kleurt je toekomst
organisatiestructuur
ISK organisatiemodel 8+
1
1.01. Organisatiemodel 8+ De school voor Eerste Opvang Anderstaligen is onderdeel van de VMBO entiteit van het ROC WestBrabant en bestaat uit twee afdelingen: ISK Bergen op Zoom en ISK Breda. De school wordt aangestuurd door een directeur en voor elke afdeling een afdelingsleider. De organisatie binnen elke afdeling is vormgegeven volgens het organisatiemodel 8+. In dit model zijn alle taken voor elk van de afdelingen schematisch weergegeven. Dit document beschrijft het model, geeft in de onderliggende organogrammen de verhoudingen tussen de genoemde functies en taken weer en kent voor alle functies en taken een taakomschrijving. Het organisatiemodel plaatst de directie in het centrum van de acht en bestaat uit twee ringen: de onderwijsring en de ondersteuningsring. De interne- en externe ondersteuners krijgen plaats in de plus.
1.02. De onderwijsring Het onderwijs binnen de ISK afdelingen wordt uiteraard vormgegeven door docenten. Binnen vakgroepen worden er afspraken gemaakt over lesstof, didactische werkvormen, de gebruikte methoden en de toetsing. De vakgroepleiders sturen de leden van hun vakgroep aan en bewaken de eenheid in handelen. De coördinator onderwijs houdt het overzicht op het totale onderwijspakket in overleg met de vakgroepleiders en de directie.
1.03. De ondersteuningsring De begeleiding van leerlingen wordt vormgegeven in de ondersteuningsring. De ondersteuningscoördinator is de spil in die organisatie. Voor de leerlingen is de mentor de eerstelijns hulpverlener. Het overleg van mentoren van de instroomgroepen wordt aangevoerd door de coördinator instroom; het overleg van de mentoren van de uitstroomgroepen door de coördinator uitstroom. De ondersteuningsvragen komen terecht bij de ondersteuningscoördinator, die de agenda’s van het Intern OndersteuningsTeam en het Zorg Advies Team opstelt en interne- en externe hulpverleners kan inschakelen in overleg met de directie.
ISK organisatiemodel 8+
2
1.04. De interne- en externe ondersteuning De bovenste helft van de plus van 8+ geeft het totaal van interne ondersteuners weer van het onderwijs ondersteunend personeel tot de aan de school verbonden gedragsdeskundige en schoolmaatschappelijk werker. De onderste helft geeft externe ondersteuning weer. We verstaan hieronder het volledige pallet van de uitgevers van methoden en de onderwijs begeleidende instellingen tot alle externe deelnemers van het Zorg Advies Team, zoals de ambtenaar leerplicht, het maatschappelijk werk in de diverse gemeenten, het COA en de politie.
Voor alle in de organisatie genoemde taken is een taakomschrijving geformuleerd. De omschrijvingen volgen in hoofdstuk 2. De onderlinge samenhang en verhouding van taken en functies zijn weergegeven in organogrammen in hoofdstuk 3.
ISK organisatiemodel 8+
3
2.
Taken onderwijsgevenden en ondersteuners
2.01. Docent De docent is verantwoordelijk voor de uitvoering van het onderwijs en het begeleiden van de leerlingen, betrekt de omgeving bij de gedragsbeïnvloeding van de leerling, levert bijdragen aan de onderwijsvoorbereiding, onderwijsontwikkeling en schoolorganisatie en verzorgt een of meer vormen van specifieke begeleiding. 1
Is verantwoordelijk voor de uitvoering van het onderwijs en het begeleiden van leerlingen door: • het ontwikkelen van leertrajecten/leerlijnen waarin aandacht is voor de specifieke problematiek van de leerling; het bij de leerlingen tot ontwikkeling brengen van competentie (ervaren en geloven in eigen kunnen), autonomie (ervaren en weten dat je zelf een probleem aankunt) en relatie (weten en voelen dat je gewaardeerd wordt); • het lesgeven aan en begeleiden van groepen leerlingen; • het creëren van een pedagogisch klimaat waarin leerlingen zich veilig/gewaardeerd voelen; • het stimuleren en begeleiden van sociale vaardigheden bij leerlingen met verschillende sociaal-culturele achtergronden; • het structureren en coördineren van de activiteiten van individuele leerlingen en leerlingengroepen; • het diagnosticeren en evalueren van ontwikkelings- en leerprocessen van leerlingen, het mede opstellen van handelingsplannen, het bespreken van de voortgang ervan in het team; • het met de ouders bespreken van de voortgang en de ontwikkeling van leerlingen; • het onderhouden van contacten met ondersteuners en andere betrokkenen; • het bijhouden van de werkdossiers/leerlingendossiers van de eigen groep; • het begeleiden/coachen van stagiaires.
2 Betrekt de omgeving bij de opvang en begeleiding van leerlingen door: • het consulteren van interne deskundigen en het verwerken van adviezen; • het bespreken van de voortgang en ontwikkeling van de leerling met ouders/verzorgers; • het kunnen aangeven van de eigen mogelijkheden en beperkingen (kwaliteiten) met betrekking tot het uitvoeren van de gewenste taken; • het zich op de hoogte houden van maatschappelijke ontwikkelingen en er bij de uitvoering van onderwijs en begeleiding op inspelen; het deelnemen aan diverse overlegmomenten. 3
Levert bijdragen aan de onderwijsvoorbereiding, onderwijsontwikkeling en de organisatie door: • het bijdragen aan de ontwikkeling van het (meerjaren) onderwijsplan; • het doelgericht kiezen en hanteren van verschillende didactische werkvormen en leeractiviteiten, aansluitend op de onderwijsdoelen; • het leveren van bijdragen aan het formuleren van les- en opvoedingsdoelen; • het zich op de hoogte houden van relevante ontwikkelingen voor het EOA-onderwijs en het vertalen daarvan naar verantwoorde didactische werkvormen en leeractiviteiten. • het actief participeren aan teamvergaderingen; • het mede organiseren van buitenschoolse activiteiten; • het deelnemen aan professionaliseringsactiviteiten en collegiale consultatie aansluitend op het persoonlijk ontwikkelingsplan.
ISK organisatiemodel 8+
4
2.
Taken onderwijsgevenden en ondersteuners
2.02. Mentor De eerst verantwoordelijke voor de ondersteuning van leerlingen is de mentor. De mentor is de spil in de begeleiding. 1. De mentor is de eerste en belangrijkste begeleider voor het welzijn van de klas, zowel voor de groep als geheel als voor de individuele leerlingen van de groep: bevordert de sfeer in de klas zodat alle leerlingen zich welbevinden in de klas en op school; verzorgt zowel de begeleiding van de klas als die van de individuele leerlingen; is het eerste aanspreekpunt (tevens) vertrouwenspersoon voor leerlingen uit die klas; voert begeleidingsgesprekken met individuele leerlingen. 2. De mentor is verantwoordelijk voor de ontwikkeling en het leerproces van de mentorleerlingen: kent het ontwikkelingsperspectief en groeidocument of individueel trajectplan; handelt planmatig en werkt opbrengst gericht; bereidt leerlingbesprekingen voor en doet verslag in het ITP/groeidocument; stelt documenten en plannen bij. 3. De mentor is de contactpersoon voor ouders en aanspreekpunt voor het intern ondersteuningsteam: communiceert met ouders over de ontwikkeling en ondersteuning van de leerling en streeft overeenstemming na; krijgt daarbij ondersteuning van zijn team en het intern ondersteuningsteam; meldt via de coördinator van zijn team de leerling aan voor het IOT-overleg; evalueert het proces van ondersteuning van zijn mentor-leerling; bespreekt na IOT overleg de resultaten van dit overleg met ouders en leerling; bespreekt (tenzij anders is afgesproken) een ZAT aanvraag met ouders en leerling. 4. De mentor participeert in het team instroomgroepen of uitstroomgroepen en neemt deel aan de teamactiviteiten. 5.a De mentor van een instroomgroep waar een leerling ter observatie is geplaatst werkt mee aan het in beeld brengen van de leerbaarheid en niveaubepaling door o.a. het observeren van het sociaal-emotioneel, fysiek en motorisch functioneren. 5.b De mentor van de groep waar een leerling definitief geplaatst wordt legt de gegevens (ontwikkelingsperspectief met bijbehorende leerlijnen) vast in het Individueel Transferplan (ITP) of Groeidocument. Ook is het de taak van de mentor om dit ITP of Groeidocument te bespreken met de leerling en de ouders. 5.c De mentor van een uitstroomgroep verzamelt de diverse rapportages, zoals leerresultaat, capaciteiten en sociaal-emotioneel functioneren en maakt het overdrachtsdossier.
ISK organisatiemodel 8+
5
2.
Taken onderwijsgevenden en ondersteuners
2.03. Coördinator instroom De coördinator instroom is een docent met de taak om binnen het team instroomgroepen de samenwerking zo vorm te geven, dat de teamleden zich gezamenlijk verantwoordelijk voelen voor de kwaliteit van het onderwijs in het team, de ondersteuning aan de leerlingen en de ondersteuning van elkaar. De doelstelling hierbij is tweeledig. Dit is enerzijds het systematisch werken aan kwaliteitsverbetering van het onderwijs en anderzijds het creëren van ruimte voor individuele inbreng en creativiteit waardoor het welbevinden van de leden wordt vergroot. De coördinator instroom is de eerstverantwoordelijke voor de coördinatie binnen het team. 1. Draagt zorg voor de agendering van het teamoverleg door: het voorzitten van de bespreking; het zorgdragen voor de notulen en afsprakenlijst; het bewaken van gemaakte afspraken. 2. Creëert in de agenda tijd en ruimte voor: organisatorische zaken; onderwijskundige onderwerpen; (integrale) leerlingenondersteuning; ondersteuning aan elkaar. 3. Bevordert de collegiale ondersteuning door de bespreking van opvallende leerlingen in het teamoverleg te integreren. 4. Is intermediair tussen IOT en het team, ondersteunt de mentoren bij het vastleggen van gegevens in het groeidocument en bewaakt de procedures: bij de plaatsing van nieuwe leerlingen in de groep; bij het voorbereiden van leerlingenbesprekingen; bij het formuleren van de ondersteuningsvraag naar het IOT; bij het bijstellen van leerlijnen na de leerlingenbesprekingen. De coördinator instroom werkt onder verantwoordelijkheid van de afdelingsleider. De leden van het team instroomgroepen: zijn met elkaar verantwoordelijk voor de resultaten; zijn als groep met elkaar verantwoordelijk voor hun leerlingen; zijn aanspreekbaar voor alle leerlingen die binnen het team horen. De afdelingsleider: krijgt de agenda’s, notulen en afsprakenlijsten van de teams en kan agendapunten toevoegen; draagt zorg voor afstemming tussen de teams instroomgroepen en uitstroomgroepen.
ISK organisatiemodel 8+
6
2.
Taken onderwijsgevenden en ondersteuners
2.04. Coördinator uitstroom De coördinator uitstroom is een docent met de taak om binnen het team uitstroomgroepen de samenwerking zo vorm te geven, dat de teamleden zich gezamenlijk verantwoordelijk voelen voor de kwaliteit van het onderwijs in het team, de ondersteuning aan de leerlingen en de ondersteuning van elkaar. De doelstelling hierbij is tweeledig. Dit is enerzijds het systematisch werken aan kwaliteitsverbetering van het onderwijs en anderzijds het creëren van ruimte voor individuele inbreng en creativiteit waardoor het welbevinden van de leden wordt vergroot. De coördinator uitstroom is de eerstverantwoordelijke voor de coördinatie binnen het team. 1. Draagt zorg voor de agendering van het teamoverleg door: het voorzitten van de bespreking; het zorgdragen voor de notulen en afsprakenlijst; het bewaken van gemaakte afspraken. 2. Creëert in de agenda tijd en ruimte voor: organisatorische zaken; onderwijskundige onderwerpen; (integrale) leerlingenondersteuning; ondersteuning aan elkaar. 3. Bevordert de collegiale ondersteuning door de bespreking van opvallende leerlingen in het teamoverleg te integreren. 4. Is intermediair tussen IOT en het team, ondersteunt de mentoren bij het vastleggen van gegevens in het groeidocument en bewaakt de procedures: bij de plaatsing van nieuwe leerlingen in de groep; bij het voorbereiden van leerlingenbesprekingen; bij het formuleren van de ondersteuningsvraag naar het IOT; bij het bijstellen van leerlijnen na de leerlingenbesprekingen. 5. Coördineert het schoolkeuzetraject door: het aansturen van de begeleiding van leerlingen bij de schoolkeuze; het zorgdragen voor een evenredige verdeling van de schoolbezoeken onder de teamleden; het zorgdragen voor het maken van het overdrachtsdossier voor de ontvangende school. De coördinator uitstroom werkt onder verantwoordelijkheid van de afdelingsleider. De leden van het team uitstroomgroepen: zijn met elkaar verantwoordelijk voor de resultaten; zijn als groep met elkaar verantwoordelijk voor hun leerlingen; zijn aanspreekbaar voor alle leerlingen die binnen het team horen. De afdelingsleider: krijgt de agenda’s, notulen en afsprakenlijsten van de teams en kan agendapunten toevoegen; draagt zorg voor afstemming tussen de teams instroomgroepen en uitstroomgroepen.
ISK organisatiemodel 8+
7
2.
Taken onderwijsgevenden en ondersteuners
2.05. Transfercoach De transfercoach coördineert de activiteiten m.b.t. de aansluiting tussen school en vervolgonderwijs en volgt na verlaten van de school de (ontwikkeling) van de leerling nog één jaar. De transfercoach en ondersteuningscoördinator stemmen de activiteiten m.b.t. het schoolkeuze- en overdrachtstraject op elkaar af. 1. Coördineert de begeleiding van de schoolverlaters vanaf het moment van gemaakte schoolkeuze, door: het inschrijven van de leerlingen; het maken van de begeleidingsplannen; het organiseren van terugkommomenten; volgt de leerlingen in het vervolgonderwijs, zowel in VO als MBO. 2. Coördineert de overdracht van school naar vervolgonderwijs c.q. werk door: het overleggen in het voortraject met instanties en scholen voor vervolgonderwijs; het zorgdragen voor de overdracht van het overdrachtsdossier aan de ontvangende school; het zorgdragen voor een warme overdracht. 3. Adviseert en bezoekt de vervolgschool bij ondersteuning van uitgestroomde leerlingen: is de eerste contactpersoon voor ouders, uitgestroomde leerling en vervolgschool; onderhoudt contacten met scholen die vragen hebben over uitgestroomde leerlingen; bewaakt de verwerking van gegevens van de uitgestroomde leerlingen. 4. Monitort de uitstroom t.b.v. de evaluatie van het geboden onderwijs: brengt jaarlijks gegevens van uitgestroomde leerlingen per type onderwijs in kaart ten behoeve van de evaluatie van het geboden onderwijs en de verbetering van de aansluiting naar het vervolgonderwijs. 5. Levert een bijdrage aan de kwaliteit van de transitieactiviteiten: houdt de ontwikkelingen bij inzake transitie; bewaakt en bevordert de kwaliteitszorg inzake de uitvoering van de transitieactiviteiten.
ISK organisatiemodel 8+
8
2.
Taken onderwijsgevenden en ondersteuners
2.06. Schoolmaatschappelijk werker De schoolmaatschappelijk werker ondersteunt en begeleidt mentoren en docenten bij de aanpak van psychosociale problemen van leerlingen; verleent psychosociale hulp aan leerlingen en ouders. 1. Ondersteunt en begeleidt docenten en directie bij de aanpak van psychosociale problemen van leerlingen door: het participeren in het IOT en ZAT; • het op verzoek van het IOT doen van anamnestisch onderzoek (op school en binnen het gezin) naar de problematiek van de leerling; • het formuleren van hulpverleningsvragen en hulpverleningsdoelen en het opstellen en uitvoeren van handelingsplannen; • het signaleren van problemen bij leerlingen; • het ondersteunen bij contacten/gespreksvoering met ouders/verzorgers; • het ondersteunen bij contacten met instellingen voor hulpverlening; • het organiseren van thematische voorlichting aan leerlingen en medewerkers van de school over bepaalde probleemsituaties. 2. Verleent psychosociale hulp aan leerlingen en ouders/verzorgers door: • het in kaart brengen van het psychosociale functioneren van kinderen/jongeren op school en in de gezinssituatie; • het helpen bij het formuleren van een hulpvraag; • het verwijzen en begeleiden naar externe instellingen voor hulpverlening; • het in bedreigende (crisis) situaties, desnoods zonder vooroverleg met het multidisciplinair team, plegen van interventies; het zorgen voor de verslaglegging van relevante informatie en terugkoppeling naar het IOT en de betreffende mentor. 3. Levert een bijdrage in het IOT en ZAT aan de beleidsvoorbereiding en -uitvoering ten aanzien van de psychosociale hulpverlening.
ISK organisatiemodel 8+
9
2.
Taken onderwijsgevenden en ondersteuners
2.07. Gedragsdeskundige De gedragsdeskundige verricht (psycho)diagnostisch onderzoek, adviseert bij het opstellen en (doen) uitvoeren van handelingsplannen, geeft ondersteuning en voorlichting en levert bijdragen aan de beleidsvorming en ontwikkeling van het vakgebied. 1. Verricht psychodiagnostisch en orthodidactisch onderzoek en verleent orthopedagogische en orthodidactische ondersteuning door: het participeren en (doen) verrichten bij de toelating van leerlingen; het participeren in het IOT, ZAT; het verrichten van diagnostisch onderzoek ten behoeve van het ontwikkelingsperspectief van de geplaatste leerlingen en het mede opstellen van het ontwikkelingsperspectiefplan (ITP of groeidocument); het (doen) verrichten van onderzoek i.v.m. aanvragen PrO/LWOO en toelaatbaarheidsverklaring VSO; het participeren en (doen) verrichten van onderzoeken bij externe doorverwijzing en de uitstroom van leerlingen; het observeren van leerlingen en mede opstellen van handelingsplannen; het coachen en meer handelingsbekwaam maken van docenten; het bespreken van probleemleerlingen in het IOT en ZAT; het op peil houden van test- en toetsmateriaal; het zorgen voor de verslaglegging overeenkomstig de daartoe gemaakte afspraken, wettelijke richtlijnen en eisen; 2. Geeft ondersteuning en begeleiding bij de aanpak van psychosociale problemen van leerlingen door: • het signaleren van problemen bij leerlingen; • het coachen van docenten met betrekking tot orthopedagogische problemen; • het ondersteunen van medewerkers van de school/afdeling bij contacten/ gespreksvoering met ouders/verzorgers; • het geven van voorlichting over leerproblemen en sociaalemotionele problemen bij leerlingen, zoals ADHD, PDD-NOS en NLD; • het onderhouden van contacten met externe instanties. 3. Draagt zorg voor de beleidsvorming en de ontwikkeling van het vakgebied, o.a. door : overleg met gedragsdeskundigen binnen het Regionaal Samenwerkingsverband; overleg met vervolgonderwijs.
ISK organisatiemodel 8+
10
2.
Taken onderwijsgevenden en ondersteuners
2.08. Ondersteuningscoördinator De ondersteuningscoördinator is verantwoordelijk voor de coördinatie, communicatie en informatie inzake de begeleiding en ondersteuning die leerlingen geboden wordt. 1. Levert een bijdrage aan de intakeprocedure en plaatsing van leerlingen door: het (doen) observeren van leerlingen gedurende de observatieperiode; het zorgdragen voor de afname van de nodige testen en het uitwerken van de gegevens; het in het IOT (mede) vaststellen van het ontwikkelingsperspectief en uitstroomprofiel met bijbehorende leerroutes. 2. Coördineert de werkzaamheden bij de begeleiding en ondersteuning van de leerlingen door: • het bewaken van het proces van leerlingbegeleiding en ondersteuning; • het organiseren en voorzitten van de leerlingbespreking, het IOT en ZAT; • het bespreekbaar maken en afstemmen van handelingsplannen in overleg met docenten, ondersteuners en andere belanghebbenden; • het zorgdragen voor de globale planning (tijdpad) en coördinatie van de diverse onderzoeken in het kader van ondersteuning aan leerlingen; • het plannen van evaluaties en gesprekken, de verslaglegging ervan en het bewaken van de voortgang; • het zorgdragen voor externe doorverwijzing van leerlingen en terugkoppeling; • het onderhouden van externe contacten, van belang voor de leerlingenondersteuning. 3. Stemt met de transfercoach de activiteiten m.b.t. het schoolkeuze- en overdrachtstraject af. 4. Geeft begeleiding aan medewerkers bij de uitvoering van leerlingbegeleiding en ondersteuning door: • het begeleiden en coachen van medewerkers; • het adviseren over en stimuleren van de professionalisering van medewerkers met betrekking tot ondersteuning en leerlingbegeleiding; 5. Levert een bijdrage aan de uitvoering van het ondersteuningsaanbod, de leerlingbegeleiding en het onderwijs. 6. Levert een bijdrage aan de beleidsontwikkeling en kwaliteit van de leerlingbegeleiding en ondersteuning. 7. Vertegenwoordigt de school in externe overlegorganen m.b.t. het interne en externe ondersteuningsaanbod en de bovenschoolse beleidsontwikkeling in deze.
ISK organisatiemodel 8+
11
2.
Taken onderwijsgevenden en ondersteuners
2.09. Coördinator onderwijs De coördinator onderwijs richt zich op de onderwijskundige vernieuwing, de professionele ontwikkeling van docenten en op ondersteuning van docenten en leerlingen. Coördinator onderwijs is een taak van een of meer docenten met ervaring en/of deskundigheid op het gebied van interne begeleiding. De coördinator onderwijs werkt onder verantwoordelijkheid en in opdracht van de afdelingsleider. 1. Ondersteunt docenten in hun professionele ontwikkeling door: • het ondersteunen van docenten bij pedagogische en didactische vraagstukken, inzet van methodes, toetsmateriaal en voortgang van leerlingen; • het voorbereiden van testen en toetsen, (afnemen) en uitwerken van de gegevens; onderhouden van Deviant, de TOA-procedure, aanvragen van DISK licenties en beheren van accounts, etc. • het activeren en begeleiden van collegiale consultatie tussen docenten; • het ondersteunen van docenten bij het invoeren en uitwerken van studiewijzers en leerlijnen; het bijdragen aan de totstandkoming van de lessentabel. 2. Coördineert activiteiten in het kader van onderwijsvernieuwing door: • het informeren van het team over nieuwe ontwikkelingen; • het coördineren van de invoering van nieuwe methoden, leermiddelen en werkvormen; het coördineren en aansturen van vakgroepen en vastleggen van afspraken; het (mede) organiseren van scholingsactiviteiten. 4. Levert bijdragen aan de beleidsontwikkeling van het onderwijs door: • het deelnemen aan interne en externe bijeenkomsten over onderwijs (methodes, vakken, procedures, toetsing, etc.); • het bijdragen aan de totstandkoming van het schoolplan en schoolondersteuningsplan; • het periodiek rapporteren over de voortgang van de interne begeleiding; • het zorgen voor de eigen deskundigheidsbevordering.
ISK organisatiemodel 8+
12
2.
Taken onderwijsgevenden en ondersteuners
2.10. Afdelingsleider De afdelingsleider coördineert de uitvoering en vernieuwing van het onderwijs, geeft leiding aan het team, draagt mede zorg voor de afstemming van de onderwijsuitvoering en de leerlingenbegeleiding binnen de afdeling en levert een bijdrage hieraan. 1. Coördineert de uitvoering van het onderwijs door: het opstellen van uitvoeringsplannen voor de afdeling; het (mede) coördineren van leerlingbegeleiding en naschoolse begeleiding; het aanleveren van gegevens voor het opstellen van het schoolplan, het jaarplan, het kwaliteitszorgsysteem, de begroting en het jaarverslag; het toezien op een efficiënte besteding van het toegewezen afdelingsbudget. 2. Draagt mede zorg voor de ontwikkeling en vernieuwing van het onderwijs door: • het mede zorgdragen voor het ontwikkelen en uitvoeren van de visie en identiteit van de school en afdeling; • het deelnemen aan overleg gericht op afstemming, ontwikkeling en vernieuwing van EOA-onderwijs; • het analyseren van de uitvoering van het beleid en het doen van voorstellen ter verbetering daarvan. 3. Geeft leiding aan het team door: • het bevorderen en bewaken van een adequate samenwerking en een gewenst pedagogisch klimaat binnen het afdelingsteam; • het begeleiden en coachen van teamleden; • het voeren van functionerings- en beoordelingsgesprekken met teamleden; • het adviseren over de deskundigheidsbevordering van teamleden; • het mede zorgdragen voor de werving en selectie van teamleden; • het toezien op de naleving van de teamafspraken. 4. Levert een bijdrage aan de uitvoering van de leerlingbegeleiding door: het voeren van de intakegesprekken en (laten) aanleggen van een leerlingdossier; het participeren in het IOT en ZAT. 5. Levert een bijdrage aan de kwaliteit van de transitieactiviteiten door: het bijhouden van de ontwikkelingen inzake transitie; het verwerken van de uitstroomgegevens, waardoor: o het onderwijsaanbod beter kan worden afgestemd op de eisen van het vervolgonderwijs; o de juiste leerlijnen aan de uitstroomprofielen kunnen worden verbonden, die nodig zijn om het beoogde niveau te behalen. het overleggen met instanties en scholen voor vervolgonderwijs; het bewaken en bevorderen van de kwaliteitszorg inzake de uitvoering van de transitieactiviteiten.
ISK organisatiemodel 8+
13
3.
Organogrammen
3.01.
De organisatie van functies en taken staat in relatie tot elkaar zoals als volgt weergegeven:
3.02.
Intern ondersteuningsteam (IOT) en zorg advies team (ZAT)
ISK organisatiemodel 8+
14
3.03.
Organogram organisatie ISK met communicatielijnen
In het organigram zijn de relaties tussen de verschillende functies en afdelingen als volgt weergegeven: =
hiërarchische lijn: informeert en stuurt de functie aan waarnaar wordt verwezen, omgekeerd: legt verantwoording af aan;
=
advieslijn: adviseren is altijd mogelijk, deze lijn wordt aangegeven wanneer nadrukkelijk sprake is van wederzijds overleg en samenwerking.
Als eerste is het organigram van de hele organisatie uitgewerkt (fig. 1.), daarna volgen deelorganogrammen van: fig. 2 fig. 3 fig. 4 fig. 5 fig. 6 fig. 7
directeur afdelingsleiders team instroom en team uitstroom docent interne ondersteuners en deskundigen onderwijs ondersteunend personeel (OOP)
De communicatie- en overlegstructuur is gebaseerd op het organogram van de organisatie.
fig. 1. organogram schoolorganisatie
ISK organisatiemodel 8+
15
fig. 2. organogram directeur
fig. 3. organogram afdelingsleiders
fig. 4. team instroom en team uitstroom
fig. 5. organogram docent
fig. 6. organogram interne ondersteuning
fig. 7. organogram OOP
ISK organisatiemodel 8+
16