10 september 2009 .................................................................................................
Presentatie Eneco
Mini-symposium ECN-PBL Energie- en Klimaatbeleid Gerard Harder
Rationale strategie Eneco ................................................................................................. Onze missie
Onze visie
2
Van:
Naar:
Fossiel
Duurzaam
Centraal
Decentraal
Afhankelijk
Zelfvoorzienend
Consolidatie
Coöperatie
Klant/leverancier
Partnership
........................................................................
Eneco focust op 2 scenario’s ................................................................................................. Scenario’s Energierapport 2008 Powerhouse Europa
Kolen, havencapaciteit gebruiken, CCS, bijstook biomassa
Flexgas-strategie Energieflexwerker Europa
Grootschalig wind- en zonne-energie, Nederland levert flexibele (gas)centrales, basislast via andere landen, restwarmte gebruiken, biobrandstoffen, Noordzee als energiebron
Smart Energy City
Eigen lokaal geproduceerde energie via zon PV, micro WKK, mestvergisting etc. Smart netwerk balanceert vraag en aanbod. Huidige voorsprong Nederland uitbouwen
3
........................................................................
Internationale focus (NW-EU) ................................................................................................. Focus op duurzame energie Wind Onshore Wind Offshore
Biomassa
Zon PV
Nederland
België
Duitsland
VK
Frankrijk
4
........................................................................
Stok, wortel, preek en …? ................................................................................................. Voor het behalen van de doelstellingen ontbreekt nog een vierde route: 1. Stok: juridische instrumenten 2. Wortel: financiële en economische instrumenten 3. Preek: communicatieve en sociale instrumenten en ……
5
........................................................................
Zwakste schakel: organisatie ................................................................................................. …Organisatie: beleidssysteem, publiek/privaat, invulling van verantwoordelijkheden, beheersing instrumentkeuze (reguleren of stimuleren?)
6
........................................................................
Voorbeeld: Wind op Zee (6000 MW) - 1 ................................................................................................. Onvoldoende synchronisatie ruimtelijke inrichting Noordzee met subsidieverlening, door: • Verantwoordelijkheden verdeeld over 6 ministeries • Conflicterende (gevestigde) belangen (scheepvaart, ecologie, zand/oliewinning) • Kenniskloof overheid en bedrijfsleven (m.n. bepalende factoren investeringsklimaat)
7
........................................................................
Voorbeeld: Wind op Zee (6000 MW) - 2 ................................................................................................. Mogelijke oplossingsrichtingen: • Dichter naar elkaar brengen van ronde 2 en 3 (uitwerking in Task Force Veenman i.s.m. Nationaal Water Plan) • Geïntegreerd uitgiftebeleid (locatiekeuze, subsidiëring) • Intelligente inrichting ronde 3: publiek/privaat
8
........................................................................
Voorbeeld: Biomassa - 1 ................................................................................................. Eenzijdige focus op grootschalige bij- en meestook (BMS): • BMS: nodig om doelstellingen te halen? • Zelfstandige biomassa-installaties vragen om toegesneden SDE-regime • Rol overheid: faciliteren van afspraak met producenten (combinatie van productie-quota en vergoeding) • Rol sector: aanvaarden van principe ‘vervuiler betaalt’
9
........................................................................
Voorbeeld: Biomassa - 2 ................................................................................................. Cruciaal bij instrumentkeuze: • Juiste benoeming van verantwoordelijkheden van sector en van overheid • Samenhang met alternatieve technieken: zelfstandige biomassa (25-50MW + warmte) • Bij inzet vergoeding: geen MEP/operationele kostenvergoeding, juiste ORT-definitie
10
........................................................................
Voorbeeld: Proces jaarlijkse SDE-ronde - 1 ................................................................................................. Voorbeeld vaststelling basisbedragen: • Grote politieke (tijds)druk (korte doorlooptijd) • Informatie-asymmetrie beleid en marktontwikkelingen • Onvoldoende consensus ‘redelijk rendement’ (maatschappelijk aanvaardbaar) • Rendement is niet voldoende voorwaarde voor positief investeringsklimaat (willen vs. kunnen)
11
........................................................................
Voorbeeld: Proces jaarlijkse SDE-ronde - 2 ................................................................................................. Mogelijke oplossingsrichtingen: • Continue monitoring marktontwikkelingen • Institutionaliseren van expertpanel • Organiseren dialoog en creëren consensus over ‘redelijkheid’ rendementsniveau’s
12
........................................................................
Voorbeeld: SDE prijsinstrument voor marktimperfecties bij wind op land ................................................................................................. Kosten SDE versus VMK [Euro/jaar] 350.000.000
300.000.000
250.000.000
200.000.000
Jaarlijkse Kosten SDE
150.000.000
Vermeden Maatschappelijke Kosten
100.000.000
50.000.000
2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030
13
........................................................................
Lange termijn investeringsklimaat ................................................................................................. • SDE heeft de potentie om een effectief overgangsinstrument te zijn • Financiering ‘buiten begroting om’: prima, maar… – Budgetplafond per categorie remt projectontwikkeling • Alternatief: – wegnemen van budgetplafonds – budgetreservering op algemeen niveau – vervolgens allocatie middelen naar projecten
14
........................................................................
