NIEUWSBRIEF 25 AUGUSTUS 2010 WAT U MOET WETEN OVER BETAALD EDUCATIEF VERLOF ? Met het begin van het nieuwe schooljaar starten opnieuw veel werknemers een opleiding. In sommige gevallen komt de werknemer hiervoor in aanmerking voor het opnemen van betaald educatief verlof. Het betaald educatief verlof is een stelsel van individueel opleidingsverlof voor zowel voltijdse als deeltijdse werknemers. Het is een recht toegekend aan werknemers om op het werk afwezig te zijn met behoud van loon. U kan de vraag voor educatief verlof derhalve niet weigeren. 1. Bescherming tegen ontslag. De werkgever mag de werknemers die zijn aanvraag om educatief verlof heeft ingediend niet ontslaan behalve om redenen die vreemd zijn aan de aanvraag. De werkgever heeft de bewijslast dat zulke redenen voorhanden zijn. 2. Opleidingen waarvoor educatief verlof kan toegekend worden. Er is een brede waaier van opleidingen die in aanmerking komt voor het betaald educatief verlof. De opleidingen die in aanmerking komen zijn ofwel algemene opleidingen ofwel beroepsopleidingen. Het is echter geen vereiste dat er een verband bestaat tussen het werk dat de werknemer uitoefent bij u en de gevolgde opleiding. Zo kan een bouwvakker betaald educatief verlof krijgen voor het volgen van een taalcursus. De opleiding moet wel minstens 32 uur per jaar omvatten om in aanmerking te komen voor het betaald educatief verlof. Het is dus van belang dat vooraf wordt nagegaan of de opleiding in aanmerking komt voor het betaald educatief verlof. U kan in veel gevallen terecht bij de opleidingsinstelling die u zal meedelen of de cursus in aanmerking komt voor betaald educatief verlof. 3. Duur van de opleiding en spreiding van het verlof. Afhankelijk van de soort opleiding, algemeen of een beroepsopleiding, heeft een werknemer per schooljaar recht op een vast aantal uren betaald educatief verlof volgens onderstaande tabel.
-1-
Soort opleiding
maxima
Beroepsopleiding
100 uren
Algemene opleiding
80 uren
Beroeps- en algemene opleiding
100 uren
Universitaire opleidingen
120 uren
Indien de opleiding samenvalt met het werk Beroepsopleiding
120 uren
Algemene opleiding
80 uren
Beroeps- en algemene opleiding
120 uren
Met of zonder samenvallen Taalopleiding
80 uren
Taalopleiding + beroepsopleiding
100 uren
Het betaald educatief verlof moet opgenomen worden tussen de aanvang van de opleiding en het einde van de eerste examenzittijd van de opleiding. De data waartussen het educatief verlof mag worden opgenomen zijn vermeld op het getuigschrift van regelmatige inschrijving dat de opleidingsinstelling aan de werknemer moet bezorgen. 4. De vergoeding van het betaald educatief verlof De werknemer die educatief verlof opneemt heeft recht op zijn normaal loon, dat begrensd is tot 2601 euro per maand. De werknemer die ten onrechte educatief verlof opneemt door bijvoorbeeld een opname na de datum van het laatste examen kan geen recht opeisen op betaling van zijn loon. Wanneer het bedrog van de werknemer pas vastgesteld wordt nadat de werknemer zijn loon heeft gekregen, kan de werkgever terugbetaling ervan eisen. De bijdragen voor de sociale zekerheid op het loon die de werkgever heeft betaald moeten via een specifieke procedure aanj de RSZ teruggevraagd worden. 5. Verlies van het recht op betaald educatief verlof. Bepaalde gebeurtenissen tijdens de opleiding kunnen ertoe leiden dat de werknemer zijn recht op betaald educatief verlof verliest. Wanneer de werknemer tijdens de cursussen onwettig afwezig is voor meer dan één tiende van de werkelijk gegeven uren dan wordt het recht op educatief verlof gedurende 6 maanden niet meer toegekend. Het aantal uren aanwezigheid op de cursus wordt door de onderwijsinstelling via het attest van nauwgezetheid bezorgd aan de werknemer, die dit op zijn beurt aan zijn werkgever bezorgt. Er zijn ook een aantal wettige afwezigheden zoals ziekte, staking van het openbaar vervoer, ziekte van de leraar, uitzonderlijke weersomstandigheden. 6. Door de werknemer te vervullen formaliteiten. De werknemer die gebruikt wenst te maken van het betaald educatief verlof overhandigt aan zijn werkgever het attest van regelmatige inschrijving. De werknemer deelt aan zijn werkgever de voorziene afwezigheden mee. Via het getuigschrift van nauwgezetheid dat ook door de onderwijsinstelling aan de cursist afgeleverd wordt bewijst de werknemer dat hij de lesuren effectief heeft bijgewoond. 7. Door de werkgever te vervullen formaliteiten. De werkgever kan jaarlijks bij de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg een forfaitaire terugbetaling krijgen van de uren educatief verlof. De aanvraag gebeurt door het sociaal secretariaat via een specifiek formulier. Vandaar dat het van belang is dat u ons tijdig alle documenten bezorgt. Immers, de aanvragen moeten binnen een bepaalde termijn worden ingediend. Zo moeten de aanvragen voor het voorbije schooljaar 2009/2010 ten laatste op 30 juni 2011 ingediend worden. Laattijdige indiening heeft geen terugbetaling tot gevolg. Wenst u nog meer te weten over het betaald educatief verlof, dan kan u met ons contact opnemen.
-2-
PRIVÉ GEBRUIK VAN DE BEDRIJFS GSM ? STANDPUNT VAN DE RSZ. Aangezien de regering beslist heeft dat er geen wijziging komt van de RSZ wetgeving betreffende de forfaitaire raming van het privé GSM gebruik, zal de RSZ, na een beslissing van hun beheerscomité het privégebruik van een bedrijfs GSM volgens de hieronderstaande richtlijnen beoordelen. Indien een werkgever een GSM ter beschikking stelt, zijn er drie mogelijke situaties: 1) de werkgever verbiedt privé-gebruik, hij controleert dat en sanctioneert indien nodig. Er is geen voordeel voor de werknemer. 2) privé-gebruik van het toestel is toegestaan en de werkgever heeft een systeem ingesteld zoals gesplitste facturatie, of een forfaitair bedrag per maand dat geacht wordt het beroepsgebruik te dekken, of een procentuele verhouding tussen beroeps- en privé-gebruik. Als duidelijk wordt dat de werkgever de forfaits of de percentages niet willekeurig heeft bepaald maar kan verantwoorden vanuit de functie van de werknemers en aantoont dat de bedragen realistisch zijn, hanteert hij een plausibel systeem. Als het onderzoek daarentegen aantoont dat de bedragen niet realistisch zijn, regulariseert de RSZ ambtshalve voor een bedrag van 12,5 EUR per maand (een administratief forfait) per werknemer voor de niet verjaarde periode. 3) de werkgever laat privé-gebruik toe maar heeft geen systeem. Bij de dossierbehandeling wordt uitgegaan van het administratief forfait van 12,5 EUR per maand. De RSZ regulariseert ambtshalve voor een bedrag van 12,5 EUR per maand voor de niet verjaarde periode. Bron : e-mail RSZ directie reglementering dd. 5/8/2010 HOU DE OPLEIDINGEN IN UW BEDRIJF GOED BIJ ! Eind 2008 is de inhoud van de sociale balans grondig gewijzigd. De werkgever is voortaan verplicht om de opleidingen in de sociale balans op te nemen. Opleidingen winnen aan belang, niet enkel in de nationale wetgeving. Ook de Europse Commissie legt in haar "2020 strategie" onder andere de nadruk op het leven lang leren. Sinds 1 december 2008 wordt aan de werkgever gevraagd om uitgebreider de opleidingen te rapporteren in de sociale balans. Deze rapportage is om twee redenen belangrijk : enerzijds moeten alle werkgever samen op jaarbasis een opleidingsinspanning leveren van 1,9% van de loonmasse. Deze inspanning zal gecontroleerd worden aan de hand van de gegevens die in de sociale balans staan. Anderzijds is in artikel 204 van het nieuw sociaal strafwetboek, dat van kracht zal worden op 1 juli 2011, een sanctie opgenomen voor wie nalaat de opleidingsrubriek in te vullen. Wij raden u dus aan op jaarbasis nauwkeurig bij te houden wanneer u opleidingen geeft en welke u opleidingen u geeft in uw bedrijf. BENT U WETTELIJK IN ORDE MET DE BETALING VOOR HET WOON- WERK VERKEER VAN UW PERSONEEL ? Als uw werknemer zich met het openbaar vervoer of met zijn eigen wagen naar zijn werk begeeft, dan bent u als werkgever in bepaalde gevallen verplicht om in deze verplaatsingskosten tussen te komen. In de meeste paritaire comités is de verplichte vergoeding voor het woon werk geregeld in een Collectieve Arbeidsovereenkomst die door de sociale partners is afgesloten. Wanneer de sociale inspectie bij u langskomt is deze vergoeding één van de eerste zaken wat
-3-
gecontroleerd wordt. Door het niet betalen van het woon-werk verkeer kan u ook voor verrassingen komen te staan wanneer uw werknemer uit dienst gaat en het bedrag in één keer opvraagt voor de voorbije jaren. De vergoeding woon-werk verkeer kan immers over een periode van 5 jaar terug gevorderd worden. Daarom is het van belang om bij het in dienstnemen van een werknemer aan uw sociaal secretariaat correct het aantal kilometer op te geven van de woonplaats naar het werk. OPLEIDINGSCHEQUES AAN BANDEN GELEGD VANAF 1 AUGUSTUS 2010. Op voorstel van Philippe Muyters, Vlaams minster van Werk, keurde de ministerraad een wijziging goed aan het systeem van de opleidingscheques. Sinds de invoering van de opleidingscheques steeg het budget hiervoor van ongeveer 4,5 miljoen euro in 2003 naar meer dan 20 miljoen euro in 2010. Het is de VDAB die deze kosten draagt. Er werd echter vastgesteld dat slechts 40% van de opleidingscheques daadwerkelijk gebruikt wordt voor arbeidsmarktgerichte opleidingen. De overige 60% wordt opgesoupeerd aan opleidingen uit persoonlijke interesse zoals koken, wijnkennis, bloemschikken, snit en naad .... Vanaf 1 augustus 2010 zullen enkel nog opleidingen die erkend worden binnen het stelsel van het betaald educatief verlof kunnen betaald worden met opleidingscheques. Het stelsel van het betaald educatief verlof werkt met een vaste lijst van goedgekeurde opleidingen die een reële meerwaarde betekenen voor werknemers die hun positie op de arbeidsmarkt willen verbeteren. Om het loopbaandenken verder te stimuleren, zal het wel nog mogelijk zijn om een uitzondering op deze lijst te bekomen op voorwaarde dat de opleiding die men wil volgen, past binnen het persoonlijk ontwikkelingsplan dat in het kader van loopbaanbegeleiding wordt opgemaakt. Deze wijziging betekent een ernstige besparing voor de VDAB. Via hun website www.vdab.be/opleidingscheques lanceert de VDAB een communicatieplan om zo vlug mogelijk alle betrokken partijen te verwittigen. Meer informatis is eveneens te bekomen op de VDAB servicelijn (0800/30 700). NIEUW SOCIAAL STRAFWETBOEK IS EEN FEIT! Op 1 juli 2010 verscheen in het Belgisch Staatsblad de langverwachte Wet tot invoering van het Sociaal Strafwetboek van 6 juni 2010. Dit betekent dat er nu één volledig wetboek is voor het sociaal strafrecht. De nood hieraan was zeer groot want tot nog toe waren de strafbepalingen verspreid over diverse wetten die vaak onsamenhangend en moeilijk leesbaar waren. Het Sociaal Strafwetboek moet hierin verandering brengen. De Koning moet wel nog de juiste datum van inwerkingtreding vaststellen, maar dit zal uiterlijk 1 juli 2011 zijn. De belangrijkste wijziging betreft de sancties voor sociaalrechtelijke inbreuken. Voor de lichtste overtredingen worden geen strafsancties meer opgelegd. Hierdoor kunnen de rechtbanken zich toeleggen op de zwaardere gevallen van sociale fraude. Gevangenisstraffen worden enkel nog voor de zwaarste inbreuken voorzien. De inbreuken worden door het Sociaal Strafwetboek ingedeeld in vier sanctieniveaus : - Niveau 1 : administratieve geldboete van EUR 55 tot EUR 550 (vb. onjuiste RVA-aangifte tijdskrediet, verschaffen van onjuiste inlichtingen inzake educatief verlof, enz.) - Niveau 2 : strafrechtelijke geldboete van EUR 275 tot EUR 2.750 hetzij administratieve geldboete van EUR 137,50 tot EUR 1.375 (vb. niet-naleving van arbeids- en rusttijden, niet-vervangen van een bruggepensioneerde, niet-uitbetalen loon van de werknemer, niet-opstellen van een geldig
-4-
arbeidsreglement, enz.) - Niveau 3 : strafrechtelijke geldboete van EUR 550 tot EUR 5.550 hetzij administratieve geldboete van EUR 275 tot EUR 2.750 (vb. verboden terbeschikkingstelling, geen arbeidsongevallenverzekering afsluiten, niet-vervullen van de formaliteiten bij deeltijdse tewerkstelling, enz.) - Niveau 4 : gevangenisstraf van 6 maanden tot 3 jaar en/of strafrechtelijke geldboete van EUR 3.300 tot EUR 33.000 hetzij administratieve geldboete van EUR 1.650 tot EUR 16.500 (vb. niet-vervullen van Dimona- of Limosa-aangifte, tewerkstelling van buitenlandse werknemers zonder verblijfsvergunning, verhinderen van toezicht door de inspectiediensten, enz.). De geldboete moet vermenigvuldigd worden met het aantal werknemers waarvoor de inbreuk is gebeurd. De sancties worden verdubbeld in geval van herhaling binnen het jaar. Anderzijds kunnen zij verminderd worden in geval van verzachtende omstandigheden. Voor overtredingen van niveau 3 en 4 kan de rechter voortaan ook de sluiting van de onderneming of het verbod van uitvoering van een activiteit opleggen. Verder voorziet het Sociaal Strafwetboek een betere omschrijving van de rechten van verdediging. Zo wordt het mogelijk om beroep in te stellen tegen maatregelen opgelegd door de sociaal inspecteurs. De bevoegdheden van deze sociaal inspecteurs worden bovendien uitgebreid. disclaimer De verstrekte informatie wordt u op vrijwillige basis verleend. We proberen steeds de juridische actualiteit met de grootste aandacht en zorgvuldigheid te behandelen. Gelet op onze middelenverbintenis als sociaal secretariaat, wijzen we elke aansprakelijkheid af voor schade van welke vorm dan ook die voortvloeit uit het gebruik van de aangeboden informatie. De aangeboden informatie is uitsluitend bestemd voor informatievergaring. Openbaarmaking, vermenigvuldiging, verspreiding en/of verstrekking van de op deze website verstrekte informatie aan derden buiten onze wil om, is niet toegestaan.
-5-