Jaarverslag 2014
Jaarverslag 2014
Jaarverslag Ascert 2014 Inhoud 3 5
Voorwoord
Asbest
7
De rol van Ascert bij de verwijdering van asbest
12 16 23
Hoe werkt Ascert? Het jaar 2014
24 27
Bijlagen
Certificaten
Jaarverslag 2014
Afkortingen
Colofon Redactie en lay-‐out
: tekst & vormgeven (tekstenvormgeven.nl)
2
Voorwoord In dit jaarverslag leest u weer het nodige over het werk dat Ascert in 2014 heeft verricht. Toch wil ik ook een kort uitstapje maken naar 2015 om te benadrukken dat Ascert haar positie in de asbestwereld steeds meer verstevigt en voor alle partijen een bindende factor vormt. De erkenning voor de positie van Ascert werd zichtbaar tijdens de vakbeurs Asbestos 2015, de eerste vakbeurs over asbest in Nederland. Ascert had de eer om deze bijzondere vakbeurs te mogen openen. Dat was voor mij tevens een mooie gelegenheid stil te staan bij 20 jaar asbestverwijdering. Vanaf 1994, toen asbest niet meer mocht worden toegepast, zijn er veel nieuwe bedrijven opgericht die in de gehele keten van inventariseren en verwijderen tot deponeren hun aandeel hebben opgeëist. Ieder met hun eigen (soms tegenstrijdige) belangen en wensen. In dat speelveld is Ascert uitgegroeid tot een organisatie die een constructieve rol vervult in de professionalisering van de asbestbranche. Ook de komende decennia wacht de branche veel werk. De overheid stimuleert sanering, ook waar nog geen direct gevaar voor de volksgezondheid dreigt. Zo staan de komende jaren veel schoolgebouwen op de nominatie voor vervanging of renovatie. Ook in de scheepvaart en industrie gaat de asbestsanering onverminderd door. Met als voornaamste doel de gezondheidsrisico’s zoveel mogelijk te beperken. Binnen de branche is Ascert al jaren bezig om alle belanghebbenden te betrekken bij de totstandkoming van certificering van de diverse activiteiten. Dat gaat niet altijd snel maar kweekt wel begrip voor elkaar en leidt tot nieuwe inzichten. Daarbij is het van groot belang dat wij elkaar ontmoeten en met elkaar in contact blijven. In deze jonge bedrijfstak wordt nog regelmatig meer over dan met elkaar wordt gesproken. En dan gaat het vaak over dingen die niet goed gaan, terwijl er ook het nodige wel goed gaat! Het wordt dan ook tijd respect te hebben voor alle deskundigheid en ervaring die aanwezig is in een bedrijfstak die in maatschappelijke zin goed werk verricht door Nederland te ontdoen van asbest. Het jaar 2014 heeft naast veel regulier werk ook een aantal bijzondere uitdagingen gebracht. Stichting Ascert is intensief betrokken geweest bij het aanscherpen van de grenswaarden en de gevolgen die dat heeft voor veel handelingen binnen de asbestketen. Zo zal er steeds meer aandacht moeten komen voor bronmaatregelen om de emissie van vezels zo laag mogelijk te houden. Ook tijdens het jaarlijkse symposium van Ascert is uitgebreid aandacht besteed aan dit onderwerp en dan vooral aan onderzoek naar bronmaatregelen. 3
De onderzoeksresultaten werden gepresenteerd en de eerste voorzichtige conclusies werden getrokken. De resultaten zijn bemoedigend, maar nader onderzoek is zeker nodig. In het jaarverslag leest u hier meer over. Voor verscheidene wettelijke schema’s wil Stichting Ascert streven naar een beschrijving op hoofdlijnen. Doel is gedetailleerde uitwerkingen per onderwerp bij voorkeur in documenten vast te leggen, die wat makkelijker geactualiseerd kunnen worden. Overleg met het ministerie moet uitwijzen welke onderwerpen hiervoor in aanmerking komen en in welke vorm dit het beste kan plaatsvinden. Op het gebied van adembescherming is door Stichting Ascert en de asbestbranche een campagne ontwikkeld waarin professionals leren bewust om te gaan met hun masker. Ook hierover kunt u meer lezen in dit jaarverslag. Ascert wil graag haar inspanningen blijven leveren om de asbestketen optimaal te laten functioneren. Dat betekent dat alle schakels even sterk moeten zijn en de verbindingen op orde. Dat betekent ook voortdurend op zoek zijn naar nieuwe mogelijkheden om de schakels en de keten als geheel te verstevigen. Die innovatie is niet alleen technisch van aard maar zeker ook organisatorisch. Misschien is de grootste innovatie wel het elkaar ontmoeten en in het belang van de gehele keten samenwerken aan een asbestloze toekomst. Kees van Dongen,
voorzitter Ascert
4
Asbest Gebruik van asbest Aan het gebruik van asbest kwam per 1 juli 1993 een einde door een wettelijke verbod. In totaal is in Nederland ongeveer 4,3 miljoen ton aan asbesthoudende producten geproduceerd. Daarvan is bijna 1 miljoen ton geëxporteerd, maar tegelijk werd 4,4 miljoen ton asbesthoudende producten geïmporteerd. Daarmee komt de balans uit op ruim 7,7 miljoen ton aan asbesthoudende producten, die in ons land zijn verwerkt. Dit komt overeen met 1,3 miljoen ton asbestvezels. In Nederland is het gebruik van asbest dus al 20 jaar verboden. Maar daarmee is het probleem niet opgelost. Het veilig verwijderen van asbest, bijvoorbeeld uit gebouwen, zal nog jaren in beslag nemen. Effecten van asbest op de gezondheid Zolang asbest in gebonden toestand verkeert, is er geen gevaar voor de gezondheid. Als losse asbestvezels worden ingeademd lopen zij vast in de kleine luchtwegen en longblaasjes. Als gevolg van blootstelling aan asbest kunnen verschillende asbestziekten ontstaan. De meeste ziekten openbaren zich pas tientallen jaren nadat de blootstelling aan asbest heeft plaatsgevonden en zijn niet of nauwelijks te genezen. De kans op het krijgen van asbestziekten is afhankelijk van de totale hoeveelheid ingeademde asbestvezels. Voor een blootstellingsniveau van asbest worden in Nederland grenswaarden gehanteerd. In navolging van een advies van de Gezondheidsraad is een verlaging van de grenswaarden voor asbest gedurende het verslagjaar in voorbereiding geweest. Het ministerie van SZW heeft besloten tot een gefaseerde invoering van de nieuwe grenswaarden: 1 juli 2014 (voor chrysotiel) en 1 januari 2015 (voor amfibole asbest). 5
Verwijdering asbest In Nederland dient alle asbestafval gestort te worden. Asbest valt onder de ‘gevaarlijke afvalstoffen’ en mag alleen gestort worden op een gespecialiseerde stortplaats. Er bestaan in Nederland een beperkt aantal stortplaatsen die gevaarlijk afval accepteren. Diverse onderzoeken in het recente verleden hebben aangetoond dat veel verwijdering van asbest illegaal gebeurt en dat de wettelijke voorschriften onvoldoende worden nageleefd. Ascert wil graag zicht houden op de gehele keten en heeft om deze reden ook de groep van recycle -‐en afvalverwerkende bedrijven gevraagd zitting te nemen in het Centraal College van Deskundigen van Ascert. Deze vertegenwoordiging levert mede een bijdrage aan het terugdringen van illegaal afval door het sluiten van de keten. Asbestwetgeving in Nederland De kern van de Nederlandse asbestregelgeving is het verbod op het bewerken, verwerken of in voorraad houden van asbest of asbesthoudende producten. In arbeidssituaties geldt het Arbobesluit, ook wanneer niet direct met asbest gewerkt wordt, bijvoorbeeld wanneer blootstelling plaatsvindt doordat men werkt in een bedrijfsruimte of gebouw waar asbest is aangebracht als brandwerend middel. Deze regulering is specifieker vastgelegd in de certificatieschema’s die Ascert beheert. Daarnaast is het Asbestverwijderingsbesluit uit 2005 van kracht en milieuwetgeving in verband met de afvalstoffenregulering. Verder vindt er normstelling plaats door bijv. NEN-‐ normen waarnaar verwezen wordt in de certificatieschema’s. Op 1 juli 2014 is het Arbobesluit aangepast in verband met de invoering van de strengere grenswaarden voor chrysotielasbest. In 2015 wordt een verdere aanpassing van het Arbobesluit verwacht in verband met de invoering van de strengere grenswaarden met betrekking tot de amfibole asbestsoorten.
6
De rol van Ascert bij de verwijdering van asbest Verantwoord verwijderen van asbest De overheid wil blootstelling aan asbestvezels voorkomen en asbest zo veel mogelijk verwijderen uit de leefomgeving. Dit moet verantwoord gebeuren. Daarom gelden er strenge regels voor asbestverwijdering. Dit mag alleen maar gebeuren door gecertificeerde bedrijven. Ascert is door de overheid aangewezen om hiervoor de regels op te stellen, samen met alle ketenpartners. Deze regels worden vastgelegd in de certificatieschema’s. In 2014 heeft Ascert hard gewerkt aan het aanpassen en verduidelijken van diverse schema’s. Het Centraal College van Deskundigen van Ascert heeft in december de nieuwe schema’s SC-‐540 (Asbestinventarisatie), SC-‐530 (Asbestverwijdering) en SC-‐520 (Deskundig Asbest Verwijderaar) vastgesteld. Deze schema’s zijn aangeboden aan het ministerie van SZW.
Voor verscheidene wettelijke schema’s wil Stichting Ascert streven naar een beschrijving op hoofdlijnen. Doel is gedetailleerde uitwerkingen per onderwerp bij voorkeur in documenten vast te leggen die wat makkelijker geactualiseerd kunnen worden. Overleg met het ministerie moet uitwijzen welke onderwerpen hiervoor in aanmerking komen en in welke vorm dit het beste kan plaatsvinden. 7
Asbestverwijdering inzichtelijk via landelijk asbestvolgsysteem (LAVS) Het Landelijk Asbestvolgsysteem is een web-‐applicatie die de rijksoverheid ontwikkelt met bedrijven uit de gehele asbestverwijderingsketen. Het systeem faciliteert de informatie-‐ uitwisseling tussen partijen in de asbestketen. Doel is alle handelingen met asbest zoals lokaliseren, inventariseren en verwijderen te vereenvoudigen door alle beschikbare informatie centraal en uniform beschikbaar te hebben. Gecertificeerde bedrijven en opdrachtgevers kunnen het Asbestvolgsysteem gebruiken en wisselen op deze manier informatie uit over de verwijdering en sanering van asbest. Daarnaast verbetert het systeem het toezicht op de asbestketen. Tijdens het verwerken van asbest bij specifieke projecten is alle informatie beschikbaar voor de betrokken partijen. Asbestverwijderaars en -‐inventariseerders moeten gecertificeerd zijn voor de uitvoering van asbestwerkzaamheden conform de certificatieschema’s Sc 530 en Sc 540. In die certificatie-‐ eisen is opgenomen dat deze bedrijven verplicht met LAVS moeten werken op het moment dat het LAVS een goed, landelijk werkend systeem is. Vanaf dat moment is het proces dus voor de ketenpartijen te volgen. In de loop van 2014 is versie 3.0 uitgebracht. De verplichtstelling is in 2014 nog niet in werking getreden. Uitvoering en Beheer De ministeries van Infrastructuur en Milieu (I&M) en Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van het project LAVS. Ascert is nauw betrokken bij de ontwikkelingen, net als woningcorporaties, asbestverwijderaars, asbestonderzoeksbedrijven, laboratoria, inspectie-‐instellingen en sloopaannemers. De verplichte invoering van LAVS is uitgesteld totdat er een versie beschikbaar is, die voor de praktijk alle benodigde faciliteiten biedt. Ook wordt nog gewerkt aan verplichtstelling in diverse andere wetgeving. Het eigendom van LAVS inclusief regulier beheer en de financiën blijven bij het ministerie van Infrastructuur en Milieu. Het technisch beheer is in 2014 overgeheveld naar Rijkswaterstaat. Van het totale onderhoud en beheer wordt verwacht dat dit door het ministerie zelf wordt opgepakt. 8
Positie Ascert Binnen het werkveld asbest speelt Ascert een coördinerende en faciliterende rol met betrekking tot de wettelijk verplichte certificatie van: • Deskundige asbestverwijderaar (DAV); • Deskundig toezichthouder asbestverwijdering (DTA); • Asbestinventarisatie (AIB); • Asbestverwijdering (AVB) en voor de niet wettelijk verplichte schema’s: • Deskundig inventariseerder asbest (DIA) • Asbestdeskundige (ADK) • Deskundig asbest acceptant (DAA) Daarnaast treedt Ascert binnen het werkveld op als coördinerend platform. Het bestuur van de stichting streeft naar een voor alle betrokkenen duidelijke werkstructuur. Haar beleid is erop gericht de communicatie tussen betrokkenen (o.a. overheid en bedrijfsleven) te verbeteren. Sleutelwoorden daarbij zijn doorzichtigheid, eenduidigheid, betrouwbaarheid, onafhankelijkheid, volledigheid en respect voor de eigen verantwoordelijkheid en bevoegdheid van de betrokkenen. Een belangrijk middel dat daarbij ingezet wordt is de website van Ascert: www.ascert.nl Actieve spelers in het werkveld Binnen het werkveld asbest zijn verder de volgende spelers actief: Asbest verwijderen In Nederland zijn ruim 300 gecertificeerde asbestverwijderingsbedrijven actief. Bij deze bedrijven werken circa 2000 DTA’ers (Deskundig Toezichthouder Asbestverwijdering) en circa 4000 DAV’ers (Deskundig Asbest Verwijderaar). Een deel van deze bedrijven is georganiseerd in de brancheverenigingen VVTB, VERAS en VAVB. 9
Asbestinventarisatie Het gaat hier om meer dan 100 gecertificeerde inventarisatiebedrijven, waarvan een deel is georganiseerd in de brancheorganisatie VOAM-‐VKBA, de Vereniging Kwaliteitsborging Asbestonderzoek. Laboratorium Nederland telt 21 geaccrediteerde laboratoria, waarvan het merendeel is aangesloten bij de branchevereniging FENELAB-‐asbest (12 leden). Samenwerking met het ministerie van SZW Ascert werkt als beheerstichting in opdracht van het ministerie van SZW. Sinds 2012 is de samenwerking geformaliseerd in een convenant, waarin de taken en verantwoordelijkheden van Ascert zijn vastgelegd. Tot de belangrijkste taken van Ascert behoren: • het uitwerken, vaststellen, ter beschikking stellen en beheren van werkveldspecifieke certificatieschema’s • communicatie over deze schema’s • het afsluiten van een (standaard) overeenkomst met elke certificatie-‐instelling die voor aanwijzing door SZW in aanmerking komt met het oog op de uniforme toepassing van de werkveldspecifieke certificatieschema’s • het bijhouden van een openbaar register van de certificaten die op grond van de door Ascert vastgestelde certificatieschema’s zijn verstrekt, alsmede van de instellingen die ze hebben verstrekt. Ascert voorziet tevens in een informatiepunt over die certificatieschema’s • de zorg voor een behoorlijke (financiële) administratie en registratie van werkveldspecifieke certificatieschema’s. Ascert heeft geen formele toezichthoudende taak in relatie tot een certificatie-‐instelling. SZW kan Ascert in dit verband wel vragen nadere voorstellen te doen met betrekking tot werkveld gerelateerde regelgeving. SZW kan een of meer door Ascert vastgestelde werkveldspecifieke certificatieschema’s bindend verklaren. In dat geval neemt SZW in de regelgeving een verwijzing op naar het schema. 10
Overzicht Certificatieschema’s Ascert kent schema’s gericht op personen (vakbekwaamheid) en gericht op processen (inventarisatie en verwijdering). Persoonscertificaten Sc-‐501 WDAT-‐02 WDAT persoon d.d. 13-‐06-‐2012 Sc-‐510 DTA-‐02 Deskundig Toezichthouder Asbest d.d. 13-‐06-‐2012 Sc-‐520 DAV-‐02 Deskundig Asbest Verwijderaar d.d. 13-‐06-‐2012 SC-‐560 DIA Deskundig Inventariseerder Asbest d.d. 13-‐06-‐2012 SC-‐570 ADK Examineringschema Asbestdeskundige d.d. 13-‐06-‐2012 SC-‐580 DAA Examineringschema Deskundig Asbest Acceptant d.d. 13-‐06-‐2012 Procescertificaat Sc-‐502 WDAT-‐02 WDAT proces d.d. 13-‐06-‐2012 Sc-‐530 AVB-‐02 Asbest Verwijderen (AVB) d.d. 13-‐06-‐2012 Sc-‐540 AIB-‐02 Asbest Inventarisatie (AIB) d.d. 13-‐06-‐2012
11
Hoe werkt Ascert? Doelstelling Het doel van Ascert is een goed beheer van het certificatieproces zodat asbest in de gehele procesketen maatschappelijk verantwoord wordt verwijderd. Dit geldt voor alle stadia die bij het verwijderen van asbest voorkomen, te weten: inventariseren, verwijderen, analyseren, vaststellen, transporteren, afvoeren en deponeren. Met maatschappelijk verantwoord bedoelt Ascert een dusdanig duurzame aanpak dat asbest geen schade kan veroorzaken aan personen en/of het milieu. Deze doelstelling leidt tot een brede betrokkenheid van Ascert in de gehele keten en een proactieve houding in het afstemmen en doorontwikkelen van alle voor asbest relevante aspecten. Organisatie Ascert kent de volgende structuur om de aan haar opgedragen taken optimaal te kunnen uitvoeren:
12
Taken en werkwijze Raad van Toezicht: - Stelt bestuursbeleid (Plan van Aanpak) en begroting in hoofdlijnen vast: besluitvormend - Vergadert 3x per jaar - Toezicht op het bestuur - Breed belang van alle stakeholders
Taken en werkwijze Bestuur: - Verantwoordelijk voor voorbereiding en realisatie beleid en begroting - Marginale toetsing en vaststelling schema’s - Breed belang stakeholders - Onafhankelijk - Vertegenwoordigt Ascert intern en extern - Bewaakt de onafhankelijkheid en het brede draagvlak in alle geledingen Taken en werkwijze CCvD: Het Centraal College van Deskundigen Asbest (CCvD Asbest) is belast met de inrichting/ontwikkeling en beheer van de certificatieschema's. stelt de certificatieschema’s vast behandelt geen beleidsmatige en bestuurlijke items breed belang van alle stakeholders werkt in opdracht van het bestuur kan voorstellen doen aan het bestuur Taken Werkkamer Persoonscertificatie: Deze werkkamer bespreekt alle zaken over persoonscertificatie binnen Ascert, inclusief de certificatieschema’s Sc-‐510/Sc-‐520/Sc-‐560/Sc-‐570/Sc-‐580. Het doel van de Werkkamer Persoon is eenheid te realiseren in de schema’s en uitgangspunten voor examinering. Alle aparte overlegcommissies per schema zijn daarom opgeheven. De eisen voor buitenlandse werknemers vallen eveneens onder de nieuwe werkkamer. De Werkkamer Persoon is net als de Werkkamer Proces een adviesorgaan dat direct onder het Centraal College van Deskundigen (CCvD) opereert. -
13
Taken Werkkamer Procescertificatie Deze werkkamer bespreekt alle zaken die met het complete proces te maken hebben en die afgeleid zijn van de certificatieschema’s Sc-‐530 (Asbestverwijdering) en Sc-‐540 (Asbestinventarisatie). De werkkamer opereert eveneens als adviesorgaan van het CcvD. Commissie Opdrachtgevers De opdrachtgevers hebben met de oprichting van een eigen commissie een formele overleggroep binnen Ascert. Deze commissie is met drie leden vertegenwoordigd in het CCvD. Leden van de commissie opdrachtgevers kunnen indien nodig aanschuiven bij een van de twee werkkamers van Ascert. Speerpunten in 2014 voor commissie opdrachtgevers: • heldere wetgeving voor installaties (vergelijkbaar met gebouwen) • meer kennis bij toezichthouders en handhavers over de specifieke problematiek bij installaties • uniforme opzet inventarisatierapporten en uniforme risicobenadering. Deelnemende partijen binnen de commissie opdrachtgevers zijn onder meer vertegenwoordigers van de industrie, de woningbouwcorporaties, energiemaatschappijen, gebouwbeheerders, universiteiten en defensie. Grenswaardenteam Het Grenswaardenteam is ingesteld om namens het CCvD adequaat te kunnen reageren op de ontwikkeling en invoering van de nieuwe grenswaarden. De reguliere vergaderstructuur van het CCvD sluit hier in de praktijk niet altijd goed bij aan. Het grenswaardenteam bestaat uit vertegenwoordigers van inventariseerders, verwijderaars, laboratoria en Nederlandse vereniging van arbeidshygiënisten. Vanuit de opdrachtgevers is een vacature (deze is inmiddels in 2015 ingevuld). Overige overlegvormen Daarnaast functioneren onder de vlag van Ascert nog een Centrale examencommissie, en overige commissies, zoals de SMA-‐rt Gebruikersraad, het CKI-‐overleg en de Juridische commissie. De examencommissie is in 2014 van samenstelling veranderd. De examencommissie bestaat nu uit een onafhankelijke voorzitter, een secretaris en een examendeskundige. Ook is er een nieuw handboek gemaakt om het proces van ontwikkelen van examenvragen nog beter te borgen. Hierbij wordt nauw samengewerkt met de certificerende instellingen. 14
De juridische commissie is een onafhankelijk adviesorgaan voor de CKI’s en certificaathouders bij bezwaarprocedures die zijn aangespannen door certificaathouders. In mei 2014 is de eerste zaak bij de commissie behandeld. Inmiddels zijn er ongeveer tien zaken besproken. Zodra de commissie een besluit op een bezwaar heeft genomen en heeft medegedeeld aan de CKI, wordt het advies geanonimiseerd op de website van Stichting Ascert vermeld. Inmiddels zijn negen adviezen gepubliceerd. Deze zijn te vinden op de homepage van de website www.ascert.nl . Bureau Ascert Ascert voert het facilitair beheer over het Certificaatregister en de Centrale Itembank voor persoonscertificatie. Daarnaast ondersteunt het Bureau Ascert de werkzaamheden van de Raad van Toezicht, het bestuur, het Centraal College van Deskundigen, de werkkamers, commissies en alle overige overleg-‐ en projectgroepen. Ascert is per 1 januari 2014 verhuisd van Houten naar Oisterwijk. Met de verhuizing naar Oisterwijk bevinden bestuur en uitvoering zich op dezelfde locatie. Verder is er op organisatorisch vlak in 2014 het een en ander gewijzigd. Peter Nanning heeft per 1 juli 2014 zijn werkzaamheden als secretaris voor Stichting Ascert beëindigd. Uit een analyse bleek dat er in deze functie nogal wat uiteenlopende deskundigheden samenkomen. Na deze analyse is daarom besloten om de functie op te splitsen in verschillende expertisegebieden. Deze verschillende onderdelen worden verdeeld onder diverse functionarissen. Hierbij worden voor sommige onderdelen meer specialisten ingeschakeld. Op deze wijze denkt Ascert beter te kunnen voldoen aan de brede invulling van activiteiten. Per 1 juli 2014 vormen Rian Bartels en Jacqueline Visser als secretariaat het eerste aanspreekpunt van Stichting Ascert. Tom Troquay is de projectsecretaris die alle projecten binnen Stichting Ascert coördineert. Hij wordt ook ingezet voor het structureren van de diverse processen.
15
Het jaar 2014 Ontwikkelingen certificatieschema’s In de afgelopen jaren zijn er binnen Ascert steeds meer schema’s ontwikkeld en gepubliceerd. Ook in 2014 zijn er weer nieuwe versies van schema’s verschenen. Vaak is niet eenduidig wat de status van een schema is. Er zijn schema’s die een wettelijke status hebben en schema’s die geen wettelijke status hebben maar interpretaties zijn. En sommige daarvan zijn door het ministerie geaccordeerd en andere schema’s niet. Ook aan de benaming is niet te zien of het een wettelijk schema is of niet. In 2014 is binnen Ascert een initiatief gestart om versiebeheer en status van een document duidelijker te maken. Er worden 3 soorten schema’s onderscheiden: • •
•
Schema’s met een wettelijke status. (Bijvoorbeeld SC-‐540 en SC-‐530) Schema’s en interpretaties van wettelijke schema’s zonder wettelijke status, maar wel geaccordeerd door het CCvD en ministerie van SZW; deze worden in de toekomst SCi’s genoemd en zijn verplicht voor certificaathouders. Schema’s zonder wettelijke status en zonder accordering ministerie (bijvoorbeeld SC-‐ 560)
Momenteel heeft elk schema een soortgelijke benaming, namelijk SC-‐
, waarbij een numeriek getal is. In deze benaming is geen onderscheid zichtbaar in het soort schema. Het begrip “SC” is in de asbestsector inmiddels een begrip geworden. Het wijzigen van deze codering heeft dan ook niet de voorkeur. Wel is voorgesteld om een letter toe te voegen aan de schema-‐naam. Wetttelijke schema’s In 2014 heeft Ascert hard gewerkt aan het aanpassen en verduidelijken van diverse schema’s. Het Centraal College van Deskundigen van Ascert heeft in december de nieuwe schema’s SC-‐540 (Asbestinventarisatie), SC-‐530 (Asbestverwijdering) en SC-‐520 (Deskundig Asbest Verwijderaar) vastgesteld. Deze schema’s zijn aangeboden aan het ministerie van SZW met het verzoek om deze vast te stellen. Voor verscheidene wettelijke schema’s wil Stichting Ascert streven naar een beschrijving op hoofdlijnen. Doel is gedetailleerde uitwerkingen per onderwerp bij voorkeur in documenten vast te leggen die wat makkelijker geactualiseerd kunnen worden. Overleg met het ministerie moet uitwijzen welke onderwerpen hiervoor in aanmerking komen en in welke vorm dit het beste kan plaatsvinden. 16
Alternatief systeem voor LDAV In het verslagjaar is door het ministerie van SZW besloten dat de LDAV-‐er (Leerling Deskundig Asbest Verwijderaar) in de bestaande vorm niet meer is toegestaan en per 1 januari 2015 verdwijnt. Ascert heeft daarom het initiatief genomen om te komen tot een DAV1-‐certificaat voor beginners en een DAV2-‐certificaat voor gevorderden. Deze certificering is bedoeld om beginners in de asbestbranche met voldoende waarborg van gezondheid en veiligheid in te zetten om onder begeleiding in korte tijd het vak te leren. DAV2 is bedoeld om een volgende stap te maken als zelfstandig DAV-‐er, waarbij vakinhoudelijk de nodige eisen worden gesteld. In december 2014 is hiertoe door Ascert een gewijzigd certificatieschema SC-‐520 aangenomen. In verband met de nodige voorbereidingstijd om de nieuwe regeling in te voeren is het de verwachting dat het schema op 1 juli 2015 van kracht zal zijn. De huidige LADV-‐regeling zal tot die tijd verlengd worden. Ontwikkelingen SMA-‐rt in 2014 De Stoffen Manager Asbest – risicoclassificatie-‐techniek (SMA-‐rt) is een digitaal programma dat objectief en onafhankelijk de risicoklasse kan vaststellen van het uit te voeren werk. Ascert is eigenaar van SMA-‐rt en TNO beheert de database met metingen, die veel referentiemateriaal levert voor het beoordelen van blootstelling aan asbest. In 2013 is gewerkt aan de ontwikkeling van versie 2.0, die uiteindelijk in maart 2014 versie 1.0 heeft vervangen. SMA-‐rt 2.0 biedt ook de mogeljkheid voor de opbouw van een kennisbank. Hiermee kan het systeem automatisch validatiemetingen opgeven. Gebruikers kunnen aan het einde van de vragenlijst hun eigen validatiemetingen invoeren. SMA-‐rt verzamelt deze ingevoerde gegevens in de kennisbank. Als er voldoende gegevens beschikbaar zijn, kan Ascert de automatische validatiemeting activeren. Door de invoering van de nieuwe grenswaarden per 1 juli 2014 is er medio juli een aangepaste versie van SMART (2.1) beschikbaar gekomen. Hierin zijn de wijzigingen m.b.t. de nieuwe grenswaarden doorgevoerd. Sommige product-‐handeling combinaties die voorheen in risicoklasse 1 vielen zullen door de aanscherping in klasse 2 terecht gaan komen. De werking van SMART is niet gewijzigd. 17
Nieuwe grenswaarden in wet-‐ en regelgeving De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) heeft de wettelijke waarden aangescherpt die aangeven wat de maximale concentratie van asbest is waar mensen op het werk aan mogen worden blootgesteld. De nieuwe grenswaarden komen vast te liggen in de Arbo-‐ en milieuwetgeving. De uitzonderingen op de in de wetgeving vastgelegde grenswaarden komen in het Asbestverwijderingsbesluit.
Voor asbestsanering gaat een rapport van de Gezondheidsraad uit 2010 uit van lagere grenswaarden. Indeling van de risicoklassen van asbestverwijdering en de maatregelen die men per klasse moet nemen, zullen daarom veranderen. Ook de bescherming tegen en beheersing van verontreiniging die door werkzaamheden ontstaan, moet in schema’s en wetgeving worden vastgelegd. Door het invoeren van nieuwe grenswaarden gelden ook voor vrijgavemetingen nieuwe grenswaarden. Op basis van de nieuwste inzichten is besloten om twee waarden te laten gelden voor de verschillende soorten asbest: • De nieuwe grenswaarde voor chrysotiel is 2.000 vezels/m3. Deze grenswaarde is ingegaan op 1 juli 2014. • De nieuwe grenswaarde voor amfibolen was in eerste instantie op 300 vezels/m3 vastgesteld. Op basis van het bronmaatregelenonderzoek van Ascert is TNO tot de conclusie gekomen dat de asbestsaneringsbranche op 1 januari 2015 nog niet kan voldoen aan deze grenswaarde. TNO heeft de SER-‐Subcommissie Grenswaarden Stoffen op de Werkplek (GSW) geadviseerd dat een tijdelijke grenswaarde van 2000 vezels/m3 mogelijk wel haalbaar is. Uiteindelijk heeft de minister het daarop volgende SER-‐advies overgenomen. De minister bereidt een nieuw besluit voor om de grenswaarde voor amfibole asbest zo spoedig mogelijk in 2015 te verlagen naar 2000 vezels/m3. Stichting Ascert is intensief betrokken geweest bij het aanscherpen van de grenswaarden. 18
Praktijkonderzoek naar innovatieve bronmaatregelen Met de nieuwe grenswaarden is het van belang om al bij de saneringshandelingen de emissie van vezels zo laag mogelijk te houden. Maatregelen dus die bij de bron moeten genomen. Dat betekent saneren op een andere manier. Om het aantal vezels beperkt te houden, is innovatie van het saneren nodig. Het bleek dat er – ook in het buitenland – niet zoveel kennis en ervaring beschikbaar is over de praktijkeffecten van innovatie. Stichting Ascert heeft in het verslagjaar de verschillende mogelijkheden verkend en getoetst. Ascert ondervond dat zowel tijdens de sanering als bij de vrijgave het niet eenvoudig is om de nieuwe grenswaarde van de amfibolen te halen. In het bronmaatregelenonderzoek heeft Ascert zich vooral gericht op het saneren van amosiet-‐board, wat binnen de amfibolen asbest de meest voorkomende soort is. Uit de pilot blijkt dat door breukarm te werken en bevochtigen de nodige reducties bereikt kunnen worden. Ook is er veel nuttige informatie verzameld over leidingisolatie pakkingen. Tijdens het jaarlijkse symposium van Ascert is uitgebreid aandacht besteed aan het onderzoek naar bronmaatregelen. De onderzoeksresultaten werden gepresenteerd en de eerste voorzichtige conclusies werden getrokken. Een aantal methoden voor het verwijderen van board geven hoopvolle resultaten. Voor spuitasbest lijkt alleen het injecteren van vloeistof adequaat, maar onderzoeksresultaten ontbreken nog. Voor het saneren van leidingisolatie en pakkingen zijn alternatieve methoden beschikbaar. De resultaten zijn bemoedigend, maar nader onderzoek is zeker nodig. Op basis van de verkregen onderzoeksgegevens bereidt Ascert in afstemming met het ministerie van SZW een informatieblad emissiebeperking voor. In 2015 verwacht Ascert daarover meer informatie te kunnen verschaffen. In 2014 campagne adembescherming van start Op het gebied van adembescherming is door Stichting Ascert en de asbestbranche een campagne ontwikkeld waarin professionals leren bewust om te gaan met hun masker. De maskers zijn over het algemeen kwalitatief goed, maar zijn niet altijd passend bij de gebruiker of ze worden verkeerd gebruikt. Gebruikers moeten soms nog leren er op de juiste manier mee om te gaan. De campagne ‘Doe jij luchtig over adembescherming’ bestaat uit een website (www.abm-‐campagne.vezelveiligheid.nl.) en filmpjes om de gebruiker hiervan bewust te maken.
19
Gezien het grote belang van een goede adembescherming is een aantal verplichtingen in de nieuwe certificatieschema’s vastgelegd. Concreet houdt dit in dat voor de gebruiker: • een jaarlijkse fittest verplicht is om te bepalen welk model en maat masker het beste bij zijn of haar gezicht past. • het tweedelige online instructieprogramma op de website ‘Veilig in elke vezel’ gevolgd dient te worden voor het juiste gebruik van het masker.
Voor alle DAV-‐ers, DTA-‐ers en DIA’s geldt de verplichting dat zij inhoudelijk op de hoogte moeten zijn en dat zij instructies hebben gekregen voor juist gebruik en onderhoud van de adembeschermingsmiddelen. Sinds de lancering van de campagne hebben al veel certificaathouders deelgenomen aan het tweedelige online instructieprogramma. Zowel de deelname aan het online instructieprogramma als het bezit van een geschikt adembeschermend masker is per 1 januari 2015 verplicht. Stichting Ascert heeft in 2014 alle certificaathouders opgeroepen om aan deze verplichting te voldoen.
20
Maatregelen dubbele certificaten In oktober 2014 verschenen er in de media berichten over bedrijven die over meerdere certificaten beschikken om de effecten van bepaalde sancties te ontlopen. Ascert is door het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) gevraagd om proactief mee te denken over dit probleem. In december 2014 heeft Ascert concrete voorstellen aan het ministerie voorgelegd, die kunnen helpen om dit ongewenste effect tegen te gaan. Uit een eerste analyse is gebleken dat het bij het gebruik van dubbele certificaten tot nu toe vooral lijkt te gaan om uitzonderingen. Het is echter wel een ontwikkeling die Ascert zeer serieus neemt. Ascert is nu in afwachting van het ministerie over welke maatregelen er doorgevoerd moeten worden in de schema’s. Symposium Ascert op 23 september 2014 Op dinsdag 23 september 2014 werd het jaarlijkse symposium van Stichting Ascert gehouden. Thema van het symposium was ‘Bouwen aan de toekomst’. Zo’n 175 deelnemers hoorden in Oisterwijk de secretaris-‐generaal van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) het symposium openen. Hij benoemde in zijn bijdrage de constructieve rol die Stichting Ascert speelt in het professionaliseren van de asbestbranche. Stichting Ascert kijkt terug op een geslaagd symposium met goede bijdragen van diverse deskundige inleiders tijdens drie deelsessies: – Actuele ontwikkelingen Sc 540, door Roeland Heuff, Voorzitter VOAM-‐VKBA en Frank-‐ Maarten Gribnau (werkkamer Ascert) – Campagne adembescherming door Annemarie Arensen, eigenaar van adviesbureau Raad en Daad – Uitkomsten Ascert Pilot bronmaatregelen, door Jody Schinkel van TNO en Ad van der Plas (Schijf Groep/namens Veras lid wg bronmaatregelen) Stand van zaken heraanwijzing cki’s asbest Voor bedrijven en personen die werken met asbest zijn met het oog op gezondheid en veiligheid certificaten vereist. Certificaten worden aan de certificaathouders verstrekt door certificerings-‐ en keuringinstellingen (cki’s) die daartoe door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) zijn aangewezen. Per 1 februari 2014 verliepen de aanwijzingen van de cki’s op het werkterrein asbest. De meeste instellingen hebben bij SZW een verzoek tot heraanwijzing ingediend. Hieronder vindt u informatie over huidige stand van zaken. Van de 8 cki’s die voorheen waren aangewezen, heeft 1 cki aangegeven haar werkzaamheden te beëindigen. Voor een vijftal cki’s zijn op 1 februari 2014 de aanwijzingen op het terrein van asbest vernieuwd. 21
Op het terrein van persooncertificatie DTA en DAV (volgens certificatieschema SC-‐510 en SC-‐ 520) zijn aangewezen: • IBEX BV • Det Norske Veritas (DNV). Voor het certificeren van asbestinventarisatie en -‐verwijdering zijn momenteel drie cki’s aangewezen, te weten: • TÜV Nederland QA BV (voor sc 530 en 540) • Eerland certification BV (voor sc 530 en 540) en • Bureau Veritas Inspection and Certification The Netherlands B.V. (voor SC 530 asbestverwijdering). Door het aflopen van de termijn van de aanwijzing zijn andere voormalige cki’s niet langer aangewezen en hebben zij niet langer de bevoegdheden van een cki. De instellingen die niet opnieuw zijn aangewezen, zijn op dit moment niet bevoegd certificaten te verstrekken en toezicht te houden. Aan hen is gevraagd hun certificaathouders hierover te informeren en dossiers over te dragen aan één van de wel aangewezen cki’s. Certificaathouders kunnen zelf bepalen bij welke cki zij zich willen aansluiten. Sanctiemaatregelen zware of ernstige asbestovertredingen openbaar In augustus 2014 is de ‘Beleidsregel openbaarmaking inspectiegegevens bij zware en ernstige asbestovertredingen’ in werking getreden. De beleidsregel vormt de juridische uitwerking voor de openbaarmaking van inspectiegegevens op het gebied van asbestsanering. In de beleidsregel en de bijbehorende toelichting op de website van SZW kunt u lezen welke gegevens over zware en ernstige asbestovertredingen openbaar worden gemaakt. Ook wordt toegelicht hoe deze worden gepubliceerd en de procedure die daarbij wordt gevolgd.
22
Certificaten Per 31 december 2014 zijn er de volgende aantallen geldige certificaten:
2014
2013
2012
SC 540
147
140
124
SC 530
309
330
298
DAV
4845
4520
4519
DTA
2322
2130
2300
DIA
742
625
521
283
210
135
317
290
230
ADK DAA
23
Bijlagen
Samenstelling Raad van Toezicht Henk van Asch voorzitter Cor van der Zee lid Arjan Hol lid Ron Leppers lid Alexander Koenders lid Jan Tempelman lid Max de Vries lid Peter Weppner lid Andrew Wiersma lid Gijs Wildeman lid
onafhankelijk VVTB Veras VOC VOAM/VKBA Fenelab BRBS Aedes Bouwend Nederland namens FNV en CNV
Samenstelling Bestuur Kees van Dongen Vacant
voorzitter onafhankelijk secretaris/penningmeester
Samenstelling Centraal College van Deskundigen Kees van Dongen voorzitter Ascert Gerrie van Beljouw lid VVTB Arco Engelen lid VAH Jan Kees Gijsbers lid Aedes Egon Eerland adviseur VOC Harry Nieuwesteeg lid VOAM-‐VKBA Henk Onderstal lid VAO Herman Reef lid BRBS Teun Stam lid Veras Sijmen Versteegt adviseur namens DNV en IBEX Jos Campfens lid BWT Robert v.d. Vlies lid TU-‐Delft Udo Waltman lid Fenelab Pieter van Zijl lid VIA Tom Troquay projectsecretaris Ascert 24
Samenstelling Werkkamer Proces Kees van Dongen voorzitter Frank Maarten Gribnau lid Egon Eerland adviseur Arjon Winters lid Henk Jan Heeffer lid Arno Snellen lid Marcel Sutmuller lid Piet Schuitema lid Rob van Huis lid Jacqueline Visser secretariaat Samenstelling Werkkamer Persoon Kees van Dongen voorzitter Henk Onderstal lid Harry Vonk lid Jeroen Goudberg lid Nico Bol lid Sijmen Versteegt lid Wim Stolk lid Rian Bartels secretariaat Samenstelling SMA-‐rt Gebruikersraad Kees van Dongen voorzitter Tom Troquay projectsecretaris Michael van der Meij lid Geert Rollingswier lid Ko den Boeft lid Richard Bos lid Samenstelling Projectgroep ADK Sc-‐570 Tom Troquay projectsecretaris Wijnand Jol lid Sijmen Versteegt lid Henk Onderstal lid Saskia de Haan lid
Ascert VOAM/VKBA VOC Aedes VVTB Veras VIA Aedes BWT Ascert
Ascert VOAM/VKBA VAO Veras VVTB CKI IBEX CKI DNV GL Ascert
Ascert Ascert VOAM/VKBA VVTB TNO Fenelab Ascert BWT IBEX VAO Inspectie SZW
25
Samenstelling Projectgroep DAV1/DAV2 Sc-‐520 Annemarie Arensen projectleider Henk Onderstal lid Erik-‐Jan Nap lid Jan Horyon lid Gerrie van Beljouw lid Arjan Hol lid Teun Stam lid Samenstelling Examencommissie Ilse Anthonijsz voorzitter Rian Bartels secretaris Riny van Nuland examineringsdesk. Maria Versteegt lid Wim Stolk lid Vacant lid Vacant lid Samenstelling commissie opdrachtgevers Kees van Dongen voorzitter Alexander Koenders lid Bob Jan Witbaard lid Chris Rijbroek lid Koen van der Hoorn lid Leo Endeveld lid Klaas Spoelstra lid Valentijn Nouwens lid Adri van de Bosch lid Martijn Haarsma lid
onafhankelijk VAO VAVB VAVB VVTB Veras Veras
onafhankelijk onafhankelijk onafhankelijk IBEX DNV GL inhoudsdeskundige inhoudsdeskundige
Ascert VOAM/VKBA Alliander Tata Steel Universiteit Utrecht Edinet Rijksvastgoedbedrijf Aedes DOW Chemical NUON
Samenstelling bezwaarcommissie Ascert Peter Lathouwers voorzitter Karin Merkx lid Jack Bijveld lid Ed Bakermans lid Wil Braam secretaris
onafhankelijk onafhankelijk onafhankelijk onafhankelijk onafhankelijk
26
Afkortingen ADK Al AIB AVB AVS BRBS CCvD CI DAV DTA DIA DAA FENELAB HIP Asbest IPO IWI LOM SMa-‐rt VAVB VERAS VKBA VOC VOAM VVTB WDA&T WSCS
Asbestdeskundige Arbeidsinspectie (= Inspectie-‐SZW); Asbestinventarisatiebureau Asbestverwijderingsbedrijf Asbestvolgsysteem Branchevereniging Recycling Breken en Sorteren Centraal College van Deskundigen Certificatie instelling Deskundig Asbestverwijderaar Deskundig Toezichthouder Asbestverwijdering Deskundig Inventariseerder Asbest Deskundig Asbest Acceptant Federatie Nederlandse Laboratoria Handhavings Informatie Punt Asbest Interprovinciaal Overleg Inspectie Werk en Inkomen SZW Landelijk Overleg Milieuhandhaving; Stoffen Manager Asbest-‐risicotechniek Vereniging van Asbestverwijderende Bedrijven Vereniging aannemers sloopwerken Vereniging Kwaliteits Borging Asbest onderzoek en – inspecties Vereniging Overleg Certificatie-‐instellingen Vereniging voor onderzoek naar Asbest en Milieubedreigende stoffen Vereniging voor Verwijdering van Toxische en gevaarlijke Bouwmaterialen werkveldspecifiek document voor aanwijzing en toezicht werkveldspecifiek certificatieschema
27