Jaarverslag 2012 Woningcorporatie WonenBreburg Leefbaarheid Breda
Voor het 3e jaar op rij de beste reputatie volgens klanten
Thuis op Straat in Tuinzigt en Haagpoort Opening Huis van Heuvel
Nieuw beleidsplan 2013-2016
175 nieuwe huurwoningen in Breda, Galder en Teteringen
Investering in onderhoud € 38.994.000
Pro-actieve aanpak huurachterstanden
Continuïteit én idealen
Gemiddelde score bewoners enquête: 7
KansWonen in Kruidenbuurt en Stokhasselt Tilburg Bellen doe je zo!
Jaarresultaat + € 11.129.000
Pilot keten integratie groot onderhoud 65 woningen van Outshoornstraat Tilburg
JAARVERSLAG 2012 STICHTING WONENBREBURG
Postadres: postbus 409, 5000 AK Tilburg Telefoon: (013) 539 99 11 Fax: (013) 539 98 90 E-mail:
[email protected] Internet: www.wonenbreburg.nl Inschrijvingsnummer KvK: 20067125
INHOUDSOPGAVE JAARVERSLAG VOLKSHUISVESTINGSVERSLAG 2012 Voorwoord…………………………………………………………………………………………………………1 WonenBreburg in strategisch perspectief 1 Missie, strategie en doelstellingen…………………………………………………………………………… 3 2 Ontwikkelingen in 2012 in de maatschappij, bij de overheid en in de positie van WonenBreburg.5 Prestaties in 2012 voor de 5 resultaatgebieden…………………………………………………….. 10 1 Resultaatgebied ‘klanttevredenheid’………………………………………………………………… 10 - Huisvesten van onze doelgroep………………………………………………………………………………10 - Huisvesten van studenten……………………………………………………………………………………..11 - Huurbeleid voor onze doelgroep…………………………………………………………………………….12 - Kwaliteitsmeting van onze dienstverlening………………………………………………………………..13 - Maatwerk voor de (individuele) klant……………………………………………………………………… 14 - Woonlasten en wooncomfort………………………………………………………………………………...15 - Specifieke vormen van dienstverlening……………………………………………………………………..16 - Resultaten in Breda……………………………………………………………………………………………..18 - Resultaten in Tilburg…………………………………………………………………………………………...21 2 Resultaatgebied ‘wijken op orde’…………………………………………………………………….. 24 - Leefbaarheid……………………………………………………………………………………………………. 24 - Ontwikkeling: sociaal en cultureel………………………………………………………........................... 25 - Wonen, welzijn en zorg………………………………………………………………………………………. 25 - Resultaten in Breda……………………………………………………………………………………………. 27 - Resultaten in Tilburg…………………………………………………………………………………………...36 3 Resultaatgebied ‘verbinding maken met onze maatschappelijke omgeving’…………… 45 - Betrekken van belanghebbenden bij beleid en beheer…………………………………………………. 45 - Betrekken van bewoners bij beleid en beheer……………………………………………………………. 46 - Maatschappelijk verantwoord ondernemen………………………………………………………………. 47 - Resultaten in Breda……………………………………………………………………………………………. 50 - Resultaten in Tilburg…………………………………………………………………………………………...52 4 Resultaatgebied ‘kwantiteit en kwaliteit van het vastgoed’…………………………………. 54 - Vastgoedsturing………………………………………………………………………………………………... 54 - Omvang van de voorraad…………………………………………………………...................................... 54 - Ontwikkeling van de voorraad………………………………………………………………………………. 56 - Onderhouden en verbeteren van de voorraad…………………………………………………………… 56 - Verkochte woningen………………………………………………………………………………………….. 58 - Kwaliteitsverbetering studentenhuisvesting……………………………………………………………….59 - Beheer van bedrijfsmatig en maatschappelijk onroerend goed ………………………………….…....60 - Resultaten in Breda……………………………………………………………………………………………. 61 - Resultaten in Tilburg…………………………………………………………………………………………...67 5 Resultaatgebied ‘ontwikkeling van de organisatie’……………………………………………...71 - Organisatiestructuur en -ontwikkeling…………………………………………………………………….. 71 - Investeren in medewerkers……………………………………………………………………………….….. 75 - Corporate governance………………………………………………………………………………………… 77 - Sturing, risico’s en risicobeheersing………………………………………………………………………… 81 - Algemene externe en interne financiële ontwikkelingen………………………………………………. 84 - Toezicht CFV en WSW…………………………………………………………………………………………. 88 - Resultaat 2012………………………………………………………………………………………………….. 89 - Ontwikkeling van vermogen en resultaat…………………………………………………………………. 92 - Verbindingen: deelnemingen en samenwerkingen……………………………………………………… 94 - Risicomanagement: stresstest………………………………………………………………………………...97
Kengetallen 2012 stichting WonenBreburg…………………………………………………………..…..98 BSC-resultaat 2012…………………………………………………………………………………………..…...99 Bijlage bij volkshuisvestingsverslag 2012 Stichting WonenBreburg…………………………….100 Bericht van het bestuur………………………………………………………………………………………..112 Bericht van de raad van commissarissen…………………………………………………………………113 Verslag van de ondernemingsraad…………………………………………………………………….…..119 JAARREKENING 2012 6 Jaarrekening 2012 Stichting WonenBreburg…………………………………………………….... 121 Geconsolideerde jaarrekening 2012………………………………………………………..…………..122 Enkelvoudige jaarrekening…………………………………………………………………………….….172 OVERIGE GEGEVENS 2012 Overige gegevens…………………………………………………………………………………………... 191
Voorwoord Het presenteren van dit jaarverslag vindt plaats in de context van een guur economisch klimaat. Het algemene economische klimaat en de situatie op de vastgoedmarkt in het bijzonder beïnvloeden de bedrijfsvoering van WonenBreburg. Er is al jaren sprake van stagnatie en prijsdaling op de woningkoopmarkt in Tilburg en Breda en afzetproblemen in het bedrijfsonroerend goed. Dit beïnvloedt onze kasstromen in negatieve zin. Daarnaast is er sprake van waardevermindering van onze vastgoedposities. Verder zijn de gevolgen van het solidariteitssysteem, de nieuwe rijksverhuurdersheffing en de financierbaarheid van de sector belangrijke issues die onze bedrijfsvoering flink beïnvloeden. Grote groepen huurders krijgen het ook lastiger in dit klimaat. De vraag van starters kan steeds moeilijker worden ingevuld door een gebrek aan doorstroming in de bereikbare huurmarkt. De middengroepen met inkomens tussen de 34.000 en 43.000 euro komen steeds meer in de knel. Steeds meer mensen moeten het doen met minder inkomen. Voor een deel van onze huurders met lagere inkomens blijken de woonlasten schrikbarend hoog. Door de realiteit van de financiële markt en door het overheidsbeleid lukt het ons steeds moeilijker onze doelstelling ‘het beschikbaar hebben van voldoende betaalbare woningen voor mensen die dat op eigen kracht in de markt niet kunnen bereiken’ in te vullen. Vanuit dit perspectief zijn wij niet tevreden over 2012. Toch is er wel degelijk ook tevredenheid. Begin 2012 ontvingen wij een visitatierapport waar we met recht trots op kunnen zijn. WonenBreburg maakt zijn ambities – in de lastige markt – meer dan waar. Dit verslag rapporteert daar uitgebreid over. Wij hebben dit gedaan vanuit een gezonde financieeleconomische basis. Ook in een landelijke reputatiemonitor scoort WonenBreburg uitstekend op het gebied van servicegerichtheid en maatschappelijk ondernemen. Toch zien we dat wij ook onze grenzen bereiken als het gaat om nieuwe investeringen. De kurk waarop we voor een belangrijk deel drijven, zijn de verkopen van ons bestaande bezit. Zonder de inkomsten daarvan is onze nieuwbouw niet te financieren en te bekostigen. Waar wij een aantal grote fysieke herstructureringen van wijken nog moeten afmaken (in Tilburg Groeseind-Hoefstraat en Rosmolen; in Breda Heuvel, Driesprong, Geeren en Doornbos) hebben we geprobeerd in 2012 de planrealisatie overeind te houden. We willen hoe dan ook voorkomen dat wij ergens halverwege blijven steken. Dat is slecht voor onze huurders, hun wijken en onze steden. De turbulentie in onze omgeving zal de komende tijd aanhouden. WonenBreburg ontkomt niet aan het maken van keuzes. Daarom hebben wij voor de komende jaren gekozen voor een duidelijke positionering en focus. Deze laat zich samenvatten in het statement: ‘continuïteit én idealen’. Wij houden vast aan wat goed is en wij koesteren onze idealen. Gegeven het veranderende klimaat waar we de komende periode in verkeren, hebben we zeker ook aandacht voor de continuïteit. Immers, door het koesteren van onze continuïteit kunnen we onze idealen waarmaken. Ondanks beperkende condities koesteren we ruimte voor innovatie: wij zoeken naar nieuwe wegen en creatieve oplossingen in alternatieve verbanden. Wij dagen onze samenwerkingspartners uit om in deze alternatieven mee te denken en mee te doen. Ook in ons duurzaam denken en handelen gaan we door.
1
Er is hard gewerkt in 2012. Door medewerkers van onze werkorganisatie, maar ook door mensen uit huurdersorganisaties en andere partners in onze omgeving. Samen zijn we sterk. Voor 2013 zal dat zeker niet anders zijn als het nieuwe meerjarenbeleid wordt ingevoerd. Een welgemeend woord van dank aan allen voor de geleverde inspanningen in 2012. Met vriendelijke groet, Ir. Johan Dunnewijk Directeur-bestuurder
drs. Ton Streppel directeur-bestuurder
2
WonenBreburg in strategisch perspectief 1.
Missie, strategie en doelstellingen
Missie WonenBreburg zorgt voor huisvesting in de woningmarktgebieden Breda en Tilburg. Wij bieden op korte en lange termijn zekerheid in wonen. Maatwerk en tevreden klanten: daar gaat het ons om. Wij bieden woningen en diensten waar de klant behoefte aan heeft; soms ook maatschappelijk vastgoed. Een sterke vastgoedportefeuille met een hoogwaardige energetische kwaliteit vormt de basis van ons bestaan. Wij besteden bijzondere aandacht aan het huisvesten van mensen die dat moeilijker zelf kunnen, zoals dak- en thuislozen, mensen met een laag inkomen en mensen met een maatschappelijke, fysieke of verstandelijke beperking. Daarnaast hebben we speciale aandacht voor studenten en senioren. Wij maken ons sterk voor de wijken en buurten waar onze woningen staan en voor de sociale ontwikkeling van de bewoners. Strategie 2012 was het vierde jaar van ons meerjarenbeleidsplan ‘Energie in Wonen’ voor de periode 20092012. We blijven in de door deze jaren heen veranderende context volop energie steken in onze ambitie, want energie in wonen heeft ook betrekking op onszelf als energieke, ondernemende en actieve organisatie. Dat was onze ambitie in 2012 en dat zal het de komende jaren ook blijven. In het beleidsplan, dat u op onze website vindt, hebben we onze strategie uitgewerkt in 5 resultaatgebieden: 1. Klanttevredenheid: meer directe aandacht voor de individuele klant. 2. Wijken op orde: bijdragen aan de herstructurering van een aantal wijken, met aandacht voor de sociale ontwikkeling van mensen in achterstandssituaties. 3. Verbinding maken met de maatschappelijke omgeving: investeren in dagelijkse samenwerking met andere organisaties. 4. Kwantiteit en kwaliteit van het vastgoed, met als belangrijkste 2 onderdelen: a) bijdragen aan bezitsvorming van huishoudens met lage inkomens via verkoop van woningen; b) verbeteren van de energetische kwaliteit van ons woningbezit vanuit de optiek van woonlastenbeheersing en duurzaamheid. 5. Ontwikkeling van de organisatie: het fit houden van de organisatie. In dit jaarverslag kunt u lezen wat de voortgang op deze 5 resultaatgebieden is. De 5 resultaatgebieden van ons meerjarenbeleidsplan hebben we in de begrotingsronde van 2012 uitgewerkt in jaarplannen We hebben tijdens dat jaar met maand- en kwartaalrapportages gerapporteerd over de realisatie. In de bijlage op pagina 99 ziet u de balanced scorecard (BSC) die wij gebruiken voor onze interne sturing. Nieuw beleidsplan: Continuïteit én idealen In 2012 hebben wij gewerkt aan een nieuw beleidsplan voor de periode 2013-2016. De titel van het plan is Continuïteit én idealen. De context waarin we de kaders en richting hebben bepaald, is anders dan 4 jaar geleden. Niet eerder deed zich in de volkshuisvesting een dergelijk turbulente periode voor. In dit plan beschrijven wij wie wij zijn, waar wij voor staan, welke ontwikkelingen wij zien in onze omgeving en welke doelen wij ons hebben gesteld voor de komende 4 jaar. Wij hebben de komende 4 jaar beschouwd, in de wetenschap dat nieuwe ontwikkelingen onze kaders en richting kunnen doorkruisen. Jaarlijks actualiseren wij ons meerjarenbeleid en stellen - waar nodig - voornemens bij en delen deze met stakeholders.
3
Volkshuisvesting is werken aan wonen voor mensen door mensen. De kwalificatie van onze medewerkers en de wijze waarop zij hun werk doen, is dan ook in belangrijke mate bepalend voor de wijze waarop WonenBreburg er in slaagt zijn taakstelling goed en effectief te verrichten. En dat tegen zo laag mogelijke kosten. In dit besef zal WonenBreburg in de beleidsperiode 2013-2016 meer werk maken van een betere stroomlijning en kostenbesparing van de interne organisatie. Wij gaan uit van een duurzaam verdienmodel: het financiële beleid van WonenBreburg is gebaseerd op de financierbaarheid en de continuïteit van onze bedrijfsvoering en de mogelijkheden om ons eigen volkshuisvestelijk beleid uit te voeren. Wij zorgen ervoor om op de lange termijn extern financierbaar te blijven. Daarom is het financieel beleid erop gericht in voldoende mate financieringsvolume te hebben en een kasstroom te veroorzaken die het mogelijk maakt onze investeringsambities, maar ook onze reguliere bedrijfsvoering te bekostigen. Daarbij wordt rekening gehouden met de eisen van de externe toezichthouders. Kernwaarden Onze missie bevat voor een deel de identiteit van onze organisatie, die wij met onze medewerkers uitdragen. 3 kernwaarden zijn heel belangrijk voor WonenBreburg. U mag ons dan ook aanspreken op het naleven hiervan. Deze kernwaarden, die ons dagelijks handelen bepalen, zijn: Betrokken Wij zijn betrokken. We zijn geïnteresseerd in het wel en wee van onze bewoners, leven professioneel mee, zijn alert op signalen en zetten voor die groep bewoners die het nodig heeft ons netwerk binnen en buiten WonenBreburg in om te helpen. Vakbekwaam Wij zijn vakbekwaam. We kennen ons vak, houden elkaar scherp en zijn betrouwbaar, geloofwaardig en integer, afspraak is afspraak. Duidelijk Wij zijn duidelijk. We vertellen wat we doen, wat we kunnen, helpen onze bewoners en relaties waar we kunnen, maar geven ook aan waar onze grenzen liggen. Deze waarden laten zien hoe we omgaan met onze bewoners in termen van ownership: ‘WonenBreburg is er voor ons’. De waarden hebben ook betekenis in onze relaties met stakeholders, binnen onze organisatie, en zijn leidend bij de ontwikkeling en het aannemen van nieuwe medewerkers/collega’s.
4
WonenBreburg in strategisch perspectief 2.
Ontwikkelingen in 2012 in de maatschappij, bij de overheid en in de positie van WonenBreburg
De landelijke context 2012 was een zeer roerig jaar, met een herziene Woningwet die – met de eindstreep in zicht – sneuvelde, een regeerakkoord dat in ongewijzigde vorm desastreuze gevolgen voor de sector zal hebben, schandalen in de sector en financieel dramatisch verslechterende omstandigheden met gevolgen voor de investeringen in nieuwbouw en bestaande voorraad. In deze paragraaf nemen we u kort mee langs de belangrijkste sectorontwikkelingen in 2012.
Herzieningswet In 2012 zou er definitief een nieuwe Woningwet komen, maar eind 2012 is deze nog altijd niet definitief. Dus blijven wij er via brancheorganisatie Aedes en via onze lokale en regionale contacten bij politiek en ministerie onvermoeibaar voor pleiten dat corporaties voldoende bewegingsvrijheid houden om de doelgroepen te bedienen die ons nodig hebben. Een van de elementen van de Herzieningswet is de noodzakelijke splitsing van het bezit van de stichting in een deel DAEB (Dienst van Algemeen Economisch Belang) en een deel niet-DAEB. Kort gezegd komt deze splitsing neer op een scheiding tussen het sociale en commerciële bezit van de corporatie. Alleen de diensten van algemeen economisch belang mogen voortaan worden gefinancierd met middelen waarvoor een borgstelling geldt. Overige diensten moeten commercieel worden gefinancierd. Ook vanuit de Raad voor de Jaarverslaglegging (RJ) zijn richtlijnen, uitgewerkt in de herziene Richtlijn 645, gekomen die vanaf 2013 een scheiding voorschrijven tussen ‘sociaal’ bezit en ‘commercieel’ bezit. Bovendien geeft de herziene RJ 645 richtlijnen voor de waarderingsmethodiek die de corporatie moet hanteren. Om de noodzakelijke splitsing voor te bereiden, daadwerkelijk vorm te geven en te implementeren in de organisatie en om aan de RJ-richtlijnen te kunnen voldoen, zijn wij in 2012 gestart met het project DAEB/niet-DAEB. De doelstelling van het project is de nieuwe regelgeving op een zodanige manier uit te werken en te implementeren dat dit optimaal aansluit bij onze gewenste situatie. In het vierde kwartaal heeft WonenBreburg een initiële richtingkeuze gemaakt voor de splitsing DAEB/niet-DAEB en bovendien de waarderingsmethodiek van het bezit gekozen. De initiële richting is als volgt: • Splitsing bezit DAEB/niet-DAEB: 1. Voor een belangrijk deel vast door de regelgeving. 2. Keuze voor administratieve splitsing. 3. Benutten van mogelijkheid om maximaal 10% extra over te zetten van DAEB naar niet-DAEB. • RJ 645: 1. Zowel sociaal als commercieel bezit waarderen op marktwaarde. Wij hebben begin 2013 besloten dat wij ons sociaal bezit vooralsnog blijven waarderen op bedrijfswaarde. Eind 2012 werd bekend dat de Herzieningswet opnieuw vertraging heeft opgelopen en op zijn vroegst per 1 januari 2014 wordt ingevoerd. Dit betekent dat het project DAEB/niet-DAEB tijdelijk is stilgelegd. De vernieuwde richtlijnen van de RJ, die ingaan per 1 januari 2013, hebben wij vanaf die datum geïmplementeerd in de organisatie, onder andere in de jaarrekening 2012. Mede vanwege het regeerakkoord en de aangekondigde wijziging van de Herzieningswet staat onze initiële keuze voor de splitsing momenteel ter discussie.
5
Crisis bij Vestia en Laurentius Begin 2012 woedde de crisis rond Vestia in alle hevigheid; een dieptepunt in de geschiedenis van de volkshuisvesting. Maar ook dichter bij huis, bij Laurentius in Breda, barstte in het voorjaar van 2012 de bom. Een slechte financiële positie en een van fraude verdachte directeur hebben onze collegacorporatie in Breda in grote problemen gebracht. Inmiddels lijkt de ergste crisis bij beide organisaties bezworen, wel kost het reddingsplan van Vestia de corporaties veel geld. In 2013 heeft WonenBreburg in de begroting € 7,5 miljoen saneringssteun voor Vestia en overige project- en saneringssteun gereserveerd. Bovendien hebben wij in 2012 Laurentius de helpende hand toegestoken door in totaal 4 projecten (3 bestaande complexen, 1 nieuwbouwproject) over te nemen voor in totaal € 63,2 miljoen, waardoor Laurentius financieel meer lucht krijgt. Deze investering komt bovenop de investeringen die we al gepland hadden. Alle nieuwbouwprojecten en grootonderhoudsprojecten gaan gewoon door volgens planning. We dragen met deze overname onze maatschappelijke steen bij voor huidige en nieuwe huurders in Breda en Tilburg. De overname van de 2 complexen in Tilburg (Wijhof en Oostertuin) hebben wij eind 2012 afgerond, de overname van de 2 Bredase projecten (BinnenBuiten en Brouwhof) verwachten we begin 2013 af te ronden. Met deze overname voegt WonenBreburg in totaal 401 sociale huurwoningen toe aan zijn portefeuille. De 148 woningen in het project Brouwhof moeten nog gebouwd worden. Laurentius opteerde voor dure huur, maar WonenBreburg verhuurt deze woningen tegen bereikbare huurprijzen, omdat wij – net als de gemeente – van mening zijn dat dit op korte termijn een extra impuls geeft aan de invulling van de huidige grote vraag naar bereikbare woningen met een huurprijs tot € 652.
Regeerakkoord Helaas heeft het nieuwe kabinet niet voor een integrale aanpak van de woningmarkt gekozen, maar wat ons betreft ondoordacht aan ‘cherry picking’ gedaan. Met alle gevolgen van dien. Het meest duidelijke voorbeeld daarvan is de commotie die ontstond over het voorstel om 4,5% van de WOZwaarde als maximale jaarhuurprijs vast te stellen. Ook voor ons betekent deze grens, dat we te maken zouden krijgen met een negatieve huursomontwikkeling in plaats van de extra verdienmogelijkheden die in het regeerakkoord bedoeld waren. Inmiddels heeft minister Blok een nieuw woonakkoord gesloten. De 4,5% WOZ-waardegrens is daarbij vervallen. Ook voor de verhuurdersheffing (beoogde opbrengst van € 2 miljard voor de rijksoverheid in 2017) moet minister Blok van de Eerste Kamer zijn werk overdoen. In de lokale, regionale en landelijke politiek zijn gelukkig inmiddels velen doordrongen van de onhaalbaarheid en onredelijkheid van het voorstel. De senaat heeft het kabinet de duidelijke boodschap meegegeven dat de heffing niet ten koste mag gaan van de investeringen van corporaties en dat huurders met een kleinere portemonnee hun huur moeten kunnen blijven betalen. De heffing voor 2013 mag doorgaan (voor WonenBreburg € 500.000), voor de jaren daarna moet er een alternatief plan komen. Met de donkere wolken van de verhuurdersheffing en nieuwe regelgeving boven het hoofd, besloot het Waarborgfonds Sociale Woningbouw met onmiddellijke ingang het beleid met betrekking tot borging van corporatieleningen drastisch negatief te herzien. Dit heeft grote consequenties voor de financierbaarheid van de corporaties. Diverse corporaties hebben hun investeringsplannen stopgezet of heroverwogen. WonenBreburg heeft vooralsnog niet besloten om projecten te stoppen. Wel overleggen we over de gevolgen en mogelijke bijsturingen in de onderhoudsbegroting, de investeringsbegroting en de kosten van de organisatie. In 2013 leidt dit tot aanzienlijke ingrepen.
Maatschappelijke veranderingen De aanhoudende financiële en economische crisis is in 2012 ook in de landelijke armoedecijfers zichtbaar geworden. De economische neergang, die in 2008 begon, had aanvankelijk een bescheiden effect op de armoedecijfers volgens de budgetgrens, maar in 2011 nam de armoede fors toe. De belangrijkste conclusie uit de landelijke Armoedemonitor is, dat de armoede in 2011 fors is gestegen ten 6
opzichte van een jaar eerder. De stijging is in alle risicogroepen terug te vinden: bij eenoudergezinnen, bijstandsontvangers, niet-westerse allochtonen en alleenstaanden tot 65 jaar. Ramingen wijzen erop dat in 2012 en 2013 sprake zal zijn van een verdere toename. Het regeerakkoord tussen VVD en PvdA is hierin nog niet verwerkt; de effecten van de voorgenomen maatregelen zullen veelal pas in 2014 zichtbaar worden. Wij herkennen de stijging van de armoedecijfers in onze praktijk en gaan ervan uit dat de landelijke trend zich de komende jaren ook in Tilburg en Breda voortzet. Het aantal mensen met een inkomen onder het ‘niet-veel-maar-toereikend’-criterium steeg met 181.000 personen, tot een totaal van ruim 1,1 miljoen. Ook het armoedepercentage groeide, van 6% in 2010 naar 7,1% in 2011. Gerekend in huishoudens zijn de ontwikkelingen in 2011 vergelijkbaar: er kwamen 80.000 arme huishoudens bij, waardoor het totaal uitkwam op 521.000; het aandeel arme huishoudens liep op van 6,4% naar 7,5%. Volgens het striktere basisbehoeftencriterium is de trend hetzelfde, maar komt men logischerwijs tot lagere armoedecijfers. In 2011 hadden 782.000 mensen in 355.000 huishoudens een inkomen onder die grens, 5% van het totaal. Voor het eerst sinds het begin van de crisis groeide ook de langdurige armoede in 2011 duidelijk. Ramingen duiden erop dat zich in 2012 een verdere groei voordoet: er komen 58.000 personen onder het ‘niet-veel-maar-toereikend’-criterium bij, die deel uitmaken van 29.000 huishoudens. In 2013 veranderen de armoedecijfers naar verwachting weinig. In 2012 zijn bezuinigingen op de huurtoeslag doorgevoerd die vooral de laagste inkomens treffen. Hierdoor wordt wonen voor deze groep nog minder betaalbaar. Uit onderzoek dat wij in 2011 hielden blijkt, dat 45% van onze huurders uit de primaire doelgroep (inkomen lager dan de maximale huurtoeslaggrenzen) onaanvaardbaar hoge woonlasten heeft. Wij kunnen dergelijke effecten van het inkomensbeleid voor individuen niet neutraliseren en vinden dat de overheid hiervoor verantwoordelijk is. Tegen deze achtergrond staan wij voor het dilemma om de hoge huurverhogingen, waarvoor de regering ruimte biedt om zo de verhuurdersheffing te kunnen betalen, te effectueren. Toch kiezen wij, met het oog op onze continuïteit, dit beleid wel door te voeren.
Scheiden wonen en zorg Het kabinet kiest ervoor om wonen en zorg te scheiden, wat betekent dat cliënten zelf voor woonruimte gaan betalen. Aanleiding zijn de stijgende zorgkosten intramuraal, dreigende personeelstekorten en het feit dat de AWBZ dusdanig is uitgedijd dat bezuinigingen onoverkomelijk zijn. Daarnaast is het de bedoeling dat bewoners van instellingen hierdoor meer keuzevrijheid krijgen en dat er meer huisvestingsvarianten worden aangeboden om tegemoet te komen aan hun woonwensen. De zorg wordt apart gefinancierd via de zorgverzekeringswet, WMO, AWBZ en eventueel via eigen middelen. Er ontstaat daarom een juridische en financiële scheiding tussen wonen/verblijf en zorg. Aan de uitwerking zitten nog veel haken en ogen, bijvoorbeeld in de wijze van huurprijsbepaling per kamer/eenheid en de aanpassing van de meestal langlopende contracten tussen corporatie en zorginstelling. Behalve deze ‘technische’ kant van de nieuwe regelgeving heeft deze ook tot gevolg dat mensen die tot nu toe een indicatie ‘intramuraal’ zouden krijgen, vanaf 2013 de indicatie ‘extramuraal’ krijgen. Daarmee krijgen ze dus niet langer automatisch zorg vanuit een instelling. Deze cliënten kunnen nog wel in een intramurale instelling terecht, maar dan alleen op basis van een huurcontract. Hierbij moet de rekening voor intramuraal verblijf worden gesplitst in die voor bewoning en verpleging en/of verzorging. De bewoners gaan vanaf die datum dus huur betalen in plaats van een (inkomensafhankelijke) eigen bijdrage. Door deze scheiding van wonen en zorg zullen meer huishoudens langer zelfstandig blijven wonen. Een punt van zorg is, dat het tempo van invoering zo hoog is dat op dit moment de begeleiding en de zorg thuis vaak nog niet goed geregeld zijn.
7
De brancheorganisaties van de zorgpartijen, ActiZ en Aedes, benadrukken de noodzaak van een woon-zorgbeleid dat: • voorziet in een zorgvuldig overgangstraject voor scheiden van wonen en zorg, zodat zorgorganisaties en corporaties niet in de problemen komen met hun bestaande zorgvastgoed; •
voldoende ruimte biedt om te kunnen investeren in betaalbare huisvesting voor ouderen met een zorgvraag;
•
voorziet in vergoedingen voor de meerkosten die verbonden aan zorgwoonruimte;
•
toewijzing van woningen aan deze doelgroep niet belemmert (bijvoorbeeld door een aangepaste positie binnen de Europese staatssteuneisen).
Heroverwegen en bijsturen vanwege externe ontwikkelingen In ons hoofd en in ons hart bezinnen we ons op hervormingen die ons in de turbulente omgeving verder kunnen brengen tegen minder kosten. Dat houdt ons flink bezig. We kijken naar ons verleden en putten uit ervaringen die we hebben opgedaan, we kijken hoe andere corporaties georganiseerd zijn en wij kijken of we wat kunnen leren van andere, maar vergelijkbare organisaties. In ons nieuwe meerjarenbeleidsplan hebben we een taakstellende bezuiniging van 15% op al onze kosten geformuleerd. Dit om onze ambities ook in financieel moeilijke tijden te kunnen blijven uitvoeren. Met de uitvoering van deze opdracht zijn wij in 2012 gestart. We hebben daarom uitgebreid overlegd met de vestigingen over bijsturingen op korte termijn in de onderhoudsbegroting en de investeringsbegroting. Welke onderhoudsprojecten en nieuwbouwprojecten gaan de komende tijd zeker door en welke kunnen we uitstellen? Hierover zijn diverse voorstellen gedaan. Het belangrijkste doel was het opzoeken van flexibiliteit (wat is in de tijd te faseren en wat niet) vanwege de voor deze uitgaven noodzakelijke financiering. Daarmee kregen we ook zicht op een aantal structurele kostenbesparingen die uiteraard begin 2013 in het bezuinigingsvoorstel worden opgenomen. De lokale context Prestatieafspraken over wonen In Breda en Tilburg hebben we, in respectievelijk 2011 en 2010, prestatieafspraken gemaakt over een groot aantal thema’s die met wonen te maken hebben.
Prestatieafspraken Breda In Breda hebben we de prestatieafspraken met de gemeente vastgelegd in de herijkte Alliantie 2011 tot en met 2014. Door externe ontwikkelingen zijn daar in 2012 diverse wijzigingen in aangebracht. Zo was collega-corporatie Laurentius door de financiële problemen niet meer in staat te investeren in de woningvoorraad. WonenBreburg is te hulp geschoten door meerdere projecten van Laurentius over te nemen. Vanwege de gewijzigde omstandigheden hebben we een nieuwe analyse gemaakt van de noodzakelijke aantallen sloop, wat geleid heeft tot een forse reductie. Was in 2011 in het herijkte convenant nog sprake van sloop van 1156 woningen, sinds 2012 gaan we voor de komende jaren uit van 748 te slopen woningen. Omdat een deel niet gesloopt wordt, hebben we het programma voor groot onderhoud sterk uitgebreid. Door het nieuwe regeringsbeleid met een sterk verhoogde verhuurdersheffing zien de corporaties zich genoodzaakt om ook andere afspraken meer te flexibiliseren. Afspraken zullen alleen nog voor de korte termijn gemaakt worden, dat wil zeggen voor de periode van een jaar met uitloop naar het daarop volgende jaar. Binnen de Alliantie zetten wij in op het behoud van de huidige omvang van de sociale woningvoorraad. De evaluatie van de starterslening heeft geleid tot het voortzetten van deze regeling. Bovendien heeft het afbouwen van de Koopgarant-regeling, een andere stimuleringsregeling tot koop, bij starters geleid tot een grotere vraag naar startersleningen. 8
Wij kunnen vaststellen dat de partners binnen de Alliantie dezelfde ambities hebben, maar door nog meer samen te werken met elkaar en met de bewoners, met minder, méér kunnen maken. Daar zijn we van overtuigd. Wij moeten daarom blijven investeren in samenwerking, zodat we onze ambities voor Breda en zijn bewoners waar kunnen blijven maken en zodat de bewoners hun ambities voor hun wijk, buurt en straat vorm kunnen geven.
Prestatieafspraken Tilburg In Tilburg is in januari 2010 het Convenant Wonen 2010 tot2015 overeengekomen. Hierin staan afspraken over de manier waarop de partijen de belangrijkste opgaven voor de volkshuisvesting in de stad de komende jaren gaan aanpakken. Het convenant bevat afspraken over 4 ambities: 'woonlasten, woonvoorraad en betaalbaarheid', 'keuzevrijheid en differentiatie', 'sociale stijging' en 'participatie en zeggenschap'. In het Convenant Wonen is afgesproken dat in de periode 2010 tot 2015 een sociale grondprijs wordt gerekend voor woningen met een huurprijs tot de aftoppingsgrenzen voor huurtoeslag. In 2012 hebben de corporaties aan de gemeente voorgesteld om deze grondprijs ook toe te passen op woningen met een huurprijs tot de liberaliseringsgrens. Het belangrijkste argument van de corporaties is, dat nieuwe huurwoningen lagere energielasten hebben dan de meeste bestaande woningen. Daardoor heeft een nieuwe woning met een hogere huurprijs toch ongeveer dezelfde maandlasten als een bestaande woning met een lagere huur en hogere energielasten. De onderhandelingen met de gemeente zijn in 2013 afgerond. In het Convenant Wonen zijn ook afspraken gemaakt over energetische maatregelen. Onder ‘Woonlasten en wooncomfort’ op pagina 15 kunt u meer daarover lezen.
9
Prestaties in 2012 voor de 5 resultaatgebieden 1. Resultaatgebied ‘klanttevredenheid’ Uit ons meerjarenbeleidsplan 2009-2012, ‘Energie in wonen’ Energie in onze klanten: ambities WonenBreburg Wij zijn er voor onze klanten: mensen die woningen huren en diensten afnemen – van onderhoud tot huismeester – of die interesse tonen in bij ons huren of kopen. Wij willen zo goed mogelijk inspelen op hun woonwensen. Daarom bieden we binnen een redelijke termijn woningen aan met een goede prijs-kwaliteitverhouding. Daarom investeren we voortdurend in de omvang en kwaliteit van onze woningvoorraad. Vertaald in doelstellingen en beoogde maatschappelijke effecten betekent dat: • Wij blijven actief voor de lage en middeninkomens; de breedte van onze doelgroepen is onze kracht. • Wij bieden onze klanten keuzevrijheid en een kwalitatief goede woning voor een betaalbare prijs. Energie in onze klanten: resultaten WonenBreburg Huisvesten van onze doelgroep De woningen worden sinds eind 2010 in Breda en begin 2011 in Tilburg toegewezen volgens het combinatiemodel. We gebruiken daarvoor onze woonruimtebemiddelingssystemen Woning in Zicht (Tilburg), Klik voor Wonen (Breda) en Klik voor Kamers (studenten). Het combinatiemodel combineert 4 verschillende modellen: het aanbodmodel, optiemodel, lotingmodel en het direct-te-huurmodel. Door het combineren van diverse modellen doen we recht aan de verschillende typen zoekers en woningen. Hiermee bieden we onze klanten maatwerk en flexibiliteit, maar het vraagt wel om een actieve houding van de woningzoekende; deze kiest zelf uit het aanbod en houdt zijn zoekprofiel actueel. Het is voor onze klanten de snelste manier om de juiste woning te vinden. Om te weten te komen of onze klanten dit combinatiemodel ook een verbetering vinden, hebben we in 2012 onderzoek gedaan naar de tevredenheid van woningzoekenden over de veranderingen. In de paragrafen Breda en Tilburg vindt u informatie over dit onderzoek en de resultaten.
Veranderingen relatie huur en inkomen Per 1 januari 2011 is nieuwe Europese regelgeving van kracht geworden die inhoudt dat wij minimaal 90% van onze vrijkomende woningen met een huurprijs van maximaal € 664,66 (norm 2012) moeten toewijzen aan huishoudens met een inkomen van maximaal € 34.085 (norm 2012). In 2012 voldeden wij, net als in 2011, aan de 90%-toewijzingseis.
Tabel Toewijzingen conform EU-regeling 2012 In % Binnen EU-regeling
Breda
Tilburg
ST Breda
ST Tilburg
WB
96,4%
96,3%
99,8%
99,8%
98,1%
Buiten EU-regeling
3,6%
3,7%
0,2%
0,2%
1,9%
Totaal
100%
100%
100%
100%
100%
De 10% toewijzingsruimte die we over hebben, gebruiken we voor personen die door persoonlijke, sociale of andere omstandigheden – zoals fysieke of psychische beperkingen – moeilijk passende huisvesting kunnen vinden, en voor middeninkomens.
Verruiming mogelijkheden voor middeninkomens In de nieuwe Woningwet wordt definitief geregeld hoe wij moeten omgaan met de toewijzing van met staatssteun gerealiseerde woningen (DAEB); een vertaling van de Europese regels. De Europese 10
regels hebben ertoe geleid dat starters en huishoudens met een middeninkomen (€ 34.085-€ 43.000) moeilijker toegang hebben tot de woningmarkt. In 2011 is onderzoek verricht naar de situatie van de middeninkomens (huishoudens met een inkomen van € 34.085 tot € 43.000) op de Tilburgse en Bredase woningmarkt. Naar aanleiding van de resultaten van dit onderzoek hebben de convenantspartners in 2012 besloten om in Tilburg ook de lage middeninkomens (€ 34.085-€ 38.000) toegang te geven tot huurwoningen met een huurprijs tussen de € 524,37 en € 664,66, uiteraard binnen de grenzen van de 10% ruimte die de Europese regelgeving ons biedt. Het woonruimtebemiddelingssysteem Woning In Zicht is hierop aangepast. De middeninkomens in Breda willen wij ook deze mogelijkheid bieden; we overwegen nog hoe. Het overhevelen van huurwoningen van het DAEB- naar niet-DAEB-segment, zoals we dat van plan waren, heeft door de vertraging in de totstandkoming van de nieuwe regelgeving niet in 2012 plaatsgevonden. Huisvesten van studenten Studenten zijn een belangrijke doelgroep van WonenBreburg. Naast Nederlandse studenten huisvesten we een grote groep internationale hbo- en wo-studenten. Studentenhuisvesting vraagt om specifieke dienstverlening. Om opgedane kennis en ervaringen te delen, zijn we aangesloten bij Kences, een samenwerkingsverband van corporaties die zich geheel of gedeeltelijk toeleggen op het huisvesten van studenten. De Kences-deelnemers huisvesten samen ruim 70.000 studenten. Als brancheorganisatie lobbyt Kences bij de politiek, wat eind 2012 leidde tot een beperking van de verhuurdersheffing voor studentenhuisvesters. Kences volgt de behoefteontwikkelingen in het hoger onderwijs op de voet en realiseert via de deelnemers zo veel mogelijk geschikte en betaalbare studentenhuisvesting. In 2012 hebben Kences en de ministeries van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en Binnenlandse Zaken de landelijke monitor studentenhuisvesting uitgevoerd, een jaarlijks onderzoek naar de woonwensen van studenten. Op basis van de resultaten van dit onderzoek zijn op stedelijk niveau prognoses gemaakt voor studentenhuisvesting. Door een verwachte groei van het aantal hbo-studenten in Breda zouden er in totaal 750 woonruimten bijgebouwd moeten worden. Het gaat om een woonbehoefte van 430 kamers met eigen voorzieningen en 320 zelfstandige woningen. In Tilburg wordt ook een groei van het aantal studenten verwacht, waardoor er in totaal 880 woonruimten bijgebouwd zouden moeten worden. Ook hier is vooral behoefte aan kamers met eigen voorzieningen en zelfstandige woonruimten. Door het onderzoek is de kwalitatieve vraag van studenten duidelijk geworden; we willen in Tilburg en Breda in 2013 daarom nieuwe eenheden opleveren die zo veel mogelijk voldoen aan de wensen in termen van locatie, soort woning en huurprijs. Daarmee dragen we bij aan de uitkomst van het Landelijk Actieplan Studentenhuisvesting. De gemiddelde wachttijd voor een onzelfstandige studentenkamer is in Tilburg en Breda redelijk stabiel met 2 à 4 maanden. De wachttijd voor een zelfstandige woonruimte schommelt erg gedurende het jaar: het aanbod is niet zo groot, maar de vraag groeit wel. In Tilburg was de wachttijd in het laatste kwartaal van 2012 gemiddeld 7 maanden en in Breda 2 jaar. De relatief korte wachttijd in Tilburg komt vooral door het feit dat we in een herstructureringswijk de vrijkomende woningen verhuren aan studenten. In 2013 hopen we met de oplevering van 264 zelfstandige eenheden in het centrum van Tilburg en de oplevering van 41 zelfstandige en 36 onzelfstandige nieuwbouwappartementen in Breda meer invulling te geven aan de groeiende behoefte aan zelfstandige eenheden. Daarnaast hebben we in 2012 gewerkt aan de besluitvorming voor het uitbreiden met nog eens ruim 150 eenheden per stad door overname van woningen uit het reguliere woningbezit van WonenBreburg in Breda en Tilburg.
11
Huurbeleid voor onze doelgroep Wij streven naar voldoende betaalbare woningen voor onze primaire doelgroep. Daarom willen we dat onze woningen in belangrijke mate financieel bereikbaar blijven voor huurders met lagere inkomens. Dat bereiken we onder meer door een adequaat huurbeleid. De toepassing van dit huurbeleid hebben we afgestemd met de huurdersbelangenorganisatie. Ons huurbeleid is gebaseerd op de volgende uitgangspunten en randvoorwaarden: • zo simpel mogelijk, dus eenvoudig uit te leggen aan de klant; •
streven naar stabiliteit, dus geen verrassingen voor huurders;
•
jaarlijkse verhoging gelijkmatig laten verlopen, zodat er geen schoksgewijze verhogingen zijn;
•
over het algemeen de inkomensontwikkelingen volgen (inflatie volgend);
•
zo objectief mogelijk, onder andere door rekening te houden met het woningwaarderingsstelsel (WWS) en de WOZ-waarde ; [1]
• • • •
[2]
marktvolgend, dus met marktontwikkelingen meegroeien; redelijke prijs-kwaliteitverhouding; wij passen een streefhuurbeleid toe, waarbij we de huurprijs bij een mutatie bepalen op basis van de kwaliteit van de woning; wij maken prestatieafspraken met gemeenten.
Wij pleiten nog steeds voor een huursombenadering. Idealiter zou er sprake zijn van differentiatie van huurverhogingspercentages, waarbij de huurbeleidsystematiek wordt toegepast om de huurprijs te bepalen. In 2012 gaven de strakke richtlijnen vanuit de overheid ons helaas geen ruimte om deze differentiatie toe te passen. Om het systeem van streefhuurbepalingen te vereenvoudigen en de huurprijsontwikkeling beter aan te laten sluiten op de marktontwikkelingen, zijn wij in 2013 gestart met het uitwerken van een nieuw huurbeleid. We kunnen dit beleid waarschijnlijk in de loop van 2013 vaststellen en implementeren.
Huurverhogingsronde 2012 Het was in het voorjaar van 2012 lang onzeker of de door het kabinet gewenste extra huurverhoging van 5% voor huishoudens met een inkomen hoger dan € 43.000 op tijd zou worden vastgesteld door het parlement. Deze maatregel werd door het kabinet voorgesteld om het scheefwonen tegen te gaan. Om deze extra huurverhoging te kunnen uitvoeren, ontvingen wij in maart 2012 van de Belastingdienst de inkomensindicaties van al onze huurders. Daarna bleek dat minister Spies te vroeg had gehandeld: conform de privacywetgeving had de Belastingdienst de inkomensindicaties pas mogen geven op het moment dat de wetswijziging was aangenomen door het parlement. De inkomensindicaties zijn daarom vernietigd en de inkomensafhankelijke huurverhoging was voor 2012 van de baan. De verhuurdersheffing blijft in 2013 en verdere jaren echter wel van kracht. Om deze te kunnen betalen en de ontwikkelingen aan de kostenkant van de begroting het hoofd te kunnen bieden, hebben wij de ruimte die het parlement ons voor de huurverhoging per 1 juli 2012 heeft gegeven maximaal benut. Deze ruimte bestond uit een huurverhoging van maximaal 2,3%; de inflatie over 2011. Voor 2012 hebben wij dus, net zoals in de voorgaande 3 jaren, geen differentiatie toegepast en hebben wij voor alle zelfstandige en onzelfstandige eenheden (exclusief uitzonderingen) een huurverhogingspercentage van 2,3% doorberekend. Een nadere uitwerking in cijfers vindt u in de tabellen 7 tot en met 9 in de bijlage bij dit volkshuisvestingsverslag.
[1] WWS: Het woningwaarderingsstelsel is een puntensysteem waarmee de kwaliteit van een huurwoning wordt uitgedrukt. Hoe hoger de kwaliteit, hoe meer punten. Het totaal aantal punten bepaalt de maximale huurprijs van de woning. [2] WOZ staat voor Waardering Onroerende Zaken. De WOZ-waarde is het bedrag dat een woning, naar verwachting, zou hebben opgebracht als deze op de peildatum van de waardebepaling was verkocht.
12
Kwaliteitsmeting van onze dienstverlening
We zien en horen de klant graag! In 2012 hebben wij 2 keer ons digitale klantenpanel W@ttelt ingezet. De leden hebben ons geadviseerd over de volgende onderwerpen: - het nieuwe meerjarenbeleidsplan (2013-2016) - evaluatie van de nieuwe website en groei en gebruik van sociale media
Lean In 2012 is WonenBreburg begonnen met het toepassen van ‘Lean’ als procesoptimalisatiemethode. De kern van de Lean-methode is het gestructureerd identificeren en elimineren van alle soorten verspilling. Toepassing van Lean moet leiden tot een grotere klanttevredenheid, snellere doorlooptijden en lagere kosten. We zijn begonnen met het vergroten van de kennis over Lean. Medewerkers van verschillende afdelingen hebben met goed gevolg een opleiding tot ‘green’ of ‘orange belt’ gevolgd. Daarnaast hebben we Kaizensessies (korte eendaagse verbetersessies) gehouden en gebruikgemaakt van de denkwijze en de technieken van Lean bij de organisatiebrede verbeterprojecten. In 2013 gaan we meer omvangrijke verbeterprojecten opzetten op basis van deze procesoptimalisatiemethode. Vooral de productiegeoriënteerde omgeving van het onderhoudsbedrijf leent zich goed voor de toepassing van deze methode.
Kwaliteitskaarten onderhoudsbedrijf Na elke reparatie ontvangt de huurder een kwaliteitskaart van het onderhoudsbedrijf, waarmee hij zijn waardering of klacht kan melden. Bij een klacht, die wij overigens voor minder dan 1% van het aantal uitgevoerde reparatieverzoeken ontvingen, neemt een medewerker van het onderhoudsbedrijf contact op. De meeste klachten worden in onderling overleg naar tevredenheid van de huurder opgelost. In 2012 hebben we de kwaliteitskaart herontworpen. De binnengekomen kaarten worden voortaan digitaal gescand, waardoor het onderhoudsbedrijf bijna continu kan meten hoe tevreden de huurder is over de uitgevoerde reparatiewerkzaamheden. De meting geeft ook inzicht in hoeverre de huurder waardering heeft voor het gemak waarmee een reparatieverzoek kan worden ingediend, of dat de huurder vindt dat het onderhoudsbedrijf snel genoeg is langsgekomen.
Klantonderzoeken Wij voeren periodiek klantonderzoeken uit om een beeld te krijgen van hoe de klant vindt dat wij het doen, maar ook iedere klacht – die wij weinig krijgen in verhouding tot het aantal verhuureenheden – zien we als een kans om onze dienstverlening te verbeteren. Onze klanten kunnen via de website een klacht indienen. De klantonderzoeken laten ook zien dat de klanten in het algemeen tevreden zijn over onze dienstverlening. Zo laten de bewonersenquête Bewonersplatform Wonen-Breda en de bewonersenquête HBO Wonen 99 (Tilburg), USP (klanttevredenheidsonderzoek voor woningcorporaties) en Lemon (Leefbaarheidsmonitor) zien dat onze bewoners zelfs een verbetering in onze dienstverlening zien. Daarnaast krijgt elke vertrekkende en nieuwe huurder van ons een enquête over de kwaliteit van onze dienstverlening. De resultaten monitoren we met behulp van rapportages. Bij grootonderhoudsprojecten enquêteren we de bewoners over onze dienstverlening. De resultaten gebruiken we bij projectevaluaties. Bij de Building Business Reputatie Monitor, een jaarlijks terugkerend onderzoek naar de naam en faam van organisaties in de vastgoedsector, was WonenBreburg titelhouder ‘reputatie onder klanten’. Bij het onderzoek onder zakelijke respondenten zakte WonenBreburg dit jaar een plaats, maar het totaalcijfer steeg wederom, nu naar 71,3 (2011: 71,0) op een schaal van 100. Deze stijging is te zien op de gebieden servicegerichtheid, maatschappelijke verantwoordelijkheid, transparantie en bedrijfsmatige werkwijze. Het blad Building Business voert jaarlijks een reputatiemonitor uit, onder andere binnen de vastgoedsector. Deze monitor doet onderzoek onder 3.400 beleidsbepalers, medewerkers en commercieel verantwoordelijken bij bouwers, ontwikkelaars, gemeenten, corporaties, architecten en grote fabrikanten. 13
Maatwerk voor de (individuele) klant
Klantcontactcentrum (KCC) WonenBreburg WonenBreburg vindt tevreden klanten erg belangrijk. Onze klanten moeten er op kunnen rekenen dat hun probleem in één keer wordt opgelost en dat zij altijd vriendelijk en behulpzaam worden geholpen. Het mag hierbij niet uitmaken door welke medewerker een klant wordt geholpen en via welk communicatiekanaal hij contact met ons zoekt. Dit betekent dat wij altijd hetzelfde antwoord of dezelfde uitleg geven. Uit recent klantonderzoek blijkt, dat de klant dit ook van ons verwacht. Daarnaast willen we nog meer inzicht krijgen in de behoefte van onze klanten, zodat we daar beter naar kunnen handelen. Dit willen we bereiken door het klantcontact anders te organiseren en zo veel mogelijk te centreren op één plek: in het klantcontactcentrum.
Melden reparatieverzoeken via internet Sinds 2009 stimuleren wij onze huurders om hun reparatieverzoeken via internet te melden. In 2012 hebben we onze internetpagina geheel vernieuwd en uitgebreid met nieuwe functionaliteiten. De huurder heeft nu toegang tot een ‘Mijn WonenBreburg-portaal’. Binnen dit portaal kan de huurder reparatieverzoeken melden, maar bijvoorbeeld ook zijn persoonlijke gegevens wijzigen. Het percentage meldingen via internet is in 2012 gedaald naar 19,4%, van 21% in 2011. Deze daling is het gevolg van het feit dat de drempel naar het wachtwoordbeveiligde portaal hoger is geworden. Het blijft echter onze ambitie om het percentage meldingen via internet op 40% te krijgen, waar bewoners 7x24 uur per week reparatieverzoeken kunnen melden. In 2013 gaan wij meer klanten verleiden om reparatieverzoeken digitaal in te dienen. Hiervoor stellen wij een plan van aanpak op. Energie in ons woningbezit: ambities WonenBreburg Voor 2020 willen wij onze gehele woningvoorraad op een hoogwaardig(er) energieprestatieniveau brengen. In het nieuwe meerjarenbeleidsplan voor de periode 2013-2016 hebben we het energieprestatieniveau verder geconcretiseerd. Wij willen dat minimaal 60% van onze voorraad voor 2017 een energiecertificaat met label C of hoger heeft. In 2016 wordt voor 10% van onze woningvoorraad duurzaam opgewekte energie (zon, wind, biomassa en aardwarmte) gebruikt voor het verwarmen van de woning. In juni 2012 heeft Aedes het Koepelconvenant Energiebesparing Gebouwde Omgeving geactualiseerd. Aedes tekende tevens twee deelconvenanten: het Convenant Energiebesparing Corporatiesector en het Lenteakkoord Energiezuinige Nieuwbouw. Als de convenanten zijn uitgevoerd, heeft de woningvoorraad van de corporaties in 2021 een kwaliteit met een energie-index van 1,25, oftewel gemiddeld energielabel B. We hanteren bij verbetering en groot onderhoud het uitgangspunt dat de huurverhoging voor huurders met een gemiddeld energieverbruik niet hoger is dan de gemiddelde besparing op de energiekosten. Wij denken dat de energieprijzen vanaf 2013 ten minste met de minimale jaarlijkse huurverhoging van 4% stijgen. Ook de prijscomponenten energiebelasting, opslag extra energiebelasting en verhoging van de vastrechtbedragen per aansluiting vertonen een stijgende lijn. Het verbeteren van de energieprestatie van onze woningvoorraad heeft een positief effect op de • woonlasten van onze huurders; • CO2-uitstoot van onze woningen; • toekomstwaarde van onze woningen. Daarnaast blijven wij onze huurders bewust maken van hun energieverbruik. Zo kunnen ze zelf bijdragen aan de beheersing van hun woonlasten en de beperking van de uitstoot van CO2.
14
Energie in ons woningbezit: resultaten WonenBreburg Woonlasten en wooncomfort
Duurzame energiesystemen: warmte-koudeopslag In 2012 hebben wij twee grote nieuwbouwprojecten opgeleverd waarin wij duurzame energiesystemen hebben gerealiseerd: De Nieuwe Heikant in Tilburg en Spring in Breda. Zo hebben wij bij een groot deel van de nieuwbouwwoningen een goede duurzame energetische kwaliteit gerealiseerd. De warmte- en koudesystemen worden door onze Duurzame Energie Exploitatie BV geëxploiteerd. Huurders en eigenaar-bewoners gaan een leveringsovereenkomst aan met deze exploitant.
Duurzame Energie Exploitatie (DEE) We werken aan onze energieambities; zo hebben wij sinds enkele jaren een aparte entiteit die duurzame energiesystemen exploiteert, DEE (Duurzame Energie Exploitatie WonenBreburg BV). WonenBreburg heeft een 100% belang in DEE WonenBreburg BV. Met deze vennootschap leveren we energiediensten, zoals (warm) tapwater, warmte voor verwarmingsinstallaties en koude voor koeling. Daarnaast richt DEE zich op (project)ontwikkeling van energiesystemen. Hieronder vallen ook het stichten, verbouwen en onderhouden van de installaties en het aanleggen, respectievelijk wijzigen, van de infrastructuur. DEE draagt bij tot het beheersen van de woonlasten van onze klanten en het verminderen van de CO2-uitstoot. Bovendien draagt het bij tot duurzaamheid en het versterken van de marktpositie en waardeontwikkeling van ons vastgoed. We exploiteren DEE onder eigen regie en verantwoordelijkheid. De dagelijkse bedrijfsvoering is binnen onze organisatie belegd. Daardoor vergroten we onze kennis en ervaring met het leveren van energiediensten. In januari 2013 is de nieuwe Warmtewet aangenomen, die medebepalend is voor de positionering, organisatie en prijsstelling van DEE. We maken afwegingen op basis van expertise en efficiency, bijvoorbeeld bij het wel of niet uitbesteden van bepaalde activiteiten. Het jaarresultaat van de vennootschap staat in het jaarverslag op pagina 96.
Verduurzaming van het stadverwarmingsnetwerk Onze woningen in Tilburg-Noord, Reeshof, Breda-Noord en Haagse Beemden zijn aangesloten op het stadsverwarmingsnetwerk van Essent. Daardoor is een groot deel van onze huurders een directe klant van Essent, dat warmteproducent, warmtenetwerkhouder en leverancier is. In 2012 hebben we gesprekken gevoerd met Essent Local Energy Solutions (ELES) en de gemeenten Breda en Tilburg over de toekomst en verduurzaming van het netwerk als energiedrager. Stadsverwarming is in principe duurzamer dan fossiel gas. De vergroening van het bestaande netwerk biedt grote kansen voor onze duurzaamheidsdoelstelling mits er meerdere ‘groene’ leveranciers op het netwerk kunnen leveren.
Inkopen van warmte en de nieuwe Warmtewet De nieuwe Warmtewet beschermt huurders tegen te hoge tarieven. De warmte voor onze flatgebouwen kopen we in bij Essent en we verrekenen de warmtekosten van deze gebouwen via de warmtekostenverdeling met de huurders. WonenBreburg wordt volgens de nieuwe wet aangemerkt als warmteleverancier en mag huurders daarom alleen een wettelijke maximumprijs in rekening brengen. Samen met Essent zijn we gestart met het vernieuwen van deze grote, zakelijke contracten. We willen goede tarieven voor onze huurders bereiken en willen bovendien geen inkooprisico lopen. Daarnaast willen we bereiken dat er in het beheer een duidelijke grensscheiding is tussen de binneninstallatie, eigendom van WonenBreburg, en het warmtenetwerk (blokverwarming van Essent) zodat de kwaliteit kan worden geborgd en er bij storingen snel en goed kan worden gehandeld.
15
Inkoop van energie WonenBreburg koopt jaarlijks rechtstreeks groene stroom in voor het verwarmen en verlichten van een groot aantal van zijn flatgebouwen en bedrijfsgebouwen. Het gebruik van duurzaam geproduceerde energie leidt tot minder uitstoot van CO2. Naast inkoopvoordeel levert het bovendien efficiencyvoordelen op, want we optimaliseren zo ook het beheer van onze elektra- en gasaansluitingen. Eind 2012 is voor 2013 en 2014 een nieuwe raamovereenkomst gesloten met onze leveranciers van gas en groene stroom.
Energielabels bezit WonenBreburg Aantal energielabels woningen (zelfstandig)
Breda
Tilburg
totaal
Certificaat C of hoger
2.378
7.025
9.403
Certificaat D of lager
5.296
8.311
13.607
Geen certificaat Totaal WonenBreburg Aantal energielabels woningen (zelfstandig)
275
269
544
7.949
15.605
23.554
Breda
Tilburg
totaal
Certificaat C of hoger
29,92%
45,02%
39,92%
Certificaat D of lager
66,62%
53,26%
57,77%
Geen certificaat
3,46%
1,72%
2,31%
Totaal WonenBreburg
100%
100%
100%
Regelgeving en onderzoek WonenBreburg nam ook in 2012 deel aan diverse landelijke netwerken en platforms, zoals Aedes, Kences, het Warmte-overleg, de werkgroep Regelgeving van PeGO, het NEW (Nationaal Expertisecentrum Warmte) en de Groene huisvesters. Thema’s waren onder ander lobbyen voor het aanbrengen van wijzigingen in de Warmtewet, een betere waardering van duurzame warmte in energielabeling en de aansluitplicht op warmtenetwerken. Wonen naar wens: ambities WonenBreburg Mensen willen hun eigen woonplezier maken, maar dat kan niet altijd. Wij weten echter dat een stabiele basis voor veel bewoners minstens zo belangrijk is als individueel maatwerk en innovatie. De kwaliteitseisen die aan de woning worden gesteld, veranderen. Wij willen op die veranderende vraag blijven inspelen. Vertaald in doelstellingen en beoogde maatschappelijke effecten betekent dat, dat we • zo goed mogelijk inspelen op de woonwensen van onze klanten; • huisvesting blijven bieden die past bij de veranderende vraag; • klanten zo veel mogelijk vrijlaten om hun woning naar eigen wens aan te passen en in te richten. Wonen naar wens: resultaten WonenBreburg Specifieke vormen van dienstverlening
Kopen van een bestaande woning Wij hebben bijna 4.000 woningen voor verkoop aangewezen op basis van een aantal afwegingen, zoals marktvraag, ligging, kwaliteit en samenstelling van de woningvoorraad in de wijk. Sommige woningen worden aangeboden onder de voorwaarden van Koopgarant en worden verkocht met een korting tot 25%. In 2012 hebben we 192 woningen uit ons bezit verkocht. Bij 24 daarvan ging het om doorverkopen; deze woningen kochten we eerder dit jaar terug van Koopgarant-eigenaren. We hebben en houden de overtuiging dat we een groep woningzoekenden met lagere middeninkomens aan een eigen woning kunnen helpen. Deze mensen staan niet langer op de wachtlijst voor een huurwoning en leveren als huiseigenaar doorgaans een positieve bijdrage aan de wijk. 16
Huren in de vrije sector We beheren ook woningen met een huurprijs boven de huurtoeslaggrens. Daarvan hebben ongeveer 400 woningen een huurprijsniveau dat maatwerk vereist om er bewoners bij te vinden. Die woningen verhuren we daarom niet alleen via het woonruimtebemiddelingssysteem, maar onze verkoopmakelaars zoeken ook bewoners op de vrije markt. In 2012 hebben we zo 124 huurwoningen uit de vrije sector verhuurd.
Tijdelijke verhuur bij herstructurering Wij hebben een aantal wooncomplexen aangewezen voor sloop. Voordat de woningen gesloopt worden, verhuren wij ze op basis van een contract voor korte duur – meestal aan studenten – op basis van de leegstandswet. Het gaat om een aantal complexen in de wijken Heuvel en Brabantpark in Breda en om verspreid in Tilburg gelegen woningen, waaronder in de Lange Nieuwstraat en Rosmolen. In totaal huisvesten we op die manier ongeveer 250 bewoners.
17
BREDA Energie in onze klanten: resultaten in Breda Huisvesten van onze doelgroep
Klanten tevreden over combinatiemodel In Breda is het nieuwe woonruimtebemiddelingssysteem Klik voor Wonen geëvalueerd; het rapport werd begin 2012 opgeleverd. Uit de evaluatie blijkt, dat het nieuwe zoeksysteem succesvol is. Dit geldt zowel voor het gebruik van de website als het systeem zelf. Het nieuwe systeem past bij de woonconsument van nu, een woonconsument die in toenemende mate op zijn verantwoordelijkheid wordt aangesproken en dit zelf ook verlangt. Hij maakt zelf zijn keuzes en kiest het model dat bij hem past. De gemiddelde wachttijd is met een half jaar afgenomen, van 4,5 naar 4 jaar. Ook hebben starters en spoedzoekers meer mogelijkheden om op korte termijn een huurwoning te vinden. De toevoeging van de lotingmodule geeft namelijk meer mogelijkheden voor mensen met een korte inschrijfduur, waarbij geldt dat ‘meer moeite doen’ de kansen voor een woningzoekende vergroot. De 6.500 ondervraagde woningzoekenden geven aan tevreden te zijn over het nieuwe systeem. Uit de cijfers blijkt ook, dat ze nu actiever betrokken zijn bij het vinden van de juiste woning.
Uitbreiding woningaanbod Klik voor Wonen Vanaf december 2012 is Klik voor Wonen uitgebreid. Sindsdien bieden ook Woonstichting Etten-Leur (WEL), Brabantse Waard (gemeente Moerdijk) en Bernardus Wonen (gemeente Halderberge) hun woningen aan via deze website. Hetzelfde geldt voor de huurwoningen van Laurentius in Chaam en Galder. Door de nieuwe samenwerking krijgen woningzoekenden met één inschrijving toegang tot een groter, regionaal woningaanbod. Het aanbod van Klik voor Wonen wordt hiermee uitgebreid van 25.000 naar 38.000 huurwoningen in West-Brabant. Huisvesten van studenten
Samenwerking met onderwijsinstellingen Met de onderwijsinstellingen voor hoger onderwijs in Breda, Avans en NHTV, hebben wij in 2012 nieuwe afspraken gemaakt over de groep internationale studenten en hun huisvesting. In 2012 hebben wij in Breda 523 internationale studenten gehuisvest. Zowel NHTV als Avans heeft er veel belang bij dat de huisvesting van hun internationale studenten goed georganiseerd is. Dit heeft ertoe geleid dat we tijdens de aankomstdagen van de studenten op de onderwijsinstelling aanwezig zijn om de studenten te ontvangen en hun contract te laten tekenen. Naast nauwe samenwerking met de onderwijsinstellingen zoeken we hierin ook uitdrukkelijk de samenwerking met Singelveste AlleeWonen. De beschikbare kamers worden in ons gezamenlijke systeem studentroomsbreda.com geadverteerd. Internationale studenten kunnen thuis het aanbod van beschikbare kamers inzien en boeken. Via klikvoorkamers.nl worden de kamers voor reguliere studenten gepubliceerd. In 2012 is het aantal inschrijvingen via klikvoorkamers met meer dan 40% gegroeid; studenten weten de weg steeds beter te vinden. Breda is geen universiteitsstad; de hbo-studenten van voornamelijk Avans en NHTV kunnen op redelijk korte termijn een kamer in Breda huren (met een wachttijd van rond de 2 maanden voor een onzelfstandige kamer). De vraag naar kamers met eigen voorzieningen en zelfstandige woonruimtes is echter groter dan het aanbod. Wachttijden hangen dan ook sterk af van het al dan niet kunnen inzetten van herstructureringspanden voor studenten. Dit aanbod is echter niet structureel en niet voor de lange termijn, waardoor wachttijden erg schommelen. WonenBreburg zal zich in Breda dan ook sterk blijven maken om aan de vraag naar zelfstandige woonruimte of kamers met eigen voorzieningen te kunnen voldoen, zoals die ook uit de studentenmonitor van Kences naar voren is gekomen.
18
Effecten economische crisis Door de vertraagde groei in de economie en de bijstelling van afspraken met de gemeente Breda hebben wij minder complexen gesloopt dan gepland was. Door het uitstel van de sloop van een aantal complexen heeft afdeling VAST (Verkoop, Advies, Studentenhuisvesting en Tijdelijke verhuur) de ruim 200 studenteneenheden die daarin beschikbaar waren in het aanbod kunnen houden. Deze eenheden zijn direct verhuurd via contracten met onderwijsinstellingen; door ze tijdelijk aan studenten te verhuren, konden we in een acute vraag naar studenteneenheden voorzien. Huisvesten bijzondere doelgroepen In het kader van de samenwerkingsafspraken met de gemeente en de zorgpartijen hebben we in 2012 aan de volgende aantallen individuele personen met voorrang een woning toegewezen: •
•
Vergunninghouders: 8 personen gehuisvest, 1 persoon had op 31-12-2012 een lopende aanbieding. De taakstelling voor WonenBreburg was in 2012 23, maar er zijn slechts 9 personen aangemeld; de taakstelling was dus hoger dan de daadwerkelijke vraag. We verwachten dat de kandidaten die in 2012 niet zijn aangemeld, alsnog in 2013 aangemeld worden. Zorginstellingen en maatschappelijke opvang. De taakstelling voor WonenBreburg was 31 wooneenheden; de 18 aanvragen die er waren, zijn in 2012 gerealiseerd. We hebben de taakstelling dus niet gehaald, omdat er minder vraag was.
Kwaliteitsmeting van onze dienstverlening
Klachten dienstverlening: interne klachtenprocedure In 2012 heeft de vestiging in Breda 14 klachten ontvangen. De klachten hadden betrekking op huurbeleid (2), verhuurbeleid (2), gedrag medewerker (3), vastgoedbeleid (4), DEE financieel beleid (2) en een klacht over derden (1). Van de ingediende klachten zijn er 3 gegrond en 11 ongegrond verklaard. Alle klachten zijn volgens de interne klachtenprocedure behandeld en afgehandeld. In verhouding tot het aantal verhuureenheden krijgen wij weinig klachten. Dat blijkt ook uit het aantal klachten dat bij de Stedelijke Geschillencommissie Breda is ingediend.
Klachten dienstverlening: Stedelijke Geschillencommissie Breda In 2012 ontving de Stedelijke Geschillencommissie Breda 10 klachten over WonenBreburg, waarvan er 1 – over een betaling rondom de oplevering van de woning – gedeeltelijk gegrond is verklaard. Een klacht over een verhuiskostenvergoeding is naar ons terugverwezen en in overleg met de betrokken huurder opgelost. Twee klachten, over burenoverlast en elektriciteitsverbruik bij een scootmobielstalling, zijn ongegrond verklaard. Een klacht over huurrestitutie bij overlast is geschikt tijdens de zitting. Daarnaast heeft de geschillencommissie 4 klachten om verschillende redenen niet in behandeling genomen: de klager had geen interne procedure gevolgd, er was onvoldoende informatie, de klacht had betrekking op Tilburg en de klacht ging niet over WonenBreburg. Ten slotte is een klacht over de uitvoering van groot onderhoud nog in behandeling. Maatwerk voor de (individuele) klant
Begeleidingstrajecten voor mensen met betalings- en/of overlastproblemen In Breda zijn wij, om huisuitzettingen van zittende huurders bij betalings- en/of overlastproblemen te voorkomen, overeenkomsten aangegaan met IMW (Instituut Maatschappelijk Welzijn) en SMO (Stichting Maatschappelijke Opvang). Daarmee willen we extra begeleiding kunnen bieden bij de aanpak van de problemen van deze huurders. Dit leidde in 2012 tot 22 preventieve huisbezoeken door het IMW en tot 14 gevallen van preventieve woonbegeleiding.
19
Energie in ons woningbezit: resultaten in Breda Woonlasten en wooncomfort
Alliantieafspraken Binnen de Alliantie hebben we in Breda afspraken gemaakt over energieverbruik. We geven inzicht in het energetisch verbeterprogramma en bij toekomstige verbeterplannen streven we voor onze woningen naar energielabel B, of ten minste twee labelstappen vooruit. 4 keer per jaar overleggen de gemeente Breda en de Bredase corporaties over de voortgang van de verbeteraanpak. We hebben inmiddels diverse onderhoudsprojecten uitgevoerd en cv-ketels projectmatig vervangen. Dit leidde tot labelverbetering.
Energieraad Breda WonenBreburg neemt samen met de gemeente Breda, Rabobank, Essent en externe adviseurs deel aan de Energieraad Breda. De raad formuleert voorstellen voor de aanpak van het klimaatbeleid in Breda en ontwikkelt initiatieven voor energiebesparing en CO2-reductie in de gemeente.
Stichting Milieu- en Leefklimaat De Kroeten Breda WonenBreburg is vertegenwoordigd in Stichting Milieu- en Leefklimaat De Kroeten Breda. Deze stichting beheert de middelen die voortvloeien uit de exploitatie van Windmolen Kroeten. In 2012 zijn we samen met Stichting Bredase Energie Services (BRES) gestart met een zonnepanelenproject in de wijk Kroeten-Midden. BRES is een burgerinitiatief ter bevordering van energiebesparing en toepassing van duurzame energie. De stichting biedt verbeteringsarrangementen voor eigenaar-bewoners.
Intentieovereenkomst biomassacentrale Breda De gemeente Breda wil het energieverbruik van vooral nieuwbouwwoningen verduurzamen. De jaarlijkse CO2-uitstoot zou aanzienlijk teruggebracht kunnen worden door in een biomassacentrale duurzame elektra en warmte te produceren, en deze warmte vervolgens over het bestaande netwerk aan corporatiewoningen te leveren. Uit een samen met Essent uitgevoerd onderzoek is echter gebleken dat dit niet haalbaar is vanwege het sterk teruglopen van het aantal aan te sluiten nieuwbouwwoningen, de hoge investeringen voor het maken van aansluitingen en de aanlooprisico’s. In december 2012 heeft de gemeente Breda besloten te stoppen met deze ontwikkeling. De gemeente heeft de hoge voorinvesteringen helaas als een verlies moeten nemen. Het aanbod van de gezamenlijke corporaties om een groot warmtevolume in de vorm van bestaande aansluitingen - waarvoor nieuwe contracten moeten worden afgesloten - onder de ‘vergroening’ te brengen, werd beoordeeld als financieel niet haalbaar. Wonen naar wens: resultaten in Breda Specifieke vormen van dienstverlening
Woonwagens en standplaatsen De gemeente Breda heeft de beheerovereenkomst voor woonwagens en standplaatsen met WonenBreburg verlengd totdat zij een nieuw beheerbeleid heeft gemaakt; door de reorganisatie bij de gemeente is dat nog niet gebeurd. De gemeente wil zo veel mogelijk standplaatsen aan de woonwagenbewoners verkopen. Het scenario is om verder te gaan met het uitponden van de locaties. WonenBreburg blijft conform het huidige contract het beheer uitvoeren De contacten met de woonwagenbewoners besteden we uit aan het gespecialiseerde bedrijf Nijbod Consultancy uit Eindhoven. Wij overlegden iedere 6 weken met medewerkers van Nijbod en de afdeling Handhaving van de gemeente Breda.
20
Tilburg Energie in onze klanten: resultaten in Tilburg Huisvesten van onze doelgroep
Klanten tevreden over combinatiemodel In maart 2012, één jaar na de livegang van het nieuwe zoeksysteem Woning In Zicht voor huurwoningen van Tilburgse woningcorporaties, hebben wij een klanttevredenheidsonderzoek gehouden. Onze klanten hebben hun weg gevonden in de nieuwe manier van zoeken. Ze zijn tevreden over de website (7,2) en de mogelijkheden die de verschillende modellen en diensten bieden om een woning naar wens te vinden. Het onderzoek werd uitgevoerd door onderzoeksbureau USP Marketing en Consultancy. Huisvesten van studenten We hebben in Tilburg niet te maken met een overspannen kamermarkt. De wachttijd voor een onzelfstandige eenheid is 2 maanden. Er is echter meer vraag naar kamers met eigen voorzieningen en zelfstandige woonruimtes dan aanbod. De wachttijden hangen dan ook sterk af van het al dan niet kunnen inzetten van herstructureringspanden voor studenten. Dit aanbod is echter niet structureel en niet voor de lange termijn, waardoor wachttijden erg schommelen. WonenBreburg zal zich in Tilburg dan ook sterk blijven maken om aan de vraag naar zelfstandige woonruimte of kamers met eigen voorzieningen te kunnen voorzien, zoals die ook uit de studentenmonitor van Kences naar voren is gekomen.
Internationalisering van onderwijs Prognoses van de Universiteit van Tilburg (UvT) laten een verwachte toename zien in de groep buitenlandse degree-studenten met 25% tot 2016 en een afname van de groep Nederlandse studenten met 4%. Het belang van nauwe samenwerking om deze internationale studenten te kunnen huisvesten, is dus groot. Daarom hebben we jaarlijks afstemming met de UvT over aantallen, dienstverlening en gewenste kwaliteit. In 2012 hebben wij 394 internationale studenten gehuisvest. Voor 2013 staat de oplevering van 90 zelfstandige eenheden in het centrum van Tilburg voor internationale studenten gepland. Huisvesten bijzondere doelgroepen In het kader van de samenwerkingsafspraken met de gemeente en zorgpartijen hebben we in 2012 aan de volgende aantallen individuele personen met voorrang een woning toegewezen: • Tilburg: vergunninghouders. Taakstelling WonenBreburg was 17 woningen, er zijn 17 woningen toegewezen en 22 personen gehuisvest. De toewijzing van 4 woningen (4 personen gehuisvest) is overgezet naar de taakstelling van 2013. De taakstelling in Tilburg voor 2012 is gehaald. • In 2012 zijn er 25 personen gehuisvest via begeleide urgentie. Als woningzoekenden via Woning in Zicht in aanmerking komen voor urgentie, wordt door een van de bij WIZ aangesloten corporaties een woning gezocht. In de voorgaande jaren zocht de woningzoekende met urgentie zelf een woning. • Zorginstellingen en maatschappelijke opvang. Taakstelling WonenBreburg was 42, waarvan 34 daadwerkelijke aanvragen. In 2012 zijn er 29 gehuisvest, 5 aanvragen worden behandeld in 2013. •
1
Er zijn in 2012 23 toewijzingen onder de 5%-regeling1 gedaan.
Betreft een afspraak in WIZ-verband dat maximaal 5% van de huuropzeggingen direct toegewezen mag worden.
21
Kwaliteitsmeting van onze dienstverlening
Klachten dienstverlening: interne klachtenprocedure In 2012 heeft de vestiging in Tilburg 40 klachten ontvangen. De klachten hadden betrekking op beheerbeleid (9), verhuurbeleid (11), DEE onderhoudsbeleid (1), onderhoudsbeleid (3), gedrag medewerker (3), derden (2), communicatie door medewerker (9), verkoopbeleid (1) en financieel beleid (1). 9 klachten waren gegrond, 4 klachten waren deels gegrond en 27 klachten werden ongegrond verklaard. De gemiddelde doorlooptijd van de behandeling van het totaal aantal ontvangen klachten was 6,8 kalenderdagen. Onze balie voor studentenhuisvesting en tijdelijke verhuur heeft 6 klachten ontvangen. 5 klachten waren gegrond en 1 deels gegrond. Alle klachten zijn volgens de interne klachtenprocedure behandeld en afgehandeld. In verhouding tot het aantal verhuureenheden krijgen wij weinig klachten; dat blijkt ook uit het aantal klachten dat bij de klachtencommissie in Tilburg is ingediend.
Klachtencommissie: 1 loket in Tilburg In 2012 heeft de klachtencommissie in Tilburg – voor klachten over woonruimtebemiddeling, toewijzing en de plaatselijke corporaties – 117 klachten ontvangen, waarvan 6 over WonenBreburg. Daarvan waren 4 klachten ongegrond en is 1 klacht niet ontvankelijk verklaard omdat deze niet eerst bij WonenBreburg was ingediend. Deze klacht is nadien naar ieders tevredenheid opgelost. 1 klacht is ter kennisgeving aangenomen. Energie in ons woningbezit: resultaten in Tilburg Woonlasten en wooncomfort
Convenant Wonen Tilburg In het Convenant Wonen hebben we afgesproken dat er in Tilburg tot en met 2014 bij 4.000 corporatiewoningen energetische maatregelen worden getroffen. De gemeente Tilburg levert een bijdrage van € 1.000 per woning als deze woningen minstens drie labelsprongen maken of energielabel B behalen. De woningen van bewoners met een laag inkomen worden allereerst aangepakt vanwege het gunstige effect op de woonlasten. In 2011 en 2012 hebben wij 763 Tilburgse woningen energetisch verbeterd. Voor 2013 en de jaren daarna staan nog 570 woningen op het programma. De komende jaren kijken wij of en hoe we dit aantal verder kunnen opvoeren.
Projecten In 2012 voerden wij groot onderhoud uit aan de complexen Pater van den Elsenplein, Pucciniflat, Mascagniflat en Outshoornstraat. Hiermee werd de levensduur van de complexen met minimaal 25 jaar verlengd en de woningen voldoen weer volledig aan de eisen van deze tijd. We besteedden hierbij bijzondere aandacht aan het energiezuiniger maken van de woningen, waardoor de energielabels van circa 300 woningen met minstens 2 labelsprongen werden verbeterd; bijna al deze woningen hebben na het groot onderhoud label B. Er was ook bij deze projecten weer ruim voldoende draagvlak bij onze huurders voor uitvoering van energiebesparende maatregelen tegen een huurverhoging. Het project aan de Outshoornstraat werd uitgevoerd als pilotproject ketenintegratie. Hierbij betrekken we de uitvoerende partijen al in de ontwerpfase bij het project en sturen we op een optimale samenwerking met en tussen de uitvoerende partijen. U kunt er meer over lezen in hoofdstuk 4 op pagina 70. In 2013 zetten we deze manier van samenwerken met aannemers voort.
Nieuwe generatie warmtelevering Forum Reeshof Samen met Essent Local Energy Solutions (ELES) en gemeente Tilburg hebben we een uniek warmteconcept in het bestaande warmtenetwerk ontworpen voor project Forum in de wijk Reeshof in Tilburg. De nieuwe generatie warmtelevering maakt gebruik van de retourwarmte in het net met een lage temperatuur, waardoor het rendement van het netwerk aanzienlijk wordt vergroot. De partners 22
zijn uiteindelijk tot de conclusie gekomen dat het concept technisch goed kan functioneren, maar op basis van economische afwegingen en risico-inschatting niet haalbaar is. De haalbaarheidsstudies zijn afgerond en daarover zijn twee artikelen gepubliceerd in vakbladen. Een deelstudie ‘stadsvisie op duurzame warmtevoorziening in Tilburg’ wordt gebruikt bij de strategische verkenning van de toekomst van het warmtenetwerk in Tilburg. Wonen naar wens: resultaten in Tilburg Specifieke vormen van dienstverlening In Tilburg beheren wij geen woonwagens of standplaatsen.
23
2. Resultaatgebied ‘wijken op orde’ Uit ons meerjarenbeleidsplan 2009-2012, ‘Energie in wonen’ Werken met een blik op de wijk: ambities WonenBreburg Wijken en buurten zijn allemaal verschillend, net zoals de vraagstukken waarmee we te maken krijgen. In veel van onze wijken vinden de bewoners het woon- en leefklimaat gelukkig prettig. Wij willen dat wijken schoon, heel en veilig zijn en onze woningen moeten dat ook uitstralen. De kwaliteit en uitstraling van ons vastgoed zorgen daarvoor, net zoals de huismeesters en woonconsulenten die dagelijks in de wijk aan het werk zijn. Zij voeren kleine reparaties uit, zien toe op de netheid van de complexen en de directe woonomgeving, lossen overlastsituaties op en bemiddelen bij conflicten tussen bewoners. Ook andere instanties en organisaties zijn dagelijks in de buurten aanwezig. Uiteraard hebben onze huurders zelf ook een belangrijke verantwoordelijkheid; wij moeten mét hen het gewenste woon- en leefklimaat bepalen en zorgen dat de rollen en verantwoordelijkheden duidelijk zijn. Vertaald in doelstellingen en beoogde maatschappelijke effecten betekent dat: • Wij willen wijken die schoon, heel en veilig zijn. • We willen producten en diensten leveren die boven de middelmaat en de minimumvereisten uitsteken. •
Wij realiseren efficiënt en effectief doelen door samenwerking op het vlak van wonen, welzijn, zorg en sociale ontwikkeling.
Werken met een blik op de wijk: resultaten WonenBreburg Leefbaarheid Mensen wonen graag in een prettige leefomgeving en onze visie onderschrijft dit: eerst de mensen, dan de stenen. Wij zorgen dat wijken schoon, goed onderhouden, veilig én aantrekkelijk zijn. Om dat te bereiken, werken we samen met partners in de wijk op basis van wederkerigheid. Wij zijn aanwezig en zichtbaar in de wijk; onder meer door een dekkend netwerk van huismeesters die het eerste aanspreekpunt voor onze huurders zijn. Maar de huismeesters en woonconsulenten krijgen ook signalen van onze vaklieden van het onderhoudsbedrijf over de leefbaarheid. Daarnaast werken we achter de schermen aan een prettige woonomgeving in gebiedsteams, waarin huismeesters en woonconsulenten actuele zaken in de wijk bespreken én oppakken. Met de huurdersorganisaties, politie, afvalservice en welzijnswerk bereiken we veel, zeker omdat we het samen doen.
Leefbaarheidsacties, veiligheid en toezicht In 2012 hebben we tal van leefbaarheidsacties en -projecten uitgevoerd om de sociale samenhang te bevorderen. De veiligheid van de woning en de woonomgeving is een belangrijke voorwaarde voor woongenot. Toezicht in de wijken is belangrijk voor de leefbaarheid. Onze huismeesters en woonconsulenten hebben dagelijks contact met bewoners, buurtmeesters, opbouwwerkers, wijkraden, wijkagenten, de afvalservice en medewerkers van de gemeente. In een aantal wijken hebben wij projecten in uitvoering voor speciale doelgroepen of over specifieke thema’s. Bekijk voor een overzicht van onze activiteiten in 2012 de tabellen op pagina 27 en 36 over leefbaarheid in Breda en Tilburg.
Werken aan wijkvisies Om een duidelijker beeld te krijgen van onze activiteiten hebben we in 2012 interne wijkvisies opgesteld. Deze visies bieden een kader voor de vastgoedsturing en het sociaal beheer en geven richting en prioriteiten aan ons werk voor de komende jaren. Ook geven ze een duidelijke basis voor de samenwerking met onze partners in de stad. In 2012 hebben wij in Breda wijkvisies opgesteld voor Brabantpark, Haagpoort, Tuinzigt en Geeren-Noord. We zijn hierbij het gesprek aangegaan met bewo24
ners, zodat we hun meningen en ervaringen kunnen meenemen in onze wijkvisies. In Tilburg hebben we wijkvisies ontwikkeld voor Goirke-Hasselt en Vlashof-de Schans, en hebben we samen met onze partners in de wijk een integrale wijkvisie ontwikkeld voor Het Zand. Bij het opstellen van de wijkvisies gebruiken wij de kennis die we binnen het platform Corpovenista opdoen, een samenwerkingsverband van woningcorporaties en Aedes dat zich richt op kennisontwikkeling en kennisuitwisseling bij vraagstukken over wijkontwikkeling, de emancipatie van de bewoners en de ontwikkeling van het vastgoed in onderlinge samenhang. Kijk voor meer informatie op corpovenista.nl. Werken aan herstructurering: ambities WonenBreburg Fysieke, sociale en culturele ontwikkeling In een aantal wijken is het verbeteren van het woon- en leefklimaat een meer dan gemiddelde opgave. Alleen door fors ingrijpen in de fysieke structuur en met maatregelen die gericht zijn op de economische en sociale structuur kunnen daar het woon- en leefklimaat verbeteren. In Breda is de focus daarbij vooral gericht op de herstructureringsgebieden Hoge Vucht/DoornbosLinie, Heuvel en Driesprong. In Tilburg hebben we een herstructureringsopgave in Tilburg-Noord, Groeseind-Hoefstraat, Rosmolen en de Kruidenbuurt. In hoofdstuk 4 van dit verslag leest u over onze ambities en resultaten met betrekking tot de fysieke ontwikkeling van onze woningvoorraad. Het fysiek ontwikkelen van woningen en wijken heeft alleen zin als de bewoners hun sociale en economische omstandigheden kunnen verbeteren. Het gaat daarbij om welzijn, leren, werken en vrijetijdsbesteding. Voor ons betekent werken aan sociale ontwikkeling dat wij samen met onze maatschappelijke partners individuele en soms collectieve problematiek signaleren en helpen oplossen. We doen dat met gezamenlijke programma’s, zoals de aanpak van illegale bewoning, armoedebeleid, achter de voordeur kijken bij herstructurering en de inzet van huismeesters. Vertaald in doelstellingen en beoogde maatschappelijke effecten betekent dat: • Wij willen lokaal-maatschappelijke vraagstukken oplossen; het woon- en leefklimaat optimaliseren. • Wij willen dat er minder mensen in een achterstandssituatie zitten of terechtkomen. Werken aan herstructurering: resultaten WonenBreburg Ontwikkeling: sociaal en cultureel WonenBreburg werkt in diverse wijken aan buurtvernieuwing. Dat is hard nodig. Deze buurten kampen met sociaal-economische problemen, de leefbaarheid laat te wensen over en veel woningen voldoen niet meer aan de eisen van deze tijd. Er moet iets gebeuren om deze wijken er weer bovenop te helpen. Omdat we dat niet alleen kunnen, realiseren we dit met verschillende belanghebbenden en partners door gezamenlijke maatregelen op het gebied van wonen, inkomen en schulden, scholing en werk en vrije tijd. Wonen, welzijn en zorg We zetten ons in voor allerlei doelgroepen. Ook mensen met een beperking en mensen die woonbegeleiding nodig hebben, behoren nadrukkelijk tot onze doelgroep. Ons WWZ-beleid komt voort uit onze visie dat wij het zelfstandig wonen voor ouderen en mensen met een beperking en een zorg- of begeleidingsvraag mogelijk willen maken in een normale woonomgeving. Dit door het aanbieden van passend vastgoed en het bereikbaar maken van zorg- en welzijnsdiensten. We zien in het sociale domein nog steeds onzekere ontwikkelingen, wetswijzigingen en forse bezuinigingen. Niet alleen de veranderingen in de eigen branche, maar ook de bezuinigingen in de zorgen welzijnsbranche hebben gevolgen voor onze werkzaamheden in wijken en buurten. Het is een uitdaging om met elkaar te blijven bepalen hoe we hiermee omgaan. Er liggen kansen om zaken slimmer aan te pakken, niets is meer vanzelfsprekend, bewoners en professionals zullen elkaar meer 25
op moeten zoeken vanuit een positief mensbeeld en het perspectief dat ieder over een talent beschikt dat ingezet kan worden. We moeten de bewoners uitdagen om zelf met initiatieven te komen. Goed samenwerken leidt tot mooie resultaten op het vlak van wonen, welzijn en zorg.
26
BREDA Werken met een blik op de wijk: resultaten in Breda Leefbaarheid We hebben bij onze leefbaarheidsacties in Breda veel samengewerkt met de organisatie Werk aan de Wijk2. Wij vinden het belangrijk om actief burgerschap te stimuleren. Wij zien in toenemende mate initiatieven uit buurten en wijken komen die wij faciliteren. Wederkerigheid is ook hier ons kompas. Een greep:
Projecten en leefbaarheidsacties in Breda Wijk Biesdonk Doornbos Geeren-Noord
Geeren-Zuid
Geeren-Zuid
Brabantpark
Centrum
Driesprong
Driesprong
Haagse Beemden Haagse Beem-
projecten en acties leefbaarheid in Breda De bewoners van de flatwoningen aan de Brusselstraat organiseren jaarlijks een grote schoonmaakactie die gezellig gezamenlijk afgesloten wordt. In Doornbos hebben wij samen met de bewoners een voortuinenproject uitgevoerd en met de school een opruimactie in de wijk. In het laagbouwcomplex hebben wij voor de leefbaarheid/veiligheid in een klein gebied huis-aan-huisbezoeken gebracht. Daarna hebben we een straatbijeenkomst georganiseerd in het kader van ontmoeting. Ook is in dit complex een voortuinenproject uitgevoerd, waarbij bewoners elkaar helpen om de tuin op te knappen. Bewoners die dit niet konden, zorgden voor broodjes en koffie. De huiskamer aan de Calandstraat wordt intensief door onze netwerkpartners en bewoners bezocht. Het project ‘Samen vooruit’ is een samenwerking met woonzorgcentrum Vuchterhage en maatschappelijke onderneming Careyn. Er zijn een cursus vegetarisch koken en een brunch georganiseerd. We zijn in 4 flats gestart met het project ‘Achter de voordeur’. Dit project hebben we samen uitgevoerd met ‘stichting Social Work Breda’, gefinancierd vanuit een Europese subsidie. De resultaten hebben we vertaald in een uitvoeringsplan. Ook hebben bewoners zich bereid verklaard om deel te nemen in een klankbordgroep. Met deze groep van 15 personen bespraken we activiteiten in en rond de flats en voerden die vervolgens met hen uit. Ook het project Buurtzaam maakt hier deel van uit. Het gebiedsteam heeft een wijkvisie gemaakt van de wijk Brabantpark. Hierin is de toekomst van ons bezit weggezet en is vastgelegd wat er allemaal speelt in het gebied. Deze wijkvisie werken we in 2013 verder uit in een maatregelenplan. In juli organiseerde de klankbordgroep van de Kaatsbaan een picknick in de binnentuin. Iedereen nam wat te eten en drinken mee en er werd gebruik gemaakt van de vaste picknicktafels in de binnentuin. Doel was een kennismaking tussen nieuwe en oude bewoners omdat er veel verloop is geweest in het complex. Naar aanleiding van het transitiebeheer van de Vlieland- en Texelstraat hebben enkele bewoners het voortouw genomen om een dag te organiseren voor kinderen die niet op vakantie kunnen. Hiervoor werd het terrein van de voormalige woningen aan de Vlieland- en Texelstraat gebruikt. Er werd een zeskamp georganiseerd, waarvoor WonenBreburg een gedeelte heeft gesponsord. In 2012 waren er buiten de hierboven vermelde speeldag geen verdere projecten. Dit omdat de leden van de toenmalige wijkraad besloten te stoppen met de wijkraad en er geen plan is ontwikkeld. De huidige wijkraad is bezig met een nieuw plan van aanpak. De commissie van huurders van complex Japan organiseerde een barbecue voor de bewoners van het complex. WonenBreburg ondersteunde mede door het inzetten van de leefbaarheidsbus. De commissie van huurders van complex Indonesië heeft op tweede paasdag een
2
Werk aan de wijk werkt met en voor bewoners in de wijk. De organisatie is voortgekomen uit het samenwerkingsverband Samenwerken aan leefbaarheid, waarin bewoners, corporaties, gemeente en zorg vertegenwoordigd zijn. Mensen zonder werk krijgen de mogelijkheid om, met begeleiding, werkervaring op te doen in de wijk als voorbereiding naar de arbeidsmarkt. Voorbeelden van projecten zijn: formulierenbrigade, buurtcoaches, zwerfvuilbrigade, Get Started, vrouwenstudio’s, maatschappelijke stages en taalstages.
27
Wijk den Haagse Beemden
Haagse Beemden
Haagse Beemden
Heusdenhout
Heuvel
Heuvel Heuvel
Heuvel
Heuvel
Tuinzigt
Tuinzigt
Tuinzigt
Tuinzigt, Haagpoort Tuinzigt, Haagpoort
projecten en acties leefbaarheid in Breda koffieochtend georganiseerd en voor de kinderen een kleurwedstrijd gehouden. WonenBreburg heeft gefaciliteerd en gesponsord. In september dronken bewoners van de Bertelsberg een kop koffie met bewoners uit de buurt Muizenberg. De burendag werd georganiseerd in de huiskamer van de Bertelsberg. Het doel was een gezellig samenzijn en ontmoeting tussen de bewoners van verschillende buurten. De commissie van huurders van appartementencomplex De Vlinder organiseerde een kerstmarkt voor de bewoners van het appartementencomplex en de laagbouw eromheen. Doel was het samenbrengen van de bewoners van de hoog- en laagbouw. De kerstmarkt werd gehouden in de binnentuin van het hoogbouwcomplex en was zeer geslaagd. WonenBreburg heeft gefaciliteerd in de voorbereiding en de dag zelf en we hebben de leefbaarheidsbus ingezet. Het Open Sportcentrum Haagse Beemden organiseert jaarlijks de schoolsportdagen voor de basisscholen in de Haagse Beemden. WonenBreburg heeft deze activiteit in 2012 mede gefaciliteerd en gesponsord. Hiervan hebben ze de lunch voor de jonge sporters en het uitreiken van een kleinigheid geregeld. Samen met MEE en Careyn hebben we in complex de Nieuwe Houw ganggesprekken gehouden. Doelstelling was de bewoners met elkaar in contact te brengen en een eigen netwerk op te zetten om te kijken wat ze voor elkaar kunnen betekenen gezien de ontwikkelingen in de zorg. Daarnaast hebben we bewoners gevraagd waar hun interesses liggen, om zo ook de eenzaamheid achter de voordeur bespreekbaar te maken. Diverse momenten door het jaar heen: activiteiten van BRAAK! in de Planciuswijk. Fröbelhuis, Fietskantine, Pums en Pluggen, Staatmeubel, Gouden garage, het Hoogtepunt, muurschilderingen en Theesalon de Struyck. Veel dynamiek in de wijk, activiteiten die zeker niet onopgemerkt blijven en die we gaan voortzetten tijdens de transitieperiode van Plancius (herstructurering F1). Wijkdeal met gemeente/bewoners en kinderen dr. Ariënsplein. Ouders en kinderen ruimen o.a. zwerfvuil op. WonenBreburg levert materialen. Op 6 september organiseerden wij een zolderopruimdag in de Olivier van Noortstraat en Tasmanstraat. Dit was bedoeld als aftrap van het groot onderhoud: het dak moest vervangen worden, dus alle zolders moesten leeg. WonenBreburg zorgde voor containers, waar bewoners massaal gebruik van maakten. Iedereen was op straat, er was koffie en koek. Een zeer geslaagde activiteit! 2 oktober: frietfestijn Thorbeckeplein. Ter afsluiting van het groot onderhoud hadden we alle bewoners uitgenodigd voor een frietje met. Goede opkomst, ook van huurders die we normaal niet zien bij dit soort activiteiten. 2 december: Sinterklaas in Plancius voor de kinderen uit het herstructureringsgebied, georganiseerd door het actiecomité Planciusplein, in samenwerking met Theesalon de Struyck. WonenBreburg heeft de leefbaarheidsbus ingezet. De consulent was aanwezig om vragen van bewoners over herstructurering te beantwoorden. Er waren zo’n 15 gezinnen uit de buurt aanwezig. Sponsoring wijkkrant Westerpark/Tuinzigt. 4 keer per jaar schrijven we een artikel voor de wijkkrant om WonenBreburg en wijkactiviteiten onder de aandacht te brengen. 10 november was het zolderopruimdag Olmstraat/Slingerweg. Om opgeruimd het groot onderhoud in te gaan en saamhorigheid onder de bewoners te creëren, organiseerden we dit samen met de bewoners. Het was een succesvolle aftrap van het groot onderhoud. De woonconsulent zette een succesvolle facebookpagina op, waarop hij regelmatig communiceert met de bewoners; zo ziet hij snel wat er leeft onder de bewoners. Project opruimtroepers, dat WonenBreburg samen met Singelveste AlleeWonen en de gemeente vanuit de wijkontwikkeling sponsort. Samen met jongeren in de wijk organiseren we opruimacties om de wijk schoon te houden. Interviews narratieve methode, een project in het kader van wijkontwikkeling dat wij samen met gemeente, Surplus en Singelveste AlleeWonen hebben opgepakt. Een aantal bewoners uit de 2 wijken is uitgebreid geïnterviewd en er zijn bijeenkomsten geweest om dit terug te koppelen en samen tot verbetermaatre28
Wijk
Westeind
Rijen
projecten en acties leefbaarheid in Breda gelen te komen. In Haagpoort is een aantal initiatieven opgepakt en in uitvoer. Voor Tuinzigt vooralsnog niet. Huisbezoeken en enquête G. Beijsstraat: we willen weten hoe bewoners hun woning zien (zowel plus- als minpunten) en wat ze zowel op technisch gebied als qua leefbaarheid verbeterd zouden willen zien. Goede basis voor voorbereiding onderhoud G. Beijsstraat. Het complex aan de Hoofd- en Tuinstraat wilde meer overleg met WonenBreburg en er is een nieuwe klankbordgroep opgezet waarmee minimaal 3 keer per jaar gesproken wordt over zaken die in dit complex spelen.
Projecten veiligheid in Breda veiligheidsproject In de hoogbouw van Geeren-Noord is het toezicht aangescherpt Om het beheer en toezicht goed te kunnen uitvoeren, hebben we besloten om in alle flats cameratoezicht uit te voeren. Hierin werken we samen met politie en stadstoezicht. Brabantpark Veiligheidsactie Brabantpark in samenwerking met de politie: in 2012 werd er veel meer dan gemiddeld in Breda ingebroken in het gebied Brabantpark. In samenwerking met de wijkagent hebben we een grote actie opgezet met de stadsmarinier. Dit hield in dat er door de politie ‘roadblocks’ werden opgezet om auto’s in het gebied te controleren, evenals een voetjesactie, waarbij de huismeester van WonenBreburg een belangrijke rol had. Samen met agenten liep hij door de brandgangen en wees bewoners op open achterdeuren en poorten. Ook via twitter werden bewoners geattendeerd op de donkere dagen en de inbraakgolf in hun gebied. Haagpoort In verband met diefstal, overlast en vernieling hebben wij de brandtrappen van de Amstelstraat afgesloten met een poort met panieksluiting. De gemeente heeft in verband met verwachte problemen rond de jaarwisseling de helft meegefinancierd. Heuvel Vanwege de vele inbraken hielden de huismeesters en stadsmarinier een avondronde. Ze maakten een inventarisatie van onveilige plekken en de maatregelen die nodig zijn. Uitvoer in 2013. Tuinzigt, Heuvel, Meerdere complexen: achterpadverlichting aangebracht. Haagpoort Tuinzigt, Heuvel, Meerdere complexen: achterpad afgesloten. Haagpoort Wijk Geeren-Noord
Toezichtsmaatregelen in Breda Wijk Geeren-Noord, Geeren-Zuid
toezichtsmaatregelen Er werd maandelijks een uitvoeringoverleg gehouden onder regie van de stadsmarinier. We blijven monitoren op de veiligheid in de wijk.
Grote-broerproject Het grote-broerproject coacht jongeren van 17 tot 23 jaar om een positieve rol in de wijk te vervullen en een voorbeeld te zijn voor jongeren van 9 tot 16 jaar. De oudere jongeren spreken hen aan op hun gedrag in de wijk, organiseren evenementen en zorgen voor vermindering van criminaliteit en overlast in de wijk. Daarnaast werken zij samen met de stichting Thuis Op Straat (TOS). De jongeren van 17 tot 23 jaar krijgen hiermee een toekomstperspectief: ze krijgen een normaal dagritme en doen arbeidservaring op. Ze worden begeleid om door te stromen naar onderwijs of arbeid. Het grotebroerproject leidt jongeren op van wie minimaal 50% na tweeënhalf jaar zijn startkwalificatie heeft behaald. Twee jongeren hebben een opleiding tot cultureel maatschappelijk werker en sociaalpedagogische hulpverlening afgerond. Hennep Sinds de totstandkoming van het hennepconvenant ’Aanpak hennepkwekerijen’ in 2008, treedt WonenBreburg in Breda met verschillende partijen hard op tegen hennepkwekerijen. Het convenant 29
is verlengd tot en met 31 december 2012. De betrokken Bredase partijen zijn tevreden over de samenwerking en het behaalde resultaat in 2012. De convenantpartners zijn zich bewust van de noodzaak om hier gezamenlijk in op te trekken. Op korte termijn komen de convenantpartners bijeen om nieuwe afspraken te maken voor de toekomst. Vooral voor de informatie-uitwisseling zijn nieuwe afspraken nodig. De strafrechtelijke hennepaanpak wordt op dezelfde wijze uitgevoerd. In 2012 hebben we in 7 van onze woningen in Breda een hennepkwekerij, knipperij, drogerij of restanten daarvan aangetroffen. Alle huurovereenkomsten werden beëindigd door huuropzegging van de bewoners of na een succesvolle juridische procedure. Werken aan herstructurering: resultaten in Breda Ontwikkeling sociaal en cultureel
Wijkontwikkeling 1. Wijkontwikkeling Hoge Vucht en Doornbos-Linie in Breda-Noordoost Vanuit de aanbevelingen uit het rekenkamerrapport is in 2012 gestart met het opzetten van een buurtonderneming: bewoners en professionals bepalen de komende drie jaar samen welke onderwerpen in de wijken aangepakt moeten worden en het bedrag dat daarvoor uitgetrokken wordt. Dit traject hebben we samen met de gemeente, Singelveste AlleeWonen, Surplus Welzijn en bewonersorganisaties als initiatiefgroep opgezet. Medio oktober heeft deze groep besloten om een adviseur aan te stellen om samen richting te geven aan dit initiatief. Voor Geeren-Zuid is de herijking van IWOP (Integraal Wijk Ontwikkelings Plan) 2.0. opgeleverd, een samenwerkingsverband van gemeente Breda, Singelveste AlleeWonen en WonenBreburg. Bij deze herijking vindt een doorkijk plaats tot 2016 voor het fysieke deel, dus de nieuwbouw- en/of onderhoudsprojecten. In deze periode zijn er geen nieuwbouwprogramma’s voor WonenBreburg gepland, maar pas weer na 2020. Naast het fysieke deel is ook het sociale programma tegen het licht gehouden. De focus ligt hier op werk en onderwijs. Wij hebben in samenwerking met onze partners een marketingstrategie uitgewerkt voor de positionering van de wijken Hoge Vucht, Doornbos en Linie. In Geeren-Zuid heeft Singelveste AlleeWonen heeft het buurthuis aangekocht dat de gemeente gesloten heeft met de bedoeling er een multifunctionele accommodatie te realiseren, waarin een gezondheidscentrum en wijkrestaurant worden gehuisvest. ‘Werk en opleiding’ is een van de aandachtsvelden. Daarnaast zijn er ruimtes die diverse doelgroepen kunnen gebruiken. WonenBreburg is gevraagd om zitting te nemen in het bestuur en voor een gedeelte financieel bij te dragen aan de exploitatie. Wij zien hierin zowel voor Geeren-Zuid als Geeren-Noord kansen, zeker als het gaat om verbinding maken met brede school het Noorderlicht. Onder ditzelfde project ligt de vraag om op het braakliggende stuk grond aan de Bernard de Wildestraat stadslandbouw te ontwikkelen. Hiervoor starten wij samen met Singelveste AlleeWonen een haalbaarheidsonderzoek op. Nu het Edisonplein is opgeleverd is de samenwerking met Singelveste AlleeWonen gericht op het elkaar informeren over elkaars plannen. WonenBreburg gaat in 2015 het groot onderhoud in het complex aan dit plein uitvoeren. Samen met de gemeente en Singelveste AlleeWonen hebben wij een wijkbranding voor Hoge Vucht/Doornbos-Linie opgesteld. Deze wordt toegepast op de fysieke en sociale plannen die op het programma staan. 2. Wijkontwikkeling Heuvel in Breda-Zuidwest Eind 2009 is door de herijking van eerdere documenten de ‘Ontwikkelingsvisie Heuvel 2010-2015: kwaliteit maken we samen’ tot stand gekomen. Op basis van de wijkmonitor kunnen we constateren dat de wijkontwikkeling succesvol verloopt. Voor wat betreft een aantal aspecten is de Heuvel een duidelijke stijger. Belangrijk aandachtpunt blijft de sociaal-economische situatie van de wijk en zijn bewoners. Door de nieuwbouw en nieuwe bevolkingsgroepen verdunt de problematiek, maar er zit 30
nog wel een harde kern van problemen. Het sociaal programma blijft dan ook van enorm belang. De belangrijkste aandachtpunten zijn jeugd en gezondheid, jeugd in opleiding en jeugd op weg naar werk. Werk als instrument om de draagkracht van mensen te verbeteren, is ook een belangrijk aandachtspunt. In de wijk Heuvel is veel bereikt op fysiek en sociaal gebied. Scholing en werkgelegenheid vragen blijvende aandacht. De wijkontwikkeling is inmiddels officieel afgerond in Heuvel. De gemeente komt met een overdrachtsdocument om de lopende projecten te waarborgen en duidelijk te maken welke initiatieven nog opgestart moeten worden, in het bijzonder op het gebied van jeugd en werkgelegenheid. We hebben veel bereikt in Heuvel en ook het imago van deze wijk wordt steeds positiever. We zijn er nog altijd fysiek bezig, denk daarbij aan Struyckenwijk, F1 en Sculptura. Ook op sociaal gebied zijn we bezig met intensief beheer: F1, ‘Braak-woningen’ en diverse leefbaarheid-en veiligheidsacties.
Huis van de Heuvel op het Mgr. Nolensplein In 2011 is de gemeente gestart met de bouw van het Huis van de Heuvel op het Mgr. Nolensplein, waar in augustus 2012 de eerste gebruikers hun intrek hebben genomen. Dat zijn basisscholen De Piramide en De Keysermolen, Kober Kindercentra, een fysiotherapiepraktijk, Careyn Consultatiebureau, WIJ, een gymzaal van de gemeente Breda, gemeenschapshuis De Vlieren, de bibliotheek en het huismeesterkantoor van WonenBreburg. Het Huis van de Heuvel is wat de naam zegt: een huis voor de bewoners van de Heuvel waar ze terechtkunnen voor uiteenlopende vragen en voorzieningen, maar ook gewoon voor een bakje koffie en een praatje. Het Mgr. Nolensplein is een belangrijk plein in de wijk Heuvel. We werken samen met de gemeente aan de revitalisering van het plein, waarbij we de sfeer, levendigheid en veiligheid willen verbeteren door activiteiten, winkels en voorzieningen die passen binnen de pleinvisie. 3. Wijkontwikkeling Driesprong in Breda-Zuidoost In 2011 hebben gemeente en WonenBreburg een subsidie beschikbaar gesteld voor een project dat gericht is op overlast gevende jongeren uit de Molukse wijk. Het project heeft door een wijkraadwisseling (die veel tijd in beslag nam) meer dan anderhalf jaar stilgelegen. De huidige wijkraad heeft aangegeven het oorspronkelijk ingediende plan niet te zien zitten en zelf met een nieuw plan te komen. Helaas was dat er eind 2012 nog niet. WonenBreburg heeft aangegeven in te zetten op de bestrijding van de werkloosheid van vooral Molukse jongeren uit Driesprong. Het is de bedoeling om samen met BSW (Bredase Sociale Werkvoorziening) en WADW (Werken Aan de Wijk) de werkloosheid onder jongeren in de Molukse wijk aan te pakken. Dat kan zodra er met de nieuwbouw in de wijk gestart wordt door mensen uit de wijk te laten werken voor de wijk. De aannemers die geselecteerd zijn om de nieuwbouw te realiseren, hebben de opdracht meegekregen om samen met deze 2 organisaties jongeren een leertraject aan te bieden. De gemeente Breda wil hiervoor het traject met betrekking tot de openbare ruimten inzetten. De herstart van jongerenloket Flits in buurthuis Toma is niet goed van de grond gekomen, mede door bezuinigingen bij Surplus, en gestopt. In de eerste helft van 2012 heeft WonenBreburg opnieuw een onderzoek gestart om inzicht te krijgen in het aantal oud-bewoners dat terug wilde keren naar de Driesprong. Nadat alle oud-bewoners – die al eerder door medewerkers van Surplus werden bezocht – waren aangeschreven en er gesprekken hebben plaatsgevonden, blijven er 22 huishoudens over die terug willen. Zij hebben de garantie gekregen dat ze terug kunnen keren in de nieuwbouw. Deze groep wordt nu steeds meegenomen in de plannen en presentaties. WonenBreburg is in 2012 veelvuldig in gesprek geweest met de 26 huishoudens van de Ameland- en Terschellingstraat, die zich laten vertegenwoordigen door commissie van huurders Amter. In 2011 31
heeft de toenmalige wijkraad akkoord gegeven voor sloop en nieuwbouw van de 26 woningen aan de Ameland- en Terschellingstraat. Amter heeft zich hiertegen verzet en wilde dat wij, zoals bij de woningen aan de Wieringen-, Rottum- en Schiermonnikoogstraat, zouden renoveren. WonenBreburg is bij zijn standpunt van sloop en nieuwbouw gebleven. Amter gaat inmiddels akkoord, maar heeft nog een aantal voorwaarden. In 2013 gaan we dit samen verder uitwerken.
Wijkontwikkeling Tuinzigt Haagpoort In 2011 zijn we vanuit ‘burgerkracht’ gestart met de voorbereiding voor de wijkontwikkeling in Tuinzigt-Haagpoort. De opstart was moeilijk vanwege de tijdsdruk en omdat het moeilijk was om alle neuzen dezelfde kant uit te krijgen. In 2012 is het gelukt om samen met stichting Tos, opruimtroepers, buurtambassadeurs (Woningcorporatie Singelveste AlleeWonen) en andere wijkpartners diverse projecten en activiteiten uit te voeren. Aandachtspunten voor deze wijken zijn werkgelegenheid, gezondheid en jeugd. De nadruk ligt hier vooral op sociaal-economische projecten. In diverse wijken in Breda – Heuvel, Driesprong, Hoge Vucht, Doornbos-Linie, Haagse Beemden en Tuinzigt/Haagpoort – werken we aan sociale stijging en hebben we samen met de gemeente, collegacorporaties en andere partijen sociaal-economische programma’s opgesteld. In 2011 zijn we gestart met de ontwikkeling en uitvoering daarvan. Het uitvoeringskader voor de jaren 2012 tot 2014 wordt beschreven in de nota Burgerkr@cht, die de corporaties momenteel samen met de gemeente opstellen. Hieronder noemen we enkele voorbeelden van projecten die gericht zijn op sociale stijging:
TOS TOS (Thuis op Straat) biedt een integrale, preventieve en curatieve aanpak voor de jeugd. De bedoeling is een gemoedelijker, sportiever en veilig klimaat, gericht op normen en waarden, op pleinen en straten. Verbinding en verbreding spelen hierbij een belangrijke rol: verbinding met ouders en buurtbewoners en verbreding van partners in hetzelfde domein. Een van de doelstellingen was de straat en de wijk terug te geven aan iedereen: jong en oud. De stuurgroep heeft de resultaten geëvalueerd en de rapportage laat zien dat de beoogde resultaten ruimschoots behaald zijn. Eind 2012 stopt de financiële bijdrage vanuit de gemeente en de corporatie. WonenBreburg ziet graag dat de bewoners met ondersteuning door professionals dit project overnemen. In 2013 wordt hiervoor een plan gemaakt. Sinds 2012 is TOS ook actief op de pleinen in de wijken Tuinzigt en Haagpoort. In Tuinzigt loopt het goed en is de betrokkenheid van kinderen en hun ouders redelijk. In Haagpoort zijn de waarden en normen toch anders en worden de fatsoensnormen richting de medewerkers regelmatig overschreden. We zijn dan ook in gesprek met gemeente, TOS, Surplus en Singelveste AlleeWonen of voortzetting in Haagpoort van dit project zinvol is.
Vrouwenstudio Al bijna 4 jaar spelen de vrouwenstudio’s Amalia en Alexia een belangrijke rol bij de emancipatie en participatie van vrouwen uit de vele culturen die in Breda-Noordoost wonen. Beide vrouwenstudio’s worden wekelijks door 100 à 120 vrouwen bezocht. Ze volgen activiteiten die gericht zijn op het participeren in de Nederlandse maatschappij. Denk daarbij aan Nederlandse les, naailes, fietsles, opvoeding en gezondheid, maar ook programma’s waarmee ze op de arbeidsmarkt terechtkunnen, zoals kookles en het verzorgen van lunches. De vrouwenstudio krijgt een plek in het wijkrestaurant, waar leerwerkplekken worden georganiseerd
Theesalon de Struyck Theesalon de Struyck is gevestigd in een slooppand van WonenBreburg aan de Rijpstraat. De gezellige, warme sfeer nodigt uit om in de Marokkaans ingerichte theesalon te genieten van Marokkaanse 32
en Mediterrane gerechten en verse muntthee, met op de achtergrond Arabische muziek. De theesalon staat midden in de multiculturele wijk Heuvel en wordt gerund door een multicultureel, enthousiast team vrouwen. De theesalon is opgericht met jarenlange kookervaring, passie voor koken en hart voor de buurt. Je kunt er niet alleen eten en drinken, maar ook deelnemen aan diverse workshops en activiteiten. Er vinden diverse activiteiten voor taalondersteuning plaats, het is een oefenplaats voor de Nederlandse taal en cultuur en er worden computerlessen, fietslessen en filmavonden met een thema georganiseerd.
Stichting Teamplay@NAC In 2010 besloten de 3 Bredase corporaties en de gemeente Breda om Stichting Teamplay@NAC 3 seizoenen financieel te ondersteunen. Hiermee stimuleren we de deelname en betrokkenheid van de bewoners in de wijken door maatschappelijke projecten en activiteiten die gericht zijn op wonen, werken, leren en opvoeden, integratie en veiligheid, sport en bewegingsstimulering. Maatschappelijk ondernemen is het uitgangspunt van de samenwerkende partners. Jaarlijks vindt er een evaluatie plaats van de behaalde resultaten. We proberen elkaar in het kader van de leefbaarheidsprojecten zo veel mogelijk te ondersteunen of aan te vullen. De volgende projecten en activiteiten vallen onder dit initiatief: • NAC Street League is een straatvoetbalcompetitie voor alle jeugd van 12 tot 16 jaar in Breda. Naast sportieve prestaties is goed gedrag belangrijk. Met deze competitie wordt gratis sport aangeboden en leren jongeren van verschillende sociale of culturele achtergronden elkaar beter kennen. • NAC Junior Street League is er voor jongeren van 9 tot 12 jaar. Ze nemen niet alleen deel aan een voetbalcompetitie, maar krijgen ook gastlessen over de wijk, voeding en gezondheid, racisme, zinloos geweld en pesten. • Get Started is een project voor jongeren die de school verlaten hebben zonder startkwalificatie. De jongeren worden aangespoord om deze alsnog te halen en/of om aan het werk te gaan. Wonen, welzijn en zorg Uitwerkingen in het kader van het GWI-beleid:
Wonen op Maat In 2012 hebben wij verder invulling gegeven aan het labelen van ons woningbezit voor mensen met een fysieke beperking. Daarbij is een indeling gemaakt naar woningen voor verzorgd wonen, levensloopgeschikt wonen en nultreden wonen. Met deze indeling hebben we zichtbaar gemaakt waar we bestaand bezit nog moeten upgraden voor mensen met een fysieke beperking. Deze indeling is ook te zien in Klik voor Wonen, zodat de klant beter kan zien of de woning fysiek geschikt voor hem is.
Nieuw WMO-convenant In december 2012 ondertekenden de 3 woningcorporaties een nieuw WMO-convenant met de gemeente Breda. Dit convenant is een opvolger van het WVG-convenant uit 2004. In het nieuwe convenant staat nadrukkelijk de eigen verantwoordelijkheid van de burger voorop bij het zoeken naar oplossingen voor wonen met een fysieke beperking. De corporaties nemen een grotere verantwoordelijkheid als het gaat om woningen die vallen onder verzorgd en levensloopgeschikt wonen. Bij nultreden- en ongeschikte woningen wordt ook een bijdrage gevraagd van de klant. Daar waar het gaat om persoonsgebonden voorzieningen blijft de gemeente verantwoordelijk. Met dit nieuwe convenant willen we de verantwoordelijkheden van alle partijen (klant, gemeente, corporatie) duidelijker neerleggen.
Scootmobielbeleid In 2012 hebben we een scootmobielbeleid ontwikkeld en geïmplementeerd. Dat was nodig voor een eenduidige werkwijze bij het behandelen en beoordelen van aanvragen voor een scootmobielplaats. Daarnaast biedt het beleidsuitgangspunten bij discussies over het elektraverbruik van de scootmobie-
33
len in de algemene ruimtes. Naast interne duidelijkheid zorgde het nieuwe beleid er ook voor dat de huurder kritischer ging kijken naar al dan niet gebruik van een scootmobiel. Specifieke woonvormen voor bijzondere doelgroepen In 2012 hebben we 2 wooninitiatieven voor mensen met beperkingen opgeleverd. Ten eerste het wooninitiatief voor jonge moeders met een verstandelijke beperking aan de Van Hogendorpstraat: de woonvoorziening bestaat uit 12 kleine appartementen waarin 11 jonge moeders met kind wonen en een appartement voor de begeleiding. Er is 24-uursbegeleiding door zorginstelling ASVZ. Daarnaast hebben wij in september de woonvoorziening voor het ouderinitiatief Woondroom opgeleverd in nieuwbouwcomplex Spring. Deze woonvoorziening bestaat uit 16 individuele appartementen voor mensen met autisme en 2 appartementen voor de begeleiding. Ook hier is 24uursbegeleiding.
Scheiden van wonen en zorg Vanwege het scheiden van wonen en zorg, waarover u meer kunt lezen op pagina 7, moesten wij een wooninitiatief dat al in een vergevorderd stadium was, alsnog afblazen. Het Zorgkantoor stond geen uitbreiding van zorgplaatsen toe aan de zorgverlener. De zorgverlener zag bovendien (nog) geen mogelijkheid om de woonvoorziening te exploiteren, in verband met de scheiding van wonen en zorg. Er zijn diverse initiatieven in voorbereiding, onder meer een woonvoorziening met zelfstandigheidstraining voor jongeren van Juzt (jeugdzorgaanbieder), het Annafrijhuis (een logeerhuis voor thuiswonende dementerenden), een ouderinitiatief voor mensen met schizofrenie en een ouderinitiatief voor mensen met een verstandelijke beperking. Bij alle initiatieven wordt de betaalbaarheid een steeds groter probleem en moeten steeds vaker creatieve en innovatieve oplossingen gezocht worden.
Stedelijk Kompas In 2012 heeft de gemeente een tijdelijke woonvoorziening voor dak- en thuislozen gerealiseerd. De zoektocht naar andere locaties voor twee definitieve woonvoorzieningen is in 2012 opnieuw gestart en nog niet afgerond. WonenBreburg participeert samen met de andere corporaties in dit traject.
Brabant Connect Begin 2012 maakte het project Brabant Connect in Hoge Vucht een doorstart met de pilot voor beeldspraakverbinding door middel van een touchscreen, waardoor mensen langer zelfstandig kunnen blijven wonen. Na nog eens 9 maanden was de eindconclusie dat de ondersteunende techniek niet compatible was en nog te veel te wensen overliet. Het project kwam daardoor niet genoeg van de grond en is uiteindelijk afgeblazen. De 3 grotere samenwerkende zorgpartijen in Breda (Thebe, Careyn en Surplus) wilden daarop eerst gezamenlijk een maatschappelijke serviceprovider ontwikkelen, via welke de klant van elke zorg- en welzijnsdienstverlener diensten af kan nemen.
Diverse activiteiten als maatschappelijk ondernemer: -
-
Deelname en uitvoering meet-en-matchbijeenkomsten Betrokken Ondernemers Breda. Opdracht hotelfunctie Heuvel NHTV, waarbij NHTV-studenten een onderzoek hebben uitgevoerd en gepresenteerd over de eventuele realisatie in een paar van onze in de toekomst te slopen panden om de leefbaarheid in de wijk te vergroten. Deelname en sponsoring vmbo Breda On Stage. De succesvolle matchbijeenkomst van vmbo Breda On Stage leidde ertoe dat 7 vmbo-studenten een dagdeel kennis maakten met verschillende van onze bedrijfsonderdelen. Huurincasso, verhuur, woonwinkel en huismeestersdienstverlening hadden de belangstelling van de studenten. Gezien de positieve reacties beschouwen we de kennismaking als zeer succesvol. 34
-
Sponsoring en deelname aan de activiteit Hoedje van Papier voor kinderen van de basisschool: in onze aandachtswijken kon de oudste groep basisschoolleerlingen onder begeleiding een wijkkrant samenstellen. Zij werden uitgedaagd om interviews te houden, te fotograferen, teksten te schrijven en filmpjes te maken. Een geweldige manier om zich ook op een andere manier te ontwikkelen.
Huurincasso in Breda We willen betalingsproblemen in een vroegtijdig stadium signaleren om te voorkomen dat de huurachterstanden van onze bewoners (verder) oplopen; een geringe huurachterstand is nog relatief eenvoudig op te lossen. Daarom willen we zo snel mogelijk in contact komen met onze huurders, liefst via een huisbezoek of een gesprek op een van onze kantoren. Probleemsituaties zijn daardoor snel in beeld en oplossingen worden doorgaans snel bereikt. Tijdens het gesprek bekijken we onder meer of we hulpverleningsinstanties moeten inschakelen. Er is namelijk regelmatig sprake van meervoudige problematiek, die om professionele begeleiding vraagt. Daarom werken we samen met andere maatschappelijke organisaties. Door goede begeleiding kunnen huurachterstanden en huisuitzettingen voorkomen worden. Alleen bij uiterste noodzaak voeren we een ontruiming uit. Bovendien hebben we onze afspraken met de deurwaarder aangescherpt om te voorkomen dat er onnodig kosten gemaakt worden.
Ontruimingen De vestiging Breda heeft in 2012 113 ontruimingen aangezegd vanwege huurachterstand. Helaas hebben we daarvan uiteindelijk 20 woningen moeten ontruimen; 20 te veel, wat ons betreft. Wij stellen alles in het werk om ontruimingen te voorkomen, maar dat is helaas niet altijd mogelijk. Het aantal ontruimingen was overigens lager dan we, gezien de economisch moeilijke tijden, hadden verwacht. Ten opzichte van 2011 is er in Breda sprake van een daling met 6 ontruimingen.
Huurincasso-resultaten De huurachterstand van de zittende huurders in Breda bedroeg in 2012, uitgedrukt in het percentage van de jaarhuur, voor de vestiging Breda op 31 december 2012 0,94%. Ten opzichte van 2011 is dit een stijging met 0,16%. Deze stijging is verklaarbaar door onze nieuwe aanpak, die erop gericht is minder huurders naar de deurwaarder door te sturen. In eerste instantie kunnen de achterstanden hierdoor iets stijgen, maar dit nadelige effect wordt in een latere fase ruimschoots goedgemaakt als het aantal ontruimingen daalt. Het gemiddelde achterstandspercentage huurdebiteuren over 2012 bedraagt 0,84%. Mede in het licht van de economische crisis volgen wij de ontwikkeling van onze huurdebiteurenpositie op de voet.
Samenwerking In 2012 zijn in Breda de gezamenlijke initiatieven ‘preventieve huisbezoeken’ van het IMW en ‘preventieve woonbegeleiding’ van de SMO samengevoegd. Hier vallen ook de vrijwillige budgetcoaches onder, zodat huurders die in de problemen zijn geraakt sneller geholpen worden bij het oplossen van hun financiële en vaak ook sociaal-maatschappelijke problemen. In de Raad van de Schuldhulpverlening Breda zitten vertegenwoordigers van het IMW Breda, Sociale zaken en Werkgelegenheid, de Kredietbank Breda, de Belastingdienst, Gerechtsdeurwaarder Rosmalen, Enexis, Novadic-Kentron, MEE, GGZ, SMO, Valkenhorst, Marge in Beeld en de 3 Bredase corporaties. De raad wil op beleidsniveau knelpunten formuleren uit de praktijk van de schuldhulpverlening en het armoedebeleid, met openheid naar vrijwilligersorganisaties en andere initiatieven. De raad wil oplossingen voor die knelpunten ontwikkelen, informatie uitwisselen, nieuwe initiatieven ontwikkelen en gevraagd en ongevraagd de gemeente Breda adviseren over het gevoerde en te voeren beleid.
35
TILBURG Werken met een blik op de wijk: resultaten in Tilburg Leefbaarheid
Impulswijken Tilburg WonenBreburg, Tiwos, TBV Wonen en de gemeente Tilburg investeren 10 jaar lang extra in 5 Tilburgse impulswijken: Stokhasselt, Groenewoud, Kruidenbuurt, Trouwlaan/Uitvindersbuurt en GroeseindHoefstraat. Het programma Wijkimpuls heeft 3 ambities: ieder jongere een diploma, elke huishouden een kostwinner en iedereen boven de armoedegrens. Projecten die aan deze doelen bijdragen, worden gefinancierd vanuit het Tilburg Akkoord.
In 2012 zijn onderstaande nieuwe projecten gehonoreerd: • Beter Groenewoud • Schatkist (Groenewoud) • Ruilwinkel Stokhasselt • Masterclass ondernemerschap (Stokhasselt) Onderstaande projecten uit eerdere jaren zijn gecontinueerd: • Sociale aanpak Pucciniflat • watTwest (voormalig Werkpunt) (Kruidenbuurt) • MOM@work (Kruidenbuurt, Groenewoud) • IMC Weekendschool • Wrap around care
Wijkvisies Voor de wijken Het Zand, Goirke-Hasselt en Vlashof-Schans hebben we een visie geformuleerd die de kaders aangeeft voor het dagelijks werk in de wijk. De visies geven een beperkt aantal krachtige kernwaarden of toekomstbeelden, die richtinggevend zijn voor de werkers in de wijk en de op te stellen plannen (beheerplannen, vastgoedprojecten en leefbaarheidsprojecten). Met de maatregelen vanuit die visies zijn we in 2012 aan de slag gegaan. Voor Stokhasselt hebben we de wijkvisie uitgewerkt in een beheervisie en een ontwikkelingsplan. Op basis daarvan bepalen we onze inzet in de wijk voor de komende jaren.
Projecten en leefbaarheidsacties in Tilburg Wijk Besterd-Loven Binnenstad
Bouwmeesterbuurt/Besterd Loven Broekhoven
Broekhoven
Goirke Hasselt Goirke Hasselt Goirke Hasselt
projecten en acties leefbaarheid in Tilburg Voor het eerst sinds de oplevering van Theresia’s Rozen heeft er een activiteit plaatsgevonden voor huurders en kopers. De bewoners van de Bredase Hoek organiseerden een kerstbijeenkomst. Meer dan 90% van de bewoners (op leeftijd) kwam. Deze kerst-in zorgde voor een groter saamhorigheidsgevoel en minder eenzaamheid. De commissie van huurders organiseerde het hele jaar door leuke, geslaagde activiteiten voor de eigen bewoners. Ook in 2012 organiseerden de bewoners van het Antoon van Rijenplein en omgeving een groots Halloweenfeest voor alle kinderen uit de omgeving. WonenBreburg ondersteunde deze actie met sponsoring. Sponsoring Festival Koningshaven: een wijkfeest door bewoners waar het publiek onder het genot van een hapje en een drankje kon genieten van een breed aanbod van liveoptredens. Op de festivalmarkt konden bewoners oude, gebruikte spullen of zelfgemaakte artikelen verkopen. Buurtfeest in de Dreven. Rommelmarkt in de Bisschop Bekkerslaan. Jaarvergadering met bingo in de ontmoetingsruimte van Drömof. 36
Wijk Goirke Hasselt Goirke Hasselt Goirke Hasselt Goirke Hasselt Groenewoud
GroeseindHoefstraat Hagelkruis
Heikant
projecten en acties leefbaarheid in Tilburg Het hele jaar door activiteiten in de ontmoetingsruimte Drömof. Commissie Pastoor Du Champsstraat hield de straat fleurig met bloemen en planten. De commissie Surinaamse Ouderen Tilburg organiseerde regelmatig een leuk samenzijn met de bewoners, zoals een kerstdiner. De Twern organiseerde wederom een geslaagde kerstmarkt. De bouwverenigingen sponsorden samen de winterglijbaan. Ook in 2012 vonden er 1 keer per 2 maanden informele bewonersbijeenkomsten aan de Dolomietenlaan plaats om de leefbaarheid in het complex te bevorderen. Onderwerpen als overlast, veiligheid en leefbaarheidsacties werden met elkaar besproken. Aan de Dolomietenlaan werd wekelijks een spreekuur over veiligheid en toezicht gehouden. In samenwerking met GGD, Twern en TBV werden activiteiten georganiseerd rondom thema’s als warmte, isolatie, ventilatie en kostenbesparingen energie voor het Pater van den Elsenplein e.o. In samenwerking met de wijkraad en netwerkpartners werd er een ‘noppesdag’ georganiseerd in de wijk op burendag. De commissies van huurders van de complexen aan de Hart van Brabantlaan organiseren ieder jaar veel activiteiten voor de eigen bewoners. Daarnaast organiseren de commissies jaarlijks samen een leuke, geslaagde activiteit. Buurtfeest in de Heuberger- en Offenbachstraat. De commissie van huurders Heubach nam het initiatief en regelde veel zelf. WonenBreburg en Verrijk Je Wijk droegen een steentje bij. Het parkeerterrein in de Offenbachstraat werd aangekleed met partytenten, gedekte tafels, stoelen en een springkussen. Een vrijwilligster schminkte de hele middag kinderen en er werd door een van de bewoners popcorn gebakken. Ook bakten en braadden de buurtbewoners thuis lekkernijen. Tot slot kregen de kids een snoepzak mee naar huis. De opkomst was prima, het weer prachtig, de stemming opperbest en het eten heerlijk. In de flat Moleneind (Sibeliusstraat) werd weer het sinterklaasfeest uitgebreid gevierd en alle huurders van de flat kregen een kerstpakketje van de commissie van huurders. In de Mahlerstraat en Strausslaan hebben de bewoners, in samenwerking met WonenBreburg en gemeente, op burendag de buurt schoongemaakt. De middag werd afgesloten met het samen bakken van pannenkoeken. In de flat Brucknerhage werd de jeu de boulesbaan uitgebreid. Ook werd er samen met de commissie van huurders een zomerfeest georganiseerd.
Het Zand
In de Mendelssohnstraat werd een leefbaarheidsactie met lunch georganiseerd rond het ‘beweeglint’. In 2011 is er een wijkvisie geschreven die in 2012 gestalte kreeg door een intensieve samenwerking tussen de corporaties, gemeente en politie. Vanuit die wijkvisie deden (of doen) wij een aantal fysieke aanpassingen in de wijk voor en met de bewoners, zoals het aanpakken van de achterpaden en poorten. Het project, opgestart door WonenBreburg, heeft fysiek tot verbetering geleid, het veiligheidsgevoel vergroot en de samenhang tussen de buren verbeterd. Een aantal achterpaden is opgeknapt en afgesloten met poorten. Deze poorten betalen de bewoners terug via een AHOK. Alle bewoners werkten mee en ze hebben zelf meegeholpen met het afbreken van de achterpaden en schuttingen. WonenBreburg zorgde voor materieel voor het afvoeren van afval en voor nieuwe tegels in de achterpaden. Project de wijkstudent, waarbij studenten zich inzetten voor vrijwilligerswerk in de wijk: zij voerden diverse projecten uit, zoals huiswerkbegeleiding, eigen projecten zoals het schoonmaken van achterpaden en een buurtbarbecue. Daarnaast 37
Wijk
projecten en acties leefbaarheid in Tilburg legden ze contacten met andere zorgpartijen in de wijk voor ondersteuning in projecten. Verder konden de bewoners meedenken over de bekleding van de kopgevels binnen hun complex. Een is er al opgeleverd. Volgens de planning volgen er nog enkele in februari 2013. De bewoners kiezen uit diverse opties, voorgedragen door de wijkstudenten. Aanpak bomen omgeving Jupiter/Marsstraat e.o.: in 2012 heeft WonenBreburg er bij de gemeente in diverse overlegstructuren op aangedrongen dat er te veel verwaarloosd groen (lees: grote bomen dichtbij woningen/appartementen) in de wijk aanwezig is, vooral op de strip rond de Reitse Hoevenstraat. De gemeente gaat een flink aantal bomen verwijderen, zodat de bewoners meer licht in hun woning krijgen. In september 2012 werd een grote bijeenkomst georganiseerd tijdens de burendag in de Salesianenflat. Eerst werd het terrein rond de flat schoongemaakt, daarna was er een barbecue. Eerder waren er diverse bijeenkomsten tussen de commissie van huurders, de bewoners, de gemeente, Twern en politie i.v.m. jeugdoverlast. WonenBreburg nam hiervoor het initiatief. Tot slot is er een geslaagde kerstborrel georganiseerd met een grote opkomst. In de Postelstaete aan de Postelse Hoeflaan was het kerstdiner wederom een groot succes. De bewoners hebben volop genoten van de broodjes, een accordeonist en koor. Als afsluiting was er een bingo met leuke prijsjes.
Lijnse Hoek
Quirijnstok
De commissie Zand I heeft een straatspeelmiddag georganiseerd met de kinderen en ouders uit de wijk, waaraan ook de wijkstudenten meewerkten. WonenBreburg leverde in al deze projecten een bijdrage. In de Bachflat werd weer van alles georganiseerd: jeu de boulestoernooien, fietstochten, een wandeltocht, paasactie, kerstfeest en een druk bezocht zomerfeest. In de Mozartflat organiseerden de commissie van huurders en de VvE samen activiteiten, zoals een kerstborrel, nieuwjaarsbijeenkomst, paaseieren schilderen, sinterklaasfeest en een barbecue met muziek. In de Mozartflat startte ook de pilot gemengd VvE-beheer. Het doel is huurders inspraak te geven in de VvE om zo ook de leefbaarheid te verbeteren. Er zijn nu 3 werkgroepen actief met gemengde samenstelling (koop en huur), waaronder een commissie leefbaarheid. In de Sweelincklaan organiseerde de activiteitencommissie een paasactie voor kinderen en een druk bezocht zomerfeest voor de flats. Ook zijn de flats met kerst uitgebreid versierd. In de Meulenmanflat vierden de eigenaren en huurders, in samenwerking met WonenBreburg, het sinterklaasfeest.
Reeshof Reeshof
Reeshof
Reeshof: Gesworen Hoek
Reeshof:
In de Eccardstraat kwamen de bewoners bij elkaar voor een gezamenlijke barbecue. Ook in 2012 jaar was WonenBreburg weer de hoofdsponsor van Tilburg Royaal op het Koninginnedagevenement in de wijk Reeshof. Op 19 september 2012 hebben de spelers van Streetleague team Reeshof in samenwerking met WonenBreburg, jongerenwerk en buurtsport een opruimactie gehouden. Commissie van huurders Witbrant West, Obdamstraat en Heyhoefpromenade hebben verschillende activiteiten georganiseerd voor de bewoners van hun complexen, zoals een bingoavond, barbecuemiddag en wandelmiddag door de eigen wijk. Huismeesters hebben met toestemming van de gemeente een ijsbaan aangelegd bij het Buurmalsenplein in Reeshof. Samen met bewoners en met de hulp van Helma, die een pomp ter beschikking stelde, werd een parkeerterreintje onder water gezet. Na een paar dagen flinke vorst kon er geschaatst worden. WonenBreburg sponsorde een straatfeest in Witbrant-West om de contacten 38
Wijk Witbrant-West Stokhasselt
projecten en acties leefbaarheid in Tilburg tussen onze huurders en de bewoners van de koopwoningen te bevorderen. In de aanloop naar het groot onderhoud van de Mascagniflat dacht een groep betrokken bewoners mee over het ontwerp en de technische verbeteringen. Kerstversiering Mascagni L-flat: betrokken bewoners van de Mascagni L-flat brachten rond de feestdagen de entree en hal van de flat in kerstsfeer. De inspanning was van de bewoners, WonenBreburg nam de kosten voor zijn rekening. Bellen doe je Zo!: bij complex Parkzicht hielden wij tijdens het groot onderhoud een actie met ROC-studenten om senioren te helpen met mobiel bellen, sms’en etc. Sociaal programma i.s.m. ROC/deTwern i.v.m. planmatig onderhoud Parkzicht, waaronder gezamenlijke lunches. Actie Galerijen schoon, heel, veilig op de Kapelmeesterlaan. Samen met Groeibriljant en bewoners werkten we aan schone galerijen. Het project KansWonen werd bestendigd aan de Kapelmeesterlaan en opgestart in de Perosiflats. Jongeren Advies Raad: als onderdeel van de weekendschool dachten jongeren uit de wijk mee over de wijkaanpak in Stokhasselt. Samen met Jantje Beton hielden we leefbaarheidsacties in de wijk om informatie op te halen voor de speellintroute. We hielden een kerstbomenactie in de centrale hallen van de flat aan de Kapelmeesterlaan en de Perosiflats.
Trouwlaan/ Uitvindersbuurt en Oerle Wandelbos
We organiseerden samen met de ouders een kinder-kerst-knutselmiddag aan de Kapelmeesterlaan. We deden mee aan het nieuwe project Wrap Around Care, waarbij bewoners met problematiek door alle netwerkpartners geholpen worden. 40 jaar Reinevaarstraat: de commissie van huurders Reinevaarstraat vierde in 2012 het 40-jarig bestaan op een leuke manier met een groot aantal huurders. West on Ice: dit evenement werd voor het 4e jaar georganiseerd, een initiatief van de huismeesters in Wandelbos. Het eerste jaar had WonenBreburg de regie, die in de daarop volgende jaren werd overgenomen door de bewoners. Zij nemen de organisatie voor hun rekening, zoeken sponsors en bemensen de activiteit. Het is iets van de wijk geworden. Ieder voorjaar wordt de Wandelbosmarkt georganiseerd. Initiatiefnemers zijn de bewoners van de wijk Wandelbos. WonenBreburg is een van de sponsors, wat dit evenement mede tot een succes maakt. De organisatie probeert er een evenement van te maken met voor ieder wat wils. In 2012 kwam een wijkbewoner met het leuke idee om de start van de zomer in te luiden met een miniconcert met bandjes, zangers, etc. In 2012 vond deze activiteit voor de eerste maal plaats, maar krijgt een vervolg in 2013. Er waren hapjes en muziek uit diverse culturen en bewoners hadden op een leuke manier contact met elkaar. In de Kruidenbuurt is KansWonen een reguliere werkwijze geworden: door aanvullende voorwaarden bij het huurcontract en persoonlijke afspraken geven wij nieuwe bewoners extra kansen. Wij zorgen ervoor, met inzet van 39
Wijk
Zorgvlied
projecten en acties leefbaarheid in Tilburg andere partijen in de wijk, dat deze bewoners hulp krijgen waar nodig. Dit beïnvloedt het welzijn en de leefbaarheid in de wijk positief. WatTWest is een samenwerkingsverband van corporaties, gemeente en bewoners in de Kruidenbuurt, waardoor wijkbewoners een positieve ontwikkeling kunnen doormaken als het gaat om bijvoorbeeld werk, scholing, sociale contacten en werkervaring. Vanuit WatTWest worden zaken gecoördineerd, georganiseerd en (vooral) ontwikkeld. WonenBreburg sponsorde in 2012 3 acties van de buurtcommissie Zorgvlied-Zuid: de paasactie, multiculturele dag en sinterklaas.
Projecten veiligheid in Tilburg Wijk Goirke Hasselt Groenewoud
Heikant
Het Zand
Reeshof
Stokhasselt
Wandelbos
Wandelbos
Wandelbos
Wandelbos
veiligheidsprojecten Huismeesters ruimden op diverse plaatsen sneeuw met vrijwilligers. Voor de Dolomietenlaan werd een plan van aanpak opgesteld om de overlast en criminaliteit in het complex te minimaliseren. Zo vinden er intakegesprekken plaats en worden er huurcontracten voor bepaalde tijd afgesloten. Ook zijn er samenwerkingsafspraken met gemeente en politie. In samenwerking met gemeente, politie, De Twern en huurders ging het project Buurt Bestuurt van start. De bewoners geven binnen dit project aan wat ze in hun straat willen om de leefbaarheid en veiligheid te verbeteren. Het project verloopt zo positief dat het gebied uitgebreid wordt. In de wijkvisie voor Het Zand hebben wij maatregelen opgenomen die de veiligheid in de wijk positief beïnvloeden. Hierbij hebben we gekeken naar de wensen van de bewoners en hebben hen nauw betrokken bij de voorbereidingen en de uitvoering van de activiteiten. Samen hebben we keuzes gemaakt m.b.t. afsluiting achterpaden, nieuwe erfafscheidingen, etc. Positief gevolg: grotere veiligheid in de achterpaden, minder hangjongeren en overlast in de achterpaden, minder vervuiling en graffiti en dus een betere uitstraling van de woningen. Op donderdag 31 mei 2012 organiseerden onze huismeesters in Reeshof met de samenwerkende netwerkpartners een bijeenkomst voor wijkbewoners in wijkcentrum Heyhoef. De buurtbewoners konden op de eerder georganiseerde inbraakpreventieavonden op het Buurmalsenplein en Heyhoef d.m.v. een enquête aangeven wat voor hen de meest overlast gevende zaken in de wijk zijn. Uit de ingevulde enquêtes bleek dat de belangrijkste punten hangjongeren, hondenpoep en hardrijders waren. Alle deelnemende partijen - politie, Buurt Actie Reeshof (BAR), Pijenburg Bouw & Industrie, Donders Security en WonenBreburg hebben met goede onderlinge samenwerking een bijdrage geleverd aan deze actie, iedere organisatie vanuit eigen expertise. Veilig de winter in: samen met de politie en de afdeling handhaving van de gemeente Tilburg hielden de huismeesters en de betrokken partijen op 5 avonden (op 5 verschillende locaties in de wijk) spreekuur voor de bewoners. Thema was de veiligheid in de wijk. Zowel de professionals als de wijkbewoners gaven tips om veilig de winter in te gaan. Daarnaast hielden de huismeester en wijkagent een gezamenlijk spreekuur in de Corellistraat. Preventieteam: samen met de gemeente en de politie bezochten wij na inbraak de wijk met een tent, waarin de bewoners voorlichting kregen over inbraakpreventie en tips om inbraak te voorkomen. De samenwerking was goed en van groot belang. In de complexen Hyssopstraat/Zuringhof was sprake van een groot onveiligheidsgevoel van de bewoners door overlast van rondhangende jongeren in en rond de entrees van deze complexen. Wij hebben ervoor gekozen om de entrees af te sluiten, wat de veiligheid positief heeft beïnvloed. In het huismeesterkantoor houden de huismeesters van WonenBreburg, Tiwos en TBV Wonen, samen met de wijkagenten, wekelijks een laagdrempelig spreekuur. Bewoners maken hier goed gebruik van; zaken zijn bespreekbaar en het is een goed moment voor de professionals om informatie uit te wisselen. In 2011 zijn we op initiatief van twee huismeesters in Wandelbos gestart met de 40
Wijk
Zorgvlied
veiligheidsprojecten actie veilig de winter door. Samen met de wijkagenten en de gemeente Tilburg gingen we de wijk in met de wijkwagen om de bewoners laagdrempelig tips te geven over veiligheid in de donkere wintermaanden. De politie stelde DNA-sets, waarmee spullen gemarkeerd worden, beschikbaar en WonenBreburg een goodybag. Er was veel belangstelling en bewoners werden zich ervan bewust hoe ze met kleine maatregelen veel invloed op de veiligheid kunnen hebben. in 2012 bouwden we deze actie om naar veilig de zomer door. Hierbij lag het accent op inbraakpreventie tijdens de vakantie en wat te doen als je vreemde zaken signaleert. Ook voor deze actie waren de belangstelling en waardering groot. Op 28 november 2012 deelden we met onze partners in de wijk huis aan huis gratis DNA-sets uit, waarmee bewoners hun spullen kunnen markeren.
Toezichtmaatregelen in Tilburg Wijk/buurt/clus ter Wandelbos
toezichtmaatregelen
Reeshof
In de wijk Wandelbos is buurtpreventie een goed burgerinitiatief. De samenwerking met politie, gemeente en corporaties is in 2012 uitgebreid en verbeterd. In Reyshoeve hadden we last van jongeren die vernielingen aanrichtten en bewoners lastigvielen. Na het aanbrengen van camera’s zijn de jongeren benaderd om de schade te vergoeden en heeft de politie actie kunnen ondernemen.
Stokhasselt
In het complex Berkenrodelaan hebben we de veiligheid van bewoners positief beïnvloed door het aanbrengen van een camerasysteem. Ook behoren vernielingen en illegale stortingen van afval tot het verleden. We hebben een nieuw huismeesterkantoor gevestigd in een eengezinswoning aan de Kapelmeesterlaan (voorheen in een appartement in een flat) waardoor we zichtbaarder en beter bereikbaar zijn voor de bewoners van StokhasseltNoord. WonenBreburg en de gemeentelijke handhavers werken samen in het pakken van vervuilers. Als er afval wordt gestort in het openbaar gebied probeert onze huismeester samen met de handhaver de dader te achterhalen. De handhavers kunnen boetes uitschrijven.
Bouwmeesterbuurt Broekhoven Groenewoud
Verder is de camerabewaking uitgebreid in de wijk om zo effectief mogelijk te kunnen handhaven. We hebben nieuwe camera’s opgehangen in de Alleenhouderflat. Aan de Schutsboomhof hebben we het camerasysteem geüpdatet. Op de galerijen van de Dolomietenlaan hebben we gezorgd voor extra cameratoezicht en een update van het systeem
Hennep Sinds de totstandkoming van het hennepconvenant ’aanpak hennepteelt in de gemeente Tilburg' in 2008, treedt WonenBreburg in Tilburg met verschillende partijen hard op tegen hennepkwekerijen. Regelmatig wijzen wij onze huurders op de gevolgen en gevaren. Desondanks vonden we in 8 van onze woningen in Tilburg een hennepkwekerij, knipperij, drogerij of restanten daarvan. Alle huurovereenkomsten werden beëindigd door huuropzegging van de bewoners of na een succesvolle juridische procedure. In 2011 is een nieuw convenant gesloten met een looptijd tot 2014. Vanaf 2012 wordt ook het zogenaamde Damoclesbeleid uitgevoerd. Dat is een beleidsregel die door de samenwerkende partijen binnen Woning In Zicht uitgevoerd wordt. Bij de aanwezigheid van, of handel in, soft- of harddrugs kan de burgemeester een woning sluiten. De woningcorporatie ontbindt dan het huurcontract. Dit is een uitbreiding op het al bestaande hennepconvenant. Daders mogen 2 jaar niet reageren op woningen. De blokkade op de inschrijving wordt binnen Woning in Zicht verwerkt.
41
De wijkstudent Ook in 2012 liep het project ‘De wijkstudent’ in de Tilburgse wijk Het Zand. Het doel is om laagdrempelige welzijnsdiensten te laten leveren door studenten die in de wijk wonen. De deal is dat studenten enkele uren per week bewoners in de wijk helpen met verschillende activiteiten en daarvoor in ruil een geschikte woning tegen een gereduceerde huurprijs krijgen. In de tabel hierboven staan voorbeelden van door hen georganiseerde projecten en leefbaarheidsacties in Tilburg. De wijkstudent is een initiatief van WonenBreburg, de MOM (Maatschappelijke Ontwikkelings Maatschappij) en Stichting de Twern. Met weinig middelen wordt zo een positieve bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van de wijk en komen de belangen van verschillende partijen samen. De wijkstudenten proberen zo, samen met de bewoners, het wonen en leven in de wijk leuker te maken.
Wijkwagen brengt WonenBreburg dichter bij de klant WonenBreburg heeft een wijkwagen: een kleurrijke, representatieve, omgebouwde SRV-wagen met eenvoudige voorzieningen. Met deze wijkwagen rijden we regelmatig door onze wijken, vooral voor de oudere bewoners die slecht ter been zijn of geen auto hebben. Zo hoeven zij niet naar ons toe te komen, maar zoeken wij hen op. De wijkwagen is bijvoorbeeld ingezet tijdens de acties ‘Veilig de winter in’ in Stokhasselt, en tijdens het groot onderhoud in de Textielbuurt. Werken aan herstructurering: resultaten in Tilburg Ontwikkeling sociaal en cultureel
Armoede en sociale activering Samen met de SEW (Stichting Experiment Werkgelegenheid) werkte WonenBreburg aan het project ‘Sociale stijging’ in de Pucciniflat. Dit initiatief, dat armoede wil bestrijden door middel van sociale activering, werd gesteund door het Tilburgs Akkoord. De pilot, waarbij alle huishoudens werden bezocht door een frontlijnwerker, moest inzicht geven in de sociale vraagstukken. Dit gaf soms schrijnende gevallen van sociaal isolement en grote schuldenproblematiek te zien. Met de betrokken professionals van de verschillende organisaties gaan we stap voor stap helpen bij sociale activering en het bieden van praktische oplossingen, zoals vrijwilligerswerk. Hierdoor kan iemand die in een sociaal isolement zat aan een dagelijks ritme wennen. Het doel is om mensen stapje voor stapje op de sociale ladder te laten stijgen via werk bij een vereniging of club, naar een gesubsidieerde baan en uiteindelijk naar een volledige, betaalde baan. Onze rol is om te signaleren en waar nodig door te verwijzen naar mensen en instanties in ons netwerk die verder kunnen helpen. We verwachten dat de sociale problemen door het economische tij eerder zullen toenemen dan afnemen. We beraden ons dan ook op een systematische aanpak en maatregelen.
KansWonen in de Kruidenbuurt en Stokhasselt Het project KansWonen wordt in de Kruidenbuurt op dezelfde manier ingericht als het succesvolle project in Stokhasselt. Met KansWonen krijgen nieuwe huurders aanvullende voorwaarden en persoonlijke afspraken bij hun huurcontract. Het contract duurt in eerste instantie één jaar, daarna kunnen we het omzetten naar een contract voor onbepaalde tijd. Een aantal keer per jaar heeft de woonconsulent een gesprek met de huurder. De woonconsulent beoordeelt dan of de huurder zijn of haar kansen voldoende benut. De doelstelling is onze bewoners te leren kennen en kansen tot ontwikkeling en sociale stijging te bieden en ze dus ook meer te laten participeren in de samenleving. Doordat we bij de start van de huurovereenkomst onze huurders kennen, kunnen we problemen tijdig signaleren en hier in overleg met de bewoners passende oplossingen voor zoeken. Vanzelfsprekend worden hierbij andere maatschappelijke organisaties nauw betrokken. Met behulp van KansWonen gaat WonenBreburg alles in het werk stellen om in de Kruidenbuurt en Stokhasselt de leefbaarheid, het woongenot en het welzijn van de bewoners positief te beïnvloeden. Hiervoor is een grote rol weggelegd voor de woonconsulenten en de huismeesters, samen met de actieve partners in de wijk.
42
Tilburg Street League De Twern, Willem II en WonenBreburg organiseerden wederom de Tilburg Street League, een voetbaltoernooi voor jongeren van 12 tot 16 jaar uit meerdere Tilburgse wijken. Het toernooi zorgt voor een positieve impuls voor de leefbaarheid in de wijken en heeft extra aandacht voor gedrag, sportiviteit, normen en waarden. De resultaten zijn positief te noemen. Wonen, welzijn en zorg
Schakelteam Stokhasselt In 2012 heeft WonenBreburg de samenwerking met Thebe en de Twern in het Schakelteam Stokhasselt geïntensiveerd. Het Schakelteam Stokhasselt bestaat uit huismeesters van WonenBreburg, wijkverpleegkundigen van Thebe en de ouderenadviseur van de Twern. Dankzij het Schakelteam Stokhasselt krijgen 55-plussers minder dienstverleners over de vloer: de dienstverlening in de wijk Stokhasselt werd voor veel bewoners ondoorzichtig omdat er veel verschillende organisaties actief zijn. Daarom keken WonenBreburg, Thebe en de Twern of dat niet beter kon. Het Schakelteam zorgt ervoor dat 55-plussers in Stokhasselt voortaan door één persoon worden geholpen. De teamleden doen hun werk als één organisatie en nemen indien nodig zaken van elkaar over. Zo draait de ouderenadviseur een lampje in en helpt een huismeester bij het invullen van een formulier.
Tweedekansbeleid In het kader van het tweedekansbeleid hebben we 6 huurders bij wie sprake was van meerdere problemen, waaronder huurachterstand, hulp geboden. WonenBreburg heeft 75% van de kosten hiervoor betaald en de gemeente 25%.
Studenten Avans Hogeschool maken kennis met WonenBreburg en zijn huurders 125 studenten van Avans Social Studies zijn ook in 2012 in gesprek gegaan met huurders van WonenBreburg. Zij waren onder de indruk van het warme welkom en de persoonlijke verhalen van de huurders én kregen een positief beeld van de corporatie. De studenten hebben persoonlijke verhalen op placemats afgedrukt als afsluiting van hun project.
Skaeve Huse In samenwerking met de andere Tilburgse corporaties en de gemeente hebben wij in 2009 in Stappegoor 9 woonunits geopend voor mensen die permanent overlast veroorzaakten in de buurt waar zij woonden. Het apart huisvesten van deze mensen moet enerzijds de overlast in hun oorspronkelijke buurt beëindigen en anderzijds voorkomen dat elders in Tilburg problemen ontstaan. We vinden het belangrijk dat er ook voor deze bewoners passende huisvesting wordt gevonden. Onder strikte voorwaarden bieden wij hen daarom, als laatste kans om dakloosheid te voorkomen, een plaats aan in Skaeve Huse. Samen met de gemeente is WonenBreburg voortrekker van het project. Wij hebben een beheerder in dienst die toezicht houdt bij de woningen. Ook in 2012 is er veel aandacht voor geweest; afgevaardigden van andere steden bezochten het project en ook de media besteedden er veel aandacht aan. De uitkomst van de evaluatie was zeer positief. De gemeente is gestart met een locatieonderzoek voor de definitieve vestiging van Skaeve Huse.
Nieuwbouw In 2011 zijn wij in de herontwikkelingswijk Groeseind gestart met de bouw van 29 appartementen voor cliënten van Philadelphia Zorg. Dit project is begin 2012 opgeleverd en in gebruik genomen. RIBW Brabant heeft met ons een huurovereenkomst afgesloten voor de huur van 15 appartementen en een logeerkamer in het project Heikant aan het Wagnerplein. Deze appartementen zijn in maart 2012 opgeleverd. De cliënten van RIBW die in het voormalige zorgcentrum van De Wever woonden, zijn naar deze nieuwe, zelfstandige appartementen verhuisd. In het project Heikant worden door ons 88 woningen tijdelijk verhuurd aan bewoners van het voormalig zorgcentrum van stichting De Wever. 43
Dit in afwachting van de nieuwbouw van het zorgcentrum, een ontwikkeling van De Wever die begin 2014 wordt opgeleverd. Huurincasso Tilburg We willen betalingsproblemen in een vroegtijdig stadium signaleren. Daarmee willen we voorkomen dat de huurachterstanden van onze bewoners (verder) oplopen, omdat een geringe huurachterstand nog relatief eenvoudig op te lossen is. Daarom willen we zo snel mogelijk in contact komen met onze huurders, liefst via een huisbezoek of een gesprek op een van onze kantoren. Probleemsituaties zijn daardoor snel in beeld en oplossingen worden doorgaans snel bereikt. Tijdens het gesprek bekijken we onder meer of we hulpverleningsinstanties moeten inschakelen. Regelmatig is er namelijk sprake van een meervoudige problematiek, die om professionele begeleiding vraagt. Daarom werken we samen met andere maatschappelijke organisaties. Door goede begeleiding kunnen huurachterstanden en huisuitzettingen voorkomen worden. Alleen bij uiterste noodzaak voeren we een ontruiming uit. Bovendien hebben we onze afspraken met de deurwaarder aangescherpt om te voorkomen dat er onnodig kosten gemaakt worden.
Ontruimingen De vestiging Tilburg heeft in 2012 helaas 63 woningen moeten ontruimen vanwege huurachterstand, terwijl er 153 ontruimingen in Tilburg waren aangezegd; 63 te veel, wat ons betreft. Wij stellen alles in het werk om ontruimingen te voorkomen, maar dat is helaas niet altijd mogelijk. Het aantal ontruimingen was overigens lager dan we, gezien de economisch moeilijke tijden, hadden verwacht. Ten opzichte van 2011 is er in Tilburg sprake van een daling met maar liefst 26 ontruimingen.
Huurincasso-resultaten De huurachterstand van de zittende huurders in Tilburg bedroeg in 2012, uitgedrukt in het percentage van de jaarhuur, voor de vestiging Tilburg op 31 december 2012 1,31%. Ten opzichte van 2011 is dit een stijging met 0,4%. Deze stijging is verklaarbaar door onze nieuwe aanpak, die er op gericht is minder huurders door te sturen naar de deurwaarder. In eerste instantie kunnen de achterstanden hierdoor iets stijgen, maar we verwachten dat in een latere fase het aantal ontruimingen daalt. Het gemiddelde achterstandspercentage huurdebiteuren over 2012 bedraagt in Tilburg 1,19%. In Tilburg zijn de eerste resultaten van de nieuwe aanpak zichtbaar. Het aantal huurders dat doorgestuurd is naar de deurwaarder is fors gedaald, van 1490 in 2011 naar 1058 in 2012. We hebben in 2012 459 betalingsregelingen afgesproken ten opzichte van 103 in 2011. Mede in het licht van de economische crisis volgen wij de ontwikkeling van onze huurdebiteurenpositie op de voet.
Samenwerking Met BSH (Bureau Schuldhulpverlening Tilburg) hebben wij een convenant afgesloten om het aantal huisuitzettingen te minimaliseren. In 2012 werden 38 huishoudens door tussenkomst van WonenBreburg begeleid door BSH. Deze samenwerking is in 2012 verder verbeterd. We bespreken samen maandelijks de status van de dossiers en de woonconsulent is intensiever betrokken bij dit proces.
44
3. Resultaatgebied ‘verbinding maken met onze maatschappelijke omgeving’ Uit ons meerjarenbeleidsplan 2009-2012, ‘Energie in wonen’ Twee kunnen meer dan één: ambities WonenBreburg Als het daardoor beter, sneller of efficiënter kan, kiest WonenBreburg voor samenwerking. Die samenwerking moet dan wel in relatie staan tot onze doelstellingen en een meerwaarde hebben. Onze samenwerkingsbereidheid gaat verder dan enkel voor de invulling van onze eigen doelstellingen; we willen ook bijdragen tot die van onze samenwerkingspartners. Wij investeren in schone, hele en veilige woningen. Voor de woonomgeving zijn verschillende partijen verantwoordelijk, onder andere bewoners, gemeente, politie en zorgorganisaties. WonenBreburg kan en wil die verantwoordelijkheid niet alleen dragen. Onze samenwerkingspartners staan ook open voor ‘zakelijk samenwerken’ waarin ieder zijn deel doet. We merken wel dat de wederkerigheid in de relatie met enkele van onze samenwerkingspartners, als gevolg van de economische omstandigheden, soms uit balans dreigt te raken. We blijven ons inspannen om onze partners op een creatieve manier te vinden in mogelijkheden. Door slim samen te werken met andere partijen in de stad kunnen we die verantwoordelijkheid samen dragen – en ervoor zorgen dat het prettig wonen is in onze buurten en wijken. Twee kunnen meer dan één: resultaten WonenBreburg Betrekken van belanghebbenden bij beleid en beheer Wij vinden het belangrijk onze belanghebbenden te betrekken bij de beleidsvorming en de dialoog aan te gaan over de uitvoering van ons beleid. Wij vragen voortdurend wat onze bewoners en onze werkomgeving van ons verwachten en passen de afspraken met onze belanghebbenden aan als dat nodig is. Onze belanghebbenden: Bewoners • Bewonersplatform Wonen-Breda, Breda • HBO Wonen 99, Tilburg • Stichting Huurdersbelangen WonenBreburg, Breda/Tilburg Overheden • college van burgemeester en wethouders van de gemeente Breda • college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tilburg • college van burgemeester en wethouders van de regiogemeenten • ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties / ministerie voor Wonen en Rijksdienst Maatschappelijke organisaties op het terrein van zorg, welzijn, onderwijs en veiligheid • Thebe, Breda/Tilburg • • • • • • •
Juzt (jeugdzorg), Breda Stichting WIJ, Breda Stichting Surplus Zorg, Breda Surplus Welzijn, Breda STIB, ondersteuning voor mantelzorgers, Breda Stichting Maatschappelijke Opvang (SMO), Breda Instituut Maatschappelijk Werk (IMW), Breda/Tilburg 45
•
Stichting MEE, Breda/Tilburg
•
Stichting Amarant, Tilburg/Breda
• •
GGz Breburg groep, Breda/Tilburg Novadic-Kentron, Breda/Tilburg
•
Stichting De Wever, Tilburg
•
GGD Hart voor Brabant, Tilburg
• •
Stichting Elisabeth, Breda Raffy, Breda
•
Stichting de Twern, Tilburg
•
Stichting Traverse, Tilburg
• •
RIBW, Tilburg Stichting MOM, Tilburg
• • •
UvT (Universiteit van Tilburg) Avans Hogescholen, Breda/Tilburg NHTV Breda
• • • •
ROC, Breda/Tilburg Politie Regio Midden- en West-Brabant ASVZ, Tilburg Stichting Philadelphia Zorg, Tilburg
Collega-corporaties • Singelveste AlleeWonen, Breda • Laurentius, Breda • TIWOS, Tilburg • • •
TBV Wonen, Tilburg ’t Heem, Udenhout Futura deelnemers en partners, Tilburg
Samenwerken met bewoners: ambities WonenBreburg Onze belangrijkste samenwerkingspartners zijn de georganiseerde bewonersorganisaties en de op andere wijze betrokken bewoners. Samen werken we aan schone, hele en veilige wooncomplexen en wijken met een goede sociale samenhang. In het vorige hoofdstuk zijn de leefbaarheidsactiviteiten en projecten die door en met bewoners zijn gerealiseerd uitvoerig aan bod geweest. In deze paragraaf schetsen we de meer zakelijke en procesmatige aspecten van de bewonersparticipatie. Samenwerken met bewoners: resultaten WonenBreburg Betrekken van bewoners bij beleid en beheer We overleggen jaarlijks verschillende keren met de huurdersbelangenorganisaties in Breda en Tilburg. Op concernniveau spreken we met de overkoepelende huurdersbelangenorganisatie Stichting Huurdersbelangen WonenBreburg (SHW). Op het niveau van het werkgebied Breda en omgeving voeren we overleg met Bewonersplatform Wonen-Breda. Op het niveau van het werkgebied Tilburg en omgeving overleggen we met de huurdersbelangenorganisatie HBO Wonen 99.
46
Invloed van onze samenwerkingspartners: ambities WonenBreburg Onze samenwerkingspartners hebben invloed op onze beleidsvorming; volgens ons een goede zaak. Wij willen graag goede relaties met deze partijen onderhouden en proberen de juiste balans te vinden tussen de uiteenlopende belangen. We gebruiken de beleidsplanperiode 2009 tot 2012 om: • de relaties te versterken en open te staan voor dialogen; • actief op zoek te gaan naar belanghebbenden om de maatschappelijke agenda te bespreken; • ons denken en handelen regelmatig te toetsen aan de wensen van de omgeving om ons optreden maatschappelijk te legitimeren; • het maatschappelijk vertrouwen te vergroten. Invloed van onze samenwerkingspartners: resultaten WonenBreburg Als je echt wilt weten wat huurders zouden doen als zij het voor het zeggen hadden, moet je hun dat vragen. Daarom organiseerden we in 2012 op meerdere momenten bijeenkomsten met onze huurders en andere belanghebbenden.
SHW Met de SHW hebben wij in 2012 constructief overleg gevoerd over een veelheid aan onderwerpen. Er is over de volgende onderdelen advies uitgebracht: •
meerjarenbeleidsplan 2013-2016
• • • • • •
algemene voorwaarden woonruimte kwaliteitsbeleid glasfonds scootmobielbeleid servicekosten 2013 huurverhoging 2012
In onze gesprekken met de SHW kwamen verder de jaarverslagen en jaarbegrotingen aan de orde, de ontwikkelingen op het terrein van wonen en, meer in algemene zin, de voortgang van diverse projecten en de resultaten van de bewonersenquête Bewonersplatform Wonen-Breda en de bewonersenquête HBO Wonen 99 (Tilburg). Maatschappelijk verantwoord ondernemen
Futura Futura is een samenwerkingsverband van een aantal Brabantse woningcorporaties. Hierin werken deelnemers en partners samen om bij te dragen tot de professionalisering en de ontwikkeling van de aangesloten corporaties in hun rol als maatschappelijk ondernemer. Dat doen wij door te innoveren
47
waar mogelijk, door kennisuitwisseling in diverse platforms en door het realiseren van schaalvoordelen bij gemeenschappelijke inkoop. De rollen van Futura zijn: •
partij (voeden van volkshuisvestelijke discussie en beïnvloeden van de agenda door de inhoud);
• •
platform (initiëren en regisseren van platforms met als doel kennis creëren en uitwisselen); producent (draaien van projecten waarop kan worden ingetekend).
In 2012 hebben we gezamenlijk activiteiten ontplooid en mooie resultaten geboekt aan de hand van 4 programmalijnen: governance en legitimatie, civiele kracht in ontwikkeld beheren, duurzaam vastgoed, en woningmarkt en portefeuilleadvies. Een uitgebreid overzicht vindt u op futurawonen.nl. Daarnaast zijn er 7 platforms actief: raad van commissarissen, bestuur, finance en treasury, personeel en organisatie, informatie en automatisering, vastgoed en technisch beheer. Verder organiseert Futura opleidingen en wordt gezamenlijk schaalvoordeel behaald door de gemeenschappelijke inkoop van onder andere schoonmaak, telefonie, print en duurzaam glas. In 2012 hebben we, naast de uitvoering van het programma, ook gewerkt aan het efficiencyspoor: wat we samen sneller, beter, slimmer en/of goedkoper kunnen organiseren, doen we in principe in Futuraverband. Gezien de toenemende financiële druk is dat ook noodzakelijk. Er zijn in 2012 2 concrete efficiencylijnen uitgewerkt, op het gebied van inkoop en van finance.
Tien voor MKBA WonenBreburg neemt deel in het landelijke project Tien voor MKBA (Maatschappelijke KostenBatenanalyse). 10 corporaties en RIGO Research en Advies startten in 2011 het initiatief om gedurende minimaal 3 jaar MKBA’s uit te voeren. Deze analyses geven niet alleen inzicht in de bewezen effecten van interventies (getroffen maatregelen in wijken en buurten), maar drukken die effecten ook uit in euro’s en delen die toe aan begunstigden. Hierdoor wordt duidelijk welk effect een interventie heeft, maar ook wie in welke mate bijdraagt en profiteert. Deze inzichten bieden goede handvatten voor aanscherping van projecten, maar ook voor een verantwoorde afweging bij besluitvorming. Voor WonenBreburg is in 2012 een MKBA uitgevoerd voor het Dr. Struykenplein. Kijk voor meer informatie ook op tienvoormkba.rigo.nl.
Kennisplatform Corpovenista WonenBreburg neemt deel aan het kennisplatform Corpovenista. Dit platform ontwikkelt kennis over de wijkaanpak en legt verbanden tussen de ontwikkeling van de wijk, de emancipatie van bewoners en de waarde van het vastgoed. Het platform – een samenwerkingsverband van 14 corporaties en Aedes - stelt onderzoek in en stuurt aan op debat en uitwisseling van kennis. Het doel is om corporaties, en andere betrokken partijen, inzichten te bieden voor hun werk in de praktijk. In 2012 werd 4 jaar toegepast wetenschappelijk onderzoek op het gebied van wijken afgerond. Met een mooie slotconferentie zijn de resultaten gepresenteerd. Kijk voor meer informatie ook op corpovenista.nl. In 2013 maakt Corpovenista een doorstart onder de naam Corpovenista 3.0. Het platform heeft voor de periode 2013-2016 gekozen voor een verbreding van het aandachtsgebied naar het ‘duurzaam investeren in de ontwikkeling van vitale steden’.
Werkgelegenheid Wij willen mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt de mogelijkheid geven om werkervaring op te doen en betaald werk te verrichten: • WonenBreburg is een erkend leerbedrijf. Dat wil zeggen dat er 8 stagiaires in 2012 onder begeleiding van een ervaren vakman werkritme en kennis van onderhoudswerkzaamheden hebben opgebouwd bij ons onderhoudsbedrijf. • We hebben in 2012 een medewerker met een Wajong-indicatie in dienst genomen. 48
•
In 2012 hebben wij de voorbereidingen getroffen voor het starten van een pilot ‘social return’, samen met Tiwos, Vieya en de Diamantgroep. Deze pilot start in 2013. Het doel van ‘social return’ is, dat investeringen van WonenBreburg ook sociale winst opleveren. Social return betekent dat de corporaties sociale inkoopvoorwaarden gaan opnemen in hun opdrachten. We verwachten vervolgens van onze leveranciers dat zij een deel van het geld dat ze voor de opdracht krijgen, gebruiken om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan het werk te krijgen. Dit zijn aanvullende voorwaarden in het contract. Leveranciers krijgen de ruimte om zelf invulling te geven aan deze voorwaarden.
Sponsoring Sponsoring is voor ons een goede manier om in contact te komen met huurders, relaties, potentiële huurders en inwoners van Tilburg en Breda. Bovendien laten we daarmee zien dat WonenBreburg meer doet dan alleen woningen bouwen en beheren. Onze sponsoractiviteiten leverden ook in 2012 weer naamsbekendheid op en een positieve bijdrage tot het imago van WonenBreburg. De wijkgerichte activiteiten hebben meegeholpen de leefbaarheid in de betrokken wijken en buurten te verbeteren: activiteiten waarbij het om onze bewoners en hun woonplezier gaat. We kijken kritisch naar ieder verzoek. De activiteiten die we sponsoren moeten passen bij minimaal een van onze kernwaarden: betrokken, betrouwbaar, klantgericht, ondernemend en samenwerkend. Daarnaast hebben we enkele verplichte criteria: 1. een activiteit moet (een groot deel van) onze doelgroepen bereiken, dus we sponsoren in buurten of straten waar klanten van ons wonen; 2. de activiteit is van een instelling of organisatie die in Breda of Tilburg is gevestigd of daarop is gericht; 3. de instelling of organisatie is niet zichtbaar verbonden aan politiek of aan een godsdienst; 4. als het sponsorbedrag hoger is dan € 250 willen wij een communicatiemiddel inzetten tijdens de activiteit waarop (het logo van) WonenBreburg te zien is: bij voorkeur geen advertentie, maar iets wat de organiserende partij kan gebruiken tijdens de activiteit; 5. de medewerkers van WonenBreburg hebben geen direct, persoonlijk belang bij de aanvragende partij (maatschappelijk ondernemen en transparantie). Daarnaast moet minimaal een van de onderstaande criteria uitgevoerd kunnen worden: 1. de activiteit heeft voordeel voor WonenBreburg in publiciteit en imago; 2. de activiteit levert een bijdrage tot de promotie van Tilburg of Breda als leefbare stad; 3. de activiteit levert een bijdrage tot het milieu, de architectuur of volkshuisvesting in het algemeen; 4. de activiteit levert een bijdrage tot leefbare wijken of buurten. Als tegenprestatie zijn we graag op een persoonlijke manier bij de initiatieven betrokken. Dat wil zeggen dat wij liever zelf aanwezig zijn dan dat wij alleen ons logo op een poster of in een boekje laten zien. Zo investeren we in de relatie met de betrokken organisaties en tonen we onze betrokkenheid bij de stad of wijk door letterlijk ons gezicht te laten zien. Een overzicht met onze sponsoring activiteiten staat in tabel 11 van de bijlage op pagina 104.
49
BREDA Samenwerken met bewoners: resultaten in Breda Betrekken van bewoners bij beleid en beheer Vanuit onze overtuiging dat actieve deelname door bewoners aan wijken en buurten de leefbaarheid ten goede komt, stimuleren we verschillende manieren van participatie.
Bewonersenquête Bewonersplatform Over het algemeen heeft de vestiging Breda tevreden klanten. We zijn zeer zichtbaar in de stad; de waardering voor onze huismeesters is groot en de bekendheid van onze woonconsulenten is goed. De samenwerking met de commissies van huurders en het Bewonersplatform Wonen-Breda verloopt meestal goed. Aandachtspunten zijn de afstemming van de onderhoudswerkzaamheden, het bespreken van de servicekosten met de commissies van huurders en de betrokkenheid van de commissies bij grootonderhoudswerkzaamheden. De vestiging Breda heeft goed gescoord in de bewonersenquête van het bewonersplatform; de klant vindt dat de vestiging Breda goed presteert. De gemiddelde score is een 7 en daar zijn wij trots op. Ondanks de bezuinigingen heeft de klant, net als bij de vorige metingen, een positief beeld van de kwaliteit van onze dienstverlening. Daaruit concluderen we dat wij er in slagen om onze kwaliteit ten minste op hetzelfde niveau te houden, ondanks het feit dat we hetzelfde werk met minder medewerkers doen. Invloed van onze samenwerkingspartners: resultaten in Breda
Bewonersplatform Wonen-Breda Het managementteam van de vestiging Breda heeft in 2012 4 keer regulier overleg gevoerd met het bewonersplatform. Tijdens deze bijeenkomsten hebben wij de leden van het platform geïnformeerd over het beheer en beleid van de vestiging Breda. Tevens hebben wij gevraagd welke zaken in hun ogen niet, of onvoldoende, functioneerden. Daarmee zijn we aan de slag gegaan. De volgende onderwerpen kwamen aan bod: o planmatig onderhoud o presentaties over diverse grootonderhoud- en nieuwbouwprojecten o onderhoudsplanning 2012 en 2013 o nieuwbouwplanning 2012 en 2013 o wijkvisies o burgerkracht 3.0 o bewonersenquête Bewonersplatform 2011 o huurincasso bij WonenBreburg o preventief huurdersonderhoud o klantcontactcentrum WonenBreburg en kennisbank o servicekosten: stookkostenafrekening o begroting bewonersplatform
Commissies van huurders in Breda Bewonersplatform Wonen-Breda en WonenBreburg ondersteunen, begeleiden en faciliteren in Breda 27 commissies van huurders. Op 13 september 2012 hebben wij in het kader van het jaarlijkse uitstapje met de commissies een gezellige barbecue gehouden bij ons kantoor Tijdens de vergaderingen met de commissies van huurders kwamen onder andere de volgende onderwerpen aan bod: o planmatig onderhoud o sloopplannen 50
o o o o o o o o o o o
servicekosten leefbaarheid schoonmaak algemene ruimten (buren)overlast schoonmaakacties sociaal en technisch beheer energielabels veiligheid in de wijk groenbeheer in de wijk kwaliteit van onze dienstverlening bewonersactiviteiten
51
TILBURG Samenwerken met bewoners: resultaten in Tilburg Betrekken van bewoners bij beleid en beheer
Enquête commissies van huurders Tilburg Over het algemeen heeft de vestiging Tilburg tevreden klanten. We zijn zeer zichtbaar in de stad; de waardering voor onze huismeesters is groot en de bekendheid van onze woonconsulenten is goed. De samenwerking met de commissies van huurders en HBO Wonen 99 verloopt meestal goed. Aandachtspunten zijn de bespreking van onderhoudsplannen en servicekosten met de commissies van huurders. De vestiging Tilburg heeft goed gescoord in de bewonersenquête; de klant vindt dat de vestiging goed presteert. De gemiddelde score is een 7 en daar zijn wij trots op. Ondanks de bezuinigingen heeft de klant, net als bij de vorige metingen, een positief beeld van de kwaliteit van onze dienstverlening. Daaruit concluderen we dat wij er in slagen om onze kwaliteit ten minste op hetzelfde niveau te houden, ondanks het feit dat we hetzelfde werk met minder medewerkers doen. Invloed van onze samenwerkingspartners: resultaten in Tilburg
HBO Wonen 99, Tilburg Het managementteam van de vestiging Tilburg heeft in 2012 5 keer regulier regio-overleg gevoerd met HBO Wonen 99 (HBO) en diverse keren ad hoc naar aanleiding van concrete vragen en ontwikkelingen. In deze bijeenkomsten hebben wij de leden van de HBO geïnformeerd over het beheer en beleid van de vestiging Tilburg. De volgende onderwerpen zijn besproken: o o o o o o o o o o o o o o o o o o
regeling grof huisvuil gemeente Tilburg balansventilatie Witbrant-West project KansWonen communicatie met commissies van huurders de jaarlijkse enquête onder commissies van huurders maatregelenplannen uit de wijkvisies voortgang van diverse nieuwbouwprojecten rondgang langs diverse nieuwbouwprojecten plan van aanpak activeren commissies van huurders zichtbaarheid en bereikbaarheid huismeesters afrekeningen energie Essent/Techem uitkomsten enquête Woning In Zicht burenoverlast in het algemeen problemen met liften in diverse complexen meerjarenonderhoudsplanning ontwikkelingen KlantContactCentrum viering > 40 jaar trouwe huurder onderwerpen uit de organisatie van WonenBreburg zoals: - bezuinigingsopgave - opvolging manager beheer - ervaringen nieuwe openingstijden - meerjarenbeleidsplan
Commissies van huurders in Tilburg Huurdersbelangenorganisatie HBO Wonen 99 en WonenBreburg ondersteunen, begeleiden en faciliteren in Tilburg 45 commissies van huurders.
52
Op 21 november 2012 hebben wij in het kader van het jaarlijkse uitstapje met de commissies een sinterklaasbijeenkomst gehad met afsluitend een gezellig diner. Tijdens de vergaderingen met de commissies van huurders kwamen onder andere de volgende onderwerpen aan bod: o leefbaarheid o schoonmaak algemene ruimten o planmatige en grootonderhoudswerkzaamheden o servicekosten o schoonmaakacties o sociaal en technisch beheer o energielabels o Politiekeurmerk Veilig Wonen o veiligheid in de woonomgeving o wijkontwikkelingsplannen o kwaliteit van onze dienstverlening o burenoverlast o groenbeheer in de wijk o bewonersactiviteiten
53
4. Ressultaatg gebied ‘kwantitteit en kwalitei k t van he et vastg goed’ Uit ons meerjarenb beleidsplan 2009-2012,, ‘Energie in n wonen’ ositie en marktaandee el: ambitiess WonenBre eburg Marktpo WonenB Breburg heefft een markta aandeel van ruim 50% in n Tilburg en 35% 3 in Bredaa en streeft naar n instandh houding daarrvan. Een deel van de hu urvoorraad wordt w omgezet in een Ko oopgarant-v voorraad waardoo or de woning gen eigendom worden va an private hu uishoudens, maar bij verkkoop weer te er beschikking g staan van WonenBrebu W urg. Binnen d de voorraad is er sprake van v een kwaalitatieve onttwikkeling. Doo or sloop, nieuwbouw, on nderhoud en verbetering is er sprake van een dyn namische voo orraad, die we continu afstemmen op de e consumente e leveren een n goede won ningkwaliteitt en bieenvraag. We e klanten zo veel mogelijk keuzevrijh heid. den onze Marktpo ositie en marktaandee el: resultate en WonenBrreburg Vastgoe edsturing In 2012 h hebben wij het h project Vastgoedsturi V ing afgerond d, waarmee de d doelstellin ng om onze vastgoedsturring te structtureren, actu ualiseren en inbedden is bereikt. In 20 012 hebben wij voor de eerste e keer de b beleidscycluss vastgoedstu uring volledi g doorlopen n. Het proces wordt vorm mgegeven als cyclisch model, d de beleidsach htbaan, waarrin zowel de strategische e, tactische als operationeele dimensie e van vastg goedsturing aan bod kom mt en onderling samen nhangt. We hebben h in 20012 onder me eer een actuele portefeu uillestrategie voor het vasstgoed vastg gesteld met behulp van g geavanceerd de financiële e software, waarin w rekeniing wordt ge ehouden met de huurtoesslagheffing vvanaf 2014 en de dende financiële randvoo orwaarden va anuit het geld CFV.. Ook hebben n we in 20122 binnen het vastgoed dsturingsproces gewerkt met een nie euw kwaliteittsbeleid voorr het woning gbezit, met rendemen ntseisen voor investeringssbeslissingen en hebben we actuele beheerplann b en voor onze comd. Concludereend kan gez zegd plexen opgesteld den dat het proces vastgo oedsturing inmiddels word goed d is ingebed als zelfstand dig proces me et relaties naar verschillende anderre processen in de anisatie. orga
Figuur b beleidsachtba aan vastgoed dsturing Won nenBreburg g van de vo oorraad Omvang Per 31 de ecember 201 12 hadden wij w in totaal 2 9.754 verhuu ureenheden. Dat zijn er 5514 meer dan in 2011. Op p 31 december 2012 hadd den wij 26.32 22 woningen n in ons bezitt; 373 meer d dan in 2011. Uitgesplitst na aar de vestigingen was de samenstell ing als volgtt:
54
Tabel Stand per 31-12-2012 per vestiging Ontwikkeling van de voorraad
Verhuureenheden
31-12-2011
BEGINSTAND
31-12-2012 opgeleverd of aangekocht mutaties1)
verkocht of gesloopt EINDSTAND
in beheer bij
vestiging
Bavel (Breda), totaal
4
4
4
Woningen
4
4
4
VAST
Breda, totaal
9.907
270
-4
-58
10.115
9.027
1.088
Woningen
8.215
157
-199
-57
8.116
7.810
306
Studentenwoningen
565
Bedrijfsruimten
130
Garages en parkeerplaatsen Tilburg, totaal Woningen Studentenwoningen Bedrijfsruimten Garages en parkeerplaatsen
217
782
14
-18
126
126
997
99
-4
-1
1.091
1.091
19.292
441
-26
-145
19.562
16.755
2.807
15.129
343
-17
-141
15.314
14.676
638
2.037
9
2.028
2.002
35
782
128
39
-25
-2
140
135
5
2.033
59
-19
-2
2.071
1.935
136
Wernhout, totaal
17
17
17
Woningen
17
17
17
Galder, totaal
8
8
8
Woningen
8
8
8
Teteringen (Breda), totaal
28
28
28
Woningen
28
28
28
Rijen, totaal
20
20
20
Woningen
16
16
16
4
4
4
Studentenwoningen Bedrijfsruimten
Woningen Studentenwoningen Totaal woningen Bedrijfsruimten Garages en parkeerplaatsen
WonenBreburg totaal 1)
23.381
536
-216
-198
23.503
22.559
944
2.567
0
252
0
2.819
9
2.810
25.949
536
36
-198
26.322
22.568
3.754
262
53
-43
-2
270
265
5
3.030
158
-23
-3
3.162
3.026
136
29.240
747
-30
-203
29.754
25.859
3.895
Mutaties zijn: omgevormd bezit, ontsplitste en gesplitste eenheden. Ontsplitst = eenheden met een gewijzigde woonbestemming, waardoor minder eenheden zijn ontstaan. De oude eenheden hebben wij administratief afgevoerd en de nieuwe eenheid administratief opgevoerd. Gesplitst = eenheden met een gewijzigde woonbestemming, waardoor meer eenheden zijn ontstaan. De oude eenheid hebben wij administratief afgevoerd en de nieuwe eenheden administratief opgevoerd.
55
BBSH-norm voor in 2012 gerealiseerde nieuwe woningen (huur en koop) aantal Gebied complex Breda Dirk Hartoghstraat Breda (Sculptura Corneille) 3 Breda Scheldestraat/Verbeetenstraat (Spring) 12 Breda Lodewijk Roelandtstraat/Pieter Densstraat 3 Galder Wilgenakker 2 Tilburg Brucknerlaan (De Nieuwe Heikant) 6
soort huur huur huur koop koop
type appartement eengezinswoning eengezinswoning eengezinswoning appartement
Voor de bovenstaande woningen geldt, dat de kosten voor het in eigendom verkrijgen hoger zijn dan, of gelijk zijn aan, € 240.000 per woning. Het realiseren van deze woningen in 2 herstructureringsgebieden draagt bij tot de volkshuisvestelijke beleidsdoelstellingen van WonenBreburg. Ontwikkeling van de voorraad
Vastgestelde en voorgenomen plannen Het volgende overzicht geeft een totaalbeeld van de per 31 december 2012 vastgestelde en voorgenomen plannen. Deze plannen komen voor rekening en risico van WonenBreburg. Voor de vastgestelde plannen hebben wij besluiten genomen die in het verlengde van de stedelijke afspraken liggen. Categorie
Breda
Tilburg
500
109
WonenBreburg 609
Sloop: vastgesteld (besluit genomen) Sloop: in voorbereiding (geen besluit maar stond al voor 2007 in voorziening) Sloop: totaal
0
208
208
500
317
817
Nieuwbouw huurwoningen: vastgesteld Nieuwbouw huurwoningen: in voorbereiding Nieuwbouw huurwoningen: totaal
588 0 588
721 0 721
1.309 0 1.309
1.410 m²
3.009 m²
4.419 m²
1.410 m²
3.009 m²
4.419 m²
80 0 80
55 0 55
135 0 135
Nieuwbouw huur BOG: vastgesteld (parkeerplaatsen niet opgenomen) Nieuwbouw huur BOG: totaal Nieuwbouw koopwoningen: vastgesteld Nieuwbouw koopwoningen: in voorbereiding Nieuwbouw koopwoningen: totaal
Weergave in aantal eenheden (indien commerciële ruimte dan weergave in m²).
In tabel 12 van de bijlage staat een overzicht van nieuwbouwprojecten die WonenBreburg in samenwerking met derden realiseert. Onderhouden en verbeteren van de voorraad Een van onze kerntaken is het behouden en verbeteren van de kwaliteit van onze woningen. Het preventief en planmatig onderhoud voeren we uit om de kwaliteit te behouden en groot onderhoud om de kwaliteit te verbeteren. De afdeling verhuur zorgt bij mutatie van de woningen voor behoud van kwaliteit en voor verbetering. De afdelingen vastgoed van onze vestigingen zorgen voor de voorbereiding en coördinatie. Met regulier planmatig onderhoud dragen we er zorg voor dat de technische staat van bouwdelen behouden blijft voor de resterende exploitatieduur van een complex. De technische staat van bouwdelen is bepaald op basis van een objectieve conditiemeting. Dit is input geweest bij het bepalen van de planning van onderhoudswerkzaamheden. Bij groot onderhoud worden bouwdelen vervangen en worden verbeteringen aangebracht, passend bij een verlenging van de exploitatieduur. Hierbij besteden wij bijzondere aandacht aan de energetische kwaliteit van woningen. 56
In de bijlage bij dit volkshuisvestingsverslag vindt u onder ‘Onderhouden en verbeteren voorraad’ in de tabellen 13 tot en met 15 informatie over kerncijfers, verbeteringen en projectmatig en planmatig onderhoud.
Differentiatie in kwaliteit Binnen het project vastgoedsturing hebben wij een kwaliteitsbeleid uitgewerkt met differentiatie in kwaliteit voor het onderhoud en de woontechnische kwaliteit van onze woningen. In 2012 hebben wij de toepasbaarheid van deze differentiatie in kwaliteit middels een pilot getest bij mutatieonderhoud, planmatig onderhoud en de voor te bereiden projecten groot onderhoud. Eind 2012 heeft het SHW een positief advies op het kwaliteitsbeleid gegeven. In 2013 implementeren wij de differentiatie in kwaliteit in de diverse onderhoudsprocessen. Contractenbeheer Alle technische installaties van WonenBreburg in de (woon)gebouwen moeten periodiek worden gecontroleerd en onderhouden om ervoor te zorgen dat het wonen veilig is en het woongenot zo optimaal mogelijk blijft. Een goed contractbeheer draagt bij tot het ontzorgen met zo min mogelijk overlast. De afdeling PIT binnen WonenBreburg is verantwoordelijk voor de contracten van de aannemers die het onderhoud verzorgen aan de technische installaties van WonenBreburg. Goed beheer voorkomt storingen aan de technische installaties en ook wij hebben er profijt van: hoe beter de installaties worden onderhouden, hoe langer ze meegaan en een duurzaam onderdeel worden van de gebouwen. Voor de installaties die eigendom van de huurder zijn, is de huurder zelf verantwoordelijk. De afdeling PIT zoekt altijd naar verbeteringen en mogelijkheden tot verduurzamen. Een voorbeeld hiervan is het steeds professioneler omgaan met het contractbeheer. De contractovereenkomsten tussen WonenBreburg en aannemers worden steeds geoptimaliseerd. Goed contractbeheer zorgt voor een duidelijkere, interne communicatie en door de goede, duidelijke afspraken die schriftelijk zijn vastgelegd met de aannemers weten ze hoe om te gaan met calamiteiten of storingen. Zo wordt de storing veel sneller en beter afgehandeld dan voorheen. De professionalisering van het contractbeheer zorgt niet alleen voor een betere service, maar ook voor financieel voordeel. Zo waren de prestaties van de liften in voorgaande jaren wel eens onderwerp van discussie. Sinds de onderhoudscontracten en afspraken zijn herzien, is het aantal storingen drastisch gedaald. Daarnaast zijn er financiële voordelen behaald bij het herzien van de contracten. In de bijlage bij dit volkshuisvestingsverslag vindt u onder ‘Onderhouden en verbeteren voorraad’ in de tabellen 14 tot en met 15 informatie over kerncijfers, verbeteringen en projectmatig en planmatig onderhoud. Verkoop en Koopgarant: ambities WonenBreburg Het verkopen van woningen moet bijdragen tot een betere buurt en een gezonde financiële huishouding van WonenBreburg. Starters en klanten met een smalle beurs kunnen met Koopgarant onder gunstige voorwaarden een woning kopen. We vinden echter dat de verkoop van woningen niet mag leiden tot een te versnipperd bezit, omdat dit zeer inefficiënt is voor het beheren van onze woningen. We hebben de volgende ambities: •
we verruimen de keuzemogelijkheden voor huurders onder meer door een accent op Koopgarant in onze vastgoedportefeuille te leggen;
57
• •
we dragen bij tot een betere buurt door verkoop van woningen; in de bepaling van het verkoopprogramma streven we ernaar een mix van huur en koop aan te bieden; verkopen dragen bij tot de gezonde financiële huishouding van WonenBreburg.
Verkoop en Koopgarant: resultaten WonenBreburg
Verkochte huurwoningen In 2012 gingen landelijk de prijzen voor koopwoningen fors onderuit. De crisis op de woningmarkt kwam tot uitdrukking in een afnemende vraag naar koopwoningen en prijzen die onder druk stonden. Voor WonenBreburg Makelaars was 2012 echter bepaald geen slecht jaar. Ten opzichte van de landelijke woningverkoopcijfers hebben we een uitstekend jaar achter de rug. Het gestelde doel van 192 verkochte woningen is gehaald, zij het dat 24 woningen daarvan terug- en doorverkopen waren met Koopgarant. Zonder die woningen hebben we 82% van de jaardoelstelling gehaald en dat is in deze tijden een resultaat om tevreden mee te zijn. Aangezien de gemiddelde verkoopwinst licht hoger was dan geprognosticeerd, hebben we 90% van de doelstelling ‘bijdrage aan financieringsbehoefte voor nieuwbouw en groot onderhoud’ behaald. Aangezien de gemiddelde verkoopwinst licht hoger was dan geprognosticeerd, hebben we 90% van de doelstelling ‘bijdrage aan financieringsbehoefte voor nieuwbouw en groot onderhoud’ behaald. 75% van de verkochte woningen (aantal 192) is met een korting van 25% op de taxatieprijs verkocht. Daarnaast is 75% van de verkochte woningen (aantal 192) gekocht door starters met een geschat inkomen tot € 35.000. Sinds 2012 is ons verkoopaanbod te vinden op de website vindjeplek.nl waarop het aanbod van inmiddels 27 corporaties wordt gepresenteerd. Ruim 40.000 bezoekers bezochten de pagina’s waarop de koopwoningen van WonenBreburg worden gepresenteerd. In 2012 hebben we meegedaan met de NVM Open Huizen Route, we hebben Facebookpagina’s en Twitteraccounts geactiveerd en een meerjarige marketingcampagne gestart met ‘de Familie Breburg’. Bij de uitreiking van de jaarlijkse Communicatieprijs Brabant behaalde de campagne de derde plaats bij meer dan 35 ingezonden reclamecampagnes. Eind 2012 zijn we gestart met de voorbereiding om Koopgarant op termijn te vervangen door een ander verkoopbevorderend instrument. Daar willen we voor de zomer van 2013 mee op de markt komen. Aantal verkochte woningen (via Koopgarant en regulier) en garages 180
14
160
8
140
120
3
43
76
55
100 Garage 80
Regulier
47 10
Koopgarant
5
60 98 40 13
56
78
66
1 10
86
66
20
41 27
0 Breda
Tilburg 2009
Breda
Tilburg 2010
Breda
Tilburg 2011
Breda
Tilburg 2012
58
Gerealiseerde koopwoningen In 2012 hebben we 101 koopwoningen gerealiseerd. Voor enkele projecten geldt, dat wij de onverkochte woningen (tijdelijk) aan onze voorraad huurwoningen hebben toegevoegd.
Gerealiseerde koopwoningen 2012 Gebied Breda Breda Breda
project Toren Corneille (Talmazone)1) Eiland Bernini (Talmazone) Galder
aantal 53 22 2
Breda Tilburg
1)
totaal
type appartementen grondgebonden woningen grondgebonden woningen
77 De Nieuwe Heikant
24
appartementen
Tilburg
24
WonenBreburg
101
Woningen zijn ontwikkeld in VOF Talmazone waar WonenBreburg voor 50% in deelneemt.
In de paragrafen van Breda op pagina 61 en Tilburg op pagina 67 leest u meer over deze projecten. Studentenhuisvesting: ambities WonenBreburg Wij vinden dat studenten een belangrijke maatschappelijke bijdrage leveren. In Tilburg en Breda hebben we een lange historie en leidende rol in de verantwoordelijkheid voor de huisvesting van studenten. We werken actief samen met de andere Bredase corporaties en hebben contact op bestuursniveau met de gemeente en onderwijsinstellingen. Wij richten ons op het vergroten van ons inzicht in de vraag naar woningen in aantallen en vastgoedkwaliteiten als prijs, locatie, omvang en mate van zelfstandigheid. Vertaald in doelstellingen en beoogde maatschappelijke effecten betekent dat: • •
delen van ons huidige studentenbezit omvormen van onzelfstandige naar zelfstandige eenheden; optimum tussen vrije verhuur en verhuur via onderwijsinstellingen.
Studentenhuisvesting: resultaten WonenBreburg
Kwaliteitsverbetering studentenhuisvesting In 2011 zijn wij begonnen met een programma om de kwaliteit van de dienstverlening en van de studentenwoningen te verbeteren in Tilburg en Breda. Daardoor is onze score op een internationale tevredenheidsmeting voor de dienstverlening in Tilburg gestegen van de 8e naar de 4e plaats. De afdelingen vastgoed van onze vestigingen zorgen voor de voorbereiding en coördinatie in een MOP (Meerjaren Onderhouds Plan) waarvan de inhoud en prioriteiten worden afgestemd met de afdeling studentenhuisvesting. Bedrijfsmatig en maatschappelijk onroerend goed: ambities WonenBreburg Wij beheren ook bedrijfspanden en maatschappelijk onroerend goed, maar bouwen en exploiteren dergelijk vastgoed alleen als er een samenhang is met de volkshuisvesting in wijken en buurten waar wij al woningen beheren. Daarom kopen wij soms onroerend goed aan voor herontwikkeling. Ook hebben we een financiële doelstelling bij de exploitatie van bedrijfsmatig onroerend goed: we verdienen er geld mee dat gebruikt wordt voor volkshuisvestelijke doelstellingen. Vertaald in doelstellingen en beoogde maatschappelijke effecten betekent dat: • bijdragen tot volkshuisvestelijke doelstellingen door de exploitatie van bedrijfsmatig en maatschappelijk onroerend goed.
59
Bedrijfsmatig en maatschappelijk onroerend goed: resultaten WonenBreburg
Beheer van het bedrijfsmatig en maatschappelijk onroerend goed In 2012 hebben we de activiteiten voor het beheer van BOG (Bedrijfsmatig Onroerend Goed) verder uitgebreid. Op bijna alle nieuw afgesloten huurcontracten hebben we een hogere huurprijs kunnen afspreken, hoewel realisatie hiervan in de huidige markt steeds lastiger is gebleken. Onze BOGmakelaar is niet alleen actief bij het realiseren van huurmutaties in de portefeuille met een jaarlijkse huurstroom van rond de € 8 miljoen, hij is ook betrokken bij de fase van projectontwikkeling. In die fase definieert de BOG-makelaar, in samenspraak met de projectmanager nieuwbouw, de specifieke eisen van de te verhuren ruimtes voor de specifieke doelen. Dit geldt vooral bij kinderdagverblijven, huisartsen, apotheken en andere partijen met zorgtaken. Bij die partijen is altijd sprake van het verwezenlijken van een maatschappelijke wens en een commercieel streven om de verhuur te realiseren tegen marktconforme bedragen. Overaanbod in deze markt maakt het niet eenvoudig om tijdig de juiste huurders te vinden. De bezettingsgraad van de gehele portefeuille BOG van WonenBreburg is 80%. De onderbezetting van 20% wordt veroorzaakt door veel opgeleverde nieuwbouw, die al sinds de oplevering leeg staat, en de toename van huuropzeggingen binnen het bestaande bezit. Inmiddels zijn initiatieven genomen om de bestaande leegstand op te lossen door de functie van het vastgoed om te zetten naar woonruimte waar dat fysiek kan. Het gaat daarbij vaak ook om het aanpassen van de bestemming, waarmee de lange looptijd van deze trajecten is verklaard. We streven ernaar om de leegstand in 2013 te halveren ten opzicht van de leegstand van 2012.
60
BREDA Marktpositie en marktaandeel: resultaten in Breda Omvang van de voorraad In 2012 hebben wij in Breda 175 nieuwe huurwoningen aan onze voorraad toegevoegd: o Sculptura, toren Corneille: 25 appartementen (achtervangconstructie) o Galder: 8 eengezinswoningen o Spring: 82 appartementen, 20 eengezinswoningen en 12 woonwerkwoningen o In de Mandt (Teteringen): 28 appartementen Daarnaast: o Bernard de Wilde, garagewoningen: 3 aanbouwen aan bestaande hoekwoningen We bespreken de opleveringen:
Sculptura toren Corneille Woontoren Corneille is de derde en laatste toren in het project Sculptura in de Talmazone en telt 84 appartementen verdeeld over 19 verdiepingen. Dit project is tot stand gekomen in de VOF Talmazone met partner NBU uit Etten Leur. In totaal zijn van deze woontoren 53 van de appartementen verkocht en resteren in de achtervangconstructie die wij met de VOF zijn aangegaan 31 appartementen voor de verhuur in de vrije sector, waarvan er eind 2012 25 zijn opgeleverd. De huurprijzen voor deze woningen variëren van € 798,26 tot € 1.291,77.
Galder In Galder hebben wij in april 2012 10 woningen opgeleverd: 2 koopwoningen en 8 huurwoningen. De huurwoningen zijn voor de sociale verhuur bedoeld.
Spring Op de grens van Haagpoort en Heuvel zijn in de Verbeetenstraat, Oosterstraat en Scheldestraat 114 woningen en ca. 3.300 m2 commerciële ruimte gerealiseerd. Dit project is tot stand gekomen in samenwerking met Kikx Development uit Rotterdam. De 82 appartementen zijn voor de sociale verhuur en de eengezinswoningen en woon-werkwoningen voor de vrije sector huur.
In de Mandt (Teteringen) Bij de brede school in Teteringen zijn door aannemer Moonen 28 appartementen gerealiseerd die WonenBreburg in een turnkey-constructie heeft afgenomen. 8 van de appartementen bevinden zich boven de brede school, de andere 20 appartementen in een separaat woonblok. Alle appartementen zijn voor de sociale verhuur.
Bernard de Wildestraat, garagewoningen In 2012 hebben we 3 garagewoningen gerealiseerd. Onder de nieuwbouwprojecten leest u hier meer over.
Gesloopte huurwoningen In 2012 hebben we in Breda geen woningen gesloopt. Ontwikkeling van de voorraad In 2012 voerden wij in Breda en omgeving de volgende nieuwbouwprojecten uit, waarvan een aantal wordt uitgevoerd als onderdeel van de fysieke herstructurering in Bredase wijken.
Nieuwbouwproject De Bareel in Rijen Tussen de Stationsstraat en de Spoorlaan Noord in Rijen komen 90 appartementen en 10 woningen met tuin; een flinke uitbreiding van het aantal huurwoningen in het middengebied voor WonenBreburg. De bouw is inmiddels ver gevorderd en de oplevering is in het voorjaar van 2013. Nagenoeg alle 61
woningen, die een huurprijs onder de € 652 per maand krijgen, zijn al verhuurd. Bij WonenBreburg zijn straks een huismeester en een woonconsulent het aanspreekpunt voor de huurders.
Nieuwbouwproject De b van Bavel In Bavel realiseren we aan de Semenarieweg, samen met Janssen de Jong Projectontwikkeling, 38 koopwoningen. In 2011 hebben we overeenstemming met Janssen de Jong bereikt over de aankoop van 12 van de 38 woningen, te weten 6 stadswoningen en 6 studio’s. Deze 12 woningen gaan we bereikbaar verhuren, dus met een huurprijs onder de liberaliseringsgrens. In het najaar van 2012 ging de bouw van de 12 huurwoningen en van 7 van de resterende koopwoningen van start. Van de 7 koopwoningen zijn er 3 verkocht, daarnaast staat Janssen de Jong garant voor de afname van 1 woning. Nieuwbouwprojecten Hoge Vucht en Doornbos-Linie
Tussen de Meesters Het project Tussen de Meesters bestaat uit meerdere fasen. Voor de laatste fase, fase C, hebben wij in 2010 de laatste 4 woonblokken (152 appartementen) gesloopt. In het kader van de herprogrammering hebben wij met de gemeente Breda afgesproken, dat op deze locatie in eerste instantie een vijftigtal woningen gerealiseerd wordt en dat verdere invulling pas vanaf 2020 plaatsvindt.
Bernard de Wilde garagewoningen In Breda-Noord slopen wij, in het kader van de wijkontwikkeling, de langs de Bernard de Wildestraat gelegen garageboxen. Op deze locaties realiseren wij vervolgens aanbouwen aan de hoekwoningen, zodat de sociale controle in de wijk en het zicht op de straat verbeteren. We hebben 10 van dergelijke aanbouwen voorzien, waarvan we er in 2012 3 gerealiseerd hebben voor het tegenover gelegen zorgcentrum Raffy.
Brede school Geeren-Noord Bij de ontwikkeling van het gebouw liep de gemeente aan tegen een dekkingstekort van € 1,2 miljoen. Wij hebben met de gemeente afgesproken dat wij bereid zijn 40 bouwrijpe kavels voor het ontwikkelen van bereikbare woningen af te nemen tegen deze prijs (zonder toekomstige bijbetalingsverplichting). De gemeente wil deze opbrengst binnen eigen huis bestemmen als dekking. Aanvankelijk waren de bouwrijpe kavels bedoeld om in te zetten bij herontwikkeling van de woonblokken aan de Wensel Cobergherstraat, maar wij hebben in 2012 het de komende jaren aantal te slopen woningen heroverwogen. Het voorstel van WonenBreburg aan de gemeente was daarna om de kavels in te zetten bij de herontwikkeling aan de Grote Doornbos, Kleine Doornbos en Bijltje in Doornbos. De gesprekken met de gemeente daarover hebben helaas nog niet tot overeenstemming geleid.
Doornbos Posthoorn Onze locatie van circa 9,5 hectare aan de Frankenthalerstraat–Druivenstraat in Breda, waarin Janssen de Jong Projectontwikkeling voor 50% medebelanghebbende is, hebben wij in 2012 wederom nadrukkelijk bij de gemeente Breda onder de aandacht gebracht. In 2011 lukte het al niet om met de gemeente tot een gebiedsvisie te komen, maar ook in 2012 volhardde het college in een afwijzende houding, ondanks de afspraken die hierover in de herijkte Alliantie zijn gemaakt. Deze houding schaadt onze belangen en de voortvarende ontwikkeling van een gebied dat waarde heeft voor de herstructurering van de wijk Doornbos in Breda-Noordoost. Begin 2013 wijzen wij de gemeente opnieuw op haar verantwoordelijkheden en op de gemaakte afspraken. Nieuwbouwprojecten Heuvel in Breda-Zuidwest
Talmazone In de Talmazone werken we samen met de NBU (Nederlandse Bouw Unie). We hebben inmiddels 101 grondgebonden koopwoningen gerealiseerd, 133 koopappartementen, een zorgcluster met 59 een62
heden en 109 huurappartementen. Begin 2013 worden nog 6 huurappartementen opgeleverd, waarmee alle woningbouwactiviteiten zijn afgerond. Resteert de verkoop van 9 appartementen en 12 grondgebonden woningen en de afwerking van de infrastructuur. Dat laatste voert de gemeente Breda uit.
Spring Het project Spring ligt op het kruispunt van de Verbeetenstraat, Oosterstraat en Scheldestraat. Het omvat 114 woningen, 18 studenteneenheden en circa 3.300 m2 commerciële ruimte. Plandeel VI, met studenteneenheden en 225 m2 commerciële ruimte, is nog in aanbouw en wordt medio 2013 opgeleverd.
Dr. Struyckenplein In 2010 is WonenBreburg, samen met de NBU, in een ontwikkelingscombinatie gestart met de herontwikkeling van het Dr. Struyckenplein. Op dit plein realiseert de combinatie 179 huurwoningen, 32 koopwoningen en ruim 5.000 m2 aan bedrijfsruimten, waaronder 2 supermarkten. Met deze ontwikkeling komt een belangrijk plein in de wijk Heuvel weer tot leven, wat vooral voor onze huurders in de direct aangrenzende gebieden een goede zaak is. De bouw van bouwdeel 1, het winkelblok met de 2 supermarkten, is in november 2011 gestart en wordt eind 2013 opgeleverd, evenals een deel van bouwdeel 2, het maatschappelijk blok. De bouw van bouwdeel 3, het torenblok, gaat in het 2e kwartaal van 2013 van start.
F1 + F2 Voor de herontwikkeling van de 472 woningen rond het Dr. Struyckenplein hebben wij in december 2012 na langdurig overleg overeenstemming bereikt over de grondexploitatieovereenkomsten van beide gebieden. De partijen tekenen de overeenkomsten begin 2013. In het voorjaar van 2013 slopen wij in verband met de nieuwbouw op het Dr. Struyckenplein in F1 24 woningen. De 150 woningen in plangebied F2 worden begin 2014 gesloopt, waarna wij 78 woningen terugbouwen. Plangebied F1 herontwikkelen wij pas enkele jaren later. Nieuwbouwprojecten Driesprong in Breda Zuid-Oost In de Driesprong hebben wij een anterieure overeenkomst met de gemeente gesloten voor een deel van het gebied. Voor de 26 nog te slopen woningen hebben wij gewerkt aan nieuwbouwplannen en voeren wij volop overleg over de tijdelijke huisvesting van de Molukse bewoners na de sloop. De kavelverkoop is medio 2012 gestart, maar heeft nog niet geleid tot daadwerkelijke verkoop, ook niet in CPO-verband (Collectief Particulier Opdrachtgeverschap). Het eerste deel van de herontwikkeling, de 50 conceptwoningen voor de verkoop, zijn in 2012 verder ontwikkeld. Begin 2013 moeten we bezien of in de huidige markt een dergelijke ontwikkeling nog wel haalbaar is.
Overige nieuwbouwprojecten in Breda Maycrete-locaties Ginneken Voor de Maycrete-locaties A, C en D is in 2012 een voorlopig ontwerp tot stand gekomen met 31 woningen, een AHOED (Apotheek en Huisarts Onder Een Dak) en een woonvoorziening voor een bijzondere doelgroep. Laatstgenoemde woonvoorziening is echter nog niet haalbaar gebleken en bovendien komt de D-locatie pas vanaf 2017 ter beschikking. Dit deel van de ontwikkeling is dan ook even opgeschort. Voor het oude plan op locatie A hebben wij het financieel geschil met de gemeente niet geslecht. In juridische zin valt er weinig meer te bereiken, deze kosten worden dan ook afgeboekt.
De Lange Stallen (Keizerstraat) In 2012 hebben we diverse besprekingen gevoerd met de ontwikkelcombinatie MAB/Dura Vermeer om afspraken te maken over het ter beschikking komen van ons vastgoed de Lange Stallen en het 63
KPN-gebouw. Dit vastgoed wordt herontwikkeld tot woningen en retailvastgoed als onderdeel van de centrumontwikkeling Mols-terrein. WonenBreburg ruilt zijn vastgoed aan de Lange Stallen en het KPN-gebouw met de ontwikkelcombinatie MAB/Dura Vermeer tegen een, door de ontwikkelcombinatie in dat vastgoed te realiseren, aantal van 77 appartementen. Er kunnen nog extra appartementen in het KPN-gebouw worden aangekocht. De beoogde start van het project, de aanleg van de parkeerkelder, is voorzien in 2013. Onze gebouwen moeten wij liefst in de loop van 2014 overdragen. Voor dit laatste is medewerking van KPN, dat een deel van het pand huurt, van groot belang. Daarnaast speelt nog de goedkeuring van de plannen van gemeentezijde en de gemeenteraad.
Tramsingel Op deze locatie, naast het voormalige kantoor van Singelveste AlleeWonen aan de Tramsingel, is de bouw medio 2012 na een lange en moeizame procedure en voorbereiding uiteindelijk van start gegaan. Het plan bestaat uit 77 sociale huurappartementen, vooral voor starters, en 1.260 m2 bedrijfsruimte.
Erasmusweg Met stichting Tender hebben wij in 2011 een intentieovereenkomst afgesloten over de realisatie van een begeleide woonvorm voor jongeren in de leeftijd van 16 tot 18 jaar aan de Erasmusweg. Deze woonvorm bestaat uit 16 wooneenheden met enkele algemene voorzieningen. Eind 2012 is het voorlopig ontwerp gereedgekomen. Begin 2013 worden de twee Maycrete-woningen die er nog staan, gesloopt.
Leistraat Aan de Leistraat, op de locatie van het voormalige buurthuis Bakkelijke, ontwikkelen we met Stichting Wierde een wooncomplex voor schizofrene jongeren, zoals ons complex aan de Laurenslaan in de wijk Ginneken. In 2012 is aan planvorming gedaan en is met de wijk gecommuniceerd, maar tot een haalbaar plan heeft dit nog niet geleid.
Smederijstraat De in 2011 gestarte besprekingen met de partijen Van der Plaat (eigenaar) en Happy Buildings (ontwikkelaar) over de aankoop van een leegstaand kantoorpand aan de Smederijstraat in Breda (2.000 m2 verhuurbaar vloeroppervlak met 34 parkeerplaatsen, schuin tegenover ons kantoor aan de Schorsmolenstraat) met als doel de realisatie van 104 studenteneenheden zijn medio/eind 2012 geeindigd. Enerzijds als gevolg van verschil van mening over de aankoopprijs van het kantoorpand en anderzijds als gevolg van de gewijzigde opstelling van het WSW ten aanzien van de borging.
Nassausingel NBU heeft bij ons een herontwikkelingslocatie onder de aandacht gebracht aan de Nassausingel (voormalige dansschool). Op deze locatie is eerder door aannemer Van de Broek een plan met 10 koopwoningen ontwikkeld, maar door de crisis op de huizenmarkt komt dit plan er niet. NBU wil op deze locatie 41 studenteneenheden realiseren. Begin 2013 hopen we er financieel uit te komen met NBU.
Alles voor Allen In 2012 is WonenBreburg betrokken geraakt bij een ontwikkeling op/bij het NHTV-terrein. De NHTV is geïnteresseerd in de aankoop van het naastgelegen klooster Alles voor Allen. De nog in het klooster gehuisveste zusters (circa 40) wensen op de locatie te blijven. Het ook op het terrein gelegen zorgcentrum de Leystroom (eigendom van de congregatie) zou ten behoeve van de zusters uitgebreid kunnen worden, maar er zijn ook andere opties. WonenBreburg treedt op als adviseur van de congregatie.
64
Onderhouden en verbeteren van de voorraad
Grootonderhoudsproject Thorbeckeplein-Olivier van Noortstraat Deze onderhoudsprojecten hebben wij in 2011 voorbereid en in 2012 uitgevoerd en afgerond. We hebben de woningen aan de buiten- en binnenkant onder handen genomen. We hebben de kozijnen, ramen, deuren en dakpannen vervangen, het hekwerk van de galerijwoningen vervangen en bij alle woningen een gedeelte van het metselwerk geschilderd. De woningen hebben hierdoor een nieuwe uitstraling gekregen. We hebben de gevel en het dak geïsoleerd en in de nieuwe kozijnen HR++-glas geplaatst. In bijna alle woningen hebben we een mechanisch ventilatiesysteem aangebracht en de bewoners konden kiezen voor de aanleg van centrale verwarming. Door deze maatregelen is het energielabel voor veel woningen verbeterd van label F en D naar B, sommige woningen hebben nu zelfs energielabel A. Dit levert voor de huurders meer comfort en besparing van energie op. Ze hebben hiervoor een aanvullende huurovereenkomst getekend ter hoogte van de gemiddelde besparing. De hoogte van de aanvullende huurovereenkomst lag tussen de 25 en 40 euro. We hebben de woningen ook aan de binnenkant grondig vernieuwd; de meeste hebben een nieuwe keuken, toilet en badkamer. Deze binnenwerkzaamheden hebben we op verzoek van, en in overleg met, de bewoners uitgevoerd. De installaties zijn gecontroleerd en gekeurd en er zijn rookmelders en buitenverlichting aangebracht en hang- en sluitwerk volgens het Politiekeurmerk Veilig Wonen.
Grootonderhoudsproject Slingerweg-Olmstraat Dit onderhoudsproject hebben we in 2012 voorbereid, uitgevoerd en afgerond. We hebben de woningen aan de buiten- en binnenkant onder handen genomen en er is nieuw hang- en sluitwerk volgens het Politiekeurmerk Veilig Wonen aangebracht. We hebben de gevel gereinigd, geïsoleerd en waar nodig opnieuw gevoegd. Alle kozijnen en buitendeuren hebben we vervangen, een luifel boven de voordeur aangebracht en de resterende houten delen geschilderd. In bijna alle woningen hebben we HR cv-ketels aangebracht. De natuurlijke ventilatie hebben we hersteld en mechanische ventilatie met een vochtsensor in de badkamer aangebracht. Met deze maatregelen, inclusief dak- en vloerisolatie, is het energielabel voor veel woningen verbeterd van label F naar B. Dit levert voor de huurders meer comfort en energiebesparing op. De woningen hebben we ook aan de binnenkant grondig vernieuwd; de meeste hebben een nieuwe keuken, badkamer en toilet gekregen.
Grootonderhoudsproject Hooilaan Dit onderhoudsproject hebben we in 2011 voorbereid en we zijn in 2012 gestart met de werkzaamheden, die doorlopen tot eind 2013. Het complex bestaat uit 208 portiek-etagewoningen, verdeeld over 11 blokken. Door te kiezen voor een verschillende aanpak per woonblok brengen we differentiatie aan in de wijk op basis van prijs en kwaliteit. Er is nieuw hang- en sluitwerk volgens het Politiekeurmerk Veilig Wonen aangebracht, we hebben de gevel verbeterd, geïsoleerd en geschilderd en in bijna alle woningen cv-installaties en mechanische-ventilatiesystemen aangebracht. Hierdoor is het energielabel voor veel woningen verbeterd van label F naar B. Dit levert voor de huurders meer comfort en energiebesparing op. We hebben de woningen ook aan de binnenkant grondig vernieuwd; de meeste hebben een nieuwe keuken, toilet en badkamer gekregen. Bijzonder aan dit project is, dat de bewoners zelf mochten meestemmen over de aannemer. We hebben de aannemers niet alleen gescreend op prijs, maar ook op hun plan van aanpak en de mate van beperken van overlast voor de bewoners. Doordat de bewoners de presentaties konden bekijken en mee mochten stemmen, zijn ze meer betrokken geraakt bij het project en bij ons.
Slooppamflet Actuele maatschappelijke en economische ontwikkelingen hebben ertoe geleid dat we de Bredase sloopplanning hebben herzien; we hebben deze besproken in relatie tot de opgave in de stad en de actuele context (financiële crisis, woningbehoefte, verkoopmarkt). De brainstormsessie vormde het startpunt van het document waarin wij onze interne visie op de Bredase sloopplanning weergeven. Dit document geeft weer hoe de in de herijkte Alliantie gemaakte sloopplannen in het licht van de 65
huidige maatschappelijke en economische ontwikkelingen gezien moeten worden. We geven kort weer hoe de Bredase woningmarkt zich de komende jaren lijkt te ontwikkelen, hoe wij hier op in willen springen en wat dit concreet betekent voor de bestaande sloopgave. De belangrijkste conclusie is, dat wij onze sloopopgave voor de komende jaren moeten bijstellen. Per saldo zullen we de komende jaren 748 woningen slopen, terwijl in de herijkte Alliantie een sloopopgave is opgenomen van 1.156 woningen. Dit verschil van ruim 400 woningen willen we inzetten voor mensen met een inkomen onder de € 34.085. Om de woningen betaalbaar te houden, moet er een goede prijskwaliteitsverhouding tot stand komen. Het kwaliteitsbeleid is hierin sturend. De complexen die in stand gehouden worden zijn Wensel Cobergherstraat, Hazelaarstraat, Vestingstraat, Oosterstraat, Oliver van Noortstraat, Baliëndijk, Marconistraat en Edisonstraat.
66
TILBURG Marktpositie en marktaandeel: resultaten in Tilburg Omvang van de voorraad In 2012 hebben wij in Tilburg 342 nieuwe huurwoningen aan onze voorraad toegevoegd: o De Nieuwe Heikant: 166 woningen nieuw opgeleverd o Groeseind-Hoefstraat: 46 woningen nieuw opgeleverd o Groeseind-Hoefstraat: 8 nieuwbouwwoningen aangekocht o Oostertuin, Ringbaan Oost: 59 woningen aangekocht o Wijhof, Wilniserf: 58 woningen aangekocht o Donizetti: 4 onverkochte koopwoningen als huurwoningen in exploitatie genomen Daarnaast hebben wij: o SOM-pand Noordstraat: complex aangekocht voor de realisatie van 25 studenteneenheden
De Nieuwe Heikant De Nieuwe Heikant is een onderdeel van de totale herstructureringsplannen van het Wagnerplein (concessie gemeente Tilburg en Bouwfonds). De Nieuwe Heikant is een initiatief van Stichting De Wever en WonenBreburg. Op de locatie van zorgcentrum De Heikant zijn wij medio 2010, samen met De Wever, gestart met de gefaseerde bouw van een nieuw woonzorgcentrum. WonenBreburg realiseert hier 166 huurwoningen, 24 koopwoningen en ruim 3.000 m² aan zorggerelateerde en maatschappelijke voorzieningen. Dit deel is maart 2012 opgeleverd en in gebruik genomen. Van de 166 huurwoningen hebben wij 15 woningen verhuurd aan RIBW Brabant en 88 woningen hebben wij als intramurale zorgplaatsen tijdelijke verhuurd aan Stichting De Wever, in afwachting van de realisatie van de tweede fase van het project door De Wever (100 intramurale zorgplaatsen en algemene voorzieningen, zoals een restaurant). De oplevering hiervan is gepland begin 2014.
Groeseind-Hoefstraat Na 17 huurwoningen in 2011 hebben wij in 2012 46 nieuwe huurwoningen in het herstructureringsproject Groeseind-Hoefstraat opgeleverd. Het gaat om 29 appartementen voor cliënten van Philadelphia Zorg en 17 grondgebonden woningen. Deze grondgebonden woningen zijn als eerste aan de oud-huurders van de Pietersbuurt en de Bisschoppenbuurt te huur aangeboden.
Aangekochte nieuwbouwwoningen In 2012 hebben wij 8 onverkochte nieuwbouwwoningen uit VOF Groeseind aangekocht en in verhuur gebracht. Ontwikkeling van de voorraad In 2012 voerden wij in Tilburg de volgende nieuwbouwprojecten uit, waarvan een aantal als onderdeel van de fysieke herstructurering. Nieuwbouwprojecten Oud-Noord
Groeseind-Hoefstraat In de wijk Groeseind vindt voorlopig de laatste grote herstructurering plaats. Corporaties WonenBreburg en Tiwos en ontwikkelaars Janssen de Jong en Hurks bouwen hier meer dan 600 nieuwe woningen. Het is een fraai project, uniek door de schaalgrootte, aanpak en vormgeving. De kleur van de baksteen, het Delfts stoepje, de mooie straten met speelplekken, veel groen en natuurlijk het park in het hart van het plan zijn daar voorbeelden van, net als de combinatie van verschillende typen woningen, die geschikt zijn voor gezinnen, senioren en starters, in een combinatie van sociale huur, geliberaliseerde huur en koopwoningen.
67
De nieuwbouwwerkzaamheden in het hart van de wijk zijn in volle gang en ook in 2012 hebben wij het nodige gerealiseerd en nieuwe deelprojecten in uitvoering genomen. De algemene tendens van de stagnatie in verkoop leidt echter ook voor de herstructurering van Groeseind-Hoefstraat tot vertraging in de realisatieplanning.
Rosmolen In 2012 hebben de gemeente Tilburg, Tiwos en WonenBreburg de ontwikkeling van de buurt Rosmolen nader onderzocht. Daarnaast is er een doelgroepanalyse gemaakt die de basis vormt van het bouwprogramma en het ontwerp voor Rosmolen. Tevens hebben we gesprekken gevoerd over de exploitatie van het gebied. Dit krijgt zijn vervolg in 2013. Nieuwbouwprojecten Tilburg-Noord
Wagnerplein Bouwfonds en gemeente Tilburg hebben in 2006 een concessieovereenkomst gesloten over de uitwerking en realisatie van het stedenbouwkundig plan Wagnerplein. In deze concessie zijn diverse deelplannen benoemd. Twee deelplannen, De Nieuwe Heikant en het sportcluster, worden respectievelijk door WonenBrebrug-Stichting De Wever en gemeente Tilburg gerealiseerd. Voor de overige deelplannen hebben marktomstandigheden en de financieel-economische crisis geleid tot een noodzakelijke herijking en bijstelling van de plannen. Dit bijgesteld stedenbouwkundig plan is goedgekeurd door de gemeenteraad. In 2012 heeft WonenBreburg een intentieovereenkomst met Bouwfonds gesloten om te onderzoeken of we woningen uit de planontwikkeling op en rondom het Wagnerplein kunnen afnemen voor de verhuur.
Stokhasselt In 2012 hebben wij de intenties voor de gezamenlijke aanpak van een aantal nieuwe deelgebieden in de wijk Stokhasselt nader besproken met de gemeente Tilburg. Dit is uitgewerkt in een voorstel voor een samenwerkingsovereenkomst. In 2013 koersen we op bekrachtiging van de samenwerkingsovereenkomst en start van de planrealisatie. Nieuwbouwprojecten Piushaven De Piushaven is een gezamenlijke ontwikkeling van de gemeente Tilburg en diverse ontwikkelaars. Het wordt een veelzijdig gebied van hoge kwaliteit, dat het Tilburgs stadscentrum verbindt met het buitengebied Moerenburg en de bestaande wijken. De invulling van Piushaven richt zich op een stedelijk, creatief milieu. Het gaat hier om veel partijen en versnipperd eigendom. Projectbureau Piushaven heeft de leiding over de ontwikkeling. WonenBreburg is beoogd afnemer van woningen in een aantal deelplannen.
Project Havenmeester Dit project is een ontwikkeling van stichting Havenmeester (Van der Weegen en Panagro). Vanwege de financieel-economische crisis en de stagnatie in de woningmarkt heeft de provincie NoordBrabant het initiatief genomen voor een investeringsfonds om de realisatie van projecten, en daarmee de bouwsector, te stimuleren. In 2010 hebben de gemeente Tilburg, provincie Noord-Brabant, ontwikkelaar De Havenmeester en WonenBreburg samen aan de oprichting van een investeringsfonds gewerkt om het project Havenmeester te realiseren. In deze constructie zijn wij achtervang voor de niet verkochte woningen (161 woningen in verkoop). Daarnaast nemen wij de 48 sociale huurappartementen uit het plan af. Eind 2010 is de bouw getart, de oplevering vindt gefaseerd plaats (verwachting periode najaar 2013-voorjaar 2014).
Project Lourdesplein Wij zijn in 2010 benaderd door bouwontwikkelaar Van de Ven voor een gezamenlijk haalbaarheidsonderzoek naar de ontwikkeling van de locatie Lourdesplein. In 2011 is de planvorming voor circa 50 68
grondgebonden woningen en 70 appartementen op deze locatie in gang gezet. In 2012 hebben wij de focus gelegd op het appartementencomplex. Hierbij wordt gedacht aan een ‘solid’-opzet waarmee grote (toekomstige) flexibiliteit in gebruik en functie kan worden verkregen. De technische en financiële haalbaarheid van dit principe werken wij in 2013 nader uit met Van de Ven. Nieuwbouw stadsdeel Centrum
Magazijnkwartier In 2010 hebben wij principeafspraken gemaakt met Libre Vastgoed over de afname van circa 260 nieuwe studenteneenheden op het voormalig ZLTO-terrein in het centrum van Tilburg, tussen de Spoorlaan en de Telegraafstraat. In 2011 en 2012 zijn de plannen doorontwikkeld en is bouwer/ontwikkelaar Van de Ven in de planontwikkeling betrokken. In 2012 heeft definitieve contractvorming plaatsgevonden over de afname door WonenBreburg van 264 zelfstandige studentenwoningen in 3 bouwdelen. Door middel van een prijsvraag heeft het complex de naam PAX gekregen. De bouw van PAX is in 2012 gestart en we verwachten dat de oplevering en ingebruikname in de tweede helft van 2013 plaatsvinden.
De:Werkplaats De gemeente Tilburg heeft VolkerWessels geselecteerd voor de ontwikkeling van het kerngebied van de Spoorzone, dat bekend staat als De:Werkplaats. Eind 2011 hebben wij een intentieovereenkomst met VolkerWessels getekend om de haalbaarheid van een samenwerking te toetsen voor een substantieel deel van het woningbouwprogramma van De:Werkplaats. In 2012 heeft deze samenwerking vorm gekregen in de uitwerking van plandeel Clarissenhof. Het stedenbouwkundig structuurplan voor Clarissenhof is in 2012 vastgesteld. De haalbaarheid van afname van woningen uit dit plan door WonenBreburg wordt in 2013 verder uitgewerkt.
SOM-panden De Tilburgse corporaties hebben de Stadsontwikkelingsmaatschappij (ook wel Centrum Ontwikkeling Tilburg genoemd) opgericht om verpauperde panden en vervuilde terreinen in de Tilburgse binnenstad aan te pakken. Het aankopen, verbeteren en doorverkopen van deze gebouwen en terreinen is de voornaamste taak van de maatschappij. De SOM heeft panden in de Noordstraat, Telegraafstraat en Stationsstraat aangekocht. Wij hebben in december 2012 de panden 68-70 en 72-76 in de Noordstraat aangekocht, die we tot onzelfstandige eenheden voor studenten verbouwen. Het haalbaarheidsonderzoek voor de aankoop van de twee andere panden vindt plaats in 2013.
Overige nieuwbouwontwikkelingen in Tilburg Stadsplein Forum Op een centraal punt in de wijk Reeshof, direct grenzend aan het NS-station, wordt een nieuw stadsplein ontwikkeld, Forum. Rond dit fraaie, levendige plein komen wonen, werken, winkelen, horeca en gezondheidszorg samen. De ontwikkeling van dit stadsplein is een initiatief van Van der Weegen en WonenBreburg. In 2010 hebben wij deze samenwerking formeel vastgelegd in een vennootschap onder firma, VOF Forum. Ons aandeel in dit plan betreft 68 sociale en 77 geliberaliseerde huurappartementen, 62 koopappartementen en 3.000 m2 gezondheidscentrum. Van der Weegen bouwt 31 koopappartementen en 3.700 m2 commerciële ruimte. In 2012 is de bouwvoorbereiding van het plan afgerond, zijn de verkoop en verhuur van de woningen gestart en is de bouwer begonnen met de realisatie van de parkeerkelder.
Vogelenzang (Leijbron) Op de voormalige schoollocatie De Burcht in de wijk Groenewoud heeft WonenBreburg in 2011 een plan ontwikkeld voor 23 sociale huurappartementen en een kleinschalige woonvoorziening van 28 eenheden voor psychogeriatrische patiënten van zorgaanbieder Thebe. De bouw is gestart in 2012, de oplevering is gepland in het najaar van 2013. 69
Thomas van Aquinostraat (Zandleij) Op de voormalige schoollocatie aan de Thomas van Aquinostraat in de wijk Het Zand heeft WonenBreburg in 2011 een plan ontwikkeld voor 41 sociale huurappartementen. De bouw is gestart in 2012. Ook hier is de oplevering gepland in het najaar van 2013.
Fortuna Fortuna maakt onderdeel uit van het woonpark Phoenix in de wijk Broekhoven. In 2010 hebben wij een principeovereenkomst met KDO Vastgoedontwikkeling afgesloten, waarin we de voorwaarden voor de koop van het nog te realiseren complex Fortuna met 30 appartementen hebben vastgelegd. In 2011 hebben we afspraken gemaakt over de kwalitatieve en technische uitwerking van het plan. In 2012 heeft definitieve contractvorming plaatsgevonden en is gestart met de bouw. We verwachten dat de oplevering van dit complex met sociale huurappartementen in de zomer van 2013 plaatsvindt.
Buurtschap Noordwest (De Brink) In Buurtschap Noordwest (Berkel Enschot) realiseert Van Wijnen het project De Brink. In 2011 hebben wij een overeenkomst met Van Wijnen gesloten over de afname van 40 grondgebonden woningen uit dit plan voor de sociale verhuur. De bouw is in 2012 gestart, de oplevering wordt in het voorjaar van 2013 verwacht.
Complexen Oostertuin en Wijhof Om een bijdrage te leveren aan het oplossen van de financiële problemen bij Laurentius Wonen in Breda hebben wij onderhandelingen gevoerd over de overname van bezit. In dit kader hebben wij per 16 november 2012 2 bestaande wooncomplexen overgenomen van Laurentius Wonen in Tilburg. Het in 2010 opgeleverde complex Wijhof ligt in de wijk Campenhoef in stadsdeel Reeshof. Het complex bestaat voornamelijk uit, qua huurprijs, bereikbare grondgebonden woningen en appartementen. Het tweede complex betreft het in 2008 opgeleverde complex Oostertuin. Het is gelegen in de wijk Groeseind-Hoefstraat en omvat 59 bereikbare huurappartementen met parkeerplaatsen in een parkeerkelder. Het beheer van de complexen wordt in overeenstemming met de oorspronkelijke afspraken met Laurentius Wonen voorlopig gecontinueerd onder verantwoordelijkheid van de Tilburgse corporatie TIWOS. We streven er naar om per 1 juli 2013 het beheer zelf uit te gaan voeren. Onderhouden en verbeteren van de voorraad
Ketenintegratie In 2012 hebben we de pilotprojecten Pucciniflat en Pater van den Elsenplein afgerond. Daarnaast hebben we voor het complex Outshoornstraat in Tilburg een pilot ketenintegratie bij groot onderhoud afgerond. Hierbij is de aannemer met zijn ketenpartners al in het ontwerpstadium bij het project betrokken. Bij deze manier van werken was er meer betrokkenheid, werd er beter samengewerkt en was er meer mogelijkheid om gebruik te maken van de bij de uitvoerende partijen aanwezige kennis. Het resultaat was een erg hoge bewonerstevredenheid, hoge kwaliteit van uitvoering en kostenreductie ten opzichte van een traditionele uitvoering. Na de uitvoering van het groot onderhoud zijn de woningen weer geschikt voor een exploitatieperiode van minstens 25 jaar. Deze pilot was een gezamenlijke initiatiefketen van de afdelingen Vastgoed Breda en Tilburg. Deze manier van werken krijgt een vervolg bij toekomstige onderhoudsprojecten bij onder andere de Mahlerflat, Mahlerstraat (eengezinswoningen), Textielbuurt en Hoflaan.
70
5. Resultaatgebied ‘ontwikkeling van de organisatie’ Uit ons meerjarenbeleidsplan 2009-2012, ‘Energie in wonen’ Investeren in de organisatie en medewerkers: ambities WonenBreburg WonenBreburg is een dynamische organisatie die in een veranderende en complexe omgeving opereert. Het is dus belangrijk dat wij flexibel op die dynamiek kunnen reageren. Daarom willen we onze organisatie en medewerkers continu fit en alert houden. We willen een aantrekkelijke werkgever blijven die als duurzame arbeidsorganisatie zorgvuldig met zijn medewerkers omgaat. Ons personeelsbeleid is gericht op deze doelstelling, waarbij we uitgaan van een wederkerige arbeidsrelatie. Dit betekent een goede balans tussen resultaatsturing en persoonlijke ontwikkeling met regelmatige feedback, een gezonde werk-privébalans en het hanteren van moderne arbeidsvoorwaarden. Regelmatige feedback vinden wij essentieel. Dat hebben wij dan ook in onze prestatiemanagementcyclus geborgd. Vertaald in doelstellingen en beoogde maatschappelijke effecten betekent dat: • een aantrekkelijke werkgever zijn; • toepassen van integraal management; • strategische keuzes samen realiseren om optimale resultaten te behalen; • structuur en organisatie aanpassen aan veranderende omstandigheden; • • •
competente en betrokken medewerkers die zich permanent ontwikkelen, rekening houdend met de kernwaarden; realiseren van de vakinhoudelijke ontwikkeling van medewerkers; blijvende inzetbaarheid van medewerkers om eigen kansen op de arbeidsmarkt duurzaam te vergroten.
Investeren in de organisatie: resultaten WonenBreburg Organisatiestructuur en -ontwikkeling De werkorganisatie bestaat uit een frontoffice met 2 vestigingen en 2 gespecialiseerde bedrijfsonderdelen. Deze bedrijfsonderdelen beschikken voor de uitvoering van de primaire processen over vergaande bevoegdheden en verantwoordelijkheden. De afdelingen van de concernstaf bieden beleidsontwikkeling en (beleids)ondersteuning aan de frontoffice. De vestigingen in Breda en Tilburg verhuren, beheren en onderhouden onze woningen. Onder de vestigingen vallen de afdelingen Verhuur & Woonwinkel, Beheer, Vastgoed en Stedelijke herontwikkeling. In beide steden hebben wij ook een onderhoudsbedrijf en een bedrijfsonderdeel VAST. Het onderhoudsbedrijf is verantwoordelijk voor de uitvoering van het dagelijks onderhoud, dat wil zeggen reparatieverzoeken en mutatieonderhoud en het onderhoud aan de technische installaties. VAST staat voor Verkoop, Advies, Studentenhuisvesting en Tijdelijke verhuur. Het verzorgt de verkoop van onze bestaande woningen, de verhuur van studentenkamers en de tijdelijke verhuur van woningen.
71
Organisatiewijzigingen In 2012 hebben wij, in goed overleg met de ondernemingsraad en medewerkers, enkele organisatiewijzigingen doorgevoerd: •
De invoering van een klantcontactcentrum (KCC), een centraal aanspreekpunt voor alle klantvragen. Deze afdeling is per 1 juni 2012 operationeel geworden. • De centralisatie van de afdeling Huurincasso. Deze afdeling wordt vanaf 1 oktober 2012 aangestuurd door 1 teamleider. Huurincasso verricht nu activiteiten voor zowel de vestigingen Breda en Tilburg als VAST. • Het optimaliseren van de huurincasso-activiteiten. We hebben het flexibel werkconcept verder uitgerold voor de vestiging Tilburg.
Bezuinigingsopdracht In 2012 hebben we de laatste stap van de bezuinigingsopgave genomen, die we in 2010 hebben geformuleerd. Deze opdracht hield in om tot (mogelijke) besparingen/inkomstengroei te komen van ongeveer 15% van het budget (niveau 2010: € 132 miljoen = ongeveer € 20 miljoen). Om dit te bereiken, zijn binnen de organisatie verschillende besparingen op de bezetting gerealiseerd met behulp van natuurlijk verloop. Vanaf 2010 hebben wij in totaal 50 fte’s bezuinigd (15% van de budgettaire formatie is ongeveer € 2,5 miljoen (= loonkosten)). Het is ons gelukt om, ondanks de bezuinigingen, hetzelfde te blijven doen dankzij slimme keuzes en door niet te kiezen voor minder doen. We zijn er trots op dat onze klanten, ondanks onverwachte en verwachte zaken en een intern roerig jaar, geen nadeel hebben ondervonden.
Bezuinigingsopgave fte’s 2012 Voor de bezuinigingsopgave in het aantal fte’s hebben wij een tijdspad bepaald. 20% van de bezuinigingen moest per 31 december 2010 gerealiseerd zijn, 60% per 31 december 2011 en de volledige bezuinigingsopgave moest 30 juni 2012 klaar zijn. 72
estane netto o bezetting (fte’s ( minus d doorbelaste fte’s) was per 31-12-20111, vanwege de beDe toege 3 emiddelde netto zuinigingsopgave, begroot b op 307 fte. De ge n bezettting in 2011 bedroeg 304,70 fte, oor 2011 heb bben gerealisseerd. De toeegestane ne etto bewaarmee we de bezzuinigingsdoelstelling vo per 30 juni 2012 2 hebben we vastgestteld op 287,0 09 fte. Deze bezuiniging gsdoelstelling hebzetting p ben we ultimo 2012 gerealiseerd d.
Personee elsopbouw Op 31 de ecember 2012 bestond he et personeel sbestand van n WonenBreburg uit 4433 medewerke ers. De personee elsopbouw ziet z er als volgt uit:
Tabel: Pe Personeelsopb bouw per 31 december 22012 2 2012 Vrouwen Man nnen To otaal
fulltime 56 257 313
parttime 111 19 130
2012 167 276 443
% 38% 62% 100%
fte 130,8 268,3 399,1
Tabel: Pe Personeelsopb bouw per 31 december 22011 2 2011
fulltime
parttime
2011 2
%
fte
Vrou uwen Man nnen To otaal
60 257 317
118 17 135
178 274 452
39% % 61% % 100% %
408,1
Instroom m, doorstroom m en uitstroo om van mede dewerkers We hebb ben 16 nieuw we medewerkers (op basiis van een be epaalde-tijdccontract) wellkom mogen n heten in 2012, da aarnaast zijn er 25 medew werkers uit d dienst getreden. Binnen de d organisatiie zijn 20 me edewerkers van functie vera anderd. Dit betekent b een n doorstroom mpercentage van 13,7% m met een norm monderndicatie dat de d organisat ie in 2012 vo oldoende in beweging b is geweest. grens van 8%: een in
3
Exclusief aan n onderhoud en vasstgoedprojecten doorbelaste fte’s.
73
Optimaliseren van onze bedrijfsvoering en dienstverlening In 2012 hebben we een aantal geprioriteerde organisatieprojecten uitgevoerd om onze bedrijfsvoering verder te optimaliseren. Het generieke doel is een belangrijke bijdrage te leveren aan onze bedrijfsdoelstellingen, die voornamelijk in het teken staan van een doelmatige en efficiënte dienstverlening aan onze klanten en stakeholders. Klantcontactmanagement Klanttevredenheid staat hoog in ons vaandel. Wij willen onze huidige en toekomstige klanten graag optimaal bedienen en hebben daarom een klantcontactcentrum (KCC) ingericht, waarmee we onze klanten nog beter kunnen bedienen. We hebben verschillende middelen ingezet, zoals een verbeterde website en een medewerkersportaal, waarbij informatie uit diverse systemen gebundeld wordt en de afwikkeling naar de klant dus adequater kan plaatsvinden. We zijn tevens begonnen met het uitbreiden van de klantinformatie, wat mogelijkheden biedt voor een gerichter klantmanagement. Op 1 juni 2012 is het KCC van start gegaan. De tweede helft van 2012 heeft in het teken gestaan van het operationaliseren van het bedrijfsonderdeel, inclusief het borgen en bijsturen van de nieuwe structuur, de KCC-werkprocessen en de KCC-managementinformatie in de planning- en-controlcyclus. De KCC-medewerkers hebben hun kennis en kunde verder ontwikkeld via learning en coaching on the job en door het volgen van trainingen op het gebied van studentenhuisvesting, gespreksvoering en kwaliteitsmonitoring. We hebben gezamenlijk gewerkt aan de ontwikkeling van het teamgevoel. Daarnaast hebben we gewerkt aan het optimaliseren van de KCC-performance en aan de voorbereiding van het implementeren van kanaalsturing (click-call-face) binnen WonenBreburg. In 2013 pakken we de implementatie van kanaalsturing verder op; hiervoor stellen we een plan van aanpak op.
Stuur in handen We hebben in 2012 het eerder gestarte programma ‘stuur in handen’ gecontinueerd, dat er op gericht is onze bedrijfsprocessen effectiever en efficiënter in te richten. In 2012 zijn we gestart met een kwaliteitscirkel groot onderhoud en met een kwaliteitscirkel planmatig onderhoud. Een kwaliteitscirkel zorgt voor een periodieke evaluatie van het proces en doet verbetervoorstellen wanneer ervaring uit de praktijk en actualiteit hier aanleiding toe geven. Daarbij is er aandacht voor de diverse te onderkennen rollen, zoals die van de proceseigenaar die richting en sturing aan het proces moet geven. In gelijke tred werken we aan informatievoorziening, onder meer middels een nieuw geïmplementeerd datawarehouse.
Flexibel werkconcept In 2012 hebben we het flexibel werkconcept Flexit verder uitgerold. We hebben het vestigingskantoor aan de J. van Oisterwijkstraat in Tilburg en het bedrijfspand van het onderhoudsbedrijf aan de Ringbaan Noord in Tilburg aangepast om volgens dit concept te kunnen werken. Het werkconcept is nu bedrijfsbreed ingevoerd. We maken efficiënter gebruik van de beschikbare kantoorruimten en werkplekken, de werkomgeving is meer open en uitnodigt uit tot ontmoeten, communiceren, samenwerken en ondernemen. Om het werkconcept te onderhouden zijn in 2012 ook vanuit P&O en het secretariaat van de vestiging Tilburg in eigen beheer een aantal herhalingsworkshops PEP gehouden: de methode om je eigen werk goed te organiseren en georganiseerd te houden.
Visitatie WonenBreburg is eind 2011, begin 2012 gevisiteerd, waarbij inzicht is verkregen in ons maatschappelijk presteren over de periode 2008-2011. In grote lijnen geldt dat wij, gezien onze opgave, onze missie, doelstellingen en gemaakte afspraken met stakeholders, goed hebben gepresteerd. Het rapport hebben wij tevens gebruikt als input voor het in 2012 opgestelde meerjarenbeleidsplan voor de periode 2013-2016.
74
Meerjarenbeleidsplan Continuïteit én idealen 2013-2016 In het voorjaar van 2012 hebben wij ons nieuwe meerjarenbeleid opgemaakt. Hierin hebben wij zowel vanuit onze eigen context, alsook na afstemming met onze belangrijkste stakeholders, onze meerjarenvisie met betrekking tot ons vastgoed en onze klanten en middelen, in relatie tot de te onderkennen landelijke en lokale maatschappelijke en economische omgeving en ontwikkelingen, wet- en regelgeving, vastgelegd. Het meerjarenbeleidsplan vormt hiermee een belangrijke roadmap voor de te varen koers van de aankomende jaren en vormt tevens het uitgangspunt van onze planning-en-controlcyclus.
Herziening woningwet DAEB en niet-DAEB In het verslagjaar hebben wij een programma opgesteld voor, en zijn we begonnen met, het duiden van de gevolgen van de herziene woningwet, waarbinnen de aangekondigde splitsing tussen DAEBen niet-DAEB-bezit een belangrijk element vormt, alsmede het nemen van de benodigde organisatorische maatregelen. Hierover kunt u meer lezen op pagina 5 en 86.
Enspire 2.0 In de tweede helft van 2012 zijn we gestart met het project Enspire 2.0 voor de implementatie van een volledig nieuwe versie van ons primaire informatiesysteem Empire. De grootste verbetering is dat we daarmee werkschermen op maat per functie kunnen aanbieden, wat leidt tot efficiëntere werkwijzen. Waar dat kan, realiseren we ook procesverbeteringen. Dit project loopt door in 2013 en wordt naar verwachting in het tweede kwartaal opgeleverd. Investeren in medewerkers: resultaten WonenBreburg
Personeelsbeleid
De uitgangspunten voor het personeelsbeleid worden afgeleid uit het meerjarenbeleidsplan. Wij investeren in onze organisatie, met als uitgangspunt toekomstbestendig en efficiënt (lean & mean) waarbij het credo is: meer doen met minder. We investeren hierbij ook in de medewerkers. Wij zorgen dat onze organisatie vitaal blijft: wij voeren een vitaliteitsbeleid, met de nadruk op inzet en ontwikkeling van medewerkers en het terugdringen van verzuim. Daarnaast investeren wij in de organisatiecultuur. We geven inhoud en dus betekenis aan de kernwaarden. Denk hierbij aan het sturen en afrekenen op resultaten, de aanspreekcultuur bevorderen, het bevorderen van de pro-activiteit van medewerkers/afdelingen, de ingezette processen afmaken en het verbeteren van de vergadercultuur. We stimuleren medewerkers regelmatig stil te staan bij hun loopbaan en hierbij zelf de regie in handen te nemen. Wij ondersteunen dit door gericht te investeren in training en opleiding en medewerkers daadwerkelijk de kans te geven om binnen de organisatie naar een andere functie door te stromen. Leidinggevenden hebben een bijzondere positie binnen de organisatie: zij geven mede richting aan de veranderingen. Bij de ontwikkeling van de organisatie hebben we daarom speciale aandacht voor de ondersteuning van de leidinggevenden.
Werken aan persoonlijke effectiviteit en teameffectiviteit In 2012 hebben we organisatiebrede activiteiten uitgevoerd voor verdere ontwikkeling met behulp van het Insights Discovery© model, een benadering die zorgt voor inzicht in de eigen sterke en zwakkere kanten én in de sterke en zwakkere kanten van collega’s. Dit inzicht maakt de gerichte ontwikkeling van competenties mogelijk en zorgt ook voor betere afstemming op elkaars competenties, waardoor de samenwerking verbetert. Er zijn verschillende sessies gehouden met de managementteams van de bedrijfsonderdelen en specifiek met bepaalde afdelingen. Zo heeft het P&O-team van personeelsadviseurs zich in een aantal sessies bekwaamd om intern met het Insights© model te kunnen werken. 75
Managementdag In een aparte managementdag met de uitvoerend leidinggevenden, teamleiders en uitvoerders, hebben we op praktische wijze aandacht besteed aan de aanpak van ‘stuur in handen’ (zie pagina 74). Hierbinnen speelt het toepassen van het Insights© model een belangrijke rol om de samenwerking te bevorderen, samenwerking die onontbeerlijk is om over afdelingen heen processen te kunnen verbeteren. Daarnaast hebben we geoefend met het LEAN opzetten van processen.
Kunst van het aanspreken In 2011 zijn de medewerkers gestart met een leertraject om elkaar beter aan te spreken en constructief feedback te geven, wat de kwaliteit van samenwerken ten goede komt. Dit werkt als een olievlek binnen het bedrijf en is in 2012 voorgezet. Onze medewerkers voelen zich zeer betrokken bij de organisatie en hechten veel belang aan de kwaliteit van het werk. Binnen de gehele organisatie heerst een goede sfeer en een positieve instelling, maar de kunst van het samenwerken en het benutten van elkaars kwaliteiten verdient aandacht. Daarom geven we elkaar vaker gevraagd en ongevraagd feedback, niet alleen als de zaken goed gaan, maar ook als er kritiek is; spreken mét elkaar in plaats van over elkaar. Door dit leertraject versterken we de professionaliteit van onze medewerkers en van WonenBreburg in zijn geheel. En dat komt uiteindelijk ook onze klanten en stakeholders ten goede.
Traineeprogramma woningcorporaties Wij doen mee aan het traineeprogramma ‘Talent in huis’ voor woningcorporaties. Met dit programma wordt jong talent klaargestoomd voor toekomstige managementposities en vakspecialismen. We nemen hieraan deel om het imago als potentiële werkgever onder hoogopgeleiden te versterken. Daarnaast krijgt talent de kans om een kijkje in onze keuken te nemen, veel te leren en in korte tijd door te groeien. Gedurende anderhalf jaar werken 3 trainees elk een half jaar bij 3 verschillende corporaties. Daarnaast volgen zij gedurende het traineeprogramma een opleiding en ontmoeten ze elkaar tijdens intervisiebijeenkomsten. In 2012 zijn 2 trainees binnen WonenBreburg werkzaam geweest. Een trainee heeft een gezamenlijk project gedaan voor Strategie & Beleid en de vestiging Breda. De tweede trainee is werkzaam voor de vestiging Tilburg en rondt zijn werkzaamheden in maart 2013 af. Vooralsnog nemen we niet deel aan de nieuwe ronde die start in september 2013, aangezien we eerst de ontwikkelingen binnen onze organisatie in het kader van de bezuinigingen willen afwachten.
Futura Academy Als gezamenlijke opleidingsactiviteit is in 2012 de Futura Academy van start gegaan. WonenBreburg was betrokken bij de opzet van het programma. Deze academy heeft een succesvolle College Tour met 4 actuele onderwerpen voor medewerkers van de woningcorporaties georganiseerd. Daarnaast heeft Futura een cursus LEAN management georganiseerd, waaraan medewerkers van WonenBreburg hebben deelgenomen die een rol hebben in de aanpak van procesverbetering en -beheersing. Deze cursus vormt een goede aanvulling op de werkwijze van kwaliteitscirkels zoals die gehanteerd wordt binnen ‘stuur in handen’.
Verzuim Het ziekteverzuimpercentage over 2012 bedraagt 4,6% (= voortschrijdend gemiddelde). Over 2011 was het ziekteverzuimpercentage 5% (= voortschrijdend gemiddelde). Deze daling komt voor rekening van zowel het korte, middellange als het lange verzuim. Na verschillende activiteiten op het gebied van verzuimbeleid in de voorgaande jaren, hebben we dit onderwerp in 2012 weer nadrukkelijk op de agenda gezet. Een van de acties in 2012 is het onderzoeken van een vitaliteitsbeleid, dat gericht is op preventief signaleren en het inschakelen van de juiste interventies om met name het middellange en langdurige verzuim in te korten.
76
Klachtencommissie 2012 In 2012 zijn er geen klachten binnengekomen bij de klachtencommissie. De vertrouwenspersoon heeft 2 meldingen ontvangen. Beide meldingen zijn naar behoren afgerond. Verder heeft de nieuwe klachtencommissie een ingelaste bijeenkomst in juni gebruikt om een aantal cases te bespreken.
CAO/arbeidsvoorwaarden Op 9 maart 2012 is er een principeakkoord bereikt over een nieuwe CAO Woondiensten 2012. De CAO heeft een looptijd van 1 jaar, met terugwerkende kracht van 1 januari tot en met 31 december 2012. De belangrijkste punten zijn:
•
Loonstijgingen: 1,25% per 1 januari 2012 en 0,65% per 1 juli 2012. Gemiddeld 1,58% over 2012.
• •
De instapsalarissen worden niet verhoogd.
•
189,8 uur verlofurenbudget per jaar voor alle fulltime medewerkers. Voor medewerkers die in 2012 50 jaar of ouder zijn of worden, is er een overgangsregeling. Het buitengewoon verlof vervalt voor vakexamens, huwelijk en jubileum.
• •
De extra opzegtermijnen van de werkgever voor werknemers van 45 jaar of ouder vervalt.
•
De afspraak over de instroom van Wajongeren in de branche wordt verlengd en uitgebreid met WSW’ers.
Een pensioenwerkgroep gaat een nieuwe pensioenregeling voorbereiden, die in 2014 in moet gaan. De werkgroep gaat onder andere kijken naar de kosten van de huidige regeling voor zowel werkgevers als werknemers. De huidige hoogte van de pensioenpremie (nu 31%) is daarbij geen vast gegeven.
Bovenwettelijk verlof wordt na 26 weken arbeidsongeschiktheid alleen opgebouwd over de uren dat de medewerker arbeidsgeschikt is.
Voorbereidingen invoering Werkkostenregeling 2013 P&O (salarisadministratie) heeft hard getrokken aan het project Werkkostenregeling 2013. De werkkostenregeling is per 2014 verplicht. Onder de werkkostenregeling wordt al dat wordt genoten uit een dienstbetrekking (of een vroegere dienstbetrekking) met inbegrip van vergoedingen en verstrekkingen, tot het loon gerekend. Het huidige systeem van vergoedingen en verstrekkingen komt te vervallen. Onderdeel van de werkkostenregeling is een forfaitaire vrijstelling. Binnen dit bedrag is geen loonbelasting verschuldigd. De vrijstelling voor 2013 is 1,6% van het fiscale jaarloon. De berekeningen wezen uit, dat overstappen in 2013 gunstig kan zijn voor WonenBreburg. Van belang hierbij is, dat de verschillende werknemerskosten op een correcte wijze worden geboekt. Hiervoor heeft de salarisadministratie, samen met de bedrijfsadministratie, verschillende aanpassingen in de administratieve processen aangebracht. Tevens heeft de salarisadministratie bedrijfsbrede presentaties gehouden, zodat de budgethouders goed op de hoogte zijn van de aanpassingen. De eerste evaluatie van het nieuwe proces vindt in april 2013 plaats. Goed bestuur: ambities WonenBreburg We zijn een maatschappelijke ondernemer en voelen een speciale verantwoordelijkheid voor adequate besturing van, en toezicht op, de bedrijfsvoering. Dat noemen we good governance. We hebben de bedrijfsvoering ingericht vanuit professionele uitgangspunten, waarover ook op basis van de eisen van de wet- en regelgeving adequaat wordt gerapporteerd. Vertaald in doelstellingen en beoogde maatschappelijke effecten betekent dat: • Bijzondere verantwoordelijkheid voor een adequate besturing van, en toezicht op, de bedrijfsvoering. 77
Goed Bestuur: resultaten WonenBreburg Corporate governance De toepassing van goed ondernemingsbestuur, oftewel corporate governance, is voor ons vanzelfsprekend. Centrale thema’s bij corporate governance zijn het bestaansrecht en de toegevoegde waarde van de organisatie binnen de maatschappij (lokaal en regionaal), de geleverde prestaties, toezicht, risicobeheersing en de manier waarop verantwoording plaatsvindt. We hechten grote waarde aan integriteit, onafhankelijkheid, deskundigheid, transparantie en het afleggen van verantwoording, vooral op de maatschappelijke prestaties. We houden ons aan de branchegerichte AedesCode en de Governancecode Woningcorporaties. In het vervolg van deze paragraaf leggen wij uit hoe wij hier in 2012 invulling aan hebben gegeven.
Update governance In juli 2011 heeft de branche een actualisatie van de geldende governancecode uitgewerkt. De basis voor deze actualisatie waren de aanbevelingen naar aanleiding van de evaluatie en de maatschappelijke ontwikkelingen. Rode draden voor de wijzigingen zijn meer aandacht voor risicobeheersing en toezicht op verbindingen, de zittingsduur van de leden van de raad van commissarissen is aangepast, de bepalingen over onafhankelijkheid/diversiteit van de raad zijn aangescherpt, nieuwe afspraken over de rolverdeling tussen bestuurder en commissaris, en de spelregels voor het overleg met belanghebbenden zijn aangepast. WonenBreburg heeft ervoor gekozen de nieuwe governanceregels te omarmen en vast te leggen in de reglementen, de profielschets voor de raad van commissarissen en in de statuten. Alle bepalingen van de nieuwe governancecode zijn vastgelegd in de reglementen en bijbehorende documenten en vastgesteld. We hebben ook een governancestructuur WonenBreburg opgesteld, met daarin de hoofdlijnen van de governanceafspraken van WonenBreburg. Op 2 punten is afgeweken van de code: de contractduur en de toegekende beloning van de leden van het bestuur. De wijzigingen zijn in de reglementen verwerkt en vastgesteld in de januarivergadering van de raad van commissarissen. Inmiddels beschikken wij over een drietal statuten aangaande de treasury, investeringen en verbindingen. De statutenwijziging van Stichting WonenBreburg krijgt in 2013 zijn beslag.
Werkterrein Het werkgebied van de toegelaten instelling WonenBreburg omvat het regionale woningmarktgebied Midden- en West-Brabant.
Integriteit WonenBreburg heeft een integriteitsprotocol, waarin onder meer beschreven is welke eisen wij stellen aan onze medewerkers ten aanzien van hun houding, handelen, informatie en communicatie, hoe om te gaan met (waarde-)transacties, omgang met klanten en leveranciers alsook de melding van eventuele nevenfuncties. Naleving van wet- en regelgeving is daarbij een vanzelfsprekendheid. Van onze leidinggevenden verwachten wij een duidelijke voorbeeldfunctie en adequaat optreden indien noodzakelijk.
Governancestructuur en -werking Dit jaarverslag is onderdeel van de planning-en-controlcyclus die we binnen WonenBreburg hanteren. In dit verslag duiden we onze beleidsdoelstellingen en geven we aan hoe deze zich verhouden tot de BBSH-prestatievelden. We geven inzicht in onze prestaties en de samenhang met ons meerjarenbeleidsplan en de daarvan afgeleide jaarplannen en dito begroting. Binnen onze organisatie bestaat een scheiding tussen het uitvoerende werkapparaat onder leiding en verantwoording van de raad van bestuur (directie-bestuur) en het toezichthoudend orgaan: de raad van commissarissen. De raad voert zelfstandig taken ten aanzien van remuneratie uit en heeft uit zijn midden een auditcommissie ingesteld, die vooral thema’s op het financiële, fiscale en control78
technische vlak behandelt. De raad steunt voor de invulling van zijn rol op de interne planning-encontrolstructuur binnen WonenBreburg. Deze duiden we nader onder ‘Sturing, risico’s en risicobeheersing’. Voor een nadere uiteenzetting over de invulling, functies, taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden, evenals de activiteiten en resultaten over 2012, verwijzen wij u naar het hoofdstuk ‘Bericht van de raad van commissarissen’. De interne governancestructuur binnen WonenBreburg kan als volgt schematisch worden geduid.
Figuur Relaties interne governancestructuur WonenBreburg per 31 december 2012
Functioneren externe accountant We maken sinds 1 januari 2004 voor de accountantscontrole en -werkzaamheden gebruik van de diensten van Deloitte. Jaarlijks voeren zij in het najaar een interim-controle uit, die voornamelijk kijkt naar de juiste werking van de bedrijfsprocessen. Hierbij worden in een tijdsframe van 3 jaar alle bedrijfsprocessen geaudit. In het voorjaar voeren zij een jaarwerkcontrole uit, die gericht is op het vaststellen van de juistheid en volledigheid van de verantwoordingsstukken voor het jaarverslag en de jaarrekening. De controle door de externe accountant is niet specifiek gericht op het ontdekken van fraude. Niettemin komt het onderwerp fraude regelmatig aan de orde gedurende het controleproces. De externe accountant heeft een kritische houding ten opzichte van risico’s van fraude in de jaarrekening. Deloitte maakt voor zijn werkzaamheden gebruik van de controleactiviteiten van de interne accountantsdienst van WonenBreburg. Wij (de raad van commissarissen, het bestuur, management en onze interne accountantsdienst) beoordelen het functioneren van de accountant in de regel elke 4 jaar op alle facetten (kwaliteit, vakbekwaamheid, prijsstelling, klantgerichtheid, adviesvaardigheid en tijdigheid) en jaarlijks op de van toepassing zijnde onderdelen. In het najaar van 2011 heeft onze raad van commissarissen het functioneren van onze externe accountant integraal beoordeeld en hebben wij een selectietraject uitgevoerd, met als uitkomst de diensten van Deloitte voor controlejaar 2012 te continueren. Dit mede op basis van benoemde verbeterpunten, zoals een meer ’to-the-point’ verslaglegging, inspelen op ontwikkelingen en deze klantspecifiek te maken, duidelijke prijsafspraken en toepassing van geautomatiseerde controle- en analyse-instrumenten.
79
Auditcharter Wij hebben de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van onze interne accountantsdienst beschreven en geformaliseerd, waarbij de genoemde functie, positie en rol in relatie is gebracht tot het functioneren van enerzijds de externe accountant en anderzijds het bestuur, management en de raad van commissarissen (inclusief de auditcommissie).
Auditplan 2012 In de afstemming tussen externe en interne accountants wordt, met raadpleging van bestuur en management en toetsing door de raad van commissarissen, jaarlijks een auditplan opgesteld en uitgevoerd. De belangrijkste onderwerpen voor 2012 waren: •
interne controle jaarrekening 2011;
• • • • • •
interimcontrole 2012; beoordeling (financiële) verantwoordingen samenwerkingsverbanden; uitvoeren van procesaudits; controle van kwartaalrapportages; ondersteuning en advisering bij diverse (organisatie)projecten; bedrijfsbeoordelingen (mede in relatie tot de economische crisis);
• • • • • •
diverse toetsingen fiscaliteiten; beoordeling toepassing wet- en regelgeving; toepassing verhoogde btw; toepassing vennootschapsbelasting; voorbereiding juiste toepassing van de nieuwe RJ; voorbereiding, bijdrage juiste toepassing nieuwe woningwet en DAEB/niet-DAEB.
De interimcontrole over 2012 heeft zich met name gericht op: • de toepassing van planning en control binnen WonenBreburg; • •
•
follow-up verbeterpunten en aanbevelingen managementletter 2011; procesaudits op: o woningtoewijzingen (met name toetsing aan EU-regels) o dagelijks onderhoud o inkoop en betalingen o nieuwbouw, groot onderhoud en planmatig onderhoud o personeel (waaronder salarissen) o treasury o verhuur en verkoop o administratie en verslaglegging actualiteiten: richtlijn RJ645 en EU-beschikking.
In hoofdlijnen is zowel door de externe als interne accountant geconstateerd dat de genoemde processen zodanig betrouwbaar functioneren dat daarop kan worden gesteund voor wat betreft de controle van de jaarrekening, met aandacht voor woningtoewijzingen, systeemautorisaties, verdere implementatie en optimalisatie van risicomanagement en het zogeheten tax control framework. De externe accountant kan in belangrijke mate gebruik maken van de werkzaamheden van de interne accountant. Binnen WonenBreburg worden de aandachts- en verbeterpunten vanuit een centrale sturing (centraal overleg bedrijfsvoering) bewaakt. Tevens hebben wij in 2012 verder gewerkt aan het ultimo in 2011 gestarte, organisatiebrede programma voor de verbetering van de operationele aansturing van onze primaire bedrijfsprocessen, wat de processen moet optimaliseren (doelmatigheid en efficiency) en de (voornamelijk operationele) informatievoorziening beter in lijn met de processen moet brengen. 80
n risicobehe eersing Sturing,, risico’s en
Planning g en control WonenB Breburg heefft in 2012 ee en update ge emaakt van zijn z planning g-en-controllcyclus, mede e in relatie tot procesverbete ering, processverantwoorrding en aan nsturing. Schematisch geeven we dit als a volgt weer.
erjarenbeleid dsplan besch hrijft onze st rategische voornemens v voor de aan komende be eleidspeOns mee riode, w waar vervolge ens de kaderrs voor het a aankomende e jaar van afg geleid wordeen. Die geve en vervolgens de maat voo or de op te stellen werkp plannen, waarin wij een doorvertalin ng maken na aar de ocessen, die ons o in operationele zin iin staat stelle en onze doe elstellingen tte realiseren. Vervolwerkpro gens me eten wij in de e controlfase e onze proce es-outcome en e -doelen periodiek p (m aandrapporttages), op een m meer tactisch h niveau toetsen wij de k kaders (kwartaalrapporttages) en uitteindelijk leg ggen wij verantw woording af middels m ons jaarverslag/j -rekening.
Risicobeh eheersing alg gemeen We beste eden nadruk kkelijk aanda acht aan het beheersen, analyseren a en bewaken vvan de risico’s van ndernemerscchap en onze acttiviteiten. We e vinden het essentieel d at er een gezonde balan ns is tussen on risicomanagement. De D systematie ek die we to epassen, blijven we ontw wikkelen en m maakt integrraal onderdeel uit van onze e bedrijfsvoerring en veran ntwoordingssstructuur. De risicoveldeen en de daarbij behorende e risicofactore en worden continu gemo onitord. Daarvoor maken n we gebruikk van de BSC (balanced score ecard)-metho odiek. Aan de d opzet van de genoemd de BSC-rappo ortages ligt eeen inventarrisatie van operrationele, of bedrijfsrisico o’s en financciële risico’s ten t grondslag. We hebbeen de reikwijjdte vergroot do oor ook externe risico’s als marktrisico o’s, omgevingsrisico’s en maatschapp pelijke risico’s in de systemattiek van ons sturingsmod del te betrekk ken. oject ‘risicom management’. Wij hebben Eerder zijn we gestart met het orrganisatiepro n ons daarbij in eere risico’s betrreffende nieu uwbouw- en grootste instantie gericht op het verkrrijgen van inzzichten in de oudsprojecten en het bep palen van de effecten op de (financiële) positie vaan WonenBreburg. onderho Deze sysstematiek hebben wij afg gelopen jaren n geïmpleme enteerd. In 2013 inventarriseren wij in n een atieproject oo ok de overige operatione ele en financciële bedrijfsrisico’s en im mplementeren deze organisa op soorttgelijke wijze e. Daarbij ste ellen wij een risicoscan op p en richten wij w ons met name op risico’s die een hoge kans hebbe en om op te treden en ee en grote imp pact op onze e bedrijfsvoerring en continuïteit
81
hebben. Onze insteek is erop gericht om zo veel als mogelijk het risicodenken en -acteren onderdeel te laten uitmaken van onze dagelijkse bedrijfsprocessen.
Operationele risico’s Binnen WonenBreburg beheersen we de operationele risico’s vooral door het toepassen van de geduide planning-en-controlcyclus, in combinatie met proces- en kwaliteitsmanagement. De managementinformatie geeft op basis van de vastgestelde normen en prestatie-indicatoren periodiek inzicht in de realisatie van onze organisatiedoelstellingen en bevat bovendien analyses en benoemde verbetermaatregelen. •
•
In het kader van het proces- en kwaliteitsmanagement worden in opdracht van proceseigenaren audits uitgevoerd. De onderzoeken worden door, of onder begeleiding van, de interne accountancydienst uitgevoerd volgens een auditjaarplan en kunnen leiden tot aanpassing van onze processen. De uitkomsten kunnen invloed hebben op beschikbaar gestelde middelen en op de wijze van sturing en uitvoering van onze activiteiten. De belangrijkste bedrijfsprocessen en onderkende risico’s worden ten minste eenmaal per 3 jaar geaudit. De interne accountant rapporteert zowel aan individuele managers van de bedrijfsonderdelen als aan de managementorganen en het bestuur. De externe accountant rapporteert aan het bestuur en de raad van commissarissen via een managementletter. Wij maken bovendien gebruik van het gedachtegoed van kwaliteitsmodellen als INK, Lean Six Sigma, KWH en ISO. Om projectmatige vastgoedrisico’s te beheersen, werken we regelmatig samen in een bouwcombinatie met andere, waardetoevoegende partijen. Dat doen we in afzonderlijke, juridische entiteiten. Onder ‘Verbindingen: deelnemingen en samenwerkingen’ op pagina 94 kunt u lezen wat onze resultaten in 2012 waren.
Financierings- en renterisico’s Wij hebben het beleid voor de beheersing van financierings- en renterisico’s opgenomen in een treasurystatuut. De volgende risico’s en beheersmaatregelen zijn hierin onderkend en vastgesteld: • Financieringsrisico: Woningcorporaties zijn afhankelijk van externe financiering. WonenBreburg is deelnemer van het WSW (Waarborgfonds Sociale Woningbouw). We sturen continu op voldoende borgingsruimte om voor de uitvoering van ons beleid verzekerd te zijn van de noodzakelijke, externe financiering. • Renterisico: Hieronder verstaan we een korte periode met een extreem hoge rente, waarin juist dan sprake is van aanzienlijke (her)financieringen. Om dit te beheersen, nemen we de eisen van het WSW op dit punt over. Het WSW stelt: ’Het bedrag waarover een corporatie renterisico loopt vanwege vervolgfinanciering of renteherziening wordt geacht maximaal 15% per jaar te zijn, gerekend over het rentedragend vreemd vermogen.’ WonenBreburg komt hieraan tegemoet. Daarnaast streven we naar spreiding van renterisico’s door: • te voorkomen dat zich een concentratie van herfinancieringen en/of renteconversies voordoet aan het einde en begin van opvolgende kalenderjaren; •
de rentevervaldag of -data van nieuwe leningen zodanig te kiezen, dat binnen een kalenderjaar rente- en aflossingsverplichtingen gelijkmatig vervallen.
Voorts voeren wij ten minste 2 maal per jaar een zogeheten stresstest uit, waarbij wij, ter beoordeling van onze financiële continuïteit, op basis van een drietal scenario’s doorrekeningen maken op onder meer liquiditeit, solvabiliteit en financierbaarheid. Ultimo 2012 bezitten wij 1 derivaat. In de jaarrekening op pagina 162 staat een toelichting.
82
Beleggingen WonenBreburg heeft uitsluitend belegd door het uitzetten van gelden in rekening-courant, op deposito’s en/of spaarrekeningen.
83
Financiële kaders: ambities WonenBreburg Het uitgangspunt van financiële sturing is het bereiken van voldoende rendement op het eigen vermogen. Alleen dan kunnen we het gewenste beleid uitvoeren en een solvabiliteit realiseren die continuïteit garandeert. We moeten een zodanige liquiditeitsontwikkeling nastreven dat alles wat we willen bereiken te financieren valt. Ook moet WonenBreburg in de dagelijkse bedrijfsvoering efficiënt worden beheerd. Vertaald in doelstellingen en beoogde maatschappelijke effecten betekent dat: •
continuïteit door het realiseren van de noodzakelijke solvabiliteit;
• •
realiseren wat we beogen door een passende liquiditeitsontwikkeling; zichtbaar maken wat de financiële resultaten zijn van onze vastgoedexploitatie en maatschappelijke inzet.
Financiële kaders: resultaten WonenBreburg Algemene externe en interne financiële ontwikkelingen 2012 was een turbulent jaar. Waar we bij de opmaak van de jaarrekening 2011 al constateerden dat de crisis nog voortduurde, is, mede door de val van het kabinet Rutte 1, weer de nodige onzekerheid ontstaan. Deze onzekerheid heeft verdere terugval ingezet, waardoor verdere bezuinigingen in de rijksfinanciën nodig werden geacht. Het nieuw gevormde kabinet van VVD en PvdA wenst strikt de Europese begrotingsregels van 3% tekort te hanteren. Een van de pijlers, die in het Lenteakkoord in de samenwerking tussen regerings- en enkele coalitiepartijen was overeengekomen, betreft de verhoging van het algemene btw-percentage van 19% naar 21%. Deze strikte handhaving is ook aan de volkshuisvestingssector niet ongemerkt voorbijgegaan. Waar we van het kabinet Rutte I als sector nog een bijdrage van € 650 miljoen moesten leveren in de huurtoeslag, is de bijdrage in de kabinetsplannen Rutte II opgehoogd naar een oplopend bedrag in 2017 van € 1.700 miljoen. Deze bijdrage zou worden ingevoerd in combinatie met een aanpassing van de maximaal redelijke huur (als afgeleide van de WOZ-waarde) en de mogelijkheid van een gedifferentieerde hogere huurverhoging boven inflatie voor de verschillende inkomenscategorieën. Deze afspraken in het regeerakkoord met betrekking tot wonen zijn begin 2013 in het woonakkoord (na een storm van kritiek vanuit diverse geledingen) nader gedefinieerd. Hierbij is de volledige koppeling van de maximaal redelijke huur aan de WOZ-waarde vervallen en is de gedifferentieerde huurverhoging in de verschillende inkomenscategorieën genuanceerd - maar nog altijd voor alle inkomens boven inflatie. Naast deze algemene economische malaise zijn we als sector niet verschoond gebleven van financiële problemen binnen de sector. Met name de ‘derivaten’-problematiek heeft VESTIA (met bijna 100.000 verhuureenheden de grootste corporatie van Nederland) aan de rand van de financiële afgrond gebracht. Mede door de omvang van de problematiek en de verwevenheid met de bankensector hierin is, naast de financiële schade, het vertrouwen in de sector onder zware druk komen te staan. Hierdoor is ook het externe toezicht van Centraal Fonds voor de Volkshuisvesting (CFV) en Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) verder aangescherpt. Deze aanscherping heeft met name vanuit het beschikbaar stellen van borgingsfaciliteiten voor het vastleggen van financieringen voor geplande projecten een grote impact. De vanzelfsprekendheid waarmee in het verleden voor toekomstige jaren op basis van de ingediende projecten de gewenste borging werd vrijgegeven, is verleden tijd. Zowel de geplande projecten als de verwachte besteding in de toekomstige jaren worden vanuit het WSW kritisch beoordeeld. Daarbij wordt het vrijgeven van de borgingsruimte beperkt in de tijd, waardoor het opstarten van projecten die meerdere jaren in beslag nemen financieringsrisico’s met zich meebrengt. Ook dichter bij huis (in Brabant) zijn we geconfronteerd met corporaties die grote financiële risico’s hebben genomen en daarvan in 2012 de rekening kregen gepresenteerd. Soms ging dit gepaard met 84
belangenverstrengeling en (mogelijke) zelfverrijking, wat het toch al kwetsbare imago verder onder druk zette. Wij zijn bereid om aan oplossingen mee te werken als de volkshuisvesting in Nederland daarbij gebaad is. Belangrijke randvoorwaarde daarbij is, dat de continuïteit van WonenBreburg niet in het gedrang komt en we niet meegezogen worden in integriteitkwesties. Zo hebben we in 2012 veel tijd geïnvesteerd in een mogelijke ondersteuning van collega-corporatie Laurentius. Vanaf begin 2012 hebben wij onderhandeld over de overname van bezit als bijdrage in het saneringsplan. Mede door mogelijke integriteitsproblemen binnen de voormalige directie van Laurentius heeft het proces meer tijd in beslag genomen dan uiteindelijk voorzien. Doel bij onze ondersteuning was het beschikbaar houden van woningen voor de doelgroep. Daarnaast zijn we betrokken geweest bij de verdere sanering van collega-corporatie WSG. De gesprekken hierover lopen nog. Bij de afwegingen over onze spankracht betrekken we voortdurend: • het financiële beroep dat op de sector wordt gedaan voor de dekking van de bezuinigingen van het rijk; • de noodzaak van positieve operationele kasstromen – rekening houdend met, eerder dan gepland, vennootschapsbelastingdruk; • de effecten van de crisis bij de WonenBreburg (koop)projectontwikkelingen. Al het bovenstaande, in combinatie met de directe effecten van de crisis op de eigen bedrijfsvoering, maakt dat in de loop van 2012 besloten is te anticiperen op de aangekondigde maatregelen, waardoor WonenBreburg op financieel en organisatorisch vlak voorbereid is op de verwachte toekomstige ontwikkelingen. Het nieuwe meerjarenbeleidsplan bevat kaders voor het verder stroomlijnen van de organisatie en het bezit. In 2012 zijn we gestart het uitwerken van een hervormingsplan. Ook door de regels van het waarborgfonds om verplicht te sturen op een positieve operationele kasstroom (rekening houdend met 2% aflossingsfictie) ontstaat noodzakelijkerwijs een positief resultaat. Daarbij is weinig keuze, omdat wij eraan hechten vanuit het WSW in staat te worden gesteld geborgde financieringen vast te leggen en daarmee ons investeringsprogramma te kunnen uitvoeren. Door deze maatregelen loopt ons investeringsvolume aanzienlijk terug. Het gevolg van dit alles is, dat wij verwachten dat er op korte termijn een vennootschapsbelastingdruk ontstaat. De effecten van de economische crisis die WonenBreburg direct raken, treffen voor een belangrijk deel onze projectontwikkeling. Naast enkele positieve elementen daarvan (aanbestedingsvoordelen) is het belangrijkste negatieve element een stagnerende verkoop van de koopdelen van de betreffende projecten. Voortdurend wegen wij af of het faseren en/of opschorten van de projectuitvoering perspectief biedt. In 2012 hebben wij 37 woningen, die wij van plan waren te verkopen, in de verhuur genomen. De waarde van woningen die wij uit de bestaande voorraad verkochten, is in 2012, ten opzichte van 2011, gedaald met circa 13%. In aantallen werden in 2012 circa 10% minder woningen verkocht dan in 2011. Op korte termijn zullen we de verkopen onder Koopgarant stoppen, vanwege onze toekomstige risico’s met betrekking tot terugkoop. Deze risico’s ultimo 2012 ter grootte van € 92,8 miljoen zijn zichtbaar op onze balans en leiden tot vermogensbeslag en het reserveren van financieringsruimte voor de terugkoopverplichting. Naast de impact van de algemene economische malaise zijn eind 2010 Europese maatregelen van kracht geworden. Op grond daarvan moet het bezit gesplitst worden in bezit met een huurprijs van
85
maximaal € 664,664 (DAEB) en bezit met een huurprijs hoger dan € 664,66 (niet-DAEB). Naast specifieke regels voor de toewijzing heeft dit vooral ook effecten op de mogelijkheden voor het vastleggen van financieringsmiddelen en de financieringslasten. De uitvoeringsregels zijn nog niet gedefinieerd. Er is een regeling in de maak waarbij een overschot aan operationele kasstromen en opbrengsten verkopen bestaand bezit aangewend mogen worden voor de financiering van niet-DAEBinvesteringen. Deze ‘eigen middelen eerst’-regeling heeft nog geen definitieve status. Wij hebben in 2012 aanzienlijk geïnvesteerd in diverse maatregelen om toekomstige risico’s tijdig te onderkennen en beheersen. Daartoe zijn diverse bedrijfsbrede maatregelen getroffen. Een van de belangrijke projecten die we in 2011 hebben uitgevoerd, betreft het in kaart brengen van onze portefeuillestrategie op basis van een nieuw strategisch voorraadbeleid. Dit wordt ondersteund met de door Ortec ontwikkelde software ‘strategisch beleidsinstrument’ en sluit aan op het bestaande beheerssysteem WALS. Vanuit de strategische positie hebben wij de verwachte ontwikkeling van de omvang van de doelgroep in relatie gebracht met de bestaande portefeuille en de financiële effecten daarvan doorgerekend. Bij het opmaken van de financiële meerjarenraming zijn de uitkomsten van de portefeuillestrategie in belangrijke mate als uitgangspunt genomen. Ons beleid is erop gericht dat de (financiële) continuïteit van WonenBreburg op basis van het bestaande beleid niet in het gedrang komt en dat de geplande strategische ontwikkeling doorgezet kan worden. Daarbij blijven we voortdurend kritisch in de richting van exogene risico’s vanuit de markt en de negatieve effecten vanuit onze eigen sector. Uit de tabel hieronder, met de belangrijkste indicatoren uit de financiële meerjarenraming, blijkt dat we bij continuering van het huidige beleid en volledige uitvoering van de projectenplanning, nog steeds een verantwoord financieel perspectief hebben.
Tabel financiële ratio’s periode 2012-2016 1 (bezit gewaardeerd op uitgangspunten van de geconsoli1
deerde jaarrekening) Indicator (bedragen x € 1 miljoen) Balanstotaal2 Eigen vermogen Voorziening beleid2 Solvabiliteitspercentage Operationele kasstroom3 Rentedekkingsgraad4
2012 rekening
2013 fmr1)
2014 fmr
2015 fmr
2016 fmr
2017 fmr
1.598,8 474,0 29,1 29,6% 15,4 2,1
1.732,1 463,1 65,1 26,7% 10,1 1,9
1.770,3 503,4 52,7 28,4% 23,6 2,2
1.798,0 547,1 22,0 30,4% 29,2 2,3
1.825,7 601,3 27,5 32,9% 31,7 2,2
1.835,9 650,7 15,0 35,4% 27,4 2,1
1) i.v.m. de verwerking van de RJ 645 in de uitwerking van de fmr en niet in de begroting 2013 zijn de cijfers fmr vermeld. 2) In de fmr is de voorziening beleid hoger dan in de jaarrekening, omdat in fmr geen verrekening met activa in ontwikkeling plaatsvindt. In jaarrekening 2012 bedraagt deze herrubricering € 59,4 miljoen. 3) o.b.v. uitgangspunten WSW, is inclusief 2% genormeerde aflossing. 4) norm 2012 van het WSW: 1,4.
Bovenstaande tabel is gebaseerd op de jaarrekening die is opgesteld op basis van de herziene RJ645. , Hierbij is het sociaal vastgoed gewaardeerd tegen bedrijfswaarde en het commercieel vastgoed tegen marktwaarde. In de resultaten is een inkomensafhankelijk huurbeleid gedurende 5 jaar meegenomen en is rekening gehouden met bezuiniging op het werkapparaat van WonenBreburg. De financiële gevolgen van een verdergaande verslechtering van een aantal marktomstandigheden hebben wij vertaald in een stresstest, waarover u verderop in deze paragraaf meer kunt lezen. Ten behoeve van de stresstest is dezelfde tabel gemaakt met het hele bezit, gewaardeerd tegen bedrijfswaarde. Deze waarde sluit beter aan op de volkshuisvestelijke exploitatiewaarde die het CFV bepaalt. Een ander verschil is, dat in onderstaande tabel de rentabiliteitswaardecorrectie is meegenomen, die tussen 2013 en 2017 varieert tussen € 69,4 en € 95,7 miljoen. Daarentegen wordt er op de balans geen rekening gehouden met 3 jaar ingerekende verkopen.
4
Prijspeil 2012
86
Tabel financiële ratio’s periode 2012-2016 (totale bezit op basis van bedrijfswaarde) Indicator (bedragen x € 1 miljoen) Balanstotaal Eigen vermogen Voorziening beleid Solvabiliteitspercentage
2012 fmr
2013 fmr 1)
2014 fmr
2015 fmr
2016 fmr
2017 fmr
1.712,7 547,3 85,9 32%
1.819,3 568,9 46,5 31,3%
1.854,6 602,7 37,5 32,5%
1.889,2 646,6 13,4 34,2%
1.897,6 681,1 19,1 35,9%
1.890,9 710,6 9,2 37,6%
Relatie meerjarenbeleidsplan 2009-2012 De titel ‘Energie in wonen’ van ons meerjarenbeleidsplan 2009-2012 verwijst onder meer naar de investeringen die we in energetische maatregelen willen doen. Ons financiële beleid is erop gericht om deze en vele andere investeringen mogelijk te maken, terwijl de continuïteit gewaarborgd blijft. We hebben hiervoor aansluiting gezocht bij de jaarlijkse toets van het CFV, die het minimale solvabiliteitspercentage becijfert. Daarnaast willen we voldoen aan de eisen van het WSW. Bij het uitwerken van het meerjarenbeleidsplan 2009-2012 hebben we de uitgangspunten voor de financiële doelstellingen opnieuw gedefinieerd. We hebben opgenomen dat we voldoende rendement met ons vastgoed moeten genereren om ook onrendabele werkzaamheden te bekostigen. Dit hebben we als volgt in het beleidsplan vastgelegd: • De solvabiliteit ligt maximaal 10% boven de ondergrens van het volkshuisvestelijke vermogen zoals dat door het CFV wordt gepresenteerd. • De algemene kosten van het werkapparaat mogen maximaal 25% van de huurinkomsten bedragen. • De operationele kasstroom moet voldoende zijn voor de realisatie van de voorgenomen activiteiten op basis van de WSW-normering. Vanaf 2012 moet deze positieve operationele kasstroom gerealiseerd zijn. Het beleid zoals wij dat in het meerjarenbeleidsplan hebben beschreven, is door de economische crisis onder druk komen te staan. We moeten meer dan ooit kiezen welke zaken we wel of niet uitvoeren, waarbij we het doel voor ogen houden dat we het voorgestelde beleid uiteindelijk wel willen uitvoeren. Nog meer dan in de crisis van 2008 wordt de sector geraakt door de gevolgen die mede door een aantal individuele corporaties zijn veroorzaakt, waardoor de continuïteit in het gedrang komt. Voor WonenBreburg is de crisis aanleiding geweest een stresstest te ontwikkelen. Met behulp van deze test kunnen we vanuit een aantal materiële terreinen de impact van de crisis op onze financiële continuïteit inschatten. Afgezet tegen de gedefinieerde criteria zijn de werkelijke uitkomsten als volgt: Onderdeel (bedragen x € 1 miljoen) Minimaal solvabiliteitspercentage (CFV-cijfer) ultimo 2011 2 Maximaal solvabiliteitspercentage (CFV-cijfer) ultimo 2011 2 Maximaal % managementkosten in % van huurinkomsten Operationele kasstroom 1) 2)
gedefinieerd uitgangspunt CFV-beoordeling: 11,7%
werkelijke uitkomsten 29,6%
CFV-beoordeling + 10%: 21,7%
29,6%
25%1
21,0%
> aflossingsfictie: 2%
3,8%
Dit betreft de norm uit het meerjarenbeleidsplan; de interne norm is scherper gesteld (voor 2012: 21,16%) WonenBreburg heeft een beduidend hogere solvabiliteit. Dit is een uitvloeisel van de rekenregels RJ 645. Nog niet duidelijk is hoe het CFV deze gaat vertalen in hogere risico-opslagen voor de continuïteit.
87
Toezicht CFV en WSW Naast de interne bewaking van de financiële continuïteit is het voldoen aan de normen van CFV en WSW een belangrijke randvoorwaarde voor WonenBreburg. Het CFV beoordeelt jaarlijks de financiële continuïteit. De basis hiervoor zijn de gegevens die door de individuele corporaties worden aangeleverd van prognose (dPi) en verantwoording (dVi). In een uniformeringsslag worden de aangeleverde cijfers van de corporaties nagenoeg vergelijkbaar met elkaar gemaakt (in een volkshuisvestelijke exploitatiewaarde). Vervolgens worden markt-, macroeconomische en operationele risico’s ingerekend en vertaald naar een nodig geacht solvabiliteitspercentage. WonenBreburg heeft zijn bedrijfswaarde nagenoeg in lijn gebracht met de uitgangspunten van het CFV voor de volkshuisvestelijke exploitatiewaarden. Onze ondergrens voor de ingerekende risico’s per 31 december 2014 is 13,5% (inclusief 2,8% die nodig is voor de vennootschapsbelastingplicht). Op basis daarvan werd het A1-oordeel uitgesproken dat impliceert dat ‘de voorgenomen activiteiten passen bij de vermogenspositie’ en ‘er geen aanleiding is een nader financieel onderzoek in te stellen’. Naast de oordeelsbrief worden, op basis van de aangeleverde verantwoordingsinformatie, de uitkomsten afgezet tegen de uitkomsten van de sector en vergelijkbare corporaties (de bedrijfsvergelijking Corporatie in Perspectief). Binnen Corporatie in Perspectief wordt op een breed financieel vlak het presteren van de corporaties vergeleken. Op basis van de gepresenteerde uitkomsten van CiP 2011 kunnen wij concluderen dat wij ons op een groot aantal verantwoordingsitems in positieve zin ontwikkelen – zowel in relatie tot de voorgaande verantwoording als in relatie tot het sectorgemiddelde. Faciliteringsvolume WSW Sinds een aantal jaren stuurt WSW, voor het vrijgeven van borgingsfaciliteit, op de operationele kasstroom en de bewaking van de verhouding tussen de leningportefeuille en de vastgestelde WOZwaarde voor de DAEB-portefeuille. Van belang is, dat er in de operationele kasstroom ruimte is om de rentelast van aanvullende financieringen (inclusief een aflossingsfictie van 2%) te kunnen betalen. De afgelopen jaren hebben we gestuurd op het op orde krijgen van de operationele kasstroom. Op 29 december 2011 heeft het WSW de kredietwaardigheid en het faciliteringsvolume 2011 afgerond. Deze vrijgave betrof 2011 en 2012. Het WSW past de regels stringenter toe en het vrijgeven van de borgingsruimte beperkt zich. In september 2012 werd de borgingsruimte voor DAEB-investeringen vrijgegeven voor investeringsuitgaven in 2012 en de herfinanciering voor de jaren 2013 en 2014. Ultimo 2012 ontstond grote druk op onze beschikbare liquide middelen door de overname van twee complexen van Laurentius, én door de te verwachten overname van nog eens twee complexen in 2013. De borgingsruimte die het WSW voor 2012 vrijgegeven had, was gebaseerd op de geplande projecten uit onze begroting voor 2012. In die begroting was de overname van de Laurentiuscomplexen niet voorzien. Dit heeft geleid tot extra onderhandelingen met het WSW en het vrijgeven van tijdelijke faciliteringsruimte, vooruitlopend op de definitieve indiening van de dPi 2012 op basis waarvan de ruimte voor de jaren vanaf 2013 wordt vrijgegeven. De ontwikkeling van de operationele kasstroom 2012 op basis van de WSW-uitgangspunten is als volgt: begroot realisatie realisatie 2012 2012 2011 Operationeel exploitatieresultaat (exclusief afschrijvingen) 63.186 62.520 64.773 Financiële baten en lasten (exclusief deelnemingen) -29.198 -28.844 -30.426 Operationele kasstroom 33.988 33.676 34.347 Genormeerde aflossing, 2% van leningportefeuille -18.627 -16.434 -16.805 Saldo 15.361 17.242 17.542 We concluderen dat de werkelijke operationele kasstroom 2012 iets lager uitvalt dan begroot, maar in ruime mate voldoet aan de aflossingsnorm van WSW. Onderdeel
88
We realiseren ons echter dat alleen sturen op extern gestelde eisen (door CFV en WSW) tot suboptimale beslissingen kan leiden. Daarom sturen we intern mede op ontwikkeling van de marktwaarde en de rendementen, waarbij we de IPD/aeDex Corporatie Vastgoedindex (aeDex) als instrument gebruiken om de resultaten inzichtelijk te maken. Dit is geëffectueerd door bij investeringsbeslissingen de ingeschatte marktwaarde expliciet te benoemen. Sturen op marktwaarde en rendementen WonenBreburg wil bij investeringsbeslissingen meer op marktwaarde (in verhuurde staat) en rendementen sturen. Zolang wij alleen op basis van bedrijfswaardes, onrendabele toppen en operationele kasstromen sturen, hebben wij een minder goed beeld van de bedrijfseconomische resultaten en kosten van het beleid. De marktwaarde in verhuurde staat, ten opzichte van de bedrijfswaarde, heeft als voordeel dat het laat zien wat een externe partij bereid is te betalen bij overname van het vastgoed. De waardetoename na een investering is dan ook het bedrag dat het vastgoed bij verkoop meer zal opleveren. Zo krijgen wij een beter beeld van de waardecreatie bij investeringen. Door het bepalen van de onrendabele toppen en verwachte toekomstige rendementen, of IRR (Internal Rate of Return) bij investeringsbeslissingen, wordt niet alleen het bedrijfseconomische offer op het moment van investeren duidelijk, maar ook de rendementen in de toekomst. Op die manier kunnen we met behulp van aeDex de gerealiseerde rendementen in de exploitatieperiode vergelijken met de rendementsverwachtingen. In 2011 is het rendementsdenken als onderdeel van het project vastgoedsturing uitgewerkt. Uitgangspunt bij het rendementsdenken is, dat het eigen vermogen ten minste waardevast is en een risico-opslag kent van 1%. Het bepaalde rendement wordt gebaseerd op het indirecte rendement (waardeontwikkeling) en directe rendement. Daarbij moet het directe rendement ten minste voldoen aan de door de WSW bepaalde ICR (Interest Coverage Ratio) van 1,4. Voor 2012 zijn de normen bepaald. Die normen gebruikten we als uitgangspunt, dan wel financiële randvoorwaarden, bij de berekeningen die we in het kader van het meerjarenbeleidsplan 2013-2016 gemaakt hebben. In het meerjarenbeleidsplan 2013-2016 is als norm opgenomen dat het direct rendement jaarlijks minimaal 2,5% bedraagt voor het segment woningen. Resultaat 2012 Ten opzicht van het begrote resultaat is het jaarresultaat 2012 € 16,8 miljoen hoger uitgevallen. In het onderstaande overzicht zijn, met de vergelijkende cijfers van 2011, de belangrijkste inkomsten- en uitgavencategorieën weergegeven.
89
De opbouw van het jaarresultaat 2012 (geconsolideerd) presenteren we als volgt: Onderdeel (bedragen x € 1.000) Huren opbrengsten Overige exploitatieinkomsten Exploitatieuitgaven: dagelijks onderhoud Exploitatieuitgaven: plan- en projectmatig Exploitatieuitgaven: overige Exploitatieresultaat Managementkosten Rentelasten Projectsteun/bijdrage 40+-wijken Overige operationele inkomsten/uitgaven Saldo operationele kasstroom (incl. afschrijvingen) Verkoopresultaat Resultaat deelnemingen Afboekingen projecten Afschrijvingen materiële vaste activa, overige waardeveranderingen materiële vaste activa en vastgoedportefeuille/nietgerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille Totaal resultaat
realisatie 2012 137.234 290 -16.180 -22.662 -9.177 89.505 -28.874 -29.198 -453 -89 30.891 -421 522 -276
begroot 2012 135.507 100 -16.379 -19.687 -10.331 89.210 -28.670 -28.844 -1.050 0 30.646 15.231 0 -500
realisatie 2011 132.194 389 -15.156 -13.575 -8.918 94.934 -27.874 -30.426 -1.473 -1.075 34.086 -10372 -2.107 -3.836
-19.587
-51.013
--37.825
+11.129
-5.636
-20.054
Het totaal resultaat is exclusief de ongerealiseerde vermogensvermeerderingen die niet via het resultaat maar direct aan de reserves zijn toegevoegd. De cijfers van de begroting 2012 zijn niet aangepast voor de herziene Richtlijn 645. Ontwikkeling saldo uit exploitatie • De belangrijkste verklaringen voor de hogere huuropbrengst, zowel ten opzichte van de begroting 2012, als de realisatie in 2011, wordt veroorzaakt door: - een hogere inflatie (en dus huurverhogingspercentage) dan voorzien; - overname van bezit dat niet in de begroting was voorzien; - uitstel van sloop van complexen en eerdere oplevering van nieuwbouwcomplexen. • Afwijking in exploitatieuitgaven, ten opzichte van 2011, € 10,5 miljoen, in hoofdzaak veroorzaakt door hogere uitgaven plan- en projectmatig onderhoud. De reden hiervan is dat in 2011 een terugwerkende-krachtcorrectie heeft plaatsgevonden, waardoor de uitgaven in deze categorie in 2011 positief zijn beïnvloed. De afwijking ten opzichte van de begroting 2012 wordt veroorzaakt door het inhaaleffect van overlopende budgetten voor het groot en planmatig onderhoud. • De managementkosten zijn in 2012 € 1 miljoen hoger dan in 2011. • De financieringslasten zijn in 2012 circa € 1,2 miljoen lager dan in 2011. De financiële baten en lasten omvatten de volgende onderdelen: • het totaal van de lasten die verband houden met de langlopende financiering voor vastgoed; • rentes in verband met rekening-courantposities • Activering rentekosten in projecten en opbrengsten rente uit deelnemingen. WonenBreburg heeft een belangrijk deel, circa 70%, van de investeringen in vaste activa gefinancierd met leningen van derden. De gemiddelde rentekostenvoet van de leningenportefeuille bedroeg 4,04% per 31 december 2012. Van de opgenomen financieringsmiddelen had per 31 december 2012 24,5 % een resterende rentevastperiode korter dan 5 jaar. Verkoop onroerend goed De uitvoering van het verkoopprogramma uit het bestaande bezit is een belangrijke voorwaarde voor de realisatie van onze herstructureringsplannen, waaronder nieuwbouw van huurwoningen voor de doelgroep. Het presenteerde verkoopresultaat van nagenoeg nihil is een gevolg van de voorgeschreven verantwoording volgens de herziene RJ645 waarbij rekening is te houden met het in voorgaande 90
boekjaren geraamde en opgenomen resultaat over 2012. Het transactieresultaat op de reguliere en koopgarant-verkopen uit het bestaande bezit in 2012 ten opzichte van de bedrijfswaarde bedroeg € 11,1 miljoen en is daarmee circa € 3,5 miljoen lager dan 2011. Het aantal gerealiseerde verkopen 2012 was 169 (waarvan 127 Koopgarant) tegenover 197 (waarvan 149 Koopgarant) in 2011. Nieuwbouw wordt vaak in mixprojecten uitgevoerd. Bij verliesgevende projecten geschiedt de resultaatneming als de verliezen voorzienbaar zijn (bij besluitvorming), voor de winstgevende projecten naar rato van de voortgang van het werk in relatie tot het aantal verkochte eenheden. Financiële baten en lasten De daling van de netto rentelasten ten opzichte van 2011 met € 1,2 miljoen wordt veroorzaakt door: - de in 2012 opgenomen financieringsmiddelen bedroegen € 174 miljoen. Daar staan (eind-) aflossingen tot een bedrag van € 75,9 miljoen tegenover. De totale rentelast van de opgenomen langlopende financieringsmiddelen is per saldo met € 1,6 miljoen gestegen. - daarnaast is aan projecten in ontwikkeling en aan deelnemingen beschikbaar gestelde financieringsmiddelen per saldo een hogere doorbelasting gerealiseerd van € 2,8 miljoen Ten op zichte van de begroting wordt de werkelijke, netto lagere, rentelast voornamelijk veroorzaakt door de vertraging in de realisatie van projecten en de daarmee samenhangende activering van rente en lagere financieringskosten op aangetrokken leningen onder invloed van marktontwikkelingen. Resultaat deelnemingen Ten opzichte van 2011 is het resultaat verbeterd met € 2,6 miljoen. De belangrijkste oorzaken die hieraan ten grondslag liggen zijn: ¾ In 2011 zijn eenmalige verliezen genomen voor projecten. ¾ De belangrijkste verklaringen voor het resultaat 2012 zijn: - een afwaardering van het bezit van de Stadsontwikkelingsmaatschappij van € 0,787 miljoen - een afwaardering van het bezit dan de VOF Laurentius/WonenBreburg. Met deze afwaardering is de waarde vastgesteld op de overnameprijs waarvoor WonenBreburg in 2013 de vof-partner Laurentius heeft uitgekocht. ¾ Inzake Quirijnboulevard is de voorziening vrijgevallen en ten laste van de stichting geboekt: € 1,9 miljoen. Afschrijvingen materiële vaste activa, overige waardeveranderingen materiële vaste activa en vastgoedportefeuille en niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille. De mutaties in deze posten houden verband met de financiële gevolgen van bestuurlijke besluiten over projectontwikkeling alsmede correcties voor in eerdere jaren genomen besluiten. Ook worden op deze post vanaf 2012 de afschrijvingen op de materiële vaste activa verantwoord (opgenomen in de kolom realisatie). Verder zijn hier opgenomen gerealiseerde en ongerealiseerde waardeveranderingen die volgens de herziene Richtlijn 645 in het resultaat moeten worden verantwoord. Vergelijking boek-, bedrijfs-, marktwaarde en waarde onroerendezaakbelasting WonenBreburg waardeert het sociaal bezit op basis van actuele waarde (bedrijfswaarde). Deze waardering is gebaseerd op de toekomstige verdiencapaciteit van het bezit dat op 31 december 2012 in exploitatie is. Het commercieel bezit wordt gewaardeerd op basis van marktwaarde. In onderstaande tabel presenteren we: • de resterende boekwaardes (aanschafwaarde minus berekende afschrijving in de afgelopen jaren) per 31 december 2012; • de berekende bedrijfswaardes op basis van beleid vanaf 1 januari 2013. Sloopplannen zijn hierin meegenomen, verkoopplannen zijn buiten beschouwing gelaten. Bij deze bedrijfswaardes is voor 91
maximaal € 5.000 per verhuureenheid, gemiddeld prijspeil 1 januari 2013, aan grondwaarde bijgeteld. Deze grondwaarde is vervolgens geïndexeerd en verdisconteerd. Deze uitgangspunten leveren een gemiddelde grondwaarde per verhuureenheid op van € 2.364 •
•
de berekende marktwaarde aeDex per 31 december 2012, waarbij we bij de bepaling van deze waarde uitgaan van: - een maximale exploitatietermijn van 15 jaar op basis van markthuren en commerciële exploitatielasten; - verkoop tegen actuele verkoopwaarde bij tussentijdse mutatie, mits deze hoger is dan de indirecte opbrengstwaarde; - complexgewijze uitponding van het resterende bezit na 15 jaar. de vastgestelde onroerendezaakbelastingwaardes met als waarde peildatum 1 januari 2011, die worden bepaald door de gemeente aan de hand van gerealiseerde referentieverkopen.
Vestiging (gemiddelde waarde per verhuureenheid)
boekwaarde per 31 dec. 2012
bedrijfswaarde (incl. afgetopte grondwaarde) per 31 dec. 2012
aeDex-waarde per 31 dec. 2012
ozb-waarde 2012, waarde peildatum 1 jan. 2011
31.385
43.286
70.326
120.321
Breda
31.016
47.521
81.481
128.598
Tilburg
31.659
43.270
68.261
125.453
Breda, VAST
40.274
39.833
60.632
102.450
Tilburg, VAST
27.547
29.988
48.498
65.424
WonenBreburg
Tabel Waarde per technische type in € boekwaarde per 31 dec. 2012
bedrijfswaarde (incl. afgetopte grondwaarde) per 31 dec. 2012
aeDex-waarde per 31 dec. 2012
ozb-waarde 2012, waarde peildatum 1 jan. 2011
31.749
55.662
83.878
155.971
Galerijflat met lift
37.855
49.380
80.722
139.476
Galerijflat zonder lift
55.535
54.319
81.468
136.637
Portiekflat met lift
65.174
62.400
92.782
147.934
Portiekflat zonder lift
15.170
21.990
68.050
110.025
Maisonnette
24.051
28.073
66.189
123.852
Duplexwoning
36.774
45.725
72.723
134.370
Onzelfstandige eenheid
25.340
16.806
43.329
57.476
Technisch type (gemiddelde waarde per verhuureenheid)
Eengezinswoningen
Garage
6.041
3.795
10.349
8.792
Bedrijfspand
211.465
361.893
184.311
227.368
Verzorgingsappartement
107.368
113.267
88.197
115.278
Ontwikkeling van vermogen en resultaat Op basis van het gedefinieerde beleid en de voorgenomen projecten hebben wij de financiële meerjarenraming opgemaakt. In de onderstaande tabel zijn de uitkomsten hiervan gepresenteerd. Tegen de achtergrond van de (aannames in) de bovenstaande ontwikkelingen en aanstaande projecten, hebben we een doorrekening gemaakt voor de komende jaren. We geven de ontwikkelingen voor de komende jaren in enkele relevante kengetallen weer (cijfers 2012: op basis van geconsolideerde jaarrekening).
92
Omschrijving (bedragen x € 1.000) Resultaat 1 Eigen vermogen Balans totaal Solvabiliteit Operationele kasstroom Genormeerde 2% aflossing -/Boven de norm WSWfinanciering Investeringskasstroom Verkoopopbrengst bestaand bezit 1)
2012 werkelijk
2013 fmr
2014 fmr
2015 fmr
2016 fmr
2017 fmr
11.129 474.030 1.598.829 29,6%
‐16.035 463.096 1.732.135 26,7%
40.275 503.370 1.770.324 28,4%
43.721 547.091 1.797.989 30,4%
54.201 601.292 1.825.672 32,9%
49.370 650.662 1.835.919 35,4%
33.988
28.722
44.331
50.125
52.928
47.811
18.627
18.643
20.754
20.958
21.194
20.452
15.361 93.572
10.079 201.395
23.577 64.939
29.167 75.203
31.734 30.651
27.359 25.172
23.700
18.064
13.134
15.015
20.420
12.491
Voor 2012 is in de tabel het resultaat volgens de winst- en verliesrekening weergegeven. Daarnaast is in 2012 sprake van een directe mutatie van de reserves van per saldo € 183,4 miljoen. Dit surplus vloeit voort uit ongerealiseerde waardestijgingen op sociaal vastgoed. Voor de jaren vanaf 2013 zijn in de tabel als resultaat de netto-vermogenstoenames opgenomen omdat de FMR geen onderscheid maakt tussen gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardevermeerderingen.
Bij de doorrekening in de financiële meerjarenraming (fmr) hebben we de volgende uitgangspunten gehanteerd: Op te leveren (bedragen x € 1.000) Aantal nieuwbouw/aankoop verhuureenheden Directe verkoopopbrengst bestaand bezit Aantal te verkopen eenheden bestaand bezit Resultaat nieuwbouw koopwoningen Afboeking bedrijfswaarde in verband met sloop1 Aantal te slopen verhuureenheden Huurverhoging, jaarlijks2 Looninflatie 1) 2)
2013
2014
2015
2.184 18.064 136 1.613 n.v.t. 89 4,25% 3,75%
424 13.134 105 3.778 n.v.t. 542 3,5% 3%
800 15.015 119 0 n.v.t. 273 3,5% 3%
2016
2017
194 158 20.420 12.491 138 97 0 1.128 n.v.t. n.v.t. 114 8 3,5% 3,5% 3% 3%
Sloop wordt volgens de rekenregels RJ 645 meegenomen in de bedrijfswaarde, waardoor er geen afboeking door sloop meer plaatsvindt. In de eerste 5 jaar is rekening gehouden met inkomensafhankelijke huurverhoging, waardoor de reguliere huurverhoging gemiddeld 1,82% boven inflatie is. Dit geldt ook voor bestaande eenheden die over de aftoppings- of liberalisatiegrens gaan. Voor op te leveren nieuwbouw is 1,5% boven inflatie gehanteerd.
Aan de hand van de cijfers kunnen de volgende conclusies worden getrokken: Aan de hand van de kerncijfers, zoals hiervoor opgenomen onder Ontwikkeling van vermogen en resultaat, worden de volgende conclusies getrokken: 1. Onder normale economische omstandigheden is de financiële situatie van WonenBreburg bestendig. 2. De investeringsopgaaf waarmee rekening is gehouden, is fors en het behalen van de verkoopopbrengst en het verkoopresultaat zijn voor het realiseren van de investeringsopgaaf onontbeerlijk. De recente oordelen van CFV en WSW zijn postief.
93
Verbindingen: deelnemingen en samenwerkingen Nevenstructuur
Deelnemingen
A Minderheidsbelangen Deelnemingen Laurentius/WonenBreburg VOF Samen met woningcorporatie Laurentius werken wij in een vof (op basis van 50/50) aan de uitvoering van het herstructureringsproject BinnenBuiten (voormalig Brabant Water-terrein). Het project omvat: * 101 appartementen met een huurprijs onder de liberaliseringsgrens * 43 appartementen met een huurprijs boven de liberaliseringsgrens * 132 appartementen die in eerste aanleg bestemd waren voor de verkoop. Mede door de macroeconomische ontwikkelingen stagneerde de verkoop en waren er bij de oplevering uiteindelijk 4 appartementen verkocht. De resterende 128 appartementen zijn via het Te Woon-concept verhuurd. * 253 parkeerplaatsen In het jaar 2012 heeft WonenBreburg met Laurentius onderhandelingen gevoerd over de overname van een viertal projecten, waaronder project BinnenBuiten, door overname van 50% eigendomsrechten van Laurentius in de VOF. De overige projecten betreffen de overname van 2 bestaande wooncomplexen in Tilburg, namelijk Oostertuin (59 bereikbare appartementen en 59 parkeerplaatsen) en 94
Wijhof (32 bereikbare grondgebonden eengezinswoningen, 14 bereikbare appartementen en 12 geliberaliseerde grondgebonden eengezinswoningen). Het andere project, in Breda, is Brouwhof (148 bereikbare appartementen en 231 parkeerplaatsen). De afspraken over de overname van deze 4 projecten hebben we vastgelegd in de termsheet-overeenkomst van 16 november 2012 en zijn inmiddels geëffectueerd. De externe accountantscontrole van de jaarrekening 2011 is tot op heden nog niet afgewikkeld. Gezien de huidige situatie bij Laurentius, waaronder lopende externe en interne onderzoeken naar projecten en verscherpt toezicht op de corporatie namens de minister van Binnenlandse Zaken, is de externe accountant niet in staat de controle ook in formele zin af te ronden. Het resultaat volgens de concept-jaarrekening 2012 bedraagt negatief € 1.396.703. Cofier Bouwontwikkeling BV WonenBreburg neemt per 31 december 2012 in financiële zin voor 25% deel in Cofier Bouwontwikkeling BV in Tilburg. De doelen van de vennootschap zijn: • •
de verwerving van nieuwbouwprojecten in de regio Midden-Brabant (SMB-gebied); de coördinatie, begeleiding en uitvoering van nieuwbouw-, renovatie- en onderhoudsprojecten en alles wat rechtstreeks of zijdelings verband houdt met deze werkzaamheden of daarvoor bevorderlijk is.
De deelneming waarderen wij volgens de nettovermogenswaarde. Het aandeel in het behaalde resultaat voor WonenBreburg bedraagt € 42.365. Dit bedrag is ten gunste van het jaarresultaat verantwoord. Breedband Tilburg BV Stichting WonenBreburg heeft een belang in Breedband Tilburg BV. Het belang bedraagt 24,33%. Het doel van de bv is het in eigendom verwerven en beheren van een glasvezelinfrastructuur in de regio Tilburg. Deelname staat open voor alle organisaties, instellingen en bedrijven in de regio. De deelneming waarderen wij volgens de nettovermogenswaarde, maar niet lager dan nihil. Over 2012 heeft Breedband Tilburg BV een positief resultaat behaald van € 36.291. Aangezien de deelneming een negatieve nettovermogenswaarde heeft, is in het jaarresultaat van Stichting WonenBreburg geen resultaat Breedband Tilburg BV verantwoord. Stichting Brabants Investeringsfonds Nieuwbouwwoningen Project Havenmeester Wij hebben deze stichting ultimo december 2010 samen met de provincie Noord-Brabant en de gemeente Tilburg opgericht. Het doel van deze stichting is te zorgen voor een deel van de financieringsmiddelen van de onverkochte eenheden van het project Havenmeester bij oplevering in 2013. WonenBreburg is deelnemer in het fonds en heeft een afnamegarantie afgegeven voor de onverkochte eenheden. Het resultaat volgens de jaarrekening 2012 bedraagt negatief € 10.169.
B Meerderheidsbelangen: dochtermaatschappijen en joint ventures WonenBreburg Holding BV Onder WonenBreburg Holding BV zijn de project-bv’s WonenBreburg Project Quirijnboulevard BV, WonenBreburg Project Talmazone BV, WonenBreburg Project Forum BV, WonenBreburg Project Groeseind BV en WonenBreburg Project Dr. Struyckenplein BV geplaatst, waarin de deelnames in projectontwikkeling in vof-verband zijn opgenomen. Ook Stadsontwikkelingsmaatschappij Tilburg BV en Duurzame Energie Exploitatie WonenBreburg BV zijn onder WonenBreburg Holding BV geplaatst.
95
In het kader van de opheffing/ontbinding van VOF WOM Quirijnboulevard Tilburg hebben de vennoten besloten het boekjaar te verlengen tot 26 april 2013. De cijfers per die datum kunnen als de slotbalanscijfers van de VOF WOM worden beschouwd. De stand per 31-12-2012 is verwerkt in de jaarcijfers van WonenBreburg Project Quirijnboulevard BV. Het behaalde resultaat in WonenBreburg Holding BV bedraagt positief € 1.182.513 De opbouw van dit resultaat is als volgt: Resultaten dochter-bv’s: 1.
WonenBreburg Project Quirijnboulevard BV
2.
WonenBreburg Project Talmazone BV
-/- 92.208
3.
WonenBreburg Project Groeseind BV
+/+ 77.466
4.
WonenBreburg Project Forum BV
-/- 22.059
5.
WonenBreburg Project Dr. Struyckenplein BV
-/- 16.570
6.
Duurzame Energie Exploitatie WonenBreburg BV
-/- 10.676
7.
Stadsontwikkelingsmaatschappij BV
8.
WonenBreburg Holding BV
-/- 16.925
9.
WonenBreburg Haagpoort BV
+/+ 1.667
Totaal
+/+ 2.048.790
-/- 786.972
+/+ 1.182.513
Bij de vennootschappen onder firma beschrijven we het resultaat van de relevante moeder-bv’s en de mogelijke risico’s. Duurzame Energie Exploitatie WonenBreburg BV WonenBreburg heeft een 100% belang in DEE WonenBreburg BV. Het doel van deze vennootschap is het leveren van (warm) tapwater, warmte en koude en energiediensten. In de Duurzame Energie Exploitatie WonenBreburg BV is het beheer en de exploitatie van de warmte- en koelinstallaties van Heinsiushof, Theresia’s Rozen, Intermezzo, Tussen de Meesters, Heikant en Spring ondergebracht. Het uitgangspunt hierbij is om ten minste tot een kostendekkende exploitatie te komen. Het resultaat bedroeg in 2012 € 10.676 negatief. De Stadsontwikkelingsmaatschappij Tilburg BV is opgericht om bouw- of herbouwprojecten in stand te houden, te verbeteren, te financieren en uit te voeren in het belang van de volkshuisvesting en stedelijke vernieuwing. Hieronder vallen ook de op- en herbouw en ontwikkeling van registergoederen. Een andere doelstelling van de vennootschap is het voor eigen rekening verkrijgen, vervreemden, bezwaren, exploiteren, huren en verhuren van registergoederen. WonenBreburg Holding BV participeert hierin voor 25%, net als de gemeente Tilburg, Tiwos Holding BV en Stichting TBV Wonen. Het aandeel in het resultaat 2012 bedroeg € 786.972 negatief, wat met name betrekking heeft op een afwaardering van het vastgoed in 2011. WonenBreburg Holding BV is een houdstermaatschappij. Het verantwoord eigen resultaat heeft betrekking op het bedrijfsmatige beheer van de bv. Onder de specifieke project-bv’s zijn vennootschappen onder firma geplaatst ten behoeve van de projectontwikkeling die wij met derden verrichten. Vennootschappen onder firma WonenBreburg neemt met een aantal bouwondernemingen deel in 5 vennootschappen onder firma. In deze vof’s werken wij gezamenlijk aan projectontwikkeling. Ultimo 2012 nam WonenBreburg deel in de volgende vof’s: 96
VOF WOM Quirijnboulevard Tilburg. Dit betreft de realisatie van het project Quirijnboulevard in 5 deelplannen. Er is in 2012 veel discussie geweest over het al dan niet uitvoeren van de laatste 2 deelfasen, deelplan Park Noord ( appartementen) en deelplan Nobelstraat (patiobungalows/parkwoningen). De vennoten (gemeente Tilburg en WonenBreburg) hebben besloten deze 2 deelplannen op dit moment niet meer uit te voeren. In dit kader hebben we besloten om tot een finale, financiële afwikkeling te komen van het project en de VOF WOM op te heffen / te ontbinden. Het besluit daartoe is door de vennoten in het voorjaar van 2013 genomen en indachtig dit besluit is het boekjaar verlengd tot en met 26 april 2013. Het aandeel in het gerealiseerde resultaat bedraagt € 115.908 positief.
Ontwikkelingscombinatie WonenBreburg & Nederlandse Bouwunie VOF. Dit is een project in uitvoering van de bouw van 408 eenheden, waaronder appartementen en eengezinswoningen. Via een vof-structuur participeren we met de NBU in de realisatie van dit project. De resultaten in het project nemen we afhankelijk van de voortgang van de bouwfasen. Het aandeel in het gerealiseerde resultaat 2012 voor WonenBreburg Project Talmazone BV bedraagt € 67.036 positief. In het kader van de overeengekomen achtervangregeling neemt WonenBreburg 25 appartementen over.
VOF Forum. Dit project behelst de realisatie van 61 eenheden in de koopsfeer en 145 (sociale) huurwoningen en zorgwoningen, almede enkele commerciële ruimten. Het aandeel in het gerealiseerde resultaat 2012 bedraagt nihil.
VOF Groeseind. Dit is een groot, binnenstedelijk herstructureringsproject in de wijk GroeseindHoefstraat. Het gaat om de realisatie van eengezins- en patiowoningen, appartementen en enkele eenheden via particulier opdrachtgeverschap. Het aandeel in het gerealiseerde positieve resultaat 2012 voor WonenBreburg Project Groeseind bedraagt € 78.742 positief.
VOF Ontwikkelingscombinatie Dr. Struyckenplein. In de Bredase wijk Heuvel geven wij inhoud aan de realisatie van 3 blokken, te weten: a. winkelblok met 100 huurappartementen en 1 commerciële ruimte; b. maatschappelijke voorzieningenblok, 47 huurappartementen en 1 commerciële ruimte voor de verhuur; c. torenblok dat bestaat uit 56 koopappartementen en 1 commerciële ruimte. Het aandeel in het gerealiseerde resultaat 2012 voor WonenBreburg Project Dr. Struyckenplein BV bedraagt € 2.602 negatief.
Risicomanagement: stresstest Wij voeren ten minste 2 maal per jaar een zogeheten stresstest uit, waarbij wij, ter beoordeling van onze financiële continuïteit, op basis van een drietal scenario’s doorrekeningen maken op onder meer liquiditeit, solvabiliteit en financierbaarheid. De dimensies die in de stresstest betrokken worden zijn: • waardeontwikkeling grondposities met daaraan gerelateerd debiteurenrisico van de medeontwikkelingspartner; • waardeontwikkeling en aantal te verkopen eenheden uit bestaande portefeuille; • risico’s in de financieringsmarkt; • stagnerende verkoop nieuwbouwportefeuille; • continuïteitsrisico individuele corporaties; • stagnerende huurverhoging waartegenover kostenstijging wel doorloopt; •
oplopende incassorisico’s als gevolg van inkomensterugval bij huurders.
De uitkomsten geven inzicht in de ontwikkeling van het eigen vermogen en de operationele kasstroom, met als basis de cijfers zoals die in de financiële meerjarenraming zijn opgenomen. 97
Kengetallen 2012 WonenBreburg (geconsolideerd) Kengetallen op 31 december 1 Aantal woningen 2 Aantal garages en stallingplaatsen 3 Aantal bedrijfsruimtes 4 Aantal verhuureenheden 5a Cumulatief aantal woningen verkocht met ‘verkoop onder voorwaarde’(v.o.v.) (exclusief doorverkopen) 5b Cumulatief aantal woningen nieuwbouw verkocht onder Koopgarant (minus 8 doorverkopen) 6 Aantal woningen met een huurprijs < € 366,37 (2010: <
2012 26.458 3.162 270 29.890 755
2011 26.085 3.030 262 29.376 584
2010 26.042 2.935 244 29.221 449
99
107
87
6.846
9.152
8.014
2,17% 5.220 2.972 1,26%
1,2% 5.068 2.776 0,87%
1,2% 4.959 2.927 1,11%
14,6% 8,8%
13,7% 8,2%
14,1% 8,1%
474.030 88.516
279.246 119.887
282.421 75.239
1.259 29,6% 41,0%
1.511 20,6% 11,4%
2.076 22,8% 5,1%
4,17% 4,88% 0,31 133.710 11.028 -20.054 31.731 970 21,5% 2.140.974 40,31% 2,14 408,1
4,32% 3,75% 0,40 130.094 11.563 14.435 14.235 1.313 22,1% 2.334.184 35,15% 1,84 417,3
€ 357,57; 2011: < 361,67) 7 8 9 10 11a 11b 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 1 2 3 4 5
Gemiddelde huurverhoging per 1 juli Jaarhuur per woning in € Huurderving x € 1.000 1
Huurachterstand in % van de jaarhuur Mutatiegraad 4
Mutatiegraad Totaal groepsvermogen5 x € 1.000 2
Voorzieningen bestaand beleid x € 1.000 (exclusief herrubricering) Overige voorzieningen x € 1.000 Solvabiliteit totaal eigen vermogen5 3
Rentabiliteit eigen vermogen Gewogen gemiddelde rentekostenvoet(vennootschappelijk) 4,04% Rentabiliteit totale vermogen 14,27% Current ratio (liquiditeit) 0,53 Huren x € 1.000 139.673 Vergoedingen 12.089 Jaarresultaat x € 1.000 11.129 Totaalresultaat inclusief vermogensmutatie x € 1.000 194.540 Onderhoudsuitgaven per verhuureenheid in € 1.305 Managementkosten in % van de jaarhuur 21,0% aeDex-waarde totaal 2.138.444 Loan to value (aeDex-waarde) 45,80% Rentedekkingsgraad 2,06 Personeelsformatie (fte) 399,1
Vanaf 2010 zijn de overige vorderingen op huurdebiteuren in dit saldo opgenomen. Na aanwending voorziening met activa in ontwikkeling. Rentabiliteit eigen vermogen is inclusief (ongerealiseerde) vermogensvermeerderingen die niet via het resultaat, maar direct aan de reserves zijn toegevoegd. Voor 2012 bedraagt deze vernogensstijging per saldo € 183,4 miljoen; voor 2011 per saldo € 51,7 miljoen. Exclusief studentenwoningen. Toename groepsvermogen/eigen vermogen eind 2012 is vooral een gevolg van herwaardering sociaal vastgoed direct in de reserve.
Met ingang van 2012 baseren we de kengetallen op de geconsolideerde jaarrekening. Verder zijn de jaarrekening en de vergelijkende cijfers over 2011 ingrijpend gewijzigd vanwege de stelselwijziging op basis van de herziene richtlijn RJ 645. Vanwege deze veranderingen zijn de kengetallen over 2012 aangepast en waar nodig ook de gegevens over 2011.
98
BSC-resultaat 2012 In 2012 hebben wij het huidige BSC-overzicht gehandhaafd voor onze interne sturing. De normen van de prestatie-indicatoren worden jaarlijks geëvalueerd en opnieuw vastgesteld. Strategisch resultaatgebied
prestatie-indicator klant tevredenheid huurders afhandeling klachten dienstverlening energielabels woningbezit maatschappij toewijzingen aan primaire doelgroep conform BBSH toewijzingen aan primaire doelgroep conform EU regeling markt leegstandsduur verkoop huurwoningen [1] voortgang en opgeleverde nieuwbouwwoningen organisatie doorstroming medewerkers ziekteverzuim geld realisatie versus begroting gemiddelde verkoopwinst per woning
1 1 1 3 3
4 4 4
5 5 5 4
resultaat 2012
resultaat 2011
resultaat 2010
+ + -
+ +
+ +
+
=
=
+
+
n.v.t.
+ +/+
+ +/+
+ +
+/-
+ -
-
+ +
+ -
+ +
Legenda met betrekking tot resultaat + = *
[1]
risico risico risico norm
neemt af blijft gelijk neemt toe was nog niet bepaald
Aantallen verkoop voor 2012 behaald; risico met betrekking tot de verkopen neemt gezien de economische ontwikkelingen toe.
99
Bijlage bij Volkshuisvestingsverslag 2012 Stichting WonenBreburg Tabellen bij Hoofdstuk 1 Huisvesten van onze doelgroep
Tabel 1 Woonruimteverdeling in 2012
Inschrijving woningzoekenden in stad totaal Aantal nieuw ingeschreven woningzoekenden Aantal woningzoekenden naar specifieke doelgroep: urgentiekandidaten WMO- en AWBZ-indicatie Inschrijftijd voor toewijzing in maanden (incl. e.i.d.)**** Aantal toewijzingen aan urgenten door WonenBreburg Aantal toewijzingen aan bijzondere doelgroepen Aantal toewijzingen aan statushouders/ asielaanvragers door WonenBreburg Aanbiedingsgraad per huurwoning van WonenBreburg
Breda
Tilburg 46.271
Studenten Breda 3.593**
Studenten Tilburg 2.427**
31.182 7.803
8.531
2.905**
2.211**
1 66 46,8
6 613 54,5
4,4***
2,3***
0
25
51
88
9
22
3,2
2,8*
2,3
2,4
* exclusief groepsaanbiedingen. ** cijfers zijn op basis van studieplaats Breda en Tilburg, want in Klik voor Kamers geldt geen bindingseis qua opleiding. *** betreft de inschrijfduur voor de studentenkamer, onzelfstandige verhuureenheid. **** e.i.d.= extra inschrijfduur vanwege persoonlijke omstandigheden, zoals scheiding met zorgplicht voor kinderen.
Tabel 2 Mutatiegraad onderhouden woningen in 2012 (inclusief studenten) Vergelijking mutatiegraad Mutatiegraad vestigende huurder Mutatiegraad vertrokken huurder Mutatiegraad onderhouden wo1 ning
Breda 9,3% 8,6% 10,1%
ST Breda 53,7% 73,3%
Tilburg 8,5% 8,5% 14,8%
ST Tilburg 47,6% 60%
WB
WB excl. ST 14,6% 8,8% 14,9% 8,5% 13,2%
1
Mutatiegraad onderhouden woning: Breda en Tilburg is incl. ST.
Tabel 3 Verhuurbaarheid conform BBSH in 2012 In aantallen
Breda Tilburg
ST Breda
ST Tilburg
WB
WB in %
Toewijzingen primaire doelgroep Toewijzingen buiten primaire doelgroep
491
985
580
1.248
3.304
86,1%
239
268
4
21
532
13,9%
Totaal
730
1.253
584
1.269
3.836
In %
Breda
Tilburg
WonenBreburg
Toewijzingen primaire doelgroep
81,5%
88,5%
86,1%
Toewijzingen buiten primaire doelgroep
18,5%
11,5%
13,9%
100
Tabel 4 Verhuur van woningen aan primaire doelgroep conform BBSH in 2012
% t.o.v. totaal
WB Jonger dan 65 < € 22.025 (alleenstaand) Ouder dan 65 < € 20.675 (alleenstaand) Jonger dan 65 < € 29.900 (meerpersoons) Ouder dan 65 < € 28.225 (meerpersoons) Totaal Jonger dan 65 < € 22.025 (alleenstaand) Ouder dan 65 < € 20.675 (alleenstaand) Jonger dan 65 < € 29.900 (meerpersoons) Ouder dan 65 < € 28.225 (meerpersoons) Totaal Jonger dan 65 < € 22.025 (alleenstaand) Ouder dan 65 < € 20.675 (alleenstaand) Jonger dan 65 < € 29.900 (meerpersoons) Ouder dan 65 < € 28.225 (meerpersoons) Totaal
2.618 97 531
58,1%
1.918 3
toewijzingen, waarvan
30
met een huurprijs < 366,37
0,1% 0,9%
58 3.304 Breda
0 1.951
0% 59%
854
606
56,6%
20 189
0
toewijzingen, waarvan
17
met een huurprijs < € 366,37
0% 1,6%
8 1.071 Tilburg
0 623
0% 58,2%
1.764
1.312
58,8%
77 342
3
toewijzingen, waarvan
50 2.233
13
met een huurprijs < € 366,37
0 1.328
0,1% 0,6% 0% 59,5%
Tabel 5 Overzicht verhuur van woningen naar doelgroep in 2012 Breda Laag: tot en met € 366,37 Midden: van € 366,38 tot € 561,99 Hoog: vanaf € 561,99 Totaal
absoluut aantal toewijzingen 648 459 248 1.355
% t.o.v. het totaal 48% 34% 18% 100%
Tilburg Laag: tot en met € 366,37 Midden: van € 366,38 tot € 561,99 Hoog: vanaf € 561,99 Totaal
absoluut aantal toewijzingen 1.423 985 225 2.633
% t.o.v. het totaal 54% 37% 9% 100%
Huisvesten bijzondere doelgroepen
Tabel 6 Aantal gehuisveste internationale studenten in 2012 Breda Tilburg
• Avans Hogescholen • NHTV • Universiteit van Tilburg • Fontys Hogescholen Totaal
175 348 377 17 917
101
Huurrprijsbeleid voor onze doelgroep
Tabe el 7 Woningb bezit (exclusie ef gemeubileeerde verhuu ur, tijdelijke verhuur v en b buitenlandse e studenten) o onderverdee eld in prijskla assen huur peer 31-12-2012 2 woningen w Tilburg
woningen studenten Tilburg 9,45% (2.514) 0,54% (145) 0,01% (2)
woninge en Bred da
wonin ngen studen nten Brreda 3,886% (1..027) 0,222% (59) 0,000% (0)
woningen WonenW Bre eburg 25,73% (6.846) ( 62,57% (16.634) 7,98% (2.021) (
Goed dkoop 7,73% 4,69% (< € 3 366,37) 50) (2.055) (1.25 21,05 % Betaa albaar 40,76% 95) (5.59 (€ 366 6,38 – ≤ € 561,98) (10.835) 3,01% Duur tot huurtoeslag4,96% 00) (70 grenss (1.319) (€ 561,99 – ≤ € 664,66) 0,001% 0,02% 1,89% 3,72% Duur boven huurtoe1,80% 38) (5) (33 (2) (821) grens slagg (476) ( > € 664,67) Goed dkoop (< € 36 66,37), betaa albaar (€ 366,,38 – ≤ € 561,98), duur to ot huurtoeslaaggrens (€ 56 61,99 – ≤ € 664 4,66), duur bo oven huurtoeslaggrens ( > € 664,67).
el 8 Prijs-kwa aliteitverhou uding bezit zzelfstandige e eenheden (peildatum: ( 31 decembe er 2012) Tabe Gemiiddeld aantal punten WW WS Puntp prijs o.b.v. ne etto huur Puntp prijs t.b.v. strreefhuren Gemiiddelde netto o huurprijs per p woning p per maand
Brreda 131 € 3,38 € 3,69 € 444
Tilburg 137 € 3,27 € 3,65 € 448
el 9 Prijs-kwa aliteitverhou uding bezit o onzelfstandi dige eenhede en (peildatum m: 31 decem mber Tabe 2012) 2) Gemiiddeld aantal punten WW WS Puntp prijs o.b.v. ne etto huur Puntp prijs t.b.v. strreefhuren Gemiiddelde netto o huurprijs per p woning p per maand
Bre eda 1137 € 1,,55 € 1,,56 € 2212
Tilburg 129 € 1,63 € 1,64 € 211
102
Tabellen bij Hoofdstuk 2 Huurincasso
Tabel 10a en b Kengetallen huurincasso Breda 2012 Gemiddelde huurdebiteuren Huurdebiteuren huidige huurders in €1 Totale achterstand, incl. administratiekosten, afrekeningen stook- en servicekosten, reparatiekosten (huidige en vertrokken huurders) in € Deurwaarderszaken
Tilburg
2011
2010
0,94%
0,78%
418.688
386.683
0,87%
2012 1,31%
2011 0,91%
2010 1,23%
386.787 1.101.354 1.004.221 1.036.577
)
Aantal betalingsregelingen huidige huurders Aantal betalingsregelingen vertrokken huurders Aantal uitzettingen naar reden: Huurachterstand Overlast Onderhuur Hennep Overig
1.057.931 1.069.202 1.227.193 3.165.139 2.918.048 2.559.374
522
577
766
1.058
1.490
1.347
143
169
88
459
103
209
12
8
17
42
13
22
(113) 21
26
28
(169) 68
117
56
(113) 20 0 0 6) 1 0
26 0 0 4) 0 0
18 0 0 3) 10 0
(153) 63 0 1 5 4 0
89 2 1 25 0
43 1 1 2) 11 0
De getallen tussen haakjes zijn de aantallen aangezegde ontruimingen. De aantallen achter de haakjes zijn de daadwerkelijke uitzettingen. 1) In 2010 zijn de overige vorderingen en de huurdebiteuren in dit saldo opgenomen. Voor de overige jaren zijn in dit saldo alleen de huurdebiteuren opgenomen. 2) Er zijn bovendien 26 huurovereenkomsten door bewoners beëindigd na sommatie door WonenBreburg in verband met hennep. Als er hennep in de woning wordt geconstateerd, wordt de huurder in een persoonlijk gesprek de keuze geboden om vrijwillig de huur op te zeggen en daarmee een gerechtelijke procedure te voorkomen. 3) Inclusief huuropzeggingen door bewoners na sommatie door WonenBreburg in verband met hennep. 4) Er zijn 3 huurovereenkomsten door bewoners beëindigd na sommatie door WonenBreburg in verband met hennep. 5) Er zijn bovendien 4 huurovereenkomsten door bewoners beëindigd na sommatie door WonenBreburg in verband met hennep. Als er hennep in de woning wordt geconstateerd, wordt de huurder in een persoonlijk gesprek de keuze geboden om vrijwillig de huur op te zeggen en daarmee een gerechtelijke procedure te voorkomen. 6) Er zijn 6 overeenkomsten door bewoners beëindigd na sommatie door WonenBreburg in verband met hennep.
103
Breda VAST
Gemiddelde huurdebiteuren Huurdebiteuren huidige huurders in €
1)
Totale achterstand, incl. administratiekosten, afrekeningen stook- en servicekosten, reparatiekosten (huidige en vertrokken huurders) in €
Tilburg VAST
2012
2011
2010
2012
2011
2010
0,94%
0,57%
0,75%
0,42%
0,30%
0,39%
15.620 37.709 24.291
29.514
47.638
37.755
26.949 47.106 41.596
99.021 128.462 115.366
21
98
13
98
95
47
Aantal betalingsregelingen huidige huurders
4
9
6
10
7
12
Aantal betalingsregelingen vertrokken huurders
1
1
0
1
1
2
(5) 0 (5) 0 0 0 0 0
1 1 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0
(10) 7 (10) 7 0 0 0 0
2 2 0 0 0 0
4 4 0 0 0 0
Deurwaarderszaken
Aantal uitzettingen naar reden: Huurachterstand Overlast Onderhuur Hennep Overig
De getallen tussen haakjes zijn de aantallen aangezegde ontruimingen. De aantallen achter de haakjes zijn de daadwerkelijke uitzettingen. 1) In 2010 zijn de overige vorderingen en de huurdebiteuren in dit saldo opgenomen. Voor de overige jaren zijn in dit saldo alleen de huurdebiteuren opgenomen.
Tabellen bij Hoofdstuk 3
Tabel 11 Overzicht sponsoractiviteiten BBSH 1
Sponsoractiviteit Openlucht foto-expositie Down's Upside
2
KBO Breda-Noord
3
Breda Barst
4
Haagpoort vakantieweek
doel en doelgroep April 2012-mei 2012: deze reizende expositie toont prachtige portretten van kinderen met Downsyndroom uit het boek ‘de Upside van Down’. Omdat WonenBreburg investeert in woonvoorzieningen voor bijzondere doelgroepen, steunen we deze bewustwordingsexpositie. Mei 2012: door te adverteren in het programmablad van KBO Breda-Noord sponsoren we een van de grootste seniorenorganisaties van Brabant. Zij hebben een uitgebreid scala aan ontspannings-, adviesen opleidingsmogelijkheden. Hiermee steunen we het doel om senioren volwaardig en zelfbewust aan de samenleving te laten deelnemen. September 2012: Breda Barst is een jaarlijks terugkerend, zeer populair popfestival in september in Breda. WonenBreburg sponsort het event met onder andere ons eigen springkussen. Via de kinderen laten we zien dat we investeren in de toekomst van Breda September 2012: Haagpoort Evenement draagt bij tot de leefbaarheid in de wijk. Het evenement wordt door jong en oud bezocht. Daarom sponsorden we ook het springkussen van WonenBreburg.
plaats Breda
bedrag € 1.000
Breda
€ 400
Breda
€ 2.338
Breda
€ 434
104
5
Sponsoractiviteit No-Lens festival
6
V.V. JEKA
7
Kunstwerk De Levensboom t.b.v. Heuvel, Struyckenwijk
8
Kunstwerk De meisjes van de Heuvel
9
Singelloop
10
Chatime, decembereditie
11
Teamplay@NAC
doel en doelgroep September 2012: van 'achterstandsplein' naar 'hip plein', waarin gemeente Breda en WonenBreburg samen investeerden. De pleinmanager had in 2012 de opdracht de leefbaarheid te vergroten en de ondernemers te verenigen. Dat deed hij onder andere door in 2012 en in 2011 een festival te organiseren. Bezoekers kwamen uit Heuvel én omliggende wijken. Met dit festival en andere investeringen (fysiek, economisch en sociaal) vergroten we de aantrekkingskracht van het plein voor Breda-Zuid, Westerpark en randgemeenten. Oktober 2012-oktober 2015: door een grote Bredase voetbalvereniging te sponsoren, dragen we bij aan de sportiviteit van de kinderen in Breda. Zij zijn onze toekomstige klanten. Oktober 2012: dit kunstwerk hing op een gesloopt gebouw in de wijk Heuvel. Mede dankzij onze sponsoring krijgt het na restauratie een plek op de kopgevel aan de Magelhaensstraat als de nieuwbouw op het Dr. Struyckenplein klaar is. Dit is medio 2014. Oktober 2012: dit kunstwerk hing op een gesloopt gebouw in de wijk Heuvel. Mede dankzij onze sponsoring heeft het na restauratie een nieuwe plek gekregen in de pas opgeleverde brede school Huis van de Heuvel. Hiermee dragen we bij aan de cultuur van de wijk Heuvel. Oktober 2012: tijdens dit atletiekevenement met internationale uitstraling lopen wedstrijdatleten en prestatielopers een halve marathon langs de Bredase singels. Daarnaast is het mogelijk deel te nemen aan kortere afstanden (5, 10 en 15 km) en de trim- en familieloop. Aan het event doen veel huurders van WonenBreburg mee. Daarom steunen we dit vanuit het oogpunt van sportiviteit en saamhorigheid. December 2012: Chatime is een Bredaas kindertijdschrift, voor en door kinderen gemaakt. Ze krijgen hulp van een vrijwilliger die de hoofdredactie voert. De kinderen bedenken zelf onderwerpen, interviewen en maken de artikelen. Door te adverteren dragen we bij aan de algemene ontwikkeling van de kinderen via de productie van het blad en informatie over WonenBreburg. Geheel 2012: door voor het derde jaar het partnership met Teamplay@NAC aan te gaan, dragen we bij aan de leefbaarheid in de wijken. Specifiek sponseren we bin-
plaats Breda
bedrag € 2.000
Breda
€ 3.219
Breda
€ 1.500
Breda
€ 1.500
Breda
€ 2.398
Breda
€ 535
Breda
€ 10.000
105
Sponsoractiviteit
12
T-Parade
13
Kerstmarkt Twern
14
Stichting Alleen Op Deze Aarde
15
Spint (donatie)
doel en doelgroep plaats nen Teamplay@NAC de NAC Streetleague in de wijken Heuvel, Tuinzigt en Hoge Vucht omdat sport verbroedert. Een sportieve wijk is een betere wijk. Juli 2012: de T-Parade is een jaarlijks teTilburg rugkerend evenement in Tilburg dat duizenden bezoekers trekt. WonenBreburg sponsort dit evenement omdat er veel van onze huurders bij betrokken zijn als toeschouwer of deelnemer. Daarnaast draagt het bij tot de saamhorigheid onder huurders. December 2012: kerstmarkt in wijkcenTilburg trum De Poorten voor alle bewoners van Oud-Noord. De kerstmarkt wordt onder andere door wijkbewoners georganiseerd. WonenBreburg steunt dit evenement omdat wij het belangrijk vinden dat bewoners elkaar vinden en ontmoeten. Het bevordert de saamhorigheid en daarmee de leefbaarheid in de wijk. Wij wilden vooral iets leuks doen voor de jeugd in deze wijk en hebben daarom samen met de andere corporatie de wintersleebaan gesponsord. December 2012: op 25 december organise- Tilburg ren zij jaarlijks een kerst-in voor 50plussers die eenzaam zijn en alleen de kerst doorbrengen. Doel van de stichting is eenzaamheid onder ouderen tegen te gaan. WonenBreburg sponsort deze stichting, omdat ook wij het probleem van vereenzaming onder ouderen erkennen en een stichting die dat tegengaat graag steunen. Geheel 2012: Spint is het gratis magazine Tilburg voor de betrokken Tilburger. Spint wil de participatie en de sociale samenhang bevorderen en is er in het bijzonder voor mensen in de samenleving die het minder gemakkelijk hebben. WonenBreburg sponsort Spint, omdat het dezelfde idealen nastreeft. Totaal gesponsord bedrag 2012
bedrag
€ 3.888
€ 250
€ 100
€ 1.785
€ 32.346
106
ellen bij Hoo ofdstuk 4 Tabe Omv vang van de e voorraad
Grafi fiek Woningb bezit naar bouwjaren b p per stad 2012 2
Grafiiek aantal ve erkochte won ningen naar h huurklasse in n 2012
Aantal verkochtee woningeen naar huu urklasse
Huurklasse
Duur
Tilburg
B Betaalbaar
Breda Totaal
G Goedkoop
0
20
40
60
80
10 0
120
140
woningen Aaantal verkochte w
107
Ontwikkeling van de voorraad
Tabel 12 Samenwerking met derden voor nieuwbouw (Projecten vanuit deelnemingen; dit overzicht is vanuit het perspectief van de deelneming opgesteld.) Locatie/project
samenwerking met
aandeel in deeldeelneming
WB nieuwbouwcategorie
startjaar ingree p
oplevering ingreep
Quirijnboulevard (Distler- en Nobelstraat)
Janssen de Jong
50%
koop
2013
20132015
Janssen de Jong
50%
koop
2012
Janssen de Jong
50%
commercieel
NBU
50%
NBU
Groeseind Fase 4b Groeseind Fase 4b Dr. Struyckenplein, winkelblok Dr. Struyckenplein, maatschappelijk blok Dr. Struyckenplein, torenblok Dr. Struyckenplein, torenblok Dr. Struyckenplein, winkelblok Dr. Struyckenplein, maatschappelijk blok Dr. Struyckenplein, torenblok
aantal eenheden (indien comm. ruimte m²) 57
type eenheden
prijsklasse
grondgebonden
goedkoop
2015
64
goedkoop
2012
2015
800 m²
grondgebonden BOG
huur
2011
2013
100
appartement
marktconform middel duur
50%
huur
2011
20132014
47
appartement
goedkoop
NBU
50%
koop
2012
2015
32
appartement
middel duur
NBU
50%
huur
2012
2015
32
appartement
middel duur
NBU
50%
commercieel
2011
2013
4.000 m²
BOG
NBU
25%
commercieel
2011
2013
600 m²
BOG
marktconform marktconform
NBU
50%
commercieel
2012
2014
325 m²
BOG
TOTAAL m²
5.725 m² 332
TOTAAL
marktconform
In de kolom ‘prijsklasse’ is koop tot € 200.000 ‘goedkoop’; is koop tot € 300.000 ‘middel duur’.
108
erhouden en verbetere en van de v voorraad Onde
Tabe el 13 Kerncijfe fers onderhou uds- en verbe beteringskoste ten Overrige gegeve ens financie eel
Breda
Tilburg
VA AST Wonen nBreburg
Koste en per repara atieverzoek
164
131
129
142
Koste en reparatievverzoeken pe er verhu uureenheid
505
385
188
394
Koste en mutatieon nderhoud pe er muta atie
2565
2609
53
1341
Tabe el 14 Project- en planmatig ig onderhoud d en verbete eringen op wijkniveau w in Breda
109
Tabe el 15 Project- en planmatig ig onderhoud d en verbete eringen op wijkniveau in Tilburg
110
111
Bericht van het bestuur Het bestuur is belast met het besturen van WonenBreburg, wat inhoudt dat het verantwoordelijk is voor de realisatie van de doelstellingen van WonenBreburg. Daarnaast richt het bestuur zich op de strategie, de financiering en de daaruit voortvloeiende resultatenontwikkeling en het beleid ten aanzien van de deelnemingen van WonenBreburg. Bij de vervulling van zijn taak is leidend het belang van WonenBreburg, zowel in het licht van zijn volkshuisvestelijke als ook zijn maatschappelijke doelstellingen. Het bestuur is verantwoordelijk voor naleving van relevante wet- en regelgeving en het beheersen van de risico’s die verbonden zijn aan de activiteiten van WonenBreburg. Het bestuur rapporteert hierover en bespreekt de interne risicobeheersings- en controlesystemen met de (auditcommissie van) de raad van commissarissen. Het bestuur legt verantwoording af aan de raad van commissarissen en verschaft de raad daartoe tijdig de noodzakelijke informatie. Het bestuur handelt op basis van het bestuursreglement Stichting WonenBreburg. Dit reglement is in 2012 opnieuw vastgesteld. In het verslagjaar waren er geen transacties waarbij tegenstrijdige belangen van het bestuur speelden die van materiële betekenis zijn voor WonenBreburg. Het bestuur verklaart in het verslagjaar de middelen te hebben besteed in het belang van de volkshuisvesting. Het bestuur onderschrijft de Governance Code Woningcorporaties en past deze toe. De belangrijkste bestuursbesluiten in 2012 betreffen de volgende onderwerpen: • projectontwikkeling (nieuwbouw en renovatie) • projecten groot onderhoud • maatschappelijke projecten • sponsorverzoeken • bedrijfsvoeringszaken, waaronder organisatieontwikkeling • beleidszaken • deelnemingen • meerjarenbeleid Vaststelling jaarverslag Op basis van het opgestelde jaarverslag annex jaarrekening 2012, de toelichting en de controle verklaring d.d. 18 juni 2013, deelt het bestuur mede dat het het jaarverslag 2012, inhoudende de volkshuisvestelijke verantwoording en de jaarrekening, vaststelt.
Ir. J.A. Dunnewijk Voorzitter raad van bestuur
drs. A.G.M. Streppel bestuurder
112
Bericht van de raad van commissarissen Algemeen De raad van commissarissen houdt toezicht op het beleid van stichting WonenBreburg en de met stichting WonenBreburg verbonden ondernemingen. De raad van commissarissen opereert onafhankelijk en vervult zijn toezichthoudende rol constructief kritisch en stelt zich actief op de hoogte van volkshuisvestelijke en maatschappelijke ontwikkelingen. De raad van commissarissen is tevens klankbord en adviseur van het bestuur. Daarnaast vervult de raad de rol van werkgever van het bestuur. Als algemeen toetsingskader gelden de vigerende wet- en regelgeving en de Governancecode Woningcorporaties, die zijn beslag heeft gekregen in de reglementen van WonenBreburg. Als specifiek toetsingskader geldt het meerjarenbeleidsplan van WonenBreburg. Corporate Governance Begin 2012 heeft de raad de volgende reglementen goedgekeurd die aangepast zijn op basis van de Governancecode van 2011: het bestuursreglement, het reglement van de raad van commissarissen, het reglement van de auditcommissie, het reglement van de selectie- en remuneratiecommissie en het profiel van de raad van commissarissen. Een hiermede verband houdende wijziging van de statuten is voorbereid maar nog niet geëffectueerd, vanwege op handen zijnde wijzigingen in de hervormingswet. Dit zal naar verwachting in 2013 zijn beslag krijgen. In 2012 is de Governancecode gevolgd, met uitzondering van de contractsduur van de arbeidsovereenkomsten en de beloning van de leden van het bestuur. De arbeidsovereenkomsten met de bestuursleden zijn voor de inwerkingtreding van de Governancecode voor onbepaalde tijd gesloten en gebaseerd op de destijds geldende beloningsgrondslag. Bij het aangaan van arbeidsovereenkomsten met nieuwe bestuurders zal de Governancecode onverkort gevolgd worden. Toezichthoudende rol en klankbord/adviseur In 2012 is het meerjarenbeleid van het plan uit 2009-2012 herijkt en dit resulteerde in het plan voor 2013-2016: Kaders voor WonenBreburg: continuïteit én idealen. Dit meerjarenbeleid is door de raad goedgekeurd. Daarnaast is beleid voor specifieke thema’s goedgekeurd, zoals het huurbeleid. De raad hanteert deze beleidstukken bij de rol als toezichthouder, klankbord en adviseur. De raad heeft zich vergewist van de planning- en controlcyclus van WonenBreburg. De raad is van oordeel dat de opzet en de werking daarvan adequaat zijn. Gevraagd en ongevraagd heeft de raad het bestuur adviserend bijgestaan. De raad toetst of de bepalingen uit het controleprotocol BBSH zijn opgevolgd, onder meer door verantwoording van de accountant aangaande de: •
jaarrekening en het jaarverslag;
•
kerngegevens (dVi);
•
bezoldiging van de bestuurders en commissarissen;
•
regelgeving bij verkopen;
•
controlewerkzaamheden met betrekken tot nevenactiviteiten.
De interne organisatie van de raad De raad bestaat uit zeven leden waaruit een voorzitter en een vicevoorzitter zijn gekozen. De raad heeft twee commissies: de auditcommissie en de selectie- en remuneratiecommissie.
113
Financiële verslaglegging Het behoort tot de taken van de raad om toe te zien op de naleving van procedures en richtlijnen van de (totstandkoming van de) financiële verslaglegging. Deze taak heeft de raad opgedragen aan de auditcommissie. Deze commissie voert daartoe onder andere overleg met de externe accountant. De auditcommissie heeft in 2012 het bestuur, de directeur Bedrijfsvoering & Financiën en de interne Accountant, alsmede de externe accountant voor de vergaderingen uitgenodigd. Voor de vergaderingen van de auditcommissie wordt een agenda opgesteld en een verslag gemaakt. Terugkoppeling van de vergaderingen van deze commissie vindt plaats aan de hand van de notulen die in de vergaderingen van de raad worden geagendeerd. De auditcommissie is in 2012 zes keer in vergadering bijeen geweest. De volgende onderwerpen zijn besproken: • jaarverslag 2011 WonenBreburg • jaarverslagen van deelnemingen, verbindingen en samenwerkingsverbanden • de managementletter respectievelijk interim-controle van de accountant • richtlijnen jaarverslaglegging RJ645, waardering en portefeuillekeuze • uitgangspunten parameters bedrijfswaardeberekeningen • verantwoording van Verkoop onder Voorwaarden in de jaarrekening • fiscale strategie: taxplanning, Tax Control Framework en latenties • calculatie- en presentatiemethode bij projecten/investeringen • normering investeringsbeslissingen nieuwbouw • voorschriften inzake treasury-activiteiten • stresstest WonenBreburg: opzet en toepassing • plaats en positie interne accountant, auditcharter en auditplan • beoordeling van de externe accountant • opdracht controlewerkzaamheden accountant 2012 • begroting 2013 en FMR 2013-2016 Benoemingen en herbenoemingen De benoemingstermijn van de heer J. Hexspoor eindigde op 31 december 2012. De heer Hexspoor heeft op die datum afscheid genomen van de raad. Vooruitlopend op zijn terugtreden heeft de heer H.J. Touw het voorzitterschap van de raad op zich genomen per 1 september 2012. De heer Hexspoor trad per die datum terug als voorzitter om de laatste maanden van zijn zittingstermijn als vicevoorzitter te vervullen. De raad dankt de heer Hexspoor voor zijn grote betrokkenheid bij, en inzet voor, WonenBreburg in de vele jaren dat hij als commissaris en voorzitter van de raad heeft gefungeerd. Na een openbare wervings- en selectieprocedure konden per 1 september 2012 mevrouw M. Huysmans en de heer G. Buck benoemd worden. De heer Buck heeft om persoonlijke redenen op 10 oktober 2012 bedankt voor het lidmaatschap van de raad. De heer S. Hoenderop, lid van de raad en voorzitter van de auditcommissie, is per 1 januari 2013 herbenoemd. Het uitgangspunt bij benoemingen en herbenoemingen is te allen tijde het reglement van de raad van commissarissen alsmede de vigerende profielschets van de raad en die van zijn leden. De raad tracht met elke benoeming de samenstelling van de raad meer in overeenstemming te brengen met de diversiteit die nu in het maatschappelijk verkeer wordt verwacht. Nieuwe leden wordt een introductieprogramma en opleidingsmogelijkheden op maat aangeboden.
114
Werkgeversrol Ieder jaar beoordeelt de raad van commissarissen het functioneren van het bestuur en de individuele leden. In november vond een beoordelingsgesprek plaats met het bestuur door de voorzitter en de vicevoorzitter. In 2013 zal de selectie- en remuneratiecommissie de beoordeling uitvoeren van het bestuur en de individuele leden van het bestuur. Vooraf zal worden gesproken met vertegenwoordigers van het directieteam, de ondernemingsraad en de huurdersbelangenorganisatie. In de besloten vergadering van de raad van 28 maart 2013 zijn deze uitkomsten gedeeld. Het totaaloordeel van de raad over het functioneren van het bestuur in 2012 was positief. De raad bevestigde opnieuw het vertrouwen in het bestuur. Het salaris van de bestuurders kent geen variabele component en wordt contractueel jaarlijks aangepast aan de ontwikkeling van de consumentenprijsindex. Tegenstrijdige belangen Alle commissarissen zijn onafhankelijk in de zin van bepaling III.2.2 van de Governancecode. Geen van de commissarissen heeft in een zodanige relatie tot de corporatie gestaan dat hij in formele zin niet onafhankelijk kan worden geacht. De leden van de raad van commissarissen zijn niet betrokken geweest bij transacties waarbij sprake was van tegenstrijdige belangen. De vastgestelde Governancecode is nageleefd. In het verslagjaar hebben er geen activiteiten of transacties plaatsgevonden waarbij tegenstrijdige belangen speelden. De raad ziet erop toe dat er geen leningen en/of garanties worden verstrekt aan de leden van de raad, aan de leden van de raad van bestuur en/of aan de medewerkers van WonenBreburg. Integriteitsbeleid De raad is zodanig samengesteld dat de leden ten opzichte van elkaar onafhankelijk en kritisch kunnen opereren. Het integriteitsbeleid van WonenBreburg is vastgelegd in een integriteitscode. Daarnaast kent WonenBreburg een klokkenluiderregeling. De integriteitcode is gepubliceerd op de website van WonenBreburg en wordt ook gehanteerd bij werving en selectie, en bij functionerings- en beoordelingsgesprekken. De raad realiseert zich daarbij dat nog meer dan het instrument van beide regelingen houding en gedrag ‘integer handelen’ bepalen. Overleg met de ondernemingsraad De voorzitter en een lid van de raad voeren twee keer per jaar een gesprek met de ondernemingsraad. Bij deze besprekingen is de raad van bestuur niet aanwezig. De raad van commissarissen acht een dergelijk overleg zinvol en vruchtbaar. Voorts ontvangen de leden van de raad afschriften van de goedgekeurde verslagen van de overlegvergaderingen tussen de ondernemingsraad en de bestuurder. Overleg met belanghebbenden De raad ziet erop toe dat belanghebbenden van WonenBreburg periodiek in staat gesteld worden het beleid van WonenBreburg te beïnvloeden. In 2012 hebben de belanghebbenden actief deelgenomen aan het visitatietraject. Verder bestaan er met afzonderlijke partners contracten, afspraken, convenanten of overlegvormen die maatwerk bieden. Dit varieert van meerjarige strategische allianties tot samenwerkingsverbanden en klant-/leveranciersrelaties op projectniveau. De raad wordt actief geïnformeerd over deze contacten door het bestuur. Waar dat aan de orde is, wordt goedkeuring voor samenwerking gevraagd.
115
De leden van de raad die namens de huurders vertegenwoordigd zijn, maar ook andere commissarissen, hebben diverse bijeenkomsten van huurdersbelangenorganisaties bijgewoond. Een keer per jaar bezoekt de raad met het bestuur een gedeelte van het bezit van WonenBreburg. Op 6 oktober 2012 was een dag georganiseerd om een aantal projecten in Tilburg en Breda te bezoeken. Deze projecten werden toegelicht door medewerkers en samenwerkingspartners van WonenBreburg. Samenstelling raad van commissarissen per 31 december 2012, rekening houdend met het vertrek van de heer Hexspoor: Naam
functie
geb
beroep
In
jaar
functie
aftre-
sinds
den
1. voorzitter RvC Woonkracht10 2. vicevoorzitter RvC OVO verzekeringen
2010
2017
1. lid RvC, (vicevoorzitter)
2005
2013
1. raad van overleg Solidair Pensioen Interpolis 2. beleggingscommissie Solidair Pensioen Interpolis 3. RvC CNC Holpol B.V. 4. RvC FLM Foodingredients B.V. 5. bestuurslid CFO on Lime 1. lid van RvT Woonwenz
2009
2016
2012
2020
1. lid RvT MOTI (Museum of the Image) te Breda 2. lid RvT BKKC (Brabants Kenniscentrum voor Kunst en Cultuur) 3. voorzitter bestuur Stichting tot beheer en exploitatie van de Waalse kerk Breda, 4. lid vertrouwens- commissie ongewenst gedrag, gemeente Breda 1. voorzitter bestuur Nieuwe Vorst 2. voorzitter RvT Het Zuidelijk Toneel 3. commissaris BOM 4. voorzitter RvT OVO (Openbaar Voorgezet Onderwijs) Zaanstreek 5. voorzitter RvT CFK (contractspelersfonds KNVB) 6. voorzitter RvT NISB (Nederlands instituut voor Sport en Bewegen) 7. voorzitter bestuur NIJB (Nederlandse IJshockeybond) 8. bestuurslid STAUN (Stichting Aandelen Arbo Unie)
2010
2017
2011
2018
nevenfuncties
jaar/ geslacht
voorzitter RvC lid selectie– en remuneratiecommissie lid auditcommissie vicevoorzitter RvC huurderscommissaris
1943/
voormalig
m
directeur fi-
lid RvC voorzitter auditcommissie
1962/
directeur voe-
derop
m
dingsbedrijf
M.A.P. Huysmans
lid RvC
Mr. H.J. Touw
Ing. W.P.J.M. van Dijk
Drs. S.J. Hoen-
MSc Mr. W.M.M. van Fessem
huurderscommissaris
nanciële instelling 1953/
adviseur
m
Poort 6 Gorinchem
1976/
management-
v
consultant
1949/
advocaat-
m
generaal gerechtshof Den Haag
Dr. R.L. Vreeman
Vacature
lid RvC lid selectie– en remuneratiecommissie
1947/
voormalig
m
burgemeester
lid RvC lid auditcommissie
116
Werkzaamheden van de raad In het verslagjaar hebben zes reguliere vergaderingen en één thematische vergadering plaatsgevonden. De besloten vergadering is uitgesteld naar maart 2013. Geen van de leden is frequent afwezig geweest bij de vergaderingen. Tijdens de reguliere en thematische vergaderingen was het bestuur aanwezig. In de reguliere vergaderingen zijn het beleid in het algemeen, overheidsmaatregelen en de gevolgen voor de corporatie naast onderwerpen van volkshuisvestelijk en financieel belang besproken. Daarbij zijn de consequenties en maatregelen van de relevante externe en interne ontwikkelingen met betrekking tot het te voeren beleid onderwerp van bespreking geweest. Onderstaand is weergegeven welke zaken aan de orde zijn geweest, c.q. waaraan goedkeuring door de raad van commissarissen is verleend: •
diverse herstructurering-, nieuwbouw- en grootonderhoud-/woningverbeteringplannen
•
diverse aankopen locaties en projecten in Tilburg, Breda en het middengebied
•
biedingen op onroerend goed van andere woningcorporaties
•
diverse rapportages inzake rekening en verantwoording van afgeronde projecten
•
kwartaalrapportages bedrijfsvoering (Balanced Score Card)
•
planning en uitvoering van de interne controlecyclus
•
stresstest in het kader van de financiële en economische crisis
•
jaarverslag en jaarrekening 2011
•
verantwoording van deelnemingen, verbindingen en samenwerkingsverbanden
•
managementletter van de accountant
•
opdracht aan accountant voor controlejaar 2012
•
oordeelsbrief van de minister Wonen, Wijken en Integratie
•
oprichten, opheffen en volgen deelnemingen, verbindingen en samenwerkingsverbanden
•
begroting 2013 en FMR 2013-2016
•
nieuw huurbeleid inclusief gevolgen van Europese maatregelen
•
afspraken met de gemeente Tilburg en met de gemeente Breda
•
financieringsafspraken
•
evaluatie van accountant en selectie accountant voor 2013 e.v.
•
aanpassing van reglementen aan nieuwe Governancecode
•
duurzame energie
•
visitatie, uit te voeren begin 2012
•
meerjarenbeleidsplan 2013 – 2016
•
visitatierapport
•
vaststelling in de raad te bespreken thema’s
•
wijziging en afslanking organisatie
•
personeelsaangelegenheden
De thematische bijeenkomst van februari 2012 stond in het teken van de toekomst van de studentenhuisvesting. De leden van de raad hebben ook themabijeenkomsten van het samenwerkingsverband Futura bijgewoond. Door de raad werd het bestuur decharge verleend over het gevoerde beleid en bestuur over 2011. Om te komen tot een afgewogen oordeelsvorming voor het nemen van besluiten, wordt de raad van relevante schriftelijke en mondelinge informatie voorzien door het bestuur. De besluiten zijn genomen met algemene stemmen.
117
Zelfevaluatie van de raad Jaarlijks komt de raad in een besloten vergadering bijeen en wordt zijn eigen functioneren aan de orde gesteld. De bijeenkomst heeft niet plaatsgehad in het verslagjaar maar in verband met de wisselingen in de raad op 28 maart 2013. Vergoeding De raad van commissarissen heeft de vergoedingen per 1 januari 2012 ongewijzigd bepaald op het gemiddelde van de benedengrens en de bovengrens voor woningcorporaties in zwaartegroep G zoals opgenomen in de Honoreringscode Commissarissen van de VTW (vereniging van toezichthouders in woningcorporaties). In 2012 zijn de volgende vergoedingen uitgekeerd. Naam
functie
commissaris-
vergoeding
loon
audit-
totaal
commissie Ing. W.P.J.M. van Dijk
lid
10.000
10.000
Mr. W.M.M. van Fessem
lid
10.000
10.000
Drs. A.L.W. Hexspoor MIM
voorzitter raad, vice
9.077
voorzitter raad, AC
3.965
Drs. S.J. Hoenderop
lid, voorzitter AC
M.A.P. Huijsmans
lid (v.a. september)
Mr. H.J. Touw
lid (januari t/m augus-
10.000
2.543
15.586
2.500
12.500
3.333 12.166
3.333 416
12.583
tus) en voorzitter raad (v.a. september), AC (v.a. november) Dr. R.L. Vreeman
lid
10.000
10.000
Tot slot De raad spreekt zijn waardering uit voor de door alle medewerkers van WonenBreburg geleverde prestaties in 2012. Dit was een jaar waarin enkele woningcorporaties financieel in zwaar weer terechtkwamen. Door de loyale inzet, maar vooral ook door de houding van alle betrokkenen in de afgelopen jaren, is WonenBreburg niet in die onwenselijke situatie geraakt. Mede daardoor zijn wij in staat geweest de noodzakelijke bijdrage aan de volkshuisvesting te blijven leveren. De raad ervaart het overleg met het bestuur, met de ondernemingsraad en in voorkomende gevallen met individuele functionarissen als betrokken, open en constructief. De raad dankt een ieder voor zijn of haar inzet in 2012 bij het verwezenlijken van de maatschappelijke en volkshuisvestelijke doelstellingen van WonenBreburg. Mr. H.J. Touw, voorzitter raad van commissarissen
118
Verslag van de ondernemingsraad Het voorbije jaar 2012 stond in het teken van de laatste loodjes van de inkrimping met 50 fte voor WonenBreburg. Deze doelstelling liep op 1 juli 2012 af. Het bestuur constateerde dat de 50 fte inkrimping bedrijfsbreed bereikt was. Met enige interne verschuivingen zou elke afdeling aan zijn taakstelling voldoen. Gedwongen ontslagen hebben er niet plaatsgevonden en van het sociaal statuut is slechts een enkele keer gebruik gemaakt. We doen wat we ons hadden voorgenomen: met minder mensen hetzelfde werk. Bestuur, P&O en OR keken ook vooruit naar 2013. Het meerjarenbeleidsplan voor de komende jaren moest gemaakt worden. Samen voerden wij gesprekken over goed werkgeverschap en secundaire arbeidsvoorwaarden. Er werd een vergelijking gemaakt tussen WonenBreburg en andere werkgevers zoals gemeenten, zorginstellingen en bank- en verzekeringsorganisaties. WonenBreburg scoort als goede middenmoot. Dat willen we zeker vasthouden. Op verzoek van het bestuur maakte de OR ook een vergelijking met de top 5 van de GPTW-lijst, categorie ‘middelgroot’. Op basis van een SWOT-analyse presenteerde de OR de uitkomst tijdens de overlegvergadering en later ook aan het managementteam. De afdeling P&O gaat met deze uitkomsten aan de slag om WonenBreburg als organisatie nog beter op de kaart te krijgen. Helaas was 2012 ook het jaar van imagoschade voor corporaties. Diverse misstanden kwamen aan het licht. In de directe omgeving kwamen collega-corporaties WSG en Laurentius in de problemen. Van Laurentius werden een aantal vhe’s overgenomen. WSG koos er vooralsnog voor om de problemen op een andere wijze op te lossen. Naast deze problematiek kwam de verhuurdersheffing van de overheid: een bijdrage van circa 2 miljard van de corporaties aan de overheid. In de begroting van 2013 was met een deel van deze heffing al rekening gehouden. De hoogte van het bedrag zorgde ervoor dat de begroting bijgesteld moest worden. In november deelde het bestuur via de zeepkist de organisatie mee wat dat betekent voor de komende jaren: fors bezuinigen en verder inkrimpen. De uitdaging voor bestuur, P&O en OR is, om dat in 2013 en de jaren daaropvolgend op gepaste wijze te bereiken Natuurlijk had de OR ook dit jaar weer contacten met de RvC. De OR adviseerde over 2 nieuwe leden en maakte kennis met de nieuwe voorzitter. Een prettig gesprek dat aanleiding is voor goede vooruitzichten voor de samenwerking. Begin 2012 koos de OR als speerpunt Werk! Werk voor zo veel mogelijk collega’s in een financieel gezonde organisatie die klaar is voor de toekomst. De komende jaren wordt vanuit de organisatie invulling gegeven aan het meerjarenbeleidsplan 2013-2016. Continuïteit én idealen zijn hierin de kernwoorden. Voor de OR zijn dit geen tegengestelde uitgangspunten, maar uitgangspunten die te verwezenlijken zijn via verschillende invalshoeken. Voor 2013 zal het de kunst zijn deze uitgangspunten met elkaar te verbinden; iets waar we als OR alle vertrouwen in hebben, gezien de goede verstandhouding, de open communicatie en realiteitszin bij zowel bestuur als OR. Wat ons betreft gaan we een constructief 2013 tegemoet, waarin we op inhoud met elkaar discussiëren over stabiliteit, continuïteit en idealen. Voor de OR is in 2013 een belangrijk ideaal: Werk! Hans van Domburg Voorzitter ondernemingsraad WonenBreburg
119
120
INHOUDSOPGAVE JAARREKENING 2012 Stichting WonenBreburg 6.
Jaarrekening 2012 Stichting WonenBreburg 1221
6.1. Geconsolideerde balans per 31 december 2012…………………………………………………………………….……122 6.2. Geconsolideerde winst‐en‐verliesrekening 2012………………………………………………………………….……..124 6.3. Tabel: Kasstroomoverzicht (geconsolideerd, op basis van indirecte methode)…………………….……..125 6.4. Overzicht van het totaalresultaat over 2012 ……………………………………………………..……………..….……..126 6.5. Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening……………………………………………………………………….…126 6.6. Grondslagen voor de waardering van de geconsolideerde activa en passiva……………………………….130 6.7. Grondslagen voor de bepaling van het geconsolideerde resultaat………………………………………………138 6.8. Grondslagen voor de opstelling van het geconsolideerd kasstroomoverzicht………………………………141 6.9. Toelichting op de onderscheiden posten van de geconsolideerde balans……………………………………142 6.10. Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen…………………………………………………………….159 6.11. Toelichting op de onderscheiden posten van de geconsolideerde winst‐en‐verliesrekening……….163 6.12. Enkelvoudige balans per 31 december 2012…………………………………………………………………….…………172 6.13. Enkelvoudige Winst‐en‐verliesrekening 2012……………………………………………………………………………..174 6.14. Grondslagen voor de waardering van de enkelvoudige activa en passiva in de balans………………..175 6.15. Toelichting op de enkelvoudige balans per 31 december 2012…………………………………………………...176 6.16. Toelichting op de enkelvoudige winst‐en‐verliesrekening……………………………………………….…………..185 Overige gegevens…………………………………………………………………………………………………………….………….……………191
121
6. Jaarrekening 2012 Stichting WonenBreburg 6.1. Geconsolideerde balans per 31 december 2012 6.1.1.
Tabel: Activa geconsolideerd na resultaatbestemming (bedragen x € 1.000)
Activa
31-12-2012
31-12-2011
1 Vaste activa
1.1 Materiële vaste activa 1.1.1 Sociaal vastgoed in exploitatie
1.163.878
964.746
1.1.2 Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie
46.071
30.531
1.1.3 Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie
21.667
21.814
1.231.616
1.017.091
196.677
169.249
Totaal materiële vaste activa
1.2 Vastgoedbeleggingen 1.2.1. Commercieel vastgoed in exploitatie 1.2.2. Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden 1.2.3. Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie Totaal vastgoedbelegging
92.773
86.711
3.516
21.033
292.966
276.993
2.664
5.259
1.3 Financiële vaste activa 1.3.1 Vorderingen op groepsmaatschappijen 1.3.2. Andere deelnemingen
294
890
1.3.3. Vorderingen op maatschappijen waarin wordt deelgenomen
891
661
1.3.4 Latente belastingvordering(-en)
3.043
3.356
1.3.5 Lening U/G
5.436
5.603
1.3.6 Te vorderen BWS-subsidies
958
1.314
Totaal financiële vaste activa
13.286
17.083
1.537.868
1.311.167
Totaal vaste activa 2 Vlottende activa
2.1 Voorraden 2.1.1 Vastgoed bestemd voor verkoop
12.487
242
2.1.2 Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor verkoop
11.925
21.969
2.1.3 Overige voorraden Totaal voorraden
2.1.4 Onderhanden projecten
486
436
24.898
22.647
3.788
111
1.683
1.361
488
248
16.381
15.096
2.2 Vorderingen 2.2.1 Huurdebiteuren 2.2.2 Gemeente en Rijk 2.2.3 Vorderingen op groepsmaatschappijen 2.2.4 Vorderingen op maatschappijen waarin wordt deelgenomen
30
-
134
115
2.2.6 Overige vorderingen
1.175
1.680
2.2.7 Overlopende activa
3.387
3.730
23.278
22.230
2.2.5. Belasting en premies sociale verzekeringen
Totaal vorderingen
2.3 Liquide middelen Totaal vlottende activa Totaal activa
8.996
2.063
60.960
47.051
1.598.829
1.358.218
122
6.1.2.
Tabel: Passiva geconsolideerd na resultaatbestemming (bedragen x € 1.000)
Passiva
31-12-2012
31-12-2011
474.030
279.246
Groepsvermogen 3.1. Aandeel van de rechtspersoon in het groepsvermogen 3.2 Aandeel van derden in het groepsvermogen Totaal eigen vermogen
-
-
474.030
279.246
4 Egalisatierekeningen 4.1 Egalisatierekening leveringen en diensten huurders
-
-6
Totaal egalisatierekeningen
-
-6
29.094
64.400
5 Voorzieningen 5.1 Voorziening onrendabele investeringen en herstructureringen 5.2 Voorziening latente belastingverplichtingen 5.3 Overige voorzieningen Totaal voorzieningen
256
481
1.003
1.030
30.353
65.911
6 Langlopende leningen 6.1 Leningen overheid 6.2 Leningen kredietinstellingen 6.3 Leningen groepsmaatschappijen 6.4 Waarborgsommen 6.5 Terugkoopverplichting verkoop onder voorwaarden 6.6 Overige schulden Totaal langlopende leningen
32.175
39.120
848.758
730.055
2.212
6.038
374
310
94.062
85.519
1.893
1.893
979.474
862.935
329
13.735
7 Kortlopende schulden 7.1 Schulden aan kredietinstellingen 7.2 Schulden aan gemeente 7.3 Schulden aan leveranciers 7.4 Schulden aan belastingen en sociale verzekeringen 7.5 Schulden ter zake van pensioenen 7.6 Aflossingsdeel leningen komend boekjaar 7.7 Schulden aan groepsmaatschappijen 7.8 Overlopende passiva Totaal kortlopende schulden Totaal passiva
2.505
3.609
12.491
11.207
2.241
7.175
374
414
56.545
75.898
36
98
40.452
37.995
114.973
150.131
1.598.829
1.358.218
123
6.2.
Geconsolideerde winst-en-verliesrekening 2012
6.2.1.
Tabel: Geconsolideerde winst-en-verliesrekening 2012 (bedragen x € 1.000)
Bedrijfsopbrengsten A.
Huren
B.
Opbrengsten servicecontracten
C.
Overheidsbijdragen
D.
Nettoverkoopresultaat vastgoedportefeuille
2012
2011
139.673
133.710
12.089
11.028
17
35
383
175 2.694
E.
Geactiveerde productie eigen bedrijf
2.703
F.
Overige bedrijfsopbrengsten
1.492
6.839
156.357
154.481
46.456
39.444
Totaal bedrijfsopbrengsten Bedrijfslasten G. Afschrijvingen materiële vaste activa en vastgoedportefeuille H.
Overige waardeveranderingen materiële vaste activa en vastgoedportefeuille
-3.710
41.882
I.
Lonen en salarissen
19.270
19.201 2.681
J.
Sociale lasten
2.835
K.
Pensioenlasten
3.556
3.542
L.
Onderhoudslasten
33.485
23.598
M.
Leefbaarheid
N.
Lasten servicecontracten
O.
Overige bedrijfslasten
Totaal bedrijfslasten Bedrijfsopbrengsten minus bedrijfslasten P. Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille Resultaat waardeverandering vastgoed Q.
Opbrengst van vorderingen die tot de vaste activa behoren
R.
Andere rentebaten en soortgelijke opbrengsten
S.
Rentelasten en soortgelijke kosten
Saldo financiële baten en lasten Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening voor belasting T. Belastingenresultaat uit gewone bedrijfsuitoefening U. Resultaat deelnemingen Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening na belastingen
1.392
1.069
10.573
9.889
20.673
26.237
134.530
167.544
21.827
-13.063
21.365
25.131
21.365
25.131
5.930
3.325
334
409
37.490
35.518
-31.226
-31.784
11.966
-19.716
-89
-65
-749
-273
11.129
-20.054
De vergelijkende cijfers over 2011 in de winst-en-verliesrekening 2012 zijn aangepast vanwege een stelselwijziging door toepassing van de herziene richtlijn RJ645
124
6.3 6.3.1.
Tabel: Kasstroomoverzicht (geconsolideerd, op basis van indirecte methode) Tabel: Kasstroomoverzicht (bedragen x € 1.000)
Bedrijfsresultaat Aanpassingen voor: ‐ Afschrijvingen (en overige waardeveranderingen) ‐ Mutatie egalisatierekeningen ‐ Mutatie voorzieningen ‐ Overige ‐ Veranderingen in werkkapitaal: . mutatie operationele vorderingen . mutatie voorraden . mutatie onderhanden projecten . mutatie operationele schulden
Kasstroom uit bedrijfsoperaties
2012
2011
21.827
‐13.063
42.746 6 ‐11.237
81.326 ‐145 40.574
‐1.048 9.723 ‐3.677 ‐4.907 91
7.056
53.433
115.748
Ontvangen interest Betaalde interest Winstbelasting
Kasstroom uit operationele activiteiten Investeringen in immateriële vaste activa Desinvesteringen immateriële vaste activa Investeringen in materiële vaste activa Desinvesteringen materiële vaste activa Investeringen in vastgoedbeleggingen Desinvesteringen vastgoedbeleggingen Investeringen in financiële vaste activa Desinvesteringen financiële vaste activa Kasstroom uit investeringsactiviteiten
‐8.857 8.748 ‐111 7.276
6.264 ‐35.071
1.388 ‐33.620
‐28.807
‐32.232
24.626
83.516
‐93.095 8.840 ‐30.440 3.901 ‐702 3.899 ‐107.597
Mutatie rekening‐courantschuld kredietinstellingen Ontvangsten uit langlopende schulden Aflossingen van langlopende schulden Mutatie terugkoop verplichtingen V.o.V.
‐131.967 8.930 ‐45.116 ‐1.327 1.011 ‐168.469
‐13.406 174.367 ‐85.724 14.667
8.887 98.772 ‐47.059 21.408
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
89.904
82.008
Mutatie geldmiddelen
6.933
‐2.945
*Operationele schulden = kortlopende schulden ‐/‐ schulden aan kredietinstellingen ‐/‐ aflossingsdeel leningen komend jaar ‐/‐ niet vervallen rente
125
6.4. Overzicht van het totaalresultaat over 2012 6.4.1.
Tabel: Overzicht van het totaalresultaat 2012 (bedragen x € 1.000)
Overzicht van het totaalresultaat over 2012 Geconsolideerd nettoresultaat na belastingen Herwaardering materiële vaste activa sociaal vastgoed direct in reserve Mutatie ongerealiseerd resultaat toekomstige verkopen Gerealiseerde herwaardering t.l.v. het eigen vermogen Totaalresultaat
Overzicht van het totaalresultaat over 2012 Geconsolideerd nettoresultaat na belastingen Herwaardering materiële vaste activa sociaal vastgoed direct in reserve Mutatie ongerealiseerd resultaat toekomstige verkopen Gerealiseerde herwaardering t.l.v. het eigen vermogen Totaalresultaat
2012 11.129 197.838 ‐1.779 ‐12.404 194.784
2012 11.129 197.838 ‐1.779 ‐12.648 194.540
2011 ‐20.054 52.905 10.582 ‐11.703 31.731
2011 ‐20.054 52.905 10.582 ‐11.703 31.731
De herwaardering wordt bij realisatie verwerkt in de winst-en-verliesrekening; het bedrag van de gerealiseerde herwaardering maakt ook deel uit van het in het overzicht gepresenteerde geconsolideerde nettoresultaat. Het cumulatieve effect van de stelselwijziging op het beginvermogen en het op het resultaat wordt weergegeven onder de toelichting op de geconsolideerde jaarrekening bij de paragraaf Stelselwijziging.
6.5.
Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening
6.5.1. Algemeen Deze jaarrekening heeft betrekking op de periode 1 januari 2012 tot en met 31 december 2012. Alle bedragen zijn in euro’s, tenzij anders vermeld. 6.5.2. Groepsverhoudingen Stichting WonenBreburg te Tilburg staat aan het hoofd van een groep rechtspersonen. De in de financiële overzichten van de geconsolideerde deelnemingen vermelde posten worden proportioneel in de consolidatie betrokken. De in de consolidatie betrokken rechtspersoon is WonenBreburg Holding BV te Tilburg. Deelnemingen worden gewaardeerd op nettovermogenswaarde. Een overzicht van de gegevens vereist op grond van de artikelen 2:379 en 2:414 BW is hierna opgenomen:
Geconsolideerde maatschappijen: Naam
deelnemingspercentage
hoofdactiviteit
WonenBreburg Holding BV
100%
tussenholding
VOF Laurentius/WonenBreburg
50%
projectontwikkeling & exploitatie
WonenBreburg Project Talmazone BV
100%
projectontwikkeling
Ontwikkelingscombinatie WonenBreburg & Nederlandse Bouwunie VOF
50% (indirect)
projectontwikkeling
126
Naam
deelnemingspercentage
hoofdactiviteit
WonenBreburg Project Quirijnboulevard BV
100%
projectontwikkeling
VOF Wijkontwikkelingsmaatschappij Quirijnboulevard Tilburg
50% (indirect)
projectontwikkeling
WonenBreburg Project Groeseind BV
100%
projectontwikkeling
VOF Groeseind
50% (indirect)
projectontwikkeling
Duurzame Energie Exploitatie WonenBreburg BV
100%
Energie-exploitatie
WonenBreburg Project Dr. Struyckenplein BV
100%
projectontwikkeling
VOF Ontwikkelingscombinatie Dr. Struyckenplein
50% (indirect)
projectontwikkeling
WonenBreburg Project Forum BV
100%
projectontwikkeling
VOF Forum
50% (indirect)
projectontwikkeling
De participatie in WonenBreburg Project Haagpoort BV is in december 2012 ten einde gekomen vanwege ontbinding. Voor de participatie in WonenBreburg Project Quirijnboulevard BV bestaat de intentie om deze in 2013 te ontbinden.
Niet-geconsolideerde maatschappijen: Naam
deelnemingspercentage
hoofdactiviteit
Cofier Bouwontwikkeling BV
25%
projectontwikkeling
Breedband Tilburg BV
24,33%
exploitatie glasvezelnet
Stichting Brabants Investeringsfonds Nieuwbouwwoningen
25%
financiering projectontwikkeling
Stadsontwikkelingsmaatschappij Tilburg BV
25%
projectontwikkeling
6.5.3. Grondslagen voor de consolidatie In de geconsolideerde jaarrekening van Stichting WonenBreburg zijn de financiële gegevens verwerkt van de tot de groep behorende maatschappijen en andere rechtspersonen waarop een overheersende zeggenschap kan worden uitgeoefend of waarover de centrale leiding wordt gevoerd. De belangen in de vennootschappen onder firma kwalificeren als joint-venture op grond van een overeenkomst tot samenwerking met de andere vennoot waarbij niet sprake is van overheersende zeggenschappen door één van de deelnemende partijen. Ten behoeve van het wettelijk inzichtsvereiste worden deze belangen proportioneel geconsolideerd. De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld met toepassing van de grondslagen voor de waardering en de resultaatbepaling van Stichting WonenBreburg. De financiële gegevens van de groepsmaatschappijen en de andere in de consolidatie betrokken rechtspersonen en vennootschappen zijn volledig in de geconsolideerde jaarrekening opgenomen onder eliminatie van de onderlinge verhoudingen en transacties. Belangen van derden in het vermogen en in het resultaat van groepsmaatschappijen zijn afzonderlijk in de geconsolideerde jaarrekening tot uitdrukking gebracht. De resultaten van nieuw verworven groepsmaatschappijen en de andere in de consolidatie meegenomen rechtspersonen en vennootschappen worden geconsolideerd vanaf de overnamedatum. Op die datum worden de activa, voorzieningen en schulden gewaardeerd tegen de reële waarden. De resultaten van afgestoten deelnemingen worden in de consolidatie verwerkt tot het tijdstip waarop de groepsband wordt verbroken.
127
6.5.4.
Algemene grondslagen voor de opstelling van de geconsolideerde jaarrekening De jaarrekening van WonenBreburg is opgesteld volgens de bepalingen van het Besluit beheer sociale-huursector (Bbsh). In dit besluit wordt voorgeschreven Titel 9 Boek 2 BW toe te passen, behoudens enkele uitzonderingen van specifieke aard. De algemene regel is, dat lasten worden genomen als deze voorzienbaar zijn, en baten als deze zijn gerealiseerd. Tevens is deze jaarrekening opgesteld volgens de door de Raad voor de Jaarverslaggeving uitgegeven Richtlijn 645 Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting. In deze richtlijn zijn onder meer specifieke modellen voor de balans en winst-en-verliesrekening opgenomen en het verloopoverzicht van de bedrijfswaarde opgenomen. Voor de sectorspecifieke presentatie zijn waarderings- en verslaggevingsvoorschriften geformuleerd. De richtlijn adviseert de sector de waardering te baseren op fair value. Dit impliceert dat waardering van het ‘materieel vast actief in exploitatie’ plaatsvindt op basis van actuele waarde, in concreto de bedrijfswaarde voor sociaal vastgoed en de marktwaarde in verhuurde staat voor commercieel vastgoed. De richtlijn is in 2011 herzien en betreft onder meer de classificatie en kwalificatie van onroerende zaken in exploitatie (in Sociaal (DAEB) en commercieel (nietDAEB)). WonenBreburg past deze herziene Richtlijn vanaf het huidige verslagjaar toe. 6.5.5. Stelselwijziging WonenBreburg past vanaf verslagjaar 2012 de herziene Richtlijn 645 Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting toe. Daarvoor heeft WonenBreburg zijn vastgoed in exploitatie geclassificeerd naar de categorieën sociaal vastgoed en commercieel vastgoed, waarbij het sociaal vastgoed als bedrijfsmiddel wordt aangemerkt. Als waarderingsgrondslag kiest WonenBreburg voor de actuele waarde. Concreet betekent dit, dat het sociale vastgoed gewaardeerd wordt tegen de bedrijfswaarde en het commerciële vastgoed tegen marktwaarde. Het toepassen van de vernieuwde RJ 645 wordt gekwalificeerd als een stelselwijziging. Conform de verslaggevingsvereisten heeft WonenBreburg de vergelijkende cijfers over het boekjaar 2011 herrekend naar de nieuwe waarderingsgrondslagen en als zodanig verwerkt in de jaarrekening. De effecten van de stelselwijziging zijn retrospectief verwerkt in het beginvermogen. Het effect van de stelselwijziging op het beginvermogen per 1 januari 2011 bedraagt -/- € 34.905.000, het effect op het resultaat 2011 bedraagt -/- € 60.299.000 . Deze mutaties zijn als volgt weer te geven.
128
6.5.5.1.
Tabel: Verloop vermogen en resultaat als gevolg van stelselwijziging (bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1 januari 2011: voor de stelselwijziging 1. Waardering commercieel vastgoed tegen marktwaarde 2. Voorz. beleid zonder positieve koopresultaten 4. Het vervallen van rentabiliteitswaardecorrectie Herrekend eigen vermogen 1 januari 2011 na stelselwijziging
282.421 16.886 ‐3.065 ‐48.726 247.516
Resultaat boekjaar: voor de stelselwijziging 1. Waardering commercieel vastgoed tegen marktwaarde 2. Voorz. beleid zonder pos. Koopresultaten 3. Sociaal vastgoed als bedrijfsmiddel tegen bedrijfswaarde 5. Toekomstige verkopen als niet‐gerealiseerde waardemutatie Resultaat 2011 na stelselwijziging
40.245 ‐3.502 ‐2.897 ‐43.317 ‐10.582 ‐20.054
directe vermogensmutaties 2011: voor de stelselwijziging 3. Sociaal vastgoed als bedrijfsmiddel tegen bedrijfswaarde 5. Toekomstige verkopen als niet‐gerealiseerde waardemutatie Directe vermogensmutatie 2011 na stelselwijziging
0 41.202 10.582 51.784
Eigen vermogen 1 januari voor stelselwijziging 1. Waardering commercieel vastgoed tegen marktwaarde 2. Voorz. beleid zonder pos. koopresultaten 4. Het vervallen van de rentabiliteitswaardecorrectie Herrekend eigen vermogen 1 januari 2012 na stelselwijziging
322.665 13.384 ‐5.962 ‐50.841 279.246
De afzonderlijke effecten van de stelselwijziging worden als volgt toegelicht: Ad 1: Met ingang van 2012 wordt (uitsluitend) het commercieel vastgoed gewaardeerd op marktwaarde. In de jaarrekening 2011 werd dit bezit nog gewaardeerd tegen bedrijfswaarde evenals het sociaal vastgoed. Voor de bepaling van de marktwaarde is de IPD/aeDex-waardering gebruikt. Ad 2: Ook in de voorziening beleid is het commercieel vastgoed in ontwikkeling verwerkt tegen (geprognotiseerde) marktwaarde. Verder is de voorziening beleid gewijzigd doordat vanaf 2012 geraamde positieve resultaten uit koopprojecten en commerciële huur niet meer zijn ingerekend. Tot en met 2011 werden positieve saldi wel opgenomen. Dit als compensatie van hiermee samenhangende verliesgevende projectonderdelen. Daarnaast is vanaf 2012 de bedrijfswaarde van projecten die bestemd zijn voor sloop, niet meer opgenomen. Deze lasten komen vanaf 2012 direct in de bedrijfswaarde van de te slopen complexen tot uitdrukking. Dit door vermindering van de bedrijfswaarde vanwege verkorting van de restant levensduur. Van de voorziening beleid per 31-122012 volgens de systematiek RJ645 OUD zijn gegevens niet beschikbaar: hierdoor is voor dit effect in 2012 geen waarde vermeld. Ad 3: WonenBreburg beschouwt het sociaal vastgoed als een bedrijfsmiddel dat wordt gewaardeerd op basis van het actuele waardemodel. Vanaf 2012 worden bij deze grondslag bij een lagere bedrijfswaarde dan de historische kostprijs (na afschrijvingen) per complex deze waardeverminderingen (en terugnames hiervan) in de winst-en-verliesrekening verwerkt. Waardevermeerderingen (boven de kostprijs) worden rechtstreeks in het eigen vermogen verwerkt. Dit geldt ook voor terugnames hiervan. Bij de waardering tegen bedrijfswaarde worden afschrijvingen (naar component) in acht genomen. 129
Ad 4: Bij de bepaling van de bedrijfswaarde is de toepassing van de rentabiliteitswaardecorrectie niet meer toegestaan. Deze is dus met ingang van 2012 komen te vervallen. Ad 5: Van de eerstkomende 3 boekjaren zijn de verkopen van sociaal bezit ingerekend. Deze verkopen worden vanaf 2012 verantwoord als ongerealiseerde waardestijgingen en direct in het eigen vermogen verwerkt. Bij realisatie worden deze waardestijgingen ten laste van de reserve als baten op de winst-en-verliesrekening verantwoord. 6.5.6. Financiële instrumenten Onder financiële instrumenten worden zowel primaire financiële instrumenten, zoals vorderingen en schulden, als financiële derivaten verstaan. In de toelichting op de verscheidene posten van de balans wordt de reële waarde toegelicht als deze afwijkt van de boekwaarde. Indien het financiële instrument niet in de balans is opgenomen, wordt de informatie over de reële waarde gegeven in de toelichting op de niet in de geconsolideerde balans opgenomen rechten en verplichtingen. Voor de grondslagen van primaire financiële instrumenten wordt verwezen naar de behandeling per balanspost. Financiële derivaten waarbij de onderliggende waarde niet beursgenoteerd is, worden tegen kostprijs opgenomen. Indien per balansdatum de reële waarde lager is dan de kostprijs, dan wel negatief is, wordt het derivaat ten laste van de winst-en-verliesrekening afgewaardeerd naar de lagere reële waarde, tenzij kostprijshedge-accounting wordt toegepast. Bij de bepaling van de lagere reële waarde wordt rekening gehouden met het effect van de lopende rente. WonenBreburg past hedge-accounting toe op basis van generieke documentatie. Het effectieve deel van financiële derivaten die zijn toegewezen voor kostprijshedge-accounting, wordt tegen kostprijs gewaardeerd. Voor het ineffectieve deel wordt het verschil tussen de kostprijs en de lagere reële waarde in de winst-en-verliesrekening verwerkt.
6.6. Grondslagen voor de waardering van de geconsolideerde activa en passiva 6.6.1. Algemeen In de toelichting dienen alle bedragen gelezen te worden als zijnde vermenigvuldigd met de factor € 1.000. Activa en passiva worden indien niets vermeld is, gewaardeerd tegen nominale waarde. Hierbij wordt op vorderingen, indien noodzakelijk, een voorziening wegens mogelijke oninbaarheid in mindering gebracht. 6.6.2. Transacties met verbonden partijen Met de meeste deelnemingen heeft WonenBreburg naast een aandelenbelang ook een zakelijke relatie, waarbij producten en/of diensten van de betreffende deelnemingen worden afgenomen of uitbesteed. Deze transacties zijn steeds gebaseerd op gebruikelijke contractuele afspraken waarbij marktconforme condities zijn overeengekomen.
130
6.6.3.
Materiële vaste activa
6.6.3.1. Sociaal vastgoed in exploitatie Sociaal vastgoed omvat woningen in exploitatie met een huurprijs onder de huurtoeslaggrens, het maatschappelijk vastgoed en het overige sociale vastgoed. De huurtoeslaggrens is een algemeen huurprijsniveau dat jaarlijks per 1 juli door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wordt vastgesteld. Ultimo 2012 bedraagt deze grens € 664,66 (2011: € 652,52). Maatschappelijk vastgoed is bedrijfsonroerend goed dat is verhuurd aan maatschappelijke organisaties, waaronder zorg-, welzijns-, onderwijs- en culturele instellingen en dienstverleners, en tevens is vermeld op de bijlage zoals deze is opgenomen in de Beschikking van de Europese Commissie d.d. 15 december 2009 aangaande de staatssteun voor toegelaten instellingen. WonenBreburg kwalificeert het sociaal vastgoed als bedrijfsmiddel, aangezien WonenBreburg een beleid heeft dat gericht is op het realiseren van de volkshuisvestelijke taken. Het volkshuisvestelijk beleid staat hierbij centraal. Sociaal vastgoed in exploitatie wordt gewaardeerd tegen de reële waarde gebaseerd op de bedrijfswaarde. De bedrijfswaarde wordt gevormd door de contante waarde van de geprognosticeerde kasstromen van kasstroomgenererende eenheden uit hoofde van toekomstige exploitatieopbrengsten en toekomstige exploitatielasten over de geschatte resterende looptijd van de investering. De indeling naar kasstroomgenererende eenheid is gedefinieerd op complexniveau. WonenBreburg kiest voor deze indeling van de kasstroomgenererende eenheden, aangezien deze aansluit bij zijn interne bedrijfsvoering en hierbij de basis vormt voor zijn vastgoedsturing. De reele waarde wordt afhankelijk gesteld van de voorgenomen bestemming van de complexen. De onroerende zaken kunnen voor langere of kortere termijn voor verhuur worden aangehouden. De kasstroomprognoses zijn gebaseerd op redelijke en onderbouwde veronderstellingen die de beste schatting van de directie weergeven van de economische omstandigheden die van toepassing zullen zijn gedurende de resterende levensduur van het actief. De kasstromen zijn gebaseerd op de eind 2012 intern geformaliseerde meerjarenbegroting, waarbij de voorgenomen bezuinigingen zijn ingerekend. De kosten van planmatig onderhoud worden gebaseerd op de in de meerjarenonderhoudsbegroting onderkende cycli per component. Voor latere jaren wordt uitgegaan van de verwachte gemiddelde groeivoeten voor inflatie, huurstijging en rente alsmede genormeerde lastenniveaus. Sociaal vastgoed in exploitatie dat naar verwachting binnen 3 jaar na balansdatum wordt verkocht, is gewaardeerd op verkoopwaarde rekening houdend met de directe verkoopkosten. Uitgaven na eerste verwerking (de zogeheten na-investeringen) die leiden tot een waardeverhoging van het actief worden aangemerkt als activeerbare kosten van vernieuwing. Uitgaven die betrekking hebben op toekomstige herstructureringen waarvan de feitelijke verplichtingen dan wel de in rechte afdwingbare verplichtingen zijn aangegaan, worden in de waardering betrokken. Herstructurering onderscheidt zich van renovatie door het verbeteren of vergroten van de oorspronkelijke capaciteit. Groot onderhoud wordt volgens de componentenbenadering geactiveerd. De lasten van onderhoud, niet zijnde periodiek groot onderhoud, waaronder renovatie, onderscheiden zich van activeerbare kosten door het feit dat er geen sprake is van een waardeverhoging van het actief. De
131
lasten van dergelijk onderhoud worden ten laste gebracht van het resultaat op het moment dat deze zich voordoen. Afschrijvingen worden berekend over de bedrijfswaarde. De bedrijfswaarde is gesplitst naar de componenten grond, casco en overige componenten (installaties en inrichting). Over het aandeel van de grond wordt niet afgeschreven. De afschrijvingen worden gebaseerd op de geschatte economische levensduur per component en worden berekend op basis van een vast percentage van de verkrijgingsprijs. Er wordt afgeschreven vanaf het moment van ingebruikneming. Waardemutaties in de bedrijfswaarde worden als volgt verantwoord: • Een waardevermeerdering van een complex onder het sociale vastgoed wordt in beginsel direct ten gunste van de herwaarderingsreserve gebracht. Uitzondering betreft het geval wanneer voor een complex in het verleden een afwaardering ten laste van het resultaat is gebracht. In die situatie worden waardevermeerderingen van ditzelfde complex als positief resultaat in de winst- en verliesrekening verwerkt, voor zover dit een terugname betreft van deze eerdere waardevermindering. Hierbij dient opgemerkt te worden dat de terugneming nooit hoger is dan de boekwaarde die bepaald zou zijn, indien in voorgaande jaren geen bijzonder waardeverminderingsverlies voor het complex is verantwoord. • Een waardevermindering van een complex onder het sociale vastgoed wordt in beginsel ten laste van het resultaat gebracht. Indien echter een herwaarderingsreserve voor dit complex gevormd is, wordt de waardevermindering direct ten laste van de herwaarderingsreserve gebracht tot het bedrag dat met betrekking tot het desbetreffende complex in de herwaarderingsreserve is opgenomen. 6.6.3.2. Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie betreft complexen in aanbouw ten behoeve van toekomstige verhuurexploitatie. De complexen in aanbouw worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs en toegerekende kosten van het werkapparaat uit hoofde van voorbereiding, toezicht en directievoering onder aftrek van een bijzondere waardevermindering. Voorts wordt rente tijdens de bouw toegerekend. De geactiveerde rente wordt berekend tegen de gemiddelde rentevoet over het totale vreemde vermogen. Indien de bijzondere waardevermindering hoger is dan de waarde van de onroerende zaken in ontwikkeling, wordt de onroerende zaak op nihil gewaardeerd en wordt een voorziening aan de creditzijde van de balans opgenomen. Ingenomen grondposities worden onder deze post verwerkt tegen verkrijgingsprijs en bijkomende kosten en indien van toepassing verminderd met bijzondere waardeverminderingen. Rentetoerekening vindt plaats vanaf de datum van verkrijging. Afschrijving vindt plaats na ingebruikneming van de complexen. 6.6.3.3. Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie De onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie worden gewaardeerd op basis van de verkrijgingsprijs, verminderd met de cumulatieve afschrijvingen, en indien van toepassing, met bijzondere waardeverminderingen. De afschrijvingen worden gebaseerd op de geschatte economische levensduur en worden berekend op basis van een vast percentage van de verkrijgingsprijs. Er wordt afgeschreven vanaf het moment van ingebruikneming. Op terreinen wordt niet afgeschreven.
132
6.6.4. Vastgoedbeleggingen Een vastgoedbelegging is een onroerend goed (of een deel daarvan) dat wordt aangehouden om huuropbrengsten of een waardestijging, of beide, te realiseren. 6.6.4.1. Commercieel vastgoed in exploitatie Het commercieel vastgoed omvat woningen in exploitatie met een huurprijs boven de huurtoeslaggrens, het bedrijfsmatig vastgoed (niet zijnde maatschappelijk vastgoed) en het overige commercieel vastgoed. Het commercieel vastgoed in exploitatie wordt gewaardeerd op actuele waarde. De actuele waarde kan niet worden vastgesteld aan de hand van courante prijzen op een actieve markt. De actuele waarde wordt vastgesteld aan de hand van: •
de contante waarde van geprognosticeerde kasstromen gebaseerd op betrouwbare schattingen, ondersteund door de bepalingen in bestaande lease- en andere contracten en door extern bewijsmateriaal zoals actuele huurprijzen voor gelijksoortige onroerende zaken op dezelfde locatie en in dezelfde staat, en gebruikmakend van een disconteringsvoet die de onzekerheid ten aanzien van de hoogte en het realisatietijdstip van de kasstromen weerspiegelt (Discounted Cash Flow methode, hierna: DCF-methode).
Winsten of verliezen die ontstaan door een wijziging in de actuele waarde van het commercieel vastgoed worden verantwoord in de winst-en-verliesrekening over de periode waarin de wijziging zich voordoet, onder de categorie niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille. Daarnaast wordt ten laste van de resultaatbestemming een herwaarderingsreserve gevormd. De herwaarderingsreserve betreft het ongerealiseerde positieve verschil tussen de actuele waarde en de historische kostprijs. 6.6.4.2. Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden die zijn gekwalificeerd als een financieringstransactie worden gewaardeerd op basis van actuele waarde. De actuele waarde wordt vastgesteld aan de hand van courante prijzen op een actieve markt voor gelijksoortige onroerende zaken op dezelfde locatie en in dezelfde staat. Winsten of verliezen die ontstaan door een wijziging in de actuele waarde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden worden verantwoord in de winst-en-verliesrekening over de periode waarin de wijziging zich voordoet onder de categorie niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille. Daarnaast wordt ten laste van de resultaatbestemming een herwaarderingsreserve gevormd. De herwaarderingsreserve betreft het ongerealiseerde positieve verschil tussen de actuele waarde en de historische kostprijs. 6.6.4.3. Commercieel Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor de eigen exploitatie Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie als vastgoedbelegging betreft complexen in aanbouw ten behoeve van toekomstige verhuurexploitatie als commercieel vastgoed. De complexen in aanbouw worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs en indien van toepassing verminderd met bijzondere waardeverminderingen. De verkrijgingsprijs bestaat uit materiaalkosten, toegerekende kosten van het werkapparaat uit hoofde van voorbereiding, toezicht en directievoering en toegerekende rente tijdens de bouw onder aftrek van een bijzondere waardevermindering uit hoofde van te dekken stichtingskosten. De bijzondere waardevermindering wordt bepaald door het verschil tussen de realiseerbare waarde (taxatiewaarde van het object of DCF van exploitatiekasstromen) en de stichtingskosten. Indien de bijzondere waardevermindering hoger is dan de waarde van de onroerende zaken in ontwikkeling, wordt de onroerende zaak op nihil gewaardeerd en wordt een voorziening aan de creditzijde van de balans opgenomen. 133
6.6.5.
Financiële vaste activa
6.6.5.1. Vorderingen op groepsmaatschappijen De vorderingen op groepsmaatschappijen worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reële waarde en vervolgens gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs, welke gelijk zijn aan de nominale waarde, onder aftrek van noodzakelijk geachte voorzieningen. 6.6.5.2. Andere deelnemingen Andere deelnemingen waarin geen invloed van betekenis op het zakelijke en financiële beleid wordt uitgeoefend, worden gewaardeerd op verkrijgingsprijs en indien van toepassing onder aftrek van bijzondere waardeverminderingen. WonenBreburg neemt in financiële zin voor 25% deel in Cofier Bouwontwikkeling BV in Tilburg, voor 25% in Stichting Brabants Investeringsfonds Nieuwbouwwoningen Project Havenmeester, voor 24,33% in Breedband Tilburg BV en via Holding WonenBreburg BV voor 25%in Stadsontwikkelingsmaatschappij Tilburg BV. 6.6.5.3. Vorderingen op maatschappijen waarin wordt deelgenomen De vorderingen op maatschappijen waarin wordt deelgenomen worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reële waarde en vervolgens gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs, welke gelijk zijn aan de nominale waarde, onder aftrek van noodzakelijk geachte voorzieningen. 6.6.5.4. Latente belastingvorderingen Latente belastingvorderingen ontstaan uit hoofde van verschillen tussen de waarde voor de fiscale resultaatbepaling en de waarde in deze jaarrekening. De latentie heeft geen betrekking op fiscale verliescompensatie, maar uitsluitend betrekking op de waarderingsverschillen betreffende de waardering van leningen per 1 januari 2008 op grond van VSO 2. 6.6.5.5. Leningen u/g De verstrekte leningen (leningen u/g) worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reële waarde en vervolgens gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs, welke gelijk zijn aan de nominale waarde, onder aftrek van noodzakelijk geachte voorzieningen. 6.6.5.6. Te vorderen BWS-subsidies De subsidierechten (contante waarde van de uitbetalingen) op grond van het BWS (Besluit Woninggebonden Subsidies) worden jaarlijks verminderd met de bedragen die wij van de gemeente Breda hiervoor ontvangen. De uitbetalingstermijn is afhankelijk van de disconteringsvoet en loopt vanaf de vaststelling van de subsidie maximaal 30 jaar. 6.6.6.
Voorraden
6.6.6.1. Vastgoed bestemd voor verkoop Onder het Vastgoed bestemd voor verkoop is opgenomen de voorraad nieuwbouwwoningen (opgeleverd en nog niet verkocht). Deze wordt gewaardeerd tegen vervaardigingsprijs of lagere netto-opbrengstwaarde. De vervaardigingsprijs omvat de bouwkosten, de directe loonkosten en de overige kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend. De nettoopbrengstwaarde is gebaseerd op een verwachte verkoopprijs, onder aftrek van nog te maken kosten voor voltooiing en verkoop. Daarnaast zijn onder deze post opgenomen de voor verkoop bestemde leegstaande woningen die uit exploitatie zijn genomen. Deze woningen zijn gewaardeerd tegen marktwaarde.
134
6.6.6.2. Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor verkoop Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor verkoop betreft het onderhanden werk (onroerende zaken onverkocht in aanbouw bestemd voor de verkoop). Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor de verkoop wordt gewaardeerd tegen vervaardigingsprijs of lagere netto-opbrengstwaarde. Deze lagere netto-opbrengstwaarde wordt bepaald door individuele beoordeling van de voorraden. De vervaardigingsprijs omvat de bouwkosten, de directe loonkosten en de overige kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend. De netto-opbrengstwaarde is gebaseerd op een verwachte verkoopprijs, onder aftrek van nog te maken kosten voor voltooiing en verkoop. 6.6.6.3. Overige voorraden De overige voorraden worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs of lagere nettoopbrengstwaarde. Deze lagere netto-opbrengstwaarde wordt bepaald door individuele beoordeling van de voorraden. De waardering van de overige voorraden komt tot stand op basis van gewogen gemiddelde prijzen. 6.6.7. Onderhanden projecten De onderhanden projecten in opdracht van derden betreft onroerende zaken verkocht in aanbouw en worden gewaardeerd tegen de gerealiseerde projectkosten, vermeerderd met de toegerekende winst en verminderd met verwachte verliezen en gedeclareerde termijnen. Indien het resultaat op een onderhanden project niet op betrouwbare wijze kan worden ingeschat, wordt geen winst toegerekend. De projectkosten omvatten de direct op het project betrekking hebbende kosten, de kosten die toerekenbaar zijn aan projectactiviteiten in het algemeen en toewijsbaar zijn aan het project en andere kosten die contractueel aan de opdrachtgever kunnen worden toegerekend. In de onderhanden projecten zijn tevens begrepen de uit projectontwikkeling voortkomende projecten indien en voor zover voor eenheden van het project voor of tijdens de constructie een onvoorwaardelijke verkoopovereenkomst is afgesloten. Projectopbrengsten en projectkosten uit hoofde van de onderhanden projecten worden als opbrengsten en kosten verwerkt in de winst-en-verliesrekening naar rato van de verrichte prestaties op balansdatum. De mate waarin de prestaties zijn verricht, is bepaald op basis van de tot de balansdatum gemaakte projectkosten in verhouding tot de geschatte totale projectkosten. Indien het totaal van alle onderhanden projecten een debetstand vertoont, wordt het totaalsaldo gepresenteerd onder de vlottende activa. Indien het totaal van alle onderhanden projecten een creditsaldo vertoont, wordt het totaalsaldo gepresenteerd onder de kortlopende schulden. 6.6.8. Vorderingen De vorderingen worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reële waarde en vervolgens gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. De reële waarde en geamortiseerde kostprijs zijn gelijk aan de nominale waarde. Noodzakelijk geachte voorzieningen voor het risico van oninbaarheid worden in mindering gebracht. Deze voorzieningen worden bepaald op basis van individuele beoordeling van de vorderingen. 6.6.8.1. Huurdebiteuren Waardering geschiedt tegen nominale waarde, rekening houdend met een voorziening voor mogelijke oninbaarheid.
135
6.6.9. Liquide middelen De liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en deposito’s met een looptijd korter dan 12 maanden. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder de kortlopende schulden. De liquide middelen zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde. Indien middelen niet ter vrije beschikking staan, wordt hiermee bij de waardering rekening gehouden. 6.6.10. Bestemmingsreserve Beleid Vanaf 2012 wordt in de jaarrekening geen bestemmingsreserve Beleid meer gevormd vanwege het fluctuerende karakter van deze post. 6.6.11. Egalisatierekeningen De rechten op egalisatiesubsidies vallende binnen het regime van het Besluit Woning gebonden Subsidies (BWS) worden verantwoord in het jaar van ontstaan. Nagenoeg alle servicecomponenten worden afgerekend. Voor enkele componenten, zoals glasherstel en rioolonderhoud, wordt het jaarlijkse exploitatiesaldo verrekend in de vermelde egalisatierekening. 6.6.12.
Voorzieningen
6.6.12.1. Voorziening onrendabele investeringen en herstructureringen In de jaarrekening worden naast juridisch afdwingbare verplichtingen tevens feitelijke verplichtingen verwerkt, die kunnen worden gekwalificeerd als intern geformaliseerd en extern gecommuniceerd. Hiervan is sprake wanneer uitingen namens de woningcorporatie zijn gedaan richting huurders, gemeenten en overige stakeholders aangaande verplichtingen inzake toekomstige herstructureringen en toekomstige nieuwbouwprojecten. Een feitelijke verplichting is gekoppeld aan het besluitvormingsproces van de woningcorporatie rondom projectontwikkeling en herstructurering. Van een feitelijke verplichting is sprake indien de formalisering van de verplichting heeft plaatsgevonden. Verwachte verliezen als gevolg van onrendabele investeringen worden als bijzondere waardeverandering in mindering gebracht op de boekwaarde van het complex waartoe de investeringen gaan behoren. Indien en voor zover de verwachte verliezen de boekwaarde van het betreffende complex overtreffen, wordt voor dit meerdere een voorziening gevormd. Onder verwachte verliezen wordt in dit verband verstaan de netto contante waarde van alle investeringsuitgaven minus de aan deze investering toe te rekenen bedrijfswaarde of actuele waarde. In de voorziening beleid worden, naast bovengenoemde geraamde onrendabele toppen, ook algemene bijdragen opgenomen voor herstructurering(sgebieden). Verder zijn als overige verrekeningen, vorderingen en verplichtingen opgenomen die in het kader van project- en gebiedsontwikkeling met derden nog zijn af te wikkelen. 6.6.12.2. Voorziening latente belastingverplichtingen Voor in de toekomst te betalen belastingbedragen uit hoofde van verschillen tussen commerciële en fiscale balanswaarderingen wordt een voorziening getroffen ter grootte van de som van deze verschillen, vermenigvuldigd met het geldende belastingtarief. Op deze voorziening worden in mindering gebracht de in de toekomst te verrekenen belastingbedragen uit hoofde van beschikbare voorwaartse verliescompensatie, voor zover het waarschijnlijk is dat de toekomstige fiscale winsten beschikbaar zullen zijn voor verrekening.
136
De belastinglatentie heeft betrekking op tijdelijke verschillen tussen waardering in de jaarrekening en de fiscale waardering. De latentie is gewaardeerd tegen nominale waarde en heeft overwegend een langlopend karakter. De opgenomen latentie heeft betrekking op complexen bestemd voor de verkoop, beleggingen en langlopende schulden. Er is geen rekening gehouden met verhuureenheden bestemd voor sloop en herontwikkeling. Voor het overige bezit is niet aan te duiden wat de bestemming zal zijn en is vanuit het oogpunt van voorzichtigheid de latentie op nihil gewaardeerd. 6.6.12.3. Voorziening pensioenen WonenBreburg heeft een pensioenregeling bij pensioenuitvoerder SPW (bedrijfstakpensioenfonds). De regeling wordt gefinancierd door afdrachten aan pensioenuitvoerders, te weten het bedrijfstakpensioenfonds. De pensioenverplichtingen worden gewaardeerd volgens de ‘verplichting aan de pensioenuitvoerder benadering’. In deze benadering wordt de aan de pensioenuitvoerder te betalen premie als last in de winst-en-verliesrekening verantwoord. Aan de hand van de uitvoeringsovereenkomst wordt beoordeeld of, en zo ja welke, verplichtingen naast de betaling van de jaarlijkse aan de pensioenuitvoerder verschuldigde premie op balansdatum bestaan. Deze additionele verplichtingen, waaronder eventuele verplichtingen uit herstelplannen van de pensioenuitvoerder, leiden tot lasten voor WonenBreburg en worden in de balans opgenomen in een voorziening. De waardering van de verplichting is de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om deze per balansdatum af te wikkelen. Indien het effect van de tijdswaarde van geld materieel is, wordt de verplichting gewaardeerd tegen de contante waarde. Discontering vindt plaats op basis van rentetarieven van hoogwaardige ondernemingsobligaties. Toevoegingen aan en vrijval van de verplichtingen komen ten laste, respectievelijk ten gunste, van de winst-en-verliesrekening. Een pensioenvordering wordt in de balans opgenomen wanneer WonenBreburg beschikkingsmacht heeft over de pensioenvordering, wanneer het waarschijnlijk is dat de toekomstige economische voordelen die de pensioenvordering in zich bergt, zullen toekomen aan WonenBreburg, en wanneer de pensioenvordering betrouwbaar kan worden vastgesteld. Ultimo 2012 (en 2011) waren er voor de groep geen pensioenvorderingen en geen verplichtingen naast de betaling van de jaarlijkse aan de pensioenuitvoerder verschuldigde premie. 6.6.12.4. Overige voorzieningen Overige voorzieningen liggen in de sfeer van het personeel: voor de toepassing van het Cafetariamodel, voor toepassing van de persoonsgebonden ontwikkelingsbudget en voor toepassing van de toekomstige jubileumuitkeringen. De voorziening voor jubileumuitkeringen wordt gevormd voor de toekomstige uitgaven vanwege een jubileum van werknemers. Daarbij wordt rekening gehouden met ontslagkansen, sterftekansen en wordt de contante waarde berekend tegen een rekenrente van 5%.
137
6.6.13.
Langlopende schulden
6.6.13.1. Langlopende leningen De langlopende leningen vallen uiteen in leningen overheid, kredietinstellingen en groepsmaatschappijen. Langlopende leningen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde. Transactiekosten die direct zijn toe te rekenen aan de verwerving van de schulden worden in de waardering bij eerste verwerking opgenomen. Schulden worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs, zijnde het ontvangen bedrag, rekening houdend met agio of disagio en onder aftrek van transactiekosten. De aflossingsverplichting voor het komend jaar is opgenomen onder de kortlopende schulden. WonenBreburg maakt gebruik van derivaten om het rente- en kasstroomrisico af te dekken. Voor de verwerking, waardering en resultaatbepaling, wordt met betrekking tot deze derivaten (hedge-instrumenten) kostprijshedge-accounting toegepast. 6.6.13.2. Waarborgsommen De waarborgsommen die verantwoord zijn onder de langlopende schulden zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. 6.6.13.3. Terugkoopverplichtingen VoV WonenBreburg heeft in het kader van de verkoop van woningen onder voorwaarden een terugkoopverplichting die afhankelijk is van de waardeontwikkeling van de woningen. De terugkoopverplichting wordt jaarlijks gewaardeerd. 6.6.14. Kortlopende schulden De kortlopende schulden worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reële waarde (indien deze lager is dan de verkrijgings-/vervaardigingsprijs) en vervolgens gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs, die gelijk kan zijn aan de nominale waarde.
6.7. Grondslagen voor de bepaling van het geconsolideerde resultaat 6.7.1. Algemeen Het resultaat wordt bepaald als: • Verschil tussen de opbrengstwaarde van de geleverde prestaties en de kosten en andere lasten over het jaar. • De winsten worden verantwoord in het jaar waarin zij zijn gerealiseerd; verliezen zodra zij voorzienbaar zijn. Als niet anders is aangegeven, zijn baten en lasten opgenomen tegen de nominale waarde. 6.7.2. Huren De jaarlijkse huurverhoging is van overheidswege gebonden aan een maximum. Voor het verslagjaar 2012 bedroeg dit maximumpercentage 2,30% (2011: 1,30%). De opbrengsten uit hoofde van huur worden aangemerkt als zijnde gerealiseerd in het jaar van opeisbaarheid, daar bij tussentijdse beëindiging van het huurcontract geen terugbetalingsverplichting geldt. 6.7.3. Opbrengsten servicecontracten Opbrengsten servicecontracten betreffen overeengekomen bijdragen van huurders en worden aangemerkt als zijnde gerealiseerd in het jaar van levering van de goederen en diensten. De bijdragen zijn voor de dekking van de te maken en gemaakte servicekosten. Verrekening op
138
basis van daadwerkelijke bestedingen vindt jaarlijks plaats. Gemaakte servicekosten worden verantwoord onder de lasten servicecontracten. 6.7.4. Overheidsbijdragen Overheidsbijdragen betreffen de vrijval uit de egalisatierekening rijksbijdragen en overige overheidsbijdragen. De overheidsbijdragen hebben betrekking op specifieke regelingen en worden aangemerkt als zijnde gerealiseerd in het jaar van opeisbaarheid. 6.7.5. Netto verkoopresultaat vastgoedportefeuille De post netto verkoopresultaat vastgoedportefeuille betreft het saldo van de behaalde verkoopopbrengst minus de boekwaarde (bestaand bezit) dan wel de vervaardigingsprijs (projecten voor derden). Opbrengsten worden verantwoord op het moment van levering (passeren transportakte). Mogelijke verliezen op nieuwbouw koopprojecten worden verantwoord zodra deze voorzienbaar zijn. Projectopbrengsten uit hoofde van de onderhanden projecten worden als opbrengsten verwerkt in de winst-en-verliesrekening naar rato van de verrichte prestaties op balansdatum. 6.7.6. Geactiveerde productie ten behoeve van het eigen bedrijf De toe te rekenen interne directe kosten ten behoeve van onroerende zaken in ontwikkeling worden hieronder verantwoord. 6.7.7. Overige bedrijfsopbrengsten Hieronder worden onder andere de inschrijfgelden van woningzoekenden, de opbrengsten van overige dienstverlening en incidentele opbrengsten verantwoord. 6.7.8. Afschrijvingen materiële vaste activa en vastgoedportefeuille De afschrijvingen op sociaal vastgoed in exploitatie worden gebaseerd op de bedrijfswaarde. Binnen de afschrijving op het sociaal vastgoed in exploitatie worden componenten onderkend met een verschillende levensduur. Naast de grond (geen afschrijving) en de opstal worden installaties en inventaris onderkend. Van een afzonderlijke component is sprake indien deze component meer dan 10% uitmaakt van de waarde van het actief en/of indien de afschrijvingslast (als gevolg van een afwijkende levensduur van de component ten opzichte van de opstal) meer dan 10% afwijkt van de situatie dat geen component zou zijn onderkend. 6.7.9.
Overige waardeveranderingen van materiële vaste activa en vastgoedportefeuille De overige waardeveranderingen worden gevormd door de waardevermindering die is ontstaan door gedurende het verslagjaar nieuw aangegane juridische en feitelijke verplichtingen met betrekking tot investeringen in nieuwbouw en herstructurering. Hierin zijn ook opgenomen gerealiseerde waardeveranderingen ontstaan door afschrijvingen en door verkoop van vastgoed. 6.7.10. Lonen, salarissen en sociale lasten Lonen, salarissen en sociale lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in de winst-en-verliesrekening voor zover ze verschuldigd zijn aan werknemers. Van toerekenbaarheid is sprake als de daadwerkelijke werkzaamheden in het verslagjaar hebben plaatsgevonden door de werknemers.
139
6.7.11. Pensioenlasten Voor de grondslagen wordt verwezen naar de paragraaf voorziening pensioenen. 6.7.12. Onderhoudslasten Onder onderhoudslasten worden alle direct aan het verslagjaar toe te rekenen kosten van onderhoud verantwoord. Van toerekenbaarheid is sprake als de daadwerkelijke werkzaamheden in het verslagjaar hebben plaatsgevonden. Reeds aangegane verplichtingen waarvan de werkzaamheden nog niet zijn uitgevoerd op balansdatum worden verwerkt onder de niet in de balans opgenomen verplichtingen. Het klachten- en mutatieonderhoud worden onderscheiden in kosten van derden en eigen dienst, alsmede de kosten van het materiaalverbruik. In de winst-en-verliesrekening zijn de kosten van de eigen dienst opgenomen bij de kostensoort salarissen en sociale lasten. 6.7.13. Leefbaarheid Leefbaarheid omvat gemaakte kosten voor fysieke ingrepen die de leefbaarheid in buurten en wijken bevorderen. Van toerekenbaarheid is sprake als de daadwerkelijke werkzaamheden in het verslagjaar hebben plaatsgevonden. 6.7.14. Lasten servicecontracten De gemaakte servicekosten voor huurders worden verantwoord onder de lasten servicecontracten in het verslagjaar waarop de servicekosten betrekking hebben. 6.7.15. Overige bedrijfslasten De overige bedrijfslasten worden toegerekend aan het verslagjaar waarop zij betrekking hebben. 6.7.16. Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille betreffen winsten of mogelijke verliezen die ontstaan door een wijziging in de waarde van de vastgoedbeleggingen in het verslagjaar. Verder worden ook negatieve waardeveranderingen van het sociaal vastgoed ten opzichte van de historische kostprijs als niet-gerealiseerde waardeveranderingen aangemerkt. 6.7.17. Saldo financiële baten en lasten Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de betreffende activa en passiva. Bij de verwerking van de rentelasten wordt rekening gehouden met de verantwoorde transactiekosten op de ontvangen leningen. Rentelasten worden geactiveerd voor kwalificerende activa gedurende de periode van vervaardiging van een actief, indien het een aanmerkelijke tijd vergt om het actief gebruiksklaar of verkoopklaar te maken. De te activeren rente wordt berekend op basis van de gewogen rentevoet van leningen die niet specifiek aan de vervaardiging van het actief zijn toe te rekenen, in verhouding tot de uitgaven en periode van vervaardiging. 6.7.18. Belastingen De belasting over het resultaat wordt berekend over het resultaat voor belastingen in de winst-enverliesrekening, rekening houdend met beschikbare fiscaal compensabele verliezen uit voorgaande boekjaren (voor zover niet opgenomen in de latente belastingvorderingen) en vrijgestelde winstbestanddelen en na bijtelling van niet-aftrekbare kosten. In het kader van de fiscale optimalisatie respectievelijk de fiscale winst tot nihil terug te brengen, kan WonenBreburg gebruik maken
140
van de mogelijkheid tot een afwaardering in verband met een duurzame daling van de WOZwaarden van het woningbezit, alsmede het vormen van een onderhoudsvoorziening. Tevens wordt rekening gehouden met wijzigingen die optreden in de latente belastingvorderingen en latente belastingschulden uit hoofde van wijzigingen in het te hanteren belastingtarief. Sinds 1 januari 2008 vallen de woningcorporaties integraal onder de vigerende belastingwetgeving. Eind 2008 is er overeenstemming bereikt tussen Aedes en de belastingdienst betreffende de Vaststellingsovereenkomst 2 (VSO 2). De VSO 1 is eenzijdig in 2008 door de belastingdienst opgezegd. WonenBreburg heeft de VSO 1 en VSO 2 getekend. Voorts heeft WonenBreburg de VSO verlengd tot en met 31 december 2013. WonenBreburg heeft op basis van de uitgangspunten van VSO 1 en VSO 2 de fiscale positie ultimo 2012 en het fiscale resultaat 2012 bepaald, welke na rekening te houden met een compensabel verlies ad € 5,2 miljoen en de nog in mindering te brengen energie-investeringsaftrek ad 0,6 miljoen resulteert in een belastbaar bedrag van nihil. De gevormde belastinglatentie (zowel de actieve als passieve latente belastingverplichtingen) heeft alleen betrekking op contante waarde tussen de bedrijfseconomische en fiscale waardering van de leningenportefeuille als gevolg van de invoering van de integrale vennootschapsbelastingplicht per 1 januari 2008. In het recente verleden stond de waardering van de leningen bij de belastingdienst ter discussie. Echter, de belastingdienst heeft zich thans bij de uitvoeringsbepalingen van de VSO neergelegd. Voorts heeft WonenBreburg gebruik gemaakt van het initiatief van Aedes om collectief een verzoek in te dienen bij de Belastingdienst ter verkrijging van de ANBI-status. Voortgang alsmede de resultaten van dit proces worden door alle betrokkenen in de sector met belangstelling afgewacht. De Belastingdienst heeft in 2012 VPB-boekenonderzoek uitgevoerd aangaande de ingediende aangiften vennootschapsbelasting 2008/2009. Verder heeft men onderzoek gedaan naar enkele vastgoeddossiers bij WonenBreburg in het kader van de landelijke actie Fundament. In de rapportage inzake Fundament meldt de Belastingdienst dat er geen reden is tot het maken van opmerkingen. De aangiften vennootschapsbelasting 2009 tot en met 2011 zijn ingediend; allen met een belastbaar bedrag van nihil. De aangifte 2008 is inmiddels definitief vastgesteld, daaruit blijkt een in de toekomst te verrekenen compensabel verlies van € 5.193.491. 6.7.19. Resultaat deelnemingen Als resultaat van deelnemingen waarin invloed van betekenis wordt uitgeoefend op het zakelijke en financiële beleid, wordt opgenomen het aan de woningcorporatie toekomende aandeel in het resultaat van deze deelnemingen. Dit resultaat wordt bepaald op basis van de bij WonenBreburg geldende grondslagen voor waardering en resultaatbepaling.
6.8. Grondslagen voor de opstelling van het geconsolideerd kasstroomoverzicht Het opgestelde kasstroomoverzicht is opgemaakt op basis van de indirecte methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit liquide middelen en vlottende effecten. Winstbelastingen, ontvangen interest en betaalde interest worden opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten.
141
6.9. Toelichting op de onderscheiden posten van de geconsolideerde balans Activa Vaste activa 6.9.1. 6.9.1.1.
Materiële vaste activa Tabel 1.1: Mutaties materiële vaste activa (bedragen x € 1.000)
Mutaties materiële vaste activa
onroerende en roerende goederen sociaal vastgoed in exploitatie
vastgoed in onwikkeling
ten dienste van de exploitatie
totaal
1-1-2012 Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Cumulatieve herwaarderingen Cumulatieve waardeveranderingen Cumulatieve afschrijvingen Boekwaarde per 1 januari 2012 Herrubricering sociaal naar vastgoed beleggingen: Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Herrubricering sociaal naar vastgoed beleggingen: Cumulatieve herwaarderingen Herrubricering sociaal naar vastgoed beleggingen: Cumulatieve afschrijvingen Stelselwijziging: sociaal vastgoed als bedrijfsmiddel op actuele waarde Stand per 1-1-2012 na stelselwijziging
1.209.287
55.828
39.614
168.979 87.787
1.304.729 168.979,00
-4.264
-294.601 1.171.452
51.564
-158.551
-16.432
83.523 -17.800
-312.401
21.814
1.244.830 -174.983
-6.716
-6.716
9.402
9.402
-50.841
-50.841
964.746
35.132
21.814
1.021.692
Mutaties 2012 Investeringen: in ontwikkeling Investeringen: in exploitatie Investeringen: nieuwbouw beschikking voorziening
91.255 80.255
Desinvesteringen: herwaarderingen
-2.777
Desinvesteringen: afschrijvingen
2.471
Vrijval verkoopprogramma 2012
-12.942
Afschrijvingen
-43.083
Totaal mutaties Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Cumulatieve herwaarderingen Cumulatieve waardeveranderingen Cumulatieve afschrijvingen 31-12-2012
2.910
-11.974 -8.306
5.849 -26.548
2.910
Desinvesteringen: verkrijgings- of vervaardigingsprijs
Waardemutatie 2012
3.454
-26.548
Voorziening beleid: mutatie 2012 Investeringen: bestemd voor verkoop
-77.860
91.255
-11.974 -983
-9.289 -2.777
755
3.226 -12.942
-3.373
-46.456
222.033
-5.366
199.129
10.939
-147
209.921
216.667
1.084.163
55.701
42.085
1.181.949
387.428 20.475
387.428 -9.630
-328.191 1.163.875
46.071
10.845 -21.173
-349.364
21.667
1.231.613
Als onderdeel van de activa in ontwikkeling zijn de investeringen in grondposities verantwoord, waarvan de toekomstige woningbouwbestemming niet volledig zeker is. De aankopen zijn volle142
dig door WonenBreburg gefinancierd. Voor deze grondposities heeft Stichting WonenBreburg het volledige eigendomsrecht. Wel zijn afspraken gemaakt met ontwikkelaars, waarbij het ontwikkelrisico gedeeld wordt met andere partijen. Op basis van deze afspraken heeft WonenBreburg het recht op evenredige financiële verrekening met deze partijen van uitgaven en resultaten. De afschrijvingstermijnen en gevolgde systematiek luiden als volgt: Sociaal vastgoed in exploitatie: Grond
geen afschrijvingen
0 jaar
Casco
Lineair
50 jaar
Installaties
Lineair
25 jaar
Inrichting
Lineair
15 jaar
Over vastgoed in ontwikkeling wordt niet afgeschreven. De afschrijvingsmethodiek voor activa ten dienste van exploitatie is op lineaire basis. De afschrijvingstermijn varieert van 5 tot 50 jaar. Op gronden wordt niet afgeschreven.
De uitgangspunten voor de bedrijfswaardeberekening van het sociaal vastgoed in exploitatie zijn: 2012 Jaarlijkse huurverhogingen: - Inflatie (voor jaarrekening 2012: 2012: 2,5%; 2013 2,75%; volgende jaren 2,00%) + 1,5% extra huurverhoging. - Voor jaarrekening 2011: alle jaren 2% inflatie. Huurharmonisatie bij zittende huurders bovenop jaarlijkse huurverhoging (inkomen meer dan € 43.000) *¹ Huurharmonisatie bij zittende huurders bovenop jaarlijkse huurverhoging (inkomen tussen € 33.614 en € 43.000) Het hierboven genoemde geldt tot en met 2017, na 2017 geldt een inflatievolgend huurbeleid Mutatiegraad (gemiddeld) *² Jaarlijkse huurderving (gemiddeld) *³
2011
4% 2% 2,5%
0%
0,5%
0%
2% 11,27%
11,62%
2,12%
1,75%
Norm klachten- en mutatieonderhoudskosten per vhe (2013)
€ 540,96
€ 546,13
Norm klachten- en mutatieonderhoudskosten per vhe (2014)
€ 517,15
Norm klachten- en mutatieonderhoudskosten per vhe (2015)
€ 492,24
Norm klachten- en mutatieonderhoudskosten per vhe (2016)
€ 468,98
Norm klachten- en mutatieonderhoudskosten per vhe (vanaf 2017)
€ 458,46
Norm kosten planmatig onderhoud per vhe **¹
€ 502,96
€ 602,78
Jaarlijkse stijging onderhoudskosten (2011)
3%
Jaarlijkse stijging onderhoudskosten (2012)
1,72%
Jaarlijkse stijging onderhoudskosten (2013)
2,00%
3%
3%
3%
Jaarlijkse stijging onderhoudskosten (vanaf 2014) Norm exploitatielasten per vhe (2012)
3%
€ 860,24
Norm exploitatielasten per vhe (vanaf 2013 voor jaarrekening 2011)
€ 840,30
Norm exploitatielasten per vhe (2013)
€ 776,81
Norm exploitatielasten per vhe (2014)
€ 742,62
Norm exploitatielasten per vhe (2015)
€ 706,84
Norm exploitatielasten per vhe (2016)
€ 673,45
Norm exploitatielasten per vhe (vanaf 2017 voor jaarrekening 2012)
€ 658,34
143
Norm belastingen per vhe Breda (belasting zelfstandige bewoning per VHE)
2012
2011
€ 43,26
€ 38,34
+ 0,091% WOZ + 0,091% WOZ Norm belastingen per vhe Tilburg (belasting zelfstandige bewoning per VHE)
€ 112,21
€ 108,94
+ 0,091% WOZ + 0,091% WOZ Norm extra sociaal beheer per VHE (licht) Norm extra sociaal beheer per VHE (zwaar) Jaarlijkse stijging exploitatielasten: - Jaarrekening 2012: voor 2012 1,75%; 2013: 3,75%; vanaf 2014: 3%. - Jaarrekening 2011: alle jaren 3%.
€ 77,67 € 124,25 3% 3%
Minimale levensduur
15 jaar
7 jaar
Maximale levensduur
50 jaar
50 jaar
€ 591,66
€ 5.000,00
Restwaarde grond **² Disconteringsvoet Moment van discontering
5,25%
5,25%
medionumerando
medionumerando
*¹
De huurverhoging voor de bedrijfswaardeberekening in de jaarrekening 2012 bovenop inflatie is doorgerekend op basis van inkomensgegevens van de huurders. De verwerking van dit beleid in de bedrijfswaardeberekening is alleen mogelijk via het bepalen van een gemiddeld opslagpercentage bovenop de inflatie. Voor de jaarrekening 2012 is dit gemiddelde percentage uitgekomen op 1,82. In de jaarrekening 2011 is voor de bedrijfswaardeberekening geen huurverhoging bovenop inflatie doorgerekend. WonenBreburg is bij de vaststelling van de huurverhoging uitgegaan van de per balansdatum bekende richtlijnen van het Ministerie van BZK. Gegeven de onzekerheid omtrent de definitieve vaststelling van de verhuurdersheffing door de Eerste Kamer, vindt WonenBreburg het noodzakelijk om de inkomensafhankelijke huurverhoging door te voeren voor de jaren 2013 tot en met 2017. Dit acht WonenBreburg in het belang voor de continuïteit en het realiseren van zijn ambities. *² Dit is een gemiddelde mutatiegraad. Per complex is een specifieke mutatiegraad toegepast. *³ Dit is een gemiddeld huurdervingspercentage. Per complex is een specifiek huurdervingspercentage toegepast. **¹ De hier vermelde norm is een norm vanaf jaar 11. De eerste 10 jaar is het planmatig onderhoud doorgerekend aan de hand van de meerjarenonderhoudsprognose (MOP). **² Voor de bedrijfswaardeberekening 2012 is de restwaarde van de grond gebaseerd op het gemeentelijke grondprijsbeleid met aftrek van kosten van uitplaatsing, sloop en bouwrijp maken. Voor de bedrijfswaardeberekening 2011 is een nominaal bedrag o.b.v. prijspeil 2011 verwerkt. Stelselwijziging Vanaf 2012 wordt onderscheid gemaakt tussen commercieel en sociaal vastgoed. Het sociale bezit is opgenomen als materiële vaste activa; het commercieel vastgoed staat als vastgoedbelegging op de balans. WonenBreburg beschouwt het sociale vastgoed als een bedrijfsmiddel dat wordt gewaardeerd op basis van het actuele waardemodel. Vanaf 2012 worden bij deze grondslag in het geval van een bedrijfswaarde die lager is dan de historische kostprijs (na afschrijvingen) per complex deze waardeverminderingen (en terugnames hiervan) in de winst-en-verliesrekening verwerkt. Waardevermeerderingen (boven de kostprijs) worden rechtstreeks in het eigen vermogen verwerkt. Dit geldt ook voor terugnames hiervan. Bij de waardering tegen bedrijfswaarde worden afschrijvingen (naar component) in acht genomen. Bij de bepaling van de bedrijfswaarde is de
144
toepassing van de rentabiliteitswaardecorrectie niet meer toegestaan. Deze is dus met ingang van 2012 vervallen. Verhuurdersheffing Bij de vaststelling van de bedrijfswaarde is vanaf 2013 rekening gehouden met de verhuurdersheffing. De grondslag voor de berekening in de jaarrekening is de brief van het ministerie voor Wonen en Rijksdienst d.d. 28 februari 2013 met kenmerk 2013-0000128987. Hierin is vastgelegd welke bijdrage de minister in totaal wenst te ontvangen voor de periode 2013 tot en met 2017. Voor 2013 is de heffing op landelijk niveau vastgesteld op € 50 miljoen; voor 2014 tot en met 2017 is het voornemen om een heffing op te leggen die oploopt van € 1,165 miljard tot € 1,7 miljard. Vanaf 2018 wil de minister voor onbepaalde tijd jaarlijks € 2 miljard heffen. De toebedeling per corporatie gebeurt op basis van de WOZ, uitsluitend voor wat betreft zelfstandige huurwoningen. Vanaf 2013 zijn door WonenBreburg percentages van de WOZ-waarde ingerekend: vanaf 0,231% voor 2013 oplopend tot 0,397% voor 2018 en volgende jaren. Voor het bestaand bezit betekent dit voor de komende jaren: 2013 ca. € 475.000; 2014 ca. € 7,8 miljoen en voor 2015 ca. € 8,85 miljoen. Tabel verkoopopbrengsten De in de bedrijfswaarde opgenomen verwachte opbrengstwaarde van woningen geoormerkt voor verkoop wordt gedefinieerd als de waarde van het bedrag dat kan worden verkregen bij vrijwillige verkoop binnen een verwachte termijn, onder aftrek van verkoopkosten die niet door de koper worden gedragen. De verkopen worden voor een periode van drie jaar in de waardering betrokken. Een deel hiervan is als voorraad opgenomen.
Jaar aantal verkopen Opbrengstwaarde Bedrijfswaarde
2013 136 18.702 ‐9.002
2014 126 16.681 ‐9.292
2015 111 15.426 ‐8.287
Exploitatielasten Als gevolg van de ingezette bezuinigingsmaatregelen is de norm voor exploitatielasten in 2012 lager dan in 2011. Het beleid is om tot en met 2017 een geleidelijke verlaging van de exploitatiekosten te realiseren. De ingerekende bezuiniging leidt er toe dat in 2017 een bedrag van € 12 miljoen minder aan beïnvloedbare kosten wordt besteed. Voor klachten- en planmatig onderhoud leidt dit tot lagere bestedingen van ca. 17% in 2017 en volgende jaren ten opzichte van het huidige niveau. Levensduur De volgende uitgangspunten zijn gehanteerd bij de bepaling van de resterende economische levensduur: Er wordt voor sociale huurwoningen uitgegaan van een weerlegbaar vermoeden dat de resterende economische levensduur maximaal 50 jaar en minimaal 15 jaar bedraagt. De restant levensduur wordt echter primair bepaald met inachtneming van de reguliere richtlijnbepalingen inhoudende dat een bijstelling van de gebruiksduur periodiek wordt vastgesteld. Indien de administratieve minimale restant levensduur korter is/wordt dan 15 jaar, is bijzondere aandacht nodig voor een hernieuwde inschatting van de restant levensduur. Voor maatschappelijk vastgoed kan uitgegaan worden van een kortere maximale resterende economische levensduur (bijvoorbeeld 30 of 40 jaar) afhankelijk van de inschatting van economische risico’s.
145
Restwaarde De bepaling van de restwaarde van de grond opgenomen in de bedrijfswaarde vindt, voor zover er nog geen herbestemming van de grond heeft plaatsgevonden, plaats op basis van de huidige vergelijkbare kavel of vierkantemeterprijs voor een sociale huurwoning. Deze kavelprijs wordt geïndexeerd naar het einde van de levensduur en verminderd met verwachte sloopkosten, bouwrijp maken en de kosten van uitplaatsing. Indien feitelijk, dan wel in rechte, afdwingbare verplichtingen zijn aangegaan die consequenties hebben voor de bestemming van de grond, wordt met deze gewijzigde bestemming in de waardering rekening gehouden. Indeling in kasstroomgenererende eenheden De kasstroomgenererende eenheden (complexen) zijn bepaald in overeenstemming met het strategisch voorraadbeleid. De indeling van het strategische voorraadbeleid is gebaseerd op de indeling van productmarktcombinaties, geografische ligging, woningtype en levensduurinschatting. Rentabiliteitswaardecorrectie Bij de bepaling van de bedrijfswaarde wordt niet langer rekening gehouden met de rentabiliteitswaardecorrectie van de bestaande leningenportefeuille en beleggingen. De rentabiliteitswaardecorrectie betrof het verschil tussen de contante waarde van de verwachte kasstromen uit hoofde van leningen en beleggingen en de waardering van deze posten op de balans. De rentabiliteitswaardecorrectie is als stelselwijzing verwerkt. Het onroerend goed is wat betreft vreemd vermogen nagenoeg in zijn geheel gefinancierd met rijksleningen of met kapitaalmarktleningen onder overheidsgarantie waarvoor jegens Waarborgfonds Sociale Woningbouw een obligoverplichting geldt, die is opgenomen onder de niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen. Als gevolg hiervan is het onroerend goed dat met deze leningen is gefinancierd niet hypothecair bezwaard. De activa zijn verzekerd tegen aanschaf- c.q. voortbrengingskosten. Jaarlijks wordt de waarde aangepast aan het indexcijfer voor nieuwbouwwoningen zoals dit door het CBS wordt berekend. De verzekerde som op basis van herbouwwaarde op balansdatum bedraagt € 2.307.461.279 (2011: € 2.189.057.563 ). Het onroerende goed is nagenoeg in zijn geheel gefinancierd met rijksleningen of met kapitaalmarktleningen onder overheidsgarantie. Er zijn geen hypothecaire zekerheden afgegeven. In de post sociaal vastgoed in exploitatie zijn per 31 december 2012: 26.132 (31 december 2011: 25.908) verhuureenheden opgenomen. De geschatte waarde gebaseerd op recente WOZbeschikkingen van deze verhuureenheden bedraagt per 31 december 2012 € 3.345.696.409 (31 december 2011: € 3.444.067.983). Herclassificatie/herkwalificatie De classificatie en kwalificatie in sociaal en commercieel bezit per eind 2012 per verhuureenheid, is ook toegepast op het bestaand bezit ultimo 2010 en 2011 voor het aanpassen van de vergelijkende cijfers. Hierdoor is geen sprake van vastgoed in exploitatie dat in het boekjaar herclassificeerd is.
146
Analyse waardeontwikkeling materiële vaste activa
Tabel: materiële vaste activa (bedragen X € 1.000) Materiële vaste activa: waardemutaties in 2012 Vervallen van jaarschijf 2012 Effect van één jaar discontering toevoegen huurharmonisatie 2017 1. Totaal vervallen/opschuiven jaarlaag 2. Parameterwijzigingen 3. Wijzigingen exploitatiebeleid 4. Wijzigingen (des)investeringsbeleid 5. Afschrijvingen 6. Overige verschillen Waardemutatie materiële vaste activa in 2012
(sub)totaal ‐17.696 47.476 10.502 40.282 79.573 118.235 ‐51.736 43.083 ‐7.404 222.033
In bovenstaand overzicht is de ontwikkeling van de bedrijfswaarde nader geanalyseerd. De belangrijkste posten in deze specificatie zijn verder toegelicht. Vanwege de stelselwijziging is geen vergelijking met de cijfers van 2011 weergegeven.
1. Vervallen/opschuiven van een jaarlaag Door het realiseren van het exploitatiejaar 2012 zijn de daarvoor ingerekende kasstromen gerealiseerd en zijn alle toekomstige kasstromen één jaar minder gedisconteerd..
2. Parameterwijzigingen In de berekening van de bedrijfswaarde 2012 zijn een aantal parameters gewijzigd. Voor een totaaloverzicht van de gehanteerde parameters verwijzen wij u naar pagina 143 van deze jaarrekening. De belangrijkste parameterwijzigingen en de effecten hiervan zijn onderstaand uiteengezet: + 55 miljoen
Levensduur De levensduren van de complexen zijn gemiddeld 1,8 jaar langer geworden. Dit heeft een positief effect van circa € 55 miljoen. De verlenging van de levensduren wordt hoofdzakelijk veroorzaakt doordat volgens de herziene RJ645 de minimale levensduur van een complex op 15 jaar gesteld dient te worden. Vorig jaar werd een minimale levensduur gehanteerd van 7 jaar.
+ 23 miljoen
Inflatie huur In de jaarrekening 2012 is, ten opzichte van de jaarrekening 2011, gerekend met een hogere huurinflatie. Deze hogere huurinflatie staat los van het feit dat de huren daarnaast met een percentage hoger dan inflatie en inkomensafhankelijk worden verhoogd. Het effect van deze wijzigingen is opgenomen onder de wijzigingen in het exploitatiebeleid.
+ 1 miljoen
Diverse Dit betreft aanpassing van inflatiepercentage voor onderhoud en managementkosten.
3. Wijzigingen in het exploitatiebeleid De wijzigingen in het exploitatiebeleid hebben betrekking op een aantal posten. De wijzigingen in het exploitatiebeleid zijn direct dan wel indirect een gevolg van de ontwikkelingen in de sector en de kabinetsplannen. De belangrijkste wijzigingen in het exploitatiebeleid en de effecten hiervan zijn onderstaand uiteengezet. 147
+ 114 miljoen
Huur Het positieve effect op de huur wordt veroorzaakt doordat de huren voor de jaren 2013 t/m 2017 boven inflatie en inkomens afhankelijk worden verhoogd. Het effect op de huur dient in samenhang te worden gezien met het effect van de verhuurdersheffing.
-/- 140 miljoen
Verhuurdersheffing De ingerekende verhuurdersheffing heeft een nadelig effect van € 140 miljoen. De verhuurdersheffing is ingerekend voor de gehele levensduur van het bezit. Het effect op de verhuurdersheffing dient in samenhang te worden gezien met het effect van de huur.
+ 84 miljoen
Personeelskosten Het positieve effect op de personeelskosten wordt hoofdzakelijk veroorzaakt doordat in de bedrijfswaardeberekening een bezuiniging is ingerekend van (uiteindelijk) 15%.
+ 45 miljoen
Sociaal beheer Het positieve effect op het sociaal beheer wordt hoofdzakelijk veroorzaakt doordat in de bedrijfswaardeberekening een bezuiniging is ingerekend van (uiteindelijk) 15%.
+ 75 miljoen
Onderhoud (planmatig + klachten) Het positieve effect op het onderhoud wordt hoofdzakelijk veroorzaakt doordat in de bedrijfswaardeberekening een bezuiniging is ingerekend van (uiteindelijk) 15%.
-/- 64 miljoen
Restwaarde Voor de restwaarde grond wordt met ingang van 2012 uitgegaan van de actuele marktprijzen voor sociale huur. Tot en met vorig jaar werd gerekend met de beleidsuitgangspunten van het CFV.
+ 4 miljoen
Overige Dit betreft diverse (relatief) kleine posten.
+ 118 miljoen
Totaal effect
4. Wijzigingen in het (des)investeringsbeleid Vanaf 2012 worden in de bedrijfswaarde de gevolgen van sloop ingerekend. Hierdoor worden minder huuropbrengsten gerealiseerd. Ook het lagere niveau van projectmatige verbeteringen leidt tot minder huurbaten.
5. Afschrijvingen Als gevolg van het afschrijven daalt de bedrijfswaarde met circa € 43 miljoen.
148
6.9.2. 6.9.2.1.
Vastgoedbeleggingen Tabel 1.2: Vastgoedbeleggingen
Vastgoedbeleggingen
onroerende en roerende goederen verkopen vastgoed in onder onwikkeling voorwaarden
vastgoed beleggingen
totaal
1-1-2012 Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs
89.136
Cumulatieve waardeveranderingen Boekwaarde per 1 januari 2012 Herrubricering 2011 Stelselwijziging: marktwaardering Stand per 1-1-2012 na stelselwijziging
-
-
155.865
16.432
13.384
-
169.249
16.432
34.588
-34.588
89.136
-2.425
-2.425
86.711
86.711 172.297 13.384
86.711
272.392
Mutaties 2012 Investeringen: in ontwikkeling Investeringen: in exploitatie
11.810
Voorziening beleid: mutatie 2012 Desinvesteringen Aanwending voorziening Waardemutaties commercieel vastgoed
-3618
-3.901
9.862
-10.545
-10.545
3.668
-8.950
-5.282
6.062
20.574
179.625
104.148
283.773
17.052
-11.375
5.677
92.773
292.966
27.428
Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs 31-12-2012
18.630
9.862 -283
Totaal mutaties
Cumulatieve waardeveranderingen
11.810 18.630
196.677
-12.916
3.516
Stelselwijziging Vanaf 2012 wordt onderscheid gemaakt tussen commercieel en sociaal vastgoed. Het sociale bezit is opgenomen als materiële vaste activa; het commercieel vastgoed staat als vastgoedbeleggingen op de balans. Het commercieel vastgoed in exploitatie wordt gewaardeerd op basis van actuele waarde. De actuele waarde wordt bepaald aan de hand van de discounted-cashflowbenadering. De discountedcashflowbenadering betreft de contante waarde van de kasstromen op basis van betrouwbare schattingen, ondersteund door bepalingen in de bestaande huur- en andere contracten en extern bewijsmateriaal, zoals actuele huurprijzen voor gelijksoortige onroerende zaken op dezelfde locatie en in dezelfde staat en gebruikmakend van een disconteringsvoet, die de onzekerheid ten aanzien van de hoogte en het realisatietijdstip van de kasstromen weerspiegelt. Winsten of verliezen ontstaan door een wijziging in de actuele waarde van het commercieel vastgoed en worden verantwoord in de winst- en-verliesrekening over de periode waarin de wijziging zich voordoet. Daarnaast wordt ten laste van de resultaatbestemming een herwaarderingsreserve gevormd. De herwaarderingsreserve betreft het ongerealiseerde positieve verschil tussen de actuele waarde en de historische kostprijs. De uitgangspunten voor de waardering van het commercieel vastgoed zijn met name voor het bedrijfsmatig onroerend goed veelal per object bepaald en daarom hier niet in tabelvorm opgenomen.
149
Indeling in kasstroomgenererende eenheden De kasstroomgenererende eenheden (complexen) zijn bepaald in overeenstemming met het strategisch voorraadbeleid. De indeling van het strategisch voorraadbeleid is gebaseerd op de indeling van productmarktcombinaties, geografische ligging, woningtype en levensduurinschatting. Verkoopopbrengsten Voor het commercieel vastgoed zijn geen toekomstige verkoopopbrengsten ingerekend. 6.9.3. 6.9.3.1.
Financiële vaste activa Tabel 1.3: Mutaties financiële vaste activa (bedragen x € 1.000)
Mutaties financiële vaste activa
vorderingen op groepsmaatschappijen
Boekwaarden (1-1-2012)
andere deel- vorderingen op nemingen maatschappijen waarin wordt deelgenomen
5.259
890
latente belastingvorderingen
661
leningen u/g
te vorderen BWSsubsidie
totaal
3.356
5.603
1.314
17.083
65
702
-313
-167
-421
-3.899
Mutaties Toevoegingen Aflossingen
368
269
-2.963
-35
Resultaat deelneming
42
Verrekening NVW deelneming Totaal mutaties Boekwaarden (31-12-2012)
6.9.3.2.
42
-638
-4
-642
-2.595
-596
230
-313
-167
-356
-3.797
2.664
294
891
3.043
5.436
958
13.286
Tabel 1.3.1: Vorderingen op groepsmaatschappijen (bedragen x € 1.000)
31-12-2012
Vorderingen op groepsmaatschappijen
31-12-2011
1.893
1.893
VOF Ontwikkelingscombinatie Dr. Struyckenplein
543
175
Ontwikkelingscombinatie WonenBreburg & Nederlandse Bouwunie VOF
228
509
-
2.682
2.664
5.259
VOF Laurentius/WonenBreburg
VOF Groeseind Totaal 6.9.3.3.
Tabel 1.3.2: Andere deelnemingen (bedragen x € 1.000)
Andere deelnemingen
Cofier Bouwontwikkeling BV Breedband Tilburg BV Totaal
aandeel % resultaat in netto boekjaar vermogenswaarde per 31-12-2012 25
42
294
24,33
42
294
De nettovermogenswaarde van de deelneming in Stadsontwikkelingsmaatschappij Tilburg BV loopt per 31 december 2012 negatief (€ 149.262). Deze negatieve deelneming is verrekend met de kortlopende vordering op deze deelneming.
150
Het saldo inzake de vorderingen op maatschappijen waarin wordt deelgenomen betreft voor € 640.000 een vordering op Breedband Tilburg BV en voor € 251.000 een vordering op Stichting Brabants Investeringsfonds Nieuwbouwwoningen Project Havenmeester. Latente belastingvorderingen ontstaan uit hoofde van verschillen tussen de waarde voor de fiscale resultaatbepaling en de waarde in deze jaarrekening. De latentie heeft geen betrekking op fiscale verliescompensatie, maar uitsluitend betrekking op de waarderingsverschillen betreffende de waardering van leningen per 1 januari 2008 op grond van VSO 2. Per 31 december 2012 bedraagt de actieve latentie op leningen € 3.043.000. De nominale waarde van de belastinglatentie bedraagt € 3.043.000 (2011: € 3.356.000). Het saldo van de post Leningen u/g bestaat uit een lening aan de BNG van € 5 miljoen ten behoeve van de rekening-courantfaciliteit bij deze bank en verder verstrekte leningen aan STN starters (€ 175.000), Woning in Zicht (€ 159.000) en Futura (€ 102.000). Vlottende activa 6.9.4.
Voorraden
6.9.4.1.
Tabel 2.1: Voorraden (bedragen x € 1.000)
Voorraden
31-12-2012
31-12-2011
Vastgoed bestemd voor verkoop
12.487
242
Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor verkoop
11.925
21.969
Overige voorraden Totaal
6.9.4.2.
486
436
24.898
22.647
Tabel 2.1.1: Vastgoed bestemd voor verkoop (bedragen x € 1.000)
Verloop vastgoed bestemd voor verkoop Saldo 1 januari Verkocht Geactiveerde uitgaven Te verkopen huurwoningen Saldo 31 december
2012
2011
242
1.823
-217
-1.606
488
25
11.974
-
12.487
242
Vanaf 2012 worden ook huurwoningen die leeg staan en waarvoor een concreet verkooptraject is gestart, verantwoord als voorraad vastgoed bestemd voor de verkoop. In 2011 zijn deze woningen opgenomen in de post vastgoed in exploitatie. Omdat berekening van deze voorraad per 31 december 2011 niet op efficiënte wijze mogelijk bleek, zijn de vergelijkende cijfers niet aangepast. 6.9.4.3. Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor verkoop (bedragen x € 1.000) Het saldo van de koopwoningen in ontwikkeling heeft betrekking op projecten met (nog niet verkochte) koopwoningen die nog in ontwikkeling of in aanbouw zijn. 6.9.4.4.
Tabel 2.1.3: Overige voorraden (bedragen x € 1.000)
Overige voorraden
31-12-2012
31-12-2011
Onderhoudsmaterialen
486
436
Totaal
486
436
151
6.9.5.
Onderhanden projecten
6.9.5.1.
Tabel 2.1.4: Onderhanden projecten (bedragen x € 1.000)
Onderhanden projecten
2012
Saldo per 1-1
3.920 2.235 921 ‐3.288
Bij: mutatie onderhanden werk Bij: overige mutaties Af: gedeclareerde termijnen Saldo 31 december
3.788
De specificatie van de post onderhanden werk heeft betrekking op de onderhanden projectenposities bij de vennootschappen onder firma voor diverse projectontwikkelingen. Onder de balanspost is het saldo van de investeringskosten en de ontvangen termijnen opgenomen. De onderhanden projecten bestaan uit drie projecten. Twee projecten hebben een debetstand. Het derde project heeft een creditstand. Deze creditstand ad € 1.056.000 wordt veroorzaakt doordat per balansdatum meer is gefactureerd dan aan kosten is gemaakt.
6.9.6.
Vorderingen
6.9.6.1.
Tabel 2.2: Vorderingen (bedragen x € 1.000)
Vorderingen
31-12-2012
Debiteuren Vorderingen op groepsmaatschappijen Vorderingen op maatschappijen waarin wordt deelgenomen
2.485
16.381
15.096
30
-
134
115
3.387
3.730
23.278
21.426
31-12-2012
31-12-2011
1.884
1.570
Belastingen en premies sociale verzekeringen Overlopende activa Totaal
6.9.6.2.
31-12-2011
3.346
Tabel 2.2.1, 2.2.2 en 2.2.6: Debiteuren (bedragen x € 1.000)
Huurdebiteuren Huurdebiteuren (zittende bewoners) Af: voorziening wegens oninbaar Totaal huurdebiteuren Gemeente en Rijk
-201
-209
1.683
1.361
950
248
Af: voorziening wegens oninbaar
-462
-
Totaal gemeente en rijk
488
248
Overige vorderingen Vertrokken huurders
2.583
2.349
Overige debiteuren
1.325
1.600
Af: voorziening
-2.733
-2.269
Totaal overige vorderingen
1.175
1.680
De post vorderingen op gemeenten betreft van gemeenten te ontvangen subsidies en overige vorderingen.
152
6.9.6.3.
Tabel: Verloop voorziening dubieuze debiteuren (bedragen x € 1.000)
Verloop voorzieningen dubieuze debiteuren
2012
2011
Saldo 1 januari
2.478
2.233
Dotatie
1.495
1.574
-577
-1.329
3.396
2.478
Onttrekking Saldo 31 december
6.9.6.4. Tabel 2.2.3: Vorderingen op groepsmaatschappijen (bedragen x € 1.000) De specificatie van de balanspost vorderingen op groepsmaatschappijen is als volgt: Vorderingen op groepsmaatschappijen
31-12-2012
31-12-2011
14.607
13.369
1.735
1.576
VOF Forum
20
133
VOF Groeseind
13
-
6
18
16.381
15.096
Laurentius / WonenBreburg VOF VOF Wijkontwikkelingsmij. Quinrijnboulevard Tilburg
VOF ontwikkelingscombinatie Dr. Struyckenplein Totaal vorderingen op groepsmaatschappijen
.Over de vorderingen op groepsmaatschappijen is rente in rekening gebracht. Over de rekeningcourant met Laurentius / WonenBreburg VOF wordt een rente berekend van 4,8%. De vorderingen op maatschappijen waarin wordt deelgenomen, betreffen een vordering op de Stadsontwikkelingsmaatschappij Tilburg BV, verminderd met de negatieve nettovermogenswaarde van deze deelneming (€ 149.262). 6.9.6.5.
Tabel 2.2.5: Belasting en premies sociale verzekeringen (bedragen x € 1.000)
Belasting en premies sociale verzekeringen
31-12-2012
31-12-2011
Btw
134
115
Totaal
134
115
31-12-2012
31-12-2011
1.410
1.695
Door te belasten aan derden
222
119
Onderhanden werk niet-planmatig onderhoud
305
423
Facturen in omloop
772
1.108
6.9.6.6.
Tabel 2.2.7: Overlopende activa (bedragen x € 1.000)
Overlopende activa Vooruitbetaalde kosten
Nog te verwerken in projectadministratie
-
66
Overig
678
319
Totaal
3.387
3.730
31-12-2012
31-12-2011
8.978
2.037
6.9.7.
Liquide middelen
6.9.7.1.
Tabel 2.3: Liquide middelen (bedragen x € 1.000)
Liquide middelen Bank Kas Kruisposten Totaal
8
7
10
19
8.996
2.063
153
Passiva 6.9.8. 6.9.8.1.
Groepsvermogen Aandeel van de rechtspersoon in het groepsvermogen (bedragen x € 1.000)
Aandeel van de rechtspersoon in het groepsvermogen
2011
2012
322.665
Groepsvermogen per 31 december voor stelselwijziging Stelselwijziging: commercieel vastgoed tegen marktwaarde
13.384
Stelselwijziging: aanpassing saldo Voorziening beleid
-5.962 -50.841
Stelselwijziging.: sociaal vastgoed bedrijfsmiddel tegen actuele waarde
279.246
Groepsvermogen per 31 december na stelselwijziging Ongerealiseerd groepsvermogen
561.447
383.202
Gerealiseerd groepsvermogen
-87.418
-103.956
474.030
279.246
Groepsvermogen per 31 december
6.9.8.2.
Ongerealiseerde herwaarderingsreserve sociaal vastgoed (bedragen x € 1.000)
Ongerealiseerd groepsvermogen Boekwaarde per 1 januari 2011
sociaal vastgoed 282.346
Mutatie ingerekende toekomstige verkopen
-5.132
waardemutaties in boekjaar Mutatie door afschrijvingen en verkopen Saldo verkopen onder voorwaarden Boekwaarde per 31 december 2011
52.905 -9.596 320.523 -
Mutatie ingerekende toekomstige verkopen waardemutaties in boekjaar Mutatie door afschrijvingen en verkopen Saldo verkopen onder voorwaarden Boekwaarde per 31 december 2012
6.9.8.3.
commercieel vastgoed
totaal
54.565 336.910 - ‐5.132 -5.224 47.681 1.997 ‐7.599 11.341 11.341 62.679 383.202 - ‐
-12.938
-
‐12.938
197.838
-5.283 192.556
-11.779
2.405 ‐9.374
493.644
8.000 8.000 67.802 561.447
Gerealiseerd groepsvermogen (bedragen x € 1.000)
Gerealiseerd groepsvermogen Boekwaarde per 1 januari Bij: realisatie door afschrijving en verkopen Overige mutaties Boekwaarde per 31 december
2012
2011
-103.956
-89.394
9.374
7.599
7.164
-22.161
-87.418
-103.956
Stelselwijziging Vanaf 2012 wordt onderscheid gemaakt tussen commercieel en sociaal vastgoed. Het sociale bezit is opgenomen als materiële vaste activa; het commercieel vastgoed staat als vastgoedbeleggingen op de balans. WonenBreburg beschouwt het sociale vastgoed als een bedrijfsmiddel dat wordt gewaardeerd op basis van het actuele waardemodel. Vanaf 2012 worden bij deze grondslag bij een lagere bedrijfswaarde dan de historische kostprijs (na afschrijvingen) per complex deze waardeverminderingen (en terugnames hiervan) in de winst-en-verliesrekening verwerkt. Waardevermeerderingen (boven de kostprijs) worden rechtstreeks in het eigen vermogen verwerkt. Dit geldt ook voor terugnames hiervan.
154
Door de stelselwijziging worden positieve herwaarderingen per complex in het groepsvermogen als ongerealiseerd verantwoord. Mede hierdoor is dit bestanddeel ultimo 2011 en 2012 hoger dan het beschikbaar groepsvermogen. Hierdoor ontstaat op de balansdata per saldo een negatief gerealiseerd groepsvermogen. Van de eerstkomende 3 boekjaren zijn de verkopen van sociale bezit ingerekend. Deze verkopen worden vanaf 2012 verantwoord als ongerealiseerde waardestijgingen en direct in het eigen vermogen verwerkt. Bij realisatie door reguliere verkoop worden deze waardestijgingen ten laste van de reserve als baten op de winst-en-verliesrekening verantwoord. Bij verkopen met Koopgarant (verkopen onder voorwaarden) vindt in de jaarrekening geen realisatie plaats.
Met betrekking tot het commercieel vastgoed wordt voor de bepaling van de herwaardering niet op de historische kostprijs afgeschreven. De mutaties in de actuele waarde van het vastgoed verkocht onder voorwaarden worden direct in de resultatenrekening verantwoord. 6.9.9. 6.9.9.1.
Egalisatierekeningen Tabel 4.1: Verloop egalisatierekening levering en diensten huurders (bedragen x € 1.000)
Verloop egalisatierekening leveringen en diensten huurders
2012
Saldo 1 januari
2011
-6
127
Mutatie
6
-133
Saldo 31 december
-
‐6
6.9.9.2. Tabel: Mutatie niet-verrekenbare leveringen en diensten (bedragen x € 1.000) In de egalisatierekening leveringen en diensten huurders wordt het saldo van de nietverrekenbare leveringen en diensten gestort. De mutatie in 2012 is als volgt samengesteld: Mutatie niet-verrekenbare leveringen en diensten
kosten
opbrengsten
mutatie
Glasherstel
452
434
-18
Rioolfonds
419
443
24
Totaal
871
877
6
6.9.10.
Voorzieningen
6.9.10.1. Tabel 5.1: Voorziening onrendabele investeringen en herstructureringen (bedragen x € 1.000) Voorziening onrendabele investeringen en herstructureringen Saldo 1 januari Mutatie Stelselwijziging 2011: correctie koopresultaten ca. Totaal
31-12-2012
31-12-2011
64.400
42.267
-35.306
19.671
-
2.462
29.094
64.400
De voorziening onrendabele investeringen en herstructureringen is gevormd om de verwachte resultaten te reserveren van toekomstige projecten waarvoor de besluitvorming definitief is en/of extern gecommuniceerd is, én waarbij bestemmingsplannen geen belemmeringen meer opleveren.
155
De voorziening onrendabele investeringen en herstructureringen is overwegend (circa 76%) kortlopend van aard.
6.9.10.2. Tabel: Samenstelling van de voorziening beleid Samenstelling voorziening onrendabele investeringen en herstructureringen Onrendabele toppen nieuwbouwwoningen Resultaat verkoop nieuwbouw koopwoningen
31-12-2012
31-12-2011
78.727
100.662
663
377
-
9.508
12.965
15.859
Afboeking bedrijfswaarde sloop Algemene herstructureringsbijdrage Overige verrekening Totaal bedrag in voorziening beleid t.b.v. projectontwikkeling
-3.839
-6.519
88.516
119.887
Aanwending voorziening met activa in ontwikkeling
-59.422
-55.487
Saldo per 31 december
29.094
64.400
Stelselwijziging In de voorziening onrendabele investeringen en herstructureringen is vanaf 2012 het commercieel vastgoed in ontwikkeling verwerkt tegen (geprognosticeerde) marktwaarde. Verder is de voorziening gewijzigd doordat vanaf 2012 geraamde positieve resultaten uit commerciële koopprojecten niet meer zijn ingerekend. Tot en met 2011 werden positieve saldi wel opgenomen. Dit als compensatie van hiermee samenhangende verliesgevende projectonderdelen. Voor een belangrijk deel zijn deze verwachte baten in 2011 als overige verrekeningen opgenomen. Geraamde nadelige resultaten uit koopprojecten worden wel opgenomen. Daarnaast zijn vanaf 2012 de bedrijfswaarden van projecten die bestemd zijn voor sloop, niet meer opgenomen. Deze lasten komen vanaf 2012 direct in de bedrijfswaarde van de te slopen complexen tot uitdrukking. Dit door vermindering van de bedrijfswaarde vanwege verkorting van de restant levensduur. 6.9.10.3. Tabel 5.2: Voorziening latente belastingverplichtingen (bedragen x € 1.000) Verloop voorziening belastinglatentie
saldo per 31-12-2012
mutatie 2012
saldo per 31-12-2011
Passieve belastinglatentie
256
-225
481
Totaal
256
-225
481
De opgenomen belastinglatentie heeft betrekking op het deel van de leningenportefeuille waarvoor een nadelig verschil bestaat tussen het renteniveau voor de betreffende lening en de disconteringstabel die in het kader van de VSO 2 is opgesteld. Deze voorziening is overwegend langlopend van aard. 6.9.10.4. Tabel 5.3: Verloop overige voorzieningen (bedragen x € 1.000) Verloop overige voorzieningen Voorziening cafetariamodel Voorziening jubilea-uitkeringen Voorziening persoonsgebonden budget Totaal
saldo per 31-12-2012
mutatie 2012
saldo per 31-12-2011
4
-32
36
494
17
477
505
-12
517
1.003
-27
1.030
156
Overige voorzieningen De overige voorzieningen hebben betrekking op personele aangelegenheden, zoals voor het cafetariamodel, het persoonsgebonden budget en de jubilea. De overige voorzieningen zijn overwegend langlopend van aard. 6.9.11.
Langlopende leningen
6.9.11.1. Tabel 6: Langlopende leningen (bedragen x € 1.000) Langlopende leningen
31-12-2012
Leningen overheid Leningen kredietinstellingen Leningen groepsmaatschappijen Waarborgsommen Verkoop onder voorwaarden Overige schulden Totaal
31-12-2011
32.175
39.120
848.758
730.055
2.212
6.038
374
310
94.062
85.519
1.893
1.893
979.474
862.935
Per 31 december 2012 bedraagt het saldo van de leningen waarvan de looptijd langer was dan 5 jaar € 705,2 miljoen (2011: € 643,2 miljoen). 6.9.11.2. Tabel: Verloop leningen (bedragen x € 1.000) Leningen
overheid
Saldo 1-1-2012 Aflossingsdeel verantwoordingsjaar
kredietinstellingen 730.055
1.798
74.097
75.895
174.303
174.303
Aflossingen leningen
-1.798
-80.097
Aflossingsdeel leningen komend boekjaar
-6.945
-49.600
32.175
848.758
6.038
totaal
39.120
Nieuwe leningen 2012
Saldo per 31-12-2012
groepsmaatsch.
775.213
-3.826
-85.721
2.212
883.145
-56.545
Het aflossingsdeel in het komende boekjaar bedraagt € 56,5 miljoen en is verantwoord onder de kortlopende schulden. Voor de aflossingen 2013 waren per 31 december 2012 tot een bedrag van € 13 miljoen renteafspraken gemaakt. Zekerheden Ten behoeve van de leningen van kredietinstellingen zijn garanties van het WSW verkregen tot een bedrag van € 970,3 miljoen, inclusief de financiering met een stortingsdatum in 2013 en de leningen met een variabele hoofdsom voor nominaal € 60 miljoen, die per 31 december voor € 34 miljoen opgenomen waren. 6.9.12.
Kortlopende schulden
6.9.12.1. Tabel 7: Kortlopende schulden (bedragen x € 1.000) Kortlopende schulden Schulden aan kredietinstellingen Schulden aan de gemeente Schulden aan leveranciers en overige schulden Schulden aan belastingen en sociale verzekeringen Schulden ter zake van pensioenen Aflossingsdeel leningen komend boekjaar Schulden aan groepsmaatschappijen Overlopende passiva Totaal
31-12-2012
31-12-2011
329
13.735
2.505
3.609
12.491
11.207
2.241
7.175
374
414
56.545
75.898
36
98
40.452
37.995
114.973
150.131
157
6.9.12.2. Tabel 7.1: Schulden aan kredietinstellingen (bedragen x € 1.000) Schulden aan kredietinstellingen
31-12-2012
31-12-2011
329
13.733
Bank Kruisposten Totaal
-
2
329
13.735
De kredietfaciliteit bij de BNG bedraagt € 25 miljoen. Hiervoor is als zekerheid een bedrag van € 5 miljoen in een deposito gestort. 6.9.12.3. Tabel 7.4: Schulden terzake belastingen en premies sociale verzekeringen (bedragen x € 1.000) Schulden aan belastingen en sociale verzekeringen
31-12-2012
31-12-2011
1.586
6.489
655
656
Btw Loonbelasting VPB Totaal
-
30
2.241
7.175
6.9.12.4. Tabel 7.8: Totaal overlopende passiva (bedragen x € 1.000) Overlopende passiva
31-12-2012
31-12-2011
Rekening-courant Laurentius (uit VOF Laurentius / WonenBreburg)
14.607
13.369
Niet-vervallen rente
13.845
11.426
Vooruit ontvangen huur
2.802
2.596
Nog te ontvangen facturen
1.006
1.140
Te verrekenen huurtoeslag
910
934
Vooruit ontvangen subsidies Reservering verlof- en overuren Diverse posten project Havenmeester
-
483
1.300
1.150
734
-
Te verrekenen/transitorische servicekosten
2.323
4.022
Reservering Tilburg Akkoord
1.877
655
Diversen
1.048
2.220
40.452
37.995
Totaal
158
6.10. Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen Stichting WonenBreburg participeert door middel van een BV-structuur in VOF Wijkontwikkelingsmaatschappij Quirijnboulevard Tilburg, VOF Groeseind, VOF Ontwikkelingscombinatie Dr. Struyckenplein, VOF Forum en Ontwikkelingscombinatie WonenBreburg & Nederlandse Bouwunie VOF. De firmanten (vennoten) in de vof’s zijn hoofdelijk aansprakelijk. •
De firmanten in VOF Wijkontwikkelingsmaatschappij Quirijnboulevard Tilburg zijn de gemeente Tilburg en WonenBreburg Project Quirijnboulevard BV.
•
De firmanten in de Ontwikkelingscombinatie WonenBreburg & Nederlandse Bouwunie VOF zijn WonenBreburg Project Talmazone BV en Nederlandse Bouw Unie Projectontwikkeling III BV.
•
De firmanten van de VOF Groeseind zijn WonenBreburg Project Groeseind B.V. en Janssen de Jong Projectontwikkeling BV. De firmanten van de VOF Ontwikkelingscombinatie Dr. Struyckenplein zijn WonenBreburg Project Dr. Struyckenplein BV en de Nederlandse Bouw Unie Projectontwikkeling BV. De firmanten van de VOF Forum zijn WonenBreburg Project Forum BV en van de Weegen Projectontwikkeling B.V.
• •
Garantieafspraken Er zijn garantieafspraken overeengekomen aangaande niet verkochte woningen: Voor het project Havenmeester in Tilburg is door Stichting WonenBreburg een afnamegarantie gegeven voor de onverkochte appartementen bij de oplevering in 2013. De afnamegarantie heeft betrekking op maximaal 162 woningen. In ruil voor deze garantie dient de projectontwikkelaar bij afname van de onverkochte woningen door WonenBreburg af te zien van vergoeding van de bouwrente en een korting van 5% tot 10% te verlenen op de VON-prijs van de af te nemen woningen. Van het aldus resterende aankoopbedrag komt de directe huurwaarde van de woning voor rekening van WonenBreburg. De directe huurwaarde wordt bepaald door de gekapitaliseerde huuropbrengsten en bedraagt ongeveer 75% van de VON-prijs. De Stichting Brabants Investeringsfonds Nieuwbouwwoningen Project Havenmeester, waarin de Provincie NoordBrabant, de gemeente Tilburg en WonenBreburg participeren voor respectievelijk 50%, 25% en 25%, verplicht zich om bij afname van de woning van de projectontwikkelaar door WonenBreburg een lening te verstrekken voor het restant van het aankoopbedrag. Deze lening is in principe winstdelend: de aflossing en rente bestaan uit de waardeverandering van de woning die bij verkoop gedurende of na afloop van de in de regeling overeengekomen exploitatieperiode van 5 jaar wordt gerealiseerd. Voor de verplichting tot verstrekking van de winstdelende lening is WonenBreburg aan de Stichting een provisie verschuldigd, te berekenen over de VON-prijs van de woningen die onderwerp zijn van de garantie. De aldus van de projectontwikkelaar afgenomen woningen worden door WonenBreburg geëxploiteerd. Het exploitatierisico ligt daarom bij WonenBreburg. WonenBreburg probeert de woningen gedurende een periode van 5 jaar zo snel mogelijk te verkopen. Na de periode van 5 jaar wordt het investeringsfonds geliquideerd en worden de dan nog niet verkochte woningen indien mogelijk alsnog verkocht. Met de opbrengst van de verkoop van de woningen wordt de lening afgelost die door de stichting is verstrekt. Voor woningen die regulier zijn verhuurd door WonenBreburg, en daarom niet worden verkocht, wordt de verkoopopbrengst gesteld op 85% van de getaxeerde verkoopwaarde vrij van huur. Het risico van waardeverandering bij verkoop ligt bij de stichting.
159
Per balansdatum is de actuele stand van zaken dat er één woning onherroepelijk is verkocht, 7 woningen zijn verkocht onder voorbehoud waarbij het voorbehoud de verkoop van de eigen woning is en er 15 opties op woningen uit dit project zijn genomen.
Letter of comfort Stichting WonenBreburg heeft ten behoeve van meerdere dochtermaatschappijen een ‘letter of comfort’ afgegeven, waarmee zij bevestigt dat zij de nodige middelen ter beschikking zal blijven stellen aan WonenBreburg Holding BV, zodat laatstgenoemde aan haar schulden op korte en lange termijn zal kunnen blijven voldoen. Zolang dat noodzakelijk is, behoudens zeer bijzondere omstandigheden, zal de letter of comfort jaarlijks gecontinueerd worden. De huidige letter of comfort heeft een looptijd tot 1 juli 2014. De letter of comfort heeft betrekking op WonenBreburg Holding BV, WonenBreburg Project Forum BV, WonenBreburg Dr. Struyckenplein BV en Duurzame Energie Exploitatie WonenBreburg BV. Door WonenBreburg Holding BV is voor WonenBreburg Project Quirijnboulevard BV ook een letter of comfort afgegeven, waarmee zij bevestigt dat ze eveneens de nodige middelen ter beschikking zal blijven stellen, zodat WonenBreburg Project Quirijnboulevard BV aan haar schulden op korte en lange termijn zal kunnen blijven voldoen. De huidige letter of comfort heeft een looptijd tot 1 juli 2014.
WSW Als deelnemer aan het WSW heeft stichting WonenBreburg een obligoverplichting per balansdatum van maximaal € 36.164.000. Alleen in het geval dat het eigen vermogen van WSW niet toereikend mocht zijn, zullen de deelnemers worden aangesproken.
Kredietfaciliteiten Door huisbankier BNG is een kredietfaciliteit vastgesteld van € 25.000.000. In Futura-verband is in het kader van de cashpoolconstructie bepaald, dat men verplicht is om tot een bedrag van € 5 miljoen deposito’s aan te houden voor de cashpoolfaciliteit. Voor de verdere kredietfaciliteit zijn geen aanvullende, bijzondere zekerheden afgegeven. Door BNG zijn namens WonenBreburg bankgaranties afgegeven voor een totaalbedrag van € 306.000. De garanties hebben betrekking op mogelijke planschade als gevolg van gebiedsontwikkeling.
Zekerheden WonenBreburg heeft de volgende zekerheden verstrekt voor de in januari 2011 bij de Rabobank Tilburg aangetrokken financiering in V.O.F. Groeseind. De financiering ten behoeve van Project Groeseind B.V. heeft een omvang van € 7 miljoen en een looptijd tot 31 december 2014: - een positieve / negatieve hypotheekverklaring; - pandrecht op de koopverklaring gesloten tussen V.O.F. Groeseind en Stichting WonenBreburg; - verpanding van de ontwikkelrechten van V.O.F. Groeseind.
Borgstelling Borgstelling voor DIGH (Dutch International Guarantees for Housing) met betrekking tot een project voor de bouw van 330 woningen in de sociale sector in Zuid-Afrika. De borgstelling omvat in aanvang € 452.223 en wordt jaarlijks in de jaren tot en met 2015 met € 49.112 verlaagd en in 2016 met € 141.307. Per 31 december 2012 bedraagt de positie € 254.711.
Fiscale eenheid De Stichting WonenBreburg vormt met de diverse bv’s voor de vennootschapsbelasting en omzetbelasting een fiscale eenheid. Daarom zijn alle vennootschappen binnen deze fiscale eenheid
160
hoofdelijk aansprakelijk voor de vennootschapsbelasting- en omzetbelastingschulden van de fiscale eenheid als geheel. De vennootschapsbelasting wordt geheven bij de moedermaatschappij. De aangiften omzetbelasting worden afzonderlijk ingediend. De gevoegde maatschappijen per 31 december 2012 voor de vennootschapsbelasting zijn: • Stichting WonenBreburg •
WonenBreburg Holding B.V.
•
WonenBreburg Project Groeseind B.V.
•
WonenBreburg Project Talmazone B.V.
•
Duurzame Energie Exploitatie WonenBreburg B.V.
•
WonenBreburg Project Dr. Struyckenplein B.V.
•
WonenBreburg Project Forum B.V.
WonenBreburg Project Quirijnboulevard B.V. maakt sinds 1 januari 2012 geen onderdeel meer uit van de fiscale eenheid vennootschapsbelasting. WonenBreburg Project Haagpoort B.V. maakt in verband met beëindiging van de activiteiten per 23 december 2012 geen onderdeel meer uit van de fiscale eenheid vennootschapsbelasting. De gevoegde maatschappijen per 31 december 2012 voor de omzetbelasting zijn: • Stichting WonenBreburg • WonenBreburg Holding B.V. • WonenBreburg Project Groeseind B.V. • WonenBreburg Project Talmazone B.V. • Duurzame Energie Exploitatie WonenBreburg B.V. • WonenBreburg Project Dr. Struyckenplein B.V. • WonenBreburg Project Forum B.V. • WonenBreburg Project Quirijnboulevard B.V. WonenBreburg Project Haagpoort B.V. maakt in verband met beëindiging van de activiteiten per 23 december geen onderdeel meer uit van de fiscale eenheid omzetbelasting.
Leasecontracten WonenBreburg heeft voor 12 auto’s leasecontracten afgesloten. De gemiddelde resterende Looptijd van de contracten bedraagt 32 maanden. De resterende leaseverplichting bedraagt € 312.287.
Aangegane verplichtingen De aangegane verplichtingen van voornamelijk nieuwbouw- en onderhoudsprojecten bedragen € 82.469.000,-
Wet Ketenaansprakelijkheid Door gebruik te maken van aannemers en onderaannemers is de Wet Ketenaansprakelijkheid van toepassing. Gedurende het boekjaar heeft geen aansprakelijkheidsstelling jegens Stichting WonenBreburg plaatsgevonden.
161
Derivaten Per balansdatum heeft WonenBreburg onderstaand derivaat: Nominale waarde
€ 4.391.608
product
rentetype/tarief
BNG (einde looptijd 01-11-2013)
vaste rente (5,82%) geruild tegen variabele rente (6 maands Euribor)
De swap is per balansdatum gelabeld met een onderliggende waarde. Dat wil zeggen dat de swap gekoppeld is aan aangetrokken (lopende) financiering. De looptijd van de swap is niet langer dan de looptijd van de lening en de hoofdsom van de swap is niet groter dan de (restant) hoofdsom van de lening. WonenBreburg neemt daarom geen openstaande swappositie in. De marktwaarde van de gehele swapportefeuille bedraagt ultimo 2012 € 232.002 negatief. De lage rente in 2012 heeft tot gevolg dat het enige nog overgebleven derivaat (swap) een negatieve marktwaarde heeft. Naarmate de rente stijgt, neemt de negatieve waarde af en kan deze omslaan naar een positieve waarde. Het contract loopt in 2013 af. Er is geen sprake van een zogenaamde CSA. WonenBreburg houdt het swapcontract, conform het treasurybeleid, aan ter beperking van met name variabele renterisico’s op zijn leningenportefeuille. WonenBreburg volgt de ontwikkelingen in de rente en marktwaarde nauwgezet en zal dat ook blijven doen. Het WSW wordt per kwartaal geïnformeerd over de derivatenportefeuille. Effectiviteitsrisico van derivaten De Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving geven kaders hoe boekhoudkundig om te gaan met derivaten (waaronder renteswaps). WonenBreburg past ten aanzien van de verantwoording van zijn derivaten kostprijshedge-accounting toe. RJ richtlijn 290 schrijft in dat verband onder meer voor, dat de relatie derivaat actief/passief moet worden getest op haar effectiviteit. Om de effectiviteit te testen, maakt WonenBreburg gebruik van de zogenoemde ‘critical terms’-methode (ofwel de belangrijkste modaliteiten). Daarbij wordt voor zowel de desbetreffende leningen als de gesloten rentederivaten de samenhang/overeenstemming getoetst van de belangrijkste modaliteiten: bedrag, looptijd, coupondata (ontvangen variabele rente over derivaat versus verplichtingen over lening), renteconventie en referentierente. Uit de toets komt een beperkte ‘ineffectiviteit’ van de renteconventie als gevolg van enkele te betalen beperkte renteopslagen naar voren. De effecten hiervan worden jaarlijks via de winst- en-verliesrekening verantwoord.
162
6.11. Toelichting op de onderscheiden posten van de geconsolideerde winst-enverliesrekening Bedrijfsopbrengsten 6.11.1.
Huren
6.11.1.1. Tabel A: Huren (bedragen x € 1.000) A Huren
2012
2011
138.100
132.201
Te ontvangen netto huren voor woningen en woongebouwen garages en bedrijfsruimten Subtotaal
4.490
4.240
142.590
136.441
-2.972
-2.776
Af huurderving wegens leegstand bijdrage leegstand dan wel wegens oninbaar Totaal
6.11.2.
55
45
139.673
133.710
Opbrengst servicecontracten
6.11.2.1. Tabel B: Opbrengst servicecontracten (bedragen x € 1.000) B Opbrengsten servicecontracten Leveringen en diensten Af: derving Totaal
2012
2011
12.109
11.051
-20
-23
12.089
11.028
De derving voor de servicekostencomponenten die met de huurders worden afgerekend, zijn verwerkt in het bedrag leveringen en diensten. 6.11.3.
Overheidsbijdragen
6.11.3.1. Tabel C: Overheidsbijdragen (bedragen x € 1.000) C Overheidsbijdragen
2012
2011
Egalisatiesubsidie BWS
-
15
Jaarlijkse bijdrage woningaanpassingen
-
2
Overige eenmalige bijdragen
17
18
Totaal
17
35
6.11.4.
Nettoverkoopresultaat vastgoedportefeuille
6.11.4.1. Tabel D: Nettoverkoopresultaat vastgoedportefeuille (bedragen x €1.000) Nettoverkoopresultaat vastgoedportefeuille betreft het resultaat/de opbrengsten uit verkopen van bestaand bezit sociaal en commercieel vastgoed aan derden en de opbrengst uit verkochte nieuwbouwwoningen en is als volgt te specificeren: D Nettoverkoopresultaat vastgoedportefeuille
2012
2011
Verkoopresultaten vanuit projecten Resultaat verkopen bestaand bezit
383
175
-
-
Totaal nettoverkoopresultaat vastgoedportefeuille
383
175
163
6.11.4.2. Tabel: Verkoopresultaten vanuit projecten Verkoopresultaten vanuit projecten
Totaal 11.828
Opbrengst verkopen projecten Af: vervaardigingskosten Bij/af: mutatie onderhanden werk Bij/af: resultaatneming op projecten
-11.770 325
‐ 383
Totaal verkoopresultaten vanuit projecten
6.11.4.3. Tabel: Resultaat verkopen bestaand bezit Resultaat verkopen bestaand bezit
Opbrengst verkopen bestaand bezit regulier en koopgarant Af; boekwaarde verkopen Af: direct toerekenbare kosten Af: ongerealiseerd resultaat verkopen Koopgarant Af: waardestijging tot verkoopwaarde jaarschijf reguliere verkopen Bij: niet gerealiseerde waardestijging jaarschijf reguliere verkopen Totaal resultaat verkopen bestaand bezit
2012
2011
23.700 ‐11.365 ‐1.172 ‐8.000 ‐6.278 3.115
27.158 ‐10.953 ‐1.547 ‐10.752 ‐4.963 1.057
-
-
Van de eerstkomende 3 boekjaren zijn de verkopen van sociaal bezit ingerekend. Met deze stijging tot verkoopwaarde zijn de waarde van het te verkopen bezit en de ongerealiseerde reserve verhoogd. Verkopen onder voorwaarden worden volgens verslaggevingsregels niet als een economisch voltooide transactie gezien; de resultaten hiervan worden daarom direct in de ongerealiseerde reserve gemuteerd. Van de reguliere verkopen is in 2012 de in voorgaande boekjaren ingerekende waardestijging gedeeltelijk gerealiseerd. Het niet gerealiseerde deel is ten laste van de gevormde ongerealiseerde reserve afgeboekt en op de kostprijs van de verkopen in mindering gebracht. Hierdoor resteert als resultaat op verkopen bestaand bezit over 2012 een saldo van € 0. De gerealiseerde waardestijging door reguliere verkopen in 2012 ad € 3.163.000 (2011: € 3.906.000) wordt daarnaast uit de ongerealiseerde reserve als bate op de post overige waardeveranderingen verantwoord. Vanwege de stelselwijziging zijn ook de ter vergelijking opgenomen cijfers over 2011 aangepast. 6.11.5. Overige bedrijfsopbrengsten 6.11.5.1. Tabel F: Overige bedrijfsopbrengsten (bedragen x € 1.000) F Overige bedrijfsopbrengsten
2012
2011
Tegemoetkoming in administratiekosten
491
481
Doorbelasting salariskosten aan derden
101
102
Opbrengst werkzaamheden voor derden
359
529
35
169
110
175
Opbrengst administratie derden Opbrengst antennes BTW pro rata Diversen Totaal
75
-
321
5.383
1.492
6.839
164
Bedrijfslasten 6.11.6.
Afschrijvingen materiële vaste activa en vastgoedportefeuille
6.11.6.1. Tabel G: Afschrijvingen materiële vaste activa en vastgoedportefeuille (bedragen x € 1.000) G Afschrijvingen materiële vaste activa en vastgoedportefeuille Overige goederen als onderdeel materiële activa in exploitatie
2012
2011
408
381
Afschrijvingen vastgoed in exploitatie
42.676
36.041
Activa ten dienste van de exploitatie
3.372
3.022
46.456
39.444
Totaal afschrijvingen materiële vaste activa en vastgoedportefeuille na stelselwijziging
6.11.7.
Overige waardeveranderingen materiële vaste activa en vastgoedportefeuille
6.11.7.1. Tabel H: Overige waardeveranderingen materiële vaste activa en vastgoedportefeuille (bedragen x € 1.000)
Overige waardeveranderingen materiële vaste activa en vastgoedportefeuille Financiële gevolgen besluiten m.b.t. 2012
2012
Chaam: Den Brabander
N 1.596
Breda: Brouwhof
N 5.604
Tilburg: Noordstraat Totaal dotaties aan voorz. beleid o.g.v. besluiten Afwijkingen en afwikkelingen voorziene bedragen per 31 dec. 2012 en 2011
N 778 N 7.978
N 32.232
B 1.966
N 18.025
Saldo verkopen bezit met Koopgarant (VoV)
B 11.341
Stijging tot verkoopwaarde jaarschijf boekjaar in voorg. jaren Overige mutaties van de vastgoedportefeuille
2011
N 9.964 N 233
N 4.863
Effect van stelselwijziging: mutatie voorziening beleid
N 2.897
Effect van stelselwijziging: kostprijs verkopen Verkoop onder voorwaarden jaarschijf
B 9.964
Effect van stelselwijziging: toekomstige verkopen Verkoop onder voorwaarden
N 11.341
Effect van stelselwijziging: gerealiseerde toekomstige verkopen bedrijfsmiddelen sociaal
B 4.373
Effect van stelselwijziging: gerealiseerde waardeverandering afschrijving voor herwaarderingen t/m 2010
B 7.330
Effect van stelselwijzigingen nagekomen correctie op activering van Mutatie actuele waarde
B 4.432
Gerealiseerde herwaarderingen door verkopen en afschrijvingen Totaal
B 9.955 B 3.710
N 41.882
B = batig, N = nadelig
Op de verschillende categorieën geven we de volgende toelichting. De genomen besluiten in 2012 betreffen onrendabele toppen van nieuwbouwprojecten. Vanaf 2012 worden verkoopresultaten van woningen verkocht onder voorwaarden als ongerealiseerde waardeveranderingen direct in het eigen vermogen verantwoord en niet meer als Overige waardeveranderingen. Voor dit vastgoed wordt de waardeontwikkeling na verkoop wel als een resultaat beschouwd. Deze ontwikkeling is mede over voorgaande jaren berekend en als overige waardeverandering opgenomen. Hierbij is rekening gehouden met het aandeel van de kopers in de waardemutaties van vastgoed verkocht onder voorwaarden. 165
Overige mutaties van de vastgoedportefeuille Als overige mutaties zijn verantwoord afboekingen en waardeverminderingen van vastgoed in ontwikkeling tot een totaalbedrag van € 233.000. 6.11.8.
Lonen en salarissen
6.11.8.1. Tabel I: Lonen en salarissen (bedragen x € 1.000) I Lonen en salarissen Bruto salarissen Uitzend- en interimkrachten Uitkering ziektewet en arbeidsongeschiktheid Totaal
2012
2011
18.632
18.594
841
727
-203
-120
19.270
19.201
De formatie per balansdatum in fte’s bedroeg 400 fte voor 2012 en 408 fte voor 2011. Geen van de werknemers is buiten Nederland werkzaam. Het aantal fte’s kan op de volgende manier worden uitgesplitst naar de verschillende bedrijfsonderdelen: Uitsplitsing FTE naar bedrijfsonderdelen
2012
Bestuur
2011
2
2
106
82
Vestiging Breda
67
77
Vestiging Tilburg
96
113
VAST
26
30
Onderhoudsbedrijf
103
104
Totaal
400
408
Concernstaf
6.11.8.2. Tabel: Gegevens bestuurders Naam
functie
leeftijd
Ir. J.A. Dunnewijk Drs. A.G.M. Streppel
directeur‐bestuurder directeur‐bestuurder
60 59
werkzaam in huidige functie sinds 1‐1‐1990 1‐9‐2000
werkzaam bij de organisatie sinds 1‐1‐1990 1‐9‐2000
Ir. J.A. Dunnewijk is voorzitter werkveld adviesraad van Avans, lid van het bestuur van Stichting Kences (studentenhuisvesting) en voorzitter van het bestuur van de Stichting MOM. Al deze functies zijn onbezoldigd. Drs. A.G.M. Streppel is lid van de Deelnemersraad van het WSW, lid van het algemeen bestuur van Aedes en bestuursvoorzitter van de Stichting Futura. Alle functies zijn onbezoldigd, met uitzondering van de Aedes-bestuursfunctie. De vergoeding die daarvoor wordt verkregen, komt ten goede aan WonenBreburg. Over het boekjaar is Stichting WonenBreburg een bedrag van € 6.000 verschuldigd inzake de zogenoemde “crisisheffing”. Dit bedrag zal in 2013 ten laste van het resultaat worden gebracht.
166
6.11.8.3. Tabel: Beloning bestuurders Naam
functie
Ir. J.A. Dunnewijk Drs. A.G.M. Streppel
directeur‐bestuurder directeur‐bestuurder
Naam
Ir. J.A. Dunnewijk Drs. A.G.M. Streppel
totaal fiscaal inkomen
totaal variabel inkomen
173.320 173.526
werknemerslast uitkering ouderdomspensioen bij beëindiging dienst‐ verband 15.286 15.286
werkgevers‐ bijdrage ouderdoms‐ pensioen 33.614 33.616
totaal conform Wopt
222.220 222.428
De bestuurders maken gebruik van dienstauto’s die door de corporatie worden verstrekt. Voor het privégebruik vergoeden de bestuurders gezamenlijk € 1.360 per jaar. 6.11.9. Pensioenen WonenBreburg is aangesloten bij SPW (Stichting Pensioenfonds voor Woningcorporaties), een zelfstandig pensioenfonds waar de pensioenbelangen van de hele corporatiesector zijn ondergebracht. De pensioenregeling is een toegezegd-pensioenregeling, waarbij WonenBreburg in geval van een tekort bij het pensioenfonds geen verplichting heeft tot het voldoen van aanvullende bijdragen, anders dan hogere toekomstige premies. Per 31 december 2012 lag de geschatte dekkingsgraad van SPW op 106%. SPW voldoet hiermee aan de minimale norm van 105% die De Nederlandsche Bank (DNB) stelt. 6.11.10. Onderhoudslasten 6.11.10.1. Tabel L: Lasten onderhoud (bedragen x € 1.000) L Onderhoudslasten voor woningen, overige exploitaties en activa ten dienste van de exploitaties
2012
2011
Onderhoudsuitgaven
38.994
28.504
Af: onderhoud uitgevoerd door eigen werkapparaat
-5.509
-4.906
33.485
23.598
Overzicht 2012
2012
2011
Reparatieverzoeken
8.558
7.808
Mutatieonderhoud
5.806
4.922
Periodiek onderhoud
2.865
2.293
Planmatig onderhoud
17.106
15.529
Totaal
6.11.10.2. Tabel: Onderhoudscategorie 2012 (bedragen x € 1.000)
Projectmatig onderhoud Subtotaal Loonkosten eigen dienst Totaal t.l.v. winst-en-verliesrekening
4.659
-2.048
38.994
28.504
-5.509
-4.906
33.485
23.598
167
6.11.11.
Leefbaarheid
6.11.11.1. Tabel M: Leefbaarheid (bedragen x € 1.000) M Leefbaarheidskosten
2012
2011
a. Uitgaven Breda
672
477
b. Uitgaven Tilburg
670
557
c. Uitgaven Studentenhuisvesting Totaal andere rentebaten
50
35
1.392
1.069
168
6.11.12. Overige bedrijfslasten 6.11.12.1. Tabel O: Overige bedrijfslasten (bedragen x € 1.000) O Overige bedrijfslasten
2012
2011
2.222
2.489
Algemene personeelslasten Overige personeelskosten Reservering persoonsgebonden scholingsbudget Reservering verlof- en overuren Reservering jubilea uitkeringen/cafetariamodel Totaal algemene personeelslasten
55
79
119
356-
732.323
9 2.221
Algemene kosten Huisvesting
1.605
1.680
Automatisering
1.225
1.274
Public relations
479
424
Telefoonkosten
238
260
Advieskosten
1.307
1.119
Drukwerk
193
166
Samenwerkingskosten
275
202
Woonruimteverdeelsysteem Kosten vervoermiddelen Participatie en democratisering
34
51
485
433
3
18
Vakliteratuur
80
44
Bankkosten
69
107
Portikosten
272
256
Restauratieve voorzieningen
223
261
Externe controle
117
131
Overige algemene beheerkosten Totaal algemene kosten
484 7.089
458 6.884
Zakelijke bedrijfslasten - belastingen
5.369
4.938
- verzekeringen
533
501
- contributie landelijke federatie
126
127
- niet-gedekte projectkosten eerdere jaren
603
- bijdrage 40+ wijken
453
Totaal zakelijke bedrijfslasten
7.084
1.472 7.038
Overige lasten Vervolgingskosten
281
336
Dotatie voorziening dubieuze debiteuren
756
1.032
Dotatie voorziening dubieuze debiteuren projectontwikkelingen
462
542
Btw pro rata voorgaande jaren
524
Antikraak ten behoeve van projecten
4
Verhuiskostenvergoeding Beheervergoeding VVE Aedex Diversen
2 254
274
88
147
2.336
7.233
Totaal overige lasten
4.177
Totaal
20.673
10.094 26.237
169
6.11.12.2. Tabel: Honorarium van de accountant
Honorarium van de accountant: 2012 a. Controle van de jaarrekening
Deloitte Accountants BV 98
b. Andere controleopdrachten c. Fiscale adviesdiensten d. Andere niet controlediensten Totaal honorarium van de accountant
Honorarium van de accountant: 2011 a. Controle van de jaarrekening
Totaal Overig Deloitte Deloitte -
98
19
-
19
-
184
184
-
-
-
117
184
301
Deloitte Accountants BV 131
Overig Totaal Deloitte Deloitte -
131
b. Andere controleopdrachten
-
-
-
c. Fiscale adviesdiensten
-
146
146
d. Andere niet controlediensten Totaal honorarium van de accountant
-
-
-
131
146
277
6.11.13. Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille 6.11.13.1. Tabel P: Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille (bedragen x € 1.000) P Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille
2012
2011
Effect van stelselwijzigingen: commercieel vastgoed tegen marktwaarde
-
-3.502
Effect van stelselwijzigingen: niet gerealiseerde negatieve waardemutaties sociaal vastgoed en terugnames hiervan
-
34.172
Waardeverandering commercieel vastgoed Laurentius/WonenBreburg VOF
-155
-1.276
Sociaal vastgoed Commercieel vastgoed Overige waardecorrecties in verband met grondposities Totaal
24.200 2.687
-
-5.367
-4.263
21.365
25.131
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen zijn mutaties in de marktwaarde van het bestaand commercieel vastgoed en waardedalingen (dan wel terugnemingen hiervan) van de bedrijfswaarde van het sociaal bezit. Waardestijgingen van het sociaal vastgoed ten opzicht van de historische kostprijs zijn niet in resultaat maar als directe mutatie in het groepsvermogen verwerkt. De totale herwaardering van het sociaal vastgoed ad ca. € 222 miljoen is toegelicht bij de post materiële vaste activa. Naast deze mutaties zijn in deze post ook afwaarderingen op grondposities opgenomen. 6.11.14. Opbrengst van vorderingen die tot de vaste activa behoren 6.11.14.1. Tabel: Opbrengst van vorderingen die tot de vaste activa behoren (bedragen x € 1.000) Q Opbrengsten van vorderingen die tot de vaste activa behoren a. Renteopbrengsten activa in ontwikkeling b. Renteopbrengsten leningen c. Renteopbrengsten BWS-subsidie Opbrengsten van vorderingen die tot de vaste activa behoren
2012
2011
5.038
2.346
827
895
65
84
5.930
3.325
170
6.11.15. Andere rentebaten en soortgelijke opbrengsten 6.11.15.1. Tabel R: Andere rentebaten R Andere rentebaten
2012
2011
a. Overige rentebaten
334
409
Totaal andere rentebaten
334
409
2012
2011
1.638
1.898
6.11.16. Rentelasten en soortgelijke kosten 6.11.16.1. Tabel S: Rentelasten en soortgelijke kosten S Rentelasten en soortgelijke kosten a. Rente leningen overheid b. Rente leningen derden
35.551
32.692
c. Rente rekening-courant banken
41
184
d. Boeterente/disagio
25
61
235
683
37.490
35.518
e. Overige rente Totaal rentelasten en soortgelijke kosten
6.11.17. Belastingresultaat uit gewone bedrijfsuitoefening De belasting over het resultaat wordt berekend over het resultaat voor belastingen in de winst-enverliesrekening, rekening houdend met beschikbare fiscaal compensabele verliezen uit voorgaande boekjaren (voor zover niet opgenomen in de latente belastingvorderingen) en vrijgestelde winstbestanddelen en na bijtelling van niet-aftrekbare kosten. Tevens wordt rekening gehouden met wijzigingen die optreden in de latente belastingvorderingen en latente belastingschulden uit hoofde van wijzigingen in het te hanteren belastingtarief. Sinds 1 januari 2008 vallen woningcorporaties integraal onder de vigerende belastingwetgeving. Eind 2008 is overeenstemming bereikt tussen Aedes en de belastingdienst over de vaststellingsovereenkomst 2 (VSO 2). De VSO 1 is eenzijdig in 2008 door de belastingdienst opgezegd. WonenBreburg heeft de VSO 1 en VSO 2 getekend. Voorts heeft WonenBreburg de VSO verlengd tot en met 31 december 2013. WonenBreburg heeft op basis van de uitgangspunten van VSO 1 en VSO 2 de fiscale positie ultimo 2012 en het fiscale resultaat 2012 bepaald, welke na rekening te houden met een compensabel verlies ad € 5,2 miljoen en de nog in mindering te brengen energieinvesteringsaftrek ad 0,6 miljoen resulteert in een belastbaar bedrag van nihil.
6.11.18. Resultaat Deelnemingen 6.11.18.1 Tabel U: Resultaat Deelnemingen (bedragen x € 1.000) U Entiteit (bedrag x € 1.000) Cofier Bouwontwikkeling BV Stadsontwikkelingsmaatschappij Tilburg BV Stichting Havenmeester Totaal resultaat deelnemingen
Verantwoord resultaat 2012 42 -787 -4 -749
Het resultaat opgenomen bij Stadsontwikkelingsmaatschappij Tilburg BV betreft een correctie op het resultaat 2010, het voorlopige resultaat 2011, het resultaat 2012 is nog niet bekend.
171
6.12. Enkelvoudige balans per 31 december 2012 6.12.1.
Tabel: Activa na resultaatbestemming (bedragen x € 1.000)
Activa
31-12-2012
31-12-2011
1 Vaste activa
1.1 Materiële vaste activa 1.1.1 Sociaal vastgoed in exploitatie
1.158.552
961.560
1.1.2 Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie
46.071
30.531
1.1.3 Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie
21.667
21.814
1.226.290
1.013.905
172.474
145.046
Totaal materiële vaste activa
1.2 Vastgoedbeleggingen 1.2.1. Commercieel vastgoed in exploitatie 1.2.2. Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden 1.2.3. Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie Totaal vastgoedbelegging
92.773
86.711
3.516
21.033
268.763
252.790
1.3 Financiële vaste activa 1.3.1 Deelnemingen in groepsmaatschappijen 1.3.2 Vorderingen op groepsmaatschappijen
-
-
18.132
15.799
1.3.3. Andere deelnemingen
294
252
1.3.4. Vorderingen op maatschappijen waarin wordt deelgenomen
891
661
1.3.5 Latente belastingvordering(-en)
3.043
3.356
1.3.6 Lening U/G
5.436
5.603
958
1.314
1.3.7 Te vorderen BWS-subsidies 1.3.8 Overige vorderingen Totaal financiële vaste activa Totaal vaste activa
-
-
28.754
26.985
1.523.807
1.293.680
2 Vlottende activa
2.1 Voorraden 2.1.1 Vastgoed bestemd voor verkoop 2.1.2 Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor verkoop 2.1.3 Overige voorraden Totaal voorraden 2.1.4 Onderhanden projecten
12.487
242
8.837
8.203
486
436
21.810
8.881
-
111
1.621
1.337
2.2 Vorderingen 2.2.1 Huurdebiteuren 2.2.2 Gemeente en Rijk 2.2.3 Vorderingen op groepsmaatschappijen 2.2.4 Vorderingen op maatschappijen waarin wordt deelgenomen
488
248
24.392
24.060
179
-
2.2.5 Latente belastingvordering(-en)
-
-
2.2.6. Belasting en premies sociale verzekeringen
-
-
2.2.7 Overige vorderingen
1.167
876
2.2.8 Overlopende activa
2.587
3.546
30.434
30.067
5.065
231
Totaal vorderingen
2.3 Liquide middelen Totaal vlottende activa Totaal activa
57.309
39.289
1.581.116
1.332.969
172
6.12.2.
Tabel: Passiva na resultaatbestemming (bedragen x € 1.000)
Passiva
31-12-2012
31-12-2011
Eigen vermogen 3.1. Wettelijke reserve 3.2 Bestemmingsreserve beleid 3.3 Overige reserve Totaal eigen vermogen
29
29
-
80.271
474.001
198.946
474.030
279.246
4 Egalisatierekeningen 4.1 Egalisatierekening leveringen en diensten huurders
-
-6
Totaal egalisatierekeningen
-
-6
29.094
64.400
5 Voorzieningen 5.1 Voorziening onrendabele investeringen en herstructureringen 5.2 Voorziening latente belastingverplichtingen 5.3 Overige voorzieningen Totaal voorzieningen
256
481
1.003
1.030
30.353
65.911
6 Langlopende leningen 6.1 Leningen overheid 6.2 Leningen kredietinstellingen 6.3 Leningen groepsmaatschappijen 6.4 Waarborgsommen 6.5 Terugkoopverplichting verkoop onder voorwaarden Totaal langlopende leningen
32.175
39.120
842.645
725.245
4.425
5.364
374
310
94.062
85.519
973.681
855.558
329
13.735
7 Kortlopende schulden 7.1 Schulden aan kredietinstellingen 7.2 Schulden aan gemeente 7.3 Schulden aan leveranciers 7.4 Schulden aan belastingen en sociale verzekeringen 7.5 Schulden ter zake van pensioenen 7.6 Aflossingsdeel leningen komend boekjaar 7.7 Schulden aan groepsmaatschappijen 7.8 Overlopende passiva Totaal kortlopende schulden Totaal passiva
1.333
2.528
11.884
10.510
1.879
6.395
374
414
56.545
75.898
5.737
64
24.973
22.716
103.053
132.260
1.581.116
1.332.969
173
6.13. Enkelvoudige Winst-en-verliesrekening 2012 6.13.1.
Tabel: Winst-en-verliesrekening 2012 (bedragen x € 1.000)
Bedrijfsopbrengsten A.
Huren
B.
Opbrengsten servicecontracten
C.
Overheidsbijdragen
D.
Nettoverkoopresultaat vastgoedportefeuille
2012
2011
138.452
133.177
10.773
10.156
17
35
-
147 2.694
E.
Geactiveerde productie eigen bedrijf
2.703
F.
Overige bedrijfsopbrengsten
1.560
1.799
153.505
148.008
Totaal bedrijfsopbrengsten Bedrijfslasten G.
Afschrijvingen materiële vaste activa en vastgoedportefeuille
46.201
39.274
H.
Overige waardeveranderingen materiële vaste activa en vastgoedportefeuille
-3.710
41.882
I.
Lonen en salarissen
19.270
19.201
J.
Sociale lasten
2.835
2.681
K.
Pensioenlasten
L.
Onderhoudslasten
3.556
3.542
33.332
23.516
M. Leefbaarheid
1.392
1.069
N.
Lasten servicecontracten
9.894
9.889
O.
Overige bedrijfslasten
Totaal bedrijfslasten Bedrijfsopbrengsten minus bedrijfslasten P. Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille Resultaat waardeverandering vastgoed Q. Opbrengst van vorderingen die tot de vaste activa behoren R.
Andere rentebaten en soortgelijke opbrengsten
S.
Rentelasten en soortgelijke kosten
Saldo financiële baten en lasten Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening (exclusief actuele waarde) T. Mutatie actuele waarde Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening voor belastingen
22.362
20.897
135.132
161.951
18.373
-13.943
21.520
26.407
21.520
26.407
7.291
4.296
198
409
36.687
35.131
-29.198
-30.426
10.695
-17.962
-
-
10.695
-17.962
U. Belastingenresultaat uit gewone bedrijfsuitoefening
-89
15
V. Resultaat deelnemingen
522
-2.107
11.129
-20.054
Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening na belastingen
De vergelijkende cijfers over 2011 in de winst-en-verliesrekening 2012 zijn aangepast vanwege een stelselwijziging door toepassing van de herziene richtlijn RJ645
174
6.14. Grondslagen voor de waardering van de enkelvoudige activa en passiva in de balans 6.14.1. Algemeen In deze toelichting dienen alle bedragen gelezen te worden vermenigvuldigd met de factor € 1.000. Activa en passiva worden indien niets vermeld gewaardeerd tegen nominale waarde. Hierbij wordt op vorderingen, indien dit noodzakelijk is, een voorziening wegens mogelijke oninbaarheid in mindering gebracht. Slechts de posten in de enkelvoudige jaarrekening die nieuw zijn of materieel afwijken ten opzichte van de geconsolideerde jaarrekening worden toegelicht en indien noodzakelijk worden de grondslagen van deze posten weergegeven. Daar waar de grondslagen gelijk zijn aan de geconsolideerde jaarrekening wordt hiernaar verwezen. 6.14.2.
Financiële vaste activa
6.14.2.1. Deelnemingen in groepsmaatschappijen Deelnemingen in groepsmaatschappijen waarin invloed van betekenis op het zakelijke en financiele beleid wordt uitgeoefend, worden gewaardeerd op de nettovermogenswaarde, doch niet lager dan nihil. Deze nettovermogenswaarde wordt berekend op basis van de grondslagen van WonenBreburg. Deelnemingen met een negatieve nettovermogenswaarde worden op nihil gewaardeerd. Wanneer WonenBreburg geheel of ten dele instaat voor schulden van de desbetreffende deelneming, respectievelijk de feitelijke verplichting, heeft de deelneming (voor haar aandeel) tot betaling van haar schulden in staat te stellen, wordt een voorziening gevormd. Bij het bepalen van de omvang van deze voorziening wordt rekening gehouden met reeds op vorderingen op de deelneming in mindering gebrachte voorzieningen voor oninbaarheid. 6.14.3.
Reserves
6.14.3.1. Wettelijke reserve Wettelijke reserves zijn reserves die op grond van wettelijke bepalingen ter zake aangehouden worden. 6.14.3.2. Overige reserve De overige reserve wordt gevormd uit de resultaten voor zover deze niet ten gunste of ten laste van de andere benoemde reserves komen.
175
6.15 Toelichting op de enkelvoudige balans per 31 december 2012 ACTIVA 6.15.1.
Materiële vaste activa
6.15.1.1. Tabel 1.1: Mutaties materiële vaste activa (bedragen x € 1.000) Mutaties materiële vaste activa
onroerende en roerende goederen sociaal vastgoed in exploitatie
vastgoed in onwikkeling
ten dienste van de exploitatie
totaal
1-1-2012 Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Cumulatieve herwaarderingen Cumulatieve waardeveranderingen Cumulatieve afschrijvingen Boekwaarde per 1 januari 2012 Herrubricering sociaal naar vastgoed beleggingen: Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Herrubricering sociaal naar vastgoed beleggingen: Cumulatieve herwaarderingen Herrubricering sociaal naar vastgoed beleggingen: Cumulatieve afschrijvingen Stelselwijziging: sociaal vastgoed als bedrijfsmiddel op actuele waarde Stand per 1-1-2012 na stelselwijziging
1.181.494
55.828
39.614
168.979 87.787
1.276.936 168.979
-4.264
-294.197 1.144.063
51.564
-134.348
-16.432
83.523 -17.800
-311.997
21.814
1.217.441 -150.780
-6.716
-6.716
9.402
9.402
-50.841
-50.841
961.560
35.132
21.814
1.018.506
Mutaties 2012 Investeringen: in ontwikkeling Investeringen: in exploitatie Investeringen: nieuwbouw beschikking voorziening
91.255 77.860
Desinvesteringen: herwaarderingen
-2.777
Desinvesteringen: afschrijvingen
2.471
Vrijval verkoopprogramma 2012
-12.942
Afschrijvingen
-42.828
Totaal mutaties Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Cumulatieve herwaarderingen Cumulatieve waardeveranderingen Cumulatieve afschrijvingen 31-12-2012
2.910
-11.974 -8.306
3.454 -26.548
2.910
Desinvesteringen: verkrijgings- of vervaardigingsprijs
Waardemutatie 2012
3.454
-26.548
Voorziening beleid: mutatie 2012 Investeringen: bestemd voor verkoop
-77.860
91.255
-11.974 -983
-9.289 -2.777
755
3.226 -12.942
-3.373
-46.201
222.036
-5.366
196.992
10.939
-147
207.784
216.670
1.078.178
55.701
42.085
1.175.964
387.428 18.098
387.428 -9.630
-325.152 1.158.552
46.071
8.468 -21.173
-346.325
21.667
1.226.290
176
Voor de toelichting van het sociaal vastgoed in exploitatie verwijzen wij naar de geconsolideerde jaarrekening. 6.15.2.
Vastgoedbeleggingen
6.15.2.1. Tabel 1.2: Vastgoedbeleggingen Vastgoedbeleggingen
onroerende en roerende goederen verkopen vastgoed in onder onwikkeling voorwaarden
vastgoed beleggingen
totaal
1-1-2012 89.136
Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs
89.136
Cumulatieve waardeveranderingen
-2.425
-2.425
86.711
86.711
Boekwaarde per 1 januari 2012 Herrubricering 2011 Stelselwijziging: marktwaardering Stand per 1-1-2012 na stelselwijziging
-
-
131.662
16.432
13.384
-
145.046
16.432
148.094 13.384 86.711
248.189
Mutaties 2012 Investeringen: in ontwikkeling Investeringen: in exploitatie
11.810 34.588
Voorziening beleid: mutatie 2012 Desinvesteringen Aanwending voorziening Waardemutaties commercieel vastgoed
-283
18.630
-3618
-3.901
9.862
-10.545
-10.545
3.668 27.428
Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs
155.422
31-12-2012
18.630
9.862
Totaal mutaties
Cumulatieve waardeveranderingen
-34.588
11.810
-12.916
17.052 172.474
3.516
-8.950
-5.282
6.062
20.574
104.148
259.570
-11.375
5.677
92.773
268.763
Met ingang van 2010 is de waarde van de portefeuille VoV, als onderdeel van de vastgoedbeleggingen, opgenomen. De geactualiseerde verkoopwaarde van de verkopen onder voorwaarden zijn verantwoord. Onder langlopende leningen zijn de verplichtingen in verband met de toekomstige terugkoop van de woningen verantwoord. Voor de tekstuele toelichting verwijzen wij naar de geconsolideerde jaarrekening.
177
6.15.3.
Financiële vaste activa
6.15.3.1. Tabel 1.3.3: Deelnemingen (bedragen x € 1.000) Deelnemingen
Cofier Bouwontwikkeling BV Breedband Tilburg BV
aandeel %
resultaat in boekjaar
25
42
24,33
0
0
42
294
100
1.183
-2.900
50
-698
-8.042
485
-10.942
Totaal
netto vermogenswaarde per 31-12-2012
294
Geconsolideerde deelneming(en): WonenBreburg Holding BV Laurentius/WonenBreburg VOF Totaal
De negatieve nettovermogenswaarde van WonenBreburg Holding BV is verrekend met vorderingen op groepsmaatschappijen onder de financiële vaste activa. De negatieve nettovermogenswaarde van Laurentius/WonenBreburg VOF is verrekend met de vorderingen op groepsmaatschappijen onder de kortlopende vorderingen. WonenBreburg Holding BV houdt 100% van de aandelen in WonenBreburg Project Talmazone BV. Deze laatste vennootschap participeert voor 50% in Ontwikkelingscombinatie WonenBreburg & Nederlandse Bouwunie VOF. WonenBreburg Holding BV houdt 100% van de aandelen in WonenBreburg Project Quirijnboulevard BV. Deze laatste vennootschap participeert voor 50% in VOF Wijkontwikkelingsmaatschappij Quirijnboulevard Tilburg. WonenBreburg Holding BV houdt 100% van de aandelen in WonenBreburg Groeseind BV. Deze laatste vennootschap participeert voor 50% in VOF Groeseind. WonenBreburg Holding BV houdt 100% van de aandelen in Duurzame Energie Exploitatie WonenBreburg BV. WonenBreburg Holding BV houdt 100% van de aandelen in WonenBreburg Project Dr. Struyckenplein BV. Deze laatste vennootschap participeert voor 50% in VOF Ontwikkelingscombinatie Dr. Struyckenplein. WonenBreburg Holding BV houdt 100% van de aandelen in WonenBreburg Project Forum BV. Deze laatste vennootschap participeert voor 50% in VOF Forum. WonenBreburg Holding BV houdt 25% van de aandelen van Stadsontwikkelingsmaatschappij Tilburg BV.
178
6.15.3.2. Tabel 1.3: Mutaties financiële vaste activa (bedragen x € 1.000)
Mutaties financiële vaste activa Boekwaarden (1-1-2012)
vorderinglatente leningen andere vorderingen en op groepsu/g deelop maatschap- belastingmaatnemingen pijen waarin vordering(en) wordt schappijen deelgenomen
15.799
252
661
te vorderen BWSsubsidie
totaal
3.356
5.603
1.314
26.985
65
4.474
-313
-167
-421
-3.925
Mutaties Toevoegingen Aflossingen
4.140
269
-2.989
-35
Resultaat deelneming
42
Verrekening NVW deelnemingen
1.182
Totaal mutaties Boekwaarden (31-12-2012)
42 -4
1.178
2.333
42
230
-313
-167
-356
1.769
18.132
294
891
3.043
5.436
958
28.754
6.15.4. Voorraden 6.15.4.1. Tabel 2.1: Voorraden (bedragen x € 1.000) Voorraden Vastgoed bestemd voor verkoop Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor verkoop Overige voorraden Totaal
31-12-2012
31-12-2011
12.487
242
8.837
8.203
486
436
21.810
8.881
6.15.4.2. Tabel 2.1.2: Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor verkoop (bedragen x € 1.000) Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor verkoop
2012
2011
Breda: Seminarieweg
3.966
2.785
Breda: F1 en F2 Heuvel
1.413
1.023
Breda: Driesprong Tilburg: De Nieuwe Heikant Tilburg: Forum Overig Saldo 31 december
6.15.5.
930
-
-
2.451
1.920
-
608
1.944
8.837
8.203
31-12-2012
31-12-2011
3.276
2.461
24.392
24.060
179
-
Vorderingen
6.15.5.1. Tabel 2.2: Vorderingen (bedragen x € 1.000) Vorderingen Debiteuren Vorderingen op groepsmaatschappijen Voorderingen op maatschappijen waarin wordt deelgenomen Overlopende activa Totaal
2.587
3.546
30.434
30.067
179
De vorderingen op maatschappijen waarin wordt deelgenomen betreffen een vordering op de Stadsontwikkelingsmaatschappij Tilburg BV, waarin voor 25% wordt deelgenomen. 6.15.5.2. Tabel 2.2.1, 2.2.2 en 2.2.7: Debiteuren en overige vorderingen (bedragen x € 1.000) Debiteuren Huurdebiteuren (zittende bewoners) Af: voorziening wegens oninbaar Subtotaal Gemeente en Rijk
31-12-2012
31-12-2011
1.816
1.546
-195
-209
1.621
1.337
950
248
Af: voorziening wegens oninbaar
-462
Subtotaal
488
248
Vertrokken huurders
2.583
2.349
Overige debiteuren
1.317
796
Af: voorziening
-2.733
-2.269
Totaal overige debiteuren
1.167
876
Overige vorderingen
6.15.5.3. Tabel: Verloop voorziening dubieuze debiteuren (bedragen x € 1.000) Verloop voorzieningen dubieuze debiteuren
2012
2011
Saldo 1 januari
2.478
2.233
Dotatie
1.489
1.574
-577
-1.329
3.390
2.478
Onttrekking Saldo 31 december
6.15.5.4. Tabel 2.2.3: Vorderingen op groepsmaatschappijen (bedragen x € 1.000) De specificatie van de balanspost vorderingen op groepsmaatschappijen is als volgt: Vorderingen op groepsmaatschappijen
31-12-2012
Vordering Laurentius/WonenBreburg VOF
29.215
Af: negatieve vermogenswaarde van de VOF
-8.042
Saldo: balanswaarde vordering
21.173
67
19.394 1.247 3.152 231 36
24.392
24.060
WonenBreburg Holding BV
1.250
VOF Wijkontwikkelingsmij. Quinrijnboulevard Tilburg
1.534
Duurzame Energie Exploitatiemaatschappij Vorderingen op overige deelnemingen Totaal vorderingen op groepsmaatschappijen
31-12-2011
26.738 ‐7.344
368
Op grond van verslaggevingsregels is de negatieve nettovermogenswaarde van Laurentius/WonenBreburg VOF ultimo 2012 in mindering gebracht op de nominale waarde van de vordering op deze VOF.
180
6.15.5.5. Tabel 2.2.8: Overlopende activa (bedragen x € 1.000) Overlopende activa
31-12-2012
31-12-2011
1.410
1.695
30
119
Vooruitbetaalde kosten Door te belasten aan derden Onderhanden werk niet-planmatig onderhoud
305
423
Facturen in omloop
772
1.108
Nog te verwerken in projectadministratie
-
66
Overig
70
135
Totaal
2.587
3.546
31-12-2012
31-12-2011
5.047
205
6.15.6. Liquide middelen 6.15.6.1. Tabel 2.3: Liquide middelen (bedragen x € 1.000) Liquide middelen Bank Kas
8
7
10
19
5.065
231
31-12-2012
31-12-2011
Kruisposten Totaal
PASSIVA 6.15.7. Eigen vermogen 6.15.7.1. Tabel 3: Eigen vermogen (bedragen x € 1.000) Eigen vermogen
322.665
Groepsvermogen per 31 december voor stelselwijziging
13.384
Stelselwijziging: commercieel vastgoed tegen marktwaarde
-5.962
Stelselwijzijziging: aanpassing saldo Voorziening beleid
-50.841
Stelselwijz.: sociaal vasgoed als bedrijfsmiddel tegen actuele waarde
279.246
Groepsvermogen per 31 december na stelselwijziging Wettelijke reserve Bestemmingsreserve beleid Overige reserve (na resultaatbestemming) Totaal
29
29
-
80.271
474.001
198.946
474.030
279.246
De nadere specificatie van het eigen vermogen is opgenomen in de toelichting bij de post Groepsvermogen in de geconsolideerde jaarrekening. 6.15.7.2. Tabel 3.1: Verloop wettelijke reserve (bedragen x € 1.000) Verloop wettelijke reserve Saldo 1 januari Mutatie Saldo 31 december
2012
2011
29
29
-
-
29
29
6.15.7.3. Tabel 3.2: Verloop bestemmingsreserve beleid (bedragen x € 1.000) Verloop bestemmingsreserve beleid Saldo 1 januari Mutatie Saldo 31 december
2012
2011
80.271
74.936
-80.271
5.335
-
80.271
181
Besloten is met ingang van 2012 geen bestemmingsreserve beleid meer te vormen vanwege het voorlopige en fluctuerende karakter van deze post. 6.15.8.
Langlopende leningen
6.15.8.1. Tabel 6: Langlopende leningen (bedragen x € 1.000) Langlopende leningen
31-12-2012
Leningen overheid Leningen kredietinstellingen Leningen groepsmaatschappijen Waarborgsommen Verkoop onder voorwaarden Totaal
31-12-2011
32.175
39.120
842.645
725.245
4.425
5.364
374
310
94.062
85.519
973.681
855.558
Per 31 december 2012 bedraagt het saldo van de leningen waarvan de looptijd langer was dan 5 jaar € 705,2 miljoen (2011: € 643,2 miljoen). In procenten van de leningenportefeuille is dit 81% per 31 december 2012 tegen 77% per 31 december 2011. Tot een bedrag van € 13 miljoen waren per 31 december 2012 middelen vastgelegd voor herfinanciering 2013. 6.15.8.2. Tabel 6.1, 6.2 en 6.3: Verloop langlopende leningen (bedragen x € 1.000) Leningen Saldo 1-1-2012 Aflossingsdeel verantwoordingsjaar
overheid
kredietinstellingen 725.245
1.798
74.097
75.895
173.000
173.000
Aflossingen leningen
-1.798
-80.097
Aflossingsdeel leningen komend boekjaar
-6.945
-49.600
32.175
842.645
5.364
totaal
39.120
Nieuwe leningen 2012
Saldo per 31-12-2012
groepsmaatsch.
-939
769.729
-82.834 -56.545
4.425
879.245
Rentevoet en aflossingssysteem Per 31 december bedraagt de gewogen gemiddelde rentevoet (van de betaalde rente) van de uitstaande leningen overheid en kredietinstelling 4,04% (2011: 4,17%). De leningen overheid en kredietinstellingen lossen wij af op basis van annuïteiten; lineair dan wel via het dynamische kostprijssysteem of ineens (fixe leningen). 6.15.8.3. Tabel: Opbouw leningportefeuille (bedragen x € 1.000) Per 31 december 2012 is de opbouw van de leningportefeuille als volgt: Vast/variabel
Variabel Vast
bedrag (x 1 miljoen)
% van leningportefeuille 34,1 3,7%
897,4
96,3%
Van de leningen met een variabele rente is een bedrag van € 2,2 miljoen afgedekt met swaps. Dit betreft een lening. Voor deze lening is geen Credit Support Annex (CSA, ofwel bijbetalingsverplichting bij daling van de markwaarde van de derivaten) van toepassing. De swap eindigt in 2013.
182
Volgens de beleidsregel van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw mag maximaal 15% van de leningportefeuille variabel gefinancierd zijn. Het variabele aandeel is 3,7% en ligt daarmee ruim onder de norm van het Waarborgfonds. 6.15.8.4. Aflossing en/of renteherziening (bedragen x € 1.000)
2013
70,0
% van leningportefeuille 7,5%
2014
71,7
7,7%
2015
46,8
5,0%
2016
42,7
4,6%
2017
27,6
3,0%
2018
61,7
6,6%
Aflossing en/of renteherziening
2019 na 2019
bedrag (x 1 miljoen)
46,5
5,0%
600,4
64,5%
Het aflossingsdeel in het komende boekjaar bedraagt € 56,5 miljoen en is verantwoord onder de kortlopende schulden. Zekerheden Ten behoeve van de leningen van kredietinstellingen zijn garanties van het WSW verkregen tot een bedrag van € 970,3 miljoen inclusief de financiering met een stortingsdatum in 2013 en de leningen met een variabele hoofdsom voor nominaal € 60 miljoen, die per 31 december voor € 34 miljoen opgenomen waren. 6.15.9.
Kortlopende schulden
6.15.9.1. Tabel 7: Kortlopende schulden (bedragen x € 1.000) Kortlopende schulden Schulden aan kredietinstellingen Schulden aan de gemeente Schulden aan leveranciers en overige schulden Schulden ter zake van belastingen en premies sociale verzekeringen Aflossingsdeel leningen komend boekjaar Schulden aan groepsmaatschappijen Overlopende passiva Totaal
31-12-2012
31-12-2011
329
13.735
1.333
2.528
11.884
10.510
2.253
6.809
56.545
75.898
5.737
64
24.973
22.716
103.053
132.260
6.15.9.2. Tabel 7.1: Schulden aan kredietinstellingen (bedragen x € 1.000) Schulden aan kredietinstellingen Bank Kruisposten Totaal
31-12-2012
31-12-2011
329
13.733
-
2
329
13.735
De kredietfaciliteit bij de BNG bedraagt € 25 miljoen. Hiervoor is als zekerheid een bedrag van € 5 miljoen in een deposito gestort.
183
6.15.9.3. Tabel 7.4: Schulden terzake belastingen en premies sociale verzekeringen (bedragen x € 1.000) Schulden aan belastingen en sociale verzekeringen
31-12-2012
31-12-2011
1.224
5.709
655
656
Btw Loonbelasting VPB
-
30
1.879
6.395
31-12-2012
31-12-2011
64
64
Totaal
6.15.9.4. Tabel 7.7: Schulden aan groepsmaatschappijen Schulden aan groepsmaatschappijen Schuld aan VOF Groeseind Schuld aan WonenBreburg Project Talmazone BV Totaal
5.673
-
5.737
64
De schuld aan WonenBreburg Project Talmazone BV betreft de overnamesom inzake de eenheden die via de achtervangconstructie van deze deelneming naar Stichting WonenBreburg zijn overgedragen. 6.15.9.5. Tabel 7.8: Totaal overlopende passiva (bedragen x € 1.000) Overlopende passiva
31-12-2012
31-12-2011
13.845
11.426
Vooruit ontvangen huur
2.802
2.596
Nog te ontvangen facturen
1.006
1.140
Te verrekenen huurtoeslag
910
934
-
483
1.300
1.150
Niet-vervallen rente
Vooruit ontvangen subsidies Reservering verlof- en overuren Diverse posten project Havenmeester
734
-
Te verrekenen/transitorische servicekosten
2.323
4.022
Reservering Tilburg Akkoord
1.877
655
Diversen Totaal
176
310
24.973
22.716
184
6.16 Toelichting op de enkelvoudige winst-en-verliesrekening Bedrijfsopbrengsten 6.16.1.
Huren
6.16.1.1. Tabel A: Huren (bedragen x € 1.000) A Huren
2012
2011
136.879
131.668
Te ontvangen netto huren voor woningen en woongebouwen garages en bedrijfsruimten Subtotaal
4.490
4.240
141.369
135.908
-2.972
-2.776
Af huurderving wegens leegstand bijdrage leegstand dan wel wegens oninbaar Totaal
55
45
138.452
133.177
6.16.1.2. Tabel: De toename van de netto huuropbrengsten De toename van de netto huuropbrengsten ten opzichte van 2011 verklaren wij als volgt: Wijziging Aankopen/oplevering woningen 2011 en 2012 Verkoop woningen 2011 en 2012
2.912 -1.033
Overige onttrekkingen Jaarlijkse huurverhoging
294 2.276
Huurverhoging bij woningverbetering, comfortverbetering en aanpassingen als gevolg van optrekken van huren naar markthuren dan wel streefhuren
1.012
Totaal
6.16.2.
5.461
Opbrengsten servicecontracten
6.16.2.1. Tabel B: Opbrengsten servicecontracten (bedragen x € 1.000) B Opbrengsten servicecontracten Leveringen en diensten Af: derving Totaal
2012
2011
10.793
10.179
-20
-23
10.773
10.156
De derving voor de servicekostencomponenten die met de huurders worden afgerekend, is verwerkt in het bedrag leveringen en diensten. 6.16.3.
Overheidsbijdragen
6.16.3.1. Tabel C: Overheidsbijdragen (bedragen x € 1.000) C Overheidsbijdragen
2012
2011
Egalisatiesubsidie BWS
-
15
Jaarlijkse bijdrage woningaanpassingen
-
2
Overige eenmalige bijdragen
17
18
Totaal
17
35
185
6.16.4.
Netto verkoopresultaat vastgoedportefeuille
6.16.4.1. Tabel D: Netto verkoopresultaat vastgoedportefeuille (bedragen x € 1.000) D Nettoverkoopresultaat vastgoedportefeuille
2012
2011
Verkoopresultaten nieuwbouw Verkoopresultaten bestaand bezit
-
147
-
-
Totaal nettoverkoopresultaat vastgoedportefeuille
-
147
De presentatie en specificatie van het netto verkoopresultaat zijn in 2012 gewijzigd. Daarom zijn ook de ter vergelijking opgenomen cijfers over 2011 aangepast. Door de stelselwijziging inzake de verantwoording van de ingerekende toekomstige verkopen resteert in 2011 nu een saldo van € 0. Verkoopresultaten nieuwbouw Verkoopresultaat nieuwbouw voor stelselwijziging Effect van stelselwijziging: toekomstige verkopen regulier (terugboeking van het niet-gerailiseerde deel van de herwaardering) Totaal verkoopresultaten nieuwbouw Resultaat verkopen bestaand bezit
Opbrengst verkopen bestaand bezit regulier en koopgarant Af; boekwaarde verkopen Af: direct toerekenbare kosten Af: onrealiseerd resultaat verkopen Koopgarant Af: waardestijging tot verkoopw. jaarschijf reg. verk. Bij: niet gereal. waardestijging jaarschijf reg. verk. Totaal resultaat verkopen bestaand bezit
2012
2011
-
-449
-
596
-
147
2012
2011
23.700 ‐11.365 ‐1.172 ‐8.000 ‐6.278 3.115
27.158 ‐10.953 ‐1.547 ‐10.752 ‐4.963 1.057
-
-
In 2012 zijn 193 woningen verkocht waarvan 151 via koopgarant en 42 regulier. Van de verkopen via koopgarant zijn 24 woningen teruggekocht, alle overige verkopen koopgarant en de verkopen regulier, te weten 169 woningen, betreft verkopen van bestaand bezit. 6.16.5.
Overige bedrijfsopbrengsten
6.16.5.1. Tabel F: Overige bedrijfsopbrengsten (bedragen x € 1.000) F Overige bedrijfsopbrengsten
2012
2011
Tegemoetkoming in administratiekosten
491
481
Doorbelasting salariskosten aan derden
101
102
Opbrengst werkzaamheden voor derden
359
529
Opbrengst administratie derden
110
169
Opbrengst antennes
110
175
BTW pro rata Diversen Totaal
75 314
343
1.560
1.799
186
Bedrijfslasten 6.16.6.
Afschrijving materiële vaste activa en vastgoedportefeuille
6.16.6.1. Tabel G: Afschrijving materiële vaste activa en vastgoedportefeuille (bedragen x € 1.000) G Afschrijvingen materiële vaste activa en vastgoedportefeuille Overige goederen als onderdeel materiële activa in exploitatie
2012
2011
408
381
Afschrijvingen vastgoed in exploitatie
42.421
35.871
Activa ten dienste van de exploitatie
3.372
3.022
46.201
39.274
Totaal afschrijvingen materiële vaste activa en vastgoedportefeuille na stelselwijziging
6.16.7.
Lonen en salarissen
6.16.7.1. Tabel I: Lonen en salarissen (bedragen x € 1.000) I Lonen en salarissen Bruto salarissen Uitzend- en interimkrachten
2012
2011
18.632
18.594
841
727
-203
-120
19.270
19.201
2012
2011
Onderhoudsuitgaven
38.841
28.422
Af: onderhoud uitgevoerd door eigen werkapparaat
-5.509
-4.906
33.332
23.516
Overzicht 2012
2012
2011
Reparatieverzoeken
8.405
7.726
Mutatieonderhoud
5.806
4.922
Uitkering ziektewet en arbeidsongeschiktheid Totaal
6.16.8.
Lasten en onderhoud
6.16.8.1. Tabel L: Lasten en onderhoud (bedragen x € 1.000) L Onderhoudslasten voor woningen, overige exploitaties en activa ten dienste van de exploitaties
Totaal
6.16.8.2. Tabel: Onderhoudscategorie 2012 (bedragen x € 1.000)
Periodiek onderhoud
2.865
2.293
Planmatig onderhoud
17.106
15.529
4.659
-2.048
38.841
28.422
Projectmatig onderhoud Subtotaal Loonkosten eigen dienst Totaal t.l.v. winst-en-verliesrekening
-5.509
-4.906
33.332
23.516
187
6.16..9.
Overige bedrijfsla asten
6.16..9.1. Tabell O: Overige e bedrijfslassten (bedrag gen x € 1.00 00)
188
6.16.10. Honorarium van de accountant 6.16.10.1. Tabel: Honorarium van de accountant (bedragen x € 1.000)
Honorarium van de accountant: 2012 a. Controle van de jaarrekening
Deloitte Accountants BV 82
b. Andere controleopdrachten c. Fiscale adviesdiensten d. Andere niet controlediensten Totaal honorarium van de accountant
Honorarium van de accountant: 2011 a. Controle van de jaarrekening
Overig Totaal Deloitte Deloitte -
82
19
-
19
-
184
184
-
-
-
101
184
285
Deloitte Accountants BV 131
Overig Totaal Deloitte Deloitte -
131
b. Andere controleopdrachten
-
-
-
c. Fiscale adviesdiensten
-
146
146
d. Andere niet controlediensten Totaal honorarium van de accountant
-
-
-
131
146
277
6.16.11. Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille 6.16.11.1. Tabel P: Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille (bedragen x € 1.000) P Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille
2012
2011
Effect van stelselwijzigingen: commercieel vastgoed tegen marktwaarde
-
-3.502
Effect van stelselwijzigingen: niet gerealiseerde negatieve waardemutaties sociaal vastgoed en terugnames hiervan
-
34.172
Sociaal vastgoed Commercieel vastgoed Overige waardecorrecties in verband met grondposities Totaal
24.200 2.687 -5.367
-4.263
21.520
26.407
Financiële Baten en Lasten Met betrekking tot bovenstaande posten verstrekken we het volgende overzicht: 6.16.12. Opbrengsten die tot de vaste activa behoren 6.16.12.1. Tabel Q: Opbrengsten die tot de vaste activa behoren (bedragen x € 1.000) Q Opbrengsten van vorderingen die tot de vaste activa behoren
2012
2011
a. Renteopbrengsten activa in ontwikkeling
5.038
2.346
b. Renteopbrengsten leningen
2.188
1.866
c. Renteopbrengsten BWS-subsidie Opbrengsten van vorderingen die tot de vaste activa behoren
65
84
7.291
4.296
189
6.16.13. Andere rentebaten 6.16.13.1. Tabel R: Andere rentebaten (bedragen x € 1.000) R Andere rentebaten
2012
2011
a. Overige rentebaten
198
409
Totaal andere rentebaten
198
409
6.16.14. Rentelasten en soortgelijke kosten 6.16.14.1. Tabel S: Rentelasten en soortgelijke kosten (bedragen x € 1.000) S Rentelasten en soortgelijke kosten
2012
a. Rente leningen overheid
2011
1.638
1.898
34.748
32.692
c. Rente rekening-courant banken
41
184
d. Boeterente/disagio
25
61
235
296
36.687
35.131
b. Rente leningen derden
e. Overige rente Totaal rentelasten en soortgelijke kosten
6.16.15. Mutatie actuele waarde 6.16.15.1. Tabel T: Mutatie actuele waarde (bedragen x € 1.000) T Mutatie actuele waarde
2012
2011
Mutaties in actuele waarde voor stelselwijziging
-
63.123
Nagekomen correcties op activeringen
-
4.432
Totaal mutaties in actuele waarde voor stelselwijziging
-
67.555
Effect van stelselwijzigingen toekomstige verkopen
-
-9.801
Effect van stelselwijzigingen mutatie actuele waarde
-
-53.322
Effect van stelselwijzigingen nagekomen correctie op activering naar Overige waardeveranderingen
-
-4.432
Totaal
-
-
Resultaat Deelnemingen 6.16.16. Resultaat deelnemingen 6.16.16.1. Tabel V: Resultaat deelnemingen 2012 (bedragen x € 1.000) V Entiteit (bedrag x € 1.000) Cofier Bouwontwikkeling BV VOF Laurentius/WonenBreburg Stichting Havenmeester WonenBreburg Holding BV Totaal resultaat deelnemingen
Verantwoord resultaat 2012 42 -698 -4 1.182 522
190
Overige gegevens Controleverklaring van de onafhankelijk accountant Hiervoor wordt verwezen naar de hierna opgenomen verklaring.
Bestemming van het resultaat over het boekjaar 2011 De jaarrekening 2011 is vastgesteld in de vergadering van de raad van commissarissen gehouden op 31 mei 2012. De vergadering heeft de bestemming van het resultaat vastgesteld conform het daartoe gedane voorstel.
Voorstel tot bestemming van het resultaat over het boekjaar 2012 Het bestuur stelt aan de raad van commissarissen voor het resultaat over het boekjaar 2012 ten bedrage van € 11.129.000 geheel ten bate van de overige reserves te brengen. Dit voorstel is in de jaarrekening verwerkt.
191
Belangrijke gebeurtenissen na balansdatum Eind 2012 is het woonakkoord vastgesteld en begin 2013 is dit woonakkoord door het parlement goedgekeurd. Vanaf pagina 86 van het jaarverslag is een verwijzing naar de stresstest opgenomen, zoals WonenBreburg deze uitvoert. In de stresstest worden diverse scenario’s en het effect daarvan op de solvabiliteit en de operationele kasstroom doorgerekend. Stichting WonenBreburg heeft de effecten van het woonakkoord verwerkt in de bijgestelde Financiële Meerjaren Raming (FMR). Er hoeven geen wezenlijke aanpassingen in de bedrijfsvoering te worden gedaan, weliswaar daar in de bijgestelde FMR een bezuiniging van 15% op beïnvloedbare kosten is opgenomen. Uit de bijgestelde FMR blijkt dat dankzij in de FMR verwerkte maatregelen Stichting WonenBreburg nog steeds aan de in de sector gebruikelijke kengetallen voldoet. De continuïteit van Stichting WonenBreburg komt met inachtneming van de voornoemde bezuinigingsmaatregelen niet in gevaar door de maatregelen uit het woonakkoord. Daarbij wordt vooral gekeken naar de ontwikkeling van de solvabiliteit, de operationele kasstromen (inclusief de genormeerde aflossing conform de uitgangspunten van WSW), de interest coverage ratio en de loan to value. Stichting WonenBreburg heeft de financiële gevolgen van het voorgenomen kabinetsbeleid ingerekend in de bedrijfswaarde, opgenomen op pagina’s 145 tot en met 148 van de jaarrekening. De te betalen saneringssteun is niet ingerekend in de bedrijfswaarde. De saneringssteun bijdrage door Stichting WonenBreburg te voldoen 2013 bedraagt naar verwachting € 5.080.000. Als uitgangspunt zijn de volgende aannames meegenomen in de bedrijfswaarde: ‐ Verhuurdersheffing: tot 2017 oplopend tot € 15 miljoen per jaar en daarna circa € 15 miljoen per jaar. ‐ Huurbeleid: inflatie + 1,82%. Voor het overige hebben na de balansdatum geen verdere belangrijke gebeurtenissen plaatsgevonden waaraan elders in de jaarrekening geen aandacht is besteed.
192
Verklaring bestuur en raad van commissarissen Het bestuur van Stichting WonenBreburg verklaart dat Stichting WonenBreburg een adequate invulling heeft gegeven aan het uitgangspunt “uitsluitend werkzaam in het belang van de volkshuisvesting”, zoals omschreven in artikel 11 van het Besluit Beheer Sociale Huursector (BBSH).
Tilburg, 18 juni 2013
w.g. Ir. J.A. Dunnewijk
w.g. drs. A.G.M. Streppel
Directeur-bestuurder
directeur-bestuurder
De leden van de raad van commissarissen van WonenBreburg verklaren, in de vergadering van 18 juni 2013, kennis te hebben genomen van het jaarverslag, de daarin opgenomen jaarrekening over 2012 en de daarbij door de accountant afgegeven goedkeurende controleverklaring. De raad van commissarissen heeft goedkeuring verleend aan het jaarverslag en de jaarrekening 2012 en decharge verleend aan het bestuur.
De raad van commissarissen,
Tilburg, 18 juni 2013 De raad van commissarissen
w.g. Mr. H.J. Touw
w.g. ing. W.P.J.M. van Dijk
w.g. Drs. S.J. Hoenderop
w.g. M.A.P. Huysmans MSc
w.g. Mr. W.M.M. van Fessem
dr. R.L. Vreeman
afwezig vanwege vakantie
193
194
195
196
www.wonenbreburg.nl 23.639
193 woningen uit bezit verkocht
woningen in bezit 2819 studentenwoningen 270 bedrijfsruimten 3162 parkeergarages
124 woningen vrije sector verhuurd 250 verhuurd voor tijdelijke bewoning
Wonen, welzijn en zorg Commissies van huurders
2 wooninitiatieven voor mensen met een beperking
27 in Breda 45 in Tilburg
WMO-convenant Tweedekansbeleid Wonen op Maat scootmobielbeleid
Voorbereiding overname 401 sociale huurwoningen van Laurentius voor € 63,2 miljoen
Kernwaarden
betrokken Vakbekwaam Duidelijk
Bezit
Doelstelling in de wijk: schoon, heel en veilig
Bavel, BerkelEnschot, Breda, Galder, Rijen, Teteringen, Tilburg, Wernhout
@WonenBreburg www.facebook.com/WonenBreburg www.youtube.com/user/wonenbreburg www.linkedin.com/company/WonenBreburg
Evaluatie nieuwe website en gebruik sociale media
Postbus 409 5000 AK Tilburg T: (013) 539 99 11 F: (013) 539 98 90 E:
[email protected] Inschrijvingsnummer Kamer van Koophandel: 20067125