jaargang 19 / nr 66 / september 2010
Tatjana Sormaz
‘Mijn doorzettingsvermogen werpt nu zijn vruchten af’ In dit nummer o.a: • W ijzigingen in de Rijkswet op het Nederlanderschap pag. 3 • B osnië-Herzegovina en de EU pag. 4 • G a eens na wat u nalaat! pag. 6 • M ontenegrijnen in Nederland pag. 7 • H et is zover: Boudewijn Sittrop met pensioen pag. 8
Begin jaren ’70 kwam Tatjana Sormaz op vijfjarige leeftijd met haar ouders vanuit Belgrado naar Nederland en vestigde het gezin zich in de havenstad Rotterdam. Inmiddels woont Tatjana met haar 9-jarig zoontje in Capelle aan den IJssel, leidt zij als directeur-eigenaar het multimedia bedrijf PaperworQ Productions, en zet zij zich als voorzitter van de federatie Jong MKB Nederland in voor de belangen van ondernemers in het midden- en kleinbedrijf. Ook de politiek heeft de talenten van Tatjana ontdekt. Sinds 2009 is zij lid van de VVD, ze heeft voor de laatste Tweede Kamer verkiezingen meegeschreven aan het verkiezingsprogramma van de partij en stond op de kandidatenlijst. Tatjana Sormaz is een jongleur met een flexibele persoonlijkheid en een flinke dosis doorzettingsvermogen. Ze heeft bovendien een enorme zwak voor uitdagingen.
Een van de markantste herinneringen die Tatjana Sormaz (1968) heeft aan haar komst naar Nederland is de instroom in de basisschool waar ze als vroege leerling begint aan de eerste Tatjana Sormaz klas, nu groep drie. ‘Ik kon me niet in het Nederlands verstaanbaar te maken en begreep dat ik mijn best moest doen om me de nieuwe taal en omgeving zo snel mogelijk eigen te maken. De uitdaging die dit als klein kind voor me betekende heeft misschien wel de basis gelegd voor de ambitieuze persoon die ik later ben geworden.’ Een persoon die verantwoordelijkheid en risico’s durft te nemen en geleerd heeft om flexibel en met maximale inzet met nieuwe situaties en uitdagingen om te gaan. De afgelopen jaren zijn die nieuwe uitdagingen in een stroomversnelling geraakt. Sinds 2006 is Tatjana succesvol ondernemer, een droom die zij sinds haar twintigste koesterde en waarvoor de tijd een paar jaar geleden rijp was. Toen richtte zij PaperworQ Productions op, een reclame- en multimediabureau dat mediaconcepten ontwikkelt. ‘De motivatie om een eigen bedrijf te beginnen had vooral te maken met het plafond waar ik bij werkgevers tegen aanliep; op het gebied van creativiteit en mogelijkheden was er altijd een grens.’ Na een reeks van verantwoordelijke sales- en managementfuncties sloeg Tatjana de vleugels uit en met haar eigen, nog steeds groeiende onderneming bepaalt ze nu zelf hoe ver ze gaat in het ontwikkelen van ideeën. In 2009 wordt Tatjana gekozen tot voorzitter van de federatie Jong MKB Nederland, nadat ze eerst secretaris was van Jong MKB Rotterdam, één van de 12 regionale afdelingen van de federatie. Jong MKB Nederland is een netwerkorganisatie voor ondernemers met een bedrijf dat minder dan zeven jaar bestaat en telt ongeveer 800 leden, een aantal dat mede door de economische crisis blijft toenemen. Tijdens de maandelijkse netwerkborrels en ook in haar contacten als ondernemer valt het Tatjana op dat de ondernemerswereld vooral een mannelijk en wit bolwerk is. ‘Het lidmaatschap van migranten en vrouwelijke ondernemers juich ik van harte toe. Het komt de diversiteit van het ledenbestand qua afkomst en sector ten goede maar het kan ook het blikveld van allochtone onderne-
Lizebulletin / nr 66 / september 2010
2
mers die zich vaker in lokale belangenorganisaties verenigen, verruimen.’ Een recente actie van de nieuwe voorzitter is het Jong MKB manifest. ‘Als banenmotor van Nederland zorgt het midden- en kleinbedrijf voor 90 % van de werkgelegenheid. Het is daarom van belang dat er voorwaarden worden geschapen waarin ondernemers optimaal kunnen ondernemen, juist in tijden van economische crisis. Om ook het nieuwe kabinet hiervan te overtuigen wordt in de loop van dit najaar het Jong MKB manifest overhandigd. Hierin staan diverse voorstellen die het bevorderen van een vruchtbaar ondernemersklimaat voor ogen hebben.’ Sinds 2009 is Tatjana lid van de VVD en al bij de eerste algemene ledenvergadering wordt zij gevraagd om zich kandidaat te stellen voor de gemeenteraad van haar woonplaats Capelle aan Den IJssel. Dat is door tijdgebrek niet mogelijk maar een half jaar later wordt ze door partijvoorzitter Ivo Opstelten gevraagd om mee te schrijven aan het verkiezingsprogramma voor de Tweede Kamerverkiezingen en komt ze op de kandidatenlijst te staan. Dat de VVD de grootste partij is geworden ervaart ze dan ook als iets heel bijzonders. ‘Het is inspirerend om je aan te sluiten bij een proces waarbij een groep mensen samen een doel probeert te bereiken en iets beter en groter wil maken. Dit was bij de VVD en bij Jong MKB Nederland het geval en het is wat mij betreft vele malen waardevoller en uitdagender dan ergens bij aanhaken waar alles op rolletjes loopt. Uiteindelijk wil ik ergens een bijdrage aan kunnen leveren.’ De interesse voor politiek en sociale processen was achteraf gezien al vroeg aanwezig. Na het gymnasium, dat Tatjana
zowel in het regulier Nederlands onderwijs als op de Joegoslavische school in Rotterdam voltooide, gaat Tatjana in eerste instantie een hostessopleiding doen. Omdat ze haar geboorteland graag ook buiten de vakanties om wil leren kennen werkt zij gedurende één seizoen als standplaatshostess in Dubrovnik. Het plan is om dit verblijf te verlengen maar eenmaal terug in Nederland krijgt ze een goede baan aangeboden en begint Tatjana aan een deeltijdstudie sociologie aan de Erasmus Universiteit. De interesse voor het gedrag van groepen mensen komt, denkt ze zelf, mede door haar persoonlijke geschiedenis. ‘Verhuizen naar een ander land is iets dat je doet als een individu dat tevens onderdeel uitmaakt van een bepaalde culturele groep. De vraag is vervolgens wat dit met je doet en op welke manier je met de nieuwe situatie omgaat. Het vergt moed om te emigreren, en doorzettingsvermogen om je vervolgens een plek in die nieuwe maatschappij te verwerven, als persoon en als groep.’ Nog steeds gaat Tatjana elk jaar terug naar Belgrado en bezoekt ze haar familie die verspreid in Servië, Kroatië en Bosnië woont. Ze merkt naarmate ze ouder wordt dat het belang dat ze hecht aan haar roots en familiebanden alleen maar wordt bevestigd. ‘Te midden van het drukke ondernemersleven en alle nevenfuncties verlang ik wel eens naar mijn tante in Split en opa en oma in Servië. Ondernemer zijn is natuurlijk leuk en iets waar ik me voor de volle 100% voor inzet, net als het voorzitterschap van Jong MKB Nederland, maar sterke familiebanden en het moederschap zijn mij toch het meest dierbaar.’ // Monica Moreno Diniz
Wijzigingen in de Rijkswet op het Nederlanderschap Op 15 juni 2010 is de Eerste Kamer akkoord gegaan met een voorstel van minister Hirsch Ballin om de Rijkswet op het Nederlanderschap te wijzigen. Voor zover nu bekend gaan de wijzigingen per 1 oktober 2010 in. De belangrijkste wijziging gaat over het van rechtswege toekennen van het Nederlanderschap aan een specifieke groep, namelijk kinderen van een Nederlandse moeder en een buitenlandse vader, die geboren zijn tussen 1965 en 1985, de zogenoemde ‘latente Nederlanders’. Andere wijzigingen hebben te maken met het intrekken van het Nederlanderschap bij een veroordeling voor een misdrijf en het in meer gevallen afstand moeten doen van je oorspronkelijke nationaliteit als je Nederlander wilt worden. De wetgeving omtrent het Nederlanderschap is hiermee niet essentieel veranderd, want de regels omtrent naturalisatie en opteren voor de Nederlandse nationaliteit zijn vrijwel ongewijzigd gebleven. Een van de hoofdregels van de Nederlandse nationaliteitswetgeving is dat een Nederlander die een andere nationaliteit aanneemt, automatisch het Nederlanderschap verliest. Omgekeerd geldt de hoofdregel dat iemand die Nederlander wil worden in principe afstand moet doen van zijn oorspronkelijke nationaliteit. Op die regel zijn meerdere uitzonderingen zodat in praktijk de meeste mensen die via naturalisatie Nederlander willen worden, geen afstand hoeven te doen. Als u bijvoorbeeld getrouwd bent met een Nederlander of erkend vluchteling bent, dan hoeft u geen afstand te doen. Ook mensen die afkomstig zijn uit een land waarvan het niet mogelijk is om de nationaliteit te verliezen (bijvoorbeeld Griekenland) of die bepaalde rechten zouden verliezen bij het doen van afstand van hun oorspronkelijke nationaliteit (denk aan het erfrecht), vallen onder de uitzonderingen op de afstandseis. Tot slot hoeven kinderen die in Nederland geboren zijn, geen afstand te doen van hun oorspronkelijke nationaliteit. Volgens cijfers van de Immigratie- en Naturalisatie Dienst behoudt 63% van de mensen die de Nederlandse nationaliteit aanneemt, uiteindelijk ook zijn oorspronkelijke nationaliteit.
Latente Nederlanders Een groep die nu kan juichen zijn de mensen die geboren zijn tussen 1965 en 1985 uit een Nederlandse moeder en een buitenlandse vader. In die periode was het niet mogelijk om de Nederlandse nationaliteit te verkrijgen via de moeder, waardoor kinderen die in die periode zijn geboren alleen de nationaliteit van hun vader hebben. Volgens onderzoek trouwden tussen 1964 en 1984 51.000 Nederlandse vrouwen met een buitenlandse man. Onbekend is
hoeveel kinderen uit deze huwelijken zijn geboren, wel maakten 47.000 kinderen al gebruik van de tijdelijke overgangsregeling tussen 1985 en 1987. Latente Nederlanders kunnen nadat de nieuwe wet van kracht is, (waarschijnlijk per 1 oktober 2010) een optieverklaring invullen bij de gemeente waar ze wonen. Zij die in het buitenland wonen, kunnen terecht bij de Nederlandse ambassade. Naast het formulier waarmee de optie aangevraagd kan worden, kunnen ook andere documenten nodig zijn. Meer informatie is te verkrijgen bij uw gemeente of de Nederlandse ambassade. De kosten voor een optieverzoek zijn € 148.
Nederlanderschap verliezen In de wet op het Nederlanderschap worden meerdere situaties genoemd waarbij de minister kan besluiten om het Nederlanderschap in te trekken, bijvoorbeeld als iemand een valse verklaring heeft afgelegd of bedrog heeft gepleegd tijdens zijn aanvraag. In de nieuwe wet bestaat ook de mogelijkheid om het Nederlanderschap in te trekken van diegene die ook in het bezit is van een andere nationaliteit en die onherroepelijk veroordeeld is voor een misdrijf met een gevangenisstraf van meer dan 8 jaar. Wel moet het hier gaan om een misdrijf dat de belangen van de staat ernstig heeft geschaad, zoals terroristische misdrijven, misdrijven tegen de menselijkheid en bijvoorbeeld misdrijven tegen de veiligheid van de staat.
Afstand doen van oorspronkelijke nationaliteit De optieprocedure is de makkelijkste en eenvoudigste manier om Nederlander te worden. Simpel door het invullen van een optieverklaring bij de gemeente. Er is geen inburgerings- of naturalisatie-examen nodig en het is sneller en goedkoper dan naturalisatie. Bij optie is de hoofdregel dat je geen afstand hoeft te doen van je oorspronkelijke nationaliteit. In de nieuwe
wet komt hierin een verandering: tweede generatie migranten die ná hun 4e levensjaar onafgebroken in Nederland wonen moeten bij de nieuwe wet wél afstand doen van hun oorspronkelijke nationaliteit als zij door optie Nederlander willen worden. Bij naturalisatie gaat gelden dat meerderjarigen die vóórdat zij 18 werden vijf jaar of langer onafgebroken in Nederland hebben gewoond, ook afstand moeten doen van hun oorspronkelijke nationaliteit. Overigens blijven ook in deze gevallen dezelfde uitzonderingen gelden op de eis om afstand te doen van de oorspronkelijke nationaliteit (getrouwd met een Nederlander, erkend vluchteling etc.). De eis om afstand te doen van de oorspronkelijke nationaliteit kan voor migranten een reden zijn om geen Nederlander te worden. Dit standpunt heeft Lize naar voren gebracht bij de Advies Commissie Vreemdelingen Zaken (ACVZ) in het kader van hun advies over meervoudige nationaliteit. In dit advies uit oktober 2008 maakt de commissie duidelijk dat een meervoudige nationaliteit in Europa en de wereld steeds meer de norm in plaats van de uitzondering is. Helaas worden de aanbevelingen van de ACVZ door de regering niet overgenomen. Daarmee manoeuvreert Nederland zich in een minderheidspositie binnen Europa, want volgens de ACVZ vinden de meeste Europese landen het bij de verwerving van nationaliteit niet meer van belang of daardoor meervoudige nationaliteit ontstaat.
// Dimitris Grammatikas
3
Lizebulletin / nr 66 / september 2010
Bosnië-Herzegovina en de EU
Drie dagen voor de komende verkiezingen in Bosnië-Herzegovina organiseren Mladi BiH, Platform BiH en NAUK samen met Europarlementariër Emine Bozkürt (PvdA) op 30 september in het Europees Parlement in Brussel een themabijeenkomst over de integratie van Bosnië-Herzegovina in de Europese Unie. De bijeenkomst vindt plaats op een cruciaal tijdstip voor het land. Na een lange periode van politieke stagnatie mogen de Bosniërs een nieuwe regering kiezen. Er staan belangrijke zaken op het spel. Wat zullen de Europese ambities zijn van de
nieuwe regering? En wat betekent dat voor de diaspora die verspreid over heel Europa woont? Kunnen zij een rol spelen bij het hernieuwen van het Europese perspectief voor Bosnië-Herzegovina? Daarover gaat deze bijeenkomst met als gastspreker Valentin Inzko, de Hoge Vertegenwoordiger van de internationale gemeenschap in Bosnië-Herzegovina. In juni 2010 heeft Mladi BiH een kennismakingsbijeenkomst gehad met Europarlementariër Emine Bozkürt, woordvoerder BosniëHerzegovina voor de sociaaldemocraten in
het Europees Parlement. Tijdens deze bijeenkomst kwam naar voren dat er een belangrijke rol is weggelegd voor de Bosniërs die in tal van Europese lidstaten wonen, om meer aandacht vanuit Brussel te vragen voor de integratie van Bosnië-Herzegovina in de Europese Unie. Maar er is ook meer aandacht nodig vanuit Bosnië zelf en de Europese lidstaten waar Bosniërs wonen. In de aanloop naar deze verkiezingen willen Mladi BiH en Emine Bozkürt samen met EU en BiH, politici, burgers, non-gouvernementele organisaties en jongeren de integratie van Bosnië-Herzegovina in de EU weer prominent op de agenda zetten. Tegelijkertijd wordt gekeken hoe er samen met de Bosnische diaspora een nieuwe impuls aan dit proces gegeven kan worden. Deze bijeenkomst zal het begin markeren van de belangenbehartiging van de Bosnische diaspora in de EU en biedt een platform voor nadere kennismaking en samenwerking tussen alle betrokkenen. Aanmelding is noodzakelijk en kan tot uiterlijk 21 september. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de coördinator van Mladi BiH, Mersiha Dzabic,
[email protected].
Reünie Portugese school Amsterdam
Uitnodiging
Op zaterdag 26 juni waren ruim vijftig oud-leerlingen met zowel ouders als inmiddels eigen kinderen, aanwezig bij de reünie van de Portugese school van Amsterdam. De reünie vond plaats bij de Amsterdamse voetbalvereniging FC Portugal. Carla, Bianca en Linda (vlnr op de foto) zaten in de jaren ’80 en ’90 op de Portugese school in Amsterdam en waren tevens lid van de nu nog bestaande volksdansgroep van de school, Rancho da Escola Portuguesa de
Lize organiseert op vrijdagavond 22 oktober een netwerkactiviteit voor jongeren. Heb je zin om op een ontspannen manier leeftijdsgenoten te leren kennen en je netwerk te vergroten? Dan ben je vanaf 18.30 welkom bij DADO op de Kruiskade 55 in Rotterdam. De basisingrediënten (muziek, hapje, drankje) zijn er; we werken nog aan het programma. Houd daarom de website van Lize en je e-mail in de gaten.
Lizebulletin / nr 66 / september 2010
4
mesterdão. Vorig jaar kwamen zij op het A idee om een reünie te organiseren en via Hyves spoorden zij oud-leerlingen en leden van de volksdansgroep op. Tegen de achtergrond van een typisch Portugese barbecue met sardientjes, werden met videobeelden van vroegere dansoptredens en oude klassenfoto’s, herinneringen opgehaald. Een voormalige docente sprak uitgebreid met de aanwezigen en vertelde nog steeds les te geven, maar nu op een Nederlandse basisschool. De reünie was zo’n succes dat er van verschillende kanten is geopperd om er een jaarlijks terugkerende dag van te maken, en daar hadden de organisatoren wel oren naar! In 2004 is het OALT afgeschaft, nakomelingen van Portugese migranten kunnen in Amsterdam, Zaandam, Den Haag, Rotterdam, Nieuw-Vennep en Veghel nog onderwijs in eigen taal en cultuur volgen. bron: Portugese Ambassade
Appeltje van Oranje voor Be Interactive! Het Oranjefonds bekroont ieder jaar bijzondere en succesvolle sociale projecten met een Appeltje van Oranje. Dit jaar was het thema ‘De Kracht van Sport’ en viel Stichting Be Interactive uit Amsterdam in de prijzen. Uit handen van Prinses Máxima ontving de stichting op 21 mei de prijs, een bronzen beeld ontworpen door Hare Majesteit de Koningin en een geldbedrag van 15.000 euro. Be Interactive gebruikt wandelen hardloopsport als middel om geïsoleerde vrouwen mee te laten doen in de samenleving. Zij doen dit vanuit de gedachte dat sport mensen met elkaar verbindt en hun sociale positie kan verbeteren. Suzana van Keulen, van origine Sloveense, die vanaf het begin betrokken is geweest bij het project, reageert enthousiast: ‘Voor Be Interactive betekent het winnen van een Appeltje van Oranje een erkenning van het positieve maatschappelijke effect dat sport heeft op vrouwen.’ In het straatbeeld van Amsterdam-West is, mede dankzij het hardloopproject van Be Interactive, het hardlopen en wandelen onder allochtone vrouwen zich als een olievlek aan het verspreiden. Het trainen voor een loopeve-
nement is een belangrijk onderdeel van het initiatief; de beloning na afloop (een medaille) vergroot het gevoel van eigenwaarde van de deelnemende vrouwen. In totaal trainen wekelijks ruim 700 vrouwen die zich hebben aangesloten bij een van de 28 Be Interactive hardloopgroepen die inmiddels in heel Nederland actief zijn. www.beinteractive.org
Kaapverdië 35 jaar onafhankelijk
Dit jaar is Kaapverdië 35 jaar onafhankelijk en is het tevens 550 jaar geleden dat de eilandengroep door de Portugezen werd ontdekt. Ter gelegenheid hiervan organiseerde de Kaapverdiaanse Omroep Zaanstad (KOZ) op zaterdag 3 juli een culturele avond in Zaandam. De voorzitter van stichting KOZ, de heer Amilcar de Castro, heeft zich samen met vele andere vrijwilligers intensief
ingezet om deze viering te organiseren. Ruim 150 gasten genoten tijdens een warme zomeravond van een gevarieerd programma met muziek, dans, culinaire traktaties, toespraken en een tentoonstelling over de verschillende eilanden die samen Kaapverdië vormen. Ook werd uitgebreid stilgestaan bij alle gevallenen die hebben gestreden voor de onafhankelijkheid van Kaapverdië.
Manifest Vrouwenpodium 2010-2020
Op donderdag 27 mei vond het Vrouwenpodium plaats. In de prachtige Oude Zaal van de Tweede Kamer namen zo’n 200 vrouwen deel aan workshops en presentaties rond thema’s op het gebied van inkomen, werk, zorg, ontwikkelingskansen, solidariteit en duurzaamheid. Samen met de FNV en de Nederlandse Vrouwenraad maakten de LOM-samenwerkingsverbanden een statement naar de politiek. Het manifest is inmiddels door duizenden vrouwen en een groot aantal organisaties ondertekend en wordt op 14 september op Het Plein in Den Haag aangeboden aan Tweede Kamerleden. www.fnv.nl/vrouwenpodium
Kroatisch nieuwsportal zoekt vrijwilligers Kroatië Vandaag is een onlangs door vrijwilligers opgericht internet-nieuwsportaal dat zich tot doel stelt om in het Nederlands informatie te verspreiden over ontwikkelingen in Kroatië. Voor de lezersdoelgroep is Kroatië hun geliefde vakantieland, tweede thuisland, nieuwe vaderland, (tijdelijk) werkland, land van oorsprong of anderszins. Bij de selectie van de nieuwsitems wordt rekening gehouden met lezers die woonachtig zijn in Nederland en België of Kroatië zelf. Kroatië Vandaag sluit aan op het reeds bestaande initiatief ‘Verder Vandaag’. ‘Verder Vandaag’ is een succesvol concept van internetkranten en informatieportals waarop nieuws en informatie uit een specifiek land in het Nederlands bij elkaar wordt gebracht. Naast het plaatsen van korte nieuwsitems over sport, politiek, economie, cultuur, toerisme etc. wil Kroatië Vandaag ook een platform zijn waarop mensen artikelen kunnen plaatsen over uiteenlopende onderwerpen. Voor het schrijven van deze artikelen zijn we nog op zoek naar enkele gemotiveerde vrijwilligers die een bijdrage willen leveren aan de totstandkoming van de site en die het leuk vinden om met Kroatië als land bezig te zijn. Geïnteresseerden kunnen mailen naar Peter Blasic,
[email protected].
5
Lizebulletin / nr 66 / september 2010
Ik heb geen testament nodig want: … mijn familie laat mijn partner heus wel in ons huis wonen… … ik ben alleen en ik heb toch geen geld… … in mijn familie maken ze geen ruzie over geld… … de familiestukken heb ik al beloofd aan de kinderen…
Ga eens na wat u nalaat! Er zijn veel misverstanden over erfenissen en testamenten. En ook al verwacht u het natuurlijk niet in uw eigen familie, het blijkt dat er in Nederland over 30% van de erfenissen ruzie wordt gemaakt. Die conflicten lopen vaak hoog op. De meeste mensen denken dat een testament niet nodig is, alles is toch in de wet geregeld? Maar weet u wel precies wie volgens de wet uw erfgenamen zijn? En hoe zit het als u niet alleen de Nederlandse nationaliteit heeft en ook bezittingen heeft in het buitenland? Het erfrecht in Nederland is in 2003 veranderd en per januari 2010 is ook de belastingwetgeving rond erfenissen gewijzigd. Als u wilt afwijken van de wet en zelf erfgenamen wilt aanwijzen of juist anderen wilt onterven, dan moet u altijd een testament laten maken. Ook als u weinig van waarde achterlaat, kan uw overlijden simpelweg gedoe opleveren. Geërfd wordt er hoe dan ook. Als u geen partner en/of kinderen hebt, dan zullen broers en zussen uw erfgenamen zijn. Of uw ouders, die mogelijk al op leeftijd zijn, of verre neven en nichten. Erfgenamen met wie u toen u leefde misschien helemaal geen contact had en die nu moeten worden opgespoord. En als u dan weet wat u nalaat en aan wie, dan is het ook goed om te weten of er erfbelasting betaald moet worden en zo ja hoeveel.
Zonder testament geldt de wet Als iemand overlijdt die geen testament heeft gemaakt, dan bepaalt de wet wie de erfgenamen zijn. Er zijn een paar hoofdregels: - Alleen bloedverwanten en de echtgenoot/echtgenote erven. Bloedverwant betekent eigen familie, van hetzelfde bloed. Schoondochters, schoonzonen, schoonzussen en zwagers zijn geen bloedverwanten van de overledene en kunnen daarom niet volgens de wettelijke regels van de overledene erven. Er worden vier groepen van erfgenamen onderscheiden: - echtgenoot/geregistreerd partner en kinderen; - ouders, broers en zussen; - grootouders; - overgrootouders.
Lizebulletin / nr 66 / september 2010
6
- Een geregistreerd partner wordt gelijkgesteld met een echtgenoot. Samenwoners, ook al hebben zij een notarieel samenlevingscontract, erven volgens de wet niet van elkaar. Tot 2003 hadden kinderen het recht om hun deel van de erfenis meteen op te eisen als hun ene ouder overleden was, en de andere nog leefde. Het kon dan bijvoorbeeld gebeuren dat de achtergebleven ouder zijn woning moest verkopen, om de kinderen hun deel van de erfenis uit te kunnen betalen. Wilde je dit voorkomen, dan moesten de ouders een ‘langstlevende testament’ maken, waarin je bepaalde dat alle bezittingen bij overlijden naar de echtgenoot/partner gingen. Dit is veranderd. Sinds 2003 geeft de wet bescherming aan de achtergebleven echtgenoot en geregistreerd partner. Bij overlijden krijgt de langstlevende automatisch alle bezittingen (en schulden) van de overledene. De kinderen kunnen niet meer meteen hun erfdeel opeisen, maar krijgen slechts een vordering in geld ter grootte van hun erfdeel. Deze vordering is pas opeisbaar na het overlijden van de langstlevende. In principe is de echtgenoot/partner vanaf het overlijden van de ander de eigenaar van het vermogen en kan hij of zij het vermogen helemaal opmaken. Het kan dus zijn dat de ‘vordering’ niet wordt uitbetaald. Als de langstlevende partner opnieuw trouwt en dan overlijdt, dan gelden gewoon de regels van de
wettelijke verdeling. Er is een (nieuwe) echtgenoot/partner en er zijn kinderen. Dus het vermogen gaat naar de nieuwe echtgenoot, en niet meteen naar de kinderen uit het eerste gezin. De kinderen moeten wachten op hun erfdeel tot het overlijden van de stiefouder. Afwijken van deze wettelijke regels kan door een testament te maken.
Internationale erfenissen Als u de Nederlandse nationaliteit heeft, u woont in Nederland en alle spullen staan in Nederland, dan is het simpel: u valt onder het Nederlandse erfrecht. Maar hoe zit het als u niet de Nederlandse nationaliteit hebt en als uw ouders buiten Nederland overlijden? Stel: u heeft een vakantiehuis in Spanje. In het Spaans internationaal recht staat dat onroerend goed moet worden geregeld volgens de erfrechtregels van het land waar het onroerend goed is gelegen. Dat betekent dus dat voor uw vakantiehuis in Spanje het Spaanse erfrecht van toepassing is. Elk land heeft zijn eigen erfrechtregels. Daarin staat bijvoorbeeld wie de erfgenamen zijn, hoe de erfenis moet worden afgewikkeld en hoeveel belasting je moet betalen. Ook heeft elk land zijn eigen internationale rechtsregels. Zodra je binding hebt met een land (bijvoorbeeld door je nationaliteit, woonplaats, of bezittingen), geven de internationale rechtsregels van dat land aan volgens welk nationaal recht de erfenis of een deel van de erfenis moet worden afgehandeld. Soms spreken de regels van verschillende landen elkaar tegen. Voor uw bezittingen in Nederland zijn de regels van het Nederlandse erfrecht van toepassing. // G onnie Kaptein bronnen: www.notariskrant.nl, mei 2010 www.gaeensnawatjenalaat.nl www.erfwijzer.nl www.successions-europe.eu/nl
Aankondiging Lize organiseert op zaterdagmiddag 23 oktober in Utrecht een informatiebijeenkomst over erfrecht, het nut van een testament en de vernieuwde wetgeving over successierechten. Een notaris geeft informatie over de Nederlandse situatie; daarnaast zijn er deskundigen aanwezig die informatie kunnen geven over de wetgeving in verschillende Zuideuropese landen. Natuurlijk is er gelegenheid om vragen te stellen. U kunt zich telefonisch aanmelden (030-2332100) of per email
[email protected]. Na aanmelding ontvangt u een bevestiging en een routebeschrijving.
Uitspraken uit de interviews ‘‘Ik voel mij Montenegrijn, daar ben ik trots op. Ik voel mij tegenover andere Serviërs wel een klein beetje apart. Dat heeft onder andere te maken met traditie. Maar toch horen we bij Servië. De bevolking is hetzelfde, misschien hebben ze alleen een iets andere mentaliteit. Het is eigenlijk net als het verschil tussen Groningen en Brabant.’ ‘We waren ons zeker bewust van het feit dat wij Montenegrijns waren, we zijn een trots volk. Dat lijkt misschien wat arrogant voor buitenstaanders, maar we zijn maar een klein landje en we willen het Montenegrijnse levend houden.’
Montenegrijnen in Nederland
‘Op het moment dat Montenegro onafhankelijk werd heb ik mijn identiteit helemaal verloren. (…) Mijn zoon is geboren in Nederland, mijn vader is een Serviër die geboren is in Montenegro en eigenlijk ben ik Montenegrijn. Mijn land is als een Nokia, het wordt steeds kleiner.’
Een verkennend onderzoek
Volgens het Centraal Bureau van de Statistiek woonden er op 1 januari 2010 in totaal 79134 personen uit voormalig Joegoslavië in Nederland. 2300 van hen - oftewel een kleine 3% - komt uit Montenegro, zo schat het CBS. Sinds maart 2007 maakt de Montenegrijnse Alja Mandic (rechts op de foto) deel uit van het Lize-bestuur. In hoeverre er sprake is van een Montenegrijnse gemeenschap in Nederland en of er bij hen behoefte is aan een aparte organisatie, zijn vragen die sindsdien regelmatig bij Lize opkwamen. Op verzoek van Lize heeft Marijke van der Ploeg, masterstudent moderne geschiedenis en internationale betrekkingen aan de Universiteit van Groningen, een verkennend onderzoek gedaan. ‘Het afgelopen jaar heb ik mij als Nederlandse onderzoeker ondergedompeld in de wereld van een groep mensen die op de een of andere manier met Montenegro verbonden zijn. Mijn onderzoek richtte zich op de vraag hoe zij met hun afkomst bezig zijn, hoe dit in verband kan worden gebracht met hun eigen identiteitsgevoel en op de eventuele behoefte aan een organisatie voor Montenegrijnen in Nederland. Behalve de in 2000 in Utrecht opgerichte vereniging van Bosniakken uit Plav en Gusinje ‘BEHAR’, bestaan er in Nederland namelijk geen officiële organisaties voor burgers uit Montenegro. Ik heb 21 personen geïnterviewd en zo kennis genomen van hun ervaringen. Diversiteit kenmerkt de onderzoeksgroep en haar ervaringen. Er kan niet over dé Montenegrijnen in Nederland worden gesproken. De meeste lijken in tweestrijd over hoe zichzelf te omschrijven, mochten zij dat al willen. Ongeveer de helft omschrijft zichzelf als Serviër of Servisch-Montenegrijns/Montenegrijns-Servisch. Een kwart van de geïnterviewden voelt zich vooral Montenegrijns (maar tegelijkertijd omschrijven zij zich ook als Nederlands of Servisch). Tot slot beschouwt een kwart van de respondenten zichzelf als wereldburger, als Joegoslaaf uit Montenegro of als Bosniak. Waarom voelen zij zich zo en waarop zijn die verschillen in zelfomschrijving geba-
seerd? In Nederland wonen vooral mensen die vóór 2006 (toen Montenegro onafhankelijk werd) in Nederland zijn komen wonen of die hier geboren zijn, maar waarvan de vader en/of moeder in Montenegro is geboren. De vraag hoe iemand zich zou omschrijven werd toen nauwelijks gesteld. Het gemeenschappelijke verleden berust niet op Montenegro, maar vooral op voormalig Joegoslavië en er is nog geen gemeenschappelijk verleden voor wat betreft een onafhankelijk Montenegro. De negatieve ervaringen na het uiteenvallen van de Federatie geven een nare bijsmaak aan het plotseling moeten omschrijven van jezelf. De helft van de respondenten vond de situatie ten tijde van het uiteenvallen van ex-Joegoslavië dan ook (tijdelijk) verwarrend. Dat gevoel kwam terug ten tijde van de onafhankelijkheidsverklaring in 2006. De meerderheid van de respondenten staat niet positief tegenover deze onafhankelijkheidsverklaring. De machthebbers in Montenegro zouden enkel in het eigen belang handelen en verdeeldheid zaaien binnen de bevolking. Het feit dat de meeste respondenten zich niet alleen Montenegrijn voelen maar ook vaak Serviër, heeft ondermeer te maken met het gedeelde verleden van Servië en Montenegro binnen voormalig Joegoslavië. Daar komt bij dat ook de taal nagenoeg hetzelfde is. De sterk ervaren band tussen identiteit en religie
‘Religie wordt beschouwd alsof het een identiteit is. Een Serviër zijn betekent dat je Servisch-orthodox bent, Bosniërs zijn vaak moslim en Kroaten Katholiek. (…) Als Montenegrijnen zeggen dat ze Serviër zijn heeft dat te maken met het geloof.’
speelt ook een rol. Orthodoxe respondenten zien zichzelf vaak als Serviër of ServischMontenegrijn. De identiteitsvraag wordt overigens meer dan eens gerelativeerd en de meerderheid geeft aan hier niet dagelijks mee bezig te zijn. Er is relatief weinig behoefte aan een aparte/eigen vereniging voor Montenegrijnen. De 16 respondenten die geen behoefte aan zo’n vereniging hebben, koppelen dit aan de opvatting dat er geen onderscheid tussen Servië en Montenegro bestaat. Dit betekent allemaal niet dat er geen verbondenheid met Montenegro wordt gevoeld. De respondenten zijn trots op het land en willen hun afkomst doorgeven aan hun kinderen. De taal, de muziek, de geschiedenis en normen en waarden van Montenegro en andere voormalig Joegoslavische Republieken worden in ere gehouden. Vrijblijvende (culturele) activiteiten zouden gewaardeerd worden. Er zijn Montenegrijnen die er behoefte aan hebben en het biedt een mooie kans om Nederlanders kennis te laten maken met het land en de mensen die er vandaan komen. Door het organiseren van (culturele) activiteiten worden geen onnodige grenzen getrokken tussen de verschillende groepen en kunnen de mensen die een band hebben met Montenegro de geschiedenis, tradities en de rijkheid aan verschillende etniciteiten tot uiting brengen.’ // Marijke van der Ploeg
7
Lizebulletin / nr 66 / september 2010
Het is zover: Boudewijn Sittrop met pensioen Voor vragen door Boudewijn lijken te zijn bedacht, zo vaak hebben we over dit blad of die hier bij Lize uit zijn mond gehoord. En als geen andere zaken: ander is Boudewijn in staat om ook anderen van de ‘nut en noodzaak’ hiervan te overtuigen, maakt niet Lize uit of daar jaren voor nodig zijn. Want er zat nog één Postbus 14065 andere eigenschap in zijn rugzak: vechten voor 3508 SC Utrecht datgene waarin je gelooft en je daar door niets of tel. 030 233 21 00 niemand vanaf laten brengen. Een eigenschap fax 030 232 25 71 waarmee hij niet alleen ons, zijn directe collega’s, e-mail
[email protected] maar ook velen daarbuiten heeft geïnspireerd: www.lize.nl beleidsmakers, politici en last but not least,
Eind 1995 komt Boudewijn Sittrop bij het toenmalige Landelijk Inspraakorgaan Zuid-Europeanen als beleids medewerker in dienst. Na een zoals hijzelf omschreef ‘grillig verlopen loopbaan’ en met een rugzak vol motivatie, betrokkenheid, inhoudelijke bagage en een netwerk waar je u tegen zegt. Van al deze zaken heeft Lize de afgelopen 15 jaar enorm kunnen profiteren. In het Lizebulletin van december 1995 waarin hij aan achterban en relaties van Lize wordt voorgesteld, staan ook zijn eerste inhoudelijke bijdragen: een artikel over de Daytonakkoorden in Bosnië-Herzegovina en de aankondiging van zijn onderzoek naar de veranderde positie van voormalig Joegoslaven en hun zelforganisaties in Nederland. Zijn portefeuilles zijn in de loop der tijd enigszins veranderd: van onderwijs in eigen taal en cultuur, jongeren, arbeid, voormalig Joegoslaven en zelforganisaties, naar vooral achterban, cultureel erfgoed en ouderen, maar de rode lijn is door de jaren heen constant gebleven. Want als geen ander is Boudewijn in staat om dwarsverbindingen te leggen en lijnen naar de toekomst uit te zetten. Hoe kom je anders tot intergenerationeel werken (jongeren en ouderen samen laten werken); cultureel erfgoed (verleden – heden – toekomst met elkaar verbinden), en ‘geen integratie zonder participatie’, oftewel alle segmenten van de samenleving toegankelijk maken voor alle groepen die Nederland rijk is, ook al zijn ze getalsmatig klein zoals de afzonderlijke Zuideuropese gemeenschappen? ‘Zichtbaar maken’, ‘erkennen en herkennen’, ‘enthousiasmeren en activeren’ zijn termen die
Lizebulletin / nr 66 / september 2010
8
degenen waar het bij Boudewijn omdraait: de Kopij voor het Lize bulletin individuele Zuid-Europeaan. Hoe verklaren we naar bovenstaand adres sturen. anders juweeltjes als ‘Grenzeloze generaties’, ‘Zuideuropese culturele spoorzoekers’, ‘Zoet&Zout’, ‘De Spaghettiflat’ en ‘Slovenen in Eindredactie: Gonnie Kaptein Nederland’? Allemaal projecten die niet tot Foto’s: Lize, Lidia de Castro stand zouden zijn gekomen zonder de steun en PaperworQ Productions en betrokkenheid van Boudewijn. Hetzelfde photography geldt ook voor andere terreinen waarop hij Illustratie: Gustavo Garcia actief was, zijn andere passies zullen we Vormgeving: C&P Communicatie maar zeggen: het jongerenteam bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2006, het methodiekboek ‘Ervaren jaren’ samen met ISSN 1571-6384 Hennie Nelissen, en zo zouden we nog wel een poosje door kunnen gaan. Eigenzinnig als Boudewijn is heeft hij doorgewerkt tot 65,7 jaar, daarmee al enigszins vooruitlopend op het nieuwe AOW-beleid. En nee, voor hem geen receptie of formeel afscheid, want zijn rol is achter de schermen en niet op de voorgrond, vindt hij zelf. Met dit artikel op de achterpagina van het bulletin willen wij, bestuursLize behartigt bij de landelijke overheid leden en collega’s van Lize, hem de belangen van personen afkomstig uit in het zonnetje zetten en openlijk Bosnië-Herzegovina, Griekenland, Italië, bedanken voor de tomeloze inzet en betrokkenheid Kaapverdië, Kroatië, voormalige waarmee hij zich voor alle Joegoslavische Republiek Macedonië, migrantengroepen in NederMontenegro, Portugal, Servië, Slovenië en land, Lize en de Zuideuropese Spanje en hun nakomelingen. gemeenschappen in het Lize maakt deel uit van het Landelijk Overleg bijzonder, inzet. Want als Minderheden dat de belangen behartigt van alle geen ander weet hij ons te doelgroepen van het rijksintegratiebeleid. inspireren om nét iets Lize vervult met haar kennis van en haar relatie verder te gaan, om ‘op z’n met de Zuideuropese gemeenschappen een Boudewijns’ oog te hebben beleidsbeïnvloedende rol bij de overheid. voor de behoeften, de Lize functioneert tevens als informatiemakelaar wensen én de ambities van de mensen waar het tussen overheid en achterban. In haar belangen om gaat. behartiging zoekt Lize de balans tussen het belang van de achterban en het politiek haalbare. Om haar // L ucía Lameiro kerntaak uit te voeren, voert Lize regelmatig overleg García met de minister van integratiebeleid, bewindslieden, ambtenaren en leden van de Tweede Kamer. Daarnaast werkt Lize nauw samen met andere landelijke partners.