Netwerk Palliatieve Zorg Utrecht stad & Zuidoost-Utrecht
JAARPLAN 2015
November 2014
Inhoudsopgave 1.
Missie en doelen
3
2.
Organisatie
3
3.
Subsidieopdracht VWS
3
4.
Speerpunten in 2015
3
5.
Activiteiten in 2015 A. Organisatie en ontwikkeling B. Informatie en communicatie C. Deskundigheidsbevordering
4 4 7 10
Stuurgroep Netwerkpartners Themawerkgroepen
12 12 12
Kernwaarden netwerk De samenhang en de kracht van het Netwerk Palliatieve Zorg Utrecht stad & Zuidoost-Utrecht komt tot uiting in het bemiddelen tussen organisaties, in onderling behulpzaam zijn om de kwaliteit van zorg te verbeteren en samenhang te bevorderen, in doorzettingsvermogen om het netwerk te handhaven ondanks de maatschappelijke ontwikkelingen en in het praktisch benaderen en oplossen van onze vraagstukken. Hiernaast willen wij krachtig en inspirerend zijn om te werken aan de speerpunten van ons netwerk en de gestelde doelen slagvaardig te realiseren.
Netwerk Palliatieve Zorg Utrecht stad & Zuidoost-Utrecht Adres p/a AxionContinu Centraal Bureau Beneluxlaan 922 3526 KJ Utrecht Website www.netwerkpalliatievezorg.nl/utrechtstadenzuidoost Netwerkcoördinator Margriet Wanders Telefoon 06-23027072 Email
[email protected]
2
1. Missie en doelen Het Netwerk Palliatieve Zorg Utrecht stad & Zuidoost is een regionaal samenwerkingsverband van instellingen, beroepskrachten en vrijwilligers op het gebied van palliatieve zorg. Tot de regio behoren de gemeenten Utrecht, De Bilt, Bunnik, Utrechtse Heuvelrug, Wijk bij Duurstede en Zeist. Het gebied telt ruim 500.000 inwoners. Elke netwerkpartner werkt vanuit eigen kracht mee aan samenhang, kwaliteit en innovatie van de palliatieve zorg in de regio. We erkennen de individuele belangen van en onderlinge verschillen tussen deelnemers. Tegelijkertijd is onze gezamenlijke missie het realiseren van een samenhangend en kwalitatief sterk regionaal zorgaanbod rondom cliënt en naasten, waarbij hun wensen en behoeften het uitgangspunt zijn. Doelen zijn:
Voldoende en gevarieerd zorgaanbod Doorstroom tussen zorgplekken Kennisuitwisseling Stimuleren van innovatie
2. Organisatie Bestuurlijke verantwoordelijkheid voor het netwerk ligt bij de stuurgroep, met voor de meest relevante sectoren binnen de palliatieve zorg één vertegenwoordiger. In de netwerkgroep worden ervaringen uitgewisseld en wordt inspiratie en een klankbord gevonden. Deze groep bestaat uit contactpersonen van alle netwerkpartners. Concrete activiteiten worden ontwikkeld en uitgevoerd in themawerkgroepen. Coördinatie van het netwerk is in handen van de netwerkcoördinator. Die is het aanspreekpunt en ondersteunt de stuurgroep, netwerkgroep en themawerkgroepen. De netwerkcoördinator initieert, stimuleert, coördineert en faciliteert de activiteiten van het netwerk. Eén van de netwerkpartners vervult de rol van werkgever. Sinds 2011 is dat AxionContinu. Contactgegevens netwerkcoördinator Margriet Wanders:
[email protected] of 06 - 230 270 72.
3. Subsidieopdracht VWS Het netwerk ontvangt voor coördinatie een instellingssubsidie van het Ministerie van VWS in het kader van de Regeling Palliatieve Terminale Zorg. De coördinatie van het netwerk is gericht op een compleet, dekkend en samenhangend aanbod van palliatieve zorg in de regio van verantwoorde kwaliteit. Tekortkomingen moeten worden gesignaleerd en oplossingen gefaciliteerd. Het voorkómen van over- en ondercapaciteit van hospicevoorzieningen is een speciaal aandachtspunt. Verder dient informatie over het aanwezige zorgaanbod gegeven te worden aan zorgverleners en aan het publiek. Deze opdracht is uitgewerkt in drie categorieën op basis waarvan subsidie wordt aangevraagd. Ieder jaar worden deze nader verdeeld in activiteiten (zie 5). A. B. C.
4.
Organisatie en ontwikkeling Informatie en communicatie Deskundigheidsbevordering
Speerpunten in 2015 a.
Ketensamenwerking – de lokale keten van de toekomst is een cirkel om de patiënt heen met goede samenwerking en afstemming.
b.
Krachtenbundeling en afstemming hospices – naar een transparant complementair regionaal aanbod.
c.
Implementatie Goede Voorbeelden palliatieve zorg.
d.
Samenwerking met aanpalende sectoren en regio’s in het Nationaal Programma Palliatieve Zorg.
3
5.
Activiteiten in 2014
A. Organisatie en ontwikkeling A.1 Coördinatie netwerk algemeen Aanleiding Om het netwerk te laten functioneren is coördinatie nodig. Doel Coördinatie van het netwerk. De coördinator beschikt over een kantoor met computer en telefoon, ontvangt een salaris en declareert reiskosten. Zij heeft materialen en middelen tot haar beschikking, zoals abonnementen op vakbladen, bezoeken van studiedagen enz. De coördinator zorgt dat aan de voorwaarden van VWS is voldaan, stelt jaarplan, begroting en jaarverslag op, vraagt Wijze van subsidie aan, houdt een administratie bij, bereidt stuurgroep-, netwerk- en aanpak werkgroepbijeenkomsten voor en zorgt voor het uitvoeren van het jaarplan. Haar rol is om te verbinden, faciliteren, stimuleren, coördineren en aan te jagen. In sommige gevallen is zij inhoudelijk betrokken bij projecten en kan zij procesbegeleiding, projectleiding of een andere rol op zich nemen. De coördinator neemt deel aan regionaal en landelijk overleg met Fibula, netwerkcoördinatoren, IKNL, Agora, VPTZ, Werkgroep PAL en andere relevante gremia. Resultaat Het netwerk kan optimaal functioneren. Doelgroep Partners netwerk Betrokken Stuurgroep, AxionContinu partijen Tijd Hele jaar A.2 Organisatie en jaarplan Aan het netwerk nemen ca. 30 partnerorganisaties deel. De netwerkorganisatie bestaat uit een Aanleiding stuurgroep, netwerkgroep en themawerkgroepen. Doel Voorbereiden, vaststellen, uitvoeren, bewaken voortgang en evalueren jaarplan. De stuurgroep stelt beleid, jaarplan en begroting vast, bereidt netwerkbijeenkomsten voor en houdt zich bezig met lopende zaken in het netwerk. Stuurgroep en coördinator bewaken samen doelstelling en voortgang van het jaarplan. De netwerkbijeenkomsten zijn een plek Wijze van voor ontmoeting, uitwisseling, signaleren van knelpunten, van elkaar leren en informatie aanpak krijgen. De netwerkcoördinator ondersteunt beide groepen inhoudelijk en secretarieel. In themawerkgroepen worden activiteiten uit het jaarplan concreet gemaakt en uitgevoerd. De netwerkcoördinator ondersteunt en faciliteert hierbij. Resultaat Netwerkorganisatie functioneert en het jaarplan is uitgevoerd. Doelgroep Partners netwerk Betrokken Stuurgroep, netwerkgroep, themawerkgroepen partijen Tweemaal per jaar: netwerkbijeenkomst (één van beide in twee regiogroepen) Tijd Tweemaal per jaar: stuurgroepvergadering Twee- tot vijfmaal per jaar (per stuk): vergaderingen themawerkgroepen A.3 Relatiebeheer Netwerkrelaties in- en extern moeten worden opgebouwd en onderhouden. Ook worden Aanleiding partijen zonodig met elkaar in contact gebracht. Bekendmaken wat het netwerk is en doet, signalen ontvangen uit de regio, partijen verbinden Doel en faciliteren in het ontwikkelen van beleid, kansen signaleren voor netwerk en partners. De coördinator onderhoudt contacten met netwerkpartners en met verschillende instanties: zorgaanbieders, beroepsorganisaties, vrijwilligersorganisaties, cliënten- en Wijze van ouderenorganisaties, Steunpunten Mantelzorg, Zorgkantoor, regionaal Wmo-overleg, aanpak gemeenten, andere netwerken e.d. Gesignaleerde knelpunten worden besproken in relevante overleggen en zonodig verwerkt in het jaarplan. Relevante nieuwe contacten worden gelegd. Adressenbestanden worden aangelegd en bijgehouden. Resultaat Contacten met in- en externe partijen en relaties zijn onderhouden en zonodig opgebouwd. Doelgroep Bestaande en nieuwe relaties netwerk Betrokken Partners netwerk en overige organisaties partijen Tijd Hele jaar
4
A.4 Professionalisering netwerk(en) In 2014 is Fibula, het platform van de netwerken palliatieve zorg, gestart met voorbereidingen voor verdere professionalisering van de netwerken. Ons netwerk heeft een bijdrage geleverd Aanleiding in een werkgroep bij de ontwikkeling van een handreiking minimale eisen. Ook voldoet het samenwerkingsconvenant niet meer als document om te ondertekenen voor nieuwe partners. Doel Verdere professionalisering netwerken, ook het eigen netwerk. Update van het convenant. Wijze van Deelname aan werkgroep Fibula en toetsen minimale eisen in ons netwerk. Nieuwe versie aanpak convenant verkennen en opstellen. Er is een bijdrage geleverd aan de professionalisering van de netwerken bij Fibula. De Resultaat opgestelde minimale eisen zijn in ons eigen netwerk getoetst en er is een actueel convenant. Doelgroep Netwerk(en) Betrokken Fibula, netwerkpartners partijen Tijd Voorjaar A.5 Samenwerking en aanbod hospices Behoefte aan uitwisseling en afstemming tussen hospices over ontwikkelingen in de regio. Aanleiding Wens om een samenhangend zorgaanbod in de regio aan te bieden. Men kent elkaar en er worden afspraken gemaakt over regionale ontwikkelingen. Onder- en Doel overcapaciteit van hospicevoorzieningen wordt gemonitord. Verkenning mogelijkheden om de krachten te bundelen voor een transparant complementair regionaal zorgaanbod. Jaarlijks komen de eindverantwoordelijken van de hospices in de regio tweemaal bijeen voor overleg. Hospices maken via de website van het netwerk voor verwijzers en cliënten continu inzichtelijk waar actuele vrije plaatsen zijn. Geleverde respijtzorg/crisiszorg en de capaciteit Wijze van aan palliatieve bedden in de regio worden gemonitord, op basis hiervan worden zonodig aanpak initiatieven ontwikkeld. De leerstoel hospicezorg van het UMCU neemt het initiatief voor de gezamenlijke verkenning van een regionaal aanbod en onderzoeksprogramma. In dit programma wordt verbinding gelegd met het landelijke AHCH-programma. De coördinatoren van de hospices kennen elkaar en wisselen uit. De webpagina vrije plaatsen in hospices is bekendgemaakt onder publiek en verwijzers. Er is een overzicht van geleverde respijtzorg/crisiszorg in 2014. Capaciteit aan palliatieve bedden in de regio is gemonitord. Resultaat Over het regionale hospiceaanbod heeft een verkenning plaatsgevonden, er is een besluit over medewerking aan het onderzoeksprogramma. (Start met) implementatie van deelaspecten uit de Zorgmodule PZ. Doelgroep Publiek, verwijzers, zorginstellingen Betrokken Werkgroep hospices, leerstoel hospicezorg UMCU partijen Speerpunt b Tweemaal per jaar: vergadering werkgroep hospices Tijd Extra bijeenkomst voor verkenning samenhangend zorgaanbod Elke drie maanden: monitoring respijtzorg A.6 Ketensamenwerking: transmurale palliatieve zorg Ketensamenwerking tussen ziekenhuis en zorgverleners in de thuissituatie staat volop in de Aanleiding belangstelling. Ontwikkeling van een gestructureerde werkwijze voor samenwerking, afstemming en overdracht is in 2013 gestart in het Diakonessenhuis. Doel Betere overdracht, samenwerking en afstemming in de eerste en tweede lijn. Er is ‘klein’ gestart met afspraken tussen Diakonessenhuis, thuiszorg en huisartsen. Dit jaar Wijze van wordt dit verder uitgewerkt. Hierin wordt ook het transmuraal palliatief team meegenomen. aanpak De zorgmodule palliatieve zorg is het uitgangspunt. Zo mogelijk wordt ook met een ander ziekenhuis afspraken gemaakt. Afspraken over transmurale samenwerking in de stad/regio Utrecht zijn gemaakt en volgens Resultaat een groeimodel in de praktijk gebracht. Palliatieve patiënten die na ziekenhuisopname naar huis gaan en/of op de oncologische Doelgroep dagbehandeling komen. Betrokken Werkgroep ketensamenwerking, Diakonessenhuis, Careyn, Vitras, huisartsen partijen
5
Speerpunt Tijd
a Verspreid over het jaar: drie vergaderingen werkgroep ketensamenwerking
A.7 Nationaal Programma Palliatieve Zorg Eind 2014 is een zesjarig landelijk Nationaal Programma Palliatieve Zorg gestart met een budget van 8 miljoen per jaar. Het Verbeterprogramma (A.8) wordt hierin geïntegreerd. Speerpunten zijn onderwijs, onderzoek en patientenzorg/implementatie goede voorbeelden. Uitvoering van het programma ligt bij acht consortia met als trekkers de Expertisecentra Aanleiding Palliatieve Zorg in de UMC’s. In onze regio is in 2014 een consortium gevormd vanuit UMCU, IKNL en zeven netwerken. De netwerkcoördinator is vertegenwoordiger van alle netwerken in de regio en neemt deel aan het dagelijks bestuur van het consortium en aan de klankbordgroep ter ondersteuning van Fibula, die de netwerken landelijk vertegenwoordigt. Kansen benutten en een bijdrage leveren aan het Nationaal Programma Palliatieve Zorg. Doel Belangen van het netwerk/ de netwerken behartigen in het programma. Ondersteunen van landelijke besluitvorming m.b.t. het programma. Actieve deelname aan bijeenkomsten van het regionale consortium, inbrengen van wensen Wijze van netwerk(partners) en leveren van een nuttige en zinvolle bijdrage. Signaleren of genereren aanpak van kansen voor het netwerk. Samen optrekken met en vertegenwoordigen van de zeven regionale netwerken in het DB. Deelname aan de klankbordgroep van Fibula. Het netwerk is een serieuze partner in het programma in de regio: in samenwerking met de Resultaat andere netwerken in de regio zijn bijdragen geleverd, kansen gesignaleerd en zo mogelijk uitgewerkt. Fibula is ondersteund in de kerngroep. Doelgroep Netwerk(partners), netwerken in de regio Betrokken Netwerkpartners, netwerken in de regio, Fibula, Expertisecentrum Palliatieve Zorg UMCU, partijen IKNL, regionaal consortium Speerpunt c, d Tijd Hele jaar door A.8 Verbeterprogramma Palliatieve Zorg ZonMw In 2012 is ZonMw gestart met het Verbeterprogramma Palliatieve Zorg. Aanvragen van max. €50.000 voor implementatie van één van de Goede Voorbeelden kunnen worden ingediend in Aanleiding samenspraak met het netwerk. In 2015 is de laatste subsidieronde. In 2012 is in onze regio één project gehonoreerd, in 2013 twee en in 2014 opnieuw twee (zie projecten A.9 t/m A.12). Opgedane kennis en ervaring worden in het netwerk verspreid. Innovatie en kwaliteitsverbetering door implementatie van een bewezen goede werkwijze of Doel methodiek. Wijze van De coördinator stimuleert het indienen van nieuwe projecten, geeft advies en ondersteunt aanpak zonodig bij het maken van een projectvoorstel. Resultaat Verspreiding opgedane kennis in het netwerk en minimaal één nieuwe projectaanvraag. Doelgroep Netwerkpartners Betrokken Netwerkpartners, ZonMw, werkgroep ketensamenwerking partijen Speerpunt c, d Januari – april: aanjagen nieuwe projecten Tijd Maart – april: nieuwe aanvragen opstellen en indienen Tweede helft van het jaar: zonodig bijdragen aan toegekende projecten A.9 Ketensamenwerking: PaTz Utrecht en Goed voor Elkaar In 2013 is een project gestart waarin huisartsen, thuiszorg, vrijwilligers en palliatief deskundigen vormgeven aan multidisciplinaire zorg voor thuiswonende patiënten in de palliatieve fase: PaTz. De startsubsidie vanuit het Verbeterprogramma PZ voor coördinatie in Aanleiding het eerste jaar liep najaar 2014 af. Een jaar bleek te kort om de voortgang te borgen. Zowel in als buiten de stad liep ook het project Goed Voor Elkaar, waarin verbindingen zijn gelegd tussen palliatieve zorg en dementiezorg. Tussen de projecten is uitwisseling. Borgen van werkwijze en resultaten van PaTz en (kruisbestuiving met) Goed Voor Elkaar. Zo Doel mogelijk: verdere verspreiding in de regio. Wijze van Er wordt een plan van aanpak gemaakt. Dit vraagt een financiële investering van de
6
aanpak Resultaat Doelgroep Betrokken partijen Speerpunt Tijd
netwerkpartners Stadsmaatschap Utrecht en indien mogelijk Careyn. Het netwerk kan ook een deel op zich nemen. De netwerkcoördinator neemt deel aan de projectgroep. Evaluatie. PaTz Utrecht en Goed Voor Elkaar zijn geborgd, waar dat vruchtbaar is in samenhang. Thuiswonende patiënten in de palliatieve fase, dementerende cliënten. Stadsmaatschap Utrecht, Stichting Thuis Sterven Utrecht, Careyn, Axioncontinu, Hospice Utrecht, Johannes Hospitium, VPTZ Proxima, PTMN, werkgroep ketensamenwerking, projectleider a, c Hele jaar door, aan het eind evaluatie.
A.10 Ketensamenwerking: Cirkelteam In De Bilt/Bilthoven is in 2013-2014 het concept Cirkelteam ontwikkeld (een combinatie van drie Goede Voorbeelden) en in de praktijk gebracht: samenwerking in de palliatieve zorg voor patiënten thuis. Het team wil een voorbeeldfunctie bekleden in de regio en een Aanleiding voedingsbodem zijn voor de ontwikkeling van multidimensionele en multidisciplinaire palliatieve zorg in de regio. In 2014 is het project geëvalueerd. Besloten is om het Cirkelteam door te ontwikkelen en verbeterpunten mee te nemen. Er is subsidie verleend voor uitbreiding met twee teams. Doel Verdere ontwikkeling Cirkelteams. Wijze van Er wordt een plan van aanpak gemaakt. De netwerkcoördinator speelt een rol in de aanpak projectgroep. Cirkelteam is doorontwikkeld, verbeteringen zijn doorgevoerd, twee nieuwe teams zijn Resultaat gestart. Doelgroep Thuiswonende patiënten in de palliatieve fase. Betrokken Academisch Hospice Demeter, Vitras, VPTZ de Biltse Kernen, MediBilt, nieuwe partners partijen Speerpunt a, c Tijd Hele jaar A.11 Project Zorgconsulent palliatieve zorg In 2014 is het project Zorgconsulent palliatieve zorg van Zorggroep Charim gehonoreerd in Aanleiding het Verbeterprogramma Palliatieve Zorg. Implementatie van een zorgconsulent palliatieve zorg vanuit hospice De Wingerd (Charim) Doel binnen de bredere ouderenzorg van Zorggroep Charim. Wijze van Opleiding verpleegkundigen van het hospice tot palliatief zorgconsulent. Implementatie aanpak consulentfunctie binnen Charim. Netwerkcoördinator neemt deel aan de projectgroep. Resultaat Palliatief consulenten zijn opgeleid en de consulentfunctie is ingevoerd bij Charim. Doelgroep Intramurale ouderenzorg Zorggroep Charim Betrokken Zorggroep Charim, hospice De Wingerd partijen Speerpunt c Tijd 1 september 2014 – 1 september 2015 A.12 Project Signalering door verzorgenden In 2014 is het project Signalering door verzorgenden van Careyn gehonoreerd in het Aanleiding Verbeterprogramma Palliatieve Zorg. Doel Implementatie van de methodiek Signalering door verzorgenden binnen Careyn. Wijze van Opleiding van trainers in de werkmethodiek, uitgebreide en brede implementatie in de aanpak organisatie. De netwerkcoördinator neemt deel aan de projectgroep. Trainers in de werkmethodiek Signalering door verzorgenden zijn opgeleid en de methodiek Resultaat is geïmplementeerd bij Careyn. Doelgroep Verzorgenden ouderenzorg en thuiszorg Betrokken Careyn Utrecht, Stadsmaatschap Utrecht, Kleurrijk Zorg partijen Speerpunt c Tijd 1 september 2014 – 1 september 2015
7
B. Informatie en communicatie B.1 Informatie en communicatie algemeen Er komen regelmatig verzoeken om informatie en advies van publiek en zorgverleners/ Aanleiding organisaties. Toch is het netwerk niet bij alle professionals bekend. Informeren, adviseren en verwijzen van publiek en zorgverleners over/naar palliatieve zorg in Doel de regio. Bekendheid geven aan netwerk, nieuwsbrief, website, bijeenkomsten, projecten enz. Beantwoorden van telefonische vragen, verwijzen van publiek en zorgverleners naar de juiste Wijze van instanties, adviseren over visie en beleid palliatieve zorg, stimuleren van het werken volgens aanpak richtlijn en zorgmodule PZ. Netwerkfolder laten drukken en verspreiden. Resultaat Publiek en zorgverleners zijn geïnformeerd en geadviseerd over palliatieve zorg en netwerk. Doelgroep Publiek en zorgverleners Betrokken Netwerkcoördinator, werkgroep communicatie partijen Februari: netwerkfolder laten drukken Tijd Hele jaar: helpdesk, folder verspreiden op bijeenkomsten en scholingen Verspreid over het jaar: vijf vergaderingen werkgroep communicatie B.2 Website Aanleiding Doel Wijze van aanpak Resultaat Doelgroep Betrokken partijen Tijdspad
Het netwerk heeft een informatieve website voor zowel zorgverleners als patiënten/naasten. Zorgverleners en patiënten kunnen informatie vinden over zorgmogelijkheden, vrije plaatsen bij hospices, informatiebijeenkomsten, scholingen, regionale en landelijke ontwikkelingen en de sociale kaart op palliatief gebied in Utrecht stad en de regio Zuidoost-Utrecht. De website wordt beheerd en geactualiseerd door de netwerkcoördinator. Voor technische zaken is een communicatieadviseur beschikbaar. De website van het netwerk is actueel en zo volledig mogelijk. Een actueel overzicht van vrije hospiceplaatsen is doorlopend beschikbaar. Netwerkpartners, patiënten en naasten in Utrecht stad en de regio Zuidoost Netwerkpartners, werkgroep communicatie, Agora, hospices, communicatieadviseur Hele jaar: bijhouden website Hele jaar: hospices en palliatieve units houden zelf de module ‘Vrije plaatsen’ actueel
B.3 Nieuwsbrief Aanleiding Er is behoefte aan centrale informatievoorziening in het netwerk. Informeren van netwerkpartners over regionale en landelijke ontwikkelingen in de palliatieve Doel zorg in brede zin en over activiteiten en scholingen van het netwerk en de partners. De digitale nieuwsbrief komt in 2015 vijf keer uit en wordt verspreid in het netwerk en onder Wijze van ca. 300 abonnees. Voor landelijke items wordt samengewerkt met andere netwerken aanpak palliatieve zorg in de regio. Technische ondersteuning door communicatieadviseur. Resultaat Netwerkpartners e.a. zijn in vijf nieuwsbrieven geïnformeerd over actuele ontwikkelingen. Doelgroep Netwerkpartners, ondersteuningsorganisaties, vrijwilligers, overige belangstellenden Betrokken Werkgroep communicatie, communicatieadviseur, netwerken in de regio partijen Tijdspad Februari, april, juni, september en november: nieuwsbrief B.4 Publieksinformatie: Pal voor U Sinds 2011 wordt jaarlijks het landelijke publieksmagazine Pal voor U uitgebracht met een Aanleiding katern met regionale adressen. Patiënten en naasten informeren over de mogelijkheden van palliatieve zorg en de Doel beschikbare voorzieningen in de eigen regio. In 2015 worden 2000 exemplaren van het magazine besteld, plus 500 exemplaren extra van Wijze van het regiokatern. Die worden verspreid in 2015 en 2016 op basis van een verspreidingsplan. aanpak Het regiokatern is opgesteld en afgestemd met netwerkpartners. Indien mogelijk en wenselijk wordt samen met Pal Voor U of anderszins een publieksbijeenkomst georganiseerd. Pal voor U is verspreid in de netwerkregio onder partners en publiek. Voor de 2016-editie is Resultaat de regionale gids samengesteld. Zo mogelijk is een publieksbijeenkomst georganiseerd. Doelgroep Patiënten en naasten
8
Betrokken partijen
Stichting Pal voor U, netwerkpartners, werkgroep communicatie, ouderenbonden
Tijdspad
Januari – september: verspreiding 2015-editie Mei: samenstelling inhoud regionaal katern 2016 September: aflevering magazines en verspreidingsplan 2016-editie maken Oktober – december: verspreiding 2016-editie
B.5 Publieksinformatie: folders In 2013 is een folder voor mantelzorgers gemaakt met het aanbod aan voorzieningen om Aanleiding ‘even op adem te komen’. Agora brengt zo nu en dan folders uit die mogen worden gebruikt. Doel Publiek informeren over palliatieve zorg in brede zin. Update en verspreiding folder ‘Even op adem komen’. Folders van Agora onder de aandacht Wijze van brengen van netwerkpartners. Bepalen of en met welke folders van Agora het netwerk als aanpak geheel iets wil doen en wat/hoe dan. De folder ‘Even op adem komen’ is up-to-date en onder netwerkpartners en bij Resultaat bijeenkomsten verspreid. Folders van Agora zijn bekend bij netwerkpartners. Zonodig zijn folders door het netwerk op papier uitgebracht en verspreid. Doelgroep Algemeen publiek, mantelzorgers Betrokken Agora, netwerkpartners, werkgroep partijen Februari-maart: update en herdruk folder mantelzorg + verspreiding/publicatie op website Tijd Voorjaar: keuze folders Agora + zonodig laten drukken Hele jaar: folders verspreiden op bijeenkomsten, scholingen e.d. B.6 Publieksinformatie: IDPZ Ieder jaar in oktober is de Internationale Dag van de Palliatieve Zorg (IDPZ). Het netwerk Aanleiding organiseert een publieksactiviteit rond het jaarlijkse thema. Doel Palliatieve zorg rond een landelijk thema onder de aandacht brengen van het publiek. Wijze van Dit is halverwege het jaar bekend. aanpak Resultaat Palliatieve zorg is onder de aandacht gebracht van het publiek. Doelgroep Algemeen publiek Betrokken Werkgroep communicatie, St. Tröst partijen Juni: plannen IDPZ Tijd Juni – september: voorbereiding activiteit IDPZ Oktober: activiteit IDPZ B.7 Publieksinformatie: allochtone mantelzorgers In 2012 is in de stad Utrecht geconstateerd dat voorlichting over palliatieve zorg aan Aanleiding mantelzorgers van Turkse en Marokkaanse afkomst nodig is. In 2013 en 2014 zijn we hiermee aan de slag gegaan. Dit loopt minder voorspoedig dan gehoopt. Evalueren werkgroep. Bij positieve evaluatie informeren van Turkse en Marokkaanse Doel mantelzorgers, gelegenheid bieden om met elkaar en met zorgverleners in gesprek te gaan. Wijze van Evaluatie. Drie informatiebijeenkomsten in Utrecht voor Turkse en Marokkaanse aanpak mantelzorgers en/of zorgverleners/vrijwilligers o.v.v. evaluatie. Besloten is of het netwerk deze activiteit in 2015 voortzet. Zo ja: Turkse en Marokkaanse mantelzorgers en zorgverleners/vrijwilligers in de stad Utrecht zijn in drie bijeenkomsten Resultaat geïnformeerd over palliatieve zorg en voorzieningen die er zijn en hebben contact kunnen leggen met elkaar. Doelgroep Turkse en Marokkaanse mantelzorgers en zorgverleners/vrijwilligers in Utrecht Betrokken Werkgroep diversiteit, Vrijwilligerscentrale, Steunpunt Mantelzorg, STSU partijen Drie informatiebijeenkomsten verspreid over het jaar Tijd Vier vergaderingen van de werkgroep diversiteit
9
C. Deskundigheidsbevordering C.1 Scholingen algemeen Aanleiding Sommige scholingen worden in gezamenlijkheid met andere netwerken ontwikkeld en/of gegeven. Hiervoor is afstemming nodig, net als met het ROC MN die de basisscholingen niveau 3 sinds 2014 onder haar hoede heeft. Er komen vragen om (nieuwe) incompany scholingen vanuit het netwerk. In Eemland wordt sinds 2013 samengewerkt met de WDH-MN bij nascholing voor huisartsen. Eind 2014 heeft ons netwerk contact gelegd met het WDH. Doel Regionale afstemming scholingen, afstemming met ROC-MN, bijdragen aan nascholing PZ huisartsen, ad hoc-scholingsvragen beantwoorden, signaleren van nieuwe mogelijkheden. Wijze van Regionale afstemming scholingen met andere netwerken in de regio aanpak Doorontwikkelen samenwerking WDH-MN (nascholing huisartsen) Afstemmingsoverleg en evaluatie samenwerking ROC-MN Ad hoc-scholingsvragen organiseren/doorverwijzen De zorgmodule en richtlijn palliatieve zorg zijn waar relevant altijd het uitgangspunt Resultaat De scholingen zijn waar nodig afgestemd met andere netwerken, het PTMN en het ROC. Ze zijn bekend bij de partners. Er is een samenwerkingsovereenkomst met WDH-MN. Incidentele scholingsvragen zijn bevredigend afgehandeld. Doelgroep Netwerkpartners Betrokken Werkgroep deskundigheidsbevordering, opleidingsfunctionarissen, andere netwerken, PTMN, partijen WDH-MN, ROC-MN Tijdspad Voorjaar: overleg WDH-MN November: planning scholingskalender 2016 Hele jaar: afstemming netwerken en ROC-MN, incidentele scholingen regelen C.2 Basiscursus palliatieve zorg voor verzorgenden niveau 3 Aanleiding Vanaf najaar 2014 organiseert het ROC-MN meerdere malen per jaar de basiscursus voor verzorgenden niveau 3 in zes dagdelen. De cursus moet worden vernieuwd. Doel Deskundigheid van verzorgenden niveau 3 in de regio bevorderen. Wijze van Bijdragen aan update van de cursus. De cursus via het ROC als open inschrijving aanbieden in aanpak het netwerk. Netwerkcoördinator is aanwezig bij de eerste en de laatste les voor bekendmaking van het netwerk en opvangen van signalen. Incompany scholingen faciliteren. Resultaat 28 verzorgenden zijn geschoold in de open cursus. Incompany scholingen zijn gefaciliteerd. Doelgroep Verzorgenden niveau 3 Betrokken Netwerkpartners, ROC Midden Nederland, docenten, andere netwerken in de regio, partijen deskundigen Tijdspad Het hele jaar door C.3 Oriëntatiecursus palliatieve zorg voor helpenden niveau 2 Aanleiding In 2013 en 2014 is een tweedaagse cursus niveau 2 voor helpenden, assistenten, facilitair medewerkers, activiteitenbegeleiders e.d. gegeven. Het netwerk organiseert dit zelf. Doel Deskundigheid van medewerkers niveau 2 bevorderen. Wijze van De cursus als open inschrijving organiseren en aanbieden in het netwerk. Daarnaast aanpak incompany scholingen faciliteren. Resultaat 14 helpenden e.a. zijn geschoold. Incompany scholingen gefaciliteerd. Doelgroep Helpenden e.a. niveau 2 Betrokken Netwerkpartners, ROC Midden Nederland, docenten, andere netwerken in de regio partijen Tijdspad Oktober: tweedaagse cursus November: evaluatie C.4 Basiscursus palliatieve zorg voor verpleegkundigen niveau 4 Er is behoefte aan een basiscursus palliatieve zorg voor verpleegkundigen niveau 4. De Aanleiding bestaande opleidingen hebben dikwijls een te hoog niveau voor MBO-ers en zijn duur. In 2014-2015 wordt een cursus ontwikkeld door het ROC-MN i.s.m. de netwerken. Doel Ontwikkelen van de basiscursus en indien al mogelijk eenmaal in het netwerk organiseren. Wijze van Bijdrage leveren aan het ontwikkelproces, werven van deelnemers aan de cursus. aanpak
10
Resultaat Doelgroep Betrokken partijen Tijd
Basiscursus palliatieve zorg voor verpleegkundigen niveau 4 is ontwikkeld en zo mogelijk eenmaal georganiseerd voor 14 verpleegkundigen. Verpleegkundigen niveau 4 Werkgroep deskundigheidsbevordering, ROC, andere netwerken, inhoudelijk deskundigen Nog niet bekend
C.5 Verdiepende themascholingen Aanleiding In het netwerk bestaat behoefte aan kennis over palliatieve zorg in alle facetten. Daarom organiseert het netwerk verdiepende scholingsavonden voor zorgverleners en vrijwilligers. Doel Deskundigheid zorgverleners bevorderen op een laagdrempelige manier. Daarnaast de mogelijkheid van consultatie bekend maken. Wijze van Vijf gratis themabijeenkomsten voor zorgverleners uit de regio. Deelnemers ontvangen een aanpak bewijs van deelname. Voor drie scholingen werkt het netwerk samen met het PalliatieTeam Midden Nederland (PTMN). Bij de scholingen wordt de netwerkcoördinator ondersteund door een lid van de werkgroep deskundigheidsbevordering. Elke scholing wordt geëvalueerd. Resultaat 150 - 200 zorgverleners zijn geschoold in een verdiepend thema van de palliatieve zorg. Doelgroep Verpleegkundigen, verzorgenden, geestelijk verzorgers, vrijwilligers en overige belangstellenden uit het netwerk. Betrokken Werkgroep deskundigheidsbevordering, netwerkpartners, PTMN, docenten partijen Tijd Verspreid over het jaar: vijf themabijeenkomsten Na elke scholing: evaluatie Voor- en najaar: twee vergaderingen werkgroep deskundigheidsbevordering C.6 Training spirituele zorg Aanleiding Vanuit de werkgroep spirituele zorg, een gezamenlijke werkgroep met de netwerken UtrechtZuid en Noordwest- Utrecht, is een training voor zorgverleners op het gebied van spirituele zorg ontwikkeld en in 2014 eenmaal georganiseerd. Eind 2014 is de training geëvalueerd. Doel Bevorderen dat werkers in de palliatieve zorg zich bekwaam weten in de omgang met existentiële en spirituele vragen van patienten en naasten: één van de vier levensdomeinen uit de richtlijn palliatieve zorg. Wijze van Op basis van de evaluatie en van het bestaande aanbod een training op het gebied van aanpak spirituele zorg organiseren en evalueren. Dat kan de training uit 2014 zijn of een andere. Dit kan eventueel ook worden ondergebracht bij de verdiepende themascholingen. Resultaat 20 zorgverleners/vrijwilligers zijn geschoold in spirituele zorg in de palliatieve fase. Doelgroep Netwerkpartners, partners andere netwerken in de provincie Betrokken Werkgroep spirituele zorg, werkgroep deskundigheidsbevordering, Expertisecentrum partijen Levensvragen, docenten, STEM Tijd Oktober: training November: evaluatie Verspreid over het jaar: vijf vergaderingen werkgroep spirituele zorg C.7 Film voor info- en scholingsdoeleinden Er bestaat geen adequate film die de palliatieve zorg vanuit patiëntenperspectief in beeld Aanleiding brengt. Voor infobijeenkomsten en scholingen bestaat daar wel behoefte aan. Ontwikkelen van een film over de palliatieve fase / palliatieve zorg die ondersteunend is in Doel scholingen en andere bijeenkomsten. Wijze van Verkennen van de precieze vraag en de mogelijkheden. aanpak Bij positief resultaat: laten maken van de film in modulaire opbouw. Een film van 10-15 minuten die is opgebouwd uit verschillende modules, die afzonderlijk en Resultaat voor uiteenlopende doeleinden kunnen worden gebruikt bij informatiebijeenkomsten en scholingen van het netwerk. Doelgroep Zorgverleners, misschien ook publiek Betrokken Verschillende netwerkpartners, leerstoel hospicezorg UMCU, scholingsdeskundigen, partijen Patiëntenforum Agora, filmmaker Tijd Voorjaar 2015
11
Stuurgroep Henriet Groenendijk, AxionContinu Juul Böckling, Johannes Hospitium Hetty Stok, Hospice Utrecht en Stichting Thuis Sterven Utrecht Carin de Kok, Huisartsen Utrecht Stad Simone Dokter, Diakonessenhuis Utrecht Pieter Bos, Zorggroep Charim Vacature Careyn Utrecht Vacature Zuidoost-regio Netwerkpartners Accolade Zorggroep, Bosch en Duin Antroz, Zeist AxionContinu, Utrecht Buurtzorg Utrecht, De Bilt/Bilthoven en Wijk bij Duurstede Careyn, Utrecht Centrum Cabane, Utrecht Diakonessenhuis Utrecht-Zeist-Doorn Hart voor Nederland Thuiszorg, Utrecht Helen Dowling Instituut, Bilthoven Hospice Demeter, De Bilt Hospice Duurstede, Wijk bij Duurstede Hospice De Wingerd, Charim, Amerongen Hospice Heuvelrug, Warande, Zeist Hospice Mirtehof, Charim, Zeist Hospice Utrecht, Utrecht Huisartsenvereniging Zuidoost Utrecht ISZ De Brug, Driebergen Johannes Hospitium Vleuten JoostZorgt, Utrecht KijkOpZorg, Utrecht QuaRijn, Doorn De Rijnhoven, Harmelen Sint Antonius Ziekenhuis locaties Utrecht Stichting Thuis Sterven Utrecht Thuishulp Zorgzaam Utrecht UMCU afdeling medische oncologie, Utrecht Utrechtse Huisartsen Vereniging Vitras, Nieuwegein Vrijwilligers Palliatieve Terminale Zorg/NPV Zeist Vrijwilligers Palliatieve Terminale Zorg De Biltse Kernen Vrijwilligers Palliatieve Terminale Zorg Driebergen ‘Leven rondom Sterven’ Vrijwilligers Palliatieve Terminale Zorg Maarn-Maarsbergen Vrijwilligers Palliatieve Terminale Zorg Zuid-Utrecht Meelezend lid: Amarant, Utrecht/Amersfoort Themawerkgroepen Werkgroep diversiteit Werkgroep spirituele zorg Werkgroep deskundigheidsbevordering Werkgroep ketensamenwerking Werkgroep hospices Werkgroep communicatie
12