Titel Subtitel
Progressie en plezier met impliciet leren
Door Brendan Troost Dag van de Atletiek Zaterdag 19 maart
Atletiekunie
2
Doel en inhoud van deze presentatie • Verbeteren kennis van principes van motorisch leren; • Aanreiken motorische oefensituaties die het sprinten en hordelopen kunnen doen verbeteren.
Andere wensen of verwachtingen?
Atletiekunie
3
Voorstellen • • • •
Brendan Troost (31 jaar); RTC-trainer Horde-Sprint in Rotterdam (ATR); Clubtrainer bij AV Gouda; Al ruim 20 jaar actief in de atletieksport, waarvan de laatste 6 jaar als trainer-coach; • In de dagelijkse praktijk personeelsadviseur bij Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport; • Mijn atleten doen ontwikkelen is mijn grote drijfveer en mijn motto daarbij luidt als volgt: ‘als je doet wat je altijd deed, krijg je wat je altijd kreeg’ (Einstein)
Atletiekunie
4
Wat is Motorisch leren? (Deel 1) Soort kennis en soort leren: Expliciet leren versus impliciet leren / Direct leren versus indirect leren
Wat roept dit bij je op? Meer impliciet leren of meer expliciet leren en waarom?
Atletiekunie
5
Wat roept dit bij je op? Meer impliciet leren of meer expliciet leren en waarom?
Atletiekunie
6
Wat is Motorisch leren? •
‘Een proces dat leidt tot relatief duurzame veranderingen in het gedragspotentieel als gevolg van specifieke ervaringen met de omgeving.’ (Schmidt & Lee, 2005) Dat het nu in de training lukt (oefenresultaat), betekent nog niet dat je iets geleerd hebt (leerresultaat)
•
Het aanleren en verbeteren van techniek is hierbij het startpunt. De techniek kent stabiele elementen (universeel) en flexibele/adaptieve elementen (stijl) Een vast bewegingspatroon ontwikkelen dat in allerlei situaties kan toegepast worden.
•
Bij het leren van bewegingen en verbeteren van techniek is er sprake van een ‘zelflerende loep’ van de atleet. Deze ontwikkeling moet door de trainer ondersteund worden met juiste oefensituaties en feedback.
Atletiekunie
7
Wat is motorisch leren? Expliciet leren (‘Direct leren’)
Impliciet leren (‘Indirect leren’)
Veel expliciete instructie (letterlijk, verbaal en exact)
Beperkte kennisoverdracht. Overdracht is non-verbaal en geeft minder beperking in de wijze van uitvoering.
‘Inslijpen’ door veelvuldig te herhalen
Voorbeeld: Imiterend leren
Sterk geloof in (en dus ook veel discussies over) het ‘ideale plaatje’
Voorbeeld: Analogie/metafoor
Veel feedback, meestal KP, want ‘meten is schadelijk voor het leerproces’
Algemener principe: Handig inrichten van de leeromgeving (dwangstelling)
Meer aandacht voor oefenresultaat dan leerresultaat
Geeft minder last van stress en vergeten.
Laat de atleten je oefenstof ervaren. Je maakt ze beter, zonder dat ze het zelf hoeven te begrijpen. Atletiekunie
8
Wat is motorisch leren? Bij het leren van bewegingsvaardigheden worden 3 leerfasen onderscheiden: •
De ‘cognitieve fase’ waarin de atleet kennis maakt met de grove bewegingsvaardigheid. Gebruik dan impliciete leervormen: imitatie, metaforen en dwangstellingen;
•
De ‘associatieve fase’ waarin de atleet oorzaak en gevolg (intentie en resultaat) steeds beter aan elkaar leert koppelen. Gebruik dan differentieel leren en random practise als leervormen. Variëren is de sleutel tot succes;
•
En de ‘autonome fase’ waarin de bewegingsvaardigheid vloeiend en min of meer automatisch uitgevoerd worden;
Als trainer is het belangrijk om te weten in welke leerstadium een atleet zich bevindt, omdat je er je keuze van oefeningen en je feedback op af moet stemmen. Blijf het individu als vertrekpunt nemen. Atletiekunie
9
Feedback Wat?
Toelichting
Augmented feedback
De feedback die de atleet van buiten zijn eigen lichaam krijgt (aanwijzingen van de trainer, videobeelden, gelopen tijd enz.)
Intrinsieke feedback
De feedback die de atleet vanuit zijn eigen lichaam krijgt (gevoel, verzuring, pijn)
Knowledge of Performance (KP)
Expliciete kennis over de bewegingsvaardigheid en dus sterk gerelateerd aan expliciet leren.
Knowledge of Result (KR)
Aandacht die zich richt op het resultaat van de bewegingsuitvoering.
De laatste zorgt er voor dat de aandacht van de atleet extern gericht is, wat zorgt voor een betere prestatie en leerresultaat. Als je feedback geeft, doe dat dan KR.
Geef de atleet de kans zelf regie te nemen over zijn leerproces en trek dit niet naar je toe: -Probeer steeds minder feedback te geven; -Geef alleen feedback wanneer de atleet hierom vraagt; -Vraag de atleet wanneer hij feedback wenst;
Atletiekunie
10
Vormen van motorisch leren • Observerend leren (ook wel imiterend leren, voordoen – nadoen) • Leren met gebruik van metafoor (bekende beelden of situaties die een ‘klik’ veroorzaken)
• Dwangstelling (de oefensituatie vereist een goede uitvoering) • Random leren (leren door middel van variatie in oefenstof)
Atletiekunie
11
Uitwerking observerend leren Oefening
Quick step
Doel
Verbeteren actief plaatsen na de horde
Motorische leervorm
Observerend leren
Scenario 1
De trainer doet het voor
Scenario 2
Atleet doet het voor
Scenario 3
Visuele feedback
Andere opties (feedback, leervormen of anderszins)
Op tijd (externe feedback) / Enthousiasmeren in je benadering
Atletiekunie
12
Uitwerking leren dmv dwangstelling Oefening
Quick step
Doel
Verbeteren actief plaatsen na de horde
Motorische leervorm
Dwangstelling
Scenario 1
Latje na de horde
Scenario 2
Matje voor de horde
Scenario 3
Verhoging voor de horde
Andere opties (feedback, Sneller aanlopen / Feedback met externe leervormen, of focus op geluid / Oefensituatie anderszins) makkelijker maken
Atletiekunie
13
Uitwerking leren met metafoor Oefening
Versnelling over hekjes
Doel
Verbeteren actief plaatsen aan de grond
Scenario 1
Loop over de hekjes alsof je op ‘hete kolen’ loopt’
Scenario 2
Je moet met je voet ‘hameren’ aan de grond
Scenario 3
Referentie naar andere oefening
Andere opties (feedback, leervormen, of anderszins))
Afstand tussen de hekjes verkleinen (dwingender)/ Iemand ze laten opjagen (dwingender) / Klokken met tijd (externe feedback)
Atletiekunie
14
Uitwerking random leren Oefeningen
-Oefening aan het hek -Skipping over hekjes -Skipping op zwarte matjes -Versnelling met hekjes
Doel
Verbeteren actief plaatsen aan de grond
Scenario 1
Geen feedback geven
Scenario 2
Observerend leren toepassen
Scenario 3
Meer dwangstelling toepassen
Scenario 4
Metafoor toepassen
Atletiekunie
15
Plezier en progressie met impliciet leren Plezier • Laat de atleten het elkaar voor doen; • Laat de atleten zelf oplossingen vinden; • Je oefensituaties bepalen het plezier; niet jij; • Varieer en houd het speels; • Gebruik veel materiaal. Atletiekunie
• •
• •
•
•
Progressie Laat vooral de oefening cq. het oefenarrangement het werk doen. Gewenst / correct bewegingsgedrag moet vervolgens met een compliment worden bekrachtigd; Verschillende leervormen kun je ook gecombineerd aanbieden; Stop je enthousiasme dus niet te veel in uitleggen!; In eerste instantie alleen aangeven wat je gezien hebt zonder extra informatie is al een goed eerste stap; Bepaal hoeveel feedback op het moment van het leerproces nodig is en hoe dat het beste kan; Het moment van feedback bepalen; na het verwerken van het leren uit de beweging; 16
Vragen? • @BrendanTroost •
[email protected]
• Bedankt voor uw aandacht!
Atletiekunie
17