Orthofyto
®
24 1989-2013
Zin en onzin over afvallen Standaardisatie van ziekten en medicijnen nakend in Europa Overgewicht, evolutionair bekeken Behandeling van overgewicht met medicijnen Verborgen stoornissen die afslanken verhinderen De emotionele aspecten van afslanken Geneeskrachtige planten bij obesitas Over kleine goeroes en gewone mensen
99
Jaargang 18 APRIL 2013 / mEI 2013
Afgiftekantoor Lochristi P602686 – tweemaandelijks België & Nederland: e 11,5
Thema: AFSLANKEN
ORTHO trends inclusief middenkatern met:
®
Orthofytho® en Orthotrends® zijn een Belgisch tweemaandelijks wetenschappelijk tijdschrift voor Orthomoleculaire geneeskunde, voeding en fyto. Een uitgave van de Belgische Vereniging voor Orthomoleculaire Geneeskunde BSOM.
Vitaliteit en Kracht
NitroGreens
®
100% biologisch mengsel van sappen, extracten en concentraten -
-
Grassappen van gerst, tarwe, haver, kamut en alfalfa, kiemen van biologische bloemkool, broccoli en boerenkool, acerola kers, pepermuntblad, biologische sappen van wortelen en rode biet, steviablad extract. Hoge ORAC-waarde*: 3250 per maatlepel
energeticanatura.com
121303
* ORAC-waarde: Oxygen Radical Absorbance Capacity
Dit is een
product
Tweemaandelijks magazine – orthofyto® – orthotrends®
Redactioneel
Standaardisatie van ziekten en medicijnen nakend in Europa. Biochemische Routekaart van het menselijk lichaam een doorbraak of schaamteloze indoctrinatie...............................4 Hoofdartikel Orthomoleculair
Zin en onzin over afvallen. Orthomoleculaire principe van afslanken.......8 Voeding
Overgewicht, evolutionair bekeken................13 Weet wat je neemt
Behandeling van overgewicht met medicijnen.........................................................19 Medisch Dossier
Verborgen stoornissen die afslanken verhinderen.......................................................21 Uit de orthomoleculaire praktijk
De emotionele aspecten van afslanken........30 Hoofdartikel Fyto
Geneeskrachtige planten bij obesitas. Afslanken met kruiden.....................................33 Medische orthofilosofie
ORTHOtrends® Energie
Thermogeen supplement verhoogt rustenergie.........................................26 Depressie
L -acetylcarnitine net zo effectief als fluoxetine bij dysthymie....................................26 Cardiovasculair
Hoge anthocyaan inname is geassocieerd met een verlaagd risico op een myocardinfarct bij jonge en vrouwen van middelbare leeftijd....................................27 Darmontsteking
Thiamine en vermoeidheid bij colitis ulcerosa en ziekte van Crohn..........................................27 Overgewicht/Diabetes
Gunstig effect van knoflook bij patiënten met diabetes type-2 en obesitas.............................28 Kanker
Crucifere groenten en het risico op blaaskanker.......................................................29 Verband consumptie lijnzaad en borstkanker........................................................29
Over kleine goeroes en gewone mensen: deel 2.................................................................36
Monografieën Nutriceutica FIOW MN 70: Burnout.................................................12 MN 44: Stress ...................................................12 MN 87: Q10.......................................................12 MN 95: De ziekte van Crohn...........................27 MN 9: Diabetes.................................................28 MN 111: Kanker................................................28 MN 8: Overgewicht...........................................29
24 1989-2013
Zin en onzin over afvallen Standaardisatie van ziekten en medicijnen nakend in Europa Overgewicht, evolutionair bekeken Behandeling van overgewicht met medicijnen Verborgen stoornissen die afslanken verhinderen De emotionele aspecten van afslanken Geneeskrachtige planten bij obesitas Over kleine goeroes en gewone mensen
99
Jaargang 18 aPrIL 2013 / mEI 2013
Afgiftekantoor Lochristi P602686 – tweemaandelijks België & Nederland: e 11,5
THEma: aFSLanKEn
OrTHO trends inclusief middenkatern met:
®
Orthofytho® en Orthotrends® zijn een Belgisch tweemaandelijks wetenschappelijk tijdschrift voor Orthomoleculaire geneeskunde, voeding en fyto. Een uitgave van de Belgische Vereniging voor Orthomoleculaire Geneeskunde BSOM.
Coverstory
Het lichaam is geprogrammeerd om alle voeding die binnenkomt, zo efficiënt mogelijk op te slaan voor tijden van nood. Gelukkig kent de huidige eetcultuur geen schaarste meer, maar het lichaam blijft alle overmaat opslaan in haar vetdepots. Meer en meer ontstaat een overgewicht met een groter risico op allerlei kwalen. De degeneratieziekten konden langzaam toeslaan en de statistiekencijfers van kankers, hart- en vaatziekten, suikerziekte en andere ziekten de hoogte injagen. Het lichaam beletten overmaat calorieën onnodig op te slaan voor betere tijden is spijtig genoeg niet mogelijk, omdat het huidig voedingsaanbod een echte vanzelfsprekende luxe is geworden, die overgewicht in de hand werkt.
Erkenning Orthofyto
Nieuws Faché Instituut/ NIIEUWS Orthofyto Media Hoogstaande preventie in het Faché Instituut..........................................5 Bistro 7- deel 2: hart- en vaatziekten voorkomen en behandelen...............................7 Nieuws Faché Instituut FIOW..........................18 Agenda FIOW...................................................38 Colofon..............................................................39 Volgende editie.................................................39
OrthOfytO
ORTHOfyto®
®
Inhoud Orthofyto 99
Adverteerders Energetica Natura Nitro Greens..................... 2 Ojibwa De Roeck Ultimate Oil Blend......... 32 Nordic Naturals Pro Omega..................... 38 Energetica Natura DopaTropic..................... 40
Orthofyto is sinds juni 2007, als enig neutraal Orthomoleculair Wetenschappelijk Tijdschrift erkend door de ‘European Union of Science Journalists’ Associations’ en de ‘European Research Advisory Board (EURAB)’.
Redactioneel
Standaardisatie van ziekten en medicijnen nakend in Europa Biochemische Routekaart van het menselijk lichaam een doorbraak of schaamteloze indoctrinatie
H
Walter OM Faché, eindredacteur, hoofdredacteur en erkend Medisch Journalist.
Bezoek onze website www.fache-instituut.be • Dagelijkse gezondheidstip Faché • Alle data van onze komende activiteiten • Schrijf u in voor de gratis wekelijkse nieuwsbrief • Twee proefnummers Leefnu en Orthofyto • Lijst goedgekeurde orthomoleculaire firma’s • Lijst artsen/therapeuten Maak ook kennis met onze wekelijkse gratis nieuwsbrief Faché Instituut Neem hiervoor ook een kijkje op onze website om de nieuwsbrief ook bij u thuis te ontvangen. Abonneer u op het gesloten gedeelte van onze website: • Volledig archief van Orthofyto en Leefnu met meer dan 6000 artikels • Meer dan 4000 actuele artikels • Adviezen • Nieuws op vlak van orthomoleculaire diagnostiek • Zoekfunctie • “Weet wat je neemt” • Inschrijven voor nieuws over onderwerp naar keuze
4
et tijdschrift Nature Biotechnology verraste de wetenschappelijke wereld met het nieuws dat hoogleraar systeembiologie Hans Westerhoff aan de Vrije Universiteit en de Universiteit van Amsterdam en zijn medewerkers voor het eerst een volledige biochemische ‘routekaart’ of blackbox met alle stofwisselingspathways van de mens zelf heeft voorgesteld, met maar liefst 7500 biochemische reacties. Een inventarisatie van nagenoeg 90 procent biochemische reacties zijn gekend in het menselijk lichaam. Deze voltooiing van de routekaart zou één van de grootste wetenschappelijke doorbraken aller tijden betekenen en nieuwe grenzen in de geneeskunde mogelijk maken. Men zou theoretisch bij elke mens kunnen zien voor welke ziekten hij genetische aanleg heeft, welke tekorten aan welke voedingsstoffen hem fataal kunnen zijn, en welke voeding en vooral welke medicijnen het meest geschikt ingezet kunnen worden om ziekten te voorkomen of te behandelen. In de toekomst zouden voedingsdiëten op maat samengesteld kunnen worden en tevens geneesmiddelen ingezet worden.
Biochemische routekaart
Revolutionaire gevolgen
Deze routekaart is te vergelijken met het overzicht van het menselijk genoom, de gehele DNA-volgorde van de mens, waarop de hele stofwisselingskaart kan worden geprojecteerd. Deze kaart zou van groot belang kunnen worden om zware stofwisselings- en stapelingsziekten te screenen en te behandelen. Men zou met de biochemische routekaart heel het biochemisch netwerk of wegenkaart bezitten om effectief de juiste voedingsstoffen en medicijnen aan te geven. Wat een gigantische revolutie in zicht! En toch is deze zienswijze helemaal niet nieuw, want wij weten al lang dat voeding de stofwisseling, de biochemie, totaal beïnvloedt en een evidence based medicine is. Deze interactie is trouwens het basisconcept van de orthomoleculaire geneeskunde. Zullen de orthodoxe en orthomoleculaire zienswijze toch nog convergeren naar eenzelfde uitgangspunt? Systeembiologie beschouwd het lichaam als een geheel en dat is al een pluspunt van het onderzoek. Met dit verschil dat de klassieke genetica met het genoom en nu de routekaart erbij in het genetisch dogmatisch denkbeeld blijft zitten en alles toeschrijft aan de genen. Daarentegen wordt in de orthomoleculaire geneeskunde de enorme (meer dan 80%) epigenetische invloed op het DNA en de genen een biochemisch individuele expressie met een revolutionair, niet dogmatisch en evolutionair karakter.
Een routekaart zou kunnen opgesteld worden nadat wat bloed afgenomen of een stukje huid of speeksel gediagnostiseerd wordt. Deze kaart kan dan bijvoorbeeld specifiek bepalen welk dieet en/of medicijnen je nodig hebt bij vetzucht en andere ziektebeelden. Een schijnbare plausibele karwei die volgens Westerhoff de grote verschillen tussen de werking van therapeutische behandelingen van patiënten zullen doen verdwijnen, want de patiënt wordt dan individueel bekeken. Zal de voeding dan eindelijk toch een grotere rol spelen bij genezing, maar zullen de medicijnen dan ook niet een nog groter impact krijgen? De farmaceutische markt zal wijd openstaan voor nieuwe ontwikkelingen van medicijnen, die de voeding toch nog zullen overtreffen, want het medisch establishment heeft geen kaas gegeten van goede orthomoleculaire voeding, noch minder van voedingssupplementen. Er is bovendien niets aan te verdienen. Voeding kan niet alleen gefractioneerd worden bekeken volgens de biochemische routekaart, maar dient fundamenteel geïntegreerd te worden in zijn totaliteit met de totale biochemie van de mens. De unieke orthomoleculaire biochemie in het vijfde jaar van de orthomoleculaire opleiding aan het Faché Instituut toont overduidelijk aan dat alle biochemische pathways met elkaar verbonden of beïnvloed worden om een ziektebeeld preventief en optimaal te benaderen en te behandelen (1). Een holistische zienswijze
Orthofyto
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
®
Redactioneel
van voeding is een fundamenteel principe van de orthomoleculaire geneeskunde en zal in de toekomst zeker verder explosief ontwikkeld worden en eindelijk begrepen worden door alle practici. Wij kunnen er niet meer omheen!
Intenties van de routekaart Westerhoff heeft de bedoeling om de biochemische routekaart te enten op het menselijk genoom om alzo alle ziektebeelden puur genetisch aan te pakken door de verschillen in het DNA-profiel te interpreteren. Is de klassieke geneeskunde aldus niet op de hoogte van de epigenetica, die juist de omgevingsfactoren in de ruimste zin van het woord de drijvende kracht vormt voor de behandeling van alle ziekten? Epigenetische invloeden op alle ziekten hebben al lang aangetoond dat de fatalistische genetische mutatie hypothese achterhaald is en slechts een klein deeltje meespeelt. Goedbedoelende kanker- en wetenschappelijke onderzoekers zijn bij “vergissing” het erfelijke pad ingeslagen. Zij begrepen wel dat ziekten en vooral kanker van binnenuit ons lichaam zich ontwikkelt, maar dat onze lichaamscellen op de een of andere manier genetisch worden geprogrammeerd om zelf aangezet te worden tot zieke cellen. Doch het lichaam of de genen zetten zichzelf niet aan, integendeel zij worstelen om een natuurlijk
anaëroob (zonder O2) mechanisme aan te grijpen om te kunnen overleven. Indien de cellen dit natuurlijk anaëroob mechanisme kunnen gebruiken, zullen zij overleven en de hoogst dringende functies tijdelijk blijven uitoefenen door gebruik te maken van suikers te fermenteren om er energie uit te genereren voor hun verdere energie en groei. (2) (Zie fig 1) Dr. Warburg ontdekte de wetenschap achter het waarom van de ontwikkeling van kanker en degeneratieziekten bij mensen. Zijn ontdekkingen tonen aan dat slechts enkele specifieke voedingssupplementen, samen met de juiste informatie over voeding, de maximale bescherming biedt tegen alle ziekten kanker inbegrepen. (cfr Otto Warburg Nobelprijswinnaar) Mensen hebben allen dezelfde essentiële biochemie en fysiologie. Wij bezitten elk ongeveer 30.000 genen en zijn voor 99,9% identiek aan elkaar. De biochemische processen zijn bij ieder van ons hetzelfde! Er zijn slechts minder dan 0,1% variaties in alle biochemische processen (natrium in het bloed, glucosespiegels, calcium in bloedplasma, …). De op genetica steunende behandelingen falen omdat zij geen primaire oorzaak zijn. Het zijn de epigenetische factoren die zwaarder doorwegen op ons ziek zijn of worden door hun epigenetische expressiedruk.
En zuurstof samen met water en zonlicht zijn de ultieme bakens om de levenskwaliteit en haar lengte te bepalen. (3) Een bio-energetisch veld vergezelt altijd het fysiek lichaam (4) Het DNA bevat alle benodigde informatie om elke cel te instrueren hoe een bepaalde taak moet worden uitgevoerd, hoe eiwitten moeten worden geproduceerd, hoe cellen de zuurstof moeten gebruiken, … Maar de manier waarop deze gedifferentieerde cellen naar de juiste plaats in het groeiende en herstellend lichaam reizen, wordt niet door het DNA uitgelegd. Deze ruimtelijke organisatie van de cellen wordt bepaald door een bioenergetisch veld dat het fysiek lichaam altijd vergezelt. Dit veld of het etherisch lichaam (energieveld dat het levend systeem omgeeft en doordringt) is een holografisch energiepatroon (elk deel bevat het geheel) met gecodeerde informatie voor de ruimtelijke organisatie van foetus en bevat ook de handleiding voor het herstel van de cellen als het organisme wordt beschadigd. Het DNA is slechts een informatiehandboek met instructies waarop nog moet worden gereageerd door een aantal katalysatoren, de enzymen, de hormonen en de neurotransmitters. Maar de ruimtelijke organisatie en het herstel van alle cellen in weefsels wordt gecodeerd door het etherisch lichaam als een holografisch energieveld of hologram genoemd, waarbij elk deel de informatie van het geheel bevat. Besluit 1. De enige sector die de luxe heeft om tientallen jaren fouten te maken, zijn degenen op het gebied van geneeskunde en voeding, omdat hun fouten pas na 10-tallen jaren aan het licht komen en het menselijk lichaam zo’n fantastische adaptatie bezit om vele fouten nog te compenseren.
Fig 1. Celademhaling in de mitochondriën. Een beginnend kankerproces of ander ziektebeelden kan je nooit in haar prille beginstadium voelen groeien omdat dit heel sluimerend langzaam zich ontwikkeld uit noodzaak om op een andere manier aan energie te geraken. Wij nemen aldus nooit de juiste corrigerende maatregelen om dit proces te doen stoppen en het wordt heel vaak noodlottig
2. Nadat het menselijk genoom werd ontrafeld, riep Bill Clinton eveneens van een revolutionaire doorbraak en beloofde dat eindelijk kanker en andere zware ziekten tegen 2000 zouden worden opgelost. Maar niets is minder waar gebleken en het wereldnieuws vandaag over de biochemische routekaart zal dezelfde noodlottige afloop kennen. Waarom? omdat men terug alleen het accent legt op het genoom, op de genen.” Het erfelijke ingeslagen pad van de gouden “genencultus” blijft helaas nog steeds de vergissing van de 21ste eeuw.
Orthofyto
5 ®
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
Redactioneel
Fig 2. Zuurstof wordt gefixeerd via de longblaasjes op hemoglobine van de RBC. Zuurstof diffundeert als kleine molecule via de waterafstotende fosfolipiden gemakkelijk en binden aan de vetzuren, die de O2 verder afgeeft aan de mitochondriën om aerobe energie of ATP aan te maken.
6
Orthofyto
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
®
Redactioneel
3. Verkeerde ideeën in de samenleving zijn heel moeilijk uit te roeien. Een nieuwe wetenschappelijke waarheid overwint niet door het overtuigen van de tegenstanders en hun het licht te laten zien, maar veeleer doordat de tegenstanders uitsterven en een nieuwe generatie ermee vertrouwd raakt. (cfr Max Planck Nobelprijswinnaar voor Natuurkunde) 4. Preventie zou de ultieme remedie kunnen zijn. Preventie zou net zo belangrijk moeten zijn als het vinden van een genezing of ziektebehandeling (4). 5. Elke lichaamscel bevat genen in het DNA en het etherisch veld of lichaam. De overkoepelende DNA blauwdruk voor het creëren van een compleet menselijk wezen sturen de moleculaire mechanismen die de ontwikkeling van de cellen afzonderlijk beheersen. Het etherisch veld of lichaam is een holografisch energieveld met de informatie voor de groei, ontwikkeling en herstel van het lichaam. Het stuurt aldus de ruimtelijke ontplooiing van het genetisch proces het etherisch
lichaam, dat bestaat uit materie met een hogere frequentie dan fysieke materie en wordt dus subtiele materie genoemd (2). 6. Energetische geneeskunde probeert ziekte te genezen door deze etherische velden van subtiele energie te manipuleren door energie te richten op het lichaam, in plaats van het manipuleren van cellen en organen door middel van medicatie of chirurgie. De meest orthodoxe benaderingen van geneeskunde zijn gebaseerd op de opvatting van Newton dat het menselijke lichaam een complexe machine is (2). Diverse energetische vormen van genezen kunnen deze subtiele patronen of velden beïnvloeden om het menselijk functioneren te verbeteren en ziekte te genezen. Deze steunen op het Einstein-model (2)! Energetische vormen van genezen zijn: bloemenextracten (fytotherapie), homeopathie kristallen, kwartskristallen, whole food suppletie, rauwe voeding, organische supplementen meditatie, geluid(muziek), yoga vormen, acupunctuur, radionica, radiësthesie, kleurentherapie, … (2).
7. Het wordt hoogtijd dat de krankzinnige genetici met onschadelijke remedies, de juiste voeding, orthocijnen en zeker de oorzaken van ziekten van onze tijd proberen te achterhalen, en al die grootse vooroordeelde wetenschappelijke doorbraken aller tijden gewoon in hun genetische labokast houden, voor zolang deze een echte bewezen doorbraak inhouden! Want anders is het op zijn minst volksverlakkerij!
Uw eindredacteur Walter O.M. Faché Referenties: 1. Faché O.M. Walter. Orthomoleculaire nutritionele biochemie. Module 16, 17, 18 professionele cursus. Publin Media FIOW Laarne. 12de uitgave 2013. 2. Faché O.M. Walter. Een nieuwe doorbraak in preventie en behandeling van kanker. Zuurstofvermindering in alle cellen door vetzuurtekorten is de sleutel van kanker. Oorzaken van zuurstoftekort opheffen en voldoende zuurstof in de cellen krijgen is een levensopgave. Monografie Nr 111. Publi Media FIOW Laarne. 2de uitgave 2013. 3. Katherine Ryan. The human genome take two scientists announce a more complete and useful sequencing. Technology Review, maart 2005, p M11. 4. Dr. Frank G. Haluska Massachusetts General Hospital Boston in Science and Technology BussininesWeek 2003.
Voordracht op 24 juni 2013 van 19u tot 22u BISTRO 7- deel 2:
HART- EN VAATZIEKTEN VOORKOMEN EN BEHANDELEN
Hart- en vaatziekten zijn wereldwijd nog steeds de nummer één doodsoorzaak. In de VS is het aantal sterfgevallen door hartziekten al met 30 à 35% gedaald door een campagne voor gezonde voeding, de jogging- en aerobics rage en door extra voedingssupplementen. Door kennis van de primaire en secundaire risicofactoren stelt Walter Faché tijdens de les een efficiënt orthomoleculair preventieplan voor met de nieuwste ontwikkelingen op vlak van preventie naar hart- en vaatziekten toe.
Inschrijving: vooraf noodzakelijk (voor 20 juni), plaatsen beperkt tot 35 deelnemers Locatie: FIOW Congreszaal, Laarnehoeve, Kerkstraat 103, 9270 Laarne Prijs: 35 euro (inbegrepen: ingebonden mooie cursus) Orthofyto
®
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
7
Hoofdartikel orthomoleculair
Walter O.M. Faché
Zin en onzin over afvallen
Orthomoleculaire principe van afslanken
O
nze voorouders hadden een lichaam ontwikkeld in tijden waarin vaak voedselschaarste voorkwam. Huidige jongeren kennen deze Spartaanse omstandigheden niet meer! Onze huidige generaties in het rijkere westen doen permanent beroep op de levensmiddelenindustrie die niet alleen een gigantisch aanbod van voeding aanvoert uit alle seizoenen op elke ogenblik, maar ons vooral energierijke voedingsmiddelen opsolfert. Onvermijdelijk leidt dit tot een verstoring van de energiebalans met overgewicht tot gevolg. Het lichaam is geprogrammeerd om alle voeding die binnenkomt, zo efficiënt mogelijk op te slaan voor tijden van nood. Gelukkig kent de huidige eetcultuur geen schaarste meer, maar het lichaam blijft alle overmaat opslaan in haar vetdepots. Meer en meer ontstaat er overgewicht met een groter risico op allerlei kwalen. De degeneratieziekten konden langzaam toeslaan en de statistiekencijfers van kankers, hart- en vaatziekten, suikerziekte en andere ziekten de hoogte injagen. Het lichaam beletten overmaat calorieën onnodig op te slaan voor betere tijden is spijtig genoeg niet mogelijk, omdat het huidig voedingsaanbod een echte vanzelfsprekende luxe is geworden, die overgewicht in de hand werkt.
Houd je lichaamstemperatuur binnen nauwe grenzen Onderzoek bij dieren die een winterslaap houden en de temperatuurregeling bij pasgeborenen hebben wetenschappers kunnen aantonen dat zoogdieren hun lichaamstemperatuur binnen nauwe grenzen kunnen houden dank zij ver-
8
schillende mechanismen. Allereerst is er de warmte die vrijkomt bij metabole oxidatieprocessen in de cellen. Meestal is deze warmteproductie voldoende om de lichaamstemperatuur te handhaven. Indien dit niet voldoende is neemt de mens zijn toevlucht naar warme kleding, bibberen en een derde boog op zijn pijl is de hogere verbranding van bruin vet. Deze laatste verbranding noemt men de
Orthofyto
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
®
thermogenese, een zeer efficiënte vorm van warmteproductie. Bij de verbranding van bruin vet wordt minder cellulaire energie aangemaakt maar meer warmte geproduceerd. De vraag is wel of dit mechanisme bij alle mensen nog actief is! Ondanks zijn klein volume (slechts enkele procenten van het lichaamsgewicht) is bruin vet
Hoofdartikel orthomoleculair
Walter O.M. Faché
Fig 1. Afbeelding van een scan waarop het bruine vet zichtbaar is (zwarte gedeelten) op de rechterscan nadat men een uur lang is blootgesteld aan lage temperaturen.
niet alleen een gespecialiseerd effectief verwarmingselement, maar het bepaalt vooral het overgewicht en de vetzucht. Het komt op functionele plaatsen voor zoals rond de bloedvaten en de vitale organen. Bruin vet is met de rijkelijk verwarmde huizen en kledij minder functioneel geworden, zodat bij de meeste volwassenen het bruin vet sterk is terug gevallen.
Wit en bruin vet Lichaamsvet komt voor onder twee vormen: bruin en wit vetweefsel. Het grootste deel van de menselijke vetreserve is opgebouwd uit wit vetweefsel en heeft vooral een functie als energievoorraad. De kleinste fractie (0,5 tot 5%) van het lichaamsvet bestaat uit bruin vetweefsel en speelt een belangrijke rol in de warmteproductie. Bij zwaarlijvige personen is de hoeveelheid bruin vet kleiner in vergelijking met personen met een normaal lichaamsgewicht. Bruin vet is aldus een uniek en belangrijk orgaan, met de warmteproductie als enige en onvervangbare functie. Normaal is het volledig ontwikkeld tegen dat de pasgeborene de temperatuur omstandigheden buiten de baarmoeder moet trotseren.
Oorspronkelijk werd bruin vet onderzocht bij dieren die een winterslaap houden, omdat deze er een grote hoeveelheid van bezitten, maar het komt voor bij alle zoogdieren en wordt geactiveerd rond de geboorte. Bij te vroeg geboren kinderen is dit bruinvetmechanisme nog onvoldoende ontwikkeld en kunnen bij premature kindjes het ‘cold syndrome’ voorkomen waarbij de bruine vetvoorraden volledig leeg waren. In het begin van de levensfase stijgt de hoeveelheid bruin vetweefsel en zijn thermogene capaciteit. De verdere ontwikkeling en het behoud van dit bruin vetweefsel bij de mens hangen van verschillende omstandigheden af: het regresseert bij het zogen en vooral bij het opgroeien (verhouding tussen lichaamsoppervlak en gewicht wordt groter!), maar blijft een bepaald niveau behouden bij een vetrijk dieet en bij blootstelling aan lage temperatuur omstandigheden [1-4]. Misschien hebben onze rijkelijk verwarmde, geïsoleerde woningen en de extreem warme kledij het lichaam aangezet minder bruin vetweefsel te ontwikkelen en met zijn allen dikker te worden. Het is trouwens bekend dat buitenwerkers (boeren, houthakkers, vissers, bouwvakkers, …) een kraag van bruin vet hebben rond de nek!
Zodra er wordt gegeten komt de thermogenese op gang, die zich afspeelt in het bruin vetweefsel en door de peroxisomen in de cel worden gecontroleerd. Een te geringe thermogenese speelt een belangrijke rol bij het ontstaan van overgewicht en vetzucht.
Thermogenese in bruin vetweefsel bepaalt je overgewicht of vetzucht Bruin vetweefsel wordt eveneens sterk geïnnerveerd door het sympathisch zenuwstelsel waarvan de zenuwvezels onder controle staan van de hypothalamus in de hersenen en het hormoon noradrenaline afgescheiden door de zenuwvezels. De respons op de omgevingstemperatuur en de nutritionele status worden erdoor geregeld, waardoor de metabole activiteit in de bruine vetcellen zeer snel kan worden opgevoerd. De thermogenese of warmteproductie in de mitochondriën van de bruine vetcellen gaat razend snel: binnen één seconde na de stimulatie door noradrenaline volgt de thermogenese op volle toeren. Koude en overvoeding gedurende langere tijd doen de activiteit van het sympathisch zenuwstelsel
Orthofyto
9 ®
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
Hoofdartikel orthomoleculair
Walter O.M. Faché
Fig 2 Bruin vet zou wel eens de sleutel kunnen zijn tot de oplossing van het probleem van zwaarlijvigheid.
verhogen, meer plasmamembraan en geeft het signaal voor de initiatie van de thermogenese, waardoor het bruin vetweefsel in omvang toeneemt. Koude acclimatisatie induceert een grotere ontwikkeling van het bruin vetweefsel, niet alleen in gewicht, maar ook aan hoeveelheid mitochondriën. Bij een omgevingstemperatuur van rond de 37°C neemt de omvang en de activiteit van het bruin vetweefsel af. Je zal
waarschijnlijk meer kans hebben te vermageren in noordelijkere landen dan in zuidelijker landen! Naarmate overgewicht of de hoeveelheid wit lichaamsvet toeneemt, zal er moeilijker warmte worden afgegeven, waardoor de omvang van het bruin vetweefsel afneemt, atrofieert en minder noradrenaline in omloop brengt. De hypothalamus speelt dus niet alleen een
dominante rol bij de thermoregulatie, maar evenzeer bij honger en gewichtscontrole via haar sterke temperatuursgevoeligheid. Uit alle studies leidt men af dat de daling van de bruinvet-thermogenese een zeer vroeg defect is dat de ontwikkeling van obesiteit voorafgaat. De verlaagde thermogenese leidt tot een verminderd energieverbruik, dus een laag basaal metabolisme en overmatige energieopslag, zelfs bij een normale of en verlaagde voedselopname. Immers heel wat obese mensen proberen weinig te eten en streng te diëten maar helaas zonder veel succes, terwijl andere mensen veel meer mogen eten zonder te verzwaren! Rothhwell en Stock (1983) hebben berekend dat 40 à 50 g bruin vetweefsel bij maximale stimulering reeds 20% van het energieverbruik voor zijn rekening kan nemen. Uitschakeling van deze thermogenese-activiteit zou een gewichtstoename van 20 kg per jaar veroorzaken! Weinig artsen, diëtisten en voedingsdeskundigen die obesitas behandelen, zijn op de hoogte van dit fenomeen of ontkennen nog steeds het belang van de thermogenese bij de mens. Het is blijkbaar gemakkelijker en veiliger zich bezig te houden met de diep gewortelde standaard calorieëntheorie en de patiënt op te zadelen met een schuldgevoel. Of deze patiënten extreem te belasten met dure detox- en zuiveringsbehandelingen, of patiënten gefixeerd te houden op allerhande mooie afvallings-theorieën zonder de thermogenese aan te pakken.
Fig 3. Mensen met overgewicht die flink afvallen, kunnen bruin vet aanmaken. Dat is gebleken uit een studie die onderzoekers van het Maastricht UMC+ hebben gedaan. Bruin vet is ‘goed’ vet, omdat het het lichaam warm houdt en energie verbrandt als we het koud hebben.
10
Orthofyto
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
®
Hoofdartikel orthomoleculair
Walter O.M. Faché
Nochtans wijzen alle beschikbare data erop dat bruin vet van cruciaal belang is voor het energiemetabolisme en het behouden van een stabiel slank lichaamsgewicht. Het mechanisme steunt op de verbranding van overtollige energie of vet en via regulering van de voedselopname door het verzadigingsgevoel dat optreedt bij de thermogenese. Obese patiënten hebben moeite de thermogenese te activeren op koude temperatuursignalen door tekort aan noradrenaline. Hun sympathisch zenuwstelsel kan ook de thermogenese moeilijk activeren op respons van hun voeding. Het staat wetenschappelijk vast dat zowel bij mensen als bij dieren de activiteit van het sympathisch zenuwstelsel stijgt bij voeding en daalt bij vasten. Bijgevolg stijgt het basaal metabolisme bij voeding en daalt het bij laagcalorische diëten of vasten. Excessief eten verhoogt de metabole snelheid gedurende minstens 12 uur. Dit schitterend aanpassingsvermogen van het lichaam dient als buffer om de energieoverschotten (lees vetoverschot) weg te werken. Helaas werkt dit niet bij iedereen feilloos, zodat elke energieoverschot kan leiden tot vetopslag. Bovendien worden na laagcalorische diëten de werking van het sympathisch zenuwstelsel en het bruin vet zodanig afgezwakt dat deze buffer onvoldoende of helemaal wegvalt en obesiteit onvermijdelijk toeslaat. Diëten en vasten hebben aldus geen zin om blijvend af te slanken; in tegendeel zij stellen de thermogenese buiten spel of ontregelen dit uniek mechanisme. Het bekende jojo-effect bij vermageren is daar het gevolg van!
niet delen of vermeerderen. Wel kunnen door bepaalde omstandigheden nog aanwezige precursorcellen geactiveerd en gedifferentieerd worden tot volwassen bruin vetcellen. De capaciteit van het bruin vetweefsel kan aldus verhoogd worden! Bruin vetweefsel vormt eigenlijk de kachel van ons lichaam. De verbranding van bruin vet levert wel minder energie op in vergelijking met de verbranding van wit vet, maar er ontstaat wel meer warmte. Dit heeft een positieve invloed op de thermogenese. De andere interessante eigenschap van bruin vetweefsel is dat een kleine stijging van het percentage aan bruin vet (bv. 28 g) aanleiding geeft tot een gewichtsvermindering van vier tot vijf kilogram.
Hyperinsulinemie brengt het lichaam in een vicieuze cirkel
Bij dieronderzoeken zien wij dat insuline de noradrenaline-afgifte bij gezonde slanke ratten verlaagt. Meer insuline remt noradrenaline-excretie sterker af, zodat hyperinsulinemie leidt tot een verlaagd noradrenalineniveau. Hyperinsulinemiepatiënten zullen bij overgewicht en vetzucht de activiteit van hun bruin vetweefsel zien afnemen en in een vicieuze cirkel belanden. Overgewicht en vetzucht gaan samen met verhoogde insuline- en verlaagde noradrenalinewaarden en verlaagde bruin vet activiteit. De vetten zijn de belangrijkste brandstof voor de kachel van ons lichaam (bruin vetweefsel) en zijn afkomstig uit de voeding of uit het witte vetweefsel. Hoe groter de activiteit van bruin vetweefsel, hoe meer geconsumeerd en opgeslagen wit vet wordt verbrand.
Maak maximaal gebruik van je bruin vet in het lichaam
Een onderactiviteit van bruin vetweefsel, door een hyperinsulinemietoestand, zal de vetten uit de voeding en ook de grotere aanmaak van vetten uit niet gemetaboliseerde glucose door de spierencellen onaangeroerd laten. Dit overtollig wit vet kan niet verbrand worden in de bruine kachel en stapelt zich op in vetweefsel. Overgewicht en afslanken zijn dan onvermijdelijk!
Het bruin vetweefsel is voornamelijk gelokaliseerd op strategische plaatsen: de grootste hoeveelheid vinden wij langsheen de grote bloedvaten in borst- en buikholte, vooral rond hart- en nierbloedvaten. Kleinere bruine vetweefselopstapeling vinden wij rond de nek, schouderbladen, ribben en in de oksels. Je behoudt je leven lang dezelfde hoeveelheid bruine vetcellen omdat zij zich
Bij patiënten met een verlaagde activiteit van bruin vetweefsel kiezen zowel de vetten als de suikers eerder de weg naar het wit vetweefsel. Er ontstaat bij vele mensen een negatieve correlatie tussen de activiteiten van het bruin en het wit vetweefsel. Dit wil zeggen dat naarmate de activiteit van het wit vetweefsel stijgt, deze van het bruin vetweefsel daalt en omge-
Strenge diëten tijdens zwangerschap of tijdens de kinderjaren kunnen meer kwaad dan goed doen! Een onderdrukking (suppressie) van de thermogenese leidt onvermijdelijk letterlijk en biochemisch tot zware gevolgen.
keerd. Indien bruin en wit vetweefsel elkaar niet in evenwicht houden is overgewicht en ten slotte obesiteit het eindresultaat. Advies1: neutraliseer orthomoleculair hyperinsulinemie De aangewezen manier om vetaanmaak bij risicovolle vetzuchtige mensen te normaliseren is hun hyperinsulinemie te behandelen en op te heffen. • Probeer de huistemperatuur in de winter enkele graden lager in te stellen en ’s nachts de thermostaat laag te stellen en pas bij het opstaan de thermostaat hoger te zetten. • Vermijd permanent alle spanning, negatief denken en stress om het insulineniveau onder controle te houden. • Kies voor natuurlijke orthotarische voeding met minder alcohol en geraffineerde koolhydraten, meer essentiële basisvetzuren en verhoging van de essentiële aminozuren. Bruin vetweefsel kan aldus gestimuleerd maar ook gedeactiveerd worden ten gevolge van een thermoneutrale omgeving en/of voedingsrestrictie. Advies2: verhoog de thermogenese in je lichaam Insulineresistentie verlaagt de thermogenese waardoor diabetespatiënten minder vet kunnen verbranden en meestal met overgewicht te kampen krijgen. De antagonisten glucagon uit de alvleesklier, noradrenaline uit de bijnieren en het thyroïdhormoon uit de schildklier activeren daarentegen de aanmaak van bruin vet. Te hoog suikergebruik, te veel stress en een verlaagde schildklierwerking zullen aldus belangrijke factoren zijn om de thermogenese sterk af te zwakken. Het aminozuur L-tyrosine en het hormoon dehydroepiandrosteron (DHEA) stimuleren daarentegen de thermogenese. Uitputting van het orthosympathisch zenuwstelsel (rationele overlevingsstrategie en disbalans tussen anima-animus) moet ten stelligst worden voorkomen omdat de balans tussen het ortho- en parasympatische zenuwstelsel een cruciale rol speelt in de thermogenese regulatie. De hoeveelheid bruin vet daalt met de leeftijd; oudere mensen hebben het vaak kouder dan jongere mensen!
Orthofyto
11 ®
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
Hoofdartikel orthomoleculair
Walter O.M. Faché
Een caloriearm dieet, een koolhydraatrijk dieet en een consumptie van slechte vetten leiden tot een hogere opstapeling van wit vet ten koste van bruin vet.
Drie monografieën voor slechts e85 i.p.v. e95
Een disbalans in de macronutriënten en daarbij nog te weinig beweging leiden tot een voorbeschiktheid van obesiteit. De macronutriëntenbalans speelt aldus een cruciale rol in het voorkomen van overgewicht! De macronutriëntenregel Faché, nl KH50/ V30/EW20, kan op langere termijn zorgen dat het lichaamsgewicht een normaal niveau bereikt. Lichaamsbeweging verhoogt en insulineresistentie verlaagt aldus het thermisch effect! Verhoog daarom de inname van gamma-linoleenzuur (GLA) of teunisbloemolie [5]. Stimuleer de schildklier en vermijd overconsumptie van geraffineerde voeding. Voorkom een tekort aan jodium, vitamine A, B2, C en E die zo nodig zijn voor het functioneren van de schildklier. Voorkom ook tekort aan noradrenaline door de consumptie van alcohol, inname van verzadigde vetten, cafeïne, transvetzuren te beperken. Voldoende inname van zink, magnesium en vitamine B6 bevorderen de aanmaak van bruin vet. Glucagon behoort tot de hormonen van de alvleesklier en stimuleert de aanmaak van bruin vet. Helaas wordt de aanmaak van dit hormoon geblokkeerd wanneer we teveel geraffineerde suikers opnemen via de voeding. Inname van DHEA verhoogt de gevoeligheid van cellen voor insuline en het schildklierhormoon. Dit heeft een gunstige invloed op de thermogenese en het vetmetabolisme. Voldoende L-tyrosine zorgt voor een optimaal metabolisme en een goede vetverbranding door aanmaak van verschillende neurotransmitters en hormonen. Het thermogeneseproces of de productie van lichaamswarmte wordt bevorderd door een grotere inname van magnesium en kalium. Ook mosterdzaadjes en cayennepeper steken een handje toe en versterken het effect op cafeïne, die de perifere capillairen (haarvaatjes) opent, zodat de warmte wordt vrijgegeven die ontstaat uit de verbranding van vetten (thermogenese).
12
Referenties: 1. Faché OM Walter. Gezondheidsboekje nr. 1 “Jij kunt slank en gezond blijven met de Voedingsdriehoek Faché”. Publi Media Faché Instituut Laarne, 2008. 2. Himms-Hagen J. Thermogenesis in brown adipose tissue as an energy buffer. Implications for obesity. N Engl J Med 1984; 311:1549-1558 3. Trayhum P. Brown adipose tissue and nutritional energetics – where are we now? Proc Nutr Soc 1989;48. 165-175 4. Himms-Hagen J. Brown adipose tissue thermogenesis: interdisciplinary studies. FASEB J. 1990;4:2890-2898. 5. Tataranni PA, et al. Thermic effect of food in humans: methods and results from use of a respiratory chamber. Am J Clin Nutr 1995; 61:1013-1019 6. Vaddadi KS, Horrobin DF.Weight loss produced by evening primrose oil administration. IRCS Medical Science 7;52: 1979 7. Colgan Michael.Yohimbine: New Fat Fighter. Muscular Development: 74; 1992 8. Kucio C et al. Does yohimbine act as a slimming drug?.Israel Journal of Medical Science. 27;550-556: 1991 9. Tataranni PA, et al. Thermic effect of food in humanS: methods and results from use of a pespiratory chamber. Am J Clin Nutr 1995;61:1013-1019. 10. Brundin T, Thörne A, Wharen J. Heat leakage across the abdominal wall and meal-inuced thermogenesis in normal weight and obese subjects. Metabolism 1992;41:49-55 11. Nei YM, Romsos Dr. Dietary glucose increases plasma insulin and decreases brown adipose tissue thermogenic activity in adrenalectomized ob/ob mice. J Nutr 1991;121:1407-1413. 12. Argyropoulos G, Harper ME. Uncoupling proteins and thermoregulation. J Appl Physiol 2002; 92(5):2187-98. 13. Margareto J, Marti A, Martinez JA. Changes in UCP mRNA expression levels in brown adipose tissue and skeletal muscle after feeding an high-energy diet and relationships with leptin, glucose and PPARgamma. J Nutr Biochem 2001;12(3):130-137. 14. Lowell BB, Susulic VS, Hamann A, Himms-Hagen J, Boyer BB, Kozak LP, Flier JS. Development of obesity in transgenic mice after genetic ablation of brown adipose tissue. Nature 366:740742, 1993. 15. Rothwell NJ, Stock MJ. A role for brown adipose tissue in dietinduced thermogenesis. Nature 281:31-35, 1979. 16. Bukowiecki L, Collet A, Follea N, Guay G, Jahjah L. Brown adipose tissue hyperplasia: a fundamental mechanism of adaptation to a cold and hyperphagia. Am J Physiol 242:E353-E359, 1982. 17. Géloën A, Collet AJ, Bukowiecki LJ. Role of sympathetic innervation in brown adipocyte proliferation. Am J physiol 263:R1176-R1181, 1992. 18. Fain J, Garcia-Sainz J. Adrenergic regulation of adipocyte metabolism. J Lipid Res 24:945-966, 1983. 19. Takeuchi H, Matsuo T, Tokuyama K, Shimomura Y, Suzuki M. Diet-induced thermogenesis is lower in rats fed a lard diet than in those fed a high oleic acid safflower oil diet, a safflower oil die tor a linseed oil diet. J Nutr 125: 920-925, 1994. 20. Bégin-heick N, Heick HMC? I,ncreased response of adipose tissue of the ob/ob Mouse to the action of adrenaline after treatment with thyroxin. Can Physiol Pharmcol 155:13201329, 1977. 21. Guerra C, Koza RA, Yamashita H, Walsh K, Kozak LP. Emergence of brown adipocytes in white fat in mice is under genetic control: effects on body weight anf adiposity. J Clin Invest 102:412-420, 1998. 22. Samec S, Seydoux J, Dulloo AG. Role of UCP homologues in skeletal muscles and brown adipose tissue: mediators of thermogenesis or regulators of lipids as fuel substrate? FASEB J 12: 715-24, 1998. 23. Wouter D. van Marken Lichtenbelt, Ph.D., Joost W. Vanhommerig, M.S., Nanda M. Smulders, M.D., Jamie M.A.F.L. Drossaerts, B.S., Gerrit J. Kemerink, Ph.D., Nicole D. Bouvy, M.D., Ph.D., Patrick Schrauwen, Ph.D., and G.J. Jaap Teule, M.D., Ph.D. Cold-Activated Brown Adipose Tissue in Healthy Men. N Engl J Med 2009; 360:1500-1508 April 9, 2009.
Orthofyto
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
®
Te bestellen via
[email protected]
Voeding
Yvonne van Stigt
Overgewicht, evolutionair bekeken
O
p dit moment heeft meer dan 40% van de bevolking in België en Nederland overgewicht. Bij de groep mannen van 40 jaar en ouder is het percentage zelfs meer dan 50%. Bij kinderen en jongeren tot 20 jaar ligt het percentage van kinderen met overgewicht zo rond de 11% [1]. Er wordt gesproken van overgewicht wanneer de Body Mass Index (BMI) 25 of hoger is. Deze feiten liegen er niet om. We worden te dik. Het is maar de vraag of iedereen met een BMI hoger dan 25, vanuit gezondheidsperspectief zou moeten afvallen. Niet iedereen met overgewicht is ongezond. Er zijn ook gezonde mensen met overgewicht, die weinig risico lopen op het ontwikkelen van ziekte. Omgekeerd zijn er ook ongezonde mensen zonder overgewicht. Een dieet wordt over het algemeen geassocieerd met afslanken. Meer en meer zijn mensen zich bewust van het effect van voeding op de algehele gezondheid, veel ruimer dan alleen lichaamsgewicht. In dit artikel ligt de focus op het afslanken. De fysieke ontwikkeling van de homo sapiens door de eeuwen heen.
Zijn afslankhypes de oplossing? De laatste decennia zijn er diverse afslankhypes geweest: calorieën tellen, het Atkins dieet, Montignac, Sonja Bakker, Fit for Life, het bloedgroependieet. Het zijn allemaal diëten waarmee je slank kan worden en slank kan blijven. Het lijkt zo eenvoudig, een beetje minder eten en meer bewegen, dan vliegen de kilo’s er vanzelf af. Toch zijn er mensen bij wie het niet zo eenvoudig is, die bijna geen gewicht verliezen met een dieet, of die een dieet gewoon niet volhouden. Waar de één baat heeft bij het tellen van calorieën, is voor de ander een dieet met weinig koolhydraten effec-
tief. De reden waarom een dieet niet voor iedereen geschikt is, ligt in de enorme verscheidenheid van een ieders metabolisme, de biochemisch individualiteit. De manier waarop mensen in staat zijn vet te verbranden, is onder meer afhankelijk van de verhouding van de aanwezige typen spiervezels. Het individuele metabolisme wordt aangestuurd door ons genoom. Onze genen bepalen onder invloed van epigenetische omstandigheden het functioneren van de menselijke stofwisseling. Een voorbeeld hiervan is dat een baby al voor de geboorte geprogrammeerd wordt om zuinig en spaarzaam met brandstof om te gaan indien er in de baarmoeder veel stress of een tekort aan voedingsstoffen is.
Overgewicht, een onbekend fenomeen bij onze voorouders In de tijd van de jager-verzamelaar, meer dan 30.000 jaar geleden, was overgewicht naar alle waarschijnlijkheid een onbekend fenomeen. De jager-verzamelaar moest op zoek naar voedsel en was daardoor automatisch veel in beweging. Het voedselaanbod was niet constant, perioden van schaarste wisselden zich af met perioden van overvloed. Ons genoom heeft zich onder druk van de omstandigheden aangepast aan de hoeveelheid beweging, aan de variatie van het voedselaanbod en aan periodes van schaarste en overvloed. De manier waarop onze genen zich uit-
Orthofyto
13
®
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
Voeding
Yvonne van Stigt
een overzicht te zien van alle biochemische paden die door het onderzoek bij elkaar gebracht zijn. Voor de lezers van Orthofyto hebben de meeste van deze ‘pathways’ weinig geheimen. Verheugend nieuws is dat de systeembiologie hiermee het bewijs levert dat systemische ziekten het gevolg zijn van verstoringen op het niveau van de onderliggende biochemische routes. De onderzoekers durven zelfs de conclusie te trekken dat bepaalde ziektebeelden met specifieke voedingsadviezen uit te stellen of te voorkomen zijn! Binnen afzienbare tijd is men in staat om met behulp van de routekaart een individueel voedingsadvies te geven.
Figuur 1. Het percentage mensen met ondergewicht, normaal gewicht, matig en ernstig overgewicht.
eindelijk gedragen, is afhankelijk van de epigenetische omstandigheden, zelfs van die van onze voorouders.
Beide diëten waren gericht op specifieke metabole types, de mensen met insulineresistentie.
Dat betekent dat onze genen misschien wel bijna identiek zijn, echter de manier waarop ons genoom werkt kan totaal verschillend zijn in vergelijking met dat van anderen.
De biochemische routekaart
Overgewicht is pas na de tweede Wereldoorlog een zichtbaar probleem geworden. Bekende oorzaken zijn de voortschrijdende industrialisatie die gepaard gaat met een sedentair bestaan, verarmde voeding en chronische stress. Vanaf de jaren zestig in de vorige eeuw zijn er, als gevolg van de stijgende welvaart, allerlei diëten populair geworden. Dr. Atkins heeft in de jaren zeventig een bijdrage geleverd aan het bewustzijn op het gebied van de stofwisseling. Zijn aanpak was gericht op het normaliseren van de glucose- en insulinehuishouding. Het dieet van Montignac volgde hem op. Montignac nuanceerde de gedachte van Atkins door meer koolhydraten toe te staan, met daarbij de nadruk leggend op bepaalde voedselcombinaties.
14
Een zeer recente studie van onder meer professor Hans Westerhoff laat zien dat een individuele benadering cruciaal is in de preventie van ziekte [2]. Samen met een grote groep wetenschappers heeft hij een biochemische routekaart van de stofwisseling samengesteld. De onderzoekers hebben duidelijk gemaakt hoe bij individuen de verschillende biochemische paden met elkaar samenwerken. Door afname van een druppel bloed kan binnenkort inzicht gekregen worden van het totale functioneren van de individuele stofwisseling. Op grond hiervan kunnen individuele gezondheidsproblemen voorspeld en behandeld worden. Het wordt inzichtelijk hoeveel mutaties een patiënt nog verwijderd is van het ontstaan van een specifieke ziekte. Hierdoor krijgt deze patiënt de gelegenheid om zijn leefstijl aan te passen en daarmee het risico op de aandoening te verkleinen. In de onderstaande figuur is
Orthofyto
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
®
Wetenschappelijk onderzoek verricht met één persoon (N=1) wordt hiermee een normale geaccepteerde manier van wetenschappelijk onderzoek. (Red. Het artikel ‘zin en onzin van afvallen’ op pagina 8 beschrijft dat de thermogenese volledig afhankelijk is van de individuele verbrandingscapaciteit.)
Insulineresistentie, eigen schuld? Insulineresistentie blijkt een belangrijke factor te zijn bij het ontstaan van overgewicht. Obese mensen die beseffen dat het eten van koolhydraten en vooral zoetigheid (suikers) de oorzaak zijn van hun overgewicht, voelen zich vaak schuldig. De grote behoefte aan en de grote beschikbaarheid van zoetigheden maken het hen in deze maatschappij erg moeilijk. We worden aan alle kanten geïnformeerd over de gevolgen van een teveel aan zoetigheid. Toch is het niet terecht om alleen het verkeerd eetgedrag als oorzaak van de insulineresistentie aan te wijzen en daarmee mensen een schuldgevoel te bezorgen. Velen zullen deze woorden herkennen: “ik ben een stresseter, of een emotie-eter. Ik kan er niks aan doen, het overkomt mij. Als ik gestrest ben, moet ik eten!” Er is bij stress een sterke lichamelijke behoefte aan eten. Het is een drang waaraan gewoon voldaan moet worden. Het gaat niet om gebrek aan wilskracht, deze mensen vertonen geen slap gedrag. Het lichaam laat zien dat er bij een stressvolle situatie een glucosetekort is in de hersenen. De hersenen zullen
Voeding
Yvonne van Stigt
Figuur 2. De biochemische routekaart van de stofwisseling (www. humanmetabolism.org)
vervolgens hongersignalen afgeven om ervoor te zorgen dat er weer voldoende glucose binnenkomt. En dat betekent: eten! En dan bij voorkeur glucoserijke voeding. Dit mechanisme heeft niets te maken met wilskracht of schuld, het is een evolutionair noodzakelijke overlevingsstrategie.
Geen evolutionaire oplossing voor stress Het menselijk lichaam heeft zich in miljoenen jaren geëvolueerd. Het lichaam heeft een systeem ontwikkeld om moeilijke situaties te overleven. Ten tijde van gevaar, zet de sympaticus de HPA-as aan waarbij er dopamine, noradrenaline, adrenaline en cortisol geproduceerd worden. Dopamine zorgt ervoor dat je op zoek gaat naar een oplossing. Noradrenaline bereidt het lichaam voor op de actie die je gaat ondernemen om het gevaar het hoofd te bieden. Onder invloed van adrenaline komen we in actie; cortisol zorgt voor de “drive”,
het motiveert je om een oplossing te zoeken. Deze hormonen zorgen voor voldoende beschikbare energie. Op de vlucht voor een beer, hoef je gelukkig niet te pauzeren om iets te eten. Om de stressreactie hormonaal te kunnen beëindigen, is het noodzakelijk om te bewegen. Als je de oplossing gevonden hebt activeert cortisol de neurotransmitter serotonine. Serotonine is de stof die uiteindelijk de stressreactie beëindigt. Het wordt dan ook duidelijk hoe gestreste mensen zo blij kunnen worden van het kopen van nieuwe kleren, schoenen of iets voor hun interieur. De neocortex van de huidige mens is niet te vergelijken met die van een jager-verzamelaar. Wij zijn dusdanig geëvolueerd dat wij in staat zijn om ons zorgen te maken over de toekomst en het verleden. We ervaren daardoor veel stress waar geen evolutionaire oplossing voor bestaat. Het lichaam heeft maar één stresssysteem om te kunnen overleven ten tijde van dreiging. De
‘fight-flight-reactie’ is de evolutionaire respons waarmee we de dreiging kunnen oplossen. Alle evolutionair nieuwe prikkels worden door ons systeem gelabeld als gevaar en veroorzaken een reactie van de sympaticus. Voorbeelden van nieuwe prikkels zijn ondermeer straling van mobiele telefoons, financiële zorgen, vaccinaties, amalgaan in de mond en chemische toevoegingen in het voedsel. Het is dus niet vreemd dat bij velen het stresssysteem chronisch overbelast is. Een ‘early life trauma’, in welke vorm dan ook, programmeert een systemische stressrespons. Het kind is alert, sensitief en op zijn hoede om op eventueel gevaar te kunnen anticiperen. Bij deze kinderen is de sympaticus voortdurend overactief; zij produceren op jonge leeftijd al meer stresshormonen dan gemiddeld. Alle andere evolutionair nieuwe prikkels zorgen vervolgens voor overprikkeling van het zenuwstelsel. Als deze kinderen vervolgens kleurstoffen eten, is de kans groot dat de sympaticus deze extra stimulans niet kan verwerken.
Orthofyto
15 ®
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
Voeding
Yvonne van Stigt
Insulineresistentie als overlevingsstrategie
immuunsysteem moeten verminderen ten gunste van de hersenen. Dit doet het lichaam door insulineresistentie te creëren in onder meer de spieren.
Bij stress wordt de bloedglucosespiegel door middel van de gluconeogenese op peil gehouden door cortisol en adrenaline. Met name de lever zet eiwitten (vnl. glutamine en alanine) om in glucose.
Wanneer het immuunsysteem dan toch om brandstof vraagt, heeft het lichaam alleen nog noodoplossingen voorhanden die we degeneratieve ziektebeelden noemen. Alleen in acute situaties zoals bijvoorbeeld een sepsis, is het immuunsysteem in staat de hiërarchie in de brandstofvoorziening te veranderen.
Indien de bijnieren voldoende cortisol kunnen produceren, werkt het systeem perfect. Cortisol verhoogt namelijk ten tijde van stress het bloedglucoseniveau. Chronische stress resulteert echter na 15 tot 20 jaar in uitgeputte bijnieren en een verminderde cortisolproductie. Het lichaam heeft daardoor niet voldoende cortisol om de bloedglucosespiegel op tijd op peil te brengen. Adrenaline zal deze taak dan overnemen.
Het brein heeft evolutionair altijd de hoogste prioriteit in de energievoorziening [3].
Type spiervezel bepaalt basisstofwisseling Gemiddeld bevatten de dwarsgestreepte spieren voor 50% type-1-vezels en 50% type-2-vezels. Deze verhouding kan ongeveer 20% verschuiven, naar maximaal een 30-70% verhouding, afhankelijk van de genetische achtergrond.
Hypoglycemie, trillen en een onweerstaanbare trek, is dan het gevolg. Uiteindelijk zorgt adrenaline ervoor dat de bloedglucose alsnog genormaliseerd wordt.
De basis van het metabolisme wordt bepaald door de genetisch bepaalde verhouding in het type dwarsgestreepte spiervezels, de epigenetische omstandigheden (zoals voeding, stress en beweging) en de daaruit voortkomende metabole programmering [4].
In de mitochondriën kan uit elk glucosemolecuul 36 moleculen ATP vrijgemaakt worden. Als de glucose door stress niet mitochondriaal maar via de anaerobe route ATP aanmaakt resulteert dat in slechts 2 moleculen ATP. Om voldoende ATP te kunnen produceren, kan het anaerobe systeem heel snel werken, maar daarvoor is ook heel veel glucose nodig. Normaal gesproken is insuline nodig om glucose de cel in te transporteren.
Metabole typering als werkbaar model Om een werkbaar model te krijgen, worden mensen globaal ingedeeld in drie groepen op basis van de dominantie van de verschillende typen (dwarsgestreepte) spiervezels.
Een insuline onafhankelijk glucosetransport vindt plaats tijdens beweging. De gevolgen laten zich raden; na lange perioden van stress, verkeerde voeding en weinig bewegen, kiest het lichaam voor insulineresistentie als noodoplossing. Bij langdurig gevaar, langdurige stress zal het lichaam de toewijzing van brandstof richting spieren en
Deze indeling geeft houvast voor de therapeut alhoewel alle mensen verschillend zijn.
De tweede groep mensen wordt in principe niet makkelijk te dik, tenzij zij echt teveel eten en te weinig bewegen. Zij zijn verder redelijk gezond en vallen makkelijk en snel af wanneer zij hun levensstijl veranderen. Zij hebben een combinatie van de verschillende spiervezels, waardoor zij goed aeroob, maar ook anaeroob kunnen presteren. Het zijn mensen die met simpel calorieën tellen hun broekriem weer een gaatje strakker kunnen zetten. Deze groep noemen we de metabool flexibelen. Vervolgens is er een groep van mensen met meer type-2b-spiervezels, met een beperkte aerobe capaciteit. Daarom noemen we hen de anaerobe verbranders. Zij hebben moeite om af te vallen. Zij komen bij stress aan en zijn gevoelig voor spierpijn. Chronische aandoeningen zoals fibromyalgie en chronisch vermoeidheidssyndroom (CVS) komen vaker voor binnen deze groep. De groep is verder onder te verdelen in meerdere metabole subtypes.
Evolutionaire oplossingen De oplossing voor deze verstoring ligt in het verleden. In de tijd van de jagerverzamelaar, de tijd waar ons genetische blauwdruk is vastgelegd. Met een aantal relatief kleine aanpassingen in de voeding, beweging en het stressniveau, wordt de expressie van onze genen positiever. De tijdelijk geactiveerde overlevingsstrategieën, zoals insulineresistentie en ontstekingsreacties worden daardoor grotendeels afgebouwd.
Allereerst is er de groep mensen die nooit te dik wordt. Deze groep heeft
Type dwarsgestreepte spiervezels
Karakteristieken
metabolisme
Type 1
Aerobe stofwisseling, veel mitochondriën, uithoudingsvermogen
Bèta-oxideerders
Type 2a
Aerobe en anaerobe stofwisseling, kracht en uithoudingsvermogen
Metabool flexibelen
Type 2b
Anaerobe stofwisseling, kracht, weinig mitochondriën
Anaerobe verbranders
Type 2c
Ongedifferentieerd type kan door training veranderen in type-1-vezel
n.v.t.
Fig 3: Type spiervezel bepaalt basisstofwisseling
16
een gezonde stofwisseling en valt bij stress af. Zij hebben een genetische basis met een zeer flexibel metabool systeem, onder meer vanwege de grote hoeveelheid type-1-spiervezels, met veel mitochondriën. Zij kunnen makkelijk vet verbranden. Deze groep noemen we de bèta-oxideerders.
Orthofyto
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
®
Voeding
Yvonne van Stigt
Oervoeding past bij iedereen
rijpe tomaat wordt gelukkig beter verdragen.
Alle mensen op aarde stammen af van de jager-verzamelaar. We hebben allemaal dezelfde ‘roots’.
Het eten van een kleine hoeveelheid vruchten van nachtschadeplanten zal voor de meeste mensen geen probleem zijn. Oervoeding bevat weinig antinutriënten.
Bepaalde groepen hebben zich min of meer aangepast aan hun omgeving door middel van genetische mutaties of polymorfismen. Het voedingspatroon van de jagerverzamelaar past echter bij iedereen, hij is tenslotte van ons allen een verre voorvader, een archetype. Voor de mens die zich min of meer heeft aangepast aan de moderne tijd, is de noodzaak wellicht niet zo groot. Voor mensen met gezondheidsklachten is er echter veel winst te behalen door de verandering naar oervoeding [5]. Ook als je je gezond voelt, helpt oervoeding je nog vitaler te worden. De kenmerken van oervoeding: • biologisch (net als alle voeding in de oertijd) • ongeraffineerd, vers bereid zonder extra suiker • koolhydraatbeperkt en laag glycemisch • relatief veel gezonde vetten • vezelrijk door een kilo groenten en fruit per dag • bevat voldoende eiwitten uit vis, eieren, vlees, schaal- en schelpdieren, noten en insecten • voeding zonder de antinutriënten uit granen, zuivel, planten behorende tot de nachtschadenfamilie en peulvruchten • intermitterend vasten.
Antinutriënten
Oervoeding en afslanken: de drie metabolische typen De gezonde aerobe verbrander is van nature niet te zwaar. Oervoeding kan voor deze mensen toch gunstig zijn doordat deze manier van eten meer energie geeft en ontstekingen remt. Deze groep heeft wel voldoende calorieën nodig om op gewicht te blijven. Het eten van voldoende noten en gezonde vetten uit vis, kokosolie of olijfolie kan de calorische waarde van voeding op een gezonde manier verhogen. De metabool flexibelen vallen snel af door het eten van oervoeding. Zij bereiken op een gegeven moment het passende gewicht en blijven daarna stabiel op gewicht. De anaerobe verbranders hebben meer moeite met gewicht verliezen. Mocht het afvallen met oervoeding niet vanzelf gaan is het voor deze groep aan te raden om een periode koolhydraatarm te eten. Zo wordt het lichaam gedwongen over te schakelen op vetverbranding. Een aantal weken worden de koolhydraat- en zetmeelrijkere producten zoals fruit, knollen en wortelen sterk gereduceerd. Deze groep is alleen in staat om vet te verbranden in een aerobe situatie.
Antinutriënten zijn aanwezig in planten en fungeren als zelfverdedigingsstoffen voor de plant. Voorbeelden zijn diverse saponinen, lectinen, gluten en alfa amylase inhibitors. Antinutriënten hebben een schadelijk effect op de darmwand.
Intensieve duurtraining zal voor deze groep contra-productief zijn.
Het eten van antinutriënten zet het lichaam aan tot ontstekingsreacties. [5]
Oervoeding in de praktijk
Door de aanwezigheid van antinutriënten wordt de plant vaak niet gegeten door zoogdieren voordat het zaad van de plant in de vrucht gerijpt is. Zo bevatten onrijpe groene tomaten en paprika’s veel antinutriënten. Een
Langzaam wandelen kan het systeem helpen om de aerobe capaciteit te vergroten. Bij stress zal deze groep helemaal geen gewicht meer verliezen.
Het concept is simpel: eet alles wat een oermens gegeten zou kunnen hebben en eet weinig van het moderne voedsel. De basis van ons voedsel behoort groenten te zijn. Groenten, groenten, en nog meer groenten. Die had een oer-
mens volop tot zijn beschikking. Verder at hij fruit, vis, vlees, eieren, insecten, noten en af en toe wat honing [6]. Tegenwoordig is een aanzienlijk deel van de groenten vervangen door koolhydraatrijke voedingsmiddelen. Door die koolhydraatrijke voedingsmiddelen weer te vervangen door groenten, zal het afvallen bij de meeste mensen gemakkelijker gaan.
Onderbrekend vasten Door net als bij de jager-verzamelaar het lichaam bloot te stellen aan perioden van schaarste, gaat ons lichaam beter functioneren en kan het makkelijker vet verbranden [7]. Een gezond lichaam schakelt gedurende de nacht over op vetverbranding. In tegenstelling tot wat beweerd wordt, kan het lichaam in vetverbranding blijven door, indien gewenst, het ontbijt uit te stellen of over te slaan. De veelgehoorde stelling dat het ontbijt noodzakelijk is om de verbrandingsmotor aan te zetten, kan gemakkelijk worden ontkracht. Door net als de jager-verzamelaar op zoek te gaan naar voedsel, en voor de maaltijd te bewegen, wordt het vetverbrandingssysteem geactiveerd [8]. Bewegen activeert niet alleen de verbrandingsmotor, maar bovenal ook de overlevingsgenen. Een matig intensieve beweging is essentieel voor een optimale vetverbranding. Een ideale situatie is dagelijks voor elke maaltijd een half uur te gaan wandelen.
Intervaltraining Naast matig intensieve beweging (wandelen) is een ‘high peak intervaltraining’ zeer effectief om de mitochondriale capaciteit en daarmee de vetverbrandingscapaciteit te verbeteren [9]. Een high peak interval-cardiotraining betekent een korte explosieve sprint, gevolgd door rustig wandelen. Een paar minuten per training, 3-4 maal per week is al effectief. High peak krachttraining is een korte training met een zware spierbelasting.
Orthomoleculaire ondersteuning Wanneer oervoeding in combinatie met de bewegingsadviezen niet het gewenste
Orthofyto
17 ®
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
Voeding
Yvonne van Stigt
resultaat geeft, zijn er een aantal orthomoleculaire middelen die het afvalproces kunnen ondersteunen. . Vetverbranding wordt verbeterd door L-carnitine, calcium, magnesium, zink, alfa-liponzuur, vit B-complex . Bouwstoffen zijn daarbij noodzakelijk zoals weiproteïnen, glutamine, alanine en de vertakte alkylaminozuren (BCAA) leucine, iso-leucine en valine. Zij zijn essentieel bij hypoglycemie. . Stress reduceren kan met salvia officinalis, valeriaan, crocus sativus [10], adaptogenen, pantotheenzuur (vitamine B5). . Immuniteit moduleren met curcumine en lactoferrine. . Lever ondersteunen met cynara scolymus (artisjok), gingiber (gember), curcumine . Hypothyreoïdie behandelen met jodium, selenium, riboflavine-5-fosfaat
Deze suppletiesuggestie is allesbehalve volledig; een goede therapeutische aanpak behoort afgestemd te zijn op het individu.
Recepten en praktische informatie Oergondisch genieten, Ria Penders en Yvonne van Stigt Oergezond het jaar rond, Yvonne van Stigt en Stefan Alfons
2000;71:682–692; 7. Klempel MC, Kroeger CM, Bhutani S, Trepanowski JF, Varady KA. Intermittent fasting combined with calorie restriction is effective for weight loss and cardio-protection in obese women. Nutr J. 2012 Nov 21;11:98. doi: 10.1186/1475-2891-11-98; 8. Cordain L, Gotshall RW, Eaton SB, Eaton SB 3rd. Physical activity, energy expenditure and fitness: an evolutionary perspective. Int J Sports Med. 1998;19(5):328–335; 9. Talanian JL, Galloway SD, Heigenhauser GJ, Bonen A, Spriet LL. Two weeks of high-intensity aerobic interval training increases the capacity for fat oxidation during exercise in women. J Appl Physiol. 2007 Apr;102(4):1439-47. Epub 2006 Dec 14. 10. Gout B, Bourges C, Paineau-Dubreuil S., Satiereal, a Crocus sativus L extract, reduces snacking and increases satiety in a randomized placebo-controlled study of mildly overweight, healthy women., Nutr Res. 2010 May;30(5):305-13.
Referenties 1. CBS Webmagazine, dinsdag 3 juli 2012 9:30; 2. Thiele I, Swainston N, Fleming RMT, et al. A communitydriven global reconstruction of human metabolism. Nature Biotechnology, maart 2013. DOI:10.1038/nbt.2488; 3. Peters A The selfish brain: Competition for energy resources. Am J Hum Biol. 2011 Jan-Feb;23(1):29-34. doi: 10.1002/ ajhb.21106; 4. Tanner CJ, Barakat HA, Dohm GL, et al. Muscle fiber type is associated with obesity and weight loss. Am J Physiol Endocrinol Metab. 2002 Jun;282(6):E1191-6; 5. Cordain L. Cereal grains: humanity’s double-edged sword. World Rev Nutr Diet. 1999;84:19-73; 6. Cordain L, Brand Miller J, Eaton SB, et al. Plant to animal subsistence ratios and macronutrient energy estimations in world wide huntergatherer diets. Am J Clin Nutr.
NIEUWS Faché Instituut FIOW
DVD’s Orthomoleculaire Nutritionist Module 2 t.e.m. 5 met 32 DVD’s totaal NU volledig verkrijgbaar! Voor vele mensen is het niet altijd vanzelfsprekend om de mondelinge lessen bij te wonen in het Faché Instituut te Laarne omwille van tijdsgebrek, andere verplichtingen en vaak de afstand. Daarom bieden wij ook de mondelinge opleiding van Module 2, 3, 4 & 5 integraal op DVD te koop aan samen met de 18 cursusboekdelen. De DVD’s zijn life opgenomen en kunnen simultaan met de geschreven cursusdelen bestudeerd worden. Deze 32 DVD’s kunnen ook gebruikt worden als herhalingslessen, om bepaalde stukken uit de cursus beter te begrijpen, als opfrisser, als voorbereiding op het examen.
DVD’s module 2, 3 • Prijs voor alleen de DVD’s van Module 2 & 3 (eerste jaar) bedraagt € 490 voor 16 DVD’s (= 64 uur les). • Indien u Module 2 & 3 mondeling of schriftelijk heeft gevolgd dan betaalt u slechts € 250. • Indien u de 8 boekdelen erbij wil hebben samen met de 16 DVD’s, betaal je slechts €1280! DVD’s module 4, 5 • Prijs voor alleen de DVD’s van Module 4 & 5 bedraagt € 590 voor 16 DVD’s (= 64 uur les). • Indien u Module 4 & 5 mondeling of schriftelijk heeft gevolgd dan betaalt u slechts € 290. • Indien u de10boekdelen erbij wil hebben samen met de 16 DVD’s, betaal je slechts € 1580!
Bestellen kan via
[email protected] of via
[email protected], tel: 0032/(0)9/369 06 42 Walter Faché maakt gratis een studieplan op afspraak:
[email protected]
18
Orthofyto
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
®
Weet wat je neemt
Loes Sissingh-Blok
Behandeling van overgewicht met medicijnen
H
et enige geneesmiddel dat op dit moment in Nederland is geregistreerd om, naast leefstijladviezen en een laagcalorisch dieet, afvallen te ondersteunen, is orlistat (Alli®, Orlistat®, Xenical®). Het wordt voorgeschreven aan volwassenen met een Body Mass Index (BMI) ≥ 30 kg/m², een BMI van ≥ 28 kg/ m² met aanwezige risicofactoren of een taille-omvang van 102,0 cm bij mannen en 88,0 cm bij vrouwen [1]. Vanwege ernstige bijwerkingen zijn de handelsvergunningen van andere geneesmiddelen voor de behandeling van overgewicht, zoals rimonabant (Acomplia®) en sibutramine (Reductil®) weer ingetrokken [2].
Verminderde absorptie vetoplosbare vitaminen Orlistat is een lipaseremmer en remt de opname van vet in de darmen. De absorptie van vet uit de voeding neemt af met circa 30%. Daarbij kan ook de absorptie van vetoplosbare vitaminen dalen. De plasmaconcentraties van alfa- en bètacaroteen daalden bij gebruik van orlistat na 4,5 maand significant met respectievelijk 45% en 32% [3]. Uit eerder uitgevoerd onderzoek was al
gebleken dat ook de absorptie van andere vetoplosbare vitaminen, vitamine A, D, E en/of K, kan afnemen [4-7]. Bij gebruik van orlistat wordt dan ook aanbevolen om ook een multivitaminepreparaat in te nemen ter compensatie van de afgenomen absorptie van vetoplosbare vitaminen.
Vermindering bijwerkingen door toevoeging van vezels Gebruik van orlistat kan gepaard gaan met gastro-intestinale bijwerkingen, zoals flatulentie met verlies van ontlas-
ting, borrelingen in de darmen (borborygmi) en buikpijn. Deze bijwerkingen zijn het gevolg van het verhoogde vetgehalte in de ontlasting en kunnen een reden zijn om voortijdig met de behandeling te stoppen. Van psylliumvezels is, behalve een cholesterolverlagende werking en een verhoogde fecale uitscheiding van galzuren, ook beschreven dat zij vet absorberen in het intestinale lumen. Daarom werd onderzocht of toevoeging van psylliumvezels (psyllium mucilloid) aan een behandeling met orlistat, bijwerkingen kon verminderen [8].
Orthofyto
19 ®
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
Weet wat je neemt
Loes Sissingh-Blok
Twee groepen met elk 30 vrouwen ouder dan 21 jaar en een BMI (body mass index) tussen 27,3 en 48 kg/m2 kregen naast orlistat (120 mg, drie maal daags bij de maaltijd) psylliumvezels of een placebo.
Synergetisch effect met carnitine
Geadviseerd werd de orlistatcapsules steeds samen in te nemen met de vezels (circa 6 g). De vezels, waaraan een sinaasappelsmaakje was toegevoegd, moesten worden opgelost in een glas water zonder suiker. Na dertig dagen en een wash-out periode van twee weken, kregen de vrouwen die eerder een placebo hadden gebruikt de vezels en de vrouwen die eerder de vezels hadden gebruikt een placebo.
Bij patiënten met obesitas en ongecontroleerde type-2-diabetes werd het effect vergeleken van uitsluitend orlistat met orlistat plus carnitine op lichaamsgewicht, glykemische controle, lipidenprofiel, insulineresistentie en ontstekingsparameters [9,10]. De patiënten, in totaal uiteindelijk 227, kregen naast hun medicatie orlistat (120 mg, drie maal daags) of orlistat plus L-carnitine (2 g/d). Aan het begin van het onderzoek, na 3, 6 en 9 maanden en na een jaar, werden diverse parameters bepaald.
Na afloop van het onderzoek hadden de vrouwen in beide groepen significant veel gewicht verloren en was de BMI significant gedaald. Door toevoeging van de vezels nam zowel het aantal als de ernst van de gastro-intestinale bijwerkingen af. De belangrijkste bijwerking die sterk afnam door de toevoeging van vezels, was de olieachtige lekkage uit het rectum. Deze bijwerking wordt in het algemeen als zeer gênant ervaren. Omdat de deelnemers de inname van de vezels bij elke maaltijd lastig vonden, werd het onderzoek herhaald. De helft van de deelnemers was bereid nog een keer mee te doen aan het onderzoek. De vezels werden nu bij het naar bed gaan als een eenmalige dosis van 12 g ingenomen. Dit bleek dit net zo effectief te zijn als inname van circa 6 g vezels, drie maal daags bij de maaltijd [8].
20
Carnitine speelt een belangrijke rol in het vetmetabolisme en mogelijk ook in het glucosemetabolisme.
Vergeleken met de patiënten die alleen orlistat ingenomen hadden, observeerde men bij de patiënten die ook carnitine ingenomen hadden een snellere en sterkere afname van: het gewicht, het geglycosyleerde hemoglobine (HbA1c), de nuchtere glucosebepaling (FPG), glucosebepaling na de maaltijd (PPG), het LDL-cholesterol (LDL-C) en de HOMAIR (Homeostasis Model of AssessmentInsulin Resistance). De HOMA-IR wordt gebruikt om de gevoeligheid voor insuline in te schatten. Bovendien constateerden de onderzoekers een snellere verbetering van de waarden van: totaal cholesterol, triglyceriden, nuchtere glucosebepaling in plasma, C-reactief proteïne (Hs-CRP, een maat voor ontstekingen) en diverse adipokines, zoals resistine, visfatine en retinolbindend proteïne 4 (RBP4).
Orthofyto
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
®
Adipokines worden voornamelijk geproduceerd door vetweefsel en zijn betrokken bij pathologische processen, zoals dyslipidemie, hypertensie, insulineresistentie en ontstekingen. De conclusie van de onderzoekers luidde dan ook dat orlistat samen met L-carnitine bij patiënten met obesitas en type-2-diabetes een gunstiger invloed had op lichaamsgewicht, glykemische controle, lipidenprofiel, insulineresistentie en ontstekingsparameters dan orlistat alleen [9,10].
Referenties 1. Farmacotherapeutisch Kompas: www.fk.cvz.nl/ 2. Bijl D. Lareb, College ter Beoordeling van Geneesmiddelen. Registratienieuws 2010 (3-01 maart);44:34-35. 3. Sundl I, Pail E, Mellitzer K, et al. Effects of orlistat therapy on plasma concentrations of oxygenated and hydrocarbon carotenoids. Lipids. 2006 Feb;41(2):113-8. PMID: 17707976 4. Melia AT, Koss-Twardy SG, Zhi J. The effect of orlistat, an inhibitor of dietary fat absorption, on the absorption of vitamins A and E in healthy volunteers. J Clin Pharmacol. 1996 Jul;36(7):647-53. PMID: 8844448 5. James WP, Avenell A, Broom J, et al. A one-year trial to assess the value of orlistat in the management of obesity. Int J Obes Relat Metab Disord. 1997 Jun;21 Suppl 3:S24-30. PMID: 9225173 6. Finer N, James WP, Kopelman PG, et al. One-year treatment of obesity: a randomized, double-blind, placebo-controlled, multicentre study of orlistat, a gastrointestinal lipase inhibitor. Int J Obes Relat Metab Disord. 2000 Mar;24(3):306-13. PMID: 10757623 7. McDuffie JR, Calis KA, Booth SL, et al. Effects of orlistat on fat-soluble vitamins in obese adolescents. Pharmacotherapy. 2002 Jul;22(7):814-22. PMID: 12126214 8. Cavaliere H, Floriano I, Medeiros-Neto G. Gastrointestinal side effects of orlistat may be prevented by concomitant prescription of natural fibers (psyllium mucilloid). International Journal of Obesity (2001) 25, 1095-1099. 9. Derosa G, Maffioli P, Ferrari I, et al. Comparison between orlistat plus l-carnitine and orlistat alone on inflammation parameters in obese diabetic patients. Fundam Clin Pharmacol. 2011 Oct;25(5):642-51. doi: 10.1111/j.14728206.2010.00888.x. 10. Derosa G, Maffioli P, Ferrari I, et al. Comparison between orlistat plus l-carnitine and orlistat alone on inflammation parameters in obese diabetic patients. Fundam Clin Pharmacol. 2011 Oct;25(5):642-51. doi: 10.1111/j.14728206.2010.00888.x.
Medisch Dossier
Christel Stevens
Verborgen stoornissen die afslanken verhinderen
L
ichamelijke verstoringen kunnen overgewicht bevorderen en succesvol afslanken belemmeren. Heel veel mensen hebben door de huidige eetgewoonten tekorten aan levensnoodzakelijke stoffen zoals vitaminen, mineralen en essentiële vetzuren. Hierdoor zijn stoornissen ontstaan waardoor het lichaamsgewicht langzaam is toegenomen. Om die reden is overgewicht meestal niet alleen op te lossen door alleen de voeding aan te passen. In dit artikel bespreek ik een aantal onderliggende stoornissen van overgewicht en hoe deze stoornissen kunnen worden gediagnosticeerd. Soms is nader onderzoek vereist zoals speeksel- en bloedonderzoek. Aan de hand van een juiste diagnose kan een effectief behandelingsplan worden opgesteld. De basis van ieder behandelingsplan is een individueel afgestemde voeding, beweging en voedingssupplementen.
Waarom gewicht verliezen? Overgewicht is meer dan alleen een gewichtsprobleem. Overgewicht schaadt de gezondheid door de problemen en aandoeningen die als gevolg van een teveel aan gewicht ontstaan. Hoe hoger het gewicht, hoe meer kans op ziekte en hoe lager de levensverwachting. Zo is de levensverwachting van een veertigjarige zwaarlijvige vrouw gemiddeld zeven jaar korter dan een vrouw met een gezond gewicht. Hoe jonger iemand overgewicht ontwikkelt, hoe sterker de stijging van het risico op ziekte en vroegtijdig overlijden. Een beperkte gewichtsdaling kan al een grote bevordering zijn van de gezondheid. Er zijn verschillende redenen waarom een lichaam toeneemt in gewicht. Zo kan gewichtstoename plaatsvinden door opbouw van spiermassa; dit is in het algemeen een gezonde situatie. Een andere reden voor gewichtstoename is het vasthouden van vocht. Dit is meestal een indicatie voor een verstoorde uitscheiding van afvalstoffen. Meestal neemt het gewicht echter toe door een te grote energie inname, met als gevolg een vermeerderde vetopslag in de vetcellen. Als de vetcel vol is, ontstaat een nieuwe vetcel. Bij vermagering, worden de vetcellen leeggemaakt. Pas na een periode van één tot twee jaar verdwijnen de vetcellen. Vetcellen en vooral de vetcellen in het ‘buikvet’ stimuleren de aanmaak
Figuur 1. Links: muis met leptinedeficiëntie, rechts een muis met gezonde leptinewaarden.
van ontstekingsactiverende stoffen zoals tumor necrose factor-alfa (TNF-alfa) en interleukine-6 (IL-6). Deze ontstekingsactiverende stoffen ondermijnen de gezondheid. Ze veroorzaken laaggradige ontstekingen die weinig directe symptomen veroorzaken zodat dit niet als een acuut medisch probleem gezien wordt. Een vetcel is niet zomaar een inerte massa waarin vet opgeslagen zit. In vetcellen zitten naast vetten ook vetoplosbare schadelijke stoffen opgeslagen.
Als je vermagert, komen deze toxische stoffen, samen met het vet vrij. De lever heeft als belangrijke taak deze vrijgekomen gifstoffen onschadelijk te maken en uit te scheiden. Om die reden kan de lever tijdens het afvallen extra steun gebruiken.
Welke stoornissen kunnen overgewicht veroorzaken? Waarschijnlijk is er één grote basisverstoring die overgewicht veroorzaakt. Het lichaam is evolutionair afgestemd op periodes van schaarste. Om die
Orthofyto
21 ®
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
Medisch Dossier
Christel Stevens
reden zijn de meeste mensen geneigd om vet op te slaan, terwijl er geen periode van schaarste meer optreedt. Er is zelfs continu overvloedig energierijke voeding beschikbaar. Samen met het chronische gebrek aan beweging, is dit één van de meest voor de hand liggende verklaringen voor het ontstaan van overgewicht op zo’n grote schaal. Onze lichamen functioneren eigenlijk nog als die van een jager-verzamelaar. Inmiddels is in meerdere onderzoeken duidelijk geworden dat wanneer mensen graanproducten en suikers uit hun voeding laten staan, de bloedglucosewaarden, de vetzuren en cholesterolwaarden verbeteren. Ook het lichaamsgewicht normaliseert, niet alleen door de lagere calorie-intake maar tevens doordat de hypothalamus weer gevoelig wordt voor het verzadigingshormoon leptine.
Andere onderliggende verstoringen
Als een evenwichtige voeding en dagelijks voldoende beweging niet helpt om
Fig 2. Hoe indicatief zijn normaalwaarden?
gewicht te verliezen of stabiel te houden, dan zijn metabole of emotionele stoornissen veelal een feit.
Soms zijn de bloedwaarden echter normaal en is er toch sprake van een onderliggende stoornis.
Laboratoriumdiagnostiek kan uitkomst bieden, bijvoorbeeld bepaling van de schildklierwaarden (zie later in artikel) en opsporing van mogelijke deficiënties.
Het is de kunst van de therapeut om uit het totaal van subklinische symptomen van de patiënt een waarschijnlijkheidsdiagnose te stellen.
Lichamelijke verstoring
Klachtenpatroon
Leverinsufficiëntie
Problemen met vetvertering en moeite met afvallen. Hoofdpijn ontstaat snel door het gebruik van koffie, chocolade of alcohol en belastende geuren (parfum en uitlaatgassen). Het algemene energiepijl is verminderd.
Darmdysbiose
Spijsverteringsklachten: eten valt zwaar, blijft als het ware op de maag liggen, zure oprispingen, darmkrampen, afwisselend diarree of constipatie of één van beiden. Gedurende de dag zwelt de buik op (= gasvorming).
Koolhydraatverslaving
Het verminderen van koolhydraten geeft klachten op emotioneel vlak. Er is een neiging tot snel verteerbare koolhydraten (suikers, brood en deegwaren) bij emoties..
Hyperinsulinemie
Gewichtstoename specifiek rondom het middel. Na de inname van koolhydraatrijke maaltijden ontstaat honger, er is een grote behoefte aan tussendoortjes.
Schildklierproblemen
Kouwelijk, droge huid, snel brekende nagels, haaruitval, chronische vermoeidheid.
Menopauze (vrouw)
Opvliegers, onregelmatige of uitblijvende menstruatie, vermoeidheid, stemmingswisselingen.
Andropauze (mannen)
Verminderd libido, eventueel erectiestoornissen, vermoeidheid, bierbuik, verlies hoofd- en schaamhaar.
DHEA-deficiëntie
Leeftijd ouder dan 40 jaar. DHEA is ons verjongingshormoon en de hoeveelheid vermindert gestaag vanaf de leeftijd van 30 jaar.
Medicijngebruik
Het gebruikt van één of meer van de volgende medicijnen: antidepressiva, anti-psychotica, antiepileptica, anticonceptiemiddelen, prednison, cortisone, bètablokkers, amiodarone.
Verlaagde stofwisseling
De energie-inname is gemiddeld minder dan 1500 kcal per dag en toch blijft het gewicht toenemen.
Verminderd verzadigingsgevoel
Je hebt de hele dag trek. Je merkt kort na het eten dat je eigenlijk te veel hebt gegeten. Het hormoon leptine regelt het verzadigingsgevoel.
Deficiënties
Een deficiëntie van de volgende micronutriénten wordt in verband gebracht met het ontstaan van overgewicht: chroom, jodium magnesium, selenium, zink, essentiële vetzuren (EPA en DHA), vitamine D, vitamine A
Chronische stress
Als gevolg tal van psychische en fysische klachten een ongezond eetpatroon aanhangen met bijvoorbeeld veel vet en koolhydraatrijk voedsel.
Tabel: Onderliggende verstoringen die afslanken verhinderen
22
Orthofyto
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
®
Medisch Dossier
Christel Stevens
• In de lever wordt indien nodig T4 omgezet naar T3 • Transporteiwitten voor schildklierhormonen zijn: TBG (Thyroxine Binding Globuline), TTR (Transthyrine) en albumine • Het schildklierhormoon gebonden aan een eiwit is niet actief • Gebonden schildklierhormoon = Total T3 (TT3) en Total T4 (TT4) • De vrije schildklierhormonen = Free T3 (FT3) en Free T4 (FT4) • T3 regelt de snelheid waarmee de verschillende cellulaire verbrandingsprocessen verlopen.
1. Verhouding taille-heup: - Mannen: > dan 1 - Vrouwen: > dan 0,8 2. De HOMA-IR test: - nuchter insuline (pmol/l) x - nuchter glucose (mmol/l)/22,5 - nuchter insuline (μU/ml) x - nuchter glucose (mg/dl)/22,5 Resultaat:> 2,6 is een aanwijzing voor een kans op hyperinsulinemie. Hierdoor heb je een verhoogde kans op diabetes II en overgewicht. Wanneer daarnaast ook onderstaande waarden niet in orde zijn, is er kans op het metabool syndroom. Hierdoor is onder andere de kans op hart- en bloedvaatziekten verhoogd. Tabel: Bepaling hyperinsulinemie
Meten is weten Bepaling hyperinsulinemie Zie bovenstaande tabel.
Bepaling schildklierwaarden
Hypothyreoïdie kan omschreven worden als een aandoening waardoor de lichaamscellen onvoldoende door schildklierhormonen worden gestimuleerd. De schildklier wordt rechtstreeks aangestuurd door de hypofyse (TSH) en indirect door de hypothalamus en de bijnieren. De bepaling van de schildklierwaarden vrij T4 en vrij T3 (actief schildklierhormoon) toont aan welke hoeveelheid schildklierhormoon werkelijk beschikbaar is. Door zink- en seleniumgebrek kunnen er conversieproblemen ontstaan van T3 naar vrij T3. Hypothyreoïdie ontstaat niet van vandaag op morgen. Gedurende de jaren gaat de werking
langzaam achteruit. Veel mensen plaatsen dit dan ook onder de noemer ‘ouder worden’. Subklinische symptomen van hypothyreoïdie zijn onverklaarbaar overgewicht, dun haar dat afbreekt en uitvalt, droge huid en intolerantie voor kou. De temperatuursmethode van Barnes is tevens een hulpmiddel bij vrouwen om hypothyreoïdie vast te stellen. Als de rectale ochtendtemperatuur de 2e en 3e dag na de menstruatie lager dan 36,6°C is, is dit een aanwijzing voor hypothyreoïdie. Korte samenvatting over de werking van de schildklierhormonen: • In de schildklier wordt uit jodium en het aminozuur tyrosine de schildklierhormonen thyroxine (T4, 80%) en triiodothyronine (T3, 20%) gemaakt; • T3 is in het lichaam de actieve vorm van T4;
Schildklierhormonen
Referentiewaarden
TSH
0,4 – 4,5 mU/L
TSH (signaal)
< 3 mU/L
TT4 (total)
5,6 – 13,7 mcg/dl
TT3 (total)
87 – 180 ng/dl
FT4 (free)
0,8 – 1,5 ng/dl
FT3 (free)
230 – 420 pg/dl
Anti-TPO*
< 60 IU
Door alleen de TSH-waarde te bepalen, worden veel patiënten met hypothyreoïdie over het hoofd gezien. De American Association of Endocrinologists zijn van mening dat “normale TSH-waarden tussen 3,0 en 5,0 mU/L, toch gezien moeten worden als een signaal voor het ontwikkelen van hypothyreoïdie” [1]. Voor een zorgvuldige diagnose moeten naast de TSH-waarde ook TT4 en FT3 bepaald worden, samen met een uitgebreide checklist van subklinische symptomen en de temperatuursmethode van dr. Barnes. Jodiumtoediening wordt veelal toegepast bij hypothyreoïdie. Bij bepaalde schildklierafwijkingen is jodium echter een contra-indicatie. Om dit uit te sluiten, moet een antiTPO-test uitgevoerd worden). Bij sterk verhoogde anti-TPO (> 100 U/ml) mag geen jodium gegeven worden [2].
Bepaling chronische stress
De bijnieren produceren de stresshormonen cortisol en adrenaline en het jeugdigheidshormoon DHEA. Volgens de Chinese geneeskunde regelen de bijnieren onze Chi of onze basislevensenergie. De beste manier om de bijnierfunctie te bepalen is aan de hand van een 24-uurs afname van urine of een speekseltest op verschillende momenten van de dag. In het algemeen geeft bloedonderzoek foutieve informatie: een nuchtere ochtendwaarde is slechts één waarde en zegt niets over het verloop over de dag.
* Anti-TPO: antistoffen tegen thyroperoxidase (TPO). TPO is een eiwit dat alleen in de schildklier voorkomt. Antistoffen tegen TPO zijn zogeheten auto-antistoffen die zich richten tegen de schildklier. De ziekte van Hashimoto is een voorbeeld.
Bovendien is cortisol een stresshormoon; iedere bloedprik induceert stress en bijgevolg een cortisolverhoging.
Orthofyto
23 ®
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
Medisch Dossier
Christel Stevens
Leverreiniging
Ondersteunende suppletie
Tijdens afvallen is het heel belangrijk dat de uitscheidingsorganen goed werken. Met name de lever speelt een cruciale rol en blijkt bepalend te zijn voor gewichtsbeheersing. Tijdens afvallen komt de lever extra onder druk te staan. Enerzijds door de extra vetverbranding. Anderzijds doordat ook de opgeslagen toxines uit ons vetweefsel vrijkomen. De lever moet deze stoffen afbreken en verwijderen. Van groot belang is de dagelijkse inname van 1,5 -2,5 liter water. Een deel van dit water kan ook vervangen worden door gezonde dranken op basis van verse groenten en fruit. Ook een goede dagelijkse stoelgang is van belang voor de afvoer van afvalstoffen.
Lichamelijke oorzaak
Ondersteunende suppletie
Altijd afstemmen op het individu!
Chronische stress en DHEA deficiëntie
Adaptogene kruiden zoals Rhodiala, Ashwaganda Bijnierconcentraat
Hyperinsulinemie
Vitamine E, chroom, zink, vanadium liefst in combinatie met breed multipreparaat. Specifiek vitamine D: naast hyperinsulinemie is er meestal sprake van een leptinestoornis
Hypothyreoïdie
B-vitaminen Jodium, koper, selenium en zink. Indien nodig hypothalamus en hypofyse ondersteunen
Voedingsdeficiënties
Vitaminen- en mineralencomplex
Koolydraatverslaving
Mucuna Pruriens, L-tyrosine, L- tryprofaan, valeriaan, passiebloem, B-vitaminen, chroom, magnesium en zink
Verminderd verzadigingsgevoel
Lijnzaad, psylliumzaad, vezels, vitamine D
Verminderde verbranding
Garcinia Gambogia, groene thee-extract
In de praktijk Een goede anamnese legt de basis voor een effectief behandelplan. Wees daarbij alert op onderliggende verstoringen. Maak eventueel gebruik van aanvullende onderzoeken zoals speeksel- en bloedonderzoek. Begin het behandelplan met het optimaliseren van de stoelgang en een milde lichaamsreiniging. Een milde lichaamsreiniging vindt reeds plaats door een voeding vrij van allergenen (vaak zuivel en gluten) en leverondersteunende voedingsmiddelen. Stel vervolgens een individueel programma op van voeding, beweging en voedingssupplementen.
24
Meer informatie • Het boek ‘bewust op je gewicht’, Brigit de Greve, Sabine Martens, Christel Stevens • Het boek ‘Slim op je gewicht’, Cora De Fluijter Ing. Christel Stevens diëtist en orthomoleculair voedingsconsulent. www.bewustopjegewicht.be en www.avita.be Referenties 1. The TSH Reference Range Wars: What’s “Normal?”, Who is Wrong, Who is Right... And What Does It All Mean For You and Your Health? http://thyroid.about.com/od/ gettestedanddiagnosed/a/tshtestwars_2.htm 2. Boek: Dr. Broda Barnes Hypothyroïdism: the unexpected Illness
Orthofyto
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
®
ORTHO trends ORTHOTRENDS wordt samengesteld uit de wetenschappelijke literatuur en de actualiteit en voorzien van orthomoleculaire commentaren, toelichtingen, adviezen en info.
ORTHOTRENDS wordt samengesteld door Orth. Biochemicus Walter OM Faché, Apotheker Pascale Van den Heede
Energie
Thermogeen supplement verhoogt rustenergie...............26 Depressie
L -acetylcarnitine net zo effectief als fluoxetine bij dysthymie................................................................................26 Cardiovasculair
Hoge anthocyaan inname is geassocieerd met een verlaagd risico op een myocardinfarct bij jonge en vrouwen van middelbare leeftijd........................................27 Darmontsteking
Thiamine en vermoeidheid bij colitis ulcerosa en ziekte van Crohn...............................................................................27 Overgewicht/Diabetes
Gunstig effect van knoflook bij patiënten met diabetes type-2 en obesitas..................................................................28 Kanker
Jaarboeken te bestellen bij Publimedia FIOW.
[email protected]
Crucifere groenten en het risico op blaaskanker............29 Verband consumptie lijnzaad en borstkanker.................29
Jaarboek 2011 verschijnt binnenkort
Producten met bovenstaand kwaliteitslabel voldoen aan alle orthomoleculaire eigenschappen en eisen, vastgelegd in het kwaliteitslogboek FIOW. De orthoceutische firmaraad groeit stilaan uit tot een wetenschappelijke orthoceutische farmaca, zonder schadelijke bijwerkingen.
ORTHO
25
Orthomoleculaire trends Energie
Thermogeen supplement verhoogt rustenergie
Een voedingssupplement met cafeïne, carnitine, extract van groene thee en yerba mate verhoogt de rustenergie bij 12 vrijwilligers. Referentie: Outlaw J, Wilborn C et al. Effects of ingestion of a commercially available thermogenic dietary supplement on resting energy expenditure, mood state and cardiovascular measures. J Int Soc Sports Nutr. 2013 Apr 30;10(1):25
Depressie
Referentie: Bersani G, Meco G, Denaro A, et al. l-Acetylcarnitine in dysthymic disorder in elderly patients: A double-blind, multicenter, controlled randomized study vs. fluoxetine. Eur Neuropsychopharmacol. 2013 Feb 18. pii: S0924-977X(12)00325-2. doi: 10.1016/j. euroneuro.2012.11.013
26
Aan het gebruik van dit supplement waren geen bijwerkingen verbonden, zoals verhoging van bloeddruk, hartritme, angst en stemmingswisselingen.
Positief was dat vermoeidheid daalde en de alertheid toenam. Het supplement zou de warmteproductie in het lichaam aanwakkeren, vandaar dat de producenten van het supplement spreken van een ‘thermogeen voedingssupplement’.
L -acetylcarnitine net zo effectief als fluoxetine bij dysthymie Dysthymie is een psychische aandoening die zich kenmerkt door een constante depressieve stemming. Tachtig oudere patiënten met de diagnose dysthymie (DSM IV) werden in twee groepen verdeeld. De deelnemers in groep A kregen L-acetylcarnitine (LAC), 3 g/d, plus een placebo en de deelnemers in groep B kregen fluoxetine, 20 mg/d, plus een placebo. Fluoxetine is een antidepressivum die de heropname van serotonine in het neuron remt. Gedurende de zeven weken die het onderzoek duurde, werden zes maal psychometrische testen afgenomen. De deelnemers
ORTHO trends
®
in groep A (LAC-groep) vertoonden een significante verbetering op de volgende testen: Hamilton Rating Scale for Depression, Hamilton Rating Scale for Anxiety, Beck Depression Inventory en de Toulouse-Pieron Attention Test. Beide groepen vertoonden een gelijke klinische progressie. Het resultaat van een behandeling met LAC of fluoxetine was equivalent. Er was wel een verschil in latentietijd; één week voor LAC en twee weken voor fluoxetine. Dit suggereert een verschillend werkingsmechanisme op de neuronale activiteit.
Orthomoleculaire trends Cardiovasculair
Hoge anthocyaan inname is geassocieerd met een verlaagd risico op een myocardinfarct bij jonge en vrouwen van middelbare leeftijd Onze huidige kennis van beïnvloedbare risicofactoren om myocardinfarct (MI) bij jonge en vrouwen van middelbare leeftijd te voorkomen is beperkt en het effect van een dieet is grotendeels onbekend. In kortlopende studies zien we dat flavonoïden die worden opgenomen via de voeding mogelijke gunstige effecten uitoefenen op de functie van het endotheel, maar de relatie tussen de inname van flavonoïden en het risico van myocardinfarct bij vrouwen is onbekend. 93 600 gezonde vrouwen tussen 25 en 42 jaar oud, uit de Nurses ‘Health Study (NHS) II werden opgevolgd om de relatie tussen de inname van anthocyanen en andere flavonoïden en het risico van myocardinfarct te onderzoeken. Gedurende de 18 jaar followup, werden 405 gevallen van myocardinfarct gemeld.
Een inverse associatie tussen hogere inname van anthocyanen en risico van myocardinfartct werd waargenomen Bij een gecombineerde inname van twee anthocyaan-rijke voedingsmiddelen, bosbessen en aardbeien, zag men een verminderd risico van myocardinfarct. Inname van andere flavonoïde subklassen waren niet significant geassocieerd met myocardinfarct risico. Besluit Een hoge inname van anthocyanen kan het risico op myocardInfarct verminderen bij overwegend jonge vrouwen. Interventiestudies zijn nodig om het gezondheidseffect te bestuderen bij het verhogen van de inname van anthocyaanrijke voedingsmiddelen.
Darmontsteking
Thiamine en vermoeidheid bij colitis ulcerosa en ziekte van Crohn Deze studie werd opgezet om aan te tonen dat vermoeidheid en andere aandoeningen die verband houden, zoals colitis ulcerosa en de ziekte van Crohn, de manifestatie zijn van een intracellulaire lichte thiamine deficiëntie, die niet veroorzaakt wordt door malabsorptie of vergrote eisen of voedingsfactoren. De vraag is of vermoeidheid kan genezen worden met hoge dosissen thiamine, oraal of parenteraal toegediend.
Referentie: Vakgroep Voeding, Norwich Medical School, Universiteit van East Anglia, Norwich, UK.Circulatie. 2013 15 januari; 127 (2):188-96. doi: 10.1161/CIRCULATIONAHA.112.122408.
heidssyndroom en thiamine en thiaminepyrofosfaat in het bloed werden gemeten 20 dagen na het begin van de therapie. Tien patiënten van de twaalf toonde complete regressie van vermoeidheid, terwijl de overige twee patiënten vrijwel volledige regressie van vermoeidheid vertoonden in vergelijking met de schaalscores van het chronisch vermoeidheidssyndroom vóór therapie.
Onder hoofdredactie Walter O.M. Faché
DE ZIEKTE VAN CROHN
Onderliggende pathologieën van inflammatoire darmaandoeningen opsporen en behandelen Crohn onder controle houden met een orthomoleculair voedings- en suppletieplan Walter O.M. Faché en Hilde Maris
MONOGRAFIEËN NUTRICEUTICA ©Faché Instituut Orthomoleculaire Wetenschappen FIOW Publi Media, Laarne België
In deze pilot studie werd vermoeidheid behandeld bij acht patiënten met colitis ulcerosa en vier patiënten die getroffen zijn door de ziekte van Crohn. Vermoeidheid werd gemeten met behulp van de schaal van het chronisch vermoeidheidssyndroom en de bepaling van thiamine en thiaminepyrofosfaat niveaus in het bloed door middel van bloedonderzoek. De niveaus van thiamine en thiaminepyrofosfaat in het bloed waren normaal. Alle patiënten kregen hoge dosissen thiamine oraal. Afhankelijk van het lichaamsgewicht van elke patiënt varieerde de dosering van 600 mg / dag (60 kg) tot 1500 mg / dag (90 kg). De omvang van het chronisch vermoeid-
Besluit Aangezien er geen thiaminedeficiëntie in het bloed aanwezig was en hoge dosissen orale thiamine heel doeltreffend werkten tegen vermoeidheid bij de patiënten kunnen we aannemen dat vermoeidheid de manifestatie is van een thiamine deficiëntie waarschijnlijk door een disfunctie van het actieve transport van thiamine in de cellen, of door enzymatische structurele abnormaliteiten. De toediening van grote hoeveelheden thiamine verhoogt de concentratie in het bloed tot een niveau waarbij het passieve transport de normale glucose metabolisme in alle cellen herstelt en leidt tot een volledige regressie van vermoeidheid.
®
ORTHO trends
MN 95: de ziekte van Crohn Bestellen:
[email protected]
Referentie: Een open-label Pilot Study. J Altern Complement Med. 2013 4 februari; Ministerie van Neurologische Revalidatie, Villa Immacolata, Viterbo, Italië.
27
Orthomoleculaire trends Overgewicht Diabetes
Gunstig effect van knoflook bij patiënten met diabetes type-2 en obesitas Een groep van zestig patiënten met type-2 diabetes en obesitas werd in twee groepen van dertig personen verdeeld. Elke groep bevatte zowel mannen als vrouwen. De deelnemers in groep I kregen metformine (een oraal bloedglucoseverlagend geneesmiddel) en de deelnemers in groep II kregen zowel metformine als knoflookcapsules (Allium sativum), 250 mg/d, twee maal daags. De patiënten werden twaalf weken gevolgd, waarbij om de twee weken de nuchtere en de postprandiale (na de maaltijd) bloedglucosespiegel gemeten werd. Aan het begin van het onderzoek en na twaalf weken werden ook het geglycosyleerde hemoglobine (HbA1c), de adenosine deaminase concentratie in het serum en lipidenprofiel (totaal cholesterol, HDL-cholesterol, triglyceriden en LDL-cholesterol) gemeten. Na twaalf weken bleek dat bij inname van zowel metformine alleen als bij metformine plus knoflook de nuchtere en de postprandiale bloedglucosespiegel significant daalde, waarbij de daling sterker was door toevoeging van knoflook. De verbetering van het lipidenprofiel, dat wil zeggen daling van het totaal cholesterol, triglyceriden en LDL-cholesterol en stijging van het HDL-cholesterol, was ook sterker bij de deelnemers die metformine plus knoflook kregen. Hetzelfde gold voor de daling van de C-reactive proteine (CRP) en afname van de activiteit van het enzym adenosine deaminase (ADA). De veranderingen van HbA1c waren niet significant.
MN 8: overgewicht met natuurlijke middelen voorkomen en behandelen. MN 9: diabetes orthomoleculair behandelen. Bestellen:
[email protected]
De onderzoekers concluderen dat knoflook een zinvolle aanvulling op de behandeling van diabetes kan zijn. Behalve de antihyperglykemische en lipidenverlagende werking was een bijkomend voordeel dat door knoflooksuppletie CRP en ADA in het serum extra daalde. Dit suggereert dat knoflook een rol kan spelen bij een goede glykemische controle en de preventie van diabetescomplicaties op de lange termijn.
Referentie: Kumar R, Chhatwal S, Arora S, et al. Antihyperglycemic, antihyperlipidemic, anti-inflammatory and adenosine deaminase- lowering effects of garlic in patients with type 2 diabetes mellitus with obesity. Diabetes Metab Syndr Obes. 2013;6:49-56. doi: 10.2147/DMSO.S38888.
28
ORTHO trends
®
Orthomoleculaire trends Kanker
Crucifere groenten en het risico op blaaskanker
MN 111: een nieuwe doorbraak in de preventie en behandeling van kanker. Bestellen:
[email protected]
Tot de crucifere of kruisbloemige groenten behoren ondermeer broccoli, kool, radijs, spruitjes en waterkers. Resultaten van verschillende in vitro en in vivo studies suggereren een verband tussen de consumptie van crucifere groenten en een daling van het risico op blaaskanker. Resultaten uit epidemiologische onderzoeken zijn echter inconsistent. In deze meta-analyse werden onderzoeken verzameld om het verband tussen de consumptie van crucifere groenten en het risico op blaaskanker nader te bestuderen. Er werden vijf cohortstudies en vijf casuscontrole onderzoeken met een betrouwbaarheidsinterval van 95% geselecteerd. De onderzoekers vonden een significant verband tussen de totale inname van crucifere groenten en de afname van het risico op blaaskan-
ker. Hetzelfde verband werd gevonden in de subgroep casus-controle onderzoeken, maar niet in de cohortstudies. Hoewel de resultaten de beschermende rol van crucifere groenten op blaaskanker bevestigen, is meer onderzoek nodig vanwege het beperkte aantal studies in deze metaanalyse.
Referentie: Liu B, Mao Q, Lin Y, et al. The association of cruciferous vegetables intake and risk of bladder cancer: a meta-analysis. World J Urol. 2013 Feb;31(1):127-33. doi: 10.1007/s00345012-0850-0.
Kanker
Verband consumptie lijnzaad en borstkanker Doel van deze studie was te bestuderen of er een verband was tussen de consumptie van lijnzaad, de rijkste bron van lignanen en het risico op borstkanker. Lignanen komen ondermeer voor in zaden en peulvruchten en worden onder invloed van bacteriën in de dikke darm omgezet in enterodiol en enterolacton. Diverse studieresultaten laten een beschermend effect van lignanen tegen bepaalde vormen van kanker zien. Door middel van een vragenlijst werd van 2.999 vrouwen met borstkanker en van 3.370 gezonde vrouwen die als controlepersonen dienden, informatie verkregen over
hoe vaak ze lijnzaad of lijnzaadbrood (flax bread) consumeerden. De vrouwen in de controlegroep hadden deelgenomen aan de Ontario Women’s Diet and Health Study (2002-2003). Er werd rekening gehouden met verstoring door bekende en vermoedelijke risicofactoren voor borstkanker en met voedingsfactoren. Lijnzaad of lijnzaadbrood werd door 21% van de deelnemers in de controlegroep minstens wekelijks geconsumeerd. Na logistische regressie bleek dat consumptie van lijnzaad of lijnzaadbrood samenhing met een significante afname van het risico op borstkanker.
®
ORTHO trends
Referentie: Lowcock EC, Cotterchio M, Boucher BA. Consumption of flaxseed, a rich source of lignans, is associated with reduced breast cancer risk. Cancer Causes Control. 2013 Jan 25. PMID: 23354422
29
Uit de orthomoleculaire praktijk
Brigit de Greve
De emotionele aspecten van afslanken
A
fvallen is één van de meest gestelde en tegelijkertijd helaas ook één van de minst behaalde doelen. Het besluit om meer te bewegen en gezonder te gaan eten, neem je rationeel. Voor sommigen werkt dit inderdaad prima. De meesten slagen echter niet, ondanks het grote verlangen en de wil om anders te gaan eten en af te vallen. Het lijkt wel of iedere poging keer op keer door een ongrijpbare kracht ondermijnd wordt. We denken allemaal graag dat onze beslissingen gebaseerd zijn op rationele gronden en dat we verstandige, nuchtere wezens zijn. Emoties spelen echter bij alles een primaire rol en bepalen voor een (groot) deel welke actie er genomen wordt. Het goed omgaan met emoties, is ook bij afslanken de bepalende factor voor succes of falen.
Onderscheid tussen fysieke honger en emotioneel eten Een natuurlijk eetpatroon is één van de fundamenten voor een duurzaam en gezond gewichtsverlies. Natuurlijk eten betekent dingen eten die goed voor je zijn; anders gezegd een juiste hoeveelheid voeding eten die bij je constitutie past. Dit impliceert bijvoorbeeld dat je alleen eet bij fysieke honger. Hiervoor moet je het onderscheid kunnen maken tussen fysieke honger en “zin” in eten. Als je honger of zin voelt, heb je behoefte
30
aan iets. Naast voeding kan dat verschillende andere dingen zijn. Elke (emotionele) behoefte die niet bewust gemaakt wordt, kan door het bodymind-systeem omgezet worden in drang naar eten of hongergevoel. Deze behoeften kunnen zowel fysiek, mentaal, emotioneel, energetisch of spiritueel van karakter zijn. Fysieke honger wordt geleidelijk groter. Emotionele honger komt plotseling en gaat gepaard met een gevoel van onrust of spanning die meestal niet bewust waargenomen
Orthofyto
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
®
wordt. Er kan ook een tijdsverloop zijn tussen de zin in eten en de situatie die aan de oorsprong ligt van de emotie. Hier wringt de schoen! Meestal kijken we niet verder dan de zin in eten; de onderliggende emoties blijven verborgen. Eten kan een strategie zijn om vervelende gevoelens te onderdrukken.
Bewustwording van eetgedrag Wanneer een bepaald voedingsmiddel of combinatie vaak terugkomt bij een
Uit de orthomoleculaire praktijk
Brigit de Greve
bepaalde situatie, kan dit een aanwijzing zijn voor een onderliggende behoefte. Een voorbeeld uit de praktijk: iemand at altijd een grote hoeveelheid kaas op momenten dat hij thuis kwam van zijn werk. De persoon had een bepaald gevoel in zijn kindertijd gelinkt aan kaas. Door energetische lichaamstechnieken zoals EFT (emotional freedom technique) of kinesiologie was de behoefte makkelijk te achterhalen. In dit geval was de kaas gelinkt aan de gezelligheid van de familievakanties, waar kaas een belangrijk bestanddeel was van de maaltijden. De kaas was een substituut om de gezellige sfeer op te roepen die er niet was wanneer de persoon thuis kwam van zijn werk. Deze bewustwording van de eigenlijke behoefte, in combinatie met EFT heeft ervoor gezorgd dat de overdreven drang naar kaas verdween.
Een kwestie van training en aandacht Als eten gebruikt wordt om bepaalde gevoelens te verdoven, is het bewust worden van de spanningen in het lichaam een eerste stap naar het bewust worden van automatisch emotioneeleetgedrag. Dit is een kwestie van training en aandacht. Het is een goed begin om gedurende de dag regelmatig stil te staan bij je innerlijke barometer. Ben je ontspannen of gespannen? Bij spanning kun je door je aandacht te richten op de ademhaling, heel direct rust brengen in het lichaamssysteem. Er zijn ontelbaar veel manieren om dit te doen. Hierbij een eenvoudige oefening. Benoem eerst hoe je je voelt: boos, gefrustreerd, angstig, opgejaagd,… Adem vervolgens bewust en vertraagd; 5 tellen in en 5 tellen uit en visualiseer een beeld uit de natuur. Dit kan zelfs na één minuut al soelaas brengen. Je gaat terug naar je gevoel. Zolang er nog emotionele lading is, adem je verder totdat alle lading verdwenen is. Wanneer je dit systematisch doet, op regelmatige tijdstippen gedurende de dag, dan gaat het algehele stressniveau omlaag. Hierdoor zullen er minder triggers zijn tot emotioneel eten. Het is ook een goed idee om bij iedere gedachte aan eten een ademhalingsoefening te doen. Deze simpele oefening kan overal toegepast worden en vraagt geen onderbreking van de activiteiten. Zoals eerder gezegd is de link tussen eten en emoties niet altijd duidelijk
omdat het eetgedrag niet altijd in de tijd gelinkt is aan de emotie. Iemand heeft iets gezegd wat de bewuste geest als onbeduidend wegveegt maar onbewust is er een snaar geraakt. Er ontstaat bijvoorbeeld boosheid. Het niet bewust beleven van deze boosheid maakt dat ze wordt vastgehouden. Dit kan op een later tijdstip aanleiding geven tot emotioneel eten. Het bewust worden van de boodschappen van het lichaam en/of gedachten die gepaard gaan met de situatie, geeft de mogelijkheid om op een adequate manier met de emotie om te gaan, in plaats van te gaan eten.
Cognitieve versus instinctieve emoties Uiteraard hoeft niet elke emotie te leiden tot eten of zin in eten. Om te beginnen moeten we een onderscheid maken tussen cognitieve en instinctieve emoties. De cognitieve emoties hebben te maken met wat er zich in het hier en nu afspeelt. Je bent je bewust van deze emoties. Je bent kwaad, verdrietig, angstig, vreugdevol… Het voelen heeft geen al te grote impact op je eetpatroon en gewicht. Tenminste als de beleving van de emoties van korte duur is en ze vervolgens losgelaten worden. Instinctieve emoties zijn emoties die te maken hebben met oude overlevingspatronen. Deze emoties kunnen wel degelijk een effect hebben op je eetpatroon en zelfs op je vetverbranding. Dit soort emoties brengt pijnlijke en/of bedreigende emotionele herinneringen naar boven en koppelt ze aan een huidige situatie. Ze hebben weinig te maken met het hier en nu. Deze emoties brengen een stressreactie teweeg en het bewustzijn bevindt zich nog op overlevingsniveau. Op dat moment is er van rationeel handelen of beslissen vrijwel geen sprake. Het primaire reptielenbrein (o.a. amygdala) is dan voornamelijk actief. Je herkent een instinctieve emotie aan het feit dat iemand overreageert op een situatie en vast komt te zitten in deze emotie. Het gevoel kan dagen of zelfs wekenlang blijven hangen zonder dat de persoon eigenlijk weet of begrijpt waar dit gevoel vandaan komt. De persoon is zich zelfs niet bewust van het feit dat hij in de emotie vast zit. Deze emoties hebben te maken met primaire overlevingsmechanismen; doodsangst, vechten, vluchten, voortplanting of eten.
Wanneer het overlevingsinstinct geactiveerd wordt dan ligt de focus op comfort en veiligheid. De hogere denkprocessen en de ratio (o.a. gezeteld in neocortex) zijn ondergeschikt aan alles wat het overleven ten goede komt. Het reptielenbrein gaat onder andere op zoek naar materiële zaken en/of voeding omdat dit de kansen tot overleving vergroot. Het eten van calorierijke voeding wordt door het reptielenbrein gepercipieerd als zijnde goed voor je overleving. Het beloont je door de aanmaak van neurotransmitters die je een goed gevoel geven zoals dopamine, endorfine en serotonine. Het reptielenbrein houdt geen rekening met de neveneffecten zoals overgewicht, gezondheidsproblemen en schuldgevoelens. Bovendien heeft dit beloningsstelsel nog een andere negatieve kant: je hebt steeds meer calorierijk voedsel nodig voor hetzelfde gevoel. Hierdoor kom je in een patroon terecht van sterk fluctuerende gehaltes van neurotransmitters. Bij elke laagte is er een grote behoefte aan een suikerrijk-, koolhydraatrijk of vetrijk voedingsmiddel. Na consumptie geeft dit een kortstondige stijging en voldaan gevoel.
Het doorbreken van de vicieuze cirkel De vicieuze cirkel wordt niet doorbroken door alleen het voedingspatroon te veranderen. Voeding heeft een kalmerende en verdovende rol bij instinctieve emoties. Door te eten, wordt de emotie en de onderliggende behoefte verdoofd die niet gevoeld kan, wil of mag worden. Het stoppen met het verdoven van deze behoeften en emoties kan angsten en zelfs paniek geven. Wanneer er geen aandacht geschonken wordt aan deze onderliggende emoties, is de slagingskans nihil van de gewenste verandering van eetpatroon. De eerste stap in de verandering is bewustwording van de mechanismes die aanzetten tot eten. Het eetgedrag is op stressmomenten automatisch en ongecontroleerd. De persoon die graag iets aan zijn eetpatroon wil veranderen, kan gedurende een aantal weken zijn eetpatroon observeren en noteren welke situaties leiden tot welke gevoelens en gedachten en tot welk eetpatroon. Hierdoor wordt de persoon zich bewust over de relatie tussen zijn emoties,
Orthofyto
31 ®
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
Uit de orthomoleculaire praktijk gedachten en eetgedrag. In een volgende fase oefent de persoon om spanningen, emoties en stress aan te pakken met bijvoorbeeld ademhalings- of relaxatieoefeningen of meditatie. De aandacht wordt gericht naar de stress en niet naar het eten. Het reptielenbrein en het limbisch systeem verliezen zo hun greep en patronen kunnen worden doorbroken. Het is erg belangrijk dit heel consequent en dagelijks te doen. Alleen door voldoende herhaling, worden nieuwe gewoonten geautomatiseerd.
Ademhaling bepaalt prana, Chi of Qi Voeding is bedoeld als brandstof voor het in stand houden van fysische en chemische processen zoals de ademhaling,
Brigit de Greve
temperatuurregulatie, spijsvertering en energievoorziening voor de spieren om fysiek dingen te kunnen doen. Daarnaast heeft ieder mens ook een andere soort energie nodig om mens te kunnen zijn in al zijn schoonheid en facetten. Deze energie is niet goed in een waarde uit te drukken. Ze is overal in aanwezig. De oude Indische geneeskunst noemt het prana, de Chinezen noemen dit Chi of Qi. Deze energie is ook aanwezig in emoties en gedachten. Hoe meer energie of prana je binnenkrijgt uit andere bronnen, hoe minder je afhankelijk bent van voeding en hoe gezonder en vitaler je wordt. De ademhaling is één van de belangrijkste bronnen van prana. De ademhaling staat rechtstreeks in verband met gedachten en emoties, maar ook met je stofwisseling. Bij emoties en
stress wordt de ademhaling oppervlakkiger en sneller. Volgens Koen de Jong en Bram Bakker in het boek “Verademing”, ademen mensen met overgewicht vrijwel zonder uitzondering te snel. Bij continu te snel ademen, wordt afvallen bemoeilijkt. De oorzaak ligt volgens hen mede in het feit dat bij een snelle ademhaling voornamelijk suikers worden verbrand, geen vetten. Hierdoor wordt de stofwisseling vertraagd. Een diepe en rustige ademhaling is één van de makkelijkste en meest veelzijdige ondersteuning voor het bereiken en behouden van een gezond gewicht. Meer informatie: Koen de Jong en Bram Bakker Het boek “Verademing” jaartal 2009- ISBN: 9789049960100
UDO’S CHOICE ULTIMATE OIL BLEND BEVAT OMEGA-3 EN OMEGA-6 DIE BIJDRAGEN
UDO’S CHOICE®
ULTIMATE OIL BLEND
TOT DE INSTANDHOUDING VAN NORMALE CHOLESTEROLGEHALTEN IN HET BLOED. DIT GELDT BIJ EEN DAGELIJKSE INNAME VAN MINIMAAL 2 G OMEGA-3, OF 10 G OMEGA-6.
Al jaren een bewuste keuze voor gans de familie Wat maakt Udo’s Choice Ultimate Oil Blend® zo uniek? Udo’s Choice Ultimate Oil Blend is een combinatie van verse en ongeraffineerde biologische oliën zoals: lijnzaad-, zonnebloem- en sesamolie. Ze zijn zodanig bereid tot de speciale verhouding van de omega-3, omega-6 en omega-9 vetzuren werd verkregen. De olie werd mechanisch geperst bij een lage temperatuur in een ultramoderne, licht- en zuurstofvrije omgeving. Deze methode werd speciaal door Udo Erasmus ontworpen om de stabiliteit en de voedingswaarde van het product te maximaliseren. Bovendien bevat Udo’s Choice Ultimate Oil blend ook ‘secundaire’ ingrediënten zoals: teunisbloemolie, olie uit havervlokken en rijstkorrels, lecithine en triglyceriden met middellange ketens en vitamine E. Vitamine E draagt bij tot de bescherming van cellen tegen oxidatieve stress. In tegenstelling tot vele andere oliën is Ultimate Oil Blend verpakt in ecologisch, niet-reactief, amberkleurig glas met een versheidsdatum. En ten slotte smaakt het heerlijk! Een uniek oliemengsel met veel waardevolle eigenschappen.
ADVERTENTIE OJIBWA
voor meer info over Ultimate Oil Blend®
OjIbwa | De roeck your health, our mission
VERKRIJGBAAR IN DE BETERE NATUURVOEDINGSWINKEL OF APOTHEEK
OJ-adv 186 x 130def_2013.indd 1
32
correct en ecologisch verpakt in niet-reactief, amberkleurig glas en eromheen een lichtwerende kartonnen doos
+32 (0)52 48 43 00 www.gezondevetten.be
15/01/13 09:36
Orthofyto
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
®
Hoofdartikel Fyto
Philippe Gérard
Geneeskrachtige planten bij obesitas Afslanken met kruiden
O
besitas is een groot probleem in de westerse wereld. Voor de cliënt veroorzaakt overgewicht veelal een scala aan sociale en psychologische problemen zoals verminderde mobiliteit, verhoogd risico op ongevallen op het werk en thuis, verminderde mogelijkheid om deel te nemen aan activiteiten en bijvoorbeeld inkomensverlies. Ook fysiek veroorzaakt obesitas veel gezondheidsproblemen zoals cardiovasculaire ziekten (o.a. hartaanval), diabetes, hyperlipidemie, osteo-artritis, depressie en onvruchtbaarheid. Bij het corrigeren van overgewicht kunnen bepaalde geneeskrachtige planten nuttig zijn. Deze planten zijn gericht op de eliminatie van toxines en vetstoffen, de controle op het koolhydratenmetabolisme (suikerhuishouding) en de regulatie van de waterhuishouding (diurese).
Controle over het vet- en suikermetabolisme: Garcinia Langs de westkust van Zuid India wordt Garcinia cambogia gekweekt. Deze plant levert vruchten die traditioneel in de oosterse keuken worden gebruikt. Garcinia bevat hydroxycitroenzuur (HCA, hydroxy citric acid), een inhoudsstof met grote mogelijkheden in de strijd tegen obesitas. De vrucht van Garcinia cambogia heeft de grootte van een sinaasappel, doch lijkt meer op een gele of rode pruim. De kleur varieert van streek tot streek. De schil ervan wordt gedroogd en verkleurd tot donkerbruin. Garcinia cambogia is één van de rijkste bronnen van HCA: 10-30% van de gedroogde of vrucht. Het zuur komt voor als lacton en niet of nauwelijks als vrij zuur [1,2]. Bezien vanuit de Ayurveda verbeteren zure smaken de spijsvertering. Garcinia cambogia wordt in de voeding toegevoegd als gal- en levermiddel. Vruchtextracten worden ook als tonica ingenomen en zelfs als hartondersteuning ingezet. Garcinia cambogia bezit geen toxiciteit, noch acuut, noch chronisch.
Deze vrucht wordt al eeuwenlang gebruikt in de kuststreken van Zuid Azië. Ook vandaag de dag nog wordt ze gebruikt in de voeding en als tonicum. HCA heeft vijf belangrijke werkingsgebieden, die stuk voor stuk nuttig zijn bij obesitas. HCA is vooral effectief bij obesitas als gevolg van een overconsumptie van suikers of zoetigheden. HCA blokkeert de omzetting van suiker tot vet[3].
Daarnaast vermindert HCA de productie van cholesterol en vetzuren, specifiek LDL en triglyceriden [4]. Experimentele studies tonen aan dat HCA de energievoorraden vergroot. Preklinische en klinische onderzoeksgegevens tonen verder aan dat HCA de eetlust onderdrukt en daardoor de voedselinname vermindert. HCA heeft tenslotte invloed op de thermogenesis:
Fig 1: de Garciniavrucht. Bron afbeelding: indo-world.com, sabinsa.com
Maatstaf voor overgewicht: BMI De Body Mass Index (BMI) is een maatstaf om te bepalen of het gewicht gezond is in verhouding met lengte, leeftijd en geslacht. Door het gewicht te delen door het kwadraat van de lengte (in meters), verkrijg je de BMI-waarde. Een gezonde BMI van een volwassene van middelbare leeftijd bevindt zich tussen 18.50 en 25.00. Minder dan 18,5 duidt op ondergewicht, een BMI-waarde groter dan 25 op overgewicht. Bij een BMI-waarde vanaf 30 is er sprake van zwaar overgewicht of obesitas.
Orthofyto
33 ®
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
Hoofdartikel Fyto
Philippe Gérard
het verhoogt de energieproductie en dus het verbranden van calorieën HCA werkt niet in op het centraal zenuwstelsel en is geen stimulans. Daardoor verstoort het de slaap niet en veroorzaakt het geen veranderingen in de hartslag of in de bloeddruk. Aan de dosering die de eetlust onderdrukt, zijn geen neveneffecten, zoals bewezen door de University of Arizona in South Carolina [5]. Het gevolg van HCA-suppletie is een verminderde voedselopname, een gewichtsvermindering en een verhoogde energieproductie. Garcinia kan zonder gevaar gecombineerd worden met andere voedingssupplementen of kruiden om zijn effecten verder te verhogen. De Garciniavrucht ondersteunt bij het veranderen van eetgewoonten, specifiek de suiker- en vetconsumptie.
Garcinia in de strijd tegen vet Garcinia cambogia vermindert de vetsynthese, inclusief triglyceriden, LDL-cholesterol. Er is een verhoogde productie van glycogeen en een vermindering van de eetlust. Daarbij wordt geen tolerantie vastgesteld, noch een “jojo”-gewichtstoename na het stopzetten van de kuur. Supplementen die de insulinewerking ondersteunen, zullen ook de werking van HCA ondersteunen. Bijvoorbeeld chroom werkt op die manier. Ook mangaan, vitamine B6, het kruid Gymnema
sylvestris, bittermeloen, kruidnagel en curcuma werken op die manier. Tenslotte spelen ook magnesium, kalium, zink, vitamine B12 en foliumzuur een positieve rol.
Controle over de eetlust Vele gommen en slijmstoffen hebben als krachtige zwelmiddelen furore gemaakt als eetlustremmers. Eetlustremmers zwellen immers op in de maag en geven een gevoel van verzadiging. Dit geeft een biofeedback-reflex naar het hongercentrum in de hersenen waardoor de eetlust geremd wordt. Eetlustremmers kunnen reeds in de slokdarm zwellen en daar, vanwege de enorme kleverigheid, zelfs een obstructie veroorzaken. Vanwege deze nadelen is men de laatste jaren tot de conclusie gekomen dat de nadelen niet opwegen tegen de gunstige effecten. Voorbeelden zijn: • Glucomannaan: een gompoeder afkomstig uit de Amorphophallus Rivieri Durieus var. Konjac of kortweg ‘Konjac’ genoemd. Glucomannaan wordt als capsules of maaltijdsvervangend poeder bij vermageringsdiëten aangeboden. • Xanthaan: een gompoeder dat wordt verkregen door fermentatie van de koolhydraten van maïs met Xanthomonas campestris. Dit gompoeder bevat glucose, mannose en glucuronzuur.
• Guar: een gompoeder afkomstig uit de Cyamopsis tetragonium (Papillionaceae). Guarbonen hebben een gelijkaardige, doch ietwat minder krachtige werking dan de beide voorgaande gommen. • Blaaswier: Fucus vesiculosus wordt ook wel zeewier genoemd. Het is een bruinwier, meestal geoogst in Bretagne en Ierland. Blaaswier bevat de slijmstof fucoïdaan. Verder bevat blaaswier veel jodium, dat via de activatie van de schildklier, het basaal metabolisme in ons lichaam activeert en zodoende vermagerend werkt.
Controle over de waterhuishouding Kruiden die de filterwerking van de nieren bevorderen, noemen we diuretica of waterafdrijvende kruiden. Deze kruiden gaan waterophoping tegen en verhelpen de opeenhoping in bepaalde weefsels, lichaamsdelen en zelfs uit bloed. Er zijn bijzonder veel diuretische kruiden. Bijna elke thee kan al als zodanig worden beschouwd, alleen al vanwege de werking van warm water. Berk: Betula alba (Betulaceae). Berkenbladeren bevatten saponinen, looistoffen, flavonoïden en een vlugolie. De berkenschors bevat daarbij nog de zogenoemde berkenkamfer, het betuline, dat een triterpenoïd is. Saponinen prikkelen het nierparenchym dat daardoor harder gaat werken. Berkensap begint te stromen vanaf eind februari en is een uitstekend diureticum. Kers of kriek: Prunus cerasus (Rosaceae). Het betreft de zure kers, waarvan men de vruchtsteeltjes gebruikt. Dit is gekend als kersensteeltjes of kriekensteeltjes. De zure kers bevat slijm- en looistoffen. De waterafdrijvende werking geeft een ontzwellend effect. Brandnetel: Urtica dioica (Urticaceae). Men gebruikt zowel de grote brandnetel (Urtica dioica) als de kleine brandnetel (Urtica urens). Het kruid ervan bevat mineralen, plantenzuren, looistoffen, vitaminen en enzymen. Dit diureticum kan als revitaliserende lentekuur worden gebruikt (tegen lentemoeheid, bloeddrukschommelingen, tekort aan vitaminen en mineralen).
Fig 2. Blaaswier (Fucus vesiculosus) werkt op twee manieren bij obesitas: door eetlustremming en door stimulatie van de schildklier waardoor de stofwisseling versnelt. bron: theseashore.org.uk
34
Orthofyto
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
®
Maïs: Zea mais (Graminae). Als diureticum gebruikt men de maïsbaarden, de draadvormige bloemrest bovenop de maïskolven. De inhoudsstoffen zijn zeer
Hoofdartikel Fyto
Philippe Gérard
Fig 3. Groene thee is één van de meest effectieve planten voor de eliminatie van vetten. Het ondersteunt de therapie bij obesitas op meerdere vlakken. Bron afbeelding: theeenkruiden.blogspot.com
menigvuldig en complex en bestaan onder andere uit etherische olie, gommen, harsen, bitterstoffen, alcoholische heterosiden, looistoffen, kaliumzouten en alkaloïden. De diuretische werking is zo sterk en algemeen, dat men van een volledige lichaamsdrainage kan spreken. Groene thee: Thea sinensis (Theaceae) of Camellia sinensis. Het betreft Chinese thee, groene thee, ceylonthee, zwarte thee en alle andere theesoorten. Thee bevat de alkaloïden coffeïne, theobromine en theofylline maar ook vlugolie, looistoffen en flavonoïden. Thee is zonder twijfel diuretisch, maar wegens de algeheel stimulerende werking van de alkaloïden zal het een drainagemiddel zijn bij obesitas veroorzaakt door vetovergerwicht. Verder zijn er nog enkele kruiden die gekend staan onder de algemene noemer van familiethee. Deze kruiden worden gebruikt als als lentekuurthee of verfrissende drainagekuur. Het zijn voornamelijk de bladeren van planten die vruchten leveren zoals de aardbei, de framboos, de braambes en de zwarte en ook de rode aalbes. De inhoudsstoffen zijn breed en veelzijdig. Voor wat betreft obesitas zijn vooral de antioxidatieve flavonoïden, de looistoffen, de plantenzuren en mineralen van belang.
Tot slot De basis van de therapie bij obesitas bestaat uiteraard uit juiste voeding en beweging.
Apotheker Philippe Gérard Primrose Academy www.primroseacademy.be
[email protected]
Daarnaast kan fytotherapie nuttig zijn. Een gulden regel is om tijdens een maaltijd de helft te eten van de hoeveelheid die men eigenlijk wilde eten. Als het ware te leren ‘met geringe honger van tafel te gaan’. Daarnaast is lichaamsbeweging een ‘must’. Fytotherapeutica kan worden ingezet om gericht de omzetting van koolhydraten naar vet, de eetlust en de waterhuishouding te beïnvloeden. Garcinia combogia biedt een mooie brede ondersteuning. Het blokkeert de omzetting van suiker naar vet, vermindert de productie van LDLcholesterol en triglyceriden, vermindert de eetlust en vergroot de energieverbranding. Meestal wordt garcinia gebruikt als plantextract in tabletvorm. De inname bedraagt normaal drie maal daags 1 tablet, ½ uur voor eten (van 250 mg extract per tablet). Naar gelang de situatie kunnen ook eetlustremmers in de vorm van gommen en slijmstoffen en diuretische kruiden worden ingezet. Waterafdrijvende kruiden, zoals berk en brandnetel, worden het beste als thee gedronken. Een dosering van één koffielepel kruidengrondstof op één liter water maakt een krachtige thee.
Referenties: 1. de Guzman CC en Siemonsma JS. Prosea: Plant Resources Of South-East Asia. Backhuys Publishers, Leiden, The Netherlands; 1999 2. Oyen, de Guzman CC, Siemonsma JS. et al. Prosea: Plant Resources Of South Easth Asia 19. Backhuys, Bogor, Indonesia; 1999 3. Pizzorno J en Murray M. Textbook of Natural Medicine. Churchill Livingstone Elsevier; 2006. 4. Kim KY, Lee HN, KimYJ, et al.. Garcinia cambogia extract ameliorates visceral adiposity in C57BL/6J mice fed on a high-fat dietBiosci. Biotechnol. Biochem 72, 1772-1780; 2008 5. Meskin, M.S., Bidlack, W.R., Davies, A.J, et al.. Phytochemicals: Mechanisms of Action. CRC Press, Boca Raton, USA; 2004 6. Cherniack EP. Potential applications for alternative medicine to treat obesity in an aging population. Altern. Med. Rev. 13, 34-42; 2008 7. Kempe C. Power-tees. Zuid Nederlandse Uitgeverij, Munchen; 2005 8. Eskin M. en Tamir S. Dictionary of Nutraceuticals and Funcional Foods. Taylor and Francis Group, Boca Raton, USA; 2006 9. BrunetonJ. Pharmacognosie. Lavoisier, Paris, France; 1993 10. Verhelst G. Groot Handboek Geneeskrachtige Planten. Mannavita; 2004. 11. Kemper F. ESCOP Monographs. ESCOP; 2003 12. Walsch P. PDR for Herbal Medicines. Thomson, Montvale, USA; 2000.
Orthofyto
35 ®
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
Medische orthofilosofie
Ingrid Hoet, Walter O.M. Faché
Over kleine goeroes en gewone mensen Deel 2
I
n deel 1 bakenden wij het onderzoeksterrein af hoe door familiale omstandigheden een echte groei naar volwassenheid en bewustwording mank loopt bij sommige kinderen en dit een vruchtbare voedingsbodem kan zijn voor het latere goeroeschap. Wij gaven een beschrijving van de kenmerken die sommige goeroes hebben en waar men kan op letten bij de beoordeling van de waarde van hun praktijksessies. Wij gingen na hoe deze misgroei in de persoonlijkheid zich kan ontwikkelen tot een latere goeroe en hoe dit kan worden vermeden. Al te veel mensen komen in de ban van dit soort spirituele meesters en worden hierdoor een echte degelijke therapie onthouden met alle gevolgen. Deze therapeuten zijn vaak intelligente mensen die door hun gebrek aan emotionele betrokkenheid en de afstand waarmee ze de klanten bekijken niet zelden hun zwakke punten vinden en hen ongemerkt manipuleren en hun wil opleggen. In deel 2 gaan wij in op het kunnen vaststellen van de kenmerken van de ongezonde persoonlijkheid van de goeroe. Zowel artsen, therapeuten als leraren in de breedste zin van het woord kunnen zich voordoen als gezonde of ongezonde goeroes!
Leer de kenmerken van de goeroepersoonlijkheid begrijpen (1) In deel 1 schetsten wij de omstandigheden hoe een foutieve persoonlijkheid van een goeroe zich goed bedoeld kan ontwikkelen. Wij geven nu de kenmerken aan hoe persoonlijkheid van een “ongezonde” goeroe (arts, therapeut of leraar) snel kan gescreend worden.
Ongezonde goeroes hebben een narcistisch wereldbeeld
Ongezonde goeroes hebben zonder meer een narcistisch wereldbeeld waarin het echte morele besef en het verantwoordelijkheidsgevoel ontbreekt. Zij beschouwen zichzelf als een doorgeefluik van het goddelijke waarmee zij in permanente eenheid leven.
Goeroes identificeren zich vaak alleen met het goede, het volmaakte, het alwetende.
Het is nuttig hier te verwijzen naar het schitterend en zeer verhelderend boekje van Guggenbühl ”Macht als gevaar in gezondheidszorg en welzijnswerk”(4), waarin de archetypische relatie tussen genezers allerhande (goeroes) en leerlingen en patiënten wordt verduidelijkt. • De relatie tussen genezer (goeroe) en de patiënt (klant) is diepgeworteld archetypisch, zodat vele mensen een gemakkelijk, automatisch en blind archetypisch vertrouwen stellen in hun genezer. Sinds het prilste bestaan van de mens waren er altijd gezonde en zieke mensen. Het opperhoofd van de aboriginals waren archetypische genezers van de stamleden. Grootmoeders drankjes of recepten worden heden nog
36
steeds gemakkelijk en toegepast om uit drempelvrees niet onder de scanner te moeten. • Archetypen zijn een aangeboren vorm van intuïtief gedrag, waarbij de mens voelt en handelt volgens een onbewust vastliggend geprogrammeerd basispatroon. Dit patroon is bij alle mensen gelijklopend en snel herkenbaar omdat het zich in de loop van de geschiedenis van de mens of nog eerder heeft ontwikkeld. Het is aldus begrijpelijk dat mensen dan ook archetypisch reageren op terugkerende situaties zoals de goeroe die je moet genezen. • Zieke noodlijdende mensen volgen dan gemakkelijk een archetypisch gedragspatroon naar hun “genezer” toe en omgekeerd. Er is niet enkel de zieke of de genezer, ze staan in onderlinge diepe binding en relatie met elkaar. In de relatie arts-zieke (leraar-leerling) zal het integrale archetype in werking treden. Wanneer extern bij een therapeut genezing wordt gezocht zal bij de zieke zijn innerlijke genezer in werking treedt. Deze innerlijke genezer ook soms zelfgenezende kracht genoemd is noodzakelijk voor een genezing of oplossing van de problemen. Het omgekeerde kan ook gezegd worden van de genezer. Waar hij optreedt naar de buitenwereld ten aanzien van de patiënt zal zijn archetypisch stuk van de innerlijke zieke in werking treden. Een goede genezer of therapeut moet om doeltreffend te kunnen genezen zowel de innerlijke genezer van de patiënt wekken als de eigen steeds aanwezige hulpbehoevendheid in het bewustzijn
Orthofyto
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
®
houden en doorleven. De ongezonde goeroe zal zich met slechts één polariteit van het archetype vereenzelvigen en het andere stuk, de zieke, de onwetende, de onbewuste in hem verdringen. Hij zal de overtuiging hebben dat ziekte, onwetendheid, crisis, onbewustheid niets met hem te maken hebben. Hij is de sterke therapeut, heler, coach. Alle andere eigenschappen van de ziekte, zelfgenezende kracht, verwondingen, enz betreffen enkel de patiënt.(4) Met deze instelling zal de goeroe nalaten om de “genezende” factor in de patiënt te stimuleren en hem in afhankelijkheid houden. In deze houding wordt het oorspronkelijke archetype gespleten en staat aan de ene kant de therapeut die sterk en alwetend is en aan de andere kant de zieke, zwakke onwetende patiënt.(4)
Hebben een ongezonde relatie met leerling-klant-patiënt
De ongezonde relatie tussen goeroe en klant kan enkel een machtsrelatie zijn tussen ongelijke individuen. Hoe meer macht in deze relatie verschijnt des te minder er sprake kan zijn van genezing in de ruimste zin van het woord. Een gezonde goeroe zal proberen om beide polen van het archetype bewust te ervaren en zal beseffen dat ziekte en gezondheid, goed en kwaad, steeds onafwendbaar beiden aanwezig zijn in hem zelf en zijn patiënt.
Goeroes laten zich graag idealiseren (4,5)
Goeroes worden geïdealiseerd en op zich is dit niet verkeerd. Het fenomeen van de overdracht waarbij de patiënt van
Medische orthofilosofie
Ingrid Hoet, Walter O.M. Faché
alles op de therapeut gaat projecteren is in de psychoanalyse genoegzaam bekend. In een gezonde setting kan dit de motor vormen van een gezonde therapie. Dit kan het zelfvertrouwen van de patiënt in eerste instantie versterken. Hij krijgt vertrouwen in de therapeut en methode. Als de therapeut vanuit zijn eigen wereldbeeld en gebrekkige ego vorming door zijn reacties de idealisering aanwakkert, kan dit leiden tot een al te grote afhankelijkheid. In een gezonde omgang tussen klant en goeroe moet terugname van de projectie en de idealisering een plaats krijgen. Tijdens het idealiseringsproces bouwt de klant eigenwaarde en innerlijke kracht op. Eenmaal dit proces voltooid is moet de goeroe de de-idealisering toelaten of hij remt het groeiproces van de leerling. In een ongezonde verhouding weigert hij dit wegens zijn narcistisch wereldbeeld. Een ongezonde goeroe neemt de projecties dankbaar in ontvangst of hij ontkent ze en geniet erin stilte van. Een historisch voorbeeld van een gezonde goeroe (leraar goeroe) was Socrates die zich zelf volkomen deidealiseerde. Hij was een goeroe die zijn leerlingen van uit niet-weten ging begeleiden en hij weigerde om te onderwijzen. Hij werkte met de techniek van vraag en antwoord en bracht geen kennis over in de gewone betekenis van het woord. Hij was erop gericht een proces van onzekerheid te ontketenen dat leidt tot zelfonderzoek. Deze goeroe zal geen massa mensen op de been brengen en hij zal de leerling evenmin zijn normen en antwoorden opdringen. De leerling dient zijn diepste mogelijkheden te verwezenlijken, zich zelf te worden. Hij bracht de leerlingen bij hun essentie en besefte zeer goed dat hij zelf ook leerling was op zoek naar wijsheid. Hij besefte over een niet algemene waarheid te beschikken en weigerde daarom ook te onderwijzen. Deze gezonde goeroe deed de leerling steeds opnieuw twijfelen ook aan de goeroe zelf. Door deze manier van handelen bracht hij de leerling bij zijn innerlijke bronnen, zijn essentie.
Goeroes gaan er steeds van uit dat er iets mis is
Goeroes moeten u steeds genezen van wat onzuiver of ziekmakend is. Zij gaan er steeds van uit dat er aan jou iets moet veranderd worden en er iets mis is met jou. Alleen maar zeggen dat je jouw levenswijze moet veranderen, minder alcohol drinken of meer moet bewegen of sporten, of spiritueler worden helpt
helemaal niet. Vooreerst zouden zij zelf het voorbeeld dienen te geven, wat niet altijd het geval is. Diep doordringen in de psyche van de patiënt en hem tot zijn essentie brengen vraagt tijd, bewustzijn en inzicht. De probleemvraag van je patiënt, klant of leerling is steeds aanwezig, maar kan meestal onvoldoende worden overgebracht naar de goeroe om verschillende redenen. Het is aldus de kunst van de goeroe de vraag van de patiënt of leerling eerst zelf te ontrafelen. Het bewustwordings- en ultieme genezingsproces van de patiënt (leerling) zal pas op gang gebracht kunnen worden indien de patiënt (leerling) er zelf toe gebracht wordt tot zijn essentie zelf te komen en zijn eigen oplossingsstrategie te ontdekken en er te leren mee omgaan en eenvoudig uit te voeren onder de begeleiding van de goeroe.
Een ongezonde goeroe duldt geen tegenspraak
De ongezonde goeroe kent geen twijfel en beschikt zelf of als medium over het pasklare antwoord. Hij houdt geen rekening met de patiënt (leerling) en vertrekt te weinig of helemaal niet van zijn huidige essentietoestand. Een goeroe die zijn patiënt (leerling) contact laat maken met zijn eigen stroom van waarheid, moet zijn essentie dit voor zich zelf ook gerealiseerd hebben. Deze goeroe zal vragen en kritische opmerkingen van zijn patiënt (leerling) kunnen aanvaarden omdat hij zijn eigen ego-structuur kent. Samen met de patiënt (leerling) moet een goeroe op zoek gaan naar “genezing” in de breedste zin van het woord.
Een ongezonde goeroe kan zich moeilijk emotioneel verbinden
Je weghalen van jezelf en van boven af gedicteerd worden vanuit de verstoorde, onvolwassen psyche van deze therapeuten of leraren is schadelijk. De afhankelijkheid brengt bovendien bij de klant een dynamiek van angst op gang die nog meer ziekmakend is. Het ergste is dat deze ‘intelligente’ therapeuten met hun inzicht en manipulatie op de angst en onzekerheid van hun klanten of patiënten inspelen en deze afhouden van gezonde waardevolle therapeuten of goeroes die er gelukkig ook zijn. De gezonde therapeut zal je nooit de hemel en uiteindelijke de verlichting beloven, integendeel hij zal de zoektocht bij je zelf leggen. De patiënt of leerling moet onder de veilige begeleiding van de gezonde therapeut (leraar) de weg naar zijn eigen essentie afleggen. Wij zagen bij mensen die lang in de afhankelijkheid van een ongezonde goeroe verwijld hebben en die zijn pasklare antwoorden en boodschappen kritiekloos aanvaarden, een grote weerstand ontstaan ten aanzien van gezonde goeroes die je onafhankelijk bij jezelf doen brengen. Wij zijn allemaal mensen met een eigen individueel en uniek te realiseren potentieel. Laten we bij het zoeken naar hulp bij deze goeroes ten rade gaan die een gezonde psyche als werkinstrument hebben en derhalve uw eigen uniekheid kunnen onthullen. Zij zullen je bij de wijsheid van uw eigen unieke innerlijke bronnen kunnen brengen, jouw aangeboren essentie.
Ongezonde goeroes hebben moeite met emotionele contacten of verbindingen en zullen niet gemakkelijk echte vriendschappen op grond van gelijkwaardigheid kunnen op bouwen. Besluit Dit zijn de elementen waar we moeten op letten bij de keuze van een spiritueel genezer of leraar. Het gevaar van een ongezonde goeroe, die over alle of sommige van de hierboven beschreven kenmerken in grotere of kleinere mate beschikt, is de afhankelijkheid en verwijdering van je eigen innerlijke bronnen, uw essentie waarmee je eigenlijk geboren wordt. Genezing of antwoorden zullen nooit soelaas brengen omdat ze niet bij jou passen.
Referenties 1. Van Der Braak André. Goeroes en charisma. Altamira-Becht, 2006. 2. Hamaker-Zondag Karen M. Het projectie mechanisme in de praktijk. Aionion Symbolon, 2008. 3. Hamaker-Zondag Karen M. Driejarige opleiding in de Jungiaanse psychologie in het kader van de stichting Odrerir. 4. Guggenbühl-Craig Adolf. Macht als gevaar in gezondheidszorg en welzijnswerk. Lemniscaat, 1995. 5. Storr A. Reuzen op lemen voeten. Uitg Nieuwezijds 1998.
Orthofyto
37 ®
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
Agenda FIOW an ev é acti red Fach . ofd ho O.M der On alter
S E SU UR AIR SC UL ES EC EN PR OL N EX OM REIN ELE en n TH TER R D sanoïdradicale OR VIE n: eico vrije IN eine nen:
terr terrei oire tie ein S mat uc terr ein EO am -red iteits terr ,H ie Infl tie 1. Oxidaimmunegulat aché .F 2. Het bior O.M 3. Basis ter 4. G st Wal
IN ni ED io FIOW VO Nutrit appen ch IRE r LA ulai Wetens CU olec ire ula OLE hom lec mo OM rt TH 1 O Ortho lgië OR eau tituut e Be arn Niv
O W
Ins La aché edia, ©F bli M Pu
FI
1 2 .N 3. . O ieu VO OR EX S rth we ED TH PR b up om d 4. zie evo ernu ole enk IN OM ES V k rd tr cu wij G O SC vo ersta te erin itie, lair ze IN LE UR g ee e v ed n va n o in dig V CU SU n p ed g I
ss ge ge ote in ER L S O up b zo nti g A N RT ple ruik W iv H nd ë D IR e O © alt EL E m v he le Pu Fach au M en an id stra er O bl é EN i M In 1 O LE te en te O n, rt C ed stitu .M pre gie ho U ia m , L ut .F m LA isb ve to aa Ort ole IR ac rn ho ru nti t eB m cu E V hé ik ev el olec , la , O gi to H an ë ul ir ED ai xic EO N IN re utr W olo G S et it en io gie sc nis ha pp t en
O
n
W der alt ho er ofd O red .M ac . F tie ac va hé n
W
PROGRAMMA 2013-2014 Mondelinge Exprescursus eerste jaar Module 2
Module 3
Orthomoleculaire voeding
Vrijdag 21 juni 2013
Orthomoleculaire terreinen
Zaterdag 22 juni 2013
Mondelinge Exprescursus tweede jaar Module 4
Module 5
Pathologie
Vrijdag 27 september 2013
Voedingsmanipulaties
Zaterdag 28 september 2013
Mondelinge Opleiding Orthomoleculaire Geneeskunde – Tweede jaar Module 4 Deel 1 Deel 2 Deel 3 Deel 4
Orthomoleculaire Pathologie
Zaterdag 12 oktober 2013 Zaterdag 19 oktober 2013 Zaterdag 16 november 2013 Zaterdag 30 november 2013
Module 6 Deel 1 Deel 2
Overbevissing? Nooit. Kwaliteit is van belang—vertrouw de visolie experten voor uw Omega-3 behoeften. Chemische verwerking? Helemaal niet. Omega-3 behoeften. Kwaliteit is van belang—vertrouw de visolie experten voor uw
Gezuiverd? Absoluut. Overbevissing? Nooit. Onderbouwd door klinische studies? Nooit. Helemaal Overbevissing? Chemische verwerking?
Gezuiverd? Absoluut.Helemaal Chemische verwerking?
Module 5 Orthomoleculaire Voedingsmanipulatie Deel 1 Deel 2 Deel 3 Deel 4
Bij Nordic Naturals, visolie is altijd onze exclusieve focus geweest sinds 1995. Deze continue investeringen in omega-3s resulteren in een visolie nooit geziene zuiverheid, versheid enfocus geprezen Bij Nordic Naturals, is altijd onze exclusieve smaak—voor meer en betere resultaten. geweest sinds 1995. Deze continue investeringen in omega-3s Bij Nordic Naturals, visolie is altijd onze exclusieve focus Het Bewijs zietnooit men in onzecontinue onafhankelijke test resultaten: resulteren in een geziene zuiverheid, versheid en geprezen geweest sinds 1995. Deze investeringen in omega-3s Ieder lot van Nordic Naturals oliën zijn onafhankelijk getest om smaak—voor betere resultaten. resulterenmeer in eenen nooit geziene zuiverheid, versheid en geprezen zo onze industrieleidende zuiverheid en versheid niveau’s te smaak—voor meer en betere resultaten. Het Bewijs ziet men ingaranderen onze onafhankelijke test resultaten: garanderen. En we volledige transparantie tot onze Het Bewijs ziet men Tot in onze onafhankelijke test analyse certificaten. op vandaag hebben weresultaten: nog nooit een om Ieder lot van Nordic Naturals oliën zijn onafhankelijk getest Ieder lot van Nordic Naturals oliëndie zijn onafhankelijk getest om concurrerend product gevonden onze resultaten evenaart. zo onze industrieleidende zuiverheid enversheid versheid niveau’s zo onze industrieleidende zuiverheid en niveau’s te te Kwaliteit is van de visolie experten voor uw garanderen. En we garanderen transparantie tot onze garanderen. En belang—vertrouw we garanderenvolledige volledige transparantie tot onze Omega-3 behoeften. analyse certificaten. vandaag hebben nog nooit een een analyse certificaten. TotTot opopvandaag hebbenwewe nog nooit concurrerend product gevonden die onze resultaten evenaart. concurrerend product gevonden die onze resultaten evenaart.
Uiteraard. niet.
niet.
Onderbouwd door klinische studies? Uiteraard. Gezuiverd? Absoluut .
Zaterdag 22 februari 2014 Zaterdag 01 maart 2014 Zaterdag 15 maart 2014 Zaterdag 29 maart 2014
Onderbouwd door klinische studies?
Uiteraard.
CompleMed 059 27 07 53
[email protected] • www.complemed.be
Orthomoleculaire Diagnostiek
Vrijdag 25 april 2014 Zaterdag 26 april 2014
CompleMed 059 27 07 53
[email protected] • www.complemed.be
Alle lessen gaan door in de Larenhoeve, Kerkstraat 103, 9270 Laarne Inschrijvingen via:
[email protected] Orthofyto Website: www.fache-instituut.be
38
®
Jaargang 18 ~ nr.99 ~ 2013
CompleMed 059 27 07 53
[email protected] • www.complemed.be
Orthofyto
®
COLOFON • Een gids voor ortho moleculaire preventie en orthomoleculaire substitutietherapie • Verschijnt 6 maal per jaar • Brengt u het meest uitgebreide orthomoleculaire voedings- en geneeskundig blad voor alle gezondheidsverzorgende professionals en gezondheidsbewuste mensen. Hoe abonneren?
. Voor België en Nederland: Jaarabonnement van januari tot december: 64€ voor 6 nummers. . Mail naar
[email protected] met vermelding van naam, adres, telefoon, e-mail en gewenst tijdschrift: Orthofyto en/of LeefNu . Abonnementen worden automatisch verlengd voor een volledig jaar tenzij u opzegt minstens 2 maanden voor het verstrijken van de einddatum. Info abonnees Secretariaat Orthofyto Media Tel. +32 (0)3 808 41 43
[email protected] Prijs per nummer E 11,5 (B-NL) (excl portkosten)
Uitgever OrthoFyto Media Nieuwdorp 57 9190 Stekene IBAN BE35 7370 3689 8237 BIC Kredbebb Hoofdredacteur Pascale Van den Heede, Apotheker Redactie Walter O.M. Faché, Biochemicus HEOS Apr. Pascale Van den Heede Apr. Philippe Gerard Ir. Christel Stevens Annemieke Meijler Birgit De Greve Yvonne van Stigt Marijke de Waal Malefijt Peter Paulissen Drs. Sissingh-Blok Drs Ralf Abels Ingrid Hoet ere vrederechter Prof. Dr. Ir. Jozef Poppe Apr. Hubert Goossens Dr. Med. Frans Fermon Dr. Med. Mark Bottu Dr. Hans Van Monfort Dr. Koos Beunk Eindredacteur Walter O.M. Faché Secretariaat OrthoFytoMedia Nieuwdorp 57 – 9190 Stekene Tel. +32 (0)3 808 41 43 E-mail:
[email protected] Advertentie aanvraag Apotheker Pascale Van den Heede E-mail:
[email protected] Lay-out, productie en druk Drukkerij Coppens bvba Hospitaalstraat 2, 9080 Lochristi-Beervelde www.coppens-druk.be Illustraties Walter O.M. Faché
Uitgeverij
OrthoFyto Media Gespecialiseerd op het gebied van voeding, fyto, voedingsaanvullingen, gezonde levenswijze, milieu, orthofilosofie, orthotrends en adviezen bij ziekten. ©Copyright FIOW 2013 ISSN 1780-3713 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt d.m.v. druk, fotokopie of welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toelating van de uitgever. Disclaimer: De hoofdredacteurs, de redactie, de eindredacteur en de uitgever van de opgenomen artikelen en advertenties zijn niet aansprakelijk voor eventuele schade als gevolg van vermeende algemene medische adviezen, onjuistheden en/of onvolledigheden.
Iedere auteur blijft verantwoordelijk voor de volledige inhoud van zijn artikels. Overname van artikelen of gedeelten hiervan is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van de eindredacteur.
Prof. Dr. Linus Pauling tweevoudig Nobelprijswinnaar introduceerde in 1968 voor het eerst de term “Orthomoleculair” in Science: alle stoffen, moleculen of handelingen die niet toxisch en niet vreemd aan het lichaam zijn, die het lichaam biochemisch en fysiologisch normaal kan verwerken zonder enige schade en die op de juiste tijd met de juiste dosis biochemisch individueel dient gegeven of geëlimineerd te worden. (verruimde betekenis uit Science 160:265-271, 1968)
Volgende editie: Orthofyto 100 Thema: Integrale geneeskunde Speciale editie met extra middenkatern: De orthomoleculaire geschiedenis in België en de rol van het FIOW
Integrale geneeskunde: een brug tussen reguliere en alternatieve geneeswijzen passend bij de tijdgeest Complementaire en alternatieve geneeswijzen worden steeds meer gebruikt, vrijwel altijd in combinatie met reguliere zorg. Tegenwoordig gebeurt dit vaak onder de noemer ‘Integrale geneeskunde’. Deze vorm van geneeskunde roept naast enthousiasme soms ook negatieve en zelfs vijandige reacties op. Maar dat zal de groei vermoedelijk niet tegenhouden. Het verschijnsel staat namelijk niet op zichzelf. Door het in de context van de tijdgeest te plaatsen wordt duidelijk dat het past in een wereldwijde beweging waarvan ‘integratie’ het centrale thema is. Deze beweging is een natuurlijke reactie op een periode van differentiatie die niet leidde tot ultieme waarheden die voor eens en voor altijd bepalen hoe het zit en hoe het hoort. Een polariserende houding zal het proces van differentiatie en integratie niet tegengaan. Een open en kritische houding komt echter goed van pas. Het helpt bij het vinden en houden van de middenweg tussen behoud van eigen identiteit en opgaan in een groter geheel.
Van Ego naar Essentie De mens bestaat uit twee delen: essentie en persoonlijkheid. Essentie is wie je eigenlijk vanzelf bent en waarmee je geboren bent. Jouw persoonlijkheid is hetgeen je ontwikkeld hebt doorheen jouw leven – Gurdjief. De weg van persoonlijk of ego naar essentie is eigen aan alle contemplatieve en meditatieve tradities. Het grondidee van deze kijk op de mens en het leven van de mens is dat elke mens een essentie of Ware Natuur heeft. De verschillende spirituele tradities geven er allemaal een eigen naam aan, de boeddhisten benoemen het als onze boeddha natuur en de theïstische tradities benoemen het als onze goddelijke natuur. Het basis idee is dat in elke mens een fundamentele goedheid huist en deze leeft in ons als de verborgen bloei. Spiritueel werk gaat over het onthullen wat verborgen is, het helen wat gebroken is en ontvouwen wat ingevouwen is. Han de Wit benoemt het als ‘de verborgen bloei’, essentie is onze verborgen bloei die in elk van ons aanwezig is en wacht om tevoorschijn te komen.
39
Natuurlijk evenwicht
DopaTropic
®
Mucuna pruriens : Ayurvedische wijsheid -
Bevordert het concentratievermogen Geeft meer energie Helpt bij vermoeidheid Voor de geestelijke veerkracht Voor een goede gemoedstoestand Helpt bij overgewicht
energeticanatura.com
Dit is een
product