JAARPLAN 2012 + 2013 Plattelânsprojekten Zuidoost Fryslân
Zicht op Zuidoost Fryslân vanaf Belvédère bij Oranjewoud
2
Inhoudsopgave Jaarplan 2012 + 2013
1 Inleiding: twee jaar plattelandsontwikkeling.... .................................... 5 2 Terugblik 2011…………………………………………………………………… 5 2.1 Inleiding…………………………………………………………………………. 5 2.2 Prioriteiten projectverwerving ………………………………………….. 5 2.3 Acties en speerpunten ………………………………………………….. 6 2.4 Voortgang inzet Leader-budget………………………………………………. 13 2.4.1 Leader Zuidoost Fryslân……………………………………………………... 13 2.5 Projectverwerving………………………………………………………………. 14 2.5.1 Kwantitatieve gegevens projectverwerving………………………………… 14 2.5.2 Grootschalige projecten………………………………………………………. 16 2.5.3 Acties (buiten projectverwerving) van het projectbureau…………………. 16 2.6 Andere voornemens …………………………………………………………. 18 2.6.1 Gebiedsplatform………………………………………………………………. 18 2.6.2 Ambtelijk overleg……………………………………………………………… 18 2.6.3 Overleg beleidsmedewerkers Toerisme (AORTA)……………………… 18 2.6.4 Netwerken……………………………………………………………………… 18 2.6.5 Communicatie………………………………………………………………… 18 2.6.6 Projectbureau………………………………………………………………… 19 2.6.7 Tot slot………………………………………………………………………… 19 3 Vooruitblik en speerpunten 2012……………………………………………… 20 3.1 Inleiding en achtergrond…………………………………………………………20 3.2 Budgettair kader………………………………………………………………… 21 3.3 Wat gaan we doen in 2012?........................................................................ 22 3.3.1 Bepaling speerpunten………………………………………………………… 22 3.3.2 Pilot Streekagenda Zuidoost Fryslân……………………………………… 22 3.3.3 Reguliere verwerving………………………………………………………… 23 3.3.4 Actieve verwerving op prioriteiten…………………………………………… 23 3.3.5 Wat sluiten wij uit in 2012…………………………………………………… 29 3.3.6 Acties (buiten projectverwerving) van het projectbureau………………… 30 4 Andere voornemens 2012……………………………………………………… 32 4.1 Gebiedsplatform……………………………………………………………… 32 4.2 Ambtelijke werkgroep………………………………………………………… 32 4.3 Communicatie………………………………………………………………… 32 4.4 Projectbureau…………………………………………………………………… 33 Bijlage 1: Overzicht projecten in 2011 ............................................................................. 34 Bijlage 2: Leden Gebiedsplatform en ambtelijke werkgroep ............................................ 36
3
4
1. Inleiding : Twee jaar plattelandsontwikkeling Voor u ligt het jaarplan 2012-2013 van Zuidoost Fryslân. Het beslaat de laatste twee jaar van het Gebiedskader 2007-2013. Het gaat ook om de laatste twee jaar van het provinciaal Meerjarenprogramma (PMJP) Landelijk Gebied. We hebben te maken met aflopende budgetten. Een jaarplan voor de resterende periode biedt de beste mogelijkheden om het werk in het gebied af te ronden. Ook is er zo meer ruimte in tijd en energie om de volgende periode voor te bereiden. We werken nu al aan de voorbereiding van een Streekagenda Zuidoost. Het Gebiedskader dient mede als toetsingskader voor de beoordeling van subsidieaanvragen. Op grond van de subsidieverordening PMJP stelt het Gebiedsplatform daarbinnen door middel van jaarplannen prioriteiten en benoemt het speerpunten, waarmee het gebied in aan de slag gaat. Ook voor de komende jaren wordt het accent gelegd op de regiefunctie van het Gebiedsplatform. Dat is nodig wegens een afname van de ter beschikking staande middelen. Het is ook nodig om het eigen gebiedsbudget optimaal te benutten met het oog op de prioriteiten en speerpunten die het Gebiedsplatform benoemt. Zij vormen de leidraad voor de regie. Het jaarplan is in de vergadering van het Gebiedsplatform van 14 maart 2012 besproken en vastgesteld.
2. Terugblik 2011 2.1
Inleiding
Plattelânsprojekten verdeelt haar werk in twee hoofdtaken: de projectverwerving en het gebiedsproces. Onder projectverwerving vallen activiteiten die direct te maken hebben met de ondersteuning aan projecten, opstellen van projectplannen en doorgeleiden van subsidieaanvragen. Het gebiedsproces gaat over het bevorderen van samenwerking, vorming van clusterprojecten en het meewerken aan gebiedsontwikkeling. In 2013 eindigt de looptijd van het huidige gebiedsprogramma. Dat brengt ook met zich mee dat omvang van de beschikbare middelen afneemt en sommige budgetten zijn zelfs helemaal uitgeput. Om die reden heeft het Gebiedsplatform er bij de vaststelling van jaarplan 2011 voor gekozen meer passief projecten te verwerven. Meer tijd en energie is gestoken in het bevorderen van gebiedsbrede processen. Via dit traject geeft het Gebiedsplatform sturing aan de ontwikkeling van de regio. Daarnaast wordt hiermee voorgesorteerd op toekomstige gebiedsgerichte activiteiten in de periode 2014-2020. Onderstaand een overzicht van de activiteiten en resultaten in 2011. 2.2
Prioriteiten projectverwerving 2011
In het jaarplan 2011 is aangegeven dat de reguliere projectverwerving haar weg wel vindt als gevolg van een goed ingeburgerde werkwijze. Plattelânsprojekten volgt de uitputting van de ter beschikking staande budgetten voor de onderscheiden doelen in het PMJP. Sommige budgetten ‘lopen’ heel snel, andere blijven achter. Daarnaast worden soms ook nieuwe budgetten toegevoegd of kan door een wijziging van criteria een budget worden opengesteld voor projecten die tot dan toe niet gehonoreerd konden worden, of juist worden uitgesloten van subsidie. Micro-ondernemingen is vorig jaar als aandachtsgroep toegevoegd. In Zuidoost Fryslân 2011 is zoveel mogelijk actief verworven op de speerpunten Voor de thema’s en doelen die niet als speerpunt zijn benoemd, zijn de ingediende projecten wel doorgeleid en uiteraard zijn initiatiefnemers daar waar nodig begeleid in de planvoorbereiding en uitvoering, maar was meer sprake van een passieve verwerving. In het jaarplan voor 2010 is voor het eerst opgenomen dat voor twee doelen “remmend” moest worden opgetreden met betrekking tot de projectverwerving. Het ging hierbij om de doelen: F 20 “Landschap generiek” en G 26 “Verbetering fysieke woonomgeving”. Het temperen van de verwerving was noodzakelijk omdat voor beide onderwerpen de bodem van het budget in zicht kwam. Deze lijn moest in 2011 worden doorgetrokken. In tegenstelling tot “remmen”, kon voor drie thema’s/ doelen ook “gas” worden gegeven, omdat budgetten nog voldoende ruimte boden. “Gas” is gegeven op de doelen A3 Duurzame ondernemen in de landbouw, G 25 Verbetering leefbaarheid plattelandsgebieden en G28 Stimuleren en verbreden plattelandseconomie. In het jaarplan Zuidoost Fryslân van 2011 is de ambitie uitgesproken om 50 projecten voor te leggen aan het Platform. Dat zijn er 46 geworden.
5
2.3
Acties en speerpunten 2011
Inleiding Bij de vaststelling van het Gebiedskader in 2007 heeft het Gebiedsplatform ervoor gekozen voor een langere periode stimulerend uitvoering te geven aan een aantal thema’s. In dit verband zijn z.g. speerpunten benoemd. Ontwikkelde acties en het stimuleren van gebiedsbrede processen vinden veelal plaats binnen de benoemde speerpunten. Per speerpunt worden in onderstaande tekst de 2011 ontwikkelde initiatieven Speerpunt Landschap In het jaarplan 2011 is als doel benoemd: “Versterken van de landschappelijke identiteit”. Dit is uitgewerkt in de acties: - Bevordering verlenging samenwerkingsproject Steunpunt Landschap - Bevordering uitvoeringsorganisatie gebiedsvisie Elan in samenwerking met DLG - Organiseren regionale workshop tussen verschillende betrokken partijen - Organiseren (bestuurlijke) bijeenkomst op grond van de resultaten van in gang gezette ontwikkelingen Bevordering verlenging samenwerkingsproject Steunpunt Landschap Begin 2011 zijn de samenwerkende partijen akkoord gegaan met het verlengen met twee jaar van het samenwerkingsverband Steunpunt Landschap Zuidoost Fryslân. Partijen ondersteunen de samenwerking nu tot 1 december 2013. Speerpunten in de activiteiten van het Steunpunt Landschap zijn de landschapsprojecten die concreet en zichtbaar uitvoering geven aan het Landschapsbeleidsplan Zuidoost Friesland 2004-2014 en de initiatieven voor alternatieve financiering van duurzaam beheer van landschap. Met de initiatieven voor duurzaam beheer van landschap zijn in 2011 belangrijke stappen gezet: Lânskipsfûns Oranjewâld-Ketlik Het stichtingbestuur heeft in 2011 in eerste instantie nog veel inzet moeten doen om ‘het huis op orde krijgen’. Het ging daarbij om het verwerven van de ANBI status, de formele opdrachtverlening aan de uitvoeringsorganisatie, een optimaal fondsbeheer en het professioneel wegzetten van de financiële administratie. Maar belangrijker is, dat de stichting Lânskipsfûns Oranjewâld-Ketlik in het tweede deel van 2011 de eerste private bijdragen heeft weten aan te trekken. Een belangrijk signaal naar de streek alsook naar andere potentiële private financiers. De stichting kan nu laten zien waar het echt voor staat, namelijk het actief werken aan beheer en onderhoud van het cultuurlandschap rondom Oranjewoud-Katlijk. Houtverbrandingsinstallatie Beetsterzwaag Met stichting BOOM in Beetsterzwaag is in 2011 het beheer- en businessplan BOOM nagenoeg afgerond. Definitieve afronding vindt plaats nadat de laatste resultaten uit de proef Energie uit Hout uit de Noardlike Fryske Wâlden beschikbaar komen. Inzet van deze proef is om het machinaal landschapsonderhoud –landschappelijk verantwoord- tegen zo laag mogelijk kosten uit te voeren. Het beheer- en businessplan legt de basis voor de werkwijze van stichting BOOM. Tot nu toe kwam een belangrijk aandeel van de benodigde houtstroom uit het project herstel landschap Opsterland. Dit project bevindt zich echter in een afrondende fase. Stichting BOOM zal in 2012 een zelfstandige en duurzame stroom houtsnippers uit het landschapsonderhoud in Opsterland opzetten. Vervolgstudie Streekfonds groen en blauwe diensten Op initiatief van Steunpunt Landschap is in 2011 het projectplan Verkenning Streekfonds groene en blauwe diensten herschreven. Het oorspronkelijke projectplan, dat in 2009 is geaccordeerd, dekte niet meer de lading. Niet het opzetten van een streekfonds is het doel, wel het verkennen, vinden en aanboren van nieuwe financiële arrangementen voor het duurzaam beheer van landschap in onze regio. Doel is met creativiteit en een ruime blik de financieringskansen voor het beheer van landschap in de periode 2014-2020 in beeld te brengen. Uitwerking zal in nauwe afstemming moeten plaats vinden met de activiteiten van ELAN en de nog aan te stellen consulent groene en blauwe diensten.
6
Bevordering uitvoeringsorganisatie gebiedsvisie Elan in samenwerking met DLG Dit onderwerp is in 2011 ingevuld. Op 14 februari 2011 is de eindrapportage van de gebiedsvisie afgerond en aangeboden aan gedeputeerde Konst. Met Elan is overeenstemming bereikt over de inrichting van een steunpunt en de ondersteunende organisatie (begeleidingscommissie). Ook is de financiering voor het aantrekken van een coördinator Groene Blauwe diensten geregeld. Eind december zijn gesprekken gevoerd met een beoogd kandidaat voor de coördinatorfunctie, maar dit heeft nog niet geleid tot afspraken. Organiseren regionale workshop tussen verschillende betrokken partijen De noodzaak tot de organisatie van de workshop met projectleiders van lopende projecten is duidelijk voelbaar. Als gevolg van de intensieve ontwikkelingen rond het thema Streekagenda, moest dit onderwerp helaas naar achter worden verschoven. Begin 2012 wordt de bijeenkomst georganiseerd. Organiseren (bestuurlijke) bijeenkomst op grond van de resultaten van in gang gezette ontwikkelingen Ook deze bijeenkomst is als gevolg van de ontwikkelingen rondom de Streekagenda niet doorgegaan. Bovendien was deze bijeenkomst ook min of meer voorzien als afronding van de vervolgstudie naar een Streekfonds Groen en Blauw diensten. Speerpunt Cultuur, cultuurhistorie en taal Het Gebiedsplatform heeft er voor gekozen om in 2011 veel aandacht te schenken aan het structurele speerpunt doel: “Benutten van erfgoed en identiteit door bewustwording en actieve beleving”. Hiertoe werden voor 2011 de volgende acties benoemd: - Oude Paden Nieuwe Wegen - Symposium Cultuurhistorie ZOF - Archeologie - Cultuurhistorische dorpsgidsen - Planontwikkeling Friese Waterlinie Onderstaande acties zijn in 2011 ter hand genomen: Oude Paden Nieuwe Wegen Dit project verkeerde in de loop van 2011 in afrondende sfeer richting het benodigde Uitvoeringsplan Oude Paden Nieuwe Wegen ZOF. Op 8 september 2011 is een presentatie verzorgd in het Gebiedsplatform Zuidoost Friesland door Landschapsbeheer Friesland (LBF). Voor het punt van Beheer en Onderhoud in financiële zin is daarin nog aandacht gevraagd door het Platform, om tot besluitvorming te kunnen overgaan. Het project is op 15 februari door LBF opgeleverd aan het Gebiedsplatform. De inspanningen zijn erop gericht een aanvraag te kunnen indienen voor 1 mei 2012. Daarbij zal wellicht sprake moeten zijn van fasering, omdat tussen de gemeenten verschillen bestaan omtrent het beschikbaar stellen van co- financiering.
7
Symposium Cultuurhistorie ZOF 19 mei 2011 symposium te Oldeberkoop Teneinde het onderdeel Cultuurhistorie van het speerpunt Cultuur, Cultuurhistorie en Taal ook op meer duurzame en structurele wijze inhoud te kunnen geven in een vervolgtraject, is besloten tot de organisatie van een Symposium Cultuurhistorie Zuidoost Fryslân voor politiek en bestuurders in Zuidoost. Dit heeft op 19 mei 2011 plaatsgevonden op de middag en avond in respectievelijk theatercafé Le Brocope en de Bonifatiuskerk te Oldeberkoop. Het symposium was ingericht op zowel inhoud als op de sociaaleconomische kant daarvan. Zoals de kansen vanuit cultuurhistorie en erfgoed voor de gebiedsontwikkeling en specifiek op het terrein van recreatie en Toerisme en Vermarkting. Een derde onderdeel binnen het programma was politiek-bestuurlijk ingericht. Professor Reinier Salverda van de Fryske Akademy leidde twee maal een forum met wethouders namens alle vijf gemeenten van Zuidoost Fryslân. In totaal hebben zeven wethouders in het Forum acte de présence gegeven en waren die dag negen gemeentelijke bestuurders aanwezig, alsmede statenleden en raadsleden. Directeur Bert Looper van Tresoar heeft de eerste ‘lichting’ Cultuurhistorische Dorpsgidsen van hun eindcertficaat voorzien en gedeputeerde Galema heeft het symposium afgesloten. Het verslag van het symposium is breed beschikbaar gesteld via de website van de provincie Fryslân. In het Gebiedsplatform van juni 2011 is besloten vervolgens nu in te zetten op een Ontwikkelagenda Cultuurhistorie Zuidoost Fryslân. Trekkers bestuurlijk hiervoor zijn platformlid wethouder Ties Zweers van Smallingerland, en op inhoud Weststellingwerf, wethouder Cor Trompetter, alsmede Platformlid Cultuurhistorie Geert Lantinga. Het betreft een praktische en concrete insteek, een agenda als eindresultaat om uit te gaan voeren binnen een meerjarige aanpak met als werkingsgebied het historisch logisch samenhangende gebied van en in samenhang met Zuidoost Fryslân. Oktober 2011 is gestart met de ‘slanke’ Kerngroep. De gekozen aanpak is om zo min mogelijk ambtelijk en bestuurlijke drukte te hebben in dit proces, maar wel het benodigde draagvlak en daadkracht bij besturen en organisaties te organiseren. Medio 2012 is gepland de Ontwikkelagenda en Uitvoeringsagenda afgerond te hebben. Uiteindelijk zal deze onderdeel gaan uitmaken van de Streekagenda, zo is door het Gebiedsplatform bepaald, als eigenstandig deel daarin. De slag met Cultuurhistorie, wat kunnen we er mee? moet geslagen worden in dit traject. Daarbij moet gedacht worden aan uitwerking en kansen voor verhaallijnen van Zuidoost Fryslân in de zin van Recreatie en Toerisme, Landschap, Educatie/Onderwijs en meer beleidsterreinen. Archeologie Dit was een inhoudelijke onderdeel op het symposium van 19 mei 2011. Afgetast zijn de kansen voor een archeologisch steunpunt in Zuidoost Fryslân. In 2011 zijn daartoe stappen gezet, een zeer geschikte locatie en partijen gevonden. Dat spitst zich toe op het Bezoekerscentrum Nationaal Park te Appelscha. Alle partijen zijn hierover enthousiast, ook de provinciaal archeoloog alsmede de gemeente. De weerbarstige en onzekere financiële situaties van Nationale Parken en van Staatsbosbeheer als eigenaar van het Bezoekerscentrum te Appelscha, maakten eind 2011, dat de benodigde ambitiebepaling en vervolgactie om tot een projectplan te komen beduidend vertraagd is. Cultuurhistorische dorpsgidsen Succesvol project, veel animo, zowel in pilot als vervolgcursus. Inzet is hierbij geweest het lokale niveau te ondersteunen door op regionaal niveau een project te organiseren. De pilot Cultuurhistorische Dorpsgidsen is op verzoek van het Gebiedsplatform Zuidoost door Tresoar vormgegeven en het maximum van 25 deelnemers heeft hierin als ‘proefkonijn’ meegedraaid. De animo was zo groot dat ook nog acht personen op de reservelijst stonden. De afronding van de cursus als ontwikkeltraject en certificaatuitreiking aan de deelnemers vond plaats tijdens het Symposium op 19 mei e 2011 in de Bonifatiuskerk te Oldeberkoop. Vervolgens is actief geworven voor deelnemers voor de 2 cursus, in wezen de eerste echte uitontwikkelde cursus. Hoewel Tresoar deze cursus nu zelf heeft opene gesteld voor heel Fryslân, is de 2 cursus nu wederom voor 100% gevuld met deelnemers uit Zuidoost Fryslân. Deze nieuwe groep telt ruim 20 deelnemers en is 17 januari 2012 gestart. Planontwikkeling Friese Waterlinie Grote participatie, Visie vormgegeven, afronding inzetten dat was de ambitie voor 2011. Dit speerpuntproject als kans voor gebiedsontwikkeling van Zuidoost Fryslân bestaat uit verschillende onderdelen en wordt op verzoek van het Platform door LBF getrokken De aanpak voorziet in een Stuurgroep (voorzitters Bertus Mulder / Jannewietske de Vries), een brede projectgroep en een Klankbordgroep. Het betreft een project dat zich niet beperkt tot de administratieve grenzen van Zuidoost Fryslân, maar waarbij ook Steenwijkerland ambtelijk en het Drentse Noordenveld bestuurlijk meedraaien, en daardoor ook Recreatieschap Drenthe bestuurlijk. Al met al draaien 7 gemeenten in drie provincies mee in dit planproces en vele andere betrokken partijen. Zijn oorsprong vindt het project in de streek zelf, bij de mensen daar, en daarom is in het proces ook ruim aandacht gegeven aan de historische verenigingen en input vanuit bewoners en betrokkenen.
8
In 2011 is de Visie aldus vormgegeven via een proces met de streek en genoemde organisaties. Drie informatiebijeenkomsten zijn gehouden in het gebied waarbij steeds goede opkomst was met als doel te informeren en uit te nodigen met ideeën te komen om de Visie te voeden, hetgeen gebeurd is. Historisch onderzoek is uitgevoerd door Tresoar in afstemming met historische expert Meindert Schroor. De verhalen (feiten en fictie) van 15 locaties van de Friese Waterlinie zijn opgetekend. Het traject naar het Werkprogramma toe is verder voorbereid, voor afronding in mei 2012. De Stuurgroep heeft tussendoor een extra opdracht gegeven tot een Waarderingsonderzoek Friese Waterlinie, om de sociaal-economische kansen en potentiële revenuen in beeld te brengen. Hiertoe is extra inspanning geleverd om de financiering daarvan rond te krijgen, die uiteindelijk in Interregmiddelen EDR (Eems-Dollard-Regio) zijn gevonden en waarvoor de provincie Fryslân zich als trekker heeft opgeworpen. Taal In dit structurele speerpunt in 2009 en 2010 is veel tijd en energie gestopt door het themalid Taal en het projectbureau samen met de beide Stellingwerver gemeenten, Afûk, de stichting Stellingwerfs-Eigen en Bibliotheken Zuidoost Friesland. Overige betrokkenen in dit traject waren de Streektaal-specialisten van de Provincie Fryslân, stichting Stellingwarver Schrieversronte en Onderwijsinstelling Comperio. Het betreft de ontwikkeling van het taalproject Edu-Stellingwerfs op basis van het bestaande systeem via internettoegang EduFrysk van de Afûk. De in 2009 en 2010 ervaren weerbarstigheid van de taalmaterie alsmede meerdere belangen die voor verschillende betrokken partijen hierin meespelen, maakte dat in 2011 een laatste poging is ondernomen dit tot iets te brengen. Daarna is met een laatste overleg met initiatiefnemende stichting een afrondend gesprek gehouden. Deze blijft het project als geestelijk eigendom zien. Zodra zich op dat vlak ontwikkelingen voordoen, zal betreffende stichting Stellingwerfs Eigen hierin een rol opeisen, zo veel is duidelijk. Speerpunt Samenwerken Plattelânsprojekten vormt een specifieke netwerkorganisatie. Samenwerken is daarbinnen een basisbegrip. Op velerlei terreinen wordt daarom de samenwerking gezocht, veelal gekoppeld aan activiteiten rondom de invulling van de speerpunten. Ook zijn in 2011 de eerste gesprekken gevoerd met grensoverschrijdende partners, waaronder projectbureau Veenhuizen-Frederiksoord, Recreatieschap Drenthe enz. In 2010 is een werkbezoek gebracht aan Leader Northumberland in Noordoost Engeland. De voorzitter van deze Engelse Leadergroep heeft rond de jaarwisseling 2010-2011 een oriënterend bezoek gebracht aan Zuidoost Fryslân. Het Nationaal Vlechtmuseum in Noordwolde, de Attent-Talant supermarkt in Oldeberkoop en zorgboerderij de Fochtel in Fochteloo zijn bezocht. De voorgenomen vervolgactiviteiten voor 2011 hebben naar aanleidingen van bezuinigingen op het budget van de Leadergroep Northumberland helaas geen doorgang kunnen vinden. Speerpunt ROM - restopgave Op verschillende fronten vindt nadere invulling plaats van de restambities ROM. Deels liggen deze buiten het gezichtsveld van het platform. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om maatregelen die via de gebiedscommissies tot stand komen. Verschillende onderwerpen die op dit moment actueel zijn in de regio komen op enigerlei wijze voort uit de ROM-restopgave. Het gaat dan bijvoorbeeld om: pilot Oranjewoud-Katlijk, plan van aanpak gebiedsfonds Zuidoost Fryslân, gebiedsvisie ELAN, Profielontwikkeling Zuidoost Fryslân. Onderwerpen die buiten het gezichtsveld van het platform hebben met name betrekking op de natuurambities. Het gaat dan bijvoorbeeld om de realisering van EHS. Geconstateerd wordt dat deze ambities fors onder druk staan als gevolg van de Rijksbezuinigingen. In 2011 is op provinciaal niveau een herijkingsproces in gang gezet, maar nog niet afgerond. In 2012 zal duidelijk worden in welke omvang ambities in de komende jaren nog verwezenlijkt kunnen worden. Inmiddels hebben betrokken partijen via het Grienmanifest richting gegeven aan de invulling van dit proces. Speerpunt Toerisme en Recreatie Het speerpunt Toerisme en Recreatie vormde het vijfde -aanvullend gekozen- speerpunt, en is de laatste jaren min of meer een structureel speerpunt geworden. In de afgelopen jaren is naast de ontwikkeling en vaststellen van het Toeristisch Profiel in de regio (kort gezegd: Bewust Groen met de kernwaarden Authentiek, Aangenaam, Actief en Inspirerend) na een kwartiermaker een regioaanjager ( Tineke de Groot/ Adri Ooms) aangesteld door de Stuurgroep Toeristisch Netwerk De Friese Wouden. Deze Stuurgroep – werkend onder verantwoording van het Gebiedsplatform- is begin dit jaar qua samenstelling gewijzigd door meer ondernemers (10) en minder bestuurders (2) . Gebleken is dat de positie van de aanjager lastig was omdat, nadat de provinciale VVV vanaf april operationeel werd, de aanjager door zowel de Stuurgroep als ook de VVV werd aangestuurd, terwijl aanvul-
9
lende financiering voor de aanjager en productontwikkeling via een projectfinanciering door derden (DBF) namens de gemeenten was geregeld. Vanaf begin 2011 is de Stuurgroep maandelijks bij elkaar geweest om te bepalen wat de belangrijkste speerpunten ( Kunst / Cultuur en Turfroute) waren om het regioprofiel en ondernemerssamenwerking te versterken. Naderhand is ook het speerpunt Streekproducten toegevoegd. In april is de startmanifestatie van het Toeristisch Netwerk gehouden voor ondernemers uit de regio in Noordwolde samen met de Stichting TOP Transferium Noordwolde, de provinciale VVV en Friesland Marketing . Ook waren vertegenwoordigers van het gebiedsplatform hierbij aanwezig. Medio 2011 bleek dat de nieuwe provinciale VVV te kampen had met aanloopproblemen omdat de organisatie nog in een opbouwfase verkeerde en goede afstemming moest worden gezocht met Friesland Marketing en de Marrekrite. De Stuurgroep heeft toen een signaal afgegeven dat de VVV meer moest samenwerken met de Regio. Echter de VVV had meer tijd nodig en gaf prioriteit aan de opbouw van de eigen organisatie in de provincie ( database, website, dienstencentrum en producten, doorschuiven project infozuilen naar 2012). De provincie heeft eind 2011 de productafspraken tussen de 3 toeristische organisaties aangescherpt en vastgelegd. De provinciale VVV wil mede i.v.m het beheersen van het organisatiebudget ook een junior aanjager voor de regio aanstellen. Met de gemeenten voert zij hierover overleg i.v.m. de financiering en taakverdeling met de eerder aangestelde aanjager. De gemeenten, met uitzondering van Ooststellingwerf, hebben in april 2011 een 2-jarige samenwerkingsovereenkomst gesloten met de VVV met daarna een evaluatie; de vijf gemeenten werken in de praktijk samen. e
Vanaf de 2 helft 2011 is door de aanjager tweemaandelijks in de Stuurgroep een overzicht behandeld van de stand van zaken van de regio aanjaagactiviteiten. Dit overzicht is 2 keer in het Gebiedsplatform behandeld. Eind 2011 is in de Stuurgroep besloten om ook een aparte Stichting voor Toeristische ondernemers in de regio voor te bereiden, die als doel heeft om de ondernemerssamenwerking op het gebied van Toerisme, Kunst, Cultuur(historie), Natuur en Landschap in brede zin te bevorderen. Deze Stichting moet ook een aanspreekpunt worden voor de overheden op het gebied van toerisme en recreatie in de regio. De huidige Stuurgroep moet worden omgebouwd naar een “denktank” voor toeristische organisaties in de regio. De belangrijkste resultaten van de aanjaagactiviteiten op het gebied van regioprofilering, ondernemerssamenwerking en lokale toeristische informatievoorziening in 2011 zijn: - Presentatie van de Friese Wouden op de vakantiebeurs in Utrecht samen met Friesland Marketing en ondernemers - Uitgave van de Regiogids de Friese Wouden voor ondernemers - Startbijeenkomst de Friese Wouden in Noordwolde voor ondernemers - Werkgroep Kunst/Cultuur en Turfroute t.b.v evenementen in 2012 - Cursus gebruik van Social Media voor last-minute boekingen bij ondernemers - Ontwikkelen en vaststellen van de pay-off: “land van natuurlijk ritme” met logo - Zeepkistbijeenkomst voor ca 20 lokale toeristische organisaties uit de Regio - Inventarisatie van 73 evenementen voor een regio evenementenkalender. - VRTBO Appelscha is vanaf eind 2011 vertegenwoordigd in de Stuurgroep - Ontwikkelen van een smaakbrochure “Mijn smaak van de Friese Wouden” - Uitgave van 3 nieuwsbrieven de Friese Wouden voor ondernemers - Ontwikkelen van een VVV productenoverzicht (o.a. infozuilen, kaartjessysteem) - Ontwikkelen van een regio stand de Friese Wouden voor de vakantiebeurs 2012, i.s.m Friesland Marketing.
10
De Friese Wouden, land van natuurlijk ritme Turfroute In vorige jaren is door de projectbureaus Friese Meren en Plattelânsprojekten samen met de gemeenten en de Stichting Nije Kompagnons (SNK) een Overstapplan Turfroute opgesteld. Dit plan is behandeld in het Gebiedsplatform. Dit jaar heeft de gemeente Opsterland een overstapplan opgesteld en subsidie gekregen bij de Friese Meren en Plattelânsprojekten. In december is tussen de provincie en de gemeente Opsterland hierover een Bestuursovereenkomst getekend voor de uitvoering van dit plan (Gorredijk, Hemrik en Klein Groningen). Omdat niet duidelijk was wat de verdere plannen waren van de provincie met de Turfroute hebben de gemeenten Opsterland en Ooststellingwerf, ondersteund door Smallingerland, Heerenveen en Weststellingwerf, een z.g.. Ambitiedocument Turfroute opgesteld. Dit document is tijdens een vaartocht op de Turfroute aan de provincie aangeboden met de vraag wat de plannen van de provincie zijn. Eind 2011 bleek dat de Turfroute als laatste vaarroute was opgenomen in het Fries Merenprogramma 2011-2015 voor opwaardering tot Dm klasse. In december 2011 hebben Provinciale Staten dit programma vastgesteld en hiervoor middelen beschikbaar gesteld. Het ambitiedocument is behandeld in het Gebiedsplatform in november en vervolgens aangeboden aan de provincie met het verzoek om op korte termijn aan de slag te gaan met de aanpak van de knelpunten en de voorbereiding van het opwaarderen naar Dm Klasse. Parallel aan de fysieke maatregelen voor de Turfroute moet een regionaal toeristisch uitvoeringsprogramma worden opgesteld met een goede koppeling tussen water- en landtoerisme. Bij de World Canal Conference in september is een presentatie verzorgd door de SNK en Plattelânsprojekten over de Turfroute, historie en toekomst. Speerpunt Plattelandseconomie Omdat dit speerpunt onderbelicht is gebleven en er voldoende middelen in het pMJP beschikbaar zijn, waren in 2011 voor dit thema extra acties gepland. De acties waren samengevat: afstemming/overleg met gemeentelijke contactfunctionarissen economie en projectbureau A7/Westergo, regiobijeenkomsten en verwerving 4 concrete projectaanvragen. Een werkgroep bestaat uit vertegenwoordigers van gemeenten en de projectbureaus A7/Westergo en Plattelânsprojekten heeft geïnventariseerd wat de sterke en zwakke MKB sectoren in de regio zijn. Hieruit is – in overleg met de KvK- de keuze gemaakt om de ingeslagen weg van het stimuleren van toeristische bedrijven in de regio te versterken ( focus plattelandseconomie). Via de VVV regioaanjager, de gemeenten en de KvK zijn regiobijeenkomsten georganiseerd voor toeristische ondernemers. De subsidiemogelijkheden (pMJP, Stinaf, Hanzeconsult) voor toeristische ondernemingen zijn hierbij toegelicht. Daarnaast zijn 2 samenwerkingsprojecten (Heerenveen en Gorredijk) tussen ondernemers en onderwijsinstellingen op het gebied van energiebesparing in ontwikkeling. Besloten is om beide projecten eerst als pilot uit te voeren om daarna te overleggen over een breder vervolg in de regio.
11
Via de 3 tenders van het pMJP 2011 zijn via het projectbureau en het Gebiedsplatform in totaal 7 positieve adviezen over subsidietoekenning aan toeristische micro-ondernemingen afgegeven. Streekagenda Zuidoost Fryslân In 2010 heeft de pilot Streekagenda Zuidoost Fryslân zijn beslag gekregen. Het voornemen was om vervolgens in 2011 met werkgroepen te starten die de aanbevelingen uit de pilot-fase meer concreet uitwerken. Het Projectbureau heeft echter in 2011 eerst geïnvesteerd in een gespreksronde met de vijf gemeenten, waarbij in wisselende samenstellingen informatie is gewisseld met de ambtelijke top van gemeenten en/of gemeentebestuurders. De gemeenten hebben zelf de keuze gemaakt rond de vorming van de gespreksdelegatie. De aanleiding om eerst deze gespreksronde te houden kende meerdere redenen. De aanleiding voor de provincie om met Streekagenda’s te willen werken, na afloop einde 2013 van de huidige periode Plattelânsprojekten, behoefde een nadere toelichting. De ontwikkelingen op wereld- en Europese schaal hebben grote gevolgen voor het Nederlandse regeringsbeleid en werken ook door in de financiële speelruimte bij provincie en gemeenten. De vijf gemeenten in Zuidoost Fryslan kennen al een jarenlange samenwerking met de provincie, al vanaf de ROM periode en vanaf 2000 in de vorm van Plattelânsprojekten. De gemeenten Oost- en Weststellingwerf kennen al langer een vorm van intergemeentelijke samenwerking. Opsterland heeft hierbij in 2011 aansluiting gezocht. Deze drie gemeenten hebben ook even overwogen om een eigen afspraak met de provincie te willen maken. Namens deze drie gemeenten trad Ooststellingwerf op als trekker. Later hebben deze drie gemeenten uitgesproken de samenwerking op de schaal van de vijf gemeenten in Zuidoost met de provincie rond de ontwikkeling van het platteland te willen verkennen. De ronde langs de gemeenten heeft geleid tot een tweetal bestuurlijke overleggen tussen de vijf gemeenten en de provincie. Een derde bestuurlijk overleg, gepland in december 2011, is doorgeschoven naar 2012. Dit overleg wordt voorbereid met vertegenwoordigers van de directies van de vijf gemeenten en de provincie. Bij de provincie intern zijn de voorbereidingen rond Streekagenda volop doorgegaan. Een interne, zeer breed samengestelde, ambtelijke werkgroep brengt per beleidsveld en programma in beeld wat zich leent voor uitvoering via Streekagenda. Dit levert ook waardevolle input voor het proces van opstelling van de Streekagenda Zuidoost Fryslân. In 2011 is ook een nieuw College van GS gevormd. In het Collegeprogramma en in het daarna door het College vastgestelde Uitvoeringsprogramma, is het werken met Streekagenda’s voor het platteland van Fryslân opgenomen. De provincie maakt met de vier steden Leeuwarden, Drachten, Heerenveen en Sneek afspraken over projecten met regionaal en/of Fries belang in de zogenaamde Samenwerkingsagenda’s. Deze beide typen agenda’s worden gezien als een praktische vertaling van Koöperaasje Fryslân. Onder deze titel schaart het provinciaal bestuur de noodzaak en de wens om met alle relevante partners samen te werken aan een goede toekomst van de provincie. Een recente ontwikkeling is dat het College van GS de betrokkenheid van gedeputeerden bij de ontwikkelingen in stad en streek verder kracht wil bijzetten. Dit betekent concreet dat de gebiedsgedeputeerde Plattelânsprojekten Zuidoost (na 2013 Streekagenda Zuidoost) ook het eerste aanspreekpunt is voor de uitvoering van de Samenwerkingsagenda’s met Drachten en Heerenveen. In 2011 zijn ook de contouren van de Europese subsidieprogramma’s voor de periode 2014-2020 helder geworden. Er gloren opnieuw volop kansen om de Leadermethodiek te continueren en daarmee integrale plattelandsontwikkeling in Zuidoost handen en voeten te geven, waarbij de inbreng van actoren in de streek van cruciale betekenis is. De uitdaging is om de kansen die Europa het platteland en de streek biedt te integreren in de opzet en uitwerking van de Streekagenda Zuidoost.
12
2.4
Voortgang inzet Leader-budget
Het Leaderbudget valt grofweg te verdelen in 3 soorten maatregelen: • Maatregelen die qua karakter overeenkomen met de doelstellingen: o Verbetering van het concurrentievermogen en de land- en de bosbouwsector; o Verbetering van het milieu en het platteland; o De leefkwaliteit op het platteland en diversificatie van de plattelandseconomie; •
De concrete acties hoeven zich niet slechts te beperken tot de maatregelen onder een van de categorieën; de gebiedsplatforms kunnen ook acties ondersteunen die op andere manieren de doelen van de Leader-ontwikkelingsstrategie (= het Gebiedskader) ondersteunen.
•
Succes van de gebieden is afhankelijk van: o Concrete invloed lokale partijen o Kleine successen o Strooigeld o Onderlinge communicatie Verder is er budget voor het opzetten van z.g. Transnationale projecten En er is budget voor de beheerskosten van het Gebiedsplatform.
• •
Aparte aandacht verdient de maatregel beheerskosten/Technische Hulp. Deze maatregel is bedoeld voor: – Studies. – Voorbereidingskosten samenwerkingsprojecten en grotere projecten. – Voorlichting over het plaatselijke ontwikkelingsplan en maatregelen en acties. – Publiciteit in de vorm van brochures en nieuwsbrieven m.b.t. plannen, maatregelen, acties en projecten. – De opleiding/training van betrokkenen van leden van het Gebiedsplatform/plaatselijke groep. Dit is tevens mogelijk onder dienstverlening (technische hulp) van het Nationaal Netwerk. – Dynamiseringsacties. 2.4.1. LEADER Zuidoost Fryslân Tot nu zijn 24 LEADER projecten door het platform goedgekeurd In tegenstelling tot de andere doelen van het PMJP is LEADER wel een gebiedsbudget. Alle Friese gebieden hebben een budget van een kleine zes ton vanuit ELFPO (Europees Landbouw Fonds Plattelands Ontwikkeling) en een bijdrage van € 467.000,- aan provinciale cofinanciering. Daarmee is een bedrag van iets meer dan een miljoen aan bijdragen beschikbaar. Ons gebied heeft het budget al voor een groot deel vastgelegd voor wat betreft het EU deel. Zuinig is omgesprongen met de provinciale cofinanciering. Hiervan is nog ca. 2,5 ton beschikbaar. Het budget beheerskosten/ Technische Hulp is met name bedoeld om processen te stimuleren binnen de vastgestelde speerpunten. Initiatieven die in 2011 ten laste van dit budget zijn gebracht zijn bijvoorbeeld het symposium Cultuurhistorie op 19 mei en de netwerkbijeenkomst Cultuurhistorie. Het budget voor Technische Hulp, eerste beschikking (groot € 85.000) is reeds volledig besteed en eind 2011 is hiervoor de einddeclaratie ingediend. Het Gebiedsplatform heeft in 2009 reeds een positief advies gegeven voor de ophoging van het budget voor het project Technische Hulp met € 100.000,-. Tijdens de platformbijeenkomst van november jl is het Leadermanifest ondertekend. Hiermee heeft het platform de wens uitgesproken ook na 2013 de Leadermethode te willen inzetten voor het gebiedsgericht werken in Zuidoost Fryslân. Alle gebieden hebben het Leadermanifest ondertekend. Het standpunt van de gebieden en de provincie zal in zowel Den Haag als Brussel onder de aandacht worden gebracht.
13
2.5
Projectverwerving
Bij de verantwoording van projecten worden de hoeveelheid beslisrijpe projecten als uitgangspunt genomen. Voor een dergelijk project is een volledige aanvraag beschikbaar en in de meeste gevallen ook een beleidsmatig pré-advies voorgelegd aan het Gebiedsplatform. In totaal zijn in 2011 46 projecten voorgedragen aan het Gebiedsplatform De projectomzet van alle voorgelegde projecten is uitgekomen op ruim € 8,63 miljoen. Met deze projecten is een subsidiebedrag van ca € 1,8 miljoen gemoeid. In het Jaarplan 2011 is voor wat betreft de projectverwerving een planning opgenomen om circa 80 projectideeën “binnen te halen” en daarvan ca. 50 door te geleiden naar het platform. Uit de terugblik blijkt dat de projectomzet vrijwel is gehaald. Het genoemde streefbedrag en de voor Zuidoost Fryslân binnengehaalde subsidie is overeenkomstig de planning. Zoals gebruikelijk presenteren wij de resultaten van de projectverwerving uitgesplitst naar de thema’s en de vijf gemeenten. De figuren opgenomen in paragraaf 2.5.2 geven een beeld van de resultaten van de verwerving. 2.5.2
Kwantitatieve gegevens projectverwerving
De peildatum van de hieronder te noemen projecten is 1 januari 2012. In 2011 zijn 46 projecten in het Gebiedsplatform Zuidoost Fryslân geweest voor advisering. Zes projecten van die 46 putten uit het gebiedseigen Leaderbudget. Daarnaast zijn nog twee projecten buiten het bereik van het platform vermeldenswaardig. Het betreft milieuproject Droogval Rottige Meenthe en de Deelen, alsmede het kleinschalige project “Transition Town Duurzaam Weststellingwerf. Voor het volledige overzicht zie de tabel op de volgende pagina.
• • • • • • • • •
•
Genoemde bedragen zijn overeenkomstig de aanvragen, incl. de twee buiten het bereik van het platform. Het gaat om bedragen uit de aanvragen, niet over toegekende bedragen; Het resultaat van de verwerving is overeenkomst de prognose; Speerpunt benadering Plattelandseconomie levert positieve bijdrage, grootste omzet is binnen dit thema behaald. Daarnaast blijft thema Recreatie en Toerisme goed scoren; Projecten Plattelandseconomie kunnen ook onder thema Recreatie en Toerisme benoemd worden; Opvallend is het percentage voor het thema Landschap. Ondanks de remmende werking, zijn toch nog vier projecten gehonoreerd; In tegenstelling tot voorgaande jaren is de omvang van het thema Leefbaarheid, Zorg en Welzijn beperkt, slechts 6 procent; Positief vormt de gebiedsbrede projectomzet, ruim 25% is beschikbaar gesteld voor procesmatige activiteiten; De gemeenten Oost- en Weststellingwerf scoren goed bij de projectverwerving. Wel is een forse nuancering op zijn plaats voor wat betreft de gemeente Weststellingwerf. Het project Droogval Rottige Meenthe en de Deelen is op deze gemeente geboekt. Het betreft een project van SBB en het voor het grootste deel vindt de investering plaats in de Rottige Meenthe. Een beperkt aandeel wordt geïnvesteerd in de gemeente Heerenveen; De investeringsomvang omvang van de gemeente Opsterland wordt vertekend door een aantal omvangrijke particuliere investeringen.
14
37.000 0 0 0 0 37.000
278.509 100.300 380.250 100.000 0
18.244
20.000 0 8.553 0 688.812 218.544
Aandeel gevraagde subsidie per gemeente in 2011
Totaal Subsidie gevraagd
% Subsidie
Totaal Projectomvang
0 0 0 0 0
Gebied
1500 0 0 0 0
Weststellingwerf
Opsterland
0 0 0 0 0
0 0 4000 0 0 185.926 0 0 0 0 205.000 0 0 182.000 208.192
5500 185.926 0 205.000 390.192
18.69 50 0.0 14.18 54.05
29.425 371.852 0 1.450.000 721.872
Smallingerland
Ooststellingwerf
Thema Natuur Landbouw Water Milieu Landschap Toerisme en Recreatie Plattelandseconomie Leefbaarheid, Zorg en Welzijn Cultuur, Cultuurhistorie en Taal Leader Totaal
Heerenveen
Spreiding over gebied, subsidie in 2011 per gemeente naar thema
0 10.000
19.436 0
0 0
435.245 490.250
44.68 25.07
1.948.462 1.955.501
46.018
33.500
19.575
117.337
11.51
1.019.193
0 38.000 0 30.000 0 155.022 86.018 477.936 572.715
58.000 193.575 1.808.025
16.58 24.75 20.96
349.650 782.155 8.628.110
percentage gevraagde subsidie naar thema in 2011
15
2.5.2
Grootschalige projecten
In 2011 is in een aantal grootschalige projecten veel tijd en energie gestoken. Het gaat om: • Landschapsfonds Oranjewoud-Katlijk • Gebiedsvisie Elan • Plan uitwerking Friese Waterlinie; • Profielontwikkeling Zuidoost Fryslân • Turfroute • Pilot Streekagenda Zuidoost Fryslân Onder paragraaf 2.3. is kort ingegaan op de voortgang van deze projecten. 2.5.4
Acties (buiten projectverwerving) van het projectbureau
De volgende activiteiten waren in het jaarplan opgenomen: • Plan van Aanpak Ecologische Verbindingzones witte gebieden In 2009/ 2010 is hiervoor een plan ontwikkeld, gebaseerd op de ROM restopgave. Het lag aanvankelijk in de bedoeling om in een 2011 een aantal eenvoudig te realiseren zones uit te voeren. Als gevolg van de eerder benoemde rijksbezuinigingen stagneert de uitvoering van het plan. • Aandachtsgebieden: Het PS initiatiefvoorstel ‘aandachtsgebieden’ uit 2009 komt tot uitvoering in de gemeenten Oost- en Weststellingwerf. In Ooststellingwerf in twee wijken in Oosterwolde en in Weststellingwerf in het dorp Noordwolde. Het betreft een integrale aanpak (samenhang in sociale, economische en fysieke maatregelen) met een sterke participatie van de lokale bevolking, ondernemers en andere lokale actoren. Het gaat om een vernieuwende aanpak rond wijk- en dorpsontwikkeling. In 2011 zijn de Plannen van Aanpak gereed gekomen. De uitvoering van projecten is ook al gestart in 2011. De eerste successen zijn inmiddels geboekt. De versterking van het schoolmaatschappelijk werk binnen de Vensterschool Noordwolde, waardoor het onderwijzend personeel zich weer op haar hoofdtaak kan concentreren, heeft er toe geleid dat de school nu van het predicaat ‘zwak’ af is. De inzet van de dorpencoördinator Ooststellingwerf in de beide wijken in Oosterwolde is als zeer positief ervaren. • Leren voor Duurzame Ontwikkeling In 2010 is op initiatief van het projectbureau een verkenning verricht rond lopende initiatieven op het gebied van ‘duurzaamheid’ in de regio Ooststellingwerf. Vanuit diverse invalshoeken wordt aan het thema duurzaamheid gewerkt. Met de projecteigenaren is verkend of uitwisseling, afstemming en samenwerking tot meerwaarde kan leiden. De betrokkenen reageerden hier enthousiast positief op. De gemeente Ooststellingwerf heeft in 2010, met support van het projectbureau, een subsidie-aanvraag ingediend bij de provincie Fryslân op titel van het programma “leren voor duurzame ontwikkeling”. Medio 2011 is dit project van start gegaan. Mevrouw Lukkes is met de uitvoering belast en is gehuisvest in het gemeentehuis van Ooststellingwerf te Oosterwolde. • Demografische ontwikkelingen: Dit onderwerp was niet opgenomen in het jaarplan. Wel hebben in 2011 activiteiten onder deze titel plaatsgevonden en worden hier kort gerapporteerd. “De bevolking gaat krimpen”, een uitspraak die veelvuldig in pers en vakbladen is verschenen. Hoe zien de demografische ontwikkelingen in de provincie Fryslân er uit? De provincie heeft hieraan de afgelopen periode veel aandacht besteed. Op grond van landelijk beschikbare gegevens en eigen informatie is de bevolkingsontwikkeling in Fryslân voor de komende decennia in beeld gebracht in het rapport “Krimp en Groei”. Enkele kernpunten: het aantal huishoudens groeit eerst nog, het aandeel ouderen gaat flink stijgen en het aandeel jongeren zal dalen, op termijn zal ook Fryslân te maken krijgen met een iets dalende bevolkingsomvang, maar de ontwikkelingen per streek (gebied Plattelânsprojekten) zijn verschillend. Zuidoost Fryslân scoort als gebied relatief gunstig, maar ook hier geldt de algemene trend dat de kleinere dorpen inwoners verliezen en dat steden en regionale centra groeien. Er is ook een uitvoeringspamflet door het College van gedeputeerde Staten uitgebracht: “Fan mear nei better”. De provincie Fryslân wil anticiperen op de ontwikkelingen in bevolkingsomvang en –samenstelling en heeft er ook voor gekozen om dit via de gebieden Plattelânsprojekten handen en voeten te geven. Op 21 november 2011 is er een informatieve bijeenkomst belegd door het projectbureau waarbij ambtenaren van de vijf Zuidoost gemeenten en de provincie informatie en kennis hebben gedeeld. De provincie
16
presenteerde een aantal gegevens rond bevolkingsontwikkeling, Opsterland gaf uitleg over haar aanpak rond toekomstbestendige voorzieningen in de dorpen en Ooststellingwerf gaf een toelichting op de structuurvisie Ooststellingwerf en de pilots dorpsvisies. De deelnemers waren positief over dit type uitwisseling tussen gemeenten onderling en tussen gemeenten en provincie. Belangrijke aandachtspunten: • Het wordt erg op prijs gesteld dat de provincie regelmatig up-dates geeft van statistische gegevens • Demografische ontwikkelingen meenemen in elk beleidsveld • Basisonderwijs krijgt nu volop aandacht, vergeet (V)MBO niet! • Voldoende en geschikt werk voor minder hoog opgeleiden is cruciaal voor de toekomst • Kijk over grenzen van dorp-gemeente-streek heen • Een fonds voor cofinanciering van (kleine) projecten) is een succesfactor voor dorpen- en plattelandsbeleid Besloten werd om in dezelfde samenstelling af en toe bijeen te komen. Ieder kan een oproep doen om een bijeenkomst te beleggen. Als onderwerp voor een tweede bijeenkomst in de eerste helft van 2012 werd gekozen voor “informele zorg”. • Overleg Groene Diensten: Dit initiatief stond ook in het jaarplan voor 2010, maar kon toen als gevolg van tijdsdruk niet worden opgepakt. Helaas vanwege hetzelfde argument heeft dit overleg ook in 2011 niet plaatsgevonden • Regionale workshop: Om onderlinge informatie uitwisseling te stimuleren zou in 2011 een regionale workshop georganiseerd worden. Actie is niet uitgevoerd als gevolg van tijdsdruk. • Denktankbijeenkomsten: Voor het thema Cultuur, cultuurhistorie en taal heeft in juli een bijeenkomst plaatsgevonden, i.v.m. invulling Ontwikkelingagenda Cultuurhistorie • Organiseren Regioweekend: Het idee was een regioweekend te organiseren gekoppeld aan het 10 jarig jubileum van Plattelânsprojekten. Als gevolg van beperkt tijdpad heeft het platform besloten dit weekend te Organiseren in 2012. • Themabijeenkomst Cultuur, cultuurhistorie en taal: Themabijeenkomst is op 14 november jl. georganiseerd in het gemeentehuis van Smallingerland. Grote opkomst, centraal stond de waarde van cultuurhistorie voor recreatie en toerisme. • Organisatie dorpencontactavond Als gevolg van een verschuiving in de tijd van het 10-jarig jubileum is er dit jaar geen contactavond voor de dorpen georganiseerd. • Informatieronde colleges van b. en w. en gemeenteraden: Bij het onderwerp ‘Streekagenda’ is al melding gemaakt van een ronde langs de gemeenten. Verder heeft Plattelânsprojekten in 2011 presentaties gehouden bij de gemeenteraden of raadscommissies van alle vijf gemeenten met uitzondering van Weststellingwerf, de laatste zal in 2012 worden gehouden. In alle vier gemeenten werd de informatieverstrekking zeer op prijs gesteld. Naast informatieve vragen, vonden er ook geanimeerde discussies plaats. Schaalvergroting landbouw, de betekenis van het EU Gemeenschappelijk Landbouw Beleid (GLB) voor de streek, bevolkingsparticipatie en samenwerking op grond van Streekagenda na de projectperiode Plattelânsprojekten, waren o.a. onderwerp van gesprek. • Agenda Leefber Plattelân Op 14 juni jl is over de nieuwe nota Plattelandsbeleid en het initiatief Streekagenda een informatiebijeenkomst gehouden in Jubbega. Ca. 100 aanwezigen zijn afgekomen op deze bijeenkomst. • 10-jarig jubileum Plattelânsprojecten Op 25 juni jl bestond de organisatie Plattelânsprojekten 10 jaar. Dit heuglijke feit is gevierd op 28 oktober met een gebiedsexcursie in Zuidoost Fryslân en een symposium in Earnewâld. Tijdens de gebiedsexcursie is een bezoek gebracht aan het Belvédère museum, Ter Idzard en is een inleiding verzorgd door Stichting SLIM in Makkinga. Naast de huidige platformleden waren ook verschillende “oudbetrokkenen” aanwezig.
17
2.6
Andere voornemens 2011
2.6.1
Gebiedsplatform
Qua samenstelling heeft het Gebiedsplatform op een aantal posities een wijziging ondergaan. Als gevolg van de provinciale verkiezingen is afscheid genomen van de voorzitter, mevrouw Schokker. Voor haar in de plaats kwam kortstondig de heer Galema, maar hij heeft in september weer afscheid genomen in verband met accepteren van een andere functie. De nieuwe Gedeputeerde Poepjes heeft hem opgevolgd. Mevrouw Lies den Ouden tenslotte heeft de plaats ingenomen van Noortje Wagter als themalid Zorg en Welzijn. In 2011 is het Gebiedsplatform 5 maal bijeengeweest. Een daarvan betrof de vergadering in september. Gekoppeld aan deze vergadering is een excursie gehouden in het MFC van Jubbega, werd een bezoek gebracht aan museum Oold Ark in Makkinga en aansluitend een lunch genuttigd bij minicamping De Singel. Daarnaast werd op 22 maart jl een gezamenlijke platformbijeenkomst georgansieerd in hotel Oostergo te Grou. Voorts waren vele platformleden aanwezig bij het eerder genoemde 10-jarig jubileum. Ter voorbereiding op de platformbijeenkomsten worden specifieke bijeenkomsten georganiseerd voor de themaleden. Tijdens deze bijeenkomsten worden de vergaderstukken doorgenomen. Door het Gebiedsplatform is in 2011 met name de rol van adviesorgaan ingevuld. De nadruk lag hierbij op de advisering aan Gedeputeerde Staten over het al of niet beschikbaar stellen van bijdragen voor projecten in Zuidoost Fryslân. Daarnaast worden ook de verschillende themaleden veelvuldig ingeschakeld bij gebiedsbrede processen. Voorbeelden betreffen: Friese Waterlinie, Profielontwikkeling Zuidoost Fryslân, voorbereiding themabijeenkomsten, enz. Zij leveren dan inhoudelijke en/of organisatorische inbreng 2.6.2
Ambtelijk Overleg
Ter ondersteuning van het projectbureau en voor de onderlinge coördinatie functioneert een ambtelijke werkgroep. Verschillende werkgroepleden worden ook nauw betrokken bij initiatieven rondom gebiedsontwikkeling. De werkgroep bestaat uit vertegenwoordigers van de gemeenten en uit verschillende medewerkers van het projectbureau. De ambtelijke werkgroep heeft 6 keer vergaderd. Voorts zijn verschillende ambtelijke leden nauw betrokken bij het thema “Streekagenda” Zuidoost Fryslân. 2.6.3
Overleg beleidsmedewerkers Toerisme (AORTA)
De 5 gemeenten en plattelânsprojekten hebben maandelijks een afstemmingsoverleg (AORTA) gevoerd over de toeristische ontwikkelingen in de regio. Met name de ontwikkelingen en voortgang van de nieuwe VVV, de regioaanjager en het toeristisch netwerk zijn intensief besproken. Ook zijn adviezen voorbereid voor het halfjaarlijks overleg tussen de 5 wethouders Recreatie en Toerisme. 2.6.4
Netwerken
Plattelânsprojekten is bij de uitvoering van haar werkzaamheden sterk afhankelijk van een goed netwerk. Om deze reden steekt het projectbureau veel tijd en energie in het onderhouden en uitbouwen van het netwerk. Regulier vindt veel overleg plaats met de gemeenten over projecten die door of vanuit de gemeenten worden aangemeld. Uiteraard wordt nauw samengewerkt met de provinciale beleidsafdelingen. Ook met de verschillende intermediaire organisaties of met belangenorganisaties wordt een goed netwerkband onderhouden. 2.6.5
Communicatie
Communicatie is een belangrijk thema binnen de werkzaamheden van Plattelânsprojekten. Er wordt gebruik gemaakt van persberichten, nieuwsbrieven, projectenbrochure, bijeenkomsten en een website om Plattelânsprojekten Zuidoost Fryslân onder de aandacht te brengen. In 2011 zijn er drie digitale nieuwsbrieven verstuurd. Er zijn 7 persberichten voor Zuidoost verstuurd: twee naar aanleiding van een platformvergadering, terwijl 5 verschenen naar aanleiding van specifieke gebeurtenissen. Genoemd worden aanbieding van het rapport Elan en het symposium cultuurhistorie op 19 mei. De website van Plattelânsprojekten neemt in belang toe. Werden in 2010 bezoeken geregistreerd, in 2011 is dit aantal opgelopen tot 17.072. Het gebuik van Social media is van groot belang voor netwerkvorming, maar blijft nog onder de maat. In november 2011 was er voor de vijfde de keer een netwerkbijeenkomst cultuurhistorie in Zuidoost. Tot slot zijn er voor Profielontwikkeling Zuidoost diverse acties gedaan.
18
2.6.6
Projectbureau
De bezetting van het projectbureau is in 2011 op één positie gewijzigd. Eva Beishuizen was vanuit de centrale eenheid van Plattelânsprojekten “uitgeleend” aan Zuidoost Fryslân. Aan deze situatie kwam in april een eind en per mei jl is Regina van der Meer het office management komen versterken. 2.6.7
Tot slot
Het jaar 2011 ligt achter ons. Ondanks de passieve insteek voor wat betreft de projectverwerving, wisten initiatiefnemers de weg naar het projectbureau te vinden. De omvang van projectverwerving over 2011 is overeenkomstig de ambitie om ca 50 beslisrijpe projecten aan het platform voor te leggen. In het afgelopen jaar is bijzonder veel energie gestoken in gebiedsbrede processen. Te noemen zijn bijvoorbeeld de ontwikkeling van de gebiedsvisie voor Elan, planuitwerking Friese Waterlinie, Profielontwikkeling, Turfroute enz, enz. Ofschoon Zuidoost in eerste instantie een voorsprong positie had voor wat betreft de ontwikkeling van de Streekagenda, is in 2011 een stagnatie opgetreden als gevolg van uiteenlopende ideeën over de opzet en invulling van eindproduct..
19
3.
Vooruitblik en Speerpunten 2012-2013
3.1
Inleiding en achtergrond
Nu, tegen het einde van de zevenjarige looptijd van het PMJP 2007-2013, zijn de belangrijkste budgetten waarvoor de projectverwerving via Plattelânsprojekten loopt, al voor een groot deel uitgeput. Enkele budgetten, zoals ‘verbeteren fysieke woonomgeving’ en ‘nationale landschappen’ zijn al volledig benut. Enerzijds onderstreept dit het succes van de integrale en programmatische gebiedsgerichte aanpak, anderzijds heeft ook de korting die heeft plaatsgevonden op de oorspronkelijke PMJP-programmering de relatieve uitputting van de budgetten natuurlijk versneld. Deze uitputting van de beschikbare budgetten loopt parallel met een periode waarin alle overheden (rijk, provincie en gemeenten) sterk moeten bezuinigen. Desondanks kunnen er ook nog in 2012 drie PMJP-tenders worden opengesteld, af te ronden met een allerlaatste tender in 2013, waarbij aanspraak kan worden gemaakt op de laatste restbudgetten, die er dan (eventueel) nog zijn. Voor de verdere toekomst is nog onzeker of en in welke mate vanaf 2014 weer nieuwe Europese-(POPIII), Rijks- en provinciale budgetten voor het platteland en het landelijk gebied beschikbaar zullen komen. Wel is duidelijk dat er vanuit Europa, in het kader van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB), opnieuw sprake zal zijn van een impuls voor plattelandsontwikkeling in brede zin. Per saldo moet echter, met inachtneming van de omvangrijke bezuinigingen bij rijk, provincie en gemeenten, vanaf 2014 rekening gehouden worden met minder beschikbare middelen dan in de periode 2007-2013. Dit betekent, dat alle partijen (provincie, gemeenten, Wetterskip, maar zeker ook maatschappelijke- en belangenorganisaties) de handen nog meer ineen zullen moeten slaan om nog zaken voor het platteland voor elkaar te krijgen. Dit vormt één van de redenen voor de provincie om het initiatief te nemen om plattelandsontwikkeling vorm te geven middels Streekagenda’s en hieraan gezamenlijk -overheden en maatschappelijke partners- vorm en inhoud te geven. Een jaarplan voor een periode van twee jaar is vrij lang. In een dergelijke periode zullen vele veranderingen plaatsvinden. Regelingen komen erbij, maar regelingen kunnen ook opdrogen of verdwijnen in zijn geheel. Daarnaast wordt ook nieuw beleid geformuleerd en worden verordeningen ontworpen of aangepast. Voorbeelden zijn de SIF- verordening, subsidieverordening voor de besteding van ISV middelen en tenslotte een aanpassing van de subsidieverordening als gevolg van de nieuwe nota Plattelandsbeleid. Waar mogelijk zal worden ingespeeld op de nieuwe regelingen of zal een rol worden gespeeld bij de regionale invulling van nieuwe ontwikkelingen. Uiteraard zal het Gebiedsplatform in dit verband tijdig worden geïnformeerd. Het is gebruikelijk halfjaarlijks te rapporteren over de voortgang van het jaarplan. In verband met het tweejaarlijkse karakter, wordt na afloop van 2012 over de voortgang gerapporteerd.
20
3.2
Budgettair kader
In een bijlage bij het Gebiedskader is een overzicht gegeven van de vele verschillende financieringsbronnen en subsidieregelingen. Dit kader is anno 2012 nog steeds in grote lijnen hetzelfde. Er komt wel eens een regeling bij en er zal ook wel eens een regeling verdwijnen. Ook omvang en reikwijdte van de vele verschillende regelingen zijn soms aan wijziging onderhevig. Daarop wordt hier niet specifiek ingegaan. Het gebiedsplatform heeft een verantwoordelijkheid, in de vorm van een zwaarwegende adviesrol, voor een hele set gebiedsgerichte PMJP-doelen. In deze paragraaf wordt specifiek ingegaan op dat budgettaire kader van het PMJP. We naderen het einde van de programmaperiode 2007-2013. De omvang van de tenders zal in de loop van deze 2 laatste jaren geleidelijk afnemen en voor sommige doelen geldt dat de bodem van het subsidievolume al in zicht is. Daarvan uitgaande zijn de totaal beschikbare budgetten voor 2012 en 2013, over 3 tenders (1 maart - 1 mei 2012, 1 juni – 1 oktober 2012 en 1 november 2012 – 1 februari 2013 . Voor de tenders van 30 april 2013 en (eventueel) 30 september 2013 worden geen plafonds opengesteld. De vrijval van voorgaande jaren wordt hiervoor ingezet. In bijgevoegde tabel (bijlage 1) is het subsidieplafond per doel per tender aangegeven. Met betrekking tot verwerving zullen we in zowel 2012 als 2013 meer de nadruk leggen op de steeds beperkter wordende tijd om projecten daadwerkelijk uit te voeren. Een goede tijdsplanning is hierbij van groot belang. Ook de financiering rond hebben en vergunningen op tijd hebben wordt steeds belangrijker. De afgelopen jaren is voor de prioritering van de projecten tussen de verschillende gebieden gewerkt met een overzicht van ‘remmen’ en ‘gas geven’ per doel per gebied. Nu de budgetten aflopen wordt deze systematiek in 2012 en 2013 los gelaten. Dit om te bevorderen, dat de nog beschikbare budgetten zo veel mogelijk worden benut en te voorkomen dat budgetten terugvloeien. Doelenoverzicht PMJP/ budgettair kader 2012-2013 PMJP-(sub)doel ↓ (alle bedragen in 1000 €) E. Recreatie en toerisme 16. Recreatief groen 17. c en d Routenetwerken / toegankelijkheid 19. Toeristische voorzieningen F. Landschap 20. Landschap generiek 21. Archeologie G. Sociaal-economische vitaliteit 25. Verbetering leefbaarheid platteland (N.B. totaal-budget en verplicht budget zijn incl. dorpshuizen)*** 28. Stimuleren plattelandseconomie*** 29. Erfgoed / monumentenzorg 30. Cultuur****
Aangepast totaal-budget PMJP 2007 - 2013
Al beschikt, verplicht of aangevraagd 2007 t/m 2010
Totaal (voorlopige) subsidieplafond voor 2012-2013(voor 3 tenders) * *
1.180 4.249
990 4018
180
6.395
5899
720*
6.346 900
5696 543
650 375
15.490
11273
7.052 5812 955
5572 5419 314
1800 (tenders excl. dorpshuizen) 1480 390 630
* Subsidieplafonds voor doelen 17 c en d en doel 19 zijn vanaf de subsidietender met als sluitingsdatum 29 april 2011 samengevoegd. * * Het betreft hier het totale plafond voor de tenders met als sluitingsdatum 30-04-2012, 28 september 2012 en 31 januari 2013. Voor de tenders van 30 april 2013 en 30 september 2013 worden geen plafonds opengesteld. De vrijval van 2012 wordt hierbij ingezet. De tender met als sluitingsdatum 31-1-2012 valt budgettair gezien onder 2010. Het plafond is meegenomen in de middelste kolom. *** Deze doelen zijn gekoppeld aan de nieuwe nota plattelandsbeleid (BeliedsNotaPlattelân) die in 2012 wordt vastgesteld. Er zal waarschijnlijk een andere verdeling van deze middelen plaatsvinden n.a.v. de nieuwe nota. Dit zal ook in de verordening pMJP worden verwerkt.
21
3.3
Wat gaan we doen in 2012-2013?
Bij paragraaf 2.1. is al aangegeven dat Plattelânsprojekten haar taken verdeelt in twee hoofdtaken: de projectverwerving en het gebiedsproces. Wij zijn nu driekwart de uitvoeringsperiode van het PMJP. De uitvoering ligt goed op schema en sommige doelen zijn budgettair (vrijwel) uitgeput. In toenemende mate is sprake van het verleggen van de zwaartepunten in de werkzaamheden van verwerving naar meer gebiedsbrede initiatieven. Het Gebiedsplatform geeft daarmee sturing aan de ontwikkeling van de regio. Uiteindelijk zullen gebiedsbrede initiatieven leiden tot concrete projecten. Van belang is tevens dat de initiatieven te herleiden zijn naar de door het Gebiedsplatform geformuleerde speerpunten. 3.3.1.
Bepaling speerpunten
Het Gebiedsplatform heeft in het Gebiedskader de nadruk op een aantal thema’s willen leggen. Gelijktijdig met de vaststelling van het Gebiedskader heeft het platform vier permanente speerpunten benoemd (Landschap, Cultuur & Cultuurhistorie en Taal, ROM-restopgave en Samenwerking). Jaarlijks kan een vijfde speerpuntthema worden toegevoegd. De afgelopen jaren is dit het thema Recreatie en Toerisme geweest. Door deze benadering heeft het platform er voor gekozen om speerpunten goed uit de verf te laten komen. Het platform realiseert zich dat budgetten krapper worden, maar is van oordeel dat de destijds gekozen thema’s aansluiten bij de ontwikkelingsperspectieven voor het gebied. Met andere woorden ook voor 2012 blijven de speerpunten gehandhaafd, voorgesteld wordt het thema Plattelandseconomie ook dit jaar weer als speerpunt te benoemen, vanwege de beschikbare budgettaire ruimte binnen dit thema. Bij de onderstaande behandeling van de speerpunten worden de doelen en acties benoemd van het projectbureau om dat speerpunt in 2012 handen en voeten te geven. 3.3.2.
Streekagenda Zuidoost Fryslân
Bovenstaand is onder 2.3. gerapporteerd over Streekagenda. In 2011 heeft dit veel aandacht van het projectbureau gevraagd. Het Gebiedsplatform heeft aangegeven in Zuidoost Fryslân aan de slag te willen met een dergelijke aanpak. Dat geldt ook voor de partners die in het Gebiedsplatform+ deelnemen. Dit vergt veel inzet van een ieder die betrokken is bij Plattelânsprojekten Zuidoost. Het jaar 2011 stond in het teken van een verdiepingsslag met de vijf gemeenten. Dit kreeg een vervolg in bestuurlijke overleggen tussen de vijf gemeenten en de provincie. De nadere uitwerking wordt thans van groot belang geacht. De tijd gaat nu ook dringen, wil de uitvoering Streekagenda kunnen starten per 1 januari 2014. Opstelling Streekagenda vergt een hoge prioriteit binnen de werkzaamheden van het Projectbureau. De volgende stap in het proces is een overleg met de directies van de vijf gemeenten en de provincie. In dit overleg zullen de werkwijze en de contouren voor een gedegen Plan van Aanpak worden geschetst. Het wordt nu ook dringend tijd om gebiedsactoren te informeren en te betrekken. Binnen het provinciehuis leiden de al lopende voorbereidingen tot concrete input voor de Streekagenda. De kansen om Europese programma’s te benutten voor de uitvoering van de Streekagenda behoeven volop aandacht. Dit zal echter ook inhouden dat randvoorwaarden die de EU stelt, praktische vertaling behoeft richting de streek. Er liggen opnieuw kansen om met de Leadermethodiek en een Leadergroep te werken aan plattelandsontwikkeling. Het betekent al met al dat er een forse inspanning geleverd moet worden. Het jaar 2012 vormt de opmaat voor het creëren van maatwerk voor streekontwikkeling (vervolg op gebiedsgerichte aanpak Plattelânsprojekten) periode 2014-2020. Te meer ook omdat gemeenten en andere partners voldoende tijd beschikbaar moeten hebben om ‘in eigen huis’ de noodzakelijk voorbereidingen en besluitvorming te kunnen doen.
22
Voor 2012-2013 worden de volgende activiteiten voor de Streekagenda voorgesteld: • organisatie overleg directeuren (6 februari) • vervolggesprek directeuren (maart) • formuleren Plan van Aanpak stappenplan • terugkoppeling naar Gebiedsplatform (maart) • faciliteren uitvoering Plan van Aanpak naar een concept Streekagenda • afstemming met Samenwerkingsagenda’s Drachten en Heerenveen • concept Streekagenda Zuidoost bespreken in diverse organen • definitieve Streekagenda opmaken • behandeling Streekagenda in raden en PS • voorbereiding vormgeving uitvoeringsorganisatie • afstemming werkzaamheden met beleidsvormingsprocessen en uitvoeringsaspecten van programma’s/projecten bij de provincie • communicatie met en inbreng van (actoren in) de streek – diverse momenten • afstemming met provinciale werkgroep en proces opstelling streekagenda in andere PP regio’s – doorlopend • netwerkactiviteiten landelijk ter inspiratie voor het werkproces in ZO – incidenteel • start uitvoering Streekagenda per 1 januari 2014 In het directeurenoverleg op 6 februari 2012 is afgesproken dat de gemeente Ooststellingwerf de inbreng van de vijf gemeenten in Zuidoost coördineert. De provincie levert haar eigen deel in het voorbereidingsproces, te weten de doorvertaling van de interne provinciale werkgroep naar de streek Zuidoost. De provincie zorgt er ook voor dat het Wetterskip Fryslân haar inbreng kan leveren. In maart 2012 worden de contouren voor de vervolgaanpak helder. 3.3.3
Reguliere verwerving
2012 en 2013 vormen de laatste twee jaar van de huidige looptijd van de gebiedsgerichte aanpak. Zoals eerder vermeld raken budgetten uitgeput en zelf zijn sommige doelen al geheel gesloten. Op pagina 21 is het overzicht opgenomen van de thema’s / doelen waarvoor in de komende periode nog middelen beschikbaar zijn. Op grond van deze cijferopstelling kunnen wij constateren dat voor verschillende speerpunten in Zuidoost nog middelen beschikbaar zijn. Met andere woorden er kan nog gerichte verwerving plaatsvinden. Opgemerkt wordt dat in eerdere jaren terughoudend is verworven op het thema Landschap. Dit was vooral ingegeven door het feit dat Zuidoost Fryslân haar aandeel had opgesoupeerd. Als gevolg van onderbesteding in de overige gebieden, bestaat de mogelijkheid beperkt binnen het thema Landschap te werven. Voorts valt op de omvangrijke beschikbare middelen voor de thema’s Leefbaarheid en Plattelandsecnomie. Onderstaand is een beschrijving opgenomen van de verwervingsactiviteiten binnen de benoemde thema’s. 3.3.4
Actieve verwerving op prioriteiten
De actieve verwerving op prioriteiten houdt verband met de door het Gebiedsplatform eerder benoemde speerpunten. Deze permanente speerpunten, inclusief het thema Plattelandseconomie, krijgen ook in 2012-2013 weer ruimschoots aandacht. Hieronder worden de speerpunten kort beschreven en worden de doelen genoemd, alsmede de acties van het projectbureau om het speerpunt in 2012 in te kleuren. Thema Landschap: Versterken van de landschappelijke identiteit . Het behoud, herstel en ontwikkeling van het landschap en vooral het duurzaam beheer van het landschap, vormt een belangrijk onderwerp voor het Gebiedsplatform. Omdat de budgettaire ruimte beperkt aanwezig is, vindt er vanuit het projectbureau beperkte werving plaats. Initiatieven die er toch zijn om middels projecten uitvoering te geven aan de opgaven voor behoud, herstel en ontwikkeling van het landschap, komen van de vijf gemeenten. De gemeenten worden hierin ondersteund door het Steunpunt Landschap. De basis hiervoor is het Intergemeentelijke Landschapsbe-
23
leidsplan Zuidoost Friesland. In 2012 zal op verschillende plaatsen in de regio worden geoogst, doordat projecten die in 2011 zijn voorbereid concreet in uitvoering gaan. Zowel in de Westhoek van Weststellingwerf, rondom De Tike in Smallingerland, rondom Haulerwijk en Waskemeer in Ooststellingwerf, als in het kader van het project Erf in het Groen (ELAN), zal zichtbaar worden gewerkt aan de kwaliteit van het landschap. Nieuwe projecten worden selectief ontwikkeld rondom dorpen die tot dusver buiten beeld zijn gebleven en waar bovendien sprake is van draagvlak in de dorpen zelf om de kwaliteit van groen en landschap aan de slag te gaan. Duurzaam beheer van landschap Het ontbreken van financiële middelen voor het duurzaam beheren van het landschap wordt in de regio al langer als een aderlating ervaren. Goed nieuws is dat de alternatieven die in gang zijn gezet de eerste concrete resultaten hebben opgeleverd. Het is van groot belang om de ingezette acties een passend vervolg te geven en verder tot uitvoering te brengen. Het Steunpunt Landschap is hierin een essentiële schakel. Een passend vervolg betekent niet alleen de begeleiding van beide voorbeeldinitiatieven, maar vooral als vervolg op beide initiatieven het starten van de verkenning naar de financieringskansen voor het beheer van landschap in de periode 2014-2020. Voor deze periode staan twee stromen voor de financiering van het beheer van landschap centraal: 1. Het nieuwe GLB 2. Regionale financiële arrangementen De verkenning naar de financieringskansen richt zich op het tweede spoor: de regionale financiële arrangemeenten. ELAN zal, met ondersteuning van de coördinator Blauw Groene diensten, hier nadere invulling aan moeten geven. Het is van belang de ontwikkelingen kritisch te volgen en de samenhang te bewaken. Het speerpunt Landschap en de genoemde acties sluiten aan bij meerdere doelen uit het PMJP. Het gaat dan om: A3 Landbouw (duurzaam ondernemen) en F 20 Landschap (landschap generiek). De volgende acties van het projectbureau horen hierbij: • Organiseren regionale workshop tussen verschillende betrokken partijen • Actieve informatiestroom toekomstig Gemeenschappelijk Landbouw Beleid onder de aandacht brengen van Gebiedsplatform • Organiseren (bestuurlijke) bijeenkomst op grond van de resultaten van in gang gezette ontwikkelingen (medio 2012). Bouwstenen thema landschap 2014 en verder Het Steunpunt Landschap zal in 2012 ook het oog richten op de toekomst en bouwstenen aandragen voor het invullen van het thema landschap voor de periode 2014-2020. Het gaat om twee trajecten. In de eerste plaats kijkt het Steunpunt Landschap naar ‘zeven jaren werken met Landschapsbeleidsplan Zuidoost Friesland’. Een blik terug: wat zijn de resultaten, in (wijze van) uitvoering, in draagvlak, in doorwerking en verankering in beleid? En een blik vooruit: Wat zijn de majeure opgaven voor landschap en ruimtelijke kwaliteit in Zuidoost Fryslân en vormt het Landschapsbeleidsplan daarvoor nog steeds een passende basis? In de tweede plaats wordt uitvoering gegeven aan de Verkenning Financieringskansen beheer van landschap 2014-2020. Wat zijn de gedeelde waarden in de regio en waar liggen kansen voor slimme combinaties van meervoudige opgaven? En hoe kunnen deze worden vertaald naar het sluiten van deals die bijdragen aan duurzaam beheer en onderhoud van landschap? In de verkenning worden relevante gebiedspartijen betrokken. ELAN is er daar zeker één van. Bovendien worden de resultaten van de twee pilots (Oranjewoud Katlijk en Houtkachel Beetsterzwaag) voor duurzaam beheer als onderdeel van de verkenning tegen het licht gehouden. Beide trajecten samen – ook met de uitwerkingen van ELAN op het terrein van het GLB- leveren de bouwstenen voor het programma landschap en ruimtelijke kwaliteit voor de periode 2014-2020. Het speerpunt Landschap en de genoemde acties sluiten aan bij meerdere doelen uit het PMJP. Het gaat dan om: A3 Landbouw (duurzaam ondernemen) en F20 Landschap (landschap generiek).
24
De volgende acties van het projectbureau horen hierbij: - Ondersteunen/faciliteren samenwerkingsproject Steunpunt Landschap - Faciliteren consulent Groene en blauwe diensten/ELAN Thema Cultuur, Cultuurhistorie en Taal Benutten van erfgoed en identiteit door bewustwording en actieve beleving Het thema Cultuur, cultuurhistorie en taal vormt een permanent speerpunt. Binnen dit thema is het “benutten van erfgoed en identiteit door bewustwording en actieve beleving” een belangrijk doel. Het platform kiest er voor dit doel conform de status van permanent speerpunt ook in 2012 extra te stimuleren. Qua beoogde maatregelen is dit doel breed van opzet en sluit goed aan bij de huidige ontwikkelingen in de regio. De volgende acties gelden voor 2012: • Oude Paden Nieuwe Wegen: Het streven is erop gericht het project richting de uitvoering te krijgen. Mogelijk is hiervoor nodig dat er gefaseerd moet worden, omdat faseverschil in de beschikbare financiële middelen bij de verschillende gemeenten hiertoe aanleiding geeft. Daarnaast hebben in ieder geval twee gemeenten nu behoefte aan nog extra gegevens om überhaupt nog een beroep te kunnen doen op eventuele middelen, bovenop de eerdere opdracht en voorliggend resultaat daarvan, het uitvoeringsplan. Het streven is gericht op de volgende stappen:indienen aanvraag fase 1 voorjaar 2012 voor gemeenten die al willen en kunnen starten, in de loop[ van 2012, start eerste echte activiteiten, schop in de grond. Looptijd van de totale uitvoering in Zuidoost Fryslân, binnen het gemaakte voorbehoud van middelen, zal minimaal 2 jaar zijn, maar naar verwachting langer om financieel-actuele redenen bij enkele deelnemende gemeentes. • Ontwikkelvisie Cultuurhistorie Zuidoost Fryslân Vanuit het succes van het Symposium Cultuurhistorie ZOF op 19 mei 2011 wordt nu door het Platform ingezet op de Ontwikkelvisie Cultuurhistorie ZOF en Uitvoeringsprogramma Cultuurhistorie ZOF. Te zijner tijd, wanneer aan de orde en nodig geacht, is het streven de Ontwikkelvisie / Uitvoeringsprogramma deel uit te laten maken van de Streekagenda. Hiertoe is, evenals voor andere speerpunten, een gemeente als trekker nodig en heeft die zich ook als zodanig aangediend. Start van het traject was oktober 2011 in de ‘slanke’ Kerngroep. Op 15 maart 2012 ligt de Ontwikkelvisie Cultuurhistorie vóór aan het Gebiedsplatform ter vaststelling op cultuurhistorische inhoud. Na instemming gaat het traject richting Uitvoeringsprogramma Cultuurhistorie, conform eerdere afspraken hierover in de zin van proces. Hierbij worden de verschillende partijen (T&R, onderwijs, landschap en dergelijke) actief betrokken. Ook inzet van derden-adviseurs in dit traject is mogelijk. • Archeologie: dit heeft een prominente plek gehad in het symposium Cultuurhistorie 19 mei 2011 te Oldeberkoop. De actie is er vervolgens op gericht te komen tot een nieuw archeologisch steunpunt in Zuidoost Fryslân. In 2011 zijn daartoe stappen gezet, een zeer geschikte locatie en partijen gevonden. Dat spitst zich toe op het Bezoekerscentrum Nationaal Park te Appelscha. Alle partijen zijn hierover enthousiast, ook de provinciaal archeoloog en gemeente. Inzet is vóór 1 mei 2012 een aanvraag te hebben ingediend. Dat is uiterst ambitieus, vanuit financiële optiek en het rond krijgen van de benodigde co-financiering. Anderzijds zullen na 2012 de voor handen zijnde provinciale middelen voor dit doel nagenoeg ‘verdampt’ zijn. De kans ligt dus alleen in 2012 om deze nog te grijpen. e • Cultuurhistorische Dorpsgidsen: De 2 groep cursisten is op 17 januari gestart. Tresoar is bereid gevonden dit op eigen ‘conto’ te draaien, het betreft nu gewoon betalende deelnemers. Plattelânsprojekten en het Gebiedsplatform blijven hierbij betrokken, qua netwerk en werving (wederom zeer succesvol geweest) en belang voor het gebied vanuit het speerpunt. Het faciliteren van cultuurhistorische projecten en doelen vanuit een regionale aanpak is hierbij een succes gebleken, er wordt kennelijk goed voorzien in een behoefte / belangstelling. Afgetast wordt in 2012 Tresoar te ondersteunen in het organiseren van een eerste bijeenkomst van oud-cursisten, teneinde hiermee het groeiende netwerkje van cultuurhistorische gidsen te faciliteren. Voor 2012 resteert daarnaast het punt ‘vermarkting’: met de toeristische aanjager is overlegd hoe dit op te pakken als nieuw ontwikkeld toeristisch product van ZOF. Ook de gidsen hebben hieraan behoefte. • Bijzondere Gebouwen Zuidoost Fryslân Op 10 februari 2012 heeft een bijeenkomst plaatsgevonden in het kerkje van Ter Idzard met organisaties en partijen die een ‘bijzonder gebouw’ in Zuidoost Fryslân in beheer of eigendom hebben. Kenmerken daarvoor zijn onder meer dat het bijzonder is in architectonisch of historisch opzicht en dat het meestal van waarde wordt gevonden door de gemeenschap. Derde gemene de-
25
ler voor de ‘selectie’ is dat de exploitatie en beheer en onderhoud permanent punt van zorg is. Denk hierbij aan allerlei soorten kerkjes, maar ook een schaatsgebouwtje – pure Amsterdamse School, enkele molens, een Saksische boerderij, maar wel allemaal op het platteland (niet in de ‘stad’ dus). Op 10 februari is ingezet op het gezamenlijk aftasten van kansen en mogelijkheden voor extra inkomsten / functies, die vooralsnog buiten het bereik of de scoop van de individuele beheerder/eigenaar liggen. Mocht dat gaan blijken uit die bijeenkomst, dan zal nader bekeken worden wat er voor nodig is om dit verder te brengen en of er een rol voor het Gebiedsplatform / Plattelânsprojekten is. Speerpuntproject Planontwikkeling Friese Waterlinie • Oplevering = startsein 11 mei 2012 is de oplevering van de plannen van de Friese Waterlinie. Visie, Werkplan en alle andere bijbehorende producten uit het project Planontwikkeling Friese Waterlinie worden dan voor uitvoering overgedragen. De Stuurgroep Friese Waterlinie zal via de voorzitters Jannewietske de Vries en Bertus Mulder deze projectresultaten terugleggen bij de opdrachtgever van dit project, aan het Gebiedsplatform Zuidoost Fryslân, aan de voorzitter Sietske Poepjes en hiermee een start geven aan de uitvoeringsfase. Dit zal de start zijn van het gebiedsontwikkelingstraject dat zowel op korte, middellange als lange termijn zijn uitvoering zal hebben. En dat niet alleen in Zuidoost Fryslân zelf, maar direct ook met partners als het Overijsselse Steenwijkerland en het Drentse Noordenveld en Recreatieschap Drenthe. • Reuring oplevering: De oplevering zal met de nodige ‘reuring’ gepaard gaan, zaak is namelijk om alle betrokken in het planvormingsproces hierbij uit te nodigen. Dat zullen er naar verwachting honderden zijn die middag. Zaak is om in 2012 vast enkele projecten in de uitvoering te krijgen om de bal aan het rollen te houden en verder te brengen en anderen te activeren. • Financiering: In 2011 is onder de Interregvlag Grensland Festungland (trekker provincie Fryslân) een projectdeel uitgevoerd met die Europese gelden. In dat verband is voorts de aandacht gericht op de samenhangende Noordelijke Linies en ontwikkelingen op die vlakken. Provincies Overijssel, Drenthe, Groningen, Fryslân en gemeenten zijn hiertoe ambtelijk bijeen geweest. Van de Duitse kant is interesse hierin. 22 februari organiseert gemeente Steenwijkerland een tweede bijeenkomst op dit vlak. Doel is te bekijken of we in samenhang zaken kunnen oppakken en zodanig een beroep kunnen doen op het volgende Interregprogramma Eems-Dollard-Regio (EDR). Daarnaast wordt begin 2012 gestart met aftasten hoe bestaande budgetten (Friese Meren, Turfroute, Poorten) ingezet kunnen worden om meerdere doelen te kunnen dienen. Dat wordt ook gedaan door partners, zoals het Wetterskip en de inzet van Synergiegelden en KRW-gelden. • Sturing, organisatie / borging uitvoering: Tenslotte moet in 2012 nog nader bekeken en besproken worden of en zo ja, hoe coördinatie op de uitvoering van de Visie en het Werkplan van de Friese Waterlinie het beste ingebed moet gaan worden, teneinde de uitvoering daadwerkelijk ook te borgen. Doel is op dit punt in 2012 wel knopen door te hakken. De uitvoering van de Friese Waterlinie kan alleen in samenhang het economische potentieel ontvouwen, zoals is gebleken uit het rapport Waarderingsonderzoek Friese Waterlinie in opdracht van de Stuurgroep Friese Waterlinie. Borging hiervan zal minimaal in de streekagenda moeten plaatsvinden. Punt van aandacht is dat de Friese Waterlinie ook op Overijssels en Drents gebied ligt, alwaar partijen ook belang hebben bij de ontwikkeling. Ook buiten het sec Friese grondgebied zullen zij projecten gaan oppakken. De betrokken partijen daar (gemeenten, toeristische organisaties en ondernemers, TBO’s) zouden daarom ook een actieve en mede- sturende plek moeten hebben, die geborgd wordt door inkleding van organisatie, afstemming en vervolgproces. De Friese Waterlinie is derhalve niet exclusief een Friese aangelegenheid. Een en ander zal in de eerstvolgende vergadering na 11 mei 2012 voorgelegd worden aan het Gebiedsplatform Zuidoost Fryslân ter bepaling van stappen op dit punt. Vaststelling kan dan in een later stadium dat jaar plaatsvinden door het Gebiedsplatform en zo nodige door andere partijen en overheden. • Concrete projecten nu al bekend Februari 2012 is een eerste overleg om een stap te gaan zetten op de voorgestelde routes aan de ‘noordkant’ van de Linie (dit betreft Ooststellingwerf, Noordenveld, Recreatieschap Drenthe, toeristische aanjager ZOF en provincie/LBF). Meerdere partijen hebben de Friese Waterlinie voor 2012 aangegrepen om activiteiten op te zetten, zoals Opera Spanga met een optreden op de buitenlocatie De Blessebrugschans. Er zullen in 2012 twee wandeltochten rondom Oldeberkoop ge-
26
•
organiseerd gaan worden door het dorp, met de Friese Waterlinie en de schansen aldaar als uitgangspunt, in samenwerking met de streekproductenboerderij De Stelp. Tot slot: Hadrian’s Wall, als bestemming voor de internationale Platformexcursie naar Northumberland Uplands november 2010, vormt voor de uitvoering en aanpak van de Friese Waterlinie een belangrijke inspiratiebron voor de betrokken partijen.
Taal Vanuit het eerdere traject EduStellingwarfs is met de initiatiefnemende stichting een afrondend gesprek gehouden. Deze blijft het project als geestelijk eigendom zien. Zodra zich op dat vlak ontwikkelingen voordoen, zal betreffende stichting Stellingwerfs Eigen hierin een rol opeisen, zo veel is duidelijk. Taalprojecten die worden ingebracht voor een eventuele subsidiebijdrage in het Gebiedsplatform zullen bekeken worden in dit licht. Dit speerpunt sluit goed aan bij de doelen Landschap F21 (Archeologie), Verbetering Leefbaarheid Plattelandsgebieden G25 (Regionaal Plattelandsbeleid), Cultuurhistorie G29 (Erfgoed en monumentzorg) en Leader G31, immers kunnen door de inzet van het Leader-budget verschillende procesmatige acties worden ontwikkeld. Samenwerking Voor een duurzame ontwikkeling van Zuidoost Fryslân is een verregaande samenwerking van groot belang. Voor maatschappelijke- en private partijen is het belangrijk dat samenwerking plaatsvindt als basis voor een duurzame ontwikkeling. Overeenkomstig voorgaande jaren zal waar nodig samenwerking worden gestimuleerd. In toenemende mate zal daar sprake van moeten zijn nu gebiedsbrede initiatieven worden opgepakt. Dit betekent in de lijn van voorgaande jaren dat speerpunten bepalend zijn bij het zoeken naar samenwerkingsvormen. Het ontwikkelen van de Streekagenda, Friese Waterlinie, Profieluitwerking Friese Wouden, vormen met name processen waarbinnen samenwerking zal worden gezocht. Ook de grensoverschrijdende samenwerking met Zuidwest Drenthe zal worden geïntensiveerd. Vooral de toeristische/ cultuurhistorische overeenkomsten zullen benut gaan worden. In 2012 en 2013 zal het Projectbureau zich blijven oriënteren op uitwisseling van kennis en praktijkinformatie met andere Leadergebieden, binnen en buiten Nederland. De contacten met de Engelse Leader regio Northumberland worden onderhouden, ook al lijkt de kans gering dat het geplande tegenbezoek aan Zuidoost Fryslân alsnog kan worden ingeroosterd. Het tegenbezoek aan Zuidoost had kunnen leiden tot een internationaal samenwerkingsproject tussen onze twee Leadergroepen. Daarvoor is ook budget beschikbaar. Het is nu onzeker of zo’n internationaal samenwerkingsproject in de resterende looptijd gerealiseerd kan worden met de Engelse groep. Mogelijk biedt het netwerk van ARGE/Dorf Erneurung, waarin een aantal gemeenten en hun dorpen uit Duitsland, Oostenrijk en Italië, zeer actief zijn op het terrein van duurzame dorpsontwikkeling, kansen tot uitwisseling en/of samenwerking. De Leadergroep Vorarlberg in Oostenrijk komt, gezien enkele persoonlijke contacten, het eerst in aanmerking. Het begrip samenwerking past bij uitstek binnen het doel G31(Leader). Binnen dit programma vormt samenwerking juist een hoofdonderwerp. Ondermeer de volgende acties worden door het platform en het projectbureau ontwikkeld: • Ontwikkeling Streekagenda; • Bevordering samenwerking op grond van gebiedsvisie ELAN; • Streven naar samenwerkingspartners in het kader van project “Profielontwikkeling Zuidoost Fryslân”. Concreet gaat het om samenwerking met de Noordelijke Friese Wouden en met aansluitende gebieden in Drenthe; • (Inter-)nationale samenwerking in relatie tot Friese Waterlinie en andere linies; • Bevordering internationale contact Voralberg .
27
ROM-restopgave Bij de afsluiting van de ROM-periode is besloten dat de uitvoering van de ROM-restopgave qua voortgangsbewaking wordt ondergebracht bij Plattelânsprojekten Zuidoost Fryslân. Waar mogelijk wordt een actieve rol gespeeld. Financiering van de verschillende projecten krijgt voor een groot deel gestalte via het PMJP,- maar ook komt financiering uit doelen die buiten de competentie liggen van het Platform. Door verschillende partijen wordt gewerkt aan de invulling van de restambities. De uitvoering van de ambities van de ROM-restopgave staat als gevolg van de rijksbezuinigingen fors onder druk. Binnen de provinciale organisatie vindt een herijkingsoperatie plaats van de ambities. Naar verwachting zal in mei een voorstel aan Provinciale Staten worden voorgelegd over de nog te realiseren ambities. Het is nu moeilijk aan te geven wat de consequenties zijn voor Zuidoost Fryslân. In de loop van 2012 zal dit duidelijk moeten gaan worden. De volgende acties zullen door het projectbureau worden ontwikkeld: • Presentatie en rapportage van de consequenties van de bezuinigingsplannen van het Rijk voor de uitvoering van maatregelen uit de ROM-restopgave in de vergadering van juni van het platform • Organisatie ROM – projectvergadering in november Speerpunt Toerisme en Recreatie 2012 en 2013. De in april 2011 in gang gezette nieuwe provinciale toeristische structuur tussen Friesland Marketing (promotie), de provinciale VVV (regioprofilering/aanjager/dienstencentrum) en Marrekrite (beheer/onderhoud routes) moet verder worden versterkt. De provincie en gemeenten spelen hierin de belangrijkste rol. De inzet voor de Friese Wouden gericht op initiatieven, acties en samenwerking met de Stuurgroep Toeristisch netwerk de Friese Wouden, de Stichting de Friese Wouden i.o. (ondernemers) en toeristische ondernemers moet worden geïntensiveerd. Door goede samenwerking wordt ondernemerssamenwerking versterkt, het toeristisch profiel aangescherpt en worden nieuwe toeristische producten ontwikkeld. In 2012 gaan de Friese gemeenten evalueren of de ingezette koers met de provinciale VVV voldoende effectief is en/of aanpassing nodig is. De regio Zuidoost Fryslân kan via het Gebiedsplatform een gezamenlijke inzet en afstemming voor deze evaluatie organiseren (samenwerking AORTA en projectbureau). Naast de toeristische infrastructuur (provincie/gemeenten) hebben de afzonderlijke gemeenten in de regio ieder hun eigen toeristisch beleid. Zowel Ooststellingwerf, Opsterland, Smallingerland en Heerenveen ( Weststellingwerf?) hebben een toeristisch beleidskader of programma, vaak in samenhang of onderdeel van een Strategisch Economisch Kader. Hieruit worden meestal toeristische randvoorwaarden ontwikkeld en gefinancierd. Vanuit deze kaders kunnen gezamenlijke acties worden gedestilleerd voor de regio, waardoor efficiency voordelen worden behaald.( vb. opwaarderen Fietsroutenetwerk). Uit de pilot Streekagenda is eerder door diverse overheden en organisaties aangegeven dat Toerisme en Recreatie een speerpunt is voor de regio, vooral om economische redenen, door de regio nog meer op de kaart te zetten. Om de economische effecten van het Toeristisch Profiel voor ondernemers en voor de Regio te versterken zal het projectbureau door een Masters student (RUG) een economisch model laten ontwikkelensamen met een begeleidingsgroep, waardoor toeristische ondernemers beter inzicht krijgen waar mogelijkheden liggen om vanuit diverse plannen concrete producten te ontwikkelen (kapstok Profiel). In deze studie wordt ook de samenhang tussen Toerisme, Kunst, Cultuur(historie), Natuur, Landschap, Streekproducten betrokken. Als grootschalig project is het streven gericht om, naast het realiseren van de fysieke maatregelen (profielverruiming en overstapplaatsen) voor de Turfroute, ook te werken aan een meerjarig uitvoeringsprogramma RenT rondom de Turfroute, als input voor de Streekagenda. Het bovenstaande betekent dat het jaarlijks als facultatief terugkerend speerpunt Toerisme en Recreatie nog in ontwikkeling is. Voorgesteld wordt om TenR als een structureel speerpunt te benoemen voor Zuidoost Fryslân, waarbij het projectbureau en het Gebiedsplatform een faciliterende en coördinerende rol heeft. De regioaanjager Zuidoost Fryslân werkt m.n. aan ondernemerssamenwerking en productontwikkeling.
28
De regioaanjager werkt daarnaast concreet aan de volgende acties: 1. Samen met, de Stichting Friese Wouden i.o. en ondernemers / organisaties / dorpsbelangen een Turfroute evenement organiseren, als start van het vaarseizoen. 2. Samen met de VVV aanjager en organisaties / ondernemers organiseren van een Kunstmanifestatie Friese Wouden ( 2013) 3. Organiseren van een toeristische regio jaarmarkt voor en door ondernemers/organisaties Als aanvullende acties voor het projectbureau en het gebiedsplatform 2012/2013 worden de volgende acties voorgesteld: a. Organiseren afstemmingsoverleg tussen de regioaanjager (VVV), de gemeenten (AORTA), Stichting de Friese Wouden i.o. (ondernemers) en projectbureau A7/Westergo b. Organiseren van jaarlijks afstemmingsoverleg tussen projecten in de regio op het gebied van Toerisme, Kunst, Cultuur(historie), Natuur, Landschap en Landbouw. c. Ontwikkelen van een model om het Toeristisch Profiel te vertalen naar economische kansen voor ondernemers ( kapstok Profiel). d. Samen met de gemeenten, de Marrekrite en het VVV Routebureau de mogelijkheden onderzoeken van een regionaal wandelnetwerk, als vervolg op OPNW. e. Samen met de Stichting de Friese Wouden i.o. en AORTA het ontwikkelen van een meerjarig uitvoeringsprogramma RenT Turfroute waarbij de uitwisseling tussen land- en watertoerisme uitgangspunt. Thema Plattelânseconomie Voorgesteld wordt om de ingezette koers voor het thema Plattelandseconomie te continueren , d.w.z. het stimuleren van z.g.n micro-ondernemingen in de toeristisch-recreatieve sector en passend in het Toeristisch Profiel van Zuidoost Fryslân. Ook in de nieuwe provinciale beleidsnota Plattelandsbeleid (2012 t/m 2015) wordt opnieuw ingezet op het belang van micro-ondernemingen voor het platteland. Voor een goede afstemming en adviezen tbv het stimuleren van plattelandseconomie wordt contact met het ondernemersplein / projectbureau A7/Westergo van belang geacht. Voorgesteld wordt om samen met de gemeenten (AORTA/bedrijfscontactambtenaren), de Stichting de Friese Wouden i.o een halfjaarlijks overleg te voeren met het projectbureau en het themalid plattelandseconomie / RenT uit het Gebiedsplatform. Als beoordelingskader voor micro-ondernemingen zijn naast de afstemming met het Toeristisch Profiel (doelgroep, arrangementsvorming) in Zuidoost Fryslân de bedrijfsmatige onderbouwing en economische effecten van belang voor de beoordeling. Een projectplan met een bedrijfsplan, investering- en een exploitatiebegroting voor 5 jaar zijn vereist. Het doel is om in 2012 voor tenminste 10 micro-ondernemingen in de toeristische sector subsidie te verwerven.
3.3.5. Wat sluiten wij uit in 2012 In paragraaf 3.3.2 zijn de prioriteiten benoemd voor de inzet van de verwerving in 2012. Er zijn geen thema’s of doelen die volledig worden uitgesloten, maar wel is aangegeven dat op een aantal doelen verwerving vrijwel is uitgesloten. Toch is het wenselijk voor een aantal doelen aanvullende voorwaarden te stellen, zodat projecten afgewezen kunnen worden. De voorwaarden en redenen om bepaalde initiatieven uit te sluiten zijn hieronder benoemd. Voorwaarden micro-ondernemingen Hoofddoel is de vestiging van nieuwe of de ontwikkeling van bestaande kleinschalige economische bedrijvigheid op het platteland die de plattelandseconomie versterken. MKB -ondernemingen vormen de economische motor op het platteland. Onder de MKB -ondernemingen vormen de “micro-ondernemingen” een speciale groep. “Microondernemingen” hebben minder dan 10 werknemers in dienst en hun omzet en balanstotaal is minder dan € 2 miljoen op jaarbasis. Het stimuleren en/of begeleiden van vestiging, uitbreiding, innovatief vermogen en bedrijfsopvolging van deze “micro-ondernemingen” is van groot belang voor het platteland, met name ook voor behoud en/of uitbreiding van de werkgelegenheid. Ook het ondersteunen van samenwerking en netwerkvorming van ondernemers valt hieronder. In het POP gaat het om de fiches 311, 312, 313.
29
Het ondersteunen van bedrijfsinvesteringen voor het MKB biedt brede mogelijkheden. In de verordening is opgenomen dat het stimuleren van MKB- investeringen moet aansluiten bij een speerpunt uit het betreffende gebied en dat de bijdrage maximaal 20% van de subsidiabele kosten mag bedragen. Tegen deze achtergrond wordt voorgesteld de breedte van de ondersteuningsmogelijkheden in te perken en te koppelen aan het speerpunt “profielontwikkeling Zuidoost Fryslân”. De inzet hierbij is ondersteuning van bedrijfsinvesteringen te verbinden aan arrangementsvorming. Indien een betreffende ondernemer in aanmerking wenst te komen voor een PMJP bijdrage, dient aan de voorwaarde te worden voldaan dat een arrangement wordt ontwikkeld in samenwerking met drie bedrijven in Zuidoost Fryslân. Deze arrangementen richten zich op de thema’s “slapen, zien, eten en doen”. Uiteraard in overeenstemming met de beoogde kwaliteit en de uniciteit voor het gebied. Met andere woorden, als projecten niet voldoende of in onvoldoende mate voldoen aan het toeristisch profiel, komen deze niet voor een bijdrage in aanmerking. Beperking toeristische promotie / evenementen Met enige regelmaat worden initiatieven ingediend gericht op toeristische promotieactiviteiten of op de organisatie van (lokale) evenementen. Op grond van het PMJP bestaan in principe mogelijkheden voor het verlenen van financiële bijdragen. In de lijn van voorgaande sturing wordt ook voorgesteld de bestedingsmogelijkheden van dit budget in te perken. Het idee om voor het gebied een nieuw profiel te ontwikkelen is gebaseerd op het feit dat de regio Zuidoost Fryslân beter op de kaart moet worden gezet. Bij de implementatie van het concept vormt samenwerking een belangrijke randvoorwaarde. Het is van het grootste belang dat versnippering van beschikbare middelen wordt tegengaan. Op grond van deze gedachte worden individuele aanvragen voor promotionele activiteiten uitgesloten van subsidiëring. Voor het ondersteunen van evenementen blijven mogelijkheden, mits de evenementen in overeenstemming zijn met het gewenste profiel voor Zuidoost Fryslân. Hierbij geldt de voorwaarde dat de evenementen van bovenlokaal niveau moeten zijn. Eenmalige bijdrage De subsidie in het kader van het PMJP, maar dat geldt in feite voor alle subsidieprogramma’s, is bedoeld voor een bijdrage in de investeringen. Als een initiatief een meerjarig karakter draagt, ligt er indirect wel een relatie omdat door een bijdrage in de investering de exploitatie in de navolgende jaren wel gunstiger wordt. In sommige gevallen is de grens tussen investering en exploitatie lastig te trekken. Bijvoorbeeld bij een festival/evenement voor meerdere jaren. Met andere woorden: hoe om te gaan met een tweede aanvraag voor hetzelfde initiatief. Kortom: Vervolgaanvragen voor hetzelfde initiatief neigen in principe naar een ondersteuning in de exploitatie. Het platform kiest ervoor een project/initiatief (met exact dezelfde opzet en inhoud) slechts eenmaal voor een bijdrage in aanmerking te laten komen. Beperking Jubilea / boekwerken Regelmatig worden verzoeken ontvangen voor een bijdrage voor de organisatie van een jubileum of voor het opstellen van boekwerken, het maken van CD’s, film etc. Dergelijke initiatieven kunnen in principe gehonoreerd worden uit het PMJP (leefbaarheidsbudget). Door het platform zijn signalen afgegeven dat de doorwerking in het gebied van dergelijke kleinschalige investeringen beperkt zijn en dat terughoudendheid wenselijk is. De situatie is anders als het boekwerk etc, niet het doel is maar een middel om iets anders te bereiken, of onderdeel is van een groter geheel. Tegen deze achtergrond worden alleen projectinitiatieven ondersteund als het een middel is om een groter doel te bereiken.
3.3.6.
Acties (buiten projectverwerving) van het projectbureau
Aandachtsgebieden Het PS initiatiefvoorstel ‘aandachtsgebieden’ uit 2009 komt tot uitvoering in de gemeenten Oost- en Weststellingwerf. In Ooststellingwerf in twee wijken in Oosterwolde en in Weststellingwerf in het dorp Noordwolde. Het betreft een integrale aanpak (samenhang in sociale, economische en fysieke maatrege-
30
len) met een sterke participatie van de lokale bevolking, ondernemers en andere lokale actoren. Het gaat om een vernieuwende aanpak rond wijk- en dorpsontwikkeling. Onderdeel van het project is het ontwikkelen van een methodiek die elders toepasbaar is. Plattelânsprojekten ziet kansen om een actieve, stimulerende bijdrage aan de ‘aandachtsgebieden’ te leveren. Daarbij gaat het vooral om de thema’s leefbaarheid/sociale samenhang, lokale economie/stimulering micro-ondernemingen, ontwikkeling recreatie/toerisme, duurzaamheid. In Ooststellingwerf start een project waarbij mensen met een bijstandsuitkering gestimuleerd worden een plek op de arbeidsmarkt te vinden; het gaat om stages, werkervaringsplekken, werk plus opleiding in de zorg etc. Geprobeerd wordt om dwarsverbanden te leggen met investeringsprojecten die gemeente en provincie tot uitvoering brengen, b.v. herstructurering Venekoten Noord, realisering Ecommunity en aanleg N 381. In Noordwolde, Weststellingwerf, start in 2012 een inloopatelier om ideeën te verzamelen om de centrumproblematiek aan te pakken. Aan de Elsweg bevindt zich een cluster van recreatie en sportvoorzieningen. Hier start een proces gebiedsvisie-ontwikkeling. Op het gebied van zorg en ondersteuning zijn projecten in voorbereiding die in verband staan met de ambitie van de gemeente om op het gebied van de integrale zorg een transitie/transformatie-project te starten met daarvan onderdelen in Noordwolde. Continuering van het versterken van schoolmaatschappelijk werk op de Vensterschool is in dat kader een belangrijke interventie voor verbinding vande basisschool en de voorliggende zorgpartners uit het CJG. In 2012 vindt een evaluatie van MFC ’t Vlechtwerk plaats met daarin een opdracht om de plaatselijke bevolking aan het woord te laten over gewenste functie van het gebouw. Aan het verspreiden van resultaten en de werkwijze kan Plattelânsprojekten eveneens een bijdrage leveren. Gebruik bijzondere gebouwen De afgelopen jaren zijn diverse kleinschalige gebouwen voor nieuwe gebruiksmogelijkheden financieel ondersteund. Het gaat dan bijvoorbeeld om kerkjes ed. Voorjaar 2012 wordt het initiatief genomen een bijeenkomst te beleggen waarin met besturen zal worden gesproken op welke kan worden samengewerkt. Demografische ontwikkelingen Provincie en gemeenten wisselen informatie en kennis uit rond de demografische ontwikkelingen in Zuidoost Fryslân.. Als onderwerp voor een tweede bijeenkomst in de eerste helft van 2012 is gekozen voor “informele zorg”. De deelnemers aan dit netwerk zullen samen de verdere invulling bepalen voor vervolgactiviteiten in 2012 en 2013. Regionale workshop In afgelopen periode zijn verschillende meer procesmatige initiatieven in beweging gezet. Het gaat hierbij om: gebiedsfonds, gebiedsplan, toeristisch profiel, Friese Waterlinie, Turfroute, Oude paden, Nieuwe wegen enz. Achter de verschillende initiatieven functioneren diverse groeperingen. Aangezien de verschillende initiatieven nauw met elkaar samenhangen, zal een regionale workshop worden gehouden om de samenhang inzichtelijk te maken. Ook deze actie stond voor 2011gepland, maar als gevolg van het te laat beschikbaar komen van de resultaten is deze naar achteren verschoven. Organiseren Regioweekend. In verschillende regio’s in Nederland worden “open” weekenden georganiseerd. Dergelijke weekenden zijn bedoeld om de eigen regio op een goede manier in de etalage te zetten. Door het projectbureau zullen de mogelijkheden in beeld worden gebracht voor de organisatie van een dergelijke happening in september. Organisatie Dorpencontact bijeenkomst Er zijn nu twee Dorpencontactbijeenkomsten georganiseerd en de bijeenkomsten voorzien in een grote behoefte. In november zal de derde bijeenkomst worden gehouden. Themabijeenkomst Cultuur, cultuurhistorie en taal De organisatie van de themabijeenkomst Cultuur, cultuurhistorie en taal wordt bijzonder gewaardeerd. Het voornemen is om deze bijeenkomst eind 2012 wederom te organiseren.
31
4.
Andere voornemens 2012
4.1
Gebiedsplatform
In de afgelopen jaren hebben - met name - als gevolg van de gemeentelijke- en provinciale verkiezingen verschillende personele wijzingen plaatsgevonden. Er bestaan op dit moment geen vacatures binnen het platform. De werkingsduur van het nu voorliggende document richt zich op de laatste twee jaar van de gebiedsgerichte aanpak. Inmiddels zijn de “nieuw” toegetreden leden aardig ingeburgerd en goed toegerust op hun taak, waardoor de leden optimaal ingezet kunnen worden voor de verschillende gebiedsactiviteiten. Ter voorbereiding op de platformbijeenkomsten worden ook in 2012 informatieavonden voor de themaleden belegd. Het Wetterskip, LTO-Noord en de Friese Milieu Federatie blijven ook in het jaar 2012 agendaleden, zo is op provinciaal niveau afgesproken. Voor 2012 staan vier reguliere vergaderingen van het platform gepland. Deze data zijn afgestemd op de tenderdata uit het PMJP. In de hier opgenomen matrix staan de tenderdata en de daaraan gekoppelde data van de platformvergaderingen weergegeven. Op dit moment worden ook voorbereidingen getroffen om een gezamenlijke bijeenkomst te organiseren voor de vijf platforms van PLattelânsprojekten. De datum is echter nog niet bekend.
Overzicht tenderdata en platformbijeenkomsten Tenderdata: 1 februari 2012 1 mei 2012 1 oktober 2012
4.2
Platformbijeenkomsten: 14 maart 2012 7 juni 2012 27 september 2012 22 november 2012
9.30 - 11.30 13.30 - 15.30 12.00 - 16.30 09.30 - 11.30
Ambtelijke werkgroep
De werkgroep bereidt de agenda van het Gebiedsplatform voor en komt dus minimaal vijf keer bijeen. Ook voor 2012 is weer een sleutelrol weggelegd voor de werkgroep en de contactambtenaren. Niet alleen als scharnierpunt tussen gemeente en provincie maar ook als aanspreekpunt van themaleden en initiatiefnemers in Zuidoost Fryslân. In 2012 zal naar verwachting een zware wissel op de ambtelijke werkgroep worden getrokken. Deze situatie hangt direct samen met de verdere uitwerking van het concept Streekagenda. Op welke wijze deze rol wordt ingevuld en met welke intensiteit, is op dit moment nog onduidelijk. 4.3
Communicatie
Elk jaar benoemen we per gebied de communicatieactiviteiten. Hieronder het overzicht van de in te zetten communicatiemiddelen. Persmomenten Plattelânsprojekten Zuidoost Fryslân treedt geregeld naar buiten met mooie en succesvolle projecten. Het is goed hier op een aantal momenten in het jaar aandacht te besteden. Onze gebiedsgedeputeerde Sietske Poepjes kan hierin een rol spelen, maar even belangrijk zijn de platformleden, die bij een dergelijk persmoment wat kunnen vertellen over een project op zijn of haar gebied. Communicatieactiviteiten Zuidoost Fryslân 2012 • Digitale nieuwsbrieven (3 à 4 keer) • Persberichten (na elke platformvergadering en bij bijzonderheden en bijeenkomsten) • Redactionele artikelen • Website
32
• • • 4.4
Projectenbrochure 2012 Bijeenkomsten, excursies, studiereizen, openingen e.d. Excursie Statenleden
Projectbureau
De personele bezetting op het projectbureau blijft vooralsnog ongewijzigd
33
Projectgegevens 2011 ZOF (Zuidoost Fryslân) Projectenoverzicht Bijlage 1
nr. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33
Projectnaam IVN cursus rondom het Drents Friese Wold IVN Plan je eigen ruimte Voortzetting Steunpunt Landschap Herstel en versterken Landschap fase 5 (deel 2) Speeltuin Tijnje en buurtvereniging TWES Clubgebouw ijsvereniging Nijelamer De Turfhoeke Zuidoost Friesland Low Rope in het Pettebosk Recreatief pad Haule-Haulerwijk Recreatief pad Bopekhorst-Klokhuisdijk Kwaliteitsverbetering Openluchtmuseum "It Damshûs" Trailerhelling Heerenveen Poëzie in de Rottige Meente Regionetwerk Duurzaam Bodembeheer ZOF Kaasboerderij De Stelp vd Gun Oldeberkoop Erf in het Groen in ZOF Droogval Rottige Meenthe en de Deelen Speelvoorziening De Veenhoop Aanschaf nieuwe speeltoestellen Oldelamer Speelterrein Brede School Boijl Evenementerrein Nij Beets Wat te doen met Friese Rassen Overnachten in Wijnjewoude Recreatief pad Boekhorst-Klokhuisdijk Overstapplaatsen Turfroute in Opsterland Boerderij Ruimzicht Mythe van de Natuur 6e fase landschap Fotografieplatform De Wâlden-Rottevalle Stuyvesant Zero Restauratieproject skûtsje De Jonge Trijntje Versterking museum Wâldhûske Houtigehage De Frije Wiken
thema gebiedskader Natuur overig (NML-educatie) Natuur overig (NML-educatie) Landschap Generiek Landschap Generiek Leefbaarheid lokaal Leefbaarheid lokaal Plattelandseconomie Plattelandseconomie Recreatie en Toerisme Recreatie en Toerisme Recreatie en Toerisme Recreatie en Toerisme Cultuur Landbouw en Visserij Plattelandseconomie Landschap Generiek Milieu Leefbaarheid lokaal Leefbaarheid lokaal Leefbaarheid lokaal Leefbaarheid lokaal Leefbaarheid regionaal Plattelandseconomie Recreatie en Toerisme Recreatie en Toerisme Recreatie en Toerisme Cultuur Landschap Generiek Leefbaarheid lokaal Leefbaarheid lokaal Leefbaarheid regionaal Leefbaarheid regionaal Leefbaarheid regionaal
pMJP-thema B08 B08 F20 F20 G.25.c.1 G.25.c.1 G.28 G.28 E17c E17c E19 E20 G.30.a2 G31 G28 F20 C13 G.25.c.1 G.25.c.1 G.25.c.1 G.25.c.1 G.25 c.2 G28 E17.c E19 E20 G.30.a2 F20 G.25.c.1 G.25.c.1 G.25.c.2 G.25.c.2 G.25.c.2
gebied Ooststellingwerf ZOF Zuidoost Weststellingwerf Opsterland Weststellingwerf Opsterland Smallingerland Ooststellingwerf Ooststellingwerf Opsterland Heerenveen Weststellingwerf Zuidoost Ooststellingwerf Zuidoost Weststellingwerf Smallingerland Weststellingwerf Weststellingwerf Opsterland Zuidoost Opsterland Ooststellingwerf Opsterland Weststellingwerf Ooststellingwerf Weststellingwerf Smallingerland Weststellingwerf Smallingerland Smallingerland H'v, Ol. Ow
gevraagde totaalbegroting subsidie 16.525 1500 12.900 4.000 211.590 105.795 150.000 75.000 32.975 8.244 115.000 10.000 551.375 50.000 50.000 10.000 250.000 80.000 149.645 59.858 465.000 66.000 15.000 6.000 71.750 22.000 371.852 185.926 54.250 10.850 146.282 102.397 1.450.000 205.000 16.213 3.600 9.500 2.000 70.000 10.000 116.920 10.000 25.250 7.575 630.000 50.000 149.645 59.858 490.000 34.300 97.179 19.436 193.900 20.000 214.000 107.000 9.670 2.418 221.280 10.000 225.000 20.000 128.500 20.000 39.885 12.000
afgevallen te weinig budget pMJP, geen heraanvraag mogelijk
X
34
nr. 34 35 36 37 38 39 40
projectnaam Bed&Breakfast, atelier "De Ontmoeting" Makkinga Manege Recreatie Centrum Appelscha Klimavontuur Nederland, Appelscha Herinrichting Koepelbos & Hertenkamp Poëzie in de Rottige Meente Fietsveerpont De Deelen Transition town Duurzaam Weststellingwerf
thema gebiedskader Plattelandseconomie Plattelandseconomie Plattelandseconomie Recreatie en Toerisme Cultuur Recreatie en Toerisme Leefbaarheid
pMJP-thema G28 G29 G30 E17 G.30 E19 G.25
gebied Ooststellingwerf Ooststellingwerf Ooststellingwerf Ooststellingwerf Weststellingwerf Heerenveen Weststellingwerf
Totalen
7.845.955
Projecten eigen budget Leader ZOF 1 Koers Duurzaam Oostzuidoost Fryslân 2 Stairway to Heaven
Leader Leader
G.31 G.31.a2
3 4 5 6
Leader Leader Leader Leader
G.31.a3 G.31.a1 G.31.a1 G.31
Museum Belvédère - museumpark Oranjewoud Uitvoering gebiedsplan ZOF Energiebesparing melkvee bedrijven in ZOF Restauratieproject skûtsje "De Jonge Trijntje"
Totalen Leader 2011
gevraagtotaalbegroting desubsidie 437.876 50.000 154.000 30.800 78.000 15.600 196.993 78.793 84.000 16.000 135.000 31.000 9.000 1.500
gebied OostZOF (DoZo) Ooststellingwerf Heerenveen en ZOF ZOF ZOF Smallingerland
Afgevallen te weinig budget pMJP, geen heraanvraag mogelijk
X
1.614.450
gevraagde totaalbegroting susbidie 125.200 15.200 17.106 8.553 197.540 185.000 32.309 225.000
57.513 50.000 32.309 30.000
782.155
193.575
35
Bijlage 2: Leden Gebiedsplatform en ambtelijke projectgroep
Gebiedsplatform per 1 januari 2012 Thom Dieles Themalid Johan Elsenaar Themalid Hanneke van Kammen Themalid Wietse Kooistra Wethouder (vice-voorzitter) Ties Zweers Wethouder Geert Lantinga Themalid Menno Nijenhuis Themalid Geert Pijlman Themalid Jack Jongebloed Wethouder Age Hartsuiker Wethouder Sietske Poepjes Gedeputeerde (voorzitter) Lies den Ouden Themalid Jan Henk Veenhouwer Wethouder
Natuur en Milieu Toerisme en Recreatie Plattelandseconomie Gemeente Opsterland Gemeente Smallingerland Cultuur(historie) en Taal Landbouw Leefbaarheid, Dorpen Gemeente Weststellingwerf Gemeente Heerenveen Provincie Fryslân Zorg en welzijn Gemeente Ooststellingwerf
Ambtelijke werkgroep per 1 januari 2012 Marianne Speelman Contactambtenaar Nicolette Hartong Projectverwerver Hans ten Hoopen Contactambtenaar Age Kramer Gebiedscoördinator Henk Rozema Projectverwerver Janneke van der Meulen Officemanager Theo Oudega Interne procescoördinator Harm Roossien Contactambtenaar Rene Vree Egberts Contactambtenaar Herman Buikema Medewerker communicatie Regina van der Meer Officemanager Monique Annotée Contactambtenaar
Gemeente Ooststellingwerf Projectbureau ZO Gemeente Opsterland Projectbureau ZO Projectbureau ZO Projectbureau ZO Projectbureau ZO Gemeente Smallingerland Gemeente Heerenveen Projectbureau ZO Projectbureau ZO Gemeente Weststellingwerf
36