Programmabegroting 2016 2019
Samenwerkingsorgaan Hoeksche Waard
DB juni 2015
2
INHOUDSOPGAVE
LEESWIJZER ............................................................................................................... 5 SAMENVATTEND HOOFDSTUK ..................................................................................... 7
PROGRAMMA’S ......................................................................................................... 9 PROGRAMMA
1. VITALITEIT IN DE DORPEN ......................................................... 11
PROGRAMMA
2. ONTWIKKELINEN IN HET OMMELAND ......................................... 19
PROGRAMMA
3. REGIONALE BELEIDSAFSTEMMING/BESTUURSZAKEN ................. 25
FINANCIËLE SPECIFICATIE ...................................................................................... 31 1. OVERZICHT VAN BATEN EN LASTEN ................................................................................. 34 2. RESERVERING REGIOFONDS ......................................................................................... 34 3. GEPROGNOSTICEERD FINANCIERINGSOVERZICHT BEGROTING 2016 ........................................... 36 4. VERKLARING VERSCHILLEN BEGROTING 2016 EN BEGROTING 2015 .......................................... 36 5. INWONERBIJDRAGE ................................................................................................... 37 6. INCIDENTELE BATEN EN LASTEN ..................................................................................... 38 7. EMU-SALDO ........................................................................................................... 37 PARAGRAFEN ............................................................................................................ 41 PARAGRAAF WEERSTANDSVERMOGEN EN RISICOBEHEERSING ............................... 43 PARAGRAAF TREASURY ............................................................................................ 47 PARAGRAAF BEDRIJFSVOERING ............................................................................... 49 PARAGRAAF INSTANDHOUDING KAPITAALGOEDEREN ............................................. 51
3
4
Leeswijzer Inleiding Voor u ligt de Begroting 2016-2019 van de Gemeenschappelijke regeling Samenwerkingsorgaan Hoeksche Waard. De taak van het samenwerkingsorgaan is het behartigen van gemeenschappelijke belangen van de vijf gemeenten op de pijlers Vitaliteit in de dorpen, Ontwikkelingen in het ommeland en Regionale beleidsafstemming/bestuurszaken. De begroting begint met een samenvatting van de financiële beleidskaders die van invloed zijn op de totstandkoming van de meerjarenbegroting. In een samenvattend financieel overzicht staan de hoofdpunten van het financiële beleid toegelicht. In de financiële overzichten vindt u naast de saldi van de meerjarenbegroting, ook de saldi van de concept Jaarrekening 2014 en de concept 1e Begrotingswijziging 2015. Programma’s De Begroting 2015 is opgebouwd uit 3 programma’s te weten: 1. Vitaliteit in de dorpen 2. Ontwikkelingen in het ommeland 3. Regionale beleidsafstemming/bestuurszaken. Opzet programma’s De programma’s hebben een vaste opzet. Allereerst wordt er per programma een korte toelichting gegeven. Achtereenvolgens wordt het volgende uitgewerkt: Wat zijn de trends en ontwikkelingen in de komende begrotingsperiode? Wat willen we bereiken? Wat hebben we al? Inzicht wordt gegeven in de vigerende beleidskaders, die door het bestuur zijn vastgesteld. Wat gaan we ervoor doen? Een overzicht van maatregelen, die in 2014 worden uitgewerkt. Wat mag het kosten? Dit gaat om een financiële vertaling van het programmaplan. In het kader van het budgetrecht stelt het bestuur budgetten beschikbaar. De tabel ‘Wat mag het kosten?’ is als volgt opgebouwd: De financiële raming op basis van de vastgestelde financiële kaders. De dotaties en onttrekkingen vanuit de reserves: Op deze wijze wordt inzicht verkregen in het programmasaldo voor en nadat de reserves zijn aangewend. Paragrafen In de begroting worden in afzonderlijke paragrafen de beleidslijnen vastgelegd met betrekking tot relevante beheersmatige aspecten, alsmede tot de lokale heffingen. Het Besluit Begroting en Verantwoording (de BBV) schrijft een verplicht aantal paragrafen voor, tenzij het desbetreffende aspect niet aan de orde is. Voor het Samenwerkingsorgaan Hoeksche Waard zijn de paragrafen Weerstandsvermogen en risicobeheersing, Financiering, Kapitaalgoederen en Bedrijfsvoering van toepassing.
5
Leeswijzer
6
Leeswijzer
Samenvattend hoofdstuk 1. Inleiding In dit gedeelte van de begroting wordt een financieel totaalbeeld geschetst van deze begroting zoals die aan u wordt voorgelegd. 2. Uitgangspunten De basis voor het opstellen van de Begroting 2016 is het vastgestelde Uitvoeringsprogramma 2015 – 2018 Structuurvisie Hoeksche Waard. Het uitvoeringsprogramma heeft een nieuwe indeling, de zogenaamde pijlers, welke doorgevoerd is in de programma’s in deze begroting. De programma indeling wijkt daarom ook af van de hiervoor opgestelde begrotingen. In deze Begroting 2016 is rekening gehouden met een stijging van het prijsniveau van 0,75%, conform de in de septembercirculaire opgenomen prognose voor 2016. Voor de salariskosten is uitgegaan van de werkelijke situatie, zoals vastgestelde formatie en CAO ontwikkelingen. Na de realisatie van de bezuiniging van 10% (en extra bezuiniging door het niet doorvoeren van prijsstijgingen) op de inwonerbijdrage in de Begroting 2012, stijging van de inwonerbijdrage in 2013 en 2014 en geen stijging in 2015, is in 2016 een stijging van 0,75 begroot. Vanaf deze begroting is, in tegenstelling tot voorgaande begrotingen, de koppeling tussen programma Bestuur (en personeel) en het regiofonds los gelaten. Voorheen werd een gedeelte van het regiofonds begroot voor salariskosten van projectleiders die in vaste dienst waren van het SOHW. Met ingang van 2015 zijn er geen projectleiders meer in vaste dienst van het SOHW. Dit betekent dat het regiofonds geheel ingezet wordt voor projecten uit het uitvoeringsprogramma en de bestuurs- en personeelskosten en de middelen gefinancierd worden uit de algemene inwonerbijdrage ten behoeve van Regionale beleidsafstemmen/bestuurszaken. In het hoofdstuk Financiële specificatie zijn alle financiële uitgangspunten opgenomen. De inkomsten en uitgaven binnen de programma’s Samenleving en Veiligheid zijn in deze begroting nog niet geheel geïntegreerd. Deze zijn nog voor het overgrote deel opgenomen in de gemeentebegrotingen. Wel zijn in het programma Regionale beleidsafstemming/bestuurszaken middelen opgenomen voor het uitvoeringsprogramma integrale veiligheid. In de Begroting 2016-2019 zijn ten behoeve van communicatie-medewerker sociaal domein extra middelen opgenomen (€ 32.500,-) die in 2016 gedekt wordt voor € 29.000,- uit de reserve (zie bestemming saldo Jaarrekening 2014) en het restant uit een inwonerbijdrage door de gemeenten. Vanaf 2017 vindt de dekking volledig plaats uit inwonerbijdragen. Het bedrag is opgenomen in programma 3. 3. Financieel beeld TOTAAL Programma Vitaliteit in de dorpen Ontwikkeling van het ommeland Regionale beleidsafstemming/ bestuurszaken Saldo van baten en lasten Mutaties Regiofonds Onttrekking algemene reserve Resultaat
concept Jaarrek 2014
concept Begroting MJ Begroting MJ Begroting MJ Begroting MJ Begroting 2015 2016 2017 2018 2019 nieuw 59.36061.00034.04026.20034.04026.200194.642224.020156.535156.645151.030119.4809.04266.15082.61448.61443.61440.800-
263.044326.172 9.513 72.641
351.170336.170 15.000 0
7
273.189231.375 41.814 0
231.459223.645 7.814 0
228.684225.870 2.814 0
Samenvattend hoofdstuk
186.480186.480 0
Toelichting: De begrotingsaldi voor bestemming wordt dekkend gemaakt met onttrekkingen vanuit het Regiofonds. Het tekort dat bij Regionale beleidsafstemming/bestuurszaken, ontstaan door de het los lasten van de koppeling bestuur en het regiofonds, met dekking uit de algemene reserve wordt in de jaren afgebouwd. Een overzicht van de mutaties in de reserves vindt u in het hoofdstuk Financiële specificatie.
8
Samenvattend hoofdstuk
Programma’s
9
Programma’s
10
Programma’s
Programma 1.
VITALITEIT IN DE DORPEN
Centraal binnen deze pijler staat de grote opgave voor de Hoeksche Waard om het hoofd te bieden aan de problematiek van vergrijzing, ontgroening en daling van het aantal inwoners.. Aan de ene kant moeten er kansen worden benut om de positie van de regio sterker te maken en aan de andere kant moeten de gevolgen van de toekomstige bevolkingsverandering (mismatches) worden begeleid. Dat moet gebeuren op de beleidsterreinen economie, onderwijs en arbeidsmarkt, wonen, welzijn en zorg, voorzieningen en regioprofilering. Alle betrokken partijen zijn doordrongen van het belang van deze veranderingsopgave. In plaats van het bestrijden van de negatieve effecten wil het SOHW ervoor zorgen dat juist de kansen de komende jaren worden benut. Daarom werkt het samenwerkingsorgaan nauw samen met inwoners en met het maatschappelijk middenveld. Vitale economie Economische vitaliteit is van groot belang voor de Hoeksche Waard om tegenwicht te bieden aan de terugloop en vergrijzing van de bevolking. Economische vitaliteit betekent niet alleen werkgelegenheid en economische groei, maar draagt ook bij aan de leefbaarheid van de dorpen - van sponsoring van de jaarmarkt en plaatselijke voetbalclub tot extra omzet voor de lokale bakker. De komende jaren worden de acties uit de Bedrijventerreinenstrategie verder uitgevoerd en de economische kansen (zorgeconomie, landbouw, recreatie en toerisme) samen met de betrokken partijen verkend en benut. Ook moet het type detailhandel en het aanbod van de winkels worden afgestemd op de nieuwe ontwikkelingen en trends. Eerder vastgesteld beleid dat van belang is voor het streven naar vitale economie is beschreven in de ‘Sociaal-economische Visie’ en de Bedrijventerreinenstrategie. Onderwijs en arbeidsmarkt Het aantal 5 tot 14-jarigen zal tot 2020 met bijna 20% dalen en daarna tot 2040 nog met 5%. Vooral het onderwijs in de kleinere dorpen kan daardoor onder druk komen te staan, terwijl een school juist bijdraagt aan de vitaliteit van een dorp. De komende jaren wil de regio ruime aandacht besteden aan de vraagstukken rondom de leerlingenaantallen, scholen in de dorpen en de bereikbaarheid van het onderwijs. Nadrukkelijke betrokkenheid en het nemen van initiatieven wordt hierbij aan de schoolbesturen over gelaten. De aansluiting tussen het onderwijs en het bedrijfsleven is ook in de Hoeksche Waard een aandachtspunt, zeker als het over technisch geschoold personeel gaat. Onderwijs, bedrijfsleven en overheid slaan daarom de handen ineen om met een actieprogramma voor de Hoeksche Waard deze aansluiting te verbeteren. Zo kunnen de bedrijven in de Hoeksche Waard ook in de toekomst verzekerd zijn van goed geschoold personeel. Hiernaast is het voor het behouden van de jongere generaties in de Hoeksche Waard van groot belang om te zorgen voor voldoende werkgelegenheid in onze regio. Wonen, welzijn en zorg De vergrijzing stelt de Hoeksche Waard voor grote uitdagingen. Het streven van het Rijk naar een participatiesamenleving maakt deze uitdagingen nog groter. Door de scheiding van wonen en zorg moeten de burgers zelf zorgen voor geschikte huisvesting. De nieuwe vraag kan niet volledig worden opgevangen door nieuwbouw. Waar nieuwbouw nodig is vraagt dit om een zorgvuldige planning, zowel plaatselijk als voor de hele Hoeksche Waard. Daarmee kan worden gereageerd op ontwikkelingen in de samenstelling van de bevolking en in de markt. De bestaande woningvoorraad zal voor een groot deel geschikt gemaakt moeten worden voor alle levensfases. Daar moeten de woningeigenaren in de eerste plaats zelf voor zorgen. Samenwerking tussen gemeenten, zorg- en welzijnsorganisaties en inwoners is nodig om dit mogelijk te maken. Met het Pact van mijn Hart en de Pact van de Waard zijn al grote stappen in die richting gezet.
11
Vitaliteit in de dorpen
Voorzieningen en leefbaarheid Vitale dorpen kunnen niet bestaan zonder goede voorzieningen. Steeds meer winkellocaties hebben te maken met leegstand. Het aantal inwoners neemt af en het aantal internetaankopen neemt toe. Daardoor lopen de bestedingen in fysieke winkels terug. Dat maakt een herstructurering van het detailhandelsaanbod nodig. De Ondernemersvereniging Hoeksche Waard zet zich hier actief voor in. Naast de commerciële- zijn er tal van niet-commerciële voorzieningen. De mogelijkheden voor subsidiering van deze laatste lopen terug. Toch is het voor de leefbaarheid van groot belang dat bibliotheken, verenigingen, dorpshuizen, zwembaden, scholen en andere ontmoetingsplaatsen blijven bestaan. Om dit mogelijk te maken moeten vraag en aanbod beter op elkaar aansluiten. Dat vraagt om een herstructurering van het aanbod, waarbij ook moet worden gekeken naar de mogelijkheid om bepaalde locaties te gebruiken voor meer dan een voorziening. Ook de digitalisering en het toenemende belang van vrijwilligers moeten hierbij worden betrokken. Regioprofilering De Hoeksche Waard is het Waard! De Hoeksche Waard heeft inwoners, recreanten, toeristen en bedrijven veel te bieden. Dit is buiten de Hoeksche Waard echter nog onvoldoende bekend. Om mensen van buiten de regio geïnteresseerd te maken in de Hoeksche Waard moeten zij eerst weten wat de Hoeksche Waard te bieden heeft. Verschillende organisaties uit de Hoeksche Waard hebben de handen ineen geslagen om de Hoeksche Waard onder de aandacht te brengen op het vlak van bedrijvigheid, toerisme en recreatie. De belangstelling die hieruit voortkomt draagt direct bij aan de vitaliteit van de dorpen. Van belang is dat de inspanningen op dit gebied steunen op een gezamenlijke strategie en een gemeenschappelijk actieplan. Daar moeten ook natuur, cultuur en erfgoed onderdeel van zijn. Deze zijn immers medebepalend voor een aantrekkelijke woon- en werkomgeving, en voor recreatie en toerisme. Het SOHW wil dit samen met het maatschappelijk middenveld oppakken. Decentralisaties op het gebied van sociaal beleid Gemeenten zijn vanaf 2015 verantwoordelijk voor jeugdzorg, werk en inkomen, en zorg voor langdurig zieken en ouderen. Een deel van deze opgaven hebben ze nu ook al, een belangrijk nieuw deel nemen ze over van de Rijksoverheid. Dit heet ook wel de decentralisatie. Het kabinet neemt een aantal maatregelen zodat gemeenten hun nieuwe taken goed kunnen uitvoeren. Zoals: Minder regeldruk voor de burger. De regels moeten zo eenvoudig mogelijk zijn. Burgers met ingewikkelde problemen kunnen terecht bij één aanspreekpunt. Het geld dat naar gemeenten gaat voor taken op sociaal gebied, wordt eenvoudiger en eenduidiger geregeld. Gemeenten krijgen uiteindelijk één budget om de deelname van burgers (de ‘participatie’) in de maatschappij te bevorderen. Zo wordt het voor de gemeenten eenvoudiger en overzichtelijker om het geld te besteden en er verantwoording over af te leggen. De decentralisaties maken het voor gemeenten mogelijk om verbanden te leggen tussen de Wmo/Awbz, de jeugdzorg, en werk en inkomen. Dat betekent: inzetten op preventie en het bundelen en efficiënter aanbieden van ondersteuning. In de Hoeksche Waard wordt hier momenteel aan gewerkt. Op 1 januari is er al veel geregeld zijn maar het hele veranderingsproces, dus het echte invoeren van de acties in de praktijk, start eigenlijk pas op 1 januari 2015 en zal een aantal jaren duren. Het moge duidelijk zijn dat het om een ingewikkelde puzzel gaat met veel stukjes die nog niet op hun plaats zitten. Het is de grootste opgave waar de gemeenten ooit voor hebben gestaan. De begroting van een gemeente zal er compleet anders uit gaan zien omdat dadelijk ongeveer twee derde van het geld naar deze taken gaat. Er is al enorm veel werk verzet, maar gemeenten en hun partners moeten in de komende jaren nog veel meer werk verzetten om de decentralisaties en het hele transformatieproces tot
12
Vitaliteit in de dorpen
een goed einde te brengen. Samen optrekken en onderling afstemmen tussen gemeenten zal in die periode nodig zijn. Het SOHW zal hierbij een belangrijke rol vervullen, waarbij de concrete inzet zal worden bepaald mede op basis van de stand van zaken en het inzicht op 1 januari 2015. Eventuele projecten en acties zullen dan in het uitvoeringsprogramma worden opgenomen.
Wat zijn de trends en ontwikkelingen? Vooruitlopend op het nieuwe uitvoeringsprogramma zijn de nieuwe trends en ontwikkelingen vastgelegd in de notitie “De Hoeksche Waard uitgedaagd”. Kortheidshalve wordt hier naar verwezen.
Wat willen we bereiken? Vitale economie 1. Behoud en uitbreiding van de economische vitaliteit door bedrijven van buiten de Hoeksche Waard aan te trekken, de Hoeksche Waardse bedrijven voldoende uitbreidingsruimte te bieden en samen met de markt streven naar het juiste detailhandelsaanbod op de juiste plaats. Onderwijs en arbeidsmarkt 2. Beschikbaar en bereikbaar houden van primair onderwijs in de dorpen. 3. Samen met onderwijs en bedrijfsleven een betere aansluiting tot stand brengen tussen onderwijs en arbeidsmarkt, vooral in de technische beroepen. Wonen, welzijn en zorg 4. Een realistisch nieuwbouwprogramma tot stand brengen dat aansluit op de toekomstige vraag en het huidige aanbod. 5. Samen met andere partijen zorgen dat de bestaande woningbouwvoorraad aansluit bij de toekomstige vraag, rekening houdend met vergrijzing en teruglopen van de bevolkingsaantallen. Voorzieningen en leefbaarheid 6. Doorwerking van de effecten van vergrijzing en terugloop van de bevolking in het aanbod van de maatschappelijke voorzieningen. 7. Voor de leefbaarheid in de dorpen de mogelijkheden van actief burgerschap goed benutten. Regioprofilering 8. Met partijen uit het Pact van de Waard en Hoekschewaards Middenveld zorgen voor regioprofilering Decentralisaties in het sociaal domein 9. Opstellen van een maatschappelijke agenda waarin alle activiteiten rondom de veranderingen op het gebied van sociaal beleid worden opgenomen (preventiebeleid, professionaliseringsslag hulpverleners etc.).
13
Vitaliteit in de dorpen
Wat gaan we daarvoor doen? (jaarprogramma opnemen?) Concrete doelstelling Vitale economie Behoud en uitbreiding van de economische vitaliteit door bedrijven van buiten de Hoeksche Waard aan te trekken, de Hoeksche Waardse bedrijven voldoende uitbreidingsruimte te bieden en samen met de markt streven naar het juiste detailhandelsaanbod op de juiste plaats.
Activiteiten
Voor de detailhandel wordt in 2015 een transitieatlas uitgevoerd. Samen met betrokkenpartijen wort een traject gestart om de detailhandel in de toekomst vitaal te houden. Onderzocht wordt of het voor de gemeenten en de ontwikkelaars van bedrijventerreinen in de Hoeksche Waard meerwaarde heeft om bij het aantrekken van bedrijven van binnen en buiten de Hoeksche Waard samen te werken. Uitwerking vervolgacties afsprakenkader bedrijventerreinen Onderwijs en arbeidsmarkt Beschikbaar en Bijzonder en bereikbaar houden van openbaar onderwijs primair onderwijs in de hebben samen dorpen. afspraken gemaakt rondom deze doelstelling. Met name is dit gericht op huisvestings vraagstukken. Waar nodig samen onder 1 dak.
Realisatie (planning)
2015
2015 en verder
2015 en verder
Doorlopend
14
Vitaliteit in de dorpen
Concrete doelstelling
Activiteiten
Realisatie (planning)
Samen met onderwijs en bedrijfsleven een betere aansluiting tot stand brengen tussen onderwijs en arbeidsmarkt, vooral in de technische beroepen.
Onderwijs en OHW Opstellen Plan van Aanpak in 2015. Uitwerking maken hier samen in 2016 afspraken over (via Pact van de Waard). SOHW faciliteert en legt ook verbinding met andere regio’s. Dit onderwerp saat ook op agenda bij strategisch platform. Dit is een verbinding tussen Drechtsteden, AV en HW.
Wonen, welzijn en zorg Samen met andere Actualiseren van de Voor 1 juli 2015 partijen zorgen dat de woonvisie. bestaande woningbouwvoorraad aansluit bij de Uitwerken van de in 2015-2018 toekomstige vraag, de woonvisie rekening houdend met benoemde opgaven. vergrijzing en teruglopen van de bevolkingsaantallen. Voorzieningen en leefbaarheid Doorwerking van de Via transitieatlas Detailhandel in 2015. Maatschappelijke effecten van vergrijzing (instrument voorzieningen 2015/2016 en terugloop van de ondersteund vanuit bevolking in het BZK) wordt aanbod van de inventarisatie maatschappelijke gemaakt van de voorzieningen. detailhandel in de HW. Daarna volgen de maatschappelijke voorzieningen. Bedoeling is dat vanuit dit inzicht er strategische keuzes kunnen worden gemaakt over wat op welke locatie in de HW. Voor de leefbaarheid in de dorpen de mogelijkheden van actief burgerschap goed benutten.
Dorp bestuurt Doorlopend Via actieve programma’s vanuit Welzijn hier initiatieven ondersteunen.
15
Vitaliteit in de dorpen
Concrete doelstelling
Activiteiten
Realisatie (planning)
Regioprofilering Met partijen uit het Pact van de Waard en Hoekschewaards Middenveld zorgen voor regioprofilering.
Via ondersteuning Start 2015, loopt door in 2016 en verder door bureau DMDesk wordt gewerkt aan realisatie digitaal platform voor de HW. Uitgangspunt is dat de profilering vanuit de HW zelf moet worden uitgedragen. Deelnemende partijen zijn Rabobank, HW wonen, Zorgwaard, OHW, CSG de Waard en SOHW. Decentralisaties in het sociaal domein Opstellen van een Evaluatie van Opstellen agenda in 2015, evaluatie in 2016 en maatschappelijke opgestelde agenda daarna actualiseren. agenda waarin alle in 2015. activiteiten rondom de Transformatieproces veranderingen op het in het Sociaal gebied van sociaal Domein loopt nog beleid worden jaren door na opgenomen ingaan (preventiebeleid, decentralisatie. professionaliseringsslag hulpverleners etc.).
16
Vitaliteit in de dorpen
Wat mag het kosten? concept Jaarrek 2014 Vitaliteit in de dorpen Vitale economie Onderwijs en arbeidsmarkt Wonen, welzijn en zorg Voorzieningen en leefbaarheid Regioprofilering Decentralisaties sociaal domein Subtotaal uitgaven Doorbelasting middelen Totaal uitgaven Inwonerbijdrage Totaal baten Saldo Baten en lasten Vitaliteit in de dorpen Regiofonds Resultaat Vitaliteit in de dorpen
22.31028.5608.00049059.360-
59.360-
concept Begroting 2015 nieuw
MJ Begroting 2016
MJ Begroting 2017
MJ Begroting 2018
MJ Begroting 2019
61.000-
25.1907.8401.01034.040-
25.1901.01026.200-
25.1907.8401.01034.040-
25.1901.01026.200-
61.000-
34.040-
26.200-
34.040-
26.200-
30.00031.000-
-
-
-
-
-
-
59.360-
61.000-
34.040-
26.200-
34.040-
26.200-
59.360 -
61.000 -
34.040 -
26.200 -
34.040 -
26.200 -
Toelichting: Algemeen Begroting 2015 is gebaseerd op het vastgestelde uitvoeringsprogramma 2015-2018 Jaarrekening 2014 vs begroting 2016 Vitale economie - In 2014 is het project Programmering bedrijfsterreinen afgerond en voor 2016 zijn er momenteel nog geen projecten Wonen, welzijn en zorg - In 2014 extra uren gemaakt door projectleider voor uitvoering woonvisie Voorzieningen en leefbaarheid - Woningbouwmonitor wordt eens in de 2 jaar uitgevoerd Regioprofilering - Nieuw is een structureel budget voor de Vliegwielprijs (MUP) Begroting 2015 vs begroting 2016 Wonen, welzijn en zorg - Overheveling van resterend budget 2014 zodat budget 2015 eenmalig hoger uitvalt. Voorzieningen en leefbaarheid - Woningbouwmonitor wordt eens in de 2 jaar uitgevoerd Regioprofilering - Eenmalig project in 2015 “het opstellen en uitvoeren van profileringsplan”
17
Vitaliteit in de dorpen
18
Vitaliteit in de dorpen
Programma 2.
ONTWIKKELING VAN HET OMMELAND
De unieke cultuurhistorische, natuurlijke en landschappelijke waarden en de innovatieve landbouw zijn sterke kenmerken van de Hoeksche Waard. Het zijn ook kwaliteiten die moeten worden beschermd en die verder kunnen worden benut om de vitaliteit van de Hoeksche Waard te bevorderen en de positie van de regio te verbeteren (zie ook de SWOT-analyse in hoofdstuk 3 van de notitie ‘Hoeksche Waard uitgedaagd’ en de Structuurvisie Hoeksche Waard). Daarom is in deze pijler een aantal activiteiten ondergebracht die daar belangrijk aan kunnen bijdragen. Hierna komen ze achtereenvolgend aan bod: innovatieve landbouw in een duurzaam landschap, gebiedsontwikkeling en recreatieve netwerken. De taken en projecten binnen de pijler Ontwikkeling van het ommeland vragen van het SOHW een coördinerend en faciliterend optreden. Voor een aantal ingewikkelde projecten zal het samenwerkingsorgaan zo nodig een regisserende rol vervullen. Coördinerend op de drie pijlers, terwijl we de juiste mensen of organisaties met elkaar in contact brengen. Het verbinden van particuliere initiatieven en overheid zal in de toekomst meer van het SOHW gaan vragen. Sleutelwoorden zijn daarbij ruimte bieden, kansen creëren en zorgen voor meer flexibiliteit (bijvoorbeeld het benutten van kansen vanuit aanwijzen regelvrije zones). Innovatieve landbouw in een duurzaam landschap Landbouw en natuur kunnen elkaar versterken. Het is daarom belangrijk dat partijen in de Hoeksche Waard samenwerken: publiek en privaat, agrariër en maatschappelijke partijen, stad en platteland. Landbouw en landschap zijn van elkaar afhankelijk, en ketens en kringlopen zijn aan elkaar verbonden. Daarom is een integrale aanpak nodig. Een interessante pilot in dit kader, die door een groep boeren ( Stichting Veldleeuwerik) wordt gestart, is Duurzame landbouw in een duurzaam landschap (DLDL). Provincie, rijksoverheid, waterschap en ook het SOHW nemen eraan deel. Deze pilot moet van de Hoeksche Waard nationaal en internationaal hét voorbeeld maken van innovatieve duurzame landbouw. Zo wordt de verslechterde bodemkwaliteit aangepakt en de biodiversiteit verder ontwikkeld en versterkt, worden kansen benut op het vlak van biomassa en bio-based economy, en wordt gezocht naar verbinding tussen stad en land door voedselketens. De rol van het SOHW is vooral om partijen in contact te brengen met elkaar en met de voor de Hoeksche Waard relevante ontwikkelingen. Daarbij worden de doelen en waarden ingebracht zoals die worden genoemd in de Structuurvisie Hoeksche Waard, bijvoorbeeld op het gebied van biodiversiteit. Gebiedsontwikkeling Het SOHW heeft de afgelopen jaren het Masterplan Noordrand en de Hoeksche Waardenmakerij in de Zuidrand uitgevoerd, twee belangrijke projecten die de basis zijn voor gebiedsontwikkeling en de projecten die daar bij horen. Het Masterplan Noordrand is bedoeld om een stevig landschappelijk raamwerk te bieden voor de (stedelijke) ontwikkelingen in het gebied. Daar moeten ook de doelen op het gebied van waterbeheer, recreatie, duurzame energie en natuur onderdeel van zijn. Voorwaarde is het behoud en de versterking van de unieke identiteit en vitaliteit van de dorpen. Met dit Masterplan is het DNA van de Hoeksche Waard grondig in beeld gebracht. Het legt de basis voor verdere initiatieven en ontwikkelingen. In de Hoeksche Waardenmakerij, een project dat de Zuidrand van de Hoeksche Waard bestrijkt, is een bottom-up aanpak toegepast. Overheden, maatschappelijke organisaties en ondernemers zijn op zoek gegaan naar een nieuwe creatieve manier van gebiedsontwikkeling waarin lokale initiatiefnemers en hun netwerken centraal staan. Daarvoor zijn zogenaamde waardeketens gevormd. In zo’n waardeketen – een nieuw economisch concept - worden
19
Ontwikkeling van het ommeland
rondom een bepaald thema initiatieven bij elkaar gebracht die elkaar kunnen versterken en samen kunnen bijdragen aan het bereiken van de beoogde doelstellingen en resultaten. Dat kunnen allerlei initiatieven zijn op het gebied van landschap, recreatie, toerisme, cultureel erfgoed, vitaliteit van dorpen. Zo wordt de economie van de Hoeksche Waard versterkt. Deze nieuwe vorm van gebiedsontwikkeling met waardenketens wordt voortgezet. De projecten binnen de waardenketens in de Hoeksche Waardenmakerij worden uitgewerkt en waar mogelijk uitgevoerd. Het SOHW speelt daarbij in overleg met de betrokken gemeenten een stimulerende en faciliterende rol. Voor de initiatiefnemers wordt de ‘rode loper’ uitgelegd: niet de regels en belemmeringen maar de initiatiefnemers staan centraal. Ook in de Noordrand wordt, mede op basis van de uitkomsten van het Masterplan Noordrand, met de diverse initiatiefnemers en hun projecten naar waardenketens gestreefd. Het SOHW wil een samenhangende ontwikkeling van Noord- en Zuidrand tot stand brengen. Recreatieve netwerken De komende periode wil het SOHW verder werken aan aantrekkelijke verbindingen tussen groene en blauwe natuur, cultuur, landbouw en erfgoed om recreatie en toerisme te versterken. In de Hoeksche Waard en in de omringende stedelijke gebieden worden contacten gelegd en allianties gesmeed om recreatie en toerisme in de Hoeksche Waard te promoten. De bedoeling is om een netwerk van private en publieke partijen te krijgen, waarin nieuwe initiatieven kunnen opbloeien en bijdragen aan een positieve ontwikkeling voor de Hoeksche Waard. Voorbeelden zijn de ontwikkeling van toeristische overstappunten en het uitbreiden van het wandelroutenetwerk. Investeringen op het gebied van verblijfsrecreatie worden daardoor gestimuleerd. De Structuurvisie Hoeksche Waard en de Visie verblijfsrecreatie bepalen mede de richting van het beleid op dit gebied.
Wat zijn de trends en ontwikkelingen? Vooruitlopend op het nieuwe uitvoeringsprogramma zijn de nieuwe trends en ontwikkelingen vastgelegd in de notitie “De Hoeksche Waard uitgedaagd”. Kortheidshalve wordt hier naar verwezen.
Wat willen we bereiken? Innovatieve landbouw in een duurzaam landschap 1. Verder ontwikkelen van de Hoeksche Waard op het gebied van innovatieve landbouw in een duurzaam landschap. 2. Mogelijkheden verkennen op het gebied van biomassa en bio-based economy 3. Verder ontwikkelen en versterken van de biodiversiteit. Gebiedsontwikkeling 4. Mogelijk maken en stimuleren van waardenketens en (met name recreatieve) initiatieven daarbinnen. Integratie van ontwikkelingen in Noord- en Zuidrand nastreven. Recreatieve netwerken 5. Behouden en uitbreiden van de recreatieve netwerken binnen en buiten de Hoeksche Waard 6. Partijen in het Platform Recreatie en Toerisme behulpzaam zijn met het opzetten van nieuwe recreatieve- en culturele arrangementen.
20
Ontwikkeling van het ommeland
Wat gaan we daarvoor doen? Concrete doelstelling
Activiteiten
Realisatie (planning)
Innovatieve landbouw in een duurzaam landschap Verder ontwikkelen van de Via project DLDL worden locaties Hoeksche Waard op het ontwikkeld tot voorbeeldgebied voor gebied van innovatieve innovatieve duurzame landbouw. Dit landbouw in een duurzaam moet uiteindelijk leiden tot een europees landschap. voorbeeld wat gebruikt wordt bij de evaluatie van het nieuwe landbouwbeleid. De provincie stelt voor dit project € 550.000 subsidie beschikbaar. Samen met WUR opzetten van voedselafzetstrategie via Foodmetres project. Dit moet uitmonden in een breder europees project. Het gaat om een verbinding tot stand te brengen tussen de HW en Rotterdam.
Start pilot in 2015. Dit loopt door in 2016 e.v.
Start 2015. Dit loopt door in 2016 e.v.
Mogelijkheden verkennen op het gebied van biomassa en bio-based economy.
Samen met LTO, KvK en andere partijen Start 2015 worden de potenties voor de bio-based economy en de mogelijke ontwikkeling van biomassa verder onderzocht.
Verder ontwikkelen en versterken van de biodiversiteit.
Via landschapstafels wordt hier aan Doorlopend gewerkt tussen overheid, maatschappelijke organisaties en ondernemers. De geplande investeringen in het Haringvliet kunnen een grote impuls betekenen voor de biodiversiteit in het gebied. Er wordt gewerkt aan een bovenregionaal uitvoeringsprogramma via 3 landschapstafels. Deze zijn: 1. duurzame akkerbouw (Hoeksche Waard en Overflakkee evt Voorne/Putten en IJsselmonde) in relatie tot een aantrekkelijk landschap en nieuwe ketens (waaronder stad-land); 2. de enorme potentie van de ontwikkelingen rond het Haringvliet (Tiengemeten/Spuimond/Haringvliet/Kop van Goeree/Voordelta maar evt ook de gehele verbindig naar Rotterdam); 3. Water en recreatie in de Grevelingen en het Volkerak. Voor deze drie thema’s gelden zowel een gedeeltelijke geografische overlap, mogelijke inhoudelijke combinaties, maar ook zeer verschillende coalities met verschillende belangen (zoet-zout).
21
Ontwikkeling van het ommeland
Concrete doelstelling Gebiedsontwikkeling Mogelijk maken en stimuleren van waardenketens en (met name recreatieve) initiatieven aarbinnen. Integratie van ontwikkelingen in Noord- en Zuidrand nastreven.
Recreatieve netwerken Behouden en uitbreiden van de recreatieve netwerken binnen en buiten de Hoeksche Waard
Partijen in het Platform Recreatie en Toerisme behulpzaam zijn met het opzetten van nieuwe recreatieve- en culturele arrangementen.
Activiteiten
Realisatie (planning)
Met andere partijen zoals het Havenbedrijf en het Wereld Natuurfonds wordt opgetrokken om investeringen en daarmee ontwikkelingen mogelijk te maken in de Zuidrand van de HW. De aanpak van de waardenketens wordt over de gehele Hoeksche Waard uitgerold. Voor het noordelijk deel van de Hoeksche Waard worden de waardenketens in beeld gebracht.
Start in 2015. Dit loopt door in 2016 e.v. 2015
Het wandelroutenetwerk wordt met 105 Start in km uitgebreid. 2015. Dit loopt door in 2016 Onderzoeken of het beheer en 2016 onderhoud bij een andere (beheers)organisatie kan worden ondergebracht. Met andere regio’s (VP en GO) wordt 2016 geprobeerd het routenetwerk rondom de pontjes uit te breiden. Uitbouwen mogelijkheden rondvaarten Doorlopend i.c.m. arrangementen Verbinden Deltapontjes met initiatieven 2016 vanuit Natuurmonumenten Uitbreiden Kampeerbelevenis 2016 Faciliteren Promotieteam HW Doorlopend Vanuit platform bijdrage leveren aan Doorlopend Regioprofilering
22
Ontwikkeling van het ommeland
Wat mag het kosten? concept Jaarrek 2014
concept Begroting 2015 nieuw
MJ Begroting 2016
MJ Begroting 2017
MJ Begroting 2018
MJ Begroting 2019
Ontwikkeling van het ommeland Innovatieve landbouw Integrale gebiedsontwikkeling Recreatieve netwerken
66.64813.583138.797-
37.40034.500152.120-
15.00022.500119.035-
15.11022.500119.035-
15.11022.500113.420-
15.11022.50081.870-
Subtotaal uitgaven
219.028-
224.020-
156.535-
156.645-
151.030-
119.480-
Doorbelasting middelen Totaal uitgaven
23.879242.907-
224.020-
156.535-
156.645-
151.030-
119.480-
Inwonerbijdrage tbv regiofonds (groen/blauw) Totaal baten
250.125
201.860
203.370
203.370
203.370
203.370
250.125
201.860
203.370
203.370
203.370
203.370
Saldo Baten en lasten Ontwikkeling van het ommeland Storting regiofonds inwonerbijdrage groen/blauw Regiofonds Resultaat Ontwikkeling van het ommeland
7.218
22.160-
46.835
46.725
52.340
83.890
201.860-
201.860-
203.370-
203.370-
203.370-
203.370-
194.642 -
224.020 -
156.535 -
156.645 -
151.030 -
119.480 -
Toelichting: Algemeen Begroting 2015 is gebaseerd op het vastgestelde uitvoeringsprogramma 2015-2018 Jaarrekening 2014 vs begroting 2016 Innovatieve landbouw - Een tweetal gesubsidieerde projecten die deels in 2014 zijn uitgevoerd lopen nog door in 2015. Vanaf 2016 alleen nog structurele bijdrage voor Hoeksche randen. Integrale gebiedsontwikkeling - In 2014 subsidieprojecten Hoeksche Waardenmakerij aan de Delta en HW Experiment. Vanaf 2015 structureel budget voor nieuwe activiteit “Ontwikkeling waardenketens HW” Recreatieve netwerken - In 2014 afronding van 2 gesubsidieerde projecten. Begroting 2015 vs begroting 2016 Innovatieve landbouw - Een tweetal gesubsidieerde projecten die deels in 2014 zijn uitgevoerd lopen nog door in 2015. Vanaf 2016 alleen nog structurele bijdrage voor Hoeksche randen. Integrale gebiedsontwikkeling - In 2015 afronding van het subsidieproject HW Experiment. Recreatieve netwerken - In 2015 2 incidentele projecten “uitbreiding wandelroute netwerk” en “toeristische overstappunten”.
23
Ontwikkeling van het ommeland
24
Ontwikkeling van het ommeland
Programma 3 REGIONALE BELEIDSAFSTEMMING/BESTUURSZAKEN
Het programma Regionale beleidsafstemming en bestuurszaken is gericht op het ondersteunen van het bestuur van het Samenwerkingsorgaan Hoeksche Waard, de portefeuillehoudersoverleggen en andere bestuurlijk gremia, bij de uitvoering van de regionaal afgesproken taken. Een en ander conform de doelstellingen en taken zoals omschreven in de gemeenschappelijke regeling. De algemene hoofddoelstelling is het mogelijk maken van goed bestuur door een optimaal verloop van de besluitvormingsprocessen en het beheren en zorg dragen voor, het daarbij benodigde personeel, de middelen en faciliteiten. Kerntaken van het SOHW De pijler Regionale beleidsafstemming en bestuurszaken raakt direct de kerntaken van het SOHW zoals beschreven in de gemeenschappelijke regeling. Die liggen op de gebieden ruimte, economie, landschap, samenleving en veiligheid. Deze kerntaken zijn: Afstemming van beleid tussen de gemeenten; Samenwerking tussen SOHW en gemeenten op gemeenschappelijke onderwerpen; Bewaken van de breedte en samenhang van beleidsontwikkelingen en voorstellen (integraliteit); Behartigen van belangen van de gemeenten en de regio door contacten met hogere overheden, regionale samenwerkingsverbanden en maatschappelijke organisaties; Ondersteunen, regisseren en coördineren van projecten; Ondersteunen van en deelnemen aan overleg- en samenwerkingsverbanden; Bevorderen en mogelijk maken van initiatieven vanuit de samenleving; Uitgaven plannen en bewaken voor de uitvoering van taken, door begroting, jaarrekening en managementrapportages. Er moet zo goed mogelijk inhoud worden gegeven aan de veranderende rol van de overheid. Het SOHW zal hierin het voortouw nemen en de gemeenten er actief bij betrekken. De inzet van mensen en middelen wordt hierop afgestemd. Daarbij wordt rekening gehouden met de projecten en activiteiten in de pijlers Vitaliteit in de dorpen en Ontwikkeling van het ommeland. Ook de profilering van de Hoeksche Waard naar buiten toe en de afstemming van beleid tussen gemeenten blijft aandacht vragen. Daarbij gaat het om projecten of onderwerpen waarbij een gezamenlijk standpunt beslissend is. De intensievere samenwerking met andere partijen die de komende jaren nodig is, vraagt om heldere afspraken over resultaten en werkwijze. Een eenduidige opstelling van de gemeenten naar de samenwerkende partijen is daarbij van belang. Naast de nu bekende min of meer structurele onderwerpen voor beleidsafstemming, zal die afstemming in de toekomst bij de drie decentralisaties op het gebied van sociaal beleid steeds meer moeten plaatsvinden. Verbeteren regionale samenwerking binnen SOHW Het evaluatierapport ‘Regionale samenwerking’ van Partners + Pröpper uit 2013 (vastgesteld door de gemeenteraden) beveelt aan om de regionale samenwerking op een aantal terreinen te verbeteren. Dat is nodig om de uitdagingen waar de Hoeksche Waard voor staat het hoofd te kunnen bieden. Bedoeld worden verbeteringen die los staan van de discussie over de bestuurlijke samenwerking. Het rapport noemt: Beter besturen van beleidsprocessen, voor een hogere kwaliteit en betere doorzichtigheid van de samenwerking. In praktijk brengen van het begrip ‘opgavegestuurd werken’. Daarbij is de inhoud is leidend voor de manier van werken en niet de bestaande structuur. Slagvaardiger worden.
25
Regionale beleidsafstemming/bestuurszaken
Meer betrokkenheid tonen met de samenleving. Inrichting en bemensing van het bureau SOHW afstemmen op de kerntaken. Investeren in een brede samenwerking, waaronder een oriëntatie op de regio’s buiten de Hoeksche Waard.
Het Dagelijks Bestuur SOHW heeft eind 2014 een notitie vastgesteld waarin concrete acties staan benoemd die uitwerking geven aan de bovengenoemde punten. Deze acties zijn opgenomen in het Uitvoeringsprogramma 2015-2018. De nieuwe rol van het SOHW als samenwerkingspartij vraagt om slagvaardigheid en een efficiënte besturing van processen waarbij het te bereiken doel voorop zou moeten staan en niet de bestaande structuren. Dit is een uitdaging voor de komende jaren. Voor de portefeuillehoudersoverleggen blijven de komende vier jaar de volgende goingconcern onderwerpen op de agenda staan: Pfo Samenleving: transformatieproces decentralisaties, opstellen maatschappelijke agenda, leerlingenvervoer, leerplicht, GO Primair onderwijs, onderwijshuisvesting, voorschoolse voorzieningen, passend onderwijs, cultuur, volksgezondheid, crisisopvang, versterking welzijnswerk, regionale subsidies. Pfo Landschap: natuur- en milieueducatie, marketing en promotie Hoeksche Waard, POP3/Leader/CLLD (plattelandsontwikkelingsprogramma), Natura 2000/beheerplan, Hoeksche Randen regeling, kampeerbeleid, faciliteren van collectief dat nieuw gemeenschappelijk landbouwbeleid uitvoert. Pfo Ruimte: Deltaprogramma, Visie Ruimte en Mobiliteit, kwaliteitsteam (adviseur), duurzaamheid, Zuidvleugel, regionale woonvisie, regionale prestatieafspraken wonen, huisvestingsverordening, windenergie. Pfo Economie: Bemiddelaar glastuinbouw, bedrijvenloket, herstructurering bedrijventerreinen, startcoach, uitgifte bedrijventerreinen. Pfo Veiligheid: Veilige woonomgeving, jeugd, ondermijning (georganiseerde criminaliteit), handhaving, brandweerzorg, crisisbeheersing. De bij deze pijler behorende lijst met projecten en activiteiten biedt een concreet inzicht in wat er feitelijk te doen staat. In grote lijnen worden onderscheiden: structurele taken ter ondersteuning van portefeuillehoudersoverleggen, dagelijks bestuur en algemeen bestuur, volgen van en inspelen op nieuwe ontwikkelingen. Een voortdurende inspanning is verder nodig in de contacten met provincie, rijk en andere regio’s. Projecten die sterk verband houden met de doelstellingen binnen de pijlers 1 en 2 zijn bij de daarbij behorende programma’s ondergebracht.
Wat zijn de trends en ontwikkelingen? Bestuurlijke toekomst Hoeksche Waard In 2013 heeft de Evaluatie van de Samenwerking in de Hoeksche Waard plaatsgevonden. In de vijf gemeenten zijn standpunten ingenomen over het uitvoeren van nader onderzoek omtrent de bestuurlijke toekomst. Eind 2014 hebben de gemeenteraden ingestemd met een onderzoek naar de bestuurlijke toekomst Hoeksche Waard. In het proces van onderzoek en afweging gaat het om drie onderzoeksthema’s: 1. Onderzoek naar effecten van herindeling 2. Onderzoek naar effecten van versterkte samenwerking met doorzettingsmacht 3. Onderzoek naar belangen en drijfveren Sociaal domein De verwachting is dat in 2016 nog volop wordt gewerkt aan het transformatieproces binnen het Sociaal Domein. Het in 2015 op te stellen Preventieprogramma Jeugdzorg zal in 2016 worden uitgewerkt. Het is heel belangrijk om veel te investeren op preventie. Vroegtijdige signalering vookomt dat er veel gebruik moet worden gemaakt van duurdere zorgtrajecten. Dit is niet wenselijk voor de inwoner maar ook niet voor de gemeenten die deze trajecten moeten
26
Regionale beleidsafstemming/bestuurszaken
financieren. Deze winst voor een ieder zal vooral vanaf 2016 geboekt moeten worden omdat 2015 nog volop in het teken staat van het zorgen voor “zorgcontinuïteit”. Samenwerking maatschappelijke partners In het nieuwe uitvoeringsprogramma is nadrukkelijk een actieve rol van maatschappelijke partners weggelegd. Een voorbeeld van de nieuwe manier van werken en denken is het Pact van de Waard, waarin aan gezamenlijke doelen wordt gewerkt. De algemene trend is dat het SOHW steeds minder als verantwoordelijke van projecten optreedt en meer de faciliterende en stimulerende rol vervult om dingen mogelijk te maken. De maatschappelijke partners krijgen juist een actievere rol, en daarbij de taak om duidelijk te maken welke ondersteuning van de overheid nodig is om projecten te kunnen realiseren. Deze nieuwe vorm van samenwerking en rolverdeling vraagt een nieuwe cultuur zowel bij de overheid als bij het maatschappelijk middenveld. Samenspel dagelijks bestuur, pfo’s en bestuurlijk trekker De nieuwe vormen van samenwerken met maatschappelijke partners hebben ook invloed op het samenspel tussen dagelijks bestuur, pfo’s en bestuurlijk trekker. Een daadkrachtige houding en efficient vergaderen is noodzakelijk. Gezocht zal worden naar praktische werkvormen die tegemoet komen aan het belang van een goede samenwerking met maatschappelijke partners en bijdrage aan een goede beleidsafstemming tussen gemeenten onderling. Financiën Tijdens het opstellen van het uitvoeringsprogramma zijn afspraken gemaakt over het jaarlijks op te stellen jaarplan en de financiele kaders binnen SOHW. Medefinanciering en steeds ingewikkelder omstandigheden vragen een flexibele sturing van het budget. Er moet voldoende ruimte zijn om te kunnen reageren op veranderende omstandigheden. De insteek bij een gezamenlijke aanpak is dat er met alle betrokken partijen goede afspraken worden gemaakt over verdeling van taken, rollen en financiering. Externe orientatie De externe oriëntatie wordt in het uitvoeringsprogramma nadrukkelijk als opgave genoemd en vindt zijn vertaling in een aantal concrete projecten zoals gebiedsprofilering. Iets dat samen met alle betrokken partijen wordt opgepakt. Belangrijk onderdeel is de beleidsafstemming met andere regio’s. Nadat we eerder contact hebben gelegd met onze omliggende regio’s, zullen deze contacten verder worden uitgebouwd. Waar liggen kansen voor beleidsafstemming, gezamenlijk uitvoering delen van hulpbronnen of ontmoeting/kennisdeling en informatie uitwisseling. Binnen het dagelijks bestuur zal een discussie plaatsvinden over de mogelijkheden voor de Hoeksche Waard om te participeren in het Bestuurlijk Platform Zuidvleugel.
Wat willen we bereiken? Kerntaken van het SOHW 1. Bevorderen en waar mogelijk verbeteren van de regionale samenwerking gericht op de doelen van pijlers 1 en 2. Vooral de besturing van processen verbeteren, slagvaardiger worden, doorzichtigheid van beleidsprocessen bevorderen en samenwerking met maatschappelijke partners stimuleren. Verbeteren regionale samenwerking binnen SOHW 2. Bevorderen van brede samenwerking, onder meer door sterkere oriëntatie op regio’s buiten de Hoeksche Waard. 3. Aansluiten bij de nieuwe bestuurlijke overlegtafel Zuid-Westelijke Delta (recreatie en groen) om meerjarige strategische afspraken te maken met regio en provincie Zuid-Holland over te investeren middelen 4. De belangen van de Hoeksche Waard onder de aandacht brengen in diverse bestuurlijke netwerken zoals provincie Zuid-Holland, Zuidvleugel, ZHZ, rijk.
27
Regionale beleidsafstemming/bestuurszaken
5. Bestuurlijke afstemming op verschillende beleidsterreinen binnen de vijf domeinen. 6. Behouden en verder verbeteren van de landschappelijke en ruimtelijke kwaliteiten door onder andere de inzet van de bemiddelaar glastuinbouw en de kwaliteitsadviseur. 7. Mogelijk maken en bevorderen van regionale duurzame initiatieven.
Wat gaan we daarvoor doen? Concrete doelstelling
Activiteiten
Realisatie (planning)
Actualisatie beleidskader samenwerking maatschappelijk middenveld. Opzetten sturingsmonitor Actualiseren Inkoopbeleid Werkbijeenkomst DB en pfo’s over samenspel DB, pfo’s en bestuurlijk trekker.
2017
Pfo’s, DB, AB en raadsledenoverleg Hoeksche Waard Strategische beleidsadvisering nieuwe ontwikkelingen. Begroting, burap en jaarverslag.
Doorlopend
Opstellen meerjarenbegroting 2017. Beheer Regiofondsen verkenning nieuwe financieringsvormen. Overleg SOHW met en maatschappelijke organisaties over coordinatie en afstemming beleidsprocessen / projecten.
2016
Persberichten, nieuwsbrieven en websitebeheer
Doorlopend
Kerntaken van het SOHW Bevorderen en waar mogelijk verbeteren van de regionale samenwerking gericht op de doelen van pijlers 1 en 2. Vooral de besturing van processen verbeteren, slagvaardiger worden, doorzichtigheid van beleidsprocessen bevorderen en samenwerking met maatschappelijke partners stimuleren. Faciliteren van regionaal bestuurlijk overleg. Optimale positionering Hoeksche Waard in extern krachtenveld. SOHW “in control” Kaderstellende rol raden. Inzicht in de inkomsten en uitgaven van het Regiofonds. Bevorderen samenwerking met maatschappelijke organisaties / bedrijfsleven Communiceren van activiteiten van het SOHW
Verbeteren regionale samenwerking binnen SOHW Bevorderen van brede samenwerking, Onderzoeken mogelijkheden om onder meer door sterkere oriëntatie aansluiting te zoeken bij op regio’s buiten de Hoeksche Waard. omliggende netwerken Inbreng regioprofilering pijler 1 Bestuurlijke overlegtafel ZuidBetrokkenheid van de regio bij Westelijke Delta (recreatie en groen) de besluitvorming in verband om meerjarige strategische afspraken met onderwerpen die daar op de te maken met regio en provincie agenda komen Zuid-Holland over te investeren middelen. De belangen van de Hoeksche Waard onder de aandacht brengen in diverse bestuurlijke netwerken zoals provincie Zuid-Holland, Zuidvleugel, ZHZ, rijk.
2016 2016 2016
Doorlopend Half jaarlijks
Doorlopend Doorlopend
2016 2015-2018 Doorlopend
Betrokkenheid van de regio bij de Doorlopend besluitvorming in verband met onderwerpen die daar op de agenda komen
28
Regionale beleidsafstemming/bestuurszaken
Concrete doelstelling
Activiteiten
Bestuurlijke afstemming op verschillende beleidsterreinen binnen de vijf domeinen.
De bij deze pijler 3 behorende lijst met projecten en activiteiten uitvoeren en sturing aangeven.
Behouden en verder verbeteren van de landschappelijke en ruimtelijke kwaliteiten door onder andere de inzet van de bemiddelaar glastuinbouw en de kwaliteitsadviseur. Mogelijk maken en bevorderen van regionale duurzame initiatieven.
Inzetten Kwaliteitsteam (adviseur) bij ruimtelijke kwaliteitsvraagstukken Inzetten bemiddelaar glastuinbouw voor het saneren van verspreid glas. Realiseren energieloket, uitvoering acties en heroverweging energievisie.
Realisatie (planning) Doorlopend
2015-2018 2015-2016 2015-2018
Wat mag het kosten? concept Jaarrek 2014 Regionale beleidsafstemming/ bestuurszaken Kerntaken Ruimte Economie Landschap Samenleving Veiligheid Subtotaal uitgaven Doorbelasting middelen Totaal uitgaven Inwonerbijdragen Bijdragen gemeenten tbv communicatie sociaal domein Bijdragen gemeenten tbv Veiligheid Totaal baten Saldo Baten en lasten Algemene reserve Regiofonds Resultaat Regionale beleidsafstemming/ bestuurszaken
concept Begroting 2015 nieuw
527.10956.02410.25041.498159 634.722-
651.28135.6008.0007.550-
MJ Begroting 2016
MJ Begroting 2017
MJ Begroting 2018
MJ Begroting 2019
7.630710.061-
690.30525.1908.0007.6107.630738.735-
685.30525.1908.0007.6107.630733.735-
680.30525.1908.0007.6107.630728.735-
677.49125.1908.0007.6107.630725.921-
87.499722.221-
125.549835.610-
122.549861.284-
122.549856.284-
122.549851.284-
122.549848.470-
713.179
761.830
767.540 3.500
767.540 32.500
767.540 32.500
767.540 32.500
713.179
7.630 769.460
7.630 778.670
7.630 807.670
7.630 807.670
7.630 807.670
9.0429.513 72.170 72.641
66.15015.000 51.150 -
82.61441.814 40.800 -
48.6147.814 40.800 -
43.6142.814 40.800 -
Toelichting Algemeen Begroting 2015 is gebaseerd op het vastgestelde uitvoeringsprogramma 2015-2018 Jaarrekening 2014 vs begroting 2016 Kerntaken - Eindafrekening RAS 2013 is ten gunste van salariskosten geboekt (uren programmamanager) - Over het algemeen gewoon minder kosten gemaakt in 2014 Ruimte - In 2014 lopende projecten “Energie en Klimaat” en “Windenergie”, vanaf 2016 alleen nog maar het kwaliteitsteam.
29
Regionale beleidsafstemming/bestuurszaken
40.80040.800 -
Economie Landschap
-
Laatste jaar bijdrage voor De Kansen bij Verkassen Scan.
-
Afronding van diverse projecten in 2014 en vanaf 2015 geen uren meer begroot voor groenblauwe diensten.
Begroting 2015 vs begroting 2016 Kerntaken - Vanaf 2015 bedrag voor communicatieadviseur in de begroting opgenomen. Ruimte - In 2015 lopend project “Energie en Klimaat”, vanaf 2016 alleen nog maar het kwaliteitsteam.
30
Regionale beleidsafstemming/bestuurszaken
31
Regionale beleidsafstemming/bestuurszaken
Financiële specificatie Inleiding Het Besluit begroting en verantwoording schrijft voor dat de financiële begroting ten minste moet bestaan uit: een overzicht van baten en lasten en de toelichting; de uiteenzetting van de financiële positie en de toelichting. met aandacht voor: de gronden waarop de raming is gebaseerd; een verklaring van de aanmerkelijke verschillen ( rekening en Begroting 2014); de incidentele baten en lasten. Investerings- en financieringsstaat Het verwachte EMU-saldo
32
Financiële specificatie
33
Financiële specificatie
1. Overzicht van baten en lasten x (€ 1,000) 2016 Vitaliteit in de dorpen Ontwikkeling van het ommeland Regionale beleidsafstemming/ bestuurszaken Resultaat voor bestemming Mutaties in reserves Resultaat na bestemming
2017
2018
2019
Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo -34 0 -34 -26 0 -26 -34 0 -34 -26 0 -26 -157 203 47 -157 203 47 -151 203 52 -119 203 84 -861 779 -83 -856 808 -49 -851 808 -44 -848 808 -41 -1.052 982 -70 -1.039 1.011 -28 -1.036 1.011 -25 -994 1.011 17 -203 273 70 -203 231 28 -203 229 25 -203 186 -17 -1.255 1.255 0 -1.242 1.242 0 -1.240 1.240 0 -1.198 1.198 0
1.1. Gronden waarop de ramingen zijn gebaseerd In het volgende overzicht worden de belangrijkste uitgangspunten voor de Meerjarenbegroting 2016-2019 weergegeven In de Begroting 2016 zijn financieel de volgende uitgangspunten gehanteerd: de Begroting 2016 is op basis van het vastgestelde Uitvoeringsprogramma 2015 – 2018 opgesteld. de inwonerbijdrage is met 0,75% verhoogd; de salarissen begroot o.b.v. de vastgestelde formatie en berekend met de meest recente gegevens; de kosten van projecten zijn met 0,75% verhoogd; de projectkosten zijn netto opgenomen;
34
Financiële specificatie
2. Reservering Regiofonds Regiofonds Doel Het beheren van het Regiofonds Hoeksche Waard bestemd voor het dekken van de kosten van de projecten uit het Uitvoeringsprogramma Structuurvisie Hoeksche Waard 2015-2018 en zoals opgenomen in de programma’s. De vulling van het Regiofonds met vaste, variabele en incidentele bijdragen door de gemeenten beheren en de uitgaven en inkomsten administratief vastleggen. De precieze invulling en regels met betrekking tot de uitgaven zijn opgenomen in de Verordening Regiofonds Hoeksche Waard. Het Regiofonds is gevormd bij de jaarrekening 2010 Commissie Hoeksche Waard (ZHZ) uit de vrijvallende middelen BWS. Vanaf deze Begroting 2016 is afgesproken dat alleen variabele inkomsten die in september vooraf aan het begrotingsjaar daadwerkelijk gerealiseerd en overgedragen zijn aan het SOHW meegenomen worden als inkomsten in het gemeentefonds. concept Saldo
Rekening
2013
2014
Regiofonds Lasten Totaal programma/projecten kosten Bijzondere bestuursopdrachten Projecten 'overheveling 2014' Totaal ontrekking Baten Vaste bijdrage inwoner Variabele bijdrage locale ontwikkelingen Resultaat 2014 Totaal bijdragen resultaat/jaar Restultaat (cumulatief)
326.171
326.171 201.860
283.625
concept MJ begroting MJ begroting MJ begroting MJ begroting MJ begroting wijziging 2015 2016 2017 2018 2019 295.170
231.375
223.645
225.870
186.480
41.000 336.170
231.375
223.645
225.870
186.480
203.370
203.370 pm
203.370 pm
203.370 pm
203.370
203.370
203.370
201.860
201.860 72.500 43.641 318.001
203.370
124.311159.314
18.169141.144
28.005113.139
pm
20.27592.864
22.50070.364
Vanaf 2016 wordt er in de meerjarenbegroting meer onttrokken uit het regiofonds dan dat er aan structurele inkomsten binnenkomt. De oplossing van het verschil wordt meegenomen bij het opstellen van het jaarprogramma dat ieder jaar in september wordt opgesteld. Dat kan betekenen dat er extra variabele inkomsten komen vanuit rode ontwikkelingen, extra bijdrage door de deelnemers of dat projecten worden uitgesteld.
35
Financiële specificatie
16.890 87.254
36
Financiële specificatie
3. Geprognosticeerd financieringsoverzicht Begroting 2016 Programmabegroting 2016 Stand op 1-1-2016 Vaste activa Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa geinvesteerde m iddelen lang Vaste financieringsm iddelen Eigen vermogen 1.1 Algemene reserve 1.2 Regiofonds Resultaat eigen verm ogen
VermeerdeGeraamde Geraamde stand ringen Vermindering mutaties 2016 31-12-2016
118.874 118.874
1.109 -
1.109
167.750 141.144
203.370
41.814 231.375
308.894
203.370
273.189
1.1091.109-
117.765 117.765
28.005-
125.936 113.139 -
28.005-
239.075
Voorzieningen voorzieningen
-
-
-
-
-
Langlopende schulden langlopende schulden
-
-
-
-
-
Beschikbare m iddelen lang Financieringsaldo lang Vastgelegd in: Vorderingen ( Debiteuren) Vlottende passiva Overlopende activa Overlopende passiva Banksaldo
308.894
203.370
273.189
28.005-
239.075
190.021-
203.370-
272.080-
26.896
121.311-
224.000 185.450123.976 44.893145.029 262.662
-
46.351
46.351-
95.000 141.351
95.000141.351-
177.649 185.450123.976 44.89350.029 121.311
4. Verklaring verschillen Begroting 2016 en Begroting 2015 Het verschil tussen de Begroting 2016 en de Begroting 2015 wordt veroorzaakt voor het overgrote deel door het nieuwe Uitvoeringsprogramma van de Structuurvisie en de prioritering hierin. Daarnaast is in 2014 enige vertraging in de uitvoering van projecten ontstaan. Deze worden in 2015 verder uitgevoerd. De verschillen per programma zijn bij de programma’s toegelicht.
37
Financiële specificatie
5. Inwonerbijdrage Onderstaand wordt een specificatie gegeven van de opgenomen baten met betrekking tot de bijdrage per inwoner van de gemeenten. De algemene inwonerbijdrage bedraagt vanaf 2016 € 9,07. Naast de algemene inwonerbijdrage wordt een bedrag van € 2,40 per inwoner in rekening gebracht als vaste bijdrage aan het Regiofonds (zie Reservering Regiofonds). Dit was het aandeel groen/blauw in de ‘oude’ inwonerbijdrage Commissie Hoeksche Waard. De inwonerbijdrage is in 2016 verhoogd met 0,75% over de totale inwonerbijdrage. Overzicht inwonerbijdrage Inwonerbijdrage
Inwonerbijdrage Bijdrage tbv communicatie sociaal domein Inwonerbijdrage tbv regiofonds Totaal
Begroting 2015 761.830 201.860 963.690
Begroting 2016 767.540 3.500 203.370 974.410
Begroting 2017 767.540 32.500 203.370 1.003.410
Begroting 2018 767.540 32.500 203.370 1.003.410
Begroting 2019 767.540 32.500 203.370 1.003.410
Toelichting: Basis van de inwonerbijdrage is dat de ‘vaste’ lasten, zoals personeelskosten, algemene kosten en bestuurkosten gedekt kunnen worden. Daarom worden deze Begroting 2016 zowel alle salariskosten als de algemene inwonerbijdrage geheel bij Regionele beleidsafstemming/bestuurszaken verantwoord. Bijdrage per gemeente
Binnenmaas Cromstrijen Korendijk Oud-Beijerland Strijen Totaal
Inwoners MJ begroting MJ begroting MJ begroting MJ begroting MJ begroting 1-1-2015 2015 2016 2017 2018 2019 28.659 326.324 329.954 339.773 339.773 339.773 12.781 145.530 147.149 151.528 151.528 151.528 10.781 122.757 124.123 127.817 127.817 127.817 23.696 269.813 272.814 280.933 280.933 280.933 8.718 99.267 100.371 103.358 103.358 103.358 84.635 963.690 974.410 1.003.410 1.003.410 1.003.410
38
Financiële specificatie
6. Incidentele baten en lasten
INCIDENTEEL (x € 1,000) 2015 2016 2017 2018 2019 Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Vitaliteit in de dorpen 61- 613434262634- 3426- 26Ontwikkeling van het ommeland 224- 202 22157- 203 47 157- 203 47 151- 203 52 119- 203 84 Regionale beleidsafstemming/ bestuurszaken 836- 769 66861- 779 83856- 808 49851- 808 44- 848- 808 41-
Regiofonds
1.121- 971 149- 1.052- 982 202- 351 149 203- 273 1.322- 1.322 - 1.255- 1.255
70- 1.039- 1.011 70 203- 231 - 1.242- 1.242
2828 0-
1.036- 1.011 203- 229 1.240- 1.240
25- 994- 1.011 25 203- 186 0- 1.198- 1.198
De begroting van de gemeenschappelijke regeling is gebaseerd op het aantal opgenomen projecten welke gefinancierd worden vanuit gemeentelijke bijdragen en worden gerealiseerd onder toezicht van het bestuur. Daarmee is in feite een zeer groot deel van de begroting van de gemeenschappelijke regeling incidenteel op de bestuurskosten en enkele reguliere activiteiten bij de overige programma na.
39
Financiële specificatie
17 170-
7. EMU-saldo Op grond van het aangescherpte Stabiliteits- en Groeipact dienen overheden in Europees verband zich te houden aan de Europese begrotingsafspraken. Het Rijk wil zodoende meer ‘grip’ op het EMU-saldo en de schuldpositie van decentrale overheden. Ook lagere overheden moeten bijdragen aan het begrotingstekort van de collectieve sector. De voorgenomen investeringen van gemeenschappelijke regelingen maken deel uitmaken van de gemeentelijke opgave. Berekening EMU-saldo Gemeenten en Provincies 2016 2017 2018 2019 volgens volgens volgens volgens meerjarenrami meerjarenrami meerjarenrami meerjarenrami ng (* € 1.000) ng (* € 1.000) ng (* € 1.000) ng (* € 1.000)
Vraag
1
Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c).
2+ 3+
Afschrijvingen ten laste van de exploitatie. Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste van de exploitatie. Investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd Baten uit bijdragen van andere overheden, de Europese Unie en overigen, die niet op de exploitatie zijn verantwoord en niet al in mindering zijn gebracht bij post 4 Desinvesteringen in (im)materiële vaste activa: Baten uit desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen verkoopprijs), voorzover niet op exploitatie verantwoord Aankoop van grond en de uitgaven aan bouw-, woonrijp maken e.d. (alleen transacties met derden die niet op de exploitatie staan)
45+
6+
7-
8+ 910 -
11 -
Baten bouwgrondexploitatie: Baten voorzover transacties niet op exploitatie verantwoord Lasten op balanspost Voorzieningen voorzover deze transacties met derden betreffen Lasten ivm transacties met derden, die niet via de onder post 1 genoemde exploitatie lopen, maar rechtstreeks ten laste van de reserves (inclusief fondsen en dergelijke) worden gebracht en die nog niet vallen onder één van bovenstaande posten Boekwinst bij verkoop van deelnemingen en aandelen.
Berekend EMU-saldo
40
-273 1
-231 1
-229 1
-186 1
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0 0
0 0
0 0
0 0
-272
-230
-228
-185
Financiële specificatie
41
Financiële specificatie
Paragrafen In de begroting zijn in afzonderlijke paragrafen de beleidslijnen vastgelegd met betrekking tot relevante beheersmatige aspecten, alsmede tot de lokale heffingen. Het Besluit Begroting en Verantwoording (de BBV) schrijft een verplicht aantal paragrafen voor, tenzij het desbetreffende aspect niet aan de orde is. Voor het Samenwerkingsorgaan Hoeksche Waard zijn de paragrafen Weerstandsvermogen, Financiering, Instandhouding kapitaalgoederen en Bedrijfsvoering van toepassing.
42
Paragrafen
43
Paragrafen
Paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing 1. ALGEMEEN 1.1 Inleiding Onder weerstandsvermogen wordt verstaan het vermogen van de gemeenschappelijke regeling om toekomstige onverwachte tegenvallers op te vangen, zonder dat een dergelijke tegenvaller directe consequenties heeft voor haar huidige beleid en/of daaraan verbonden activiteiten. Het weerstandsvermogen is van belang voor de mate waarin risico’s, waarvoor geen voorzieningen zijn getroffen of waarvoor geen verzekeringen zijn afgesloten, kunnen worden opgevangen. Om de relatie tussen de risico’s die de gemeenschappelijke regeling loopt en het noodzakelijke weerstandsvermogen in kaart te brengen zijn de risico’s geïnventariseerd en geclassificeerd naar: • het schadebedrag van mogelijke risico’s; • de inschatting dat het zich vooral zal doen.
1.2 Beleid Geconcludeerd is dat de risico’s gerelateerd zijn aan het vaste organisatiedeel en het projectendeel van de organisatie. In het algemeen kun je stellen, dat als de projecten geen doorgang vinden er ook geen project gerelateerde risico’s zijn. Immers, op wat voorbereidende handelingen na, wordt er pas met een project gestart als er financieringsbronnen (subsidie) zijn toegezegd. Dus hiermee is feitelijk primair het eerste risico afgedekt. Daarnaast worden de projecten gefinancierd vanuit het regiofonds. Als het Regiofonds ontoereikend blijkt te zijn, worden de projecten heroverwogen en zodanig geprioriteerd, dat het regiofonds toereikend is. Ten slotte is het niet noodzakelijk om maatschappelijk geld van de deelnemende gemeenten in een projectenorganisatie op een rekening te storten, als diezelfde deelnemende gemeenten verplicht zijn om er steeds zorg voor dragen dat het openbaar lichaam te allen tijden over voldoende middelen beschikt om aan al zijn verplichtingen jegens derden te kunnen voldoen. Immers, in geval van opheffing van het openbaar lichaam worden de rechten en verplichtingen van het lichaam verdeeld over de deelnemers. Gelet op bovenstaande overwegingen is bepaald dat de totale risicowaarde van de geïnventariseerde risico’s met de volgende drietrap wordt afgedekt. Primaire dekking Projecten worden pas opgestart als de financiering van de opgenomen projecten zijn afgedekt en goedgekeurd door het dagelijks bestuur. Secundaire dekking De risicowaarde van organisatie-gerelateerde risico’s worden gedekt vanuit de algemene reserve en het budget voor onvoorzien. De risicowaarde van de project-gerelateerde risico’s worden voor zover als mogelijk gedekt vanuit de vaste bijdragen in het Regiofonds dat tot het weerstandsvermogen wordt gerekend. Bij een ontoereikend regiofonds worden de projecten zodanig opnieuw geprioriteerd dat het regiofonds wel toereikend is. Tertiaire dekking In de situatie dat, door het zich voordoen van een risico, de liquiditeit ontoereikend is om aan al zijn verplichtingen jegens derden te kunnen voldoen, zijn gemeenten verplicht om een aanvullende bijdrage te doen.
44
Paragraaf Treasury
Beheersen risico’s Binnen de organisatie is er sprake van ‘eenvoudig’ risicomanagement. De organisatie is zich bewust dat risico’s een expliciet onderdeel zijn van de afwegingen bij beslissingen. Bij de invulling van het risicomanagement wordt zoveel mogelijk aangesloten bij de bestaande beheerstechnieken en instrumenten. Ten behoeve van de begroting zijn de risico’s uitgebreid geïnventariseerd.
2. Risico’s In het Besluit Begroten en Verantwoorden 2004 is als minimum eis opgenomen dat in de weerstandsparagraaf alle risico’s worden opgenomen, die tot op het moment van aanbieden van de begroting en meerjarenraming bij het algemeen bestuur bekend zijn.
Inventarisatie Voor de begroting 2015 zijn na inventarisatie de volgende risico’s geclassificeerd. Kans
Hoog
Gemiddeld
Laag
Risico Kritiek
Beduidend Gering
-
Verzekeringen
-
Financiering subsidiemogelijkheden
- Regionale samenwerking - Financiering subsidievoorwaarden
- Exploitatie Veerpont - BTW
De totale risicowaarde van de geïnventariseerde risico’s bedraagt per januari 2015 circa € 133.750. Bestaande uit : Politiek gerelateerde risico’s - € 18.750 Project gerelateerde risico's € 83.750 Organisatie gerelateerde risico's € 93.750 De risico’s worden ingedeeld in: Politieke risico’s Project gerelateerde risico’s Organisatie gerelateerde risico’s Politieke risico’s Regionale samenwerking ( Beduidend, Laag) Binnen de deelnemende gemeenten van de Hoeksche Waard liggen meerdere activiteiten op het gebied van regionale samenwerking. In 2015 zal er een onderzoek gedaan worden naar de bestuurlijke toekomst van de Hoeksche Waard welke uiteindelijk in 2019 zal leiden tot herindeling dan wel tot intensivering van de regionale samenwerking. Deze ontwikkeling kan effect hebben voor het takenpakket van de GR. Bij herindeling zal dit passief negatief effect hebben in 2019. Bij intensivering van de samenwerking zal dit leiden tot extra taken en is zodoende als positief risico gekwalificeerd.
45
Paragraaf Treasury
Project gerelateerde risico’s Financiering –variabele inkomsten/subsidiemogelijkheden (Gering, Hoog) Vanwege de onzekere economische situatie en de bezuinigingen vanuit het Rijk zijn subsidies onzeker geworden. Projecten worden niet eerder gestart nadat de subsidie zeker is. De vinger wordt de komende tijd aan de pols gehouden. Financiering –subsidie voorwaarden ( Gering, Gemiddeld) Een groot deel van de projecten van het SOHW wordt gefinancierd doormiddel van externe subsidies. Toekenning van de subsidie is afhankelijk van in hoeverre het projectresultaat voldoet aan de subsidievoorwaarden. Bij niet voldoen kan de subsidie niet verstrekt worden of worden verminderd. Subsidiegevers zijn in toenemende mate strikter bij de controle van de naleving van de subsidievoorwaarden. Exploitatie veerpont ( Gering, Laag) Het contract met de exploitant van de veerpont loopt in 2016 af. Doordat de veerpont economisch eigendom is van de exploitant, is het risico aanwezig, dat deze de veerpont met het einde van het contract in zicht, niet op de juiste wijze onderhoud. Voor de pont is van de provincie wel een subsidie ontvangen onder de voorwaarde, dat de pont de komende vijf jaren in de vaart blijft. In 2015 zal beoordeeld worden of het contract onder dezelfde voorwaarden wordt doorgezet. BTW Met betrekking tot de projecten Servicepunt Nieuwendijk en Natuurspeelterrein loopt uw gemeenschappelijke regeling risico’s met betrekking tot de BTW. Deze projecten zijn uitgevoerd in samenwerking met natuurmonumenten. De BTW van SOHW loopt via het BTW compensatiefonds van de 5 gemeenten. Met betrekking tot de gemaakte kosten bestaat het risico op naheffing door de belastingdienst. De mogelijkheid onderzoeken of het btw-risico te verleggen is via de btw-aangiften van de deelnemende gemeenten. Bedrijfsvoering risico’s Verzekeringen SOHW (Beduidend, Hoog) De SOHW is eigen risicodrager op het gebied van ziekte. Als medewerkers langdurig ziek worden, kan dit effecten hebben voor de continuïteit van het werkproces. Vervolgens kan dit een behoorlijke financieel nadeel opleveren. Daarnaast is het onduidelijk hoe het met de werknemersaansprakelijkheid en de inboedelverzekering is gesteld.
3. WEERSTANDSCAPACITEIT De weerstandcapaciteit wordt berekend door de saldi van het vrije deel van de algemene reserve, reserves zonder vastgesteld bestedingsdoel, de vaste gemeentelijke bijdrage in het regiofonds en de rekening voor onvoorzien bij elkaar op te tellen. Weerstandscapaciteit
2015
2016
2017
2018
( x € 1.000) 2019
Vrij aanwendbare deel van de algemene reserve
168
126
118
115
115
Onvoorzien Weerstandscapaciteit tbv. organisatiedeel
25 193
25 151
25 143
25 140
25 140
Vaste bijdragen regiofonds Weerstandscapaciteit tbv. projectendeel
202 202
203 203
203 203
203 203
203 203
395
354
346
343
343
Totale weerstandscapaciteit
Zowel voor de organisatie gerelateerde risicowaarde (€ 93.750) als de project gerelateerde risicowaarden (€ 83.750) is de weerstandscapaciteit toereikend.
46
Paragraaf Treasury
47
Paragraaf Treasury
Paragraaf Treasury 1. Algemeen In deze paragraaf wordt inzicht verschaft in de financiële positie op het gebied van financiering. Volgens de Wet fido mag de financieringsfunctie uitsluitend de publieke taak dienen. Verplichte onderdelen zijn de kasgeldlimiet en de renterisiconorm. 1.1
Ontwikkelingen
Eind 2012 werd geconstateerd dat de BNG niet bereid was om geldlening te verstrekken omdat de kredietwaardigheid van de GR als onvoldoende werd beoordeeld. Reden hiervan was, dat er geen expliciete bepaling in de GR was opgenomen die de aansprakelijkheid regelt van de deelnemers aan een openbaar lichaam bij insolvabiliteit. De BNG was pas bereid om een krediet in de rekening-courant te verstrekken als de GR voldoet aan de voorwaarden zoals verwoord in de "Circulaire aansprakelijkheid voor schulden van openbare lichamen op grond van de Wet Gemeenschappelijke Regelingen" of als één (of meerdere) van de deelnemende gemeenten een garantie heeft afgegeven voor het krediet in de rekening-courant. In 2014 is de gemeenschappelijke hierop aangepast. 2.1 Kasgeldlimiet Aangegeven dient te worden in welke mate de gemeenschappelijke regeling risico loopt bij het eventueel aantrekken van kortlopend geld. De door het rijk bepaalde norm is 8,5% van de begrotingsomzet. Kasgeldlimiet 2016
1e kw
(Bedragen x € 1.000) 3e kw 4e kw
2e kw
1.
Totale vlottende kortlopende schuld 2 Totaal vlottende middelen 3. = 1- 2 Netto vlottende (+) of Overschot middelen ( -) 4. Kasgeldlimiet (KGL)
0 0 0 89
0 0 0 89
0 0 0 89
0 0 0 89
5a = 4>3 Ruimte onder de KGL 5a = 3>4 Overschrijding van de KGL Berekening kasgeldlimiet 6. Begrotingstotaal ( exl. 1e begrotingswijziging) 7. Percentage regeling 4. Kasgeldlimiet
89 0
89 0
89 0
89 0
1.052 8,50% 89
1.052 8,50% 89
1.052 8,50% 89
1.052 8,50% 89
Naar verwachting wordt de kasgeldlimiet niet overschreden en voldoet daarmee aan de wettelijke normen. 3.2 Renterisiconorm Hiermee worden de renterisico’s in beeld gebracht die de gemeenschappelijke regeling loopt bij het omzetten of opnemen van vaste schulden. De norm die gehanteerd wordt is 20% van het begrotingstotaal van het betreffende jaar met een minimum van € 2,5 miljoen.
48
Paragraaf Treasury
1 2 3 4
Renterisico op vaste schuld Renteherzieningen Te betalen aflossingen Renterisico ( 1+2) Renterisiconorm
5a = 4>3 Ruimte onder renterisiconorm 5b= 3>4 Overschrijding renterisiconorm Berekening renterisiconorm 4a Begrotingstotaal 4b Het bij ministeriële vastgelegde percentage 4 Renterisiconorm ( 4a x 4b: 100)
(bedragen x € 1000) 2018 2019
2016
2017
0 2.500
0 2.500
0 2.500
0 2.500
2.500 0
2.500 0
2.500 0
2.500 0
1.052 20% 2.500
1.039 20% 2.500
1.036 20% 2.500
994 20% 2.500
De Gemeenschappelijke regeling heeft geen langlopende vaste geldleningen.
49
Paragraaf Treasury
Paragraaf Bedrijfsvoering 1. Inleiding Het slagen van programma’s en de uitvoering van de in de GR opgenomen taken is in belangrijke mate afhankelijk van de kwaliteit van de bedrijfsvoering. 2. Beleid In mei 2011 is de ‘Inrichting ambtelijke organisatie’ vastgesteld. Tweede helft 2011 is de implementatie hiervan gestart. Dit heeft in 2012 verder vorm gekregen. Een kernpunt hiervan is dat bij de uitvoering van de programma’s het SOHW de proces/regierol heeft en de gemeenten de inhoudelijke rol. De gemeenten zijn (mede) uitvoerder van regionale opgaven, stellen uitvoeringscapaciteit beschikbaar en zorgen voor afstemming en coördinatie binnen de eigen gemeente. Het SOHW is verantwoordelijk voor de gemeenschappelijke belangen, beheerder/uitvoering van het planning & control proces, ondersteunt de bestuursorganen (PFO’s, DB, AB, ROHW) en brengt samenhang aan tussen projecten binnen en tussen de programma’s. Concreet heeft dit betekend dat het secretariaat van de PFO’s door het SOHW wordt gedaan. Tot die tijd werd dit ingevuld door een medewerker van een van de gemeenten. In 2015 is het Uitvoeringsprogramma SOHW 2015-2019 door de gemeenteraden vastgesteld. Met ingang van 2015 zijn er geen projectleiders meer in vaste dienst van het SOHW. Vanuit het bureau SOHW wordt nu ingezet op procesbegeleiding. Projectleiders worden tot een bepaalde norm om niet geleverd vanuit de gemeenten. Deze norm wordt jaarlijks bepaald door het RMT bij de vaststelling van het jaarprogramma. Mocht dat besluit gevolgen hebben voor de begroting, dan worden de gevolgen meegenomen in de eerstvolgende begrotingswijziging. 3. Personeel Het personeel van SOHW volgt de rechtspositie van de gemeente Binnenmaas. Deze gemeente levert op basis van een daartoe afgesloten dienstverleningsovereenkomst aan SOHW ondersteuning op het gebied van personeel en organisatie. Begin 2013 heeft een prioritering van projecten plaatsgevonden die uit het regiofonds worden bekostigd. Dit heeft geleidt tot een reductie van het aantal projecten dat wordt uitgevoerd. Deze reductie vangt in 2014 aan. Op grond hiervan heeft het bestuur van SOHW verzocht een bureau evaluatie uit te voeren. Najaar 2013 heeft deze plaatsgevonden. De conclusie is dat er in 2012 en 2013 al is bezuinigd op personeel. Verdere bezuiniging is afhankelijk van de taken die door het bureau moeten worden uitgevoerd. Bij het opstellen van het nieuwe meerjarenprogramma 2015-2018 bleek dat het programma met de huidige formatie kan worden uitgevoerd. Dit uitvoeringsprogramma is door de gemeenteraden vastgesteld. Er zijn geen extra bezuinigingen opgelegd. 4. Informatie en communicatie De website van het Samenwerkingsorgaan Hoeksche Waard biedt uitgebreide informatie over de activiteiten van het SOHW. Agenda's en bijbehorende stukken van openbare vergaderingen (Algemeen Bestuur, ROHW) zijn voor een ieder in te zien via deze website. Goedgekeurde voorstellen en vastgestelde verslagen worden op deze website geplaatst. Voor stukken gerelateerd aan niet-openbare vergaderingen (Dagelijks Bestuur, portefeuillehouder overleggen) is een inlogcode nodig. Zaken over beleidsvorming en uitvoering van diverse projecten die samenhangen met het Nationaal Landschap Hoeksche Waard worden eveneens op deze website aangeboden. De meer recreatieve informatie over de Hoeksche Waard en betreffende projectinformatie vindt men terug op www.nationaallandschap.nl. Ook de andere websites, tevens in eigendom van en beheerd door SOHW, bieden gerichte projectinformatie b.v. www.vlietproject.nl en www.deltapontjes.nl. 5. Financiën De werkzaamheden voor de planning en controlwerkzaamheden, zoals de P&C cyclus, financiële administratie, betalingsverkeer, treasury; etc. zijn uitbesteed aan de Gemeente Oud-Beijerland. Deze taken zijn ingebed binnen de financiële processen van Oud-Beijerland. Hiertoe is een dienstverleningsovereenkomst aangegaan.
50
Paragraaf Bedrijfsvoering
6. Huisvesting Sinds 1 juli 2013 is het bureau SOHW gehuisvest in het gemeentehuis van Strijen. Naast de huisvesting van het bureau worden in het gebouw ook de (werk)bijeenkomsten van DB en AB en regionale medewerkers gefaciliteerd. Hiertoe worden kosten in rekening gebracht. De bijeenkomsten van de pfo’s worden vanaf juli 2013 in de gemeentehuizen van de gemeenten gehouden. Het Raadsledenoverleg blijft haar vergaderingen houden in het kantoor van het SVHW. Projecten worden uitgevoerd met actieve betrokkenheid van ambtenaren welke in dienst zijn bij de deelnemende gemeenten. De huisvestingskosten van de (gemeentelijke) ambtenaren drukken niet op de begroting van de GR SOHW. 7. Middelen MJ Begroting 2015 Dienstverlening P&O Dienstverlening Financien Huur kantoor Strijen Inkoop Diensten Verzekeringen Archiefkosten Afschrijving Totaal
13.490 53.970 35.000 6.600 1.100 14.280 1.109 125.549
MJ Begroting 2016 13.600 54.370 35.620 6.650 1.100 10.100 1.109 122.549
51
MJ Begroting 2017 13.600 54.370 35.620 6.650 1.100 10.100 1.109 122.549
MJ Begroting 2018 13.600 54.370 35.620 6.650 1.100 10.100 1.109 122.549
MJ Begroting 2019 13.600 54.370 35.620 6.650 1.100 10.100 1.109 122.549
Paragraaf Bedrijfsvoering
Paragraaf Instandhouding kapitaalgoederen Kapitaalgoederen worden gebruikt om doelen uit de programma’s te realiseren. Vanuit het oogpunt van duurzaamheid dienen de kapitaalgoederen goed onderhouden te worden. Om deze kwaliteit te waarborgen is het noodzakelijk dat de kapitaalgoederen op een goede manier worden beheerd. Dit vereist visies op het beheer van de kapitaalgoederen, systematisch beheer, meerjarenonderhoudsplannen en de vertaling van de financiële consequenties in toereikende budgetten. Gezien de kapitaalgoederen die de Gemeenschappelijke regeling Samenwerkingsorgaan Hoeksche Waard in bezit heeft, is er geen visie en beleid ontwikkeld. Boekwaarde
per 1/1/2016
Afschrijvingen
per 31/12/2016
Kapitaalgoed Veerpont Meubilair
110.001 8.872
-1.109
110.001 7.764
De veerpont, die 1 juli 2006 is aangeschaft voor het onderhouden van een voetveer tussen Zwijndrecht en Puttershoek, wordt op basis van een overeenkomst voor een periode van 10 jaar beschikbaar gesteld aan de exploitant. Na deze periode kan de exploitant de veerpont tegen een vergoeding van € 110.000,- overnemen. Zodoende wordt er op de veerpont niet afgeschreven. De exploitant zorgt eveneens voor het onderhoud van het voetveer. Het meubilair is aangekocht in 2013 tijdens de verhuizing van het kantoor van SVHW naar de gemeente Strijden. Vanaf 2014 wordt het in 10 jaar afgeschreven.
52
Paragraaf Kapitaalgoederen
Dit is een uitgave van de Gemeenschappelijke Regeling Samenwerkingsorgaan Hoeksche Waard Postadres: Postbus 5881 3290 EA Strijen Bezoekadres: Waleplein 2 3291 CZ Strijen Telefoon: (078) 6748274 E-mail:
[email protected]
53