WITBOEK GRAFISCHE SECTOR:
HOE KLEURT DE INKT IN DE TOEKOMST? Analyse van de sector van de grafische en de communicatie-industrie Aandachtspunten en bekommernissen op politiek, milieu- en sociaal-economisch vlak
FOGRA Maart 2008
Voorwoord:
INHOUDSOPGAVE
WIJ HEBBEN U IETS TE VERTELLEN!
1.
Voorwoord
3
2.
De grafische sector in beeld
5
a. Een verscheiden en innovatieve sector b. De grafische sector in je leven van alledag c. Waar het voor de sector op staat
6 8 9
De grafische industrie ten dienste van België
11
3.
4.
5.
De grafische sector staat eigenlijk voor de bedrijfstak die communicatie naar de burger, naar de verbruiker brengt. Niet noodzakelijk meer uitsluitend op papier, maar ook op andere dragers. Je kunt het zo gek niet bedenken, maar wij hebben het ontworpen of geprint. Bedenk maar eens wat uw leven zou zijn zonder drukwerk of zonder alle andere producten die de grafische sector voortbrengt! Het is en blijft een zeer diverse en creatieve sector met heel wat toegevoegde waarde. Communicatie ontwerpen, produceren, drukken en verkopen. Daar zijn wij bijzonder goed in. Onze eigen communicatie, daar hebben wij in het verleden niet voldoende tijd aan besteed.
a. De grafische industrie en haar economische baten i. Economische indicatoren van de sector: bedrijfsomzet ii. Export iii. Fiscaliteit iv. Investeringen
12 18 21 26
b. De grafische industrie en haar sociale baten i. Directe en indirecte tewerkstelling ii. Vorming en opleiding
27 29
De grafische industrie en duurzaam ondernemen
31
En “wij” nemen wij zeer letterlijk. Dit Witboek hebben wij samen – vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers -opgesteld en besproken.
a. b. c. d. e. f.
32 34 35 36 37 38
Wij bespreken het graag met u wanneer zich de gelegenheid voordoet. Want wij willen ook morgen nog tewerkstelling creëren, innoveren en diensten ontwikkelen voor bedrijven, overheidsinstanties, burgers en consumenten. De circa 6.000 kleine en middelgrote ondernemingen en de ruim 18.000 arbeiders en bedienden in de grafische en communicatiesector verdienen uw aandacht.
40
Wij danken u nu reeds voor de tijd die u aan ons besteedt. Veel leesgenot!
De sector en papier De sector en verpakkingen De sector en energieverbruik De sector en luchtkwaliteit De sector en afvalverwerking De sector en veiligheid
Facts & Figures (aantallen, geografische spreiding, lidmaatschappen)
Dat willen wij nu goed maken en bieden u graag dit Witboek over de Grafische sector aan. Naar ons gevoel zijn hierin de zaken vervat waar wij naar willen refereren wanneer wij het hebben over de toekomst van onze bedrijfstak.
Met vriendelijke groeten, Roby Van Daele: Voorzitter Febelgra Carlo Vandenbussche: Voorzitter BVDU Eddy Elisabeth: Nationaal Secretaris ACV Bouw & Industrie Jean-Michel Cappoen : Nationaal Secretaris BBTK-ABVV.
3
DE GRAFISCHE INDUSTRIE IN BEELD
5
De grafische industrie in beeld
EEN VERSCHEIDEN EN INNOVATIEVE SECTOR
De technologische evolutie in de grafische nijverheid kent haar gelijke niet: dagdagelijks worden nieuwe computergestuurde toepassingen ontwikkeld: digital printing, Computer To Plate, Computer To Press, robotisering bij de afwerking, .... Onze hooggekwalificeerde arbeidskrachten verenigen creativiteit, precisie en vakmanschap. De grafische en communicatiesector biedt een schier onuitputtelijk gamma van loopbaanmogelijkheden. De eerste fase in de productie is de prepress: grafische kunstenaars kun-
De Belgische grafische nijverheid is een zeer arbeids- en kapitaalintensieve sector. Met meer dan 6.000 bedrijven, die meer dan 18.061 mensen tewerkstellen vertegenwoordigt de sector een grote vakkennis, vakmanschap en specialisaties.
DE GRAFISCHE NIJVERHEID IS ZEER DIVERS: · Kleine zelfstandige vaklui met één gespecialiseerde expertise · Grote bedrijven met efficiënte massaproductie en totaalpakketten; · Bedrijven in prepress (drukvoorbereiding), drukken en drukafwerking · Offset, diepdruk, zeefdruk, ... · Een sterke automatisering of informatisering van technieken: computer-to-film, computer-toplate, computer-to-press · Geïnformatiseerde eindproducten pdf-formaten, websites, virtueel drukwerk en mailing maar ook artisanale, traditionele boekdrukkunst, met handgeschept papier en handgebonden boeken · Drukvoorbereiding:lay-out, pagina-
opmaak, scanning, ... · Drukafwerking: snijden, vouwen, binden, stansen, pregen, ... · Drukken op papier, maar ook op glas, textiel, kunststof, hout, metaal...
DE GRAFISCHE SECTOR IS OOK ALTIJD EEN VOORTREKKER WANNEER HET OP INNOVATIE AANKOMT: · Grafische bedrijven beperken zich al lang niet meer tot het afleveren van een gedrukt product. Door de informatisering zorgen grafische bedrijven voor de digitale opmaak van een brochure, internet pagina of interactieve multimedia files op een usb-geheugenstick · Om de innovatie te stimuleren, ondersteunt de grafische sector het Vlaamse Innovatiecentrum van de Grafische sector, waar er wetenschappelijk onderzoek verricht wordt naar een uitgebreid aanbod van toekomstige druktechnieken en eco-efficiënte toepassingen · Om de werkgelegenheids- en vormingsinstellingen zo dicht mogelijk bij de basis te brengen, is er een Centrum voor Gevorderde Tech-
nologie in infografie en grafische industrie opgestart in het kader van het FEDER 2007-2013 programma van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest “Competiviteit en territoriale cohesie”. · De afgelopen drie jaar zijn de investeringen sterk toegenomen én tegelijk nam de bezettingsgraad van het productieapparaat toe: een bewijs dat de sector een sterk innovatief karakter weet te combineren met sterke ondernemingszin.
· De grafische federatie is ook lid van FESPA (Federation of European Screen Printers Associations), waardoor er op Europese schaal informatie wordt uitgewisseld en samenwerkingsverbanden opgezet. Dankzij informatie en opleiding over de nieuwste digitale technieken en nieuwe milieuwetgeving, zorgt FESPA dat de Europese markt bijblijft met de innovatiestroom wereldwijd.
Variëteit alom Al heerst het gedrukte woord al sinds eeuwen op eenzame hoogte, haar actualiteit en toekomstperspectieven laten een ongekende en soms onderschatte rijkdom zien. Naast de alom bekende boeken, tijdschriften en kranten, denkt het grote publiek niet steeds aan deze sector bij het surfen op internet, bij het consulteren van een CD-ROM, bij het aantrekken van een veelkleurig t-shirt of bij aankoop van een te gekke poster. 6
nen met behulp van hoogtechnologische software hun creativiteit botvieren in het ontwerpen van beelden en teksten. Na die stap wordt het communicatiemedium gekozen: drukken op papier of op een andere drager (karton, kunststoffen, metaal, glas, textiel, ...), productie van een CD-ROM, publiceren op internet. Drukken kan volgens een veelvoud van technieken. Enkele voorbeelden: het offsetprocédé voor een stripalbum, flexografie voor de veelkleurige verpakkingen van snoepgoed, zeefdruk voor een unieke poster, diepdruk voor uw geliefde tijdschrift,... U merkt het: verscheidenheid troef en er is niets wat de grafische wereld niet aankan! De afwerkingsactiviteiten omvatten het op maat snijden, vouwen, lijmen, inbinden en afwerken van het drukwerk.
VARIËTEIT VAN DE VERSCHILLENDE GRAFISCHE PRODUCTEN VOLGENS OMZET (CIJFERS PRODCOM)
�� �� �� �� ��
���
��� ���
��� ��
��������������� ��������������� ���������������� ��������������� ��������������������� ��������������������� �������������� �������������� ��������������������������������������� ��������������������������������������� ����������������� ����������������� ���������������������� ���������������������� ����������������������������� ����������������������������� ������������������������� ������������������������� ��������������������������������� ��������������������������������� �������������������������������� ��������������������������������
��� 7
De grafische industrie in beeld
DE GRAFISCHE SECTOR IN JE LEVEN VAN ALLEDAG
Je wordt wakker. En je denkt ... als er nu eens geen grafische sector was: hoe zal mijn leven er dan uitzien? Je wekkerradio maakt je helemaal wakker, maar welk knopje dient nu weer om het alarm af te zetten? En wat is er in hemelsnaam met die handleiding gebeurd: enkel blanco bladen .... Je loopt naar de badkamer: wel vreemd, zo’n kleurige tandpasta uit een witte tube. Maar niet getreurd, richting ontbijt: een bakje troost en ... geen krant. Je wil nog snel even bellen om een afspraak te maken bij de tandarts: om het nummer op te zoeken vind je geen telefoongids en op internet zoeken is ook al geen pretje: onoverzichtelijke, lange lijsten op je scherm zonder enige vorm van lay-out. Onderweg naar het werk wil je even een drankje kopen: waarom zien al
.... JE
die blikjes er zilverkleurig uit? Heb je nu cola, bier of water gekocht? En trouwens, hoe vreemd, al die winkels zonder reclameborden. Op kantoor aangekomen, is er die dag geen post. Je krijgt voortdurend telefoon van klanten die meer informatie willen over allerhande producten. Je noteert ijverig hun adres en je wilt hen een mooie ... waar zijn al die brochures naar toe? Je loopt helemaal in de war, naar het toilet ... waarom stap je nu toch het damestoilet binnen?. Door al die vreemde gebeurtenissen voel je migraine opkomen. Welke zijn nu precies de pijnstillers in die EHBO kist? Je baas roept je bij je: waar is dat rapport dat ....
SCHIET WAKKER UIT JE NACHTMERRIE. LEVEN ZONDER
De grafische industrie in beeld
WAAR HET VOOR DE SECTOR OP STAAT
· De investeringsintensiteit en snelle technologische evolutie vormen een belangrijke uitdaging in een sector waar KMO’s de dienst uitmaken. · De familiale structuur in de sector zorgt in een aantal gevallen voor moeilijke overnames en opvolging. · De informatisering zorgt voor nieuwe uitdagingen. De sector neemt hierin het voortouw en ontdekt zo nieuwe niches. Elektronische informatiedragers zullen altijd complementair blijven aan gedrukte informatie. · De prijspolitiek van concurrenten in Oost-Europa en China noopt de sector tot lagere marges en inventiviteit in positionering en strategische allianties · Globalisatie en digitalisering zorgen voor een consolidatiegolf: fusies en overnames zullen ook in KMO-land België hun sporen nalaten. · De sector doet zodanig veel inspanningen voor een duurzaam papier-
afvalbeleid, dat de huidige taksen op huis-aan-huisdrukwerk niet in verhouding staan tot de realiteit. · Het imago van de grafische sector wordt bijgestuurd zodat in de toekomst er meer instroom zal zijn van goed opgeleide werkkrachten voor het invullen van de knelpuntvacatures · De sector voert een bijzonder duurzaam beleid op het vlak van papier, energie, lucht en afval. In al deze gevallen wordt gezocht naar een billijk evenwicht tussen ecologie en economie. Ook de overheid wordt gevraagd deze balans verder te respecteren. · Mensen zijn de kracht van onze sector: wij zijn er van overtuigd dat mensen in een veilige, duurzame, creatieve en innovatieve sector het verschil maken en de toekomst van ons vakmanschap zullen garanderen.
GRAFISCHE SECTOR, JE MAG ER NIET AAN DENKEN! DIT KEER STA JE WERKELIJK OP EN JE TREEDT FRIS EN MONTER HET LEVEN IN AL ZIJN
KLEUREN TEGEMOET.
8
9
DE GRAFISCHE INDUSTRIE TEN DIENSTE VAN BELGIË
11
De grafische industrie ten dienste van België
DE GRAFISCHE INDUSTRIE EN HAAR ECONOMISCHE BATEN
Tabel: Aantal werkgevers in de grafische nijverheid in België in de periode 2002-2006 (RSZ)
ECONOMISCHE INDICATOREN VAN DE SECTOR HET AANTAL GRAFISCHE BEDRIJVEN DAALT SINDS ENIGE JAREN, MAAR DE BEDRIJVEN DIE OVERBLIJVEN ZIJN FINANCIEEL WEL GEZONDER Inleiding De grafische nijverheid groepeert alle bedrijven die één of meerdere activiteiten uitvoeren van beeld- en tekstcreatie, drukken op om het even welk materiaal, afwerking van het drukwerk en alle reproductie- en dupliceringsactiviteiten van audiovisuele communicatie.
DE NACE-BEL-NOMENCLATUUR DEELT DE GRAFISCHE NIJVERHEID IN ONDER VOLGENDE CODES: 22.2 22.21 22.22 22.23 22.24 22.25
maken geen deel uit van de FEBELGRA-leden, maar van de Belgische Vereniging van Dagbladuitgevers (BVDU). Een gezonde, overwegend KMO sector In 2006 telde de Belgische grafische sector 1.508 bedrijven en 4577 zelfstandigen. De verdeling is als volgt: · Krantendrukkerijen (code 22.21): 29 bedrijven en 1807 zelfstandigen · Grafische bedrijven andere dan krantendrukkerijen: 1479 bedrijven
22.21
2003
2004
2005
2006
2006
België Brussels Hoofdstedelijk Gewest Waalse Gewest Vlaamse Gewest
1666 297 376 993
1657 285 374 998
1606 271 356 979
1520 243 350 927
1479 230 342 907
29 4 12 13
Jaarlijkse evolutie %
-5,7
-0,5
-3
-5,4
-2,7
TOTAAL 2006 1508 234 354 920
Het aantal bedrijven daalt sinds enige jaren, maar de bedrijven die overblijven zijn financieel wel gezonder, getuige onderstaande tabel en grafieken 1
Tabel: Sectoranalyse op basis van geglobaliseerde jaarrekeningen
Drukkerijen en aanverwante activiteiten krantendrukkerijen andere drukkerijen boekbinden en afwerking opmaak en fotogravure overige activiteiten verwant aan de drukkerijen
Onder de “overige activiteiten verwant aan de drukkerijen” worden de ondernemingen opgenomen met als activiteit het vervaardigen en manipuleren van tekeningen, lay-outs, ...; de bewerking van digitale gegevens en de overige grafische activiteiten. FEBELGRA, de federatie van de Belgische grafische nijverheid, groepeert de bedrijven die ressorteren onder de codes 22.22, 22.23, 22.24 en 22.25. De krantendrukkerijen (code 22.21)
CIJFERS 22.22-22.25
2002
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
en 2770 zelfstandigen. De grafische sector is een uitgesproken KMO sector: 95,8% van de bedrijven heeft minder dan 50 werknemers en 76,3% van de bedrijven stelt zelfs minder dan 10 mensen te werk. 1 Naar aantal gemeten, telt de grafische industrie 6.056 bedrijven of 0,21% van het totale aantal Belgische bedrijven. 2
Nettorendabiliteit Cash flow/eigen vermogen Nettorendabiliteit totaal activa Liquiditeit ruime zin Current ratio Solvabiliteitsratio Algemene schuldgraad Algemene schuldgraad % Financiële onafhankelijkheidsgraad Bruto rendabiliteit totaal activa
2002
2003
2004
2005
2006
0,52 20,84 4,16 1,16 1,2 30,29 2,27 68,68 0,41 5,18
6,36 23,46 5,69 1,14 1,16 31,25 2,21 68,72 0,45 6,45
9,71 26,22 6,71 1,15 1,17 33,01 2,03 66,97 0,49 8,2
10,27 26,13 6,74 1,15 1,17 33 2,04 67,09 0,49 8,17
6,59 35,26 5,38 1,15 1,19 38,11 1,62 61,89 0,62 11,92
�� �� �� ��
����������������������� �������������������������������� �������������������
�� ��
������������������
�� �� � �
1 2
12
Cijfers RSZ, 2de trimester 2006 Cijfer op basis van de neergelegde jaarrekeningen bij de Nationale Bank van België.
1
����
����
����
����
����
Gebaseerd op analyse van ratio’s van de geglobaliseerde jaarrekeningen (Nationale Bank van België) 13
Productie Uit de officiële productiecijfers in onderstaande tabel1 blijkt dat de productie blijft toenemen, maar de omzet stijgt niet evenredig door de afkalving van de verkoopprijzen (zie grafiek).
��� �
����������� ���� � � �� � ���� ��� �� ��������� ������ ���� �������� ����� ����������
��� � ��� �
PRODUCTIECIJFERS PRODCOM
2001
2002
2003
2004
2005
2006
PRODCOM IN MIO €
2.660
2.520
2.464
2.333
2.312
2.361
Vergelijking van afzetprijs in papier/kartonnijverheid en grafische sector (Jaar 2000= index 100) ����
����
����
����
���� ���
Omzet, productie en toegevoegde waarde ���
Omzet Samen realiseren deze 6056 bedrijven een omzet van 3.854 miljoen Euro. Gemeten naar omzet, neemt de grafische sector 1,24% van de omzet van alle bedrijven in België voor haar rekening.1
��
Tabel: Omzetcijfer van de grafische nijverheid in België in de periode 2002-2006 (BTW-aangiften, N.I.S.) in miljoen EUR
2002 2003 2004 2005 2006
22.21
22.22
22.23
22.24
22.25
TOTAAL 22.22-22.25
TOTAAL 22.2
472 429 457 522 547
2736 2676 2662 2676 2748
58 58 64 59 48
277 271 272 262 286
231 238 205 217 225
3302 3243 3203 3214 3307
3774 3672 3660 3736 3854
��������������������������� ���������������
�� ��
Toegevoegde waarde van de sector Het aandeel van de grafische sector in de toegevoegde waarde van de totale industrie2 bleef vrij stabiel. In 1970 droeg de grafische sector (inclusief pulp, papier en uitgevers) bij tot 9.9% van de toegevoegde waarde van de economie. In 2004 was de bijdrage van de sector nog 8%.
Deze cijfers, die geen rekening houden met inflatie, geven aan dat de omzet in 2006 gestegen is met 3,16% ten opzichte van 2005. Inflatiegezuiverd steeg de omzet slechts met 1,37%. 2 Toch betekent dit dat de sector het slechts relatief goed heeft gedaan in 2006, indien we rekening houden met het bijzonder gunstig economisch klimaat in 2006 en met de uitzonderlijke stijging van de reclame-uitgaven. Deze stegen in 2006 met +16,43%3. In principe zijn de reclame-uitgaven een goede weerspiegeling van de resultaten van de sector. Voor 2006 was dit slechts ten dele waar. Voornaamste redenen voor deze eerder beperkte groei zijn de verzwakking van de buitenlandse vraag, de afkalving van de verkoopprijzen (zie bijhorende grafiek) in binnen- en buitenland en de alsmaar toenemende concurrentie uit Oost-Europa, Centraal-Europa en Azië.
1 2 3
14
Cijfers NIS, op basis van BTW aangiften Inflatie bedroeg 1,79% in 2006 Cijfers Mediaxim
1 2
Cijfers Prodcom Cijfers Planbureau 15
Tabel: aandeel per industriesector in de toegevoegde waarde van de totale industrie en gemiddelde jaarlijkse groeiratio van de toegevoegde waarde (in %) Bron: Federaal Planbureau, Working Paper 5-07, Growth and Productivity in Belgium
Primaire metalen en metaalproducten Voeding, drank, tabak Pulp, papier, papierproducten; drukwerk en uitgeverijen Textiel en textielproducten Machines en apparaten Elektrische en optische apparaten en instrumenten Andere non-ferro mineralen Overige industrie Transport uitrusting Chemicaliën, chemische producten, synthetische vezels Leer en leerproducten Cokes, geraffineerde petroleum, splijt en kweekstoffen Rubber en plasticproducten Hout en houtproducten Totaal industrie
1970
2004
1970-2004
19,5 17,1 9,9 9,1 8,5 7,3 7,2 5,5 5,3 3,6 3,2 2,4 0,7 0,6 100
15,2 13,4 8,0 4,4 6,2 7,4 5,1 2,9 8,7 19,5 0,2 2,8 4,4 1,9 100
1,7 1,7 1,8 0,3 1,5 2,5 1,4 0,5 3,9 7,4 -5,9 2,8 7,7 5,5 2,4
De bijdrage van de sector tot de groei van de economie neemt wel af per decennium vanaf de jaren 90. In de jaren 70 droeg de grafische sector bij tot 0,1% van de totale groei van 4%. In de gouden jaren 80 nam de bijdrage toe tot 0,3%. Vanaf de jaren 90 is er een terugval tot 0,1% op 1,2% totale groei. Vanaf 2000 levert de sector geen bijdrage meer in de groei van de totale economie. Het positieve aspect is wel dat de sector geen negatieve bijdrage levert tot de groei, in tegenstelling tot sommige andere sectoren.
UITDAGINGEN VOOR DE TOEKOMST · Gezien de grafische sector heel
- voordeel te trekken uit de opening
afhankelijk is van export en dan nog specifiek van handel met de buur-
van de markten en de dalende
landen, zal elke vertraging van de Europese groei waarschijnlijk ook
· Het is nodig voortdurend in te spe-
negatieve gevolgen kunnen hebben voor de prestaties van onze bedrij ven.
- Crossmediale context: com-
· Er is een duidelijke tendens naar verdere digitalisering van de Belgische
via verschillende mediavormen.
grafische industrie. Bovendien is er
communicatietechnieken en -
een algemene trend tot zogeheten “hybride ondernemingen” die digitaal drukken en andere druktechnieken combineren. Men merkt zowel een verschuiving van offset naar digitaal als van zeefdruk naar digitale druk. · De verdere globalisering van de economie doet de concurrentiedruk toenemen. Het zou een illusie zijn te geloven dat wij die globalisering kunnen afremmen. Bedrijven moeten hierop dus leren
Aandeel per industriesector in de economische groei (gemiddelde groeiratio in percent) Bron: Federaal Planbureau, Working Paper 5-07, Growth and Productivity in Belgium
1970-1980
1980-1990
1990-2000
2000-2004
0,5 -0,1 -0,1 0,1 0,1 0,9 0,6 0,1 0,1 0,4 0,3 0,4 0,5 0,2 4,0
0,3 0,1 0,0 0,1 0,3 -0,1 0,9 0,2 0,1 0,4 0,1 0,1 0,4 0,0 2,8
0,0 0,1 0,0 0,0 0,1 -0,3 0,8 0,1 0,0 0,0 0,0 0,3 0,1 0,0 1,2
0,3 -0,2 0,0 0,1 0,0 0,0 0,2 0,2 0,0 0,3 -0,1 -0,3 0,0 0,0 0,5
anticiperen door: - de ontwikkeling van nieuwe producten die de vraag doen toene-
Voeding, drank, tabak Textiel en textielproducten Leer en leerproducten Hout en houtproducten Pulp, papier, papierproducten; drukwerk en uitgeverijen Cokes, geraffineerde petroleum, splijt en kweekstoffen Chemicaliën, chemische producten, synthetische vezels Rubber en plasticproducten Andere non-ferro mineralen Primaire metalen en metaalproducten Machines en apparaten Elektrische en optische apparaten en instrumenten Transport uitrusting Overige industrie Totaal industrie 16
men en de prijsconcurrentie minder intens maken - de doeltreffendheid van de productieprocessen te verhogen
prijzen voor import len op de trends in de grafische sector: municatie gebeurt steeds meer Er bestaat een grote waaier aan kanalen. Grafische bedrijven focussen zich niet enkel meer op de kernactiviteit “drukken”. - One-stop-shopping: de klant eist steeds meer een compleet dienstenpakket. Een “service” aanbieden in plaats van enkel het product “drukwerk” is vandaag de regel! - Real-time economy en ‘printing on demand’ vragen flexibiliteit en snelle levertijden. - Evolutie van grote orders naar een veelheid van kleinere orders: efficiëntie is nodig om deze uitdaging aan te kunnen. - Inspelen
op
milieuaspecten:
milieubewust ondernemen wint aan belang onder druk van de consumenten.
17
De grafische industrie ten dienste van België
DE GRAFISCHE INDUSTRIE EN HAAR ECONOMISCHE BATEN
Import In België werd er in 2006 voor 1.134 miljoen € drukwerk geïmporteerd, of wel zo’n 245.562 ton. In vergelijking met de totale Belgische importmarkt (269.905 miljoen €) betekent dat grafische producten 0,4% van de importcijfers voor hun rekening nemen. 1 Tabel: Import in Euro en in tonnage voor de Belgische grafische nijverheid, inclusief krantendrukkers in de periode 2002-2006 (INTRASTAT-statistieken)
EXPORT - IMPORT DOOR DE PRIJSCONCURRENTIE VAN EEN GLOBALE WERELDECONOMIE, VERLIEST BELGIË MARKTAANDEEL OP DE GRAFISCHE EXPORTMARKT. Export De Belgische grafische industrie blijft een belangrijke actor in de buitenlandse handel: in 2006 werd 38,24% van de productie voor een waarde van 1.218 miljoen Euro geëxporteerd. Dit vertegenwoordigt 498.399 ton drukwerk. In vergelijking met de totale Belgische export (278.873 miljoen €) betekent dat de grafische sector instaat voor 0,44% van de export van ons land. 1
JAAR
IMPORT (MIO €)
EVOLUTIE (%)
IMPORT (T)
EVOLUTIE %
2002
978
-4,8
202.472
-8,4
2003
1.063
8,8
242.838
19,9
2004 2005
1.038 1.095
-2,4 5,49
245.911 249.105
1,3 1,3
2006
1.134
3,56
254.372
2,11
Tabel: Export in Euro en in tonnage voor de Belgische grafische nijverheid, inclusief krantendrukkers in de periode 2002-2006 (INTRASTAT-statistieken) JAAR
EXPORT (MIO €)
EVOLUTIE (%)
EXPORT (T)
EVOLUTIE %
2002
1216
-1,5
375160
-7,9
2003 2004
1270 1268
4,4 -0,1
410039 427779
9,3 4,3
2005 2006
1264 1218
-0,3 -3,8
409964 498399
-4,34 21,72
De laatste jaren, met uitzondering van 2003, nemen de exportcijfers in Euro af. De exporteurs hadden het bijzonder moeilijk op het vlak van de verkoopprijzen, gezien de zware concurrentie met de ons omringende
De importcijfers nemen over de laatste jaren lichtjes toe, met enige schommelingen. De import uit de buurlanden (die een loonkost- en een energievoordeel hebben t.o.v. België), maar ook de import van drukwerk uit Azië dat niet onderhevig is aan een korte leveringstermijn (kinderboeken, kunstboeken, kalenders, ...), verklaren deze tendens. De import in ton nam af met 2,11% tot 254.372 ton Handelsbalans Over de jaren heen gezien, neemt het overschot op de handelsbalans (export minus import) af. In 2006 bedroeg dit nog 84 miljoen €, hetzij een daling van 50,2% in vergelijking met het jaar voordien. 2 Tabel: Handelsbalans Belgische grafische nijverheid, inclusief krantendrukkers in de periode 2002-2006 (INTRASTAT-statistieken)
landen, waar de loonkost minder doorweegt op de verkoopprijs. Ook
JAAR
BALANS (MIO €)
torsen de Belgische grafische bedrijven een handicap op het vlak van energiekost, die opmerkelijk duurder is dan onze buurlanden.
2002
238
14,9
De ondernemingen exporteren voornamelijk boeken, reclamedrukwerk,
2003
207
-13,8
commerciële catalogi, kranten, periodieken en etiketten. De daling in
2004
230
11,7
exportomzet maar de toename in tonnage lijkt op het eerste zicht paradoxaal, maar bevestigt de voortdurende prijsdaling per eenheid.
2005
169
-26,5
2006
84
-50,2
EVOLUTIE (%)
Meer dan 90% van de buitenlandse handel (export-import gemengd) wordt gevoerd met onze buurlanden: Frankrijk · Nederland · Duitsland · Verenigd Koninkrijk
1
1
18
Cijfers Intrastat
2
Cijfers Intrastat Cijfers Intrastat
19
De grafische industrie ten dienste van België
DE GRAFISCHE INDUSTRIE EN HAAR ECONOMISCHE BATEN
UITDAGINGEN VOOR DE TOEKOMST · De lage prijspolitiek die de Aziatische en Oost-Europese markten momenteel kunnen hanteren, betekent dat zij zeer concurrentieel zijn voor producten die niet onder druk van een korte leveringstermijn staan. Deze tendens zal toenemen.
FISCALITEIT
· Door de globalisering van economie, zal iedereen sterk prijsconcurrentieel werken. Ook de Belgische grafiche sector bereidt zich hier op voor. Met de introductie van
DE GRAFISCHE SECTOR BESTRIJDT DE WIL-
Heffingen op ongeadresseerd
complete diversiteit aan tarieven.
nieuwe producten, de optimalisering van de productieprocessen, het aanboren
LEKEUR AAN LOKALE TAKSEN OP HUISAAN-HUISBLADEN. EENVORMIGHEID EN
huis-aan-huisdrukwerk. Al meer dan 20 jaar heffen de gemeen-
Deze zijn ongelijk en willekeurig en veelal berekend per exemplaar. In
AFSTEMMING MET DE AANVAARDINGS-
ten een belasting2 op het reclame-
het merendeel van de gevallen over-
PLICHT DRINGEN ZICH OP.
drukwerk en ander ongeadresseerd drukwerk. De verantwoording3 van
stijgt deze belasting de ophaling- en verwerkingkosten, die bovendien in
BTW
deze belasting was oorspronkelijk
gewicht bepaald worden. Zo wordt
Het spreekt voor zich dat de econo-
ingegeven voor het financieren van de
in 2006 de kost voor het ophalen van
mische bedrijvigheid van de grafische sector voor heel wat handelsverkeer
ophaling en verwerking van papierafval. Een aantal gemeenten (maar dus
oud papier op 0,04 Euro per kilogram geraamd5, terwijl de gemeentebelas-
zorgt. Dit betekent ook dat hier Belasting op Toegevoegde Waarde
niet allemaal) hebben een heffing in het leven geroepen om de ophaling
tingen oplopen tot 0,05 Euro6 en in sommige gevallen zelfs tot 0,10 Euro7
wordt op betaald. De opbrengst
en verwerking van ongeadresseerd
per exemplaar. Wetende dat reclame-
- lagere innovatiegraad
voor de overheid wordt voor 2005 op 106 miljoen € of 0,54% van de
verzonden papier te betalen. Niet alleen evolueren deze belastingen in
drukwerk gemiddeld 20 gram weegt, brengt deze heffing een veelvoud van
- lage werkgelegenheidsgraad
totale BTW opbrengst geschat.1
sterk stijgende lijn4, er is tevens een
de kost van de gemeenten op.
2000 Gemeentebelastingen (Minister Sauwens): “ Indien de volledige kostendekking is gerealiseerd, heeft de gemeentebelasting op de kosteloze verspreiding van reclame geen reden van bestaan meer “ Een ander voorbeeld: Uit het belastingsreglement Wemmel gestemd tijdens de zitting 24 maart 1981 genaamd ”indirecte belasting op de bedeling van publicitair drukwerk”: “Gelet op het toenemend gebruik van de bedeling van drukwerken in alle
brievenbussen; gelet, in het bijzonder , op de invloed daarvan op de hoeveelheid huisvuil en dus op de kosten van de dienst. 4 zie lager tabellen 1 en 2 5 Jaarverslag Fost plus 2006, Facts and figures 2006. 6 zoals bvb in Jette, Beersel, Herzele (voor > 5 pagina’s); Sint-Pieters-Leeuw (0,06 euro per exemplaar indien > 20 gram) 7 zoals bvb in Elsene
van nieuwe exportmarkten en een strategische en winstgevende internationale uitbesteding, kan de sector deze druk aan. · Bovendien kunnen we rekenen op een aantal export- en importtroeven van de Belgische economie: - hoge kwaliteit van de basisinfrastructuur - kwaliteit van het hoger onderwijs en permanente opleiding - hoge productiviteitsniveaus - internationale openheid Maar er zijn ook een aantal probleemgebieden die België een belangrijk concurrentienadeel opleveren: - hoge fiscale en parafiscale druk
- overheidsfinanciën . De sector kan haar exportcijfers stabiliseren of doen toenemen, door meer te focussen op kwaliteitsproducten met een hoge toegevoegde waarde. Vooral in het luxesegment zijn er hier nog interessante mogelijkheden.
1
2
3
20
Indicatie op basis van vereenvoudigde berekeningen van FOD Financiën. De “totale” Belgische BTW opbrengst zou 21.486 milj € bedragen. Omzendbrief budget voor 1984 voor de Waalse gemeenten dd 24 november 1983 BS 14 januari 1984; omzendbrief gemeentebegrotingen 1984 dd 12 oktober 1983 - onderrichtingen voor de stad Brussel en de gemeenten met een bijzondere taalregeling. BS 20 10 1983 Uit de Omzendbrief BA 200 03 van 26 mei
21
Tabel I : Ontwikkeling van de tarieven van reclamedrukwerk voor honderd exemplaren (1997-2004) 1
In principe wordt deze alsmaar stijgende belasting aan de uitgever aangerekend, waardoor die steeds minder frequent of zelfs helemaal geen beroep meer doet op huis-aan-huisdrukwerk als reclamemedium. Vandaar dat ook de grafische sector (vooral sinds 2001) sterk onder deze belasting lijdt.
��� ��� ���
Reclamedrukwerk vertegenwoordigt zo’n 30% van de omzet van de grafische sector. Het huis-aan-huisdrukwerk betekent voor 22,6% van de bedrijven, die dergelijk drukwerk produceren, hun core business (meer dan 40% van de omzet). Het betreft hier vooral zelfstandigen (19,05%) en ondernemingen met minder dan 5 werknemers (29,7%) die ‘leven’ van huis-aan-huisdrukwerk. 1
��� ��� ���
���� ���� ���� ���� ���� ���� ���� ����
Daarbij komt nog dat de gemeenten bovendien gemiddeld een terugnameprijs ontvangen van 0,058 Euro per kilogram oud papier2. Op die manier zijn de lokale drukwerkbelastingen dus een pure winstoperatie. Zowel het VOKA, Fedis als de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven3 hebben deze disproportie herhaaldelijk aangeklaagd. Tabel II : Begrotingsontvangsten van de gemeenten uit de gemeentebelasting op reclamedrukwerk (1997-2004) 4
����� ����� �����
tevens een taks op ongeadresseerd drukwerk. Momenteel zijn nieuwe milieubeleidsovereenkomsten in onderhandeling. Deze beogen een reële kostendekking van de ophalings- en verwerkingskosten van oud papier uit te werken.
����� ����� ����� � ����
1 2
3
22
Vlaanderen De milieuovereenkomsten tussen het Vlaamse Gewest en de betrokken sectoren beantwoorden aan de aanvaardingsplicht2 die in Vlaanderen sinds 1998 geldt. Zo werd naar aanleiding van één van de milieubeleidsovereenkomsten3 het ‘Interventiefonds Oud Papier’ opgericht met als doelstelling de ingezamelde gelden te verdelen over de gemeenten. Bovenop deze gewestelijke verplichting heft 1 op 3 Vlaamse gemeenten
����
Advies CRB 2005/825 DEF Jaarverslag Fost plus 2006, Facts and figures 2006. VOKA, persbericht 27 juli 2004 Fedis o.a. persbericht 7 februari 2005, seminarie 14 juni 2006 ”gemeentelijke belasting op de verspreiding van huis-aan-huisbladen”; Tijdschrift Fedis.net n°8 2005 “Interview du ministre Courard : la paix fiscale sera maintenue,
����
4
����
����
����
voire approfondie...”, ... CRB, Advies betreffende de gemeentelijke belasting op de verspreiding van ongeadresseerd huis-aan-huisdrukwerk, 26 april 2002 + Advies betreffende de gemeentebelasting op de gratis verspreiding van ongeadresseerd reclamedrukwerk, 19 juli 2005 Advies CRB 2005/825 DEF
����
����
Eind 2006 heeft het Vlaamse Gewest, met de verantwoordelijke uitgevers, parallel een ontwerpmodel van harmonisatietarifering (volgens gewicht) uitgewerkt. De Vlaamse gemeenten
1
2 3
zouden hierin verzocht worden dit te hanteren en uitgevers die in orde zijn met de aanvaardingsplicht, zouden vrijgesteld worden op gemeentelijk vlak. Dergelijke akkoorden zijn onontbeerlijk om duidelijkheid te scheppen. Het is dan ook opportuun dat deze akkoorden snel worden afgewerkt. Belangrijk daarbij is de kleine uitgever (die omwille van een beperkte hoeveelheid drukwerk, niet geviseerd is door de aanvaardingsplicht papier) niet te bestraffen en de huidig toegepaste gemeentebelastingen niet te verhogen. Wallonië In het Waalse landsgedeelte nam sinds eind jaren 90 de aanbevolen maximumheffing op gemeentelijk vlak toe van 0,012 Euro tot 0,074 Euro per exemplaar. Ondanks het verzoek om dit te moduleren in functie van het aantal pagina’s, grootte en
gewicht, stapten jaar na jaar meer en meer Waalse gemeenten over naar dit maximum bedrag voor het kleinere reclamedrukwerk. Na lange en moeilijke onderhandelingen werd uiteindelijk een standaardreglement uitgewerkt en verspreid naar alle Waalse gemeenten met het verzoek dit voortaan te hanteren. Het merendeel van de gemeenten passen vandaag dit reglement toe en hanteren de voorziene standaardtarieven op basis van gewicht. Het is hierbij belangrijk de gemeenten te blijven aanmoedigen om dit standaardreglement blijvend en volledig over te nemen. Brussels Hoofdstedelijk Gewest In Brussel heerst er tevens een groot verschil in toepassing van de heffingen op gemeentelijk vlak. Er werd in 2003 een nieuw raamakkoord “oud papier’ gesloten naar aanleiding van de aanvaardingsplicht inzake oud papier tussen het gewest en de privé sector. Daarin werd toen de aanzet gegeven om de gemeentebelastingen minder willekeurig te maken. Zo werd er gesproken over een standaardmodel, met een tarief per gewicht in combinatie met een (gedeeltelijke) gemeentelijke vrijstelling voor bedrijven die zich in orde stellen met de gewestelijke aanvaardingsplicht. Deze afspraken moeten nu dringend ingevuld worden. Ook hier is het belangrijk te streven naar een oplossing waarbij het totaalbedrag in verhouding staat met de werkelijke kost voor de gemeenten.
Cijfers enquête CBR – Bijzondere raadgevende commissie Papier – advies betreffende de gemeentelijke belasting op de verspreiding van ongeadresseerd huis-aan-huisdrukwerk – 26 april 2002 Degene die het papier op de markt brengt, zorgt ook voor een bijdrage voor de verwerking ervan Milieubeleidsovereenkomst, gepubliceerd in het BS van 10 februari 1999. 23
Preventie In de hele problematiek rond huis-aan-huisbladen, is het essentieel de doelgroep van dit drukwerk, niet uit het oog te verliezen. De grafische sector gelooft sterk in de keuzevrijheid: vele mensen wensen reclamedrukwerk en regionaal gratis drukwerk te (blijven) ontvangen. Deze groep van burgers haalt hiervoor redenen als sociaal contact, informatievoorziening, prijsvergelijking, en dergelijke aan. Tegelijk is er een groep burgers die dit drukwerk liever niet in zijn bus krijgt. Beiden verdienen evenveel respect. De grafische sector ondersteunt dan ook de preventiemaatregelen die op gewestelijk vlak genomen worden: de burger heeft de mogelijkheid om zijn brievenbus vrij te houden van reclamedrukwerk en/of regionaal gratis drukwerk door middel van een ‘Nee dank u’ sticker.
pub
presse gratuite
Une initiative du Ministre wallon de l’Environnement
REGIONALE PERS
JA
DE GRAFISCHE SECTOR WENST:
FOLDERS
NEEN
In het voorjaar 20071 bedroeg de verspreiding van deze stickers: Tabel: verspreiding “neen dank u” stickers
Vlaanderen Brussels Hoofdstedelijk Gewest Wallonië
AANTAL STICKERS
%
2716783 456226 1474219
280858 73784 67280
10,3 16,1 4,5
menten die huis-aan-huisdrukwerk
– vervullen een belangrijke sociale
dat de stickers hun effect niet mis-
en gratis regionale pers graag willen
en informatieve functie. Dit blijkt3
sen: wie kiest voor een “reclame-
ontvangen.
uit het belang dat de ontvangers
vrije” brievenbus, krijgt 53 % minder gewicht (in Brussel) aan reclame in de
Datzelfde onderzoek toont immers aan dat 6 op 10 Belgen geen inten-
hechten aan dit drukwerk: wekelijks wordt er zo’n 13 minuten gespen-
bus, in Vlaanderen is dit 54 %. Wallonië is begin 2007 gestart met een
tie heeft om een sticker (beperking op huis-aan-huisdrukwerk en/of op
deerd aan het reclamedrukwerk en 17 minuten aan de gratis regionale
inhaalbeweging om de stickers meer ingang te laten vinden.
gratis regionale pers) te kleven en de facto instemt om alle ongeadresseerd
bladen. 97,8 % van de Belgen doorbladert dit drukwerk en hiervan trekt
De grafische sector neemt, op basis van deze cijfers, de positie in dat
drukwerk te ontvangen.
de helft tussen een kwartier en een halfuur uit.
brievenbussen zonder sticker moe-
De huis-aan-huisbladen – ook het
ten beschouwd worden als consu-
ongeadresseerd reclamedrukwerk
2 3
24
TOTAAL AANTAL BUSSEN
Onderzoek van het OIVO2 toont aan
1
UITDAGINGEN VOOR DE TOEKOMST · Als volwaardige gesprekspartner te worden erkend.
op huis-aan-huisdrukwerk. Het Waalse Gewest kan hier als voorbeeld dienen.
· Dat gemeenteheffingen instaan voor gemeentelijke kosten van de verwerking
· Dat eindgebruikers die geen drukwerk wensen te ontvangen uitdrukke-
en ophaling van het papier. Deze heffing staat dus in directe correlatie met
lijk kenbaar maken via de “Nee dank u” stickers. Het omgekeerde principe
de prijs van oud papier, alsook met vergoedingen die de gemeenten ontvan-
zou voorbij gaan aan de bewezen sociale en informatieve impact van dit druk-
gen uit de gewestelijke milieubeleidsovereenkomsten.
werk. De grafische sector blijft de preventie (“Nee dank u”-brievenbusstick-
. Een harmonisering tussen de verschillende gemeenten inzake belasting
ers) en sensiblisering (recyclage) ondersteunen.
CRB, Advies betreffende de gemeentelijke belasting op de verspreiding van ongeadresseerd huis-aan-huisdrukwerk, 26 april 2002 + update door Belgique Diffusion voorjaar 2007 studie OIVO juni 2006 onderzoek Belgique Diffusion, Door-to-Door impact study, 2006
25
De grafische industrie ten dienste van België
De grafische industrie ten dienste van België
DE GRAFISCHE INDUSTRIE EN HAAR ECONOMISCHE BATEN
DE GRAFISCHE INDUSTRIE EN HAAR SOCIALE BATEN
INVESTERINGEN / TECHNISCHE INNOVATIES ZORGEN VOOR EEN HOGE INVESTERINGSGRAAD
DIRECTE EN INDIRECTE TEWERKSTELLING VOLGENS DE BESCHIKBARE GEGEVENS, STAAT DE GRAFISCHE SECTOR IN VOOR 0,91% VAN DE TEWERKSTELLING
De grafische sector kenmerkt zich door een voortdurende stroom van innovatie en technologische vernieuwingen. De investeringen in het machinepark zijn vaak kapitaalintensief. De investeringsbeslissing wordt dan ook zeer nauwkeurig afgewogen en men bestudeert hierbij vooral de impact op de omzet, de meerwaarde en de mogelijke afschrijvingen. Een verouderd machinepark heeft een negatieve impact op de efficiëntie (lagere productiecapaciteit, hoger verbruik van grondstoffen en energie, meer manuren,...). Om die efficiën-
tie te optimaliseren en competitief te blijven, is investeren een “must” voor de sector. Na jaren van voorzichtig investeringsbeleid kwam er in 2004 een eerste investeringsgolf. Deze werd in 2005 bevestigd met een sterke stijging, vooral omwille van investeringen in automatisering en afwerkingapparatuur, maar ook veel vervangingsinvesteringen. In 2006 lijkt deze trend zich te bevestigen, al is de stijging t.o.v. vorige jaren beperkt. De ratio investeringen/omzet steeg lichtjes van 7,32% in 2005 tot 7,56% in 20061. In 2006 moet men
Tabel 2: De investeringen in de Belgische grafische nijverheid in de periode 2002-2006 in miljoen EUR 22.21
22.22 22.23
22.24
22.25
TOTAAL
TOTAAL
22.22-22.25 22.2
3
26
JAAR
GRAAD
JAAR
GRAAD
19
134
7
17
13
171
190
2001
84,8
2004
87,4
2003
25
142
4
14
12
172
197
2002
84,3
2005
87,6
2004
23
148
10
19
14
191
214
2003
87,1
2006
86,5
2005
41
198
5
18
14
235
276
2006/10
89,1
2006
9
210
3
22
15
250
259
De technologische innovaties zullen de grafische sector vooruitstuwen en nieuwe investeringen vereisen. De hoge investeringsgraad en de automatisering zullen er voor zorgen dat de sector steeds beter en efficiënter zal kunnen inspelen op de marktvraag.
2
Bezettingsgraad productieapparaat
2002
UITDAGINGEN VOOR DE TOEKOMST
1
een opsplitsing maken tussen de krantendrukkerijen en de andere grafische bedrijven. Bij de krantendrukkerijen noteert men een forse daling van de investeringen: van 41,23 miljoen € in 2005 tot slechts 8,79 miljoen € in 2006. Bij de overige grafische bedrijven daarentegen stegen de investeringen met 6,38%. Indien men de investeringsratio berekent inclusief de krantendrukkerijen, ziet men een daling van 7,38% in 2005 tot 6,72% in 2006.
Cijfers op basis van BTW-aangiften NIS Cijfers op basis van BTW-aangiften NIS Cijfers Febelgra.De bezettingsgraad wordt natuurlijk niet enkel beïnvloed door de investeringsomvang.
In de grafische sector bedroeg de gemiddelde bezettingsgraad3 in 2006 86,5% .De sector presteerde op dit vlak beter dan het gemiddelde van de totale Belgische industrie (83%). Er werd zelf een piek van 89,1% bereikt in oktober onder invloed van de algemeen gunstige economische conjunctuur en de lokale verkiezingen.
Directe tewerkstelling De grafische sector (NACE code 22.2) stelt in België 18.061 personen te werk. Hiervan zijn er 11.344 arbeiders (62,81%) en 6.717 bedienden (37,19%). Mannen zijn meer vertegenwoordigd (12.639 personen of 69,98%) dan vrouwen (5.422 of 30,02%). Vrouwen zijn sterker vertegenwoordigd bij bedienden (45,64%) dan bij arbeiders (23,38%). Directe tewerkstelling, in de grafische sector 1
2002
2003
2004
Brussels Hoofdstedelijk Gewest Waalse Gewest
2906 3414
2691 3008
Vlaamse Gewest België
12638 18958 -2,7
Jaarlijkse evolutie in %
CIJFERS 22.22-22.25
CIJFERS INCLUSIEF 22.21
2006
2005
2006
2547 3093
2485 2983
2299 2912
2415 3615
11687 17386
11450 17090
11102 16570
10786 15997
12031 18061
-8,3
-1,7
-3
-3,4
Volgens de Europese federatie Intergraf2 loopt de tewerkstelling in de sector lichtjes maar continu terug, ondanks groei in omzet. Indirecte tewerkstelling De grafische sector genereert een belangrijke indirecte tewerkstelling3 bij de producenten van pulp, papier en papierwaren (236 werkgevers, goed voor 14.110 werknemers) Daarnaast zorgt de sector ook nog voor indirecte tewerkstelling in andere sectoren zoals: · Producenten van drukmachines
1 2 3
· Producenten en distributeurs van druktoebehoren (inkt, kleurstoffen, chemische additieven ...) · Creatieve beroepen (lay-out) · Distributie en postbedeling van drukwerk en dagbladen Wanneer we de 18.061 werknemers van de grafische sector optellen met de 14.110 werknemers van de
papierproducenten, komen we aan 32.171 werknemers. De grafische sector staat dus in voor minimaal 0,91% van de tewerkstelling in België (3.565.000 werknemers). Dit is een voorzichtige berekening, want de partiële cijfers van tewerkstelling in drukmachines, toebehoren, creatieve beroepen en postbedeling zijn hier niet bij gerekend.
Cijfers: RSZ 30.06.2006 voor alle Drukkerij en Aanverwante diensten (NACE 22.2 International confederation for printing and allied industries a.i.s.b.l. Cijfers RSZ - 2006 27
De grafische industrie ten dienste van België
DE GRAFISCHE INDUSTRIE EN HAAR SOCIALE BATEN
Sociale economie De grafische sector zorgt er eveneens voor dat vele beschutte en sociale werkplaatsen kunnen rekenen op activiteiten en inkomsten. De sector werkt al jaren constructief samen met deze bedrijven, omdat hun activiteiten (afwerking, verpakking, ...) zeer complementair is. Toch merkt de sector dat beschermde werkplaatsen zich steeds concurrentiëler gaan opstellen, enerzijds door het uitspelen van hun goedkope loonkost en flexibel arbeidskader, anderzijds door aankoop van volledig geautomatiseerde machines. Bovendien nemen de beschermde werkplaatsen steeds meer direct contact op met de klant, waar ze voordien enkel in onderaanneming van de grafische sector werkten. FOGRA en FEBELGRA willen de complementariteit van de grafische sector en de sociale economie behouden en wensen dat de overheid hier duidelijkheid schept. Zij geloven immers sterk in haar jarenlange inspanningen van tewerkstelling voor kansengroepen uit de grafische sector. Dit is gebeurd en gebeurt nog steeds door opleidingsprojecten voor o.a. langdurig werklozen, oudere werknemers, mindervaliden, ... en een actieve aanwervingspolitiek voor deze groepen.
grafische sector zal een ander, meer flexibel en nog beter opgeleid profiel van de werknemer in de grafische sector vereisen. · De toename van internationale concurrentie zal hogere eisen stellen aan werknemers en werkgevers op vlak van flexibiliteit, mobiliteit, opleiding en uitrusting. · Omwille van de technologische ontwikkelingen, zal het aantal grote all
FOGRA ZORGT VOOR EEN CONSTANTE STROOM VAN AANGEPASTE OPLEIDINGEN IN EEN SNEL EVOLUERENDE SECTOR De grafische industrie kenmerkt zich door razendsnelle evoluties, die voortdurende bijscholing van haar werknemers vereisen. Daarnaast is ook het vinden van goed geschoold personeel geen evidentie. Een van de redenen hiervoor is dat de bestaande voortgezette technische opleidingen niet afgestemd zijn op de vraag van de industrie. Daarom schoolt de sector bestaande werknemers voortdurend bij. Anderzijds neemt de grafische sector ook initiatieven om (al dan niet laaggeschoolde) werklozen te heroriënteren naar een baan in de sector.
CEVORA
dingscentra voor volwassenen zoals,
Naast deze opleidingsactiviteiten voor-
bijvoorbeeld, VDAB, Syntra en ook
ziet de grafische sector ook in de oplei-
andere centra voor volwassenenonder-
dingsbehoeften van de bedienden, die
wijs (CVO).
vallen onder Paritair Comité 218. Hier
Via de tegemoetkomingsdossiers ver-
is de vzw CEVORA actief. Deze heeft
goedt GRAFOC 35% van de opleidings-
samenwerkingsovereenkomsten met
kosten van werkgevers. Dit bedrag
GRAFOC en CEFOGRAF, om zoveel
wordt vermeerderd met 15% en bereikt
mogelijk synergie tussen beide orga-
dus 50% als het gaat om een werkne-
nisaties mogelijk te maken, zoals uit-
mer ouder dan 45 jaar.
terwijl de kleine familiebedrijven
FOGRA
maatwerk, samen met opleidingcentra
UITDAGINGEN VOOR DE TOEKOMST De grafische sector wil zijn belang op het vlak van directe en indirecte tewerkstelling blijven bestendigen. Toch zijn er een aantal evoluties die in de toekomst hun impact op de tewerkstelling kunnen laten gelden: · Technologische innovaties zorgen er vaak voor dat een deel van de manuele arbeid overgenomen wordt door machines. · Flexibiliteit en diversificatie van de
OPLEIDINGSINITIATIEVEN: SOCIALE EN ECONOMISCHE DIMENSIE
round bedrijven wellicht toenemen,
materiaal, enz. Dankzij de vele cursussen, algemeen of
afnemen en de (kleine) niche-spe-
De aanpak van vorming en opleiding
of samen met bedrijven, wordt de ken-
cialisten wellicht licht groeien, waar-
wordt voor de sector gecoördineerd
nis van arbeiders en bedienden constant
door het totaal aantal werknemers
door FOGRA (Fonds voor Vorming in
bijgespijkerd. Naast technische opleidin-
in de sector zou kunnen behouden
de Grafische Industrie), een paritair
gen en specifieke opleidingen voor trai-
blijven.
beheerde vzw, gefinancierd door een
ners, worden er ook managementvaar-
werkgeversbijdrage ten bedrage van
digheden bijgebracht. De inspanningen
0,15% van de loonmassa van de arbei-
leveren bijzonder succesvolle resultaten
ders (van het Paritair Comité 130), zo’n
op. Zo heeft bijvoorbeeld het opleiding-
560.000€ per jaar. Voor de uitvoering
centrum CEPEGRA van Charleroi (een
heeft FOGRA 2 regionale vzw’s in het
samenwerking tussen FOREM en CEFO-
leven geroepen, GRAFOC voor de
GRAF) een gemiddelde aanwervingratio
Vlaamse Gemeenschap en CEFOGRAF
van 70% van de opgeleide personen1.
· Op het vlak van werkgelegenheid stelt men vast dat het aantal bedienden blijft toenemen ten nadele van het aantal arbeiders. Dit komt door de evolutie van de grafische functies en de automatisering van de sector. Bovendien wordt de sector gekenmerkt door een structu-
voor de Franstalige Gemeenschap. Voor de organisatie van deze opleidingen
In het Vlaamse Gewest werkt GRAFOC
werken FOGRA, GRAFOC en CEFO-
met een systeem van investeringsdos-
GRAF samen met de VDAB, FOREM en
siers en tegemoetkomingsdossiers.
· De sector steunt de sociale econo-
ACTIRIS, met scholen en opleidingsinsti-
In 2006 investeerde GRAFOC voor
mie maar verwerpt elke vorm van
tuten en met de bedrijfswereld. Zij stel-
149.507,11 € in grafische apparatuur,
concurrentie met de reguliere sec-
len middelen, materiaal en technische
die eigendom blijft van GRAFOC, maar
tor.
kennis ter beschikking.
ter beschikking wordt gesteld van oplei-
reel tekort aan geschoold personeel (knelpuntvacatures).
1
28
wisseling van competentie, didactisch
UITDAGINGEN VOOR DE TOEKOMST De nood aan voortdurende opleiding zal zich in de toekomst enkel maar bestendigen. Het is dan ook een permanente bezorgdheid om hier in te blijven investeren en de sociale en economische belangen van de sector veilig te stellen. Het bestaande klassieke onderwijsaanbod zal zich, nog meer dan nu, moeten richten op de vraag van de sector om makkelijke instap, op alle niveau’s van afgestudeerden, mogelijk te maken. Omdat het werken in de grafische sector nog steeds met een aantal achterhaalde clichés kampt, ondernemen de partners uit de sector verschillende initiatieven. Werken in de grafische sector staat al lang niet meer gelijk aan handenarbeid in een stoffig atelier met veel chemicaliën. Vandaag betekent het veel computerwerk en grafische controle van veilige, milieuvriendelijke machines in een gezonde want strikt gecontroleerde omgeving. Ook in de toekomst zal de sector dit nieuwe imago blijven promoten.
Cijfer CEPEGRA 29
DE GRAFISCHE INDUSTRIE EN DUURZAAM ONDERNEMEN
31
De grafische industrie en duurzaam ondernemen
DE SECTOR EN PAPIER
Te vaak wordt er nog in de media verteld dat drukwerk verantwoordelijk is voor het kappen van het regenwoud. Maar de werkelijkheid zit anders in elkaar. Hoewel de grafische sector in staat is via verschillende druktechnieken quasi elk materiaal (plastic, textiel, glas, beton, metaal, ...) te bedrukken, blijft de belangrijkste materie: papier. Papier is een belangrijke grondstof én verkoopsinstrument voor de grafische sector, want papier bepaalt mee de kwaliteit van het eindproduct. De grafische sector vindt het duurzaam omgaan met papier bijzonder belangrijk en heeft 2 initiatieven genomen om deze bezorgdheid bekend te maken.
Duurzaam beheer van papierproductie, herkomst, recyclage: Paper Chain Forum: Het belang van juiste en volledige informatie FEBELGRA is, samen met alle beroepsfederaties betrokken bij de papierketen in België, lid van het Paper Chain Forum1 . Dit zijn boseigenaars, producenten, invoerders, verwerkers en groothandelaren van papier en karton, de grafische industrie, uitgevers van geschreven pers, recuperatiebedrijven van oud papier en leveranciers van drukmateriaal. FEBELGRA
wil, binnen de schoot van het Paper Chain Forum, correcte informatie over de relatie tussen papier en milieu verspreiden. Te vaak wordt verteld dat drukwerk verantwoordelijk is voor het kappen van het regenwoud, dat recycleren bomen redt of dat sorteren zinloos is “omdat alles toch samengekapt wordt”.
Het Paper Chain Forum staat voor juiste informatie over papierproductie: · Papier wordt gerecycleerd maar heeft altijd een toevoeging van ‘nieuwe’ (i.e. niet afkomstig uit gerecycleerd papier) papiervezels nodig om het papier sterk genoeg te maken. Men kan dus niet “eindeloos” recycleren: de sector volgt een ‘cyclus’ om papier maximaal te recycleren. · België heeft in 2005 een inzamelpercentage van bijna 60% behaald voor oud papier 2 · Voor papier sneuvelen doorgaans geen bomen. Veeleer worden bijproducten van het bos (snoeihout, boomkruinen, uitdunningshout, zaagafval, ...) aangewend om papier te maken.
Duurzaam bosbeheer Ons bosbestand moet constant vernieuwd worden, omdat jonge bomen meer CO2 omzetten in zuurstof dan oude bomen. Deze vernieuwing wordt toegepast in de duurzame bosbeheerprogramma’s, die ook door de overheid gecontroleerd worden. In België vinden voornamelijk de volgende certificatieprogramma’s steeds meer doorgang: het Forest Stewardship Council (FSC)1 en het Programme for Endorsement of Forest Certification schemes (PEFC)2 Dit zijn kwaliteitslabels, die garanderen dat de primaire grondstof voor de aanmaak van het gecertificeerde papier afkomstig is van een bos dat duurzaam en milieuvriendelijk wordt geëxploiteerd. Beperking van het papierafval in de sector: Preventie Door de intrinsieke kenmerken van
afvalstroom om en zorgt ervoor dat het
papierafval te beperken. Deze preven-
in de recyclage cyclus terecht komt.
tiemaatregelen mogen niet indruisen tegen de vrijheid van meningsuiting
Constante focus voor bedrijven voor beperking papierafval Maar de sector heeft ook al veel initiatieven genomen om het volume van dit afval te beperken. Gezien het verwerken ervan niet enkel een ecologisch voordeel heeft, maar ook een beperking van de kosten met zich brengt, zijn de grafische bedrijven hier al ver mee gevorderd. Febelgra heeft, in samenwerking met het Presti5 programma3 een project uitgewerkt waarbij bijkomende mogelijkheden onderzocht worden om het papierafval bij de productie van drukwerk terug te brengen. De resultaten van het project staan in de gids ‘Papierafvalpreventie in de grafische sector.’ Deze is in mei 2007 voorgesteld en dient als actieve leidraad voor de hele sector.
snijwerk, afwerking ...). De grafische sector is begaan met een duurzaam beheer van papier en gaat daarom verantwoord met deze grondstof en haar
Blijvende sensibilisering van bevolking dmv stickersysteem. De grafische sector ondersteunt preventiemaatregelen waarbij de eindgebruiker er voor kiest om zijn
UITDAGINGEN VOOR DE TOEKOMST De grafische sector is er van overtuigd dat informatie in de toekomst meer
Logisch circuit van de de recyclage van de verschillende papier- en kartonsoorten, en van de inbreng van verse vezels
��������� ��������
digitaal zal overgebracht worden: via internet, televisie, telefoon, ... maar
����� ������
�������������
deze zal altijd complementair blijven met informatie die op papier ver����� ������
�����������������������
��������������������������������
����� ������ ����� ������ 1 2
�������������������������������������������������
3 4 5
1 2
32
www.pcf.org Advies van de CRB – BRCP van 15 mei 2007 “Conjunctuur in de papier – en grafische industrie in 2006 en de vooruitzichten voor 2007”
6
len ze zich in de keuzemogelijkheid van de burger om aan te geven zijn brievenbus vrij te houden van regionaal en/of reclamedrukwerk. De sector steunt het gebruik van de ‘nee dank u’ stickers, die op 10,3% van de Belgische brievenbussen is aangebracht.4 Recyclage Ook op Europees vlak heeft de grafische sector5, samen met de hele papierketenindustrie6, het voortouw genomen om een aantal vrijwillige inspanningen te leveren op vlak van duurzaam papierbeheer (recyclage). Tegen 2010 wil de papierketen in Europa, onder het motto “European Declaration on Paper Recycling” 66% van alle karton en papier recy-
het drukproces is er altijd papierafval (‘inschiet’ (papier voor drukafstelling),
en de persvrijheid; in ons land verta-
cleren. Met de opgelegde en vrijwillige inspanningen had men in 2005 al het hoogste recyclagepercentage (55,4%) ter wereld bereikt. Toch wil de hele sector met deze nieuwe – vrijwillige – doelstelling aantonen dat duurzaam omgaan met de broze grondstoffen van onze planeet geen loze boodschap is. Dit akkoord dat alle lidstaten van Europa bindt, zal
krijgbaar is. Een volledige papiervrije maatschappij met enkel elektronische
voorrang geven aan afvalpreventie,
informatiedragers lijkt dan ook een utopie. De grafische sector blijft de
optimale recyclage van papier en
principes van verantwoord en duurzaam beheer van papier ondersteunen;
karton én een belangrijke sensibili-
anderzijds is de sector ook pro-actief betrokken bij de uitbouw van digitale
sering van het publiek op het vlak
en online publicaties, met name voor documenten die zich lenen voor digi-
van sorteren van papier bij de afval-
tale raadpleging en online gebruik.
verwerking.
meer informatie o.a. op fsc.wwf.be www.pefc.org Presti 5 is het vijfde PREventieSTImulerend programma (13/12/2002)van de Vlaamse overheid (Leefmilieu), beheerd door OVAM. www.presti.be zie cijfers ‘Huis-aan-huis drukwerk’ pagina 24 Intergraf (International Confederation for Printing and Allied Industries De andere sectoren zijn: Confederation of European Paper Industries, International Confederation of Paper and Board Converters in Europe, European Recovered Paper Association, European Tissue Symposium, International Association of Deinking Industry 33
De grafische industrie en duurzaam ondernemen
De grafische industrie en duurzaam ondernemen
DE SECTOR EN VERPAKKINGEN
DE GRAFISCHE SECTOR RECYCLEERT VEEL MEER VAN HAAR VERPAKKINGEN DAN DE EUROPESE RICHTLIJN VRAAGT.
DE GRAFISCHE SECTOR IS VAN NATURE GEEN GROTE ENERGIEVERBRUIKER EN GAAT DUURZAAM OM MET ENERGIE.
De grafische sector zorgt niet alleen voor kwaliteitsvolle producten, maar deze moeten ook in goede orde bij de klant (uitgever, distributeur, post) geraken. Dit houdt in dat de producten zorgzaam verpakt worden. De Belgische reglementering overstijgt de normen van de Europese richtlijn1: Europa vraagt tegen 2008 een recyclage minimum van 55% van de verpakkingen en 60% nuttige toepassing ervan. Ons land tekende in 2006 al cijfers2 op van 91,2% recyclage en 94,6% nuttige toepassing van huishoudelijk afval en respectievelijk 79,5% en 86,3% voor bedrijfsmatig afval.
Beperking CO2 uitstoot Het beperken van de CO2 uitstoot staat bekend als een belangrijke bekommernis in het globale milieuvraagstuk. Om deze CO2 uitstoot te verminderen, moet het energieverbruik (huishoudelijk en industrieel) en de uitstoot door het verkeer beperkt worden. Hoewel de grafische sector geen energie-intensieve sector is, levert zij ook een aantal belangrijke inspanningen. In België zijn de gewesten verantwoordelijk voor de reglementering inzake de beperking van CO2 en broeikasgassen.
De grafische bedrijven dragen bij tot dit uitstekende resultaat dankzij hun toetreding tot VAL-I-PAC, het erkend organisme voor bedrijfsmatig verpakkingsafval. De grafische sector volgt dan ook nauwgezet de wetgeving inzake terugnameplicht en informatieplicht. Een andere wettelijke vereiste is het opstellen van een (sectorieel) preventieplan voor bedrijven die per jaar meer dan 10 ton verpakkingsmateriaal gebruiken voor producten
1 2 3
34
DE SECTOR EN ENERGIEVERBRUIK
voor de Belgische markt. FEBELGRA verzamelt de maatregelen van dit preventieplan voor haar leden en zorgt voor een sectoriële rapportering bij de Interregionale Verpakkingscommissie (IVC). In de eerste fase (2001-2003) heeft de sector een belangrijke afvalreductie kunnen realiseren door het preventieplan; in de volgende fase (2004-2006) waren de meeste van de maatregelen al operationeel en gingen de acties eerder om een bijsturing en verfijning van bestaande maatregelen. De maatregelen gaan over het gebruik van lichtere kartonnen verpakkingsdozen, alternatieven voor eenmalige paletten (zoals hergebruik van leverancierspaletten, herbruikbare paletten) en het gebruik van steeds dunnere verpakkingsfolies. Preventpack De grafische industrie heeft al belangrijke inspanningen gedaan om het verpakkingsvolume en de impact ervan terug te dringen. FEBELGRA heeft zich aangesloten bij het gemeenschappelijke initiatief van het VBO, VOKA, UWE en BECI 3
Richtlijn 94/62/EG zoals gewijzigd door de Richtlijn 2004/12/EG Cijfers Fost-Plus en VAL-I-Pac Brussels Entreprises, Commerce & Industry (voorheen Verbond van Ondernemingen in Brussel)
‘PreventPack’ dat de realisaties van de industrie inzake verpakkingsbeheer, beperking en hergebruik toelicht om nog meer bedrijven te stimuleren deze expertise toe te passen.
UITDAGINGEN VOOR DE TOEKOMST Drukwerk blijft een zeer kwetsbaar product. Het is gevoelig aan vocht en licht en vatbaar voor mechanische beschadiging. Om het in goede staat bij de klant te bezorgen, is er een beschermende verpakking nodig. Ook in de toekomst moet men rekening houden dat een goede verpakking evenveel (of meer) milieuwinst oplevert (minder beschadiging, minder herdruk, geen nieuwe verpakking en vervoer) dan de loutere milieuwinst van een minder kwalitatieve verpakking. De grafische sector is ervan overtuigd dat men goed scoort in het gebruik van duurzame en milieuvriendelijke verpakkingen. De federatie pleit er dan ook voor dat er voldoende rekening zou worden gehouden met de moeilijkheden die haar leden ondervinden om telkens bijkomende preventiemaatregelen toe te passen.
Vlaanderen De Vlaamse overheid hanteert verschillende instrumenten om de uitstoot met 5,2% te verminderen tegen 2012 (t.o.v. 1990). Voor bedrijven met een primair energieverbruik tussen de 0,1 PJ en 0,5 PJ is er het auditconvenant1; voor bedrijven boven de 0,5 PJ is er het convenant benchmarking2 en het systeem van verhandelbare emissierechten. De grafische industrie is geen energie-intensieve sector, bovendien is het een sector met meer dan 95% KMO’s (minder dan 50 werknemers).
1 2 3
Het is dan ook niet verwonderlijk dat er slechts een beperkt aantal grafische bedrijven in de categorie 0,10,5PJ vallen. Zes bedrijven hebben vrijwillig aangesloten bij het auditconvenant. Dit houdt in dat zij een energieaudit laten uitvoeren om het besparingspotentieel en de mogelijke maatregelen op maat per bedrijf te bepalen. In ruil krijgen deze bedrijven geen bijkomende maatregelen opgelegd voor het efficiënter gebruik van energie en genieten zij bepaalde financiële voordelen. De grafische sector betreurt dat, ondanks het verzoek van VOKA, vele bedrijven niet kunnen meestappen in dit auditconvenant, gezien zij zich beneden de ondergrens van 0,1PJ situeren.
Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Wallonië In Wallonië hebben Febelgra samen met Fetra3 een brancheovereenkomst voorbereid om het energieverbruik en dus de CO2 uitstoot in de sector te verminderen: bedrijven konden vrijwillig instappen en in tegenstelling tot Vlaanderen is er hier geen ondergrens wat betreft energieverbruik. De overeenkomst trad eind 2007 in werking.
belangrijke pijlers waar er minder CO2
Op dit ogenblik zijn er geen specifieke projecten in het Gewest inzake energieverbruik.
UITDAGINGEN VOOR DE TOEKOMST Energie blijft een schaars goed en de productie ervan zal ook in de toekomst nog meer milieu-implicaties inhouden. Het is dus vanzelfsprekend dat de nationale, maar steeds meer supranationale overheden energieconsumptie willen beheren. De beheersing van de energieconsumptie zal zich zowel op niveau van de industrie als op niveau van de huishoudens moeten realiseren. Ook het wegtransport en het verkeer zijn uitstoot kan gerealiseerd worden. De grafische sector wil op een evenwichtige manier haar energieverbruik onder controle houden. Dit wil zeggen dat de economische groei en bijgevolg ook toename van tewerkstelling mogelijk moet blijven binnen de heersende en toekomstige energiewetgeving.
voor meer toelichting: www.auditconvenant.be Vlaamse Convenant Energiebenchmarking, goedgekeurd door de Vlaamse Regering op 29 november 2002. Meer toelichting op www.benchmarking.be Federatie van Papier en Kartonverwerkende bedrijven 35
De grafische industrie en duurzaam ondernemen
De grafische industrie en duurzaam ondernemen
DE SECTOR EN LUCHTKWALITEIT
DE SECTOR EN AFVALVERWERKING
DE GRAFISCHE SECTOR VINDT HET MAAR NORMAAL DAT ZE ALS EEN GOEDE LEERLING IN DE KLAS ALLE STRIKTE NORMEN VOOR DE LUCHTKWALITEIT NALEEFT. VOS uitstoot: Omdat er bij de meeste drukprocessen Vluchtige Organische Stoffen (VOS) vrijkomen, heeft dit een zekere impact op de luchtkwaliteit. De sector volgt nauwlettend de milieurichtlijnen die de overheid hen oplegt en werkt, waar mogelijk, mee aan bijkomende reductie van de uitstoot van milieuschadelijke stoffen. In 1999 heeft de Europese Commissie aan verschil-
opgelegd: in 2010 mag de grafische industrie nog maximaal 1 kiloton VOS uitstoten. In de aanloop daarvan heeft de industrie al belangrijke inspanningen gedaan.5
lende betrokken sectoren limietwaarden van VOS uitstoot 1 opgelegd. Later, in 2001 volgde het maximum plafond (de zgn. NEC richtlijn2 ) voor de lidstaten wat betreft zwaveldioxide, stikstofoxide, ammoniak en VOS. Door technische ingrepen zoals naverbranders, optimalisering van gebruikte producten (solventloze en -arme producten) en technieken, heeft de grafische sector sindsdien al voor een sterke reductie van de VOS gezorgd. De Gewesten
Brussels Hoofdstedelijk Gewest Ook in Brussel doen de grafische bedrijven het nodige om de emissiegrenswaarden van de richtlijnen inzake VOS te respecteren.
zijn in ons land verantwoordelijk voor de naleving van de limietwaarden.
Vlaanderen In 1990 bedroeg de uitstoot van VOS door de grafische sector 12,2 kiloton per jaar. In 2000 had de grafische sector al emissieverminderende maatregelen genomen die de VOS emissies met 54% terugbrachten tot 7,9 kiloton, en dit terwijl de productie met 30% gestegen was.3 Voor 2010 staat er een plafond gepland van 4,4 kiloton maar de overheid en de sector nemen aan dat de emissie dan tot 3,7 kiloton beperkt kan blijven. Men blijft dus ruim onder het eerder bepaalde plafond, dankzij bijkomende maatregelen uitgewerkt in samenspraak met de federatie. Bovendien weet de sector dit te
combineren met een economische groeivoorspelling. Uitstoot (kt)
kt
��
UITDAGINGEN VOOR DE TOEKOMST De sector heeft de voorbije jaren al belangrijke inspanningen geleverd voor het terugdringen van de VOS emissies en zal deze ook in de toekomst van
��
dichtbij opvolgen. De sterke techno-
��
logische vooruitgang die zo typisch is
�
voor de sector, zal de innovaties ook op
�
een ecologische manier sturen, zodat
�
hun milieu impact zo minimaal moge-
�
lijk is. De ecologische bezorgdheid mag
�
De grafische sector gaat doordacht te werk wanneer het over afval gaat: zij neemt de nodige initiatieven voor het sorteren, inleveren en recycleren van de verschillende soorten afval die bij het grafische productieproces komen kijken. Bij deze bezorgdheid hanteert de sector de principes van eco-efficiëntie waarbij de bezorgdheid voor het milieu belangrijk is, maar de economische invloedsfactoren niet uit het oog verloren worden. Chemische restproducten Drukplaten en chemische producten worden gesorteerd en verwerkt door een gespecialiseerde verwerkingsfirma. Omdat de sector uit vele KMO’s bestaat, heeft de federatie
gezorgd voor een gegroepeerde inzameling, zodat ook kleine bedrijven deze producten veilig kunnen laten recycleren.
past bedrag aan opleidingscentra en scholen.
Papier De sector heeft verschillende aanbevelingen in de praktijk omgezet om het papierafval te verminderen. 1
De grafische sector is er van overtuigd dat door technologische vooruitgang er steeds verfijnder en meer ecologisch zal kunnen omgesprongen worden met restproducten van het grafische proces. Door gebruik van nieuwe producten en nieuwe technologie is de milieu-impact de laatste 50 jaar al revolutionair verminderd en in de toekomst zal men op dit elan verder gaan. De grafische sector steunt de werking van het Vlaamse Innovatiecentrum van de Grafische sector (VICG), dat heel wat onderzoek verricht op dit domein.
Machinepark Aangezien de sector gekenmerkt wordt door vele technologische innovaties, vaak ook aangestuurd door eco-efficiëntie, is er een vrij hoge rotatie van de machine-infrastructuur. De grafische sector zorgt er voor dat machines nog een herbestemming vinden, ofwel door verkoop ofwel door een verkoop voor een aange-
UITDAGINGEN VOOR DE TOEKOMST
geen economische remmende factor ���� ������
worden. De grafische industrie stelt dat
Wallonië Bij de uitvoering van de NEC richtlijn heeft de Waalse overheid aan de diverse industriële sectoren plafonds4
met economische groei, concurrentie-
����
����
���� ������
het belangrijk is rekening te houden vermogen en de draagkracht van de sector, wanneer nieuwe maatregelen voorgesteld worden.
1 Richtlijn 1999/13/EG 2 Richtlijn 2001/81/EG: hierin wordt het plafond voor VOS in 2010 voor België en alle betrokken sectoren op 139 Kt gesteld 3 AMINAL, Evaluatie emissiereductiepotentieel voor VOS emissies van de grafische sector, oktober 2002 4 Besluit Waalse Regering 25 maart 2004, BS 20.08.2004 5 Dit verschil verklaart zich door het verschil in industrieel weefsel in Wallonië en Vlaanderen. Zie ook pagina 12. 36
BIJ ALLE SOORTEN AFVALVERWERKING HOUDEN DE GRAFISCHE BEDRIJVEN ZOWEL DE ECOLOGISCHE ALS DE ECONOMISCHE FACTOREN IN HET OOG.
1
Zie hierover “De Sector & Papier”, pagina 32 37
De grafische industrie en duurzaam ondernemen
DE SECTOR EN VEILIGHEID
FG �� �� �� �� ��
DE GRAFISCHE SECTOR IS DE LAATSTE JAREN UITGEGROEID TOT ÉÉN VAN DE VEILIGSTE INDUSTRIËLE SECTOREN IN BELGIË
�
De sector heeft een goede traditie van preventie en globale aanpak van veiligheid op het werk en het vermijden van arbeidsongevallen. Veilige sector Onderstaande tabel1 toont de frequentiegraad van ongevallen voor 2004 in de verschillende sectoren.De grafische sector (met inbegrip van de krantendrukkerijen) heeft een bijzonder lage frequentiegraad en bijgevolg ook een lage werkelijke en globale ernstgraad.
�
Tabel: Frequentiegraad en Ernstgraad Arbeidsongevallen (2004) SECTOR Houtindustrie Metaalproductie Textielproductie Totaal/gem (privé) België Papier & karton verwerking Nutsbedrijven Grafische sector2 Chemie
AANTAL WERKNEMERS
FG
WEG
GEG
6.930 27.153 21.495 1.651.002 7.716 24.352 18.061 36.691
53,23 52,76 39,91 27,31 26,97 22,39 12,96 12,3
1,09 1,04 0,75 0,64 0,66 0,46 0,23 0,27
2,56 2,52 1,46 1,37 1,25 0,79 0,50 0,47
FG: het aantal ongevallen per miljoen werkuren (met werkverlet) WEG: de werkelijke ernstgraad (totaal aantal verloren kalender dagen per 1000 werkuren) GEG: de globale ernstgraad (som van de werkelijk verloren kalenderdagen en het aantal dagen forfaitaire ongeschiktheid, per 1000 werkuren)
Men kan stellen dat dankzij de inspanningen van de sector de veiligheid met de helft verbeterd is op amper 5 jaar tijd. Tabel: evolutie frequentiegraad en ernstgraad arbeidsongevallen grafische sector 3 KALENDERJAAR 1999 2000 2001 2002 2003 2004
1 2 3
38
FG
WEG
GEG
25,51 24,30 20,77 19,37 18,23 12,96
0,45 0,51 0,41 0,40 0,42 0,23
0,68 0,94 0,64 0,85 0,61 0,50
Metagids van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg, 2004 met inbegrip van uitgeverijen en krantendrukkerijen Metagids van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg, 2004
FG ����
Globaal preventieplan In de grafische sector is het wettelijk verplicht om een globaal preventieplan op te stellen: een vijfjaarlijks globaal plan en een jaarlijks actieplan dat kadert in een dynamisch risicobeheersingsysteem (met doelstellingen, methodes, uitvoering en evaluatie). Dit plan wordt door de werkgever opgesteld, het comité Preventie en Bescherming op het Werk en de preventie- en beschermingsdiensten.
Dit preventieplan wordt op maat van elk bedrijf geschreven en kan zich-
����
����
����
����
Gezondheid van de werknemers De grafische sector neemt alle mogelijke maatregelen om de gezondheid van haar werknemers te garanderen. Vandaag zijn de nodige afzuigsystemen geïnstalleerd en wordt voldaan aan de limietwaarden voor chemische agentia. Ook de aangekondigde strengere blootstellingwaarden die de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg aankondigde, zullen gerespecteerd kunnen worden. Het blijft echter belangrijk in specifieke gevallen in (tijdelijke) sectorale afwijkingen te kunnen blijven voorzien en de redenen voor het verstren-
zelf objectieven opleggen op het vlak van o.m. ongevallencijfers, geluidsniveau, veiligheidsopleiding, hygiëne, gezondheidscontrole, noodprocedures, psychosociaal welzijn, ... De federatie van de grafische industrie staat haar leden bij met een
gen van de blootstellingnormen voldoende te onderbouwen.
leidraad voor het opstellen van het globaal preventieplan. Deze leidraad beantwoordt aan de wettelijke eis om op een wetenschappelijke manier gevaren te analyseren, te kwantificeren en te ordenen.
mische Stoffen (REACH)1 goedgekeurd. Dit betekent dat producenten van chemische stoffen deze moeten identificeren, registreren en/of vergunnen. De grafische sector zal veel meer informatie en duidelijkheid krij-
1
Reach wetgeving Eind 2006 heeft het Europese Parlement het systeem voor Registratie, Evaluatie en Autorisatie van Che-
����
gen over de gebruikte stoffen: wat de veiligheid nog zal kunnen verbeteren. REACH is in werking getreden begin juni 2007.
UITDAGINGEN VOOR DE TOEKOMST · Veiligheid en veiligheidsbeheersing zijn essentiële aandachtspunten voor de grafische industrie. De bedrijven zullen er constant over waken dat de nodige maatregelen genomen worden op het vlak van veiligheid, zodat de sector haar sterke veiligheidscijfers kan blijven bestendigen. · Aangezien de veiligheidsnormen buiten België en buiten de Europese Unie minder streng zijn, kunnen die concurrentievervalsend werken. Goedkopere buitenlandse producten worden vaak in onveilige omstandigheden geproduceerd en voldoen niet altijd aan de Europese normen op vlak van consumentenveiligheid. Ongetwijfeld een punt dat binnen- en buitenlandse aandacht verdient.
Verordening 1907/2006, PB , 30/12/2006 39
De grafische industrie in beeld
FACTS & FIGURES
FOGRA is het Fonds voor Vorming in de Grafische Industrie, een paritair beheerde vzw, gefinancierd door een werkgeversbijdrage ten bedrage van 0,15% van de loonmassa van de arbeiders, zo’n 560.000 € per jaar. Voor de uitvoering heeft FOGRA 2 regionale vzw’s in het leven geroepen, GRAFOC voor de Vlaamse gemeenschap en CEFOGRAF voor de Franstalige gemeenschap. FEBELGRA is de koepel van de Belgische grafische industrie en telt meer dan 760 aangesloten ondernemingen die samen 75% van de tewerkstelling realiseren in de prepress, de drukkerij sector en de afwerkingsbranches. www.febelgra.be ACV ( Algemeen Christelijk Vakverbond) behartigt de collectieve en individuele belangen van de aangesloten arbeiders en bedienden. De grafische sector valt binnen het ACV onder de bevoegheid van de centrale ACVBouw en Industrie. In deze centrale zijn er momenteel 230.000 leden aangesloten en werken er 165 personeelsleden. www.acv-online.be ABVV is het Algemeen Belgisch Vakverbond, dat verschillende vakcentrales van arbeiders en bedienden groepeert die werkzaam zijn in de grafische sector. www.abvv.be
Nuttige links · VBO (www.vbo.be) · Centrum voor Onderzoek en Opleiding in de arbeidsbetrekkingen (www.cooab-crfrt.be) · Centrale Raad voor het Bedrijfsleven, Bijzonder Raadgevende commissie voor het papier (www.ccecrb.fgov.be) · Nationale Arbeidsraad (www.nar.be) · Paritair comité voor de Drukkerij, Grafische Kunst en Dagbladbedrijf (PC 130) · Fondsen voor Bestaanszekerheid (Aanvullende pensioenkas, Bijzonder Fonds voor het Grafische en 40
Dagbladbedrijf) · Aanvullend Nationaal Paritair Comité voor de Bedienden (PC 218) (www.sfonds218.be) · Sociaal Fonds voor het ANPCB (www.sfonds218.be) · Nationaal Geografisch Instituut (Beheerscomité) (www.ngi.be) · FOGRA – Fonds voor de Vorming in de Grafische industrie · Verbond van Ondernemingen in Brussel (Intersectorale Adviesraad en commissies ad hoc) (www.beci.be) · Industrie Vlaanderen (www.industrievlaanderen.be)
· VOKA (Intersectorale Adviesraad, Werkgroep Opleiding en Arbeidsmarkt, Werkgroep bedrijfsinterne milieuzorg) (www.voka.be) · Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (www.bruxelles.irisnet.be) · Conseil Superieur de l’Enseignement Secondaire Technique et Professio-nel · Conseil Economique et Social de la Region Wallonne (Commision Enseignement) (www.cesrw.be) · Grafoc: Grafische Opleidingscentra (www.grafoc.be) · Cefograf: Centre de formation professionnelle des industries graphiques en communauté française. · Centres de Perfectionnement des Industries Graphiques (beheerscomité Brussel, Charleroi en Doornik) (www.formation-cepegra.be) · Institut Francophone de Formation permanente des Classes Moyennes (www.ucm.be) · VIZO – Vlaams Instituut voor Zelfstandig Ondernemen – Grafische beroepscommissie (www.syntravlaanderen.be) · Vlaamse Onderwijs Raad (Grafische Commissie) (onderwijs.vlaanderen.be) · Sociaal Economische Raad van Vlaanderen (www.serv.be) · Intergraf (International Confederation for the Printing and Allied Industries) (www.intergraf.org) · Fespa (Federation of European Screen Printers Association) (www.fespa.com)