschermen vormen voornamelijk een visuele barriere en passen niet binnen het beeld van de dorpen en het landschap. De barrierewerking voor het verkeer is beperkt door de vele ongelijkvloerse kruisingen.
Visuele
zie voorgaand punt
effecten EHS
De ecologisch hoofdstructuur wordt doorsneden door het spoor ter hoogte van de wijk Veneslagen in Rijssen.
Natura 2000
Geen opmerkingen
Stilte-
Geen opmerkingen
gebieden Waterwinning Ten oosten van Holten ligt een grondwaterbeschermingsgebied en tevens pompgebied voor en grondwater drinkwater. Toename van het goederenvervoer leidt tot een verhoogd risico voor vervuiling van grond- en drinkwater. Overig
Recreatie
Recreatie is voornamelijk in Holten erg belangrijk. Holten trekt veel fietsers en wandelaars. Bij toename van het spoorgoederenvervoer kunnen problemen ontstaan met betrekking tot oversteekbaarheid van het spoor en de veiligheid. Daarnaast ligt o.a. het bungalowpark van Landal Greenparcs bij Holten direct naast het spoor. Dit park heeft overlast bij intensivering van het spoorvervoer.
Rampenbestrijding
De nieuwe tunnels in Rijssen hebben speciale voorzieningen voor de brandweer. De bereikbaarheid van het spoor hier is goed. De vele geluidsschermen beperken wel de bereikbaarheid van het spoor. Daarnaast is de bluswatervoorziening een probleem en is de vraag of de brandweer wel voldoende capaciteit heeft om bij grote spoorongevallen in te grijpen.
Regionaal OV
- de gemeente wil personenvervoer over het spoor in stand houden dan wel uitbreiden.
BIJLAGE
XII Inventarisatie Wierden
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
Gemeente/Regio
gemeente Wierden
Aanwezigen bij overleg
Jan Reefhuis, beleidsmedewerker milieu
Ontwikkelingen
NaNOV maatregelen
Stalen spoorbrug over de Regge niet gesaneerd en spoorwegovergang bij station niet goed in beeld gebracht; daarom kansen gemist bij NaNOV-saneringen. NaNOV-schermen worden in 2010 geplaatst. Ook scherm bij gemeentegrens met Rijssen. Alle schermen zijn 1,75 meter hoog. Ook plaatsing van raildempers.
Ruimtelijke
- plan Zenderik ten noorden van Wierden, geen relatie met spoor;
ontwikkelingen - plan Zuidbroek ten zuiden van Wierden, direct langs A35 en N36; geen relatie met spoor; - Masterplan Stationsomgeving "Wierden verbindt, Wierden ontmoet", tunnelproject incl. revitalisering bedrijventerreinen Hoge Lucht en Kluinveen en herinrichting stationsomgeving.
Overige
- mogelijke aanleg fietspad F35, langs de A35 of langs het spoor;
ontwikkelingen - bij Spoorstraat komt in 2012 tunnel onder spoor door t.h.v. Dikkenseweg-Hogeluchtsweg; - plan Esrand (Vd Valk-vestiging e.o.); - gedeeltelijke verplaatsing/herinrichting drinkwaterwinlocatie Wierden (3e productieveld).
Verkeer
Overgangen
In de kern heeft Wierden drie gelijkvloerse spoorwegovergangen: Nijverdalsestraat en Hexelseweg en Spoorstraat bij het station. Bij Spoorstraat komt in 2012 tunnel onder het spoor door t.h.v. Dikkenseweg-Hogeluchtsweg. In het buitengebied liggen 5 ongelijkvloerse kruisingen, allen aan de westzijde.
Verkeers-
In huidige situatie knelpunten m.b.t. verkeersafwikkeling en verkeersveiligheid vanwege de
afwikkeling
bereikbaarheid en barrièrewerking door de 3 gelijkvloerse kruisingen met het spoor. Interne noord-zuid verbinding in Wierden-West wordt mogelijk probleem voor auto-, busen fietsverkeer, vanwege gelijkvloerse spoorwegovergangen; daardoor barrière. Problemen voor landbouwverkeer in het buitengebied, vanwege gelijkvloerse overwegen.
Milieu
Verkeers-
Zie verkeersafwikkeling: alleen Wierden-west en buitengebied mogelijk problematisch
veiligheid
vanwege gelijkvloerse spoorwegovergangen.
Geluid
Volgens raillijst zijn er nog 50 woningen die boven de 63 dB uitkomen. De rek is eruit, toename goederenvervoer (hogere geluidsbelasting) niet meer op te vangen. Alleen bronmaatregelen nog oplossing (bijvoorbeeld stiller materieel) NaNOV onderhandelingakoord voorziet in max. 40 goederentreinen per etmaal op Twentelijn. Dat wil zeggen: bestaande 19 treinen + maximaal 21 treinen (dagperiode) erbij.
Trillingen
Klachten van omwonenden en scheuren in de woningen. Nog geen onderzoek uitgevoerd.
Externe
Groepsgebonden Risico: oriëntatiewaarden OK op basis van cijfers 2003 (= prognose 2015).
veiligheid
Echter, met 2007-cijfers (= prognose 2020) al een overschrijding van de oriëntatiewaarde. Persoonsgebonden Risico contour ligt op 21 meter uit hart spoor. Bij splitsing spoor naar Zwolle en Deventer ligt een LPG-reservoir op <15 m. uit spoorbaan.
Natuur, ecologie
Barriere-
In huidige situatie al barrièrewerking bij drie gelijkvloerse spoorwegovergangen in de kern.
en landschap
werking
Door tunnel wordt deze deels weggenomen. Ook in buitengebied barrière voor landbouw- en recreatieverkeer door gelijkvloerse overwegen.
Visuele
Plaatsing van schermen stuit niet op bezwaren; liever visuele hinder dan geluidhinder.
effecten
EHS
De Grimberg, bij de gemeentegrens met Rijssen.
Natura 2000
Wierdenseveld, op ca. 3 km afstand van het spoor.
Stilte-
Wierdenseveld, op ca. 3 km afstand van het spoor.
gebieden
Water-
Twentelijn ligt midden in grondwaterbeschermingsgebied v/d drinkwaterwinplaats Wierden.
winning
Puttenveld 2 ligt pal langs het spoor Deventer-Almelo, ten westen van Wierden.
grondwater
Puttenveld 1 ligt pal langs het spoor Wierden-Zwolle, ten zuidwesten van Wierden.
bescherming
Overig
Recreatie
Golfterrein De Koepel, langs het spoor tussen Wierden en Rijssen. Camping de Grimberghoeve, bij de grens met Rijssen en ten noorden van het spoor. Recreatiepark 't Mölke bij Rijssen, nauwelijks relatie met het spoor.
Rampen-
Vitens heeft een hoofdtransportleiding langs het spoor liggen; dit biedt wellicht
bestrijding
mogelijkheden voor aftap van bluswater / tevens kwetsbaar voor calamiteiten. Spoor richting Almelo ligt op een verhoogde spoordijk, ca. 2 meter boven maaiveld.
Regionaal OV
Agglo-lijn (Twentelijn) wordt geintensiveerd en gestimuleerd, zo is de bedoeling. Zie ook document "Wierden verbindt, Wierden ontmoet".
BIJLAGE
XIII
Inventarisatie Almelo
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
Gemeente/Regio
Gemeente Almelo
Aanwezigen bij overleg
Marcel Groeneveld (externe veiligheid) Viola Jager (milieu, projecten basisnet spoor)
Ontwikkelingen
Bert Snellenberg (geluid en luchtkwaliteit) Er zijn verschillende schermen geplaatst in het kader van NaNOV. NaNOV Bij Almelo verdiept worden naast schermen (2010) ook raildempers toegepast (deels maatregelen NANOV). Langs het spoor bij de Schuilenberg singel zijn schermen gepland (2010). De scherm hoogte is gebaseerd op 40 goederentreinen in de dagperiode; alleen bij onderbrekingen bij overgangen zijn extra maatregelen voor woningen nodig. Fietstunnel/overweg/fietsroute Eilandbrug is geheel NANOV. - ontwikkeling van wonen en werken op het Indië terrein (langs het spoor); - ontwikkeling wonen naast het nieuwe ROC en tegenover het station; ontwikkelingen - ontwikkeling van diverse kleine en grote ontwikkelingen nabij spoor (Fortezza, twent Centrum Bella vista). Ruimtelijke
- de projecten basisnet spoor, spoorzones en milieuvergunning worden in het najaar opgestart in Almelo met betrekking tot het spoor; ontwikkelingen - er wordt momenteel gekeken naar het rangeerterrein, dit kan een knelpunt vormen op milieugebied, er zijn waarschijnlijk hoge schermen nodig; - verbetering Bereikbaarheid station (fietssnelweg) en verbreding voetgangerstunnel. Overige
Verkeer
Overgangen
De meeste overgangen in Almelo zijn ongelijkvloers; door aanleg van Almelo verdiept is één van de grootste knelpunten verholpen. Er zijn drie gelijkvloerse kruisingen die momenteel een knelpunt vormen: Aalderinkssingel, Rietstraat en Grote Bavinkelsweg. Deze kruisingen zijn nu al een knelpunt en dit knelpunt zal verder toenemen bij intensivering van het goederenvervoer. Daarnaast zijn er ook twee gelijkvloerse kruisingen (waarvan één op dit moment afgesloten) rond het Nijreesbos.Bij de Aalderinkssingel is in het kader van de NANOV een fietstunnel in voorbereiding. Financiering hiervan is al rond.
Verkeers-
De gelijkvloerse kruising Aalderinkssingel vormt een knelpunt met betrekking tot de verkeersafwikkeling. Ook het OV maakt gebruik van de Rietstraat. De nabijgelegen kruispunten Cesar Franckstraat enTurfkade zullen bij meer en langere dichtliggingen van de overweg geblokkeerd raken met doorstromings en veiligheidsconsequenties.
afwikkeling
Verkeersveiligheid Milieu
Geluid
Trillingen
Externe veiligheid
Bij toename van goederenvervoer zal dichtlichttijd toenemen. Ervaring uit verleden leert dat dan aantal roodlichtnegaties bij overwegen tevens toeneemt. Daarom zullen extra veiligheidsmaatregelen nodig zijn (bijvoorbeeld fietstunnel Aalderinkssingel). De meeste geluidsproblemen worden opgelost door de verschillende geluidsschermen. Er is nog een restlijst van woningen die moeten worden gesaneerd.
De klachten met betrekking tot trillingen zijn beperkt in Almelo; dit aspect wordt wel nadrukkelijk meegenomen in nieuwbouwprojecten. Hier zijn bouwkundige maatregelen noodzakelijk. Er is een groot knelpunt met betrekking tot het groepsrisico in de gehele stationsomgeving, doordat het vervoer van gevaarlijke stoffen de laatste jaren fors is toegenomen. Volgens berekeningen van Almelo wordt de oriëntatiewaarde 137 maal overschreden (met prognoses uit 2007, zonder Bleve vrij rijden en met alle ontwikkelingen). Volgens berekeningen van het rijk is de overschrijding minder, maar nog steeds heel erg hoog. Gemeente Almelo voorziet grote problemen bij de groepsrisicoverantwoording (incl aspecten als bestrijdbaarheid en zelfredzaamheid) van alle nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen in de stationsomgeving.
Natuur, ecologie
Barrierewerking
Geluidschermen veroorzaken barricades in stad en landschap wat een negatieve invloed heeft op de beleving van deze omgevingmilieus. In het algemeen leveren geluidschermen geen positieve bijdrage aan de ruimtelijke kwaliteit van stad en landschap.
Visuele
Bewoners willen de hoogte van schermen beperkt houden. Ze zijn een verstorend element,
effecten
ze veroorzaken afgeblokte zichtrelaties en ruimtelijk discontinuiteit.
EHS
Er worden wel effecten verwacht op de Flora en Fauna maar in dit stadium kan nog niet concreet worden gemaakt welke dit zullen zijn. Wel kan worden gesteld dat meer vervoer zorgt voor meer verstoring.
Natura 2000
nvt
Stilte-
nvt
en landschap
gebieden Waterwinning nvt en grondwater Overig
Recreatie
Rond het Nijreesbos is veel recreatie.
Rampenbestrijding
Hoge geluidsschermen vormen een beperking voor bereikbaarheid van het spoor voor de brandweer. Deze geeft tevens aan opstelplaatsen en doorgangen in de geluidsschermen nodig te hebben.Het lang dichtzitten van de twee overgebleven overwegen (Aalderinkssingel en Rietstraat) is tevens een probleem voor bereikbaarheid.
Regionaal OV
geen opmerkingen
BIJLAGE
XIV
Inventarisatie Borne
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
Gemeente/Regio
gemeente Borne
Aanwezigen bij overleg
Joachim Wissink, verkeer Arend-Jan Compagner, geluid en monumentenzorg
Ontwikkelingen
NaNOV
- Zuidelijke geluidschermen, tussen Azelostraat en Oonksweg en Noordelijk geluidsscherm tussen Bornerbroeksestraat en industrieterrein Molenkamp, gerealiseerd in 2007;
maatregelen
- Noordelijk geluidscherm tussen A1 en Stationsstraat (alleen oostzijde) gepland in 2010; - Schermen gebaseerd op 2015 NaNOV-prognoses.
Ruimtelijke
- Woningbouwlocatie Bornsche Maten met nieuwe ontsluitingsweg;
ontwikkelingen - Industrieterrein Veldkamp/Buren.
Overige
- Afwaarderen van de bestaande N743 in het kader van Bornse Maten;
ontwikkelingen - Nieuwe randweg langs de A1 met spoortunnel, als verbinding tussen N743 en Kluft; - Fietssnelweg F35 langs het spoor, aan de oostzijde of westzijde; - Kruispunt Stationsstraat-Deldensestraat-Europastraat wordt rotonde (vlak bij spoor); - Kruispunt Parallelweg-Azelosestraat mogelijk in voorrang gewijzigd (faciliteren hoofdstroom).
Verkeer
Overgangen
- In de kern van Borne: 5 gelijkvloerse spoorwegovergangen; - In buitengebied richting Zenderen: twee gelijkvloerse spoorwegovergangen; - In buitengebied richting Hengelo: twee gelijkvloerse spoorwegovergangen; - Overgang richting Hengelo (De Lemerij) wordt afgelosten als Tunnel Amerikalaan gereed is.
Verkeersafwikkeling
Autoverkeer over spoorwegovergang nu al probleem op Azelosestraat en Oonksweg. Deze beide wegen liggen pal naast het station, fietsroutes hebben hetzelfde probleem. Over de Azelosestraat en Deldensestraat loopt een busroute. Recreatief fietsverkeer in buitengebied ondervindt hinder van spoorwegsluitingen.
Milieu
Verkeers-
Chaos bij gesloten spoorwegovergangen, vooral op Azelosestraat.
veiligheid
Vaak storing in AHOB, fietsers/voetgangers kruipen dan ónder spoorbomen door!
Geluid
Schermen zijn niet afdoende, alleen effectief voor de eerstelijns bebouwing. Raillijstwoningen: 23 stuks (railllijst = woningen waar geen geluidscherm mogelijk is), voor 45 woningen zijn, naast de schermen, nog aanvullende gevelmaatregelen nodig. Voor het geplande NaNov geluidsscherm worden ook aanvullende gevelmaatregelen verwacht. Bij toename aantal goederentreinen zijn schermen niet meer toereikend en neemt het aantal gehinderden toe. Daarom zo snel mogelijk geluidsplafonds invoeren. Maximaal inzetten op bronmaatregelen: raildempers en stiller materieel nodig.
Trillingen
Laatste jaren sterke toename van aantal klachten over trillingshinder, vooral door toename van het aantal goederentreinen. Ook worden langere treinen geconstateerd. Vaak meer dan 30 bakken per trein; vrijwel altijd meer dan 'referentienorm' van 25 bakken. Borne heeft eind 2008 trillingsmeting laten verrichten: "hinder voor personen" te verwachten. T.o.v. NaNOV Nul-meting in 2002 (ProRail) is trillingsstrerkte significant toegenomen.
Externe
Gelijkvloerse spoorwegovergangen en woningbouw langs spoor geeft toename van risico
veiligheid
bij toename van vervoer gevaarlijke stoffen. Chloortrein is ook weer gesignaleerd.
Natuur, ecologie
Barriere-
Vooral voor het verkeer in de kern Borne; ook barriere voor nood- en hulpdiensten.
en landschap
werking
Spoorbomen nu al tussen 7 en 12 minuten gesloten in Oonksweg en Azeloseweg tussen 10 en 15 minuten gesloten. Met prognoses voor 2020 zijn deze overwegen 16 resp. 19 minuten gesloten (gemiddeld), waarbij is uitgegaan van 4 IC's, 8 stoptreinen en 6 goederentreinen.
Visuele effecten
Visuele barriere door geplaatste en geplande schermen. Nog uit te voeren schermen aan de zuidzijde van het station 2 meter boven maaiveld, reeds geplaatste schermen aan de noordzijde van het station zijn minder hoog.
EHS
Verbindingszone langs de zuidzijde van Borne, langs de beek en verbindingszone aan de noordwestzijde, vanaf Twickel.
Natura 2000
zie EHS
Stilte-
nee
gebieden
Water-
nee
winning grondwater bescherming Overig
Recreatie
Groene poort is groene long, recreatieuitloopgebied. Toeristisch-recreatief gebied, fiets- en wandelroutes (Kloosterpad). Zie ook: www.groenepoort.nl; Martin van Beek is de projectleider namens de Regio Twente.
Rampen-
Gelijkvloerse spoorwegovergangen en fietsroute (F35) langs het spoor.
bestrijding
Hiermee spoor in de toekomstige situatie over fietsroute aan de oostzijde bereikbaar. Helaas aan de oostzijde ook geluidscherm gepland. Lange sluitingstijden groot probleem voor nood- en hulpdiensten.
Regionaal OV
Intensivering treindiensten tussen Almelo en Hengelo-Enschede.
BIJLAGE
XV
Inventarisatie Hengelo
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
Gemeente/Regio
Gemeente Hengelo
Aanwezigen bij overleg
Herman Aalderink (Beleid en advies, externe veiligheid) Hans Winter (Beleid en advies, geluid en trillingen)
Ontwikkelingen
Marcel Wennink (verkeerskundige) - geluidsschermen tussen de Weideweg en de splitsing van sporen naar Zutphen en Almelo gereed aan beide zijden spoor; maatregelen - schermen vanaf de Enschedesestraat langs Klein Driene aangelegd in 2010/2011. NaNOV
- ontwikkeling nieuw station gezondheidspark aan de westzijde van Hengelo (eerste bouwvergunningen afgegeven); ontwikkelingen - stationsgebied en hart van Zuid (o.a. WTC); - de creatieve fabriek (stuk land tussen splitsing sporen Zutphen en Almelo); - wens voor ontwikkeling halte Veldkamp (bij A1 richting Borne); - wens voor bouw van nieuw stadskantoor ten zuiden van kruising Oldenzaalsestraat en Bornsestraat. Ruimtelijke
Overige
- aanleg laan van Driene tussen N342 en Kuipersdijk (wens).
ontwikkelingen
Verkeer
Overgangen
De problemen met betrekking tot overgangen zijn beperkt in Hengelo. De meeste overgangen zijn ongelijkvloers en er zijn geen onbewaakte overgangen. Wel hebben veel tunnels een beperkte doorrijdhoogte wat de verkeersafwikkeling kan beperken. De overgang met de Kuipersdijk richting Enschede is een knelpunt en de overgang bij Klein Driene zou dit in de toekomst kunnen worden.
Verkeers-
Het goederenvervoer per spoor heeft beperkte invloed op de verkeersafwikkeling door het kleine aantal gelijkvloerse kruisingen. Alleen bij klein Driene maken ook buslijnen gebruik van de gelijkvloerse kruising, dit kan tot een knelpunt leiden bij intensivering van het goederenvervoer.
afwikkeling
Verkeersveiligheid
Milieu
Geluid
Trillingen
Externe veiligheid
Met betrekking tot verkeersveiligheid zijn er geen knelpunten in Hengelo door het goederenvervoer per spoor. Wel is men bezorgd over het versterken van viaducten waardoor goederentreinen met hogere snelheid door de stad kunnen rijden.
Door aanleg van de geluidsschermen is het mogelijk om net binnen de geluidsnormen te blijven op basis van de NaNOV prognoses. Bij intensivering van het goederenvervoer ontstaat een probleem. Dit is wellicht deels op te lossen door stillere voertuigen. Er is geen sprake van geluidsdempers in Hengelo. Er staan nog woningen op de saneringslijst. De gemeente Hengelo heeft trillingsonderzoek laten uitvoeren. Trillingen zijn een groot probleem. In verschillende gebieden is schade geconstateerd aan wonigen (scheuren, stutten van woning nodig). Op basis van SPR richtlijnen is nual sprake van hinder tot ernstige hinder. Verschillende woningen worden momenteel gemonitord. De contour voor het plaatsgebonden risico ligt overal binnen het spoor en levert geen problemen op. Het groepsrisico vraagt om de aandacht. Volgens voorlopgie berekeningen wordt met de toekomstige ontwikkelingen de oriëntatiewaarde 16x overschreden. Deze berekeningen zijn op basis van hoge snelheden. De werkelijke overschrijding zal minder zijn, maar er blijft overschrijding. Bleve vrije treinen kunnen het probleem deels oplossen. Tot op heden zijn ontwikkelingen getoetst op basis van prognoses 2003, echter nu met prognoses 2020, deze liggen veel hoger.
Natuur, ecologie en landschap
Barrierewerking
geen problemen
Visuele effecten
nog geen problemen, maar bij hogere geluidsschermen wel
EHS
geen opmerkingen
Natura 2000
geen opmerkingen
Stiltegebieden
geen opmerkingen
Waterwinning geen problemen en grondwater
Overig
Recreatie
geen opmerkingen
Rampen-
Voor de brandweer zijn hele stukken bij woningen/schermen niet bereikbaar. In de stationsomgeving wordt een bluswater voorziening aangelegd.
bestrijding
Regionaal OV
- nieuwe buslijn de Krakeling (door Enschede en Hengelo), over verschillende gelijkvloerse kruisingen; - proef met nieuwe treinverbinding tussen Hengelo en Bad Bentheim; - doortrekken van de trein Gronau-Enschede naar Hengelo.
BIJLAGE
XVI
Inventarisatie Oldenzaal
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
Gemeente/Regio
gemeente Oldenzaal
Aanwezigen bij overleg
Huub van Uum, planoloog en projectleider Stationsplein e.o.
Ontwikkelingen
Rudy de Groote, projectleider Stationspark Oldenzaal Centraal In het centrum zijn schermen geplaatst, tussen Eektestraat en Spoorstraat (noordzijde) NaNOV maatregelen
daarnaast zijn voorzieningen getroffen aan de woningen zelf. De raillijst is verder leeg, er zijn dus geen resterende saneringsgevallen.
Ruimtelijke - Plan Stationspark Oldenzaal Centraal met 600 á 700 woningen en 18000 m2 voorzieningen; ontwikkelingen - Plan Zorgplein Oldenzaal met ziekenhuis en woonzorgcentra. Ziekenhuis: 13.000 m² nieuwe ontwikkeling. Planning: realisatie van 300 woningen tot 2020; - Tussen nu en 2011 start de uitvoering voor het eerste deel, Stationsplein (noordkant spoor); - Tussen nu en 2012 start de uitvoering voor het tweede deel, Bisschop Balderstraat e.o (zuidkant spoor); - Twee overige plangebieden Stationspark Oldenzaal Centraal na 2020; - Plan Jufferbeek-zuid, industrieterrein grenzend aan het spoor, realisatie in 2014; - Revitalisering industrieterrein de Eekte en Het Hazewinkel, ten zuiden van het spoor. Overige - Momenteel in uitvoering en dit jaar gereed: autotunnel in de Eektestraat; ontwikkelingen - Plan Oldenzaal-Centraal: verdiepte ligging van het spoor gewijzigd in mogelijke ligging op maaiveld; - Herijkingsonderzoek bij gelijkblijvend spoor: in ieder geval ongelijkvloerse kruisingen van Spoorstaat (is nu een tunnel) en de Boerskottenlaan (laatste wordt alleen fietsverbinding) - Ontwikkeling nieuwe noord-zuid-verbinding van Zuid Berghuizen naar de Binnenstad (de zogenaamde Groene Loper); ongelijkvloerse kruising. - In het kader van opheffing barrièrewerking heeft Oldenzaal uit de regeling 'Spoorse doorsnijdingen' een bijdragen ontvangen voor de opheffing van de rangeersporen en de aanleg van de fietstunnel Boerskottenlaan. De instemming met de opheffing van de rangeersporen is begin 2009 door ProRail ingetrokken vanwege het intussen toegenomen spoorgoederenvervoer. Daarmee wordt de opheffing van de barrièrewerking en de plannen voor ruimtelijke ontwikkeling nu al bemoeilijkt. Verkeer
Overgangen
Binnen de gemeentegrenzen 7 spoorwegovergangen, waarvan 5 ongelijkvloers, te weten: Zandsteenweg, Rijksweg A1 (ong.), Hazewinkelweg (ong.), Visschedijkweg (ong.), Eektestraat (ong./2009), Spoorstraat (ong.) en Koppelboerweg.
Verkeers-
Alleen afslag 32, nabij gelijkvloerse spoorwegovergang Zandsteenweg, wordt een probleem
afwikkeling
wanneer deze autosnelwegaansluiting wordt gereconstrueerd.
Verkeers-
Geen problemen
veiligheid (overwegen) Milieu
Geluid
Geluid is nu al een probleem bij realisatie van de woningbouwplannen rond het station. Met 'oude' prognoses spoorvervoer zouden 152 woningen niet gerealiseerd kunnen worden. Toename van het treinverkeer conflicteert met eerder verleende hogere waarden (Wgh). Hoge(re) geluidsniveaus belemmeren de ruimtelijke ontwikkelingen nabij het spoor en hebben een negatieve invloed op de leefomgeving.
Trillingen
Door de toename van het aantal zwaardere en langere goederentreinen ondervinden de aanwonenden in toenemende mate trillingshinder. Dit wordt bevestigd door de gehouden trillingsmetingen. Reeds in 2002 is in Oldenzaal de hoogste trillingssnelheid gemeten. Uit onlangs in 2009 gemeten trillingen blijkt deze waarde zelfs te zijn verdrievoudigd.
Externe
Nu geen problemen, bij toename goederenvervoer wel. Groepsgebondenrisico zal een knelpunt opleveren.
veiligheid
Naast en nabij het spoor bevinden zich woonwijken en voorzieningen zoals scholen. In nieuw Zorgplein Oldenzaal-plan (ong. 200 meter van spoor) herontwikkelen ziekenhuis en woonzorgcentra. Mogelijke gevolgen voor groepsgebonden risico. Toename van goederenvervoer over spoor leidt daarom tot een groter groepsrisico en daarmee verbonden extra beheersmaatregelen en/of beperkingen.
Natuur, ecologie
Barriere-
Spoorbaan in centrumgebied is thans barrière, omdat het het gebied in tweeën splitst,
en landschap
werking
daarom is er een wijkvisie Zuid Berghuizen geheten: "Verbinden".
Visuele
Schermen tot 1 á 1,5 meter hoog worden niet als een probleem gezien.
effecten
In het centrumplan kan met aarden wallen worden gewerkt vanwege grote hoogteverschillen.
EHS
EHS verbinding aan westzijde, dwars over het bedrijventerrein Hazewinkel, als verbinding tussen Lonnekerberg en Het Hulsbeek/Deurningen.
Natura 2000
Nationaal landschap aan de oostzijde, richting De Lutte (stuwwallengebied).
Stilte-
nvt
gebieden
Water-
Niet direct bij de spoorbaan.
winning grondwater bescherming Overig
Recreatie
Het Hulsbeek, ten westen van Oldenzaal Groene loper in het stationsgebied, noord-zuid Recreatieve fietsroutes Boerskotten e.o., ten oosten van Oldenzaal, kruisend met spoor Wandelroutes, vooral ten oosten van Oldenzaal richting De Lutte, spoorkruisend Zie website 'omgevingsvisie provincie' van provincie Overijssel
Rampen-
Voorzieningen zijn mogelijk aan te leggen, spoor niet goed bereikbaar.
bestrijding
Regionaal OV
In 2010 reactivering voorzien van de grensoverschrijdende lijndienst naar Bad Bentheim. Met station Hengelo gaat een 15-min dienst komen. Het bestaande spoor heeft onvoldoende capaciteit om naast het verwachte goederenvervoer de gewenste uitbreiding van het reizigersvervoer mogelijk te maken.
Opmerkingen
Goederenvervoer (toename) zal in principe op nieuw spoor gerealiseerd dienen te worden. Anders dienen verschillende voorzieningen t.b.v. geluid en externe veiligheid te worden gerealiseerd.
BIJLAGE
XVII
Inventarisatie Lochem
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
Gemeente/Regio
gemeente Lochem
Aanwezigen bij overleg
Remko Schultz, verkeerskundige Willem Peeks, milieukundige (deel van overleg)
Ontwikkelingen
NaNOV
Zie onder kopje 'geluid'
maatregelen
Alleen gevelmaatregelen, geen schermen.
Ruimtelijke
- Plan Diekink in Lochem, bedrijventerrein ten noorden van spoorlijn Zutphen-Hengelo;
ontwikkelingen - Plan Aalsvoort-West in Lochem, bedrijventerrein ten zuiden van spoorlijn; - Plan Stijgoort in Lochem, bedrijventerrein ten zuiden van Goorseweg (te ver van spoorbaan); - Nieuw plan voor gemeentehuis in Lochem, langs kanaal: plan "Etalage naar de toekomst".
Overige
- Verbreding en omlegging N346 bij Lochem, direct grenzend aan het spoor Zutphen-Hengelo;
ontwikkelingen - Rondweg Eefde, ten zuiden van Eefde; - Rijkswaterstaat is voornemens sluizencomplex Eefde uit te breiden.
Verkeer
Overgangen
Veel gelijkvloerse, waarvan enkele nog onbewaakte, spoorwegovergangen. Met name in de kern Eefde relatief veel gelijkvloerse spoorwegovergangen, te weten: lijn naar Hengelo: Meijerinkstraat, Dr v/d Hoevenlaan/N348, Schoolstraat, Kapperallee; lijn naar Deventer: Meijerinkstraat, Nachtegaalstraat, Zutphenseweg/N348. In Lochem wellicht extra spoorwegovergang nodig tussen Diekink en Aalsvoort-West.
Verkeers-
Kern Eefde wordt thans doorsneden door twee spoorlijnen: Zutphen-Hengelo en Zutphen-Dev.
afwikkeling
In geval van intensivering zijn afwikkelingsproblemen op overwegen in Eefde te verwachten. In geval van noodzakelijke verbinding tussen bedrijventerrein Diekink en Aalsvoort in Lochem, moet er een verbinding over het spoor komen. Intensivering van aantal treinen of zelfs spoorverdubbeling beperkt dan verkeersafwikkeling.
Milieu
Verkeers-
Nu geen probleem, wél bij verdubbeling van de spoorlijn Zutphen-Hengelo.
veiligheid
Nog een aantal onbewaakte spoorwegovergangen.
Geluid
Het is de bedoeling dat woningen op de raillijst uiteindelijk allemaal gesaneerd gaan worden. De maatregelen worden betaald uit ISV gelden van het ministerie van VROM. Als geluidoverlast toeneemt als gevolg van intensiever gebruik van het spoor, dient de veroorzaker de maatregelen te betalen. Veruit de meeste woningen die last hebben van spoorweglawaai, liggen in Eefde.
Trillingen
Geen knelpunten bekend in huidige situatie.
Externe
Aandachtspunt in Eefde.
veiligheid
Natuur, ecologie
Barriere-
Kern Eefde wordt thans doorsneden door twee spoorlijnen: Zutphen-Hengelo en Zutphen-Dev.
en landschap
werking
Daarom nu reeds barrièwerking; wordt bij intensivering of verdubbeling alleen maar groter. In geval van noodzakelijke verbinding tussen bedrijventerrein Diekink en Aalsvoort in Lochem, moet er een verbinding over het spoor komen. Intensivering van aantal treinen of zelfs spoorverdubbeling vergroot dan barrière.
Visuele
Speelt mogelijk bij Eefde, ingeval van spoorverdubbeling voor de lijn Zutphen-Hengelo.
effecten
EHS
- natuurgebied Ampensche Veld; - gebied rond Verwolde; - gebied rondom Epse, Eefde, N346 en Barchem (bij Barchem ook Natura 2000).
Natura 2000
- gebied rondom Barchem (ook EHS)
Stilte-
geen opmerkingen
gebieden
Water-
Niet in gebied direct bij spoor
winning grondwater bescherming
Overig
Recreatie
Veel fietsroutes kruisend met het spoor, met name in Exel en Almen. Diverse campings en andere recreatie voorzieningen langs beide spoorlijnen.
Rampen-
Bereikbaarheid van spoor met name in Eefde een probleem, niet alleen vanwege twee
bestrijding
spoorlijnen, maar ook vanwege woonwijken dicht op het spoor.
Regionaal OV
Busroute door Almen & Eefde. Treinlijn: continuering van de huidige situatie, geen extra lijnen.
BIJLAGE
XVIII
Inventarisatie Hof van Twente
Witteveen+Bos AH563-1 Inventarisatie lokale bedreigingen door toename van het spoorgoederenvervoer in Oost-Nederland definitief d.d. 3 december 2009
Gemeente/Regio
gemeente Hof van Twente
Aanwezigen bij overleg
John Meijer, allround medewerker verkeer en vervoer
Ontwikkelingen
NaNOV
Niet van toepassing
maatregelen
Ruimtelijke
- Vakantiepark bij Stokkum, start bestemmingsplanprocedure september/oktober 2009;
ontwikkelingen - Goor: Plan Constantijnhof, ca. 50 woningen tegenover het station; - Delden: Plan Braak-West, woningbouw tussen spoor en kanaal.
Overige
Geen
ontwikkelingen
Verkeer
Overgangen
19 spoorwegovergangen: 2 ongelijkvloers (provinciale wegen) en 17 gelijkvloers
Verkeers-
Nu geen problemen; bij intensivering of verdubbeling van aantal sporen wordt dat anders.
afwikkeling
Vanwege groot aantal gelijkvloerse spoorwegovergangen zal auto- en landbouwverkeer stagnatie ondervinden door lange(re) sluitingstijd; dit geldt ook voor recreatief fietsverkeer en busverkeer (drie regionale buslijnen). Bijkomend probleem: beperking aslasten op twee bruggen over Twentekanaal.
Milieu
Verkeers-
Door groot aantal gelijkvloerse overwegen grotere kans op ongevallen bij toename treinen.
veiligheid
Door langere wachttijden meer kans op roodlichtnegatie door fietsers.
Geluid
Speelt nu reeds vanwege illegale goederentreinen, overschrijding milieuruimte. In 2006 zorgden de zogenaamde Volvo-treinen voor geluidoverlast. Raillijst beschikbaar: 24 woningen boven de 65dB (2 in Markelo, 4 in Delden, 18 in Goor)
Trillingen
Speelt nu reeds vanwege illegale goederentreinen. Door korte afstand bebouwing-spoor en/of type ondergrond. In 2006 zorgden de zogenaamde Volvo-treinen voor trillingsoverlast.
Externe veiligheid
Nu geen probleem, bij toename goederentreinen wél.
Natuur, ecologie
Barriere-
Ingeval van langere sluiting overwegen zal er een toename aan barrièrewerking zijn.
en landschap
werking
Bij mogelijk noodzakelijk opheffing spoorwegovergangen nóg grotere barrièrewerking, (fors) omrijden en verkeer waar het niet wenselijk is. Bijkomend probleem: beperking aslasten op twee bruggen over Twentekanaal.
Visuele
Nu open landschap, in geval van geluidwerende voorzieningen in
effecten
de vorm van schermen visuele treedt barrière op.
EHS
EHS-verbinding Herike-Stokkum EHS-verbinding Twickel-Beckum
Natura 2000
3 landgoederen: Twickel, Weldam en Westerflier
Stilte-
nvt
gebieden
Water-
Grondwaterbeschermingsgebied ten westen van Goor.
winning
Overig
Recreatie
Park Camping Mooi Delden nabij Delden-Oost
Rampen-
Regionaal coördinatieplan spoorwegen opgesteld voor rampenbestrijding.
bestrijding
Regionaal OV
Toedeling treinpaden door ProRail nadelig voor regionaal personenvervoer per trein. Bij toename aantal goederentreinen neemt vraag naar aantal treinpaden evenredig toe. Door beperkte capaciteit leidt toename goederentreinen tot beperking personenvervoer. Staat haaks op ingezet beleid van de Regio Twente; Syntus spoordienst belangrijk in regio. Vermindering van dienstverlening aan bewoners van Goor en Delden.