Inhoudsopgave Voorwoord......................................................................................................................... 2 Het Klimaat Uitvoerings Programma Almelo 2004 – 2007......................................................... 3 Werkgroep Duurzaam bouwen Almelo .................................................................................... 5 LOC23 - Herontwikkeling stationsgebied ............................................................................... 7 Energievisie Waterrijk........................................................................................................... 9 Project “Energievisie Rumerslanden” .................................................................................... 11 Energievisie flats Jan Vermeerstraat .................................................................................... 13 Energievisie “Internationaal Indoor Sportcentrum Almelo” ....................................................... 15 Energiebesparing Sportpark Almelo en OSG Erasmus.............................................................. 17 Project “Duurzaamheidscan nieuwe stadhuis Almelo” ............................................................. 19 GPR Gebouw® .................................................................................................................. 21 Project “Vervoersprestatie op locatie Waterrijk”..................................................................... 23 Project ”windenergie in Almelo” .......................................................................................... 25 Project ‘Energiebesparing bij bedrijven’ ................................................................................. 27 Project ”Inzet biomassa voor energievoorziening” .................................................................. 29 Project ” Energiebesparing gemeentelijke gebouwen” ............................................................. 31 Project Energiebesparing door ambtenaren “De knop moet om” ............................................... 33 Project ‘Duurzaam gemeentelijk wagenpark’.......................................................................... 35 Project “Langzaam Rijden Gaat Sneller”................................................................................ 37 Project “Energiezuinige vrije kavelbouw” .............................................................................. 39 Project ”CV-optimalisatie Almelo”........................................................................................ 41 Brochure “Wat je zelf kunt doen tegen klimaatverandering”..................................................... 43 Project Nacht van de nacht................................................................................................. 45 Project Voorlichting Energielabel.......................................................................................... 47 Symposium “klimaatbeleid geeft energie” ............................................................................. 49 Betrokken adviesbureaus.................................................................................................... 51
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
1
Voorwoord “Klimaatbeleid geeft energie”. Dat mag je wel zeggen. De resultaten die behaald werden bij de uitvoering van het Almelose Klimaat Uitvoerings Programma vond ons college zo de moeite waard, dat besloten werd er een symposium over te organiseren. Want wat we geleerd en ervaren hebben, moeten we niet onder de korenmaat houden. Graag willen we onze ervaringen en resultaten laten zien, zodat ook u er energie van krijgt.
Bijgaande brochure geeft een meer omvattend beeld dan in het symposium getoond kon worden. Er zijn meer projecten uitgevoerd dan gepresenteerd konden worden. Graag laten wij u ook hiervan meegenieten. Vooral de leerpunten zijn voor betrokkenen in bestuur, beleid en uitvoering interessant. Het geeft ons een goed overzicht van wat bereikt is en het kan voor u een referentiepunt zijn voor uw eigen beleid en uitvoering. Het klimaatbeleid smaakt naar meer. Natuurlijk willen wij op dezelfde voet voortgaan. Ook zullen we nog veel energie moeten steken in de werkelijke realisatie van energiebesparing en duurzame energievoorziening. Want wat tot nu toe gedaan is, is vooral zaaien. We zullen de randvoorwaarden moeten scheppen om ook werkelijk B t/m Z te zeggen, nu we eenmaal A gezegd hebben. Het gemeentebestuur is er toe bereid. Er gaat bijna geen raadsvergadering voorbij of er wordt op de een of andere manier wel gesproken over klimaatbeleid en duurzaamheid. Dit voorjaar zal de aanvraag voor de nieuwe subsidie voor het klimaatakkoord VNG – VROM worden ingediend. Almelo hoeft nog niet meteen klimaatneutraal te worden, maar de voorbereidingen ervoor worden deze jaren getroffen. We laten u over enkele jaren graag weer eens zien hoe ver we dan gekomen zijn. Ik hoop dat u een nuttig symposium heeft kunnen bijwonen en dat u deze brochure goed kan gebruiken. Veel leesplezier.
Bert Kuiper, wethouder energie en milieu, gemeente Almelo
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
2
Het Klimaat Uitvoerings Programma Almelo 2004 – 2007 1. Projectbeschrijving en doel In 2004 werd de subsidie van VROM voor het klimaatbeleid aangevraagd. Gekozen werd voor de volgende onderwerpen met bijhorende begroting: Externe kosten Uurinzet Energievisies nieuwbouw € 100.000,9.000,Doorlichting energiescans gemeentelijke gebouwen € 30.000,7.200,Voorlichting inwoners over duurzaam bouwen € 20.000,1.300,Promotie Energie Prestatie Adviezen € 5.000,3.700,Organiseren energiebesparingsprojecten met bedrijven € 5.000,2.000,Doorlichting energiegebruik mobiliteit in nieuwbouwplannen € 40.000,5.000,Inzet biomassa voor energie –onderzoek haalbaarheid € 10.000,1.300,Realiseren windenergie / aanpassen bestemmingsplannen € 15.000,14.100,€ 225.000,43.600,De projecten werden aanvankelijk getrokken door de medewerker duurzaamheid en milieubeleid. In 2007 werd ter aanvulling van de formatie een externe medewerker gedetacheerd voor 3 dagen in de week om het Klimaat Uitvoerings Programma uit te voeren en ervoor te zorgen dat aan de verplichtingen zou worden voldaan.
2. Resultaten Energievisies Energievisie LOC23 Energievisie Waterrijk Energievisie Rumerslanden Energievisie Jan Vermeerflats Energievisie International Indoor Sport Accommodatie Almelo Energievisie sportpark Almelo / OSG Erasmus Bedrijven en inzet duurzame energie Investeringsplan duurzame energie / inzet windenergie op bedrijventerreinen Biomassa Windenergie op bedrijventerreinen Energiebesparing bij grootgebruikers Mobiliteit Langzaam rijden gaat sneller, locatie Henriette Roland Holstlaan Vervoersprestatie nieuwe woonwijk, locatie Waterrijk Verduurzaming van het gemeentelijke wagenpark Rijden op aardgas Interne Milieuzorg Project Centrale Verwarming optimalisatie Energiebesparing door ambtenaren
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
3
Energiebesparing gemeentelijke gebouwen Duurzaam inkopen Duurzaam bouwen Duurzaamheid nieuwe stadhuis GPR Aanschaf GPR gebouw Communicatie en externe samenwerking Duurzaam bouwen advies op maat Werkgroep Duurzaam bouwen Week van de vooruitgang Nacht van de nacht Brochure “Wat je zelf kunt doen tegen klimaatverandering” Voorlichting energielabel EPBD Symposium “Klimaatbeleid geeft energie”
3. Leerpunten • Een Klimaat Uitvoerings Programma is een aanrader voor iedere gemeente. Op alle werkgebieden wordt energie gebruikt, maar de gebruikers en leidinggevenden weten vaak niet hoeveel en zijn niet geïnteresseerd in de kosten. Daar komt sinds de film van Al Gore wel verandering in, maar inzicht leidt niet automatisch tot gedragsverandering. • Het bespreekbaar maken van mogelijkheden voor energiebesparing en inzet van duurzame energie wordt door projectleiders geleidelijk steeds meer gewaardeerd. Het uitvoeren van projecten om dit de praktijk te laten zien werkt positief, zeker als een projectleider hier niet zelf voor hoeft te betalen. • Het organiseren van energieprojecten kost vooral veel tijd. De externe kosten vallen in de praktijk relatief mee en kunnen vaak ook wel (deels) worden gedekt door het project zelf. Toen duidelijk werd dat vooral uurinzet nodig zou zijn werd een tweede tijdelijk medewerker ingehuurd voor specifieke projecten.
4. Betrokkenen Gerrit Jansen, coördinator milieubeleid, Gemeente Almelo Dorte Jurgensen, tot in 2006 beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid, Gemeente Almelo, momenteel beleidsmedewerker Ruimtelijke ordening, tel. 0546 – 541442 Wim Haver, tijdelijk beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid, Gemeente Almelo,
[email protected], 0546-541505. Jorrit Gosens, tijdelijk medewerker klimaat, Gemeente Almelo
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
4
Werkgroep Duurzaam bouwen Almelo 1. Projectbeschrijving en doel De werkgroep duurzaam bouwen is opgericht als uitwerking van het convenant Duurzaam Bouwen en Verbouwen Almelo, dat in 2006 werd ondertekend door de Almelose woningstichtingen Beter Wonen en Sint Joseph, door Bouwend Nederland afdeling Almelo, het energiebedrijf COGAS energie en het gemeentebestuur van Almelo. Dit convenant gaat uit van samenwerking door innovatie en inspiratie. Het is de bedoeling om in een vroeg stadium van de planontwikkeling kansen in kaart te brengen en te benutten. Dit geldt voor onderhoudsplannen, herstructureringsplannen en nieuwbouwplannen. Nieuw ten opzichte van het oude convenant uit 1999 is dat de onderlinge communicatie, samenwerking, bestuurlijke betrokkenheid, en jaarlijkse publicatie van de resultaten, structureel georganiseerd worden.
2. Resultaten De werkgroep werd begin 2007 ingesteld. Er werden vier bijeenkomsten gehouden met de volgende hoofdpunten: 1. Vaststellen instellingsnotitie en bepalen werkwijze / gespreksonderwerpen 2. Kadernotities bij bouwprojecten gemeente Almelo 3. Bepalen van gemeentelijke ambities bij bouwprojecten bijvoorbeeld met GPR gebouw, toegelicht door architect Lars Courage uit Apeldoorn 4. Ventilatie met warmteterugwinning, toegelicht door Hans Velten, directeur ClimaRad
5.
Bezoek Magna Porta, een duurzaam gebouwd kantoorgebouw met koude-warmte-opslag en een volledig digitaal ontwerp, toegelicht door Gerard Schröder 6. Energievisie Aaboer Almelo, een nieuw appartementencomplex van De Woonplaats, toegelicht door Ton Glashorst, DWA 7. Stand van zaken energievisies in voorbereiding bij de woningstichtingen
3. Leerpunten •
De uitwisseling van ervaringen met duurzaam bouwen en het kennisnemen van nieuwe ontwikkelingen wordt ervaren als stimulerend en verrijkend
•
De gemeente heeft bewust afgezien van het voorzitterschap van de werkgroep. Dit vergroot het gevoel van onafhankelijkheid van de werkgroep.
•
De opkomst van de leden van de werkgroep is hoog. Het nemen van initiatief en het zorgen voor de voortgang ligt grotendeels in handen van de gemeente.
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
5
•
De doelstelling om in een vroeg stadium van de planontwikkeling van onderhoudsplannen, herstructureringsplannen en nieuwbouwplannen kansen in kaart te brengen is ingevuld door het aanbieden aan de Woningstichtingen van een energievisie bij sloop / nieuwbouw (Rumerslanden) en bij een renovatie (Jan Vermeerflats).
•
De stuurgroep, bestaande uit de directeuren van de deelnemende organisaties en de wethouder Milieu, is nog niet bijeen geweest. Zij zijn uitgenodigd het symposium op 7 februari 2008 bij te wonen.
4. Betrokkenen Voorzitter: Cogas Energie; Ron van Hutten, manager Milieu & innovatie, tel. 0546-836703 Almelose Woning Stichting “Beter Wonen”, Ebbo Storm van Leeuwen, Gerton Mekkelholt, tel. 0546-546464 Woningstichting “Sint Joseph” Almelo; Karin Wijting, Gert Jan Kreijenveld, tel. 0546-875842 Bouwend Nederland; Gerard Engelen 055-3686868, Aannemer Robbert Oosterveld, tel. 074-3841365 Gemeente Almelo: Hennie Loohuis, teamleider milieutechniek, tel. 0546-541431, Gerrit Jansen, teamleider milieubeleid, tel. 0546-541141 Bennie Nijkamp, coördinator duurzaam bouwen, controleur EPC, tel. 0546-541433 Secretaris: Wim Haver, beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid, Gemeente Almelo, tel. 0546-541505,
[email protected], tel. 06-16484728 Inmiddels aangehaakt: Perik Architectuur BV, Almelo, Henri Hilberink, 0546-540840
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
6
LOC23 - Herontwikkeling stationsgebied 1. Projectbeschrijving In opdracht van de Gemeente Almelo heeft DWA installatie- en energieadvies een studie uitgevoerd naar uitgangspunten voor een energiezuinig installatie- en gebouwconcept ten behoeve van de ontwikkeling van het bouwplan voor het stationsgebied, voorheen onder de naam Almeline-locatie, nu LOC23 in Almelo. Het project wordt ontwikkeld door Rabo Bouwfonds en de Gemeente Almelo. Het bestaat uit drie bouwdelen met een commerciële ruimte met daarboven totaal 325 appartementen. De hoogste toren telt 23 verdiepingen. In twee interactieve workshops zijn de ambities, doelstellingen en mogelijkheden tot inpassing in het ontwerp bepaald. De ambities zijn: • • • •
een energiezuinig en duurzaam gebouw lage woonlasten comfortabel en gebruiksvriendelijk Een gezond binnenklimaat.
Conceptdefinitie Op basis van de referentie, een gebouw dat voldoet aan de wettelijke eisen voor energiezuinigheid (EPC = 0,8), zijn een aantal energiezuinige concepten gedefinieerd. Hierbij wordt gebruikt gemaakt van het vierstappenmodel van DWA. De ontwerpfilosofie hierbij is: • een comfortabel en gebruiksvriendelijk gebouw • bouwkundig doen wat kan • •
30
28
26
24
22
20
18
16
14
12
8
10
6
4
2
0
Extra maandelijkse woonlasten (hypotheek, energie en onderhoud)
installatietechnisch doen wat moet toepassen van maatregelen die zowel energiezuinigheid en het comfort verbeteren. De concepten zijn door middel van een € 40 multicriteria-analyse beoordeeld. Een € 30 belangrijk criterium, de maandelijkse € 20 woonlasten, is weergegeven in € 10 nevenstaande grafiek. De woonlasten zijn €hier weergegeven ten opzichte van de € 10referentie. € 20Een duurzame energievoorziening met € 30warmte- en koude-opslag in de bodem Jaar (bodem en zon) of warmtewisseling aan Referentie Referentie+koeling Beter isoleren luchttemperatuur samen met Duurzaam comfort Bodem+zon Lucht+zon zonnecollectoren levert extra wooncomfort All-electric (koeling) en leidt na verloop van tijd zelfs tot de laagste woonlasten (onderste samenvallende groen/oranje lijn).
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
7
2. Resultaten Het voorkeursconcept bestaat uit een combinatie van beter isoleren en warmte- en koudeopslag in de bodem en zonnecollectoren. Met een EPC van 0,58 levert dit een reductie van de CO2 uitstoot van 19.600 kg per jaar. Aangezien de bodemomstandigheden mogelijk ongunstig zijn, is een goed alternatief voor warmte- en koudeopslag in de bodem een omkeerbare warmtepomp die de buitenlucht als warmte- of koudebron gebruikt (EPC = 0,59). Een proefboring zal uiteindelijk moeten uitwijzen welk systeem kan worden toegepast.
3. Leerpunten •
Een gezamenlijk optrekken in de projectgroep om samen met een adviesbureau de energievisie uit te werken is een goede werkwijze die leidt tot draagvlak voor gemaakte keuzen
•
De presentatie van de verschillende concepten en de uitleg van onderliggende argumenten en voor- en nadelen vergt veel tijd van de projectgroep De voorbereiding van de presentatie kost de nodige tijd, maar leidt tot een efficiënte vergadering
•
4. Betrokkenen Peter Lanting, Rabo Bouwfonds Bart Mispelblom Beyer, Tangram Architecten Johan van Heerikhuizen, De Groot Installatiegroep Eric Stegehuis, projectleider Gemeente Almelo, team Milieu, tel. 0546-541103 Ton Glashorst, DWA installatie- en energieadvies,
[email protected], tel. 0548-535540 Wim Haver, tijdelijk beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid, Gemeente Almelo,
[email protected], tel. 0546-541505, tel. 06-16484728.
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
8
Energievisie Waterrijk 1. Projectbeschrijving Waterrijk is een van de meest ambitieuze woningbouwlocaties in Almelo. In ongeveer 20 jaar worden in deze nieuwe kraal in de netwerkstad ruim 4.000 nieuwe woningen en voorzieningen ontwikkeld aan de noordflank van de stad. Streven is diversiteit in woningen en woonmilieus te realiseren. De start van de bouw is gepland in 2009. Voor Waterrijk liggen er vanuit de omvang, ligging, ontwerp en planning van de locatie bijzondere kansen voor een duurzame locatieontwikkeling. Op energiegebied heeft de gemeente Almelo de intentie om voor nieuwe ontwikkelingen in de gemeente (ook voor Waterrijk) te komen tot zo zuinig mogelijke woningen met een energieprestatie die 10% beter is dan de norm van het Bouwbesluit. Om tot een verantwoorde keuze te komen voor de energieopties is een energievisie opgesteld.
+ Bij het opstellen van varianten voor de energievoorziening is gewerkt volgens de drie stappen: eerst energie besparen in de gebouwen, vervolgens bekijken in hoeverre gebruik van duurzame energie mogelijk is en als laatste de invulling met efficiënte energieopwekking. De mogelijkheden om energiezuinige woningen te ontwikkelen zijn in een aantal varianten besproken. Halvering van het energiegebruik op woningniveau blijkt dan mogelijk. Vervolgens is bekeken welke duurzame energieopties op de locatie mogelijk zijn. Niet haalbare opties zijn gemotiveerd gestreept. Gebleken is dat zowel passieve als actieve zonne-energie op woningniveau mogelijk is. Ook kan gebruik gemaakt worden van omgevingswarmte door warmtepompen op woningniveau en collectief via een warmte-infrastructuur. Daarbij kan het oppervlaktewater op de locatie gebruikt worden. Een andere optie is biomassa warmte/kracht koppeling. Dat kan met droge biomassa uit de omgeving. Daarmee kan een volledig duurzame energievoorziening worden bereikt. Met deze opties is een zestal varianten ontwikkeld met zowel individuele als collectieve systemen met warmtelevering. Die varianten zijn vergeleken op basis van berekening aan de energieprestatie op woningniveau (EPC) en op het niveau van de locatie (EPL), investeringen, woonlasten, de consequenties voor ruimtebeslag in de woningen en infrastructuur en comfort in de woning. Dat leidde in dit geval tot de conclusie dat een tweeledige energievoorziening de meest optimale is. Op basis van het vastgestelde ambitieniveau wordt uitwerking gegeven aan een bivalente energievoorziening. Voor de gebieden ten noorden van de Westermaatweg wordt een “all electric” energievoorziening aanbevolen met energiebesparende maatregelen op woningniveau en warmtepompen op omgevingswarmte (denk aan gebruik oppervlaktewater). Een collectieve warmtelevering wordt aanbevolen voor de gebieden ten zuiden van de Westermaatweg. De
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
9
productie van energie voor de zuidelijke gebieden kan met warmtepompen, maar ook met biomassa of met warmte/kracht koppeling (restwarmte van bedrijven). Dit alles binnen het ambitieniveau, de financiële kaders, betrouwbaarheid en robuustheid naar de toekomst. Betrokken partijen worden in dat afwegingsproces betrokken. Het milieu is gebaat bij de keuze voor collectieve systemen met duurzame energieproductie. De CO2uitstoot daalt met 33% (variant warmtepompen; een energieconcept waarbij duurzame energie uit de omgeving wordt benut) tot zelfs 45% bij variant 6 met biomassa warmteproductie (en 100% bij variant 6 met biomassa warmte en elektriciteitsopwekking) afhankelijk van de keuze voor de opwekking. Daarmee wordt ruimschoots voldaan aan de ambitie van de gemeente Almelo met de laagste investeringen. De verkaveling is geschikt om zongericht ontwerpen en toepassing van actieve zonne-energie mogelijk te maken. De toepassing van lagetemperatuur verwarming en koeling in de woningen zorgen voor een goed binnenklimaat en comfort voor de bewoners.
3. Leerpunten •
Vroeg in het planproces zijn alle mogelijkheden om te komen tot een efficiënte en duurzame energievoorziening nog open. Het opstellen van een energievisie geeft inzicht in die mogelijkheden en de wijze van uitwerking daarbij.
•
Op woningniveau dient gestreefd te worden naar toepassing van maatregelen die nodig zijn om ook toekomstige energievoorziening in de woning te integreren, en de woningen verder te verduurzamen tot uiteindelijk een volledig energieneutrale energievoorziening wordt verkregen over 20 tot 30 jaar.
•
Zeer goede isolatie van de woningen, gebruik maken van passieve zonne-energie en lagetemperatuurverwarming, bij voorkeur door vloerverwarming zijn toekomstgericht maatregelen.
4. Betrokkenen Jan Ros, Projectleider Waterrijk gemeente Almelo, tel. 0546-541464 Frans Dirven, assistent projectleider Waterrijk Gemeente Almelo, tel. 0546-541387 Hennie Loohuis, coördinator team milieu, Gemeente Almelo, tel. 0546-541431 Mark Hendriks, team milieu, Gemeente Almelo, tel. 0546-541085 Bennie Nijkamp, team bouwen, Gemeente Almelo, tel. 0546-541433 Marita Weerink, team Ruimtelijke ordening, Gemeente Almelo, tel. 0546-541161 W/E adviseurs, Evert Vrins, Postbus 256, 5000 AG Tilburg,
[email protected] , www.w-e.nl, tel. 013-5835310 Wim Haver, tijdelijk beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid, Gemeente Almelo,
[email protected], tel. 0546-541505, tel. 06-16484728.
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
10
Project “Energievisie Rumerslanden” 1. Projectbeschrijving De Woningstichting Sint Joseph Almelo is van plan om een deel van de wijk Rumerslanden aan de noordkant van Almelo te herstructureren. Dit houdt in dat rond 400 woningen gesloopt worden en plaats maken voor nieuwbouw. In het kader van haar klimaatbeleid streeft de gemeente Almelo naar een energieprestatie die 10% boven de wettelijk vereiste norm ligt. Voor de woningstichting is het vooral belangrijk om de consequenties van verschillende energieconcepten in termen van comfort, woonkwaliteit, toekomstwaarde en energielasten in beeld te brengen. De gemeente Almelo en de woningstichting hebben aan G3 Advies (G3) opdracht gegeven om de mogelijke energieopties in beeld te brengen en vervolgens de meest kansrijke concepten verder uit te werken. Hiervoor heeft G3 een plan van aanpak ontwikkeld, bestaande uit de volgende fasen: >
INVENTARISEREN: bij deze eerste stap wordt een overzicht gegenereerd van gemeentelijke randvoorwaarden en uitgangspunten en belangen van andere partijen die een rol spelen bij de realisatie van de energieambitie.
>
VERGELIJKEN: vervolgens wordt door middel van een energiescan een vergelijking van verschillende gebouwgebonden en locatiegebonden energieopties gedaan waaronder energiebesparende maatregelen én mogelijkheden om gebruik te maken van duurzame bronnen, zoals warmte-koude-opslag.
>
UITWERKEN: aan de hand van de energiescan worden de consequenties voor de meest kansrijke energieopties beschreven. Dit gebeurt op basis van een integrale afweging van de aspecten kosten, risicoprofiel, milieu, ruimtelijke inpassing, woningtypologie, beheersvormen, comfort etc.
Aan de hand van deze analyse van de vraagkant kan de woningstichting een realistische energieambitie voor Rumerslanden vaststellen. In het vervolgtraject zal in een marktscan aan energiebedrijven gevraagd worden om binnen de kosten- en milieukaders een aanbieding te doen. Als ook deze analyse van de aanbodkant tot een positief resultaat leidt, kan gestart worden met een selectieprocedure teneinde de beste aanbieding uit de markt te halen. G3 heeft in het kader van de energievisie ook een tool voor duurzame stedenbouw voorgesteld, waarmee het thema energie in een bredere kwaliteitscontext geplaatst wordt. Daarbij gaat het onder andere om de thema’s water, groen, verkeer, openbare ruimte, woonmilieus, voorzieningen. De aanpak kenmerkt zich door het vroegtijdig in beeld brengen van kansen en het maken van afgewogen keuzes.
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
11
2. Resultaat Het resultaat van de energiescan was een grafiek, waarin voor verschillende energieconcepten de totale kosten over een periode van 30 jaar afgezet werden tegen milieueffecten. Deze grafiek geeft een globaal overzicht op basis van kengetallen en referentiegebouwen. Voor Rumerslanden werd deze grafiek voor verschillende energieprijs scenario’s gemaakt. Voorts werd ingegaan op de verschillende gebouwgebonden maatregelenpakketten (zwarte punten met verbindingslijn) en locatiegebonden energiesystemen. Op basis hiervan heeft de projectgroep besloten om twee kansrijke concepten verder uit te laten werken, namelijk een gebouwgebonden optie (EPC 0,72) en de warmtepompen (C-EWP: collectieve elektrische warmtepomp en I-EWP, individuele elektrische warmtepomp).
Deze beide concepten zijn vervolgens gedetailleerd uitgewerkt, waarbij onder andere aandacht is besteed aan de investeringskosten voor de woningstichting en de energiekosten voor de huurders. Bij sociale huurwoningen zijn wettelijke kaders geformuleerd voor de realisatie en exploitatie van de energievoorziening.
3. Leerpunten • • •
Er dient helder gecommuniceerd te worden over de verschillen van de energieconcepten. Warmtepompen kunnen bijv. in de zomer de woning koelen, wat een behoorlijke comfortverbetering betekent. Daartegenover staat een meerinvestering. Voor een woningcorporatie is een gemeentelijke milieuambitie niet per definitie een drijfveer. Zij kijkt vooral naar aspecten zoals verhuurbaarheid, woonlasten, gebruikerscomfort. Ontwikkelende partijen hebben de behoefte om zo vroeg mogelijk een technische keuze te maken. Adviseurs geven er de voorkeur aan eerst een ambitie vast te stellen en marktwerking toe te passen, voordat ze voor een bepaald systeem kiezen. Zorgvuldige communicatie over de consequenties van te maken keuzen is daarom nodig.
4. Betrokkenen Woningstichting St. Joseph, Ate van Houten, Karin Wijting, tel. 0546-875851 Harm Schippers, projectleider Gemeente Almelo, tel. 0546–541334 G3 Advies, Jörg Blass, Antoine Ketelaars, Frank Spruit,
[email protected] tel. 0418-654800 Wim Haver, beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid, gemeente Almelo,
[email protected], tel. 0546-541505, tel. 06-16484728
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
12
Energievisie flats Jan Vermeerstraat 1. Projectbeschrijving De Almelose Woningstichting Beter Wonen wil drie bestaande flats aan de Jan Vermeerstraat hoogwaardig renoveren om deze nog 50 jaar te kunnen exploiteren. Beter Wonen wil inzicht krijgen in de praktische mogelijkheden om de woningen op een kostenefficiënte wijze energiezuiniger te maken en de woonkwaliteit te verbeteren. Woonkwaliteit wordt daarbij bepaald door kernbegrippen als gezond en comfortabel, behaaglijk en veilig en verantwoord materiaalgebruik. Om dit inzichtelijk te maken is een energiestudie uitgevoerd om 3 realistische en financieel verantwoorde concepten te definiëren, die beoordeeld worden aan de hand van diverse kwaliteitscriteria. Op basis van deze concepten zal Beter Wonen vervolgens een concept selecteren dat ingebed zal worden in de renovatieplannen. De bestaande flats staan al enige tijd leeg. De gevels, vloeren en daken zijn niet voorzien van isolatie. De vulpanelen zijn wel geïsoleerd. Er is sprake van enkele beglazing. Ventilatie geschiedt op geheel natuurlijke wijze. De woningen werden verwarmd middels gaskachels. In onderling overleg zijn in een aantal stappen een drie woningconcepten gedefinieerd (tabel 1), waaruit Beter Wonen een keuze zal maken. Voor deze drie concepten dient in ieder geval rekening te worden gehouden met de volgende aandachtspunten: Aandachtspunten: HR107-combiketel in de woning, ventilatieunit (MV box) in de woning, kanaalwerk en rookgasafvoer (schachtruimte minimaal 0,5 x 0,6 m), zonwering en detaillering in verband met koudebruggen.
2. Resultaten Tabel 1 Definitieve woningconcepten Concept Omschrijving en aandachtspunten Basisvariant Rc =3,5 W/m²K, HR++-glas (Uw = 1,7 W/m²K), enkele kierdichting, HR107individueel combiketel met HRWarmWater = 72,5%, radiatoren, natuurlijke toevoer en EPC ~ 1,0 mechanische afvoer met gelijkstroomventilator, zonwering aan de zuidzijde. Variant individueel bouwkundig EPC ~ 0,8
Houtketel Pellets (EPC ~ 0,5)
Rc =4,5 W/m²K, HR+++-glas (Uw = 0,8 W/m²K) noord-, oost- en westgevel, enkele kierdichting, HR107-combiketel met HR tapwater = 72,5%, radiatoren, natuurlijke toevoer en mechanische afvoer met geluidswerende zelfregelende roosters en gelijkstroomventilator, zonwering aan de zuidzijde. Aandachtspunt: • condens op HR+++-glas aan de buitenzijde op koude, vochtige dagen Rc =3,5 W/m²K, HR++-glas (Uw = 1,7 W/m²K), enkele kierdichting, collectieve houtketel voor ruimteverwarming en opwekking warm tapwater, radiatoren, natuurlijke toevoer en mechanische afvoer met gelijkstroomventilator, zonwering aan de zuidzijde. Aandachtspunten: • Ruimte voor: collectieve houtgestookte ketel (ca. 400 kW) met voorraadbunker • Voorraadboilers warm tapwater per flat (ca. 500 liter/boiler) • Afleversets per appartement
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
13
Tabel 2 Financieel overzicht definitieve woningconcepten (complexniveau) Woningconcept Meerinvestering Energielasten voor terugverdientijd t.o.v. EPC = ruimteverwarming t.o.v. EPC - 1 jaar 1,0 Basis individueel EPC ~ 1,0 33.300 Individueel bouwkundig EPC ~ 0,8 58.000 27.000 9 Collectieve houtgestookte ketel 95.000* 18.000 6 * hierbij is rekening gehouden met opstelling van de installatie op de begane grond in de berging(en) en gebruik van pellets. Eventuele extra investeringen voortkomend uit het buiten plaatsen van de installatie zijn hierin niet opgenomen. Financieel overzicht bewoners (variant individueel bouwkundig EPC ~ 0,8) Huurstijging energiebesparing Voordeel bewoners (vanwege een zuinigere woning) Situatie na 1 jaar € 105,- per jaar € 115,- per jaar € 10,- (eerste jaar) Situatie na 15 jaar (cumulatief) € 1.850,-* € 2.600 € 750,prijsstijging aardgas 5% Situatie na 15 jaar (cumulatief) € 1.850,-* € 4.000 € 2.150,prijsstijging aardgas 10% * uitgangspunt hierbij is 2% huurstijging per jaar tabel 3
Variant met een houtgestookte ketel De rentabiliteit van de variant met een houtgestookte ketel is doorgerekend voor een looptijd van vijftien jaar, omdat de installatie een technische levensduur van vijftien jaar heeft. De installatie wordt afgeschreven over 15 jaar. Financiële uitgangspunten bij de rentabiliteitsberekeningen zijn: rente 5%, inflatie 2,2%, prijsstijging aardgas per jaar 5% en 10% en prijsstijging houtpellets: 5%. Financieel overzicht bewoners (variant houtketel EPC ~ 0,5) Huurstijging energiebesparing energiezuinigere woning Situatie na 1 jaar € 145,- (per jaar) € 210,- (per jaar) Situatie na 15 jaar (cumulatief) € 2.550,-* € 4.750 prijsstijging aardgas 5% Situatie na 15 jaar (cumulatief) € 2.550,-* € 7.350 prijsstijging aardgas 10% * uitgangspunt hierbij is 2% huurstijging per jaar tabel 4
Voordeel bewoners
€ 65,- (eerste jaar) € 2.200,€ 4.800,-
3. Leerpunten •
Zoals overal is ook hier een knelpunt dat huurverhoging als gevolg van energie-investeringen eigenlijk niet mogelijk is in verband met de huursubsidie.
•
Alleen bij een technische goede onderbouwing door een specialistisch adviesbureau kan een alternatief energieconcept bespreekbaar worden gemaakt.
•
De keus voor het uit te voeren energieconcept is nog niet gemaakt.
4. Betrokkenen Ebbo Storm van Leeuwen, Gerton Mekkelholt, Fred Bruins, Peter Beckers, Almelose Woningstichting Beter Wonen,
[email protected], tel. 0546-546464 Gert Harm ten Bolscher, Leendert Vreeman, DWA installatie- en energieadvies,
[email protected], tel. 0548-535540 Wim Haver, tijdelijk beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid, Gemeente Almelo,
[email protected], tel. 0546-541505, tel. 06-16484728
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
14
Energievisie “Internationaal Indoor Sportcentrum Almelo” 1. Projectbeschrijving De voorbereiding van de realisatie van een Internationaal Indoor Sportaccommodatie Almelo (IISPA) bij het Polmanstadion van voetbalclub Heracles Almelo is in volle gang. In het IISPA komt een arena waar grote internationale topsportevenementen worden gehouden met plek voor 1500 toeschouwers. Verder komt er een grote hal voor breedtesport en voor verenigingen en scholen, en een turnaccommodatie. Daarin komen Almelose gymnastiekverenigingen maar ook de stichting Topturnen Oost Nederland (TON) die jonge turnsters opleidt voor de Olympische Spelen. Ecofys heeft een opdracht uitgevoerd voor een second opinion voor de inzet van duurzame energie en energiebesparing . Het doel van deze opdracht was o.a. het bepalen van de haalbaarheid van een warmtepompsysteem voor het IISPA, aangevuld met ideeën en aanvullende maatregelen om de energievraag te beperken.
2. Resultaten Concreet zijn de investeringen en exploitatiekosten van een warmte/koude-systeem met warmtepompen vergeleken met een energiesysteem met gasketels. Bij warmte/koude- opslag in de bodem wordt de warmte van de zomer opgeslagen in de aquifers. Deze warmte wordt in de winter door de warmtepomp gebruikt voor de verwarming van de sporthal. Hierdoor koelt het bronwater af en wordt opgeslagen in de aquifer. Deze koude kan vervolgens in de zomer gebruikt worden voor koeling.
Figuur 1: Schematische werking warmte/koude opslag en warmtepompen
Belangrijke voorwaarde bij het toepassen van warmte/koude- opslag is de geschiktheid van de ondergrond. Op basis van aangepaste uitgangspunten, zijn door Ecofys de investeringen en exploitatiekosten van een warmte/koude- systeem met warmtepompen vergeleken met een energiesysteem met gasketels. Op basis van deze gegevens zijn voor de sporthal de meerinvesteringen en het jaarlijks exploitatievoordeel bepaald. Uit het onderzoek bleek dat het toepassen warmtepompsysteem voor de IISPA zinvol is en financieel aantrekkelijk kan worden gerealiseerd. De uitgangspunten van het installatiebureau werden op de onderdelen energievraag en vermogens bijgesteld. Ook is inzichtelijk gemaakt dat er nog aanvullende energiebesparingkansen lagen, vooral met betrekking tot de methode van ventileren.
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
15
3. Leerpunten •
De samenwerking tussen de betrokkenen verliep goed, waardoor in enkele slagen overeenstemming kon worden bereikt over de te hanteren uitgangspunten energiebesparing het uiteindelijk advies.
•
De inzet van een gespecialiseerd energie-adviesbureau heeft meerwaarde en verdient zich meestal terug.
CarBon Software Familie Ecofys houdt zich in de provincie Overijssel bezig met de monitoring van het klimaatbeleid van de provincie Overijssel. Ecofys is op dit moment bezig met het vullen van het CarMon monitoringssysteem. De provincie Overijssel gaat tevens gebruik maken van de CarMan software. Ecofys heeft de CarBon software familie ontwikkeld ter ondersteuning van het klimaatbeleid van gemeenten en provincies. Veel lokale overheden hebben namelijk in het kader van BANS een intensivering van hun klimaatbeleid ingezet. Nu het beleid op de rails staat, is het van belang te bepalen of het klimaatbeleid al dan niet op koers ligt en blijft. CarMon valt binnen de CarBon software familie. Ecofys ontwikkelde de CarBon softwarefamilie ter ondersteuning van de klimaatbeleidscyclus:
CarMan: voor beheersing en selectie van en besluitvorming over CO2-emissiereductiebeleid
CarMon: voor het monitoren van CO2-emissies en energiebesparing
CarBase: definieert en monitort de CO2- en energiebaseline. CarBase wordt nu ontwikkeld.
4. Betrokkenen Herman Hans, Projectleider IISPA, Gemeente Almelo, tel. 0546-541410 ir. Erwin Mikkers, Ecofys, Design en construct services, tel. 030-2808492 Drs. Vincent Hoen, Ecofys, Consultant Energy Management tel. 030-2833648 Jorrit Gosens, tijdelijk medewerker klimaatbeleid, Gemeente Almelo, tel. 0546-541505
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
16
Energiebesparing Sportpark Almelo en OSG Erasmus 1. Projectbeschrijving Het Sportpark Almelo bestaat uit een sporthal, tennishal en zwembad. De energiekosten (gas en elektriciteit) van Het Sportpark vormen een substantieel deel van de exploitatielasten. Op verzoek van het Sportpark heeft de Gemeente laten onderzoeken wat de mogelijkheden zijn voor verlaging van de energiekosten. Voor de Openbare Scholen Gemeenschap Erasmus, die ernaast staat, is een onderzoek uitgevoerd naar het binnenklimaat. De benodigde warmte voor het sportcomplex wordt opgewekt met behulp van twee gasgestookte ketels. Vroeger werd er ook gebruik gemaakt van een warmtekrachtketel, maar deze is verwijderd. De verwarmingsketels leveren ook de warmte voor de aangrenzende OSG Erasmus. In dit onderzoek is op basis van de huidige installaties en de huidige bouwkundige staat onderzocht welke rendabele energiebesparende maatregelen er getroffen kunnen worden bij het Sportpark en de OSG Erasmus.
2. Resultaten Uit het uitgevoerde onderzoek voor Het Sportpark blijkt dat er diverse energiebesparende maatregelen zijn toe te passen. In tabel 1 zijn van de maatregelen die binnen vijf jaar terug kunnen worden verdiend de te realiseren besparingen op het energiegebruik en de reductie van de CO2emissie weergegeven. tabel 1
Energiebesparing en CO2-emissiereductie Besparing gasgebruik [m3]
Besparing elektra [kWh]
Reductie CO2 [ton]
Leidingisolatie
2.760
0
5
Schakeling verlichting
0
11.500
7
Frequentie circulatiepomp
0
106.400
60
Frequentie ventilatoren Warmteterugwinning uit afval en douche water Warmteterugwinning uit luchtbehandelingkast Spoelwater hergebruiksysteem
0
19.800
11
145.500
0
259
75.200
0
134
169.400
0
302
Voor OSG Erasmus blijkt het opnieuw inregelen van de installaties en warmteterugwinning op een deel van de luchtbehandelingkasten de meest interessante maatregelen. De te realiseren besparing op het energiegebruik en de reductie van de CO2-emissie zijn weergegeven in tabel 2. Tabel 2
Energiebesparing en CO2-emissiereductie
Maatregelen
Besparing gas
Besparing [kWh]
CO2 reductie [ton]
Waterzijdig inregelen
9.000
0
16
Luchtzijdig inregelen Warmteterugwinning luchtbehandelingkast
2.500 28.400
3.100 0
6 51
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
17
Houtgestookte ketel Naast toepassing van bovenstaande maatregelen is toepassing van een houtgestookte ketel een interessante duurzame optie voor de warmteopwekking voor Het Sportpark en OSG Erasmus. Extra onderdeel van het project is het onderzoek van de haalbaarheid van toepassing van een houtgestookte ketel. Hiervoor zijn, met subsidie van de provincie Overijssel, twee scenario’s onderzocht, namelijk inpassing van de houtgestookte ketel in de huidige technische ruimte of plaatsing in een apart gebouw op de ligweide. Door het gebruik van hout als brandstof wordt de emissie van CO2 gereduceerd. Bij de verbranding komt wel CO2 vrij, maar dit is door het hout gedurende zijn levensloop zelf opgenomen uit de lucht (korte kringloop). Verbranding van hout is daardoor grotendeels CO2-neutraal. Bij de aanvoer van brandstof komt echter wel CO2 vrij door het brandstofverbruik van de vrachtwagens. Netto wordt de CO2 emissie met circa 450 ton gereduceerd.
Netto contante waarde (€)
€ 1.200.000
€ 800.000
€ 400.000
€0 0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
Figuur 1 Resultaat rentabiliteitsberekening
€ 400.000-
€ 800.000Sc enario 1 houtpellets
Sc enario 1 houts nippers
Sc enario 2 houts nippers
Sc enario 2 houtpellets
In figuur 1 is de rentabiliteit van de houtgestookte ketel is doorgerekend over een looptijd van vijftien jaar. Daar waar de lijnen de nullijn snijden, is de meerinvestering terugverdiend dankzij de lagere exploitatiekosten. Vanaf dat moment levert de meerinvestering daadwerkelijk financieel voordeel op.
3. Leerpunten •
Het energie-onderzoek maakte duidelijk dat het zwembad in vergelijking tot gemiddelde zwembaden in Nederland vier keer zoveel elektriciteit gebruikt, 2 keer zoveel gas en drie keer zoveel water. Er is een wereld te winnen aan energiebesparing en waterbesparing.
•
De vertaling van de energietechnische kennis en adviezen naar een taal die voor mensen zonder energiekennis begrijpelijk is, vergde enige tijd. De kansen om de aanbevelingen voor energiebesparing en waterbesparing te realiseren zijn groot nu het zwembad op de nominatie staat gerenoveerd te worden. De keuzes hiervoor moeten door het stichtingsbestuur en de gemeente nog bekrachtigd worden.
•
4. Betrokkenen Eric Busscher, bedrijfsleider en Jos Rijsemus, machinist, Sportpark Almelo, tel. 0546-863636 Ineke Lasker, hoofd bedrijfsvoering en beheer, OSG Erasmus, 0546-480800 Hans van der Heide en Erik de Ruiter, DWA installatie- en energieadvies,
[email protected]. tel. 0548-535540 Wim Haver, tijdelijk beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid, Gemeente Almelo,
[email protected], tel. 0546-541505, tel. 06-16484728.
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
18
Project “Duurzaamheidscan nieuwe stadhuis Almelo” 1. Projectbeschrijving De gemeente Almelo gaat een nieuw stadhuis bouwen. Een programma van eisen is in voorbereiding. De gemeente heeft hoge ambities op het vlak van duurzaam bouwen. Ter illustratie: Almelo’s beleid is om in nieuwbouw een energieprestatie te realiseren die tenminste 25% scherper is dan de norm van het Bouwbesluit. Bovendien heeft de gemeenteraad aangedrongen op optimale duurzaamheid: “Tegelijkertijd met een vooruitstrevende, gedurfde beeldverwachting wenst de gemeente Almelo een grote duurzaamheid. ‘Een nieuw monument’ is in dit opzicht als uitdrukking gebruikt.” Bij de ontwikkeling van een duurzaam gebouw gaat om het vinden van de optimale balans tussen hoge plankwaliteit én lage milieubelasting. In andere woorden: het gaat om het ontwikkelen van een gebouw, waarin mensen zich prettig voelen; dat zo mogelijk het milieu belast bij realisatie, tijdens gebruik de sloopfase; dat hen dierbaar is en dat in de toekomst blijft voldoen aan de wensen van gebruikers. Dit streven is uitgangspunt bij de ambitievorming voor deze bouwopgave. De gemeente Almelo werkt bij deze planontwikkeling voorkeur met prestatiegerichte eisen. Bij de verkenning van het ambitieniveau voor duurzaam bouwen betreffende de bouwopgave is GPR Gebouw® gehanteerd. Samen met medewerkers van de gemeente is in een van drie workshops een prestatieprofiel opgesteld met scores voor Energie, Materialen, Afval, Water en Gezondheid. W/E leverde het ontwerp- en communicatiehulpmiddel en inhoudelijke bijdrage. De resultaten geven inzicht in aansprekende, realistische (financieel) haalbare ambities voor duurzame ontwikkeling van het toekomstige stadhuis. Zie onderstaand Gebruikerslabel.
Verbeelding uitgangspunt
&
Plankwaliteit
het
min en in
Milieubelasting
bij Bouwopgave
Ambities
Strategieën
SO VO DO
Duurzaam plan
reeks GPR-
Concepten
Maatregelen
en
2. Resultaten In het GPR-prestatieprofiel met 3½ sterren zijn de volgende opties voor kwaliteit en duurzaamheid voorgesteld: • Toepassing van warmte/koude-opslag met warmtepomptechniek • Toepassing van betonkernactivering. • Klimaatzonering: collectieve ruimten alleen verwarmen of koelen, wanneer deze daadwerkelijk worden gebruikt. Kantoorruimten of –zones moeten gescheiden kunnen verwarmen of koelen. • Grote mate van individuele regelbaarheid op werkplekken: temperatuur, zonwering, ramen, verlichting en ventilatie. • Het aantal temperatuuroverschrijdingsuren beperken tot maximaal 150 uren. (conform Rgdrichtlijn; gewogen aantal uren boven 25 °C resp. 28 °C). • Goede binnenluchtkwaliteit door CO2-sturing op 800 ppm en geen luchtrecirculatie. • Geluidwering tussen werkruimten en tussen werk- en verkeersruimten. • Aanvullende, zichtbare technieken zoals PV, zonneboilers en vegetatiedaken/-gevels, inzetten met voorbeeldfunctie. • Ontwerpen op een zeer lange levensduurverwachting met een hoog niveau indelingsflexibiliteit. Toekomstige functiewijziging is hiermee eenvoudig.
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
19
• • • • •
Multifunctioneel ruimtegebruik. Denk hierbij aan gebruik van fractiekamers tijdens kantooruren als vergaderruimtes. Toepassing van hout met FSC-keurmerk. Ruimte realiseren voor gescheiden opslag van bedrijfsafval. Hemelwater op de locatie benutten. Naarmate de bouwplanontwikkeling vordert en meer en gedetailleerder informatie over het stadhuisontwerp beschikbaar komt, kunnen preciezere resultaten met GPR Gebouw worden verkregen én kunnen alternatieve ontwerpkeuzes worden afgewogen. .
3. Leerpunten •
•
GPR Gebouw is een bruikbaar hulpmiddel bij ontwerpkeuzes over kwaliteit & duurzaamheid. De verschillende mogelijkheden om de kwaliteit voor energie, materialen, afval, water en gezondheid te bereiken kunnen goed worden vergeleken waarbij de relatieve bijdrage aan het kwaliteitsniveau onmiddellijk doorberekend wordt. Met de architect, aannemer en installateur kunnen deze mogelijkheden worden doorgenomen, waarbij ook voor alternatieve oplossingen met gelijkblijvend kwaliteitsniveau kan worden gekozen.
4. Betrokkenen H. Nij Bijvank – projectleider nieuwe stadhuis, tel. 0546-541301 H. Hans – projectleider afdeling Stadsbeheer, bouwen H. Loohuis – teamleider techniek milieu M. Hendriks – beleidsmedewerker integrale milieuadvisering E. Stegehuis – beleidsmedewerker milieu R. Wiggers – facilitaire zaken G. Schuurman en mevr. E. Roth, W/E adviseurs, tel. 030-6778767, tel. 06-22372584 W. Haver – beleidsmedewerker klimaat en milieu
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
20
GPR Gebouw® Gemeenten en marktpartijen gebruiken GPR Gebouw voor het ontwikkelen en realiseren van duurzame gebouwen. GPR Gebouw is hét hulpmiddel voor nieuwbouw en renovatie van woningen, utilitaire gebouwen en scholen. Met GPR Gebouw meet de gebruiker de kwaliteit en duurzaamheidprestaties van een gebouw. Dat maakt duurzaam bouwen goed bespreekbaar, zowel in de eigen organisatie als met externe partijen. Bovendien is GPR Gebouw een praktisch en gebruiksvriendelijk instrument om plankwaliteit en milieubelasting in samenhang te optimaliseren. Het is uitstekend geschikt voor zowel het communiceren over resultaten in alle fasen van het planproces als het afspreken van ambities en het optimaliseren van prestaties tijdens het ontwerptraject en de realisatie.
GPR Gebouw wordt met succes gebruikt door gemeenten, architecten, projectontwikkelaars en onderwijsinstellingen. Naast de gemeente Almelo hebben ruim 70 andere gemeenten GPR Gebouw aangeschaft. Ruim 450 sublicentiehouders gebruiken GPR Gebouw bij concrete planontwikkeling. www.GPRgebouw.nl
Kwaliteitsbeeld GPR Gebouw geeft voor elk thema een kwaliteitscore op een schaal van 1 tot 10. Hoe hoger de kwaliteit – of hoe lager de milieubelasting – hoe hoger de score. Energiegebruik, materiaalgebruik, watergebruik, gezondheid en gebruikskwaliteit (toegankelijkheid, flexibiliteit en veiligheid) worden allemaal meegenomen in de beoordeling. Gemeenten en marktpartijen kunnen vooraf ambities bepalen; toezichthouders kunnen projecten makkelijker controleren. Professionals zijn niet gebonden aan voorgeschreven maatregelen, maar kiezen passende ontwerpoplossingen. Het resultaat staat in een label dat het project classificeert in één tot vijf sterren. Het kwaliteitslabel is bruikbaar in communicatie naar bewoners en gebruikers. Nieuwbouw en bestaande bouw Sinds kort is naast de nieuwbouwversie ook GPR Gebouw Bestaand beschikbaar. GPR Gebouw Bestaand 1.0 is toepasbaar bij het groot onderhoud of de renovatie van woningen of woongebouwen, kantoorgebouwen en scholen. Het prototype van dit programma is nu in de testfase. GPR Gebouw Bestaand werkt snel, eenvoudig en betrouwbaar: binnen 4 uur inzicht in (verbetering) kwaliteit en duurzaamheid gebouw voor bestaande situatie en situatie na ingreep
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
21
-
effect van iedere afzonderlijke maatregel op duurzaamheid direct zichtbaar
-
maakt gebruik van referentiewoningen
-
sluit aan op EPBD, NEN-normen en Bouwbesluit
-
materiaal module gebaseerd op levenscyclusanalyse (LCA)
-
geeft behaalde CO2-reductie
Door het invoeren van de huidige gebouwkenmerken en de kenmerken na ingreep wordt de actuele duurzaamheidprestatie vergeleken met de prestatie na ingreep. Dit maakt het mogelijke om de consequenties van verschillende niveaus van renovatie of zelfs sloop/vervangende nieuwbouw te vergelijken.
4. Betrokkenen G. Schuurman en D. Anink, W/E adviseurs, tel. 030-6778767, tel. 06-22372584 www.dubonieuwestijl.nl De Gemeente Almelo heeft GPR gebouw aangeschaft na de positieve ervaringen ermee met de bepaling van de ambities voor duurzaamheid voor het nieuwe stadhuis.
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
22
Project “Vervoersprestatie op locatie Waterrijk” 1. Projectbeschrijving SenterNovem heeft enkele jaren geleden de Vervoersprestatie op Locatie (VPL), geïntroduceerd. Deze ontwerpmethode, die samen met Goudappel Coffeng is ontwikkeld, richt zich op een duurzame mobiliteitsopzet bij ruimtelijke plannen door het vergelijken van het energiegebruik bij verschillende ontsluitingsalternatieven binnen een verkeerssimulatiemodel. VPL is toepasbaar op alle ruimtelijke plannen op lokaal niveau, zowel in nieuwbouwsituaties als herstructureringsgebieden. Voor de nieuwe woonwijk Waterrijk heeft Goudappel Coffeng een analyse gemaakt van de verkeersbewegingen per auto van en naar deze wijk. In workshops zijn alternatieven aangedragen die de verkeersbelasting op bestaande wegen kunnen opvangen of verminderen. Voorbeelden hiervan zijn het toevoegen of verwijderen van infrastructuur, aansluiting op de fietssnelweg en de aanleg van een nieuw OV-systeem in de vorm van Personal Rapid Transport (PRT). Personal Rapid Transport is een railgebonden individueel openbaar vervoerssysteem met voertuigen waar maximaal 4 personen in kunnen. Deze wagons rijden op een eigen vrijliggende baan op palen en niet volgens een vaste dienstregeling, maar op aanvraag. Met het VPL-proces wordt een stedelijk ontwerp gemaakt met aandacht voor mobiliteit en kwaliteit van de leefomgeving, waarbij bewoners voor die vervoerswijze kiezen die voor hen én voor de omgeving het meest geschikt is. Het primaire doel van VPL-proces is energiebesparing in het verkeer en de beperking van de emissies CO2.
2.
Resultaat
De resultaten van de VPL vormen bouwstenen voor een meer bewuste afweging tussen ruimtelijke opzet en energieduurzaamheid van de wijk. Met het verkeersmodel van de gemeente Almelo zijn diverse varianten voor de verkeersstructuur doorgerekend. Vervolgens is het energiegebruik per variant doorgerekend.
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
23
modaliteit auto OV fiets lopen
zonder PRT 47% 3% 28% 22%
reëel PRT optimistisch PRT 45% 43% 12% 21% 22% 16% 21% 20%
In de varianten is ook het effect van Personal Rapid Transport vertaald (via de modal split) naar energiegebruik. In de tabel is per variant de model split weergegeven van de verkeersbewegingen in Waterrijk. Variant reëel is met het PRT systeem alleen in Waterrijk richting het station en omgeving. De variant optimistisch is met het PRT systeem in heel Almelo.
3. Leerpunten •
•
• • • •
Energieberekeningen met het verkeerssimulatiemodel leveren geen exacte weergave van de toekomstige werkelijkheid. Het model is wel een instrument om prognoses te maken voor toekomstige situaties, verschillende alternatieven met elkaar te vergelijken en op basis daarvan beargumenteerde uitspraken te doen. Het variëren in de opbouw en de verkeersstructuur van een woonwijk beïnvloedt (het energiegebruik van) de verkeersbewegingen van/naar, en binnen een woonwijk. Daarom is het van belang bij het ontwerp van de ruimtelijke structuur rekening te houden met de effecten op het energiegebruik. Het ontwerpen van ontsluitingsvarianten en het bespreken van de modelresultaten met alle bij het ontwerp van een woonwijk betrokken disciplines leidt tot extra inzicht en meer draagvlak bij de overige disciplines voor de verkeerskundige aspecten. Nadere afweging: een nieuwe verkeersverbinding naar de woonwijk wordt afgewogen tegen het verbeteren van een bestaande verbinding. Aanzienlijk investeren in het openbaar vervoer, zoals door Personal Rapid Transport, heeft een grote toename van het openbaarvervoergebruik tot gevolg en een afname van het energiegebruik. Bij resultaten verder onderbouwen. Hans G. had hiervoor een tabel. Een toename in het gebruik van het openbaar vervoer leidt niet één op één tot een afname van het autogebruik. Het openbaar vervoer is ook een alternatief voor de fiets. In de praktijk heeft een toename van het openbaar vervoergebruik ook een afname van het fietsgebruik tot gevolg.
4. Betrokkenen Hans Veldscholten, beleidsmedewerker verkeer, Gemeente Almelo,
[email protected], tel. 0546-541424 Hans Golstein, Floris Frederix, Goudappel Coffeng,
[email protected], tel. 0570-668723,
[email protected], tel. 0570-666874. Wim Haver, tijdelijk beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid, Gemeente Almelo,
[email protected], 0546-541505, tel. 06-16484728
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
24
Project ”windenergie in Almelo” 1. Projectbeschrijving Om het bedrijfsleven bij energiebesparing en de inzet duurzame energie te betrekken werd in 2005 een Investeringsplan duurzame energie voor het Bedrijvenpark Twente opgesteld. Dit vond plaats in het kader van het provinciaal project Leren voor duurzaamheid. De projectgroep bestond uit de provincie Overijssel, de Kamer van Koophandel, een beleidsmedewerker economische zaken en de beleidsmedewerker duurzaamheid. Meerdere projectvoorstellen werden geopperd zoals het plaatsen van zonnepanelen op scholen gesponsord door het bedrijfsleven, het promoten van koudewarmteopslag in de bodem, het toepassen van zonne-energie en het plaatsen van kleinschalige windmolens (5 KWatt). De beste optie was het realiseren van grote windmolens (2 à 3 MWatt) op het Bedrijvenpark Twente. Dit zou verreweg de grootste impact hebben op de inzet van duurzame energie. Daarom werd een nieuwe projectgroep ingesteld die nader onderzocht welke mogelijkheden er waren om 3 tot 5 grote windmolens bij het Bedrijvenpark Twente te plaatsen. In latere instantie kon worden bekeken of ook nog drie windmolens op Businesspark XL mogelijk zouden zijn. Doel was de plaatsing van molens van circa 3 MW. Het gaat dan om molens met een rotordiameter van circa 90 meter (wiektip tot circa 125 meter). De projectgroep, bestaande uit een vertegenwoordiger van Cogas, van CTC en de beleidsmedewerker klimaatbeleid, gaf Izzy Productions opdracht om een haalbaarheidsonderzoek naar windmolens uit te voeren. Dit bedrijf is gespecialiseerd in de planologische aspecten van windmolens.
2. Resultaten De molens zijn er nog niet, en het is onduidelijk of en wanneer ze er wel komen. Gedurende de planfase werden we geconfronteerd met de volgende problemen: • Gevreesd werd dat de extra geluidsbelasting door de windmolens mee zou tellen met de geluidbelasting op het bedrijventerrein. Daarmee zouden de molens voor het bedrijfsleven onbespreekbaar zijn. Met de aanpassing van de Wet Geluidhinder via MIG II viel deze belemmering weg. • Er werd geëist dat bij de planning van de molens rekening werd gehouden met de slagschaduw van de wieken. Bij dergelijk grote molens is deze schaduw aanzienlijk. Bedrijven zouden zich niet willen vestigen in zones van de terreinen met slagschaduw. Aan deze eis viel relatief simpel invulling te geven op bedrijvenpark Twente. Door plaatsing aan de noordzijde van het terrein viel de schaduw over agrarisch gebied. • In tegenspraak met eerdere geruststellende mededelingen gaf het ministerie van Defensie onverwacht aan (in het voorjaar van 2007) dat de windmolens niet gerealiseerd konden worden in verband met een laagvliegroute over Almelo. Straaljagerpiloten oefenen in deze routes met het vliegen tot op hoogtes van minimaal 75 meter. Hoewel boven Almelo zelf een minimum van 300 meter wordt aangehouden, wil Defensie geen risico’s hebben op de route in het geval piloten vergeten naar deze 300 meter hoogte op te trekken. Een verdere veiligheidsmarge zorgt voor een maximale bouwhoogte van 40 meter in de zone. Wethouders van verschillende gemeenten en bestuurders van provincie Overijssel zijn in overleg met de ministeries van VROM en Defensie over mogelijk verleggen van de laagvliegroutes. • Defensie heeft gemeld dat een nader onderzoek nodig zou zijn van mogelijke radarverstoring door bouwwerken hoger dan 40 meter in een straal van 32 kilometer rondom vliegbasis Twente. Dit nader onderzoek zou op kosten van Defensie kunnen plaatsvinden. Wanneer ook met
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
25
• •
•
•
technische oplossingen een te grote radarverstoring zou optreden zou Defensie bezwaar aantekenen. Nadat Defensie duidelijk had gemaakt dat windmolens in de laagvliegroute onaanvaardbaar zijn, is het haalbaarheidsonderzoek van IZZY stopgezet. De Gemeente heeft daarop contact gezocht met de Gemeente Zwolle en de provincie Overijssel. In overleg met de gedeputeerde en de betrokken wethouders zijn brieven opgesteld aan minister Cramer en aan de staatssecretaris van Defensie om de impasse aan de orde te stellen. Defensie regio Oost heeft laten weten mee te willen werken aan een verlegging van de laagvliegroute. De provincie Overijssel voelde daar echter niet voor, aangezien de procedure voor het vastleggen van de laagvliegroute onlangs is afgerond in een Herziening van het streekplan. Een nieuwe procedure zou veel bezwaren opleveren van andere gemeenten die onder een nieuwe laagvliegroute zouden komen te liggen. Van de staatssecretaris en van VROM is nog antwoord ontvangen. De maatschappelijke weerstand hadden we willen overwinnen wanneer de windmolens haalbaar leken te zijn, winstgevend zouden worden en de omliggende bedrijven ervan mee zouden profiteren en daardoor voorstander zouden zijn.
3. Leerpunten •
Er is maatschappelijk veel weerstand tegen de plaatsing van windmolens. Ook op relatief weinig op hun gezichtswaarde gewaardeerde bedrijventerreinen wordt de geluidsoverlast en slagschaduw als belangrijk nadeel beschouwd. Bedrijven waren vooral geïnteresseerd in de mogelijkheid goedkoper stroom af te nemen of om het groene imago van hun bedrijf of het terrein te verhogen.
•
Niet duidelijk is hoe reëel de verwachting van goedkopere stroom is. Uiteindelijk is het een energiebedrijf dat investeert in de molen, en de energie aan het net levert. Het is onduidelijk welke tegenprestatie de bedrijven zouden (willen) leveren voor de goedkopere stroom. De bezwaren van defensie kwamen onverwacht. Bij alle toekomstige windmolenprojecten moet rekening worden gehouden met mogelijke bezwaren van het ministerie van Defensie.
•
4. Betrokkenen Ron van Hutten, Cogas, manager Milieu & Innovatie en duurzame energie, tel 0546-836703 Henk Heerkens, Directeur De Luwte, Adviseur Composite Technology Center, 06-53957304 Pim de Ridder, Izzy windenergie, www.izzy-productions.nl, tel. 024-3566347, tel. 06-55710803 Wim Haver, tijdelijk beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid, Gemeente Almelo,
[email protected], 0546-541505, tel. 06-16484728 Rien Mudde, Ministerie van Defensie directie noord, dienst Vastgoed, 038-4572401, www.vastgoeddefensie.nl
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
26
Project ‘Energiebesparing bij bedrijven’ 1. Projectbeschrijving Eén van de projecten van het Klimaat Uitvoerings Programma van de gemeente Almelo is om overleg te starten met het bedrijfsleven om te proberen concrete energiebesparingen en inzet van duurzame energie te realiseren. Via Mark Ent, voorzitter van het platform van ondernemersplatform “Energiek Almelo”, kwam de gemeente Almelo in contact met Cogas Energie. Cogas Energie beschikt over een gecertificeerd meetbedrijf dat van alle grootverbruikklanten dagelijks de energieverbruiken verzamelt en controleert. Daarnaast beschikt Cogas Energie over energieadviseurs die bedrijven helpen om energiebesparingen te realiseren. In samenwerking met de gemeente Almelo en Mark Ent is vervolgens een concept ontwikkeld waarbij Cogas Energie een laagdrempelig energiebesparings-onderzoek aanbiedt. De lage drempel zit in een “no cure, no pay”-constructie waarbij de kosten voor de inleidende Quick Scan niet door het deelnemende bedrijf betaald hoeft te worden, indien blijkt dat er weinig tot geen energiebesparingen te realiseren zijn. Hiervoor hebben de gemeente Almelo en Cogas een Garantiefonds opgericht. Wanneer er uit de inleidende Quick Scan blijkt dat er voldoende mogelijkheden tot energiebesparing zijn met een relatief korte terugverdientijd (5 jaar) dan wordt het volledige energiebesparingonderzoek uitgevoerd en betaald. Een belangrijke voorwaarde voor bedrijven om deel te nemen aan het energiebesparingonderzoek was dat dit project tegemoet zou komen aan de verplichting die in het kader van de Wet Milieubeheer wordt gesteld om een energiescan te maken en alle maatregelen die binnen 5 jaar kunnen worden terugverdiend te nemen. T o t a a l v e r b r u i k p e r ma a n d
50000
46225
45000
46223
44623
47463
4 18 9 5
4 14 5 0
40583
38565
3 8 16 1
38369
39063
40000 35000 30000 25000 20000
14 5 2 5
15 0 0 0 10 0 0 0
5000
0
2007/ 01 2007/ 02 2007/ 03 a jn
f eb
mr t
2007/ 04 2007/ 05 2007/ 06 2007/ 07 2007/ 08 2007/ 09 apr
mei
u jn
u jl
aug
sep
2 0 0 7 / 10 okt
2 0 0 7 / 11 2 0 0 7 / 12 n ov
dec t / m de 11e
ma a n d
2. Resultaten De door Cogas benaderde bedrijven reageerden veelal positief. Van de 21 uitgenodigde bedrijven, doen er uiteindelijk waarschijnlijk 10 mee. Het is de bedoeling om in 2008 het project op te schalen naar een deelname van circa 100 bedrijven. Het eerste bedrijf dat doorgelicht werd is Egberts Rubber. De activiteiten bestaan uit het produceren van rubberen vormartikelen en het aanbrengen van rubberen bekleding op walsen. Het bedrijf verbruikt per jaar circa 500.000 kWh elektriciteit en 80.000 m³ aardgas. Tijdens het bedrijfbezoek is gekeken naar de installaties en processen waar energieverbruik een rol speelt. Gelet wordt ook op de efficiency van de energieomzetting en de wijze waarop men gebruik maakt van machines en installaties. Energiebesparing draait hierdoor niet alleen om techniek. Organisatorische maatregelen moeten ervoor zorgen dat energie op alle niveaus in het bedrijf de aandacht krijgt die het verdient. De andere factor is gedrag. Zonder aandacht voor energiebewustzijn (“good housekeeping”) zijn alle andere maatregelen dweilen met de kraan open.
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
27
Weekverbruik Egberts Rubber
Er is sprake van een vrij constant maandelijks verbruikspatroon. Er is geen sprake van incidentele hoge pieken, die uit kostenoogpunt ongewenst zijn. Gezien de hoogte van de maximale belasting is een aanpassing van het contractvermogen mogelijk. Dit levert een besparing van enkele honderden euro’s per jaar op. Ook blijkt dat een aantal interessante mogelijkheden voor besparing aanwezig zijn. Het gaat hierbij onder andere om besparing op verlichting, stoom (condensafscheiders) en ruimteverwarming (nuttig gebruik warmte persluchtcompressoren). Op het elektriciteitsverbruik kan verder worden bespaard door een regelbare aandrijving van de centrale afzuiginstallatie. De maatregelen zijn binnen maximaal 5 jaar terugverdiend. Voor een nadere technische en financiële onderbouwing van de maatregelen wordt geadviseerd om een uitgebreid energiebesparingonderzoek te laten uitvoeren. Uit de Quick Scan blijkt een besparing mogelijk te zijn van +/- 100.000 kWh elektriciteit en +/- 8000 m³ gas. Dit levert een totale besparing op van ongeveer € 15.000,- per jaar.
3. Leerpunten •
•
•
Belangrijke voorwaarde voor enthousiasme bij bedrijven was dat het project vervangend was voor de verplichtingen op energiebeheer vanuit de Wet Milieubeheer. Bedrijven gaven aan geen behoefte te hebben aan het project als korte tijd later een vergelijkbaar traject nog eens doorlopen moest worden. Het blijkt goed mogelijk een project als dit in korte tijd op te zetten en uit te voeren. Van beginoverleg met Cogas tot en met het afronden van de bedrijfsbezoeken duurde het hele proces ongeveer vijf maanden. Cogas, de gemeente Almelo en het platform Energiek Almelo gaan ervan uit dat het project energiebesparing bij bedrijven in Almelo in 2008 een succes gaat worden. Bedrijven kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan energiebesparing (30% minder energie in 2030) en tegelijkertijd veel op de energiekosten besparen. Verder kan meer gebruik gemaakt worden van duurzame energie zoals warmte/koude opslag, wind en zonne-energie.
4. Betrokkenen Hans van Brouwershaven, team Milieu, cluster vergunningen gemeente Almelo, tel. 0546-541497 Paul Vaarhorst, accountmanager, Cogas, tel. 0546-836871 Richard Lohuis, Manager Meetbedrijf, Cogas, tel. 0546-836700 Mark Ent, voorzitter ondernemersplatform ‘Energiek Almelo’ en directeur van SPIT Elektromechanica, tel. 0546-542000 Wim Haver, beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid, Gemeente Almelo,
[email protected], 0546-541505
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
28
Project ”Inzet biomassa voor energievoorziening” 1. Projectbeschrijving Om de inzet van biomassa voor de opwekking van duurzame energie te bevorderen is in 2005 een haalbaarheidsstudie uitgevoerd naar de inzameling van biomassa in Twente, door het Energiebureau Overijssel. Dit gebeurde in opdracht van de Werkgroep Afval Twente, waarin de Twentse gemeenten, waaronder Almelo, en Twence Afvalverwerking BV zijn vertegenwoordigd.
2. Resultaten Uit de haalbaarheidsstudie bleek dat er in de regio Twente voldoende houtig afval ontstaat dat gebruikt kan worden voor biomassaverwerking om op kleine schaal duurzame energie op te kunnen wekken. In de studie werd geadviseerd in overleg te treden met marktpartijen (inzamelaars en verwerkers) over technische mogelijkheden en kosten van verwerking. De studie richtte zich geheel op knip-, snoei en landschapshout. Voor Almelo gaat het om ongeveer 800 ton bruikbare biomassa uit het totaal van 2.900 ton groenafval (cijfers over 2004). In heel Twente inspanning kan ongeveer 14.000 ton, of 40%, houtig afval worden gescheiden uit de circa 35.000 ton groenafval. Sinds de uitvoering van het onderzoek is er door marktpartijen sneller aan de ontwikkeling van biomassaverwerking gewerkt dan men ten tijde van het onderzoek had kunnen verwachtten. Bovendien is niet het onderzochte snoeiafval, maar afvalhout de meest interessante biomassabron. Al in 2006 werd in de regio Twente een biomassacentrale operationeel. Deze centrale in Goor wordt geëxploiteerd door de firma Bioenergie Twente BV, een partnerschap van de bedrijven Bruins en Kwast, Cogas Energie en de Participatiemaatschappij Oost Nederland. De centrale levert 14 GWh elektrische energie en 33.500 GJ bruikbare restwarmte. De restwarmte wordt grotendeels gebruikt door Bruins en Kwast, voor het drogen van snoeihout dat later ingezet wordt als biobrandstof, en voor het drogen van één van hun producten, Dekowood (gebruikt als ondergrond in o.a. speelplaatsen). De centrale in Goor verbruikt 17.000 ton snoeihout en afvalhout. Eind 2007 is een tweede biomassacentrale in bedrijf genomen. De firma Twence afvalverwerking heeft in Hengelo een centrale gebouwd die 475 GWh elektriciteit levert, bij inzet van 140.000 ton biomassa. Twence afvalverwerking is nog bezig met het contracteren van leveranciers van afvalhout. De verwachting is dat hiervoor ook leveranciers van buiten de regio voor moeten worden aangetrokken.
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
29
Met de vorderingen in de markt in het achterhoofd heeft het College besloten om de verwerking van groenafval marktconform en vanuit milieuoogpunt verantwoord te laten verwerken. Hierbij werden compostering en biomassaverwerking ten bate van duurzame energie beiden als ‘vanuit milieuoogpunt verantwoord’ gezien. Voor de verwerking van verschillende biomassastromen bleek verwerking in centrales financieel gezien de meest aantrekkelijke optie. Vanaf 2006 is het afval van Stadsbeheer aangeboden bij Bruins en Kwast. Ook het snoeiafval van het afvalbrengstation en een beperkte hoeveelheid B-hout worden hier sindsdien aangeboden. De inzameling van de grootste hoeveelheden afval ligt bij Twence afvalverwerking, die de biomassa uit het afval direct in haar centrale kan gebruiken. Het aanbod van snoeihout wordt vergroot doordat de afdeling Stadbeheer van Gemeente Almelo het beleid hanteert geen versnipperd hout terug te spuiten in plantsoenen of op paden. Er is bovendien een snippermachine gekocht die takken en stammen tot een homogene snippergrootte verwerkt. Zo is het snipperafval beter geschikt voor verwerking in een biomassacentrale of in decentrale houtkachels. Houtpellets, gemaakt uit afvalhout, geschikt voor gebruik in houtkachels
Er wordt op het moment op initiatief van de Gemeente een haalbaarheidsonderzoek uitgevoerd voor een verwarmingsinstallatie bij een zwembad dat gebruik maakt van een houtkachel voor verwarming van het zwemwater.
3. Leerpunten De verwerking van biomassa voor de opwekking van duurzame energie is een proces dat al door de markt wordt geleid. Er worden grote investeringen gemaakt om de verwerking mogelijk te maken, en deze tak van afvalverwerking is al lang geen ondergeschoven kindje meer in de regio Twente. De verwerking is dusdanig sterk gegroeid dat inmiddels al concurrentie ontstaat om het houtafval. In de regio Twente is voldoende verwerkingscapaciteit aanwezig om het aanbod uit de regio te overtreffen. Er is geen behoefte aan gemeentelijke ondersteuning meer bij de verwerking. Zowel de inzameling als de verbranding van de afvalstromen liggen vrijwel volledig in handen van particuliere verwerkers. De Gemeente Almelo blijft wel doorzoeken naar mogelijkheden om de inzet van biomassa op kleinere schaal, dus met houtkachels, te stimuleren.
4. Betrokkenen Jorrit Gosens, interim beleidsmedewerker Klimaat en duurzaamheid Wim Haver, interim beleidsmedewerker Klimaat en duurzaamheid, tel. 0546-541505,
[email protected], tel. 06-16484728.
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
30
Project ” Energiebesparing gemeentelijke gebouwen” 1.
Projectbeschrijving
In 2005 en 2006 werden door Adviesbureau Van Beek Ingenieurs in Arnhem energiebesparingplannen opgesteld voor 14 gemeentelijke gebouwen, namelijk sporthallen, een tennishal en gymzalen, in beheer van de gemeente Almelo. In deze plannen werd de potentie aangegeven voor energiebesparing. Het energiegebruik (gas en elektriciteit) en het watergebruik werd sinds 2005 maandelijks opgenomen door een medewerker van Stadsbeheer. Op basis van een driejarig abonnement op de energiemonitoringservice gaan deze gegevens sindsdien naar Van Beek. Ook gegevens betreffende het gebruik van de gebouwen worden via internet (www.mijnenergie.nl) doorgegeven, zodat maandelijks een analyse kan worden gemaakt van het energiegebruik en het effect van energiebesparende maatregelen.
2. Resultaten Van Beek analyseert de gegevens en stuurt vervolgens suggesties. Bij de analyse wordt een vergelijking gemaakt met een opgesteld normverbruik en met het energieverbruik van voorgaande jaren. Het normverbruik werd opgesteld op basis van het energieverbruik in de jaren 2002 tot 2005. In het normverbruik wordt de invloed van parameters als buitentemperatuur (graaddagen) en bedrijfstijd op het energieverbruik vastgelegd. Hieronder een voorbeeld van een maandelijkse rapportage voor sporthal Windmolenbroek.
Sporthal Windmolenbroek Elektriciteit totaal
14.000
70%
120.000
12.000
60%
100.000
10.000
50%
8.000
40%
6.000
30%
4.000
20%
2.000
10%
-
0% jan-07 feb-07 mrt-07 apr-07 mei-07 jun-07
W erkelijk
jul-07 aug-07 sep-07 okt-07 nov-07 dec-07
Norm
Efficiency
Elektriciteit [kWh]
Elektriciteit [kWh]
Sporthal Windmolenbroek Elektriciteit totaal
80.000 60.000 40.000 20.000 jan
feb
mrt
apr
mei
Huidig jr.
jun
jul Vorig jr.
aug
sep
okt
nov
dec
2 jr. terug
Aanbevelingen uit de energiebesparingsplannen worden verder uitgewerkt mits ze economisch rendabel zijn. Veelal valt dit samen met het groot onderhoud. Voorbeelden : - Renovatie verlichting Windmolenbroek: o toepassen hoog frequente verlichting met goede spiegeloptiek; o opsplitsen verlichting sportzaal overeenkomstig indeling met behulp van schuifwanden; o schakeling verlichting met behulp van bewegingssensoren. Na uitvoering van de maatregel is het elektriciteitsverbruik met 40% gedaald. - Optimaliseren instellingen Priva systeem: o instellen lagere nachttemperatuur; o bij aantal gymzalen ook instellen lagere dagtemperatuur; o nauwkeuriger instelling van gebruikstijden. Door de aangebrachte wijzigingen is het gasverbruik met circa 5% gedaald, het elektriciteitsverbruik gemiddeld met circa 10% (na correctie voor toename door gewijzigd gebruik). Door de maandelijkse analyse wordt op een aantal plaatsen ook een energietoename vastgesteld:
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
31
- in de tennishal is het waterverbruik en het gasverbruik belangrijk toegenomen door uitbreiding van de maatregelen om legionella te voorkomen; - in het gymnastieklokaal Kamperfoeliestraat is het energieverbruik bijna verdubbeld doordat dit lokaal de thuisbasis is geworden voor een sportvereniging. Zowel het gebruik per uur als de bedrijfstijden zijn hierdoor toegenomen. Voordeel van de monitoring is dat de oorzaak en de grootte van wijzigingen bekend zijn. Eventueel kunnen de kosten voor toename hierdoor ook aan individuele verbruikers worden doorbelast. In 2006 zijn voor het eerst maatregelen uitgevoerd. Bij voldoende besparing zouden ook bij andere gebouwen maatregelen genomen worden.
3. Leerpunten • •
De installaties waren al voor de inschakeling van Van Beek Ingenieurs behoorlijk goed bediend. De besparing door optimaliseren van bediening is hierdoor slechts 5 – 10%. Toch is het goed om als overheid naar je eigen gebouwen te kijken, mede gelet op de voorbeeldfunctie
•
Door uitvoering van renovaties zijn vaak veel grotere besparingen mogelijk: in sporthal Windmolenbroek bleek een besparing van 40% op het elektriciteitsverbruik te realiseren.
•
Het is nuttig de maandelijkse monitoring aan alle belanghebbenden toe te sturen (beheerders, “eigenaar” etc.). De organisatie van de maandelijkse opname vergt echter zo veel inzet en afspraken met veel medewerkers, dat het handiger lijkt de frequentie terug te brengen.
•
Het energiegebruik wordt mede bepaald door rampjes (waterlekkage) en onderhoud in vakanties, waardoor het energiegebruik enorm kan afwijken van het gemiddelde. Ook de buitentemperatuur varieert, wat omrekenen in graaddagen vereist. Voorts varieert gebruik van de zalen sterk, waardoor moeilijk conclusies te trekken zijn uit het energiegebruik.
•
Wanneer een extern beheerder de zaal huurt en de huur betaalt incl. energiegebruik, ontbreekt de prikkel om energie te besparen. Het is aan te bevelen om toekomstige energieprojecten in het op te richten Team Vastgoed bij één persoon neer te leggen, zodat sprake is van een optimale verankering in de organisatie. Projecten die in de toekomst wellicht uitgevoerd zullen worden zijn : * Renoveren verlichting sporthal Schelfhorst en deze voorzien van bewegingsmelders. * Schakeling verlichting gymzalen m.b.v. bewegingsmelders (voorkomt dat het licht blijft branden).
• •
4. Betrokkenen Tymen Kollen, locatiebeheerder Beheer en onderhoud gebouwen, Gemeente Almelo, tel. 0546-541533 Dorte Jurgensen, gemeente Almelo, tel 0546-541442 Van Beek Ingenieurs Arnhem, Theo van Oossanen ,
[email protected], tel. 026-3777300
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
32
Project Energiebesparing door ambtenaren “De knop moet om” 1. Projectbeschrijving Eind oktober startte de campagne Energiebesparing door ambtenaren van de gemeente Almelo, onder het motto ‘De knop moet om’. De eerste week november werd een actieweek, waarin de campagne gelanceerd werd. De doelstelling was energiebesparing in de gemeentelijke organisatie en daardoor een vermindering van de bijdrage van gemeente aan het klimaatsprobleem. Dit zou gebeuren via een mix van technische maatregelen en door verandering in energiegedrag van ambtenaren. Het energieverbruik, en andere milieu-items, zullen blijvend gemonitord worden. Referentie voor het gebruik van energie was de milieubarometer van de Stichting Stimular.
2. Resultaten Het evalueren van de interne milieuprestaties: ‘Milieubarometer-benchmark’ • Het elektriciteitsverbruik per medewerker is 12 procent hoger dan gemiddeld. Hier wordt aan gewerkt tijdens de campagne ‘De knop moet om’. • Het gasverbruik per m3 gebouwinhoud is 32 procent hoger dan gemiddeld. Het stadhuis is slecht geïsoleerd. Onder andere vanwege de nieuwbouwplannen worden er geen grote investeringen gedaan in het huidige pand. • Het papierverbruik is moeilijk te vergelijken met dat in andere gemeenten, omdat geen cijfers voorhanden zijn over papiergebruik bij het drukken van bijvoorbeeld folders. Een deel van het printwerk (grote verzendingen) wordt uitbesteed. Er is wel gekeken naar het gebruik van dubbelzijdig printen in de gemeente. hoeveelheid papier is opvallend genoeg relatief laag: 25 procent lager dan gemiddeld. Aan de hand van de hoeveelheden ingekocht papier en de tellerstand op de printers is berekend dat slechts anderhalf procent van alle printopdrachten dubbelzijdig afgedrukt wordt.
Technische maatregelen tot energiebesparing • De energiebeheermodule van Windows bespaart energie door het uitschakelen van verschillende onderdelen van de PC bij inactiviteit van de gebruiker. De module wordt op de PC’s van de gemeente Almelo nog niet gebruikt, omdat programma’s van een aantal medewerkers dag en nacht aan moeten blijven staan. Er word nog gezocht naar een oplossing voor het grootste deel van de ambtenaren, die dit probleem niet hebben. • Vervangen huidige PC park door ‘Thin clients’. Dit zijn kleinere, goedkopere en energiezuinigere computervarianten met een beperktere functionaliteit. Voor het doorsnee-gebruik op kantoor zijn zij voldoende. De optie hiertoe was eerder al eens uitgezocht, vanwege de grote besparingen op ICT-beheer. De investeringen bleken echter veel te hoog, omdat de omslag door de hele organisatie gelijk gemaakt moet worden. Daarvoor zouden grote hoeveelheden PC’s voortijdig moeten worden afgeschreven. • Installatie Standby-killers op PC’s. Een PC en beeldscherm blijven, vanwege transformatoren in de apparaten, energie verbruiken wanneer zij op het lichtnet aangesloten zijn, ook wanneer ze uitstaan. Stand-by killers kunnen dit gebruik wegnemen, door na het uitzetten van de PC automatisch de verbinding met het lichtnet te verbreken. Op dit moment worden gebruikerservaringen en te realiseren energiebesparing (met een kWh-meter) onderzocht op enkele werkplekken. Bij succes volgt opschaling. • Timers op de koffie-automaten voorkomen het verbruik ‘s nachts en in het weekend. Er werden er als proef twee geplaatst. Er waren geen klachten over, zodat nu overal op de koffie-automaten en waterkoelers timers worden geplaatst.
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
33
Het voeren van een communicatiecampagne: ‘Week van de energiebesparing’. • Energiebesparingstips via nieuwsitems op intranet in de week voor de start van de campagne • Aankondiging doel en programma campagne in de Breedbeeld nr. 4 • Lancering themapagina campagne op intranet met o.a. uitleg over de campagne, informatie over energiegebruik en –besparing, mogelijkheden tot besparing op het werk, de uitslag van de benchmark en bijbehorende milieudoelen Gemeente Almelo, kennisquizen energiebesparing en klimaat (via links); • Berichten op de prikborden in koffiecorners; • Uitdelen verjaardagskalenders met energiebesparingstips voor thuis i.c.m. de folder ‘Wat je kunt doen tegen klimaatsverandering’ • Uitdelen van een verjaardagskalender met energiebesparingstips voor op het werk • Opstellen ideeënprikbord • Verspreiden stickers die herinneren aan het uitdoen van licht en PC bij verlaten kantoor • Promotie dubbelzijdig printen via de themapagina op intranet en een nieuws-item op intranet • Besparingscompetitie stadhuis en Javatoren Cogas bemeterde zeer precies het elektriciteitsverbruik van het stadhuis en de Javatoren gedurende de eerste twee weken van de campagne. De wedstrijd, in combinatie de voorlichtingscampagne ‘De knop moet om’ had de eerste twee weken geen meetbaar effect. Op de Javatoren werd 0,66% minder elektriciteit gebruikt, op het stadhuis steeg de elektriciteitsconsumptie met iets meer dan 5%. De invloed van andere factoren lijkt te groot.
3. Leerpunten •
•
Het nemen van technische maatregelen is nog niet gelukt omdat het moeilijk was om hiervoor draagvlak te vinden bij de uitvoerders. Er ontstaat weerstand wanneer er een onduidelijke hoeveelheid tijd geïnvesteerd moet worden, of wanneer de kwaliteit van de service in het geding kan komen. Energiebesparing is geen criterium van kwaliteit in de kwaliteit van de diensten. Conclusie is dat het nemen van energiebesparende technische maatregelen moet worden besproken met het management dat de beoordelingscriteria vastlegt en evalueert. Energiebesparing door gedragsverandering is niet effectief. Dit is althans een voorlopig resultaat van de besparingswedstrijd, maar het kan gedurende de campagne nog veranderen. Voorlopige conclusie: er moet opnieuw ingezet worden op het nemen van technische maatregelen.
4. Betrokkenen Dagmar Keuken, Team Facilitaire Zaken, locatiebeheerder facilitaire zaken, tel. 0546-541540 Eline Boxem, Team Milieu, milieueducatief medewerker, 0546-451483 Jeffrey van Rossum, Team Communicatie, communicatiemedewerker, tel. 0546-541039 Patrick Weegink, Team ICT Service, beheerder decentrale infrastructuur, tel. 0546-541268 Jorrit Gosens (projectleider) en Wim Haver, interim beleidsmedewerkers klimaat en duurzaamheid,
[email protected], tel. 0546-541505, tel. 06-16484728 Giny de Jong, PV&H (Bureau voor PR, voorlichting en huisstijl): ontwerp logo, sticker en poster,
[email protected], tel. 0546-572566
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
34
Project ‘Duurzaam gemeentelijk wagenpark’ 1. Projectbeschrijving De gemeente Almelo heeft een wagenpark van ongeveer 60 voertuigen in eigen beheer. Het overgrote deel rijdt op diesel. Stichting Natuur en Milieu en de ABVAKABO riepen in maart 2007 alle gemeenten op om hun wagenpark te verduurzamen. Naar aanleiding van deze brief zijn samen met de beheerder van het gemeentelijk wagenpark de volgende mogelijkheden tot verduurzaming besproken: • Installeren roetfilters • Voertuigen ombouwen voor gebruik schone(re) brandstof (aardgas, bio-olie, Puur Plantaardige Olie (PPO)) • Aanschaffen extra voertuigen op schone(re) brandstoffen (elektriciteit, aardgas)
2. Resultaten Installeren roetfilters Het installeren van retrofit1 roetfilters bleek niet mogelijk. De voertuigen in het gemeentelijke wagenpark maken steeds korte ritten. Daardoor komen de filters niet op de vereiste temperatuur voor naverbranding van het gefilterde roet en raken ze verstopt. Dit leidt uiteindelijk tot stilvallen van de motor. Fabrikanten van voertuigen laten de garantie vervallen bij montage van een retrofit roetfilter. Ook de fabrikanten van de filters geven aan dat bij een gebruik zoals beschreven er kans is op technische mankementen. De wagenparkbeheerder van Twente Milieu raadde een roetfilter met gloei-elementen aan (deze zorgen voor opwarming tot de vereiste temperatuur). Twente Milieu en een aantal gemeenten in de regio voeren hier een proef mee uit. Almelo doet ook mee, met één voertuig. Bij uitblijven van problemen wordt het gebruik opgeschaald.
Gebruik schone(re) brandstof (aardgas, bio-olie, PPO) Er rijden momenteel drie wagens op aardgas in het gemeentelijke wagenpark. Deze zijn van een aardgasinstallatie voorzien die achteraf aangepast is i.v.m. typekeuring door de RDW (ingevoerd uit Duitsland). Hier zijn veel technische problemen mee. De wagenparkbeheerder is optimistisch over rijden op aardgas, maar dan met voertuigen die al in de fabriek voorzien zijn van een aardgasmotor en zonder verdere aanpassingen.
Bestelwagen uit het Almelose gemeentelijke wagenpark, met op de zijkant ‘Deze auto rijdt op aardgas’
1
‘Retrofit’ roetfilters zijn filters die achteraf geplaatst worden, in tegenstelling tot ‘af-fabriek’ filters, die al bij productie van het voertuig worden geplaatst. Retrofit roetfilters bestaan alleen uit een soort filter. Affabriek filters zijn uitgerust met een sensor die detecteert wanneer het filter vol raakt. Zodra dat gebeurt, wordt een katalysator in de verbrandingskamer van de motor gespoten, die de temperatuur van uitlaatgassen verhoogt en zo het filter schoonbrand. Het is niet mogelijk achteraf dit soort technieken toe te passen.
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
35
Aanpassingen voor bio-olie of PPO (Puur Plantaardige Olie) zijn niet interessant. PPO is niet te gebruiken in voertuigen die slechts sporadisch op bedrijfstemperatuur komen, zoals de voertuigen in het gemeentelijk wagenpark. Voor biodiesel geldt een probleem met levering. Deze wordt enkel gegarandeerd bij afname vanaf 500.000 l/jr; de Gemeente Almelo verbruikt rond de 100.000 liter diesel per jaar. Aanschaf van voertuigen op schone(re) brandstoffen (elektriciteit, aardgas) Voor wagens op elektriciteit bleek geen werk te vinden binnen de huidige diensten die de gemeente Almelo levert, vanwege de te beperkte actieradius van de voertuigen. Een uitbreiding van het aantal voertuigen op aardgas is wel interessant. De Europese aanbesteding (zie hieronder) zal hier voor zorgen. Duurzaam inkopen wagenpark De Gemeente Almelo heeft samen met een aantal andere gemeenten in de regio een aanbesteding gedaan voor alle nieuwe bestelwagens voor de periode 2008 - 2011. Hierin zijn eisen opgenomen met betrekking tot de milieukwaliteiten van de voertuigen (hoge EURO-norm, alle diesels met roetfilter). Er zijn hoge gunningcriteria opgenomen voor verdergaande milieukwaliteiten als het hebben van een aardgasmotor, hogere dan de al verplichte EURO-norm of hoge energiezuinigheid.
3. Leerpunten De wagenparkbeheerder was positief over bewezen technieken. Voor verdere verduurzaming zouden extra kosten geen onoverkomenlijk probleem vormen. Van groot belang was de bedrijfszekerheid van de voertuigen na ingebruikname van de technieken, en de bruikbaarheid binnen de dienstverlening. Een manier om de bedrijfszekerheid te garanderen is aanschaffen van extra voertuigen. De wagenparkbeheerder van Twente Milieu was bekend met een project waar extra vuilniswagens waren aangeschaft om verhoogde uitval na installatie van roetfilters op te vangen. Dit is een kostbare werkwijze; een vuilniswagen kost circa € 300.000,-. De problemen met retrofit-roetfilters zitten vooral in de aansprakelijkheid bij technische problemen. Bij een conflict tussen fabrikanten van het voertuig en de roetfilter kan een verzekeringsbemiddelaar oplossing bieden, maar dit kan enkele weken duren.
4. Betrokkenen André Trip, coördinatie materiaalbeheer, Gemeente Almelo,
[email protected]; 0546-541536 Henk Meijerink, wagenparkbeheerder, Twente Milieu, 0900 - 85 20 111 Jorrit Gosens en Wim Haver, interim beleidsmedewerkers klimaat en duurzaamheid, Gemeente Almelo,
[email protected], 06 - 16484728
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
36
Project “Langzaam Rijden Gaat Sneller” 1. Projectbeschrijving Langzaam Rijden Gaat Sneller (LRGS) is een nieuw inrichtingsconcept, gericht op het terugdringen van de negatieve effecten van mobiliteit op verkeersaders en het verbeteren van de doorstroming en veiligheid. Het leidt tot een homogeen verkeersbeeld op straat, waar het verkeer goed kan doorstromen en de weg goed oversteekbaar is. Volgens recente studies levert Langzaam Sneller een bijdrage aan het verminderen van de uitstoot van CO2 door het autoverkeer. Door een verkeerstechnische vormgeving ‘op maat’, met gescheiden rijrichtingen en zonder verkeerslichten, wordt een lagere maar constante snelheid afgedwongen. De weg bestaat uit één strook per rijrichting. Inhalen is niet mogelijk. Achter het langzaamst rijdende voertuig ontstaan clusters van auto’s. De ruimtes tussen deze ‘clusters’ bieden voetgangers en fietsers voldoende tijd om veilig over te steken. Er zijn verkeerslichten meer nodig bij en geen opstelvakken. Daardoor ontstaat er ruimte voor een middenberm of oversteekeiland waardoor de oversteek in etappes plaats kan vinden. Op die manier neemt het aantal bruikbare hiaten in de verkeersstroom fors toe, waardoor de oversteekbaarheid verbetert. De kenmerkende vormgeving van de voorrangskruispunten dwingt het autoverkeer tot een lagere snelheid. De gemeente Almelo bereidt de herinrichting voor van de H.R.Holstlaan tussen de Nijreessingel en de Schoolstraat. Door de aanleg van de Nijreessingel is de verkeersdruk op dit gedeelte van de H.R.Holstlaan verminderd; om die reden wil de gemeente dit deel van deze weg herinrichten. Onderzocht is wat de meest geschikte en duurzame vorm van herinrichting is, die tegelijkertijd recht doet aan de bereikbaarheid van de aanliggende wijken en rekening houdt met de milieubelasting door het wegverkeer. Dit biedt de mogelijkheid om het concept ‘Langzaam rijden gaat sneller te onderzoeken en te vergelijken met andere oplossingsrichtingen. Het accent van de studie ligt daarom vooral op mogelijkheden om het Langzaam Sneller concept ruimtelijk in te passen en het oplossend vermogen daarvan voor de toekomstige verkeersafwikkeling en milieuemissies te vergelijken met die van een rotondevariant.
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
37
2. Resultaten De verwachte kwaliteit van de verkeersafwikkeling voor autoverkeer in 2020 wordt op trajectniveau (H.R.Holstlaan tussen Nijreessingel en Schoolstraat) inzichtelijk gemaakt met het simulatieprogramma PROSIM. Dit geeft inzicht in de kwaliteit van de verkeersafwikkeling en maakt zichtbaar waar in het traject eventuele stagnaties en wachtrijvorming ontstaan. Energieverbruik, emissies, geluid en oversteekbaarheid zijn belangrijke indicatoren om de effecten van varianten op te beoordelen. Energieverbruik en emissies van onder andere CO2 en PM10 (fijn stof) worden ook berekend door het simulatieprogramma PROSIM. Het simulatieprogramma gebruikt hiervoor de rijkarakteristieken van de individueel gemodelleerde voertuigen en geeft daardoor een waarheidsgetrouw beeld van de uitstoot van CO2 en PM10. De berekeningsresultaten leiden tot de volgende conclusies ten aanzien van verschillen tussen Langzaam Rijden Gaat Sneller (LRGS) en de rotondevariant. De vertraging op de H.R. Holstlaan is bij de variant met rotondes groter dan bij de beide LRGS varianten. De gemiddelde vertraging op alle richtingen samen is groter bij de LRGS oplossingen. Vanuit de F. van Eedenstraat ontstaan in het avondspitsuur in alle varianten lange wachttijden bij het linksafslaan. De rotondevormgeving scoort iets beter dan LRGS. De LRGS-varianten zijn wat betreft milieubelasting iets gunstiger dan de rotondevariant.
3. Leerpunten •
•
•
Het programma PROSIM biedt de mogelijkheid voor meerdere vormgevingsvarianten op een vergelijkbare wijze de verkeerskundige gevolgen van aan te geven, zoals oversteekbaarheid en verliestijden, maar ook de gevolgen voor het milieu. De visualisatie van PROSIM geeft een goed beeld van de verkeersafwikkeling en het ontstaan van stagnaties op het netwerk bij bepaalde oplossingsvarianten, waarmee de voorkeur voor een bepaalde vormgeving kan worden gemotiveerd. Het gebruik van het programma PROSIM is vooral bedoeld voor het vergelijken van meerdere varianten op meerdere kruispunten. De analyse van de resultaten, de afweging tussen de verkeerskundige en milieutechnische gevolgen en het vertalen naar ontwerpschetsen van alle varianten leidt tot een uitgebreid en daarmee kostbaar onderzoek. In dit onderzoek is de bestaande situatie met verkeerslichten uit kostenoverweging niet betrokken. Achteraf bezien was het beter geweest de bestaande situatie wel in het onderzoek te betrekken.
4. Betrokkenen Harrie Groot, Goudappel Coffeng,
[email protected], tel. 0570-666871 Hans Veldscholten, beleidsmedewerker verkeer, Gemeente Almelo
[email protected], tel. 0546-541424 Mikis Maathuis, beleidsmedewerker Stedenbouw en ruimtelijke ordening, tel. 0546-541467 Wim Haver, tijdelijk beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid, Gemeente Almelo,
[email protected], tel. 0546-541505, tel. 06-16484728
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
38
Project “Energiezuinige vrije kavelbouw” 1. Projectbeschrijving In het kader van het Masterplan van Almelo worden de komende jaren grote aantallen woningen in particulier opdrachtgeverschap gebouwd (vrije kavelbouw). Ten behoeve hiervan heeft de gemeente Almelo een stimuleringstraject laten ontwikkelen door DWA installatie- en energieadvies in samenwerking met een gespecialiseerd communicatieadviesbureau Prima Donna (Deventer). Doelstelling van de gemeente Almelo is, dat ook particulieren energiezuinige woningen realiseren, zodat ze veel energie besparen en na enkele jaren goedkoper uit zijn met hun energierekening. Uitgangspunt is dat particuliere opdrachtgevers op basis van een hogere kwaliteitswaarde van hun huis (extra comfort, goed binnenklimaat, lage energiekosten, uitstraling) vrijwillig kunnen kiezen voor de realisatie van energiezuinige woningen. De hiervoor genoemde ambities worden dan ook niet dwingend opgelegd aan de particuliere opdrachtgevers.
2. Resultaten Insteek van het informatietraject is dat aandacht wordt geschonken aan de totale kwaliteit (op gebied van duurzaamheid) van de woningbouw (integrale benadering). Energie is hier één aspect van. Energiebesparing en opwekking van duurzame energie kan bij deze doelgroep slechts succesvol onder de aandacht gebracht worden als het onderdeel uitmaakt van een totaalconcept dat extra woonkwaliteit biedt. Daarvoor zijn de volgende concepten ontwikkeld: • Duurzaam wonen • Lage woonlasten • Comfortabel wonen • Gezond wonen • Energieneutraal
De bouwkundige en installatietechnische concepten zijn zodanig uitgewerkt, dat een woning ontstaat die extra woonkwaliteit biedt in combinatie met een hogere energie-efficiëntie dan het Bouwbesluit eist. De meeste concepten hebben daarnaast ook nog eens lagere woonlasten (combinatie van hypotheek- en energielasten) dan een woning die voldoet aan het huidige Bouwbesluit. Er zijn verschillende communicatiehulpmiddelen ontwikkeld om kavelkopers op verschillende momenten van de juiste informatie te voorzien. Daarnaast worden kopers ondersteund vanuit de gemeente om op de juiste momenten de juiste keuzes te kunnen maken. Het project ‘Stimuleringsstrategie vrije kavelbouw kreeg de titel: ‘Bouw je droomhuis in Almelo’. Het bestond uit twee parallelle trajecten: het ene was gericht op de kavelkopers. Het andere had tot doel alle betrokken medewerkers van de gemeente te informeren.Begin 2006 kwamen betrokkenen van diverse afdelingen bij elkaar om te brainstormen over de aanpak. Op basis daarvan zijn concepten en allerlei communicatiehulpmiddelen ontwikkeld, die vervolgens weer intern bij de gemeentelijke afdelingen gepresenteerd zijn. Tijdens interne sessies binnen de gemeente Almelo werden de ‘puzzelstukjes’ in elkaar gepast
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
39
Voor de kavelkopers is een traject ontwikkeld waarin ze op cruciale momenten gedoseerd bepaalde informatie krijgen over mogelijkheden om meer woonkwaliteit te realiseren tegen lagere energiekosten en veelal ook tegen lagere woonlasten. Ondersteunend bureau hierin is Stedelijk Wonen in Enschede, die alle bouwtrajecten kan begeleiden, ook wanneer er traditioneel gebouwd wordt. Potentiële kavelkopers krijgen eerst laagdrempelige informatie. Als ze geïnteresseerd zijn in een concrete kavel, krijgen ze gedetailleerdere informatie en een toelichting op de ondersteuning die Almelo kan bieden bij duurzaam bouwen. Na de aankoop van de grond worden ze uitgenodigd voor een adviesgesprek. Ze krijgen een persoonlijk advies op maat zowel mondeling als op papier, dat ze bijvoorbeeld ook kunnen gebruiken in offertetrajecten met architect en aannemer. Voor het advies op papier zijn meerdere versies ontworpen. Bij nadere vragen kunnen ze altijd opnieuw om advies vragen. Kopers zijn geïnteresseerd in extra woonkwaliteit
De termen ‘duurzaam’ en ‘energiezuinig’ worden in eerste instantie niet genoemd. Gedachte hierachter is dat bouwers veel meer gericht zijn op woonkwaliteit; iedereen wil gezond wonen of meer comfort in de woning. In de ontwikkelde aanpak is dat mogelijk dankzij toepassing van bepaalde energiezuinige maatregelen. De Gemeente verwacht dat dankzij deze aanpak meer bouwers zullen investeren in energiezuinige installaties en oplossingen, omdat ze op de juiste momenten over de juiste informatie (kunnen) beschikken.
3. Leerpunten •
• •
Bureau Stedelijk Wonen moet vroeg in het proces van de aankoop van een kavel worden aangeboden als ondersteunend bureau. Als dat na de afsluiting van de koop gebeurt, hebben de kopers al andere adviseurs uitgekozen. Ook wordt dan niet meer gevraagd om een duurzaam bouwen- advies. Kleinere aannemers blijken weinig op te hebben met een lage EPC en lage energiekosten. Particulieren zijn nog niet erg energiebewust als het om het bouwen van een huis gaat. Lage bouwkosten hebben prioriteit. Geven van een advies op maat is nuttig, maar particuliere kopers vinden dit niet altijd nodig
4. Betrokkenen Bennie Nijkamp, adviseur duurzaam bouwen, specialist EPC, team Bouwen, Gemeente Almelo,
[email protected], tel. 0546-541433. Stedelijk Wonen Enschede, Marga Brunninkhuis en Ard Pierik, www.stedelijkwonen.nl, tel. 053-4343565 DWA installatie- en energieadvies, Gert Harm ten Bolscher, www.dwa.nl, tel. 0548-535540
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
40
Project ”CV-optimalisatie Almelo” 1. Projectbeschrijving De provincie Overijssel startte in 2006, samen met de koepel van Installatiebedrijven Uneto-VNI, en met steun van Kenteq, CV-tuning en Natuur Milieu Overijssel, een grootschalig project CVoptimalisatie Overijssel. Adviesbureau Beco-groep Zwolle is ingehuurd om het project CVoptimalisatie van de grond te krijgen. Het is de bedoeling om t/m 2008 in 250 gebouwen de centrale verwarmingsinstallatie te optimaliseren. Installateurs stellen de centrale verwarming in op een manier dat het binnenklimaat verbetert en het gasverbruik gemiddeld 15%-20% daalt. 125 monteurs volgen hiervoor een opleiding. Een cv-installatie die niet geoptimaliseerd is, werkt niet naar behoren. Kenmerken hiervan zijn dat het gebouw op de verkeerde tijdstippen warm is, een deel van het gebouw niet warm te krijgen is en de gebruikers klagen over warmte of koude. Met een waterzijdig ingeregelde en geoptimaliseerde cv-installatie behoren deze klachten tot het verleden. De optimalisatie van centrale verwarmingssystemen in openbare gebouwen kan volgens SenterNovem in Nederland 450 miljoen m3 aardgasbesparing per jaar opleveren ! Waterzijdig inregelen wil zeggen dat door alle radiatoren voldoende water stroomt, met de juiste temperatuur, waardoor alle ruimtes de gewenste temperatuur krijgen. De onderdelen van de cvinstallatie die dit beïnvloeden zijn: leidingen, radiatoren, radiatorkranen en pompen. Meestal is het noodzakelijk om de doorstroomsnelheid van het water in de radiatoren aan te passen. Daarna is het nog nodig om de cv-installatie verder te optimaliseren. Vaak staan bijvoorbeeld vakanties en weekenden niet geprogrammeerd en zijn diverse regelingen en klokken verkeerd ingesteld. Deze techniek wordt vaak niet toegepast omdat deze tijdsintensief is. Installateurs bieden hem aan niet in hun standaardpakket aan om zo goedkoop mogelijk te blijven. Echter, er wordt mogelijk 1020% bespaard op de gasrekening als het wel goed gebeurd.
2. Resultaten •
•
•
•
De gemeente Almelo haakte in op het initiatief. De gemeente nodigde in een eerste bijeenkomst de besturen van alle basisscholen uit en in een tweede bijeenkomst de gebouwbeheerders van welzijnsinstellingen. BECO kreeg gelegenheid een grote groep potentiële deelnemers voor te lichten en de potentiële deelnemers te selecteren. Er wordt eerst een bestek opgemaakt door de installateur. Een bestek is een rapport met een beschrijving van de cv-installatie, de knelpunten, de oplossingen hiervoor, het besparingspotentieel, een plan van aanpak, en de tijdsinvestering die daarvoor nodig is. Het is een advies waarop men beleid kan maken. Het bestek is gratis, maar niet vrijblijvend: als blijkt dat het inregelen mogelijk is en de investeringen voor cv-optimalisatie en de eventueel benodigde technische aanpassingen zich binnen 5 jaar terugverdienen, dan doet het gebouw mee. De investering een cv-optimalisatietraject worden gemiddeld genomen binnen 2 jaar terugverdiend. In overleg met gemeentelijke gebouwbeheerders van scholen is besloten geen verdere financiering bij te leggen. De verwachting was dat de schoolbesturen de investeringskosten niet als onoverkomelijke drempel zouden zien. De eerste doelgroep waren de basisscholen. Hiervoor werden de besturen van alle 36 Almelose basisscholen aangeschreven; de besturen van 25 basisscholen hebben de bijeenkomst bijgewoond. Enkele gebouwbeheerders waren zeer positief en gaven aan mee te doen. Anderen vroegen zich af waarom dit geen standaardservice is van monteurs en waarom er subsidie moest
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
41
•
komen om dit probleem op te lossen. Weer anderen gaven aan contractuele afspraken te hebben, met UNETO-VNI installateurs, waarin vermeld is dat waterzijdig inregelen tot het standaardpakket hoort. Nu hoorden zij van UNETO-VNI dat dit nog te weinig echt gebeurt. Voor de voorlichtingsbijeenkomst van welzijnsinstellingen werden 47 besturen / beheerders uitgenodigd. De opkomst viel zwaar tegen: er waren slechts drie aanwezig. Zij waren positief over het idee van het project, maar gaven aan dat de gemeente verantwoordelijk is voor het onderhoud van het gebouw. Over de mogelijke energiebesparingen en meer algemeen gebouwbeheerbeleid vindt geen regulier overleg plaats met de gemeente. Er zijn al wel vaker vraagtekens gezet bij beleid tot energiebesparing in het gemeentelijk beheer. Een volgende rondgang langs de gebouwbeheerders wees uit dat de beheerders een probleem zien in de verdeling van lasten en baten. Onderhoud en investeringen zijn voor kosten van de gemeentelijke gebouwbeheerders, energiebesparing is ten bate van de organisatie in het pand. Deze organisaties krijgen echter vaak juist subsidie van de gemeente, vanuit budgetten van de afdelingen cultuur of samenleving. Tot nu toe is het niet gelukt om alle belanghebbenden bij elkaar te krijgen om over energiebesparende investeringen te praten. Dit zal in 2008 verder worden opgepakt.
3. Leerpunten •
• •
•
•
Tijdens de bijeenkomsten bleek dat een aantal gebouwbeheerders erg enthousiast waren om mee te doen. Niettemin waren er ook een aantal die niet bewust was van de voordelen van het inregelen van hun cv-installatie. Energie speelt of speelde ten tijde van de bijeenkomsten als thema een minder grote rol in hun beleid dan andere zaken. Voor de welzijninstellingen is een inhaalslag nodig en nader intern overleg in de Gemeente over de bereidheid om te investeren in energiebesparing. Geprobeerd is het stadhuis te laten deelnemen aan dit project. In 2007 kon dit niet meer, want het onderhoudsbudget was uitgegeven. Voor 2008 zou dit nog bekeken kunnen worden. De facilitaire dienst was niet enthousiast over het idee, omdat er slechte ervaringen zijn met het sleutelen aan de verouderde en niet goed werkende verwarminginstallatie van het stadhuis. Inmiddels (begin 2008) zijn er steeds meer gebouwen die zich aanmelden of overwegen om zich aan te melden. Een belangrijke reden is de voortdurende aandacht vanuit de media voor de klimaatproblematiek. Maar wat ook meespeelt, is een groeiend bewustzijn voor de comfortverbetering die in gebouwen met cv-optimalisatie kan worden gerealiseerd. In de komende maanden wordt contact opgenomen met veel gebouwbeheerders in Almelo om de interesse te toetsen en dus te achterhalen of men wil profiteren van het CV-optimalisatieproject.
4. Betrokkenen BECO Zwolle, Oscar Jansen en Jochem Blok,
[email protected], tel. 038-4222867, Maxim Luttmer, tel. 020–8512313,
[email protected]. www.cvoptimalisatie.nl Jorrit Gosens en Wim Haver, interim beleidsmedewerkers klimaat en duurzaamheid, Gemeente Almelo,
[email protected], tel. 0546-541505, tel. 06-16484728 Locatiebeheerder facilitaire zaken en Beheer en onderhoud gebouwen, gemeente Almelo, tel. 0546-541540.
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
42
Brochure “Wat je zelf kunt doen tegen klimaatverandering” 1. Projectbeschrijving Om te voldoen aan één van de randvoorwaarden van SenterNovem om de toepassing van duurzame energiebronnen in de bestaande bouw te verbeteren werd er voor gekozen een voorlichtingsbrochure uit te geven over energiebesparing. Gekozen is voor de brochure “Wat je zelf kunt doen tegen klimaatverandering” uitgegeven door Maurits Groen Productions. De brochure werd door Almelo ingekort en iets vereenvoudigd. Een voorwoord van wethouder Kuiper werd ingepast en achterin werden alle energieprojecten, die tot oktober 2007 in Almelo waren uitgevoerd, kort toegelicht.
2. Resultaten Er werden 6000 brochures besteld. De brochure telt 20 pagina’s. Ondanks de foto’s is dat toch vrij lang. De indeling is echter helder en lezers kunnen kiezen welke hoofdstukjes ze willen lezen. De folder heeft een herkenbaar Almeloos tintje met het logo op de voorzijde en Almelose bijdragen. Op advies van afdeling Communicatie werd de brochure niet huis aan huis verspreid, maar uitgedeeld aan degenen die er belangstelling voor hebben. De brochure werd verspreid om op balies uit te delen in het gemeentehuis, de bibliotheek en Woningstichtingen. Bedoeling was ook om 1000 ervan beschikbaar te stellen voor middelbare scholen.
De brochure werd uitgedeeld aan alle ambtenaren in de actie “De knop moet om” en bijgevoegd bij de spaarlampenactie. Ook op het symposium “klimaatbeleid geeft energie” werd de brochure aangeboden. De brochure zou ook worden bijgevoegd bij het lesmateriaal behorend bij de film “An inconvenient truth” van Al Gore, die aan alle scholen is aangeboden.
3. Leerpunten • •
Ondanks de foto’s is de tekst van de brochure toch nog vrij lang. De indeling is helder en lezers kunnen kiezen welke hoofdstukjes ze willen lezen. Er hadden meer foto’s kunnen worden ingepast, ook met voorbeelden uit Almelo.
•
Voor basisscholen wordt de tekst te ingewikkeld gevonden. Voor middelbare scholieren is deze echter wel geschikt, mede omdat er veel verwijzingen naar websites gegeven in staan, zodat de folder goed bruikbaar wordt voor scripties.
•
Middelbare scholen nemen de boekjes echter niet in grote aantallen af, omdat er slechts incidenteel aandacht aan maatschappelijke problemen wordt besteed.
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
43
•
De gemeente heeft nu nog bijna 3000 folders over die in 2008 kunnen worden verspreid. Er is echter niet veel vraag naar. Actief uitzetten vergt veel energie en ontvangers zijn al tevreden met 50 exemplaren.
4. Betrokkenen Maurits Groen Milieu en Communicatie,
[email protected]; tel. 023-5424656 Eline Boxem, medewerker natuur- en milieueducatie gemeente Almelo, tel. 0546-451483 Wim Haver, beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid, gemeente Almelo, tel. 0546-541505
[email protected], tel. 06-16484728
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
44
Project Nacht van de nacht 1. Projectbeschrijving In mei 2007 verzocht “Natuur en Milieu Overijssel” de gemeenteraad om, net als in 2006, weer deel te nemen aan de Nacht van de nacht, die dit jaar gehouden werd op zaterdag 27 oktober 2007. De gemeente besloot hier weer aandacht aan te besteden. Het thema waarvoor op deze nacht aandacht wordt gevraagd is de grote vanzelfsprekendheid, waarmee Nederland elke nacht in toenemende mate wordt verlicht. Steeds meer tuinen, kantoren en bedrijfspanden staan in het volle licht en lichtreclames worden steeds groter. Ook snelwegen zijn kilometerslang verlicht. Er ontstaat een enorme gewenning aan licht in de nacht en een soort acceptatie dat dat allemaal moet kunnen. Soms is verlichting noodzakelijk en veilig, maar veelal is verlichting overbodig, zeker na 24.00 uur ’s nachts. Uit onderzoek van Alterra blijkt dat de Nederlandse nacht elk jaar 3 % meer verlicht wordt. De helft van de Nederlanders ondervindt hinder en ergernis van het kunstlicht. Ook dieren worden erdoor verstoord. Belangrijk is ook dat er veel energie verloren gaat met verlichting. Spaarlampen worden nog veel te weinig gebruikt en de nog zuiniger LED verlichting mag wel worden gestimuleerd. Bedoeling van de Nacht van de nacht is dat aandacht wordt gevraagd van bevolking en beheerders van gebouwen voor overbodige verlichting, verlichting op uren dat er niemand is en verlichting met onzuinige lampen. Door hieraan aandacht te geven worden beheerders zich bewust van de energiekosten van de nachtelijke verlichting en zijn wellicht daardoor bereid energiebesparende maatregelen te nemen. Beheerders van instellingen en van monumenten en kerken werden gevraagd mee te doen aan deze actie door in ieder geval op deze nacht het licht (grotendeels) uit te doen. Het was echter niet mogelijk binnen korte tijd te achterhalen wie de beheerders waren. Cogas bleek in veel gevallen de centrale beheerder te zijn van de lichtknoppen. Daarnaast werd bedacht om spaarlampen te bestellen die zouden worden uitgedeeld aan mensen met een lager inkomen. Uiteindelijk werden 500 lampen van 3 en 8 Watt voor € 5,- per stuk besteld via internet (slimlicht.nl). Voor de fietstocht werden 40 pakketten met 4 lampen en de brochure “Wat je zelf kunt doen tegen klimaatverandering” samengesteld.
2. Resultaten Cogas was bereid om deel te nemen aan deze actie. Op hun kosten werden de nodige softwareprogramma’s aangepast (en daarna weer hersteld) zodat de nachtverlichting al in de avond werd aangezet, wat betekende dat er minder licht zou branden. Alleen in het centrum was dat op zaterdagavond niet wenselijk in verband met veiligheid van de Horecabezoekers. De gemeente zette het daklicht van de Javatoren uit. Tijdens de nacht van de nacht werd vanaf 20.00 – 22.00 uur een fietsexcursie geregeld met de pers onder leiding van wethouder Kuiper. Ook raadsleden, een directeur van Cogas en leden van milieuorganisaties deden mee aan de fietstocht. Die route leidde door de wijken Aalderinkshoek en Kerkelanden .
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
45
De actie werd gecoördineerd door Natuur en Milieu Overijssel. Zij zorgde voor publiciteit, vermelding van Almelo op de provinciale en landelijke website en voor informatiemateriaal (posters en een lichtspecial van de Stichting Natuur en Milieu). Nagegaan werd waar nog overbodig lijkende verlichting brandt. Dit bleek enorm mee te vallen. Alleen een multifunctioneel gebouw van de gemeente was teveel verlicht. Dit bleek samen te hangen met vandalisme dat na de oplevering van het gebouw veel optrad. Van overbodige tuinverlichting was nauwelijks sprake. De deelnemers boden bij een aantal huizen in de wijk de tas met spaarlampen aan. Deze werden met blijdschap aanvaard. Een aantal mensen had al van de actie gehoord via de pers. De overgebleven 260 lampen werden per stuk uitgedeeld op het stadhuis aan burgers bij de balies. Binnen een week waren alle lampen weg.
3. Leerpunten • • •
De fietstocht beviel erg goed, maar leverde weinig lichthinderpunten op. Volgende keer zullen bedrijventerreinen worden bezocht. De vraag werd gesteld waarom de straatverlichting niet altijd op de nachtstand kon staan. Mogelijk dat bij regenweer meer licht nodig is. Uitdelen van de spaarlampen was leuk werk en ging snel. Jammer was dat niet alle mensen met een laag inkomen een spaarlamp kregen. In de gemeente Rotterdam is dit in december 2007 wel gebeurd.
• •
De vraag waar je de grens trekt wie wel en wie geen spaarlampen krijgt en hoe je dit regelt. Het uitnodigen van mogelijke deelnemers aan de fietstocht moet niet 4 dagen van te voren maar 14 dagen.
• •
De pers besteedde dit keer ruim aandacht aan de actie. De levertijd van Slimlicht is kort, de service was prima.
4. Betrokkenen Dagmar Keuken, Afdeling FZ, gebouwbeheer stadhuis en Javatoren, tel. 0546-541540. Cogas aanlichtingen Gerard Reef, tel. 0546-836698. Eline Boxem, beleidsmedewerker natuur- en milieueducatie, tel. 0546-451483 Gert Jan Oude Engberink, beleidsmedewerker openbare verlichting, tel. 0546-541373. Natuur- en milieu Overijssel, Loet van der Heijden, coördinator “Nacht van de nacht” Overijssel, tel. 038–4250960,
[email protected] Wim Haver, tijdelijk beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid, Gemeente Almelo,
[email protected], tel. 0546-541505, tel. 06-16484728 Foto’s : Gele Raaf Almelo
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
46
Project Voorlichting Energielabel 1. Projectbeschrijving Onderdeel van het Klimaat Uitvoerings Programma was het laten uitvoeren van een energieprestatieadvies (EPA) bij 30% van de huishoudens. Dit is een relatief kostbaar onderzoek op maat gesneden per huishouden, waarbij de bewoner / eigenaar advies krijgt voor energiebesparing en een mogelijke inzet van duurzame energie. Tot voor enkele jaren was hiervoor subsidie beschikbaar en toen was het haalbaar. De subsidiekraan is echter dichtgedraaid, waardoor de doelstelling niet langer haalbaar is. SenterNovem heeft echter aangegeven dat een alternatief mogelijk is. Almelo heeft ervoor gekozen om huishoudens actief te informeren over energiebesparing en inzet van duurzame energie. Gekozen is om voorlichting te geven aan huiseigenaren over de verplichting om per 1 januari 2008 een energielabel te laten maken bij de verkoop van een huis. Dit label rapporteert over het gebruik van energie voor verwarming, tapwater, koeling, ventilatie en verlichting. Het certificaat kan alleen door een gecertificeerd adviseur worden afgegeven. Het label is een product van de Europese richtlijn Energy Performance of Buildings Directive (EPBD). Het brengt de energieprestatie van gebouwen in beeld via een label met rood – oranje – groen zoals bij auto’s en koelkasten gebruikelijk is. Doel ervan is stimuleren van energiebesparing. Kopers van een woning kunnen om een energielabel vragen en de prijs laten zakken als het label aangeeft dat het huis in de rode of oranje categorie zit. Eigenaren kunnen besluiten te investeren in energiebesparende maatregelen, vooral als deze een redelijke terugwintermijn hebben.
2. Resultaten VROM besteedde landelijk aandacht aan de invoering van het energielabel met o.a. spotjes op televisie. VROM stelt via haar site ook een 'toolkit' beschikbaar voor gemeenten en adviesbureaus beschikbaar. Deze bevat materiaal voor op websites, in persberichten, en een goed leesbare brochure, uitgegeven via postbus 51. Gemeente Almelo koos ervoor om bij deze campagne aan te sluiten en lokaal kracht bij te zetten door actieve verspreiding van de brochure. Alle makelaars in Almelo kregen een pakket met 100 stuks van de brochure toegestuurd. Bij elke folder kwam een brief van de Gemeente Almelo, met praktische informatie voor het verkrijgen van een energielabel.
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
47
Zo wordt de (toekomstig) woningeigenaar geïnformeerd over het nut en noodzaak van het label op het juiste moment, namelijk bij het zoeken of te koop zetten van zijn of haar woning. Omdat de verzending van de brochures pas in december 2007 gebeurde, zijn er nog geen conclusies te trekken over de effectiviteit van de inspanningen. Makelaars hebben nog geen extra bestellingen van de folder gedaan.
3. Leerpunten •
De levertijd van de brochure was 6 weken. Door de vertraging in de verspreiding liep de Almelose campagne iets achter op de landelijke campagne.
•
De 'toolkit' voor gemeenten en adviesbureaus met materiaal voor op de eigen website en ander voorbeeldmateriaal is te downloaden of bestellen (in kleine oplage) via www.vrom.nl
• •
Bestellingen voor grote oplagen kunnen gebeuren via Postbus 51; www.postbus51.nl Er was geen tijd meer om te peilen of makelaars en doelgroepen tevreden waren.
4. Betrokkenen Jorrit Gosens, tijdelijk beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid, Gemeente Almelo Wim Haver, interim beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid, Gemeente Almelo,
[email protected], tel. 0546-541505; 06 - 16484728
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
48
Symposium “klimaatbeleid geeft energie” 1. Projectbeschrijving Alle projecten van het Klimaat Uitvoerings Programma in Almelo zijn veelal uitgevoerd als onderdeel van een groter project of werden pas aan het eind van het programma afgerond. Met uitzondering van de publieksprojecten is er nauwelijks informatie naar de raadsleden en pers gegaan. Doelen van het symposium zijn: • Politieke uitstraling van wat Almelo bereikt heeft en welke meerwaarde de subsidie van VROM en EZ heeft gehad voor het draagvlak voor klimaatbeleid en duurzaamheid in Almelo. • Andere gemeenten laten zien wat er mogelijk is binnen relatief eenvoudig uit te voeren projecten, mede ter inspiratie voor het aanvragen van subsidie in het kader van BANS 2. • Ook voor Almelo zelf is het symposium een opstap naar de aanvraag van vervolgsubsidie, die weer een kans biedt de ambities voor duurzaamheid en klimaatbeleid wat verder te verhogen. •
Voor bedrijven en burgers is het voorbeeld van de gemeente een inspiratie om zelf niet achter te blijven
Om het symposium extra luister bij te zetten werd minister Cramer uitgenodigd om het symposium bij te wonen. En tot onze vreugde stemde de minister ermee in om bij het symposium aanwezig te zijn en dit te openen. Als gastvrouw voor het symposium werd een professionele dagvoorzitter aangetrokken in de persoon van Eva Kuit. De aanbieding van een brochure met hierin alle ervaringen met het Klimaat Uitvoerings Programma werd een belangrijk middel om de resultaten van het Almelose klimaatbeleid uit te dragen. Al vrij vroeg in de voorbereiding werd bedacht om niet de gemeentelijke projectleiders aan het woord te laten, maar de ondersteunende adviesbureaus. Dit geeft hen gelegenheid de resultaten van hun advieswerk te laten zien met de aanbevelingen. Dat biedt een goede basis voor projectleiders en het gemeentebestuur om verantwoorde besluiten te nemen. Voordeel was bovendien dat de adviesbureaus zelf hun bijdrage leverden aan de symposiumbrochure.
2. Resultaat Met de aangekondigde komst van de minister werden de kwaliteitseisen aan het symposium verhoogd. De gemeente wilde zich van haar beste kant laten zien. Hoewel de kosten wat hoger werden, werd ervoor gekozen deelname gratis te houden. Een brochure werd samengesteld met alle energieprojecten die de Gemeente heeft georganiseerd. Adviesbureaus die een project hadden uitgevoerd werd gevraagd hieraan een bijdrage te leveren. Er was even sprake van om deze brochure door de adviesbureaus te laten betalen. Dit moet echter voorafgaand aan het verzoek om mee te doen worden geregeld en niet nadat alles al binnen is. Rondom het bezoek van de minister werd een apart programma door Almelo georganiseerd, waarbij aandacht werd besteed aan projecten van Cogas (o.a. energiewinning uit het verlagen van de gasdruk van 40 naar 8 bar) en aan Magna Porta, het meest duurzaam gebouwde kantoor van Almelo: CO2 neutraal met o.a. warmte- en koudeopslag.
Programma symposium, 7 februari 2008 13.30 uur 13.30 13.40 14.00
Welkom door wethouder Kuiper Toespraak minister J.Cramer Meerwaarde Klimaat Uitvoerings Programma – Bert Kuiper
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
49
14.10 14.15
Aanbieding brochure Presentatie Klimaat Uitvoerings Programma Almelo Werkgroep duurzaam bouwen – Ron van Hutten, Cogas
Parallelsessies Theaterzaal 15.00 Duurzaamheid nieuwe stadhuis - Gerben Schuurman, W/E adviseurs 15.15 Energievisie appartementencomplex LOC23 - Ton Glashorst, DWA 15.30 Bedrijven en energiebesparing - Mark Ent, Spit Electromotoren, Energiek Almelo 15.45 Energievisie Rumerslanden - Frank Spruit, G3 advies 16.00 Energievisie Jan Vermeer flats Woningstichting Beter Wonen – Hans van der Heide, DWA Parallelsessies Ravelzaal 15.00 Informatie dubo kopers vrije kavel – Hans van der Heide, DWA 15.15 Energievisie Waterrijk - Evert Vrins, W/E adviseurs 15.30 Energievisie zwembad / houtverbrander - René Ruiter, DWA 15.45 Vervoersprestatie Locatie Waterrijk- Hans Golstein, Goudappel Coffeng 16.00 Energiebesparing ambtenaren – Wim Haver, Milcura 16.15
Afsluiting / bezoek informatiemarkt / borrel
Doelgroepen Gemeenten : wethouders, hoofden Milieu en RO; medewerkers klimaatbeleid en duurzaamheid; projectleiders bouwprojecten; Woningstichtingen Almelo e.o.; provincie, Gedeputeerde Rietkerk, ambtenaren energie, duurzaamheid, bedrijven (windmolens); Cogas, Essent ; adviesbureaus; ambtenaren Almelo; bedrijven Rabo Almelo en vastgoed; bedrijven via Cogas (project bedrijven en energiebesparing); Ondernemersplatform Energiek Almelo, Industriekring Twente, MKB, Kamer van Koophandel; SenterNovem
3. Leerpunten •
De komst van een minister levert veel extra werk op en vereist een hogere begroting
• • •
De aantrekkelijkheid van de aangeboden activiteit neemt dan wel sterk toe. De werkdruk neemt behoorlijk toe omdat meer mensen erbij betrokken worden. Het maken van een brochure met een presentatie van alle toespraken en met de beschrijving van alle projecten, ook de projecten die niet gepresenteerd worden, is veel werk.
4. Betrokkenen Wessel Kloppenburg, afdelingshoofd ROM, Gemeente Almelo, tel. 0546-541135 Gerrit Jansen, coördinator team milieubeleid, Gemeente Almelo, tel. 0456-54 Saskia Everink-Schols, team communicatie, Gemeente Almelo, tel. 0546-541214 Gita Bharatsingh, Carla Tijink, secretariaat ROM, tel. 0546-541239 Eva Kuit, dagvoorzitter, www.mediavrouw.nl, Rotterdam, tel. 06-51594417 CtrlP, Grafisch bedrijf, printen en samenstellen symposiumbrochure, tel. 074-2492263 Denken en Doen, ontwerp omslag symposiumbrochure, Richard Conijn, 0546-543031 Wim Haver, tijdelijk beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid, gemeente Almelo,
[email protected], tel. 0546-541505, tel. 06-16484728
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
50
Betrokken adviesbureaus
Milcura adviseert overheidsorganisaties op het gebied van ruimte en milieu, en is o.a. gespecialiseerd in energie- en klimaatbeleid. Daarbij kijken wij verder dan de strikte opdracht, omdat iedere vraag voortkomt uit een omgeving. Een fysieke omgeving, een bestuurlijke omgeving en een inhoudelijke omgeving. Dat inspireert ons. Milcura is procesmanager voor het energie- en klimaatbeleid van de gemeente Almelo. Dit heeft geresulteerd in tal van projecten, die in deze brochure zijn gepresenteerd. Projecten die bijdragen aan een duurzaam Almelo en die burgers en bedrijven in de regio inspireren en activeren voor energiebesparing en gebruik van duurzame energie. Op basis van deze ervaring heeft Milcura o.a. het klimaatbeleidsplan voor de gemeente Rijssen-Holten opgesteld. Aanvragen voor de klimaatsubsidie van VROM/SenterNovem bereiden wij voor meerdere gemeenten voor. Voor meer informatie over Milcura of het energie- en klimaatbeleid van de gemeente Almelo kunt u contact opnemen met: Wim Haver, consultant duurzaamheid en klimaatbeleid (
[email protected] ), tel. 06-16484728 Jeroen Bannink, account manager (
[email protected]), www.milcura.nl Dr. van Deenweg 21 B, 8025 BP Zwolle, tel. 038-4216600.
DWA DWA installatie- en energieadvies is een toonaangevend adviesbureau met circa negentig medewerkers, verdeeld over onze locaties in Bodegraven, Ede en Rijssen. Vanuit onze missie werken wij aan innovatieve projecten op het gebied van energiebesparing en duurzaam bouwen. Installatieadvies: integraal advies Bij DWA bedenken we niet alleen mooie concepten en ontwerpen en rekenen we deze voor. We zorgen er ook voor dat ze daadwerkelijk uitgewerkt worden. Dit doen we in onze installatieadviezen. We streven hierbij naar het economische, technische en maatschappelijke optimum: energie-efficiëntie en reductie van milieubelasting in combinatie met een gezond en comfortabel binnenklimaat. Door DWA zo vroeg mogelijk in de ontwerpfase te betrekken, is een optimaal integraal ontwerp mogelijk dat totstandkomt in samenwerking met architect, constructuur en bouwfysicus. De brede basis van DWA staat garant voor de integratie van alle aspecten van het werkterrein (klimaatbeheersing, energie- concepten, sanitair- en verlichtingstechniek, ICT en datanetwerken, beveiligings- en transporttechniek). Dit alles integreren wij op een natuurlijke manier. Fasen die we hierin doorlopen zijn: conceptstudie, voorontwerp, definitief ontwerp, bestek, aanbesteding, uitvoeringsbegeleiding en oplevering. Ook zijn we bekend met innovatieve aanbestedingsvormen zoals Publiek Private Samenwerking (PPS). DWA installatie- en energieadvies Postbus 136 7460 AC Rijssen tel. (0548) 53 55 40 website: www.dwa.nl
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
51
Van Beek Ingenieurs, gevestigd in Arnhem, is een adviesbureau voor softwareontwikkeling en advisering op het gebied van efficiënt energiegebruik. Vanaf het ontstaan begin jaren 80, is van Beek Ingenieurs uitgegroeid tot marktleider op het gebied van energie-informatiesystemen. Sinds 2001 maakt Van Beek Ingenieurs deel uit van Priva B.V. De dienstverlening van Van Beek Ingenieurs richt zich op het realiseren van energie(kosten)besparing bij haar klanten in de industrie, utiliteit en zakelijke dienstverlening. Deze totaaloplossingen zijn realiseerbaar door de inzet van diverse adviseurs/specialisten op energie en ICT-gebied. Van Beek Ingenieurs is bereikbaar via http://www.vanbeek.com
Ecofys heeft een duidelijke missie: een duurzame energievoorziening voor iedereen. Dit is waar iedereen in ons bedrijf voor staat en dagelijks aan werkt. Ecofys loopt voorop in de ontwikkeling van duurzame energie en energiebesparing. Kennis en innovatie zijn de sleutelfactoren om de ideeën van vandaag uit te werken tot de realiteit van morgen. Ecofys heeft voor de gemeente Almelo het project “Energievisie IIspa te Almelo” uitgevoerd. Dit project wordt in dit artikel kort toegelicht. Tevens wordt de beleidsondersteunende CarBon software van Ecofys kort besproken. Drs. Vincent Hoen, Consultant Energy Management Ecofys Kanaalweg 16-G T: 030-2833648 M: 06-21419 691
www.ecofys.com Postbus 8408 – 3503 RK Utrecht
BECO BECO zoekt in samenwerking met klanten naar duurzame oplossingen voor vraagstukken waar ondernemers, overheden en andere organisaties mee worden geconfronteerd. We adviseren bedrijven
en
overheden,
ontwikkelen
(beleids)studies,
geven
trainingen,
verzorgen
projectmanagement en creëren communicatie- en informatiemiddelen. Centraal in de dienstverlening staat het streven naar gelijktijdig voordeel voor mens, milieu en economie.
Jardin Graywood Op al uw energietechnische vragen een praktisch antwoord waar u mee verder kunt. Ing. J. Metselaar Richtersbleek- Aalten 4 7521 RB Enschede Tel. 053-4363620 www.jardin-graywood.com
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
52
W/E adviseurs Evert Vrins, Postbus 256, 5000 AG Tilburg
[email protected] , www.w-e.nl, tel. 013-5835310
W/E adviseurs: bevlogen, innovatief en creatief. Voor klanten met ambitie, die streven naar een duurzame ontwikkeling van de gebouwde omgeving. W/E levert project- en procesadvies op maat. Op het gebied van energie, bouwfysica en milieukwaliteit.
Goudappel Coffeng Goudappel Coffeng BV wil hét bureau zijn als het gaat om verkeer en ruimte. In de afgelopen decennia ontwikkelde ons bureau zich tot het grootste adviesbureau voor verkeer en vervoer in ons land. Sinds 1963 houden wij ons bezig met advies en onderzoek naar verkeer en vervoer en de inrichting van ruimte om optimale mobiliteit mogelijk te maken. Onze organisatie heeft een sterke bijdrage geleverd aan de professionalisering van het vak verkeerskunde en de ontwikkeling ervan tot een volwaardige discipline. Parallel aan de sterke groei van de mobiliteit ontwikkelde het bureau zich van een klein adviesbureau tot een brede onderzoeks- en adviesorganisatie met ruim 200 hooggekwalificeerde medewerkers. Wij kiezen voor een interdisciplinaire benadering van oplossingen voor verkeer en ruimte. Onze opdrachtgevers staan daarbij steeds op de eerste plaats. Voortdurende innovatie en professionaliteit zijn voor ons de sleutelwoorden. Alle overheden zijn onze opdrachtgevers, zowel op rijksniveau als de regio’s, provincies en gemeenten. Internationaal is onder meer de Europese Commissie regelmatig opdrachtgever. Tevens werken wij voor en samen met veel private partijen, zoals vervoerders en projectontwikkelaars. Goudappel Coffeng Postbus 161 7400 AD Deventer Tel. (0570) 666 222
[email protected] www.goudappel.nl
G3 Advies is sinds 12 jaar een toonaangevend adviesbureau binnen het werkterrein van Stedelijke ontwikkeling. Onze adviezen, vaak aan gemeenten en ontwikkelende partijen, monden uit in projecten op het gebied van nieuwbouw en herstructurering van woninglocaties en bedrijventerreinen. Duurzame energie, energiebesparing en klimaatbeleid liggen ten grondslag aan onze adviezen. G3 Advies, Jörg Blass, Antoine Ketelaars,
[email protected] tel. 0418-654800
“Klimaatbeleid geeft energie” -Resultaten en leerpunten Klimaat Uitvoerings Programma
53