Magazine voor relaties en medewerkers van het ROC Kop van Noord-Holland
Thema: Techniekcampus, bundeling van krachten In de schoolbank: Burgemeester Koen Schuiling : ‘Ik ben een echte alfaman’ Relatie: Samenwerking met Clusius leidt tot spetterende modeshow
Jaargang 9 Nummer 1 Februari 2011
februari 2011
3 Voorwoord Een droom die het waard is om geleefd te worden 4 Thema - Techniekcampus: bundeling van krachten - Van elkaar leren en elkaar aanvullen - Burgemeester Koen Schuiling: ‘Meer werkgelegenheid door opleidingen’ 8 De andere kant van... Gerrit van Oostrum: “Na een drukke dag is het goed om je zinnen te verzetten” 9 Een dag mee met Wout Angevare - cursist elektrotechniek 10 Relatie Samenwerking met Clusius leidt tot spetterende modeshow 12 Dubbelgesprek Rob Teisman en Fréderique Stevens Met HorecaVakPunt en Texelse leerbedrijven in zee 14 Column René F.W. Diekstra – Alleen affectief onderwijs is excellent effectief
4
12
8
15
10
18
Thema Techniekcampus
Dubbelgesprek Rob Teisman en Fréderique Stevens
15 In de schoolbank Koen Frank Schuiling, burgemeester van de gemeente Den Helder 16 Samenwerking Samen aan de weg timmeren 18 In the spotlight Theo van der Horst : “Probleemloos is zouteloos, oplossingen vinden is de uitdaging” 19 Kort - Cursiste Kelly Vonk wint € 3.000,- met wedstrijd ‘Gaan we doen’ - Praktijkgerichte lesopdracht - BHV Training Texelse boot - Enquête in opdracht Hoofdbedrijfschap Detailhandel - Cursisten Zorg en Welzijn aan de slag voor De Troubadour
De andere kant van... Gerrit van Oostrum
Relatie Spetterende modeshow 2
In de schoolbank Koen Frank Schuiling
In the spotlight Theo van der Horst
Een droom die het waard is om geleefd te worden Jaren geleden, in 1993, hadden wij een droom: de realisatie van een techniekcampus waarbij onderwijs en bedrijfsleven nauw zouden samenwerken. Een samenwerking tussen het publiekgefinancierde onderwijs en het private bedrijfsleven. Een campus waarbij er sprake zou zijn van een naadloze afstemming tussen vmbo en mbo, met praktijkonderwijs in samenwerking met het bedrijfsleven en contractonderwijs en dat alles onder één dak. Dat was onze droom. Onlangs realiseerden wij deze droom met de opening van de techniekcampus aan de Ritmeesterweg in Den Helder. Zeventien jaar later dus. Maar nu staat er ook iets om werkelijk trots op te zijn. Een breed palet aan technisch onderwijs wordt daar onder één dak aangeboden in samenwerking met het bedrijfsleven. Praktijkgericht onderwijs dat de werkelijkheid van een gewoon bedrijf benadert. Mooier kan haast niet. Niet voor niets heeft het nu al een enorme aantrekkingskracht op cursisten. Voor het ROC past deze ontwikkeling in een breder perspectief van samenwerking met het bedrijfsleven. Ik noem de samenwerking in Schagen met Innovam, ingebed in een breder concept van samenwerking met het vmbo; de Finance Academy waarbij we met meer dan twintig bedrijven uit de financiële sector samen praktijkgerichte trainingen verzorgen. Ik noem de samenwerking met belangrijke re-integratiebedrijven als Noorderkwartier en WNK in Rataplan; ik refereer aan samenwerkingsverbanden in de zorgsector en ik noem MCN voor de maritieme sector. Dit zijn allemaal initiatieven die erop gericht zijn om samen met het bedrijfsleven goed onderwijs in de regio te realiseren. Dit soort initiatieven lukken alleen als je een droom hebt en de bereidheid hebt om verschillen te overbruggen. En: je moet een lange adem hebben. Maar, zo blijkt maar weer met de opening van onze techniekcampus, als er dan weer iets goeds tot stand komt, dan realiseer je je weer dat een droom het waard is om geleefd te worden. Ik wens u weer veel leesplezier. Aad de Wit Voorzitter college van bestuur
3
Techniekcampus: bun
Nog maar nauwelijks heeft de Techniekcampus in Den Helder haar deuren geopend of succes lijkt al te zijn verzekerd. Dit is niet alleen te danken aan de unieke bundeling van krachten tussen onderwijs en bedrijfsleven, maar ook af te leiden uit het ongekend hoge aantal nieuwe leerlingen dat zich heeft aangemeld. De Techniekcampus is een initiatief van het ROC Kop van Noord-Holland, Tetrix Bedrijfsopleidigen, Opleidingsbedrijf InstallatieWerk Noord-Holland en Scholen aan Zee. Vier partijen die verwachten dat de belangstelling voor de Henk Kemkes, Ronald Olij en Dirk Smink
4
campus nog verder zal toenemen.
undeling van krachten
Hij is net weer wat op adem gekomen als we opleidingsmanager Dirk Smink van de afdeling Techniek vragen naar zijn eerste ervaringen met de Techniekcampus. “De hectiek van de verhuizing van onze afdeling en het integratieproces met Tetrix en InstallatieWerk liggen net achter ons. Dit schooljaar zijn we gestart met zestig nieuwe eerstejaars cursisten. Een aantal dat nog niet eerder is vertoond. Ik begin dan ook te geloven dat er onder jongeren sprake is van een omslag. Techniek is weer ‘in’ en ik ben ervan overtuigd dat deze trend zal doorzetten.” Van de 600 leerlingen die bij het ROC Kop van Noord-Holland een technische opleiding volgen, zijn er nu zo’n 450 op de Techniekcampus aan de Burgemeester Ritmeesterweg 31 in Den Helder te vinden en volgen er 150 een technische opleiding in Schagen. “Nieuwe cursisten kiezen vooral voor de opleiding Middenkader Engineering, een bol-opleiding op niveau 4. In mijn beleving wordt dit de ruggengraat van de campus.” Over de opzet van de nieuwe Techniekcampus, zegt hij: “Het is best uniek te noemen dat we dit samen met de opleidingsbedrijven Tetrix en InstallatieWerk en met Scholen aan Zee hebben gedaan. Het opzetten en verzorgen van technische opleidingen kost veel geld. Door samen te werken en gezamenlijk te investeren hebben we hier naast doorlopende leerlijnen (vmbo/mbo) voor de leerlingen ook een bedrijfsmatige omgeving
gecreëerd. Alleen hadden we dit nooit gered. Tetrix en InstallatieWerk verzorgen nu voor ons op de campus een groot deel van de praktijklessen.” Dirk Smink verwacht dat op termijn de Techniekcampus zal uitgroeien tot een uniek kennisinstituut, waar onderwijs en bedrijfsleven intensief elkaars expertise delen.
Net als Dirk Smink en Henk Kemkes is ook Ronald Olij positief verrast over de grote belangstelling van nieuwe leerlingen voor de campus in Den Helder. “De spin-off is heel treffend. Ik ben blij dat wij daar als InstallatieWerk
Echte bedrijfshallen Volgens Tetrix-directeur Henk Kemkes is door de oprichters van de campus lang nagedacht over de mogelijkheden om goede doorlopende leerlijnen tussen vmbo en mbo, en mogelijk zelfs een stukje hbo, te kunnen aanbieden en over de manier waarop dit het beste kan worden gefinancierd. “Uiteindelijk is besloten om alles op één plek te concentreren. Maar wel op een dusdanige manier dat alle partijen hun eigen identiteit behouden. Beschouw het maar als een soort opleidingsboulevard waar partijen elkaar versterken, waar meer leerlingen op af komen en waar een ideale infrastructuur heeft kunnen ontstaan door publieke en private gelden bij elkaar te brengen. We hebben er een echte bedrijfsschool van gemaakt, met grote hallen waar ook daadwerkelijk producten worden vervaardigd. Dankzij de uitstraling van een echt bedrijf heeft de campus een grote aantrekkingskracht op nieuwe leerlingen.” Volgens Henk Kemkes levert dit alles voor het bedrijfsleven niet alleen beter inzetbare werknemers op, maar ook in de juiste hoeveelheid en op het juiste tijdstip. Over de verdere ontwikkeling van de Techniekcampus zegt hij: “Ik voorzie dat we binnen enkele jaren ook het één en ander op hbo-niveau zullen ondernemen. Dit is dan wel afhankelijk van hoe de regio zich verder gaat ontwikkelen. Te denken valt hierbij aan ontwikkelingen in de sectoren offshore, windenergie en scheepsbouw. Dit alles zal mede de toekomst van de campus bepalen.”
‘Ongekende belangstelling voor techniek’
Eén loket De Techniekcampus in Den Helder moet een voorbeeld worden voor de rest van NoordHolland, meent districtmanager Ronald Olij van Opleidingsbedrijf InstallatieWerk NoordHolland. “Wij gaan de Techniekcampus als een branding in de markt zetten en als voorbeeld aanvoeren hoe onderwijs en bedrijfsleven elkaar steeds beter weten te vinden en hierdoor elkaar ook kunnen versterken.”
een steentje aan hebben kunnen bijdragen. Zelf zijn wij er dit jaar gestart met de opleiding Installatietechniek. Dit heeft twintig extra leerlingen opgeleverd. En samen met onze reeds bestaande opleiding Elektrotechniek maakt het de Techniekcampus compleet. Met andere woorden: er is nu in de Kop van NoordHolland één loket voor technische opleidingen. Een leerling die techniek wil gaan doen, kan hiervoor terecht op één locatie, compleet met bedrijfshallen en werkplaatsen. En ook potentiële leerlingen vinden hier altijd wel iets wat hen aanspreekt. Overigens zien we dat bedrijven meer en meer voor kennis gaan, waardoor opleidingen op niveau 4 steeds belangrijker worden. Verder verlaten vanwege de vergrijzing steeds meer ouderen de branche. Dit betekent dat leerlingen met een diploma kunnen rekenen op een baangarantie in de elektro- en/ of installatiebranche. En in deze tijd is dit heel belangrijk”, besluit de districtsmanager, die graag zou zien dat de Techniekcampus in Den Helder ook opleidingen voor de bouwsector gaat verzorgen.
5
Van elkaar leren en elkaa Het opzetten van de Techniekcampus in Den Helder ging min of meer gelijk op met het intensiveren van de samenwerking tussen de Koninklijke Marine, het ROC Kop van Noord-Holland en Tetrix Bedrijfsopleidingen. Beide processen zijn ondertussen met succes afgerond, meent kapitein-ter-zee Frank Foreman, hoofd Opleidingen Koninklijke Marine. De Techniekcampus beschouwt hij als een logisch gevolg van de al eerder ingezette samenwerking.
6
Zelf noemt hij zich een bovenschoolse directeur, gepositioneerd tussen de beleidsmakers in Den Haag en het ‘opleidingshuis’ van de Koninklijke Marine, dat zich vooral inzet voor het operationeel gereedstellen van de vlooteenheden en de eenheden van het Korps Mariniers. Frank Foreman is hierbij verantwoordelijk voor het bedrijfsonderwijs, dat Frank Foreman zich vertaalt in het binnen de eigen organisatie aansturen van in totaal tien bedrijfsscholen. Hiervan worden er drie samen met de Belgische Zeemacht geëxploiteerd. “Vroeger deden wij op opleidingsgebied bijna alles zelf, maar tegenwoordig wordt steeds meer samengewerkt en worden door ons ook steeds meer opleidingen uitbesteed. Hiervoor hebben wij in Den Helder aansluiting gezocht bij Tetrix Bedrijfsopleidingen en het ROC Kop van Noord-Holland. We zijn relatief eenvoudig gestart met het van Tetrix inhuren van onder andere de opleiding Lassen. Een andere samenwerking met het ROC betreft de vakopleiding voor korporaal technisch specialist. In het begin verzorgden wij drie van de vijf benodigde modules en deed het ROC er twee. Maar sinds kort is deze WEB-3-mechatronicaopleiding geheel bij het ROC Kop van Noord-Holland ondergebracht, waarbij het goed aansluitende deel ‘functieopleiding’ nog plaatsvindt op de KM Technische School zelf.
Onder de verantwoording van het ROC en met een steeds intensiever wordende samenwerking wordt de mechatronica-opleiding verder ontwikkeld en ook ten uitvoer gebracht. Soms is er nog wel eens sprake van cultuurverschil, maar we groeien vanzelf meer naar elkaar toe. We leren van elkaar en vullen elkaar aan.” Nog meer uitbesteden Tijdens de bestuurlijke samenwerking in een werkgroep voor de totstandkoming van de mechatronica-opleiding werden door het ROC Kop van Noord-Holland, Tetrix Bedrijfsopleidingen, Opleidingsbedrijf InstallatieWerk Noord-Holland en Scholen aan Zee ook initiatieven ontplooid om samen de Techniekcampus in Den Helder op te zetten. Frank Foreman: “Zelf beschouw ik dit als een logisch gevolg van de reeds bestaande samenwerkingsvormen. Vooral tussen Tetrix en het ROC. In die periode heb ik deze partijen aangemoedigd om de samenwerking verder uit te bouwen. Met de Techniekcampus kunnen ook wij als KM ons voordeel doen. Vooral omdat de KM en ook Defensie nog meer met anderen willen samenwerken en waar mogelijk meer opleidingen gaan uitbesteden. En dan is het goed dat Den Helder zich met deze campus in de regio als technisch (maritiem) opleidingscentrum kan profileren.”
ar aanvullen Hoofd Opleidingen KM verwacht dat de samenwerking met de Techniekcampus, door er mogelijk nog meer functieachtige opleidingen uit te besteden, nog verder kan worden geïntensiveerd. “Vooral bij specialistische opleidingen, zoals bijvoorbeeld koeltechniek, zouden we elkaar nog meer kunnen ondersteunen.”
‘Samenwerking wordt steeds intensiever’ Meer klant dan partner Als medegebruiker van de Techniekcampus heeft Frank Foreman nog wel een wens: “In mijn optiek zouden we een klantenraad moeten vormen, want eigenlijk zie ik mijzelf meer als klant dan als partner. Met een dergelijke constructie kunnen we elkaar als klant en leverancier bestuurlijk regelmatig ontmoeten en samen bekijken of we nog steeds de juiste dingen doen. Ik geloof meer in een businesscase-achtige benadering, waarbij wordt gekeken of we tegen een redelijke prijs krijgen wat we graag willen hebben.”
Burgemeester Koen Schuiling (foto: Ad Biersteker)
Meer werkgelegenheid door opleidingen Wegens verplichtingen elders moest hij bij de officiële opening van de Techniekcampus verstek laten gaan, maar burgemeester Koen Schuiling wil er wel graag het één en ander over zeggen. Vanaf begin 2010 is hij de trotse drager van de ambtsketen van Den Helder. Volgens eigen zeggen een bijzondere en mooie stad met heel veel uitdagingen en kansen voor de toekomst. Kansen die liggen te wachten om verzilverd te worden. Het opzetten van de Techniekcampus vindt de Helderse burgemeester een mooi voorbeeld van een krachtenbundeling tussen onderwijs en bedrijfsleven. “In Nederland en ook in Den Helder kost het bedrijven veel moeite om goed personeel te krijgen. Om dit probleem op te lossen, is een goede koppeling tussen het onderwijs enerzijds en het bedrijfsleven en de onderzoeksinstituten anderzijds essentieel. Hierbij speelt het ROC Kop van Noord-Holland een belangrijke rol. Met de Techniekcampus zijn bijvoorbeeld de lijnen met het bedrijfsleven veel korter geworden. Ook wordt de samenwerking met de Koninklijke Marine steeds intensiever. Verder is het belangrijk dat mensen die eenmaal aan het werk zijn, geschoold blijven en dat hiervoor in de regio scholingsmogelijkheden voorhanden zijn. Initiatieven als de Techniekcampus juich ik dan ook toe. Hetzelfde geldt voor de Maritime Campus Netherlands die samen met de onderzoeksinstituten TNO en IMARES op Harssens allerlei activiteiten ontplooit.” Voor de toekomst voorziet burgemeester Koen Schuiling kansen om de werkgelegenheid in de regio Den Helder te verhogen. “Het gaat dan met name om nieuwe producten en diensten ten behoeve van het onderhoud offshore van boor- en productieplatformen, windturbineparken en schepen. Daar bestaat niet alleen in Nederland, maar wereldwijd behoefte aan. Nederland is op dit gebied één van de koplopers en ik zie het als een kans om die activiteit vanuit Den Helder verder uit te breiden. En voor de regionale opleidingsinstituten is het een mooie kans om hierop in te spelen.”
7
In deze rubriek vertellen medewerkers iets verrassends over zichzelf. Deze keer Gerrit van Oostrum, opleidingscoördinator afdeling Techniek over zijn passie: beeldhouwen.
Gerrit van Oostrum is een energiek mens. Hij is graag bezig en het woord verveling komt in zijn woordenboek niet voor. Sporten vormde voor hem altijd een mooie uitlaatklep, totdat hij in 2000 een klaplong kreeg. Voetballen of tennissen waren vanaf dat moment uitgesloten, maar thuiszitten was niks voor Gerrit. Hij ging gewoon op zoek naar een nieuwe vrijetijdsbesteding: beeldhouwen. Wat begon als een leuke bezigheid in het buurthuis, groeide uit tot een serieuze hobby.
“Na een drukke dag is het goed om je zinnen te verzetten” 8
Tijdens zijn werk, als opleidingscoördinator op de afdeling Techniek, houdt Gerrit zich graag bezig met techniek. Maar geen technische hobby voor hem: werk is werk. Na een drukke dag is het goed om je zinnen te verzetten. Gerrit: “Ik heb tal van hobby’s: lezen, schaken, fitness, maar er is niets wat me zo ontspant als beeldhouwen. Het creëren van een vorm vereist opperste concentratie, je moet je helemaal focussen. Er is voor mij geen betere manier om mijn hoofd leeg te maken. Ik doe het nu zo’n tien jaar, en beeldhouwen blijft me boeien. Als je begint aan een steen, weet je nooit wat je tegenkomt: onverwachte kleuren, prachtige texturen, mooie lijnen, of, tja: breuklijnen op plekken waar je ze niet kunt gebruiken. Dan breekt er ineens een stuk af, en moet je je oorspronkelijke idee aanpassen. De steen wilde het dan blijkbaar niet.” Dosis emotie De afdeling Techniek is een aantal maanden geleden verhuisd naar de Techniekcampus, aan de Burgemeester Ritmeesterweg. Het nieuwe kantoor biedt een ruime, lichte werkplek, een prettig uitzicht op het groen én – niet onbelangrijk – een mooie, brede vensterbank voor een aantal van Gerrit’s prachtige beeldhouwwerken. Speciaal voor het interview heeft hij er een aantal extra meegenomen, met zorg verpakt. En terecht: in de meeste beelden zit, naast soms wel zo’n 120 uur werk, ook een behoorlijke dosis emotie. Gerrit: “Soms vragen mensen mij of mijn beelden te koop zijn. Soms is dat zo, maar meestal niet. Als ik zo intensief met zo’n steen bezig ben geweest en er zoveel van mezelf heb ingestopt, is het moeilijk om er afstand van te doen. Bovendien zou een reële prijs, gezien de hoeveelheid werk die er in zit, potentiële kopers afschrikken. Dan zet ik mijn beelden liever hier in de vensterbank, of thuis in een mooie kast.”
Wout Angevare
Wout Angevare (20 jaar) Opleiding: Elektrotechniek
Wout weet wat hij wil: geld verdienen. Maar hoe hij dat gaat doen, weet hij nog niet precies. Hij heeft in ieder geval keuze genoeg zodra hij zijn diploma heeft. Meerdere werkgevers hebben hem al een baan aangeboden. De vraag is nu waar hij voor kiest: een leidinggevende baan bij het bloembollenbedrijf waar hij in de vakanties werkt, terug naar de technische dienst bij De Kampanje, zijn voormalig stagebedrijf, of toch doorstuderen? Eén ding is zeker: Wout kan nog alle kanten op.
Kantine
8.30 uur -
Een bakkie doen
De dag begint in de kantine van de Techniekcampus aan de Burg. Ritmeesterweg: “Eerst effe een bakkie doen”. Wout overlegt met medecursist Dave wat ze vandaag zullen doen, want een vast lesrooster hebben deze vierdejaars cursisten niet. Wout vertelt: “We zitten in de laatste fase van onze studie en voeren bijna alle opdrachten zelfstandig uit. Natuurlijk kunnen we voor vragen terecht bij docenten, maar klassikale lessen hebben we bijna niet meer.”
Vraagje? In studiecentrum 11.00 uur -
Een opdracht afmaken
Na de metingen kruipt Wout achter de computer in het studiecentrum: hij moet nog een opdracht afmaken. Dit zou eventueel ook wel thuis kunnen, maar op school werkt het toch beter. Als hij vragen heeft, kan hij zijn docenten aanschieten, en vragen of ze met hem mee willen kijken. Wout heeft inmiddels geleerd heel zelfstandig te werken. Dat komt hem tijdens zijn stages van pas: “Bij mijn vorige stage was er een collega ziek. Toen heb ik in mijn eentje de bekabeling van de liftschacht in orde gemaakt. Alles werkte prima!”
Meten
9.00 uur -
Praktijkopdracht
Na de koffie confisqueren Wout en Dave een lokaal om een meetinstallatie klaar te zetten. Aan de hand van een opdrachtenvel voeren ze zelfstandig de opdrachten uit. Wout: “We worden erg vrijgelaten. Dat voelt soms wel alsof we niet echt les krijgen, maar toch denk ik dat dit beter is dan theorielessen volgen. We oefenen nu in ieder geval écht, en we voeren de metingen helemaal zelf uit. Zo leer je het denk ik beter.”
Na schooltijd 15.30 uur - Aan het werk
11.30 uur -
Een vraag tussendoor
Omdat hij er even niet uitkomt, besluit Wout koffie te gaan halen. Op de gang treft hij docent Hans Pranger. Wout maakt gelijk van de gelegenheid gebruik om hem een vraag te stellen. Het antwoord volgt snel, dus kan het op de gang worden afgehandeld. Wout: “Het contact met de docenten is goed, ze staan voor ons klaar als het nodig is. Toen ik net van het vmbo kwam, moest ik wel erg wennen: het ging ineens allemaal zo anders: geen vast rooster meer, ander contact met docenten. Maar inmiddels bevalt die vrijheid me wel.”
Als het werk op school gedaan is, gaat Wout aan het werk: “Nadat ik mijn stage bij De Kampanje had afgerond, ben ik er blijven werken, op basis van een 0-urencontract. Ik word opgeroepen als er grote voorstellingen zijn. Zo heb ik in december meegedraaid met de technische dienst tijdens Wintercircus Martin Hanson. Het waren lange dagen: om 7.00 uur uitladen, dan opbouwen, ’s middags twee voorstellingen begeleiden en vervolgens tot 23.00 uur afbouwen. Zwaar, maar ontzettend leuk: alle dagen andere mensen.”
9
Samenwerking met Clusius leidt to modeshow Het Clusius College en het ROC Kop van Noord-Holland werken intensief samen. Dat biedt voordelen. Voor onze medewerkers, maar zeker ook voor onze cursisten. Samen kun je dingen bereiken die anders wellicht niet mogelijk zijn. Het organiseren van een professionele modeshow bijvoorbeeld. Samen verzorgden de cursisten alle zaken waar je tijdens een modeshow echt niet zonder kunt: bijzondere creaties, bijpassende kapsels, prachtige visagie, mooie bloemstukken, professioneel licht en geluid, lekkere hapjes en goede promotie door middel van flyers. Door de gezamenlijke inzet van cursisten uit verschillende opleidingen konden genodigden, passanten én medecursisten in het Makado Centrum te Schagen genieten van een spetterende modeshow op professioneel niveau.
10
Mbo’ers barsten van het talent en zijn heel veelzijdig. Om dat onder de aandacht te brengen, organiseerde de MBO Raad begin oktober 2010 voor de tweede keer de 6-Daagse Beroepsonderwijs. Het motto dit jaar was ‘Veelzijdig mbo’. Landelijk werden tal van evenementen georganiseerd om te tonen hoe belangrijk beroepsonderwijs en vakmanschap zijn voor onze samenleving. Zo ook in NoordHolland. De cursisten van het Clusius College en het ROC Kop van Noord-Holland toonden letterlijk hun veelzijdigheid met de organisatie van een fantastische modeshow. Grote belangstelling De show werd geopend door wethouder J.N.J.J. Beemsterboer van de gemeente Schagen. Daarna kon het publiek genieten van de
relatie
kleding, ontworpen en gemaakt door cursisten van de opleiding In- & Outdoor Styling van het Clusius College en van de bijzondere kapsels en visagie, verzorgd door de cursisten van de opleiding Kappen van het ROC Kop van NoordHolland. Ook cursisten van de afdelingen Bloem & Design en Food, Health & Innovation van het Clusius College leverden een bijdrage. Zij verzorgden respectievelijk de aankleding van de modeshow en de hapjes die tijdens de show werden uitgedeeld. De show werd ieder half uur herhaald, en steeds was de belangstelling groot. Dit was mede de danken aan het feit dat cursisten van de afdeling Economie van het ROC Kop van Noord-Holland promotiefolders uitdeelden in het winkelcentrum. Al met al een geslaagde middag en een mooi voorbeeld van de voordelen die samenwerking kan bieden.
ot spetterende Sterker worden en compact blijven De besturen van het Clusius College en het ROC Kop van Noord-Holland zien veel winst in verdergaande samenwerking onder het motto ‘sterker worden en compact blijven’. Deze samenwerking richt zich op de gezamenlijke ontwikkeling en uitvoering van mbo-opleidingen ter versterking van het opleidingsaanbod in de regio, kennisdeling en kennisontwikkeling en innovatie: het ontwikkelen van nieuw, innovatief opleidingsaanbod en opleidingsactiviteiten. De krachtenbundeling zal ook leiden tot een verbetering van de aansluiting tussen het vmbo en het mbo. Er zijn vele combinaties denkbaar, waarmee we ons richten op de toekomstige mogelijkheden op de arbeidsmarkt. 11
Met HorecaVakPunt en l Hoe zorg je ervoor dat horecavakopleidingen beter aansluiten bij wat bedrijven in deze sector vragen? Horecaondernemer en vertegenwoordiger van de Texelse leerbedrijven Rob Teisman zocht en vond hiervoor een oplossing. Nadat hij in zijn vakliteratuur was gestuit op een artikel over de activiteiten van HorecaVakPunt, nam hij contact op met coördinator Fréderique Stevens. Dit resulteerde uiteindelijk in het besluit om samen met het ROC Kop van Noord-Holland een project op te zetten. Een groep horecacursisten met hun opleidingscoördinator Sylvia Ruizendaal
De roep om de opleidingen weer dichter bij het bedrijfsleven te krijgen, leidde ongeveer drie jaar geleden tot de oprichting van HorecaVakPunt. “Dit samenwerkingsverband is een initiatief van SVH, Koninklijke Horeca Nederland, FNV Horeca, Kenwerk, Koksgilde, Gastvrijheidsgilde, Gilde van Nederlandse Meesterkoks, Euro-Toques, Société des Maîtres d’Hôtels, De Unie en CNV Bedrijvenbond”, zegt Rob Teisman. “Vervolgens ging in vier regio’s een pilotproject van start. Met de betrokken scholen, leerbedrijven en leerlingen waren duidelijke afspraken gemaakt, waardoor de lat hoger kwam te liggen dan het door het ministerie voorgeschreven kennisniveau. Hoofddoel was om samen een beter product te leveren. Met andere woorden: dat horecabedrijven leerlingen krijgen die ook daadwerkelijk kunnen functioneren op de plekken waar ze worden ingezet.” Met enige weemoed denkt Rob Teisman terug aan de tijd dat de SHV nog een duidelijk stempel drukte op de kwaliteit van de horecavakopleidingen. “Door de invoering, in 1989, van nieuwe regelgeving, zou er veel veranderen. Voor veel sectoren pakte dit goed uit, maar onze sector raakte erdoor achterop. Met de inzet van HorecaVakPunt kan nu weer het verloren terrein worden teruggewonnen. Omdat hier leerbedrijven onderling goed overleggen en graag investeren in het opleiden van jongeren, is Texel een ideale locatie om bij zo’n experiment te betrekken. Voor mij dus reden om contact op te nemen met Fréderique Stevens.” 12
Initiatief van bedrijven De coördinator van HorecaVakPunt legt op haar beurt uit: “Onze pilot is zo’n tweeënhalf jaar geleden van start gegaan in de regio’s Amsterdam, Rotterdam, Eindhoven en Den Bosch. Onze belangrijkste doelstellingen waren het praktijkonderwijs versterken, het onderwijs en het bedrijfsleven dichter bij elkaar brengen en een optimale leersituatie voor de leerling creëren. Destijds hebben zich vier scholen uit de betrokken regio’s bij ons aangesloten. Vorig jaar zijn hier de regio’s Noord-Holland, Friesland, Groningen en Den Haag bij gekomen. Onze strategie is gecontroleerd te groeien. Hiervoor worden bepaalde keuzes gemaakt. In de beginfase, zoals nu in Noord-Holland, werken we altijd maar met één opleidingsinstituut. Dit om te kijken hoe de structuur in die bepaalde regio in elkaar zit en hoe we op de beste manier zaken regionaal kunnen aansturen. De initiatiefnemer om in een regio van start te gaan, is meestal een groep bedrijven. Zo is ook het contact tot stand gekomen met Rob Teisman van de Texelse leerbedrijven. Uit gesprekken met hem en een aantal van zijn collega’s bleek dat er veel interesse bestond voor onze activiteiten. Dit leidde tot een officiële aanvraag om met hen in zee te willen gaan. Hierbij spraken de Texelse bedrijven hun voorkeur uit om in eerste instantie samen met ons en het ROC Kop van Noord-Holland een pilotproject op te starten.”
n leerbedrijven in zee Het praktijkonderwijs versterken en samen een beter product leveren
Gemakkelijke samenwerking “Ik had eigenlijk geen idee hoe ons plan bij het ROC Kop van Noord-Holland zou vallen”, vervolgt Rob Teisman. “Docente Sylvia Ruizendaal reageerde echter heel enthousiast. Bij haar bespeurde ik dezelfde gedrevenheid als bij Fréderique.” Dit wordt door de laatste zelf beaamd. “Vorig jaar september zijn wij bij het ROC Kop van Noord-Holland gestart met de opleiding voor koks, gastheren en gastvrouwen (bbl niveau 2). Mij spreekt vooral hun manier van aanpak aan. Deze is heel persoonlijk. Sylvia Ruizendaal en Joyce Stuivenberg zijn zeer gedreven om het beste uit de leerlingen te halen. Dat maakt samenwerken heel gemakkelijk. Dit is overigens niet vrijblijvend. De betrokken opleiding moet namelijk wel voor een aantal zaken open staan. Zo moet ter voorbereiding van de leerling op deze vervolgopleiding direct aan het begin een introductieweek worden georganiseerd. Hierin wordt verteld wat ze in de horeacasector kunnen verwachten, welke basistechnieken ze moeten beheersen, hoe zij zich moeten opstellen om een positieve houding uit te stralen, welke etiquette ze in acht moeten nemen en hoe de CAO in elkaar zit. Daarnaast gaan ze met chefs en maîtres workshops doen. Van de deelnemende opleidingen verwachten wij naast betrokkenheid ook de bereidheid om onze jaarlijn te volgen, waaraan de theorie wordt gekoppeld. Tevens dienen hierbij ten aanzien van de beschikbaarheid van producten, zoals bijvoor-
beeld mosselen en asperges, de seizoenen te worden gevolgd. Verder wordt een leerbedrijf twee keer per jaar bezocht door een beroepsvaardigheidscoördinator, die met zowel de leermeester als de leerling overlegt. En de leermeester dient zelf minimaal vijf jaar ervaring te hebben. Daarnaast organiseren wij voor de leerlingen workshops en houden we hun vorderingen in een online digitaal systeem bij.” Een onafhankelijke partij Rob Teisman zegt tot besluit: “Ik vind dat de samenwerking van het ROC Kop van Noord-Holland met HorecaVakPunt een stuk meerwaarde oplevert. Dit betekent dat je achter deze opleiding rustig drie sterren kunt zetten. Dit geldt overigens ook voor het leerbedrijf en de leerling. Meldt een leerling bij het solliciteren dat hij of zij een door HorecaVakPunt gesteunde opleiding heeft gevolgd, dan weet de betrokken werkgever dat deze sollicitant meer in zijn of haar mars heeft dan iemand die dit niet heeft gedaan. Ik ben heel blij dat nu, net als vroeger met de SVH het geval was, weer een onafhankelijke derde partij vaststelt of we met de opleidingen de goede kant op gaan. Hiermee wordt bereikt dat in een optimale communicatie tussen school, leerbedrijf en leerling de opleiding beter aansluit bij wat de sector vraagt. En daar worden we allemaal beter van.” 13
René F.W. Diekstra
Alleen affectief onderwijs is excellent effectief hoeksteen van emotionele intelligentie. Jongeren die zich meer bewust zijn van hun gevoelens, zijn betere ‘piloten’ van hun eigen leven. Ze zijn zekerder van hoe ze zich werkelijk voelen over de belangrijke persoonlijke beslissingen in hun leven. 2. Het omgaan met gevoelens. Het vermogen om jezelf gerust te stellen of te kalmeren, angst te tolereren, irritatie binnen de perken te houden of met somberheid om te kunnen gaan, is een cruciale voorwaarde voor succes en geluk in het leven. Jongeren die op dit punt weinig intelligentie bezitten, worstelen voortdurend met gevoelens van spanning en onbehagen. 3. Jezelf kunnen motiveren. Gevoelens, of de daarmee verbonden energie, in dienst kunnen stellen van een bepaald doel op de lange termijn, oftewel emotionele zelfbeheersing in de vorm van het kunnen beheersen van (afleidende) impulsen, is essentieel voor creativiteit en het leveren van belangrijke prestaties. 4. Het herkennen van gevoelens bij anderen. Empathie, de vaardigheid om de aard en de intensiteit van gevoelens van anderen te kunnen waarnemen, is ‘de basale mensen-vaardigheid’ en is mede afhankelijk van het vermogen eigen accuraat gevoelens te kunnen waarnemen. Jongeren die empathisch zijn, stemmen beter af op de subtiele signalen die anderen uitzenden over waar zij behoefte aan hebben of wat hen bezighoudt. 5. Het omgaan met relaties. De kunst van het omEmotionele intelligentie gaan met relaties is in belangrijke mate de kunst Dat is het probleem: academische intelligentie van het waarnemen van gevoelens van anderen biedt vrijwel geen voorbereiding voor de bedreigingen of kansen die de golfslagen van het leven en van het kunnen communiceren daarover. Omdat ons bestaan in wezen een ‘in relatie staan’ leveren. En toch, hoewel een hoog IQ of cijferlijst geen garantie is voor succes, status of geluk in het is, zijn onze sociaal-emotionele vaardigheden of ons gebrek daaraan, medebeslissend voor hoe leven, zijn zowel ons onderwijssysteem als onze ons bestaan zal verlopen en wat we daarin klaar cultuur vrijwel volledig op die ‘begaafdheden’ gefixeerd. De scholing van dat andere type intel- zullen spelen. ligentie, emotionele intelligentie, dat minstens Gevoel in hun donder zozeer ons persoonlijk lot bepaalt, wordt bijna volledig genegeerd. Wat is emotionele intelligen- Natuurlijk verschillen mensen in hun aangeboren aanleg op deze vijf punten van emotionele tie dan? Goleman, in navolging van de bekende intelligentie-psycholoog Howard Gardner, noemt intelligentie, net zoals ze in aanleg verschillen in schoolse intelligentie. Maar net als bij schoolse de volgende kenmerken. Het zijn dezelfde intelligentie geldt voor emotionele intelligentie, kenmerken die mijn medewerkers en ik gebruikt aldus Goleman, dat er een hoop valt te leren. De hebben voor het bouwen van het programma Levensvaardigheden voor het middelbaar onder- moraal: zolang VO-scholen, ROC’s, (hoge)scholen en universiteiten niet meer gevoel (of affect) in wijs. hun donder en programma’s hebben, zullen veel van hun leerlingen en studenten ‘beneden hun 1. Zelfbewustzijn of je eigen gevoelens (her) maat’ blijven. Of anders gezegd: alleen affectief kennen. Een gevoel kunnen herkennen en onderwijs is excellent effectief. verwoorden op het moment dat het speelt is de
Een van de publieke geheimen van de psychologie is de betrekkelijke onmogelijkheid om op grond van cijfers, of dat nu IQ‑cijfers of schoolcijfers zijn, accuraat te voorspellen wie in het leven zal slagen. Illustratief in dit opzicht is een door de psycholoog Daniel Goleman in zijn boek Emotionele Intelligentie beschreven studie. Daarin werden de 81 meest excellente leerlingen van alle high schools uit het jaar 1981 in de staat Illinois jarenlang gevolgd. Deze leerlingen, die dus ieder voor zich de hoogste gemiddelde eindcijferlijst hadden van hun school, behaalden ook op de universiteit uitstekende cijfers. Maar ruim tien jaar later bleek maar 1 op 4 inderdaad in hun beroep op het niveau te zijn terecht gekomen waar jonge mensen van vergelijkbare leeftijd op terecht kunnen komen. Velen van die hoogstbegaafden zaten aanzienlijk beneden dat niveau. Ze bleken ook bepaald niet het hoogst gelukkig in vriendschappen, partnerrelaties en gezinsleven. Zoals Arnold terecht opmerkte: ‘weten dat een leerling of student excellent is, is alleen maar weten dat hij of zij bijzonder goed is in het leveren van prestaties die gemeten worden met rapport- of examencijfers. Het vertelt je niks over hoe hij of zij zich in de branding van het leven staande weet te houden.’
14
‘Ik ben In deze rubriek interviewen wij bekende en minder bekende mensen uit de regio over de leuke en minder leuke aspecten van hun schooltijd.
Foto: foto: Ad Biersteker
n een echte alfaman’ Koen Frank Schuiling (1959) Vanaf januari 2010 burgemeester van de gemeente Den Helder. Lagere school “Na onze verhuizing van Deventer naar Groningen kwam ik op de Jan Evert Scholtensschool terecht. Op deze school, die was vernoemd naar een grote fabrikant van zetmeel, werd daltononderwijs gegeven. Dit gebeurde in een heel stimulerende omgeving, waarbij de eigen mogelijkheden heel intensief werden verkend en vervolgens gestimuleerd. Het accent lag op eigen initiatief en zelfredzaamheid. Onderwijzers keken ook niet op de klok als iemand wat extra aandacht nodig had. Dan ging men rustig nog even door om je naar een hoger plan te trekken. Ik kijk dan ook met plezier op deze schooltijd terug.” Middelbare school De middelbare school werd in Raalte bezocht. “Mijn vader was vertegenwoordiger en daarom verhuisden we nogal eens. Vanwege de problemen die ik had met de overgang van een grote stad als Groningen naar een dorp als Raalte, begon ik op de Rooms-katholieke Mavo. Voor mij was dit een vervelende periode, maar gelukkig volgde al snel mijn overstap naar naar het Florens Radewijns College, waar ik de havo ging doen. Daar werd door mij een klas overgeslagen en aansluitend deed ik het atheneum. De leraren waren heel betrokken en er hing een goede sfeer. Vakken als talen, geschiedenis, aardrijkskunde en staatsinrichting lagen mij goed. Als echte alfaman kostten de vakken scheikunde en natuurkunde mij meer moeite. Biologie ging beter, terwijl hierbij toch ook de nodige formules voorbijkwamen. Ik was verder hoofdredacteur van de schoolkrant, zat in de leerlingenraad en organiseerde allerlei dingen. Ook deed ik regelmatig aan sport, waaronder aan hardlopen, wielrennen en zwemmen. Met het laatste werden door mij bij wedstrijden zelfs een aantal medailles gewonnen.” Universiteit “Op 19-jarige leeftijd ging mijn studie aan de Universiteit in Groningen van start. Ik deed er rechten en bestuurswetenschappen, maar studeerde af in rechten. Voor mij betekende het altijd hard werken, met weinig tijd voor uitgaan en feesten. Wel deed ik aan roeien. Omdat mijn vader in de WAO was beland, was het zaak om mijn studie zo snel mogelijk af te ronden. En dat lukte. Ondanks al het harde werken bewaar ik aan mijn studietijd nog altijd heel goede herinneringen.” Eerste baan Na zijn afstuderen bleef Koen Schuiling op de universiteit werken, waar hij ook colleges ging geven. “Met een aantal mensen uit die periode heb ik nu nog steeds contact. Verder ging ik toen ook al op zoek naar combinaties van activiteiten waar je over en weer profijt van hebt. Zo was ik, terwijl ik nog op de universiteit werkte, ombudsfunctionaris in Meppel en zat ik in de gemeenteraad. Verder runde ik samen met een vriend een bedrijf om ambtenaren op te leiden. De hierbij opgedane kennis en ervaring kon door mij weer bij de colleges worden gebruikt. Dit alles heeft mijn horizon verbreed en heeft mij een heel breed netwerk bezorgd.”
“Weinig tijd voor uitgaan en feesten”
Papierwerk “Tijdens mijn gehele lagere- en middelbare schooltijd heb ik als heel prettig ervaren dat de onderwijzers en leraren oog hadden voor de individuele leerling. Betrokkenheid is en blijft essentieel, ook in het moderne onderwijs. Volgens mij zijn heel veel leraren hiertoe best bereid, maar komen zij er door de grote hoeveelheid papierwerk niet meer aan toe. Al met al heb ik een goed gevoel overgehouden aan mijn tijd op school en de universiteit. Wij zijn in Nederland bevoorrecht met ons onderwijs”. 15
Samen aan de weg tim Het palet van technische op-
leidingen van het ROC Kop van Noord-Holland wordt dit jaar verder uitgebreid met de opleiding Primair timmeren niveau 2. Deze tweejarige bbl-opleiding zal in augustus in Schagen van start gaan. Een en ander is tot stand gekomen dankzij een vruchtbare samenwerking met het opleidingsbedrijf voor de bouw- en houtsector ESPEQ uit Heerhugowaard, het ROC Kop van NoordHolland en het Regius College.
Jan Jacob Jaasma Met de nieuwe timmeropleiding wordt niet alleen ingespeeld op de trend om samen met het ROC Kop van Noord-Holland doorlopende leerlijnen tussen vmbo en mbo te realiseren, maar ook op de wensen vanuit de regio. Dit zegt Jan Jacob Jaasma, lid van de vmbo-sectordirectie van het Regius College, de nieuwe naam voor de GSg Schagen en de Praktijkschool Schagen.
Foto: ESPEQ 16
6
mmeren “Na vier jaar vmbo-onderwijs kunnen met deze nieuwe timmeropleiding nu leerlingen van het Regius College bij het ROC Kop van Noord-Holland in de eigen regio op een voor hen vertrouwde locatie twee jaar verder leren in de bouw. De kans op uitval wordt hiermee verkleind. Omdat wij al een bouwafdeling in huis hebben, beschikken wij als Regius College voor deze opleiding over de juiste faciliteiten. Tot slot zijn in de regio bij heel veel bouwbedrijven goede leerwerkplekken te vinden. Bij dit laatste gaat ESPEQ ons helpen. Verder wordt binnen de huidige samenwerking vanaf het schooljaar 2010–2011 binnen het startcentrum in Schagen ook een AKA-opleiding niveau 1
‘Ook baan in economisch slechte tijd’ met uitstroom bouw aangeboden. Hierbij gaat het om thuisnabij onderwijs en het voorkomen van schooluitval. Met onze AKA-opleiding bouw steken wij met name in op leerlingen uit het praktijkonderwijs. Een herkenbare doelgroep die aan de onderkant dreigt uit te vallen.” Direct een baan Over de samenwerking met het ROC Kop van Noord-Holland en het Regius College en de rol die ESPEQ hierin speelt zegt instroomcoördinator Robert Bloemraad: “ESPEQ is een echt opleidingsbedrijf, opgezet door een groot aantal bedrijven uit de bouw- en houtsector, met als doel structureel te voorzien in vakgeschoold personeel. Hiervoor krijgen leerlingen die van het vmbo komen en graag de bouw in willen, bij ons in Heerhugowaard een tweejarige vakgerichte (bbl) opleiding. Deze leerlingen komen dan ons in dienst. Vervolgens gaan ze een dag in de week bij het ROC Kop van NoordHolland naar school en vier dagen bij één van de 600 bij ons aangesloten bedrijven aan het werk. Onze staf telt 35 medewerkers en op dit moment hebben we 500 leerlingen in dienst. Hiervoor treden we gedurende die twee jaar op
Robert Bloemraad als werkgever. Van de jongeren die de opleiding afronden, krijgt tussen de 94 en 97 procent direct een baan bij het bedrijf waar ze via ESPEQ de opleiding hebben gevolgd. Ook in de huidige economisch slechte tijd.” Over de samenwerking met de opleidingsinstituten uit Schagen en Den Helder, zegt Robert Bloemraad: “Persoonlijk vind ik het een goede zaak dat de opleiding in Schagen door het Regius College en het ROC Kop van Noord-Holland wordt verzorgd. De theorielessen worden één dag in de week gegeven door docenten van beide instituten en ESPEQ verzorgt als werkgever voor een goede leerwerkplek bij een bouw- of houtbedrijf. Voor het ROC Kop van Noord-Holland houdt het een uitbreiding van het opleidingenpakket in.” Doorleren mogelijk “Het halen van een niveau 2 kwalificatie door twee jaar aan de basisopleiding te plakken, heeft nog een opmerkelijk neveneffect”, vervolgt Robert Bloemraad. “Wij zien dat maar liefst 70 procent van de betrokken leerlingen een voortgezette opleiding gaat volgen. En na afronding hiervan besluit zelfs een aantal om nog verder door te leren.” Volgens ROC’s onderwijsdirecteur Nico Dobbe sluit de nieuwe timmeropleiding prima aan bij de samenwerking met het Regius College, waarbij het vmbo en mbo nu al in allerlei technische richtingen doorgaande leerlijnen ontwikkelen. “Samen met het Regius College hebben we in dit kader ook al de opleiding Voertuigentechniek opgezet. En mijn grootste wens is altijd geweest om ook een bouwopleiding aan het palet van het ROC Kop van Noord-Holland te kunnen toevoegen.” 7
17
Een ware duvelstoejager Theo van der Horst werkt voor zijn plezier. Maar dat betekent niet dat het op zijn werk altijd ‘lang leve de lol is’. Zeker niet. Theo neemt zijn baan zeer serieus en gaat problemen niet uit de weg. Want, zoals hij zelf zegt: “Problemen zijn er om opgelost te worden. Zonder problemen is het zouteloos.” Niet zo gek dus, dat juist hij werd gevraagd om de verhuizing van de afdeling Techniek te coördineren, van de locatie aan de Sportlaan naar de nieuwe Techniekcampus aan de Burgemeester Ritmeesterweg. Geen eenvoudige opgave, zo bleek gaandeweg het traject. Toch kijkt hij er met een goed gevoel op terug: “De medewerkers van deze afdeling vormen een leuk team, samen hebben we de klus geklaard. En je moet maar denken: soms brengt ellende de mensen dichter bij elkaar.” De nieuwe Techniekcampus aan de Burgemeester Ritmeesterweg is een gebouw om trots op te zijn. Of, zoals collegevoorzitter Aad de Wit het tijdens de opening verwoordde: “een droom die werkelijkheid werd”. Om die droom te realiseren, moest er achter de schermen heel wat werk worden verzet. Door iedereen, maar vooral ook door docent Theo van der Horst, die zelfs zijn zomervakantie liet voor wat het was om mee te denken over de inrichting van het nieuwe pand: “Verandering is belangrijk, nieuwe dingen zijn leuk. Gewoon een kwestie van luisteren, kijken en informeren”.
Theo van der Horst: “Probleemloos is zouteloos; oplossingen vinden is de uitdaging” 18
Duvelstoejager Jarenlang werkte Theo van der Horst bij de Koninklijke Marine, tot zijn pensioen, in september 1999. Maar ‘lekker thuis’ bleek niks voor deze officier buiten dienst: “Als je een jaar thuis bent, heb je alles wel gedaan”. Niet dat Theo een reden had om zich te vervelen, want hij vliegt geregeld naar de andere kant van de wereld voor zijn hobby: het keuren van terriërs. Iedere keer hetzelfde doen is echter niets voor Theo. Daarom besloot hij zich aan te melden als invalkracht bij het ROC. Inmiddels zijn we tien jaar verder, en Theo staat nog onverminderd enthousiast voor de klas. Hij geeft les in alle vakken; een ware ‘duvelstoejager’, zoals hij zelf zegt: “Het maakt me niet eens zoveel uit welk vak ik moet geven, het is gewoon een kwestie van goed voorbereiden. En wat je niet weet, dat kun je opzoeken. Het gaat erom dat je je werk en je leerlingen serieus neemt. Zij behoren goed les te krijgen”. Praktijkgericht Op het moment dat Theo het verzoek kreeg om de verhuizing naar de Techniekcampus te coördineren en adviezen te geven over de inrichting van de lokalen, was het gebouw al getekend. Maar er moest nog veel gebeuren voordat er daadwerkelijk les kon worden gegeven. Naast het inventariseren van de eisen en wensen van collega’s en het voeren van overleg met ‘medebewoners’ Tetrix en InstallatieWerk Noord-Holland, stortte Theo zich op de inrichting van de practicumlokalen: “Praktijkleren is de kern van competentiegericht onderwijs. Theorie is belangrijk, maar het gaat erom dat onze cursisten het vak op een zo modern mogelijke manier leren. Mijn streven was de practicumlokalen hierop in te richten. Ik denk dat dit gelukt is: we werken nu met het lesmateriaal MecLab van Festo, waarmee cursisten de basisvaardigheden leren om een complete productielijn te automatiseren. Natuurlijk zou ik nog wel meer willen, maar techniek is een dure hobby, dus je moet keuzes maken. Toch ben ik blij met de basis die er ligt. Het is nu een kwestie van bijblijven. Innoveren is investeren!”
-
n
m
:
Cursiste Kelly Vonk wint € 3.000,- met wedstrijd ‘Gaan we doen’ ROC-cursiste Kelly Vonk, die vanuit haar opleiding KCA stage loopt bij Artex Kunstenschool, heeft € 3.000,- gewonnen met de wedstrijd ‘Gaan we doen’ van de provincie Noord-Holland. De ROC-cursiste vroeg subsidie aan voor nieuwe kostuums voor de dansleerlingen van Artex. Ze verzorgde de inzending voor de wedstrijd als proeve van bekwaamheid voor haar afstuderen. Alle deelnemers moesten een filmpje insturen waarin zij hun project presenteerden, vergezeld van een begroting. Kelly is een van de tien winnaars wiens project door de provincie wordt gesteund. Het geld zal worden gebruikt om 250 kostuums te maken voor een dansvoorstelling. De huidige danspakjes van Artex Kunstenschool zijn al 15 jaar oud en de sleet zit erop. Kelly’s idee is om de leerlingen de kleding zelf te laten ontwerpen, nadat zij een workshop hebben gevolgd bij een professionele kledingontwerper en een coupeuse. Dit idee sloeg aan bij het publiek, dat via een website de filmpjes kon bekijken en een stem kon uitbrengen. Het resultaat zal in april 2011 te zien zijn tijdens een grootse dansvoorstelling in de Burgemeester De Koninghal. Een voorproefje is te zien in het filmpje van Kelly Vonk op www. gaanwedoen.tv.
Praktijkgerichte lesopdracht Foto: Peter van Aalst
-
Cursisten van de opleiding Detailhandel bedachten afgelopen december een bijzondere lesopdracht in het kader van het project ‘Maatschappelijk verantwoord ondernemen’:
ze besloten in de voetsporen te treden van de 3FM-dj’s, die ieder jaar hun intrek nemen in een Glazen Huis om geld in te zamelen voor een goed doel. De ROC-cursisten besloten hun eigen Glazen Huis in te richten in de Kroonpassage in Den Helder. De Helderse ondernemers in de dop, een groep bestaande uit tien derdejaars mbo-cursisten die een opleiding volgen op niveau 4, organiseerden vanuit het Helderse Glazen Huis verschillende acties om zoveel mogelijk geld in te zamelen voor het Rode Kruis. Tegelijkertijd vormde het uiteraard een prachtige manier om meer te leren over het ‘ondernemend handelen en leren’. Met recht een praktijkgerichte lesopdracht!
BHV Training Texelse boot
Een zestal cursisten van de afdeling Techniek hebben in december 2010 meegewerkt aan een BHV-training voor de Texelse Boot. De cursisten Sil Brouwer, Nick Brouwer, Axel Gommans, Danny Kamminga en Ramon van Reij (allen Texelaars) werden ingezet als personen die ‘gered’ moesten worden (een soort lotusslachtoffers). Alle oefeningen werden uitgevoerd aan boord van de Dokter Wagemaker, terwijl deze in de vaart was. De cursisten waren aanwezig bij drie van de vier oefenscenario’s: een keukenbrand, een auto die gevaarlijke stoffen lekte en, een autobrand op het autodek. De actie vormde een mooie voorbereiding op de naderende stageperiode.
Enquête in opdracht Hoofdbedrijfschap Detailhandel
In opdracht van het Hoofdbedrijfschap Detailhandel (HDB) ondervroegen cursisten van de opleiding Medewerker Evenementenorganisatie (MEO) eind vorig jaar passanten van het Ravelijncenter over de veiligheid in dit winkelgebied. De enquête maakte onderdeel uit van een veiligheidsanalyse, die hoort bij het behalen van het Keurmerk Veilig Ondernemen (KVO), een gestructureerde aanpak om de veiligheid in winkelgebieden te verhogen en speelde een belangrijke rol. Op basis hiervan, in combinatie met een schouw, werden de huidige situatie vastgesteld en een plan van aanpak gedefinieerd. Een mooi praktijkproject dus voor de cursisten van de opleiding Medewerker Evenementen Organisatie.
Cursisten Zorg en Welzijn aan de slag voor De Troubadour Cursisten van de afdelingen Zorg en Welzijn hebben begin december 2010 geld ingezameld voor Dagcentrum De Troubadour. Ze maakten hiervoor met veel enthousiasme schoentjes gevuld met zelfgebakken snoepgoed en speculaas. Door leerlingen uit in totaal 10 klassen, zijn ongeveer 180 schoentjes gemaakt. Het geld zal gebruikt worden voor het opknappen van de binnentuin van het dagcentrum. Marion Dekker, directeur van de Troubadour, vertelde heel blij te zijn met de inzet van de cursisten. Een speciaal woordje van dank was voor Rosieta Marissen, de cursiste die met het voorstel voor de bestemming van het geld kwam.
19
ROC Magazine is een uitgave van : ROC Kop van Noord-Holland, afdeling communicatie Redactie-adres
: Postbus 250, 1780 AG Den Helder
Redactie : Aad de Wit, Paul Schaap, Sandra Zeck en Hester Visser Tekst : PAS Publicaties, Anna Paulowna Hester Visser Foto’s : Tenzij anders vermeld: DH Foto, Den Helder Vormgeving
: Studio Kisteman, Julianadorp
Druk : Drukkerij Zeeman Reclame Groep, Den Helder