Jaarverslag
2005 TECHNISCH CENTRUM DER HOUTNIJVERHEID
INHOUD
2005 1.
VOORSTELLING VAN HET TCHN 1.1. 1.2. 1.3.
2.
Opdracht Afdelingen en belangrijke cijfers Technische comités
3 4 5
WERKZAAMHEDEN 2.1.
Productcertificatie
5
2.1.1. Notificatie 2.1.2. Voortzetting van de certificatiewerkzaamheden 2.2.
Dienstverlening aan de industrie 2.2.1. 2.2.2. 2.2.3. 2.2.4. 2.2.5.
3.
10
Technologisch advies Technische specificaties en normalisatie Proeven, raadgevingen en bijzondere onderzoeken Laboratoria Veiligheidsadvies
2.3.
Onderzoekprogramma’s
16
2.4.
Samenwerking
18
PUBLICATIES
3
2005 Niet ieder jaar kan even revolutionair zijn. In 2005 werd de geconstateerde tendens, namelijk een uitbreiding van de dienstverlening aan ondernemingen (specifieke proeven, individueel onderzoek, enz), voortgezet en bevestigd. De invoering van de financiële hulpmaatregel van de federale regering door de vermindering van de bedrijfsvoorheffing voor onderzoekers heeft het ons mogelijk gemaakt een nieuwe ingenieur, gespecialiseerd in houttechnologie, in dienst te nemen. Zij is inmiddels ons onderzoeksteam en onze hulpverlening aan de industrie komen versterken. De laboratoriumactiviteiten werden ook ijverig voortgezet en er werden vooral mechanische proeven uitgevoerd op meubels en op vloerbekledingen. Op het gebied van certificatie stellen we vast dat de nieuwe types certificaties steeds toenemen:
• certificatie van meubels t.o.v. Europese veiligheidsnormen, dit om tegemoet te komen aan de vraag van de markt,
• de ‘chain of custody’-certificatie (CoC) volgens PEFC heeft zich verder uitgebreid in Frankrijk en België en kent een schuchter begin in het Groot Hertogdom Luxemburg,
• de certificatie van verpakkingshout bestemd voor de internationale handel (volgens ISPM 15) is in 2005 aanzienlijk toegenomen.
De andere, ‘traditionele’ werkzaamheden van het TCHN werden gestaag voortgezet:
• dienstverlening aan de industrie (technologisch advies, veiligheid, normalisatie, enz.) • vrijwillige certificaties (voornamelijk voor kindermeubels) • collectief en individueel onderzoek. Aan het einde van 2005 kunnen we besluiten dat de medewerkers van het TCHN zich volledig ingezet hebben ten dienste van de sector en dat de ondernemingen die beroep op ons hebben gedaan, zeer tevreden waren.
Ir. Alain GROSFILS Directeur
4
1. VOORSTELLING VAN HET TCHN 1.1.
Opdracht Het Centrum is de opdracht die het bij zijn oprichting in 1947 kreeg, trouw gebleven, namelijk technische en wetenschappelijke steun verlenen op alle belangrijke gebieden van de hout- en meubelsector. Uiteraard is het aandachtsveld ondertussen geëvolueerd. De huidige activiteiten van het TCHN behelzen hoofdzakelijk drie hoofdthema’s:
• dienstverlening aan de industrie (technologisch advies en veiligheid), • productcertificatie, • individueel of collectief onderzoek. De kwantitatieve verhouding tussen deze drie pijlers is ongeveer gelijk. Een van de belangrijkste activiteiten van het TCHN is advies geven aan de industrie. Daarvoor moet het TCHN deskundigheid verwerven en behouden op gebieden waar de industrie kennis nodig heeft die ze niet altijd volledig bezit. Deze technische activiteiten houden onder andere in: • gericht antwoord geven op gestelde problemen, • proeven en advies voor de ontwikkeling van nieuwe producten, • normaliseringactiviteiten (het standpunt van Belgische industriëlen verdedigen bij Europese comités en de inhoud van de normen doorgeven aan de Belgische industrie), • de industrie op de hoogte houden van de huidige kennis via artikels, seminaries enz. Veiligheid vormt een belangrijk onderdeel van het advies aan de industrie. De hout- en meubelindustrie brengt immers specifieke risico’s met zich mee waar onze adviseurs zeer goed van op de hoogte zijn. Sinds enkele jaren al kent de productcertificatie een belangrijke uitbreiding. Het TCHN certificeert alle producten op basis van hout en van de meubelsector: • kwaliteit: bouwproducten (ATG), • veiligheid: bouwproducten (CE-markering), meubels, speeltuigen, enz. • milieu: PEFC, • reglementair: houten verpakkingen voor de internationale handel (ISPM15).
Onderzoek was een van de eerste opdrachten van het TCHN en blijft een van zijn belangrijkste activiteiten. Buiten de grote collectieve onderzoeken die verschillende jaren in beslag nemen, heeft het TCHN kleinere onderzoeken uitgevoerd.
5
1.2.
1.2. Afdelingen en enkele belangrijke cijfers De structuur van het TCHN, met deskundigen op alle technische gebieden, beantwoordt aan de eisen van de industrie. Hieronder vindt u de voornaamste afdelingen (met telkens hun voornaamste contactpersoon):
• directie :
A. GROSFILS (
[email protected])
• certificatie :
M. VAN LEEMPUT (
[email protected])
• normalisering :
M. VAN LEEMPUT (
[email protected])
• houttechnologie :
H. COPPENS (
[email protected])
• houten panelen :
W. HAELVOET (
[email protected])
• structuren, bouwelementen :
P. VAN DEN BOSSCHE (
[email protected])
• vloerbedekking :
W. VAN PETEGHEM (
[email protected])
• deuren en gevelelementen :
R. VAN PESTEL (
[email protected])
• meubels :
R. VAN PESTEL (
[email protected])
• speeltuigen :
W. VAN PETEGHEM (
[email protected])
• houtverduurzaming :
M. VAN LEEMPUT (
[email protected])
• veiligheidsadvies :
J. DE CORTE (
[email protected])
Bepaalde activiteiten die beheerd worden door de hierboven vermelde verantwoordelijken verdienen een speciale vermelding zodat de lezer sneller de gespecialiseerde gesprekspartner kan bereiken
• « Chain of Custody » (CoC) PEFC : A. GROSFILS (
[email protected])
• ISPM15 (verpakking) :
M. VAN LEEMPUT (
[email protected])
Het Technisch Centrum der Houtnijverheid (TCHN) heeft het jaar 2005 met volgende cijfers afgesloten:
• personeelsbestand: 18 medewerkers van wie 12 met een universitair diploma. • omzetcijfer: ongeveer 1 700 000 €, dus stabiel tegenover vorig jaar.
6
De inkomsten voor 2005 komen van: • inbreng van de leden (als collectief centrum “de Groote”): 31 % • openbare steun (voor advies aan de industrie én voor onderzoeksprojecten): 24% • facturatie voor dienstverlening (privé): 45 %
1.3.
Technische Comités Omdat het onderzoek van het TCHN zo efficiënt mogelijk wil tegemoetkomen aan de noden van de industrie worden contacten met industriëlen aangemoedigd. Binnen hun opdracht brengen gespecialiseerde medewerkers van het TCHN dikwijls een bezoek aan ondernemingen en nemen ze geregeld deel aan sectorale vergaderingen. Tijdens deze vergaderingen (in feite technische comités van, bijvoorbeeld, beroepsfederaties) wordt het TCHN op de hoogte gebracht van de industriële noden en stelt het Centrum eventueel onderzoeksprogramma’s voor.
2. WERKZAAMHEDEN 2.1.
Productcertificatie De CE-markering van sommige producten (panelen, building kits, enz) uit de sector is al verplicht sinds vorig jaar. Sindsdien zijn er andere producten gevolgd. Trouw aan zijn opdracht van hulpverlening aan de ondernemingen heeft het TCHN de nodige maatregelen getroffen om een certificatie te kunnen aanbieden die aangepast is aan de al van kracht zijnde normen en zich tegelijk ook voorbereid op de gebieden die binnenkort verplicht zullen moeten gecertificeerd worden. Deze dienst omvat niet alleen het oprichten van de nodige administratieve infrastructuur (interne procedures, accreditatie, notificatie) maar ook een aanpassing van de nodige testinfrastructuur om aan de ondernemingen een geïntegreerde hulpverlening te kunnen aanbieden, zodat ze gemakkelijker toegang krijgen tot de CE-markering. In 2005 werden in het Publicatieblad van de Europese Unie de data gepubliceerd waarop normen van kracht worden voor een hele reeks producten op basis van hout. Wat betekent dit voor de houtverwerkingsector? We moeten drie zaken onderscheiden: de al van kracht zijnde documenten, de documenten die in de coëxistentieperiode zijn en degene die er dicht bij staan. Onderstaande tabel zal dit verduidelijken.
7
Al verplichte of toegelaten CE-markering Alle onderstaande normen die een CE-markering specificeren zijn al in voege of bestaan naast andere normen, en de markering is voor deze producten dus verplicht of toegelaten:
8
gebied
voorwerp
Document
Dapp (begin coex.)
DOW (einde coex.)
structuurelement
scheidingsmuur
ETAG 003
01/03/2002
31/03/2004
structuurelement
building kit (geprefabriceerd gebouw)- houtskeletbouw
ETAG 007
23/05/2002
24/05/2004
structuurelement
geprefabriceerde trappen
ETAG 008
16/10/2002
16/10/2004
structuurelement
Licht samengestelde balken en kolommen op basis van hout
ETAG 011
16/10/2002
16/10/2004
structuurelement
building kits (geprefabriceerd gebouw) - stapelbouw
ETAG 012
28/02/2003
28/02/2005
structuurelement
Driedimensionale verbindingsplaten
ETAG 015
01/08/2004
01/08/2007
structuurelement
Lichte zelfdragende panelen
ETAG 016
17/02/2004
structuurelement
Prefab dragende caissonpanelen
ETAG 019
structuurelement
Gelijmd gelamelleerd hout
structuurelement
Naar sterkte geklasseerd timmerhout
structuurelement
Geprefabriceerde dragende delen met hechtplaten
EN 14250
01/09/2005
01/09/2006
structuurelement
Gelamelleerd fineerhout voor dragende toepassingen (Laminated Veneer Lumber - LVL)
EN 14374
01/09/2005
01/09/2006
panelen
Houtachtig plaatmateriaal
EN 13986: 2002
01/04/2003
31/03/2004
panelen
Houtachtig plaatmateriaal
EN 13986: 2004
01/06/2005
01/06/2006
panelen
Materialen voor de warmte-isolatie van gebouwen Fabrieksmatig vervaardigde producten van houtvezel (WF)
EN 13171
01/03/2002
01/03/2003
zolderingen
Verlaagde zolderingen
ramen en deuren
Industriële, commerciële en garagedeuren en –poorten zonder brand- of rookwerende kenmerken
ramen en deuren ramen en deuren
EN 14080
01/11/2006 01/11/2007*
01/04/2006
EN 14081-1
01/04/2007 31/08/2007*
EN 13964
01/01/2005
01/01/2006
EN 13241-1
01/05/2004
01/05/2005
Hang- en sluitwerk – Sluitingen voor nooduitgangen met een deurkruk of een drukplaat
EN 179: 1997
01/04/2002
01/04/2003
Hang- en sluitwerk – panieksluitingen voor nooduitgangen werkend met een horizontale bedieningstang
EN 1125: 1997
01/04/2002
01/04/2003
ramen en deuren
Hang- en sluitwerk – deurdragers
EN 1154: 1996
01/10/2003
01/10/2004
ramen en deuren
Hang- en sluitwerk – elektromagnetisch open-standhouders voor draaideuren
EN 1155: 1997
01/10/2003
01/10/2004
ramen en deuren
Hang- en sluitwerk – regelaars voor de sluitvolgorde van deuren
EN 1158: 1997
01/10/2003
01/10/2004
ramen en deuren
Hang- en sluitwerk – Klepscharnieren met enkelvoudige as
EN 1935: 2002
01/10/2002
01/12/2003
ramen en deuren
Hang- en schuifwerk - Sloten en grendels– mechanisch bediende sloten, grendels en sluitplaten
EN 12209: 2003
01/12/2004
01/12/2005
vloerbekleding
Elastische vloerbekledingen, tapijt en laminaatvloerbekleding
EN 14041
01/06/2005
01/06/2006
vloerbekleding
Elastische vloerbekledingen, tapijt en laminaatvloerbekleding (corrigendum)
EN 14041 / AC: 2005
01/01/2006
01/06/2007
vloerbekleding
Houten vloeren
EN 14342
01/03/2006
01/03/2007
vloerbekleding
Decoratief hoge-druk laminaat (High Pressure decorative laminates - HPL)
EN 438-7: 2005
01/11/2005
01/11/2006
De coëxistentieperiode waarvan hier sprake is, is de periode waarin de CE-markering eventueel samen met een nationale (reglementaire) markering mag aangebracht worden. Voor de begindatum (Dapp – Date of approval) is geen enkele CE-markering toegelaten en na de einddatum (DOW – Date of withdrawal) moet de nationale markering verdwijnen en is de CE-markering verplicht. Dit is echter niet van toepassing op vrijwillige markeringen zoals ATG of BENOR. De data die in bovenstaande tabel met een (*) zijn gemarkeerd betreffen referentiedocumenten die gepubliceerd werden (door CEN of EOTA) maar waarvan men nog niet weet wanneer ze van kracht worden omdat die datum nog niet bekend werd gemaakt door een publicatie in het ‘Publicatieblad van de EU’. De vermelde data zijn de data waarop het TCHN vermoedt dat ze van kracht zullen worden.
Het hoofdstuk ‘Normenantenne’ op de website van het TCHN (www.ctib-tchn.be) vermeldt deze normen en wordt continu geüpdatet. Een deel van deze normen brengt nieuwe verplichtingen met zich mee, of toch zeker verplichtingen die duidelijk strenger zijn dan degene waar de industrie van onze sector op dit ogenblik mee rekening houdt. De medewerkers van het TCHN zijn er zich goed van bewust dat het belangrijk is voor de sector dat de producenten zo snel mogelijk en zo uitvoerig mogelijk geïnformeerd worden. Voor de norm EN 13241-1 bijvoorbeeld (industriële, commerciële en garagedeuren zonder brandwering), waarvoor de markering verplicht is geworden op 1 mei 2005, hebben de medewerkers van het TCHN al veel energie gestoken in informatie, opleiding en proeven (of berekeningen) met het oog op de certificatie.
Behalve CE-markeringen blijven vrijwillige markeringen van bouwproducten mogelijk (Benor, ATG). Hiervoor blijft het TCHN de enige Belgische certificatieverlener voor producten op basis van hout. De vrijwillige certificatie (CTIB-TCHN - label) voor meubels (kinderbedden, stapelbedden enz.) en speelpleintoestellen wordt voortgezet.
2.1.1. Notificatie Om zijn opdracht naar behoren uit te voeren, heeft het TCHN zijn positie op de Europese scène versterkt door zich al in 2002 te laten notificeren (nr. 1161) als certificatie- en inspectieorganisme alsook als proeflaboratorium voor een aantal bouwproducten op basis van hout (in het kader van de richtlijn ‘Bouwproducten’ nr. 89/106) en voor speelgoed (in het kader van de richtlijn ‘Speelgoed’ nr. 88/378). Het gebied dat deze notificatie bestrijkt wordt geregeld uitgebreid naar de verscheidene relevante normen zodra ze officieel worden gepubliceerd.
9
2.1.2. Panelen op basis van hout Het TCHN heeft zijn productcertificatiewerkzaamheden voortgezet, en dit vooral voor: Panelen op basis van hout Alle belangrijke Belgische producenten van panelen op basis van hout zijn door het TCHN gecertificeerd en volgen de regels van norm EN 13986, conform de CE-markeringverplichtingen. Via inspecties en proeven zorgt het TCHN ervoor dat de certificatieregels nagevolgd worden. Vloerbekleding Met de definitieve publicatie van de normen EN 14342: 2005 en EN 14041: 2004 en hun vermelding in 2005 in het Publicatieblad van de Europese Unie, weten vloerproducenten precies welke hun verplichtingen zijn en wanneer ze zullen moeten conform zijn met de specificaties van die Europese normen. In 2005 heeft het TCHN verder inspannigen geleverd om de ondernemingen te informeren en te begeleiden naar de CE-markering, om de nodige proeven uit te voeren, wat veel werk met zich meebracht voor het laboratorium.
Houten constructies (building kits, enz) De ATG-conformiteitcertificatie van houten bouwproducten geldt tegenwoordig voor de productie van bouwelementen met houten structuur of stapelbouwhuizen. We volgen de productie van die elementen dus geregeld op. Voor gebouwen met een houten structuur is de CE-markering al verplicht sinds mei 2004 (volgens ETAG 007). Het TCHN heeft ervoor gezorgd dat het bevoegd is om zulke producten te certificeren. Om tegemoet te komen aan de noden van de industrie bereidt het TCHN samen met de BUtgb de redactie voor van de Europese technische goedkeuringen (ETA) en de certificatie die erop volgt. Als effectief lid van het comité ‘Bouwsystemen’ neemt het TCHN ook deel aan de werkzaamheden van de BUtgb, de enige Belgische ‘approval body’ voor het toekennen van Europese technische goedkeuringen. Bouwelementen Geïndustrialiseerde spanten, dakelementen en elementen in gelijmd gelamineerd hout zijn enkele producten waar voor het TCHN het controlesysteem van de productie inspecteert en proeven uitvoert voor de toekenning van het ATG-label. Brandwerende en anti-inbraakdeuren De certificatie van brandwerende deuren blijft in België de regels volgen van het BENOR-ATG-certificaat. Het TCHN heeft dus haar werkzaamheden als inspectieorganisme en laboratorium voor mechanische proeven gewoon voortgezet. De certificatie van anti-inbraakdeuren conform de Europese normen ENV 1627, ENV 1628, ENV 1629 en ENV 1630 werd in 2004 begonnen en in 2005 voortgezet.
10
Constructiehout Constructiehout is een van die bouwproducten waarvoor een technische goedkeuring (ATG, hout geklasseerd volgens weerstand) bestaat. De firma’s die een ATG hebben, moeten minstens één gekwalificeerde houtsorteerder in dienst hebben. De opleiding (vorming en ondersteuning) van houtsorteerders staat onder de leiding van het TCHN. De Europese norm die een EG-markering tot gevolg heeft, werd in de loop van 2005 gepubliceerd en verplicht België en meer in het bijzonder het TCHN zijn volledige klasseer- en kwalificatiemethode te herzien. Hierover werden verschillende vergaderingen gehouden met de sector en in 2006 zullen we dit werk voortzetten. Houtbescherming De certificatie richt zich eerst op de beschrijving van het beschermingsprocédé, zowel voor preventieve als voor curatieve behandelingen. Met deze eerste stap willen we de conformiteit verzekeren van deze procédés met de specificaties van de Europese normen en nationale teksten voor wat betreft de kwaliteit van de houtbehandeling in functie van zijn later gebruik. Later wordt het gebruik van die procédés door industriële stations en professionelen gecontroleerd tijdens bedrijf- en bouwwerfbezoeken. Tijdens deze bezoeken worden van de producten en van behandeld hout stalen genomen die in onze laboratoria aan een fysische en chemische analyse worden onderworpen. We gebruiken de meest gevoelige analytische methoden. Meubels Net zoals vorig jaar was het voor het proeflaboratorium voor meubels een bijzonder jaar. Omdat er proefcampagnes op grote schaal werden gehouden, maar ook omdat de fabrikanten vroegen om de prestatie van hun producten te bepalen. Het ging vooral om proeven op kinderbedden en stapelbedden, volgens de van kracht zijnde Europese veiligheidsnormen. Speeltuintoestellen De certificatie van speelpleintoestellen en –meubilair werd voortgezet. De cer tificatie richtte zich op speelgoed (EN 71-1, EN 71-2, EN 71-3, e.a.), activiteitsspeelgoed zoals schommels en glijbanen voor privé gebruik (EN 71-8) en speeltuigen voor publiek gebruik (EN 1176). CoC / PEFC – Chain of Custody Om tegemoet te komen aan de vraag van de houtsector heeft het TCHN ervoor gezorgd te kunnen instaan voor de certificatie van de Chain of Custody (CoC) volgens het PEFCsysteem en dit zowel in België als in Frankrijk en in het Groot Hertogdom Luxemburg. Eind 2005 telt men 126 certificaten (42 in België, 82 in Frankrijk en 2 in het Groot Hertogdom Luxemburg), wat van het TCHN het eerste certificatieorganisme maakt in België en het tweede in Frankrijk.
11
Certificatie van houten verpakkingen voor de buitenlandse handel (ISPM 15) De internationale norm ISPM 15 betreffende de preventieve fytosanitaire behandeling van alle verpakkingshout werd door een steeds groter aantal landen aangenomen als een onontkoombare eis om de invoer van producten op hun grondgebied toe te laten. In 2003 al heeft het TCHN op aanvraag van het Federale Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) een certificatieprocedure uitgewerkt waardoor de federale overheid in alle rust haar toestemming kan geven aan ondernemingen die hebben aangetoond dat ze in staat zijn een behandeling toe te passen die beantwoordt aan deze norm, namelijk door de aanbreng van een toegelaten onderscheidend nummer op verpakkingen die conform worden verklaard. Na een flitsende start in 2004, werd deze procedure nog veel meer toegepast in 2005 (+30%). Deze procedure verspreidde zich zowel bij de toepassers van thermische behandelingen als bij de fabrikanten van verpakkingen op basis van behandeld hout. Zo hebben verschillende ondernemingen behandelingsinstallaties aangeschaft om autonoom te kunnen werken. Het TCHN heeft het jaar afgesloten met 80 geldige certificaten en heeft dus bewezen dat het tegemoet kan komen aan de vraag van de ondernemingen én dat het meer dan voldoende flexibel is om een aangepaste oplossing te bieden, zo goed mogelijk rekening houdend met de specificiteit van de sector. 2.2.
Dienstverlening aan de industrie 2.2.1. Technologisch advies De hoogstaande technologische adviesdienst van het TCHN bleef de laatste jaren gericht op alle aspecten van hout en meubilering. De adviesdienst zorgt ervoor dat KMO-problemen rechtstreeks en persoonlijk behandeld worden door een deskundige. Hoewel de voornaamste doelstelling van de adviesdienst erin bestaat de innovatie in de ondernemingen van de sector te ontwikkelen, vormt de ‘trouble shooting’ een uitstekend ‘toegangskaartje’. Dikwijls brengt de oplossing van een praktisch productieprobleem inderdaad een meer substantiële innovatie met zich mee. Buiten deze trouble shooting, houdt de adviesdienst zich op eigen initiatief bezig met thema’s die rechtstreeks te maken hebben met de technologische noden van de sector, zoals o.a. droogtechnieken, nieuwe normen voor het klasseren van loofhout (eik, beuk), het klasseren volgens weerstand, de kwaliteit van hout (volgens de Europese normen en de typisch Belgische klassering).
Specifiek om de innovatie te stimuleren bij de bedrijven in Vlaanderen wordt door het IWT aan het TCHN een kredietlijn toegekend voor het uitvoeren van Grondige Technologische Adviezen waarbij de KMO slechts 20 % van de onderzoekskosten betaalt, weliswaar beperkt in bedrag. Met de GTA wordt ingegaan op detailproblemen in het innovatieproces.
12
2.2.2. Technische specificaties en normalisatie Het TCHN blijft de Europese normalisatiewerkzaamheden volgen en er aan deelnemen om er het standpunt van de Belgische producenten te verdedigen. Vervolgens brengt het TCHN de producenten op de hoogte van de evolutie van de normen. Het 7de jaar op rij bezielt het TCHN de actie ‘Normenantenne’, ondersteund door de Federale Overheidsdienst Economie, met als doel de ondernemingen recente informatie te bezorgen over de evolutie van de normalisatie in onze sector. Over het algemeen wordt deze informatie opgenomen op de website van het TCHN waar ze zoveel mogelijk per thema wordt ingedeeld zodat de ondernemingen ze gemakkelijker zouden vinden. Er worden geregeld studiedagen georganiseerd in functie van de normalisatieactualiteit, om in voorbereiding zijnde documenten te bespreken en er de mogelijke gevolgen voor de ondernemingen uit te leggen. Tijdens deze workshops kunnen ondernemers ook hun suggesties doen zodat we hun standpunten nog meer efficiënt kunnen verdedigen in de werkgroepen en de technische comités van de CEN. Sinds dit jaar neemt het TCHN nog actiever deel aan de TC33 (ramen en deuren) vooral om zo de vragen van de producenten van brandwerende deuren te kunnen beantwoorden. In de sector ‘meubelen’ was er in 2005 de vijfjaarlijkse vernieuwing van een tiental normen waaronder kinderbedden, stapelbedden en buitenmeubels die voor het TCHN ‘klassiekers’ zijn. Wat vloerbekleding betreft, werden een pak normen herzien, o.a. productnorm laminaatvloer. In 2005 werd de STS 04 herschreven, waarbij werd rekening gehouden met de Europese normen. Hoewel de sector panelen bijvoorbeeld een traditionele sector is, werden innoverende producten op de markt gebracht, die verschillen van de producten beschreven in de Europese normen. Dit bewijst het nut van het ATG-systeem en een lastenkohier (STS) die de certificatie van die producten mogelijk maken. Het TCHN heeft zich voorbereid om te kunnen beantwoorden aan de oproep van de NBN (een nieuw Belgisch normalisatieorganisme dat de BIN zal vervangen) zodra deze werkzaam zal zijn, met het doel nog actiever deel te nemen aan de normalisatiewerkzaamheden. 2.2.3. Proeven, raadgevingen en bijzondere onderzoeken In deze paragraaf komen alle activiteiten aan bod die niet passen in grote gestructureerde programma’s, bijvoorbeeld gerichte laboratoriumtesten, kleinschalige onderzoeken, expertisen. Buiten de collectieve onderzoeken kunnen ondernemingen of ondernemingsgroepen ook een beroep doen op het TCHN voor kleinschalige onderzoeken voor hun eigen rekening. Deze studies gebeuren in de grootste vertrouwelijkheid. De constante evolutie op het gebied van technologie en normalisatie maakt dat er jaarlijks een hele reeks onderzoeken worden uitgevoerd. Het confidentiële karakter van deze werkzaamheden maakt dat we er weinig kunnen over schrijven, ook al maken ze een groot deel uit van de activiteiten van het TCHN.
13
2.2.4. Laboratoria In het laboratorium van het TCHN worden twee soor ten proeven uitgevoerd: fysische/mechanische en chemische. Deze proeven maken soms deel uit van een collectief onderzoekprogramma, soms worden ze voor specifieke klanten uitgevoerd. Onze inspanningen voor de accreditatie van het laboratorium maken dat deze proeven worden uitgevoerd volgens de strikte procedures van een geaccrediteerd kwaliteitssysteem. De productcertificatie is de belangrijkste activiteitenbron van het laboratorium geworden. Laten we enkele merkwaardige elementen aanhalen voor 2005.
Meubels Binnen het domein mechanische testen voert het TCHN vnl. duurzaamheids- en veiligheidstesten uit. Over het algemeen volgen we de Europese normen, doch sporadisch wordt ook getest volgens de internationale ISO-standaard of Duitse DINstandaard. Het aandeel van specifieke veiligheidstesten is de laatste 5 jaar met ruim 80 % toegenomen. Waarschijnlijk door het beter afstemmen van de normen op de realiteit maar ook door de toenemende plichtsbewustheid, en dit vnl. naar gebruiksveiligheid toe. Meubels die beschouwd worden als kindermeubel, vormen het meest gevraagde testobject in het laboratorium. Voorbeelden hiervan zijn speelparken, babybedden, veiligheidshekken enz. Het TCHN is fier op de uitbreiding van de testunit, specifiek naar het testen van deze kindermeubels. Zo werd in 2005 een nieuw schoklichaam voor veiligheidshekken in dienst genomen. De veralgemening van de veiligheidszorg en van kwaliteit- en veiligheidslabels als commercieel argument heeft de fabrikanten ertoe gebracht validatieproeven te laten uitvoeren. De mogelijkheden zijn zeer talrijk en de meest gevraagde proeven staan in onderstaande tabel. Product Kinderbedden Verzorgingstafels Speelparken Eetstoelen Stapelbedden Keukenmeubels Kasten Bedden Hospitaalbedden Tafels Buitenmeubels Bureelmeubels
14
Domeinen Mechanische en veiligheidsaspecten Veiligheid en sterkte Veiligheid en sterkte Veiligheid en sterkte Mechanische en veiligheidsaspecten Veiligheidsaspecten Mechanische en veiligheidsaspecten Mechanische aspecten Mechanische en veiligheidsaspecten Mechanische aspecten Mechanische en veiligheidsaspecten Mechanische en veiligheidsaspecten
Referentie EN 716 EN 12221 EN 12227 EN 1178 EN 747 EN 1153 EN 1727 EN 1725 EN 1970 EN 1730 EN 581 EN 1023
MEUBELTESTEN in 2005 48% tuinmeubel kinderbed stapelbed
7%
verzorgingstafel speelpark
7% 7% 12% 10%
2%
7%
veiligheidshekken stoel tafel
Een nieuwe trend is de zgn. small-scale pretesting: alvorens een fabrikant of ontwerper zijn volledig meubel aan de testen van de norm onderwerpt worden een aantal kritische punten vooraf getest. Zo wordt bvb. een welbepaalde lijm- of schroefverbinding veelvuldig beproefd alvorens deze toe te passen in het volledige meubel. Het chemische laboratorium voerde met betrekking tot meubelen voornamelijk analyses uit volgens EN 71-3 (bepalen giftige bestanddelen). Afwerking Een groot aantal testnormen op gebied van afwerking werd in 2005 aangepast of ontwikkeld. Het TCHN volgde deze ontwikkelingen op de voet en investeerde verder in deze richting. Gesteund door een nieuwe medewerker die zich op dit onderwerp toespitst, hopen wij de industrie in de toekomst nog beter van dienst te zijn via technologisch advies, projecten, expertise en testmogelijkheden in ons onafhankelijk labo. Naast onderstaand uittreksel uit onze proevenreeks kan het TCHN ook volgens andere Europese en nationale normen testen ( DIN, NF, etc).
15
Product
Karakteristiek
Referentie
HPL
Testmethode
EN 438-2
HPL
Classificatie en specificaties
Gemelamineerde platen
Testmethode
EN 14323
Gemelamineerde platen
Specificaties
EN 14322
Meubel
Beoordeling van de invloed van lichtweerstand
Meubel
Beoordeling van de oppervlakteglans
EN 13722
Meubel
Beoordeling van de oppervlakteweerkaatsing
EN 13721
Meubel
Beoordeling van de oppervlakteweerstand tegen droge hitte
EN 12722
Meubel
Beoordeling van de oppervlakteweerstand tegen koude vloeistoffen
EN 12720
Meubel
Beoordeling van de oppervlakteweerstand tegen natte hitte
EN 12721
Meubel
Lichthechtheid
Meubel
Krastest
Meubel
Schuurweerstand
EN 438-2
Meubel
Schuurweerstand
CEN/TS 15185
Meubel / speelgoed
Migratie van sommige elementen
Verf en vernis
Cross cut
EN ISO 2409
Verf en vernis
Krastest
EN ISO 1518
Verf en vernis
Beproeving door vallend gewicht
EN ISO 6272
EN 438-3 tem EN 438-7
prEN 15187
EN ISO 105 CEN/TS 15186
EN 71-3
Vloerbekledingen De wederom verhoogde activiteit op het gebied van vloerbekleding heeft twee hoofdredenen. Enerzijds werd het TCHN afgelopen jaar al veelvuldig gecontacteerd als “Notified Body” in het kader van de op til zijnde CE markering voor laminaatvloer, fineervloer en massief houten vloer. Anderzijds was er dit jaar meer dan ooit een vraag naar het evalueren van nieuw ontwikkelde producten zoals het hout - plastiek composiet (WPC – Wood Plastic Composite).
TESTEN VLOERBEKLEDING 2005 19%
parket
33%
laminaatvloer andere
48%
16
Daarnaast waren er natuurlijk de klassieke laboratoriumactiviteiten in het kader van expertises en productcertificatie. In onderstaande tabel wordt een korte samenvatting gegeven van mogelijkheden op vlak van certificatie en beproeving. Product
Karakteristiek
Referentiedocument
Laminaatvloer
Specificaties, vereisten en testmethodes
EN 13329
Laminaatvloer
Gezondheid, veiligheid en energiebesparing : specificaties
EN 14041
Laminaatvloer
Formaldehyde-emissie
EN 717-1
Laminaatvloer
Formaldehyde-emissie
EN 717-2
Laminaatvloer
Bepaling van de wrijvingscoëfficiënt
EN 13893
Vloerbekleding in houtfineer
Qualification Wood veneer floor covering
EN 14354
Houten vloer en parket
Karakteristiek, evaluatie van de overeenstemming
EN 14342
Houten vloer en parket
Bepaling van de dimensionele stabiliteit
EN 1910
Houten vloer en parket
Bepaling van de geometrische karakteristieken
EN 13647
Houten vloer en parket
Bepaling van het vochtgehalte (ovendroog)
Houten vloer en parket
Bepaling van de hardheid (brinell)
Houten vloer en parket
Bepaling van de slijtweerstand
Houten vloer en parket
Bepaling van de buigsterkte
EN 1533
Houten vloer en parket
Bepaling van de weerstand tegen chemische agentia
EN 13422
Houten vloer en parket
Bepaling van de slipweerstand
EN 1339
EN 13183-1 EN 1534 ENV 13696
Testen industriële en garagepoorten In 2005 werd de omvang van de EU - notificatie uitgebreid met activiteiten als Belgisch testlaboratorium m.b.t. productnorm EN 13241–1. Deze productnorm kadert in de toepassing van de Europese Bouwrichtlijn (BPR) en de verplichte aanbreng van de CE – markering en dekt de “industriële, commerciële en garagedeuren en –poorten – Deel 1: producten zonder brand- of rookwerende kenmerken”. Motorisatie en sturingen van niet manuele deuren en poorten vallen ook onder de laagspanning-, EMC – en machinerichtlijn die als richtlijn dienen gevolgd te worden bij het opstellen van een technisch -en risico - analyse dossier. Vanaf 1 mei 2005 werd de conformiteit van de door de norm EN 13241-1 vermelde producten met de bouwproductenrichtlijn eveneens verplicht. Industriële, commerciële en garagedeuren en -poorten (zowel manueel als automatisch) vallen onder het systeem 3 van de bouwproductenrichtlijn. Hier dienen de initiële typeproeven (ITT testen) uitgevoerd te worden door een “notified body” (genotificeerde instantie). Gezien de complexiteit m.b.t. toepassing van 3 verschillende richtlijnen was de adviserende functie van het TCHN hier meer dan nodig.
17
Volgende karakteristieken werden door het TCHN getest en / of berekend: - Weerstand tegen windbelasting. - Vrijkomen gevaarlijke stoffen. - Waterdichtheid. - Thermische weerstand. - Luchtdichtheid. - Veilig openen. - Bedieningskrachten. Een tiental fabrikanten vonden hun weg naar het testlaboratorium. 2.2.5. Veiligheidsadvies De kwaliteit en specificiteit van onze veiligheidsadviseurs worden unaniem gewaardeerd door de leden van de dienst Veiligheidsadvies. Onze adviseurs hebben inderdaad een diepgaande kennis van de specifieke veiligheidsproblemen in de hout- en meubelsector. Ze staan bekend om hun praktische en bruikbare raadgevingen en voor hun informatie op maat van de sector.
2.3.
Onderzoekprogramma’s Hoewel het geen exclusiviteit is, geeft het TCHN de voorkeur aan het voortzetten van collectieve onderzoeksprogramma’s die van invloed kunnen zijn op alle ondernemingen van een industriële (sub)sector. Het is in die geest dat we de programma’s CompoFloor (prenormatieve aanpak van de berekening- en gebruiksregels voor gemengde hout-beton vloeren) en AssessWoodCoat (voorspellende evaluatie van de prestaties van afwerkingsystemen voor buitenschrijnwerk) hebben voortgezet in samenwerking met onze partners, ondernemingen, onderzoekcentra en universiteiten. Op Europees niveau werkt het TCHN mee aan een programma dat zich tot doel stelt het onderzoek te vergemakkelijken door de inbreng van een Europees laboratorium of onderzoekcentrum dat een specifieke expertise bezit. Dit project, InnovaWood SSA genaamd, waar een twintigtal vooraanstaande actoren uit de Europese houtbewerkingsector aan meewerken, stelt zich tot doel een gereedschap te ontwikkelen waarmee ondernemingen in alle discretie hun gewenste partner zullen kunnen zoeken. Het programma Interreg dat sinds 2003 zowel in Frankrijk als in Wallonië wordt gevoerd, in samenwerking met verschillende technische instituten en technisch-economische regionale
18
animatiecentra, streeft met succes zijn doelstellingen na. Met dat programma wil het TCHN vooral aan ondernemingen een analyse aanbieden van hun noden aan software voor het ontwerpen (CAD), het tekenen (CAD) en het fabriceren (CAD) om ze op die manier de meest aangepaste oplossingen te kunnen voorstellen. Daarom stelt ons team een permanente inventaris op, en een evaluatie van verschillende soorten op de markt aangeboden software zodat de ondernemingen de beste raad kan gegeven worden. Men kan meer infor matie vinden over dat programma op http://www.ctibtchn.be/interreg3/frames/f_int3_F.htm. Van de onderzoeken die in 2005 werden ondernomen, willen we degene aanhalen die werd gevoerd op aansporing van het BIM en die tot doel had de invloed te bepalen van de werkzaamheden van de houtbewerkingsector op verschillende aspecten van het milieu. Hierdoor kunnen regionale overheden de sector relevante informatie bezorgen zodat die invloed zoveel mogelijk beperkt kan worden zonder dat de concurrentiekracht van de sector ondermijnd wordt. In 2005 heeft het TCHN twee andere prenormatieve onderzoeken voortgezet: een over de evaluatie van de prestaties van inbraakvertragend schrijnwerk en een ander dat de stijfheid van dak- en vloerpanelen wil bepalen en dat begonnen is in november 2005. Dit laatste onderzoek heeft als doel Eurocode 5 te vervolledigen met Belgische nationale specificaties op het gebied van stijfheid. Kleinere collectieve onderzoeken werden ook uitgevoerd in 2005. Daarvan zijn de resultaten dus veel sneller beschikbaar. Op het gebied van panelen bijvoorbeeld, was er een onderzoek over de invloed van de afwerking van panelen met een laag gelijmd hout aangebracht door middel van een aminoplast lijm. Uit de resultaten blijkt niet alleen dat er geen zekerheid is over de mechanische eigenschappen, maar vooral een grote onzekerheid wat betreft de emissie van formaldehyde. Een productiecontrole is geboden. Het TCHN neemt ook deel aan twee onderzoeksprogramma’s van EPF (Europese federatie van paneelproducenten):
1. Wet bending: het doel van dit onderzoek is een unieke proefmethode te ontwikkelen voor alle soorten panelen en de aangepaste specificaties te bepalen. De wet bending-methode zal twee vroegere methodes vervangen, die voorlopig als evenwaardig werden beschouwd, namelijk de proef met kokend water en de cyclische proef. 2. Een onderzoek naar het verband tussen de Europese formaldehydemeetmethodes en de ISO-methode ‘Droger’. Het doel van dit onderzoek is de ‘perforator’-methode te vervangen door een eenvoudiger methode die minder impact heeft op het milieu en beter overeenstemt met de moeder-methode EN 717-1.
19
In 2005 werden allerlei onderwerpen voor beperkt onderzoek aangeboden voor financiering door het IWT van de ‘GTA’ (grondige technologische adviezen): invloed van de lijmkeuze en de temperatuur op het fineren van panelen, ontwikkeling van een innoverend deurontwerp, maakbaarheid van gelijmde gelamelleerde elementen in tropisch hout voor structurele binnentoepassingen, belastingprobleem in het kader van duurzame en veilige ontwikkeling van borstelstelen, rekenmethode voor de inklemminggraad van een trede in berkenhout voor een ladder van een nieuwe speelpleinuitrusting, onderzoek naar het stabiliteitsgedrag van een innoverend element met isolatie in een stapelbouwmuur, ontwerp van een brandwerend deurgeheel met vermindering van de gebruikte materialen, evaluatie van de mechanische belasting voor een nieuw type traptredenprofiel.
2.4.
Samenwerking 2.4.1. Verenigingen : Als Belgisch centrum voor hout- en meubeltechnologie bij uitstek neemt het TCHN deel aan de activiteiten van vele Belgische en buitenlandse verenigingen: • in België : • UCRC (Unie van Collectieve Researchcentra): beheerder • VLOOT (Vlaamse Overkoepelende Organisatie van Technologieverstrekkers): bestuurder • ACCORD-WALLONIE (Association de Centres Collectifs de Recherche concernés par le Décret Wallon): bestuurder • CERTIBEL (Groepering van de geaccrediteerde certificatie- en inspectie-instellingen in België): bestuurder • BUCP (Belgian Union of Certification and Attestation Bodies for Construction Products): lid • ABPB – BVHB (Belgische Vereniging voor Houtbescherming): voorzitter • in het buitenland: • InnovaWood (Europese vereniging van onderzoek- en opleidingscentra voor de bos-, hout- en meubelsector): executive director.
20
2.4.2. Samenwerking : Het TCHN is ook actief in volgende organisaties : • in België : • OCH (Opleiding Centrum Hout), waarvoor het TCHN opleiders levert, • BUtgb - UBAtc (Belgische Unie voor de technische goedkeuring in de bouw) die de ATG’s beheert, “approval body” is voor de aflevering van Europese goedkeuringen ETA en waar het TCHN het enige erkende organisme is voor de houtsector, • IBN – BIN: deelname aan de werking van verscheidene werkgroepen en lid, • TCB – Technische Commissie voor de Bouw: vertegenwoordiger van de UCRC, • CPS – Waalse Gewest: vertegenwoordiger van de UCRC, • BQA (Belgian Quality Association), certificatieorganisme voor systemen: bestuurder, • RECYWALL (vereniging van expertisecentra voor het recycleren van afval): bestuurder. • in het buitenland: • Europese Comités COST FFP TC (Forest & Forest products Technical committee) en COST E24, E29, E31, E34, E37, E44, E49, E53; • Verscheidene normalisatie- WG’s (working groups) van het Europees Comité voor normalisatie (CEN) : TC33 / WG2 & WG5 (doors, …), TC38 (wood preservation), TC112 (wood based panels), TC124 (timber structure), TC134 / WG9 (resilient textile and laminate floor covering), TC175 (round & sawn timber), TC193/SC1 (wood adhesives), TC250 (eurocodes), • EU – Group of Notified Bodies for the CPD: - SG 20 (wood based panels) - SG 18 (structural timber products) • Gelijksoortige buitenlandse instellingen (onderzoekcentra en certificatieorganismes) in het kader van onderzoek-, certificatie-, inspectie- of laboratoriumactiviteiten.
21
3. PUBLICATIES In verband met zijn opdracht, namelijk de industrie inlichten, publiceert het TCHN regelmatig artikels in de gespecialiseerde pers en organiseert het of neemt het als spreker deel aan studiedagen. In 2005 heeft het TCHN verder voor een belangrijk aandeel gezorgd van het succesvolle driemaandelijks tijdschrift ‘Houtnieuws’. In bijna elk nummer heeft het TCHN een technisch artikel gepubliceerd. RE N , EN EN , VU ® EA IN GR , ... NA L IGN ED C ED AR D E C OL UM ® ZE LIA , R OO D W DO UK , AF O PA , RM HE EIK T K IN LA RIK S , EN NU OO HN TC T HE DO OR GE TE ST 1 KO LO M RA CH T OP DR AA GK NE A . BE 20 .0 00 KG LU MN A - LIG WW W. CO
Verschillende artikels en presentaties ter gelegenheid van studiedagen over onderwerpen die de sector aanbelangen en de activiteiten van het TCGN werden ook in andere tijdschriften gepubliceerd.
Elke maand publiceert het TCHN de nieuwsbrief “CTIB-TCHN NEWS” die onze relaties en de pers inlicht over sommige bijzondere acties van het TCHN of over nieuwe elementen in de technische actualiteit die voldoende belangrijk zijn.
De website van het TCHN (www.ctib-tchn.be) geeft niet alleen een overzicht van de geboden diensten maar vormt ook een informatiebron voor de sector. De site wordt door regelmatige bijdragen geüpdatet. Er werd bijzondere aandacht besteed aan een snelle synthese van wereldwijd gepubliceerde informatie over de lokale toepassingen van de reglementering op de markering van houten verpakkingen voor de buitenlandse handel (norm ISPM 15), zodat onze exportbedrijven niet in de fout gaan. De lijst door het TCHN gecertificeerde producten wordt ook geüpdatet zodat deze voor de sector en zijn klanten belangrijke informatie steeds geldig blijft.
22
Concept and Printing Scagraphic 2005.
Hof ter Vleest dreef, 3 B-1070 Brussel Tel . : + 32 2 558.15.50 Fax : + 32 2 558.15.89
[email protected]
www.ctib-tchn.be