PROJECTHANDLEIDING 'Zo doen wij dat!' in de Jeugdzorg Kerntaak 1:
Kerntaak 2:
Kerntaak 3:
Opstellen van een activiteitenprogramma en een plan van aanpak 1.1 Inventariseert de situatie en de wensen van het kind/de jongere 1.3 Maakt een plan van aanpak Opvoeden en ontwikkelen van het kind/de jongere 2.1 Biedt het kind/de jongere opvang 2.5 Ondersteunt het kind/de jongere bij werk, scholing en vrije tijd Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken 3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.8 Evalueert de werkzaamheden
Je bent nu bijna aan het eind van je opleiding SAW. Je hebt in drie jaar tijd verschillende soorten jeugdzorginstellingen leren kennen. Je hebt een beeld gekregen van hoe er op verschillende manieren om wordt gegaan met het begrip 'kwaliteit' in de praktijk. De jeugdzorg is veel in het nieuws. De (on)veiligheid van kwetsbare kinderen en jongeren is steeds weer een punt van zorg. Voor de kinderopvang zijn er duidelijke regels opgesteld. De GGD en het Nederlandse veiligheidsinstituut houden door middel van toetsingskaders toezicht op de kwaliteit van de kinderopvang. Binnen de jeugdzorg zijn de kwaliteitseisen in veel gevallen minder duidelijk omschreven en wordt er niet altijd gebruik gemaakt van een afgebakende toetsingskader. Het werkveld is zó breed en verschillend dat het moeilijk is een duidelijk overzicht van de kwaliteitseisen te maken. En toch is het waarborgen van de kwaliteit van de opvang van jongeren, en daarmee ook de veiligheid van deze doelgroep, één van de belangrijkste taken van een jeugdzorgmedewerker… Van jou dus! In dit project ga je een kwaliteitsonderzoek doen naar een aantal aandachtspunten binnen jouw praktijkinstelling en hiervan schrijf je een onderzoeksverslag. Je gaat onderzoeken hoe het (pedagogisch) beleid en het beleid met betrekking tot netwerken en beheer er uit zien in jouw praktijkinstelling. Je bevindingen en conclusies verwerk je in een herinnerings-veranderingsvoorstel. Daarnaast toon je door middel van een zelf gekozen casus aan dat je in staat bent een goed plan van aanpak te schrijven voor een kind of jongere uit je praktijkinstelling.
1 PW 4 jeugdzorg “zo doen wij dat”
2011
2011 – 2012 MBO College Hilversum Welzijn
PRESTATIES A B C D
Een Onderzoeksverslag over beleid, beheer en netwerk Een verandering/ herinneringsvoorstel Casus en Plan van Aanpak Een visieverslag
Deel A Beschrijf de volgende aandachtspunten in je onderzoeksverslag: Beleid: 1. Wat is de missie van jouw instelling? 2. Wat is zijn de doelstellingen van jouw instelling? 3. Beschrijf het personeelsbeleid (bijvoorbeeld: opleidingen van collega‟s, en eventueel vrijwilligers, eisen die hieraan gesteld worden, CAO. 4. Beschrijf het financieel beleid ( hoe komt de instelling aan geld, welke verantwoording moet de instelling afleggen aan wie? Hoe wordt het geld ingezet?) 5. Beschrijf het marketingbeleid. 6. Beschrijf het communicatiebeleid. 7. Maak een SWOT- Analyse van jouw organisatie Beheer: 1. Beschrijf de gang van zaken binnen jouw instelling voor wat betreft de openstelling en sleutelbeheer, de veiligheid, de openbare en gesloten ruimten en het afstemmen van het werk op elkaar. 2. Beschrijf welke verzekeringen jouw instelling heeft. 3. Sluit een kopie bij van de inventaris- en voorraadlijst 4. Geef een beschrijving van het groot en klein onderhoud binnen jouw organisatie. 5. Beschrijf hoe jouw instelling om gaat met: energie- en waterbesparing, afvalverwerking en milieumaatregelen. 6. Beschrijf de conclusie ten aanzien van de Risico-inventarisatie en –evaluatie (RI&E) met betrekking tot jouw instelling. 7. Wat kun je zeggen over jouw instelling voor wat betreft het om gaan met de warenwet en de hygiënecode? 8. Wat kun je zeggen over het navolgen van de Arboregels binnen jouw organisatie? Netwerken: 1. Op welke wijze houdt jouw instelling zich bezig met netwerken? 2. Beschrijf in hoeverre jouw instelling voldoet aan de volgende kenmerken van netwerken: relaties opbouwen en onderhouden, doelgerichtheid, doelmatigheid, positieve inzet, goede afspraken (convenant/protocol) en ondersteuning. 3. In hoeverre houdt jouw instelling zich bezig met het netwerken voor individuele cliënten? 4. Beschrijf minimaal drie mogelijke problemen en mogelijke oplossingen welke jouw instelling tegen komt met betrekking tot het netwerken met andere instellingen/organisaties. 5. Maak een brede sociale kaart met betrekking tot jouw instelling. Benoem de specifieke doelgroepen en de specifieke activiteiten. Vermeld verder alle gegevens op de sociale kaart.
2 PW 4 jeugdzorg “zo doen wij dat”
2011
2011 – 2012 MBO College Hilversum Welzijn
Deel B Veranderings-/ herinneringsvoorstel Je hebt alle aandachtspunten uit deel A onderzocht. Naar aanleiding van je bevindingen ga je nu conclusies en aanbevelingen schrijven. Dit verwerk je in een veranderings- of herinneringsvoorstel en presenteer je op je praktijkinstelling Je kijkt dus kritisch naar het totaalbeeld. Hoe wordt er in de praktijk vorm gegeven aan de volgende gebieden: beleid, netwerken en beheer? Resultaten: 1. Per gebied een korte samenvatting van de bevindingen uit je onderzoek 2. Eén of meerdere conclusies naar aanleiding van je onderzoek. Concreet en met voorbeelden. 3. Een vertaling naar een veranderings-/ herinneringsvoorstel. Hiermee wordt bedoeld dat je de conclusies beschrijft, die voortkomen uit het onderzoek naar de uitvoering van de gebieden binnen jouw instelling. - Wat kunnen jij, jouw collega‟s en het management doen om nog beter vorm te geven aan EEN aspect vanuit de gebieden: beleid, netwerken en beheer (bij elkaar dus 3 aspecten). - Zorg er voor dat je veranderings-/ herinneringsvoorstel in S.M.A.R.T. (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realiseerbaar en Tijdsgebonden) geformuleerde doelen staat beschreven, zodat voor iedereen duidelijk is wat van hen wordt verwacht. De samenvatting van al je bevindingen, je conclusie(s) en je veranderings-/ herinneringsvoorstel leg je schriftelijk vast en voeg je toe aan je onderzoeksverslag. Je onderzoeksverslag wordt nagekeken door je praktijkbegeleider en lever je in tijdens de laatste les “procedures en protocollen”. Deel C Casus en Plan van Aanpak Je schrijft een casus en het plan van aanpak volgens de instructie (bijlage1). In de lessen van de workshop “casuïstiek rondom pedagogiek” presenteer je jouw uitgewerkte casus en plan van aanpak. Dit verslag voeg je als bijlage A toe aan je onderzoeksverslag. Deel D Een visieverslag. De meeste instellingen hebben zich voor hun pedagogisch beleid laten inspireren door een combinatie van verschillende bestaande grote visies (pedagogische stromingen). In het tweede jaar heb je al veel geleerd over pedagogische stromingen. In de workshop Mensbeeld en visie leer je hoe je deze stromingen kunt toepassen in de praktijk. Je kennis gebruik je om het pedagogisch beleid van je eigen instelling te onderzoeken. Je schrijft een visieverslag over je instelling en motiveert je verslag door middel van voorbeelden. Bijvoorbeeld: waaruit blijkt dat de instelling de ideeën van Maria Montessori toepast? Ook wanneer er in het pedagogisch beleid van de instelling geen concrete stromingen genoemd worden, onderzoek je welke visie(s) er het meest op lijk(t) en. Je voert hiervoor
3 PW 4 jeugdzorg “zo doen wij dat”
2011
2011 – 2012 MBO College Hilversum Welzijn
minimaal 2 gesprekken met leidinggevenden en medewerkers rondom de visie van jouw instelling. De opbrengsten van je onderzoek naar de (pedagogische)visie presenteer je in de lessen en het verslag van het onderzoek voeg je als bijlage B toe aan je onderzoeksverslag.
Prestatie-eisen van het project: Je hebt een (kwaliteits)onderzoek uitgevoerd met als uitgangspunt de thema‟s beleid, netwerken en beheer. Je onderzoek is compleet en ziet er verzorgd uit Je hebt een veranderings-/ herinneringsvoorstel geschreven voor jouw eigen praktijkinstelling en deze gepresenteerd aan jouw praktijkbegeleider. Je onderzoeksverslag is voorzien van bijlage 3 en is door je praktijkinstelling ondertekend en ingeleverd bij de docent van de workshop “Protocollen en Procedures”. Je veranderingsvoorstel is voorzien van bijlage 4 en is ingeleverd bij de docent van de workshop “Protocollen en Procedures”. Je hebt een casus en plan van aanpak geschreven aan de hand van de richtlijnen uit bijlage 1 en deze gepresenteerd tijdens de workshop “Casuïstiek Rondom Pedagogiek”. Je hebt een visieverslag geschreven en deze gepresenteerd tijdens de workshop “Mensbeeld en Visie”. Je bent in staat kritische vragen over je onderzoeksverslag en eventueel veranderings-/ herinneringsvoorstel van je (stam)groep of van de workshopdocent tijdens de presentatie te beantwoorden. Planning: Week 1 (30 januari) : Lezen projecthandleiding. Planning maken Afspraken maken op de stage-instelling De stage-instelling op de hoogte stellen van de opdrachten uit de projecthandleiding. Week 2 t/m 6 (12 maart) Uitwerken van opdrachten thuis, op school en op de staginstelling. Week 7 (19 maart) Inleveren van projectopdrachten tijdens de laatste lessen/ presenteren van de opdrachten binnen de workshop Week 8 (26 maart): Inleveren van projectopdrachten tijdens de laatste lessen/ presenteren van de opdrachten binnen de workshop Week 9 ( 2 april): presentatieweek. Korte presentatie van jouw onderzoek aan je loopbaanbegeleider, evaluatie periode 3. Inleveren van de projectevaluatie.
4 PW 4 jeugdzorg “zo doen wij dat”
2011
2011 – 2012 MBO College Hilversum Welzijn
Feedback: Je krijgt feedback op alle onderdelen van de prestatie en je onderzoeksverslag van de docent en je stamgroep. Op het beoordelingsformulier krijg je feedback van je praktijkinstelling op je onderzoeksverslag.
Literatuur en materialen: Traject Welzijn: Kennis van doelgroepen (301) van A.C. Verhoef (ISBN 9789042513006) Praktijk gerichte ontwikkelingspsychologie 0- 18 jarigen Marjan & Petra de Bil, Uitgeverij Nelissen, Soest, 2009 http://www.inspectiejeugdzorg.nl/onderwerpen/Hoe_werkt_de_inspectie Nederlands Jeugdinstituut kenniscentrum Het Nederlands Jeugdinstituut (NJi) www.nji.nl
SWOT analyse
5 PW 4 jeugdzorg “zo doen wij dat”
2011
2011 – 2012 MBO College Hilversum Welzijn
Introductie Als pedagogisch werker in de jeugdzorg zul je naast contacten met collega‟s, kinderen en ouders ook rekening moeten houden met “bemoeienis” van een vierde partij, namelijk de inspectie. In jeugdzorginstellingen en in het onderwijs wordt het toezicht op kwaliteit gecontroleerd en beoordeeld door een vierde partij. Voor de jeugdzorginstellingen is geen eenduidig orgaan aan te wijzen die de inspectie doet vanwege de breedte van het werkveld. Tijdens dit project ga je met een kritische blik de kwaliteit van je eigen praktijkinstelling in kaart brengen. In deel A staan de opdrachten en vragen die vorm geven aan je onderzoek. Het project 'Zo doen wij dat!' wordt op de volgende manier opgestart: Inleiding door de loopbaanbegeleider of workshopdocent. De loopbaanbegeleider neemt de handleiding met je door en geeft een toelichting Je leest de projecthandleiding goed door en maakt een planning Resultaat: Je bent op de hoogte van de inhoud en eisen van dit project. Je bent in staat een werkplanning te maken van de acties die ondernomen moeten worden. Duur: 1 x 1 uur
WORKSHOP 1: Casuïstiek rondom Pedagogiek! Jongeren komen niet zonder reden naar jouw instelling. Er is vaak al veel gebeurd voordat de jongeren zich bij jouw instelling aanmelden of, in de meeste gevallen, aangemeld worden. De jongeren moeten zich op de instelling thuis voelen, moeten kunnen terugvallen op een vertrouwde opvoeder en moeten vanuit die veilige omgeving de wereld om hen heen kunnen verkennen en leren omgaan met andere leeftijdsgenoten. Om als pedagogisch werker JZ deze veilige en stimulerende omgeving te creëren heb je kennis nodig van o.a. (interculturele) pedagogiek en ontwikkelingspsychologie. Hoe ga je bijvoorbeeld om met thema‟s als straffen en belonen? Hoe ga je om met jongeren die elkaar de hersens in dreigen te slaan? Hoe ga je om met een jongere met een eetstoornis? Hoe ga je om een met een jongere die er op los mept zodra iets hem niet bevalt. En wat doe je als je vermoedt dat een kind thuis misbruikt of mishandeld wordt? Dergelijke thema‟s ben je de afgelopen jaren vast al eens tegengekomen in eerdere projecten. Tijdens dit project zoom je nog eens extra in op deze thema‟s en onderzoek je hoe je hier op een professionele manier mee om gaat in je praktijkinstelling. Aan de hand van een eigen ingebrachte casus uit jouw praktijkinstelling kunnen onderwerpen als interculturalisatie, socialisatie, pedagogiek, ontwikkelingspsychologie en ethiek dus (opnieuw) aan de orde komen.
6 PW 4 jeugdzorg “zo doen wij dat”
2011
2011 – 2012 MBO College Hilversum Welzijn
Inhoud: Casus Interculturalisatie Socialisatie Pedagogiek, ethiek Ontwikkelingspsychologie Plan van aanpak Resultaat: Je bent in staat om m.b.v. een casus uit jouw eigen praktijkinstelling voorbeelden in te brengen en deze op een professionele manier te benaderen. Je bent in staat je te verdiepen in de casuïstiek van je groepsgenoten en kan hen op een professionele manier van feedback voorzien. (intervisie) Je bent in staat om relevante theorie te verbinden aan casuïstiek uit je praktijk. Je kunt de situatie en wensen van een cliënt inventariseren. Je hebt inzicht in de ontwikkelings- en opvoedingsaspecten van cliënten. Je bent in staat een helder beeld te creëren van het pedagogisch werkklimaat. Je bent in staat een Plan van aanpak uit te werken volgens richtlijnen van bijlage 1. Duur: 8 x 2 uur
WORKSHOP 2: Mensbeeld en visie Het mensbeeld geeft aan op welke manier we kijken naar mensen. Hoe willen we omgaan met afspraken en/of het niet nakomen van afspraken. Het geeft de opvattingen over het 'mens-zijn' en het menselijk functioneren weer. Het mensbeeld bepaalt daarmee ook hoe we vorm willen geven aan het omgaan met het beleid van de instelling ten aanzien van jongeren. Het is dus een belangrijk onderdeel (zo niet het belangrijkste) van je visie; de manier waarop jij vindt dat met kinderen omgegaan moet worden. Denk daarbij aan de thema‟s straffen en belonen, structuur, zelfstandigheid en waarden en normen. Maria Montessori, die de Montessori-visie heeft uitgewerkt, geloofde bijvoorbeeld dat niet de intellectuele ontwikkeling van het kind centraal moest staan, maar de psychosociale. Lekker in je vel zitten is belangrijker dan erg goed zijn in rekenen. 'Ik ben liever gelukkig, dan dat ik gelijk heb!' is een uitspraak die goed past binnen de Montessori-visie. Een ander voorbeeld is de Reggio Emilia-visie. Deze visie is ontstaan in de Italiaanse stad Reggio Emilia, waar sinds 1964 zo‟n 33 centra voor jonge kinderen zijn opgericht, allemaal met dezelfde bijzondere pedagogische visie. In de Reggio Emilia-visie wordt het kind gezien als een „rijk‟ kind met, al vanaf de geboorte, vele mogelijkheden en talenten. Kinderen zijn in van jongs af aan bezig met leren, ze zijn nieuwsgierig en vol creativiteit, hebben hun eigen passies en zijn van nature uit op contact. Dit geldt ook voor jongeren.
7 PW 4 jeugdzorg “zo doen wij dat”
2011
2011 – 2012 MBO College Hilversum Welzijn
In deze workshop worden de verschillende stromingen die er zijn nog eens uitvoerig behandeld en onderzoek je hoe dat er bij jou in de praktijk uitziet. Je bevindingen presenteer je in de workshop. Inhoud: Pedagogische stromingen: Dalton Jenaplan Freinet Montessori Iederwijs Vrije school Regio Emilia Gordon Nieuwe stromingen Resultaat: Je bent op de hoogte van de diverse pedagogische achtergronden en visies binnen het pedagogisch werk. Je weet welke pedagogische achtergrond jouw praktijkinstelling hanteert en bent in staat deze te vertalen naar de praktijk van jouw praktijkinstelling. Je bent in staat een helder beeld te creëren van het pedagogisch werkklimaat. Je hebt een verslag met daarin een vertaling van de pedagogische visie van je instelling gepresenteerd tijdens de lessen mensbeeld en visie. Duur: 8 x 2 uur
Workshop 3: Procedures en protocollen Rondom Beleid, beheer en netwerken
In jouw beroep staat het uitvoeren van organisatiegebonden taken centraal. Het op de hoogte zijn van informatie over de instelling en het overleggen van nieuw te voeren beleid is van groot belang voor het goed functioneren van de instelling. In deze workshop ga je aan de slag met de verschillende niveaus van beleid, de soorten beleid en de beleidscyclus. Ook leer je meer over de taken en verantwoordelijkheden en de kwaliteitszorg ten aanzien van het beleid. Binnen een jeugdzorginstelling krijg je veel te maken met allerlei procedures en regels. Je dient te weten hoe zaken zijn geregeld betreffende verzekeringen. Ook dien je op de hoogte te zijn van de inventaris en voorraadlijsten, het onderhoud en de milieuzorg. Tot slot ga je jouw netwerk in kaart brengen. Wie kan belangrijk voor jou en je instelling zijn? Hoe kun je jezelf/jouw instelling verkopen? Wat is het gezicht naar binnen/buiten? Jij kunt namelijk veel meer bereiken dan je verwacht. Jij kunt zorgen voor een werksituatie waarbij men mensen kan inschakelen wanneer dat gewenst is.
8 PW 4 jeugdzorg “zo doen wij dat”
2011
2011 – 2012 MBO College Hilversum Welzijn
Inhoud
Beleid, beheer en netwerken Veranderings- herinneringsvoorstel
Resultaat: Je bent op de hoogte van geldende wetten en de uitgangspunten van je organisatie. Je bent in staat om jaarverslagen en protocollen te lezen en daar je visie op te geven door een sterkte/zwakte analyse te maken. Je bent meer op de hoogte omtrent de beheerstaken binnen een instelling van sociaal-cultureel werk, en je weet hoe je deze dient toe te passen Je hebt meer kennis van verzekeringen, de taakverdeling, de inventaris en voorraadlijsten, het onderhoud en de milieuzorg Je bent meer op de hoogte omtrent de eisen rondom veiligheid en gezondheid Je weet wat netwerken inhoudt. Je weet hoe je netwerkrelaties opbouwt en onderhoudt Je bent op de hoogte van de sociale kaart van jouw instelling Je bent in staat een onderzoeksverslag samen te stellen. Je bent in staat een veranderings-/ herinneringsvoorstel in je (kwaliteits)onderzoek te verrichten m.b.t. de eigen praktijkinstelling Duur: 8 x 2 uur
9 PW 4 jeugdzorg “zo doen wij dat”
2011
2011 – 2012 MBO College Hilversum Welzijn
BIJLAGE 1: Uitwerking van casus en plan van aanpak (bij deel C: workshop casuïstiek) Bij veel „gedragsproblemen‟ is er niet één oplossing aan te wijzen, maar gaat het eerder om het zoeken naar de „beste‟ oplossing, gegeven de omstandigheden. Dit doe je meestal door zelf betekenis te geven aan je ervaring. Ga uit van een situatie met een cliënt op je praktijkinstelling. Onder een praktijksituatie wordt verstaan een incident, gebeurtenis of interactie tussen jou en een cliënt, die effect had op jouw functioneren. De context van de situatie is de beroepsuitoefening: de groep die je begeleidt, de collega's en teamgenoten, de leiding en dergelijke. Hoe concreter de ingebrachte situatie, hoe beter, diepgaander en vooral doelgerichter deze is om verder te bewerken. Om tot de „beste oplossing‟ te komen beschrijf je jouw praktijksituatie systematisch volgens de onderstaande stappen: CASUS 1 Doelgroepomschrijving: Schrijf een uitvoerige doelgroepomschrijving (zie bijlage 2) 2 De context Waar loop je stage en op welke groep? Welke taken heb je in de groep? 3 Situatiebeschrijving, het voorval Beschrijf wat er gebeurde: Wat was de situatie? Wie waren er bij aanwezig? 4 Interpretatie Geef jouw mening over de situatie: Welke beroepsdilemma‟s (moeilijke keuzes) zijn er? PLAN VAN AANPAK 5 Begeleidingsvraag Beschrijf de begeleidingsvraag/ begeleidingsbehoefte van het kind, de jongere of de groep beschreven in de casus. 6 Doelen (STARR uitgewerkt) Wat wil je bereiken met de cliënt of met de groep? Wat wil je bereiken in die situatie? 7 Werkwijze (vul je plan van aanpak aan met de werkwijze nadat je intervisie hebt gehad met je groep.) Schets verschillende handelingsmogelijkheden* en bespreek de voor- en nadelen van iedere handelingsmogelijkheid met je praktijkbegeleider. Welke handelingsmogelijkheid/werkwijze kies je? Welke motieven heb je daarbij? Welke middelen, instrumenten etc. heb je daarvoor nodig? *handelingsmogelijkheden: verschillende manieren waarop je kunt voldoen aan de begeleidingsvraag/behoefte
10 PW 4 jeugdzorg “zo doen wij dat”
2011
2011 – 2012 MBO College Hilversum Welzijn
De volgende punten werk je alleen wanneer je ook daadwerkelijk met het plan van aanpak hebt gewerkt. 8 Resultaat/interactie Reflecteer op de uitwerking van jouw plan van aanpak volgens de Starr methode: Denk bijvoorbeeld aan: de wisselwerking/interactie tussen jou en de cliënt. jouw interpretatie van het verloop van de interactie. reageerden de betrokkenen zoals je verwacht had? 9 Persoonlijke beoordeling / Evaluatie Wat waren jouw persoonlijke, professionele doelen? Wat deed het jou? Beschrijf je indrukken, gevoelens en gedachten. 10 Vervolgstappen Welke vervolgstappen zijn eventueel nog nodig om de doelen voor de cliënt te behalen?
11 PW 4 jeugdzorg “zo doen wij dat”
2011
2011 – 2012 MBO College Hilversum Welzijn
BIJLAGE 2 Doelgroepomschrijving (bij deel C: workshop casuïstiek)
Beantwoord de vragen: 1. Hoeveel cliënten maken gebruik van de instelling? 2.
Waarom bezoeken de cliënten de instelling?
3.
Wat is de gezins- en/of leefsituatie van de doelgroep?
4.
Wat zijn de religieuze en/of culturele achtergronden van de doelgroep?
5. Omschrijf de lichamelijke aspecten van de doelgroep. Denk daarbij aan: lichamelijke groei of achteruitgang; motorische ontwikkeling en zintuiglijke ontwikkeling. Is er sprake van medicijn gebruik/bijzondere voeding? 6. Omschrijf de cognitieve aspecten van de doelgroep. Denk daarbij aan hun verstandelijke ontwikkeling; taalontwikkeling; ontwikkeling van denken en geheugen; magisch en animistisch denken. 7. Omschrijf de sociale kenmerken van de leden van de doelgroep. Denk daarbij aan de ontwikkeling van de omgang met anderen; ontwikkeling van acceptatie van anderen; de ontwikkeling van geweten en het sociale gedrag. 8. Omschrijf de persoonlijkheidskenmerken van de doelgroep. Denk daarbij aan vorming van eigen identiteit, imago, ontwikkeling van de eigen wil; de eigen opvattingen en de ontwikkeling van jongens- en meisjesgedrag. 9. Omschrijf de emotionele kenmerken van de doelgroep. Denk daarbij aan ontwikkeling van gevoelens, van basisvertrouwen en veiligheid. 10. Omschrijf de seksuele ontwikkeling van je doelgroep. Denk daarbij aan de ontwikkeling van seksueel gedrag. De ontwikkeling van lichaam- en lustbeleving en de ontwikkeling van waardering voor eigen lichaam. 11. doelgroep kinderen/jongeren (interview minimaal 10 kinderen/jongeren) Omschrijf de kenmerken van het spel, de vrijetijdsbesteding. Denk daarbij aan individueel spel, parallelspel en samenspel, de voorkeur voor bepaald spel en of speelgoed. Voorkeur voor TV programma‟s, muziek, games, film, boeken en tijdschriften en sociale media.
12 PW 4 jeugdzorg “zo doen wij dat”
2011
2011 – 2012 MBO College Hilversum Welzijn
BIJLAGE 3: Goedkeuring onderzoeksverslag door praktijkbegeleider
Ik, ……………………………….., medewerker van, ……………………………. en praktijkbegeleider van, ………………………… (student) verklaar met het ondertekenen van deze bijlage dat de student een volledig en op waarheid beruste onderzoeksverslag heeft opgesteld. De student heeft een professionele en kritische analyse gemaakt van het beleid en de kwaliteit van de praktijkinstelling en is zorgvuldig en discreet omgegaan met privé-gevoelige informatie.
Feedback:………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………
Datum:
………………………………
Naam instelling:
………………………………
Praktijkbegeleider: ………………………………
Handtekening
……………………………… 13
PW 4 jeugdzorg “zo doen wij dat”
2011
2011 – 2012 MBO College Hilversum Welzijn
BIJLAGE 4: Goedkeuring veranderings-/herinneringsvoorstel door praktijkbegeleider
Ik, ……………………………….., medewerker van, ……………………………. en praktijkbegeleider van, ………………………… (student) verklaar met het ondertekenen van deze bijlage dat de student een veranderings-/ herinnerinsgvoorstel heeft gepresenteerd, wat gebaseerd is op het onderzoeksverslag. Het voorstel is een realistische vertaling van een verbeterpunt binnen de instelling en zou bij werkelijke inbreng ook haalbaar te realiseren zijn. De student is in zijn/haar voorstel discreet en zorgvuldig om gegaan met privé-gevoelige informatie.
Feedback:………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………
Datum:
………………………………
Naam instelling:
………………………………
Praktijkbegeleider: ………………………………
Handtekening
……………………………… 14
PW 4 jeugdzorg “zo doen wij dat”
2011
2011 – 2012 MBO College Hilversum Welzijn
PROJECTFORMULIER “Zo Doen Wij Dat!” BOL JZ Niveau 4
1
Inleveren/presenteren bij workshop protocollen en procedures Naam: Klas: Loopbaanbegeleider: Kerntaak 3: 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.3 Stemt de werkzaamheden af met betrokken 3.8 evalueert de werkzaamheden
Competentie
Beoordelingscriteria
Vakdeskundigheid toepassen
Je schrijft een onderzoeksverslag waarin je kritisch kijkt naar de kwaliteit van Workshop ‟Protocollen en procedures‟ de geleverde diensten binnen jouw instelling. Je bent volledig in je onderzoek en verwerkt de wensen van de inspecterende instantie, het beleid Deel A: Onderzoekverslag van jouw instelling en je eigen bevindingen.
Analyseren Formuleren rapporteren
Product
O V
Je onderzoeksverslag laat je nakijken door je praktijkbegeleider en lever je met bijlage 3 in Je schrijft een onderzoeksverslag over de kwaliteit van jouw praktijkinstelling tijdens de laatste les van de workshop waarbij je de eisen van de inspecterende instantie, het beleid van je “Protocollen en Procedures”. Let op! Zorg er praktijkinstelling en jouw eigen bevindingen analyseert. voor dat je praktijkbegeleider bijlage 3 invult.
Je verwerkt en registreert zorgvuldig alle benodigde gegevens en scheidt hoofd en bijzaken, zodat rapportages en evaluaties kernachtig, volledig en inzichtelijk zijn Deel B: Een verandering/ herinneringsvoorstel Je veranderingsvoorstel presenteer je op je Naar aanleiding van het onderzoeksverslag schrijf je een veranderings-/ herinneringsvoorstel waarin je een verbeterpunt voor je praktijkinstelling hebt praktijkinstelling en lever je met bijlage 4 in tijdens de laatste les van de workshop uitgewerkt. “Protocollen en Procedures”. Let op! Zorg er voor dat je praktijkbegeleider bijlage 4 invult.
15 PW 4 jeugdzorg “zo doen wij dat”
2011 – 2012 MBO College Hilversum Welzijn 2011
G
PROJECTFORMULIER “Zo Doen Wij Dat!” BOL JZ Niveau 4
2
Inleveren/presenteren bij workshop casuïstiek rondom pedagogiek Naam:
Klas:
Loopbaanbegeleider:
Kerntaak 1: Werkproces 1.1 Inventariseert de situatie en wensen van het kind / de jongere Kerntaak 1: Werkproces 1.3 Maakt een plan van aanpak Kerntaak 2: Werkproces 2.5 Ondersteunt het kind/de jongere bij werk, scholing en vrije tijd Competentie Beoordelingscriteria Product Onderzoeken Op de behoeften en verwachtingen van de “klant” richten
Je gebruikt verschillende bronnen om informatie over het kind te verzamelen zodat je een volledig beeld hebt van de situatie van het kind/ de jongere Je schrijft een plan van aanpak gericht op de specifieke situatie van het kind/ de jongere en houdt rekening met het beleid en de pedagogische visie van de instelling.
O V
Workshop „Casuïstiek rondom pedagogiek‟. Deel C: Casus en Plan van Aanpak
Formuleren en rapporteren Je stelt een nauwkeurig en volledig plan van aanpak op, zodat het kind/de Beschrijving van de casus punt 1 t/m 10 jongere en de ouders/opvoeders precies weten elke aanpak gehanteerd wordt Bijlage 2: uitgebreide beschrijving van de en welke ontwikkeling wordt nagestreefd. doelgroep. Begeleiden
Je biedt begeleiding passend bij de behoefte/wensen/hulpvraag van het kind/ Je casus en plan van aanpak presenteer de jongere. je in de workshop “Casuïstiek rondom Aandacht en begrip tonen Je stelt een plan van aanpak op waarmee je aantoont je voldoende te hebben Pedagogiek”. verdiept in de persoonlijke situatie van het kind/de jongere. Samenwerken en Je stelt een plan van aanpak op en overlegt met alle betrokkenen. overleggen Omgaan met verandering Je stelt een plan van aanpak op waarmee je aantoont flexibel te kunnen en aanpassen inspelen op eventueel veranderende behoeftes/wensen/ hulpvraag van de cliënt. Dit doe je door verschillende handelingswijzen te beschrijven, zodat je altijd een back-up plan hebt.
16 PW 4 jeugdzorg “zo doen wij dat”
2011 – 2012 MBO College Hilversum Welzijn 2011
G
PROJECTFORMULIER “Zo Doen Wij Dat!” BOL JZ Niveau 3/4 Inleveren/presenteren bij workshop Mensbeeld en visie Naam: Klas:
3
Loopbaanbegeleider:
Kerntaak 3: werkproces 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep Kerntaak 2: Opvoeden en ontwikkelen van het kind/de jongere 2.1 Biedt het kind/de jongere opvang
Competentie
Beoordelingscriteria
Product
Vakdeskundigheid toepassen
Je schrijft een visieverslag en toont hiermee aan kennis te hebben van de pedagogische achtergronden van jouw praktijkinstelling
Workshop „Mensbeeld en visie‟
O V
”.
Deel D: Een visieverslag Je presenteert je visieverslag tijdens de workshop “Mensbeeld en Visie
Vakdeskundigheid toepassen
Je bent in staat kritische vragen over je onderzoeksverslag en eventueel veranderings-/ herinneringsvoorstel van je (stam)groep of van de workshopdocent tijdens de presentatie te beantwoorden.
Kritische vragen beantwoorden van de stamgroep en workshopdocent
17 PW 4 jeugdzorg “zo doen wij dat”
2011 – 2012 MBO College Hilversum Welzijn 2011
G
EVALUATIEFORMULIER Naam: Klas: Projectbegeleider: Coach:
PROJECT: 'Zo doen wij dat!'
Zet een kruisje in het vakje dat het best aansluit bij je mening 5: helemaal mee eens 4: mee eens 3: gedeeltelijk mee eens 2: gedeeltelijk mee oneens 1: geheel mee oneens 1 5 Prestatie De workshops hebben mij goed voorbereid op het maken van mijn handboek/dossier. De tijd om zelfstandig aan mijn prestatie te werken was voldoende. Ik begreep al snel wat er van me verwacht werd in dit project. Het project “Zo doen wij dat!” vind ik nuttig voor mijn taak als SAW'er in het pedagogisch werkveld. Workshops De workshop "Casuïstiek rondom pedagogiek” was leerzaam. De workshop “Mensbeeld en visie” was leerzaam. De workshop “Procedures en protocollen”‟ en was leerzaam. Ik had genoeg tijd om mijn onderzoek te verrichten. Ik vond de meeste workshops interessant . De projecthandleiding is duidelijk geschreven. Ik was tevreden over mijn roosters. Loopbaanbegeleiding Mijn loopbaanbegeleider kon duidelijke uitleg geven op mijn vragen over het project. Mijn loopbaanbegeleider ondersteunde mij goed bij mijn leerproces.
2
3
4
Tips en opmerkingen: ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………
18 PW 4 jeugdzorg “zo doen wij dat”
2011
2011 – 2012 MBO College Hilversum Welzijn