Departement Handelswetenschappen en Bedrijfskunde Gegradueerde in Bedrijfsbeheer Optie expeditie, distributie en transport
Portfolio
CAMPUS Geel
Bart Geukens
Academiejaar 2004-2005
De houder van dit diploma is gerechtigd tot het voeren van de titel van Bachelor
Woord vooraf Een eindwerk schrijven is een klus van lange adem en zonder enige hulp van buitenaf zou ik het zeker niet voor elkaar gekregen hebben. Deze hulp was echter van allerlei soort en ik zou graag enkele mensen hiervoor bedanken. Mijn dank gaat uit naar alle docenten van de Katholieke Hogeschool Kempen, die me gedurende de drie jaren van mijn opleiding van de nodige kennis voorzien hebben (of het althans geprobeerd hebben). Bijzondere dank gaat uit naar mijn stagebegeleider de heer Danny Weckhuysen, die mij als stagebegeleider de nodige hulp verleend heeft. Met theorie alleen ben je natuurlijk niets en daarom wil ik ook aan de mensen van Katoen Natie een woord van dank richten. Zij hebben het mede mogelijk gemaakt de theorie aan de praktijk te kunnen toetsen én ze hebben ervoor gezorgd dat ik mijn kennis over logistiek (en andere zaken) heb kunnen verruimen. Speciale dank aan de heren Werner Cooreman en Jan Leys die mijn stage bij Katoen Natie mogelijk maakten. Ook de mensen van op het bureau, met name Jaak, Geert, Tom en Greet, mogen hier zeker niet in ontbreken… voor de hulp, de praktische tips en natuurlijk ook voor de leuke werksfeer, de grappige verhalen en de anekdotes. Een eindwerk schrijven is één zaak, tot in het derde jaar geraken om er één te kunnen schrijven een andere. Daarom wil ik graag mijn klasgenoten bedanken, omdat ze het schoolgaan allemaal wat draaglijker hebben gemaakt: voor de gezellige sfeer, het medeleven (vooral tijdens de examens), de samenhorigheid,…Bedankt allemaal. Natuurlijk mag ik op deze bladzijde mijn ouders niet vergeten te vermelden. Zij gaven me tenslotte de mogelijkheid om verder te studeren. Ma en Pa, bedankt voor alle steun doorheen de jaren. Als laatste, maar daarom niet de minst belangrijke, wil ik mijn vriendin Gitte bedanken. Voor het luisterend oor, om mijn beklag tegen te doen, voor discussies, voor te lachen…en voor de fantastische hulp tijdens het maken van dit eindwerk. Ik zeg het misschien niet vaak, maar oprecht bedankt. Mensen, mijn synoniemen voor het woord “bedankt” zijn uitgeput. Mocht ik toch nog iemand vergeten zijn: ook jij bent bedankt.
Portfolio
Blz. 2
Samenvatting stageverslag Mijn stage bij de Katoen Natie groep bestond uit twee delen: drie weken bij katoen Natie in Antwerpen negen weken bij Katoen Natie Kempen in Laakdal In Antwerpen kreeg ik een initiatie tot het maritieme en het douanegebeuren bij de groep. Ik volgde er mee op de verschillende afdelingen en bracht bezoeken aan enkele sites van KTN, dit zowel op linker- als rechteroever. Ik zag het havengebeuren vanuit het standpunt van: de expediteurs de douanedeclaranten de kaai-expediteurs Waarna ik dit alles in een klein verslag neerschreef. Bij KTNK waren het twee totaal verschillende activiteiten waarmee ik mocht kennismaken, namelijk: transportplanning en magazijnbeheer. Bij dit eerstgenoemde hielp ik bij het: 1. Verwerken van binnenkomende CMR’s van uitgevoerde ritten in het digitale orderboek van de conventionele en bulkverpakkingen. 2. Verwerken van binnenkomende interchanges afkomstig van containers die behandeld moeten worden via de containerterminal WCT in Meerhout. 3. Aanmaken van de door de dispatching aangenomen klantenorders en dit in de verschillende orderboeken. 4. Ingeven van tankbeurten en het berekenen van het gemiddelde verbruik per vrachtwagen. 5. … Bij het magazijnbeheer waren mijn taken: 1. het registreren van inkomende en uitgaande vrachtwagens 2. het aansturen van de heftruckchauffeurs 3. voorraadbeheer 4. aanmaken CMR’s 5. … Hiernaast werd mijn takenpakket nog uitgebreid met het updaten van het SQAS-boek van KTNK.
Portfolio
Blz. 3
Inhoudsopgave Woord vooraf ......................................................................................................................... 2 Samenvatting stageverslag ..................................................................................................... 3 Inhoudsopgave ....................................................................................................................... 4 Alfabetische lijst van gebruikte afkortingen .......................................................................... 5 Inleiding ................................................................................................................................. 6 Frans – Bespreking van een bedrijfssimulatie........................................................................ 7 Zeevervoer - Bespreking van een buitenlandse zeehaven...................................................... 8 Transportverzekering – Vergelijking CMR-polis met CMR-verdrag.................................... 9 Logistiek Management - Logistica 2003.............................................................................. 10 Materials Handling: Bespreking van de koudeketen............................................................ 11 Verslag van een seminarie over de beveiliging in het vrachtvervoer .................................. 12 Voorstelling stagebedrijf ...................................................................................................... 13 Katoen Natie..................................................................................................................... 13 Katoen Natie in Cijfers..................................................................................................... 14 Wat brengt de toekomst?.................................................................................................. 14 Katoen Natie Kempen ...................................................................................................... 15 Stageverslag ......................................................................................................................... 16 Katoen Natie Antwerpen.................................................................................................. 16 Katoen Natie Kempen ...................................................................................................... 20 Besluit............................................................................................................................... 27 Literatuurlijst........................................................................................................................ 28
Portfolio
Blz. 4
Alfabetische lijst van gebruikte afkortingen 20’
20 voet
BP
British Petroleum
B/L
Bill of Lading
CEFIC
European Chemical Industry Council
CIF
Cost, Insurrance and Freight
CMR
Convention de Marchandise par Route
CMS
Custom Management System
ERP
Enterprise Resource Planning
EU
Europese Unie
FOB
Free On Board
KTN
Katoen Natie
KTNK
Katoen Natie Kempen
PLATO
PLAstic Terminal Operations
Sabic
Saudi Basic Industries Corporation
Sadbel
Systeem voor automatische dedouanering in België en Luxemburg
SQAS
Safety and Quality Assessment System
USD
United States Dollar
WCT
Water Container Transport
Portfolio
Blz. 5
Inleiding Bij het einde van zijn opleiding dient elke student Bedrijfsmanagement, optie Logistiek Management, verplicht een eindwerk in. Het maken van een klassiek eindwerk werd vervangen door het aanmaken van een portfolio. Dit houdt in dat het maken van het “eindwerk” al begint in het tweede jaar met opdrachten die de studenten moeten uitvoeren. Die opdrachten kunnen vrij divers zijn, bijvoorbeeld: Uitdieping van een concreet onderwerp in het kader van een bepaalde cursus; Verslagen schrijven van activiteiten georganiseerd in het kader van de opleiding (seminaries, binnen- en buitenlandse gastsprekers, beursbezoeken, …) Het portfolio is opgebouwd rond drie delen: 1. Opdrachten uitgevoerd tijdens het tweede jaar Frans – bespreking van een bedrijfssimulatie Zeevervoer – bespreking van een buitenlandse zeehaven Transportverzekering – vergelijking CMR-polis met CMR-verdrag Logistiek Management – Logistica 2003 2. Opdrachten uitgevoerd tijdens het derde jaar Materials Handling – bespreking van de koudeketen Verslag van een seminarie over de beveiliging in het vrachtvervoer Digitaal portfolio – aanmaken van een website over het portfolio 3. Stage Stageverslag – verslag van stage bij Katoen Natie Dit stageverslag werd geschreven aan de hand van een logboek dat gedurende de stage bijgehouden werd als uitgangspunt. Dit logboek is in bijlage toegevoegd aan dit werk. Het stageverslag is opgebouwd uit: Een korte voorstelling van het stagebedrijf Mijn activiteiten bij Katoen Natie Antwerpen Mijn activiteiten bij Katoen Natie Kempen Een besluit
Portfolio
Blz. 6
Frans – Bespreking van een bedrijfssimulatie In het kader van de cursus frans hebben we op 1 december 2003 onder leiding van Dhr. Francois Kempf van het “Institut Universitaire de Technologie” (IUT) in Mulhouse, Frankrijk – die ter gelegenheid van de “Internationale week” op de KHK was uitgenodigd als gastdocent – een bedrijfssimulatie gespeeld, met als doel ons te laten kennismaken met de basisprincipes bij het opstarten en het leiden van een transportbedrijf en uiteraard het verbeteren van ons frans jargon. We werden door deheer Kempf opgedeeld in 4 teams van een vijftal studenten die elk een eigen fictief transportbedrijfje zouden leiden. De simulatie liep over vier ronden die elk een boekjaar vertegenwoordigden. Elke firma beschikte over dezelfde middelen zoals startkapitaal en mogelijkheden tot lenen. Met dat geld kon elke onderneming een aantal vrachtwagens van het type ‘Savoyarde’ kopen en deze dan strategisch inzetten op een bepaalde route. Het fictieve bedrijf was gelegen in Mulhouse en vandaaruit kon men goederen over 4 trajecten transporteren. De eindbestemmingen van deze routes waren: Lyon, Parijs, Lille en Nantes. Elke route had een eigen kosten-opbrengsten verhouding, zo bracht het traject naar Lyon bijvoorbeeld € 360.000 op per jaar terwijl dit bij de route naar Nantes € 420.000 was, als de capaciteit van de vrachtwagens volledig benut werd. Een tweede aspect waar rekening mee gehouden moest worden was de maximum capaciteit die per route opgelegd was. Bovendien moest er ook rekening gehouden worden met de drie andere teams die hun vrachtwagen ook op deze routes moesten inzetten, zodat het niet louter de bedoeling was om zoveel mogelijk vrachtwagens in te zetten op de meest winstgevende trajecten. Verder diende nog rekening gehouden te worden met het afschrijven van de vrachtwagens en het eventueel aankopen van nieuwe met de verworven winst. Het team dat in boekjaar vier de grootste winst had was de winnaar van het spel. Het spel of zich was dus heel simpel, maar het feit dat het volledig in het frans verliep maakte het geheel tot een leerrijke ervaring. Het volledige – franstalige – verslag van deze bedrijfsimulatie is na te lezen op mijn digitaal portfolio.
Portfolio
Blz. 7
Zeevervoer - Bespreking van een buitenlandse zeehaven Door de toenemende belangrijkheid van transport, waartoe niet in het minst ook het maritieme transport behoort, kregen we in functie van het vak zeevervoer de opdracht een buitenlandse zeehaven te bespreken. Samen met mijn collega-student Jef Verwaest kozen we voor de haven van La Coruña, dit is een interessante haven en bood ons tevens de mogelijkheid om onze kennis van de Spaanse taal verder uit te breiden. Gelegen in Galicië kan de haven van La Coruña zowel economische als toeristische troeven uitspelen. La Coruña is qua omvang totaal niet te vergelijken met de groten der aarde zoals daar zijn: Rotterdam, Singapore, Hongkong en Antwerpen maar historisch gezien is La Coruña altijd al belangrijk geweest voor de plaatselijke bevolking. Vooral op het gebied van de petroleum en de visserij is La Coruña een belangrijke pion op de plaatselijke markt. Gezien de uitstekende ligging van La Coruña is de haven een perfecte uitvalsbasis naar de rest van Europa. Deze shortsea activiteiten zouden in de toekomst wel eens meer en meer het grootste deel van de havenactiviteiten in La Coruña kunnen innemen. La Coruña kan dan rekenen op een hinterland dat heel het Iberisch schiereiland beslaat alsook een stukje Frankrijk In dit werk hebben wij getracht om een duidelijk beeld te vormen van deze zeehaven. Vooreerst plaats hebben we de geschiedenis en het ontstaan toegelicht. Hierna bespraken we de geografische kenmerken, de ligging, de omliggende luchthavens, het omliggend weggenet, de spoorwegen en natuurlijk ook de maritieme toegangsweg. Daarna volgt een bespreking van de infrastructuur die de haven rijk is, deze infrastructuur toont aan dat de haven voor heel wat werkgelegenheid zorgt in de streek rond La Coruña. Als laatste hebben we wat cijfermateriaal toegevoegd waaruit blijkt dat La Coruña toch wel degelijk het vermelden waard is als zeehaven. De haven van La Coruña heeft vanaf januari tot september 2002 een geaccumuleerd verkeer van meer dan 9,5 miljoen ton geregistreerd, het beste resultaat van het voorbije decennium. Het niveau is zelfs superieur aan de 9,2 miljoen ton bereikt tijdens dezelfde periode van 2000, het succesvolste jaar dat La Coruña tot dan toe ooit gekend had, en dus als referentie gebruikt wordt. Het aantal dat in 2001 werd geregistreerd bedraagt 8.808.428 ton, het huidige niveau betekend een groei van 7,92%. Het laden en lossen van vloeibare bulk, hoofdzakelijk ruwe olie van aardolie, blijft de belangrijkste havenactiviteit, dat met 5.559.166 ton, 0,87% is gestegen. De grootste groei vond plaats op het gebied van General Cargo, dat maar liefst met 32,86% toenam en steeg naar 381.371 ton. De belangrijkste producten in deze categorie zijn ijzer, vezelplaten, glas en hout, hoewel we ook het nieuwe verkeer van vruchten moeten benadrukken, dat in augustus 2002 alleen al goed was voor meer dan 2.000 ton (vooral citrusvruchten). In 2002 deden ook ongeveer 50 cruiseschepen de haven van La Coruña aan, deze waren samen goed voor 6.328 passagiers In februari 2004 alleen al kwamen er 96 goederenschepen binnen in de haven die in totaal 772.521 ton losten, waarvan in het volledige werk de gedetailleerde gegevens vermeld staan.
Portfolio
Blz. 8
Transportverzekering – Vergelijking CMR-polis met CMR-verdrag Deze opdracht had als doel een link te leggen tussen de cursus wegvervoer waar de aansprakelijkheden van de wegvervoerder bij transporten onder het CMR-verdrag besproken werden en het vak goederen- en transportverzekering waar de verzekering van deze aansprakelijkheden via de CMR-polis behandeld werd. De opdracht bestaat uit twee delen. Het eerste deel betreft een oefening waarin we voor een aantal praktijksituaties dienden aan te geven of er een dekking geboden wordt door de CMRpolis en onder welk artikel deze dekking valt. Indien er door de bovengenoemde polis geen dekking wordt geboden, werd verwacht dat we onderzochten onder welke verzekering het wel valt en welke aanvullende polissen wel toereikend zijn om het desbetreffende risico te vrijwaren. Het tweede deel betreft een vergelijking tussen de CMR-polis en het CMR-verdrag. Het was hierbij de bedoeling om overeenkomsten en verschillen tussen deze beide aan te tonen. Concreet werd nagegaan welke aansprakelijkheden rusten op de vervoerder en op welke manier hiervoor bij de CMR-polis dekking wordt geboden. Na een grondige analyse van de polis en het verdrag, blijken er slechts enkele artikels inhoudelijk overeen te komen. Dit bevestigd dat verzekeringen een heel ondoorzichtige tak zijn in de bedrijfswereld. De vraag wanneer je verzekerd bent, is de moeilijkste die men kan stellen, omdat het antwoord steeds zal afhangen van de gebeurtenis die zich voordoet en andere omstandigheden. Daarom kan het nooit kwaad zich te veel te verzekeren dan te weinig. Want de vervoerder of de expediteur is zelden voor 100% aansprakelijk en wanneer ze dan al aansprakelijk zijn, dan nog is hun aansprakelijkheid gelimiteerd.
Portfolio
Blz. 9
Logistiek Management - Logistica 2003 Van 11 tot en met 15 oktober 2003 liep er in de Jaarbeurs in Utrecht de driejaarlijkse vakbeurs Logistica. Logistica is de grootste beurs in zijn soort binnen de Benelux, als we hier niets zouden bijleren, dan nergens. Vooraf kregen we een bundel met een omschrijving van de beursactiviteiten plus een vragenlijst. Tijdens het beursbezoek probeerden we de vragenlijst zo goed mogelijk te beantwoorden en informatie te verzamelen. Dit werd gedaan door zoveel mogelijk standjes te bezoeken en gerichte vragen te stellen aan de standhouders, ook de massa’s brochures waren een grote hulp bij het oplossen van de vragenlijst. De standjes, die zeer talrijk waren, werden ingenomen door Nederlandse, Belgische en Duitse bedrijven uit verschillende takken van de logistieke wereld. Zo waren er bedrijven met automatische identificatiesystemen, continu transportmaterieel, supply chain management systemen, extern en intern transportmaterieel en nog zoveel meer. Werkelijk alle takken van de logistiek waren vertegenwoordigd, er was zelf een stand waar de Nederlandse Kampioenschappen heftruckrijden gehouden werden. Op al deze stands wisten ze ons te voorzien van interessante uitleg en brochures. Het resultaat van de vragenlijst is te lezen in het volledige werk betreffende Logistica 2003. Een ander onderdeel van de beurs was het zogenaamde Scala Logistica. In het scalatheater presenteerden vooraanstaande leveranciers van magazijninrichtingen hun oplossingen voor tal van logistieke problemen. In het bijzonder werden de food-, farmaceutische en de doe-het-zelf branche centraal gesteld in het geheel. Elke branche was vertegenwoordigd in de vorm van een module waarin ze hun problemen en oplossingen voorstelden. Zoals de oplossing van de foodbranche voor het terugdringen van geluidsoverlast bij het laden en lossen om zo de laad- en losuren te kunnen uitbreiden. Maar ook nieuwe technieken in verband met de automatisering van distributie-informatie zoals de tracking & tracing mogelijkheden van zendingeninformatie waren te bekijken. De farmaciebranche toonde haar oplossingen voor veiligheid rond opslag en distributie van geneesmiddelen, evenals anti-diefstalbeveiliging. Als laatste bood het Scala een module met een doe-het-zelf-magazijn. Hier werd letterlijk een scala aan opslagmethodieken tentoongesteld. Een meer gedetailleerde uitleg van het Scala Logistica is terug te vinden in het volledige werk over Logistica 2003.
Portfolio
Blz. 10
Materials Handling: Bespreking van de koudeketen Kennis over de koudeketen is onlosmakelijk verbonden met een welbepaalde attitude. In de huidige bedrijfswereld wordt er nog steeds te weinig belang gehecht aan een goede koudeketen. Ongeveer één derde van alle temperatuursgevoelige goederen loopt schade op tijdens het vervoer. Dit heeft niet alleen een impact op de voedselveiligheid maar betekent ook een grote meerkost voor vele bedrijven. Doel van dit werk is enerzijds de nodige basisinzichten mee te geven om met deze goederen om te gaan en anderzijds het belang hiervan in het kader van een logistieke praktijk duidelijk te maken. Respect voor de koudeketen is een absolute “must”. Hierdoor behouden bijvoorbeeld voedingsmiddelen hun kwaliteit en krijgen bacteriën veel minder kans om zich te ontwikkelen. Het belang van de koudeketen wordt bevestigd door het Laboratorium voor Levensmiddelenmicrobiologie en –conservering van de Universiteit van Gent. Dr. Ir. Liesbeth Jacxsens legt uit: “Het aantal voedselvergiftigingen neemt de laatste decennia voortdurend toe. In Europa worden jaarlijks maar liefst 1 op 10 personen getroffen, in de Verenigde Staten is dit cijfer zelfs vier keer zo hoog. Vaak melden die personen zich bij de huisarts met maagdarmstoornissen, die worden afgedaan als buikgriep of als misselijkheid, terwijl ze in heel wat gevallen moeten toegeschreven worden aan voedselintoxicatie of -infectie.” De koudeketen, ook wel coldchain genoemd, is de logistieke keten waarbij temperatuursgevoelige goederen opgeslagen en vervoerd worden onder gecontroleerde temperaturen. Dit is een absolute voorwaarde voor een optimale bewaring van de kwaliteit van de producten en vooral om ze vers en goed te houden tot aan de consumptie Belangrijk hierbij is dat de producten bij een specifieke temperatuur bewaard worden, het spreekt voor zich dat deze temperatuur verschilt van product tot product. Een temperatuursverschil van slechts 1 à 2 graden kan al fatale gevolgen hebben voor de kwaliteit van het vervoerde of opgeslagen product. Daarom is het van belang om de zogenaamde koudeketen niet te onderbreken. Bij elke fase in het transport, van producent tot consument, zijn strikte controles noodzakelijk Het koelen van dergelijke temperatuursgevoelige goederen brengt een groot kostenplaatje met zich mee en daarom is het belangrijk ervoor te zorgen dat de goederen zo snel mogelijk hun eindbestemming bereiken. De integrale bespreking van alle aspecten van de koudeketen is te vinden in het digitale portfolio.
Portfolio
Blz. 11
Verslag van een seminarie over de beveiliging in het vrachtvervoer Op maandag 8 november 2004 namen alle studenten van het tweede en derde jaar Logistiek Management, samen met studenten logistiek uit andere Hogescholen in Vlaanderen, deel aan een seminarie georganiseerd in het KBC-gebouw in Antwerpen. Het evenement kwam tot stand door de samenwerking tussen Vlaamse Hogescholen. We kregen er een uiteenzetting van de maatregelen die moeten leiden tot een veiliger vrachtvervoer en dit bij de verschillende vervoersmodi. Deze verscherpte maatregelen kwamen, na de aanslagen van 11 september 2001 en onder impuls van de Verenigde Staten, overal ter wereld op de agenda te staan. Ze zullen in de toekomst, vanzelfsprekend, hun stempel drukken op de logistieke keten. Er waren 3 presentaties, die elk een ander aspect belichtten; 1. “Maatregelen op gebied van luchtvracht” door Frank Durinckx, FOD mobiliteit en vervoer 2. “Beveiliging in de haven” door Koen Degroof, Alfaport 3. “Gevolgen voor de expeditie en transport – praktijkstandpunt” door Piet Timmermans, Adelantex Aansluitend was er nog een paneldiscussie met de drie gastsprekers aangevuld met Vally Lambrecht, afgevaardigd bestuurder van de Organisatie van Traffic Managers. Dit alles werd deskundig gemodereerd door Marcel Schoeters, journalist De Lloyd – Transport Echo. Nadien kregen we de opdracht dit alles in een verslag te gieten, dat werd toegevoegd aan het digitaal portfolio, waar u het integraal kan nalezen. Het verslag is vooreerst opgebouwd uit een beknopte omschrijving van de professionele logistieke instellingen die hun medewerking verleenden aan deze studiedag, die hierboven reeds vermeld werden. Hierna volgt een opsomming van de maatregelen tot beveiliging voor de maritieme en luchtvracht sector. In het derde deel wordt de impact die al deze maatregelen hebben en zullen hebben op de werking van de logistieke dienstverleners in de praktijk toegelicht. Tenslotte volgt nog een beschrijving van het standpunt dat de sprekers, tijdens het panelgesprek, innamen.
Portfolio
Blz. 12
Voorstelling stagebedrijf Katoen Natie De groep Katoen Natie in Antwerpen is één van de grootste Europese ondernemingen in de logistieke sector en de stouwerijwereld. Door voortdurende expansie beschikt de groep over een uitgebreid net van bedrijven als het gaat om stouwerij, opslag, distributie, transport, expeditie en semi-industriële operaties. Tijdens de afgelopen 10 tot 20 jaar heeft Katoen Natie het accent gelegd op internationalisering: ze zijn hun klanten over de hele wereld gevolgd terwijl ze grote investeringen deden en belangrijke aanwinsten verworven. Katoen Natie heeft hierdoor strategisch gelegen logistieke platformen en distributiecentra opgebouwd en verschillende andere bedrijven overgenomen. Dankzij die expansiepolitiek hebben zij hun activiteiten op de internationale Fig.1 Logo Katoen Natie markten kunnen verhogen. Ze beheren platformen en distributiecentra in Europa, het Verre Oosten en Noord- en Zuid-Amerika. Met de overname van Seaport Terminals in 1986 zijn de havengerichte activiteiten van Katoen Naties in een stroomversnelling geraakt: naast opslag, distributie en expeditie speelt het laden en lossen van schepen sindsdien een belangrijke rol. Bij de groep Katoen Natie Seaport Terminals in Antwerpen werken tegenwoordig 2.400 mensen. Flexibiliteit draagt de groep hoog in het vaandel. De organisatie is sterk gedecentraliseerd en functioneert op delegeren. Katoen Natie stelt mensen boven structuren en beschikt zo over ongeveer 40 zelfstandige businessunits waar iedere medewerker zijn eigen verantwoordelijkheid draagt. De benadering van de klanten loopt via korte lijnen en is gebaseerd op souplesse. De werkwijze van Katoen Natie is volledig geënt op de wensen van de klant: voorheen bouwden ze loodsen en zochten daarbij geschikte klanten, nu bouwen ze op maat in opdracht van de klant. Katoen Natie startte haar activiteiten in 1855 met de opslag en behandeling van katoen. In 1945 begonnen ze hun activiteiten verticaal te integreren door hun opslagcapaciteit uit te breiden en eigen vervoers- en verschepingsnetwerken te ontwikkelen. Geleidelijk aan begonnen ze eveneens andere producten te behandelen, verschepen en te stockeren en specialiseerde het bedrijf zich in andere commodities, zoals jute, koffie, cacao, rubber en aluminium. Later werden ook auto-onderdelen, papier, chemicaliën en consumptiegoederen opgeslagen, behandeld en vervoerd. Zo is Katoen Natie onder meer uitgegroeid tot een belangrijke logistieke partner voor de automobielindustrie. Grote investeringen en belangrijke acquisities volgden elkaar daarna snel op. Een mijlpaal is de integratie van Seaport Terminals, een van de marktleiders in de stouwerijwereld. Overeenkomstig de wens van de klanten worden de goederen gelost, gestockeerd en geleverd op de uiteindelijke bestemming, waar ook ter wereld. Opslag gebeurt in daarvoor geschikte magazijnen, goedgekeurd door officiële instanties. De groep beschikt zowel in Antwerpen als in Zeebrugge over volledig uitgeruste terminals voor containerbehandeling. Voor onderhoud en herstel van containers beschikt Katoen Natie Seaport Terminals over vier speciale depots. Op het gebied van consumptiegoederen kunnen ze bogen op een schat aan kennis en ervaring, waardoor het ontwikkelen van distributiecentra
Portfolio
Blz. 13
heeft een hoge vlucht nam. Stockbeheer gebeurt volledig geautomatiseerd en ook orderpicking verloopt computergestuurd. De documentenstroom wordt in nauw contact met de klant afgehandeld.
Katoen Natie in Cijfers De groep Katoen Natie stelt wereldwijd meer dan 7.000 mensen tewerk en is actief in 22 landen verspreid over 4 continenten. De totale omzet die de groep in 2004 realiseerde bedroeg ongeveer 550 miljoen euro. Katoen Natie beheert momenteel ongeveer 82 sites die goed zijn voor een gezamenlijke overdekte opslagcapaciteit van 4.500.105 m².
Fig.2 Katoen Natie sites in de wereld
Wat brengt de toekomst? Katoen Natie bouwt momenteel aan een zeer prestigieus project op de Antwerpse linkeroever: in de Waaslandhaven wordt gewerkt aan wat naar eigen zeggen het grootste logistieke platform ter wereld zal worden en dat de naam Loghidden City meekreeg. Deze logistieke stad, ook wel “kaai 1548” genoemd, beslaat ongeveer 205 ha waarop een 150-tal magazijnen gebouwd zullen worden met een oppervlakte van elk 8.000 m², goed voor een totaal van 120 ha aan overdekte opslagruimte. De opbouw van deze magazijnen is nog volop aan de gang, maar in 2004 werden er reeds enkele in gebruik genomen door o.a. Delmonte en Decatlon. Naast magazijnen wordt er ook een nieuw kantorencomplex neergepoot waar, buiten Katoen Natie zelf, onder andere ook chemiereus Dupont de Nemours zijn intrek zal nemen. De site zal eveneens voorzien worden van een lichterkaai.
Fig.3 Loghidden City
Portfolio
Blz. 14
Katoen Natie Kempen Katoen Natie Kempen, voorheen gekend onder de naam Ruvago of Intertransveem werd een paar jaar geleden overgenomen door de Valkeniers Natie, dat op zijn beurt overgenomen werd door Katoen Natie Het Kempense transport- en opslagbedrijf vaart nu dus onder de vlag van de Fig.4 Logo BP Katoen Natie groep. Katoen Natie Kempen bestaat uit twee sites, één in Laakdal en één in Paal (Beringen). De opslagactiviteiten van het bedrijf spitsen zich vooral toe op het behandelen van de overflow van de lokale plasticproducenten, namelijk BPInnovene (Geel), Kaneka (Westerlo) en Borealis (Beringen). Voor BP en Borealis zijn dit gepalletiseerde goederen in zakken en voor Fig.5 Logo Borealis Kaneka betreft dit stockage van bigbags. Voor deze opslag beschikken ze over ongeveer 5.000 palletplaatsen voor BP-Innovene, goed voor bijna 7.000 ton. De capaciteit die Borealis tot zijner beschikking heeft, bedraagt ongeveer 3.000 palletplaatsen of meer dan 4.000 ton. Kaneka tenslotte kan beschikken over ongeveer 2.000 plaatsen voor hun bigbags. Op de site in Beringen worden voor Borealis ook verbulkingen Fig.6 Logo Kaneka uitgevoerd: hierbij worden kleine zakken opengescheurd en in een silowagen gedaan. Het tweede luik van activiteiten is transportplanning, dit zowel bulk-, container- als conventionele transporten. Het bulktransport geschiedt grotendeels van kaai 1227, 1548, 725 en 136 in de Haven van Antwerpen naar Frankrijk, Duitsland, Nederland, België en soms ook Zuid-Europa en dit voor Borealis, Dupont, Sabic, De Dijker, ... Het containervervoer bestaat grotendeels uit de achterbelading van 20’ Fig.7 Logo Sabic containers bij BP-Innovene via de containerterminal WCT in Meerhout. Van daaruit vertrekken ze naar de Haven van Antwerpen waarna ze meestal Zuid-Afrika, Griekenland, de Verenigde Staten, het Midden Oosten, Australië of het Verre Oosten als uiteindelijke bestemming kennen. Ook voor Kaneka worden deze vorm van transporten uitgevoerd. Wat het conventionele goed of zakgoed betreft, worden pendelritten uitgevoerd tussen BPInnovene, Borealis en de sites van Katoen Natie Kempen in Laakdal en Beringen. Eveneens worden pendelritten verzorgd voor BASF en Atofina naar Fig.8 Logo Dupont De Nemours de verschillende kaaien en magazijnen van Katoen Natie in de haven van Antwerpen. Voor al deze transporten beschikt Katoen Natie Kempen over een dertigtal eigen chauffeurs en nog een tiental chauffeurs in onderaanneming.
Portfolio
Blz. 15
Stageverslag Katoen Natie Antwerpen Dag 1: de trein van 7u genomen richting Antwerpen, vanaf het station naar de Katoen Natie gestapt in de Van Aerdtstraat om aldaar een nieuw hoofdstuk in mijn opleiding aan te vatten; de werkstage. Daar aangekomen kreeg ik een rondleiding door het gebouw waarna ik bij alle afdelingen een paar uur uitleg kreeg over hun activiteiten zodat ik een beeld kreeg van het maritieme gebeuren in Antwerpen. De daaropvolgende weken zou de afdeling “Customs Services” mijn uitvalsbasis worden en van daaruit zou ik op de verschillende afdelingen en sites van Katoen Natie verspreid over de haven uitgebreider kennis maken met hun activiteiten, met het douanetechnische aspect steeds in het achterhoofd. Naast kijken en luisteren heb ik ook een beetje meegewerkt bij Customs Services en met behulp van het programma SadBel douaneaanvragen gedeclareerd. In wat volgt zal ik het douaneaspect van de afdelingen en locaties die ik in werking zag nader toelichten. Zoals iedereen, die de Haven van Antwerpen een beetje kent, weet heeft de haven twee hoofdindelingen, namelijk linkeroever en het oudere havengedeelte op rechteroever. Zo bezocht ik op linkeroever: KTN Bulkterminals (kaai 1227) Loghidden city (kaai 1548) KTN Specialty Chemicals en Polymer Processing (kaai 1227) En op rechteroever: KTN Automotive & Industrial (bij General Motors) de magazijnen Poland (kaai 718) verscheidene verificatieposten van de douane de afdeling expeditie (Van Aerdtstraat) KTN Tank Operations (Van Aerdtstraat)
Fig.9 KTN Bulkterminals
Portfolio
Blz. 16
De expeditieafdeling in de Van Aerdtstraat verwerkt de binnenkomende en uitgaande goederenstromen met het softwarepakket 4WARD. Met deze software wordt een goede opvolging van de goederen in binnen- en buitenland gegarandeerd. Wanneer de expediteurs bij een importdossier melding krijgen van een order, starten zij in 4WARD aan de hand van een lotboek reeds het voorbereidende werk in afwachting van het ontvangen van de originele documenten die per koerier opgestuurd werden en de aankomst van het schip. Er dienen een aantal gegevens ingegeven te worden over de leverancier, bill of lading, de goederen en – indien van toepassing – container. Later wanneer het schip en de documenten toegekomen zijn worden in 4WARD deze gegevens aangevuld en/of gecorrigeerd naar de werkelijkheid. Douanetechnisch is het invullen van de voorafgaande regeling of summiere aangifte zeer belangrijk omdat men moet weten welke status de goederen hebben bij inklaring. De expediteurs krijgen van de klant ook best te horen welke douaneregeling ze moeten aanvragen (IM4, IM7, IM7T1,…). Wanneer het dossier af is wordt er een Sadbel-request (Systeem voor automatische dedouanering in België en Luxemburg) gedaan en worden deze gegevens via het Customs Management System (CMS) doorgestuurd naar de douaneafdeling waar ze in een wachtrij komen totdat ze door de declaranten behandeld worden. Op linkeroever, bij de KTN Bulkterminals gaat het er ongeveer gelijkaardig aan toe, alleen werken zij met PLATO (PLAstic Terminal Operations) om hun orders te verwerken. Zodoende worden ook hier allerlei gegevens in het systeem ingegeven. Belangrijk voor de douane afhandeling zijn de incoterms, voorafgaande regeling en land van oorsprong, verzending en bestemming én uiteraard ook de gewenste douaneregeling. Nadat het dossier aangemaakt is in PLATO, gaat de bediende de gegevens controleren in SAP, dit is een ERP softwareprogramma dat het stockbeheer verzorgt. De gegevens moeten overeenkomen anders moet men het verschil opsporen en wegwerken. Achteraf worden deze gegevens ook hier weer via CMS doorgestuurd naar de douaneafdeling ter afwachting van declaratie. De declaranten van de douaneafdeling halen de aanvragen uit de CMS wachtrij om ze te declareren. Aan de hand van de doorgekregen gegevens doen zij dus een Sadbelaangifte. De belangrijkste gegevens zal ik toelichten aan de hand van een voorbeeld: Vak 1 aangifte: IM4; definitieve invoer van de goederen, er zullen dus invoerrechten moeten worden betaald Vak 5 artikelen: 1; het gaat hier om 1 artikel Vak 6 totaal colli: 15; het aantal colli Vak 16 land van oorsprong: China; indien er de nodige documenten bijgevoegd zijn (hier: Form A) kan men genieten van verlaagde invoerrechten Vak 20 leveringsvoorwaarden: FOB Shangai; dit is belangrijk om de douanewaarde te berekenen Vak 22 valuta en totaal gefactureerd bedrag: USD 1.595,70; wordt gebruikt om samen met vak 20 de douanewaarde te bepalen Vak 30 plaats van goederen: VP 97; dit is de plaats waar de goederen gelost zijn en waar de douanedocumenten geverifieerd moeten worden Vak 31 colli en omschrijving van de goederen en containernummers: 15 verpakking, andere delen van handgereedschap, MOGU2502892; dient ter identificatie van de goederen Vak 33 goederencode: 3467990000; op basis van deze code wordt het tarief van invoerrechten bepaald Vak 37 regeling: 4071; definitieve invoer na opslag in douane-entrepot Portfolio
Blz. 17
Vak 38 nettomassa(kg): 219,00 Vak 40 summiere aangifte: I81 0022672; welke voorafgaande regeling wordt er aangezuiverd (hier: opslag in entrepot) Vak 47 berekening van de belasting: - 001/1.427,28/021,00/299,84/G -003/1.379,37/001,70/23,45/E Dit zijn de bedragen van BTW en invoerrechten die verschuldigd zijn, G en E duiden op respectievelijk verlegging en uitstel van BTW en IR Vak 48 uitstel van betaling: 152KL ET14000-10592; hier worden de nummers van de vergunningen om IR en BTW uit te stellen of te verleggen ingevuld Om de douanewaarde te berekenen moet men komen tot de CIF Antwerpen waarde van de goederen. Dit is omdat op al de waardes die buiten de EU toegevoegd worden invoerrechten en BTW moeten betaald worden. In Antwerpen is deze waarde gelijk aan de CIF waarde omdat Antwerpen aan de buitengrens van de EU ligt. Bij het voorbeeld hierboven hebben we slechts een FOB Shangai factuurwaarde dus moet hierbij nog de kost van de zeevracht en verzekering geteld worden om tot de douanewaarde te komen. Indien de douanewaarde groter is dan 10.000,00 EUR moet er bovendien nog een DV1document opgesteld worden. Nadat dit alles gebeurd is wordt deze Sadbel aangifte ter verificatie doorgestuurd naar de douane (in Brussel) en na goedkeuring teruggestuurd. Deze aangifte wordt dan op een Enig Document afgedrukt. Bij een importdossier zijn exemplaar 6,7 en 8 van dit document van toepassing. Deze documenten worden afgestempeld en ondertekend en daarna in een map gestoken samen met de factuur, Form A, DV1, packinglist en eventueel aangehechte containerlijst. Daarna worden ze door de kaai-expediteurs meegenomen ter verificatie door de douaneambtenaren op de respectievelijke kaaien ( vak 30 van Enig Document) waar de goederen zich bevinden. De kaai-expediteurs halen/geven eveneens de laat volgens. Met de laat volgen worden de goederen afgehaald op de kaai. Dit document vervangt de B/L en wordt door de verschillende rederijen uitgegeven nadat men met behulp van een cheque de kosten betaald heeft. Deze kosten zijn de verzendingkosten, de kosten voor het opmaken van de laat volgen en de terminal handling kosten. De kaai-expediteurs brengen de douanebeambten ook naar de plaats van de goederen indien een fysieke verificatie nodig zou zijn. Later worden de betaalde invoerrechten, BTW en dossier kosten een de klanten van Katoen Natie gefactureerd. Schematisch geeft dit alles:
Portfolio
Blz. 18
Expeditie
1 4WARD 2 KTN
PLATO
2
CMS
Bulkterminals
3 Sadbel
1 4
6
5
Douane
9 Aangifte
Facturatie
7 8
Kaaiexpediteurs
Fig.10 Overzicht douane
Portfolio
Blz. 19
Katoen Natie Kempen Na voorstelling aan de nieuwe collega’s en een korte rondleiding, werd ik al onmiddellijk midden in de actie gedropt. Ik moest al meteen aan de slag om de inkomende en uitgaande vrachtwagens te registreren en de heftruckchauffeurs aan te sturen. Dit gebeurde door in een Excel werkblad enkele gegevens in te geven, zoals daar zijn; de datum, de klant waarvoor geladen of gelost moet worden, de nummerplaten van de trekker en de oplegger en het uur van aankomst. Daarnaast moest het laad- of losorder afgestempeld en ingevuld worden en nadien moest de vrachtwagen naar de juiste laad- of losplaats gestuurd worden. Wanneer het laad- of losorder ingevuld was, kon men hierop de plaats en de hoeveelheid te laden of te lossen goederen terugvinden. Vervolgens moest er een heftruckchauffeur verwittigd worden die het laadof losorder meekreeg en aan de hand hiervan de vrachtwagen laadde of loste. Nadien, wanneer de vrachtwagen geladen of gelost was, werd het aanmeldbestand voor vrachtwagens nog aangevuld met het Fig.11 Opslag bij KTNK tijdstip van begin en einde van belading of lossing. Ook de naam van de heftruckchauffeur en het uur van vertrek werden steeds genoteerd. De eerste malen dat ik de procedure uitvoerde, gingen vlot daar de te bedienen chauffeurs “eigen” chauffeurs waren. Zij waren vertrouwd met de gang van zaken én spraken bovendien Nederlands of een afgeleid dialect. Later kwamen enkele Duitse en Oost-Europese chauffeurs, die uiteraard Duits spraken, en aangezien mijn Duits zich op dat moment nog beperkte tot “jawul”, “nein” en nog enkele andere woorden uit Wereldoorlog II-films, verliep de communicatie minder vlot. Met veel “euhs” en heel wat gebarentaal wist ik toch mijn bedoelingen duidelijk te maken.
Fig.12 Plattegrond KTNK Laakdal
Portfolio
Blz. 20
In de namiddag moest ik bovenbeschreven werkwijze in een werkprocedure gieten om zo voor alle betrokken partijen (vrachtwagenchauffeurs, heftruckchauffeurs en bedienden) duidelijk te maken wat hun taken en verantwoordelijkheden waren. De werkprocedure werd opgesteld in zeer duidelijke en ondubbelzinnige stappen waarin iedereen ziet wat zijn/haar rol is. Door deze procedure strikt op te volgen, kunnen fouten vermeden worden of althans tot een minimum herleid worden. Indien er toch een fout de kop opsteekt, kan de oorsprong ervan makkelijk worden opgespoord en de verantwoordelijke worden achterhaald. Naast het uitwerken van een werkprocedure heb ik mijn tijd ook nog besteed aan het onder de knie krijgen van het voorraadsysteem van BP, daar ik op het einde van de eerste werkweek dit systeem al moest gaan implementeren in het magazijn in Paal. Het spreekt natuurlijk voor zich dat ik de eerste werkdagen ook uitleg kreeg over het reilen en zeilen bij KTNK en dat wat niet expliciet gezegd werd… ik wel gaande weg zou leren. In Paal aangekomen werd ik voorgesteld en rondgeleid. Veel tijd om kennis te maken had ik niet, daar er al onmiddellijk een tweede rondleiding volgde: ditmaal om de opdrachten te bespreken die ik die dag en de daaropvolgende weken tot een goed einde moest zien te brengen.
Fig.13 Plattegrond KTNK Paal
De eerste opdracht bestond eruit de palletplaatsen van BP en Borealis in kaart te brengen en een voorraadsysteem met behulp van Excel aan te maken. Dit was broodnodig daar hun voorraadsysteem tot voor dat ogenblik bestond uit het geheugen van de hoofdmagazijnier. Deze man kende de lotnummers, productnamen en de overeenstemmende plaats in het magazijn van buiten, maar het is natuurlijk niet moeilijk te begrijpen dat alzo niet aan objectieve voorraadcontrole kon gedaan worden. Zijn afwezigheid zou dan ook leiden tot het feit dat niemand weet waar welk product staat. Portfolio
Blz. 21
De uitdaging bestond er dan ook uit dit systeem zo gebruiksvriendelijk mogelijk te maken, omdat iedereen, zelfs computeranalfabeten, met dit systeem zouden moeten kunnen werken. Het computersysteem betrof een Excel tabel met daarin: de nummers van de palletplaatsen (ook wel tirplaatsen of tirs genoemd) het aantal pallets die op die plaats staan het lotnummer de productnaam Ook de voorraadswijzigingen moesten worden bijgehouden in dit systeem, zodat de tabel nog aangevuld werd met enkele kolommen voor de uitgaande bewegingen en hun saldi. Het was de bedoeling dat dit alles functioneerde als een dagsysteem: aan het begin van elke werkdag moest deze tabel gekopieerd worden én bijgehouden worden gedurende de dag. Zo werden de voorraadswijzigingen op een eenvoudige manier bijgehouden en was controle, indien nodig, zeer eenvoudig. Praktisch ging ik als volgt te werk: Er werd een macro geschreven waardoor met één simpele handeling (het indrukken van de combinatie “Ctrl+T”) de tabel gekopieerd werd. Automatisch werd de correcte datum ingevuld de saldi berekend de overeenkomstige totalen ingevuld de lege palletplaatsen aangeduid de voorraadswijzigingen berekend Ook kregen de cellen een voorwaardelijke opmaak mee, zodat lege palletplaatsen anders ingekleurd werden en hierdoor onmiddellijk in het oog sprongen. Naast het opstellen van een digitaal voorraadsysteem, moest er ook een aanmeldsysteem, naar analogie met dat in Laakdal, gemaakt en bijgehouden worden. Ook diende er geholpen te worden met het wegen van bulkwagens, het aanmaken van CMR-vrachtbrieven en het tellen van de stock van BP en Borealis. Ondertussen moest ervoor gezorgd worden dat de heftruckchauffeurs aan het werk bleven wanneer er even geen vrachtwagens waren. Het gelijktijdig uitvoeren van al deze taken verliep in het begin vrij hectisch, zeker als men weet dat de informaticavoorzieningen zich daar beperkten tot een Pentium II computer en een impactprinter om CMR’s af te drukken. Gelukkig, na wat ervaring in de vingers te hebben, begon het goed te vlotten en viel Fig. 14 Opslag bij KTNK uiteindelijk alles in zijn plooien. Zoals reeds gezegd, na een tweetal weken had ik mijn werk in Paal tot een goed einde gebracht en werd ik terug verwacht in Laakdal. Daar kon ik verder doen met mijn werk dat ik had achtergelaten vóór mijn vertrek naar Paal, maar mijn takenpakket werd ook uitgebreid: ik zou me ook moeten gaan bezighouden met de ondersteuning van de planningsafdeling.
Portfolio
Blz. 22
Concreet omvatte dit vier punten: 6. Verwerken van binnenkomende CMR’s van uitgevoerde ritten in het digitale orderboek van de conventionele en bulkverpakkingen. 7. Verwerken van binnenkomende interchanges afkomstig van containers die behandeld moeten worden via de containerterminal WCT in Meerhout. 8. Aanmaken van de door de dispatching aangenomen klantenorders en dit in de verschillende orderboeken. 9. Ingeven van tankbeurten en het berekenen van het gemiddelde verbruik per vrachtwagen. Laat me deze vier punten even toelichten. 1. Verwerken van binnenkomende CMR’s van uitgevoerde ritten in het digitale orderboek van de conventionele en bulkverpakkingen Vrachtbrieven worden gekoppeld aan een bepaald order aan de hand van referenties en andere data op de CMR’s. de vrachtbrief wordt vervolgens aan de papieren versie van het order bevestigd en er wordt een intern nummer aan gegeven. Vervolgens wordt alle bewaard in het orderboek tot het order compleet is. Indien dit laatste het geval is, wordt het CMRnummer, het vervoerde gewicht en de laad- en/of lostijden ingegeven in het digitale orderboek. Het desbetreffende order wordt tevens gemarkeerd in het digitale orderboek, zodat men steeds kan nagaan welk order uit het papieren orderboek is gehaald. Na dit alles gaat het complete order naar de dienst facturatie, die de kosten voor het geleverde transport aan de klant factureert.
Fig.15 Bulkwagen KTN
2.Verwerken van binnenkomende interchanges afkomstig van containers die behandeld moeten worden via de containerterminal WCT in Meerhout Een interchange is een document dat wordt opgesteld telkens een container op- of afgezet wordt op de containerterminal. Meestal bevat het volgende gegevens: de datum containernummer boekingsreferentie de beweging (in of uit) … Een groot deel van de containertrafieken bij KTNK bestaat eruit lege containers af te halen bij WCT, hierin liners te installeren en vervolgens naar BP in Geel te rijden. Daar worden ze geladen zodat ze tenslotte vol terug kunnen worden afgezet bij WCT. Door deze procedure te volgen, zijn er bij gevolg twee interchanges per container die moeten worden afgegeven aan en verwerkt worden op het bureel bij KTNK. De orders voor deze soort transporten omvatten vaak tot meer dan vijftig containers, wat inhoud dat er meer dan honderd interchanges per order dienen verwerkt te worden! De verwerking ervan houdt in dat ze gesorteerd worden op order én op container. Hierna wordt aan de hand van het reserveringsnummer het bijhorende order opgezocht in het digitale Portfolio
Blz. 23
orderboek van de containers. Wanneer alle interchanges van een order aanwezig zijn, worden ze bij het desbetreffende order geklasseerd en vertrekken ze, naar analogie met de uitgevoerde orders van de conventionele en bulkgoederen, richting facturatie. 3.Aanmaken van de door de dispatching aangenomen klantenorders en dit in de verschillende orderboeken In tegenstelling tot de twee vorige besproken punten, heeft deze opdracht betrekking tot de inputzijde van de transportplanning. Orders komen, na bespreking met de dispatchers, via fax of email binnen, waarna ze ingevoerd dienen te worden in het systeem. Elk order krijgt een intern nummer mee, zodat identificatie in de toekomst snel en efficiënt kan gebeuren. Worden ook nog ingegeven: klantnaam orderreferentie lever- en laaddatum laadplaats laadreferentie product kwantiteit bestemming Hierna word de fax of email geklasseerd in het daarvoor voorziene orderboek. 4.Ingeven van tankbeurten en het berekenen van het gemiddelde verbruik per vrachtwagen Praktisch gebeurt dit als volgt: Iedere chauffeur heeft een tankkaart. Via Total en DKV worden gedetailleerde brandstoffacturen verkregen. Hieruit worden belangrijke gegevens gehaald, zoals: getankte hoeveelheid datum en uur plaats vrachtwagennummer aantal gereden kilometers Wanneer deze info is geëxtraheerd, kan men via een pc programma en een paar simpele muisklikken het verbruik berekenen. Deze berekeningen zijn nodig om de evolutie van het verbruik van brandstof te kunnen nagaan om alzo de meest zuinige, maar ook de meest verspillende chauffeurs te identificeren. Hiervan kan dan een lijst worden opgesteld die publiek kan gemaakt worden om zo de vrachtwagenchauffeurs te stimuleren om zuiniger te rijden. Verder heb ik ook voor de achterbeladingen van 20’ containers die Katoen Natie Kempen uitvoert voor BP in Geel en via WCT verscheept een werkprocedure geschreven. Deze procedure was nodig om, net zoals bij de procedure voor de aanmelding van vrachtwagens die ik gemaakt heb, duidelijk te maken waar ieders verantwoordelijkheden liggen en wie wat moet doen of wie wat juist niet mag/moet doen. Hier komt dan nog bij dat het in deze procedure zeer belangrijk was om op het veiligheidsaspect te duiden, daar er op de terreinen van BP strenge veiligheidsvoorschriften gelden en dat een chauffeur die hier niet aan voldoet simpelweg niet toegelaten wordt bij BP. Buiten de veiligheid en de verschillende verantwoordelijkheden bevatte de procedure ook een overzicht van de verschillende documenten die ingevuld dienden te worden.
Portfolio
Blz. 24
Om deze werkprocedure te maken reed ik mee met een chauffeur die achterbeladingen voor BP verzorgde en schreef ik alles ondubbelzinnig en in chronologische gerangschikte stappen op. Daarnaast maakte ik foto’s van verschillende punten waar in het bijzonder op gelet moest worden, die achteraf in de procedure verwerkt werden. Gedurende mijn stage werd ook iedere morgen het aanmaken van een trailerblad van mij verwacht. Dit blad is een overzicht van al het rollend materieel (20’ chassis, 40’ chassis, trekkers, bulkwagens, wagens met schuifgordijn en wagens met sponnen) dat zich op het terrein of in de garage, voor onderhoud, bevond. Dit overzicht laat de planners toe op een snelle manier een overzicht te krijgen van wat wel of niet ter hunner beschikking staat. Op het einde van iedere maand wordt er voor BP ook een stocktelling uitgevoerd. De reden om dit maandelijks uit te voeren, is omdat men alzo kort op de bal kan spelen en hierdoor op het einde van het jaar grote verassingen kan vermijden. De stocktelling zelf gebeurt aan de hand van een stockrapport, opgesteld door de mensen van de on-site vestiging van Katoen Natie bij BP, ook wel “straat 3” genoemd. Bij KTNK wordt de voorraad geteld, waarna het resultaat vergeleken worden met het stockrapport van straat 3. Bij eventuele verschillen tussen de twee lijsten worden de fouten verbeterd of vindt er een hertelling plaats van bepaalde pallets. Nadien wordt er steeds feedback gegeven aan straat 3 die dan de eventuele wijzigingen in hun systeem doorvoeren. Halverwege mijn stage kreeg ik een nieuwe opdracht; namelijk het updaten van het SQAS boek. SQAS staat voor Safety and Quality Assessment System (Systeem voor Veiligheids- en Kwaliteitsonderzoek). Het betreft een onderzoekssysteem voor wegtransportondernemingen dat op initiatief van CDPC (Beleidscommissie Distributie van Chemische Producten) in samenwerking met Europese Petrochemische Associatie tot stand is gekomen. Het systeem stelt de verladers van chemische producten in staat om uitbestede logistieke en aanverwante werkzaamheden op uniforme wijze te onderzoeken op het gebied van kwaliteits- en veiligheidsbeheer. Hierdoor wordt voorkomen dat zij aparte onderzoeken moeten verrichten. De resultaten van een SQAS onderzoek kunnen een verlader ondersteunen bij de keuze van de logistieke dienstverlener.
Fig.16 Logo SQAS
SQAS is een onafhankelijk beoordelingssysteem dat het management(systeem) op het gebied van veiligheid, milieu en kwaliteit toetst. De systematiek bestaat uit gestandaardiseerde SQAS vragenlijsten. Afhankelijk van de activiteiten kunnen meerdere vragenlijsten gelden: Core Elements (basiselementen van het managementsysteem; ALTIJD verplicht) Road Transport - voor bedrijven die wegvervoer verrichten Rail Transport - voor bedrijven die actief zijn in railvervoer Tank Cleaning stations - voor tank(container) reinigingsbedrijven Intermodal Transport - voor bedrijven actief in intermodaal vervoer Chemical Distributors (ESAD) - distributie van chemische producten Marine Packed Cargo (CDI-MPC) - deep sea vervoer van chemische producten Bulk Marine Ships (CDI-M) - deep sea vervoer van chemische producten (bulk) Tank Storage Terminals (CDI-T) - opslag van chemische producten in tanks Barges (EBIS) - binnenvaart Portfolio
Blz. 25
SQAS is ontwikkeld door CEFIC (European Chemical Industry Council), in samenwerking met de Europese logistieke organisaties. Samen met het CDI (Chemicals Distribution Institute), ESAD en EBIS worden de vragenlijsten beheerd. Mijn aandeel hierin was het maken van indienststellingsverslagen en risicoanalyses voor al het klein gereedschap dat bij KTNK gebruikt wordt. Deze verslagen waren al sinds 2003 niet meer geüpdate. Ondertussen waren er al tal van machines uit rotatie geraakt en er ook al veel bijgekomen. Bovenvernoemde indienstellingsverslagen bestonden uit een vragenlijst die voor elk gereedschap diende te worden ingevuld. Deze lijst betrof: veiligheid van de machines risicoanalyse van de te bedienen machines Tevens werden de machines intern genummerd en de handleidingen en CE-certificaten ervan in een map gestoken.
Portfolio
Blz. 26
Besluit Het eerste wat ik kan zeggen over mijn stageperiode bij Katoen Natie is dat ik heel veel heb bijgeleerd, dingen die men je onmogelijk kan meegeven in een schoolomgevingen. Allereerst heb ik ingezien dat het buiten de schoolmuren niet al engels is wat de klok slaat en dat ook duits of frans zeer vaak de enige talen waren die mijn tegenpartij begreep. Mijn kennis van deze twee talen is er dan ook beetje op vooruit gegaan. Zeker heb ik geleerd om onder (tijds)druk te werken en om, wat voor mannen heel moeilijk schijnt te zijn, met vijf taken tegelijk bezig te zijn. Zowel zelfstandig al in groep opereren Ik heb gezien hoe een magazijn in de praktijk in elkaar steekt en hoe het niet altijd evident is om de beschikbare capaciteit ten volle te benutten. Daarnaast heb ik ingezien dat het opstellen van een transportplanning altijd in het honderd loopt, wat gepaard gaat met de nodige stress en de daarbij horende vloekpartijen. Ook het maritieme en douanegebeuren, in hun vele facetten, hebben al veel van hun geheimen moeten prijsgeven aan mij. Naast dit alles heb ik een beter zicht gekregen op de samenhang tussen de verschillende logistieke werkgebieden, iets wat uit de cursussen op school niet altijd naar voren kwam. Daarnaast heb ik mijn verworven informatica-skills kunnen aanwenden en verscherpen door het veelvuldige gebruik van Excel, Word en andere programma’s. Verder heb ik in kleine mate leren werk delegeren Ik kan dus wel stellen dat ik zeer tevreden ben over mijn stage. Ik heb enorm veel bijgeleerd, heb gewerkt in een klein, toffe groep van gedreven mensen en ik heb hun het werk gedurende enkele maanden wat lichter kunnen maken. Tot slot wat ook niet onbelangrijk is, is dat ik heb ingezien waar mijn beperkingen en zwakke punten liggen zodat deze kunnen weggewerkt en bijgeschaafd worden doormiddel van avondschool en/of andere training.
Portfolio
Blz. 27
Literatuurlijst www.katoennatie.com Intranet - Katoen Natie Interne documenten van Katoen Natie www.bas.nl www.sct.nl www.sqas.org Cursus “Douane”, Willy Daens
Portfolio
Blz. 28