OPRICHTERS EN BEDOELING
Bovenstaande partijen richten met Founding Fathers (zie apart kader) het Nationaal Waterstof Platform op voor het professioneel organiseren van de Nederlandse waterstofketen. Dit maakt bundeling en versterking van losse initiatieven mogelijk en één aanspreekpunt van de waterstof-keten voor de overheid. Het is tegelijk een krachtig (inter)nationaal signaal om te onder-strepen dat Nederland zich positioneert als koploper. Bovenstaande partijen committeren zich in een Green Deal met de ministeries van IenM, EZ en Financiën aan het initiatief om het Nationaal Waterstof Platform op te richten. In de Green Deal zullen bovenstaande partijen de kansen die de waterstofeconomie biedt onderschrijven, alsmede de ambities van het Actieplan Duurzame Brandstoffen voor de periode 2015 – 2020 (zie apart kader). De achterliggende doelen zijn: het stimuleren van de Nederlandse (waterstof)economie, het realiseren van groene groei, bijdragen aan een robuuste en zekere energievoorziening, alsmede het reduceren van CO2 emissies en de uitstoot van luchtverontreinigende stoffen.
AMBITIES 2015 – 2020 20 openbare waterstoftankstations
FOUNDING FATHERS Shell, Air Liquide, AkzoNobel, Air Products, Linde Gas, Gasunie, GDFSuez, Tata Steel, Schiphol, Stedin-Eneco, VDL, Waterstofnet, VOPAK, Hyundai, Toyota, Daimler, Total, Gasterra, CNG Net.
2.000 personenauto’s 500 bestelwagens 20 trucks 100 OV bussen inclusief tankpunten op remises
1
STRATEGISCHE ADVIESGROEP
INDUSTRIE
DAGELIJKS BESTUUR
REGIONAAL BESTUURLIJK
(VICE) VOORZITTER & PROGRAMMAMANAGEMENT
ORGANISATIESTRUCTUUR FACILITAIRE GROEP / COMMUNICATIE / MARKETING / PR
WERKGROEP DUURZAME WATERSTOFECONOMIE
WERKGROEP INFRASTRUCTUUR en MARKTONTWIKKELING WATERSTOF voor MOBILITEIT
WERKGROEP ONTWIKKELING TRUCKS, BESTELWAGENS EN SPECIALS
WERKGROEP BUSSEN
STRATEGISCHE ADVIESGROEP (SAG) Vertegenwoordiging van de oprichtende partijen en de Founding Fathers op eindverantwoordelijk CEO niveau met een adviserende rol. Vergadert enkele malen per jaar. DAGELIJKS BESTUUR (DB), met koppeling naar industrie en regionale bestuurlijke partners Verantwoordelijk voor het regelen van de dagelijkse activiteiten. Vertegenwoordiging van de oprichtende partijen en de Founding Fathers op hoger managementniveau. Voorzitter Ger van Tongeren (Deltalinqs) draagt speciale verantwoordelijkheid voor de contacten met de industrie; vice voorzitter Alexander Hablé (Ministerie van Infrastructuur en Milieu) draagt speciale verantwoordelijkheid voor de contacten met de (regionale) bestuurlijke partners. Het DB vergadert circa acht tot twaalf keer per jaar. Uit het midden van het DB kunnen voorzitter en vice voorzitter een kerngroep vormen. Tevens geven zij tezamen met werkgroepvoorzitters vorm aan het programmamanagement, ondersteund door de facilitaire groep. WERKGROEPEN Hier vindt de daadwerkelijke uitvoering van activiteiten van het Nationaal Waterstof Platform plaats. Deelname door de oprichtende partijen en Founding Fathers op professie niveau, functioneel aangevuld met andere in specifieke werkgroepen geïnteresseerde bedrijven en organisaties op professie niveau (bijvoorbeeld kennisinstellingen). Voorzitterschap in beginsel onafhankelijk, in overleg met voorzitter, vice voorzitter en programmamanagement en met ondersteuning en coördinatie vanuit de facilitaire groep. FACILITAIRE GROEP Verantwoordelijk voor de juiste randvoorwaarden voor het kunnen functioneren van de SAG, het DB en de werkgroepen. Bestaat uit voorzitter en vice voorzitter, enkele (werkgroep)coördinatoren en een secretariaat. Tevens verantwoordelijk voor communicatie en PR.
2
GOVERNANCE & FINANCIEEL - JURIDISCH GOVERNANCE / VOORSTEL SPELREGELS NWP Het NWP zal op alle onderwerpen en activiteiten conform de wettelijke voorwaarden moeten functioneren. Dat geldt met name voor het mededingingsrecht. Om naleving hiervan te borgen zijn een aantal regels op het NWP van toepassing, waar de deelnemers zich aan moeten conformeren. Dat staat los van eventuele regels betreffende dit onderwerp binnen de eigen organisatie; het NWP zal er van uit gaan dat deelnemers zelf garant staan voor de naleving daarvan. Teneinde duidelijk te maken hoe die borging zal plaatsvinden, gelden voor alle vergaderingen, bijeenkomsten en/of overige vormen van communicatie de volgende regels voor zowel de Strategische Adviesgroep (SAG), het Dagelijks Bestuur (DB) als de Werkgroepen: 1. Er wordt aan de deelnemers vooraf een door hen goedgekeurde agenda toegestuurd. 2. Van elke vergadering worden notulen samengesteld die, na goedkeuring van de deelnemers, aan hen worden toegestuurd, ook in geval van verhindering. 3. Er wordt geen concurrentiegevoelige informatie besproken, waaronder te verstaan: alle op dat moment niet publiek toegankelijke informatie die mogelijk tot beïnvloeding van marktgedrag zou kunnen leiden. Voorbeelden van dit soort informatie betreffen: prijzen, prijsstelling, prijsvorming, marges en winsten, volumes, kosten, commerciële voorwaarden, alles zowel in directe zin als plannen hieromtrent, investeringsstrategieën enzovoorts. Indien gedurende vergaderingen en of bijeenkomsten, of daarbuiten als resultaat van contacten die gelegd zijn binnen het NWP, door deelnemers aan het NWP hierover een gesprek start, dan moet dit gesprek onmiddellijk gestaakt worden. 4. Deelnemers worden geacht ook zelf advies in te winnen, binnen de eigen organisatie en/of de overkoepelende brancheorganisatie(s), welke informatie doorgaans als concurrentiegevoelig kan worden aangemerkt. 5. Deelnemers die deze voorwaarden niet kunnen of willen naleven kan de toegang tot elke vorm van bijeenkomsten van het NWP door het DB worden ontzegd. VOORSTEL FINANCIEEL - JURIDISCH
Opdrachten die worden verstrekt door het NWP worden, na goedkeuring door het DB, getekend door de voorzitter van het NWP, nadat de controller en de vice voorzitter van het NWP een paraaf hebben gezet op de offerte voor hun akkoord. De vereniging Deltalinqs is de juridische rechtspersoon die de contracten aangaat namens het NWP. Deltalinqs vervult de controle- en boekhoudfunctie van het NWP. Deltalinqs/het NWP gaat geen contracten aan met derden als niet vooraf onomstotelijk vaststaat dat de financiering en de cashflow van het NWP daartoe de ruimte bieden en er een besluit van het DB aan ten grondslag ligt. Participanten of andere betrokkenen bij het NWP kunnen geen bindende afspraken namens het NWP maken, noch in financiële zin, noch anderszins. Betalingen worden gedaan door de directeur van Deltalinqs op basis van het akkoord van de controller.
3
WERKGROEP DUURZAME WATERSTOFECONOMIE
Voorstel deelnemers vanuit oprichters en Founding Fathers: Port of Rotterdam, Port of Amsterdam, Groningen Seaports, Energy Valley, NWBA, Shell, Air Liquide, AkzoNobel, Air Products, Linde Gas, Gasunie, GDFSuez, Stedin-Eneco, VOPAK, Gasterra, CNG Net
AGENDA VOORSTEL
Verkennen mogelijkheden en visieontwikkeling Nederlandse waterstofeconomie. Strategische analyse / SWOT + kritische succesfactoren. Verkennen betekenis en ontwikkeling van Power-to-Gas en zonnebrandstoffen in Nederland (businesscases, betekenis voor netbalancering, betekenis voor buffering groene stroom, etc.). Ontwikkelen Verduurzamingstrategie Waterstof voor Mobiliteit. Ontwikkelen van een strategie voor de waterstofvoorziening voor mobiliteit op korte termijn (basis = fossiel), middellange termijn (basis = fossiel & duurzaam) en langere termijn (basis = duurzaam). Verkennen noodzakelijke (wijzigingen in) wet- en regelgeving om hobbels voor de introductie van de waterstofeconomie en waterstof voor mobiliteit weg te nemen. Inclusief noodzakelijk stimuleringsbeleid en fiscaal regiem. Integrale verkenning veiligheidsaspecten waterstofeconomie en waterstof voor mobiliteit (o.a. veiligheid opslag-, distributie- en tankinfrastructuur, veiligheid voertuigen tijdens gebruik, stalling en onderhoud). Verkennen noodzakelijke standaarden (in internationaal verband).
TOELICHTING Op langere termijn is waterstof in beeld als drager van de economie, zoals olie dat vandaag de dag is. Daarom is het waardevol om de mogelijkheden van de Nederlandse waterstofeconomie in het algemeen te verkennen en hierop een visie te ontwikkelen. Wat zijn de kansen, bedreigingen en kritische succesfactoren en hoe kan Nederland hier het beste op inspelen? Hier ligt een koppeling met het Nederlandse Topsectorenbeleid. Specifiek zijn Power-to-Gas en zonnebrandstoffen ontwikkelingen die om verkenning van hun betekenis en benutting vragen in de toekomstige energievoorziening. Mobiliteit is een eerste nieuw domein binnen de economie waar waterstof als energiedrager kan/zal worden benut. Omwille van kosten en beschikbaarheid zullen de eerste brandstofcelvoertuigen nog in hoofdzaak rijden op waterstof van fossiele herkomst, maar op middellange (2030) en lange termijn (2050) is het tot 100% opvoeren van het aandeel duurzame waterstof van belang om daadwerkelijk te kunnen spreken van duurzame mobiliteit. Hoe kan dit het beste worden gerealiseerd? Hoe ziet een verduurzamingstrategie Waterstof voor Mobiliteit eruit? Wet- en regelgeving, stimuleringsbeleid en het fiscaal regiem zijn belangrijke randvoorwaarden voor het succes van de waterstofeconomie en de benutting van waterstof als energiedrager in een duurzaam mobiliteitsysteem. Daarom is een verkenning noodzakelijk van het voor waterstof wenselijke overheidsregiem (wet- en regelgeving, stimuleringsbeleid, fiscaal beleid) en van de noodzakelijke wijzigingen om hobbels voor de introductie van waterstof weg te nemen. De veiligheid van de waterstofeconomie en de toepassing van waterstof in mobiliteit moet maximaal gewaarborgd zijn, liefst conform internationale standaarden. Welke veiligheidsaspecten spelen een rol en hoe kunnen die (volgens internationale standaarden) worden gewaarborgd? Een breed gedragen verkenning die op deze vragen antwoord geeft is als basis voor verdere actie vereist.
4
WERKGROEP INFRASTRUCTUUR EN MARKTONTWIKKELING WATERSTOF VOOR MOBILITEIT
Voorstel deelnemers vanuit oprichters en Founding Fathers: PTM, NWBA, Shell, Air Liquide, Air Products, Linde Gas, Schiphol, Waterstofnet, Hyundai, Toyota, Daimler, Total, CNG Net
AGENDA VOORSTEL
Waarborgen toegang en betrokkenheid bij Europese fondsen en gremia voor de (mede)financiering van tankinfrastructuur- en marktontwikkelingprojecten (Clean Power Directive, FCH-JU, Juncker gelden, etc.). Ontwikkelen Uitrol- en investeringsprogramma waterstoftankstations in samenwerking met vooroplopende Nederlandse regio’s en Duitsland, België en Luxemburg: locaties, algemene en locatiespecifieke businesscases, algemene en locatiespecifieke financieringsarrangementen voor het afdekken van onrendabele toppen. Matching aanbod en vraag. Organiseren eerste vloten waterstofvoertuigen rondom de eerste waterstoftankstations (o.a. taxisector, contractvervoer, publieke en private fleet owners, bedrijven die zich profileren op het gebied van MVO als launching customers). Propositie richting autofabrikanten op basis van het voorgaande en afspraken om brandstofcelelektrische voertuigen naar Nederland te sturen.
TOELICHTING Zonder tankinfrastructuur geen brandstofcelvoertuigen. Als Nederland zoals beoogd wil kunnen fungeren als één van de ‘launch’ markten voor brandstofcel elektrisch rijden in Europa, dan moeten we tussen 2015 en 2020 een samenhangend netwerk van 20 waterstoftankstations realiseren. Het realiseren van waterstoftankstations kan nog niet op commerciële basis. Overheidsmiddelen zijn nodig om onrendabele toppen af te dekken. Europese fondsen zijn hiervoor in beginsel beschikbaar, maar moeten door Nederlandse stakeholders worden ontsloten. Als basis daarvoor, en ook voor het kunnen richten van beschikbare nationale overheidsmiddelen, is het zaak dat Nederland een uitrolen investeringsprogramma waterstoftankstations ontwikkelt. Samen met de voor waterstof vooroplopende Nederlandse regio’s die bovendien gunstig over het land zijn verspreid: AmsterdamSchiphol, Rotterdam-Rijnmond, Eindhoven-Helmond, Arnhem-Nijmegen, Den Haag, Utrecht, Groningen (corridor Noord-Duitsland) en mogelijk ook Breda (corridor Antwerpen) en Maastricht (corridor A2). En ook samen met de ons omringende landen Duitsland, België en Luxemburg. Het realiseren van tankstations moet hand in hand gaan met het organiseren van eerste (zakelijke) vloten waterstofvoertuigen die van de tankstations gebruik maken, teneinde langzaam maar zeker naar een betere/sluitende businesscase toe te werken (matching aanbod en vraag). Gegeven de ambitie van 2.000 personenauto’s in 2020 gaat het om ordegrootte 100 personenauto’s per tankstation, waar mogelijk aangevuld met bussen, bestelwagens en trucks en stedelijke utiliteitsvoertuigen (o.a. vuilnisauto’s) die van de tankstations gebruik maken. Autofabrikanten kiezen hun ‘launch’ markten zorgvuldig. Vooral de aanwezigheid van tankinfrastructuur vinden zij doorslaggevend, in combinatie met gebruikers die de voertuigen willen aanschaffen (al dan niet geprikkeld door stimulerend overheidsbeleid). Als het lukt om voornoemd basisnetwerk van tankstations met eerste gebruikersvloten te realiseren, is dat een uitstekende propositie richting autofabrikanten om Nederland als ‘launch’ markt te kiezen en kunnen er afspraken worden gemaakt met de fabrikanten dat zij de vooralsnog beperkte aantallen brandstofcelvoertuigen (ook) naar Nederland sturen.
5
WERKGROEP ONTWIKKELING TRUCKS, BESTELWAGENS EN SPECIALS
Voorstel deelnemers vanuit oprichters en Founding Fathers: PTM, NWBA, Port of Rotterdam, Port of Amsterdam, Groningen Seaports, VDL, Schiphol, Waterstofnet
AGENDA VOORSTEL
Vormen consortia van aanbieders en gebruikers voor de (mede vanuit het programma Truck van de Toekomst gesubsidieerde) ontwikkeling en beproeving in Nederland van brandstofcelelektrische aandrijflijnen voor trucks, bestelwagens en specials. Onder specials vallen voer- en vaartuigen en stationaire toepassingen zoals onder andere: AGV’s in de havens, heftrucks in distributiecentra, waterstoftreinen ter vervanging van dieseltreinen, rondvaartboten en stroomaggregaten / walstroomvoorzieningen. Waarborgen toegang en betrokkenheid ontwikkelconsortia bij Europese fondsen en gremia voor de ontwikkeling van brandstofcelvoertuigen. Regelen structurele Nederlandse vertegenwoordiging bij FCH-JU.
TOELICHTING Nederlandse maakbedrijven en toeleveranciers kunnen zich internationaal onderscheiden in de ontwikkeling van brandstofcel elektrische stadsdistributietrucks en stedelijke utiliteitsvoertuigen, zoals vuilnisauto’s en kolkenzuigers. Samen met de voor waterstof vooroplopende Nederlandse regio’s kunnen zij de ontwikkelde voertuigen in de praktijk demonstreren, testen en bewijzen. Hier liggen kansen voor Nederlandse groene groei. Om deze ontwikkeling van de grond te trekken is consortiavorming noodzakelijk van Nederlandse maakbedrijven en toeleveranciers, bij voorkeur in combinatie met partijen die nodig zijn voor het beproeven van ontwikkelde voertuigen zoals grotere verladers en transporteurs, regionale overheden en utilitaire dienstverleners zoals ROTEB. Deze consortia zijn nodig om gebruik te kunnen maken van de in het kader van het stimuleringsprogramma Truck van de Toekomst voorgenomen financiële ondersteuning, alsmede worden benut als basis voor toegang, betrokkenheid en structurele Nederlandse vertegenwoordiging bij Europese fondsen en gremia voor de ontwikkeling van brandstofcelvoertuigen zoals FCH-JU.
6
WERKGROEP BUSSEN
Voorstel deelnemers vanuit oprichters en Founding Fathers: Stichting Zero Emissie Busvervoer, NWBA, PTM, VDL
AGENDA VOORSTEL
Voortzetting van de activiteiten in het kader van de Stichting Zero Emissie Busvervoer en de Kamermotie Veldhoven c.s. gericht op coalities van OV opdrachtgevers en vervoersbedrijven om waterstofbussen in te zetten in het stad- en streekvervoer. Koppeling van de bestaande werkgroep met het Nationaal Waterstof Platform gericht op synergie. Benutten handelingsbereidheid vervoerbedrijven en decentrale overheden om te komen tot nulemissie openbaar vervoer. Definitie en ontwerp van een Investerings- en uitrolprogramma Green Deal Zero Emissie Busvervoer, à ordegrootte € 30 miljoen, gekoppeld aan het Europese commercialisatieprogramma waar Nederland aan deelneemt.
TOELICHTING Nederland doet voor 100 bussen mee aan een Europees commercialisatieprogramma voor het realiseren van 300 tot 500 waterstofbussen in Europa. Aan dit programma zal naar verwachting een Europese subsidieregeling worden gekoppeld, voor een financiële ondersteuning van € 200.000,= per aan te kopen waterstofbus en € 1 miljoen per waterstoftankpunt. In het kader van het Europese commercialisatieprogramma wordt een kostprijs van ordegrootte € 650.000,= per waterstofbus gerealiseerd. Dit betekent dat de meerkosten voor Nederland van een waterstofbus vergeleken met een dieselbus circa € 200.000,= bedragen. De investering voor een waterstoftankpunt op een remise wordt geraamd op € 1,6 miljoen, waardoor de meerkosten voor Nederland per vulpunt circa € 600.000,= bedragen (Europa financiert immers € 1 miljoen per tankpunt). Om 100 waterstofbussen inclusief tankpunten in 7 regio’s te realiseren in 2020 is aldus in de periode 2015 – 2020 circa € 30 miljoen aan Nederlandse investeringen noodzakelijk. Hiertoe is het definiëren, ontwerpen en met consortia van betrokken partijen realiseren van een investerings- en uitrolprogramma essentieel.
7
FINANCIERING NWP Voor het kunnen functioneren van de organisatiestructuur van het NWP wordt voorshands uitgegaan van een benodigd budget van ordegrootte € 370.000 per kalenderjaar voor leiding en programmamanagement (o.a. leiding werkgroepen, circa € 150.000 per kalenderjaar), ondersteuning, communicatie en PR (circa € 100.000 per jaar) en inhoudelijke werkgroepactiviteiten (circa € 120.000 totaal en circa € 30.000 per werkgroep). Er is zicht op bekostiging van het NWP ter grootte van dit budget door een substantiële bijdrage van het ministerie van IenM en wezenlijke bijdragen (€ 20.000 per kalenderjaar per organisatie) van een kerngroep van oprichters (ondertekenaars Green Deal) en Founding Fathers, ervan uitgaande dat de overige organisaties die deelnemen aan de organisatiestructuur van het NWP ook een financiële bijdrage leveren (€ 7.500 per kalenderjaar per organisatie). De leden van de Strategische Adviesgroep, het DB en de Werkgroepen dragen zelf hun eigen uuren onkosten
8