Veilingen&groothandel Bloemen/planten 2007 Ook veilig en gezond hoort erbij!
Colofon:
Arbeidsinspectie, Den Haag Projectnaam Projectnummer Status projectrapportage Inspectieonderwerpen
15 april 2008 Veilingen en groothandel A828 Definitief Fysieke belasting Dieselmotorenemissie Machineveiligheid Veiligheid interne logistiek Arbeid- en rusttijden
AI-bedrijfstakdirectie
Dienstverlening
Landelijk Projectleider Landelijk Projectsecretaris
D. Smink J.M.M. Geurts
Voor vragen van de pers
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Afdeling Persvoorlichting, tel. (070) 333 4444
Looptijd project Correspondentieadres
1 mei t/m 30 september 2007 Arbeidsinspectie, kantoor Arnhem T.a.v. mevrouw J.M.M. Geurts Postbus 9018 6800 DX ARNHEM
INHOUDSOPGAVE
1 2 3
VOORWOORD.................................................................................................... 4 SAMENVATTING ................................................................................................ 5 AANLEIDING....................................................................................................... 7 3.1 Doelstellingen project ................................................................................... 7 4 OMVANG EN OPZET VAN HET PROJECT ....................................................... 8 4.1 Werkterrein................................................................................................... 8 Bloemen & Plantenveilingen ........................................................................ 8 Groothandel Bloemen & Planten .................................................................. 8 Groenten & Fruitveilingen............................................................................. 8 4.2 Inspectieonderwerpen .................................................................................. 9 Fysieke belasting:................................................................................................ 9 Diesel motoren emissie: ...................................................................................... 9 Machineveiligheid en Veiligheid interne logistiek:................................................ 9 Arbeidstijdenwet: ................................................................................................. 9 4.3 Inspectiemethode ......................................................................................... 9 5 OVERZICHT RESULTATEN, SAMENVATTING BEVINDINGEN ..................... 11 5.1 Resultaten .................................................................................................. 11 5.1.1 Resultaten per inspectie-onderwerp.................................................... 12 5.2 Handhavingsinstrumenten.......................................................................... 15 5.3 Samenvatting bevindingen ......................................................................... 16 6 CONCLUSIES ................................................................................................... 18 6.1 Aanbevelingen naar de sector.................................................................... 19 6.2 Follow up .................................................................................................... 19
Rapportage Veilingen en groothandel
1 VOORWOORD In de afgelopen jaren heeft de Arbeidsinspectie met enige regelmaat klachten en ongevallen in veilingen en groothandels onderzocht. De uitkomsten van deze onderzoeken gaven aanleiding om in deze sector actief te gaan inspecteren, vooral in de bloemen en plantenbranche (veilingen en groothandel) en in de groente- en fruitveilingen. Vòòr deze inspectieronde was de Arbeidsinspectie een tijd lang niet via een gestructureerde aanpak (actief project) in deze branche op bezoek geweest. Daarmee was het zicht op de arbeidsomstandigheden onvoldoende duidelijk. Het inspectieproject, dat uitgevoerd werd in de periode mei tot en met september 2007, heeft zich gericht op de volgende risico’s die vooraf ingeschat zijn als de belangrijkste in de branches; • fysieke belasting, • dieselmotoren emissie (DME), • machineveiligheid, • veiligheid interne logistiek, • naleving arbeidstijdenwet. Als belangrijkste knelpunten kwamen tijdens de inspecties, fysieke belasting en het voorkomen van blootstelling aan diesel motoren emissie naar voren. Ook de andere risico’s vormen, in iets mindere mate, een punt van aandacht voor de bedrijven in deze branche. Veel van de activiteiten in de bloemen- en plantenbranche vinden plaats in het westen van het land waar de grootste veiling van het land (recente fusie van Bloemenveiling Aalsmeer en FloraHolland) zich bevindt. Van oudsher concentreert een belangrijk deel van de handel zich binnen het veilinggebouw of, logistiek gezien, in de directe omgeving daarvan. Deze laatste groep bedrijven varieert sterk in spreiding en grootte. De resultaten van het project wijzen er op dat bij deze bedrijven ook de minste aandacht bestaat voor arbeidsomstandigheden. Verder laten de resultaten zien dat ruim de helft van de bedrijven (veilingen en handel tezamen) werd aangesproken op overtreding van de arbo- of arbeidstijdenwet. Daarmee wordt een te groot deel van de werknemers, van vooral de groothandelsbedrijven, blootgesteld aan onnodige risico’s. Gesprekken met de verschillende veilingdirecties en het door de Arbeidsinspectie toegepaste handhavingsbeleid hebben geleid tot het opstellen en aanscherpen van plannen van aanpak om de blootstelling aan DME binnen de veilingmuren te voorkomen. Deze maatregelen hebben ook effect op de inhuizende groothandel. De inrichting van de werkplek om fysieke overbelasting door staand en repeterend werk te voorkomen moet op bedrijfsniveau opgelost worden. Het tillen van 8 kilogram of meer boven de 1.80 meter is (ook) een ketenprobleem. Zowel de veilingorganisaties als de groothandelaren moeten dit knelpunt in samenwerking aanpakken. De eerste stappen zijn hiervoor door de beide partijen gezet. Er is een beperkt aantal veilingen voor groente & fruit in Nederland. Bij deze organisaties werden, als gevolg van een kort hiervoor uitgevoerd inspectieproject in de bijbehorende groothandel, nagenoeg geen overtredingen geconstateerd. Bedrijven en vertegenwoordigende brancheorganisaties in de bloemen- en plantenketen zullen zich nog meer inspanningen moeten getroosten om vooral de fysieke belasting en DME problematiek adequaat aan te pakken. Als resultaat van dit inspectieproject is het dan ook goed te constateren, dat de sociale partners in de groothandel onlangs afspraken hebben gemaakt om in 2008 te komen tot een branche-RI&E en een arbocatalogus. Aanvullend hebben de veilingdirectie van FloraHolland en de Vereniging van Groothandelaren in Bloemkwekerijprodukten (VGB) afspraken gemaakt om op arbogebied tot nauwere samenwerking te komen.
De Algemeen Directeur van de Arbeidsinspectie,
Dr. J.J.M. Uijlenbroek
Arbeidsinspectie
4
Rapportage Veilingen en groothandel
2
SAMENVATTING
Een van de aanleidingen voor dit inspectieproject kwam voort uit onderzoek naar ongevallen en klachten, die zich in de afgelopen jaren voordeden bij de veilingen voor groenten en fruit (G&F), en bloemen en planten (B&P) en bedrijven in de groothandel bloemen en planten (B&P). Bovendien werd in voorgaande jaren aan deze branches geen actieve aandacht besteed. Wel waren er signalen vanuit andere projecten van de Arbeidsinspectie zoals het project “Vakantiewerk” dat zich deels op genoemde branches richtte. Hieruit bleek, dat de arbeidsomstandigheden (ook t.a.v. jeugdigen) te wensen overlaten. Als voorbereiding op dit project zijn enkele verkennende inspecties uitgevoerd en werd vervolgens het project “Veilingen en groothandels” uitgevoerd in de periode mei 2007 tot en met september 2007. Hoofdzaken waar op geïnspecteerd is: - fysieke belasting, - dieselmotoren emissie (DME), - machineveiligheid, - logistieke veiligheid. Ook werd gekeken naar de naleving van de arbeidstijdenwet. In 2007 werden door de Arbeidsinspectie voorbereidingen getroffen om de werkwijze bij het inspecteren aan te passen. Deze werkwijze wordt vanaf 2008 in alle projecten toegepast. Besloten werd om ook in het project “veilingen groothandel 2007” voor een deel al de principes van het nieuwe inspecteren toe te passen (hard waar het moet, zacht waar het kan). Dit betekent enerzijds dat risico’s die zo ernstig waren dat ingrijpen door middel van een handhavinginstrument (waarschuwing, eis tot naleving of stillegging) noodzakelijk was, onverkort werden gehandhaafd. In andere gevallen zijn afspraken gemaakt over omstandigheden die verbetering behoefden zonder daar door middel van waarschuwingen of eisen tot naleving kracht bij te zetten. Een dergelijke stimulerende interventie bestond uit een mondelinge of schriftelijk bevestigde opmerking. Belangrijk doel van het inspectietraject was het verhogen van de aandacht voor en het verbeteren van de arbeidsomstandigheden in de branche. In de projectopzet werd deze doelstelling nog verder uitgewerkt: • Door handhaving het nalevingniveau op de geïnspecteerde arborisico’s verhogen en daarmee ook inzicht krijgen op het niveau van naleving; • De sector stimuleren te komen tot borging van de arbeidsomstandigheden door samenwerking tussen veiling en groothandel te vergroten. Inspecties zijn grotendeels uitgevoerd bij veilingen en groothandel van bloemen en planten. In totaal zijn 203 locaties geïnspecteerd, waarvan 5 locaties groenten- en fruitveilingen betroffen. De maatregelen om veilig en gezond te kunnen werken bleken op alle locaties tezamen, in 23% van de aangetroffen situaties volledig in orde. Bij 56% van de locatiebezoeken werd gehandhaafd door inzet via de waarschuwing, eis tot naleving of stillegging. Deze vorm van handhaving werd toegepast op verschillende onderwerpen. Zo was er 97 keer sprake van onvoldoende maatregelen ter voorkoming van een te grote fysieke belasting, 30 keer ontbraken bij bedrijven de persoonlijke beschermingsmiddelen, 29 maal bleken de gebruikte arbeidsmiddelen niet te voldoen. Ook moest 29 maal ingegrepen worden omdat er te weinig maatregelen ter voorkoming van blootstelling aan DME waren getroffen. In 16 gevallen was er sprake van een overtreding van de arbeidstijdenwet. Gecontroleerd zal worden of bedrijven deze tekortkomingen opgeheven hebben. Dit zal niet het geval zijn op zaken genoemd in de brief met stimulerende opmerkingen (verbetering mogelijk, 21%). Deze werd ingezet bij die bedrijven waar, op die onderdelen, geen ernstig gevaar voor de werknemers aanwezig was, maar wel op eenvoudige wijze tot verbetering van de aangetroffen situatie gekomen kon worden. Op deze laatste categorie zal geen controle op het opheffen ervan plaatsvinden. Geconstateerd is dat vooral fysieke belasting als knelpunt in de branche naar voren komt. Een belangrijk deel hiervan wordt veroorzaakt door het regelmatig (te hoog / te zwaar) tillen in de
Arbeidsinspectie
5
Rapportage Veilingen en groothandel
verschillende productieprocessen (product in zogenaamde treetjes of fust). De meeste waarschuwingen of eisen tot naleving betroffen het tillen van gewicht van meer dan 8 kilo boven 1.80 meter. De containers met bloemen en planten worden om economische redenen hoog geladen (men wil geen lucht vervoeren…) en omdat het een ketenprobleem betreft worden nog (te) weinig initiatieven ondernomen om te komen tot werkbare oplossingen. Wel worden, bv. door de veilingen, afspraken gemaakt met toeleveranciers (o.a. kwekerijen) om tot betere belading van de stapelwagens/Deense karren te komen. Inmiddels heeft FloraHolland het initiatief genomen om te komen tot de introductie van 1 soort stapelwagen. Fysieke belasting kan als onderdeel van deze discussie tussen de verschillende partijen in de gehele keten meegenomen worden en mogelijk leiden tot betere beheersing van overbelasting. In de aardappelen-, groenten- en fruitsector (AGF) is in de periode 1 februari tot 1 mei 2007 door de Arbeidsinspectie een inspectieproject uitgevoerd. Als resultante van dit project is door branchepartijen gewerkt aan het ontwikkelen van oplossingen voor het tillen boven de 1.80 m. Dit heeft voor het project veilingen en groothandel tot gevolg gehad dat op dit risico van fysieke (over)belasting bij de veilingen voor groenten en fruit niet geïnspecteerd is. De Vereniging van Groothandelaren in Bloemkwekerijprodukten (VGB) zoekt voor oplossingen van de 1.80 meter problematiek in haar eigen branche aansluiting bij de ontwikkelingen van de brancheorganisatie groothandel voor aardappelen, groenten en fruit, Frugi Venta. Door de (toen nog niet gefuseerde) bloemenveilingen Aalsmeer en FloraHolland werden -o.a. naar aanleiding van interventies door de AI- plannen van aanpak opgesteld om blootstelling aan DME beter te beheersen en zoveel mogelijk te voorkomen. Dit leidde tot een aanpak op korte en lange termijn. Voorbeelden zijn het compartimenteren van laad- en losmogelijkheden, met de noodzakelijke voorzieningen om de luchtkwaliteit te beheersen. Een andere maatregel betrof het gebruik van roetfilters en het auto-vrijmaken van de door metingen aangetoonde hotspots. Dit moet bereikt worden door vrachtauto’s die via een dock lossen en laden, te verplaatsen naar een buitensituatie. Bij de uitvoering van deze plannen zullen ook de groothandelaren die nog met vrachtauto’s in de veilinghallen rijden hun medewerking moeten verlenen.
Arbeidsinspectie
6
Rapportage Veilingen en groothandel
3 AANLEIDING Sinds midden jaren 90 zijn de veilingen in groenten en fruit, bloemen en planten en de daaraan gerelateerde groothandel (bloemen en planten) niet meer actief door de Arbeidsinspectie bezocht. Het brede zicht op de ontwikkelingen van arbeidsomstandigheden in deze branches was daarmee grotendeels verloren gegaan. Wel werden de branches in de jaarlijks uitgevoerde projecten “Vakantiewerk” op beperkte schaal meegenomen bij de inspecties. De resultaten van de vakantiewerkprojecten en de indrukken die door inspecteurs tijdens deze inspecties werden opgedaan gaven de indicatie dat de arbeidsomstandigheden bij de veilingen in groenten en fruit, bloemen en planten en de daaraan gerelateerde groothandel sterk verbeterd konden worden. Hiermee was echter nog niet duidelijk hoe de totale stand van zaken in de betreffende branche is. Het uitvoeren van een inspectieproject specifiek gericht op deze branche was dus op zijn plaats en dit voornemen werd ondersteund door de onderzoeken naar gemelde ongevallen en ontvangen klachten. Uit de ongevaloverzichten van de AI, over de periode 2000 tot 2006, blijkt dat bij de veilingen en groothandel (globaal zo’n 2000 bedrijven), 105 door de AI geregistreerde ongevallen hebben plaatsgevonden. Het ging dan veelal om aanrijdingen met, of het kantelen van, elektro-trekkers en heftrucks. Andere ongevalsoorzaken waren het vallen van hoogte bij laad- en loswerkzaamheden en beknellingen in lopende banden. Verder werden er in de afgelopen jaren klachten ontvangen over gebrek aan werkruimte, fysieke belasting, ontbreken van daglicht en slecht klimaat. Deze zogenaamde reactieve zaken werden door de Arbeidsinspectie onmiddellijk in behandeling genomen en afgehandeld. Verkenningen binnen de branche als voorbereiding op het project leverden voldoende onderbouwing op om aandacht te besteden aan de volgende inspectieonderwerpen: - machineveiligheid. - veiligheid interne logistiek. - fysieke belasting. - dieselmotoren emissie. - arbeidstijdenwet.
3.1 Doelstellingen project In dit project was de aandacht gericht op de toegepaste maatregelen om risico’s, die samenhangen met fysieke belasting, dieselmotorenemissie, machineveiligheid, intern transport en arbeid- en rusttijden, zoveel mogelijk te voorkomen of te beheersen. Door het uitstralingseffect van de inspecties werd verwacht dat zowel bij de branche-organisaties alsook op bedrijfsniveau de aandacht voor veilige en gezonde arbeidsomstandigheden verhoogd zou worden. Hierbij speelde ook de samenwerking tussen de veiling en de groothandel een rol. Belangrijk doel van het inspectietraject was bovendien het door betere naleving van regels en de juiste toepassing van maatregelen, verminderen en voorkomen van ongevallen. Deze doelstelling is als volgt nader uitgewerkt: •
•
Door handhaving het nalevingsniveau op de geïnspecteerde arborisico’s verhogen en daarmee ook inzicht krijgen op het niveau van naleving; De sector stimuleren te komen tot borging van de arbeidsomstandigheden door samenwerking tussen veiling en groothandel te vergroten.
Arbeidsinspectie
7
Rapportage Veilingen en groothandel
4 OMVANG EN OPZET VAN HET PROJECT 4.1
Werkterrein
De (coöperatieve) veilingen en de groothandel zijn in de keten, het proces en hun historie aan elkaar gebonden. Veilingen bloemen en planten (B&P), en groente en fruit (G&F) vallen onder de bedrijfsinformatiecode van de Kamers van Koophandel (BIK code) 748731 resp. 748732. De bedrijven met als hoofdactiviteit “Groothandel bloemen en planten” vallen onder de BIK-code 5122. Overkoepelend orgaan voor zowel de B&P- als de G&Fsector is het Productschap Tuinbouw. De belangen van de B&Pbranches worden vertegenwoordigd door de Vereniging van Groothandelaren in Bloemkwekerijprodukten (VGB), en de Vereniging van Bloemenveilingen in Nederland (VBN). Op het terrein van arbeidsomstandigheden worden onderzoeken gedaan, veelal uitgevoerd door STIGAS, een preventiedienst voor veilig en gezond werken. Het Hoofdbedrijfschap Agrarische Groothandel (HBAG) is het kenniscentrum speciaal voor de groothandel B&P. Eén van de taken is het organiseren van cursussen, op het gebied van tillen, bedrijfshulpverlening, veilig rijden op de heftruck en de taken van de preventiewerker. Het gekozen werkterrein is verder als volgt in te delen:
• Bloemen- en plantenveilingen De vereniging van bloemenveilingen in Nederland is de koepelorganisatie voor de coöperatieve sierteelt veilingen. Door deze organisatie werd in de voorbereiding van het project voor nadere informatie en afstemming verwezen naar de directies van de onderscheiden veilingen. Op 1 januari 2008 zijn Bloemenveiling Aalsmeer en FloraHolland gefuseerd. De nieuwe coöperatie FloraHolland heeft een netwerk van zes vestigingen (Aalsmeer, Naaldwijk, Rijnsburg, Venlo, Bleiswijk en Eelde). Hiermee is de grootste veilingorganisatie van bloemen en planten ontstaan met een nationaal marktaandeel van ruim 90%. Ook de kleinere veilingen Oost Nederland en Vleuten hebben inmiddels van de leden toestemming om te fuseren.
• Groothandel bloemen en planten De Vereniging Groothandels Bedrijven Bloemkwekerijprodukten is belangenbehartiger van de branche en gesprekspartner voor de veilingdirecties. Op het terrein van Arbeidsomstandigheden bleek deze brancheorganisatie in de voorgaande jaren weinig initiatief te hebben ontwikkeld. Naar aanleiding van de resultaten van dit inspectieproject is hierin verandering gekomen. In het CAO overleg is door sociale partners afgesproken om medio 2008 een branche RI&E en een Arbocatalogus te hebben ontwikkeld.
• Groenten- en fruitveilingen De groenten- en fruitveilingen (G&F) laten zich niet door een branchevereniging vertegenwoordigen. Hier worden door de grootste organisatie (The Greenery) afspraken over Arbeidsomstandigheden op (C)OR niveau gemaakt. In het kader van het inspectieproject Aardappelen, groenten en fruit 2007 zijn afspraken gemaakt over vermindering van fysieke belasting die ontstaat door het boven de macht (> 1,80 meter) tillen van gewichten. Een concrete oplossing voor dit probleem was begin 2008 nog niet voorhanden. Bovenstaande branches kunnen als volgt gekarakteriseerd worden: De werkopvatting in de branches kenmerkt zich door een no-nonsense cultuur, waarin geen ruimte is voor de zogenaamde 9 tot 5 mentaliteit. Bloemen en in mindere mate planten, zijn producten met een korte levensduur. De hele logistieke organisatie van zowel veiling als handel is gericht op het zo snel mogelijk afhandelen van het proces om het product bij de klant te krijgen. Hiervoor zijn 24 uren per dag beschikbaar en die gebruikt men ook. Verschillen tussen de veiling en de handel zijn er ook. In de aanpak van arbeidsomstandigheden bijvoorbeeld. De veilingen hebben meer overhead en een eigen afdeling die zorg draagt voor
Arbeidsinspectie
8
Rapportage Veilingen en groothandel
ontwikkeling en implementatie van het arbobeleid. De veilingdirectie en de VGB geven aan met enige regelmaat overleg te voeren, arbeidsomstandigheden maken daar sinds kort deel van uit. Daarbij wordt ook met de handelaren binnen de veilingmuren gesproken over aanpassingen die moeten leiden tot verbetering van de arbeidsomstandigheden in het gebouw (bijv. aanpak DME problematiek) De groothandel is zeer productgericht en gaat pragmatisch te werk. Problematiek op het gebied van de arbeidsomstandigheden wordt veelal ad-hoc aangepakt. De werknemers op de werkvloer zijn over het algemeen laag geschoold. Veilingpersoneel is (groten)deels Nederlandstalig, maar voor het logistieke proces wordt in toenemende mate gebruik gemaakt van o.a. Poolse werknemers. Bij de groothandelaren B&P is het aantal anderstalige werknemers bijzonder hoog. Wel is er een verschuiving van nationaliteit waar te nemen. Werkten er in het (recente) verleden vooral Turkse werknemers (vrouwen). Al enige tijd wordt ook hier gebruik gemaakt van werknemers uit de nieuwe EU-landen. De werknemers worden vertegenwoordigd door de FNV Bondgenoten en de CNV Dienstenbond. De organisatiegraad binnen de veilingen is redelijk hoog. Bij de groothandel juist bijzonder laag, waarbij een belangrijke rol speelt dat er sprake is van veel part time arbeid, nul-uren contracten en tijdelijk werk.
4.2
Inspectieonderwerpen
Specifieke aandacht was er tijdens de inspecties voor: Fysieke belasting: Bij de groothandel en de veiling is sprake van het regelmatig (te hoog / te zwaar) tillen in de verschillende productieprocessen (product in zogenaamde treetjes of fust). Rolcontainers worden soms in ergonomisch onverantwoorde houdingen geduwd of getrokken. Bij het om- of verpakken van het product kan sprake zijn van langdurig staand werk en repeterende bewegingen. Dieselmotoren emissie: Bij de aanvoer van product worden vrachtauto’s met dieselmotoren gebruikt. In de oude bloemenveilinggebouwen rijden deze vrachtauto’s ook binnen de muren van het veilinggebouw. De uitlaatgassen van dieselmotoren zijn kankerverwekkend en moeten uit het gebouw worden geweerd. Machineveiligheid en Veiligheid interne logistiek: Bij het gebruik van machines, zoals de bloemensnijmachines, verpakkingsmachines en fustwassers spelen de gevaren van snijden, knellen en pletten een rol bij de beoordeling van de veiligheid. Door met een mobiel arbeidsmiddel (electrokarren, heftrucks) te hard of zonder zicht te rijden ontstaat gevaar. Door de veiligheidsgordel niet te gebruiken of mee te rijden op de lepels van de vorkheftruck vinden regelmatig aanrijdingen en ongevallen plaats. Arbeidstijdenwet: Regelmatig overwerk en onbekende eindtijden van de werkdag geven mogelijk een risico op (te) lange werkdagen en te korte rustperiodes.
4.3
Inspectiemethode
Bij interventies is gewerkt volgens de richtlijnen van de nieuwe instructie handhaving. Bij geconstateerde overtredingen werd het reguliere handhavingsbeleid toegepast. Nieuw in dit beleid is dat de inspecteur scherper dan voorheen eerst een afweging maakt van de samenhang van verschillende risico’s en de keuze van de in te zetten instrumenten. Om per bedrijf maatwerk te kunnen leveren is door de inspecteurs de ernst van een aanwezig risico beoordeeld. De toegepaste werkwijze past in de ontwikkeling binnen de Arbeidsinspectie naar een nieuwe vorm van inspecteren. Hierbij wordt per situatie een afgewogen oordeel gemaakt van de risico’s en de omstandigheden. Ernstige overtredingen werden onverkort gehandhaafd. Verder zijn afspraken gemaakt over omstandigheden die verbetering behoefden zonder daar door middel van waarschuwingen of eisen tot naleving kracht bij te zetten. In zo’n geval was er geen sprake
Arbeidsinspectie
9
Rapportage Veilingen en groothandel
van een zodanig ernstige situatie dat het inzetten van formele handhavinginstrumenten noodzakelijk was, maar aandacht voor verbetering wel op zijn plaats. In de brief werden de bevindingen van de inspecteur beschreven en werden oplossingsrichtingen aangereikt die tot verbetering van de situatie konden leiden. Op deze categorie (lichte) overtredingen zal geen controle plaatsvinden. Om ook tijdens de uitvoering van het project tot een zorgvuldige weging van aangetroffen situaties te komen, en daarmee invulling te geven aan een eenduidig optreden, werd met grote regelmaat tussen de teamprojectleiders van de verschillende teams in het land afgestemd. Waar nodig werden beslispunten voorgelegd aan de projectleiding. Voor een aantal veilingen in de twee branches is door de inspecteurs in het westen van het land een landelijk veilingteam gevormd. Het ging hierbij om de bloemen- en plantenveiling ‘FloraHolland’ en voor de groente- en fruitveiling ‘The Greenery’. Dit zijn de grootste veilingen met diverse vestigingen, waarvan sommige zich ook buiten Noord- en Zuid-Holland bevinden. Het wettelijk kader van de inspecties is de nieuwe Arbeidsomstandighedenwet (2007), het Arbeidsomstandighedenbesluit en de per 1 april 2007 gewijzigde Arbeidstijdenwet. Conform het nieuwe handhavingsbeleid, is het aan de werkgever overgelaten zijn ondernemingsraad (OR) over de inhoud van de inspecties en toegestuurde correspondentie te informeren.
Arbeidsinspectie
10
Rapportage Veilingen en groothandel
5 OVERZICHT RESULTATEN, SAMENVATTING BEVINDINGEN Algemeen In totaal zijn er tijdens dit project 203 bedrijven bezocht. Het betreft in totaal 12 veilinglokaties (6%): waarvan 7 veilingen voor bloemen en planten en 5 veilingen voor groente en fruit. Een belangrijk deel van de inspecties heeft plaatsgevonden bij de groothandels voor bloemen en planten. Er zijn 191 bedrijven in dit deel van de branche bezocht. Het merendeel van de handhaving heeft dan ook bij de groothandels plaatsgevonden. Bij de veilingen is er een verschil in handhaving te zien tussen de veilingen G&F en de veilingen voor B&P: bij de veilingen B&P betreft de handhaving voornamelijk een tweetal risico’s: de fysieke belasting (tillen boven de 1.80 meter en werkplekinrichting) en het terugdringen van de uitstoot van dieselmotoren in de veilinghallen. Bij de G&F-veilingen zijn nauwelijks overtredingen geconstateerd. Deels heeft dit te maken met de afspraken die tijdens het inspectieproject Aardappelen, groente en fruit, over het tillen boven de 1.80 m met The Greenery gemaakt zijn, waardoor hierop in dit project niet geïnspecteerd is. Representativiteit In de bestanden van de Kamer van Koophandel is te vinden, dat er 16 veilingen in Nederland zijn, met 29 locaties. Hiervan zijn 12 locaties bezocht. In het KvK-register komen ongeveer 1900 bedrijven voor, die vallen onder de Bedrijfsinformatiecode (BIK) groothandels B&P. Voor de effectiviteit van het project is gekozen voor het selecteren van bedrijven met meer dan 5 werknemers. Hiervan zijn er ongeveer 800 in Nederland. Uiteindelijk zijn er 191 groothandels bezocht. Hiermee is een goed beeld gevormd van de arbeidsomstandigheden bij zowel de veilingen als de groothandel.
5.1
Resultaten Resultaat na eerste inspectie 23%
56% 21% goed
redelijk
matig tot slecht
Toelichting op bovenstaande figuur In totaal zijn er 203 bedrijven bezocht. In 23% van de bedrijven zijn er geen overtredingen geconstateerd op de geïnspecteerde onderwerpen. Bij 21% van de bedrijven waren de arbeidsomstandigheden redelijk te noemen, maar op onderdelen was ruimte voor verbetering. Om het bedrijf tot een structurele aanpak te stimuleren is bij brief gewezen op het onderwerp waaraan extra aandacht besteed dient te worden. In 56% van de bedrijven was sprake van een matige tot slechte situatie waarbij de werkgever d.m.v. een waarschuwing, eis of boeterapport gesommeerd is om maatregelen te nemen die de arbeidsomstandigheden verbeteren. Dit betekent dat in totaal bij 77% van de geïnspecteerde bedrijven knelpunten geconstateerd zijn die aangepakt moesten worden.
Arbeidsinspectie
11
Rapportage Veilingen en groothandel
5.1.1
Resultaten per inspectie-onderwerp
- Overtredingen fysieke belasting Algemene vereisten inrichting arbeidsplaatsen
Fysieke belasting
Zitgelegenheid
3 10
Voorkomen gevaren (fysieke belasting)
22 62
0
20
40
60
Beperken gevaren en inventarisatie en evaluatie (fysieke belasting)
80
Toelichting: Het grootste aantal overtredingen betrof de fysieke belasting. Zowel bij de groothandel als de veiling werden rolcontainers soms in ergonomisch onverantwoorde houdingen geduwd of getrokken. Maar er is vooral sprake van het regelmatig (te hoog / te zwaar) tillen in de verschillende productieprocessen (product in zogenaamde treetjes of fust). De meeste waarschuwingen of eisen tot naleving betroffen het tillen van gewicht van meer dan 8 kilo boven 1.80 meter. De containers (Deense karren) met bloemen en planten worden om economische redenen hoog geladen (men wil geen lucht vervoeren…) en omdat het een ketenprobleem betreft wijzen de verschillende bedrijven naar elkaar als het gaat om oplossing van het probleem en de aanpak van het logistieke proces. Aan de individuele bedrijven afzonderlijk, werd gevraagd te inventariseren wat de problemen waren en hoe deze kunnen worden opgelost. Goede voorbeelden waren de aangepaste laadplatforms of verzonken vloeren die in sommige bedrijven waren aangebracht. Hiermee werd een belangrijk deel van het probleem voorkomen. Bij het om- of verpakken van het product en het binden van bloemboeketten was de inrichting van de werkplek vaak niet in orde: er is sprake van langdurig staand werk en repeterende bewegingen. Automatisering, roulatie van het werk en het toepassen van zit- stasteunen kunnen een bijdrage leveren aan de oplossing van deze problemen.
Arbeidsinspectie
12
Rapportage Veilingen en groothandel
- Overtredingen diesel motoren emissie: Dieselmotoren-emissie
vervangen van kankerverw . of mutagene stoffen en processen
5
Grensw aarden
1 23 Beperken van blootstelling; alg. prev. maatregelen 0
5
10
15
20
25
Toelichting: Bij de aanvoer van product worden vrachtauto’s met dieselmotoren gebruikt. In de oude bloemenveilinggebouwen rijden deze vrachtauto’s (mn. voor de handel) ook binnen de muren van het veilinggebouw. De uitlaatgassen van dieselmotoren zijn kankerverwekkend en moeten uit het gebouw worden geweerd. Door de twee grootste veilingen van Nederland zijn plannen van aanpak opgesteld om diesel aangedreven voertuigen uit de veiling gebouwen te weren, of verplichtingen aan de vervoerders/handel op te leggen ten aanzien van de uitstoot van DME door dieselaangedreven motoren. Als in omsloten ruimtes dieselmotoren (vrachtauto’s of andere dieselaangedreven arbeidmiddelen) werden aangetroffen is gehandhaafd door de inzet van eisen tot naleving en waarschuwingen. Het bedrijf is verplicht een plan van aanpak te maken en binnen de gestelde termijn dieselmotoren te weren of te vervangen. Een van de oplossingen voor dit probleem wordt veelal bij de modernere gebouwen toegepast. Hier wordt vaak geladen via zogenaamde docking-stations, waardoor de problematiek van DME in een omsloten ruimte zich niet voordoet. Belangrijk is dat de groothandel als “vervuiler” (het gaat vaak om vrachtauto’s van de (groot)handel), zowel op branche- als op bedrijfsniveau tot nog toe weinig of geen stappen neemt om te komen tot verbetering. Wel bepaalt de veiling uiteindelijk of en onder welke condities arbeidsmiddelen/voertuigen in hun gebouwen worden toegelaten. Zo bestaat er ook de mogelijkheid om de naar binnen rijdende vrachtwagens te voorzien van een tijdelijk roetfilter of eisen te stellen aan de uitvoering van de motor (Euronorm 4 of 5). De gesprekken met de veilingdirecties en de inzet van handhavinginstrumenten tijdens het inspectieproject hebben geleid tot voorwaarden die de beheerders van veilingen stellen aan andere gebruikers zoals de (groot)handel.
- Overtredingen machineveiligheid: Machineveilgheid
Noodstopvoorziening (arbeidsmiddel) Keuringen (arbeidsmiddelen)
3 11
Veiligheidsvoorzieningen i.v.m. bew egende delen van arbeidsmiddelen Overig
15 8
0
5
Arbeidsinspectie
10
15
20
13
Rapportage Veilingen en groothandel
Toelichting: Bij het gebruik van machines, zoals de bloemensnijmachines, verpakkingsmachines en fustwassers spelen de gevaren van snijden, knellen en pletten een rol bij de beoordeling van de veiligheid. De inspecties tonen, dat er op dit gebied nog het nodige te verbeteren valt. Er ontbraken noodstop-voorzieningen en ook regelmatige keuringen bleven achterwege. Het belangrijkste was het ontbreken van afschermingen van bewegende delen op gevaarlijke machines. Een maal was de situatie dermate ernstig dat het werk werd stilgelegd. Onder de rubriek ‘overige’ in de grafiek vallen bijvoorbeeld het onderhoud en het mogelijk kantelen en verschuiven van machines.
- Overtredingen veiligheid interne logistiek en overige: Veilig gebruik van vluchtw egen en nooduitgangen
Overige overtredingen
Alg. vereisten veiligh.- en gezondh.signalering
4 5
Verbindingsw egen 7 Voorkomen valgevaar
7 17
Inventarisatie-evaluatie van risico's
6
Overig 0
5
10
15
20
Toelichting: Door met een mobiel arbeidsmiddel (elektrokarren, heftrucks) te hard of onvoldoende zicht te rijden ontstaat gevaar van aanrijdingen, bekneld raken of kantelen. Het aantal geconstateerde overtredingen betroffen de verbindingswegen, vluchtwegen en nooduitgangen in het bedrijfsgebouw, op het bedrijfsterrein of in de veilinghallen. De wegen waren onduidelijk en de signalering ontbrak soms. De meeste veilingen hadden echter wel duidelijk afgescheiden werkgebieden en afspraken over het gebruik van het terrein. Onder de verdere verzameling van overtredingen in deze grafiek vallen zaken als onvoldoende veilig werken op hoogte/valgevaar en het niet of onvolledig uitvoeren van de risico- inventarisatie en –evaluatie. Onder de rubriek ‘overige’ in de grafiek vallen het beleid met betrekking tot gevaarlijke stoffen en lawaai op de werkplaats. Ook een ordelijke inrichting van de arbeidsplaats is hieronder begrepen.
Arbeidsinspectie
14
Verbeter het rijgedrag begin bij jezelf
Rapportage Veilingen en groothandel
- Overtredingen persoonlijke beschermingsmiddelen Persoonlijke beschermingsmiddelen Algemene vereisten persoonlijk beschermingsmiddel
3 27
0
10
20
Beschikbaarheid en gebruik persoonlijk beschermingsmiddelen 30
Toelichting: De overtredingen met betrekking van de PBM’s betroffen het dragen van veiligheidsschoenen. Bij de veilingen was dit grotendeels in orde. Bij de groothandelsbedrijven ontbraken deze meestal.
- Overtredingen arbeidstijdenwet: Voorschriften RI&E, aanvullende registrate
Arbeidstijdenwet
Arbeidstijd volw assene 3 3
Arbeid in nachtdienst 5 Registratie
5 7
Overig 0
2
4
6
8
Toelichting: De inspecties werden uitgevoerd in een voor de branche relatief rustige periode van het jaar. De piekdrukte ligt in het voorjaar en rond binnen- en buitenlandse feestdagen. Waarschijnlijk mede daardoor viel het aantal overtredingen op de arbeid- en rusttijden mee. Bovenstaande grafiek geeft de soort van overtredingen aan. Onder de rubriek ‘overige’ vallen onder meer, te weinig dagelijkse rust en teveel overwerk.
5.2
Handhavingsinstrumenten
Er zijn 203 bedrijven bezocht. Bij 114 bedrijven (+ 56%) zijn in totaal 277 overtredingen geconstateerd. Voor 262 overtredingen werd er een handhavingtraject ingezet door middel van eisen tot naleving, waarschuwingen of stillegging.
Arbeidsinspectie
15
Rapportage Veilingen en groothandel
Ingezette instrumenten 1 1 20 178 62 77 0
50
100
150
Opmerking in brief
(Kennisgeving) eis
Waarschuw ing Arbo
Waarschuw ing ATW
Boeterapport
Stillegging
200
In de bovenstaande grafiek is te zien welk instrument is ingezet bij de handhaving. Een waarschuwing, met een termijn voor oplossen van het probleem, wordt gegeven bij de overtreding van een concreet wetsartikel. Een eis tot naleving (+ de eerdere kennisgeving hiervan) betreft een minder nauw omschreven (doel-) voorschrift waarbij de Arbeidsinspectie omschrijft hoe dit doel kan worden bereikt. Van de 62 kennisgevingen eis zijn er op het moment van telling 38 daadwerkelijk omgezet in een eis tot naleving. Het grootste aantal betrof de waarschuwingen Arbo. Het gaat hier onder meer om de ontbrekende inventarisatie van risico’s op fysieke overbelasting, ontbrekende beveiliging op bewegende delen van machines en het niet gebruiken van persoonlijke beschermingsmiddelen. De kennisgeving eis en de definitieve eis tot naleving hadden betrekking op de maatregelen ter voorkoming van fysieke belasting, inrichting van de werkplek en op maatregelen ter vermindering van DME. Slechts 1 keer werd een boeterapport aangezegd voor het ontbreken van de risicoinventarisatie, 1 maal werd het werk stilgelegd, omdat er bij een machine direct ernstig gevaar voor personen bestond. In 19 gevallen werd een waarschuwing gegeven, omdat er een overtreding van de Arbeidstijdenwet is geconstateerd. 1 maal had de gegeven waarschuwing betrekking op het arbeidstijdenbesluit vervoer.
5.3
Samenvatting bevindingen
Zoals in de bovenstaande grafieken en tabellen is te zien, was bij 23% van de bedrijven de situatie met betrekking tot de arbeidsomstandigheden in orde. In 77% van de gevallen werden echter een of meerdere overtredingen aangetroffen en zijn zaken voor verbetering vatbaar. In bijna een kwart van deze gevallen werd hierbij in de brief een aantekening of een stimulerende opmerking gemaakt over kleinere aanpassingen of lichte overtredingen. Op deze lichte overtredingen (21%) zal niet worden gecontroleerd. Op de 56% zwaardere overtredingen zal wel gecontroleerd worden of tot opheffing van de tekortkoming is overgegaan. Bij de veilingen is er een verschil in handhaving te zien: Bij de 5 bezochte veilingen voor groente en fruit zijn nauwelijks overtredingen geconstateerd. Dit hangt deels samen met de afspraken die tijdens inspecties in het AGF project (februari tot mei 2007) met The Greenery (veiling en groothandel) en de brancheorganisaties over het tillen boven de 1.80 m werden gemaakt. Als gevolg van deze afspraken is bij de veilingen voor groenten en fruit niet op dit aspect geïnspecteerd. Bij de 7 veilingen voor bloemen en planten betreft de handhaving voornamelijk een tweetal risico’s: de fysieke belasting en het terugdringen van de uitstoot van dieselmotoren in de veilinghallen. Het merendeel van de bezochte bedrijven (94%) betreft de groothandel. Daar werden de meeste overtredingen geconstateerd. Daarbij moet wel aangetekend worden dat de veilingen de grootste werkgevers zijn met in totaal de meeste werknemers in dienst. De aanpak van ketenbrede knelpunten door de veiling zal dan ook effect hebben op een groot deel van de blootgestelde werknemers van zowel veiling als groothandel. De fysieke belasting blijkt zowel bij de veilingen als de groothandel het grootste knelpunt. Blootstelling aan dieselmotoren emissie in omsloten ruimten is nu nog een groot knelpunt. Structurele uitbanning
Arbeidsinspectie
16
Rapportage Veilingen en groothandel
kan tot stand komen door de plannen van aanpak die door de veilingen zijn opgesteld. Om dat op korte termijn te realiseren zal ook de groothandelsbranche een forse inspanning moeten plegen. Op het gebied van algemene veiligheid (machine en logistiek) en het gebruik van veiligheidsschoenen valt bij de groothandelsbedrijven nog een wereld te winnen.
Arbeidsinspectie
17
Rapportage Veilingen en groothandel
6 CONCLUSIES Tijdens dit project werden veel verschillende bedrijven bezocht. Deze zijn verschillend in aard, maar ook in grootte. Bovendien verschilt de mate van aandacht voor arbeidsomstandigheden, vaak per grootte van het bedrijf, maar zeker tussen veiling en groothandel waren de verschillen evident. Bij de veilingen is er gestructureerde aandacht voor de arboproblematiek. Er zijn speciale medewerkers aangesteld die zich met preventie van arborisico’s bezighouden. Er wordt beleid gevoerd en maatregelen worden getroffen. Desondanks blijven de belangrijkste knelpunten een bron van aandacht. Gebleken is dat bij de veilingen voor bloemen en planten de naleving voornamelijk tekortschoot bij een tweetal risico’s, te weten fysieke belasting en het terugdringen van de uitstoot van dieselmotoren in de veilinghallen. Omdat alle partijen in de logistieke keten hierin een aandeel hebben zal de oplossing ook in de gehele keten gezocht moeten worden. Enkele groente- en fruitveilingen hebben als onderdeel van de gehele organisatie ook activiteiten in de groothandel en verwerking van product opgezet en waren in de periode februari tot mei 2007 al in een op de groothandel en verwerkende industrie gericht inspectieproject bezocht. De in dit project gesignaleerde overtredingen bij het tillen boven de 1.80 m hebben geleid tot afspraken over de aanpak van dit probleem. De beperkte inzet van handhavinginstrumenten bij de groente- en fruitveilingen is daarmee voor een deel terug te voeren op deze afspraken. Dit laat onverlet dat ook op andere risico’s beperkte handhaving is toegepast en de groente- en fruitveilingen daarmee beter uit de bus kwamen. Bij de groothandel (B&P) blijkt de zorg voor goede werkomstandigheden niet structureel ingebed. Vooral bij de heel kleine bedrijven wordt op ad hoc basis omgegaan met veiligheid en arbo. Na afloop van de eerste fase van het project was de algemene conclusie van de inspecteurs dat: “Er nog een aantal slagen te maken zijn op een gevarieerd aantal terreinen. De arbeidsomstandigheden zijn vooral bij de wat kleinere bedrijven nog onvoldoende.” Toch zijn door het inspectieproject ook op bedrijfsniveau de inzichten over de belangrijkste arborisico’s beter bekend geraakt. Naast de risico’s van tillen op hoogte en DME moet hierbij ook gedacht worden aan de goede inrichting van arbeidsplaatsen, goed onderhouden, keuren en op de juiste wijze gebruiken van arbeidsmiddelen en het (toezicht op) gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen. Verder heeft het project een duidelijk effect gehad op de bewustwording van veilige arbeidsomstandigheden in de keten veiling en groothandel. Vertegenwoordigers van beide partijen hebben nu regelmatig overleg over de aanpak van Arbeidsomstandigheden die zowel de veilingmedewerkers als die van de groothandel raken. Zoals gesteld zijn tijdens de inspecties de onderwerpen fysieke belasting en blootstelling aan DME aan de orde gekomen. Deze knelpunten moeten, naast concrete maatregelen op bedrijfsniveau, ook in de keten (kweker, veiling, groothandel) worden aangepakt. Overleg tussen brancheorganisaties, bedrijfschap en vakbonden zal moeten leiden tot het vastleggen van maatregelen om de fysieke belasting te verminderen. Dit is des te meer van belang omdat met name in de kleinere groothandelbedrijven nu, naar aanleiding van ingezette handhaving, ad hoc oplossingen bedacht van discutabele kwaliteit. Dit geldt voor de inrichting van de werkplek (staand en repeterend werk), alsook voor het tillen boven de 1.80 meter. Vooral de werkwijze en het gebruik van de huidige veilingkarren, en het hiermee gepaard gaande te zware tillen boven de 1.80 meter, wordt tot nog toe in de branche nog teveel als een vaststaand gegeven ervaren. Een eerste stap om deze problematiek aan te pakken is gezet door FloraHolland, waar tijdens ledenvergaderingen in april van dit jaar gesproken wordt over de introductie van 1 type stapelwagen. In deze discussie kunnen de oplossingen (o.a. een zogenaamd flexibel in te zetten tilbordes) die in de groente- en fruitbranche ontwikkeld zijn meegenomen worden. Ook de DME problematiek, het binnen rijden van auto’s met dieselmotoren zonder roetfilter in o.m. (veiling-)hallen, zal deels in samenspraak met de branchepartners moeten worden opgelost. Dit project van de Arbeidsinspectie heeft een belangrijke aanzet gegeven tot (arbo)overleg tussen de veilingdirecties en de brancheorganisatie voor de sierteelt (VGB). Deze samenwerking zal moeten leiden tot een verdere toename van de veiligheid en gezondheid. Door de Arbeidsinspectie zijn met de
Arbeidsinspectie
18
Rapportage Veilingen en groothandel
VGB en de veiling FloraHolland afspraken gemaakt over de structurele aanpak van de twee belangrijkste knelpunten en de totstandkoming van een arbocatalogus. De Vereniging Groothandels Bedrijven Sierteelt heeft met de CAO partners afspraken gemaakt over het opstellen van een brancheRI&E en een arbocatalogus. Bij de totstandkoming wordt aansluiting gezocht bij de Arbocatalogus die door FloraHolland is ontwikkeld.
6.1
Aanbevelingen naar de sector • • • • •
6.2
Versterk in 2008 de afstemming tussen de diverse bedrijven in de keten van de bloemen- en plantenbranche, van kweker naar veiling en groothandel. Maak in 2008, in samenwerking met de keten (o.m. de kwekers) afspraken, hoe deze meer integrale beheersing van risico’s verder bevorderd moet worden. Houd de deadline van medio 2008 aan om te komen tot een branche-RI&E voor de groothandel B&P. Op basis hiervan komen tot het ontwikkelen van een arbocatalogus binnen het door het Ministerie van SZW gestelde tijdspad. Zorg voor de implementatie van de oplossingen waardoor in 2009 een toetsbaar resultaat geboekt is.
Follow up • •
•
De resultaten van dit project zullen worden besproken met de verschillende branchepartijen met als inzet de naleving te vergroten. De Arbeidsinspectie zal actief zijn in het volgen van de ontwikkelingen t.a.v. de twee belangrijkste knelpunten, fysieke belasting en dieselmotoren emissie. De Arbeidsinspectie zal capaciteit vrijmaken om in 2009 te komen tot toetsing van de (verbeterde) aanpak van fysieke belasting en de DME problematiek. De ontwikkeling van een branche-RI&E en arbocatalogus zullen meespelen bij de afwegingen hierover.
Arbeidsinspectie
19